17
VAN 4-11 NOVEMBER 2017 LEZINGEN VOOR DE GEBEDSWEEK Door Alleen Genade

Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

  • Upload
    others

  • View
    8

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

VA N 4 - 1 1 N O V E M B E R 2 0 1 7

L E Z I N G E N V O O R D E G E B E D S W E E K

Door

AlleenGenade

Page 2: Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

Over deze speciale uitgave Een groet van de voorzitter

3 E E R S T E S A B BAT

6 Z O N DAG

8 M A A N DAG

10 D I N S DAG

13 WO E N S DAG

16 D O N D E R DAG

18 V R I J DAG

20 T W E E D E S A B BAT

23 L E Z I N G VO O R J O N G E R E N

I N H O U D

O N T M O E T D E A U T E U R

Hans (Johann) Heinz, Th.D., geboren in Wenen, Oostenrijk, begon zijn theologische studies in Frankrijk aan het Seminaire Adventiste du Salève in Collonges. Nadat hij zijn studie had afgerond, begon hij in 1953 met zijn pastorale werk in Wenen. Vier jaar later werd hij geroepen leraar te worden op Seminar Schloss Bogenhofen. Daar gaf hij 21 jaar lang les. Zeven jaar lang was hij daarvan ook de schoolleider. Na zijn doctorale studie op Andrews Universy, was hij van 1982 tot 1995 hoofd van de theologische opleiding van Marienhöhe te Darmstadt in Duitsland. Hij heeft diverse boeken geschreven en heeft veel artikelen geschreven over theologie en kerkgeschiedenis.

Zijn proefschrift, Justification and Merit (Rechtvaardiging en verdienste), gaat in op het conflict tussen de rooms-katholieke leer van verdienste en de Bijbelse leer van de rechtvaardigmaking door het geloof. Heinz en zijn vrouw, Louisette, genieten van een actief leven tijdens hun pensioen dicht bij Bogenhofen in Oostenrijk. Hun zoon, Daniel, is directeur van het historisch archief van de Zevende-dags Adventisten in Europa op Friedensau de Adventististische Universiteit in Duitsland.

D O O R G E N A D E A L L E E N OP DE COVER: de gebedslezingen van dit jaar brengen de basis van het evangelie aan het licht wanneer zij benadrukken dat redding alleen door Christus mogelijk is. De liefde van Jezus en zijn verwelkoming van onvolmaakte mensen – hoe ernstig ze dan ook in de fout mogen zijn gegaan – is reden tot het hebben van hoop op een betere toekomst.

F O T O O M S L A G : I N T E L L E C T U A L R E S E R V E S I N C . F O T O R O B D E R A A D : S U N F I E L D P H O T O G R A P H Y

Dit jaar herdenken we dat het 500 jaar geleden is dat de protestantse Reformatie begon, toen de boodschap van verlossing door Christus alleen door velen voor het eerst werd gehoord. Het licht verspreidde zich

niet alleen door wat de grote Hervormers leerden, maar vooral door Gods Woord zelf, omdat de Bijbel werd vertaald in de volkstalen en mensen de waarheid nu zelf konden lezen.

Het is daarom toepasselijk dat de lezingen van de Gebedsweek van 2017 zich richten op ‘Christus Onze gerechtigheid’, ”… want zijn naam is de enige op aarde die de mens redding biedt” (Handelingen 4:12).

Ellen White heeft deze gedachte mooi onder woorden gebracht tijdens een zitting van de Generale Conferentie toen ze zei: “De enige manier waarop mensen in de strijd staande kunnen blijven is: je basis en je wortels in Christus hebben. ... De prediking van de gekruisigde Christus die onze gerechtigheid is, kan de honger van onze ziel stillen. Als we door deze belangrijke centrale waar-heid de belangstelling van de mensen kunnen trekken, dan krijgen ze geloof, hoop en moed in het hart.”*

Ik moedig u aan deze week niet alleen deze bijzondere lezingen te overden-ken, maar om ook tijd met Gods Woord door te brengen en tijd te besteden aan gebed. Daarbij concentreren we ons op ‘Christus onze gerechtigheid’. Als u nog kinderen thuis hebt, lees dan in ieder geval met hen de lezingen die daarvoor bedoeld zijn.

Moge de Heer ons zegenen wanneer we samenkomen als leden van de wereldwijde, kerkelijke familie om te studeren en te bidden tijdens deze belangri-jke tijd in de geschiedenis van de wereld.

Ted N. C. Wilson, voorzittervan de wereldkerk van het Kerkgenootschap der Zevende-dags Adventisten

* In General Conference Daily Bulletin, Jan. 28, 1893 (zie ook Last Day Events [Boise, Idaho: Pacific Press Pub. Assn., 1992], p. 151). In het Nederlands: Jezus Komt! (Uitgave van ‘Er staat geschreven’, 2010; ISBN 978-90-815313-1-3).

.

Dit jaar staat in het teken van 500 jaar Reformatie. Als startpunt van de Reformatie wordt vaak het moment aangegeven waarop Maarten Luther in het openbaar zijn protest uitte tegen de aflaathandel van de Rooms

Katholieke Kerk, door op 31 oktober 1517 zijn 95 stellingen op de deur van de slotkapel in Wittenberg te slaan. Het belang van datgene wat de Hervormers tot stand hebben gebracht, kan nauwelijks worden overschat. Er was weinig of geen kennis van de Bijbelse waarheden onder het gewone volk, want men kon veelal niet lezen of schrijven. De mensen werden zoet gehouden met verhalen over de kerkvaders. Het was Maarten Luther die de Bijbel vertaalde in de Duitse taal en daarmee de inhoud ervan toegankelijk maakte voor het gewone volk. Hij stelde dat het evangelie een kracht van God is, tot behoud voor iedereen die gelooft. Voor Maarten Luther was het protest tegen de dwaalleringen van de Middeleeuwse Kerk een persoonlijke ervaring. Zelf was hij door Bijbelstudie tot de overtuiging gekomen dat het God is die de mens rechtvaardigt, in plaats van de inspanningen van de mens zelf om de relatie met God te herstellen. Luther raakte daarmee de kern van het Christelijke geloof.

Zonde en verlossing: daar draait het in het Christelijke geloof om. De zonde beschrijft het menselijke probleem waar ieder mens mee worstelt en verlossing is datgene wat God ons geeft en waarbij het probleem wordt opgelost. Dit is ook het thema van de lezingen van deze week van gebed. Hoe wordt de relatie met God herstelt? Wat doet God voor ons en wat doet Hij in ons? Een goed begrip van dit thema is essentieel voor een goed verstaan van de Bijbelse boodschap. Het bepaalt hoe wij naar God kijken en hoe wij met elkaar omgaan.

Ik hoop dat u veel aan de verschillende lezingen zult hebben voor uw per-soonlijke relatie met God en dat ons gezamenlijk gebed tot zegen van ons allemaal mag zijn.

Rob de Raad, voorzitterNederlandse Adventkerk

E E N G R O E T

G E B E D S W E E K

2 0 1 7

G E B E D S W E E K

Alle citaten uit de Bijbel in deze gebedslezingen zijn genomen uit de Nieuwe Bijbel Vertaling (Uitgave van het Nederlands

Bijbelgenootschap, Haarlem, 2004).

2 Lezingen voor de Gebedsweek | November 2017 November 2017 | Lezingen voor de Gebedsweek 3

Page 3: Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

E E R S T E S A B B A T

G E B E D S W E E K

Het Fundament God’s Woord,

Door Ted N. C. Wilson

Ons Geloof

Op het eerste gezicht leek de kleine groep op elke ander begrafenisstoet: geestelijken,

nieuwsgierige toeschouwers en man-nen met gereedschappen om een graf te delven. Er ontbrak slechts één ding: een doodskist met de overledene.

Een vreemde en door boosheid gekenmerkte begrafenis

Toen de groep het kerkhof betrad van de plaatselijke kerk van St. Mary in Lutterworth in Engeland, hing er een gevoel van opwinding en wraak in de lucht. De aartsketter John Wycliffe zou eindelijk krijgen wat hem toekwam nadat hij 43 jaar daarvoor in zijn graf was gelegd.

Toen de mannen aankwamen bij de plaats van het graf staken ze vol geestdrift hun schep in de grond en groeven steeds dieper tot ze eindelijk bij het hout van de kist waren aangeko-men. Onreine handen braken de kist open en wierpen Wycliffe’s botten uit zijn rustplaats in een brandend vuur. Het pausdom was niet in staat geweest hem tijdens zijn leven terecht te stellen, maar was nu vastbesloten haar doel na zijn dood alsnog te bereiken. Nadat de botten van John Wycliffe waren ver-brand tot as, veegden de trotse geeste-lijken zijn overblijfselen bijeen en gooiden ze in de nabijgelegen rivier de Swift in de hoop dat er geen spoor van

Onder

de man of zijn werk zou achterblijven.Waarom zo’n haat? Waarom zo’n

verbetenheid? Omdat John Wycliffe het had gedurfd de paus te weerstaan en de moed had gehad te preken tegen mon-niken die zich gedroegen als parasieten. Het ergste van alles was dat hij de moed had gehad de Bijbel uit het Latijn te vertalen in het Engels en zo het hei-lige Woord van God aan de mensen had gegeven in hun moedertaal. Pries-ters, bisschoppen en de paus wisten dat het licht van Gods Woord de duisternis zou verdrijven wat hen en hun cor-rupte systeem aan de macht hield.

“Maar het verbranden van de bot-ten zo’n man kon zijn invloed niet beëindigen,” schreef theoloog en his-toricus George Townsend eeuwen later. “Zoals John Foxe in zijn boek over martelaren zei, ‘hoewel zij zijn lichaam hebben opgegraven, zijn botten ver-brand en zijn as verdronken, toch kon-den zij het Woord van God en de waarheid van zijn leer, samen met de vruchten en het succes daarvan, niet verbranden en zijn die tot op de dag van vandaag gebleven.”1

Wycliffe is aan het vuur ontsnapte tot na zijn dood. Vele anderen die na hem kwamen zijn verbrand op de brandstapel, of onthoofd, of ver-dronken en zijn als martelaar gestor-ven voor hun trouw aan God en zijn Woord.

De Bijbel geven aan het volkDe inzet om de Bijbel aan de

mensen te geven in hun eigen taal, is voortgezet. Tweehonderd jaar na de geboorte van Wycliffe publiceerde in 1522 Maarten Luther, de bekendste van alle Hervormers, zijn Duitse ver-taling van het Nieuwe Testament. Zijn volledige vertaling van de Bijbel werd voor het eerst gepubliceerd in 1534 en werd warm ontvangen door de gewone mensen die Duits spraken. De gezags-dragers waren daarmee niet zo ingenomen: “Tevergeefs deed men een beroep op de burgerlijke en kerkelijke overheid om de ketterij te onderdruk-ken. Tevergeefs nam men zijn toev-lucht tot gevangenisstraffen, folterin-gen, brandstapels en het zwaard. Dui-zenden aanhangers bezegelden hun geloof met hun bloed, maar toch ging het werk vooruit. De vervolgingen droegen alleen bij tot de verspreiding van de waarheid.” 2

Terwijl Maarten Luther Gods Woord aan het gewone volk in Duits-land gaf, volgde William Tyndale in de voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het werk ter hand vanuit de oorspronkelijke talen, het Grieks en het Hebreeuws. Zijn werk werd niet van harte ontvangen in Engeland en dus vluchtte Tyndale naar Duitsland. Daar verscheen in 1525 zijn Nieuwe Testament - de eerste gedrukte Bijbel in het Engels die was gebaseerd op de oorspronkelijke Griekse tekst.

De vertaling van Tyndale werd snel Engeland naar gesmokkeld en werd daar door het volk enthousiast ontvan-gen maar werd tegelijkertijd door de autoriteiten gehaat. Terwijl hij het Oude Testament aan het vertalen was, werd Tyndale in 1535 verraden. Na 500 dagen in de gevangenis te hebben gezeten, werd Tyndale als martelaar gedood. Hij werd gewurgd met kettingen en op de brandstapel verbrand. Trouwe vrienden hebben zijn werk voltooid, en de volle-dige Bijbelvertaling van Tyndale werd enkele jaren na zijn dood gepubliceerd.

De sabbatschoollessen van het vierde kwartaal gaan over de brief van Paulus

aan de Romeinen. Een goed gekozen moment om deze brief te bestuderen. Deze brief staat immers centraal in de boodschap van Maarten Luther die dit jaar op veel belangstelling kan rekenen vanwege 500 jaar Reformatie. Via deze brief ontdekte Luther de bijbelse boodschap van verlos-sing door genade alleen, tevens het thema van de lezingen van de gebedsweek.

De boodschap van genade is bevrijdend voor elk mens. We kunnen niet jong genoeg begin-nen met het benadrukken van deze fundamentele waarheid uit Gods Woord. Dat is een van de redenen waarom vorig jaar het project van een voorleesbijbel voor kinderen van vier tot zeven jaar is gestart. Mede dankzij een deel van de gebedsdaggaven van vorig jaar kunnen we daarmee doorgaan, maar er is meer nodig. Op de bladzijden 29 t/m 31 vindt u een introductiebrief en een bijbelverhaal met uitleg ter illus-tratie. Dit prachtig geschreven verhaal kan tijdens een van de diensten in de gebedsweek als kinderverhaal gebruikt worden, maar kan ook worden voorge-lezen in de kindersabbatschool.

van deDoel GebedsweekgavenOok dit jaar zal een deel van de gebedsdaggaven bestemd zijn voor deze voorleesbijbel. Wij wil-len investeren in onze kinderen, want zij zijn de kerk van morgen.

God laat zijn licht schijnen voor alle mensen. Ieder mens is anders. Daarom hanteren we verschillende methoden die voorzien in de diverse behoeften.

Voor onze digitale wereld heeft het ESDA-instituut nu ook de cursussen Openbaring en Archeologie op het internet gepubliceerd (kijk op www. esda-instituut.nl), dankzij de gebedsdaggaven van 2016. We werken nu ter vervanging van ‘Er staat geschreven’ aan een nieuwe digitale cursus op basis van het boek ‘Rijk van God’ van Richard Rice.

Maar effectieve zending behelst meer dan alleen informa-tieoverdracht. Mensen leren God vooral kennen door omgang met hem en met elkaar. Dat wordt mogelijk als gelovigen niet in hun eentje, maar vooral groeps- gewijs maatschappelijk betrokken raken. Veel gemeentestichtings-

projecten richten zich op een bepaalde wijk of omge-ving en kunnen zich daardoor effectief mengen onder de mensen. Daa-rin volgen zij het voorbeeld van hun Meester.

Nieuwe initiatieven beschik-ken niet over opgebouwde kapi-talen om op terug te vallen. De landelijke kerk kan hen volgend jaar opnieuw financieel onder-steunen dankzij de speciale col-lecte aan het eind van deze gebedsweek.

Op sabbat 11 november krijgt u opnieuw de gelegenheid om deze initiatieven te ondersteunen. Uw financiële bijdrage maakt het ver-schil. Geef daarom ruimhartig voor de kinderen in ons midden, zodat ook zij opgroeien in de genade van God, en voor de mensen zonder God, opdat zij hun Heer zullen leren kennen.

Jacob EngelgeerDepartementshoofd Ontwikkeling & ToerustingRudy DingjanDepartementshoofd Gemeentegroei & Gezondheid

1

les10Open-baring

CURSUS

Het einde

D O E L

G E B E D S W E E K

1

les3

CURSUS

Egypte

Archeologie bijbelse

landenin

4 Lezingen voor de Gebedsweek | November 2017 November 2017 | Lezingen voor de Gebedsweek 5

Page 4: Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

E E R S T E S A B B A T

G E B E D S W E E K

Welke historische betekenis ziet u in het verhaal van het verbranden van de beenderen van Wycliffe?

