99
Bestemmingsplan Noordschans voorontwerp

Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

  • Upload
    others

  • View
    0

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

BestemmingsplanNoordschansvoorontwerp

Page 2: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

BestemmingsplanNoordschansvoorontwerp

Page 3: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

BestemmingsplanNoordschans

Toelichting

Page 4: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

 

Page 5: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bestemmingsplan NoordschansGemeente Moerdijk

projectnr. 0259299.00revisie 04augustus 2013

Opdrachtgever

datum vrijgave beschrijving revisie 04 goedkeuring vrijgave

21-08-2013 Voorontwerp ing. M. Fransen drs. E.H. Oude Weernink

auteurs:T. VermueM. FransenM.E.C. Mutsaers

Gemeente MoerdijkPostbus 44760 AA Zevenbergen

Page 6: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Projectgroep bestaande uit:

Datum van uitgave:21 augustus 2013

Contactadres:

Copyright © 2013 Ingenieursbureau OranjewoudNiets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt door middel van druk,fotokopie, elektronisch of op welke wijze dan ook, zonder schriftelijke toestemming van de auteurs.

Colofon

M. FransenT. VermueJ. LendersM. Mutsaers

Beneluxweg 74904 SJ OOSTERHOUTPostbus 404900 AA OOSTERHOUT

Page 7: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 1 van 37

Inhoud

blz.

1 Inleiding ........................................................................................................31.1 Aanleiding....................................................................................................................3

1.2 Ligging plangebied.....................................................................................................3

1.3 Vigerende bestemmingsplannen ..............................................................................3

1.4 Planvorm......................................................................................................................3

1.5 Leeswijzer....................................................................................................................3

2 Beleidskader.................................................................................................42.1 Rijksbeleid ...................................................................................................................4

2.2 Provinciaal beleid .......................................................................................................5

2.3 Gemeentelijk beleid ....................................................................................................9

2.4 Ruimtelijk-functionele structuur .............................................................................13

2.5 Verkeer.......................................................................................................................14

2.6 Gebiedsvisie..............................................................................................................15

2.7 Ontwikkelingen .........................................................................................................17

3 Juridische planbeschrijving ......................................................................183.1 Bestemmingsregeling ..............................................................................................18

3.2 Toelichting op de verbeelding.................................................................................18

3.3 Toelichting op de regels ..........................................................................................18

4 Onderzoek ..................................................................................................234.1 Bedrijven en milieuzonering....................................................................................23

4.2 Horeca........................................................................................................................24

4.3 Bodem en grondwaterkwaliteit................................................................................25

4.4 Luchtkwaliteit ............................................................................................................25

4.5 Externe veiligheid .....................................................................................................26

4.6 Kabels en leidingen ..................................................................................................28

4.7 Geluidhinder..............................................................................................................28

4.8 Water ..........................................................................................................................29

4.9 Ecologie .....................................................................................................................30

4.10 Archeologie en cultuurhistorie................................................................................32

5 Uitvoerbaarheid..........................................................................................355.1 Economische uitvoerbaarheid ................................................................................35

5.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid ..........................................................................35

5.3 Handhavingsaspecten..............................................................................................35

BijlagenBijlage 1: aanwezige functies binnen het plangebied

Page 8: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 2 van 37

Figuur 1.1: Ligging en globale begrenzing plangebied (bron: Google Maps)

Page 9: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 3 van 37

1 Inleiding

1.1 Aanleiding

De gemeente Moerdijk actualiseert momenteel een groot aantal verouderdebestemmingsplannen in haar gemeente. Naast de actualiseringsplicht welke voortvloeit uit deWet ruimtelijke ordening, dienen bestemmingsplannen vanaf 1 januari 2010 ook digitaalraadpleegbaar te zijn.

De kern Noordschans is een van de kleinere kernen van de gemeente Moerdijk. De kernbestaat voornamelijk uit woongebied en kent een beperkt voorzieningenniveau. Verspreidt overde kern liggen verschillende voorzieningen en bedrijfsfuncties. Het noorden van de kern wordtgekenmerkt door de jachthaven van Noordschans.

1.2 Ligging plangebied

Het plangebied betreft de kern Noordschans. Het plangebied wordt in het noorden begrensddoor het Hollandsch Diep, in het oosten en westen door het buitengebied en in het zuiden doorhet agrarisch gebied gelegen aan de Schansweg en de Groeneweg. De ligging van hetplangebied is weergegeven in figuur 1.1.

1.3 Vigerende bestemmingsplannen

Voor de kern Noordschans gelden momenteel drie bestemmingsplannen die zijn vastgesteldtussen 2003 en 2009 en actualisering behoeven. De bestemmingsplannen Noordschans en deherziening ervan worden vervangen door dit nieuwe bestemmingsplan. De parapluherzieningwordt vervangen voor zover het in het plangebied van dit bestemmingsplan is gelegen.

Voor het plangebied vigeren de volgende bestemmingsplannen:

Bestemmingsplan Vastgesteld Goedgekeurd

Bestemmingsplan "Noordschans" 22-05-2003 16-12-2003

Bestemmingsplan "Noordschans 1e

herziening" 29-05-2007 05-06-2007

Parapluherziening "zone industrielawaaiindustrie enhaventerrein moerdijk" (gedeeltelijk)

29-03-2007 28-01-2009

1.4 Planvorm

Het bestemmingsplan Noordschans biedt een actuele, uniforme en consoliderende regeling,waarbij elke functie zijn eigen bestemming heeft. In dit plan is de nieuwe wet- en regelgeving ophet gebied van de ruimtelijke ordening in acht genomen en tevens is uitgegaan van hetgemeentelijke beleid.

1.5 Leeswijzer

De toelichting is opgebouwd uit vijf hoofdstukken. In het inleidende hoofdstuk wordt ingegaanop de aanleiding, plangebied en planvorm van het bestemmingsplan. Het inleidende hoofdstukomvat tevens de leeswijzer. Relevante beleidskaders van Rijk, provincie/regio/waterschap engemeente, een beschrijving van het plangebied, de functionele aspecten en de gebiedsvisiestaan centraal in hoofdstuk 2. In hoofdstuk 3 volgt een uiteenzetting van de juridische regelinggevolgd door een beschrijving van de realiserings- en uitvoeringsaspecten in hoofdstuk 4. Inhoofdstuk 5 wordt ingegaan op de economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid, dehandhavingaspecten en wordt verslag gedaan van het gevoerde vooroverleg.

Page 10: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 4 van 37

2 Beleidskader

2.1 Rijksbeleid

2.1.1 Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte

De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) is op 13 maart 2012 vastgesteld. Destructuurvisie vervangt onder meer de Nota Ruimte, de Nota Mobiliteit, de StructuurvisieRandstad 2040 en de Mobiliteitsaanpak. Verschillende nationale belangen zijn opgenomen inhet Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) die samen met de structuurvisie inprocedure is gebracht. Hiermee worden de belangen geborgd.

In de SVIR geeft de Rijksoverheid haar visie op de ruimtelijke en mobiliteitsopgaven voorNederland richting 2040 en op de manier waarop zij hiermee om zal gaan. Daarmee biedt heteen kader voor beslissingen die de Rijksoverheid in de periode tot 2028 wil nemen, omNederland concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig te houden. In de structuurvisie maakthet Rijk helder welke nationale belangen zij heeft in het ruimtelijke en mobiliteitsdomein enwelke instrumenten voor deze belangen door de Rijksoverheid worden ingezet.

Overheden, burgers en bedrijven krijgen de ruimte om oplossingen te creëren. Het Rijk gaat zomin mogelijk op de stoel van provincies en gemeenten zitten en richt zich op het versterken vande internationale positie van Nederland en het behartigen van de nationale belangen. DeRijksoverheid brengt het aantal procedures en regels stevig terug en brengt eenheid in hetstelsel van regels voor infrastructuur, water, wonen, milieu, natuur en monumenten.

De nationale ruimtelijke belangen zijn geborgd in het Barro.

ConclusieHet bestemmingsplan past binnen het rijksbeleid gezien de kleinschaligheid en het feit dat ergeen ontwikkelingen meegenomen worden.

2.1.2 Besluit algemene regels ruimtelijke ordening

Het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) regelt de doorwerking van nationalebelangen op ruimtelijk gebied in gemeentelijke bestemmingsplannen door het stellen van dejuridische kaders. Het Barro is ook wel bekend als de AMvB Ruimte. Het besluit is per 30december 2011 in werking getreden. In het huidige Barro zijn opgenomen:

het Project Mainportontwikkeling Rotterdam; militaire terreinen en -objecten; de Wadden; de kust (inclusief primaire kering); de grote rivieren; de Werelderfgoederen.

Per 1 oktober 2012 is een wijziging van het Barro in werking getreden. In deze wijziging zijn devolgende onderwerpen toegevoegd:

reserveringen uitbreidingen weg en spoor; veiligheid vaarwegen; het netwerk voor elektriciteitsvoorziening; de buitendijkse uitbreidingsruimte in het IJsselmeer; bescherming van de (overige) primaire waterkeringen; reservering voor rivierverruiming Maas; de Ecologische Hoofdstructuur (EHS).

Daarnaast is de ladder van duurzame verstedelijking (SER-ladder) opgenomen in het Barro.Deze is alleen van belang indien stedelijke ontwikkelingen worden mogelijk gemaakt. Ditbestemmingsplan betreft een conserverend plan waarin geen stedelijke ontwikkelingen wordenmogelijk gemaakt.

Page 11: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 5 van 37

ConclusieHet Barro heeft betrekking op de grote rivieren waaronder het aan het plangebied grenzendHollandsch Diep valt. Gezien de conserverende aard van dit bestemmingsplan vormt het Barrogeen belemmering.

2.2 Provinciaal beleid

2.2.1 Structuurvisie ruimtelijke ordening Noord-Brabant

Op 1 januari 2011 is de Structuurvisie ruimtelijke ordening Noord-Brabant (SVRO) in werkinggetreden. Provinciale Staten hebben deze op 1 oktober 2010 vastgesteld.

De SVRO van de provincie Noord-Brabant schetst de hoofdlijnen van het provinciaal ruimtelijkbeleid tot 2025 (met een doorkijk naar 2040). De visie is bindend voor het ruimtelijk handelenvan de provincie. Het is de basis voor de wijze waarop de provincie de instrumenten inzet diede Wet ruimtelijke ordening biedt. De visie ondersteunt daarnaast het beleid op andereprovinciale beleidsterreinen. In de Structuurvisie staat welke belangen de provincie wilbehartigen en hoe ze dat wil doen. Daarin is voor de doelen en ambities die bereikt moetenworden per onderwerp aangegeven welke instrumenten de provincie wil inzetten. In eenbeperkt aantal gevallen is gekozen voor het instrument 'planologische verordening'. Op basisvan de structuurvisie heeft het plangebied de aanduiding 'Kernen in het landelijk gebied',‘kerngebied groenblauw’ en ‘accentgebied agrarische ontwikkeling'.

Figuur 2.1: uitsnede Structuurvisie ruimtelijke ordening

Page 12: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 6 van 37

Kernen in het landelijk gebiedNoord-Brabant is naast een provincie met grote steden, een provincie met veel (verschillende)kernen waar het aantrekkelijk is om te wonen en te werken. De kernen in Noord-Brabanthebben elk hun eigen karakter en relatie met het Brabantse landschap.In de kernen in het landelijk gebied met de bijbehorende zoekgebieden voor verstedelijkingwordt de lokale behoefte voor verstedelijking opgevangen (wonen, werken en voorzieningen).De provincie vraagt gemeenten om in regionaal verband afspraken te maken over de verdelingvan het programma voor wonen en werken.De provincie vindt het belangrijk dat gemeenten in hun structuurvisies aandacht geven aan dewijze waarop stedelijke ontwikkelingen het eigen karakter van de kernen en de relatie met hetlandschap kunnen versterken. De stedelijke ontwikkelingen passen qua maat en schaal bij dekern. De ontwerpopgave hangt daarnaast samen met de historische gegroeide identiteit van dekern en omliggend landschap en met de fase van verstedelijking van de kern (suburbaan, dorpsof plattelandskern). Door middel van het opstellen van de gebiedsplannen voor de diversekernen geeft de gemeente invulling aan dit verzoek van de provincie. Meer over dezegebiedsplannen is te vinden in paragraaf 2.3.4.

Kerngebied groenblauwHet ruimtelijke beleid is gericht op behoud, herstel en de ontwikkeling van de natuurlijke enlandschappelijke kwaliteiten. Er is geen ruimte voor (grootschalige of intensieve) ontwikkelingendie niet passen binnen de doelstellingen voor de EHS en beheer/herstel van dewaterstructuren. Bestaande functies en bestaand gebruik binnen de groenblauwe kern wordengerespecteerd.Voor de ontwikkeling van functies binnen de groenblauwe kern gelden de EHS-spelregels,zoals die door het Rijk/IPO zijn afgesproken: het 'nee, tenzij'-principe met toepassing van hetcompensatiebeginsel en met mogelijkheden voor de zogenaamde herbegrenzing ensaldobenadering.

Het kerngebied groenblauw bestaat uit de ecologische hoofdstructuur inclusief de (robuuste)ecologische verbindingszones en waterstructuren zoals beken en kreken. Deze waterstructurenzijn nagenoeg geheel gebaseerd op de Kaderichtlijn Water en de waterlopen met de functieWaternatuur uit het Provinciaal Waterplan 2010-2015.

Accentgebied agrarische ontwikkelingDeze gebieden worden gekenmerkt door mogelijkheden voor een meer dominante positie vande hier aanwezige landbouwsectoren. In deze gebieden ziet de provincie niet alleenontwikkelingsmogelijkheden voor de aanwezige sector maar ook voor activiteiten die gelieerdzijn aan de in het gebied voorkomende agrarische sector mits daarmee een bijdrage wordtgeleverd aan de duurzaamheidsdoelen. Het gaat daarbij onder andere om mogelijkheden voorsamenwerking op het gebied van energie, mestverwerking, opslag en transport, voorbewerkingvan producten en het centraliseren van kennis(ontwikkeling).

ConclusieHet bestemmingsplan is conserverend van aard, hetgeen betekent dat hierin geenontwikkelingen worden meegenomen. Het plan voldoet dan ook aan het bovenstaandeprovinciale beleid.

2.2.2 Verordening Ruimte

Op 17 december 2010 hebben Provinciale Staten de Verordening ruimte Noord-Brabant 2011vastgesteld en deze vervolgens op 25 februari 2011 gewijzigd. De Verordening ruimte is metingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat hetnoodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels die in de Verordening ruimte zijnopgenomen aanpassing behoeven.

Een eerste (integrale) wijziging van de Verordening ruimte heeft geleid tot de vaststelling van deVerordening ruimte 2012 op 11 mei 2012. De verordening is met ingang van 1 juni 2012 inwerking getreden. Gelet op de behoefte aan flexibiliteit is het voornemen om jaarlijks deverordening te actualiseren.

Page 13: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 7 van 37

In de verordening vertaalt de provincie de kaderstellende elementen uit de structuurvisie inregels die van toepassing zijn op ruimtelijke besluiten. Daarin staat welke belangen de provinciewil behartigen en hoe ze dat wil doen. De verordening is daarbij een uitvoeringsinstrument omdie provinciale belangen veilig te stellen.

Het zuiden van het plangebied is op grond van verordening gelegen in het 'bestaand stedelijkegebied - kernen in landelijk gebied'. Het noorden van het plangebied in de 'Groenblauwemantel', de 'Ecologische hoofdstructuur' het 'Zoekgebied ecologische verbindingszone' en het'Zoekgebied voor behoud en herstel van het watersysteem'.

Bestaand stedelijke gebied - kernen in landelijk gebiedBinnen het als zodanig aangewezen stedelijk gebied is de gemeente in het algemeen vrij –binnen de grenzen van andere wetgeving – om te voorzien in stedelijke ontwikkeling. Wel bevatde Verordening ruimte specifieke regels voor nieuwbouw van woningen en aan te leggen of uitte breiden bedrijventerreinen en kantorenlocaties, regels voor bestaande bedrijventerreinen enkantorenlocaties en regels voor bestaande en nieuw te vestigen bedrijven in kernen in landelijkgebied.

Figuur 2.2: uitsnede Verordening voor natuur en landschap en stedelijke ontwikkeling.

Groenblauwe mantelDe groenblauwe mantel is nodig voor de bescherming maar vooral ook de ontwikkeling vannatuur- en waterfuncties. Dit zowel ten behoeve van de aanliggende kerngebieden groenblauwals in het mantel gebied zelf. Nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen binnen de mantel zijn mogelijk,als ze een positief effect hebben op de bestaande en te ontwikkelen natuur- enlandschapswaarden en/of op het bodem- en watersysteem in het gebied. De waarden in degroenblauwe mantel zijn vaak gekoppeld aan het bodem- watersysteem (zoals deaanwezigheid van kwel), aan landschapselementen (zoals houtwallen en heggen) of hetvoorkomen van bijzondere planten en dieren.

Ecologische hoofdstructuurVoor de ecologische hoofdstructuur geldt op basis van het Rijksbeleid (Nota Ruimte en Besluitalgemene regels ruimtelijke ordening) de verplichting tot instandhouding van de wezenlijkekernmerken en waarden van het gebied. Hiertoe geldt het zogenaamde “nee, tenzij”-regime. Ditbetekent dat (nieuwe) plannen, projecten of handelingen niet zijn toegestaan indien zij dewezenlijke kenmerken of waarden van het gebied significant aantasten. Zolang een dergelijkeaantasting niet plaatsheeft, is er vanwege de ecologische hoofdstructuur geen grond om deactiviteit geen doorgang te laten vinden.

Page 14: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 8 van 37

Zoekgebied ecologische verbindingszoneVoor de ecologische verbindingszones geldt een beperkt beschermingsregime. Eenecologische verbindingszone wordt aangeduid met een concreet aangeduid zoekgebied.Binnen het plangebied is de Aalskreek als zoekgebied aangewezen. Inrichting, beheer enbescherming op perceelsniveau worden nader in het bestemmingsplan uitgewerkt. Hiervoorgeldt in bestaand stedelijk gebied en zoekgebieden voor stedelijke ontwikkeling, dat hetbestemmingsplan een ecologische verbindingszone met een breedte van 50 meter moetbeschermen. In overige gebieden is de breedte vastgesteld op 25 meter. De Aalskreek (hetzoekgebied) is geheel gelegen buiten bestaand stedelijk gebied en heeft in ditbestemmingsplan dan ook een breedte van 25 meter gekregen.

Zoekgebied voor behoud en herstel van het watersysteemIn de aangegeven gebieden gelden ruimtelijke beperkingen aan activiteiten die het realiserenvan watersysteemherstel belemmeren of onnodig kostbaar maken. Voor dit bestemmingsplanbetreft dit de Aalskreek. De beperking hebben tot doel: het tegengaan van (nieuw) ruimtebeslag en bebouwing; het reguleren (in de vorm van een vergunningenstelsel) van (nieuwe) verhardingen van een

bepaalde omvang en van het ophogen van gronden.De exacte invulling van deze regeling is ter invulling toebedeeld aan de gemeente.

ConclusieIn onderhavig bestemmingsplan is ter plaatse van het zoekgebied ecologische verbindingszoneeen wijzigingsbevoegdheid opgenomen met de mogelijkheid om de huidige bestemming tewijzigen naar Natuur. Deze wijzigingsbevoegdheid is opgenomen op een gebied die door deprovincie is aangeduid als zoekgebied ecologische verbindingszone met een breedte van 25meter. Het betreft een conserverend bestemmingsplan waarin geen ontwikkelingenplaatsvinden. Het bestemmingsplan voldoet aan de Verordening Ruimte van de provincieNoord-Brabant.

2.2.3 Provinciaal Waterplan 2010 - 2015

Op 1 oktober 2010 is het Provinciaal Waterplan 2010- 2015 door Provinciale Statenvastgesteld. Het Provinciaal Waterplan bevat het strategische waterbeleid van de provincieNoord-Brabant voor de periode 2010-2015. Naast het beleidskader is het waterplan ooktoetsingskader voor de taakuitoefening van lagere overheden op het gebied van water.

Om met de diverse waterbelangen te kunnen omgaan, hanteert de provincie in het waterplan deprincipes van de people-planet-profit-benadering.

Vanuit de sociaal-maatschappelijke invalshoek (people) krijgen veiligheid tegen overstroming,bescherming tegen wateroverlast, een betrouwbare drinkwatervoorziening en goederecreatievoorzieningen aandacht. Vanuit de economische invalshoek (profit) heeft het planaandacht voor onder meer een goede watervoorziening voor industrie en landbouw en voor hettransport over water.

Bij de derde invalshoek (planet) wordt uitgegaan van water als voorwaarde voor een gezondeleefomgeving voor mens en natuur. Belangrijke thema’s hierbij zijn de verbetering van dewaterkwaliteit, de verdrogingsbestrijding en de meer natuurlijke inrichting van de provincialewatersystemen.

Het plangebied grenst aan het Natura 2000-gebied 'Hollandsch Diep'. Het plangebied wordtgekenmerkt als water voor de groenblauwe mantel, als ecologische verbindingszone en alswater voor het landelijk en bebouwd gebied.

Natura 2000Het Hollandsch Diep is als Natura 2000-gebied aangewezen. Bij deze aanwijzing is bepaald datde natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna binnen het aangewezen Natura 2000-gebiedin stand dienen te worden gehouden.

Page 15: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 9 van 37

ConclusieAangezien het onderhavig bestemmingsplan conserverend is omvat het ook geenontwikkelingen in het stroomvoerend deel van de rivier en/of ontwikkelingen die van invloedkunnen zijn op veilig en doelmatig gebruik van het Hollandsch Diep, de afvoercapaciteit van derivier, het bergend vermogen en de ecologische toestand van de rivier. Het provincialewaterplan heeft geen consequenties voor het bestemmingsplan.

2.3 Gemeentelijk beleid

2.3.1 Structuurvisie Moerdijk 2030

De Structuurvisie Moerdijk 2030 is op 9 juni 2011 vastgesteld door de gemeenteraad vanMoerdijk. Deze structuurvisie vervangt de Structuurvisie Plus Moerdijk uit 1999. In figuur 2.3 iseen uitsnede weergegeven van de structuurvisiekaart.

De structuurvisie is een handleiding, geen blauwdruk, voor de toekomstige ruimtelijke koers vande gemeente met heldere uitgangspunten (spelregels) voor de verschillende partijen. Destructuurvisie bestaat uit een visiegedeelte en uitvoeringsparagraaf. De structuurvisie heeft eenplanhorizon tot 2030 en omvat een integrale ruimtelijke ontwikkelingsvisie met eenrichtinggevend en programmatisch karakter. De belangrijkste aspecten voor het plangebiedNoordschans worden hieronder beschreven.

Figuur 2.3: uitsnede Structuurvisie Moerdijk 2030

Behoud van de kleine kern als eigenheid en kwaliteitEr wordt ingezet op het behoud van het dorpse karakter van de kleine kernen. Per kern wordtsteeds gezocht naar een versterking van de eigenheid. De potenties die daar uit voortkomenworden zoveel mogelijk benut; iedere kern heeft zijn eigen, bijzondere programma voor wonenen lokale bedrijvigheid.

NetwerkgemeenteDe verschillende kernen vormen in 2030 een netwerkgemeente waarbij voorzieningen goedbereikbaar zijn en wordt ingezet op behoud en versterking van sociale cohesie. Dit draagt bijaan een betere leefbaarheid in de klein kernen.

Toerisme en recreatie“Toerisme is één van de speerpunten van de Gemeente Moerdijk. De uitgangspunten voortoeristisch-recreatieve ontwikkeling zijn: Versterken van de toeristisch-recreatieve band met het water; Het toeristisch-recreatief benutten van de cultuurhistorische waarden; Benutten van de groene kwaliteiten van het buitengebied voor toeristisch-recreatieve

functies.De gemeente wil hiermee meer toeristen worden aangetrokken, de verblijfstijd van de toeristenkan worden verlengd en waarmee economische spin-off kan worden gegenereerd.”

Page 16: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 10 van 37

ConclusieVoor Noordschans wordt ingezet op recreatie. Daarbij speelt de jachthaven in het noorden vanNoordschans een rol.

2.3.2 De Strategische Visie voor Moerdijk 2030

De gemeente Moerdijk wordt met een aantal ingrijpende ontwikkelingen geconfronteerd, zoalsvergrijzing, ontgroening, de globalisering van de toeristisch-recreatieve en agrarische sector,schaalvergroting in de omgeving waarin de gemeente opereert en niet in de laatste plaats devoortgaande decentralisatie van rijksoverheidstaken. Deze en andere ontwikkelingen stellen degemeente op korte en (middel)lange termijn voor grote opgaven.De uitvoering van de visie en het beleid rondom die opgaven wordt voor de periode van 2009-2030 op robuuste wijze ingezet. Dit doet de gemeente door in een visie op de (middel) langetermijn - op strategisch niveau- richting te geven aan de ontwikkelingen in de samenleving enaan de eigen positie in de regio.

Deze strategische visie bevat een aantal fundamentele keuzes voor de gewenstetoekomstrichting van de gemeente Moerdijk. Daarnaast bevat het een aantal nieuwerandvoorwaarden op hoofdlijnen en voor de langere termijn. De strategische visie bevat demissie van de gemeente Moerdijk op weg naar 2030 en een strategie om deze te bereiken. Hetis de rode draad voor het totale beleid van de gemeente Moerdijk.

