215
D.I. 580.11 Federale Overheidsdienst FINANCIEN _______________ BELASTINGEN EN INVORDERING ADMINISTRATIE DER DOUANE EN ACCIJNZEN _______________ DOUANEPROCEDURES _______________ INSTRUCTIE BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE 1994 Bon O.S.D. nr. 109/94

INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

D.I. 580.11

Federale Overheidsdienst FINANCIEN

_______________

BELASTINGEN EN INVORDERING

ADMINISTRATIE DER

DOUANE EN ACCIJNZEN _______________

DOUANEPROCEDURES _______________

INSTRUCTIE BELASTING OVER DE

TOEGEVOEGDE WAARDE

1994

Bon O.S.D. nr. 109/94

Page 2: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

SUPPLEMENTEN

Nrs. Van kracht

1 15 april 1996

2 30 november 1998

3 18 april 2001

4

5

6

7

8

9

10

11

12

13

14

15

16

17

18

19

20

Page 3: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

INHOUD

§§

TITEL I - ALGEMENE REGELING VOOR DE TOEPASSING

VAN DE BTW

HOOFDSTUK I - ALGEMENE BESCHOUWINGEN

Wet 1 - 2 Belastbare verrichtingen 3 Goederen 4 Levering van goederen 5 Diensten 6 Invoer 7 Intracommunautaire verwerving 8 t/m 16 Rol van de douane 17

HOOFDSTUK II - DE BELASTING- PLICHTIGE

Definitie 18 De persoon 19 De aard van de activiteit 20 t/m 23 Geregelde activiteit 24 - 25 Zelfstandige activiteit 26 Gevolgen van de belastingplicht Verschuldigdheid van de belasting 27 Recht van aftrek 28 t/m 30 Verplichtingen 31 De aftrekregeling 32

HOOFDSTUK III - DE IDENTIFICATIE VOOR BTW-DOELEINDEN VAN BELAS-

TINGPLICHTIGEN

Algemeen 33 t/m 36 Mededeling van het identificatienummer 37

Page 4: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

II

§§

HOOFDSTUK IV - DE PERIODIEKE AANGIFTE

Algemeen 38 t/m 40 De periodieke aangifte 41

HOOFDSTUK V - TOEPASSELIJKE REGELING OP EEN IN HET BUITENLAND

GEVESTIGDE BELASTINGPLICHTIGE

Principe 42 De belastingplichtige is niet in België gevestigd 43 Ontheffing een aansprakelijke vertegenwoordigerte laten erkennen 44 Invoer 45 - 46 Erkenningsprocedure van een aansprakelijke ver-tegenwoordiger 47 Vereenvoudigingsmaatregel 48 t/m 50 Draagwijdte van de taak van de aansprakelijkevertegenwoordiger 51 Rol van de douane 52 t/m 54 Goederen die niet worden geacht te zijn ingevoerdvoor de toepassing van de BTW 55

TITEL II - INVOER

HOOFDSTUK I – ALGEMEEN Wettelijke bepalingen BTW-Wetboek 56 Koninklijke besluiten 57 Ministerieel besluit 58

Suppl. 2

Page 5: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

III

§§ Belastbare handeling 59 De invoer van goederen 60 De invoer van goederen door wie ook 61 De invoer vindt in België plaats 62 t/m 67 Aanbrengen bij de douane en tijdelijke

opslag 68 - 69 Tijdelijke invoer met gehele vrijstelling van

de rechten bij invoer 70 Extern douanevervoer 71 Douane-entrepot 72 Actieve veredeling-schorsingssysteem 73 Vrij entrepot 74 Handelingen betreffende goederen die zich

onder een in § 63 bedoelde regeling bevinden 75 t/m 78 Vernietiging van goederen onder een in § 63

bedoelde regeling 79 Belastbaar feit en opeisbaarheid van de BTW 80 - 81 Aan de ingevoerde goederen te geven bestemming 82

HOOFDSTUK II - INVERBRUIKSTELLING Algemeen 83 - 84 Maatstaf van heffing Principes 85 t/m 87 Bij de maatstaf van heffing te voegen kosten Rechten, belastingen en taksen 88 - 89 Bijkomende kosten 90 Commissielonen 91 Kosten van douaneformaliteiten 92 Verpakkingskosten 93 - 94 Kosten van vervoer en van verzekering 95 t/m 98

Suppl. 2

Page 6: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

IV

§§ Sommen die niet tot de maatstaf van heffing

behoren Disconto 99 Prijsverminderingen 100 De interesten wegens niet tijdige beta-

ling 101 Gegevens van de maatstaf van heffing uitge-

drukt in vreemde munten 102 - 103 Plannen en tekeningen 104 Software 105 Handelingen betreffende goederen die zich

onder een in § 63 bedoelde regeling bevinden 106 Afronding 107 Rol van douane bij het bepalen van de

maatstaf van heffing 108 Tarief van de BTW Regels 109 Wijziging van het tarief van de BTW 110 Rol van de douane 111 HOOFDSTUK III - VOLDOENING VAN DE BTW

Tijdstip van voldoening 112 Tot de voldoening gehouden personen De geadresseerde 113 Goederen die niet moeten worden geïnstal-

leerd of gemonteerd De verkrijger of overnemer 114 De eigenaar 115 De verkoper of vorige verkoper 116 De persoon aan wie de goederen op

zicht, op proef of in consignatie wordengezonden 117

Page 7: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

V

§§ De persoon aan wie een goed wordt

toegezonden dat moet worden hersteld,bewerkt, verwerkt of aangepast 118

De maakloonwerker, de huurder of deontlener handelend in het kader van deregeling passieve veredeling inzakeBTW 119

Goederen die moeten worden geïnstalleerd

of gemonteerd De verkrijger 120 De leverancier 121 t/m 123 De verkoper of vorige verkoper 124 Bijzondere gevallen Zending van goederen naar een com-

missionair 125 Invoer van een gehuurd goed 126 Zending van een goed naar een depot-

houder 127 Verliezen onder de regeling van tijde-

lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot 128

Hoofdelijke aansprakelijkheid 129 Documenten tot vaststelling van de voldoening 130 t/m 134Wijzen van voldoening Algemeen 135 Boeking van de BTW door middel van een

geautomatiseerd systeem van geldigmaking 136 Uitstel van betaling 137 t/m 140 Niet tijdige betaling 141 Materiële vergissingen 142 t/m 145 Onduidelijke of onvolledige stempelafdruk-

ken 146 Inning in speciën tegen afgifte van een kwi-

tantie 257 of 257A 147 t/m 149

Suppl. 2

Page 8: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

VI

§§ Verlegging van de betaling van de BTW Inleiding 150 Personen die de verlegging van de beta-

ling kunnen toepassen 151 Beoogde invoer 152 Voorwaarden waaraan de verlegging

van de betaling is onderworpen 153 Formaliteiten 154 Bewijs van betaling van de BTW 155 - 156

HOOFDSTUK IV - DE INVOER IN BELGIË MET VRIJSTELLING VAN BTW

Algemene opmerkingen 157 - 158 Vrijstelling bij invoer van goederen waarvan delevering in het binnenland is vrijgesteld Algemeen 159 Menselijke producten 160 Goederen ingevoerd in het kader van cur-

sussen per briefwisseling 161 Boeken of platen 162 In artikel 42 van het BTW-Wetboek bedoel-

de goederen 163 Andere gevallen 164 Definitieve invoer met vrijstelling 165 t/m 167Vrijstelling van BTW voor goederen die bestemdzijn voor een andere lidstaat Algemeen 168 - 169 Vrijstellingsvoorwaarden 170 t/m 172 Begunstigde van de vrijstelling 173 Formaliteiten 174 Rol van de douane 175

Suppl. 3

Page 9: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

VII

§§ Wederinvoer van goederen in dezelfde staat 176 - 177 Wederinvoer van goederen die uit België buiten hetgrondgebied van de Gemeenschap werden uitge-voerd tot herstelling, bewerking, verwerking ofaanpassing (passieve veredeling) Algemeen 178 Doel van de vrijstelling 179 Gedeeltelijke vrijstelling 180 Gehele vrijstelling 181 Voorwaarden waarvan de vrijstelling af-

hankelijk is 182 t/m 187 Vrijstelling voor de invoer van beleggingsgoud Algemeen 187/2 Definitie beleggingsgoud 187/3 - 187/4 Formaliteiten 187/5 Draagwijdte van de vrijstelling 187/6 - 187/7

HOOFDSTUK V - VRIJSTELLING VOOR DE IN ARTIKEL 42 VAN HET BTW-WETBOEK

BEDOELDE GOEDEREN Algemeen 188 Diplomatieke immuniteiten 189 Zeeschepen en binnenschepen 190 t/m 192Materieel voor zeeschepen en binnenschepen 193 t/m 195Goederen bestemd voor de bevoorrading van dezee- en binnenschepen 196 t/m 199Vliegtuigen en dergelijke toestellen 200 t/m 205Materieel voor vliegtuigen en dergelijke toestellen 206 t/m 212Goederen bestemd voor de bevoorrading van devliegtuigen en dergelijke toestellen 213 t/m 216

Suppl. 3

Page 10: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

VIII

§§ Goederen bestemd voor internationale organisaties, voor hun ambtenaren of voor de krijgsmachten van tot het Noord-Atlantisch Verdrag toegetredenvreemde Staten 217 Edelstenen 218 - 219

HOOFDSTUK VI - GEVALLEN WAARIN DE BTW NIET WORDT GEËIST

Algemeen 220 Voorwerpen die niet aan te merken zijn als licha-melijke goederen uit hun aard 221 Effecten aan toonder 222 Tabaksfabrikaten 223 Vis-, schaal-, schelp- en weekdieren 224 Recuperatiestoffen en -producten 225 Dagbladen en weekbladen 226 Huisvuil 227 Sluiks ingevoerde verdovende middelen en psycho-trope stoffen 228 Vals geld 229

HOOFDSTUK VII - GEVALLEN WAARIN DE BTW MOET WORDEN VOLDAAN ALHOEWEL

INZAKE INVOERRECHT VRIJSTELLING WORDT VERLEEND

Bedoelde gevallen 230

HOOFDSTUK VIII - RECTIFICATIE VAN VERGISSINGEN INZAKE BTW

Algemeen 231 t/m 233

Page 11: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

IX

§§ Rectificatie van de aangifte achteraf aangevraagddoor de geadresseerde 234 Rectificatie van de aangifte achteraf aangevraagddoor een douane-expediteur 235 t/m 239Boeten en nalatigheidsinteresten 240

HOOFDSTUK IX - BTW-ENTREPOT Algemeen 241 Begrip "BTW-entrepot" 242 Als BTW-entrepot erkende plaatsen 242/2 Beperking van de tot de regeling toegelaten goe-deren 242/3 Vergunning en werking van de regeling 243

HOOFDSTUK X - GOEDEREN HERKOMSTIG UIT GEBIEDEN, DIE TOT HET DOUANEGEBIEDBEHOREN MAAR NIET TOT HET BTW-GEBIED

Bedoelde goederen 244 (Vervallen) 245 t/m 252/6

TITEL III - UITVOER

HOOFDSTUK I - ALGEMEEN Wettelijke bepalingen 253 Bedoelde gevallen 254 - 255 Definitie 256 Draagwijdte van de vrijstellingen 257

Suppl. 3

Page 12: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

X

§§

HOOFDSTUK II - DE EIGENLIJKE UITVOER

Toepassingsbepalingen 258 - 259 Handelsverkeer van goederen Uitvoer door of voor rekening van de ver- koper 260 - 261 Uitvoer door de niet in België gevestigde ko-

per of voor zijn rekening 262 t/m 264 Uitvoer door de dienstverrichter of door de

niet in België gevestigde ontvanger van dedienst, dan wel voor hun rekening

265 t/m 267 Kettingverkopen 268 Verplichtingen en formaliteiten Uitvoeraangifte 269 - 270 Kopiefacturen 271 - 272 Termijn voor uitvoer 273 Gezamenlijke uitvoer 274 t/m 276 Rol van de douane 277 - 278 Internationaal reizigersverkeer 279 - 279/2

HOOFDSTUK III - HANDELINGEN WAARBIJ COMMUNAUTAIRE GOEDEREN NAAR EEN

PLAATS WORDEN VERZONDEN WAAR EEN IN § 63 BEDOELDE REGELING VAN TOEPASSING IS, ALSOOK DE

LEVERINGEN EN DE DIENSTEN MET BETREKKING TOT GOEDEREN

DIE ZICH ONDER EEN VAN DIE REGELINGEN BEVINDEN

Algemeen 280 Plaatsing van communautaire goederen onder eenregeling douane-entrepot 281 t/m 283

Suppl. 3

Page 13: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

XI

§§

HOOFDSTUK IV - VRIJSTELLINGEN IN DE FASE VOORAFGAAND AAN DE

UITVOER (Vervallen) 284 t/m 289Menslievende, liefdadige of opvoedkundige orga-nisaties 290 - 291

HOOFDSTUK V - GOEDEREN TER BESTEMMING VAN GEBIEDEN DIE DEEL UITMAKEN VAN HET DOUANEGEBIED

MAAR NIET VAN HET BTW-GEBIED Bedoelde goederen 291/2 (Vervallen) 292 t/m 296

TITEL IV - TABAKSFABRIKATEN Wettelijke bepalingen 297 Fiscale kentekens 298 Bedrag van de BTW 299 Producten waarop fiscale kentekens moeten wor-den aangebracht

300 - 301

Afronden van het bedrag van de BTW 302 Invoer 303 - 304 Boeking van de BTW 305 Vervanging van fiscale kentekens 306 Terugbetaling 307 - 308

Suppl. 3

Page 14: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

XII

§§

TITEL V - GESCHILLEN - BORGTOCHTEN

Geschillen 309 t/m 313Borgtochten 314 t/m 320

TITEL VI - SLOTBEPALINGEN Van kracht worden 321 Vervallen instructies 322

Page 15: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

XIII

BIJLAGEN Enig document opgesteld door SADBEL 1 Enig document geldiggemaakt door middel van eenmicrocomputer 2 Lijst van de douanekantoren per type van geautomati-seerd systeem van geldigmaking 3 Toelichtingen betreffende de in de lidstaten toegeken-de BTW-nummers 4 Schema van voorbeeld 1 van § 268 4 bis Schema van voorbeeld 2 van § 268 4 ter Kennisgeving van geschil 48 5 Inlichtingsbulletin 48 bis 6

Suppl. 3

Page 16: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

TITEL I

ALGEMENE REGELING VOOR DE TOEPASSING VAN

DE BTW

HOOFDSTUK I - ALGEMENE BESCHOUWINGEN

Wet 1. De gewijzigde wet van 3 juli 1969, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 17 juli 1969, heeft het Wetboek van de be-lasting over de toegevoegde waarde ingevoerd. Deze belasting, hier-na BTW genoemd, is een algemene verbruiksbelasting op goederen en diensten, waarvan de betaling wordt verspreid over de verschei-dene producenten, invoerders, handelaars en dienstverrichters, die deelnemen aan een van de opeenvolgende fasen van de productie en de distributie. 2. Het aantal transacties heeft niet de minste weerslag op het bedrag van de BTW die uiteindelijk van de verbruiker wordt geëist. Dat resultaat wordt bereikt door het recht op aftrek (zie §§ 28 t/m 30). De aftrekregeling waarborgt enerzijds ook voor de ingevoerde goederen een gelijkwaardige behandeling als die van toepassing op inlandse goederen, ongeacht hun herkomst, en laat anderzijds toe aan de uitvoerders, die vrijstelling genieten voor de goederen die zij uit-voeren, om de belastingen die de vervaardiging of het in de handel brengen van die producten bezwaren precies te recupereren; zij kunnen aldus in het buitenland verkopen aan een prijs “zonder BTW”, ontdaan van de voorafgaande belasting.

Page 17: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

2 De BTW is dus een neutrale belasting voor de personen die recht hebben op de aftrekregeling; zij vormt geen element van de kostprijs.

Belastbare verrichtingen 3. In algemene regel zijn aan de Belgische BTW onderwor-pen, wanneer ze in het land plaatsvinden : - de leveringen van goederen en de diensten die door een als zodanig handelende belastingplichtige onder bezwarende titel wor-den verricht; - de invoer (zowel uit derde landen ten opzichte van de EG als uit derdelandse gebieden - zie § 7) van goederen, door wie ook; - de intracommunautaire verwervingen van goederen, die door een als zodanig handelende belastingplichtige of door een niet- belastingplichtige rechtspersoon (openbare diensten, holdings, .....) onder bezwarende titel worden verricht, wanneer de verkoper een belastingplichtige is die als zodanig optreedt.

Goederen 4. Onder goederen worden de lichamelijke goederen verstaan, of zij roerend of onroerend zijn. Voor de toepassing van de BTW worden warmte, koude, elektriciteit en gas als lichamelijke goederen beschouwd.

Page 18: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

3

Levering van goederen 5. Als een levering van een goed wordt beschouwd de over-dracht van de macht om als een eigenaar over een goed te beschik-ken. Dit begrip levering beoogt hoofdzakelijk de verkoop, d.w.z. de overeenkomst waardoor een persoon zich ertoe verbindt om de eigendom van een zaak aan een andere persoon over te dragen mid-dels de betaling van een prijs in geld. Andere eigendomsoverdrachten van een goed, zoals uitwis-seling of inbreng in vennootschap, vormen eveneens leveringen.

Diensten 6. Als een dienst wordt elke handeling beschouwd die geen levering van een goed is.

Invoer 7. Onder invoer van een goed moet worden verstaan : 1° het binnenkomen in de Gemeenschap van een goed dat niet voldoet aan de voorwaarden van artikelen 9 en 10 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap of dat, als het onder het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal valt, zich niet in het vrije verkeer bevindt; 2° het binnenkomen in de Gemeenschap van een ander dan onder 1° bedoeld goed uit een derde land of een derdelands gebied. Dit onderwerp wordt behandeld in Titel II van deze instructie.

Page 19: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

4

Intracommunautaire verwerving 8. De inning van BTW bij invoer in België en de vrijstelling van belasting bij uitvoer bestaan nog slechts voor handelingen met derde landen, d.w.z. die geen lid zijn van de Gemeenschap. De handelingen tussen België en een andere lidstaat van de Europese Gemeenschap geschieden volgens de BTW-reglementering van levering en intracommunautaire verwerving. Een intracommunautaire handeling wordt in feite gesplitst in een intracommunautaire levering, die plaatsvindt bij vertrek van de leverancier in een lidstaat, en in een intracommunautaire verwerving door de afnemer in een andere lidstaat. 9. Onder intracommunautaire verwerving van een goed wordt verstaan het verkrijgen van de macht om als eigenaar te beschikken over een lichamelijk roerend goed dat door de verkoper of de afnemer, of voor hun rekening, met als bestemming de afnemer is verzonden of vervoerd naar een andere lidstaat van de EG dan die waaruit het goed is verzonden of vervoerd. 10. Het is van belang te verduidelijken dat het begrip intra-communautaire handeling, zoals hierboven is uiteengezet, geen enkel onderscheid maakt tussen communautaire goederen en goederen die zich niet in het vrije verkeer bevinden. Leveringen en verwervingen van goederen, die bij het bin-nenkomen van de Gemeenschap onder één van de in § 63 bedoelde opschortende douaneregelingen zijn geplaatst, zijn evenwel vrijge-steld van de belasting bij toepassing van artikel 40, § 2, 1°, van het BTW-Wetboek. Bijgevolg geeft enkel het onttrekken van de goede-ren aan één van voornoemde regelingen aanleiding tot een belastbare handeling in de hoedanigheid van invoer van goederen voor zover zij niet worden uitgevoerd buiten de Gemeenschap.

Suppl. 2

Page 20: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

5 11. Voor tussen belastingplichtigen verrichte intracommunau-taire handelingen, andere dan de zogenoemde verkopen “op afstand” (zie § 15), is de intracommunautaire levering vrijgesteld van BTW in de lidstaat van oorsprong, terwijl ze recht geeft op aftrek van de voorafgaande belastingen in hoofde van de leverancier en wordt de intracommunautaire verwerving in de lidstaat van bestemming belast aan de tarieven en volgens de voorwaarden van die Staat, door over-legging door de belastingplichtige van de periodieke BTW-aangifte. Om in de lidstaat van vertrek de intracommunautaire levering te kunnen vrijstellen moet de leverancier beschikken over het BTW-identificatienummer van zijn medecontractant in de lidstaat van aankomst. Anderzijds moet elke belastingplichtige, die vrijgestelde in-tracommunautaire leveringen verricht, in principe een periodieke opgave overleggen van die leveringen, die aanleiding geven tot be-lastbare verwervingen in een andere lidstaat. 12. Het bepaalde in § 11 is eveneens van toepassing wanneer de intracommunautaire verwerver een niet-belastingplichtige rechts-persoon is die als zodanig optreedt (bv. een publiekrechtelijke over-heid). Voor niet voor BTW-doeleinden geïdentificeerde rechtsper-sonen, alsook voor niet geïdentificeerde belastingplichtigen (zoals scholen, geneesheren, ziekenhuizen) en voor belastingplichtigen die geen periodieke BTW-aangiften moeten overleggen (b.v. de aan de forfaitaire regeling onderworpen landbouwers) mag de heffing ge-schieden in het land van herkomst (uitgezonderd voor de nieuwe vervoermiddelen - zie § 16 - en voor de accijnsproducten - zie de wet van 10 juni 1997 betreffende de algemene regeling voor accijnspro-ducten, het voorhanden hebben en het verkeer daarvan en de con-troles daarop) door de leverancier voor zover de verwerver noch in het lopende jaar, noch in het voorafgaande jaar, een bepaald bedrag aan intracommunautaire verwervingen heeft overschreden; dit be-drag, drempel genoemd, bedraagt in België 450.000 F zonder BTW. Aan intracommunautaire verwervers wordt evenwel de mogelijkheid geboden om te kiezen voor de heffing in de lidstaat van bestemming, ongeacht het bedrag van hun verwervingen.

