83
UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2009 – 2010 Exacte oplossingsmethode voor order picker routing Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master in de Toegepaste Economische Wetenschappen: Handelsingenieur David Claus onder leiding van Prof. Birger Raa

Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

  • Upload
    others

  • View
    2

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

UNIVERSITEIT GENT

FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE

ACADEMIEJAAR 2009 – 2010

Exacte oplossingsmethode voor order picker routing

Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van

Master in de Toegepaste Economische Wetenschappen: Handelsingenieur

David Claus

onder leiding van

Prof. Birger Raa

Page 2: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

2

Page 3: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

3

UNIVERSITEIT GENT

FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE

ACADEMIEJAAR 2009 – 2010

Exacte oplossingsmethode voor order picker routing

Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van

Master in de Toegepaste Economische Wetenschappen: Handelsingenieur

David Claus

onder leiding van

Prof. Birger Raa

Page 4: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

4

PERMISSION Ondergetekende verklaart dat de inhoud van deze masterproef mag geraadpleegd en/of gereproduceerd worden, mits bronvermelding. David Claus

Page 5: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

I

Voorwoord Het schrijven van deze scriptie is een leerrijke ervaring geweest die mij zowel heeft

toegestaan een verder begrip te krijgen over de wereld van de logistiek als over het

programmeren van algoritmes. Zonder de hulp van vele mensen had ik deze scriptie nooit tot

een goed einde kunnen brengen. Bij deze wens ik ze dan ook allemaal te bedanken.

Mijn promotor professor Birger Raa voor de begeleiding en het te allen tijde opheffen van

anders onoverwinnelijke barrières.

Professor Wout Dullaert voor de aanwijzingen en verbeteringen die mij in staat hebben

gesteld het werk verder te verbeteren.

Hendrik Slabbinck, assistent aan de UGent, die mij geholpen heeft met verscheidene

statistische problemen.

En natuurlijk mijn familie en vriendin voor hun steun en eindeloos begrip.

Page 6: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

II

Inhoudsopgave

VOORWOORD............................................................................................................ I

INHOUDSOPGAVE.................................................................................................... II

FIGURENLIJST....................................... .................................................................. IV

TABELLENLIJST...................................... ................................................................ VI

INLEIDING ................................................................................................................. 1

1. Situering............................................................................................................................................................. 1

2.Doelstelling van de scriptie................................................................................................................................ 2

3.Opbouw van de scriptie ..................................................................................................................................... 2

HOOFDSTUK 1: ORDER PICKING : EEN INLEIDING ......... .................................... 4 a) Opslag....................................................................................................................................................... 4 b) Zoning....................................................................................................................................................... 6 c) Batching.................................................................................................................................................... 6 d) Accumulatie en sorteren van orders.......................................................................................................... 7 e) Order picker routing ................................................................................................................................. 7

HOOFDSTUK 2 : ORDER PICKER ROUTING: HEURISTIEKEN... ........................ 11

1. Heuristieken voor single-blok magazijnen.................................................................................................... 11 a) S-shape heuristiek................................................................................................................................... 11 b) Return heuristiek..................................................................................................................................... 12 c) Mid-point heuristiek ............................................................................................................................... 13 d) Largest gap heuristiek............................................................................................................................. 13 e) Combined heuristiek............................................................................................................................... 14

2. Heuristieken voor multi-blok magazijnen .................................................................................................... 15 a) S-shape heuristiek................................................................................................................................... 15 b) Largest gap heuristiek............................................................................................................................. 16 c) Aisle-by-aisle heuristiek ......................................................................................................................... 16 d) Combined en combined+ heuristieken.................................................................................................... 17 e) Lin-Kernighan Travelling Salesman heuristiek ...................................................................................... 19

3. Voordelen van het gebruik van een optimale methode ten opzichte van een heuristiek........................... 20

HOOFDSTUK 3: ORDER PICKER ROUTING: OPTIMALE METHODE N............... 24

1.Het algoritme van Ratliff en Rosenthal voor single-blok magazijnen ......................................................... 24

2.Het algoritme van Roodbergen en de Koster voor magazijnen bestaande uit 2 blokken .......................... 31

HOOFDSTUK 4: OPTIMALE METHODES: EEN UITBREIDING .... ........................ 35

1.Voorbereidend werk ........................................................................................................................................ 36 a) Equivalentieklassen ................................................................................................................................ 36

Page 7: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

III

b) Tabellen om de rijen te vullen (Lj+ tabellen)........................................................................................... 38

c) Configuraties om van rij j naar rij j+1 over te gaan................................................................................ 38 d) Tabel om de overgang van rij j naar rij j+1 te maken (van Lj

+ naar L(j+1)-) ............................................ 39

2.Uiteindelijke oplossing..................................................................................................................................... 40

HOOFDSTUK 5: ANALYSE VAN DE UITBREIDING............ .................................. 43

1.tijdsverschillen tussen de gebruikte methodes............................................................................................... 44 a) Branch and bound benchmark versus nieuwe methode (zonder clusteren) ............................................ 44 b) Branch en bound methode versus branch and bound methode met clusteren van de orders...................50 c) Branch en bound methode met clusteren van de orders versus branch and bound methode met clusteren

en reduceren............................................................................................................................................ 52 d) De nieuwe methode zonder clusteren versus de nieuwe methode met clusteren .................................... 54 e) De branch and bound methode met clusteren en reduceren versus de nieuwe methode (zonder clusteren) ................................................................................................................................................................ 55

2.Verschillende methodes opgesplitst naar hun drivers .................................................................................. 56 a) branch en bound methode met clusteren en reduceren ........................................................................... 56 b) de nieuwe methode (zonder clusteren).................................................................................................... 59

3.Vergelijking van beide methoden ................................................................................................................... 63

BESLUIT ............................................ ...................................................................... 66

REFERENTIES ........................................................................................................ VII

APPENDIX A : INHOUD CD-ROM......................... ................................................ - 1 -

Page 8: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

IV

Figurenlijst Figuur 1.1: Illustratie van 2 gebruikelijke manieren van opslag gebaseerd op ABC-

classificatie (de Koster et al. 2007) .................................................................................... 5 Figuur 1.2: Distributie van de tijd van een order picker (Tompkins et al., 2003)......................8 Figuur 1.3: multi-blok magazijn met parallelle rijen ................................................................. 8 Figuur 1.4: Termen in verband met order picking ..................................................................... 9 Figuur 2.1: Een voorbeeld van de S-shape heuristiek (Roodbergen, 2001)............................. 12 Figuur 2.2: Een voorbeeld van de return heuristiek (Roodbergen, 2001)................................ 12 Figuur 2.3: Een voorbeeld van de mid-point heuristiek (Roodbergen, 2001).......................... 13 Figuur 2.4: Een voorbeeld van de largest gap heuristiek (Roodbergen, 2001)........................ 14 Figuur 2.5: Een voorbeeld van de combined heuristiek (Roodbergen, 2001).......................... 14 Figuur 2.6: Een voorbeeld van de S-shape heuristiek voor multi-blok magazijnen

(Roodbergen, 2001).......................................................................................................... 15 Figuur 2.7: Een voorbeeld van de largest gap heuristiek voor multi-blok magazijnen

(Roodbergen, 2001).......................................................................................................... 16 Figuur 2.8: Een voorbeeld van de aisle-by-aisle heuristiek voor multi-blok magazijnen

(Roodbergen, 2001).......................................................................................................... 17 Figuur 2.9: Een voorbeeld van de combined heuristiek voor multi-blok magazijnen

(Roodbergen, 2001).......................................................................................................... 18 Figuur 2.10: Een voorbeeld van de combined+ heuristiek voor multi-blok magazijnen

(Roodbergen, 2001).......................................................................................................... 19 Figuur 2.11: Vergelijking van verschillende heuristieken ten opzichte van de optimale

methode met toenemend aantal rijen (Petersen, 1997).................................................... 20 Figuur 2.12: Vergelijking van verschillende heuristieken ten opzichte van de optimale

methode met toenemend aantal aantal te picken items (Petersen, 1997) ......................... 21 Figuur 2.13: Gemiddelde gevonden afstanden van verschillende heuristieken voor

verschillende parameter waarden (Theys et al., 2010)..................................................... 23 Figuur 3.1: Voorbeeld van een single-blok magazijn (Ratliff en Rosenthal, 1983) ................ 25 Figuur 3.2: Omzetting van figuur 3.1 tot een graaf pesentatie (Ratliff en Rosenthal, 1983)... 26 Figuur 3.3: De zes mogelijke configuraties voor een rij (Ratliff en Rosenthal, 1983) ............ 28 Figuur 3.4: De vijf mogelijke configuraties om van rij j naar rij (j+1) over te gaan (Ratliff en

Rosenthal, 1983)............................................................................................................... 29 Figuur 3.5: Omzetting van een magazijn met twee blokken naar een graaf (Roodbergen en de

Koster, 2001).................................................................................................................... 31 Figuur 3.6: Mogelijke configuraties om van rij j naar rij j+1 te gaan in een magazijn met twee

blokken (Roodbergen en de Koster, 2001)....................................................................... 34 Figuur 5.1: Boxplot branch and bound benchmark methode................................................... 45 Figuur 5.2: Boxplot nieuwe methode....................................................................................... 46 Figuur 5.3: Histogram branch and bound methode.................................................................. 47 Figuur 5.4: Histogram nieuwe methode................................................................................... 47 Figuur 5.5: Boxplots nieuwe methode per blok ....................................................................... 48 Figuur 5.6: Boxplots van de branch and bound methode per blok .......................................... 48 Figuur 5.7: Boxplots branch and bound methode na clusteren van de orders ......................... 50 Figuur 5.8: Histogram branch and bound methode na clusteren van de orders ....................... 51 Figuur 5.9: Boxplot "clusteren en reduceren" methode ........................................................... 52 Figuur 5.10: Histogram "clusteren en reduceren" methode ..................................................... 53 Figuur 5.11: Exponentieel verloop van de tijd in functie van het aantal items (Applegate et al.)

.......................................................................................................................................... 56 Figuur 5.12: Verloop van de tijd voor een klein aantal orders (Applegate et al.).................... 57

Page 9: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

V

Figuur 5.13: Verloop van de tijd voor verschillende drivers ("clusteren en reduceren" methode)........................................................................................................................... 57

Figuur 5.14: Verloop van de tijd voor verschillende drivers ("nieuwe methode") .................. 59 Figuur 5.15: Lineaire benadering van een exponentiële .......................................................... 60 Figuur 5.16: Beide methodes opgesplitst naar het aantal blokken........................................... 63

Page 10: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

VI

Tabellenlijst Tabel 2.1: Gemiddelde loop- en totale tijden voor order pickers (de Koster en Van der Poort,

1998)................................................................................................................................. 21 Tabel 2.2: Procentuele verschillen tussen de optimale methode en de combined+ heuristiek

(Roodbergen, 2001).......................................................................................................... 22 Tabel 3.1: Overgang van Lj

- naar Lj+ (Ratliff en Rosenthal, 1983) ......................................... 28

Tabel 3.2:Overgang van Lj+ naar L(j+1)

- (Ratliff en Rosenthal, 1983) ...................................... 30 Tabel 3.3: Overgang van Lj

- naar Lj+y (Roodbergen en de Koster, 2001) ................................ 33

Tabel 3.4: Overgang van Lj+y naar Lj+x (Roodbergen en de Koster, 2001) ........................... 33

Tabel 3.5: Overgang van Lj+x naar Lj

- (Roodbergen en de Koster, 2001) ................................ 34

Page 11: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

1

Inleiding

1. Situering

Alhoewel automatisering steeds meer de kop opsteekt is order picking een voornamelijk

manueel proces. Gezien de nood aan continue verbetering en het streven naar een steeds

efficiëntere economie is het minimaliseren van overbodige handelingen een topic met

groeiende aandacht. Wanneer de order pickers door het magazijn wandelen, op zoek naar de

items op hun picklist, zijn zij dus in se bezig met een nutteloze activiteit (zonder toegevoegde

waarde). Elke vermindering van de wandelafstand is dan ook een directe tijdswinst die het

bedrijf zal helpen in haar zoektocht naar efficiëntie.

Vandaag de dag wordt aan de hand van heuristieken gezocht naar een efficiënte routing. Dit

omwille van verschillende redenen. Zo kan het volgens de Koster, Le-Duc en Roodbergen

(2007) zijn dat optimale methoden voor die particuliere layout van het magazijn nog niet

bestaan. Ook zijn de meeste heuristieken veel intuïtiever dan optimale methoden. Van

optimale trajecten kan bijvoorbeeld afgeweken worden omdat de order picker de logica

hiervan niet inziet. Tevens zijn heuristieken soms, meer dan optimale methoden, in staat om

opstopping in drukbezochte delen van het magazijn te vermijden. Optimale methoden hebben

daarentegen het voordeel korter te zijn en kunnen de wandelafstand dus verkorten.

Onderzoek naar optimale methoden is reeds gebeurd door Ratliff en Rosenthal (1983), en

Roodbergen en de Koster (2001b) doch hun optimale methoden beperken zich tot een

specifieke (maar veelvoorkomende) layout. Hun methode kan dan ook toegepast worden op

respectievelijk magazijnen bestaande uit één blok (voor de betekenis van deze en andere

magazijnspecifieke termen in verband met order picking wordt verwezen naar figuur 1.4, p 9)

en magazijnen bestaande uit twee blokken.

Page 12: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

2

2.Doelstelling van de scriptie

Het doel van deze scriptie is dan ook om eerst een korte beschrijving te geven van de

bestaande literatuur en oplossingen terzake en vervolgens deze uit te breiden door een

algoritme voor te stellen dat is staat is een optimale oplossing te genereren voor magazijnen

bestaande uit meerdere blokken. Aangezien het aantal magazijnen dat uit vele blokken

bestaan in de praktijk beperkt zijn zal er, bij de analyse van de methode, dan ook enkel

aandacht worden geschonken aan magazijnen met een beperkt (realistisch) aantal blokken.

3.Opbouw van de scriptie

In het eerste hoofdstuk wordt getracht een omschrijving van het begrip order picking te geven

evenals een ontleding in zijn verschillende componenten. Op deze manier wordt eerst een

ruimer kader geschetst waarna specifiek op order picking routing kan worden ingegaan. Zo

worden de begrippen opslag, zoning, batching en accumulatie en sorteren van orders eerst

kort besproken.

Teneinde alle onduidelijkheid in de volgende hoofdstukken te minimaliseren wordt op het

einde van dit eerste hoofdstuk geopteerd voor een korte uiteenzetting van de nomenclatuur die

in deze scriptie wordt gebruikt.

Alvorens dieper in te gaan op de uiteindelijke kern van deze scriptie wordt in het tweede

hoofdstuk een kort overzicht gegeven van verscheidene bestaande heuristieken en hun

voordelen. Een onderverdeling wordt gemaakt naargelang het heuristieken voor single-blok

magazijnen betreft of multi-blok magazijnen. Zo worden ondermeer de S-shape, midpoint en

largest gap heuristiek besproken evenals de meer gesofistikeerde combined en combined +

heuristieken.