ConclusieVoor de kleine kernen, waaronder Noordschans, wordt ingezet op het behouden van de eigenkwaliteiten als leefomgeving. Daarvoor dient aandacht besteed te worden aan vergrijzing enontgroening. De doorstroming op de lokale markt wordt bevorderd waarbij meer aandacht wordtbesteed aan levensloopbestendig wonen. Zodat binnen de eigen kern de gehele wooncarrièrekan worden doorlopen.

2.3.3 Huisvesting ten behoeve van Mantelzorg (2004)

Op 27 mei 2004 heeft de gemeenteraad besloten tot het opnemen van eenontheffingsmogelijkheid in de verschillende bestemmingsplannen ten behoeve van het biedenvan een huisvestingsvorm in aan- en uitbouwen en bijgebouwen van een woning, voor hetverlenen van mantelzorg. Het gaat om mantelzorg aan ieder die hulpbehoevend is op hetfysieke, psychische en/of sociale vlak, zonder leeftijdsgrens. Hierdoor wordt tegemoetgekomenaan sociale woonwensen, kan langer zelfstandig worden gewoond en het voorkomt isolementen vereenzaming.

Het gebruik van een aan- of uitbouw en bijgebouw komt voor het verlenen van mantelzorg tevervallen zodra de noodzaak daartoe door verhuizing of overlijden niet meer aanwezig is.

2.3.4 Gebiedsplan Noordschans

De leefbaarheid in de kernen van de gemeente Moerdijk komt de komende jaren steeds meeronder druk te staan. Dat komt met name door de demografische ontwikkeling (meer ouderen,minder aanwas en vertrek van (jonge) mensen naar de grote steden en de financieeleconomische crisis (er zijn minder middelen beschikbaar door bezuinigingen). Het behoud vande leefbaarheid in een kern is van belang voor bewoners, ondernemers, maatschappelijkeondernemers en de gemeente samen.De gemeente wil samen met haar partners (Surplus, de politie, Bernardus Wonen, BrabantseWaard en Groenhuysen) én bewoners/ondernemers voor elke kern een gebiedsplan opstellenvoor de komende jaren. In 2013 is gestart met de kernen Fijnaart en Klundert. In het najaar van2013 worden de kernen Langeweg en Heijningen opgestart.

Het doel van het gebiedsplan is om te komen tot een nieuwe vorm van samenwerking tussengenoemde partijen die de basis vormt voor een blijvend goede samenwerking in de toekomst.Daarnaast is het de bedoeling tot een afsprakenagenda te komen die bijdraagt aan hetversterken en behouden van de leefbaarheid in de kern in de toekomst, die onderschrevenwordt door alle bovengenoemde partijen.

Page 17: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 11 van 37

2.3.5 Lokaal vestigingsbeleid

Het lokaal vestigingsbeleid is gericht op de sectoren industrie, bouwnijverheid, groothandel,transport & logistiek en zakelijke dienstverlening. De ambitie van de gemeente Moerdijk is hetstreven naar een gezonde economische ontwikkeling, waarbij werkgelegenheid, leefbaarheiden duurzaamheid hand in hand dienen te gaan.

In de kernen van de gemeente wordt uitbreiding en nieuwvestiging van solitairebedrijfsvestigingen met milieucategorie 1 en 2 en een schaal en maat die op verantwoordewijze in de omgeving kan worden ingepast toegestaan. Indien niet passend op de locatie in dekern, dient het bedrijf zich op een (lokaal) bedrijventerrein te vestigen. Werken aan huis wordttoegestaan tot een maximaal vloeroppervlak van 60 m

2.

2.3.6 Beleidsplan Wonen 2007-2011

Het Beleidsplan Wonen 2007-2011 "Een (t)huis voor iedereen" is op 28 juni 2007 door degemeenteraad van Moerdijk vastgesteld. Het beleidsplan is onderbouwd met behulp van eenwoningbehoefteonderzoek onder de bevolking van de gemeente Moerdijk. De gemeente wilzoveel mogelijk aan deze wens van haar burgers tegemoetkomen. Door strategischenieuwbouw, gebaseerd op de woningbehoefte volgens het WBO en signalen vanuit de markt(o.a. woningbouwcorporaties, zorgverleners en ontwikkelaars), wordt beoogd de gewenstekwalitatieve nieuwbouw te realiseren, zodat hierdoor een zo groot mogelijke verhuisketen opgang komt en daarmee de doorstroming in de woningvoorraad wordt bevorderd. De behoefte ishet grootst in de grotere kernen. Naast de benodigde reguliere woningbouw in de kleine kernenis daar ook altijd ruimte voor maatwerk.

Door middel van nieuwbouw in de verschillende kernen kan worden bijgedragen aan meervariatie in het woningaanbod en woonmilieus. De gemeente wil graag voor alle doelgroepen(onder andere starters en ouderen) een thuis bieden. Daarvoor is het belangrijk dat bewonerszoveel mogelijk de kans krijgen om in hun woonbehoefte in de gemeente Moerdijk te voorzien.Door voldoende woningen te bouwen en de keuzemogelijkheden te vergroten, hoeven inwonersvan Moerdijk minder vaak uit te wijken naar andere gemeenten. Het is belangrijk dat in deverschillende kernen een evenwichtige bevolkingsopbouw blijft bestaan. Een evenwichtigebevolkingssamenstelling in de gemeente is belangrijk om de leefbaarheid in stand te houden. Inde gemeente zijn voor de korte en langere termijn voldoende potentiële bouwlocatiesbeschikbaar om strategische en gedifferentieerde nieuwbouw te realiseren.

WoningbouwcapaciteitHet uitgangspunt voor het gemeentelijke reguliere woningbouwprogramma vormt de provincialebevolkings- en woningbehoefteprognose, gebaseerd op demografische ontwikkelingen entrends. Daarnaast mag de gemeente Moerdijk nog 1075 woningen bovenop het regulierewoningbouwprogramma bouwen. Deze extra woningen vloeien voort uit decompensatieregeling voor huisvesting werknemers industrieterrein Moerdijk en debestuursovereenkomst Realisatie Gebiedsontwikkeling Moerdijk (MoerdijkMeerMogelijk). Opbasis daarvan heeft de gemeente een woningbouwcapaciteit van 1880 woningen voor deperiode tot 2023.

Voor Noordschans zal de woningbouwopgave vooral gericht zijn op herstructurering,verdunning en vergroening van wijken.

2.3.7 Beleid arbeidsmigranten 2008

Op 20 oktober 2008 is de beleidsnotitie huisvesting arbeidsmigranten gemeente Moerdijkvastgesteld.In het beleid is een regeling opgenomen voor tijdelijke huisvesting van tijdelijke werknemers bijde agrarische bedrijven. In het buitengebied worden geen mogelijkheden geboden voorstructurele huisvesting voor tijdelijke werknemers. Binnen de kernen in de gemeente wordtstructurele huisvesting in specifieke gevallen wel mogelijk geacht. Er dient een beroep gedaante worden op structurele huisvesting, indien:

Page 18: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 12 van 37

Op het agrarisch perceel de arbeidsbehoefte aan arbeidsmigranten leidt tot eenhuisvestingsverzoek van een periode van meer dan zes aaneengesloten maanden in eenjaar;

De behoefte bestaat om een arbeidsmigrant langer dan zes maanden op een camping te huisvesten; Een specifiek verzoek wordt ingediend voor structurele huisvesting van arbeidsmigranten

binnen de bebouwde kom.

Met betrekking tot het begrip ‘huishouden’ in relatie tot huisvesting van arbeidsmigranten heeftde Raad van State op 2 mei 2007 uitspraak gedaan

1. De huisvesting van arbeidsmigranten

staat bezien deze uitspraak op gespannen voet met de functie wonen, zoals gesteld in hetbestemmingsplan. Het is dan ook niet mogelijk om binnen de bestemming wonen logies teverschaffen ten bate van structurele huisvesting. Structurele huisvesting binnen een pand in dekernen wordt dan ook gezien als een logiesfunctie in de zin van het bestemmingsplan.

Daar waar de geldende bestemmingsplannen vestiging van een logiesgebouw mogelijk maken,kan gebruik worden gemaakt van de mogelijkheden welke het bestemmingsplan biedt ten batevan de structurele huisvesting. Wanneer een verzoek wordt gedaan voor een nieuwe locatiewelke binnen het bestemmingsplan nog niet de mogelijkheid heeft voor vestiging van eenlogiesgebouw, wordt het verzoek voor medewerking aan de ontwikkeling door de gemeente inbehandeling genomen. Hierbij wordt getoetst aan het beleidskader en wordt in ieder geval geletop de volgende aspecten:

geluid: aangetoond moet worden dat de nieuwe ontwikkeling voldoet aan deregelgeving voor geluid;

parkeren: aangetoond moet worden dat de benodigde parkeerplaatsen op eigen terreinworden gerealiseerd. Hierbij wordt uitgegaan van de CROW normen voor parkeren.Wanneer dit niet mogelijk blijkt en middels een parkeerbalans wordt aangetoond datvoldoende vrije parkeercapaciteit aanwezig is in de omgeving,kan worden afgewekenvan de eis om parkeren op eigen terrein te realiseren;

nieuwvestiging moet passen binnen het beleid van de gemeente; de ontwikkeling mag niet leiden tot een onevenredige toename van

verkeersaantrekkende werking; milieutechnische inpasbaarheid: de ontwikkeling moet aantoonbaar milieutechnisch

inpasbaar zijn; een logiesfunctie is niet inpasbaar in een woonwijk of op een bedrijventerrein; een nieuwe logiesfunctie mag geen belemmering opleveren voor bestaande of te

realiseren activiteiten; de te huisvesten personen hebben elders hun hoofdverblijf; voor het overige dient in

ieder geval rekening te worden gehouden met de andere beleidsregels die gesteld zijnten aanzien van huisvesting tijdelijke werknemers.

Wanneer de ontwikkeling positief wordt beoordeeld, kan medewerking worden verleend dooreen herziening van het bestemmingsplan.

2.3.8 Beleid planologisch strijdig gebruik

Het beleid planologisch strijdig gebruik richt zich op de toepassing van de bevoegdheden vanhet College van burgemeester en wethouders ex artikel 2.12 lid 1 onder a sub 2 van de Wetalgemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Voor afwijkingen zoals opgenomen inbestemmingsplannen (zogenoemde binnenplanse afwijkingen) op grond van artikel 3.6 lid 1 subc Wro gelden primair de afwijkingscriteria zoals opgenomen in het desbetreffende

1. De bewoning door seizoenarbeiders van één pand betreft niet de huisvesting van een huishouden in de gewone zin vandat woord en is daarmee ook niet op één lijn te stellen. Hierbij is immers geen sprake van continuïteit in desamenstelling ervan, nu de seizoenarbeiders slechts ongeveer drie maanden in de panden zijn gehuisvest, en is evenminsprake van onderlinge verbondenheid. De door appellanten genoemde omstandigheden dat de seizoenarbeidershetzelfde werk verrichten, dezelfde nationaliteit delen en gezamenlijk de huishouding doen zijn hiervoor onvoldoende.De rechtbank heeft derhalve met juistheid overwogen dat het gebruik van de percelen strijdig is met de bestemming.(Raad van State, 200603867/1)’

Page 19: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 13 van 37

bestemmingsplan. Dit beleid geldt voor binnenplanse afwijkingen slechts voor zover de criteriain het bestemmingsplan hiervoor aanknopingspunten bieden. Dit geldt met name voor de uitlegen toepassing van in het bestemmingsplan opgenomen kwalitatieve criteria. Dit beleid isrechtstreeks doorvertaald in de regels van dit bestemmingplan.

2.4 Ruimtelijk-functionele structuur

CultuurhistorieNoordschans is een voormalige vissersnederzetting ten noorden van de vestingstad Klundertgelegen in de 'Groote Polder'. De kern is ontstaan, ten westen van het vroegere fort Hollandia.Al voordat het fort hier was gevestigd, woonden rond Noordschans al enkele boeren.

De wegenstructuur in de Groote Polder wordt gekenmerkt door een soort rondwegstructuur diegevormd wordt door de dijken rondom de polder. De basis hiervan wordt gevormd door deLangeweg, Stoofdijk en Zwingelspaansedijk in het zuiden, de Tonsedijk in het westen en deBuitendijk West in het noorden van de polder. De oostgrens wordt bepaald door de BuitendijkOost en de Niervaartweg.

In de polder vormen de Blauwe Hoefweg en de Schansweg/Noordschans de noordzuid radialenen de Groeneweg de zuidwest radiaal.

In het plangebied is één gemeentelijk monument gelegen aan de Schansweg 40: hetlandbouwhuis

HoofdstructuurDe kern Noordschans wordt gekarakteriseerd door zijn lintbebouwing rondom de Noordschans.Het lint is opgebouwd uit gemengde bebouwing van woningen, kleine boerderijen en bedrijven.In het noorden van de kern, wordt het plangebied doorsneden door westelijke buitendijk die tenhoogte van Noordschans overgaat in de Oostelijke buitendijk. Noordelijk van de dijk, in derichting van het Hollandsch Diep, is de jachthaven van Noordschans gelegen.

De Aalskreek ligt aan de oostzijde van Noordschans en ligt gedeeltelijk in het plangebied. Aande Aalskreek is tevens het gemaal Niervaert gelegen. Verder liggen aan weerszijden van dekern oude inundatiekanalen ten behoeve van de vesting Klundert. Delen van deze kanalenliggen in het plangebied.

WoningtypologieDe woningvoorraad in Noordschans bestaat volledig uit grondgebonden woningen: vrijstaande,twee-onder-een-kap- en rijwoningen. De kern is opgebouwd rondom de Noordschans enbestaat ruwweg uit een bebouwingsconcentratie in het noorden en lintbebouwing in het zuiden.

De in het zuiden gelegen lintbebouwing kenmerkt zich voornamelijk door vrijstaande woningen.In het noorden van het plangebied is de bebouwing compacter en zijn zowel twee-onder-een-kap woningen en enkele rijwoningen als vrijstaande woningen aanwezig.

Voorzieningen en bedrijvenNoordschans kent een gemengde structuur waarbij wonen wordt afgewisseld doorbedrijvigheid, agrarische bedrijvigheid en de kerk. Onderstaand worden de verschillendefuncties beschreven. Een volledig overzicht van alle voorzieningen en bedrijven binnen hetplangebied is opgenomen in bijlage 1.

Agrarische bedrijvigheidIn het zuiden van het plangebied ligt één agrarisch akkerbouwbedrijf op het adres Noordschans1. Deze is bestemd als 'Agrarisch'.

Maatschappelijke voorzieningenDe kerk van de oud gereformeerde gemeente is gelegen aan de Noordschans 10, in het zuidenvan de kern.

Page 20: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 14 van 37

HorecaTer plaatse van de jachthaven Noordschans is het restaurant: Paviljoen Noordschansgevestigd. Dit betreft ondergeschikte horeca bij de jachthaven.

BedrijvenIn Noordschans zijn een aantal bedrijven gevestigd. Een deel van deze bedrijven ligt verspreidaan het lint. Een deel van de bedrijven is bestemd als 'Bedrijf' een deel valt onder de aan-huis-verbonden bedrijven/beroepen. De volgende bedrijven zijn in Noordschans gevestigd:

Verhuur/verkoop tijdelijke accommodatie/voorzieningen Noordschans 4 Tuin-/vijvercentrum Noordschans 9 Autoreparatiebedrijf Noordschans 38 Lijstenmakerij Noordschans 53 Opslag door aannemer Noordschans 58 Houthandel Noordschans 67 Autoreparatiebedrijf Noordschans 67a Agrarische dienstverlening Noordschans 69 Transportbedrijf Noordschans 83 Reinigen van kleding en textiel Noordschans 12 Atelier / Dienstverlening voor uitvoerende kunst Noordschans 81

Verder ligt ten noorden van de kern het gemaal Niervaert en de jachthaven Noordschans. Het iseen grote jachthaven met 700 ligplaatsen. bij de jachthaven is een paviljoen met daarin eenrestaurant en sanitaire voorzieningen. Aan de haven ligt een scheepswerf met verschillendeactiviteiten. Er zijn werkplaatsen voor onderhoud, er is een overdekte botenstalling en op hetbuitenterrein is een winterberging voor boten. het bedrijf van de scheepswerf omvat ook eenwinkel voor scheepsbenodigdheden en een showroom voor de botenverkoop.

Groen en WaterDe groenstructuur rondom het plangebied wordt gekenmerkt door het buitengebied met deverschillende ecologische structuren van de Buitengorzen, Aalskreek en de Groenstrook van degemeente Moerdijk en de omliggende polderstructuur. Door de lage bebouwingsdichtheid en deaanwezige doorzichten is het groen zeer aanwezig. Voornamelijk in de centraal gelegenlintbebouwing is sprake van een ruim doorzicht door het ontbreken van bebouwing aan deoostzijde.

Verder is binnen de kern een kleinschalige groenstructuur aanwezig. Het grootste gedeelte vande groenstructuur is echter in particuliere handen.

2.5 Verkeer

Ontsluiting gemotoriseerd verkeerVoor de aansluiting van de kern met de wijdere omgeving zijn vooral van belang:

de aansluiting van de Noordschans op de Groeneweg (verbinding in westelijke richting); de aansluiting van de Noordschans op de Schansweg (verbinding met Klundert); de Buitendijk West (verbinding met Willemstad); de Buitendijk Oost (verbinding met de jachthaven en Klundert).

De Noordschans is belangrijkste verbindingsroute en sluit aan op alle bovengenoemde wegen.De Noordschans is evenals alle wegen in het plangebied gecategoriseerd als erftoegangswegbinnen de bebouwde kom met een maximumsnelheid van 30 km/h.

Ontsluiting langzaam verkeerVoor de ontsluiting van het langzaam verkeer zijn geen voorzieningen aanwezig in de kernNoordschans.

Ontsluiting openbaar vervoerBinnen het plangebied zijn geen bushaltes gelegen. De dichtbijzijnste bushalte ligt in Klundert.

Page 21: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 15 van 37

ParkerenIn het plangebied wordt zowel in het openbaar gebied langs wegen en straten als op eigenterrein geparkeerd.

De bereikbaarheid voor het gemotoriseerd verkeer is goed te noemen, mede doordat deNoordschans zowel in het noorden als in het zuiden goed wordt ontsloten. De kern is slechtbereikbaar met openbaar vervoer gezien de kern geen openbaar vervoersvoorzieningen kent.Er doen zich geen knelpunten in de verkeersafwikkeling en het parkeren voor.

2.6 Gebiedsvisie

Voor het bestemmingsplan Noordschans geldt het algemene uitgangspunt dat het eenconsoliderend karakter heeft waarbij bestaande functies positief worden bestemd. Tevens wordtrekening gehouden met normale uitbreidingsmogelijkheden op basis van economischeontwikkeling.

2.6.1 Visie plangebied

Integrale ruimtelijke visieDe bestemmingsregeling in het plangebied is ontwikkeld op basis van de onderliggendeverkavelingsstructuur en bestaat voornamelijk uit woongebied met verspreid enkele bedrijven,maatschappelijke voorzieningen en recreatieve voorzieningen. De belangrijkste uitgangspuntenvoor het plangebied zijn behoud en zo mogelijk versterking van de ruimtelijke structuur van hetwoon- en leefklimaat.

Behoud van de ruimtelijke structuurDe structuur van wegen en groen dient te worden behouden en waar mogelijk te wordenversterkt.

Het beleid van de gemeente is verder gericht op behoud en versterking van bestaande groen-en recreatiegebieden. Daarnaast streeft de gemeente naar een verkeersveilige kern en dientrekening te worden gehouden met de belemmeringen die door diverse milieuaspectenaanwezig zijn.

Handhaving van het woon- en leefklimaatIn het plangebied is wonen de belangrijkste functie. Uitbreiding van het woongebied zou beperktplaats kunnen vinden op enkele inbreidingslocaties. Mogelijke inbreidingslocaties voorwoningbouw in de kern dienen dan ook zorgvuldig te worden benut. Bij woningbouw dient denadruk te liggen op doorstromers (met name ouderen), vanwege het ruime en groenewoonkarakter en door relatief grotere vraag naar woningen voor ouderen.

2.6.2 Uitgangspunten bestemmingsplan

WonenIn het vigerende bestemmingsplan is onderscheid gemaakt tussen Wonen A en Wonen B.In Wonen B zijn aan huis verbonden beroepen en kleinschalige, bedrijfsmatige activiteiten alsondergeschikte functie bij de hoofdfunctie wonen toegestaan. Deze mogen alleen voorkomenzolang de omvang niet meer dan 30% van de gezamenlijke vloeroppervlakte van de bebouwingbedraagt. Dit geldt tot een maximum van 50 m

2per woning.

In Wonen A zijn bovendien detailhandel, horeca, kantoren, maatschappelijke voorzieningen enbedrijfsmatige activiteiten toegestaan als nevengeschikte functie aan de hoofdfunctie wonen.Nevengeschikt houdt in, maximaal 50% van de gezamenlijke vloeroppervlakte van debebouwing tot een maximum van 60 m

2.

In dit nieuwe bestemmingsplan is geen onderscheid meer gemaakt tussen de verschillendewoonbestemmingen. Er is gekozen voor één woonbestemming 'Wonen'. Voor het opstellen vandit bestemmingsplan zijn de functies geïnventariseerd. De nog aanwezige functies dietoegestaan waren op basis van Wonen A uit het vigerende plan zijn met een functieaanduidingaangeduid. Voor de locaties binnen de voormalige bestemming Wonen A waar geen van

Page 22: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 16 van 37

bovengenoemde functies meer aanwezig zijn is die mogelijkheid met dit bestemmingsplankomen te vervallen.Er zijn geen actuele initiatieven bij de gemeente bekend voor nieuwe stedelijke functies. Degemeente staat positief ten opzichte van noodzakelijke en of gewenste stedelijke functies dieeen passende bijdrage leveren aan de leefbaarheid van de woonomgeving. In het traject van degebiedsplannen zal o.a. besproken worden of hier behoefte aan is. Wanneer er hiernaast eenverzoek wordt ingediend tot het realiseren van een functie zal dit beoordeeld worden. Gewensteinitiatieven zullen een zelfstandige procedure doorlopen.

Binnen de bestemming Wonen zijn wel ondergeschikt aan de woonfunctie aan-huis-verbondenberoepen en bedrijven mogelijk gemaakt. Hierdoor zijn veel (bedrijfs- en beroepsmatige)activiteiten rechtstreeks mogelijk. Een overzicht van de mogelijke bedrijven en beroepen isopgenomen als bijlage bij de regels.

CultuurhistorieIn het vigerende plan zijn bepaalde groenstructuren en de Aalskreek aangeduid alscultuurhistorisch waardevol. Dit is destijds opgenomen vanuit provinciaal belang. Op de huidigeprovinciale waardekaart is dit niet meer aangeduid. Daarom is besloten om in dit plan degroenstructuren en de Aalskreek niet meer aan te duiden als cultuurhistorisch waardevol.

Agrarische activiteiten op niet bedrijfsmatige wijzeIn het vigerende plan was op de verbeelding (plankaart) voor de percelen Noordschans 31, 52en 81 een aanduiding opgenomen voor agrarische bedrijfsmatige activiteiten. Echter was aandeze aanduiding in de regels (voorschriften) van het plan geen regeling gekoppeld. Daardoorwas er feitelijk geen regeling opgenomen voor agrarische activiteiten op deze gronden. Debedoeling van de aanduiding was om op deze percelen het agrarisch gebruik toe te staan dat ervanuit het oorspronkelijke gebruik als agrarisch bedrijf ooit bestond. Inmiddels is hetbedrijfsmatig agrarisch gebruik op deze percelen beëindigd en is er in dit bestemmingsplan voorgekozen het agrarisch gebruik niet meer door middel van een aanduiding op te nemen. Wel iser in dit plan is voor gekozen om algemeen binnen de bestemming Wonen 'agrarischeactiviteiten op niet bedrijfsmatige wijze' toe te staan. Hiermee is het agrarisch gebruik nogsteeds mogelijk, mits dit niet op bedrijfsmatige wijze plaatsvindt.

SnippergroenIn de planperiode van het vigerende bestemmingsplan zijn door de gemeente diverse stukjes'snippergroen' verkocht of verhuurd aan bewoners voor het gebruik als 'tuin'. De nu als tuin ingebruik zijnde gronden zijn als volgt bestemd in dit nieuwe bestemmingsplan. De verkochtegronden zijn bestemd als 'Tuin' en de verhuurde gronden zijn als 'Groen' of 'Verkeer - Verblijf'bestemd.

2.6.3 Retrospectieve toets

In deze paragraaf is inzichtelijk gemaakt waar ten opzichte van de geïnventariseerde situatiestrijdigheden met het vigerende bestemmingsplan zijn geconstateerd. Deze situaties zijnconform het vigerende bestemmingsplan en de vergunde situatie overgenomen. Oponderstaande locaties is gebruik en/of bebouwing geconstateerd welke strijdig is met deplanologische situatie.In dit voorontwerp bestemmingsplan is er bewust voor gekozen om de genoemde locaties opdeze manier te bestemmen. Het vervolg van de procedure van dit bestemmingsplan moetuitwijzen wat de definitieve bestemming en bijbehorende regeling wordt.

