48
DOMOTICA INSTALLATIEHULP BY KRIS DAELMAN

domotIca - Velleman · 3 Inhoudstafel 1. inleiding 4 - Velbus® is een modulair bussysteem 4 - principe 5 - kwaliteit en stabiliteit 5 - Velbus® versus klassieke installatie 6

Embed Size (px)

Citation preview

domotIca InstallatIehulP

by KrIs daelman

3

Inhoudstafel

i1. nleiding 4Velbus® is een modulair bussysteem- 4p- rincipe 5k- waliteit en stabiliteit 5Velbus® versus klassieke installatie- 6p- rijs 7

b2. ekabeling 8e- lektriciteitskabel 8b- uskabel 9

Welke modules voorzie ik in mijn elektriciteitskast?3. 10v- oeding 10r- elaismodules din rail 10d- immermodules din rail 11r- olluikmodules din rail 12c- onfiguratiemodule din rail 12i- ngangsmodule din rail 12

Welke modules voorzie ik langsheen mijn buskabel in de woning?4. 13i- ngangsmodule 13ir- ingangsmodule 14pc- -interface vmb1usb 14modules als u verwarming aanstuurt - 14

a5. ansluiten van alle modules 16t- erminator 16a- dres 16b- usbedrading 17o- verige bedrading 17

Help! Wat doe ik verkeerd?6. 18c7. onfiguratie 21

a- lgemeen 21n- ieuw project 22e- lektronisch adres wijzigen 23i- ngeven namen uitgangsmodules 25i- ngeven namen ingangsmodules 27t- oewijzen van een drukknop aan een relaiskanaal 31

b8. ijlagen 36f- eedback leds 36o- verzicht dimmers 38o- verzicht ingangsmodules 39

v9. eelgestelde vragen algemeen 40

4

InleIdIng1.

Velbus® Is een modulaIr bussysteem

Velbus® is een • modulair systeem. Dit betekent dat er geen dure centrale nodig is die dus ook niet defect kan gaan, waardoor de volledige installatie niet meer zou werken. Er is ook geen startprijs (prijs van een mastercontroller of centrale) en u betaalt dus enkel de modules die echt nodig zijn. Indien u later extra rolluiken, lichtpunten, dimmers, enz.. wilt automatiseren, dan dient u zich enkel de betreffende modules aan te schaffen. U maakt dus een selectie van nodige modules: relaismodules (lichtpunten of stopcontacten), dimmers (halogeen, led…), rolluikmodules, enz.. Velbus® is een • bussysteem. Dit betekent dat er enkel een 4-aderige buskabel nodig is om te voorzien in de bedieningen (twee aders voeding, twee aders data). Deze bus is gebaseerd op de can-bus komende uit de auto-industrie en is als zodanig zeer stabiel en betrouwbaar. Afstanden van ettelijke honderden meters zijn mogelijk!

5

PrIncIPe

Een typische opstelling bestaat uit twee basismodules: een ingangs- en een uitgangsmodule.

Ingangsmodules verwerken de informatie afkomstig van buitenaf (bv. drukknoppen, •schakelaars, sensoren , enz..) tot buscommando’s. Uitgangsmodules interpreteren deze commando’s en besturen op hun beurt •verlichting, verwarming, airco, stopcontacten, rolluiken, enz..

De status hiervan wordt door middel van feedbackleds weergegeven op de ingangmodules. Toepassingen: domotica thuis, op kantoor of in het bedrijf, procesbewaking, enz....

1: drukknop wordt bediend • 2: de drukknopmodule zet deze puls op de bus • 3: De relaismodule ziet deze puls en reageert erop door het contact te sluiten zodat het lichtpunt gaat branden • 4: de relaismodule zet een terugmeldingspuls (feedback) op de bus • 5: de drukknopmodule ziet deze en doet de terugmeldingsled branden.

KwalIteIt en stabIlIteIt

Velbus® is een modulair systeem waarin een bepaalde module uw volledige installatie nooit kan blokkeren zoals bij systemen met een centrale unit. Elke module werkt volledig onafhankelijk aangezien deze steeds beschikt over een eigen processor. Elke Velbus®-module houdt de bus continu in de gaten en voert een actie uit indien nodig.

6

De bus zelf is gebaseerd op de can-bus die gebruikt wordt in de automobielsector. De can-bus is zeer stabiel en de buskabel kan, door het verlagen van de snelheid, zonder problemen zeer grote afstanden overbruggen (+ 1 km).

De bus werkt enkel op pulsen. Zowel tijdens het dimmen van lichtpunten als tijdens het activeren van de alles uit-functie is er vrijwel geen beweging op de buskabel. Dit heeft natuurlijk grote voordelen: in tegenstelling tot andere systemen kunt u tegelijkertijd tientallen bedieningen uitvoeren (aan/uit, dim- en sfeerfuncties …), de feedback (terugmelding via led) verloopt heel snel, er wordt geen overbodige energie verbruikt, enz..

Overal langsheen de buskabel kan u configuratie modules monteren (berging, bureau, enz..) zodat u eender waar uw pc kan aansluiten om wijzigingen aan te brengen. Tijdens deze wijzigingen zal uw Velbus® installatie normaal verder blijven werken zodat niemand hier hinder van ondervindt. De buskabel zelf mag u, indien gewenst, ook in lus leggen zodat u het zelfs niet merkt als deze ergens volledig wordt onderbroken. De busspanning mag trouwens variëren tussen 12v en 18v .

Onze modules worden ontwikkeld in onze eigen Velleman-gebouwen in Gavere waar ook de software wordt geschreven en de productie wordt gepland. Door alles in-house te ontwikkelen, kunnen we dus steeds kort op de bal spelen en de kwaliteit van onze producten nauwlettend in de gaten houden. Velleman heeft dan ook al 40 jaar ervaring in ontwikkeling en productie.

Velbus® Versus KlassIeKe InstallatIe

Een Velbus® installatie biedt nogal wat voordelen tegenover een klassieke installatie. Hoewel de investering miniem is en verwaarloosbaar tegenover de voordelen, wordt de beslissing om te automatiseren toch niet zomaar genomen. Huisautomatisatie of domotica roept bij veel mensen nog steeds een beeld op van dure, ingewikkelde installaties maar niets is minder waar. Een standaard alles uit of paniek knop valt trouwens ook onder deze noemer.

Aangezien alle bedieningen en alle lichtpunten onafhankelijk van elkaar werken, is elke koppeling mogelijk. Zo kan u op verschillende locaties een alles uit of alles aan configureren, sferen maken (combinatie van al dan niet gedimde lichtpunten), tijdsfuncties instellen enz..

De configuratie software is gratis, de instellingen zijn steeds in te lezen en ook continu aanpasbaar (alles blijft terwijl gewoon verder werken). Kort na de eerste bewoning dringen

7

de eerste wijzigingen zich op en u zal alles naar uw hand kunnen zetten zonder enig kapwerk. Er zijn trouwens duizend en één redenen dat de configuratie ooit dient aangepast te worden.

Aangezien Velbus® modulair is, is uw woning klaar voor toekomstige evoluties. Velbus® wordt continu verder ontwikkeld zodat u later slechts een module hoeft toe te voegen om uw installatie uit te breiden. Ook als u later beslist om in de woonkamer tóch een dimmer te plaatsen, volstaat het om enkel deze dimmermodule toe te voegen. Uw woning is dus klaar voor de toekomst.

