32
VOOR UW TEGELWERKADVIEZEN WWW.OMNICOL.INFO keramische binnenmuurstenen www.wienerberger.nl IN DIT NUMMER jaargang 8 / nummer 3 maart 2011 Professional tools for your profit Just one click away! www.toolprof.nl Bezoek onze website voor de beste bouwmaterialen- aanbiedingen! De grootste en veiligste tool-webshop van Nederland! 12 Prefab houtskeletbouw 14 Drijvend kantoor 17 Gezien op de Internationale Bouwbeurs Utrecht 21 De groene tapijttegel EN VERDER 23 Bouwgebreken 24 Bouwkosten 27 Fiscaal en Personeel 29 Productnieuws TEL.: 024 - 648 84 84 zie www.bia-beton.nl (Vellingkant)-lijmblokken Metselblokken Gevelstenen Profielstenen Splitstenen BIA-ECO blokken Nieuw BIA LockBlock Kennismiddagen BouwTotaal Sloopbeton hergebruikt op zelfde locatie Spray-isolatie voor woningnieuwbouw De EPC voor woningnieuwbouw is per 1 januari 2011 aangescherpt van 0,8 naar 0,6. De ko- mende jaren gaat de EPC verder omlaag. Dat dwingt de bouw om te zoeken naar andere bouwmethodieken. Isolatiebedrijf Pluimers BV introduceert daarom de Pluimers HR Iso- Plus-isolatie voor woningnieuwbouw. Hiermee kan een woning luchtdicht worden geïso- leerd bij een relatief geringe isolatiedikte. [Lees verder op pagina 10] De toeleverende industrie in de bouw moet continu innoveren om tegemoet te komen aan de steeds zwaardere eisen op het ge- bied van energiebesparing, duurzaam bou- wen, gezondheid, wooncomfort, veiligheid op de bouwplaats, arbeidsomstandighe- den, bouwsnelheid, bouwprocessen, lo- gistiek, kosten en vergrijzing in de bouw. BouwTotaal wil deze kennis voor haar le- zers ontsluiten via zogenaamde Kennis- middagen. Twee keer per jaar zal er in sa- menwerking met de toeleverende industrie een praktijkgerichte Kennismiddag wor- den georganiseerd. Lezers van BouwTotaal hebben gratis toegang, maar moeten zich vooraf wel registeren bij BouwTotaal. Een unieke kans dus om uw praktijkkennis te actualiseren! [Lees verder op pagina 7] Bij het project De Eenhoorn ka- vel B in Amsterdam past Me- bin betongranulaat, afkomstig uit sloopwerkzaamheden, duur- zaam toe in (nieuw) beton. Me- bin is verantwoordelijk voor de levering van circa 14.000 m 3 be- tonmortel en geeft advies over het optimaal breken van be- tongranulaat, de toepassing er- van in betonmengsels en de transportbewegingen van en naar de bouwplaats. [Lees verder op pagina 3] De Pluimers HR IsoPlus-isolatie is een twee- componenten isolatie die bij nieuwbouw in de spouw wordt geïnjecteerd. 21 april 2011: de eerste BouwTotaal Kennismid- dag bij Xella te Vuren!

Bouwtotaal_2011_3

Embed Size (px)

DESCRIPTION

 

Citation preview

Page 1: Bouwtotaal_2011_3

VOOR UW TEGELWERKADVIEZEN

WWW.OMNICOL.INFO

keramische binnenmuurstenen

www.wienerberger.nl

I n dIt nummer

jaargang 8 / nummer 3maart 2011

Professional tools for your profit Just one click away!

www.toolprof.nl

Bezoek onze website voor de beste bouwmaterialen-

aanbiedingen!

D e g r o o t s t e e n v e i l i g s t e t o o l - w e b s h o p v a n N e d e r l a n d !

12 Prefab houtskeletbouw

14 Drijvend kantoor

17 Gezien op de Internationale Bouwbeurs Utrecht

21 De groene tapijttegel

en Verder

23 Bouwgebreken 24 Bouwkosten 27 Fiscaal en Personeel 29 Productnieuws

www.bouwbinder.nl

TEL.

: 024

- 6

48 8

4 84

zie www.bia-beton.nl

(Vellingkant)-lijmblokken

Metselblokken

Gevelstenen

Profi elstenen

Splitstenen

BIA-ECO blokken

Nieuw BIA LockBlock

Kennismiddagen BouwTotaal

Sloopbeton hergebruikt op zelfde locatie

Spray-isolatie voor woningnieuwbouwDe EPC voor woningnieuwbouw is per 1 januari 2011 aangescherpt van 0,8 naar 0,6. De ko-mende jaren gaat de EPC verder omlaag. Dat dwingt de bouw om te zoeken naar andere bouwmethodieken. Isolatiebedrijf Pluimers BV introduceert daarom de Pluimers HR Iso-Plus-isolatie voor woningnieuwbouw. Hiermee kan een woning luchtdicht worden geïso-leerd bij een relatief geringe isolatiedikte.

[Lees verder op pagina 10]

De toeleverende industrie in de bouw moet continu innoveren om tegemoet te komen aan de steeds zwaardere eisen op het ge-bied van energiebesparing, duurzaam bou-wen, gezondheid, wooncomfort, veiligheid op de bouwplaats, arbeidsomstandighe-den, bouwsnelheid, bouwprocessen, lo-gistiek, kosten en vergrijzing in de bouw. BouwTotaal wil deze kennis voor haar le-

zers ontsluiten via zogenaamde Kennis-middagen. Twee keer per jaar zal er in sa-menwerking met de toeleverende industrie een praktijkgerichte Kennismiddag wor-den georganiseerd. Lezers van BouwTotaal hebben gratis toegang, maar moeten zich vooraf wel registeren bij BouwTotaal. Een unieke kans dus om uw praktijkkennis te actualiseren! [Lees verder op pagina 7]

Bij het project De Eenhoorn ka-vel B in Amsterdam past Me-bin betongranulaat, afkomstig uit sloopwerkzaamheden, duur-zaam toe in (nieuw) beton. Me-bin is verantwoordelijk voor de levering van circa 14.000 m3 be-tonmortel en geeft advies over het optimaal breken van be-tongranulaat, de toepassing er-van in betonmengsels en de transportbewegingen van en naar de bouwplaats.

[Lees verder op pagina 3]

De Pluimers HR IsoPlus-isolatie is een twee-componenten isolatie die bij nieuwbouw in de spouw wordt geïnjecteerd.

21 april 2011: de eerste BouwTotaal Kennismid-dag bij Xella te Vuren!

Page 2: Bouwtotaal_2011_3
Page 3: Bouwtotaal_2011_3

3ACTUEEL

We gaan eindelijk samenwer-ken in de bouw. Dat begrijp ik al-thans uit diverse gesprekken die ik de afgelopen tijd heb gehad met marktpartijen en overheid. Ieder-een heeft het ineens over ‘ketenin-tegratie’ en ‘lean-werken’. Centra-le gedachte: wat de auto-industrie kan, kunnen wij verdorie toch ook! De bouw loopt wat dat betreft ver achter vergeleken met de indus-trie. Een opdrachtgever wil iets en schakelt een architect in. Die te-kent een fraai gebouw met woes-te vormen. Dan moet het gebouw nog gemaakt worden. Dat moet na-tuurlijk zo goedkoop mogelijk. Dus mogen aannemers zo laag moge-lijk inschrijven op het ontwerp. De laagste inschrijver mag proberen het fantasierijke ontwerp te maken. Dat mag niks kosten, dus worden de onderaannemers ook nog even de duimschroeven aangedraaid. Het geknutsel en geknoei op de bouw-plaats kan eindelijk beginnen, als na maanden steggelen met de ge-meente dan eindelijk de omgevings-vergunning – ja, zo heet dat tegen-woordig – binnen is. Uiteraard met de nodige mitsen en maren van-uit bouw- en woningtoezicht. Na een jaartje zwoegen en improvise-ren wordt er dan een gebouw op-geleverd dat enigszins lijkt op de tekeningen in de bouwaanvraag. Tja, talrijke wijzigingen waren no-dig om het plan uitvoerbaar en fi-nancieel haalbaar te maken. Maar: het is weer gelukt! Het verbaast ons dan ook niet dat de faalkosten in de bouw ergens tussen de tien en der-tien procent liggen. Anders gezegd: we smijten ongeveer zes miljard eu-ro per jaar over de schutting! Hoe kan het anders? Door samen te werken! Hoe? Dat zeg ik: door sa-men te werken. Opdrachtgever, aan-nemer, architect en gemeente gaan vroegtijdig om tafel zitten om sa-men het plan voor te bereiden. De-ze werkwijze heeft al tot bewezen resultaten geleid. Zo ging de Bouw-pluim voor meer samenwerken in de bouw naar de ketenintegratie van woningcorporatie Com.wonen, Dura Vermeer Bouw Rotterdam en de gemeente Rotterdam. Die sloop-ten de schuttingen en gingen met open vizier samenwerken. Het resul-taat: de bouwkosten bleven maar liefst twaalf procent onder het bud-get, vrijwel geen opleverpunten en op tijd opleveren, ondanks de lan-ge vorstperiode. Tot slot waren ook de bewoners tevreden. Alleen maar winnaars dus. Gewoon in de voor-fase niet zeuren over een procentje meer of minder winst, maar samen-werken. Dat levert veel meer op!

Frank de GrootHoofdredacteur

Samenwerken!

Sloopbeton hergebruikt op zelfde locatie

Peter van den Brink, Vestigingsmanager Me-bin – Amsterdam (links) en Cees Bakhuys, Ad-junct directeur bij Lokhorst bouw en ontwikke-ling (rechts).

Bij het project De Eenhoorn kavel B in Amsterdam past Mebin betongranulaat, afkom-stig uit sloopwerkzaamheden, duurzaam toe in (nieuw) beton. Mebin is verantwoorde-lijk voor de levering van circa 14.000 m3 betonmortel en geeft advies over het optimaal breken van betongranulaat, de toepassing ervan in betonmengsels en de transportbe-wegingen van en naar de bouwplaats.

Het Eenhoornterrein is vooralsnog een ge-bied met voornamelijk kantoren en bedrij-ven. Tussen nu en 2015 zal het transforme-ren in een multifunctioneel gebied met een hoogwaardige combinatie tussen wonen en werken. Er worden 179 huurapparte-menten gebouwd met twee onderliggende parkeerkelders. Lokhorst bouw en ontwik-

keling heeft de opdracht gekregen voor de realisatie van het project dat zich momen-teel in de sloopfase bevindt. In het voorjaar starten de eerste betonwerkzaamheden.In het projectontwerp, dat vooralsnog ‘Ka-vel B’ heet, zijn verschillende duurzaam-heidsaspecten aanwezig. Er wordt onder andere gestreefd naar een maximale in-zet van alternatieve grondstoffen. Dit komt tot uitdrukking in het hergebruik van vrij-gekomen betongranulaat dat afkomstig is van gebouwen die op het terrein worden gesloopt.

Carbon CalculatorVoor Lokhorst is dit het eerste project met een dergelijk duurzaamheidaspect. Het be-drijf vroeg daarom vorig jaar al aan Mebin om mee te denken over hoe het betongra-nulaat toegepast kon worden. Uit de ge-bouwen die worden gesloopt, komt 5.000 ton materiaal vrij. Hiervan kan 2.500 ton worden hergebruikt als betongranulaat. Dit

materiaal komt uiteindelijk terecht bij Me-bin. Per bouwonderdeel stelde Mebin een lijst op van de hoeveelheden betonmortel en de bijbehorende betonsamenstellingen. Hiermee kon ze de maximale inzet van het vrijgekomen betongranulaat bepalen.Mebin heeft naar eigen zeggen een grote expertise in huis op het gebied van duur-zaam bouwen en beschikt over een Carbon Calculator. Hiermee kon ze voor iedere be-tonsamenstelling inclusief transportbewe-ging de vrijgekomen CO2 berekenen. Op basis van deze berekeningen zijn optimale keuzes gemaakt in de wijze van granulaat breken, de toe te passen betonmengsels en de transportbewegingen van en naar de verschillende locaties.

Rockwool veroordeeld wegens misleidingDe rechtbank van Amsterdam heeft Rockwool veroordeeld voor misleidende en ontoe-laatbare vergelijkende reclame. De rechtszaak was aangespannen door Stybenex de ver-eniging van EPS fabrikanten.

Stybenex had deze juridische stap on-dernomen omdat Rockwool in brochures, persberichten en op haar site ten onrech-te heeft gesteld dat het gebruik van steen-wolisolatie leidt tot een hoger brandveilig-heidniveau dan wanneer kunststof isolatie (waaronder EPS) wordt gebruikt. De recht-bank is het eens met Stybenex en heeft Rockwool gedwongen tot het stoppen van de verspreiding van de bewuste brochure en tevens tot het plaatsen van een rectifi-catie in vakbladen en op de Rockwool web-site.

RectificatieRockwool is door de rechtbank gedwongen de volgende rectificatie te plaatsen: Bij vonnis van januari 2011 van de recht-bank Amsterdam, is Rockwool veroordeeld deze rectificatie onder uw aandacht te brengen.

Rockwool heeft de brochure ‘Rockwool Steenwol Brandveilighied zonder kunstgre-pen’ openbaar gemaakt. Deze brochure is een ongeoorloofde uiting van vergelijken-de reclame, omdat zij misleidende mede-delingen bevat over kunststof isolatiema-terialen, waaronder EPS. Rockwool heeft de onjuiste mededeling gedaan dat het bij het gebruik van Rockwool isolatiemateri-aal geen gevaar bestaat voor een explosie-ve verbranding van vrijgekomen brandba-re gassen. Rockwool heeft in de brochure bovendien ten onrechte de schijn gewekt dat toepassing van steenwol leidt tot een veel hoger brandveiligheidniveau van ge-bouwen dat bij toepassing van brandba-re kunststof isolatiematerialen. Zij heeft zich tot slot in te algemene en op ongenu-anceerde wijze uitgelaten over de brand-veiligheid van kunststof isolatiemateria-len. Daardoor zou ten onrechte de indruk

kunnen ontstaan dat deze producten niet op een veilige manier in de bouw kunnen worden toegepast.

De rechtbank Amsterdam heeft bij het eerder genoemde vonnis van 19 janua-

ri 2011 geoordeeld dat de openbaarmaking van de brochure onrechtmatig is jegens de vereniging van Nederlandse Fabrikan-ten van EPS-producten (Stybenex) en haar leden. De rechtbank heeft Rockwool ver-oordeeld de verdere openbaarmaking en verspreiding van de brochure ‘Rockwool Steenwol Brandveiligheid zonder kunstgre-pen’ te staken en gestaakt te houden.

De directie van Rockwool Benelux BV.

Het volledige vonnis kunt u lezen en down-loaden via: www.stybenex.nl onder nieuws.

Laag-BTW maatregel verder vereenvoudigdOp initiatief van Bouwend Nederland heeft de Belastingdienst ingestemd met een ver-eenvoudiging van de tijdelijke maatregel rond het lage btw-tarief op arbeid bij verbou-wing of renovatie. Voor tal van werkzaamheden geldt er sinds 2 februari een vaste ver-deling arbeid-materiaal. Met deze forfaitaire benadering is het voor zowel de bouwer als de consument direct duidelijk voor welk deel van de totaalfactuur het lage btw-ta-rief geldt.

Het ministerie van Financiën en Bouwend Nederland zijn voortdurend in gesprek om de uitvoering van de laag btw-regeling zo eenvoudig mogelijk te maken. Daarom heeft de stichting Bureau Documentatie Bouwwe-zen (BDB) in opdracht van Bouwend Neder-land onderzoek gedaan naar de generieke marktwaarden van de arbeidscomponenten bij renovatie en herstel van woningen. Op basis van die onderzoeksresultaten is nu het forfait afgesproken. De laag-btw regeling wordt hiermee nog eenvoudiger.Bouwend Nederland is zeer te spreken over het effect van de stimuleringsmaatregel. El-co Brinkman, voorzitter Bouwend Neder-land: ‘Onze leden merken dat ze meer werk hebben gekregen. De sector heeft ruim 800 miljoen euro extra omzet, zodat banen in de bouw behouden zijn gebleven. De rege-ling is een succes en deze vereenvoudiging maakt het toepassen ervan nóg gemakke-lijker.’

Ook staatssecretaris van Financiën Frans Weekers, verantwoordelijk voor de tijdelij-ke stimuleringsmaatregel, is positief. ‘De cijfers spreken voor zich, de tijdelijke sti-muleringsmaatregel blijkt een succes. Dat is goed nieuws voor de bouwsector die op deze manier optimaal profiteert van het la-ge btw-tarief op arbeid. Bovendien snijdt het mes aan twee kanten; ondernemers blijven aan het werk en de consument is voordeliger uit. Het lage btw-tarief geldt nog tot 1 juli, dus ik verwacht dat de stij-gende lijn doorzet.’

Op de website van Bouwend Nederland is de aanpassing van de regeling uitgelegd. Te-vens is er op www.bouwendnederland.nl een handig rekenmodel beschikbaar waarmee bouwondernemers heel snel offertes met het btw-voordeel zichtbaar kunnen maken.

Page 4: Bouwtotaal_2011_3
Page 5: Bouwtotaal_2011_3

5ACTUEEL

Maurice van SanteING Economisch Bureau

[email protected]

Bedrijfsnieuws

Bouw in 2012 naar lichte groeiIn 2011 laten de meeste sectoren de recessie definitief achter zich. Groothandel, industrie en transport slaan, na een flinke opleving in 2010, weer hun trendmatige groeipaden in. Na enkele jaren van krimp laten de detailhandel en de horeca de kassa ook weer vaker rinkelen. De laatcyclische bouw vertoont in 2011 nog krimp, maar laat in 2012 ook een lich-te groei zien.

Omzetherstel in detailhandel en horeca

nodigen nog niet uit tot investeringen in bedrijfsgebouwen. Daarnaast bezuini-gen -vooral lagere- overheden op uitga-ven op infrastructuur. Alleen de woning-bouw stabiliseert in 2011.

In 2011 is het ook de beurt aan de de-tailhandel en de horeca om de krimp eindelijk achter zich te laten. Het her-stel in de horeca is vooral afkomstig van een hogere bezettingsgraad in hotels door vooral meer buitenland-se reizigers. Supermarkten weten nog steeds groei te bewerkstelligen en ook in non-foodwinkels rinkelt de kassa weer vaker. Oplopende voed-selprijzen en een matige loonstijging kunnen wel roet in het eten gooien omdat dit de koopkracht beperkt.

Bouw blijft ook in 2011 nog krimpenDe bouw is in 2011 nog de enige sec-tor die krimpt (-/-1,0%). De hoge leeg-stand van kantoren en de nog relatief lage bezettingsgraad bij bedrijven

Exportsectoren laten turbulente tij-den achter zichIn 2010 steeg de industriële produc-tie met ruim zes procent: het hoog-ste groeicijfer sinds 2000. De groot-handel, industrie en transportsector komen in 2011 duidelijk in rustiger vaarwater. Naar verwachting groeien zij dit jaar met respectievelijk 2,5, 2,0 en 2,9 procent. Na de enorme krimp in 2009 en een flink herstel in 2010 zijn de turbulente tijden daarmee duidelijk voorbij. Deze sectoren groei-en dit jaar nog wel bovengemiddeld doordat zij in belangrijke mate pro-fiteren van de export die ook in 2011 harder groeit dan de binnenlandse vraag. De transportsector krijgt weer wat meer financiële ruimte doordat het dieptepunt van de vrachtprijzen gepasseerd lijkt. Bron:CBS, * ING Economisch Bureau

Volumemutaties naar bedrijfstak (% j.o.j.)

