19
Didactische structuren Binnen/buitenkring Tafelrondje per tweetal Tweegesprek op tijd Tweetal coach Tweepraat Tweevergelijk Zoek de valse Zoek iemand die Genummerde koppen bij el kaar In de rij Beroemdheid Mix tweetal gesprek Beurtgooi Mix en ruil Mix en koppel Laat zien Schud en pak Maarten Cuijpers

Didactische structuren

  • Upload
    keely

  • View
    79

  • Download
    0

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Maarten Cuijpers. Didactische structuren. Mix en ruil Mix en koppel Laat zien Schud en pak. Binnen/buitenkring Tafelrondje per tweetal Tweegesprek op tijd Tweetal coach Tweepraat Tweevergelijk Zoek de valse Zoek iemand die Genummerde koppen bij elkaar In de rij Beroemdheid - PowerPoint PPT Presentation

Citation preview

Page 1: Didactische structuren

Didactische structuren

• Binnen/buitenkring• Tafelrondje per tweetal• Tweegesprek op tijd• Tweetal coach• Tweepraat• Tweevergelijk• Zoek de valse• Zoek iemand die• Genummerde koppen bij elkaar• In de rij• Beroemdheid• Mix tweetal gesprek• Beurtgooi

• Mix en ruil• Mix en koppel• Laat zien• Schud en pak

Maarten Cuijpers

Page 2: Didactische structuren

Binnen/buitenkring

1. De leerlingen maken twee kringen, met de gezichten naar elkaar.

2. In elk tweetal praat één leerling.3. Er wordt gewisseld (op teken).4. Er wordt doorgedraaid op teken van de

leerkracht.5. Opnieuw stap 3-4-5.

Page 3: Didactische structuren

Tafelrondje per tweetal

1. Ieder tweetal heeft een papier en pen.2. De leerkracht geeft een opdracht waarop

meerdere antwoorden mogelijk zijn.3. De eerste leerling schrijft één van zijn

antwoorden op.4. Daarna schrijft de andere leerling.5. Opnieuw stap 3-4.

Page 4: Didactische structuren

Tweegesprek op tijd

1. De leerkracht geeft een opdracht.2. Denktijd.3. A vertelt, B luistert.4. B vat samen of geeft positieve reactie.5. B vertelt, A luistert.6. A vat samen of geeft positieve reactie.

Page 5: Didactische structuren

Tweetal coach

1. De leerlingen werken in tweetallen.2. A maakt opdr.1, B kijkt mee en coacht.3. B maakt opdr.1, A kijkt mee en coacht.4. Telkens opnieuw stap 2-3.

Page 6: Didactische structuren

Tweepraat

1. De leerlingen werken in tweetallen.2. De leerkracht geeft een opdracht waarop

meerdere korte antwoorden mogelijk zijn.3. Denktijd.4. De leerlingen geven om de beurt een

antwoord (mondeling).

Page 7: Didactische structuren

Tweevergelijk

1. Er wordt gewerkt in tweetallen.2. De leerkracht geeft een opdracht.3. Schoudermaatjes noemen om de beurt een

antwoord en noteren het allebei op het werkblad.

4. Twee tweetallen vergelijken hun antwoorden en noemen om de beurt een antwoord.

5. De nieuwe antwoorden worden opgeschreven.

klik hier voor het werkblad

Page 8: Didactische structuren

terug naar

de uitleg

Page 9: Didactische structuren

Zoek de valse

1. De leerkracht laat de leerlingen over een onderwerp drie beweringen opschrijven.(twee waarheden en één valse)

2. De eerste leerling leest zijn beweringen voor.3. De andere leerlingen noteren de valse.4. De groep bespreekt de antwoorden en de

kinderen moeten het eens worden.5. De groep raadt en viert.6. Stap 2-3-4 totdat iedereen is geweest.

Page 10: Didactische structuren

Zoek iemand die

1. Iedereen loopt met het werkblad door de klas en zoekt een andere leerling.

2. De ene leerling stelt een vraag van het werkblad, de andere probeert antwoord te geven. Lukt dit, dan schrijft de leerling het antwoord op.

