BRUSSELSE CONSEIL DE LA REGION DE BRUXELLES-CAPITALE · houdende aanpassing van de Middelenbegroting van het Ministerie van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest ... de heren André,

A-113/2 - 90/91

BRUSSELSEHOOFDSTEDELI JKE RAAD

GEWONE ZITTING 1990-1991

4 JUNI 1991

ONTWERP VAN ORDONNANTIE

houdende aanpassing van deMiddelenbegroting van het Ministerie

van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewestvoor het hegrotingsjaar 1991

ONTWERP VAN ORDONNANTIE

houdende aanpassing van de AlgemeneUitgavenbegroting van het Ministerie

van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewestvoor het begrotingsjaar 1991

AANGEPASTE ADMINISTRATIEVEBEGROTING

van het Ministerievan het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest

voor het begrotingsjaar 1991

VERSLAGuitgebracht namens de Commissie

voor Financiën, Begroting, Openbaar Ambt,Externe Betrekkingen en Algemene Zaken

door de heer CORNELISSEN

Aan de werkzaamheden van de Commissie hebben deelgenomen :1. Vaste leden : de heer Poullet, Voorzitter; de heren André,

Béghin, Cool~, Cornelissen, Debry, De Coster, Demannez, dePatoul, mevr. Jacobs, de heren Harmel, Maingain, Rens, Vanden-bossche.

2. Plaatsvervangers : de heren Adriaens, de Lobkowicz, mevr. deT’Serclaes, de heer Stalport. .

3. Andere leden van de Raad : de heer Duponcelle, mevr. Nagy.

Zie :

Stuk van de Raad :

A-1130 - (90-91) : Ontwerp van ordonnantie.

A-113/2 - 90/91

CONSEIL DE LA REGIONDE BRUXELLES-CAPITALE

SESSION ORDINAIRE 1990-1991

4 JUIN 1991

PROJET D’ORDONNANCE

ajustant le budget desVoies et Moyens du Ministère

de la Région de Bruxelles-Capitalepour l’année budgétaire 1991

PROJET D’ORDONNANCE

ajustant le Budget généraldes dépenses du Ministère

de la Région de Bruxelles-Capitalepour l’année budgétaire 1991

BUDGET ADMINISTRATIFAJUSTE

du Ministère dela Région de Bruxelles-Capitalepour l’année budgétaire 1991

RAPPORTfait au nom de la Commission des Finances,

du Budget, de la Fonction publique,des Relations extérieurespar M. CORNELISSEN

Ont participé aux travaux de la Commission :1. Membres effectifs : MM. Poullet, Président; MM. André,

Béghin, Cool~, Cornelissen, Debry, De Coster, Demannez, dePatoul, Mm” Jacobs, MM. Harmel, Maingain, Rens, Vandenbossche.

2. Membres suppléants : MM. Adriaens, de Lobkowicz, Mm’ deT’Serclaes, de heer Stalport.

3. Autres membres du Conseil : M. Duponcelle, Mm’ Nagy.

Voir :

Document du Conseil :

A-1134 - (90-91) : Projet d’ordonnance.

A-113/2 - 90/91 -2- A-113/2 - 90/91

1.

II.

Opmerkingen van het Rekenhof

Algemene bespreking

Bespreking van de artikeien

Tekst aangenomen door de Commissie

III.

IV.

V.

VI.

VII. Amendementen

VIII. Begrotingsaanpassing 1991 -verantwoordingsnota’s

IX. Errata

X. Bijlagen

Inhotidstafel Table des matières

Inleidende uiteenzetting van de Ministervan Financiën, Begroting, Openbaar Ambten Externe Betrekkingen 3

Inleidende uiteenzetting van de Ministerbelast met Openbare Werken, Verkeers-wezen en de Vemieuwing van AfgedankteBedrijfsruimten 10

12

14

22

29

33

1.

II.

III.

IV.

V.

VI.

VII.

Exposé introductif du Ministre desFinances, du Budget, de la Fonctionpublique et des Relations extérieures

Exposé introductif du Ministredes Travaux publics, des Communications etde la Rénovation des Sites économiquesdésaffectés 10

Observations de la Cour des Comptes 12

Discussion générale 14

Discussion des articles

Texte adopté par la Commission

Amendements

35

51

52

VIII. Ajustements budgétaires 1991 -Notes justificatives

IX. Errata

X. Annexes

3

22

29

33

35

51

52

A-113/2 - 90191 -3- A-113/2 - 90191

1. Inleidende uiteenzettingvan de Minister

1. Exposé introductif

van Financiën en van Begroting

1. Inleiding

De ontwerpen van aanpassing van de ontvangstenen uitgaven die vandaag worden voorgelegd, zijn hetresultaat van de « begrotingscontrole » die de Execu-tieve tijdens de ganse maand maart 1991 heeft verricht.

De leden van de Commissie zullen bovendien heb-ben vastgesteld dat het wettelijke voorschrift in ver-band met de datum van indiening van de documentenzal zijn nageleefd zodanig dat de bespreking van deaanpassing niet overhaast dient te geschieden.

Voor de uitwerking van die aanpassingsvoorstellenheeft de Executieve rekenirig gehouden met een reeksparameters. Eik ervan heeft een invloed gehad op hetbegrotingsdebat in de Executieve.

Welke zijn de elementen van beoordeling? Het zijner voornamelijk vier :

1. het principe van een planning van de terugbetalingvan de schuld inzake sociale huisvesting werd doorde Executieve vastgelegd door het inschrijven vaneen jaarlijks bedrag van 1,9 miljard;

2. de Executieve heeft machtiging gegeven tot hetinschrijven van een beperkt santal bijkredieten(voornamelijk voor de gewestadministratie) : 500miljoen;

3. de Executieve heeft machtiging gegeven tot hetherinschrijven van sommige ordonnanceringskre-dieten die op 31 december 1990 waren vervallen bijtoepassing van het principe van de eenjarigheid vande begroting : 1,3 miljard;

4. Tenslotte is de Executieve ingegaan op het verzoekvan de Minister van Openbare Werken en Verkeerom ordonnanceringskredieten in te schrijven tenbelope van 1,7 miljard tot dekking van de aange-gane verbintenissen inzake investeringen.

2. Inhoud van het bijblad

De begrotingsaanpassing heeft betrekking én op deontvangsten én op de uitgaven.

2.1. De ontvnngsten

De aanpassing van de ontvangsten is gebeurd opbasis uitsluitend van de voor het ogenblik ontegenspre-kelijke bekende elementen :

- de credietrenten voortvloeiend uit de kastoestandvan het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest die tussen

du Ministredes Finances et du Budget

1. Introduction

Les projets d’ajustement des recettes et des dépen-ses déposés aujourd’hui sont le résultat du « budget-control » que YExécutif a mené durant tout le mois demars 1991.

Les membres de la Commission auront en outreremarqué que le prescrit légal quant à la date du dépôtdes documents aura été respecté, de sorte qu’il puisseêtre débattu de ces ajustements sans précipitation.

Pour l’élaboration de ces propositions d’ajustement,YExécutif a tenu compte d’une série de paramètres.Chacun d’entre-eux a influencé le débat budgétaire ausein de YExécutif.

Quels sont ces éléments d’appréciation? Ils sontprincipalement au nombre de quatre :

1. le principe d’une planification du remboursementde la dette en matière de logement social a étéarrêté par 1’Exécutif par l’inscription d’une annuitéde 1,9 milliard;

2. YExécutif a autorisé l’inscription d’un nombrelimité de crédits supplémentaires, (principalementpour l’administration régionale) : 500 millions;

3. 1’Exécutif a autorisé la réinscription de certainscrédits d’ordonnancement tombés en annulation le31 décembre 1990 en application du principe del’annalité budgétaire : 1,3 milliard;

4. Enfin, YExécutif a répondu favorablement à lademande du Ministre chargé des Travaux publics etdes Communications demandant l’inscription decrédits d’ordonnancement pour 1,7 milliard pourcouvrir les engagements effectués en matière d’in-vestissements.

2. Contenu du feuilleton d’ajustement

L’ajustement budgétaire porte à la fois sur lesrecettes et sur les dépenses.

2.1. Les recettes

L’ajustement des recettes a été réalisé sur base desseuls éléments incontestables, connus à ce jour :

- les intérêts créditeurs résultant de la situation detrésorerie de la Région de Bruxelles-Capitale glo-

A-11312 - 90191 -

1 januari 1989 en 30 maart 1991 globaal positiefwas. Deze bedragen werden medegedeeld door deAdministratie van de Thesaurie van het Ministerievan Financiën;

- de in te schrijven begrotingsgegevens, medege-deeId door het orgaan belast met de opheffing vande Gewestelijke Economische Raad voor Brabantin uitvoering van het koninklijk besluit van 18 juli1990;

- de beslissing van de Executieve ingevolge eenverslag van Staatssecretaris Gosuin over de standvan zaken, om het heffen van een milieubelastinguit te stellen tot de begroting 1992. De ontvangstvan 250 miljoen die in de oorspronkelijke begrotingwas voorzien werd derhalve geschrapt.

Ik wil er de leden van de Commissie onmiddellijk opwijzen dat die schrapping het algemeen evenwicht vande begroting 1991 geenszins in het gedrang brengtaangezien het om een geaffecteerde ontvangst ging.Aangezien de ontvangst er niet komt zal de overeen-stemmende uitgave niet kunnen vastgelegd worden.

Sommige Ieden zullen er zich misschien over ver-wonderen dat er geen aanpassing inzake gewestbelas-tingen is. Wat dat betreft blijf ik sedert 1989 trouw aaneen principe volgens hetwelke, behoudens nieuweofficiële informatie van het Ministerie van Financiën,de cijfers van de oorspronkelijke begroting behoudenblijven.

Ik zou hier willen vooruitlopen op het debat dattelkens in de commissie plaats heeft wanneer er overde opbrengst van de gewestbelastingen wordt gespro-ken. Zijn de oorspronkelijke vooruitzichten a1 dan nietoverdreven?

De oorspronkelijke ontvangsten voor 1991 bedragen8,8 miljard. De ontvangsten voor 1990 hebben 9,8 mil-jard opgebracht (zie bijkzge 1). Na de eerste 3 maandvan 1991 hebben de belastingen 2,29 miljard opgele-verd. Voor dezelfde periode bedroegen die cijfers :1,68 miljard in 1989;2,23 miljard in 1990.

Ik had aan de Executieve kunnen voorstellen 9,8miljard (d.i. het cijfer van vorig jaar) in te schrijven bijwege van het bijblad, hetzij een verhoging met 1miljard van de oorspronkelijke vooruitzichten. Ik hebde uiterste voorzichtigheid aan de dag willen leggen. A

2.2. De uitgaven

Globaal gezien belopen de gevraagde bijkredieten(zie bijlage 2) :2.449 miljoen vastleggingen;5.116 miljoen ordonnanceringen.

- A-11312 - 90191

balement positive entre le 1”’ janvier 1989 et le 30mars 1991. Ces montants ont été communiqués par1’Administration de la Trésorerie dépendant duMinistère des Finances:

- les données budgétaires à inscrire communiquéespar l’organe chargé de la dissolution du Conseiléconomique régional pour le Brabant en exécutionde l’arrêté royal du 18 juillet 1990;

- la décision de l’Exécutif, suite à un rapport duSecrétaire d’Etat Gosuin sur l’état de la question,de postposer au budget 1992 la levée d’une taxe enmatière d’environnement. La recette de 250 mil-lions prévue au budget initial a donc été supprimée.

Je dis tout de suite aux membres de la Commissionque cette suppression ne nuit nullement à l’équilibregénéral du budget 1991 puisqu’il s’agissait d’unerecette affectée. La recette ne se faisant pas, ladépense correspondante ne pourra pas être engagée.

Certains membres s’étonneront peut-être de ne pasvoir d’ajustement en matière d’impôts régionaux. Encette matière, je reste fidèle depuis 1989 à un principequi veut que, sauf informations nouvelles communi-quées officiellement par le Ministre des Finances, leschiffres du budget initial sont maintenus.

Je voudrais ici anticiper sur le débat qui a lieuchaque fois en commission quand on parle du produitdes impôts régionaux. La prévision initiale est-elleexagérée ou pas?

La recette initiale 1991 prévue est de 8,8 milliards.La recette de 1990 a produit 9,8 milliards. Après les3 premiers mois de 1991, les impôts ont rapporté2,29 milliards (voir annexe 1). Pour la même période,ils avaient rapporté :1,68 milliard en 1989;2,23 milliards en 1990.

J’aurais pu proposer à 1’Exécutif d’inscrire 9,8milliards (c.à.d. le chiffre de l’an dernier) par la voiedu feuilleton, soit une augmentation de 1 milliard de laprévision initiale. Je n’ai pas voulu me départir d’uneextrême prudence.

2.2. Les dépenses

Globalement, les crédits supplémentaires demandés(voir annexe 2) s’élèvent à :2.449 millions en engagements;5.116 millions en ordonnancements.

A-113/2-90/91 -s- A-113/2-90/91

Per sector wordt dit laatste bedrag uitgesplitst alsvolgt :

36 % voor openbare werken en verkeer

33 % voor huisvesting7 % voor de administratie7 % voor ruimtelijke ordening6 % voor monumenten en landschappen5 % voor het milieu4 % voor de ondergeschikte besturen2 % voor de andere materies

100 %

Laat ons systematisch de 4 fundamentele elementenhernemen die bij de uitwerking van dit bijblad inbeschouwing werden genomen :

1. Vooreerst, de schuld inzake sociale huisvesting

Een bijkrediet van 1,6 miljard werd ingeschrevenmet het oog op het vastleggen van een annuïteit van1,9 miljard. Staatssecretaris Gosuin heeft op woensdag24 april in uw Commissie een uiteenzetting gegevenover de inhoud van de schuld inzake huisvesting enover de manier om die schuld aan te zuiveren. Ik zaldus niet op dit dossier terugkomen.

Ik wil er u slechts aan herinneren dat de Staatssecre-taris diverse formules heeft voorgesteld in verband metde omvang van de voorziene annuïteit. Deze van 1,9miljard beantwoordt aan 2 criteria :

1” dit bedrag past in de algemene financieringsmoge-lijkheden van het Gewest;

2” het inschrijven van een jaarlijks bedrag van 1,9 mil-jard maakt het mogelijk deze schuld af te lossenbinnen een redelijke termijn zoals de Staatssecreta-ris heeft aangetoond. Zoals uit de prospectie blijktzou, bij de hypothese van een terugbetaling vanminder dan 1,9 miljard, de schuld inzake socialehuisvesting niet kunnen aangezuiverd worden.

2. Tweede element : de nieuwe voor 1991 te voor-ziene bijkredieten

Die kredieten vertegenwoordigen 500 miljoen. Debijzonderste vraag gaat uit van de gewestelijke admini-stratie. In afdeling 10, worden bijkredieten gevraagdten bedrage van 362 miljoen :

- 275 miljoen voor de bezoldigingen en de werkings-kosten van het departement;

- 87 miljoen tot regeling van het dossier voortvloei-end uit de opheffing van de Gewestelijke economi-sche Raad van Brabant.

Par matière, ce dernier montant se répartit commesuit :

36 %

33 % pour le logement7 % pour l’administration7 % pour l’aménagement du territoire6 % pour les monuments et sites5 % pour l’environnement4 % pour les pouvoirs locaux2 % pour les autres matières

pour les travaux publics et les communi-cations

100 %

Reprenons, si vous le voulez bien, de manièresystématique les 4 éléments fondamentaux qui ontprésidé à l’élaboration de ce feuilleton d’ajustement :

1. D’abord, la dette du logement social

Un crédit supplémentaire de 1,6 milliard a été inscriten vue de constituer une annuité de 1,9 milliard. LeSecrétaire d’Etat Gosuin a fait un exposé devant votreCommission le mercredi 24 avril sur le contenu de ladette du Iogement et sur la manière d’apurer cettedette. Je ne reviendrai donc pas sur le dossier.

Je vous rappellerai seulement que diverses formulesont été présentées par le Secrétaire d’Etat sur lahauteur de l’annuité à prévoir. Celle de 1,9 milliardrépond à 2 critères :

1” ce montant rentre dans les capacités de financementgénéral de la Région;

2” l’inscription chaque année de 1,9 milliard permet desortir de cette dette dans un terme raisonnablecomme vous l’a montré le Secrétaire d’Etat. Unehypothèse de remboursement inférieure à 1,9 mil-liard ne permettait pas, comme l’a démontré laprojection établie, d’apurer la dette du logementsocial.

2. Deuxième élément : les crédits supplémentairesnouveaux à prévoir pour 1991

Ces crédits représentent 500 millions. La principaledemande émane de l’administration régionale. Dans ladivision 10, des crédits supplémentaires de 362 millionssont demandés :

- 275 millions pour les rémunérations et les frais defonctionnement du département;

- 87 millions pour régler le dossier résultant de ladissolution du Conseil économique régional duBrabant.

A-11312 - 90191 -6- A-11312 - 90191

In de als bijlage toegevoegde verantwoordingsnota Les notes justificatives que j’ai fournies en annexekan men alle gewenste uitleg vinden. vous donnent les explications souhaitées.

De overige bijkredieten (t 138 miljoen) zijn ver-deeld als volgt :

Les autres crédits supplémentaires (+ 138 millions)se répartissent comme suit :

- Uitgaven van de Executieve 13,6 M- Externe betrekkingen 13,9 M- Imago van Brussel (bevoegdheid Picqué) 67,l M- Verkeerswezen 43,0 M

137,6 M

- Dépenses de YExécutif 13,6 M- Relations extérieures 13,9 M- Image de Bruxelles (compétence Picqué) 67,l M- Communications 43,0 M

137,6 M

3. Derde element van beoordeling : het opnieuwinschrijven van een gedeelte van de op 31 december1990 vervallen kredieten.

3. Troisième élément d’appréciation : la réinscriptiond’une partie des crédits tombés ,en annulation le31 décembre 1990.

Ik meen dat het goed is eraan te herinneren dat deExecutieve voor de eerste maal één van de fundamen-tele bepalingen van de wet op de rijkscomptabiliteitheeft toegepast door de automatische overdracht vande kredieten op het einde van het jaar niet meer tevoorzien .

Je crois qu’il est bon de rappeler que YExécutif apour la première fois appliqué une des dispositionsfondamentales de la loi sur la comptabilité de I’Etat enne prévoyant plus le report automatique des crédits àla fin de l’année.

Welke waren op 31 december 1990 de gevolgen vande naleving van het principe van de eenjarigheid vande begroting?

Quelles furent les conséquences au 31 décembre1990 du respect du principe de l’annalité budgétaire?

Op het einde van vorig jaar vervielen 5,4 miljardordonnanceringskredieten (zie bijlage 3). Dit bedragligt hoger dan het totaal bedrag van de bij dit bijbladgevraagde bijkredïeten (5,l miljard).

5,4 milliards de crédits d’ordonnancement sont tom-bés en annulation à la fin de l’an dernier (voir annexe3). Ce montant est supérieur au total des créditssupplémentaires demandés par le présent feuilleton(5,l milliards).

Zulks is belangrijk in het kader van de financieringen van het algemeen evenwicht van de begroting enkomt aldus tegemoet aan de bekommernis van sommi-gen wat de omvang van de voorgestelde bijkredietenbetreft.

Ceci est important dans le cadre du financement etde l’équilibre général du budget et répond ainsi déjà àl’inquiétude de certains face à la hauteur des créditssupplémentaires proposés.

De sectoren waarvoor budgettaire herinschrijvingenwerden verricht zijn vooral degene waar investe-ringskredieten waren voorzien, want het zijn vooraldie sectoren die door het vervallen van de kredieten ophet einde van het jaar zijn getroffen.

Les secteurs qui ont fait l’objet de réinscriptionsbudgétaires sont surtout ceux porteurs de créditsd’investissement car ce sont ceux-là qui ont surtout ététouchés par les annulations de fin d’année.

De bijkredieten gevraagd door de ondergeschiktebesturen, de ruimtelijke ordening, monumenten enlandschappen, het milieu, het waterbeleid en energiekomen in aanmerking voor deze techniek van annule-ring en wederinschrijving.

Les crédits supplémentaires demandés pour lespouvoirs locaux, l’aménagement du territoire, lesmonuments et sites, l’environnement, la politique del’eau et l’énergie font partie de cette technique d’annu-lation et de réinscription.

In het bijblad gaat het derhalve om de kredieteningeschreven meer bepaald in de afdelingen 14,16, 17,18, 19 en 21.

Dans le feuilleton, il s’agit donc des crédits inscritsplus spécialement aux divisions 14, 16, 17, 18, 19 et 21.

4. Het laatste belangrijk element heeft betrekking OP

de inhoud van afdeling 12 « Uitrusting en Vervoer-beleid » behorend tot de bevoegdheid van MinisterJ.-L. Thys.

4. Le dernier élément important à renseigner vise lecontenu de la division 12 « Equipements et Dépla-cements » qui relèvent des compétences du Minis-tre J.-L. Thys.

.

A-11312 - 90/91 -7- A-11312 - 90191

Op zijn verzoek, heeft de Executieve de inschrijvinggoedgekeurd van bijkomende middelen ten belope van1,7 miljard voor openbare werken en verkeer op basisvan de voor 1989 en 1990 toegestane vastleggingen.

De bevoegde Minister zal u straks alle informatie terzake verstrekken.

***

Tot slot van mijn uiteenzetting zou ik u tweebeschouwingen willen meegeven die mij belangrijklijken en ik wens dat meer bepaald te doen als eenMinister van Financiën die als eerste instaat voor hetalgemeen evenwicht van het financieringsstelsel.

Die beschouwingen hebben betrekking op :

- de aanwending van de begrotingsfondsen;- onze kastoestand.

1. De aanwending van de begrotingsfondsen

Dit punt is belangrijk. Wanneer wij de oorspronkelijkebegroting 1991 hebben besproken is daar heel watbetwisting over ontstaan.

Ik heb er mij toe verbonden, zowel in de commissieals in openbare zitting, deze fondsen enkel te latendienen voor het ordonnanceren van de vo& 1991vastgelegde dossiers. Ik kan u bevestigen, Mevrou-wen, Mijne heren, dat ik mij strikt aan die verbintenisheb gehouden.

In bijlage 4, vindt u de aanwending van de fondsenop 30 april 1991.

Hierbij hoort een drievoudige commentaar:

1. betreffende het uitstaande bedrag van de vastleg-gingen :

Het bestaat hoofdzakelijk uit 3 categorieën vankredieten :

- het uitstaande bedrag van de vastgelegde kredietenin het kader van de wetten op de economischeexpansie. Voor de grote, middelgrote en kleineondernemingen vertegenwoordigen de rentetoela-gen en de kapitaalpremies 5,8 miljard;

- het uitstaande bedrag van het investeringspro-gramma voor de bouw van sociale woningen : 1,2miljard;

- het uitstaande bedrag voor het programma vanwaterzuivering : eveneens 1,2 miljard.

2. Sedert 1 januari 1991 werd geen enkel nieuwkrediet vastgelegd. De fondsen dienen enkel om deuitstaande bedragen te betalen.

A sa demande, I’Exécutif a approuvé l’inscription demoyens supplémentaires pour 1,7 milliard en matièrede travaux publics et de communications sur base desengagements accordés pour 1989 et 1990.

Le Ministre compétent vous donnera tantôt toutesles informations en la matière.

***

Je voudrais terminer mon exposé en vous faisantpart de deux considérations qui me paraissent impor-tantes et je les fais plus spécialement comme unMinistre des Finances doit le faire, principal garant del’équilibre général du système de financement.

Ces considérations porteront sur :

- l’utilisation des fonds budgétaires;- sur notre situation de trésorerie.

1. L’utilisation des fonds budgétaires

Ce point est important. Il a fait l’objet d’un contentieuximportant lorsque nous avons débattu du budget initial1991.

Je me suis engagé, tant en commission qu’en séancepublique, sur le fait que ces fonds ne pourraient servirqu’à ordonnancer des dossiers engagés avant 1991. Jepeux vous confirmer, Mesdames, Messieurs, que cetengagement de ma part est scrupuleusement respecté.

En annexe 4, vous trouverez l’utilisation des fondsau 30 avril 1991.

Trois commentaires s’imposent :

1. sur l’encours des engagements :

Il est essentiellement constitué par 3 catégories decrédits :

- l’encours des crédits engagés dans le cadre des loisd’expansion économique. Pour les grandes, moyen-nes et petites entreprises, les subventions-intérêts etles primes en capital représentent 5,8 milliards;

- l’encours du programme d’investissement de cons-truction de logements sociaux : 1,2 milliard;

- l’encours du programme d’épuration des eaux :1,2 milliard également.

2. Plus aucun crédit nouveau n’a été engagé depuis le1” janvier 1991. Les fonds ne servent qu’à payerl’encours.

A-113/2 - 90191 -8- A-11312 - 90191

3. In het kader van de begrotingscontrole werd elkeMinister belast met « het uitzuiveren » van dieuitstaande bedragen, want men heeft vastgestelddat er ta1 van kredieten in voorkwamen die sedertjaren waren vastgelegd en waarvoor er nooit eenordonnancering had plaatsgehad. Het uitstaandebedrag is derhalve overraamd en zal met 1,5 miljardworden verminderd. Globaal zal het uitstaandebedrag verminderd worden met 3,8 miljard (begro-tingskredieten + fondsen - cfr. bijlage 8).

2. Onze kastoestand

BijZage 5 bevat een vergelijking van de drie essen-tiële elementen (Begroting - Rekening en Thesaurie)voor de eerste twee jaar van de gewestbegrotingopgesteld in het kader van de bijzondere financierings-wet.

Uit die vergelijkende tabel blijken duidelijk deverschillen tussen de verschillende stadia in de uitvoe-ring van een begroting.

1989 : daar waar de begroting was opgesteld op basisvan een tekort van 1,3 miljard, bleek uit de uitvoeringop het niveau van de thesaurie een bonus van + 6,4miljard zonder de verrichtingen op begrotingsfondsenen van 4,9 miljard met die verrichtingen inbegrepen.

1990 : de uitgewerkte begroting vereiste een beroepop leningen ten belope van 5,5 miljard.

In thesaurietermen werd zij uitgevoerd met eendeficit van 2,2 miljard zonder de verrichtingen opbegrotingsfondsen en van 1,8 miljard met de fondsen.

Deze bijlage toont aan hoever men thans verwijderdstaat van het theoretisch scenario van de bijzonderefinancieringswet.

Voor die twee jaar zou het Gewest 6,8 miljardmoeten hebben ontleent. In werkelijkheid was er op 30maart 1991 een thesauriebonus van 3,7 miljard credit-renten inbegrepen. De cijfers zijn die van het Ministe-rie van Financiën. Zij kunnen niet worden betwist.

De overdracht van de middelen van de overgangspe-riode voor het Gewest is eveneens een element vanbeoordeling van onze kastoestand.

Het einde van de periode van voorlopige regionali-sering (ttz. eind van het jaar 1988) voor Brussel, heefter ons toe gebracht, sedert het begin 1990, de natio-nale Regering geregeld te interpelleren over de over-dracht van thesauriemiddelen.