Hoe kunnen we onze studie van de Bijbel verbeteren, zodat we er meer profijt van kunnen hebben?

Wat wordt er bedoeld met ‘Er is een storm op komst’? Hoe bereiden we ons daar op voor?

ReflectieV R A G E N V O O R

en Bespreking:

1

3

2

D O O R G E N A D EA L L E E N

Terwijl de meeste religieuze leiders

in de tijd van Jezus zich bezighielden

met thema’s rondom veroordeling, wees

Jezus vooral op the-ma’s rondom genade

en vergeving, zoals we terug kunnen zien in Zijn gesprek met de vrouw die overspelig

was (Johannes 8).

Nu is het moment gekomen om een absoluut geloof, zeker-heid en vertrouwen in het Woord van God te ontwikkelen.

B E E L D : I N T E L L E C T U A L R E S E R V E S I N C .

De gedrevenheid van de Hervormers

Waarom hebben deze mannen zulke pijn en lijden verdragen, tot de dood aan toe, om het Woord van God aan de mensen te brengen? Omdat ze er naar verlangden dat mensen Gods waarheid zouden kennen. Als de ogen van de mensen eenmaal geopend waren voor de waarheid van de Bijbel, dan zouden ze de tegenspraken zien tussen wat Gods Woord zegt en wat de priesters leerden. De waarheid zou hen vrij maken van de angst waarmee de gevestigde kerk hen in haar greep hield. 3

Ellen White deelde die gedreven-heid van de Hervormers om iedereen toegang te geven tot de Bijbel. “De Bijbel werd niet alleen gegeven aan predikanten en geleerde mensen,” schreef ze. “Iedere man, vrouw en kind zou de Schriften zelf moeten lezen. Wees niet afhankelijk van een predikant om het in uw plaats te lezen. De Bijbel is Gods Woord voor u. De arme mens heeft het net zo hard nodig als de rijke, en de geschoolde mens net zo goed als de ongeschoolde. Christus heeft dit Woord zo duidelijk gemaakt dat er bij het lezen daarvan niemand hoeft te struikelen.” 4

Door het protestantse beginsel om de eenvoudige lezing van de tekst te accepteren en de Bijbel zichzelf te laten uitleggen, lagen de meeste waarheden al vast die wij als fundamenteel beschouwen. Dan kunnen we denken aan de sabbat, de toestand van de doden, het heiligdom en het onder-zoekend oordeel. Die stonden allemaal al vast op het moment dat de Kerk van de Zevende-dags Adventisten officieel werd georganiseerd in 1863.

Ellen White schreef als volgt over deze fundamentele Bijbelstudies: “Broeder [Hiram] Edson en anderen die scherpzinnig, edel en waarachtig waren, behoorden tot hen die in de tijd na 1844 de waarheid zochten alsof het een verborgen schat was. We zijn

bijeengekomen en hebben gestudeerd en ernstig met elkaar gebeden. We bleven vaak tot laat in de avond bij elkaar. Soms gingen we de hele nacht door en hebben we gebeden om inzicht terwijl we het Woord bestu-deerden. Keer op keer kwamen deze broeders samen om de Bijbel te bestu-deren, opdat zij de betekenis ervan zouden leren kennen. Zo bereiden ze zich voor om dat met kracht te verkondigen.” 5

Een kritische blikTegenwoordig wijzen sommigen het

idee af van een ‘eenvoudig lezen’ van de tekst. Door hun manier van denken, achten zij het noodzakelijk de Bijbel met een kritische blik te benaderen om te begrijpen welke delen van Gods Woord van betekenis zijn voor ons in de eenentwintigste eeuw. In plaats van het vergelijken van Schrift met Schrift, maken zij menselijke wijsheid tot scheidsrechter tussen wat relevant is en wat niet. Eén van de grootste strijd-punten die we als Zevende-dags Adven-tisten het hoofd moeten bieden, is de strijd over welk gezag de Bijbel heeft.

Laten we bedenken dat de Schrift onze enige bescherming is, wanneer we de historisch-Bijbelse methode aanprij- zen om de Schrift te interpreteren. Die methode staat toe dat de Bijbel zichzelf kan uitleggen, wet op wet en eis op eis (Jesaja 28:10).

Let op de volgende opdracht wat betreft het accepteren van de Bijbel zoals het er staat: “God verlangt van zijn volgelingen meer dan velen zich realiseren. Als we onze hoop op de hemel niet willen vestigen op een ver-keerd fundament, dan moeten we de Bijbel accepteren zoals het er staat en geloven dat de Heer bedoelt wat hij zegt.” 6

Bijbelstudie methodesHet Kerkgenootschap der Zevende-

dags Adventisten heeft een officieel document dat beschrijft hoe de Bijbel

te bestuderen. Het is in stemming gebracht en aanvaard door het Alge-meen Bestuur van de Generale Confe-rentie tijdens de jaarlijkse zitting van het Annual Council (een jaarlijkse ver-gadering van de wereldkerk) in Rio de Janeiro, Brazilië. Het document “is bestemd voor alle leden van de Zeven-de-dags Adventisten en heeft als bedoeling richtlijnen te geven wat bet-reft de vraag hoe de Bijbel te bestu-deren.” Het document gaat in op twee verschillende benaderingen van de Schrift:

De historisch-kritische methode minimaliseert de noodzaak van geloof in God en gehoorzaamheid aan zijn geboden. Bovendien benadrukt een dergelijke methode juist niet het god-delijke element in de Bijbel als een geïnspireerd boek, met inbegrip van de daaruit voortvloeiende eenheid. Daar-door worden het profetisch woord en die delen van de Bijbel die over de eindtijd gaan niet begrepen en wordt de betekenis daarvan onderschat. Daarom dringen we er bij Adventis-tische studenten van de Bijbel op aan de vooronderstellingen en de daaruit voortvloeiende resultaten van deze methode te vermijden.

In tegenstelling tot de historisch-kritische methode en haar vooronder-stellingen, zijn wij ervan overtuigd dat het nuttig is principes van Bijbelstudie te formuleren die in overeenstemming zijn met wat de Schrift daar zelf over leert, haar eenheid bewaart en gebas-eerd zijn op het uitgangspunt dat de Bijbel het woord van God is. Zo’n aan-pak zal ons leiden tot een bevredigende ervaring met God en ons ook rijkelijk belonen. 7

God heeft ons vanuit de hemel een opdracht gegeven om verdedigers van zijn Woord te zijn, omdat is aan-getoond dat het waar is en dat het de levens van mensen verandert. De wereld wordt overspoeld met alleen aandacht voor gedrag dat te maken heeft met het dagelijks leven. Mensen

denken dat alles relatief is. Dat is ech-ter niet waar! Er zijn dingen die niet zijn te betwisten en die vinden we in het Woord van God en in ons getrou-we vasthouden aan zijn Woord.

Maak tijd voor Gods WoordWe leven in het laatste der dagen

die we omschrijven als die van de gemeente Laodicea, wanneer het chris-tendom vaak oppervlakkig is. De duivel zal alles doen om ons van de Bijbel en de waarheid af te leiden. Alle mogelijke middelen worden daarvoor gebruikt: recreatie, media, amusement, werk, muziek, meningsverschillen en interne strijd, valse leer, onenigheid in gezinnen, economische problemen, alles wat maar tijd wegneemt van Gods Woord.

Juist nu moeten we ervoor zorgen dat we elke dag de Bijbel lezen. Gods Woord is van vitaal belang omdat het ons in direct contact brengt met Jezus Christus. Het leert ons dat verlossing alleen mogelijk is door ons volledig afhankelijk te maken van hem. Het vertelt van zijn leven en dood, zijn opstanding en zijn dienst voor ons in het allerheiligste van het hemelse hei-ligdom. Het herinnert ons eraan dat de sabbat het speciale zegel en het ver-bond van Christus is met zijn volgelin-gen, die zijn geboden bewaren. Het bevestigt ons geloof en hoop op een spoedige, letterlijke wederkomst van Christus, onze Verlosser. Het helpt ons te beseffen dat we een God dienen die

ons nooit in de steek zal laten en wiens kerk zal triomferen onder de aanvallen van de duivel.

Nu is het moment om te werken aan een volkomen geloof, zekerheid en vertrouwen in het Woord van God. We weten dat er een tijd komt dat we niet meer op ons verstand kunnen vertrou-wen en dat er een “alles overtreffend bedrog” 8 en een misleiding wordt gepresenteerd die zo aanlokkelijk is, “om ook Gods uitverkorenen zo mogelijk te misleiden” (Matteüs 24:24).

Dit is het momentEr is een storm op komst. Nu is het

moment gekomen om een absoluut geloof, zekerheid en vertrouwen in het Woord van God te ontwikkelen. Jezus zelf vertelt ons hoe je je moet voor-bereiden: “Wie deze woorden van mij hoort en ernaar handelt, kan vergele-ken worden met een verstandig man, die zijn huis bouwde op een rots. Toen het begon te regenen en de bergstro-men zwollen, en er stormen opstaken en het huis van alle kanten belaagd werd, stortte het niet in, want het was gefundeerd op een rots” (Mattheus 7:24,25).

Ons geloof en onze overtuigingen moeten worden gebouwd op het tijd-loze Woord van God. De Bijbel, die trouw is bewaard en verzegeld met het bloed van martelaren, overstijgt de tijd en de cultuur. Het is het levende Woord van God. Door de leiding van de heilige Geest kunnen we de ant-

woorden vinden die nu zo dringend nodig zijn. n

Ted NC Wilson is voorzitter van het Kerk-genootschap der Zevende-dags Adventisten

1 George Townsend, The Acts and Monuments of John Foxe: With a Life of the Martyrologist, and Vindication of the Work, vol. 3, p. 96.2 Ellen G. White, The Great Controversy (Mountain View, Californië .: Pacific Press Pub. Assn., 1911), p. 196 (De grote strijd, p. 179).3 “William Tyndale,” op http://greatsite.com/timeline-english-bible-history/william-tyndale.html.4 Ellen G. White manuscript 12, 7 februari 1901.5 Ellen G. White, Selected Messages (Washington, DC:.. Review and Herald Pub Assn, 1958, 1980), boek 1, blz. 206.6 Ellen G. White, Testimonies for the Church (Mountain View, Californië .: Pacific Press Pub. Assn., 1948), vol. 5, p. 171.7 “Methods of Bible Study”, https://www.adventist.org/en/information/official-statements/documents/article/go/-/methods-of-bible-study/.8 EG White, The Great Controversy, p. 624 (De grote strijd, p. 576).

6 Lezingen voor de Gebedsweek | November 2017 November 2017 | Lezingen voor de Gebedsweek 7

Page 5: Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

Philipp Melanchthon is de vredelievende en consensus zoekende collega Hervormer

van Maarten Luther. Op zekere dag werd hem door vrienden gevraagd waarom hij Luther zo toegewijd was, hoewel deze grote man soms behoorlijk koppig, bazig en grof kon zijn. Melanchthon, die zelf één van de grote geleerden van de Hervorming was, antwoordde simpel en heel kort: “Ik heb het evangelie leren kennen door hem.”

Onder invloed van Luther en de Hervorming keerde het evangelie aan het begin van de moderne tijd terug naar het middelpunt van het christelijk geloof. Volgens de apostel Paulus is die boodschap “Gods red-dende kracht voor allen die geloven” (Romeinen 1:16).

De definitie die de apostel ons hier geeft, richt onze aandacht op vijf belangrijke woorden:

EvangelieDit woord betekent het ‘goede

nieuws’, de ‘vreugdevolle boodschap’, de ‘boodschap van overwinning’. Het is het ‘evangelie van God’ (Romeinen 1:1) omdat het van God afkomstig is en over God spreekt. Het is echter ook het ‘evangelie van Christus’ (Romeinen 15:19). Het is de bood-schap voor de wereld die gaat over de taak, het offer en de verzoenende dood van Jezus van Nazaret, de god-delijke Messias. Die boodschap gaat ook over zijn overwinning over de dood en zijn middellaarswerk bij God voor zijn volk dat nog steeds leeft en worstelt in deze wereld en over zijn toekomstige terugkeer om zijn werk te voltooien. Zo troost het evangelie ons hiermee dat Christus na de hui-dige ‘redding in een wereld die ver-

loren gaat’ zal terugkeren om ‘de hele wereld te veranderen’. Het evangelie biedt de oplossing voor dit funda-mentele menselijke probleem: “Voor de zonde en de ellende van de wereld is het evangelie het enige tegengif.”1

Kracht van GodHet evangelie heeft scheppende

kracht omdat het Gods Woord is. Menselijke woorden hebben die kracht niet. Dat zijn vaak alleen maar ‘holle klanken’. Wanneer God echter het evangelie uitspreekt, dan gebeurt er ook wat hij zegt: ieder mens die gelooft, ontvangt verlossing.

ReddingVerlossing is niet het gevolg van

filosofische speculatie, stellingen of wijsheid die uit boeken zijn overgenomen. De redding van de mensheid uit de vluchtigheid van het leven of hun ellende van schuld komt niet voort uit menselijke woorden, maar komt door goddelijk handelen en door God gegeven vrijspraak. Het is wat Luther heeft beschreven als, de ‘admirabile commercium’, 2 oftewel die wonderbare plaatsvervanging.

Aan het kruis heeft “God door Christus” (2 Korintiërs 5:19) van

plaats gewisseld met de wereld. Hij nam het oordeel op zich dat had moeten komen over de zondaar: “De rechter werd geoordeeld in onze plaats.” 3 Christus werd “één gemaakt met de zonde zodat wij door hem rechtvaardig voor God konden wor-den” (vers 21); de mens moet zijn zwakheid kennen zodat de kracht van Christus zichtbaar wordt (2 Korintiërs 12:9); hij is omwille van ons arm geworden opdat wij door zijn armoede rijk zouden worden (2 Korintiërs 8:9); hij heeft ellende vervangen door heer-lijkheid, lijden door vreugde en ”deed afstand van zijn gelijkheid met God“ (Filippenzen 2:6,7) en werd zo als het ware ‘niets’ in tegenstelling tot zijn ‘alles’, zodat wij “alles hebben”, hoewel we “niets bezitten’’ (2 Korintiërs 6:10).4

Voor iedereenDe wonderen van het evangelie

zijn niet alleen voor een bepaald land, geslacht of mensen met een bepaalde sociale status, maar ze zijn voor iedereen.

Paulus was trots op zijn joodse afkomst en zijn farizeïsche eigen gerechtigheid (Filippenzen 3:4-6). Door zijn ervaring op weg naar

Damascus werd de apostel een vriend van de heidense naties, waar zoveel van zijn medechristenen toe behoor-den. Zij waren zijn “vreugde en erekrans” (Filippenzen 4:1). In de ogen van Paulus deed Christus door zijn lijden en dood als losgeld voor allen (1 Timoteüs 2:6) alle vooroordelen te niet die te maken hadden met nationale of sociale afkomst of met het feit dat je man of vrouw was. (Galaten 3: 26-28). Het evangelie doorbreekt alle barrières en schept een gemeenschap die uitstijgt boven nationaliteit. In Christus vormt de diversiteit van mensen één ‘familia Dei’, het gezin van God, ook al heb-ben ze allemaal een verschillende afkomst, hebben ze allemaal verschil-lend onderwijs genoten en ervaringen in het leven opgedaan. “Christus rukt de scheidsmuur neer, het verdeeldheid zaaiende vooroordeel van nationaliteit en leert liefde voor het menselijke gezin.” 5 Wat voor alles geldt is dit: alle mensen worden ‘kinderen van God’. Christus verenigt ons niet alleen op het horizontale vlak, maar ook en vooral op het verticale: hij herstelt de verbinding van de mensheid met God door zijn reddende dood. Hoe?