In een Velbus® installatie kan u zonder extra modules of programmatie steeds terugmelding (feedback) krijgen. Bij toekomstige modules kan u de terugmelding zelfs willekeurig koppelen: een drukknop in de living geeft terugmelding van het licht in de kinderkamer, enz.... Zie ook bijlage.

Goed geconfigureerd zal uw Velbus® domotica systeem ook energie besparen. Denk maar aan het licht in de gang dat automatisch uit gaat, het licht op de oprit dat u (door de terugmelding) niet meer vergeet, de alles uit die verborgen verbruikers uitschakelt, de verwarming die niet meer vergeten wordt, enz....

De voordelen van een geautomatiseerde woning worden door iedereen anders ingevuld omwille van de vele mogelijkheden en koppelingen (alarm, iPod, iPad, iPhone,...). Een leuke extra is de meerwaarde die uw woning of opbrengsteigendom hierdoor krijgt.

PrIjs

Zowel voor kleine (woonhuis) als voor grotere (bedrijven) automatiseringsprojecten biedt Velbus® steeds de meest gunstigste oplossing. Aangezien een Velbus®-installatie geen centrale (of mastercontroller) nodig heeft, kan deze ook niet defect gaan en hoeft u deze ook niet te betalen. Bij centrale systemen dient u zich eerst een centrale aan te schaffen. Die kan gemakkelijk 1.000 euro kosten. Deze onkosten vallen bij een Velbus®-systeem volledig weg. Een flinke besparing vanaf het begin!

Verder dient u zich enkel de modules aan te schaffen die u ook echt nodig hebt: relaismodules volgens het aantal lichtpunten, dimmers, rolluikmodules, interfacemodules voor de schakelaars … De totale prijs van deze modules is de totale prijs van uw Velbus®-materialen en is de laagste op de markt! De configuratiesoftware is trouwens gratis! Maak even een vergelijkende studie tegenover concurrerende merken en sta verbaasd van het grote prijsverschil.

8

BekaBelIng2.

eleKtrIcIteItsKabel

De bekabeling die u dient te voorzien zijn enerzijds de elektriciteitskabels die steeds rechtstreeks naar de elektriciteitskast worden getrokken. Dit moet gebeuren voor elk lichtpunt, stopcontact of rolluik dat u apart wilt aansturen.

Opgelet: rolluiken kunnen niet parallel gestoken worden en dienen dus apart op rolluikmodules toe te komen.

Meestal zal dit 3g1,5 flex zijn (3g2,5 voor stopcontacten). U dient dus niet (zoals bij een klassieke installatie) te passeren langs enige drukknop. Hier bespaart u alvast op de bekabeling en profiteert u van het gemak om met die elektriciteitskabels geen ingewikkelde constructies te moeten maken (wissel- of kruisschakelingen).

In grote installaties bespaart u nóg meer op de bekabeling door één of meerdere elektriciteitskasten te voorzien. U plaatst deze bijvoorbeeld centraal per verdieping waardoor de nodige hoeveelheid 230v bekabeling sterk gereduceerd wordt. Voor het bekabelen van de 230v-bedrading werkt u hier eigenlijk op dezelfde manier als de gekende teleruptor installaties.

Indien u ook uw verwarming aanstuurt, zal er ook een kabel moeten lopen van de kast naar elk ventiel (die elk een radiator regelt). Het type kabel voor deze ventielen hangt af of ze werken op laagspanning of 230v.

9

busKabel

Anderzijds dient u buskabel te voorzien. Deze kabel moet vertrekken in de elektriciteitskast en passeren langs elk punt waar u één of andere vorm van bediening, temperatuurmeting of de status van iets (raamcontacten) op de bus wil hebben.

Voor grotere installaties met meerdere elektriciteitskasten dient deze kabel natuurlijk telkens te passeren. U mag gerust een extra elektriciteitskast monteren in het tuinhuis om bijvoorbeeld maar één keer 3g2,5 te moeten voorzien tussen de woning en dit tuinhuis.

Opgelet: als u verschillende voedingen gebruikt, moeten de massa’s steeds doorverbonden worden.

De buskabel moet vier aders hebben (twee voeding – twee data) en u mag hiervoor zowel utp als eib-kabel (groene domotica kabel) nemen. De eib-kabel is wel robuuster en de professional zal dan ook steeds deze kiezen als buskabel. Veel installateurs kunnen door omstandigheden enkel gebruik maken van svv (niet getwist) en hoewel we deze niet echt aanraden is er nog geen geval bekend waar dit type kabel problemen gaf.

Velbus® stelt niet echt grote eisen aan de manier waarop u de buskabel monteert: U mag overal aftakken, u mag lussen maken, u mag parallel-verbindingen maken, u mag boomstructuren maken en alle voorgaande methoden zelfs onderling mengen. Elke manier is goed om de buskabel ter plaatse te krijgen. Legt u deze buskabel ook nog eens 'in lus' dan merkt u het niet eens als deze ergens volledig zou onderbroken worden. Ook qua afstanden hoeft u zich geen zorgen te maken, ettelijke honderden meters vormen geen probleem.

Voor uw eigen gemak werkt u best met diepe inbouwpotjes om steeds ruimte te hebben achteraf bij de montage (drukknop + interface printje + beetje kabel).

(Zie ook 4.Aansluiten van alle modules / terminator)

10

Welke modules 3. voorzIe Ik In mIjn elektrIcIteItskast?

VoedIng

U kan op de Velbus® website berekenen hoeveel uw volledige installatie gaat verbruiken maar voor een woning hebt u voldoende aan 1 x VMBSMPS die 4,5 A kan leveren.

Noot: Voor zeer grote installaties zal men per verdieping een elektriciteitskast voorzien.

Men zal dan per kast een voedingsmodule monteren •die dan steeds alle din rail modules voedt in de betreffende kast. De massa’s van de verschillende voedingen (per verdieping • één in dit voorbeeld) moeten steeds met elkaar verbonden zijn. De voeding van de buskabel die doorheen het (grote) gebouw loopt waar de •bedieningsmodules op zijn aangesloten, kan men in eender welke kast aftakken aangezien deze bedieningsmodules zeer weinig verbruiken (zie verbruiksberekening op de Velbus® website).

relaIsmodules dIn raIl

Op een relaismodule kan u verlichting, stopcontacten, LED voedingen, enz.... aansluiten aangezien deze 16A (AC niet inductief) kunnen schakelen. Het totaal van alle stromen in een module mag ook max.. 16A zijn. Voor grote verbruikers raden we evenwel aan om toch contacters toe te voegen.

In principe heeft u per vier geschakelde uitgangen een • 4-kanaals relaismodule vmb4ryld nodig. Op deze module sluit u de "nulgeleider" en "lijn" aan die normaliter van een automaat zal komen. De relaismodule vmb4ryld zal deze "nulgeleider" en "lijn" dan vier keer naar buiten kunnen brengen. Opgelet: het relaiskanaal wordt enkelpolig onderbroken!

11

Indien u liever met potentiaalvrije contacten werkt, kan u gebruik maken van de• vmb4ryno die verder dezelfde eigenschappen bezit. Elke • 4-kanaals relaismodule (vmb4ryld of –no) heeft onder het afdekplaatje ook vier drukknopjes zitten zodat na montage direct het kanaal (licht) kan bediend worden. Om onderling de bus te verbinden tussen verschillende relaismodules kan u ook gebruik maken van onze bekabelingsrail vmbrail. Stuurt u ook uw verwarming, voorzie hiervoor dan ook de nodige relaiskanalen •(voor ventielen, kachel, enz....)

dImmermodules dIn raIl

Afhankelijk van het type belasting zal u een bepaalde dimmer kiezen.

