Financieel jaarverslag 2008 Erasmus Universiteit Rotterdam

Era

smu

s U

niv

ers

ite

it R

ott

erd

am

Financieel Jaarverslag 2008onderdeel van het Jaarverslag 2008

INHOUDSOPGAVE

2 JAARREKENING

Grondslagen 3Geconsolideerde balans per 31 december 2008 na resultaat bestemming 8Geconsolideerde staat van baten en lasten over 2008 9Geconsolideerd kasstroomoverzicht over 2008 10Toelichting behorende tot de geconsolideerde balans 11Niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen 17Toelichting behorende tot de geconsolideerde staat van baten en lasten 18

Enkelvoudige balans per 31 december 2008 na resultaat bestemming 24Enkelvoudige staat van baten en lasten over 2008 25Toelichting behorende tot de enkelvoudige balans 26Toelichting behorende tot de enkelvoudige staat van baten en lasten 30

34 ACCOUNTANTSVERKLARING 34

36 BIJLAGENGegevens over rechtspersoon 36

Financieel jaarverslag 2008 - Erasmus Universiteit Rotterdam - 1 -

- 2 -

JAARREKENING ALGEMEEN

Stelselwijzigingen

Vanaf 1 januari 2008 geldt voor het hele onderwijsveld een algemene nieuwe Regeling Verslaggeving. De nieuwe regeling verklaart de relevante bepalingen en richtlijnen uit het Burgerlijk Wetboek (BW Boek 2, titel 9) en de richtlijnen van de Raad voor de Jaarverslaggeving (incl. jaarverslag RJ 660) van toepassing op de jaarverslagen van de uit ’s Rijks kas bekostigde instellingen Ten behoeve van het inzichtvereiste is door de EUR per 1 januari 2008 een stelselwijziging doorgevoerd op de waardering van Onderhanden projecten. Deze worden met ingang van het verslagjaar gewaardeerd volgens de ‘percentage of completion’-methode, gebaseerd op RJ 140.206. Het effect van deze stelselwijziging is rechtstreeks voor een bedrag ad k € 265 verwerkt in het eigen vermogen.

Consolidatie In de consolidatie worden de financiële gegevens van de instelling opgenomen en haar groepsmaatschappijen.. Dit zijn rechtspersonen waarin de instelling overheersende zeggenschap, direct of indirect, kan uitoefenen doordat zij beschikt over de meerderheid van de stemrechten of op enig andere wijze de financiële en operationele activiteiten kan beheersen. De groepsmaatschappijen, worden voor 100% in de consolidatie betrokken. Het aandeel van derden in het groepsvermogen en in het groepsresultaat wordt afzonderlijk vermeld. Waarderingsgrondslagen van groepsmaatschappijen zijn waar nodig gewijzigd om aansluiting te krijgen bij de geldende waarderingsgrondslagen voor de Groep. Alle groepsmaatschappijen evenals de deelnemingen worden aangemerkt als verbonden partijen. Transacties tussen groepsmaatschappijen worden in de consolidatie geëlimineerd Erasmus MC Alle baten uit Onderwijs en Onderzoek (O&O gelden) van het Erasmus MC, de daaraan toe te rekenen lasten van de facultaire taken en de baten en lasten van de te consolideren O&O-satellietorganisaties van het medisch cluster zijn in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen conform RJ 660.603. De balansgegevens zijn gezien het daartoe met het Erasmus MC gesloten convenant niet geïncorporeerd in dit jaarverslag. Dit is conform brief RvB/MM/MS/ef/0059750/223.222 datum 12 december 2002, die OCW bij brief WO/F/2003/4057 datum 3 februari 2003 heeft geaccordeerd.

Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit de liquide middelen en het bankkrediet opgenomen onder de kortlopende schulden. Ontvangen en betaalde rente zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. Investeringen in groepsmaatschappijen worden verwerkt tegen de verkrijgingsprijs onder aftrek van binnen de geacquireerde onderneming aanwezige geldmiddelen.

Schattingen

Om de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening te kunnen toepassen, is het nodig dat de leiding van de instelling over verschillende zaken zich een oordeel vormt, en dat de leiding schattingen maakt die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in art. 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de betreffende jaarrekeningposten.


GRONDSLAGEN voor waardering van activa en passiva

Algemeen Activa en passiva (met uitzondering van het groepsvermogen) worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of lagere actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld, vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. In de balans, de staat van baten en lasten en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen. Met deze referenties wordt verwezen naar de toelichting.

Vergelijking met voorgaand jaar

Waar relevant zijn wijzigingen in de gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling verwerkt in de vergelijkende cijfers. Voor aanpassingen in de waarderingsgrondslagen wordt verwezen naar de paragraaf van de “Stelselwijzigingen”.

Materiële vaste activa Bedrijfsgebouwen en -terreinen worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs plus bijkomende kosten of vervaardigingsprijs, onder aftrek van lineaire afschrijvingen gedurende de geschatte economische levensduur. Op terreinen wordt niet afgeschreven. Er wordt rekening gehouden met de bijzondere waardeverminderingen die op balansdatum worden verwacht. Overige vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs inclusief direct toerekenbare kosten, onder aftrek van lineaire afschrijvingen gedurende de verwachte toekomstige gebruiksduur, of lagere bedrijfswaarde. De vervaardigingsprijs bestaat uit de aanschaffingskosten van grond- en hulpstoffen en kosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de vervaardiging inclusief installatiekosten. Subsidies op investeringen worden in mindering gebracht op de verkrijgings- of vervaardigingsprijs van de activa waarop de subsidies betrekking hebben. Voor de toekomstige kosten van groot onderhoud aan de bedrijfsgebouwen is een voorziening voor groot onderhoud gevormd. De toevoeging aan de voorziening wordt bepaald op basis van het geschatte bedrag van het onderhoud en de periode die telkens tussen de werkzaamheden van groot onderhoud verloopt. Het boekenbezit is niet geactiveerd. De aanschaf wordt direct ten laste van de exploitatierekening gebracht.

Financiële vaste activa

Deelnemingen Deelnemingen in groepsmaatschappijen en overige deelnemingen waarin invloed van betekenis kan worden uitgeoefend, worden gewaardeerd volgens de nettovermogenswaardemethode. Vorderingen op deelnemingen De onder financiële vaste activa opgenomen vorderingen worden gewaardeerd tegen de reële waarde van het verstrekte bedrag, gewoonlijk de nominale waarde, onder aftrek van noodzakelijk geachte voorzieningen. Effecten De onder financiële vaste activa opgenomen effecten, die bestemd zijn om de uitoefening van de werkzaamheid van de onderneming duurzaam te dienen, worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs. Indien sprake is van een duurzame waardevermindering vindt waardering plaats tegen deze lagere waarde; afwaardering vindt plaats ten laste van de staat van baten en lasten

Voorraden Goederen De waarderingsgrondslag voor de voorraden is gebaseerd op inkoopprijzen.

Onderhandenprojecten in opdracht van derden

De onderhanden projecten worden door de verbonden partijen volgens de ‘percentage of completion’-methode gewaardeerd en verwerkt. De aard van de projecten bij de EUR definiëren zich niet als onderhanden werk. Conform de RJ 270 worden deze bij de EUR-sec verwerkt onder vlottende activa of passiva.

- 4 -

Vorderingen Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie. Voorzieningen wegens oninbaarheid worden in mindering gebracht op de boekwaarde van de vordering

Effecten

De Erasmus Universiteit Rotterdam heeft een goedgekeurd treasury statuut waarbij wordt voldaan aan de Regeling beleggen en belenen. Beleggingen vinden plaats met minimaal een hoofdsomgarantie. De EUR belegt uitsluitend bij instellingen met minimaal een A-ranking.

Liquide middelen

Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en direct opeisbare deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden.

