Upload
others
View
9
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Datum:3 oktober 2016
19 april 2012
Microdataservices
Documentatierapport WoON Verhuismodule
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 2
Bronvermelding
Publicatie van uitkomsten geschiedt door de onderzoeksinstelling of de opdrachtgever op
eigen titel. Verwijzing naar Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) betreft uitsluitend
het gebruik van de niet–openbare microdata. Deze microdata zijn onder bepaalde
voorwaarden voor statistisch en wetenschappelijk onderzoek toegankelijk. Voor nadere
informatie [email protected]. Dat wordt als volgt geformuleerd:
“Resultaten [gedeeltelijk] gebaseerd op eigen berekeningen [naam onderzoeksinstelling,
c.q. opdrachtgever] op basis van niet-openbare microdata van Centraal Bureau voor de
Statistiek betreffende WoOn Verhuismodule.”
Engelse versie
“Results based on calculations by [name of research institution or commissioning party]
using non-public microdata from Statistics Netherlands.”
“Under certain conditions, these microdata are accessible for statistical and scientific
research. For further information: [email protected].“
.
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 3
Beschikbare bestanden
WoON 2006 Verhuismodule–jarenV2;
WoON 2006 Verhuismodule–verhuizingenV2;
WoON 2009 Verhuismodule–jarenV2;
WoON 2009 Verhuismodule–verhuizingenV2;
WoON 2012 Verhuismodule–jarenV1;
WoON 2012 Verhuismodule–verhuizingenV1;
De gebruiker dient rekening te houden met het volgende:
In de nieuwe versies over 2006 en 2009 zijn variabelen toegevoegd of komen te
vervallen.
In 2012 zijn de HWMpc variabelen komen te vervallen.
De omschrijvingen en toelichtingen op de referentiebestanden en codelijsten zijn voor
de Remote Access en Onsite gebruikers te vinden in:
\8_Utilities\Code_Listings\SSBcodelijsten
\8_Utilities\Code_Listings\SSBreferentiebestanden
\8_Utilities\Code_Listings\SSBtoelichtingen
In verband met eventuele wijzigingen wordt de inhoud van deze mappen voortdurend
geactualiseerd.
Voor de persoonskenmerken en/of achtergronden dient u de beschikbare GBA-
bestanden te raadplegen. Deze staan bij Zelf onderzoek doen in de catalogus onder
het thema Bevolking. Voor het aanvragen van deze bestanden geldt de gebruikelijke
procedure.
Zie de Onderzoeksomschrijvingen voor alle Onderzoeksomschrijvingen.
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 4
Inhoudsopgave
Bronvermelding ....................................................................................................... 2
Beschikbare bestanden ........................................................................................... 3
1. Inleiding ........................................................................................................... 5
2. Inhoud van de bestanden ................................................................................ 7
2.1 De thema’s en bijbehorende variabelen .......................................................... 7
2.2 Toelichting op enkele variabelen ................................................................... 12
3. Beschrijving bronnen .................................................................................... 18
3.1 Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) ..................................................... 18
3.2 Huishoudensbestand ....................................................................................... 18
3.3 Woningregister ................................................................................................ 18
3.4 Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) ........................................... 18
3.5 Belastingdienst (BD) en Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) .................... 18
4. Weging in de Verhuismodule ........................................................................ 19
5. Imputatie inkomen ......................................................................................... 21
Bijlagen ........................................................................................................................ 22
6. Bestandsopbouw en toelichting ..................................................................... 23
Bestandsopbouw van de microdatabestanden .......................................................... 23
WoON 2006 en 2009 verhuismodule-jaren ............................................................................ 23
WoON 2006 verhuismodule-verhuizingen ............................................................................ 36
WoON 2009 verhuismodule-verhuizingen ............................................................................ 38
WoON 2012 verhuismodule-jaren ......................................................................................... 40
WoON 2012 verhuismodule-verhuizingen ............................................................................ 53
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 5
1. Inleiding
Het WoonOnderzoek Nederland (WoON) is een grootschalig enquêteonderzoek onder de
bewoners van Nederland. Het WoON geeft inzicht in de samenstelling van huishoudens,
hun woning, hun woonomgeving en hun eventuele verhuiswensen. In het geval van een
verhuiswens, zijn ook de verhuismotieven en de kenmerken van de gewenste woning
bekend.
Het is een spannende tijd op de woningmarkt: de crisis en de maatregelen t.b.v. de aanpak
van problemen op de woningmarkt1 hebben gevolgen voor de woningmarkt. Om het
verloop van de crisis en het effect van de maatregelen op het functioneren van de
woningmarkt in beeld te brengen is longitudinale informatie over het verhuisgedrag van
de Nederlander gewenst. Hiertoe heeft het CBS, in opdracht van (en samenwerking met)
het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties een aparte module
ontwikkeld.
Het WoON bestaat naast de basismodule – de Woningmarktmodule – uit verschillende
(vervolg)modules. Eén van die modules is de Verhuismodule. Daarin worden
respondenten uit de Woningmarktmodule gevolgd. Deze module is volledig gebaseerd op
registerinformatie en bevat informatie over verschillende thema’s. Zo wordt weergegeven
of en hoe vaak de respondent verhuisd is. Daarbij zijn veel regio- en woningkenmerken
opgenomen. Tevens is informatie opgenomen over (veranderingen in) de
huishoudsamenstelling en het inkomen en vermogen. De Verhuismodule bestaat uit twee
bestanden: In de ‘Verhuismodule – jaren’ wordt informatie gegeven voor 4
peilmomenten, namelijk het enquêtemoment en de momenten 1, 2 en 3 jaar na
enquêtering . In het andere bestand, ‘Verhuismodule - verhuizingen’, is informatie over
alle verhuizingen van de respondenten in de drie jaren na enquêtering opgenomen. Hierbij
zijn van alle woningen waarin de respondent heeft gewoond de regionale en
woningkenmerken opgenomen. De bestanden zijn voor het WoON 2006 en 2009 zijn
volledig. De bestanden voor WoON 2012 zijn nog niet volledig omdat de follow-
upperiode nog niet voorbij is.
Met de Verhuismodule kunnen diverse onderzoeksvragen worden beantwoord. Allereerst
kan natuurlijk het verhuisgedrag van de Nederlander in kaart worden gebracht. Maar ook
kan de discrepantie tussen verhuisplannen/verhuiswensen en feitelijke verhuizingen
worden onderzocht en kan verhuisgedrag worden gerelateerd aan (veranderingen in)
achtergrondkenmerken, zoals huishoudkenmerken en inkomen. Doordat het WoON elke
3 jaar wordt uitgevoerd kan de ontwikkeling van al deze aspecten goed worden gevolgd
in de tijd.
Deze documentatie beschrijft de inhoud en opzet van de Verhuismodule. In paragraaf 2
worden de kenmerken die zijn opgenomen weergegeven. De gebruikte bronnen worden
beschreven in paragraaf 3. Paragraaf 4 beschrijft welke weegfactoren geschikt zijn voor
1 Zoals in het Lenteakkoord van april 2012 en het Woonakkoord van februari 2013
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 6
welke analyses uit de Verhuismodule. En in paragraaf 5 wordt uitgelegd hoe ontbrekende
inkomensgegevens zijn geïmputeerd.
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 7
2. Inhoud van de bestanden
2.1 De thema’s en bijbehorende variabelen In de Verhuismodule worden de respondenten
2 van het WoON drie jaar gevolgd met
informatie uit verschillende registers. Hiervoor zijn twee SPSSbestanden samengesteld.
In de Verhuismodule-jaren is van elke respondent informatie over verschillende thema’s
opgenomen op vier peilmomenten, namelijk op de enquêtedatum en (exact) 1, 2 en 3 jaar
later. Dit betreft informatie over verhuizingen, het huishouden, de regio, de woningen en
het inkomen/vermogen van de respondent. Dit bestand is aangevuld met extra
weegfactoren die speciaal voor de Verhuismodule zijn aangemaakt (zie paragraaf 4). In
het bestand ‘Verhuismodule- verhuizingen’ is dezelfde informatie over de regio en de
woningen opgenomen, echter hier zijn alle woningen opgenomen waarop de respondent
in de drie jaren na enquêtering is geregistreerd.
De informatie die is opgenomen in de bestanden van de Verhuismodule is (met
bronvermelding) weergegeven in tabel 1. De informatie komt uit de volgende registers/
bronnen: Gemeentelijke basisadministratie (GBA), Woningregister, Basisregistratie
Adressen en Gebouwen (BAG), Belastingdienst (BD), Dienst Uitvoering Onderwijs
(DUO). Deze bronnen worden uitgebreider beschreven in paragraaf 3.
De variabelen in de Verhuismodule-jaren zijn geordend per thema. Hierbij worden binnen
het thema telkens eerst alle kenmerken voor het eerste peilmoment weergegeven, daarna
dezelfde kenmerken voor het tweede, respectievelijk derde en vierde peilmoment.
Variabelen die betrekking hebben op het enquêtemoment of het enquêtejaar hebben de
extensie ‘0j’ in de naamgeving. De variabelen die betrekking hebben op 1 jaar na
enquêtering eindigen op ‘1j’, 2 jaar op ‘2j’ en 3 jaar op ‘3j’. De variabelenamen en labels
zijn bij alle edities van de Verhuismodule gelijk.
Bij alle variabelen hebben ’Niet van toepassing’ en ‘Onbekend’ een vaste codering. In
een 1 digit variabele is dit 8 resp. 9, in een 2 digit 98 en 99 enz. Is een variabele eigenlijk
een 1 digit variabele en heeft 8 een betekenis (anders dan ‘Niet van toepassing’) dan is de
variabele omgezet naar een 2 digit variabele. Hetzelfde principe is toegepast voor
variabelen met meer digits.
Bij variabelen waarbij met de waarden gerekend kan worden zijn de waarden ‘Niet van
toepassing’ en ‘Onbekend’ gedefinieerd als missing.
In de supplementen ‘coderingen’ zijn alle variabelen met bijbehorende categorieën
weergegeven.
Het bestand Verhuizingen bevat dezelfde regionale en woningkenmerken als het bestand
Jaren. Dit bestand is echter anders van structuur. De informatie over iedere verhuizing is
overzichtelijk weergegeven in een aparte rij. Respondenten die verhuisd zijn beslaan dus
meerdere rijen. Indien gewenst kan de onderzoeker de structuur van dit bestand omzetten
2 Voor het WoON2006 zijn 64005 personen geënquêteerd in de periode augustus 2005 t/m maart
2006. Voor het WoON2009 zijn 78071 personen geënquêteerd in de periode augustus 2008 t/m
juni 2009. Voor het WoON2012 zijn 69339 personen geënquêteerd in de periode september 2011
t/m juni 2012.
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 8
naar een bestand waarin iedere respondent op één rij wordt weergegeven. Dit kan
bijvoorbeeld met het commando: casestovars/id=respnr/ index=adresvolgnr. (voor
WoON2006) of casestovars/id=persoonsid/ index=adresvolgnr. (voor WoON2009 en
WoON2012) . De variabelen met woningkenmerken zijn opgenomen voor het jaar waarin
de respondent er is komen wonen. Indien kenmerken veranderen nadat de respondent er is
komen wonen kan het dus lijken dat er inconsistenties zijn tussen het bestand
Verhuismodule - verhuizingen en het bestand Verhuismodule - jaren. Ter illustratie een
voorbeeld.
Een respondent is geënquêteerd in januari 2009. In februari verhuist hij naar woning x en
blijft daar een aantal jaren wonen. In 2009 betreft woning x een huurwoning, maar
halverwege 2009 koopt de respondent de woning. In het bestand ‘verhuizingen’ staat
woning x tot 1 januari 2010 bekend als huurwoning. Vanaf 1 januari 2010 betreft het een
koopwoning. In de Verhuismodule-jaren betreft woning x een koopwoning (peiling ‘1j’).
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 9
Tabel 1. Informatie die is opgenomen in de WoON Verhuismodule - jaren.
variabele bron toelichting
persoonsid/respnr Persoonsidentificatienummer uit de Woningmarktmodule enquête §2.2
Interviewdatum Datum waarop de enquête is ingevuld of afgenomen enquête
adresmut Adresmutatie respondent na x jaar, adres na x jaar vergeleken met
enquêteadres
GBA §2.2
aantalverhuizingen Aantal keer dat respondent is verhuisd in het eerste jaar (eerste twee/drie
jaren) na enquête
GBA §2.2
verhuizing Aantal maanden dat verstreken is tussen enquêtedatum en verhuizing naar
adres waarop persoon na x jaar woonde
GBA §2.2
overleden Aantal maanden dat verstreken is tussen enquêtedatum en overlijden GBA
adresbewoning Bewonersmutatie na x jaar van het adres waarop de respondent op
enquêtedatum woonde
GBA §2.2
rwmhand Indeling in starter of doorstromer op de woningmarkt: woonsituatie op
enquêtedatum versus woonsituatie na x jaar
GBA/ enquête/
huishoudensbestand
§2.2
hweegwon Gewicht (inclusief ophoogfactor) huishoudens (speciaal voor de Volgmodule,
vergelijkbaar met HWEEGWON)
§4
aantalpershh Aantal personen in het huishouden huishoudenbestand
typhh Type huishouden huishoudenbestand
plhh Plaats van de respondent in het huishouden huishoudenbestand
parsocwon Indeling in particuliere of sociale huur van de woning Woningregister (2009 t/m
2011), BAG (vanaf 2012)§2.2
woonruimteeigendom Onderscheid naar huurwoning en eigen (koop) woning van de woning Woningregister (2009 t/m
2011), BAG (vanaf 2012)§2.2
wozwaarde WOZ-waarde (in euros) van de woning Woningregister (2005 t/m
2011), BAG (vanaf 2012)§2.2
vormreg Vorm van de woning BAGaantalvo Aantal woningen in het woongebouw BAGoppervlakte Gebruiksoppervlakte (in vierkante meters) van de woning BAG
bouwjaar Bouwjaar van de woning BAG
De variabelen worden weergegeven op 3 of 4 peilmomenten. In het bestand krijgen de variabelenamen hierbij een extentie 'xj' waarbij de x het
peilmoment weergeeft.