Suppl. 2

Page 21: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

6 13. In het merendeel van de gevallen wordt de verplaatsing van een goed door een belastingplichtige van een lidstaat naar een andere lidstaat voor bedrijfsdoeleinden gelijkgesteld met een intra-communautaire verrichting. Het element levering van deze verrichting - overbrenging ge-noemd - is dan vrijgesteld in de lidstaat van vertrek, terwijl het ele-ment verwerving - aanwending genoemd - in principe wordt belast in de lidstaat van aankomst. Deze gelijkstelling heeft tot doel de fiscale opvolging te ver-zekeren van de interne goederenbewegingen in de schoot van in ver-schillende lidstaten gevestigde ondernemingen. Zij is evenwel niet van toepassing in enkele welomschreven gevallen. 14. In om het even welk land van de Gemeenschap verrichtte aankopen door particulieren, die zelf de aangekochte goederen naar hun land vervoeren, zijn onderworpen aan de BTW in de lidstaat van herkomst, d.w.z. daar waar de goederen werden verworven (zie evenwel § 16 voor de verwerving van nieuwe vervoermiddelen). 15. Wegens de onvoldoende onderlinge toenadering van de BTW-tarieven tussen de lidstaten diende daarentegen te worden vermeden dat ondernemingen - bv. postorderbedrijven - zich syste-matisch in die staten vestigen waar de lage tarieven van toepassing zijn en aldus voor hun verkopen aan in andere lidstaten gevestigde particulieren van die tarieven genieten. Om die reden werd het crite-rium van de heffing in het land van bestemming weerhouden voor de verkopen op afstand (behalve in de gevallen waarin de goederen worden geleverd na installatie of montage) van een lidstaat naar een andere, met vervoer door de verkoper of door een derde die voor zijn rekening handelt, en is dit criterium niet alleen van toepassing wan-neer de koper een particulier is en meer algemeen een niet-be-lastingplichtige maar eveneens wanneer hij een belastingplichtige is of een niet-belastingplichtige rechtspersoon die niet gehouden is tot het verrichten van intracommunautaire verwervingen omdat zij de drempel van 450.000 F waarvan sprake in § 12 niet overschrijden.

Suppl. 2

Page 22: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

7 Om nochtans de verkoper in het land van bestemming be-langrijke verplichtingen te besparen ingeval zijn verkopen te beperkt zouden zijn, wordt de BTW geïnd in het land van herkomst, behalve voor accijnsproducten, zolang een bepaalde drempel voor verkopen op afstand naar de lidstaat van bestemming niet wordt overschreden noch in het lopende jaar, noch in het voorafgaande jaar. Die drempel wordt vastgesteld voor elke lidstaat van bestemming en is in België bepaald op 1.500.000 F. Het staat de verkoper evenwel vrij om te kiezen voor de be-lasting in het land van bestemming. 16. Voor de nieuwe vervoermiddelen geldt een speciale rege-ling. De aandacht wordt gevestigd op twee essentiële kenmerken : 1° wat ook de hoedanigheid is van de koper en dus zelfs als hij een particulier is, is er steeds een in het land van aankomst be-lastbare intracommunautaire verwerving - zonder dat de drempel van 450.000 F waarvan sprake in § 12 kan worden ingeroepen - telkens als de levering van een nieuw vervoermiddel vergezeld gaat van het vervoer van dit goed - door wie dan ook (verkoper of koper, of een derde die handelt voor rekening van de verkoper of de koper) - naar een andere lidstaat; 2° elke persoon, die toevallig onder bezwarende titel de leve-ring verricht van een nieuw vervoermiddel dat door wie dan ook wordt verzonden of vervoerd ter bestemming van de koper in een andere lidstaat, bezit van rechtswege de hoedanigheid van belasting-plichtige voor deze verrichting; deze toevallige belastingplicht is voordelig voor de bij de verrichting betrokken partijen aangezien dit op zichzelf geen heffing meebrengt (de door de verkoper verrichte levering is inderdaad een intracommunautaire levering en is bijge-volg vrijgesteld van BTW) maar daarentegen in hoofde van de ver-koper het recht biedt op aftrek van de BTW die de verwerving van het vervoermiddel bezwaart (evenwel binnen de perken van of tot het bedrag van de belasting dat opeisbaar zou zijn op de levering

Suppl. 2

Page 23: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

8 indien die niet was vrijgesteld), hetgeen tot gevolg heeft dat de heffing op de verwerving in het land van bestemming gebeurt op een belastingvrije basis. De praktische bepalingen, die toepasselijk zijn op de intracommunautaire verwervingen van vervoermiddelen zijn opgenomen in Titel IX van de Instructie Internationaal verkeer (D.I 572.0) (*).

Rol van de douane 17. Voor de ingevoerde goederen is de Administratie der douane en accijnzen, in principe belast met de inning van de BTW. De inning gebeurt gewoonlijk, zoals bepaald in §§ 130 en volgende, door middel van de exemplaren 6, 7 en 8 van het enig document - eventueel aangevuld met een exemplaar B - die de aan-gifte tot verbruik vormen. Ter vereenvoudiging worden die exem-plaren verder in deze instructie “aangifte” genoemd. Wat de uitgevoerde goederen betreft bestaat de rol van de douane inzake BTW hoofdzakelijk uit het zich vergewissen van de aangegeven aard (goederencode) en de hoeveelheid van de goederen. De Administratie der douane en accijnzen is eveneens belast met de inning van de BTW op tabaksfabrikaten waarvan de BTW wordt geïnd door middel van fiscale kentekens. De BTW is geïnte-greerd in de totale fiscaliteit, die wordt betaald bij de aankoop van de fiscale kentekens. ______________________________ (*) Nieuwe decimale indeling D.I. 570.

Suppl. 2

Page 24: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

9

HOOFDSTUK II - BELASTINGPLICHTIGE

Definitie 18. Belastingplichtige is eenieder die in de uitoefening van een economische activiteit geregeld en zelfstandig, hoofdzakelijk of aanvullend, met of zonder winstoogmerk, levering van goederen of diensten verricht die in het BTW-Wetboek zijn omschreven, onge-acht op welke plaats de economische activiteit wordt uitgeoefend. Die definitie bevat vier essentiële elementen : 1° de belastingplichtige is een persoon (eenieder); 2° die persoon oefent een economische activiteit uit die be-staat in het verrichten van in het BTW-Wetboek omschreven leve-ringen of diensten; 3° die activiteit wordt geregeld uitgeoefend; 4° die activiteit wordt zelfstandig uitgeoefend. Degene die tegelijk aan de vier essentiële elementen beant-woordt, bezit van rechtswege de hoedanigheid van belastingplich-tige. De persoon 19. Met het woord “eenieder” wordt ieder persoon bedoeld : - de fysieke personen;

Page 25: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

10 - de rechtspersonen, d.w.z. de vennootschappen of verenigin-gen waaraan de wet rechtspersoonlijkheid toekent; - de groeperingen en verenigingen van personen die gemeen-schappelijk een activiteit uitoefenen, ofschoon zij niet worden be-schouwd als rechtspersonen (feitelijke vennootschap, vereniging in deelneming, tijdelijke vereniging, vereniging voor vermaak en ont-spanning). Zulke verenigingen worden inzake BTW beschouwd als belastingplichtige en als zodanig geregistreerd. De Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten van de Bel-gische Staat, de provincies, de agglomeraties, de gemeenten en de openbare instellingen hebben, behalve in bepaalde gevallen, niet de hoedanigheid van belastingplichtige. De aard van de activiteit 20. Om de hoedanigheid van belastingplichtige te verwerven volstaat het dat, bij de uitoefening van een economische activiteit, goederen worden geleverd of diensten worden verricht die in het BTW-Wetboek zijn omschreven. Het begrip belastingplichtige wordt toegekend aan eenieder die geregeld en zelfstandig, waar ook, een economische activiteit uitoefent als handelaar, producent of dienstverrichter. Het begrip economische activiteit omvat alle activiteiten van fabrikant, hande-laar, dienstverrichter, landbouwer, beoefenaar van een vrij beroep, enz. 21. Praktisch komt het erop neer dat eenieder met een econo-mische activiteit het statuut heeft van BTW-belastingplichtige. Als gevolg daarvan zijn bv. een geneesheer, een ziekenhuis, een school die belastingvrije handelingen verricht, belastingplich-tigen alhoewel zij geen recht op aftrek hebben (zie §§ 28 t/m 30). Zij worden vrijgestelde belastingplichtigen genoemd.

Page 26: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

11 22. De personen, die geen jaaromzet verwezenlijken van meer dan 225.000 F en die hierdoor onder de vrijstellingsregeling vallen, zijn eveneens belastingplichtigen. Die belastingplichtigen zijn ener-zijds ontlast van bepaalde verplichtingen inzake BTW (zie § 31) doch verliezen anderzijds het recht om de voorafgaande belastingen (zie § 30) af te trekken. Zij worden aan de vrijstellingsregeling onderworpen belastingplichtigen genoemd. 23. De hoedanigheid van belastingplichtige wordt daaren-tegen niet toegekend : a) aan de personen die handelingen verrichten die niet zijn bedoeld in het BTW-Wetboek (bv. holdings); b) aan de persoon die zich beperkt tot het verrichten van een intracommunautaire verwerving of een invoer van goederen. Alhoe-wel degene die intracommunautaire verwervingen of invoer verricht schuldenaar is inzake de voor die intracommunautaire verwervingen of invoeren verschuldigde BTW, wordt hij daardoor geen belasting-plichtige aangezien alleen de door de belanghebbende verrichte leveringen van goederen en diensten hem die hoedanigheid kunnen toekennen (zie de definitie van belastingplichtige in § 18). Geregelde activiteit 24. Om belastingplichtige te zijn moet een persoon geregeld in het BTW-Wetboek omschreven leveringen of diensten verrichten. De term “geregeld” houdt normaal een opeenvolging van han-delingen in. Nochtans mag hieruit niet zonder meer worden besloten dat de hoedanigheid van belastingplichtige slechts wordt verkregen nadat meerdere handelingen werden verricht. Gewoonlijk is het im-mers voldoende de bedoeling te hebben om opeenvolgende in het BTW-Wetboek omschreven handelingen te verrichten.

Page 27: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

12 25. Bepaalde personen kunnen evenwel de hoedanigheid van belastingplichtige op een andere wijze verkrijgen dan door de gere-gelde uitoefening van een economische activiteit. Aldus is de toevallige bouwer van een nieuw gebouw een vrijwillig toevallige belastingplichtige indien hij kiest voor die hoe-danigheid bij de overdracht van het onroerend goed, binnen een be-paalde termijn. Daarentegen is elke persoon ambtshalve toevallig belasting-plichtige wanneer hij toevallig de levering onder bezwarende titel verricht van een nieuw vervoermiddel, dat wordt verzonden of ver-voerd door wie dan ook ter bestemming van de koper in een andere lidstaat. Zelfstandige activiteit 26. De activiteit moet zelfstandig worden uitgeoefend, d.w.z. buiten iedere band van ondergeschiktheid tegenover een andere per-soon. Oefenen hun activiteit niet zelfstandig uit : - de fysieke personen, loon- en weddetrekkenden, zoals werklieden, bedienden, handelsvertegenwoordigers of dienstboden, die hun activiteit uitoefenen in de banden van een bediendecontract of een arbeidersovereenkomst; - de thuiswerkers die als loontrekkenden werden aangemerkt voor de inning van de inkomstenbelastingen en voor de toepassing van de sociale wetten; - de filiaalhouders; - de medewerkende gezinsleden die voortdurend onder de leiding van verwanten in een familiebedrijf werken;

Page 28: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

13 - de personen die werken onder de leiding van hun werkgever en die geheel, gedeeltelijk of op een bijkomstige wijze worden be-taald door middel van drinkgeld, zoals in kapsalons, cafés, bios-copen, schoonheidsinstituten, enz.; - de bestuurders, zaakvoerders en vereffenaars die handelen binnen het kader van hun statutaire opdrachten.

Gevolgen van de belastingplicht Verschuldigdheid van de belasting 27. De BTW is in principe verschuldigd voor alle leveringen van goederen en diensten, die de belastingplichtige verricht, op voorwaarde dat ze in België plaatsvinden in de uitoefening van zijn economische activiteit, d.w.z. in het kader van de activiteit waarvoor hij hoedanigheid van belastingplichtige bezit en voor zover zij niet zijn vrijgesteld van BTW. De handelingen die een belastingplichtige verricht buiten het kader van zijn geregelde economische activiteit dienen op dezelfde voet te worden behandeld als de handelingen die door een niet-be-lastingplichtige zijn verricht. Voorbeeld Een slager, die belastingplichtige is omdat hij geregeld vlees verkoopt, verkoopt een vleessnijmachine die hij in zijn winkel heeft gebruikt. Die verkoop is aan de BTW onderworpen, aangezien hij wordt verricht door een belastingplichtige die als zodanig handelt.

Suppl. 2

Page 29: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

14 Wanneer die slager evenwel een zilveren kandelaar uit zijn privéverzameling aan een antiquair verkoopt, verricht hij een ver-koop die buiten de werkingssfeer van de BTW blijft aangezien die verkoop niet kan worden beschouwd als gedaan binnen de uit-oefening van zijn activiteit als belastingplichtige. Recht op aftrek 28. Op de belasting, die hij verschuldigd is, mag elke belas-tingplichtige in principe de belastingen aftrekken die werden ge-heven van de aan hem geleverde goederen en verleende diensten, van de door hem ingevoerde goederen en de door hem verrichtte in-tracommunautaire verwervingen van goederen, in de mate waarin hij ze gebruikt in het kader van de activiteiten waarvoor hij de hoe-danigheid van belastingplichtige bezit. 29. Het recht op aftrek van de voorbelasting blijft evenwel voorbehouden aan belastingplichtigen die handelingen verrichten waarvoor aanspraak op aftrek bestaat; ze worden “belastingplich-tigen met recht op aftrek” genoemd. Anderzijds zijn er de vrijgestelde belastingplichtigen die vrij-gestelde handelingen verrichten (zie § 21) en de aan de vrijstellings-regeling onderworpen belastingplichtigen (zie § 22); het gaat om “belastingplichtigen zonder recht op aftrek”. 30. Genieten van het recht op aftrek komt er in feite, voor een belastingplichtige met recht op aftrek, op neer om het verschil te maken tussen de BTW die zijn klanten hem zijn verschuldigd en de belasting die zijn leveranciers hem hebben aangerekend of die hij heeft betaald wegens intracommunautaire verwerving of invoer en om dit verschil aan de Staat te storten indien het in diens voordeel is of om er de terugbetaling van te eisen indien het verschil in het voordeel van de belastingplichtige is.

Suppl. 2

Page 30: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

15 De aftrekregeling gebeurt door middel van de periodieke BTW-aangifte (zie §§ 38 t/m 41). Verplichtingen 31. De belastingplichtige met recht op aftrek heeft diverse verplichtingen waarvan de voornaamste zijn : - het betalen aan de Staat van de belasting die verschuldigd is voor de door hem geleverde goederen en verrichte diensten (na af-trek van de voor door hem te dragen belastingen); - het uitreiken van facturen; - het indienen van periodieke BTW-aangiften (maand- of kwartaalaangiften); - het voeren van een boekhouding.

De aftrekregeling 32. In het volgende voorbeeld wordt verondersteld dat alle bedoelde goederen zijn onderworpen aan een BTW van 21 % en dat het tarief van invoerrechten nul is. Belastingplichtige A, groothandelaar in elektrische huishoud-apparaten, voert in het land een koelkast en een vaatwasmachine in uit TAIWAN met als respectievelijke waarden 20.000 F en 25.000 F. A betaald aan de Schatkist door middel van de douane : (20.000 + 25.000) x 21 % = 4.200 + 5.250 = 9.450 F

Suppl. 2

Page 31: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

16 Belastingplichtige A verkoopt aan handelaar B, gevestigd in België, de vaatwasmachine voor de prijs van 30.000 F Verschuldigde BTW : 30.000 x 21 % = 6.300 F B betaalt aan A 6.300 F bovenop de gefactureerde prijs. A stort aan de Schatkist door middel van zijn periodieke

aangifte : 6.300 - 5.250 = 1.050 F Handelaar B levert aan particulier C de vaatwasmachine voor de prijs van 40.000 F Verschuldigde BTW : 40.000 x 21 % = 8.400 F C betaalt aan B 8.400 F bovenop de gefactureerde prijs. B stort aan de Schatkist door middel van zijn periodieke

aangifte 8.400 - 6.300 = 2.100 F De aan de Schatkist gestorte som in verband met de trans-acties betreffende de verkoop in België van de vaatwasmachine bedraagt : 5.250 + 1.050 + 2.100 = 8.400 F Die som komt precies overeen met die welke werd betaald en gedragen door particulier C. De belastingplichtigen A en B hebben uiteindelijk geen BTW gedragen doch hebben die geprefinancieerd, inderdaad : 1) A heeft betaald : 5.250 + 1.050 = 6.300 F B heeft aan hem gestort : 6.300 F 2) B heeft betaald : 6.300 + 2.100 = 8.400 F C heeft aan hem gestort : 8.400 F Belastingplichtige A verkoopt en verzendt de ingevoerde koelkast aan D, een voor de BTW in Frankrijk geïdentificeerde be-lastingplichtige, voor de prijs van 30.000 F.

Suppl. 2

Page 32: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

17 Verschuldigde BTW : 0 F (intracommunautaire levering met

vrijstelling) D betaalt aan A de gefactureerde prijs van 30.000 F Aftrekbare BTW in hoofde van A : 4.200 F De aan de Schatkist gestorte som bedraagt hier : 4.200 F - 4.200 F = 0 F. In dit voorbeeld wordt verondersteld dat de BTW verschul-digd is op duidelijk geïdentificeerde goederen, vanaf hun invoer tot hun levering, zonder rekening te houden met de maand of het kwar-taal waarin de invoer of de leveringen hebben plaatsgevonden. In werkelijkheid gebeurt de afrekening van de verschuldigde BTW periodiek en niet voor welbepaalde producten maar voor het geheel van de transacties tijdens de beschouwde periode.

Suppl. 2

Page 33: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

18

HOOFDSTUK III - DE IDENTIFICATIE VOOR BTW-DOELEINDEN VAN BELASTINGPLICHTIGEN

Algemeen 33. Een BTW-identificatienummer wordt toegekend aan elke belastingplichtige die in het land leveringen van goederen of dien-sten verricht. De Belgische belastingplichtigen moeten zich dus voor BTW-doeleinden laten registreren bij de A.O.I.F. (sector BTW), die hun een identificatienummer van negen cijfers toekent. 34. Om de lidstaat te bepalen, die het BTW-identificatienum-mer heeft toegekend, moet dit nummer worden voorafgegaan door een code, die toelaat de lidstaat in kwestie te identificeren. In België wordt het aan de belastingplichtigen toegekende identificatienummer voorafgegaan door de letters BE. 35. De letters BE worden evenwel niet toegekend aan de vrij-stellingsregeling onderworpen belastingplichtigen (zie § 22) die niet kiezen voor een andere belastingregeling alhoewel deze belasting-plichtigen voor BTW-doeleinden zijn geïdentificeerd. Anderzijds dienen vrijgestelde belastingplichtigen, die geen enkel recht op aftrek hebben, evenals de niet-belastingplichtige rechtspersonen geen aangifte in te dienen bij de aanvang van hun activiteit en daardoor niet voor BTW-doeleinden te worden geïden-tificeerd.

Suppl. 3

Page 34: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

19 36. Zulk identificatienummer, voorafgegaan door de let-ters BE, wordt evenwel ook toegekend aan de hiervoor bedoelde aan de vrijstellingsregeling onderworpen en vrijgestelde belastingplich-tigen, wanneer zij : a) vooraleer de eerste intracommunautaire verwerving van accijnsproducten te verrichtten, de bedoeling te kennen geven een dergelijke verwerving voor de eerste maal te verrichten; b) een verklaring van het overschrijden van de drempel van 450.000 F indienen, vooraleer de eerste intracommunautaire verwer-ving van goederen, andere dan nieuwe vervoermiddelen en accijns-producten, te verrichten ten gevolge waarvan die drempel wordt overschreden; c) een verklaring indienen waarin zij kiezen voor het onder-werpen aan de BTW, in België, van al hun intracommunautaire ver-wervingen van goederen, andere dan nieuwe vervoermiddelen en accijnsproducten, zonder het overschrijden van de drempel van 450.000 F af te wachten. Er valt op te merken dat die keuze uitwerking krijgt te reke-nen vanaf de dag van het indienen van de verklaring in verband met de keuze tot 31 december van het jaar dat volgt op het jaar waarin de keuze werd gedaan.

Mededeling van het identificatienummer 37. De voor BTW-doeleinden geïdentificeerde personen moe-ten, in principe, hun identificatienummer mededelen aan hun lever-anciers en aan hun klanten en het vermelden op alle documenten die zij opstellen.