Eigen vermogen

Het eigen vermogen bestaat uit algemene reserves en bestemmingsreserves en/of -fondsen. Hierin is tevens een segmentatie opgenomen naar publieke en private middelen. De bestemmingsreserves zijn reserves met een beperktere bestedingsmogelijkheid, welke door het bestuur is aangebracht, De bestemmingsfondsen zijn reserves met een beperktere bestedingsmogelijkheid, welke door derden zijn aangebracht.

Voorzieningen Algemeen Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen alsmede risico’s, die op de balansdatum bestaan, waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen, tenzij anders vermeld. Voor uitgaven voor groot onderhoud wordt een voorziening gevormd om deze lasten gelijkmatig te verdelen over een aantal boekjaren.

Personeelsvoorzieningen De EUR conformeert zich aan de richtlijn van de jaarverslaggeving met betrekking tot de vorming van een voorziening voor personeelsbeloningen. Indien op balansdatum verplichtingen bestaan tot het in de toekomst doorbetalen van beloningen aan personeelsleden die op balans datum door ziekte, arbeidsongeschiktheid of anderszins geen prestaties meer leveren, wordt een verplichting opgenomen. Pensioenen Erasmus Universiteit Rotterdam heeft een pensioenregeling bij het bedrijfspensioenfonds ABP die wordt gekwalificeerd als een toegezegd-pensioenregeling. Onder een toegezegd-pensioenregeling wordt verstaan een regeling waarbij aan de werknemers een pensioen wordt toegezegd, waarvan de hoogte afhankelijk is van leeftijd, salaris en dienstjaren. De EUR heeft de toegezegd-pensioenregeling bij het bedrijfspensioenfonds conform richtlijn 271 § 310 van de richtlijnen voor de jaarverslaggeving verwerkt als zou sprake zijn van een toegezegde-bijdrageregeling. De verschuldigde premies over het lopende boekjaar worden als last verantwoord in de winsten verliesrekening. Voor zover de verschuldigde premie nog niet is voldaan, wordt deze als verplichting op de balans opgenomen. Tezamen met gelieerde rechtspersonen past de EUR dezelfde bedrijfspensioenregeling toe. De EUR heeft in geval van een tekort bij het bedrijfspensioenfonds geen verplichting tot het doen van aanvullende bijdragen, anders dan hogere toekomstige premies.


Langlopende schulden

Langlopende schulden worden bij de eerste waardering gewaardeerd tegen de nominale waarde. De effectieve rente gedurende de looptijd van de schulden wordt in de staat van baten en lasten verwerkt.

GRONDSLAGEN voor bepaling van het resultaat

Algemeen

De baten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn verwezenlijkt. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen, indien zij voor het vaststellen van de jaarrekening bekend zijn geworden.

Opbrengstverantwoording

Verlenen van diensten Opbrengsten uit het verlenen van diensten geschieden naar rato van de geleverde prestaties, gebaseerd op de verrichte diensten tot aan de balansdatum in verhouding tot de in totaal te verrichten diensten. Projectopbrengsten en projectkosten Voor onderhanden projecten, waarvan het resultaat op betrouwbare wijze kan worden bepaald, worden de projectopbrengsten en de projectkosten verwerkt als baten werk in opdracht van derden en als kosten in de staat van baten en lasten naar rato van de verrichte prestaties per balansdatum (de ‘Percentage of Completion’-methode, ofwel de PoC-methode). De voortgang van de verrichte prestaties wordt bepaald op basis van de tot de balansdatum gemaakte projectkosten in verhouding tot de geschatte totale projectkosten. Als het resultaat (nog) niet op betrouwbare wijze kan worden ingeschat, dan worden de opbrengsten verwerkt als baten werk in opdracht van derden in de staat van baten en lasten tot het bedrag van de gemaakte projectkosten, dat waarschijnlijk kan worden verhaald; de projectkosten worden dan verwerkt in de staat van baten en lasten in de periode waarin ze zijn gemaakt. Zodra het resultaat wel op betrouwbare wijze kan worden bepaald, vindt opbrengstverantwoording plaats volgens de PoC-methode naar rato van de verrichte prestaties per balansdatum. Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de projectopbrengsten en projectkosten. Projectopbrengsten zijn de contractueel overeengekomen opbrengsten en opbrengsten uit hoofde van meer- en minderwerk, claims en vergoedingen indien en voor zover het waarschijnlijk is dat deze worden gerealiseerd en ze betrouwbaar kunnen worden bepaald. Projectkosten zijn de direct op het project betrekking hebbende kosten, die kosten die in het algemeen aan projectactiviteiten worden toegerekend en toegewezen kunnen worden aan het project en andere kosten die contractueel aan de opdrachtgever kunnen worden toegerekend. Indien het waarschijnlijk is dat de totale projectkosten de totale projectopbrengsten overschrijden, dan worden de verwachte verliezen onmiddellijk in de staat van baten en lasten verwerkt. Dit verlies wordt verwerkt in de kostprijs van de omzet. De voorziening voor het verlies maakt onderdeel uit van de post onderhanden projecten.

Overige bedrijfsopbrengsten

Overige bedrijfsopbrengsten bestaan uit baten uit verhuur, detachering en overige baten.

- 6 -

Overheidssubsidies

Exploitatiesubsidies worden als bate verantwoord in de staat van baten en lasten in het jaar waarin de gesubsidieerde kosten zijn gemaakt of opbrengsten zijn gederfd, of wanneer een gesubsidieerd exploitatietekort zich heeft voorgedaan. De baten worden verantwoord als het waarschijnlijk is dat deze worden ontvangen en de instelling de condities voor ontvangst kan aantonen. Subsidies met betrekking tot investeringen in materiële vaste activa worden in mindering gebracht op het desbetreffende actief en als onderdeel van de afschrijvingen verwerkt in de staat van baten en lasten.

Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa

Materiële vaste activa wordt m.i.v. het jaar volgend op het jaar van ingebruikneming afgeschreven over de verwachte toekomstige gebruiksduur van het actief. Over terreinen wordt niet afgeschreven. Indien een schattingswijziging plaatsvindt van de economische levensduur, dan worden de toekomstige afschrijvingen aangepast. Boekwinsten en -verliezen bij verkoop van materiële vaste activa zijn begrepen onder de afschrijvingen.

Personeelsbeloningen

Periodiek betaalbare beloningen Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de staat van baten en lasten voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers. Pensioenen De instelling heeft de toegezegd-pensioenregelingen bij bedrijfstakpensioenfondsen verwerkt als zou sprake zijn van een toegezegde-bijdrageregeling. Voor toegezegde-bijdrageregelingen betaalt de instelling op verplichte, contractuele of vrijwillige basis premies aan pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen. Behalve de betaling van premies heeft de instelling geen verdere verplichtingen uit hoofde van deze pensioenregelingen. De premies worden verantwoord als personeelskosten als deze verschuldigd zijn. Vooruitbetaalde premies worden opgenomen als overlopende activa indien dit tot een terugstorting leidt of tot een vermindering van toekomstige betalingen.

Bijzondere posten

Bijzondere posten zijn baten of lasten die voortvloeien uit gebeurtenissen of transacties die behoren tot het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening, maar die omwille van de vergelijkbaarheid apart toegelicht worden op grond van de aard, omvang of het incidentele karakter van de post.

Financiële baten en lasten

Rentebaten en rentelasten Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de betreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten wordt rekening gehouden met de verantwoorde transactiekosten op de ontvangen leningen.


GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2008 na resultaat bestemming

in M € 2008 2007

1. ACTIVA

Vaste activa1.2 Materiële vaste activa 168,1 161,0 1.3 Financiële vaste activa 2,2 3,0

Totaal vaste activa 170,3 164,0

Vlottende activa1.4 Voorraden 0,8 1,0 1.5 Vorderingen 34,2 34,5 1.7 Liquide middelen 104,2 99,6

Totaal vlottende activa 139,2 135,1

Totaal activa 309,5 299,1

2. PASSIVA

2.1 Eigen vermogen 186,5 178,2

2.2 Voorzieningen 22,8 21,5 2.3 Langlopende schulden 25,4 26,4 2.4 Kortlopende schulden 74,8 73,0

Totaal passiva 309,5 299,1

- 8 -

GECONSOLIDEERDE STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2008

in M € Rekening Begroting Rekening

2008 2008 2007

3. BATEN3.1 Rijksbijdragen 209,1 199,1 186,5 3.3 College-, cursus-, les- en examengelden 32,0 31,6 31,3 3.4 Baten werk i.o.v.derden 141,7 108,5 140,8 3.5 Overige baten 56,2 70,9 67,5

Totaal baten 439,0 410,1 426,1

4. LASTEN4.1 Personele lasten 252,5 237,1 243,2 4.2 Afschrijvingen 12,5 11,4 12,3 4.3 Huisvestingslasten 33,5 36,2 29,2 4.4 Overige lasten 116,2 125,2 117,6

Totaal lasten 414,7 409,9 402,3

Saldo baten en lasten 24,3 0,2 23,8

5 Financiële baten en lasten 4,1 2,3 3,1

Resultaat 28,4 2,5 26,9

8 Aandeel derden in resultaat - Erasmus MC 20,3 2,3 12,8

Nettoresultaat 8,1 0,2 14,1


GECONSOLIDEERD KASSTROOMOVERZICHT OVER 2008

in M €

Kasstroom uit operationele activiteiten(vlgs. de indirecte methode)

Saldo baten en lasten 24,3 23,8

Overige vermogensmutaties 0,2 (0,2) Eliminatie resultaat Erasmus MC (20,3) (12,8)

Aanpassingen voor:- afschrijvingen 6,3 6,2 - mutaties voorzieningen 1,3 2,5

7,6 8,7 Veranderingen in vlottende middelen:- voorraden 0,2 - - vorderingen 0,3 (0,5) - effecten - 0,6 - schulden 1,8 0,7

2,3 0,8

Kasstroom uit bedrijfsoperaties 14,1 20,3

Ontvangen interest 5,3 4,4 Betaalde interest (1,2) (1,3)

4,1 3,1

Totaal kasstroom uit operationele activiteiten 18,2 23,4

Kasstroom uit investeringsactiviteiten

Investeringen in materiële vaste activa (13,5) (1,6) Desinvesteringen in materiële vaste activa 0,1 0,4 Mutaties leningen (0,3) (1,1) Overige investeringen in financiële vaste activa 1,1 0,1

Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten (12,6) (2,2)

Kasstroom uit financieringsactiviteiten

Aflossing langlopende schulden (1,0) (0,7) Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten (1,0) (0,7)

Mutatie liquide middelen 4,6 20,5

2008 2007

- 10 -

TOELICHTING BEHORENDE TOT DE GECONSOLIDEERDE BALANS

VASTE ACTIVA

1.2 – Materiële vaste activa

M € 168,1 – (2007: M € 161,0)

Terreinen en gebouwen Bij de bepaling van de boekwaarde hebben de volgende waarderingsregels als uitgangspunt gediend:

- Op terreinen wordt niet afgeschreven.

- De afschrijvingstermijn op het bouwkundig deel is 60 jaar met een restwaarde van 20% van de historische aanschafwaarde.

- Technische installaties en overige niet tot het bouwkundig deel te rekenen investeringen worden in 25 jaar geheel

afgeschreven.

- Het aandeel van het bouwkundig deel bij oplevering bedraagt 75%.

- Afgeschreven wordt met ingang van het jaar volgend op het jaar van ingebruikname. In afwijking hiervan wordt op het M-, J-

en T-gebouw tijdsevenredig 2% per jaar afgeschreven.

Inventaris, apparatuur (incl.1e inrichting) De EUR hanteert een afschrijvingsregime voor roerende goederen met een aanschaffingsprijs van meer dan k € 12,0. De EUR

Holding BV en haar dochters hanteren een meerjarig afschrijvingssysteem voor roerende goederen met een aanschafwaarde

vanaf k € 0,5. De eerste afschrijvingstranche vindt plaats in het jaar van aanschaf. De afschrijvingstermijn is afhankelijk van het

soort apparaat en varieert van 3 tot 25 jaar. Van derden ontvangen bijdragen voor apparatuuraanschaffingen zijn als

inhaalafschrijving in mindering op de boekwaarde gebracht.

1.2.1 1.2.2 1.2.4Gebouwen Inventaris en app. In uitvoering en Totaalen terreinen (incl.1e inrichting) vooruitbetalingen

Aanschafprijs 215,0 19,0 234,0 Cum.afschr.en waardeverminderingen 59,9- 13,1- 73,0- Boekwaarde 1 januari 2008 155,1 5,9 - 161,0

Investeringen 0,6 2,1 10,8 13,5 Desinvesteringen 0,1- 0,1- Afschrijvingen 4,7- 1,6- 6,3-

Aanschafprijs 215,6 21,1 10,8 247,5 Cum.afschr.en waardeverminderingen 64,6- 14,8- - 79,4-

Boekwaarde 31 december 2008 151,0 6,3 10,8 168,1 De kosten van ‘eerste inrichting’ zijn opgenomen onder ‘inventaris en apparatuur’.


OZB en verzekerde waarde gebouwen en terreinen en boeken (in M €)

OZB-waarde Verzekerde

waarde

Peildatum Aanschaf

waarde 2008

Gebouwen en terreinen (OZB-waarde) 184,0 2007

Gebouwen en terreinen (verz.waarde) 294,0 2008

Boeken 33,3 2006 0,8

1.3 - Financiële vaste activa

M € 2,2 – (2007: M € 3,0)

Hieronder is opgenomen een effectenportefeuille in eigendom van de RSM BV met een looptijd langer dan 1 jaar ad M € 0,8

(2007: M € 1,9) en een lening aan de Stichting SMO ad M € 1,4.

Boekwaarde Invest.en verstr. Bijz.waarde- Boekwaarde

1 januari 2008 leningen verminderingen 31 december 2008

1.3.6 Overige effecten 1,9 1,1- 0,8

1.3.7 Overige vorderingen 1,1 0,3 1,4

3,0 0,3 1,1- 2,2

Specificatie overige effecten; rating aantal/nominaal koers 31-dec-08 waarde 31-dec-08

1,2% abn amro rente booster ct 14 500.000 80,70 0,4

4¾% asif iii jersey 03/13 AA3 315.000 72,67 0,2

var aab/trn/depfa 29/10/09 500.000 30,00 0,2

0,8

Koersverlaging heeft geleid tot bijstelling van het saldo ultimo 2008 met een waardevermindering ad M € 1,1.

VLOTTENDE ACTIVA 1.4 - Voorraden

M € 0,8 – (2007: M € 1,0)

De post voorraden bestaat uit de volgende onderdelen:

1.4.1 Gebruiksgoederen - 0,1 1.4.3 Onderhanden werk i.o.v.derden 0,8 0,9

0,8 1,0

2008 2007

- 12 -

1.5 - Vorderingen

M € 34,2 – (2007: M € 34,5)

Onder de vorderingen zijn opgenomen:

1.5.1 Debiteuren 21,2 22,7 1.5.2 OCW 2,3 2,5 Personeel 0,2 0,4 Overige 0,1 0,1 1.5.7 Overige vorderingen 0,3 0,5 Vooruitbetaalde kosten 2,7 2,5 Verstrekte voorschotten 0,1 0,2 Overige 8,4 7,0 1.5.8 Overlopende activa 11,2 9,7 1.5.9 Af: Voorzieningen wegens oninbaarheid 0,8- 0,9-

34,2 34,5

2008 2007

Onder overlopende activa is opgenomen het saldo aan nog te declareren project kosten

Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid is als volgt:

2008 2007

Stand per 1 januari 0,9- 0,4- Mutatie 0,1 0,5-

1.5.9 Stand per 31 december 0,8- 0,9-

De stand van de voorziening wordt statisch bepaald

1.7 - Liquide middelen

M € 104,2 – (2007: M € 99,6)

Het saldo liquide middelen is als volgt opgebouwd:

2008 2007

1.7.1 Kasmiddelen 0,1 0,1 1.7.2 Tegoeden op banken girorekeningen 18,3 68,1 1.7.3 Deposito's * 85,8 31,4

104,2 99,6 * Uitstaande deposito’s bij de ABNAMRO, Rabobank, ING, Fortis.

