26
ernest mandel

Ernest Mandel

Embed Size (px)

DESCRIPTION

De Belgische econoom Ernest Mandel (1923-1995) was een ondogmatische marxistische denker en een radicale politicus. Internationaal oefende hij een grote invloed uit op de generatie van ’68. Zijn geschriften verschenen in meer dan veertig talen. Naast zijn politiektheoretische werk schreef hij onder meer Uitgelezen moorden, een studie over de misdaadroman. Hij genoot internationale erkenning als auteur en geleerde en werd gevreesd door regeringen en hun geheime diensten in Oost en West.

Citation preview

Page 1: Ernest Mandel

ernest mandel

Page 2: Ernest Mandel
Page 3: Ernest Mandel

Ernest MandelRebel tussen droom en daad

jan willem stutje

Houtekiet/Amsab-isgAntwerpen/Gent

1923-1995

Page 4: Ernest Mandel

© Jan Willem Stutje/Houtekiet 2007Uitgeverij Houtekiet, Vrijheidstraat 33, b-2000 Antwerpen

[email protected]

Amsab-Instituut voor Sociale GeschiedenisBagattenstraat 174, b-9000 Gent

[email protected]

Omslag Jan HendrickxFoto omslag José Melo

Foto auteur © HoutekietZetwerk Intertext, Antwerpen

isbn 978 90 5240 926 9d 2007 4765 5

nur 130

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaargemaakt door middel van druk, fotokopie of op welke andere wijzeook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

No part of this book may be reproduced in any form, by print,photoprint, microfilm or any other means,

without written permission of the publisher.

Deze uitgave kwam tot standmet de steun van de Vlaamse overheid

Page 5: Ernest Mandel

inhoud

Voorwoord 9

1. De jeugdjaren: “Toen is mijn politieke houdingvoor de rest van mijn leven beslist.” 13

Van Krakau naar Antwerpen 14Liefde voor de cultuur 17Hitler en Stalin 23De Vierde Internationale 30

2. Een jongeling in de oorlog 33

Het woord van verzet 37Oost-Europese migranten en internationale banden 42Arrestatie en vlucht 46Illegaal in Frankrijk 53Deportatie naar Duitsland 56Naar de bevrijding 60

3. De macht van de wil 63

Het leven herneemt zijn gang 65De shoah 68Ineenstortingsvisioen 72Een conferentie uiteengejaagd 73Met vrienden 74Zur Russlandfrage 78Joegoslavië 82

Page 6: Ernest Mandel

4. La Gauche en de sociaaldemocratie 87

Herstel van oude machten 88Liefde en verdriet 90In de sociaaldemocratie 94Structuurhervormingen en La Gauche 96In conflict met partij en vakbond 100Het weekblad Links 101Wrijvingen met André Renard 102De algemene staking van ’60-’61 103De dood van André Renard 108Naar een breuk 111

5. Traité d’économie marxiste,een studie over de wereld 119

Meesters en Vrienden – Roman Rosdolsky 121Kritieken 126In debat met Jean-Paul Sartre 129

6. In het huis van de Vierde Internationale 133

Een derde wereldoorlog 135Een breuk in de Vierde Internationale 137Een vertrouwelijk contact 139In Polen en Hongarije (1956) 140Sherry Mangan, dichter en revolutionair 145Steun aan de Algerijnse bevrijdingsbeweging, het fln 146In conflict met Michel Pablo 150Wapens en valsemunterij 153De dood van Sherry Mangan 157Hereniging met de Amerikaanse swp 160

7. Odyssee in de wereld van wetenschap en politiek 165

Anti-eurocentrisme 167Tegen Louis Althusser 169Roman Rosdolsky-de dood van een vriend 172Een samenspel van variabelen 174Lezingen in Berlijn 178

Page 7: Ernest Mandel

De anatomie van het laatkapitalisme 182Lange golven 185Promotie in Brussel 188

8. Liefde en revolutie 193

In het Cuba van Che en Fidel 194De liefde 201De dood van Che Guevara 210Berlijn 1968 – Rudi Dutschke,

“Fachmann der Jugendrevolte” 212Parijs mei ’68 – op de barricade 219

9. Hoop en vertwijfeling 227

Revolutionaire partij en radendemocratie 230New Left Review 234Inreisverbod in Oost en West 237Gewapende strijd, elementaire mensenplicht 240Gisela op nieuwe vleugels 246Dagdromen 251Pijn en bitterheid 252

10. De revolutie voorbij 257

Groeiende spanning en tanend prestige 259Een nieuwe liefde 265Geschiedenis en de misdaad 268Geschiedenis en de Tweede Wereldoorlog 269Theorie als geschiedenis 276Een verwoestende levenswijze 279Kritiek op het eurocommunisme 281De revolutie in Polen 285

11. Socialisme of de dood 293

Spooksectie in Polen 295Spookgeruchten in Parijs 297Een menselijk drama 299Het laatste gevecht 301

Page 8: Ernest Mandel

Ter verdediging van het marxisme 308Zorg voor de Internationale 309Het einde 311

Slotbeschouwing 317

Noten 327Archieven en Literatuur 431Geraadpleegde literatuur 437Register 463

Page 9: Ernest Mandel

voorwoord

Dit boek is een oefening in kritische bewondering: een poging omvrank en vrij het leven en werk van de Vlaming Ernest Mandel te

onderzoeken, een revolutionair marxist met wiens ideeën ik me nauw ver-bonden heb gevoeld. Kritisch en open is het uitgangspunt, een ander zouMandel onwaardig zijn.

Ernest Mandel was een ondogmatische marxistische theoreticus en eenradicale politicus, die internationaal een grote invloed heeft uitgeoefendop de generatie van ’68. Na Georges Simenon is hij de meest vertaaldeBelgische auteur. Zijn geschriften verschenen in meer dan veertig talen inoplagen van honderdduizenden exemplaren. Het internationale tijdschriftPost Autistic Economics Review rekende hem in 2006 tot de dertig groot-ste economen van de twintigste eeuw.1

Mandels verwevenheid met België was groot. Dat blijkt uit zijn redac-teurschap (1954-1958) bij het Luikse La Wallonie en Le Peuple – hetBrusselse dagblad van de Parti Socialiste Belge –, zijn werkzaamheden inhet vakverbond abvv en zijn betrokkenheid bij de grote staking in dewinter van 1960-1961. Mandel stond aan de wieg van twee weekbladen:La Gauche en zijn Vlaamse homoniem Links, die vanaf de tweede helftvan de jaren vijftig de aandacht trokken van een breed syndicaal en intel-lectueel links publiek. Daarnaast was hij ook in liberale, katholieke ensociaaldemocratische kring een veelgevraagd en gewaardeerd gespreks-partner.

