Upload
hbo-in-de-haven-de-haven-en-het-rotterdams-hoger-onderwijs
View
219
Download
2
Embed Size (px)
DESCRIPTION
Â
Citation preview
DE HAVEN EN HET ROTTERDAMS HOGER ONDERWIJS
WERKEN AAN DE TOEKOMST
DE HAVEN EN HET ROTTERDAMS HOGER ONDERWIJS
WERKEN AAN DE TOEKOMST
Inleiding ...................................................................................................................................6
Een blik op de arbeidsmarkt ..............................................................................8
Strategieontwikkeling vanuit onzekerheid .................................... 14
- Scenario 1: de extreme specialist ............................................................. 20
- Scenario 2: de handige netwerker ...........................................................28
- Scenario 3: de snelle gamer ...........................................................................36
- Scenario 4: de slimme ZZP-er ..................................................................... 44
De Rotterdamse haven in het Hoger Onderwijs ...................... 50
Wat leert de toekomst ons? .............................................................................56
Wat doe jij in 2030? ................................................................................................. 60
Dankwoord ........................................................................................................................62
Disclaimer ...........................................................................................................................66
Colofon ...................................................................................................................................67
INHOUD
Wordt het de wereld van de extreme specialist, de handige netwerker,
de snelle gamer of de slimme zzp-er?
Deze verkenning is gemaakt aan de hand van een viertal scenario’s.
Wij nemen u mee in deze vier mogelijke werelden. Werelden die
gebaseerd zijn op de vele interviews met Rotterdamse bedrijven in
het haven en industrieel cluster en maritieme sector, ondersteund
met belangrijke ontwikkelingen in het Rotterdams hoger onderwijs.
Deze verkenning is geschreven in het kader van het programma hbo
in de haven. Hbo in de haven is een samenwerkingsprogramma van
Hogeschool Rotterdam, Hogeschool Inholland, de STC-Group, het
Havenbedrijf Rotterdam, Deltalinqs en de Jong Havenvereniging en
wordt ondersteund door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland,
de Gemeente Rotterdam en Provincie Zuid-Holland. Het programma
is bij het grote publiek bekend van projecten als: Pressure Cooker,
ver kiezing van het Beste Havenidee, de Mainport Meewerkdagen,
verkiezing tot Jong Haventalent, het Mainport Talentendiner
(i.s.m. Watertalent), de thematische Masterclasses en het LAW-event.
We hopen u met deze verkenning te prikkelen en te stimuleren om
samen met ons de toekomst van de Rotterdamse haven (en die van
de havenwerkers) te blijven verkennen.
Let’s go back to the future!
INLEIDING“THE BEST WAY TO PREDICT THE FUTURE IS TO CREATE IT” - ABRAHAM LINCOLN
DE ROTTERDAMSE HAVEN, DE MOTOR VAN DE NEDERLANDSE ECONOMIE, STAAT VOOR MISSCHIEN WEL DE GROOTSTE UITDAGING OOIT. DE VERGRIJZING, DE OPKOMST VAN NIEUWE TECHNOLOGIEËN, DE WERKZAAMHEDEN OP MAASVLAKTE 2 EN DE SNELLE ONTWIKKELINGEN VAN HAVENBUREN ANTWERPEN EN HAMBURG, HOUDEN IEDEREEN BEZIG. WAT HEEFT DE TOEKOMST VOOR DE ROTTERDAMSE HAVEN IN PETTO? WAT BETEKENT DIT VOOR DE ARBEIDSMARKT IN 2030? WELKE TALENTEN HEEFT DE HAVEN VAN DE TOEKOMST NODIG? EN HOE BEREIDT HET HOGER ONDERWIJS EN HET HAVENBEDRIJFSLEVEN ZICH HIER OP VOOR?
7
ROTTERDAM IS MET EEN OVERSLAG VAN JAARLIJKS ONGEVEER 450 MILJOEN TON GOEDEREN IN 2013 VERREWEG DE GROOTSTE ZEEHAVEN VAN EUROPA. ALS LOGISTIEK EN INDUSTRIEEL KNOOPPUNT IS DE HAVEN VAN ROTTERDAM DE TOEGANGSPOORT TOT DE EUROPESE MARKT VAN MEER DAN 350 MILJOEN CONSUMENTEN MET MEER DAN 90.000 DIRECTE EN 300.000 INDIRECTE ARBEIDSPLAATSEN.
EEN BLIK OP DE ARBEIDSMARKT
DE ROTTERDAMSE HAVEN
9
is bekend dat er op jaarbasis een arbeidsmobiliteit van circa 2.200
vacatures zijn, waarvan 70% op MBO- en 30% op HBO-niveau.
De cijfers die de Havenmonitor in opdracht van het Ministerie van
Infrastructuur en Milieubeleid jaarlijks ophaalt, kijken vooral terug.
De meest actuele monitor is recentelijk opgeleverd en betreft het kalen-
derjaar 2012. Daardoor is bekend dat de werkgelegenheid redelijk stabiel
is: al jaren zijn er tussen de 85.000 en 90.000 direct haven gebonden
arbeids plaatsen. Verwachting is echter wel dat de verdergaande auto-
matisering een neerwaarts effect op deze aantallen zal hebben hoewel
de uitbreiding van Maasvlakte 2 dit weer deels zal compenseren.
Haven industriële sector
In de laatste Haven in cijfers 2010-2011-2012 van het Havenbedrijf
Rotterdam N.V. wordt uitgegaan van ongeveer 19.000 personen die
werkzaam zijn in de industrie in de Mainport Rotterdam. Tot de sector
industrie behoren onder meer de Voedingsmiddelenindustrie, Aardolie
industrie, Chemische industrie, Metaalproductenindustrie, Transport-
middelenindustrie en Elektriciteitsproductie.
Een belangrijke functie binnen de procesindustrie is de operator, deze
functie is te vinden bij veel in de regio aanwezige energiecentrales,
afvalverwerkingsbedrijven en waterzuiveringsinstallaties. Een tweede
belangrijke functie binnen het industriële cluster is de onderhouds-
(of maintenance) technicus en/of monteur.
Rotterdam dankt haar positie aan de uitstekende bereikbaarheid via
zee, de achterlandverbindingen en de vele verschillende bedrijven en
organisaties, die in en voor het haven- en industriegebied actief zijn.
Het haven- en industriegebied strekt zich uit over een lengte van circa
50 kilometer en meet circa 12.500 ha (inclusief Maasvlakte 2).
De Mainport Rotterdam wordt veelal aangeduid als het Haven en
Industriële complex (HIC), als de unieke regionale combinatie van
enerzijds de logistieke activiteiten rond de Rotterdamse haven als
Europees knooppunt van mondiale en intra-Europese goederen-
stromen en anderzijds het industrieel cluster van (petro)chemische
en energiebedrijven, die in de regio gevestigd zijn. Bovendien heeft
de regio een bloeiend scheepsbouwcluster met een grote hoeveel-
heid toeleveranciers.
Rotterdam dankt zijn positie aan de uitstekende bereikbaarheid via zee, de achterlandverbindingen en de vele verschillende bedrijven en organisaties
De beschikbare arbeidsmarktdata zijn een samenvoeging van de
verschillende werkgelegenheidsenqûetes onder havenbedrijven in
Rotterdam, zoals de Arbeidsmarktverkenning Mainport Rotterdam van
Kennisinfrastructuur Mainport Rotterdam (KMR) 2012-2014. Doordat
deze verkenningen al jaren plaatsvinden onder dezelfde bedrijven,
DE HAVEN IN CIJFERS
1110
Haven logistieke sector
Uit dezelfde Haven in cijfers blijkt dat er wordt uitgegaan van ongeveer
57.000 personen die werkzaam zijn in de vervoer, dienstverlening t.b.v.
vervoer en overslag/opslag in de Mainport Rotterdam.
In deze publicatie wordt onder overslag en opslag alle bedrijvigheid
ten behoeve van het laden, lossen (incl. sjoractiviteiten) van schepen,
bij bedrijven in de container op- en overslag, droge bulk, break bulk
en RoRo-activiteiten verstaan. Het betreft hier een kleine 9.000 mede-
werkers van de bovengenoemde 57.000. De grootste werkgelegenheid
ligt in het wegvervoer met meer dan 25.000 werknemers en de dienst-
verlening t.b.v. vervoer met meer dan 13.000 werknemers. Hierbij kan
worden gedacht aan expediteurs en dienstverlenende bedrijven als
het Loodswezen. Het speelveld wordt bepaald door een aantal grote
(multinationale) spelers. In het verlengde van deze (logistieke) keten
is een aantal bedrijven actief in de verdere verwerking naar (kleinere)
Europese havens en het achterland (via binnenvaart, spoor of weg-
vervoer). Daarnaast zijn bedrijven actief in de RoRo (incl. ferries) en
Break Bulk. De bedrijfsresultaten (en daarmee de werkgelegenheid)
hebben in de afgelopen periode een beperkte krimp gekend, maar
deze zijn over het algemeen vrij stabiel.
