50
Levend Water groep 2 1 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN Dag 1 Naäman 2 Koningen 5 Dag 2 Jona gaat de andere kant op Jona 1 en 2 Dag 3 Jona in Nineve Jona 3 en 4 Dag 4 God zorgt voor alle mensen Knieboek Algemene informatie Deze week gaan de verhalen over mensen die niet horen bij het volk van de Here, het volk Is- raël. God kijkt verder dan zijn eigen volk. Dit is de vervulling van een oude belofte: in Abraham zullen alle volken gezegend zijn. De eerste dag gaat het over de genezing van Naäman. Elisa mag aan Naäman, die een bui- tenlander is, Gods genezende kracht laten zien. Na zijn genezing gelooft Naäman in God en gaat naar huis met de belofte dat hij alleen deze God nog dienen wil. De tweede vertelling gaat over Jona die van God een boodschap krijgt voor de stad Nineve. Daar wonen de vijanden van het volk Israël. Jona moet zeggen dat God hen voor al hun verkeerde dingen gaat straffen. Maar Jona gaat precies de andere kant op. Hij wil deze opdracht niet uitvoeren. God grijpt in. Jona komt terecht in de buik van een vis en daar komt hij tot inkeer. De derde vertelling gaat over Jona die gehoor- zaam naar Nineve gaat. Maar het blijkt niet van harte te zijn. Jona is boos, als hij merkt dat de mensen zich bekeren en God de stad spaart. God leert Jona dat Hij de God van de hele schepping is: van mensen dieren en planten. God is blij als mensen zich bekeren. En God is een God vol liefde die vergeeft als mensen spijt hebben van hun verkeerde dingen. Doelstellingen Na afloop van dit hoofdstuk: weten de leerlingen hoe Naäman beter wordt; weten de leerlingen wat er gebeurt als Jo- na vlucht; weten de leerlingen wat er gebeurt als de mensen in Nineve de boodschap van Jona horen; begrijpen de leerlingen dat God de God van de hele schepping is: de zee, de die- ren, de mensen en de planten. Hij is mach- tig, Hij regeert!; begrijpen de leerlingen dat God wil zorgen voor iedereen die in Hem gelooft en die voor Hem leeft. Liederen Opwekking kids 68 - Diep als de zee Opwekking kids 18 - Ben je groot of ben je klein Alles wordt nieuw I, 12 - Jona uit de grote vis Opwekking kids 77 - God kent jou Opwekking 91 - Jezus houdt van alle klei- ne kinderen Jan Visser - Hé Jona Elly en Rikkert Jona. (Staat op: Samen, Een boom vol liedjes (deel 1), Voor de al- lerkleinsten (deel 2)) Elly en Rikkert - Hij is machtig. (Staat op: Bellen blazen, Weet je dat de lente komt, De steen is weg) Bijbelse liedjes voor peuters en kleuters - Naäman

HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

  • Upload
    others

  • View
    2

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 1 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen

HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN Dag 1 Naäman

2 Koningen 5 Dag 2 Jona gaat de andere kant op

Jona 1 en 2 Dag 3 Jona in Nineve

Jona 3 en 4 Dag 4 God zorgt voor alle mensen

Knieboek Algemene informatie Deze week gaan de verhalen over mensen die niet horen bij het volk van de Here, het volk Is-raël. God kijkt verder dan zijn eigen volk. Dit is de vervulling van een oude belofte: in Abraham zullen alle volken gezegend zijn. De eerste dag gaat het over de genezing van Naäman. Elisa mag aan Naäman, die een bui-tenlander is, Gods genezende kracht laten zien. Na zijn genezing gelooft Naäman in God en gaat naar huis met de belofte dat hij alleen deze God nog dienen wil. De tweede vertelling gaat over Jona die van God een boodschap krijgt voor de stad Nineve. Daar wonen de vijanden van het volk Israël. Jona moet zeggen dat God hen voor al hun verkeerde dingen gaat straffen. Maar Jona gaat precies de andere kant op. Hij wil deze opdracht niet uitvoeren. God grijpt in. Jona komt terecht in de buik van een vis en daar komt hij tot inkeer. De derde vertelling gaat over Jona die gehoor-zaam naar Nineve gaat. Maar het blijkt niet van harte te zijn. Jona is boos, als hij merkt dat de mensen zich bekeren en God de stad spaart. God leert Jona dat Hij de God van de hele schepping is: van mensen dieren en planten. God is blij als mensen zich bekeren. En God is een God vol liefde die vergeeft als mensen spijt hebben van hun verkeerde dingen. Doelstellingen Na afloop van dit hoofdstuk: weten de leerlingen hoe Naäman beter

wordt; weten de leerlingen wat er gebeurt als Jo-

na vlucht; weten de leerlingen wat er gebeurt als de

mensen in Nineve de boodschap van Jona horen;

begrijpen de leerlingen dat God de God van de hele schepping is: de zee, de die-ren, de mensen en de planten. Hij is mach-tig, Hij regeert!;

begrijpen de leerlingen dat God wil zorgen voor iedereen die in Hem gelooft en die voor Hem leeft.

Liederen Opwekking kids 68 - Diep als de zee Opwekking kids 18 - Ben je groot of ben je

klein Alles wordt nieuw I, 12 - Jona uit de grote

vis Opwekking kids 77 - God kent jou Opwekking 91 - Jezus houdt van alle klei-

ne kinderen Jan Visser - Hé Jona Elly en Rikkert – Jona. (Staat op: Samen,

Een boom vol liedjes (deel 1), Voor de al-lerkleinsten (deel 2))

Elly en Rikkert - Hij is machtig. (Staat op: Bellen blazen, Weet je dat de lente komt, De steen is weg)

Bijbelse liedjes voor peuters en kleuters - Naäman

Page 2: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen

HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie Het Aramese leger: op het moment van dit verhaal is er geen oorlog tussen Israël en Aram. In het verleden is dat wel zo geweest. Huidvraat: een verzamelnaam voor huidaan-doeningen waardoor mensen onrein zijn. Dat betekent dat men niet in de tempel mag komen en niet in de buurt van anderen. Het is zicht-baar aan witte plekken op de huid. Niet alle vormen van huidvraat zijn besmettelijk. Tien talent zilver: een talent is 34 kilo. Dit is dus veel zilver! Zesduizend sjekel goud: een sjekel is 11,4 gram. Een kleine 70 kilo aan goud! Over de aangetaste plek: bij Naäman is de huidvraat waarschijnlijk in een beginstadium: het is maar beperkt tot een deel van zijn li-chaam. Het is niet besmettelijk. Twee muildierlasten aarde: een wagen vol die twee ezels kunnen trekken. Naäman denkt dat hij God alleen kan dienen op de grond waar-aan die God verbonden is. Hij wil met die aar-de in zijn land een plaats maken om daar een altaar voor de God van Israël te bouwen. Aandachtspunten Start de vertelling met een beschrijving

van Naäman die als bevelhebber van het leger in Aram woont. Vertel dat dit een an-der land is, waar de mensen de Here God niet kennen. Ga niet te diep in op de reden waarom het meisje uit Israël bij hem woont, maar vertel wel dat ze wijst op de profeet uit haar land die Naäman wel beter zou kunnen maken.

De koning van Aram schrijft een brief aan de koning van Israël, omdat hij denkt dat de profeet bij hem in dienst is. Naäman gaat op reis met een strijdwagen en veel kostbare cadeaus. De koning van Israël schrikt enorm van deze brief. Hij denkt dat het een soort oorlogsverklaring is. Hij denkt niet eens aan de profeet Elisa. Elisa hoort ervan en biedt vrijwillig zijn diensten aan.

Vertel hoe Naäman vol verwachting verder trekt naar het huis van de profeet. Hij blijft buiten staan wachten. Hij is een belangrij-ke man, de profeet zal wel naar buiten komen en over de zieke plek wrijven. Mis-schien gaat hij er wel allemaal spreuken bij zeggen. Naäman raakt zeer teleurgesteld als er alleen maar een knecht naar buiten komt. En van de opdracht die hij krijgt, raakt hij beledigd. Hij gaat zich niet was-

sen in die modderige rivier de Jordaan, daar wordt hij heus niet beter van! De rivie-ren in zijn eigen land zijn veel schoner.

De knechten van Naäman overtuigen hem om te doen wat de profeet zegt. Waarom zou Naäman zo’n makkelijke opdracht niet uitvoeren? Laat de spanning oplopen bij zeven keer onderdompelen.

Benadruk dat Naäman niet beter wordt van het water in de Jordaan. God maakt hem beter, omdat hij de opdracht van Elisa uit-voert.. Naäman begrijpt heel goed dat de God van Elisa hem beter heeft gemaakt. Hij wil Elisa daarvoor bedanken. Elisa neemt geen geschenk aan, omdat hij Naäman niet heeft beter gemaakt. Naäman heeft God leren kennen en be-looft hem vanaf nu ook te gaan dienen!

Vertel kort van de hebzucht van Gechazi. Hij wil rijk worden. Hij wordt daarvoor ge-straft.

Introductie op de les Als je ziek bent, wat doe je dan? Afsluiting van de les Hoe wordt Naäman weer beter?

Page 3: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 3 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen

HOOFDSTUK 11 - DAG 2 JONA GAAT DE ANDERE KANT OP Verteltekst Jona 1 en 2 Achtergrondinformatie Nineve: een belangrijke grote stad van het As-syrische rijk. De ergste vijand van het volk Is-raël. Laten we het lot werpen: de methode van lo-ting om een schuldige aan te wijzen of om ie-mand uit te kiezen, is heel normaal in de tijd van Jona. Zie ook Spreuken 16:33. God wijst Jona als de schuldige aan. De God die de zee en het land gemaakt heeft: de God van Jona heerst niet alleen over het land, maar ook over de zee die op dit moment zo woest is. Dat maakt de mannen doodsbang. Zat Jona in de buik van de vis: Jona ervaart dit zelf als het rijk van de dood (Jona 2:3). Als je sterft moet je alles loslaten: Jona moet zijn koppigheid opgeven en zijn schuld erkennen. Ik zal mijn stem in dank verheffen: als Jona als een baksteen naar de zeebodem zinkt en bijna verdrinkt, bidt hij de Heer om bevrijding. God stuurt een vis die hem redt van de verdrin-kingsdood. Jona dankt God nu al voor de be-vrijding. Hij weet zeker dat God hem ook uit de vis zal redden. Aandachtspunten Begin het verhaal met Jona die in de ha-

ven loopt, op zoek naar een schip dat naar Tarsis gaat. Hij is gehaast, hij is zenuw-achtig. Als hij een schip gevonden heeft, betaalt hij de schipper en verdwijnt gelijk onderin het schip. “Het is gelukt”, denkt Jona, “ik ga precies de andere kant op, dan God wil.” Vertel welke opdracht de profeet Jona van God heeft gekregen. Jo-na is er niet blij mee. Hij wil van de Here wegvluchten en zo ontkomen aan de op-dracht. Straks gaan die mensen zich nog bekeren. Laat God hen maar straffen, hij gaat hen daarvoor niet waarschuwen. Jo-na kent God en weet, dat God vol liefde en vergeving is. Dat gunt hij de mensen uit Nineve niet. Het zijn vijanden van Jona’s volk, ze willen altijd oorlog. Ze hebben veel kapot gemaakt van anderen en veel men-sen pijn gedaan en gedood. Ze verdienen het volgens Jona om straf te krijgen!

Benadruk de hevigheid van de storm en de enorme golven. Het laat Gods macht zien. De zeelieden kennen de God van Jona niet. Ze kennen andere goden. Ze vragen zich af welke god voor deze vreselijke storm zorgt. Ze hebben het niet eerder zo erg meegemaakt.

Jona wil liever dood dan de opdracht van God doen. Daarom zegt hij: “Gooi mij maar overboord.” Pas als hij naar de bodem zinkt, roept hij tot God om hulp.

Als Jona in de golven verdwijnt, wordt de zee rustig. Dat maakt de mannen opnieuw bang en vol ontzag voor de God van Jona. Ze brengen een offer aan God en beloven bij behouden thuiskomst nog meer offers te brengen.

God stuurt een grote vis. Opnieuw laat God Zijn macht over de natuur zien. Het is een wonder van God dat de vis Jona op het juiste moment opeet en dat Jona drie dagen en drie nachten in de buik van de vis kan overleven.

Vertel hoe Jona, in de buik van de vis, God dankt voor zijn redding: hij is niet verdron-ken. Eindig het verhaal door te vertellen dat de Heer de vis de opdracht geeft om Jona uit te spugen op het land.

Introductie op de les Heb je wel eens grote golven gezien? Vertel erover. Afsluiting van de les Hoe wordt Jona gered?

Page 4: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 4 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen

HOOFDSTUK 11 - DAG 3 JONA IN NINEVE Verteltekst Jona 3 en 4 Achtergrondinformatie Dan wordt Nineve weggevaagd: hier wordt hetzelfde woord voor gebruikt als bij Sodom en Gomorra. Er zal niets van de stad overblijven. Ze riepen een vasten uit: dit doen de mensen als teken van oprecht berouw. Ze eten en drin-ken niet, maar roepen tot God. Boetekleed: een zak van harde ruwe stof. Tip: neem een jutezak mee. Wonderboom: normaal heeft deze boom 3 à 4 maanden nodig om een hoogte te bereiken van 4 meter. Nu groeit de boom zo snel in één nacht. Die het verschil tussen links en rechts niet eens kennen: dit betekent waarschijnlijk dat de mensen het verschil niet kennen tussen goed en kwaad, omdat ze Gods wet niet kennen. Aandachtspunten Start de vertelling met de opdracht die Jo-

na opnieuw van God krijgt. Vertel dat Jona zich gehoorzaam klaar maakt en op reis gaat.

Jona komt aan bij Nineve. Beschrijf hoe groot de stad is. Na een dag lopen brengt Jona de boodschap die hij van God voor de stad heeft gekregen: “Over veertig da-gen wordt de stad met de grond gelijk ge-maakt!” De mensen van Nineve blijven staan en luisteren naar wat Jona heeft te zeggen. Die profeet heeft een boodschap van zijn god voor hen. Ze kennen die god niet. Maar ze schrikken er wel van! Als hun stad kapot gemaakt wordt….? Dan zullen ze allemaal sterven. “Wat moeten we doen?”

De koning van de stad hoort het ook. Ver-tel wat het bij hem teweeg brengt: zijn ko-ningsmantel doet hij af, in plaats daarvan trekt hij een boetekleed aan. Hij gaat niet meer op de troon zitten, maar op de grond. Hij gaat niet meer eten en drinken, maar alleen nog maar bidden tot die onbekende god! Tegelijk laat hij in de stad een bevel van vasten uitgaan voor alle mensen en dieren! Iedereen moet bidden tot God. Daarnaast is er de oproep dat iedereen zijn leven moet beteren. De reden dat de mensen dit zo doen, is dat ze hopen dat God hun stad niet kapot zal maken. Bena-druk hoe bijzonder deze reactie is; ze ge-loven wat Jona zegt, al kennen ze God niet.

Jona heeft inmiddels een plekje opgezocht om af te wachten wat er met de stad zal

gebeuren. Hij ziet wat er gebeurt: de men-sen luisteren naar wat hij vertelt. Hij hoort welk bevel van de koning in Nineve wordt omgeroepen. Hij ziet mensen lopen die een zak om hun lichaam hebben in plaats van gewone kleren. Hij hoort mensen roe-pen en bidden tot God. Het maakt hem boos. Jona wil het liefst dat deze mensen, die vijanden zijn van het volk Israël, ge-straft worden. Ze hebben zoveel slechte dingen gedaan. Jona denkt: “Zie je wel, daar was ik al bang voor. God is zo vol liefde. Hij kan zelfs alle slechte dingen van de mensen in Nineve vergeven als ze spijt hebben!” Hij is boos omdat zijn vijanden niet meer gestraft worden.

Met de gebeurtenis van de wonderboom wil God Jona iets leren. Als Jona al zoveel verdriet heeft over een boom die dood gaat, die hij niet zelf heeft laten groeien. Hoeveel verdriet zal God dan hebben over een grote stad vol mensen en dieren die al-lemaal zullen sterven?

Introductie op de les Wat is er gebeurd met Jona? Afsluiting van de les Wat gebeurt er in Nineve met de mensen die daar wonen?

Page 5: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 5 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen

HOOFDSTUK 11 - DAG 4 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN KNIEBOEK

Bekijk met de leerlingen de plaat van Jona die net door de vis op het strand is uitge-spuugd. De vis die wegzwemt is wel heel groot. Wie heeft er wel eens een hele grote vis gezien? Hoe ziet Jona eruit? Zijn de leer-lingen wel eens op het strand geweest? We-ten ze hoe het voelt in de golven? De vragen 3 tot 6 sluiten goed aan op deze plaat. De andere vragen herhalen de andere verhalen van deze week.

Vragen 1. Wat is er met Naäman aan de hand? 2. Hoe wordt Naäman beter? 3. Welke opdracht heeft Jona van God ge-

kregen? 4. Wat doet Jona als hij van God de opdracht

krijgt? 5. Hoe komt Jona op het strand? 6. Wat gaat Jona nu doen? 7. Wat gebeurt er als de mensen in Nineve

de boodschap van Jona horen? 8. Wat wil God aan Jona leren met de won-

derboom?

