Noordwolde zingt uit .... Johannes de Heer

WelkomNoordwolde zingt uit …..

Johannes de Heer

VDD JdH 34 – 1, 2, 3Dat ons loflied vrolijk rijze,

Dat ons loflied vrolijk rijze, dat het klinke tot Uw eer.

Dat der kind'ren mond U prijze voor Uw gunst en goedheid Heer.

Looft de Heer! Looft de Heer!

Halleluja! Halleluja! Halleluja! Zingt Zijn eer!

Boven bidden, boven denken, hebt Gij aan ons welgedaan;

neen, wij kunnen U niets schenken,

neem ons staam'lend lied slechts aan.

Looft de Heer! Looft de Heer!

Halleluja! Halleluja! Halleluja! Zingt Zijn eer!

De Eng'len en der zaal'gen koren prijzen U in 't hemelhof.

Ook naar kind'ren wilt Gij horen; uit hun mond bereidt G' U lof.

Looft de Heer! Looft de Heer!

Halleluja! Halleluja! Halleluja! Zingt Zijn eer!

WelkomNoordwolde zingt uit …..

Johannes de Heer

JdH 21 – 1, 2, 3, 4Ere zij aan God de Vader

Ere zij aan God de Vader (LvdK 255) t. W. Barnard; m. H. Smart

Ere zij aan God de Vader (LvdK 255) t. W. Barnard; m. H. Smart

Ere zij aan God de Vader (LvdK 255) t. W. Barnard; m. H. Smart

Ere zij aan God de Vader (LvdK 255) t. W. Barnard; m. H. Smart

Ere zij aan God de Vader (LvdK 255) t. W. Barnard; m. H. Smart

Ere zij aan God de Vader (LvdK 255) t. W. Barnard; m. H. Smart

Ere zij aan God de Vader (LvdK 255) t. W. Barnard; m. H. Smart

Ere zij aan God de Vader (LvdK 255) t. W. Barnard; m. H. Smart

JdH 7Als g‘ in nood gezeten

Als g' in nood gezeten, geen uitkomst ziet,

wil dan nooit vergeten: God verlaat u niet.

Vrees toch geen nood! 's Heren trouw is groot,

en op 't nacht'lijk duister, volgt het morgenrood.

Schoon stormen woeden, ducht toch geen kwaad;

God zal u behoeden, uw toeverlaat.

God blijft voor u zorgen, goed is de Heer,

en met elke morgen, keert Zijn goedheid weer. Schoon g' in 't verdriet, nergens uitkomst ziet,

groter dan de Helper,

is de nood toch niet. Wat ons ontviele, Redder in nood,

red slechts onze ziele, uit zond' en dood.

JdH 5Al de weg leidt mij mijn Heiland

Al de weg leidt mij mijn Heiland (JdH 5) t. M.S. Bromer; m. R. Lowry

Al de weg leidt mij mijn Heiland (JdH 5) t. M.S. Bromer; m. R. Lowry

Al de weg leidt mij mijn Heiland (JdH 5) t. M.S. Bromer; m. R. Lowry

Al de weg leidt mij mijn Heiland (JdH 5) t. M.S. Bromer; m. R. Lowry

Al de weg leidt mij mijn Heiland (JdH 5) t. M.S. Bromer; m. R. Lowry

Al de weg leidt mij mijn Heiland (JdH 5) t. M.S. Bromer; m. R. Lowry

Al de weg leidt mij mijn Heiland (JdH 5) t. M.S. Bromer; m. R. Lowry

Al de weg leidt mij mijn Heiland (JdH 5) t. M.S. Bromer; m. R. Lowry

Al de weg leidt mij mijn Heiland (JdH 5) t. M.S. Bromer; m. R. Lowry

Gedicht

JdH 19‘k ben reizend naar die stad

1 Allen

 'k Ben reizend naar die stad, waar Christus 't licht zal zijn, 

om eeuwig daar te zijn bij Hem, 

bevrijd van zorg en pijn.

Refrein Allen

Geen smart meer daar omhoog, geen smart meer daar omhoog;

God Zelf wist daar de tranen droog,

geen smart meer daar omhoog.

2 Vrouwen

Al 't schoon op aarde kleeft de vloek der zonde aan,

maar in die reine stad kan nooit de zonde binnengaan.

Refrein Allen

Geen smart meer daar omhoog, geen smart meer daar omhoog;

God Zelf wist daar de tranen droog,

geen smart meer daar omhoog.

3 Mannen

Daar is geen dood, geen rouw, geen leed, geen zielsangst meer;

maar eeuw'ge blijdschap wacht de ziel

daar boven bij de Heer.

Refrein Allen

Geen smart meer daar omhoog, geen smart meer daar omhoog;

God Zelf wist daar de tranen droog,

geen smart meer daar omhoog.