Door de toepassing van verdergaande technologie in bedrijfsprocessen bestaat een grotere vraag naar specialistische arbeid
De inschatting is dat bij een gelijkblijvende hoeveelheid aanbod van
containers, een krimp van de werkgelegenheid zal plaatsvinden
door verdergaande automatisering. Door de toepassing van nieuwe
technolo gieën in bedrijfsprocessen bestaat een grotere vraag naar
specialis tische arbeid.
Groothandel & Zakelijke dienstverlening
Naast de industriële en logistieke invulling van de haven vinden er
dienstverlenende activiteiten plaats zoals baggeren, off-shore diensten
en opslagwerkzaamheden. Deze sector biedt ruim 4.000 arbeids-
plaatsen. De vertegenwoordiging van aan de haven gerelateerde
groothandel biedt arbeidsplaatsen aan 7.000 mensen.
Industrie8.500 maintenance sector14.300 overige industrie (Energie Utility, Natte Bulk, Raffinage en Chemie)
Maritiem7.000 binnenvaart 1.500 zeevaart
Transport
Logistiek 9.000 op- en overslag14.000 dienstverlening t.b.v. vervoer (expediteurs, dienstverlenende bedrijven zoals scheepsafhandeling en Loodswezen)
GroothandelZakelijke en niet-zakelijke
dienstverlening
23.000
22.800
7.000
8.500
5.000
29.000
±95.300WERKNEMERSIN DE HAVEN
IN 2012
Bron: ‘Haven in Cijfers’ van Port of Rotterdam (Erasmus Universiteit Rotterdam) en Deltalinqs
1312
DE TOEKOMST IS NIET BEKEND EN IS OOK NIET TE VOORSPELLEN. MAAR DE UITDAGING OM ER OP TE REAGEREN IS ER WEL DEGELIJK. DIT GELDT ZEKER VOOR HET ARBEIDSMARKTVRAAGSTUK WAT DE HAVEN VAN ROTTERDAM BEZIGHOUDT. VOOR WELKE BEROEPEN MOET JE STUDENTEN OPLEIDEN OF WELKE VAARDIGHEDEN EN COMPETENTIES MOETEN TOEKOMSTIGE WERKNEMERS HEBBEN? VRAGEN WAAR ELKE HOGESCHOOL OF ONDERNEMING MEE WORSTELT.
STRATEGIE-ONTWIKKELING VANUIT ONZEKERHEID
WERKEN MET SCENARIO’S
15
Juist in deze tijd waarin economische voorspellingen maar zeer
kort valide blijken te zijn en technologische vooruitgang van van-
daag door nieuwe vindingen van morgen al weer worden voorbij-
gestreefd. Om hier toch iets meer grip op te kunnen krijgen is het
gebruiken van scenario’s een interessant hulpmiddel. Dat is voor
deze publicatie ook gedaan.
Omdat scenario’s geen voorspellingen van de toekomst en ook geen blauwdrukken zijn, kunnen ze helpen bij het omgaan met onzekerheden
Scenario’s zijn denkbare en consistente toekomstbeelden die het
gevolg kunnen zijn van zo realistisch ingeschatte mogelijke ontwikke-
lingen. Het gaat om ontwikkelingen die zich abrupt en soms geleidelijk
voordoen. Ontwikkelingen waarop geen grip mogelijk is, maar waar-
van de consequenties wel van belang zijn en geaccepteerd moeten
worden als ze plaatsvinden. Ongeacht of deze consequenties nu kans-
rijk of juist lastig zijn voor de haven, het onderwijs of het bedrijfsleven.
Omdat scenario’s geen voorspellingen van de toekomst en ook geen
blauwdrukken zijn, kunnen ze helpen bij het omgaan met onzeker-
heden. Ze verkleinen niet de onzekerheid maar maken die zichtbaar
en - niet onbelangrijk - ook bespreekbaar. Dit komt omdat er niet voor
één bepaald scenario c.q. toekomst(beeld) wordt gekozen, maar meer-
dere toekomsten worden verkend en op mogelijke gevolgen voor de
huidige gang van zaken worden geanalyseerd.
Een gangbaar hulpmiddel om tot onderscheidende scenario’s te komen
is het benoemen van twee assen. Op deze assen staan zogeheten
drijvende krachten die een grote impact hebben hoe het voorliggende
vraagstuk zich ontwikkelt en een grote onzekerheid kennen in welke
richting ze zich ontwikkelen. Hierdoor ontstaan vier kwadranten. De
assen die zijn gebruikt voor het opstellen van de vier scenario’s die op
de volgende pagina’s worden beschreven gaan uit van 1) een econo-
mie die zich verder globaliseert of een economie die meer lokaal is
georiënteerd en 2) de wijze waarop waarde wordt gecreëerd: op
persoonlijk niveau als specialist of door meer grootschalige verbanden.
Dit heeft in vier scenario’s geresulteerd.
Bij het uitwerken van de verschillende scenario’s is een drietal stellingen
mede van belang geweest. Deze stellingen zijn naar voren gekomen
naar aanleiding van gesprekken die in het kader van het programma
hbo in de haven met ondernemers en instellingen zijn gevoerd.
GLOBALISERING
DE EXTREMESPECIALIST
DE SNELLEGAMER
DE SLIMMEZZP-ER
DE HANDIGENETWERKER
LOCALISERING
SPECIALISTISCH GROOTSCHALIG
17
Het betreft de volgende stellingen:
STELLING 1: In de haven van de toekomst zijn functies hyper
specialistisch, onderwijs kan hier nooit op inspelen!
STELLING 2: In de toekomst maakt nieuwe technologie menskracht
in de haven overbodig!
STELLING 3: Om jonge talenten aan een havenbedrijf te binden
zullen havenbedrijven een strategisch Human Resource Beleid moeten
hanteren waarin een vroegtijdige inhoudelijke betrokkenheid bij het
onderwijs noodzaak is.
De stellingen stonden ook centraal in het debat dat op 11 juni
2014 tijdens het afsluitende Topevent hbo in de haven tussen
vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven en onderwijs is gevoerd.
Een fotoimpressie en enkele uitspraken naar aanleiding van deze
stellingen zijn verwerkt in de pagina’s tussen de vier scenario’s.
Een discussie op gang brengen hoe eventueel al nu te anticiperen op die mogelijke veranderingen
De scenario’s zijn geschreven vanuit verschillende gezichtspunten.
Het scenario 1) De extreme specialist vanuit het standpunt van een
student waarbij vergaande specialisatie de ultieme competentie is, 2)
De handige netwerker vanuit het oogpunt van een jonge professional
die alleen kan functioneren als lid van een collectief, 3) De snelle gamer
gebaseerd op multi-inzetbare computervaardigheden bezien vanuit
de ervaringen van een geslaagd ondernemer en 4) De slimme zzp-er
vanuit een docent die aangeeft dat werk samenhangt met vergaande
flexibiliteit en adaptiviteit. In elk scenario wordt ook ingegaan hoe het
onderwijssysteem vorm is gegeven en functioneert in die verschillende
toekomstige werelden.
De beelden die deze scenario’s oproepen zijn nadrukkelijk bedoeld
om mogelijke veranderingen te benoemen en op basis daarvan een
discussie op gang te brengen hoe eventueel al nu te anticiperen op die
mogelijke veranderingen. Het gaat dus nadrukkelijk niet om het kiezen
van een bepaald scenario. Vragen die daarbij gesteld kunnen worden
zijn A) Is het nu al onderzoeken van een ander onderwijsssteem mis-
schien toch niet onverstandig, al is het maar om het huidige onderwijs-
systeem op haar adaptiviteit en veranderbaarheid te testen? B) Kunnen
andersoortige beroepen nu al in de kiem worden ontdekt als rekening
wordt gehouden met deze verschillende toekomsten? C) Hoe kunnen
ondernemers hun bestaand HRM meer rekening laten houden met dit
soort mogelijke ontwikkelingen? D) Welke rol moet de haven specifiek
innemen in het onderwijs of breder gesteld het (permanent) ontwikke-
len van vaardigheden toepasbaar in de haven?
Misschien leren de scenario’s nog wel het meest dat, parallel aan het
flexibeler maken van de arbeidsmarkt waardoor sneller op verande-
ringen ingespeeld kan worden, ook in het onderwijs een parallelle
slag naar flexibilisering gemaakt moet gaan worden. Of dat we, nog
algemener, te weinig met de toekomst bezig zijn en te veel met het nu,
hoe begrijpelijk ook. Oordeel zelf.
18
TOEN IK ÉÉN VAN DE EERSTE LEERLINGEN WAS OP DE STEVE JOBS SCHOOL WAS DAT EEN HELE OMMEZWAAI IN HET BASISONDERWIJS BEGIN DEZE EEUW. DEZE PRIMARY SCHOOL ZONDER LESLOKALEN, NIET MET LEERKRACHTEN MAAR MET LEERONDERSTEUNERS, GAF DE KINDEREN DE MOGELIJKHEID DOOR MIDDEL VAN APPS OP HUN IPAD ZICHZELF COMPLEET TE ONTWIKKELEN.