informatie over de woning waarin de respondent op peilmoment woont
informatie over verhuizingen, opgenomen voor 1j, 2j en 3j (peilmomenten exact 1, 2 resp 3 jaar na enquêtedatum)
informatie over het huishouden , opgenomen voor peilmomenten enquêtedatum (0j) en exact 1, 2 en 3 jaar na enquêtedatum (1j, 2j resp 3j)
opgenomen voor peilmomenten enquêtedatum (0j) en exact 1, 2 en 3 jaar na enquêtedatum (1j, 2j resp 3j)
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 10
variabele bron
pc4 Vier cijfers van de postcode GBA
brtcode Gemeente- wijk- en buurtcode van de buurt GBA
gemcode Gemeente GBA
prov Provincie GBA
ldl Landsdeel GBA
ldlg4 Landsdeel plus g4 GBA
ldlwm Landsdeel woningmarktgebied GBA
ggk8 Gemeentegrootteklasse van de gemeente GBA
g4 G4 (de vier grote steden) GBA
g4_3 G4/G27/rest GBA
g4_2 G4 (ja/nee) GBA
g100 Gemeenten met meer dan 100.000 inwoners GBA (alleen in Volgmodule 2009)
isvgem30 Indeling in ISV-G30 van de gemeente GBA
isvgem31 Indeling in ISV-G31 van de gemeente GBA
corop COROP-gebied GBA
wgr Wgr-samenwerkinggebied GBA
wmg31 Woningmarktgebied GBA (vanaf 2009)
stedgem Stedelijkheid van de gemeente GBA
sg Stadsgewest GBA
bon19 BONgebied GBA (alleen in Volgmodule 2009)
vinexg27 VINEXgemeente GBA (alleen in Volgmodule 2009)
vinexg2 VINEXgemeente (ja/nee) GBA (alleen in Volgmodule 2009)
wbagem Regios woningbouwafspraken 2005-2010 GBA (vanaf 2009)
hwmpc Woonmilieu op postcodeniveau GBA (alleen in Volgmodule 2006 en 2009)
hwmbrt Woonmilieu op buurtniveau GBA (alleen in Volgmodule 2009 en 2012)
w40 Aandachtswijk VROM (40) GBA
bsg71_2 Woont binnen of buiten een bestaand stedelijk gebied (1971) GBA
bsg71_3 Woont binnen, buiten of op de rand van een bestaand stedelijk gebied (1971) GBA
bbg96 Woont in bestaand bebouwd gebied (1996) GBA
bbg00 Woont in bestaand bebouwd gebied (2000) GBA
bbg03 Woont in bestaand bebouwd gebied (2003) GBA
isv2wijk ISV2 wijk GBA
isv3wijk ISV3 wijk GBA
regionale informatie, opgenomen voor peilmomenten enquêtedatum (0j) en exact 1, 2 en 3 jaar na enquêtedatum (1j, 2j resp 3j)
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 11
variabele bron
aantalpershhbel Aantal personen in het huishouden (Belastingdienst) BD bepaald op 31 december peiljaar-1
seccoalop Sociaal-economische categorie respondent BD+DUO bepaald op 31 december peiljaar-1
seccoalpa Sociaal-economische categorie partner van de respondent BD+DUO bepaald op 31 december peiljaar-1
bbihalg Belangrijkste inkomensbron van het huishouden BD+DUO bepaald op 31 december peiljaar-1
ehalg Woonsituatie van het huishouden BD+DUO bepaald op 31 december peiljaar-1
hink Indicator die aangeeft of het inkomen van het huishouden bekend is of niet BD+DUO bepaald op 31 december peiljaar-1
typhhbel Type huishouden (Belastingdienst) BD bepaald op 31 december peiljaar-1
soorthbel Soort huishouden (Belastingdienst) BD bepaald op 31 december peiljaar-1
srtadrbel Soort adres (Belastingdienst) BD bepaald op 31 december peiljaar-1
bestinkh Besteedbaar inkomen van het huishouden BD+DUO berekend voor het peiljaar-1
gestinkh Gestandaardiseerd besteedbaar inkomen van het huishouden BD+DUO berekend voor het peiljaar-1
percgestink Indeling in percentielgroepen van het gestandaardiseerd besteedbaar
huishoudensinkomen
BD+DUO berekend voor het peiljaar-1
vermogh Vermogen van het huishouden BD bepaald op 31 december peiljaar-1
tbezith Totaal bezittingen van het huishouden BD bepaald op 31 december peiljaar-1
tschuldh Totaal schulden van het huishouden BD bepaald op 31 december peiljaar-1
hyph Hypotheekschuld eigen woning van het huishouden BD bepaald op 31 december peiljaar-1
percvermogh Indeling in percentielgroepen van het vermogen van het huishouden BD bepaald op 31 december peiljaar-1
belih Belastbaar inkomen van het huishouden BD berekend voor het peiljaar-1
beli1h Belastbaar inkomen box1 van het huishouden BD berekend voor het peiljaar-1
beli2h Belastbaar inkomen box2 van het huishouden BD berekend voor het peiljaar-1
beli3h Belastbaar inkomen box3 van het huishouden BD berekend voor het peiljaar-1
hrtoe Maandelijkse huurtoeslag/subsidie BD toeslagen berekend voor het peiljaar-1
amhrtoe Aantal maanden huurtoeslag/subsidie gekregen BD toeslagen berekend voor het peiljaar-1
klhrvr Kale huur per maand vóór 1 juli, in euros BD toeslagen berekend voor het peiljaar-1
vromhh Besteedbaar inkomen van het huishouden (definitie VROM) BD+DUO berekend voor het peiljaar-1
brutohh Bruto inkomen van het huishouden BD+DUO berekend voor het peiljaar-1
inkomensgegevens, opgenomen voor 0j (enquêtejaar*) en 1j, 2j, 3j, zie toelichting §2.2
peilmoment
* voor WOON2006 zijn de fiscale gegevens over het enquêtejaar niet integraal beschikbaar
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 12
2.2 Toelichting op enkele variabelen
persoonsid/respnr
Dit unieke nummer is tevens het persoonsidentificatienummer in de Woningmarktmodule
en is dus de koppelsleutel tussen de bestanden.
Dit nummer is specifiek voor het WoONonderzoek en kan niet gebruikt worden voor
koppeling aan de registraties. Respondenten kunnen binnen het CBS alleen aan de
registers gekoppeld worden indien een unieke match op adres, geboortedatum en geslacht
met de GBA gerealiseerd kan worden.
adresmut
Deze variabele geeft de verhuisbeweging aan van de respondent tussen enquête en
peilmoment. De variabele heeft de volgende categorieën:
1 Verhuisd naar het buitenland
2 Overleden
3 Verhuisd naar een instituut
4 Verhuisd binnen de gemeente
5 Verhuisd buiten de gemeente
6 Verhuisd naar onbekend adres
8 Niet verhuisd (of weer terug verhuisd naar het enquêteadres)
Bij het vaststellen of iemand binnen of buiten de gemeente is verhuisd, is de gemeente-
indeling aangehouden uit het enquêtejaar. Gemeentes die in de drie jaren na enquête
gefuseerd zijn blijven dus in de Verhuismodule beschouwd als aparte gemeentes, en
gemeentes die zijn gesplitst blijven beschouwd als één gemeente. Zo wordt aangesloten
bij de beleving van de respondent tijdens het beantwoorden van de vragen van de
Woningmarktmodule.
Ook bij de bepaling of op een adres een instituut is gevestigd is uitgegaan van de
informatie ten tijde van de steekproeftrekking. Indien de gemeente in de drie jaren na
enquête bestaande adressen als ‘nieuw instituut’ bestempelt blijft het voor de
Verhuismodule ‘geen instituut’.
Bij personen die op het peilmoment in het buitenland wonen staat alle regionale
informatie op ‘Buitenland’, woningkenmerken op ‘Onbekend’. Bij personen die op het
peilmoment in een instituut wonen is alle overige informatie, indien bekend, gewoon
gevuld.
Het komt weleens voor dat personen tijdelijk niet geregistreerd staan in de GBA.
Aangenomen is dat het hier een verhuizing naar een onbekend adres betreft (categorie 6).
Deze gevallen worden beschouwd als ‘verhuizing’. Regionale-, en woninginformatie staat
hierbij op ‘Onbekend’.
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 13
aantalverhuizingen
Verhuizing naar of vanuit een instituut of naar of vanuit het buitenland worden als
‘verhuizing’ geteld. Eventuele verhuizingen in het buitenland worden niet geregistreerd in
de GBA, dus kunnen niet worden niet meegerekend.
Bij personen die zijn overleden betreft dit het aantal verhuizingen vóór overlijden.
verhuizing
Waarde 0 betekent dat de verhuizing binnen een maand na enquête plaatsvond.
Indien een persoon niet verhuisd is staat deze variabele op 88 (Niet van toepassing).
adresbewoning
Deze variabele geeft weer of de respondent nog (of weer) op het enquête-adres woont op
het peilmoment. Indien dat niet het geval is, geeft de variabele informatie over de andere
bewoners: Wonen er nog personen die er op het enquêtemoment ook al woonden? Staat
het huis leeg of wonen er (allemaal) andere personen. Deze informatie is onder andere
gebruikt voor de afleiding van de gerealiseerde woningmarkthandelingen (rwmhand).
De variabele heeft de volgende categorieën:
1 respondent woont nog (of weer) op het enquêteadres
2 respondent woont er niet meer, een deel van de oorspronkelijke bewoners woont
er nog
3 geen enkele oorspronkelijke bewoner woont er nog, huis staat leeg
4 geen enkele oorspronkelijke bewoner woont er nog, huis is bewoond
9 Onbekend
rwmhand (starter of doorstromer)
In de Woningmarktmodule wordt gevraagd of respondenten willen verhuizen. Indien dit
het geval is wordt een ‘gewenste woningmarkthandeling’ (Gwmhand) geclassificeerd aan
de hand van informatie over de gewenste verhuizing. Respondenten met verhuiswens
worden met de variabele Gwmhand ingedeeld in de volgende categorieën:
Starter
Huidige woonsituatie van de respondent is niet zelfstandig, gewenste
woonsituatie is zelfstandig, het is niet van belang of de huidige woning na de
verhuizing beschikbaar is voor nieuwe bewoners.
Semi-starter
Huidige woonsituatie van respondent is zelfstandig, gewenste woonsituatie is ook
zelfstandig en na verhuizing blijven één of meer van de huidige bewoners in de
huidige woning wonen (bijvoorbeeld bij scheidingen) of is de woning niet meer
beschikbaar voor nieuwe bewoners (bijvoorbeeld als de woning wordt gesloopt).
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 14
Doorstromer
Huidige woonsituatie van respondent is zelfstandig, gewenste woonsituatie is ook
zelfstandig en na verhuizing is de huidige woning beschikbaar voor nieuwe
bewoners.
Woningverlater
Huidige woonsituatie van respondent is zelfstandig, gewenste woonsituatie is
onzelfstandig en na verhuizing is de huidige woning beschikbaar voor nieuwe
bewoners.
Buitenland
Huidige woonsituatie van respondent is zelfstandig, gewenste woning ligt in het
buitenland en na verhuizing is de huidige woning beschikbaar voor nieuwe
bewoners.
Overige
Deze groep bestaat vooral uit twee soorten verhuizers. Bij de eerste groep is de
huidige woonsituatie van de respondent zelfstandig, is gewenste woonsituatie niet
zelfstandig en komt de huidige woning niet beschikbaar voor nieuwe bewoners.
Bij de andere groep is de woonsituatie van de respondent niet zelfstandig en is
deze niet zelfstandige woonsituatie ook voor de nieuwe woning gewenst.
In de Verhuismodule wordt de gerealiseerde woningmarkthandeling gemeten door de
variabele Rwmhand, die weer voor de peilmomenten (1, 2 en 3 jaar na enquêtering) wordt
afgeleid. De categorieën sluiten zoveel mogelijk aan bij Gwmhand. Het is echter niet
duidelijk of de woning een zelfstandige woning is. Gwmhand is als volgt afgeleid:
Starter
Respondent behoort volgens enquête en register op het enquêtemoment niet tot de
huishoudkern en op het peilmoment behoort de respondent wel tot de kern
volgens het register.
Semi-starter
Respondent behoort volgens enquête en register op het enquêtemoment tot de
huishoudkern en ook op het peilmoment blijft hij tot de huishoudkern behoren.
Op het peilmoment zijn niet alle oorspronkelijke bewoners uit de enquêtewoning
vertrokken.
Doorstromer
Respondent behoort volgens enquête en register op het enquêtemoment tot de
huishoudkern en ook op het peilmoment behoort hij tot de huishoudkern. Op het
peilmoment zijn ook alle oorspronkelijke bewoners uit de enquêtewoning en staat
de woning leeg of is deze bewoond door andere bewoners.
Woningverlater
Respondent behoort volgens enquête en register op het enquêtemoment tot de
huishoudkern en op het peilmoment behoort hij of zij niet meer tot de
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 15
huishoudkern. Op het peilmoment zijn ook alle oorspronkelijke bewoners uit de
enquêtewoning vertrokken en staat de woning leeg of is deze bewoond door
andere bewoners.
Buitenland
Respondent behoort volgens enquête en register op het enquêtemoment tot de
huishoudkern en op het peilmoment is hij of zij verhuisd naar het buitenland. Op
het peilmoment zijn ook alle oorspronkelijke bewoners uit de enquêtewoning
vertrokken en staat de woning leeg of is deze bewoond door andere bewoners.
Overige verhuizingen
Alle verhuisden die niet tot de eerdere categorieën behoren, nl.