Een samenvatting vindt u achteraan maar u kan een Velbus® dimmer nemen (vmbdme/vmbdmi) waar u rechtstreeks uw verlichting op aansluit of een Velbus® vierkanaals 0-10v sturing (vmb4dc) waar u tot vier dimmers van derden kan op aansluiten (0-10V).

Wenst u led strips te dimmen dan voorziet u een vmb1led (1-kanaals) of vmbrgbdc (0-10v gestuurde 3-kanaals) dimmer in combinatie met een sturing (vmb4dc).

12

rolluIKmodules dIn raIl

Per twee rolluiken of screens voorziet u een VMB2BL. Deze bestaat ook in één kanaal (VMB1BL).

confIguratIemodule dIn raIl

Om via PC uw Velbus® installatie te configureren hebt u natuurlijk een PC- interface nodig.

Deze bestaat voor montage in een blind Bticino®plaatje (vmb1usb) maar ook voor montage op din rail: vmbrsusb (serieel + usb).

Na de configuratie hebt u deze module enkel nog nodig om wijzigingen aan te brengen.

Ingangsmodule dIn raIl

Meestal zal u voor de bediening interface printjes (VMB8PBU) gebruiken die u achter de drukknoppen monteert. Om gebruik te kunnen maken van lange leidingen en/of ter vervanging van een teleruptor installatie hebt u echter de VMB6in nodig. Dit is een 6-kanaals ingangsmodule voor montage op din rail waarop u bijvoorbeeld sensoren kan aansluiten die zich veraf bevinden.

Deze module zal echter geen feedback geven op de aangesloten drukknoppen.

Voorbeeld: Voor een woning waar men enkel twintig lichtpunten wil kunnen aan/uit schakelen, heeft men 1 x vmbsmps en 5 x vmb4ryld nodig in de elektriciteitskast.

13

Welke modules 4. voorzIe Ik langsheen mIjn BuskaBel In de WonIng?

Ingangsmodule

De twee meest gebruikte modules zijn de interfacemodule VMB8PBU en het LCD paneeltje VMB4PD.

De vmb8pbu kan u eenvoudig monteren achter de drukknop naar keuze. Op één module kan u tot acht drukknoppen aansluiten die telkens indicatie verlichting geven voor ‘s nachts en feedback bij bediening (als u de leds mee bestelt). Let er wel op om deze draden niet te verlengen.

Wenst u deze feedback bij de niko® vier- en zesvoudige drukknoppen dan hebt u de VMB6PBn nodig (leds reeds in drukknoppen).

Ons lcd paneeltje vmb4pd kan u ook eender waar op de buskabel monteren. U hebt dan acht drukknoppen verdeeld over twee pagina’s, steeds feedback in de knop, een tekstveld naar keuze in te geven, een weekprogramma voor elke drukknop en een ir ontvanger die werkt met de Velbus® vmbirts of een Logitech Harmony®.

Voorbeeld met Niko® 6-voudige drukknop > Niko® ref. 170-60100 (amberkleurige leds) > Niko® ref. 170-60110 (blauwe leds)

Werkt u met Bticino® Living, Light, Light Tech, Axolute of Niko® enkele en dubbele drukknoppen dan voorziet u dus 1 x vmb8pbu per bedieningslocatie waar u dan steeds binnen een afstand van ong. 30 cm tot acht drukknoppen kan op aansluiten. Voor elke Niko® vier- en zesvoudige drukknop voorziet u een vmb6pbn. Het lcd paneeltje vmb4pd werkt onafhankelijk en kan dus altijd mee verwerkt worden. De afwerking voor dit paneeltje is Bticino® Living, Light, Light Tech of de Velbus® vmbfdg, -flg.

14

Ir Ingangsmodule

indien gewenst kan u een VMB8iR voorzien. Deze is een module breed en past in Bticino® Living, Light en Light Tech.

De kleur is echter steeds zwart omdat deze ir doorlatend moet zijn. Deze module wordt bediend door een Logitech Harmony® en kan tot 40 drukknoppen simuleren. Er zijn ook acht feedback leds aanwezig die u kan gebruiken om éénder welk relaiskanaal in de gaten te houden.

Pc-Interface Vmb1usb

indien u bijvoorbeeld ook in uw bureau configuratie wijzigingen wil uitvoeren dan voorziet u daar best een VMB1USB .

Deze module past in een blind Velbus® plaatje vmbfbi. U kan gerust meerdere van deze modules voorzien in uw woning (vaste pc, bureau, ...)

Voorbeeld: Voor een woning zonder verwarmingssturing waar men op vijftien plaatsen wil kunnen bedienen met bijv.. Bticino® drukkoppen zal men max. 15 x VMB8pBU nodig hebben. Meestal zijn het er minder omdat bijvoorbeeld de knoppen in de bovengang en de slaapkamer langs beide zijden van een muur zitten en op dezelfde interface kunnen aangesloten worden.

modules als u VerwarmIng aanstuurt

Gebruikt u Velbus® ook om uw verwarming aan te sturen dan hebt u een VMB1TS nodig op elke locatie waar u een temperatuur wil meten of een regime veranderen (anti-vries, nacht, dag, comfort).

Op elke locatie waar u de mode en het aantal graden wil zien van elke ruimte hebt u een vmb1tc nodig. U zal er sowieso minimum één nodig hebben aangezien de weekprogrammatie van uw verwarming ook hierin gebeurt.

Beide modules laten zich afwerken met Bticino® Living, Light en Light Tech materialen.

15

Normaal gebruik:

Er bevindt zich een sensor in de te verwarmen ruimtes en een controller op de plaats •waar men temperaturen wil zien en alles aanpassen. Als men van mode (anti-vries, dag, nacht, comfort) verandert en dit gebeurt manueel (niet via een programma stap) dan zal er steeds een timer starten. Deze kan men ook direct deactiveren (zowel op de sensor zelf als via de controller) maar dan riskeert men om de verwarming te vergeten uit te zetten. Het veranderen van de mode van elke ruimte kan natuurlijk via de controller maar •ook via elke drukknop die op de Velbus® is aangesloten. Zo kan men van in de slaapkamer perfect de badkamer op comfort modus zetten d.m.v. een drukknop. Gebruikt men hiervoor een vmb4pd (lcd-paneeltje) dan gaat dit zelfs via een afstandsbediening. Een extra functie van de timer is tijdens het op reis gaan: men zet de volledige •woning op nacht – verandert de timer direct naar bijv.. 14 dagen en bij thuiskomst zal de verwarming reeds terug werken. D.m.v. een 4-module Bticino® behuizing kan de controller samen met een sensor gemonteerd worden. In de controller kan men ook een "• wake up" en "go to bed" uur programmeren. Deze kunnen dan gebruikt worden om het weekprogramma op af te stemmen (tijden hiernaar refereren) of om relais contacten aan te sturen (wekker functie). De sensors (vmb1ts) hebben ook een "disable contact". Men kan ze configureren dat bijv. de verwarming in de slaapkamer niet activeert zolang het raamcontact onderbroken is.

16

aansluIten 5. van alle modules

termInator

Op elke Velbus®module zit een terminator die open staat bij levering. In een normale Velbus® installatie zijn er zo twee terminators die gesloten moeten worden: Eén ergens in de elektriciteitskast en één op het eind van de langste kabel (ongeveer de langste). Deze sluiten doet men eenvoudig door het kapje van het pennetje te nemen en terug te steken over beide pennen.