DE EXTREME SPECIALIST
SCENARIO 1
21
De 4me software in mijn Ipad registreerde en analyseerde mijn
internet gedrag en app-gebruik en gaf met deze gegevens mijn
ontwikkeling en vooruitgang weer. Dit is de grondslag van mijn Global
Personal Identity Profile, PIP genaamd. Dit is een veel verder gere-
gistreerde code dan het vroegere Burger Service Nummer dat enkel
op overheidsniveau werd gebruikt in Nederland. Ik haalde mijn levels
binnen mijn apps en andere programma’s om uiteindelijk door te
kunnen stromen naar de Secondary School.
Specialistische doeners en denkers
In dit leerhuis van younger students heb ik mijn eigen vakken gese-
lecteerd die aansloten bij mijn PIP. Ik heb niet altijd docenten gehad
die fysiek aanwezig waren. Ik heb veel lessen en workshops virtueel
gevolgd die vanuit andere landen werden georganiseerd. Waar mijn
ouders enkel Nederlands op school spraken doe ik dat alleen nu nog
maar bij hen thuis. Daarbuiten spreek ik alleen eigenlijk maar Engels. Na
deze vijfjarige Secondary School ben ik naar de Third School gegaan.
Door virtuele verbintenissen is er een grote opkomende stimulerende wereldeconomie waarbij de politiek een minder belangrijke rol inneemt
Hier draait het volledig om specialisatie en diepere ontwikkeling van je
eigen kennisveld (PIP). Waar men vroeger nog generiek werd opgeleid
op Mbo-, Hbo- en Wo-niveau is dat nu totaal niet meer. Als je geen
specialist wil worden val je echt buiten de boot. Door de vergaande
ontwikkelingen op technologisch gebied en grootschalige automa-
tisering is er begin deze eeuw veel werkloosheid ontstaan. Mensen
werden door robotica vervangen en kwamen thuis te zitten. Om nog
op de arbeidsmarkt toe te treden moest men erg specialistisch zijn
met een groot onderscheidend vermogen. Hierdoor is er een grote
vraag naar specialistische doeners en denkers ontstaan. Het hbo van
begin deze eeuw is eigenlijk helemaal verdwenen. De vroegere mbo
is nu een mbo+ opleiding waar meer aandacht wordt besteed aan het
denken en het vroegere wo is nu een wo-opleiding met meer aan-
dacht op het doen. Zo ontwikkelen wij ons tegenwoordig binnen onze
eigen specialisatie niet meer enkel pragmatisch. Binnen deze scholen
lopen praktijk gericht en theoriegericht onderwijs kriskras door elkaar
heen en ontwikkel ik mijn denker- en doenerkant. Ook stel ik zelf op
deze school mijn curriculum samen met begeleiding van een men-
tor. Deze mentor is zelf werkzaam in het beroepenveld waarin ik mijn
specialisatie heb gevormd. Ik ben hard bezig op dit moment om een
internationaal netwerk om mij heen te bouwen met jonge specialisten
waar ik later binnen kenniskringen mee zal samenwerken.
Binnen de kennisdeling economie van nu is geen ruimte voor louter
egoïsme. Delen van kennis en kunde zorgt voor synergie binnen
een wereldwijd platform. Door virtuele verbintenissen is er een grote
op komende stimulerende wereldeconomie waarbij de politiek een
minder belangrijke rol inneemt.
De Nederlandse overheid is begin jaren 2020 vervallen waarvoor in
de plaats een nieuwe vorm van het Worldparlement is ontstaan. Dit
parlement regeert over de aangesloten leden en stelt zich faciliterend
en uitvoerend op. De lokale parlementen zijn er nog wel om de onder-
grens te bewaken van de samenleving, in het bijzonder de sociale
waarborging ervan. Dit Worldparlement heeft onder andere besloten
dat er globaal wordt ingezet op de uitvoering en waarborging van de
CO2-footprint. Zo wordt er aan de hand van het United Ticket Delivery
System en Certificeringen bekeken waar de juiste plek is om een
project te produceren/leiden.
Een ander besluit is het nieuwe energyhub.com. De wereldenergie-
markt is aan elkaar gekoppeld door een globaal internetsysteem.
Waar begin deze eeuw het gas werd vervoerd waar de winning daar
was, wordt nu van het gas direct lokaal energie gemaakt en direct in
energy-hubs gestopt. Grootschalige windmolenparken bepalen nu niet
alleen het beeld van de polder maar ook op zee. De Solar See Parcs
zorgen voor toerisme en energie. Het Simple Shore Platform op Maas-
vlakte 2 is hier een goed voorbeeld van. Dit duurzame, afbreek baar
drijvend platform dat op maat is gemaakt voor opslag en huisvesting van
de windmolens is tegelijkertijd geschikt voor toerisme.
Drone wereld
Ik kan mij nog steeds niet voorstellen dat Maasvlakte 2 was aangelegd
met oog op de groei van de overslag binnen de Rotterdamse haven.
Door de gedwongen specialisatie op wereldniveau en de verschuiving
naar duurzaamheid door de invoering van de CO2-footprint heeft de
2322
Rotterdamse haven zich gespecialiseerd in het ontmantelen van boor-
platforms en slopen van schepen. De grote vraag naar maintenance
binnen de haven was ook een aanleiding daarvoor. Vele shore based
specialisten werken hier aan ontmanteling en sloopwerkzaamheden.
Waar men vroeger als maintenance werknemer onderin de werkketen
zat, staat men nu vooraan, deze verschuiving van onderhouds monteur
naar ontwerper komt door hun eigen specialisatie. Echte fysieke haven -
werknemers zijn er nog maar in kleine hoeveelheden.
De volledig geautomatiseerde terminals worden op afstand bestuurd.
De grote stroom van triple A vrachtschepen, waar het besturingsdeel
en laadruimte los gekoppeld kan worden, zorgt voor minder verkeer
in de haven maar grotere bulk per vracht. Deze onbemande ‘drone’
schepen varen van loods naar loods.
Door deze ‘drone’ wereld, niet alleen op zee maar ook op land, is er
een hele verschuiving binnen de advocatuur ontstaan. Mijn vader
werkt in deze sector en heeft zich gespecialiseerd in aansprakelijkheid
voor onbemande schepen. Waar het Nederlandse rechtssysteem nog
goed was onderverdeeld in de jaren 2000 is er in de loop der jaren
een hele nieuwe sector ontstaan. Tegenwoordig zijn er vele tientallen
vertakkingen ontstaan binnen onze internationale advocatuur door
middel van specialisatie. Juristen van nu zijn gespecialiseerd in nieuwe
!GO!
GLOBAL PERSONAL
IDENTITY PROFILE
PIP
CO2- FOOTPRINT
IPADV12
verantwoordelijkheden omdat niemand meer weet wie er verant-
woordelijk en wie er aansprakelijk is. Zo is er in de loop der jaren een
hele grote dienstverlenende sector gericht op de haven bijgekomen.
De procesmanagers in het havengebied, die het werk aannemen en
ver delen onder de specialisten, verleggen hun verantwoordelijkheden
naar elkaar. Deze keten vol specialisten die werken aan één opdracht
zorgt voor veel werk voor de contractmakelaars. Die zich op hun beurt
ook hierin weer hebben gespecialiseerd.
Zo normaal is het nu dat je dit leest op je IpadV12 tussen je Internet meetings binnen je eigen virtual international crowd
Waar men vroeger nog normaal vond dat je schreef met een pen waar
inkt uit kwam, je ’s morgens haastte om op tijd op je werk of school
te zijn en daardoor ook in de file stond. Zo normaal is het nu dat je
dit leest op je IpadV12 tussen je Internetmeetings door, zittend aan je
eigen eetkamertafel werkend binnen je eigen VIN (virtual international
network), je direct inzicht hebt in je eigen prestaties op school en ziet
waar je partner op dat moment vliegt voor zijn eerste fysieke afspraak
met een jeugdvriend.
2524
Het bedrijfsleven wacht niet op het Onderwijs maar bereikt cohesie door samen te werken.
Dit is nooit een vraag alleen aan het Onderwijs, het is een samenspel.
Met hyper specialistische functies komt er meer werk voor goed opgeleide ZZP-ers die in groepen elkaars specialisme gaan aanvullen.
STELLING
“In de haven van de toekomst zijn functies hyper specialistisch, Onderwijs kan hier nooit op inspelen.”
26
DE HANDIGE NETWERKER“MET VEEL PLEZIER OVERHANDIG IK JE DE PRIJS VOOR DE SNELSTE HAVENGAMER 2033”. NA DEZE WOORDEN OVERHANDIGDE IK DE STRALENDE SAFIRA EEN BEELD EN EEN ENVELOPPE MET INHOUD. MET OVERTUIGENDE VOORSPRONG HAD ZIJ HAAR COMPONENTEN VERSLAGEN BIJ DE JAARLIJKSE WEDSTRIJD IN ZOWEL SNELHEID ALS IN COMPLEXITEIT VAN HANDELINGEN DIE FOUTLOOS MOESTEN WORDEN UITGEVOERD. EEN WEDSTRIJD WAAR DE BESTE STUURDERS VAN DE HAVEN OM DE EER STRIJDEN.