In het volgende hoofdstuk wordt bestaande literatuur in verband met optimale methodes voor

order picker routing uitgebreid besproken. Hoewel de bestaande literatuur beperkt is en

slechts uit een tweetal papers bestaat is deze informatie cruciaal voor het verdere verloop van

de scriptie. Ook in de hierop volgende hoofdstukken zal geregeld naar deze informatie

verwezen worden.

Page 13: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

3

Teneinde een optimale methode voor order picker routing in multi-blok magazijnen te

ontwikkelen werd de methode, besproken in het vorig hoofdstuk, uitgebreid. De verschillen

met voorgaand onderzoek worden aangekaart en bondig besproken. Tevens wordt een

onderscheidt gemaakt tussen voorbereidend werk, zijnde noodzakelijke tussenstappen, en de

uiteindelijke oplossing, het algoritme dat een kortste weg kan vinden in een multi-blok

magazijn.

In het vijfde en laatste hoofdstuk wordt tenslotte deze nieuw ontwikkelde methode

gebenchmarked met een reeds bestaande doch relatief onvoorspelbare (de rekentijden hebben

een hoge variantie, (zie infra, hfst 5)) methode op basis van branch and bound. Op deze

manier worden vlakken waar de nieuwe methode beter, even goed of slechter presteert in

perspectief gezet. Er wordt een vergelijkende analyse gemaakt waarbij gemiddelde

rekentijden en hun varianties worden vergeleken voor de verschillende methodes en voor

varianties op deze methodes. Tevens zullen deze methodes meer in detail bestudeerd worden

en zullen de rekentijden naar hun bestandsdelen worden opgesplitst om tot betere inzichten te

komen waar en wanneer welke methode het best gebruikt wordt.

Page 14: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

4

Hoofdstuk 1: order picking : een inleiding

Het begrip order picking kan als volgt omschreven worden: het proces van producten uit de

opslag halen ten gevolge van een specifieke vraag door een klant. (de Koster et al.,2007). Ook

vandaag de dag, waar geautomatiseerde systemen steeds meer de kop opsteken, blijft

handmatig order picken de standaard. Tevens kan deze operatie tot 55% van de totale kosten

in warehousing uitmaken (Tompkins et al.,1996, Roodbergen en de Koster, 2001b, de Koster

et al., 2007) die op zijn beurt tot 20% van de logistieke kosten van een bedrijf omvatten.

Order picking wordt beïnvloed door zowel externe als interne factoren. Volgens Goetschalckx

en Ashayeri (1989) bestaan deze externe factoren uit de keuze van marketingkanalen, het

patroon van de vraag en de bevoorrading, het voorraadniveau, de totale vraag naar het product

en de bloei van de economie. Interne factoren bestaan dan weer uit karakteristieken van het

systeem (zoals de graad van mechanisering, de beschikbaarheid van informatie en de layout

van het magazijn), de organisatie en het operationeel beleid inzake order picking systemen.

In de rest van dit hoofdstuk zullen de vijf voornaamste elementen van deze laatste interne

factor kort toegelicht worden (cfr. De Koster et al. (2007)).

a) Opslag

Vaak wordt beslist om niet de volledige stock in de order pick ruimte op te slaan. In plaats

daarvan wordt een groot deel van de voorraad in een reserveplaats ondergebracht. Dit om de

order pick ruimte te verkleinen en efficiëntere pick tijden te bekomen. Het herbevoorraden

van de pick ruimte kan op andere tijdstippen gebeuren. Het blijft echter een delicate zaak om

de goede balans te vinden tussen het herbevoorraden van de pick ruimte en de reductie in

order pick tijd. Het is daarenboven niet onmogelijk dat bepaalde stock keeping units enkel in

de reserveopslag voorkomen (bijvoorbeeld indien zij zelden gevraagd worden of enkel in

grote hoeveelheden). Oplossingen voor dit probleem worden gegeven door Frazelle et

all.(1994), Hackman en Platzman (1990), Van den Berg en Sharp (1998) en Bartholdi en

Hackman (2005).

Een andere beslissing over de opslag van goederen is waar ze exact op te slaan. Wanneer een

nieuw pallet goederen wordt binnengebracht, moet het dan naar een specifieke locatie

gebracht worden of krijgt het gewoon een random plaats toegewezen? Het spreekt vanzelf dat

er tussen deze twee extremen een heel spectrum aan mogelijkheden ligt. Zo kan men beslissen

Page 15: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

5

een pallet goederen onder te brengen bij de dichtst bijzijnde open plaats, een andere methode

van opslag te gebruiken voor de order pick ruimte en de reserve plaats, enzovoorts.

Een van deze methodes verdient echter bijzondere aandacht namelijk ABC-classificatie. In dit

geval worden de goederen in 3 (of meerdere al naar gelang) klassen onderverdeeld in functie

van hun aandeel in de verkoop of hun pickfrequentie. Het is alom bekend dat ongeveer 15%

van de opgeslagen producten voor ongeveer 85% van de omzet verantwoordelijk kunnen zijn.

Men zal dan deze klasse aan producten A-items noemen, de volgende klasse (bestaande uit

deze producten die net iets minder frequent worden gepikt of afhankelijk van de maatstaf een

lagere beoordeling krijgen) B-items enzovoort. A-items worden zo dicht mogelijk bij het

depot gezet om de pick tijd te verminderen. Deze manier van klassen aanmaken kan tot in het

oneindige worden doorgedreven tot voor elk product een klasse is aangemaakt. Deze klassen

zijn echter niet statisch en het herberekenen hiervan kan veel tijd in beslag nemen. In de

praktijk beperkt men zich voorts tot een drietal klassen. Figuur 1 geeft meer uitleg omtrent de

praktische implementatie.

Figuur 1.1: Illustratie van 2 gebruikelijke manieren van opslag gebaseerd op ABC-classificatie (de Koster et al. 2007)

Een laatste aandachtspunt is het feit dat er een relatie kan bestaan tussen verschillende

producten. Zo worden bepaalde items vaker samen gekocht en bevinden zij zich dus in

hetzelfde order. (Een koffiezetapparaat kan bijvoorbeeld vaak samen met koffiefilters gekocht

worden). Er bestaat dus een duidelijk voordeel indien men deze producten vooraf clustert en

op nabije locaties opslaat. Op deze manier kan de wandelafstand van de order picker

substantieel worden verkort. Verdere informatie over het onderwerp wordt verstrekt door

Frazelle en Sharp (1989) en Brynzér en Johansson (1996).

Page 16: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

6

b) Zoning

In plaats van een order in zijn geheel door één order picker te laten ophalen kan men de order

pick ruimte in zones verdelen. Elke order picker blijft dan in zijn zone en pickt dat deel van

het order dat daar ligt. De voordelen van deze methode zijn een kortere wandelafstand voor de

order picker en het feit dat deze persoon zich gemakkelijker met zijn zone zal familiariseren.

Het nadeel is natuurlijk dat deze deelorders op het einde van de rit weer samengebracht

moeten worden om naar de klant te kunnen worden verstuurd. Om dit op te lossen bestaan er

verscheidene alternatieven. In een “pick and pass” systeem zal een order picker telkens in zijn

zone een order verder aanvullen alvorens het mandje met de orders en het lijstje met te picken

orders door te geven aan de order picker van de volgende zone. Om de grootte van de zones te

bepalen (wanneer items enkel uit één rek moeten gepickt worden) kan men bijvoorbeeld

gebruik maken van “bucket brigades”. Deze manier balanceert de werklast door de order

picker op te dragen het order aan de volgende order picker door te geven wanneer zij elkaar

tegen komen. Bij “parallel picking” zal elke order picker tegelijk aan hetzelfde order picken

waarna alle bestanddelen worden samengebracht. Literatuur is beschikbaar om uit te vissen

welk aantal zones optimaal zou zijn (Le-Duc en De Koster, 2005a ) en welke producten net in

welke zones moeten ondergebracht worden (Jewkes, Lee, Vickson, 2004 ).

c) Batching

Wanneer elk order uit een groot aantal items bestaat dan zal de order picker gedurende zijn

ronde slechts één order verzamelen (single picking tour). Het kan echter voorkomen dat

orders uit een beperkt aantal items bestaan. In dit geval kan men tijd besparen door orders te

groeperen en tijdens één en dezelfde ronde op te halen. Het groeperen van zulke orders noemt

men “order batching”. Welke orders samen gepickt zullen worden hangt af van twee criteria.

Een eerste criteria is natuurlijk het tijdsinterval waarop deze orders toekomen (time window

batching). Men zal namelijk de orders die tijdens dezelfde tijdspanne toekomen in één batch

onderbrengen. Deze orders zullen onderverdeeld worden in groepen van orders (of delen van

orders) die samen gepickt moeten worden. Afhankelijk van het feit of orders over

verschillende order picking toeren mogen uitgesplitst worden of niet kan men orders tijdens

het afhalen sorteren of moet dit nadien gebeuren. Men spreekt respectievelijk van “sort-while-

pick” en “pick-and-sort”. Verdere oplossingen en literatuur over dit onderwerp worden onder

andere gegeven door Tang en Chew (1997), Chew en Tang (1999) en Le-Duc en De Koster

Page 17: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

7

(2003, 2007). Het tweede criteria bestaat eruit om deze orders samen te picken die voor een

groot deel uit dezelfde items bestaan of uit items die dicht bij elkaar liggen (proximity

batching). Op deze manier kan de wandelafstand verkort worden. Heuristieken om dit op te

lossen worden gegeven door Gademann, Van den Berg en Van der Hoff (2001), Gademann en

Van de Velde (2005), Chen en Wu (2005), Chen, M. C., Huang, Chen, K. I., en Wu. (2005)

en Hsu, Chen, K. I., Chen, M. C., (2005).

d) Accumulatie en sorteren van orders

Indien men zoals vooraf besproken in punt b en c beslist eenzelfde order door verschillende

order pickers te laten ophalen is er een manier nodig om deze delen van eenzelfde order weer

bij elkaar te voegen. Een veelgebruikte methode is om al deze delen van orders op een

circulaire lopende band te plaatsen. Aan deze band zijn een aantal terminals verbonden die

één of meerdere orders kunnen bevatten. Een nieuw order kan zo slechts een terminal binnen

komen indien alle delen van het voorgaande order deze terminal al zijn binnengekomen. (Het

spreekt vanzelf dat een order één en slechts één terminal krijgt toegewezen). Indien dit nog

niet het geval is zal het deelorder blijven ronddraaien op de circulair lopende band. Le-Duc en

De Koster (2005a) bieden een oplossing om de gezamenlijke order-pick tijd en sorteringstijd

te minimaliseren. Verdere literatuur wordt gegeven door Bozer en Sharp (1985), Bozer,

Quiroz en Sharp (1988) en Johnson (1998), Johnson en Lofgren (1994), Meller (1997) en

Russel en Meller (2003).

e) Order picker routing

Dit deel zal in de volgende hoofdstukken uitgebreid aan bod komen aangezien dit het

onderwerp van dit proefstuk is. Het betreft het optimaliseren van de wandelafstand van de

order picker bij het afhalen van een order bestaande uit verschillende items. Hiertoe moeten

de op te halen items geordend worden zodat de totaal te doorlopen afstand geminimaliseerd

wordt.

Onderstaande grafiek geeft de distributie aan van de tijd van een order picker. Zoals

aangetoond bestaat deze tijd voor 50% uit wandeltijd (zie figuur 1.2). Dit levert op zichzelf

geen toegevoegde waarde en wordt dus best zoveel mogelijk beperkt.

Page 18: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

8

Figuur 1.2: Distributie van de tijd van een order picker (Tompkins et al., 2003)

In het vervolg van dit werkstuk zal men uitgaan van een zogenaamde “multi-blok, parallel-

aisle warehouse” layout. Deze layout betsaat uit één of meerdere blokken, van elkaar

gescheiden door “cross-aisles” of tussengangen. Deze blokken bestaan op hun beurt uit een

reeks parallelle rijen waarlangs de goederen staan opgeslaan. Een voorbeeld wordt gegeven

door onderstaande figuur.

Figuur 1.3: multi-blok magazijn met parallelle rijen

Verschillende variaties kunnen optreden. Zo kunnen de schappen waarvan de order picker

items moet nemen dicht genoeg bij elkaar staan om de order picker toe te laten om items te

picken zowel links als rechts van hem zonder wezenlijke afstand te moeten afleggen (in het

vervolg van dit werkstuk gaan we er van uit dat dit inderdaad het geval is). Een oplossing

Page 19: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

9

voor brede rijen wordt gegeven door Goetschalckx en Ratliff (1988b). Een order picker kan

ook met een voertuig door het magazijn rijden. In dit geval moeten de ideale stoptijden van de

wagen bepaald worden. Een optimale oplossing voor dit probleem wordt eveneens gegeven

door Goetsschalckx en Ratliff (1988a). Ook kan het gebeuren dat men items kan deponeren

op een lopende band aan de uiteinden van de rijen en dat het dus niet noodzakelijk is om

helemaal terug te keren naar het depot (de Koster en Van de Poort, 1998).

Aan de hand van onderstaande figuur zal getracht worden alle relevante termen in verband

met order picker routing te verduidelijken om dubbelzinnigheid te vermijden in de volgende

hoofdstukken.

Figuur 1.4: Termen in verband met order picking

Page 20: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

10

Een blok is dus een verzameling van parallelle rijen en wordt van een ander blok gescheiden

door een tussengang (bovenstaand magazijn bestaat uit 3 blokken). Andere gangen zijn de

onderste gang en de bovenste gang die respectievelijk het dichtst en het verst van het depot

zijn gelegen.

Een rij is dus een plaats waar men tussen de schappen heen kan lopen. Bovenstaande figuur

bestaat uit 5 rijen. Elke rij bestaat uit een aantal subrijen. Er zijn evenveel subrijen in een rij

als er blokken in het magazijn zijn. Elke subrij wordt dan weer gekarakteriseerd door het

aantal pickplaatsen (9 per tussenrij in figuur 1.4). Op elke pickplaats kan er dan weer een te

picken item liggen (in het zwart aangeduid). Alle te picken items samen (alle in het zwart

aangeduide vakjes) vormen een order en moeten dus in één tour opgehaald worden.

Doel van deze thesis is het vinden van een methode die de kortste weg doorheen

een magazijn met een willekeurig aantal blokken vindt en alle te picken items

afgaat.

Page 21: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

11

Hoofdstuk 2 : order picker routing: heuristieken

Vaak wordt beslist om gebruik te maken van een heuristiek bij het plannen van de route van

de order picker. Volgens de Koster et al. (2007) kan dit omwille van verschillende redenen. Er

kan bijvoorbeeld geen optimale methode gekend zijn voor die particuliere layout van het

magazijn. Tevens kunnen optimale routes soms onlogisch lijken voor de order pickers met als

direct gevolg dat ze van het voorgeschreven traject afwijken. Ten slotte kunnen sommige

heuristieken (zoals de S-shape heuristic) vermijden dat sommige gangen te druk bezocht

worden en dus verstopping in smalle gangen verminderen. Volgens Roodbergen (2001) moet

hier aan toegevoegd worden dat heuristieken gemakkelijker aanpasbaar zijn bij veranderende

layout dan methodes die optimale oplossingen genereren.

In wat volgt zullen in navolging van Roodbergen (2001) eerst kort een aantal heuristieken

voor single-blok magazijnen (magazijnen zonder cross-aisle of tussengang) worden

besproken en vervolgens een aantal voor multi-blok magazijnen.