- de respondent die tijdens enquête wel, maar op peilmoment niet meer tot de
huishoudkern behoort, maar waarbij nog een deel van de oorspronkelijke
bewoners in het huis woont,
- de respondent die zowel op enquêtemoment als op peilmoment niet tot de
huishoudkern behoort,
- de respondent die naar het buitenland is verhuisd, maar niet tot de hierboven
beschreven categorie ‘Buitenland’ behoort,
- de respondent wiens huishoudpositie op peilmoment onbekend is,
- de respondent wiens huishoudpositie op enquêtemoment volgens enquête
afwijkt van de registerinformatie
Niet van toepassing
Respondenten die niet verhuisd zijn of overleden zijn.
Woningkenmerken (WOZwaarde, parsocwon en woonruimteeigendom)
Deze kenmerken zijn variabel. Voor iedere woning is de stand in het peiljaar opgenomen.
WOZwaarde
De WOZwaarde betreft de waarde zoals vastgesteld op 1 januari van het peiljaar. Bij
WoON2009 betreft de variabele ‘WOZwaarde1j’ dus de waarde op peildatum 1 januari
2010. Uitzondering hierop is de variabele voor het enquêtejaar voor WoON2006. Omdat
de WOZwaarde op 1 januari 2006 niet is vastgesteld, is voor de variabele WOZwaarde0j
bij WoON2006 de waarde op peildatum 1 januari 2005 genomen. Vanaf 2007 is de WOZ
waarde jaarlijks vastgesteld.
Eigendomstype (woonruimteeigendom en ehalg)
Het eigendomstype volgens het register is op twee verschillende manieren in de
Verhuismodule opgenomen. De variabele ‘ehalg’ geeft aan of het huishouden in een
huurwoning woont of in een koopwoning. De variabelen vanuit de BAG of het
Woonruimteregister met informatie over het eigendomstype (oa variabele
‘woonruimteeigendom’) zijn alleen op adresniveau beschikbaar en dus ook op dit niveau
gekoppeld. Het eigendomstype op huishoudniveau en adresniveau zal niet altijd
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 16
overeenkomen. Dit is bijvoorbeeld het geval als meerdere huishoudens op één adres staan
ingeschreven (inclusief de eigenaar).
regionale informatie
In de Woningmarktmodule zijn ook enkele regionale kenmerken opgenomen. Om aan te
sluiten bij de systematiek van alle kenmerken, en de consistentie binnen de module te
waarborgen, is in de Verhuismodule toch ook de ‘regionale situatie’ op enquêtemoment
opgenomen. Er kunnen lichte verschillen zitten tussen de modules, omdat regionale
gegevens bij de Woningmarktmodule niet op het volledige adres (inclusief huisletter)
werden afgeleid en een klein aantal verhuizingen niet zijn onderschept. Deze verschillen
zijn nihil. Bij WoON2006 komt bij 371 respondenten (0,6%) de postcode niet overeen en
bij 196 respondenten (0,3%) de gemeentecode. Bij WoON2009 is dit het geval bij 429
(0,5%) resp. 235 (0,3%) respondenten.
De adresinformatie is afkomstig uit de GBA. De indelingen in brtcode en gemcode zijn
CBS-indelingen. De indelingen in sg, bon, vinex, wba, hwm, bsg, bbg en isv zijn BZK-
indelingen.
inkomensgegevens
De inkomensgegevens zijn jaargegevens en beschrijven de situatie van het jaar vóór het
peiljaar (peildatum 31 december). De variabele VROMHH0j in het bestand ‘WoON 2009
Verhuismodule – jaren’ heeft dus betrekking op het inkomen uit 2008, de variabele
Vermogh0j is de stand op 31 december 2008. Deze aanpak is consistent met de module
Woningmarkt.
Er zijn geen integrale fiscale gegevens over 2005 beschikbaar.
In de module Woningmarkt zijn de inkomensgegevens gebaseerd op de
huishoudsamenstelling zoals is aangegeven door de respondent. In de Verhuismodule is
de huishoudsamenstelling volgens de registergegevens gebruikt. In de registratie wordt de
huishoudsamenstelling afgeleid volgens diverse afleidingsregels. Het kan zijn dat dit niet
overeenkomt met de beleving van de respondent. Zo kan een 3 generatie huishouden
(vader/moeder, (volwassen) kind met partner met kleinkinderen) door de respondent
anders worden beoordeeld dan in de afleidingsregels in de registratie. Als het (volwassen)
kind met partner het meest inkomen genereert, ziet de inkomensregistratie het kind en de
partner als de hoofdkostwinner met partner. Het kleinkind is dan kind in het huishouden
en de vader en moeder zijn overige huishoudleden (niet kern). Als het kind de respondent
in WoON is en zich zelf ziet als inwonend kind dan zijn de vader en moeder de
huishoudkern en is het kind het kind, zijn partner en de kleinkinderen zijn overige
huishoudleden.
In de Verhuismodule worden huishoudens zonder inkomen geïmputeerd (zie paragraaf 4
voor de gedetailleerde aanpak). Zie paragraaf 3.5 voor meer informatie over de gebruikte
bronnen.
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 17
Huur(toeslag)
De huur is alleen bekend voor huurders die huurtoeslag ontvangen.
In het huurtoeslagenbestand kunnen huishoudens meerdere keren voorkomen
(bijvoorbeeld omdat er tijdens het jaar een wijziging heeft plaatsgevonden in inkomen
en/of huishoudsamenstelling). In dat geval is voor de huurtoeslag en de kale huur het
hoogste bedrag geselecteerd met een maximum van de huurtoeslaggrens. Als een
huishouden meerdere keren voorkomt, is het aantal maanden gesommeerd met een
maximum van 12.
Sociaal-economische categorie: Seccoalop en seccoalpa
Een persoon is als ‘zelfstandige’ gerekend zodra hij/zij loon uit winst heeft opgegeven bij
de Belastingdienst. Dus ook werknemers die daarnaast een eigen bedrijf hebben worden
als zelfstandigen gekenmerkt. Ongeveer 50% van de zelfstandigen blijken naast een actief
bedrijf ook nog als werknemer ergens werkzaam te zijn.
Als een student een bijbaantje heeft wordt de positie van de student ‘werknemer’.
Er wordt dus geen rekening gehouden met de hoogte van de verschillende bronnen van
inkomen bij het bepalen van de sociaal-economische positie.
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 18
3. Beschrijving bronnen
3.1 Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) Dit databestand bevat persoonsgegevens van alle personen die geregistreerd staan in de
Gemeentelijke Basis Administratie. De persoonsgegevens bestrijken de periode van 1
januari 1995 tot heden en worden iedere maand geactualiseerd.
De informatie uit de GBA wordt in de Verhuismodule als ‘de waarheid’ beschouwd.
Informatie uit andere registers die niet consistent is met de GBAgegevens worden hieraan
consistent gemaakt.
3.2 Huishoudensbestand Dit bestand is afgeleid uit de GBA. De huishoudenbestanden worden bij elke oplevering
aangepast. Hierbij wordt informatie die later pas bekend wordt teruggelegd naar het
verleden en retrospectief in de bestanden verwerkt. Als bijvoorbeeld twee op het eerste
gezicht niet gelinkte personen samen een kind krijgen gaat het dus om een stel en wordt
de huishoudpositie, het type huishouden en aantal personen van deze twee personen
retrospectief aangepast vanaf het moment dat ze samen zijn gaan wonen. Bij updates van
de Verhuismodule kunnen er dus kleine verschillen bestaan tussen verschillende
leveringen.
3.3 Woningregister Het woningregister bevat alle adressen van woonruimten in Nederland op 1 januari van
het peiljaar. Deze gegevens (en mutaties daarin) zijn en worden door de gemeenten aan
het CBS geleverd. Deze adressen zijn door het CBS verrijkt met gegevens van het
Kadaster, TNT POST, Waarde onroerende Zaken en Adressen Institutionele
Huishoudens.
Het verslagjaar 2012 is het laatste jaar dat beschikbaar is vanuit het Woningregister, voor
latere jaren is de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) als bron gebruikt.
3.4 Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) De BAG bevat alle verblijfsobjecten in Nederland op 1 januari van het bestandsjaar. De
gegevens zijn afkomstig uit de Basisregistraties voor Adressen en Gebouwen (afkomstig
van de Gemeenten). De BAG wordt sinds 2012 verrijkt met variabelen van het Kadaster,
PostNL en Waarde Onroerende Zaken (Gemeenten) en dient daarmee als vervanger voor
het Woningregister.
3.5 Belastingdienst (BD) en Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) De inkomensgegevens zijn vooral gebaseerd op verschillende registraties van de
Belastingdienst zoals de aangifte inkomstenbelasting en (huur)toeslagengegevens.
Daarnaast worden ook gegevens gebruikt van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO)
over studiefinanciering en tegemoetkomingen in studiekosten. Het betreffen bestanden op
jaarbasis.
Het huurtoeslagbestand bevat gegevens over de huurtoeslag en de kale huur van personen
die in het betreffende jaar huurtoeslag hebben ontvangen. Het gaat om ongeveer 15% van
de huishoudens (1 miljoen huishoudens) en 40 procent van alle huurwoningen.
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 19
4. Weging in de Verhuismodule
De Verhuismodule is een vervolgmodule van het WoONonderzoek. In de
Woningmarktmodule kunnen de volgende populaties (op peildatum van het onderzoek)
beschreven worden:
Het aantal personen van 18 jaar en ouder in Nederland (gewogen met personen
gewicht). Iedereen die aan het onderzoek heeft meegedaan krijgt een gewicht
(weegfactor inclusief ophoogfactor). De som van de gewichten betreft het aantal
personen van 18 jaar en ouder dat op de peildatum in Nederland woont. Personen die
in een instituut wonen op de peildatum zijn niet meegenomen met het onderzoek;
Het aantal huishoudens in Nederland (gewogen met huishoudgewicht). Respondenten
die tot de huishoudkern behoren hebben een huishoudgewicht. Het huishoudgewicht
is vastgesteld door het personengewicht te delen door het aantal huishoudkernen (dit
is 1 bij alleenstaanden of 2 bij paren). De som van de gewichten betreft het aantal
huishoudens op de peildatum in Nederland. De andere huishoudleden (kinderen en
overige huishoudleden die niet tot de kern behoren) hebben een huishoudgewicht van
0;
Het aantal huishoudens dat binnen nu en twee jaar gaat verhuizen, indien de
verhuiswens gerealiseerd zou worden. Respondenten (ook ‘kinderen’) die een
verhuiswens hebben en in het gewenste huishouden tot de huishoudkern behoren
krijgen een ‘gewenst huishoudgewicht’ (Gweegwon). Het gewenste huishoudgewicht
is vastgesteld door het persoonsgewicht te delen door het aantal huishoudkernen in
het gewenste huishouden.
Voor analysedoeleinden op de Verhuismodule-jaren zijn de volgende 4 groepen van
belang:
Verhuiswens tijdens de
module Woningmarkt (ja/nee)
Verhuisd 1, 2 en 3 jaar na het
interview volgens registratie (ja/nee)
A Ja Ja
B Ja Nee
C Nee Ja
D Nee Nee
De analyses op basis van de Verhuismodule kunnen gericht zijn op de relatie tussen
verhuiswens/motieven en daadwerkelijke verhuizing, uitgesplitst naar verschillende
woon-, huishoud- en persoonskenmerken.
Als informatie beschikbaar is over de verhuiswensen (populaties A en B) kunnen
verhuiswensen/motieven direct gerelateerd worden de realisatie. Het is dan bijvoorbeeld
mogelijk om te kijken bij welke motieven de meeste verhuizingen plaatsvinden
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 20
(=verhuisratio). Analyses naar motieven en verhuiskansen kunnen het best uitgevoerd
worden met het gewicht ‘Gweegwon’ uit deWoningmarktmodule. Kanttekening hierbij is
dat verhuiswensen kunnen veranderen en dat het uiteindelijke motief dat personen deed
verhuizen in dit onderzoek niet met zekerheid vastgesteld kan worden.
Van respondenten die tijdens de module Woningmarkt geen verhuiswens hadden maar
toch zijn verhuisd binnen 1, 2 of 3 jaar na het onderzoek is vanuit de module
Woningmarkt helemaal geen informatie bekend over de verhuisreden en/of motivatie
(populatie C). Analyses naar mogelijke verhuismotieven zoals veranderingen in
huishoudsamenstelling, inkomen of huidige woonbeleving kunnen voor de totale
doelpopulatie dan ook het beste uitgevoerd worden op basis van registerinformatie of op
basis van enquête-informatie die niet gerelateerd is aan verhuiswensen. De doelpopulatie
voor deze analyses is ‘alle huishoudens in jaar 0, +1, +2 en +3’. Alle respondenten uit de
module Woningmarkt zijn meegenomen (groep A,B,C en D) en retrospectief is
vastgesteld of ze in het afgelopen jaar, afgelopen twee of afgelopen drie jaar zijn
verhuisd[1]. Voor deze analyses zijn per WoON 4
[2] nieuwe huishoudgewichten
‘hweegwon’ opgenomen in de Verhuismodule, voor ieder peilmoment één. In supplement
I staat het weegmodel en de uitvoering beschreven.
Opmerkingen:
Voor de vergelijkbaarheid is bij het vaststellen van de (administratieve)
weegfactoren hetzelfde weegmodel gebruikt. Voor elk peiljaar (1-1-peiljaar) is
wel een nieuwe populatie samengesteld die overeenkomt met de populatie van
de Woningmarktmodule.
Het weegmodel is gebaseerd op het weegmodel van WoON2012 , maar op een
aantal punten vereenvoudigd (zie supplement I).
Met de nieuwe (administratieve) huishoudgewichten kunnen retrospectieve
analyses worden uitgevoerd. Dit is vergelijkbaar met de analyses met de
variabele VERHUISD in de Woningmarktmodule.
Analyses naar het verhuisgedrag van huishoudens met een verhuiswens kunnen
uitgevoerd worden met de weegfactor Gweegwon uit de Woningmarktmodule.
In het bestand dat wordt uitgeleverd via DANS is een aangepaste versie van
Gweegwon opgenomen, om onthullingsgevaar te voorkomen.