SCENARIO 2
29
Toen ik ruim dertig jaar geleden afstudeerde was dit een nog niet
bestaand beroep in de haven. Kraanmachinisten of mensen in con-
trolekamers kwamen nog het meest in de richting van deze moderne
havengamers. Tegenwoordig zijn joysticks vervangen door virtual
reality-handschoenen en vanuit comfortabele fauteuils worden kranen
op afstand bediend of schepen de haven ingeloodst, zover dit overigens
niet geautomatiseerd gaat. De kracht van goede stuurders zit in het snel
reageren op zeer onverwachte situaties die zelfs door de supersnelle
computers van tegenwoordig niet adequaat verwerkt kunnen worden.
Eigenlijk zijn ze een soort super troubleshooters die indien het zich
voordoet veel onheil kunnen voorkomen. Want als het fout gaat dan
gaat het helaas ook meteen op grote schaal verkeerd. Dat is wel een
nadeel van de steeds complexer geworden processen en verplaatsingen
in de haven die zeer vergaand met elkaar in transport- en productie-
ketens verweven zijn. Gelijktijdig heeft de realisatie van aanzienlijke op-
timalisaties in de totale waardeketen, en niet op onderdelen, de haven
de sterke positie van tegenwoordig bezorgd. Was het vroeger nog voor-
al de ligging en de gestroomlijnde transportactiviteiten die de haven
zo’n sterke positie gaven. Nu, dertig jaar later was het dat, maar vooral
ook de koppeling van wereldwijde informatienetwerken, de permanen-
te planning van optimale routes, wereldwijde aansturing van productie-
capaciteit, inzet van personeel en de levering aan afnemers die mede
door de haven van Rotterdam bepaald worden. Niet dat de haven, of
specifieker mijn bedrijf, op de plek van mijn klanten is gaan zitten, maar
wel hebben wij steeds meer verantwoordelijkheid naar ons toegescho-
ven gekregen waardoor wij een overtuigende ketenregie hebben weten
te realiseren. Zodanig zelfs dat nieuwe maakmethodieken als 4d-printers
lucratiever door onze (informatie)systemen benut worden dan door de
eigenaren zelf, of het nu privépersonen betreft dan wel fabrikanten.
Tegenwoordig zijn joysticks vervangen door virtual reality-handschoenen en vanuit comfortabele fauteuils worden kranen op afstand bediend of schepen de haven ingeloodst
Stuurders
Mijn Stuurders komen eigenlijk zelden feitelijk in de haven. Vanuit mijn
luxe ingerichte kantoor in het Merwe Vierhavengebied doen zij hun
werk. Toen ik twintig jaar geleden deze ontwikkeling zag ontstaan heb
ik daar mijn eerste vierkante meters gehuurd. Nu bezit ik een van de
grotere VR-towers in het gebied dat bijna als het nieuwe centrum van
Rotterdam wordt beschouwd. De oude havensfeer van weleer is er niet
meer. Alleen de nostalgie ervan. Het is er meer een komen en gaan van
ondernemers, bewoners en studenten. Ook van mijn oude school. Ze
zijn wel helemaal veranderd in opleiding en aanpak en nog veel groter
geworden. Na de samenwerking met andere lokale opleidingen, is de
4DPRINTER
STUURDERSSNELSTE
HAVENGAMER
2033VIRTUAL REALITY
3130
school in de loop der jaren ook veel meer internationaal geworden.
Rotterdam in de naam staat ook niet meer voor de geografische loca-
tie, maar voor de kwaliteit en de waarde die aan de opleiding gegeven
wordt. De opleiding bestaat ook niet meer uit inhoudelijk gedreven
opleidingen zoals zorg, techniek, handel of educatie, maar is vooral
gericht op het doorgronden van complexe systemen en het vakkundig
kunnen omgaan daarmee. Een basiskenmerk van deze complexe sys-
temen is namelijk dat ze grensoverschrijdend zijn en niet meer binnen
de kaders van die vroegere sectoren begrepen en opgepakt kunnen
worden. Een ‘verpleegkundige van weleer’ moet nu even gemakkelijk
robots kunnen aansturen met behulp van virtual reality-handschoenen
als mijn Stuurders. Met jaloezie kijk ik naar de mogelijkheden van de
huidige studenten. Zij kunnen veel meer winkelen, ook dus internati-
onaal, tussen modules waarbij een mix tussen doen/praktijk en door-
gronden en begrijpen van complexiteit van de systemen en operaties
de kracht van de Hogeschool vormt: niet gekoppeld aan een sector
maar aan kennis èn vaardigheid. De toenmalige 21ste Century Skills
waren interessant, maar konden niet verdoezelen dat er meer kennis
noodzakelijk was. Kennis die juist gericht is op het doorgronden van die
complexiteit en het leren omgaan met onzekerheden die daarmee ook
gepaard gaan omdat niemand het totale overzicht meer heeft over die
complexe systemen. Een aspect dat in mijn tijd juist werd overgela-
ten aan de universiteit, maar waar iedereen, ook afkomstig van lagere
opleidingsniveaus tegenwoordig mee te maken heeft.
Rotterdam in de naam staat ook niet meer voor de geografische locatie, maar voor de kwaliteit en de waarde die aan de opleiding gegeven wordt
Ik geniet nog dagelijks van mijn eigenwijze keuzes zo’n twintig jaar geleden
Nieuwe elitelaag
Het is overigens maar goed dat de Hogescholen internationaal geo-
riënteerd zijn. Want hoewel de haven en ook Rotterdam economisch
gezien best een bloeiende periode doormaakt, is baanzekerheid niet
aanwezig. Mijn Stuurders vormen, samen met anderen die vanwege
hun specifieke kennis en vaardigheden wel een vaste baan hebben, de
nieuwe elitelaag van de stad. De rest van de inwoners moet het doen
met tijdelijke klussen en onzekerheid over inkomen. Omdat Rotterdam
zo’n sterke positie heeft weten te behouden, is het goed uit te houden,
maar soms merk je toch wel spanningen in de stad. Het voordeel van
deze situatie is voor mij dat er altijd voldoende mensen zijn die even
iets voor me willen doen, maken of regelen. Geen onprettige situatie
dus als je aan de goede kant van de inkomenslijn zit. Ik geniet nog
dagelijks van mijn eigenwijze keuzes zo’n twintig jaar geleden. Ieder-
een lachte me uit dat ik juist de opkomst van nieuw technologieën
en andere daarmee gepaard gaande werkwijzen heb opgepakt terwijl
menig gevestigd bedrijf toentertijd zich op één aspect of type activiteit
toelegde en daarmee uiteindelijk een speelbal van mensen zoals ik
werden. Misschien ben ik dan toch wel een nieuwe havenbaron, terwijl
ik nauwelijks nog in de haven kom.
3332
Menskracht wordt slimme kracht en een slimmere haven betekent nieuwe banen.
Invoering 3D printer creëert ook nieuwe banen.
Ook buiten de haven is voldoende havenwerk.
STELLING
“In de toekomst maakt nieuwe technologie, menskracht in de haven overbodig.”
34
GELUKT! IK ZIE ZOJUIST OP MIJN PROFILE-NET DAT DE VEREISTE 30% VAN MIJN PROFESSIONELE NETWERK HEEFT AANGEGEVEN DAT IK MIJN BIJSCHOLING ALS PROGRAMMEUR VAN SLIMME MATERIALEN HEB GEHAALD. DAT BLIJFT ALTIJD SPANNEND.
DE SNELLE GAMER
SCENARIO 3
37
Tegenwoordig zijn de lessen en opgaven die je krijgt gebaseerd op je eigen niveau en stellen je echt op de proef
Vroeger was het veel eenvoudiger om een vak of training met goed
succes af te ronden. Je volgde klassikaal college, legde een toets af
die redelijk algemeen was, een docent keek het na, eventueel ook
nog door een co-referent en je kreeg een cijfer. Tegenwoordig zijn de
lessen en opgaven die je krijgt gebaseerd op je eigen niveau en stellen
je echt op de proef. Daarnaast kijkt niet een docent het meer na, maar
wordt de uitslag beoordeeld door een random gekozen aantal contac-
ten uit je eigen netwerk. Zij beoordelen mijn antwoorden, op de altijd
complexe vraagstukken, op juistheid, originaliteit en toepasbaarheid
in de praktijk. Toen deze beoordelingswijze zo’n 15 jaar geleden werd
geïntroduceerd, werd er in het begin nog wel misbruik van gemaakt.
Door een stelletje vrienden te vragen je positief te beoordelen werden
vakken en trainingen gemakkelijk gehaald. Maar uiteindelijk leverde het
ook die vrienden nadeel op. Omdat jij als onderdeel van hun netwerk
ook projectopdrachten kreeg maar die toch niet op het juiste niveau
kon uitoefenen werden ook zij, inclusief het bijbehorende netwerk,
minder geloofwaardig en kregen ze ook minder gemakkelijk werk.