Voor de Titels 1 en II van de begroting werd in mei1990 een akkoord bereikt waarbij de Nationale Rege-ring een gedeelte draagt van de huisvestingsschuld(5,9 miljard) die normaal ten laste zou komen van het

3. Dans le cadre du budget-contrôle, chaque Ministrea été chargé d’apurer cet encours car on a constatéqu’y figuraient de nombreux crédits engagés depuisplusieurs années et pour lesquels aucun ordonnan-cement n’a jamais été réalisé. L’encours de 9milliards est donc surestimé et sera diminué de 15milliard. De manière générale, l’encours sera dimi-nué de 3,8 milliards (crédits budgétaires + fonds -cfr. annexe 8).

2. Notre situation de trésorerie

L’annexe 5 donne une comparaison des trois élé-ments essentiels (Budget - Compte et Trésorerie) pourles deux premières années du budget régional élaborédans le cadre de la loi spéciale de financement.

Ce tableau comparatif montre très clairement lesécarts existant entre les différents stades d’exécutiond’un budget.

1989 : alors que le budget avait été élaboré sur based’un déficit de 1,3 milliard, son exécution au niveau dela trésorerie a dégagé un boni de -t 6,4 milliards sansles opérations sur fonds budgétaires et de 4,9 milliardsen les y incluant.

1990 : le budget conçu nécessitait le recours àl’emprunt pour 5,5 milliards.

Il a été exécuté en trésorerie avec un déficit de 2,2milliards sans les opérations sur fonds budgétaires etde 1,8 milliard avec les fonds.

La conclusion de cette annexe montre combien onest éloigné actuellement du scénario théorique de la loispéciale de financement :

Pour ces deux années, la Région aurait dû emprun-ter 6,s milliards. Elle a en réalité dégagé un boni detrésorerie au 30 mars 1991 de 3,7 milliards, intérêtscréditeurs compris. Ces chiffres sont ceux du Ministèredes Finances. Ils ne peuvent être contestés.

Le transfert des moyens de la période transitoirepour la Région représente aussi un élément d’appré-ciation de notre situation de trésorerie :

La fin de la période de régionalisation provisoire(c.à.d. la fin de l’année 1988) pour Bruxelles nous aconduit depuis le début de 1990 à interpeller régulière-ment le Gouvernement national sur le transfert demoyens de trésorerie.

Pour les Titres 1 et II du budget, un accord a étéconclu en mai 1990 qui fait supporter par 1’Etat centralune partie de la dette du logement (5,9 milliards) quiaurait dû normalement échoir à la Région et ce en

A-11312 - 90191 -9- A-113JZ - SOI91

Gewest en zulks als tegenprestatie voor de bestaandesaldi van de dotaties 1980-1988.

Het Gewest beëindigt voor het ogenblik de onder-handelingen over de saldi van de begrotingsfondsendie op de gewestbegroting op 31 december 1988voorkwamen. Alles wijst er op dat die saldi aan hetGewest zullen toegewezen worden. Zij vertegenwoor-digen een bedrag van 6,4 miljard. Na onderzocht tezijn in het overlegcomité wordt het dossier voor hetogenblik voor onderzoek aan de Ministerraad voorge-legd.

Welke zijn de vooruitzichten inzake een beroep opleningen tijdens het jaar 1991?

Ek zou die algemene beschouwingen willen besluitenmet te verwijzen naar een ander document dat ik hebopgesteld opdat men zich een idee zou vormen over devooruitzichten inzake beroep op leningen. Ik heb in depers gelezen dat de Executieve in 1991 een beroep zoumoeten doen op zijn leningmogelijkheden 1989 en1990 (hetzij 6,8 miljard) bovenop de machtiging voordit jaar.

Bijlage 6 omvat enerzijds een inventaris, van debeschikbare middelen en geeft anderzijds het volumeaan van de geordonnanceerde kredieten eind april.Het gaat om ordonnanceringen (en niet om betalin-gen, een later stadium in de procedure). Op het eindevan de maand april, hetzij na verloop van het eerstederde van het jaar zijn 28,5 % van de beschikbaremiddelen (51 miljard) gemobiliseerd.

De bewering dat er een beroep zal moeten gedaanworden op bijkomende leningen (6,8 miljard) veron-derstelt kasuitkeringen ten belope van 57,8 miljardvo& 31 december van dit jaar. Deze bewering lijkt mijwel overdreven. Het is duidelijk dat men in de herfsteen beroep zal moeten doen op de lening 1991. Zulksis onvermijdelijk en past in de logica van het financie-ringssysteem. Als Minister van Financiën beschouw ikhet feit dat de Executieve slechts op het einde van hetderde jaar regionalisering voor de eerste maal eenberoep zal moeten doen op leningen, als een grootsucces.

contrepartie des soldes existants des dotations 1980-1988.

La Région termine actuellement la négociation dessoldes des fonds budgétaires figurant au budget régio-nal au 31 décembre 1988. Tout porte à croire que cessoldes seront attribués à la Région. Ils représententune somme de 6,4 milliards. Le dossier après avoir étéexaminé en comité de concertation est soumis actuelle-ment à l’examen du Conseil des Ministres.

Quelles sont les perspectives du recours à l’empruntdurant l’année 1992?

Je concluerai ces considérations générales en faisantréférence à un autre document que j’ai élaboré afinque l’on se fasse une idée sur les perspectives enmatière de recours à l’emprunt. J’ai lu dans la presseque YExécutif allait durant 1991 devoir faire appel àses capacités d’emprunt 1989 et 1990 (soit 6,8 mil-liards) en plus de celle autorisée pour cette année-ci.

L’annexe 6 fait d’une part l’inventaire des moyensdisponibles et donne le volume des crédits ordonnan-cés fin avril d’autre part. Il s’agit d’ordonnancements(et non de paiements, stade encore postérieur dans laprocédure). A la fin du mois d’avril, soit à l’issue dupremier tiers de l’année, 28,5 % des moyens disponi-bles (51 milliards) sont mobilisés.

Prétendre qu’il faudra faire appel à des empruntssupplémentaires (6,8 milliards) suppose donc desdécaissements de l’ordre 57,8 milliards avant le 31décembre de cette année. Ce qui me paraît fortprésomptueux comme affirmation. Il est clair qu’àl’automne il faudra recourir à l’emprunt 1991. Ceci estinévitable et est inscrit dans la logique du système definancement. Comme Ministre des Finances, je consi-dère comme un bon succès le fait que 1’Exécutif nedoive recourir pour la première fois à l’emprunt qu’à lafin de la troisième année de régionalisation.

A-11312 - 90/91 -

II. Inleidende uiteenzettingvan de Minister

belast met Openbare Werken,Verkeer en de Vernieuwing van

Afgedankte bedrijfsruimten

In zijn inleidende toespraak toonde Minister vanFinanciën Jos Chabert aan dat de Brusselse Hoofdste-delijke Executieve - behalve de opstelling van eenbegroting in evenwicht - moet voldoen aan een aantalverplichtingen.

De aanpassing in die zin, die u ter goedkeuringwordt voorgelegd, moet het Brusselse HoofdstedelijkGewest in de mogelijkheid stellen om op financieelvlak zijn kruissnelheid te halen.

Tijdens mijn uiteenzetting voor uw commissie naaraanleiding van de verdediging van de oorspronkelijkebegroting 1991 legde ik de nadruk op het feit dat eenstreng begrotingsbeleid niet noodzakelijkerwijze bete-kende dat er geen keuzen waren of geen nieuw beleidin het kader van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest.

Voor wat betreft de materies die onder mijnbevoegdheid vallen, te weten openbare werken enverkeerswezen, noopt het ingewikkeld karakter van deproblemen meer dan ooit tot een koherente en globalebenadering. Dat is de reden waarom ik de BrusselseHoofdstedelijke Executieve een investeringsplan tot in1994 heb voorgesteld.

Tijdens haar zitting van 4 oktober 1990 hechtte deExecutieve haar goedkeuring aan mijn meerjarenplantot 1994. Om het plan, dat werd goedgekeurd door deExecutieve, na te leven verplicht begrotingsaanpassingnr. 1 van de begroting 1991 tot de inschrijving van eenbijkomend krediet van 1,712 miljard voor afdeling 12,dit om de vastleggingen 1989 en 1990 te dekken en deinvesteringskredieten af te remmen vanaf 1991. Ditwerd niet voorzien bij de indiening van de begroting1991.

Over het geheel genomen en voor mijn bevoegdhe-den zijn bijkomende middelen noodzakelijk. Dezebedragen + 1,8 miljard en zijn bestemd voor dedekking van de gerealiseerde vastleggingen.

Deze werden voornamelijk hernomen in afdeling 12- openbaar en privé-vervoer, te weten voornamelijkvoor een bedrag van 732 miljoen ter dekking van devastleggingen gedaan in 1989 en 1990 ten laste van deoude artikelen van afdeling 44 van de begroting 1989en 1990, en voor de sector verkeer voor een bedragvan 889 miljoen bestemd voor de financiering van deinvesteringen van artikel 28 van afdeling 45 van debegroting 1989 en 1990.

10 - A-11312 - 90191

II. Exposé introductifdu Ministre des Travaux publics,

des Communications etde la Rénovation des Sites

d’activités économiques désaffectés.

L’exposé introductif du Ministre des Finances, JosChabert, a démontré que, pour YExécutif de la Régionde Bruxelles-Capitale, un impératif restait de rigueuren élaborant un budget en équilibre.

Dans cet esprit, l’ajustement qui est soumis à votreapprobation permet à la Région de Bruxelles-Capitaled’acquérir son rythme de croisière au niveau financier.

Lors de mon exposé devant votre Commission pourla défense du budget initial de 1991, j’ai insisté sur lefait qu’une politique de rigueur budgétaire ne signifiaitpas pour autant l’absence de choix ou de nouvellepolitique dans le cadre de la Région de Bruxelles-Capitale.

En ce qui concernait les matières qui sont de macompétence, à savoir les travaux publics et les commu-nications, plus que jamais la complexité des problèmesliés à la politique des déplacements nécessite uneapproche globale cohérente et volontaire. C’est laraison pour laquelle j’ai proposé à 1’Exécutif de laRégion de Bruxelles-Capitale une planification desinvestissements jusqu’en 1994.

L’Exécutif, en sa séance du 4 octobre 1990, aapprouvé mon programme pluriannuel jusqu’en 1994.Pour respecter cette planification telle qu’approuvéepar l’Exécutif, l’ajustement budgétaire no 1 du budget1991 nécessite l’inscription d’un crédit supplémentaired’un montant de 1,712 milliard en ce qui concerne ladivision 12, afin de couvrir les engagements 1989 et1990 et de ralentir les crédits d’investissement dès1991.

Globalement, et pour mes compétences, des moyenssupplémentaires estimés à f 1,8 milliard sont nécessai-res en vue de couvrir les engagements passés.

Ils sont principalement repris à la division 1.2 -transports publics et privés, soit essentiellement pourun montant de 732 millions destinés à couvrir lesengagements pris en 1989 et en 1990 sur les anciensarticles de la section 44 du budget 1989 et 1990 et pourle secteur communications pour un montant de 889millions destinés à couvrir les investissements del’article 81-28 de la section 45 du budget 1989 et 1990.

A-11312 - 90191 - 3

Graag vestig ik de aandacht van de geachte ledenvan de Commissie op het feit dat het 1,712 miljardvoornamelijk overeenstemt met datgene wat in hetjargon van de bijzondere financieringswet het derdederde wordt genoemd van de kredieten ter beschik-king gesteld van de Gewesten in het kader van deovergedragen investeringen, en meer bepaald in toe-passing van artikel 12 van de financieringswet van16 januari 1989.

Je voudrais attirer l’attention des honorables mem-bres de la Commission sur le fait que le 1,712 milliardcorrespond essentiellement à ce qu’il est convenud’appeler dans le jargon lié à la loi spéciale definancement le 3”’ tiers des crédits mis à disposition desRégions dans le cadre des investissements transférés etplus spécifiquement l’application de la loi de finance-ment du 16 janvier 1989, article 12.

Bij de opstelling van de bijzondere financieringswet En effet, lors de .Yélaboration de la loi spéciale demeende de Regering dat de investeringskredieten financement, le Gouvernement avait estimé que lesnagenoeg waren vrijgemaakt onder de vorm van crédits d’investissement étaient pratiquement libérésordonnanceringen in drie derden. en ordonnancement en trois tiers.

Hierbij dient echter opgemerkt dat de politiekekeuzen gesteld door de Executieve op het vlak van deinvesteringen, en meer bepaald van de micro-investe-ringen, de spreiding van de ordonnanceringen overeen periode van drie jaar onmogelijk maken. Dezeordonnanceringen volgen elkaar integendeel sneller opomdat we in het bijzonder waken over de snelheidwaarmee de werken worden uitgevoerd.

Il convient cependant de remarquer que les choixpolitiques posés par 1’Exécutif en matière d’investisse-ment, à savoir principalement des micro-investisse-ments, empêchent l’étalement des ordonnancementssur une période de trois ans, mais qu’au contraire,ceux-ci sont plus rapprochés puisque nous veillonsparticulièrement à la rapidité d’exécution des travaux.

Gelet op deze omstandigheden is het onontbeerlijkdat ik beschik over de. bijkomende kredieten zoalsdeze werden gevraagd in het kader van aanpassingnr. 1, dit ten einde me toe te laten om voor deordonnanceringen. vanaf 1991 een hogere kruissnel-heid te bereiken.

Dans ces conditions, il est indispensable que jedispose des crédits supplémentaires tels que demandésdans le cadre de l’ajustement no 1 afin de me permettred’acquérir un rythme de croisière d’ordonnancementplus court dès 1991.

Ik vestig meer in het bijzonder uw aandacht op : J’attire plus spécialement votre attention sur

1” de beschikking, zoals deze u wordt voorgelegd,gebaseerd op een strikte financiële programmering,zoals deze door u werd goedgekeurd bij de indie-ning van de begroting 1991;

1” le dispositif, tel qu’il vous est soumis, basé sur uneprogrammation financière rigoureuse, telle quevous l’avez approuvée lors du dépôt du budget1991;

2” de planning van de investeringen die u destijds werdovergemaakt.

2” la planification des investissements qui vous avaitété transmise à cette époque.

Dit getuigt van mijn bezorgdheid om elke begro-tingsoverschrijding te vermijden in het kader van debevoegdheden die me werden toevertrouwd door deraad.

Cela montre combien je suis particulièrement sou-cieux d’éviter tout dérapage budgétaire dans le cadredes compétences qui m’ont été attribuées par leConseil.

- A-11312 - 90/91

A-11312 - 90191 - 12 - A-11312 - 90191

T

III. Opmerkingen van het Rekenhof

Verslag betreffende het onderzoek van de begro-tingsdocumenten tot aanpassing van de begroting vanhet Brusselse Hoofdstedelijk Gewest voor het begro-tingsjaar 1991

1. Uitgavenbegroting

1.1. Beschikkend gedeette van het ontwerp van ordon-nantie

Het artike16 omvat de lijst van facultatieve toelagendie de Executieve mag toekennen, dit in toepassingvan het artikel 9, 9 4, 3de lid van de wet van 28 juni1963.

In het programma 2 van afdeling 11 betreffende deeconomische ontwikkeling worden toelagen aan dehotelnijverheid voorzien.

Het Hof maakt aangaande de aard van deze toela-gen volgende bedenking :

- ofwel gaat het om toelagen aan de hotelsector, zoalsde tekstomschrijving laat uitschijnen. In dit geval iseen nieuwe wettelijke basis overbodig omdat dezevorm van steun reeds is gedekt door de expansiewet-ten;

- ofwel gaat het om de gedeeltelijke concretiseringvan een akkoord te sluiten met de Franse Gemeen-schap, dat ertoe strekt het Gewest gemeenschapsbe-voegdheden inzake toerisme te laten overnemen.

In laatstgenoemde verondersteiling dringt het Hoferop aan dat terwille van de doorzichtigheid en omtegemoet te komen aan het principe van de begrotings-specialiteit, de tekstomschrijving van het nieuwebegrotingskrediet duidelijk deze bedoeling zou latenblijken.

1.2. Tabel van het ontwerp van ordonnantie

Het Hof stelt vast dat in de oorspronkelijke begro-ting het programma 01 van afdeling 09 (Gemeenschap-pelijke uitgaven van de Executieve) de titel « Gemeen-schappelijke Initiatieven » droeg en dat voorliggendbijblad deze libellering wijzigt in « Imago van Brus-sel ».

Zijn College oordeelt dienaangaande dat de budget-taire specialiteit en de juiste aanrekening van deuitgaven niet kunnen geverifieerd worden, aangeziendiverse programma’s in de begroting onder gelijkaar-

III. Observations de la Cour des Comptes

Rapport relatif à l’examen des documents ajustant lebudget de la Région de Bruxelles-Capitale pour l’an-née budgétaire 1991.

1. Le budget des dépenses

1.1. Dispositif du projet d’ordonnance

L’article 6 présente la liste des subventions facultati-ves qui peuvent être octroyées par YExécutif, confor-mément à l’article 9, Q 4, alinéa 3, de la loi du 28 juin1963.

Des subsides à l’industrie hôtelière sont ainsi prévusau programme 02 de la division 11 relative au dévelop-pement économique.

La Cour s’interroge, à cet égard, sur la nature de cessubsides :

- ou bien, il s’agit de subventions en faveur du secteurde l’hôtellerie, comme l’intitulé de cette dispositionle laisse entendre, auquel cas une nouvelle baselégale est superflue puisque ce genre d’aide entredans le cadre des lois d’expansion économique;

- ou bien, il s’agit de la concrétisation partielle d’unaccord à passer avec la Communauté française, etqui a trait à la reprise par la Région, de compétencescommunautaires en matière de tourisme.

Dans cette dernière hypothèse, la Cour insiste pourque, dans un souci de transparence et de respect duprincipe de la spécialité budgétaire, le libellé dunouveau crédit budgétaire fasse clairement apparaîtrecette option.

1.2. Tableau du projet d’ordonnance

La Cour constate qu’au budget initial, le programme01 de la division 09 (Dépenses communes de I’Exécu-tif) s’intitulait « Initiatives communes aux huit Cabi-nets » et que le présent feuilleton d’ajustement modifiecet intitulé en « Image de Bruxelles ».

Elle estime, à ce propos, que la spécialité budgétaireet l’imputation correcte des dépenses ne peuvent êtrevérifiées lorsque plusieurs programmes du budget sontrepris sous des intitulés très semblables, comme c’est le

A-11312 - 90191 - 13 - A - 1 1 3 1 2 -90191

dige libelleringen voorkomen, zoals geldt voor vol-gende programma’s :

- Afdeling 09 (Gemeenschappelijke Uitgaven van deExecutieve)Programma 01 : Imago van Brussel

- Afdeling 20 (Externe Betrekkingen)Programma 01 : Internationale betrekkingen eninternationaal imago van Brussel

- Afdeling 22 (Coordinatie van het beleid van deExecutieve)Programma 01 : Promotie van het nationaal eninternationaal imago van Brussel.

2. De administratieve begroting

Het Hof heeft geen opmerkingen inzake de overeen-stemming van de aangepaste administratieve begrotingmet de inhoud en de doelstellingen van de aangepastealgemene uitgavenbegroting.

cas pour les programmes suivants :

- Division 09 (Dépenses de 1’Exécutif)Programme 01 : Image de Bruxelles

- Division 20 (Relations extérieures)Programme 01 : Relations internationales, imageinternationale de Bruxelles

- Division 22 (Coordination de la politique de l’Exé-cutif)Programme 01 : Promotion de l’image nationale etinternationale de Bruxelles.

2. Le budget administratif

La Cour n’a pas d’observations à formuler quant à laconformité du budget administratif ajusté par rapportau contenu et aux objectifs du budget général desdépenses ajusté.

A-11312 - 9Ot91 - 14 - A-11312 - 90191

IV. Algemene bespreking

1. Inachtneming van de termijnen inzake begrotings-procedure

Meerdere leden stellen verheugd vast dat deontwerpen van ordonnantie worden ingediend binnende door de wet op de Rijkscomptabiliteit voorgeschre-ven termijnen. Ze danken de Minister bovendien voorde vele bijlagen bij zijn uiteenzetting.

Een lid betreurt echter dat deze informatie niet vanop voorhand kon worden rondgedeeld, zoals ditgebeurt in de Vergadering van de Franse Gemeen-schapscommissie .

2. Bekendmaking van de maandelijkse kastoestand

Een lid herinnert eraan dat de Minister tijdens debespreking van de begrotingen voor 1991 beloofd hadvanaf 1 februari 1991 maandelijks de gewestelijkekastoestand bekend te maken.

De Minister van Financiën en Begroting antwoordtdat een zekere vertraging is opgetreden in de bekend-making omdat het nieuwe Bestuur van de Thesaurieeen langere inloopperiode nodig had dan aanvankelijkgepland.

Eind april 1991 deelt hij een gecumuleerde kastoe-stand mee (bijlage 11).

3. Aanpassing van de ontvangstqn

3.1. Vooruitzichten van de ontvangsten

Een hd heeft vragen over de onvoorspelbare aardvan de investeringsrenten : deze ontvangsten zoudennormaal op de oorspronkelijke begroting moeten wor-den ingeschreven, of moeten wij hier misschien uitbesluiten dat het betalingsritme werd vertraagd?

Zijn, wat de gewestelijke belastingen betreft, devooruitzichten van het Ministerie van Financiën wer-kelijk betrouwbaar?

De spreker wenst dat de Minister het resultaat vanzijn eigen beoordelingen meedeelt want inzake regi-stratierechten bijvoorbeeld lijkt er een zeker oneven-wicht te bestaan tussen de vooruitzichten en de reali-teit.

Algemener zijn verschillende sprekers van meningdat zou moeten worden nagegaan hoe de opbrengst-vooruitzichten kunnen worden verfijnd. Men zouonder andere de invloed moeten nagaan van sommigeparameters (demografische of fiscale bijvoorbeeld) opde evolutie van de toekomstige gewestelijke inkom-sten.

IV. Discussion générale

1. Respect des délais en matière de procédure budgé-taire

Plusieurs membres constatent avec satisfaction queles projets d’ordonnance sont déposés dans les délaisprescrits par la loi sur la comptabilité de I’Etat. Ilsremercient en outre le Ministre pour les nombreusesannexes qui accompagnent son exposé.

Un membre regrette toutefois que ces donnéesn’aient pu être distribuées à l’avance, comme cela sepasse à l’Assemblée de la Commission communautairefrançaise.

2. Publication d’une situation mensuelle de la tréso-rerie

Un membre rappelle que le Ministre s’était engagé,lors de la discussion des budgets pour 1991, de fairepublier mensuellement une situation de la trésorerierégionale à partir du 1”’ février 1991.

Le Ministre des Finances et du Budget répond qu’uncertain retard a été enregistré dans la réalisation decette publication en raison du rodage plus lent queprévu de la nouvelle Administration de la Trésorerie.

Il communique une situation de trésorerie cumuléefin avril 1991 (annexe 11).

3. Ajustement des recettes

3.1. Prévision des recettes

Un membre s’interroge quant au caractère imprévi-sible des produits de placement : ces recettes auraientnormalement dû être inscrites au budget initial, oualors, doit-on en conclure que le rythme des paiementsa été ralenti?

Pour les impôts régionaux, les prévisions faites parle Ministère des Finances sont-elles réellement fiables?

L’intervenant souhaite que le Ministre communiquele résultat de ses propres évaluations, car, en matièrede droits d’enregistrement par exemple, il semble yavoir une certaine discordance entre les prévisions etles réalisations.

De manière plus générale, plusieurs intervenantsestiment que des recherches devraient être effectuéespour affiner davantage les prévisions en matière derecettes. On devrait notamment analyser l’impact decertains paramètres (démographiques ou fiscaux, parexemple) sur l’évolution des revenus futurs de laRégion.

A-11312 - 90191 - 15 - A-11312 - 90193

De Minister van Financiën antwoord eerst en vooraldat de Executieve een interuniversitaire ploeg van deULB-VUB, onder leiding van professor J. Vuchelen,de opdracht heeft gegeven de algemene evolutie vande begrotingen van het Brusselse HoofdstedelijkGewest te ontleden, zowel wat ontvangsten als uitga-ven betreft, rekening houdend met de evolutie vanverschillende parameters. Het eerste rapport wordteind juni verwacht en het tweede tegen het eind vanhet jaar.

Aangaande de evolutie van de gewestelijke belas-tingen zegt de Minister dat voor de eerste driemaanden van het jaar de registratierechten in vergelij-king met 1990 met 20 % zijn gedaald omdat detransacties afnamen. Voor de successierechten daaren-tegen houdt de tendens in diezelfde periode aan.

3.2. Wegvallen van de ontvangst uit de belasting voorde milieuhinderbestrijding

Meerdere leden vragen welke met deze geaffecteerdeopbrengst overeenkomende uitgaven wegvallen.

Een lid herinnert eraan dat hij tijdens de besprekingvan de oorspronkelijke begroting de vrees had geuitdat deze bedragen in 1991 nooit zouden wordenontvangen en dat dit bijgevolg de financiering van 1/5van de milieu uitgaven in het gedrang zou kunnenbrengen.

De Minister antwoordt dat de opbrengst van dezebelasting via de agglomeratiebegroting aan het Agent-schap voor de Netheid moest worden teruggegeven.Een aantal uitgaven van het Agentschap moeten duswegvallen.

4. Aanpassing van de uitgaven

4.1. Onvoorspelbare aard van de uitgaven

Een lid is van mening dat het bedrag ,van deaanpassing - 5 miljard op ongeveer 45 miljard - vrijgroot is. Hij betwist de onvoorspelbare aard vansommige bijkredieten en geeft ais voorbeeld onderandere de nieuwe ordonnanceringen op gesplitstekredieten, die normaal bij de opstelling van de begro-ting zouden moeten bekend zijn, aangezien men overde bedragen van de overeenkomstige vastleggingenbeschikt; een ander voorbeeld zijn de kredieten voorde subsidiëring van de informatisering van de gemeen-tediensten. Ook in dit laatste geval is het bedrag voorde uit te voeren werkzaamheden en de overeenkom-stige vastleggingen lang van tevoren bekend. Alge-meen laat de omvang van de verhogingen doorschijnendat men de uitgaven niet echt onder controle heeft.

Le Ministre des Finances répond tout d’abord queYExécutif a chargé une équipe interuniversitaire ULB-VUB, sous la direction du Professeur J. Vuchelen,d’analyser l’évolution globale des budgets, tant enrecettes qu’en dépenses, de la Région de Bruxelles-Capitale compte tenu de l’évolution de différentsparamètres. Le premier rapport est attendu pour la finjuin, et le rapport final sera déposé pour la fin del’année.

En ce qui concerne l’évolution des impôts régio-naux, le Ministre indique que pour les trois premiersmois de l’année on enregistre une diminution de 20 %des droits d’enregistrement par rapport à l’année 1990,en raison de la diminution des transactions. Pour lesdroits de succession par contre, la tendance se main-tient durant la même période.

3.2. Suppression de la recette prévue pour la taxe delutte contre les nuisances

Plusieurs membres demandent quelles sont lesdépenses correspondant à cette recette affectée quivont être annulées.

Un membre rappelle que, lors de la discussion dubudget initial, il avait exprimé la crainte que cetterecette ne soit jamais perçue en 1991 et que cela risqueen conséquence de mettre en péril le financement d’uncinquième des dépenses d’environnement.

