2
gaat naar school vives Dit is leuk! Op het Wartburg College in Rotterdam maken de leerlingen zelf apps. Nog leuker: ze hebben ook nog eens geholpen met het tot stand brengen van een leerboek over het ontwikkelen van apps. En het allerleukst: nu kunnen ook leerlingen op andere scholen leren hoe ze zelf apps maken. Adriaan Gijssen weet wel wat zijn leerlingen aan- spreekt. “Kinderen gebruiken dagelijks apps, of: applicaties, omdat ze dat leuk vinden. Dan is het natuurlijk geweldig als je zelf ook apps kunt maken. Voor jezelf, voor je vrienden, maar je kunt ze ook nog eens aanbieden in Apple’s App Store of in Google Play. Dus het ontwikkelen van apps wilde ik wel in het lesprogramma van 6 vwo introduceren. De eindtermen voor vwo-6 zijn redelijk ruim; je bent aardig vrij in wat je kunt doen. Dus het zou moeten kunnen. Alleen … er bleek nog helemaal geen leerboek over dit onderwerp te zijn. Ja, genoeg algemene boeken over het maken van apps, maar geen één dat speciaal voor het onderwijs geschre- ven is. Daarom besloot ik zelf een leerboek over apps te maken. Met behulp van de leerlingen.” Onderscheiden Het boek moest zich onderscheiden van de bestaande boeken over het maken van apps door opdrachtgericht te zijn, door een gestructureerde werkwijze, door het taalgebruik en het uitgangs- punt dat de lezer geen programmeerervaring heeft. “Na een half jaar had ik de tekst klaar en heb ik de leerlingen een papieren exemplaar gegeven, met de opdracht: loop door de tekst, haal de taalfouten eruit, geef aan als er onlogische of foute dingen in staan, kijk of de schrijfstijl je aanspreekt, enzovoort. Een veelzijdige opdracht waar de leerlingen enthou- siast aan gewerkt hebben.” Niet het eerste leerboek Het is overigens niet het eerste boek dat Gijssen voor en met zijn leerlingen maakte. Al eerder schreef hij met zijn collega Rien den Besten een leerboek over VB.NET en over het programmeren in PHP en MySQL. “We wilden les geven over deze onderwerpen, maar er waren geen actuele leer- boeken beschikbaar. Dus we dachten: ‘Doe eens gek, we schrijven het zelf.’ We hadden inmiddels al heel veel Powerpoint-presentaties gemaakt over deze onderwerpen, dus die konden goed als basis dienen. In eerste instantie was het boek alleen voor intern gebruik bedoeld, maar uiteindelijk waren meerdere scholen geïnteresseerd en zijn de boeken uitgegeven. De leerlingen zijn er erg trots op.”  Adobe Flash Professional en ActionScript 3.0 “In de eerste app-lessen leg ik het idee achter apps uit. Het gaat zowel om apps voor Apple iOS-apparaten als om apps voor apparaten die op Android draaien. Na de eerste theorie laat ik de leerlingen al meteen een eenvoudige app maken, met Adobe Flash Professional. Dat is wel een vrij complex programma en daarom geef ik alleen een soort inleiding. Omdat de leerlingen eerder al geleerd hebben te programmeren met een objectgeörienteerde programmeertaal, krijgen de leerlingen ook les over een paar programmeerelementen in combi- natie met ActionScript 3.0, de programmeertaal waarin je met Adobe Flash Professional werkt. Alle standaard apps op de iPhone of iPad zijn overigens door Apple zelf ontwikkeld”, gaat Gijssen verder. “Die maken ze in de programmeertaal Objective-C. Omdat deze taal een andere syntax heeft dan de meeste objectgeoriënteerde programmeertalen, is het voor leerlingen lastig om hiermee te werken. Aan de andere kant heeft Ojective-C heel veel voor- delen. De performance en vormgeving van de apps die je hiermee maakt, sluiten helemaal aan bij een iOS-apparaat en je kunt met deze apps gebruikma- ken van specifieke onderdelen in het iOS-apparaat, zoals de camera of bewegingssensor. Ik schenk hier kort aandacht aan in de klas”, zegt Adriaan, “maar ik gebruik toch liever de programmeertaal ActionScript 3.0, omdat dit zeker voor de leerlingen eenvoudiger is.” “Na de eerste theorie laat ik leerlingen meteen een envoudige app maken.” VIVES 128 36 tekst: christa rompas

36 tekst: christa rompas vivesinstruct.nl/fileadmin/Instruct/Actueel/vives_interview... · 2012-10-18 · geen één dat speciaal voor het onderwijs geschre- ... het andere voor het

  • Upload
    others

  • View
    5

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

gaat

naarschoolvives

Dit is leuk! Op het Wartburg College in Rotterdam maken de leerlingen zelf apps. Nog leuker: ze hebben ook nog eens geholpen met het tot stand brengen van een leerboek over het ontwikkelen van apps. En het allerleukst: nu kunnen ook leerlingen op andere scholen leren hoe ze zelf apps maken.