1. Heuristieken voor single-blok magazijnen

a) S-shape heuristiek

Dit is een van de simpelste maar ook meest gebruikte heuristieken in order picker routing. De

bedoeling is dat de order picker elke rij inloopt waar ten minste één order moet gepickt

worden en deze vervolgens helemaal tot het einde doorloopt. Na alle rijen op deze manier te

zijn afgelopen keert hij terug naar het depot. Onderstaande figuur bevat een voorbeeld van de

S-shape heuristiek. De blauw gekleurde vakjes zijn items die de order picker moet afhalen en

de stippellijn is de afgelegde weg volgens deze heuristiek. (Roodbergen, 2001)

Page 22: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

12

Figuur 2.1: Een voorbeeld van de S-shape heuristiek (Roodbergen, 2001)

b) Return heuristiek

Bij deze eveneens simpele heuristiek is het de bedoeling elke rij in te lopen waar een item

moet gepickt worden en er dan steeds langs dezelfde kant terug uit te lopen. Deze methode zal

verkozen worden boven de S-shape heuristiek indien men in de onmogelijkheid verkeert de

bovenste gang te gebruiken of indien men met brede rijen te maken heeft en het dus

voordeliger is telkens slechts van één kant van de rij items af te halen (Goetschalckx en

Ratliff, 1988a). Onderstaande figuur toont een voorbeeld van de return heuristiek.

(Roodbergen, 2001)

Figuur 2.2: Een voorbeeld van de return heuristiek (Roodbergen, 2001)

Page 23: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

13

c) Mid-point heuristiek

Bij deze heuristiek verdeelt men het magazijn virtueel in twee delen. Items die zich in het

onderste deel van het magazijn bevinden worden bezocht vanuit de onderste gang, de andere

items vanuit de bovenste gang. Nooit wordt de virtuele scheidingslijn in het midden van het

magazijn overgestoken behalve in de laatste en de eerste rij. Onderstaande figuur beeldt dit

uit. (Roodbergen, 2001)

Figuur 2.3: Een voorbeeld van de mid-point heuristiek (Roodbergen, 2001)

d) Largest gap heuristiek

Deze methode is ongeveer dezelfde als de mid-point heuristiek. Alleen is er hier geen sprake

van een virtuele scheidingslijn en wordt voor elke rij de “largest gap” bepaald. Dit is de

grootst mogelijke afstand tussen twee individuele items van een rij. Men zal vervolgens deze

rij inslaan (langs beide kanten) tot op het punt van deze largest gap. Deze heuristiek vergt dus

weliswaar meer rekentijd dan de mid-point heuristiek maar zal in alle gevallen korter (of op

zijn minst even lang) zijn. Onderstaande figuur toont de route van de largest gap heuristiek.

(Roodbergen, 2001)

Page 24: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

14

Figuur 2.4: Een voorbeeld van de largest gap heuristiek (Roodbergen, 2001)

e) Combined heuristiek

Deze heuristiek maakt gebruik van dynamisch programmeren (het opsplitsen van één

complex probleem in meerdere gemakkelijker op te lossen subproblemen) om te kiezen of hij

een rij volledig door zal lopen of slechts tot aan het verste item in die rij zal gaan en dan terug

zal keren. Deze keuze zal gemaakt worden op basis van de items in de rij maar ook door de

startpositie die vervolgens verkregen wordt voor de volgende rij. Onderstaande figuur geeft

een voorbeeld van deze heuristiek. (Roodbergen, 2001)

Figuur 2.5: Een voorbeeld van de combined heuristiek (Roodbergen, 2001)

Page 25: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

15

2. Heuristieken voor multi-blok magazijnen

a) S-shape heuristiek

Indien men de S-shape heuristiek voor meerdere blokken toepast moet de order picker eerst

naar het verste blok (gemeten van het depot) dat een te picken item bevat, stappen. Daar zal

hij de S-shape heuristiek uitvoeren zoals voor een single-blok magazijn. Met dat verschil dat

hij bij de laatste subrij van dit blok dat een item bevat terug zal moeten keren naar de

tussengang het dichtst bij het depot gelegen. De order picker zal dan naar de meest linkse of

meest rechtse (welkeen van de twee het dichtst bij ligt) subrij van het volgende blok dat een

nog niet gepickt item bevat stappen en de procedure herbeginnen tot alle items gepickt zijn.

Daarna zal hij naar het depot terugkeren. Een meer gedetailleerde beschrijving van deze

manier wordt gegeven door Roodbergen (2001). Hieronder staat een figuur dat het

bovenstaande verduidelijkt.

Figuur 2.6: Een voorbeeld van de S-shape heuristiek voor multi-blok magazijnen (Roodbergen, 2001)

Page 26: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

16

b) Largest gap heuristiek

Bij deze heuristiek wordt eerst naar het blok dat het verst van het depot verwijderd is (en dat

te picken items bevat) gestapt. Vervolgens wordt op dat blok de largest gap heuristiek

toegepast identiek als werd uitgelegd bij single-blok magazijnen. Voor het volgende blok zal

men dan beginnen vanaf die subrij die het meest links of rechts gelegen (welkeen van de twee

het dichtst bij ligt) is en nog een te picken item bevat. Een meer gedetailleerde beschrijving

wordt gegeven door Roodbergen (2001). Hieronder wordt een voorbeeld gegeven van deze

heuristiek.

Figuur 2.7: Een voorbeeld van de largest gap heuristiek voor multi-blok magazijnen (Roodbergen, 2001)

c) Aisle-by-aisle heuristiek

Deze heuristiek, besproken in Vaughan en Petersen (1999) stelt voor om elke rij maar

éénmaal te doorlopen. Gebruik makend van dynamisch programmeren wordt op deze manier

een route getekend. Men zal eerst alle items picken in de eerste rij, vervolgens alle afstanden

Page 27: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

17

berekenen indien men via één van de tussengangen, begin- of eindgang naar de volgende rij

stapt om daar alle items op te halen en vervolgens alle afstanden berekenen indien men via

één van de volgende tussengangen, begin- of hoofdgang naar de volgende rij zou stappen. Op

deze manier wordt de weg gekozen die men in de eerste rij aflegt. Deze procedure kan

vervolgens voor alle volgende rijen herhaald worden. Een meer gedetailleerde beschrijving

wordt gegeven door Roodbergen (2001). Onderstaande figuur verduidelijkt deze heuristiek.

Figuur 2.8: Een voorbeeld van de aisle-by-aisle heuristiek voor multi-blok magazijnen (Roodbergen, 2001)

d) Combined en combined+ heuristieken

Ook in deze heuristiek wordt gebruik gemaakt van dynamisch programeren. De exacte

methode wordt beschreven door Roodbergen (2001). Samenvattend kan men zeggen dat er

eerst naar het blok het verst verwijderd van het depot waaruit een item moet worden gepickt,

wordt gegaan. Van daaruit wordt elke subrij van dit blok aangedaan waarna men naar het

volgende blok gaat om deze procedure te herhalen. Verbeteringen hierop worden gegeven

door de combined+ heuristiek. Hierbij stelt men dat men het blok het dichtst bij het depot

steeds naar het depot toewerkend moet afgaan. Tevens kunnen bij het bewegen naar het verst

Page 28: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

18

verwijderde blok en terug naar het dichtstbijzijnde blok meerdere rijen tegelijk in ogenschouw

worden genomen. Onderstaande voorbeelden geven de routes bepaald door de combined en

combined+ heuristieken.

Figuur 2.9: Een voorbeeld van de combined heuristiek voor multi-blok magazijnen (Roodbergen, 2001)

Page 29: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

19

Figuur 2.10: Een voorbeeld van de combined+ heuristiek voor multi-blok magazijnen (Roodbergen, 2001)

e) Lin-Kernighan Travelling Salesman heuristiek

Theys, Bräysy, Dullaert en Raa (2010) stellen voor om het probleem te beschouwen als een

travelling salesman problem (TSP) en aldus op te lossen. Een eerste stap hiertoe is het

berekenen van een symmetrische afstandsmatrix die de afstanden tussen de verschillende op

te halen items bevat. Hiertoe kan men eenvoudigweg de Manhattan afstand gebruiken (x1-x2,

y1-y2). Voor items die in verschillende rijen maar in hetzelfde blok zitten moet echter een

andere methode worden toegepast. Daar bepaalt men op twee manieren de afstand en kiest

men de kortste. Na deze eerste stap wordt de symmetrische afstandsmatrix onderworpen aan

bestaande TSP-heuristieken. Theys et al. (2010) stellen voor om de Lin-Kernighan Travelling

Salesman heuristiek te gebruiken. Zo slagen ze er in om (ten koste van langere maar

acceptabele rekentijden) afstanden te vinden die beduidend korter zijn dan voornoemde

heuristieken .

Page 30: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

20

3. Voordelen van het gebruik van een optimale methode ten opzichte van een heuristiek

In het begin van dit hoofdstuk werden verschillende voordelen van heuristieken opgesomd

over optimale methodes. Het voordeel dat een optimale methode echter biedt is duidelijk:

kortere routes. De vraag blijft natuurlijk in welke mate een optimale methode beter presteert

dan de voorgestelde heuristieken. Alvorens in volgend hoofdstuk dieper in te gaan op hoe

optimale routes berekend kunnen worden zal hier eerst dieper ingegaan worden op hoeveel

korter deze routes nu eigenlijk zijn.

Een eerste inzicht wordt gegeven door Petersen (1997). Hoewel zijn analyse zich beperkt tot

magazijnen bestaande uit één blok kunnen hier al belangrijke conclusies getrokken worden.

Zo werd geanalyseerd hoe een optimale methode (O) zich verhoudt ten aanzien van de return

(R), S-shape (ook wel transversal genoemd, T), midpoint (M), largest gap (LG) en combined

(C) heuristiek naarmate het aantal te picken items of het aantal rijen toeneemt. Deze

conclusies worden samengevat in de volgende grafieken waaruit de superioriteit van de

optimale methode duidelijk blijkt.

Figuur 2.11: Vergelijking van verschillende heuristieken ten opzichte van de optimale methode met toenemend aantal rijen (Petersen, 1997)

Page 31: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

21

Figuur 2.12: Vergelijking van verschillende heuristieken ten opzichte van de optimale methode met toenemend aantal aantal te picken items (Petersen, 1997)

Uit beide grafieken blijkt duidelijk dat de return heuristiek het slechtst presteert. Het wordt

dan ook aangeraden om deze heuristiek enkel in voornoemde gevallen van brede rijen of het

ontbreken van een bovenste gang te gebruiken. Verder blijkt dat de S-shape heuristiek aan

kracht wint naarmate het aantal te picken items toeneemt (wat logisch is gezien in zulks geval

steeds meer rijen sowieso volledig doorgelopen zullen moeten worden). Wanneer men alleen

naar de heuristieken kijkt ziet men dat de combined heuristiek over het algemeen te prefereren

is.

Concrete cijfers worden gegeven door de Koster en Van der Poort (1998). In onderstaande

tabel merkt men eveneens de voordelen van een optimale methode ten opzichte van de S-

shape heuristiek. Naarmate het aantal rijen toeneemt worden de verschillen belangrijker.

Tabel 2.1: Gemiddelde loop- en totale tijden voor order pickers (de Koster en Van der Poort, 1998)

Page 32: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

22

Aangezien het doel van deze scriptie bestaat uit het vinden van een optimale methode voor

magazijnen bestaande uit meerdere blokken zal ook een korte analyse worden gemaakt van de

voordelen van optimale methoden in multi-blok magazijnen.

Roodbergen (2001) concludeert dat de combined+ methode in de meeste gevallen alle andere

heuristieken zal overtreffen (hierbij werd weliswaar de Lin-Kernighan Traveling Salesman

heuristiek niet beschouwd). Voor kleine picklists waren de verschillen tussen de optimale

methode en de combined+ heuristiek beperkt (rond de 7% voor picklists van 10 items).

Tevens nam het verschil toe met het aantal rijen. Als conclusie stelt Roodbergen dat hoe

complexer het probleem wordt hoe meer een optimale methode voordeel kan brengen.

Hieronder wordt een tabel opgenomen die de verschillen tussen de combined+ methode en de

optimale methode weergeeft. “length” geeft de lengte van de rijen aan. Naarmate het aantal

tussengangen toeneemt, vermindert dus de lengte van de subrijen. De grootste verschillen

worden waargenomen daar waar de order picker meer routes zou kunnen inslaan.

Een maximaal verschil wordt gemeten van 24,6 % voor vijftien rijen, picklists van dertig

items en een rijlengte van 10 meter.

Tabel 2.2: Procentuele verschillen tussen de optimale methode en de combined+ heuristiek (Roodbergen, 2001)

Page 33: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

23

In een recentere studie over het onderwerp vonden Theys et al. (2010) dat het gebruik van de

Lin-Kernighan Traveling Salesman heuristiek tot nog veel grotere verbeteringen leidde dan de

combined+ methode. Zo werd een gemiddelde afwijking van slechts 0.1 % van het optimum

gevonden. Onderstaande grafieken verschaffen meer inzicht in de gerealiseerde verbeteringen

opgesplitst naar verschillende parameters.

Figuur 2.13: Gemiddelde gevonden afstanden van verschillende heuristieken voor verschillende parameter waarden (Theys et al., 2010)

Page 34: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

24

Hoofdstuk 3: order picker routing: optimale methode n

Wat optimale methoden voor order picking routing betreft is de literatuur eerder beperkt.

Slechts twee methodes zijn bekend.

1) Order-Picking in a Rectangular Warehouse: A Solvable Case of the Traveling

Salesman Problem (Ratliff an Rosenthal (1983))

2) Routing order pickers in a warehouse with a middle aisle (Roodbergen en de Koster

(2001b))

Hierbij is de tweede bespreking een uitbreiding van de eerste. Ratliff en Rosenthal

ontwikkelden een algoritme voor een magazijn (met specifieke layout) bestaande uit één blok.

Roodbergen en de Koster breidden deze methode uit tot magazijnen bestaande uit 2 blokken

(dus met één tussengang). Hieronder zal kort uitgelegd worden wat deze methodes inhouden

en hoe men hiermee tot een optimale (kortste) weg komt.

1.Het algoritme van Ratliff en Rosenthal voor single-blok magazijnen

Dit algoritme biedt een exacte oplossing voor de eerder besproken single-blok magazijnen.

Dit zijn magazijnen bestaande uit een discreet aantal parallelle rijen waarlangs goederen

(items) staan opgeslagen. Onderaan het magazijn (langs de kant van het depot) bevindt zich

de onderste gang en bovenaan bevindt zich de bovenste gang. In de onderste en bovenste gang

zijn per definitie geen goederen opgeslagen. De bedoeling is dus om door deze rijen de kortste

weg te vinden, beginnend en eindigend bij het depot, die alle items aandoet (afhaalt). In

onderstaande bespreking beperken we ons tot een praktische beschrijving. Voor verdere

bewijzen verwijzen we dan ook naar Ratliff en Rosenthal (1983).