Men noteert best waar deze terminators gesloten staan aangezien ze later verborgen zitten in de muur (of in de kast).

adres

Velbus® modules dienen elk een uniek adres te hebben (00-FF). Afhankelijk van de module zal dit ingesteld worden d.m.v. een rotary switch of d.m.v. een computer (tijdens de configuratie). Alle Velbus® modules waar u zo twee switches op ziet, hebben sowieso mechanische adressering.

Het adres van de modules met mechanische adressering in de kast kan men achteraf ook nog wijzigen. Het adres van elke module met mechanische adressering die in de muur verwerkt zit, dient men best op voorhand in te stellen. Het betreft hier de interfaces van de eerste generatie (vmb8pb zie tekening boven links) en de temperatuursensor vmb1ts. Het adres van zowel het lcd paneeltje vmb4pd als de temperatuurcontroller vmb1tc dient ingesteld te worden via het module menu.

Er is geen computer nodig maar de module moet wel onder spanning staan, dit adres kan ten allen tijde gewijzigd worden.

17

busbedradIng

Nu kan men langsheen de kabel overal de vier draden van de buskabel aansluiten. De polariteit van de voeding (+ en -) en data (H en L) moet gerespecteerd worden! Als men zich evenwel eens vergist, zal er niks defect gaan maar zal uw Velbus® domoticasysteem niet werken. Beter voorkomen dan genezen is hier de boodschap.

Als er gewerkt wordt met utp kabel moet u er voor zorgen dat de aders niet breken als de module veel in en uit de muur gebouwd wordt, dit kan u achteraf nogal wat zoekwerk besparen.

De modules in uw elektriciteitskast worden op dezelfde manier aangesloten. Hier kan men ook gebruik maken van de bekabelingsrail vmbrail die de bus van zes 4-voudige relaismodules ineens doorverbindt. Deze rail kan men eenvoudig doorzagen zodat u hem ook kan gebruiken voor het doorverbinden van minder relaismodules:

Opgelet: vooraan waar u meestal uw buskabel samen met de rail-pennen monteert, voorziet u best adereindhulzen op uw buskabel. Dit omdat de pennen dikker zijn dan de meeste busbedrading en anders slecht contact kunnen veroorzaken.

oVerIge bedradIng

De 230v-bedrading (komende van uw automaten) kan aangesloten worden op de relaismodules waar u eveneens meteen uw lichtpunten kan op aansluiten. Het spreekt voor zich dat u uw dimbare lichtkringen aansluit op de dimmer modules.

De drukknoppen (Bticino ®, Niko®,...) kunnen verbonden worden met de interfaces vmb8pbu en indien gewenst, kan u de feedback leds ook monteren. Over deze feedback leds vindt u achteraan een korte bespreking.

Indien u werkt met de 4- en 6-voudige drukknoppen van Niko® hoeft u enkel de interface vmb6pbn hierop te monteren.

Eénmaal er netspanning aanwezig is, kan u elke module (relais, dimmer, rolluik, ..) reeds aansturen d.m.v. de kleine drukknop die zich achter het plastic afdekplaatje bevindt. Ook zonder dat er enige programmatie heeft plaatsgevonden, hoeft u niet in het donker verder te werken. U kan zo ook alvast de bekabeling testen.

18

help! 6. Wat doe Ik verkeerd?

Eenmaal alles aangesloten, kan u via een configuratie module (VMB1UsB, VMB1rs of VMBrsUsB) de bus eens scannen. Alle modules moeten nu zichtbaar worden op uw scherm. Indien dit niet zo is, kunnen er verschillende oorzaken zijn:

Er kan niet gescand worden omdat Windows de juiste driver niet vindt

Tijdens de installatie van Velbus®link zullen de nodige drivers automatisch op de locatie c:/program files/velleman/Velbus®link/drivers terecht komen en ook geregistreerd worden. Eventueel kan u manueel naar deze locatie gaan om windows de juiste (usb) driver te laten selecteren. Velbus®link zal daarna steeds automatisch de juiste poort kiezen.

De scan werkte perfect maar nu vindt dezelfde poort mijn installatie niet meer.

Door de hardware van usb kan uw poort de communicatie verliezen met uw Velbus® installatie nadat uw pc bijvoorbeeld in slaapmodus ging. Het eenvoudigste is om even de usb in een andere usb poort te steken zodat de initialisatie opnieuw gebeurt.

De scan gebeurt en ik zie de scan-adressen oplopen van 00 tot FF maar er wordt niks gevonden.

Dit heeft meestal een bekabelingsprobleem als oorzaak:

Is de polariteit van de busdata overal correct (H en L)?•Is de voedingsspanning aanwezig? (zie rode led op elke module)•Zijn er twee terminators gemonteerd?•Is er nergens een voedingskabel op de busdata gezet?•Maakt uw configuratiemodule• vmb1usb wel contact met de bus? Deze module wordt soms aangesloten op een loshangend stuk kabel waardoor een busdraad gemakkelijk afbreekt!Zijn de schroefjes in de kroonsteentjes van de bus overal wel aangedraaid?•Is uw configuratiemodule• vmb1usb wel in goede staat? Deze wordt soms gebruikt zonder beschermende vmbfbi behuizing waardoor een kortsluiting snel gebeurd is.Gebruikt u wel het juiste type kabel voor de connectie• pc - vmb1rs?Is de • usb poort niet geblokkeerd? Sluit de usb kabel eens aan op een andere module.

19

De scan is voorbij maar er ontbreken modules.

Zie bovenstaande i.v.m. bekabeling.•Check even de adressen van de "ontbrekende" modules. Veel kans dat deze gewoon •hetzelfde adres hebben gekregen.Vergeet niet om het adres van de• vmb4pd en vmb1tc manueel in te stellen via de module.Een slecht contact in de bekabeling kan zoveel storing veroorzaken dat er slechts •enkele modules gevonden worden.Zijn er niet teveel terminators gesloten?•

Mijn VMB8PB modules geven een ander adres dan dat ik mechanische ingesteld heb.

Als je de module voor je houdt, zie je links twee draden die gemeenschappelijk zijn (opdruk "com"). Als je in plaats van deze nu draden rechts (van de kanalen) gaat gemeenschappelijk gebruiken, kan je zulke rare effecten krijgen. Niet blindelings de kleuren volgen, is hier de boodschap.

Sommige ingangsmodules geven als status "pressed" hoewel er zelfs nog niks is op aangesloten.

Als je met feedback leds werkt dien je ook hier de polariteit te respecteren. Als je deze verkeerd monteert krijg je het effect van een bediende drukknop.

Alles werkt maar na een tijdje vallen modules weg.

Als je werkt met de voedingscombinatie vmbtr1+vmb3ps moet je er rekening mee houden dat elk kanaal max. 1A kan leveren. Als je teveel (5+) relaismodules aansluit op een kanaal zal de beveiliging geactiveerd worden. Eénmaal het verbruik daalt, herstelt dit kanaal zich automatisch. Met de vmbsmps voeding heb je dit probleem niet aangezien er hier slechts één kanaal is dat 4,5 A levert.

Sommige modules staan te pinken of reageren niet.

Waarschijnlijk maakt u gebruik van modules met mechanische adressering. Hier vermijdt u best adressen boven de 80 aangezien sommige reeksen van adressen voorzien zijn voor programmatie zonder computer (zie uitgebreide handleiding van de betreffende module). Alle modules met elektronische adressering kunnen het volledige bereik gebruiken (00-FF).