Door geloof in ChristusWanneer Paulus het heeft over

‘geloven’, dan verwijst hij niet naar vermoedens of dingen die je je inbeeld. Hij heeft het zelfs niet over instemmen met een specifieke uitspraak. Geloven in de Schrift – dat is op dat moment het Oude Testament – staat voor “je ergens stevig aan vasthouden, begrijpen en trouw”. 6 In het Nieuwe Testament betekent geloof ‘vertrouwen’ en ‘getrouwheid’. We ontvangen het heil – de vergeving van zonden, aanvaarding door God, ver-nieuwing van het leven en uiteinde-

lijke verlossing – door op Christus’ belofte van verlossing te vertrouwen, door er stevig aan vast te houden en door trouw te blijven tot het einde. Wat de ‘verdorven mens’ of de zondaar redt, zijn niet zijn religieuze prestaties (‘zijn werken’), maar zijn vertrouwen in God die hem in Chris-tus rechtvaardig verklaart (Romeinen 4:5). Rechtvaardiging van de zondaar, dat wil zeggen de verklaring dat hij rechtvaardig is wanneer hij voor de genadetroon van God staat, gebeurt alleen door het geloof. De werken van de wet staan daar los van (Galaten 2:16).

De kerk dacht dat het dit evangelie door de eeuwen heen had bewaard en dat zij daarvan de getrouwe uitlegger was. Velen die dachten dat ze Paulus hadden begrepen, hadden de essentie vergeten van zijn boodschap. Een soort van “onschuldige gerechtigheid uit werken der wet” 7 had bezit genomen van het Christendom en had de apostolische prediking van genade door het geloof omgevormd tot een subtiele religie van werkgerechtigheid. De invloed van het wetticisme dat heerste in de synagoge, de Griekse leringen wat betreft deugd en het juri-dische denken van de Romeinen, had er voor gezorgd dat de vrijspraak van de zondaar door genade, werd vervan-gen door een onmisbaar “zwoegen”. 8 De zoeker naar het heil kon nooit weten of hij genoeg had gedaan om de verlossing waardig te zijn. Er waren wel afwijkende geluiden, maar die waren in zichzelf ook niet helemaal duidelijk of ze bleven onopgemerkt.

Toen kwam de glorieuze heront-dekking van de boodschap van de apostelen door de Hervorming van de zestiende eeuw. Toen begon het woord van Paulus: “De rechtvaardige zal leven door geloof” (Romeinen 1:17),

opnieuw te schijnen, en besefte het christendom eens te meer: “De enige heerlijkheid die christenen bezitten, is in Jezus Christus alleen.” 9 n

1Ellen G. White, The Ministry of Healing (Mountain View, Californië .: Pacific Press Pub. Assn., 1905), p. 141 (De weg tot gezondheid, p. 69).2 Maarten Luther, Luthers Schriften: Weimar Edition (Stuttgart: Metzler, 2003), vol. 7, p. 25.3 Karl Barth, Church Dogmatics (Edinburgh: T & T Clark, 2009), Vol. IV.1, p. 211.4 Horst Pöhlmann, Abriss der Dogmatik (Gütersloh: Gütersloher Verlag, 1975), p. 185.5 Ellen G. White, The Desire of Ages (Mountain View, Californië .: Pacific Press Pub.Assn., 1898), p. 823. (Wens der Eeuwen, p. 721)6 Rolf Luther, Neutestamentliches Wörterbuch (Hamburg: Furche Verlag, 1963), p. 95.7 Barth, p. 523.8 Tertullianus De poenitentia 6.9Maarten Luther, Luthers Schriften: Weimar Edition (Stuttgart: Metzler, 2004), vol. 13, p. 570.

Z O N D A G

G E B E D S W E E K

Leren

HetEvangelieKennen

Ik heb het evangelie van hem geleerd. —Philipp Melanchthon

Hoe heeft het evangelie uw leven veranderd? Wat heeft u daardoor gewonnen?

Hoe kunnen we het beste omgaan met mensen die een wetenschappelijke instelling hebben, om hen te laten zien dat ze het evangelie nodig hebben?

Welk genezend effect heeft de boodschap van rechtvaardiging door het geloof alleen voor uw innerlijk?

Welk aspect van het evangelie kan jong en oud aantrekken en hen het belang doen inzien van het christelijk geloof?

1

3

4

2

Door Hans Heinz

ReflectieV R A G E N V O O R

en Bespreking:

8 Lezingen voor de Gebedsweek | November 2017 November 2017 | Lezingen voor de Gebedsweek 9

Page 6: Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

De leer van de rechtvaardiging door het geloof alleen kun je omschrijven als het “heiligdom

van de Hervorming”. 1 Toen Maarten Luther die prachtige belofte begreep van de rechtvaardiging van de zondaar door te vertrouwen op de Gekruisigde, was het alsof de Hervormer het paradijs al was ingegaan.

Innerlijke strijdAls monnik, priester en professor

in de theologie had Luther jarenlang geworsteld om deze zin van Paulus te begrijpen: “In het evangelie openbaart zich dat God enkel en alleen wie gelooft als rechtvaardige aanneemt” (Romeinen 1:17). Dag en nacht draaiden zijn gedachten om die zin. Om zijn eigen woorden te gebruiken: hij haatte de uit-drukking ‘gerechtigheid van God’. Dat kwam omdat hij het, net zoals de kerkvaders en de scholastiek*, filoso-fisch begreep als een gerechtigheid die God van de mens verlangt, maar die is daartoe niet in staat en daarom valt hij onder Gods oordeel.

“De heilige Geest tilde de sluier over de Schriften voor mij op in deze toren.”

Een jaar voor zijn dood keek de voormalige Augustijnse monnik en latere Hervormer in 1545 nog eens terug op het keerpunt in zijn leven, zijn geloof en de wijze waarop hij leefde. Deze ommekeer was de door-braak die leidde tot het besef dat ‘Gods gerechtigheid’ geen eis is, maar een gift. Het is de gerechtigheid die God aan iedereen geeft die in Christus gelooft, terwijl de mens daar niets voor hoeft te doen. Volgens hem realiseerde hij zich dit in dat torentje van het Zwarte Klooster in Wittenberg: “De Heilige Geest tilde de sluier over de Schrift voor mij op in deze toren.” 2

Bijbelse gerechtigheid “Bevrijd mij en doe mij recht”

(Psalm 31:2). Al in het Oude Testament

aan de regels, zijn niet uitzonderlijk in deze wereld. Een persoon die echter beweert dat hij rechtvaardig is voor God valt ten prooi aan een noodlottige fout. Zelfs de psalmist in het Oude Testament weet al “voor u is geen sterveling onschuldig” (Psalm 143:2).

Dus als iemand ‘recht’ voor God wil staan, dan hebben ze Gods gerechtigheid nodig. Daarom zegt de psalmist: “Bevrijd mij en doe mij recht” (Psalm 31:2; 71:2). Deze gerechtigheid is voornamelijk verlos-sende gerechtigheid, redding en is geen straffende gerechtigheid.

In het licht van het Nieuwe Testa-ment betekent dit dat God, die de schuld en het oordeel van de god-deloze wereld op zich neemt (Johannes 1:29), betaalt voor die schuld in het oordeel met het het leven van zijn rechtvaardige en zondeloze Zoon op het kruis. Juist door dat offer kan hij de onrechtvaardigen vergeven, hen accepteren, in hen werken aan een nieuwe manier van denken en een nieuw leven en hen de hoop geven op een nieuwe, rechtvaardige wereld (2 Petrus 3:13). Alleen degenen die deze gift verwerpen, vallen onder het oor-deel over hun persoonlijke ongerechtigheid (Hebreeën 10:29,30).

redt Gods gerechtigheid de zondaar. Op het moment dat Abraham de belofte ontving van zijn toekomstige nakomelingen (Genesis 15:5), was hij geen ‘supermens’, maar net als ieder ander mens een zondaar. Hij vertrouw-de echter op de belofte van God en daarom heeft God hem voor rechtvaar-dig gehouden (vers 6). Dit betekent dat God Abraham als ‘rechtvaardig’ beschouwde vanwege zijn vertrou-wende geloof. Het woord ‘goddelozen’ staat in de Bijbel niet voor een mod-erne atheïst, maar verwijst in het alge-meen naar ‘een zondaar’ (Psalm 1:1; Spreuken 11:31). Zo verwijst het woord de ‘rechtvaardige’ niet naar de ‘zondeloze’, maar naar de ‘gelovige ‘(zie Habakuk 2:4). Dit zorgde ervoor dat de apostel Paulus kon vaststellen dat zelfs onder het oude verbond de mensen niet gerechtvaardigd werden door werken, maar door geloof (Romeinen 4:6-8). Daaruit volgt dat alleen God iemand ‘rechtvaardigt’, of ‘rechtvaardigt verklaart’ of ‘iemand voor rechtvaardig houdt’. “De Heer is onze gerechtigheid” (Jeremia 23:6).

In de Bijbel is gerechtigheid dus een religieuze uitdrukking en geen morele of politieke. Mensen die de wetten vol-gen van de overheid en die zich houden

Ze wisten het niet“Omdat ze Gods gerechtigheid niet

kennen” (Romeinen 10:3).De profeten in het Oude Testament

leren duidelijk dat een deugdzaam leven onvoldoende is om te voldoen aan de behoefte van de mens aan ver-lossing (Jesaja 64:5). De redding van de mens vereist Gods gerechtigheid. Die ontvangt hij door zijn vergiffenis en zijn genadige aanvaarding. Het zicht op deze waarheid verdween in de eeuwen nadat het Oude Testament was geschreven.

Gedurende die periode begon men mondelinge inzichten te beschouwen als gelijkwaardig aan het geopenbaarde Woord van God. Die waren echter alleen bedoeld om de Bijbelse teksten uit te leggen. Zo werd de Schrift samen met mondelinge traditie de basis van het geloof. De wet, de Thora, werd aangevuld om zo duidelijk te maken hoe die wet moest worden toegepast. Sommige aanvullingen gingen de Thora zelfs vervangen (Matteüs 15:1-6) of veranderden die (Romeinen 9:31,32). Wat bedoeld was als ‘instruc-tie voor het leven’ veranderde in ‘manier van redding’. Deze misvatting leidde tot religieus formalisme (Mat-teüs 23:23) en zelfs religieuze arrogan-tie (Lukas 18:9-14) onder de Farizeeën uit de tijd van Jezus.

Kennis van de noodzaak van Gods genade was niet helemaal verloren gegaan. De apocriefen van het Oude Testament maken dat duidelijk. 3 Meer en meer kwam er echter nadruk te lig-gen op de waarde van de eigen werken. Daarvan werd gedacht dat ze nodig waren om te boeten voor de zonden 4, alsmede om zich bij God op die eigen verdiensten te laten voorstaan. 5

Het hele leven werd tot een ‘juk van slavernij’ en de Farizeeën streefden ernaar om ‘hun vroomheid ten toon te spreiden’, tot een ‘verheerlijking van het eigen ik’ en tot het idee dat hun

ervaring te bezitten van het christen zijn: “Rechtvaardigheid betekent Christus erkennen.” 7

* Noot van de vertaler: met scholastiek wordt

de logische manier van denken in tegenstel-

lingen bedoeld die gangbaar was in de Mid-

deleeuwen en die Luther dus goed kende.

1 Wilhelm Dantine, Die Gerechtmachung des Gottlosen (Munich: Christian Kaiser Verlag, 1959), p. 248.2 Maarten Luther, Tischreden, 3, 3232c.3 Baruch 2:19, 27.4 Tobias 12: 9.5 HL Strack en P. Billerbeck, Kommentar zum Neuen Testament aus Talmud und Midrasch (München: Beck, 1961), Vol. IV / 1, p. 491.6 Ellen G. White, The Desire of Ages (Mountain View, Californië .: Pacific Press Pub. Assn., 1898), blz. 204, 612, 409, 309. (Wens der Eeuwen, pp. )7 Maarten Luther, Luthers Schriften: Weimar Edition (Stuttgart: Metzler, 2005), vol. 13, p. 439.

gerechtigheid zou dienen als een ‘paspoort naar de hemel.’ 6

Verloren mensen en onze liefhebbende God

Jezus weerlegt deze reddingsleer met een duidelijk ‘nee’ en onderwees een fundamenteel ander beeld van God en de mens. Hij had meer inzicht in de aard van de mens dan zijn tijdge-noten. Uit het hart van welk individu dan ook, komen alleen ‘boze gedachten’ voort (Matteüs 15:19) en is dus helemaal niet in staat om werken te doen die goed zijn in de ogen van God. Er is een radicale bekering en vertrouwen in het evangelie nodig (Marcus 1:15). Zelfs wanneer iemand een discipel is geworden, moet je je volledig afhankelijk weten van God, want we staan altijd ‘met lege handen’ voor God (Matteüs 5:3). Wat we doen door het volgen van Jezus, is geen ver-dienste maar is de natuurlijke vrucht van zijn blijvende aanwezigheid (Lucas 17:10).

God is onze barmhartige Vader die zonder ophouden houdt van zijn ver-loren kinderen. Hij vergeeft altijd de boetvaardige en aanvaardt ze graag opnieuw (Lucas 15:20-24). Wij zijn als zijn discipelen geroepen om ons in te zetten. De beloning die we ontvangen voor onze inzet, is niet iets waar we recht op hebben en die we van hem kunnen verlangen, omdat hij ons altijd meer goede dingen geeft dan wij verdie-nen (Matteüs 20:15). De beloning die God geeft, is niet iets dat hij ons ver-schuldigd is, maar het is opnieuw een gift ingegeven door zijn goedheid.

Maarten Luther was in het voordeel tegenover zijn tegenstanders omdat hij dit niet alleen als kennis had verwor-ven maar het ook had ervaren. Door al die worstelingen met zichzelf en met de theologie van zijn tijd en de voorstanders daarvan, had hij begre-pen wat nodig is om die fundamentele

M A A N D A G

G E B E D S W E E K

Opeens ging het door me heen dat ikwedergeboren was en door geopende poorten het

paradijs zelf was binnengegaan.

—Maarten Luther

Onder onze

Het

ReddingFundament

Wat is het verschil tussen het populaire begrip wat betreft ‘gerechtigheid’ en wat de Bijbel ‘Gods gerechtigheid’ noemt?

Hoe zou Gods gerechtigheid belangrijker kunnen zijn dan de gerechtigheid van de wereld? Hoe kunnen we dit uitleggen aan onze tijdgenoten, zowel jong als oud?

Hoe verschilde de manier waarop Jezus God en de mensheid begreep van de gedachten daarover, die toen gangbaar waren? Hoe verschilt dat ten opzichte van onze tijd?

1

3

2

Door Hans Heinz

ReflectieV R A G E N V O O R

en Bespreking:

10 Lezingen voor de Gebedsweek | November 2017 November 2017 | Lezingen voor de Gebedsweek 11

Page 7: Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

Geloof rechtvaardigt, maar daar blijft het niet bij.Na Maarten Luthers moedige

getuigenis voor de keizer, de prinsen en de theologen op 18 april 1521, waar hij weigerde zijn inzichten te herroepen, schreeuwde het Spaanse gevolg van de keizer: ‘In het vuur met hem!’ Luther gooide zijn armen in de lucht en riep: ‘Daar ben ik al doorheen gegaan, daar ben ik al doorheen gegaan.’

Waarop rechtvaardiging door het geloof lijkt

“… het nieuwe is gekomen” (2 Korintiërs 5:17).1

Deze dramatische gebeurtenis in de geschiedenis van de Hervorming is een levendige illustratie van wat rechtvaar-digmaking door het geloof betekent. Hoewel Luther niet was vrijgesproken, had hij moedig en vastberaden voor zijn rechters gestaan. Ook wij kunnen vastberaden voor de rechterstoel van God staan en worden vrijgesproken op grond van het reddende werk van Christus. Door het geloof zijn we al door het persoonlijke oordeel over onszelf gegaan en zijn “van de dood overgegaan naar het leven” (Johannes 5:24).