Page 6: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 6 Hoofdstuk 12 Hizkia

HOOFDSTUK 12 HIZKIA Dag 1 Hizkia en de hervormingen

2 Koningen 18: 1 – 12 Dag 2 Hizkia en de brief van Sanherib

2 Koningen 18: 13 – 19: 37 Dag 3 Hizkia ziek en wordt beter

2 Koningen 20 Dag 4 Hizkia

Knieboek Algemene informatie De vertellingen gaan deze week over koning Hizkia. Na veel jaren is er nu eindelijk een koning die de Here weer wil dienen. Een koning zoals God dat wil, die het goede voorbeeld aan het volk geeft. In het eerste verhaal wordt verteld dat Hizkia actief aan de slag gaat om de afgo-dendienst uit het land te verwijderen. De tem-pel wordt gereinigd en het Pesachfeest wordt weer gevierd. Hizkia is de koning van het twee stammenrijk. Hij nodigt ook de Joden van het tienstammenrijk uit. Het tweede verhaal is een spannend verhaal. Juda wordt aangevallen en Jeruzalem bele-gerd door koning Sanherib. Hizkia probeert de belegering te laten stoppen door de schuld te betalen, maar daar neemt Sanherib geen ge-noegen mee. Jeruzalem blijft omsingeld en de vijand spot met God en Hizkia. Hizkia vraagt de profeet Jesaja te bidden en zelf legt Hizkia ook alles open voor aan God. En God ver-hoort! God stuurt een engel in de nacht naar het tentenkamp van de vijand. Zonder dat het leger van Hizkia hoeft te vechten wordt het le-ger van Assyrië verslagen. In het laatste verhaal gaat het over Hizkia die ziek wordt en zal sterven. Hij heeft daar veel verdriet van. Hij bidt tot God en God geeft hem nog vijftien jaar extra om te leven. Wanneer er een delegatie uit Babylonië met geschenken bij hem komt, ziet hij hen als mogelijke bond-genoot. Om indruk te maken laat hij werkelijk alles zien van zijn schatten en rijkdom. Hizkia vertrouwt niet op God, maar op zijn eigen rijk-dom. De straf die Jesaja voorspelt, doet Hizkia niet veel, omdat het niet hem zelf zal treffen. Doelstellingen Na afloop van dit hoofdstuk: kunnen de leerlingen vertellen dat koning

Hizkia de Here wil dienen en op Hem ver-trouwt;

weten de leerlingen wat Hizkia doet om de afgodendienst uit het land te laten verdwij-nen;

weten de leerlingen hoe God de overwin-ning op Sanherib geeft;

kunnen de leerlingen vertellen dat Hizkia nog 15 jaar langer mag leven omdat hij hierom gebeden heeft.

Liederen E&R 246 - Stap voor stap Evangelische Liedbundel 262 - Uw woord Elly & Rikkert - Ik zal… (Staat op: Een

boom vol liedjes 3) Elly & Rikkert - Jeruzalem mooie stad

(Staat op: Bewaar het in je hart) Elly & Rikkert - God in de hemel lacht

(Staat op: Een gat in de lucht) Timoteüs - Bewaar je oog

Page 7: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 7 Hoofdstuk 12 Hizkia

HOOFDSTUK 12 - DAG 1 HIZKIA EN DE HERVORMINGEN Verteltekst 2 Koningen 18: 1 – 12 zie ook 2 Kronieken 29- 31:1

Achtergrondinformatie De koperen slang: Mozes heeft deze slang la-ten maken toen het volk in de woestijn werd geplaagd door slangen (Numeri 21: 9). Al die tijd is de slang als relikwie bewaard. Hizkia kiest ervoor de slang nu te vernietigen, omdat deze als god vereerd wordt. En weigerde nog langer diens vazal te zijn: Hizkia’s vader, Achaz, had de bescherming gekocht van het Assyrische Rijk. Hizkia weigert nog langer hiervoor te betalen. Hij vertrouwt op de Heer. Hij deed wat goed is in de ogen van de Heer: Hizkia is de eerste van de Judese koningen van wie zonder reserves gezegd wordt dat hij doet wat God wil. Pesach: de viering van Pesach herinnert aan de uittocht uit Egypte. Men eet zeven dagen brood dat geen gist bevat en men offert op de eerste dag van die week de eerste opbrengst van de gersteoogst. Aandachtspunten Vertel vanuit Hizkia. Eindelijk is er weer

een koning die van de Here houdt, die wil doen wat Hij zegt.

Hizkia heeft de priesters om zich heen ge-roepen en spreekt hen toe: ’Luister pries-ters! Jarenlang zijn er dingen gebeurd die de Here niet goed vindt. Ik wil dat we weer naar Hem gaan luisteren en dat we weer gaan doen wat de Here God wil.’ De tem-pel is jaren dichtgetimmerd geweest. Ver-tel dat Hizkia de tempel weer open laat gaan, dat de lampen weer aangaan, alles weer schoon en opgeruimd wordt zodat er weer geofferd kan worden. De priesters gaan alles schoonmaken en opruimen en daar zijn ze wel zestien dagen mee bezig!

Alles wat te maken heeft met afgoden-dienst wordt verwijderd en kapotgemaakt.

Dan staat alles klaar voor de dienst aan de Here. Hizkia neemt de belangrijke mannen mee naar de tempel. Er worden wel acht-entwintig dieren geofferd, om het weer goed te maken tussen de Here God en het volk Israël. Vertel dat er tijdens het offeren muziek wordt gemaakt voor God en dat ie-dereen voor de Here buigt. Wat is ieder-een blij en opgelucht: het is weer goed tussen God en Zijn volk!

Hizkia wil graag weer het Pesachfeest vie-ren. Vertel dat hij hierover nadenkt samen met zijn raadgevers: ’Het Pesachfeest is al

zo lang niet gevierd! Het zou zo fijn zijn als we dat weer konden vieren, precies op de manier die de Here God bedacht heeft.’ Geef kort aan wat het feest inhoudt en wat er herdacht wordt. Er worden boden op uitgestuurd met brieven, ook naar het tien-stammenrijk.

In sommige plaatsen worden de boden uitgelachen! Maar op andere plekken luis-teren de mensen wel, er komen veel men-sen naar Jeruzalem om het feest te vieren. Het wordt een prachtig feest voor de Here! Daarom besluiten de belangrijke mannen dat het feest nog zeven dagen langer moet duren.

De mensen zijn zo blij dat het weer goed is met God. Als ze na het feest weer weg-gaan, maken ze eerst de laatst overgeble-ven afgodspalen en afgods-altaren stuk. Pas als er geen één meer over is, gaan ze naar hun eigen huis.

Introductie op de les Wat is een goede koning? Afsluiting van de les Waarom is Hizkia een goede koning?

Page 8: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 8 Hoofdstuk 12 Hizkia

HOOFDSTUK 12 - DAG 2 HIZKIA EN DE BRIEF VAN SANHERIB Verteltekst 2 Koningen 18: 13 – 19: 37 Zie ook: 2 Kronieken 32; Jesaja 36-37.

Achtergrondinformatie Lachis: plaats in Juda. Ligt tussen Jeruzalem en Gaza in. Sanherib heeft er vermoedelijk zijn hoofdkwartier. Rabsake: titel van een hoge militaire functiona-ris. Aandachtspunten Vertel dit verhaal vanuit koning Hizkia. Hij

zit in zijn werkkamer en dan komt er een opgewonden boodschapper binnenrennen: ’Koning Sanherib van Assyrië valt Juda aan! Het leger trekt steeds verder het land in en ze nemen steeds meer steden in. Overal winnen ze en ze nemen de mensen mee naar hun eigen land!’

Hizkia schrikt! Hij weet wel waarom San-herib boos is! Toen zijn vader nog koning was, betaalde hij veel geld aan koning Sanherib. Voor dat geld beschermde San-herib hen. Maar Hizkia is gestopt met geld te betalen omdat hij weet dat de Here voor hen zorgt.

Jesaja vertelt Hizkia wat God wil dat hij doet: betalen. Het is beter dat grote bedrag te betalen dan dat er mensen sterven en land afgepakt wordt. Hizkia stuurt mannen naar koning Sanherib met de boodschap: ‘Stop met vechten! Ik zal toch betalen!’ Het is zoveel geld wat Sanherib vraagt, dat Hizkia de schatkamer moet leeghalen en zelfs goud en zilver uit de tempel aan Sanherib geeft. Benadruk het vertrouwen van Hizkia in God.

Uit voorzorg maakt Hizkia de stad Jeruza-lem extra sterk: de muren worden verste-vigd, er komen dubbele muren en de to-rens worden verhoogd. De soldaten krijgen nieuwe wapens. Er komt een tunnel zodat er altijd water gehaald kan worden. Hizkia spreekt de mensen moed in: ’Laat je niet bang maken door het grote leger. Wij zijn sterker dan zij. Sanherib denkt dat hij sterk is door een groot leger, maar wij zijn ster-ker omdat de Here ons helpt!’.

Dan komt het grote leger toch naar Jeruza-lem toe, ook al heeft Hizkia betaald.

Sanherib en Hizkia communiceren via hun afgezanten. Er wordt gespot met Hizkia en met God. Heel hard schreeuwt de afgezant en hij doet dat ook nog in het Judees zodat iedereen het kan verstaan! Met negatieve woorden probeert de afgezant van Sanhe-rib ervoor te zorgen dat het volk niet meer

naar Hizkia wil luisteren. Sanherib belooft het volk allemaal mooie dingen als ze zich overgeven en zich mee laten nemen naar Assyrië.

Hizkia reageert verbijsterd, hij gaat in rouw naar de tempel en stuurt mannen naar de profeet Jesaja zodat hij voor het volk kan bidden. Jesaja antwoordt dat God hen zal helpen.

Dan krijgt Hizkia een dreigbrief van Sanhe-rib. Vertel dat Hizkia de brief leest en er dan mee naar de tempel gaat. Hij gaat bidden en legt de brief open voor God neer. Natuurlijk weet God wat er aan de hand is en wat er in de brief staat. Hizkia vraagt God om hulp.

Gods antwoord komt via Jesaja. God is boos op Sanherib, omdat hij God beledigt en bespot. Hizkia hoeft niet langer bang te zijn en het volk ook niet. Er zal niks gebeu-ren met Jeruzalem. ’s Nachts stuurt God een engel naar het leger die veel soldaten doodt. De volgende dag vlucht het leger, ze zijn doodsbang. God heeft de stad be-vrijd! God is de enige God op wie je kunt vertrouwen.

Introductie op de les Heeft iemand jou wel eens bang gemaakt? Afsluiting van de les Wat doet Hizkia met de brief van Sanherib?

Page 9: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 9 Hoofdstuk 12 Hizkia

HOOFDSTUK 12 - DAG 3 HIZKIA ZIEK EN WORDT BETER Verteltekst 2 Koningen 20 Zie ook: Jesaja 38; 2 Kronieken

Achtergrondinformatie Zonnewijzer van Achaz: de zonnewijzer dient om de tijd aan te geven. De schaduw van de zon valt op een soort schijf, die in graden is verdeeld. Vermoedelijk was deze zonnewijzer in de vorm van een trap. Een plak gedroogde vijgen: in het oosten wer-den vijgen als medicijn gebruikt. Babylonië: op dat moment een kleine staat ten zuiden van Assyrië die op zoek is naar bond-genoten. Jesaja voorspelt hier de toekomstige macht van Babylonië en het lot van Juda. Aandachtspunten Vertel het verhaal vanuit Hizkia. Hizkia voelt zich niet lekker, hij is ziek. Hij

ligt op bed. Hij heeft een ontstoken plek die zeer doet en waarschijnlijk heeft hij ook koorts. Vertel dat Jesaja bij hem binnen-komt en hem vertelt dat hij niet beter zal worden.

Hizkia begint te huilen en bidt tot God. Hij vindt het vreselijk om te moeten sterven. Hij begrijpt het ook niet van de Here, hij heeft toch veel goede dingen gedaan?

Jesaja loopt nog in het paleis, maar wordt opnieuw naar Hizkia gestuurd door God! Over drie dagen zal Hizkia beter zijn en Hizkia mag nog 15 jaar leven. Ook krijgt hij de belofte dat God hem en het volk zal be-schermen voor Assyrië.

Hizkia vraagt om een teken. En dat krijgt hij! Er gebeurt een wonder! Vertel dat de dag weer opnieuw begint. Het is zomaar weer vroeg in de morgen. Dat is wel heel raar! Kleuters hebben geen beeld bij een zonnewijzer; ga hier dus niet verder op in.

En dan komt er bezoek aan in het paleis. Een hele delegatie, met brieven en een cadeau van de koning van Babylonië. Hiz-kia laat hen alles in en om het paleis zien. Hij wil indruk maken, zodat de koning van Babylonië en hij samen kunnen werken te-gen het machtige rijk Assyrië. Hizkia ver-trouwt hier op zijn eigen rijkdom en niet op de Here.

Jesaja komt met de straf bij hem. Hizkia geeft een vroom antwoord, maar vindt de straf niet erg. Hij zal er zelf toch geen last van hebben! Zolang hij koning is zal het rustig zijn.

Introductie op de les Welke goede dingen heeft Hizkia allemaal ge-daan? Afsluiting van de les Welk wonder gebeurt er?

Page 10: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 10 Hoofdstuk 12 Hizkia

HOOFDSTUK 12 - DAG 4 HIZKIA KNIEBOEK Plaat Bekijk samen met de leerlingen de plaat. Wie zien ze hier geknield op de grond liggen? Waar is Hizkia nu? Laat de leerlingen vertellen wat hen opvalt aan hoe het er binnen uitziet in de tempel: lelijke deurposten, al het goud weg, spinnenwebben, iemand met een bezem. Hoe komt dat, in de tempel is alles toch heel mooi? Bespreek vervolgens de vragen.

Vragen 1 Wat doet Hizkia in de tempel? Wat heeft

hij bij zich? 2 Hoe komt het dat de deurposten zo lelijk

zijn? In de tempel is toch alles heel mooi? 3 Waarom is Sanherib boos en komt hij met

een groot leger om te vechten? 4 Hoe loopt het af met deze oorlog? 5 Welke goede dingen doet Hizkia? 6 Wat gebeurt er met de afgodspalen? 7 Wat voor naars gebeurt er met Hizkia? 8 Welk wonder doet God?

Page 11: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 11 Hoofdstuk 13 Daniël

HOOFDSTUK 13 DANIËL Dag 1 Daniël aan het hof

Daniël 1 Dag 2 De droom van Nebukadnessar

Daniël 2 Dag 3 Het gouden beeld

Daniël 3 Dag 4 Daniël

Knieboek

Algemene informatie Deze week gaan de vertellingen over Daniël en zijn vrienden. In de eerste vertelling gaat het over Daniël en zijn drie vrienden die als ballingen worden weggevoerd naar Babel. Daar komen ze bij het paleis terecht waar ze drie jaar lang een opleiding krijgen. Na die drie jaar ziet de ko-ning hoe slim en wijs Daniël en zijn drie vrien-den zijn. In de tweede vertelling wordt de droom van Nebukadnessar verteld. De koning droomt over een reusachtig beeld. Hij weet dat die droom iets betekent, maar de koning weet niet wat. Alleen Daniël kan de droom uitleggen, omdat God de droom aan Daniël bekend maakt. De derde vertelling gaat over het grote beeld dat koning Nebukadnessar maakt voor zichzelf. Hij wil laten zien hoe groot en mach-tig hij is en iedereen moet voor zijn beeld bui-gen. De drie vrienden van Daniël buigen ech-ter niet en komen in de brandende oven te-recht. Als koning Nebukadnessar ziet dat de engel van God de drie vrienden bewaart, be-lijdt hij de naam van God. Doelstellingen Na afloop van dit hoofdstuk: kunnen de leerlingen vertellen hoe Daniël

en zijn vrienden in Babel terecht komen; kunnen de leerlingen vertellen dat Daniël

en zijn vrienden wijs, slim en heel gezond zijn;

weten de leerlingen welke droom koning Nebukadnessar heeft en wat deze bete-kent;

kunnen de leerlingen vertellen hoe de drie vrienden gered worden als ze in de bran-dende oven terecht komen;

weten de leerlingen dat koning Nebukadnessar God erkent.

Liederen Psalm 121 - Ik sla mijn ogen op en zie Evangelische Liedbundel 30, Opwekking

54 - Looft de Here, alle gij volken Evangelische Liedbundel 262 - Uw Woord

is een lamp

Evangelische Liedbundel 188 - ‘k Stel mijn vertrouwen

Elly & Rikkert - Here der heren. (Staat op: Vertel het aan de mensen, Een boom vol liedjes (deel 2))

Evangelische Liedbundel 459 - Lees je bij-bel, bid elke dag

E&R 251 - Daniël Alles wordt nieuw, dl 1 - Daniël Opwekking 508 - Mijn God is zo groot, zo

sterk en zo machtig

Page 12: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 12 Hoofdstuk 13 Daniël

HOOFDSTUK 13 - DAG 1 DANIËL AAN HET HOF Verteltekst Daniël 1 Achtergrondinformatie Eunuch: een man die gecastreerd is om poli-tieke redenen. Reinheidsvoorschriften: onder andere: dieren die herkauwers zijn of alleen gespleten hoeven hebben, mag je niet eten. Vlees met bloed erin is verboden om te eten (zie Leviticus 11, 17:10-16). Bij machte alle mogelijke visioenen en dromen uit te leggen: dromen uitleggen is een gave van God. Het wordt scherp onderscheiden van heidens waarzeggerij. Aandachtspunten Dit verhaal gaat over vier vrienden die aan

het hof van de koning van Babel verblijven. Het bijbelgedeelte laat vooral zien hoe vastbesloten zij zijn om voor alles trouw te blijven aan de God van Israël, ook al wo-nen ze in de heidense cultuur van Babel. In Babel dienen de mensen afgoden en in dit land is de koning een god, die als een dictator de baas is. Daniël en zijn vrienden willen zich houden aan de regels, terwijl ze in dit andere en vreemde land wonen. De bijbel vertelt dat Daniël de leider is van de kleine groep vrienden. Daniël heeft een wijsheid die gezien wordt door anderen. En hij heeft van God een gave gekregen om visioenen en dromen uit te leggen.

Begin het verhaal met Daniël die samen met zijn vrienden in Jeruzalem woont. Op een dag komt er een leger naar de stad. De Israëlieten verliezen de strijd en Daniël en zijn vrienden worden meegenomen naar de stad Babel.

Het is een lange reis naar Babel. Meer dan duizend kilometer. Daniël en zijn vrienden komen terecht in een vreemd land.

