FVP jaarverslag 2009

Jaarverslag

Stichting

FVP

2009jaarverslag

20

09

Stichting FV

P

Voorwoord

H et bestuur van Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering (FVP) biedt u hierbij het jaarverslag 2009 aan. Dit jaarverslag is geschreven om verant-

woording af te leggen over de activiteiten van het afgelopen jaar en is bedoeld voor De Nederlandsche Bank (DNB), de pensioenuitvoerders, het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) en andere belanghebbenden en geïnteres-seerden in de FVP-regeling.

In het afgelopen verslagjaar is de werkloosheid sterk gestegen. Deze ontwikkeling had een negatieve invloed op de vermogenspositie van Stichting FVP. Dit heeft ertoe geleid dat het FVP-bestuur in oktober 2009 heeft besloten om per 1 januari 2011 defi nitief geen nieuwe gerechtigden meer tot de FVP-regeling toe te laten. Daarnaast zijn maatrege-len getroffen om een eventueel negatief vermogen te voorkomen. In november 2009 zijn deze besluiten gecommuniceerd naar tal van betrokkenen, zoals de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) en de hiervóór genoemde instanties. In dit jaarverslag wordt verder op deze ontwikkelingen ingegaan.

Het bestuur van Stichting FVP bedankt de mede-werkers van Kantoor FVP, de overige medewerkers van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) en alle personen en organisaties die bij FVP betrokken zijn voor de getoonde inzet en de prettige samenwerking in 2009.

Amstelveen, 29 april 2010

Het bestuur van Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering

drs. G. Verheijvoorzitter

3

algemeen bestuur en organisatie uitvoering financiële ontwikkelingen jaarrekening en overige gegevens

Inhoud

03Voorwoord

06Kerncijfers

07Algemeen

07Stijging van de FVP-instroom

07Niet verlengen na WW-ingangsdatum 1 januari 2011 en opschortvariant

08Bestuur en organisatie

08De historie van Stichting FVP

08Missie

09Strategie

10Activiteiten bestuur

10Activiteiten Werk-groep Beleidsvoorbe-reiding (WBV)

11Activiteiten Beleg-gingsadviescommissie (BAC)

11Financiële Commissie (FC)

12Organisatie FVP in 2009

13Uitvoering

13Overleg met UWV

13Communicatie

13Integraal Kwaliteits-management

13Productie

14Grensarbeiders

14Ontwikkeling van uitvoeringskosten per klant

15Hardheidsbepaling

15Geschillen en klachten

17Toezicht en controle

18Overige controlemaat-regelen

18De Nederlandsche Bank (DNB)

21Financiële ontwikkelingen

21Regelgeving

21Macro-economische ontwikkelingen

23Ramingsmodel waardeverloop van de portefeuille

24Ontwikkeling van de verplichtingen

30Vermogensbeheer

35Jaarrekening

54Overige gegevens

58Personalia en adresgegevens

61Verklarende woordenlijst

4

5

6

2009 2008

Aantallen tot en met 31 decemberGeretourneerde aanvragen 130.900 63.200Lopende FVP-rechten 124.000 61.700Beëindigde FVP-rechten 37.000 38.900Betaalde FVP-bijdragen 60.900 65.100

Financiële gegevens (in duizenden euro)Inkomsten uit beleggingen 81.100 -46.700Uitkeringslasten 194.000 149.900Bedrijfskosten - uitvoeringskosten 6.600 6.300Dotatie/vrijval voorziening beëindiging Kantoor FVP -500 200Kosten vermogensbeheer 700 700

Vermogen (in duizenden euro) Stichtingsvermogen 621.700 742.300Voorziening 311.600 331.000Marktwaarde beleggingsportefeuille 986.600 1.115.400

Total return rendement (time-weighted)Vastrentende waarden lang 6,8% 7,9%Vastrentende waarden kort 3,3% 5,9%Aandelen 27,0% -37,0%Totaal (unhedged) 8,9% -2,7%Totaal (hedged) 8,7% -2,6%

KerncijfersHet kerncijfer ‘lopende FVP-rechten’ vermeldt het aantal FVP-bijdragerechten dat ultimo 2009 nog niet beëindigd is. De cijfers ‘lopende FVP-rechten’ en ‘beëindigde FVP-rechten’ zijn deels gebaseerd op ramingen die jaarlijks worden bijgesteld. Als gevolg hiervan is er geen aansluiting met de productiecijfers in het hoofdstuk Uitvoering, die alleen realisaties bevatten. De genoemde getallen zijn exclusief REA-gerechtigden. Op de desbetreffende ramingen wordt in het hoofdstuk Financiële ontwikkelingen dieper ingegaan.

2009 2008

7

AlgemeenInleidingIn 2009 zette de negatieve economische trend, die eind 2008 al was ingezet, zich verder door. De crisis veroorzaakte een grote stijging van het aantal werklozen op de arbeidsmarkt. Deze ontwikkeling had ook invloed op het aantal nieuwe aanvragen om FVP-bijdrage. Deze zijn in een jaar tijd namelijk meer dan verdubbeld. De betreffende tendens op de arbeidsmarkt heeft tevens een negatief effect op de geraamde vermogensont-wikkeling van Stichting FVP. Dit heeft ertoe geleid dat het FVP-bestuur een aantal voorzorgsmaatre-gelen heeft genomen om de gevolgen van een eventueel negatief vermogen op te vangen.

Stijging van de FVP-instroomDe wereldwijde economische crisis uitte zich onder andere door een stijging van het aantal werklozen op de arbeidsmarkt. In het door het Centraal Planbureau (CPB) opgestelde Centraal Economisch Plan (CEP) van maart 2009 voorzag men dat het aantal werklozen ultimo 2010 675.000 zou bedra-gen. Een jaar later gaat het CPB uit van 500.000 werklozen ultimo 2010. Ondanks dat het CPB haar prognoses in de loop van 2009 naar beneden bijstelde, blijkt dat de WW-instroom voor 2009 fors hoger uitkomt dan eerder geraamd. Daarnaast doet een steeds groter deel van de mensen die instromen in de WW een beroep op FVP. Het aantal verzonden aanvragen voor een FVP-bijdrage steeg in 2009 eveneens. In het laatste tertaal van 2009 (74.516) zijn deze verdubbeld ten opzichte van het laatste tertaal van 2008 (32.280).

In de FVP-bestuursvergadering van april 2009 is besloten om de FVP-regeling open te stellen voor werknemers die vallen onder de regeling voor deeltijd-WW. Het Bijdragereglement 1999 is naar aanleiding van dit besluit aangepast. Op basis van de realisaties van het tweede kwartaal van 2009, blijkt het overgrote deel van de deeltijd-WW’ers van 40 jaar en ouder een beroep te doen op FVP.

Niet verlengen na WW-ingangsdatum 1 januari 2011 en opschortvariantAls gevolg van de negatieve tendens op de arbeids-markt heeft het FVP-bestuur een aantal voorzorgs-maatregelen getroffen, die de gevolgen van een eventueel negatief vermogen moeten opvangen.

In december 2008 besloot het FVP-bestuur voor het laatst de instroom in de FVP-bijdrageregeling met een jaar te verlengen tot 1 januari 2011. Als gevolg van de economische ontwikkelingen is in de bestuursvergadering van 13 oktober 2009 besloten dat er geen nieuwe verlenging plaats zal vinden. Hiermee komt de FVP-bijdrageregeling over enkele jaren definitief ten einde.

Dit bestuursbesluit betekent concreet dat werk-nemers van 40 jaar of ouder die op of na 1 januari 2011 WW-gerechtigd worden, niet meer in aan-merking komen voor een bijdrage op grond van de FVP-bijdrageregeling. Daarnaast is in juli van het verslagjaar 2009 besloten dat de vaststelling en uitbetaling van de FVP-bijdrage aan gerechtigden met een WW-instroomdatum op of na 1 januari 2010 wordt opgeschort tot uiterlijk 1 januari 2014. Als blijkt dat volledige uitbetaling ultimo 2013 leidt tot een negatief vermogen, zal het bestuur van Stichting FVP voor deze groep de FVP-bijdrage niet voor 100% toekennen, maar hierop een reductie toepassen. Uitzonderingen op deze opschorting zijn werkloze werknemers die tussentijds de pensioengerechtigde leeftijd bereiken en degenen die een beroep doen op de inkoopbij-drage bij het overlijden van werkloze werknemers.

De FVP-regeling is een regeling met een voorwaar-delijk karakter. Het FVP-bestuur heeft daarom altijd aangegeven dat een volledige uitbetaling van de FVP-bijdrage niet gegarandeerd is. Dit is op 12 mei 2009 nog eens benadrukt door Stichting FVP met een persbericht, waarin ook werd aange-geven dat Stichting FVP de macro- economische ontwikkelingen op de voet zal blijven volgen. Om aan dit voornemen goede uitvoering te geven, is in het vergaderschema van het FVP-bestuur steeds aansluiting gezocht bij de data waarop de werkloos-heidsramingen van het CPB beschikbaar kwamen. Hierdoor werd het mogelijk om de besluitvorming steeds te baseren op de meest recente informatie.

Op basis van de laatste raming moet het FVP-bestuur zeer waarschijnlijk gebruikmaken van zijn bevoegdheid om de FVP-bijdrage aan te passen voor de groep werknemers die in 2010 werkloos wordt. Deze groep moet rekening houden met een substantiële verlaging van de FVP-bijdrage.

Ondanks dat het CPB haar prognoses in de loop van 2009 naar beneden bijstelde, blijkt dat de

WW-instroom voor 2009 fors hoger uit-komt dan eerder geraamd. Daarnaast doet een steeds groter deel van de mensen die instromen in de WW een beroep op FVP.

8

InleidingDit hoofdstuk schetst de ontstaansgeschiedenis van Stichting FVP en beschrijft vervolgens de missie en strategie. Daarnaast worden de activi-teiten van het bestuur in 2009 uiteengezet en wordt kort verslag gedaan van de activiteiten van de Werkgroep Beleidsvoorbereiding (WBV) en de Beleggingsadviescommissie (BAC). Aan het einde van dit hoofdstuk is de organisatiestructuur van FVP opgenomen.

De historie van Stichting FVPOp 1 januari 1973 werd het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering (FVP) opgericht. Het vermogen van dit fonds was bij wet bestemd voor een ver-plichte aanvullende pensioenverzekering voor werknemers. Toen een algehele pensioenplicht niet meer noodzakelijk bleek, werd met ingang van 1988 de rente van het opgebouwde vermogen gebruikt om de voortzetting van pensioenvoorzie-ningen van werkloze werknemers van 40 jaar en ouder te financieren.

In 1998 is besloten het fonds te privatiseren. Daar-mee eindigde de betrokkenheid van de overheid. De middelen van het fonds werden overgeheveld naar de rechtsopvolger, Stichting FVP, die op 1 januari 1999 door werknemers- en werkgevers-organisaties werd opgericht. In de Wet privatisering FVP is onder meer bepaald dat ‘alle middelen van de stichting mogen worden gebruikt om te voor-zien in aanvullende pensioenvoorzieningen ten behoeve van werknemers of hun nagelaten betrek-kingen’. Bij de privatisering stelde FVP het Bijdrage-reglement 1999 en het Uitvoeringsreglement 1999 vast, als vervanging van de Bijdrageregelen FVP 1995, die vóór de privatisering van toepassing waren. Tenzij anders vermeld, wordt in dit jaarver-slag alleen gesproken over het Bijdragereglement 1999, ook wel FVP-regeling of Bijdrageregeling genoemd.

Beperking van pensioenbreukStichting FVP kent twee soorten bijdragen om pensioenbreuk als gevolg van werkloosheid te beperken. Dit zijn de voortzettingsbijdrage en de inkoopbijdrage.

Bestuur en organisatie

Stichting FVP levert een bijdrage aan de

beperking van

pensioenbreuk als gevolg van

werkloosheid. Daarnaast voorziet FVP in bijdragen ter financiering van onderzoeken

inzake aanvullende pensioenen.

De voortzettingsbijdrage is bestemd voor de voort-zetting van de pensioenvoorziening van werknemers die vóór 1 januari 2011 werkloos worden, al dan niet vanuit de deeltijd-WW, en op de eerste werkloosheidsdag 40 jaar of ouder zijn. Met de voortzettingsbijdrage wordt de voorziening van levenslang ouderdoms- en partnerpensioen voort-gezet, die in de laatste dienstbetrekking voorafgaand aan de werkloosheid van toepassing was. Deze bijdrage wordt vergoed over de periode waarin recht bestaat op een loongerelateerde uitkering op grond van de WW.

De voortzettingsbijdrage geldt eveneens voor degene met een (deeltijd-)WW-uitkering die in aansluiting hierop, een door UWV vastgesteld recht heeft op

missie

9

een uitkering op grond van de Wet Inkomensvoor-ziening Oudere Werklozen (IOW, Stb. 2008, 340), mits dit recht vóór 1 januari 2011 is ingegaan.

Daarnaast geldt een voortzettingsbijdrage over de periode waarin, op grond van de WW, een vervolg-uitkering wordt verstrekt aan werkloze werknemers. Voorwaarden daarbij zijn wel dat deze werknemers vóór 11 augustus 2003 werkloos moeten zijn geworden en 57,5 jaar of ouder waren op de eerste werkloosheidsdag.

De inkoopbijdrage is bestemd voor de inkoop van een direct ingaand partnerpensioen voor de partners van werkloze werknemers die tijdens de werkloos-heidsperiode zijn overleden. Hierbij geldt geen leeftijdscriterium.

Financiering van onderzoekenOp grond van het eerste lid van artikel 2 van de Wet privatisering FVP (Stb. 1998, 457) kan Stichting FVP op verzoek van de Sociaal-Economische Raad (SER) voorzien in bijdragen ter financiering van onderzoeken inzake aanvullende pensioenen. In 2009 is er geen verzoek van de SER voor de finan-ciering van dergelijke onderzoeken ontvangen.

StrategieStichting FVP volgt een heldere strategie om haar missie vorm te geven bij het leveren van een bijdrage aan de beperking van pensioenbreuk als gevolg van werkloosheid. Deze strategie wordt gekenmerkt door:

• Uitbesteding van de uitvoering van de FVP-regeling en van het vermogens-beheer Het bestuur van Stichting FVP heeft als opdrachtgever de uitvoering van de FVP-regeling en het beheer van het stichtingsvermogen ondergebracht bij de SVB, de opdrachtnemer. Op basis van de Administratieovereenkomst en de Overeenkomst inzake Vermogensbeheer FVP voeren medewerkers van de SVB opdrachten uit. De SVB brengt de loonkosten en andere uitvoe-ringskosten in rekening bij Stichting FVP. Stichting FVP heeft geen medewerkers in dienst.

