5
rengt plezier in ouw afdeling Wat gaan we doen Jaarlijks is er de grote voorjaarstrek van amfibieën van hun winterschuilplaats naar de poel waar ze voortplanten. Omdat daarbij vaak drukke wegen moeten worden overgestoken, komen hierbij veel amfibieën om. Op vele plaatsen volgt Natuurpunt op waar en wanneer ze het best een paddenoverzetace organiseren om zoveel mogelijk dieren te redden. Samen met Natuurpunt en vele andere vrijwilligers gaan we op het drukste moment van de trek veel amfibieën een stukje op weg helpen naar de poel. PAddenoverzet activiteitenfiche voor jouw afdeling ini De wees Wie Leuk met piepers en ini’s. Ook ouders kunnen helpen. Waar Op plaatsen waar veel amfibieën de wegen oversteken. Contacteer de Amfibieën en RepelenWerkGroep (ARWG) van JNM ([email protected]) of de lokale Natuurpunt afdeling om te weten waar veel padden trekken en waar er al aces plaatsvinden. Wanneer De trek komt op gang bij de eerste zachte regenachge nacht met temperaturen rond de 6-9° C. Dit varieert dus van jaar tot jaar. Maar meestal is dit gedurende 2-4 weken jdens februari-maart. De meeste trek vindt plaats tussen 19u en 22u. Na een late regenbui kan de trek ook pas beginnen na middernacht. Wat meebrengen Maak dat je kledij aangepast is aan het weer (vochg en fris). Piep NAtuur

Activiteitenfiche Paddenoverzet

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Hoe kan ik in mijn buurt helpen met een paddenoverzetactie?

Citation preview

brengt plezier in jouw afdeling

Wat gaan we doenJaarlijks is er de grote voorjaarstrek van amfibieën van hun winterschuilplaats naar de poel waar ze voortplanten. Omdat daarbij vaak drukke wegen moeten worden overgestoken, komen hierbij veel amfibieën om.

Op vele plaatsen volgt Natuurpunt op waar en wanneer ze het best een paddenoverzetactie organiseren om zoveel mogelijk dieren te redden. Samen met Natuurpunt en vele andere vrijwilligers gaan we op het drukste moment van de trek veel amfibieën een stukje op weg helpen naar de poel.

PAddenoverzetactiviteitenfiche voor jouw afdeling

ini

De weesWie Leuk met piepers en ini’s. Ook ouders kunnen helpen.

Waar Op plaatsen waar veel amfibieën de wegen oversteken. Contacteer de Amfibieën en ReptielenWerkGroep (ARWG) van JNM ([email protected]) of de lokale Natuurpunt afdeling om te weten waar veel padden trekken en waar er al acties plaatsvinden.

Wanneer De trek komt op gang bij de eerste zachte regenachtige nacht met temperaturen rond de 6-9° C. Dit varieert dus van jaar tot jaar. Maar meestal is dit gedurende 2-4 weken tijdens februari-maart. De meeste trek vindt plaats tussen 19u en 22u. Na een late regenbui kan de trek ook pas beginnen na middernacht.

Wat meebrengen Maak dat je kledij aangepast is aan het weer (vochtig en fris).

Piep

NAtuur

Type maatregelenEr zijn verschillende mogelijkheden om amfibieën te beschermen tijdens hun trek, elk met een bepaald gevolg voor het dier:

• Automobilisten waarschuwen (geen gevolg?)

• Zonder installaties: oppakken en overzetten (geen gevolg?)

• Met installaties: afschermingen en valkuilen (de trek wordt onderbroken)

• Tunnels en veilige oversteekplaatsen (de trekroute wordt gewijzigd)

• Nieuw landbiotoop creëren als alternatief zomerverblijf (het landbiotoop wordt gewijzigd)

• Nieuwe voortplantingsplaats aanleggen in bestaand zomerverblijf (de voorplantingsplaats wordt

gewijzigd)

De meest gekende, effectieve en makkelijkste manier om amfibieën te beschermen tegen het verkeer is het plaatsen van schermen met valkuilen langs de kant van de weg. Schermen van min 40cm hoog met iedere 15-20m een valkuil voor de amfibieën. Als de weersomstandigheden geschikt zijn voor trek, moeten de valkuilen elke dag door een vrijwilliger gecontroleerd worden en overgezet. Op treknachten dreigen emmers na een nacht overvol te geraken, dus zelf nog laat op de avond moeten padden worden overgezet.