De koning van Babel zegt tegen zijn knechten dat hij jonge mannen nodig heeft. Ze moeten mooi, knap en slim zijn. De koning krijgt zo’n groot land. Daarom heeft hij steeds meer mannen nodig. En daarom geeft hij de opdracht om jonge mannen op te leiden. Eén van die mannen is Daniël. Hij en zijn drie vrienden worden uitgekozen om te worden opgeleid.

Ze krijgen allemaal een nieuwe naam. Da-niël heet voortaan Beltsazar. Genoemd naar Bel, de afgod van Babel.

De vier jonge mannen blijven drie jaar in het paleis. Ze gaan naar school om te le-ren en op deze school krijgen de jonge-mannen het beste eten en de lekkerste

wijn. De koning wil sterke, gezonde en verstandige knechten. Daniël vraagt of hij water, brood en groente mag eten in plaats van wijn en vlees. De knecht van de ko-ning is bang dat Daniël mager wordt en wil weigeren. Maar Daniël kan hem overhalen om het eten tien dagen uit te proberen. Daniël vertrouwt op God. Hij gelooft dat de Here voor hem zorgt. Na tien dagen zien Daniël en zijn vrienden er gezonder en be-ter uit dan de jongemannen die het eten en drinken nemen volgens bevel van de ko-ning.

Na drie jaren komen alle jongens bij de koning. Hij stelt hele moeilijke vragen. De koning wijst naar Daniël en zijn vrienden. Hij zegt dat zij wel tien keer zoveel weten als zijn eigen knappe mannen. Wat zijn ze slim en wijs. En wat zien ze er gezond uit! Daniël en zijn vrienden mogen in het paleis blijven wonen.

Introductie op de les Ben je wel eens in een ander land geweest? Wat is er dan anders (andere taal, ander eten, ander klimaat..etc.)? Afsluiting van de les Wat zegt de koning tegen Daniël en zijn vrien-den nadat ze drie jaar lang naar school zijn geweest?

Page 13: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 13 Hoofdstuk 13 Daniël

HOOFDSTUK 13 - DAG 2 DE DROOM VAN NEBUKADNESSAR Verteltekst Daniël 2 Achtergrondinformatie Tovenaars: mannen die aan de hand van de zon en de sterren voorspellingen kunnen doen. Ze leggen dromen uit wanneer ze horen wat een droom is. Vier koninkrijken uit de droom van Nebukadnessar: eerste rijk is Babylonische rijk, het tweede rijk is het Perzische rijk, derde rijk is Griekse rijk en vierde rijk is het Romein-se rijk. Wanneer het laatste rijk er is, rolt de steen die steeds groter wordt tegen het beeld en verpulvert alles. Dit gebeurt als Jezus op aarde komt. Gods rijk is machtiger dan de we-reldrijken. Jezus is de machtigste Koning en overwint alle andere koningen. Chaldeeën: andere vertaling: astrologen. Chaldeeën hebben een grote reputatie als as-trologen. Aandachtspunten In dit verhaal mag centraal staan dat God

de machtigste is van de hele wereld. God kan dromen geven die iets betekenen. Hij vertelt aan Daniël de droom van koning Nebukadnessar. Iets wat geen andere ge-leerde man in het paleis van de koning kan.

Begin de vertelling dat koning Nebukadnessar op een morgen wakker wordt en heel vreemd gedroomd heeft. De koning voelt dat de droom belangrijk is. Hij roept alle wijze mannen, tovenaars en ma-giërs bij elkaar en zegt dat hij gedroomd heeft. Hij wil van deze mannen horen wat de droom is en wat deze betekent. Anders zullen ze niet lang meer leven.

Als de tovenaars zeggen dat ze niet kun-nen vertellen wat de koning gedroomd heeft, geeft de koning het bevel aan de soldaten om alle wijze mannen te doden.

Daniël hoort van dit plan en vraagt uitstel aan de koning, zodat hij kan vertellen wat de droom is geweest en de betekenis er-van.

Wanneer God aan Daniël de droom be-kend maakt, prijst Daniël de naam van God.

Daniël vertelt dan aan de koning de vol-gende dag dat hij niet de droom kan vertel-len, maar God wel: er is een God in de hemel die alles weet. Daniël vertelt de droom en legt de droom uit.

Daniël krijgt dure cadeaus. Hij wordt de belangrijkste knecht van de koning. Hij mag helpen om het land Babel te regeren.

Ook de vrienden van Daniël krijgen een goede baan. God zegent Daniël en zijn vrienden.

Introductie op de les Wat maken Daniël en zijn drie vrienden mee in het paleis van de koning? Afsluiting van de les Waarom kan Daniël wel de droom uitleggen van de koning en de tovenaars niet?

Page 14: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 14 Hoofdstuk 13 Daniël

HOOFDSTUK 13 - DAG 3 HET GOUDEN BEELD Verteltekst Daniël 3 Achtergrondinformatie El: een el is ongeveer 70 centimeter. Het beeld is ongeveer 42 meter lang. Satrapen: gouverneurs van de rijks provincies. Aandachtspunten In deze vertelling gaat het om het vertrou-

wen van de drie vrienden van Daniël in God. Ze sterven liever, dan dat ze de wet overtreden door een afgod te vereren. Al zijn ze in dienst van de koning, ze blijven in de eerste plaats trouw aan God. Door-dat God ze bewaart en redt uit de oven, belijdt de koning opnieuw de naam van God. Hij geeft toe dat God heel machtig is.

Begin dit verhaal met koning Nebukadnes-sar die een prachtig idee heeft bedacht: hij gaat een groot gouden beeld neerzetten in zijn land. Het gaat de koning om zijn macht te laten zien, wat een geweldige koning is hij! Dat moet iedereen zien! Op een plek waar iedereen het goed kan zien. Als dan het beeld klaar is, gaat hij een heel groot feest geven en alle belangrijke mensen worden uitgenodigd: ministers, burge-meesters, geldbewaarders en iedereen die ergens de baas over is.

Als het beeld klaar is, is de feestdag aan-gebroken. Wat een beeld staat er! Zo hoog als een toren, en wat veel blinkend goud!

Als de muziek speelt, knielt iedereen be-halve Sadrach, Mesach en Abednego. Wat raar, als je niet knielt moet je in de bran-dende oven, ze hebben de muziek toch wel gehoord?

Een paar mannen rennen naar koning Nebukadnessar en zeggen dat er drie mannen zijn die niet knielen voor het beeld. De koning wordt woedend. De mannen worden bij Nebukadnessar ge-bracht. Ze leggen uit dat ze niet knielen voor een beeld.

Drie mannen worden in de hele hete oven gegooid. Maar als de koning goed kijkt ziet hij vier mannen in de oven! Benadruk het ongeloof en de verbazing bij Nebukadnes-sar als hij naar de oven kijkt. Er is een en-gel bij de drie vrienden! Ongelooflijk. Gods engel bewaart hen! Wat doet God grote wonderen!

Benadruk dat Nebukadnessar God erkent en Zijn grote naam belijdt. Nebukadnessar zegt: geprezen zij de God van Sadrach, Mesach en Abednego. Wat bijzonder dat een heidense koning God erkent.

Introductie Welke droom had koning Nebukadnessar? Afsluiting Wat heeft koning Nebukadnessar geleerd?

Page 15: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 15 Hoofdstuk 13 Daniël

HOOFDSTUK 13 - DAG 4 DANIËL KNIEBOEK

Bespreek met de kinderen wat je ziet op de plaat. Waarom is er maar een klein deel van het beeld te zien? Op welke instrumenten spelen de mannen? Wat moeten de andere mensen dan doen? Waarom is er een bran-dende oven getekend? Sommige mannen buigen niet, wie zijn dit? Behandel vervolgens de overige vragen. Vragen 1. Hoe komt Daniël in Babel terecht? 2. Hoe leven Daniël en zijn vrienden aan het

hof van de koning? 3. Wat droomt koning Nebukadnessar? 4. Hoe komt het dat Daniël de droom kan uit-

leggen? 5. Wat betekent de droom van koning

Nebukadnessar? 6. Wat laat koning Nebukadnessar bouwen in

het dal? 7. Wie buigen er niet voor het grote beeld? 8. Wat gebeurt er met de drie vrienden in de

oven?

Page 16: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 16 Hoofdstuk 14 Ballingschap

HOOFDSTUK 14 BALLINGSCHAP Dag 1 Daniël in de leeuwenkuil

Daniël 6 Dag 2 Koningin Wasti verstoten

Ester 1 Dag 3 Ester koningin

Ester 2 Dag 4 Ballingschap

Knieboek

Algemene informatie In deze week gaan de vertellingen over Daniël en Ester. Het volk woont in ballingschap, ver van hun eigen land. In het eerste verhaal proberen jaloerse minis-ters Daniël in de val te laten lopen. Samen met koning Darius maken de ministers een wet van Meden en Perzen. Daniël wil zich niet aan de wet houden en blijft drie keer per dag tot God bidden. Door deze wet belandt Daniël in de leeuwenkuil. God beschermt Daniël door een wonder. In het tweede verhaal gaat het over het leven van koning Ahasveros. Hij heeft een groot rijk en houdt een prachtig feest. Als zijn koningin Wasti weigert naar hem toe te komen, wordt zij verbannen. In het derde verhaal komt Ester in beeld. Dit Joodse meisje woont in de burcht Susa van Ahasveros. Door haar schoonheid komt ze in de harem van de koning. Koning Ahasveros maakt haar koningin. Doelstellingen Aan het einde van het hoofdstuk: weten de leerlingen waarom Daniël in de

leeuwenkuil belandt; weten de leerlingen dat koning Darius wil

dat Daniël blijft leven; weten de leerlingen dat alleen God Daniël

redt; weten de leerlingen waarom koningin

Wasti wordt verstoten; weten de leerlingen hoe Ester koningin

wordt. Liederen Evangelische Liedbundel 459 - Lees je bij-

bel, bid elke dag Opwekking kids 40 - Je hoeft niet bang te

zijn Elly en Rikkert - Daniël in de leeuwenkuil Ook uit de Mond der Kinderen - Daniël bidt

elke dag Timotheüs 1, 12 - Daniël Timotheüs 2, 212 - Ik buig mij voor U neer Alles wordt nieuw deel 4, 9 - Ester wordt

mijn koningin

Page 17: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 17 Hoofdstuk 14 Ballingschap

HOOFDSTUK 14 - DAG 1 DANIËL IN DE LEEUWENKUIL Verteltekst Daniël 6 Achtergrondinformatie Satrapen: gouverneurs van de rijks provincies. Leeuwenkuil: dit is waarschijnlijk een kuil die in de grond is uitgegraven. Het wordt omheind door muren, waarop een plek is voor toe-schouwers. In de muur is een kleine opening die Darius waarschijnlijk met een steen heeft verzegeld. Darius gebruikt de leeuwen om mensen te doden. Machtige vorsten hielden wel vaker wilde dieren als statussymbool. Aandachtspunten Start de vertelling met een aantal ministers

die jaloers staan te praten. Ze kunnen het niet uitstaan dat koning Darius zoveel ver-trouwen heeft in Daniël. De ministers zijn jaloers, want Daniël is heel slim. Ze vinden het niet eerlijk dat koning Darius zo op hem vertrouwt, want hij is minder waard dan zij. Hij is een buitenlander.

Geef aan dat Daniël geen verkeerde din-gen doet. De ministers kunnen niks slechts doorgeven aan de koning. Daarom komen ze met het plan dat de mensen alleen ver-zoeken mogen indienen bij de koning. De ministers gaan ervan uit dat Daniël zijn dagelijkse gebed aan God niet zal staken.

Daniël is buitengewoon trouw aan God. Hij heeft de moed om het bevel van de koning te negeren en God te blijven prijzen. Dit doet hij elke dag driemaal: 's morgens, 's middags en 's avonds.

Koning Darius heeft de gevolgen van het bevel niet goed overzien. De wet die hij heeft gemaakt met de ministers kan niet meer veranderd worden, want het is een wet van Meden en Perzen. Zelfs een ko-ning kan de wet niet veranderen. Hij doet er alles aan om Daniël niet in de leeuwen-kuil te hoeven gooien. Tot zonsondergang probeert hij een uitweg te zoeken.

Als Daniël in de leeuwenkuil wordt ge-gooid, zijn de woorden van Darius een ge-bed tot de God van Daniël. Deze woorden laten zien dat Daniëls trouw aan God wordt gezien door Darius.

De hele nacht kan koning Darius niet sla-pen. Hij maakt zich zorgen en wil niet op-gevrolijkt worden. Laat zijn bedienden voorstellen om lekker eten te laten komen of iemand die muziek maakt. Zodra het licht wordt, gaat de koning direct naar de leeuwenkuil.

Uit de woorden van koning Darius klinkt bewondering voor de God van Daniël.

Voordat Daniël een teken van leven geeft, gaat Darius ervan uit dat God Daniël mis-schien wel heeft beschermd.

Laat het gedeelte van de straf van de mis-leidende ministers achterwege.

De bevrijding van Daniël uit de leeuwenkuil zorgt voor een geloofsbelijdenis van Dari-us aan de levende God. Alleen God kan zo'n wonder laten gebeuren.

Introductie op de les Wat doet Daniël in Babel? Afsluiting van de les Wat doet Daniël met de wet van Meden en Perzen?

Page 18: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 18 Hoofdstuk 14 Ballingschap

HOOFDSTUK 14 - DAG 2 KONINGIN WASTI VERSTOTEN Verteltekst Ester 1 Achtergrondinformatie Feestmaal: alle sleutelmomenten in het boek Ester zijn rondom een feestmaal. Op dit feest worden de belangrijkste mannen van het rijk uitgenodigd om feest te vieren en besprekin-gen te houden over de houding tegenover de Griekse macht. Harem: dit is een verblijf waar de vrouwen van de koning wonen. Met al zijn vrouwen wil hij la-ten zien hoe rijk hij is. In de harem worden de vrouwen goed verzorgd met eten en schoon-heidsmiddelen. Aandachtspunten Begin de vertelling met een beschrijving

van het feest. Alles is prachtig versierd. Er staan overal rustbanken en heerlijk eten. Er is niet één dag feest, maar vele dagen achter elkaar. Eerst viert koning Ahasveros feest met belangrijke mannen uit zijn rijk. Daarna viert heel de hofhouding van de burchtstad Susa feest. De koning is blij met alle overwinningen die hij heeft be-haald met zijn leger.

Terwijl de koning feest viert voor de man-nen, viert koningin Wasti feest met de vrouwen. Geef een beschrijving van de feestende vrouwen die dansen en lekker met elkaar eten. Leg uit dat er op dit feest alleen vrouwen bij elkaar zijn die in een harem wonen.

Geef aan dat de mannen niet alleen veel eten, maar ook veel drinken. Leg uit wat er gebeurt als je veel wijn drinkt. Door de wijn kan je niet meer goed nadenken. Sommige mannen gaan grapjes maken, anderen bewegen raar en weer anderen worden onaardig. Op dat moment bedenkt de ko-ning dat hij wil pronken met koningin Was-ti. Hij wil aan al zijn mannen laten zien hoe mooi zijn koningin is.

Waarschijnlijk wil koningin Wasti niet ko-men, omdat ze niet uitgelachen wil worden door de dronken mannen. Koningin Wasti is dapper dat ze niet wil komen om bela-chelijk te worden gemaakt, maar voor de koning is het heel erg. Alle mannen weten nu dat zijn koningin niet naar hem luistert. Daar wordt koning Ahasveros heel boos van. Hij vindt haar ongehoorzaam.

Koning Ahasveros stuurt dan zomaar zijn koningin weg. De koning vindt dat alle mannen in het land de baas moeten zijn over hun vrouw en huis. Leg aan de kin-deren uit dat deze koning heel veel vrou-

wen had. Al zijn vrouwen laten zien dat hij heel rijk is. Deze vrouwen wonen allemaal bij elkaar.

Eindig het verhaal met de vraag wie de nieuwe koningin moet worden?

Introductie op de les

Waar woont Daniël? De volgende verhalen gaan ook over een meisje, Ester, die niet meer in Israël woont door de ballingschap. Afsluiting van de les Wat gebeurt er op het feest met koningin Was-ti? Extra suggestie Neem plaatmateriaal mee van rustbanken waar mensen op liggen te eten. Laat een aan-tal meisjes dansen met gekleurde doeken als u vertelt over het feest van koningin Wasti.

Page 19: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 19 Hoofdstuk 14 Ballingschap

HOOFDSTUK 14 - DAG 3 ESTER KONINGIN Verteltekst Ester 2 Achtergrondinformatie Voorgeschreven voedsel: net als Daniël krijgt Ester voorgeschreven voedsel. Zij houdt zich niet aan de voedselwetten van Mozes, omdat ze geen aandacht op haar Joodse afkomst wil vestigen. Mordechai: hij heeft waarschijnlijk een belang-rijke taak binnen in het koninklijk paleis, wat verklaart dat hij regelmatig op de hoogte kan blijven over Ester. Hij kan door zijn positie ook de beraamde aanslag voorkomen. Aandachtspunten Begin het verhaal over het meisje Ester die

met haar oom Mordechai in de burcht Su-sa woont. Ester heeft geen vader en moe-der meer. Haar oom zorgt voor haar. Be-schrijf haar als een lief en mooi meisje. Leg uit dat ze Joden zijn die door de bal-lingschap in Susa wonen. Ze zijn buiten-landers.

In de stad is het onrustig als de koning weer terug is van een veldtocht tegen de Grieken. Ester hoort de mensen tegen el-kaar zeggen dat de koning koningin Wasti mist. Hij wil dat er een nieuwe koningin komt.

Laat Mordechai aan Ester vertellen dat ze ook naar het paleis van de koning gaat om aan de koning te laten zien hoe mooi en lief ze is. Misschien wordt ze koningin. Es-ter moet wel beloven dat ze nooit vertelt dat ze Joods is.

Vertel het leven binnen de harem door de ogen van Ester. Er leven allerlei meisjes die zich mooi maken en goed eten voor de koning. Een aantal mannen bedienen de meisjes. De bewaker van de harem heeft Ester opgemerkt en zorgt goed voor haar. Ester wordt twaalf maanden behandeld, voordat zij bij de koning wordt uitgenodigd.