Suppl. 2

Page 35: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

20

HOOFDSTUK IV - DE PERIODIEKE AANGIFTE

Algemeen 38. In de BTW-regeling wordt de belasting normaal geheven op basis van een aangifte waarvan de uiteindelijke afrekening een saldo vormt ten bate van de Staat of ten bate van de belastingplich-tige naargelang het bedrag van de verschuldigde belastingen respec-tievelijk hoger of lager is dan de aftrekbare belastingen. Om de werking van deze manier van inning van de belasting te verzekeren moet de in het land gevestigde belastingplichtige of de aansprakelijke vertegenwoordiger van een in het buitenland geves-tigde belastingplichtige periodiek een aangifte indienen bij het BTW-controlekantoor waaronder hij ressorteert. De periodiciteit van aangifte bedraagt één maand of één kwartaal. Die periodiciteit wordt bepaald op basis van het bedrag van de jaaromzet die de belastingplichtige verwezenlijkt of die hij hoopt te verwezenlijken (nieuwe onderneming of belangrijke wijziging van de activiteit) en hangt af van de wijze waarop deze laatste zijn te betalen BTW-voorschotten berekent of wil berekenen. 39. De belastingplichtige van wie de jaaromzet, exclusief BTW, niet meer bedraagt dan 20.000.000 F is, in principe, gehouden tot het indienen van een BTW-maandaangifte. Nochtans mag die be-lastingplichtige slechts een BTW-kwartaalaangifte indienen, wan-neer hij uiterlijk de twintigste van de 2de en 3de maand van ieder kalenderkwartaal een voorschot voldoet dat forfaitair is bepaald op één derde van de belastingen die door hem tijdens het vorige kalen-derkwartaal waren verschuldigd. Het is dus in het kader van de regeling van de kwartaalindie-ning uitgesloten om een voorschot te betalen dat berekend werd op grond van de effectief verschuldigde belasting voor de handelingen die werden verricht in de maand die de betaling van het voorschot voorafgaat. De belastingplichtige die een dergelijk voorschot wenst te betalen in de plaats van het forfaitaire voorschot, is dus noodza-kelijk onderworpen aan de regeling van de BTW-maandaangiften, zelfs indien zijn omzetcijfer, exclusief BTW, 20.000.000 F niet over-treft.

Suppl. 2

Page 36: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

21 40. Bepaalde belastingplichtigen zijn vrijgesteld van het in-dienen van periodieke aangiften, met name : a) de vrijgestelde belastingplichtigen en zij die slechts goe-deren leveren of diensten verrichten waarvoor zij geen enkel recht op aftrek hebben; b) de landbouwondernemingen, met uitzondering van diegene die de vorm van een handelsvennootschap hebben aangenomen of die reeds de hoedanigheid van belastingplichtige bezitten wegens de uitoefening van een andere activiteit.

De periodieke aangifte 41. Hierna volgt een voorbeeld van een maandelijkse afreke-ning van een groothandelaar in elektrische huishoudtoestellen, die een maandelijkse aangifte moet indienen. In de loop van een maand heeft deze groothandelaar : 1° elektrisch huishoudmateriaal ingevoerd voor 1.000.000 F; aan de douane betaalde BTW : 1.000.000 aan 21 % =

210.000 F 2° in België verpakkingen aangekocht voor 100.000 F; aan de verkoper betaalde BTW : 100.000 aan 21 % =

21.000 F; 3° in Frankrijk opbergrekken gekocht voor 100.000 F; verschuldigde BTW in hoofde van een intracommunautaire

verwerving en vermeld in zijn periodieke aangifte : 100.000 aan 21 % = 21.000 F; 4° elektriciteit verbruikt voor 50.000 F; aan de leverancier betaalde BTW : 50.000 aan 21 % =

10.500 F TOTAAL VAN DE BETAALDE BTW = 262.500 F De groothandelaar mag deze BTW aftrekken in zijn perio-dieke aangifte betreffende de verrichtingen van de beschouwde maand.

Suppl. 2

Page 37: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

22 In de loop van dezelfde maand heeft de groothandelaar : 1° in het land elektrische huishoudtoestellen geleverd voor 1.500.000 F; aan de Schatkist verschuldigde BTW : 1.500.000 aan 21 % = 315.000 F; 2° aan een Franse belastingplichtige elektrisch huishoud-materiaal geleverd voor 100.000 F geen BTW verschuldigd : vrijgestelde intracommunautaire levering; 3° diverse herstellingen verricht voor rekening van Belgische klanten voor 30.000 F; aan de Schatkist verschuldigde BTW : 30.000 aan 21 % (Dienstprestaties) = 6.300 F; 4° koelkasten uitgevoerd naar de Verenigde Staten voor 500.000 F geen BTW verschuldigd : vrijgestelde levering wegens uit-voer. TOTAAL VAN DE VERSCHULDIGDE BTW = 321.300 F De groothandelaar moet dit bedrag vermelden als verschul-digde BTW in zijn periodieke aangifte betreffende de verrichtingen van de beschouwde maand. Uiteindelijk wordt deze aangifte afgesloten voor een bedrag van : verschuldigde BTW : 321.300 F aftrekbare BTW : 262.500 F _________ 58.800 F dat de groothandelaar aan de Schatkist moet storten.

Suppl. 2

Page 38: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

23

HOOFDSTUK V - TOEPASSELIJKE REGELING OP EEN IN HET BUITENLAND GEVESTIGDE

BELASTINGPLICHTIGE

Principe 42. De belastingplichtige, die niet in België is gevestigd, is in principe onderworpen aan specifieke formaliteiten, indien hij in het land handelingen verricht waarvoor hij schuldenaar van de belasting is. Voor de toepassing van het BTW-Wetboek is een belasting-plichtige in België gevestigd wanneer de volgende voorwaarden zijn vervuld : - hij beschikt in het land over een vestiging, d.w.z. een direc-tiezetel, een filiaal, een fabriek, een werkplaats, een agentschap, een magazijn, een kantoor, een laboratorium, een inkoop- of verkoop-kantoor, een opslagplaats of elke andere vaste inrichting met uitslui-ting van bouwwerven; die vestiging wordt door hemzelf beheerd of door een persoon die hij naar behoren volmacht heeft gegeven om in zijn naam alle transacties te sluiten zowel bij het binnenkomen als bij het uitgaan, en hem te verbinden tegenover de leveranciers en de klanten; - de activiteit van die vestiging heeft leveringen van goederen of het verrichten van diensten in de zin van het BTW-Wetboek als doel. Wanneer daarentegen de bovengenoemde voorwaarden niet zijn vervuld, wordt de belastingplichtige beschouwd als niet in België gevestigd.

Suppl. 2

Page 39: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

24

De belastingplichtige is niet in België gevestigd 43. De niet in België gevestigde belastingplichtige moet een aansprakelijk vertegenwoordiger laten erkennen vooraleer hij in België goederen levert of diensten verricht, andere dan die waarvoor overeenkomstig artikel 51, § 2, 1° en 2°, van het BTW-Wetboek, de belasting verschuldigd is door de ontvanger van de dienst, hetzij goederen invoert, goederen intracommunautair verwerft of een han-deling verricht waarvoor hij krachtens artikel 51, § 2, 3° en 4°, van het BTW-Wetboek schuldenaar is van de belasting, hetzij een han-deling verricht waarbij goederen onder een andere regeling van en-trepot dan douane-entrepot worden geplaatst zonder aan de belasting te zijn onderworpen.

Ontheffing van de verplichting een aansprakelijk vertegenwoordiger te laten erkennen

44. In bepaalde gevallen kan de belastingplichtige die niet in België is gevestigd niettemin worden ontheven een aansprakelijke vertegenwoordiger te laten erkennen. Dat is namelijk het geval wanneer hij in het land : a) occasioneel leveringen van goederen en diensten verricht bijvoorbeeld wanneer de betrokkene occasioneel goederen invoert om ze in België verder te verkopen of om ze hier te gebruiken voor het occasioneel uitvoeren van een materieel werk; b) een vervoer verricht van voor de uitvoer bestemde goede-ren of goederen in doorvoer of nog, een vervoer dat betrekking heeft op de verzending tot op de plaats van bestemming in België van goederen afkomstig uit derde landen ten opzichte van de EG. c) occasioneel diensten van materiële aard verricht. Die ontheffing van erkenning van een aansprakelijke verte-genwoordiger is facultatief. De belastingplichtige die niet in het land is gevestigd, kan afzien van het voordeel van deze mogelijkheid.

Suppl. 2

Page 40: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

25

Invoer 45. Wanneer de belastingplichtige, die niet in België is ge-vestigd, een invoer van goederen in België verricht, moet hij in prin-cipe een aansprakelijke vertegenwoordiger laten erkennen alvorens de invoer te verrichten; men kan redelijkerwijs denken dat die be-lastingplichtige in het land, door middel van de ingevoerde goederen, aan de BTW-reglementering onderworpen handelingen zal verrich-ten. Die erkenning is echter niet vereist voor de belastingplichti-gen die goederen invoeren die zij bestemmen voor het verrichten, in België, van handelingen die zijn vrijgesteld van belasting bij toepas-sing van artikel 44 van het BTW-Wetboek en waarvoor geen enkel recht op aftrek van de BTW kan worden uitgeoefend (het gaat name-lijk om handelingen die worden verricht door dokters in de genees-kunde, advocaten, scholen, klinieken en ziekenhuizen,...). 46. De erkenning van een aansprakelijke vertegenwoordiger is in elk geval onontbeerlijk vóór de invoer van goederen wanneer de belastingplichtige de wijze van betaling, bedoeld in artikel 7, § 2, van het koninklijk besluit nr. 7 van 29 december 1992 met betrek-king tot de invoer van goederen voor de toepassing van de belasting over de toegevoegde waarde, wil toepassen (betaling van de ver-schuldigde belasting bij invoer door inschrijving van zijn bedrag in de periodieke BTW-aangifte).

Erkenningsprocedure van een aansprakelijke vertegenwoordiger

47. Om de erkenning van een aansprakelijke vertegenwoor-diger te verkrijgen richt de niet in België gevestigde belastingplich-tige, aan het Centraal BTW-kantoor voor buitenlandse belasting-plichtigen een verzoek waarin hij de inzake BTW voorgeschreven aangifte van aanvang van activiteit doet en de volledige identiteit vermeldt van de aansprakelijk vertegenwoordiger die hij voorstelt ter erkenning door de administratie.

Page 41: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

26 Die vertegenwoordiger moet bekwaam zijn om contracten aan te gaan, in België zijn gevestigd, voldoende solvabel zijn om de door de BTW-reglementering aan de belastingplichtigen opgelegde ver-plichtingen na te komen en aanvaarden de belastingplichtige te ver-tegenwoordigen. Op basis van dat verzoek en van de verbintenis van de aan-sprakelijk vertegenwoordiger, wordt aan de niet in het land geves-tigde belastingplichtige een BTW-identificatienummer toegekend.

Vereenvoudigingsmaatregel 48. In afwijking van de normale regels inzake de fiscale ver-tegenwoordiging kan de niet in België gevestigde belastingplichtige, die niet beschikt over een Belgisch individueel BTW-identificatie-nummer (zie § 47), zich laten vertegenwoordigen door een persoon die vooraf door de Minister van Financiën of zijn afgevaardigde is erkend, wanneer hij in België uitsluitend de volgende handelingen verricht : a) invoer van goederen met vrijstelling van BTW, krachtens artikel 40, § 1, 1°, d, van het BTW-Wetboek om reden dat de inge-voerde goederen het voorwerp zijn van een door deze belasting-plichtige verrichte intracommunautaire levering die is vrijgesteld van de BTW krachtens artikel 39bis van hetzelfde Wetboek; b) plaatsing van goederen onder de regeling BTW-entrepot ingevolge : - de invoer van die goederen waarvoor de niet in België ge-vestigde belastingplichtige de hoedanigheid van geadresseerde aan-neemt in de zin van artikel 6, § 2, eerste lid van het koninklijk besluit nr. 7 van 29 december 1992, met name dat hij op het tijdstip van de invoer de verkrijger of de overnemer is van de goederen of bij ont-stentenis daarvan dat hij op dat tijdstip de eigenaar van de goederen is;

Suppl. 2

Page 42: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

27 - de intracommunautaire verwerving van die goederen; - de aankoop van die goederen in het land; - de binnenlandse verzending van die goederen in België; c) onttrekking van goederen aan de regeling BTW-entrepot met het oog op : - hetzij een levering van deze goederen die van de BTW is vrijgesteld ingevolge de uitvoer naar een derde land of ingevolge een intracommunautaire levering (BTW-Wetboek, artikelen 39, § 1, 1° en 2°, en 39 bis); - hetzij een materiële verzending van deze goederen, los van elke handelstransactie, naar een derde land; - hetzij een levering van deze goederen die van de BTW is vrijgesteld krachtens artikel 39 quater, § 1, 1°, van het BTW-Wet-boek om reden dat de goederen in België worden opgeslagen in een ander BTW-entrepot en deze opslag is toegelaten; d) intracommunautaire verwervingen van goederen die niet zijn geplaatst onder de regeling BTW-entrepot wanneer de daarop-volgende levering wegens uitvoer van de goederen naar een derde land is vrijgesteld van de BTW krachtens artikel 39, § 1, 1° en 2°, van het BTW-Wetboek. 49. De bovengenoemde vereenvoudiging bestaat enerzijds uit de erkenning van aansprakelijke vertegenwoordigers om de in voor-gaande paragraaf bedoelde belastingplichtigen te vertegenwoordigen zonder dat iedere belastingplichtige de erkenning van een individuele vertegenwoordiger aan de Administratie dient voor te stellen en anderzijds uit de toekenning van een globaal BTW-identificatie-nummer dat de aansprakelijke vertegenwoordiger moet gebruiken voor alle belastingplichtigen die hij vertegenwoordigt.

Suppl. 2

Page 43: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

28 50. Dit globaal nummer wordt in functie van de aard van de verrichte handelingen, toegekend volgens twee reeksen nummers. De persoon, die zich voorneemt niet in België gevestigde be-lastingplichtigen te vertegenwoordigen voor de hiervoor opgesomde handelingen, moet beschikken over : - een globaal BTW-identificatienummer, beginnend met BE 796.5 voor de in § 48, letter a) bedoelde handelingen; - een globaal BTW-identificatienummer, beginnend met BE 796.6 voor de in § 48, letters b), c) en d) bedoelde handelingen.

Draagwijdte van de taak van de aansprakelijke vertegenwoordiger

51. De aansprakelijk vertegenwoordiger wordt in de plaats gesteld van de niet in België gevestigde belastingplichtige ten aan-zien van alle rechten die aan laatstgenoemde zijn verleend of van alle verplichtingen die hem zijn opgelegd door de reglementering inzake BTW. Hij is hoofdelijk gehouden met de belastingplichtige die hij vertegenwoordigt tot voldoening van de belasting, interesten en geld-boeten waarvan de opeisbaarheid voortvloeit uit door hem verrichte handelingen.

Suppl. 2

Page 44: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

29

Rol van de douane In België gevestigde buitenlandse belastingplichtigen 52. Wanneer uit de aan de douane voorgelegde stukken blijkt dat de buitenlandse belastingplichtige is gevestigd in België, moeten de naam en het adres alsook het BTW-identificatienummer van de vestiging die de betrokkene heeft in het land worden vermeld op de stukken die, inzake BTW, aan de douane moeten worden voorge-legd. Niet in België gevestigde belastingplichtigen 53. Wanneer de niet in België gevestigde belastingplichtige een invoer verricht waarvoor hij de regeling van verlegging van de heffing wil toepassen, dient hij elk geval vóór de invoer een aanspra-kelijk vertegenwoordiger te laten erkennen (zie § 46). De douane kan bijgevolg de toepassing van die regeling slechts aanvaarden indien de naam of de benaming van de aansprakelijke vertegenwoordiger en het aan de niet in België gevestigde belastingplichtige toegekende BTW-identificatienummer zijn opgegeven in de stukken die moeten worden voorgelegd (kopiefactuur, vervangend stuk of aangifte). Die regel geldt zelfs indien de belastingplichtige zich in één van de in § 44 bedoelde gevallen bevindt (mogelijkheid om te wor-den ontheven van de verplichting een aansprakelijk vertegenwoor-diger te laten erkennen).

Suppl. 2

Page 45: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

30 54. Indien het gaat om een invoer zonder toepassing van de regeling van verlegging van de heffing, waarvoor een aangifte wordt overgelegd die is opgesteld op naam van een niet in België geves-tigde belastingplichtige, moet worden geëist dat die belastingplich-tige vóór de invoer een aansprakelijke vertegenwoordiger heeft laten erkennen. Die aangifte moet worden aangevuld met de naam en het adres van die aansprakelijke vertegenwoordiger alsook met het BTW-identificatienummer dat aan die belastingplichtige werd toe-gekend. Indien aan die vereiste niet wordt voldaan, moet de zending worden geweigerd, behalve indien een ontheffing van erkenning van een aansprakelijk vertegenwoordiger kan worden ingeroepen (zie §§ 44 en 45, tweede lid).

Goederen die niet worden geacht te zijn ingevoerd voor de toepassing van de BTW

55. Het gaat om in de Europese Gemeenschap binnenge-komen goederen die niet aan één van de in § 63 bedoelde regelingen zijn onttrokken. De erkenning van een aansprakelijke vertegenwoordiger moet niet worden geëist voor die invoeren.

Suppl. 2

Page 46: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

31

TITEL II

INVOER

HOOFDSTUK I - ALGEMEEN

Wettelijke bepalingen BTW-Wetboek 56. De artikelen 1, 3, 23, 24, 25, 34, 38, 39 quater, 40, 42, 51, 51 bis, 52, 54, 58, 106, 107 en 108 van het BTW-Wetboek hebben betrekking op de BTW bij invoer. Koninklijke besluiten 57. Het koninklijk besluit nr. 7 van 29 december 1992 heeft betrekking op de invoer van goederen voor de toepassing van de BTW. Het koninklijk besluit nr. 8 van 12 maart 1970 stelt, inzake BTW, de wijze van afronding vast van de verschuldigde, de aftrek-bare of de voor teruggaaf vatbare BTW. Het koninklijk besluit nr. 13 van 29 december 1992 heeft betrekking op de regeling voor tabaksfabrikaten op het stuk van de BTW. Het koninklijk besluit nr. 16 van 3 juni 1970 heeft betrekking op de toepassing van de BTW inzake de verkoop van vis, schaal-, schelp- en weekdieren in de gemeentelijke vismijn. Het koninklijk besluit nr. 54 van 25 februari 1996 legt de be-perkingen en toepassingsvoorwaarden vast met betrekking tot de andere regeling van entrepot dan douane-entrepot bedoeld in arti-kel 39 quater van het BTW-Wetboek.

Suppl. 2

Page 47: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

32

Ministerieel besluit 58. Het ministerieel besluit nr. 6 van 4 maart 1993, verleent uitstel voor de voldoening van de ter zake van de invoer van goede-ren verschuldigde BTW.

Belastbare handeling 59. Krachtens artikel 3 van het BTW-Wetboek is de invoer van goederen, door wie ook, aan de belasting onderworpen wanneer de invoer in België plaatsvindt. Deze bepaling bevat drie essentiële elementen, met name : - de invoer van goederen : dit begrip wordt gedefinieerd in artikel 23, § 1, van het BTW-Wetboek; - door wie ook; - in België : de regels voor het bepalen van de plaats van de invoer zijn opgenomen in artikel 23, §§ 2 t/m 5 van het BTW-Wet-boek. Hierna volgt een meer detailleerde bespreking van deze drie elementen. De invoer van goederen 60. De invoer van een goed is het louter materiële feit een goed binnen te brengen op het grondgebied van de Gemeenschap. Het binnenkomen van een goed in Portugal dat van de Ver-enigde Staten rechtstreeks naar Portugal is verzonden, is een invoer van een goed in de zin van artikel 23, § 1 van het BTW-Wetboek.