4 Allen

Daar is de strijd voorbij, daar wacht de gloriekroon;

daar vindt de ware strijder rust, en God Zelf is zijn loon.

Refrein Allen

Geen smart meer daar omhoog, geen smart meer daar omhoog;

God Zelf wist daar de tranen droog,

geen smart meer daar omhoog.

JdH 53 – 1, 2, 4, 5Ga niet alleen door ‘t leven

Ga niet alleen door ‘t leven (EL 223)

t. & m.: J.H. Gunning

Ga niet alleen door ‘t leven (EL 223)

t. & m.: J.H. Gunning

Ga niet alleen door ‘t leven (EL 223)

t. & m.: J.H. Gunning

Ga niet alleen door ‘t leven (EL 223)

t. & m.: J.H. Gunning

Ga niet alleen door ‘t leven (EL 223)

t. & m.: J.H. Gunning

Ga niet alleen door ‘t leven (EL 223)

t. & m.: J.H. Gunning

Ga niet alleen door ‘t leven (EL 223)

t. & m.: J.H. Gunning

Ga niet alleen door ‘t leven (EL 223)

t. & m.: J.H. Gunning

JdH 60 ‘K ben een koninklijk kind

1Allen 'k Ben een koninklijk kind, door

de Vader bemind, en 'k zal wonen in 's Konings paleis.

In die stad nooit aanschouwd, met straten van goud:

glorievol als een schoon paradijs.

Refrein Allen 'k Ben een koninklijk kind

door de Vader bemind, en Zijn oog rust zo teder op mij! Als de daag'raad straks gloort,

de bazuin wordt gehoord, roept Hij mij om te staan

aan Zijn zij!

2 Mannen 'k Ben een koninklijk kind,

niet slechts dienstknecht of vrind, 'k ben gekocht met het bloed van

mijn Heer! En dat bloed geeft mij recht, meer te zijn dan een knecht,

'k ben Gods kind, dat verblijdt mij zo zeer.

Refrein Allen 'k Ben een koninklijk kind

door de Vader bemind, en Zijn oog rust zo teder op mij! Als de daag'raad straks gloort,

de bazuin wordt gehoord, roept Hij mij om te staan

aan Zijn zij!

3 Vrouwen 'k Ben een koninklijk kind,

dat zijn vreugd daar in vindt, God te loven met jub'lende stem!

Tot ik sta voor de poort, van het hemelse oord,

waar ik zijn zal voor eeuwig met Hem!

Refrein Allen 'k Ben een koninklijk kind

door de Vader bemind, en Zijn oog rust zo teder op mij! Als de daag'raad straks gloort,

de bazuin wordt gehoord, roept Hij mij om te staan

aan Zijn zij!

Gedicht

JdH 41De nacht vlood heen

1 AllenDe nacht vlood heen, 't is helder dag!

Er is blijdschap in mijn ziel! Mijn vrees is weg, Gods vreê woont

daar, er is vreugde in mijn ziel!

Refrein Allen Er is vreugde, hemelvreugde,

hemelvreugde hier op aard. Te weten Jezus mint ook mij,

is mij meer dan alles waard.

2 MannenMijn tranen droogde Jezus' hand,

er is vreugde in mijn smart. k Ben pelgrim naar het

hemels land, doch met blijdschap in mijn hart!

Refrein Allen Er is vreugde, hemelvreugde,

hemelvreugde hier op aard. Te weten Jezus mint ook mij,

is mij meer dan alles waard.

3 Vrouwen Eens was mijn hart vol duisternis,

maar God sprak eens: "Daar zij licht!"

Nu heb 'k een hemel reeds op aard

en een hemel nog in 't zicht.

Refrein Allen Er is vreugde, hemelvreugde,

hemelvreugde hier op aard. Te weten Jezus mint ook mij,

is mij meer dan alles waard.

4 MannenDoor Jezus' macht, door Hem

alleen, kan ik overwinnaar zijn;

en waar ik kom, ik jubel luid: ja, des Heilands bloed

maakt rein.

Refrein Allen Er is vreugde, hemelvreugde,

hemelvreugde hier op aard. Te weten Jezus mint ook mij,

is mij meer dan alles waard.

5 VrouwenEn is de weg soms ruw en steil,

toch blijft blijdschap in mijn smart,

want Jezus Zelf bestiert mijn weg, en houdt blijdschap in mijn hart.

Refrein Allen Er is vreugde, hemelvreugde,

hemelvreugde hier op aard. Te weten Jezus mint ook mij,

is mij meer dan alles waard.