Mandel was een begenadigd spreker, die in een half dozijn talen zijntalrijke gehoor nieuwe vergezichten opende, maar hij was ook een geleer-de van faam die in 1978 de prestigieuze Alfred Marshall Lectures aan de

Page 10: Ernest Mandel

10 ernest mandel

Universiteit van Cambridge gaf. Hij schreef een studie over de ontwikke-ling van de misdaadroman (Delightful Murder), maar ook de geleerdeinleidingen bij de Penguin-vertaling van de drie delen van Marx’ Das Ka-pital. Naar aanleiding van zijn overlijden merkte de Frankfurter Allge-meine Zeitung op: “Deze Belgische politieke-wetenschapper had meer danwie ook de anathema’s over zich horen uitspreken van rechts en orthodoxlinks […]. Maar voor de generatie van 1968 betekende de naam Mandeleen inspiratiebron en een voorbeeld.” Met Herbert Marcuse, Ernst Bloch,Jean-Paul Sartre en andere vooruitstrevende intellectuelen omhelsde Man-del de Praagse lente, zoals hij de revolte in West-Europa en Amerika in dearmen sloot, een verzet dat de burgerlijke conformisten van de moderneconsumptiemaatschappij de antiautoritaire, utopische geest van de revo-lutie voorhield.

Mandel behoorde tot het slag socialisten dat in de tweede helft van detwintigste eeuw zeldzaam was geworden. Hij was een theoreticus die zijnwetenschappelijke werk opvatte als deel van zijn revolutionaire activiteit.Een engagement dat hij vanaf zijn vroegste jeugd in het raamwerk van dedoor Leon Trotsky opgerichte en geïnspireerde Vierde Internationale ge-stalte gaf.

De lezer van de biografie ontmoet Mandel en zijn lotgenoten niet alleen inde woorden van de biograaf, maar ook in hun eigen woorden. Waar hetmarxistisch idioom niet overheerst, zorgt die taal voor kleur en een aan-lokkelijke authenticiteit. Door Mandels leven sponnen zich de draden vantalloze ontmoetingen en gebeurtenissen. Economische, filosofische, socio-logische, psychologische en historische denkwerelden, maar ook de litera-tuur en de liefde vermengden zich met zijn politieke optreden in de meerbeperkte zin. De selectie was niet altijd gemakkelijk; het werk moest geenstudie van de Vierde Internationale worden. Voorts moest worden gewo-gen welke historische contexten voor een juist begrip van Mandels levenen werk noodzakelijk waren, zonder zijn ideeën tot die contexten te redu-ceren. Zijn gedachten – tegelijk sociaal en conceptueel – worden op eendrietal thema’s nader gevolgd: (1) de geschiedenis van het internationalekapitalisme, (2) de aard van de zogenaamde socialistische landen en (3)de plaats van de subjectieve factor: de zelfactiviteit, de radendemocratieen de revolutionaire partij. De biografie biedt de mogelijkheid Mandel inandere gedaanten te ontmoeten dan die van geleerde, ideoloog en ‘partij-man in strikte zin’. Mandel was ook verzetsman, pedagoog en leraar. Vol-wassen werd hij in de jaren toen het feminisme het persoonlijke nog niettot politiek had verklaard. Zoals veel socialisten van zijn generatie schermde

Page 11: Ernest Mandel

11voorwoord

hij zijn intieme leven af. Het persoonlijke was privé en irrelevant. Datmensen er soms een gecompliceerd intiem leven op nahouden is deel vande levensgeschiedenis en hoeft niet verborgen te blijven. Ik heb getracht teonderzoeken of de persoonlijke en emotionele ervaringen van dat levenhistorisch relevant zijn. Anders gezegd: of met de kennis van de intiemewereld Mandels optreden in de openbare sfeer beter begrepen kan wor-den.

Na de relatief grote weerklank van Mandels denken in de jaren zeventigen tachtig van de twintigste eeuw in Europa, vooral in Frankrijk, Duits-land, in de Verenigde Staten en Latijns-Amerika, trad in de jaren negentigeen kentering op in de receptie van zijn theorieën. Dat hing samen met deaftakeling van de Europese arbeidersbeweging, met de ineenstorting vande Sovjet-Unie en met het abrupte einde aan de hoop het autoritaire bu-reaucratische regime plaats te zien maken voor een democratisch en hu-manistisch socialisme. Aan de grootschalige verkoop van Mandels geschrif-ten kwam een einde, het werk werd niet meer herdrukt en vertaald. Datlot trof ook andere auteurs zoals Baran en Sweezy in de Verenigde Staten,Herbert Marcuse en Ernst Bloch in Duitsland of Louis Althusser en HenriLefebvre in Frankrijk. Nieuwe, liberale en postmodernistische theorieënbeleefden zegetochten, keerzijde van de plotselinge ingetreden ‘zonsver-duistering’ van het marxisme.

De breuk was voor mij een aansporing om het werk van Mandel op-nieuw te evalueren en te onderzoeken wat het waard is om behouden teworden, en wat als achterhaald moet worden verworpen. Toen de genera-tie van ’68 de studie naar het kapitalisme begon, herontdekte ze in au-teurs als Gramsci, Lukács, Lenin, Trotsky en Rosa Luxemburg de crea-tieve marxistische traditie van de jaren twintig. De marxistische nieuwko-mers werden getroffen door hun moderniteit. Een volgende generatie cri-tici van het kapitalisme zal op de auteurs stuiten die met de wijdere hori-zon van de jaren zeventig en tachtig het materialistische denken verrijk-ten. Het positief-utopische elan dat van Mandel uitging zal herinnerd wor-den en zijn hoofdwerk Der Spätkapitalismus en zijn theorie van de ‘langegolven’ zullen opnieuw worden bestudeerd. Een omvattende biografie diehet landschap van Mandels leven en denken reconstrueert en toegang geefttot het werk, ontbrak tot nu toe. Deze studie beoogt in de lacune te voor-zien.