Noordschans 4Op deze gronden zijn in het vigerende bestemmingsplan bedrijven tot en met categorie 2toegestaan. Uit de melding van dit bedrijf blijkt dat de huidige werkzaamheden gezien moetenworden als categorie 3.1. Dit betekent dat de activiteiten ter plaatse te 'zwaar' zijn ten opzichtevan de mogelijkheden uit het vigerende bestemmingsplan. Er is geen procedure gevolgd omdeze zwaardere milieucategorie mogelijk te kunnen maken. Om die reden is er voor gekozenom in dit bestemmingsplan de maximale categorie 2 op te nemen.

Page 23: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 17 van 37

Noordschans 9Het tuin/vijvercentrum (voorheen hoveniersbedrijf) is vergund op 30 maart 1993 en wat hetgebruik betreft legaal. Bij dit tuincentrum bevindt zich echter een bijgebouw buiten hetbouwvlak. Dit bijgebouw is niet vergund. Voor dit bijgebouw is aangegeven dat eenafwijkingsprocedure moet worden gevolgd. Dit heeft echter nooit plaatsgevonden. Vooralsnog iser daarom voor gekozen de grens van het bouwvlak uit het vigerende bestemmingsplan aan tehouden.

Noordschans 67Op dit perceel was in het vigerende bestemmingsplan een bedrijfswoning aangeduid. Dezeblijkt niet meer aanwezig te zijn en is in dit bestemmingsplan dan ook niet meer als zodanigaangeduid en derhalve niet meer toegestaan.

2.7 Ontwikkelingen

In de kern Noordschans hebben in de periode 2007 tot 2010 twee kleine ontwikkelingenplaatsgevonden. In de ontstaande tabel is een overzicht hiervan opgenomen. Voor debedrijfswoning ter plaatse van Noordschans 121 is een aanduiding bedrijfswoning opgenomenen de uitbreiding van de atelierruimte past binnen de regels van het nieuwe bestemmingsplan.Feitelijk hebben deze ontwikkelingen reeds plaatsgevonden. In dit bestemmingsplan wordendeze (buiten het vigerende bestemmingsplan) vergunde activiteiten overgenomen.

Tabel 2.1: ontwikkelingen Noordschans

Adres Soort bouwwerk/bestemming

Procedure Datum besluit/vaststelling

Noordschans 121 Bedrijfswoning (bijjachthaven)

19 lid 1WRO

16-07-2010

Noordschans 81 Uitbreiding atelierruimte 3.23 Wro 06-01-2011

Page 24: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 18 van 37

3 Juridische planbeschrijvingBij de opzet van dit bestemmingsplan is de nieuwe systematiek aangehouden zoalsopgenomen in het Handboek Moerdijk 2012 en wordt invulling gegeven aan de Standaardvergelijkbare bestemmingsplannen 2012 (SVBP2012) die tevens is vertaald in het Handboek.Het bestemmingsplan heeft een hoofdzakelijk conserverend karakter, dat wil zeggen dat hetplan hoofdzakelijk alle bestaande functies in kaart brengt en/of dat alleen de functies uit hethiervoor geldende bestemmingsplan zijn overgenomen.

3.1 Bestemmingsregeling

Een bestemmingsplan bestaat uit drie delen: de toelichting, de regels en een of meerdereverbeeldingen. De verbeelding en de daarin aangewezen bestemmingen en regels vormentezamen het juridische plan. De toelichting heeft geen rechtskracht. In de toelichting worden deachtergronden en beweegredenen aangegeven die hebben geleid tot de bestemmingen. Deregels omvatten de omschrijvingen van de in het plan vervatte bestemmingen, waarbij perbestemming het doel wordt aangegeven. In deze paragraaf wordt ingegaan op de juridischeopbouw van het plan. Aan de orde komen onder meer de opbouw van de regels, de relatietussen regels en verbeelding en de beschrijving van de in de regels vastgelegdebestemmingen.

3.2 Toelichting op de verbeelding

Op de verbeelding van het analoge bestemmingsplan zijn met behulp van kleuren,letteraanduidingen en/of arceringen de verschillende gebieds- en functionele bestemmingenweergegeven. De bestemmingsbegrenzingen volgen zoveel mogelijk geografische,topografische en/of kadastrale grenzen. Daar waar dat niet mogelijk bleek, is gekozen voor eenmeer praktische benadering.

3.3 Toelichting op de regels

De regels bevatten de juridische regeling voor het gebruik van de gronden, bepalingen over detoegelaten bebouwing en een regeling over het gebruik van bebouwing. De regels, die zijnonderverdeeld in paragrafen, worden hierna (indien nodig) toegelicht. De artikelen bevattenbepalingen over de specifieke bestemmingen in het plan.

Bestemmingsvlak en bouwvlakDe in het plangebied aanwezige bestemmingen bestaan in de meeste gevallen uit tweevlakken: een bestemmingsvlak en een bouwvlak. Het bestemmingsvlak geeft aan waar eenbepaald gebruik toegestaan is. Het bouwvlak is een gebied dat op de verbeelding is aangevenwaarvoor de mogelijkheden om gebouwen te bouwen in de regels zijn aangegeven. Hetbouwvlak is op de verbeelding voorzien van aanduidingen die betrekking hebben op demaatvoering.

AanduidingenOp de verbeelding is een onderscheid gemaakt in verschillende aanduidingen. Alleaanduidingen die betrekking hebben op afmetingen, percentages en oppervlakten, zowel tenaanzien van het bouwen als ten aanzien van het gebruik, zijn maatvoeringaanduidingen,waaronder de goot- en bouwhoogte en het maximum bebouwingspercentage.

Een aantal functieaanduidingen is gebruikt om de gebruiksmogelijkheden binnen eenbestemming of een gedeelte daarvan nader te specificeren. Het kan hierbij gaan om eennadere specificatie van de gebruiksmogelijkheden, een expliciete verruiming daarvan of juisteen beperking. Voorbeelden hiervan zijn 'bedrijf' en 'cultuurhistorische waarden'.

Alle aanduidingen met betrekking tot de wijze van bouwen en de verschijningsvorm vanbouwwerken, worden bouwaanduidingen genoemd.

Page 25: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 19 van 37

Een gebiedsaanduiding is een aanduiding die verwijst naar een gebied waarvoor bij detoepassing van het bestemmingsplan specifieke regels gelden of waar nadere afwegingenmoeten worden gemaakt. In het plangebied zijn verschillende gebiedsaanduidingen opgenomenvoor ondermeer geluidszone industrie en een zoekgebied ecologische verbindingszone.

Opbouw planregelsDe regels van het bestemmingsplan bestaan uit de volgende hoofdstukken:

1. inleidende regels;2. bestemmingsregels;3. algemene regels;4. overgangs- en slotregel.

3.3.1 Hoofdstuk 1: Inleidende regels

BegrippenDit artikel definieert de begrippen die in het bestemmingsplan worden gebruikt. Dit wordtgedaan om interpretatieverschillen te voorkomen.

Wijze van metenDit artikel geeft aan hoe de lengte, breedte, hoogte, diepte en oppervlakte en dergelijke vangronden en bouwwerken wordt gemeten of berekend. Alle begrippen waarin maten en waardenvoorkomen worden in dit artikel verklaard.

3.3.2 Hoofdstuk 2: Bestemmingsregels

In het hoofdstuk Bestemmingsregels zijn alle bestemmingen opgenomen met de daarbijbehorende bestemmingsomschrijving. Waar noodzakelijk is gebruikgemaakt van aanduidingenom toegestaan gebruik nader te specificeren. In het bestemmingsplan komen de volgendebestemmingen voor.

Artikel 3 AgrarischIn het zuiden van het plangebied is een agrarisch akkerbouwbedrijf gevestigd. Bebouwing isalleen mogelijk binnen het bouwvlak. In het kader van uniformiteit van de regeling isaangesloten bij de regeling van het bestemmingsplan "Buitengebied, 3e herziening".

In het vigerende bestemmingsplan waren ter plaatse van bouwvlakken geen neven- envervolgfuncties toegestaan. Gronden binnen de bestemming Agrarisch zijn bestemd voor deuitoefening van een volwaardig of reëel agrarisch bedrijf of een agrarisch akker- envollegrondstuinbouw. Ook agrarische activiteiten op niet-bedrijfsmatige wijze zijn toegestaan.Nieuwvestiging van volwaardige bedrijven of bedrijven bij wijze van deeltijd is niet mogelijk,alleen bestaande bedrijven zijn toegestaan. Naast de hoofdfunctie is ter plaatse een aantalnevenfuncties rechtstreeks toegestaan. Deze zijn in de tabel bij de bestemmingsomschrijvingopgenomen. In de specifieke gebruiksregels zijn voor de rechtstreekse nevenfuncties enkelegebruiksregels opgenomen.Alle gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, voorzieningen ten behoeve van dewaterbeheersing en erf- en terreinafscheiding, dienen binnen het, op de verbeeldingaangegeven, bouwvlak en achter de voorgevelrooilijn gebouwd te worden. Het gehele bouwvlakmag bebouwd worden. Het bestaande aantal bedrijfswoningen mag niet worden gewijzigd. Inde bouwregels zijn voor zowel de bedrijfsgebouwen, de bedrijfswoning als bouwwerken, geengebouwen zijnde, maximale maatvoeringen opgenomen, waarbij moet worden opgemerkt datde maximale bouwhoogte van bedrijfsbebouwing op de verbeelding is weergeven.In de bestemming Agrarisch zijn de volgende flexibiliteitsbepalingen opgenomen.

Afwijkingsregels ten behoeve van: het overschrijden van de genoemde afstandsmaten (bebouwing onderling en tot

perceelsgrenzen); het oprichten van permanente teeltondersteunende voorzieningen binnen het bouwvlak; het oprichten van kassen binnen het bouwvlak; nevenfuncties, anders dan bij recht.

Page 26: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 20 van 37

Bij alle ontwikkelingen binnen de bestemming Agrarisch dient rekening te worden gehoudenmet de in het gebied geldende waarden: landschaps- en cultuurhistorische waarden in de vormvan grootschalige openheid, waardevolle historisch-geografische lijnen en dijken, historischegroenstructuren, kreekrestanten en weidevogelgebieden. Indien met een ontwikkeling (viaafwijking of wijziging) aantasting van deze waarden mogelijk is, dient met een schriftelijk adviesvan een deskundige aangetoond te worden dat aantasting van deze waarden niet aan de ordeis.

Artikel 4 BedrijfDeze bestemming is gebruikt voor de voorkomende bedrijven in het plangebied. Overal zijnbedrijven in milieucategorie 1 mogelijk. De bedrijven die een hogere milieucategorie hebben,zijn aangeduid. Daar waar een bedrijfswoning of een nutsvoorziening voorkomt is dit specifiekaangeduid. Bedrijfswoningen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding'bedrijfswoning', waarbij per aanduiding maximaal één bedrijfswoning gerealiseerd mag worden.Ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening' zijn uitsluitend nutsvoorzieningen toegestaanen geen andersoortige bedrijven.Gebouwen zijn enkel toegestaan binnen het bouwvlak waarbij de maximale bouwhoogte isaangegeven. Ook voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde zijn in de regels maximale matenopgenomen.

Artikel 5 GroenDe bestemming 'Groen' is gebruikt voor plantsoenen, groenstroken en andere aanplantenbinnen het plangebied die kunnen worden aangemerkt als openbaar groen. Binnen dezebestemming zijn speelvoorzieningen toegestaan. Gebouwen en parkeervoorzieningen zijnechter niet toegestaan binnen de bestemming 'Groen'.

Artikel 6 MaatschappelijkDeze bestemming is gelegd op gronden voor activiteiten op het gebied van openbaar bestuur,openbare en maatschappelijke dienstverlening, religie, educatie, sportieve recreatie,verenigingsleven, sociale en culturele doeleinden of hiermee gelijk te stellen voorzieningen. Degronden zijn tevens bestemd voor onder andere groenvoorzieningen, parkeervoorzieningen enerven en terreinen. Ter plaatse van de aanduiding 'religie' zijn de gronden specifiek bedoeldvoor religieuze doeleinden.

Artikel 7 RecreatieDe gronden rondom het water en de jachthaven zijn bestemd als recreatie. In deze bestemmingis ook een scheepswerf ten behoeve van de jachthaven (uit categorie 3.1 van de Staat vanBedrijfsactiviteiten), detailhandel en ondergeschikte horeca I mogelijk. De bebouwing dient teworden opgericht binnen het bouwvlak.

Artikel 8 TuinDe voortuinen behorende bij de woningen zijn bestemd als tuin. Hier mogen ookparkeervoorzieningen worden gerealiseerd. In de bestemming tuin mogen uitsluitendbouwwerken, geen gebouwen worden gerealiseerd met uitzondering van erkers, luifels, balkonsen andere ondergeschikte bouwdelen van het hoofdgebouw.

Artikel 9 Verkeer - VerblijfDeze bestemming geldt voor wegen, straten en pleinen, voet - en fietspaden ten behoeve vande afwikkeling van alle verkeer. Ook zijn binnen deze bestemming terrassen mogelijk. Deterrassen moet voldoen aan de 'Beleidsregels terrassen gemeente Moerdijk' zoals door degemeenteraad van Moerdijk op 27 juli 2010 is vastgesteld. Die zijn opgesteld als uitwerking vande APV. Verder zijn binnen deze bestemming ook nuts- en speelvoorzieningen toegestaan. Terplaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - botenstalling' is een botenstallingtoegestaan.

Artikel 10 WaterDeze bestemming geldt voor het water (hoofdwaterstructuur en A-watergangen) gelegen vanhet plangebied. In deze bestemming zijn tevens de (ligplaatsen behorende bij de) jachthavenmogelijk gemaakt ter plaatse van de aanduiding 'jachthaven'. Verder is ter plaatse van de

Page 27: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 21 van 37

Aalskreek de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' opgenomen. Dit ter bescherming van decultuurhistorische waarden van de waterloop.

Artikel 11 WaterschapsdoeleindenDeze bestemming is opgenomen ten behoeve van voorzieningen voor het beheer enonderhoud van het water.

Artikel 12 WonenDe gronden met de bestemming 'Wonen' zijn bestemd voor het wonen in een woning en vooraan huis verbonden beroepen en bedrijven. Voor de aan huis verbonden beroepen en bedrijvenzijn binnen de bestemming gebruiksregels opgenomen. Daarnaast is ter plaatse van deaanduiding 'bedrijf' de opslag ten behoeve van een aannemersbedrijf toegestaan. Bij debestemming behorende voorzieningen zoals parkeervoorzieningen, water, tuinen en erven zijntoegestaan. Tevens is geregeld dat hobbymatig agrarisch gebruik is toegestaan.In de regels zijn voor aan- en uitbouwen en voor bijgebouwen de maximale goot- enbouwhoogte opgenomen. Per bouwperceel mag 50% van het erf worden bebouwd met aan- enuitbouwen met een maximum van 90 m². Voor percelen waar momenteel meer bijgebouwenaanwezig zijn, is een aanduiding 'bijgebouwen' opgenomen. Op deze percelen is de bestaandeoppervlakte toegestaan, met dien verstande dat na sloop maximaal 20% van dit teveel aanbebouwing mag worden teruggebouwd. In de regels zijn voor bouwwerken, geen gebouwenzijnde maximale maten opgenomen. Daarnaast is op één locatie de aanduiding 'bijgebouwenuitgesloten' opgenomen. Deze gronden dienen vrij te blijven van gebouwen en overkappingen.

Artikel 13 Waterstaat - WaterkeringMet dit artikel wordt de waterstaatkundige voorziening, de dijk, beschermd.

3.3.3 Hoofdstuk 3: Algemene regels

In het hoofdstuk algemene regels zijn regels opgenomen die voor het gehele plangebiedgelden.

Artikel 14 Anti-dubbeltelregelHet artikel 'Anti-dubbeltelregel' bevat bepalingen om te voorkomen dat met hetbestemmingsplan strijdige situaties ontstaan of worden vergroot. De redactie is wettelijkvastgelegd in het Besluit ruimtelijke ordening en overeenkomstig opgenomen.

Artikel 15 Algemene bouwregelsIn de algemene bouwregels is een regeling opgenomen voor afwijkende maten. Indien debestaande situatie afwijkt van de opgenomen regels in het bestemmingsplan is de bestaandesituatie toch toegestaan.

Artikel 16 Algemene gebruiksregelsIn de algemene gebruiksregels is een regeling opgenomen voor het gebruik dat als strijdig moetworden gezien.

Artikel 17 Algemene aanduidingsregelsgeluidzone - industrieTer plaatse van deze zone is de bouw van nieuwe geluidgevoelige objecten niet toegestaan. Ditten behoeve van de geluidruimte vanuit het gezoneerde industrieterrein 'Zeehaven- enindustrieterrein Moerdijk'.

wetgevingzone - wijzigingsgebiedTer plaatse van het zoekgebied voor ecologische verbindingszone zoals opgenomen in deVerordening ruimte van de provincie Noord-Brabant is ten behoeve van de realisatie daarvaneen wijzigingsgebied opgenomen. De zone is geheel gelegen buiten het bestaand stedelijkgebied en heeft een breedte van 25 m. Ter plaatse van dit gebied zijn burgemeester enwethouders bevoegd de gronden te wijzigen in de bestemming Natuurdoeleinden. Voordat ditplaats kan vinden dienen de gronden in eigendom te zijn overgedragen aan eenterreinbeherende instantie.

Page 28: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 22 van 37

Artikel 18 Algemene afwijkingsregelsIn dit artikel is in aanvulling op de afwijkingsregels uit de bestemmingen nog een aantalalgemene afwijkingsmogelijkheden opgenomen. Het betreft hier een standaardregeling die hetmogelijk maakt om bij de uitvoering van bouwplannen beperkte afwijkingen van het planmogelijk te maken. Bijvoorbeeld een geringe overschrijding van de toegestane bouwhoogte.

Artikel 19 Algemene wijzigingsregelsHet bevoegd gezag kan de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve vanoverschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technischbetere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk isin verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen mogen echter tenhoogste 1 m bedragen en het bestemmingsvlak mag met ten hoogste 5% worden vergroot.

3.3.4 Hoofdstuk 4: Overgangs- en slotregels

Artikel 20 OvergangsrechtIn de overgangsregel is een regeling opgenomen voor bebouwing en gebruik dat al bestond bijhet inwerkingtreden van het plan, maar dat strijdig is met de opgenomen regeling. Onderbepaalde voorwaarden mag deze strijdige bebouwing en/of het strijdig gebruik wordenvoortgezet of gewijzigd. De redactie is wettelijk vastgelegd en overeenkomstig opgenomen.

Artikel 21 SlotregelIn de 'slotregel' is de officiële naam van het plan bepaald. Onder deze naam kan hetbestemmingsplan aangehaald worden.

Page 29: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 23 van 37

4 OnderzoekDe wettelijke verplichting om een goede ruimtelijke onderbouwing aan het bestemmingsplan tengrondslag te leggen, impliceert onderzoek naar verschillende sectorale aspecten. Aspecten alswater, ecologie en verschillende milieuaspecten zijn onlosmakelijk verbonden met het creërenvan een goede ruimtelijke ordening. In dit hoofdstuk worden de voor dit bestemmingsplanrelevante milieuaspecten beschreven.

4.1 Bedrijven en milieuzonering

4.1.1 Beleid

De aanwezigheid van bedrijven kan de kwaliteit van de leefomgeving beïnvloeden. Bedrijvenkunnen geur, stof, geluid en gevaar ten gevolg hebben. Voorkomen moet worden dat bedrijvenhinder veroorzaken naar de omgeving, vooral indien het woongebieden of andere gevoeligebestemmingen betreft. Daarnaast moeten bedrijven zich kunnen ontwikkelen en eventueeluitbreiden. Om dit te bereiken is het van belang dat bedrijven en gevoelige bestemmingenruimtelijk goed gesitueerd worden, zodat de bedrijven zo min mogelijk overlast opleveren enwoongebieden de bedrijven zo min mogelijk beperken in hun bedrijfsuitvoering.

Regelgeving

Ten behoeve van milieuzonering is door de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) eenbedrijvenlijst opgesteld, waarin bedrijven op hun milieueffecten zijn gecategoriseerd. Afhankelijkvan de mate waarin de in deze lijst opgenomen bedrijven milieuhinder kunnen veroorzaken(uitgaande van de gemiddelde bedrijfssituatie), kent de lijst aan de bedrijven een categorie toe.Naarmate de milieuhinder toeneemt, loopt de categorie op van 1 tot en met 5, met bijbehorendeminimale afstanden tot woongebieden.

In de uitgave "Bedrijven en milieuzonering (2009)" is per bedrijfstype een globale indicatiegegeven van het invloedsgebied voor de aspecten geur, stof, geluid en gevaar. Op basis vanhet aspect met de grootste afstand zijn de bedrijven in de volgende categorieën ingedeeld:

Tabel 4.1: richtafstanden volgens 'Bedrijven en milieuzonering 2009'

MilieucategorieRichtafstanden tot 'rustigewoonwijk'

Richtafstanden tot 'gemengdgebied'

1 10 meter 0 meter

2 30 meter 10 meter

3 (3.1 en 3.2) 50 - 100 meter 30 - 50 meter

4 (4.1 en 4.2) 200 - 300 meter 100 - 200 meter

5 (5.1 en 5.2) 500 - 1000 meter 300 - 700 meter

6 1500 meter 1000 meter

De milieucategorie leidt in combinatie met een omgevingstype (rustige woonwijk of gemengdgebied) tot een bijbehorende richtafstand.

De afstanden gelden in principe tussen de perceelsgrens van het bedrijf (bij een gangbareperceelsgrootte en -indeling) en anderzijds de gevel van een woning. De afstanden inbovengenoemde uitgave moeten als indicatief gezien worden. Doordat de omvang vanbedrijven kan verschillen en omdat bedrijven maatregelen kunnen nemen om de invloed tebeperken kan de invloedssfeer in werkelijkheid afwijken van bovengenoemde afstanden. Deuiteindelijke afstemming tussen de hinder van het bedrijf en de omgeving wordt geregeld in hetkader van de Wet milieubeheer.

4.1.2 Beoordeling

Uitgangspunten milieucategoriseringVoor het bestemmingsplan Noordschans is voor alle bedrijven een milieucategorie indelingopgesteld. Rekening houdend met de bedrijfsfunctie en de directe omgeving zijn maximale

Page 30: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 24 van 37

bedrijfscategorieën per perceel bepaald. Gezien het gemengde karakter van het plangebiedwaarin diverse functies naast elkaar bestaan wordt in dit bestemmingsplan uitgegaan van hetomgevingstype 'gemengd gebied'. Op basis daarvan kan de afstand worden verlaagd. In deregels van het bestemmingsplan is dan ook bepaald dat op alle percelen met de bestemmingBedrijf, bedrijfsactiviteiten zijn toegestaan van categorie 1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten.Voor bedrijven van categorie 2 of 3 zijn op de verbeelding aanduidingen opgenomen. Dezecategorieën zijn overgenomen op basis van het vigerende bestemmingsplan en daarnaastovereenkomstig het bestaande gebruik. De jachthaven is in de bestemming 'Recreatie'opgenomen en toegestaan tot en met categorie 3.1.

Bedrijf Adres MilieucategoriePoldergemaal Noordschans 62 1Akkerbouwbedrijf Noordschans 1 2Verhuur/verkoop tijdelijke voorzieningen Noordschans 4 3.1Tuin-/vijvercentrum Noordschans 9 2Autoreparatiebedrijf Noordschans 38 2Lijstenmakerij Noordschans 53 1Opslag door aannemer Noordschans 58 2Houthandel Noordschans 67 3.1Autoreparatiebedrijf Noordschans 67a 2Agrarische dienstverlening Noordschans 69 1Transportbedrijf Noordschans 83 2Jachthaven Noordschans 121 3.1

4.1.3 Conclusie

In dit bestemmingsplan wordt door de gehanteerde milieucategorieën, die in debestemmingsplan-regeling is opgenomen, zorg gedragen voor een aanvaardbaar woon- enleefklimaat ter plaatse van de bestaande woningen en worden de bedrijven niet in hunfunctioneren belemmerd.

4.2 Horeca

4.2.1 Toelaatbaarheid van horeca-activiteiten

Bij de aanwezigheid van horecavoorzieningen is het van belang dat ter plaatse van woningeneen goed woon- en leefklimaat kan worden gerealiseerd en dat horecavoorzieningen op eengewenste locatie hun bedrijf kunnen uitoefenen. Zodoende wordt de toelaatbaarheid vanhoreca-activiteiten via de planregels vastgelegd. Binnen het plangebied zijn slechtshorecavoorzieningen toegelaten die passen binnen de definitie van 'horeca 1'. Bij 'horeca 1'gaat het om voorzieningen die gericht zijn op het verstrekken van nachtverblijf, het ter plaatsenuttigen van voedsel en dranken en verhuur van zalen. Binnen deze categorie vallen onderandere restaurants en cafés.

4.2.2 Inventarisatie horecavoorzieningen

De horeca-activiteiten binnen het plangebied zijn geïnventariseerd en gecategoriseerd aan dehand van de begripsbepaling in de planregels (zie lid 1.36). Binnen het plangebied komt éénhorecavoorziening voor. Het betreft het paviljoen Noordschans ter plaatse van de jachthavenNoordschans als ondergeschikte functie bij de jachthaven. De aanwezige horeca is toegestaanbinnen horeca I.