De Rotterdamse Hogeschool waarop mijn vader afstudeerde, bestaat
in afgeslankte vorm nog wel, maar is minder een onderwijsfabriek
geworden, maar veel meer een leverancier van vooral didactisch
hoogwaardig vormgegeven kennismodules, die je naar gelang je
eigen behoefte volgt. Het netwerk waar je onderdeel van bent bepaalt
in essentie welke inhoud je nodig hebt: jij draagt eigenlijk bij aan de
gemeenschappelijk expertise van jouw netwerk. Het is ook een soort
paradox: je kansen worden bepaald door de kwaliteit (omvang en
kunde) van je netwerk, waardoor je er ook op kan teren, maar als je
persoonlijk niets toevoegt dan zal je er ook niet lang meer onderdeel
van uitmaken. Kortom: netwerk- en individuele kwaliteiten hangen
samen en zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.
Altruïstisch egoïsme
De netwerken zijn zo belangrijk geworden in ons leven omdat de crisis
in het begin van deze eeuw veel langer duurde dan aanvankelijk werd
gedacht en omdat ze ook uiteindelijk gepaard is gegaan met een zeer
vergaande vorm van automatisering en technologisering in alle econo-
mische branches: van industrie, tot vervoer, van administratie tot zorg.
Zelfs in het onderwijs. Grote groepen mensen kwamen daardoor aan
de zijlijn te staan. Er zat niets anders op dan op eigen houtje het beste
van je leven te maken. De sociale vangnetten waren er nog wel, maar
door de grote aantallen gebruikers was dit geen vetpot. Mensen zoch-
ten elkaar meer en meer op: een samenleving gebaseerd op zelforga-
nisaties pus sang ontstond. Een samenleving waar je als individu alleen
ASSEMBLERS RUIL-HANDEL
ZELF-ORGANISERENDE
NETWERKENC2C
NETWERK-PROFIEL
3938
maar moeizaam overeind kon blijven, maar als onderdeel van een
grotere groep, jouw netwerk, je veel betere ‘overlevingskansen’ had.
Je geeft en neemt dus gelijktijdig, een vorm van altruïstisch egoïsme
als het ware.
Je geeft en neemt dus gelijktijdig, een vorm van altruïstisch egoïsme als het ware
Paradox
De vergaande technologisering, die overigens knap rond 2005 was
voorspeld door de mensen achter de Singularity University, had ook
een soort paradox in zich. Enerzijds dus een enorme uitstoot aan
arbeidskrachten, maar anderzijds heeft het ook de mogelijkheden
geschapen om als consument je eigen producten te gaan maken.
Vooral de 3d-printer, en later de daaruit voortgekomen Assemblers,
hebben dat mogelijk gemaakt. Ik heb er thuis een staan waarmee ik
gemakkelijk mijn eigen kleding kan maken, maar in mijn netwerk kan
ik ook gebruik maken van apparatuur om elektronica te printen of
meubels. Ik ben zelf thuis bezig met een experiment om met program-
meerbaar materiaal als grafeen een antibacteriële laag op kleiding aan
te brengen waardoor infecties beter voorkomen kunnen worden. Dit
was ook de reden om de aanvullende leermodule te volgen.
Lokale productie
Mijn netwerk is wat betreft mijn kennisontsluiting wereldomvattend.
Hiervoor gebruik ik uiteraard mijn profiel-net, een soort Facebook +
Google van weleer, maar dan gebaseerd op mijn persoonlijke profiel
en het profiel van mijn netwerk. Mijn dagelijks leven kent een veel
meer geografisch afgebakend gebied: de regio Rotterdam. Er is ook
geen reden om dit veel groter te laten zijn. Ik kan hier alles vinden dat
ik nodig heb: contacten, werk, vertier en voorzieningen. Het is welis-
waar niet meer zo lux en uitbundig als voorheen, maar gelukkig ook
geen armoede. Er zijn wel mensen vertrokken naar gebieden waar
meer ruimte was en hebben daar geschikte netwerken gezocht om
aan te sluiten.
De lokale productie die door 3d-printen is ontstaan maakt dat regio-
nale afbakening ook goed mogelijk is geworden. Wereldwijd is er nog
wel het nodige transport van grondstoffen. Echter, door de vergaande
stroomlijning van recycling en ontwerpen via cradle-2-cradle principes
wordt dit ook minder. En het benutten van slimme materialen redu-
ceert deze internationale transportstromen ook in toenemende mate.
De haven van Rotterdam, is flink in omvang afgenomen. De automati-
sering en technologisering, gekoppeld aan investeringsafschrijvingen
hebben veroorzaakt dat het chemisch cluster zo goed als geheel uit
de haven is verdwenen. Ook de containerterminals zijn kleiner gewor-
den. Daar tegenover zijn wel nieuwe activiteiten ontstaan; zoals grote
Makerspaces waar omvangrijke 3d-printers staan, maar ook gespeci-
aliseerde netwerkorganisaties die zich hebben toegelegd op nieuwe
technologieën, in het bijzonder het ontwikkelen van nieuwe slimme
materialen. Dit gebeurd vooral via lab-achtige werkwijzen. Het zal niet
verbazingwekkend zijn dat mijn netwerk daar ook is gekoppeld.
Een ander deel van de haven heeft in feite de functie van de detail-
handel in de binnenstad overgenomen. Daar zijn steeds meer winkels
verdwenen, deels door de crisis, deels door verkoop via internet, deels
door eigen productie van stedelingen. Een levendige ruilhandel is er
wel voor in de plaats gekomen. De leegstaande winkels waren daar
niet geschikt voor. De grotere fabriekshallen en vlaktes in de haven
wel. Het havengebied is er hierdoor wel veel leuker op geworden. Was
het vroeger een behoorlijk monofunctioneel gebied, nu ga je er zelfs
voor je plezier naar toe! Maar de havenarbeider van weleer, die bestaat
eigenlijk niet meer.
4140
STELLING
“Om jonge talenten aan een (haven)bedrijf te binden zullen haven-bedrijven een strategisch HRM beleid moeten hanteren waarin een vroegtijdige inhoudelijke betrokkenheid bij het Onderwijs een must is!”
Ook docenten moeten op havenstage.
Je moet kinderen al spelenderwijs laten kennismaken met de haven.
Bedrijven werven niet meer op functies maar op competenties en persoonlijke kenmerken.
42
HET WAS VANDAAG WEER FLINK DENKEN EN BIJTANKEN. DE STUDENTEN DIE ME VOOR VANDAAG ALS DAGDOCENT HADDEN ‘INGEHUURD’ HADDEN DUIDELIJKE VRAGEN BETREFFENDE MIJN CLUSTERDOMEIN BIO-ENGINEERING. MET DIT DOMEIN BESTRIJK IK HET VELD VAN BIOBASED TECHNICS, NANOTECHNOLOGIE GEKOPPELD AAN AGRICULTURAL FEEDSTOCK. EEN NIEUW VAKGEBIED DAT DE LAATSTE JAREN STERK IS OPGEKOMEN EN WAARMEE WORDT INGESPEELD OP DE BEHOEFTE EN NOODZAAK OM VANUIT GESLOTEN KRINGLOPEN VOLDOENDE VOEDSEL IN DE REGIO ROTTERDAM TE REALISEREN.
DE SLIMME ZZP-ER
SCENARIO 4
45
Je marktwaarde wordt vooral bepaald hoe je als persoon enerzijds vanuit een totaalconcept kan denken en handelen, en anderzijds toch voldoende kennis van die verschillende disciplines hebt om ze op hun bruikbaarheid te kunnen beoordelen
Juist de combinatie van nanotechnologie en het gebruik van natuurlijke
biobased elementen heeft een enorme stimulans aan de regionale
voedselproduktie gegeven. De studenten van vandaag hadden al twee
jaar geleden hun basisjaar aan de Hogeschool afgerond, waarbij ze
al intensief met mijn domein hadden kennis gemaakt, maar ook met
andere domeinen als megatronica, waar inzichten vanuit elektrotech-
niek, werktuigbouwkunde, meet- en regeltechiek en besturingstechniek
aan elkaar worden gekoppeld en gedoseerd. Nu tankten ze kennis bij.
Een activiteit, of beter gezegd proces, dat elk jaar wel één keer ge-
beurd. Student is eigenlijk ook niet meer het goede woord. Je schoolt
je in principe je hele werkzame leven continue bij en de hogescholen
faciliteren deze behoefte op een adequate wijze.
Met deze discipline-overschrijdende kennisdomeinen en inzichten
zijn ze, zoals het merendeel van de werkende bevolking, als zzp-er
aan de slag gegaan. En afhankelijk van hun opdrachten en projecten
maken ze gebruik van wat na het basisjaar door de Hogeschool wordt
aangeboden. De Hogeschool is een soort Speakers Academy gewor-
den waar je als individu, wel duur dan, of als groep (is beter betaal-
baar) voor één of meerdere dagen een docent inhuurt die zijn of haar
domeinmodules aanbiedt.
Of je als zzp-er aantrekkelijk bent om ingehuurd te worden is in ieder
geval niet meer gebonden aan een einddiploma zoals 20 jaar geleden
het geval was. Je marktwaarde wordt op ons denkniveau vooral
bepaald hoe je als persoon enerzijds vanuit een totaalconcept kan
denken en handelen, en dus over vakgrenzen heen kan kijken, en
anderzijds toch voldoende kennis van die verschillende disciplines
hebt om ze op hun bruikbaarheid te kunnen beoordelen. Ik heb me die
vaardigheid de afgelopen jaren goed eigen gemaakt. Daarom ben ik
als ster-docent aan de Hogeschool in trek, maar ook als zzp-er word ik
regelmatig ingehuurd. Met een aantal van ‘mijn’ studenten van vandaag
heb ik zelfs al samengewerkt gedurende een halfjaardurend project in
het Deltagebied waar menig voedselproductieactiviteit is gesitueerd.