JdH 43Lof en ere

1 Allen Dierb're Heiland, mijn Verlosser.

'k Ben de Uwe, Godd'lijk Lam! In Uw bloed ben ik gereinigd,

lof en ere zij het Lam.

Refrein Allen Lof en ere, halleluja!

Lof en ere zij het Lam! In Uw bloed ben ik gereinigd; 

lof en ere zij het Lam!

2 Vrouwen Lang heb ik gezocht naar vrede, met een bang beklemd gemoed;

nu heb ik de rust gevonden, slechts vertrouwend op

Zijn bloed.

Refrein Allen Lof en ere, halleluja!

Lof en ere zij het Lam! In Uw bloed ben ik gereinigd; 

lof en ere zij het Lam!

3  Mannen 'k Leef nu slechts in stil

vertrouwen want Uw bloed neemt weg mijn

smart; 'k vind mijn kracht nu in de

heilbron, vloeiend' uit mijns Heilands hart.

Refrein Allen Lof en ere, halleluja!

Lof en ere zij het Lam! In Uw bloed ben ik gereinigd; 

lof en ere zij het Lam!

4 Allen Aan Uw dienst gewijd voor

eeuwig, leef en sterf ik aan Uw zij.

Tot Uw eer zal 'k steeds betuigen Uw genade, rijk en vrij.

Refrein Allen Lof en ere, halleluja!

Lof en ere zij het Lam! In Uw bloed ben ik gereinigd; 

lof en ere zij het Lam!

JdH 15Als de Heiland zal verschijnen

1 Allen Als de Heiland zal verschijnen

in glorie op aard, met Zijn kind'ren, al de Zijnen

om zich heen geschaard,

Refrein Allen  o, dan zullen zij juichen,

rondom Jezus' troon; 's Heren lof dan vermelden,

zo heerlijk en schoon.

2 Vrouwen Als de Meester zal vergaad'ren

van heinde en veer, die Hem volgen op Zijn wenken.

steeds zoekend Zijn eer.

Refrein Allen  o, dan zullen zij juichen,

rondom Jezus' troon; 's Heren lof dan vermelden,

zo heerlijk en schoon.

3 MannenAls het Lam Gods op de wolken

van zuid en van noord zal verzaam'len uit de volken,

wie Hem toebehoort.

Refrein Allen  o, dan zullen zij juichen,

rondom Jezus' troon; 's Heren lof dan vermelden,

zo heerlijk en schoon.

4 AllenO, mijn ziele, blijf dan waken

en wachten op Hem, want dat tijdstip zal dra naken,

ja, let op Zijn stem.

Refrein Allen  o, dan zullen zij juichen,

rondom Jezus' troon; 's Heren lof dan vermelden,

zo heerlijk en schoon.

Danken

Collecte 1ste landelijke collecte2de onkosten

Zegenliederen JdH 67 – 1, 2 Neem Heer mijn beide handen

1 Neem, Heer, mijn beide handen in Uwe hand,

opdat ik niet zal stranden in 's vijands land.

Verzoeking lokt mijn schreden, naar 's afgronds steile rand.

O, neem dan beî mijn handen in Uwe hand.

2 Met U slechts reis ik veilig, O, houd mij vast.

De weg is vol gevaren, draag Gij mijn last.

Verbreek, Heer, ied're afgod, ja, ied're zondeband,

O, neem mijn beide handen in Uwe hand.

Zegenliederen JdH 57 Er komen stromen van zegen

Er komen stromen van zegen (JdH 57)(OT 113) t. J. de Heer; m. J. McGranahan

Er komen stromen van zegen (JdH 57)(OT 113) t. J. de Heer; m. J. McGranahan

Er komen stromen van zegen (JdH 57)(OT 113) t. J. de Heer; m. J. McGranahan

Er komen stromen van zegen (JdH 57)(OT 113) t. J. de Heer; m. J. McGranahan

Er komen stromen van zegen (JdH 57)(OT 113) t. J. de Heer; m. J. McGranahan

Er komen stromen van zegen (JdH 57)(OT 113) t. J. de Heer; m. J. McGranahan

Zegenliederen JdH 289 God zij met u tot ons wederzien

God zij met u tot ons wederzien,Hij, de Heer der legerscharen,Hij zal uwe gang bewaren,God zij met u tot ons wederzien.

God zij met u tot ons wederzien,ga met God en wees een zegen,voorspoed geev’ Hij op uw wegen,God zij met u tot ons wederzien.

God zij met u tot ons wederzien. Hij zal uwe arbeid lonen

en uw werk met zielen kronen; God zij met u tot ons wederzien.

God zij met u tot ons wederzien,hier op aard’ of eens daarbovenwaar wij na de strijd hem loven,God zij met u tot ons wederzien.

Fijn, zo te zingen met elkaar ter ere van de opgestane Heer!!