2010 2011* 2012*Agrarische sector 1,1% 1,5% 1,7%Bouw -10,5% -1,0% 1,5%Detailhandel -0,4% 0,6% 1,2%Groothandel 5,0% 2,5% 3,0%Horeca -2,9% 1,6% 1,4%Industrie 6,3% 2,0% 2,4%Transport & opslag 3,5% 2,9% 2,5%Zakelijke dienstverlening -2,0% 1,5% 2,0%Onderwijs 1,9% 1,6% 1,2%Overheid 0,9% 0,1% 0,0%Zorg 2,9% 3,3% 2,5%BBP 1,7% 1,4% 1,5%

Leerlingen ontwerpen school met prefab elementen

Leerlingen van Basisschool De Kriekenhof in Oud-Beijerland hebben met op schaal gemaak-te ‘Wagenbouw prefabbouwelementen’ hun ideale school ontworpen.

Leerlingen van Basisschool De Kriekenhof in Oud-Beijerland hebben met op schaal gemaakte ‘Wagenbouw prefabbouwele-menten’ hun ideale school ontworpen. De leerlingen waren zeer creatief in de inde-ling en gevelafwerking van het gebouw. Wagenbouw B.V. uit Sliedrecht en Archi-tektenburo Roos en Ros B.V. uit Oud-Be-ijerland laten hiermee zien dat ze bij het ontwerp van een bredeschool luisteren naar de eindgebruiker en dat prefabbou-wen vele architectonische mogelijkheden biedt.

Een school wordt steeds meer gezien als maatschappelijk middelpunt, waar func-ties als bso, kinderopvang en vereni-gingen in opgenomen worden. Buiten schooltijden wordt op deze manier nuttig

gebruik gemaakt van de ruimtes. De voor-delen van prefabbouwen, zoals flexibili-teit, snelle bouwtijd en kostenbesparing zijn algemeen bekend. Dat er ook vele ar-chitectonische mogelijkheden zijn, is min-der gemeengoed. De ontwerpmogelijkhe-den van prefabbouwen zijn legio, zoals op www.wagenbouw.nl valt te zien.Wagenbouw BV biedt doordachte oplossin-gen voor tijdelijke en permanente huisves-tingsvragen. Flexibele en verplaatsbare ge-bouwen met een korte bouwtijd. Met een hoge mate van kwaliteit, comfort en aan-pasbaarheid. Of het nu gaat om vervan-ging of uitbreiding van kantoren, scholen of zorghuisvesting, prefabbouw beweegt moeiteloos met de behoeften van de op-drachtgever of eindgebruiker mee.

Kinderen leren gevaren van dode hoekVanaf 17 januari tot 1 maart werkte betonmortelproducent Mebin actief mee aan het trainingsproject ‘Veilig op Weg’. Via dit project maken kinderen van de basisschool ken-nis met de gevaren van de dode hoek bij grote vrachtwagens. ‘Veilig op Weg’ is een sa-menwerking tussen Transport en Logistiek Nederland en Veilig Verkeer Nederland en is veertien jaar geleden ontwikkeld door jonge transport ondernemers. Mebin stelde drie truckmixers en zes chauffeurs ter beschikking en zal de ‘Veilig op Weg’ les geven aan circa 150 basisscholen in Nederland.

Ieder vrachtauto heeft een dode hoek. Maar niet altijd op dezelfde plek. Vandaar dat Mebin als lid van EVO (Ondernemersor-ganisatie voor Logistiek en Transport) al

haar truckmixers binnenkort van een do-de hoek sticker voorziet. Daarnaast maakt Mebin zich sterk om het aantal dode hoek ongevallen verder terug te dringen door mee te werken aan het ‘Veilig op Weg’ pro-ject. Bij dit project leren basisschoolkinde-ren op een leuke en educatieve manier de gedragsregels om veilig te anticiperen op vrachtauto’s in het verkeer.Mebin heeft al jaren veiligheid als hoogste prioriteit staan. Op de betonmortelcentra-les, op de bouwplaats, maar ook op straat. Als betonmortelproducent neemt het be-drijf immers dagelijks deel aan het verkeer. Ook in de stad waar jonge kinderen naar school of naar huis fietsen. Omdat deze doelgroep extra kwetsbaar is, heeft het be-

drijf samenwerking gezocht met Transport en Logistiek Nederland.

Veilig op WegVeilig op Weg is een gesponsord en dus kosteloos project voor de basisschoolkinde-ren van groepen 7 en 8. Het project bestaat uit een halfdaagse training waarbij kinde-ren eerst een theorieles krijgen in de klas met een interactieve dvd van Bart Meijer bekend van het tv programma ‘Het Klok-huis’. Daarna gaan ze naar buiten naar de vrachtauto voor de praktijkles. Het lespro-gramma draait dankzij vele vrijwilligers die de les verzorgen. Mebin heeft aangebo-den dit alles zelfstandig en zonder extra in-zet van vrijwilligers te realiseren en heeft daarom elf eigen chauffeurs opgeleid om zelfstandig de les te kunnen verzorgen.

Nieuwe serie praktijk-gerichte workshops van ViegaSysteemleverancier Viega Nederland organi-seert in 2011 wederom een serie praktijkge-richte workshops. Tijdens de workshops wor-den het Fonterra vloerverwarmingssysteem, Viega’s planningstool Viptool, de Viega sys-teemtechniek en waterhygiëne behandeld.

Ook in 2011 organiseert Viega een groot aan-tal leerzame workshops waaraan kosteloos kan worden deelgenomen.

Workshop FonterraTijdens de workshop Fonterra maken de deel-nemers kennis met de mogelijkheden en voordelen van vloerverwarming en kan de praktische toepassing van vloer- en wandver-warmingen in bestaande- en nieuwbouw zelf worden ervaren. De Fonterra-systemen voor de woningbouw worden uitgebreid behan-deld waarbij materialen en eigenschappen, afmetingen, technische regelingen en toepas-singsmogelijkheden de revue passeren. Deze workshop wordt gehouden op 6 en 27 april, 25 mei en 22 juni 2011.

Workshop ViptoolDe workshop Viptool behandelt Viega’s re-ken- en tekenprogramma voor technische in-stallaties. Dit professionele instrument wordt ingezet voor de planning van technische in-stallaties in woningen. Met het tool kunnen technische tekeningen, berekeningen en een optimaal binnenhuisklimaat integraal, effec-tief en stapsgewijs worden bepaald. Met ex-tra externe modules kunnen zelfs elektrische en luchtinstallaties worden berekend. De Viptool workshop vindt plaats op 14 april en 16 juni 2011.

Workshop Viega systeemtechniekDe workshop Viega systeemtechniek gaat in op de verschillende Viega-systemen: van de bronzen draadfitting tot en met het voor-wandsysteem Viega Eco Plus. Tijdens de workshop wordt onder meer aangegeven hoe leidingen, koppelingen, armaturen en gereed-schap op de millimeter nauwkeurig op elkaar aansluiten. De workshop Systeemtechniek wordt georga-niseerd op 12 april en 8 en 24 juni 2011.

Workshop waterhygiëneTenslotte wordt in 2011 in meerdere work-shops aandacht besteed aan waterhygiëne. Normen en regelgeving, zoals de NEN 1006, alsook de juiste keuze van materialen, lei-dingvoering, ingebruikname en plaatsing ko-men tijdens deze praktijkgerichte workshop aan de orde. Deze workshop wordt gehouden op 29 maart en 12 mei 2011.

Aan de Viega workshops kan kosteloos wor-den deelgenomen. In het programma is een lunch inbegrepen. Aanmelden kan snel en eenvoudig via www.viega.nl/workshop. Hier kan ook de speciale flyer over de Viega work-shops worden gedownload.

Nieuw lid algemeen bestuur Bouwend Neder-

Page 6: Bouwtotaal_2011_3
Page 7: Bouwtotaal_2011_3

7ACTUEEL

Handelsonderneming

VerveldePVC-materialen

Importeur Dealer Pools Constructiebedrijf

Diverse Constructiewerken,

o.a.containers/

gecertificeerde vetafscheidersgecertificeerde brandstoftanks

Zandstraat 24927 RH Hooge Zwaluwe

Tel. (076) 593 37 82Fax (076) 593 47 67

E-mail: [email protected]

www.vervelde.com

Kennismiddag BouwTotaal

‘Energiezuinig bouwen op weg naar 2020’

Kennis-middagen BouwTotaalDe toeleverende industrie in de bouw moet continu innoveren om tegemoet te komen aan de steeds zwaardere eisen op het gebied van energiebesparing, duurzaam bou-wen, gezondheid, wooncomfort, veiligheid op de bouwplaats, ar-beidsomstandigheden, bouwsnel-heid, bouwprocessen, logistiek, kosten en vergrijzing in de bouw. BouwTotaal wil deze kennis voor haar lezers ontsluiten via zoge-naamde Kennismiddagen. Twee keer per jaar zal er in samenwer-king met de toeleverende indus-trie een praktijkgerichte Kennismid-dag worden georganiseerd. Lezers van BouwTotaal hebben gratis toe-gang, maar moeten zich vooraf wel registeren bij BouwTotaal. Een unie-ke kans dus om uw praktijkkennis te actualiseren!

Programma 14.30 - 15.00 uur ontvangst 15.00 - 15.10 uur welkomstwoord door Xella en BouwTotaal 15.10 - 15.40 uur presentatie Nieman 15.40 - 16.00 uur presentatie over isolatie door de Neder-

landse Isolatie Industrie 16.00 - 16.20 uur presentatie kozijnen door de Nederlandse

Bond van Timmerfabrikanten 16.20 - 16.40 uur Xella clip 2020 16.40 - 17.15 uur rondgang demonstratie-opstellingen en af-

sluitende borrel.

Locatie:Xella Nederland BVMildijk 141, 4214 DR VURENwww.xella.nl

Inschrijven:De toegang is gratis maar u dient zich van te voren wel in te schrijven, want VOL = VOL!

Inschrijven kan tot donderdag 14 april via [email protected]

We bouwen steeds energiezuiniger. Innovaties richten zich vooral op de installaties. Denk aan het gebruik van warmte/koude opslag in de bodem, warmtepompen, warm-teterugwinning bij ventilatiesystemen, de micro-WKK of HRe-ketel, et cetera. Maar met de aanscherping van de EPC naar 0,4 in 2015 en de opkomst van het Passiefhuisconcept volstaat een verdere innovatie in het installatieconcept niet meer. Vooral niet als we straks in 2020 zelfs energieneutraal moeten gaan bouwen. De focus moet weer verlegd worden naar de gebouwschil; daar is verdere winst te halen door nog beter te isoleren. Op de eerste BouwTotaal Kennismiddag op 21 april 2011 krijgt u oplossingen aangereikt door Xella Nederland BV, Adviesburo Nieman, de Nederlandse Isolatie Industrie en de Nederlandse Bond van Timmerfabrikanten.

De keuze om duurzaam te bouwen is lange tijd bepaald door het milieubewustzijn van opdrachtgevende partijen. Volgende stap waren inspanningsverplichtingen, zoals de convenanten ‘Lente-akkoord’ voor energie-besparing in de nieuwbouw en ‘Meer met Minder’ voor de bestaande bouw. Minder vrijblijvend is het Bouwbesluit dat presta-tie-eisen stelt aan de energiezuinigheid en gezondheid. Daarnaast heeft de overheid zich verplicht op duurzaam te gaan inko-pen. Verder heeft de Dutch Green Building Council (DGBC) het BREEAM-NL keurmerk ontwikkeld voor de duurzaamheid van Ne-derlandse gebouwen en gebieden. Duur-zaam bouwen – en dus ook duurzaam isole-ren – is daarom steeds minder vrijblijvend.

Wat eist het Bouwbesluit?Een belangrijk onderdeel van duurzaam bouwen is energiezuinig bouwen. In de bouwregelgeving is vastgelegd dat nieu-we gebouwen moeten voldoen aan be-paalde minimumeisen voor onder meer energiezuinigheid. Deze eis staat in het Bouwbesluit en wordt uitgedrukt in de energieprestatiecoëfficiënt (EPC). De ener-gieprestatie-eisen verschillen per gebouw-

pen. Deze stappen worden opeenvolgend genomen, zodanig dat eerst zoveel moge-lijk maatregelen uit stap 1 worden geno-men. Kan dit niet meer verantwoord ge-daan worden, dan volgen zoveel mogelijk maatregelen uit stap 2 en tenslotte wordt een eventuele restvraag ingevuld met stap 3. De drie stappen zijn:

Stap 1. Beperk de energievraagStap 2. Gebruik duurzame energiebronnenStap 3. Gebruik eindige energiebronnen ef-ficiënt

Uit deze stappen blijkt dat de energievraag eerst beperkt moet worden, door goed te isoleren. Het verbeteren van de EPC-waar-de begint dan ook bij het verbeteren van de thermische schil. Pas daarna volgen de in-stallaties. Hier ligt de komende jaren een grote uitdaging voor de toeleverende-in-dustrie. Er zullen nieuwe bouwoplossingen op de markt komen met een Rc-waarde van minimaal 10 m2K/W.

KennismiddagWelke oplossingen biedt de toeleveren-de industrie? In een boeiende Kennis-middag die BouwTotaal samen met Xella organiseert worden u kant-en-klare op-lossingen geboden. Zo zal Adviesburo Nie-man u bijpraten over het belang van een goed geïsoleerde schil en toont de Neder-landse Isolatie Industrie oplossingen van-uit de isolatie-industrie. De Nederlandse Bond van Timmerfabrikanten laat zien hoe u met goed geïsoleerde kozijnen, ramen en deuren aan de steeds zwaardere ener-gieprestatie-eisen kunt voldoen. De mid-dag wordt afgesloten met een presentatie van Xella, waarbij u ondermeer tal van op-lossingen in cellenbeton en kalkzandsteen kan bekijken. Kortom; een boeiende Ken-nismiddag die u niet mag missen!

functie. Voor nieuwe woningen geldt sinds 1 januari 2011 een EPC-grenswaarde van 0,6. In 2015 moet de EPC verder omlaag; voor woningen naar 0,4. Voor utiliteits-gebouwen komt er een vergelijkbare aan-scherping. Het doel is zelfs energieneutrale woningnieuwbouw in 2020. Voor het bereiken van een zo duurzaam mogelijke energievoorziening heeft de TU Delft in het verleden een strategie ontwik-keld, die ook bekend staat onder de term 'Trias Energetica'. De nadruk ligt daarbij op de volgorde van opeenvolgende stap-

(Advertentie)

InschrijvenDe toegang is gratis maar u dient zich van te voren wel in te schrijven, want VOL = VOL!

Stuur een mail met uw naam, adres en telefoonnummer naar [email protected] o.v.v. kennismiddag. Inschrijven kan tot donderdag 14 april. Ook kunt zich inschrijven via www.bouwtotaal-online.nl

Page 8: Bouwtotaal_2011_3

Dé vakbeurs voor de schilder- en glasindustrie, afbouw en afwerking in de bouwwereld!

Schilder, Glas & AfbouwS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AS G AHardenberg22, 23 en 24 maart 2011

Gorinchem25, 26 en 27 oktober 2011

HardenbergOpeningstijden14.00 - 22.00 uur 22, 23 en 24

maart 2011

Gorinchem25, 26 en 27

14.00 - 22.00 uur14.00 - 22.00 uur

oktober 2011

www.evenementenhal.nlwww.evenementenhal.nl

Evenementen

HALHARDENBERG

GORINCHEM VENRAY

Ons evenement. UW MOMENT.

Page 9: Bouwtotaal_2011_3

9ACTUEEL

In drie weken een nieuwe inrichting

Domino’s Pizza geeft de nieuwe vestigin-gen, in samenwerking met bouwcoördina-tor MVRO, een eigentijdse uitstraling. Het resultaat is al te zien in de onlangs geopen-de vestiging in Harderwijk. In het eerste kwartaal van 2011 volgen naar verwach-ting nog eens zes nieuwe locaties. Makers van Retailomgevingen, MVRO voorziet elke nieuwe locatie van een vloer met houtmo-tief. Per locatie is er minstens één muur be-dekt met hoogwaardig natuursteen. Luxe wandpanelen, een strak gestuct plafond en sfeervolle verlichting maken de nieuwe uitstraling van de pizzeria compleet. Be-staande vestigingen die worden verbouwd, krijgen eveneens de nieuwe, eigentijdse uitstraling. Onder de naam Image Evoluti-on kiest Domino’s Pizza voor een upgrade van het eigen winkelconcept ‘2020’.In nauw overleg met de holding in Austra-lië heeft Domino’s Pizza Netherlands BV de winkeluitstraling doorontwikkeld voor de

Nederlandse markt. Bouwmanagement-bureau MVRO is verantwoordelijk voor de doorvoering van deze uitstraling en de Ne-derlandse vestigingen. Sinds 2007 heeft MVRO 25 vestigingen voorzien van de juis-te uitstraling. De retailinrichter uit Zalt-bommel is houder van het standaard bouwboek en was vanaf de start halverwe-ge 2010 nauw betrokken bij de ontwikke-ling van de nieuwe profilering.

‘Voor het bouwen van een locatie van Do-mino’s Pizza staat drie weken, meer niet’, vertelt Robin Albersen, projectmanager bij bouwcoördinator MVRO. ‘We leveren elke locatie volledig ingericht op. Dit be-tekent dat de franchisenemer na drie we-ken direct aan de slag kan. De basis daar-voor ligt in een transparante en soepele samenwerking met Domino’s Pizza, maar ook met onze partners. Van Kessel Interi-eurprojecten uit Veghel weet bijvoorbeeld precies wat er wordt verwacht. Dat is snel en prettig samenwerken.’

Convenant provincie en UNETO-VNI over leerwerkplekken

Gedeputeerde Noël Lebens van de Provincie Limburg (links) is initiatiefnemer van het convenant. Hij verwacht dat dankzij de afspraak met de installatiebranche veel jonge, talentvolle mensen voor de branche behouden blijven. Voorzitter Claudia Reiner van UNETO-VNI regio Zuid is eveneens ver-heugd.

Op 27 januari sloten de provincie Limburg en UNETO-VNI, de ondernemersorganisa-tie voor de installatiebranche, in Venlo het convenant 'Werken aan Vakmanschap'. De convenantpartners maken de afspraak om bij installatieprojecten van provincie en ge-meenten voortaan altijd leerwerk- en stageplekken in te zetten. Dankzij het convenant krijgen honderden leerlingen die nu voor de branche verloren dreigen te gaan de kans om praktijkkennis op te doen. Vorig jaar sloot de provincie al een dergelijk convenant met de bouwsector en de woningcorporaties.

Leerwerkplekken in de installatiebranche staan momenteel als gevolg van de daling van de opdrachten voor nieuwbouw en re-novatie onder druk. Hierdoor is het voor be-drijven moeilijk om nog leerlingmonteurs (loodgieters, cv-monteurs of elektriciens) in dienst te nemen. Door deze ontwikkeling vrezen zowel de provincie als brancheorga-nisatie UNETO-VNI (regio Zuid) op termijn een gebrek aan goed gekwalificeerd per-soneel. Het convenant dat vandaag wordt gesloten, voorziet erin dat de convenant-partners bij de uitgifte van overheidsop-drachten zoveel mogelijk gebruikmaken van leerwerk- en stageplekken. Als dat het geval is, wordt dit in het aanbestedingsbe-stek vermeld.