Deltagebied Rotterdam
Voor veel van ‘mijn’ studenten is het Deltagebied overigens een dank-
bare plek om opdrachten te krijgen. Het is er een waar productie-
paradijs geworden vergeleken met zo’n 20 jaar geleden. Toen over-
DOMEIN-MODULES
MARKT-WAARDEROTTERDAM
MAINTENANCE & MAKER
COMMUNITY ZZP-ER
4746
heerste in wat ‘de haven’ werd genoemd de transportsector, samen
met het chemisch complex. Deze laatste is nog in behoorlijke omvang
aanwezig, maar wel geheel van karakter veranderd: de circulaire
benadering is er volkomen leidend, gekoppeld aan biobased- en
recycling technologieën. Omdat er op wereldschaal een enorme nood-
zaak ontstond om energie(mis)gebruik en grondstofverkwisting in te
dammen om onze aarde enigszins leefbaar te houden, is er een meer
op lokale behoefte afgestemde economie ontstaan. Het onderscheid
tussen stad en haven kwam daarmee ook te vervallen. Vandaar de
huidige benaming van Deltagebied Rotterdam
De circulaire benadering is er volkomen leidend, gekoppeld aan biobased- en recyclingtechnologieën
Ik moet zeggen dat de ontwikkeling van de zogeheten assemblage-
printers aan de omslag naar ‘aarde-verantwoord leven‘ hebben bijge-
dragen. Deze printers zijn niet meer te vergelijken met hun voorlopers
zoals mijn allereerste 3d-printer. Daar kon je met pijn en moeite een
aardig voorwerp uit te voorschijn toveren gemaakt van één soort
materiaal. Nu kunnen de meest complexe producten worden gepro-
duceerd, ook nog eens bestaand uit verschillendsoortige materialen op
een energievriendelijke wijze en met materialen die herbruikbaar zijn.
Mede door deze ontwikkeling is trouwens ook het denken en werken
in domeinen essentieel geworden: omdat in één keer een heel product
wordt geprint moet je bij het ontwerp, materiaalkeuze, software- vertaling
en dergelijke wel vanuit een compleet beeld redeneren. Je komt er niet
meer mee weg op slechts een aspect kennis mee te brengen.
Rotterdam Maintenance & Maker Community
Het Deltagebied staat nu vol met dit soort assemblage-printers. De
hiervoor benodigde grondstoffen komen voor een deel nog wel van
elders van de wereld, maar hergebruik van afgedankte producten
afkomstig uit de regio vormen voor zeker 80% weer de basis voor
nieuwe producten. De benodigde energie wordt gelukkig ook lokaal
opgewekt. Zowel in de stad als in het havengebied zijn allerlei vormen
van energieopwekking te vinden, variërend van thermo-dynamische
zonne-energie (ook ’s nachts dus) tot waterstofenergie. De grote
LNG-terminals vormen daar eigenlijk nog een vreemde eend in de
bijt, hoewel ze als back up-faciliteit soms nog een cruciale rol blijven
spelen. Rotterdam heeft wereldwijd overigens goed gescoord met de
ontwikkeling van een Deltabreed Smart Energy-Grid. Deze specialisti-
sche kennis is slim geïncorporeerd met onze kennis van watermanage-
ment en heeft tot het nieuwe domein Floodenergy. Om eerlijk te zijn
ben ik aan het aftasten of ik mijn eigen domein van bio-engineering
eigenlijk niet kan samenvoegen met dit domein. Ik zou het persoonlijk
niet onaantrekkelijk vinden om een soort megadomein te ontwikkelen
waarmee ik voedselproductie, duurzame energieopwekking, klimaat-
beheersing en technologieontwikkeling aan elkaar kan koppelen. Zou
me als éénpitter niet slecht uitkomen. Ook kan ik dan een dominante
rol spelen in de samenwerking die meer en meer tussen lokale als
internationale kennisinstellingen aan het ontstaan zijn, zoals de laatste
jaren furore makende Rotterdam Maintenance & Maker Community
waar makers, nieuwe grondstofontwikkelaars en juristen hun kennis
vandaan halen. Of de Rotterdam Innovation Alliances, waarbij ook
international instituten als Pratt en Cambridge, zijn aangehaakt.
Rotterdam heeft wereldwijd overigens goed gescoord met de ontwikkeling van een Deltabreed Smart Energy-Grid
4948
DE ROTTERDAMSE HAVEN VORMT EEN BELANGRIJKE LEVERANCIER VAN CASUÏSTIEK VOOR STUDENTEN EN IS VOOR VELEN EEN MOGELIJK TOEKOMSTIGE WERKGEVER. DE ROTTERDAMSE HAVEN EN AL HAAR TYPE FUNCTIES GEVEN VEEL VERSCHILLENDE OPLEIDINGEN DE KANS ZICH TE BINDEN AAN DE HAVEN.
DE ROTTERDAMSE HAVEN IN HET HOGER ONDERWIJS
OPBRENGST AANDACHT VOOR HAVEN
51
Voor sommige opleidingen is de haven een onderdeel van het
curriculum en bij andere opleidingen is de haven het curriculum. De
afgelopen jaren is er flink geïnvesteerd om de Rotterdamse haven een
prominente plek te geven op de onderwijsagenda van de Rotterdamse
Hogescholen. Die investering is terug te zien in programma’s, minoren
kenniscentra, Centres of expertise en eigen havenminoren en haven-
opleidingen. De belangrijkste ontwikkelingen op een rij:
RDM Campus, gestart in 2009
De directie van Hogeschool Rotterdam was op zoek naar een grote
ruimte voor technische opleidingen. Het Albeda College had in 2002
de oude bedrijfsschool van de RDM overgenomen en was al gevestigd
op de zolder van de machinehal. Ook het Havenbedrijf zag goede
mogelijkheden, waarna het eerste plan voor RDM Campus werd
opgesteld: een plek waar onderwijs en bedrijvigheid bij elkaar komen.
In de haven is een groeiende behoefte aan geschoold technisch
personeel. De historie van het RDM-terrein maakt het de uitgelezen
plek voor dat soort opleidingen. Op RDM Campus werken techniek-
onderwijs, kenniscentra en bedrijven samen aan duurzame innovaties
die nodig zijn voor de (Rotterdamse) economie. In innovatieteams en
communities of practice pakken studenten, docenten, lectoren en
ondernemers gezamenlijk concrete praktijkvragen aan op het gebied
van maritiem, procestechnologie, energie, logistiek, mobiliteit, bouw en
productie. De beroepsbeoefenaren en ondernemers van de toekomst
worden zo midden in de praktijk opgeleid. De ambitie is om van RDM
Campus hét innovatiecentrum voor de maakindustrie van Rotterdam
te maken.
Programma hbo in de haven 2010-2014
Het samenwerkingsprogramma ‘hbo in de haven’ had als doel studenten
en docenten van de Rotterdamse hogescholen te boeien en te binden
aan de haven en de haven te binden aan het Rotterdams Hoger
Onderwijs. Dit om aan de behoefte van het bedrijfsleven, om meer
hogeropgeleiden voor het haven en industrieel cluster en maritieme
sector te enthousiasmeren, te voldoen. Om zo uiteindelijk meer
studenten warm te maken voor projecten en stages in de haven en
maritieme sector en daarmee dus ook meer bedrijven aan te haken
voor een actieve samenwerking met de HBO kennisinstellingen.
Het programma was een initiatief van Hogeschool Inholland,
Hogeschool Rotterdam, STC-Group, Havenbedrijf Rotterdam,
Deltalinqs en de Jong Havenvereniging. Het resultaat is een duurzame
samenwerking tussen de Hogescholen onderling en met het haven-
en maritieme bedrijfsleven met een stevig programma van activiteiten.
Een programma wat niet meer weg te denken is in zowel het Hoger
Onderwijs als in het havenbedrijfsleven. Ook na juni 2014 zal dit
programma een belangrijke rol blijven spelen in het Onderwijs.
Het resultaat is een duurzame samenwerking tussen de Hogescholen onderling en met het haven- en maritieme bedrijfsleven met een stevig programma van activiteiten
Minoren Inholland
Dat de Rotterdamse haven ook bij Inholland Rotterdam niet weg te
denken is blijkt wel uit de oprichting van de minor Sea Port Manage-
ment en de afstudeerrichtingen Port and Port Area Management.
De afgelopen jaren hebben veel studenten van de opleidingen integrale
veiligheid en de onlangs samengevoegde business studies gekozen
voor een havengerelateerde afstudeerrichting. In de toekomst zal
Inholland Rotterdam zich met haar business studies ook richten op
de haven. Daarnaast neemt Inholland actief deel aan de programma
activiteiten die voortvloeien uit hbo in de haven en organiseert zij
onder groeiende belangstelling Mainport Lectures.