De EUR heeft een zogenaamde "parapluafspraak" met de huisbankier, die inhoudt dat negatieve saldi op de ene rekening worden

gecompenseerd met positieve saldi op andere rekeningen. Rente wordt berekend over de som van de saldi.


2.1 - EIGEN VERMOGEN

M € 186,5 – (2007: M € 178,2)

Het eigen vermogen is opgebouwd uit de algemene reserve en bestemmingsreserves en –fondsen (onderverdeeld naar publiek

cq privaat).

Het verloop in het eigen vermogen is als volgt:

Resultaat Overige mutaties

2.1.1 Algemene reserve 44,8 5,0 5,0 54,8 2.1.2 Bestemmingsreserve (publiek)Strategische ruimte 13,1 1,4- 11,7 Gelden vanwege het sectoroverleg 0,4 0,1 0,5 Reserve vh verm.uit onroerende goederen 72,9 72,9 Investeringsreserve 6,5 1,1 7,6 Stuwmeer verlofdagen 1,7- 0,8 0,9- Dividend RSM BV 2,0 2,0 Vervangingsreserves 3,3 0,4- 2,9 Overige 5,8 0,1 3,2- 2,7

102,3 99,4 2.1.3 Bestemmingsreserve (privaat)EUR Beleggingen BV 5,8 0,2- 5,6 EUR Holding BV 15,2 2,0 0,1- 17,1 Rotterdam School of Management BV 8,8 0,2- 8,6 St.Studenten Voorziening Rotterdam 0,8 0,2- 0,6

30,6 31,9 2.1.5 Bestemmingsfonds (privaat)Tinbergen Instituut 0,5 0,1- 0,4

178,2 8,1 0,2 186,5

Stand per 1 januari 2008 Stand per 31 december 2008

Het saldo overige mutaties bestaat uit een stelselwijziging EUR Holding BV (M € 0,3) en bijstelling vermogen Tinbergen Instituut (M € 0,1) v.w.b.

het aandeel van 50% hierin door participerende partijen (VU/UVA).

2.2 - VOORZIENINGEN

M € 22,8 – (2007: M € 21,5)

Het verloop van de voorzieningen is als volgt

2.3.1 2.3.3Personeels- Overige Totaal

voorzieningen voorzieningen

Stand per 1 januari 2008 13,9 7,6 21,5 Dotaties * 5,1 12,0 17,1 Vrijval 4,4- 4,4- Onttrekkingen 3,3- 8,1- 11,4-

Stand per 31 december 2008 11,3 11,5 22,8

Kortlopende deel < 1 jaar 3,4 11,5 14,9 Langlopende deel > 1 jaar 7,9 - 7,9

* De dotatie aan de overige voorzieningen is gebaseerd op het groot-onderhoudsplan.

- 14 -

Personele voorzieningen

De personele voorzieningen zijn als volgt nader onderverdeeld;

Stand per Dotatie Vrijval Onttrekking Stand per Kortl.deel Langl.deel1 januari 2008 31 december 2008 < 1 jaar > 1 jaar

Rechtspositionele maatregelen 4,4 4,3 3,1- 1,8- 3,8 1,3 2,5 Reorganisatiekosten 3,8 0,5- 0,9- 2,4 0,7 1,7 Spaarverlof 2,4 0,6 0,2- 2,8 0,3 2,5 Ambtsjubilea 1,3 0,1 1,4 0,1 1,3 Ov.rechtspos.maatregelen 2,0 0,1 0,8- 0,4- 0,9 0,6 0,3

13,9 5,1 4,4- 3,3- 11,3 3,0 8,3 2.3 - LANGLOPENDE SCHULDEN

M € 25,4 - (2007: M € 26,4)

2.4.3 2.4.5Kredietinstellingen Overige Totaal

Stand per 1 januari 2008 25,0 1,4 26,4 Vrijval 1,0- 1,0-


Looptijd > 1 jaar 25,0 25,0

Looptijd > 5 jaar 0,4 0,4

Rentevoet 4,71% -

Kredietinstellingen:

In 2002 heeft de Bank Nederlandse Gemeenten aan de EUR een lening verstrekt ad M € 25,0 tegen een rentepercentage van

4,71% met een looptijd van 10 jaar. De aflossing zal geschieden in één termijn op 2 december 2012.

Overige langlopende schulden:

Tinbergen Instituut

Het eigen vermogen van de Faculteit der Economische Wetenschappen bestaat voor M € 0,8 uit cumulatief resultaat ten

behoeve van het Tinbergen Instituut dat voor 50% het karakter heeft van een langlopende verplichting. In de

samenwerkingsovereenkomst tussen de participerende partijen (EUR, VU, UVA) is geen bepaling opgenomen inzake eventuele

verdeling van overschotten en/of tekorten. Om die reden is een langlopende schuld ad M € 0,4 opgenomen.

Verlofdagen

Van de in 2004 opgenomen bedrag voor stuwmeer verlofdagen ad M € 4,3 is de laatste tranche 2009 ad M € 0,8 onder

kortlopende schulden opgenomen.


2.4 - KORTLOPENDE SCHULDEN

M € 74,8 - (2007: M € 73,0)

Deze schulden zijn als volgt uit te splitsen:

2.5.3 Crediteuren 6,4 5,3 Loonheffing 5,3 4,6 Omzetbelasting 0,1 - 2.5.7 Belastingen en premies soc.verzekeringen 5,4 4,6 2.5.8 Schulden terzake van pensioenen 1,4 1,3 2.5.9 Overige kortlopende schulden 0,5 0,8

Vooruitontvangen college- en lesgelden 22,1 22,0 Vooruitontvangen subs.OCW geoormerkt 0,9 2,0 Vooruitontvangen termijnen 7,7 8,0 Vakantiegeld en -dagen * 5,3 6,9 Overige ** 25,1 22,1 2.5.10 De overlopende passiva 61,1 61,0

74,8 73,0

2008 2007

Ter toelichting wordt het volgende opgemerkt:

* Onder vakantiegeld en -dagen is opgenomen de tranche 2009 ad M € 0,8 met betrekking tot het stuwmeer verlofdagen.

** Onder overig is het saldo aan vooruit gedeclareerde projectkosten opgenomen. Overzicht geoormerkte doelsubsidies OCW (RJ 660, model G)

Projectomschrijving Bedrag van Saldo Ontvangen Lasten Investering Saldo

Beschikking (kenmerk en datum) toewijzing 2007 2008 2008 2008 2008

Investeringssubsidie huisvesting universiteiten

- BVH/BHO-2004/75047 M 27 juli 2004 7,7 2,0 2,5 3,6- - 0,9

Subsidie experiment 'Ruim baan voor talent'

- BGS/UBT-06/14604 U 9 februari 2006 - - - - -

Talent en verantwoordelijkheid

- BGS/UBT-06/100847 U 1 juni 2006 0,2 - 0,1 0,1- - -

Terugdringing belemmeringen in het HO

voor stud.met een functiebeperking

- BGS/UBT-06/214510 M 20 december 2006 0,2 - 0,1 0,1- - -

2,0 2,7 3,8- - 0,9

- 16 -

NIET UIT DE BALANS BLIJKENDE RECHTEN EN VERPLICHTINGEN

De niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen betreffen:

De EUR heeft een samenwerkingsovereenkomst met Stadswonen ten behoeve van de huisvesting van buitenlandse

studenten waarin is geregeld dat de EUR tot k € 269 garant voor kosten als gevolg van leegstand exclusief F-gebouw en

Wilgenborgh.