20

Een bedieningsmodule reageert niet meer.

Hebt u niet reeds een vertraging in de betreffende drukknop geprogrammeerd? Blijf •drie seconden drukken om het direct te weten. Indien er een statische ontlading is geweest, dient u even de voedingsspanning te •verwijderen.

Een module met elektronische adressering blijft onvindbaar (staat rood kruisje naast) voor de Velbus®link hoewel ik bij bediening ervan de leds op de module wel zie flikkeren.

Heeft u niet per ongeluk het adres van deze module gewijzigd? Dit kan u controleren door de Velbus®link in detectie-modus te zetten en de betreffende module te gaan bedienen. Veel kans dat u het nieuwe adres ziet verschijnen.

Na een scan van mijn nieuwe modules krijg ik continu foutmeldingen als ik iets wil lezen of synchroniseren.

Nieuwe modules met elektronische adressering hebben standaard adres FF. U dient eerst alle modules een geldig adres te geven alvorens verdere acties te ondernemen. Een wijziging wegschrijven naar adres FF zal eigenlijk alle modules met adres FF doen reageren en is dus steeds te vermijden.

De ALLES-AAN staat perfect geconfigureerd in mijn Velbus®link maar na synchronisatie blijkt maar de helft van mijn verlichting te reageren.

Hoogstwaarschijnlijk onderbreekt de synchronisatie door een error waardoor slechts een deel van de uitgangsmodules de informatie hebben ontvangen. De error kan onstaan zijn door een bekabelingsprobleem maar ook door een module die Velbus®link niet meer vindt. Een sychronisatie van uw modules doet u dan ook pas nadat eventuele uitroeptekens en rode kruisjes bij modules verdwenen zijn.

Bij automatische detectie wordt de verkeerde module geselecteerd.

Het adres van de betreffende module is waarschijnlijk ook toegekend aan een andere module. Gebruik deze functie enkel als er zich geen dubbele adressen (tenzij FF) in de installatie bevinden. Gebruik automatische detectie dus niet om een adres toe te kennen dat reeds bestaat in de installatie.

21

confIguratIe7.

algemeen

Principe werking van Velbus®:

Velbus® is een decentraal domotica systeem en heeft dus geen centrale. Elke Velbus® module heeft zijn eigen processor. Van zodra er ergens een drukknop wordt ingedrukt, zal er een puls op de bus gezet worden waarin het adres en kanaal van de betreffende ingangsmodule verwerkt zit.

Elke uitgangsmodule (zoals een relaiskanaal) die een actie moet uitvoeren bij het indrukken van deze drukknop zal ook zodanig geconfigureerd dienen te worden. De programmatie van een Velbus® systeem gebeurt dus vanuit de relaismodules, dimmers enz....

Men zal elke uitgangsmodule aanleren wat te doen bij welke drukknop (of sensor, temperatuursensor, alarmtijd,...). Zo zal bij een "alles uit" er niks dienen te gebeuren in de ingangsmodule (drukknop interface vmb8pbu) maar men moet simpelweg elke uitgangsmodule instellen om uit te schakelen als de puls van de "alles uit" drukknop op de bus verschijnt. Heel simpel en zeer ontlastend voor de bus aangezien deze bijna leeg blijft.

Het openen en sluiten van Velbus® relaismodules genereert ook een puls op de bus en kan dus terug verwerkt worden in uw configuratie. Een typisch voorbeeld hiervan is het tijdelijk sluiten van een relaiscontact (ventilator) na het openen van een ander relaiscontact (licht toilet).

Voor de configuratie van de Velbus® dient men de Velbus®link te downloaden van de website. Dit sofware pakket is steeds gratis.

22

nIeuw Project

Na het opstarten van de Velbus®link kiest u "nieuw" om een nieuw project aan te maken en geeft u een projectnaam in.

Nu kiest u "Verbinding maken met mijn installatie" gevolgd door "Directe verbinding (rs232, usb)" en Velbus®link zal automatisch de poort kiezen waar uw usb module op aangesloten is. Na het kiezen van "gedaan" zal er verbinding gemaakt worden en kan u online configureren.

Eerst en vooral moet u "Zoeken naar bestaande modules" waarna Velbus®link een scan zal uitvoeren.

23

Bij een nieuw project wordt u de vraag gesteld om het geheugen van de modules al dan niet in te lezen.

Indien er zich geen nieuwe modules in de installatie bevinden (dus geen modules met adres “FF”) dan kiest u voor “Geheugen inlezen”.

Dit is de enigste manier om er 100% zeker van te zijn dat de configuratie in uw project klopt met de echte configuratie die zich in de Velbus® modules bevindt.

Betrof het een nieuwe installatie dan verschijnen sommige modules hoogstwaarschijnlijk met uitroeptekens. Elke nieuwe module met elektronische adressering zal geleverd worden met adres “FF” en aangezien dubbele adressen niet geldig zijn, wordt hier dus melding van gemaakt.

eleKtronIsch adres wIjzIgen

Het is belangrijk dat alle modules een verschillend adres hebben maar niet alle modules kunnen op voorhand ingesteld worden. Alle modules waarvan het adres elektronisch dient ingesteld te worden, hebben standaard adres FF en zullen getoond worden naast een uitroepteken (adres FF is niet geldig). Het betreft hier de modules vmb4ryld, vmb4ryno, vmb8pbu, vmb6pbn, vmb4dc en vmbdmi.

24

Toekomstige modules zullen ook steeds elektronisch adresseerbaar zijn. U kan ze heel gemakkelijk herkennen: heeft een module geen rotary switches (metalen vierkant met ronde rode binnenkant) dan is ze elektronisch adresseerbaar.

Alle modules met adres FF dienen nu een geldig adres te krijgen. Als er zo verschillende modules in de installatie zitten dan weet u niet met welke module u effectief bezig bent. Dat is ook niet nodig, u kiest de module voor adreswijziging d.m.v. een "Automatische detectie". Dit geeft u de mogelijkheid om een module te kiezen door op het aanwezige drukknopje te gaan duwen waardoor deze geselecteerd staat voor adreswijziging.

Hiervoor klikt u op het icoon voor adreswijziging (het speelt geen rol welke module geselecteerd stond!).

U krijgt een dialoogvenster waar u nu "Automatische detectie" aanvinkt. U mag meteen ook het gewenste adres ingeven (13 in onderstaand voorbeeld). Elke uitgangsmodule (din rail) heeft onder de plastic front plaat ook een knopje zitten, u drukt hierop en de betreffende module zal geselecteerd staan voor adreswijziging.

Gebruik de functie "Automatische detectie" enkel als er geen dubbele adressen (tenzij FF) in uw installatie zitten!

Van zodra u hierop gedrukt hebt en de module geselecteerd staat, verdwijnt het vinkje van auto-detectie zodat niemand anders per abuis een andere module zou selecteren.

25

Enkel nog op "ok" klikken en de adreswijziging is doorgevoerd. Indien het over din rail modules gaat, kan u in stift het adres ook op de module zelf schrijven om ze direct te kunnen vinden. In het project zal de modulenaam standaard het type zijn maar dit kan ook hernoemd worden (vmb4ryld wordt bijv.. relais nr. 3). Elke module die elektronisch adresseerbaar is, heeft een uniek serienummer dat u ook kan gebruiken voor identificatie (vmb4ryld heeft serienummer 3dca).