Rotterdam Mainport University, gestart in 2013
Om in Rotterdam de beste hbo-opleidingen voor scheepsbouw,
scheepvaart, havens, logistiek en procesindustrie aan te kunnen
bieden, hebben de STC-Group en Hogeschool Rotterdam in 2013 de
handen ineen geslagen onder de naam Rotterdam Mainport University
of applied sciences (RMU). De Rotterdam Mainport University kent de
opleidingen Maritiem Officier, Logistiek en Technische Vervoerskunde,
Chemische Technologie en Scheepsbouwkunde. Een intensieve samen-
werking om nog meer haven talenten van de toekomst op te leiden.
5352
Het RDM Centre of Expertise (RDM CoE), gestart in 2013
Het RDM CoE is een samenwerkingsverband waarin onderwijs-
instituten, kenniscentra en het bedrijfsleven werken aan beter (tech-
niek-)onderwijs, nieuwe kennis en duurzame oplossingen voor de stad
en haven Rotterdam. Dit is een initiatief van Hogeschool Rotterdam,
dat in samenwerking met het Havenbedrijf Rotterdam en partners uit
het bedrijfsleven vormgegeven wordt op RDM Campus, midden in de
Rotterdamse haven. Studenten werken samen met R&D-professionals
van bedrijven, docenten en onderzoekers aan concrete innovatie-
vraagstukken van het bedrijfsleven. Het bedrijfsleven maakt op deze
manier kennis met de (technische) talenten van morgen. Docenten en
studenten worden uitgedaagd om innovatievraagstukken op een
ondernemende en bedrijfsmatige manier aan te pakken.
Hier wordt gewerkt aan innovatieve concepten en bruikbare oplossingen voor de haven
Kenniscentrum RDM Hogeschool Rotterdam gestart in 2013
Binnen het Kenniscentrum wordt onderzocht hoe de Rotterdamse haven
zich verder kan ontwikkelen tot de meest efficiënte, veilige en duurzame
haven van de wereld. Op basis van vragen uit het Rotterdamse Haven en
Industrie Complex en de ambities uit de Havenvisie 2030 wordt er door
lectoren, onderzoeksdocenten en studenten gewerkt aan innovatieve
concepten en bruikbare oplossingen voor de haven.
5 nieuwe havengerichte keuzevakken opgezet bij Hogeschool Rotterdam en Rotterdam Mainport University, te weten Augmented Reality, Operational Excellence, Offshore & Constructions, Duurzame Scheepvaart & Offshore en Service Logistiek
Bijna 50% meer inschrijvingen voor de opleiding Logistiek en Technische Vervoerskunde van de Rotterdam Mainport University in 2013 in vergelijking met het jaar er voor.
In 2014 5,5% meer havenminoren bij Hogeschool Rotterdam en Rotterdam Mainport University. Waaronder 2 nieuwe minoren: Service Logistics en Haven en Logistiek
Bijna 40% van de alumni waarvan
persoonsgegevens bekend zijn, die actief zijn op Linkedin en die tijdens
hun studie hebben deelgenomen aan het programma hbo in de
haven werkt in of voor de Rotterdamse haven.
Bijna 700 studenten van de Rotterdam Mainport University hebben voor havengerichte keuzevakken gekozen.
375 studenten kiezen voor STC-Rotterdam Mainport University opleidingen in 2013, dat is 21,4% meer dan in 2010
+5,5%
692
375
+22%
40%+50%
5
ENKELE CIJFERS OVER DE RELATIE TUSSEN DE ROTTERDAMSE HAVEN EN HET ROTTERDAMS HOGER ONDERWIJS*
22% meer afstudeeropdrachten in de haven bij Inholland Rotterdam in 2013-2014 t.o.v. 2011-2013 * zie pagina 66
54 55
HET KOMEN EN GAAN VAN BEROEPEN IS VAN ALLE TIJD. EEN APP-ONTWIKKELAAR BESTOND TIEN JAAR GELEDEN NIET, ZOALS DE VEERMAN NAUWELIJKS MEER BESTAANSRECHT HEEFT IN DEZE TIJD. BIJ ELK VAN DE SCENARIO’S, AANNEMEND DAT DIE WERELD OOK DAADWERKELIJK ONTSTAAT, KAN WORDEN TERUGGEREDENEERD WAT VOOR ACTIES, PROJECTEN OF ONDERWIJSAANPASSINGEN VANDAAG OPGEPAKT KUNNEN WORDEN OM VOOR TE SORTEREN OP DIE KOMENDE TOEKOMST.
WAT LEERT DE TOEKOMST ONS?
ONDERWIJS IN DE 21E EEUW | 21ST CENTURY SKILLS
57
Die acties of projecten die in meerdere toekomsten relevant zijn, hebben
een minder groot afbreuk risico dan een activiteit die waarschijnlijk maar
in één toekomst er toe doet. Het terugredeneren vanuit de hiervoor
beschreven scenario’s naar wat vandaag op te pakken, is in het kader van
dit boekje niet gedaan. Deze exercitie is juist een volgende stap, mede
ook met input van het havendebat dat op 11 juni tijdens het afsluitende
Topevent hbo in de haven heeft plaatsgevonden en de eerder uitgevoerde
interviews. De scenario’s dagen echter wel uit om over deze acties na te
denken. Het meest spannend is uiteraard om dan met ideeën te komen
over beroepen die in de (nabije) toekomst zullen opkomen en waarvoor
nu al een opleidingstraject kan worden vormgegeven. Misschien is het
ontwikkelen van een gamer-opleiding gericht op het op afstand sturen
van complexe handelingen wel zo’n voorbeeld. Of het aanbieden van zeer
gespecialiseerde opleidingen gericht op toepassen van slimme materialen
als grafeen. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat het specifiek inzetten op
een specifiek opleiding ook risicovol is. Als het inderdaad gaat ontstaan
dan scoor je als opleidingsinstituut goed. Als het toch niet het beroep van
de toekomst blijkt te zijn geworden dan gaat er mogelijk veel geld en inzet
verloren. Toch moeten opleidingsinstituten zich met de opkomst van
mogelijke nieuwe beroepen bezighouden om zich op de vraag naar daar-
in afgestudeerden voor te bereiden. Het is ook niet voor niets dat hierom
in de huidige praktijk de 21st Century Skills veelvuldig aangehaald worden
als het gaat om vaardigheden die toekomstige afgestudeerden moeten
hebben. Wat echter bij enkele van de voorgaande scenario’s kan worden
afgevraagd of in die wereld deze skills wel voldoende zullen zijn en dat er
meer vaardigheden nodig zijn zoals vergaande materiedeskundigheid of
met behulp van inhoudelijke kennis domeinoverstijgende verbindingen
leggen. Of dat er specifieke domeinen in diepte ontwikkeld moeten wor-
den, waarbij kan worden gedacht aan ontwikkelingen rondom Internet of
Things, Rapid Personal Transit Systems, drone-technologie inclusief com-
merciële toepassingen, bio based of circulaire economie, toepassingsmo-
gelijkheden van sensoren in productie, inclusief toepassing van zelflerende
systemen of het kunnen ‘denken’ in 3d-beelden ten behoeve van ontwerp
voor digital manufacturing. De kans dat een afgestudeerde alleen op basis
van de 21st Century Skills volledig tot zijn recht zal komen in elk van die
vier mogelijke werelden lijkt klein. Er zullen dus ook aanvullende acties
nodig zijn. Al eerder is bij de uitleg wat scenario’s zijn opgemerkt dat niet
alleen de arbeidsmarkt een flexibiliseringslag aan het maken is, maar dat
ook het onderwijs daar niet aan kan ontkomen. En flexibilisering van het
onderwijs heeft zeer zeker ook betrekking op de snelheid waarmee cur-
ricula kunnen worden aangescherpt. Misschien is het nog wel essentiëler
dat zowel onderwijs als bedrijfsleven veel meer dan tot op heden gebeurt
permanent gezamenlijk toekomstverkenningen uitvoert en doordenkt op
mogelijke consequenties van het huidige aanbod (vooral onderwijs) of
functioneren van de arbeidsmarkt (ook door het bedrijfsleven). Een vervolg
van hbo in de haven zou op deze wijze vorm gegeven kunnen worden,
waarbij ook samenwerking met HRM-afdelingen van bedrijven als van
onderwijs managers van de betrokken (hoge)scholen van belang is. Laten
we ook deze vorm van samenwerken gaan uitproberen.
Bron: kennisnet.nl
L
EV
EN B
ETROKKEN WERKEN ONDERNEMEND LEREN NIEUW
SGIE
RIG
KERNVAKKEN
Sociale en culturele
vaardigheden
Samenwerken
Probleem-oplossend vermogen
ICT-geletterdheid
CreativiteitKritisch denken
Communiceren
TAAL EN REKENEN
Flexibilisering van het onderwijs heeft zeer zeker ook betrekking op de snelheid waarmee curricula kunnen worden aangescherpt
5958
ART VAN HOUWELINGENIn 2030 zie ik mezelf werken in een omgeving die zich wil blijven ontwikkelen op het gebied van processen en technieken. Daarnaast wil ik doorgroeimogelijkheden hebben waarin ik en mijn omgeving het beste uit zichzelf kunnen halen. Ik zie mezelf in een leidinggevende functie waarbij het team op één lijn zit. Een veranderende omgeving heeft mijn voorkeur, waardoor je iedere keer op de veranderingen moet kunnen inspelen. Dit zorgt er voor dat er altijd een uitdaging zit in je dagelijkse werkzaamheden.