Het responsbestand (=de respondenten uit de module Woningmarkt) wordt niet
geactualiseerd hierdoor is er sprake van uitstroom en niet van instroom.
Daarnaast is de uitstroom selectief. Uitval komt voor bij ouderen (door
[1]
Als consumentengroepen worden geformuleerd op basis van registerinformatie is het aan
te raden om deze analyses integraal uit te voeren.
[2] Voor de vergelijkbaarheid tussen de jaren in de Verhuismodule is het noodzakelijk dat er ook
een administratief huishoudgewicht wordt afgeleid voor de peildatum van de module
Woningmarkt.
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 21
overlijden) en jongeren (er komen geen nieuwe 18 jarigen meer bij en de 18
jarigen op de peildatum van de module Woningmarkt worden wel ouder).
Als de respondent volgens de WoON Verhuismodule op een bepaald peilmoment
is overleden, niet meer voorkomt in de GBA of verhuisd is naar het buitenland of
een instituut dan behoort deze respondent op dat moment niet tot de populatie van
het WoON. De omvang van de woningmarkthandelingen ‘woningverlater’,
‘buitenland’ en overige verhuizingen kan dan ook niet (volledig) in kaart worden
gebracht met de nieuwe huishoudgewichten. De omvang van deze groepen
verhuizers kunnen dan ook alleen vastgesteld worden op basis van het
personengewicht. Het is dan ook niet mogelijk om deze groepen op
huishoudniveau af te leiden.
In de module Woningmarkt en in de Verhuismodule is de splitsing tussen
huishoudkernleden en niet-huishoudkernleden erg belangrijk. In de weging van
de module Woningmarkt tellen alleen de antwoorden van de
huishoudkernleden mee voor de schattingen op huishoudniveau. Bovendien
krijgen huishoudkernleden meer vragen te beantwoorden. In de praktijk blijkt
dat er respondenten zijn die volgens het register niet tot de huishoudkern
behoren, maar volgens de enquêtevariabele wel en vice versa. Voor
respondenten die in de enquêtejaren dergelijke inconsistenties hadden, zijn de
huishoudgewichten van WoON Verhuismodule op sysmis gezet.
5. Imputatie inkomen
In de module Woningmarkt wordt ontbrekende inkomensinformatie van huishoudleden
van respondenten geïmputeerd. Dat gebeurt op persoonsniveau, op basis van de
huishoudsamenstelling zoals die door de respondent in de enquête is opgegeven. Op basis
van de bestanden in de Verhuismodule (met het register als bron) is echter niet vast te
stellen welke personen volgens de respondent tot het huishouden behoren en dus hoeveel
huishoudleden inkomen zouden moeten ontvangen. Imputatie van ontbrekende
inkomensgegevens is bij de Verhuismodule daarom uitgevoerd op huishoudniveau.
Van huishoudens met onbekende huishoudsamenstelling (dus onbekend
huishoudinkomen) of met een extreem hoog inkomen zijn huishoudensinkomens
geïmputeerd. Net als in de module Woningmarkt is op basis van 3 hulpvariabelen per
inkomensjaar de meest geschikte donor vastgesteld en zijn de huishoudensinkomens van
deze donor geïmputeerd. Net als in de module Woningmarkt is op basis van 3
hulpvariabelen per inkomensjaar de meest geschikte donor vastgesteld en zijn de
huishoudensinkomens van deze donor geïmputeerd. Het uitgangspunt is dat de
hulpvariabelen voor alle respondenten gevuld zijn. Per inkomensjaar en per WoON zijn
de volgende hulpvariabelen3 samengesteld:
3 Deze hulpvariabelen zijn niet opgenomen in het bestand.
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 22
Aantal personen in het huishouden. Het aantal personen in het huishouden
vanuit de inkomensgegevens is overgenomen als er een waarde is ingevuld. Als
deze variabele onbekend is dan is het aantal personen vanuit het CBS
huishoudenbestand overgenomen. Als dat ook onbekend is dan wordt het
aantal personen van een jaar eerder overgenomen;
Samenstelling huishouden. Eerst is de huishoudsamenstelling vanuit de
inkomensgegevens overgenomen. Als deze onbekend is dan is de samenstelling
van het huishouden overgenomen vanuit het CBS huishoudenbestand. Als
laatste wordt de samenstelling van een jaar eerder overgenomen;
Of een huishouden huurt of koopt. Eerst is het eigendomstype vanuit de
inkomensgegevens overgenomen. Als deze onbekend is dan wordt het
eigendomstype van de nieuwe woning overgenomen (als een respondent
verhuisd is) of het eigendomstype van de huidige woning volgens de
woonruimteplusregistratie (als de respondent niet verhuisd is). Omdat het
eigendomstype van een aantal respondenten na deze stappen niet bekend is,
zijn de onbekenden aan eigendomstype huur toegewezen. Dit is gedaan omdat
de groep met een onbekende eigendomstype klein is waardoor de massa voor
donor-imputatie te klein is geworden. Er is gekozen voor het eigendomstype
huur, omdat deze vorm het minst goed is vast te stellen in registers. Het is de
verwachting dat hierin de meeste onbekenden zitten.
Vervolgens zijn de respondenten vastgesteld waarvan het huishoudinkomen geïmputeerd
moet worden. Op basis van de hulpvariabelen is een geschikte donor vastgesteld en zijn
alle variabelen die betrekking hebben op inkomen en vermogen van het huishouden van
deze donor overgenomen. Bij ongeveer 0,5 procent van de huishoudens is het inkomen
geïmputeerd.
Bijlagen
Bij deze documentatie zijn voor de RA/OS gebruikers de volgende bijlagen beschikbaar:
Bijlage I Weging Verhuismodule 2006 en 2009.pdf
Bijlage II Variabelen in Verhuismodule 2006 en 2009
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 23
6. Bestandsopbouw en toelichting
Bestandsopbouw van de microdatabestanden
WoON 2006 en 2009 verhuismodule-jaren
Nr Variabele en omschrijving Form.
1
RINPERSOONS
A1
Soort rinpersoon
2
RINPERSOON
A9
Samen met rinpersoons is dit de persoon
3
interviewdatum
EDATE10
Datum waarop de enquête is ingevuld of afgenomen
4
adresmut1j
F2
Adresmutatie respondent na 1 jaar, adres na 1 jaar vergeleken met enquêteadres
5
aantalverhuizingen1j
F2
Aantal keer dat respondent is verhuisd in het eerste jaar na enquête
6
verhuizing1j
F2
Aantal maanden dat verstreken is tussen enquêtedatum en verhuizing naar adres waarop persoon na 1 jaar woonde
7
adresbewoning1j
F1
Bewonersmutatie na 1 jaar van het adres waarop de respondent op enquêtedatum woonde
8
rwmhand1j
F1
Starter of doorstromer op de woningmarkt, woonsituatie na 1 jaar versus woonsituatie op enquêtedatum
9
adresmut2j
F2
Adresmutatie respondent na 2 jaar, adres na 2 jaar vergeleken met enquêteadres
10
aantalverhuizingen2j
F2
Aantal keer dat respondent is verhuisd in de twee jaren na enquête
11
verhuizing2j
F2
Aantal maanden dat verstreken is tussen enquêtedatum en verhuizing naar adres waarop persoon na 2 jaar woonde
12
adresbewoning2j
F1
Bewonersmutatie na 2 jaar van het adres waarop de respondent op enquêtedatum woonde
13
rwmhand2j
F1
Starter of doorstromer op de woningmarkt, woonsituatie na 2 jaar versus woonsituatie op enquêtedatum
14
adresmut3j
F2
Adresmutatie respondent na 3 jaar, adres na 3 jaar vergeleken met enquêteadres
15
aantalverhuizingen3j
F2
Aantal keer dat respondent is verhuisd in de drie jaren na enquête
16
verhuizing3j
F2
Aantal maanden dat verstreken is tussen enquêtedatum en verhuizing naar adres waarop persoon na 3 jaar woonde
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 24
Nr Variabele en omschrijving Form. 17
adresbewoning3j
F1
Bewonersmutatie na 3 jaar van het adres waarop de respondent op enquêtedatum woonde
18
rwmhand3j
F1
Starter of doorstromer op de woningmarkt, woonsituatie na 3 jaar versus woonsituatie op enquêtedatum
19
overleden
F2
Aantal maanden dat verstreken is tussen enquêtedatum en overlijden
20
aantalpershh0j
F4
Aantal personen in het huishouden op enquêtedatum (GBA)
21
aantalkindhh0j
F2
Aantal kinderen in het huishouden op enquêtedatum (GBA)
22
lftjongstkind0j
F3
Leeftijd van het jongste kind op enquêtedatum
23
lftoudstkind0j
F3
Leeftijd van het oudste kind op enquêtedatum
24
typhh0j
F1
Type huishouden op enquêtedatum
25
plhh0j
F2
Plaats van de respondent in het huishouden op enquêtedatum
26
aantalpershh1j
F4
Aantal personen in het huishouden 1 jaar na enquête (GBA)
27
aantalkindhh1j
F2
Aantal kinderen in het huishouden 1 jaar na enquête (GBA)
28
lftjongstkind1j
F3
Leeftijd van het jongste kind in het huishouden 1 jaar na enquête
29
lftoudstkind1j
F3
Leeftijd van het oudste kind in het huishouden 1 jaar na enquête
30
typhh1j
F1
Type huishouden 1 jaar na enquête
31
plhh1j
F2
Plaats van de respondent in het huishouden 1 jaar na enquête
32
partnermut1j
F2
Verandering van partner 1 jaar na enquête
33
enqkindmut1j
F2
Mutaties kinderen die tijdens enquête tot het huishouden van de respondent behoorden, situatie na 1 jaar vergeleken met enquêtedatum
34
nieuwkind1j
F2
Komst van kinderen die tijdens enquête nog niet tot het huishouden van de respondent behoorden, situatie na 1 jaar
35
aantalpershh2j
F4
Aantal personen in het huishouden 2 jaar na enquête (GBA)
36
aantalkindhh2j
F2
Aantal kinderen in het huishouden 2 jaar na enquête (GBA)
37
lftjongstkind2j
F3
Leeftijd van het jongste kind in het huishouden 2 jaar na enquête
38
lftoudstkind2j
F3
Leeftijd van het oudste kind in het huishouden 2 jaar na enquête
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 25
Nr Variabele en omschrijving Form. 39
typhh2j
F1
Type huishouden 2 jaar na enquête
40
plhh2j
F2
Plaats van de respondent in het huishouden 2 jaar na enquête
41
partnermut2j
F2
Verandering van partner 2 jaar na enquête
42
enqkindmut2j
F2
Mutaties kinderen die tijdens enquête tot het huishouden van de respondent behoorden, situatie na 2 jaar vergeleken met enquêtedatum
43
nieuwkind2j
F2
Komst van kinderen die tijdens enquête nog niet tot het huishouden van de respondent behoorden, situatie na 2 jaar
44
aantalpershh3j
F4
Aantal personen in het huishouden 3 jaar na enquête (GBA)
45
aantalkindhh3j
F2
Aantal kinderen in het huishouden 3 jaar na enquête (GBA)
46
lftjongstkind3j
F3
Leeftijd van het jongste kind in het huishouden 3 jaar na enquête
47
lftoudstkind3j
F3
Leeftijd van het oudste kind in het huishouden 3 jaar na enquête
48
typhh3j
F1
Type huishouden 3 jaar na enquête
49
plhh3j
F2
Plaats van de respondent in het huishouden 3 jaar na enquête
50
partnermut3j
F2
Verandering van partner 3 jaar na enquête
51
enqkindmut3j
F2
Mutaties kinderen die tijdens enquête tot het huishouden van de respondent behoorden, situatie na 3 jaar vergeleken met enquêtedatum
52
nieuwkind3j
F2
Komst van kinderen die tijdens enquête nog niet tot het huishouden van de respondent behoorden, situatie na 3 jaar
53
pc4_0j
F4
Vier cijfers van de postcode op enquêtedatum
54
brtcode0j
F8
Gemeente- wijk- en buurtcode van de buurt op enquêtedatum
55
gemcode0j
F4
Gemeente op enquêtedatum
56
prov0j
F2
Provincie op enquêtedatum
57
corop0j
F2
COROP-gebied op enquêtedatum
58
wgr0j
F2
Wgr-samenwerkinggebied op enquêtedatum
59
sg0j
F2
Stadsgewest op enquêtedatum