Dan komt de avond dat koning Ahasveros Ester uitnodigt om bij hem te komen. De bewaker laat haar heel mooi maken. Vertel dat de koning Ester prachtig vindt en heel lief. Hij wil dat zij de nieuwe koningin wordt. De koning geeft haar een prachtige, koninklijke hoofdband, zodat iedereen kan zien dat zij koningin is.

Voor Ester laat de koning een prachtig feestmaal houden. Het is een soort konin-ginnedag, want alle mensen krijgen een dag vrij. De koning geeft zelfs aan alle mensen die op het feestmaal kwamen ca-deaus.

Nu Ester koningin is, woont oom Morde-chai alleen. Vertel dat Mordechai elke dag langs het vrouwenverblijf loopt. Hij wil we-ten of het goed gaat met Ester. Door dit contact kan Mordechai aan Ester vertellen dat er een aanslag op de koning is be-dacht. De heldendaad van Mordechai wordt opgeschreven, zodat het nooit meer vergeten zal worden.

In dit bijbelboek staat geen verwijzing naar God. Door de regels heen zie je dat alle gebeurtenissen niet toevallig gebeuren. Koningin Wasti wordt verstoten, zodat Es-ter koningin wordt. Via Ester wordt later het Joodse volk beschermd. Verwerk in het verhaal dat God ervoor zorgt dat Ester koningin wordt en dat Hij haar een mooi ui-terlijk heeft gegeven.

Introductie op de les Wat vind jij mooie kleren om op een feest te dragen? Afsluiting van de les Hoe wordt Ester koningin? Extra suggestie Maak een mooie hoofdband die Ester omkrijgt als ze koningin wordt. Dit is het cadeau van koning Ahasveros.

Page 20: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 20 Hoofdstuk 14 Ballingschap

HOOFDSTUK 14 - DAG 4 BALLINGSCHAP KNIEBOEK

Bekijk met de leerlingen de plaat. Hoe kan Da-niel daar nu zo rustig zitten tussen de leeuwen. Bespreek met de leerlingen dat leeuwen wild zijn. Normaal zitten de leeuwen in een hok in de dierentuin. Benadruk dat God een geweldig wonder laat gebeuren. Daniel is niet alleen in Babel. God blijft voor hem zorgen. Vragen 1. Waarom luistert Daniël niet naar de

nieuwe wet van de koning? 2. Hoe komt Daniël in de leeuwenkuil

terecht? 3. Waarom vindt koning Darius het erg dat

Daniël in de leeuwenkuil zit? 4. Hoe redt God Daniël? 5. Waarom is er een nieuwe koningin nodig

in de burcht Susan? 6. Hoe wordt Ester koningin? 7. Wat mag Ester niet aan de koning

vertellen van Mordechai? 8. Hoe maakt Ester zich klaar om voor de

eerste keer naar de koning te gaan?

Page 21: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 21 Hoofdstuk 15 Ester

HOOFDSTUK 15 ESTER Dag 1 Haman

Ester 3 en 4 Dag 2 Eten bij de koningin

Ester 5 Dag 3 De Joden gered

Ester 6, 7 en 8 Dag 4 Ester

Knieboek

Algemene informatie Deze week gaan de verhalen verder over Es-ter. In de eerste vertelling gaat het over Haman. Hij heeft veel macht in het rijk. Hij geniet van die macht. Hij kan er niet tegen dat Mordechai weigert voor hem te buigen. Daarom maakt hij het plan niet alleen Mordechai, maar zijn hele volk te doden. Haman krijgt toestemming van de koning hiervoor een wet te maken. De tweede vertelling gaat over Ester die haar leven op het spel zet, door ongevraagd naar de koning te gaan. Zij is de enige die een kans heeft haar volk te redden. De koning spaart haar leven en wil Ester alles geven wat ze vraagt. Ester vraagt voorlopig alleen of de ko-ning met Haman bij haar wil komen eten. Op de derde dag gaat de vertelling eerst over Mordechai, die alsnog een beloning ontvangt voor zijn heldendaad. Haman speelt hierin een rol, die hij juist helemaal niet wil. Als de koning en Haman voor de tweede keer gaan eten bij Ester, vraagt Ester of het leven van haar en haar volk gespaard mag blijven. Haman wordt gestraft. Mordechai neemt de belangrijke plaats van Haman over. Nu kan er een nieuwe wet worden gemaakt, die de Joden het recht geeft zich te verdedigen. God heeft Zijn hand in deze gebeurtenissen en leidt het zo, dat Zijn volk gered wordt van de ondergang. Doelstellingen Na afloop van dit hoofdstuk: weten de leerlingen welke plannen Haman

maakt; weten de leerlingen wat de stempel van de

ring van de koning betekent; weten de leerlingen waarom Ester naar de

koning gaat; weten de leerlingen hoe Ester en haar volk

gered worden; begrijpen de leerlingen dat God alles zo

leidt, dat Zijn volk niet wordt uitgeroeid. Liederen Psalm 81: 8 - Open maar uw mond Opwekking 32 - Dit is de dag Opwekking 42 - ‘k Stel mijn vertrouwen

Elly & Rikkert - Here der Heren. (Staat op: Vertel het aan de mensen, Een boom vol liedjes (deel 2))

Opwekking voor kids 40 - Je hoeft niet bang te zijn

Alles wordt nieuw IV, 9 - Ester wordt ko-ningin

Jan Visser - Zing wat je zingen kan Jan Visser - Ester, dank je wel Materiaal Een bedankkaartje van de koningin bij intro-ductie dag 1 (te vinden op internet via google)

Page 22: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 22 Hoofdstuk 15 Ester

HOOFDSTUK 15 - DAG 1 HAMAN Verteltekst Ester 3 en 4 Achtergrondinformatie Een nakomeling van Agag: Haman stamt af van Agag, een vroegere koning van Amalek. De Amalekieten hadden Israël aangevallen toen het volk uit Egypte was weggegaan. De Heer zei toen tegen Mozes dat Hij zou blijven strijden tegen Amalek (Exodus 17:14-16). Dit is de reden dat Mordechai niet wil buigen voor Haman. Dan zal ik tienduizend talent zilver afdragen: Haman biedt een enorm bedrag aan, om toe-stemming te krijgen voor de uitvoering van zijn plan. Als deze mensen gedood worden, kun-nen ze geen belasting meer betalen. Een groot bedrag zal de koning mislopen. Haman pro-beert dit verlies goed te maken, door dit be-drag aan te bieden. Aandachtspunten Start de vertelling met Haman die over

straat loopt. Iedereen knielt voor hem. Zo laten de mensen aan hem zien, dat ze be-grijpen dat Haman heel belangrijk is. Ha-man is na de koning de belangrijkste man van het land. Haman wordt woedend als hij hoort dat Mordechai nooit voor hem knielt. Hij wil Mordechai daarom doden. Maar voor hem is dat niet genoeg. Alle mensen die horen bij het volk van Morde-chai, dat zijn de Joden, wil Haman doden. Daarom gaat hij een plan maken.

Haman gaat op bezoek bij de koning. Hij vertelt aan de koning dat er een volk in zijn rijk is, dat zich niet houdt aan de wetten van de koning. Hij vertelt het zo aan de koning, dat de koning denkt dat het een gevaarlijk volk is. Ze kunnen beter alle-maal worden gedood. Hij vertelt natuurlijk niet dat het iets te maken heeft met Mor-dechai.

Haman krijgt de zegelring van de koning. Hij schrijft het bevel op, wanneer de Joden gedood mogen worden. De stempel van de ring van de koning zit erbij, dus het moet zo gebeuren. Vertel wat het nieuws teweeg brengt in de stad: iedereen is in rep en roer. Wat een vreselijke wet!

Vertel wat het nieuws met Mordechai doet. Hij scheurt zijn kleren aan de voorkant stuk. Hij bedekt zich met een harig stuk stof en strooit as op zijn hoofd. Luid hui-lend gaat hij over straat. Hij laat zien en horen aan alle mensen dat hij heel verdrie-tig is. Ook de andere Joden huilen, ze eten en drinken niet meer, hebben een rouw-

kleed aan en zitten in het stof. Ze roepen tot God.

Ester hoort via haar dienaren van Morde-chai wat er aan de hand is. Ze krijgt een boodschap van Mordechai dat ze naar de koning moet gaan. Zij is de enige die hier misschien iets aan kan veranderen. Maar naar de koning gaan, zonder dat hij je heeft geroepen, is heel gevaarlijk. De ko-ning kan iemand dan doden.

Voor Ester is dit een moeilijke beslissing. Ze begrijpt wel dat, als zij niks doet, haar hele volk en ook zijzelf gedood zal worden. Alle Joden in het rijk gaan voor Ester bid-den. Ze eten en drinken niet, maar bidden tot God of Hij Ester wil helpen als ze naar de koning gaat. Ester gaat zelf ook vasten en bidden.

Introductie op de les Heb je wel eens een kaartje van de koningin gehad? Als illustratie een bedankkaartje van de koningin. Kijk naar de stempel of handteke-ning. Op internet te vinden via google. Afsluiting van de les Wat staat er in de brief met de stempel van de koning?

Page 23: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 23 Hoofdstuk 15 Ester

HOOFDSTUK 15 - DAG 2 ETEN BIJ DE KONINGIN Verteltekst Ester 5 Achtergrondinformatie Dat hij haar de gouden scepter toestak: dit ge-baar is een teken van leven. Als de koning de scepter dus niet zou toereiken, wordt de per-soon die ongevraagd bij de koning komt ge-dood. Een scepter is een kostbare staf als te-ken van koninklijk gezag. Aandachtspunten Vertel vanuit Ester. Drie dagen lang heeft

ze niet gegeten en gedronken. Ze weet dat alle Joden met haar hebben mee gevast. Nu weet ze wat ze gaat doen: ze gaat naar de koning. Ester vertrouwt op God.

Ester trekt haar mooiste jurk aan en gaat naar het paleis van de koning. Laat duide-lijk uitkomen hoe spannend dit voor Ester zal zijn geweest. Laat de opluchting duide-lijk naar voren komen, als de koning Ester zijn gouden scepter toesteekt.

De koning houdt van Ester. Hij wil haar absoluut niet doden, ook al staat ze on-verwachts voor hem. Hij begrijpt dat ze een belangrijke vraag heeft, anders kwam ze hier niet zomaar met gevaar voor eigen leven. Hij wil haar alles wel geven wat ze wenst. Ester zegt niet gelijk wat haar dwars zit, ze nodigt de koning met Haman uit voor een feestmaaltijd bij haar.

Het is een feestmaal met heerlijk eten. Bij het tweede gedeelte van de maaltijd is er tijd voor de wijn en een goed gesprek. Nu vraagt de koning aan Ester: “Wat wil je aan mij vragen?” Ester neemt de tijd. Ze zegt nog niet wat haar dwars zit. Ze belooft de volgende dag, opnieuw tijdens een feest-maal, de vraag van de koning te beant-woorden.

Haman voelt zich nog belangrijker dan hij al was. Hij mag eten bij de koningin. Hij al-leen met de koning! En morgen nog een keer! Hij gaat in een goede stemming naar huis. Tot hij onderweg Mordechai tegen-komt, die niet voor hem buigt. Dat is voor hem een belediging. Hij roept zijn vrouw en vrienden bij elkaar en somt alles op waardoor hij zo belangrijk is. Hij kan er niet van genieten zolang Mordechai hem kan beledigen. Hij zoekt bij hen de bevestiging die hij van Mordechai niet krijgt. Hij krijgt het advies Mordechai te doden. Vertel dit in bedekte termen. De paal kan achterwe-ge gelaten worden. Als Mordechai dood is, kan hij beter genieten van de maaltijd bij de koningin. Haman vindt het een goed

plan. Morgen voor hij gaat eten bij de ko-ningin, gaat hij tegen de koning zeggen dat Mordechai dood moet. De koning zal het vast wel goed vinden.

Introductie op de les Waarom eet en drinkt Ester niet? Afsluiting van de les Wat gebeurt er als Ester bij de koning komt?

Page 24: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 24 Hoofdstuk 15 Ester

HOOFDSTUK 15 - DAG 3 DE JODEN GERED Verteltekst Ester 6, 7 en 8 Achtergrondinformatie Kronieken: kleitablet waarop de belangrijke gebeurtenissen in het koninkrijk stonden opge-tekend. Heldendaden waren heel belangrijk. Een koninklijk gewaad dat de koning zelf heeft gedragen: de persoon die een kledingstuk van de koning draagt, komt naar voren als een ver-tegenwoordiger van de koning die van hem veel macht heeft gekregen. Hierdoor wordt duidelijk dat iemand dus bijna net zo machtig is als de koning. Aandachtspunten In deze geschiedenis komt duidelijk naar

voren dat God de leiding heeft: De gebeur-tenissen zijn niet toevallig. God stuurt het zo, dat zijn volk gered wordt van de onder-gang.

Begin te vertellen van de koning die in zijn bed ligt te draaien; hij kan niet slapen. Ver-tel van de waar gebeurde verhalen die hem worden voorgelezen. De koning komt er achter dat Mordechai nog niet beloond is, terwijl hij het leven van de koning heeft gered. Daar moet verandering in komen!

Haman is extra vroeg opgestaan en is al aanwezig bij het paleis. Juist aan hem vraagt de koning: “Wat moet er gebeuren als de koning aan iemand eer wil bewij-zen?”

Het idee dat Haman bedenkt, is eigenlijk voor hemzelf bestemd. Hij is zo vol van zichzelf, dat hij niet kan bedenken dat de koning een ander zou willen eren dan Ha-man. Het is voor hem dan ook een enorme vernedering als blijkt dat de eer voor Mor-dechai is. En Haman mag als belangrijke man in het rijk er naast lopen. Haman is er helemaal door verslagen, zo gaat hij naar huis.

Tijdens het tweede gedeelte van de maal-tijd doet Ester haar verzoek: ze vraagt om leven voor haar en haar volk. De koning vraagt zich af wie nou zomaar Ester en haar volk zou willen doden. Haman wordt als schuldige aangewezen. De koning wordt woedend op Haman.

Haman gaat nu op de knieën voor Ester. Hij merkt de woede van de koning en de koningin en begrijpt dat zijn eigen leven nu op het spel staat. Hij smeekt de koningin of hij mag blijven leven. De koning vertrouwt Haman niet meer. Wat doet hij daar op z’n knieën bij Ester?! En als de koning ook nog hoort dat Haman eigenlijk een plan

gemaakt had om Mordechai vandaag dood te maken, dan geeft hij bevel Haman zelf op deze dag te doden.

Ester vertelt aan de koning dat Mordechai haar oom is. Nu mag Mordechai ook in het paleis komen. Hij krijgt de belangrijke plaats in het rijk, die Haman eerst had. Er moet nog wel een oplossing komen voor het probleem van de wet tegen de Joden. Die wet kan niet zomaar veranderd wor-den. Er staat een stempel van de ring van de koning op en dan moet het gebeuren. De oplossing is, dat er een nieuwe wet komt, waarin staat dat de Joden zich mo-gen verdedigen. Eindig het verhaal door te vertellen dat de Joden feest vieren, omdat God hun heeft gered.

Introductie op de les Waarom gaat de koning met Haman bij Ester eten? Afsluiting van de les Hoe wordt het volk gered?

Page 25: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 25 Hoofdstuk 15 Ester

HOOFDSTUK 15 - DAG 4 ESTER KNIEBOEK

Weten de leerlingen welk verhaal past bij de plaat? De man voor het paard is Haman en de man op het paard is Mordechai. Wat voor paard is dit? De vragen 6 en 7 kunnen hier goed bij gebruikt worden. Kijk eens goed naar de mensen: waarom kijken ze een beetje naar beneden. Hoe moeten de mensen zich eigen-lijk gedragen als er een heel belangrijk iemand voorbij komt? Met de andere vragen wordt de rest van de verhalen van deze week herhaald. Vragen 1. Mordechai buigt niet voor Haman. Hoe

vindt Haman dat? 2. Welke plannen maakt Haman? 3. Waarom trekt Mordechai rouwkleren aan? 4. Wat vraagt Ester aan de koning? 5. Wat gebeurt er als de koning niet kan sla-

pen? 6. Hoe beloont de koning Mordechai? 7. Wat vindt Haman hiervan? 8. Hoe komt het dat alle plannen van Haman

mislukken en het volk van de Joden wordt gered?

Page 26: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 26 Hoofdstuk 16 Ezra

HOOFDSTUK 16 EZRA Dag 1 Terug naar Israël

Ezra 1 - 3 Dag 2 De tempel wordt weer gebouwd

Ezra 4 - 6 Dag 3 Ezra gaat op reis naar Jeruzalem

Ezra 7, 8: 21 – 36 Dag 4 Ezra

Knieboek Algemene informatie Deze week wordt verteld uit het bijbelboek Ezra. De eerste vertelling gaat over de terug-keer van een groep Joden naar Jeruzalem. God werkt in het hart van de koning van Babel waardoor hij de Joden de opdracht geeft hun tempel te herbouwen. Als de fundamenten lig-gen, wordt er feest gevierd. Het gejuich gaat gepaard met gehuil van de oudere mensen die zich de oude tempel nog kunnen herinneren. In de tweede vertelling wordt verteld over de tegenwerking die de Joden krijgen bij de her-bouw. De bouw ligt 15 jaar stil doordat er van buitenaf wordt tegengewerkt. Maar ook omdat de Joden de bouw van eigen huizen belangrij-ker vinden. God stuurt profeten en het werk wordt weer opgepakt. Ook nu komt er tegen-werking. Maar God zorgt ervoor dat de koning van Babel de Joden steunt. De bouw van de tempel kan doorgaan en de tempel komt klaar! Op de derde dag gaat het over Ezra. Ezra woont in Babel, hij staat bij de koning van Ba-bel bekend als iemand die de wet van God heel goed kent. Ezra krijgt toestemming van de heidense koning om naar Jeruzalem te gaan. Hij neemt kostbare geschenken mee voor de tempel en krijgt toestemming het volk te onderwijzen in Gods wet. Ezra vertrekt met een groep mensen en door Gods bescherming komen ze veilig in Jeruzalem aan. Ezra ziet dat de mensen in Jeruzalem zich niet meer houden aan Gods wet. Hij vertelt hen wat God wil. De mensen van Gods volk komen tot in-keer en Ezra vraagt namens hen God om ver-geving. Doelstellingen Na afloop van dit hoofdstuk: ▪ weten de leerlingen dat de Joden terug-

gaan naar hun eigen land om de tempel weer op te bouwen;

▪ weten de leerlingen hoe het komt dat de bouw zo lang stil ligt;

▪ kunnen de leerlingen vertellen waarom de oude mensen moeten huilen tijdens het feest;

▪ weten de leerlingen wie Ezra is en wat hij in Jeruzalem gaat doen.