De EUR Holding BV is opgenomen in de fiscale eenheid voor de omzetbelasting met haar dochtermaatschappijen en de

EUR. Op grond van de standaardvoorwaarden zijn de vennootschappen hoofdelijk aansprakelijk voor de door de combinatie

verschuldigde belastingen.

De EUR Holding BV heeft voor garantie-, lease- en researchverplichtingen en huur een bedrag ad M € 2,4 opgenomen.

De Rotterdam School of Management B.V. heeft een contract gesloten inzake 4 wooneenheden via Stadswonen

Rotterdam. Dit contract met Stadswonen heeft een looptijd van 5 jaar en loopt af medio 2013. De maandelijkse verplichting

voortvloeiend uit dit contract bedraagt ongeveer € 58.000. De overige contracten betreffende huur van wooneenheden

hebben een looptijd van korter dan een jaar.

De Rotterdam School of Management B.V. heeft een lease contract voor 16 printers/copiers gesloten met Xerox Nederland

in Capelle a/d IJssel. Dit contract heeft een looptijd van 5 jaar en loopt af medio 2013. De driemaandelijkse verplichting als

gevolg van dit contract bedraagt € 21.000,-.

De Erasmus Beleggingen BV heeft huurovereenkomsten met derden gesloten voor de verhuur van een deel van het T-

(ComWonen / PointLogic)

Het Hof in Den Haag constateerde in het vonnis van 10 januari 2008 dat deze verkoop/levering als het niet-nakomen van de

in de akte van erfpacht van 1993 opgenomen kwalitatieve verplichting (architecten voor vrede en gerechtigheid) moet

worden beschouwd en dat Erasmus Beleggingen BV een boete per dag verschuldigd is. Op 11 juni 2008 heeft de Stichting

Oecumenisch Centrum Visser 't Hooft (S-VHC) een dagvaarding uitgebracht maar tot op heden heeft zij geen stappen

ondernomen om tot inning over te gaan. Dit kan te maken hebben met de uitspraak in augustus van de rechter in kort

geding waarin hij een status quo nastreeft totdat in de procedure tussen Erasmus Beleggingen BV en de S-VHC door de

Hoge Raad arrest is gewezen. Dit cassatieberoep is op 10 april 2008 ingesteld.


TOELICHTING BEHORENDE TOT DE GECONSOLIDEERDE STAAT VAN BATEN EN LASTEN

3.1 - Rijksbijdragen

M € 209,1 – (2007: M € 186,5)

De door het departement toegekende rijksbijdrage 2008 bedroeg, inclusief de uitkering voor wachtgelden en investeringen,

M € 284,0. Hierop is in mindering gebracht de toegewezen rijksbijdrage voor de werkplaatsfunctie AZ van M € 76,1 en de als

vooruitontvangen doelsubsidie verantwoorde rijksbijdrage van M € 2,5. Toegevoegd aan de rijksbijdrage is een bedrag van M €

3,7 aan doelsubsidies die als vooruitontvangen rijksbijdrage waren opgenomen. Zoals blijkt uit brief BEK/BPR-2008/152146 M

d.d. 4 december 2008 heeft de Staten-Generaal de 2e suppletoire begroting 2008 en de slotwet 2008 nog niet goedgekeurd en

geldt dus het voorbehoud van de goedkeuring door de begrotingswetgever.

3.1.1 Rijksbijdrage OCW 281,5 273,2 257,6 3.1.2 Overige subsidies OCW 3,7 - 1,7 Rijksbijdrage academische ziekenhuizen 76,1- 74,1- 72,8- 3.1.3 Af: inkomensoverdrachten 76,1- 74,1- 72,8-

209,1 199,1 186,5

2008 Begroting 2008 2007

De toename rijksbijdrage ten opzichte van 2007 met M € 22,6 wordt verklaard door hogere bijdrage van het PBM (M € 7,0),

Rijksbijdrage ISS (M € 11,1) en overige w.o. loon- en prijsbijstellingen (M € 4,5)

Rijksbijdrage werkplaatsfunctie Medische Faculteit

In 2008 heeft de EUR M € 76,1 (BEK/BPR-2008/152146 M d.d. 4 december 2008) aan rijksbijdrage ontvangen voor de

werkplaatsfunctie ten behoeve van de Medische Faculteit, die ter beschikking wordt gesteld aan het Academisch Ziekenhuis

van het Erasmus MC. Deze rijksbijdrage was als volgt opgebouwd:

Modelmatige bijdrage (incl.structurele bijdrage ad M € 2,2 vanaf 2006 aan het Erasmus MC voor

oplossingen van knelpunten in de financiering van wetenschappelijk oncologisch onderzoek)

65,1

Rente 9,0

Mutaties gedurende het jaar w.o.salaris- en prijsbijstellingen 2,0

Totaal 76,1

In de rijksbijdrage werkplaatsfunctie Medische Faculteit is een rentecomponent opgenomen ten bedrage van 25% van de

rentekosten samenhangend met de financiering van investeringen in gebouwen op basis van goedgekeurde plannen.

De prestatieparameters conform de opgave Erasmus MC zijn:

aantal ingeschreven studenten EMC (excl.dubbele inschrijvingen) (peildatum 01/10/08) 2007/2008 2.960

aantal ingeschreven studenten Geneeskunde (excl.dubbele inschrijvingen) (peildatum 01/10/08) 2007/2008

aantal ingeschreven studenten iBMG (excl.dubbele inschrijvingen) (peildatum 01/10/08) 2007/2008

aantal artsgetuigschriften studiejaar 2007/2008

2.451

509

234

aantal leden WP Geneeskunde in dienst (fte) op 31-12-2008 909,7

Aantal leden WP iBMG in dienst gemiddeld over 2008

aantal Medische specialisten in dienst inclusief O&O (incl.Daniël den Hoed) (fte) op 31-12-2007

aantal Medische specialisten in dienst O&O (fte) op 31-12-2007

71,63

586,0

36,9

aantal OIO's in dienst (incl.Daniël den Hoed) op 31-12-2008 215,27

aantal proefschriften Geneeskunde in 2008 178

Aantal proefschriften iBMG in 2008 6

aantal m² nuttige oppervlakte van het ziekenhuis 136.852

- 18 -

aantal m² nuttige oppervlakte van het ziekenhuis – Daniël den Hoed 20.534

aantal co-assistentplaatsen (excl.geaffilieerd) 2008 217

aantal fte ondersteunend personeel op 31-12-2008 915,95

3.3 – College-, cursus-, les en examengelden

M € 32,0 - (2007: M € 31,3)

3.3.4 Collegegelden 32,0 31,6 31,3

2008 Begroting 2008 2007

De stijging van het collegegeld met M € 0,7 wordt verklaard door verhoging van de tarieven met ruim 1,8 %.

3.4 - Baten werk in opdracht van derden

M € 141,7 - (2007: M € 140,8)

Onder ‘baten werk i.o.v. derden’ zijn alle opbrengsten van de in het verslagjaar opgeleverde (deel-) projecten verantwoord.

3.4.1 Contractonderwijs 34,1 35,1 35,6

Collectebusfondsen 11,8 9,1 Bedrijven en overig 20,4 31,0 Overheid 9,6 4,1 BSIK 6,0 5,9 Internationale organisaties;- Europese Unie 36,9 20,9 - overigNWO 17,4 28,5 3.4.2 Contract onderzoek 102,1 56,7 99,5 3.4.3 Overige 5,5 16,7 5,7

141,7 108,5 140,8

2008 Begroting 2008 2007

In de baten uit contractonderzoek is M € 19,3 (2007: M € 13,0) begrepen voor overdrachten aan partners in programma's

waarbij de EUR optreedt als penvoerder en beursbetalingen in het kader van uitwisselingsprogramma's.