4.2.3 Conclusie

Binnen het plangebied komt één horeca-activiteit voor uit categorie I. Deze activiteitenveroorzaken geen onaanvaardbare milieuhinder voor het plangebied. Door het vastleggen vande toelaatbare categorieën horeca-activiteiten wordt ook in de toekomst milieuhindervoorkomen.

Page 31: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 25 van 37

4.3 Bodem en grondwaterkwaliteit

4.3.1 Beleid

Volgens artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening dient in verband met deuitvoerbaarheid van een plan onderzoek te worden verricht naar de bodemgesteldheid in hetplangebied. Bij functiewijzigingen dient te worden bekeken of de bodemkwaliteit voldoende isvoor de beoogde nieuwe functie. Nieuwe bestemmingen dienen bij voorkeur op schone grondente worden gerealiseerd.

4.3.2 Beoordeling

Het voorliggende bestemmingsplan betreft een conserverend plan, hetgeen inhoud dat er geennieuwe ontwikkelingen ten opzichte van de reeds bestaande planologische mogelijkheden inhet plan zijn opgenomen. Derhalve is een bodemonderzoek niet noodzakelijk.

Indien bij een eventuele ontwikkeling van een locatie grond moet worden afgevoerd, dienthierbij rekening te worden gehouden met de hergebruikmogelijkheden op basis van dekwalificatie volgens het Besluit bodemkwaliteit of de bodemkwaliteitskaart.

4.3.3 Conclusie

Er worden geen ontwikkelingen mogelijk gemaakt en derhalve staat de bodem- engrondwaterkwaliteit het bestemmingsplan niet in de weg.

4.4 Luchtkwaliteit

4.4.1 Beleid

Het wettelijk kader voor luchtkwaliteit is omschreven in titel 5.2 van de Wet milieubeheer en dealgemene maatregelen van bestuur inzake de luchtkwaliteitseisen. Hierin is van bepaaldeprojecten getalsmatig vastgelegd dat ze "niet in betekenende mate" (NIBM) bijdragen aan deluchtverontreiniging. Met de inwerkingtreding van het Nationaal SamenwerkingsprogrammaLuchtkwaliteit (NSL) op 1 augustus 2009, zijn deze grenzen zoals deze in de Wet luchtkwaliteitwaren opgenomen verruimd. Een project draagt volgens het NSL "niet in betekende mate" bijzolang de toename van de concentratie fijnstof of stikstofdioxide maximaal 3% bedraagt van degrenswaarde.

In de Regeling NIBM is een lijst met categorieën van projecten (inrichtingen, kantoor- enwoningbouwlocaties) opgenomen die niet in betekenende mate bijdragen aan deluchtverontreiniging. Deze projecten kunnen zonder toetsing aan de grenswaarden voor hetaspect luchtkwaliteit uitgevoerd worden. Voor woningbouwlocaties geldt dat voor maximaal1.500 woningen (in geval van één ontsluitingsweg) of 3.000 woningen (in geval van tweeontsluitingswegen met een gelijkmatige verkeersverdeling) geen beoordeling op luchtkwaliteitmeer hoeft plaats te vinden.

4.4.2 Beoordeling

Het bestemmingsplan betreft het conserverend bestemmen van de bestaande bebouwing enfunctie. Hierdoor kan een onderzoek naar de gevolgen voor de luchtkwaliteit achterwegeblijven.

In het licht van een goede ruimtelijke ordening is het verstandig dat de gemeente verder kijktdan alleen haar juridische verplichtingen op basis van de Wet milieubeheer. Het is zinvol ook deheersende luchtkwaliteit in ogenschouw te nemen uit oogpunt van goede ruimtelijke ordening.Op basis van de landelijk beschikbare GCN- en GDN-waarden (Grootschalige Concentratie- enDepositiekaarten Nederland) kan gesteld worden dat de jaargemiddeldeachtergrondconcentratie in 2011 voor stikstofdioxide (NO2) circa. 20,7 microgram per kubiekemeter lucht bedraagt en voor fijn stof (PM10) is dit 24,4 microgram per kubieke meter. Het aantaloverschrijdingsdagen van de etmaalgemiddelde grenswaarde is minder dan 35. Indien hetaantal overschrijdingsdagen onder de 35 blijft wordt voldaan aan de geldende normen.

Page 32: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 26 van 37

Omdat er geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt draagt het plan(vanzelfsprekend) niet bij aan een verslechtering van de luchtkwaliteit en is het niet noodzakelijkeen nader onderzoek naar de luchtkwaliteit te verrichten.

4.4.3 Conclusie

De jaargemiddelde concentratie van stikstofdioxide is lager dan het maximale jaargemiddeldevan 40 microgram per kubieke meter. Ook is de jaargemiddelde concentratie van fijn stof islager dan het maximale jaargemiddelde van 40 microgram per kubieke meter. Daarnaast is hetaantal dagen waarop de etmaalgemiddelde grenswaarde wordt overschreden lager dan 35 enwordt voldaan aan de norm. Luchtkwaliteit vormt derhalve geen belemmering voor dit plan.

4.5 Externe veiligheid

4.5.1 Beleid

Bij ruimtelijke plannen dient ten aanzien van externe veiligheid naar verschillende aspecten teworden gekeken, namelijk:

bedrijven waar opslag, gebruik en/of productie van gevaarlijke stoffen plaatsvindt; vervoer van gevaarlijke stoffen over weg, spoor of water en door buisleidingen.

In het externe veiligheidsbeleid wordt doorgaans onderscheid gemaakt tussen hetplaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR). Het PR is de kans per jaar dat eenpersoon op een bepaalde plaats overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongeval metgevaarlijke stoffen, indien hij onafgebroken en onbeschermd op die plaats zou verblijven. HetPR wordt weergegeven met risicocontouren rondom een inrichting of langs een vervoersas. Denorm voor het GR is een oriëntatiewaarde. De gemeente heeft een verantwoordingsplicht alshet GR toeneemt en/of de oriëntatiewaarde overschrijdt.

Vervoer van gevaarlijke stoffenIn december 2009 is de Circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen (RVGS)gepubliceerd en vervolgens in 2010 en 2012 herzien. De in 2012 herziene versie geldt op ditmoment als uitgangspunt. In deze Circulaire is het externe veiligheidsbeleid voor het vervoervan gevaarlijke stoffen over water, wegen en spoorwegen opgenomen. Op basis van deCirculaire geldt voor bestaande situaties de grenswaarde voor het PR ter plaatse van kwetsbareen beperkt kwetsbare objecten van 10-5 per jaar en de streefwaarde 10-6 per jaar. In nieuwesituaties is de grenswaarde voor het PR ter plaatse van kwetsbare objecten 10-6 per jaar. Voorbeperkt kwetsbare objecten geldt deze waarde als een richtwaarde. Op basis van de Circulairegeldt bij een overschrijding van de oriëntatiewaarde voor het GR of een toename van het GReen verantwoordingsplicht. Deze verantwoordingsplicht geldt zowel in bestaande als nieuwesituaties. De Circulaire vermeldt dat op een afstand van 200 m vanaf het tracé in principe geenbeperkingen hoeven te worden gesteld aan het ruimtegebruik.

BuisleidingenSinds 1 januari 2011 is het Besluit externe veiligheid buisleidingen in werking getreden. DezeAMvB sluit aan bij de risiconormering uit het Bevi. Daarbij worden de toetsings- enbebouwingsafstand vervangen door een afstand voor het plaatsgebonden risico en een afstandvoor het invloedsgebied van het groepsrisico. Voor het PR geldt dat er binnen de risicocontourvan 10-6 geen kwetsbare objecten mogen worden gerealiseerd. Voor beperkt kwetsbareobjecten geldt deze waarde als een richtwaarde. Voor het GR geldt, indien er objecten binnenhet invloedsgebied liggen, een verantwoordingsplicht. In een aantal situaties kan wordenvolstaan met een beperkte verantwoording van het GR. Het betreft de volgende situatie:

het plangebied ligt buiten het gebied behorende bij de afstand waar nog 100% van deaanwezigen kan komen te overlijden of, bij toxische stoffen, het plangebied ligt buitende grens waarbij het PR 10-8 per jaar is; of

het GR kleiner is dan 0,1 maal de oriënterende waarde; of het GR neemt met minder dan 10% toe terwijl de oriënterende waarde niet wordt

overschreden.

Page 33: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 27 van 37

Bij een beperkte verantwoording kan worden volstaan met het vermelden van: de personendichtheid in het invloedsgebied van de buisleiding en een uitspraak over de

verwachte toekomstige personendichtheid in het geval er concrete ontwikkelingen in hetinvloedsgebied zijn;

het GR per kilometer buisleiding en de bijdrage van de ontwikkeling (toegelaten beperktkwetsbare en kwetsbare objecten) aan de hoogte van het GR;

de mogelijkheden tot bestrijding en beperking van rampen; de mogelijkheden tot zelfredzaamheid van personen in het plangebied.

Ten aanzien van de laatste twee aspecten dient het bevoegd gezag de regionale brandweer instaat te stellen om een advies uit te brengen.

4.5.2 Beoordeling

Provinciale risicokaart

Figuur 4.1: uitsnede Risicokaart (bron: www.risicokaart.nl)

InrichtingenIn het plangebied is één inrichting aanwezig die relevant is in het kader van externe veiligheid.Het gaat om de jachthaven waarbij twee propaantanks van respectievelijk 8 en 10 m² aanwezigzijn. De veiligheidsafstand op basis van het Activiteitenbesluit milieubeheer is voor beide tanks15 meter.Daarnaast ligt het plangebied binnen het invloedsgebied van Shell Nederland Chemie B.V. enDr. W. Kolb Nederland B.V.. Met betrekking tot deze inrichtingen is de provincie Noord-Brabanthet bevoegd gezag. Op basis van de professionele risicokaart is bepaald dat het invloedsgebiedvan Shell Nederland Chemie 10.700 meter bedraagt en hierdoor volledig over het plangebiedligt. Het invloedsgebied van Dr. W. Kolb bedraagt 2.961 meter en ligt hierdoor eveneensvolledig over van het plangebied.

Page 34: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 28 van 37

Buisleidingen en vervoer van gevaarlijke stoffenNabij het plangebied zijn buisleidingen gelegen, waardoor gevaarlijke stoffen worden vervoerd.De buisleidingen genereren een invloedsgebied die tot over het plangebied liggen. Hetplaatsgebonden risico ligt niet binnen het plangebied. Omdat het plangebied binnen hetinvloedsgebied van deze leidingen ligt dient verantwoording van het groepsrisico plaats tevinden.Tevens ligt het plangebied binnen het invloedsgebied van een risicorelevante vaarweg over hetHollandsch Diep. De omliggende wegen rondom het plangebied zijn niet aangewezen als routevoor gevaarlijke stoffen.

4.5.3 Conclusie

In de nabijheid van het plangebied en het plangebied is één inrichting aanwezig die relevant isin het kader van externe veiligheid. Het gaat hierbij om de aanwezigheid van tweepropaantanks. De tanks kennen alleen een veiligheidsafstand van 15 meter. Onderhavig planmaakt geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk. Derhalve worden geen nadelige gevolgenverwacht voor de externe veiligheid.

Omdat het plangebied binnen het invloedsgebied van diverse inrichtingen, buisleidingen en eenvaarweg ligt dient overeenkomstig het Bevi het groepsrisico verantwoord te worden. Bij hetontwerpbestemmingsplan zal een verantwoording worden opgenomen.

4.6 Kabels en leidingen

In de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) zijn nutsvoorzieningenomgevingsvergunningvrij indien zij binnen bepaalde afmetingen vallen (bijlage 2 van het Bor,artikel 2 lid 18).

De (kleinere) nutsvoorzieningen, zoals transformatorhuisjes, kabelkasten en rioolinstallaties zijnniet afzonderlijk geïnventariseerd en bestemd maar algemeen geregeld door het opnemen vannutsvoorzieningen in de bestemmingsomschrijving. Binnen het plangebied zijn geen kabels,leidingen en straalpaden van zodanige importantie aanwezig, dat deze bij de planvormbetrokken dienen te worden c.q. afzonderlijk in het plan opgenomen dienen te worden.

Aan de oostzijde van het plangebied ligt zeehaven- en industrieterrein Moerdijk. Grenzend aanhet plangebied liggen enkele leidingen. Het plaatsgebonden risico ligt buiten het plangebied,maar het invloedsgebied van deze leidingen ligt wel binnen het plangebied. Daarvoor dient hetgroepsrisico verantwoord te worden. Zie hiervoor paragraaf 4.5.

4.7 Geluidhinder

4.7.1 Beleid

In het kader van de Wet geluidhinder liggen er zones rond wegen, spoorlijnen en gezoneerdeindustrieterreinen. Wegen op een woonerf of met een maximumsnelheid van 30 km/uur hebbengeen zone. Binnen een zone moet voor het realiseren van nieuwe geluidgevoeligebestemmingen, zoals woningen, onderzoek worden gedaan naar de optredendegeluidbelasting.

4.7.2 Beoordeling

Zone industrielawaaiVoor het industrie- en haventerrein Moerdijk geldt een geluidszone welke bij Koninklijk Besluit isvastgesteld op 22 juni 1993. Op 29 maart 2007 is een nieuwe zone vastgesteld. Deze zone isiets ruimer dan de zone van 1993, zie figuur 4.2. Naar aanleiding van deze nieuwe zone is eenparapluherzieningsbestemmingsplan opgesteld.

Buiten de zone industrielawaai mag de geluidsbelasting als gevolg van de bedrijven op hetbedrijventerrein niet meer bedragen dan 50 dB(A). De zone industrielawaai die voor dezegronden is vastgesteld ligt (gedeeltelijk) binnen het plangebied.

Page 35: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 29 van 37

Figuur 4.2: Zone industrielawaai

Binnen de zone industrielawaai gelden beperkingen voor nieuwbouw van woningen en anderegevoelige bestemmingen, vanwege een voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A) op de gevel.Nieuwe woningen en andere gevoelige bestemmingen binnen de zone zijn slechts toelaatbaarin bijzondere situaties, zoals het opvullen van een open plek in de bestaande bebouwing of bijstads- en dorpsvernieuwing. Dit is in de meeste gevallen alleen mogelijk buiten de 55 dB(A)-contour. Daarbinnen is geen nieuwbouw toegestaan.

Om nieuwe geluidsgevoelige functies binnen de zonegrens industrielawaai mogelijk te maken,dient een verzoek hogere grenswaarden bij de gemeente Moerdijk te worden aangevraagd.

Voorliggend bestemmingsplan legt de bestaande en vergunde situatie(s) in de regels vastmiddels de gebiedsaanduiding 'geluidszone - industrie'. Er worden geen nieuwe ontwikkelingenmogelijk gemaakt ten behoeve van geluidsgevoelige functies. Een akoestisch onderzoek in hetkader van de Wet geluidhinder hoeft daarom niet te worden uitgevoerd. Ook worden binnen hetplangebied geen nieuwe activiteiten op grond het Besluit algemene regels voor inrichtingenmilieubeheer (het Activiteitenbesluit) mogelijk gemaakt.

4.7.3 Conclusie

Voor het industrie- en haventerrein Moerdijk geldt een geluidszone. De geluidszone ligtgedeeltelijk binnen het plangebied. Binnen de zone industrielawaai gelden beperkingen voornieuwbouw van woningen en andere gevoelige bestemmingen, vanwege eenvoorkeursgrenswaarde van 50 dB(A) op de gevel.

Er worden geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt derhalve vormt geluid geenbelemmering voor onderhavig bestemmingsplan.

4.8 Water

4.8.1 Beleid

Het waterschap Brabantse Delta en Rijkswaterstaat zijn verantwoordelijk voor het waterbeheerin de gemeente. Het gaat dan om het waterkwantiteits- en kwaliteitsbeheer, de waterkeringzorg,

Page 36: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 30 van 37

waterzuivering, het grondwaterbeheer, het waterbodembeheer en vaak ook hetscheepvaartbeheer. Het waterschap heeft de grondslag van haar beleid opgenomen in hetwaterbeheersplan 2010-2015, wat is afgestemd op Europees, nationaal en provinciaal beleid.Speerpunten uit het waterbeheerplan zijn veiligheid, droge voeten, voldoende water, gezondenatuur, schoon water, genieten van water en het waterschap als calamiteitenorganisatie. Hetwaterschap heeft in een toetsingskader RO "De ruimte blauw geordend" aangegeven wat deruimtelijke consequenties zijn van het waterbeleid.

Daarnaast heeft het waterschap waar nodig nog toegespitst beleid en beleidsregels op deverschillende thema's/speerpunten uit het waterbeheersplan en heeft het waterschap een eigenverordening; De Keur en de legger. De Keur bevat gebods- en verbodsbepalingen metbetrekking tot ingrepen die consequenties hebben voor de waterhuishouding en hetwaterbeheer. De legger geeft aan waar de waterstaatswerken liggen, aan welke afmetingen eneisen die moeten voldoen en wie onderhoudsplichtig is. Veelal is voor deze ingrepen eenwatervergunning van het waterschap benodigd. De Keur is onder andere te raadplegen via desite van waterschap Brabantse Delta.

4.8.2 Beoordeling

Onderhavig bestemmingsplan is conserverend van aard. Derhalve worden geen nieuweontwikkelingen uitgevoerd en is geen sprake van nadelige gevolgen voor dewaterhuishoudkundige toestand. Daarnaast neemt het verhard oppervlak niet toe. Debestaande watergangen zijn overeenkomstig het vigerende bestemmingsplan overgenomen.Ter bescherming van de waterkering is de bestemming Waterstaat - Waterkering metbijbehorende beschermingszones opgenomen.

4.8.3 Conclusie

In het kader van de waterhuishouding zijn er geen nadelige gevolgen te verwachten voor dewaterhuishoudkundige toestand. Het bestemmingsplan 'Noordschans' is conserverend enderhalve neemt het verhard oppervlak niet toe.

4.9 Ecologie

4.9.1 Beleid

SoortenbeschermingFlora en FaunawetHet doel van de Flora- en faunawet (1998) is het instandhouden van in het wild voorkomendeplanten- en diersoorten. Beschermde soorten zijn onder andere bijna alle zoogdieren, vogels,amfibieën en reptielen die van nature in het wild in Nederland voorkomen. De beschermingwordt geregeld op drie manieren.

Ten eerste het verbieden van handelingen die de instandhouding van soorten direct in gevaarkunnen brengen. Ten tweede kunnen kleine objecten (bijv. grot, fort) of terreinen wordenaangewezen als beschermd gebied als het gebied van groot belang is voor het voortbestaanvan een soort. Ten derde moet voor ingrepen waarbij soorten of objecten die vallen onder deFlora- en faunawet zijn betrokken een ontheffing worden aangevraagd bij de Dienst Regeling.Bevoegd gezag is het ministerie van Economie, Landbouw en Innovatie (EL&I).

In het kader van de Flora- en faunawet is een groot aantal plant- en diersoorten beschermd.Indien als gevolg van werkzaamheden in het kader van ruimtelijke ordening schade aanbeschermde soorten wordt toegebracht, is een ontheffing ex art. 75 Flora- en faunawetnoodzakelijk. Het is daarbij van belang om te weten tot welke beschermingscategorie deaanwezige soorten behoren.

De beschermde soorten zijn ingedeeld in vier categorieën: algemene soorten waarvoor geen ontheffingsplicht geldt wegens een algehele

vrijstelling;

Page 37: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 31 van 37

strikt beschermde soorten waarvoor een ontheffingsplicht geldt voor werkzaamhedendie leiden tot verstoring van deze soorten of vernietiging van het leefgebied;

overige soorten ('middengroep') waarvoor een vrijstelling geldt indien wordt gewerktvolgens een goedgekeurde gedragscode. Voor het onderhavige project is eendergelijke gedragscode niet van toepassing, zodat ook voor deze soorten eenontheffingsplicht geldt;

broedende vogels, waarvoor geldt dat deze niet verstoord mogen worden. Hiervoor kanin het algemeen ook geen ontheffing worden verkregen, doordat dit eenvoudig tevoorkomen is door de werkzaamheden uit te stellen tot na de broedperiode. Voor eenbeperkt aantal soorten geldt dat hun nest ook buiten het broedseizoen beschermd is.

Bij het opstellen van een nieuw bestemmingsplan of bij een bouwplan waarvoor ontheffing vanhet bestemmingsplan verleend dient te worden alvorens dit plan uitgevoerd kan worden, dientonderzoek verricht te worden naar het effect van de handeling. Welke soorten (dieren enplanten) zijn aanwezig in het gebied. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in algemene soorten,zeldzame soorten en zeer zeldzame cq. bedreigde soorten.

GebiedsbeschermingNatuurbeschermingswetDe gebiedsbescherming is geïmplementeerd in de Natuurbeschermingsweg 1998 en omvat deNatura 2000-gebieden. In de Natura 2000-gebieden zijn de beschermde natuurmonumentenalsmede de gebieden met de status Vogel- en/of de Habitatrichtlijn-gebied opgenomen. Globaalkan gesteld worden dat de gebiedsbescherming gericht is op de bescherming van de waardenwaarvoor een gebied is aangewezen. Deze bescherming is gebiedspecifiek, maar kent wel dezogenaamde externe werking. Dat wil zeggen dat ook handelingen buiten het beschermdegebied niet mogen leiden tot verlies aan kwaliteit in het beschermde gebied. Het Natura 2000-gebied is gelegen buiten het plangebied. Bescherming van het gebied in het plangebied is nietnodig. Indien handelingen binnen het plangebied plaatsvinden die een gevolg kunnen hebbenvoor de bedoelde natuurwaarden is dit relevant en dienen de effecten inzichtelijk gemaakt teworden. Dit bestemmingsplan betreft een consoliderend plan waarbinnen geen ontwikkelingenmogelijk gemaakt worden. Gevolgen voor de natuurwaarden in de omgeving van hetplangebied zijn niet aan de orde.

4.9.2 Beoordeling

Voor de in het plangebied aanwezige natuurtypen wordt gekeken naar het natuurbeheerplanvan de provincie Noord-Brabant.

In een natuurbeheerplan begrenzen Gedeputeerde Staten gebieden waar subsidiëring vanbeheer van natuurgebieden, agrarische natuur en landschapselementen plaats kan vinden.Daarnaast beschrijft het natuurbeheerplan per (deel)gebied welke natuur- en landschapsdoelenvan toepassing zijn en stelt het natuurbeheerplan zo nodig aanvullende eisen ten aanzien vanhet uitvoeren van bepaalde beheermaatregelen. In figuur 4.3 is een uitsnede van hetnatuurbeheerplan opgenomen van het plangebied.

In het noordwesten grenzend aan het plangebied ligt het natuurgebied de Buitengorzen. Ditnatuurgebied van 208 ha is gelegen tussen Noordschans en Willemstad en bestaat uitbuitendijkse gronden. Deels betreft het weilanden en deels natte ruigten, rietvelden enverwaarloosde grienden.

In het plangebied ligt de Aalskreek. Deze kreek is in het Natuurbeheerplan aangemerkt als'zoekgebied voor een ecologische verbindingszone'. Aangezien het plan geen ontwikkelingenmogelijk maakt, leidt dit niet tot belemmeringen. Voor de Aalskreek is eenwijzigingsbevoegdheid opgenomen om de ecologische verbindingszone daadwerkelijk tekunnen realiseren en daarmee bestemming van de gronden te wijzigen in 'Natuur'.

Page 38: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 32 van 37

Figuur 4.3: uitsnede Natuurbeheerplan provincie Noord Brabant

4.9.3 Conclusie

In het plangebied is de Aalskreek aangewezen als zoekgebied voor een ecologischeverbindingszone. Derhalve krijgt de Aalskreek een gebiedsaanduiding ter bescherming van deaanwezige ecologische waarden. Een deel van de ecologische verbindingszone is reedsgerealiseerd en zal in de vervolgprocedure een bestemming 'Natuur' krijgen. Daarnaast wordener geen ontwikkelingen mogelijk gemaakt in dit bestemmingsplan en zijn effecten op hetnaastgelegen Natura 2000-gebied niet aan de orde.

4.10 Archeologie en cultuurhistorie

4.10.1 Beleid

Het Europese Verdrag van Valletta, ook wel het Verdrag van Malta genoemd, beoogt hetcultureel erfgoed dat zich in de bodem bevindt beter te beschermen. Het gaat bijvoorbeeld omgrafvelden, gebruiksvoorwerpen en resten van bewoning. Op iedere plaats in de bodem kan ditsoort erfgoed zich bevinden. Vaak werden archeologen laat bij de ontwikkeling van plannenbetrokken. Hierdoor werd de aanwezigheid van archeologische waarden vaak pas ontdekt alsprojecten, zoals de aanleg van wegen of stadsvernieuwing, al in volle gang waren.

Om het bodemarchief beter te beschermen en om onzekerheden tijdens de bouw vanbijvoorbeeld nieuwe wijken te beperken, is het vanaf 1 januari 2005 verplicht vooraf onderzoekte laten doen naar de mogelijke aanwezigheid van archeologische waarden. Op deze manierkan daar bij de ontwikkeling van de plannen zoveel mogelijk rekening mee worden gehouden.Op 16 april 1992 werd de verdragstekst door de leden van de Europese ministerraad in Vallettaondertekend.