60
ldl0j
F1
Landsdeel op enquêtedatum
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 26
Nr Variabele en omschrijving Form. 61
ldlwm0j
F1
Landsdeel woningmarktgebied op enquêtedatum
62
isvgem30_0j
F2
Indeling in ISV-G30 van de gemeente van de respondent op enquêtedatum
63
isvgem31_0j
F2
Indeling in ISV-G31 van de gemeente van de respondent op enquêtedatum
64
ldlg4_0j
F2
Landsdeel plus g4 op enquêtedatum
65
stedgem0j
F1
Stedelijkheid van de gemeente op enquêtedatum
66
ggk8_0j
F2
Gemeentegrootteklasse van de gemeente op enquêtedatum
67
g4_0j
F1
G4 (de vier grote steden) op enquêtedatum
68
g4_2_0j
F1
G4 (ja/nee) op enquêtedatum
69
g4_3_0j
F1
G4/G27/rest op enquêtedatum
70
bsg71_2_0j
F1
Woont binnen of buiten een bestaand stedelijk gebied (1971) op enquêtedatum
71
bsg71_3_0j
F1
Woont binnen, buiten of op de rand van een bestaand stedelijk gebied (1971) op enquêtedatum
72
bbg96_0j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (1996) op enquêtedatum
73
bbg00_0j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2000) op enquêtedatum
74
bbg03_0j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2003) op enquêtedatum
75
isv2wijk0j
F3
ISV2 wijk op enquêtedatum
76
isv3wijk0j
F3
ISV3 wijk op enquêtedatum
77
hwmpc0j
F1
Woonmilieu op postcodeniveau, op enquêtedatum
78
w40_0j
F2
Aandachtswijk VROM (40) op enquêtedatum
79
pc4_1j
F4
Vier cijfers van de postcode 1 jaar na enquête
80
brtcode1j
F8
Gemeente- wijk- en buurtcode van de buurt 1 jaar na enquête
81
gemcode1j
F4
Gemeente 1 jaar na enquête
82
prov1j
F2
Provincie 1 jaar na enquête
83
corop1j
F2
COROP-gebied 1 jaar na enquête
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 27
Nr Variabele en omschrijving Form. 84
wgr1j
F2
Wgr-samenwerkinggebied 1 jaar na enquête
85
sg1j
F2
Stadsgewest 1 jaar na enquête
86
ldl1j
F1
Landsdeel 1 jaar na enquête
87
ldlwm1j
F1
Landsdeel woningmarktgebied 1 jaar na enquête
88
isvgem30_1j
F2
Indeling in ISV-G30 van de gemeente van de respondent 1 jaar na enquête
89
isvgem31_1j
F2
Indeling in ISV-G31 van de gemeente van de respondent 1 jaar na enquête
90
ldlg4_1j
F2
Landsdeel plus g4 1 jaar na enquête
91
stedgem1j
F1
Stedelijkheid van de gemeente 1 jaar na enquête
92
ggk8_1j
F2
Gemeentegrootteklasse van de gemeente 1 jaar na enquête
93
g4_1j
F1
G4 (de vier grote steden) 1 jaar na enquête
94
g4_2_1j
F1
G4 (ja/nee) 1 jaar na enquête
95
g4_3_1j
F1
G4/G27/rest 1 jaar na enquête
96
bsg71_2_1j
F1
Woont binnen of buiten een bestaand stedelijk gebied (1971) 1 jaar na enquête
97
bsg71_3_1j
F1
Woont binnen, buiten of op de rand van een bestaand stedelijk gebied (1971) 1 jaar na enquête
98
bbg96_1j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (1996) 1 jaar na enquête
99
bbg00_1j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2000) 1 jaar na enquête
100
bbg03_1j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2003) 1 jaar na enquête
101
isv2wijk1j
F3
ISV2 wijk 1 jaar na enquête
102
isv3wijk1j
F3
ISV3 wijk 1 jaar na enquête
103
hwmpc1j
F1
Woonmilieu op postcodeniveau, 1 jaar na enquête
104
w40_1j
F2
Aandachtswijk VROM (40) 1 jaar na enquête
105
pc4_2j
F4
Vier cijfers van de postcode 2 jaar na enquête
106
brtcode2j
F8
Gemeente- wijk- en buurtcode van de buurt 2 jaar na enquête
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 28
Nr Variabele en omschrijving Form. 107
gemcode2j
F4
Gemeente 2 jaar na enquête
108
prov2j
F2
Provincie 2 jaar na enquête
109
corop2j
F2
COROP-gebied 2 jaar na enquête
110
wgr2j
F2
Wgr-samenwerkinggebied 2 jaar na enquête
111
sg2j
F2
Stadsgewest 2 jaar na enquête
112
ldl2j
F1
Landsdeel 2 jaar na enquête
113
ldlwm2j
F1
Landsdeel woningmarktgebied 2 jaar na enquête
114
isvgem30_2j
F2
Indeling in ISV-G30 van de gemeente van de respondent 2 jaar na enquête
115
isvgem31_2j
F2
Indeling in ISV-G31 van de gemeente van de respondent 2 jaar na enquête
116
ldlg4_2j
F2
Landsdeel plus g4 2 jaar na enquête
117
stedgem2j
F1
Stedelijkheid van de gemeente 2 jaar na enquête
118
ggk8_2j
F2
Gemeentegrootteklasse van de gemeente 2 jaar na enquête
119
g4_2j
F1
G4 (de vier grote steden) 2 jaar na enquête
120
g4_2_2j
F1
G4 (ja/nee) 2 jaar na enquête
121
g4_3_2j
F1
G4/G27/rest 2 jaar na enquête
122
bsg71_2_2j
F1
Woont binnen of buiten een bestaand stedelijk gebied (1971) 2 jaar na enquête
123
bsg71_3_2j
F1
Woont binnen, buiten of op de rand van een bestaand stedelijk gebied (1971) 2 jaar na enquête
124
bbg96_2j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (1996) 2 jaar na enquête
125
bbg00_2j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2000) 2 jaar na enquête
126
bbg03_2j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2003) 2 jaar na enquête
127
isv2wijk2j
F3
ISV2 wijk 2 jaar na enquête
128
isv3wijk2j
F3
ISV3 wijk 2 jaar na enquête
129
hwmpc2j
F1
Woonmilieu op postcodeniveau, 2 jaar na enquête
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 29
Nr Variabele en omschrijving Form. 130
w40_2j
F2
Aandachtswijk VROM (40) 2 jaar na enquête
131
pc4_3j
F4
Vier cijfers van de postcode 3 jaar na enquête
132
brtcode3j
F8
Gemeente- wijk- en buurtcode van de buurt 3 jaar na enquête
133
gemcode3j
F4
Gemeente 3 jaar na enquête
134
prov3j
F2
Provincie 3 jaar na enquête
135
corop3j
F2
COROP-gebied 3 jaar na enquête
136
wgr3j
F2
Wgr-samenwerkinggebied 3 jaar na enquête
137
sg3j
F2
Stadsgewest 3 jaar na enquête
138
ldl3j
F1
Landsdeel 3 jaar na enquête
139
ldlwm3j
F1
Landsdeel woningmarktgebied 3 jaar na enquête
140
isvgem30_3j
F2
Indeling in ISV-G30 van de gemeente van de respondent 3 jaar na enquête
141
isvgem31_3j
F2
Indeling in ISV-G31 van de gemeente van de respondent 3 jaar na enquête
142
ldlg4_3j
F2
Landsdeel plus g4 3 jaar na enquête
143
stedgem3j
F1
Stedelijkheid van de gemeente 3 jaar na enquête
144
ggk8_3j
F2
Gemeentegrootteklasse van de gemeente 3 jaar na enquête
145
g4_3j
F1
G4 (de vier grote steden) 3 jaar na enquête
146
g4_2_3j
F1
G4 (ja/nee) 3 jaar na enquête
147
g4_3_3j
F1
G4/G27/rest 3 jaar na enquête
148
bsg71_2_3j
F1
Woont binnen of buiten een bestaand stedelijk gebied (1971) 3 jaar na enquête
149
bsg71_3_3j
F1
Woont binnen, buiten of op de rand van een bestaand stedelijk gebied (1971) 3 jaar na enquête
150
bbg96_3j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (1996) 3 jaar na enquête
151
bbg00_3j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2000) 3 jaar na enquête
152
bbg03_3j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2003) 3 jaar na enquête
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 30
Nr Variabele en omschrijving Form. 153
isv2wijk3j
F3
ISV2 wijk 3 jaar na enquête
154
isv3wijk3j
F3
ISV3 wijk 3 jaar na enquête
155
hwmpc3j
F1
Woonmilieu op postcodeniveau, 3 jaar na enquête
156
w40_3j
F2
Aandachtswijk VROM (40) 3 jaar na enquête
157
wozwaarde0j
F9
WOZ-waarde (in euros) van de woning waarin de respondent op enquêtedatum woonde
158
parsocwon0j
F1
Indeling in particuliere of sociale huur van de woning waarin de respondent op enquêtedatum woonde
159
woonruimteeigendom0j
F1
Onderscheid naar huurwoning en eigen (koop) woning van de woning waarin de respondent op enquêtedatum woonde
160
vormreg0j
F1
Vorm van de woning waarin de respondent op enquêtedatum woonde
161
aantalvo0j
F4
Aantal woningen in het woongebouw waarin de respondent op enquêtedatum woonde
162
oppervlakte0j
F9
Gebruiksoppervlakte (in vierkante meters) van de woning waarin de respondent op enquêtedatum woonde
163
bouwjaar0j
F4
Bouwjaar van de woning waarin de respondent op enquêtedatum woonde
164
wozwaarde1j
F9
WOZ-waarde (in euros) van de woning waarin de respondent 1 jaar na enquête woonde
165
parsocwon1j
F1
Indeling in particuliere of sociale huur van de woning waarin de respondent 1 jaar na enquête woonde
166
woonruimteeigendom1j
F1
Onderscheid naar huurwoning en eigen (koop) woning van de woning waarin de respondent 1 jaar na enquête woonde
167
vormreg1j
F1
Vorm van de woning waarin de respondent 1 jaar na enquête woonde
168
aantalvo1j
F4
Aantal woningen in het woongebouw waarin de respondent 1 jaar na enquête woonde
169
oppervlakte1j
F9
Gebruiksoppervlakte (in vierkante meters) van de woning waarin de respondent 1 jaar na enquête woonde
170
bouwjaar1j
F4
Bouwjaar van de woning waarin de respondent 1 jaar na enquête woonde
171
wozwaarde2j
F9
WOZ-waarde (in euros) van de woning waarin de respondent 2 jaar na enquête woonde
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 31
Nr Variabele en omschrijving Form. 172
parsocwon2j
F1
Indeling in particuliere of sociale huur van de woning waarin de respondent 2 jaar na enquête woonde
173
woonruimteeigendom2j
F1
Onderscheid naar huurwoning en eigen (koop) woning van de woning waarin de respondent 2 jaar na enquête woonde
174
vormreg2j
F1
Vorm van de woning waarin de respondent 2 jaar na enquête woonde
175
aantalvo2j
F4
Aantal woningen in het woongebouw waarin de respondent 2 jaar na enquête woonde
176
oppervlakte2j
F9
Gebruiksoppervlakte (in vierkante meters) van de woning waarin de respondent 2 jaar na enquête woonde
177
bouwjaar2j
F4
Bouwjaar van de woning waarin de respondent 2 jaar na enquête woonde
178
wozwaarde3j
F9
WOZ-waarde (in euros) van de woning waarin de respondent 3 jaar na enquête woonde
179
parsocwon3j
F1
Indeling in particuliere of sociale huur van de woning waarin de respondent 3 jaar na enquête woonde
180
woonruimteeigendom3j
F1
Onderscheid naar huurwoning en eigen (koop) woning van de woning waarin de respondent 3 jaar na enquête woonde
181
vormreg3j
F1
Vorm van de woning waarin de respondent 3 jaar na enquête woonde
182
aantalvo3j
F4
Aantal woningen in het woongebouw waarin de respondent 3 jaar na enquête woonde
183
oppervlakte3j
F9
Gebruiksoppervlakte (in vierkante meters) van de woning waarin de respondent 3 jaar na enquête woonde
184
bouwjaar3j
F4
Bouwjaar van de woning waarin de respondent 3 jaar na enquête woonde
185
aantalpershhbel1j
F2
Aantal personen in het huishouden 1 jaar na enquête (Belastingdienst)
186
amhrtoe1j
F2
Aantal maanden huurtoeslag/subsidie gekregen 1 jaar na enquête
187
bbihalg1j
F2
Belangrijkste inkomensbron van het huishouden 1 jaar na enquête
188
beli1h1j
F9
Belastbaar inkomen box1 van het huishouden 1 jaar na enquête
189
beli2h1j
F9
Belastbaar inkomen box2 van het huishouden 1 jaar na enquête
190
beli3h1j
F9
Belastbaar inkomen box3 van het huishouden 1 jaar na enquête
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 32
Nr Variabele en omschrijving Form. 191
belih1j
F9
Belastbaar inkomen van het huishouden 1 jaar na enquête
192
bestinkh1j
F9
Besteedbaar inkomen van het huishouden 1 jaar na enquête
193
brutohh1j
F9
Bruto inkomen van het huishouden 1 jaar na enquête
194
ehalg1j
F1
Woonsituatie van het huishouden 1 jaar na enquête
195
gestinkh1j
F9
Gestandaardiseerd besteedbaar inkomen van het huishouden 1 jaar na enquête