Page 12: Ernest Mandel

12 ernest mandel

Ik ben dank verschuldigd aan het Vlaams Fonds voor WetenschappelijkOnderzoek (fwo) dat mij onder verantwoordelijkheid van prof. dr. ElsWitte van de Vrije Universiteit Brussel (vub) vier jaar lang in staat steldeonafgebroken aan de biografie te werken. Het plan voor een biografierees eerder in gesprekken met dr. Joost Kircz en met prof. dr. Marcel vander Linden. Hun vertrouwen heb ik zeer op prijs gesteld. Aan Els Wittewas het te danken dat de Vlaamse academische wereld van het belang vanhet onderzoek overtuigd raakte. Met haar samen te werken was een eer.Reaal Verzekeringen stelde me met een startsubsidie in staat een begin temaken. Het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis te Amster-dam bood mij gedurende vier jaar een gastvrij onthaal en een stimule-rende wetenschappelijke ambiance. Ik trof er in Marcel van der Lindeneen erudiete en vertrouwenwekkende gespreksgenoot. Hem ben ik veelverschuldigd evenals Anne Mandel-Sprimont en de Ernest Mandel Foun-dation, die mij toestemming verleenden om de collectie-Mandel te raad-plegen.

Hoewel het boek geen collectief product is – historische oordelen zijndaarvoor te fluïde – hebben velen er met hun aanmoedigingen, ideeën enkritiek toe bijgedragen. Ik dank Hans Blom, Hans Boot, Willem Bos,Wilfried Dubois, Bruno Coppieters, Peter Drucker, Lex Heerma van Voss,Karin Hofmeester, Joost Kircz, Marcel van der Linden, Michel Mandel,Tom van der Meer, Klaas Stutje, Fritjof Tichelman, François Vercammmenen Els Witte voor hun waardevolle commentaren. Zonder Wilfried Duboishadden notenapparaat en bibliografie zeker tekortgeschoten.

Ten slotte ben ik de meeste dank verschuldigd aan hen die hun herin-neringen aan Mandel schriftelijk of mondeling met mij wilden delen. Dediepe emoties zijn me niet ontgaan. Het boek is aan hen opgedragen:

Gilbert Achcar, Elmar Altvater, Daniel Bensaïd, Bruno Coppieters,Helmut Dahmer, Guy Desolre, Jan Debrouwere, Georges Dobbeleer, ErnstFedern, Hilde Federn, Maurice Ferares, Maurice Fischer, Adolfo Gilly,Janette Habel, Willy van der Helst, Joost Kircz, Victor Klapholz, GretchenKlotz-Dutschke, Leszek Kolakowski, Zbigniew Kowalewski, HubertKrivine, Jean Van Lierde, Livio Maitan, Jan Malewski, Anne Mandel-Sprimont, Michel Mandel, Karl Manfred2 , Klaus Meschkat, Wilbert vanMiert, Jakob Moneta, Sigi Moneta, Bodo Morawe, Herman Pieterson,Max Plekker, Catherine Samary, Rudi Segall, Fritjof Tichelman, Charles-André Udry, François Vercammen en Robert Went.

Page 13: Ernest Mandel

hoofdstuk 1

De jeugdjaren:“Toen is mijn politieke houding

voor de rest van mijn leven beslist.”

Ernest Mandel kende aan zijn Joodse achtergrond nauwelijks beteke-nis toe. In zijn ouderlijk huis werd geen Jiddisch gesproken, hij las

geen Hebreeuws, genoot geen Joodse opvoeding en wijdde aan de kwestievan de Joodse identiteit niet meer dan een enkel artikel. Net als LeonTrotsky verbond Mandel de Joodse kwestie aan het lot van de wereldre-volutie.3 Zoals de Jood uit de Oekraïne die een Russisch revolutionairwerd, voelde Mandel zich een internationalist verbonden met de arbei-dersklasse. Toch miskende hij zijn culturele en etnische wortels niet. Hetliefst typeerde hij zich als “een Vlaams internationalist van Joodse her-komst”; een omschrijving die hem bestempelde als voorbeeld van een non-Jewish-Jew, van een ketter die zich op de grenslijnen van de verschillendebeschavingen en nationale culturen bewoog, wiens denken uitging bovendat van de eigen samenleving, maar er wel mee verbonden bleef.4 De etni-sche en culturele banden die Trotsky doorsneed, bleven bij Mandel – hoebetrekkelijk ook – behouden. De internationalist Mandel was “comradeShylock” en “comrade Uilenspiegel” tegelijk.5

Page 14: Ernest Mandel

14 ernest mandel

Van Krakau naar Antwerpen

Mandel groeide op in een geassimileerd Joods milieu, waar met religieuzegebruiken geen rekening meer werd gehouden. Zijn vader, Henri (Hen-och) Mandel, werd op 12 mei 1896 geboren in het dorp Wieliczka, vijf-tien kilometer ten zuidoosten van Krakau, dat toen tot het Oostenrijksedeel van Polen behoorde. Het golvende landschap was beroemd om zijnzevenhonderd jaar oude zoutmijnen. Toen Henri tien jaar oud was, koch-ten zijn ouders in Krakau een huis om de kinderen in staat te stellen goedonderwijs te volgen. Naast Henri waren er een oudere broer Simon endrie jongere zusjes: Mania, Gina en Bertha. Krakau kende een grote Joodsegemeenschap, die opeengepakt samenwoonde in de wijk Kazimierz. Hon-derden jaren lang tot aan het begin van de negentiende eeuw was hetJoden verboden zich buiten het getto te vestigen. Wie in goeden doen was,trok na opheffing van dat verbod naar naburige stadsdelen. De arme enorthodoxe gelovigen bleven in de nauwe straatjes van de sjtetl achter, temidden van de talloze barokke synagogen en het oude kerkhof waarvande eerste grafstenen dateren uit de zestiende eeuw.

Tijdens de Duitse bezetting werden de 70.000 Joden wederom gedwon-gen zich in Kazimierz te vestigen. Het getto was de eerste stap op wegnaar Auschwitz, waar de meesten omkwamen. Ook Henri’s moeder,6

Mania en Simon en hun geliefden trof dat lot.De familie was bemiddeld.7 Henri’s vader bezat een winkel in textiel.