WE VROEGEN HET 5 STUDENTENWAT DOE JIJ IN 2030? EMILE RUIG Ik studeer Logistiek en
Economie aan de Hogeschool Rotterdam, daarnaast ben ik werkzaam voor het RDM Centre of Expertise als student-assistent. Tijdens mijn studententijd in Rotterdam ben ik, mede door het Centre of Expertise, veelvuldig in aanraking gekomen met de haven als werkplek. De hoge mate van dynamiek en innovatie en het zeer internationale karakter zijn voor mij zeer interessante en belangrijke aspecten van mijn ideale werkplek. Ik zie mijzelf in de toekomst dan ook zeker actief zijn in en rondom de haven. In eerste instantie om veel te leren en werkervaring op te doen bij een groot bedrijf, maar uiteindelijk lijkt het mij het mooist om een innovatief eigen bedrijf te beginnen.
MIKAEL STEENKEN Na mijn opleiding Business IT & Management te hebben afgerond hoop ik in 2030 voor een grote multinational te werken. Bij voorkeur als expat. Bedrijven als Capgemini, Microsoft of Shell spreken me zeer aan, mede door de vele uitdagingen die zij mij kunnen bieden en de doorgroeimogelijkheden. Ik sta uiteraard open voor een toekomst in de haven, afhankelijk van de mate dat mijn opleiding en mijn interessegebieden aansluiten op het aanbod. Zo hoop ik tegen die tijd functies als consultant, projectmanager of applicatie-ontwerper te bekleden.
LAURA SMITS Student Leisure Management - Ik denk dat we over 30 jaar in een niche wereld leven waar je gedwongen wordt om je zelf te specialiseren. Voor mij als tweedejaars student houdt dit in dat ik me nu al moet gaan focussen op een specialisatie. Ook zal ik me de komende jaren moeten blijven specialiseren om er voor te zorgen dat ik me onderscheidt van andere. Daarom denk ik dat er in de toekomst veel gaat veranderen in het onderwijs. Zo denk ik dat over een aantal jaar studenten zelf hun studie kunnen samen-stellen waardoor je als student vanaf jaar één je al kan gaan specialiseren. Er zal de komende jaren dus veel veranderen en ik ben zeer benieuwd wat de toekomst ons zal brengen.
GERARD BOOT In 2030 zie ik mijzelf werken als een professional ICT-consultant of ICT-projectleider, als zelfstandig ondernemer of werkend voor een groot bedrijf. Het sluit goed aan bij de opleiding die ik nu volg, Business IT & Management. Ik werk mogelijk dan in de Rotterdamse haven, dat sluit ik zeker niet uit. Het lijkt mij een hele leuke werkomgeving waar een hoop te beleven valt. Ik kan mij voorstellen dat ik uitbesteedt word naar de haven gedurende mijn tijd als werknemer. Ik hoop er in ieder geval nog een paar keer als werkende langs te komen.
6160
Onze visie op een arbeidsmarktverkenning is misschien anders, maar
hopelijk ook prikkelend en stimulerend. Tijdens het ontwikkelen van
deze verkenning hebben wij vele meningen, ideeën en suggesties ge-
hoord. Het gevolg waren interessante discussies en nieuwe inzichten.
Alle mensen die hieronder genoemd worden, hebben een belangrijke
rol gespeeld in het tot stand komen van deze verkenning. Sommige
hebben hierin een bijzondere rol gespeeld. Voor deze laatste groep,
hierbij nogmaals mijn bijzonder dank.
Dank aan het programmateam:
• Kees Machielse (lector transitiemanagement Kenniscentrum RDM,
Hogeschool Rotterdam)
• Frits Luijten (bedrijvenmakelaar, Manfri Management & Advies)
• Jolanda Sleegers (eventmanager, BuroSleegers)
• Kim van ’t Sant (programmamedewerker hbo in de haven en
manager Learners Community Port, RDM Centre of Expertise,
Hogeschool Rotterdam)
Kernteam hbo in de haven:
• Huub Kleinrouweler (adviseur Ruwe Laar B.V.)
• Monique van der Drift (Management en Bedrijfsvoering Rotterdam
Mainport University / STC-Group)
• Maurice Jansen (Senior Innovation, Research and Development
Manager in Shipping and Transport bij STC-Group)
• Sjoerd de Jager (business manager Ship-to-Ship Operations,
Havenbedrijf Rotterdam)
• Jan Pieters (manager externe betrekkingen, Inholland Rotterdam)
• Wietske Willemse (projectleider hbo in de haven Hogeschool
Rotterdam)
DANKWOORDHET SCHRIJVEN VAN DEZE ARBEIDSMARKT-VERKENNING KAN GEZIEN WORDEN ALS EEN BIJZONDERE BLIK IN DE TOEKOMST. EEN VERKENNING DAT ZONDER ONDERSTEUNING VAN DE PARTNERS, HAVENBEDRIJVEN EN STUDENTEN NIET TOT DIT RESULTAAT GEKOMEN ZOU ZIJN. ALLEN HEBBEN BIJGEDRAGEN AAN DIT BIJZONDERE RESULTAAT. SOMMIGEN ZIJN ZICH MISSCHIEN NIET VAN HUN INVLOED BEWUST, ANDEREN HEBBEN ER VEEL TIJD IN GESTOKEN.
63
Dit programma wordt ondersteund door:
Partners hbo in de haven:Bijzonder veel dank aan de deelnemende bedrijven uit de interviews
in vier jaar hbo in de haven, de deelnemers aan het debat en de
betrokken studenten:
• Kees Machielse (lector transitiemanagement Kenniscentrum RDM,
Hogeschool Rotterdam)
• Warner Rosenboom (regiomanager bij Goflex Young Professionals B.V.)
• Paul den Uijl (senior rayonmanager Randstad)
• Willy van Herk de Jong (HR manager, China Shipping)
• Henk de Bruijn (directeur corporate strategy, Havenbedrijf Rotterdam)
• Matty van den Berg (Partner, Watertalent)
• Marlous van der Mee (HR manager, Broekman Group)
• Jan Willem Goedknegt (HR manager, Verwater)
• Arjan Uytendaal (directeur Nederland Maritiem Land)
• Cees Jan Asselbergs (directeur, Deltalinqs)
• Bart Kuipers (senior research manager port economics, Smartport,
Erasmus Universiteit)
• Ron Kooren (lid van het College van Bestuur STC-Group)
• Bert Hooijer (directeur RDM Centre of Expertise)
• Ad de Kok (lector groene grondstoffen, Hogeschool Rotterdam)
• Isabelle Vries (lector Port Development, Hogeschool Rotterdam)
• Alco Weeke (onderwijsmanager Maritiem Officier, Rotterdam
Mainport University)
• Wietske Willemse (projectmanager hbo in de haven, Hogeschool
Rotterdam)
• Gerard Boot (student Business IT & Management)
• Rob van der Kroef (student Business IT & Management)
• Mikael Steenken (student Business IT & Management)
• Suzanne van Poelgeest (student Business IT & Management)
• Maarten Geul (student Business IT & Management)
• Laura Smits (student Leisure Management)
• Art van Houwelingen (student Facility Management)
• Emile Ruig (student Logistiek & Economie)
Kees Joosten - Programmamanager hbo in de haven
Directeur Kenniscentrum RDM, Hogeschool Rotterdam
6564
*Disclaimer
Ontbrekende gegevens:• De Rotterdam Mainport University (STC-RMU) is pas sinds schooljaar 2013-2014 actief.
Er wordt dus nu gewerkt aan het verwerken van gegevens van stage/afstudeer-geschiedenis in een database te verwerken.
• Hogeschool Rotterdam: Beperkte ‘haven’ gegevens zijn voorhanden; de definitie ‘havenstage’ is niet altijd even helder en de gegevens zijn niet altijd volledig bijgehouden.
• Met uitzondering van bepaalde opleidingen wordt het onderwerp van de afstudeer/stage opdracht niet volledig ingevuld. Hierdoor is het niet altijd mogelijk om na te gaan of het een havenstage of afstudeeropdracht betreft.
• Hogeschool Inholland Rotterdam: In deze verkenning zijn het aantal havenstages van Hogeschool Inholland Rotterdam niet meegenomen.
Copyright © 2014 hbo in de haven
Teksten Kees Machielse, Jolanda Sleegers, Frits Luijten en Kim van ’t Sant
Grafisch ontwerp estherwerkt, Rotterdam Fotografie Roy Borghouts, Daarzijn,
VOOG, Imagebank en Shutterstock Drukwerk IVA groep Oplage 500
COLOFON
6766
AANTEKENINGEN
www.hboindehaven.nl
6968
7170
AANTEKENINGEN
www.hboindehaven.nl
7372
AANTEKENINGEN
www.hboindehaven.nl