De eerste stap van dit algoritme bestaat erin om de layout van het magazijn om te zetten tot

een graaf presentatie (zie figuur 3.1. en figuur 3.2.). Hierbij stellen de knopen aangeduid met

de letter a de bovenste punten van rijen voor. De knopen aangeduid met de letter b stellen dan

weer de onderste punten van deze rijen voor. Beide soorten knopen mogen worden aangedaan

Page 35: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

25

door de order picker maar zijn optioneel. De knopen met letter v daarentegen stellen de items

uit de eerste figuur voor en moeten dus wel verplicht worden aangedaan (zoniet heeft de order

picker niet alle items uit zijn op halen order kunnen afhalen). Ook het depot wordt met de

letter v aangeduid aangezien het ook verplicht moet worden meegerekend (start-en eindpunt).

Omdat het depot niet in een rij gelegen is maar wel in de graaf moet worden opgenomen (om

het model eenvoudig te houden wordt er beslist geen extra tak buiten het magazijn naar het

depot toe in rekening te nemen) wordt de afstand tussen het depot (v0 in figuur 3.2.) en de

onderste gang nul verondersteld (tak tussen v0 en b4 heeft dus een lengte van nul).

Item

Rij Depot Onderste gang

Figuur 3.1: Voorbeeld van een single-blok magazijn (Ratliff en Rosenthal, 1983)

Elke boog stelt een op zich onbeperkt aantal takken met dezelfde (de afstand tussen de twee

knopen die hij verbindt) lengte voor (omdat één enkele boog meerdere keren kan doorlopen

worden). Het is echter duidelijk dat het meer dan tweemaal doorlopen van dezelfde boog niet

tot een optimale oplossing zal leiden (men kan een item gaan halen en dan op zijn stappen

Page 36: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

26

terugkeren, een volgende maal langs hetzelfde item passeren is inefficiënt). Om deze reden

stellen Ratliff en Rosenthal voor om elke boog als een collectie van twee takken met

voorgestelde lengte te beschouwen.

Figuur 3.2: Omzetting van figuur 3.1 tot een graaf pesentatie (Ratliff en Rosenthal, 1983)

In de uiteindelijke representatie zal elke knoop een graad nul of een even graad hebben (een

order picking tour is een route die vertrekt en aankomt in het depot, men moet dus uit elke

knoop waar men toekomt weer vertrekken).

Bij het opbouwen van de order picking tour zal men telkens een deel van de graaf

beschouwen en van links naar rechts verder werken. Rij na rij zal op deze manier worden

afgegaan. Alle knopen (op de knopen a en b van de laatst beschouwde rij na) zullen dus,

tijdens de opbouw, weer graad nul of een even graad hebben. Ook zal het voorlopige parcours

uit nul (indien er nog geen enkel item gepickt moest worden), één of twee componenten

bestaan. Elk van deze componenten zal op zijn minst één van de knopen a of b bevatten uit de

laatste rij of uit de laatste rij waar nog een item gepickt moest worden (indien er rechts van de

laatste rij geen items meer afgehaald moeten worden).

Page 37: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

27

In de tweede stap onderscheiden Ratliff en Rosenthal zeven equivalentieklassen. Dit zijn

manieren waarop men een deel van de reeds aangemaakte route kan identificeren.

Deze equivalentieklassen bestaan uit 3 delen. De eerste twee stellen de graad van de

respectievelijk laatst aangedane a-knoop en de laatst aangedane b-knoop voor. Dit kan dus

nul, even (aangeduid door E) of oneven (aangeduid door U) zijn. Het laatste deel toont aan uit

hoeveel componenten de oplossing onder constructie bestaat (nul, één of twee componenten).

Deze zeven equivalentieklassen zijn:

-(U,U,1C)

-(0,E,1C)

-(E,0,1C)

-(E,E,1C)

-(E,E,2C)

-(0,0,0C)

-(0,0,1C)

De twee laatste klassen bestaan enkel indien er respectievelijk nog geen items gepickt zijn of

er geen items meer gepickt hoeven te worden. De kortste van de equivalentieklassen,

(0,E,1C), (E,0,1C),(E,E,1C),(0,0,1C) of (0,0,0C) nadat de laatste rij is afgegaan zal de kleinst

mogelijke lengte bevatten.

Bij het aanmaken van een minimale tour gaat men als volgt tewerk. Men beschouwt, zoals

eerder vermeld, alle rijen één na één. Men begint bij een zogeheten Lj- graaf (de eerste

beschouwde graaf is dus L0-). Daar voegt men dan de configuratie van rij j aan toe om naar de

Lj+ graaf te gaan. Van daar gaat men dan naar de L(j+1)

- graaf door de configuratie om van aj

en bj naar a(j+1) en b(j+1) te gaan aan de bestaande graaf toe te voegen.

Er zijn volgens Ratliff en Rosenthal slechts 6 mogelijke configuraties voor een rij. Deze

worden gegeven door figuur 3.3. Bij configuratie (I) wandelt de order picker volledig door de

rij heen. Bij configuratie (II) en (III) zal hij slechts tot het verst gelegen item in die rij gaan.

Configuratie (IV) is iets ingewikkelder. Hier zal de order picker langs beide zijden de rij

ingaan maar slechts tot aan de plaats waar de grootste afstand tussen twee naast elkaar

liggende items wordt waargenomen (cfr. “largest gap”). Een andere manier om de rij binnen

Page 38: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

28

te stappen zou suboptimaal zijn. Configuratie (V) en (VI) spreken voor zich. Configuratie

(VI) zal echter enkel voorkomen indien geen items gepickt hoeven te worden in deze rij

(anders zal de tour niet alle te picken items bevatten).

Figuur 3.3: De zes mogelijke configuraties voor een rij (Ratliff en Rosenthal, 1983)

Onderstaande tabel toont alle mogelijke overgangen van een Lj- naar een Lj

+ graaf.

Tabel 3.1: Overgang van Lj- naar Lj

+ (Ratliff en Rosenthal, 1983)

Door een configuratie toe te voegen (bovenaan de tabel aangeduid) aan één van de

equivalentieklassen (links) wordt een nieuwe equivalentieklasse bekomen in de kruising van

de gekozen kolom en rij.

Page 39: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

29

Bijkomende opmerkingen hierbij zijn dat de overgang op de vierde rij, vijfde kolom eigenlijk

overbodig is (aangezien het hier slechts één klasse betreft zal de gewonnen tijd door deze weg

te laten weliswaar minimaal zijn). Inderdaad kan van dezelfde equivalentieklasse naar deze

equivalentieklasse overgegaan worden door gebruik te maken van één van de overgangen in

de drie voorgaande kolommen. Deze zullen gezien hun configuratie altijd korter zijn. Voor j =

0 begint men weliswaar vanaf equivalentieklasse (0,0,0C).

Om nu van Lj+ naar L(j+1)

- over te gaan, stellen Ratliff en Rosenthal vijf alternatieven voor.

Dezen staan afgebeeld in figuur 3.4.

Figuur 3.4: De vijf mogelijke configuraties om van rij j naar rij (j+1) over te gaan (Ratliff en Rosenthal, 1983)

Er kan weer worden opgemerkt dat de vijfde configuratie enkel mogelijk is indien er geen

item meer ligt rechts van rij j. Onderstaande tabel geeft de mogelijke overgangen van Lj+ naar

L(j+1)- aan.

Page 40: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

30

Tabel 3.2:Overgang van Lj+ naar L(j+1)

- (Ratliff en Rosenthal, 1983)

Opnieuw merkt men dat niet elke configuratie aan elke equivalentieklasse kan toegevoegd

worden. De voornaamste reden hiervoor is dat elke knoop een even graad moet hebben in de

afgewerkte tour. De knopen aj en bj, waar geen takken meer aan zullen toegevoegd worden,

moeten dus een even graad hebben (aangeduid in tabel 3.2 door letter a). Tevens zou het

toevoegen van een andere configuratie dan configuratie (V) aan equivalentieklasse (0,0,0C)

nooit optimaal zijn (aangeduid door letter c). Nog andere overgangen (gekenmerkt door de

letter b) kunnen niet gemaakt worden omdat een volledige tour maken dan niet meer tot de

mogelijkheden behoort.

Ook hier kan een bijkomende opmerking gemaakt worden. De overgangen op de tweede en

derde rij van de vierde kolom zullen ook nooit tot een optimum leiden. Het toevoegen van

takken naar een plaats waar geen verdere connectie is, is overbodige wandelafstand.

De tabellen worden op volgende wijze gebruikt. Voor elke equivalentieklasse wordt de lengte

van de voorlopig gevormde route bijgehouden. Bij elke overgang wordt dus voor elke

equivalentieklasse een nieuwe lengte berekend. Bij een overgang kiest men als startpunt deze

equivalentieklasse die samen met de lengte van de bijkomende configuratie tot de kortste

lengte leiden voor die equivalentieklasse.

Voor het analyseren van een voorbeeldoplossing verwijzen we naar Ratliff en Rosenthal

(1983).

Page 41: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

31

2.Het algoritme van Roodbergen en de Koster voor magazijnen bestaande uit 2 blokken

Dit algoritme is een uitbreiding op het vorige, besproken algoritme van Ratliff en Rosenthal.

Het is in staat om optimale oplossingen te bieden voor magazijnen met een tussengang en dus

bestaande uit twee blokken met parallelle rijen. De aanpak is identiek en in wat volgt zal dan

ook voornamelijk aan de verschillen met voorgaand algoritme aandacht worden geschonken.

De eerste identieke stap is de omzetting van de layout van het magazijn naar een graaf. De

aanpak is identiek aan deze gebruikt door Ratliff en Rosenthal. Het enige verschil is natuurlijk

de toevoeging van knopen tussen de twee blokken (wat leidt tot de ingebruikname van

benamingen aj, bj en cj). Dit is noodzakelijk om aan te geven dat men zich ook in deze

tussengang kan voortbewegen. Onderstaande figuur verduidelijkt dit.

Figuur 3.5: Omzetting van een magazijn met twee blokken naar een graaf (Roodbergen en de Koster, 2001)

Page 42: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

32

Een zelfde aanpak wordt gehanteerd voor de tweede stap. Men heeft echter geen zeven

equivalentieklassen meer maar vijfentwintig. Hier merkt men al dat een toename in het aantal

blokken zorgt voor een meer dan evenredige toename van het aantal equivalentieklassen. De

equivalentieklassen worden nu niet door slechts drie elementen bepaald maar door vijf

elementen (waarvan de laatste in vele gevallen verwaarloosbaar is).

De eerste drie elementen stellen de graad van de knopen aj, bj en cj voor (terug nul, even of

oneven). Het volgende element stelt het aantal componenten waaruit deze equivalentieklasse

bestaat voor (met een minimum van 0 en een maximum van 3). Het laatste element bepaalt

welke knopen tot welke component behoren. In de situatie met slechts één blok was dit steeds

evident. Inderdaad konden componenten slechts knopen bevatten met een graad verschillend

van nul. Bestond een equivalentieklasse uit twee componenten dan behoorden beide knopen,

per definitie, tot een verschillende component. In het geval van een tussengang en twee

componenten kunnen problemen optreden. Indien slechts één van de knopen een even graad

heeft (en de overige knopen dus een oneven graad hebben) is de equivalentieklasse eenduidig

bepaald. De som van de graad van alle knopen uit 1 component moet namelijk altijd even zijn

(zoniet kan men nooit een volledige tour vormen). Indien de drie knopen echter een even

graad hebben maar de reeds gevormde route uit slechts twee componenten bestaat is het

onduidelijk welke knopen samen in één component zitten en welke knoop in de andere zit.

Hiertoe wordt een vijfde element aan de equivalentieklassebenaming toegevoegd. De knopen

die in dezelfde component zitten worden achter elkaar neergeschreven en met een “-“ van de

overige knoop gescheiden.

De vijfentwintig equivalentieklassen zijn:

(0,0,0,0), (0,0,0,1), (e,e,e,1), (e,e,e,3),

(e,0,0,1), (0,e,0,1), (0,0,e,1), (e,e,0,1), (e,0,e,1), (0,e,e,1),

(u,u,0,1), (u,0,u,1), (0,u,u,1), (e,u,u,1), (u,e,u,1), (u,u,e,1),

(e,e,0,2), (e,0,e,2), (0,e,e,2), (e,u,u,2), (u,e,u,2), (u,u,e,2),

(e,e,e,2,a–bc), (e,e,e,2,b–ac), (e,e,e,2,c–ab)

De mogelijke configuraties voor een subrij zijn natuurlijk identiek aan deze geïdentificeerd

door Ratliff en Rosenthal (Figuur 3.3.) en zullen hier dan ook niet verder besproken worden.

De overgangen van Lj- naar Lj

+ worden nu bepaald door twee tabellen. Eén voor het onderste

blok en één voor het bovenste blok. Eerst wordt van Lj- overgegaan naar Lj

+y, waar +y aanduidt

dat de subrij in het onderste blok van rij j wordt gevuld. Daarna komt de overgang van Lj+y

Page 43: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

33

naar Lj+x. Hierbij wordt ook de subrij in het bovenste blok van rij j gevuld. Onderstaande

tabellen tonen de mogelijke overgangen aan.

Tabel 3.3: Overgang van Lj- naar Lj

+y (Roodbergen en de Koster, 2001)

Tabel 3.4: Overgang van Lj+y naar Lj

+x (Roodbergen en de Koster, 2001)

Page 44: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

34

Dezelfde beperkingen als bij de tabellen van Ratliff en Rosenthal zijn ook hier van kracht.

De volgende stap is de overgang van Lj+x naar L(j+1)

-. Hiervoor is kennis van de mogelijke

configuraties die tot deze overgang kunnen leiden noodzakelijk. Roodbergen en de Koster

vonden 14 zulke configuraties. Ze staan opgesomd in figuur 3.6.

Figuur 3.6: Mogelijke configuraties om van rij j naar rij j+1 te gaan in een magazijn met twee blokken (Roodbergen en de Koster, 2001)

Nogmaals identiek aan het algoritme van Ratliff en Rosenthal kan hieruit een tabel (infra,

p32) gedistilleerd worden die de mogelijke overgangen van Lj+x naar Lj

- vastlegt. Met deze

middelen is het mogelijk om een optimale route te bepalen in magazijnen met twee blokken.

Tabel 3.5: Overgang van Lj+x naar Lj

- (Roodbergen en de Koster, 2001)

Page 45: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

35

Hoofdstuk 4: optimale methodes: een uitbreiding

Een logische volgende stap is natuurlijk om ditzelfde algoritme nogmaals uit te breiden, dit

maal voor een magazijn met drie blokken of dus twee tussengangen. In wat volgt werd deze

aanpak gebruikt en werd een methode ontwikkeld, voortbouwend op het algoritme van Ratliff

en Rosenthal, om de kortste route te vinden in een magazijn met n blokken (n zijnde een

natuurlijk getal). Om praktische (programmatorische) redenen zal het programma eigenlijk

beperkt blijven tot het berekenen van problemen tot maximaal acht blokken. Een simpele

modificatie kan dit echter verhelpen. Aangezien men in de praktijk echter zelden een

magazijn met meer dan acht blokken tegenkomt werd deze modificatie niet daadwerkelijk

uitgevoerd. Tevens moet vermeld worden dat de rekentijden van het voorbereidend werk

(infra, p 36-39) exponentieel kunnen toenemen.