Opgelet: als Velbus®link niet reageert op de "Automatische detectie" dan heeft u waarschijnlijk het filter zodanig ingesteld. Bij een geconfigureerde installatie zullen er misschien reeds relaismodules reageren als u op een drukknop duwt en het is de laatste gedetecteerde module die zal verschijnen in het dialoogvenster. Daarom kan u via een filter instellen welke soort modules dienen te reageren op de "Automatische detectie". Zie figuur bovenaan.

Om het adres te wijzigen van de drukknop interface vmb8pbu herhaalt u dezelfde procedure maar tijdens de automatische detectie drukt u op een aangesloten drukknop om de betreffende ingangsmodule te selecteren voor adreswijziging.

IngeVen namen uItgangsmodules

Als voorbeeld van een uitgangsmodule nemen we een relais vmb4ryld.

Nadat alle modules gevonden zijn en een uniek adres hebben, wil u de kanalen natuurlijk benoemen. Zo weet u steeds over welk lichtpunt en welke drukknop het gaat in uw Velbus® installatie. Voor de relaismodules is dit vrij eenvoudig want u weet zelf welk lichtpunt u op welk kanaal hebt aangesloten, daarenboven hebt u waarschijnlijk het adres genoteerd (in stift) op de relaismodule zelf.

Bij twijfel schakelt u het kanaal in d.m.v. het drukknopje achter de plastic front. U ziet nu het betreffende licht branden en de status van dit kanaal zal in de Velbus®link veranderen van "uit" naar "aan". Nu klikt u gewoon op het "Hernoemen"-icoontje.

26

U kan nu het kanaal hernoemen. Opgelet: elke wijziging aangaande naam of configuratie wordt pas in de module zelf weggeschreven na een "Synchronisatie/schrijven" bewerking (computer to module). Om geen modules te vergeten, selecteert u ze best allemaal.

Als dit kanaal bijvoorbeeld "Licht keuken" is, kan u dit na ingave testen door via de rechtermuisknop extra mogelijkheden te tonen en met de linkermuisknop de "Bedienen"-functie op te roepen. Via de Velbus®link kan u zo het kanaal in- en uitschakelen zodat u niet naar de module zelf dient te lopen om deze te bedienen.

27

Deze procedure volgt u voor de rest van alle relaiskanalen (of dimmerkanalen, enz....)

IngeVen namen Ingangsmodules

Als voorbeeld van een ingangsmodule nemen we een drukknop interface vmb8pbu.

Als u confi gureert door enkel de "Automatische detectie" te gebruiken (u kiest een relaiskanaal en gaat ergens op de juiste drukknop duwen), dan hoeft u eigenlijk geen namen toe te kennen aan uw drukknop interface maar dan weet u niet over welke drukknop het juist gaat en kan u achteraf moeizaam wijzigingen maken. Daarenboven zal het afgedrukt overzicht van de confi guratie niet duidelijk zijn. We gaan er van uit dat u wel degelijk een naam wil toekennen aan elke drukknop.

Om de kanalen van uw interface module te benoemen, zijn er enkele mogelijkheden:

U hebt op voorhand vastgelegd welke drukknop op welk kanaal zal zitten en dit •ook zo gedocumenteerd (u bekabelde dus volgens uw documentatie: zwarte draad naar knop links, bruine draad naar knop rechts enz....) U kan dus direct de kanalen benoemen.

28

U laat iemand op de verschillende drukknoppen duwen zodat u de •statuswijziging kan zien in de Velbus®link waarna u het kanaal direct benoemt (d.m.v. "Hernoemen"-icoontje)

U bedient de kanalen vanuit de Velbus®link door via de rechtermuisknop het •bedieningsmenu op te roepen en activeert het knipperen van de feedback led (indien aanwezig). Nu ziet u ergens de feedback led van deze drukknop knipperen en kan u het zo identificeren en hernoemen.

De eenvoudigste manier echter is gebruik maken van de • "Detectie"-functie.

29

Na het kiezen van de detector, vinkt u aan welke modules u wil zien verschijnen waarna u rondloopt in de woning en simpelweg op de verschillende drukknoppen gaat duwen. U dient wel te onthouden in welke volgorde dit gebeurde natuurlijk.

Nu kan u in dit venster direct uw naam van de drukknop ingeven. Indien gewenst kan u ook de naam van de interface module zelf wijzigen. Dit is handig om direct te weten waar deze module zich bevindt. De naam wijzigen doet u door er twee keer op te klikken met een tussentijd van twee seconden of door op het "Hernoemen"-icoontje te klikken na selectie.

30

U weet nu steeds waar deze drukknopmodule zit (in de living kant deur) en over welke drukknop het juist gaat (links, rechts of onderste drukknop).

Het is raadzaam om alvast eens alle namen in de modules op te slaan door een "Synchronisatie/schrijven" (computer to module) uit te voeren. Vergeet niet alle modules te selecteren. Het zou jammer zijn dat net nu uw harde schijf zou crashen. Bent u zeker dat alle voorgaande wijzigingen zich in uw project bevinden? Dan kan u "Enkel wijzigingen" aanvinken om de nodige tijd tot een minimum te beperken.

31

Indien we de interface module vmb8pbu op adres 21 geen naam zouden geven (heet nu 8pbu living k deur) dan zou deze standaard nog steeds vmb8pbu heten en moeilijker te identificeren zijn. Deze modulenaam wordt opgeslagen in het project maar niet in de module zelf.

Bent u uw project-bestand kwijt gespeeld dan is er nog steeds niks aan de hand: u begint een nieuw project, u scant en leest de modules in. Uw volledige configuratie zit nu terug in het nieuwe project. Ook de namen van de kanalen die u vroeger reeds ingaf (Licht keuken, L living spots, ...) blijven behouden want waren opgeslagen in de modules zelf. Enkel de modulebenamingen dient u opnieuw in te geven (in dit geval dus 8pbu living k deur).

toewIjzen Van een druKKnoP aan een relaIsKanaal

Om een drukknop toe te wijzen aan een bepaald relaiskanaal zijn er verschillende mogelijkheden. Als voorbeeld zullen we volgende koppelen:

De bedoeling is dus om de drukknop L boven (aangesloten op de interface in de living kant deur) te koppelen aan het licht keuken (kanaal CH4 op relaismodule 13.vmb4ryld). We bekijken de drie meestgebruikte manieren van werken eens naderbij:

Voor kleine installaties kunnen we de gewenste drukknop selecteren en slepen naar 1. het gewenste uitgangskanaal (Licht keuken) waarna we de functie kiezen (bijvoorbeeld "Aan/uit") gevolgd door "ok".

32

Als de in- en uitgangskanalen benoemd zijn, kunnen we ook rechtstreeks selecteren. 2. Als voorbeeld vertrekken we vanuit het ingangskanaal (drukknop L boven op adres 21) door er op te dubbelklikken maar u kan evengoed vertrekken vanuit het uitgangskanaal.

33

Via • "Selecteren" krijgt u terug de modules te zien (indien gewenst enkel de uitgangsmodules) waarna u het gewenste kanaal (Licht keuken) selecteert. Enkel nog de functie kiezen (bijvoorbeeld "Aan/uit") gevolgd door "ok".

Hebt u geen enkele drukknop benoemd of vindt u het eenvoudiger om steeds 3. op de betreffende drukknop te gaan duwen, dan kan u toewijzen d.m.v. de "Detectie"-functie. We vertrekken vanuit het uitgangskanaal (Licht keuken) door er op te dubbelklikken.

Nu klikt u op "• Detecteren", u gaat op de gewenste drukknop duwen en deze zal automatisch geselecteerd worden waarna u nog dient te "Accepteren".