Vakkennis hard nodigVanuit de provincie is gedeputeerde Noël Lebens initiatiefnemer van het convenant. Hij verwacht dat dankzij de afspraak met de installatiebranche veel jonge, talentvol-le mensen voor de branche behouden blij-ven. Voorzitter Claudia Reiner van UNETO-VNI regio Zuid is verheugd over de totstand-koming van het convenant. 'Als de econo-mie straks weer aantrekt, hebben we jonge vakmensen heel hard nodig. Dit convenant helpt om de instroom van jonge, gekwalifi-ceerde werknemers op peil te houden. Het is voor de leden van UNETO-VNI een be-langrijk signaal dat de overheid zich wil in-zetten om jonge vakmensen in opleiding

Skill Card geeft inzicht in vakmanschap

De eerste Nederlandse Skill Card is uitgereikt aan een tweetal medewerkers van Haverhals Metsel-werken BV, tijdens de openingsmanifestatie van de Bouwbeurs 2011 te Utrecht, door de voorzitter van Aannemersfederatie Nederland, ing. Henk Klein Poelhuis (tweede van rechts).

een kans te geven. Dankzij deze afspraak met de provincie wordt een nieuwe gene-ratie vakmensen opgeleid.'Het convenant dat mede wordt onder-steund door de regionale opleidingscen-

tra (ROC's), Colo (de koepelorganisatie van de kenniscentra) en Opleidingsfonds OTIB heeft een looptijd van vier jaar. Tussentijds vindt jaarlijks een evaluatie plaats van de behaalde resultaten.

De Skill Card geeft precies aan welke oplei-dingen de medewerkers hebben gevolgd, welke diploma’s zijn behaald en of kennis recent is bijgespijkerd. De Skill Card kan op de bouwplaats via speciale telefoons door licentiehouders worden uitgelezen, zo-dat ter plekke precies kan worden gezien met wie ze van doen hebben. De eerste Ne-derlandse Skill Card is uitgereikt aan een tweetal medewerkers van Haverhals Met-selwerken BV, tijdens de openingsmani-festatie van de Bouwbeurs 2011 te Utrecht, door de voorzitter van Aannemersfederatie Nederland, ing. Henk Klein Poelhuis.

Honderden Skill CardsKlein Poelhuis verwacht dat in 2011 enkele honderden Skill Cards zullen worden uitge-reikt, in een aantal nader aan te wijzen pi-lots. Waar de metselbranche de spits afbijt, zullen de voegers- en dakenbranche en te-gelzetters spoedig volgen, aldus Klein Poel-huis. Hij sprak de verwachting uit dat het initiatief van deze groepen Gespecialiseer-de Aannemers spoedig navolging krijgt bij kleine en middelgrote hoofdaannemers

en gww-bedrijven. De Federatievoorzitter maakte bekend dat de registratie van de opleidingen en diploma’s en de controle op de juistheid van de gegevens in handen is gegeven van het Opleidingsinstituut van Aannemersfederatie Nederland, BGA Ne-derland te Boxtel. Klein Poelhuis stelt dat de Skill Card, met het formaat van een betaalkaart, een scharnierfunctie vervult in het streven van de Federatie naar meer vaste dienstverban-den. ‘Ondernemers worden sterk geprik-keld te investeren in kwaliteit en daarmee in hun medewerkers. Dat is niet alleen goed voor betrokken bedrijven in hun jacht op een betere concurrentiepositie, maar zeker ook voor de opdrachtgevers. Het be-vordert niet alleen de kwaliteit, maar ook de snelheid van werken en het verlaagt de faalkosten met tientallen procenten. Ik nodig vakbonden uit mee te denken over een verdere verfijning van de gegevens en eventuele andere functionaliteiten op de Skill Card.’

Terwijl opdrachtgevers steeds hogere eisen stellen aan kwaliteit en duurzaamheid van bouwobjecten, wordt de gemiddelde bouwplaats bevolkt door een bonte stoet van vas-te en flexibele medewerkers, zzp-ers en buitenlandse inleenkrachten. Dit ontneemt een goed zicht op de mate, kwaliteit en actualiteit van scholing en vakmanschap van de me-dewerkers. Aannemersfederatie Nederland, de koepelorganisatie van MKB-bedrijven in bouw en infra, heeft daarom een Skill Card naar Engels voorbeeld ontwikkeld.

Page 10: Bouwtotaal_2011_3

10TECHNIEK

Na-isolatie techniek biedt grote voordelen in nieuwbouw

Spray-isolatie voor woningnieuwbouwDe EPC voor woningnieuwbouw is per 1 januari 2011 aangescherpt van 0,8 naar 0,6. De komende jaren gaat de EPC verder omlaag. Dat dwingt de bouw om te zoeken naar andere bouwmethodieken. Isolatiebedrijf Pluimers BV introduceert daarom de Pluimers HR IsoPlus-isolatie voor woningnieuwbouw. Hiermee kan een woning luchtdicht worden geïso-leerd bij een relatief geringe isolatiedikte.

We bouwen steeds energiezuiniger. Inno-vaties richten zich vooral op de installaties. Denk aan het gebruik van warmte/kou-de opslag in de bodem, warmtepompen, warmteterugwinning bij ventilatiesyste-men, de micro-WKK of HRe-ketel, et cetera. Maar met de verdere aanscherping van de EPC naar 0,4 in 2015 en de opkomst van het Passiefhuisconcept volstaat een verdere in-novatie in het installatieconcept niet meer. Vooral niet als we straks in 2020 zelfs ener-gieneutraal moeten gaan bouwen. De fo-cus moet weer verlegd worden naar de ge-bouwschil; daar is verdere winst te halen door nog beter te isoleren. Voor het bereiken van een zo duurzaam mogelijke energievoorziening heeft de TU Delft in het verleden een strategie ontwik-keld, die ook bekend staat onder de term 'Trias Energetica'. De nadruk ligt daarbij op de volgorde van opeenvolgende stappen: Stap 1. Beperk de energievraag (zorg

voor een goede bouwkundige schil met hoge isolatiewaarden).

Stap 2. Gebruik duurzame energiebron-nen (zonne- en wind-energie, biomassa, warmte- en koudeopslag in de bodem).

Stap 3. Gebruik eindige energiebronnen efficiënt (HR-installaties en WTW-syste-men).

Uit deze stappen blijkt dat de energievraag eerst beperkt moet worden, door goed te isoleren. Het verbeteren van de EPC-waar-

de begint dan ook bij het verbeteren van de thermische schil. Pas daarna volgen de in-stallaties. Hier ligt de komende jaren een grote uitdaging voor de toeleverende-in-dustrie. Isolatiebedrijf Pluimers heeft die uitdaging opgepakt en ontwikkelde eind vorig jaar een isolatie voor spouwmuren in nieuwbouwwoningen met een lambda-waarde van slechts 0,021 W/m.K.

Na-isolatieDoordat de CO2-besparing steeds meer op de politieke agenda komt te staan neemt de aandacht voor energiebesparing sterk toe. Niet alleen in de nieuwbouw - door de steeds lager EPC – maar ook in de bestaan-de bouw. Vooral woningcorporaties zijn door het aangescherpte overheidsbeleid op het gebied van CO2-besparing massaal aan het na-isoleren geslagen. ‘Ondanks de eco-nomische crisis is onze omzet de laatste twee jaar verdubbeld. Dat geeft al aan dat de aandacht voor na-isolatie zeer groot is’, zegt Henk ter Harmsel, commercieel direc-teur Isolatiebedrijf Pluimers BV. Het na-isoleren van bestaande woningen die gebouwd zijn na 1930 is relatief een-voudig. De spouw wordt dan gevuld door het injecteren van een vloeibare spray, of het inblazen van EPS parels of minerale wol. Ook de bestaande begane grondvloer kan geïsoleerd worden. Technisch mana-ger Henk Otten van Pluimers vertelt: ‘Ons bedrijf heeft al 35 jaar ervaring met vloe-risolatie. Wij spuiten een twee-componen-ten PUR-schuim tegen de onderzijde van de vloer. Dit doen we volgens een door IKOB-BKB gecertificeerd proces. Bij nieuwbouw kunnen we zelfs de bovenzijde van isolatie voorzien. Ook de bovenzijde of onderzijde van het dakbeschot bij bestaande hellen-de daken kunnen we met PUR-schuim iso-leren. Voordeel van de spray-isolatie is dat we alle vormen kunnen volgen. Dus ook complexe constructies kunnen we isoleren.’

Spray-isolatie nieuwbouwDe spray-isolatie die wordt toegepast bij re-novatie heeft gesloten cellen. Het is daar-

Technisch manager Henk Otten (links) en Henk ter Harmsel (rechts), commercieel directeur Isolatiebedrijf Pluimers BV: ' Ondanks de economische crisis is onze omzet de laatste twee jaar verdubbeld. Dat geeft al aan dat de aandacht voor na-isolatie zeer groot is.’

Page 11: Bouwtotaal_2011_3

11TECHNIEK

(Advertentie)

door luchtdicht en kent een zeer lage lambdawaarde van 0,021 W/mK. Na verou-dering is dit altijd nog 0,024 W/mK. Henk Otten: ‘De hardschuimplaten die veel wor-den toegepast in de bouw zijn opencellig. De lambda-waarde daarvan ligt iets ho-ger dan gesloten cellige spuitisolatie. Ge-zien de steeds strengere energiepresta-tie-eisen hebben we ons de vraag gesteld

of het niet mogelijk is de gesloten celli-ge spray-isolatie in de nieuwbouw toe te passen. We doen dat al lange tijd bij stal-len, groente- en fruitcellen en onderzijde van nieuwbouwvloeren. Later zijn we dat ook gaan doen bij binnenspouwbladen van luxe, alleenstaande woningen. Vervolgens wordt dan het buitenspouwblad opgemet-seld. Voordeel is dat de isolatie luchtdicht aansluit op alle bouwdelen, zoals kozijnen, vloer- en dakaansluitingen. Naden door on-effenheden in de achterliggende construc-tie, onzorgvuldige uitvoering of aansluitin-gen op andere bouwdelen behoren tot het verleden.’Volgens Otten is door de zeer lage lambda-waarde ook een veel geringere isolatiedikte toereikend: ‘De Rc-waarden bij passiefhuis-bouw lopen al op tot 8,5 m2K/W. We gaan de komende jaren zelfs naar Rc-waarden van 10,0 m2K/W. Veel aannemers hebben geen idee welke gevolgen dat heeft voor de gevel. Wanneer we voor minerale wol uit-gaan van een lambdawaarde van 0,038 dan heb je maar liefst 33 cm nodig voor een Rc-waarde van 8,5 m2K/W. Bij spray-isolatie is de benodigde dikte nog maar 18 cm. In de voor- en achtergevel scheelt dat in totaal 30 cm! Dat betekent dus ook 30 cm meer binnenruimte of juist 30 cm minder fun-deringen, gevel, dak en vloeren. De kosten-besparing is dan enorm! Bovendien moet de buitenschil bij passiefhuisbouw lucht-dicht zijn, maar dat is met traditionele iso-latie bijna niet te realiseren. Bij spray-isola-tie is de gevel luchtdicht. Je hoeft daardoor geen rekening meer te houden met de kou-debrugfactor of f-factor, zoals bij traditio-nele isolatie.’Voortaan dus alle binnenspouwbladen eerst volsprayen? ‘Het klinkt mooi, maar er zit ook een beperking aan deze werkwij-ze. Het sprayen van het binnenspouwblad is een aparte handeling die ook uitgevoerd moet worden door een gespecialiseerd iso-latiebedrijf. Daarbij moet het werk worden afgeschermd, omdat de spuitnevel anders tot ongewenste vervuiling van de omge-ving leidt. We vroegen ons daarom af of we de spray-isolatie niet in de spouw kon-den injecteren, net zoals bij EPS parels en glaswol. Uiteindelijk hebben we een twee-componenten gesloten cellige isolatie ont-wikkeld die in de spouw geïnjecteerd kan worden.’

SpouwisolatieDe nieuwe tweecomponenten isolatie be-staat uit een polyol component en een har-der. Beide componenten reageren in de spouw tot een luchtdichte PUR schuimlaag. Om de isolatie te kunnen injecteren plaatst de metselaar tijdens het metselen van het buitenspouwblad om de 80 cm horizontaal en verticaal een kort stuk elektrabuis in de voeg. Deze buisjes worden kort daarna uit de verse mortel getrokken, zodat kleine ga-ten resteren in het voegwerk. Door die ga-ten wordt het schuim vervolgens geïnjec-teerd. Volgens Otten is een luchtspouw niet nodig: ‘Dat is een fenomeen uit de tijd dat het metselwerk nog niet zo’n hoge kwa-liteit had, waardoor het niet lang vochtig

mocht blijven. Tegenwoordig is het met-selwerk van zo’n hoge kwaliteit dat er nau-welijks nog vocht in de steen dringt. Daar-naast is de Pluimers HR IsoPlus-isolatie water- en luchtdicht. Een luchtspouw is dus niet meer nodig.’Volgens Henk ter Harmsel is de arbeids-tijd ongeveer gelijk aan het aanbrengen van traditionele isolatie: ‘Een alleenstaande woning isoleren we in één dag. We nemen daarbij maar een klein plekje in op de stei-ger. De kosten van 10 cm PUR schuim zijn wat hoger dan 10 cm minerale wol, maar je hebt veel minder nodig. De materiaal-kosten zijn dus lager. De arbeidskosten zijn vergelijkbaar, omdat je vooral bij hoge iso-latiewaarden bij toepassing van traditione-le isolatie alle aansluitingen op de kozijnen

en andere bouwdelen luchtdicht moet ma-ken. Bij onze spray-isolatie hoeft dat niet meer. Bovendien weet je zeker dat de voor-geschreven warmteweerstand ook gehaald wordt.’Inmiddels zijn enkele nieuwbouw re-creatiewoningen voorzien van de nieu-we isolatie. Het binnenspouwblad van de-ze woningen is van kalkzandsteen en het buitenspouwblad is gemetseld. De spouw-breedte is 120 mm. Ter Harmsel: ‘Nieu-we woningbouwprojecten komen er aan. Steeds meer aannemers zien de kwalita-tieve voordelen bij woningbouwprojecten waar hoge isolatiewaarden gevraagd wor-den. Dit vraagt een andere wijze van bou-wen. Wij bieden een oplossing.’

De spray-isolatie wordt door Plui-mers al 35 jaar gebruikt om bijvoor-beeld onderzijden van bestaande vloeren te isoleren.

Pluimers isoleert al eni-ge tijd veelal alleenstaan-de woningen met een spray-isolatie, die tegen het binnenspouwblad wordt aangebracht. Hierna wordt het buitenspouwblad opge-metseld.

de perfecte oplossing voor nieuwbouw en renovatie!

in diverse kwaliteiten van o.a. Corus Colorcoat, Tata Steel en Ruukki

tevens leveren wij lichtstraten, isopanelen, afwerkprofielen en accessoires

alles klantspecifiek en met snelle levertijden!

tel. (0166) 66 70 15, fax (0166) 66 70 16www.dutchprofiles.nl / e-mail: [email protected]

”Geen HOI. Geen deal.”

Bert Kamp, mediamanager Rabobank

HOI. De Harde Cijfers. www.hoi-online.nl

Een adverteerder die wil weten of hij het juiste bedrag betaalt voor z’n advertentie kijkt of een titel het HOI-keurmerk heeft. Dan zijn de oplagecijfers gecontroleerd en zijn de advertentietarieven daarop gebaseerd. PS Deze titel heeft het HOI-keurmerk.

”Geen HOI. Geen deal.”

Bert Kamp, mediamanager Rabobank

HOI. De Harde Cijfers. www.hoi-online.nl

Een adverteerder die wil weten of hij het juiste bedrag betaalt voor z’n advertentie kijkt of een titel het HOI-keurmerk heeft. Dan zijn de oplagecijfers gecontroleerd en zijn de advertentietarieven daarop gebaseerd. PS Deze titel heeft het HOI-keurmerk.

”Geen HOI. Geen deal.”

Bert Kamp, mediamanager Rabobank

HOI. De Harde Cijfers. www.hoi-online.nl

Een adverteerder die wil weten of hij het juiste bedrag betaalt voor z’n advertentie kijkt of een titel het HOI-keurmerk heeft. Dan zijn de oplagecijfers gecontroleerd en zijn de advertentietarieven daarop gebaseerd. PS Deze titel heeft het HOI-keurmerk.

Een adverteerder die wil weten of hij het juiste bedrag betaalt voor

z'n advertentie kijkt of een titel het HOI-keurmerk heeft. Dan zijn de

oplagecijfers gecontroleerd en zijn de advertentietarieven daarop

gebaseerd. PS Deze titel heeft het HOI-keurmerk.

Page 12: Bouwtotaal_2011_3

12TECHNIEK

Prefab houtskeletbouw: snelle bouw en kostenvoordelenBouwen wordt steeds meer monteren. Werken met grote geprefabriceer-de elementen heeft veel voordelen, zoals een hoog bouwtempo, een be-tere kwaliteit en minder faalkosten. En als die prefab elementen dan bo-vendien nog zijn opgebouwd als houtskeletbouwelementen, hebben deze ook nog de voordelen van een milieuvriendelijke bouwwijze met hout als duurzaam product. De doorzettende trend naar prefabricage én milieuvriendelijk bouwen in houtskeletbouw biedt daarom volop kan-sen voor de bouw.

Tekst: Carla Debets Bouwtekst

Prefab houtskeletbouwelementen kunnen de faalkosten aanzienlijk terugbrengen. Dat is inmiddels gebleken bij talloze projec-

ten. En het terugdringen van de faalkosten staat op dit moment van crisis in de bouw weer volop in de belangstelling. Volgens re-cent onderzoek (onder andere van Pricewa-terhouse-Coopers (PwC), september 2010) zijn de faalkosten vanaf 2001 tot 2009 op-gelopen van circa 7,7 procent van de tota-le omzet naar bijna 11 procent; ofwel 5,5 mil-jard euro!Het belang van het reduceren van deze kos-tenpost wordt wel onderkend, maar de re-cente cijfers wijzen uit dat aannemers daar nog steeds niet in slagen. Om de faalkosten te verminderen moeten niet alleen fouten voorkomen worden, maar dienen partijen ook beter te communiceren, grondiger voor te bereiden én afspraken na te komen. Vaak wordt ook vergeten de bevindingen rond het eindresultaat terug te koppelen met de verantwoordelijke partijen.Met prefab houtskeletbouw elementen wor-den alle zaken in de fabriek minutieus voor-bereid. De elementen hebben een grote maatnauwkeurigheid. Door driedimensio-nale voorbereiding op de computer en digi-tale aansturing van de productie hoeft er op de bouwplaats nog maar weinig gepast en gemeten te worden, waardoor men dus snel kan werken. Berekeningen én ervaring op diverse bouwprojecten hebben uitgewezen dat de faalkosten door toepassing van hout-skeletbouwelementen kunnen worden ver-laagd tot circa 1 procent. Hierdoor kunnen projecten in houtskeletbouw, die aanvanke-lijk als duurder worden aangemerkt, onder de streep vaak toch goedkoper blijken te zijn dan traditionele bouwmethoden.