Het aanmaken en testen van zulk een algoritme verloopt in verschillende stappen. Eerst is er

wat het voorbereidend werk genoemd zal worden. Dit zijn magazijnspecifieke zaken die

slechts éénmaal berekend moeten worden. Bij veranderende layout zal men deze zaken

opnieuw moeten doorworstelen maar het is veilig om te zeggen dat dit eerder uitzonderlijke

omstandigheden zijn. Voor het voorbereidend werk is de rekentijd dus van ondergeschikt

belang (hoewel extremen nog steeds voor problemen kunnen zorgen).

Ten slotte zijn er de eigenlijke problemen die opgelost moeten worden. Hierbij geeft men een

aantal te picken items in, in het syteem, samen met een paar magazijnspecifieke variabelen.

Het ontwikkelde programma zal dan de kortste afstand doorheen het magazijn berekenen.

Voor dit deel is rekentijd wel van groot belang. Hieronder volgt een bondige beschrijving van

het gerealiseerde werk, uitgesplitst naar voorbereidend werk en uiteindelijke oplossing.

Page 46: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

36

1.Voorbereidend werk

a) Equivalentieklassen

Net als bij Ratliff en Rosenthal (1983) en Roodbergen en de Koster (2001) was een eerste

vereiste het berekenen van de equivalentieklassen. Er werd gekozen voor een aanpak waar

eerst alle mogelijke klassen werden aangemaakt waarna overbodige klassen uit de lijst werden

verwijderd. Zoals vooraf besproken (zie Hfst 3) bestaat elke equivalentieklasse uit drie delen.

Deel 1

Het eerste deel bestaat uit n+1 elementen (met n het aantal blokken). Deze elementen stellen

de graad van de knoop van de bovenste gang, onderste gang en tussengangen van de laatst

afgelopen rij voor. Deze graad kan even zijn (waarvoor uit praktische overwegingen het cijfer

2 in plaats van de letter E wordt gebruikt), oneven (1), of nul (0). Deel één bestaat dus uit 3

tot de nde verschillende mogelijkheden.

Men kan echter onmiddellijk sommige van deze delen schrappen. Uit het voorgaande bleek

namelijk dat slechts equivalentieklassen waarvan de som van de graad van de knopen even (of

nul) is tot een oplossing kunnen leiden. Door hiermee rekening te houden kan ruwweg de

helft van de gegenereerde deeloplossingen geschrapt worden.

Deel 2

Het volgende element is het aantal componenten waaruit de equivalentieklasse bestaat. Dit is

een cijfer tussen 0 en n+1 (0 kan enkel in één geval voorkomen: wanneer het eerste deel van

de equivalentieklasse enkel uit nullen bestaat, n+1 kan enkel voorkomen wanneer het eerste

deel van de equivalentieklasse uit 2’s bestaat). Ook hier zijn er weliswaar beperkingen die in

acht genomen moeten worden. Men kan maximaal zoveel componenten hebben als de som

van de cijfers uit het eerste deel gedeeld door twee. Elke component moet namelijk een even

graad hebben en men kan niet meer componenten hebben dan gangen (anders komt men nooit

tot één aaneengesloten route).

Page 47: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

37

Deel 3

Het laatste element van de equivalentieklasse toont (net als bij Roodbergen en de Koster,

2001) aan welke knopen uit de laatst behandelde rij in welke component thuishoren. Opnieuw

gebruiken we cijfers in plaats van letters. Zo wordt de knoop in de onderste gang aangeduid

door het cijfer 1 en deze in de bovenste gang door het cijfer n+1. Verder is de aanpak vrij

identiek als in hoofdstuk 3. Om alle mogelijke combinaties af te lopen werd gebruik gemaakt

van de “permutation generator” klasse van Michael Gilleland

(http://www.merriampark.com/perm.htm). Dit algoritme is op zijn beurt gestoeld op het boek

van Kenneth H. Rosen (Discrete Mathematics and Its Applications, 2nd edition (NY:

McGraw-Hill, 1991), pp. 282-284).

Niet alle permutaties zullen echter tot een nieuwe equivalentieklasse leiden. Zo is de volgorde

van de knopen in de componenten zelf en de volgorde van de componenten onderling van

geen belang. Hier werd dan ook rekening mee gehouden in het ontwikkelde algoritme. Enkel

zinvolle nieuwe equivalentieklassen werden uiteindelijk bewaard. Op deze manier werd het

geheugengebruik van de computer danig beperkt. (Om maar een idee te geven: indien alles

zomaar aan een lijst equivalentieklassen werd toegevoegd bekwam men voor vijf blokken

ongeveer 3,500,000 equivalentieklassen. Na het invoeren van de besproken beperking waren

dit minder dan 70,000 equivalentieklassen) Toch is een waarschuwing hier op zijn plaats.

Zoals Gilleland stelt neemt het aantal permutaties snel toe naarmate het aantal elementen dat

men permuteerd toeneemt. Zo heeft een lijst met twintig elementen twintig faculteit (20!)

permutaties. Dit zijn er 2,432,902,008,176,640,000. Het spreekt dus vanzelf dat dit

programma zijn beperkingen heeft.

Uiteindelijk moesten een aantal equivalentieklassen die toch nog onmogelijk waren maar door

de voorgaande barrières waren geslopen (door beperkingen van het ontwikkelde programma)

eruit worden gefilterd.

Het is duidelijk dat het aantal equivalentieklassen snel toeneemt naarmate het aantal blokken

toeneemt. Hoewel men ze voor elke layout van een magazijn maar éénmaal moet berekenen

kunnen de rekentijden toch een beperking vormen. Daar waar men voor vier blokken al na

luttele seconden output verkrijgt duurt het al meer dan één minuut voor vijf blokken. Voor zes

Page 48: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

38

blokken wordt de rekentijd dan weer op een paar dagen (afhankelijk van de kracht en

kloksnelheid van de gebruikte computer) geschat.

b) Tabellen om de rijen te vullen ( Lj+ tabellen)

Voor magazijnen bestaande uit één blok was slechts één tabel benodigd om de configuratie

van de subrijen (en de bijhorende overgang naar een andere equivalentieklasse) te bepalen

(Ratliff en Rosenthal, 1983). Voor magazijnen bestaande uit twee blokken waren dit twee

tabellen. Eén per blok. Voor magazijnen bestaande uit meerdere blokken is dit dus eenvoudig

door te trekken. Er is één tabel benodigd per blok. Deze tabellen worden berekend op basis

van de equivalentieklassen berekend in de vorige stap. Voor elke equivalentieklasse zijn er

namelijk zes overgangen mogelijk (identiek met figuur 3.3, p 28).

Bij het berekenen van deze tabellen moet rekening gehouden worden met het veranderen van

de graad van de elementen van het eerste deel van de equivalentieklassen door toevoegen van

een configuratie uit figuur 3.3. Tevens kan het aantal componenten en welke kopen tot welke

componenten behoren veranderen. Configuratie (I) en (V) kunnen bijvoorbeeld ofwel het

aantal componenten onveranderd laten (de bovenste knoop of de onderste knoop waren al een

deel van dezelfde component) ofwel één component toevoegen aan de equivalentieklasse

(geen van beide knopen waren al deel van een component) ofwel de equivalentieklasse met

één component doen dalen (door twee afzonderlijke componenten te connecteren). Net als bij

voorgaande algoritmes zullen ook hier bepaalde overgangen niet mogelijk zijn.

c) Configuraties om van rij j naar rij j+1 over te gaan

Het is niet voldoende equivalentieklassen te berekenen voor magazijnen met n blokken. Men

moet ook de configuraties bepalen waarmee men van de ene rij naar de andere overgaat.

Dit aantal is van op voorhand te bepalen via de eenvoudige formule (3 tot de macht n+1

gedeeld door 2) afgerond naar boven. Inderdaad zijn er voor elke knoop drie mogelijkheden.

Men kan van deze naar de volgende knoop gaan maar slechts in één richting. Of men kan naar

de volgende knoop gaan en later terugkeren in tegenovergestelde richting. Ten slotte kan men

ook beslissen dit pad helemaal niet te gebruiken. Aangezien deze keuze voor elk van de n+1

knopen gemaakt kan worden heeft men dus 3 tot de n+1ste mogelijkheden. Hiervan zijn de

Page 49: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

39

helft echter overgangen die nooit tot een optimale oplossing kunnen leiden. De som van de

graad van al deze knopen moet namelijk even zijn om eerder vermelde redenen. Dit geeft dus

3 tot de macht n+1 gedeeld door 2. 3 tot de macht n+1 is echter steeds een oneven getal en

moet dus naar boven afgerond worden (om de mogelijkheid waar men niet langer naar de

volgende rij overstapt in rekening te nemen). Men kan dit zelf eenvoudig nagaan voor een

geval van één knoop waar er dus drie mogelijkheden zijn, slechts twee zullen een mogelijke

overgang weergeven. Een eenvoudig programma is dus in staat deze mogelijkheden snel op te

sommen. Voor elke extra blok zullen het aantal te beschouwen overgangen dus ongeveer

toenemen met een factor drie.

d) Tabel om de overgang van rij j naar rij j+1 te maken (van Lj+ naar

L(j+1)-)

Deze laatste tabel wordt weer op identieke wijze geconstrueerd als in de besproken literatuur.

Voor elke equivalentieklasse worden de mogelijke overgangen beschouwd (berekend in

puntje 1.c van dit hoofdstuk) en aan de hand hiervan worden nieuwe equivalentieklassen

gebouwd. De graad van de nieuwe knopen (overgang van rij j naar rij j+1 dus de knopen op

rij j+1 worden beschouwd) wordt voor honderd procent bepaald door de gekozen overgang.

Welke knopen tot welke component behoren, wordt bepaald door de interactie tussen de

oorsprongsequivalentieklasse en de gekozen overgang.

Niet elke combinatie van een equivalentieklasse met een overgang zal tot een nieuwe

equivalentieklasse leiden. Zo moet men opletten dat geen volledige component

ongeconnecteerd wordt achtergelaten (in welk geval men nooit tot één gesloten tour zal

komen), dat men geen connectie legt met een knoop met graad nul (suboptimaal, zie supra, p

30) en dat elke knoop uit de vorige rij (rij j ) een even graad bekomt.

Page 50: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

40

2.Uiteindelijke oplossing

Hier is het uiteindelijk de bedoeling om een specifiek probleem op te lossen. Een aantal items

worden samen met een paar magazijnspecifieke kenmerken ingegeven om een optimale route

te bepalen. Weliswaar moeten eerst een aantal andere gegevens ingelezen worden. Dit zijn:

-een opsomming van alle equivalentieklassen (Hfst 4: 1.a)

-Lj+ tabellen (Hfst 4: 1.b)

-de configuraties om van de ene rij naar de volgende over te gaan (Hfst 4: 1.c)

-Lj- tabel (Hfst 4: 1.d)

Aangezien deze zaken enkel veranderen als ook de layout van het magazijn verandert is het

voldoende ze slechts één maal in te lezen (bv. bij het opstarten van de computer) om er

vervolgens alle mogelijke problemen mee op te lossen. Zodoende wordt er met de tijd nodig

om deze (soms lijvige) bestanden in te lezen geen rekening gehouden.

De oplossing werd bekomen door, identiek aan Ratliff en Rosenthal (1983) en Roodbergen en

de Koster (2001) eerst alle subrijen van eenzelfde rij op te vullen (gebruik makend van de Lj+

tabellen, en de berekening van de zes mogelijke configuraties uit figuur 3.3), een overgang te

maken naar de volgende rij (gebruik makend van de Lj- tabel en de rijovergangen) en daar

weer opnieuw te beginnen tot alle rijen afgelopen zijn.

De manier van het overlopen van de tabellen kan echter ingekort worden. Indien men voor

elke equivalentieklasse de volledige te overlopen tabel beschouwt en dus telkens men deze

klasse tegenkomt bepaalt hoe lang zij is om ze met de andere mogelijkheden te vergelijken zal

men een hoog aantal zoekverichtingen moeten doen (naast de noodzakelijke berekeningen

indien de oorsprongsklasse wel degelijk de gezochte klasse is). Voor een Lj+ tabel: (aantal

equivalentieklassen) maal (aantal equivalentieklassen) maal (zes mogelijke rijconfiguraties).

Zolang het aantal equivalentieklassen beperkt blijft zal ook de rekentijd verwaarloosbaar zijn.

Zo zijn dit een luttele 3750 vergelijkingen per Lj+ tabel (of dus per te vullen subrij) voor

magazijnen bestaande uit twee blokken (en dus 25 equivalentieklassen). Voor magazijnen met

vijf blokken die 4089 equivalentieklassen hebben zijn dit echter 100,319,526 vergelijkingen

per op te vullen subrij. Hetzelfde geldt voor de Lj- tabel: (aantal equivalentieklassen) maal

(aantal equivalentieklassen) maal (aantal mogelijke overgangen). Voor twee blokken met

Page 51: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

41

slechts 5 overgangen en 25 equivalentieklassen zijn dit 3125 vergelijkingen (per overgang van

rij j naar rij j+1). Opnieuw stijgt dit dramatisch wanneer het aantal blokken stijgt. Voor vijf

blokken met 4089 equivalentieklassen en 365 overgangen zijn dit echter 6,102,771,165

vergelijkingen.

De rekentijden lopen op deze manier dus snel op naarmate het aantal blokken stijgt. Het is

gemakkelijk te zien dat voor vijf blokken een oplossing nooit binnen de gewenste tijd (onder

de minuut) zal gevonden worden.

Een eenvoudige verbetering kan het aantal berekeningen echter ongelooflijk verlagen. Omdat

deze tabellen (Lj+ tabellen en Lj

-) op voorhand gekend zijn en men dus op voorhand weet

welke equivalentieklasse waar in de tabel te vinden is, is het opzoeken hiervan overbodig

werk. Veel beter is het (voor elk van deze tabellen) een nieuwe tabel op te stellen. Hierin kan

men per equivalentieklasse noteren wat de oorsprongsequivalentieklassen en de overgangen

of rijconfiguraties zijn die tot deze klasse leiden. Opnieuw is dit een berekening die maar

éénmaal per magazijnlayout gemaakt hoeft te worden. Hierdoor vervallen, zoals gezegd, de

latere vergelijkingen. Inderdaad zullen zowel voor de Lj+ tabellen als de Lj

- tabel het aantal

vergelijkingen verdwijnen en zal men slechts met gerichte berekeningen te maken hebben. Bij

een magazijn bestaande uit vijf blokken zijn dit voor elke subrij slechts 24,534 berekeningen

(deze berekeningen moesten bovendien ook in het eerste systeem gemaakt worden). Voor de

overgang van rij j naar rij j+1 zijn het nog slechts 1,492,485 berekeningen. Dit leidt tot een

oplossing in luttele seconden.

Een andere mogelijkheid tot verbetering bestaat uit het gebruik van de layout van het

magazijn ter simplificering van het probleem. Het is namelijk zo dat er maar zes mogelijke

configuraties zijn voor een subrij (gegeven door figuur 3.3). Bepaalde orders zullen dus items

bevatten die de route niet zullen beïnvloeden. Deze items kunnen dan best uit de orderpicklijst

verwijderd worden om de rekentijden te verminderen. Voor elke subrij moeten namelijk de

lengte van de zes configuraties berekend worden. Om deze te berekenen wordt de volledige

lijst met te picken items afgelopen op zoek naar deze items die in dat blok in die rij zitten. Op

basis van deze items kan dan weer voor elke configuratie een lengte bepaald worden. Hoe

minder items elke keer moeten afgelopen worden, hoe korter de rekentijd. De kost hiervan is

echter het feit dat een extra programma ter analysering van de overbodige items moet gebruikt

Page 52: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

42

worden. Overbodige items kunnen voorkomen worden omdat slechts maximaal vier items per

subrij van belang zijn.