196
hink1j
F1
Indicator die aangeeft of de inkomensvariabelen die betrekking hebben op 1 jaar na enquête zijn geïmputeerd
197
hrtoe1j
F3
Maandelijkse huurtoeslag/subsidie 1 jaar na enquête
198
hyph1j
F9
Hypotheekschuld eigen woning van het huishouden 1 jaar na enquête
199
klhrna1j
F3
Kale huur per maand na 1 juli 1 jaar na enquête, in euros
200
percgestink1j
F3
Indeling in percentielgroepen van het gestandaardiseerd besteedbaar huishoudensinkomen 1 jaar na enquête
201
percvermogh1j
F3
Indeling in percentielgroepen van het vermogen van het huishouden 1 jaar na enquête
202
typhhbel1j
F2
Type huishouden 1 jaar na enquête (Belastingdienst)
203
seccoalop1j
F2
Sociaal-economische categorie respondent 1 jaar na enquête
204
seccoalpa1j
F2
Sociaal-economische categorie partner van de respondent 1 jaar na enquête
205
soorthbel1j
F2
Soort huishouden 1 jaar na enquête (Belastingdienst)
206
srtadrbel1j
F2
Soort adres 1 jaar na enquête (Belastingdienst)
207
tbezith1j
F9
Totaal bezittingen van het huishouden 1 jaar na enquête
208
tschuldh1j
F9
Totaal schulden van het huishouden 1 jaar na enquête
209
vermogh1j
F9
Vermogen van het huishouden 1 jaar na enquête
210
vromhh1j
F9
Besteedbaar inkomen van het huishouden 1 jaar na enquête (definitie VROM)
211
aantalpershhbel2j
F2
Aantal personen in het huishouden 2 jaar na enquête (Belastingdienst)
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 33
Nr Variabele en omschrijving Form. 212
amhrtoe2j
F2
Aantal maanden huurtoeslag/subsidie gekregen 2 jaar na enquête
213
bbihalg2j
F2
Belangrijkste inkomensbron van het huishouden2 jaar na enquête
214
beli1h2j
F9
Belastbaar inkomen box1 van het huishouden 2 jaar na enquête
215
beli2h2j
F9
Belastbaar inkomen box2 van het huishouden 2 jaar na enquête
216
beli3h2j
F9
Belastbaar inkomen box3 van het huishouden 2 jaar na enquête
217
belih2j
F9
Belastbaar inkomen van het huishouden 2 jaar na enquête
218
bestinkh2j
F9
Besteedbaar inkomen van het huishouden 2 jaar na enquête
219
brutohh2j
F9
Bruto inkomen van het huishouden 2 jaar na enquête
220
ehalg2j
F1
Woonsituatie van het huishouden 2 jaar na enquête
221
gestinkh2j
F9
Gestandaardiseerd besteedbaar inkomen van het huishouden 2 jaar na enquête
222
hink2j
F1
Indicator die aangeeft of de inkomensvariabelen die betrekking hebben op 2 jaar na enquête zijn geïmputeerd
223
hrtoe2j
F3
Maandelijkse huurtoeslag/subsidie 2 jaar na enquête
224
hyph2j
F9
Hypotheekschuld eigen woning van het huishouden 2 jaar na enquête
225
klhrna2j
F3
Kale huur per maand na 1 juli 2 jaar na enquête, in euros
226
percgestink2j
F3
Indeling in percentielgroepen van het gestandaardiseerd besteedbaar huishoudensinkomen 2 jaar na enquête
227
percvermogh2j
F3
Indeling in percentielgroepen van het vermogen van het huishouden 2 jaar na enquête
228
typhhbel2j
F2
Type huishouden 2 jaar na enquête (Belastingdienst)
229
seccoalop2j
F2
Sociaal-economische categorie respondent 2 jaar na enquête
230
seccoalpa2j
F2
Sociaal-economische categorie partner van de respondent2 jaar na enquête
231
soorthbel2j
F2
Soort huishouden 2 jaar na enquête (Belastingdienst)
232
srtadrbel2j
F2
Soort adres 2 jaar na enquête (Belastingdienst)
233
tbezith2j
F9
Totaal bezittingen van het huishouden 2 jaar na enquête
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 34
Nr Variabele en omschrijving Form. 234
tschuldh2j
F9
Totaal schulden van het huishouden 2 jaar na enquête
235
vermogh2j
F9
Vermogen van het huishouden 2 jaar na enquête
236
vromhh2j
F9
Besteedbaar inkomen van het huishouden 2 jaar na enquête (definitie VROM)
237
aantalpershhbel3j
F2
Aantal personen in het huishouden 3 jaar na enquête (Belastingdienst)
238
amhrtoe3j
F2
Aantal maanden huurtoeslag/subsidie gekregen 3 jaar na enquête
239
bbihalg3j
F2
Belangrijkste inkomensbron van het huishouden3 jaar na enquête
240
beli1h3j
F9
Belastbaar inkomen box1 van het huishouden 3 jaar na enquête
241
beli2h3j
F9
Belastbaar inkomen box2 van het huishouden 3 jaar na enquête
242
beli3h3j
F9
Belastbaar inkomen box3 van het huishouden 3 jaar na enquête
243
belih3j
F9
Belastbaar inkomen van het huishouden 3 jaar na enquête
244
bestinkh3j
F9
Besteedbaar inkomen van het huishouden 3 jaar na enquête
245
brutohh3j
F9
Bruto inkomen van het huishouden 3 jaar na enquête
246
ehalg3j
F1
Woonsituatie van het huishouden 3 jaar na enquête
247
gestinkh3j
F9
Gestandaardiseerd besteedbaar inkomen van het huishouden 3 jaar na enquête
248
hink3j
F1
Indicator die aangeeft of de inkomensvariabelen die betrekking hebben op 3 jaar na enquête zijn geïmputeerd
249
hrtoe3j
F3
Maandelijkse huurtoeslag/subsidie 3 jaar na enquête
250
hyph3j
F9
Hypotheekschuld eigen woning van het huishouden 3 jaar na enquête
251
klhrna3j
F3
Kale huur per maand na 1 juli 3 jaar na enquête, in euros
252
percgestink3j
F3
Indeling in percentielgroepen van het gestandaardiseerd besteedbaar huishoudensinkomen 3 jaar na enquête
253
percvermogh3j
F3
Indeling in percentielgroepen van het vermogen van het huishouden 3 jaar na enquête
254
typhhbel3j
F2
Type huishouden 3 jaar na enquête (Belastingdienst)
255
seccoalop3j
F2
Sociaal-economische categorie respondent 3 jaar na enquête
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 35
Nr Variabele en omschrijving Form. 256
seccoalpa3j
F2
Sociaal-economische categorie partner van de respondent3 jaar na enquête
257
soorthbel3j
F2
Soort huishouden 3 jaar na enquête (Belastingdienst)
258
srtadrbel3j
F2
Soort adres 3 jaar na enquête (Belastingdienst)
259
tbezith3j
F9
Totaal bezittingen van het huishouden 3 jaar na enquête
260
tschuldh3j
F9
Totaal schulden van het huishouden 3 jaar na enquête
261
vermogh3j
F9
Vermogen van het huishouden 3 jaar na enquête
262
vromhh3j
F9
Besteedbaar inkomen van het huishouden 3 jaar na enquête (definitie VROM)
263
hweegwon0j
F19.6
Gewicht (inclusief ophoogfactor) huishoudens enquêtejaar (speciaal voor de verhuismodule, vergelijkbaar met HWEEGWON)
264
hweegwon1j
F19.6
Gewicht (inclusief ophoogfactor) huishoudens 1 jaar na enquête (speciaal voor de verhuismodule, vergelijkbaar met HWEEGWON)
265
hweegwon2j
F19.6
Gewicht (inclusief ophoogfactor) huishoudens 2 jaar na enquête (speciaal voor de verhuismodule, vergelijkbaar met HWEEGWON)
266
hweegwon3j
F19.6
Gewicht (inclusief ophoogfactor) huishoudens 3 jaar na enquête (speciaal voor de verhuismodule, vergelijkbaar met HWEEGWON)
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 36
WoON 2006 verhuismodule-verhuizingen
Nr Variabele en omschrijving Form.
1
RINPERSOONS
A1
Soort rinpersoon
2
RINPERSOON
A9
Samen met rinpersoons is dit de persoon
3
interviewdatum
EDATE10
Datum waarop de enquête is ingevuld of afgenomen
4
verhuizing
F3
Aantal maanden dat verstreken is tussen enquêtedatum en verhuizing
5
adresvolgnr
F2
Volgnummer woning gerekend vanaf enquêtedatum
6
vormreg
F1
Vorm van de woning
7
aantalvo
F4
Aantal woningen in het woongebouw
8
oppervlakte
F9
Gebruiksoppervlakte (in vierkante meters) van de woning
9
bouwjaar
F4
Bouwjaar van de woning
10
wozwaarde
F9
WOZ-waarde (in euros) van de woning
11
parsocwon
F1
Indeling in particuliere of sociale huur van de woning
12
woonruimteeigendom
F1
Onderscheid naar huurwoning en eigen (koop) woning van de woning
13
PC4
F4
Vier cijfers van de postcode
14
brtcode
F8
Gemeente- wijk- en buurtcode van de buurt
15
gemcode
F4
Gemeente
16
prov
F2
Provincie
17
corop
F2
COROP-gebied
18
wgr
F2
Wgr-samenwerkinggebied
19
sg
F2
Stadsgewest
20
ldl
F1
Landsdeel
21
ldlwm
F1
Landsdeel woningmarktgebied
22
isvgem30
F2
Indeling in ISV-G30 van de gemeente
23
isvgem31
F2
Indeling in ISV-G31 van de gemeente
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 37
Nr Variabele en omschrijving Form. 24
ldlg4
F2
Landsdeel plus g4
25
stedgem
F1
Stedelijkheid van de gemeente
26
ggk8
F2
Gemeentegrootteklasse van de gemeente
27
g4
F1
G4 (de vier grote steden)
28
g4_2
F1
G4 (ja/nee)
29
g4_3
F1
G4/G27/rest
30
bsg71_2
F1
Woont binnen of buiten een bestaand stedelijk gebied (1971)
31
bsg71_3
F1
Woont binnen, buiten of op de rand van een bestaand stedelijk gebied (1971)
32
bbg96
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (1996)
33
bbg00
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2000)
34
bbg03
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2003)
35
isv2wijk
F3
ISV2 wijk
36
isv3wijk
F3
ISV3 wijk
37
hwmpc
F1
Woonmilieu, 5 klassen
38
w40
F2
Aandachtswijk VROM (40)
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 38
WoON 2009 verhuismodule-verhuizingen
Nr Variabele en omschrijving Form.
1
RINPERSOONS
A1
Soort rinpersoon
2
RINPERSOON
A9
Samen met rinpersoons is dit de persoon
3
interviewdatum
EDATE10
Datum waarop de enquête is ingevuld of afgenomen
4
verhuizing
F3
Aantal maanden dat verstreken is tussen enquêtedatum en verhuizing
5
adresvolgnr
F2
Volgnummer woning gerekend vanaf enquêtedatum
6
vormreg
F1
Vorm van de woning
7
aantalvo
F4
Aantal woningen in het woongebouw
8
oppervlakte
F9
Gebruiksoppervlakte (in vierkante meters) van de woning
9
bouwjaar
F4
Bouwjaar van de woning
10
wozwaarde
F9
WOZ-waarde (in euros) van de woning
11
parsocwon
F1
Indeling in particuliere of sociale huur van de woning
12
woonruimteeigendom
F1
Onderscheid naar huurwoning en eigen (koop) woning van de woning
13
PC4
F4
Vier cijfers van de postcode
14
brtcode
F8
Gemeente- wijk- en buurtcode van de buurt
15
gemcode
F4
Gemeente
16
prov
F2
Provincie
17
corop
F2
COROP-gebied
18
wgr
F2
Wgr-samenwerkinggebied
19
wmg31
F2
Woningmarktgebied
20
sg
F2
Stadsgewest
21
ldl
F1
Landsdeel
22
ldlwm
F1
Landsdeel woningmarktgebied
23
isvgem30
F2
Indeling in ISV-G30 van de gemeente
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 39
24
isvgem31
F2
Indeling in ISV-G31 van de gemeente
25
ldlg4
F2
Landsdeel plus g4
26
stedgem
F1
Stedelijkheid van de gemeente
27
bon19
F2
BONgebied
28
vinexg27
F2
VINEXgemeente
29
vinexg2
F1
VINEXgemeente (ja/nee)
30
wbagem
F2
Regios woningbouwafspraken 2005-2010
31
ggk8
F2
Gemeentegrootteklasse van de gemeente
32
g4
F1
G4 (de vier grote steden)
33
g4_2
F1
G4 (ja/nee)
34
g4_3
F1
G4/G27/rest
35
g100
F2
Gemeenten met meer dan 100.000 inwoners
36
bsg71_2
F1
Woont binnen of buiten een bestaand stedelijk gebied (1971)
37
bsg71_3
F1
Woont binnen, buiten of op de rand van een bestaand stedelijk gebied (1971)
38
bbg96
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (1996)
39
bbg00
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2000)
40
bbg03
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2003)
41
isv2wijk
F3
ISV2 wijk
42
isv3wijk
F3
ISV3 wijk
43
hwmpc
F1
Woonmilieu op postcodeniveau
44
hwmbrt
F1
Woonmilieu op buurtniveau
45
w40
F2
Aandachtswijk VROM (40)
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 40
WoON 2012 verhuismodule-jaren
Nr Variabele en omschrijving Form.