Page 48: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

33 In dit verband valt op te merken dat het grondgebied van de Gemeenschap inzake BTW niet gelijk is aan het douanegebied (zie de omzendbrief van 22 februari 1999, nr. D.D. 170.221 - D.I. 500.10). Zo zijn uitgesloten van het grondgebied van de Gemeenschap maar behoren tot het douanegebied : - de Canarische Eilanden (Spanje); - de Overzeese departementen (Frankrijk); - de Berg Athos (Griekenland); - de Anglo-Normandische Eilanden (Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittanië en Noord-Ierland); - de Åland-Eilanden (Finland). De invoer uit die gebieden is behandeld in hoofdstuk X van deze titel. De invoer van goederen door wie ook 61. De invoer van goederen in België is aan de BTW onder-worpen, door wie ook die handeling wordt verricht. Voor de verschuldigdheid van de BTW bij invoer moet dan ook niet worden nagegaan : - of degene die invoert een belastingplichtige, een niet-belas-tingplichtige rechtspersoon of een particulier is;

Suppl. 3

Page 49: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

34 - of die persoon de goederen heeft verkregen ingevolge een contract onder bezwarende titel (koop, inbreng in vennootschap, verdeling) of ingevolge een contract onder kosteloze titel (schen-king), dan wel of hij er reeds eigenaar van was door ze zelf te hebben voortgebracht of door ze te hebben geërfd; - of de goederen hier te lande het voorwerp zullen uitmaken van een commerciële verrichting (wederverkoop) of van een indus-triële verrichting (verwerking), dan wel bestemd zijn voor privége-bruik; - of de goederen hier te lande zullen blijven dan wel zullen worden wederuitgevoerd. De invoer vindt in België plaats 62. In principe geschiedt de invoer van een goed in de lidstaat op het grondgebied waarvan het zich ten tijde van het binnenkomen in de Gemeenschap bevindt (zie artikel 23, § 3, van het BTW- Wetboek). De invoer vindt dus plaats in België, indien het goed in de Gemeenschap binnenkomt via België. 63. Van dit principe wordt evenwel afgeweken wanneer het goed vanaf het binnenkomen in de Gemeenschap wordt geplaatst onder één van de navolgende regelingen : - tijdelijke opslag; - tijdelijke invoer met volledige vrijstelling van invoerrech-ten; - extern douanevervoer; - vrije zone of vrij entrepot; - douane-entrepot;

Suppl. 2

Page 50: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

35 - actieve veredeling met toepassing van het schorsingssys-teem; - de regeling inzake de in de territoriale zee toegelaten goe-deren voor boor- en werkeilanden. In dat geval vindt de invoer plaats in de lidstaat op het grond-gebied waarvan het goed aan die regelingen wordt onttrokken (zie artikel 23, § 4, van het BTW-Wetboek) tenzij het goed wordt weder-uitgevoerd. 64. Wanneer een goed onder de regeling van behandeling onder douanetoezicht, van tijdelijke invoer met gedeeltelijke vrijstel-ling van invoerrechten of van actieve veredeling met toepassing van het terugbetalingssysteem wordt geplaatst, vindt de invoer plaats in de lidstaat op het grondgebied waarvan het goed zich ten tijde van het binnenkomen in de Gemeenschap bevindt overeenkomstig de in § 62 uiteengezette algemene regel. 65. Een goed kan achtereenvolgens onder verschillende rege-lingen worden geplaatst. Zo kan een goed bij het binnenkomen in de Gemeenschap onder tijdelijke opslag worden geplaatst om vervolgens onder een regeling van douane-entrepot te worden geplaatst en uiteindelijk de entrepotregeling verlaten onder een regeling voor extern douanever-voer. De invoer van dat goed is aan de BTW onderworpen in de lidstaat waar het goed, ter aanzuivering van de regeling voor extern douanevervoer, in het vrije verkeer wordt gebracht. 66. De invoer van een uit de Verenigde Staten afkomstig goed, dat in Portugal de Gemeenschap binnenkomt, vindt in principe plaats in Portugal (zie § 62). Hoewel dit een in het BTW-Wetboek bedoelde invoer van een goed is, is die niet aan de BTW in België onderworpen.

Page 51: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

36 Wanneer dat goed evenwel bij het binnenkomen in Portugal onder een regeling voor extern douanevervoer wordt geplaatst en in België aan die regeling wordt onttrokken om in het vrije verkeer te worden gebracht, vindt de invoer van dat goed in België plaats (zie §§ 63 en 64) en is er aan de BTW onderworpen. 67. Uit de in de §§ 63 en 64 uiteengezette regels blijkt bovendien dat er geen invoer in België plaatsvindt (en dus geen be-lastbare handeling) wanneer een goed in België de Gemeenschap binnenkomt, er onmiddellijk onder een in § 63 bedoelde douane-regeling wordt geplaatst en onder die regeling het nationale grond-gebied verlaat. Het materieel feit van het binnenkomen van dat goed in België is als dusdanig geen belastbare handeling. De goederenbe-weging valt volledig onder de toepassing van de douanewetgeving. Voorbeeld Een uit Canada afkomstige machine wordt naar Europa ge-zonden om te worden tentoongesteld in Brussel en achteraf in Keulen. De machine komt de Gemeenschap binnen via Antwerpen, waar ze onmiddellijk onder een regeling voor tijdelijke invoer met volledige vrijstelling van invoerrechten wordt geplaatst. Na de ten-toonstelling in Brussel wordt de machine verzonden naar Keulen. Tijdens de tentoonstelling te Keulen wordt de machine verkocht aan een Duitse firma; het goed wordt dan ook in Keulen aan de voor-noemde regeling onttrokken en in het vrije verkeer gebracht. Overeenkomstig artikel 23, § 4, van het BTW-Wetboek vindt de invoer van de machine plaats in Duitsland (zie §§ 63 en 64); die handeling is dan ook niet aan de BTW in België onderworpen. Bij het binnenkomen van de machine in Antwerpen moeten alleen de formaliteiten voor het plaatsen onder de opschortende regeling in-zake invoerrechten worden vervuld.

Page 52: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

37 Aanbrengen bij de douane en tijdelijke opslag 68. Goederen die het grondgebied van de Gemeenschap wor-den binnengebracht zijn vanaf het binnenbrengen onderworpen aan douanetoezicht en moeten onverwijld naar een douanekantoor of een andere door de douane aanvaarde of aangeduide plaats worden over-gebracht. Bij het aanbieden bij de douane moet voor de goederen, in principe, een summiere aangifte worden gedaan en mogen zij onder dekking van voornoemde aangifte onder de regeling van tijdelijke opslag worden geplaatst gedurende een termijn van twintig dagen of vijfenveertig dagen bij vervoer over zee. 69. In principe wordt een vrachtlijst 126, eventueel aangevuld met een vrachtlijst 126c, gebruikt als summiere aangifte en als aan-gifte voor tijdelijke opslag (zie de omzendbrief van 25 oktober 1993, nr. D.L. 1/18.900 - D.I. 548) (*). In voornoemde omzendbrief zijn de bepalingen opgenomen betreffende het aanbrengen bij de douane en de tijdelijke opslag. Tijdelijke invoer met gehele vrijstelling van de rechten bij invoer 70. De regeling tijdelijke invoer met gehele vrijstelling van de rechten bij invoer maakt het mogelijk om in het douanegebied van de Gemeenschap, met gehele vrijstelling van de rechten bij invoer en zonder dat zij aan handelspolitieke maatregelen worden onderwor-pen, niet-communautaire goederen te gebruiken die zijn bestemd om te worden wederuitgevoerd zonder wijzigingen te hebben ondergaan, met uitzondering van hun normale waardevermindering ten gevolge van het gebruik dat ervan is gemaakt. Hiervoor wordt een aangifte IM 5 of EU 5 gebruikt. In som-mige gevallen kan het carnet ATA worden gebruikt. _____________________________ (*) Nieuwe decimale indeling D.I. 531.11.

Suppl. 2

Page 53: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

38 In de Instructie Tijdelijke invoer, in de Instructie Carnet ATA evenals in de Instructie Internationaal Verkeer zijn de gevallen en voorwaarden bepaald voor het gebruik van de regeling tijdelijke invoer met gehele vrijstelling van de rechten van invoer. Extern douanevervoer 71. De regeling extern douanevervoer maakt het vervoer mogelijk van een plaats in het douanegebied van de Gemeenschap naar een andere plaats in het douanegebied van de Gemeenschap van niet-communautaire goederen zonder dat deze goederen aan rechten bij invoer en andere belastingen of aan handelspolitieke maatregelen worden onderworpen. Het externe douanevervoer geschiedt onder geleide van een document voor extern communautair douanevervoer (T 1, vracht-brief CIM en expresgoed of overdrachtsformulier TR). In bepaalde specifieke gevallen kunnen eveneens andere do-cumenten worden gebruikt, namelijk het carnet TIR, het carnet ATA of nog het formulier 302. De bepalingen die van toepassing zijn bij het gebruik van die documenten, zijn opgenomen in de Instructie Communautair dou-anevervoer, de Instructie Carnet ATA en de Instructie Carnet TIR. Douane-entrepot 72. Voor zover de desbetreffende vergunning het toelaat of dat de goederen niet zijn uitgesloten van het entrepot; kunnen onder de regeling douane-entrepot worden geplaatst : - niet-communautaire goederen zonder dat deze aan rechten bij invoer, aan accijns, aan BTW en aan handelspolitieke maatrege-len bij invoer worden onderworpen;

Suppl. 2

Page 54: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

39 - communautaire goederen waarvoor, wegens hun plaatsing in een entrepot, maatregelen gelden die in beginsel aan de uitvoer van goederen zijn verbonden (hier wordt het stelsel van de vooruitbe-taling van landbouwrestituties bedoeld); de opslag kan gepaard gaan met een vrijstelling van accijns en/of BTW. Wanneer dit in de vergunning is voorzien, kunnen in het douane-entrepot eveneens andere communautaire goederen worden opgeslagen. Het douane-entrepot kan een publiek entrepot (type A, B of F) dan wel een particulier entrepot (type C, D of E) zijn. Een publiek entrepot kan door elke persoon worden gebruikt terwijl een particulier entrepot is voorbehouden voor de opslag van goederen door de entreposeur. In een douane-entrepot mogen de gebruikelijke behandelin-gen worden verricht. Voor de opslag van goederen onder de regeling wordt een aangifte IM 7 of EU 7 gebruikt. De voor die regeling toepasselijke bepalingen zijn opgeno-men in de Instructie Entrepots (D.I. 540). Actieve veredeling- schorsingssysteem 73. Onder de regeling actieve veredeling (schorsingssysteem) kunnen in het douanegebied van de Gemeenschap niet-communau-taire goederen, die bestemd zijn om in de vorm van veredelingspro-ducten uit het douanegebied van de Gemeenschap te worden weder-uitgevoerd (veredelingsproducten), één of meer veredelingshande-lingen ondergaan zonder dat deze goederen aan rechten bij invoer of aan handelspolitieke maatregelen zijn onderworpen. Voor de plaatsing van goederen onder de regeling wordt een aangifte IM 5 of EU 5 gebruikt. De voor deze regeling toepasselijke bepalingen zijn opgeno-men in de Instructie Actieve veredeling (D.I. 551.001).

Suppl. 2

Page 55: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

40 Vrij entrepot 74. Een vrij entrepot is een door de douaneautoriteiten erken-de afgesloten plaats, waar de in de bijzondere vergunning opgesom-de goederen kunnen worden opgeslagen. In principe kan het vrij entrepot dienen voor de opslag van de in § 72 bedoelde goederen onder dezelfde voorwaarden. De gebruikelijke behandelingen mogen in een vrij entrepot worden verricht. De oprichting en het gebruik van een vrij entrepot is geregeld in een bijzondere machtiging. In de Instructie Entrepots (D.I. 540) zijn de bepalingen opge-nomen, die op deze regeling van toepassing zijn. Handelingen betreffende goederen die zich onder een in § 63 bedoelde regeling bevinden 75. De leveringen en intracommunautaire verwervingen door belastingplichtigen van goederen die zich in België onder een in § 63 bedoelde regeling bevinden, zijn vrijgesteld van BTW bij toepassing van artikel 40, § 2, 1°, van het BTW-Wetboek. Wanneer van die regelingen wordt afgezien voor het verbruik, blijft de vrijstelling evenwel slechts behouden voor de levering aan of de verwerving door de geadresseerde en, in voorkomend geval, voor de vorige leveringen en verwervingen (zie artikel 42, § 1, twee-de lid van het koninklijk besluit nr. 7). De inverbruikstelling van de goederen blijft belastbaar. De begrippen inverbruikstelling en geadresseerde worden uit-eengezet in §§ 83 t/m 111 en 113 t/m 128.

Suppl. 2

Page 56: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

41 Voorbeeld De verkoop tussen twee belastingplichtigen van goederen die onder een regeling van douane-entrepot zijn opgeslagen in België. De levering van die goederen, die in België plaatsvindt, is vrijgesteld van de BTW op grond van artikel 40, § 2, 1°, van het BTW- Wet-boek, tenzij de verkoper de goederen ingevolge die verkoop zou ont-trekken aan de regeling van douane-entrepot en als geadresseerde zou optreden bij de inverbruikstelling van de goederen. 76. De inning van BTW, die verschuldigd is voor de over-drachten onder een in § 63 bedoelde regeling waarvoor de vrijstel-ling van BTW niet behouden blijft, vindt plaats zonder tussenkomst van de douane. Voorbeeld Indien een goed wordt overgedragen onder een regeling van douane-entrepot van A naar B en daarna van B naar C en tenslotte van C naar D en indien B als geadresseerde optreedt, komt de douane niet tussen in de inning van de BTW die verschuldigd is voor de overdrachten van B naar C en van C naar D. 77. Overeenkomstig artikel 40, § 2, 2°, van het BTW-Wet-boek zijn de diensten met betrekking tot goederen, die vanaf het bin-nenkomen in de Gemeenschap onder een in § 63 bedoelde regeling, werden geplaatst, van de belasting vrijgesteld. Alleen de in het kader van die regelingen toegelaten hande-lingen mogen aan de goederen worden verricht. De vrijstelling van de belasting geldt dus slechts voor de diensten die in het kader van die regelingen zijn toegelaten. Zo mogen bijvoorbeeld de goederen die in een douane-entre-pot zijn opgeslagen alleen de gebruikelijke behandelingen onder-gaan. 78. Wanneer de goederen ten verbruik worden aangegeven, blijft de vrijstelling slechts behouden voor de aan de geadresseerde verstrekte diensten en, in voorkomend geval, voor de vorige diensten (zie artikel 42, § 2 van het koninklijk besluit nr. 7). De inver-bruikstelling van de goederen blijft belastbaar.

Suppl. 2

Page 57: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

42 De inning van BTW, die verschuldigd is voor de dienstver-richtingen waarvoor de vrijstelling van BTW niet behouden blijft, vindt plaats zonder tussenkomst van de douane. Vernietiging van goederen onder een in § 63 bedoelde regeling 79. Wanneer onder een in § 63 bedoelde regeling geplaatste goederen vernietigd worden, gelden voor de BTW dezelfde regels als voor het invoerrecht, ook indien de ingevoerde goederen wegens hun aard of hun herkomst of om enige andere reden niet aan invoerrecht onderworpen zijn (zie de Instructie Douaneschuld - D.I. 503.20) (*). Belastbaar feit en opeisbaarheid van de BTW 80. Wanneer de invoer van een goed in België plaatsvindt, dient het tijdstip van het belastbaar feit en het tijdstip van de opeis-baarheid van de BTW ter zake van die belastbare handeling te wor-den bepaald. In principe vindt het belastbare feit plaats en wordt de be-lasting opeisbaar op het tijdstip waarop de invoer van het goed in België geschiedt. De invoer in België geschiedt op het tijdstip waarop het goed in België wordt binnengebracht behalve wanneer het goed vanaf het binnenkomen in de Gemeenschap werd geplaatst onder een in § 63 bedoelde regeling. In dat geval vindt de invoer in België plaats op het tijdstip waarop dat goed in het land aan die regeling wordt ont-trokken (zie artikel 24, § 1, van het BTW-Wetboek). _____________________________ (*) Nieuwe decimale indeling D.I. 533.0.

Suppl. 2

Page 58: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

43 81. In de praktijk wijkt artikel 24, § 2 van het BTW-Wetboek in het merendeel van de gevallen evenwel af van het algemene prin-cipe met betrekking tot het bepalen van het tijdstip van de opeis-baarheid van de BTW zoals bepaald in § 80 om dit tijdstip te laten samenvallen met dat van de opeisbaarheid van de invoerrechten. Luidens die bepaling wordt de BTW opeisbaar : - hetzij op het tijdstip van het ontstaan van de douaneschuld, indien de ingevoerde goederen aan invoerrechten zijn onderworpen; - hetzij op het tijdstip dat is vastgesteld overeenkomstig de vigerende bepalingen met betrekking tot het vaststellen van het tijd-stip van het ontstaan van de douaneschuld indien de ingevoerde goe-deren in ieder geval aan douaneformaliteiten maar niet aan invoer-rechten zijn onderworpen (nultarief of preferentieel stelsel). Voorbeelden Uit een derde land afkomstige goederen onderworpen aan in-voerrechten, worden in België onder een regeling van douane- entrepot geplaatst. De invoer van die goederen geschiedt in België op het tijdstip dat zij in het land aan die regeling worden onttrokken. Het belastbare feit van de BTW vindt plaats op datzelfde tijdstip doch de BTW wordt slechts opeisbaar op het tijdstip van het ontstaan van de douaneschuld, d.w.z. op het tijdstip van de aanvaarding door de douane van de aangifte voor het in het vrije verkeer brengen en het in verbruik stellen van de goederen. Indien die goederen daarentegen via België de Gemeenschap zijn binnengekomen en er vanaf dat tijdstip onder de douaneregeling van actieve veredeling worden geplaatst met toepassing van het terugbetalingssysteem, vindt hun invoer plaats vanaf het binnen-komen in het land. Het belastbare feit van de BTW vindt plaats op datzelfde tijdstip, maar de BTW wordt slechts opeisbaar op het tijd-stip van de aanvaarding door de douane van de aangifte tot plaatsing van de goederen onder de regeling actieve veredeling.

Page 59: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

44 Het belastbare feit vindt plaats en de BTW wordt opeisbaar voor niet-communautaire goederen die in België onder de regeling van behandeling onder douanetoezicht worden geplaatst op het tijd-stip van hun binnenkomen in het land, indien zij onder die regeling werden geplaatst vanaf hun binnenkomen in de Gemeenschap. In-dien die goederen daarentegen eerst als douanebestemming een doorvoer- of entrepotregeling hebben gekregen vooraleer onder de regeling van behandeling onder douanetoezicht te zijn geplaatst, ont-staan het belastbare feit en de opeisbaarheid van de BTW op het tijd-stip waarop die goederen aan die doorvoer- of entrepotregeling wor-den onttrokken. Er wordt op gewezen dat de BTW bij invoer wordt geïnd op de goederen bij invoer en niet op de verkregen producten. Aan de ingevoerde goederen te geven bestemming 82. De in België ingevoerde goederen moeten ten verbruik worden aangegeven (zie artikel 3 van het koninklijk besluit nr. 7). Zolang de ingevoerde goederen zich onder een in § 63 be-doelde regeling bevinden, moet voor die goederen geen enkele BTW-formaliteit worden vervuld. Wanneer de ingevoerde goederen evenwel in België in het vrije verkeer worden gebracht, hetzij on-middellijk bij het binnenkomen in de Gemeenschap, hetzij bij de ont-trekking van die goederen in België aan een in § 63 bedoelde rege-ling, moeten die goederen tegelijkertijd voor de BTW het verbruik als bestemming krijgen.

Suppl. 2

Page 60: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

45

HOOFDSTUK II - INVERBRUIKSTELLING

Algemeen 83. De aangifte ten verbruik geeft in principe aanleiding tot de betaling van de BTW, tenzij een vrijstelling die is voorzien in het BTW-Wetboek of in een ter uitvoering daarvan genomen besluit kan worden ingeroepen. De aangifte ten verbruik, met betaling of met vrijstelling van BTW, moet worden opgemaakt op naam van de geadresseerde van de ingevoerde goederen. 84. De aangifte ten verbruik van de ingevoerde goederen is in principe definitief. De goederen kunnen niettemin onder de volgende voorwaar-den alsnog worden aangegeven voor een in § 63 bedoelde regeling : 1° ten genoegen van de ambtenaren moet zijn vastgesteld : a) dat de goederen niet zijn gebruikt onder andere voorwaar-den dan die welke zijn vastgesteld in de douaneregeling waarvoor zij waren bestemd; b) dat de goederen op het ogenblik van hun aangifte voor het vrije verkeer waren bestemd om te worden geplaatst onder een andere douaneregeling waarvoor zij aan alle vereiste voorwaarden voldeden; c) dat de goederen waarvoor om plaatsing onder deze andere douaneregeling wordt verzocht, wel degelijk diezelfde goederen zijn welke in het vrije verkeer zijn gebracht; 2° de goederen moeten onmiddellijk worden aangegeven voor de douaneregeling waarvoor zij waren bestemd.