Le Ministre répond que le produit de cette taxedevait être rétrocédé à l’Agence de Propreté via lebudget de l’Agglomération. Un certain nombre dedépenses à charge de l’Agence devront donc êtresupprimées.

4. Ajustement des dépenses

4.1. Caractère imprévisible des dépenses

Un membre estime que le montant de l’ajustement -5 milliards sur t 45 milliards - est considérable. Ilconteste le caractère imprévisible de certains supplé-ments de crédits. Il cite en outre les ordonnancementsnouveaux sur crédits dissociés, lesquels devaient nor-malement être connus lors de l’élaboration du budgetinitial puisqu’on disposait du montant des engage-ments correspondants, et les crédits nécessaires ausubventionnement de l’informatisation des servicescommunaux. Dans ce dernier cas également, le mon-tant des travaux à réaliser, et les engagements corres-pondants, sont connus depuis bien longtemps. Demanière générale, l’ampleur des augmentations laisseapparaître qu’il n’y a pas de véritable maîtrise desdépenses.

A-11312 - 90/91 - 16 - A-11312 - 9Of91

Een ander lid verheugt zich over het feit dat deExecutieve vanaf dit jaar besloot de principes van denieuwe wetgeving op de Rijkscomptabiliteit strikt toete passen, hetgeen onder andere toelaat een duidelijk-onderscheid te maken tussen de oorspronkelijke kre-dieten, de uitgaven voor nieuwe initiatieven, deschuldherschikking en de herinschrijving van kredietenvan vroeger.

De aanpassing van de uitgaven omvat in feite driesoorten kredieten :

- de opnieuw op de begroting ingeschreven kredie-ten : 1,3 miljard;

- de kredieten voor de aanzuivering van de schuldvoor de sociale huisvesting : 1,7 miljard. Ter zake isde spreker van mening dat het weinig belangrijk is teweten of deze kredieten a1 dan niet op de oorspron-kelijke begroting moesten worden ingeschreven; debestaande overeenkomst bewijst dat eindelijk eenernstig beheer van de schuld voor de sociale huisves-ting werd uitgewerkt;

- de nieuwe door de Minister voor Openbare Werkengevraagde kredieten : 1,7 miljard. Ter zake onder-vraagt de spreker de verantwoordelijke Ministerover de terugkerende aard van deze overschrijdingwant volgens hem kan men gemakkelijk toegevendat een aanpassing nieuwe aan conjuncturele facto-ren gebonden uitgaven rechtvaardigt, maar kan eronmogelijk sprake van zijn elk jaar met overschrij-dingen opgezadeld te zitten die op termijn leiden toteen gevoelige stijging van de uitgaven en aldus definanciële toestand van het Gewest in gevaar bren-gen.

De Minister van Financiën zegt dat wat de socialehuisvesting en de openbare werken betreft de onvoor-spelbare aard van de gevraagde bijkredieten niet kanworden betwist. De overeenkomst inzake de aanzuive-ring van de schuldenlasten uit het verleden voor desociale huisvesting was de enige mogelijke weg omdeze schuld onder controle te houden; de preciesefinanciële gevolgen hiervan waren op het ogenblik vande opstelling van de oorspronkelijke begroting nogniet bekend.

De voor de infrastructuurwerken gevraagde bijkre-dieten zijn nodig omdat de werken sneller opschietendan oorspronkelijk gepland. In de toekomst zal bij deordonnanceringsvoorspelling met deze factor rekeningmoeten worden gehouden. De Minister wijst erop datdeze uitgaven niet van terugkerende aard zijn.

De Minister spreekt dan over de algemene evolutievan de uitgaven en het begrotingssaldo en zegt dat deExecutieve er zich toe verbond nooit de in de jaarlijkseaanbevelingen van de Hoge Raad van Financiën be-paalde limieten te overschrijden.

Un autre membre se réjouit du fait que 1’Exécutif aitdécidé, à partir de cette année, d’appliquer scrupuleu-sement les principes de la nouvelle législation enmatière de comptabilité de 1’Etat. Cela permet notam-ment de distinguer clairement les crédits initiaux, lesdépenses résultant de nouvelles initiatives, les réajus-tements de la dette et la réinscription de créditsd’années antérieures.

L’ajustement des dépenses comprend en fait troissortes de crédits :

- les crédits réinscrits au budget, pour un montant de1,3 milliard;

- les crédits nécessaires à l’approvisionnement del’apurement de la dette du logement social, pour unmontant de 1,7 milliard. Sur ce point, l’orateurestime qu’il importe peu de savoir s’il fallait ou noninscrire ces crédits au budget initial; l’existence de laconvention constitue la preuve que l’on a enfin misau point une gestion sérieuse de la dette du loge-ment social;

- les crédits nouveaux demandés par le Ministre desTravaux publics, pour un montant de 1,7 milliard. Ace sujet, l’intervenant interroge le Ministre respon-sable sur le caractère récurrent de ce dépassementcar, selon lui, si l’on peut facilement admettre qu’unajustement autorise des dépenses nouvelles liées àdes facteurs conjoncturels, il ne pourrait être ques-tion d’avoir chaque année des dépassements quiauraient pour effet d’augmenter très sensiblement latendance générale des dépenses à plus long terme, etainsi de mettre en péril la situation financière de laRégion.

Le Ministre des Finances déclare que, pour lelogement social et les travaux publics, le caractèreimprévisible des suppléments de crédits demandés nepeut être mis en doute. La convention en matièred’apurement des charges du passé de la dette dulogement social était la seule issue possible pour sortirde l’emballement de cette dette, et ses conséquencesfinancières exactes n’étaient pas encore connues aumoment de l’élaboration du budget initial.

Les crédits supplémentaires pour les travaux d’infra-structure sont nécessaires en raison du rythme plusrapide que prévu dans les réalisations. Ce facteurdevra dorénavant être pris en considération dans lesprévisions en matière d’ordonnancements. Le Ministreinsiste sur le fait que ces dépenses ne seront pasrécurrentes.

Traitant ensuite de l’évolution générale des dépen-ses et du solde budgétaire, le Ministre déclare que1’Exécutif s’est engagé à ne jamais sortir des limitesfixées dans les recommandations annuelles du Conseilsupérieur des Finances.

A-11312 - 90191 - 17 - A-113/2 - 90191

4.2. Annulering van kredieten ingeschreven op debegroting van de vorige jaren

Verschillende leden vragen welke uitgaven door hetvervallen van deze kredieten in het gedrang komen.

De Minister van Financiën verwijst naar bijlage 8van zijn inleidende uiteenzetting en onderstreept datdeze niet gebruikte kredieten soms tot het jaar 1980teruggaan.

Een lid vraagt dat een verdeling wordt meegedeeldvan de kredieten waarop deze annulering betrekkingheeft .

De Minister geeft de volgende tabel :

Annulering op 31 december 1991 per begrotingssectie(in miljard)

4.2. Annulation de crédits inscrits au budget des annéesantérieures

Plusieurs membres demandent quelles sont lesdépenses qui vont être touchées par les suppressionsde crédits.

Le Ministre des Finances renvoie à l’annexe 8 de sonexposé introductif, tout en soulignant que ces créditsnon utilisés remontent parfois jusqu’à l’année 1980.

Un membre demande que soit communiquée unerépartition des crédits touchés par l’annulation.

Le Ministre communique le tableau suivant :

Annulation au 31 décembre 1990 par section du budget(en milliards)

Vast-leggingenEngage-ments

Ordonnan-ceringen

Ordonnan-cements

Sol-ï5 Kabinettens.31 AdministratieS.32 Ondergeschikte besturens.33 Stedebouws.34 Economische expansies.35 TewerkstellingS.36 HuisvestingS.38 Hygiënes.40 Waterbeleids.41 BossenS.42 Buitenlandse handels.43 Gemeentelijke informaticaS.44 Openbare werkens.45 VerkeerswezenS.46 Wetenschappelijk onderzoekS . 4 8Monumenten en Landschappen

071033OJ29202OS02323624(42O,l02072071O,l091

071073O,l09702091022700930,3071(420760071(41

S.Ol-15 Cabinets5.31 AdministrationS.32 Pouvoirs subordonnéss.33 Urbanismes.34 Expansion économiques.35 EmploiS.36 LogementS.38 Hygiènes.40 Eaus.41 ForêtsS.42 Commerce extérieurs.43 Informatique communales.44 Travaux publicss.45 CommunicationsS.46 Recherche scientifiqueS.48 Monuments et Sites

Verwijzend naar bijlage 3 vraagt een lid wat er, geletop het vervallen van de gesplitste kredieten, gebeurtmet het deel van de vastleggingen die de ordonnance-ringen overschrijden.

Se référant à l’annexe 3, un membre demande cequ’il adviendra, dans les annulations de crédits disso-ciés, de la partie des engagements qui excèdent lesordonnancements.

De Minister antwoordt dat deze vastleggingsmoge- Le Ministre répond que ces possibilités d’engage-lijkheden nooit werden aangegrepen ment n’ont jamais été utilisées.

4.3. De begrotingsfondsen 4.3. Les fonds budgétaires

Een lid is verheugd over het feit dat er een eindwerd gemaakt aan de nieuwe vastleggingen op debegrotingsfondsen, maar vreest dat de debudgettering,die anders via de fondsen gebeurde en waaraan de wetvan 28 juni 1989 een eind stelde, via de inschrijving vansommige uitgaven op de begroting van sommige para-regionale instellingen opnieuw op gang komt.

Tout en actant avec satisfaction le fait qu’on ait misfin aux engagements nouveaux sur les fonds budgétai-res, un membre craint que la débudgétisation, qui sefaisait autrefois via les fonds et à laquelle il a été misfin par la loi du 28 juin 1989, ne reprenne vial’inscription de certaines dépenses au budget de cer-tains pararégionaux.

A-113/2-90/91 - 18 - A-113/2-90/91

Deze vrees heeft onder andere betrekking op deMIVB. Brengt dit perverse mechanisme de uitvoeringvan het financieringsplan niet in gevaar? 1s de schuldvan deze maatschappij nu niet reeds enigszins ont-spoord?

Een zelfde tendens tot debudgettering lijkt zich voorte doen wat de financiering van de Telehaven betreft.Hoe wordt deze operatie gefinancierd en welke rolkrijgt de GIMB onder andere?

Een ander lid vreest dat op termijn de uitgaven uitde hand lopen, rekening houdend met de toekenningvan bijkredieten en met de voor dit jaar op debegrotingsfondsen toegestane ordonnanceringen.

Een ander lid bedankt de Minister omdat hij zijnbeloften van december jl. hield. De Minister beloofdetoen de Commissie een overzicht van de vastleggingenen de ordonnanceringen op de begrotingsfondsen tot31 maart 1989. Hij verheugt zich eveneens over het feitdat de Minister bevestigt dat de fondsen enkel dienenom vastleggingen uit het verleden te dekken.

Een lid wenst dat de Minister duidelijk zegt opwelke manier de overschrijding van de uitgaven opfondsen wordt gefinancierd, namelijk 7,6 miljard vast-leggingen na annulering van 1,5 miljard, met daarte-genover 6,4 miljard door de Centrale Staat over teboeken ontvangsten.

De Minister van Financiën herhaalt dat de Execu-tieve niet van plan is de door de Hoge Raad vanFînancîën vastgelegde normen te overschrijden.Bovendien zegt de Mînîster als antwoord op een vraagover de leningsvooruîtzichten voor 1991 dat, indien deCentrale Staat de kassaldi terugstort (6,4 -t- 3,7 mil-jard), het Gewest zeker onder zîjn voor 1991 toege-stane mogelijkheîd blijft, namelijk 6,4 mîljard. Hijvoegt eraan toe dat voor 1991 geen beroep wordtgedaan op de leenmogelijkheîd van 1989 en 1990 dîenîet werd aangewend en dîe zou kunnen wordenovergedragen.

Wat de schuld van de MIVB betreft, verwijst deMinîster voor Openbare Werken en Verkeerswezennaar bîjlage 9 en herînnert eraan dat de MIVB detoelatîng heeft om een învesterîngsprogramma te ver-wezenlîjken voor een jaarlîjks bedrag van 2,104 miljarden dît gedurende vîjf jaar, ten einde haar rollendmateriaal te vernîeuwen. Aldus worden 32 metrostel-len, 360 autobussen en 51 trams besteld. Het Gewestverbond zich ertoe de kostprîjs van deze operatîevolledîg te waarborgen en te dragen.

4.4. Personeelsuitgnven

Verschillende leden ondervragen de Minister overde verhoging van de kredieten voor de algemeneadmînistratîe. Wat is er onder andere van de toestandvan de Gesco’s?

Cette crainte a trait notamment à la STIB. L’exécu-tion du plan financier ne risque-t-elle pas d’êtrecompromise par le biais de ce mécanisme pervers? N’ya-t-il pas déjà un certain dérapage au niveau del’endettement de cette société?

Une même tendance à la débudgétisation semble seprésenter pour le financement du Téléport. Commentcette opération sera-t-elle financée et quel sera notam-ment le rôle dévolu à la SRIB?

Un autre membre craint que l’on assiste à terme à unemballement des dépenses lorsqu’on prend en consîdé-ration non seulement les autorisations de créditssupplémentaires mais aussi les ordonnancements auto-risés pour cette année sur les fonds budgétaires.

Un autre membre remercie le Ministre d’avoir tenul’engagement qu’il avait pris en décembre dernier decommuniquer à la Commission une situation desengagements et des ordonnancements sur les fondsbudgétaires au 31 mars 1989. Il se réjouit également dufait que le Ministre confirme que les fonds ne serventqu’à couvrir des engagements du passé.

Un membre souhaite que le Ministre précise dequelle manière sera financée l’excédent de dépensessur fonds, à savoir 7,6 milliards d’engagements aprèsannulation de 1,5 milliard, par rapport aux 6,4 mîl-liards de recettes à recevoir de 1’Etat central.

Le Ministre des Finances répète que YExécutif al’intention de ne pas dépasser la norme fixée par leConseil supérieur des Finances. En outre, en réponse àune question relative aux prévisions d’emprunt pourl’année 1991, le Ministre déclare que, pour autant que1’Etat central rembourse les soldes de trésorerie (6,4 f3,7 milliards), la Région restera certainement en-dessous de la capacité autorisée pour 1991, à savoir 6,4milliards. Il ajoute qu’on ne fera pas appel en 1991 à lacapacité d’emprunt des années 1989 et 1990 qui n’a pasété utilisée et qui pourrait être reportée.

En ce qui concerne l’endettement de la STIB, leMinistre des Travaux publics et des Communicationsse réfère à l’annexe 9 et rappelle que la STIB estautorisée à réaliser u,n programme d’investissementspour un montant annuel de 2,104 milliards pendant5 ans en vue de renouveler son matériel. roulant.32 rames de métro, 360 autobus et 51 trams serontainsi commandés. La Région s’est engagée à garantiret à supporter intégralement le coût de cette opéra-tion.

4.4. Dépenses de personnel

Plusieurs membres interrogent le Ministre au sujetde l’augmentation des crédits pour l’administrationgénérale. Qu’en est-il notamment de la situation desACS?

A-113/2-90/93 - 19

Een raadslid wenst meer informatie over het naarhet Gewest overgehevelde personeel van de MIVB.Bleef dit personeel fînancîeel nîet ten laste van deMIVB? Waarom staat er op de gewestelîjke begrotingdan een bijkomend bedrag van 70 mîljoen?

De Mînîster van Financiën antwoordt dat de ondercontract lîggende Gesco’s nîet worden ontslagen. Hetbijkomend bedrag van 70 mîljoen voor het van deMIVB overgehevelde personeel vloeît voort uît een inhet oorspronkelijke vooruitzicht begane vergissîng.

In verband met de overhevelîng van het MIVB-personeel geeft de Mînister voor Openbare Werken enVerkeerswezen het volgende antwoord :

1. Bezoldîging van het van de MIVB overgeheveldepersoneel - voormalîge specîale studiedienst - naar hetGewest.

- voor de begrotîng 1990 waren de vooruîtzichten devolgende : artikel220135 : 230 M;

- bîj de aanpassîng (blad) werd dît bedrag : artîkel220135 : 285 M - verhoging als gevolg van een telage schattîng;

- de werkelîjke uitgaven voor de bezoldigîng van hetvan de MIVB overgeheveld personeel bedragenvoor 1990 : 285,3 M;

- de voorspellingen voor 1991 (artikel 11.05) zîjn :285,3 M x 5 % = 299,565 M, afgerond naar 300 M;5 % = stijgîng voor de aan de index gekoppeldeuitgaven;

- voor 1991 ondergaat het aantal van de MIVBovergehevelde personeelsleden een schommeling alsgevolg van de oprichting van de ce1 voor de recon-versie van het overtollig MIVB-personeel naar hetGewest (beslîssîng van de Executîeve van 9 oktober1990 en van 30 meî 1991).

4.5. Ontbinding van de ‘GERB

Op vraag van verscheidene leden geeft de Minîsterde volgende informatie :

De ontbinding van de GERB berust op twee tek-sten :

1. De Fîaancieringswet van 16 januarî 1989

Artike158 van de wet ontbindt de instelling en regeltde overheveling van het personeel. Het legt eveneenshet principe vast van de verdeling van hetpassief van deinstellîng, namelijk in functie van het aandeel vanieder Gewest in het ontstaan van het passief. Hierbîjgaat men uit van de vaststelling dat het passîef isontstaan doordat de Gewesten het door hen verschul-digd aandeel in de dotatîe van de GERB in de periode1981-1988 niet of nîet volledig hebben betaald.

- A-113/2- 90191

Un conseiller souhaite avoir un complément d’infor-mation à propos du personnel de la STIB réaffecté à laRégion. Ce personnel ne restait-il pas financièrement àcharge de la STIB? Pourquoi prévoit-on dès lors unsupplément de 70 millions au budget de la Région?

Le Ministre des Finances répond que les ACS souscontrat ne seront pas licenciés. Le supplément de 70millions pour le personnel réaffecté de la STIB résulted’une erreur dans la prévision intîale.

Le Ministre des Travaux publics et des Communîca-tîons fournît la réponse suivante concernant la réaffec-tatîon du personnel de la STIB.

1. Rémunération du personnel détaché de la STIB -ex-service spécial des études - vers la Région.

- pour le budget 1990, les prévisions étaient lessuivantes : article 220135 : 230 M;

- lors de l’ajustement (feuilleton), ce montant estdevenu : article 220135 : 285 M - Augmentationsuite à une sous-estimation;

- les dépenses réelles de rémunération du personneldétaché de la STIB s’élèvent à 285,3 M pour l’année1990;

- Les prévisions pour 1991 (art. 11.05) sont de :285,3 M X 5 % = 299,565 M arrondi à 300 M;5 % = croissance pour dépenses liées à l’index;

- pour 1991, le nombre de personnes détachées de laSTIB est sujet à fluctuations en raison de la mise enplace de la cellule de reconversion du personnelSTIB en surnombre vers la Région (décision de1’Exécutîf du 9 octobre 1990 et du 30 mai 1991).

4.5. Liquidation du CERB

A la demande de plusieurs membres, le Ministrefournit les éléments de réponse suivants :

La dissolution du CERB repose sur deux textes :

1. La loi de financement du 16 janvier 1989

L’article 58 de la loi dissout l’institution et règle letransfert du personnel. Elle établît également le prin-cipe de la répartition du passif de l’institution, à savoir,en fonction de la quote-part de chaque Région dans laformation du passif. On se base sur la constatation quele passif est né du fait que les Régions n’ont pas payéou n’ont pas payé complètement la part due dans ladotation du CERB au cours de la période 19Sl-SS.

A-113/2-90191 -

2. Het koninklijk besluit van 18 juli 1990 (uitvoe-ringsbesluit)

Dit koninklijk besluit regelt de modaliteiten van devereffening van het passief en het actief.

- Het passief bestaat uit :

a) een « sociaal » passief : 33 miljoen FHet aandeel van Brussel in het ontstaan hiervanbedraagt 15,3 miljoen (komt in feite neer op hetnegatief saldo tussen de verschuldigde en de inwerkelijkheid betaalde dotatie in de periode 1981-1988).

b) een hypothecair passief (lening gebouw) op1 januari 1991 : 13,0 miljoen FBrussel neemt deze schuld over tegenover hetGemeentekrediet, maar ontvangt van de tweeandere Gewesten hun aandeel in deze schuld, tenbelope van 8,l miljoen (voorzien als ontvangst inde Middelenbegroting) .

- Het actief bestaat uit het gebouw Oudergemselaangeschat op : 55 miljoen F.Het aandeel van Brussel in dit actief bedraagt 29,0miljoen F. Dit bedrag wordt in Middelenbegrotingvoorzien als ontvangst.

N.B. : Het koninklijk besluit van 18 juli geldt alseigendomstitel voor het gebouw.

4.6. Openbare Werken en Verkeerswezen

Verscheidene leden wensen dat de Minister meerinfo geeft over hetgeen hij bepaalt als de betaling vanhet « derde derde ». Waarom werd dit probleem nietopgelost bij de opstelling van de oorspronkelijkebegroting?

De Minister van Openbare Werken en Verkeerswe-zen zegt dat het investeringsprogramma wordt verwe-zenlijkt op basis van een door de Executieve goedge-keurde kalender. Het ritme van de. vastleggingenwordt niet gewijzigd. Integendeel, de ordonnancerin-gen gebeuren sneller dan oorspronkelijk in de financie-ringswet bepaald, als gevolg van het door de Execu-tieve gekozen beleid om de micro-investeringen aan temoedigen. Aangezien de begroting werd opgesteld infunctie van de regel van de derde derden opgenomenin de financieringswet, kunnen wij vandaag niet andersdan de begroting aanpassen om het ordonnancerings-ritme op te drijven en niet geconfronteerd te wordenmet onbetaalde facturen waarvoor we in voorkomendgeval nalatigheidsintresten zouden moeten betalen.

Een lid wenst bijkomende info over de verhogingvan de kredieten van het programma 06 in afdeling 12.

20 - A-113/2-90/93

2. L’arrêté royal du 18 juillet 1990 (arrêté d’exécu-tion)

Cet arrêté royal règle les modalités de la liquidationdu passif et de l’actif.

- Le passif consiste en :

a) un passif « social » : 33 millionsLa part de Bruxelles s’élève à 15,3 millions (il s’agiten fait du solde négatif entre la dotation due etréellement payée pendant la période 1981-1988).

b) un passif hypothécaire (emprunt immeuble) au1”’ janvier 1991 : 13,O millionsBruxelles reprend cette dette à l’égard du CréditCommunal, mais reçoit des deux autres Régions,leur quote-part dans cette dette, au montant de 8,lmillions (prévu comme recette au budget des Voieset Moyens).

- L’actif consiste en l’immeuble sis avenue d’Auder-ghem, estimé à : 55 millions.La part de Bruxelles dans cet actif s’élève à 29 mil-lions. Ce montant est prévu comme recette aubudget des Voies et Moyens.

N.B. : L’arrêté royal du 18 juillet fait office de titrede propriété de l’immeuble.

4.6. Travaux publics et Communications

Plusieurs membres souhaitent que le Ministre éclair-cisse davantage ce qu’il définit comme étant le paie-ment du « troisième tiers ». Pourquoi n’avait-on pasrésolu ce problème lors de l’élaboration du budgetinitial?

Le Ministre des Travaux publics et des Communica-tions déclare que le programme d’investissements estréalisé suivant le calendrier approuvé par YExécutif.Le rythme des engagements n’est pas modifié. Parcontre, les ordonnancements se font à une cadenceplus rapide que celle qui avait été prévue dans la loi definancement, en raison de la politique choisie parYExécutif de favoriser les micro-investissements.Comme on a élaboré le budget en fonction de la règledes trois tiers contenue dans la loi de financement, onse trouve aujourd’hui devant la nécessité d’ajuster lebudget pour accélérer le rythme des ordonnancementsde façon à ne pas devoir faire face à des facturesimpayées lesquelles pourraient, le cas échéant, donnerlieu au paiement d’intérêts de retard.

Un membre souhaite avoir un complément d’infor-mation à propos de l’augmentation des crédits duprogramme 06 de la division 12.

A-113/2-90/91 - 2 - A-113/2-90/91

De Minister van Openbare Werken en Verkeerswe-zen geeft de verdeling van de vastleggingen voor degebouwen :

CCN :Studies Koningsplein :Werken Laarbeek :Werken Brugmann :Werken gebouw GERB :Afsluitingen :Nalatigheidsintresten :

Totaal :

19,6 miljoen3 miljoen

0,25 miljoen12,3 miljoen

24,15 miljoen5 miljoen5 miljoen

69,3 miljoen

dat wil zeggen 60 miljoen aanpassing in afdeling 12 -programma 06, via artike15 van de aanpassingsordon-nantie verhoogd met een overdracht van 9,3 miljoen.

Hij deelt eveneens de verdeling van de ordonnance-ringsbegroting voor de gebouwen mee :

Laarbeek - Brugmann -Regent - Hertog :

Koningsplein :CCN :Varia :



dat wil zeggen 140 miljoen aanpassing in afdeling 12 -programma 06, via artike15 van de aanpassingsordon-nantie verhoogd met 678 miljoen.

AIS antwoord op een vraag in verband met hetsupplement van 43 miljoen, ingeschreven in pro-gramma 08 van afdeling 12, zegt de Minister dat het denalatigheidsintresten betreft voor de leningen die hetGewest aan de MIVB terugbetaalt. De te betalenintresten zijn het resultaat van het feit dat de oprich-ting van de gewestelijke thesaurie langer heeft geduurddan oorspronkelijk gepland.

4.7. Vernieuwing van afgedankte bedrijfsruimten

Een lid is verwonderd over de middelen voor ditprogramma.

De Minister van Openbare Werken en Verkeerswe-zen antwoordt dat het nieuwe beleid inzake vernieu-wing van afgedankte bedrijfsruimten slechts doeltref-fend zal zijn na de goedkeuring van het ontwerp vanordonnantie dat hij in de herfst bij de Raad hoopt in tedienen. De Economische en Sociale Raad onderzochten keurde de principes van dit ontwerp reeds goed.

Le Ministre des Travaux publics et des Communica-tions communique la répartition des engagements pourles bâtiments :

CCN :Etudes Place Royale :Travaux Laerbeek :Travaux Brugmann :Travaux bâtiment CERB :Clôtures : ’Intérêts de retard :

19,6 millions3 millions

0,25 millions12,3 millions

24,15 millions5 millions5 millions

Total : 69,3 millions

c’est-à-dire 60 millions d’ajustement à la division 12 -programme 06 augmenté d’un report de 9,3 millionspar l’article 5 de l’ordonnance d’ajustement.

Il communique également la répartition du budgetd’ordonnancement pour les bâtiments :

Laerbeek - Brugmann -Régent - Ducale :

Place Royale :CCN :Divers :



c’est-à-dire 140 millions d’ajustement, à la division 12programme 06 augmenté d’un report de 67,8 millionspar l’article 5 de l’ordonnance d’ajustement.

En réponse à une question relative au supplémentde 43 millions inscrits au programme 08 de la division12, le Ministre précise que les intérêts de retardconcernent les emprunts que la Région rembourse à laSTIB. Les intérêts à payer résultent du déIai plus longque prévu dans la mise en place de la trésorerierégionale.