Wil je meer info over amfibieën en over het hoe, waarom, waar, wanneer van de paddentrek en overzet acties. Dan vind je al heel wat meer op de website van Natuurpunt. Surf naar www.jnm.be/paddentrek, en je komt er terecht!

Even geen inspiratie voor een originele activiteit in je afdeling? Kijk dan eens tussen de vele activiteitenfiches die andere afdelingen maakten. Je vindt ze allemaal samen op www.jnm.be/activiteitenfiches.

Of heb je met je afdeling een succesvolle activiteit die je wil delen met andere

Enkele Weetjes• Wanneer je amfibieën overzet, doet dit dan meteen aan de andere kant van de weg en breng

ze niet naar het water dat ze willen bereiken. Dit omdat de meeste dieren dan gedesoriënteerd geraken en terugkeren naar de weg.

• Ook moeten de afschermingen een paar centimeter ingegraven worden want gaten tussen de afscherming en de bodem worden onmiddellijk door amfibieën ontdekt.

• Om kleine zoogdieren en insecten terug uit valkuilemmers te kunnen laten ontsnappen is het aangewezen om een stok schuin in de emmers te plaatsen.rs laat meebrengen.

Trekgedrag van AmfibieenAlle inheemse amfibieën bewonen verschillende leefgebieden die in de loop van het jaar variëren. Deze deelbiotopen zijn een overwinteringsplaats, een plaats om voort te planten en een zomerverblijf. Omdat deze 3 biotopen zelden samen voorkomen, moeten de dieren zich verplaatsen, wat we trekgedrag noemen. Als de dieren tijdens hun migratie een verkeersweg moeten oversteken, eist dit vaak verkeersslachtoffers.

Wanneer veel amfibieën gelijktijdig langs dezelfde route trekken is het wenselijk om overzetacties te houden om slachtoffers te voorkomen. De meest opvallende en gekende trek is deze de voorjaarstrek of heentrek. Volwassen dieren trekken hierbij van het winterbiotoop naar de voortplantingsplaats in het water. Een poel, beek of vijver. Omdat tijdens deze trek het meest amfibieën tijdens een korte periode samen trekken, is een paddenoverzetactie juist dan echt de moeite.

Wanneer de paddentrek start, hangt af van temperatuur, vochtigheid en het trekgedrag van de amfibie… Maar het weer is dus een belangrijke factor. Jaarlijks varieert het exacte moment dan ook, maar meestal is de trek 2-4 weken tijdens februari-maart.

Wil je hier meer over te weten komen, surf dan via www.jnm.be/paddentrek naar de website van Natuurpunt.

AAn de slagHelp met je piepers of ini’s ’s avonds eens mee met padden overzetten! Contacteer daarvoor de ARWG op [email protected] of de lokale Natuurpunt afdeling. Zij zoeken dan voor jou uit welke acties er in jou buurt worden georganiseerd en brengen je in contact met de plaatselijke verantwoordelijke.

Meestal wordt er gewerkt met een mailinglijst. Eenmaal de weersomstandigheden goed zijn, worden de mensen die willen meehelpen verwittigd via mail. Vermits het moeilijk te voorspellen is wanneer de amfibieëntrek op gang komt, zullen de activiteiten ook last minute georganiseerd worden. Op de eerste warme (ongeveer 7°), vochtige (regenachtige) avond komt de paddentrek op gang. Eens de trek op gang is, duurt deze zo’n 2-4 weken, altijd tussen 19u en 22u. Als de geschikte weersomstandigheden er zijn, kan je in deze periode dus padden gaan overzetten.

Wanneer je dus aan de plaatselijke verantwoordelijke hebt laten weten dat je wilt meehelpen, en je krijgt van hem/haar een seintje, kan je je leden bellen of mailen dat er zeer binnenkort een avondactiviteit georganiseerd worden. Een belboom is ook een optie.

Even geen inspiratie voor een originele activiteit in je afdeling? Kijk dan eens tussen de vele activiteitenfiches die andere afdelingen maakten. Je vindt ze allemaal samen op www.jnm.be/activiteitenfiches.Of heb je met je afdeling een succesvolle activiteit die je wil delen met andere afdelingen? Stuur ze dan zeker door naar [email protected]!