Page 61: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

46

Maatstaf van heffing Principes 85. Overeenkomstig artikel 34 van het BTW-Wetboek is de maatstaf van heffing voor de ingevoerde goederen in principe de waarde, die wordt berekend volgens de regels tot vaststelling van de douanewaarde, vermeerderd met bepaalde kosten (zie de Instructie Waarde - D.I. 620). 85/2. Wanneer voor aan rechten bij invoer onderworpen goe-deren twee aangiften worden opgesteld zoals voorzien in § 109 van de Instructie Enig Document (D.I. 530.11), wordt de maatstaf van heffing van de BTW die op de aangifte COM 4 moet worden ver-meld, eveneens gevormd door de waarde, die wordt berekend om de douanewaarde vast te stellen en die vermeld is op de IM 0 of EU 0, te vermeerderen met bepaalde kosten. Dit is eveneens het geval bij opeenvolgende verkopen wan-neer een prijs van één van deze verkopen als basiswaarde wordt ge-nomen voor de douanewaarde overeenkomstig artikel 147 van het CTW maar die prijs niet die is die door de op de COM 4 vermeld BTW-geadresseerde is betaald of is te betalen. 86. Men kan evenwel niet stellen dat de maatstaf van heffing van de BTW bij invoer gelijk is aan de douanewaarde van de inge-voerde goederen. Aan de douanewaarde moeten inderdaad een aantal kosten worden toegevoegd, voor zover zij niet reeds in die waarde zijn begrepen, voor het bepalen van de maatstaf van heffing van de BTW voor de ingevoerde goederen. Overeenkomstig artikel 34, § 2, van het BTW-Wetboek moe-ten in de maatstaf van heffing worden opgenomen, voor zover zij niet reeds in de douanewaarde zijn begrepen :

Suppl. 3

Page 62: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

47 1° de in het buitenland verschuldigde belastingen, rechten, heffingen en andere taksen, alsmede die welke ter zake van de invoer zijn verschuldigd, met uitzondering van de te heffen BTW (zie § 88); 2° de bijkomende kosten zoals de kosten van commissie, douaneformaliteiten, verpakking, vervoer en verzekering, tot op de eerste plaats van bestemming van de goederen in het binnenland. De in 2° bedoelde bijkomende kosten, moeten eveneens in de maatstaf van heffing worden opgenomen wanneer zij voortvloeien uit het vervoer naar een andere plaats van bestemming binnen de Ge-meenschap, indien deze plaats is gekend op het tijdstip dat het be-lastbaar feit plaatsvindt (zie §§ 90 t/m 98). 87. Daarentegen moeten, krachtens het artikel 34, § 3, van het BTW-Wetboek, niet in de maatstaf van heffing worden opgenomen : 1° de sommen die als disconto van de prijs mogen worden afgetrokken (zie § 98); 2° de prijsverminderingen die aan de koper of de afnemer worden toegekend en die zijn verkregen op het tijdstip waarop de belasting opeisbaar wordt (zie § 100); 3° de interesten wegens te late betaling (zie § 101). Bij de maatstaf van heffing te voegen kosten Rechten, belastingen en taksen 88. Hieronder verstaat men - met uitzondering van de Bel-gische BTW zelf - zowel de rechten, belastingen en andere taksen die in het buitenland zijn verschuldigd, als die welke in België zijn verschuldigd wegens de invoer.

Suppl. 2

Page 63: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

48 Als belastingen en heffingen die in de maatstaf van heffing moeten worden opgenomen, dienen te worden genoemd : de rechten bij invoer, de agrarische elementen, de accijns, de bijzondere accijns, evenals de voor bepaalde goederen betaalde som als vergun-ningsrecht, vergunningszegel, rechten wegens keuring en sanitair onderzoek, bij de invoer aan sommige controle-organisaties ver-schuldigde vergoeding, de antidumpingrechten, de compenserende en andere rechten die zouden verschuldigd zijn bij de invoer van sommige goederen ter uitvoering van verordeningen van de Euro-pese Gemeenschap. Artikel 369, 1°, van de gewone wet van 16 juli 1993 tot ver-vollediging van de federale staatsstructuur stelt een milieutaks in. Het belastbaar feit van deze milieutaks bestaat uit het “in het ver-bruik brengen”, waaronder wordt verstaan, de levering door een persoon die zich voor de toepassing van die taks als belasting-plichtige moet laten registreren, van aan de milieutaks onderworpen goederen aan een zogenaamde “kleinhandelaar”, dit is elk persoon die aan milieutaks onderworpen goederen levert aan personen die ze verbruiken. De milieutaks is bijgevolg geen belasting die verschul-digd is wegens de invoer. Hij moet dan ook niet worden opgenomen in de maatstaf van heffing van de BTW bij invoer. 89. Wanneer ingevoerde goederen voor de BTW ten verbruik worden aangegeven maar inzake accijnzen onder een opschortende regeling worden geplaatst, moeten de accijnzen niet in de maatstaf van heffing van de BTW worden opgenomen. Immers op het tijdstip van de inverbruikstelling op het stuk van de BTW van de goederen is de accijns niet verschuldigd en het bedrag aan accijns, dat uitein-delijk zal verschuldigd zijn, is nog niet gekend. Bijkomende kosten 90. Als bijkomende kosten moeten de kosten worden aange-merkt die met de invoer zijn verbonden en die normaal vóór de aan-gifte tot verbruik worden gemaakt.

Suppl. 3

Page 64: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

48/2 Nochtans hoeven de magazijnrechten voor opslag in het en-trepot van het type F of in de ruimte voor tijdelijke opslag, de kosten voor overbrenging naar en opslag in het onder hoofdstuk XII van de Algemene Wet inzake douane en accijnzen bedoelde magazijn, de retributies voor bijzondere prestaties, en de nalatigheidsinteresten voor de niet-tijdige betaling van het invoerrecht niet in de maatstaf van heffing te worden begrepen. Commissielonen 91. In de mate dat de commisssielonen, zijnde de vergoeding welke wordt betaald aan makelaars en lasthebbers die tussenkomst hebben verleend bij de verwerving van de ingevoerde goederen, niet reeds zijn begrepen in de douanewaarde, moeten zij voor de BTW bij de maatstaf van heffing worden gevoegd. De aandacht wordt erop gevestigd dat de aankoopcommissies buiten beschouwing blijven bij het vaststellen van de douanewaarde op voorwaarde dat zij zijn onderscheiden van de betaalde of te be-talen prijs (zie § 73 van de Instructie Waarde - D.I. 620). Kosten van douaneformaliteiten 92. Voor de berekening van de BTW moet in de maatstaf van heffing de som worden begrepen die werd betaald voor de diensten welke werden verstrekt door de commissionair-expediteur of door de douaneagent op wie de invoerder een beroep heeft gedaan voor de dedouanering van de goederen. Voor de toepassing van het voorgaande lid wordt de de-douaneringstaks, die door De Post voor postzendingen wordt ge-heven, geacht te behoren tot de kosten van douaneformaliteiten.

Suppl. 2

Page 65: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

49 Verpakkingskosten 93. De kosten van gewone en gebruikelijke verpakking, die afzonderlijk worden aangerekend, moeten in de maatstaf van heffing worden opgenomen, niet alleen wanneer de verpakking niet naar de leverancier kan worden teruggezonden (verloren verpakking), maar ook wanneer de verpakking tegen terugbetaling mag teruggezonden worden naar de leverancier, zelfs wanneer de kosten van verpakking door de leverancier werden voorgeschoten voor rekening van de im-porteur. Op de in het vorig lid uiteengezette regel bestaat evenwel een uitzondering voor de verpakkingen die in België binnenkomen onder een regeling voor tijdelijke invoer met volledige vrijstelling van in-voerrechten; in dat geval moeten de verpakkingskosten niet worden opgenomen in de maatstaf van heffing van de BTW die wordt be-paald voor de met die verpakking hier te lande ingevoerde goederen. 94. Verpakkingsmiddelen die geen gewone en gebruikelijke verpakkingsmiddelen zijn en die niet worden binnengebracht onder de voornoemde douaneregeling voor tijdelijke invoer, worden op het tijdstip van de aangifte ten verbruik behandeld als goederen die onderscheiden zijn van de inhoud en afzonderlijk belast tegen het tarief dat ervoor geldt. Kosten van vervoer en van verzekering 95. De kosten van vervoer en verzekering, alsmede de kosten voor diensten met betrekking tot het vervoer (zoals het slepen, het gebruik van de haveninstallaties, het laden, het lossen, het behan-delen, het stouwen, het wegen, het meten, het nazien, de expertise en de inontvangstneming van goederen, het opslaan en het bewaren van goederen) berekend tot op de eerste plaats van bestemming in België, moeten steeds in de maatstaf van heffing worden op-genomen. De bijkomende kosten waarvan sprake in deze paragraaf moeten eveneens in de maatstaf van heffing worden opgenomen wanneer zij voortvloeien uit het vervoer naar een andere plaats van

Suppl. 2

Page 66: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

50 bestemming in de Gemeenschap indien deze plaats is gekend op het tijdstip waarop het belastbaar feit plaatsvindt. Dit geldt wanneer de koper het vervoer geheel of ten dele aan een derde toevertrouwt, wanneer hij er de leverancier mee belast, wanneer hij het vervoer zelf met eigen middelen verricht of zelfs wanneer de kosten van het vervoer door de verkoper worden voorgeschoten in naam en voor rekening van de koper en aan deze laatste als voorschot in rekening worden gebracht. 96. Om deze regel te kunnen toepassen is het derhalve van belang de eerste plaats van bestemming van de goederen in België en, voor zover die gekend is op het tijdstip van het belastbaar feit, de werkelijke plaats van bestemming van de goederen in de Ge-meenschap te situeren. Krachtens artikel 4 van koninklijk besluit nr. 7 wordt, voor de toepassing van artikel 34, § 2, 2°, van het BTW-Wetboek, onder eerste plaats van bestemming van de goederen die in België zijn in-gevoerd, de plaats in het binnenland verstaan die is vermeld in de vrachtbrief of enig ander document waaronder de goederen België binnenkomen. Bij gebrek aan een dergelijke vermelding wordt de eerste plaats van bestemming geacht de plaats te zijn waar de eerste overlading van goederen in België geschiedt. Onder “werkelijke plaats van bestemming in de Gemeen-schap” moet gelijk welke andere plaats van bestemming van de goe-deren in België of in een andere lidstaat van de Gemeenschap dan de eerste plaats van bestemming worden verstaan, op voorwaarde dat deze plaats is gekend op het tijdstip waarop de invoer plaatsvindt. Daar de kosten van vervoer en verzekering tot op de plaats van binnenkomen van de goederen in het douanegebied van de Gemeenschap zijn begrepen in de douanewaarde van de ingevoerde goederen, maken zij bijgevolg deel uit van de maatstaf van heffing van de BTW en worden dus niet bedoeld in artikel 34, § 2, van het BTW-Wetboek.

Suppl. 2

Page 67: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

51 Voorbeeld Een uit de Verenigde Staten afkomstig goed komt de Ge-meenschap binnen via Lissabon (Portugal) waar het onmiddellijk onder een douaneregeling extern douanevervoer wordt geplaatst met Brussel als kantoor van bestemming. Het goed wordt in Brussel in het vrije verkeer gebracht en ten verbruik aangegeven, vooraleer naar Luik te worden vervoerd om bij andere goederen te worden gevoegd die werkelijk bestemd zijn voor Keulen. Veronderstelling 1 Op het tijdstip van het belastbaar feit is enkel de eerste plaats van bestemming in België gekend : LUIK. In deze veronderstelling zijn de kosten van vervoer tussen de Verenigde Staten en Lissabon (plaats van in de Gemeenschap binnen komen) in de douanewaarde begrepen. De kosten van vervoer tussen Lissabon en Luik moeten aan de maatstaf van heffing van de BTW worden toegevoegd. Veronderstelling 2 Op het tijdstip van het belastbaar feit is naast de eerste plaats van bestemming van de goederen in België, reeds een andere plaats van bestemming in de Gemeenschap gekend : KEULEN. In deze veronderstelling moeten, naast de kosten van vervoer tussen de Verenigde Staten en Lissabon (begrepen in de douane-waarde) en die tussen Lissabon en Luik, nog de kosten van vervoer tussen Luik en Keulen aan de maatstaf van heffing van de BTW worden toegevoegd. 97. Aangezien de kosten van vervoer werkelijk moeten wor-den berekend tot op de eerste plaats van bestemming in België en desgevallend tot op de plaats van bestemming in de Gemeenschap, moeten de kosten die na de aangifte ten verbruik zelfs in België en desgevallend in de Gemeenschap worden gemaakt, in de maatstaf van heffing worden begrepen.

Suppl. 2

Page 68: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

52 Wanneer de eerste plaats van bestemming of desgevallend de werkelijke plaats van bestemming verder ligt dan de plaats van leve-ring die staat vermeld op de vervoerdocumenten welke aan de dou-ane bij de invoer worden overgelegd, vestigt het plaatselijk hoofd de aandacht van de aangever op de verplichting om bij de maatstaf van heffing van de BTW de in § 95 bedoelde kosten bij te voegen tot op de eerste plaats van bestemming of desgevallend tot op de werkelijke plaats van bestemming. Wanneer in dezelfde veronderstelling de invoer wordt ver-richt ter bestemming van een niet-belastingplichtige, stelt de douane een kennisgeving van geschil op met vermelding van de inlichtingen die zij heeft kunnen bekomen van de aangever in verband met het vervoer van de ingevoerde goederen. Hetzelfde geldt in de andere gevallen van invoer door een niet-belastingplichtige, wanneer de douane twijfels heeft omtrent de heffing op de kosten van vervoer tot op de plaats van bestemming. Sommen die niet tot de maatstaf van heffing behoren Disconto 99. De sommen die als disconto van de prijs mogen worden afgetrokken in geval van vooruitbetaling moeten niet in de maatstaf van heffing worden begrepen. De regel is toepasselijk zonder dat dient te worden nagegaan of de klant werkelijk het disconto ver-krijgt. Prijsverminderingen 100. Het betreft de prijsverminderingen die aan de geadres-seerde zijn toegekend en door deze laatste zijn verkregen op het tijd-stip waarop de BTW is verschuldigd. Zij kunnen worden toegekend als bonificatie, commissie, korting of onder een andere benaming. Het heeft geen belang dat ze pas na verloop van een bepaalde tijd betaalbaar zijn, maar vereist is dat de geadresseerde daarop een ver-worven recht heeft op het tijdstip waarop de BTW is verschuldigd.

Suppl. 2

Page 69: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

53 De interesten wegens niet tijdige betaling 101. Hier worden niet alleen de interesten bedoeld die in rekening worden gebracht omdat de termijn van de betaling van de prijs niet in acht werd genomen,maar ook de conventionele interes-ten die door de klant moeten worden betaald omdat de leverancier hem belastingsfaciliteiten heeft toegestaan. Gegevens van de maatstaf van heffing uitgedrukt in vreemde munten 102. Wanneer de gegevens voor het bepalen van de maatstaf van heffing zijn uitgedrukt in een vreemde munteenheid, wordt krachtens artikel 34, § 4, van het BTW-Wetboek de wisselkoers vastgesteld overeenkomstig de door de Europese Gemeenschap ter zake uitgevaardigde reglementering. De bij invoer toe te passen wisselkoers is die welke geldt voor het berekenen van de douanewaarde. In dit opzicht is het dus nuttig de Instructie Waarde te raadplegen. In de praktijk worden voor de genoteerde munten de toepas-selijke wisselkoersen door de Centrale Administratie medegedeeld door middel van een periodiek bericht (Bijlage IV van voornoemde instructie). 103. Wanneer in het koopcontract of op de factuur benevens de vermelding van het bedrag in vreemde munt wordt aangeduid welk bedrag verschuldigd is in Belgische frank, bestaat er geen enkele reden om tot omrekening over te gaan daar de koopprijs reeds is bedongen in Belgische frank. Wanneer wordt bepaald dat het in vreemde munt (bv. Rupiah) uitgedrukte bedrag tegen een vaste koers in een andere vreemde munt (bv. dollar) moet worden vereffend, dienen de gewone regels voor de omrekening te worden toegepast op de munt waarin de werkelijke betaling dient te geschieden.

Page 70: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

54 Ingeval rectificatie van aangifte wordt gevraagd op grond van artikel 144 van de Algemene Wet, is de datum van de aanvankelijke aangifte maatgevend voor het omrekenen in Belgische munt van een in vreemde munt uitgedrukte waarde. Plannen en tekeningen 104. Voor plannen en tekeningen, die door de kopers normaal voor industriële doeleinden worden gebezigd (plannen van machines, tekeningen voor weverijen, tekeningen voor fabrieken van behang-selpapier, enz.), moet de berekening van de BTW enkel worden ver-richt op de drager van het plan of de tekening, beschouwd als ge-bruiksvoorwerp. Het overige gedeelte wordt geacht verband te hou-den met het onlichamelijke recht het plan of de tekening tot de hier-voren genoemde doeleinden te gebruiken en moet bij de invoer niet aan de BTW worden onderworpen. Software 105. Wat de software betreft, moet voor de bepaling van de maatstaf van heffing van de BTW, rekening worden gehouden met de volgende regels. Software voor specifiek gebruik, d.w.z. die welke is ontwor-pen of aangepast om te voldoen aan de particuliere noden van een onderneming of een organisatie, wordt bij de invoer belast over de waarde van de drager, ongeacht of deze waarde al dan niet onder-scheiden is van de waarde van de gegevens of instructies die hij bevat. De waarde van voornoemde gegevens en de instructies volgt de regeling van dienstverrichtingen, die tot de bevoegdheid van de A.O.I.F. (sector BTW) behoort.

Suppl. 3

Page 71: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

55 Gestandaardiseerde software voor algemeen gebruik is, in tegenstelling tot software voor specifiek gebruik, een fabrieksartikel uit een reeks dat vrij kan worden bekomen door alle klanten en dat door hen, na installatie en een beperkte opleiding, zelfstandig kan worden gebruikt in standaardvorm of voor de verwezenlijking van dezelfde toepassingen of functies. Hij is samengesteld uit een samen-hangend geheel van programma's en ondersteunend materieel en be-vat dikwijls de diensten van installatie, vorming en onderhoud. Soft-ware voor PC's, voor huiscomputers en voor spelen valt onder die categorie. Die omvat eveneens gestandaardiseerde software die op voorstel van de leveranciers is aangepast door de inbouw van veilig-heids- of gelijkaardige elementen. Die software is een lichamelijk goed in de zin van het BTW- Wetboek en is dus bij invoer belastbaar. Er wordt op gewezen dat de douanewaarde van software is beperkt tot die van de programmadragers die die software bevatten en die bestemd zijn voor gegevensverwerkende apparatuur; ze omvat dus niet de kosten of de waarde van de gegevens of de instructies, op voorwaarde dat die kosten of waarde zijn onderscheiden van de kos-ten of waarde van de betrokken programmadrager (zie §§ 41 t/m 44 van de Instructie Waarde - D.I. 620). Handelingen betreffende goederen die zich onder een in § 63 bedoelde regeling bevinden 106. Wanneer goederen die zich onder een in § 63 bedoelde regeling bevinden in België worden aangegeven voor het verbruik na een of meer in §§ 75 en 77 bedoelde vrijgestelde handelingen te heb-ben ondergaan (levering, intracommunautaire verwerving, dienstver-richting - zie §§ 5, 6 en 9), bestaat de maatstaf van heffing, in afwij-king van § 85, uit de waarde van die goederen, berekend in de han-delsfase waarin zij zich bevinden na die vrijgestelde handelingen en vermeerderd met de niet reeds in die waarde begrepen sommen welke overeenkomstig § 86, in de maatstaf van heffing moeten wor-den opgenomen (zie artikel 42, § 3, van het koninklijk besluit nr. 7).

Suppl. 2

Page 72: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

56 Voorbeeld A, B en C zijn drie in België gevestigde personen. A koopt goederen in een derde land voor 1.000 F. en plaatst ze in België in een douane-entrepot. Deze verrichting brengt inzake BTW noch een belastbaar feit noch opeisbaarheid van de belasting mee (zie § 80, derde lid), A verkoopt de in entrepot opgeslagen goederen aan B voor 2.000 F. B verkoopt de in entrepot opgeslagen goederen aan C voor 3.000 F. De overdrachten van A aan B en van B aan C zijn vrij-gesteld van BTW (zie § 75). C onttrekt de goederen aan het entrepot en geeft ze in zijn hoofde aan voor het verbruik. De BTW wordt be-rekend op de aankoopprijs van C, hetzij 3.000 F., ongeacht het feit dat voor de inning van de invoerrechten de douanewaarde zou kun-nen worden geheven op basis van de transactiewaarde van A, hetzij 1.000 F. Afronding 107. De maatstaf van heffing hoeft voor de berekening van de BTW niet te worden afgerond. Wanneer het bedrag van de ver-schuldigde BTW een fractie van een frank bevat, moet die fractie op de hogere of op de lagere frank worden afgerond naargelang ze al dan niet 50 centiem bereikt. Indien voor de ingevoerde goederen die op eenzelfde aangifte zijn vermeld, verschillende BTW-tarieven van toepassing zijn, moet het bedrag van de BTW per tarief worden afgerond. Rol van de douane bij het bepalen van de maatstaf van heffing 108. In de regel is het voldoende dat de douane summier na-ziet of de maatstaf van heffing van de BTW aannemelijk is, rekening houdend met de elementen waaruit hij bestaat.

Page 73: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

57 Wanneer de ambtenaren bij het nazien van de elementen van de kopiefactuur, die krachtens de douanereglementering moet wor-den overgelegd, twijfelen aan de juist van de maatstaf van heffing, vragen zij dat de oorspronkelijke facturen, vrachtbrieven, cognosse-menten, enz. hun worden voorgelegd. Wanneer de ambtenaren oordelen dat de BTW verschuldigd is op een hogere maatstaf dan degene die is vermeld op de hun voor-gelegde aangiften, eisen zij in principe - ongeacht of het al dan niet goederen betreft die vrij zijn van invoerrecht - dat bedoelde aangiften worden verbeterd. De belanghebbende behoudt uiteraard het recht binnen de wettelijke termijn teruggaaf te vorderen bij de Admini-stratie van de BTW, registratie en domeinen. Een kennisgeving van geschil wordt evenwel opgemaakt wanneer de douane, wegens uit-zonderlijke omstandigheden, het verkieslijk acht dat voormelde Administratie de betwisting beslecht voor zover het niet gaat om het bepalen van de douanewaarde van ingevoerde goederen (zie §§ 309 t/m 313). Eventueel wordt een borgtocht geëist volgens de voorschriften van §§ 314 t/m 319. Zie ook §§ 72 t/m 107 van de Instructie Afhandeling van de misdrijven inzake BTW - D.I. 587.011).