Hoewel zijn vrouw officieel zonder beroep was, verzette zij met hulp vanhaar oudste dochter Mania het meeste werk. Zoals gebruikelijk bij ortho-doxe Joden, deden de mannen niets anders dan studeren. Ook Henri werddoor zijn vader aangezet tot Bijbelstudie. Maar tot meer dan een beheer-sing van het Hebreeuws en een grondige kennis van de Thora en de Tal-moed kwam het niet. De jongen zag niets in een religieuze opleiding. Netals zijn vijf jaar jongere zusje Gina, die zich aangetrokken voelde tot desocialistisch-zionistische organisatie Poale Zion, weigerde hij naar destrenge regels te leven. Hij maakte zich los uit de orthodoxie en vertrok navoltooiing van zijn middelbare school in juli 1913 naar Antwerpen.

In de Scheldestad hoopte hij in een minder religieuze omgeving de stu-die voort te zetten.8 Contact met de familie in Polen werd nauwelijksmeer onderhouden. Pas bij het overlijden van zijn vader in oktober 1932,zag Henri zijn geboortegrond terug. Van het plan in Antwerpen te stude-ren kwam weinig terecht, al kreeg hij de twee landstalen snel onder deknie. Het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog in augustus 1914 verhin-

Page 15: Ernest Mandel

15de jeugdjaren

derde het. De stad bereidde zich in die zomer voor op een belegering.Onheilspellende berichten deden de ronde: de forten van Luik waren ge-vallen, Leuven was verwoest, platgebrand als vergelding voor een aanvalvan zijn burgers op de Duitse troepen, althans dat meldde het vijandigeopperbevel. Onverhoeds verschenen zeppelins boven de stad en storttenhun bommenlast neer. Terwijl de gebouwen brandden, trok het leger zichterug, westwaarts tot aan de kust. In hun kielzog vertrokken de vluchte-lingen. Een eindeloze stoet ging op weg naar het noorden in de hoop inNederland een veilig onderkomen te vinden.

Ook Henri Mandel trok naar Holland. Hij bezat een Oostenrijks pas-poort en kon voor dienst in het Oostenrijkse leger worden opgeroepen.9

Tot elke prijs wilde hij dat voorkomen. Met een oom en tante vestigde hijzich in Scheveningen, dat bekend raakte als Klein Warschau toen velebemiddelde Joden van Oost-Europese, Duitse of Oostenrijkse komaf erhun toevlucht zochten.10 Hij vond er werk in een apotheek en doodde detijd met zelfstudie. Hij had veel aandacht voor scheikunde, maar ook voorpolitiek; die belangstelling was al in Polen gewekt. Zijn ‘Hollandse tijd’sloot hij af als vertegenwoordiger van de diamantfirma P. Guthwirt inAmsterdam, voor welke firma hij geregeld reizen naar Duitsland maakte.11

In Den Haag kwam hij in aanraking met communistische jongeren endoor hen met vluchtelingen uit Duitsland. Ze lieten een blad verschijnen,Der Kampf, waaraan ook Wilhelm Pieck(1876-1960) in 1918 enige maan-den bijdragen leverde.12 Pieck zou in maart 1933, resp. in 1935 ErnstThälmann als kpd-leider opvolgen en na de oorlog de eerste presidentvan de ddr worden. Op de vlucht voor inlijving in het keizerlijk legerwas Pieck naar Nederland uitgeweken waar hij in Amsterdam een tijd-lang als meubelmaker zijn brood verdiende.13 Toen de wind van de revo-lutie met volle kracht over Europa joeg en in Duitsland de beslissende faseaanbrak, haastte Mandel zich met Pieck naar Berlijn om zijn diensten aante bieden.14 Hij hielp mee de Russische Telegrafen-Agentur Rosta, heteerste Sovjet-Russische persbureau en de voorganger van het agentschapTass, op te richten.15 Hij verkeerde er in het linkse intellectuele en journa-listieke milieu, en leerde er revolutionairen als Karl Radek kennen, die alsafgezant van Lenin en Trotsky de Duitse revolutionairen ter zijde stond.Net als Henri Mandel was Radek van Pools-Joodse afkomst en groten-deels opgevoed in een Duits cultureel milieu.

De moord op Rosa Luxemburg en Karl Liebknecht in januari 1919schokte Mandel zo diep dat hij halsoverkop naar Antwerpen terugkeerde.16

Ofschoon hij belangstelling bleef houden voor politiek, kwam voorlopigeen einde aan een periode van directe betrokkenheid.

Page 16: Ernest Mandel

16 ernest mandel

Henry Mandel (1896), ca 1920(collectie M. Mandel)

Page 17: Ernest Mandel

17de jeugdjaren

In 1920 vestigde Henri zich als diamantair in de Lange Kievitstraat, in hethart van de Antwerpse Jodenbuurt.17 Hij ontmoette er rond die tijd eenmeisje dat verre familie van hem was en op wie hij verliefd raakte. Zeheette Rosa Mateles en was eveneens afkomstig uit Krakau en iets ouderdan hij.18 Met haar vader en broer Markus (Motek) was ze in 1911 na hetoverlijden van haar moeder naar Antwerpen gekomen. In Krakau haddende ouders een kunst- en antiekzaak, maar al vanaf 1905 vertoefde haarvader regelmatig in Antwerpen waar hij zich tot een redelijk succesvoldiamantair ontplooide. Hij was net als Markus orthodox en werd doorde Joodse gemeente op handen gedragen. Rabbijnen kwamen regelmatigom advies.19

In de eerste dagen van de oorlog moesten Rosa, haar broer en oudersBelgië verlaten. Als Oostenrijkse burgers naar Duitsland uitgewezen, brach-ten ze de oorlogstijd door in Frankfurt am Main. Daar overleed in 1918Rosa’s moeder tijdens de grote griepepidemie. Terug in Antwerpen20 von-den Rosa en Henri Mandel elkaar. Anders dan haar broer en vader wasRosa in godsdienstige kwesties vrijzinnig, hetgeen goed bij hem paste.Henri was gekant tegen elke vorm van religie en godsdienstige organisa-tie. Rosa en Henri Mandel trouwden op 17 mei 1921 en verkregen daar-mee weliswaar niet de Belgische nationaliteit, maar wel de vereiste ‘toela-ting tot bestendig verblijf ’. Een jaar later raakte Rosa in verwachting. Hetwas een gecompliceerde zwangerschap en op advies van de artsen beslootze het kind in een kliniek te Frankfurt am Main ter wereld te brengen.21

Op 5 april 1923 werd Ernst Ezra Mandel geboren.22 Na een tiental dagenin het hospitaal, keerden de ouders met het kind naar Antwerpen terug.