Met dank aan de Amfibieën- en Reptielenwerkgroep (ARWG) voor deze fiche.

De bijlages

Het metamorfosespelStap 1: Alle piepers krijgen een kaartje met kikkerdril erop. De piepers zijn nu nog kikkerdril en moeten het eerste veld over rollen met hun kaartje waar kikkerdril opstaat. Als ze de overkant bereiken, krijgen ze in de kleine ruimte tussen het eerste en tweede veld een nieuw kaartje met een kikkervisje op in ruil tegen hun kikkerdrilkaartje.

Stap 2: dit veld moet worden overgestoken als kikkervisje. Hier mogen de piepers gewoon overlopen, maar opgelet, er is hier een vijand, de snoek. De snoek is een begeleider die ook gewoon rondloopt en de piepers probeert te tikken/op te heffen. Als de piepers zijn overgeraakt krijgen ze in de overgang van het tweede veld naar het derde veld een ander kaartje: met een kikker er op. Als de piepers worden opgegeten door de snoek moeten ze helemaal opnieuw beginnen en hun kaartje afgeven.

Stap 3: het laatste veld moet overgestoken worden als kikker. Al springend zullen de piepers de oversteek wagen, maar pas op! Ook hier zijn er vijanden. Een begeleider speelt voor ooievaar of reiger en probeert op 1 been de piepers te tikken. Als de pieper is overgeraakt is hij/zij volledig gemetaformoseerd van kikkerdril in een kikker! Wordt de pieper getikt, moet hij/zij helemaal opnieuw beginnen en hun kaartje afgeven

Baken eerst duidelijk het spel terrein af. Je begint bij stap 1 en overloopt dit tot stap 3. Het spel kan gespeeld worden tot er een bepaald aantal volwassen kikkers zijn bereikt (afhankelijk van het aantal spelende piepers). Als een pieper de transformatie helemaal heeft doorlopen kan hij/zij opnieuw beginnen als kikkerdril. Speel het spel tot dat elke pieper minstens 1 keer de transformatie heeft kunnen volbrengen.

Benodigdheden:

• Iets om je terrein mee af te bakenen (touw/lint/…)

• Genoeg begeleiding (6-tal)

• 20-tal kaartjes met kikkerdril op

• 20-tal kaartjes met kikkervisjes

• 20-tal kaartjes met kikkers erop

(aantallen afhankelijk van aantal deelnemende piepers)

Paddenoverzet/amfibieentrek spelletjeZoogdieren zijn zeer schuw, dus als je ze wil zien, wees dan rustig.

Je bakent een terrein af dat de piepers zullen moeten oversteken. Deze ‘weg’ is één van de grootste hindernissen voor trekkende amfibieën.

Je kan de piepers uitleggen dat de winter net voorbij is, de padden en kikkers ontwaken en richting hun poel trekken om een partner te vinden.

Om de piepers wat op te warmen laat je ze eerst de weg oversteken als padden. De piepers moeten dan zo snel mogelijk kruipen op handen en voeten, zoals een pad, tot ze veilig de overkant van de weg hebben bereikt. Vervolgens keren de piepers terug naar de andere kant van de weg, waar ze de weg nog is kunnen oversteken. Deze keer zijn ze bruine kikkers en kunnen ze al springend hun overtocht maken, dit gaat veel sneller.

Je kan de piepers uitleggen dat daarom padden vaker worden aangereden door auto’s, omdat ze trager zijn en dat bij een overzetactie daarom de pad steeds centraal staat.

Onderweg kunnen padden ook al een partner vinden en mannetjes die zich willen verzekeren van een paarpartner klemmen zich vaak vast aan de vrouwelijke (meestal grotere) padden. Dit noemt men amplexus houding. (die moeilijke naam kan je weglaten bij piepers). Je kan nu de piepers laten oversteken in amplexus houding. Elke pieper neemt iemand op de rug en steekt zo over (bij oneven aantal piepers kan een begeleider meedoen).

Tenslotte kan je auto’s aan het spel toevoegen. Het spel wordt dan een variant van ‘dikke bertha’ de piepers lopen over en de begeleiders (de auto’s) proberen ze op te pakken. Je kan het spel een andere naam geven bijvoorbeeld ‘stoeme auto’ ipv ‘dikke bertha’. De laatst overgebleven pieper is de meest succesvolle kikker/pad.

De bijlages