4.7. Rénoyation des sites économiques désaffectés

Un membre s’étonne de la modicité des moyensconsacrés à ce programme.

Le Ministre des Travaux publics et des Communica-tions répond que la nouvelle politique en matière derénovation des sites économiques désaffectés ne seraréellement effective qu’après l’approbation du projetd’ordonnance qu’il compte déposer en automnedevant le Conseil. Les principes de ce projet ont déjàété examinés et approuvés par le Conseil économiqueet social.

A-11312 - 90/91 - 22 - A-11312 - 90/91

V. Bespreking van de artikelen

1. Aanpassing van de Middelenbegroting

Een lid vraagt dat de Commissie haar werkzaamhe-den opschort tot de Minister een copie bezorgt van deberaadslagingen die de Executieve hield met toepas-sing van artikel 24 van de wet van 28 juni 1963houdende wijziging en aanvulling van de wetten op deRijkscomptabiliteit, over de op de voor 1990 aange-paste begroting te financieren dossiers.

Het verzoek wordt verworpen met 9 stemmen te-gen 2.

Artikel 1

Een lid vraagt hoe de Executieve hoopt haar kaste-kort te financieren dat volgens hem ongeveer 7,8 mil-jard zou moeten bedragen. Kan de Minister bevestigendat hij geen bijkomende leenmogelijkheid moet aan-grijpen?

Vervolgens spreekt hij over de kastoestand van deAgglomeratie en verwondert zich over het feit dat deExecutieve voor deze instantie geen aanpassingsbladindiende. Hij vindt het op zijn minst eigenaardig dat deExecutieve het niet nodig achtte de raming van defiscale ontvangsten van de Agglomeratie te wijzigen,terwijl ze tegelijkertijd de gemeenten de raad gaf dedoor het Nationale Ministerie van Financiën meege-deelde evaluaties van de fiscale ontvangsten met 20 %te verminderen .

AIS antwoord op de eerste vraag verwijst de Ministervan Financiën naar de algemene bespreking. Hijbevestigt bovendien dat de leentoestemming nietwordt overschreden.

Later wordt een aanpassingsblad voor de Agglome-ratiebegroting ingediend.

Artikel 1 wordt aangenomen met 10 stemmen bij 1onthouding.

Artikel2

Een lid stelt vast dat de uitgaven die overeenkomenmet de ontvangst van de belasting voor de strijd tegende milieuhinder (artikel58.01) zouden moeten wordengeannuleerd, aangezien deze ontvangsten zich nooitzullen voordoen.

De Minister van Financiën antwoordt dat de ont-vangst moest worden gestort aan het Fonds voor deHinderbestrijding (sectie 2, afdeling 18, artikel 60.08).Volgens de wet op de Rijkscomptabiliteit kan dezeaanpassing zonder goedkeuring van de Raad gebeu-ren.

Artikel 2 wordt aangenomen met 9 stemmen bij 2onthoudingen.

V. Discussion des articles

1. Ajustement du budget des Voies et Moyens

Un membre demande que la Commission suspendeses travaux aussi longtemps que le Ministre n’aura pascommuniqué une copie des délibérations, prises par1’Exécutif en application de l’article 24 de la loi du28 juin 1963 modifiant et complétant les lois sur lacomptabilité de I’Etat, concernant des dossiers àfinancer sur le budget ajusté de 1990.

La demande est repoussée par 9 voix contre 2.

Article Ier

Un membre demande comment I’Exécutif comptefinancer son déficit de trésorerie qui, selon lui, devraits’élever à environ 7,8 milliards. Le Ministre peut-ilconfirmer qu’il ne devra pas faire appel à une capacitéd’emprunt supplémentaire?

Traitant ensuite de la situation de trésorerie del’Agglomération, il s’étonne du fait que I’Exécutif n’aitpas déposé un feuilleton d’ajustement pour cetteinstitution. Il trouve pour le moins curieux que l’Exé-cutif n’ait pas jugé utile de modifier l’évaluation desrecettes fiscales de l’Agglomération, alors que dans lemême temps il conseillait aux communes de réduire lesévaluations de recettes fiscales communiquées par leMinistère national des Finances de 20 % .

En réponse à la première question, le Ministre desFinances renvoie à la discussion générale. Il confirmeen outre que l’autorisation d’emprunt ne sera pasdépassée.

Un feuilleton d’ajustement pour le budget de l’Ag-glomération sera déposé ultérieurement.

L’article 1”’ est adopté par 10 voix et 1 abstention.

Article 2

Un membre constate que les dépenses correspon-dant à la recette de la taxe de lutte contre les nuisances(art. 58.01) devraient être annulées, puisque les recet-tes ne seront pas percues.

Le Ministre des Finances répond que la recettedevait être versée au Fonds destiné à la lutte contre lesnuisances (section II, division 18, art. 60.08 A).D’après la loi sur la comptabilité de I’Etat, cetajustement peut se faire sans l’approbation du Conseil.

L’article 2 est adopté par 9 voix et 2 abstentions.

A-11312 - 90191 - 23 - A-11312 - 90191

Artikelen 3 en 4, alsmede het ontwerp van ordon-nantie in zijn geheel, worden aangenomen met 9stemmen bij 2 onthoudingen.

2. Aanpassing van de Algemene Uitgavenbegroting

Artikel 1 wordt aangenomen bij eenparigheid van de11 aanwezige leden.

Artike12

Een lid wenst te weten voor welke instanties deteruggave van de in de basisallocatie -10 0 1 11.05voorkomende bezoldiging bestemt is.

De Minister geeft het volgende antwoord :

Lopend jaar : 429 miljoen :- 300 miljoen : (PTU MIVB);- 126 miljoen : (Agglomeratie - personeel overge-

heveld naar het Gewest);- 3 miljoen : (CIBG).

Een ander lid herinnert eraan dat de Minister tijdensde bespreking van de oorspronkelijke begroting hadgezegd dat de kredieten voor de bezoldiging van hetpersoneel toereikend zouden zijn om mogelijke loon-schaalverhogingen te dekken. Hij vraagt of de Ministervandaag zijn vooruitzicht bevestigt.

De Minister van Financiën erkent dat er nog altijdeen probleem bestaat inzake de verdeling van hetpersoneel tussen sommige nationale departementen enhet Ministerie van het Gewest, bijvoorbeeld voor hetWegenfonds. Tot dit probleem wordt opgelost achttede Executieve het nuttig een voorlopig krediet in teschrijven zodat men zeker alle personeelsuitgaven hethoofd kan bieden, inclusief de indexeringen en desociale programmatie. Deze techniek wordt trouwensook door de Centrale Staat toegepast.

Wat de verspreiding van de gewestelijke statistiekenbetreft (basisallocatie 10 1 1 12.04) zegt een lid datvolgens de verantwoordingsnota’s deze opdracht aande V.Z.W. Zeg zou worden toevertrouwd, ofschoon hijhad menen te verstaan dat deze vereniging werdontbonden.

De Minister antwoordt dat deze opdracht aan denieuwe V.Z.W. Zeg werd toevertrouwd.

Hetzelfde lid vraagt aan welke instantie de nieuwegewestelijke statistieken (basisallocatie 10 1 1 33.03)en cartografische gegevensbanken (basisallocatie 10 12 12.05) werd toevertrouwd.

De Minister antwoordt dat dit werd toevertrouwdaan de Gemeentedienst van België.

Les articles 3 et 4, ainsi que le projet d’ordonnancedans son ensemble, sont adoptés par 9 voix et2 abstentions.

2. Ajustement du Budget général des dépenses

L’article 1”’ est adopté à l’unanimité des 11 membresprésents.

Article 2

Un membre souhaiterait savoir à quelles institutionssont destinés les remboursements de rémunérationsreprises à l’allocation de base 10 0 1 11.05.

Le Ministre fournit la réponse suivante :

Année courante : 429 millions :- 300 millions : (PTU STIB);- 126 millions : (Agglomération - personnel trans-

féré à la.Région)- 3 millions : (CIRB).

Un autre membre rappelle que, lors de la discussiondu budget initial, le Ministre avait déclaré que lescrédits pour la rémunération du personnel seraientsuffisants pour couvrir d’éventuelles augmentationsbarémiques. Il demande si le Ministre confirmeaujourd’hui sa prévision.

Le Ministre des Finances reconnaît qu’il se posetoujours un problème de répartition du personnelentre certains départements nationaux et le Ministèrede la Région, par exemple pour le Fonds des Routes.En attendant la résolution de ce problème, YExécutif ajugé utile d’inscrire un crédit provisionnel de manière àêtre sûr de pouvoir faire face à toutes les dépenses depersonnel, en ce compris les indexations et la program-mation sociale. Cette technique est d’ailleurs aussiappliquée par 1’Etat central.

Au sujet de la diffusion des statistiques régionales(allocation de base 10 1 1 12.04), un membre relèveque, selon les notes justificatives, cette tâche seraitconfiée à l’a.s.b.1. Dire, alors qu’il avait cru compren-dre que cette association avait été dissoute.

Le Ministre répond que cette tâche a été confiée à lanouvelle a.s.b.1. Dire.

Le même membre demande à quel organisme a étéconfiée la confection de nouvelles statistiques régiona-les (allocation de base 10 1 1 33.03) et de banques dedonnées cartographiques (allocation de base 10 1 212.05).

Le Ministre répond qu’il s’agit du Service communalde Belgique.

A-11312 - 90191 - 2 4 - A-11312 - 90191

Een lid herinnert eraan dat de Minister tijdens debespreking van de begrotingsaanpassing voor 1990 zichertoe verbonden had de oorzaken na te gaan van deverhoging van de huuruitgaven en -1asten van deministeriële kabinetten met 56 miljoen.

De Minister zegt dat het lasten betreft die te maken Le Ministre confirme qu’il s’agit de charges sehebben met door de vorige Executieven verschuldigde rapportant à des loyers dus par les précédents Exécu-huurkosten. tifs

Een raadslid vraagt de verdeling per gebouw van dehuurkosten van de diensten van het departement(basisallocatie 10 0 2 12.03).

De Minister antwoordt het volgende :

Huurkost

TrierstraatStassartstraat (MIVB)Napelsstraat

(in miljoen franken)11,3

37027,O

Huurtoeiagen :Regent (Voogdij)KoningspleinWetstraat 67 OWWTCLendi

OP3134

13,o

56,O

Een lid vraagt naar de bestaansreden van de nieuwebasisallocatie 11 2 3 30.02, genaamd « subsidies voorde hotelnijverheid », terwijl deze sector geen hulpvoor economische expansie nodig heeft.

De Minister antwoordt dat dit artikel bedoeld is omvoor een deel de zogenaamde akkoorden van Terhul-pen te financieren.

AIS antwoord op een ander spreker zegt de Ministerdat er in de kredieten van programma 01 van afdeling20 voorzien is in een compensatie ten gunste van deVlaamse gemeenschap.

In verband met de basisallocatie 18 3 6 73 11 -aanleg van groene ruimten - wenst een lid de verdelingte kennen tussen enerzijds de kredieten die geannu-leerd worden en opnieuw op de begroting voor 1991worden ingeschreven en anderzijds de middelen diebestemd zijn voor de plaatsing van afsluitingen rond deKruidtuin.

De Minister geeft het volgende antwoord :

Vervallen kredieten : basisallocatie 73.11- vastleggingen : 107 miljoen + 233 miljoen- ordonnanceringen : 89 miljoen + 134 miljoen

A4iddelen door het aanpassingsblad aangewend voorhet oprichten van afsluitingen rond de Kruidtuin50 miljoen aan vastleggingen50 miljoen aan ordonnanceringen.

Un membre rappelle que lors de la discussion del’ajustement du budget de l’année 1990, le Ministreavait pris l’engagement de rechercher les causes del’augmentation de 56 millions des dépenses de loyer etcharges locatives des cabinets ministériels.

Un conseiller demande la répartition par immeubledes dépenses de loyer des services du département(allocation de base 10 0 2 12.03).


Loyers

Rue de TrèvesRue de Stassart (STIB)Rue de Naples

(en millions de francs)11,3

3,O27,O

Indemnités de location :Régent (Tutelle)Place RoyaleRue de la Loi 67 TPWTCLendi

13,o

56,O

Un membre demande quel est la raison d’être de lanouvelle allocation de base 11 2 3 30.02, intitulée« Subsides à l’industrie hôtelière », alors que ce sec-teur n’a pas besoin de recevoir des aides à l’expansionéconomique.

Le Ministre répond que cet article sert à financer enpartie les accords dits de La Hulpe.

En réponse à un autre intervenant, le Ministreprécise qu’une compensation en faveur de la commu-nauté flamande est prévue dans les crédits inscrits auprogramme 01 de la division 20.

Concernant l’allocation de base 18 3 6 73 11 -Aménagement des espaces verts, un membre souhaite-rait connaître la répartition entre, d’une part les créditstombés en annulation et réinscrits au budget de 1991,et d’autre part les moyens affectés pour l’édificationdes grilles du Jardin botanique.


Crédits tombés en annulation : allocation de base 73.11- en engagements : 107 millions + 233 millions- en ordonnancements : 89 millions + 134 millions

Moyens affectés par le feuilleton pour l’édification desgrilles du Jardin Botanique50 millions en engagements50 millions en ordonnancements.

A-11312 - 90191 - 25 - A-11312 - 90/91

Een ander lid stelt vast dat het Gewest meer dan 3miljard gaat vastleggen en 460 miljoen gaat ordonnan-ceren voor het waterzuiveringsbeleid op een ogenblikdat iedereen zich afvraagt of het wel redelijk is dat hetGewest alleen de financiering van dit beleid op zichneemt. Hij vraagt hoever het staat met het zoeken naaralternatieven.

De Minister is van mening dat de financiering nietalleen vanuit de gewestelijke begroting kan gebeuren.

Het lid meent bijgevolg dat de uitgavenordonnance-ringen zouden moeten worden stopgezet, zoniet komtmen in een straat zonder einde.

De Minister antwoordt dat de op de begroting voor1991 ingeschreven ordonnanceringen alleen betrek-king hebben op het administratieve gebouw van hetZuidstation waarvoor de uitgave reeds in decemberjongsleden. werd vastgelegd.

Meerdere leden vragen zich af wat er op begrotings-vlak gebeurt met de middelen die werden overgedra-gen als gevolg van de niet-uitvoering van de vastleggin-gen inzake waterbeleid in het verleden.

De Minister zegt dat deze middelen in een begro-tingsfonds worden gestopt. Om te beantwoorden aande nieuwe wettelijke bepalingen op de begrotingsfond-sen wordt het bestaan van dit fonds in een ontwerp vanordonnantie bevestigd (zie artikel19 van de wet van 28juni 1963 houdende wijziging en aanvulling van dewetten op de rijkscomptabiliteit). Het zal gestijfdworden door een geaffecteerde ontvangst, namelijk debelasting voor de bestrijding van de milieuhinder.

Dezelfde leden vragén naar het ‘bedrag van dekredieten die in de organieke fondsen blijven inge-schreven .

De Minister verwijst naar bijlage 12.

Een raadslid zegt dat de Executieve naast de finan-ciering van de waterzuivering 800 miljoen wil bestedenaan de overwelving van een deel van de Zenne. Zijweet niet of dit wel nodig is - dit wordt trouwens nietmeer gedaan - en vraagt zich af of de hiervoor nodigeordonnanceringen voor een deel terug te vinden zijn inde voor de waterzuivering gevraagde aanpassing. Hetlid vraagt dat de Minister een globaal overzicht geeftvan de voor de financiering van de overwelvinguitgevoerde ordonnanceringen.

De Minister zegt dat de Zenne wordt overwelfd op deplaatsen waar de oevers onstabiel zijn en dreigen teverzakken.

De desbetreffende stroken liggen in het noorden vanhet Brusselse Hoofdstedelijk Gewest, namelijk inNeder-over-Heembeek.

Un autre membre constate que la Région va engagerplus de 3 milliards et ordonnancer 460 millions pour lapolitique d’épuration des eaux, au moment même oùd’aucuns se demandent s’il est vraiment raisonnableque la Région assume seule le financement de cettepolitique. Il demande où on en est dans la recherched’alternatives.

Le Ministre estime que le financement ne peut passe faire uniquement via le budget régional.

Le même membre estime alors qu’on ne devrait paspoursuivre les ordonnancements de dépenses, sinon onva se trouver dans un processus de non retour.

Le Ministre répond que les’ ordonnancementsinscrits au budget de l’année 1991 ne concernent que lebâtiment administratif de la station Sud dont ladépense avait été engagée en décembre dernier.

Plusieurs membres demandent ce qu’il adviendra,sur le plan budgétaire, des moyens reportés suite à lanon réalisation des engagements en matière de politi-que de l’eau dans le passé.

Le Ministre déclare que ces moyens sont repris dansun fonds budgétaire. Pour répondre aux nouvellesdispositions légales sur les fonds budgétaires, l’exis-tence de ce fonds sera confirmée par un projetd’ordonnance (cfr. article 19 de la loi du 28 juin 1963modifiant et complétant les lois sur la comptabilité de1’Etat). Il sera alimenté par une recette affectée, àsavoir la taxe de lutte contre les nuisances.

Les mêmes membres demandent quel est le montantdes crédits qui resteront inscrits dans les fonds organi-ques .

Le Ministre renvoie à l’annexe 12.

Un conseiller affirme qu’en plus du financement del’épuration des eaux, 1’Exécutif a prévu d’affecter 800millions au voûtement d’une partie de la Senne. Touten mettant en cause l’opportunité de cette opération -qui n’est plus pratiquée ailleurs - il demande si lesordonnancements nécessaires à celle-ci se retrouventpour partie dans l’ajustement demandé pour l’épura-tion des eaux. Il souhaite que le Ministre communiqueune situation globale des ordonnancements effectuéspour le financement du voûtement.

Le Ministre déclare que les travaux de voûtement dela Senne concernent certains tronçons dont les bergessont instables et menacées par des glissements deterrain.

Les troncons concernés par ces travaux sont situésau nord de la Région de Bruxelles-Capitale à Neder-over-Hembeek.

i

A-113/2 - 90191 - 26 - A-11312 - 901’91

De totale prijs voor deze werken wordt geschat op400 miljoen en werd reeds vastgelegd. Voor 1991 werdvoorzien in een ordonnanceringskrediet van 220 mil-joen.

De openbare aanbesteding had plaats.

Het Bestuur voor Natuurlijke Rijkdommen en Leef-milieu onderzocht de verschillende inschrijvingen diehet ontving.

De werken vangen weldra aan.

Dit jaar wordt één derde van de werken uitgevoerd,de overblijvende 2/3 volgend jaar (1992).

De Executieve dient een amendement (nr. 2) in opde tabel. Het wordt aangenomen met 11 stemmen bij 2onthoudingen.

Het geamendeerde artike12 wordt aangenomen met11 stemmen tegen 2.

Artike13

Een lid vraagt hoever dit artikel reikt.

De Minister verwijst naar de verantwoordingsnota’s.

Hetzelfde lid herinnert eraan dat de Minister vanFinanciën tijdens de bespreking van de oorspronke-lijke begroting had bevestigd dat het Gewest zich geenborg zou stellen voor de lening van de GOMB voor deaankoop van het militair hospitaal.

De Minister bevestigt dat het Gewest zich bij hetGemeentekrediet geen borg heeft gesteld. Er bestaateen contractuele borgstelling van het Gewest tegen-over de GOMB waarin bepaald wordt dat, indien zicheen verlies zou voordoen, niet toe te schrijven aan demanier waarop de GOMB de haar toevertrouwdeopdracht uitvoert, dit door het Gewest zou wordengedekt.

Een raadslid wenst de lijst van de in artikel 3vermelde terreinen.

Het lid wenst eveneens te weten hoeveel de GOMBjaarlijks voor de aankoop van het militair ziekenhuismoet terugstorten en of het Gewest hier ook inbijdraagt .

Voor het antwoord wordt verwezen naar bijlage 13.

Artikel 3 wordt aangenomen met 11 stemmen bij 2onthoudingen.

Le montant total de ces travaux est estimé à 400millions et a déjà été engagé. Un crédit d’ordonnance-ment de 220 millions a été prévu pour 1991.

L’adjudication publique a eu lieu.

L’Administration des Ressources naturelles et del’Environnement a examiné les différentes soumissionsqui lui ont été proposées.

Les travaux vont pouvoir commencer prochaine-ment.

L’exécution d’un tiers des travaux est prévu pourcette année, les 2/3 restants pour l’année prochaine(1992).

L’Exécutif dépose un amendement au tableau(no 2). 11 est adopté par 11 voix et 2 abstentions.

L’article 2 amendé est adopté par 11 voix contre 2.

Article 3

Un membre demande quelle est la portée de cetarticle.

Le Ministre renvoie aux notes justificatives.

Le même membre rappelle que lors de la discussiondu budget initial, le Ministre des Finances avait affirméque l’emprunt de la SDRB pour l’acquisition del’hôpital militaire ne serait pas garanti par la Région.

Le Ministre confirme que la Région n’a pas engagésa garantie vis-à-vis du Crédit communal. Il y a unegarantie contractuelle de la Région en faveur de laSDRB, laquelle prévoit que si une perte, non imputa-ble à la manière dont la SDRB aura rempli la missionqui lui a été confiée, devait se produire, celle-ci seraitcouverte par la Région.

Un conseiller souhaiterait disposer de la liste desterrains dont il est question à l’article 3.

Il voudrait également savoir quel est le montant desremboursements annuels à charge de la SDRB pourl’acquisition de l’hôpital militaire, et si la Régionintervient dans ce remboursement.

La réponse figure à l’annexe 13.

L’article 3 est adopté par 11 voix et 2 abstentions.

A-113/2-90191 - 27 - A-1X3/2-90/91

Artikel 4 wordt aangenomen met eenzelfde stem-ming.

Artikel 5

Een lid merkt op dat de woorden « de créditsdissociés » niet in de Nederlandse tekst werden ver-taald .

De Commissie keurt unaniem de tekstverbeteringgoed.

Artikel 5 wordt aangenomen metgen 2.

Artikel6

11 stemmen te-

Een lid vraagt waarom de Executieve het advies vanhet Rekenhof in verband met het opschrift van debasisallocatie 11 2 3 30.02 niet wenst te volgen.

De Minister van Financiën zegt dat het opschrift« subsidies voor de hotelnijverheid » werd gekozenomdat het nodig was erop te wijzen dat het Gewestdeze bevoegdheid van de Franse Gemeenschap over-neemt. Aangezien er echter geen reden bestaat om inhet Brusselse Gewest het hotelbedrijf te subsidiërenwerd een minimumkrediet ingeschreven, aangezien dewet op de Rijkscomptabiliteit niet toelaat een kredietvan 0 frank in te schrijven.

Een ander lid herinnert eraan dat de Minister tijdensde bespreking van de oorspronkelijke begroting voor1991 zich ertoe had verbonden de subsidies te beper-ken tot de bedragen die ingeschreven zijn in deovereenkomstige basisallocaties van de administra-tieve begroting. Hij vraagt dat de Minister zich hiertoeook verbindt voor de aangepaste uitgaven.

De Minister van Financiën zegt dat hij werd misleiddoor de interpretatie van het Rekenhof ter zake.Intussen is het Hof op zijn standpunt teruggekomen.Hij belooft het antwoord mee te delen dat hij ter zakevan het Rekenhof ontving.

Hij herinnert eraan dat elke ordonnancerendeminister na akkoord van de Minister van Begroting inde loop van het begrotingsjaar de basisallocatiesopnieuw mag opsplitsen, hierbij echter rekening hou-dend met de limieten uit artikel 9, $ 7 van de wet van28 juni 1963 houdende wijziging en aanvulling van dewetten op de Rijkscomptabiliteit.

Een lid wijst erop dat het een blanco cheque betreftdie aan de Executieve wordt gegeven.

De Executieve dient een amendement (nr. 1) in opartikel6. Dit wordt aangenomen met 11 stemmen bij 2onthoudingen.

L’article 4 est adopté par un vote identique.

Article 5

Un membre fait observer que les mots « de créditsdissociés » ne sont pas traduits dans le texte néerlan-dais.

La Commission approuve à l’unanimité cette correc-tion de texte.

L’article 5 est adopté par 11 voix contre 2.

Article 6

Un membre demande pour quelle raison 1’Exécutifne souhaite pas suivre l’avis de la Cour des Comptes àpropos de l’intitulé de l’allocation de base 112 3 30.02.

Le Ministre des Finances déclare que l’intitulé« subsides à l’industrie hôtelière » a été choisi parcequ’il était nécessaire de faire apparaître que la Régionreprend cette compétence à la Communauté française.Toutefois, comme il n’y a pas lieu de subventionnerl’industrie hôtelière en Région bruxelloise, un créditminimum a été inscrit, la loi sur la comptabilité de1’Etat ne permettant pas de faire figurer un crédit avecun montant 0.

,

Un autre membre rappelle que lors de la discussiondu budget initial de 1991, le Ministre avait prisl’engagement de limiter les subventions aux montantsinscrits dans les allocations de base correspondantes dubudget administratif. Il demande que le Ministreprenne le même engagement pour les dépenses ajus-tées.

Le Ministre des Finances déclare qu’il a été induit enerreur par l’interprétation donnée par la Cour desComptes sur ce point. Entretemps, le Cour est revenuesur son point de vue. Il s’engage à communiquer laréponse qu’il a reçue à ce propos de la part de la Courdes Comptes.

Il rappelle que chaque ministre ordonnateur estautorisé, après accord du Ministre du Budget, àprocéder à une nouvelle ventilation des allocations debase au cours de l’année budgétaire, en respectanttoutefois les limites fixées par l’article 9, Q 7 de la loi du28 juin 1963 modifiant et complétant les lois sur lacomptabilité de 1’Etat.

Un membre signale qu’il s’agit d’un chèque en blancaccordé à 1’Exécutif.

L’Exécutif dépose un amendement (n” 1) à l’article6. Celui-ci est adopté par 11 voix et 2 abstentions.

A-113/2 - 9Of91 - 2 8 - A-11312 - 90191

Het geamendeerde artike16 wordt aangenomen met11 stemmen tegen 1, bij 1 onthouding.

Artikelen 7 en 8 worden aangenomen met 11stemmen bij 2 onthoudingen.

Artike19 wordt aangenomen met 11 stemmen tegen1, bij 1 onthouding.

Het aldus geamendeerde ontwerp van ordonnantiewordt aangenomen met 11 stemmen tegen 2.

3. Aangepaste administratieve begroting

Met 11 stemmen bij 2 onthoudingen gaf de Commis-sie de Raad de aanbeveling een voorstel van motie aante nemen waarin de overeenstemming wordt vastge-steld van de aangepaste administratieve begroting vanhet Ministerie van het Brusselse HoofdstedelijkGewest met de inhoud en de doelstellingen van hetontwerp van ordonnantie houdende aanpassing van deAlgemene Uitgavenbegroting van het Ministerie vanhet Brusselse Hoofdstedelijk Gewest voor het begro-tingsjaar 1991.

***

Dit verslag wordt goedgekeurd bij eenparigheid vande 10 aanwezige leden.

De rapporteur, De Voorzitter,Jean-Pierre CORNELISSEN. Edouard POULLET.

L’article 6 amendé est adopté par 11 voix contre 1,et 1 abstention.

Les articles 7 et 8 sont adoptés par 11 voix et 2abstentions.

L’article 9 est adopté par 11 voix contre 1, et 1abstention.

Le projet d’ordonnance tel qu’amendé est adoptépar 11 voix contre 2.

3. Budget administratif ajusté

Par 11 voix et 2 abstentions, la Commission arecommandé l’adoption par le Conseil d’une proposi-tion de motion constatant la conformité du budgetadministratif ajusté du Ministère de la Région deBruxelles-Capitale avec le contenu et les objectifs duprojet d’ordonnance ajustant le budget général desdépenses du Ministère de la Région de Bruxelles-Capitale pour l’année budgétaire 1991.

2*

Le présent rapport est approuvé à l’unanimité des 10membres présents.

Le Rapporteur, Le PrésidentJean-Pierre CORNELISSEN. Edouard POULLET.

A-113/2 - 90191 - 29 - A-11312 - 90191

VI. Door de Commissie aangenomen tekst VI. Texte adopté par la Commission

Ontwerp van ordonnantiehoudende aanpassing van

de Algemene Uitgavenbegroting van het Ministerievan het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest

voor het begrotingsjaar 1991.

Artikel 1 Article 1”

Deze ordonnantie regelt een materie bedoeld in La présente ordonnance règle une matière visée àartikel 107quater van de Grondwet. l’article 107quater de la Constitution.

Projet d’ordonnanceajustant le Budget général des dépenses du

Ministère de la Région de Bruxelles-Capitalepour l’année budgétaire 1991

Artike12 Article 2

Overeenkomstig de tabel gevoegd bij deze ordon- Conformément au tableau annexé à la présentenantie worden de in de algemene uitgavenbegroting ordonnance, les crédits inscrits au budget général desvoor het begrotingsjaar 1991 ingeschreven kredieten dépenses pour l’année budgétaire 1991 sont ajustésals volgt aangepast : comme suit :

in miljoen frank

Vast- Ordonnan-leggings- cerings-kredieten kredieten

- -Crédits Créditsd’enga- d’ordon-gement nancement en millions de francs

Niet-gesplitste kredietenInitiaal

bijkredietenverminderingen

Aangepast

Bijkredieten voorvorige dienstjaren

32.704,5 32.704,52.225,3 2.225,3- 697,0 - 697,034.232,8 34.232,8

59,4 59,4

Crédits non dissociésInitiaux

crédits supplémentairesréductions

AjustésCrédits supplémentairespour années antérieures

Gesplitste kredietenInitiaal

bijkredietenverminderingen

Aangepast

10.7.50,o921,5

-11.671,5

6.40.5,O3.X3,4

-9.993,4

Crédits dissociésInitiaux

crédits supplémentairesréductions

Ajustés

TotaalZnitiaalAangepastVoi@e dienstjaren

43.454,5 39.109,54.5.904,3 44.226,2

59,4 59,4

TotauxInitiauxAjustésAnnées antérieures

Artikel3 Article 3

In de ordonnantie van 11 januari 1990 houdende de Dans l’ordonnance du 11 janvier 1990 contenant leUitgavenbegroting 1990 wordt een artikel 22bis inge- Budget des dépenses pour l’année budgétaire 1990 estlast luidende als volgt : inséré un article 22bis libellé comme suit :

<CD 1. - Het niet-gesplitste krediet voorzien op « 5 le’. - Le crédit non dissocié inscrit à l’articleartikel 43.02, sectie 34, Titel 1, mag verbintenissen 43.02, section 34, Titre 1, peut couvrir des obligationsdekken van voorgaande jaren met betrekking tot de d’années antérieures relatives aux emprunts contract&leningen van de GOMB voor aanschaf van industrie- par la SDRB en vue de l’acquisition de terrainsgronden, voorheen vastgelegd en geordonnanceerd industriels, engagées et ordonnancées auparavant à

A-11312 - 90191 - 30 - A-11312 - 90191

ten laste van het Fonds voor economische expansie charge du Fonds d’expansion économique 60.01.01.29A, Titre IV, Partie 1.60.01.01.29A, Titel IV, Deel 1.

Q 2. L Het niet-gesplitste krediet voorzien op artikel63.02, sectie 34, Titel II, mag verbintenissen dekkenvan voorgaande jaren met betrekking tot de leningenvan de GOMB voor aanschaf van industriegronden,vastgelegd en geordonnanceerd ten laste van hetFonds voor economische expansie 60.01.01.13A, TitelIV, Deel II. »

Artikel 4

§ 1. - De verbintenissen inzake de interestlasten vande leningen van de GOMB voor aanschaf van indus-triegronden, uitstaande op het Fonds voor economi-sche expansie 60.01.A, sectie II, subsectie 1, afde-ling 11, kunnen in 1991 worden vereffend op debasisallocatie 16.06.0.43.03.

D 2. - De verbintenissen inzake de aflossingen vande leningen van de GOMB voor aanschaf van indus-triegronden, uitstaande op het Fonds voor economi-sche expansie 60.01.A, sectie II, subsectie 1, afdeling11, kunnen in 1991 worden vereffend op basisallocatie16.06.0.63.09.

Artikel.5

In uitvoering van artikel 18, (i 2, van de wet van28 juni 1963 tot wijziging en aanvulling van de wettenop de Rijkscomptabiliteit worden de overdrachten vangeplitste kredieten die het voorwerp uitmaken van debesluiten van de Executieve van 16 april 1991 goedge-keurd.

Artikel6

De Executieve wordt gemachtigd werkings- eninvesteringssubsidies toe te kennen ten laste van devolgende basisallocaties uit de administratieve begro-ting :

Afdeling 10 - Algemene uitgaven

Subsidie aan de V.Z.W. Sociale Dienst van hetMinisterie van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest

B.A. 10.0.1.33.01

Division 10 - Dépenses générales

Subside à l’a.s.b.1. Service social du Ministère de laRégion de Bruxelles-Capitale A.B. 10.0.1.33.01

Toelagen aan instellingen belast met gewestelijke Subventions aux organismes chargés de statistiquesstatistieken B.A. 10.1.1.33.03 régionales A.B. 10.1.1.33.03

Toelagen inzake niet-economisch wetenschapsbe- Subventions en matière de politique scientifique nonleid B.A. 10.4.0.31.30 économique A.B. 10.4.0.31.30

Afdeling 11 - Economische Ontwikkeling

Toelage aan de GERB B.A. 11.1.2.43.51

Toelagen aan Hotelnijverheid B.A. 11.2.3.30.02

D 2. - Le crédit non dissocié inscrit à l’article 63.02,section 34, Titre II, peut couvrir des obligationsd’années antérieures, relatives aux emprunts contrac-tés par la SDRB en vue de l’acquisition de terrainsindustriels, engagées et ordonnancées à charge duFonds d’expansion économique 60.01 .Ol. 13A, TitreIV, Partie II. » i

Article 4

Q 1”‘. - Les obligations existantes sur le Fondsd’expansion économique 60.01.A, section II, sous-section 1, division 11, en matière de charges d’intérêtsdes emprunts contractés par la SDRB en vue d’acqué-rir des terrains industriels, peuvent être liquidées en1991 sur l’allocation de base 16.06.0.43.03.

0 2. - Les obligations existantes sur le Fondsd’expansion économique 60.01.A de la section II,sous-section 1, division 11, en matière d’amortissementdes emprunts contractés par la SDRB en vue d’acqué-rir des terrains industriels, peuvent être liquidées en1991 sur l’allocation de base 16.06.0.63.09.

Article 5

En exécution de l’article 18, § 2, de la loi du 28 juin1963 modifiant et complétant les lois sur la comptabi-lité de YEtat, les reports de crédits dissociés faisantl’objet des arrêtés de 1’Exécutif du 16 avril 1991 sontapprouvés.

Article 6

L’Exécutif est autorisé à octroyer des subventions defonctionnement et d’investissement à charge des allo-cations de base figurant dans le budget administratif etreprises ci-après :

Division 11 - Développement économique

Subvention au CERB A.B. 11.1.2.43.51

Subsides à l’Industrie hôtelière A.B. 11.2.3.30.02

A-11312 - 90191 -

Afdeling 1.5 - Huisvesting

Investeringsdotatie aan het Woningfonds van deGezirmen van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest

B.A. 15/04/1/82.01

Afdeling 16 - Ruimtelijke Ordening

Toelagen aan lokale besturen en instellingen vanopenbaar nut voor de vernieuwing van afgedanktebedrijfsruimten B.A. 16.5.0.63.09

Afdeling 21 - Energiebeleid

Subsidies aan openbare besturen die beroep doen opde « Derde-investeerder » B.A. 21.2.3.63.01

Afdeling 22 - Coordinatie van het beleid van deExecutieve

Toelagen in verband met de bevordering van hetnationale en internationale imago van het BrusselseHoofdstedelijk Gewest B.A. 22.1.1.33.01

Werkingstoelage aan de V.Z.W. « VerbindingsbureauBrussel-Europa » B.A. 22.1.1.33.02

Toelagen voor de bevordering van het nationale eninternationale imago van het Brusselse HoofdstedelijkGewest . B.A. 22.1.1.63.01

Toelagen aan de V.Z.W. « Verbindingsbureau Brus-sel-Europa » inzake kapitaalsuitgaven

B.A. 22.1.1.63.02

Artikel 7

In de tabellen van sectie II (Uitgaven op begrotings-fondsen) van de ordonnantie van 10 januari 1991houdende de algemene uitgavenbegroting van hetBrusselse Hoofdstedelijk Gewest voor het begrotings-jaar 1991, worden heringeschreven, onder subsectie 1,Afdeling 15, het fonds 60.21 « Toelage aan de Natio- Inale Maatschappij voor de Huisvesting en aan deNationale Landmaatschappij om ze in de mogelijkheidte stellen tot de betaling over te gaan van de interestendie ze aan hun leners verschuldigd zijn, ten belope vanhet verschil tussen het totaal bedrag van deze interes-ten en het jaarlijks interestenaandeel dat te hunnenlaste is gelegd alsmede, van de terugbetalingspremiesdie ze aan hun leners hebben toegestaan en van debijkomende last die voor hen voortvloeit uit de toepas-sing van de belasting over de toegevoegde waarde opde bouwprijzen », en onder subsectie II, Afdeling 1.5,het Fonds 60.35 « Fonds bestemd om grondreservesaan te leggen voor de bouw van volkswoningen en omde sociale woningbouw te verwezenlijken ».

31 - A-11312 - 90191

Division 15 - Logement

Dotation d’investissement au Fonds du Logementdes Familles de la Région de Bruxelles-Capitale

A.B. 15/04/1/82.01

Division 16 - Aménagement du territbire

Subsides aux pouvoirs locaux et organismes d’intérêtpublic pour la rénovation des sites d’activités économi-ques désaffectés A.B. 16.5.0.63.09

Division 21 - Politique de l’énergie

Subsides aux pouvoirs publics faisant appel au« Tiers-investisseur » A.B. 21.2.3.63.01

Division 22 - Coordination de la politique de I’Exécutif

Subventions en matière de promotion de l’imagenationale et internationale de la Région de Bruxelles-Capitale A.B. 22.1.1.33.01

Subvention de fonctionnement à I¶a.s.b.l. « Bureaude liaison Bruxelles-Europe » A.B. 22.1.1.33.02

Subventions en matière de promotion de l’imagenationale et internationale de la Région de Bruxelles-Capitale A.B. 22.1.1.63.01

Subventions à l’a.s.b.1. « Bureau de liaison Bruxel-les-Europe » en matière de dépenses de capital

A.B. 22.,1.1.63.02

Article 7

Dans les tableaux de la section II, (Dépenses surfonds budgétaires) de l’ordonnance du 10 janvier 1991contenant le budget général des dépenses de la Régionde Bruxelles-Capitale pour l’année budgétaire 1991,sont réinscrits, dans la sous-section 1, Division 15, lefonds 60.21 « Subsides à la Société nationale duLogement et à la Société nationale terrienne pour leurpermettre de couvrir les intérêts qu’elles doivent àleurs prêteurs, jusqu’à concurrence de la différenceentre le montant de ces intérêts et la quote-partannuelle d’intérêt mise à leur charge, ainsi que .lesprimes de remboursement qu’elles ont consenties àleurs prêteurs et la charge supplémentaire résultantpour elles de l’application de la taxe sur la valeurajoutée sur le prix de la construction » et dans la sous-section II, Division 15, le fonds 60.35 « Fonds destinéà la création de réserves foncières pour la constructionde logements sociaux et à la réalisation de logementssociaux » .

A-11312 - 90/91 - 32 - A-11312 - 90191

Artikel8 Article 8

De kredieten toegestaan’ bij deze ordonnantie wor-den door de algemene middelen van het Gewestgedekt.

Artikel 9 Article 9

Deze ordonnantie treedt in werking op de dag van La présente ordonnance entre en vigueur le jour dehaar bekendmaking in het Belgisch Staatsblad. sa publication au Moniteur belge.

Amendement op de tabel Amendement au tableau

In de tabel van Sectie 1 : Uitgaven van Algemeenbestuur, Afdeling 20 : Externe betrekkingen, wordtonder (4) een bijkrediet van 0,7 miljoen fr. ingeschre-ven.

Dans le tableau de la Section 1, Dépensesd’Administration générale, Division 20 : Relationsextérieures, il est inscrit un crédit supplémentaire de0,7 millions de F sous la rubrique (4).

Aanpassing van de administrative begroting Ajustement du budget administratif

B a s i s -allocatie

(1)

1991 Eerste 1991Initiaal aanpassing Aangepast

(2) (3) (4)=(2+3)

20 10 12 01 (a) 94,5 - 9,l 85,4 20 10 12 01 (a) 94,5 - 9,l 85,4(4 - 077 037 (4 - 077 097

20 10 30 01 (a) 10,o 23,0 33,0 20 10 30 01 (a) 10,o 23,0 33,0

TotaalProgramma (a) 104,5 13,9 118,401

Cd) - 097 077

Les crédits accordés par la présente ordonnance sontcouverts par les recettes générales de la Région.

Allocationde base

(1)

1991 Premier 1991Initial ajustement Ajusté

(2) (3) (4)=(2-k-3)

TotalI?rgramme ( a ) 104,5

(4 -

13,9 118,4

077 097

.

A-113/2 - 9Oi91 -

VII. Amendementen

op het ontwerp van ordonnantie houdende aanpas-sing van de Algemene Uitgavenbegroting van hetMinisterie van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewestvoor het begrotingsjaar 1991.

Nr. 1

Artikel6

Na afdeling 11, in te voegen :

« Afdeling 15 - Huisvesting

- Investeringsdotatie aan het Woningfonds van deGezinnen van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest(B.A. 15/04/1/82.01) »

VERANTWOORDING

Bij afwezigheid van een organiek besluit op dit ogenblik; tersubsidiëring van de investeringen van het Huisvestingsfonds, wordtzoals verzocht door het Rekenhof de investeringsdotatie in detoelagenlijst opgenomen.

Nr. 2 (van de tabel)

In de tabel van Sectie 1 : Uitgaven van Algemeenbestuur, Afdeling 20 : Externe betrekkingen, onder(4) een bijkrediet van 0,7 miljoen fr. in te schrijven.

VERANTWOORDING

Verscheidene facturen daterend van het jaar 1990, voor een totaalbedrag van 700.000 fr., moeten worden betaald, zodat een inschrij-ving van een krediet voor schuldvorderingen van vorige dienstjarennoodzakelijk is.

Bijlage bij Amendement van de Executieve nr. 2

Nieuwe bedragen aan te brengen in de Administra-tieve begroting (blz. 43).Afdeling 20 : Externe betrekkingen;Programma 01 : Internationale betrekkingen en Inter-nationaal imago van Brussel.

33 - A-113/2 - 90191

VII. Amendements

au projet d’ordonnance ajustant le Budget généraldes dépenses du Ministère de la Région de Bruxelles-Capitale pour l’année budgétaire 1991.

N”1

Article 6

Après la division 11, ajouter :

« Division 15 - Logement

- Dotation d’investissement au Fonds du Logement desFamilles de la Région de Bruxelles-Capitale(A.B. 15/04/1/82.01) »

JUSTIFICATION

En l’absence actuelle d’arrêté organique subsidiant le Fonds duLogement pour ses investissements, il y a lieu de reprendre ladotation d’investissement dans la liste des subventions, comme ledemande la Cour des Comptes.

No 2 (au tableau)

Dans le tableau de la Section 1, Dépenses d’Admi-nistration générale, Division 20 : Relations extérieu-res, inscrire un crédit supplémentaire de 0,7 millionsde F sous la rubrique (4).

JUSTIFICATION

Diverses factures de l’année 1990, pour un montant total de700.000 F, doivent être honorées, de sorte qu’il y a lieu d’inscrire uncrédit pour créances d’années antérieures.

Annexe à YAmendement de YExécutif no 2

Modifications à apporter au budget administratif(P. 43).

Division 20 : Relations extérieures;Programme 01 : Relations internationales et Imageinternationale de Bruxelles.

A-11312 - 90191 - 34 - A-113/2 - 90191i

t-

Basis- 1991 Eerste 1991allocatie Initiaal aanpassing Aangepast

(1) (2) (3) (4)=(2+3)

20 10 12 01 (a) 94,5 - 9,l 85,4(dl - 077 037

20 10 30 01 (a) 10,o 23 ,O 33,0

TotaalProgramma (a) 104,5 13,9 118,401

(4 - 077 097

Allocation 1991 Premier 1991de base .Initial ajustement Ajusté

(1) (2) (3) (4)=(2+3)

20 10 12 01 (a) 94,5 - 9,l 85,4(d) - 097 097

20 10 30 01 (a) 10,o 23,0 33,0

Total:rgramme ( a ) 104,5

(dl -

13,9 118,4

077 097

A-11312 - 90191 -

VIII. Begrotingsaanpassing 1991

VERANTWOORDINGSNOTA’S

Tekst van de begrotingsordonnantie

Artikelen 3 en 4

De artikelen 3 en 4 regelen de aanrekening van deuitgaven (financiële leningslasten) voortvloeiend uit de29 overeenkomsten afgesloten tussen de GOMB enhet Gemeentekrediet van België, waarbij machtigingtot toekenning van leningen wordt verleend voor deaankoop van industrieterreinen.

Die tussen 1980 en 1989 afgesloten overeenkomstenlegden de financiële lasten van de aangegane leningenten laste van het Fonds voor Economische Expansie.Van 1990 af zullen die uitgaven aangerekend wordenop specifieke artikelen. Het uitstaande bedrag van deleningen wordt eveneens overgedragen naar de nieuweartikelen. Het dossier hoort thans bij afdeling 16(ruimtelijke ordening) in plaats van afdeling 11 (eco-nomie).

Die aanpassing is louter technisch.

Artikel.5

Volgens de bepalingen van artikel 18 van de wet opde rijkscomptabiliteit, moeten de besluiten inzakeoverdracht van kredieten (in dit geval voor afdeling 12« Uitrustingen en vervoerbeleid >>) goedgekeurd wor-den door de Brusselse Hoofdstedelijke Raad.

Artikel6

De lijst van niet door wettelijke bepalingen gere-gelde subsidies die in de oorspronkelijke begroting1991 voorkwam is aangevuld met nieuwe subsidies.

Artikel 7

Dit artikel heeft betrekking op de aanwending van 2begrotingsfondsen inzake huisvesting.

In principe zou het fonds 60.21 (lasten uit hetverleden : renten) op 31 december 1990 moeten uitge-put geweest zijn. Het ingeschreven krediet kan even-wel niet worden geordonnanceerd voor die datum. Erwordt nu gevraagd het in 1991 te mogen gebruiken.

Het fonds 60.35 is het gevolg van een vergetelheidbij de inschrijving in de oorspronkelijke begroting 1992alhoewel dit fonds voorkomt in de administratievebegroting 1991.

35 - A-113/2 - 90191

VIII. Ajustements budgétaires 1991

NOTES JUSTIFICATIVES

Texte de l’ordonnance budgétaire

Articles 3 et 4

Les articles 3 et 4 règlent l’imputation des dépenses(charges financières d’emprunt) résultant des 29conventions passées entre la SDRB et le CréditCommunal de Belgique autorisant l’octroi d’empruntspour l’acquisition de terrains industriels.

Ces conventions conclues entre 1980 et 1989 met-taient à charge du Fonds d’expansion économique lescharges financières des emprunts contractés. A partirde 1990, ces dépenses sont imputées à charge d’articlesspécifiques. L’encours des’ emprunts est égalementtransféré vers les nouveaux articles. Le dossier relèvemaintenant de la division 16 (aménagement du terri-toire) au lieu de la division 11 (économie).

Cet ajustement est purement technique.

Article 5

Selon les dispositions de l’article 18 de la loi sur lacomptabilité de I’Etat, les arrêtés de report de crédits(en l’occurrence pour la division 12 « Equipements etdéplacements P) doivent être approuvés par le Conseilde la Région de Bruxelles-Capitale.

Article 6

La liste des subventions non réglées par des disposi-tions légales et qui figurait dans le budget initial 1991est complétée par de nouvelles subventions.

Article 7

Cet article vise l’utilisation de 2 fonds budgétaires enmatière de logement.

En principe, le fonds 60.21 (charges du passé :intérêts) aurait dû être épuisé au 31 décembre 1990.Toutefois, le crédit inscrit n’a pu être ordonnancéavant cette date. Il est demandé de pouvoir l’utiliser en1991.

Le fonds 60.35 résulte d’un oubli d’inscription lorsdu budget initial 1991, bien que ce fonds soit renseignédans le budget administratif 1991.

A-11312 - 90191 - 36

Afdeling 10

Algemene uitgavenvan de Administratie

Afdeling 20

Externe Betrekkingen

(Bevoegdheden : Minister J. CHABERT)

AFDELING 10

Programma 00

De gevraagde bijkredieten zijn bedoeld ais dekkingvan de ontoereikende kredieten voor de bezoldigingenvan het personeel van het Ministerie en voor dewerkingskosten .

1. Bezoldigingen : artikelen 10 0 1 11.0311.0411.05

Toen de begroting 1991 werd uitgewerkt (juli 1990)was er een hergroepering van de bezoldigingen op 2artikelen voorzien (statutair en niet-statutair perso-neel). Het is technisch onontbeerlijk een artikel teopenen voor een derde categorie (personeel overgehe-veld van de MIVB en van de Agglomeratie).

Indien de volledige compensatie tussen de 2 artike-len in de oorspronkelijke begroting en het nieuweartikel in de aanpassing niet kan verwezenlijkt worden,is zulks te wijten aan :

- Aanwervingen van nieuwe statutaire, nietgesubsidieerde en gesubsidieerde contrac-tuelen : 70 M

- Oorspronkelijk te lage raming van het per-soneel afkomstig van de MIVB : 70 M

- Provisie die de initieel voorziene index-sprongen overstijgt : 68 M

- Ten laste neming van het personeel van deGERB, BDBH : 8M

216 M

- A-11312 - 90191

Division 10

Dépenses généralesde I’Administration

Division 20

Relations Extérieures

(Compétences : Ministre J. CHABERT)

DIVISION 10

Programme 00

Les crédits supplémentaires demandés visent à cou-vrir des insuffisances de crédits pour les traitements desagents du Ministère -et pour les frais de fonctionne-ment.

1. Rémunérations : articles 10 0 1 11.0311.0411.05

Au moment de l’élaboration du budget 1991 (juillet1990), il avait été prévu de regrouper les traitementssur 2 articles (agents statutaires et agents non statutai-res). La nécessité d’ouvrir un article pour une troi-sième catégorie (agents transférés de la STIB et de ,l’Agglomération) s’avère techniquement indispensa-ble.

Si la compensation complète entre les 2 articlesfigurant au budget initial et le nouvel article figurant àl’ajustement ne peut se réaliser, ceci est dû à :

,

4- Recrutements de nouveaux agents statu-

taires, contractuels non subventionnés etsubventionnés : 70 M P

- Sous-estimation initiale du crédit pour per-sonnel provenant de la STIB : 70 M

- Provision au-delà des sauts index initiale-ment prévus : 68 M

- Prise en charge personnel CERB, OBCE : 8 M

216 M

A-11312 - 90191 - 37 - A-11312 - 90191

Die elementen zijn nieuw vergeleken bij de oor-spronkelijke begroting.

2. Werkingskosten

2.1. Lopende uitgaven : artikel 10 0 2 12.01

Het krediet van 10,l miljoen wordt gevraagd voor :

a) verhuizing van verschillende diensten 5,0 M

b) toekenning van vrijkaarten MIVB 5,l M (ditbedrag wordt gecompenseerd door de verminde-ring op artikel 10 0 1 33.01)

2.2. Kapitaaluitgaven : artikel 10 0 2 74.01

Het voorstel tot verhoging van het krediet van 17 Mwordt gerechtvaardigd door de noodzaak om nieuwevoertuigen ter beschikking te stellen van de Wegen-dienst. De oude voertuigen zijn inderdaad oud enruimschoots afgeschreven (12 jaar gemiddeld).

2.3. Huur : artikel 10 0 2 12.03

Dit krediet moet worden aangepast in functie van denieuwe in huur genomen gebouwen voor de dienstendie in de loop van het jaar 1991 moeten verhuizen.

Programma 07

Een nieuw programma 07 wordt in de begroting Un nouveau programme 07 est inséré dans le budget1991 ingelast ter uitvoering van de bepalingen van het 1991 en vue d’exécuter les dispositions de l’arrêté royalkoninklijk besluit van 18 juli 1990 houdende opheffing du 18 juillet 1990 portant dissolution du Conseilvan de Gewestelijke Economische Raad voor Brabant. économique régional pour le Brabant.

Elk nieuw artikel ingeschreven in de administratievebegroting stemt overeen met een financiële en budget-taire bepaling van het besluit.

Chaque article nouveau inscrit dans le budget admi-nistratif correspond à une disposition financière etbudgétaire de l’arrêté.

De aanpassing van de Middelenbegroting 1991 bevatde elementen van de activa van dit dossier (cfr. nieuweartikelen 46.06 en 46.07 - Afdeling 11).

L’ajustement des Voies et Moyens 1991 contient leséléments de l’actif de ce dossier (cfr: articles nouveaux46.06 et 46.07 - Section II).

AFDELING 20

Programma 01

De verhoging met 13,9 miljoen is het gevolg van eensamentrekking~van :

a) Bijkomende kredieten : 23 M

Gedeeltelijke uitvoering van het gemeen-schapsakkoord.

Ces éléments sont nouveaux par rapport au budgetinitial.

2. Frais de fonctionnement

2.1. Dépenses courantes : article 10 0 2 12.01

Le crédit de 10,l millions est demandé pour :

a) déménagement de différents services 5,0 M

b) octroi de libres parcours STIB 5,l M (ce montantest compensé par la réduction à l’article 10 0 133.01)

2.2. Dépenses de capital : article 10 0 2 74.01

La proposition d’augmenter le crédit de 17 M estjustifiée par la nécessité de mettre à la disposition duservice des Routes un nouveau charroi, l’ancien étantvétuste et largement amorti (12 ans en moyenne).

2.3. Loyers : article 10 0 2 12.03

Le crédit doit être adapté en fonction des nouveauximmeubles pris en location pour accueillir les servicesamenés à déménager durant l’année 1991.

Programme 07

DIVISION 20

Programme 01

L’augmentation de 13,9 millions est le résultat d’unecontraction de :

a) Crédits supplémentaires 23 M

Concrétisation partielle de l’accord commu-nautaire.

A-11312 - 9Of91 - 3 8 - A-11312 - 90/91

b) Overdracht van 9,l miljoen naar :

- afdeling 09 : programma 01Imago van Brussel via « Brussels Today » 1,3 M

- afdeling 11 : Economische expansie opFlanders Technology 1,0 M

- afdeling 22 : Voor het verbindingsbureau« Brussel-Europa » 6,8 M

9,l M

b) Transferts de 9,l millions vers

- division 09 : programme 01Image de Bruxelles à travers « BrusselsToday » 1,3 M

- division 11 : Expansion économique partici-pation à Flanders Technology 1,O M

- division 22 : Pour le bureau de liaison« Bruxelles Europe » 6,8 M

9,1 M

A-11312 - 90191 -

Afdeling 10

39 - A-11312 - 90/91

Algemene uitgavenvan de Administratie

(Gemeenschappelijke bevoegdheden :Ch. PICQUE en J. CHABERT)

Division 10

Dépenses généralesde 1’Administration

(Compétences communes :CH. PICQUE et J. CHABERT)

Afdeling 14 Division 14

Plaatselijke Besturen Pouvoirs locaux


Ruimtelijke Ordening Aménagement du territoire


Coordinatie van het heleidvan de Executieve

Coordination de la politiquede 1’Exécutif

(Bevoegdheden : Minister C. PICQUE) (Compétences : Ministre C. PICQUE)

AFDELING 10 DIVISION 10

Programma 01 Programme 01Gewestelijke statistieken en informatieverspreiding Statistique rcgionale et diffusion de l’information

1. Statistieken : artikel 10.1.12.04. 1. Statistiques : article 10.1.12.04.

Op dit artikel is voor 1991 een bedrag van 20 Mingeschreven. Dit bedrag is aan herschikking toe enmoet met 4,6 M vermeerderd worden. Deze 4,6 Mstemmen overeen met het gesplitst ordonnancerings-krediet van 1990 betreffende de V.Z.W. Zeg : artikel01.03.35 van Sectie 43 van Titel 1. Dit in1990 vastgelegd bedrag dat het werkprogramma derleden van de V.Z.W. behelst, kon niet tijdig geordon-nanceerd worden. Aangezien het hier een gesplitstkrediet betrof, eerder uitzonderlijk onder Titel 1, werdhet ordonnanceringskrediet geannuleerd ondanks devastlegging.

Cet article comprend pour 1991 un montant de20 M. Ce montant doit être majoré de 4,6 M. Ces4,6 M correspondent au crédit d’ordonnancement dis-socié de 1990 concernant l’a.s.b.1. Dire : article01.03.35 de la Section 43 du Titre 1. Ce montantengagé en 1990 et correspondant au programme detravail des membres de I’a.s.b.1. en 1990 n’a pu êtreordonnancé à temps. S’agissant d’un crédit dissocié,cas exceptionnel en Titre 1, le crédit d’ordonnance-ment est tombé en annulation malgré l’engagement.

De uitgaven 1990 zullen dus opnieuw vastgelegdworden en geboekt worden op het krediet 1991 datzonder de budgettaire correctie op termijn een tekortvan 4,6 M zou vertonen.

Les dépenses 1990 seront donc réengagées et impu-tées sur le crédit 1991 qui présenterait dès lors à termeune insuffisance de 4,6 M sans la correction de l’ajuste-ment budgétaire.

A_. -4

A-11312 - 90191 - 4 0 - A-l 1312 - 90191

2. Cartografïe : artikel 10.2.12.05.

Ingevolge een wijziging van de basisovereenkomstkon de cartografie 1990 niet tijdig in 1990 vastgelegdworden.

Voor de vordering 1990 zal dus een identiek systeemtoegepast worden als voor de V.Z.W. Zeg, namelijk eennieuwe vastlegging en een boeking op het krediet1991, dat zal herschikt en vermeerderd worden met hetin 1990 geannuleerde krediet, hetzij 7,9 M.

AFDELING 14

Plaatselijke besturen

Gemeentelijke informaticalhesteringen :artikel 14.35.63.01.

De toepassing van een strikte budgettaire annaliteitveroorzaakt, in geval van gesplitste kredieten, deannulatie van de niet aangewende ordonnancerings-kredieten terwijl er voor dit krediet een belangrijkvastleggingsbedrag bestaat.

Dit is voornamelijk het geval voor de investe-ringskredieten van de gemeenten zowel in Afdeling 14- Plaatselijke besturen, als in Afdeling 16 - Ruimte-lijke Ordening, en is te wijten aan het feit dat degemeenten hun schuldvorderingen laattijdig indienenten opzichte van de gewestelijke vooruitzichten.

Voor dit bijzonder geval waar een geannuleerdordonnanceringskrediet een groot uitstaand bedragbetreft, eist de logica dat er overgegaan wordt tot deherinschrijving van het ordonnanceringskrediet aange-zien het uitgevoerde vastleggingen dekt.

Voor het investeringskrediet inzake gemeentelijkeinformatica dient in 1991 een bedrag van 225 Mheringeschreven te worden om de uitgaven van devorige jaren te dekken. Dit bedrag s.temt overeen methet in 1990 geannuleerde ordonnanceringskrediet. Hetuitstaand bedrag van dit artikel beloopt 380,8 M.

AFDELING 16

Ruimtelijke Ordening

(Zelfde verantwoording als voor de Investeringengemeentelijke informatica).

2. Cartographie : article 10.2.12.05.

L’engagement de la cartographie 1990 n’a pu s’opé-rer à temps en 1990 par suite d’une modification de laConvention de base.

La créance 1990 sera donc, dans un système identi-que à celui pour l’a.s.b.1. Dire, réengagée et imputéesur le crédit 1991, lequel sera à l’ajustement augmentéà concurrence du crédit 1990 annulé, soit de 7,9 M.

DIVISION 14

Pouvoirs locaux

Informatique communalelInvestissements :a r t i c l e 14.35.63.01.

L’adoption d’une stricte annalité budgétaire a poureffet dans le cas des crédits dissociés de faire tomber enannulation des crédits d’ordonnancement non utilisésalors qu’un encours d’engagement important existepour ce crédit.

C’est en particulier le cas pour les crédits d’investis-sement des communes tant en Division 14 - Pouvoirslocaux, qu’en Division 16 - Aménagement du Terri-toire. Cela est dû au retard des communes par rapportaux prévisions régionales pour introduire leurs créan-ces.

Dans ce cas particulier de crédit d’ordonnancementannulé faisant face à un encours important, la logiqueexige une réinscription du crédit d’ordonnancementpuisqu’il couvre des engagements réalisés.

Pour le crédit d’investissement d’informatique com-munale, le montant de crédit à réinscrire en 1991 pourcouvrir des dépenses d’années antérieures est de225 M, ce qui correspond au crédit d’ordonnancementtombé en annulation en 1990. L’encours de cet articleest de 380,8 M.

DIVISION 16

Aménagement du Territoire

(Justification idem Investissement informatiquecommunale).

A-11312 - 90191 - 41 - A-113/2 - 90/91

1. Stadsvernieuwing oud systeem :artikel 12.22.63.03.

Herinschrijving van 390 M die overeenstemmen methet gesplitst ordonnanceringskrediet 1990 dat geannu-leerd werd (art. 63.09.00.88 van Titel II, P 1 van Sectie33) met een nominaal uitstaand bedrag van 2.010,1 Men een reëel uitstaand bedrag van ongeveer 1.500 M.

2. Studiekosten : artikel 16.11.12.30.

Bedrag 1991 80 MAanpassing 1991 - 0,3 M

Aangepast bedrag 1991 79,7 M

3. Gesubsidieerde werken : artikel 16.21.63.00.

Bedrag 1991 150 MAanpassing 1991 - 38,6 M

Aangepast bedrag 1991 111,4 M

Begin 1991 werd de regeling van de financiering vande gesubsidieerde werken gewijzigd.

Er wordt geen beroep meer gedaan op leningen viahet Gemeentekrediet; de werken worden rechtstreeksdoor het Gewest betaald, uiteraard enkel ten belopevan het eigen deel in de financiering.

De nu nog aan de gang zijnde werken worden nogvolgens de oude regeling betaald, dat wil zeggen dathet Gewest de intresten en de delging van de leningenterugbetaalt.

Voor wat de nieuwe dossiers betreft moet men, geletop de goedkeuringstermijnen, er zich vooral aanverwachten dat vastleggingskredieten gebruikt wordenin 1991, en dat de uitbetalingen slechts vanaf het eindevan het jaar aanvangen voor de kleine werken enslechts in 1992 voor de andere.

1. Rénovation urbaine ancien système :article 12.22.63.03.

Réinscription de 390 M correspondant au créditdissocié d’ordonnancement 1990 tombé en annulation(art. 63.09.00.88 du Titre II, P 1 de la Section 33) faceà un encours nominal de 2.010,1 M et à un encours réeld’environ 1.500 M.

2. Etudes : article 16.11.12.30.

Montant 1991Ajustement 1991

Montant 1991 ajusté

3. Travaux subsidiés : article 16.21.63.00.

MontantAjustement

80 M- 0,3 M

79,7 M

150 M- 38,6 M

Montant 1991 ajusté 111,4 M

Pour rappel, le système de financement des travauxsubsidies a été modifié depuis le début de 1991.

Il n’y a plus de recours à l’emprunt, via le CréditCommunal; les travaux sont payés directement par laRégion pour ce qui concerne bien sûr sa part dufinancement.

Les travaux en cours actuellement sont encore payéspar l’ancien système, c’est-à-dire que la Région rem-bourse les intérêts et les amortissements des emprunts.

Pour ce qui concerne les nouveaux dossiers, comptetenu des délais d’approbation, il faut s’attendre surtoutà utiliser des crédits d’engagement en 1991, les paie-ments ne démarrant que vers la fin de l’année pour lespetits travaux et en 1992 pour les autres.

A-11312 - 90191 - 4 2 - A-113/2 - 90191

AFDELING 22

1. Toelagen in verband met het Imago van Brussel :artikel 22.11.33.01.

Voorstel van inschrijving : 7 M.

Artikel 12.01 van de afdeling komt niet in aanmer-king voor de aanrekening van door de Executievetoegekende toelagen, in de mate waarin volgens het147ste Boek van het Rekenhof betreffende de opmer-kingen en documenten voorgelegd aan de BrusselseHoofdstedelijke Raad, enkel de artikelen van klasse 3mogen aangewend worden voor dit type van over-drachten naar de privé-sector.

Het nationaal en internationaal imago van Brusselimpliceert evenwel overdrachtuitgaven van die aard.De Executieve moet derhalve een specifiek begro-tingsartikel voor dergelijke initiatieven in het levenroepen .

2. Toelage aan het Verbindingsbureau Brussel-Europe : artikel 22.11.33.02.

Voorstel van inschrijving : 13.6 M.

Het plan om een « Verbindingsbureau Brussel-Europa » op te richten is een fundamenteel initiatiefvan de Executieve in zijn opdracht om het nationaal eninternationaal imago van Brussel te valoriseren. Het isde specifieke uiting van de in de verklaring van deExecutieve vervatte bedoelingen.

Aangezien anderzijds het « VerbindingsbureauBrussel-Europa » een V.Z.W. is en de beslissing van deExecutieve van 21.02.1991 slaat op een specifieketoelage aan die v.z.w., moeten de opmerkingen vanhet 147ste Boek van het Rekenhof worden nageleefdwaarbij wordt voorgeschreven dat één van de voor-waarden van geldigheid van de toelagen erin bestaateen artikel van klasse 3 te bewaren wanneer het gaatom inkomensoverdrachten naar de privé-sector.

Het voorstel bestaat er derhalve in een nominatiefartikel 33.01 voor dit initiatief in het leven te roepen.

3. Kapitaaluitgaven : artikel 22.11.63 .Ol.

Voorstel van inschrijving : 46 M.

Toeristische infrastructuren volgens samenwerkings-akkoord tussen het Brusselse Hoofdstedelijk Gewesten de Franse Gemeenschap.

DIVISION 22

1. Subventions liées à 1’Image de Bruxelles :article 22.11.33.01.

Proposition d’inscription : 7 M.

L’article 12.01 de la’ division n’est pas admissible àl’imputation de subventions octroyées par I’Exécutif,dans la mesure où, selon le 147”” cahier de la Cour desComptes, relatif aux observations et documents sou-mis au Conseil de la Région de Bruxelles-Capitale,seuls les articles de classe 3 peuvent être utilisés pource type de transferts à destination du secteur. privé.

L’image nationale et internationale de Bruxellesimplique toutefois des dépenses de transfert d’une tellenature. L’Exécutif est donc amené à créer un articlebudgétaire spécifique pour de telles initiatives.

2. Subvention au Bureau de Liaison Bruxelles-Europe : article 22.11.33.02.

Proposition d’inscription : 13,6 M.

Le projet « Bureau de Liaison Bruxelles-Europe »constitue une initiative fondamentale de 1’Exécutifdans sa mission de valorisation de I’Image nationale etinternationale de Bruxelles. Elle traduit spécifique-ment les intentions exprimées dans la déclaration de1’Exécutif.

D’autre part, le « Bureau de liaison Bruxelles-Europe » étant une a.s.b.1.) et la décision de 1’Exécutifdu 21 février 1991 portant sur une subvention spécifi-que à l’égard de cette a.s.b.l., il s’impose de suivre lesobservations du 147”” cahier de la Cour des Comptesprescrivant qu’une des conditions de validité dessubventions consiste à grever un article de classe 3 dubudget lorsqu’il s’agit de transferts de revenus à l’égarddu secteur privé.

La proposition consiste donc à créer un article 33.01nominatif pour cette initiative.

3. Dépenses de capital : article 22.11.63.01.

Proposition d’inscription : 46 M.

Infrastructures touristiques, selon accord de coopé-ration passé entre la Région de Bruxelles-Capitale et laCommunauté francaise.

A-11312 - 90191 - 43 -

Afdeling 11

Economische Ontwikkeling

(Bevoegdheid : Minister R. GRIJP)

AFDELING 11

1. Subsidie aan de GERB :artikel 11.1.2.4351.

5,0 M

De Executieve besliste in 1989 een toelage van 10miljoen toe te kennen aan de GERB.

Overeenkomstig deze beslissing werd een eerstebedrag van 5 miljoen uitgekeerd. Ten einde dezebeslissing volledig te kunnen uitvoeren dient eenbijkrediet ingeschreven.

2. Rentetoelagen :artikel 11.2.1.3001.

- 17,4 M

De vermindering wordt voorgesteld ter compensatievan het gevraagde bijkrediet onder basisallocatie11.2.3.3002 en 11.5.1.1204.

3. Subsidies aan de hotelnijverheid :artikel 11.2.3002.

.

0,lM

Aangezien de hotelnijverheid een aanzienlijke eco-nomische repercussie heeft, wordt voorgesteld ditnieuw artikel te creëren. Het biedt de mogelijkheid,indien de noodzaak zich voordoet, te interveniërenvoor deze belangrijke economische sector.

4. Prototypes : engagements :artikel 11.03.2.8101.

150 M

Een vastleggingskrediet van 150 miljoen moet wor-den voorzien, vermits het niet werd ingeschreven in deoorspronkelijke begroting. Het niet-gesplitste kredietvan 65 miljoen wordt aldus een ordonnanceringskre-diet. k

5. Buitenlandse handel - Algemene initiatieven :- 1,3 M

artikel : 11.4.1.3002.

Een bedrag van 1,3 miljoen wordt overgeheveldnaar basisallocatie 09.1 .O. 1202.

A-11312 - 90191

Division 11

Développement économique

(Compétence : Ministre R. GRIJP)

DIVISION 11

1. Subside au CERB :article 11.1.2.4351.

5,0 M

En 1989,l’Exécutif décida d’octroyer un subside de10 millions au CERB.

Conformément à cette décision, un premier montantde 5 millions a été liquidé. Afin de pouvoir exécutercomplètement cette décision, un crédit supplémentairedoit être inscrit.

2. Subventions en intérêt :article 11.2.1.3001.

- 17,4 M

Cette diminution est proposée pour c0mpens.er lecrédit supplémentaire à l’allocation de base11.2.3.3002 et 11.5.1.1204.

3. Subsides à l’industrie hôtelière :article 11.2.3002.

0,l M

Compte tenu des répercussions économiques consi-dérables de l’industrie hôtelière, il est proposé de créerce nouvel article. Il offre la possibilité si besoin en est,d’intervenir en faveur de ce secteur économiqueimportant.

4. Prototypes : vastleggingen : 150 Marticle 11.03.2.8101.

Un crédit d’engagement de 150 millions doit êtreprévu étant donné qu’il n’a pas été inscrit au budgetoriginal. Le crédit non dissocié de 65 millions devientainsi un crédit d’ordonnancement.

5. Commerce extérieur - Initiatives générales :- 1,3 M

article : 11.4.1.3002.

Un montant de 1,3 million est transféré à l’allocationde base 09.1.0.1202.

A-11312 - 90191 -44- A-11312 - 90191

6. Buitenlandse handel - specifieke acties : artikel11.4.2.4140 en 8103.

Ingevolge een opmerking van het Rekenhof dienthet bedrag van de terugbetaalde leningen in uitgavenvoorzien te worden op een afzonderlijke basisallocatie.

7. Buitenlandse investeringen :artikel : 11.5.1.1204.

17M

Het voorziene krediet is te laag en dient op basis vande huidig gekende gegevens aangepast.

6. Commerce extérieur - activités spécifiques : article11.4.2.4140 et 8103.

Suite à une observation de la Cour des Comptes, lemontant des emprunts remboursés doit être prévu endépenses à une allocation de base distincte.

7. Investissements étrangers :article : 11.5.1.1204..

17M

Le crédit prévu est insuffisant et doit être adapté surbase des données actuellement connues.

. . .

. -

A-11312 - 90191 - 45 - A-11312 - 90191

Afdeling 12

Uitrustingen en Verplaatsingen

.Afdeling 16

Ruimtelijke Ordening

(Bevoegdheden : Minister J.-L. THYS)

AFDELING 12

De herschikkingen voorzien in aanpassingsblad 91van de bevoegdheden van Minister Jean-Louis Thyszijn het resultaat van specifieke problemen :

1. Het vrijgeven van het derde derde, in uitvoeringvan de bijzondere financieringswet van de Gewes-ten en de Gemeenschappen van 16 januari 1989,overeenkomstig de regionalisering van 8 augustus1988, bevoegdheden Openbare Werken en Ver-keerswezen.

Het handelt zich hier om een bedrag van 1.712miljoen aan ordonnanceringskredieten.

2. Voor de herstructurering tot begrotingsprogrammawerd vezuimd om bepaalde artikelen te hernemenin de begroting 1991. Deze artikelen moeten wor-den heringeschreven en door het aanpassingsbladvoorzien worden met kredieten om de schuldeiserste kunnen betalen.

Wat de rest betreft, worden de kleine aanpassingengecompenseerd in de artikelen die ressorterenonder de kredieten bedoeld in afdeling 12 en 16 -programma 5.

Programma 01 Programme 01

Drager van het algemeen beleid 18,7 M Support de la politique générale

Programma 02

Openbaar Vervoer(derde derde + herinschrijving)

732 M

Programma 03

Privaat vervoer(derde derde + herinschrijving)

889,l M

Division 12

Equipements et Déplacements

Division 16

Aménagement du territoire

(Compétences : Ministre J.-L. THYS)

DIVISION 12

Les ajustements prévus au feuilleton 91 des compé-tences du Ministre Jean-Louis Thys sont le résultat deproblèmes spécifiques :

1. La libération du troisième tiers, en exécution de laloi spéciale de financement des Régions et Commu-nautés du 16 janvier 1989, en vertu de la régionali-sation du 8 août 1988, compétences Travaux publicset Communications.

Il s’agit ici d’un montant de 1.712 millions decrédits d’ordonnancement.

2. Pour la restructuration en budget-programme, cer-tains articles n’ont pas été repris dans le budget1991 par oubli et doivent être inscrits et pourvus decrédits par le feuiIIeton pour permettre de payer lescréanciers.

Pour le reste, les ajustements mineurs sont com-pensés au sein des articles ressortant des créditsvisés à la division 12 et 16 - programme 5.

Programme 02

Transports publics(troisième tiers + réinscription).

Programme 03

Transports privés(troisième tiers + réinscription).

18,7 M

732 M

889.1 M

A-11312 - 9019 - 46 - A-11312 - 90191

Programma 04

Kunstwerken in de infrastructuur(gecompenseerd).

10M

Programma 05

Kanaal en haveninrichtingen 25 M(nieuw artikel om de voorgaande facturen te betalen).

Programma 06

Gebouwen : + 60 miljoen aan vastleggingen+ 140 miljoen aan ordonnanceringen (kredieten voorde betaling van de studies en de werken van de CCN-gebouwen en van het gebouw aan de Oudergemlaan).

Programma 08

Schuld : + 43 miljoen aan verwijlintresten.

AFDELING 16

Programma 05

Vernieuwing van de afgedankte bedrijfsruimten :- 44,3 miljoen (compensatie)+ 65 miljoen (nieuw artikel voor voorgaande faktu-ren).

Programme 04

CEuvres d’art dans l’infrastructure(compensé).

Programme 05

10M

Canal et installations portuaires 25 M(nouvel article pour payer les factures antérieures).

Programme 06

Bâtiments : + 60 millions d’engagements+ 140 millions d’ordonnancements (crédits en vue depayer les études et travaux des bâtiments CCN et del’immeuble sis avenue d’auderghem).

Programme 08

Dette : + 43 millions d’intérêts de retard.

DIVISION 16

Programme 05

Rénovation de sites économiques désaffectés :- 44,3 millions (compensation)+ 65 millions (nouvel article pour factures antérieu-res).

A-11312 - 90191 - 47 - A-11312 - 90191

Afdeling 15

Huisvesting

Afdeling 18

Leefmilieu

(Bevoegdheden :Staatssecretaris D. GOSUIN)

AFDELING 15 -

Huisvesting

1. Fonds Brunfaut : artikel 15.02.04.63.53.

Het gaat om de wederinschrijving van niet-aange-wende ordonnanceringskredieten overeenstemmendmet :

- de overgedragen vastleggingen;- een geheel van principiële beloften afgeleverd v&r

1 januari 1991 en waarvoor tot vastlegging kanworden overgegaan.

De wederingeschreven vastleggingskredieten stem-nien overeen met het geheel van de principiële belof-ten.

2. Artikel 15.03.01.53.01

De 6,3 miljoen stemmen overeen met een niet in demiddelenbegroting 1991 voorziene ontvangst die voorons bestemd is (winstparticipatie OMOB).

3. Artikel 15.06.00.41.01 = f 1.630 M.

Herbudgettering van de huisvestingsschuld.

AFDELING 18

Leefmilieu

1. Artikel 18.02.03.63.01Ordonnanceringskredieten f 76 M.

Het gaat om de wederinschrijving van de nietaangewende ordonnaceringskredieten tot dekking vande op 1 januari 1991 overgedragen vastleggingen.

Division 15

Logement

Division 18

Environnement

(Compétences :Secrétaire d’Etat D. GOSUIN)

DIVISION 15

Logement

1. Fonds Brunfaut : article 15.02.04.63.53.

Il s’agit de réinscription de crédits d’ordonnance-ment non utilisés correspondant à :

- des engagements reportés;- un ensemble de promesses de principe faites avant le

1”’ janvier 1991 et susceptibles de donner lieu à desengagements.

Les crédits d’engagement réinscrits correspondent àl’ensemble des promesses de principe.

2. Article 15.03.01.53.01

Les 6,3 millions correspondent à une recette nonprévue aux voies et moyens de 1991 et qui nous estdestinée (participation bénéficiaire de la SMAP).

3. Article 15.06.00.41.01 = + 1.630 M.

Rebudgétisation de la dette du logement.

DIVISION 18

Environnement

1. Article 18.02.03.63.01Crédit d’ordonnancement + 76 44.

Il s’agit de la réinscription des crédits d’ordonnance-ment non utilisés et devant couvrir des engagementsreportés au 1” janvier 1991.

A-11312 - 90191 - 4 8 - A-11312 - 90191

2. Artikel 18.03.05.71.01Ordonnanceringskredieten + 7.5,3 M.

Het gaat om een wederinschrijving van niet aange-wende ordonnanceringskredieten;- overeenstemmende met de op 1 januari 1991 overge-

dragen vastleggingen;

- voor 6 miljoen overeenstemmend met de werken inhet park van Liedekerke waarvoor de beslissing in1990 door de Executieve werd getroffen.

Vastleggingskredieten + 15 M.

Het betreft de wederinschrijving van niet aange-wende vastleggingskredieten die nodig zijn voor dewerken in het park van Liedekerke.

3. Artikel 18.03.06.73.11Ordqnnanceringskredieten : + 110,3 M.

Het betreft de wederinschrijving :- van de op 31 december 1990 niet aangewende

ordonnanceringskredieten nodig voor de betalingvan de overgedragen vastleggingen op 1 januari1991;

- de betalingsmiddelen voorzien voor de hekken vande Kruidtuin waarvoor de beslissing in 1990 werdgetroffen.

Vastleggingskredieten : + 50 M.

Het gaat om de wederinschrijving van de nietaangewende vastleggingskredieten nodig voor de wer-ken aan de hekken van de Kruidtuin.

4. Artikel 18.03.07.73.01Ordonnanceringskredieten : f 18,4 M.

Het betreft de wederinschrijving van de op31 december 1990 niet aangewende ordonnancerings-kredieten nodig voor de betaling van de overgedragenvastleggingen op 1 januari 1991.

2. Article 18.03.05.71.01Crédits d’ordonnancement + 75,3 M.

Il s’agit d’une réinscription des crédits d’ordonnan-cement non utilisés;

- correspondant aux engagements reportés au 1” jan-vier 1991;

- correspondant pour 6 millions à l’opération du parcdu Liedekerke dont la décision de 1’Exécutif date de1990.

Crédits d’engagement + 15 M.

Il s’agit de la réinscription de crédits d’engagementnon utilisés et nécessaires à l’opération du parc duLiedekerke.

3. Article 18.03.06.73.11Crédits d’ordonnancement : + 110,3 M.

11 s’agit de la réinscription :- des crédits d’ordonnancement non utilisés au

31 décembre 1990 et nécessaires au paiement desengagements reportés au 1”’ janvier 1991;

- des moyens de paiement prévus pour les grilles dujardin Botanique dont la décision de 1’Exécutif datede 1990.

Crédits d’engagement : + 50 M.

11 s’agit de la réinscription des crédits d’engagementnon utilisés et nécessaires à l’opération des grilles dujardin Botanique.

4. Article 18.03.07.73.01Crédits d’ordonnancement : -t 18,4 M.

Il s’agit de la réinscription des crédits d’ordonnance-ment non utilisés au 31 décembre 1990 et nécessairesau paiement des engagements reportés au 1”’ janvier1991.

A-113/2 - 90191 - 4 9 - A-11312 - 90191

Afdeling 17

Monumenten en Landschappen

Afdeling 19

Waterbeleid

(Bevoegdheden : Minister G. DESIR)

AFDELING 17

Monumenten en Landschappen

Programma% 03 en 04

Artikelen 171’3iOl63.0117/4/0/53.01

De gevraagde bijkomende kredieten zijn’van dub-bele aard :

1. Een gedeelte is bestemd om tegemoet te treden aandossiers waarvan de princiepsbeloften tot subsidië-ring werden toegekend hetzij door de nationaleoverheid, hetzij door de vorige Executieve. Dezetoelagebeloften waren niet gekend op het ogenblikvan de uitbreiding van de initiële begroting 1991.

2. Een ander gedeelte staat voor de wederinschrijvin-gen ingevolge de toepassing van het budgettaireeenjarigheidsbeginsel einde 1990.

AFDELING 19

Waterbeleid

1. Voor wat de investeringen betreft, worden debijkomende kredieten gevormd door de wederin-schrijving van geannuleerde kredieten op 31 decem-ber 1990.

Het betreft de artikelen 19/1/16001, 19/1/1/7301, 19/21316301, 19/3/3/7303 en 730.5.

2. De verzochte bijkredieten voor studiekosten (arti-kelen 19/2/1/1202 en 19/3/1/1206) worden gecom-penseerd door verminderingen op andere artikelenvan lopende uitgaven (19/2/1/1201 en 19/3/2/1207).

Division 17

Monuments et Sites

Division 19

Politique de l’Eau

(Compétences : Ministre G. DESIR)

DIVISION 17

Monuments et Sites

Programmes 03 et 04

Articles 17/3/Ol63.0117/4/0/53.01

Les crédits supplémentaires demandés sont de 2ordres :

1. Une partie est destinée à faire face à des dossiersdont les promesses de principe de subsides ont étéaccordées soit par l’autorité nationale, soit par le

précédent Exécutif. Ces promesses de subsidesn’étaient pas connues au moment de l’élaborationdu budget initial 1991.

2. Une autre partie représente des réinscriptions suiteà l’application de l’annalité budgétaire fin 1990.

DIVISION 19

Politique de l’eau

1. En ce qui concerne les investissements, les créditssupplémentaires constituent des réinscriptions suiteà des annulations de crédits au 31 décembre 1990.

Il s’agit des articles 19/1/1/6001, 19/1/1/7301, 19/2/3/6301, 19/3/3/7303 et 7305.

2. Les suppléments demandés pour les frais d’études(articles 19/2/1/1202 et 19/3/1/1206) sont compenséspar des réductions sur d’autres articles de dépensescourantes (19/2/1/1201 et 19/3/2/1207).

A-11312 - 90191 - 50 - A-113/2 - 90191

Afdeling 21

Energiebeleid

(Bevoegdheid : StaatssecretarisV. ANCIAUX)

AFDELING 21

Energie

Programma 01

« Ondersteuning van het beleid » - aktiviteit 2 -databank energie : artikell2.01 : 3,3 M

De kredieten voor de tweede fase van uitvoering vande overeenkomst tussen het Brusselse HoofdstedelijkGewest en de Belgische Verbruikersunie voorzien inhet aanpassingsblad 1990 op artikel 12.08, sectie 46werden niet vastgelegd in 1990.

De desbetreffende faktuur dient in 1991 betaald teworden .

D i v i s i o n 2 1

Politique de I’Energie

(Compétence : Secrétaire d’EtatV. ANCIAUX)

DIVISION 21

Energie

Programme 01

« Support .de la politique générale » - activité 2 -banque de données énergie : article 12.02 : 3,3 M

Les crédits prévus dans le feuilleton 1990, article12.08, section 46, pour la réalisation de la deuxièmephase de la convention entre la Région de Bruxelles-Capitale et l’Association Belge des Consommateurs,n’ont pas été imputés en 1990.

La facture y relative doit être payée en 1991.

A-11312 - 90191 - 51 -

IX. Errata

Stuk A-11411

Ontwerp van ordonnantie houdende aanpassing vande Algemene Uitgavenbegroting

1. Bladzijde 2

Artikel 2 : in de tabel, lezen voor Niet-gesplitstekredieten, « Bijkredieten : 2.225,3 in plaats van2.284 ».

2. Bladzijde 16

Afdeling 20 : Programma 01 :lezen 13,9 in plaats van - 13,9lezen 104,5 in plaats van 104,l.

A-11312 - 90191

IX. Errata

Document A-114/1

Projet d’ordonnance ajustant le Budget général desdépenses

1. Page2

dissociés, « Crédits suppiémeitaireslieu de 2.284 ».

Article 2 : dans le tableau, lire pour les crédits non: 2.225,3 au

2. Page 16

Division 20 : Programme 01 :lire 13,9 au lieu de - 13,9lire 104,5 au lieu de 164,l.

- 5 2 -

X. Bijlagen

A-11312 - 90191

Spelen en weddenschappenRegistratieAutomatische ontspanningstoestellenSlijterijen voor drankenOnroerende voorheffingSuccessies

Opbrengst 1989 :

Opbrengst 1990 :

Geraamde ontvangsten in de begroting 1991i

X. Annexes

BIJLAGE 1 - ANNEXE 1

Gewestelijke belastingen : toestand op 31 maart van elk jaar

Imp6ts régionaux : situation an 31 mars de chaque année

1989 1990 1991

63,2 54,7 60,4745,6 1.185,1 864,O34,l 43,2 80,O30,2 25,5 27,732,9 20,6 41,7772,8 901,8 1.214,9

7.708,1

9x30,0

8.846,8

A-11312 - 90191

Jeux et parisEnregistrement

Appareils automatiquesDebits de boisson

Précompte immobilierSuccessions

Produit 1989

Produit 1990

Recettes prévues dans le budget 1991

,

A-113/2-90191 - 53 - A-113/2-90/91

Aangelegenheden

A. 9 Hum en lasten van ministeriële kabinettenA. 10 Gewestelijke administratieA. 11 Gewestelijke economieA. 12 Uitrustingen en verplaatsingenA. 14 Lokale besturenA. 15 HuisvestingA. 16 Ruimtelijke ordeningA. 17 Monumenten en LandschappenA. 18 LeefmilieuA. 19 WaterbeleidA. 20 Externe betrekkingenA. 21 EnergieA. 22 Coordinatie v.h. beleid v.d. ExecutieveA. 23 Bijzondere Financieringswet


Verdeling van de vastfeggings- en bijkomendeordonnanceringskredieten via het bijblad 1991 verzocht

(In miljoen frank)

Répartition des crédits d’engagements et d’ordonnancementssupplémentaires demandés par la voie du feuilleton 1991

(En millions de francs)

Vastleggingen Ordonnanceringen- -

Engagements OrdonnancementsMatières

13,6362,6100,8149,7-

1.660.1-14.5,1- 6,0141,o219,013,9

3.367,l

-130,2

13.6 D. 9 Loyers et charges des cabinets ministériels362,6 D. 10 Administration régionale

- 1,6 D. 11 Economie régionale1.850,8 D. 12 Equipements et déplacements225,o D. 14 Pouvoirs locaux

1.671,5 D. 1.5 Logement371,s D. 16 Aménagement du territoire306,O D. 17 Monuments et Sites280,O D. 18 Environnement82,9 D. 19 Eau13,9 D. 20 Relations extérieures

3,3 D. 21 Energie67,l D. 22 Coordination de la polit. de YExécutif

-130.2 D. 23 Loi spéciale de financement

2.449.8 5.116.7

Overzicht van de inhoud van het bijblad 1991betreffende de gevraagde kredieten

(In miljarden)

Schéma du contenu du feuilleton 1991sur les crédits demandés(En milliards de francs)

,Vastleggingen Ordonnanceringen

- -Engagements Ordonnancements

1. Aanwending voor de huisvestingsschuld2. Bijkomende kredieten3. Wederinschrijving van bepaalde, op 31.12.1990

geannuleerde kredieten

4. Bijkomende middelen voor het uitrustingsbeleid5. Economische expansie

16 160.5 0,5

O,l 1.3

- 1,702 -

2.4 591

Affectation à la dette du logementCrédits supplémentairesRéinscription de certains crédits tombés en annula-tion au 31.12.1990Moyens supplémentaires pour la politique del’équipementExpansion économique

A-113/2-90191 - 54 - A-113/2-90191


Geannuleerde kredieten op 31.12.1990

Crédits tombés en annulation au 31.12.1990

TITEL 1 (niet gesplitst) : 1 088 mioTITRE 1 (non dissociés) ’

TITEL II - TITRE II

Deel 1 (gesplist) 0 : 2.102 mi0 investeringsprogrammaPartie 1 (dissociés) EN : 6.390 mio programme d’investissement

Deel II (niet gesplitst)Partie II (non-dissociés)

: 2,238 mio

Aldus : Vastleggingen-

Soit : Engagements

T I 1.088T II Dl-P1 6.390

D II - P II 2.238

9.716

Ordonnanceringen-

Ordonnancements

1.0882.1022.238

5.428

A-11312 - 90191 - 55 - A-11312 - 90/91


Aanwending van de begrotingsfondsen op 30 april 1991

Utilisation des fonds budgétaires au 30 avril 1991

Verloop van devastleggingenEncours desengagements

BeschikbarekredietenCrédits

disponibles

Geordonnan-ceerde kredieten

Créditsordonnancés

A. LOPENDE UITGAVEN

1. Voogdij over de gemeenten60.02 Lening « de Groeve » 1981

(i+a)60.03.02 Lening « Demuyter » 1982 (i)60.07 Fonds K.B. nr. 2086 0 . 0 8 Gewestelijk huipfonds

2. Economische expansie60.01.01 Rentetoelagen G.O.60.01.02 Rentetoelagen K.M.O.

3. Huisvesting60.22 Saneringspremies60.23 Huur- en verhuispremies60.24 Renten Ieningen Bond van

Gezinnen60.26 Toelagen voor gezinshoofden

van grote gezinnen

4. Jacht, visvangst en bosbeheer60.01 Visserijfonds

B . KAPITAALSUITGAVEN

1. Voogdij over de gemeenten60.03 Ontlening « Demuyter » 1982

(4

2. Ruimtelijke ordening60.02.01 Fonds voor stadsrenovatie60.03 Toelagen aan particulieren

3. Economische expansie60.01.01 Kapitaalpremies G.O.60.01.02 Kapitaalpremies K.M.O.60.01.03 Uitrusting van « zonings »66.10 Fonds voor prototypes I

4. Huisvesting60.35 Investeringen sociale huisves-

ting60.36 Toelagen aan particulieren

5. Leefmilieu60.03 Slachthuiswerken60.08 Fonds ter bestrijding van de

hinder

6. Waterbeleid60.04 Fonds ter bestrijding van de

hinder

7. Jacht, visvangst en bosbeheer66.05 Boswerken

492,819,978,9

1.402,O

2.023,8676,4

92,5250,l

63,9177,6

L613X,4

83,7

897

017,3

0

0

0 - 0,l 0

0 W 0

031 64s 0606,4 116,8

3.058,6 148,2 113,943,5 120,l 26,3

646,2 670,O 0140,7 271,5 31,7

1.248,4 1.236,8 384,40 266,9 34,5

15,o

22.0

1.2581

0

18,O 15,o

159.5 36

1.661,6 63.1

036 0

9.132,8 7.793.1 1.048.3

A. DEPENSES COURANTES

1. Tutelle sur les communes60.02 Emprunt « de Groeve » 1981

(i+a)60.03.02 Emprunt «Demuyter» 1982 (i)60.07 Fonds A.R. no 20860.08 Fonds d’aide régional

2. Expansion é[email protected] Subventions-intérêts G.E.60.01.02 Subventions-intérêts P.M.E.

3. Logement60.22 Primes assainissement60.23 Primes loyers, déménagements60.24 Intérêts emprunts Ligue des

Familles60.26 Primes chefs de familles nom-

breuses

4. Chasse, pêche et forêts60.01 Fonds piscicole

B. DEPENSES DE CAPITAL

1. Tutelle sur les communes60.03 Emprunt « Demuyter » 1982

(4

2. Aménagement du territoire60.02.01 Fonds de rénovation urbaine ,60.03 Primes aux particuliers

3. Expansion économique60.01.01 Primes en capital G.E.60.01.02 Primes en capital P.M.E.60.01.03 Equipements des zonings66.10 Fonds des prototypes

4. Logement60.35 Investissements logements so-

ciaux60.36 Primes aux particuliers

5. Environnement60.0360.08

Travaux abattoirsFonds de lutte contre les nui-sances

6. Eau60.04 Fonds de lutte contre les nui-

sances

7. Chasse, pêche et forêts66.05 Travaux forestiers

A-113/2-90/91 - 5 6 -


Vergelijkende tabel : Begroting - Boekbouding - Thesaurie(In miljoen frank)

Tableau comparatif : Budget - Comptabilité - Trésorerie(En millions de francs)

JAAR 1989 - ANNEE 1989

Onvangsten - RecettesPersonenbelasting - IPPGewestelijke beiastingen - Impôts régionauxDotaties - DotationsAndere ontvangsten - Autres recettesTrekkingsrecht - Droit de tirage (‘)

Uitgaven - DépensesTitel 1 - Titre 1

Titel II - Titre II

Bij ontlening gefinancierd negatief saldo :Déficit finance par emprunt :

BUDGET 1989(initieel)(initial)

BUDGET 1989(aangepast)

(ajusté)

21.143,9 21.14956.780,2 7.060,6

836,5 836,50 151,50 237,7 (“)

28.760,6 29.435,8

22.242,s 22.440,5

7.8178 7822,O

30.060,6

-1.300,o

30.262,5

- 826,7

GeordonnanceerdtkredietenCrédits

ordonnancés

17.478,5

5.5746

23.053,l

Verrichtingen op begrotingsfondsen - Opérations sur fonds budgétairesOntvangsten - Recettes +19.081,4Uitgaven - Dépenses -15.330,6 13.407,8

Saldo - Solde 31.12.1989 +3.750,8

Thesauriesaldo (Titel I+II+IV) - Solde de trésorerie (Titres I+II+IV)

A-li3/2-90193

Thesaurietoestand1989

Situation detrésorerie 1989 (‘)

21.143,9

6.597,5 (‘)

536,s0

237,7

‘28.515,6

22.129,6

22.129,6

+6.386,0

10.508,O-11.990,4

-1.482,4

-+4.903,6

(‘) Opgesteld door het Ministerie van Financiën - Bestuur van de ThesaurieEtabli par le Ministère des Finances - Administration de la trésorerie.

(‘) De belastingen van december 1989 (1.110 m) werden gestort in januari 1990Les impôts de décembre 1989 (1.110 m) ont été versés en janvier 1990.

(‘) Het trekkingsrecht van 584.5 miljoen voor de wedertewerkstelling van werklozen. werd rechtstreeks gestort door het Ministerie van Tewerkstelling aan deBGDALe droit de tirage de S8.I.5 millions pour la remise aux travail des chômeurs a étC versé directement par le Ministère de I’Emploi à I’ORBEM.

A-113/2-90/91 - 57 - A-113/2-90/91

Vergelijkende tabel : Begroting - Boekhouding - Thesaurie(In miljoen frank)

Tableau comparatif : Budget - Comptabilité - Trésorerie(En millions de francs)

JAAR 199il - ANNEE 1990

Onvangsten - Recettes A BPersonenbelasting - IPP 19.952,6Gewestelijke belastingen - Impôts régionaux 8.282,6 (8170,ODotaties - Dotations 800,OAndere ontvangsten - Autres recettes 620,8

Uitgaven - Dépenses

Titel 1 - Titre 1

Titel II - Titre II

Bij lening gefinancierd negatief saldo :Déficit financé par emprunt :

BUDGET 1990 BUDGET 1990(initieel) (aangepast)(initial) (ajusté)

Geordonnanceerde Thesaurietoestandkredieten 1990Crédits Situation de

ordonnancés trésorerie 1989 (‘)

19.952,610.036,1 (?)

500,o

0 (‘1

29.656,O 29.6.56.0 30.488,7

24.487,6 (24.400,5

10.657,5.

35.145,1 (35.0580

- 5.489,1 (5514.6

Verrichtingen op begrotingsfondsen - Opérations sur fonds budgétairesOntvangsten - Recettes +19.468,4Uitgaven - Dépenses -19.031,3

Saldo - Solde 31.12.1990 + 437,l

24.855,6

10.965,1

35.820,7

- 6.164,7 - 2.192,9

24.204,2

12.105,O

36.309,2

10.493,9

Saldi (Titels I+II+IV) - Soldes (Titres I+II+IV) =

i32.681,6

32.681,6

Thesaurietoestand gecumuleerd 1989-1990

Situation de trésorerie cumulée 1989-1990

1989 : +4.903,6Crediteurinteresten - Intérêts créditeurs + 243,8

5.147.4

1990 : -1.815,7Crediteurinteresten -Intérêts créditeurs + 282.2

-1.533,5

1989 + 1990 : +3.613,9Crediteurinteresten - Intérêts créditeurs le’ trimestre 1991 + 86.6

+3.700,5 (‘)A = na amendering - après amendement

F)= v66r amenderinl: - avant amendementOpgesteld door het Ministerie van Financiën - Bestuur van de ThesaurieEtabli par le Ministère des Finances - Administration de la trésorerie.

(:) Inclusief de belastingen van december 1989 (1.110 m) maar exclusief de belastingen van december 1990 (901 m)Y compris les impôts de décembre 19S9 (1.110 m) mais non compris les impôts de décembre 1990 (9OJ m).

(‘) 123.3 miljoen. in januari 1991, bij de Gewestelijke Thesaurie gestort123.5 millions versés en janvier 1991 à la trésorerie régionale.

(‘) Door de Nationale aan de Gewestelijke tbesamie theoretisch gestort bedrag op 1 april 1991. voor de jaren 19S9 en 1990Montant théoriquement versé par la trksorerie nationale h la trésorerie régionale en date du 1” avril 1991. pour les années 1989 et 1990.

11.851,7-11.474,5

+ 3 7 7 . 2

- 1.815,7

A-113/2-90/91 - 5 8 -


,

A-113/2-90191

Vrijmaking van middelen (ontvangsten en leningen)met betrekking tot de geordonnanceerde uitgaven eind april 1991

(In miljoen frank)

Mobilisation des moyens (recettes f emprunts)par rapport aux dépenses ordonnancées fin avril 1991

(En millions de francs)

1. MIDDELEN - VOIES ET MOYENS

i.1. Ontvangsten 1991 - Recettes 1991

Gewestelijke belastingenImpôts régionauxPersonenbelastingIPPNiet-fiscale ontvangstenRecettes non fiscalesBijzondere ontvangstenRecettes spécifiques

9.830 (voortzetting van de 1990 - ontvangsten)(reconduction des recettes perçues en 1990) (‘)

21.814

620

2.159 (‘)

34.423

1.2. Thesauriesaldi - voorgaande jarenSolde de trésorerie - années antérieures

Saldo 1980-1988Solde 1980-1988Saldo 1989-1990Solde 1989-1990

6.450

3.700

(fonds budgétaires)

10.150

1.3. Ontleningsvermogen 1991Faculté d’emprunt 1991

6.422

Totaal der middelenTotal des moyens

50.995

2. ORDONNANCERINGSKREDIETEN - CREDITS ORDONNANCES

Eind aprill991 14.577Fin avril 1991

3. VRIJMAKINGSPERCENTAGE VAN DE MIDDELEN eind april 1991POURCENTAGE DE MOBILISATION DES MOYENS fin avril 1991

;4.577 = 28,59 %

50.995

(‘) in het bijblad 1991 werd het bedrag (8.516 M), medegedeeld door de Minister van Financiën niet gewijzigdDans le feuilleton d’ajustement 1991, le chiffre communiqué par le Ministère des Finances (8.846 M) n’a pas été modifié.

(‘) Het betreft toegewezen ontvangsten (voorbeeld : trekkingsrechten B.G.D.A., immobiliënverkoop). Indien de ontvangsten niet gerealiseerd worden. worden deuitgaven niet toegestaanII s’agit de recettes affect& (exemples : droits de tirage ORBEM. ventes immobilières). Si ces recettes ne se réalisent pas. les dépenses ne sont pas autorisées.

A-1X3/2-90/91 - 59 - A-113/2-90/91

Uitvoering van de begroting op 30 april 1991

Exécution du budget au 30 avril 1991

Overgedragenkredieten

Créditsreportés

Gestemdekredieten

Crédits votésUitvoeringExécution

1. Begrotingsprogramma’sBudget-programmesOmloop van de vastleggingen 11.649,7Encours des engagementsVastleggingen 0 43.454,4 17.505,7EngagementsOrdonnanceringen 0 39.109,5 10.029,1Ordonnancements

2. Kredieten 1990 en voorgaandenCrédits 1990 et antérieursTitel 1 - Omloop van de vastleggingenTitre 1 - Encours des engagementsVastleggingenEngagementsOrdonnanceringenOrdonnancements

6.983,O

0 0

6.983,O 0

0

2.723,4 (waarvan 1.643,7 Gemeentefonds)(dont 1.643,7 Fonds des Communes)

Titel II - Omloop van de vastleggingenTitre II - Encours des engagementsVastleggingenEngagementsOrdonnanceringenOrdonnancements

3. BegrotingsfondsenFonds budgétairesOmloop van de vastleggingenEncours des engagementsVastleggingenEngagementsOrdonnanceringenOrdonnancements

1.306,6

0

1.306,6

0

0

0

776,6 (waarvan 259,2 bijkomende dotatie 1989Gemeentefonds, 100,8 GOMB en 370Bond van de Grote Gezinnen)(dont 259,2 dotation complémentaire1989 Fonds des Communes, 100,8SDRB et 370 Ligue des Familles)

9.132,8

3.602,O 171,7

7.793,o 1.048,3

(huisvestingspremies)(primes logements)

Algemeen totaalTotaux généraux

Omloop van de vastleggingenEncours des engagementsVastleggingenEngagementsOrdonnanceringenOrdonnancements

29.072,1

3.602,O

16.082.6

43.454,4 17.677,4

39.109,s 14.577,4

A-113/2-90191 - 60 - A-113/2-90/91


Kastoestand voor het eerste trimester 1991(In miljoen frank)

Situation de caisse pour le premier trimestre 1991(En millions de francs)

JanuariJanvier

FebruariFévrier

MaartMars

Gecumuleerdetoestand

Situation cumulée

A. Ontvangsten - Recettes

1. Personenbelasting - IPP2. Gewestelijke belastingen - Impôts régionaux3. «Dode hand»-dotatie - Dotation main morte4. Financieel resultaat - Produits financiers5. Bijzondere ontvangsten - Recettes spécifiques6. Te ventileren ontvangsten - Recettes à ventiler

Totaal ontvangsten - Total recettes

B Uitgaven - Dépenses

1.817,8 1X7,8904,4 1.119,8- 235,l

634 11,713,6 2428

159,4 25,0

2.901,6 3.452,2

a) Gcwestelijke aangelegenheden - Matières régionales1. Op 1990 vereffende ordonnanties

Ordonnances liquidées sur 19902. Op 1991 vereffende ordonnanties

Ordonnances liquidées sur 1991

673,2 3.267,1

- 40,9

Subtotaal 1+2 - Subtotal 1+2 673,2 3.308,O3: Te regulariseren - A régulariser - -

b) Wedden - Rémunérations 100,9 59,5c) Transferten met geschillen - Transferts à contentieux 132 52d) Andere - Autres 032 0,9

Totaal uitgaven - Total dépenses 775,6 3.373,6

Saldo - Solde +2.126,0 + 785

C. Beschikbare middelen bij de Nationale Thesaurie op 30.03.1991 voor 1989 en 1990Avoirs en compte à la Trésorerie nationale au 30.03.1991 pour 1989 et 1990

D. Thesauriesaldo op 31.03.1991Solde de trésorerie au 31.03.1991

E. Beschikbare middelen bij de Nationale Thesaurie op de begrotingsfondsen voor 1989Avoirs en compte à la Trésorerie nationale sur les fonds budgetaires avant 1989

D. Theoretische thesauriesaldoSolde théorique de trésorerie

1X17,8577,5-

5790,5

21,5*

2.423.2

- 3.940,3

6.43172 6.472,1

6.432,2 10.412,4102,7 102.798,7 259,l45,5 51,7

0,5 136

5.453,42.601,7

235,l24,0

256,9205,9

8.777,O

6.678,4 10.827,5

-4.105,4 - 2.050,5

+ 3.700.5

+ 1.650,O

+ 6.450.0

+ 8.100,O

A-11312 - 90191 - 61 - A-11312 - 90/91


Situatie van het verloop der vastleggingen op 31.12.1990(In miljard frank)

Situation de l’encours des engagements au 31.12.1990(En milliards de francs)

1. Gesplitste kredieten - Crédits dissociés(oude Titel II - deel 1 - ancien Titre II -

1.1. Uitrustingen en verplaatsingenEquipements et déplacements

1.2. Lokale besturenPouvoirs locaux

1.3. HuisvestingLogement

1.4. Ruimtelijke ordeningAménagement du territoire

1.5. Monumenten en LandschappenMonuments et Sites

1.6. LeefmilieuEnvironnement

1.7. WaterbeleidEau

partie 1)

3.5

0,4

OP1

4.9

0.3

0.3

2.1

(investeringsprogramma)(programme d’investissement)(investeringsprogramma)(programme d’investissement)(investeringsprogramma)(programme d’investissement)(investeringsprogramma)(programme d’investissement)(investeringsprogramma)(programme d’investissement)(investeringsprogramma)(programme d’investissement)(investeringsprogramma)(programme d’investissement)

11,6

2. Niet-gesplitste kredieten - Sur crédits non dissociés(oude Titels 1 en II - deel II - anciens Titres 1 et II - partie II)

Lopende uitgaven KapitaalsuitgavenDépenses courantes Dépenses de capital

2.1. Kabinetten - Cabinets 62 02.2. Administratie - Administration O,3 02.3. Lokale besturen - Pouvoirs locaux 3,0 0752.4. Ruimtelijke ordening - Aménag. du terr. 02 022.5. Econ. expansie - Expansion écon. 02 02.6. Tewerkstelling - Emploi 69 02.7. Huisvesting - Logement 0.2 OS2.8. Hygiëne - Hygiène 02 02.9. Waterbeleid - Eau w 02.10. Bossen - Forêts 02 02.11. Beleid ext. betrek. -Politique Ext. 02 02.12. Gemeent. inform. - Informatique Comm. OS OJ2.13. Openbare werken - Travaux publics o,g 02.14. Verkeerswezen - Communication 02 02.15. Wetensch. onderzoek - Recherche scient. w 02.17. Verlaten bedrijfsruimten - Sites désaffec. 0 02.18. Monumenten en landschappen - Monuments et Sites 61 0

7J + 1,3 = 8.4

3. Begrotingsfondsen - Sur fonds budgétaires(Titel IV - Titre IV)

3.1. Econom. expansie - Expansion économique 2,7 383.2. Huisvesting - Logement 0 12 (investeringen - investissements)3.3. Hygiëne - Hygiène 0 031 (investeringen - investissements)3.4. Waterbeleid - Eau 0 133 (investeringen - investissements)

-’

Z’J 6,4 = 9s

29.1 (‘)

(‘) Commentaûr : Dit verloop is samengesteld uit 20.6 miljard uit_eaven. verspreid in de tijd. Inderdaad. de investeringen (11.6 + 1.7 + 0.1 + 1.3) zijngeordonnanceerd over verschillende jaren en de dossiers « Economische expansie » (3.7 + 3.8) zijn geordonnanceerd over 1 of 5 jaarCommentaire : Cet encours est constitué à concurrence de 20.6 milliards de dépenses dont le paiement est diff&ré dans le temps. En effet les investissements(11.6 + 1.2 + 0.1 + 1.3) sont ordonnaw$s sur plusieurs années et les dossiers d‘expansion économique (2.7 + 3.8) sont ordonnancés sur 4 ou 5 ans.