Liefde voor de cultuur

In het diamantvak bleek Henri een succesvol zakenman. Als diamantairverkocht hij in binnen- en buitenland en kon zich in de Waterloostraat23 ,vlak bij de Cogels-Osylei, een luxueus verblijf veroorloven. De Waterloo-straat in het chique Zurenborg grensde aan de spoorlijn naar Roosendaal.De straten waren er omzoomd door paleisachtige villa’s en burgershuizenmet grote tuinen en imposante gevels in een bizarre mix van allerleineostijlen, classicisme, neogotiek, een overdosis aan eclecticisme en hieren daar art nouveau. Vóór 1914 was het stadsdeel het domein van dedeftige burgerij, van vooraanstaande geldbaronnen, handelaren en indus-triëlen; ze hadden fortuin gemaakt, toen de haven na het afkopen van deScheldetol een spectaculaire bloei doormaakte.

Page 18: Ernest Mandel

18 ernest mandel

In het interbellum streek er een Joodse kolonie neer; de nieuwe huur-ders van de appartementen met kamers en suite waren in merendeel hande-laren en fabrikanten in diamant. In deze buurt brachten Ernest en zijnjongere broer Michel, die in 1926 werd geboren, de jaren van hun jeugddoor.24 Ze ravotten er op straat en maakten kennis met de veelal Frans-sprekende liberale burgerij wier handel en wandel dagelijks aan hen voor-bijtrok. In de speelkamer thuis werd met vriendjes en neefjes naar harten-lust gedold.

Henri Mandel was een dominerende persoonlijkheid, van zijn rijzigegestalte ging een natuurlijk overwicht uit.25 Rosa adoreerde hem. Intelli-gent was hij zeker. In het Pools, Hebreeuws, Jiddisch en Duits drukte hijzich even gemakkelijk uit als in het Frans en in het Nederlands. Voor deopvoeding van de kinderen droegen beiden zorg. Rosa had een brede be-langstelling en sprak van huis uit vloeiend Duits en Pools; het Nederlandsen het Frans verwierf ze pas in Antwerpen, waar ze in de eerste jaren eenprivéschool bezocht met Duits als voertaal. Ze was een mooie vrouw meteen even zacht als waardig voorkomen. Zelden verhief ze haar stem. Eencontrast met Henri, die overliep van energie, altijd bezig was, een kruitvatgelijk.26

Ernest en Michel werd al vroeg de liefde voor de literatuur, de muzieken de schilderkunst bijgebracht. Ze bezochten uitvoeringen en tentoon-stellingen en in huis was één der eerste elektrische grammofoons te vin-den. Naast een grote collectie platen konden ze over een waardevolle bi-bliotheek beschikken. Die Neue Zeit, het weekblad van de Duitse sociaal-democratie en het werk van Marx, Lenin, Gorter en Trotsky in het Neder-lands en in het Duits lagen voor het oprapen, maar ook de Russische,Franse en Duitse klassieken. Op twaalf-, dertienjarige leeftijd las ErnestTijl Uilenspiegel van Charles De Coster, De Leeuw van Vlaanderen vanConscience en Victor Hugo’s Les Misérables. Het morele ideaal belichaamddoor de personages in Hugo’s meesterwerk over de opstand van juni 1832bracht hem, naar hij later memoreerde, tot het socialisme: “Toen is mijnpolitieke houding voorgoed, voor de rest van mijn leven beslist.”27 Titelsvan Charles Dickens en Jack London volgden, Het gezin van Paemel vanCyriel Buysse, Op hoop van zegen van Herman Heyermans, en wat laterEen mens van goede wil van Gerard Walschap.

Ernest was als kind vol temperament, maar ook ernstig en bezorgd.Hij kon goed en luidruchtig lachen, maar een vrolijk kind was hij aller-minst. In zijn uiterlijk had hij het meest weg van zijn moeder: een zelfdegezicht met vergelijkbare regelmatige, zachte trekken en dezelfde glim-lach, maar in energie en vasthoudendheid leek hij op zijn vader. Hij be-

Page 19: Ernest Mandel

19de jeugdjaren

schikte over een grote fantasie, leerde gemakkelijk en blonk op school inalle vakken uit. Zijn broer nam het lichter op; ook hij kon zonder moeitede eindstreep halen maar beschouwde dat als voldoende. Ernest wildewinnen. Zo nu en dan botsten de karakters, wat zijn moeder ertoe brachtErnest aan te manen het verstandigst te zijn en op te houden.28 Daarente-gen kon Henri uit de slof schieten en trok dan partij voor de jongste,vooral als deze bij het spel werd buitengesloten of slechts mocht toezien,zoals bij het “Geheim Speelen”, het favoriete tijdverdrijf van Ernest enMaurice Fischer, een oudere neef en Ernests beste vriend in die dagen. Ineen verzonnen land beleefden de jongens met hulp van bij elkaar geschar-relde attributen allerlei avonturen, alvorens tot de ontdekking van hetdoor één van de twee gekoesterde geheim te komen. Fischer herinnerde

Rosa Mateles (1895), ca 1920(collectie M. Mandel)

Page 20: Ernest Mandel

20 ernest mandel

zich dat met het klimmen van de jaren, de fantasieën steeds complexerwerden – verre reizen, een schipbreuk à la Robinson Crusoe – en ookrealistischer. Toen thema’s als nazipropaganda, antisemitisme en boycotvan Duitse goederen onderwerp van fantasie werden, hielden de seancesop spel te zijn en vonden de jongens elkaar in bewogen debat. Ernesttoonde zich toen al bijzonder vindingrijk en improviseerde dat het eenlust was.29

De kinderen gingen naar ‘het stedelijk onderwijsgesticht voor jongensnº3’ op de Belgiëlei. Dat was voorheen het verblijf van baron Dhanis,kolonisator van Congo, en was gelegen in een van de prachtstraten dieAntwerpen rijk werd toen de stad halverwege de negentiende eeuw uit deknellende omsingeling van de Spaanse vestingen brak. De school stondgoed aangeschreven. Om de veertien dagen ontvingen de leerlingen eenverslag. Naast onderwijs in de moedertaal werd veel aandacht geschon-ken aan het Frans.30 Ernest draaide er de hand niet voor om, getuige hetcommentaar van de onderwijzer: “een puike leerling”, “opperbest”, “zeergoed”.31 Begrijpelijk dat hij in 1936 toegelaten werd tot het atheneum.Bij het studeren placht Ernest door de kamer te huppelen, spelend met eentennisbal; het was zijn manier om zich te concentreren bij het van buitenleren van een tekst.32 In dat jaar debuteerde hij als publicist met een inge-zonden brief in het Nederlandse weekblad Haagsche Post, waarin hijklaagde over de onverschilligheid van de Nederlander jegens de eigen taal.33

Eerste uitingen van inzicht in het bestaan van maatschappelijke ongelijk-heid, nauw verbonden met een ontluikend verzet tegen onrecht en on-rechtvaardigheid. Een onderwijzer vernederde twee klasgenootjes, arbei-derskinderen uit de Rupelstreek vanwege de luizen in hun haar. “Het brachtmijn bloed aan ’t koken”, herinnerde hij zich.34

Het Koninklijk Atheneum was gebouwd in 1818, toen Holland enBelgië nog samen waren, en stond in al zijn classicisme te pronken op hetVictorieplein, in de volksmond de Geusenhofkes, nu het F. Rooseveltplein,op een steenworp afstand van het Centraal Station en de Antwerpse Zoo.35

Net als op de lagere school waren ook hier Joodse jongens geen uitzonde-ring. Zonder al te nadrukkelijk gekleed te gaan kwamen er zelfs uit ortho-doxe milieus. In plaats van een keppeltje droegen ze de voor leerlingenbestemde donkerblauwe studentenpet met klep en rood-witte bies. Hetaantal sterren verried de anciënniteit. Van antisemitisme ervoeren de jon-gens in directe zin weinig. Goedmoedige plagerijen wel! Maar ook ver-bondenheid. Michel, die twee klassen lager zat dan Ernest, maakte in hetbegin van de oorlog mee hoe klasgenoten zich plotseling in het uniformvan het Vlaams Nationaal Verbond hesen. Problemen kwamen er niet uit

Page 21: Ernest Mandel

21de jeugdjaren

voort. Toen de Jodenster verplicht werd, stelde een van de jongens voorhem op straat te vergezellen.36

De overvolle school met zijn elfhonderd leerlingen stond als vrijzinnigVlaamsgezind te boek, maar zoals een elite-instituut betaamt, zonder inextremisme te vervallen. In de bibliotheek met zijn duizenden banden wasnaast de Vlaamsgezinde literatuur buitenlandse bellettrie in ruime matevoorhanden. Maar waar mogelijk, werden de leerlingen ingeleid in hetVlaamse epos, in Consciences De Leeuw van Vlaanderen, naast aandachtvoor het conflict van taal en cultuur, ook oog voor het sociaaleconomischebelang. Dat de Vlaamse beweging een sociale beweging was, kon weini-gen ontgaan zolang de Franssprekende Antwerpse burgerij zich alleen te-gen dienstboden en arbeiders in het Vlaams placht uit te drukken. DeVlaamsgezindheid paste goed bij het soort lokaal patriottisme waar ookHenri soms uiting aan gaf.37 Hij was niet de enige Jood met Vlaamsesympathieën.

Op het atheneum doorliep Ernest de oude humaniora, de Grieks-La-tijnse afdeling, met verve. Hij studeerde serieus en was verguld wanneerhij erin slaagde de eerste van zijn jaar te worden, wat overigens niet altijdlukte. Een plotseling opspelende chronische middenoorontsteking gooide

(links) Ernest en zijn jongere broer Michel in de Waterloostraat, januari1929 (collectie M. Mandel); (rechts) 1936: in het Boekenbergpark,

Maurice Fischer en Ernest met op de voorgrond Michel (l) enJan Spiegel(r) (collectie M. Mandel)

Page 22: Ernest Mandel

22 ernest mandel

roet in het eten. Woedend was hij, ontroostbaar; alleen zijn moeder konhem kalmeren. Kroon op het werk was het eindexamen in de zomer van1941. Hij sloot het af met ruim 90% van de te behalen punten en werddaarvoor als eerste van de klas en de hele school met de medaille van deregering en met de vermelding “met de meeste vrucht” beloond.38 “Supe-rieurement intelligent”, herinnerde leraar geschiedenis Leo Michielsen zichde leerling, die hij tot trotskist zag uitgroeien.39 “Goed in alles”, beaamdeook zijn klasgenoot, de latere hoogleraar Geschiedenis Jan Craeybeckx,“zelfs in het maken van doelpunten in het handbalspel! Hij durfde zich alseen der weinigen te verzetten tegen de willekeur van sommige leraars.”40

Hoewel hij in natuur- en scheikunde uitblonk, was Ernest niet gerichtop de exacte vakken. Anders dan zijn broer, die scheikunde ging studeren,had hij een hekel aan knutselen. Met techniek had hij niets, met muzieken letterkunde alles. Bach en Mozart waren al jong zijn lievelingscompo-nisten. Voor de jonge romanticus was de huisbibliotheek een goudmijn.Hij verslond de romans van Marnix Gijsen, hield van zijn moedertaal, laspoëzie en probeerde te dichten. Een bevriende uitgever schreef hij, toen hijde vijftig ruim gepasseerd was: “Je te transmets un secret: dans ma jeunessej’ai ‘commis’ de la poésie flamande que je garde soigneusement cachéemais que je n’ai jamais osé détruire.”41

Sinds hij in 1919 naar Antwerpen terugkeerde, was Henri Mandel altijdeen zelfstandig zakenman gebleven. In 1930 kwam daar een einde aan.De diamantindustrie en -handel waren een luxesector en door hun klein-schalige ambachtelijke karakter een conjunctuurgevoelige bedrijfstak. Zewerden getroffen door de wereldwijde crisis, die in 1929 inzette. Mandelverloor veel geld. Daar kwam bij dat een vennoot onvoldoende onder-scheid wist te maken tussen het mijn en dijn en in bezit van een voorraadsteentjes met de noorderzon vertrok. Weliswaar raakte het gezin niet aande grond – een deel van het kapitaal bleef behouden –, aan het welgesteldeleven kwam een einde.42 De vakanties aan de kust hielden op, en het gezinmoest omzien naar een bescheidener woonomgeving. Henri Mandel ver-liet het diamantvak en aanvaardde een hem aangeboden baan als “bestuur-der eener samenwerkende vennootschap”, terwijl hij daarnaast voorzich-tig als agent in verzekeringen en hypotheken emplooi zocht.43

De vennootschap betrof de fabriek van bronwater en limonades Le-monime, gevestigd in Borgerhout in de Lanteernhofstraat tegenover hetAntwerpse vliegveld. Met aangrenzend woonhuis. Met een of twee arbei-ders in dienst, werkte Henri zelf mee in de fabriek.44 Hoog waren deverdiensten niet en na enige jaren sukkelen, besloot hij ermee te stoppen

Page 23: Ernest Mandel

23de jeugdjaren

om zich geheel aan verzekeringen en boekhoudwerk te wijden. Er werdeen nieuw appartement gevonden in Deurne, met vijf vertrekken, aan deCruyslei, een nette straat die het Te Boelaerpark en het Boekenbergpark,voormalige privédomeinen, met elkaar verbond. De buurt had enig aan-zien; in de parken werd gewandeld en de kinderen zwommen regelmatigin het Boekenbergpark dat – een uitzondering in die tijd – een zwembadvan olympische afmetingen rijk was.