1
RINPERSOONS
A1
Soort rinpersoon
2
RINPERSOON
A9
Samen met rinpersoons is dit de persoon
3
interviewdatum
EDATE10
Datum waarop de enquête is ingevuld of afgenomen
4
adresmut1j
F2
Adresmutatie respondent na 1 jaar, adres na 1 jaar vergeleken met enquêteadres
5
aantalverhuizingen1j
F2
Aantal keer dat respondent is verhuisd in het eerste jaar na enquête
6
verhuizing1j
F2
Aantal maanden dat verstreken is tussen enquêtedatum en verhuizing naar adres waarop persoon na 1 jaar woonde
7
adresbewoning1j
F1
Bewonersmutatie na 1 jaar van het adres waarop de respondent op enquêtedatum woonde
8
rwmhand1j
F1
Starter of doorstromer op de woningmarkt, woonsituatie na 1 jaar versus woonsituatie op enquêtedatum
9
adresmut2j
F2
Adresmutatie respondent na 2 jaar, adres na 2 jaar vergeleken met enquêteadres
10
aantalverhuizingen2j
F2
Aantal keer dat respondent is verhuisd in de twee jaren na enquête
11
verhuizing2j
F2
Aantal maanden dat verstreken is tussen enquêtedatum en verhuizing naar adres waarop persoon na 2 jaar woonde
12
adresbewoning2j
F1
Bewonersmutatie na 2 jaar van het adres waarop de respondent op enquêtedatum woonde
13
rwmhand2j
F1
Starter of doorstromer op de woningmarkt, woonsituatie na 2 jaar versus woonsituatie op enquêtedatum
14
adresmut3j
F2
Adresmutatie respondent na 3 jaar, adres na 3 jaar vergeleken met enquêteadres
15
aantalverhuizingen3j
F2
Aantal keer dat respondent is verhuisd in de drie jaren na enquête
16
verhuizing3j
F2
Aantal maanden dat verstreken is tussen enquêtedatum en verhuizing naar adres waarop persoon na 3 jaar woonde
17
adresbewoning3j
F1
Bewonersmutatie na 3 jaar van het adres waarop de respondent op enquêtedatum woonde
18
rwmhand3j
F1
Starter of doorstromer op de woningmarkt, woonsituatie na 3 jaar versus woonsituatie op enquêtedatum
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 41
Nr Variabele en omschrijving Form. 19
overleden
F2
Aantal maanden dat verstreken is tussen enquêtedatum en overlijden
20
aantalpershh0j
F4
Aantal personen in het huishouden op enquêtedatum (GBA)
21
aantalkindhh0j
F2
Aantal kinderen in het huishouden op enquêtedatum (GBA)
22
lftjongstkind0j
F3
Leeftijd van het jongste kind in het huishouden op enquêtedatum
23
lftoudstkind0j
F3
Leeftijd van het oudste kind in het huishouden op enquêtedatum
24
typhh0j
F1
Type huishouden op enquêtedatum
25
plhh0j
F2
Plaats van de respondent in het huishouden op enquêtedatum
26
aantalpershh1j
F4
Aantal personen in het huishouden 1 jaar na enquête (GBA)
27
aantalkindhh1j
F2
Aantal kinderen in het huishouden 1 jaar na enquête (GBA)
28
lftjongstkind1j
F3
Leeftijd van het jongste kind in het huishouden 1 jaar na enquête
29
lftoudstkind1j
F3
Leeftijd van het oudste kind in het huishouden 1 jaar na enquête
30
typhh1j
F1
Type huishouden 1 jaar na enquête
31
plhh1j
F2
Plaats van de respondent in het huishouden 1 jaar na enquête
32
partnermut1j
F2
Verandering van partner 1 jaar na enquête
33
enqkindmut1j
F2
Mutaties kinderen die tijdens enquête tot het huishouden van de respondent behoorden, situatie na 1 jaar vergeleken met enquêtedatum
34
nieuwkind1j
F2
Komst van kinderen die tijdens enquête nog niet tot het huishouden van de respondent behoorden, situatie na 1 jaar
35
aantalpershh2j
F4
Aantal personen in het huishouden 2 jaar na enquête (GBA)
36
aantalkindhh2j
F2
Aantal kinderen in het huishouden 2 jaar na enquête (GBA)
37
lftjongstkind2j
F3
Leeftijd van het jongste kind in het huishouden 2 jaar na enquête
38
lftoudstkind2j
F3
Leeftijd van het oudste kind in het huishouden 2 jaar na enquête
39
typhh2j
F1
Type huishouden 2 jaar na enquête
40
plhh2j
F2
Plaats van de respondent in het huishouden 2 jaar na enquête
41
partnermut2j
F2
Verandering van partner 2 jaar na enquête
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 42
Nr Variabele en omschrijving Form. 42
enqkindmut2j
F2
Mutaties kinderen die tijdens enquête tot het huishouden van de respondent behoorden, situatie na 2 jaar vergeleken met enquêtedatum
43
nieuwkind2j
F2
Komst van kinderen die tijdens enquête nog niet tot het huishouden van de respondent behoorden, situatie na 2 jaar
44
aantalpershh3j
F4
Aantal personen in het huishouden 3 jaar na enquête (GBA)
45
aantalkindhh3j
F2
Aantal kinderen in het huishouden 3 jaar na enquête (GBA)
46
lftjongstkind3j
F3
Leeftijd van het jongste kind in het huishouden 3 jaar na enquête
47
lftoudstkind3j
F3
Leeftijd van het oudste kind in het huishouden 3 jaar na enquête
48
typhh3j
F1
Type huishouden 3 jaar na enquête
49
plhh3j
F2
Plaats van de respondent in het huishouden 3 jaar na enquête
50
partnermut3j
F2
Verandering van partner 3 jaar na enquête
51
enqkindmut3j
F2
Mutaties kinderen die tijdens enquête tot het huishouden van de respondent behoorden, situatie na 3 jaar vergeleken met enquêtedatum
52
nieuwkind3j
F2
Komst van kinderen die tijdens enquête nog niet tot het huishouden van de respondent behoorden, situatie na 3 jaar
53
pc4_0j
F4
Vier cijfers van de postcode op enquêtedatum
54
brtcode0j
F8
Gemeente- wijk- en buurtcode van de buurt op enquêtedatum
55
gemcode0j
F4
Gemeente op enquêtedatum
56
prov0j
F2
Provincie op enquêtedatum
57
corop0j
F2
COROP-gebied op enquêtedatum
58
wgr0j
F2
Wgr-samenwerkinggebied op enquêtedatum
59
sg0j
F2
Stadsgewest op enquêtedatum
60
ldl0j
F1
Landsdeel op enquêtedatum
61
ldlwm0j
F1
Landsdeel woningmarktgebied op enquêtedatum
62
isvgem30_0j
F2
Indeling in ISV-G30 van de gemeente van de respondent op enquêtedatum
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 43
Nr Variabele en omschrijving Form. 63
isvgem31_0j
F2
Indeling in ISV-G31 van de gemeente van de respondent op enquêtedatum
64
ldlg4_0j
F2
Landsdeel plus g4 op enquêtedatum
65
stedgem0j
F1
Stedelijkheid van de gemeente op enquêtedatum
66
ggk8_0j
F2
Gemeentegrootteklasse van de gemeente op enquêtedatum
67
g4_0j
F1
G4 (de vier grote steden) op enquêtedatum
68
g4_2_0j
F1
G4 (ja/nee) op enquêtedatum
69
g4_3_0j
F1
G4/G27/rest op enquêtedatum
70
bsg71_2_0j
F1
Woont binnen of buiten een bestaand stedelijk gebied (1971) op enquêtedatum
71
bsg71_3_0j
F1
Woont binnen, buiten of op de rand van een bestaand stedelijk gebied (1971) op enquêtedatum
72
bbg96_0j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (1996) op enquêtedatum
73
bbg00_0j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2000) op enquêtedatum
74
bbg03_0j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2003) op enquêtedatum
75
isv2wijk0j
F3
ISV2 wijk op enquêtedatum
76
isv3wijk0j
F3
ISV3 wijk op enquêtedatum
77
w40_0j
F2
Aandachtswijk VROM (40) op enquêtedatum
78
pc4_1j
F4
Vier cijfers van de postcode 1 jaar na enquête
79
brtcode1j
F8
Gemeente- wijk- en buurtcode van de buurt 1 jaar na enquête
80
gemcode1j
F4
Gemeente 1 jaar na enquête
81
prov1j
F2
Provincie 1 jaar na enquête
82
corop1j
F2
COROP-gebied 1 jaar na enquête
83
wgr1j
F2
Wgr-samenwerkinggebied 1 jaar na enquête
84
sg1j
F2
Stadsgewest 1 jaar na enquête
85
ldl1j
F1
Landsdeel 1 jaar na enquête
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 44
Nr Variabele en omschrijving Form. 86
ldlwm1j
F1
Landsdeel woningmarktgebied 1 jaar na enquête
87
isvgem30_1j
F2
Indeling in ISV-G30 van de gemeente van de respondent 1 jaar na enquête
88
isvgem31_1j
F2
Indeling in ISV-G31 van de gemeente van de respondent 1 jaar na enquête
89
ldlg4_1j
F2
Landsdeel plus g4 1 jaar na enquête
90
stedgem1j
F1
Stedelijkheid van de gemeente 1 jaar na enquête
91
ggk8_1j
F2
Gemeentegrootteklasse van de gemeente 1 jaar na enquête
92
g4_1j
F1
G4 (de vier grote steden) 1 jaar na enquête
93
g4_2_1j
F1
G4 (ja/nee) 1 jaar na enquête
94
g4_3_1j
F1
G4/G27/rest 1 jaar na enquête
95
bsg71_2_1j
F1
Woont binnen of buiten een bestaand stedelijk gebied (1971) 1 jaar na enquête
96
bsg71_3_1j
F1
Woont binnen, buiten of op de rand van een bestaand stedelijk gebied (1971) 1 jaar na enquête
97
bbg96_1j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (1996) 1 jaar na enquête
98
bbg00_1j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2000) 1 jaar na enquête
99
bbg03_1j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2003) 1 jaar na enquête
100
isv2wijk1j
F3
ISV2 wijk 1 jaar na enquête
101
isv3wijk1j
F3
ISV3 wijk 1 jaar na enquête
102
w40_1j
F2
Aandachtswijk VROM (40) 1 jaar na enquête
103
pc4_2j
F4
Vier cijfers van de postcode 2 jaar na enquête
104
brtcode2j
F8
Gemeente- wijk- en buurtcode van de buurt 2 jaar na enquête
105
gemcode2j
F4
Gemeente 2 jaar na enquête
106
prov2j
F2
Provincie 2 jaar na enquête
107
corop2j
F2
COROP-gebied 2 jaar na enquête
108
wgr2j
F2
Wgr-samenwerkinggebied 2 jaar na enquête
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 45
Nr Variabele en omschrijving Form. 109
sg2j
F2
Stadsgewest 2 jaar na enquête
110
ldl2j
F1
Landsdeel 2 jaar na enquête
111
ldlwm2j
F1
Landsdeel woningmarktgebied 2 jaar na enquête
112
isvgem30_2j
F2
Indeling in ISV-G30 van de gemeente van de respondent 2 jaar na enquête
113
isvgem31_2j
F2
Indeling in ISV-G31 van de gemeente van de respondent 2 jaar na enquête
114
ldlg4_2j
F2
Landsdeel plus g4 2 jaar na enquête
115
stedgem2j
F1
Stedelijkheid van de gemeente 2 jaar na enquête
116
ggk8_2j
F2
Gemeentegrootteklasse van de gemeente 2 jaar na enquête
117
g4_2j
F1
G4 (de vier grote steden) 2 jaar na enquête
118
g4_2_2j
F1
G4 (ja/nee) 2 jaar na enquête
119
g4_3_2j
F1
G4/G27/rest 2 jaar na enquête
120
bsg71_2_2j
F1
Woont binnen of buiten een bestaand stedelijk gebied (1971) 2 jaar na enquête
121
bsg71_3_2j
F1
Woont binnen, buiten of op de rand van een bestaand stedelijk gebied (1971) 2 jaar na enquête
122
bbg96_2j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (1996) 2 jaar na enquête
123
bbg00_2j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2000) 2 jaar na enquête
124
bbg03_2j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2003) 2 jaar na enquête
125
isv2wijk2j
F3
ISV2 wijk 2 jaar na enquête
126
isv3wijk2j
F3
ISV3 wijk 2 jaar na enquête
127
w40_2j
F2
Aandachtswijk VROM (40) 2 jaar na enquête
128
pc4_3j
F4
Vier cijfers van de postcode 3 jaar na enquête
129
brtcode3j
F8
Gemeente- wijk- en buurtcode van de buurt 3 jaar na enquête
130
gemcode3j
F4
Gemeente 3 jaar na enquête
131
prov3j
F2
Provincie 3 jaar na enquête
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 46
Nr Variabele en omschrijving Form. 132
corop3j
F2
COROP-gebied 3 jaar na enquête
133
wgr3j
F2
Wgr-samenwerkinggebied 3 jaar na enquête
134
sg3j
F2
Stadsgewest 3 jaar na enquête
135
ldl3j
F1
Landsdeel 3 jaar na enquête
136
ldlwm3j
F1
Landsdeel woningmarktgebied 3 jaar na enquête
137
isvgem30_3j
F2
Indeling in ISV-G30 van de gemeente van de respondent 3 jaar na enquête
138
isvgem31_3j
F2
Indeling in ISV-G31 van de gemeente van de respondent 3 jaar na enquête
139
ldlg4_3j
F2
Landsdeel plus g4 3 jaar na enquête
140
stedgem3j
F1
Stedelijkheid van de gemeente 3 jaar na enquête
141
ggk8_3j
F2
Gemeentegrootteklasse van de gemeente 3 jaar na enquête
142
g4_3j
F1
G4 (de vier grote steden) 3 jaar na enquête
143
g4_2_3j
F1
G4 (ja/nee) 3 jaar na enquête
144
g4_3_3j
F1
G4/G27/rest 3 jaar na enquête
145
bsg71_2_3j
F1
Woont binnen of buiten een bestaand stedelijk gebied (1971) 3 jaar na enquête
146
bsg71_3_3j
F1
Woont binnen, buiten of op de rand van een bestaand stedelijk gebied (1971) 3 jaar na enquête
147
bbg96_3j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (1996) 3 jaar na enquête
148
bbg00_3j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2000) 3 jaar na enquête
149
bbg03_3j
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2003) 3 jaar na enquête
150
isv2wijk3j
F3
ISV2 wijk 3 jaar na enquête
151
isv3wijk3j
F3
ISV3 wijk 3 jaar na enquête
152
w40_3j
F2
Aandachtswijk VROM (40) 3 jaar na enquête
153
wozwaarde0j
F9
WOZ-waarde (in euros) van de woning waarin de respondent op enquêtedatum woonde
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 47
Nr Variabele en omschrijving Form. 154
parsocwon0j
F1
Indeling in particuliere of sociale huur van de woning waarin de respondent op enquêtedatum woonde
155
woonruimteeigendom0j
F1
Onderscheid naar huurwoning en eigen (koop) woning van de woning waarin de respondent op enquêtedatum woonde
156
vormreg0j