Liederen ▪ Psalm 100:1 - Juicht alle volken, prijst de

Heer ▪ Psalm 118:1 - Laat ieder ’s Heren goed-

heid prijzen ▪ Psalm 121:1 - Ik sla mijn ogen op en zie ▪ Psalm 136:1 - Looft de Heer want Hij is

goed ▪ Elly & Rikkert - Jeruzalem mooie stad.

(Staat op: Bewaar Het In Je Hart) ▪ Elly & Rikkert - In het huis van de Vader.

(Staat op: Vertel het aan de mensen, Een boom vol liedjes (deel 3), Thuis, Voor de allerkleinsten (deel 2))

Page 27: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 27 Hoofdstuk 16 Ezra

HOOFDSTUK 16 - DAG 1 TERUG NAAR ISRAËL Verteltekst Ezra 1 - 3 Neem plaatmateriaal mee van de tempel van Salomo (bv lesboek Levend Water groep 6, pag. 40 en 41) Achtergrondinformatie In vervulling wat de Heer Jeremia had laten aankondigen: Jeremia had een gevangen-schap van 70 jaar voorspeld (Jeremia 25:12;. 29:10). Zerubbabel: de rechtmatige troonopvolger van Juda. Hij begint met de herbouw van de tempel met hulp van Jesua. Fundamenten: na de plundering en verwoes-ting van Jeruzalem ligt de stad er als een ruïne bij. De tempelberg is een grote puinhoop. Eerst moeten er heel wat opruimwerkzaamheden gebeuren voordat men met de bouw kan be-ginnen. Als het puin weg is en de voorberei-ding van de bouw goed op gang is gekomen, kunnen de stenen van de fundering gelegd worden. Precies op dezelfde plaats als de eer-ste tempel. Aandachtspunten ▪ Een feestelijk begin van de regering van

een nieuwe koning! Vertel vanuit een kind uit een Joods gezin dat aan het inpakken is. Alle spullen gaan mee: keukengerei, kleren, linnengoed in tassen, grote dingen op karren. Het is een drukte van belang! Het kind ziet alles gebeuren en voelt de opgewonden spanning en blijdschap. ‘Wat is iedereen aan het doen? Waar gaan we heen?’ De ouders vertellen al inpakkend wat een bode van de nieuwe koning is komen vertellen: dat ze weer naar hun ei-gen land mogen, dat ze de tempel mogen opbouwen. Er komen buren langs met goud en spullen die ze mee mogen ne-men. Dit zijn buren uit het joodse volk, die niet mee teruggaan maar wel spullen en geld willen geven voor de tempel.

▪ Een lange reis volgt, van Babel naar Jeru-zalem. De karavaan is zwaarbeladen met alle bezittingen. De afstand is ongeveer duizend kilometer en de reis duurt zo’n drie maanden.

▪ Als ze bij de tempel aan komen zien ze hoe slecht deze eruit ziet: een ruïne. Vertel dit door de ogen van hetzelfde kind. Wat een indrukken: de geschrokken en verdrie-tige reactie van de mensen, de kapotte muren, vergroeid met onkruid. Een aantal mensen geeft direct geld om de tempel weer te kunnen opbouwen. Ook kleren

voor de priesters, want ze willen heel graag dat het in de tempel gaat zoals het vroeger was, zoals God het wil. Het kind zit vol met vragen: ’Papa, waar zijn de mu-ren van? Hoe komt het dat ze stuk zijn? Waarom huilen die oude mensen? Waar is het geld voor?’

▪ Eerst gaat iedereen een plek zoeken om te wonen. De mensen gaan terug naar de stad waar hun familie eerst woonde. Na een half jaar gaat iedereen naar Jeruza-lem. Het altaar wordt opgebouwd voor een offer voor de Here God. Ze vieren een groot feest. Alles precies zoals God het wil. Alleen de tempel is nog lang niet klaar! Laat in de vertelling het kind weer zijn ou-ders bevragen: ’Waarom gaan we weer naar Jeruzalem? Waarom vieren we feest?’

▪ Na twee jaar is er feest: al het puin is ge-ruimd, de tempel kan weer op zijn oude plaats opgebouwd worden. En je kunt al zien hoe de tempel worden gaat, want van alle muren zijn in de grond al stukken ge-bouwd. Daarop staan de echte muren, net als voeten. Zo wordt de tempel sterk en stevig! De priesters maken muziek en zin-gen: ‘God is goed! Hij is voor altijd trouw!’. De mensen juichen van blijdschap! Maar de oude mensen huilen, zij herinneren zich hoe mooi de tempel er uit heeft gezien. Zij zijn heel verdrietig dat die mooie tempel helemaal stuk is gemaakt. Hun gehuil kun je wel zien, maar niet horen door het ge-juich van alle andere mensen.

Introductie op de les Hoe komt het dat het volk van God in een an-der land woont? Afsluiting van de les Waarom huilen de oude mensen op het feest?

Page 28: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 28 Hoofdstuk 16 Ezra

HOOFDSTUK 16 - DAG 2 DE TEMPEL WORDT WEER GEBOUWD Verteltekst Ezra 4 - 6 Achtergrondinformatie Ze herstellen de muren: deze muren zijn weer vernietigd of worden niet afgemaakt want later treft Nehemia ze in erbarmelijke staat aan (Nehemia 2: 13 - 17). Tegenstanders van Juda en Benjamin: dit zijn de Joden die niet in ballingschap zijn meege-voerd. Deze Joden hebben zich vermengd met de vreemde volken die bij hen zijn komen wo-nen. Hoofd van de kanselarij: landvoogd over een provincie. Trans-Eufraat: provincie van Perzië die bestaat uit Israël, Aram en Phoenicië. Het betekent ‘over de rivier de Eufraat’. Aandachtspunten ▪ Er wordt hard gewerkt aan de tempel! Ze-

rubbabel voert de leiding erover. Hij stuurt iedereen aan. Vertel dit verhaal vanuit Ze-rubbabel.

▪ Dan komt er een grote groep mannen kij-ken. Dit zijn Samaritanen, die ook in het land wonen. Ze praten met elkaar, wijzen naar de mannen die aan het werk zijn. “Wie heeft de leiding? Wij willen hem spre-ken!”

▪ Zerubbabel en de andere mannen weige-ren de samenwerking: “Nee, we willen het echt zelf doen voor onze God. Er mogen alleen mensen meewerken die in de Here God geloven.” Ze zeggen dit omdat er geen vermenging moet komen tussen de Joden en de bewoners van het land. Want die dienen ook andere goden!

▪ Het werk wordt er niet makkelijker op. Het is al een enorme klus en nu worden ze ook nog tegengewerkt en bang gemaakt. En als dat niet helpt, schrijven de vijanden een brief aan de koning: “De Joden bou-wen hun stad en tempel weer op, als deze straks sterk genoeg is, zullen ze in op-stand komen! En geen belasting meer be-talen aan u, koning!”

▪ Vertel dat er boden en soldaten komen bij Zerubbabel: “Op bevel van de koning: stop met de bouw!” Het gereedschap wordt af-gepakt, de materialen meegenomen, de mannen weggestuurd.

▪ De bouw ligt vijftien jaar stil. Dat komt doordat de Joden van buitenaf worden te-gengewerkt. Maar ook doordat de Joden het te druk hebben met het bouwen van mooie huizen voor zichzelf. Men heeft

geen tijd om de tempel van der Here af te bouwen ( Hag. 1:2 vv).

▪ God stuurt de profeten Haggai en Zacharia om het volk aan te sporen de bouw weer op te pakken. Noem de namen van de pro-feten niet, vertel alleen van hun komst.

▪ Het werk wordt weer opgepakt en meteen komt ook de tegenwerking weer op gang. Maar God zorgt voor zijn volk.

▪ Vertel dat de tegenstanders een brief aan de koning schrijven. ‘Klopt het echt wel dat de Joden de tempel mogen herbouwen? Vindt de koning van Babel dat echt goed?’ Noem daarbij de verschillende namen niet.

▪ Het antwoord van de koning valt de tegen-standers erg tegen! God zorgt ervoor dat de koning het bouwen van de tempel wil steunen. Ze krijgen het bevel de bouw on-gemoeid te laten en ze moeten zelfs finan-ciële hulp en ondersteuning geven!

▪ Nu schiet het helemaal op met de bouw en na 4 jaar is de tempel klaar. Er wordt vro-lijk feest gevierd, God heeft het volk blij gemaakt!

Introductie op de les Waarom heeft het volk feest gevierd? Afsluiting van de les Waarom duurde het zo lang voor de tempel klaar is?

Page 29: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 29 Hoofdstuk 16 Ezra

HOOFDSTUK 16 - DAG 3 EZRA GAAT OP REIS NAAR JERUZALEM Verteltekst Ezra 7, 8: 21 - 36 Ezra 9 en 10 wordt beknopt verteld, zie laatste aandachtspunt. Achtergrondinformatie Groot kenner van de wet: Ezra is een Schrift-geleerde. Hij bestudeert de wet en onderwijst daaruit. Opdat zijn toorn het rijk van de koning en zijn zonen niet zal treffen: de koning van Babel denkt: “Elke god heeft z’n eigen gebied en je moet hem zoveel mogelijk te vriend houden.” Dit is de reden dat Ezra naar Jeruzalem mag en veel goud en zilver voor de tempel mee-krijgt. Toen we in Jeruzalem aangekomen waren: na een reis van 4 maanden hebben ze 1440 kilo-meter te voet afgelegd. Aandachtspunten ▪ Vertel het verhaal vanuit Ezra. Ezra moet

bij de koning van Babel komen. De koning kent Ezra en weet dat hij de wet van zijn God heel goed kent. Ook al dient de ko-ning de God van Ezra niet, hij weet wel dat de God van Ezra de God is die de hemel en de aarde heeft gemaakt. Hij weet dat Ezra heel graag met een groep mensen naar Jeruzalem zou willen gaan. De ko-ning geeft Ezra toestemming daarvoor. Ezra wil in Jeruzalem kijken of de mensen de wet van God wel goed kennen. Als het nodig is, mag Ezra de mensen over de wet van God vertellen. Ook geeft de ko-ning mooie spullen mee voor de tempel. Veel goud en zilver, voor de tempel van de god van Ezra’s volk. De koning heeft dit in een brief opgeschreven.

▪ Vertel hoe blij Ezra is. Hij dankt God, dat Hij ervoor gezorgd heeft dat de koning dit zegt en dat hij op reis mag gaan.

▪ Ezra zoekt mensen bij elkaar die met hem mee willen gaan. Mensen die ook weer te-rug willen, of in de tempel willen gaan wer-ken. Alle mensen die hij heeft verzameld, komen bij elkaar bij de rivier. Vertel hoe Ezra kijkt wie er straks allemaal mee op reis gaan: oude mensen, vaders en moe-der met grote en kleine kinderen, priesters, mensen die de wet goed kennen en daar-over kunnen vertellen. Er zijn nog meer mensen nodig die in de tempel kunnen werken. Ezra geeft een paar mannen op-dracht, om die er nog bij te zoeken.

▪ Als alle mensen bij elkaar zijn, dan gaan ze samen tot God bidden. Ze weten dat ze

een gevaarlijke reis gaan maken. De men-sen gaan vragen of God hen wil bescher-men onderweg. Dat er geen ongelukken gebeuren, dat er geen rovers komen die het goud en zilver afpakken. Ze vertrou-wen op God en gaan op weg. Ezra wijst twaalf mannen aan die goed zullen pas-sen op al het goud en zilver.

▪ Na een lange reis komen ze veilig in Jeru-zalem aan. Eerst rusten ze drie dagen uit van de lange reis. Daarna gaan ze naar de tempel en brengen daar het goud en zilver naar toe. Ook brengen ze offers. De brief van de koning geven ze aan de mensen die het land besturen.

▪ Vertel hoe verdrietig Ezra wordt, als hij ziet dat de mensen van Gods volk juist doen wat God niet wil. In grote lijnen kan verteld worden wat hun zonde is, maar het weg-sturen van de vrouwen hoeft niet verteld te worden. De mensen hebben spijt. Ezra bidt tot God en vraagt of God het verkeer-de wil vergeven. De mensen zijn blij dat Ezra is gekomen en hen vertelt wat er in Gods wet staat. Ze willen weer gaan leven zoals God dat wil, want ze zijn het volk van God!

Introductie op de les Waarom hebben de mensen feest gevierd? (terugvragen dag 2) Afsluiting van de les Wat gaat Ezra in Jeruzalem doen?

Page 30: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 30 Hoofdstuk 16 Ezra

HOOFDSTUK 16 - DAG 4 EZRA KNIEBOEK Plaat Laat de leerlingen goed naar de plaat kijken. Wat zien ze allemaal? Er staan mensen op de tekening. Hoe kijken de mensen? Wat hebben ze allemaal mee voor spullen? Verschuif daar-na ook de aandacht naar de stukken muur en stenen. Weten de leerlingen hoe het komt dat die stenen daar zo liggen? Betrek de vragen 1-4 hierbij. Bespreek daarna ook de overige vra-gen. Vragen 1 Waar komen deze mensen vandaan en

waar gaan ze naartoe? 2 Wat willen ze graag gaan doen in Jeruza-

lem? 3 Wat is de reden dat ze zo verdrietig en ge-

schrokken kijken? 4 Hoe komt het dat de tempel zo kapot is? 5 Als de fundamenten van de tempel klaar

zijn, vieren de mensen feest. Waarom hui-len de oude mensen dan?

6 Waarom duurt het zo lang voor de tempel klaar is?

7 Wat voor beroep heeft Ezra? 8 Waarom gaat hij op reis?

Page 31: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 31 Hoofdstuk 17 Nehemia

HOOFDSTUK 17 NEHEMIA Dag 1 Nehemia naar Jeruzalem

Nehemia 1 – 2 Dag 2 Jeruzalems muren herbouwd

Nehemia 3 – 7 Dag 3 Jeruzalems muren ingewijd

Nehemia 8 en 12 Dag 4 Nehemia

Knieboek

Algemene informatie Deze week gaan de vertellingen over Nehemia en het opbouwwerk van Jeruzalem. In het eerste verhaal hoort Nehemia dat het niet goed gaat met de mensen in Jeruzalem. Hij is erg betrokken bij het volk. Nehemia bidt tot God om mogelijkheden om te helpen. Als schenker van de koning kan Nehemia zijn plannen aan de koning voorleggen. De koning is hem goedgezind en geeft hem alle hulp om te starten met de herbouw van Jeruzalem. In dit hele verhaal blijft Nehemia dicht bij God en legt Hem alles biddend voor. In het tweede verhaal wordt er hard gewerkt aan de muren van Jeruzalem. Door de be-moediging en het geloof van Nehemia wordt er veel werk verzet. De tegenstand is groot en bemoeilijkt het werk. Ze moeten constant alert zijn op aanvallen en bangmakerij. Alleen God kan Nehemia moed geven om door te gaan. God geeft hem ook inzicht in het besturen van het volk. In het derde verhaal viert het volk groots feest. Ezra houdt hen de wet voor, zodat het volk de schuld ziet. In eerste instantie komt verdriet naar boven, maar Ezra en de priesters laten het volk feest vieren. Als je verdriet hebt over je zonden, vergeeft God. Door het feest laten de mensen hun dankbaarheid zien. Doelstellingen Aan het einde van de week: weten de leerlingen dat Nehemia de mu-

ren van Jeruzalem gaat opbouwen; weten de leerlingen dat Nehemia God om

hulp bidt en Hem alles voorlegt; weten de leerlingen hoe Nehemia en de

bouwers worden tegengewerkt; weten de leerlingen waarom Nehemia niet

bang wordt van de aanvallen; weten de leerlingen waarom de mensen

blij en verdrietig tegelijk zijn als de mensen naar Ezra luisteren.

Liederen Jan Visser - Bidden is goed Jan Visser - Dank U Ook uit de mond dl 1 - Elke dag, aan ons

gegeven

Aly Dijkhuizen - Een sterke muur Elly en Rikkert – Zoals Nehemia. (Staat

op: Samen, Een boom vol liedjes (deel 3)) Elly en Rikkert – Samen. Elly en Rikkert - Als je bidt. (Staat op: Ver-

tel het aan de mensen, Een boom vol lied-jes (deel 1), Kom maar gewoon)

Page 32: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 32 Hoofdstuk 17 Nehemia

HOOFDSTUK 17 - DAG 1 NEHEMIA NAAR JERUZALEM Verteltekst Nehemia 1 – 2 Achtergrondinformatie De muur van Jeruzalem: tijdens de inname van Jeruzalem hebben de legers van Nebukadnes-sar delen van de stadsmuren kapot gemaakt. Bepaalde delen zijn blijven staan en er zijn al reparaties geweest onder leiding van Ezra. Schenker: een belangrijke en goedbetaalde functie. Nehemia moet de wijn inschenken en proeven om te controleren of de drank niet vergiftigd is. Met zijn salaris heeft Nehemia zijn reis en onderhoud in Jeruzalem kunnen beta-len. Nehemia is geen bouwer, maar kan wel goed delegeren. Brieven: een soort paspoort en een hulpmiddel om tijdens de reis verzorgd te worden met voeding en bescherming. Aandachtspunten Begin het verhaal met een gesprek tussen

Nehemia en zijn broer Chanani. Schilder Nehemia af als iemand die nieuwsgierig is naar het leven in Jeruzalem. Gaat het goed met de mensen? Zijn de mensen al bezig de stad weer op te bouwen? Zijn broer kent mannen die meer weten over Jeruzalem en hij brengt deze mannen naar Nehemia toe. Het nieuws is slecht. Bena-druk dat er met de mensen in Jeruzalem en met God wordt gespot.