3.5 - Overige baten

M € 56,2 - (2007: M € 67,5)

Deze opbrengsten zijn als volgt te rubriceren:

3.5.1 Verhuur 2,2 2,8 2,6 3.5.2 Detachering personeel 1,8 0,3 1,8 3.5.3 Schenking 0,3 0,4 3.5.6 Overige- Economie en Management 2,5 2,3 - Geneeskunde en Gezondheid 40,1 49,3 - Recht, Cultuur,= en Maatschappij 1,7 1,7 - Verbonden partijen 4,1 6,6 - UB, Staf, SSC's 3,1 2,4 - Overig 0,4 0,4

51,9 67,8 62,7

56,2 70,9 67,5

2008 Begroting 2008 2007

4.1 - Personele lasten

M € 252,5 - (2007: M € 243,2)

De personele uitgaven zijn als volgt onder te verdelen:

Brutolonen en salarissen 184,0 175,9 Sociale lasten 7,7 6,7 Pensioenpremies 33,2 31,1 4.1.1 Lonen en salarissen 224,9 217,3 213,7

Dotaties personele voorzieningen 0,7 4,7 3,9 Personeel niet in loondienst 12,8 8,5 15,4 Overig 15,3 6,6 11,3 4.1.2 Overige personele lasten 28,8 19,8 30,6 4.1.3 Af: uitkeringen 1,2- - 1,1-

252,5 237,1 243,2

2008 Begroting 2008 2007

De personele lasten zijn ten opzichte van 2007 met M € 9,3 (3,8%) toegenomen. De post ‘Lonen en salarissen’ laat een stijging

zien van M € 11,2 (5,2%) mede door een toename van het aantal fte’s met 3,0% van 3.612 naar 3.720 fte’s. De ‘dotatie

personele voorzieningen’ is M € 0,7 en wordt verklaard door een saldo van dotaties aan de ‘rechtspositionele maatregelen’ ad M

€ 1,2, aan ‘spaarverlof’ en ‘ambtsjubilea’ M € 0,7 en daarnaast een vrijval van de ‘reorganisatiekosten’ ad M € 0,5 en

ov.rechtspositionele maatregelen’ ad M € 0,7. De ‘Overige personele lasten’ zijn gestegen met M € 1,3.

Ingevolge het OCW-controleprotocol 2008 en de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens is

onderstaand een overzicht opgenomen van inkomens (en functie) voor zover deze uitstijgen boven de in het protocol en de Wet

genoemde criteria van medewerkers die in dienst zijn van de rechtspersoon EUR incl.de leden van het CvB (norm 2008 is k €

181). In deze opgave (bedragen in k €) is rekening gehouden met de omvang van het dienstverband en zijn dienstverbanden

kleiner dan voltijds, omgerekend naar het voltijdse equivalent.

- 20 -

Bezoldiging van bestuurders en toezichthouders

De genoemde CvB leden zijn ook opgenomen in het WOPT overzicht.

Bedragen in k € 2008 Begroting 20072008

College van Bestuur;- Drs.J.W.Oosterwijk, voorzitter 226,2 175,2 * In diensttreding per 1 maart 2007- Prof.Dr.S.W.J.Lamberts, rector magnificus 191,9 185,9 *- Drs.C.W.van Rooijen, lid 195,7 193,2 *- Prof.Dr.J.C.M.van Eijndhoven, gewezen voorz.CvB 157,4 155,8

771,2 600,0 710,1 Raad van Toezicht;- Drs.A.van Rossum, voorzitter 12,1 12,1 - Mw.profdr.J.M.Bensing 9,7 9,7 - Mr.F.W.H.van den Emster 9,7 4,0 - Prof.mr.L.A.Geelhoed - 3,1 - Prof.dr.W.A.F.G.Vermeend 9,7 9,7 - Mw.dr.V.C.M.Timmerhuis 1) 13,8 -

55,0 - 38,6

826,2 600,0 748,7

1) Inclusief nabetaling over 2007

Functie-omschrijvingBedragen in k €

vanaf tot 2008 2007 2008 2007

Voorzitter CvB 1-3-2007 28-2-2011 181,1 168,9 224,1 211,9 *Hoogleraar B 1-11-1970 7-8-2014 177,9 119,1 204,5 143,5 Hoogleraar B 1-3-1985 3-5-2025 167,7 164,0 198,4 194,8 Decaan 1-12-2005 2-12-2012 159,2 151,5 196,7 184,2 Lid CvB 1-5-2002 30-4-2010 153,5 156,3 189,9 188,0 *Hoogleraar B 1-9-1984 15-6-2016 152,6 140,9 189,3 175,3 Rector Magnificus 1-12-2003 30-9-2009 152,5 149,4 188,8 185,2 *Decaan 16-1-2008 24-9-2012 160,4 - 194,4 -Decaan 1-9-1987 30-9-2028 151,7 133,2 183,2 163,2

Duur dienstverbandin het verslagjaar

Belastbaar loon 1) Belastbaar loon 2)

* Het verschil met de werkelijke kosten betreft belastingvrije toelagen en vrijwillige (pensioen-) premies

1) Belastbaar loon: bedrag waarover loonheffing wordt betaald

2) Belastbaar loon conform definitie: som van belastbaar loon en de pensioenpremies werkgever en werknemer

Gemiddeld aantal fte's 2008 2007WP 909,8 815,8 OBP 642,0 647,0 Personeel 2e/3e geldstroom gefinancierd door derden in dienst van de EUR 88,5

Sub-totaal 1.551,8 1.551,3 EUR-BV's 233,6 224,5 Personeel Erasmus MC (niet in dienst van de EUR) 1.934,6 1.836,4

Totaal 3.720,0 3.612,2 Het aantal fte’s personeel 2e/3e geldstroom gefinancierd door derden in dienst van de EUR is in 2008 opgenomen onder WP en

OBP. De rapportage van de medewerkers Erasmus MC incl. de hierin geconsolideerde BV’s zijn opgenomen in de jaarrekening

van het Erasmus MC.


De presentatie van de personeelsbezetting naar inrichting van de organisatie ziet er als volgt uit:

WP NWP BV's Totaal Totaalorg.ondd. domein

Geneeskunde & Gezondheid Geneeskunde 909,7 870,2 1.779,9 1.934,6 iBMG 71,6 45,7 117,4 BV's 37,3 37,3

Economie en Management ESE 195,1 57,9 253,0 618,5 RSM EU 257,5 108,0 365,5

Recht, Cultuur en Maatschappij FR 182,2 62,0 244,2 595,4 FSW 192,1 55,2 247,3 FHKW 56,6 15,5 72,1 FW 26,3 5,5 31,8

Centraal incl. UB UB 58,1 58,1 571,5 Staf 69,5 69,5 SSC's 210,3 210,3 BV's 233,6 233,6

Totaal 1.891,1 1.558,0 270,9 3.720,0 3.720,0 4.2 – Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa

M € 12,5 - (2007: M € 12,3)

4.2.2 Materiële vaste activa 12,5 11,4 12,3

2008 * Begroting 2008 2007

* Hieronder is een bedrag van M € 1,7 en M € 4,4 voor afschrijving gebouwen resp.apparatuur van het Erasmus MC

opgenomen.

4.3 - Huisvestingslasten

M € 33,5 - (2007: M € 29,2)

4.3.1 Huur 4,3 4,3 5,6 4.3.2 Verzekeringen 0,2 0,2 0,2 4.3.3 Onderhoud 13,4 7,1 8,6 4.3.4 Energie en water 6,0 10,5 6,0 4.3.5 Schoonmaakkosten 3,4 2,2 3,0 4.3.6 Heffingen 1,0 1,0 0,9 4.3.7 Overige 5,2 10,9 4,9

33,5 36,2 29,2

2008 Begroting 2008 2007

Verlaging van de uitgaven voor huur wordt mede veroorzaakt door de overname van de verhuur activiteiten door Stadswonen

Rotterdam. De toename van de uitgaven voor onderhoud wordt veroorzaakt door een extra dotatie ten behoeve van het

onderhoudsplan.