Daarmee is het verdrag de opvolger van een eerder Europees verdrag uit 1969 waarin vooralde bescherming van archeologische monumenten werd geregeld. Uitgangspunt van het nieuweverdrag is dat het archeologische erfgoed al voordat het tot monument is verklaard, integralebescherming nodig heeft en krijgt.

Op 1 september 2007 is de Wet op de archeologische monumentenzorg in werking getreden.Om het bodemarchief beter te beschermen en om onzekerheden tijdens de bouw van

Page 39: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 33 van 37

bijvoorbeeld nieuwe wijken te beperken, is het vanaf 1 januari 2005 verplicht vooraf onderzoekte laten doen naar de mogelijke aanwezigheid van archeologische waarden.Op deze manier kan daar bij de ontwikkeling van de plannen zoveel mogelijk rekening meeworden gehouden.

De gemeente is bezig met het opstellen van gemeentelijk archeologie en cultuurhistorie beleid.Hierin wordt bovenstaand (beleids)kader vertaald.

4.10.2 Beoordeling

ArcheologieOp de cultuurhistorische waardenkaart, van de provincie Noord-Brabant (zie figuur 4.4) is dekern Noordschans niet voorzien van indicatieve archeologische waarden en is geenarcheologisch monument gelegen. Om deze reden kan worden gesteld dat er geenarcheologische waarden binnen het plangebied aanwezig zijn die bescherming behoeven.

Figuur 4.4: uitsnede Cultuurhistorische waardenkaart provincie Noord Brabant

CultuurhistorieHet plangebied is op de cultuurhistorische waardenkaart, van de provincie Noord-Brabant,aangeduid als cultuurhistorisch landschap. De locatie van het voormalige fort Hollandia, isaangeduid als cultuurhistorisch vlak. Verder liggen binnen het plangebied verschillendewoningen die zijn aangeduid als 'overige bouwwerken'. In het noorden van het plangebied ligtde 'Buitengorzen'. Dit natuurgebied, grenzend aan het Hollandsch Diep is aangeduid alshistorisch groen.

De dijk (Buitendijk West) gelegen rondom het op figuur 4.4 aangegeven cultuurhistorisch vlak iseen historisch-geografische lijn van redelijk hoge, tot hoge waarde. Rondom deze dijk ligt eenzone ter bescherming van deze historisch-geografische lijn.

In het plangebied zijn geen rijksmonumenten gelegen. Het landbouwhuis aan de Schansweg 40is in de gemeentelijke erfgoedverordening aangewezen als een gemeentelijk monument.

Page 40: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 34 van 37

4.10.3 Conclusie

ArcheologieBinnen het plangebied bevinden zich geen archeologische waarden die beschermd moetenworden. Om deze reden kan worden gesteld dat er geen archeologische waarden binnen hetplangebied aanwezig zijn die bescherming behoeven. Om deze reden is in hetbestemmingsplan geen archeologische dubbelbestemming ter bescherming van eventuelearcheologische waarden opgenomen.

CultuurhistorieHet plangebied is op de cultuurhistorische waardenkaart aangeduid als cultuurhistorischlandschap. Daarnaast is een deel van het plangebied aangeduid als cultuurhistorisch vlak.Verspreidt over de kern liggen verschillende panden die zijn aangeduid als 'overige bouwkunst'.De waarde van deze gronden en panden is niet vastgelegd in gemeentelijk beleid en geeft geenaanleiding tot bescherming van deze waarden in het bestemmingsplan.

Page 41: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 35 van 37

5 Uitvoerbaarheid

5.1 Economische uitvoerbaarheid

In het bestemmingsplan worden geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt. Hetbestemmingsplan kan worden gezien als een consoliderend plan. Om die reden is het opstellenvan een exploitatieplan niet noodzakelijk. Geconcludeerd wordt dat het bestemmingsplaneconomisch uitvoerbaar is.

5.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid

5.2.1 Inspraak

In het kader van de gemeentelijke inspraak verordening zal het voorontwerpbestemmingsplangedurende een periode van zes weken ter inzage worden gelegd. Ingezetenen enbelanghebbenden kunnen gebruikmaken van de mogelijkheid om gedurende deze periode in tespreken op het voorontwerpbestemmingsplan. Tevens wordt een informatieavond gehouden.

5.2.2 Vooroverleg

In het kader van het bestuurlijk vooroverleg ex artikel 3.1.1 Bro, zal hetvoorontwerpbestemmingsplan in ieder geval worden toegezonden aan de volgendevooroverlegpartners:1. provincie Noord-Brabant;2. Regionale Brandweer;3. Waterschap Brabantse Delta;4. Rijkswaterstaat.

5.3 Handhavingsaspecten

De aandacht voor handhaving neemt de laatste jaren sterk toe. Zowel de hogere overheden alsde burgers spreken de gemeente in toenemende mate aan op het handhaven van de eigenregels en de rechter spreekt zich nadrukkelijk uit over de verplichtingen die gemeentebesturenhebben om de eigen regelgeving te handhaven. Het bestemmingsplan vervult een aantalfuncties op het gebied van handhaving. Een bestemmingsplan is toekomstgericht. Het geeft eenbeeld van de te verwachten ruimtelijke ontwikkelingen en verwoordt het gemeentelijk beleid tenopzichte van de ontwikkelingen. Eveneens functioneert het bestemmingsplan als toetsingskadervoor bouwplannen en andere werkzaamheden. Hierdoor is het bestemmingsplan bindend voorburgers, bedrijven, instanties en overheid. Om ervoor te zorgen dat handhaving van hetbestemmingsplan in de praktijk met succes kan worden afgedwongen, dient aan het volgendete worden voldaan:

De regels en het kaartmateriaal moeten duidelijk en overzichtelijk zijn; Regels moeten zodanig zijn dat duidelijk is wanneer er sprake is van een overtreding en

overtredingen moeten herkenbaar/zichtbaar én controleerbaar zijn; Het plan dient uitvoerbaar te zijn.

De grondslag voor een goed werkend handhavingsbeleid wordt gevormd door een grondigeinventarisatie van de feitelijke situatie (grondgebruik, bebouwing) van het plangebied bij deopstelling van het bestemmingsplan en een deugdelijk mutatiesysteem bij de uitvoering van hetbestemmingsplan. Onderdeel van dit mutatiesysteem is een goede registratie van verleendeomgevingsvergunningen. Bij de opstelling van dit bestemmingsplan heeft een inventarisatieplaatsgevonden van de feitelijke situatie. Daarnaast vindt registratie plaats van verleendeomgevingsvergunningen.

Handhaving kan plaatsvinden via publiekrechtelijke, privaatrechtelijke en strafrechtelijke weg.Dit laatste is afhankelijk van het Openbaar Ministerie. In het ruimtelijk bestuursrecht is degemeente op grond van de Gemeentewet bevoegd tot het toepassen van bestuursdwang tenaanzien van ontwikkelingen die strijdig zijn met de bepalingen van het bestemmingsplan. Dezevormen van handhaving vallen onder de zogenoemde repressieve handhaving.

Page 42: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 36 van 37

Hiermee wordt gedoeld op de middelen en/of het instrumentarium waarmee de gemeentenaleving kan afdwingen, dan wel tegen normafwijkend gedrag correctief kan optreden.

Daarnaast wordt onderscheiden de preventieve handhaving. Deze komt voornamelijk totuitdrukking in het toezicht op het gebruik van gronden en gebouwen. Preventieve handhavinggeschiedt over het algemeen door informele middelen waaronder bijvoorbeeld informeel contacttussen de met handhaving belaste personen en de grondgebruikers. Hoewel het effect vandergelijke middelen niet goed meetbaar is, wordt aan deze middelen toch zeker betekenistoegekend.

Daarnaast zijn in het bestemmingsplan instrumenten van toezicht opgenomen. Gedoeld wordtop afwijkingsbevoegdheden, de bevoegdheid nadere eisen te stellen en de mogelijkheidomgevingsvergunningen te verlenen. Deze instrumenten maken een toetsing mogelijk voordatmet de beoogde activiteit (bouwen, gebruiken, het verrichten van werken en/ofwerkzaamheden) een aanvang wordt gemaakt. De te nemen besluiten op basis van degenoemde bevoegdheden dienen te berusten op een deugdelijke motivering.

Page 43: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

blad 37 van 37

Bijlagen

Page 44: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage: Overzicht aanwezige functies Noordschans(augustus 2013)

1 Maatschappelijke voorzieningen1.1 Kerk Noordschans 10

2 SportvoorzieningenN.v.t.

3 Detailhandel en kantoor met baliefunctieN.v.t.

4 HorecaN.v.t.

5 Bedrijven5.1 Verhuur/verkoop tijdelijke accommodatie/voorzieningen Noordschans 45.2 Tuin-/vijvercentrum Noordschans 95.3 Autoreparatiebedrijf Noordschans 385.4 Lijstenmakerij Noordschans 535.5 Opslag door aannemer Noordschans 585.6 Houthandel Noordschans 675.7 Autoreparatiebedrijf Noordschans 67a5.8 Agrarische dienstverlening Noordschans 695.9 Transportbedrijf Noordschans 835.10 Reinigen van kleding en textiel Noordschans 125.11 Atelier / Dienstverlening voor uitvoerende kunst Noordschans 81

6 Nutsvoorzieningen6.1 Poldergemaal Noordschans 62 & 66

7 Agrarische bedrijven7.1 Akkerbouwbedrijf Noordschans 1

8 Bedrijven Recreatieve Sector8.1 Jachthaven Noordschans 121

9 KantorenN.v.t.

1.1

5.1

5.2

7.1

5.3

5.4

5.5

5.6

5.7

5.8

5.9

6.1

8.1

5.11

5.10

5.2

Page 45: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

BestemmingsplanNoordschans

Regels

Page 46: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Inhoudsopgave

Regels 3

Hoofdstuk 1 Inleidende regels 5Artikel 1 Begrippen 5Artikel 2 Wijze van meten 11

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 13Artikel 3 Agrarisch 13Artikel 4 Bedrijf 19Artikel 5 Groen 21Artikel 6 Maatschappelijk 22Artikel 7 Recreatie 23Artikel 8 Tuin 24Artikel 9 Verkeer - Verblijfsgebied 25Artikel 10 Water 26Artikel 11 Waterschapsdoeleinden 27Artikel 12 Wonen 28Artikel 13 Waterstaat - Waterkering 30

Hoofdstuk 3 Algemene regels 31Artikel 14 Anti-dubbeltelregel 31Artikel 15 Algemene bouwregels 32Artikel 16 Algemene gebruiksregels 33Artikel 17 Algemene aanduidingsregels 34Artikel 18 Algemene afwijkingsregels 35Artikel 19 Algemene wijzigingsregels 36

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels 37Artikel 20 Overgangsrecht 37Artikel 21 Slotregel 38

Bijlagen bij regels 39Bijlage 1 Aan-huis-verbonden beroepen en bedrijfsmatige activiteiten aan huis 40Bijlage 2 Staat van Bedrijfsactiviteiten 42

2

Page 47: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan

het bestemmingsplan Noordschans met identificatienummer NL.IMRO.1709.Noordschans-BP20 van de gemeente Moerdijk.

1.2 bestemmingsplan

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.

1.3 aanduiding

een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.

1.4 aan- en uitbouw

een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw.

1.5 aan-huis-verbonden beroep

een dienstverlenend beroep, dat in een woning door de bewoner wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is.

1.6 afhankelijke woonruimte

een bijgebouw dat qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met de woning en waarin een gedeelte van de huishouding uit een oogpunt van mantelzorg gehuisvest is.

1.7 agrarisch bedrijf

een bedrijf, gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van dieren en waarbij de bedrijfsvoering aanbod gericht is; nader te onderscheiden in:

a. grondgebonden veehouderij: het houden van melk- en ander vee waarbij de veehouderij geheel of in overwegende mate afhankelijk is van de bij het bedrijf behorende agrarische grond als productiemiddel; onder grondgebonden veehouderij wordt tevens verstaan biologische pluimveehouderij waarbij het pluimvee in overwegende mate buiten loopt;

b. paardenfokkerij: het houden van paarden ten behoeve van de fokkerij waarbij het africhten van en de handel in paarden in ondergeschikte mate plaatsvindt; onder paardenfokkerij wordt niet verstaan paardenstalling en manege;

c. akker- en vollegrondstuinbouw: de teelt van gewassen op open grond, met uitzondering van fruit-, sier- en bollenteelt, boomkwekerij en bosbouw;

d. intensieve veehouderij: de teelt van slacht-, fok-, leg- of pelsdieren in gebouwen (nagenoeg) zonder weidegang en/of zonder in overwegende mate afhankelijk te zijn van de bij het bedrijf behorende agrarische grond als productiemiddel;

e. glastuinbouw: de teelt van tuinbouw- of siergewassen (nagenoeg) geheel met behulp van kassen en permanente tunnelkassen, waaronder begrepen plastic kassen;

f. fruitteelt: de teelt van fruit in boomgaarden;g. sierteelt: de teelt van siergewassen, alsmede van sierstruiken en sierbomen op open grond;h. intensieve kwekerij: de teelt van gewassen of dieren (anders dan bij wijze van intensieve veehouderij)

5

Page 48: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

(nagenoeg) zonder gebruik te maken van daglicht;i. boomkwekerij: een bedrijf gericht op het telen van bomen al dan niet gecombineerd met de

verhandeling daarvan;j. bosbouw: de teelt van bomen ten behoeve van de houtproductie.

1.8 agrarisch bedrijf bij wijze van deeltijd

een agrarisch bedrijf in de omvang van minder dan een halve arbeidskracht.

1.9 agrarisch bedrijf op niet-bedrijfsmatige wijze

het uitvoeren van agrarische activiteiten, waarbij het niet-bedrijfsmatige karakter vooropstaat. Onder agrarische activiteiten wordt in deze zin verstaan het houden van vee en het telen van gewassen op een zodanig kleinschalige wijze dat geen milieuvergunning of melding noodzakelijk is. Het betreft hier agrarische activiteiten op locaties waar voorheen bedrijfsmatige agrarische activiteiten plaatsvonden.

1.10 bebouwing

één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde

1.11 bedrijf

een onderneming gericht op het vervaardigen, bewerken, herstellen, installeren, opslaan of inzamelen van goederen.

1.12 bedrijfs- of dienstwoning

een woning in of bij een gebouw of op een terrein, die slechts is bestemd voor bewoning door (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar noodzakelijk is, gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein.

1.13 bestaande afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen

afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan tot stand zijn gekomen of tot stand zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet.

1.14 bestaande gebouwen

gebouwen die op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan zijn of worden gebouwd met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet.

1.15 bestemmingsvlak

een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.

1.16 bedrijfsvloeroppervlakte

de totale vloeroppervlakte van een kantoor, winkel of bedrijf met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen en overige dienstruimten.

1.17 botenstalling

een overdekte steiger in de vorm van een schuur, voor berging, onderhoud, reparatie en verbouwing van pleziervaartuigen met de daarbij behorende voorzieningen;

6

Page 49: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

1.18 bouwen

het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.

1.19 bouwgrens

de grens van een bouwvlak.

1.20 bouwlaag

een doorlopend gedeelte van een gebouw dat is begrensd door op (nagenoeg) gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen en dat zodanige afmetingen en vormen heeft dat dit gedeelte zonder ingrijpende voorzieningen voor woonfuncties geschikt of geschikt te maken is.

1.21 bouwperceel

een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.

1.22 bouwperceelgrens

de grens van een bouwperceel.

1.23 bouwvlak

een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.

1.24 bouwwerk

een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.

1.25 bijgebouw

een vrijstaand gebouw dat in functioneel en bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw.

1.26 cultuurhistorische waarde

de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde in verband met ouderdom en gaafheid.

1.27 dakkapel

een constructie ter vergroting van een gebouw, die zich tussen de dakgoot en de nok van een dakvlak bevindt, waarbij deze constructie onder de noklijn is gelegen en de onderzijde van de constructie in het dakvlak is geplaatst.

1.28 dakopbouw

een constructie ter vergroting van een gebouw, die zich boven de dakgoot bevindt, waarbij deze constructie (deels) boven de oorspronkelijke nok uitkomt en de onderzijden van de constructie in één of beide dakvlak(ken) is (zijn) geplaatst.

7

Page 50: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

1.29 detailhandel

het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen en leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.

1.30 dienstverlening

het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen, zoals reis- en uitzendbureaus, kapsalons, pedicures, wasserettes, makelaarskantoren, en bankfilialen.

1.31 erf

de gronden die behoren bij het hoofdgebouw, 1 meter gelegen achter de denkbeeldige lijn in het verlengde van de lijn van het bouwvlak waar de voorgevel van het hoofdgebouw aan ligt, voorzover deze gronden gelegen zijn buiten het bouwvlak van het hoofdgebouw.

1.32 gebouw

elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.

1.33 grens gezoneerd industrieterrein

grens van het terrein waarvoor een zone industrielawaai geldt, zoals bedoeld in artikel 40 van de Wet geluidhinder.

1.34 grens zone industrielawaai

grens van de zone, zoals bedoeld in artikel 40 en artikel 41, leden 1 en 2, van de Wet geluidhinder.

1.35 hoofdgebouw

een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.

1.36 horeca

"horeca 1":

een bedrijf dat is gericht op het verstrekken van nachtverblijf en/of van ter plaatse te nuttigen voedsel en dranken alsmede zalen;

"horeca 2":

elke voor het publiek, al dan niet tegen betaling toegankelijke lokaliteit, die geheel of nagenoeg geheel is ingericht of wordt gebruikt voor het dansen, zoals discotheken en dancings, waarin al dan niet dranken voor gebruik ter plaatse worden verstrekt;inrichtingen waarin een kans- of behendigheidsspel wordt uitgeoefend;

"horeca 3":

logiesaccommodatie.

1.37 kantoor

voorzieningen gericht op het verlenen van diensten op administratief, financieel, architectonisch, juridisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen discipline, waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.

8

Page 51: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

1.38 kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten

het in een woning door de bewoner op bedrijfsmatige wijze uitoefenen van activiteiten, waarvoor geen melding- of vergunningplicht op grond van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer geldt en waarbij de woning in overwegende mate zijn woonfunctie behoudt met een ruimtelijke uitstraling die daarbij past.

1.39 nutsvoorzieningen

voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van openbaar vervoer, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie.

1.40 overig bouwwerk

een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.

1.41 overkapping

een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een gesloten dak.

1.42 peil

a. voor gebouwen binnen 5 m afstand van een weg: de hoogte van de kruin van die weg;b. in andere gevallen en voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde: de gemiddelde hoogte van het

aansluitende afgewerkte maaiveld.

1.43 seksinrichting

het bedrijfsmatig – of in een omvang of frequentie die daarmee overeenkomt – gelegenheid bieden tot het ter plaatse, in een gebouw of in een voertuig, verrichten van seksuele handelingen.

1.44 Staat van Bedrijfsactiviteiten

de Staat van Bedrijfsactiviteiten die van deze regels onderdeel uitmaakt.

1.45 tuincentrum

een bedrijf, gericht op de teelt en de verhandeling van bomen, heesters, planten, bloemen en andere siergewassen en in samenhang daarmee de verkoop van artikelen die met de tuinbewerking of de inrichting van tuinen verband houden en de verkoop van artikelen die inspelen op woontrends en het buitenleven.

1.46 verbeelding

a. analoge verbeelding: de verbeelding van het bestemmingsplan “Noordschans”, bestaande uit één kaartblad met het nummer NL.IMRO.1709.Noordschans-BP20.

b. digitale verbeelding: een verbeelding van het bestemmingsplan “Noordschans”, met de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het NL.IMRO.1709.Noordschans-BP20.

1.47 voorgevel

de gevel van het hoofdgebouw die door zijn aard, functie, constructie of ''uitstraling'' als belangrijkste gevel kan worden aangemerkt.

9

Page 52: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

1.48 woning

een complex van ruimten, geschikt en bestemd voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden.

10

Page 53: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Artikel 2 Wijze van meten

2.1 afstanden

afstanden tussen bouwwerken onderling alsmede afstanden van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn.

2.2 de bouwhoogte van een bouwwerk

vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.

2.3 de breedte, lengte en diepte van een bouwwerk

tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidsmuren.

2.4 vloeroppervlakte

de gebruiksoppervlakte volgens NEN 2580.

2.5 dakhelling

langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.

2.6 de goothoogte van een bouwwerk

vanaf het peil tot aan de van de bovenkant goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.

2.7 inhoud van een bouwwerk

tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.

2.8 oppervlakte van een bouwwerk

tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.

11

Page 54: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

12

Page 55: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Agrarisch

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. een volwaardig of reëel agrarisch bedrijf of een agrarisch bedrijf bij wijze van deeltijd dat kan bestaan uit één of meerdere hoofdtakken, zoals genoemd in lid 1.7 onder c of agrarische activiteiten op niet-bedrijfsmatige wijze zoals genoemd in lid 1.9;

alsmede voor:

b. het behoud van verweving van landbouw en landschaps- en cultuurhistorische waarden alsmede de kenmerkende openheid en het behoud en herstel van de in dit gebied voorkomende landschaps- en cultuurhistorische waarden in de vorm van grootschalige openheid, waardevolle historisch-geografische lijnen en dijken, historische groenstructuren, kreekrestanten, weidevogelgebieden en cultuurhistorische waarden;

c. de in tabel 3.1 genoemde nevenfuncties; d. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding; e. bij de bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, (ontsluitings)wegen, laad- en

losvoorzieningen, parkeervoorzieningen en nutsvoorzieningen.

Tabel 3.1 Rechtstreeks toegestane nevenfuncties

nevenfunctie max. bvo aan bebouwing in gebruik

agrarisch hulp- en nevenbedrijf in de categorie 1 of 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten

400

opslag en stalling van agrarische producten, goederen, werktuigen en materialen in de bestaande bebouwing

400

verkoop aan huis van streekeigen agrarische producten 50

agrarische loonbedrijven in categorie 1 of 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 500

veearts 400

hoefsmederij 400

ambachtelijke be- en verwerking van agrarische producten (kaasmakerij, imkerij, riet- en vlechtwerk, klompenmakerij)

400

hoveniersbedrijf 400

paardenstalling/paardenpension 400

kano-, roeiboot- of fietsenverhuur 400

kleinschalige horecagelegenheid 100

kampeerboerderij 400

sociale functie (resocialisatie, therapie, zorgboerderij) 400

museum/tentoonstelling 100

13

Page 56: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

3.2 Bouwregels

Op deze gronden mogen worden gebouwd:

a. gebouwen; b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;

en gelden de volgende regels:

c. er mag ten hoogste 1 bedrijf per bouwvlak worden opgericht; d. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van tijdelijke lage

teeltondersteunende voorzieningen, voorzieningen ten behoeve van de waterbeheersing en erf- en terreinafscheiding, dienen binnen het bouwvlak en achter de voorgevelrooilijn gebouwd te worden;

e. het gehele bouwvlak mag met gebouwen worden bebouwd; f. uitbreiding van gebouwen ten behoeve van 'agrarische activiteiten op niet-bedrijfsmatige wijze' zoals

omschreven in lid 3.1 onder a is, met uitzondering van bedrijfswoningen en bijbehorende aan- en uitbouwen en bijgebouwen, niet toegestaan;

g. nieuwe gebouwen binnen een bouwvlak dienen te worden gebouwd in aansluiting op bestaande gebouwen, waarbij de onderlinge afstand ten hoogste 20 m mag bedragen;

h. nieuwe gebouwen binnen een bouwvlak dienen te worden gebouwd op een afstand van ten minste 20 m tot de zijkant van de dichtstbij gelegen openbare weg, met dien verstande dat nieuwe bedrijfsgebouwen niet mogen worden gebouwd in de zone tussen de bedrijfswoning en de dichtstbij gelegen openbare weg;

i. nieuwe bedrijfswoningen binnen een bouwvlak dienen te worden gebouwd op een afstand van ten minste 10 m tot de zijkant van de dichtstbij gelegen openbare weg, met dien verstande dat deze bedrijfswoningen niet tussen of achter aanwezige bedrijfsgebouwen mogen worden gebouwd;

j. de afstand tussen een bedrijfswoning en een bijbehorend bijgebouw dient ten minste 3,5 m en ten hoogste 10 m te bedragen;

k. bijgebouwen bij en aanbouwen aan de bedrijfswoning dienen op een afstand van ten minste 3 m achter (het verlengde van) de voorgevel van de woning te worden gebouwd;

l. de voorgevelrooilijn mag niet met bouwwerken worden overschreven, tenzij het betreft: 1. tot gebouwen behorende stoepen, stoeptreden, funderingen, balkons, erkers en entreeportalen,

mits de overschrijdingen niet meer dan 1,25 m bedraagt; 2. andere ondergeschikte onderdelen van gebouwen, mits de overschrijding niet meer dan 1 m

bedraagt; 3. terrein- en erfafscheidingen, mits de bouwhoogte niet meer dan 1 m bedraagt; 4. voorzieningen ten behoeve van de waterbeheersing;

m. overigens geldt het volgende:

max. aantal per bedrijf/ max. aantal

max. oppervlak

max. inhoud max. goothoogte

max. bouwhoogte

bedrijfswoningen (exclusief aanbouwen) bestaand 750 m³ 5,5 m 10 m

bedrijfswoning (exclusief aanbouwen) bij dijkbebouwing

bestaand 750 m³ 7,5 m

14

Page 57: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

aanbouwen aan en bijgebouwen bij bedrijfswoning

80 m²

- aanbouwen: begane grondlaag woning - bijgebouwen: 3 m

- aanbouwen: 1,5 maal de goothoogte van de begane grondlaag van de woning - bijgebouwen: 5 m

kassen en overige permanente teeltondersteunende voorzieningen binnen een bouwvlak zonder functieaanduiding

1.000 m² per bouwvlak

8 m zoals aangeduid op de verbeelding

ondersteunende voorzieningen ten behoeve van bio-energie-installaties

zoals aangeduid op de verbeelding

overige bedrijfsgebouwen 8 m

zoals aangeduid op de verbeelding

sleufsilo's mestsilo's torensilo's

2,5 m 6 m 10 m

windschermen 2 m

terrein- en erfafscheidingen 2 m

overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde

4 m

3.3 Afwijken van de bouwregels

3.3.1 Ten behoeve van overschrijden afstandsmaten

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het gestelde in lid 3.2 onder h t/m k teneinde ruimere afstanden toe te staan, met inachtneming van het volgende:

een doelmatige bedrijfsvoering moet afwijking van de afstandsmaten noodzakelijk maken, deze noodzaak is in ieder geval aanwezig, wanneer afwijking van de afstandsmaten noodzakelijk is op grond van milieuwetgeving of uit oogpunt van dierwelzijn.