Adriaan Gijssen weet wel wat zijn leerlingen aan-spreekt. “Kinderen gebruiken dagelijks apps, of: applicaties, omdat ze dat leuk vinden. Dan is het natuurlijk geweldig als je zelf ook apps kunt maken. Voor jezelf, voor je vrienden, maar je kunt ze ook nog eens aanbieden in Apple’s App Store of in Google Play. Dus het ontwikkelen van apps wilde ik wel in het lesprogramma van 6 vwo introduceren. De eindtermen voor vwo-6 zijn redelijk ruim; je bent aardig vrij in wat je kunt doen. Dus het zou moeten kunnen. Alleen … er bleek nog helemaal geen leerboek over dit onderwerp te zijn. Ja, genoeg algemene boeken over het maken van apps, maar geen één dat speciaal voor het onderwijs geschre-ven is. Daarom besloot ik zelf een leerboek over apps te maken. Met behulp van de leerlingen.”

OnderscheidenHet boek moest zich onderscheiden van de bestaande boeken over het maken van apps door opdrachtgericht te zijn, door een gestructureerde werkwijze, door het taalgebruik en het uitgangs-punt dat de lezer geen programmeerervaring heeft. “Na een half jaar had ik de tekst klaar en heb ik de leerlingen een papieren exemplaar gegeven, met de opdracht: loop door de tekst, haal de taalfouten eruit, geef aan als er onlogische of foute dingen in staan, kijk of de schrijfstijl je aanspreekt, enzovoort. Een veelzijdige opdracht waar de leerlingen enthou-siast aan gewerkt hebben.”

Niet het eerste leerboekHet is overigens niet het eerste boek dat Gijssen voor en met zijn leerlingen maakte. Al eerder schreef hij met zijn collega Rien den Besten een leerboek over VB.NET en over het programmeren in PHP en MySQL. “We wilden les geven over deze onderwerpen, maar er waren geen actuele leer-boeken beschikbaar. Dus we dachten: ‘Doe eens gek, we schrijven het zelf.’ We hadden inmiddels al heel veel Powerpoint-presentaties gemaakt over deze onderwerpen, dus die konden goed als basis dienen. In eerste instantie was het boek alleen voor intern gebruik bedoeld, maar uiteindelijk waren meerdere scholen geïnteresseerd en zijn de boeken uitgegeven. De leerlingen zijn er erg trots op.” Adobe Flash Professional en ActionScript 3.0“In de eerste app-lessen leg ik het idee achter apps uit. Het gaat zowel om apps voor Apple iOS-apparaten als om apps voor apparaten die op Android draaien. Na de eerste theorie laat ik de leerlingen al meteen een eenvoudige app maken, met Adobe Flash Professional. Dat is wel een vrij complex programma en daarom geef ik alleen een soort inleiding. Omdat de leerlingen eerder al geleerd hebben te programmeren met een objectgeörienteerde programmeertaal, krijgen de leerlingen ook les over een paar programmeerelementen in combi-natie met ActionScript 3.0, de programmeertaal

waarin je met Adobe Flash Professional werkt. Alle standaard apps op de iPhone of iPad zijn overigens door Apple zelf ontwikkeld”, gaat Gijssen verder. “Die maken ze in de programmeertaal Objective-C. Omdat deze taal een andere syntax heeft dan de meeste objectgeoriënteerde programmeertalen, is het voor leerlingen lastig om hiermee te werken.

Aan de andere kant heeft Ojective-C heel veel voor-delen. De performance en vormgeving van de apps die je hiermee maakt, sluiten helemaal aan bij een iOS-apparaat en je kunt met deze apps gebruikma-ken van specifi eke onderdelen in het iOS-apparaat, zoals de camera of bewegingssensor. Ik schenk hier kort aandacht aan in de klas”, zegt Adriaan, “maar ik gebruik toch liever de programmeertaal ActionScript 3.0, omdat dit zeker voor de leerlingen eenvoudiger is.”

“Na de eerste theorie laat ik leerlingen meteen een envoudige app maken.”