34

Nu enkel nog de functie kiezen (bijvoorbeeld • "Aan/uit") gevolgd door "ok".

Het resultaat is drie keer hetzelfde. De drukknop zal toegewezen zijn aan het uitgangskanaal. Of dit uitgangskanaal een relaismodule, dimmer of rolluikmodule is, speelt geen rol.

In de Velbus®link ziet u nu welke kanalen reeds koppelingen hebben (zie tandwiel):

U ziet eveneens de configuratie van elk kanaal (in – of uitgang) dat u selecteert:

35

De voorbeelden zonder de "Automatische detectie" kan u ook uitvoeren zonder aangesloten modules. U dient de modules dan wel eerst gescand en ingelezen te hebben.

Bekijkt u graag de mogelijkheden zonder dat u echt een installatie voor ogen hebt, dan kan u eveneens virtueel modules toevoegen voor testdoeleinden

Hou er rekening mee dat wijzigingen enkel invloed zullen hebben nadat u een "Synchronisatie/schrijven" handeling uitvoert.

36

BIjlagen8.

feedbacK leds

Voor veel aangesloten drukknoppen heeft Velbus® een oplossing als feedback gewenst is. In principe dient men enkel een low current led parallel over de drukknop aan te sluiten en klaar (let op de polariteit!). Dit is mogelijk met de interface module vmb8pb en vmb8pbu.

Zonder feedback zal de led alsnog een zwak licht genereren als indicatieverlichting ’s nachts en bij feedback zal deze led hevig oplichten.

Feedback (licht aan) Nacht indicatie (licht uit)

37

Om dit tijdens de installatie vlot te kunnen monteren heeft Velbus® volgende oplossingen:

Voor Bticino®Living, Light, Light Tech en Axolute kan u deze leds krijgen in het amber en blauw (vmbldab en vmbldb). Voor de Niko® enkel- en tweevoudige drukknoppen kan u deze eveneens krijgen in het amber en het blauw (vmbldan en vmbldn)

Voor de Niko® vier- en zesvoudige drukknoppen hebt u geen leds nodig aangezien deze reeds voorzien zijn in de drukknop zelf. Om elke drukknop apart feedback te laten geven, hebt u wel de interface module vmb6pbn nodig.

Om feedback te krijgen op uw Velbus® installatie hebt u dus geen extra modules of configuratie nodig want alles is reeds voorzien. U kan gerust op een later tijdstip (als u dan pas feedback wenst) de leds bestellen en gewoon toevoegen. U hoeft later zelfs niks extra in te stellen.

Indien gewenst kan u een drukknop (d.m.v. de vmb8pbu of vmb6pbn) ook feedback laten geven die eigenlijk niks te maken heeft met het bediend lichtpunt. U kan de drukknop in de woonkamer dus feedback laten geven als het licht in de kinderkamer aan is ... Handig, niet?

Bij de VMB8pBU en VMB6pBN is deze led indicatie nog apart configureerbaar: feedback kan wel of niet knipperen bij geactiveerde timer functies, intensiteit nacht indicatie regelen, feedback uitschakelen.

38

oVerzIcht dImmers

Onderstaand vindt u een overzicht van onze dimmers (niet voor led strips):

VMBDMi VMBDME VMB4DC

max. 400W

max. 200W

0...10V

inductiefof

resistief

4 x dc-gestuurde dimmer van een andere fabrikant

of 1-10V gestuurde tl-verlichting.

capacitiefof

resistief

Wenst u led strips te dimmen dan hebt u de Velbus® dimmer vmb1led (1-kanaals) nodig of de vmbrgbdc (3-kanaals) in combinatie met een 0-10v sturing zoals de Velbus® vmb4dc.

39

oVerzIcht Ingangsmodules

40

veelgestelde vragen9.

Wat is nu eigenlijk het verschil tussen de VMB4RY en VMB4RYLD en VMB4RYNO?

De vmb4ry is eigenlijk onze 4-kanaals relais van de eerste generatie. In tegenstelling tot de vmb4ryld(no) kan deze ook geprogrammeerd worden zonder pc, dient deze zijn adres te krijgen op de module zelf (d.m.v. een draaischakelaar) en heeft deze ook ingangen zodat je drukknoppen direct kan aansluiten.

Let wel op: de aangesloten drukknoppen zullen steeds het betreffende kanaal bedienen (drukknop 1 bedient CH1 enz.). Het bedienen van extra kanalen kan je steeds toevoegen (drukknop 1 bedient ook CH2 en CH3 enz.).

De tweede generatie 4-kanaals relaismodules vmb4ryld(no) dient dus geprogrammeerd te worden d.m.v. een pc die ook zijn adres zal instellen en heeft verder geen directe ingangen. Deze relaismodules hebben wel zeer veel extra functionaliteit (40 modi), hebben extra bescherming tegen trillingen, hebben grotere verbeterde kroonsteentjes (2x2,5mm²) en bestaan in zowel de uitvoering met spanningsloze relaisuitgang (vmb4ryno) als in spanningsuitgang (vmb4ryld).

De• vmb4ryld krijgt éénmaal "nulgeleider" en "lijn" binnen zodat hij vier keer "nulgeleider" en "lijn" op zijn uitgangen kan zetten (enkelpolig onderbroken). Dit heeft natuurlijk tot gevolg dat men bijvoorbeeld lichtpunten rechtstreeks kan aansluiten op de relaismodule vmb4ryld en niet dient te werken via gemeenschappelijke nulgeleiders. Deze• vmb4ryld(no) kan ook zeer veel configuraties aan die normaliter niet mogelijk zijn met modulaire domoticasystemen: "of"- en "en"-functies. Zo kan hij inschakelen op voorwaarde dat andere ingangen open of dicht zijn, geforceerd aan of uit gaan, onderdrukt worden maar toch zijn interne toestand onthouden, met intervals werken, omgekeerd reageren, enz.... Deze relaismodules kunnen ook firmware-updates aan langsover de bus en hebben een vijfde virtueel kanaal dat kan gebruikt worden voor speciale configuraties (zodat men geen fysisch kanaal moet opofferen). Op de module vmb4ryld(no) zelf kan nog steeds d.m.v. een drukknopje een kanaal aan- of uitgezet worden zodat men ook zonder programmatie alvast de elektrische installatie kan bedienen.

Bij alle relaismodules (vmb4ry, vmb4ryld, vmb4ryno) kan een relaiskanaal terug gebruikt worden als drukknop (in de programmatie) waardoor extra functionaliteit wordt bekomen (ventilator aan als licht uit gaat, enz....). Ze hebben ook allemaal 16A contacten.

Kan ik simultaan verschillende bedieningen uitvoeren (zoals tien knoppen tegelijk induwen)?

Op de bus is enkel communicatie als er effectief een drukknop wordt ingeduwd of losgelaten. Tijdens bijvoorbeeld het dimmen van een lichtpunt is de bus leeg waardoor simultane bedieningen nooit een probleem vormen. Tien personen kunnen dus samen verschillende drukknopen induwen zonder dat de bus vastloopt.

41

Wat is het verschil tussen de VMB8PB en VMB8PBU?