3. De andere leerling checkt het antwoord en schrijft zijn eigen naam erbij.

4. Vervolgens wisselen de rollen.5. Klaar: Zoek iemand anders die…(stap 2-3-4)

Page 11: Didactische structuren

Genummerde koppen bij elkaar

1. De leerlingen tellen af (of zijn genummerd).2. De leerkracht stelt een vraag en geeft bedenktijd.3. De leerlingen schrijven elk het antwoord op.4. De leerlingen staan op en steken de koppen bij elkaar.5. De leerlingen gaan zitten wanneer iedereen het

antwoord weet.6. De leerkracht noemt een nummer.7. De leerlingen met dat nummer geven elk het antwoord

dat ze hebben opgeschreven.8. Herhalen stap 2 t/m 7.

Page 12: Didactische structuren

In de rij

1. De leerkracht geeft een opdracht waarmee een rij gevormd kan worden (eventueel met kaartjes).

2. De kinderen vormen een rij.3. De leerkracht controleert of de rij goed

gevormd is.

Page 13: Didactische structuren

Beroemdheid

1. De leerlingen schrijven elk op een los blaadje drie vragen (Wat wil je weten?).

2. De leerlingen tellen af (of zijn genummerd).3. De leerkracht kiest welk nummer begint.4. De gekozen beroemdheid gaat staan en geeft

in één minuut antwoord op één of meer vragen.5. Na één minuut bedanken de teamleden de

beroemdheid met een groot applaus.6. Herhalen van stap 3-4-5, totdat alle leerlingen

een beroemdheid zijn geweest.

Page 14: Didactische structuren

Mix tweetal gesprek

1. De leerlingen lopen rond op muziek.2. Wanneer de muziek stopt worden

tweetallen gevormd.3. De leerkracht geeft een opdracht.4. Denktijd.5. Leerling A vertelt en B vat samen.6. Leerling B vertelt en A vat samen.7. Herhalen stap 1 t/m 6.

Page 15: Didactische structuren

Beurtgooi

1. De leerlingen maken één of meerdere kringen.2. De leerkracht geeft een opdracht waarop

meerdere korte antwoorden mogelijk zijn.3. De leerling met het pittenzakje geeft het eerste

antwoord en gooit het pittenzakje naar een andere leerling.

4. Deze leerling geeft een antwoord en gooit het pittenzakje weer naar een andere leerling.

5. Herhalen van gooien en antwoorden.

Page 16: Didactische structuren

Mix en ruil

1. Alle leerlingen krijgen een kaartje.2. Iedere leerling zoekt een partner.3. A stelt de vraag, B antwoordt.4. A coacht of prijst.5. B stelt de vraag, A antwoordt.6. B coacht of prijst.7. Ruil de kaartjes.8. Maak een ander koppel en herhaal stap 1 t/m 8.

Page 17: Didactische structuren

Mix en koppel

1. Alle leerlingen krijgen een kaart.2. Iedere leerling zoekt een partner.3. A stelt een vraag die past bij de kaart, B antwoordt.4. A coacht of prijst.5. B stelt een vraag die past bij de kaart, A antwoordt.6. B coacht of prijst.7. Ruil de kaartjes.8. Maak een ander koppel en herhaal stap 1 t/m 8.9. De leerkracht geeft een stopteken.10. De leerlingen zoeken snel de partner met de passende kaart.

Page 18: Didactische structuren

Laat zien

1. De groepsleider pakt het bovenste kaartje van de stapel en leest de opdracht voor.

2. Iedereen schrijft het antwoord op.3. Geef aan wanneer je klaar bent (pen

neerleggen).4. De groepsleider zegt: “Laat zien”.5. De groepsleider controleert, coacht en viert

met het team.6. De volgende speler is nu groepsleider.7. Herhaal stap 1 t/m 6.

Page 19: Didactische structuren

Schud en pak

1. Elk team heeft een set met vragenkaarten.

2. Leerling 1 schudt de kaarten.3. Leerling 2 trekt een kaart en leest voor.4. Leerling 3 geeft antwoord.5. Leerling 4 vat samen.6. Nu krijgt leerling 2 de kaarten, leerling 3

trekt een kaart, enz.