Deze zijn:

-Het eerste item dat in een rij gepickt moet worden

-De twee items rond de “largest gap” van een rij

-Het laatste item dat in een rij gepickt moet worden

Andere items van dezelfde subrij zullen geen invloed hebben op de routing van de order

picker. Er moet echter voor gezorgd worden dat de “largest gap” de “largest gap” blijft.

Zoniet riskeert men een suboptimale route te krijgen. Het kan hiervoor noodzakelijk zijn om

een aantal virtuele orders bij te plaatsen in de lijst om dit te blijven garanderen (concreet komt

dit neer op het plaatsen van een virtueel item om de “largest gap -1” plaatsen). Dit zal echter

steeds voor minder of evenveel items zorgen per rij.

Volgend hoofdstuk is gewijd aan de analyse van de op deze manier bekomen resultaten.

Page 53: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

43

Hoofdstuk 5: analyse van de uitbreiding

Om de resultaten van de in vorig hoofdstuk besproken methode te analyseren, is een tweede

methode noodzakelijk ter benchmarking. Hiertoe wordt het idee van Theys, Bräysy, Dullaert

en Raa (2010), besproken onder punt e van hoofdstuk 2, gebruikt. Hiertoe is het noodzakelijk

een afstandsmatrix op te stellen van de te picken items. Deze afstandsmatrix zal dan niet meer

aan de Lin-Kernighan Travelling Salesman heuristiek onderworpen worden maar aan een

branch and bound methode die de optimale oplossing zal vinden. Voor zulke methode is reeds

software beschikbaar. De ontwikkeling van een nieuw algoritme is dan ook niet meer aan de

orde. Op de site: <http://www.tsp.gatech.edu/concorde/> wordt deze software vrij ter

beschikking gesteld. Ook voor deze methode werden de overbodige items achterwege gelaten.

(in het vervolg van dit werkstuk zal naar het weglaten van onbelangrijke items verwezen

worden met de term “clusteren” aangezien voor deze methode alle belangrijke items per subrij

moeten geclusterd worden)

Ook werd geprobeerd om betere resultaten te bekomen voor deze tweede methode door routes

die op voorhand onmogelijk zijn uit te schakelen. Een groot getal werd ingeven in de

afstandsmatrix daar waar het duidelijk was dat het ene item niet na het andere bezocht zou

kunnen worden zodat de software deze wegen niet verder uitpluist (deze methode wordt

aangeduid met de term “clusteren en reduceren” omdat naast het clusteren van de orders ook

wordt overgegaan tot een reductie van het te beschouwen aantal paden). Onmogelijke paden

zijn deze waar:

- men van een item rond de largest gap naar een item uit een andere subrij gaat

verschillend van het onderste of bovenste item van die subrij

- men van één van de virtueel bijgeplaatste orders naar een item uit een andere subrij

gaat

- men van het onderste of bovenste item uit een subrij naar een ander item dan het

onderste of bovenste item uit een andere subrij gaat (naar een ander item uit dezelfde

subrij gaan, blijft weliswaar nog steeds mogelijk)

Page 54: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

44

Voor het onderzoeksopzet werden ad random 800 orders aangemaakt. In wat volgt zullen

eerst verschillen in resultaten tussen de verschillende methodes besproken worden.

Vervolgens zal de benodigde tijd om tot een oplossing te komen ontleed worden naar zijn

“drivers” of elementen die voor de bekomen tijd zorgen.

Deze “drivers” zijn:

- Het aantal blokken (voor het onderzoeksopzet heeft men zich beperkt tot magazijnen

tussen de 2 en de 5 blokken)

- Het aantal op te halen items (tussen 25 en 125) waarvan het eerste item telkens vast

was en de plaats van het depot aanduidde

- Het aantal rijen (tussen de 10 en de 20)

- Het aantal plaatsen waar items kunnen opgestapeld liggen per rij (eveneens tussen de

10 en de 20)

- De afstand tussen twee opeenvolgende rijen of blokken (tussen de 2 en de 5)

- Het al dan niet toepassen van ABC classificatie

1.tijdsverschillen tussen de gebruikte methodes

a) Branch and bound benchmark versus nieuwe methode (zonder clusteren)

Vooreerst werd getest of de tijd tussen de zelf uitgewerkte methode en deze waartegen

gebenchmarkt wordt verschillend is (momenteel wordt nog geen rekening gehouden met het

al dan niet clusteren van de orders). Onderstaande samenvatting van de gepaarde t-test toont

aan dat dit inderdaad het geval is (voor het laten lopen van de testen werd de SAS 9.2

omgeving gekozen).

Page 55: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

45

The TTEST Pro cedure

Difference: Tijd branch and bound benchmark – tijd nieuwe methode N Mean Std Dev St d Err Minimum Maximum 800 4.6919 26.6725 0 .9430 -3.2385 514.3 Mean 95% CL Mean Std Dev 95% CL Std Dev 4.6919 2.8408 6.5429 26.6725 25.4265 28.0478 DF t Value Pr > |t| 799 4.98 <.0001

De conclusies die men hieruit kan trekken zijn, voor de beperkingen met betrekking tot het

onderzoeksopzet, dat de nieuw ontwikkelde methode beter presteert. Gemiddeld bestaat er een

verbetering van bijna vijf seconden per order. De echte verbetering is echter veel groter en

kan slechts begrepen worden wanneer naar het minimum en maximum verschil wordt

gekeken tussen beide methodes. Zo heeft de nieuw ontwikkelde methode, in het slechtste

geval, amper drie seconden slechter gepresteerd dan benchmark. Deze benchmark presteerde

echter beduidend slechter in zijn worst case scenario. Een goede vijfhonderdveertien

seconden verschil konden gemeten worden.

Figuur 5.1: Boxplot branch and bound benchmark methode

Page 56: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

46

Figuur 5.2: Boxplot nieuwe methode

Zoals duidelijk blijkt uit bovenstaande boxplots is de nieuwe methode aan veel minder

variantie onderworpen dan de branch and bound benchmark methode. Hoewel de

gemiddeldes en medianen niet wezenlijk van elkaar verschillen zijn het de extremen die voor

grote verschillen zorgen. Het is voor een order picker inderdaad geen probleem om een paar

seconden op zijn order te moeten wachten (in de tijd dat de order picker voor hem zijn order

ontvangt of afdrukt is het volgende order al berekend). Indien echter langer dan een minuut

moet worden gewacht, heeft men steeds meer met verloren tijd (waste) te maken. Extremen

zoals de branch and bound methode soms kan geven zijn dan ook uit den boze. De nieuwe

methode kan voor alle 800 orders echter steeds een kortste weg vinden in minder dan 4

seconden. In dit opzicht is deze methode dan ook een grote verbetering.

Onderstaande histogrammen komen tot eenzelfde conclusie. Wel is het duidelijk dat de tijden

niet normaal verdeeld zijn.

Page 57: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

47

Figuur 5.3: Histogram branch and bound methode

Figuur 5.4: Histogram nieuwe methode

Een opmerking is hier echter op zijn plaats. Het is duidelijk dat de nieuwe methode veel

stabielere uitkomsten genereert. Maar het is ook duidelijk dat de tijden snel zullen stijgen

naarmate het aantal blokken zal stijgen (zoals uitgelegd in vorig hoofdstuk). Onderstaande

boxplots verschaffen een beter inzicht.

Page 58: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

48

Figuur 5.5: Boxplots nieuwe methode per blok

Figuur 5.6: Boxplots van de branch and bound methode per blok

Het is duidelijk wat de prijs voor stabiliteit is. Naarmate het aantal blokken toeneemt, zullen

de rekentijden exponentieel toenemen. Zolang het aantal blokken van een magazijn beperkt

blijft is er geen probleem (en in de meeste praktische gevallen is dit inderdaad het geval).

Voor de branch and bound methode zijn het aantal blokken, zoals verwacht kon worden, van

geen belang. Uitschieters komen in alle gevallen voor.

Om de hypothese dat de standaarddeviaties verschillend zijn voor beide methodes te testen

werd Bartlett’s test gebruikt. Deze toont aan dat de standaarddeviaties inderdaad significant

verschillend zijn. De standaarddeviatie voor de branch and bound methode blijkt tot bijna

vijfentwintig maal groter te zijn dan deze van de nieuwe methode.

Page 59: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

49

The ANOVA Procedure Bartlett's Test for Homogen eity of time Variance Source DF Chi-S quare Pr > ChiSq Class 1 3 926.2 <.0001

The ANOVA Procedure

Level of ------- ------time------------ Class N Mean Std Dev Tijd nieuwe methode 80 0 0.77474505 1.1391337 Tijd branch and bound benchmark 80 0 5.46660028 26.5779004

Een gevolg van het feit dat de gegevens niet normaal verdeeld zijn en de standaarddeviaties

met een grote factor van elkaar verschillen is dat de eerst berekende t-test mogelijks ongeldige

uitkomsten geeft. Gezien het grote aantal observaties en het feit dat voor elke methode

evenveel observaties gebruikt werden geeft de robuustheid van de t-test echter garantie voor

de getrokken conclusies (zo wordt algemeen aanvaard dat men zich voor meer dan vijftig

observaties geen zorgen moet maken zelfs al zijn er duidelijke afwijkingen van de assumpties

voor gelijke variantie en normaliteit).

Page 60: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

50

b) Branch en bound methode versus branch and bound methode met clusteren van de orders

Om uit te maken of er een verschil in gemiddelde tijd bestaat tussen beide methodes werd

nogmaals gebruik gemaakt van een gepaarde t-test. Onderstaande samenvatting toont aan dat

er inderdaad een gemiddelde verbetering werd geboekt van bijna vijf seconden per order. Ook

hier schijnen de uitschieters danig beperkt te worden (al zijn de extreme verschillen met een

maxima van ongeveer zevenentwintig seconden wel groter dan bij de nieuwe methode).

The TTEST Pro cedure

Difference: tijd branch and bound – tijd met clust eren N Mean Std Dev St d Err Minimum Maximum 800 4.6340 26.4282 0 .9344 -27.3752 513.6 Mean 95% CL Mean Std Dev 95% CL Std Dev 4.6340 2.7998 6.4681 26.4282 25.1936 27.7909 DF t Value Pr > |t| 799 4.96 <.0001

Boks plots en histogrammen leveren een dieper inzicht.

Figuur 5.7: Boxplots branch and bound methode na clusteren van de orders

Page 61: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

51

Figuur 5.8: Histogram branch and bound methode na clusteren van de orders

Door het clusteren van de orders kunnen een groot aantal items geschrapt worden van de lijst.

Vooral voor orders bestaande uit veel items is de kans groot dat het aantal te bezoeken knopen

verminderd wordt. Op deze manier worden net de extremen aangepakt. Hoge tijden blijven

voorkomen (tot boven de vijftig seconden) maar zijn al heel wat acceptabeler.

Ook hier is een variantieanalyse op zijn plaats. Volgens Bartlett’s test zijn de

standaardafwijkingen inderdaad significant kleiner.

The ANOVA Procedure

Bartlett's Test for Homogen eity of time Variance Source DF Chi-S quare Pr > ChiSq Class 1 2 327.2 <.0001 The ANOVA Pro cedure Level of ----- --------time------------ Class N Mean Std Dev Tijd branch and bound met clusteren 800 0.83264020 3.1379636 Tijd branch and bound 800 5.46660028 26.5779004

Of deze methode de voorkeur krijgt op de nieuw ontwikkelde methode zal later onderzocht

worden.

Page 62: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

52

c) Branch en bound methode met clusteren van de ord ers versus branch and bound methode met clusteren en reduceren

Een volgende vraag die zich dan stelt is of de branch and bound methode nog verder

verbeterd kan worden en of extremen verder beperkt kunnen worden. Zoals aangegeven in het

begin van dit hoofdstuk werd gebruik gemaakt van een “clusteren en reduceren” methode.

Statistisch onderzoek leverde de conclusie dat het verschil tussen deze resultaten en

voorgaande niet significant zijn (zie onderstaande test). The TTEST Pro cedure

Difference: tijd clusteren – tijd clusteren en red uceren N Mean Std Dev St d Err Minimum Maximum 800 0.0987 2.4671 0 .0872 -16.3723 39.9988 Mean 95% CL Mean Std Dev 95% CL Std Dev 0.0987 -0.0725 0.2700 2.4671 2.3519 2.5944 DF t Value Pr > |t| 799 1.13 0.2579

Het minimum en maximum in voorgaande test doen echter wel het vermoeden rijzen dat een

verbetering op vlak van extremen is geboekt.

Figuur 5.9: Boxplot "clusteren en reduceren" methode

Page 63: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

53

Figuur 5.10: Histogram "clusteren en reduceren" methode

De laatste stap van deze analyse is opnieuw de test voor gelijke variantie van Bartlett.

Opnieuw is het verschil tussen de standaardafwijkingen significant. Hoewel de methode met

clusteren en reduceren gemiddeld niet veel beter presteert dan eenvoudigweg clusteren heeft

het wel een significante invloed op de variantie van de uitkomsten. Aangezien dat het grootste

probleem blijkt te zijn voor de branch and bound methode is deze aanvulling zeker de moeite

om verder onderzocht te worden. In wat volgt zal dan ook niet langer met de methode van het

“clusteren” rekening gehouden worden maar wel met deze van het “clusteren en reduceren”

(die weliswaar op zich een uitbreiding is op het “clusteren”).

The ANOVA Procedure

Bartlett's Test for Homogen eity of time Variance Source DF Chi-S quare Pr > ChiSq Class 1 131.3 <.0001 The ANOVA Pro cedure Level of -- -----------time------------ Class N Mean Std Dev Tijd clusteren en reduceren 800 0.73389451 2.08038419 Tijd clusteren 800 0.83264020 3.13796359

Page 64: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

54

d) De nieuwe methode zonder clusteren versus de nie uwe methode met clusteren

De vraag blijft of de nieuwe methode verder verbeterd kan worden door ook hier het

clusteralgoritme toe te passen en het aantal orders te verminderen. Analyse van figuur 5.5

(supra, p 48) maakte echter al duidelijk dat het grootste probleem van deze methode de

exponentiële toename van de rekentijden zijn naarmate het aantal blokken toeneemt. De

verwachting is dan ook dat de vermindering van het aantal orders slechts tot een bijzonder

kleine verbetering zal leiden. Onderstaande t-test lost onze verwachtingen in. De verbetering

blijkt niet significant te zijn.

The TTEST Procedure

Difference: Nieuwe methode met clusteren – Nieuwe methode

N Mean Std Dev St d Err Minimum Maximum 800 0.00321 0.0745 0. 00263 -0.3133 1.1537 Mean 95% CL Mean Std Dev 95% CL Std Dev 0.00321 -0.00196 0.00838 0.0745 0.0710 0.0783 DF t Value Pr > |t| 799 1.22 0.2233

Hoewel de standaardafwijking van de nieuwe methode bijzonder klein is, wordt ter

volledigheid ook hier Bartlett’s test opgenomen. Zoals verwacht is er geen statistisch

significant verschil. In wat volgt wordt deze laatste methode dan ook niet meer beschouwd.