Nehemia is verdrietig door het onverwach-te slechte nieuws. Hij is diep geraakt dat de stad van God nog steeds in puin ligt. Hij gaat huilend op de grond zitten en wil da-genlang niet eten. Met al zijn verdriet gaat Nehemia in zijn gebed naar God.

Vertel via het gebed van Nehemia dat het volk door hun eigen schuld overal woont. Ze hebben niet goed geluisterd naar God en niet gedaan wat God goed vindt. Ne-hemia vertrouwt op God. Als de mensen vinden dat ze het verkeerd hebben gedaan en vergeving zoeken bij God, heeft God beloofd hen weer thuis te brengen.

In het paleis van de koning doet Nehemia belangrijk werk als schenker. Hij ziet de koning vaak en proeft vooraf zijn wijn. Ver-tel dat Nehemia met de koning wil praten over Jeruzalem, maar een koning is erg belangrijk. Zou de koning het goed vinden als hij gaat helpen in Jeruzalem? De ko-ning heeft zelf gezegd dat ze moeten stoppen met bouwen (Ezra 4: 20-21). Als hij zo aan het nadenken is, komt de koning zelf met de vraag of alles wel goed gaat met Nehemia. Hij ziet er zo somber uit.

Voor zijn werk mag Nehemia helemaal niet somber kijken. Het is bijzonder dat de ko-ning vraagt wat er scheelt en hem niet ge-lijk laat doden om zijn sombere, afstande-lijke houding.

Breng duidelijk naar voren dat Nehemia tijdens het gesprek met de koning 'schiet-gebedjes' aan God richt voor de juiste woorden. Hij wil zo graag naar Jeruzalem om te helpen. God zorgt ervoor dat Nehe-mia's plan slaagt.

Niet alle mensen zijn blij met het plan van Nehemia. De vijand wil niet dat Jeruzalem weer wordt opgebouwd. Zij zijn nu de baas en willen dat blijven. Helaas kunnen ze niets doen, want de koning staat duidelijk achter het plan van Nehemia. Nehemia heeft brieven van de koning die hem hel-pen aan materiaal en een goede reis naar Jeruzalem.

In Jeruzalem gaat Nehemia eerst alleen de stad bekijken. Hij doet dat stiekem, in de nacht. Hij wil alles eerst zelf zien. Beschrijf de kapotte muren en de resten van de verbrande poorten. Vertel het enthousias-me van de mensen waar Nehemia mee gaat werken. Het doet hen goed dat Ne-hemia door de koning is gestuurd. Nehe-mia geeft God alle eer. Hij zal ervoor zor-gen dat het plan gaat lukken.

Introductie op de les Wat is er gebeurd met de muren en tempel van Jeruzalem? Afsluiting van de les Wat voor plan heeft Nehemia bedacht?

Page 33: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 33 Hoofdstuk 17 Nehemia

HOOFDSTUK 17 - DAG 2 JERUZALEMS MUREN HERBOUWD Verteltekst Nehemia 3 – 7 Achtergrondinformatie Geen gaten meer: de muur is bij de val van Je-ruzalem niet helemaal verwoest. Er staan nog delen van de muur. De bouwers repareren de gaten in de muur en bouwen de delen van de muur die verdwenen zijn weer op. Daarom kan Nehemia in 52 dagen de muur hersteld heb-ben. Aandachtspunten Begin het verhaal dat er heel hard wordt

gewerkt. Overal zijn mannen bezig met het repareren van muren en poorten in Jeruza-lem. Uit het puin worden goede stenen ge-zocht en alles wordt opgeruimd. Nehemia moedigt hen aan en helpt mee. De men-sen mogen de muur dichtbij hun eigen huis herstellen, daarom gaan ze extra zorgvul-dig te werk. Nehemia is blij: de stad wordt opgebouwd.

De mannen werken hard en de muur wordt steeds hoger en de gaten worden dicht gemaakt. Maar de vijand wordt woedend. Wat denkt Nehemia wel. De vijand lacht de mensen uit en zegt dat de muur niet sterk genoeg is en om zal vallen.

Door de vastbeslotenheid om door te bou-wen, verzint de vijand een gemener plan. Ze gaan vechten met de bouwers. De bouwers schrikken enorm. Opeens zien ze overal om zich heen wapens en moeten ze gaan vechten. De aanvallers proberen hen over te halen om te stoppen met werken. Het werk is toch heel zwaar en de mensen zijn uitgeput! Gelukkig moedigt Nehemia de bouwers aan en laat zijn geloof in God zien. Hij bidt met de bouwers en bemoe-digt hen. Door de gevechten spreekt Ne-hemia met de bouwers af om altijd wapens te dragen. De helft van de bouwers gaat aan het werk en de andere helft loopt wacht. De poorten in Jeruzalem mogen ook niet te lang open zijn om verrassings-aanvallen te voorkomen.

Als Nehemia een controle uitvoert bij de bouw, hoort hij verdrietige vrouwen luid met elkaar praten. “Wij hebben honger, maar kunnen niet eens eten aan onze kin-deren geven.” Een ander zegt: “Ik heb mijn huis moeten verkopen om aan eten te ko-men.” En weer een ander zegt huilend: “Ik heb helemaal niets meer en moet mis-schien wel mijn kinderen voor geld laten werken.” Nehemia schrikt van deze woor-den en laat alle bouwers bij zich komen.

Vertel dat Nehemia aan de bouwers uitlegt dat ze voor elkaar moeten zorgen. Zelf geeft Nehemia ook gratis eten aan men-sen. Daarom moeten ze niet bang zijn iets uit te lenen en er geen geld voor vragen.

De muur is helemaal opgebouwd onder leiding van Nehemia. De vijand kan het niet uitstaan en probeert Nehemia bang te maken. Vertel dat Nehemia een brief krijgt waar de beschuldigingen instaan. Als de koning van Babel zou horen van de be-schuldigingen, moet Nehemia zeker stop-pen. Maak duidelijk dat Nehemia niet bang wordt. God helpt hem om niet bang te zijn en vertelt zelfs of de boodschap juist is of niet. Door de moedige houding van Nehe-mia helpt hij de bouwers om door te gaan en het werk helemaal af te maken.

Eindig het verhaal dat de mensen blij zijn dat het werk klaar is.

Introductie op de les Wat gaat Nehemia in Jeruzalem doen? Afsluiting van de les Wat gebeurt er in Jeruzalem?

Page 34: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 34 Hoofdstuk 17 Nehemia

HOOFDSTUK 17 - DAG 3 JERUZALEMS MUREN INGEWIJD Verteltekst Nehemia 8 en 12 Achtergrondinformatie Loofhuttenfeest: het is een vrolijk en uitbundig feest waarin de mensen herdenken dat ze in de woestijn hebben gewoond. De hutten zien er uit als afdakjes. Elke dag worden er offers gebracht (Numeri 29). Ezra: door de koning van Babel is hij naar Je-ruzalem gestuurd. Hij moet onderzoeken of de mensen naar de wet van God en de koning le-ven. Hij moet ervoor zorgen dat het goud en alle voorwerpen die voor de tempel zijn, goed worden ingezet. Ezra heeft ook de opdracht om rechters aan te stellen. Hij luistert goed naar God en leert de mensen om op Gods woord te bouwen. Aandachtspunten Begin de vertelling met het herhalen van

de blijdschap dat de muren klaar zijn. Nu kunnen de mensen weer gaan wonen in Jeruzalem, want het is veilig door de ster-ke muren.

Benadruk dat de herbouw alleen met Gods hulp gelukt is. Nehemia is niet bang ge-worden van de vijand, omdat hij veel bidt tot God. Heel het volk wil graag horen van God, daarom laten ze Ezra komen.

Als de mensen luisteren naar Ezra's woor-den, voelen ze zich blij en verdrietig tege-lijk. U kunt een verdrietig gezichtje in de lucht houden als u vertelt dat de mensen het moeilijk vinden, omdat het zo moeilijk is om Gods wet te houden. Telkens doe je weer iets verkeerd, zoals boos worden of iets afpakken. Maar de mensen mogen ook blij zijn: de muren zijn klaar en de priesters kunnen weer aan het werk in de tempel. Laat een blij gezichtje zien.

Ezra en de priesters willen juist dat de mensen nu feest gaan vieren. Dit is het eerste feest wat de mensen gaan vieren. Vertel dat ze de opdracht krijgen om loof-hutten te gaan maken. Beschrijf dat ze takken gaan zoeken en gewoon voor hun huis een hut gaan maken. Het lijkt of ze gaan kamperen.

De mensen vinden het heerlijk om feest te vieren. Het is lang geleden dat ze het zo uitgebreid en vol vreugde hebben kunnen vieren.

In de stad gaan nu mensen wonen. Er blij-ven veel mensen buiten de stad wonen, want daar kan eten verbouwd worden.

Sluit de vertelling af met de inwijding van de muren van Jeruzalem. Dit is het tweede

feest in deze vertelling. Uit heel het land worden de Levieten en priesters opgeroe-pen om te komen voor een enorm groot feest. Benadruk dat iedereen zich schoonmaakt, omdat het een feest is voor de Heer. Niet alleen de mensen maken zich schoon, ook de muren en de poorten worden schoongemaakt.

De zangkoren zullen een groots geluid hebben laten horen, want het is in de wijde omtrek te horen. Beschrijf de instrumenten die worden gebruikt en hoe ze de muren opgaan naar de tempel om daar dieren te offeren. De optocht bestaat uit twee groe-pen. Ze gaan op de muur uit elkaar naar rechts en naar links en ontmoeten elkaar weer bij de tempel op het plein. Op het tempelplein zingen twee zangkoren in beurtzang.

Introductie op de les Welk plan van Nehemia is gelukt? Afsluiting van de les Wat doen de mensen als de muren klaar zijn?

Page 35: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 35 Hoofdstuk 17 Nehemia

HOOFDSTUK 17 - DAG 4 NEHEMIA KNIEBOEK

Bekijk de plaat met de leerlingen. Alle mensen zijn gelukkig en vieren feest. Laat de leerlingen uitleggen wat voor feest de mensen vieren. Bekijk de plaat van vorige week om te laten zien hoe de bouw van Jeruzalem is begonnen en dat ze nu feest vieren. Leg uit dat de men-sen erg verdrietig waren om de verwoeste stad. Benadruk dat het geweldig is dat de stad weer opgebouwd is. Vragen Bespreek de volgende vragen: 1. Wat gaan de mensen doen als de muur

klaar is? 2. Waarom zijn de inwoners van Jeruzalem

blij met de muren om de stad? 3. Wat leest Ezra voor aan het volk? 4. Waarom gaan de mensen huilen? 5. Hoe troost Ezra de mensen? 6. Wat heeft Nehemia voor de stad gedaan? 7. Hoe wordt het volk tegengewerkt? 8. Waarom wordt Nehemia niet bang van de

aanvallen?

Page 36: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 36 Hoofdstuk 18 Wonderen

HOOFDSTUK 18 WONDEREN Dag 1 Bruiloft te Kana

Johannes 2: 1 - 12 Dag 2 Wonderbare spijziging

Matteüs 14: 13 – 21 Dag 3 Lopen op het water

Matteüs 14: 21 – 34 Dag 4 Wonderen

Knieboek Algemene informatie Dit zijn de eerste verhalen uit het Nieuwe Tes-tament. De komende weken komen eerst de wonderen van Jezus aan de orde. In de eerste vertelling van deze week wordt verteld over de bruiloft in Kana. Jezus is te gast op deze bruiloft. De wijn dreigt op te ra-ken en dat is een groot probleem! Maria, de moeder van Jezus, is er ook. Zij zegt de be-dienden goed te luisteren naar wat Jezus zegt en te doen wat Hij vraagt. Jezus doet Zijn eer-ste wonder, door het water in de vaten te ver-anderen in wijn. Zijn leerlingen zien dit en be-seffen dat Hij echt de Zoon van God is! In de tweede vertelling zorgt Jezus dat de gro-te groep mensen die Hem gevolgd heeft, te eten krijgt. Van de kleine hoeveelheid voedsel dat aanwezig is, kan Hij blijven delen. Er blijft zelfs nog voedsel over! Het laatste verhaal gaat erover dat de discipe-len op het meer varen. Het is nacht en het stormt. Over de golven loopt Jezus op hen af. Eerst schrikken ze, maar als ze zien en horen dat het Jezus is, wil Petrus naar Hem toe. Ook hij kan lopen op de golven, totdat hij twijfelt. Hij zinkt weg, maar Jezus redt hem. Doelstellingen Na afloop van dit hoofdstuk: weten de leerlingen wat een wonder is; kunnen de leerlingen vertellen dat Jezus

wonderen kan doen omdat Hij de Zoon van God is;

weten de leerlingen wat er gebeurt op de bruiloft in Kana;

kunnen de leerlingen vertellen wat er ge-beurt bij de wonderbare spijziging;

weten de leerlingen dat de Here Jezus macht heeft over het water en de storm;

kunnen de leerlingen vertellen hoe het komt dat Petrus zinkt als hij op de golven loopt;

weten de leerlingen dat er nu nog steeds wonderen gebeuren.

Liederen Elly & Rikkert - Vijf broden en twee vissen.

(Staat op: Kom en zie; een boom vol lied-jes, deel 1)

Elly & Rikkert - Het beste voor het laatst bewaard (Staat op: Witte zwanen, zwarte zwanen)

Elly & Rikkert - Overal zijn wonderen. (Staat op: Wonder boven wonder, voor de allerkleinsten, deel 2)

Alles wordt nieuw 1 - Samen delen Alles wordt nieuw 2 - De bruiloft te Kana Jan Visser - Bruiloft in Kana CD Wonderlijk - Niets is onmogelijk voor U Ellen Laninga - Het is bijzonder

Page 37: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 37 Hoofdstuk 18 Wonderen

HOOFDSTUK 18 - DAG 1 BRUILOFT TE KANA Verteltekst Johannes 2: 1 – 12 Achtergrondinformatie Bruiloft: in de tijd van Jezus wordt een bruiloft in het huis van de bruidegom gevierd. Er wordt een groot feestmaal gehouden. Alle vrienden en buren worden ervoor uitgenodigd. Het feest duurt 7 dagen. Kana: stad ten westen van het Meer van Gali-lea. Watervaten: de Israëlieten hielden zich vóór, tijdens en na de maaltijd aan reinigingsvoor-schriften. Daarom stonden er watervaten klaar zodat iedereen zich kon wassen. De inhoud van deze vaten is 80 à 120 liter. Dat zijn dus menshoge vaten! Wijn: op een bruiloftsfeest hoorde genoeg wijn te zijn voor iedereen. Het gaat hier over witte wijn, anders hadden de bedienden direct ge-zien dat het water in wijn was veranderd. Aandachtspunten bij de vertelling Vertel dit verhaal vanuit één van de leer-

lingen van Jezus. Jezus bezoekt samen met zijn leerlingen een bruiloft. Hij heeft 5 leerlingen die Hem sinds kort volgen: Pe-trus (Simon), Jakobus, Johannes, Filippus en Natanaël. Jezus doet op deze bruiloft Zijn eerste wonderteken om aan de leer-lingen te laten zien hoe groot en machtig Hij is. Na het wonder geloven ze in Hem!

Start het verhaal door te vertellen over het feest waar ze aankomen. Van verre horen ze al muziek! Wat een blijde mensen over-al, wat ziet iedereen er mooi aangekleed uit. Er is veel lekker eten en er is wijn om te drinken.

Wanneer ze een poosje op het feest zijn, komt de moeder van de Here Jezus naar Hem toe. Ze ziet er bezorgd uit. Misschien kan Jezus helpen! ‘Ik hoor net, dat de wijn bijna op is! Wat erg, een feest zonder wijn, dat kan niet! Als de gasten dat horen, zul-len ze allemaal weg gaan en is het feest voorbij!’.

Jezus antwoordt dat de Here God in de hemel beslist wanneer het moment is dat Jezus een wonder mag doen.

Als Jezus de bedienden de opdracht geeft de watervaten te vullen met water, kijken ze wel een beetje raar op. Maar ze doen het omdat Maria heeft gezegd dat ze alles moeten doen wat Hij zegt. Helemaal vreemd vinden ze het als ze water uit een vat moeten scheppen en dat naar de leider van het feest moeten brengen. Ook de leerlingen van Jezus kijken elkaar niet be-

grijpend aan. Ze halen hun schouders op, zeggen tegen elkaar dat ze er niets van snappen.

Maar van de reactie van de leider zijn de discipelen helemaal verbaasd: hij roept dat het de lekkerste wijn is die hij ooit geproefd heeft! Daar snappen ze niks van, ze heb-ben toch echt water in de vaten gedaan, maar nu zit er wijn in! Dat is een wonder, als de Here Jezus dat kan, dan is Hij de Zoon van God!

Introductie op de les Laat concreet zien dat de verhalen nu over het nieuwe testament gaan: pak de bijbel en bla-der door naar het Nieuwe Testament. Afsluiting van de les Welk wonder doet de Here Jezus op deze brui-loft? Het knieboek van groep 3 heeft over deze ver-telling een plaat.

Page 38: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 38 Hoofdstuk 18 Wonderen

HOOFDSTUK 18 - DAG 2 WONDERBARE SPIJZIGING Verteltekst Matteüs 14: 13 – 21 Marcus 6: 34-44; Lucas 6: 1-13.

Achtergrondinformatie Afgelegen plaats: Jezus zoekt een afgelegen plek om te rouwen om Johannes de Doper. Als er groepen mensen blijven komen, stelt Hij de rouw uit om hen te helpen. Brood: de mensen denken terug aan de tijd in de woestijn. Het volk kreeg brood uit de hemel. Alleen was het manna niet het ware brood, dat is Jezus! (Zie Johannes 6: 30-58.) Alleen in Hem is er eeuwig leven. Aandachtspunten bij de vertelling Met het wonder dat Jezus in dit verhaal

doet, laat Hij zien dat Hij de macht heeft om de mensen voedsel te geven. Jezus geneest zieke mensen, maar laat zien dat Hij ook voor hen kan en wil zorgen. Jezus geeft je altijd genoeg, zelfs meer dan dat. Bij Hem is er overvloed!

Neem als gezichtspunt een leerling van Jezus.

Jezus en de discipelen varen met de boot naar een rustige plek. Ergens waar de gro-te groepen mensen niet zijn. Want overal waar de Here Jezus is, komen er veel mensen naar Hem toe. Nu willen ze even uitrusten. Maar het helpt niet dat ze weg-varen, de mensen lopen aan de kant van het meer met de boot mee.

Als Jezus al die mensen ziet, krijgt Hij me-delijden. Er zijn ook allemaal zieke men-sen bij die Jezus geneest. Vertel dit beel-dend: een man die niet kan lopen, kan weer springen, rennen! Een meisje dat niet kan horen en praten, kan weer horen, zin-gen! Wat zijn de mensen blij!

Maar het wordt steeds later, de leerlingen worden ongerust. Hoe moet dat als de mensen moeten eten? Straks krijgen de mensen trek in eten! Het is al bijna etens-tijd! Op deze rustige plek is geen eten te krijgen en de stad is ver weg! Er is hier geen winkel in de buurt om eten te kopen. Ze zeggen tegen Jezus dat Hij de mensen weg moet sturen.

Jezus zegt dat zij de mensen eten moeten geven! ‘Hoe moeten we dat dan doen?’ De discipelen zijn verbaasd! Moeten zij voor al die mensen eten kopen? Hoeveel geld kost dat wel niet!

Jezus stuurt hen erop uit om het eten wat er is bij Hem te brengen. Ze gaan langs al-le mensen en komen bij een jongen die eten bij zich heeft. Het is niet veel, nooit

genoeg voor al die mensen! Daar hebben ze toch niks aan! De leerlingen gaan uit van wat er direct voor handen is: 5 broden en 2 vissen. Voor de Here Jezus is het ge-noeg: ‘Breng die broden en die vissen bij Mij.’

Eerst moeten alle mensen gaan zitten, terwijl er nog geen eten genoeg is voor al-lemaal. De discipelen zijn er zenuwachtig van! Ze kijken elkaar verbaast en onzeker aan:’Dat eten is toch nooit genoeg? Hoe moet dit nou?’

Er is zoveel te eten, wel voor meer dan 5000 mensen! Iedereen kan zoveel eten als hij of zij wil. En, er blijft heel veel over! Nog meer dan er in het begin was!

Introductie op de les Welk wonder deed de Here Jezus op de brui-loft? Afsluiting van de les Welke wonderen doet de Here Jezus?

Page 39: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 39 Hoofdstuk 18 Wonderen

HOOFDSTUK 18 - DAG 3 LOPEN OP HET WATER Verteltekst Matteus 14:13-34 Achtergrondinformatie Alvast vooruit te gaan naar de overkant: Jezus wil graag even alleen zijn. Daarom dringt Hij erop aan om alvast zonder Hem naar de over-kant van het meer te gaan. Het meer is onge-veer 7 kilometer breed. Vele stadiën: één stadie is 185 meter. Tegen het einde van de nacht: tussen 3 en 6 uur in de ochtend. De discipelen moeten erg moe zijn, want ze hebben de hele nacht tegen de wind in geroeid. Aandachtspunten In deze vertelling laat Jezus zien dat Hij

machtig is over de storm. Hij kan lopen op het water en Hij redt Petrus. Petrus leert dat hij volledig moet vertrouwen op Hem!

Vertel dit verhaal vanuit Petrus. Start de vertelling waar het in dag 2 is opgehouden. Het wordt avond, iedereen gaat naar huis. Jezus wil alleen zijn. De discipelen gaan alvast naar de overkant.

Maar er komt een flinke storm. De golven worden erg hoog en de boot komt haast niet vooruit ook al roeien ze hard. Ze wor-den er flink moe van. Vertel beeldend over hun wanhoop, paniek: ‘We slaan vast om!’.

Ze schrikken vreselijk wanneer ze een ge-daante over het water naar hen toe zien komen. Het is donker, er is storm. Ze ra-ken in paniek.

Vol vertrouwen stapt Petrus overboord en loopt naar Jezus toe. Hij kan lopen op de golven! De discipelen kijken met open mond toe. Als Petrus op Jezus af loopt, slaat de twijfel toe:’wat doe ik, lopen op het water?’ Petrus ziet opeens hoe hoog de golven zijn! Als ervaren visser weet hij als geen ander hoe gevaarlijk die golven kun-nen zijn! Petrus verliest het vertrouwen, maar Jezus strekt meteen Zijn hand uit. Hij helpt! De wind gaat liggen, de storm is voorbij.

De discipelen zijn onder de indruk, verbijs-terd over de macht van Jezus. Hij is de Zoon van God.

Introductie op de les Neem een teiltje water mee en een handdoek. Wat gebeurt er als je je voet op het water zet? Afsluiting van de les Welk wonder gebeurt er in dit verhaal?

Page 40: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 40 Hoofdstuk 18 Wonderen

HOOFDSTUK 18 - DAG 4 WONDEREN KNIEBOEK Plaat Bekijk samen met de leerlingen de plaat van deze week. Weten de leerlingen wie de mannen op de plaat zijn die in de boot stappen? Wat zit er in de manden? Laat de leerlingen vertellen wat er is gebeurd. Wanneer de leerlingen het woord ‘wonder’ niet zelf noemen, noemt u het dan. Vraag vervolgens waarom de discipelen in de boot stappen. Waar gaan ze heen? En wat gaat Jezus dan doen, want die loopt weg? Be-trek in de bespreking van de plaat de vragen 1-6. Bespreek daarna ook nog de beide andere vragen. Extra Ga samen picknicken om het ‘samen delen’ te ervaren. Doe het als het weer het toestaat lek-ker buiten, en anders op een kleedje binnen in de klas!

Vragen 1 Wat zit er in de manden? 2 Welk wonder heeft Jezus gedaan voor al

deze mensen? 3 Wat is een wonder? 4 Hoe komt het dat Jezus wonderen kan

doen? 5 Weet je nog een wonder van Jezus? 6 Wat gebeurt er op het meer? 7 Wat is er aan de hand op de bruiloft in

Kana? 8 Gebeuren er nu ook nog wel eens wonde-

ren?

Page 41: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 41 Hoofdstuk 19 Niet meer blind

HOOFDSTUK 19 NIET MEER BLIND Dag 1 Blinden

Matteüs 20: 29 – 34 Marcus 10: 46 – 52

Dag 2 Blinde van Betsaida Marcus 8: 22 – 26

Dag 3 Genezing van de blindgeborene Johannes 9

Dag 4 Niet meer blind Knieboek

Algemene informatie In deze week staan de wonderen van Jezus centraal bij blinde mensen. Door deze wonde-ren laat Jezus zich zien als de langverwachte beloofde. In het eerste verhaal opent Jezus de blinde Bartimeüs de ogen. Bartimeüs is overtuigd van Jezus als Messias en benadert Hem eerbiedig. Door zijn geloof kan Bartimeüs zien en Hem volgen op weg naar Jeruzalem. Hij ziet Hem sterven. In het tweede verhaal wordt een blinde man in de plaats Betsaïda genezen. De Heer doet dit wonder op een afgelegen plek. Het gaat niet om het wonder dat de mensen trekt. Hij wil dat de mensen gaan zien dat Hij de beloofde is. Het derde verhaal gaat over een man die al heel zijn leven blind is. Jezus geneest de blin-de man. Dit leidt tot grote verontwaardiging bij de Farizeeën: een genezing op de sabbat. De blinde man moet zich verdedigen. Hij gaat steeds meer begrijpen dat Jezus de Messias is. De Farizeeën zien alle wonderen, maar zien niet dat Jezus de Messias is. Doelstellingen Aan het einde van de week: weten de leerlingen dat Bartimeüs wordt

genezen en Hem volgt; weten de leerlingen dat Jezus door de

wonderen wil laten zien dat Hij de Messias is;

weten de leerlingen dat veel mensen de wonderen zien, maar niet iedereen ziet dat Jezus Gods Zoon is;

Liederen Timotheüs 6 - Bartimeüs Timotheüs 9 - Bewaar je oog Timotheüs 189 - Een blinde man Timotheüs 274 - Wauw, Ik kijk mijn ogen

uit! Jan Visser - Als je gelooft Jan Visser - Sta eens op Jan Visser - Bartimeüs Alles wordt nieuw II, 22 - Bartimeüs Alles wordt nieuw IV, 20 - De blinde bede-

laar

Aly Dijkhuizen - Donker en licht

Page 42: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 42 Hoofdstuk 19 Niet meer blind

HOOFDSTUK 19 - DAG 1 BLINDEN Verteltekst Matteüs 20: 29 – 34 Marcus 10: 46 – 52 Achtergrondinformatie Blinden: moeten bedelen om te kunnen overle-ven. Deze blinden zitten langs de weg om te bedelen bij de vele pelgrims die naar Jeruza-lem toegaan. Heer, open onze ogen: dit is een verwijzing naar Jesaja 35:5 -6. Jezus is de Verlosser en zal komen om te bevrijden. Bij de blinden wor-den de ogen geopend. De Joden die het boek Jesaja kennen, kunnen uit deze genezing af-leiden dat Jezus de Messias is. Volgde Hem op zijn weg: Bartimeus gaat mee richting Jeruzalem. Hij zal zien dat Jezus ge-vangen wordt genomen en gekruisigd. Aandachtspunten Vertel het verhaal vanuit de blinde Barti-

meüs die met een andere blinde man bij de poort van Jericho zit.

Op de weg is het een drukte van belang. Er zijn veel mensen onderweg naar Jeru-zalem om het Pesach te vieren. Vertel dat het Pesachfeest gaat over de bevrijding uit Egypte. Elk jaar gaan ze dit weer vieren.

De blinde mannen zitten langs de weg om geld te vragen aan de mensen. Ze houden hun hand omhoog voor geld. De mensen lopen snel langs en kijken niet echt naar de blinde mannen. Elke dag zijn deze mannen aan het bedelen om zichzelf van eten te kunnen voorzien. Benadruk dat Bartimeüs misschien niets ziet, maar hij kan wel goed horen. Hij hoort dat de men-sen tegen elkaar zeggen dat Jezus er aan komt. De mensen vertellen aan elkaar dat Jezus uit Nazaret komt, een leraar is en wonderen doet.

Bartimeüs wordt helemaal blij van binnen. Jezus komt er aan en is niet zomaar ie-mand. Hij gelooft dat Jezus de Messias is. Hij is de redder en gestuurd door God. Daarom begint hij hard te roepen.

De mensenmenigte wordt boos op de blin-de bedelaar. Stel je eens voor, Jezus gaat toch niet bij elke bedelaar stilstaan. Barti-meüs wordt afgesnauwd. Toch wordt Bar-timeus niet stil. Hij gaat juist nog harder roepen.

Als Jezus wel stilstaat voor Bartimeüs doen de mensen opeens heel aardig tegen hem. Bartimeüs trekt zich niets van die mensen aan. Hij gaat zijn eigen gang. Hij gooit zijn mantel van zich af. Hij maakt zich

klein voor Jezus de Messias. Bartimeüs laat zien dat hij Jezus nodig heeft.

Bartimeüs vraagt niet als een bedelaar geld aan Jezus, maar iets veel groters. Hij gelooft dat Jezus hem kan laten zien.

Door het geloof van Bartimeüs zorgt Jezus dat hij kan zien. Hij kan om zich heen kij-ken. Vertel de blijdschap en de verwonde-ring van alles wat Bartimeüs nu ziet.

Bartimeüs gaat mee met Jezus. Introductie op de les Laat de kinderen in tweetallen uitspelen hoe het is om blind te zijn. Het ene kind draagt een doek voor de ogen en het andere kind wijst een weg door de klas. Wissel het ook om. Vraag naar de ervaringen van de kinderen. Afsluiting van de les Hoe laat Bartimeüs zien dat hij in Jezus ge-looft?

Page 43: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 43 Hoofdstuk 19 Niet meer blind

HOOFDSTUK 19 - DAG 2 BLLINDE VAN BETSAIDA Verteltekst Marcus 8: 22 – 26 Achtergrondinformatie Jullie hebben ogen, maar zien niet (Marcus 8:18): het verhaal van de blinde is een vervolg op de gebeurtenis in Marcus 8: 1-21. Jezus doet wonderen, maar de discipelen kunnen de diepte van zijn werk nog niet bevatten. Ze denken nog te klein van Jezus. Speeksel: deze methode van genezing wordt meer gebruikt door weldoeners en genezers. Aandachtspunten Begin het verhaal met uitroepen van inwo-

ners van Betsaïda. “Jezus komt eraan! Hij heeft al meer mensen genezen!” Met een boot komen Jezus en zijn discipelen in het dorp aan. De mensen weten dat Jezus wonderen kan doen.

Vertel dan vanuit de blinde man die mee-genomen wordt door dorpsgenoten naar Jezus. "Wilt U hem alstublieft weer laten zien", smeken de mensen. Het is heel bij-zonder dat Jezus dan samen met de blin-de man wegloopt. Jezus gaat geen wonder doen voor het grote publiek.

Vertel hoe spannend het voor de blinde man is, die meeloopt met Jezus. Vertel dat Jezus precies vertelt wat hij doet, want de blinde man kan het niet zien.

Het wonder gebeurt in twee fasen. Bena-druk hoe bijzonder de genezing is. Jezus doet eerst modder op de ogen van de blin-de en legt zijn handen erop. Jezus vraagt of de blinde kan zien. Jezus en de blinde man zien nog wel voorbijgangers langslo-pen over de weg buiten het dorp. Daaraan peilt de blinde ook wat hij kan zien. Maar alles is nog vaag. Bij de tweede keer is al-les helder. De blinde kan zien! Jezus is geen tovenaar die er wel voor zorgt dat je zo kan zien.

Het in fasen weer kunnen zien, is een les voor de discipelen. Door Jezus te leren kennen en zijn wonderen te zien, krijg je steeds beter zicht op Hem. Langzaamaan ontdekken de discipelen dat Hij de Messi-as is (Marcus 8:29).

De blinde man wordt naar huis gestuurd. Waarschijnlijk woont hij niet in het dorp, maar op het platteland rondom Betsaïda.

De Here Jezus wil niet dat de aandacht nu helemaal uitgaat naar het wonder voor de-ze blinde man. Jezus wil dat de nadruk ligt op waar je je ogen voor gebruikt. Be-spreek in de kring met de kinderen een aantal dingen die je kan doen met je ogen.

Genieten van alle mooie dingen die God heeft gemaakt. Lezen in de bijbel wat God allemaal heeft gedaan. Je moet niet alleen stilstaan bij het wonder, maar kijken naar Jezus. Hij doet niet alleen maar wonderen, maar wil jou redden en bevrijden van alle slechte dingen. Door Jezus kan je zien wie God is.

Introductie op de les Hoe was het om met een blinddoek op rond te lopen? Afsluiting van de les Hoe geneest Jezus de blinde man?

Page 44: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 44 Hoofdstuk 19 Niet meer blind

HOOFDSTUK 19 - DAG 3 GENEZING VAN DE BLINDGEBORENE Verteltekst Johannes 9 Achtergrondinformatie Siloam: tijdens het Loofhuttenfeest wordt er el-ke dag een kruik water uit het badhuis van Si-loam gehaald. Een priester giet het water over het altaar en er worden bijbelteksten voorgele-zen: 'Vol vreugde zullen jullie water putten uit de bron van redding' (Jesaja 12:3). Jezus noemt zichzelf de bron van Levend Water (Jo-hannes 7:37-38). Niet zien, zien en zij die zien zullen blind wor-den: dit wonder laat een tegenstelling zien. Je-zus is het licht voor de wereld die in Hem gelo-ven. Hij zal de tegenstand verblinden. Aandachtspunten Begin het verhaal dat Jezus door de stra-

ten loopt met zijn discipelen. Het is sabbat, vergelijk deze dag met onze zondag. Het is rustig op straat. Hij ziet een blinde bede-laar zitten. Al heel zijn leven heeft de blin-de man niets gezien.

Ga niet in op de vraag van de discipelen waarom de man blind geboren is. Leg de nadruk op het feit dat Jezus met dit won-der de macht van God zichtbaar maakt.

Jezus gaat voor de blinde man zitten en maakt een moddermengsel. Gehoorzaam gaat de man zich wassen in het badhuis van Siloam. Hij moet zijn ogen flink boe-nen, want de modder zal opgedroogd zijn. Er wordt niets gezegd over het geloof van de man. Beschrijf hoe geweldig het is om te zien. Hij kan voor het eerst zijn ouders zien en de plek waar hij is opgegroeid.

Beschrijf de verbazing van de mensen die hem kennen. Iedereen kent hem als blinde jongen en later als bedelaar. Hij wordt naar de Farizeeën gebracht, omdat de Farizee-en misschien weten wat er is gebeurd. Zij staan boven de mensen met hun kennis en gezag.

De Farizeeën kunnen het niet geloven dat de man blind was. Vertel vanuit de blinde man dat hij zich verbaast dat ze het won-der niet zien. Ze maken zich alleen maar druk of de sabbat wel goed wordt gehou-den. De Farizeeën willen in Jezus een zondaar zien die verkeerde dingen doet.

De man kent Jezus eerst helemaal niet, maar hij gaat steeds meer geloven in Je-zus. Eerst ziet hij hem alleen als een meester, maar later noemt hij Hem 'de Heer die we moeten aanbidden'.