Voorbereiding in de fabriekDe geconditioneerde omstandigheden in de fabriek waar de hsb-elementen gefabri-ceerd worden, staan garant voor een ho-ge kwaliteit, een optimale maatvastheid bij kleine toleranties, goede passing en lucht-dichte aansluitingen. Met steeds moder-nere CNC machines is meer mogelijk dan

zo’n tien jaar geleden. Waren aanvankelijk nog grote series van dezelfde elementen een voorwaarde om betaalbare elementen te kunnen maken, nu vormen zelfs unieke producten geen probleem meer. Eén van de

weinige beperkingen aan de elementen is de maximale grootte; vanwege het trans-port over de weg zijn de maximale afme-tingen circa 3,30 x 10,00 meter.Extra zekerheid ten aanzien van de kwali-teit van prefab houtskeletbouwelementen wordt geboden als de houtskeletbouwers en/of houtskeletbouwtimmerfabrikan-ten zijn aangesloten bij de Vereniging van Houtskeletbouwers (VHSB). Zij geven bij hun producten een KOMO attest-(met pro-ductcertificaat) Houtskeletbouw af, een door de overheid erkende kwaliteitsverkla-ring. In dit document liggen onder meer de technische specificaties en de details van het systeem vast. Daarnaast worden ad-viezen gegeven voor transport, opslag en montage.Bij de voorbereiding in de fabriek wordt veel aandacht besteed aan de aansluitde-tails (bouwtechniek): goede bouwkundi-ge detaillering (waterdichtheid, luchtdicht-heid), eenvoudig te maken, passing/speling op de bouwplaats/ tolerantie, inspelen op snelle ‘koppeling’. Daarnaast zijn de ele-menten en de detaillering (organisatorisch) afgestemd op de montagevolgorde en op de hijsvoorzieningen.

Voorbereiding op de bouwplaatsOrganisatorisch stelt een bouwwijze met houtskeletbouw elementen als voorwaar-de dat alle partijen op de hoogte moeten zijn van het bouwsysteem. Gevolg is dat er vaak wordt samengewerkt met dezelf-de partijen (co-makers) die inmiddels ook ervaring hebben opgedaan: het wiel hoeft niet meer opnieuw uitgevonden te wor-den én de samenwerkende partijen hebben meer respect voor elkaars werkzaamheden. Om de voordelen van prefab houtskelet-bouw op de bouwplaats optimaal te benut-ten, moet er een aantal handelingen goed voorbereid worden, zoals: Transport op de bouwplaats. Tussen-

opslag van houtskeletbouwelementen

moet worden voorkomen. Daarvoor is een goede afstemming nodig van het transport naar en op de bouwplaats. Le-vering dient bij voorkeur just-in-time te gebeuren. Doordat de hsb-elementen re-latief licht van gewicht zijn, kan veelal worden volstaan met een lichtere – dus goedkopere – bouwkraan.

Tussenopslag. Als tussenopslag onver-mijdelijk is dan moet vochtindringing in het hout voorkomen worden. Afdekking en ventilatiemogelijkheden zijn hierbij belangrijk. Aandacht verdient ook het voorkomen van beschadigingen (contro-le) aan beschermende folies;

Plaatsing elementen. Bij plaatsing van de prefab elementen moeten van tevo-ren de benodigde bevestigingen of ver-

ankeringen aan de overige bouwdelen bevestigd zijn. Hierbij geldt bijvoorbeeld dat het ter plaatse boren van bevestigin-gen zorgt voor een betere maatvoering.

In projecten die compleet bestaan uit pre-fab houtskeletbouw wand- en vloerele-menten, vergt vooral het plaatsen van de eerste houtskeletbouw wandelementen op de (betonnen) begane grondvloer veel aandacht. Ook hierbij moet vochtindrin-ging in de houtskeletbouwelementen wor-den voorkomen, bijvoorbeeld door het aan-brengen van een vochtkerende laag. Vaak wordt gebruik gemaakt van een zorg-vuldig waterpas gestelde muur-plaat, voorzien van

een centreerlat om het houtskeletbouwele-ment snel te kunnen plaatsen. De vlakheid van de betonvloer (voorbereiding!) en het aanbrengen van een goede luchtdichting (schuimband) zijn eveneens belangrijke aandachtspunten.

Woningen in vier lagenNaast de al veel langer bekende elementen in hsb waarmee ook betonnen of andere casco’s snel wind- en waterdicht zijn, wor-den ook steeds meer projecten compleet in prefab hsb-elementen opgebouwd. Pre-fab en houtskeletbouw blijken een prima combinatie! Het in 2009 opgeleverde wo-ningbouwproject in vier lagen houtskelet-bouw in Buren is een goed voorbeeld van de toepassing van grote prefab elementen.

Dit project heeft vier woonlagen en is ge-bouwd volgens het Maskerade bouwsys-teem. Architect Maarten van der Breggen won met dit systeem de houtinnovatie-prijs 2003. Kenmerkend is een verticale op-bouw per stramien (van 7,5 meter), waar-door de stramienen eerder onder dak zijn, beschermd tegen weer en wind. Dit leverde een ruwbouwtijd van drie weken op. Door de snelle weer- en winddichtheid van de stramienen kon boven-dien de afbouw

Page 13: Bouwtotaal_2011_3

13TECHNIEK

(Advertentie)

Reductie bouwafvalBij een goede voorbereiding en een hoge mate van prefabricage van de houtskeletbou-welementen kan de bouwtijd naar schatting 30 tot 40 procent korter zijn. Voor een vrij-staande woning betekent dit bijvoorbeeld dat het casco in één tot twee dagen opge-bouwd kan worden. Daarnaast ontstaat op de bouwplaats weinig bouwafval en is de bouwplaats dus relatief schoon.

Drie studenten aan de Academie voor Architectuur, bouwkunde en Civiele Techniek van de Hanzehogeschool Groningen deden recent onderzoek naar het belang van reduc-tie van bouwafval. Zij concludeerden: houtskeletbouw is de meest afvalreducerende en minst schadelijke bouwmethode. Dit komt onder meer door het modulaire bouwen in houtskeletbouw. Eenvoudige details voorkomen veel snijverlies. Goede details beperken bovendien het gebruik van kit en PUR voor de afdichting (materialen die veel klein ge-vaarlijk afval opleveren en vrijwel niet recyclebaar zijn).De totale hoeveelheid bouw- en sloopafval die Nederland tegenwoordig per jaar produ-ceert is 21 Mton: éénderde van de totale hoeveelheid afval. Hiervan wordt circa 90 tot 95 procent gerecycled of verbrand, de rest wordt gestort (betekent niet alleen kosten voor verbranding maar ook voor transport).Veel aandacht voor de reductie van bouwafval was er bijvoorbeeld in het houtske-letbouwproject De Zunne in Groningen: bouwer VDM Woningen en afvalbedrijf Van Gansewinkel onderzochten samen de mogelijkheden wat leidde tot scheiding van ze-ven tot acht fracties. Hierdoor bleef nog maar twee procent residu over, ofwel materiaal voor de verbrandingsoven. In een ‘normaal’ project ligt dit residu op circa 35 procent!

sneller starten, en dus het totale bouwpro-ces in elkaar geschoven worden.Bij deze verticale opbouw liggen de vloe-relementen op sponningen in de wand-elementen. Dit leidt – aldus architect Van der Breggen – tot minder kieren en krimp dan bij de gebruikelijke platformmethode. De prefab houtskeletbouw gevels hebben in dit project dikkere stijlen - namelijk 180 mm in plaats van de gebruikelijke 140 mm - vooral uit oogpunt van méér isolatie. Bij de oplegging van de vloerelementen in de gevelelementen lopen bovendien de geïso-leerde wandelementen voor de vloer langs door, zodat geen aparte isolatiestroken – met naden – meer nodig zijn.

Prefab dakenVoor prefab dakelementen gelden dezelfde voordelen als voor overige houtskeletbou-welementen: snel bouwen, minder faal-kosten, minder afval op de bouwplaats, enzovoort. En dat geldt zowel voor nieuw-bouw- als voor renovatieprojecten. Prefab daken met een houtskeletbouw opbouw zijn standaard gevuld met minerale wol (glaswol/steenwol). Hiermee hebben deze daken een andere opbouw dan sandwich-dakplaten waarin veelal op olie gebaseerde isolatiematerialen toegepast zijn. De mine-rale wol in de houten dakelementen zorgt voor een uitstekende brandveiligheid: mi-nerale wol is onbrandbaar en er is nauwe-lijks rookontwikkeling. De minerale wol geeft bovendien een betere geluidsisolatie.Prefab daken met een houtskeletbouw op-

bouw hebben doorontwikkelde bevesti-gingen aan de constructie door het hou-ten frame, de vooraf berekende en duidelijk aangegeven bevestigingspunten. Derge-lijke voorzieningen zijn bij sandwich-dak-platen veelal niet aanwezig. Behalve be-vestigingspunten hebben fabrikanten van prefab dakelementen bijvoorbeeld ook een slim (goot)detail ontworpen waarmee de elementen elke dakhelling kunnen krijgen (met ‘scharnierverbindingen’).Anders dan bij houtskeletbouw gevels is bij prefab daken veel aandacht besteed aan de kwaliteit van de bovenfolie (in vergelijking met de folie aan de buitenzijde in gevels). Op daken wordt immers vaak nog gewerkt (bijvoorbeeld met pannen leggen), waar-door de kans op beschadigingen groter is. Anderzijds moet toch een goede damp-doorlatendheid gewaarborgd worden. Sinds de herziening van de KOMO-attes-ten (in 2006) zijn bovendien de stijfheidsei-sen verhoogd zodat de doorbuiging van de SKD-daksegmenten lager is dan het Bouw-besluit voorschrijft.Ook bij een hoge moeilijkheidsgraad van een dakconstructie kan prefab uitkomst bieden. Zo werd een landhuis in Hattem ontworpen met een dak met getordeerde dakvlakken. Het in de fabriek torderen van de prefab panelen leidde tot een snellere bouw en tot een betere kwaliteit van het dak. Doordat de randen van de dakplaten meteen al in de fabriek op de juiste wijze werden afgeschuind, leverde dit een goede kwaliteit van de naadaansluitingen op.Vergelijkbaar met de houtskeletbouwers die zijn aangesloten bij de VHSB en die le-veren met KOMO-attest-met-productcer-tificaat, zijn leveranciers van houtskelet-bouw dakelementen aangesloten bij de

Sectie Kwaliteit Dak (SKD) van de NBvT.

Zij leveren hun producten af met KOMO-attest-met-productcertificaat Houtachtige Dakconstructies.

Hoe compleet?Prefabricage van houtskeletbouwelemen-ten en -daken kan vér gaan. Zo groot en compleet mogelijke elementen beper-ken het aantal handelingen op de bouw-plaats. De mate van prefabricage is een kwestie van afstemmen op een optimale werkzijde. En uiteraard ook van kosten. Zo kunnen gevelelementen compleet met ko-zijnen, beglazing en gevelafwerking wor-den aangeleverd, maar de kozijnen en/of gevelafwerking kunnen ook op de bouw-plaats worden aangebracht. Dakelementen zijn prefab leverbaar inclusief een dakbe-dekking als kunststof; dakpannen dienen uiteraard op de bouwplaats aangebracht te worden. Ook (delen van) de installatie wor-den soms al fabrieksmatig ingebouwd, zo-als zonnecollectoren en luchtdoorvoeren. Bovendien is er een trend om steeds meer driedimensionale prefab houten construc-ties toe te passen, zoals dakkapellen en er-kers.In prefab houtskeletbouw is het eenvoudig om aan steeds hogere eisen van warmte-isolatie te voldoen. In de passiefhuisbouw

is het welhaast een must om zo groot mo-gelijke prefab elementen toe te passen, in verband met de vereiste luchtdichtheid: hoe minder lengte van aansluitingen, hoe luchtdichter de constructie.Hoewel wand- en gevelelementen meest-al zo compleet mogelijk worden aangele-verd – voor gevelelementen bijvoorbeeld ook inclusief wandcontactdozen – is het bij vloerelementen nog steeds gebruike-lijk dat deze zonder onderafwerking (pla-fond) worden geprefabriceerd en toege-leverd. Dit heeft vooral te maken met het wegwerken van kanalen en leidingen: op de bouwplaats zelf in de vloeren aanbren-gen biedt toch nog de meeste flexibiliteit en de minste kans op fouten. Voorlopig nog … want leveranciers van prefab elementen zijn steeds weer op zoek naar mogelijkhe-den om in te spelen op nieuwe wensen. De verwachting is dat de trend naar nog meer prefabricage alleen maar zal toenemen.

Meer info:- Centrum Hout: www.houtinfo.nl- Vereniging van Houtskeletbouwers (VHSB): www.vhsb.nl; www.houtinfo.nl- Nederlandse Bond van Timmerfabrikanten (NBvT): www.dakeninfo.nl

Het in 2009 opgeleverde woning-bouwproject in vier lagen hout-skeletbouw in Buren is een goed voorbeeld van de toepassing van grote prefab elementen.

Veel aandacht voor de reductie van bouwafval was er in het houtskeletbouwproject De Zunne in Groningen.

Page 14: Bouwtotaal_2011_3

14TECHNIEK

Drijvend kantoor: verplaatsbaar en demontabel

Tekst: Carla Debets Bouwtekst. Foto’s: Attika Architekten en ABC Arkenbouw

Opdrachtgever Waternet is gevestigd op een terrein aan de Papaverweg in Amster-dam-noord. Mét haven omdat het schoon-maken van de Amsterdamse grachten - met boten - een belangrijk deel van de werkzaamheden vormt.Het Stadsdeel wil echter de helft van dit terrein in de toekomst gebruiken voor wo-ningbouw. Waternet besloot daarom een nieuw bedrijfspand te laten ontwerpen, met ‘drijvend’ als belangrijkste eis. Dit zou niet alleen minder beslag leggen op het resterende terrein, maar ook de mogelijk-heid bieden in de toekomst eenvoudig naar een andere plek te verhuizen. ‘Een kwestie van verstandig investeren’, zegt Niek Kruis-heer, architect bij Attika Architekten. Dit architectenbureau won de prijsvraag die Waternet uitschreef onder vijf architecten-bureaus. Belangrijkste overwegingen om voor Attika te kiezen, waren de architec-tuur en stedenbouw, de duurzaamheid van het gebouw (Waternet wil graag een duur-zaam profiel uitdragen) én de bouwkosten.

Bak of drijflichaamVoor het nieuwe bedrijfspand was een re-delijk groot programma van eisen opge-steld, met 950 m2 vloeroppervlak. ‘Hiervoor was eigenlijk alleen een ontwerp met een betonbak geschikt. Een drielaags kantoor op een drijflichaam zou snel instabiel wor-den. Vóór dit ontwerp hadden we al diverse studies gedaan naar de mogelijkheden van drijflichamen en betonbakken. Op grond daarvan kwamen we voor dit kantoor al snel uit op een betonbak, waarbij we een groot deel van het programma ‘onder wa-ter’ konden realiseren’, licht Kruisheer toe.Eén van de eerste studies die het architec-tenbureau deed, was: waar moet het ge-bouw gemaakt worden en waar moet het heen? Voor het prijsvraagontwerp was al samengewerkt met ABC Arkenbouw uit Urk, dus de bouwplaats was al – deels – duidelijk. Maar ook deze bouwplaats heeft beperkingen. Dit gold niet alleen voor de hoogte van de betonbakken met opbouw, maar vooral voor de lengte. De lengte van circa 31 m (inclusief de overtekende verdie-ping) was echt maximaal, mede in verband met het uitvaren en de draaicirkels.De sluis van Urk van 7 m breed was bepa-lend voor de breedte van één betonbak. Dit betekende dat het gebouw moest worden opgedeeld in twee delen, met elk een eigen betonbak. De uiteindelijke breedte van circa 12 m pas-te prima op het beschikbare water/terrein van 15 m breed. Bovendien leverde dit ook geen problemen op als het kantoor ver-plaatst zou worden onder een nog toekom-stige brug door, die maximaal 15 m breed zou worden.

Twee bakken: één gebouwBeide helften van het kantoor bestaan dus uit een lange, smalle betonbak van circa 6 x 27 m en een tweelaagse opbouw. Dit be-tekent ook dat bij koppeling een dubbe-

le betonwand aanwezig is in het midden van de betonbak. ‘Maar dit leverde met de inpassing van het programma geen pro-blemen op’, licht Kruisheer toe. ‘In de be-tonbakken hebben we , behalve enige archief- en bergruimte, de douches onder-gebracht. Volgens de Arbodienst zijn werk-nemers van Waternet namelijk verplicht te douchen vóór zij het terrein af gaan. Nu zit-ten de damesdouches in de ene bak en de herendouches in de andere. Doorbraken in de wand zijn niet nodig. Maar ook niet ge-wenst in verband met de ligging on-der water.’Bij de opbouw van de beton-bakken moest niet al-leen rekening wor-den gehouden met de stabi-liteit van de afzonderlijke delen (door tijdelijk ex-tra ballast) maar ook bij-

voorbeeld met de windbelasting. Bij kop-peling van de twee delen in de haven van Urk – ná de sluis – konden echter de extra stabiliteitsvoorzieningen weer verwijderd worden. De koppeling zelf is door ABC Ar-kenbouw voor een deel onder water aange-bracht, met behulp van staalconstructies. In de haven van Urk is het kantoor ook ver-der afgebouwd.

InbreidbaarEén van de eisen van Waternet was dat het gebouw uitbreidbaar diende te zijn. Attika zag dit echter als een lastige opgave, voor-al in verband met het opvangen van bewe-gingen in de koppeling. In plaats van het gebouw uitbreidbaar te maken, ontwierp het architectenbureau daarom in één helft van het gebouw een dubbelhoge kanti-ne. Deze ruimte biedt de mogelijkheid in de toekomst een extra verdiepingsvloer te plaatsen. Hiervoor zijn de voorzieningen al in de wanden aangebracht.De dubbele verdiepingshoogte van de kan-tine heeft echter wel als gevolg dat deze helft van het bedrijfspand minder gewicht

heeft dan de andere helft. Bij de koppeling van de bakken zou dit kunnen leiden tot scheefliggen. Het ontbreken van de vloer is daarom gecompenseerd door de betonwan-den en vloeren van deze bak wat dikker te

Het drijvend kantoor voor Waternet in Amsterdam met de warme rieten ‘jas’ aan de buitenzijde.

Vogelvluchtperspectief, met de containerlook bijgebouwen op de kade.

In de fabriek van ABC Arkenbouw: de start met bekisting en wapening voor de betonbak.

Vastliggen in het ijs en vervolgens in de file liggen voor doorvaart naar Amsterdam. Dit gebeurt niet met elk bouwproject. Maar het drijvende bedrijfspand voor Waternet Amsterdam kwam eind november 2010 – door de winterse omstandigheden – even niet verder dan de haven van Lelystad. De verplaatsbaarheid is ook voor de toekomst een belangrijk voordeel, in verband met de mogelijke ontwikkelingen van het terrein waar het kan-toor nu ligt. Met de realisatie van dit kantoor deed Attika Architekten weer de nodige ervaring op om drijven-de gebouwen verder ‘van de grond’ te krijgen.

Page 15: Bouwtotaal_2011_3

15TECHNIEK

BouwgegevensOpdrachtgever: Waternet, Amster-damOntwerp: Attika Architekten, Am-sterdam, ZutphenAdviezen constructie: Meyer en Joustra, HeerenveenAdviezen bouwfysica: Smits van Burgst, ZoetermeerUitvoering: ABC Arkenbouw, UrkBruto vloeroppervlak: 950 m2

Bruto inhoud: 8400 m3

Start bouw: maart 2010Oplevering: januari 2011Bouwkosten: circa 1,5 miljoen euro

maken. Als in de toekomst de extra vloer in de kantine wordt aangebracht en dus het zwaartepunt weer wordt verplaatst, zal dit in de andere bak gecompenseerd moeten worden door ook meer ballast toe te voe-gen. Hierdoor komen beide bakken dieper in het water te liggen, maar hier is met de berekening van de vrijboordruimte al reke-ning gehouden. Vrijboordruimte is de af-stand die het water onder de rand van de betonbak staat, in dit geval aanvankelijk 45 cm.