De vmb8pb is een interfacemodule (in doorzichtige plastic) met mechanische adressering terwijl de vmb8pbu volledig elektronisch is en in een zwart potje steekt. Om het adres toe te wijzen zal u dus op een aangesloten knop dienen te drukken. Beide kunnen feedback geven door een led (vmbldb, vmbldn,..) parallel over de drukknop te monteren. Bij de vmb8pb zal deze led steeds feedback geven over het gekoppelde lichtpunt terwijl u bij de vmb8pbu kan kiezen welk lichtpunt (of ingangscontact) u in de gaten wil houden. Dit is natuurlijk heel handig, zo kan u feedback over het licht in de kinderkamer krijgen in bijvoorbeeld een drukknop in de woonkamer.

Samengevat kunnen beide drukknopinterfaces elk willekeurig contact op de bus zetten voor verder gebruik in uw installatie. Dit mogen zowel gewone drukknoppen zijn als potentiaalvrije contacten zoals in sommige bewegingssensoren.

De vmb8pbu is een interface van de tweede generatie en heeft dan ook veel meer mogelijkheden. Deze heeft interne timers en kan dus geprogrammeerd worden als dag-, week-, maand- of jaarprogramma.

Om deze jaarprogramma’s in te stellen kan u gebruik maken van alarmtijden, •zonsop- en ondergang of gewoon absolute (vaste) tijden. De drie mogelijke programma’s kan u activeren vanop een andere plaats zodat u o.a. •bewoningssimulatie kan activeren aan de voordeur. De gebruikte alarmtijden kan u eveneens verwerken in volledige Velbus® installatie •en overal activeren (of deactiveren). De achtergrondverlichting is regelbaar, u kan de kanalen vergrendelen (tijdelijk •onbruikbaar maken van drukknoppen), u kan één drukknop tot acht functies geven (kanaal schuift op per druk op de knop), u kan vier drukknoppen een dubbele functie geven (kort <> lang drukken), enz.... Meer informatie vindt u in de uitgebreide handleiding op de website.•

Wat gebeurt er met mijn installatie als de spanning kortstondig uitvalt?

Eénmaal de spanning terug opkomt, zullen alle relaismodules open staan omwille van de veiligheid. Indien dit voor ongemak zou zorgen, kan u een bepaalde drukknop programmeren als algemene sfeer (een bepaalde toestand van uw installatie al dan niet met vertragingen). U kan natuurlijk ook de voeding bufferen met een batterij.

In welke mate is logische programmering mogelijk?

Een modulair systeem heeft naast de vele voordelen wel een beperking qua programmeren met voorwaarden. Velbus® lost dit evenwel op door extra functionaliteit in te bouwen in de nieuwe relaismodules vmb4ryld en -no. Deze hebben een 40-tal mogelijkheden. Zo kan u relaiskanalen laten reageren op voorwaarde dat ingangsmodules of andere relaiskanalen open of gesloten zijn. U kan ze tijdelijk timerongevoelig maken, onbedienbaar of zelfs

42

geforceerd aan- of uit zetten. Vele verschillende functies kan u samen programmeren in de relaismodule waardoor vrij complexe voorwaarden mogelijk worden. Ze kunnen ook interval timers aan (bijvoorbeeld gedurende acht uur telkens een seconde gesloten en een uur open) die dan weer kunnen gebruikt worden om andere relaiskanalen te synchroniseren. Elke relaismodule vmb4ryld en -no heeft ook een vijfde virtueel kanaal dat fysisch niet aanwezig is maar wel kan verwerkt worden in uw programmatie.

Is er op de één of ander manier een overzicht te bekijken van mijn programmatie?

Vanuit de Velbus®link kan u een overzicht afprinten van alle koppelingen.

Wat gebeurt er met de instelling van het uur tijdens spanningsverlies?

In principe zal er één module in de Velbus® installatie fungeren als referentieklok (een vmb4pd of vmb1tc). Deze wordt dan ingesteld als "master clock". Om het juiste uur bij spanningsuitval te behouden is het noodzakelijk dat er een back-up batterij aangesloten is op deze module. Een vmb4pd (als master clock) zal ongeveer elke 17u het juiste uur op de bus zetten onafhankelijk van een eventuele spanningsuitval. Als het noodzakelijk is om na een spanningsuitval sneller de klokken te synchroniseren wordt er beter een vmb1tc als referentie klok genomen aangezien deze module na een spanningsuitval direct het juiste uur op de bus zal zetten.

Om mijn led-verlichting te doven dien ik de spanning even te onderbreken, hoe configureer ik mijn alles uit?

Elk relaiskanaal van een vmb4ryld of vmb4ryno kan ook omgekeerd reageren (aan te vinken via het configuratie menu). U vinkt deze optie aan en koppelt dan het relaiskanaal als timer functie aan de alles uit (1 sec sluiten bij het drukken op deze drukknop). Aangezien het nu reageert als een normaal gesloten contact zal het dus omgekeerd reageren: continu gesloten en een seconde open na het drukken op de alles uit.

Zijn er speciale voorwaarden die mijn ventielen voor de centrale verwarming dienen te hebben?

In een Velbus® installatie wordt de verwarming gestuurd door middel van relaiskanalen die op hun beurt dan ventielen of elektrische kachels aansturen. In principe kan elk type ventiel dus gebruikt worden. Hou er wel rekening mee dat niet-gemotoriseerde ventielen (meestal normaal gesloten) enige tijd nodig hebben om te openen zodat het tot twee minuten kan duren alvorens er volledige opening is. Gemotoriseerde ventielen gaan direct open (soms hoorbaar in de buizen) en hebben veelal spanning op een tweede contact nodig om terug te sluiten.

43

Kan ik een drukknop aangesloten op een VMB8PB-interface toch een dubbele functie geven?

Dit is enkel mogelijk als er zich ook een vmb4ryld of vmb4ryno in de installatie bevindt. Voor de eerste functie werkt u zoals u gewend bent om een willekeurig relaiskanaal te koppelen (van elk type relais). Om de betreffende drukknop een tweede lichtpunt te laten bedienen, maken we gebruik van een omweg: een relaiskanaal (echt of virtueel) van een vmb4ryld of –no wordt geconfigureerd als "1 sec aantrekken bij lang drukken" op deze drukknop (functie 14). Dit relaiskanaal wordt dan verder in de installatie verwerkt als drukknop. Het tijdsverschil tussen kort en lang drukken is in dit geval niet instelbaar (ongeveer één seconde).

In tegenstelling tot een VMB8PBU heeft een VMB6PBN beperkte dubbele functies. Wat houdt dit in?

Die tweede pagina (bij lang drukken) is wel mogelijk maar omwille van ons protocol zitten we begrensd op maximum acht kanalen per adres. Bij een viervoudige Niko® kan je ze allemaal een tweede knop laten simuleren op de bus.

Bij een zesvoudige kan je slechts twee drukknoppen een tweede unieke laten simuleren op de bus. Je kan ze wel alle zes een tweede laten simuleren bij lang drukken maar het zal dan overal één van de twee vrije kanalen zijn.

1 kort: 1 lang: 7 2 kort: 2 lang: 7 3 kort: 3 lang: 7 4 kort: 4 lang: 8 5 kort: 5 lang: 8 6 kort: 6 lang: 8

De tijdsvertraging voor lang drukken is instelbaar.

44

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

45

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

46

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

Copyright Velleman NV. Alle geregistreerde handelsmerken en handelsnamen zijn eigendom van hun respectievelijke bezitters, en zijn enkel gebruikt als voorbeeld van de compatibiliteit tussen onze producten en de producten van de verschillende fabrikanten.

We streven voortdurend naar verbetering van onze producten. Daarom kan dit product uiterlijk verschillen van de afbeeldingen. De afbeeldingen van het product zijn enkel ter illustratie.