Tarief van de BTW Regels 109. De BTW bij invoer wordt geheven tegen dezelfde tarie-ven als bij overdracht in het binnenland. Die tarieven zijn vastgesteld op 1, 6, 12 en 21 %. De tarieven die bij de invoer dienen te worden toegepast, met inachtneming van alle desbetreffende wettelijke en reglementaire bepalingen, zijn opgenomen met verwijzing naar de hoofdstuk-ken XVIII van dit tarief van het BLEU-Douane Gebruikstarief, in bijlage.

Suppl. 2

Page 74: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

58 Wijziging van het tarief van de BTW 110. Het voor invoer van goederen toe te passen tarief is het tarief dat van kracht is op het tijdstip waarop het belastbare feit plaatsvindt (zie §§ 80 en volgende en artikel 38, § 2, eerste lid, van het BTW-Wetboek), d.w.z. op het tijdstip waarop de goederen in België binnenkomen of wanneer zij in België aan één van de in § 63 bedoelde regelingen worden onttrokken. Het toe te passen tarief is evenwel, in afwijking van voor-noemde regel, het tarief dat van kracht is op het tijdstip waarop de BTW opeisbaar wordt wanneer het tijdstip van de opeisbaarheid van de BTW, wordt bepaald volgens het bepaalde in § 81 (zie artikel 38, § 2, tweede lid van het BTW-Wetboek). Rol van de douane 111. Wanneer voor de overgelegde documenten de BTW werd berekend tegen een ander tarief dan het tarief dat voorkomt in bijlage XVIII van het BLEU-Douane Gebruikstarief, wordt het be-paalde in cijfer 3 van de inleidende aanmerking van vernoemde bij-lage toegepast. In die omstandigheden moet de douane de zaak met een ken-nisgeving van geschil onderwerpen aan de A.O.I.F. (sector BTW). Een borgtocht in specieën wordt geëist, behoudens in de in §§ 314 t/m 319 bedoelde gevallen.

Suppl. 3

Page 75: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

59

HOOFDSTUK III - VOLDOENING VAN DE BTW

Tijdstip van voldoening 112. De belasting moet in principe worden voldaan op het tijdstip van de aangifte tot verbruik (zie artikel 5, § 1, van het koninklijk besluit nr. 7). Op dat principe bestaan twee uitzonderingen : a) wanneer de betaling van de BTW kan worden uitgesteld tot de donderdag van de week volgend op die waarin de aangifte is inge-diend (zie § 137); b) in geval van verlegging van de betaling (zie §§ 150 t/m 154).

Tot de voldoening gehouden personen De geadresseerde 113. De BTW bij invoer moet verplicht worden voldaan op naam van de geadresseerde van de ingevoerde goederen (zie arti-kel 6, § 1, van het koninklijk besluit nr. 7). Het aanwijzen van de ge-adresseerde is vooral van belang om uit te maken wie de bij invoer voldane BTW in aftrek mag brengen. Het recht op aftrek van de belasting, die wordt geheven van andere invoeren dan die welke met verlegging van de betaling wor-den verricht is immers afhankelijk gesteld van het bezit van een in-voerdocument dat de belastingplichtige als geadresseerde aanwijst en dat de betaling van de BTW vaststelt.

Page 76: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

60 Bovendien dient het recht op een vrijstelling van BTW bij de aangifte tot verbruik van ingevoerde goederen in hoofde van de ge-adresseerde te worden onderzocht. Om de geadresseerde te bepalen moet een onderscheid wor-den gemaakt naargelang het ingevoerde goed al dan niet door of voor rekening van de leverancier hier te lande moet worden geïnstalleerd of gemonteerd. Goederen die niet moeten worden geïnstalleerd of gemon-teerd De verkrijger of overnemer 114. In de regel is de geadresseerde de verkrijger of overne-mer aan wie de goederen worden verzonden op het tijdstip waarop de belasting opeisbaar wordt (zie artikel 6, § 2, eerste lid van het koninklijk besluit nr. 7). Opdat de verkrijger of overnemer als geadresseerde zou kun-nen optreden is dus vereist : 1° dat die verkrijger of overnemer de goederen reeds heeft verkregen, ter uitvoering van een contract tot overdracht of aanwij-zing van eigendom of vruchtgebruik, onder bezwarende titel of gra-tis, op het tijdstip waarop de belasting opeisbaar wordt; 2° dat de goederen rechtstreeks aan de verkrijger of over-nemer worden gezonden vanaf de plaats waar ze zich bevinden op het tijdstip dat de belasting opeisbaar wordt tot op de plaats waar hij over de goederen kan beschikken.

Page 77: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

61 De eigenaar 115. Wanneer er geen verkrijger of overnemer is, moet de-gene die eigenaar is van de goederen als geadresseerde optreden (zie artikel 6, § 2, eerste lid, in fine, van het koninklijk besluit nr. 7). Voorbeelden a) een buiten de Gemeenschap gevestigde fabrikant voert hier te lande door hem vervaardigde goederen in om ze in België te verkopen : de fabrikant is de geadresseerde; b) een in Mexico gevestigd particulier voert zijn persoonlijke goederen (voertuig, meubelen, enz.) hier te lande in ter gelegenheid van zijn verhuis : de particulier is de geadresseerde. De verkoper of vorige verkoper 116. De verkoper of overdrager of een vorige verkoper of overdrager kan als geadresseerde optreden op voorwaarde dat hij in België is gevestigd of er een aansprakelijk vertegenwoordiger heeft (zie artikel 6, § 2, tweede lid van het koninklijk besluit nr. 7). Die mogelijkheid werd vooral ingesteld om commerciële re-denen aangezien de verkoper er belang kan bij hebben de identiteit van zijn leverancier niet bekend te maken aan zijn koper of hem het feit te verzwijgen dat de geleverde goederen vanuit een derde land komen.

Page 78: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

62 Voorbeeld Verkoop door A, die in Brazilië is gevestigd en in België geen vaste inrichting noch aansprakelijk vertegenwoordiger heeft, aan B, die in België is gevestigd. B verkoopt aan C, eveneens in België gevestigd. B en C zijn belastingplichtigen die maandaangiften indie-nen. Na de verkoop door B aan C wordt het goed verzonden vanuit Brazilië naar Antwerpen, waar het de Gemeenschap binnenkomt en in het vrije verkeer wordt gebracht om vervolgens rechtstreeks te worden vervoerd naar het magazijn van C te Brussel. Om te bepalen wie als geadresseerde kan optreden bij de in-voer met aangifte ten verbruik, moeten drie hypothesen worden onderzocht. Eerste hypothese In de regel treedt C op als geadresseerde, aangezien hij het goed vóór het tijdstip van de opeisbaarheid van de BTW heeft ge-kocht (hij is dus de verkrijger) en het goed hem rechtstreeks wordt verzonden vanaf de plaats waar het zich bevond op het tijdstip dat de belasting opeisbaar is geworden (Antwerpen). In dat geval is er geen BTW verschuldigd in de relatie tussen A en B, omdat de levering van het verkochte goed in het buitenland plaatsvindt (toepassing van artikel 15, § 2, van het BTW-Wetboek). Er is eveneens levering in het buitenland in de relatie van B met C zodat die levering evenmin aan de BTW is onderworpen. Maar onge-acht de plaats van de levering van het goed is de BTW verschuldigd wegens invoer van het goed in België; die BTW is verschuldigd en wordt voldaan in hoofde van C, die bij de aangifte ten verbruik als geadresseerde is aangewezen.

Suppl. 2

Page 79: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

63 Tweede hypothese B kan ook als geadresseerde optreden, omdat hij een in België gevestigde verkoper is. Zoals in de eerste hypothese, vinden de leveringen van A aan B en van B aan C in het buitenland plaats. Maar omdat de BTW, die is verschuldigd wegens invoer van het goed wordt voldaan op naam van B die voor de hoedanigheid van geadresseerde heeft geopteerd, wordt de levering door B aan C geacht in België te hebben plaats-gevonden, niettegenstaande het feit dat, volgens artikel 15, § 2, van het BTW-Wetboek, die levering in principe in het buitenland plaats-vindt. Artikel 15, § 3, van het BTW-Wetboek bepaalt immers - spe-ciaal voor het geval van verzending van goederen van een derde land naar België - dat, wanneer de BTW regelmatig werd voldaan op naam van de verkoper die als geadresseerde optreedt, de levering door deze laatste en eventueel de daaropvolgende leveringen, in af-wijking van de gewone regels inzake de plaats van de levering, ge-acht worden in België te zijn verricht. De BTW is dus verschuldigd in de relatie van B met C en dit onafhankelijk van de BTW die in hoofde van B is verschuldigd wegens invoer. Derde hypothese A, alhoewel vorige verkoper, kan niet als geadresseerde wor-den aangewezen omdat hij hier te lande niet is gevestigd noch een aansprakelijk vertegenwoordiger heeft. De verkoop door A aan B kan dus nooit aan de BTW zijn onderworpen, want de in de tweede hypothese uiteengezette speciale regel zou slechts toepassing kunnen vinden in de relatie van A met B indien bij de aangifte ten verbruik zou kunnen opteren voor de hoe-danigheid van geadresseerde.

Page 80: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

64 De persoon aan wie de goederen op zicht, op proef of in consig-natie worden gezonden 117. De persoon die goederen ontvangt op zicht, op proef of in consignatie is geen verkrijger of overnemer van die goederen en, bij gebrek aan een contract tot overdracht of aanwijziging van eigen-dom of vruchtgebruik, is het de eigenaar van die goederen die nor-maal als geadresseerde moet optreden. Teneinde die eigenaar, indien hij niet in België is gevestigd, te ontslaan van een aantal BTW-verplichtingen (betaling van de BTW bij invoer, erkenning van een aansprakelijk vertegenwoor-diger), is in artikel 6, § 5, 1°, van het koninklijk besluit nr. 7, de mogelijkheid voorzien dat de persoon aan wie de goederen op zicht, op proef of in consignatie worden gezonden als geadresseerde op-treedt op voorwaarde : 1° dat de eigenaar van de goederen niet in België is gevestigd; 2° dat de persoon aan wie de goederen worden gezonden een belastingplichtige is die periodieke BTW-aangiften indient; 3° dat de goederen worden wederuitgevoerd buiten de Ge-meenschap, indien ze niet door die persoon worden gekocht. De persoon aan wie een goed wordt toegezonden dat moet worden hersteld, bewerkt, verwerkt of aangepast 118. Om dezelfde redenen als die welke werden uiteengezet in § 117 bepaalt artikel 6, § 5, 2°, van het koninklijk besluit nr. 7 dat degene aan wie goederen worden gezonden om te worden hersteld, verwerkt, bewerkt of aangepast, als geadresseerde kan optreden op voorwaarde :

Page 81: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

65 1° dat de eigenaar van de goederen, opdrachtgever, niet in België gevestigd is; 2° dat de persoon aan wie de goederen worden gezonden een belastingplichtige is die periodieke BTW-aangiften indient; 3° dat de goederen worden wederuitgevoerd buiten de Ge-meenschap of dat de goederen aan die persoon worden overgedra-gen. De maakloonwerker, de huurder of de ontlener handelend in het kader van de regeling van passieve veredeling inzake BTW 119. In principe kan de persoon die in de hoedanigheid van maakloonwerker, huurder of ontlener goederen uitvoert buiten de Gemeenschap om ze een herstelling, bewerking, verwerking of aan-passing te laten ondergaan, niet als geadresseerde worden aange-merkt bij de wederinvoer van die goederen. Wanneer die uitvoer uit de Gemeenschap en wederinvoer in België plaatsvindt onder de regeling van passieve veredeling inzake BTW kan nochtans, op grond van artikel 6, § 4, van het koninklijk besluit nr. 7, de maakloonwerker, de huurder of de ontlener van de goederen als geadresseerde optreden. Goederen die moeten worden geïnstalleerd of gemonteerd De verkrijger 120. De verkrijger van goederen die door de leverancier moeten worden geïnstalleerd of gemonteerd, kan als geadresseerde optreden indien hij die goederen in het buitenland in bezit heeft ge-nomen en indien hij ze zelf heeft ingevoerd of voor zijn rekening heeft laten invoeren.

Page 82: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

66 De leverancier 121. Wanneer een goed hier te lande, door of voor rekening van de leverancier moet worden geïnstalleerd of gemonteerd, gaat het om een invoer in België gevolgd door een levering hier te lande. De geadresseerde is de leverancier door wie of voor wiens rekening de installatie of de montage wordt gedaan (zie artikel 6, § 3, eerste lid, van het koninklijk besluit nr. 7). In principe moet de leve-rancier, wanneer hij niet in België is gevestigd, een aansprakelijk vertegenwoordiger laten erkennen bij toepassing van artikel 55 van het BTW-Wetboek. 122. De niet in België gevestigde leverancier kan evenwel worden ontslagen van de verplichting een aansprakelijk vertegen-woordiger te laten erkennen. Dat zal het geval zijn, indien zijn medecontractant een belastingplichtige is die periodieke BTW-aan-giften indient en de regeling van de BTW-aanschrijving nr. 4/1979 toepast, die ondermeer bepaalt dat de wegens invoer verschuldigde BTW wordt voldaan op naam van de medecontractant. In vak 44 van de aangifte dient dan te worden vermeld : “BTW-aanschrijving nr. 4/1979”. 123. De in § 122 bedoelde regeling, die steunt op de BTW- aanschrijving nr. 4/1979, vindt evenwel geen toepassing wanneer de leverancier de goederen bestemt voor het verrichten van een werk in onroerende staat. Onder werk in onroerende staat wordt verstaan : - het bouwen, het verbouwen, het onderhouden, het reinigen en het afbreken, geheel of ten dele, van een uit zijn aard onroerend goed; - de handeling die erin bestaat een roerend goed te leveren en het meteen op zodanige wijze aan te brengen aan een onroerend goed dat het onroerend uit zijn aard wordt.

Page 83: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

67 Is eveneens bedoeld, in de mate dat het geen werk in onroe-rende staat is, iedere handeling die zowel bestaat uit de levering als de aanhechting aan een gebouw van bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van : - een installatie voor centrale verwarming of air-conditione-ring; - een sanitaire installatie; - een elektrische installatie; - een elektrische belinstallatie, brandalarmtoestellen, alarm-toestellen tegen diefstal of huistelefoon; - kasten, gootstenen, dampkappen; - luiken, rolluiken en rolgordijnen; - wandbekledingen en vloerbedekkingen alsmede het plaat-sen, het herstellen, het onderhouden en het reinigen van die goede-ren. In al die gevallen moet de wegens invoer verschuldigde BTW worden voldaan op naam van de leverancier die bij invoer als ge-adresseerde moet optreden. De verkoper of vorige verkoper 124. De persoon die de ingevoerde goederen aan de in § 121 bedoelde leverancier heeft verkocht of een vorige verkoper, kan eveneens als geadresseerde optreden op voorwaarde dat hij in België is gevestigd of er een aansprakelijk vertegenwoordiger heeft laten erkennen (zie artikel 6, § 2, tweede lid, van het koninklijk besluit nr. 7).

Page 84: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

68 Bijzondere gevallen Zending van goederen naar een commissionair 125. De commissionair is op zichzelf een eenvoudige tussen-persoon, die nochtans voor de toepassing van de BTW wordt behan-deld als een koper-verkoper. De inkoopcommissionair wordt inderdaad aangemerkt als koper en, ten opzichte van zijn lastgever, als verkoper van het goed dat door zijn toedoen wordt gekocht; de verkoopcommissionair wordt aangemerkt als verkoper en, ten opzichte van zijn lastgever, als koper van het goed dat door zijn toedoen wordt verkocht. Als commissionair wordt niet alleen hij aangemerkt die op eigen naam of in naam van een firma voor rekening van een last-gever handelt, maar ook de tussenpersoon bij inkoop of de tussen-persoon bij verkoop, die in enigerlei hoedanigheid een op zijn naam gestelde factuur, debetnota of ander daarmee gelijkstaand stuk res-pectievelijk van de verkoper ontvangt of aan de koper uitreikt. Die tussenpersonen worden gelijkgesteld met kopers of ver-kopers en kunnen dus als geadresseerde optreden. Invoer van een gehuurd goed 126. De huurder van een ingevoerd goed kan niet als verkrij-ger of overnemer worden aangemerkt (zie § 114). Bijgevolg is de ge-adresseerde van het ingevoerde goed de eigenaar.

Page 85: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

69 Zending van een goed naar een depothouder 127. Wanneer goederen worden verzonden naar een depot-houder die geen consignataris is, mag die depothouder niet optreden als geadresseerde; enkel de eigenaar kan de hoedanigheid van ge-adresseerde aannemen. Verliezen onder de regeling van tijdelijke opslag, douane-entre-pot of vrij entrepot 128. Wanneer de geadresseerde van ontbrekende goederen onder de regeling van tijdelijke opslag, douane-entrepot of vrij entre-pot gekend is gelden de gewone regels die hiervoor zijn vermeld. Evenwel wanneer die niet is gekend, dient op de aangifte ten verbruik in vak 8 de vermelding “geadresseerde onbekend” te wor-den aangebracht om elke bedrieglijke aftrek van de betaalde BTW te voorkomen door de personen die gehouden zijn tot de voldoening van de belasting (zie § 129) maar die niet de hoedanigheid van ge-adresseerde bezitten. Hoofdelijke aansprakelijkheid 129. Overeenkomstig artikel 8 van het koninklijk besluit nr. 7, zijn de geadresseerde, de aangever, diens lastgever, de aangever in-zake communautair douanevervoer evenals ieder ander persoon die is gehouden tot voldoening van de invoerrechten, hoofdelijk gehou-den tot voldoening van de BTW, ook al zijn de goederen om welke reden ook niet aan invoerrechten onderworpen (zie de Instructie Douaneschuld - D.I. 503.20) (*). Wanneer de belasting moet worden voldaan op de wijze van de regeling inzake verlegging van de heffing, zijn evenwel alleen de geadresseerde en de aangever inzake communautair douanevervoer hoofdelijk gehouden tot voldoening van de belasting (zie artikel 8, tweede lid van het koninklijk besluit nr. 7). _____________________________ (*) Nieuwe decimale indeling D.I. 533.0.

Suppl. 3

Page 86: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

70 De aangifte ten verbruik moet steeds op naam van de ge-adresseerde worden opgemaakt, ongeacht de persoon door wie de verschuldigde belasting effectief wordt voldaan. Documenten tot vaststelling van de voldoening 130. Met het oog op de voldoening van de BTW, gebruikt de aangever een aangifte ten verbruik, bestaande uit de exemplaren 6, 7 en 8, eventueel aangevuld met het exemplaar B, van het enig docu-ment (zie ter zake de Instructie Enig document - D.I. 535 (*)). In vak 1, tweede onderverdeling, van deze exemplaren wordt code 4 betreffende de inverbruikstelling van goederen vermeld. Code 5 wordt gebruikt in geval van tijdelijke invoer en code 9 in geval van behandeling onder douanetoezicht. In vak 8 van de aangifte moeten naam en adres van de BTW- geadresseerde evenals zijn BTW-identificatienummer, eventueel voorafgegaan door de letters BE, voorkomen. Evenwel mag voor een belastingplichtige, die een identifica-tienummer heeft aangevraagd, een aangifte waarop het identificatie-nummer niet is vermeld door de douane worden aanvaard, op voor-waarde dat deze belastingplichtige een bewijs overlegt van de hoofd-controleur van de BTW, waaronder hij ressorteert, en waarin wordt bevestigd dat een aanvraag tot identificatie werd ingediend. De ver-melding “Toe te kennen” dient te worden aangebracht in vak 8 van de aangifte in plaats van het nummer. Indien het een niet-belastingplichtige of een niet geïdentifi-ceerde belastingplichtige betreft, wordt de vermelding “geen” aan-gebracht op de plaats van het nummer in vak 8 van de aangifte. _____________________________ (*) Nieuwe decimale indeling D.I. 530.11.

Suppl. 2

Page 87: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

71 In § 44 is het geval geregeld van een in het buitenland geves-tigde belastingplichtige, die in België geen vaste inrichting heeft en er geen aansprakelijk vertegenwoordiger heeft laten erkennen. 131. Er zijn aanvullende formulieren voorzien om de om-schrijving van de goederen voort te zetten indien de aangifte ver-scheidene artikelen omvat. Die aanvullende formulieren moeten samen met de aangiften die zij aanvullen worden aangeboden. Het is evenwel ook toegelaten om hiervoor gewone bijkomende formulieren te gebruiken (zie het bepaalde in § 15 van de Instructie Enig document). 132. Wat het gebruik en de wijze van invullen van de aangif-ten en de aanvullende formulieren betreft, dient de toelichting be-treffende het gebruik van de formulieren “Enig document” (zie bij-lage 5 van de Instructie Enig document) te worden geraadpleegd. De aangever moet steeds in vak 44 de wettelijke, reglemen-taire of administratieve bepaling vermelden die de invoer toelaat, hetzij met betaling van de BTW tegen een verlaagd tarief, hetzij met vrijstelling. Wanneer er vrijstelling van BTW is, moeten de maatstaf van heffing en het tarief van de BTW in de desbetreffende kolommen van vak 47 van de aangifte worden vermeld. In de kolom “Bedrag” wordt de vermelding "vrijstelling" aangebracht. 133. De invoerders worden erop attent gemaakt dat in prin-cipe voor iedere geadresseerde een aangifte moet worden opge-maakt. Door een douane-expediteur mag evenwel een globale aan-gifte worden gebruikt voor de inverbruikstelling van goederen die toebehoren of bestemd zijn voor verschillende personen, die zelf rechtstreeks de last van de rechten en de belastingen dragen en die geen BTW-belastingplichtigen zijn (zie §§ 47 t/m 49 van de Instruc-tie Douane-expediteurs).