Hitler en Stalin

De muze en de studie waren in die jaren niet langer de enige deugdenwaar Ernest zich aan overgaf. Na Hitlers machtsovername stroomden depolitieke vluchtelingen Duitslands buurlanden binnen. Ook in Antwer-pen arriveerden ze en huize Mandel speelde in de opvang een opmerke-lijke rol. Henri Mandel voelde goed aan wat het aantreden van Hitlervoor de wereld betekende. Ernest herinnerde zich hoe hij, negen jaar oud,zijn vader in 1932 bij de zogenaamde Papenputsch45 de even profetischeals apocalyptische woorden hoorde spreken: “dit is het begin van heteinde”, “dit loopt slecht af”.46

Met de komst van de vluchtelingen groeide Ernests sociale en politiekebelangstelling. De emigranten waren zo arm dat ze dikwijls maar één maal-tijd per dag aten, een fruitsoep gekookt uit halfbedorven resten die krui-deniers hen voor het sluiten van de winkel lieten meenemen. Hij beluis-terde graag de gesprekken, begon zich al lezende te verdiepen en mengdezich in de kortste keren in het debat dat avond aan avond in het ouderlijkhuis gevoerd werd. Zijn sympathie – niet verwonderlijk vanwege de veelallinks oppositionele herkomst van de vluchtelingen – ging daarbij uit naarTrotsky en diens aanhang die door Stalin en Hitler om het hardst ver-volgd werden.47 Een dramatische tijd was het zeker, maar Ernest, een tie-ner nog, voelde eerder opwinding dan angst. Het had te maken met deintense politieke activiteit die het gezin aan de dag legde.48 Ook antisemi-tische ervaringen droegen bij aan het ontluiken van Ernests bewustzijn.Terugkerend uit school werd hij eens bij het verlaten van de tram met eensnauw tegen het prikkeldraad geduwd. Zijn enige winterjas vertoondeeen flinke scheur. Ernest sloeg van zich af. “Zijn vader had mij vanaf mijnprilste jeugd steeds ingeprent zich kordaat en zelfbewust te verdedigen,nooit terug te wijken voor “boosheid of booswichten”.49

Henri Mandel opereerde niet op eigen houtje. Een omvangrijke orga-nisatie hielp de vluchtelingen aan onderdak en waar het Joodse vluchte-

Page 24: Ernest Mandel

24 ernest mandel

lingen betrof gaven rijke diamantairs met gulle hand. Bewogen avondenspeelden zich af. De Oostenrijker Georg Scheuer herinnert zich: “GenosseHenri Mandel beherbergt(e) uns für einige Tage. Er (war) gastfreundlich,geistreich und sprüht vor Humor und deutsch-jiddischen Wortspielen.”50

Scheuer, bijgenaamd Roter Hansl, vanwege zijn rode haar maar ook van-wege een aantal veroordelingen, behoorde tot de oprichters van de links-oppositionele Revolutionäre Kommunisten Österreichs en was sinds 1938op de vlucht.51 Met een aanstekelijk gevoel voor humor trachtten de vluch-telingen het kwaad te bezweren: “Kameraad Nissenbaum woonde – ohtoeval – in de Nootenboomstraat. Zijn hond was gedresseerd. Viel denaam ‘Schtallin’, begon de poedel te janken, bij ‘Trotski’ kwispelde hijvan blijdschap.”52

Maar steeds angstwekkender sloeg het kwaad toe, zoals in Laren, hetidyllische kunstenaarsdorp, twintig kilometer ten zuidoosten van Amster-dam. In februari 1934 vond er op initiatief van de Nederlandse Onafhan-kelijk Socialistische Partij (osp) een internationale jeugdconferentie plaatsvan de beweging voor een ‘nieuwe’ Vierde Internationale. Trotsky, diezijn Turkse ballingsoord had verlaten en in het Franse Barbizon verbleef,stelde groot belang in de conferentie.53 Dat deed Stalin ook. Via het Comin-ternzendapparaat van Daan Goulooze ontving de Nederlandse Commu-nistische Partij uit Moskou een telegram met de opdracht de op handenzijnde conferentie zu sprengen. “In geen geval mochten de trotskisten hunmisdadige plannen (–) ongestoord ten uitvoer brengen.”54

De organisatie had verzuimd voor voldoende beveiliging te zorgen.55

Onder toeziend oog van de politie verzamelden de dertig tot veertig deel-nemers, van wie velen illegaal waren, zich in hotel De Roode Leeuw teAmsterdam om per bus naar Laren te vertrekken. De beraadslagingenwaren net begonnen toen de politie binnenviel en de buitenlandse gedele-geerden arresteerde, onder wie Herbert Frahm alias Willy Brandt, toennog geen vooraanstaande sociaaldemocraat maar lid van de linkssocia-listische sap, de Fransman Yvan Craipeau, de Amerikaan Albert Glotzer,Fritz Besser alias Brink en Walter Held die, na twee dagen cel, over degrens met België werden gezet.56 De verdrevenen lieten zich niet uit hetveld slaan; een dag later werd de conferentie voortgezet in café Maisond’Artiste in Brussel, pal tegenover het hoofdbureau van politie.57

Over de gebeurtenissen werd in huize Mandel uitvoerig gesproken. Deuitgewezen Fritz Besser, die over identiteitspapieren beschikte op naamvan Simon Schagen58 , werd door Mandel gastvrij onthaald. Na Hitlersmachtsovername was hij naar Nederland gevlucht en opgevangen doorHenk Sneevliet, revolutionair marxist, medeoprichter van de Nederlandse,