VIVES 128 VIVES 128

36 tekst: christa rompas

Naam school: Wartburg CollegePlaats: RotterdamSoort onderwijs: Voortgezet onderwijsAantal leerlingen: 1750Aantal leraren: 150 Naam: Adriaan GijssenFuctie: leerkracht Informatica, ict-locatieverantwoordelijke en ELO-coördinator

Teken-appwedstrijd“Maar goed, het leukste is natuurlijk om zelf apps te maken, dus daar leg ik de nadruk op. Eerst eenvou-dige opdrachten, die geleidelijk steeds moeilijker worden. Zo leer ik de leerlingen hoe ze een appli-catie kunnen maken die uit meerdere schermen bestaat. Ik heb ook een wedstrijd uitgeschreven: wie maakt de leukste app waarbij het mogelijk is om met je vingers een tekening te maken? Daarbij was onder meer het design belangrijk. Bijvoorbeeld: hoe zijn de knoppen vormgegeven? Ook moesten de leerlingen een presentatie houden waarin ze vertelden over de keuzes die ze in het ontwikkel-proces waren tegengekomen en waarin ze moesten beargumenteerden waarom ze voor bepaalde oplossingen gekozen hadden. Er zijn heel creatieve ideeën gekomen.”“Tijdens een andere vrije opdracht heeft een groepje leerlingen een app voor de Gamma bedacht. Zij hadden het idee om de stickertjes die op de schappen zitten [die gescand worden om inzicht te hebben in de voorraad van de winkel] zo in te richten, dat de klant deze met zijn mobiel kan scannen en dan via de app heel veel informatie krijgt over het product. Je moet er maar op komen en het kunnen uitvoeren!” Wie is het?“Ook doe ik ieder leerjaar in de VB.NET-lessen een groot klassikaal project. Ik verdeel de klas in

kleine groepjes, met ieder zijn eigen taak. Vorig jaar moesten de groepjes samen het spel ‘Wie is het?’ maken. Elke groep mocht doen waar hij het beste in was of wat hij het leukst vond om te doen. Zo was er één groepje dat niet zo goed was in program-meren, maar wel heel goed in tekenen. Nou, die gingen de vormgeving doen. Een ander groepje dat juist weer heel sterk was in programmeren ging daar mee aan de slag en een groepje dat de structuur en objecten wilde doen, nam dat voor zijn rekening. Zo werden alle taken uitgevoerd die gedaan moesten worden om samen een complete productie te kunnen maken.En dan nog een voorbeeldje van een project dat de leerlingen doen in de PHP-lessen: het opzetten van een battle-systeem. Ook hiervoor moesten ze in groepjes werken en konden ze kiezen welke taak het beste bij hen past. Zo zorgde het ene groepje voor de lay-out, het andere voor het inlogsysteem, zodat de gebruiker online kan inloggen, er kwam een scorebord en er werd een quizsysteem in elkaar gezet. Succes verzekerd!” Handigheidjes“Verder geef ik de leerlingen wat handigheidjes mee die goed van pas kunnen komen tijdens het ontwikkelen van apps voor iOS-apparaten”, gaat Adriaan verder. “Denk aan het commando ‘trace’ van de programmeertaal ActionScript. Ook leg ik uit hoe je de performance van een applicatie op

een mobiel apparaat kunt laten toenemen. De leerlingen zijn altijd verbaasd dat je de app op een mobiel apparaat vijf keer zo snel kunt maken, alleen maar door bij iedere variabele een datatype toe te voegen!”De leerlingen kunnen de apps ook eenvoudig thuis maken. “Het leuke is dat de leerlingen een native applicatie [dat is een applicatie die specifi ek voor een bepaald product, een iOS-apparaat of een Android-apparaat, is ontwikkeld] vervolgens gratis kunnen aanbieden in Apple’s AppStore en in Google Play, maar ze kunnen er ook een vergoe-ding voor vragen. Je kunt zelf bepalen hoeveel je voor de app vraagt. Groot nadeel is alleen dat je voor de AppStore een Apple Developers Licence moet hebben, en die kost 99 dollar. Bovendien worden de apps eerst heel kritisch bekeken, voordat ze toegelaten worden. Als ze al toegelaten worden… De drempel voor Google Play is een stuk lager: de eisen van Google zijn minder streng en je hebt alleen een account nodig dat je eenmalig 25 dollar kost.Wie weet is er een ondernemende leerling die er nog wat aan overhoudt ook!” ■

A.C. Gijssen: Fundament Programmeren; Ontwikkelen van Apps voor iOS en Android [Instruct Educatieve Uitgeverij, 2012]

www.wartburg.nl

VIVES 128 VIVES 128

37