Page 88: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

72 134. Wanneer goederen worden ingevoerd die aan twee of meer personen of firma's in onverdeeldheid toebehoren, dient bij aangifte enkel één aangifte aan de douane te worden overgelegd. Als geadresseerde dienen alle onverdeelde eigenaars te worden aange-duid met, achter hun naam, het aandeel van ieder. Samen met dat document dienen één of meer afschriften van exemplaar 8 te worden ingediend (naargelang er twee of meer on-verdeelde mede-eigenaars zijn). Daarop wordt bovenaan op duidelijk zichtbare wijze met rode inkt de vermelding “AFSCHRIFT” aange-bracht en op de keerzijde brengt de aangever de volgende door hem ondertekende vermelding aan : “Afschrift bestemd voor (aanduiding van de mede-eigenaar die het origineel niet bewaart en voor wie het afschrift is bestemd). Het originele exemplaar voor de aangever werd geldiggemaakt voor een bedrag van .... F (in letters) en wordt bewaard door (aanduiding van de mede-eigenaars die het bewaart)”. De ontvanger der douane waarmerkt de vermelding op de keerzijde van het (de) afschrift(en) tezelfdertijd als hij de afdruk van de computerprinter erop aanbrengt. Het originele exemplaar 8 van de aangifte wordt bewaard door één van de geadresseerden. Het (de) afschrift(en) wordt (wor-den) bewaard door de andere geadresseerde(n). De voorgaande handelwijze is evenwel niet toepasselijk wan-neer de eigenaars van de ingevoerde goederen niet-belastingplich-tigen zijn, of belastingplichtigen die niet invoeren in hun hoedanig-heid van belastingplichtige. In dat geval volstaat het dat één aangifte wordt overgelegd met aanduiding van al de mede-eigenaars.

Page 89: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

73

Wijzen van voldoening Algemeen 135. Behalve wanneer de voldoening plaatsvindt door toe-passing van de verlegging van de betaling (zie §§ 150 t/m 154), wordt de BTW voldaan aan de ontvanger der douane die bevoegd is voor het douanekantoor waar de goederen ten verbruik worden aan-gegeven. De voldoening gebeurt, hetzij bij het indienen van de aan-gifte ten verbruik (zie § 112, eerste lid), hetzij met uitstel (zie § 137). De voldoening van de belasting aan de ontvanger der douane wordt vastgesteld door op het voor de geadresseerde bestemde exemplaar van de aangifte ten verbruik een afdruk aan te brengen met het geautomatiseerde systeem van geldigmaking waarvan het douanekantoor is voorzien (zie artikel 7, § 1, tweede lid, van het koninklijk besluit nr. 7). In sommige gevallen wordt de BTW aan de ontvanger van het invoerkantoor voldaan in speciën tegen afgifte van een kwitan-tie 257 A of 257A (zie § 147 en volgende). Boeking van de BTW door middel van een geautomati-seerd systeem van geldigmaking 136. In principe wordt de BTW betaald aan de ontvanger en de betaling wordt vastgesteld of het bewijs van boeking met uitstel van betaling (zie § 137) wordt gegeven door middel van een met een computerprinter aangebrachte stempelafdruk. Wat de aangebrachte stempelafdruk betreft, onderscheidt men naar gelang van het gebruikte geautomatiseerd systeem van geldigmaking de volgende twee gevallen :

Suppl. 3

Page 90: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

74 a) Sadbel (1) : in vak B van de aangifte worden via de com-puter en de printer van de aangever afgedrukt : de boekhoudweek, het totaal bedrag van de contant betaalde of van de met uitstel van betaling geboekte belastingen, hetzij de vermelding “voldaan”, hetzij de vermelding “uitstel van betaling” en een controlenummer (zie bij-lage 1); b) micro-computer, mini-Sadbel (2) of manuele documenten op Sadbelkantoren : in vak B van de aangifte worden afgedrukt : eerste regel : nummer van de aangifte, het uur, de datum en het rekeningnummer; tweede regel : het operatornummer, het totaal bedrag van de contant betaalde of van de met uitstel van betaling geboekte belas-tingen, de vermelding “voldaan” of “uitstel”, het jaar en de week van boeking evenals het teken DA (zie bijlage 2). Bij mini-Sadbel worden de vermelding “Sadbel-micro” en het controlenummer na elkaar afgedrukt. De echtheid van de aangifte wordt als volgt gewaarborgd : a) Sadbel : een controlenummer; b) micro-computer en manuele documenten op Sadbelkan-toren : het teken DA; _____________________________ (1) De lijst van de kantoren komt per soort van geautomati-seerd systeem van geldigmaking voor in bijlage 3. (2) Door de computer van de douane afgedrukte documenten (Sadbelmodel) mogen worden aangeboden op kantoren die niet met het Sadbelsysteem zijn verbonden, maar zijn uitgerust met micro-computer, voor zover een machtiging werd bekomen van de Dienst Automatisatie van de Centrale Administratie.

Page 91: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

75 c) mini-Sabel : het teken DA en een controlenummer. Daarenboven wordt door de ontvanger in alle gevallen, be-halve wanneer het om een Sadbelaangifte gaat, de ronde datum-stempel aangebracht in vak J betreffende de controle door het kan-toor van bestemming. Het hogervermelde totale bedrag van de belastingen kan andere rechten en taksen bevatten dan de BTW. Het werkelijk geïnde bedrag van de BTW komt voor in vak 47 van de aangifte tegenover de code 01. De hogergenoemde vermeldingen, met uitzondering van het teken DA en het controlenummer, worden ook aangebracht op de journaalstrook en op de dagelijkse rekeninguittreksels 46, die door de computer worden gedrukt. De journaalstroken en de rekeninguit-treksels 46 worden tot staving van de dagboeken bewaard. De aangiften betreffende goederen, waarvoor bij invoer geen BTW wordt geheven, worden op dezelfde manier behandeld. Uitstel van betaling 137. Ongeacht of de goederen al dan niet aan invoerrecht zijn onderworpen mag de voldoening van de BTW worden uitgesteld tot de donderdag van de week volgend op die waarin de aangifte werd gedaan (zie ministerieel besluit nr. 6 van 4 maart 1993, waarbij uit-stel wordt verleend voor de voldoening van de ter zake van de invoer van goederen verschuldigde BTW). Wanneer krachtens een door de Administratie der douane en accijnzen verleende vergunning de door een zelfde geadresseerde tijdens een bepaalde week ingevoerde goederen worden aangegeven met globale aangiften in de loop van de daaropvolgende week, moet de betaling van de BTW geschieden uiterlijk de donderdag van de week waarin de globale aangiften moeten worden overgelegd.

Page 92: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

76 138. Elke persoon, die uitstel van betaling wenst te genieten, moet : a) een schriftelijke aanvraag richten aan de ontvanger der douane; b) een voldoende borgtocht verstrekken overeenkomstig arti-kel 287 van de Algemene Wet inzake douane en accijnzen; c) zijn betalingen verrichten door storting of overschrijving op de postrekening van de ontvanger der douane of met een ge-kruiste check. 139. De BTW waarvan de betaling is uitgesteld, wordt - zoals de andere rechten - vermeld in het rekeninguittreksel onder de code 01. Op de strook van het stortings- of overschrijvingsbulletin of op de bankcheck moet de vervaldatum worden vermeld, waarop de betaling moet worden aangerekend. 140. Wanneer bij gedeeltelijke betaling de schuldenaar geen enkele vermelding in verband met de vervaldag heeft aangebracht, moet de ontvanger hem uitdrukkelijk vragen op welke schuld hij zijn betaling wil aanrekenen. De verschuldigdheden, die op dezelfde dag vervallen en die in een globale betaling zijn begrepen, worden aan-gerekend in de volgende volgorde : 1° de kosten; 2° de nalatigheidsinteresten; 3° de boeten; 4° de BTW. De ontvanger kan in overleg met de schuldenaar die toereke-ningsvolgorde wijzigen.

Page 93: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

77 Niet tijdige betaling 141. Het bepaalde in §§ 193 t/m 198 van de Instructie Comp-tabiliteit - Deel I (D.I. 410) is van toepassing. Materiële vergissingen 142. Indien, ten gevolge van een louter materiële vergissing (verkeerd lezen van de te innen som, verwisseling van cijfers, ver-keerde behandeling van de machine), op een aangifte een stempel-afdruk werd aangebracht voor een bedrag dat lager is dan de werke-lijk verschuldigde BTW, mag de ontvanger toestaan dat een bijko-mende stempelafdruk wordt aangebracht. Er dient te worden gezorgd dat de bijkomende stempelafdruk niet over de eerste stempel wordt gedrukt; op de betrokken controleband(en) wordt een verwijzing van de ene verrichting naar de andere aangebracht. Indien daarentegen in gelijkaardige omstandigheden op gelijk welk tijdstip wordt vastgesteld dat de stempelafdruk ten onrechte of voor een te hoog bedrag werd aangebracht, mag de aangifte worden ongeldig gemaakt en vervangen door een nieuwe aangifte. Het be-paalde in §§ 231 en volgende is van toepassing. 143. Indien de aanvraag tot regularisatie binnen twee maan-den na de aangifte tot verbruik wordt ingediend en het gaat om een aangever die uitstel van betaling geniet, crediteert de ontvanger de rekening 49 van de aangever voor het bedrag van de BTW dat voor-komt op de ongeldig gemaakte aangifte. Exemplaar 8 van de ongeldig gemaakte aangifte wordt be-waard door de douane. Dit exemplaar wordt gevoegd bij exemplaar 6 en de ontvanger brengt op de documenten een vermelding aan die verwijst naar de regularisatie van de BTW op de rekening 49 van de aangever.

Suppl. 2

Page 94: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

78 De aanpassing betreffende de geannuleerde aangiften ge-schiedt automatisch op de journaalstrook en op het rekeninguittrek-sel, als gevolg van het insturen van de rectificatie. Om de aftrekking te rechtvaardigen worden de ongeldig gemaakte aangiften aan de desbetreffende band gehecht en wordt een verwijzing aangebracht op de registreerband van de dag waarop deze documenten werden gel-diggemaakt. Indien exemplaar B voor het CIV of exemplaar 7 reeds naar het voor de opname bevoegd SADBEL-kantoor of naar de NBB (enkel voor de micro-computers) werd gezonden, moeten een kopie van de oorspronkelijke aangifte, evenals de nieuwe rectificatie-aan-gifte waarop bovenaan in het rood respectievelijk de letter N (nega-tief) en de letter R (rectificatie) is aangebracht, (aan elkaar gehecht) aan het voor de opname bevoegde SADBEL-kantoor en aan de NBB worden gezonden ter verbetering van de opgenomen gegevens. 144. Indien de aanvraag tot regularisatie niet binnen twee maanden na de aangifte tot verbruik wordt ingediend of indien de aangever niet geniet van uitstel van betaling, wordt exemplaar 8 van de nietig verklaarde aangifte hetzij gevoegd bij de aanvraag om teruggaaf van BTW die door de niet-belastingplichtige bij de douane wordt ingediend, hetzij teruggegeven aan de belastingplichtige met het oog op de terugbetaling van BTW onder controle van de A.O.I.F. (sector BTW). 145. (Vervallen). Onduidelijke of onvolledige stempelafdrukken 146. Indien een onduidelijke of onvolledige stempelafdruk of waarmerk op een aangifte voorkomt, laat de ontvanger een nieuwe aangifte invullen om daarop de voldoening van de BTW in behoor-lijke vorm vast te stellen; hij maakt de eerste aangifte ongeldig en handelt ten opzichte van die aangifte zoals bepaald is in Titel II, Hoofdstuk VIII van onderhavige Instructie (zie §§ 231 t/m 240).

Suppl. 3

Page 95: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

79 Inning in speciën tegen afgifte van een kwitantie 257 of 257 A 147. In de volgende gevallen geschiedt de voldoening van het invoerrecht, de accijns en de BTW in speciën tegen afgifte van een kwitantie 257 of 257 A (1) : a) goederen in de bagage van reizigers en, meer algemeen, van alle personen die de grens overschrijden (zie de Instructie Baga-ge en de Instructie Vereenvoudigd Tarief); b) kleine zendingen van goederen welke werden vrijgemaakt door personen die bij een enkele gelegenheid zulke verrichting doen op een douanekantoor (zie §§ 137 en 138 van de Instructie Enig document - D.I. 530.11); c) onregelmatige postzendingen (zie de Instructie Postzendin-gen en postcolli). 148. De kwitanties vermelden de verschillende belastingen af-zonderlijk. Op het einde van de dag worden de als BTW geïnde som-men ingeschreven in het dagboek 55 A onder de code BTW (§ 256 van de Instructie Comptabiliteit - Deel I/D.I. 410). 149. In de in § 147, letters a, b en c, bedoelde gevallen ge-schiedt de inontvangstboeking globaal onder de code “Vereenvou-digd tarief - forfaitaire globale inningen”, wanneer de verschuldigde belastingen voor in de bagage van reizigers ingevoerde goederen worden geïnd door middel van kwitanties 257 op basis van de forfai-taire heffingsvoeten van bijlage 1 van de Instructie Vereenvoudigde Tarief (D.I. 596.11). _____________________________ (1) De in de §§ 150 t/m 154 bedoelde verlegging van betaling is niet van toepassing.

Suppl. 3

Page 96: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

80 Wanneer in de kleine zendingen ingevoerde goederen worden onderworpen aan een forfaitaire globale heffing (§ 20 van de omzendbrief van 1 januari 1993 op de kleine zendingen, nr. D.L. 5/11.920/D.I. 513.070) (*), geschiedt de inontvangstboeking onder de code “Vereenvoudigd tarief-forfaitaire globale inningen”, in geval van inning door middel van kwitanties 257 of 257 A (§ 20, letter a, van de voornoemde omzendbrief op de kleine zendingen), of van de listing in de in § 20, letters b) en c), van voornoemde om-zendbrief bedoelde gevallen. De ventilatie van de globale inningen geschiedt door de Administratie van de thesaurie. Verlegging van de betaling van de BTW Inleiding 150. De verlegging van de betaling is een wijze van voldoe-ning van de BTW waarbij een belastingplichtige in de zin van § 18, die verplicht is tot het indienen van een periodieke BTW-aangifte (met uitzondering dus van de vrijgestelde belastingplichtigen en van de landbouwondernemers, die aan de forfaitaire regeling zijn onder-worpen) en die bepaalde voorwaarden vervult, de verschuldigde BTW niet hoeft te betalen op het ogenblik van de aangifte ten ver-bruik maar ze mag vermelden in zijn periodieke aangifte. In afwijking van §§ 103 t/m 141 mag de betaling van de ver-schuldigde belasting bij invoer worden verlegd naar het binnenland binnen de perken en onder de voorwaarden die zijn bedoeld in §§ 151 t/m 154. Die bijzondere wijze van betalen strekt ertoe de for-maliteiten bij de invoer van goederen te vereenvoudigen, doordat de belastingplichtigen die de verlegging kunnen toepassen de belasting niet meer hoeven te voldoen op het ogenblik van de aangifte ten ver-bruik. _____________________________ (*) Nieuwe decimale indeling D.I. 510.060.

Suppl. 2

Page 97: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

81 Personen die de verlegging van de betaling kunnen toepassen 151. De verlegging van de betaling kan slechts worden toe-gepast door belastingplichtingen die de in § 153 bedoelde vergun-ning hebben bekomen en die periodieke BTW-aangiften indienen. Dit is het geval voor : a) in België gevestigde belastingplichtigen; b) in het buitenland gevestigde belastingplichtigen die in het land een vaste inrichting hebben of een aansprakelijke vertegen-woordiger hebben laten erkennen door het Centraal BTW-kantoor voor buitenlandse belastingplichtigen (zie § 47). Beoogde invoer 152. De verlegging van de betaling is van toepassing op de invoer van goederen die plaatsvindt in gevallen dat de belasting op-eisbaar is bij het indienen van de aangifte ten verbruik. Voorwaarden waaraan de verlegging van de betaling is onder-worpen 153. De verlegging van de betaling is met name onderworpen aan : 1° een door de Centrale Administratie van de A.O.I.F. (sector BTW), uitgereikte vergunning; 2° de vooruitbetaling van een bedrag als BTW op het ont-vangkantoor van de BTW, waaronder de belastingplichtige ressor-teert. De douane hoeft niet na te gaan of deze voorwaarden zijn vervuld. Formaliteiten 154. De aangever vermeldt onder zijn verantwoordelijkheid code “G” in kolom “WB” van vak 47 van de aangifte evenals in vak 48 het nummer van de verleende vergunning.

Suppl. 3

Page 98: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

82 Op te merken valt dat, in het kader van SADBEL, op basis van het BTW-nummer, de douanecomputer zelf het nummer van de vergunning op de aangifte vermeldt. De aangever moet echter deze automatische vermelding weigeren wanneer de geadresseerde afziet van de verlegging van de betaling van de BTW of wanneer de hem toegekende vergunning ingetrokken is en een aangifte moet worden opgesteld vooraleer het SABDEL-programma is aangepast. Indien het douanekantoor niet uitgerust is met SADBEL zal dit kantoor zich in verbinding stellen met het dichtstbijgelegen SADBEL kantoor. Terzake is het bepaalde in de omzendbrief van 26 mei 2000, nr. D.O.C. 213.500 "Controle op de verlegging van de BTW" van toepassing. Bewijs van de betaling van de BTW 155. De douaneambtenaren zijn niet bevoegd om bewijzen uit te reiken ten blijke dat de BTW is betaald. Zij moeten dus, ongeacht de omstandigheden, zich strikt onthouden van het uitreiken van der-gelijke bewijzen. Wanneer nochtans exemplaar 8 van de aangiften toevallig verloren is gegaan of werd vernietigd vooraleer of nadat de geadres-seerde van de ingevoerde goederen dit exemplaar heeft ontvangen, moet door de belanghebbende een aanvraag tot het bekomen van een kopie van het verloren of vernietigde document worden ingediend bij de ontvanger van het douanekantoor van invoer. Deze laatste moet er zich eerst van vergewissen dat alle nodige opzoekingen werden verricht om het document terug te vinden. Aldus dient hij, wanneer de goederen werden aangegeven door een douane-expediteur en de aanvraag voor de aflevering van het duplicaat uitgaat van de ge-adresseerde, bij de douane-expediteur na te gaan of exemplaar 8 van de aangifte wel degelijk aan de belanghebbende werd toegezonden. Na deze verzekeringen te hebben verkregen levert de ontvanger een eensluidend verklaarde kopie of fotokopie van exemplaar 6 van de aangifte af.

Suppl. 3

Page 99: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

83 Die kopie moet daarna worden geldiggemaakt door de hoofd-controleur van de BTW van het ambtsgebied waaronder de geadres-seerde van de goederen ressorteert. 156. Wanneer de afzender de BTW voor zijn rekening neemt, zijn de spoorwegmaatschappijen verplicht, krachtens het bepaalde in artikel 6, § 9, van het Bijvoegsel B bij het Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer (COTIF) van 9 mei 1980 (in België goedgekeurd bij de wet van 25 april 1983, Belgisch Staatsblad van 7 september 1983), aan de belanghebbende een bewijsstuk te over-handigen voor het bedrag dat hem wordt aangerekend. De spoorwegambtenaren mogen evenwel aan de douane, samen met de aangifte waaruit de betaling van de BTW blijkt, een als volgt opgesteld getuigschrift voorleggen, waarop het kantoor-stempel wordt aangebracht : De zending, bestaande uit . . . . . . . . . . . . . (omschrijving van de goederen, gewicht, enz.), voor vervoer per spoor aangeboden op . . . . . . . . . . . . . . . . . in het station te, . . . . . . . . . . . . . . . . ., door . . . . . . . . . . . . . . . . . . . met bestemming naar . . . . . . . . . . . . . . . . . . voor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . (volledig adres van de geadresseerde), werd onderworpen aan de betaling van de BTW op . . . . . . . . . . . . . . De uit hoofde van deze belasting betaalde som bedraagt F . . . . . . . . . . . . . . . . (voluit). (Handtekening van de afgevaardigde van de stationschef) Stempel Datumstempel van de van het douanekantoor douane van inklaring Dat getuigschrift mag in geen geval worden gebruikt tot andere dan de hierboven aangeduide doeleinden.

Page 100: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

84

HOOFDSTUK IV - DE INVOER IN BELGIE MET VRIJSTELLING VAN BTW

Algemene opmerkingen 157. Er vindt in België geen invoer plaats wanneer een goed van bij zijn binnenkomst in de Gemeenschap onder een in § 63 be-doelde regeling wordt geplaatst en onder één van die regelingen het Belgisch grondgebied binnenkomt en weer verlaat. Vermits er geen invoer in België is, dient er voor die goede-renbeweging geen vrijstelling van BTW te worden ingeroepen. Er kan bijgevolg slechts sprake zijn van een vrijstelling van BTW bij invoer wanneer een goed in België is ingevoerd en er voor het verbruik moet worden aangegeven. 158. Vrijstelling van BTW wordt verleend voor : a) de invoer van goederen waarvan de levering in het binnen-land is vrijgesteld; b) de definitieve invoer van de in § 165 bedoelde goederen; c) de invoer van voor een andere lidstaat bestemd goed; d) de wederinvoer van een goed in dezelfde staat (terugkerend goed) of na een herstelling, een bewerking, een aanpassing of een verwerking te hebben ondergaan (passieve veredeling). e) de invoer van beleggingsgoud.