F1
Vorm van de woning waarin de respondent op enquêtedatum woonde
157
aantalvo0j
F4
Aantal woningen in het woongebouw waarin de respondent op enquêtedatum woonde
158
oppervlakte0j
F9
Gebruiksoppervlakte (in vierkante meters) van de woning waarin de respondent op enquêtedatum woonde
159
bouwjaar0j
F4
Bouwjaar van de woning waarin de respondent op enquêtedatum woonde
160
wozwaarde1j
F9
WOZ-waarde (in euros) van de woning waarin de respondent 1 jaar na enquête woonde
161
parsocwon1j
F1
Indeling in particuliere of sociale huur van de woning waarin de respondent 1 jaar na enquête woonde
162
woonruimteeigendom1j
F1
Onderscheid naar huurwoning en eigen (koop) woning van de woning waarin de respondent 1 jaar na enquête woonde
163
vormreg1j
F1
Vorm van de woning waarin de respondent 1 jaar na enquête woonde
164
aantalvo1j
F4
Aantal woningen in het woongebouw waarin de respondent 1 jaar na enquête woonde
165
oppervlakte1j
F9
Gebruiksoppervlakte (in vierkante meters) van de woning waarin de respondent 1 jaar na enquête woonde
166
bouwjaar1j
F4
Bouwjaar van de woning waarin de respondent 1 jaar na enquête woonde
167
wozwaarde2j
F9
WOZ-waarde (in euros) van de woning waarin de respondent 2 jaar na enquête woonde
168
parsocwon2j
F1
Indeling in particuliere of sociale huur van de woning waarin de respondent 2 jaar na enquête woonde
169
woonruimteeigendom2j
F1
Onderscheid naar huurwoning en eigen (koop) woning van de woning waarin de respondent 2 jaar na enquête woonde
170
vormreg2j
F1
Vorm van de woning waarin de respondent 2 jaar na enquête woonde
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 48
Nr Variabele en omschrijving Form. 171
aantalvo2j
F4
Aantal woningen in het woongebouw waarin de respondent 2 jaar na enquête woonde
172
oppervlakte2j
F9
Gebruiksoppervlakte (in vierkante meters) van de woning waarin de respondent 2 jaar na enquête woonde
173
bouwjaar2j
F4
Bouwjaar van de woning waarin de respondent 2 jaar na enquête woonde
174
WOZWAARDE3J
F9
WOZ-waarde (in euros) van de woning waarin de respondent 3 jaar na enquête woonde
175
PARSOCWON3J
F1
Indeling in particuliere of sociale huur van de woning waarin de respondent 3 jaar na enquête woonde
176
WOONRUIMTEEIGENDOM3J
F1
Onderscheid naar huurwoning en eigen (koop) woning van de woning waarin de respondent 3 jaar na enquête woonde
177
vormreg3j
F1
Vorm van de woning waarin de respondent 3 jaar na enquête woonde
178
aantalvo3j
F4
Aantal woningen in het woongebouw waarin de respondent 3 jaar na enquête woonde
179
oppervlakte3j
F9
Gebruiksoppervlakte (in vierkante meters) van de woning waarin de respondent 3 jaar na enquête woonde
180
bouwjaar3j
F4
Bouwjaar van de woning waarin de respondent 3 jaar na enquête woonde
181
aantalpershhbel1j
F2
Aantal personen in het huishouden 1 jaar na enquête (Belastingdienst)
182
amhrtoe1j
F2
Aantal maanden huurtoeslag/subsidie gekregen 1 jaar na enquête
183
bbihalg1j
F2
Belangrijkste inkomensbron van het huishouden 1 jaar na enquête
184
beli1h1j
F9
Belastbaar inkomen box1 van het huishouden 1 jaar na enquête
185
beli2h1j
F9
Belastbaar inkomen box2 van het huishouden 1 jaar na enquête
186
beli3h1j
F9
Belastbaar inkomen box3 van het huishouden 1 jaar na enquête
187
belih1j
F9
Belastbaar inkomen van het huishouden 1 jaar na enquête
188
bestinkh1j
F9
Besteedbaar inkomen van het huishouden 1 jaar na enquête
189
brutohh1j
F9
Bruto inkomen van het huishouden 1 jaar na enquête
190
ehalg1j
F1
Woonsituatie van het huishouden 1 jaar na enquête
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 49
Nr Variabele en omschrijving Form. 191
gestinkh1j
F9
Gestandaardiseerd besteedbaar inkomen van het huishouden 1 jaar na enquête
192
hink1j
F1
Indicator die aangeeft of de inkomensvariabelen die betrekking hebben op 1 jaar na enquête zijn geïmputeerd
193
hrtoe1j
F3
Maandelijkse huurtoeslag/subsidie 1 jaar na enquête
194
hyph1j
F9
Hypotheekschuld eigen woning van het huishouden 1 jaar na enquête
195
klhrna1j
F3
Kale huur per maand na 1 juli 1 jaar na enquête, in euros
196
percgestink1j
F3
Indeling in percentielgroepen van het gestandaardiseerd besteedbaar huishoudensinkomen 1 jaar na enquête
197
percvermogh1j
F3
Indeling in percentielgroepen van het vermogen van het huishouden 1 jaar na enquête
198
typhhbel1j
F2
Type huishouden 1 jaar na enquête (Belastingdienst)
199
seccoalop1j
F2
Sociaal-economische categorie respondent 1 jaar na enquête
200
seccoalpa1j
F2
Sociaal-economische categorie partner van de respondent 1 jaar na enquête
201
soorthbel1j
F2
Soort huishouden 1 jaar na enquête (Belastingdienst)
202
srtadrbel1j
F2
Soort adres 1 jaar na enquête (Belastingdienst)
203
tbezith1j
F9
Totaal bezittingen van het huishouden 1 jaar na enquête
204
tschuldh1j
F9
Totaal schulden van het huishouden 1 jaar na enquête
205
vermogh1j
F9
Vermogen van het huishouden 1 jaar na enquête
206
vromhh1j
F9
Besteedbaar inkomen van het huishouden 1 jaar na enquête (definitie VROM)
207
aantalpershhbel2j
F2
Aantal personen in het huishouden 2 jaar na enquête (Belastingdienst)
208
amhrtoe2j
F2
Aantal maanden huurtoeslag/subsidie gekregen 2 jaar na enquête
209
bbihalg2j
F2
Belangrijkste inkomensbron van het huishouden2 jaar na enquête
210
beli1h2j
F9
Belastbaar inkomen box1 van het huishouden 2 jaar na enquête
211
beli2h2j
F9
Belastbaar inkomen box2 van het huishouden 2 jaar na enquête
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 50
Nr Variabele en omschrijving Form. 212
beli3h2j
F9
Belastbaar inkomen box3 van het huishouden 2 jaar na enquête
213
belih2j
F9
Belastbaar inkomen van het huishouden 2 jaar na enquête
214
bestinkh2j
F9
Besteedbaar inkomen van het huishouden 2 jaar na enquête
215
brutohh2j
F9
Bruto inkomen van het huishouden 2 jaar na enquête
216
ehalg2j
F1
Woonsituatie van het huishouden 2 jaar na enquête
217
gestinkh2j
F9
Gestandaardiseerd besteedbaar inkomen van het huishouden 2 jaar na enquête
218
hink2j
F1
Indicator die aangeeft of de inkomensvariabelen die betrekking hebben op 2 jaar na enquête zijn geïmputeerd
219
hrtoe2j
F3
Maandelijkse huurtoeslag/subsidie 2 jaar na enquête
220
hyph2j
F9
Hypotheekschuld eigen woning van het huishouden 2 jaar na enquête
221
klhrna2j
F3
Kale huur per maand na 1 juli 2 jaar na enquête, in euros
222
percgestink2j
F3
Indeling in percentielgroepen van het gestandaardiseerd besteedbaar huishoudensinkomen 2 jaar na enquête
223
percvermogh2j
F3
Indeling in percentielgroepen van het vermogen van het huishouden 2 jaar na enquête
224
typhhbel2j
F2
Type huishouden 2 jaar na enquête (Belastingdienst)
225
seccoalop2j
F2
Sociaal-economische categorie respondent 2 jaar na enquête
226
seccoalpa2j
F2
Sociaal-economische categorie partner van de respondent2 jaar na enquête
227
soorthbel2j
F2
Soort huishouden 2 jaar na enquête (Belastingdienst)
228
srtadrbel2j
F2
Soort adres 2 jaar na enquête (Belastingdienst)
229
tbezith2j
F9
Totaal bezittingen van het huishouden 2 jaar na enquête
230
tschuldh2j
F9
Totaal schulden van het huishouden 2 jaar na enquête
231
vermogh2j
F9
Vermogen van het huishouden 2 jaar na enquête
232
vromhh2j
F9
Besteedbaar inkomen van het huishouden 2 jaar na enquête (definitie VROM)
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 51
Nr Variabele en omschrijving Form. 233
aantalpershhbel3j
F2
Aantal personen in het huishouden 3 jaar na enquête (Belastingdienst)
234
amhrtoe3j
F2
Aantal maanden huurtoeslag/subsidie gekregen 3 jaar na enquête
235
bbihalg3j
F2
Belangrijkste inkomensbron van het huishouden3 jaar na enquête
236
beli1h3j
F9
Belastbaar inkomen box1 van het huishouden 3 jaar na enquête
237
beli2h3j
F9
Belastbaar inkomen box2 van het huishouden 3 jaar na enquête
238
beli3h3j
F9
Belastbaar inkomen box3 van het huishouden 3 jaar na enquête
239
belih3j
F9
Belastbaar inkomen van het huishouden 3 jaar na enquête
240
bestinkh3j
F9
Besteedbaar inkomen van het huishouden 3 jaar na enquête
241
brutohh3j
F9
Bruto inkomen van het huishouden 3 jaar na enquête
242
ehalg3j
F1
Woonsituatie van het huishouden 3 jaar na enquête
243
gestinkh3j
F9
Gestandaardiseerd besteedbaar inkomen van het huishouden 3 jaar na enquête
244
hink3j
F1
Indicator die aangeeft of de inkomensvariabelen die betrekking hebben op 3 jaar na enquête zijn geïmputeerd
245
hrtoe3j
F3
Maandelijkse huurtoeslag/subsidie 3 jaar na enquête
246
hyph3j
F9
Hypotheekschuld eigen woning van het huishouden 3 jaar na enquête
247
klhrna3j
F3
Kale huur per maand na 1 juli 3 jaar na enquête, in euros
248
percgestink3j
F3
Indeling in percentielgroepen van het gestandaardiseerd besteedbaar huishoudensinkomen 3 jaar na enquête
249
percvermogh3j
F3
Indeling in percentielgroepen van het vermogen van het huishouden 3 jaar na enquête
250
typhhbel3j
F2
Type huishouden 3 jaar na enquête (Belastingdienst)
251
seccoalop3j
F2
Sociaal-economische categorie respondent 3 jaar na enquête
252
seccoalpa3j
F2
Sociaal-economische categorie partner van de respondent3 jaar na enquête
253
soorthbel3j
F2
Soort huishouden 3 jaar na enquête (Belastingdienst)
254
srtadrbel3j
F2
Soort adres 3 jaar na enquête (Belastingdienst)
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 52
Nr Variabele en omschrijving Form. 255
tbezith3j
F9
Totaal bezittingen van het huishouden 3 jaar na enquête
256
tschuldh3j
F9
Totaal schulden van het huishouden 3 jaar na enquête
257
vermogh3j
F9
Vermogen van het huishouden 3 jaar na enquête
258
vromhh3j
F9
Besteedbaar inkomen van het huishouden 3 jaar na enquête (definitie VROM)
259
hweegwon0j
F19.6
Gewicht (inclusief ophoogfactor) huishoudens enquêtejaar (speciaal voor de verhuismodule, vergelijkbaar met HWEEGWON)
260
hweegwon1j
F19.6
Gewicht (inclusief ophoogfactor) huishoudens 1 jaar na enquête (speciaal voor de verhuismodule, vergelijkbaar met HWEEGWON)
261
hweegwon2j
F19.6
Gewicht (inclusief ophoogfactor) huishoudens 2 jaar na enquête (speciaal voor de verhuismodule, vergelijkbaar met HWEEGWON)
262
hweegwon3j
F19.6
Gewicht (inclusief ophoogfactor) huishoudens 3 jaar na enquête (speciaal voor de verhuismodule, vergelijkbaar met HWEEGWON)
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 53
WoON 2012 verhuismodule-verhuizingen
Nr Variabele en omschrijving Form.
1
RINPERSOONS
A1
Soort rinpersoon
2
RINPERSOON
A9
Samen met rinpersoons is dit de persoon
3
interviewdatum
EDATE10
Datum waarop de enquête is ingevuld of afgenomen
4
verhuizing
F3
Aantal maanden dat verstreken is tussen enquêtedatum en verhuizing
5
adresvolgnr
F2
Volgnummer woning gerekend vanaf enquêtedatum
6
vormreg
F1
Vorm van de woning
7
aantalvo
F4
Aantal woningen in het woongebouw
8
Oppervlakte
F9
Gebruiksoppervlakte (in vierkante meters) van de woning
9
Bouwjaar
F4
Bouwjaar van de woning
10
wozwaarde
F9
WOZ-waarde (in euros) van de woning
11
parsocwon
F1
Indeling in particuliere of sociale huur van de woning
12
woonruimteeigendom
F1
Onderscheid naar huurwoning en eigen (koop) woning van de woning
13
PC4
F4
Vier cijfers van de postcode
14
brtcode
F8
Gemeente- wijk- en buurtcode van de buurt
15
gemcode
F4
Gemeente
16
prov
F2
Provincie
17
corop
F2
COROP-gebied
18
wgr
F2
Wgr-samenwerkinggebied
19
wmg31
F2
Woningmarktgebied
20
sg
F2
Stadsgewest
21
ldl
F1
Landsdeel
22
ldlwm
F1
Landsdeel woningmarktgebied
23
isvgem30
F2
Indeling in ISV-G30 van de gemeente
Microdataservices
Documentatierapport WoOn Verhuismodule 54
Nr Variabele en omschrijving Form. 24
isvgem31
F2
Indeling in ISV-G31 van de gemeente
25
ldlg4
F2
Landsdeel plus g4
26
stedgem
F1
Stedelijkheid van de gemeente
27
wbagem
F2
Regios woningbouwafspraken 2005-2010
28
ggk8
F2
Gemeentegrootteklasse van de gemeente
29
g4
F1
G4 (de vier grote steden)
30
g4_2
F1
G4 (ja/nee)
31
g4_3
F1
G4/G27/rest
32
bsg71_2
F1
Woont binnen of buiten een bestaand stedelijk gebied (1971)
33
bsg71_3
F1
Woont binnen, buiten of op de rand van een bestaand stedelijk gebied (1971)
34
bbg96
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (1996)
35
bbg00
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2000)
36
bbg03
F1
Woont in bestaand bebouwd gebied (2003)
37
isv2wijk
F3
ISV2 wijk
38
isv3wijk
F3
ISV3 wijk
39
hwmbrt
F1
Woonmilieu op buurtniveau
40
w40
F2
Aandachtswijk VROM (40)