Page 25: Ernest Mandel

25de jeugdjaren

Indonesische en Chinese communistische partij.59 Met zijn jeugd- en studie-vriend Heinz Epe60 , die als Walter Held door het leven ging, verzorgdeBesser de verzending van illegaal materiaal (onder andere Unser Wort)via binnenvaartschepen vanuit Rotterdam naar Duitsland.61

De tengere en bescheiden Besser kon het goed met Ernest en Michelvinden. Hij speelde buitengewoon goed piano62 en beide jongens kregenles. Voor Ernest duurde de oefening in toonladders en etudes al snel telang.63 Hij luisterde liever naar Bessers overrompelende betogen. In eenterugblik herinnerde hij zich hem als “mijn beste vriend”64 en “leraar (–):menselijk, humoristisch, een hartstochtelijk socialist,”65 “Nog sterker danmijn vader vormde hij mij tot een marxist, tot militant van de trotskistische(revolutionair marxistische) organisatie. En hij schonk me de liefde voorde klassieke muziek. De twee pijlers van mijn bestaan sindsdien.”66

Henri Mandel bezorgde Besser, arm als een kerkrat, een gestage aan-was van pianoleerlingen en huurde kantoorruimte in de Pelikaanstraat,waar Besser zich onder de dekmantel van de Levensverzekeringsmaatschap-pij Utrecht ongestoord aan zijn politieke arbeid kon wijden.67 Besser bleefhem altijd dankbaar. Ver na de oorlog schreef hij Ernest: “Je kunt je nietvoorstellen hoe levendig hij (Henri Mandel) me nog voor de geest staat enhoe vaak ik in gesprekken aan hem herinner. (–) Hoe vaak hield hij meniet aan het lijntje tot de laatste tram voorbij was, door mij in alle rust enop zijn geheel eigen wijze een of andere Joodse anekdote te vertellen –waarschijnlijk tot verdriet van je moeder die zich wederom geroepen voeldeeen bed in de woonkamer op te maken! (–). Van alle politieke dieren die ikin mijn leven ontmoette, was hij één van de weinige mensen.”68

Hoewel Henri Mandel in 1913 met het geloof brak, vlakte hij de spo-ren van zijn Joodse herkomst allerminst uit. De geschiedenis van het Joodsevolk bracht hij ruimschoots ter sprake.69 Hij liet zich op zijn zionistischeachtergrond voorstaan en vertelde graag over de voormannen uit de Pales-tijnse arbeidersbeweging zoals Ben-Goerion, in 1948 Israëls eerste pre-mier, en de latere president Itzhak Ben Zvi die hij in zijn huis ontvangenhad.70 In de jaren twintig zette hij zich nog in voor de Liga voor het Arbei-dende Palestina, die een materiële en morele ondersteuning beoogde vande Joodse kolonisatie in Eretz-Israël.

Bovendien hielden de Mandels zich op in een Joods milieu, geconditio-neerd door ‘het vak’ – als verzekeringsagent bleef Henri verbonden metde diamant – en door de kring van Duitse politieke vluchtelingen, van wievelen een Joodse achtergrond hadden. In dat gezelschap leerde de jongeErnest de Joodse kwestie, maar meer nog de brede wereld van de revolu-tionaire politiek kennen. Hij ontmoette er rode Max, bijnaam van Max

Page 26: Ernest Mandel

26 ernest mandel

Laufer (ps. Marcel), die uit Magdeburg afkomstig was en in 1936 methulp van emigranten uit Duitse gevangenschap naar Antwerpen wist tevluchten.71 In 1937 trad hij toe tot de leiding van de Duitse linkse oppo-sitionele ikd72 ; Hermann Bortfeldt, eveneens uit Magdeburg afkomstig,die na de oorlog in de ddr een belangrijke positie in het openbaar be-stuur bekleedde, tot de ontdekking van zijn trotskistische verleden hemdwong naar de brd uit te wijken, waar hij een vooraanstaand spd-func-tionaris werd.73 Bortfeldt kwam berooid in Antwerpen aan en werd doorde familie Mandel “längere Zeit hindurch in großzügiger Weise unter-stützt.74 Hij maakte er kennis met de al eerder genoemde Beresch Nissen-baum uit Odessa, die op zijn trek naar het westen in Antwerpen was blij-ven steken. De spirituele Nissenbaum werkte als diamantslijper en als ergeen werk was, hielp hij zijn vrouw met het aanbrengen van knoopsga-ten, Knepplechlachs, zoals het in vaktaal heette. Hij overleefde Auschwitz,zijn vrouw niet.75

Enige tijd hielp de uit Duitsland gevluchte Else Bormann het gezinMandel in de huishouding. Ze was bevriend met Franz Meyer, een talent-vol kunstenaar uit Gelsenkirchen, gelegen in het centrum van het Roer-gebied. Hij was in 1934 naar Nederland ontkomen. Onder de naam FranzHolz, dan wel gesigneerd met de initialen “H”, “FH”, “SZ” of “BN”,verschenen zijn hout – en linoleumsneden in de linkse pers van die dagen,tot in het Nederlandse sociaaldemocratische blad De Notenkraker toe.76

Met Fritz Besser droeg hij vanaf eind 1936 de verantwoordelijkheidvoor Unser Wort, het blad van de Duitse trotskisten die zich in de ikdhadden georganiseerd. De opmaak en de illustraties verzorgde FranzMeyer77 , het drukken gebeurde in Borgerhout, in de Onderwijsstraat, waarde Antwerpenaar Leon de Lee een drukkerij annex boekhandel beheerde.Hij onderhield contact met een tekenaar in Rotterdam, die voor de clichészorgde.78

De politieke verantwoordelijkheid lag bij Joseph Weber79 , alias Johre,zoon van een tegelzetter en net als Meyer opgegroeid in Gelsenkirchen.Na enige jaren filosofie volgde hij een muziekstudie die hij met een dirigen-ten- en componistenexamen afsloot.80 Trotsky beschouwde hem als eenvan de belangrijkste marxistische theoretici van de jonge generatie.81 Hijprees Johres tegendraadse visie op het verzetswerk, waarin de oppositietegen de nationaalsocialistische gelijkschakeling van de kerken centraalstond. Hij beschouwde de Kirchenkampf “als de eerste poging een bed-ding te vormen waarin de brede democratische volksbeweging kon sa-menvloeien”.82 Volgens Johre moest de arbeidersklasse “iedere bewegingdie tot een confrontatie met de fascistische staat (–) leidde, onvoorwaarde-lijk steunen”.83