De ouders van de man moeten komen om te verklaren dat hij blind is geboren. De

ouders zijn bang voor de Farizeeën. De 'blinde' man moet zelf maar uitleggen hoe hij is genezen. Daar weten zij niets van af. Ze willen niet door dit wonder uit de syna-goge gezet worden.

De man is niet bang, maar onder de indruk van Jezus. Hij getuigt voor de Farizeeën dat Jezus zijn ogen heeft geopend en wel van God moet komen. Hij zegt zelfs dat de Farizeeën het niet goed begrijpen. De man komt in de loop van het verhaal steeds dichterbij Jezus te staan, terwijl de Fari-zeeën zich juist steeds verder voor Hem afsluiten.

Door zijn woorden wordt de man uit de sy-nagoge gegooid. De Farizeeën zijn woe-dend op hem. Waar de ouders al bang voor waren, overkomt hun zoon.

Benadruk dat Jezus hem niet alleen laat. Jezus geeft hem de zekerheid dat Hij de Messias is. Door het wonder heeft de man veel geleerd. Hij kan met zijn ogen zien en hij gelooft nu ook.

Introductie op de les Wat wil Jezus aan de mensen laten zien als Hij een wonder doet? Afsluiting van de les Wat gebeurt er met de blindgeboren man?

Page 45: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 45 Hoofdstuk 19 Niet meer blind

HOOFDSTUK 19 - DAG 4 NIET MEER BLIND KNIEBOEK

Plaat Bekijk de plaat met de leerlingen. Bespreek hoe het zal zijn om blind te zijn. Wat kan je dan allemaal niet? Leg uit dat als je niet gelooft, je God niet ziet. Jezus wil door de wonderen God laten zien. Hij is machtig en kan alles. Vragen Bespreek de volgende vragen: 1. Waarom houdt Jezus de man vast? 2. Waarom loopt Jezus met de blinde man

buiten het dorp? 3. Waarom roept Bartimeüs zo hard naar

Jezus? 4. Wat doen de mensen als Bartimeüs heel

hard roept? 5. Hoe reageert Jezus op zijn geroep? 6. Hoe kan Bartimeüs weer zien? 7. Wat doet Bartimeüs nadat Jezus hem

heeft genezen? 8. Wat wil Jezus graag aan de mensen leren

als hij iemand geneest?

Page 46: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 46 Hoofdstuk 20 Jezus geneest

HOOFDSTUK 20 JEZUS GENEEST Dag 1 Vier vrienden

Marcus 2: 1 – 12 Dag 2 Dochter van Jaïrus

Marcus 5: 22 – 43 Dag 3 Genezingen op sabbat

Matteüs 12: 1 – 21 Lucas 13: 10 – 17

Dag 4 Jezus geneest Knieboek

Algemene informatie Deze week gaan de verhalen verder over Je-zus die geneest. De eerste dag gaat het over vier vrienden die hun verlamde vriend bij Jezus brengen. Ze zijn vol vertrouwen en geloof dat Jezus hun vriend beter kan maken. Jezus laat zien, dat Hij meer kan dan genezen. Hij is de Zoon van God. Hij kan mensen beter maken, maar ook zonden vergeven! De tweede dag gaat het over Jaïrus die ge-looft dat Jezus zijn zieke dochter weer beter kan maken. Terwijl Jezus met hem mee naar huis gaat, geneest Jezus onderweg een zieke vrouw. Ook zij gelooft dat Jezus haar kan ge-nezen. Jezus gaat verder met Jaïrus, ook al krijgen ze het bericht dat het te laat is. De dochter is al gestorven. Voor Jezus is de dood niet anders dan de slaap. Hij roept het meisje wakker, zoals je een slapende wakker maakt. Op de laatste dag gaat het over genezingen op de sabbat. Jezus gaat door met zijn werk. Altijd en op elke dag. De schriftgeleerden hebben veel regels bedacht en denken dat de rust het allerbelangrijkste is op de sabbat. Maar Jezus laat zien, dat Hij ook op de sabbat door gaat met Zijn werk. Doelstellingen Na afloop van dit hoofdstuk: weten de leerlingen wat er gebeurt als de

vier vrienden hun verlamde vriend bij Je-zus brengen;

kunnen de leerlingen vertellen wat er met de dochter van Jaïrus gebeurt;

weten de leerlingen dat Jezus de Zoon van God is en daarom mensen beter kan ma-ken, doden kan opwekken en zonden kan vergeven;

weten de leerlingen wat er gebeurt in de verhalen met de zieken op de sabbat;

begrijpen de leerlingen dat God op elke dag zorgt voor Zijn kinderen.

Liederen Opwekking 32 - Dit is de dag E&R 224 - Vier vrienden lopen hard

Elly & Rikkert - Vertel het aan de mensen. (Staat op: Vertel het aan de mensen, Een boom vol liedjes (deel 1), De steen is weg)

Opwekking kids 18 - Ben je groot of ben je klein

Bijbelse liedjes voor peuters en kleuters - De genezing van de verlamde

Bijbelse liedjes voor peuters en kleuters - Het dochtertje van Jaïrus

Alles wordt nieuw II, 18 - Kleine dochter van Jaïrus

Alles wordt nieuw IV, 16 - Vier mannen en een zieke vriend

Page 47: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 47 Hoofdstuk 20 Jezus geneest

HOOFDSTUK 20 - DAG 1 VIER VRIENDEN Verteltekst Marcus 2: 1 – 12 Achtergrondinformatie Alleen God kan immers zonden vergeven: vol-gens de bijbel kan en mag alleen God zonden vergeven (zie Jesaja 43:25 en Psalm 103:3). Op zich hebben de schriftgeleerden hier gelijk aan. Maar ze gaan niet na of Jezus in een bij-zondere relatie met God staat. Ze vragen zich niet af waarom Hij dit doet. Ze hebben gelijk hun oordeel klaar: Hij doet of Hij Zelf God is, dat is godslasterlijk. En toen ze een opening hadden gemaakt: de platte daken zijn gemaakt van balken en aan-gestampte klei. De vrienden graven de klei weg en zo ontstaat een opening. Uw zonden worden u vergeven: doordat Jezus eerst de zonden vergeeft, laat Jezus zien dat een geestelijke genezing belangrijker is dan een lichamelijke genezing. Zonden staan een goede relatie met God in de weg. Vergeving maakt echt gelukkig. Aandachtspunten In dit verhaal gaat het erom dat Jezus laat

zien dat Hij de Zoon van God is. Hij heeft de macht om zonden te vergeven. Hij ver-geeft niet in Gods naam, maar vergeeft Zelf de zonden. Jezus is aan God gelijk.

Start de vertelling met mensen die staan te dringen bij het huis waar Jezus is. ‘Heb je het al gehoord; Jezus is weer terug!’ Het hele huis is vol en zelfs buiten op straat staan de mensen om maar een glimp van Jezus op te vangen. Binnen zitten de Schriftgeleerden. Zij hebben altijd een goede plaats vooraan (Matteüs 23:2), ter-wijl zoveel anderen moeten staan.

Vertel verder vanuit de vier mannen die hun verlamde vriend bij Jezus willen bren-gen. Ze geloven dat Jezus hun vriend be-ter kan maken. Niemand wil aan de kant gaan. De vrienden zijn zo vastberaden hun vriend bij Jezus te brengen, dat ze maar een andere oplossing verzinnen: via het dak. Benadruk hun geloof in Jezus.

De schriftgeleerden zitten bij Jezus te pra-ten. Normaal gesproken vertellen zij de mensen alles over God. Zij weten daar heel veel van. Ze hebben over Jezus ge-hoord dat Hij ook veel over God vertelt. Ze willen dat zelf wel eens horen. Ineens ho-ren ze gerommel boven hun hoofd. En tot hun verbazing zien ze dat er een gat in het dak gemaakt wordt en daardoor zakt een matras aan touwen naar beneden! Vier

gezichten kijken door het gat gespannen toe. Vertel dit beeldend!

Jezus ziet het geloof van de mannen. Hij zegt tegen de verlamde, dat zijn zonden vergeven zijn. De mensen kijken gespan-nen toe en luisteren. Zonden vergeven? Gaat Jezus de man niet beter maken dan? Benoem de gedachten van de schriftge-leerden, die Jezus kent. Zonden vergeven kan je niet zien. Dat kan iedereen wel zeg-gen. Maar wat zegt Jezus nu? De verlam-de man moet zijn matras oppakken en gaan lopen? Dan kan toch helemaal niet als je verlamd bent?! Tot ieders grote ver-bazing, staat de man op en loopt de kamer uit. Jezus kan een verlamde beter maken!! Wat is Jezus machtig! De mensen loven en prijzen God!

Introductie op de les Wat is een echte vriend? Heb je ook een vriend? Afsluiting van de les Wat doen de vrienden voor de verlamde man?

Page 48: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 48 Hoofdstuk 20 Jezus geneest

HOOFDSTUK 20 - DAG 2 DOCHTER VAN JAÏRUS Verteltekst Marcus 5: 22 – 43 Achtergrondinformatie Leider van de synagoge: iemand die de ere-dienst organiseert. Bloedverlies: behalve dat de ziekte gevolgen heeft voor haar gezondheid, heeft het ook ge-volgen voor haar religieuze en sociale leven. Haar ziekte maakt haar onrein en zorgt voor isolatie. En wees genezen van uw kwaal: Jezus zegt dit voor de vrouw en alle andere aanwezigen. Het aanraken van Jezus’ kleren mag geen bij-geloof worden. Jezus maakt door dit te zeggen duidelijk, dat Hij het is die de genezing geeft. Een groep mensen die luid stonden te huilen en te weeklagen: mensen verhuren zich om, als er iemand overleden is, mee te huilen en te klagen. Een gebruik uit die tijd. Talita koem: dit zijn de aramese woorden, de taal van de Joden. De korte zin benadrukt de macht van Jezus. Jezus roept het meisje terug uit de dood, zoals je een slapende wakker maakt. Aandachtspunten Vertel het verhaal vanuit Jaïrus. Zijn enig

kind, een meisje van 12 jaar, is heel erg ziek. Het ziet er naar uit dat ze gaat ster-ven. Leg de nadruk op het geloof van Jaïrus. Hij is ervan overtuigd, dat Jezus kan zorgen dat ze in leven blijft. Daarom smeekt hij Jezus om mee te gaan naar zijn huis. Jaïrus kent Jezus, want Jezus gaat elke sabbat naar de synagoge (Marcus 1:21; Marcus 3:1; Lucas 4:16).

Jaïrus is blij dat Jezus met hem mee gaat. Hij wil natuurlijk het liefst zo snel mogelijk naar huis. Hij vraagt zich bezorgd af of dat wel gaat lukken met zoveel mensen die lo-pen te dringen. Ze gunnen elkaar geen ruimte en verdringen zich om Jezus heen. Vertel beeldend hoe het een geduw en gedrang is.

Tussen al die mensen loopt een vrouw, ze is al jaren ziek is. Ze voelt zich vaak heel alleen. Eigenlijk mag ze niet tussen al die mensen komen. Ze is er toch, want ze is vastberaden om Jezus aan te raken. Leg ook bij haar de nadruk op haar geloof in Jezus. Jezus wil dat ze openlijk uitkomt voor haar geloof, daarom stelt Hij de vraag wie Hem aangeraakt heeft. De vrouw is bang. Trillend van angst legt ze uit wat haar bedoeling was. Iedereen kan het ho-ren. Maar Jezus stelt haar gerust. Door

haar geloof is ze genezen en ze hoeft niet bang te zijn dat de ziekte terug komt!

Jaïrus merkt dat Jezus rustig de tijd neemt voor deze vrouw. Dat moet vreselijk voor hem zijn; elke minuut telt! Op dat moment komen er mensen vertellen dat zijn doch-ter is overleden. Nu hoeft Jezus niet meer te komen, het is volgens hen al te laat. Je-zus kan volgens hen niets meer doen. Je-zus negeert deze opmerking en bemoedigt Jaïrus.

Bij het huis gekomen willen alle mensen wel mee naar binnen. Maar Jezus kiest drie discipelen uit en samen met de ouders loopt Hij naar binnen. Voor Jezus kost het niet meer moeite een dode levend te ma-ken, dan een slapende wakker te maken. Vandaar zijn opmerking dat het meisje slaapt. De klagende mensen, die Jezus nu uitlachen, zet Hij buiten de deur. Jezus pakt het meisje bij de hand en roept haar weer tot leven. De ouders en de discipelen zijn stomverbaasd! Wat is Jezus machtig!

Introductie op de les Ben je wel eens heel verdrietig geweest? Ver-tel er over. Afsluiting van de les Wat gebeurt er met de dochter van Jaïrus?

Page 49: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 49 Hoofdstuk 20 Jezus geneest

HOOFDSTUK 20 - DAG 3 GENEZINGEN OP SABBAT Verteltekst Matteüs 12: 1 – 21 Lucas 13: 10 – 17 Achtergrondinformatie Sabbat: de wet verbiedt elk werk op sabbat. Het plukken van korenaren wordt als werk be-schouwd door de schriftgeleerden. Het respec-teren van de rust op de sabbat is één van de belangrijkste gebruiken van het Jodendom. Aandachtspunten In dit verhaal gaat het erom, dat Jezus is

gekomen om de mensen te helpen. Hij wil de mensen laten zien dat God goed voor alle mensen zorgt. Dat doet Hij alle dagen van de week; altijd dus. De schriftgeleer-den hebben veel regels bedacht. Die re-gels vinden ze belangrijker dan dat men-sen geholpen worden. In dit verhaal is voor hen de absolute rust op de sabbat het be-langrijkste. Jezus denkt daar anders over en maakt ook op de sabbat mensen beter.

Start de vertelling met Jezus die op sabbat door de korenvelden loopt met zijn discipe-len. Vertel hoe de discipelen honger heb-ben en daarom aren plukken en er van eten. De schriftgeleerden zien dit gebeu-ren en worden daar boos over. Leg uit dat deze mensen de wet van God heel goed kennen. Ze willen alles precies doen, zoals God dat wil. Ze hebben er zelfs nog meer regels bij bedacht. Ze denken dat God daar heel blij mee is. En ze letten heel goed op of iedereen zich wel aan die re-gels houdt. De sabbat moet je rusten en dan mag je niet te ver lopen en geen koren plukken. Jezus kent de wet ook heel goed (Hij is de Zoon van God!) en legt dat an-ders uit. Het gaat niet om de regels op zich, maar om het grote gebod van de lief-de. De schriftgeleerden spreken met el-kaar af dat ze goed op Jezus zullen letten. Ze gaan kijken of Hij zich wel goed aan Gods wet houdt.

Jezus komt in de synagoge. Daar is een man: zijn hand ziet er raar uit; is kleiner dan zijn gezonde hand en hij kan er niks mee vastpakken. De schriftgeleerden zijn er ook weer. Ze zijn benieuwd wat Jezus gaat doen. Zal Hij die man ook beter ma-ken? Zij vinden dat je dat niet mag doen op de sabbat. Als Jezus het wel doet, dan doet Jezus het verkeerd. Hij kan dus niet de zoon van God zijn. Ze zijn er van over-tuigd, dat zij weten wat God wil en dat zij het goed doen.

Jezus is boos en verdrietig tegelijk. De schriftgeleerden denken dat ze het alle-maal zo goed snappen. Maar dat is hele-maal niet zo. Dat maakt Jezus verdrietig. Maar Hij is ook boos, omdat ze er op zitten te wachten dat Jezus volgens hen iets ver-keerds gaat doen. Ze willen helemaal niet luisteren naar wat Jezus echt heeft te ver-tellen. Ze denken dat Jezus alles verkeerd doet en zij alles goed doen. Jezus legt uit aan de schriftgeleerden dat je ook op de sabbat iemand mag helpen. Jezus geneest de man. De schriftgeleerden zijn alleen maar kwaad. Ze gaan een plan maken om Jezus te doden.

Jezus trekt zich hier niets van aan. Een tijd later is het weer sabbat en Jezus is in de synagoge. Vertel hoe daar een kromme vrouw loopt. Jezus maakt haar beter. En de vrouw gaat God loven en prijzen terwijl ze rechtop loopt! Iedereen die het ziet is blij. Jezus gaat door met Zijn werk waar-voor Hij op de aarde is gekomen. Mensen laten zien, dat God goed voor hen wil zor-gen: elke dag!

Introductie op de les Is de zondag bij ons ook een bijzondere dag? Waarom? (Leg uit dat de zondag in de tijd van de bijbel de sabbat heet.) Afsluiting van de les Wat doet Jezus op de sabbat?

Page 50: HOOFDSTUK 11 GOD ZORGT VOOR ALLE MENSEN€¦ · Levend Water – groep 2 2 Hoofdstuk 11 God zorgt voor alle mensen HOOFDSTUK 11 - DAG 1 NAÄMAN Verteltekst 2 Koningen 5 Achtergrondinformatie

Levend Water – groep 2 50 Hoofdstuk 20 Jezus geneest

HOOFDSTUK 20 - DAG 4 JEZUS GENEEST KNIEBOEK

Bekijk samen de plaat. Wat gebeurt er? Vraag 3 tot 6 is hier goed bij te gebruiken. Waarom zie je tranen bij de moeder? Praat er samen over door of de leerlingen wel eens meege-maakt hebben dat iemand die erg ziek was weer beter werd. Weer levend worden: gebeurt dat nu ook nog? Eventueel kan er over door-gesproken worden dat mensen die sterven bij God in de hemel verder mogen leven. Op de dag dat Jezus terugkomt, zullen alle doden weer levend worden en opstaan uit hun graf. De macht van Jezus over dood en graf heen, mag naar voren komen. Bespreek de rest van de vragen. Vragen 1. Hoe brengen de vier vrienden hun verlam-

de vriend bij Jezus? 2. Wat gebeurt er als de verlamde man bij

Jezus is? 3. Wat is er met het dochtertje van Jaïrus ge-

beurd? 4. Wat doet de vader van het meisje om het

meisje te redden? 5. Wat doet Jezus aan het bed van het meis-

je? 6. Welke mensen staan om Jezus heen? 7. Waarom is de sabbat een speciale dag? 8. Wat doet Jezus op de sabbat?