Voor de uitvoering van de FVP-regeling heeft de SVB een apart organisatieonderdeel ingericht: Kantoor FVP. In het verslagjaar bedroeg het gemiddelde aantal fulltime-equivalenten (fte’s) van Kantoor FVP 56,3 (exclusief 3,1 fte’s uitzendkrachten). In 2008 waren dit 53,0 fte’s (exclusief 4,2 fte’s uitzendkrachten). Het secreta-riaat van het stichtingsbestuur is ondergebracht bij de afdeling Juridische Zaken & Beleid (JZ&B) van Kantoor FVP. De afdeling Vermogensbeheer (VB) van de SVB voert het vermogensbeheer uit. De FVP-bijdragen worden betaald uit het vermogen van Stichting FVP en de opbrengsten van dit vermogen. Ultimo 2009 bedroeg de marktwaarde van het belegde vermogen (exclusief valutatermijntransacties) € 986,6 miljoen (ultimo 2008 was dit € 1.115,4 miljoen). In het verslag-jaar bestond de strategische assetmix uit 15% aandelen, 60% lang lopende vastrentende waarden en 25% kortlopende vastrentende waarden.

• Optimale automatisering van gegevens-uitwisseling met UWV en de pensioen-uitvoerders FVP ontvangt haar gegevens over werkloze werknemers van UWV. De pensioenuitvoerders leveren de pensioengegevens aan. Dit proces is dankzij een goede en geautomatiseerde gegevens uitwisseling efficiënt ingericht.

• Accountantscontrole op werkloosheids- en pensioengegevens Op basis van de gegevens van UWV en de pensioenuitvoerders betaalt FVP de bijdragen aan de pensioenvoortzetting van werkloze werknemers. Dit gebeurt na afloop van de werkloosheids-periode. FVP keert de bijdragen uit aan de pensioenuitvoerders, die de bijdragen vervolgens omzetten in pensioenaanspraken voor de desbe-treffende werkloze werknemers. Om de juistheid van de werkloosheids- en de pensioengegevens te garanderen, vraagt FVP van UWV en de pensioenuitvoerders zogeheten assurance engagement-rapporten.

In het verslagjaar bedroeg het gemiddelde aantal fulltime-equivalenten (fte’s) van Kantoor FVP

56,3 (exclusief 3,1 fte’s uitzendkrachten).

10bestuur en organisatie

Activiteiten bestuurGeen verlenging FVP-regeling met ingang van 1 januari 2011In het verslagjaar is door het FVP-bestuur besloten dat de instroom in de FVP-regeling eindigt per 1 januari 2011. De belangrijkste reden voor dit besluit is het verwachte negatieve effect van de (oplopende) werkloosheid op de toekomstige vermogensontwikkeling van Stichting FVP.

Introductie opschortvariantIn verband met het feit dat onduidelijk is hoe het stichtingsvermogen zich zal ontwikkelen, heeft het FVP-bestuur in juli 2009 ook besloten om de vast-stelling van de hoogte van de FVP-bijdrage van werknemers die in 2010 werkloos worden op te schorten tot uiterlijk 1 januari 2014, en mogelijk hierop te korten. Dit als voorzorgsmaatregel tegen een eventueel vermogenstekort. Werknemers die vóór 1 januari 2010 werkloos werden, worden in principe niet door deze maatregel getroffen. Hierbij moet wél worden benadrukt dat de FVP-bijdrage altijd een nadrukkelijk voorwaardelijk karakter heeft.

AffinancieringTen slotte heeft het bestuur in het verslagjaar besloten tot affinanciering van de FVP-regeling. Onder deze affinanciering wordt verstaan dat de aanvragen van gerechtigden die tegen het einde van de FVP- regeling nog niet uit de WW zijn gestroomd administratief worden afgehandeld op basis van een maximale WW-duur.

Activiteiten Werkgroep Beleidsvoorbereiding (WBV)De WBV is een adviserende, beleidsvoorbereidende werkgroep van Stichting FVP. De WBV bestaat uit zes leden: de beide voorzitters van Stichting FVP, drie leden die de pensioenkoepels vertegenwoordigen (de Vereniging van Bedrijfstakpensioenfondsen, de Stichting voor Ondernemingspensioenfondsen en het Verbond van Verzekeraars) en de directeur van Kantoor FVP.

Conform eerdere besluitvorming door het bestuur van Stichting FVP,

is de FVP-regeling

in het verslagjaar opengesteld voor werkloze werknemers met een uitkering op grond van de

IOW. Ook is besloten dat degene die recht heeft op een werkloos-heidsuitkering op grond van het

Besluit deeltijd-WW tot behoud van vakkrachten (Stc, 2009, 64), dat vóór

1 januari 2011 is ingegaan, een beroep kan doen op de

FVP-regeling.

reglementswijzigingen

11

In 2009 is tijdens de WBV-vergaderingen gesproken over de economische crisis, de verwachte stijgende werkloosheid en het negatieve effect daarvan op het vermogen van Stichting FVP. Als voorzorgsmaatregel tegen een eventueel tekort van het vermogen heeft de WBV dan ook geadviseerd om de vaststelling van de hoogte van de FVP-bijdrage van werknemers die in 2010 werkloos worden op te schorten tot uiterlijk 1 januari 2014. Daarnaast is geadviseerd om de FVP-bijdrage voor deze groep niet voor 100% toe te kennen als blijkt dat volledige uitbeta-ling van deze bijdrage tot een negatief vermogen leidt.

Ten slotte heeft de WBV geadviseerd om deeltijd-WW’ers onder de FVP-regeling te laten vallen. Ondanks dat het bij deeltijd-WW niet om beëindi-gingswerkloosheid gaat, vinden de leden van de WBV het wel in overeenstemming met de doelstel-ling van de FVP-regeling om ook deze werknemers recht te laten hebben op een FVP-bijdrage.

Activiteiten Beleggingsadviescommissie (BAC)De BAC adviseert het FVP-bestuur over het beleg-gingsbeleid en de daarmee samenhangende beleids-terreinen. De BAC bestaat uit zes leden: de beide voorzitters van Stichting FVP en vier leden die zijn benoemd door het bestuur van Stichting FVP, op voordracht van de werkgevers- en de werknemers-organisaties. Bij de vergaderingen van de BAC zijn de voorzitter van de Raad van Bestuur van de SVB en vertegenwoordigers van de afdeling Vermogens-beheer aanwezig.

Voorstellen voor beleidswijzigingen omtrent het vermogensbeheer worden elk kwartaal, met een advies van de BAC, aan het FVP-bestuur voor-gelegd. Sinds 2006 adviseert de BAC ieder kwartaal aan het bestuur over de gewenste strategische assetmix. Het bestuur houdt daarmee de ‘vinger aan de pols’.

In 2009 adviseerde de BAC over de wijziging van de vastrentende benchmark, het passief beleggen in een Europese aandelenindex en over het lange-termijnscenario voor de uitkering van het restvermogen. Ook besprak de BAC het gebruik van aandelenopties en de meest wenselijke strategische assetmix voor de komende jaren.

Financiële Commissie (FC)De FC adviseert het bestuur over financiële aange-legenheden, zoals de begroting en het jaarverslag. De commissie bestaat uit de beide voorzitters van Stichting FVP en vertegenwoordigers van de SVB. In het verslagjaar kwam de FC driemaal bijeen.

12

Stichting FVP heeft voor de uitvoering van de regeling een administratie- en een vermogensbeheerovereenkomst met de SVB. Kantoor FVP en de afdeling Vermogensbeheer van de SVB verzorgen de administratie respectievelijk het vermogens beheer van Stichting FVP. De Beleggingsadviescommissie, Financiële Commissie en Werkgroep Beleidsvoorbereiding zijn aan het bestuur verbonden adviesorga-nen. De Geschillencommissie FVP is een onafhankelijke commissie die, met een bindend advies, uitspraak doet bij geschillen tussen Stichting FVP en (potentiële) FVP-gerechtigden.

Geschillencommissie FVP

Bestuur Stichting FVP

(opdrachtgever)

Beleggings-adviescommissie

Werkgroep Beleidsvoorbereiding

Financiële Commissie

Interne Operationele Audit

Overig SVB

Corporate Communicatie

Bestuurlijke en Strategische Zaken

Kantoor FVP Directeur

Vermogensbeheer

Informatievoorziening & Onderzoek

Human Resources

Juridische Zaken & Beleid/ Bestuurs-secretariaat Stichting FVP

Manager KB&U, I&A en CEGA

Klanten-contacten, Beoordeling & Uitvoering

Financiën

Faciliteiten

Informatisering & Automatise-ring

Controle Externe Gegevens & Aanspraak-verlening

Manager CFF

Secretariaat

Stafmedewerker

Kwaliteit

Planning & Control

Consolidatie & Verslaglegging

Financieel Economische Zaken

Concerncontrol en Organisatie-ontwikkeling

Interne Accountantsdienst

Organisatie FVP in 2009

bestuur en organisatie

Raad van Bestuur SVB (opdrachtnemer)

13

UitvoeringInleidingDe uitvoering van de FVP-regeling is in 2009 goed verlopen. Dit hoofdstuk beschrijft de belangrijkste aspecten van de uitvoering van deze regeling en de activiteiten voor het toezicht en de controle hierop. Ook is er aandacht voor de geschillen en klachten in het afgelopen verslagjaar.

Overleg met UWVIn 2009 is verschillende malen met UWV gesproken over actuele onderwerpen en is er maandelijks contact geweest in verband met de uitwisseling van gegevens.

CommunicatieEinde FVP-regelingIn vervolg op het FVP-bestuursbesluit van oktober 2009 om de instroom in de FVP-regeling definitief te beëindigen per 1 januari 2011 heeft Stichting FVP alle betrokken partijen over dit besluit geïnformeerd. Het ging hierbij om de minister van SZW, DNB, de pensioenuitvoerders, UWV, de pensioenkoepels, de Stichting van de Arbeid, de sociale partners, de Vaste Commissie voor SZW, Pensioenkijker, het Pensioenregister, de ouderen-organisaties en de Tweede Kamer. Daarnaast werd op 6 november 2009 een persbericht over dit besluit uitgegeven en werd dit besluit gepubliceerd in Staatscourant nr. 17645 van 19 november 2009.

Opschorten betaling Alle betrokken partijen (zie hierboven) zijn geïn-formeerd over het FVP-bestuursbesluit van juli 2009 over het opschorten van de betaling van de FVP-bijdrage. Ook hiervan wordt melding gemaakt in het hierboven genoemde persbericht.

AffinancieringAlle betrokken partijen (zie boven) zijn eveneens geïnformeerd over het FVP-bestuursbesluit van oktober 2009 over de affinanciering.

WebsiteActuele ontwikkelingen rond de FVP-regeling zijn gepubliceerd op www.fvp.nl.

Integraal KwaliteitsmanagementSturing, samenhang en ontwikkelingen binnen de organisatie zijn voor Kantoor FVP belangrijke aan-dachtspunten. Deze onderwerpen maken onderdeel uit van het integraal kwaliteitsmanagement, dat als

doel heeft de organisatie beter in staat te stellen zich te richten op het behalen van de missie. Voor de ontwikkeling en implementatie van integraal kwaliteitsmanagement gebruikt Kantoor FVP het INK-managementmodel van het Instituut Nederlandse Kwaliteit. Net als in voorgaande jaren heeft Kantoor FVP dit model gebruikt voor de positiebepaling voor 2009.

Productie Werkloze werknemers van 40 jaar of ouder ontvangen ongeveer drie maanden na het intreden van de werkloosheid een aanvraagformulier van FVP. In de volgende tabellen zijn de productie-aantallen over 2009 afgezet tegen die van 2008 (afgerond op honderdtallen).

Voor de ontwikkeling en implementatie van integraal kwaliteitsmanage-ment gebruikt Kantoor FVP het INK-management-model van het Instituut Nederlandse Kwaliteit

20082009

Aantal aanvragen FVP-bijdragen

Verzonden aanvragen 190.500 91.800Geretourneerde aanvragen 130.900 63.200

Het aantal verzonden aanvragen in 2009 was bijna 100.000 hoger dan in 2008. Deze stijging was een rechtstreeks gevolg van het economische klimaat in het verslagjaar. De gemiddelde respons (68,7%) was nagenoeg gelijk aan die van 2008.

Aantal toekenningen 84.400 43.800

Toekenningen

2009 2008

2009 2008

Afgezet tegen het aantal geretourneerde aanvragen, kwam het aantal toekenningen in 2009 procentueel lager uit dan in 2008. In 2009 werd namelijk 64,5% van het aantal ingediende aanvragen toegekend, ten opzichte van 69,3% in 2008.

Bij het aantal toekenningen in 2009 waren 75 toekenningen voor een inkoopbijdrage voor direct ingaand partnerpensioen inbegrepen. In 2008 was sprake van 95 van deze toekenningen.

14Uitvoering

Er kunnen enkele maanden zitten tussen het verzenden en retourneren van een aanvraag en tussen het retourneren van een aanvraag en het toekennen van een FVP-bijdrage. Hierdoor werkt een stijging van het aantal verzonden aanvragen met vertraging door in het aantal geretourneerde aanvragen en het aantal toekenningen.

Ontwikkeling van uitvoeringskosten per klant Hierna worden de kosten per klant over de periode 2002 tot en met 2009 weergegeven.

De uitvoeringskosten per klant zijn berekend op basis van de verzonden aanvragen. Kantoor FVP kan (in tegen-stelling tot de uitvoerings-kosten) het aantal verzonden aanvragen niet beïnvloeden. In dit kader is gekozen voor ‘verzonden aanvragen’ in plaats van ‘geretourneerde aanvragen’, omdat aanvra-gen waar niet op wordt gereageerd een paar keer worden gerappelleerd. De uitvoeringskosten bestaan uit de kosten van Kantoor FVP en de toegerekende kosten van SVB.

De kosten per klant daalden in 2009 fors ten opzichte van 2008, omdat het aantal verzonden aanvragen hoger was.

Verzonden

aanvragen

Betaalde FVP-bijdrage

in miljoenen euro’s

Uitvoeringskosten in

duizenden euro’s

Kosten per

klant in euro’s

Kosten in % van de

betaalde FVP-bijdrage

2002 83.900 196.8 6.088 72.56 3.1

2003 109.700 159.9 6.134 55.92 3.8

2004 125.300 168.2 6.148 49.07 3.7

2005 110.200 223.1 6.121 55.54 2.7

2006 99.600 254.4 5.554 55.76 2.2

2007 91.500 269.6 5.547 60.62 2.1

2008 91.800 258.3 5.289 57.61 2.0

2009 190.500 236.3 5.982 31.40 2.5

bijdrage af van € 3.970 (in 2008) naar € 3.880 (in 2009).

Grensarbeiders Ook in het buitenland wonende werkloze grens-arbeiders die voorafgaand aan hun werkloosheid een periode in Nederland hebben gewerkt, hebben sinds 1999 onder voorwaarden recht op een FVP-bijdrage. Tot en met 31 december 2009 werden 1.937 aanvragen van hen ontvangen. Daarvan werden 1.755 aanvragen afgehandeld. De resterende 182 aanvragen komen in 2010 en latere jaren tot uitbetaling.

In 2009 is aan grensarbeiders een bedrag van € 1,4 miljoen uitgekeerd aan verschuldigde bijdragen. In totaal werd tot en met 2009 aan deze groep een bedrag van ruim € 9,9 miljoen aan nettobijdragen en ruim € 1,1 miljoen aan rente uitgekeerd. De totaal verschuldigde bijdrage kwam hiermee op ruim €11,0 miljoen.

Aantal betaalde FVP-bijdragen 60.900 65.100(exclusief terugvorderingen) Betaalde FVP-bijdragen 236,3 258,3(in miljoenen euro)

2009 2008

‘Netto voortzettings-bijdragen en uitbetaalde interest (exclusief terug-vorderingen en betalingen grensarbeiders)’

**

Betalingen

Het aantal betalingen in 2009 nam ten opzichte van 2008 met ruim 6% af. De betaalde bijdragen daalden ten opzichte van 2008 met ruim 8%. Afgezet tegen het aantal betalingen in 2009 nam de gemiddelde

15

HardheidsbepalingOp grond van het Bijdragereglement 1999 kan FVP in bepaalde gevallen tegemoetkomen aan onbillijkheden van overwegende aard die uit de toepassing van het reglement voortvloeien. In 2009 zijn zes verzoeken om toepassing van de hardheids-bepaling in behandeling genomen. Deze hebben geleid tot één gehonoreerd verzoek en vijf afwij-zingen.

Geschillen en klachten Geschillenprocedure eerste fase De eerste fase van de geschillenprocedure biedt FVP de mogelijkheid om op verzoek van een belanghebbende de oorspronkelijke beslissing nog eens onder de loep te nemen en een nieuwe, even-tueel herziene, beoordeling te geven over het recht op of de hoogte van de FVP-bijdrage.

Voorraad geschillen eerste fase

2009 2008

Voorraad op 1 januari 74 74

Aanhangig gemaakt 327 389

Subtotaal 401 463

Afgehandeld 359 389

- gegrond verklaard 257 331

- ongegrond verklaard 79 47 - intrekkingen 23 11

Voorraad op 31 december 42 74

Kosten per klant

normale kosten

normale kosten

normale kosten

normale kosten

normale kosten

normale kosten

normale kosten

normale kosten

na correctie loon

na correctie loon

na correctie loon

na correctie loon

na correctie loon

na correctie loon

na correctie loon

na correctie loon

2002

2006

2004

2008

2003

2007

2005

2009

2002

2006

2004

2008

2003

2007

2005

2009

72.56

55.76

49.07

57.61

55.92

60.62

55.54

72.56

50.64

45.74

49.35

53.68

53.78

50.95

31.40

26.18

16

Het totale aantal in 2009 aanhangig gemaakte geschillen (327) lag 62 lager dan het aantal in 2008 (389). Maar afgezet tegen het aantal geretourneerde aanvragen was er procentueel gezien sprake van een sterke afname in vergelijking met 2008. In 2009 werden namelijk 130.900 aanvragen voor een FVP-bijdrage ontvangen, tegenover 63.200 aanvra-gen in 2008. Dit komt neer op een percentage geschillen in de eerste fase van respectievelijk 0,25% in 2009 en 0,62% in 2008, afgezet tegen het aantal geretourneerde aanvragen in die jaren.

Geschillenprocedure tweede faseDe tweede fase van de geschillenprocedure biedt een belanghebbende de mogelijkheid om de beslis-sing van Stichting FVP uit de eerste fase voor te leggen aan een onafhankelijke geschillencommissie, die uitspraak doet in de vorm van een bindend advies. Een belanghebbende heeft daarnaast te allen tijde het recht om het geschil voor te leggen aan de kantonrechter, in plaats van aan de Geschillencom-missie FVP.

Aan het begin van het verslagjaar 2009 waren bij de Geschillencommissie FVP twee aangehouden zaken in behandeling. Daarnaast waren er twee geschillen die na de laatste zitting in 2008 aanhangig werden gemaakt. In de loop van het jaar werden nog eens dertien geschillen ingediend.

In totaal werd in veertien zaken uitspraak gedaan: vijf geschillen waren gegrond en negen geschillen werden ongegrond verklaard. Van de resterende drie geschillen kwam het in twee gevallen niet tot een uitspraak; op grond van nieuwe feiten kon de afdeling KB&U alsnog het recht op een FVP- bijdrage toekennen. Het laatste ingediende geschil werd ontvangen na de laatste zitting van de commissie in 2009 en zal op de eerste zitting in 2010 behandeld worden.

De gegronde dossiers hadden voor FVP geen beleidsmatige consequenties. Wél werd één zaak gegrond verklaard waarbij sprake was van een vrijwillige WW-verzekering. In dit soort situaties bestaat normaal gesproken geen recht op FVP- bijdrage. Tijdens de behandeling van het geschil bleek echter dat in het verleden een uitzondering is gemaakt voor medewerkers van een bepaalde organisatie voor ontwikkelingswerk. Ondanks het

vrijwillige karakter van de WW-verzekering komen ook deze medewerkers volgens deze uitzondering toch in aanmerking voor FVP-bijdrage.

Vergeleken met 2008, waarin achttien nieuwe zaken aanhangig werden gemaakt, liet het aantal geschillen in 2009 een lichte daling zien.

Gerechtelijke proceduresIn de verslagperiode werden geen nieuwe rechts-vorderingen aanhangig gemaakt. In een al langer lopende procedure, met als centrale rechtsvraag of een WGA-gerechtigde in aanmerking komt voor een FVP-bijdrage, wees de kantonrechter op 30 januari 2009 vonnis in het voordeel van Stichting FVP. De kantonrechter nam namelijk, in lijn met de argumentatie van FVP, in zijn overweging mee dat betrokkene geen WW-uitkering ontvangt en daarom geen werkloze werknemer is in de zin van het FVP-reglement. Deze toepassing van het reglement door FVP achtte de kantonrechter niet onaanvaard-baar en leverde geen verboden ongelijke behandeling op, zodat ook op die grond geen recht bestond op een FVP-bijdrage. Aangezien door de tegenpartij geen hoger beroep tegen het vonnis werd aangete-kend, is de uitspraak van de kantonrechter inmiddels definitief geworden.

Sinds 10 januari 2007 loopt een gerechtelijke procedure tegen een pensioenuitvoerder die door Stichting FVP aanhangig is gemaakt. Deze zaak betreft de terugvordering van een onverschuldigd betaald bedrag. De kantonrechter deed op 3 februari 2010 een uitspraak hierover in het voordeel van de wederpartij. Volgens de kantonrechter heeft Stichting FVP namelijk onvoldoende aangetoond dat het desbetreffende bedrag daadwerkelijk onverschul-digd is betaald. FVP kan eventueel binnen drie maanden tegen dit vonnis hoger beroep aantekenen. In mei 2010 zal hierover een beslissing genomen worden.

KlachtenIn 2009 werden 23 klachten in de klachtenregistratie opgenomen. In 2008 waren dit er twaalf. Het ging daarbij zowel om telefonische als om schriftelijke klachten. Deze hadden onder meer betrekking op het uitblijven van een beslissing over een ingediende aanvraag, het deelnemersschap aan een pensioen-regeling, klantgerichtheid, de hoogte van de FVP-

Uitvoering

17

bijdrage, de wens om niet door FVP aangeschreven te worden en over de herleving van rechten. Ultimo 2009 waren alle klachten afgehandeld.

Bij alle afgehandelde klachten heeft FVP uitleg gegeven over de gevolgde procedure en de maat-regelen die zijn genomen om de oorzaak van de klacht weg te nemen. Waar nodig, zijn ook maatre-gelen voor verbeteringen genomen.

Toezicht en controleFVP betaalt elk jaar FVP-bijdragen uit aan pensioen uitvoerders. Deze betalingen vormen de afronding van het vaststellings- en betalingsproces, waarbij zowel de pensioenuitvoerders als UWV nauw betrokken zijn.

ControleprotocollenUWV en de pensioenuitvoerders moeten voldoen aan door FVP opgestelde controle-eisen, die in controleprotocollen zijn vastgelegd. De accountants van UWV en de pensioenuitvoerders geven periodiek, veelal jaarlijks, op basis van het controle-protocol een assurance engagement-rapport af over de toereikendheid van de administratieve organisatie en de interne beheersing van de gegevensaanlevering en toekenning van de pensioenaanspraken.

Als een pensioenuitvoerder in gebreke blijft, kan dat uiteindelijk betekenen dat de gegevensuitwisseling en de betaling van FVP-bijdragen worden geblok-keerd. FVP streeft er echter naar om dit te voor-komen. Dit gebeurt door in een vroeg stadium intensief te overleggen met de desbetreffende pensioenuitvoerder, waardoor problemen snel in kaart kunnen worden gebracht en opgelost.

Bij de controleprotocollen houdt FVP rekening met de actuele stand van zaken op het gebied van accountancy.

In het verslagjaar werden in totaal 194 pensioen-uitvoerders benaderd voor een assurance engage-ment-rapport over de juistheid en volledigheid van de gegevensuitwisseling en de toekenning van pensioenaanspraken. Deze 194 pensioenuitvoerders vertegenwoordigden 90,12% van de totale uitbetaalde FVP-bijdragen in 2008. • 153 pensioenuitvoerders werden benaderd voor

een rapport over de toereikendheid van de

administratieve organisatie en de interne beheersing over één jaar (2008);

• 38 pensioenuitvoerders werden benaderd voor een rapport op basis van een gegevensgericht onderzoek over twee jaren (2007-2008);

• drie pensioenuitvoerders werden benaderd voor een rapport op basis van een gegevensgericht onderzoek over vijf jaren (2004-2008).

Ultimo 2009 heeft FVP 175 van de 194 opgevraagde assurance engagement-rapporten ontvangen. Met de pensioenuitvoerders waarvan nog geen assurance engagement-rapport is ontvangen, is FVP in overleg.

FVP concludeert dat het externe controlemodel in het verslagjaar zijn waarde heeft bewezen en dat het overgrote deel van de verwerkte pensioengegevens voldoende ‘gedekt’ is door een assurance engage-ment-rapport.

UWV levert de basis-, inkomens- en beëindigingsgegevens en eventuele

correcties. Aan de hand daarvan weet FVP precies wanneer een

WW-periode is ingegaan, wanneer

het recht op WW is beëindigd, welk WW-inkomen is genoten en of de aangeleverde

gegevens zijn bijgesteld. Pensioenuitvoerders leveren

gegevens aan over de pensioen-aanspraken, de hoogte van franchises,

doorsneepremies en vele andere variabelen die onmisbaar zijn bij de

berekening en betaling van FVP-bijdragen.

gegevensuitwisseling

18

Daarnaast werd UWV benaderd voor een assurance engagement-rapport. Deze instantie heeft tijdig aan de controleverplichtingen over 2009 voldaan en gaf op 22 december 2009 dit rapport af.

Overige controlemaatregelenHet controlemodel van FVP is gericht op kwaliteits bewaking en gebaseerd op verschillende uitgangspunten. Voorop daarbij staan de eerderge-noemde assurance engagement-rapporten. Kantoor FVP legt bedrijfsbezoeken af bij de pensioen-uitvoerders. Tijdens deze bezoeken worden de tijdigheid en de juistheid van de aanlevering van gegevens beoordeeld en vindt controle op de aanspraakverlening plaats.

In 2009 vonden vijftig bedrijfsbezoeken en elf reviews plaats. De reviews werden uitgevoerd door de Interne Accountantsdienst (IAD) van de SVB, met ondersteuning van Kantoor FVP. In het kader van ‘controle aan de poort’ toetste FVP steekproefsgewijs inkomende cd’s of diskettes met pensioengegevens, voordat deze werden verwerkt in het FVP-systeem.

Daarnaast onderwierp FVP de bijdrageberekening aan geautomatiseerde controles, bijvoorbeeld op de hoogte van het pensioengevend salaris en de door pensioenuitvoerders opgegeven doorsneepremies.

De Nederlandsche Bank (DNB)Tijdens het verslagjaar heeft FVP alle voor het toezicht van belang zijnde informatie aan DNB gezonden. Dit betrof het jaarverslag 2008 (inclusief jaarrekening met accountantsverklaring), de notities waardeverloop van het vermogen van FVP en de kwartaal- en jaarstaten inzake het vermogensbeheer. Daarnaast is DNB geïnformeerd over het bestuurs-besluit dat er geen verlenging van de regeling meer plaatsvindt per 1 januari 2011 en over het feit dat de FVP-bijdrageregeling definitief ten einde komt.

Met betrekking tot het verslagjaar heeft in januari 2010 een periodiek overleg met DNB plaatsgevon-den. Daarin is onder andere gesproken over de uitvoering, vermogensontwikkeling en eindigheid van FVP.

In 2009 vonden

50 bedrijfsbezoeken

en 11 reviews plaats. De reviews

werden uitgevoerd door de Interne Accountants-dienst (IAD) van de SVB, met ondersteuning van

Kantoor FVP.

controlemaatregelen

Uitvoering

19

20

21

FinanciëleontwikkelingenInleidingDe financiële positie van FVP wordt in hoge mate bepaald door de ontwikkeling van de Nederland-se conjunctuur en de ontwikkelingen op de finan-ciële markten. De eerstgenoemde ontwikkeling heeft een zeer grote invloed op het beroep dat op de Bijdrageregeling wordt gedaan; de tweede bepaalt hoeveel geld er voor het honoreren van dat beroep beschikbaar is. Dit hoofdstuk gaat in op beide aspecten, in hun onderlinge samenhang.

In de FVP-bestuursvergadering van 13 oktober 2009 is besloten om de instroom in de FVP-Bijdrage regeling niet verder te verlengen; de uiterste instroomdatum is 31 december 2010.

RegelgevingFinancieel ToetsingskaderIn het verslagjaar deden zich geen, voor FVP relevante, wijzigingen voor. Met DNB werden de benodigde contacten onderhouden.

Wet Inkomensvoorziening Oudere WerklozenPersonen die vanaf 1 oktober 2006 tot 1 januari 2011 instromen in de WW en op dat moment 60 jaar of ouder zijn, hebben nadat zij 38 maanden in de WW zitten nog recht op een IOW-uitkering. Deze uitkering duurt totdat de werkloze werknemer de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt. Gedurende deze periode loopt het recht op FVP-bijdrage door.

Besluit Deeltijd-WW tot behoud van vakkrachtenSinds 1 april 2009 kunnen werkgevers de werk-week van hun werknemers voor minimaal 20% en maximaal 50% verkorten, waarbij deze werknemers voor deze uren in de WW zitten. Over deze uren bouwen zij FVP-rechten op. De duur van de deel-tijd-WW is minimaal dertien weken (sinds 1 juli 2009 is dit 26 weken) en kan daarna steeds verlengd worden totdat de maximale duur van 65 weken is bereikt. Na 1 april 2010 kunnen alleen werkgevers die nog niet eerder gebruik hebben gemaakt van de deeltijd-WW een beroep hierop doen.

(Bron: ECB)

Macro-economische ontwikkelingenDe kredietcrisis duurde ook in 2009 voort. Er deed zich in vrijwel alle regio’s een scherpe en diepe recessie voor, met een daling van de conjunctuur die sinds de jaren ’30 van de vorige eeuw niet meer voorgekomen was.

1996-1 1998-1 2000-1 2002-1 2004-1 2006-1 2008-1

6.00%

4.00%

2.00%

0.00%

- 2.00%

- 4.00%

- 6.00%

BBP-groei Eurozone (zestien landen) op jaarbasis

jaar

22

In de financiële wereld trad in de loop van het jaar een duidelijke verbetering op, hoewel men nog steeds aanmerkelijke verliezen op hypotheken en andere bezittingen moest rapporteren. Aan het eind van 2009 was door Bloomberg een bedrag van $ 1.702 miljard aan afschrijvingen getraceerd. Faillissementen van grote financiële instellingen deden zich niet voor, maar veel kleinere Amerikaanse banken moesten de deuren sluiten. Vastrentende waarden kwamen tot een betrekkelijke rust. De spread tussen staatsleningen en andere leningen nam duidelijk af. Hetzelfde gold voor de spread tussen staatsleningen van diverse Europese landen. Aandelen lieten, na een dieptepunt in maart, weer flinke koersstijgingen zien. Hierbij presteerden aandelen in opkomende markten beter dan die in ontwikkelde markten.

De volgende grafiek geeft de ontwikkeling weer van de rendementen van staatsleningen in de Verenigde Staten en in de eurozone. Deze rende-menten namen in 2009 toe of bleven ongeveer gelijk.

In de reële economie deed zich een aantal spraak-makende faillissementen voor, waarvan die van General Motors en Chrysler de meeste aandacht trokken. De Amerikaanse overheid nam in beide instellingen een meerderheidsbelang. Daarnaast raakte de Amerikaanse overheid in gestaag toene-mende mate betrokken bij de Amerikaanse hypo-thekenmarkt. Dit gebeurde dusdanig vaak, dat aan het einde van het verslagjaar het overgrote deel van de nieuwe woninghypotheken verstrekt werd door aan de Amerikaanse overheid gelieerde instellingen.

Vanaf het derde kwartaal van 2009 konden de meeste landen positieve groeicijfers (op kwartaalbasis) melden; in het vierde kwartaal kwam ook het Verenigd Koninkrijk (nipt) uit de recessie. Het zal, zo is de verwachting, echter nog geruime tijd duren voordat de aangerichte schade hersteld is. De beschikbaarheid van krediet blijft een zorgwekkend punt. Banken hebben te maken met een vervelend dilemma: enerzijds moeten zij hun balansen verbe-teren, anderzijds wordt van hen verlangd dat zij de

3020

5

4

3

2

1

0

Renteontwikkeling

10

financiële ontwikkelingen

15

Euro Benchmark Curve 1/1/2009

Euro Benchmark Curve 1/1/2010

US Treasury Actives 1/1/2009

US Treasury Actives 1/1/2010

23

broze hervatting van de groei door het verstrekken van krediet stimuleren.

In Nederland heeft het CPB de ramingen over de werkloosheid sinds het jaarverslag 2008 een aantal keren fors bijgesteld. Deze bijstellingen geven aan dat er in 2009 grote onzekerheid was over de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. De instroom in de ontslag-WW kwam fors hoger uit dan eerder was geraamd. Daarnaast deed een toenemend deel van de werklozen van 40 jaar en ouder een beroep op de FVP-regeling. Omdat een groot deel van de instroom in deze regeling pas na een paar maanden bekend wordt, bestaat er nog grote onzekerheid over hoeveel WW’ers van 40 jaar en ouder uitein-delijk zullen instromen in de FVP-regeling. Daar-naast is in april 2009 de deeltijd-WW ingevoerd. Op basis van de realisaties van het tweede kwartaal van 2009 blijkt dat het overgrote deel van de deel-tijd-WW’ers van 40 jaar en ouder een beroep doet op de FVP-regeling.

Ramingsmodel waardeverloop van de portefeuilleIeder kwartaal wordt een raming gemaakt van het toekomstig waardeverloop van de portefeuille van FVP. Hiervoor wordt een model gebruikt met diverse scenario’s voor uitkeringen op kasbasis en op basis van de waarde van de portefeuille. In dit jaarverslag wordt uitgegaan van het basisscenario. De ramingen zijn gebaseerd op het bestand van FVP-gerechtigden per 31 december 2009, cijfers over de WW-instroom van het UWV (tot en met december 2009) en ramingen over de werkloze beroepsbevolking, salarisontwikkeling en pensioen-premies van het CPB uit het concept CEP 2010.

Het FVP-bestuur zal zeer waarschijnlijk gebruik moeten maken van zijn bevoegdheid om de FVP-bijdrage te verlagen voor de groep werknemers die in 2010 is ingestroomd in de WW. Hierdoor zal het verwachte restvermogen op nul uitkomen. Bij volledige uitbetaling zou de verwachte restwaarde

De marktwaarde van de portefeuille bedroeg ultimo 2009

€ 986,6 miljoen, tegen

€ 1.115,4 miljoen in 2008 (inclusief valutatermijntransacties).

jaar1996 2000 2010 2013

Marktwaarde van de portefeuille ultimo 1996-2015 conform basisscenario ramingsmodel (in miljoenen euro’s)

3000

2500

2000

1500

1000

500

0

- 500

marktwaarde portefeuille

prognose marktwaarde Q4 ‘08

prognose marktwaarde Q4 ‘09

24

van de portefeuille ultimo 2013 uitkomen op circa € 380 miljoen negatief. In de raming na afloop van het vierde kwartaal van 2008 werd deze restwaarde nog geraamd op € 60 miljoen positief.

Ontwikkeling van de verplichtingenMensen van 40 jaar en ouder met een WW-uitke-ring kunnen recht hebben op een voortzettings-bijdrage van FVP. Dit leidt tot verplichtingen van Stichting FVP tegenover potentiële FVP-gerechtig-den. De ontwikkeling van de verplichtingen bepaalt voor een groot deel de omvang van de portefeuille. Het aantal gerechtigden zal uiteindelijk hoger uitkomen dan het huidige aantal gerechtigden in het FVP-systeem, omdat de aanvragen met een zekere vertraging na het begin van de werkloosheid binnenkomen. Dit geldt vooral voor de meest recente kwartalen. Omdat de voortzettingsbijdragen pas na de beëindiging van het recht op een WW-uitkering worden vastgesteld, betekent dit dat het aantal gerechtigden – en de daarbij behorende lasten – tot het eind van het verslagjaar voor een deel geschat moet worden. Daarnaast komen, naarmate de tijd vordert, steeds nieuwe gegevens beschikbaar, waardoor de ramingen moeten worden geactualiseerd. Dit leidt tot periodieke bijstellingen, waarbij het om aanzienlijke bedragen gaat. Een

relatief geringe afwijking leidt al snel tot een forse bijstelling.

De geraamde instroom over 2009 was ruim drie keer zo hoog als in 2008 (na bijstelling). De instroom over 2008 werd naar boven bijgesteld. Het aantal beëindigingen daalde in 2009 met 8%, terwijl het aantal beëindigingen over 2008 naar boven werd bijgesteld. Het aantal lopende rechten verdub-belde. Het gemiddeld opgebouwde bedrag voor de lopende rechten eind 2008 is naar beneden bijge-steld. Het gemiddeld opgebouwde bedrag voor lopende rechten per eind 2009 bedroeg € 2.077. Dit was minder dan de helft van het bedrag eind 2008. De oorzaak hiervan was dat voor de grote instroom in 2009 geldt dat deze pas na een wacht-periode van 180 dagen rechten begint op te bouwen.

Naast verplichtingen voor beëindigde rechten en de voorziening voor lopende gevallen, werd in 2009 een vooruitbetaling gedaan voor de voortzet-tingsbijdrage voor gerechtigden die binnen een halfjaar na afloop van het verslagjaar 65 jaar werden. Ook voor REA-gerechtigden werd een voorziening voortzettingsbijdrage getroffen. Behalve voortzet-tingsbijdragen, voorziet het Bijdragereglement 1999 in inkoopbijdragen voor partners van werklozen.

2009 2008 2008

(na bijstelling) (volgens jaarrekening

2008)

Instroom 95.733 31.062 26.331

Beëindigde rechten 36.976 40.191 38.947

Lopende rechten 123.989 65.232 61.722

Gemiddeld opgebouwd bedrag (1=€1) 2.077 4.259 4.436

Instroom en beëindigde rechten in 2009 en 2008 en het aantal lopende rechten ultimo 2009 en 2008 Onderstaande tabel geeft de verwachting aan van de instroom, het aantal lopende rechten en het aantal beëindigde rechten per eind 2009 en per eind 2008.


Jaarultimo 2009 2008 2008 2009 2008 2008 (na bijstelling) (jaarrekening) (na bijstelling) (jaarrekening)

Voortzettingsbijdragen:

Verplichtingen voor 49.749 70.859 66.600 49.693 73.179 68.649

beëindigde uitkeringen

Opgebouwde rechten 257.468 271.901 267.917 257.468 277.857 273.826

nog niet beëindigde

uitkeringen

Vooruitbetalingen -9.275 -15.942 -15.942 -9.199 -16.400 -16.400

beëindigingen

Voorziening 85 80 192 85 80 192

REA-gerechtigden

Totaal voorzieningen 298.027 326.898 318.767 298.047 334.716 326.267

voortzettingsbijdragen

Voorziening inkoopbijdragen 2.323 2.399 850 2.387 2.538 930

Voorziening interestvergoeding 1.048 1.680 1.680 1.048 1.680 1.680

Totaal voorzieningen 301.398 330.977 321.297 301.482 338.934 328.877

Bijdragereglement 1999

25

Voorzieningen Bijdragereglement 1999 vóór en na aftrek van rentestandkorting (RSK)

1 = € 1.000

VoortzettingsbijdragenDe geschatte verplichtingen voor rechthebbenden van wie de loongerelateerde werkloosheidsperiode is beëindigd, bedroegen na aftrek van de rentestand-korting € 49,7 miljoen, waarvan 10% ten laste van

de jaren 2008 en eerder. De opgebouwde voortzet-tingsbijdragen voor de op balansdatum nog niet beëindigde werkloosheidsuitkeringen bedroegen € 257,5 miljoen. Dit betekende een daling van 5% ten opzichte van de bijgestelde cijfers over 2008.

Een overzicht van de voorzieningen van het Bijdragereglement 1999 staat in de onderstaande tabel. Daarbij is een onderscheid gemaakt tussen voorzieningen vóór en na aftrek van rentestandkorting, om een vergelijking met de jaarrekening te vergemakkelijken.

Na aftrek RSK Vóór aftrek RSK

26

De stijging van het aantal lopende uitkeringen leidde niet tot een stijging van de opgebouwde voortzet-tingsbijdragen, omdat voor de grote instroom in 2009 geldt dat deze pas na een wachtperiode van 180 dagen rechten begint op te bouwen. De voor-uitbetaalde beëindigingen kwamen in 2009 uit op € 9,3 miljoen. Voor REA-gerechtigden is een bedrag van bijna € 0,1 miljoen gereserveerd. De totale voorziening voor voortzettingsbijdragen kwam (na aftrek van de rentestandkorting) uit op € 298,0 miljoen per eind 2009 tegen € 326,9 miljoen per eind 2008 (na bijstelling).

InkoopbijdragenIn 2009 waren de onttrekkingen aan de inkoop-bijdrage bijna driemaal zo hoog als de voorziening per eind 2008. Daarom werd de voorziening ultimo 2008 aanzienlijk naar boven bijgesteld. De voorzie-ning eind 2009 was bijna gelijk aan de bijgestelde voorziening eind 2008.

Voorzieningen grensarbeiders

1=€ 1.000

Jaarultimo 2009 2008 2008

(na bijstelling) (Volgens jaarrekening 2008)

Voorziening voortzettingsbijdragen 3.000 4.354 2.800

Voorziening interestvergoeding 20 29 20

Totaal voorzieningen grensarbeiders 3.020 4.383 2.820

Grensarbeiders Naast de voorzieningen voor het Bijdragereglement 1999, zijn er voorzieningen voor grensarbeiders. Deze voorzieningen werden per ultimo 2009 ver-laagd ten opzichte van ultimo 2008 (na bijstelling). Dit betekent dat de gemiddelde bijdrage per grens-arbeider is gedaald, evenals het aantal grensarbeiders dat bij FVP bekend is. Er is wel rekening mee gehouden dat de stijging van de werkloosheid zal leiden tot aanmeldingen van nieuwe grensarbeiders over 2009 en 2008.


27

De totale voorziening Bijdragereglement

1999 bedroeg eind 2009

€ 301,4 miljoen, tegen

€ 331,0

miljoen per eind 2008 (na bijstelling).

Totale voorziening Bijdragereglement 1999

28

UitkeringslastenDe uitkeringslasten bestaan uit bijstellingen van de beginstand van de voorziening, de uitkeringen en

Uitkeringslasten

Na aftrek RSK Vóór aftrek RSK

Jaar 2009 2008 2009 2008

Lasten Bijdragereglement 1999:

Bijstelling voortzettingsbijdragen werknemers 8.243 -14.123 8.561 -14.594

Bijstelling voortzettingsbijdragen REA -112 18 -112 18

Vastgestelde voortzettingsbijdragen 197.154 217.051 199.163 222.079

Vastgestelde vooruitbetalingen 9.275 15.942 9.199 16.400

Vastgestelde voortzettingsbijdragen REA 37 73 37 73

Mutatie voorziening voortzettingsbijdragen -28.871 -77.148 -36.669 -79.639

Totaal lasten voortzettingsbijdragen 185.726 141.813 180.179 144.337

Bijstelling inkoopbijdragen 1.549 1.400 1.608 1.437

Vastgestelde inkoopbijdragen 2.663 4.023 2.742 4.113

Mutatie voorziening inkoopbijdragen -76 -2.127 -151 -2.152

Totaal lasten inkoopbijdragen 4.136 3.296 4.199 3.398

Vastgestelde interestvergoeding 3.167 4.488 3.167 4.488

Mutatie voorziening interestvergoeding -632 173 -632 173

Totaal lasten interestvergoeding 2.535 4.661 2.535 4.661

Lasten grensarbeiders:

Bijstelling voortzettingsbijdragen 1.554 192 1.554 192

Bijstelling interestvergoeding 9 -43 9 -43

Totaal lasten grensarbeiders 1.563 149 1.563 149

Totaal uitkeringslasten 193.960 149.919 188.476 152.545

interestvergoedingen die gedurende het jaar zijn vastgesteld en het verschil tussen de bijgestelde beginstand en de eindstand van de voorziening.


29

Betaalde FVP-bijdragen en bedrijfskostenDoor de periode die verstrijkt in de administratieve verwerking bij de pensioenuitvoerders en bij FVP wijken de betaalde FVP-bijdragen af van de uitke-ringslasten.De betaalde FVP-bijdragen laten in de loop van de tijd een grillig verloop zien, dat voornamelijk

samenhangt met de ontwikkelingen in de conjunc-tuur. Hiermee wordt rekening gehouden bij het vermogensbeheer, onder meer door het aanhouden van 25% liquiditeiten, die belegd worden met (zoveel mogelijk) inachtneming van het vermoede-lijke patroon van de maandelijkse uitkeringen.

(Prognose) betaalde FVP-bijdragen (inclusief bedrijfskosten) (in miljoenen euro’s)

1997

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

162,4

276,8

314,9

312,7

207,0

198,3

162,7

171,6

220,4

234,8

262,3

245,1

225,9

215,5

241,8

248,1

690,3

Vermogensbeheer

30

De meeste uitkeringen worden ruim een halfjaar na het moment van uitstroom uit de WW betaald. Tijdens de periode van laagconjunctuur van 2001 tot en met 2003 was er sprake van een hoge instroom van gerechtigden in de FVP-regeling, die na een aantal jaren weer uitstroomden. De piek in de uitkeringen op kasbasis lag in 2007. Voor gerech-tigden die sinds het derde kwartaal van 2006 zijn ingestroomd, is de maximale WW-duur verkort. Sinds 2008 nemen de uitbetalingen geleidelijk af. Na het besluit van het FVP-bestuur in december 2008 om de instroom in de FVP-regeling te verlen-gen, kunnen werklozen tot en met 2010 instromen. Als gevolg van de oplopende werkloosheid, en de daarmee samenhangende stijging van de instroom in 2009, nemen de uitbetalingen in 2011 en 2012 naar verwachting toe. Uitbetaling van de FVP-bij-dragen met betrekking tot de instroom in 2010 wordt opgeschort tot medio 2013. Naar verwachting zal de betaalde FVP-bijdrage in 2013 lager uitkomen voor degene die op of na 1 januari 2010 werkloos wordt, omdat de waarde van de opge-bouwde rechten de waarde van de FVP-portefeuille overstijgt.

VermogensbeheerIn 2009 werd in het algemeen een overweging in vastrentende waarden aangehouden en een onder-weging in liquiditeiten. Voor aandelen varieerde dit;

de onder- en overwegingen voor deze categorie waren gering.Het tactische gewicht van de aandelenportefeuille ontwikkelde zich als volgt:

Bij het inrichten van het vermogensbeheer

streeft FVP er zoveel mogelijk naar om

aansluiting te vinden bij het vermoedelijke patroon

van uitkeringen.

Assetmix

De assetmix is in 2009 ongewijzigd gebleven.

Vastrentende waarden lang

Vastrentende waarden kort

Aandelen

Assets

West-Europa

Verenigde Staten

Japan

Waarvan:15%

25%60% 30%

10%

60%


Strategische gewichten

Vermogensbeheer

31

Tactisch en strategisch gewicht aandelen 2009

gew

icht

Total return portefeuille en benchmark 2009

Resultaten In de volgende tabel staan de rendementen, exclusief de beheerskosten en het APG-IS Global

Sustainability Fund, maar inclusief de opbrengsten van securities lending.

Assets FVP Benchmark

Vastrentende waarden lang 6.77% 4.74%

Vastrentende waarden kort 3.29% 0.73%

Aandelen West-Europ 32.96% 32.50%

Aandelen Verenigde Staten 23.07% 22.52%

Aandelen Japan 2.94% 2.94%

Totaal unhedged performance 8.88% 6.96%

Valutatermijncontracten -0.16% -0.09%

Totaal hedged performance 8.72% 6.87%

20%

15%

10%

5%

0

jan feb jun novapr augmrt jul decmei oktsep

tactisch gewicht aandelen

strategisch gewicht aandelen

onderband-breedte

bovenband-breedte

32

Cumulatief rendement 1996-2009 (1996=100)

De bij de benchmark behorende genormeerde kosten worden geraamd op acht basispunten. De beheerkosten van de portefeuille bedroegen circa zeven basispunten.

Het cumulatief rendement ontwikkelde zich als volgt:

Vastrentende waarden langDe performance van deze vastrentende waarden werd in het verslagjaar positief beïnvloed door de afname van de credit spread, die zowel bij covered bonds als bij andere leningen optrad.

Vastrentende waarden kortHet rendement op deze vastrentende waarden lag in het verslagjaar boven de benchmark. Deze toename is voor een deel toe te schrijven aan de obligaties

met een korte resterende looptijd, die overgeheveld werden naar deze portefeuille, in afwachting van hun expiratie. Deze interne verkoop geschiedt tegen marktprijzen. Na deze overdracht lieten deze obligaties een goede performance zien. Hoewel de uitzettingen in deze asset class goed gepositioneerd waren, daalde de voor deze asset class gehanteerde benchmark helaas onder invloed van door de ECB (in het kader van de bestrijding van de crisis) genomen maatregelen.

220

200

180

160

140

120

100

begin 1996

1996 2000 20051998 2002 20071997 2001 20061999 20042003 2008 2009 jaar

FVP

Benchmark


33

AandelenDe performance van aandelen was in absolute zin zeer positief. De relatieve performance lag licht boven de benchmark. Deze stijging werd vooral veroorzaakt door de regio-allocatie. Omdat de aandelenbeleggingen in toenemende mate passief worden beheerd, kwam het rendement steeds meer overeen met de hierop van toepassing zijnde indices.

RisicoDe vastgestelde maatstaven (in termen van maximale tracking errors) werden in 2009 niet doorbroken. Dit gold zowel voor de afzonderlijke asset classes als voor de totale portefeuille. De volumelimieten werden eveneens niet doorbroken. De ratingverla-ging van ING Groep en ING Verzekeringen leidde wél tot het doorbreken van de ratinglimiet: op verzoek van de beheerder en conform het advies van de Beleggingsadviescommissie heeft het FVP-bestuur deze inbreuk toegestaan. Daarbij is als argument aangevoerd dat de Nederlandse overheid inmiddels financieel in aanmerkelijke mate betrok-ken is geraakt bij deze ING-ondernemingen.

Maatschappelijk Verantwoord Beleggen (MVB)Om de portefeuille te vereenvoudigen, werd in december 2009 het belang in het MVB-fonds afgebouwd, aangezien de (externe) manager het fonds heeft opgeheven. De netto total return van dit fonds over 2009 bedroeg 21,11%. Het rendement op de hierop van toepassing zijnde benchmark bedroeg 18,24%.

34

35

Jaarrekening en overige gegevens Jaarrekening

Balans van Stichting FVP per 31 december 2009 (na bestemming van het saldo van baten en lasten) 1= € 1.000

Activa 31-12-2009 31-12-2008

Financiële vaste activa

a. beleggingen 933.362 1.066.101

Vlottende activa

b. overlopende interest 16.173 19.801

c. overige vorderingen 341 8.151

e. liquide middelen 1.679 15

18.193 27.967

Totaal activa 951.555 1.094.068

Passiva

f. stichtingsvermogen 621.674 742.311

Voorzieningen

g. voorziening premiebijdragen 301.398 321.297

h. voorziening premiebijdragen grensarbeiders 3.020 2.820

i. voorziening beëindiging Kantoor FVP 7.195 6.749

311.613 330.866

Kortlopende schulden

j. pensioenuitvoerders 15.007 20.010

k. rekening-courant SVB 442 155

l. overige schulden 2.819 726

18.268 20.891

Totaal passiva 951.555 1.094.068

36

Rekening van baten en lasten van Stichting FVP over 2009 1= € 1.000

Baten

Opbrengsten uit beleggingen 2009 2008

m. dividend 4.165 6.353

n. interest 33.266 45.314

o. securities lending 155 400

p1. ongerealiseerde koersverschillen 72.242 -110.409

p2. overige koersverschillen -28.730 11.615

81.098 -46.727

q. Bijzondere baten

vrijval/dotatie voorziening beëindiging FVP - 234

Totaal baten 81.098 -46.493

Lasten

Uitkeringslasten

r1. bijstelling voorziening premiebijdragen 11.620 -12.990

r2. dotatie voorziening premiebijdragen 176.856 165.535

r3. mutaties rentestandkorting 5.484 -2.626

193.960 149.919

r4. afwaardering teruggevorderde uitkering 23 -

193.983 149.919

Bedrijfskosten

s. uitvoeringskosten t.b.v. FVP 5.982 5.289

t. overige uitvoeringskosten 432 647

u. algemene kosten t.b.v. het fondsbeheer 161 355

6.575 6.291

v. Kosten vermogensbeheer 663 718

7.238 7.009

w. Bijzondere lasten

vrijval/dotatie voorziening beëindiging FVP 514 -

Totaal lasten 201.735 156.928

Saldo van baten en lasten -120.637 -203.421

Jaarrekening en overige gegevens

37

Kasstroomoverzicht van Stichting FVP

Het kasstroomoverzicht van Stichting FVP is opgesteld volgens de indirecte m ethode. = € 1.000

2009 2008

Kasstroom uit operationele activiteiten

Saldo van baten en lasten (nadelig) -120.637 -203.421

Aanpassingen voor

Mutatie voorziening premiebijdragen -19.699 -92.755

Mutatie voorziening beëindiging Kantoor FVP 446 -353

Koersverschillen beleggingen -45.074 104.612

-64.327 11.504

Veranderingen in werkkapitaal

Overige vorderingen 7.810 -6.703

Overlopende interest 3.628 5.539

Rekening-courant SVB 287 662

Mutatie rekening-courant pensioenuitvoerders -5.003 4.487

Overige schulden 2.093 126

8.815 4.111

-55.512 15.615

Kasstroom uit operationele activiteiten -176.149 -187.806

Kasstroom uit beleggingsactiviteiten

Investeringen uit financiële activa

Beleggingen aankopen -2.068.726 -1.806.862

Beleggingen verkopen 2.246.539 1.991.079

177.813 184.217

Toe-/afname liquide middelen 1.664 -3.589

Specificatie liquide middelen 2009 2008 Mutatie 2008 2007 Mutatie

Liquide middelen 1.679 15 1.664 15 3.604 -3.589

38

Toelichting op de jaarrekening van Stichting FVP

Grondslagen voor de waardering en resultaatbepalingDe Wet Privatisering FVP geeft aan dat De Neder-landse Bank richting kan geven aan de inrichting van de verslaglegging van Stichting FVP. De Nederlandse Bank heeft ingestemd met de door het bestuur van Stichting FVP gekozen inrichting. Het bestuur van Stichting FVP hanteert daarbij de Richtlijn voor het jaarverslag RJ 640 voor Organi-saties zonder Winststreven. De grondslagen zijn ten opzichte van het vorige verslagjaar niet gewijzigd.

AlgemeenVoor zover niet anders is aangegeven, worden activa en passiva gewaardeerd op nominale waarde.

BeleggingenDe aandelen zijn gewaardeerd tegen beurswaarde. Gerealiseerde en ongerealiseerde koersresultaten worden rechtstreeks in het resultaat verantwoord. Beleggingen in vreemde valuta worden omgerekend tegen de koers per balansdatum. De obligaties en onderhandse leningen worden opgenomen tegen de aanschafwaarde. Vervolgens wordt het verschil tussen de aanschafwaarde en nominale waarde (agio/disagio), naar tijdsgelang, op de aanschafwaarde bij- of afgeschreven.Verschillen tussen de boekwaarde en de verkoop-opbrengst bij verkoop van beleggingen in obligaties op het moment van gelijktijdige aankoop van andere obligaties (ruiltransacties) worden in de balans opgenomen en gespreid over de resterende looptijd van het gekochte actief als resultaat verantwoord.

ValutatermijntransactiesHet valutarisico voor een aantal niet in euro luidende beleggingen is afgedekt door valutatermijncontracten. Deze contracten zijn gewaardeerd op marktwaarde, oftewel de waarde die aan die contracten op basis van beschikbare marktinformatie kan worden toe-gerekend.

StichtingsvermogenHet stichtingsvermogen wordt aangewend voor de

uitvoering van de Bijdrageregeling en de financie-ring van onderzoeken naar aanvullende pensioenen. Het saldo van baten en lasten wordt verwerkt in het stichtingsvermogen van Stichting FVP.

Voorziening premiebijdragen De voorziening voor premiebijdragen betreft de geschatte verplichtingen in de periode van 1 oktober 1993 tot en met 31 december 2009 op grond van de Bijdrageregeling, waarover Stichting FVP de bijdrage nog niet heeft vastgesteld. Inclusief de hiermee verband houdende rentelasten.

Deze voorziening wordt bepaald op grond van een raming, waarbij gebruik is gemaakt van gerealiseerde cijfers (vanaf 1993 tot en met het eerste kwartaal van het verslagjaar) uit het systeem van Stichting FVP. Deze gegevens hebben betrekking op het aantal rechthebbenden, het aantal beëindigingen, de duur van de uitkeringen en de berekende FVP-bijdrage. Voor de nog niet beëindigde gevallen zijn de duur en de FVP-bijdrage geraamd op basis van ervaringscijfers. Met deze berekeningssystematiek kunnen op basis van de werkelijke ontwikkeling bijstellingen plaatsvinden.

De voorziening voor premiebijdragen is opgebouwd uit voorzieningen voor:1. voortzettingsbijdragen Bijdragereglement 1999;2. inkoopbijdragen Bijdragereglement 1999;3. interestvergoeding Bijdragereglement 1999.

ad 1) voorziening voortzettingsbijdragen Bijdragereglement 1999Bij de bepaling van de voorziening voor voortzet-tingsbijdragen van de Bijdrageregeling wordt onderscheid gemaakt tussen de door Stichting FVP gehanteerde standaardkoopsomtarieven en door-sneepremies. De bijdragen aan een deel van de pensioenuitvoerders vinden namelijk deels plaats op basis van standaardkoopsomtarieven, terwijl de bijdragen aan de overige pensioenuitvoerders berekend worden tegen een doorsneepremie. Als sprake is van standaardkoopsomtarieven, wordt een rentestandkorting toegepast. Als een pensioen-uitvoerder echter heeft gekozen voor vaststelling op basis van de doorsneepremie, stelt Stichting FVP de


39

bijdrage vast op basis van de premie zoals die van toepassing was voorafgaand aan de eerste WW-dag.

ad 2) voorziening inkoopbijdragen Bijdragereglement 1999De voorziening voor inkoopbijdragen betreft de geschatte verplichting voor partners van overleden WW-gerechtigden. Ongeacht de leeftijd van een overleden WW-gerechtigde, kunnen partners aan-spraak maken op een inkoopbijdrage voor het nog niet opgebouwde deel van het partnerpensioen. Dit geldt echter niet voor WW-gerechtigden die ouder zijn dan 40 jaar en van wie de pensioen-uitvoerder heeft gekozen voor vaststelling op basis van de doorsneepremie. In dat geval is het risico van overlijden al bij deze premie inbegrepen.

ad 3) voorziening interestvergoeding Bijdragereglement 1999Stichting FVP vergoedt interest over de periode die ligt tussen de datum van beëindiging van de werkloosheidsuitkering en de datum van de bijdragebetaling.

Voorziening premiebijdragen grensarbeidersDe voorziening voor premiebijdragen voor grens-arbeiders is opgebouwd uit voorzieningen voor:1. voortzettingsbijdragen grensarbeiders;2. interestvergoeding grensarbeiders.

ad 1) voorziening voortzettingsbijdragen grensarbeidersDe voorziening heeft betrekking op grensarbeiders die als gevolg van de Europese regelgeving met terugwerkende kracht tot 1988 (het startjaar van de FVP-regeling) aanspraak kunnen maken op een FVP-bijdrage.

ad 2) voorziening interestvergoeding grensarbeidersStichting FVP vergoedt interest over de te vergoeden premiebijdragen voor grensarbeiders.

Voorziening beëindiging Kantoor FVPHet FVP-bestuur heeft besloten de instroom in de FVP-regeling per WW-ingangsdatum 1 januari 2011 te beëindigen. Voor de hieruit voortvloeiende

afbouw van de organisatie is een voorziening gevormd.

Kortlopende schulden pensioen-uitvoerdersDeze post omvat:• de rekening-courant met de pensioenuitvoerders,

oftewel de per balansdatum vastgestelde premie-bijdragen die nog niet zijn uitbetaald;

• de te betalen interestvergoeding, oftewel de te betalen interest over de per balansdatum nog te betalen vastgestelde premiebijdragen.

Bepaling van het saldo van baten en lastenHet saldo van baten en lasten wordt bepaald als de opbrengst uit beleggingen verminderd met:• de uitkeringslasten;• de bedrijfskosten;• de kosten vermogensbeheer.Dit saldo wordt toegevoegd aan of komt ten laste van het stichtingsvermogen.

Toerekening van baten en lastenBaten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop deze baten en lasten betrekking hebben.

Ongerealiseerde en overige koersverschillenDe post koersverschillen omvat:• de bij- of afschrijving, naar tijdsgelang, van het

verschil tussen de gecorrigeerde aanschafwaarde en de nominale waarde van obligaties en onder-handse leningen;

• de koersverschillen bij verkoop van beleggingen, met uitzondering van die verkopen die in het kader van een ruiltransactie worden gerealiseerd;

• de koersresultaten (zowel gerealiseerd als ongerealiseerd) op aandelen;

• de koersresultaten (zowel gerealiseerd als ongerealiseerd) op valutatermijncontracten;

• incidentele en bijzondere resultaten, waaronder opbrengsten van schadeclaims.

Koersverschillen die optreden bij de afwikkeling dan wel omrekening in vreemde valuta worden verwerkt in de rekening van baten en lasten, in de periode waarin deze verschillen zich voordoen.

40

Toelichting op de onderscheiden posten van de balans van Stichting FVP per 31 december 2009 1= € 1.000

Activa

Financiële vaste activa

a. Beleggingen 31-12-2009 31-12-2008

Aandelen 161.314 181.083

Obligaties 661.582 729.442

Onderhandse leningen 966 3.976

Kasgeldleningen 109.500 151.600

Totaal 933.362 1.066.101

Mutatieoverzicht beleggingen

1= € 1.000

Aandelen Obligaties Onder- Kasgeld- Totaal Totaal

handse leningen 2009 2008

leningen

Balanswaarde primo jaar 181.083 729.442 3.976 151.600 1.066.101 1.354.930

Aankopen en stortingen 28.512 278.514 - 1.761.700 2.068.726 1.806.862

Verkopen en aflossingen -81.358 -358.364 -3.017 -1.803.800 -2.246.539 -1.991.079

Gerealiseerde koersverschillen -48.662 11.990 7 - -36.665 12.152

Ongerealiseerde

koersverschillen 81.739 - - - 81.739 -116.764

Balanswaarde ultimo jaar 161.314 661.582 966 109.500 933.362 1.066.101

Nominale waarde - 683.575 975 109.500

Marktwaarde/beurswaarde* 161.314 714.698 1.063 109.500 986.575 1.115.357

* exclusief opgelopen rente

De aan- en verkopen inzake vastrentende waarden worden verantwoord tegen de gecorrigeerde aanschafwaarde en de aflossingen tegen opbrengstbedragen. Mutaties in de waarde van beleggingen worden onder ‘Koersverschillen’ verantwoord. Uiteindelijk bedroeg het agio op de vastrentende waarden in 2009 € 22,0 miljoen (in 2008 was dit € 26,0 miljoen). Dit bedrag zal, gespreid over de resterende loop-tijd van de gekochte activa, als baat worden verantwoord.


41

42

Passiva

f. Stichtingsvermogen 1= € 1.000

2009 2008

Stichtingsvermogen per 1 januari 742.311 945.732

Saldo van baten en lasten -120.637 -203.421

Stichtingsvermogen per 31 december 621.674 742.311

De ontwikkeling van het stichtingsvermogen heeft de volle aandacht van het bestuur van Stichting FVP.

Vlottende activa

b. Overlopende interest inzake beleggingen 1= € 1.000

31-12-2009 31-12-2008

Obligaties 15.880 18.527

Onderhandse leningen u/g 17 59

Kasgeldleningen u/g 276 1.215

Totaal 16.173 19.801

c. Overige vorderingen 1= € 1.000

31-12-2009 31-12-2008

Te vorderen dividend en dividendbelasting 210 250

Vorderingen op pensioenuitvoerders 116 455

Vordering valutatermijntransacties - 7.283

Verworven toekomstige beleggingen - 152

Overige 15 11

Totaal 341 8.151

De vordering valutatermijntransacties van € 7,3 miljoen per ultimo december 2008 betrof het ongerealiseerde koersresultaat op valutatermijncontracten. Per ultimo december 2009 vertegenwoordigt het ongerealiseerd koersresultaat een schuld van € 2,2 miljoen.

e. Liquide middelenDe liquide middelen staan ter vrije beschikking aan Stichting FVP.


43

De voorziening premiebijdragen is berekend op basis van de factoren die bepalend zijn voor de hoogte van de per ultimo verslagjaar verschuldigde FVP-bijdragen. Een belangrijk deel van deze infor-matie komt echter pas achteraf beschikbaar. Daarom maakt FVP hierbij gebruik van inschattingen, die zijn gebaseerd op informatie van FVP en van der-den. De werkelijke uitkomsten kunnen dus afwijken

Voorzieningen

g. Voorziening premiebijdragen 1= € 1.000

31-12-2009 31-12-2008

g1. Voorziening voortzettingsbijdragen Bijdragereglement 1999 298.027 318.767

g2. Voorziening inkoopbijdragen Bijdragereglement 1999 2.323 850

g3. Voorziening interestvergoeding Bijdragereglement 1999 1.048 1.680

Totaal 301.398 321.297

g1. Voorziening voortzettingsbijdragen Bijdragereglement 1999 1= € 1.000

2009 2008

Voorziening per 1 januari (na aftrek rentestandkorting) 318.767 410.018

Berekende rentestandkorting per 1 januari 7.500 10.464

Voorziening per 1 januari (voor aftrek rentestandkorting) 326.267 420.482

Bijstelling voorziening per 1 januari 8.449 -14.576

Voorziening per 1 januari na bijstelling 334.716 405.906

Dotatie i.v.m. bijdrage m.b.t. boekjaar 171.730 158.913

Vastgestelde voortzettingsbijdragen -208.399 -238.552

Voorziening per 31 december (voor aftrek rentestandkorting) 298.047 326.267

Berekende rentestandkorting -20 -7.500

Voorziening per 31 december (na aftrek rentestandkorting) 298.027 318.767

van de gemaakte inschattingen. Deze afwijkingen kunnen, mede gegeven de hoeveelheid deelnemers, van materieel belang zijn. Daarom wordt deze voorziening sinds 2006 elk kwartaal opnieuw bere-kend. Daarnaast worden de gevolgen voor de ver-plichtingen tot het eind van de looptijd van de regeling voorgelegd aan de BAC en het FVP-bestuur.

44

Vastgestelde premiebijdragenOnder deze post worden opgenomen:• voor het Bijdragereglement 1999: de bijdragen

waarvoor Stichting FVP de definitieve vaststelling heeft gedaan. De datum van de vaststellingsbeslis-sing ligt later dan de beëindigingdatum van het recht op een FVP-bijdrage. Dit houdt verband met de termijn van 26 weken waarin het WW-recht nog kan herleven. Na afloop van die termijn vindt definitieve vaststelling plaats;

• voor de grensarbeiders: de bijdragen die gedurende het verslagjaar bij Stichting FVP berekend en betaalbaar gesteld zijn.

g2. Voorziening inkoopbijdragen Bijdragereglement 1999

1= € 1.000

2009 2008

Voorziening per 1 januari (na aftrek rentestandkorting) 850 1.577

Berekende rentestandkorting per 1 januari 80 68

Voorziening per 1 januari (voor aftrek rentestandkorting) 930 1.645

Bijstelling voorziening per 1 januari 1.608 1.437

Voorziening per 1 januari na bijstelling 2.538 3.082


Vastgestelde inkoopbijdragen -2.742 -4.113

Voorziening per 31 december (voor aftrek rentestandkorting) 2.387 930

Berekende rentestandkorting -64 -80

Voorziening per 31 december (na aftrek rentestandkorting) 2.323 850

g3. Voorziening interestvergoeding Bijdragereglement 1999

1= € 1.000

2009 2008

Voorziening per 1 januari 1.680 1.507


Vastgestelde interestvergoeding -3.167 -4.488

Voorziening per 31 december 1.048 1.680

Onder het Bijdragereglement 1999 wordt de voort-zettingsbijdrage pas na beëindiging van het recht op een (loongerelateerde) WW-uitkering vastgesteld. In aansluiting op deze systematiek is bij het ramen van de lasten uitgegaan van het aantal beëindigde gevallen vermenigvuldigd met een schatting van de te verstrekken voortzettingsbijdrage. Op dezelfde wijze is voor werkloze werknemers van wie het recht op een voortzettingsbijdrage nog niet is beëindigd, een schatting gemaakt van de tot de balansdatum opgebouwde rechten op deze voort-zettingsbijdrage.


45

De bijdrage wordt tegen de standaardtarieven van Stichting FVP bepaald, waarop de geldende rente-standkorting in mindering wordt gebracht. Voor beëindigde gevallen is dit de rentestandkorting op het moment van beëindiging van de WW-uitkering. Voor lopende gevallen is dit de per ultimo 2009 geldende rentestandkorting van 0,00% (deze bedroeg in 2008 3,20%). Als het T-rendement lager is dan 4,0%, is de rentestandkorting nihil. De rentestandkorting is in mindering gebracht op het deel van de brutovoorziening dat is berekend voor bijdragen die op basis van standaardkoopsommen met de pensioenuitvoerders worden afgerekend. Dit deel van de voorziening bedroeg per ultimo 2009 ongeveer 64% van de gehele voorziening vóór aftrek van de rentestandkorting. Per ultimo 2008 was dit ongeveer 67%.

De bijdrage in het kader van de doorsneepremie is bepaald tegen het geldende tarief van de pensioen-uitvoerders die hebben gekozen voor een bereke-

ning van de bijdrage op basis van doorsneepremie (36% van de gehele voorziening vóór aftrek van de rentestandkorting).Voortschrijdend inzicht leidde tot een bijstelling van de voorziening primo 2009 van € 8,4 miljoen (ten opzichte van € -14,6 miljoen primo 2008). Deze bijstelling is ten gunste van het resultaat gebracht.

De dotatie in verband met voortzettingsbijdragen 2009 bevat voortzettingsbijdragen van nieuwe en lopende gevallen in 2009, inclusief oprenting over 2009.

Voor de berekening van de voorziening interestver-goeding Bijdragereglement 1999 wordt een interest vergoed tegen het gemiddelde eurodeposito 12-maandstariefpercentage per de eerste werkdag van het kalenderjaar met een opslag van 0,25%. Het rentepercentage voor 2009 werd vastgesteld op 3,4% (tegen 5,0% in 2008).

h. Voorziening premiebijdragen grensarbeiders: 1= € 1.000

2009 2008

h1. Voorziening voortzettingsbijdragen grensarbeiders 3.000 2.800

h2. Voorziening interestvergoeding grensarbeiders 20 20

Totaal 3.020 2.820

h1. Voorziening voortzettingsbijdragen grensarbeiders

1= € 1.000

2009 2008

Stand per 1 januari 2.800 3.700

Bijstelling raming voortzettingsbijdragen 1.554 192

Subtotaal 4.354 3.892

Onttrekking aan de voorziening -1.354 -1.092

Stand per 31 december 3.000 2.800

46

In november 2005 besloot het bestuur van Stich-ting FVP dat werknemers die op of na 1 januari 2008 WW-gerechtigd zouden worden, niet meer in aanmerking zouden komen voor een bijdrage uit de FVP-regeling. In december 2006 heeft het FVP-bestuur de instroom in de regeling echter met een jaar verlengd tot 1 januari 2009. In december 2007 vond opnieuw een verlenging van de instroom plaats met een jaar en in december 2008 werd besloten om de regeling tot 1 januari 2011 te laten doorlopen. Voor de kosten die voortvloeien uit de

h2. Voorziening interestvergoeding grensarbeiders

1= € 1.000

2009 2008

Stand per 1 januari 20 70

Bijstelling raming interestvergoeding 9 -43

Subtotaal 29 27

Onttrekking aan voorziening -9 -7

Stand per 31 december 20 20

i. Voorziening beëindiging Kantoor FVP 1= € 1.000

2009 2008

Stand per 1 januari 6.749 7.102

Mutatie voorziening 446 -353

Stand per 31 december 7.195 6.749

afbouw van de FVP-organisatie is een voorziening gevormd.Het besluit om de FVP-regeling af te bouwen, zal op termijn leiden tot een uitstroom van middelen in verband met personele kosten, waarbij rekening is gehouden met de geschatte uitstroomkansen van het personeel. Op basis van de gemaakte inschatting van de bemiddelbaarheid van de zittende medewer-kers is 61% van de maximale kosten in de voorzie-ning begrepen.

Opbouw voorziening beëindiging Kantoor FVP

1= € 1.000

01-01-2009 Besteding Vrijval/ Mutatie 31-12-2009

dotatie

Bruto WW-lasten inclusief indexering 5.371 -5 466 461 5.832

Werkgeverslasten 783 - 66 66 849

LMC Perspectief 366 -24 18 -6 360

Retentiegratificaties 229 -39 -36 -75 154

Totaal 6.749 -68 514 446 7.195


47

De totale mutatie in de voorziening beëindiging Kantoor FVP ten opzichte van 31 december 2008 bedroeg € 446.000. Deze mutatie bestond uit beste-dingen van € 68.000 en een vrijval en dotaties van per saldo € 514.000. Deze post is opgenomen onder de bijzondere lasten (w). De verschillende bestand-delen van deze mutatie worden hieronder toege-licht.

BestedingenDe bestedingen hebben betrekking op betalingen van retentiegratificaties, begeleidingskosten van het Landelijk Mobiliteitscentrum (LMC) Perspectief en betalingen aan vertrokken medewerkers. Deze betalingen zijn conform de vooraf gemaakte afspraken/inschattingen geschied.

DotatiesVoor de kosten die voortvloeien uit de afbouw van de FVP-organisatie is een voorziening gevormd. De voorziening neemt ten opzichte van ultimo 2008 toe met € 446.000 en bedraagt ultimo 2009 € 7.195.000.

De toename wordt veroorzaakt door de volgende onderwerpen:• Gezien de economische ontwikkelingen is de

bemiddelbaarheid van de zittende medewerkers afgenomen. LMC heeft hiervan in 2009 in opdracht van FVP een nieuwe inschatting gemaakt. Hieruit blijkt dat de gemiddelde bemiddelbaarheid met vijf procent is afgenomen.

• Door het besluit tot affinanciering zal Kantoor FVP eerder sluiten dan in de situatie dat de laatste WW-gerechtigde zou zijn uitgestroomd. Genoemd besluit is van invloed op de toename van de voorziening. Een groot aantal van de (overwegend oudere) FVP-medewerkers stroomt hierdoor eerder uit en heeft dus langer recht op WW tot aan hun pensioneringsdatum. In 2009 is als gevolg van de hogere werkdruk nieuw personeel op tijdelijke basis aangenomen. Aangezien deze medewerkers ook WW-rechten opbouwen, is het aantal in de voorziening opgenomen personeelsleden toegenomen. Het personeel van Kantoor FVP is in dienst bij de Sociale Verzekeringsbank. De SVB is eigen risico-drager met betrekking tot de WW- rechten van haar eigen medewerkers. Dit impliceert dat in het verleden ook de ingehouden WW-premies niet zijn afgedragen.

• Door LMC Perspectief is gezien de huidige economische omstandigheden en het nieuwe sociaal beleidskader een nieuwe inschatting van de begeleidingskosten gemaakt, wat tot een verhoging van de schatting van LMC-kosten heeft geleid.

VrijvalDe retentiegratificaties zijn ten opzichte van 2008 verlaagd in de voorziening, omdat momenteel minder medewerkers hiervoor in aanmerking komen.

Kortlopende schulden

j. Rekening-courant met de pensioenuitvoerders 1= € 1.000

31-12-2009 31-12-2008

Rekening-courant met de pensioenuitvoerders 14.819 19.613

Te betalen interestvergoeding 188 397

Totaal 15.007 20.010

48

De rekening-courant met de pensioenuitvoerders betreft de in december 2009 vastgestelde premiebij-dragen, die in januari 2010 zijn betaald. De te beta-len interestvergoeding betreft de nog te betalen interest over de per balansdatum onder rekening-courant met pensioenuitvoerders nog te betalen premiebijdragen. Bij de berekening van de voorzie-ning interestvergoeding wordt een interest vergoed tegen het gemiddelde eurodeposito 12-maandsta-riefpercentage per de eerste werkdag van het kalen-derjaar, met een opslag van 0,25%. Het renteper-centage voor 2009 werd vastgesteld op 3,4% (tegen 5,0% in 2008).

k. Rekening-courant SVBOver de rekening-courantverhouding van de SVB met Stichting FVP vindt interestverrekening plaats. Het hierbij gehanteerde gemiddelde maandpercen-tage is gelijk aan het 12-maands Euribor voor debetsaldi en het eenmaands Euribor voor credit-saldi.

l. Overige schulden 1= € 1.000

31-12-2009 31-12-2008

Te betalen declaraties van diverse instanties 285 251

Omzetbelasting 302 302

Schuld inzake vooruitbeleggingen - 152

Schuld valutatermijntransacties 2.213 -

Diversen 19 21

Totaal 2.819 726

De schuld valutatermijntransacties van € 2,2 mil-joen betreft het ongerealiseerde koersresultaat op valutatermijncontracten. Deze transacties worden verricht om het valutarisico op de Amerikaanse dollar en het Britse pond af te dekken en worden iedere drie maanden doorgerold.

Niet in de balans opgenomen verplichtingenUltimo 2009 waren er 124.000 lopende FVP-rech-ten. Deze rechten zullen in de komende jaren

beëindigd worden. De rechten die tot 31 december 2009 zijn opgebouwd, maar nog niet zijn uitbetaald, zijn opgenomen in de voorzieningen premiebijdra-gen. De raming van de rechten na 31 december 2009 wordt aan de volgende boekjaren toegerekend. Ten behoeve hiervan zijn de duur van de uitkering en de FVP-bijdrage geraamd op basis van ervarings cijfers die overigens materieel kunnen afwijken van de werkelijkheid. De hieruit voort-vloeiende lasten worden geraamd op circa € 450 miljoen.


49

o. Securities lendingFVP maakt gebruik van securities lending. Dit houdt in dat effecten in verbruikleen worden gegeven aan Kas Bank. Tijdens deze verbruikleen-periode heeft Kas Bank het juridisch eigendom en FVP het economisch eigendom van de effecten. Na deze periode (dit is veelal enkele dagen) krijgt FVP de effecten weer terug. Desgewenst kunnen de effecten ook direct op afroep terugkomen. Tijdens de uitleenperiode ontvangt FVP onderpand. Tot oktober 2008 bedroeg dit onderpand voor aandelen

Baten

Opbrengsten uit beleggingen

m. Dividend 1= € 1.000

2009 2008

Aandelen 4.480 7.066

Claims 221 -

Niet-verrekenbare dividendbelasting -533 -704

Kosten voorfinanciering dividendbelasting -3 -9

Totaal dividend 4.165 6.353

n. Interest 1= € 1.000

2009 2008

Obligaties 30.538 36.399

Onderhandse leningen u/g 208 618

Kasgeldleningen u/g 2.450 8.566

Kasgeldleningen o/g -16 -129

Rekening-courant SVB 16 16

Diversen 70 -156

Totaal interest 33.266 45.314

105% van wat in verbruikleen is gegeven. Voor obligaties was dit 102,50%. Dit onderpand betrof marktwaarden die dagelijks berekend worden. In oktober 2008 zijn de onderpandeisen aangescherpt, wat heeft geleid tot het stoppen van het uitlenen van vastrentende waarden. Sindsdien bestaat de waarde van effecten in securities lending alleen uit aandelen. Per balansdatum is tot een totaalbedrag van € 14,8 miljoen aan aandelen bij derden onder-gebracht door securities lending.

Toelichting op de onderscheiden posten van de rekening van baten en lasten van Stichting FVP over 2009

1= € 1.000

50

p. Koersverschillen 1= € 1.000

2009 2008

p1. Ongerealiseerde koersverschillen

Ongerealiseerde koersverschillen aandelen 81.739 -116.764

Ongerealiseerde koersverschillen valutatermijncontracten -9.497 6.355

Subtotaal 72.242 -110.409

p2. Overige koersverschillen

Gerealiseerde koersverschillen aandelen -48.662 1.199

BGI rentevergoeding 1 -

Koersverschillen obligaties 11.990 10.937

Koersverschillen onderhandse leningen/geldleningen/klimleningen 7 16

Gerealiseerde koersverschillen valutatermijncontracten 7.929 -551

Bedongen korting Loyalis 5 14

Subtotaal -28.730 11.615

Totaal koersverschillen 43.512 -98.794


51

Lasten

r. Uitkeringslasten

Totaaloverzicht lasten uit voorzieningen premiebijdragen

1= € 1.000

Bijstelling Rentestands- Dotatie Rentestands- Totaal Totaal

(vóór rentekorting inzake (vóór rentekorting inzake 2009 2008

standskorting) bijstelling standskorting) dotatie

Voorziening

a. voortzettingsbijdragen 10.003 -318 171.730 5.865 187.280 142.005

b. inkoopbijdragen 1.608 -59 2.591 -4 4.136 3.296

c. interestvergoeding 9 - 2.535 - 2.544 4.618

Totaal 11.620 -377 176.856 5.861 193.960 149.919

Overzicht lasten uit voorziening premiebijdragen

1= € 1.000




Voorziening

a. voortzettingsbijdragen 8.449 -318 171.730 5.865 185.726 141.813

b. inkoopbijdragen 1.608 -59 2.591 -4 4.136 3.296

c. interestvergoeding - - 2.535 - 2.535 4.661

Totaal 10.057 -377 176.856 5.861 192.397 149.770

Overzicht lasten uit voorziening grensarbeiders

1= € 1.000




Voorziening

a. voortzettingsbijdragen 1.554 - - - 1.554 192

b. inkoopbijdragen - - - - - -

c. interestvergoeding 9 - - - 9 -43

Totaal 1.563 - - - 1.563 149

52

Bedrijfskosten

s. Uitvoeringskosten ten behoeve van FVPDe kosten voor de uitvoering ‘Bijdrageregeling’ bestaan, naast kosten van Kantoor FVP, uit kosten die door de ondersteunende afdelingen van het hoofdkantoor van de SVB aan Stichting FVP worden toegerekend.De kosten voor de uitvoering ‘Bijdrageregeling’ bedroegen € 6,0 miljoen. Het grootste deel daarvan wordt gevormd door de personeelskosten van Kantoor FVP, met een realisatie van € 3,3 miljoen. De personeelskosten bestaan uit salariskosten, kosten van externe deskundigen, opleidingskosten en overige personeelskosten. De kosten voor de uitvoering van de Bijdrageregeling bestaan, naast de personeelskosten, uit toegerekende kosten SVB (€ 1,0 miljoen), huisvestingskosten (€ 0,6 miljoen), automatiseringskosten (€ 0,4 miljoen), bureaukos-ten (€ 0,6 miljoen) en diensten en diversen (€ 0,1 miljoen). In totaal was hiermee in 2009 een bedrag van € 2,7 miljoen gemoeid. In 2008 was dit € 1,9 miljoen.

De personeelsbezetting van Kantoor FVP bedroeg in 2009 gemiddeld 56,3 fte’s (in 2008 waren dit 53,0 fte’s). Deze aantallen zijn exclusief uitzend-krachten en de fte’s van de ondersteuning door medewerkers van het hoofdkantoor van SVB.

t. Overige uitvoeringskosten De overige uitvoeringskosten, de zogeheten ‘niet-SVB-kosten’, zijn niet direct gerelateerd aan de kos-

ten die SVB maakt voor de uitvoering van de Bij-drageregeling. Deze kostenpost bedroeg over 2009 € 0,4 miljoen. In 2008 was dit € 0,6 miljoen.

De overige kosten bestaan uit:• de toezichtkosten van DNB en de Autoriteit

Financiële Markten (AFM). Dit betreft kosten die ten laste komen van Stichting FVP in verband met de activiteiten of maatregelen van DNB en AFM die voortvloeien uit het toezicht;

• de bestuurskosten. Dit zijn de vacatievergoedingen en de vergoedingen voor reis- en verblijfkosten van leden en plaatsvervangende leden van het bestuur van Stichting FVP (€ 14.355 ten opzichte van € 16.128 in 2008), de BAC, de WBV en de Geschillencommissie;

• de uitvoeringskosten van de UWV-administratie. Dit zijn de vergoedingen die Stichting FVP aan UWV verstrekt voor de kosten die voortvloeien uit activiteiten die de medewerkers van de administratie verrichten in het kader van het Uitvoeringsreglement 1999. De uitvoerings-kosten UWV worden bepaald aan de hand van een opgave door UWV van de geraamde lasten die gedurende het boekjaar bij Stichting FVP in rekening gebracht worden. Daarnaast bevatten deze kosten de van UWV ontvangen aanpassin-gen op basis van de definitieve afrekeningen over voorgaande jaren;

• kosten voor een aansprakelijkheidsverzekering voor het FVP-bestuur (de BCA (Bestuurders- en Commissarissen Aansprakelijkheids)-polis).

Accountantskosten

1= € 1.000

2009 2008

Controle jaarrekening 32 31

Overige controlewerkzaamheden (verslagstaten DNB) 1 1

Overige diensten 2 6

Totaal 35 38

De accountantskosten maken onderdeel uit van de uitvoeringskosten (s) en de algemene kosten (u) en zijn inclusief BTW.


Bestuur Stichting FVP

53

u. Algemene kosten ten behoeve van het fondsbeheerVoor het fondsbeheer worden, door toerekening en doorbelasting, algemene kosten in rekening gebracht voor de dienstverlening van het hoofd-kantoor van SVB. Het gaat hierbij onder andere om kosten die zijn verbonden aan de financiële administratie, de accountantscontrole en het jaarverslag.

v. Kosten vermogensbeheerDe kosten van het vermogensbeheer houden verband met het beheer van de beleggingsporte-feuille. Deze kosten zijn inclusief de kosten van Barclays Global Investors en de kosten van Kas Bank, maar exclusief de kosten van Loyalis Financial Services. Deze laatstgenoemde kosten zijn namelijk in de waardeontwikkeling van dit beleggingsfonds verwerkt.

De kosten van het vermogensbeheer over 2009 bedroegen € 0,7 miljoen en waren daarmee gelijk aan de vermogensbeheerkosten in 2008.

w. Bijzondere lastenDe vrijval/dotatie voorziening beëindiging FVP wordt onder de voorziening beëindiging Kantoor FVP (i) toegelicht.

Amstelveen, 29 april 2010

drs. G. Verheij (voorzitter in 2010)

drs. C.C.H.J. Driessen (voorzitter in 2009)

drs. J. Boersma

mw. H.A.N. Geboers

drs. E.J. Slootweg

mr. drs. J.J. van de Velde

drs. J. Visser

mr. M.J. de Heer

54overige gegevens

55

56

Statutaire bepalingen inzake de bestemming van het saldo van baten en lastenIn artikel 3 van de statuten is opgenomen dat Stichting FVP met haar middelen voorziet in:a. aanvullende pensioenvoorzieningen ten behoeve van werknemers of hun nagelaten betrekkingen; b. bijdragen ter financiering van onderzoeken inzake aanvullende pensioenen (op verzoek van de SER).

Bestemming van het saldo van baten en lastenHet negatieve saldo van de rekening van baten en lasten van Stichting FVP over 2009 ad € 120,6 miljoen wordt ten laste gebracht van het vermogen van Stichting FVP.

overige gegevens

57

58personalia en adresgegevens

Personalia en adresgegevensPer 31 december 2009Bestuur Stichting FVP

Aangewezen door de Raad van de Centrale Ondernemingsorganisaties (RCO):

Leden Plaatsvervangende ledendrs. G. Verheij (voorzitter in 2010) S.A.H. Lauwersdrs. J. Boersma drs. A.W. Hokken mw. H.A.N. Geboers mr. drs. M.B.A. Keim RAmr. drs. J.J. van de Velde mr. R.J.J. Kragten

Aangewezen door de Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV):

Leden Plaatsvervangende ledendrs. C.C.H.J. Driessen (voorzitter in 2009) J.G.A. van den Brink drs. J. Visser vacature (1)

Aangewezen door het Christelijk Nationaal Vakverbond (CNV):

Lid Plaatsvervangend liddrs. E.J. Slootweg drs. P. Kroon

Aangewezen door de Vakcentrale voor middengroepen en hoger personeel (MHP): Lid Plaatsvervangend lidJ.S. Vroon (2) J.W. Eggen(3)

De werkgeversvoorzitter treedt in de even jaren op als voorzitter, de werknemersvoorzitter in de oneven jaren.

(1) Deze vacature is medio 2004 ontstaan en was ultimo 2009 nog niet ingevuld.(2) De heer mr. M.J. de Heer zal per 1 januari 2010 de plaats van de heer J.S. Vroon innemen. (3) Mevrouw mr. C.C. de Boer zal, na toetsing en goedkeuring door DNB, de plaats van de heer J.W. Eggen

(plaatsvervangend bestuurslid) innemen.

59

Uitvoering van de FVP-regelingSociale VerzekeringsbankVan Heuven Goedhartlaan 11181 KJ Amstelveen

Raad van Bestuur SVBdrs. E.F. Stoové VoorzitterM.J. Kemp Lidmw. drs. M.P.I. ten Kroode (4) Lid

Afdeling Vermogensbeheerdrs. F. Zwikstra RBA Afdelingshoofd

Kantoor FVP/SVBBezoekadres: Postadres:Van Heuven Goedhartlaan 1 Postbus 80161181 KJ Amstelveen 1180 LA Amstelveen mr. H.J.F.M. Kas Directeur en manager Juridische Zaken & BeleidE.P. Harmsen Manager Klantencontacten, Beoordeling & Uitvoering en manager Informatisering &Automatisering en manager Controle Externe Gegevens & Aanspraakverlening (5) J.S.L.M. Kamps Manager Control & Finance en manager Faciliteiten (6)

(4) Mw. drs. M.P.I. ten Kroode vertrok per 1 november 2009 naar een organisatie buiten de SVB. Per 1 januari 2010 zal mw. drs. N.A. Vermeulen worden benoemd tot nieuw lid van de Raad van Bestuur SVB.

(5) Tot 1 oktober 2009 was de heer mr. H.J.F.M. Kas manager Controle Externe Gegevens en Aanspraakverlening. In verband met personele wijzigingen volgde de heer E.P. Harmsen de heer mr. H.J.F.M. Kas per die datum op.

(6) Tot 1 oktober 2009 was de heer E.P. Harmsen manager Faciliteiten. In verband met personele wijzigingen volgde de heer J.S.L.M. Kamps de heer E.P. Harmsen per die datum op.

Het bestuurssecretariaat van Stichting FVP werd uitgevoerd door de heren mr. F.B. Neyndorff en L.B. Veldjesgraaf en de dames drs. M. Pérez Rubal en mr. D.P. Visser, van de afdeling Juridische Zaken & Beleid van Kantoor FVP.

60

GeschillencommissieJ.H. Mulder (7) VoorzitterG.A. Hansum RA LidH. Muller (8) Lidmw. drs. M. Pérez Rubal (9) SVB/Kantoor FVP (secretariaat)

Beleggingsadviescommissie (BAC)drs. G. Verheij Werkgeversvoorzitterdrs. C.C.H.J. Driessen WerknemersvoorzitterA.H. Berendsen MBA LidC.S.M. Molenaar RBA Lidmw. drs. G.M. Sol Liddrs. M.B.A. Sanders RBA Lidmr. M.J. van Dalen RBA SVB/afdeling Vermogensbeheer (secretariaat)

Financiële Commissie (FC)Drs. G. Verheij WerkgeversvoorzitterDrs. C.C.H.J. Driessen Werknemersvoorzitter

Verder nemen aan de FC diverse vertegenwoordigers van de SVB deel.

Werkgroep Beleidsvoorbereiding FVP (WBV)drs. G. Verheij VNO-NCW (werkgeversvoorzitter)drs. C.C.H.J. Driessen FNV (werknemersvoorzitter)mw. L.H. van der Heiden(10) Vereniging van Bedrijfstakpensioenfondsenmr. H.J.F.M. Kas SVB/Kantoor FVP S.A.H. Lauwers Stichting voor Ondernemingspensioenfondsendr. J.F.J. de Munnik / mr. M.B.M. Willigers Verbond van Verzekeraarsmw. drs. M. Pérez Rubal, mw. mr. D.P. Visser, L.B. Veldjesgraaf en mr. F.B. Neyndorff (11) SVB/Kantoor FVP (secretariaat)

Voor zowel de BAC, de FC als de WBV geldt dat de werkgeversvoorzitter in de oneven jaren optreedt als voorzitter en de werknemersvoorzitter in de even jaren.

(7) De heer J.H. Mulder zal per 1 januari 2010 worden opgevolgd door de heer W.F.M. Jansen. (8) De heer H. Muller is per 1 januari 2009 de opvolger van de heer J.C. Verheij.(9) Mevrouw M. Pérez Rubal is de opvolger van de heer J. Hoogendam, die per 1 februari 2009 uit dienst is getreden.(10) De heer T. Uçar zal per 1 januari 2010 mevrouw L.H. van der Heiden opvolgen als vertegenwoordiger van de Vereniging

van Bedrijfstakpensioenfondsen in de Werkgroep Beleidsvoorbereiding FVP.(11) Mevrouw M. Pérez Rubal, mevrouw D.P. Visser, de heer L.B. Veldjesgraaf en de heer F.B. Neyndorff zijn de opvolgers van

de heer J. Hoogendam, die per 1 februari 2009 uit dienst is getreden.

personalia en adresgegevens

61

Verklarende woordenlijstCovered bondType obligatie waarbij extra zekerheid verschaft wordt, meestal in de vorm van een verhaalsrecht, op (vaak hypothecaire) vorderingen die de houder van de obligatie heeft.

Credit spreadHet rendementsverschil tussen een lening ten laste van de overheid en een vergelijkbare lening ten laste van een debiteur die niet tot de overheid behoort.

Deeltijd-WWBesluit deeltijd-WW tot behoud van vakkrachten. Dit besluit biedt werkgevers de mogelijkheid om bij een tijdelijke substantiële vermindering van bedrijfsactiviteiten ontslag te voorkomen van werknemers die weer nodig zijn bij het verwachte toekomstige aantrekken van de bedrijvigheid. Op basis van de regeling kan de werktijd van werknemers verkort worden.

EuriborDe Euribor (Euro Interbank Offered Rate) is het rentetarief dat gehanteerd wordt in het interbancaire circuit in het eurogebied.

Financieel ToetsingskaderStelsel van regelgeving van DNB voor het bewaken van de financiële soliditeit van Nederlandse pensioenfondsen.

IOWInkomensvoorziening Oudere Werklozen: een uitkering die wordt verstrekt na afloop van de WW-periode aan mensen die tussen 1 oktober 2006 en 1 juli 2011 werkloos zijn geworden en op dat moment 60 jaar of ouder waren. Ook moet de werkloze werknemer meer dan drie maanden recht hebben gehad op een WW-uitkering.

Ontslag-WWWW-uitkering die is ontstaan op grond van de beëindiging van het dienstverband. Deeltijd-WW is van deze categorie uitgesloten.

REAWet op de (Re)integratie Arbeidsgehandicapten.

REA-gerechtigde Arbeidsgehandicapte van 40 jaar of ouder (dit leef-tijdscriterium betreft een FVP-criterium), aan wie door het UWV op grond van artikel 23 van de Wet REA een uitkering is toegekend in verband met scholing of opleiding, dan wel met het op proef verrichten van onbeloonde werkzaamheden bij een werkgever (proefplaatsing).

Regio-allocatieDe verdeling van een (deel van een) beleggings-portefeuille over geografische regio's.

RentestandkortingDe rentestandkorting (ook wel ‘TL-korting’ genoemd) is een rentekorting die wordt toegepast op actuarieel bepaalde bijdragen. De tarieven van actuarieel bepaalde bijdragen zijn gebaseerd op een vaste rekenrente van 4%. Als de werkelijke rente hoger is, wordt een korting toegepast. De hoogte van deze korting is afhankelijk van het T-rende-ment.

Securities lending Het uitlenen van effecten in ruil voor een vergoeding.

Stichtingsvermogen Het eigen vermogen van Stichting FVP.

T-rendement Het gemiddelde rendement van een geselecteerd pakket staatsleningen. Het belangrijkste kenmerk van deze staatsleningen is dat de resterende looptijd minimaal zeven jaar bedraagt. De hoogte van het T-rendement wordt maandelijks gepubliceerd door het Verbond van Verzekeraars.

TL-korting Zie rentestandkorting.

WWWerkloosheidswet.

WGAWerkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsongeschikten.

62colofon

met dank aan de volgende fotografen op flickr.com

http://www.flickr.com/photos/divemasterking2000/3828513168/ p.5http://www.flickr.com/photos/rbrwr/434236201/ p.19 http://www.flickr.com/photos/faceme/459065583/ p.20http://www.flickr.com/photos/juniorvelo/3986728491/ p.27http://www.flickr.com/photos/hagwall/9658123/ p.34http://www.flickr.com/photos/pippin828/811048293/ p.41http://www.flickr.com/photos/wyrdo/3563774034/ p. 57http://www.flickr.com/photos/wandering_angel/3996204953/ p. 62

UitgaveStichting Financiering Voortzetting Pensioen-verzekering

RedactieAfdeling Juridische zaken & Beleid

EindredactieJelierse Tekst & Communicatie

BasisontwerpLava.nl

VormgevingDef., Amsterdam

DrukOnkenhout groep

Wilt u meer informatie of exemplaren, neem dan contact op met FVP.Telefoon: 020 - 656 91 51E-mail: [email protected]

© Stichting FVP 2010

www.fvp.nl

Documents

FVP jaarverslag 2009