Wat vind jij lekker om te eten? Quest-ce que tu aimes manger,
toi?
Page 4
Wat vind jij lekker om te eten? Quest-ce que tu aimes manger,
toi? Wat Vind jij Lekker Om te Eten Quest-ce que Tu trouves Bon,
dlicieux, bienfaisant Pour Manger Eten - mangerVinden -
trouver
Page 5
Eten - manger Ik eet een appel Jij eet (eet jij?) Hij/zij eet
Wij Jullie eten Zij Je mange une pomme Tu manges (manges-tu?)
Il/elle mange Nous mangeons Vous mangez Ils/elles mangent
Page 6
Vinden - trouver Ik vind een appel Jij vindt (vind jij?)
Hij/zij vindt Wij Jullie vinden Zij Je trouve une pomme Tu trouves
(trouves-tu?) Il/elle trouve Nous trouvons Vous trouvez Ils/elles
trouvent
Page 7
Wat vind jij ervan? (zinnen) Quest-ce que tu en trouves, toi?
(phrases) Wat vind jij hiervan? Wat vind jij daarvan? Ik vind het
heel mooi Ik vind dat heel mooi Wat vind jij lekker? Quest-ce que
tu trouves de ceci? Quest-ce que tu trouves de cela? Je le trouve
trs beau Je trouve cela trs beau Quest-ce que tu trouves agrable?
Quest-ce que tu aimes (manger)?
Page 8
Wat vind jij lekker? (zinnen) Quest-ce que tu aimes, toi?
(phrases) Wat vind jij hiervan? Wat vind jij daarvan? Wat vind jij
lekker? Waar hou jij van? Quest-ce que tu trouves de ceci? Quest-ce
que tu trouves de cela? Quest-ce que tu trouves agrable? Quest-ce
que tu aimes (manger)?
Page 9
Wat vind jij lekker? (zinnen) Quest-ce que tu aimes, toi?
(phrases) Wat vind jij hiervan? Wat vind jij daarvan? Wat vind jij
lekker? Waar hou jij van? Een lekker zonnetje Ik zit lekker
Quest-ce que tu trouves de ceci? Quest-ce que tu trouves de cela?
Quest-ce que tu trouves agrable? Quest-ce que tu aimes (manger)? Un
beau soleil (qui fait du bien) Je me trouve bien laise (assis)
Page 10
Alles = tout Ik vind alles lekker = moi jaime tout
Page 11
Maar = Mais Ik hou het meest van = ce que jaime le plus, cest =
ce que je prfre, cest
Page 12
Buitenlands eten = les plats trangers = la cuisine
internationale
Page 13
Alles = tout Ik vind alles lekker = moi jaime tout
Page 14
Maar Ik hou het meest van = ce que jaime le plus, ce sont
Buitenlands eten = les plats trangers
Page 15
Ik vind alles lekker = moi, jaime tout Maar ik hou het meest
van = Mais ce que jaime le plus, ce sont Buitenlands eten = les
plats trangers (internationaux)
Page 16
En jij? Wat vind jij lekker om te eten? Et toi, Quest-ce que tu
aimes manger?