- 22 -

4.4 – Overige lasten

M € 116,2 - (2007: M € 117,6)

4.4.2 Inventaris, apparatuur en leermiddelen 4,0 3,9 4.4.3 Dotatie overige voorzieningen 0,2 0,2 4.4.4 Overige- Economie en Management 10,3 8,2 - Geneeskunde en Gezondheid 61,5 76,9 - Recht, Cultuur,= en Maatschappij 7,3 4,9 - Verbonden partijen 6,9 7,5 - UB, Staf, SSC's 14,9 14,8 - Overig 11,1 1,2

112,0 125,2 113,5

116,2 125,2 117,6

De onder 4.4.4 Overig opgenomen accountantskosten zijn als volgt gespecificeerd (in k €);

PWC - Honorarium- Controle van de jaarrekening 277,9 - Andere controle opdrachten 44,8 - Fiscale advies diensten 9,1 - Andere niet-controle diensten 33,7

365,5 Honorarium ov.acc.organisaties- Controle van de jaarrekening 37,4 - Fiscale advies diensten 7,0

409,9

2008 Begroting 2008 2007

5 - Financiële baten en lasten

M € 4,1 - (2007: M € 3,1)

5.1 Rentebaten 5,3 3,4 4,4 5.4 Rente lasten 1,2- 1,1- 1,3-

4,1 2,3 3,1

2008 Begroting 2008 2007


ENKELVOUDIGE BALANS PER 31 DECEMBER 2008 na resultaat bestemming

in M € 2008 2007

1. ACTIVA

Vaste activa1.2 Materiële vaste activa 73,5 64,8 1.3 Financiële vaste activa 112,4 112,9

Totaal vaste activa 185,9 177,7

Vlottende activa1.5 Vorderingen 39,0 35,3 1.7 Liquide middelen 66,6 65,0

Totaal vlottende activa 105,6 100,4

Totaal activa 291,5 278,1

2. PASSIVA

2.1 Eigen vermogen 186,5 178,2

2.2 Voorzieningen 22,4 21,1 2.3 Langlopende schulden 25,4 26,4 2.4 Kortlopende schulden 57,2 52,4

Totaal passiva 291,5 278,1

- 24 -

ENKELVOUDIGE STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2008

in M € Rekening Begroting Rekening

2008 2008 2007

3. BATEN3.1 Rijksbijdragen 209,1 199,1 186,5 3.3 College-, cursus-, les- en examengelden 32,0 31,6 31,3 3.4 Baten werk i.o.v.derden 18,0 14,4 16,0 3.5 Overige baten 21,6 19,4 21,9

Totaal baten 280,7 264,5 255,7

4. LASTEN4.1 Personele lasten 110,0 109,0 107,8 4.2 Afschrijvingen 3,2 2,5 3,4 4.3 Huisvestingslasten 18,6 11,8 13,8 4.4 Overige lasten 150,4 149,5 127,8

Totaal lasten 282,2 272,8 252,8

Saldo baten en lasten (1,5) (8,3) 2,9

5 Financiële baten en lasten 9,6 8,5 11,2

Resultaat 8,1 0,2 14,1


TOELICHTING BEHORENDE TOT DE ENKELVOUDIGE BALANS

1.2 - Materiële vaste activa

M € 73,5 – (2007: M € 64,8)

1.2.1 1.2.2 1.2.4

Gebouwen Inventaris en app. In uitvoering en Totaalen terreinen (incl.1e inrichting) vooruitbetalingen

Aanschafprijs 102,9 12,3 115,2 Cum.afschr.en waardeverminderingen 42,7- 7,7- 50,4- Boekwaarde 1 januari 2008 60,2 4,6 - 64,8

Investeringen 1,0 10,8 11,8 Afschrijvingen 2,0- 1,1- 3,1-

Aanschafprijs 102,9 13,3 10,8 127,0 Cum.afschr.en waardeverminderingen 44,7- 8,8- - 53,5-

Boekwaarde 31 december 2008 58,2 4,5 10,8 73,5

1.3 - Financiële vaste activa

M € 112,4 – (2007: M € 112,9)

Boekwaarde Desinvest.en Resultaat Boekwaarde

1 januari 2008 afgeloste leningen deelnemingen 31 december 2008

1.3.1 Groepsmaatschappijen 30,6 0,1- 1,4 31,9 1.3.3 Vorderingen op groepsmaatschappije 82,3 1,8- 80,5

112,9 1,9- 1,4 112,4 Naam Juridische Statutaire Code * Eigen Exploitatie- Verklaring Consolidatie Deelname

vorm zetel activiteiten vermogen saldo 2008 ** art.2:403 percentage percentage31-12-2008 BW ja/nee

Erasmus Beleggingen BV BV Rotterdam 3 5,6 (0,2) nee 100% 100%EUR Holding BV BV Rotterdam 1/2 17,1 2,0 nee 100% 100%RSM BV BV Rotterdam 1/2 8,6 (0,2) nee 100% 100%Stichting SSVR Stichting Rotterdam 4 0,6 (0,2) nee 100%

Totaal 31,9 1,4

• Code activiteiten: 1 = Contractonderwijs, 2 = Contractonderzoek, 3 = Onroerende zaken, 4 = Overig

- 26 -

Naam verbonden partij

Omschrijving doelstelling Samenstelling van bestuur en directie

Erasmus Beleggingen BV Het beleggen van vermogen in de meest ruime zin des

woords en al hetgeen daarmee verband houdt of daaraan bevorderlijk kan zijn, alles in de ruimste zin van het woord

Drs.C.A.Lansbergen / Directeur

EUR Holding BV Het ten behoeve van de primaire activiteiten van de Universiteit faciliteiten in de vorm van werkmaatschappijen te bieden (100% dochters van de EUR Holding) waarin onderwijs en onderzoek kunnen worden ondergebracht indien universitaire onderdelen daar redenen voor zien.

Prof.Dr.H.R.Commandeur / Directeur

Rotterdam School of Management BV

Het organiseren en het (doen) verzorgen van privaat-gefinancierde, door Erasmus Universiteit Rotterdam geaccrediteerde niet-initiële managementopleidingen (full-time dan wel part-time) op het gebied van de bedrijfskunde, zulks in nauwe samenhang met de opleidingen, die worden verzorgd door Erasmus Universiteit Rotterdam, meer in het bijzonder de faculteit der Bedrijfskunde van de EUR.

Ms.D.Bevelander / Statutory Director

Stichting Studenten Voorziening Rotterdam

Behartigen van gemeenschappelijke belangen van studenten van de EUR; in bijzondere gevallen ook anderen (na goedkeuring CvB) dmv: Bevorderen lichamelijke vorming en sport Beheren fondsen cult./esth./soc.activiteiten

Bestuur; - Mr.Daniël E.Sikkens / Voorzitter - Drs.Jos. Van Wollingen / Secretaris - Drs.John K.Poot / Penningmeester - Drs.Jon de Ruijter / Lid Simone Wolthuis / Directeur

1.5 - Vorderingen

M € 39,0 – (2007: M € 35,3)

1.5.1 Debiteuren 15,0 14,2

1.5.2 OCW 2,3 2,5

1.5.3 Groepsmaatschappijen 11,9 10,2

1.5.7 Overige vorderingen - -

Vooruitbetaalde kosten 2,8 2,5

Verstrekte voorschotten 0,1 0,2

Overige 7,4 6,2

1.5.8 Overlopende activa 10,3 8,9

1.5.9 Af: Voorzieningen wegens oninbaarheid 0,5- 0,5-

39,0 35,3

2008 2007

Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid is als volgt:

2008 2007

Stand per 1 januari 0,5- 0,5- Mutatie - -

1.5.9 Stand per 31 december 0,5- 0,5-

De stand van de voorziening wordt statisch bepaald


1.7 - Liquide middelen

M € 66,6 – (2007: M € 65,0)

2008 2007

1.7.1 Kasmiddelen 0,1 - 1.7.2 Tegoeden op banken girorekeningen 6,5 60,0 1.7.3 Deposito's 60,0 5,0

66,6 65,0 2.1 - Eigen vermogen

M € 186,5 – (2007: M € 178,2)