Er is echter een groot verschil tus-sen menselijke oordelen en Gods oor-deel: een menselijke rechter kan alleen maar vrijspreken, maar de goddelijke rechter is in staat iets nieuws te schep-pen. Gods vrijspraak is een oordeel waaruit iets nieuws voortkomt wat de natuurlijke mens verandert in een geestelijke persoon: gelovigen worden wat ze al zijn! Zij zijn gerechtvaardigd en zij leven nu een rechtvaardig leven. Deze twee samen betekenen “recht-vaardiging in de ruimste zin” 2 voor de Hervormer. Vandaag de dag spreken we over ‘rechtvaardiging’ (vergeving van zonden) en ‘heiligmaking’ (het overwinnen van zonden). Ellen White noemt het christelijk leven een leven

Jood te helpen, zo keert God zich niet af van degenen die als zondaars ver van God af staan (Romeinen 5:8). Zijn uiteindelijke doel is hen te redden (vers 10). Net als die Samaritaan alles heeft gedaan wat nodig was voor de genezing van de gewonde en ook de noodzakelijke uitgaven daarvoor heeft gedaan. “Dit alles is het werk van God”, zodat we met hem verzoend kunnen worden en in hem nieuw kunnen wor-den: “Daarom ook is iemand die één met Christus is, een nieuwe schepping … zodat wij door hem rechtvaardig voor God konden worden” (zie 2 Korintiërs 5:17,19,21).

Net als het slachtoffer tijd nodig had om te genezen, zo is het ook met de zondaars. Zij hebben behoefte aan groei (2 Petrus 3:18). Zelfs als er ver-geving is ontvangen en er al een nieuw leven is begonnen, is er toch nog steeds zonde in zondaars (Romeinen 7:17) en leven ze midden in de zonde (1 Johannes 5:19).

Door de werking van de heilige Geest regeert de zonde echter niet meer in het leven van christenen. Je bent niet meer door de zonde onder-worpen aan de wet (Galaten 5:16). Dat houdt niet in dat gelovigen nu zijn vrij-gesteld van de strijd tegen de zonde (vers 13). Wij worden opgeroepen niet te zondigen (1 Johannes 2:1) en ont-vangen de verzekering dat Gods ver-geving geen eenmalige gebeurtenis is, maar voortdurend wordt aangeboden aan hen die zich bekeren (vers 1 en 2; Hebreeën 7:25).

Luther beschreef deze spanning op een heldere manier om tegelijkertijd voor God rechtvaardig te zijn en de strijd met de zonde in de wereld aan te gaan. Groei in heiligmaking is een voortgaand iets, maar zal pas worden voltooid als die ‘dag van het oordeel’ aanbreekt waar we naar uitzien: “Het gaat in dit leven niet om vroom zijn, maar om vroom worden, niet om

gezond zijn, maar om gezond worden, niet om al iets te zijn, maar om iets te worden. Het gaat niet om rust, maar om oefening. We zijn er nog niet, maar we zijn op weg. Niet alles is al gezegd en gedaan, maar het is op gang gebracht en in beweging. We zijn nog niet aan het einde, maar we zijn op weg en in beweging”. 7 Het is Gods wil dat we “van dag tot dag, meer en meer worden geheiligd”.’8

Soortgelijke gedachten vind je ook in de geschriften van Ellen White: hei-ligmaking is “een levenswerk” en een “levenslange” ervaring. De strijd met zonde is “dagelijks werk”, maar “geloof” geeft “de overwinning” ook al eindigt onze strijd nooit zolang we op aarde zijn. 9

Liefde die zich kenbaar maakt door actie

“De liefde verleent het geloof zijn kracht” (Galaten 5:6).Wij bevestigen dat zowel de rechtvaar-diging die God over de gelovige uitspreekt en de nieuwheid van het leven, die we hebben ontvangen, afhankelijk zijn van geloof in Christus. Voor de apostel Paulus geldt dat geloof zich kenbaar maakt in liefde en dat liefde altijd liefde in actie is.

Om te begrijpen wat gelovigen ont-vangen door de gift van rechtvaardig-ing en heiligmaking, heeft men de rechtvaardiging wel eens vergeleken met een briefje van €100, die een vader aan zijn zoon geeft. De zoon moet dat geld niet voor zichzelf houden, maar hij dient het te wisselen in kleinere bedragen om daarmee vervolgens iets goeds te doen. Dit is heiligmaking, of zoals Luther schreef: “Want deze Vader heeft mij zijn onvoorstelbare rijkdom-men gegeven. Waarom zou ik niet vrij-uit, met vreugde, met mijn hele hart en met ijver, alles doen waarvan ik weet, dat dit hem aangenaam is en dat hij dit welwillend zal gadeslaan? Ik zal er dus,

als een soort Christus, zijn voor mijn buren, net zoals Christus zich aan mij heeft gegeven. Dan zal ik in dit leven alleen dat doen waarvan ik weet dat het nodig is en ten voordele is van mijn naaste. Door geloof en in verbon-denheid met Christus doe ik in over-vloed alles wat goed is.”10 n

1. Schrift citaten gemarkeerd NASB zijn afkomstig uit de New American Standard Bible, copyright © 1960, 1962, 1963, 1968, 1971, 1972, 1973, 1975, 1977, 1995 The Lockman Foundation. Gebruikt met toestemming.2. Paul Althaus, Die Theologie Martin Luthers (Gütersloh: Gütersloher Verlag, 1975), p. 205.3. Ellen G. White, The Great Controversy (Mountain View, Californië: Pacific Press Pub. Assn., 1911), p. 477.4. Maarten Luther, Luthers Schriften: Weimar Edition (Stuttgart: Metzler, 2006), vol. 39 / I, p. 98.5. Geciteerd uit Heinrich Bornkamm, Luthers Vorreden zur Bibel (Frankfurt am Main: Insel Verlag, 1983), p. 182.6. Luther, p. 83.7. Maarten Luther, Luthers Schriften: Weimar Edition (Stuttgart: Metzler, 2003), vol. 7, p. 337.8. Maarten Luther, Luthers Schriften: Weimar Edition (Stuttgart: Metzler, 2006), vol. 40 / II, p. 355.9. Ellen G. White, Acts of the Apostles, blz 560, 561 (Mountain View, Californië .: Pacific Press Pub Assn 1911...); idem, Messages to Young People (Nashville:.. Southern Pub Assn, 1930), p. 114; idem, The Great Controversy, p. 471.10. First Principles of the Reformation or The 95 Theses and the Three Primary Works of Dr. Martin Luther ed. Henry Wace en CA Buchheim (Londen: John Murray, 1883), p. 127.

“van geloof, van overwinning, en vreugde in God.” 3 Op een wonder-baarlijk manier begint er een nieuw leven. 4

Door geloof begrijpen we wie Jezus is en onderwerpen we ons aan de heerschappij van de hemel. Christus en de heilige Geest inspireren ons om te komen tot een levend en dynamisch geestelijk leven. Dit leven is de vrucht en het getuigenis van de redding die we hebben ontvangen. Het is leven tot eer van God en om ons in te zetten voor het welzijn van anderen. Het ge-loof is, zoals de Hervormer zegt, een goddelijk werk in ons dat ons veran-dert en ons opnieuw geboren laat worden uit God: “Zij zijn niet op na-tuurlijke wijze geboren, niet uit licha-melijk verlangen of uit de wil van een man, maar uit God” (Johannes 1:13).

Geloof “doodt de oude Adam, en verandert ons hart, moed, geest en alle krachten, en in dat proces brengt het de heilige Geest dichterbij ons. In geloof zit iets dat te maken heeft met leven, arbeidzaamheid, activiteit en kracht. Dat maakt het onmogelijk om zich niet voortdurend in te zetten voor het goede. De vraag of goede werken moeten worden uitgevoerd, komt niet eens ter sprake. Voordat dit gebeurt

heeft geloof het al gedaan en zal dat blijven doen.” 5

Een levenswandel die God eert“om ... een nieuw leven te leiden”

(Romeinen 6:4).Dit nieuwe leven is inderdaad een gevolg van de redding die we door het geloof hebben ontvangen. Het is niettemin noodzakelijk, als we er voor willen zorgen dat het christelijke leven geloofwaardig is. God richt zich in het werk van verlossing niet alleen op ver-geving, maar ook op verandering.

Het rechtvaardig zijn voor God gebeurt al op het moment dat we in Jezus geloven. Het rechtvaardig wor-den is een proces dat ons hele leven doorgaat. Door dit proces begint de heerschappij van Christus over het leven van de gelovigen. Het vertegen-woordigt, zoals Luther zegt, “het begin van een nieuwe schepping.” 6 Nadat gelovigen volgens de wet zijn gerech-tvaardigd, zal Christus door de heilige Geest in hen van dag tot dag een god-vruchtig leven tot stand brengen.

God werkt door zondaars zoals de ‘barmhartige Samaritaan’ die het leven van een mens redde nadat hij was beroofd en gewond geraakt. Zoals deze Samaritaan niet aarzelde een

D I N S D A G

G E B E D S W E E K

Welke gave geeft God ons respectievelijk door rechtvaardiging en heiligmaking?

Wat heeft heiligmaking van doen met zondeloosheid?

Wat betekent heiligmaking in het dagelijks leven van christenen?

Heiligmaking zorgt niet voor redding, maar is daarvan een noodzakelijk getuigenis. Bespreek dat met elkaar.

1

3

4

2

PraktischeZaak

EenGerechtigheid:

Komt er ietsna rechtvaardiging?

Door Hans Heinz

ReflectieV R A G E N V O O R

en Bespreking:

Het christelijke leven is een leven“van geloof, van overwinning en vreugde in God”

—Ellen G. White

12 Lezingen voor de Gebedsweek | November 2017 November 2017 | Lezingen voor de Gebedsweek 13

Page 8: Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

De christelijke wereld aan de vooravond van de Hervorming was een drukke en energieke,

religieuze wereld. De meeste mensen van toen waren vroom en trouw aan de kerk. Hun vroomheid was echter grotendeels ingegeven door misleiding. Dit wordt tegenwoordig zelfs door de Katholieke geschiedschrijving erkend: “Gebed, leven en leer stonden ver van de Schrift en het ideaal van de apostelen af.” 1

Het religieuze leven werd vaak gekenmerkt door formalisme en routine. Alleen al in Keulen in Duitsland, werden dagelijks honderden missen gehouden, maar geen enkele gebedsdienst werd gehouden in de volkstaal, en de jeugd ontving geen onderricht. De mensen kwamen naar de kloosters om daar zowel aardse als spirituele veiligheid te vinden. Duitsland telde toen misschien zo rond de 20 miljoen inwoners, waarvan er 1,5 miljoen priester of monnik waren. Gelovigen werden niet aangemoedigd de heilige Schriften te lezen, maar veeleer om inspannende pelgrimstochten te ondernemen (zoals een reis naar Trier in Duitsland, naar het heilige onderkleed van Christus, dat wordt genoemd in Johannes 19:23)

of om de talrijke collecties relikwieën te bewonderen. Keurvorst Frederik de Wijze van Saksen bezat bijvoorbeeld een collectie van meer dan 19.000 relikwieën. 2 Hij was de vorst die heerste over het gebied waar Luther woonde. Die collectie bevatte onder andere ‘hooi uit de voederbak waar Jezus in had gelegen’ een ‘takje van de brandende doornstruik,’ en ‘druppels moedermelk van zijn moeder Maria’. De echtheid van deze voorwerpen werd nooit in twijfel getrokken.

De strijd over de aflatenAan Jezus’ opdracht om goede

werken te doen (Matteüs 5:16) werd zo’n vreemde draai gegeven dat dit niets meer te maken had met het evangelie. Wanneer Jezus de mensen hun zonden vergaf (Marcus 2:5; Johannes 8:11), legde hij hen geen ver-dere straf op, maar liet ze in vrede gaan. Middeleeuwse theologen hebben de genade van Jezus veranderd in een ingewikkeld juridisch en werkgericht systeem. Er werd tegen de mensen gezegd dat ze door hun biecht aan de priester vergiffenis van schuld konden krijgen. Daarna moest de mens echter nog steeds werken van berouw tonen om de zonde goed te maken. Gelukkig kon je ook worden vrijgesteld van deze

boetedoening. Daaruit vloeide voort de ontwikkeling van de leer van de aflaten voor de aardse straf op zonden.

Vanaf de Middeleeuwen kon je dergelijke aflaten kopen voor de doden die (zoals velen toen dachten) in het vagevuur zaten. Afgezien van het feit dat de verkoop van aflaten werd beëindigd na de Hervorming, bestaat de Rooms-katholieke leer van aflaten nog steeds. 3

De Hervorming ontstond door de strijd over de legitimiteit van dergelijke werken van boetedoening en de verkoop van aflaten. De pausen had-den destijds geld nodig voor de bouw van de Sint Pieter in Rome en daarom bevorderden zij de verkoop van aflaten. Deze “schandalige op geld beluste manier van doen” 4 verspreidde zich steeds verder, schrijft de katho-lieke kerkhistoricus Joseph Lortz. Eén van de meest vooraanstaande verkopers van aflaten was de Dominicaanse priester Johann Tetzel. Hij beloofde gelovigen: “Zodra het in de kist val-lende goud klinkt; de geredde ziel naar de hemel springt”. 5

Dit wekte de woede op van de jonge professor in de theologie Maarten Luther in Wittenberg. In een brief aan aartsbisschop Albrecht van Mainz protesteerde hij tegen deze ver-minking van de christelijke leer: “Christus heeft nergens opdracht gegeven tot de prediking van aflaten, maar hij heeft alle nadruk gelegd op de verkondiging van het evangelie.” 6

Op basis van de inzichten van zijn vriend Philipp Melanchthon, schreef Luther deze regels op 31 oktober 1517 en spijkerde hij 95 stellingen over aflaten en werken van boetedoening aan de deur van de slotkapel te Wit-tenberg in Duitsland. De eerste stelling sloeg in als een bom: het doen van werken staat niet in verband met straf op de zonde. De manier van leven van de christen is altijd gebaseerd op be-rouw: “Toen onze Heer en Meester Jezus Christus zei: ‘Bekeert u,’ was het zijn wens dat het hele leven van de ge-lovigen er één van berouw zou zijn.” 7

W O E N S D A G

G E B E D S W E E K

D O O R G E N A D EA L L E E NDe man die bij het bad van Betzata genezing ontving kreeg dit niet vanwege zijn eigen verdienste, maar omdat Jezus oog voorhem had. Schoen

Gods Geboden

We doen iets omdatwe iets zijn geworden.

B E E L D : I N T E L L E C T U A L R E S E R V E S I N C .

‘de

Liefde’van de

Door Hans Heinz

14 Lezingen voor de Gebedsweek | November 2017 November 2017 | Lezingen voor de Gebedsweek 15

Page 9: Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

Christenen leven“onder de wet, zonder de wet.”

“Houd je aan de geboden!”In zijn ‘Preek over goede werken’

(geschreven in 1520) legde de Her-vormer uit wat de beoogde werken van christenen zijn. Goede werken zijn alleen die werken die God van ons vraagt en niet die dingen die mensen verlangen. Als je wilt weten wat die werken zijn, moet je naar Christus luisteren als hij de rijke jongeling aanspreekt: “Als je het leven wilt bin-nengaan, houd je dan aan zijn geboden” (Matteüs 19:17).

Deze geboden zijn de tien geboden en geen kerkelijke wetten of tradities. Om deze geboden te houden, is door God gegeven geloof nodig. Dat geeft de nodige kracht. Zonder Christus zijn alle werken dood. 8 Zonder werken die voortkomen uit het geloof, is het ge-loof slechts schijn: “Combineer geloof en goede werken, zodat het geheel van het christelijke leven aanwezig is in beide.” 9 Goede werken zijn “ondertek-ening en zegel” van waar geloof. 10 Geloof toont zich in de liefde en liefde in het naleven van de geboden. 11

Het is inderdaad waar: christenen leven “onder de wet, zonder de wet.” 12 Zij zijn ‘zonder de wet’, omdat gelovi-gen in Christus niet kunnen worden veroordeeld door de wet. Tegelijkertijd zijn zij ook ‘onder de wet’ omdat deze geldig blijft, zelfs voor christenen die opnieuw geboren zijn. De wet is nodig om de zonde te herkennen (Romeinen 3:20) en om zichzelf te heroriënteren. De mens wordt verlicht en gemo-tiveerd door de heilige Geest om zich zo te richten naar de wil van God (Romeinen 8:4; Hebreeën 8:10).

Ellen White schrijft ook op soort-gelijke wijze dat de wet inderdaad niet in staat is om de mens te redden. Wan-neer God echter door zijn genade de mens de wet in het hart legt, zal de

christen leven in gehoorzaamheid aan Gods wet en de vrucht van de Geest voortbrengen. 13

De Hervormer had destijds veel te stellen met een groep ‘antinomianen’, dat wil zeggen ‘tegenstanders van de wet’, vanuit zijn eigen gelederen. Hij betreurde het dat veel van zijn vol-gelingen zich alleen richtten op dat ‘aangename evangelie’, wat de recht-vaardiging van de zonde belangrijker maakt dan de rechtvaardiging van de zondaar. Hij vermoedde dat er een tijd zou komen dat mensen zouden leven naar eigen goeddunken en zouden zeg-gen dat er geen God is. 14

God heeft Adventisten geroepen om voor dit gevaar te waarschuwen en te pleiten voor trouw aan Gods geboden. Hij heeft ons een “bijzondere boodschap” gegeven, een boodschap tot hervorming, die leidt tot herstel, behoud en het onderhouden van de “wet van God.” Ellen White beschreef dit als de “laatste boodschap van waarschuwing aan de wereld.” 15 n

1 Joseph Lortz en Erwin Iserloh, Kleine Reformationsgeschichte (Freiburg im Breisgau: Herder, 1969), p. 25.2 Roland Bainton, Martin Luther, 4e ed. (Göttingen: Vandenhoeck & Ruprecht, 1962), blz. 54, 55.3 Katechismus der Katholischen Kirche (Munich: 1993), § 1494-1498.4 Lortz en Iserloh, p. 41.5 Maarten Luther, 27e stelling, geciteerd uit Ingetraut Ludolphy, Die 95 Thesen Martin Luthers (Berlin: Evangelische Verlagsanstalt, 1976), p. 23.6 Maarten Luther, Luthers Schriften: Weimar Edition, Briefe (Stuttgart: Metzler, 2002), vol. 1, p. 111.7 Ludolphy, p. 20.8 Maarten Luther, Luthers Schriften: Weimar Edition (Stuttgart: Metzler, 2003), vol. 6, pp. 204, 205. Helaas ging Luther zelf ook terug naar de kerkelijke traditie, toen hij dacht elementen in de Tien Geboden te hebben gevonden

die afhankelijk waren van de tijd waarin zij gegeven waren. Daarom beschreef hij de sabbat als joods. De sabbat is echter onderdeel van de scheppingsorde (Genesis 2:2,3). Hij moest echter tegelijkertijd toegeven dat de zondagsviering zijn oorsprong vindt in de kerkelijke traditie (Der große Katechismus [München: Siebenstern 1964], pp. 37,38).9 Maarten Luther, Luthers Schriften: Weimar Edition (Stuttgart: Metzler, 2003), vol. 12, p. 289.10 Ibid., Vol. 10/III, blz. 225, 226.11 Heinrich Bornkamm, Luthers Vorreden zur Bibel (Frankfurt / Main: Insel Verlag, 1983), p. 179.12 Maarten Luther, Luthers Schriften: Weimar Edition (Stuttgart: Metzler, 2006), vol. 39/I, p. 433.13 Ellen G. White, Patriarchs and Prophets (Mountain View, Californië: Pacific Press Pub. Assn., 1890), p. 373. Voor de

duidelijkheid is het citaat toegevoegd, zoals het in het boek van Ellen White staat: “De wet die op stenen tafelen was gegrift, wordt door de Heilige Geest op de tafelen van het hart geschreven. In plaats van te trachten onze eigen gerechtigheid te bewerken, aanvaarden we de gerechtigheid van Christus. Zijn bloed is een verzoening voor onze zonden. Zijn gehoorzaamheid wordt ons toegerekend. Dan zal het hart dat door de Heilige Geest vernieuwd is, de vruchten van de Geest voortbrengen. Door de genade van Christus zullen we leven in gehoorzaamheid aan Gods wet, die in ons hart geschreven staat. Bezield met de geest van Christus zullen we wandelen zoals Hij gewandeld heeft” (Patriarchen en Profeten, p. 336).14 Maarten Luther, Luthers Schriften: Weimar Edition, Deutsche Bibel (Stuttgart: Metzler, 2003), vol. 11 / II, blz. 117.15 Ellen G. White, Evangelism (Washington, DC: Review and Herald Pub. Assn., 1946), p. 225.

Waarom is het belangrijk dat christenen normen voor gedrag kennen?

Welke betekenis hebben de geboden van God in ons leven? Hoe ervaren we de ‘vrijheid van de wet’ en de ‘vrijheid voor de wet’?

Waarvoor was Luther al tijdens zijn leven bang voor? Zijn zijn voorgevoelens uitgekomen? Welk doel moet het Adventvolk voor ogen houden in de tijd waarin wij leven?

1

3

2

ReflectieV R A G E N V O O R

en Bespreking:

W O E N S D A G

G E B E D S W E E K

GUN JEZELFOF EEN ANDER EEN ONTMOETING MET GOD ...Bestel het Bijbels dagboek van Reinder Bruinsma via www.adventist.nl of bel 030 6931509.

ISBN/EAN: 978-90-816345-7-1

Prijs: € 15,00

Het bekende boek van Reinder Bruinsma is in een nieuw jasje gestoken.

Het boek is volledig in kleur gedrukt en behandelt de in 2015 herziene geloofspunten.

Te koop bij het service-centrum (www.adventist.nl) voor slechts €5,95!

Wat geloven zevendedags-adventisten nu eigenlijk?

16 Lezingen voor de Gebedsweek | November 2017 November 2017 | Lezingen voor de Gebedsweek 17

Page 10: Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

Telkens wanneer christenen stilstaan bij de Bijbelse leer van rechtvaardiging door alleen

geloof, ervaren zij een opwekking, een opleving en een hervorming. Dat gebeurde ook toen Maarten Luther teruggreep op de apostel Paulus (‘Paulus, mijn Paulus’) en over een kerkelijke traditie van meer dan duizend jaar heen terug ging naar het begin. Met deze “stelling die overal bovenuit torent” 1 bracht hij de Hervorming van de zestiende eeuw op gang.

Op 24 mei 1738 luisterde John Wesley in Aldersgate Street, London, naar Luthers ‘Voorwoord tot de Romeinen’ en begon hij een opwek-kingsbeweging in Engeland. Dat groe-ide uit tot “een richtingbepalend tijd-perk van de Engelse geschiedenis.” 2

Dit was ook zo toen in 1888 tijdens de Generale Conferentie in Minne-apolis een nieuw hoofdstuk van de adventistische kerkgeschiedenis begon met het opnieuw stilstaan bij en in het middelpunt stellen van Christus en zijn gerechtigheid. De vrucht van die ommekeer waren een aantal boeken van Ellen White die allemaal Christus centraal stellen: ‘Schreden naar Chris-tus’, ‘Christen zijn op de manier van Jezus’, ‘Lessen uit het leven van alledag’ en ‘De wens der eeuwen’.

Anderzijds waren tijden waarin christenen zich concentreerden op hun eigen prestaties en verdiensten altijd periodes van achteruitgang. Al in de tweede eeuw van onze tijdreke-ning werd de nadruk, die Paulus legde op de gerechtigheid door het geloof alleen, niet goed meer begrepen. In de Middeleeuwen waren zijn volgelingen in de minderheid. Aan de vooravond van de Hervorming was het algemeen aanvaarde inzicht dat “als een mens doet wat in zijn eigen kracht ligt, dan zal God zijn genade er aan toevoegen.”

Onze uitdagingHoe kunnen christenen deze

mensen benaderen en er voor zorgen dat ze meer openstaan voor het evan-gelie? De meesten hebben geen besef van wat zonde is, laat staan dat ze weten dat het voornamelijk een over-treding is tegen God (Psalm 51:5-11). Zij weten ook niet hoe de zonde ver-geven kan worden (1 Johannes 2:2) en dat een vervuld leven bestaat uit een vrede (Romeinen 5:1) en een hoop (Titus 2:11-14) die in deze wereld niet zijn te vinden.

Mensen hebben weliswaar geen plaats voor God in hun leven, maar lijden wel degelijk aan schuldgevoe-lens op een horizontaal niveau. Denk aan interpersoonlijke conflicten, sociaal en politiek onrecht, oorlogen onder de volkeren en de vernietiging van de natuur. Dat laatste is de basis van ons bestaan.

De prediking vanuit een christelijk-adventistisch perspectief kan zich op meerdere manieren verbinden met het feit dat mensen hiervoor openstaan: wij erkennen dat de vervreemding van onszelf en van onze omgeving wordt veroorzaakt door vervreemding van de Leven-gever en de Schepper. Het oordeel van de apostel is duidelijk: “Er is geen mens verstandig, er is geen mens die God zoekt. Allen hebben ze zich afgewend “ (Romeinen 3:11,12).

Onze eigen ervaring bevestigt de waarheid van wat de Schrift zegt: “Kan een Nubiër zijn huid veranderen of een panter zijn vlekken? Zouden jullie, vergroeid met het kwaad, dan iets goeds kunnen doen?” (Jeremia 13:23).

Het probleem ligt niet zozeer in de omstandigheden, maar in de mens zelf. Die kan zichzelf niet beheersen en kan geen oplossing voor deze wereld vinden. Het is zoals Jezus zegt

en wat Paulus bevestigt: “Want uit het hart komen boze gedachten” (Mat-teüs 15:19) en “door mijn natuur ben ik uitgeleverd aan de zonde” (Romeinen 7:14). Zonde (in het enkelvoud, als toestand) zorgt er uit-eindelijk voor dat de mens van God weggaat en zich tot de schepping richt. We denken dat we zelf ons leven in de hand kunnen houden. Deze houding leidt tot zonden (meervoud, zondige handelingen).

Wat moeten we dan doen?De enige oplossing voor dit

dilemma is te vinden in Jezus van Nazaret, de ‘absolute mens’, wiens leven, dood en opstanding de huidige en toekomstige verlossing waarborgt. Hij leefde onder ons ‘in de wereld’ maar was niet ‘van de wereld’. Hij is de weg terug naar God, omdat Hij, als Gods Zoon de ‘openbaring van God’ is (zie Johannes 14:6,9).

Als we eerlijk zijn tegen onszelf, dan moeten we erkennen dat het menselijk streven om een ‘heerlijke nieuwe wereld’ te bereiken slechts een luchtkasteel is. Ondanks de grote technologische vooruitgang, denk bijvoorbeeld aan kernenergie, de verkenning van de ruimte, het digi-tale rijk van bits en bytes, blijft deze ‘volmaakte wereld’ ons ontglippen. Zondaars zijn niet in staat om iets zondeloos te maken! De “nieuwe aarde, waar gerechtigheid woont” (2 Petrus 3:13), kan alleen door God worden beloofd en gegeven. Dan kan er op worden gehoopt en kan het worden verwacht door de volgelingen van Christus.

Dit alles verandert de christelijke leer van de redding in een tijdloze en onontbeerlijke weg, die mogelijk is voor onze hulpeloze en hopeloze medemensen. Het Adventvolk wordt geroepen om deze boodschap,

bestemd voor deze tijd, te brengen aan de wereld. Alleen ‘in Christus’ kunnen we vrede maken met God en met elkaar. Alleen zijn liefde geeft betekenis aan het leven en hoop op een wereld waarin gerechtigheid heerst! Ellen White schreef: “Van alle christenen zouden Zevende-dags Adventisten, die Christus belijden, voorop moeten gaan in het verheffen van Christus voor de wereld.” 5 n

1 Maarten Luther, Luthers Schriften: Weimar Edition (Stuttgart: Metzler, 2004), vol. 21, p. 219.2 William Lecky, in Julius Roessle, Johannes Wesley, 2e ed geciteerd. (Giessen: Brunnen, 1954), p. 24.3 Maarten Luther, Luthers Schriften: Weimar Edition (Stuttgart: Metzler, 2007), vol. 56, p. 274.4 ideaSpektrum 46 (november 2005): 12.5 Ellen G. White, Evangelism (Washington, DC:.. Review and Herald Pub Assn, 1946), p. 188.

Over deze zin was Luther ontzet en dat dreef hem ertoe om het in zijn le-zing over Romeinen uit te schreeuwen: “Oh, jullie dwazen” 3

Rechtvaardiging van zondaars of rechtvaardiging van God?

Als je naar deze dingen kijkt vanuit de huidige religieuze situatie, dan lijken die vandaag de dag weinig betekenis meer te hebben: in de mod-erne theologie speelt de leer van recht-vaardiging slechts een ondergeschikte rol. Het wordt beschouwd als een strijd tegen het wetticisme van som-mige joodse groepen in de tijd van de apostelen. De betekenis van die strijd is ook beperkt tot die tijd. Het komt immers alleen voor in twee van de brieven van Paulus en is dus van ‘ondergeschikt belang’ voor de christelijke leer van verlossing. Daarom wordt er wel gezegd dat het een verdwijnende leer is. De histo-rische situatie waarvoor het bedoeld was, is nu niet meer relevant.

Een uitzondering op het huidige gebrek aan belangstelling is alleen te vinden op het gebied van het oecu-menische kerkbeleid. De ‘Gemeen-schappelijke Verklaring’ van 1999 tus-sen enerzijds de ‘Pauselijke raad voor

de bevordering van de eenheid der christenen’ en anderzijds de ‘Lutherse Wereldfederatie’ spreekt met nadruk over een “principiële overeenstem-ming” over de leer van de rechtvaar-diging. Paus Benedictus XVI beoor-deelde dat als een “mijlpaal op de weg naar eenheid onder christenen.” 4 Maar sindsdien is het erg rustig geworden met betrekking tot dit docu-ment. Naar de mening van vele com-mentatoren zegt het ook alleen maar dingen met bekende woorden die par-tijen toch anders blijven begrijpen.

Tenslotte kan gesteld worden dat de meeste, vaak seculiere mensen, toch niet langer zoeken naar een ‘genadige God’ zoals Luther dat deed. Zij stellen eerder de vraag of deze God echt bestaat. Zo ja, dan zou hij zich-zelf moeten rechtvaardigen vanwege al het lijden en het kwaad in de wereld!

Natuurlijk zijn de meeste gesecu-lariseerde mensen geen agressieve atheïsten. De meest gangbare hou-ding onder hen is die van een ‘prak-tisch atheïsme’. Dat is een zienswijze waarin men niet meer tegen God vecht, maar hem simpelweg negeert, omdat het leven zonder hem ook wel goed gaat.

D O N D E R D A G

G E B E D S W E E K

GeloofVandaag

doorvoor

Rechtvaardiging

Waar de theologie enhet dagelijks leven elkaar ontmoeten

Waarom hebben mensen om ons heen zo weinig waardering voor de leer van de rechtvaardiging van zondaars?

Wat heeft de kerk van de Zevende-dags Adventisten nodig om een opleving te ervaren? Wat is onze taak in deze tijd?

Wat geeft je vertrouwen en hoop in een wereld die van mening is dat het zichzelf kan redden, maar die zich aan de rand van een bodemloze afgrond bevindt?

1

3

2

De enige oplossing voor dit dilemma is te vinden

in Jezus van Nazaret, de ‘absolute mens’, wiens leven, dood en opstanding de huidige en toekomstige verlossing waarborgt.

Door Hans Heinz

ReflectieV R A G E N V O O R

en Bespreking:

18 Lezingen voor de Gebedsweek | November 2017 November 2017 | Lezingen voor de Gebedsweek 19

Page 11: Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

De Hervorming van de zestiende eeuw is een van die grote gebeurtenissen

in de menselijke geschiedenis. Voor geschiedkundigen is het een buitengewoon gewichtig moment dat de Middeleeuwen scheidt van de moderne tijd. Voor gelovige protestanten (en daar horen ook de adventisten bij) staat het echter voor een goddelijk ingrijpen. Het christendom moest zich op één lijn brengen met, en teruggaan naar haar uitgangspunt: het Bijbelse Woord in plaats van menselijke tradities. Dit is de essentie van deze grootse religieuze omwenteling die een einde maakte aan de ‘donkere Middeleeuwen’. Ellen White schreef: “… het protestantisme gaat uit van het grondbeginsel dat elke menselijke leer aan Gods uitspraken ondergeschikt behoort te zijn.” 1

‘Kom, lieve laatste dag’ 2

Dit belangrijke beginsel maakte van Maarten Luther niet alleen een Hervormer in verband met de vraag hoe een mens gerechtvaardigd voor God staat, maar ook van de herleving van de houding die de vroegchriste-lijke kerk aannam ten opzichte van de laatste dag. 3

In de Middeleeuwen geloofden de christenen ook in de wederkomst van Christus, maar deze belofte was voor-namelijk een bron van angst en ver-schrikking. Zonder de zekerheid van redding leek het einde van de wereld op een ‘dag van wraak en huivering’, schreef de middeleeuwse franciscaner monnik Thomas van Celano. Dan zal de ‘rechter komen om iedereen streng de rechtvaardigheid toe te meten’. Luther bracht echter, op basis van zijn studie van de Bijbel, de vroeg-christelijke vreugde terug in de ver-wachting van het einde. Hij begreep dat de christelijke hoop een “hoop op iets beters” is (Hebreeën 7:19) en een

den opgelost door vorsten of door de paus: “De wereld is het kind van de duivel … en kun je niet helpen of onderrichten.” Tevens geldt: “Geen prediking, schreeuwen, vermanen, dreigen of pleiten” kan meer helpen. Het is de “kroeg van de duivel”, de “tien geboden, maar dan omgekeerd”. Dat zijn z’n kenmerken en daarom is het en blijft een “rovershol”.

Alleen de komst van Christus kan uitkomst brengen, want in de wereld zijn christenen ‘omgeven door een groot aantal duivels’. De paus en de keizer stellen hun hoop op de politiek en de mensen beschouwen hen als hun “redders”. Luther waarschuwde echter te wachten op de ‘ware Redder’, want hij heeft de vaste belofte van zijn terugkeer gegeven.

Om zijn kerk te versterken in deze verwachting, wees Christus op de ‘tekenen der tijden’, waaronder natuur-rampen en oorlogen. De belangrijkste gevaren van zijn tijd waren voor Luther het duidelijkste teken en die zijn vandaag nog steeds relevant: de achteruitgang van het geloof onder christenen en het conflict tussen de islam en het christendom. Met grote zorg keek Luther naar hoe de pause-lijke kerk zich vervreemdde van het evangelie. Die zorg gold ook voor het oprukken van de islam die toen het zuidoosten van Europa overspoelde en in 1529 zelfs voor de poorten van Wenen stond. Hij zag echter ook een duidelijk teken van het komende oor-deel in de ondankbaarheid van de vol-gelingen van de Hervorming vanwege het licht dat zij hadden ontvangen: “Ik wil over Duitsland profeteren, niet omdat het zogenaamd in de sterren staat geschreven, maar op grond van de theologie kondig ik de toorn van God aan … laten we bidden en God en zijn Woord niet verachten!”6

Volgens Luther vinden al die teke-nen plaats om de gelovigen te

bemoedigen en om de ongelovigen te oordelen. Voor de laatste groep is er nog steeds ‘genade’, zodat ze niet bezorgd hoeven te zijn voor die tek-enen. De eerste groep, die van de gelo-vigen, is waarschijnlijk in staat er ‘de toorn Gods’ te zien, maar die zal hen niet raken omdat God zijn volk bewaart.

De Hervormer wilde niet twisten over de vraag in hoeverre die tekenen al in vervulling waren gegaan. Hij was er echter van overtuigd dat de ‘meeste [van die tekenen] al hadden plaatsgevonden’. Daarom konden christenen zich verheugen ondanks al die rampen en die nood. Deze vreugde is kenmerkend voor de ware uitleggers van de Bijbel. De ‘sterren-kijkers en waarzeggers’ – daarbij dacht Luther waarschijnlijk aan astrologen en mensen die zich bezighielden met esoterische dingen – hebben het alleen over rampen. Alleen christenen begrijpen het “lief-lijke en opwekkende woord, ‘jullie verlossing is nabij’” (Lucas 21:28). Daarom moet je naar de terugkeer van Christus kijken door de ogen van de christelijke hoop en niet door de ogen van typisch wereldse redeneringen.

Luther vond dat christenen ‘de tanden op elkaar moeten zetten’ en de ‘bittere drinkbeker’ moesten drinken, want daarna zal ‘de liefelijk-heid’ komen. Daarom spoort Chris-tus zijn gemeente nu aan om op te staan en zich te verheugen. Zelfs als de verkondiging van het evangelie door de meeste mensen niet goed wordt ontvangen, zal de ‘kleine menigte’ het begrijpen en zal actief zijn en bidden met het oog op de komst van Christus. Daarom zei Luther “de winter heeft lang genoeg geduurd. Het is nu tijd voor een mooie zomer en wel één die nooit zal eindigen.”7 n

1 Ellen G. White, The Great Controversy (Mountain View, Californië .: Pacific Press Pub. Assn., 1911), p. 204. (De Grote Strijd, p. 188)2 Maarten Luther, Luthers Schriften: Weimar Edition, Briefe (Stuttgart: Metzler, 2002), vol. 9, p. 175.3 Paul Althaus, Die Theologie Martin Luthers, 4e ed. (Gütersloh: Gütersloher Verlagshaus, 1975), p. 351.4 Maarten Luther, Luthers Schriften: Weimar Edition (Stuttgart: Metzler, 2005), vol. 34 / II, p. 466.5 Maarten Luther, Luthers Schriften: Weimar Edition, Tischreden (Stuttgart: Metzler, 2000), vol. 5, nr. 5777.6 Ibid., Vol. 3, nr. 3711.7 Luther Luthers Schriften, vol. 34 / II, p. 481.

“leven in hoop” (1 Petrus 1:3). Daarom kun je het ook beschrijven als “het geluk waarop wij hopen” (Titus 2:13).

Het is niet moeilijk het intense ver-langen naar bevrijding in Christus te begrijpen, die de Hervormer op zijn geloofspad heeft ervaren. Hoe ouder Luther werd, hoe sterker zijn ver-wachting. De belofte van de terugkeer van Christus was voor hem een ‘zoete en opwekkende preek’. Als die dag niet zou komen, zou hij liever niet zijn geboren. Daarom is het zo begrijpelijk dat hij slechts één ding van God wenste gedurende de strijd en de smarten van zijn leven: “U hebt de belofte gegeven van die dag om ons te verlossen van al het kwaad. Laat dit moment nu maar komen en een einde maken aan al onze ellende.”4

Een ‘hebben’ en een ‘nog niet hebben’

Luther legde het ooit zo uit: het leven van de christen in deze wereld is een leven vol spanningen. De toestand waarin de gelovige zich bevindt, is er één van ‘hebben’ en tegelijkertijd ook één van ‘nog niet hebben’. Het is er ook één van ‘er zijn’ en van ‘er nog niet zijn’. Christenen zijn al gered

door het geloof, maar tegelijkertijd kunnen ze het nog niet zien. Ze zijn al rechtvaardig voor God, maar ze leven wel nog steeds in een gebroken wereld en zijn ze van God vervreemd. Met het oog op het Bijbelse principe van ‘nu al’ en tegelijkertijd ‘nu nog niet’, kunnen we de passie en het verlangen begrijpen waarmee Luther de dag van Christus’ terugkeer verwachtte. Wij bezitten de zekerheid van het geschenk van verlossing op basis van een vertrouwend geloof in God. Dat verschaft diepe vreugde en doet ons vurig verlangen naar het moment waarop persoonlijke verlossing zal veranderen in die van de hele schep-ping. Dat is zo, zolang wij met God verbonden blijven. Zoals Luther het uitdrukte: “Help ons, lieve Here God, dat die gezegende dag van uw heilige toekomst spoedig mag komen.” 5

Tekenen der tijden- ‘Een lieflijke en opwekkende preek’

De hoop op de terugkeer van Christus werd steeds sterker naar-mate de Hervormer ouder werd. Hij voelde zich vaak hulpeloos in de omgang met de mens en de wereld. Het werd hem duidelijk dat de proble-men van de mens niet kunnen wor-

V R I J D A G

G E B E D S W E E K

NooitDe Zomer die

Voorbij

Uitzien naar de wederkomst van Jezus

Gaat

Wat zei Maarten Luther over menselijke pogingen om zichzelf te redden? Vergelijk zijn zienswijze met eigentijdse ideeën over verlossing.

Welke rol speelde de hoop op de wederkomst van Christus in het geloof van Luther?

In hoeverre verschilde Luthers verwachting van de laatste gebeurtenissen van die van de mensen in de Middeleeuwen?

Wat betekent de hoop op Christus’ tweede komst vandaag de dag voor uw leven?

1

3

4

2

Het leven van de christen in deze wereldis een leven vol spanningen.

Door Hans Heinz

ReflectieV R A G E N V O O R

en Bespreking:

20 Lezingen voor de Gebedsweek | November 2017 November 2017 | Lezingen voor de Gebedsweek 21

Page 12: Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

Verlossing

De

Van deZekerheid

Laat genade uw wil en handelingen veranderen

Het moet duidelijk zijn dat het niet mogelijk is iets bij te dragen aan hoe wij voor God

staan of aan het geschenk dat God ons geeft. Als iemand door geloof en werken het geschenk van verlossing kan kopen, dan is de Schepper het schepsel iets schuldig.

Hier bestaat de kans dat onwaar-heid wordt geaccepteerd als waarheid. Als de mens zijn redding kan verdi-enen door iets wat hij doet, dan zit hij in dezelfde positie als de rooms-katholiek die boete kan doen voor zijn zonden. Redding is dan gedeeltelijk het resultaat van het vol-doen van een schuld en kan daarmee als loon worden verdiend. Als de mens, door welke goede werken dan ook, de redding niet kan verdienen, dan moet het volledig genade zijn. Die ontvangt de mens terwijl hij een zondaar is, omdat hij Jezus in zijn hart heeft ontvangen en in hem ge-looft. Het is geheel en al een gratis gift. Zo houdt je rechtvaardigmaking door het geloof buiten elke tweestrijd. Deze hele tweestrijd wordt beëindigd, zodra duidelijk is geworden, dat de verdiensten van de gevallen mens door zijn goede werken hem nooit het eeuwige leven kan bezorgen.

Helemaal door genadeDoor het licht dat mij is gegeven,

plaatst God dit belangrijke onder-werp boven welke vraag dan ook in mijn gedachten. Rechtvaardigmaking is volledig gebaseerd op genade en wordt niet verkregen door werken die de gevallen mens kan doen. Het is mij duidelijk getoond dat verkeerde ideeën gemakkelijk opkomen bij het geven van gaven aan de Heer. Als een rijk man geld en bezittingen heeft en daarvan iets aan de Heer aanbiedt dan kan hij zijn gave bederven door de gedachte dat hij de genade van God nu heeft verdiend. Hij kan den-ken dat de Heer hem iets verplicht is en hem speciaal moet belonen van-wege dit geschenk.

Op dit punt is er te weinig helder onderricht gegeven. De Heer heeft

wat van hem is aan de mens in bewa-ring gegeven. Dat houdt in dat God er op rekent dat zijn eigendom aan hem wordt teruggegeven, wanneer zijn vooruitziende blik daartoe het teken geeft en de uitvoering van zijn doelen dat vereist. De Heer gaf de mens het verstand, gezondheid en het vermogen om van de aarde te oogsten. Hij heeft alles op deze aarde geschapen. Hij toont zijn goddelijke kracht om daar-van al de rijkdom tot ontwikkeling te brengen. Het zijn allemaal vruchten die worden voortgebracht door Gods eigen beheer. Hij gaf de zon, de wolken en de regenbuien, om de vege-tatie te laten bloeien.

Als knechten in Gods dienst haalde u zijn oogst binnen om daar-van op verantwoorde wijze dat te gebruiken wat uw behoeften vereisten. Wat er overblijft moet worden bewaard totdat God daar om vraagt. U kunt samen met David zeggen: “Alles is van u afkomstig, en wat wij u schenken komt uit uw hand” (1 Kro-nieken 29:14). De tevredenheid waar-toe de inzet van het schepsel leidt, is niet gelegen in het teruggeven aan de

Heer van zijn eigendom. Het was immers altijd al zijn eigendom dat kan worden gebruikt zoals hij daar vanuit zijn vooruitziende blik richting aan geeft.

Gods gunst verspeeldDoor opstand en afvalligheid heeft

de mens de gunst van God verspeeld. Hij verloor echter niet iets waarop hij recht had, want hij heeft alleen waarde doordat God zijn goedgunstigheid tot uitdrukking brengt in zijn geliefde Zoon. Dit moet goed worden begre-pen. De mens heeft de voorrechten verloren die God hem in zijn genade als een vrij geschenk heeft voorge-houden. Dat was een te beheren schat om Gods zaak en zijn heerlijkheid op de voorgrond te stellen, opdat de wezens die hij had gemaakt daarmee hun voordeel konden doen. Op het moment dat de mens als werkstuk van God weigerde gehoorzaam te zijn aan de wetten van zijn koninkrijk, werd hij ontrouw aan het bestuur van God en toonde hij zich al de zegeningen volledig onwaardig, die God hem had gegeven.

Dit was de positie van het

T W E E D E S A B B A T

G E B E D S W E E K

Door Ellen G. White

menselijk ras nadat de mens zich door overtreding van God had afgeschei-den. Vanaf dat moment had hij geen recht meer op zelfs maar één adem-tocht, een zonnestraal of een beetje voedsel. De reden waarom de mens niet werd vernietigd, was omdat God hem zo lief had dat hij voor hem zijn dierbare Zoon gaf. Hij zou de straf ondergaan voor zijn overtreding. Christus heeft zichzelf voorgesteld als borg en plaatsvervanger van de mens, opdat hij een nieuwe kans zou krijgen door Gods ongeëvenaarde genade. Hij kreeg een tweede kans, ditmaal met de ervaring van Adam en Eva als waarschuwing om de wet van God niet te overtreden zoals zij deden. De mens geniet van de zegeningen van God, zoals de geschenken van zon-neschijn en voedsel. Daarom moet de mens zich voor God neerbuigen in dankbare erkenning dat alle dingen van God komen. Alles wat God wordt teruggegeven is al van hem die het heeft gegeven.

De mens heeft Gods wet over-treden, en door de Verlosser werden er nieuwe beloften gedaan op een

andere basis. Alle zegeningen moeten door een Middelaar komen. Elk lid van het menselijk gezin wordt nu volledig in de handen van Christus gelegd. Alles wat we bezitten, of dat nu geld is, huizen, land, denkvermo-gen, lichamelijke kracht of intellec-tuele talenten, die nuttig zijn voor het heden of voor het toekomstige leven, worden door God als een schat in onze handen gelegd. Ze worden gegeven om ze trouw in te zetten voor het welzijn van ieder mens. Elk geschenk draagt het stempel van het kruis en het beeld en opschrift van Jezus Christus. Alle dingen zijn van God afkomstig, van de kleinste gaven tot de grootste zegen, ze vloeien allemaal door dat ene kanaal. Het zijn dingen die we ontvangen en die boven het menselijke uitgaan omdat ze zijn besprenkeld met het bloed dat van onschatbare waarde is, namelijk het leven van God door zijn Zoon.

Geen mens kan God iets geven dat niet al van hem is. Houd dit in gedachten: “Alles is van u afkomstig, en wat wij u schenken komt uit uw hand” (1 Kronieken 29:14). Dit moet

de mensen worden voorgehouden waar we ook heen gaan: het besef dat we niets bezitten en dat we niets van waarde kunnen aanbieden, door wat we doen of door ons geloof, wat we niet eerst van God hebben ontvangen. Hij kan te allen tijde op alles zijn hand leggen en zeggen dat ze van hem zijn. Dat geldt voor alle gaven, zegeningen en schenkingen die ik aan u heb toevertrouwd, niet om uzelf mee te verrijken, maar voor een wijze inzet ten goede van de wereld.

Alles is van GodDe schepping behoort toe aan

God. De Heer kon, door geen acht meer te slaan op de mens, zijn adem in één keer stoppen. Alles wat hij is en alles wat hij heeft, behoort op de één of andere manier toe aan God. De hele wereld is van God. De huizen van de mens, zijn persoonlijke bezit-tingen, wat waardevol is of talentvol, God heeft dat alles geschonken. Het is allemaal zijn gave en het is aan de mens om dat terug te geven aan God om zo de harten van mensen te bereiken. De allerbeste gaven kunnen

IN

TE

LL

EC

TU

AL

R

ES

ER

VE

I

NC

D O O R G E N A D EA L L E E N

Jezus heeft nooit iemand afgewezen. Zelfs niet degenen

waar velen uit de maatschappij op

neerkeken; een ieder was welkom in de

groep van mensen waar Jezus voor

zorgde.

22 Lezingen voor de Gebedsweek | November 2017

Page 13: Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

op het altaar van God worden gelegd, en de mensen zullen de gever loven, verheffen en prijzen vanwege zijn vrij-gevigheid. Hoe merk je dat allemaal? “Alles is van u afkomstig, en wat wij u schenken komt uit uw hand” (1 Kro-nieken 29:14). Niets wat de mens doet, kan er voor zorgen dat hij de vergiffe-nis van God verdient. Alleen de in het hart van de mens doordringende liefde van God zullen hem leiden tot de dingen die God altijd al van de mens verlangde en die hij met plezier zou moeten doen. Hij doet dan alleen wat eerbied altijd al van hem ver-langde.

De nooit gevallen engelen van God in de hemel doen zijn wil voort-durend. Ze zijn altijd druk bezig met het uitdelen van genade aan onze wereld. Al eeuwen beschermen, begeleiden en bewaken zij datgene wat God heeft gemaakt, zowel de rech-tvaardigen als de onrechtvaardigen. Zij kunnen naar waarheid zeggen: ‘Alles is van u. Wij geven terug aan u wat wij hebben ontvangen.’ Het zou wenselijk zijn dat het menselijke oog iets zou kunnen zien van de dienst van de engelen! Wat zou het goed zijn dat de mens zich iets kan voorstellen en kon begrijpen en even zou kunnen stilstaan bij deze overvloedige en glo-rieuze dienst van de engelen van God. Zo zouden de mensen zicht hebben op de conflicten waarin de engelen zich namens de mensen begeven om hen te beschermen, te leiden, te winnen en hen weg te trekken van de valstrikken van Satan. Hoe anders zou dan het gedrag en het religieuze sentiment zijn.

Bovennatuurlijke kracht voor bovennatuurlijke werken

De reden waarom zoveel mensen geen succesvolle medewerkers zijn, komt omdat ze handelen alsof God

van hen afhankelijk is. Zij stellen aan God voor waaruit hij kan kiezen wat betreft hun inzet, in plaats van dat zij het aan God overlaten. Zij leggen de bovennatuurlijke kracht naast zich neer en schieten zo te kort in het doen van bovennatuurlijk werk. Ze gaan altijd uit van hun eigen kracht en de menselijke krachten van hun broed-ers. Ze zijn van zichzelf bekrompen en oordelen altijd op basis van hun beperkte, menselijke inzicht. Ze heb-ben een geestelijke prikkel nodig, want ze ontvangen geen kracht van boven. God geeft ons een lichaam, het vermogen van onze hersenen, tijd en gelegenheden om ons in te zetten. Iedereen moet op de proef worden gesteld. Als je de inzet van de mens combineert met die van God, dan kun je iets bereiken dat eeuwig blijft. Wan-neer mensen denken dat de Heer met hen een fout heeft gemaakt en zij kiezen zelf hun werk, dan zullen ze worden teleurgesteld.

“Door zijn genade bent u nu immers gered, dankzij uw geloof. Maar dat dankt u niet aan uzelf; het is een geschenk van God” (Efeziërs 2:8). Door deze waarheid zal de taak zich voor uw gedachten ontvouwen, als u het gegeven licht niet buitensluit. Het eeuwige leven is een oneindig groot geschenk. Dat sluit de mogelijkheid uit dat we het kunnen verdienen, juist omdat het oneindig is. Daarom kan het alleen een geschenk zijn dat in ge-loof wordt ontvangen en waarvoor de mens dankbaarheid en eer aan God geeft. Een vast geloof zal niemand fanatiek of tot een slaafse dienaar maken. De kracht van Satan heeft de mens in zijn ban en brengt hen ertoe naar zichzelf te kijken in plaats van naar Jezus. De gerechtigheid van Christus moet ons voor ogen staan als we willen dat de heerlijkheid van de

Heer onze beloning zal zijn. Als we Gods wil doen, zullen wij grote zegeningen aanvaarden als een gratis cadeau van God, maar nooit vanwege onze eigen verdienste, want die heeft geen waarde. Doe het werk van Chris-tus en u zult God eren en meer dan overwinnaars zijn door hem, die ons liefheeft en zijn leven voor ons heeft gegeven, opdat we leven en redding zullen hebben in Jezus Christus. n

T W E E D E S A B B A T

G E B E D S W E E K

De reden waarom zoveel mensen geen succesvolle medewerkers zijn, komt omdat ze handelen alsof God van hen afhankelijk is.

Zij stellen aan God voor waarvoor hij kan kiezen wat betreft hun inzet, in plaats van dat zij het overlaten aan God.

Hoe zijn geloof en werken verbonden met goddelijke genade en verlossing?

Hoe kunnen we de zekerheid van de verlossing ervaren?

Wat kunnen we voor God brengen als we zijn uitnodiging van genade aannemen? Wat kunnen we voor God doen als we onszelf aan zijn genade hebben toevertrouwd?

1

3

2

Dit artikel is genomen uit het boek Faith and Works (Nashville: Southern Pub Assn, 1979), blz. 19-28. Zevende-dags Adventisten geloven dat Ellen G. White (1827-1915) de Bijbelse gave van profetie gedurende 70 jaar van openbare dienst heeft uitgeoefend.

ReflectieV R A G E N V O O R

en Bespreking:

WaarwoontGod?

BOEKEN/VAN DE PERS

In dit boek neemt Jean ClaudeVerrecchia ons mee op een zoektocht naar

Gods woonplaats. Waar woont God? Deze tocht voert ons door de gehele

Bijbel heen.

Het eerste boekje in de reeks Adventistische Perspectieven gemist?

€12,95

Een zoektocht langs altaren,tenten, tempels en andereplaatsen van aanbidding

Ga naar www.adventist.nlen klik op ‘Winkel’.

24 Lezingen voor de Gebedsweek | November 2017 November 2017 | Lezingen voor de Gebedsweek 25

Page 14: Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

13 Tienerclub

21 ADRA-dag

27 Landelijke bijbelquiz

2-4 Leidersweekend

Scouts & Pathfinders

10 Tienerclub

23-25 Plantersweekend

10 Tienerclub

17 Global Youth Day &

Global Kids Day

18 Landelijke trainingsdag

14 Kidzrally

20-22 Simple Church training

9-13 Camporee

25-27 Tienerkamp

8-10 Plantersweekend

23 Jeugdcongres

29-01 Gezinnenkamp

17-19 Summerschool1 Open dag

31-4 Wereldcongres jeugdleiders,

Kassel Duitsland

14-16 Openingskamp

28-30 Koempoelan

6 Tienerclub

7 Evangelisatiedag

12-14 Kamptraining Scouts & Pathfinders

13 55+ dag

26-28 Health Adventure coachtraining

10 Tienerclub

16-18 Weekend Leven & Gezondheid

8 Tienerclub

8-16 Training vrouwenpastoraat

16 Trainingsdag Kindersabbatschool-

leiders

2018JAARPLANNER NEDERLANDSE UNIE VAN GEMEENTEN CONFERENTIE

Page 15: Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

Kleuters en kinderen in de Adventkerk leren dagelijks of wekelijks over de Bijbel met

behulp van de werkboekjes in de Kindersabbatschool. Hoe mooi zou het zijn om voor de kleintjes een Bijbel te hebben die past bij hun taal- en denkniveau. De Amerikaanse Adven-tistische Bijbel in Woord en Beeld – gekend als de BIWEB – is zo’n 40 jaar in onze gezinnen, kindersabbatscho-len en nevendiensten gebruikt. Na al die jaren is deze serie zo goed als uit-verkocht.

U begrijpt het al: er is dringend behoefte aan een voorleesbijbel voor kleuters en kinderen die prettig leest in een begrijpelijke taal en met verha-len die kinderen van deze leeftijd direct kunnen boeien. Geschikt om aan hen voor te lezen en later door hen zelf te worden gelezen. Een Bijbel die kinderen enthousiasmeert voor Gods Woord en zijn liefdesboodschap.

Het Departement Ontwikkeling & Toerusting o.l.v. eerst ds. Jurriën den Hollander en nu van ds. Jacob Engel-geer heeft het plan opgevat om samen met het Departement Publicaties &

Communicatie enerzijds en het Departement Jongeren & Gezinnen anderzijds met hun respectievelijke verantwoordelijken Joanne Balk en Madelon Comvalius een dergelijke voorleesbijbel te ontwikkelen.

In deze uitgave voor de gebedsle-zingen 2017 treft u een verhaal aan als voorproefje. U kunt dit verhaal al thuis en in de kerk uitproberen en beoordelen. Het is de bedoeling om bij de twaalf kleuter-kinderwerkboekjes van de Kindersabbatschool, die geba-seerd zijn op de onderwijsfilosofie van het boek Education (Karaktervorming) van zr. E.G. White, deze voorleesbijbel in drie delen te ontwikkelen.

Voor het schrijven ervan is een beroep gedaan op drs. Edith Mulder-de Vree. Tot aan haar pensioen werkte zij als onderwijsadviseur in Den Haag. Zij ontwikkelde veel lesmaterialen, o.a. voor het vak Nederlands. Zij gaat naar de Adventkerk in Zoetermeer waar zij ouderling is. In de jaren 1985-1997 had zij een groot aandeel in de totstand-koming van het sabbatschoollesmate-riaal voor de leeftijdsgroepen van de kleuters en kinderen en van de junio-

A M A N D A C A R D E N / S H U T T E R S T O C K . C O M

ren. Edith schrijft samen met prof. dr. Rudy Van Moere die tegelijk garant staat voor de Bijbel-theologische dimensie van deze voorleesbijbel. Zo wordt het een bijbelgetrouwe uitgave. Verder is er een team van zo’n vijftien adventistische deskundigen dat meeleest, o.a. basisschoolleerkrachten uit Nederland en Vlaanderen.

Alle genoemde betrokkenen vragen u vriendelijk om uw steun en gebed. Het zou fantastisch zijn als de bij-belverhalen op deze manier een weg vinden in onze gezinnen, kindersab-batscholen en nevendiensten tot meer-dere eer en glorie van de Here God.

Het produceren van een dergelijk omvangrijk project vergt natuurlijk de nodige financiën. Wilt u ons hierbij steunen? Daarvoor kunt u een bijdrage overmaken op rekeningnummer NL47RABO 011.77.77.773 t.n.v. Kerkgenootschap der Zevende-dags Adventisten te Huis ter Heide, o.v.v. Project Voorleesbijbel. Daarnaast is – net zoals vorig jaar – een deel van de opbrengst van de gebedsdaggaven bestemd voor deze voorleesbijbel.

Een Bijbel voor onzekleinsten

van 4 tot en met 7 jaar!

V O O R L E E S B I J B E L

B I J B E L P R O J E C T

28 Lezingen voor de Gebedsweek | November 2017 November 2017 | Lezingen voor de Gebedsweek 29

Kom tot leven (28 schriftelijke lessen)Een eigentijdse bijbelcursus voor beginners of voor hen die het weer eens fris willen horen.

In en om de Bijbel (9 lessen, zowel schriftelijk als digitaal)Achtergrondinformatie over de cultuur, het klimaat, de feesten, het land en het ontstaan van de Bijbel.

Archeologie in bijbelse landen (10 lessen, zowel schriftelijk als digitaal)Een cursus die door middel van de opgravingen laat zien hoe de bijbelse feiten bevestigd worden.

God, wie was dat ook alweer? (6 schriftelijke lessen, zonder huiswerk)Cursus voor diegenen die wel met geloof zijn opgegroeid, maar er verder niet veel mee doen. De hoofdlijnen van Gods boodschap aan de mens in zes korte, pakkende leesboekjes.

Daniël, het verzegelde boek geopend (7 schriftelijke lessen of 10 digitaal)Een dieper gaande cursus over het bijbelboek Daniël.

Openbaring (alleen digitaal)Onze cursus over het bijbelboek Openbaring is uitsluitend online beschikbaar. Steeds meer van de schriftelijke cur-sussen zijn ook via onze website te volgen.

Gezondheid(alleen digitaal)Een uitgebreide en praktische cursus voor lichamelijke en geestelijke gezondheid.

ESDA-InstituutAmersfoortseweg 18, 3712 BC Huis ter Heide030-6931509 [email protected] ook op: www.esda-online.nl

OVERZICHT VANDE GRATIS CURSUSSEN

1

CURSUS

Hoe de Bijbel tot ons kwam

les 1

In en omde Bijbel

02 Redactioneel Ban de barbecue

03 Meditatie G

loeiende kolen04 Relaties ‘B

lijvend vuur’ in je relatie06 Verdieping H

et voordeel van de twijfel

09 Bijbels gezien Een poel van vuur

10 Gezondheid D

e vlamm

ende chemie van de liefde

13 Voedsel voor de geest Geroepen door vuur

14 Dialoog Paulus, m

éér dan een superpromotor

16 Interview H

erbert Blom

stedt: Gedreven door m

uziek & geloof

18 Groen! D

e opmars van alternatieve feiten

19 Tenslotte Kampvuur

20 ESD

A Contactgegevens

Driemaandelijks magazine van de stichting ESDA

CONTACTJAARGANG 67SEPT 2017NR 3

1 les3

CURSUS

Egypte

Archeologie bijbelse

landenin

1

les6CURSUS

God en deleewenkuil

Da niël

1

Uw lichaam, een wonder

les1

CURSUS

1

les10

Open-baring

CURSUS

Het einde

Het ESDA-Instituut biedt u gratis en vrijblijvend schriftelijke en/of digitale cursussen aan. Cursussen van het ESDA-Instituut geven al 70 jaar verdieping aan het leven.

WAT LEERT DE BIJBEL OVER:

LEVENSZIN? RELATIES?

DE TOEKOMST? GEZONDHEID? LEVEN ... EN OVER DOOD?

met het cursusaanbod vanhet ESDA-Instituut

verbreedje horizon

Page 16: Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

V O O R L E E S B I J B E L

V O O R P R O E F J E

V O O R L E E S B I J B E L

V O O R P R O E F J E

Johannes 4:1-42(Met informatie voor de voorlezer aan het einde van het verhaal)

Bij de put‘Meester, wij gaan eten kopen in de stad’, zeggen de leerlingen.‘Dat is goed. Ik blijf hier bij de put zitten’, zegt Jezus.Hij is moe van de reis door het land Samaria.Jezus strekt zijn benen en kijkt om zich heen.Wat is het stil, zo midden op de dag.Vanochtend kwamen alle vrouwen water uit de put halen.Toen was het nog niet zo warm.

Water Hé, wie komt daar aan? Jezus ziet een vrouw met een grote waterkruik naar de put toe komen.Zij zet de waterkruik op de grond.Verbaasd kijkt ze naar de man die bij de put zit.Wat doet hij daar?Een waterkruik heeft hij niet.‘Goeiemiddag’, groet Jezus.‘Wil je mij alsjeblieft wat water geven?’, vraagt hij aan de vrouw.De vrouw schrikt.Deze man praat zomaar tegen haar. Zij is toch een Samaritaanse vrouw?En hij is niet eens een Samaritaanse man maar een Joodse man.Joodse mensen en Samaritaanse mensen praten toch nooit met elkaar!Zij waren nooit vrienden van elkaar.En nu? Hij wil graag water van haar krijgen.Dat is vreemd!

Levend water‘Waarom vraag jij water van mij?’, zegt de vrouw.‘Als je weet wie ik ben …’, zegt Jezus,‘dan zul jij aan mij om water vragen!En dan zal ik jou levend water geven!’‘Hé …? Levend water? Wat is dat?’, denkt de vrouw!Daar begrijpt ze niets van!

‘Maar meneer, jij kunt toch geen water uit die diepe put halen!Je hebt niet eens een waterkruik.Dan kun je mij toch helemaal geen water geven?’De vrouw moet er een beetje om lachen.Zij haalt haar schouders op.Wat die man zegt, is zo raar.En wat is dan levend water …?Zitten daar beestjes in?Of plantjes?Of borrelen er luchtbelletjes in …?Ze snapt er echt niets van.

Nooit meer dorst!Jezus ziet dat ze het niet begrijpt.‘Jij bent wel blij met het water uit de put’, zegt Jezus.‘Maar na een tijdje krijg je toch weer dorst.Dan moet je weer terug om water te halen. Maar als je het water drinkt dat ik je geef …,dan krijg je nooit meer dorst!’‘O, maar dat bijzondere water wil ik graag hebben!Dan hoef ik nooit meer water uit deze put te halen.Dat is gemakkelijk!’Wat is de vrouw blij!Ze steekt van blijdschap haar armen in de lucht.Dat water wil ze heel graag van Jezus krijgen.

Echt levenJezus glimlacht en zegt: ‘Lieve vrouw, wij moeten water drinken om gezond te blijven. En dat water halen wij uit de put. Maar om echt gelukkig te zijn moet je iets weten.Je moet weten dat God je kent en van je houdt.En als je dat weet, dan heb je levend water.’De vrouw begrijpt het een beetje.Zij luistert heel goed naar die man bij de put.Hoe weet hij dat toch allemaal?De vrouw kijkt hem met grote ogen aan.‘Meneer, jij moet wel een profeet zijn’, zegt de vrouw.‘Want in de Bijbel staat dat God een man zal sturen.Die zal ons alles vertellen om altijd gelukkig te zijn.Die man is de messias!’‘Wel, die man ben ik!’, zegt Jezus.

Kijk! Daar komen de leerlingen terug met hun boodschappen.Hé! Wat is dat nu? Dat kan toch niet wat Jezus doet, daar bij die put? Jezus praat met een Samaritaanse vrouw.Dat hoort toch niet want hij is een Joodse man.

En wat doet de vrouw?Ze laat haar volle kruik bij de put staan.Snel gaat ze terug naar de stad.Zij wil daar aan iedereen over dat levende water vertellen.

De messias‘Buurvrouw, buurman …, luister …!’, roept ze opgewonden.‘Bij onze put zit een Joodse man.Die heeft mij alles verteld over levend water.Misschien is hij wel de messias waar wij op wachten!’

De mensen in de straat worden nieuwsgierig.Die Joodse man willen zij ook wel eens zien!Mannen en vrouwen stoppen direct met werken.De kinderen stoppen met spelen.Ze gaan allemaal naar de put.Zou Jezus er nog zitten?

En gelukkig, Jezus en zijn leerlingen zitten nog bij de put.De leerlingen zijn aan het eten.‘Meester, jij moet ook iets eten!’, zeggen de leerlingen bezorgd.‘Ik heb geen honger’, zegt Jezus. ‘Want ik wil graag de mensen uit Samaria over God vertellen!’

De Samaritaanse vrouw en de groep mensen uit de stad komen bij de put.‘Meneer, ga je met ons mee naar huis?’, vragen zij aan Jezus.‘Wij willen allemaal zo graag naar jou luisteren!Blijf toch alsjeblieft bij ons.’

Met eigen oren Jezus gaat mee naar de stad.En iedereen luistert aandachtig naar wat hij zegt.Jezus vertelt zoveel nieuwe dingen over God.Die hebben ze nog niet eerder gehoord.Nu weten ze dat God ook van Samaritanen houdt. Dat is heerlijk!‘Nu geloven wij ook dat die Joodse man de messias is!’, zeggen ze tegen de vrouw.‘Want nu hebben wij met onze eigen oren dat mooie nieuws gehoord.En wij weten dat Jezus de vriend van Joden en Samaritanen is en van alle mensen!’

Johannes 4:1-42• Eeuwenlang heersten er grote spanningen tussen Joden

en Samaritanen. Deze laatsten waren nakomelingen van achtergebleven Israëlieten die zich na de val van het Noordrijk Israël in 722 voor de gewone jaartelling met heidense kolonisten vermengden.

• Vrome Joden wilden niet door Samaria reizen en maakten daarom een grote omweg. Erg bijzonder dat Jezus er toch doorreist en er met een inwoner spreekt. En nog wel een vrouw!.

• Het thema ‘water’ heeft een theologische betekenis. Als beeldspraak fungeert het voor de verhouding tussen meester en leerling én voor een leer over (eeuwig) leven.

• De ongehuwde relatie van de vrouw geldt als symbool voor het Samaritaanse volk dat geen vast verbond met Israëls God is aangegaan.

Leertekst Johannes 4:19NBV ‘Heer, ik zie dat u een profeet bent’. BGT ‘Nu begrijp ik dat u een profeet bent!’

Voor de voorlezer

praat met Jezus

Samaritaansevrouw

een

Kleurplaat

30 Lezingen voor de Gebedsweek | November 2017

Page 17: Genade Door...voetsporen van Wycliffe door te voor-zien in een nieuwe Engelse vertaling van de Bijbel. De Bijbel van Wycliffe was vertaald uit het Latijn. Tyndale daarentegen nam het

In Nederland kennen we vrijheid van godsdienst. Je mag openlijk hindoe zijn, of boeddhist. Je mag de Koran lezen in de trein, of de Bijbel op het schoolplein. En hoewel je soms misschien een afwijzende blik of

vervelend commentaar krijgt, zal de overheid jou altijd de vrijheid gun-nen om te kiezen. Als je hier bent opgegroeid is het misschien moeilijk om je voor te stellen dat er landen zijn waar deze vrijheid niet of nauwelijks bestaat. Daar kun je bijvoorbeeld niet zomaar openlijk je geloof uitten, en mag je soms zelfs niet eens Bijbel in bezit hebben.

Honderden jaren geleden was er in Europa ook veel minder vrijheid. De overheid en de Rooms Katholieke Kerk waren toen nauw met elkaar ver-bonden en ze wilden graag dat iedereen hetzelfde geloof had: er was geen keuze. Het was niet illegaal om een Bijbel in bezit te hebben, maar die was in het Latijns en niet veel mensen konden dat lezen. Je moest dus als ‘ge-wone mensen’ maar gewoon geloven en doen wat de kerk en de overheid zeiden. Je wist toch niet beter?

In de reformatie en zelfs voor de reformatie waren er priesters en geleer-den die daar een stokje voor wilden steken. Ze gingen tegen hun baas (de Paus) in en maakten in het geheim vertalingen naar het Engels en Nederlands. Dit deden ze in het geheim, want ze wisten dat daar zeker een straf tegenover zou staan. In sommige gevallen zelfs de doodstraf!

Waarom vonden deze mensen het zo belangrijk om de Bijbel te vertalen, dat ze zelfs hun eigen leven daarvoor wilden geven? Dat kwam omdat ze een sterke overtuiging hadden dat iedereen zelf de Bijbel moest kunnen lezen. Ze geloofden dat niemand jou kan vertellen wat je over God moet denken, of hoe jij jouw relatie met God moet beleven. Dat moet je zelf kun-nen ontdekken, door zelf het Woord van God te lezen en bestuderen.

Nu, precies 500 jaar na de start van de reformatie, hebben we allerlei ver-schillende vertalingen in het Nederlands en Engels tot onze beschikking. Er zijn ook veel apps waarmee je de Bijbel op je telefoon kunt lezen, zodat je deze altijd bij je hebt. Maar het lijkt wel dat hoe meer mogelijkheden er zijn om de Bijbel te lezen, hoe minder deze gelezen wordt. Het lijkt wel dat we zijn vergeten hoe veel sommigen hebben geleden om die mogelijk-heden tot ons te brengen.

Laten we dankbaar zijn voor de offers die zij hebben gebracht. Laten we proberen vaker de kans de pakken om de Bijbel eens open te slaan; of zorgen dat jouw Bijbelapp in je favoriete apps komt te staan. Het is mooi om op Sabbat naar de predikant te luisteren en bij de jeugdbijeenkomsten naar de jeugdleiders, maar er is niets mooier dan zelf te ontdekken wie God is. Ik wil graag een commitment maken om elke dag een stukje van Gods verhaal aan mij te lezen om hem steeds beter te leren kennen. Durf jij ook zo’n commitment te maken?

“Zie ginds komt de stoomboot uit Spanje weer aan…” Volgende week is het weer zo ver. Dan komt Nederlands favoriete Katholieke bisschop ons land weer bezoeken. Tienduizenden mensen zullen vol

verwachting hem welkom heten op Nederlandse grond. Wat vind jij van Sinterklaas? Ik vond hem vroeger toen ik klein was in ieder geval fantas-tisch! Want wie vindt snoep eten, rijmende liedjes zingen en cadeautjes krijgen nou niet leuk?

Maar behalve “zie ginds komt de stoomboot” zongen we vroeger ook nog andere liedjes. In één van die liedjes zongen we “Wie zoet is krijgt lek-kers, wie stout is de roe”. Inmiddels is de Piet er wel achter gekomen dat de roe niet meer zo populair is. Kinderen straffen door te slaan is gelukkig voor de meeste gezinnen compleet onbekend. Maar het idee achter Sin-terklaas is misschien toch nog wel een beetje hetzelfde gebleven: je krijgt cadeautjes omdat je lief bent geweest.

Hoe denk jij dat het met God zit? Zien wij God eigenlijk soms ook niet een beetje als een soort Sinterklaas? Hebben wij voor God niet ook vaak ons verlanglijstje al klaarliggen en verwachten wij ook niet dat God ons “ca-deautjes” geeft? Als God ons iets geeft, of ons helpt en uiteindelijk redt van de dood, doet hij dat dan omdat we lief zijn geweest? Wat gebeurt er als we “stout” zijn?

In Romeinen 4:4-5 zegt Paulus het volgende: Als iemand werkt, krijgt hij loon. Niet als geschenk, maar omdat hij het verdient. Maar niemand ver-dient het om door God gered te worden. Je moet er dus op vertrouwen dat God je wil redden, ook al ben je een slecht mens. Als je dat gelooft, ziet God je als een goed mens. (BGT)Paulus gelooft dus eigenlijk dat iedereen stout is! (Verg. Romeinen 3.10-18) Dat is best vervelend om te horen. Vaak denken wij dat we best wel goed zijn en we doen ook eigenlijk niet zoveel slechte dingen. Toch kunnen we nooit zo goed zijn dat we nooit iets verkeerds doen. Daarom hebben we genade nodig.

Genade is zo’n lastig woordje om echt te begrijpen. De vertalers van de Bijbel in Gewone Taal hebben er zelfs voor gekozen om het niet te gebruiken. Genade houdt eigenlijk in dat je iemand iets geeft, zonder dat de ander er iets voor doet of heeft gedaan. In Romeinen 3.24 zegt Paulus ‘zomaar, voor niets’ (BGT). Dat betekent dat er niets is wat jij kunt doen, of niet doen, om door God gered te worden. Je hoeft het alleen maar dankbaar aan te nemen.

Ik denk dat God het heel jammer vindt dat we hem soms behandelen als een Sinterklaas. We maken misschien bepaalde beloftes “Als u dit voor mij doet, dan…” Maar God wil gewoon dat we hem vertrouwen en ons leven aan hem geven. En als we verkeerde dingen doen, wil hij ons maar al te graag vergeven. Eigenlijk zou het beter zijn om te zingen: “Wie zoet is, nouja er is eigenlijk niemand zoet.. en wie stout is krijgt genade.” Maar dat zingt niet zo lekker.

E E R S T E S A B B A T

G E B E D S W E E K

T W E E D E S A B B A T

G E B E D S W E E K

VRAGEN

Lees jij de Bijbel regelmatig alleen? Vertel wat je daar leuk, of juist moeilijk aan vindt.

Welk stuk van de Bijbel vind jij het mooist? Zijn er stukken van de Bijbel die je juist saai of lastig vindt?

Open Doors (https://www.opendoors.nl/) houdt een bestand bij van alle landen waar Christen zijn moeilijk is en dat zijn er best veel. In de ergste gevallen is het soms zelfs zo dat je in de gevangenis kan wor-den gegooid voor het hebben van een Bijbel. Kun jij je dat voorstellen? Zou jij in zo’n geval het waard vinden om toch een Bijbel te hebben?

VRAGEN

Vind jij het vervelend om te horen dat je niet goed genoeg bent om gered te worden? Of ben je het juist eens met wat Paulus zegt in Romeinen?

Denk je dat sommige mensen zo slecht zijn dat God ze niet kan of wil redden?

Het verhaal van Sinterklaas gaat terug op een bisschop uit de derde eeuw na Christus die heel veel goede dingen deed voor zijn naasten, vooral voor de arme mensen. Waarom denk je dat dit verhaal van deze bisschop zo populair is geworden? Vindt je dat het moderne Sinter-klaasfeest nog wat weg heeft van deze vroegere bisschop? Zo niet, hoe kan jij ervoor zorgen dat het misschien wel wat meer daarop gaat lijken?

DeBijbelis voor ieder-een

Gratis be-

schik-baar

32 Lezingen voor de Gebedsweek | November 2017 November 2017 | Lezingen voor de Gebedsweek 33