The ANOVA Procedure

Bartlett's Test for Homogen eity of time Variance Source DF Chi-S quare Pr > ChiSq Class 1 0 .2247 0.6355 The ANOVA Pro cedure Level of ---- ---------time------------ Class N Mean Std Dev Tijd nieuwe methode met clusteren 800 0.77795399 1.12018359 Tijd nieuwe methode 800 0.77474505 1.13913373

Page 65: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

55

e) De branch and bound methode met clusteren en red uceren versus de nieuwe methode (zonder clusteren)

De laatste vergelijking die gemaakt hoeft te worden is dan uiteindelijk de beste methode die

gebruik maakt van branch and bound ten opzichte van de nieuwe methode (zonder clusteren

aangezien dit geen verbetering bracht). Onderstaande t-test toont aan dat beide methodes even

goed presteren. Er is geen wezenlijk verschil merkbaar.

The TTEST Procedure

Difference: nieuwe methode met clusteren en reduce ren- nieuwe methode N Mean Std Dev St d Err Minimum Maximum 800 -0.0892 2.3736 0 .0839 -3.5048 27.2872 Mean 95% CL Mean Std Dev 95% CL Std Dev -0.0892 -0.2540 0.0755 2.3736 2.2627 2.4960 DF t Value Pr > |t| 799 -1.06 0.2880

Het is dus de variantieanalyse en Bartlett’s test die zullen uitmaken welke methode het best

gebruikt wordt. Uit onderstaande output blijkt dat de standaardafwijkingen inderdaad

verschillend zijn voor beide methodes en dat de nieuwe methode er in slaagt deze zowat te

halveren. Op basis van deze conclusies zou men dan ook steeds aanraden de nieuwe methode

te gebruiken. Hier past echter een nuancering. Bij voorgaande analyse werd slechts rekening

gehouden met gemiddeldes genomen over verschillende situaties. Het is echter niet

ondenkbaar dat één van beide methodes beter presteert in bepaalde gevallen daar waar de

andere methode in andere gevallen betere resultaten kan geven. Dit zal het onderwerp vormen

van het volgende deel van dit hoofdstuk.

The ANOVA Procedure Bartlett's Test for Homogen eity of time Variance Source DF Chi-S quare Pr > ChiSq Class 1 273.7 <.0001 The ANOVA Pro cedure Level of -- -----------time------------ Class N Mean Std Dev

Nieuwe methode 800 0.77474505 1.139133 Methode met clusteren en reduceren 800 0. 73389451 2.08038419

Page 66: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

56

2.Verschillende methodes opgesplitst naar hun drivers

a) branch en bound methode met clusteren en reducer en

Een eerste analyse betreft de branch and bound methode met clusteren en reduceren. Hier

werd gebruik gemaakt van “concorde” een programma dat een optimale oplossing vindt op

basis van “branch and bound” en dat te vinden is op <www.tsp.gatech.edu/concorde/>.

Hoewel dus moeilijk kan onderzocht worden hoe het aantal blokken of rijen een impact

hebben op de totale rekentijd kan dit wel voor het aantal items per order. Applegate, Bixby,

Chvátal en Cook tonen in hun boek “The Travelling Salesman Problem, 2006” aan dat de

rekentijd exponentieel stijgt met het aantal items.

Figuur 5.11: Exponentieel verloop van de tijd in functie van het aantal items (Applegate et al.)

Aangezien echter van een groot aantal items wordt uitgegaan (tussen de paar honderd en de

tweeduizendvijfhonderd) kan men zonder grote fout zeggen dat voor kleine orders onder de

honderdvijftig items een lineaire functie een goede benadering is. Tevens wordt vermeld dat

voor kleine orders (tussen 0 en 400 items) alle optimale oplossingen onder de tien seconden

gevonden worden (op een computer met kloksnelheid van 2.4 GHz). Weliswaar werd in dit

geval uitgegaan van geografische locaties waar de kortste afstand tussen twee punten altijd

wordt gegeven door de Manhattan afstand. Het is omwille van deze reden (en omwille van de

lagere kloksnelheid van de gebruikte computer) dat hogere tijden kunnen gevonden worden in

dit proefstuk. Onderstaande grafiek toont nogmaals het verloop van de tijd ten opzichte van

het aantal items, ditmaal voor kleinere orders.

Page 67: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

57

Figuur 5.12: Verloop van de tijd voor een klein aantal orders (Applegate et al.)

Alvorens te beslissen of een lineaire methode van analyse op zijn plaats is zal voor elke driver

het verband met de tijd worden geschat op basis van de vermelde steekproef van 800 orders.

Figuur 5.13: Verloop van de tijd voor verschillende drivers ("clusteren en reduceren" methode)

Page 68: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

58

Het is moeilijk om op het zicht verbanden vast te leggen (op de driver ABC na) ABC die

schijnbaar een lineair verband houdt met de tijd. Er is echter geen reden om te beslissen dat

een lineair model geen goede oplossing (of minstens een goede benadering) zou geven. In wat

volgt zal dan ook gebruik gemaakt worden van lineaire regressies om de impact van de

drivers te analyseren. Er werd besloten om achterwaartse regressie toe te passen. Dit houdt in

dat alle variabelen aan het model worden toegevoegd, men het model regresseert, en men ten

slotte de minst significante term verwijdert. Dit proces herhaalt men tot enkel de significante

termen overschieten.

Parameter Estimate E rror t Value Pr > |t|

Intercept -1.149101870 0.35690120 -3.22 0.0013 blocks -0.353245637 0.14782088 -2.39 0.0171 orders 0.028293233 0.00340199 8.32 <.0001 ABC 2.539444910 0.78556506 3.23 0.0013 blocks*aisleLength 0.027733823 0.00896571 3.09 0.0020 orders*ABC -0.023042254 0.00480599 -4.79 <.0001 ABC*aisleLength -0.115975617 0.04626574 -2.51 0.0124

Op deze manier werden bovenstaande resultaten berekend. Deze kunnen vertaald worden naar

de onderstaande formule.

Tijd branch and bound met clusteren en reduceren = -1.1491 + (-0.3532 + 0.0277*subrijlengte)*blokken + 0.0283*items + (2.5394 -0.0230*items -0.1160*subrijlengte)*ABC

Indien men enkel naar de hoofdtermen kijkt merkt men dat ABC-classificatie een onverwacht

positief effect heeft op de tijd. Het lineair verband dat tevoren werd vastgesteld was echter

negatief. Dit wordt echter duidelijk wanneer ook naar de interactietermen gekeken wordt. Hoe

meer items, hoe meer ABC-classificatie een invloed heeft. Ook subrijlengte blijkt in

combinatie met ABC-classificatie een invloed te hebben.

Zoals verwacht stijgt de rekentijd met het aantal items. Zelfs in het geval van ABC-

clasificatie zal een bijkomend item voor een bijkomende gemiddelde rekentijd van 0.005

seconden zorgen.

Ook de totale rijlengte (blokken * subrijlengte) blijkt van belang te zijn.

Wel moet er gewaarschuwd worden dat de “sum of squares” uitgelegd door het model beperkt

is. Hieruit volgt dan ook een “R square” van amper 14%.

Page 69: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

59

b) de nieuwe methode (zonder clusteren)

Wat deze methode betreft kunnen bepaalde veronderstellingen al van op voorhand gemaakt

worden. Zo verwacht men een exponentiële toename van de rekentijd naarmate het aantal

blokken stijgt. Dit omdat het aantal equivalentieklassen exponentiëel toeneemt met het aantal

tussengangen. Ook wordt een lineair verband verwacht met het aantal rijen. Voor elke rij

moeten namelijk een aantal operaties steeds opnieuw uitgevoerd worden ( zie hoofdstuk 4).

Om meer inzicht te verkrijgen in de invloed van deze drivers op de tijd werden onderstaande

grafieken opgesteld.

Figuur 5.14: Verloop van de tijd voor verschillende drivers ("nieuwe methode")

Page 70: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

60

Zoals verwacht wordt er inderdaad een exponentiëel verband gevonden voor het aantal

blokken en een duidelijk lineair verband voor het aantal rijen. Tevens kunnen in elke grafiek

(op de blokken grafiek na) meerdere patronen (of wolken) onderscheiden worden. Deze

stellen de verschillende tijden voor verschillende blokken voor. Het is hier al duidelijk dat het

aantal blokken een beslissende invloed heeft.

Hoewel een lineair model hier niet op zijn plaats is wegens het exponentieel verloop van de

tijd in functie van het aantal blokken zal hier toch eerst een lineaire regressie toegepast

worden. Deze zal ons helpen om een benaderende formule te vinden. Deze formule zal dan

ook slechts benaderend zijn in het gebied van de steekproef. Eenmaal men met meer dan 5

blokken te maken heeft zal de fout te groot worden. Naarmate het aantal equivalentieklassen

verantwoordelijk is voor de rekentijd kan onderstaande grafiek een beeld vormen van de

onderschatting die door dergelijk model zou worden gemaakt (het aantal equivalentieklassen

voor zes blokken berust op een schatting).

Figuur 5.15: Lineaire benadering van een exponentiële

Ook hier wordt achterwaartse regressie toegepast. Dezelfde initiële hoofd- en interactietermen

werden beschouwd. Tenslotte werd tot volgende conclusie en formule gekomen. Standard Parameter Estimate Error t Value Pr > |t| Intercept -.0186881710 0.11462212 -0.16 0.8705 aisles -.1541490172 0.01034632 -14.90 <.0001 aisles*blocks 0.0557199442 0.00128456 43.38 <.0001 aisles*interaisle 0.0034749407 0.00154254 2.25 0.0245

Page 71: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

61

Formule : Tijd nieuwe methode = (-0.1541+0.0557*blokken + 0.0035*tussenrijlengte)*rijen

Indien men opnieuw alleen de hoofdtermen beschouwt, krijgt men weer de verkeerde indruk

dat het aantal rijen een negatief effect heeft op de tijd. Het is pas wanneer men de combinatie

met het aantal blokken in ogenschouw neemt dat het effect duidelijk is. Zo zal voor vijf

blokken elke additionele rij de gemiddelde rekentijd met ongeveer 0.1 seconde doen stijgen.

Hoewel het interactieeffect tussen de tussenrijlengte en het aantal rijen significant is, is het

niet relevant te noemen. Deze factor zal dan ook slechts een fractie van een seconde verschil

verklaren.

Ook is het de moeite op te merken dat een groter deel van de sum of squares door het model

kan worden uitgelegd. Daar waar de R square voor het model uit punt a nog geen 15 %

bedroeg, bedraagt het hier meer dan 70%. Aangezien de afhankelijke variabelen van beide

modellen verschillend zijn kan men niet besluiten dat het laatste model superieur is. Toch

menen we dat de rekentijden van de nieuwe methode gemakkelijker te achterhalen zullen zijn

dan bij de branch and bound methode met clusteren en reduceren.

Tevens werden het Akaike Information Criterion (AIC) en het Schwartz Information Criterion

(SIC) berekend. Deze kunnen, in tegenstelling tot de R square, ook gebruikt worden om de

voorspellende waarde van het model buiten de gegevens van de steekproef te testen. Beide

waarden zijn respectievelijk 0.38 en 0.39.

Men ziet echter snel in dat bovenstaande formule approximatief is. De verwachte tijden voor

vijf blokken en rijen tussen de tien en twintig zouden tussen de twee en vier seconden moeten

liggen daar waar ze volgens deze formule tussen de één en twee seconden moeten liggen.

Een diepgaandere analyse dringt zich dus op. Daarom zal in het vervolg van dit punt een niet

lineaire regressie gebruikt en geanalyseerd worden. Het nadeel van niet lineaire technieken is

dat ze niet steeds tot een optimum leiden en dus waar mogelijk vermeden moeten worden. De

duidelijke aanwezigheid van een exponentiële term dwingt ons echter tot het gebruik hiervan.

Page 72: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

62

Voor de gekozen niet lineaire techniek werd de “Gauss-Newton” methode gekozen omwille

van zijn snelle convergentie. Verschillende modellen werden getest en aangepast voor

multicollineariteit en uiteindelijk werd tussen deze het model uitgekozen met een zo hoog

mogelijk verklarende waarde (R square waarde van meer dan 78 %). Er werd eveneens op

gelet dat convergentie bereikt werd.

Ook hier werden het Akaike Information Criterion en het Schwartz Information Criterion

berekend. Deze bedragen respectievelijk 0.28 en 0.29. Deze lagere waarden tonen aan dat dit

model te verkiezen is boven het voorgaande lineair model.

Ratrossfull = a**(blocks) + d*aisles + aaa

Voor bovenstaand model werden volgende parameters gevonden (ook hier werd eerst aan

achterwaartse regressie gedaan).

App rox Parameter Estimate Std Er ror Approximate 95% Confidence Limits a 1.3556 0.00 351 1.3487 1.3625 d 0.0497 0.00 646 0.0370 0.0623 aaa -3.0387 0.1 035 -3.2419 -2.8355

Dit leidt tot volgende formule.

Formule : Tijd nieuwe methode = 1.3556^(blokken) + 0.0497*rijen - 3.0387

De analyse van deze formule is vanzelfsprekend. Doch valt op dat de enige term die de

benodigde tijd doet stijgen een exponentiële van het aantal blokken is. De tweede term is

(zeker naarmate het aantal blokken stijgt) bijna verwaarloosbaar. Zoals verwacht zijn geen

andere termen dan het aantal rijen en het aantal blokken significant. Als men op basis van

deze formule de benodigde tijd schat voor vijf blokken en tussen de tien en twintig rijen komt

men uit tussen de twee en drie seconden. Aangezien dit ongeveer is wat men ook op basis van

de waarnemingen verwachtte, kan besloten worden dat bovenstaand model een redelijke

benadering geeft.

Page 73: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

63

3.Vergelijking van beide methoden

De vraag dringt zich natuurlijk op in welk geval welke methode moet gebruikt worden.

Enerzijds kunnen de opgestelde formules gebruikt worden. Anderzijds moet ook rekening

gehouden worden met de grotere variantie gepaard gaande met de branch and bound (met

clusteren en reduceren) methode. Zoals aangetoond (supra, p 55) is de standaarddeviatie van

deze laatste bijna dubbel zo groot als die van de nieuw ontwikkelde methode.

Het bleek echter al meermaals dat de differentiërende factor het aantal blokken bleek te zijn.

Hieronder worden dus nog een laatste maal beide methoden vergeleken opgesplitst naar het

aantal blokken. Figuur 5.16 herhaalt en vergelijkt beide methodes opgesplitst naar het aantal

blokken.

Figuur 5.16: Beide methodes opgesplitst naar het aantal blokken

Page 74: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

64

Ook de analyse van de variantie verschilt waarschijnlijk met de hoeveelheid blokken.