Resultaat Overige mutaties

2.1.1 Algemene reserve 44,8 5,0 5,0 54,8

2.1.2 Bestemmingsreserve (publiek)Strategische ruimte 13,1 1,4- 11,7 Gelden vanwege het sectoroverleg 0,4 0,1 0,5 Reserve vh verm.uit onroerende goederen 72,9 72,9 Investeringsreserve 6,5 1,1 7,6 Stuwmeer verlofdagen 1,7- 0,8 0,9- Dividend RSM BV 2,0 2,0 Vervangingsreserves 3,3 0,4- 2,9 Overige 5,8 0,1 3,2- 2,7

102,3 99,4

2.1.3 Bestemmingsreserve (privaat)EUR Beleggingen BV 5,8 0,2- 5,6 EUR Holding BV 15,2 2,0 0,1- 17,1 Rotterdam School of Management BV 8,8 0,2- 8,6 St.Studenten Voorziening Rotterdam 0,8 0,2- 0,6

30,6 31,9

2.1.5 Bestemmingsfonds (privaat)Tinbergen Instituut 0,5 0,1- 0,4

178,2 8,1 0,2 186,5

Stand per 1 januari 2008 Stand per 31 december 2008

- 28 -

2.2 - Voorzieningen

M € 22,4 – (2007: M € 21,1)

2.3.1 2.3.3

Personeels- Overige Totaalvoorzieningen voorzieningen

Stand per 1 januari 2008 13,9 7,2 21,1 Dotaties 5,1 11,8 16,9 Vrijval 4,4- 4,4- Onttrekkingen 3,3- 7,9- 11,2-


Kortlopende deel < 1 jaar 3,4 11,1 14,5 Langlopende deel > 1 jaar 7,9 - 7,9

2.3 - Langlopende schulden

M € 25,4 – (2007: M € 26,4)

2.4.3 2.4.5

Kredietinstellingen Overige Totaal

Stand per 1 januari 2008 25,0 1,4 26,4 Aflossingen 2008 1,0- 1,0-


Looptijd > 1 jaar 25,0 0,4 25,4 Rentevoet 4,71% -

2.4 - Kortlopende schulden

M € 57,2 – (2007: M € 52,4)

2.5.3 Crediteuren 5,1 4,1

2.5.5 Schulden aan groepsmaatschappijen 4,1 1,4

Loonheffing 4,7 4,0

Omzetbelasting 0,2 0,2

2.5.7 Belastingen en premies soc.verzekeringen 4,9 4,2

2.5.8 Schulden terzake van pensioenen 1,4 1,2

2.5.9 Overige kortlopende schulden 0,3 0,1

Vooruitontvangen college- en lesgelden 22,1 22,0

Vooruitontvangen subs.OCW geoormerkt 0,9 2,0

Vooruitontvangen investeringssubsidies

Vooruitontvangen termijnen 5,7 6,1

Vakantiegeld en -dagen 4,1 5,7

Overige 8,6 5,6

2.5.10 De overlopende passiva 41,4 41,4

57,2 52,4

2008 2007


TOELICHTING BEHORENDE TOT DE ENKELVOUDIGE STAAT VAN BATEN EN LASTEN

3.1 - Rijksbijdragen M € 209,1 – (2007: M € 186,5)

3.1.1 Rijksbijdrage OCW 281,5 273,2 257,6 3.1.2 Overige subsidies OCW 3,7 - 1,7 Rijksbijdrage academische ziekenhuizen 76,1- 74,1- 72,8- 3.1.3 Af: inkomensoverdrachten 76,1- 74,1- 72,8-

209,1 199,1 186,5

2008 Begroting 2008 2007

3.3 - College-, cursus-, les en examengelden

M € 32,0 – (2007: M € 31,3)

3.3.4 Collegegelden 32,0 31,6 31,3

2008 Begroting 2008 2007

3.4 - Baten werk in opdracht van derden

M € 18,0 – (2007: M € 16,0)

3.4.1 Contractonderwijs 7,2 5,4 6,6

Collectebusfondsen 0,4 0,3 Bedrijven en overig 1,1 1,1 Overheid 1,7 1,4 BSIK 2,5 2,2 Internationale organisaties;- Europese Unie 1,7 1,4 - overigNWO 2,7 2,4 3.4.2 Contract onderzoek 10,1 3,5 8,8 3.4.3 Overige 0,7 5,5 0,6

18,0 14,4 16,0

2008 Begroting 2008 2007

- 30 -

3.5 - Overige baten

M € 21,6 – (2007: M € 21,9)

3.5.1 Verhuur 1,6 2,8 2,6 3.5.2 Detachering personeel 1,8 0,3 1,8 3.5.3 Schenking 0,3 0,4 3.5.6 Overige 17,9 16,3 17,1

21,6 19,4 21,9

2008 Begroting 2008 2007

4.1 - Personeelslasten

M € 110,0 – (2007: M € 107,8)

Brutolonen en salarissen 80,7 80,2 Sociale lasten 6,3 5,5 Pensioenpremies 10,2 9,4 4.1.1 Lonen en salarissen 97,2 97,7 95,1

Dotaties personele voorzieningen 0,7 4,7 3,9 Personeel niet in loondienst 5,4 3,0 4,2 Overig 7,1 3,6 4,9 4.1.2 Overige personele lasten 13,2 11,3 13,0 4.1.3 Af: uitkeringen 0,4- - 0,3-

110,0 109,0 107,8

2008 Begroting 2008 2007

4.2 - Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa

M € 3,2 – (2007: M € 3,4)

4.2.2 Materiële vaste activa 3,2 2,5 3,4

2008 Begroting 2008 2007


4.3 - Huisvestingslasten

M € 18,6 – (2007: M € 13,8)

4.3.1 Huur 0,6 1,7 1,8 4.3.2 Verzekeringen 0,2 0,2 0,2 4.3.3 Onderhoud 11,8 4,6 7,0 4.3.4 Energie en water 2,2 2,2 2,0 4.3.5 Schoonmaakkosten 2,1 - 1,2 4.3.6 Heffingen 1,0 1,0 0,9 4.3.7 Overige 0,7 2,1 0,7

18,6 11,8 13,8

2008 Begroting 2008 2007

4.4 - Overige lasten

M € 150,4 – (2007: M € 127,8)

4.4.2 Inventaris, apparatuur en leermiddelen 3,9 3,9 4.4.4 Overige 146,5 149,5 123,9

150,4 149,5 127,8

2008 Begroting 2008 2007

5 - Financiële baten en lasten

M € 9,6 – (2007: M € 11,2)

5.1 Rentebaten 9,4 8,1 8,4 5.2 Waardeveranderingen fin.activa en effecten 1,4 1,5 4,0 5.4 Rente lasten 1,2- 1,1- 1,2-

9,6 8,5 11,2

2008 Begroting 2008 2007

Aandeel in resultaat van maatschappijen waarin wordt deelgenomen

M € 1,4 – (2007: M € 4,0)

Erasmus Beleggingen BV 0,2- 0,3- 0,7- EUR Holding BV 2,0 1,3 3,1 Rotterdam School of Management BV 0,2- 0,5 1,8 St.Studenten Voorzieningen Rotterdam 0,2- - 0,2-

Nettoresultaat 1,4 1,5 4,0

2008 Begroting 2008 2007

- 32 -


- 34 -


BIJLAGEN GEGEVENS OVER RECHTSPERSONEN

Bestuursnummer 00010 – 21PE

Naam instelling

Erasmus Universiteit Rotterdam

Adres

Postadres

Burg.Oudlaan 50

Postbus 1738

Postcode / Plaats 3000 DR Rotterdam

Telefoon (010) 408 1111

Fax (010) 408 9073

Internet-site http://www.eur.nl

Contactpersoon

mw. drs. C.M. Taia Boneco

Telefoon (010) 408 1692

Fax (010) 408 9084

e-mail [email protected]

- 36 -

http://www.eur.nl/

mailto:[email protected]

Documents

Financieel jaarverslag 2008 Erasmus Universiteit Rotterdam