3.3.2 Ten behoeve van permanente teeltondersteunende voorzieningen

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het gestelde in lid 3.2 onder m, teneinde binnen het bouwvlak het oprichten van teeltondersteunende voorzieningen met een meer permanent karakter mogelijk te maken voor een groter oppervlak dan 1.000 m², met inachtneming van het volgende:

a. de voorzieningen dienen noodzakelijk te zijn voor een doelmatige bedrijfsvoering; b. de aanwezige landschaps- en cultuurhistorische waarden, zoals genoemd in lid 3.1 onder b mogen

niet onevenredig aangetast worden;

15

Page 58: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

c. het oppervlak van de teeltondersteunende voorzieningen mag niet meer bedragen dan 2 ha.

3.3.3 Ten behoeve van ondersteunende kassen

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het gestelde in lid 3.2 onder m, teneinde binnen bouwvlakken zonder aanduiding het oprichten van kassen en overige permanente teeltondersteunende voorzieningen mogelijk te maken, met inachtneming van het volgende:

a. de voorzieningen dienen noodzakelijk te zijn voor een doelmatige bedrijfsvoering; b. de aanwezige landschaps- en cultuurhistorische waarden, zoals genoemd in lid 3.1 onder b mogen

niet onevenredig aangetast worden; c. het oppervlak aan voorzieningen mag niet meer dan 5.000 m² bedragen.

3.4 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende bepalingen:

a. ten behoeve van nevenfuncties gelden de volgende regels: 1. de nevenfunctie kampeerboerderij is alleen toegestaan op bouwvlakken waar een bedrijfswoning

aanwezig is; 2. binnenrijbanen zijn niet toegestaan; 3. de afstand van paardenbakken en paardenstallen tot woningen van derden dient ten minste 50

m te bedragen; 4. het oprichten van lichtmasten, lichtbakken en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve

van reclameborden en/of neonreclame is niet toegestaan; 5. parkeren dient op eigen terrein te geschieden; 6. voor de nevenfunctie opslag en stalling mogen geen nieuwe gebouwen worden gebouwd of

bestaande gebouwen worden uitgebreid; 7. permanente buitenopslag is niet toegestaan.

3.5 Afwijken van de gebruiksregels

3.5.1 Ten behoeve van nevenfuncties

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.1 ten behoeve van het toestaan van de in tabel 3.2 genoemde nevenfuncties binnen het bouwvlak, met inachtneming van het volgende:

b. nevenfuncties dienen milieuhygiënisch inpasbaar te zijn; er mogen geen beperkingen voor omliggende, bestaande burgerwoningen en (agrarische) bedrijven optreden (dit betreft zowel de bestaande bedrijfsvoering als de uitbreidings- en ontwikkelingsmogelijkheden);

c. de aanwezige landschaps- en cultuurhistorische waarden, zoals genoemd in lid 3.1 onder b mogen niet onevenredig aangetast worden;

d. de nevenfunctie mag niet leiden tot een onevenredige vergroting van de publieks- en/of verkeersaantrekkende werking, dit in relatie tot de functie van de weg waaraan het bedrijf is gelegen;

e. de nevenfuncties bed & breakfast en kleinschalig kamperen zijn alleen toegestaan op bouwvlakken waar een bedrijfswoning aanwezig is;

f. binnenrijbanen zijn niet toegestaan; g. de afstand van paardenbakken en paardenstallen tot woningen van derden dient ten minste 50 m te

bedragen; h. het oprichten van lichtmasten, lichtbakken en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van

reclameborden en/of neonreclame is niet toegestaan; i. parkeren dient op eigen terrein te geschieden; j. permanente buitenopslag is niet toegestaan; k. voor de nevenfunctie opslag en stalling mogen geen nieuwe gebouwen worden gebouwd of

bestaande gebouwen worden uitgebreid; l. ten behoeve van de nevenfunctie 'bed & breakfast' mogen ten hoogste 10 slaapplaatsen worden

gerealiseerd; m. ten behoeve van de nevenfunctie 'kleinschalig kamperen' gelden de volgende regels:

1. het aantal kampeermiddelen mag ten hoogste 25 bedragen;

16

Page 59: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

2. kampeermiddelen mogen uitsluitend worden geplaatst in de periode 15 maart t/m 31 oktober; 3. het plaatsen van stacaravans is niet toegestaan; 4. het kleinschalig kampeerterrein maakt deel uit van het agrarische bouwvlak; 5. de afstand van het kleinschalige kampeerterrein tot woningen van derden of de huiskavel van

een ander agrarisch bedrijf bedraagt ten minste 50 m; 6. er dient voorzien te worden in een 5 m brede beplantingsstrook met gebiedseigen assortiment

met daarin groenblijvende beplanting; 7. per kampeerplaats moet een standplaats van bij voorkeur 150 m², maar ten minste 120 m² netto

beschikbaar zijn; 8. per kampeerplaats dient ten minste 1,2 parkeerplaats op eigen terrein aanwezig te zijn; 9. gebouwde (sanitaire) voorzieningen voor het kleinschalig kamperen worden bij voorkeur in of in

aansluiting op bestaande gebouwen gerealiseerd;n. ten behoeve van de nevenfunctie 'bio-energie-installatie' gelden de volgende regels:

1. de activiteiten dienen plaats te vinden binnen het bouwvlak; 2. door middel van een bedrijfsplan moet worden aangetoond dat de bio-energie-installatie een

passende nevenfunctie is bij het agrarische bedrijf; 3. de capaciteit van de bio-energie-installatie mag maximaal 25.000 ton biomassa per jaar

bedragen; 4. het verzoek tot afwijking dient vergezeld te gaan met een goede ruimtelijke onderbouwing,

waarin in ieder geval aangetoond wordt dat voldaan kan worden aan de van toepassing zijnde milieu- en overige aspecten;

5. het verzoek tot afwijking wordt ter toetsing voorgelegd aan de agrarisch deskundige omtrent de vraag of aan het gestelde onder 2 wordt voldaan.

Tabel 3.2 Nevenfuncties toegestaan met een aanvraag om omgevingsvergunning met afwijking van de planregels

nevenfunctie max. bvo aan bebouwing in gebruik

veehandelsbedrijven, africhtingsbedrijven voor paarden, foeragehandel, paardenhandel

400

statische opslag en stalling van niet-agrarische producten, goederen, werktuigen en materialen in categorie 1 of 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten in de bestaande bebouwing, ten behoeve van particulieren of het ter plaatse gevestigde bedrijf

1.000

bio-energie-installatie 400

bed & breakfast 400

kleinschalig kamperen 400

dierenpension/hondenfokkerij 400

3.5.2 Algemene bevoegdheid tot afwijken ten behoeve van nevenfuncties

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de categorieën nevenfuncties zoals genoemd in tabel 3.1 en 3.2, teneinde nevenfuncties toe te laten die naar aard, omvang en invloed op de omgeving geacht kunnen worden te behoren tot de in tabel 3.1 en 3.2 toelaatbare nevenfuncties met inachtneming van de voorwaarden zoals genoemd in lid 3.5.1.

3.5.3 Ten behoeve van een groter oppervlak aan bebouwing ten behoeve van nevenfuncties

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het maximale oppervlak aan bebouwing in gebruik voor de nevenfunctie, zoals genoemd in tabel 3.1 en 3.2, met inachtneming van het volgende:

17

Page 60: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

a. van deze afwijkingsbevoegdheid mag geen gebruik worden gemaakt ten behoeve van de nevenfunctie 'opslag en stalling van agrarische producten, goederen, werktuigen en materialen in de bestaande bebouwing';

b. een groter oppervlak dient noodzakelijk te zijn voor een doelmatige bedrijfsvoering; c. het oppervlak aan bedrijfsgebouwen in gebruik ten behoeve van de nevenfunctie mag in geen geval

meer dan 1.000 m² bedragen.

3.5.4 Ten behoeve van een hogere categorie in de Staat van Bedrijfsactiviteiten

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de genoemde categorieën in de Staat van Bedrijfsactiviteiten voor nevenfuncties, zoals genoemd in tabel 3.1 en 3.2, met inachtneming van het volgende:

a. het bevoegd gezag kan bedrijven toelaten in maximaal één categorie hoger, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm alsmede getoetst aan de in de Staat van Bedrijfsactiviteiten aangegeven maatgevende milieuaspecten) geacht kan worden te behoren tot de ingevolge tabel 3.1 en 3.2 genoemde categorieën van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;

b. het bevoegd gezag kan bedrijven toelaten die niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) geacht kan worden te behoren tot de categorieën 1 en 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;

c. met dien verstande dat benzineservicestations met lpg-verkoop niet zijn toegestaan.

18

Page 61: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Artikel 4 Bedrijf

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. bedrijven van categorie 1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;b. ter plaatse van de aanduiding ‘bedrijf tot en met categorie 2’: bedrijven uit ten hoogste categorie 2

van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;c. ter plaatse van de aanduiding ‘bedrijf tot en met categorie 3’: bedrijven uit ten hoogste categorie 3

van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;d. ter plaatse van de aanduiding 'tuincentrum', uitsluitend een tuincentrum zoals genoemd in lid 1.45;e. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', een bedrijfswoning;f. ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening', uitsluitend nutsvoorzieningen;g. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen,

parkeervoorzieningen en laad- en losvoorzieningen.

4.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

a. op deze gronden mag worden gebouwd;b. gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak;c. nieuwvestiging van bedrijven is toegestaan voorzover de kavelgrootte minimaal 1000 m² en maximaal

5000 m² bedraagt. Wanneer bestaande bedrijven willen uitbreiden, geldt dat dezelfde minimale en maximale kavel aangehouden moet worden als bij nieuwvestiging, met dien verstande dat bedrijven, waarvan de bestaande kavelgrootte reeds groter is dan 5000 m², mogen worden uitgebreid met 15%;

d. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de verbeelding aangegeven bouwhoogte;e. het totale oppervlak van gebouwen en overkappingen bedraagt niet meer dan het op de verbeelding

aangegeven bebouwingspercentage van het bouwperceel, indien geen bebouwingspercentage is opgenomen, geldt een bebouwingspercentage van 100%;

f. de afstand van gebouwen tot de perceelsgrens bedraagt ten minste 5 m;g. in afwijking van het bepaalde onder a is de bouw van erkers, luifels, balkons en andere

ondergeschikte bouwdelen van gebouwen buiten het bouwvlak toegestaan, waarbij geldt dat: 1. de diepte ten hoogste 1,25 m bedraagt;2. het oppervlak ten hoogste 6 m2 bedraagt;3. de afstand tot de begrenzing met de bestemming Verkeer of Verkeer-Verblijfsgebied ten minste

1 m bedraagt;h. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' kan maximaal één bedrijfswoning worden

gebouwd, waarbij geldt dat:1. de inhoud ten hoogste 750 m3 bedraagt;2. de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 12 meter, met dien verstande dat het aantal

bouwlagen niet meer mag bedragen dan het aantal zoals dat bestond ten tijd van het ontwerp van dit plan;

3. de oppervlakte van de bij de bedrijfswoning behorende bijgebouwen en overkappingen mag ten hoogste 90 m2 bedragen, de goothoogte 3 meter en de bouwhoogte 5 meter;

4. de afstand van de bij de bedrijfswoning behorende bijgebouwen en overkappingen mag niet meer bedragen dan 15 meter. Wanneer de bestaande afstand meer bedraagt, geldt deze afstand;

i. de bouwhoogte van erfafscheidingen op minder dan 1 m afstand van het openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1 m;

j. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 3 m;k. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 6 m;l. de bouwhoogte van antenne-installaties ten behoeve van mobiele telecommunicatie, niet zijnde

schotelantenne-installaties, bedraagt gemeten vanaf de voet van de antenne-installatie ten hoogste 5 m;

19

Page 62: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

m. de bouwhoogte van schotelantenne-installaties bedraagt gemeten vanaf de voet van de schotelantenne-installatie ten hoogste 3 m;

n. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 4 m.

4.3 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:

a. opslag van goederen met een totale stapelhoogte van meer dan 4 m is op onbebouwde gronden niet toegestaan;

b. opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan;c. geluidshinderlijke inrichtingen en Bevi- inrichtingen zijn niet toegestaan;d. per bedrijf is kantoorvloeroppervlak die meer bedraagt dan 50% van het bedrijfsvloeroppervlak niet

toegestaan; kantoorvloeroppervlak van meer dan 400 m2 per bedrijf is in geen geval toegestaan.

4.4 Afwijken van de gebruiksregels

4.4.1 Afwijk ingen van de Staat van Bedrijfsactiviteiten

Bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 4.1:

a. om bedrijven toe te laten uit ten hoogste één categorie hoger dan in lid 4.1, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) geacht kan worden te behoren tot de categorieën, zoals in lid 4.1 genoemd;

b. om bedrijven toe te laten die niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot de categorieën, zoals in lid 4.1 genoemd.

20

Page 63: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Artikel 5 Groen

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. groen, water, bruggen, speelvoorzieningen en voet- en fietspaden;b. nutsvoorzieningen, en waterhuishoudkundige voorzieningen.

5.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

a. op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;b. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 8 m;c. de bouwhoogte van speelvoorzieningen bedraagt ten hoogste 5 m;d. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 3 m.

21

Page 64: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Artikel 6 Maatschappelijk

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. voorzieningen inzake bibliotheken, gezondheidszorg, jeugd- en kinderopvang, onderwijs, openbare dienstverlening en verenigingsleven;

b. ter plaatse van de aanduiding 'religie': faciliteiten voor levensbeschouwelijke activiteiten en/of religieuze bijeenkomsten;

c. ondergeschikte horeca 1 uitsluitend ten dienste van en ondergeschikt aan de maatschappelijke voorzieningen als bedoeld in sub a met een maximum van 50 m2;

d. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals (ontsluitings)wegen, groen, water, nutsvoorzieningen en parkeervoorzieningen.

6.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

a. op deze gronden mag worden gebouwd;b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak;c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de verbeelding aangegeven bouwhoogte;d. het totale oppervlak van gebouwen en overkappingen bedraagt niet meer dan het op de verbeelding

aangegeven bebouwingspercentage van het bouwperceel;e. maximaal 50 m2 aan bijgebouwen mogen worden opgericht met een maximale bouwhoogte van 3

meter; f. de bouwhoogte van erfafscheidingen grenzend aan openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1 m;g. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2 m;h. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 4 m.

22

Page 65: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Artikel 7 Recreatie

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. recreatie in de vorm van een jachthaven;b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfwoning', één bedrijfswoning;c. ondergeschikte horeca 1 uitsluitend ten dienste van en ondergeschikt aan de functie als bedoeld in

sub a; d. een scheepswerf in milieucategorie 3.1behorende bij de jachthaven;e. terrassen;f. detailhandel in boten en de daarmee rechtstreeks samenhangende artikelen zoals accessoires,

onderhoudsmiddelen, onderdelen en/of materialen;g. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen en

parkeervoorzieningen.

7.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

a. op deze gronden mag worden gebouwd;b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak;c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de verbeelding aangegeven bouwhoogte; d. de goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de verbeelding aangegeven goothoogte; e. het totale oppervlak van gebouwen en overkappingen bedraagt niet meer dan het op de verbeelding

aangegeven bebouwingspercentage van het bouwvlak; indien geen bebouwingspercentage is aangegeven, geldt een bebouwingspercentage van 100% van het bouwvlak;

f. de bouwhoogte van erfafscheidingen op minder dan 1 m afstand van openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1 m;

g. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2 m;h. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 4 m.

23

Page 66: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Artikel 8 Tuin

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. tuinen bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen;b. bij deze bestemming behorende parkeervoorzieningen.

8.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

a. op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen of overkappingen zijnde, worden gebouwd;

b. in afwijking van het bepaalde onder a is de bouw van erkers, luifels, balkons en andere ondergeschikte bouwdelen van het hoofdgebouw toegestaan, waarbij geldt dat:1. de diepte ten hoogste 1,25 m bedraagt;2. het oppervlak ten hoogste 6 m2 bedraagt;3. de afstand tot de begrenzing met de bestemming 'Verkeer-Verblijfsgebied' ten minste 1 m

bedraagt;a. de bouwhoogte van erfafscheidingen voor de voorgevel van het hoofdgebouw bedraagt ten hoogste 1

m;b. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2 m;c. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen en geen overkappingen zijnde bedraagt ten

hoogste 3 m.

24

Page 67: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Artikel 9 Verkeer - Verblijfsgebied

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. verblijfsgebied met een functie voor verblijf, verplaatsing en gebruik ten dienste van de aangrenzende bestemmingen;

b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - botenstalling', botenstalling;c. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals nutsvoorzieningen, groen, water,

reclameuitingen, terrassen, speeltoestellen en parkeervoorzieningen en waterhuishoudkundige voorzieningen.

9.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

a. op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan ten behoeve van de

verkeersregeling, verkeersaanduiding, wegaanduiding of verlichting bedraagt ten hoogste 5 m.

25

Page 68: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Artikel 10 Water

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. verkeer te water;b. water ten behoeve van de waterhuishouding;c. ter plaatse van de aanduiding 'jachthaven', een jachthaven;d. ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarde', bescherming van de cultuurhistorische

waarde;e. bij deze bestemming behorende voorzieningen, waaronder bruggen, beschoeiingen, kades en

steigers.

10.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

a. op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt niet meer dan 3 m.

10.3 Specifieke gebruiksregels

Ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarde' zijn geen (aanleg)steigers toegestaan.

10.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

10.4.1 Aanlegverbod

Het is verboden op of in de gronden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarde' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

a. het ophogen van de gronden;b. het vergraven van de gronden;c. het aanleggen, vergraven, verruimen of dempen van sloten, vijvers en andere wateren;d. het aanbrengen van oeverbeschoeiing.

10.4.2 Uitzonderingen op het aanlegverbod

Het verbod van lid 10.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:

a. normaal onderhoud en beheer ten dienste van de bestemming betreffen, dan wel van ondergeschikte betekenis zijn;

b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan.

10.4.3 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

De werken en werkzaamheden, zoals in lid 10.4.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien hierdoor dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen de culthistorische waarden en kwaliteiten van de gronden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.

26

Page 69: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Artikel 11 Waterschapsdoeleinden

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waterschapsdoeleinden' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. voorzieningen ten behoeve van onderhoud en beheer van het water;b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', een bedrijfswoning.

11.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

a. op deze gronden mag worden gebouwd;b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak;c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de verbeelding aangegeven bouwhoogte;d. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 3 m.

27

Page 70: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Artikel 12 Wonen

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. het wonen;b. aan-huis-verbonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, voor zover het

vloeroppervlak niet meer bedraagt dan 30% van het vloeroppervlak van het hoofdgebouw, inclusief aan- en uitbouwen, met een maximum van 60 m²;

c. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf': opslag ten behoeve van een aannemersbedrijf;d. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals erven, tuinen, water, nutsvoorzieningen en

parkeervoorzieningen.

12.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

12.2.1 Hoofdgebouwen

a. hoofdgebouwen worden gebouwd in een bouwvlak;b. de bouwhoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste de op de verbeelding aangegeven

bouwhoogte;c. het aantal bouwlagen is gelijk aan het aantal bouwlagen welke aanwezig waren op het moment van

terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;d. het bestaande aantal woningen mag niet worden uitgebreid.

12.2.2 Aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen

a. de goothoogte van aan- en uitbouwen bedraagt ten hoogste de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw vermeerderd met 0,35 m;

b. de bouwhoogte van aan- en uitbouwen bedraagt ten hoogste 6 m;c. de goothoogte van bijgebouwen en overkappingen bedraagt ten hoogste 3 m;d. de bouwhoogte van bijgebouwen en overkappingen bedraagt ten hoogste 6 m;e. het gezamenlijk oppervlak van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen voor zover gelegen

op het erf bedraagt ten hoogste 50 % van de oppervlakte van het erf met een maximum van 90 m2;f. in afwijking van het gestelde onder e geldt ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen', een groter

gezamenlijk oppervlak, met dien verstande dat de maximale oppervlakte niet meer bedraagt dan de oppervlakte zoals bestond ten tijde van het ter inzage leggen van het ontwerp bestemmingsplan;

met dien verstande dat:

g. ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen uitgesloten' geen aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen zijn toegestaan.

12.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde

a. de bouwhoogte van erfafscheidingen voor de voorgevel van het hoofdgebouw bedraagt ten hoogste 1 m;

b. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2 m;c. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 3 m.

12.3 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken geldt het volgende voorschrift:

a. gebruik van bijgebouwen als zelfstandige woning of als afhankelijke woonruimte is niet toegestaan;b. de gronden mogen worden gebruikt voor agrarisch bedrijf op niet bedrijfsmatige wijze.

28

Page 71: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

12.4 Afwijken van de gebruiksregels

12.4.1 Afwijk ingen mantelzorg

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 12.3 onder a voor het toestaan van het gebruik van een vrijstaand bijgebouw als afhankelijke woonruimte, met inachtneming van het volgende:

a. een dergelijke bewoning noodzakelijk is vanuit een oogpunt van mantelzorg;b. de afwijking vervalt zodra de onder a bedoelde noodzaak is komen te vervallen;c. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van in het geding zijnde belangen waaronder die van

omwonenden en (agrarische) bedrijven;d. de afhankelijke woonruimte binnen de vigerende regeling inzake bijgebouwen wordt ingepast met

een maximale oppervlakte van 80 m2.

12.5 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk

Als ter plaatse van de aanduiding ' bijgebouwen' de bestaande oppervlakte van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen ten tijde van het ter inzage leggen van het ontwerpplan meer bedraagt dan de in sublid 12.2.2 sub e genoemde maat van 90 m2 , mag bij afbraak van een deel of het geheel van het meerdere, met het oog op het terugdringen van verstening, een oppervlakte van 20% van de afgebroken oppervlakte worden opgeteld bij de bedoelde maat van 90 m2 tot een maximum van 200 m2.

29

Page 72: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Artikel 13 Waterstaat - Waterkering

13.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - medebestemd voor de waterhuishoudelijke voorzieningen.

13.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

a. op de gronden mogen ten behoeve van de in lid 13.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;

b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 4 m;c. ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag - met inachtneming

van de voor de betrokken bestemming(en) geldende (bouw)regels - uitsluitend worden gebouwd, indien het bouwplan betrekking heeft op vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering.

13.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 13.2. Omgevingsvergunning wordt verleend, indien de bij de betrokken bestemming behorende bouwregels in acht worden genomen en het waterstaatsbelang door de bouwactiviteiten niet onevenredig wordt geschaad.

30

Page 73: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Hoofdstuk 3 Algemene regels

Artikel 14 Anti-dubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

31

Page 74: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Artikel 15 Algemene bouwregels

15.1 Toegelaten bouwwerken met afwijkende maten

a. Voor een bouwwerk, dat krachtens een bouwvergunning op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden en dat in het plan ingevolge de bestemming is toegelaten, maar waarvan de bestaande afstands-, hoogte-, inhoudsen oppervlaktematen afwijken van de maatvoeringsbepalingen in de bouwregels van de betreffende bestemming, geldt dat:1. bestaande maten, die meer bedragen dan in hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen als ten

hoogste toelaatbaar worden aangehouden;2. bestaande maten, die minder bedragen dan in hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen als ten

minste toelaatbaar worden aangehouden.b. In geval van herbouw is lid a onder 1 en 2 uitsluitend van toepassing, indien de herbouw op dezelfde

plaats plaatsvindt.c. Op een bouwwerk als hiervoor bedoeld, is het Overgangsrecht bouwwerken als opgenomen in dit

plan niet van toepassing.

32

Page 75: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Artikel 16 Algemene gebruiksregels

16.1 Strijdig gebruik

Tot een gebruik, strijdig met de gegeven bestemmingen, wordt in ieder geval gerekend:

a. het gebruik van de gronden voor de opslag van (aan het oorspronkelijk verkeer onttrokken) voer-, vaar- of vliegtuigen, anders dan in het kader van de bedrijfsvoering;

b. het gebruik van de gronden voor de opslag van schroot, afbraak- en bouwmaterialen, grond, bodemspecie en puin en voor het storten van vuil, anders dan in het kader van de bedrijfsvoering;

c. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van een seksinrichting;d. het gebruik van de gronden als standplaats voor kampeermiddelen;e. het gebruik van schepen en andere vaartuigen voor bewoning.

33

Page 76: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Artikel 17 Algemene aanduidingsregels

17.1 geluidzone - industrie

Ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone - industrie' is de bouw van nieuwe geluidsgevoelige objecten (waaronder begrepen de splitsing van panden in meerdere woningen) niet toegestaan.

17.2 wetgevingszone - wijzigingsgebied

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ten behoeve van de realisatie van ecologische verbindingszones de bestemming van de gronden die gelegen zijn binnen de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied', te wijzigen, met inachtneming van het volgende:

a. de perceelsbestemming mag uitsluitend worden gewijzigd in de bestemming Natuurdoeleinden;b. een besluit tot planwijziging wordt niet eerder genomen dan nadat de betrokken gronden als

ecologische verbindingszone aan een terreinbeherende instantie in eigendom zijn overgedragen.

34

Page 77: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Artikel 18 Algemene afwijkingsregels

18.1 Afwijkingen van maten en overschrijdingen van bouwgrenzen

Het bevoegd gezag kan - tenzij op grond van hoofdstuk 2 reeds met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken - afwijken van de regels voor overschrijding van bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein; de overschrijdingen mogen echter ten hoogste 1 m bedragen en het bouwvlak mag met ten hoogste 5% worden vergroot.

Omgevingsvergunning wordt niet verleend, indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.

18.2 Afwijkingen mantelzorg

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bijzondere gebruiksverboden in artikel 12 voor het toestaan van het gebruik van een vrijstaand bijgebouw als afhankelijke woonruimte, met inachtneming van het volgende:

a. een dergelijke bewoning noodzakelijk is vanuit een oogpunt van mantelzorg;b. de afwijking vervalt zodra de onder a bedoelde noodzaak is komen te vervallen; c. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van in het geding zijnde belangen waaronder die van

omwonenden en (agrarische) bedrijven;d. de afhankelijke woonruimte binnen de vigerende regeling inzake bijgebouwen wordt ingepast met

een maximale oppervlakte van 80 m².

35

Page 78: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Artikel 19 Algemene wijzigingsregels

19.1 Overschrijding bestemmingsgrenzen

Het bevoegd gezag kan de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen mogen echter ten hoogste 1 m bedragen en het bestemmingsvlak mag met ten hoogste 5% worden vergroot.

36

Page 79: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

Artikel 20 Overgangsrecht

20.1 Overgangsrecht bouwwerken

Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt:

a. een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;2. na het tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de

aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is tenietgegaan;

b. het bevoegd gezag kan eenmalig kan in afwijking van het bepaalde in dit lid onder a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk zoals bedoeld in dit lid onder a, met maximaal 10%;

c. het lid onder a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsregeling van dat plan.

20.2 Overgangsrecht gebruik

Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:

a. het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet;

b. het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in dit lid onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind;

c. indien het gebruik, bedoeld in dit lid onder a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten;

d. dit lid onder a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

37

Page 80: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Artikel 21 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan ‘Noordschans’.

38

Page 81: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlagen bij regels

39

Page 82: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage 1 Aan-huis-verbonden beroepen en bedrijfsmatige activiteiten aan huis

40

Page 83: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Gemeente Moerdijk In werking getreden op 01 oktober 2010

Bijlage 1. Aan-huis-verbonden beroepen en bedrijfs-matige activiteiten aan huis

1

Aan-huis-verbonden beroepen Onder aan-huis-verbonden beroepen wordt in ieder geval verstaan: - architect - advocaat - acupuncturist - beeldhouwer - belastingadviseur - dierenarts - fysiotherapeut - grafisch ontwerper - huisarts - hypotheekadviseur - juridisch adviseur - kunstschilder - logopedie - makelaar - notaris - psycholoog - tandarts - verloskundigenpraktijk - zakelijke dienstverlening - podoloog - osteopaat - chiropractor Bedrijfsmatige activiteiten aan huis Onder bedrijfsmatige activiteiten aan huis wordt in ieder geval verstaan: - fotograaf - autorijschool - bloemschikker - decorateur - fietsenreparateur - goud- en zilversmid - kledingatelier - hondentrimmer - pottenbakker - (muziek)instrumentenmaker - kaarsenmaker - lijstenmaker - loodgieter - meubelmaker - computerservice - schoonheidsspecialist/ kapsalon - traiteur - nagelstudio - kleinschalige reisorganisatie - kleinschalig reclamebureau - koeriersdienst - reparatie van kleine consumentenartikelen (antiek/ tv’s/ radio’s horloges etc.) - glazenwasser

Page 84: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage 2 Staat van Bedrijfsactiviteiten

42

Page 85: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten

SBI-1993 SBI-2008 OMSCHRIJVING

nu

mm

er

GE

UR

ST

OF

GE

LU

ID

GE

VA

AR

GR

OO

TS

TE

AF

ST

AN

D

CA

TE

GO

RIE

01 01 - LANDBOUW EN DIENSTVERLENING T.B.V. DE LANDBOUW

0111, 0113 011, 012, 013 Akkerbouw en fruitteelt (bedrijfsgebouwen) 10 10 30 C 10 30 2

0112 011, 012, 013, 016 0 Tuinbouw:

0112 011, 012, 013 1 - bedrijfsgebouwen 10 10 30 C 10 30 2

0112 011, 012, 013 2 - kassen zonder verwarming 10 10 30 C 10 30 2

0112 011, 012, 013 3 - kassen met gasverwarming 10 10 30 C 10 30 2

0112 0113 4 - champignonkwekerijen (algemeen) 30 10 30 C 10 30 2

0112 0113 5 - champignonkwekerijen met mestfermentatie 100 10 30 C 10 100 3.2

0112 0163 6 - bloembollendroog- en prepareerbedrijven 30 10 30 C 10 30 2

0112 011 7 - witlofkwekerijen (algemeen) 30 10 30 C 10 30 2

0121 0141, 0142 Fokken en houden van rundvee 100 30 30 C 0 100 3.2

0122 0143, 0145 0 Fokken en houden van overige graasdieren:

0122 0143 1 - paardenfokkerijen 50 30 30 C 0 50 3.1

0122 0145 2 - overige graasdieren 50 30 30 C 0 50 3.1

0124 0147 0 Fokken en houden van pluimvee:

0124 0147 4 - overig pluimvee 100 30 50 C 0 100 D 3.2

0125 0149 0 Fokken en houden van overige dieren:

0125 0149 2 - konijnen 100 30 30 C 0 100 3.2

0125 0149 3 - huisdieren 30 0 50 C 10 50 3.1

0125 0149 4 - maden, wormen e.d. 100 0 30 C 10 100 3.2

0125 0149 5 - bijen 10 0 30 C 10 30 2

0125 0149 6 - overige dieren 30 10 30 C 0 30 D 2

0130 0150 Akker-en/of tuinbouw in combinatie met het fokken en houden van dieren (niet intensief) 100 30 30 C 0 100 3.2

014 016 0 Dienstverlening t.b.v. de landbouw:

014 016 1 - algemeen (o.a. loonbedrijven): b.o. > 500 m² 30 10 50 10 50 D 3.1

014 016 2 - algemeen (o.a. loonbedrijven): b.o.<= 500 m² 30 10 30 10 30 2

014 016 3 - plantsoenendiensten en hoveniersbedrijven: b.o. > 500 m² 30 10 50 10 50 3.1

014 016 4 - plantsoenendiensten en hoveniersbedrijven: b.o. <= 500 m² 30 10 30 10 30 2

0142 0162 KI-stations 30 10 30 C 0 30 2

02 02 -

02 02 - BOSBOUW EN DIENSTVERLENING T.B.V. BOSBOUW

AFSTANDEN IN METERS

Page 86: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten

SBI-1993 SBI-2008 OMSCHRIJVING

nu

mm

er

GE

UR

ST

OF

GE

LU

ID

GE

VA

AR

GR

OO

TS

TE

AF

ST

AN

D

CA

TE

GO

RIE

AFSTANDEN IN METERS

020 021, 022, 024 Bosbouwbedrijven 10 10 50 0 50 3.1

05 03 -

05 03 - VISSERIJ- EN VISTEELTBEDRIJVEN

0501.1 0311 Zeevisserijbedrijven 100 0 100 C 50 R 100 3.2

0501.2 0312 Binnenvisserijbedrijven 50 0 50 C 10 50 3.1

0502 032 0 Vis- en schaaldierkwekerijen

0502 032 1 - oester-, mossel- en schelpenteeltbedrijven 100 30 50 C 0 100 3.2

0502 032 2 - visteeltbedrijven 50 0 50 C 0 50 3.1

10 08 -

10 08 - TURFWINNING

103 089 Turfwinningbedrijven 50 50 100 C 10 100 3.2

11 06 -

14 08 - WINNING VAN ZAND, GRIND, KLEI, ZOUT, E.D.

1421 0812 0 Steen-, grit- en krijtmalerijen (open lucht):

144 0893 Zoutwinningbedrijven 50 10 100 C 30 100 3.2

15 10, 11 -

15 10, 11 - VERVAARDIGING VAN VOEDINGSMIDDELEN EN DRANKEN

151 101, 102 0 Slachterijen en overige vleesverwerking:

151 101, 102 1 - slachterijen en pluimveeslachterijen 100 0 100 C 50 R 100 D 3.2

151 101 4 - vleeswaren- en vleesconservenfabrieken: p.o. > 1000 m² 100 0 100 C 50 R 100 3.2

151 101 5 - vleeswaren- en vleesconservenfabrieken: p.o. <= 1000 m² 50 0 50 C 30 50 3.1

151 101 6 - vleeswaren- en vleesconservenfabrieken: p.o. <= 200 m² 30 0 50 10 50 3.1

151 101, 102 7 - loonslachterijen 50 0 50 10 50 3.1

151 108 8 - vervaardiging van snacks en vervaardiging van kant-en-klaar-maaltijden met p.o. < 2.000 m² 50 0 50 10 50 3.1

152 102 0 Visverwerkingsbedrijven:

152 102 5 - verwerken anderszins: p.o. <= 1000 m² 100 10 50 30 100 3.2

152 102 6 - verwerken anderszins: p.o. <= 300 m² 50 10 30 10 50 3.1

1531 1031 0 Aardappelprodukten fabrieken:

1531 1031 2 - vervaardiging van snacks met p.o. < 2.000 m² 50 10 50 50 R 50 3.1

1532, 1533 1032, 1039 0 Groente- en fruitconservenfabrieken:

1532, 1533 1032, 1039 1 - jam 50 10 100 C 10 100 3.2

Page 87: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten

SBI-1993 SBI-2008 OMSCHRIJVING

nu

mm

er

GE

UR

ST

OF

GE

LU

ID

GE

VA

AR

GR

OO

TS

TE

AF

ST

AN

D

CA

TE

GO

RIE

AFSTANDEN IN METERS

1532, 1533 1032, 1039 2 - groente algemeen 50 10 100 C 10 100 3.2

1532, 1533 1032, 1039 3 - met koolsoorten 100 10 100 C 10 100 3.2

1551 1051 0 Zuivelprodukten fabrieken:

1551 1051 3 - melkprodukten fabrieken v.c. < 55.000 t/j 50 0 100 C 50 R 100 3.2

1552 1052 1 Consumptie-ijsfabrieken: p.o. > 200 m² 50 0 100 C 50 R 100 3.2

1552 1052 2 - consumptie-ijsfabrieken: p.o. <= 200 m² 10 0 30 0 30 2

1581 1071 0 Broodfabrieken, brood- en banketbakkerijen:

1581 1071 1 - v.c. < 7500 kg meel/week, bij gebruik van charge-ovens 30 10 30 C 10 30 2

1581 1071 2 - v.c. >= 7500 kg meel/week 100 30 100 C 30 100 3.2

1582 1072 Banket, biscuit- en koekfabrieken 100 10 100 C 30 100 3.2

1584 10821 0 Verwerking cacaobonen en vervaardiging chocolade- en suikerwerk:

1584 10821 2 - cacao- en chocoladefabrieken vervaardigen van chocoladewerken met p.o. < 2.000 m² 100 30 50 30 100 3.2

1584 10821 3 - cacao- en chocoladefabrieken vervaardigen van chocoladewerken met p.o. <= 200 m² 30 10 30 10 30 2

1584 10821 5 - Suikerwerkfabrieken zonder suiker branden: p.o. > 200 m² 100 30 50 30 R 100 3.2

1584 10821 6 - suikerwerkfabrieken zonder suiker branden: p.o. <= 200 m² 30 10 30 10 30 2

1585 1073 Deegwarenfabrieken 50 30 10 10 50 3.1

1586 1083 0 Koffiebranderijen en theepakkerijen:

1586 1083 2 - theepakkerijen 100 10 30 10 100 3.2

1589.2 1089 0 Soep- en soeparomafabrieken:

1589.2 1089 1 - zonder poederdrogen 100 10 50 10 100 3.2

1593 t/m 1595 1102 t/m 1104 Vervaardiging van wijn, cider e.d. 10 0 30 C 0 30 2

1598 1107 Mineraalwater- en frisdrankfabrieken 10 0 100 50 R 100 3.2

16 12 -

17 13 - VERVAARDIGING VAN TEXTIEL

171 131 Bewerken en spinnen van textielvezels 10 50 100 30 100 3.2

172 132 0 Weven van textiel:

172 132 1 - aantal weefgetouwen < 50 10 10 100 0 100 3.2

173 133 Textielveredelingsbedrijven 50 0 50 10 50 3.1

174, 175 139 Vervaardiging van textielwaren 10 0 50 10 50 3.1

176, 177 139, 143 Vervaardiging van gebreide en gehaakte stoffen en artikelen 0 10 50 10 50 3.1

18 14 -

18 14 - VERVAARDIGING VAN KLEDING; BEREIDEN EN VERVEN VAN BONT

Page 88: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten

SBI-1993 SBI-2008 OMSCHRIJVING

nu

mm

er

GE

UR

ST

OF

GE

LU

ID

GE

VA

AR

GR

OO

TS

TE

AF

ST

AN

D

CA

TE

GO

RIE

AFSTANDEN IN METERS

181 141 Vervaardiging kleding van leer 30 0 50 0 50 3.1

182 141 Vervaardiging van kleding en -toebehoren (excl. van leer) 10 10 30 10 30 2

183 142, 151 Bereiden en verven van bont; vervaardiging van artikelen van bont 50 10 10 10 50 3.1

19 19 -

19 15 - VERVAARDIGING VAN LEER EN LEDERWAREN (EXCL. KLEDING)

192 151 Lederwarenfabrieken (excl. kleding en schoeisel) 50 10 30 10 50 D 3.1

193 152 Schoenenfabrieken 50 10 50 10 50 3.1

20 -

20 16 - HOUTINDUSTRIE EN VERVAARDIGING ARTIKELEN VAN HOUT, RIET, KURK E.D.

2010.1 16101 Houtzagerijen 0 50 100 50 R 100 3.2

2010.2 16102 0 Houtconserveringsbedrijven:

2010.2 16102 2 - met zoutoplossingen 10 30 50 10 50 3.1

202 1621 Fineer- en plaatmaterialenfabrieken 100 30 100 10 100 3.2

203, 204, 205 162 0 Timmerwerkfabrieken, vervaardiging overige artikelen van hout 0 30 100 0 100 3.2

203, 204, 205 162 1 Timmerwerkfabrieken, vervaardiging overige artikelen van hout, p.o. < 200 m2 0 30 50 0 50 3.1

205 162902 Kurkwaren-, riet- en vlechtwerkfabrieken 10 10 30 0 30 2

21 17 -

21 17 - VERVAARDIGING VAN PAPIER, KARTON EN PAPIER- EN KARTONWAREN

2112 1712 0 Papier- en kartonfabrieken:

2112 1712 1 - p.c. < 3 t/u 50 30 50 C 30 R 50 3.1

212 172 Papier- en kartonwarenfabrieken 30 30 100 C 30 R 100 3.2

2121.2 17212 0 Golfkartonfabrieken:

2121.2 17212 1 - p.c. < 3 t/u 30 30 100 C 30 R 100 3.2

22 58 -

22 58 - UITGEVERIJEN, DRUKKERIJEN EN REPRODUKTIE VAN OPGENOMEN MEDIA

221 581 Uitgeverijen (kantoren) 0 0 10 0 10 1

2221 1811 Drukkerijen van dagbladen 30 0 100 C 10 100 3.2

2222 1812 Drukkerijen (vlak- en rotatie-diepdrukkerijen) 30 0 100 10 100 3.2

2222.6 18129 Kleine drukkerijen en kopieerinrichtingen 10 0 30 0 30 2

2223 1814 A Grafische afwerking 0 0 10 0 10 1

2223 1814 B Binderijen 30 0 30 0 30 2

2224 1813 Grafische reproduktie en zetten 30 0 10 10 30 2

2225 1814 Overige grafische aktiviteiten 30 0 30 10 30 D 2

223 182 Reproduktiebedrijven opgenomen media 0 0 10 0 10 1

Page 89: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten

SBI-1993 SBI-2008 OMSCHRIJVING

nu

mm

er

GE

UR

ST

OF

GE

LU

ID

GE

VA

AR

GR

OO

TS

TE

AF

ST

AN

D

CA

TE

GO

RIE

AFSTANDEN IN METERS

23 19 -

23 19 - AARDOLIE-/STEENKOOLVERWERK. IND.; BEWERKING SPLIJT-/KWEEKSTOFFEN

2320.2 19202 A Smeeroliën- en vettenfabrieken 50 0 100 30 R 100 3.2

24 20 -

24 20 - VERVAARDIGING VAN CHEMISCHE PRODUKTEN

2442 2120 0 Farmaceutische produktenfabrieken:

2442 2120 1 - formulering en afvullen geneesmiddelen 50 10 50 50 R 50 3.1

2442 2120 2 - verbandmiddelenfabrieken 10 10 30 10 30 2

2462 2052 0 Lijm- en plakmiddelenfabrieken:

2462 2052 1 - zonder dierlijke grondstoffen 100 10 100 50 100 3.2

2464 205902 Fotochemische produktenfabrieken 50 10 100 50 R 100 3.2

2466 205903 A Chemische kantoorbenodigdhedenfabrieken 50 10 50 50 R 50 3.1

25 22 -

25 22 - VERVAARDIGING VAN PRODUKTEN VAN RUBBER EN KUNSTSTOF

2512 221102 0 Loopvlakvernieuwingsbedrijven:

2512 221102 1 - vloeropp. < 100 m2 50 10 30 30 50 3.1

2513 2219 Rubber-artikelenfabrieken 100 10 50 50 R 100 D 3.2

252 222 0 Kunststofverwerkende bedrijven:

252 222 3 - productie van verpakkingsmateriaal en assemblage van kunststofbouwmaterialen 50 30 50 30 50 3.1

26 23 -

26 23 - VERVAARDIGING VAN GLAS, AARDEWERK, CEMENT-, KALK- EN GIPSPRODUKTEN

261 231 0 Glasfabrieken:

261 231 1 - glas en glasprodukten, p.c. < 5.000 t/j 30 30 100 30 100 3.2

2615 231 Glasbewerkingsbedrijven 10 30 50 10 50 3.1

262, 263 232, 234 0 Aardewerkfabrieken:

262, 263 232, 234 1 - vermogen elektrische ovens totaal < 40 kW 10 10 30 10 30 2

262, 263 232, 234 2 - vermogen elektrische ovens totaal >= 40 kW 30 50 100 30 100 3.2

2661.2 23612 0 Kalkzandsteenfabrieken:

2661.2 23612 1 - p.c. < 100.000 t/j 10 50 100 30 100 3.2

2662 2362 Mineraalgebonden bouwplatenfabrieken 50 50 100 30 100 3.2

2663, 2664 2363, 2364 0 Betonmortelcentrales:

2663, 2664 2363, 2364 1 - p.c. < 100 t/u 10 50 100 10 100 3.2

2665, 2666 2365, 2369 0 Vervaardiging van produkten van beton, (vezel)cement en gips:

Page 90: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten

SBI-1993 SBI-2008 OMSCHRIJVING

nu

mm

er

GE

UR

ST

OF

GE

LU

ID

GE

VA

AR

GR

OO

TS

TE

AF

ST

AN

D

CA

TE

GO

RIE

AFSTANDEN IN METERS

2665, 2666 2365, 2369 1 - p.c. < 100 t/d 10 50 100 50 R 100 3.2

267 237 0 Natuursteenbewerkingsbedrijven:

267 237 1 - zonder breken, zeven en drogen: p.o. > 2.000 m² 10 30 100 0 100 D 3.2

267 237 2 - zonder breken, zeven en drogen: p.o. <= 2.000 m² 10 30 50 0 50 3.1

2681 2391 Slijp- en polijstmiddelen fabrieken 10 30 50 10 50 D 3.1

2682 2399 B0 Isolatiematerialenfabrieken (excl. glaswol):

2682 2399 C Minerale produktenfabrieken n.e.g. 50 50 100 50 100 D 3.2

27 24 -

27 24 - VERVAARDIGING VAN METALEN

28 25 -

28 25, 31 -

VERVAARD. EN REPARATIE VAN PRODUKTEN VAN METAAL (EXCL.

MACH./TRANSPORTMIDD.)

281 251, 331 0 Constructiewerkplaatsen

281 251, 331 1 - gesloten gebouw 30 30 100 30 100 3.2

281 251, 331 1a - gesloten gebouw, p.o. < 200 m2 30 30 50 10 50 3.1

2821 2529, 3311 0 Tank- en reservoirbouwbedrijven:

284 255, 331 B Smederijen, lasinrichtingen, bankwerkerijen e.d. 50 30 100 30 100 D 3.2

284 255, 331 B1 Smederijen, lasinrichtingen, bankwerkerijen e.d., p.o. < 200 m2 30 30 50 10 50 D 3.1

2851 2561, 3311 0 Metaaloppervlaktebehandelingsbedrijven:

2851 2561, 3311 1 - algemeen 50 50 100 50 100 3.2

2851 2561, 3311 12 - lakspuiten en moffelen 100 30 100 50 R 100 D 3.2

2851 2561, 3311 2 - scoperen (opspuiten van zink) 50 50 100 30 R 100 D 3.2

2851 2561, 3311 3 - thermisch verzinken 100 50 100 50 100 3.2

2851 2561, 3311 4 - thermisch vertinnen 100 50 100 50 100 3.2

2851 2561, 3311 5 - mechanische oppervlaktebehandeling (slijpen, polijsten) 30 50 100 30 100 3.2

2851 2561, 3311 6 - anodiseren, eloxeren 50 10 100 30 100 3.2

2851 2561, 3311 7 - chemische oppervlaktebehandeling 50 10 100 30 100 3.2

2851 2561, 3311 8 - emailleren 100 50 100 50 R 100 3.2

2851 2561, 3311 9 - galvaniseren (vernikkelen, verchromen, verzinken, verkoperen ed) 30 30 100 50 100 3.2

2852 2562, 3311 1 Overige metaalbewerkende industrie 10 30 100 30 100 D 3.2

2852 2562, 3311 2 Overige metaalbewerkende industrie, inpandig, p.o. <200m2 10 30 50 10 50 D 3.1

287 259, 331 A0 Grofsmederijen, anker- en kettingfabrieken:

287 259, 331 B Overige metaalwarenfabrieken n.e.g. 30 30 100 30 100 3.2

287 259, 331 B Overige metaalwarenfabrieken n.e.g.; inpandig, p.o. <200 m2 30 30 50 10 50 3.1

Page 91: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten

SBI-1993 SBI-2008 OMSCHRIJVING

nu

mm

er

GE

UR

ST

OF

GE

LU

ID

GE

VA

AR

GR

OO

TS

TE

AF

ST

AN

D

CA

TE

GO

RIE

AFSTANDEN IN METERS

29 27, 28, 33 -

29 27, 28, 33 - VERVAARDIGING VAN MACHINES EN APPARATEN

29 27, 28, 33 0 Machine- en apparatenfabrieken incl. reparatie:

29 27, 28, 33 1 - p.o. < 2.000 m2 30 30 100 30 100 D 3.2

30 26, 28, 33 -

30 26, 28, 33 - VERVAARDIGING VAN KANTOORMACHINES EN COMPUTERS

30 26, 28, 33 A Kantoormachines- en computerfabrieken incl. reparatie 30 10 30 10 30 2

31 26, 27, 33 -

31 26, 27, 33 - VERVAARDIGING VAN OVER. ELEKTR. MACHINES, APPARATEN EN BENODIGDH.

314 272 Accumulatoren- en batterijenfabrieken 100 30 100 50 100 3.2

316 293 Elektrotechnische industrie n.e.g. 30 10 30 10 30 2

32 26, 33 -

32 26, 33 - VERVAARDIGING VAN AUDIO-, VIDEO-, TELECOM-APPARATEN EN -BENODIGDH.

321 t/m 323 261, 263, 264, 331 Vervaardiging van audio-, video- en telecom-apparatuur e.d. incl. reparatie 30 0 50 30 50 D 3.1

3210 2612 Fabrieken voor gedrukte bedrading 50 10 50 30 50 3.1

33 26, 32, 33 -

33 26, 32, 33 - VERVAARDIGING VAN MEDISCHE EN OPTISCHE APPARATEN EN INSTRUMENTEN

33 26, 32, 33 A Fabrieken voor medische en optische apparaten en instrumenten e.d. incl. reparatie 30 0 30 0 30 2

34 29 -

34 29 VERVAARDIGING VAN AUTO'S, AANHANGWAGENS EN OPLEGGERS

341 291 0 Autofabrieken en assemblagebedrijven

343 293 Auto-onderdelenfabrieken 30 10 100 30 R 100 3.2

35 30 -

35 30 - VERVAARDIGING VAN TRANSPORTMIDDELEN (EXCL. AUTO'S, AANHANGWAGENS)

351 301, 3315 0 Scheepsbouw- en reparatiebedrijven:

351 301, 3315 1 - houten schepen 30 30 50 10 50 3.1

351 301, 3315 2 - kunststof schepen 100 50 100 50 R 100 3.2

352 302, 317 0 Wagonbouw- en spoorwegwerkplaatsen:

352 302, 317 1 - algemeen 50 30 100 30 100 3.2

353 303, 3316 0 Vliegtuigbouw en -reparatiebedrijven:

354 309 Rijwiel- en motorrijwielfabrieken 30 10 100 30 R 100 3.2

355 3099 Transportmiddelenindustrie n.e.g. 30 30 100 30 100 D 3.2

36 31 -

Page 92: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten

SBI-1993 SBI-2008 OMSCHRIJVING

nu

mm

er

GE

UR

ST

OF

GE

LU

ID

GE

VA

AR

GR

OO

TS

TE

AF

ST

AN

D

CA

TE

GO

RIE

AFSTANDEN IN METERS

36 31 - VERVAARDIGING VAN MEUBELS EN OVERIGE GOEDEREN N.E.G.

361 310 1 Meubelfabrieken 50 50 100 30 100 D 3.2

361 9524 2 Meubelstoffeerderijen b.o. < 200 m2 0 10 10 0 10 1

362 321 Fabricage van munten, sieraden e.d. 30 10 10 10 30 2

363 322 Muziekinstrumentenfabrieken 30 10 30 10 30 2

364 323 Sportartikelenfabrieken 30 10 50 30 50 3.1

365 324 Speelgoedartikelenfabrieken 30 10 50 30 50 3.1

3663.1 32991 Sociale werkvoorziening 0 30 30 0 30 2

3663.2 32999 Vervaardiging van overige goederen n.e.g. 30 10 50 30 50 D 3.1

37 38 -

40 35 - PRODUKTIE EN DISTRIB. VAN STROOM, AARDGAS, STOOM EN WARM WATER

40 35 B0 bio-energieinstallaties electrisch vermogen < 50 MWe:

40 35 B1

- covergisting, verbranding en vergassing van mest, slib, GFT en reststromen

voedingsindustrie 100 50 100 30 R 100 3.2

40 35 B2 - vergisting, verbranding en vergassing van overige biomassa 50 50 100 30 R 100 3.2

40 35 C0 Elektriciteitsdistributiebedrijven, met transformatorvermogen:

40 35 C1 - < 10 MVA 0 0 30 C 10 30 2

40 35 C2 - 10 - 100 MVA 0 0 50 C 30 50 3.1

40 35 C3 - 100 - 200 MVA 0 0 100 C 50 100 3.2

40 35 D0 Gasdistributiebedrijven:

40 35 D3 - gas: reduceer-, compressor-, meet- en regelinst. Cat. A 0 0 10 C 10 10 1

40 35 D4 - gasdrukregel- en meetruimten (kasten en gebouwen), cat. B en C 0 0 30 C 10 30 2

40 35 D5 - gasontvang- en -verdeelstations, cat. D 0 0 50 C 50 R 50 3.1

40 35 E0 Warmtevoorzieningsinstallaties, gasgestookt:

40 35 E1 - stadsverwarming 30 10 100 C 50 100 3.2

40 35 E2 - blokverwarming 10 0 30 C 10 30 2

40 35 F0 windmolens:

40 35 F1 - wiekdiameter 20 m 0 0 100 C 30 100 3.2

41 36 -

41 36 - WINNING EN DITRIBUTIE VAN WATER

41 36 A0 Waterwinning-/ bereiding- bedrijven:

41 36 A2 - bereiding met chloorbleekloog e.d. en/of straling 10 0 50 C 30 50 3.1

41 36 B0 Waterdistributiebedrijven met pompvermogen:

41 36 B1 - < 1 MW 0 0 30 C 10 30 2

Page 93: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten

SBI-1993 SBI-2008 OMSCHRIJVING

nu

mm

er

GE

UR

ST

OF

GE

LU

ID

GE

VA

AR

GR

OO

TS

TE

AF

ST

AN

D

CA

TE

GO

RIE

AFSTANDEN IN METERS

41 36 B2 - 1 - 15 MW 0 0 100 C 10 100 3.2

45 41, 42, 43 -

45 41, 42, 43 - BOUWNIJVERHEID

45 41, 42, 43 0 Bouwbedrijven algemeen: b.o. > 2.000 m² 10 30 100 10 100 3.2

45 41, 42, 43 1 - bouwbedrijven algemeen: b.o. <= 2.000 m² 10 30 50 10 50 3.1

45 41, 42, 43 2 Aannemersbedrijven met werkplaats: b.o. > 1000 m² 10 30 50 10 50 3.1

45 41, 42, 43 3 - aannemersbedrijven met werkplaats: b.o.< 1000 m² 0 10 30 10 30 2

50 45, 47 -

50 45, 47 - HANDEL/REPARATIE VAN AUTO'S, MOTORFIETSEN; BENZINESERVICESTATIONS

501, 502, 504 451, 452, 454 Handel in auto's en motorfietsen, reparatie- en servicebedrijven 10 0 30 10 30 2

501 451 Handel in vrachtauto's (incl. import en reparatie) 10 10 100 10 100 3.2

5020.4 45204 A Autoplaatwerkerijen 10 30 100 10 100 3.2

5020.4 45204 B Autobeklederijen 0 0 10 10 10 1

5020.4 45204 C Autospuitinrichtingen 50 30 30 30 R 50 3.1

5020.5 45205 Autowasserijen 10 0 30 0 30 2

503, 504 453 Handel in auto- en motorfietsonderdelen en -accessoires 0 0 30 10 30 2

505 473 0 Benzineservisestations:

505 473 2 - met LPG < 1000 m3/jr 30 0 30 50 R 50 3.1

505 473 3 - zonder LPG 30 0 30 10 30 2

51 46 -

51 46 - GROOTHANDEL EN HANDELSBEMIDDELING

511 461 Handelsbemiddeling (kantoren) 0 0 10 0 10 1

5121 4621 0 Grth in akkerbouwprodukten en veevoeders 30 30 50 30 R 50 3.1

5122 4622 Grth in bloemen en planten 10 10 30 0 30 2

5123 4623 Grth in levende dieren 50 10 100 C 0 100 3.2

5124 4624 Grth in huiden, vellen en leder 50 0 30 0 50 3.1

5125, 5131 46217, 4631 Grth in ruwe tabak, groenten, fruit en consumptie-aardappelen 30 10 30 50 R 50 3.1

5132, 5133 4632, 4633 Grth in vlees, vleeswaren, zuivelprodukten, eieren, spijsoliën 10 0 30 50 R 50 3.1

5134 4634 Grth in dranken 0 0 30 0 30 2

5135 4635 Grth in tabaksprodukten 10 0 30 0 30 2

5136 4636 Grth in suiker, chocolade en suikerwerk 10 10 30 0 30 2

5137 4637 Grth in koffie, thee, cacao en specerijen 30 10 30 0 30 2

5138, 5139 4638, 4639 Grth in overige voedings- en genotmiddelen 10 10 30 10 30 2

514 464, 46733 Grth in overige consumentenartikelen 10 10 30 10 30 2

Page 94: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten

SBI-1993 SBI-2008 OMSCHRIJVING

nu

mm

er

GE

UR

ST

OF

GE

LU

ID

GE

VA

AR

GR

OO

TS

TE

AF

ST

AN

D

CA

TE

GO

RIE

AFSTANDEN IN METERS

5148.7 46499 0 Grth in vuurwerk en munitie:

5148.7 46499 1 - consumentenvuurwerk, verpakt, opslag < 10 ton 10 0 30 10 V 30 2

5148.7 46499 2 - consumentenvuurwerk, verpakt, opslag 10 tot 50 ton 10 0 30 50 V 50 3.1

5148.7 46499 5 - munitie 0 0 30 30 30 2

5151.1 46711 0 Grth in vaste brandstoffen:

5151.1 46711 1 - klein, lokaal verzorgingsgebied 10 50 50 30 50 3.1

5151.2 46712 0 Grth in vloeibare en gasvormige brandstoffen:

5151.3 46713 Grth minerale olieprodukten (excl. brandstoffen) 100 0 30 50 100 3.2

5152.1 46721 0 Grth in metaalertsen:

5152.2 /.3 46722, 46723 Grth in metalen en -halffabrikaten 0 10 100 10 100 3.2

5153 4673 0 Grth in hout en bouwmaterialen:

5153 4673 1 - algemeen: b.o. > 2000 m² 0 10 50 10 50 3.1

5153 4673 2 - algemeen: b.o. <= 2000 m² 0 10 30 10 30 2

5153.4 46735 4 zand en grind:

5153.4 46735 5 - algemeen: b.o. > 200 m² 0 30 100 0 100 3.2

5153.4 46735 6 - algemeen: b.o. <= 200 m² 0 10 30 0 30 2

5154 4674 0 Grth in ijzer- en metaalwaren en verwarmingsapparatuur:

5154 4674 1 - algemeen: b.o. > 2.000 m² 0 0 50 10 50 3.1

5154 4674 2 - algemeen: b.o. < = 2.000 m² 0 0 30 0 30 2

5155.1 46751 Grth in chemische produkten 50 10 30 100 R 100 D 3.2

5155.2 46752 Grth in kunstmeststoffen 30 30 30 30 R 30 2

5156 4676 Grth in overige intermediaire goederen 10 10 30 10 30 2

5157 4677 0 Autosloperijen: b.o. > 1000 m² 10 30 100 30 100 3.2

5157 4677 1 - autosloperijen: b.o. <= 1000 m² 10 10 50 10 50 3.1

5157.2/3 4677 0 Overige groothandel in afval en schroot: b.o. > 1000 m² 10 30 100 10 100 D 3.2

5157.2/3 4677 1 - overige groothandel in afval en schroot: b.o. <= 1000 m² 10 10 50 10 50 3.1

518 466 0 Grth in machines en apparaten:

518 466 1 - machines voor de bouwnijverheid 0 10 100 10 100 3.2

518 466 2 - overige 0 10 50 0 50 3.1

519 466, 469 Overige grth (bedrijfsmeubels, emballage, vakbenodigdheden e.d. 0 0 30 0 30 2

52 47 -

52 47 - DETAILHANDEL EN REPARATIE T.B.V. PARTICULIEREN

52 47 A Detailhandel voor zover n.e.g. 0 0 10 0 10 1

5211/2,5246/9 471 Supermarkten, warenhuizen 0 0 10 10 10 1

Page 95: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten

SBI-1993 SBI-2008 OMSCHRIJVING

nu

mm

er

GE

UR

ST

OF

GE

LU

ID

GE

VA

AR

GR

OO

TS

TE

AF

ST

AN

D

CA

TE

GO

RIE

AFSTANDEN IN METERS

5222, 5223 4722, 4723 Detailhandel vlees, wild, gevogelte, met roken, koken, bakken 10 0 10 10 10 1

5224 4724 Detailhandel brood en banket met bakken voor eigen winkel 10 10 10 C 10 10 1

5231, 5232 4773, 4774 Apotheken en drogisterijen 0 0 0 10 10 1

5246/9 4752 Bouwmarkten, tuincentra, hypermarkten 0 0 30 10 30 2

5249 4778 Detailhandel in vuurwerk tot 10 ton verpakt 0 0 10 10 V 10 1

5261 4791 Postorderbedrijven 0 0 50 0 50 3.1

527 952 Reparatie t.b.v. particulieren (excl. auto's en motorfietsen) 0 0 10 10 10 1

55 55 -

55 55 - LOGIES-, MAALTIJDEN- EN DRANKENVERSTREKKING

5511, 5512 5510 Hotels en pensions met keuken, conferentie-oorden en congrescentra 10 0 10 10 10 1

552 553, 552 Kampeerterreinen, vakantiecentra, e.d. (met keuken) 30 0 50 C 30 50 3.1

553 561 Restaurants, cafetaria's, snackbars, ijssalons met eigen ijsbereiding, viskramen e.d. 10 0 10 C 10 10 1

554 563 1 Café's, bars 0 0 10 C 10 10 1

554 563 2 Discotheken, muziekcafé's 0 0 30 C 10 30 D 2

5551 5629 Kantines 10 0 10 C 10 10 D 1

5552 562 Cateringbedrijven 10 0 30 C 10 30 2

60 49 -

60 49 - VERVOER OVER LAND

601 491, 492 0 Spoorwegen:

601 491, 492 1 - stations 0 0 100 C 50 R 100 D 3.2

6021.1 493 Bus-, tram- en metrostations en -remises 0 10 100 C 0 100 D 3.2

6022 493 Taxibedrijven 0 0 30 C 0 30 2

6023 493 Touringcarbedrijven 10 0 100 C 0 100 3.2

6024 494 0 Goederenwegvervoerbedrijven (zonder schoonmaken tanks): b.o. > 1000 m² 0 0 100 C 30 100 3.2

6024 494 1 - Goederenwegvervoerbedrijven (zonder schoonmaken tanks) b.o. <= 1000 m² 0 0 50 C 30 50 3.1

603 495 Pomp- en compressorstations van pijpleidingen 0 0 30 C 10 30 D 2

61, 62 50, 51 -

61, 62 50, 51 - VERVOER OVER WATER / DOOR DE LUCHT

61, 62 50, 51 A Vervoersbedrijven (uitsluitend kantoren) 0 0 10 0 10 1

63 52 -

63 52 - DIENSTVERLENING T.B.V. HET VERVOER

6311.2 52242 0 Laad-, los- en overslagbedrijven t.b.v. binnenvaart:

6311.2 52242 2 - stukgoederen 0 10 100 50 R 100 D 3.2

6312 52102, 52109 A Distributiecentra, pak- en koelhuizen 30 10 50 C 50 R 50 D 3.1

Page 96: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten

SBI-1993 SBI-2008 OMSCHRIJVING

nu

mm

er

GE

UR

ST

OF

GE

LU

ID

GE

VA

AR

GR

OO

TS

TE

AF

ST

AN

D

CA

TE

GO

RIE

AFSTANDEN IN METERS

6312 52109 B Opslaggebouwen (verhuur opslagruimte) 0 0 30 C 10 30 2

6321 5221 1 Autoparkeerterreinen, parkeergarages 10 0 30 C 0 30 2

6321 5221 2 Stalling van vrachtwagens (met koelinstallaties) 10 0 100 C 30 100 3.2

6322, 6323 5222 Overige dienstverlening t.b.v. vervoer (kantoren) 0 0 10 0 10 1

633 791 Reisorganisaties 0 0 10 0 10 1

634 5229 Expediteurs, cargadoors (kantoren) 0 0 10 0 10 D 1

64 64 -

64 53 - POST EN TELECOMMUNICATIE

641 531, 532 Post- en koeriersdiensten 0 0 30 C 0 30 2

642 61 A Telecommunicatiebedrijven 0 0 10 C 0 10 1

642 61 B0 zendinstallaties:

642 61 B1 - LG en MG, zendervermogen < 100 kW (bij groter vermogen: onderzoek!) 0 0 0 C 100 100 3.2

642 61 B2 - FM en TV 0 0 0 C 10 10 1

642 61 B3 - GSM en UMTS-steunzenders (indien bouwvergunningplichtig) 0 0 0 C 10 10 1

65, 66, 67 64, 65, 66 -

65, 66, 67 64, 65, 66 - FINANCIELE INSTELLINGEN EN VERZEKERINGSWEZEN

65, 66, 67 64, 65, 66 A Banken, verzekeringsbedrijven, beurzen 0 0 10 C 0 10 1

70 41, 68 -

70 41, 68 - VERHUUR VAN EN HANDEL IN ONROEREND GOED

70 41, 68 A Verhuur van en handel in onroerend goed 0 0 10 0 10 1

71 77 -

71 77 - VERHUUR VAN TRANSPORTMIDDELEN, MACHINES, ANDERE ROERENDE GOEDEREN

711 7711 Personenautoverhuurbedrijven 10 0 30 10 30 2

712 7712, 7739 Verhuurbedrijven voor transportmiddelen (excl. personenauto's) 10 0 50 10 50 D 3.1

713 773 Verhuurbedrijven voor machines en werktuigen 10 0 50 10 50 D 3.1

714 772 Verhuurbedrijven voor roerende goederen n.e.g. 10 10 30 10 30 D 2

72 62 -

72 62 - COMPUTERSERVICE- EN INFORMATIETECHNOLOGIE

72 62 A Computerservice- en informatietechnologie-bureau's e.d. 0 0 10 0 10 1

72 58, 63 B Datacentra 0 0 30 C 0 30 2

73 72 -

73 72 - SPEUR- EN ONTWIKKELINGSWERK

731 721 Natuurwetenschappelijk speur- en ontwikkelingswerk 30 10 30 30 R 30 2

Page 97: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten

SBI-1993 SBI-2008 OMSCHRIJVING

nu

mm

er

GE

UR

ST

OF

GE

LU

ID

GE

VA

AR

GR

OO

TS

TE

AF

ST

AN

D

CA

TE

GO

RIE

AFSTANDEN IN METERS

732 722 Maatschappij- en geesteswetenschappelijk onderzoek 0 0 10 0 10 1

74

63, 69tm71, 73, 74,

77, 78, 80tm82 -

74

63, 69tm71, 73, 74,

77, 78, 80tm82 - OVERIGE ZAKELIJKE DIENSTVERLENING

74

63, 69tm71, 73, 74,

77, 78, 80tm82 A Overige zakelijke dienstverlening: kantoren 0 0 10 0 10 D 1

747 812 Reinigingsbedrijven voor gebouwen 50 10 30 30 50 D 3.1

7481.3 74203 Foto- en filmontwikkelcentrales 10 0 30 C 10 30 2

7484.4 82992 Veilingen voor huisraad, kunst e.d. 0 0 10 0 10 1

75 84 -

75 84 - OPENBAAR BESTUUR, OVERHEIDSDIENSTEN, SOCIALE VERZEKERINGEN

75 84 A Openbaar bestuur (kantoren e.d.) 0 0 10 0 10 1

7525 8425 Brandweerkazernes 0 0 50 C 0 50 3.1

80 85 -

80 85 - ONDERWIJS

801, 802 852, 8531 Scholen voor basis- en algemeen voortgezet onderwijs 0 0 30 0 30 2

803, 804 8532, 854, 855 Scholen voor beroeps-, hoger en overig onderwijs 10 0 30 10 30 D 2

85 86 -

85 86 - GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSZORG

8511 8610 Ziekenhuizen 10 0 30 C 10 30 2

8512, 8513 8621, 8622, 8623 Artsenpraktijken, klinieken en dagverblijven 0 0 10 0 10 1

8514, 8515 8691, 8692 Consultatiebureaus 0 0 10 0 10 1

853 871 1 Verpleeghuizen 10 0 30 C 0 30 2

853 8891 2 Kinderopvang 0 0 30 0 30 2

90 37, 38, 39 -

90 37, 38, 39 - MILIEUDIENSTVERLENING

9001 3700 A0 RWZI's en gierverwerkingsinricht., met afdekking voorbezinktanks:

9001 3700 B rioolgemalen 30 0 10 C 0 30 2

9002.1 381 A Vuilophaal-, straatreinigingsbedrijven e.d. 50 30 50 10 50 3.1

9002.1 381 B Gemeentewerven (afval-inzameldepots) 30 30 50 30 R 50 3.1

9002.2 382 A0 Afvalverwerkingsbedrijven:

9002.2 382 A2 - kabelbranderijen 100 50 30 10 100 3.2

9002.2 382 A4 - pathogeen afvalverbranding (voor ziekenhuizen) 50 10 30 10 50 3.1

Page 98: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten

SBI-1993 SBI-2008 OMSCHRIJVING

nu

mm

er

GE

UR

ST

OF

GE

LU

ID

GE

VA

AR

GR

OO

TS

TE

AF

ST

AN

D

CA

TE

GO

RIE

AFSTANDEN IN METERS

9002.2 382 A5 - oplosmiddelterugwinning 100 0 10 30 R 100 D 3.2

9002.2 382 A7 - verwerking fotochemisch en galvano-afval 10 10 30 30 R 30 2

9002.2 382 C0 Composteerbedrijven:

9002.2 382 C3 - belucht v.c. < 20.000 ton/jr 100 100 100 10 100 3.2

91 94 -

91 94 - DIVERSE ORGANISATIES

9111 941, 942 Bedrijfs- en werknemersorganisaties (kantoren) 0 0 10 0 10 1

9131 9491 Kerkgebouwen e.d. 0 0 30 0 30 2

9133.1 94991 A Buurt- en clubhuizen 0 0 30 C 0 30 D 2

9133.1 94991 B Hondendressuurterreinen 0 0 50 0 50 3.1

92 59 -

92 59 - CULTUUR, SPORT EN RECREATIE

921, 922 591, 592, 601, 602 Studio's (film, TV, radio, geluid) 0 0 30 C 10 30 2

9213 5914 Bioscopen 0 0 30 C 0 30 2

9232 9004 Theaters, schouwburgen, concertgebouwen, evenementenhallen 0 0 30 C 0 30 2

9234 8552 Muziek- en balletscholen 0 0 30 0 30 2

9234.1 85521 Dansscholen 0 0 30 C 0 30 2

9251, 9252 9101, 9102 Bibliotheken, musea, ateliers, e.d. 0 0 10 0 10 1

9253.1 91041 Dierentuinen 100 10 50 C 0 100 3.2

9253.1 91041 Kinderboerderijen 30 10 30 C 0 30 2

926 931 0 Zwembaden:

926 931 1 - overdekt 10 0 50 C 10 50 3.1

926 931 A Sporthallen 0 0 50 C 0 50 3.1

926 931 B Bowlingcentra 0 0 30 C 0 30 2

926 931 C Overdekte kunstijsbanen 0 0 100 C 50 R 100 3.2

926 931 E Maneges 50 30 30 0 50 3.1

926 931 F Tennisbanen (met verlichting) 0 0 50 C 0 50 3.1

926 931 G Veldsportcomplex (met verlichting) 0 0 50 C 0 50 3.1

926 931 H Golfbanen 0 0 10 0 10 1

926 931 I Kunstskibanen 0 0 30 C 50 R 50 3.1

926 931 0 Schietinrichtingen:

926 931 11 - buitenbanen met voorzieningen: boogbanen 0 0 30 30 30 2

926 931 2 - binnenbanen: boogbanen 0 0 10 C 10 10 1

926 931 A Skelter- en kartbanen, in een hal 10 0 50 10 50 3.1

Page 99: Bestemmingsplan Noordschans - Moerdijk · ingang van 1 maart 2011 in werking getreden. Uit eerste praktijkervaringen blijkt dat het noodzakelijk is om regelmatig te bezien of de regels

Bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten

SBI-1993 SBI-2008 OMSCHRIJVING

nu

mm

er

GE

UR

ST

OF

GE

LU

ID

GE

VA

AR

GR

OO

TS

TE

AF

ST

AN

D

CA

TE

GO

RIE

AFSTANDEN IN METERS

926 931 F Sportscholen, gymnastiekzalen 0 0 30 C 0 30 2

926 932 G Jachthavens met diverse voorzieningen 10 10 50 C 30 50 3.1

9271 9200 Casino's 10 0 30 C 0 30 2

9272.1 92009 Amusementshallen 0 0 30 C 0 30 2

93 93 -

93 96 - OVERIGE DIENSTVERLENING

9301.1 96011 A Wasserijen en strijkinrichtingen 30 0 50 C 30 50 3.1

9301.1 96011 B Tapijtreinigingsbedrijven 30 0 50 30 50 3.1

9301.2 96012 Chemische wasserijen en ververijen 30 0 30 30 R 30 2

9301.3 96013 A Wasverzendinrichtingen 0 0 30 0 30 2

9301.3 96013 B Wasserettes, wassalons 0 0 10 0 10 1

9302 9602 Kappersbedrijven en schoonheidsinstituten 0 0 10 0 10 1

9303 9603 0 Begrafenisondernemingen:

9303 9603 1 - uitvaartcentra 0 0 10 0 10 1

9303 96031 2 - begraafplaatsen 0 0 10 0 10 1

9303 96032 3 - crematoria 100 10 30 10 100 3.2

9304 9313, 9604 Fitnesscentra, badhuizen en sauna-baden 10 0 30 C 0 30 2

9305 9609 A Dierenasiels en -pensions 30 0 100 C 0 100 3.2

9305 9609 B Persoonlijke dienstverlening n.e.g. 0 0 10 C 0 10 D 1