Hieronder worden dan ook de belangrijkste conclusies samengevat. Voor alle vier de

beschouwde gevallen waren de resultaten significant. Ook hier past evenwel een

waarschuwing. Op het geval met vijf blokken na was de R square en dus de mate waarin het

model de resultaten kan interpreteren bijzonder laag (onder de 10% en soms zelfs onder de 5

%). The ANOVA Pro cedure Level of - ------------Time------------ Class N Mean Std Dev Nieuwe methode 5 blokken 200 2.67648094 0.53361934 Branch and bound 5 blokken 200 0.67078410 1.64518643

The ANOVA Pro cedure Level of - ------------Time------------ Class N Mean Std Dev Nieuwe methode 4 blokken 200 0.35989829 0.07577973 Branch and bound 4 blokken 200 0.92008047 2.31908240

The ANOVA Pro cedure Level of - ------------Time------------ Class N Mean Std Dev Nieuwe methode 3 blokken 200 0.05029396 0.01076823 Branch and bound 3 blokken 200 0.75630056 2.65077077

The ANOVA Pro cedure Level of - ------------Time------------ Class N Mean Std Dev Nieuwe methode 2 blokken 200 0.01230703 0.00459930 Branch and bound 2 blokken 200 0.58841290 1.48500983

Het is duidelijk dat de variantie van de benodigde tijd van de nieuw ontwikkelde methode

stijgt naarmate het aantal blokken stijgt (hoewel deze voor de onderzochte gevallen beperkt

bleef). Dezelfde conclusie kan echter niet uitgebreid worden naar de branch and bound

methode met clusteren en reduceren. Zoals verwacht, en kan worden afgelezen in voorgaande

boxplots, blijft deze methode ten allen tijde relatief onbetrouwbaar.

Desalniettemin zijn er gevallen waar het gebruik van deze methode aan te raden is. Naarmate

het aantal blokken stijgt, zal het onmogelijk worden om de nieuwe methode te gebruiken. In

Page 75: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

65

zulke gevallen zal de methode van “clusteren en reduceren” toch een goede oplossing

garanderen.

Page 76: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

66

Besluit

De nieuwe methode die ontwikkeld werd in deze scriptie is een uitbreiding op het algoritme

van Ratliff en Rosenthal (1983) en Roodbergen en de Koster (2001b). Hierin wordt gezocht

naar een optimale routing voor order pickers. Het aantal situaties waar het algoritme kan

toegepast worden werd drastisch uitgebreid. Dit was mogelijk door het ontwikkelen van een

algoritme dat het discreet tellen van equivalentieklassen (unieke manieren om de afgelegde

weg te karakteriseren) overbodig maakte. Tevens konden alle noodzakelijke elementen, ter

berekening van een optimale route, vanaf deze equivalentieklassen ook aangemaakt worden.

Ten slotte werd de rekentijd van de methode ingeperkt door overbodige berekeningen

achterwege te laten.

Voornoemde methode werd vergeleken met een andere optimale methode ter benchmark,

gebaseerd op branch and bound. Ook hier werden eerst verbeteringen aangebracht (mogelijk

door de specifieke layout van het probleem). Zo werden overbodige items verwijderd en

werden ook onmogelijke routes achterwege gelaten. Factor van vergelijking betreft dan ook

de rekentijden. Hoewel deze laatste methode vaak tot betrekkelijk goede resultaten kan komen

is de variantie te hoog en vaak onaanvaardbaar in de praktijk. De nieuw ontwikkelde methode

scoort beter wat dit betreft. Aanvaardbare rekentijden werden gevonden voor alle situaties uit

het proefopzet.

Het reeds door voorvermelde auteurs aangekaarte probleem van exponentieel stijgende

rekentijden naarmate het aantal blokken toeneemt, blijft echter bestaan. Computers met een

voor vandaag de dag standaard kloksnelheid zijn echter in staat om voor de meeste praktische

gevallen uitkomst te bieden. Voor andere situaties kan worden teruggevallen op de branch and

bound methode of op verschillende bestaande heuristieken.

Page 77: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

VII

Referenties - Applegate, D.L.,Bixby, R.E.,Chátal, V., Cook, W.,2006. The Traveling Salesman

Problem Hfst 16, 489-529.

- Applegate, D., Bixby, R., Chvátal, V., Cook, W., 2008. Concorde TSP Solver. URL

<http://www.tsp.gatech.edu/concorde/>. (15/11/2009).

- Bartholdi, J.J., Hackman, S.T., 2006. Warehouse and Distribution Science. Release

0.80. URL <http://www.warehouse-science.com>. (10/09/2009).

- Bozer, Y.A., Sharp, G.P., 1985. An empirical evaluation of general purpose automated

order accumulation and sortation system used in batch picking. Material Flow 2, 111–

113.

- Bozer, Y.A., Quiroz, M.A., Sharp, G.P., 1988. An evaluation of alternative control

strategies and design issues for automated order accumulation and sortation systems.

Material Flow 4, 265–282.

- Brynzér, H., Johansson, M.I., 1996. Storage location assignment: using the product

structure to reduce order picking times. International Journal of Production Economics

46, 595–603.

- Chen, M.C., Huang, C.L., Chen, K.Y., Wu, H.P., 2005. Aggregation of orders in

distribution centers using data mining. Expert Systems with Applications 28 (3), 453–

460.

- Chen, M.C., Wu, H.P., 2005. An association-based clustering approach to order

batching considering customer demand patterns. Omega International Journal of

Management Science 33 (4), 333–343.

- Chew, E. P., Tang, L.C., 1999. Travel time analysis for general item location

assignment in a rectangular warehouse. European Journal of Operational Research

112, 582–597.

- de Koster, R., Le-Duc, T., Roodbergen, K.J., 2007. Design and control of warehouse

order picking: A literature review. European Journal of Operational Research 128,

481-501.

- De Koster, R., Van der Poort, E.S., 1998. Routing orderpickers in a warehouse: A

comparison between optimal and heuristic solutions. IIE Transactions 30, 469–480.

- Frazelle, E.H., Hackman, S.T., Passy, U., Platzman, L.K., 1994.The forward–reserve

problem. In: Ciriani, T.C., Leachman,R.C. (Eds.), Optimization in Industry 2. Wiley,

New York,pp. 43–61.

Page 78: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

VIII

- Frazelle, E.A., Sharp, G.P., 1989. Correlated assignment strategy can improve order-

picking operation. Industrial Engineering 4, 33–37.

- Gademann, A.J.R.N., Van den Berg, J.P., Van der Hoff, H.H., 2001. An order

batching algorithm for wave picking in a parallel-aisle warehouse. IIE Transactions

33, 385–398.

- Gademann, N., Van de Velde, S., 2005. Batching to minimize total travel time in a

parallel-aisle warehouse. IIE Transactions 37 (1), 63–75.

- Gilleland, M., Permutation Generator. URL

<http://www.merriampark.com/perm.htm>. (02/05/2010).

- Goetschalckx, M., Ashayeri, J., 1989. Classification and design of order picking

systems. Logistics World (Juni), 99-106.

- Goetschalckx, M., Ratliff, D.H., 1988a. An efficient algorithm to cluster order picking

items in a wide aisle. Engineering Costs and Production Economy 13, 263–271.

- Goetschalckx, M., Ratliff, D.H., 1988b. Order picking in an aisle. IIE Transactions 20,

531–562.

- Hackman, S.T., Platzman, L.K., 1990. Near optimal solution ofgeneralized resource

allocation problems with large capacities.Operations Research 38 (5), 902–910.

- Hsu, C.M., Chen, K.Y., Chen, M.C., 2005. Batching orders inwarehouses by

minimizing travel distance with genetic algorithms.Computers in Industry 56 (2), 169–

178.

- Jewkes, E., Lee, C., Vickson, 2004. Product location, allocation and server home base

location for an order picking line with multiple servers. Computers & Operations

Research 31, 623–626.

- Johnson, M.E., 1998. The impact of sorting strategies on automated sortation system

performance. IIE Transactions 30, 67–77.

- Johnson, M.E., Lofgren, T., 1994. Model decomposition speeds distribution center

design. Interfaces 24 (5), 95–106.

- Le-Duc, T., De Koster, R., 2003. An approximation for determining the optimal

picking batch size for order picker in single aisle warehouses. In: Meller, R., Ogle,

M.K., Peters, B.A., Taylor, G.D., Usher, J. (Eds.), Progress in Material Handling

Research: 2002, pp. 267–286.

- Le-Duc, T., De Koster, R., 2005a. Determining the optimal number of zones in a pick-

and-pack order picking system. Report ERS-2005-029-LIS, RSM Erasmus University,

the Netherlands.

Page 79: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

IX

- Le-Duc, T., De Koster, R., 2007. Travel time estimation and order batching in a 2-

block warehouse. European Journal of Operational Research 176 (1), 374–388.

- Meller, R.D., 1997. Optimal order-to-lane assignments in an order

accumulation/sortation system. IIE Transactions 29 (4), 293–301.

- Petersen, C.G., 1997. An evaluation of order picking routing policies. International

Journal of Operations & Production Management 17 (11), 1098–1111.

- Ratliff, H.D., Rosenthal, A.S., 1983. Orderpicking in a rectangular warehouse: A

solvable case of the traveling salesman problem. Operations Research 31 (3), 507–

521.

- Roodbergen, K.J., De Koster, R., 2001a. Routing methods for warehouses with

multiple cross aisles. International Journal of Operations Research 39 (9),1865-1883.

- Roodbergen, K.J., De Koster, R., 2001b. Routing order pickers in a warehouse with a

middle aisle. European Journal of Operations Research 133, 32-43.

- Roodbergen, K.J.,2001. Layout and Routing Methods for Warehouses. Ph.D. Thesis,

RSM Erasmus Universiteit Rotterdam, The Netherlands.

- Rosen, K. H., 1991.Discrete Mathematics and Its Applications, 2nd edition. NY:

McGraw-Hill, 282-284.

- Russell, M.L., Meller, R.D., 2003. Cost and throughput modelling of manual and

automated order fulfilment systems. IIE Transactions 35 (7), 589–603.

- Tang, L.C., Chew, E.P., 1997. Order picking systems: batching and storage

assignment strategies. Computer & Industrial Engineering 33 (3), 817–820.

- Theys, C., Bräysy, O., Dullaert, W., Raa, B.,2010. Using a TSP heuristic to routing

order pickers in warehouses. European Journal of Operations Research 200, 755-763.

- Tompkins, J.A.,White, J.A., Bozer, Y.A., Frazelle, E.H.,Tanchoco, J.M.A.,Trevino,

1996. Facilities Planning. Wiley, New York.

- Tompkins, J.A., White, J.A., Bozer, Y.A., Frazelle, E.H., Tanchoco, J.M.A., 2003.

Facilities Planning. John Wiley & Sons, NJ.

- Van den Berg, J.P., Sharp, G.P.G.A.J.R.N., Pochet, Y., 1998. Forward–reserve

allocation in a warehouse with unit-load replenishments. European Journal of

Operational Research 111, 98–113.

- Vaughan, T.S., Petersen, C.G., 1999. The effect of warehouse cross aisles on order

picking efficiency. International Journal of Production Research 37 (4), 881–897.

Page 80: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

- 1 -

Appendix A : Inhoud CD-rom

In deze bijlage wordt de inhoud van bijgevoegde Cd-rom toegelicht.

Volgende papers kunnen teruggevonden worden in de map “papers”:

Paper 1: de Koster, R., Le-Duc, T., Roodbergen, K.J., 2007. Design and control of warehouse

order picking: A literature review. European Journal of Operational Research 128,

481-501.

Paper 2: Theys, C., Bräysy, O., Dullaert, W., Raa, B.,2010. Using a TSP heuristic to routing

order pickers in warehouses. European Journal of Operations Research 200, 755-763.

Paper 3: Petersen, C.G., 1997. An evaluation of order picking routing policies. International

Journal of Operations & Production Management 17 (11), 1098–1111.

Paper 4: Roodbergen, K.J.,2001. Layout and Routing Methods for Warehouses. Ph.D. Thesis,

RSM Erasmus Universiteit Rotterdam, The Netherlands.

Paper 5: Ratliff, H.D., Rosenthal, A.S., 1983. Orderpicking in a rectangular warehouse: A

solvable case of the traveling salesman problem. Operations Research 31 (3), 507–

521.

Paper 6: Roodbergen, K.J., De Koster, R., 2001b. Routing order pickers in a warehouse with a

middle aisle. European Journal of Operations Research 133, 32-43.

Onder de map “kladblokbestanden” kunnen de volgende bestanden teruggevonden worden:

Excelbestand: Alle resultaten opgenomen in een excelbestand.

Type O, P, Q en R bevatten kladblokbestanden voor magazijnen met respectievelijk 5, 4, 3 en

2 blokken.

Page 81: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

- 2 -

Deze zijn onderverdeeld naar:

Orders en ordersd: Bevat de kladblokbestanden met de te picken items in twee verschillende

inputformaten.

Ordersclustered, 2 en 3: Bevat de kladblokbestanden met te picken items na clusteren in drie

verschillende formaten.

DistanceMatrix: Bevat de kladblokbestanden van de afstandsmatrices.

DistanceMatrixclustered: Bevat de kladblokbestanden van de afstandsmatrices na clusteren.

DistanceMatrix2clustered: Bevat de kladblokbestanden van de afstandsmatrices na clusteren

en reduceren.

In de map “programma’s” kunnen de volgende programma’s gevonden worden:

Clusterorders: Dit programma kan op basis van een orderpicklijst alle overbodige items

verwijderen (zoals aangegeven in hoofdstuk 5).

Distance_matrix: Dit programma kan een afstandsmatrix opstellen op basis van een

orderpicklijst.

Thesis_recursief: Dit programma kan alle equivalentieklassen aanmaken na ingave van het

aantal blokken waaruit het magazijn bestaat.

Aislechange: Dit programma bepaald alle manieren om van rij j naar rij j+1 over te gaan.

TablesLplus: Dit programma maakt een eerste versie aan van de Lj+ tabellen aan op basis van

de equivalentieklassen.

NaarLmin: Dit programma maakt de Lj- tabel aan op basis van de equivalentieklassen en de

kolomovergangen.

Page 82: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

- 3 -

Unification: Teneinde verbeteringen aan te brengen op voorgaande output moet deze eerst

gestandaardiseerd worden. Benodigd zijn dus de kolomovergangen, de

equivalentieklassen en de Lj- en Lj

+ tabellen.

Lpluselimination: Een eerste verbetering op de Lj+ tabellen op basis van de

equivalentieklassen en de output van het vorige programma.

SearcherLplus: Een tweede verbetering op basis van de equivalentieklassen,

kolomovergangen en voorgaande output van de Lj+ en Lj

- tabellen.

Finaalimproved2: Dit programma berekent tenslotte de optimale afstand op basis van

voorgaande output en een orderpicklijst.

Random2: Dit programma maakt random orders aan.

ABC2: Dit programma maakt random orders aan op basis van ABC-classificatie

In de map statistiek zitten de volgende bestanden:

T-testen: Hierin zijn alle gebruikte gepaarde T-testen voor verschillen opgenomen.

Anova procedures: Hierin zijn alle gebruikte Anova procedures opgenomen.

Regressies: Hierin zijn zowel de lineaire als niet-lineaire regressies opgenomen.

In de map scriptie is de scriptie zelf opgenomen.

Page 83: Exacte oplossingsmethode voor order picker routing › fulltxt › RUG01 › 001 › 459 › 610 › RUG... · 3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR