52
Onderzoek tot milieueffectrapportage Verzoek tot raadpleging Dossiernummer SCRPL16001 Gemeentelijk Gebiedsgericht Ruimtelijk Uitvoeringsplan GGRH7 Sportvelden Heverlee Stad Leuven Laatste aanpassing : 07/04/2016 (in rood aangeduid)

GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. [email protected] . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

  • Upload
    others

  • View
    10

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Onderzoek tot milieueffectrapportage

Verzoek tot raadpleging Dossiernummer SCRPL16001

Gemeentelijk Gebiedsgericht Ruimtelijk Uitvoeringsplan

GGRH7 – Sportvelden Heverlee

Stad Leuven

Laatste aanpassing : 07/04/2016 (in rood aangeduid)

Page 2: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 2

Initiatiefnemer: Stad Leuven Afdeling Ruimtelijk en Duurzaamheidsbeleid Prof. Van Overstraetenplein 1 3000 Leuven Contactpersoon: Daan Van Tassel Ruimtelijk planner, ir. arch. [email protected]

Page 3: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 3

Inhoud

INLEIDING .................................................................................................................................... 5

0.1 Afbakening RUP ....................................................................................................................... 5 0.2 Doelstelling en aard van het plan ............................................................................................ 5

1. REFERENTIESITUATIE ............................................................................................................ 6

1.1 Bestaande toestand: algemene bespreking ............................................................................ 6 1.2 Bestaande verkeersstructuur .................................................................................................. 6 1.3 Bodemonderzoeken ................................................................................................................ 7 1.4 Watertoets: overstromings- en infiltratiegevoeligheid ........................................................... 8

2. JURIDISCHE TOESTAND ......................................................................................................... 8

2.1 Gewestplan .............................................................................................................................. 8 2.2 Bijzondere plannen van aanleg ............................................................................................... 8 2.3 Ruimtelijke uitvoeringsplannen............................................................................................... 9 2.4 Verkavelingen .......................................................................................................................... 9 2.5 Beschermde monumenten, stadsgezichten en landschappen ............................................... 9 2.6 Habitat- en vogelrichtlijn ......................................................................................................... 9 2.7 Waterwinningsgebieden ......................................................................................................... 9 2.8 Atlas der buurtwegen ............................................................................................................ 10

3. RELATIE MET DE RUIMTELIJKE STRUCTUURPLANNEN (RSV, RSVB EN RSL) ............................ 10

3.1 Verkeersstructuur .................................................................................................................. 10 3.1.1 RSV, RSVB en het stedelijk afbakeningsproces ............................................................. 10 3.1.2 RSL ................................................................................................................................. 10

3.2 Groenstructuur en landschapsstructuur ............................................................................... 11 3.2.1 RSV en RSVB .................................................................................................................. 11 3.2.2 RSL ................................................................................................................................. 12

3.3 Economische en centrumstructuur ....................................................................................... 12 3.3.1 RSV en RSVB .................................................................................................................. 12 3.3.2 RSL ................................................................................................................................. 12

3.4 Gebiedsgerichte bepalingen in het RSL ................................................................................. 13 3.4.1 Deelruimte Park – militair domein ................................................................................ 13

4. NULALTERNATIEF ............................................................................................................... 14

5. ALTERNATIEVEN VOOR HET PLAN ....................................................................................... 14

6. MOTIVATIE SCREENING PLAN-M.E.R.-PLICHT ...................................................................... 15

7. METHODOLOGIE SCREENING .............................................................................................. 15

8. SCREENING ........................................................................................................................ 16

8.1 Fauna en flora ........................................................................................................................ 16

Page 4: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 4

8.2 Bodem ................................................................................................................................... 17 8.3 Water ..................................................................................................................................... 18 8.4 Landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie.................................................................. 19 8.5 Mens: socio-organisatorische, ruimtelijke aspecten en hinder ............................................ 19 8.6 Mens: mobiliteit .................................................................................................................... 21

9. BESLUIT MER-SCREENING ................................................................................................... 23

10. FIGUREN ......................................................................................................................... 24

Page 5: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 5

INLEIDING

0 .1 A f b a k e ni n g RU P figuur 1: Situering van het plangebied in Leuven

Het plangebied situeert zich in het zuidelijk stadsdeel van Leuven aan en rond de Hertogstraat en Kerspelstraat in Heverlee. Het specifieke plangebied beslaat volgens meting ongeveer 3 ha en wordt in grote lijnen begrensd door het oefenterrein van het Militair Domein, de Hertogstraat en de Kerspelstraat.

0 .2 D o e l s t e l l i n g e n aa r d v a n h e t p l a n

Het voorgenomen RUP beoogt een recreatieve cluster mogelijk te maken in het huidige militair domein in Heverlee. Dat sluit aan bij de ruimere visie over deze omgeving en bij de lopende herziening van het gemeentelijke ruimtelijk structuurplan (RSL) waarin verschillende recreatieve functies een plaats krijgen (cf. herbestemming schietstand, ruimte voor jeugdverenigingen, uitbouw omgeving van de schaatsbaan, Milseweg, fietsnetwerk, e.d.). Het specifieke plangebied betreft de voormalige sportterreinen van het militair domein (‘stadion Chomé’). Via deze bestemmingswijziging zal het terrein door de stad worden gebruikt voor sportvelden met de bijhorende infrastructuur zoals een parking en enkele gebouwen. Eerder in 2011 was deze herbestemming al opgenomen in het GRUP voor de afbakening van het Regionaalstedelijk gebied Leuven. In haar advies n.a.v. de plenaire vergadering op 25/02/2013 had de stad Leuven via de delegatieregeling de bevoegdheid gegeven aan de Vlaamse Overheid om het gebied te herbestemmen. In dit proces werd reeds een plan-m.e.r.-proces volgens integratiespoorbesluit doorlopen (2010-2012) en goedgekeurd. Dit dossier kreeg bij de dienst Mer het nummer PLIR 47 en PLIR 67. Het GRUP werd echter nooit definitief vastgesteld/goedgekeurd. Dat omwille van juridische problemen met de toepassing van het integratiespoor. Naar aanleiding van deze uitspraak beslist Ruimte Vlaanderen nu om het goedgekeurde plan-MER te hernemen, met andere woorden om het plan-m.e.r.-proces opnieuw te doorlopen via het generiek m.e.r.-proces/regulier spoor, om daarna een nieuw GRUP in procedure te brengen. Gezien het moeizame verloop van het afbakeningsproces en gezien de nood om het plangebied op zo kort mogelijke termijn te herbestemmen, werd beslist om voor dit specifieke plangebied toch ook een gemeentelijk RUP op te maken.. Dat in combinatie met een onteigeningsplan met onteigeningsbevoegdheid voor het Autonoom Gemeentebedrijf Stad Leuven (AGSL). Bedoeling van het onteigeningsplan is om te voorkomen dat de gronden openbaar zouden moeten verkocht worden. Naar aanleiding van het gemeenteraadsbesluit van 21/05/2012 houdende de aankoop van Stadion Chomé, is er op 28/06/2013 tussen de stad Leuven en Defensie een samenwerkingsakkoord afgesloten en heeft Defensie aan de stad een domaniale vergunning verleend.. Deze is afgesloten voor een termijn van 2 jaar, verlengbaar voor een bijkomende periode van 2 jaar (tot 01/07/2017 zoals bepaald in de vergunning). Deze domaniale vergunning heeft de mogelijkheid geboden om reeds van start te gaan met de aanleg van de sportterreinen. In afwachting van de definitieve herbestemming heeft de Koninklijke Hockey Club Leuven (KHCL) een stedenbouwkundige vergunning ingediend op 2/05/2014 en werd het project na een beroepsprocedure bij de provincie vergund op 29/08/2014. Het betreft het aanleggen van twee watergedragen hockeyvelden en de nieuwbouw van een clubhuis met bijhorende parking en wegenis. Op basis van het gemeenteraadsbesluit van 22/06/2015 heeft de stad in dezelfde periode ook een samenwerkingsovereenkomst met de KHCL afgesloten voor realisatie van deze hockeyterreinen. De werken zijn ondertussen reeds aangevat. Een derde terrein wordt aangelegd door de stad als multifunctioneel sportveld en zal in eerste instantie een natuurlijk terrein blijven. Van zodra de stad Leuven tot aankoop kan overgaan zal voor deze terreinen met de KHCL een erfpacht worden afgesloten voor een termijn van 50 jaar. De definitieve vaststelling van de aankoop van de terreinen door de stad Leuven is afhankelijk van de goedkeuring van het RUP. Het voorgenomen plan zal zich hoofdzakelijk beperken tot het vastleggen van bestemmingen en hieraan gekoppeld de bouwmogelijkheden, bouwvolumes en de inplanting/ontsluiting van gebouwen. Voor het uitzicht en de kwaliteit van de woningen wordt verwezen naar de algemene bouwverordening geldend voor het gehele grondgebied.

Page 6: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 6

1. Referentiesituatie Figuur 2: Plan bestaande toestand, luchtfoto

Figuur 3: Topografische kaart Figuur 4: Plan bestaande toestand, opmetingsplan 2011

Figuur 5: Plan bestaande toestand, Bingmaps

1 .1 B e s t a a nd e t o e s t an d : a l g em e n e b esp r e k i n g Het plangebied is gelegen in Heverlee op één van de hoeken van het kruispunt dat gevormd wordt door de Hertogstraat en de Kerspelstraat. Op de drie andere hoeken bevinden zich het militair complex Kazerne de Hemptinne, twee sportaccomodaties (sporthal Heverlee en Sporthal KHLeuven) en de woonwijk Kriekenbos. Beide sporthallen alsook de woonwijk grenzen ter hoogte van de Hertogstraat aan het H. Hartinstituut Heverlee. Deze campus omvat verschillende voorzieningen zoals een kinderdagverblijf, een kleuterschool, een basisschool, een middelbare school, een internaat en de hogescholen ECHO en DLO. Het plangebied grenst aan het oefenterrein van het militair domein, dat meer ten noorden gelegen is. Ten Oosten hiervan bevindt zich de Leuvense schaatsbaan. In het Noorden vormt het Pakenhof een belangrijk oriëntatiepunt in de omgeving. Naast stedelijke voorzieningen bevindt zich in de nabije context het Research Park Haasrode, waarin eveneens enkele onderwijsfuncties gevestigd zijn (UCLL). Het gebied bevindt zich tussen Heverleebos (Natura 2000) en de Molenbeek-Bierbeekvallei, en kan als een stapsteen tussen deze gebieden beschouwd worden. Het maakt deel uit van een openruimtegebied tussen de woonkernen van Heverlee enerzijds, Heverleebos en Haasrode anderzijds. De weilanden ten zuiden van de campus Heilig Hart, de landbouwgronden ten zuiden van en ten noorden van de Abdij van Park, het oefenveld van het militair domein, het park en de boomgaard rond het Sint Albertuscollege, de Abdij van Park en het park op de Philipssite maken eveneens deel uit van het openruimtegebied. Het zijn ecologisch waardevolle ruimten met elk een specifiek karakter die elk een schakel zijn in een belangrijke groencorridor. Het specifieke plangebied werd vroeger al gebruikt als sportveld voor de militairen (cf. tennisvelden), naast het oefenterrein zelf, en heeft in die zin al langer een recreatieve rol binnen het militair domein. Door herbestemming van het gebied als publiek toegankelijke terreinen voor dagrecreatie en het toelaten van recreatieve sportbeoefening, kan invulling gegeven worden aan de doelstellingen van het sportbeleid van de stad Leuven. Het beschouwde gebied is voldoende groot om een site te ontwikkelen waar drie sportvelden en de nodige ruimte voor bijhorende infrastructuur beschikbaar zijn.

1 .2 B e s t a a nd e v e r k e er s s t r u c t uu r Figuur 6: De Lijn bushaltes (bron: AGIV)

Figuur 7: De Lijn Netplan Leuven De Kerspelstraat met in het verlengde daarvan de Pakenstraat vormt een belangrijke verbindingsweg naar de Geldenaaksebaan (Lokale weg I). Deze laatste is een van de invalswegen naar de Leuvense binnenstad. De Pakenstraat, de Kerspelstraat en Hertogstraat (lokale weg IIa) worden vaak gebruikt als verbinding richting Researchpark Haasrode. De terreinen zijn goed bereikbaar via de Meerdaalboslaan, dewelke bereikbaar is via de E40, Tiensesteenweg en de Geldenaaksebaan vanuit de richting Bierbeek, en vanuit de richting van de Naamsesteenweg. De bereikbaarheid per fiets en met het openbaar vervoer is momenteel goed en zal in de toekomst mogelijks nog verbeteren na het afronden van de studie van het fietstraject Leuven – Industrieterrein met een aftakking naar de Ambachtenlaan – Sint-Albertuscollege – H Hartinstituut. In de nabije omgeving van het plangebied bevinden zich 3 bushaltes:

Heverlee Kazerne (H.Hartinstituut), op de Kerspelstraat aan het plangebied.

Heverlee Kriekenboslaan, 200 m verderop noordwaarts aan kruispunt met Sparrendreef

Page 7: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 7

Heverlee De Hemptinne, aan de Hertogstraat, ca. 500 m van het kruispunt Hertogstraat-Kerspelstraat.

Op 3 km via Geldenaaksebaan en de vesten situeert zich het station van Leuven. Van hier uit zijn er elk uur meerdere treinen die richting Brussel, Antwerpen, Hasselt of Luik rijden. De Kerspelstraat en Hertogstraat worden door 3 buslijnen bediend:

Buslijn 4: Herent - Leuven - Haasrode - Brabanthal

Buslijn 5: Wakkerzeel - Wijgmaal - Leuven - Vaalbeek

Buslijn 6 Wijgmaal-Leuven-Neervelp-Hoegaarden Vanaf de bushaltes zijn er voetpaden voorzien naar de in- en uitgang van het projectgebied. Naar de oversteekbaarheid stellen zich geen problemen. Parkeren In de omgeving zijn er verschillende publieke parkeerplaatsen aanwezig. Langs de Kerspelstraat en Hertogstraat kan er geparkeerd worden. Aanpak knelpunten verkeersafwikkeling Tijdens de spitsperiode doen er zich problemen voor op de Geldenaaksebaan. De doorstroming van het openbaar vervoer en het verkeer in het algemeen worden in de nabije toekomst verbeterd. Ook het fietsnetwerk wordt uitgebreid. Het in gebruik nemen van het plangebied voor sportactiviteiten, zoals de hockeysport met een club van ongeveer 600 leden, brengt bijkomend verkeer met zich mee. De nabijgelegen Kriekenboswijk krijgt al wat parkeerdruk te verwerken omwille van het Heilig Hartinstituut. De Koninklijke Hockey Club Leuven (KHCL) heeft hiervoor al een aantal engagementen aangegaan naar de buurt, zoals het verplaatsen van de toegang van de parking naar de Hertogstraat, het doortrekken van de reeds voorziene groenbuffer, het voorzien van voldoende fietsenparkings, het aanpassen van de aanvangsuren van de trainingen (in afstemming met de spitsuren van het schoolverkeer) en het promoten van de verplaatsingen per fiets en openbaar vervoer bij de leden (zie verder). Om een vlotte verkeersafwikkeling te garanderen en de parkeeroverlast voor de achterliggende Kriekenboswijk te beperken, werden de engagementen bovendien verankerd als voorwaarde in de stedenbouwkundige vergunning.

1 .3 B o d em o nd e r z o eke n Figuur 8: Bodemkaart – bodemtypes

Figuur 9: Bodemdossierinformatie OVAM Het plangebied is gelegen op een hoogte van ongeveer 52 m boven de zeespiegel in een sterk glooiend landschap (40 m tot 57 m in de nabije omgeving). Deze heuvels ontstonden doordat het door de zee afgezette zand (Diestiaanzanden) in een later tijdperk met een laag eolisch materiaal (windafzetting) werd afgedekt. De zandige ondergrond bepaalt de topografie en de waterhuishouding van het gebied. Het volledige plangebied wordt op de bodemkaart van de Dienst Ondergrond Vlaanderen (DOV) aangeduid als ‘OT’ of ‘sterk vergraven gronden’. De bodemkaart geeft dus voor het gebied en de ruime omgeving aan dat er vooral verstoorde gronden te vinden zijn. In de praktijk blijkt het vooral te gaan om zandleemgronden die eveneens in de wijde omgeving worden aangetroffen.

Informatie betreffende bodemonderzoeken is terug te vinden bij het geoloket van OVAM (http://services.ovam.be/geoloket). De bodemdossierinformatie van OVAM geeft aan dat er binnen het plangebied een of meerdere bodemsaneringsprojecten van geheel of gedeeltelijke verontreiniging werden afgerond bij OVAM (eindverklaring). Het dossiernummer is: 34089.0 conf: OBO,BBO,BSP,EEO laatste: EEO-2014.

Page 8: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 8

1 .4 W a t e r t o e t s : ov e rs t r o mi n g s - e n i n f i l t r a t i e g e v o el i g h ei d

Figuur 10: Watertoetskaart - Overstromingsgevoelige gebieden (2014) Figuur 11: Watertoetskaart - Grondwaterstromingsgevoelige gebieden

Figuur 13: Watertoetskaart - Infiltratiegevoelige gebieden

Het plangebied is gelegen in het Dijlebekken, meerbepaald het deelbekken van de Molenbeek. Er is verder geen specifieke informatie beschikbaar over de waterhuishouding van het gebied in functie van de omliggende, en meerbepaald het achterliggende groengebied. In elk geval is het aangewezen om omwille van de mogelijke interactie tussen beide gebieden om de waterhuishouding zo weinig mogelijk te verstoren bij de toekomstige ontwikkeling van het gebied. Uit de watertoetskaarten blijkt dat het gebied niet overstromingsgevoelig is. Bijkomend maakt het noch deel uit van de van nature overstroombare gebieden, noch van de recent overstroomde gebieden, noch is het gelegen in gebied dat overstroombaar is door afstroming. Uit de kaart van de grondwaterstromingsgevoelige gebieden kan worden afgeleid dat het plangebied weinig gevoelig is voor grondwaterstroming. Volgens de kaart van infiltratiegevoelige gebieden (Geopunt Vlaanderen) is het gebied infiltratiegevoelig. In infiltratiegevoelige bodems kan relatief gemakkelijk regenwater infiltreren naar de ondergrond (bv. leembodems). De kaart geeft de ligging weer van deze bodems met infiltratiecapaciteit in Leuven. In lijn met de gewestelijke hemelwaterverordening wil Leuven haar grondwatervoorraad op peil houden door ervoor te zorgen dat voldoende regenwater infiltreert en dat de afvoer ervan via de riolering beperkt blijft. Infiltratie in waterwinningsgebied zone III is mogelijk. De Watergroep definieert enkel type I, II als zones waar infiltratie niet is toegestaan. In het noordoosten van het plangebied is volgens de bodemkaart (bodemverkenner DOV Vlaanderen) een verbuisde boorput (40m diep) aanwezig met pompfilter, als onderdeel van het meetnet 7-winningsputten (in gebruik sinds 19/09/2014). Deze bevindt zich in het grondwaterlichaam Brusseliaan Aquifer (freatisch). Als grondwatersysteem is er melding van het Brulandkrijtsysteem. Voor deze put werd een vergunning bekomen door de KHCL.

2. Juridische toestand

2 .1 G e w e s t p l a n Figuur 16: Gewestplan

Het plangebied valt volgens het gewestplan Leuven, vastgesteld bij het KB van 7 april 1977, volledig in “militair gebied”. Militaire gebieden zijn, overeenkomstig artikel 17 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen en latere wijzigingen, bestemd voor ander grondgebruik. Er werden geen verdere specifieke voorschriften aan het gewestplan verbonden voor dit gebied. De inrichting van dergelijke zones wordt in principe overgelaten aan de militaire overheid, voor zover de gebouwen en installaties betrekking hebben op de militaire functie van het gebied.

2 .2 B i j z on d e r e p l a nne n v a n a a nl e g Binnen het plangebied gelden er geen BPA’s. Grenzend aan het plangebied zijn volgende BPA’s van kracht:

BPA H09c (zijde Kriekenboswijk ten westen)

BPA H03 (zijde Pakenhof ten noorden)

BPA H5 II (zijde sporthal Heverlee ten zuidwesten)

Page 9: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 9

2 .3 R ui m t el i j k e u i tv oe r i n gs p l a nn e n Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Aan het plangebied grenzen geen gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen:

Gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Het plangebied valt binnen de afbakeningslijn van het regionaalstedelijk gebied Leuven. Het departement Ruimte Vlaanderen bereidt het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Afbakening van het regionaalstedelijk gebied Leuven’ momenteel voor. Op vraag van de stad is de bestemmingswijziging van militair domein naar recreatie eveneens meegenomen in het gewestelijk RUP voor de afbakening van het regionaalstedelijk gebied, zoals vermeld in de inleiding.

2 .4 V e r k a v el i n g en Figuur 4: Plan bestaande toestand – opmetingsplan 2011

Binnen het plangebied bevindt zich volgende verkaveling: HEV 061, HEV 129/627. De voorschriften van deze verkaveling zijn overbodig geworden door de voorschriften van de algemene bouwverordening van de stad Leuven en/of de verkaveling reeds werd gerealiseerd. Het RUP heft bovenvermelde verkavelingen dan ook op.

2 .5 B e s ch e r m d e m o nu m e n t e n , s t a ds g ez i ch t e n e n l an d sch a p p e n Figuur 27:Geoportaalkaart Onroerend Erfgoed

Binnen of onmiddellijk aangrenzend aan het plangebied zijn geen beschermde monumenten of beschermde stadsgezichten aanwezig. Het beschermd landschap gevormd door de Abdij van’t Park met omgeving en vijvers is in de ruimere omgeving gelegen, alsook het beschermd landschap van Heverleebos inclusief de Britse militaire begraafplaats. De Inventaris van het Onroerend Erfgoed is nog niet beschikbaar voor Heverlee, zodat de erfgoedwaarden nog niet formeel zijn geïnventariseerd. Het plangebied bevat geen relictzones, puntrelicten en ankerplaatsen opgenomen in de landschapsatlas.

2 .6 H a b i t a t - e n v og e l r i c h t l i j n figuur 17: Vogelrichtlijnen- en habitatrichtlijngebieden

Het plangebied bevindt zich noch in een vogelrichtlijngebied, noch in een habitatrichtlijngebied. Het dichtst bijzijnde vogelrichtlijn- of habitatrichtlijngebied bevindt zich in vogelvlucht op ongeveer 1 km ten zuiden van het plangebied ter hoogte van Heverleebos (habitatrichtlijngebied).

2 .7 W a t e r w i nn i n g s g eb i ed e n Figuur 15: Beschermingszone waterwingebieden

Het plangebied is gelegen in het waterwinningsgebied Abdij-Cadol, zone 3.

Page 10: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 10

2 .8 A t l a s d e r b u u r t we g e n Figuur 28: Buurtwegenatlas

Binnen het plangebied bevinden zich volgende buurt- en voetwegen opgenomen in de atlas der buurtwegen: - Pad nr. 8 (Hertogstraat) - Pad nr. 21 (Kerspelstraat) - Pad nr. 9 (Milseweg)

3. Relatie met de ruimteli jke structuurplannen (RSV, RSVB en RSL)

Zowel het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV), het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant (RSVB), als het Ruimtelijk Structuurplan Leuven (RSL) worden momenteel herzien. Voor het beoogde RUP blijven deze planinstrumenten echter de referentie, al wordt wel rekening gehouden met eventuele geactualiseerde visies zolang ze niet in tegenspraak zijn met de structuurplannen. Parallel loopt tevens het afbakeningsproces van het regionaalstedelijk gebied Leuven.

3 .1 V e r k e e r s s t ru c t u ur

3.1.1 RSV, RSVB en het stedelijk afbakeningsproces

Het gewest en de provincie pleiten voor het selectief auto-arm maken van de stedelijke gebieden via een geschikt locatiebeleid, een gericht vergunningenbeleid in verband met parkeervoorzieningen, het stimuleren van zachte vervoersvormen en dergelijke. Algemeen wordt er gestreefd naar een duurzame mobiliteit vanuit een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de economische, sociale en ecologische componenten ten volle onderkend worden. Door het versterken van alternatieven voor het wegverkeer (multimodaliteit) en de verbeterde verbinding van de modi (intermodaliteit) blijft de mobiliteit beheersbaar. In het bijzonder wenst de provincie de intermodaliteit tussen fiets en openbaar vervoer te versterken.

3.1.2 RSL figuur 20: gewenste spoorinfrastructuur in Leuven (RSL fig. 2.14)

figuur 21: selectie van businfrastructuur in Leuven (RSL fig. 2.15a) figuur 22: selectie van fietsinfrastructuur in Leuven (RSL fig. 2.16)

figuur 23: wegencategorisering in Leuven (RSL fig. 2.17) Bij de ontwikkeling van regionale spoorverbindingen (cf. Regionet Leuven) wordt aan Research Park Haasrode de bouw van een halte overwogen. Ter ontlasting van het busstation op het Martelarenplein, kan capaciteit worden vrijgemaakt door bussen die “bufferen” af te leiden naar een andere eindhalte in de omgeving. Concrete plannen zijn er onder meer voor een secundair busstation op de Parkpoort. Philipssite/Parkpoort wordt immers geselecteerd als halte voor een uit te bouwen stedelijke snelbuslijn of joblijn. Ze verbinden aan hoge commerciële snelheid de voornaamste herkomst- en bestemmingspunten die buiten de binnenstad gelegen zijn. De Geldenaaksebaan wordt als halte geselecteerd voor de ontwikkeling van een cirkelvormige stadslijn. Deze lijnen zijn ontsluitende lijnen die zich in het stedelijk gebied buiten de binnenstad ontwikkelen. Zij zorgen voor een rechtstreekse, onderlinge ontsluiting van de woonkernen ronde de binnenstad, maar ook voor een relatie met de nieuwe ontwikkelingen buiten het centrum.

Page 11: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 11

Voor de regionale snelbuslijn, in dit geval Hoegaarden-Bierbeek-Leuven dewelke halteert aan het militair domein, en de nieuwe joblijn naar Haasrode, moet op de Geldenaaksebaan de doorstroming voor het busverkeer worden gegarandeerd. Dat past ook in een verbeterde ontsluiting van Research Park Haasrode met het openbaar vervoer. Dat is bvb. mogelijk door de invoering van toeritdosering voor het autoverkeer. Vanaf het busknooppunt Parkpoort leidt het traject over de vesten tot het station Leuven. Parkpoort is geselecteerd als knooppunt bus-trein waar een groot aantal lijnen verknopen. De grote toestroom van reizigers verantwoorden de noodzakelijke investeringen. Nabijgelegen ligt een provinciale fietsroute “waarop bovenlokaal fietsverkeer vanuit de regio naar bestemmingslocaties in Leuven gebundeld worden op een veilige en comfortabele infrastructuur” en verbindt de binnenstad met het Abdij van Park en verder door naar het industrieterrein van Haasrode. Verschillende routes zijn geselecteerd als stedelijke fietsroute “waarop het fietsverkeer binnen de agglomeratie gebundeld wordt op een veilige en comfortabele infrastructuur”. Momenteel wordt het fietsroutenetwerk verfijnd aan de hand van het specifieke Fietsbeleidsplan in opmaak. De Milseweg grenzend aan het militair oefenterrein wordt daarin opgenomen in een ruimer fiets- en wandelnetwerk. Ook de uitbouw van fietsverbindingen tussen onder meer H.Hartinstituut, de Vesten en Haasrode zullen zorgen voor optimale fietsontsluiting van het plangebied. De Vesten (R23B) zijn in het huidige RSL geselecteerd als verbindingswegen met de regio. De Vesten tussen Koning Boudewijnlaan en Artoisplein (bovengrondse secties) zijn daarenboven geselecteerd als doortocht (D2). De Geldenaaksebaan ten noorden van de Meerdaalboslaan (Z8) is geselecteerd als een verzamelweg. Verzamelwegen worden gedefinieerd als “wegen die op wijkniveau verzamelen om het naar het wegennet van een niveau hoger te voeren. Verzamelwegen moeten ingericht worden in functie van de lokale bedieningsfunctie en van de selectieve doorstroming van het wegverkeer. Doorgaand verkeer, dat geen relatie heeft met de wijk, moet in principe worden geweerd.” (RSL, richt.ged.1, § 8.7.5.A, blz. 262). Ten Zuiden van de Meerdaalboslaan is de Geldenaaksebaan (V1) geselecteerd als een van de verbindingswegen met de buurgemeenten. In het stadsdeel zuidelijk plateau zijn geselecteerd als verzamelwegen: Geldenaaksebaan (Z8) (van Ring tot N25); Hertogstraat – Kerspelstraat - Pakenstraat (Z9– Hertogstraat (niet-bewoond deel) – Ambachtenlaan (Z10), Waversebaan (van St.-Lambertusstraat tot Leopold III-laan) (Z11), Leopold III-laan (Z32).

3 .2 G r o e n s t ru c t u u r en l an d s ch a p ss t r u ct u u r

3.2.1 RSV en RSVB

Het RSV stelt dat de stedelijke natuurelementen en randstedelijke groengebieden, omwille van hun belang

voor de stedelijke leefbaarheid, moeten behouden en ontwikkeld worden. De randstedelijke gebieden binnen

het stedelijk gebied komen in aanmerking voor de aanleg van bossen, uitbouw van parkgebieden en stedelijke

groenprojecten. Vervolgens stelt het RSV dat de stedelijke landbouw een eigen karakter heeft en de nodige

ontwikkelingsmogelijkheden moet behouden, rekening houdend met de draagkracht van het stedelijk gebied

en de andere ontwikkelingsperspectieven voor de stedelijke gebieden.

De provincie onderkent in haar structuurplan de verscheidenheid in vorm, functie en samenstelling van de

openruimtefragmenten. Ze wenst hierop in te spelen door middel van een gedifferentieerd openruimtebeleid.

De provincie wenst deze verschillende openruimtefragmenten onderling te verbinden via een fijnmazig

netwerk en beoogt een openruimtegeheel bestaande uit verscheidene componenten. Vervolgens stelt de

provincie dat in landbouwgebieden in de omgeving van de verstedelijkte gebieden het behoud van een open

landschap zeer belangrijk is, en dat activiteiten die samenhangen met het stedelijk gebeuren, mogelijk zijn. Ze

onderkent eveneens de belangrijke rol van de landbouw voor de vrijwaring van de open ruimte en het beheer

ervan. Tenslotte wenst de provincie bijzondere geomorfologisch-landschappelijke reliëfelementen veilig te

stellen en op te waarderen en ook de klassieke landschapspatronen te herstellen of in stand te houden.

Page 12: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 12

3.2.2 RSL Figuur 18: selectie van openruimtegebieden in Leuven (RSL, fig. 2.05)

In navolging van het RSV is er in het bestaande RSL een selectie gemaakt van de waardevolle openruimtegebieden. Binnen de selectie is een categorisering vooropgesteld waaraan verschillende ontwikkelingsperspectieven zijn gekoppeld. In de bindende bepalingen zijn verschillende groencorridors geselecteerd, waaronder ook de verbinding tussen Heverleebos en Meerdaalwoud (C11), opeenvolgende verbindingen tussen Heverleebos en Abdij van Park (C12), en de verbinding tussen de Abdij van Park en het oostelijk deel van de Molenbeek-Bierbeekvallei (C13). Het RSL selecteert het militair oefenterrein als openruimtegebied met natuur als hoofdfunctie, waar de natuurwaarde nevengeschikt is aan de gebruikswaarde (O24). Deze visie laat dus ruimte voor recreatieve gebruiksfuncties zoals sportvelden, gezien deze de gebruikswaarde van de open ruimte ondersteunen. In de verwachte herziening van het RSL zal er verder en nadrukkelijker worden ingezet op zowel de recreatieve functie als de corridorfunctie van deze open ruimten, met respect voor de natuurwaarden.

3 .3 E c o no mi s ch e e n ce n t r u m s t ru c t u u r

3.3.1 RSV en RSVB Binnen het RSV wordt Leuven geselecteerd als regionaal stedelijk gebied. Leuven maakt ook deel uit van het centraal stedelijk netwerk Antwerpen-Gent-Brussel-Leuven, of de zogenaamde “Vlaamse Ruit” en komt prioritair in aanmerking om een deel van de toekomstige noden inzake economische ontwikkeling op te vangen. De ontwikkelingsperspectieven voor stedelijke gebieden bevatten o.m. het versterken van de multifunctionaliteit (door verweving kan de sociale, economische en culturele slagkracht en dynamiek van het stedelijk gebied ten goede komen).

3.3.2 RSL Figuur 19: selectie van economische en multifunctionele gebieden (RSL fig. 2.12)

Het militair domein werd in het RSL niet geselecteerd als een specifieke economische of multifunctionele zone. Naburige multifunctionele gebieden zijn wel het H. Hartinstituut (Campus Heilig Hart, C4) en Haasrode (Bedrijventerreinen BT1 en BT2). Haasrode wordt nu ook uitgebouwd als multifunctionele campus (UCLL). Bij herziening van het RSL wordt het plangebied evenwel versterkt als cluster voor recreatieve voorzieningen in openruimtegebied. Het spreekt voor zich dat er een bepaalde wisselwerking zal optreden met de vermelde multifunctionele gebieden in de direkte omgeving.

Page 13: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 13

3 .4 G e bi e d s g e r i ch t e b e p al i n g e n i n h e t R S L

3.4.1 Deelruimte Park – militair domein Figuur 24: ruimtelijke concepten en gewenste ruimtelijke structuur

deelruimte Park-Militair domein (RSL fig. 2.35) Visie

Het RSL stelt algemeen dat ‘het militair domein binnen het gebied een belangrijke stapsteenfunctie heeft ten

opzichte van Heverleebos’. De verschillende open ruimten ten zuiden van de campus Heilig Hart, het militair

domein, Parkveld, het St- Albertuscollege, de Abdij van Park en de Philipssite vormen een groene keten die

Heverlee en Haasrode duidelijk van elkaar scheidt. De ruimte in deze keten werkt in haar geheel als een buffer.

Voor de deelruimte Park-Militair domein wordt een eigen ruimtelijk wensbeeld uitgewerkt (RSL richt.ged. 2 §

11.4, blz. 93 e.v.). Dit wensbeeld is gebaseerd op volgende vier elementen van visie:

1. Consolidatie van de landschappelijk waardevolle open ruimte

2. Beheersing van de verkeersdruk

3. Versterking van de belevingswaarde

4. Behoud van de grootschalige functies

Wat de belevingswaarde betreft, vermeldt het RSL dat de groene en open ruimte van de deelruimte Park –

Militair domein onmiskenbare landschappelijke en natuurlijke kwaliteiten heeft, maar slechts een minimaal

recreatief gebruik kent. De versterking van de belevingswaarde van de open ruimte kan een meerwaarde

betekenen voor de hele stad.

Wat betreft punt 4, stelt het RSL dat de druk op de open ruimte in deze deelruimte ten dele kan worden

afgewenteld, indien de open ruimte een zeker "nut" heeft door deze te koppelen aan de in het gebied

aanwezige grootschalige functies (Heilig Hart, militair domein, St.-Albertuscollege, Abdij van Park,

kantoorontwikkeling op de Philipssite). Concepten en ontwikkelingsperspectieven

Volgende ruimtelijke concepten liggen aan de basis van de gewenste ruimtelijke structuur voor de deelruimte

Park-Militair domein:

1. De open ruimten tussen Heverlee en Haasrode dienen als ‘schokdempers’ voor ruimtelijke uitdeining

van de bestaande bebouwing.

2. Groene stapstenen vormen een verbinding tussen Heverleebos en de Molenbeek-Bierbeekvallei.

3. Eigen karakter van de openruimtegebieden behouden. Als ontwikkelingsperspectief voor het

oefenveld van het militair domein, bepaalt het RSL dat dit zijn groen karakter dient te behouden. Het

aandeel verharde ruimte mag niet verder toenemen. Indien mogelijk zou het oefenveld op termijn

(minstens gedeeltelijk) publiek toegankelijk moeten worden, in het bijzonder als speelruimte voor

jeugdverenigingen.

4. Grootschalige functie als zwaartepunt van elke stapsteen. Binnen elk van de stapstenen (uitgezonderd

tussen Geldenaaksebaan en Milseweg) bestaat vandaag een grootschalige functie die zich integreert in

de groene ruimte. Elke open ruimte wordt vanuit de aanwezige grootschalige functie op een specifieke

manier passief of actief beleefd.

Page 14: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 14

Het concept geeft aan dat de bebouwde zone van het militair domein zich tot de huidige perimeter

tussen de Hertogstraat en de Kerspelstraat zou moeten beperken. Het oefenveld en de resterende

landbouwgronden ten oosten van de Kerspelstraat worden bij voorkeur niet bebouwd. De

infrastructuur en de open ruimte binnen de bebouwde zone zou maximaal landschappelijk

geïntegreerd moeten worden. Er zou een ecologische verbinding doorheen de bebouwde zone

moeten gecreëerd worden.

4. Nulalternatief Zonder het RUP ‘Sportvelden Heverlee’ worden de ontwikkelingsperspectieven van het plangebied bepaald door het gewestplan en de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

5. Alternatieven voor het plan Het beoogde RUP geeft mee uitvoering aan enkele doelstellingen geformuleerd in het RSL. De relatie van het plan met het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan werd reeds eerder in voorliggende screening toegelicht. Bij de opmaak van het RSL werden verschillende alternatieven tegen elkaar afgewogen. Er vond in kader van dit planningsproces dan ook geen uitgebreid alternatievenonderzoek. Bij de bespreking van mogelijke effecten vindt wel een toetsing plaats t.a.v. het nulalternatief. Hierin wordt het scenario geschetst van de ontwikkeling van het gebied bij het uitblijven van het planningsinitiatief. Dit komt neer op het verder invullen binnen het gewestplan. Enkele alternatieven gerelateerd aan de infrastructurele uitbouw van de recreatieve cluster, met name de parking, werden wel afgetoetst. Voor de inplanting van de parking werden, naast de parkeermogelijkheden binnen het plangebied zelf, volgende drie opties bekeken:

1. Nieuwe parking op het deel van Stade Chomé dat nu als (verwaarloosd) militair domein behouden blijft. De aanvoerroute hiervoor is E40 – Ambachtenlaan – Hertogstraat

2. Bestaande (ruime)parking Sporthal KHLeuven, op wandelafstand van Stade Chomé, wordt als bestaande capaciteit niet ten volle benut.

3. Bestaande parking tegenover Kazerne de Hemptinne, op wandelafstand van Stade Chomé, wordt nauwelijks benut en ligt aan de aangewezen aanvoerroute.

Het gebruik van deze locaties is echter afhankelijk van derden en veronderstelt een akkoord van de KHL of van Defensie. Gezien deze onzekerheid werd ervoor geopteerd om de dagelijkse parkeerbehoefte op te vangen binnen het plangebied (zie verder in §8.6). Op drukke momenten (grotere jaarlijkse sportevenementen bvb.) bieden deze alternatieve parkeerzones een goede buffer om de parkeerdruk op de wijk op te vangen. De nodige afspraken hierover met KHL en/of Defensie kunnen worden gemaakt voorafgaand aan zulke evenementen. Voor de inrit van de parking werden twee alternatieven tegen elkaar afgewogen. In het RUP zal bepaald worden dat er slechts 1 enkele in- en uitgang langs de Hertogstraat mag worden voorzien (optie 2 onderaan, zie ook §8.6). Deze locatie kan als volgt gemotiveerd worden:

1. Een eventuele toegang via de Kerspelstraat zou ter hoogte van een bushalteplaats liggen wat een negatieve invloed heeft op de zichtbaarheid. Indien de parking dan volzet zou zijn, zullen de bestuurders al aan de zijde van de Kerspelstraat zijn en zullen zij eerder de wijk inrijden om een parkeerplaats te zoeken. Dat laatste heeft een negatief effect voor de bewoners van de wijk.

2 . De toegang organiseren via de Hertogstraat ligt iets korter op het kruispunt maar niet van die aard dat het voor een verkeersinfarct op het kruispunt kan zorgen. De personen komende vanuit de richting Meerdaalboslaan kunnen direct de parking oprijden en komen niet op het kruispunt. Zij gaan bij een volzette parking niet onmiddellijk de wijk inrijden. Toegang van de parking via de Hertogstraat blijkt dus het betere alternatief dat ook zo zal worden opgelegd in het RUP.

Page 15: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 15

6. Motivatie screening plan-m.e.r. -pl icht

Nieuwe ontwikkelingen die een project uit bijlage I (overeenkomstig artikel 4.3.2., § 1, MB 10/12/04) inhouden, worden in het RUP uitgesloten. Een toetsing aan de criteria van bijlage I is dan ook overbodig. De voorliggende plannen die als basis dienen voor de opmaak van het RUP vallen ook niet onder de criteria van bijlage II (overeenkomstig artikel 4.3.2., § 1, MB 10/12/04) en in het bijzonder ook niet onder de criteria voor stadsontwikkelingsprojecten van deze bijlage: 1) De woonontwikkeling ligt ruimschoots onder de grens van 1.000 woongelegenheden 2) De brutovloeroppervlakte van de handelsfunctie die wordt toegelaten ligt onder de grens van 5.000m² 3) De verkeersgenererende werking is lager dan 1.000 personenauto-equivalenten per tijdsblok van 2 uur. Het RUP vormt een kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in bijlage I, II of III van het project-m.e.r.-besluit van 10 december 2004, namelijk voor een project opgesomd in rubriek 10 van bijlage bij omzendbrief 2011/1. Het plan vormt het kader voor project onder bijlage III 10b. Het RUP bepaalt echter het gebruik van een klein gebied op lokaal niveau of houdt een kleine wijziging in ten opzichte van het huidige juridisch kader (in navolging van het RSL). Het RUP beoogt immers een wijziging van louter militaire recreatie naar burgerrecreatie en wijkt in die zin niet veel af van de bestaande situatie. Het plangebied betreft een klein terrein in openruimtegebied. Bijgevolg is het RUP screeningsgerechtigd. In de onmiddellijke omgeving van en binnen het plangebied bevindt zich geen habitat- of vogelrichtlijngebied, zodat er geen passende beoordeling vereist is. Gezien de aard en de reikwijdte van de milieueffecten van het voorgenomen plan worden er, mede door de afstand, geen directe of indirecte betekenisvolle effecten verwacht op de speciale beschermingszones, waardoor voor dit RUP eveneens geen passende beoordeling vereist is. Uit bovenstaande kan besloten worden dat het plan niet van rechtswege plan-MER-plichtig is, waardoor het plan aan een screening naar aanzienlijke milieueffecten onderworpen wordt.

7. Methodologie screening Per milieudiscipline wordt een kwalitatieve beschrijving en beoordeling gemaakt van de effecten van het voorgenomen plan gebaseerd op basis van gegevens van de stad Leuven en deze te vinden op de websites van de Vlaamse Overheid. Waar mogelijk worden milderende maatregelen vooropgesteld.

Page 16: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 16

8. Screening

Grens- of gewestgrensoverschrijdende effecten

Er worden geen grens- of gewestgrensoverschrijdende effecten verwacht ten gevolge van voorgenomen plan.

8 .1 F a un a e n f l o r a Figuur 25: Biologische waarderingskaart

Biologische waarderingskaart De biologische waarderingskaart geeft aan dat de terreinen binnen het plangebied biologisch minder waardevol zijn. Het grootste centrale deel van het bestaande sportveld ligt immers onder een zeer frequent gemaaide, soortenarme grasmat. De sportfunctie vereist een zeer sterke en goed betreedbare grasmat welke meestal bestaat uit grotendeels Engels Raaigras (Lolium perenne), eventueel aangevuld met een zeer beperkt aantal soorten andere soorten, afhankelijk van de bodemgesteldheid en het gebruik. De perceelsranden worden echter wel als biologisch waardevol omschreven, met name de houtkant/bomenrij tussen het sportterrein en het achter- en naastgelegen militaire domein. Deze bestaat vooral hoogstammige bomen (Kers (Prunus spp.), Zomereik (Quercus robur),…) met een ondergroei van Zomerlinde (Tilia platyphyllos), kornoelje (Cornus spp.), Vogelkers (Prunus padus) Boswilg (Salix caprea) in de vochtigere gebieden. Waar aanwezig kenmerkt de kruidlaag zich ook door een hoge diversiteit aan planten en insecten. Zoals wel vaker het geval is bij (extensief) gebruikte militaire domeinen herbergt het achterliggende militair domein zeer interessante natuurwaarden: Braam- en Sleedoorstruwelen afgewisseld met open plekken met grasachtige vegetaties en perceeleenheden onder bos- en struikachtige vegetaties met ook een biologisch interessante kruidlaag. Het oefenterrein is dan ook aangeduid als “complex van biologisch waardevolle en zeer waardevolle elementen” op de biologische waarderingskaart. Het is aangewezen om bij de toekomstige ontwikkeling van het stadion Chomé waar mogelijk rekening te houden met de –zij het beperkt- aanwezige natuurwaarden op het terrein. Op het eigen perceel beperken deze zich vooral tot de achterzijde van het perceel. Door bijvoorbeeld infrastructuur zoveel mogelijk aan de straatzijde te positioneren en zoveel mogelijk van de aanwezige natuurwaarden te behouden, en eventueel te versterken kan de verstoring die de sportvelden veroorzaken zoveel mogelijk worden gebufferd t.o.v. de kern van het achtergelegen groengebied. Aan de straatzijde van het perceel zijn de natuurwaarden immers eerder beperkt, mede door een hogere mate van verstoring. Dat kan door bijvoorbeeld groenbuffers te voorzien met streekeigen, of beter nog autochtoon plantgoed. Groenkaart

Figuur 26: Groenkaart De Groenkaart Vlaanderen 2010 geeft het groen in Vlaanderen weer in functie van het groenbeleid in Vlaanderen. Deze groenkaart is een raster segmentatieclassificatie van de zomervlucht orthofoto’s uit 2009 in opdracht van het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB). Het AGIV voerde hiervoor een segmentatieclassificatie uit van de middenschalige zomervlucht orthofoto’s uit 2009 om een kaart aan te maken met de klassen “Niet groen”, “Landbouw”, “Laag Groen” (minder dan 3m) en “Hoog Groen” (meer dan 3m). Aan de randen van het plangebied zijn er nog enkele hoogstammige bomen. Recent werden hiervan 8 hoogstammige bomen gekapt onder voorwaarden (vergunning bekomen door KHCL op 16/10/2015) De vergunning werd afgegeven onder de volgende voorwaarden, tevens opgenomen in het advies van het Agentschap voor Natuur en Bos (in de brief van 13/08/2015) De voorwaarden m.b.t. het kappen van 5 bomen niet in bosverband:

• Alle andere bomen en struiken op het perceel dienen gespaard te worden. • De werken worden uitgevoerd buiten het broedseizoen (in de periode tussen 1 maart en

1 juli).

Page 17: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 17

• Na het kappen van de hoogstammige bomen in de houtkant, dient deze verder behandeld te worden volgens de Code Goede Natuurpraktijk.

Volgende aanbevelingen/inrichtingsprincipes zullen tevens worden opgenomen in de voorschriften van het RUP:

- Tussen het gebied voor dagrecreatie en het aangrenzende militair domein wordt in een groenbuffer voorzien. De buffer heeft een minimale breedte van 5m en wordt voor ten minste 60% (dicht) beplant met streekeigen struiken en hoogstammige bomen om de sportinfrastructuur te bufferen ten opzichte van de aanliggende natuurwaarden én om de bestaande natuurwaarden aan de achterzijde van het perceel te behouden en te versterken. Van specifiek belang daarbij is het voorkomen van lichtverstrooiing ten gevolge van de lichtmasten naast de sportvelden. De buffering zal tevens ten dienste staan van de functie van het militair domein als leefgebied voor bijvoorbeeld vleermuizen.

- Doortrekken van de voorziene groenbuffer over de ganse lengte van de Kerspelstraat.

- Bebouwing en infrastructuren dienen zoveel mogelijk aan de straatzijde gepositioneerd te worden

Bij vergunning van de hockeyterreinen werden reeds voorwaarden gesteld. In het advies van de Leuvense bouwdienst werd gesteld dat inrichtingsvoorstellen voor de site maximaal rekening dienen te houden met deze buffering. Er wordt een groenbuffer voorzien langs Hertogstraat en Kerspelstraat. Bijkomende groenbuffering op de grens met het militair domein is belangrijk en zal opgelegd worden in het RUP.

Conclusie: Inzake de milieudiscipline fauna en flora worden ten gevolge van voorliggend plan geen significante effecten verwacht.

8 .2 B o d em figuur 8: Bodemkaart - bodemtypes

Figuur 11: Grondwaterstromingsgevoelige gebieden Figuur 12: Erosiegevoelige gebieden

Figuur 14: Bodemerosiekaart Antropogeen Het volledige plangebied wordt op de bodemkaart van de Dienst Ondergrond Vlaanderen (DOV) aangeduid als ‘OT’ of ‘sterk vergraven gronden’. Er valt een beperkte bijkomende verstoring te verwachten door de bouw van nieuwe constructies en de aanleg van verharding voor wegenis. Het effect hiervan zal beperkt zijn. Erosiegevoeligheid Het plangebied bevindt zich niet op erosiegevoelig terrein. In het erosiebestrijdingsplan zijn dus geen maatregelen voorzien in het gebied. Indien alsnog maatregelen zouden genomen moeten worden, sluit het RUP deze niet uit. Grondwaterstromingsgevoeligheid Zoals eerder aangegeven is het plangebied weinig gevoelig voor grondwaterstroming waardoor het effect van ondergrondse constructies op de grondwaterstroming beperkt zal zijn. Het RUP zou de realisatie van ondergrondse bouwlagen niet willen uitsluiten noch willen opleggen. Bij eventuele bemaling van ondergrondse constructies zoals bijvoorbeeld kelders of garages zal de verwachte impact op de grondwaterstroming beperkt zijn. Het toepassen van specifieke bemalingstechnieken kunnen het effect enigszins reduceren. Het verplichten van deze technieken vormt echter geen RUP-materie. Bodemverontreiniging Informatie betreffende bodemonderzoeken is terug te vinden bij het geoloket van OVAM (http://services.ovam.be/geoloket). De bodemdossierinformatie van OVAM geeft aan dat er binnen het plangebied een of meerdere bodemsaneringsprojecten van geheel of gedeeltelijke verontreiniging werden afgerond bij OVAM (eindverklaring).

Page 18: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 18

De wetgeving van het Bodemdecreet, regels van het grondverzet en Vlarebo zijn van toepassing. Bij onteigening van de gronden dienen de bepalingen van het Bodemdecreet te worden gevolgd (artikel 119 en 119bis). Het voorgenomen RUP brengt geen onderzoeksverplichting mee in het kader van het Bodemdecreet. Het ruimtelijk uitvoeringsplan doet geen uitspraken over eventuele bodemonderzoeken of -saneringen en heeft hierop geen effect.

Conclusie: Inzake de discipline bodem worden ten gevolge van voorliggend plan geen significante effecten verwacht.

8 .3 W a t e r Figuur 10: Watertoets - Overstromingsgevoelige gebieden (2014) Figuur 11: Watertoets - Grondwaterstromingsgevoelige gebieden

Figuur 12: Watertoets - Erosiegevoelige gebieden Figuur 13: Watertoets - Infiltratiegevoelige gebieden

Figuur 14: Bodemerosiekaart Figuur 15: Beschermingszone waterwingebieden

Watertoets: Overstromingsgevoeligheid en infiltratiegevoeligheid Het plangebied ligt niet in een recent overstroomd gebied of een overstromingsgebied, zodat in alle redelijkheid kan geoordeeld te worden dat de effecten van de beoogde herbestemming beperkt zullen zijn. Om het effect van de toekomstige exploitatie op de waterhuishouding van de omgeving zoveel mogelijk te beperken zal het gebruik van waterdoorlatende materialen zoveel mogelijk worden gestimuleerd, dit zowel voor de sportvelden als de parking en eventuele andere verharde oppervlakten. Volgende aanbevelingen/inrichtingsprincipes uit het ontwerp afbakeningsRUP zullen worden opgenomen in de voorschriften van het RUP:

- Verhardingen in functie van parkeren en sportterreinen dienen voorzien te worden in waterdoorlatende materialen.

- De niet-waterdoorlatende verharding dient zich te beperken tot de strikt noodzakelijke toegangen en circulatieruimten. De afwatering daarvan gebeurt in naastliggende groenzones waar het water rechtstreeks kan infiltreren.

Gezien het gebied infiltratiegevoelig is, zal er dus voor gezorgd worden dat voldoende regenwater infiltreert en dat de afvoer ervan via de riolering beperkt blijft. Toename van de verharde oppervlakte beperkt immers de infiltratie van het hemelwater in de bodem. Dat wordt gecompenseerd door de plaatsing van hemelwaterputten, overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende stedenbouwkundige verordeningen. Het regenwater dat van de daken van de gebouwen stroomt dient te worden opgevangen en hergebruikt (bijvoorbeeld voor beregening, sanitair,…), of onder- of bovengronds te infiltreren. Bij de berekening van de beregeningsinstallatie dient er bijgevolg rekening gehouden met recuperatie van regenwater van de dakoppervlakte. Het water dat niet gebruikt wordt voor de spoeling van de toiletten dient dus gerecupereerd te worden voor de beregening van de sportvelden. Om die reden hoeft de overloop van de hemelwaterput van de bebouwing (het clubhuis) niet aangesloten te worden op het infiltratiebekken, maar wel op opvangputten voor de beregeningsinstallatie. Daarnaast geldt binnen de zone de bepalingen van de algemene bouwverordening van de stad Leuven. In het beoogde RUP wordt dus aan de infiltratiegevoeligheid van het plangebied tegemoet gekomen door specifieke bepalingen op te nemen waardoor de effecten van nieuwe ontwikkelingen eerder beperkt en niet significant zullen zijn. Om eventuele effecten op onder andere infiltratie te beperken worden inzake hergebruik, infiltratie en buffering van hemelwater de provinciale en gewestelijke regelgeving toegepast.

Page 19: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 19

Zoneringsplan De beperkte bebouwing (clubhuis,..) in het plangebied zal worden aangesloten op het rioleringsstelsel. Het ruimtelijk uitvoeringsplan voorziet t.o.v. de bestaande toestand geen grootschalige nieuwe ontwikkelingen, waardoor het bestaande rioleringsnet voldoet. Waterwinningsgebieden Het plangebied is gelegen in het waterwinningsgebied Abdij-Cadol, en valt binnen een beschermingszone voor waterwinningsgebieden type III. Het Besluit van de Vlaamse Executieve, 27/03/1985, houdende reglementering van de handelingen binnen de watergebieden en de beschermingszones legt voor deze gebieden bepaalde voorwaarden en beperkingen op. In het toelichtende deel van de bepalingen van de zones die hierbinnen vallen wordt naar deze sectorale wetgeving verwezen.

Conclusie: Inzake de milieudiscipline water worden ten gevolge van voorliggend plan geen significante effecten verwacht.

8 .4 L a n ds c h ap , b o u wk u nd i g e r f g o e d en a r c h e ol o g i e

Figuur 27: Geoportaalkaart Onroerend Erfgoed

Landschap en open ruimte Het plangebied bevat geen relictzones, puntrelicten en ankerplaatsen opgenomen in de landschapsatlas. In de omgeving bevinden zich op ca. 1 km afstand van het plangebied twee beschermde landschappen: enerzijds ten zuiden ervan het ‘Heverleebos - Zoet Water - Meerdaal- en Mollendaalbos’ met Britse militaire begraafplaats en anderzijds ten noordoosten ervan de ‘Abdij van Park en omgeving’. Bouwkundig erfgoed Binnen het plangebied bevindt zich geen bouwkundig erfgoed. In de omgeving bevindt zich het beschermde H. Hartinsituut, met speelplaats, bakstenen omheiningsmuur en Lindedreef, en de beschermde gebouwen van de Abdij van Park. Archeologie De bodems binnen het plangebied hoofdzakelijk antropogeen. De stad Leuven heeft geen informatie over de aanwezigheid van bijzonder archeologisch patrimonium in de ondergrond. Dit wil echter niet zeggen dat er per definitie geen archeologisch erfgoed aanwezig kan zijn. Het decreet houdende de bescherming van het archeologisch patrimonium van 1993 is van toepassing. Binnen een zeer groot deel van de gebieden die tot op heden niet bebouwd zijn geweest, zal het RUP slechts beperkt bouwmogelijkheden toelaten. Een significant effect op de discipline archeologie valt dan ook niet te verwachten.

Conclusie: Inzake de milieudiscipline landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie worden ten gevolge van voorliggend plan geen significante effecten verwacht.

8 .5 M e n s : so c i o - o rg an i s a t o r i s c h e, r u i m t e l i j k e as p e c t e n e n h i n d e r

Duurzaamheid Verschillende aspecten van duurzaamheid (groendaken, fotovoltaïsche cellen,…) vormen geen onderdeel van het RUP maar worden meegenomen in de besprekingen rond de architecturale uitwerking van de gebouwen en aanleg van de sportvelden. Wijzigingen in bestemming Het plangebied bevindt zich momenteel binnen de gewestplanbestemming ‘militair gebied’ en is bijgevolg bebouwbaar. Via het ruimtelijk uitvoeringsplan wordt het ondergebracht binnen een zone voor dagrecreatie en sportieve activiteiten met bijhorende infrastructuur.

Page 20: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 20

Door het verplichten van onder andere een buffer tussen deze zone en de omliggende woningen en woonstraten (zie bovenaan §8.1), zal de mogelijke hinder beperkt blijven. Het onbenutte en verwaarloosde terrein zal opnieuw in gebruik genomen worden en zal toegankelijk zijn voor een breed publiek, in functie van de beoefening van sportieve activiteiten. Dat zal bijdragen aan een positieve dynamiek in de omgeving. De bestemmingswijziging zet in op het publieke karakter van deze open ruimte, en betekent een opstap naar de verdere uitbouw van kwalitatieve openluchtrecreatie in de omgeving. Hinder Het RUP laat geen activiteiten toe die ten opzichte van de referentietoestand bijkomende hinder zouden veroorzaken. Als referentiekader gelden de Vlarem II normen en voorschriften. Hinderlijke inrichtingen klasse 1 en 2 (Vlarem I) zijn verboden in deze zone. Er worden ten gevolge van voorliggend RUP geen significante effecten verwacht.

Geluid

figuur 29: geluidskaart Lden en Lnight weg- en spoorverkeer Op de geluidsbelastingskaarten, goedgekeurd door de Vlaamse Regering, wordt aangegeven wat de geluidsbelasting is in de omgeving van de belangrijkste wegen en spoorwegen in Vlaanderen. De geluidskaart voor wegverkeer werd opgemaakt voor wegen met meer dan 6 miljoen voertuigpassages per jaar en de spoorwegen met meer dan 60 000 treinpassages per jaar. Het gebied wordt in de huidige situatie hoofdzakelijk belast door de aanwezigheid van lokaal of doorgaand gemotoriseerd verkeer op de Kerspelstraat en Hertogstraat. In voorliggend plan heeft de wijziging echter enkel betrekking op een deel van het gebied dat geen significante hinder van het wegverkeer ondervind. Omdat de spoorweg een stuk verder gelegen is dan het plangebied is de geluidsbelasting van het plangebied vanwege het spoorverkeer zowel voor Lden als voor Lnight zeer beperkt. Het ruimtelijk uitvoeringsplan laat geen lawaaiproducerende activiteiten toe. Ten opzichte van de huidige situatie worden er door voorliggend plan een eventuele lichte verhoging van het aantal verplaatsingen mogelijk. Een toename van het aantal verplaatsingen van gemotoriseerd verkeer gelinkt aan voorgenomen plan wordt beperkt gehouden via een reeks maatregelen, waarover verder sprake en dewelke in de actuele vergunning als voorwaarde werden gesteld. Deze zullen tevens als randvoorwaarde gelden in het RUP. De mogelijke bebouwing zal dienst doen voor een specifieke doelgroep, namelijk in dit geval de beoefenaars van de hockeysport en/of andere vormen van open luchtrecreatie. Binnen het plangebied zullen geen lawaaiproducerende activiteiten toegelaten worden. Slechts een eventuele lichte verhoging van het aantal verplaatsingen ten gevolge van voorgenomen plan is mogelijk. Inzake geluid worden dan ook geen significante effecten verwacht.

Lucht

In de huidige situatie kunnen we uit de gegevens van de Vlaamse Milieumaatschappij, die de luchtkwaliteit in Vlaanderen in beeld heeft gebracht, afleiden dat in de huidige situatie het plangebied gekenmerkt wordt van een goede luchtkwaliteit. Binnen het voorgenomen plan zijn, ten opzichte van de huidige situatie, slechts beperkt nieuwe verkeersgenererende ontwikkelingen mogelijk. Gezien de verkeersmilderende maatregelen dewelke in het RUP als voorwaarde zullen worden gesteld (zie verder), wordt geen grote toename van het aantal verplaatsingen van gemotoriseerd verkeer gelinkt aan voorgenomen plan verwacht, waardoor de verkeersemissies dan ook slechts beperkt zullen toenemen. Wat betreft de impact van de emissies gebouwverwarming, zullen nieuw op te richten gebouwen moeten voldoen aan de recente EPB-regelgeving. Dit zou moeten leiden tot beter geïsoleerde gebouwen en dus een beperktere emissie.

Page 21: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 21

Gezondheid en veiligheid Figuur 30: Overzicht SEVESO-bedrijven binnen perimeter van 2 km

Het RUP omvat geen bestaande Seveso-bedrijvigheid.Er bevinden zich drie laagdrempelige Seveso-bedrijven binnen of net op de rand van een straal van 2 km rond het plangebied: JSR Micro (Technologielaan 8, 3001 Heverlee), VWR International (Geldenaaksebaan 464, 3001 Heverlee) en Imec (Kapeldreef 75, 3001 Heverlee) Het RUP laat geen toekomstige Seveso-bedrijvigheid toe. Er zijn geen uitgesproken negatieve effecten op de gezondheid of veiligheid van de mens (omwonenden en eventuele toekomstige bewoners) te verwachten. Het RUP laat verder geen activiteiten toe die ten opzichte van de referentietoestand aanzienlijke bijkomende hinder zouden veroorzaken.

Conclusie: Inzake de discipline mens: socio-organisatorische, ruimtelijke aspecten, hinder, lucht, geluid en externe veiligheid worden ten gevolge van voorliggend plan geen significante effecten verwacht.

8 .6 M e n s : mo bi l i t e i t Zacht verkeer Langsheen het gebied en in de direkte nabijheid zijn er verschillende fietsverbindingen aanwezig, dewelke worden versterkt in het actuele fietsbeleid van de stad Leuven. In het RUP worden naar toegankelijkheid van de terreinen de nodige bepalingen opgenomen voor een goede doorwaadbaarheid van de terreinen en een optimale ontsluiting aan het zacht verkeernetwerk. Er dient ook voldoende fietsenparking te worden voorzien op het terrein. Gemotoriseerd verkeer en parkeren In het kennisgevingsdossier van de plan-MER voor het GRUP (juni 2015) wordt al aangegeven dat “er geen bijkomende verkeersgeneratie wordt verwacht tijdens de ochtend- en avondspits. Het gaat hier immers over een wijziging van louter militaire recreatie naar burgerrecreatie. Verwacht wordt dat er slechts een verwaarloosbaar verkeers-, verkeersleefbaarheid- en verkeersveiligheidseffect zal optreden”. De omliggende straten hebben een ontsluitende functie voor meerdere publieke infrastructuren in de omgeving en worden slechts ondergeschikt bijkomend belast, alternerend in de tijd met de aanwezige scholen. De omliggende straten kennen een grote verkeersintensiteit maar geen congestieproblematiek. Deze situatie maakt dat er een voldoende draagkracht bestaat om ook de sportvelden te bedienen. Het bijkomende verkeer is beperkt tegenover de al bestaande verkeersstromen, temeer daar de sportvelden buiten de schooluren functioneren en er een zekere complementariteit is met de schoolinfrastructuur in de onmiddellijke omgeving. De meest essentiële wijziging die zal plaatsvinden is dat de recreatieve infrastructuur meer publiekstrekkend zal worden dan een infrastructuur die enkel op de militairen is gericht. Dat brengt een gewijzigd mobiliteitsprofiel en een gewijzigde parkeerbehoefte met zich mee. Wat betreft de behoefte aan fietsenstallingen en autoparkeerplaatsen is deze verschillend naargelang de aard van de sport. De dimensionering ervan kan zich beperken en zich richten op de gekende behoeftes vanuit andere spellocaties van de sportclubs. Vanuit de geplande activiteiten en evenementen van een hockeyclub kan een parking volstaan van 60 plaatsen. Langs de Hertogstraat bevindt zich ook op het militair domein nog een publiek toegankelijke parking die mogelijke piekmomenten kan ondervangen (zie eerder §5). Aldus is er geen afwenteling op het openbaar domein ter hoogte van de aanpalende woonwijk aan de overzijde van de Kerspelstraat. Eerder werd al vermeld dat er naar verkeersgeneratie verschillende randvoorwaarden in het RUP zullen worden gesteld, dewelke de reeds genomen maatregelen hierrond zullen bestendigen en versterken.

Page 22: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 22

Het betreft volgende maatregelen:

- Slechts 1 enkele toegang voor de parking te voorzien, te situeren langs de Hertogstraat, met het oog op het beperken van verkeersoverlast en van mogelijke conflictsituaties.

- Sportclubs dienen naast het stimuleren van het gebruik van zachte modi (te voet, fiets,..) ook het gebruik van openbaar vervoer te promoten.

- Sportclubs die van de sportterreinen gebruik zullen maken, moeten rekening houden met de ‘spitsuren’ veroorzaakt door het schoolverkeer van het Heilig Hart Heverlee bij de planning van de trainingen van de ploegen met jonge spelers, d.w.z. ten vroegste vanaf 13u30 op woensdag en 16u45 op andere weekdagen.

- Sportclubs dienen hun leden en bezoekers te sensibiliseren door : o Het toegangsplan en de wegbeschrijving naar de club zoals gepubliceerd op de website op te

stellen enkel vanuit de richting van afrit 23 (Haasrode) – op de E40 en via het industrieterrein. o Ook de bereikbaarheid met het openbaar vervoer te onderstrepen. o Borden te plaatsen bij de ingang van de parking van het complex van de club, waarop de

afgesproken parkeerzones duidelijk zijn aangegeven. Het betreft dan volgende parkeerzones: de Kerspelstraat vanaf de kruising met de Hertogstraat richting het militair kerkhof en de parking langs de Hertogstraat tegenover de kazerne.

o Tijdens wedstrijddagen gebruik te maken van de parking van de hogeschool KHL, zodat parkeren in de woonwijk vermeden wordt (mits toelating bekomen wordt van KH Leuven). Op de aan te leggen parking en op haar toegangswegen dienen de nodige voorzieningen getroffen te worden om wildparkeren te voorkomen.

o Verkeersstewards in te zetten bij het begin van het seizoen (september) en bij grotere evenementen.

Wat betreft de inplanting van de parkings dient de eventuele versnippering van de ruimte te worden vermeden door deze gebundeld en nabij de in- en uitgang t.o.v. de Hertogstraat aan te leggen. Op die manier wordt eveneens de circulatieruimte beperkt. Bijkomend wordt zo vermeden dat delen van het militair domein met een hogere natuurwaarde worden aangesneden. Openbaar vervoer Het RUP regelt geen openbaar vervoerverbindingen. Gezien de ligging van het plangebied nabij goed uitgeruste fietspaden en de aanwezige bushaltes tegenover het gebied zorgen voor een degelijke ontsluiting. Het RUP dient wel aandacht te schenken aan een goede verbinding/ wandelroute tussen enerzijds de sportaccommodatie en anderzijds de voor De Lijn belangrijke bushalte “Heverlee Kazerne”. Voor deze halte is een goede wachtaccommodatie (schuilhuisje, fietsenstalling,...) en voldoende ruimte nodig. Voorts, in functie van de goede doorstroming van de lijnbussen, is grenzend aan het plangebied de herinrichting van het kruispunt Kerspelstraat-Hertogstraat van belang.

Conclusie: Het geheel van maatregelen zorgen inzake de discipline mobiliteit noch voor een negatief, noch voor een positief effect.

Page 23: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 23

9. Besluit MER-screening

Zoals vermeld onder 6§ ‘motivatie screening plan m.e.r.-plicht’ is het RUP screeningsgerechtigd. De vertaling van de concepten naar voorliggend RUP is volledig in navolging van het richtinggevend en bindend gedeelte van het RSL. De herziening van het RSL zoals actueel gepland beoogt hierin geen wijzigingen. In dit screeningsdocument werden de milieudisciplines bodem, water, fauna en flora, landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie, sociaalorganisatorische ruimtelijke aspecten en hinder, mobiliteit, geluid en lucht bestudeerd. De MER-screening werd aangevuld op basis van de opmerkingen van Ruimte Vlaanderen, Sport Vlaanderen (Vlaams sportagentschap, het vroegere BLOSO), LNE, ANB, OVAM, MOW, VVM De Lijn, Onroerend Erfgoed en de provincie Vlaams Brabant. Het plan integreert de nodige maatregelen om te kunnen besluiten dat het plan geen aanzienlijk negatieve effecten heeft. Deze worden bindend vertaald worden in het beoogde RUP, in de stedenbouwkundige voorschriften. Daarnaast worden op basis van de opmerkingen desgevallend bijkomende maatregelen meegenomen bij de verdere uitwerking van het ruimtelijk uitvoeringsplan. Deze maatregelen kunnen suggesties zijn om het plan meer milieuvriendelijk te maken. Algemeen kan uit de ontvangen adviezen afgeleid worden dat de mogelijke gevolgen op het leefmilieu op een correcte wijze in het verzoek tot raadpleging zijn beschreven na opname van bijkomende maatregelen, dat er bijgevolg geen aanzienlijke milieueffecten verwacht worden en bijgevolg volgens de inschatting van de stad Leuven niet plan-MER-plichtig is.

Page 24: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 24

10. Figuren figuur 2 : Situering plangebied in Leuven

Page 25: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 25

Figuur 2: Plan bestaande toestand,luchtfoto

Figuur 3: Topografische kaart

Page 26: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 26

Figuur 2: Plan bestaande toestand, luchtfoto (zoom)

contour plangebied: rode stippellijn

Page 27: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 27

Figuur 4: Plan bestaande toestand- opmeting plangebied 2011

Figuur 5: Plan bestaande toestand- Bingmaps plangebied

Page 28: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 28

figuur 6: De Lijn haltes (Bron: AGIV)

Kriekenboslaan

Schaatsbaan

Kazerne

De Hemptinne

Page 29: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 29

figuur 7: De Lijn netplan Leuven

Page 30: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 30

figuur 8: Bodemkaart - bodemtypes (Bron: AGIV)

OT: sterk vergraven gronden

Page 31: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 31

figuur 9: Bodemdossiers OVAM

Situering plangebied

Page 32: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 32

figuur 10: Watertoets - Overstromingsgevoelige gebieden (2011) (Bron: AGIV)

Page 33: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 33

figuur 11: Watertoets - – Grondwaterstromingsgevoelige gebieden (Bron: AGIV)

Page 34: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 34

figuur 12: Watertoets - erosiegevoelige gebieden (Bron: AGIV)

Page 35: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 35

figuur 13: Watertoets - Infiltratiegevoelige gebieden (Bron: AGIV)

Page 36: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 36

figuur 14: Bodemerosiekaart (Bron: AGIV)

Page 37: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 37

figuur 15: Beschermingszone waterwingebieden (bron: dov.vlaanderen.be)

Plangebied gelegen in beschermingszone III (paars)

Page 38: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 38

figuur 16: Gewestplan (Bron: AGIV)

Page 39: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 39

figuur 17: Vogelrichtlijnen- en habitatrichtlijngebieden. (Bron: Geopunt)

Situering plangebied

Page 40: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 40

figuur 18: selectie van openruimtegebieden in Leuven (RSL fig. 2.05)

Situering plangebied

Page 41: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 41

figuur 19: Selectie van economische en multifunctionele gebieden in Leuven (RSL fig 2.12)

Page 42: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 42

figuur 20: gewenste spoorinfrastructuur in Leuven (RSL fig. 2.14)

Situering plangebied

Page 43: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 43

figuur 21: selectie van businfrastructuur in Leuven (RSL fig. 2.15a)

Situering plangebied

Page 44: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 44

figuur 22: selectie van fietsinfrastructuur in Leuven (RSL fig. 2.16)

Situering plangebied

Page 45: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 45

figuur 23 wegencategorisering in Leuven (RSL fig. 2.17)

Situering plangebied

Page 46: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 46

Figuur 24: ruimtelijke concepten en gewenste ruimtelijke structuur deelruimte Park-Militair domein (RSL fig. 2.35)

Page 47: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 47

figuur 25: Biologische waarderingskaart (Bron: AGIV)

Page 48: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 48

figuur 26: Groenkaart (Bron: AGIV)

Page 49: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 49

figuur 27: Geoportaalkaart Onroerend Erfgoed (Bron: geo.onroerenderfgoed.be)

Situering plangebied

Page 50: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 50

figuur 28: Buurtwegenatlas (Bron: AGIV)

Page 51: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 51

figuur 29: geluidskaart Lden en Lnight weg- en spoorverkeer (bron: www.lne.be, 04/04/2013)

Page 52: GGRH7 Sportvelden Heverlee · Ruimtelijk planner, ir. arch. daan.vantassel@leuven.be . Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Verzoek tot raadpleging: Sportvelden

Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid

Verzoek tot raadpleging: Sportvelden Heverlee 52

figuur 30: Overzicht SEVESO-bedrijven binnen perimeter van 2 km (bron: http://www.lne.be, 02/04/2013)