A-113/2-90191 - 6 2 - A-113/2-90/91

Kredieten die het voorwerp zullen uitmaken van annulering van vastleggingen(In miljard frank)

Crédits qui vont faire l’objet de désengagements(En milliards de francs)

1. Gesplitste kredieten - Sur crédits dissociés

1.3. Huisvesting - Logement

1.4. Ruimteli jke ordening - Aménagement du terri toire

1.6. Leefmilieu - Environnement

1.7. Waterbeleid - Eau

031 (‘1

os (‘>

031 (“1

0,Ol

0,71

2. Niet gesplitste kredieten - Sur crédits non dissociés

2.3. Lokale Besturen - Pouvoirs locaux

2.6. Tewerkstelling - Emploi

2.8. Hygiëne en Volksgezondheid - Hygiène et Santé publique

2.9. Waterbeleid - Eau

1,61.

3. Begrotingsfondsen - Sur fonds budgétaires

3.1. Economische expansie - Expansion économique 1,44 (‘1

3.4. W a t e r b e l e i d - E a u 0,Ol

1,45

Totaal - Total 3,77 mill iards

Commentaar - Commentaires(‘) Wet Brunfaut : uitrusting van sociale woningen

Loi Brunfaut : équipements des logements sociaux.(?) Openbare stadsvernieuwing : 0,4 + Groene ruimten : 0,l

Rénovation urbaine publique : 0,4 + Espaces verts : 0,l.(‘) Begraafplaatsen + boswerken

Cimetières + travaux forestiers.

(“) Gemeentefonds voor 12.07.1989 door het Ministerie van Binnenlandse Zaken vastgelegd en geordonnanceerd bedrag voor rekening van het GewestFonds des communes : montant engage et ordonnancé par le Ministère de l’Intérieur avant le 1X07.1989 pour compte de la Région.

(‘) ~~~~;ewerkstelling van werklozen : vo& 12.07.1989 door het Ministerie van Tewerkstelling vastgelegd en geordonnanceerd bedrag. voor rekening van het

Remise au travail des chômeurs : montant engagé et ordonnancé par le Ministère de I’Emploi avant le 12.07.1989 pour compte de la Région.

(“) Studies : 0.015 + Gezin = 0,044 (gecommunautariseerde kredieten)Etudes : 0.015 4 Famille = 0.044 (crédits communautarisés)

(‘) Wet voor Economische expansie 0,200 Loi d’expansion économiqueOvereenkomsten GOMB (verwerving van industriegronden) 1.221 Conventions SDRB (acquisitions terrains industriels)Fonds voor prototypes 0,020 Fonds des prototypes

1,441

A-113/2-90191 - 63 - A-113/2-90/91

BIJLAGE9-ANNEXE9

Gewesteiijke schuld(In miljoen frank)

Dette régionale(En millions de francs)

1991 1992 1993 1994

1. Financiële lasten (interesten en aflossingen) opgenomen in de gewestelijke begrotingCharges financières (intérêts et amortissements) figurant au budget régional

- Afdcling 10 - Gewestelijke Adrninistratie (programma 06)Division 10 - Administration régionale [programme 06)

Gebouwen van de ex-Agglomeratieregie overgedragen aan Vorst en St. JoostImmeubles de l’ex-Régie d’Agglomération transférés à Forest et St. Josse

- Afdeling 12 - Uitrustingen en verplaatsingen (programma OS)Division 12 - Equipements et déplacements (programme 08)

Dotaties voor interesten en aflossingen bij de MIVB (‘)Dotations pour intérêts et amortissements à la STIB

- Afdeling 14 - Lokale Besturen (programma 02)Division 14 - Pouvoirs locaux (programme 02)

Lening I,9 miljard (1977 - negatief rekeningsaldo van 1975)Emprunt 1,9 milliard (1977 - déficits comptes de 1975)Lening 4,7 miljard (Demuyter 1982)Emprunt 4,7 milliards (Demuyter 1982)Lening 9,l miljard (Hatry 1 1983) enkel iEmprunt 9,l milliards (Hatry 1 1983) i uniquementLening 8,2 miljard (Hatry II 1984) enkel iEmprunt 8,2 milliards (Hatry II 1984) i uniquementProvisie afschrijvingen Hatry 1 + Hatry IIProvision amortissements Hatry 1 + Hatry II

43,0 38,8 34,4 33,l

2.187,O 2.464,O 2.710,O 2.953,O

71,6 66,7 63,0

226,7 322,7 214,7

1.089,3 1.089,3 976,2

787,l 787,l 740,5

1.402,O 1.402,O 1.402,O

57,3

1.164,7

852,2

0

1.402,O

Totaal afdeling 14Total division 14

- Afdeling 15 - Huisvesting (programma 06)Division 15 - Logement (programme 06)

Lasten van het verleden : annuïteitCharges du passé : annuitéBond van de Gezinnen : enkel iLigue des Familles : i uniquementConstructeurs en kopers van sociale huisvestingConstructeurs et acheteurs de logement socialInterestenderving voor mijnwerkersRemise intérêts aux ouvriers mineursErkende vennootschappen : toelagen voor ongezonde woningenSociétés agréées : logements insalubres primes

2.142,6 2.134,7 2.119,2 2.108,9

3.576,7 3.667,8 3.396,4 3.476,2

1.900,o 1.900,o 1.900,o 1.900,o

240,O 233,0 218,O 208,O

22 1S 190 0,7

OS w (41 os

033 OS W os

- Afdeling 16 - Ruimtelijke ordening (programma 06)Division 16 - Aménagement du territoire (programme 06)

Gesubsidieerde gemeentelijke werken via het Gemeentekrediet van BelgiëTravaux subsidiés communaux via le Crédit Communal de BelgiqueVerwerving van industriegronden door de GOMB via het Gemeentekrediet vanBelgiëAcquisition terrains industriels par la SDRB via le Crédit Communal de Belgique

196,0 187,4 185.6 184,l

232.6 250,2 241,5 232.9

428.6 437.6 427,l 417,o

- Afdeling 18 - Leefmilieu (programma 04)Division 18 - Environnement (programme 04)

Gesubsidieerde gemeentelijke werken via het Gemeentekrediet van België 218,O 210.2 215.5 214.0Travaux subsidiés communaux via le Crédit Communal de Belgique

(‘) Cijfers berekend. rekening houdend met de opname van een nieuwe lening van 2.104 miljoen janrlijksChiffres calculés en tenant compte de la prise d’un nouvel emprunt de 2.104 millions chaque année.

A-113/2-90/91 - 6 4 - A-113/2-90/91 i

Gewestelijke schuld(In miljoen frank)


1991 1992 1993 1994

- Afdeling 19 Waterbeleid (programma- 05)Division 19 - Eau (programme 05)

Gesubsidieerde werken BIW 12 12 12 172Travaux subsidiés CIBEGesubsidieerde gemeentelijke werken via het Gemeentekrediet van België 54,l 50,4 49,4 48,3Travaux subsidiés communaux via le Crédit Communal de Belgique

Toelagen aan industriële bedrijven 178 13 13 178Subventions entreprises industrielles

57,l 53,4 52,4 51.3

Totaal - Total (‘) 8.653,O 9.006,5 8.955,O 9.253,5

2. Omvang van de schuld :Hauteur de la dette :

A. Gewestelijke schuldDette régionale

A.l. Agglomeratie investerings- en thesaurieleningenAgglomération emprunts d’investissements et de trésorerieHatry 1 C)

A.2. MIVB - STIBA.3. Gemeentelijke leningen - Emprunts communaux (‘)

Thesaurielening van 1,9 miljard (1977)Emprunt de trésorerie de 1,9 milliard (1977) (“)Thesaurielening van 4,7 miljard (1982)Emprunt de trésorerie de 4,7 milliards (1982) (“)

A.4. Gesubsidieerde gemeentelijke werken - Travaux subsidiés communauxOpenbare werken + Hygiëne + WaterTravaux publics + Hygiène + Eau

AS. GOMB - SDRBVerwerving van industriegrondenAcquisition terrains industriels

Sub-totaal A) - Sub-total A)

5.773,o 5.484,6 5.201,3 4.814,4

1.000,0 1.000,0 1.000,0 1.000,0

6.773,O 6.484,6 6.201,3 X814,4

14.076,4 15.061,8 15.950,3 16.762,6

772,2 662,4 548,7 429,6

1.996,O 1.900,o 1.900,o 1.900,o

2.768,2 2.562,4 2.448,7 2.329,6

3.577,5 3.411,7 3.234,2 3.048,8

778,6 661,l 543,4 425.3

27.973,7 28.181,6 28.377,9 28.380,7

(‘) Groeipercentage 1994 : 1991 = 6,94 %Taux de croissance 1994 : 1991 = %.6,94 t

(‘) Gemeentelijke leningen : Tussen 1992 en 1997 zal het terug te betalen kapitaal bedragen :Emprunts communaux : Entre 1992 et 1997. le capital à rembourser s’élève 3 :

1992 1993 1994 1995 1996 1997

Lening 1,9 miljard 109.8 113.7 119,l 122.9 128.7 134,lEmorunt 1.9 milliard 1

te betalen door het Gewest

Leiing 4,7 miljardEmprunt 4.7 milliards

96.0 0 950.0 950,o - - ii payer par la Rtgion

Lening 9 miljardEmprunt 9 milliardsLening 8.2 miljardEmprunt 8,2 milliardsFonds nr. 208Fonds n” 20s

0 903.8 1.000.0 2.070.0 1.500.0 2.000.0 te betalen door de gemeenten

561.2 6.500.0 - - - - à payer par les communes

813.6 813.6 813.6 813.6 3.358.0 -

1.580.6 8.331.1 2.882.7 3.9X5.5 4.9X6.7 2.13-1.1

A-11312 - 90191 - 65 - A-11312 - 90191

Gewestelijke schuld(In miljoen frank)


B. Schuldwaarbora

1991 1992 1993 1994

Dette garantie -

B.l. Gemeentelijke leningen - Emprunts communaux (“)Lening van 9 miljardEmprunt de 9 milliards (‘)Lening van 8,2 miljardEmprunt de 8,2 milliards (“)Fonds nr. 208Fonds n” 208 (3

7.973,s 7.973,8 7.070,o 7.070,o

7.061,2 7.061,2 6.500,O 0

7.426,O 6.612,4 5.798,s 4.985,2

B.2. Huisvesting - LogementHuisvestingsfonds voor grote gezinnenFonds du logement pour les familles nombreuses

22.461,O 21.647,7 19.368,8 12.055,2

4.187,2 4.086,9 3.920,3 3.796,l

Sub-totaal B) - Sub-total B) 26.648,2 25.734,3 23.289,1 15.851,3

TOTAAL A + B - TOTAL A + B 54.621,9 53.915,9 51.667,O 44.232,O

(‘) Gemeentelijke leningen : Tussen 1992 en 1997 zal het terug te betalen kapitaal bedragen :Emprunts communaux : Entre 1992 et 1997, le capital a rembourser s’élève à :

1992 1993 1994 1995 1996 1997

Lening 1,9 miljardEmprunt 1,9 milliardLening 4,7 miljardEmprunt 4,7 milliards

109,8 113.7 119,l 122.9 128.7

96,0 0 950.0 950.0 -

134.1 te betalen door het Gewest

à payer par la Région

Lening 9 miljardEmprunt 9 milliardsLening 8,2 miljardEmprunt 8,2 milliardsFonds nr. 208Fonds n” 208

0 903.8 1.000,0 2.070.0 1.300.0 2.000.0 te betalen door de gemeenten

561,2 6.500.0 - - - A payer par les Communes

813.6 813.6 813,6 813,6 3.358.0 -

A-11312 - 90191

BIJLAGE 10

./

- 6 6 - A-11312 - 90/91

ANNEXE 10

Sehuld sociale huisvesting

De sociale huisvestingsschuld is van bijzondere aard gezien zijgrotendeels bestaat uit schuidafiossingen door de erkende vennoot-schappen met ecn langere looptijd dan deze van de banken.

Indien wij, in beginsel, de aflossing niet wensen te bespoedigen,kunnen wij ons beperken tot de vereffening van de interestverschil-Ien en de herfinanciering van het kapitaai. Onze tussenkomst zouzich beperken tot 7,s % van het door de erkende vennootschappenverschuldigde bedrag; wat overeenstemt met 1,6 miljard. Eikebijkomende aflossing van het Gewest zou staan voor een vorderingvan het Gewest op de erkende vennootschappen.

Indien het Gewest 1,9 miljard inschrijft binnen haar begrotingbetekent dit een lange termijn-vordering van 300 miljoen op deerkende vennootschappen. Dit is evenzeer het geval binnen hetkader van het rechtstreekse financieringssysteem via begrotings-kredieten, opgestart in 1983. Aldus heeft zich een schuldvorderinggevormd van 3,l miljard, die elk jaar aangroeit door de gewestelijkgefinancierde investeringen.

Dette Logement social

La dette du logement social est une dette spéciale puisqu’il s’agitd’une dette, en grande partie, des sociétés agréées dont le rem-boursement est différé dans le temps par rapport aux échéancesbancaires.

En principe, si nous ne voulons pas activer le remboursement, onpourrait se limiter à payer la différence d’intérêt et refinancer lecapital. Notre intervention se limiterait à 7,5 % du montant de ladette des sociétés agréées, ce qui correspond à 1,6 milliard. Toutremboursement complémentaire de la part de la Région signifie unecréance de la Région sur les sociétés agréées.

Quand la Région inscrit 1,9 milliard dans son budget, cela signifiedonc une creance à long terme sur les sociétés agréées de 300 mil-lions. Ceci est également le cas dans le cadre du système definancement direct par crédits budgétaires instauré en 1983. Ainsis’est constituée une créance de 3,l milliards qui augmente chaqueannée par les investissements financés par la Région.

P

A-11312 - 90191 - 67 - A-11312 - 90191

BIJLAGE 11 ANNEXE 11

Gecumuleerde thesaurietoestand einde april 1991 Situation de trésorerie cumulée fin avril 1991

Mededeling van de Minister van Financiën en Begroting Communiqué du Ministre des Finances et du Budget

De Minister van Financiën en Begroting geeft inzagc van degecumuleerdc toestand van de gewestelijke thesaurie op het eindevan de maand april 1991.

Le Ministre des Finances et du Budget communique la situationcumulée de la trésorerie régionale à la fin du mois d’avril 1991.

April 1990 April 1991

Ontvangsten- Bijzondere dotatie (a)- Gewest. belastingen (b)- Personenbelasting (c)- Andere ontvangsten (d)

- Financiële resultaten

166,73.341,s6.650,84.329,O

(Titel IV)-

-3.19457271.2

974.6

23,9

14.488,O (‘) 11.464,2 (‘)

Uitgaven- Gewestmateries :

- vo& 1991- 1991

- Bezoldigingen- Geschillen- Andere uitgaven- Financiële lasten

Saldo

4.227,210.228,8

309.773,9

1.614,s

15.950,4 (1) 14855.7

- 1.462,4 - 3.391,s

De maandelijkse thesaurietoestanden van eind april 1990 en 1991 Les situations de trésorie mensuelles fin avril 1990 et 1991 nehoudcn geen rekening met de thesauriesaldi van de vorige jaren. tiennent pas compte des soldes de trésorerie des années antérieures.Deze gelden maken nog steeds deel uit van de nationale thesaurie. Ces avoirs figurent toujours à la trésorerie nationale. Ils représen-Zij vertegenwoordigen voor het Gewest : 3,7 miljard (1989-1990) + tent pour la Région : 3,7 milliards (1989-1990) + 6,4 milliards (1980-6,4 miljard (1980-1988). 1988).

(a) De bijzondere dotatie van 4/12den van 500 miljoen (wet van (a) La dotation spéciale 4/12èmes de 500 millions (loi du 5 mars5 maart 1984) werd niet meer uitgekeerd vanaf 1991. 1984) n’est plus attribuée à partir de 1991.

(b) De gewestelijke belastingen : Het resultaat van qe maand (b) Les impôts régionaux : La recette du mois de décembre estdeccmber wordt pas de volgende maand geboekt. In 1990 staat comptabilisée le mois suivant. En 1990 figure le produit dealdus het resultaat van december 1989 genoteerd (1.110 mil- décembre 1989 (1.110 millions). En 1991, celle de décembrejoen). In 1991, deze van december 1990 (904 miljoen). 1990 (904 millions).

(c) Personenbelasting : De dotatie die staat voor de personenbelas-ting wordt via twaalfden vrijgemaakt.Het bedrag voor 1990 vertegenwoordigt 4/12den van 19.952,6miljoen.Het bedrag voor 1991 vertegenwoordigt 4/12den van 21.8136miljoen.

(c) ZPP : La dotation représentant le produit de l’impôt despersonnes physiques est libérée par douzièmes.Le montant de 1990 représente 4/12èmes de 19.952,6 millions.

Le montant de 1991 représente 4/12èmes de 21.813.6 millions

Les chiffres de fin avril 1990 sont donnés par comparaison.

Recettes- Dotation spéciale (a)- Impôts régionaux (b)- IPP (c)- Autres recettes (d)

- Produits financiers

Dépenses- Matières régionales :

- antérieures à 1991- 1991

- Traitements- Contentieux- Autres dépenses- Frais financiers

Solde

Avril 1990 Avril 1991

166,7 -3.341,s 3.194,s6.650,8 7.271,24.329,o 974,6

(Titre IV)- 23,9

14.488,O (‘) 11.464,2 (‘)

4.227,210.228,8

309,773,9L6

145

15.950,4 (2) 14.8557

- 1.462,4 - 3.391,s

Commentaires

(‘) Niet-inbegrepen zijn de thesaurirsaldi van 19S9 (4.900 miljoen) en dethesaurie overeenstemmende met de saldi van de begrotingsfondsen vaneinde 19% (6.JOO miljoen).

(‘) Het Bestuur van de Thesaurie ging niet over tot de ontbindin: van deuitgaven van 1989 en 1990 in de kastoestand.

(‘) Niet-inbegrepen zijn de gecumuleerde thesauriesaldi van 1989-1990 (3.732miljoenf en de thesaurie overeenstemmende met de snldi wn de begro-tingsfondsen einde lYO8 (6.400 miljorn).

(‘) Non compris solde de trésorerie de 19S9 (4.900 millions) et trésoreriecorrespondante aux soldes des fonds budgétaires fin 1988 (6.400 millions).

(‘) L’Administration de la trésorerie ne décomposait pas les dépenses en 1989et 1990 dans la situation de caisse.

(‘) Non compris solde de tksorerir cumulé 1989-1990 (3.732 millions) ettrésorerie correspondante aux soldes des fonds budgétaires fin 19SX (6.400millions).

A-11312 - 90191 - 6 8 -

(d) Andere ontvangsten : In 1990 maakte de Thesaurie het onder-scheid tussen ontvangsten en uitgaven op begrotingsfondsen vanandere ontvangsten en uitgaven (Titel 1 en II).

Deze voorstelling bestaat niet meer op niveau van de gewes-telijke thesaurie.

In 1990 noteert de post « andere ontvangsten » bijzondereontvangsten :- dode hand 235,l- trekkingsrecht BGDA 520,4- andere ontvangsten 219,l

(houtkappingen, terugbetaling vanverzekeringen, enz.. .)

974,6

(4

A-11312 - 90191

Autres recettes : En 1990, la Trésorie nationale distinguait lesrecettes et les dépenses sur fonds budgétaires des autres recetteset dépenses (Titres 1 et II).

Cette présentation n’existe plus au niveau de la trésorerierégionale.

En 1990, le poste « autres recettes » enregistre des recettesspécifiques affectées et non affectées :- main morte 235,l- droit de tirage ORBEM 520,4- autres recettes 219,l

(coupes de bois, remboursementdes assurances, etc. ..)

974,6

*-_

A-11312 - 90191 A-113/2 - 90191


Vooruitzicht tot aanwending van de begrottngsfondsen tot 31 december 1991

Prévision d’utilisation des fonds budgétaires jusqu’au 31 décembre 1991

Beschikbarekredieten

-Crédits

disponibles

(1)

Geordonnanc. Geordonnanc. Vooruitzichtenkredieten vooruitzichten saldo1505.1991 31.12.1991 31.12.1991

- - -Crédits Prévisions Prévisions

ordonnancés ordonnancements solde15.05.1991 31.12.1991 31.12.1991

(2) (3) (4 = l-3)

A. Lopende uitgavenDépenses courantes

1. Voogdii over de gemeentenTutelle sur les communes

60.02 Lening « de Groeve » 1981 (i i a)Emprunt « de Groeve » 1981 (i + a)

60.03.02 Lening « Demuyter » 1982 (i)Emprunt « Demuyter » 1982 (i)

60.07 Fonds K.B. nr. 208Fonds A.R. n” 208

60.08 Gewestelijk HulpfondsFonds d’aide régional

2. Economische expansieExpansion économique

60.01.01 Rentetoelagen G.O.Subventions-intérêts G.E.

60.01.02 Rentetoelagen KM0Subventions-intérêts PME

3. HuisvestingLogement

60.22 SaneringspremiesPrimes assainissement

60.23 Huur- en verhuispremiesPrimes loyers, déménagements

60.24 Renten leningen Bond van GezinnenIntèrêts emprunts Ligue des Familles

60.26 Toelagen voor gezinshoofden van grote gezinnen~ Primes chefs de familles nombreuses

4. Jacht, visvangst en bosbeheerChasse, pêche et forêts

60.01 VisserijfondsFonds piscicole

492,9 0 0

19,9 0 0

78,9 0 0

1.402,O 0 1.402,O

92,5 (6470) 92,5

250.1 (189,4 250,l

14 0 0 176

138,4 (17,3) 88,0 SO,4

83,7 (X4) 83,7 0

a,7 0 %7 0

- 0,l 0 0

492,s

19,9

78,9

0

- 0,l

Fondsen in vet = toekomstige organieke fondsen.Fonds en gras = futur fonds organiques.

, .

A-113/2-90191 - 7 0 - A-113/2-90191

B . KapitaalsuitgavenDépenses de capital

Beschikbarekredieten

-Crédits

disponibles

(1)

Geordonnanc. Geordonnanc. Vooruitzichtenkredieten vooruitzichten saldo15.05.1991 31.12.1991 31.12.1991

- - -Crédits Prévisions Prévisions

ordonnancés ordonnancements solde15.05.1991 31.12.1991 31.12.1991

(2) (3) (4 = l-3)

1. Voogdij over de gemeentenTutelle sur les communes

60.03 Ontlening « Demuyter » 1982 (a)Emprunt « Demuyter » 1982 (a)

‘A6 0 0 0.6

2. Ruimtelijke ordeningAménagement du territoire

60.02.01 Fonds voor stadsrenovatieFonds de rénovation urbaine

60.03 Toelagen aan particulierenPrimes aux particuliers

3. Economische expansieExpansion économique

60.01.01 Kapitaalpremies G.O.Primes en capital G.E.

60.01.02 Kapitaalpremies KM0Primes en capital PME

60.01.03 Uitrusting van « zonings »Equipements des zonings

66.10 Fonds voor prototypesFonds des prototypes

4. HuisvestingLogement

60.3060.35 Investeringen sociale huisvesting

Investissements logements sociaux60.36 Toelagen aan particulieren

Primes aux particuliers

5. LeefmilieuEnvironnement

60.03 SlachthuiswerkenTravaux abattoirs

60.08 Fonds ter bestrijding van de hinderFonds de lutte contre les nuisances

6. WaterbeleidEau

60.04 Fonds ter bestrijding van de hinderFonds de lutte contre les nuisances

7. Jacht, visvangst en bosbeheerChasse, pêche et forêts

66.05 BoswerkenTravaux forestiers

Fondsen in vet = toekomstige organieke fondsenFonds en gras = futur fonds organiques.

64,s 0

606,4 (14.w

148,2 (113,9)

120,l WS)

670,O (73,8)

271,s (48,7)

1.236,s

266,9

(518,3)

(34,5)

0

550,o

148,2 0

120,l 0

446,6 223,4

165,O 106,.5

870,4 366,4

266.9 0

64,s

56,4

18,O

159,s

W,O)

(3,6)

15,o

22,0

3,O

137,s

1.661,6 (66,4) 250,o 1.411,6

036 0 0 0.6

7.793,2 (1.349,6) 4.779,2 3.014.0

A-113/2 -90191 - 71 - A-113/2-90/91


Lijst van de terreinen (‘) die door middel van een leningbij het Gemeentekrediet van België door de GOM werden aangekocht

van 1980 tot 1990

Liste des terrains (‘) acquis par la SDRBde 1980 à 1990

an moyen d’un emprunt au Crédit Communal de Belgique

BenamingDénomination

Oorspronkelijk bedragvan de lening

Montant initialde I’emprunt

Datum van aankoopDate de l’acquisition

Rue de l’Eau (VW)Neder-over-HembeekMeiserBemptMeylemeerschMeylemeerschMeylemeerschILGWoiuwe-St-LambertWoluwe-St-LambertWoluwe-St-LambertBrucemoArsenalJette (Laerbeek)Jette (Serkeyn)Chaussée de HaechtMolenbeek (ex-Vandenheuvel + Ste-Marie)Jette (Laerbeek)Jette (Laerbeek)FMSMolenbeek (Reynolds)Anderlecht (Doyen)Forest (Radco)

8.750.000 16.10.80182.150.000 21.11.8080.000.000 19.01.81

100‘000.000 09.12.81 (380.000.000 09.12.81 (2)41.400.0003.760.000 (“)

18.200.000 20.11.8580.000.000 13.12.85 (?)28.000.000

3.000.000 (‘)5.600.000 22.04.86

52.000.000 11.03.8814.000.000 18.09.8930.000.000 23.10.89 (?)

122.000.000 20.02.90156.000.00019.240.000 06.03.91 012.760.000 (‘)17.067.000 (‘19.5.3oo.OOo (‘) 15.04.9125.200.000 (‘) 23.04.9122.500.000 (3) (‘>

(‘) Het betreft blote terreinen en gebouwen die zich op sommige terreinen bevinden.Ii s’agit de terrains nus et de constructions qui se trouvaient sur certains d’entre eux.

I’) Vanaf de aangegeven datum. want het ziin vele aankooen.” A partir de la-date indiquée car acquisiti&s multiples.’(‘) Nog niet ondertekende lening.

Emprunt non encore signé.(‘) Aan de gang zijnde onteigeningen of aankopen.

Expropriations ou acquisitions en COUS

Documents

BRUSSELSE CONSEIL DE LA REGION DE BRUXELLES-CAPITALE · houdende aanpassing van de Middelenbegroting van het Ministerie van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest ... de heren André,