21
Chapter Five 1 A PowerPoint Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 1 A PowerPoint Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 1

A PowerPointTutorialto Accompany macroeconomics, 5th ed.

N. Gregory Mankiw

Mannig J. Simidian

®

CHAPTER FIVEThe Open Economy

Page 2: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 2

GROEI WERELDHANDEL: (fig: 5-1 en 5-2)GROEI WERELDHANDEL: (fig: 5-1 en 5-2)

Oorzaken:

-Technische vooruitgang op vervoersgebied-Technische vooruitgang waardoor goederen lichter zijn geworden-Handelspolitiek

Page 3: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 3

Page 4: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 4

Y = C + I + G + NXY = C + I + G + NX

Totale vraag naarbinnenlandse

output

Totale vraag naarbinnenlandse

output

Page 5: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 5

Y = C + I + G + NXY = C + I + G + NX

Dit kan worden herschreven als:

NX = Y - (C + I + G)NX = Y - (C + I + G)

Page 6: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 6

Y=C+I+G+NX.Y-C-G = I+NX.

S=I+NX. S-I=NX.

Het verschil tussen de nationale besparingen en de investeringen moet dus gelijk zijn aan de

S-I=NX

Saldo goederen en dienstenIm- en exporten

Nationaal spaarsaldo(net capital outflow)

Page 7: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 7

S-I=NX.

S = Partic. besparing(Sp)+ (T – G) (overheidssaldo).

Dus er staat het volgende:Sp + (T-G) – I = NX Oftewel:(Sp – I) + (T - G) = NX

Ter verduidelijking:Ter verduidelijking:

Als S-I en NX positief zijn, dan hebben we een handelsoverschot.

Als S-I en NX negatief zijn, dan hebben we een handelstekort. We lenendan netto van de rest van de wereld

Page 8: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 8

Saldi van de handelsbalans:

Page 9: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 9

C = C (Y-T)

I = I (r)

Y = Y = F(K,L)

NX = (Y-C-G) – I oftewel NX = S - I

output Y wordt bepaald door hoeveelheidProductiefactoren en stand van techniek

Consumptie is positief gerelateerd aan besteedbaar inkomen: (Y-T).Investeringen zijn negatief gerelateerd aan de reële rente.

Bij een kleine open economie wordt de reële rente gelijk aan de wereldmarkt reële rente: r*. Besparingen worden niet bepaald door de rente,de investeringen wel:

NX = (Y-C(Y-T) - G) - I (r*)

NX = S - I (r*)

Page 10: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 10

S

I(r)

Investment, Saving, I, S

Reële rente, r*

rgesloten

r*

NX

In een gesloten economie

open economie, r* = wereldrente.Het verschil tussen besparingenen investeringen bepalen het saldoop de handelsbalans.

r* > rgesloten dan een surplus op de handelsbalans en andersom

Page 11: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 11

Page 12: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 12

S

I(r)

Investment, Saving, I, S

Real interest rate, r*

r*

S'

Overheidstekorten:

NX

Nationale besparingen dalen:Tekorten op de handelsbalans

NX = (Y-C(Y-T) - G) - I (r*)

NX = S - I (r*)

Page 13: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 13

S

I(r)

Investment, Saving, I, S

Real interest rate, r*

r1*

Invloed van een groot land op een klein land. Groot land krijgt tekorten: Rente van r1* to r2*.

NX

Investeringen dalen in kleine open economie, veroorzaakt een overschotwhere S > I.

r2*

Page 14: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 14

Stel men wil bij dezelfde rentestand meer investeren.

NX

I>S leidt tot tekort ophandelsbalans

S

I(r)1

Investment, Saving, I, S

Real interest rate, r*

r1* I(r)2

Page 15: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 15

WisselkoersDe wisselkoers wordt bepaald door vraag en aanbod van munt.

De vraag naar de munt bestaat uit exporten van goederenen diensten, inkomens vanuit het buitenland en inkomendekapitaalinstroom

Het aanbod van de munt bestaat uit importen van goederenen diensten, inkomens naar het buitenland en uitgaandekapitaalinstroom

Page 16: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 16

- Relatieve prijs van de munten van 2 landen- e

-relatieve prijs van goederen tussen 2 landen- Ook wel: ruilvoet (terms of trade)-

Page 17: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 17

Be1

e

D$

Ae0

S$

$

Stel de vraag naar Amerikaans producten stijgt.

D$

Page 18: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 18

De reële wisselkoers is de relatieve prijs van goederen in twee verschillende landen

Page 19: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 19

Reële Wisselkoers = (120 yen/dollar) (10,000 dollars/American car)(2,400,000 yen/Japanese Car)

= 0.5 Japanse auto Amerikaanse auto

Oftewel Reële wisselkoers = Nominale wisselkoers Prijs van eigen goederen (in eigen

val.) Prijs buitenlandse goederen (in buitenlandse val.)

Je komt dit ook wel tegen als ruilvoet (bv. Europa):

Prijs exportgoederen (in €)Prijs importgoederen (in €)

Reële wisselkoersen

Page 20: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 20

NX()

Net Exports, NX

Real exchangerate,

0

S-I

Er is een negatief verband tussen de reële wisselkoers en het saldo op de handelsbalans.Een stijging van de reele wisselkoers betekentDat exportgoederen sneller duurder wordendan importgoederen de munt raakt Overgewaardeerd.

I Afh van wereld-renteS afh van Y en fiscaal beleid

Page 21: Chapter Five 1 A PowerPoint  Tutorial to Accompany macroeconomics, 5th ed. N. Gregory Mankiw Mannig J. Simidian ® CHAPTER FIVE The Open Economy

Chapter Five 21

NX()

Net Exports, NX

Real exchangerate,

NX1

S1-I

Tekorten van de overheid zorgen voor stijging reële wisselkoers. (Nationale besparingen dalen)

S2-I

NX2

2

1