Houtskeletbouw bovenbouwDe opbouw van de betonbakken bestaat uit houtskeletbouw. Dit zorgt voor een laag zwaartepunt van het totale gebouw. Daar-bij is dit de gangbare werkwijze van ABC Arkenbouw. De diverse houtskeletbouwon-derdelen worden prefab in de fabriek sa-mengesteld. Daarmee wordt niet alleen een hoge kwaliteit bereikt maar kan ook snel worden gebouwd.De maximale hoogte van het gebouw heeft zowel te maken met de hoogte van de fa-brieksruimte als met de bruggen waar het kantoor onder door moest varen. Om deze gebouwhoogte te beperken, zijn geen hout-

skeletbouwvloeren toegepast, maar staal-plaatbetonvloeren. Dit scheelde maar liefst zo’n 75 cm in de gebouwhoogte. In deze vloeren konden bovendien eenvoudig de leidingen worden opgenomen voor ver-warming en koeling.

Bodywarmer: rieten gevelDe houtskeletbouw bovenbouw is voorzien van een rieten gevel. Dit paste goed in de filosofie van Attika om een duurzaam ont-werp te maken: ‘In de eerste plaats is de verplaatsbaarheid van het kantoor vanuit duurzaamheid al een groot milieuvoordeel. Daarnaast is het ook nog eens demonta-bel door het gebruik van hout en riet.’ Deze materialen zijn bovendien herbruikbaar en biologisch afbreekbaar volgens de cradle

to cradle filosofie én door gebruik van inlands hout en Nederlands riet,

milieuvriendelijk door mini-maal transport.

De 25 cm dikke rieten gevel

fungeert

ook als bodywarmer voor het gebouw en draagt daarmee in belangrijke mate bij aan de hoge doelstelling van een EPC-waarde van 1,0. Kruisheer vindt dat het beeld met de rieten jas bovendien goed past bij Wa-ternet: ‘Ook de mensen van Waternet lopen met bodywarmers. En tenslotte past riet ook nog eens goed in een waterrijke omge-ving.’In de rieten gevel zijn aluminium kozijnen toegepast. Het gebruik van houten kozij-nen kan bij toekomstig onderhoud proble-men opleveren in verband met het milieu, bijvoorbeeld door verf of verfresten in het water. En onbehandeld hout paste volgens Waternet niet in het duurzame karakter van het gebouw. Bij de keuze voor alumini-um stond vooral de technische duurzaam-heid en de recyclebaarheid voorop.

InstallatiesDuurzaamheid heeft ook een belangrij-ke rol gespeeld bij de keuzes voor de instal-

laties. Bijzonder is dat in de bodem van de betonbakken collectoren zijn ingegoten. Op circa 1,50 a 1,60 m diepte is de temperatuur in de winter altijd hoger dan aan de opper-vlakte. Met een warmtepomp wordt het temperatuursverschil benut voor de ver-

warming. En in de zomer voor koeling, als het dieper gelegen water een lagere tem-peratuur heeft. De koeling en verwarming gebeurt via de vloeren en via koelplafonds. Daarbij vindt warmteterugwinning uit de ventilatielucht plaats.Op het dak van het kantoor zijn eveneens collectoren aangebracht. Deze zorgen voor het warm water van de douches. Kruisheer: ‘Dit is een mooi samenspel met de werk-tijden van de mensen. Als ze ’s middags te-gen 4 of 5 uur van hun werk komen, heeft de zon de hele dag z’n werk gedaan en heb-ben de collectoren voldoende warmte ge-oogst. Hierop hebben we het aantal col-lectoren afgestemd. Het betekent ook dat iedereen precies vijf minuten heeft om te douchen.’

Inbouw van de ruimten in de betonbak: de da-mes- en herendouches voor de werknemers van Waternet.

Voor het kantoor zijn twee complete betonbak-ken gerealiseerd.

De staalplaatbetonvloeren – in plaats van de ge-bruikelijke houtskeletbouwvloeren – leidden tot een lagere gebouwhoogte.

Vanwege de grootte van het gebouw gebeurde de opbouw in de fabriek in Urk in twee delen.

De twee kantoorhelften zijn nagenoeg gereed om uitgevaren te worden.

Het gebouw kreeg een rieten gevelafwerking die goed past in de waterrijke omgeving én die zorgt voor extra isolatie.

Doorsneden, waarop onder meer de dubbelhoge kantineruimte te zien is.

Eind januari j.l. kon het kantoor – na vastliggen in het ijs - eindelijk naar zijn ‘definitieve’ bestem-ming worden gevaren.

Kijk op www.bouwtotaal-online.nl voor de detaillering van de aansluiting houtskeletbouwgevel – vloer – betonbak.

Page 16: Bouwtotaal_2011_3
Page 17: Bouwtotaal_2011_3

17

8 t/m 10 februariLichtgewicht stalen dakpanelementen

Handleiding steigers op je mobieltjeAltrex introduceerde op de Bouwbeurs in Utrecht Altrex Mobile Safety® met QR-codes op rol- en vouwsteigers. Met behulp van een smartphone geeft de QR-code direct digitaal toegang tot de handleiding opbouw en gebruik van de steigers. Aangezien steeds meer gebruikers de beschikking hebben over een smartphone betekent deze innovatie een aanzienlijke vergroting van de veiligheid voor de gebruikers.

Makita deelt Prestatie-verbeteraars uit Begin maart gaf Makita de aftrap voor de grootschalige campagne ‘Makita Presta-tieverbeteraars ®. Ervaar het verschil’. Met deze campagne benadrukt Makita het be-lang van goede accessoires. Vijftien gese-lecteerde accessoires zijn aangemerkt als Prestatieverbeteraars. Deze producten zor-gen voor een optimale verbinding tussen het gereedschap en het materiaal, waar-door de bewerking van het product beter, sneller, stiller of nauwkeuriger verloopt en de productiviteit toeneemt.

Vooruitlopend op de start van de campag-ne deelde Makita tijdens de Bouwbeurs een sampleverpakking met een TXL slag-schroefbit PZ2 uit aan bezoekers. Deze dub-belzijdige conische bit met een lange le-vensduur is speciaal ontworpen om hoge aandraaimomenten van slagschroe-vendraaiers op te vangen. Tijdens de actieperiode komend voorjaar, kunnen professionals via de website www.makita.nl een sample van een Prestatie-verbeteraar aanvragen om het verschil ten opzichte van de andere acces-soires zelf te ervaren. Voor het leveren van vak-werk zijn goede ac-cessoires minstens zo belang-rijk als goe-de machines. Tot de Presta-tieverbeteraars behoren onder andere de TXL slagschroefbit, het Mforce zaagblad, twee speciale decoupeerzaagbladen, P4S SDS-PLUS betonboor, twee hard metalen reciprozaagbladen, een zelfslijpende SDS-MAX puntbeitel, diverse diamantschijven, een universele gatzaag met houder en cen-treerboor en een kunststof schroefgeleider.

KortingsactieProfessionals kunnen via www.makita.nl één gratis Makita Prestatieverbeteraar aan-vragen. De verpakking is voorzien van een speciale actiecode waarmee de ontvangers vervolgens verschillende producten met korting kunnen nabestellen. Deze korting, die oploopt van 15 tot 25 procent, geldt al-leen voor bestellingen via de website.

Makita Nederland B.V., Eindhoven, (040) 206 40 40, www.makita.nl

Demontabele veiligheidsbumper voor hoogwerkersRolsteigers veroorzaken vaak schade aan hun omgeving door de uitstekende wielen en remmen. Ook knikschaar hoogwerkers veroorzaken schade, meestal aan gevels. Dat komt doordat bij werken op hoogte de bediening moeilijker te controleren is. Voor de rolsteigers is er al een handig beschermingsproduct op de markt onder de naam ‘Stei-gerbumper’. Op de Bouwbeurs werd ook voor hoogwerkers een afdoende oplossing ge-toond: de XL Safety Bumper.

Icopal introduceerde tijdens de Internati-onale Bouwbeurs in Utrecht, Decra stalen dakpanelementen. In vele Europese lan-den heeft dit lichtgewicht stalen dakpan-systeem zich al bewezen. Icopal ziet volop mogelijkheden in Nederland voor het pro-duct. Vanwege de combinatie van duur-zaamheid, weinig onderhoud en het ge-ringe gewicht. Decra is gemaakt om een leven lang te profiteren van een probleem-loos (licht) hellend dak met een fraaie uit-straling.

Decra heeft het uiterlijk van traditione-le dakpannen. De elementen zijn echter on-breekbaar door de sterke verzinkte stalen kern. Daarnaast is het materiaal circa zeven maal lichter dan traditionele dakpannen. Dankzij het geringe gewicht en de afmeting van de dakpanelementen zijn ze gemakke-lijk te hanteren, snel te plaatsen en kan vol-staan worden met een lichtere, economi-sche dakconstructie. Het systeem is ideaal

voor renovatie. In veel renovatie situaties kan de bestaande dakbe-dekking zelfs blijven liggen, waardoor hoge sloopkosten worden uitgespaard. De dakpanelementen bieden door de beves-tigingsmethode weerstand aan alle klima-tologische omstandigheden, zoals stormen, hagelbuien en vorst. Met de elementen zijn

veel ontwerpstijlen mogelijk. Icopal biedt vijf modellen in vele kleuren, leverbaar met natuurlijk steengranulaat of in gladde uit-voering. Hiermee krijgt ieder gebouw de ge-wenste uitstraling, van traditioneel tot zeer

modern. Er is ook een Acoustic variant, met nog betere geluiddempen-

de eigenschappen. De dakpa-nelementen worden conform

de strengste milieunormen geproduceerd.

Decra Classic is het meest geplaatste, gegranuleerde, metalen daksysteem in Eu-

ropa en heeft zichzelf al vele jaren bewezen in diverse regio’s met verschillende klimaat-omstandigheden. Alleen al in het Verenigd Koninkrijk en Ierland is meer dan 12 miljoen m² verwerkt. Dat is vergelijkbaar met circa. 200.000 huizen van gemiddelde omvang.

Icopal bv, Groningen, (050) 551 63 33, www.icopal.nl

gebruik bij de hand. Met de Altrex Mobile Safety® QR-code heeft de gebruiker nu zo-wel bij de op- en afbouw als bij het werken op de steiger de actuele handleiding altijd digitaal tot zijn beschikking. Op de platfor-men van alle Altrex rol- en vouwsteigers uit de 5000- en 4000-serie is een QR-co-de afgebeeld. Na het scannen daarvan met de smartphone is de handleiding direct di-gitaal beschikbaar. Uiteraard worden deze rol- en vouwsteigers zowel met een ‘papie-ren’ handleiding als een QR-code geleverd.

Ook achteraf te coderenOok rol- en vouwsteigers die reeds in ge-

bruik zijn kunnen worden voorzien van een QR-code. Via de Altrex-website kun-nen stickers worden aangevraagd. Op deze wijze kunnen ook oudere rolsteigers altijd worden voorzien van de actuele handlei-ding opbouw en gebruik. Alle andere Al-trex producten zullen gefaseerd worden voorzien van een QR-code voor het raadple-gen van handleidingen/gebruiksaanwij-zingen.In de loop der jaren is er vaak sprake van veranderende regelgeving. Een groot voor-deel van Altrex Mobile Safety® is ook dat altijd direct de meest recente handleiding opbouw en gebruik digitaal kan worden geraadpleegd. Verder is er keuze uit meer-dere talen voor werknemers die het Ne-derlands minder goed beheersen. Zo is de handleiding opbouw en gebruik voor de 5000-serie rol- en vouwsteigers al te raad-plegen in het Nederlands, Engels, Duits, Frans, Pools, Tsjechisch, Zweeds, Italiaans, Portugees en Spaans.

Altrex bv, Zwolle, (038) 455 77 00,www.altrex.com

Wettelijk (Arbobesluit) is vastgelegd dat een handleiding op het werk aanwezig moet zijn. In de praktijk heeft een gebrui-ker niet altijd de handleiding opbouw en

Invent Trade BV heeft voor hoogwerkers een beschermingsproduct ontwikkeld. Er is dezelfde gepatenteerde profilering ge-bruikt als bij de Steigerbumper, maar dan in een stevigere en robuustere uitvoering. Hierdoor is er een product ontstaan dat een flinke impact kan verwerken en zodoende de omgeving beschermt. Niet alleen wordt door het gebruik hiervan schade aan ge-

bouwen voorkomen, maar ook het bedie-nende personeel loopt minder risico om de handen te beknellen tussen gevel en ma-chine.Gebouwbeheerders en verzekeringsmaat-schappijen zullen het gebruik van deze XL Safety Bumper toejuichen. Door deze be-scherming te gebruiken geef je als onder-nemer blijk van zorg en respect voor ander-

mans eigendom. Glazeniers, glazenwassers, schilders, gevelmonteurs, schoonmaakbe-drijven, montagebedrijven, reclamebedrij-ven, elektromonteurs, enzovoort, zullen dit product naar waarde weten te schatten.Schade geeft voor alle betrokken partijen veel ergernis doordat er veel kostbare tijd verloren gaat met de afhandeling van ver-zekeringsmaatschappijen en het regelen

van de reparaties. Voorkomen van scha-de en letsel is niet alleen van economisch belang voor uw bedrijf, maar ook uw be-drijfsimago zal hierdoor niet geschaad wor-den.

Invent Trade BV, Almere, (036) 841 20 88, www.inventtrade.nl en www.steigerbumper.nl

8 t/m 10 februari

GEZIEN op de

8 t/m 10 februariGezien op de Internationale Bouwbeurs UtrechtDe redactie van BouwTotaal werd voorafgaande aan de Internationale Bouwbeurs Utrecht bedolven onder beursinnovaties. Het is een goed te-ken dat de toeleverende industrie in de bouw zo stevig inzet op product-vernieuwing. Helaas konden we niet alle productinnovaties plaatsen, vooral ook omdat een deel onze digitale burelen veel te laat bereikte. We willen u ook deze noviteiten niet onthouden.

Page 18: Bouwtotaal_2011_3
Page 19: Bouwtotaal_2011_3

19

VSB pakt uit tijdens Bouwbeurs De Vereniging van Steiger-, Hoogwerk- en Betonkistingbedrijven (VSB) presenteerde zich volop tijdens de Internationale Bouwbeurs. De vereniging organiseerde opnieuw het symposium ‘Veilig werken op hoogte’ en er waren weer demonstraties steigerbouw en instructies. Verder werd het nieuwe A-blad Veilige steiger gepresenteerd, vond de in-troductie plaats van een platform met informatie over hoogwerkers en was er aandacht voor de geactualiseerde Richtlijn Steigers.

A-Blad Veilige steigerJan Warning, directeur Arbouw, heeft het eerste exemplaar van het A-blad Veilige Steiger uitgereikt aan Jan ten Doeschate, voorzitter van de Vereniging van Steiger-, Hoogwerk- en Betonbekistingbedrijven (VSB) en aan Raf Tripaldelli, directeur van BAM Materieel en voorzitter van de Kon-taktgroep Materieel (KOMAT) van Bou-wend Nederland. De uitreiking vond plaats na afloop van het symposium ‘Veilig op de hoogte’ dat op donderdag 10 februari jl. werd georganiseerd.In het nieuwe A-blad Veilige Steiger staan de afspraken die werkgevers en werkne-mers hebben gemaakt om te komen tot een tijdelijke veilige werkplek op hoogte en hoe hier veilig mee om te gaan. Het A-blad beschrijft het proces dat zich afspeelt van-af het moment dat er behoefte is aan een steiger (inclusief de voorbereiding) tot het moment dat de steiger na gebruik wordt afgevoerd. De in het A-blad beschreven vei-ligheidsmaatregelen zijn bedoeld voor de opdrachtgevers van het steigerbouwbe-drijf, opgeleide steigermonteurs, de mede-werkers van het steigerbouwbedrijf en de gebruikers van de steigers.

Portal voor hoogwerkersDrie verenigingen van verhuurbedrijven en producenten van onder meer hoogwerkers hebben de handen ineen geslagen voor de introductie van een platform met informa-tie over hoogwerkers: www.hoogwerker-platform.nl. Middels de website voorzien

de verenigingen de branche van informatie en kennis op het gebied van normalisatie en certificering, scholing en opleiding, wet- en regelgeving en keuringen en inspecties. Daarnaast geeft www.hoogwerkerplat-form.nl zicht op de kennisoverdracht en be-langenbehartiging die door de verenigin-gen worden verzorgd.De nieuwe website vormt de start van een verdergaande samenwerking tussen de Vereniging Verticaal Transport (VVT), de Vereniging van importeurs of fabrikanten van Bouwmachines, Magazijninrichtingen, Wegenbouwmachines en Transportmateri-eel (BMWT) en de Vereniging van Steiger-, Hoogwerk- en Betonbekistingbedrijven (VSB). De verenigingen representeren geza-menlijk een kleine 400 lidbedrijven. Met de samenwerking wordt over de cultuurver-schillen en deelbelangen heengestapt en een bron gecreëerd waar iedere gebruiker van hoogwerkers terecht kan voor objectie-ve informatie.

Richtlijn Steigers geactualiseerdDe begin 2009 geïntroduceerde Richtlijn Steigers is geactualiseerd. Het (digitale) do-cument dat steeds de ‘stand van de tech-

niek’ vertegenwoordigt, is een initiatief van de VSB en de Komat; de materieeldiensten aangesloten bij Bouwend Nederland. Vra-gen uit de branche en aanbevelingen van deskundigen zijn in de nieuwste geüpdate versie van de richtlijn verwerkt.Inmiddels zijn er duizenden handboeken, webabonnementen en intranetaansluitin-gen verkocht en werd er via www.richt-lijnsteigers.nl een driehonderdtal vragen beantwoord. Een gedeelte daarvan heeft geleid tot wijziging van onderdelen van de Richtlijn. Een ander gedeelte is verwerkt in de FAQ-functie van de portal. Abonnees van de portal www.richtlijnsteigers.nl kun-nen direct beschikken over de actuele ver-sie; zij kunnen hun Handboek updaten door het downloaden en afdrukken van de gewijzigde pagina’s. De Richtlijn Steigers is uitgevoerd als hand-boek en website waar alles te vinden is met betrekking tot stalen steigers. Aspec-

ten die daarbij aan de orde komen zijn het ontwerpen, construeren en monteren van stalen steigers, scholing, het gebruik en de oplevering en de interpretatie van norm-bladen, wetteksten of beleidsregels. De Ar-beidsinspectie hanteert bij inspectie-acties de Richtlijn Steigers als uitgangspunt en naslagwerk voor de inspecteurs. De Richt-lijn Steigers is verkrijgbaar via www.richt-lijnsteigers.nl of het secretariaat van de Richtlijn Steigers.

Demonstratiewedstrijden Steiger-bouwTijdens de Bouwbeurs stond donderdag 10 februari het buitenterrein van de Jaarbeurs in het teken van de steigerbouw. Onder het toeziend oog van ervaren leermeesters, een vakkundige jury en duizenden geïnteres-seerde beursbezoekers, lieten eerstejaars leerlingen van het Opleidingsbedrijf VSB hun kunsten zien tijdens de montage en demontage van vier ingewikkelde steigers. Voor de beursbezoekers was het schouw-spel niet te missen. Naast de hoofdingang van de Jaarbeurs in Utrecht verrezen vier

grote steigers. De demonstraties waren be-doeld om geïnteresseerde aankomende monteurs en andere beroepsgroepen te la-ten zien wat het vak ‘monteur steigerbouw’ inhoudt. De teams stonden onder leiding van ervaren leermeesters van de steiger-bouwbedrijven Yelloo, Van der Panne, Ro-jo Steigerbouw en Travhydro. Zij coachten de enthousiaste leerlingen tijdens de mon-tage en demontage, zorgden ervoor dat de teams de steigers veilig en volgens de te-kening en berekening opbouwden en gre-pen in wanneer dit nodig was. Tegelijker-tijd beoordeelde een professionele vakjury de monteurs-in-spé op hun vaktechnische vaardigheden, veiligheidsperceptie en er-gonomie. De Demonstraties Steigerbouw werden mede mogelijk gemaakt door Van Thiel United, Layher, Yelloo, Van der Panne, Ro-jo Steigerbouw, Travhydro, Reco, Henny van Ommeren, Arbouw, Artros, Bollé en Earmo.

De nieuwe website www.hoogwerkerplatform.nl vormt de start van een verdergaande samenwer-king tussen de Vereniging Verticaal Transport (VVT), de Vereniging van importeurs of fabrikan-ten van Bouwmachines, Magazijninrichtingen, Wegenbouwmachines en Transportmaterieel (BMWT) en de Vereniging van Steiger-, Hoog-werk- en Betonbekistingbedrijven (VSB).

Het steigerbouwspektakel op de Bouwbeurs 2011 trok flink de aandacht van de bezoekers.

Na de demonstratiewedstrijd werden alle leerlingen (Marvin Rikkers, Joram van der Belt, Schalk Horstink, Djordy Gomes Semedo, Rachid Mohmadi, Lonnie Wijnstekers, Gerard Evertse, Robert van Ardenne, Ritchie de Kort en Fabian Kessels) met hun leermeesters (Boet Alferink, Albert van der Belt, Rob Broekers, Jaap Nuis, Willem Bachus, Thom Baden en Leen van Wensen) gehuldigd op het VSB-Plein. Hier kregen zij, naast diverse prijzen, hun individuele - en teambeoordeling.

Plafondplaten van bamboeTijdens Material Xperience 2011 in hal 1 van de Bouwbeurs presenteerde OWA een nieuwe reeks plafondplaten. On-der de naam ‘OWAcoustic premium Bam-boe’ breidt de leverancier van kwalitatief hoogwaardige plafonds haar assortiment uit met een natuurlijk ogend alternatief.

OWA ziet binnen de architectuur de vraag naar natuurlijke materialen groeien. Govert van Nunen, Sales Manager van OWA: ‘De plafondplaten met een bamboecoating ge-ven grote en kleine ruimtes een natuurlijke en warme uitstraling. Daarnaast zorgt het voor een perfecte akoestiek in omgevingen waar veel wordt gepraat.’ De productense-rie is beschikbaar in een lichte of donkere bamboekleur en in drie verschillende des-sins. Door de kleur en het motief is de bam-boe-plafondplaat een elegante tegenhan-ger van de bekende houten vloer.

Elegante constructieDankzij een speciale constructie is het mo-gelijk om het plafond te monteren zon-

der dat er een systeem zichtbaar is. Govert van Nunen: ‘We willen een uniek onder-deel uit de Aziatische cultuur toegankelijk maken voor de Europese markt. Belangrij-ke uitgangspunten bij de ontwikkeling van dit product zijn de elegante en afgewerkte uitstraling, goede akoestiek en maximale brandveiligheid. Het is ons gelukt om deze te combineren en we zijn dan ook bijzon-der trots op dit resultaat.’In de plafondplaat zitten grotere of kleine-re perforaties voor optimale geluidsabsorp-tie. De akoestische absorptie van deze se-rie loopt op tot een waarde van 0,70. Dit maakt de plaat zeer geschikt voor de toe-passing in ruimten waarin mensen elkaar ontmoeten zoals wachtruimten, restau-rants of grote ontvangsthallen.

OWA Benelux BV, Amsterdam, (020) 682 53 05, www.owa.nl

Voorbeeld van de toepassing van ‘OWAcoustic premium Bamboe’ in een vergaderruimte.

8 t/m 10 februari

GEZIEN op de

8 t/m 10 februari

Page 20: Bouwtotaal_2011_3
Page 21: Bouwtotaal_2011_3

21MilieuDe groene tapijttegel

Tsunami van ‘groene’ labels Mission ZeroOprichter Ray Anderson van Inter-faceFlor gooide in 1994 het roer om. Na het lezen van het boek de Eco-logy of Commerce van Paul Haw-ken raakte hij ervan overtuigd dat bedrijven duurzaam moeten opere-ren. Sinds die tijd staat duurzaam-heid centraal bij het bedrijf. Door haar duurzaamheidstrategie ‘Mis-sion Zero’ wil de onderneming voor 2020 geen negatieve impact meer uitoefenen op het milieu en uitein-delijk zelfs een herstellende bijdra-ge leveren. Om deze doelstelling te realiseren heeft het bedrijf een om-vangrijk programma ontwikkeld waarbij op zeven ‘fronten’ wordt omgeschakeld naar duurzame al-ternatieven. Die fronten zijn: geen verspilling, goede emissies, her-nieuwbare energie, het sluiten van de cirkel, efficiënt transport, be-trokkenheid creëren en innovatief ondernemen. Producttransparantie is dan ook essentieel in de milieufi-losofie van InterfaceFlor.

Marketeers hebben ontdekt hoe duurzaamheid de positionering van een bedrijf kan ondersteunen. Het gevolg hiervan is een orkaan van ver-schillende productclaims. Volgens de Global Eco Monitor zijn er 340 ver-schillende labels in 42 landen voor allerlei producten: van auto's tot zeep, maar ook bouwmaterialen. Bij tapijten lezen we kreten als ‘CO2 neutraal’, ‘recycled’, ‘natuurlijk’, ‘fair-trade’, ‘organisch’ en ‘milieuvriendelijk’. Duur-zaamheid is echter te complex om uitgelegd te kunnen worden door een claim op een enkel aspect of groen label. Om de duurzaamheid van een product beoordelen is er maar één mogelijkheid: beoordeel het op basis van de feiten.

Door: InterfaceFlor

Om te weten welk product het meest duur-zaam is moet men de milieu-impact van verschillende producten vergelijken over hun gehele levenscyclus. Tapijt lijkt op het eerste gezicht niet de meest voor de hand liggende testcase voor duurzame produc-ten, maar in feite is de tapijttegel industrie één van de voorlopers met betrekking tot dit onderwerp.Architecten en ingenieurs ontwerpen con-tinu meer energie-efficiënte gebouwen. Maar het is ook belangrijk om te kijken hoeveel energie het gekost heeft om de materialen te maken die in het gebouw ge-bruikt worden. De LCA geeft inzicht in de hoeveelheid in het product ‘opgeslagen’ energie. Dit is een zuivere methode mede om te voorkomen dat energielast van een gebouw verschoven zou kunnen worden naar de gebruikte materialen.

LevenscyclusanalyseDe meeste producten worden geprodu-ceerd via een keten van leveranciers, die

de grondstoffen bewerken en assemble-ren voordat deze uiteindelijk bij de klant terecht komt. Ook tijdens de gebruiksduur bij de klant en de uiteindelijke verwijde-ring is sprake van milieu-impact. In elke fa-se van de levenscyclus van een product is er sprake van milieu-impact. De internati-onaal geaccepteerde methode om deze im-pact te bepalen per fase, en dus ook voor

het geheel, is de levenscyclusanalyse (LCA). Deze is gedefinieerd door the Internatio-nal Standards Organisation en vastgelegd in de normen ISO14040 and ISO14044. Een LCA calculatie berekent van een product de milieu voetafdruk op de aarde. Denk aan de gevolgen voor water, land, ozonafbraak, energie en opwarming van de aarde.Verschillende producten hebben ook een verschillend impact profiel: voor een pen of een tapijttegel zal de impact het hoog-ste zijn bij het winnen van de grondstof-fen. Voor machines die energie gebruiken is de milieu-impact het hoogst tijdens het gebruik. Zoals bekend moeten we bij bij-voorbeeld bij een wasmachine kijken naar de efficiency ten aanzien van stroom en water. Kouder wassen en gewichtsdetec-tie zijn ontwikkeld om deze efficiency te verbeteren en zodoende een betere milieu-prestatie te leveren.InterfaceFlor voert voor elke tapijttegel uit haar collectie een levenscyclusanalyse uit. We gebruiken de LCA om te identificeren

welke onderdelen van onze processen in de gehele voortbrengingsketen verbeterd kunnen worden of welke alternatieve ma-terialen ingezet kunnen worden. De groot-ste aandacht hier gaat uit naar het garen dat door toeleveranciers wordt gemaakt, omdat daar de meeste energie wordt ge-consumeerd om aardolie in polyamides ga-rens om te zetten. Daarom richten wij ons op dematerialisatie door producten te ont-wikkelen waar minder garens in worden verwerkt, het recyclen van garens en het ontwikkelen van alternatieve garens.

Vraag om milieuproductverklaring EPD’s, ofwel environmental product decla-rations, zijn gebaseerd op de genoemde le-venscyclusanalyses volgens ISO normen en op helder gedefinieerde Europees ge-harmoniseerd product categorisatie regels. Voor verschillende producten zijn verschil-lende regels (bijvoorbeeld wasmachine of tapijt). Voor alle vloerbedekkingen, zoals ta-pijt, linoleum, laminaat en hout, gelden de-zelfde regels.

De EPD's helpen de architect, inkoper of consument om betrouwbare transparante informatie te krijgen over de milieu-impact van producten. Deze verklaringen leveren de benodigde input voor certificatie syste-men voor duurzame gebouwen, zoals LEED en BREEAM. Doordat EPD's op normen zijn gebaseerd - en in geval van InterfaceFlor ook door een onafhankelijke derde partij zijn geverifieerd (IBU Institut fur Bau und Umwelt) - zijn ze maximaal betrouwbaar.Helaas is de beoordeling van de duurzaam-heid van een product dus geen eenvoudige zaak en kan niet gereduceerd worden tot een label. In labels an sich ligt niet de toe-komst. Om de gevolgen van een koopbe-sluit echt te kunnen begrijpen moet je dus bereid zijn om je enigszins te verdiepen in de milieu- maar ook de sociale impact van een product gedurende de gehele levenscy-clus. EPD's zijn momenteel het beste instru-ment ter ondersteuning van het kooppro-ces met betrekking van duurzaamheid van een product.

Duurzame productenHet aandeel gerecycled materiaal in tapijt-tegels van InterfaceFlor kan in het garen oplopen tot wel zeventig procent. Maar het bedrijf gaat nog verder door nieuwe garens te ontwikkelen. Het bedrijf heeft zelfs al een vloertegel gefabriceerd van bananen-blad, riviergras en kokosvezels.Sinds 1995 neemt InterfaceFlor al haar ta-pijttegels terug om deze schoon te ma-ken en te hergebruiken of te downcyclen. Het bedrijf is sinds 2007 in staat garen en rug van elkaar te scheiden en deze te re-cyclen als grondstof voor nieuwe tapijtte-gels. Daarnaast is de Graphlex rug die het

bedrijf standaard voert, de backing die het milieu het minst belast in vergelijking met andere mogelijke rugafwerkingen op basis van levenscyclusanalyse. Daarnaast kunnen de tapijttegels lijmvrij worden geïnstalleerd. Door te leren van de natuur, biomimciry, zijn unieke installa-tiestickers ontwikkeld. Deze verbindings-methode TacTiles vermindert de milieu-belasting met maar liefst 90 procent en draagt bij aan beter binnenklimaat.TactTiles.

Page 22: Bouwtotaal_2011_3
Page 23: Bouwtotaal_2011_3

23BOUWGEBREKEN

Vochtplekken in houten dansvloerEen familie koopt in een dorpje in de Bollenstreek een oude bollen-schuur. Ze realiseren op de begane grond een dansschool en op de ver-dieping een woonruimte. Na verloop van tijd vertoont de dansvloer steeds groter wordende donkere vlekken. Ook lijkt het dat de vloer plaat-selijk steeds meer gaat doorveren en bewegen. Aan Bureau voor Bouw-pathologie de vraag om de oorzaak en omvang van het vochtprobleem op te sporen en met een adequate oplossing te komen.

Door: Jos van LeeuwenBureau voor Bouwpathologie BB te Montfoort, www.bouwpathologie.nl

De begane grondvloer betreft een beton-vloer en de verdiepingsvloer betreft een houten balklaag met een houten vloer. De bovenverdieping wordt gerenoveerd en in-gericht als woonruimte. De begane grond wordt opgedeeld in een dansruimte, een kleed- en doucheruimte en een ruime en-tree/hal. De vloer in de dansruimte wordt voorzien van een zwevende houten par-ketvloer. De vloeren in de overige ruimten wordt afgewerkt met rode granieten vloer-tegels.Tijdens het gesprek met de eigenaren blijkt dat de vloer niet geheel vlak was. Daar-om is de dansvloer door middel van houten ribben waterpas en vlak gelegd. De overi-ge vloeren zijn uitgevlakt met een nieuwe

is, is te zien dat de vloer erg dun is (circa 7 centimeter). Door een beschadiging aan de zijkant van het kruipluik is te zien dat er al-leen aan de onderzijde van de vloer wape-ning aanwezig is (foto 2).De kruipruimte is ontstaan doordat het zand onder de vloer circa 40 cm is weg-gezakt / ingeklonken (foto 3). Dit gedeelte van de kruipruimte is beperkt toegankelijk ten gevolge van ‘weggewerkt’ afval. Hier-door is de betonvloer slechts beperkt te be-oordelen. Wanneer het kruipluik bij de ach-terdeur geopend wordt, komt er ook hier een klamme stank naar boven. De ruimte staat vol met water en drab. De onderzijde van de betonvloer hangt vol met condens-druppels. Op het moment dat de onderzij-de van de vloer wordt bekeken, wordt er in de kleedruimte een wastafel gebruikt. Luidt watergekletter in de kruipruimte is het gevolg. De riolering is onder de vloer

losgeraakt en loost al geruime tijd onder de vloer in de kruipruimte. Met het hoofd door het kruipluik hangend wordt vastgesteld dat de vloer onder de dansvloer is gebroken / bezweken. Het wapeningsijzer is in ern-stige mate door roestvorming aangetast.

De vochtvlekken in de houten dansvloer zijn ontstaan ten gevolge van het vocht in de kruipruimte dat als waterdamp door de slechte kwaliteit betonvloer trekt. Door het wegzakken van het zandpakket onder de vloer, is de draagkracht van de vloer sterk verminderd. Deze is daardoor, mede door de trillingen ten gevolge van het dansen, bezweken.Dat de dansvloer plaatselijk veert en door-zakt (foto 4) is nu te verklaren door het feit dat de betonvloer is bezweken. De dans-vloer ligt op houten ribben, die de breuk nog overspannen en de dansvloer en dan-seressen draagt. De situatie met de dans-vloer is gevaarlijk en directe actie is ge-

wenst. Wat begon als de vraag om de oorzaak en omvang van het vochtprobleem op te sporen en met een adequate oplos-sing te komen, eindigt met het vervangen van de constructieve begane grondvloer.

Hersteladvies1) Het vervangen van de betonvloer. Hier-

voor moet de gehele begane grond leeg-gehaald worden. Hierna kan er een bal-ken- en broodjesvloer geplaatst worden, die naar eigen voorkeur afgewerkt kan worden. Dit gaat de eigenaren echter te ver: ‘De vloeren in de kleedruimte en de entree vertonen geen problemen.’

2) Tevens moeten er in de gevels ventila-tieroosters geplaatst worden, om vol-doende ventilatie in de kruipruimte te realiseren.

3) De (ophanging van de) riolering in de kruipruimte verdient een degelijke reno-vatie.

Foto 1. Vochtvlekken in de parketvloer.

Foto 2. Beschadigde betonvloer.

cementdekvloer met vloerverwarming en afgewerkt met rode granieten vloertegels. Ter plaatse van de voor- en de achterdeur zijn kruipluiken gerealiseerd.

Onderzoek naar oorzaak vochtNa het gesprek met de eigenaren wordt begonnen met het onderzoek. Uit bestu-dering van een oude bouwtekening blijkt dat de woning op kleefpalen is geheid. De fundering bestaat uit een betonnen ring-balk met een middenbalk van de voorgevel naar de achtergevel. De betonnen begane grondvloer is op het zand gestort. Tevens is de vloer opgelegd op de funderingsbalken. De toegepaste betonmortel is zogenaamd stampbeton.Een rondje om het pand leert dat de kruip-ruimte niet geventileerd wordt. Er zijn geen roosters zichtbaar. Om het klimaat onder de vloer te bepalen wordt het kruipluik bij de voordeur geopend. Een warme, vochtige stank komt uit het donkere gat naar boven. Nu de betonvloer van onder af te bekijken

Foto 3. De ontstane kruipruimte.

Foto 4. Scheefstand en doorgezakte dansvloer.

Page 24: Bouwtotaal_2011_3

24BOUWKOSTEN

Bouwkosten van prefab betonlateien Voor het aanbrengen van prefab betonnen lateien kan men kiezen uit di-verse soorten prefab voorgespannen lateien, zoals zelfdragende of sa-menwerkende lateien. Al dan niet in een schoonwerk of vuilwerk uit-voering. Als voorbeeld publiceert casadata.nl hier de gecalculeerde richtprijzen van prefab betonnen samenwerkende schoonwerk lateien met waterhol.

Door www.casadata.nl

Prefab voorgespannen betonnen lateien kunnen zelfdragend of samenwerkend zijn. Zelfdragende lateien kunnen zelf de op-tredende belastingen van de bovenliggen-de constructie opnemen en afdragen naar de opleggingen. Bij samenwerkende latei-en brengt de latei samen met het metsel-werk de belasting naar de opleggingen. Zo-dra een vloer de belasting afdraagt op de latei, moet men een zelfdragende latei kie-zen, omdat een samenwerkende latei géén vloerbelastingen kan opnemen. Hoeft de latei alléén de belasting van het metsel-werk op te vangen, dan kan men kiezen tussen een zelfdragende of een samenwer-kende latei.

Samenwerkende prefab betonlatei leggenBij de samenwerkende latei wordt de be-lasting overeenkomstig het principe van een drukboog in het bovenliggende met-selwerk of lijmwerk overgebracht op de sa-menwerkende latei. Daarbij ontstaan er spatkrachten bij de opleggingen van de la-tei, die de latei moet kunnen opvangen. Daarom is voor de afmetingen van de sa-menwerkende betonnen lateien het vol-gende van toepassing: Maximale dagmaat is 2.600 mm bij la-

teien tot en met 90 mm hoog en 3.600 mm bij lateien van 114 en 120 mm hoog;

Minimale hoogte, inclusief de betonla-tei, is 240 mm bij lateien tot en met 90 mm hoog en 300 mm bij lateien van 114 en 120 mm hoog.

Minimale opleglengte is 150 mm bij een dagmaat tot 2.000 mm en 200 mm bij een grotere dagmaat. Bij kalkzandsteen de door de leverancier geadviseerde gro-tere opleglengten aanhouden.

Bij een samenwerkende latei mag men geen tussenoplegging toepassen. Ook kan een samenwerkende latei geen vloerbelas-ting opnemen, zodat men altijd onder de vloer een elastische voeg moet toepassen. Men mag aan de onderzijde van de beton-nen latei geen lasten bevestigen.

Bij het constructieve metsel-/lijmwerk bo-ven de latei moet men voor de eerste laag tussen de betonlatei en het metsel-/lijm-werk altijd metselspecie of een voldoen-de dikke laag lijm over de volle lengte en breedte toepassen. Hierdoor kan er tussen de ruwe bovenkant van de latei en de vlak-ke onderkant van het metsel-/lijmwerk vol-doende aanhechting plaatsvinden. Men

moet de stootvoegen in het metsel- of lijm-werk vol metselen of vol lijmen. Dilataties moet men altijd buiten de samenwerkende lateilengte aanbrengen. De betonnen latei moet men tijdens het metselen en het uit-harden van de gemetselde lagen voldoende ondersteunen: afstand 1.000 mm bij 16 lagen metsel-/

lijmwerk; afstand 1.250 mm bij 10 lagen metsel-/

lijmwerk; afstand 1.500 mm bij 6 lagen metsel-/

lijmwerk; afstand 1.750 mm bij 4 lagen metsel-/

lijmwerk.Het steenachtige materiaal van de con-structieve opmetselhoogte moet minimaal 10 N/mm2 druksterkte hebben. De lateien in het buitenblad kan men eventueel voor-

zien van een wegmetselbare oplegging. Voor het ontluchten en ontwateren van de spouw kan men een stootvoeg open hou-den halverwege de latei.Waterkeringen (van bijvoorbeeld vinylslab-be, bitumenweefsel of lood) moet men al-tijd onder de betonnen latei aanbrengen, nooit over de betonlatei heen.

Aandachtspunten Voor samenwerkende lateien moet men mortel toepassen met een kwaliteit van minimaal M7,5 met minimaal 0,2 N/mm2 hechtsterkte. Bij het verwerken van de be-tonnen latei met baksteen, moet men de bakstenen winddroog verwerken om een goede hechtsterkte tussen latei en bak-stenen te realiseren. Winddroog houdt in, dat de bakstenen van buiten droog moe-ten zijn.

BouwkostenIn de kostenberekeningen is uitgegaan van de uitvoeringstijden voor de werkzaamhe-den en van de bruto prijzen voor de materi-alen en producten zonder inkoopkortingen. Er is uitgegaan van voorgespannen, sa-menwerkende enkellaagse lateien met een vrije overspanning tot 2,6 meter en van sa-menwerkende tweelaagse lateien met een vrije overspanning tot 3,6 meter. Met uitzondering van de 60 mm hoge la-teien, voldoen alle voorgespannen beton-lateien aan de dekkingseis van NEN 6720. De kosten zijn per strekkende meter la-tei uitgedrukt. De kosten zijn exclusief het verstek zagen, steigerwerk, transport- en bouwplaatskosten. Elk kostenbedrag is ge-detailleerd berekend met alle directe uit-voeringskosten van arbeid en materiaal. Het uurloon is zonder opslagen voor de bouwplaatskosten, algemene bedrijfskos-ten en winst en risico.

Alle complete calculaties van de prefab be-tonnen lateien kunt u na het inloggen op www.casadata.nl zien. Deze calculaties kunt u dan ook meteen downloaden in Ex-cel en eenvoudig aanpassen. In de kos-tenberekening is uitgegaan van prefab samenwerkende betonlateien. Voor pre-fab zelfdragende betonlateien en voor an-der lateihoogten staan de bouwkosten op www.casadata.nl weergegeven.Het regionale kostenniveau betreft de regio Oost Gelderland (postcode 7000 - 7100). Op www.casadata.nl ziet u het kostenniveau van uw eigen regio door het opgeven van de postcode. Bij de indirecte kosten is gere-kend met een toeslag op de directe kosten van 17 procent. Dit toeslagpercentage be-staat uit 8 procent voor algemene bedrijfs-kosten, 5 procent voor winst en 3 procent voor risico.

Metselwerk in handig kosten-boekje Metsel- & lijmwerkSnelle en betrouwbare indicaties van de kosten van metselwerk hebt u bij de hand met het handige kostenboek-je Metsel- & lijmwerk uit de serie Ca-sadata Bouwkostenwijzer. Dit boekje bevat kostentabellen met calculaties van casadata.nl. U kunt elk kosten-boekje bestellen voor € 10,- exclusief btw en verzendkosten. De overige Bouwkostenwijzer boekjes betreffen Kozijnen, ramen en deuren; Timmerwerk & afbouwtimmerwerk; Betonwerk, metaal- en staalconstruc-ties; Stucwerk, tegelwerk en afwerk-vloeren; Dakdekkerswerk; Projecten verbouw en restauratie; Projecten nieuwbouw.

Simpel begroten met ruim 11.000 richtprijzen van www.casadata.nlVoor betrouwbare richtprijzen van de bouw- en onderhoudskosten ga je naar www.casadata.nl. Daar vind je circa 11.500 richtprijzen op basis van complete calculaties. Elke calculatie kun je na het inloggen direct bekij-ken, downloaden, aanpassen of er een eigen begroting mee maken.

Kostentabel samenwerkende schoonwerk betonlatei met waterhol aanbrengen, kosten per meter bij 25 m lengte, excl. btw, bron casadata.nl Activiteit Vrije overspanning Hoogte Bijzonderheid Directe Kosten Indirecte Kosten TotaalPrefab betonnen, samenwerkende, schoonwerk betonlatei met water-hol aanbrengen, tot 25 m hoeveel-heid

Tot 2.600 mm 60 mm 100 mm 13,58 2,31 15,89

210 mm 31,42 5,34 36,76320 mm 50,42 8,57 58,99

70 mm 100 mm 19,88 3,38 23,2683 mm 100 mm 21,13 3,59 24,72

210 mm 39,27 6,68 45,95320 mm 65,95 11,21 77,16

90 mm 100 mm 27,77 4,72 32,49Tot 3.600 mm 114 mm 100 mm 29,92 5,09 35,01

210 mm 48,12 8,18 56,3320 mm 78,3 13,31 91,61

120 mm 100 mm 29,92 5,09 35,01210 mm 48,42 8,23 56,65320 mm 78,3 13,31 91,61

Kostenspecificatie aanbrengen prefab schoonwerk betonlatei met waterhol, 70 x 150 mm, tot 25 m hoeveelheid, excl. btw, bron casadata.nl Kostencomponent Omschrijving Hoeveelheid Eenheid Norm per eenheid Totaal uren Kosten per uur / eenheid Totaal KostenLoonkosten Schoonwerklatei, prefab beton, aan-

brengen25 m1 0,08 2,00 37,80 75,60

Subtotaal loonkosten 2,00 75,60

Materiaalkosten Schoonwerklatei, prefab beton, type 08, afmeting 70x150 mm

25 m1 20,75 518,75

Kraankosten, leggen prefab betonlatei 25 m1 4,00 100,00Subtotaal materiaalkosten 618,75

Directe kosten Eindtotaal directe kosten 694,35

Page 25: Bouwtotaal_2011_3

25BOUWKOSTEN

Bouwkosten van water-slagen en raamdorpelsOnder bijna ieder kozijn - of het nu een houten, aluminium of kunststof kozijn is - zit een waterslag of raam-dorpel. Die zorgt ervoor dat het regenwater snel wordt afgevoerd, waardoor de gevel schoon en droog blijft. Daarnaast geeft een waterslag de gevel ter plaatse van de kozijnen net een klein accent. Ze zijn er in alle ma-ten, kleuren en materiaalsoorten. Voor iedere situatie is er wel een oplossing. Maar wat kost dat allemaal?

Door: Ed de Rechteren van HemertMulticonsultantsedrecht@multiconsultants.nlwww.nbi-online.nl

In deze kostenvergelijking gaan we alleen in op het kostenniveau. De unieke eigen-schappen van elk product of materiaal-soort laten we buiten beschouwing. Bij de-ze vergelijking zijn we uitgegaan van een project van tien woningen. De watersla-gen worden compleet vervangen, zowel op de begane grond als de verdieping. De ou-de aanwezige waterslagen of raamdorpels worden volledig verwijderd en eventue-le beschadigingen worden hersteld. Reke-ning is gehouden met materiaalverlies tij-dens verwerking. Alle te maken kosten zijn opgenomen in de vergelijking, zoals mate-riaal- en loonkosten.

Prefab betonPrefab betonnen dorpels zijn aan de voor- en bovenzijde glad. De dorpels onderkau-wen met gemodificeerde mortel, die de ver-schillende uitzetting van het metselwerk en de betonnen raamdorpel kan opvangen. Tevens moet er rekening worden gehou-den met een open stoetvoeg van minimaal 5 mm. Er is aan de onderzijde een waterhol aangebracht.

Kunststeen HoloniteDeze polyester betonnen raamdorpels heb-ben een glad oppervlak, zodat vuil niet gauw kan aanhechten. De dorpels worden met speciale lijm of cementmortel beves-tigd. De uiteinden met kitvoeg, thiokol, af-dichten. Er is aan de onderzijde een water-hol aangebracht.

Aluminium gemoffeldDe waterslagen bevestigen met ankers in een cementmortelbed. De aluminium wa-terslagen zijn gemoffeld in een RAL kleur. Op de uiteinden zijn kopschotjes geplaatst.

Aluminium blankDe waterslagen bevestigen met ankers in een cementmortelbed. De aluminium wa-terslagen zijn blank geanodiseerd. Op de uiteinden zijn kopschotjes geplaatst.

GeëxtrudeerdDeze raamdorpels zijn van holle vezelce-ment gemaakt en hebben een glad opper-vlak. Ze worden aangebracht op cement-mortel.

NatuursteenDe natuurstenen raamdorpels zijn gezoet om een glad oppervlak aan de boven- en voorzijde te krijgen. Er is aan de onderzijde een waterhol in gezaagd. Ze kunnen op ce-mentmortel worden aangebracht.

Gebakken, ijzerklinkerGebakken raamdorpels van klei, matglans. Ze worden in specie gezet.

Gebakken, verglaasdGebakken raamdorpels van klei en aan de boven- en voorzijde verglaasd. Ze worden in specie gezet.

GemetseldDe raamdorpel wordt gemetseld van bak-steen WF en gevoegd. Na droging moet een coating worden aangebracht tegen indrin-ging van regenwater.

Prefab raamdorpelelementen, ijzerklinkerDe raamdorpelelementen zijn kant-en-kla-re en op maat gemaakte elementen. De voegen zijn al ingewassen; zo kunnen de elementen zelfs bij regenachtig weer ge-legd worden.

Prefab raamdorpelelementen, verglaasdDe raamdorpelelementen zijn kant-en-kla-re en op maat gemaakte elementen. De voegen zijn al ingewassen; zo kunnen de elementen zelfs bij regenachtig weer ge-legd worden.

Waterslagen en RaamdorpelsAanbrengen en afwerken

in euro per meterAfmeting Midden Noord Oost Zuid Westin mm

Prefab beton breedte tot 150 37,39 36,27 35,52 36,64 43,00van 150 tot 200 39,26 38,08 37,30 38,48 45,15vanaf 200 48,61 47,15 46,18 47,64 55,90

Kunststeen, Holonite, Type KK 160 31,06 30,13 29,51 30,44 35,72200 35,52 34,46 33,75 34,81 40,85

Type RR 160 37,09 35,98 35,23 36,35 42,65220 44,87 43,52 42,63 43,97 51,60

Type X 173 49,40 47,92 46,93 48,42 56,81Aluminium waterslagen, gemoffeld 103 21,03 20,40 19,98 20,61 24,19

122 23,84 23,12 22,65 23,36 27,41178 29,91 29,02 28,42 29,31 34,40258 39,73 38,54 37,74 38,93 45,69

Aluminium waterslagen, blank 103 18,23 17,68 17,32 17,86 20,96122 20,57 19,95 19,54 20,15 23,65178 33,18 32,19 31,53 32,52 38,16258 46,27 44,88 43,96 45,35 53,21

Geëxtrudeerd 130 24,30 23,58 23,09 23,82 27,95160 28,98 28,11 27,53 28,40 33,33220 40,20 38,99 38,19 39,39 46,23

Natuursteen 110 39,26 38,08 37,30 38,48 45,15160 44,87 43,52 42,63 43,97 51,60220 60,76 58,94 57,72 59,55 69,88

Gebakken, ijzerklinker 105 28,04 27,20 26,64 27,48 32,25165 30,38 29,47 28,86 29,77 34,94215 36,46 35,36 34,63 35,73 41,93

Gebakken, verglaasd 105 29,91 29,02 28,42 29,31 34,40165 32,25 31,28 30,64 31,61 37,09215 38,33 37,18 36,41 37,56 44,08

Gemetselde raamdorpel 1/2 steens 34,59 33,55 32,86 33,90 39,781 Steens 30,38 29,47 28,86 29,77 34,941 1/2 Steens 44,87 43,52 42,63 43,97 51,60

Prefab raamelementen, ijzerklinker 105 23,35 22,65 22,18 22,88 26,85165 24,15 23,43 22,94 23,67 27,77215 30,65 29,73 29,12 30,04 35,25

Prefab raamelementen, verglaasd 105 24,45 23,72 23,23 23,96 28,12(Zwart/Bruin) 165 27,25 26,43 25,89 26,71 31,34

215 31,20 30,26 29,64 30,58 35,88

Prefab beton waterslag.

Holonite waterslag.

Gemoffeld aluminium waterslag.

Gebakken raamdorpels van klei en aan de bo-ven- en voorzijde verglaasd.

ed weet raad

In de rubriek Ed weet Raad komen verschillende vragen met betrek-king tot bouwkosten aan bod. Die vragen kunnen lezers stellen aan BouwTotaal. Uit de inzendingen kie-zen we ieder nummer van BouwTo-taal een prangende vraag.

Het succes van deze rubriek ligt me-de in uw handen. U kunt namelijk als lezer gratis vragen stellen aan Ed de Rechteren van Hemert van Multi-consultants over bouwkosten, calcu-leren en offertes.

Page 26: Bouwtotaal_2011_3
Page 27: Bouwtotaal_2011_3

Jammer, maar de pot is leeg

Voorbeeld 1Na een lange en vooral drukke werkweek reed Arend op een vrijdagavond ver-moeid naar huis. De voorjaarsvakantie was net begonnen, waardoor het ver-keer op de snelweg hooguit stapvoets vooruit kwam. Arend besloot daarom ‘binnendoor’ te rijden. Uit ervaring wist hij dat deze route, als je een beetje je best deed (en risico’s nam), een goed alternatief was voor een overvolle snelweg. Nooit is duidelijk geworden wat de exacte oorzaak was, maar de trein raakte de auto vol in de flank. Arend overleed ter plekke. Een drama, met grote financiële gevolgen.Het succes van de onderneming was volledig afhankelijk van Arend. Lopende opdrachten werden afgerond, maar nieuwe kwamen er niet meer bij. De BV moest de onderneming daarom al binnen een jaar na het overlijden staken. Maar het ergste moest nog komen. De echtgenote van Arend had volgens de pensioen-brief recht op een direct ingaand jaarlijks nabestaan-denpensioen van € 70.000. Helaas had de BV (lees: Arend) verzuimd het ‘vooroverlijdensrisico’ extern te verzekeren. De waarde (en de daadwerkelijke uitkering) van het nabestaandenpensioen

Voorbeeld 2Het huwelijk van Marcel was keihard op de klippen gelopen. Vervolgens moest het vermogen van de in onmin levende ex-echtelieden verdeeld worden. Na lang overleg, waarbij de spanning fors opliep, werd vastgesteld dat de vrouw recht had op 50 procent van het ouderdomspensioen. Ook had zij recht op het nabestaandenpensioen. Het pensioen van Marcel was, zoals gebruikelijk bij directeuren-aandeelhouders, volle-dig ‘in eigen beheer’ gehouden. De vrouw vond dit (uiteraard) geen prettig idee. Op die manier behield Marcel ook het beheer over háár pensioenvermogen. Zij eiste daarom dat haar pensioenrechten werden ondergebracht bij een professionele verzekeraar. Voor Marcel kwam dit verzoek niet als een verrassing. Waar hij wel van schrok was de grootte van het af te storten bedrag. Hij had gerekend op een afstorting van 50 procent van de pensioenvoorziening op de balans. De werkelijke waarde van de aanspraak van zijn ex-echtgenote bleek echter véél hoger. De BV heeft nog jarenlang last gehad van de slechte liquiditeitspositie, maar heeft het uiteindelijk (gelukkig) wel gered.

Veel DGA’s blijken niet goed op de hoogte te zijn van hun in eigen beheer gehouden pensioenregeling. Vaak wordt het pensioen vooral gezien als een ‘aantrekkelijke fiscale aftrekpost’. Maar het is meer, véél meer. Met de pensioentoezegging is de BV daadwerkelijk een belangrijke en langlopende verplichting aangegaan. Helaas is de DGA lang niet altijd op de hoogte van de risico’s. In zoverre is het niet verwonderlijk dat de praktijk talloze voorbeelden kent van grote en kleine drama’s rondom het pensioen.

Door: Mr. F.J. Kerkhof FBAlfa Accountants en Adviseurs te [email protected]

Veel DGA’s houden hun pensioentoezeg-ging in eigen beheer. Op zichzelf prima, maar de verplichting die de BV op zich heeft genomen bestaat natuurlijk niet al-leen op papier. De BV (lees: de DGA) moet bijvoorbeeld beseffen dat zijn echtgenote bij zijn overlijden recht heeft op een direct ingaand nabestaandenpensioen. De BV, die door het overlijden van de DGA toch al in haar bestaan wordt bedreigd, moet dus di-rect overgaan tot het betalen van pensi-oenuitkeringen. Helaas blijkt in de praktijk dat het vermogen van de BV hiervoor vaak ontoereikend is. En dan zijn er alleen maar verliezers. Dit drama is overigens eenvou-dig te voorkomen door het risico van voor-overlijden bij een professionele verzekeraar te verzekeren.

Voorziening te laagDe BV die uw pensioen ‘in eigen beheer’ houdt, moet de pensioenverplichting natuurlijk op haar balans waar-deren. Mede door de complexe fiscale spelregels is dit geen eenvoudige opgave. En als u denkt dat de fiscale ba-lanswaarde gelijk is aan de werkelijke waarde, moet ik u teleurstellen. Er is geen professionele verzekeraar die voor die waarde de ver-plichting van uw BV wil overnemen. Anders gezegd: bij afstorting zal er nog veel geld bij moeten.

Tenslotte… Het is van belang uw pensioen-regeling periodiek tegen het licht te hou-den. Het beheersen van de risico’s is immers voor u zowel als voor uw onderne-ming van groot belang.

27FISCAAL & PERSONEEL

Bent u één van de vele leaserijders die, om de hoge bijtelling te voorkomen, krampachtig proberen minder dan 500 privé-kilometers per jaar te rijden? Wees dan niet verbaasd als u dit jaar wordt ge-beld door een medewerker van de be-lastingdienst. Hij zal u vragen of het bij-houden van de rittenadministratie nog naar wens verloopt. U antwoordt dan na-tuurlijk dat u dit ‘met veel plezier’ zeer nauwkeurig doet. Daarna zal hij terloops (maar opzettelijk) enkele opmerkingen maken over één of meer recent bezochte locaties. Hij zal u er fijntjes op wijzen dat die dus ook uit die rittenadministratie moeten blijken. Het signaal is duidelijk: ‘de belastingdienst is watching you!’.

De belastingdienst beschikt al jaren over camera-auto’s die uw leaseauto op de voet volgen. Deze auto’s doorkrui-zen het hele land op zoek naar leaserij-ders bij die bij de belastingdienst een ‘verklaring geen privé-gebruik auto van de zaak’ hebben aangevraagd en gekre-gen. Vooral drukbezochte locaties wor-den aangedaan. Want waarom moeilijk doen als het makkelijk kan? Bij bouw-markten, woonboulevards, grote concer-ten en sportevenementen kunt u dus re-kenen op de aanwezigheid van driftig fotograverende medewerkers van de be-lastingdienst. Ook grensovergangen, na-tuurlijk vooral in de vakantieperiode, be-horen tot hun favoriete locaties. Tot voor kort werden leaserijders, die de rittenadministratie ‘enigszins subjectief’ hadden ingevuld, met het verkregen be-wijsmateriaal achteraf zwaar gestraft: de onterecht niet betaalde belasting werd alsnog ingevorderd en de leaserijder kon rekenen op een (forse) boete. Maar de belastingdienst heeft nu gekozen voor een andere (en vooral veel vriendelijker) strategie: het gedrag van de leaserijders vooraf beïnvloeden. Zodra de belasting-dienst op basis van de foto’s vermoedt dat ‘een fiscale onnauwkeurigheid’ in de rittenadministratie dreigt, nemen zij contact met u op. Natuurlijk kunnen de foto’s een rit hebben vastgelegd die hon-derd procent zakelijk is. Dan is er niets aan de hand. De belastingdienst zal u be-danken voor de verklaring en u succes wensen met het vervolgen van de ritten-administratie. Maar stel nu eens dat het inderdaad een privé-ritje was. Wellicht is er ook dan nog niets aan de hand, om-dat u met dit ritje erbij nog steeds onder de ‘500 kilometergrens’ blijft. Maar wat gaat u doen als u uw rittenadministratie nog ‘kloppend moet maken’ of uit die ad-ministratie blijkt dat u al kritisch dicht bij die grens zit? Het is duidelijk dat de belastingdienst hoopt dat u door het te-lefoontje alsnog gaat inzien dat de bij-telling voor de auto van de zaak onver-mijdelijk is. De belastingdienst noemt dit klantvriendelijke service. Ik ben be-nieuwd wat u er van vindt.

Mr. F.J. Kerkhof FBAlfa Accountants en Adviseurs te [email protected]

‘u spreekt met de belastingdienst’

Page 28: Bouwtotaal_2011_3
Page 29: Bouwtotaal_2011_3

29PRODUCTNIEUWS

Handige apparaten voor universele slijpwerkzaamhedenDe nieuwe Bosch rechte slijpmachines GGS 28 C Professional en GGS 28 CE Professional zijn universele apparaten die overal inzetbaar zijn waar kleine afbraam- of slijpwerk-zaamheden uitgevoerd moeten worden. Nuttig bij de veelzijdige toepassingen zijn voor-al het compacte formaat en het gewicht van slechts 1,4 kg.

Krachtig droog boren met diamantboorkopEen nieuwe krachtige klopboormachine voor zware werkzaamheden met diamantboorkop: dat is de GSB 162-2 RE Professional van Bosch. Dit toestel is ide-aal voor het klopboren in beton en metselwerk, schroeven en boren met grote diame-ters in hout en voor het roeren van dikvloeibare materialen.

Vernieuwende isolatie voor buitengevels

De nieuwe slijpmachines zijn te gebruiken voor slijpwerkzaamheden, voor het afbra-men van lasnaden, het afschuinen, afron-den en voor het slijpen van metalen objec-ten. De rechte slijpmachines liggen goed in de hand en zijn ook voor slijpwerkzaamhe-den met één hand en voor werkzaamheden op moeilijk bereikbare plaatsen bruikbaar.

De krachtige 600-/650 wattmotor met zachte aanloop zorgt voor een snel resul-taat. Hierbij biedt de geïntegreerde Kick-back Stop een hoge bescherming voor de gebruiker: bij een blokkering schakelt de machine onmiddellijk uit.Precies werken met de GGS 28 C/CE Profes-sional wordt door het nieuwe spansysteem

ondersteund, waarbij de slijpstiften zonder speling bevestigd worden. Bovendien zorgt de Constant Electronic voor een gelijkblij-vend toerental, ook bij hoge belasting. Door de lange levensduur van de koolborstels ontstaan minder servicekosten. Zelf uit-schakelende koolelementen garanderen een hoge bescherming van de motor, de

Wie zijn dak en gevels isoleert, bespaart tot 60 procent energie. Een goed isola-tiesysteem is dus van groot belang. Rec-ticel Insulation komt met een nieuwe isolatie voor buitengevelsystemen Po-werwall® en IsofinishTM, het nieuwe concept voor buitengevelisolatie.

Powerwall® zorgt voor een doorlopend isolatieschild rond de woning. Dit kan worden gecombineerd met een brede waaier aan esthetische gevelafwerkin-gen, zoals hout, sidings, steenstrips, lei-en, pannen en gevelpanelen. Bovendien is de isolatie door het tand en groef klik-systeem in een mum van tijd te mon-teren. Het systeem is geschikt voor re-novatie én nieuwbouw en kent goede thermische prestaties. Het product is Keymark gecertificeerd.

Met dit systeem kan men doorlopend iso-leren van kelder tot dak, waardoor alle on-derbrekingen in de isolatie worden ver-meden. In combinatie met het Powerroof® systeem voor hellende daken creëert u een doorlopend isolatieschild tot in de nok van het dak én een goede aansluiting met de

vloer met Eurofloor® vloerisolatie (met gebruik van een isolerende bouwsteen).

IsofinishIsofinishTM, het nieuwe concept voor bui-tengevelisolatie, bestaat uit een combina-tie van Powerwall® isolatieplaten, regel-schroeven en een gevelafwerking naar keuze. Het buitengevelisolatiesysteem met Powerwall® biedt bovendien meer mogelijkheden dan andere systemen. Zo is het stijl- en regelwerk goed uitlijnbaar met de regelschroeven, wat garant staat voor een rechte buitengevelafwerking. Condensatie wordt vermeden dankzij de geventileerde spouw. Tenslotte wordt het regenwater sneller afgevoerd.

Recticel Insulation, Kesteren, (0488) 48 94 00, www.recticelinsulation.nl

Universele werk-handschoenenHet omvangrijke assortiment werk-handschoenen van Würth Nederland is opnieuw uitgebreid. Ditmaal met een universeel toepasbare, natuur latex werk-handschoen.

Doordat de rug van dit nieuwe model handschoen gebreid is, draagt deze comfor-tabel. Deze grove, stevige werkhandschoe-nen zijn vooral geschikt voor het uitvoeren van lichte tot middelzware werkzaamhe-den in de land- en tuinbouw, de bouw en

voor goederentransport. Ze bieden name-lijk zowel bij natte als droge omstandig-heden goede grip. De handschoenen zijn leverbaar in twee maten: maat 9 en 10. Maat 11 is in ontwikkeling en wordt in het najaar op de markt verwacht. Deze univer-sele handschoenen worden per twaalf paar verkocht.

Würth Nederland BV, ’s-Hertogenbosch, (073) 629 15 55, www.wurth.nl

directe koeling maakt de hoge overbelast-baarheid mogelijk. Het dubbel afgedichte kogellager minimaliseert de stofgevoelig-heid van de machine.

KostenDe rechte slijpmachines zijn in twee varian-ten verkrijgbaar: als GGS 28 C Professional met een toerental van 28.000 omwentelin-gen per minuut en als GGS 28 CE Professio-nal met variabel instelbaar toerental van 10.000 tot 28.000 omwentelingen per mi-nuut voor veelzijdige toepassingen. Beide toestellen kosten in de vakhandel 179,95 euro (GGS 28 C Professional), respectieve-lijk 215,95 euro (GGS 28 CE Professional). Alle prijzen zijn excl. BTW.

Robert Bosch B.V., Breda, (076) 579 54 54, www.bosch-professional.nl

De klopboormachine is uitgerust met een 1500 w motor en kan zo bijzonder zware toepassingen aan. Het geoptimaliseerde toerental zorgt voor een snel resultaat bij het klopvrije droog boren met diamant-boorkop tot 162 mm diameter. De dub-beltoerige aandrijving maakt zich nuttig voor het werken met verschillende mate-rialen. De grote spreiding tussen eerste en tweede stand maakt niet alleen het gebruik van een diamantboorkop in het laagste toerentalbereik mogelijk, maar ook klopboortoepassingen met hoog toe-

on’ biedt verhoogde werkveiligheid. De radiaal en axiaal beveiligde ex-tra handgreep en de hoofdhandgreep met softgrip zorgen voor een goede

grip van de nieuwe klopboormachine, ook bij veeleisende toepassingen. Na een stroomonderbreking verhindert de her-startbeveiliging het automatisch inscha-kelen van het toestel. De automatische vergrendeling van de 16-mm tandkrans-boorhouder draagt eveneens bij aan de veilige en eenvoudige bediening. De ko-gelmof zorgt voor meer bewegingsvrij-heid en verhindert kabelbreuken.De nieuwe klopboormachine is tegen de

aanbevolen verkoopprijs van 369,95 euro, excl. BTW, in de vakhandel verkrijgbaar.

Robert Bosch B.V., Breda, (076) 579 54 54, www.bosch-professional.nl

rental en hoog aantal slagen. Daarnaast kan de machine voor veeleisende roer- en schroeftoepassingen, werkzaamhe-den met gatzagen en voor boringen in materialen, zoals steen of hout, gebruikt worden. De instelbare toerentalkeuze ondersteunt hiervoor precies werken. De draaibare borstelplaat biedt dezelfde kracht bij het links- en rechtsdraaien. Dit is nuttig bij schroefwerkzaamheden.

Veilige bediening De overbelastingskoppeling ‘Anti-Rotati-

Page 30: Bouwtotaal_2011_3
Page 31: Bouwtotaal_2011_3

31PRODUCTNIEUWS

Colofon

Onafhankelijke informatiebron voor de uitvoe-rende bouw waaronder de aannemers, onder-aannemers, inkoopmanagers, metselaars, voe-gers, dakdekkers, installateurs, stukadoors, zzp-ers en al hun toeleveranciers.

jaargang 8, nr. 3, maart 2011

UitgeverAndré Lardinois

Hoofdredacteuring. Frank de Groot

RedactieCarla Debets

Vaste medewerkersEd de Rechteren van HemertMr. F. J. KerkhofIng. Peter BorgersIng. Arjan van WingerdenCor Spronk

AdvertentieAndré Lardinoistelefoon: 0570-654660e-mail: [email protected] Burgerstelefoon: 0570-623852e-mail: [email protected]

Ontwerp en opmaakRonald Wientjes (RoDo grafisch ontwerpburo)e-mail: [email protected]

Abonnementene-mail: [email protected]

BouwTotaal is een uitgave van Nederlandse HandelsUitgaven BV

Postbus 2273 7420 AG DeventerMaagdenburgstraat 227421 ZC Deventer tel.: 0570-654660 fax: 0570-656580 email: [email protected]

Copyright Niets uit deze uitgave mag op enigerlei wijze worden overgenomen zonder de nadrukkelijke, schriftelijke toestemming van de uitgever.Deze uitgave is zorgvuldig en naar beste weten samengesteld. Uitgever en auteurs kunnen ech-ter niet instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Zij aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook, als gevolg van handelingen of be-slissingen die op deze informatie zijn gebaseerd.

NHUNederlandseHandelsUitgaven

Eerste warmtebeeldcamera onder € 1000,-

Brandwerend ventilatierooster ge-test met brandwerend glas en raamHet brandwerende raamventilatierooster FireMax van Duco Ventilation & Sun Control is getest in een totaalconcept met brandwerende beglazing. Het betrof hier de brandwe-rende beglazing Contraflam Lite Climaplus 30 van Vetrotech Saint-Gobain.

Zonneboiler-dak-concept

Duurzaam bouwen begint met slim sa-menwerken. Greentech Energy en Linex Prefab brachten daarom prefab dakpane-len én zonnecollectoren synergetisch sa-men in één product: het Linex-Clearline zonneboiler-dakconcept. In plaats van twéé keer het dak op voor een duurzaam bouwproject hoeven aannemers dat voort-aan slechts één keer.

Greentech Energy is specialist in de toepas-sing van de elementen voor de opwekking van duurzame, schone en betaalbare ener-gie. Linex Prefab is leverancier van prefab daken en dakkapellen. Dit bedrijf verwerkt de Clearline collectoren in haar prefab da-ken. Greentech Energy levert, naast de zon-necollectoren, ook de bijbehorende bestu-

ring en boiler. Deze samenwerking levert een kwalitatieve en efficiënte bouwplaats-montage op. Doordat de leidingen eenvou-dig in de dakelementen worden opgeno-men realiseren aannemers zo een fraaie binnenafwerking en kan de installateur alle aansluitingen onderdaks maken.

Greentech Energy bv, Druten, (0487) 58 51 60, www.greentech-energy.nl

Lasdozen kunnen nu eenvoudig, snel en zonder schroeven gemonteerd worden op Cablofil draadgoten. Legrand Nederland breidt het assortiment namelijk uit met een ingenieuze adapter voor de Plexo las-doos. De adapter is geschikt voor de Cablo-fil goten CF30, 54 en 105. Installateurs kun-nen het hulpstuk zowel aan de zijkant als aan de onderkant bevestigen.

De adapter is leverbaar in een uitvoering voor Plexo lasdozen van 80 x 80 mm en 105 x 105 mm. Beide uitvoeringen zijn in zo-wel grijs als wit verkrijgbaar. De Plexo IP55

De adapter voor de Plexo lasdoos is snel en een-voudig te monteren.

lasdozen hebben een hoge beschermings-graad. Zowel de slagvaste opbouw- als de inbouwvariant is spuitwaterdicht. Kabels kunnen door middel van sneltules snel ingevoerd worden. De lasdozen zijn uitge-voerd met deksels die niet kwijt kunnen raken en de installateur kan de dozen zo-wel aan de binnenzijde als de buitenzijde coderen.

Rijksmuseum AmsterdamMet Cablofil levert Legrand Nederland al meer dan dertig jaar een veilig, flexibel en economisch draagsysteem voor kabels. Het systeem van gelast staaldraad voldoet

Adapter maakt van lasdoos en draadgoot ijzersterke combiaan de strengste eisen qua veiligheid, nor-men en mechanische prestaties. Daarnaast is het een gepatenteerd snel montagesy-steem dat grotendeels schroefloos beves-tigd kan worden. Installateurs passen deze draadgoten toe bij onder andere utiliteits- en infrastructurele projecten en in de in-dustrie voor data- en elektriciteitskabels. Voor het Amsterdamse Rijksmuseum, dat momenteel compleet gerenoveerd wordt, heeft Legrand Nederland circa 2.800 meter Cablofil draadgoot geleverd. In de onder-grondse energietunnels van het museum bieden deze goten naar verwachting straks plaats aan drie ton kabels.

Legrand Nederland B.V., Boxtel, (0411) 65 31 11, www.legrandnederland.nl

FLIR Systems, wereldmarktleider op het gebied van warmtebeeldtechnologie, lan-ceert een warmtebeeldcamera voor slechts € 995,-. Deze FLIR i3 levert warmtebeelden van 60 x 60 pixels. Deze beeldkwaliteit is zeer geschikt voor nieuwe gebruikers van warmtebeeldcamera's. De camera de-tecteert al temperatuurverschillen van slechts 0,15 °C. De temperatuurwaarden van het warmtebeeld kunnen dankzij een spotmeter in het midden van het beeld nauwkeurig worden gelezen.

Een spotpyrometer registreert alleen de temperatuur op één plek; de FLIR i3 regi-streert het gehele beeld. De temperatuur kan op elke pixel van het beeld worden ge-meten. Als u deze camera gebruikt, komt dit dus overeen met het simultane gebruik van 3600 spotpyrometers. Kritieke situa-ties worden met een spotpyrometer een-voudig over het hoofd gezien. Met de nieu-we warmtebeeldcamera scant u complete onderdelen, waardoor u onmiddellijk toe-gang hebt tot diagnostiek die u alle proble-men toont.Beelden van de camera worden in JPEG-be-standen op een uitneembare SD-kaart opge-slagen. Het warmtebeeld bevat alle tempe-ratuurgegevens. De camera wordt geleverd met FLIR QuickReport software waarmee u snel inspectierapporten en analyses van de

warmtebeelden kunt maken. De camera is tevens compatibel met het krachtige FLIR Re-porter. Het apparaat is zeer gebruiks-vriendelijk. U hoeft alleen maar de ca-mera te richten, een warmtebeeld vast te leggen en afwijkingen in het gebouw te detecteren.

Nieuwe gebruikers bereiken‘De prijs van warmtebeeldcamera's voor de inspectie van gebouwen is de laatste jaren alsmaar verlaagd’, aldus Christiaan Maras, Marketing Director EMEA, FLIR Systems. ‘Hierdoor hebben steeds meer mensen de voordelen van warmtebeeldcamera's ont-dekt. Met deze nieuwe camera, die tegen een zeer lage prijs op de markt is gebracht, willen we nog meer gebruikers bereiken. Het wordt tijd dat de kracht van warmte-beelden beschikbaar is voor iedereen die een gebouw of verwarmings-, ventilatie- of airconditioninginstallatie moet inspec-teren.’

FLIR Commercial Systems B.V., Breda, (076) 579 4194, www.flir.com

Testgegevens• Glasgeplaatst ventilatierooster

FireMax• Brandwerendglas:ContraflamLite

Climaplus30• Houtenprofielen:Maobi,750kg/

m3• Resultaten:o EW39bijB1410mmxH2275mmo EW51bijB1410mmxH1775mm

Het brandwerende raamventilatieroos-ter werd reeds getest in een kalfplaatsing. Hierbij waren de omringende factoren niet zo zeer van belang. Om meer mogelijkhe-den te creëren werd het ventilatierooster ook getest in een glasgeplaatste versie; hier is het totaalconcept des te belangrijker. Duco koos ervoor om met één van de grote partijen uit de glasmarkt samen te werken, om zo tot de beste resultaten te komen.

FireMaxDe meerwaarde van de FireMax is reeds

bewezen in een compacte kalfplaatsing, die een brandwerendheidsklasse van EW 76 heeft. Het glasgeplaatste ventilatieroos-ter is nu ook getest in een totaalconcept met glas (Contraflam Lite) en raam (hard-hout 750 kg/m3). Het rooster kan toegepast worden in hoogbouw en kan geïntegreerd worden in Duco’s natuurlijke ventilatiesy-stemen Duco CO2 System en Duco Comfort System. Het levert een goede energiepresta-

tie en is standaard voorzien van extra akoestisch dem-pingmateriaal.

Contraflam LiteContraflam Lite is een heldere, UV-be-stendige, brandwe-rende veiligheids-beglazing. Het glas bestaat uit een ge-harde beglazing met een interlayer. Bij brand reageert de interlayer, waardoor de beglazing een isolerende barrière vormt die de stralingstransmissie aanzienlijk vermindert (EW-klasse). Deze beglazing is speciaal ontwikkeld ten behoeve van gro-te beglaasde oppervlakken voor binnen en buiten (iso).

Duco Ventilation & Sun Control, Veurne (B), +32 (058) 33 00 33, www.duco.eu

Page 32: Bouwtotaal_2011_3