Suppl. 3

Page 101: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

85

Vrijstelling bij invoer van goederen waarvan de levering in het binnenland is vrijgesteld

Algemeen 159. In artikel 40, § 1, 1°, a, van het BTW-Wetboek is vrij-stelling van BTW voorzien voor de invoer van goederen waarvan de levering door belastingplichtigen in het binnenland in elk geval is vrijgesteld. Dit artikel is momenteel van toepassing in de in §§ 160 t/m 162, bedoelde gevallen. Dit artikel kan evenwel van toepassing zijn in andere dan in de §§ 160 t/m 162 bedoelde gevallen. In dat geval is de in § 164 bedoelde procedure van toepassing. Menselijke producten 160. Menselijke organen, menselijk bloed en moedermelk mogen worden ingevoerd met vrijstelling van BTW. De levering van die goederen in het binnenland is inderdaad steeds vrijgesteld. Goederen ingevoerd in het kader van cursussen per brief-wisseling 161. De boeken, brochures, handboeken en de andere gebrui-kelijke toebehoren die worden ingevoerd door de leerlingen van een cursus per briefwisseling, ingericht door een in het buitenland ge-vestigde organisatie of instelling van publiek recht of erkend met een gelijkaardig doel in het buitenland, zijn niet onderworpen aan de BTW indien bedoelde goederen rechtstreeks verband houden met het onderwijs dat wordt verstrekt.

Page 102: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

86 Boeken of platen 162. De exemplaren van een boek of van een plaat die een buitenlandse uitgever aan de auteur aanbiedt alsmede de exemplaren die hij aan de critici en aan andere personen of instellingen geeft om de verkoop ervan te bevorderen of ze voor een ruimer publiek te be-stemmen mogen met vrijstelling van BTW worden ingevoerd. De invoerder moet ten genoegen van de administratie en op haar verzoek kunnen bewijzen dat de daartoe ingevoerde goederen niet zijn bestemd om te worden verkocht in omstandigheden die de BTW opeisbaar maken. Inzonderheid dient voor de monsters, die op dezelfde wijze zijn verpakt of gereedgemaakt als de normaal verkochte producten een ontvangstbewijs te worden geëist van de geadresseerden. In artikel 42 van het BTW-Wetboek bedoelde goederen 163. De invoer van goud door de centrale banken kan plaats-vinden met vrijstelling van BTW, aangezien de leveringen van goud aan de centrale banken zijn vrijgesteld door artikel 42, § 3, 7° van het BTW-Wetboek. De in artikel 42, §§ 1 en 2 van het BTW-Wetboek bedoelde zeeschepen en andere schepen evenals de vliegtuigen en dergelijke toestellen mogen met vrijstellingen van de belasting worden inge-voerd binnen de perken en onder de voorwaarden van § 190. Voor de door erkende organisaties ingevoerde goederen die deze uitvoeren in het kader van hun menslievend, liefdadig of op-voedkundig werk, kan de in artikel 42, § 3, 8° van het BTW-Wet-boek, bedoelde vrijstelling van BTW worden verleend binnen de perken en onder de voorwaarden van § 290.

Page 103: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

87 Edelstenen kunnen overeenkomstig artikel 42, § 4, 1° van het BTW-Wetboek met vrijstelling van de BTW worden ingevoerd onder de in §§ 218 en 219 gestelde voorwaarden. Andere gevallen 164. Er kunnen nog andere gevallen bestaan waarin een leve-ring in het binnenland door belastingplichtigen is vrijgesteld en het dus ook zou moeten zijn bij invoer. Indien een aangever een der-gelijk verzoek inreikt, moet de BTW bij invoer worden geïnd. De aangever moet evenwel worden ingelicht dat hij eventueel een ver-zoek om teruggaaf kan indienen bij de A.O.I.F. (sector BTW), Directie I/9, Rijksadministratief Centrum - Financietoren - Bus 39 - Kruidtuinlaan 50 te 1010 Brussel.

Definitieve invoer met vrijstelling 165. De goederen, bedoeld in artikelen 13 t/m 37 en 43 t/m 44 van het koninklijk besluit nr. 7 van 29 december 1992, tot uitvoering van artikel 40, § 1, 1°, b van het BTW-Wetboek mogen definitief met vrijstelling van BTW worden ingevoerd. De vrijstelling wordt verleend met inachtneming van de be-perkingen en onder de voorwaarden eigen aan de BTW. 166.De hierna volgende tabel vermeldt de goederen die defi-nitief met vrijstelling van BTW mogen worden ingevoerd, met ver-wijzing naar de bepaling van de bedoelde vrijstellingregeling.

Suppl. 3

Page 104: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

88

Omschrijving van de goederen K.B. nr. 7, art.

Persoonlijke goederen van particulieren ingevoerd ter gelegenheid van de overbrenging van de nor-male verblijfplaats 13

Persoonlijke goederen ingevoerd naar aanleiding van de overbrenging van de normale verblijfplaats ter gelegenheid van een huwelijk 14

Gewoonlijk ter gelegenheid van een huwelijk aan-geboden geschenken 15

Door erfopvolging verworven persoonlijke goede-ren 16

Uitzetten, studiebenodigdheden en gebruikte roe-rende goederen van scholieren en studenten 17

Goederen waarvan de totale waarde niet meer bedraagt dan 1000 F 18

Kapitaalgoederen en andere uitrusting ingevoerd ter gelegenheid van het verleggen van activiteiten 19

Proefdieren en voor onderzoek bestemde biologi-sche of chemische stoffen 21

Therapeutische stoffen van menselijke oorsprong en testsera voor de vaststelling van bloed- en weefselgroepen 22

Preferentiestoffen voor de kwaliteitscontrole van stoffen, gebruikt bij de vervaardiging van genees-middelen 23

Farmaceutische producten gebruikt ter gelegenheid van internationale sportevenementen 24

Page 105: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

89

Omschrijving van de goederen K.B. nr. 7, art.

Voor instellingen met een liefdadig of filantropisch karakter bestemde goederen die worden ingevoerd :

- voor algemene doeleinden 25

- ten behoeve van blinden en andere gehan-dicapten 26

- ten bate van slachtoffers van rampen 27

Als eerbewijs verleende onderscheidingen en belo-ningen 28

In het kader van internationale betrekkingen ont-vangen geschenken 29

Goederen die bestemd zijn om door vorsten en staatshoofden te worden gebruikt 30

Goederen voor klantenwerving :

- monsters van goederen met onbeduidende waar-de 31

- drukwerk en voorwerpen voor reclamedoel-einden 32

- goederen die worden gebruikt of verbruikt tij-dens tentoonstellingen en dergelijke 33

Goederen die worden ingevoerd met het oog op onderzoek, analyses of proefnemingen 34

Brandstoffen en smeermiddelen in motorvoer-tuigen te land en in containers voor speciale doel-einden 35

Page 106: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

90

Omschrijving van de goederen K.B. nr. 7, art.

Zendingen voor instellingen die bevoegd zijn ter zake van de bescherming van de auteursrechten of de bescherming van industriële of commerciële eigendom 36, 1°

Documentatiemateriaal van toeristische aard 26, 2° tot 4°

Diverse bescheiden en voorwerpen 36, 5° tot 20°

Goederen van opvoedkundige, wetenschappelijke of culturele aard :

- visueel en auditief materiaal 36, 21° en bijlage

- voorwerpen voor verzamelingen en kunst-voorwerpen 36, 22°

Hulpmaterieel voor de stuwing en de bescherming van goederen tijdens hun vervoer 36, 23°

Strooisel, foerage en het voer voor dieren tijdens hun transport 36, 24°

Goederen voor de aanleg, het onderhoud of de verfraaiing van gedenktekens of begraafplaatsen van oorlogsslachtoffers 36, 25°

Lijkkisten, lijkurnen en grafornamenten 36, 26° en 27°

Page 107: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

91

Omschrijving van de goederen K.B. nr. 7, art.

Provisie, brandstoffen en smeermiddelen aan boord van schepen of aanwezig in treinen en luchtvaartuigen in internationaal verkeer 37

Persoonlijk bagage van reizigers 43

Kleine zendingen die door een particulier aan een andere particulier worden verzonden 44

167. De modaliteiten voor het verlenen van de bovenge-noemde vrijstellingen van de BTW worden uitvoerig behandeld in de navolgende instructies, waarnaar wordt verwezen : - de Instructie Definitieve Vrijstellingen, wat de vrijstellingen betreft op grond van artikelen 13 t/m 36 en 43; - de Instructie Vrijdommen, wat de vrijstellingen betreft op grond van artikel 37 (zie ter zake de omzendbrief van 1 januari 1988, nr. D.L. 5/27.030, D.I. 555.01); - de Instructie Bagage (D.I. 512), wat de vrijstellingen betreft op grond van artikel 43; - de omzendbrief van 1 januari 1993, nr. D.L. 5/11.920, (D.I. 513.070) (*) wat de vrijstellingen betreft op grond van artike-len 18 en 44. _____________________________ (*) Nieuwe decimale indeling D.I. 510.060.

Suppl. 2

Page 108: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

92

Vrijstelling van BTW voor goederen die bestemd zijn voor een andere lidstaat

Algemeen 168. Bij toepassing van artikel 40, § 1, 1°, letter d) van het BTW-Wetboek en van artikel 39 van het koninklijk besluit nr. 7 worden de goederen, die in België ten verbruik worden aangegeven en onmiddellijk het voorwerp uitmaken van een vrijgestelde levering en van een belastbare verwerving in een andere lidstaat, bij de invoer in het land vrijgesteld van BTW. Indien de geadresseerde van de ingevoerde goederen niet in België is gevestigd, moet hij hier een aansprakelijke vertegenwoor-diger laten erkennen. De erkenning van die aansprakelijke vertegenwoordiger ge-schiedt onder de in §§ 47 t/m 50 gestelde voorwaarden. 169. De vrijstelling kan niet worden toegepast in geval van invoer zonder aangifte of poging daartoe. Vrijstellingsvoorwaarden 170. Deze vrijstelling is afhankelijk van de volgende voor-waarden : - de geadresseerde bij invoer moet een BTW-belastingplich-tige zijn (eventueel een aansprakelijk vertegenwoordiger);

Suppl. 3

Page 109: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

93 - de levering moet door de geadresseerde worden verricht aan een belastingplichtige of aan een niet-belastingplichtige rechtsper-soon in een andere lidstaat; - de goederen moeten worden verzonden of vervoerd van België naar een andere lidstaat; - die belastingplichtige of niet-belastingplichtige rechtsper-soon moet in de lidstaat van bestemming een intracommunautaire verwerving verrichten. 171. Indien de verwerver in de lidstaat van bestemming niet de bewuste hoedanigheid heeft, (b.v. een particulier), moet de BTW worden geïnd in België. De verwerver moet in de lidstaat van bestemming over een identificatienummer beschikken. Bij de inverbruikstelling moet de verwerver in de lidstaat van bestemming gekend zijn. 172. De verzending van de goederen ter bestemming van een andere lidstaat moet onmiddellijk na of korte tijd na de inverbruik-stelling plaatsvinden. Evenwel kan worden aanvaard dat de goederen, vóór hun levering, naar de magazijnen van de belastingplichtige worden ver-voerd met het oog op behandelingen om de levering voor te bereiden (kwaliteitscontrole, enz.).

Suppl. 2

Page 110: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

94 Begunstigde van de vrijstelling 173. De in §§ 113 t/m 128 bedoelde BTW-geadresseerde kan deze vrijstelling inroepen. Teneinde de hoedanigheid van geadresseerde te verduidelij-ken, zijn hierna verschillende voorbeelden opgenomen : Voorbeeld 1 Verkoop van goederen door een in de Verenigde Staten ge-vestigde firma A aan een Luxemburgse firma B; de goederen worden ingevoerd via Antwerpen waar zij in het vrije verkeer worden gebracht. De aangifte voor het vrije verkeer te Antwerpen heeft het in verbruik stellen van de goederen tot gevolg. a) In principe moet de aangifte tot verbruik als geadresseerde de Luxemburgse firma B vermelden (zie § 114). Indien B in België geen vaste inrichting heeft, moet zij een aansprakelijk vertegen-woordiger laten erkennen. Er wordt een aangifte IM4-code 42 op-gemaakt en de vrijstelling van BTW wordt verleend. B verricht im-mers een overbrenging van de goederen van België naar het Groot-hertogdom Luxemburg, wat gelijkgesteld is met een intracommu-nautaire levering, evenals een aanwending van die goederen voor de behoeften van zijn economische activiteit in het Groothertogdom Luxemburg, wat gelijkgesteld is met een intracommunautaire ver-werving (zie § 13). b) De Amerikaanse firma A kan ook opteren voor de hoe-danigheid van geadresseerde op voorwaarde dat zij een aansprakelijk vertegenwoordiger laat erkennen (zie § 116). Er wordt een aangif-te IM4-code 42 opgemaakt en de vrijstelling van BTW verleend aangezien de invoer wordt gevolgd door een intracommunautaire levering ter bestemming van een in § 11 bedoelde belastingplichtige.

Suppl. 2

Page 111: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

95 Voorbeeld 2 Verkoop van goederen door een Canadese firma aan een Bel-gische firma D, die de goederen in Antwerpen in bezit neemt, ze in het vrije verkeer brengt en ze naar zijn klant in Frankrijk vervoert. a) In principe is de firma D de geadresseerde (zie § 114). Er wordt een aangifte IM4-code 42 opgemaakt en de vrijstelling van BTW wordt verleend. b) De Canadese firma E kan ook opteren voor de hoedanig-heid van geadresseerde op voorwaarde dat zij een aansprakelijk ver-tegenwoordiger laat erkennen (zie § 116). In dat geval moet een aan-gifte IM4-code 40 worden opgemaakt met betaling van de BTW want de levering door E aan D, die volgt op het in verbruik stellen, is geen intracommunautaire levering van goederen. Formaliteiten 174. De vrijstelling in geval van levering in een andere lid-staat is het voorwerp van een aangifte IM4-code 42 of - eventueel -, van twee gelijktijdige aangiften, namelijk een aangifte IMO-code 06 en een aangifte COM4-code 42 zoals bepaald in § 109 van de In-structie Enig document (D.I. 530.11). In vak 8 moet het identificatie-nummer van een Belgische belastingplichtige (eventueel een aan-sprakelijk vertegenwoordiger) worden vermeld en onderaan hetzelf-de vak, het BTW-nummer van de buitenlandse belastingplichtige. In vak 44 van de aangifte moet de volgende vermelding wor-den aangebracht : “Vrijstelling BTW - Artikel 40, § 1, 1°, letter d) van het BTW-Wetboek”.

Suppl. 3

Page 112: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

96 Rol van de douane 175. De douane moet steekproefsgewijze (zelfs bij gebruik van Sadbel) de echtheid van het BTW-nummer van de buitenlandse belastingplichtige nagaan. Bijlage 4 geeft toelichtingen betreffende de in lidstaten toegekende BTW-nummers. De echtheid van het BTW-nummer van een buitenlandse be-lastingplichtige moet steekproefgewijs worden gecontroleerd bij de “Centrale eenheid voor de administratieve samenwerking met de andere EG-lidstaten op het gebied van BTW”. Die dienst is telefonisch te bereiken op werkdagen, doorlo-pend van 7.30 u tot 18 uur op volgende telefoonnummers : - in het Nederlands : 02/552.58.91 02/552.58.92 02/552.58.93 - in het Frans : 02/552.58.95 02/552.58.96 - in het Duits : 02/552.58.94 Correspondentie per fax is eveneens mogelijk via het num-mer 02/552.55.50

Suppl. 3

Page 113: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

97 De douane moet steekproefgewijs de overlegging van docu-menten eisen waaruit moet blijken dat de ingevoerde goederen wel degelijk zijn bestemd om te worden geleverd in een andere lidstaat (bv. bestelbon, vervoerdocument, enz.). Als blijkt dat het BTW-nummer van de buitenlandse belas-tingplichtige niet echt is, mag de vrijstelling niet worden toegestaan en moet de BTW worden voldaan.

Wederinvoer van goederen in dezelfde staat 176. Bij toepassing van artikel 40, § 1, 2°, letter a) en § 3 van het BTW-Wetboek is de wederinvoer van goederen in de staat waar-in ze werden uitgevoerd buiten de Gemeenschap vrijgesteld van BTW binnen de perken en onder de voorwaarden, bedoeld in arti-kel 40 van het koninklijk besluit nr. 7. De goederen mogen worden wederingevoerd met vrijstelling voor zover inzake invoerrecht een regeling van gehele vrijstelling bij wederinvoer bestaat, zoals bepaald in artikelen 185 t/m 187 van het communautaire basiswetboek en in artikelen 844 t/m 856 van het communautaire toepassingswetboek. 177. De vrijstelling wordt verleend met inachtneming van de beperkingen en onder de voorwaarden die zijn gesteld door de be-palingen tot regeling van de vrijstelling inzake invoerrecht, zelfs als het gaat om goederen die wegens hun aard, hun herkomst of om enige andere reden niet aan invoerrecht zijn onderworpen (zie hoofd-stuk IV van de Instructie Definitieve Vrijstellingen - D.I. 510). Bovendien moeten de wederingevoerde goederen eigendom gebleven zijn van de persoon die er eigenaar van was bij de uitvoer. Zij moeten daarenboven onderworpen zijn geweest aan de algemene belastingsregels voor de binnenlandse markt van een lidstaat en mogen geen enkele ontheffing of teruggave hebben gekregen wegens hun uitvoer.

Suppl. 3

Page 114: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

98

Wederinvoer van goederen die uit België buiten het grondgebied van de Gemeenschap (1) werden

uitgevoerd tot herstelling, bewerking, ver- werking of aanpassing (passieve veredeling)

Algemeen 178. In artikel 40, § 1, 2°, letter b en § 3 van het BTW-Wet-boek en artikel 41 van het koninklijk besluit nr. 7 is de gedeeltelijke of volledige vrijstelling voorzien bij de wederinvoer van de volgende goederen : a) goederen die uit België buiten het grondgebied van de Ge-meenschap werden uitgevoerd en worden wederingevoerd na in het buitenland een herstelling, daaronder begrepen het reviseren en het afstellen, te hebben ondergaan; b) goederen die uit België buiten het grondgebied van de Ge-meenschap werden uitgevoerd en worden wederingevoerd na in het buitenland een bewerking, daaronder begrepen het monteren en het samenbouwen, te hebben ondergaan; c) goederen waarvan delen of onderdelen uit België buiten het grondgebied van de Gemeenschap werden uitgevoerd en er worden wederingevoerd na aan die goederen te zijn aangebracht; d) goederen die zijn verkregen door het verwerken van goe-deren die uit België buiten het grondgebied van de Gemeenschap werden uitgevoerd, met het oog op die verwerking. _____________________________ (1) Onder grondgebied van de Gemeenschap moet het BTW- gebied van de Gemeenschap worden verstaan (zie de omzendbrief van 22 februari 1999, nr. D.D. 170.221 - D.I. 509.10).

Suppl. 3

Page 115: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

99 Doel van de vrijstelling 179. Krachtens artikel 3 van het BTW-Wetboek is de invoer van goederen door wie ook onderworpen aan de BTW, wanner die in het land plaatsvindt. Die regel is onder meer van toepassing bij de wederinvoer van goederen die tijdelijk uit België buiten de Gemeen-schap werden uitgevoerd om er enkel een herstelling, een bewerking, een verwerking of een aanpassing te ondergaan. Gewoonlijk zijn de goederen die werden uitgevoerd, reeds in het land onderworpen geweest aan de BTW, hetzij bij de aankoop, hetzij bij de intracommunautaire verwerving, hetzij bij de invoer. Wanneer nu de tijdelijke uitvoer van de goederen en hun wederin-voer worden verricht door een persoon die de reeds betaalde BTW niet geheel of gedeeltelijk kan aftrekken, zou de toepassing van artikel 3 van het BTW-Wetboek bij de wederinvoer een gehele of ge-deeltelijke dubbele belasting ten gevolge hebben. De in artikel 41 van het koninklijk besluit nr. 7 bedoelde vrijstelling, die werd inge-steld krachtens artikel 40, § 1, 2°, letter b), van het BTW-Wetboek, heeft dan ook vooral tot doel een dubbele belasting te vermijden. Wanneer de wederinvoer daarentegen wordt verricht door een belastingplichtige die de reeds betaalde BTW volledig heeft kunnen aftrekken, vertoont de belasting van het goed op de totale waarde bij wederinvoer in principe niet hetzelfde nadeel aangezien door de af-trekregeling een dubbele belasting niet kan voorkomen. Die belas-tingplichtige zou evenwel een belangrijke prefinanciering van de be-lasting te dragen hebben, zodat hij zelfs hierdoor crediteur van de Staat zou kunnen worden. Daarom laat artikel 41 van het koninklijk besluit nr. 7 toe de vrijstelling te verlenen aan elke persoon en zelfs aan de hiervoor bedoelde belastingplichtigen.

Suppl. 2

Page 116: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

100 Gedeeltelijke vrijstelling 180. De bij wederinvoer verschuldigde BTW is beperkt tot de BTW, berekend aan het op de ingevoerde goederen toepasselijke tarief, over de waarde van de in het buitenland verstrekte goederen en verrichte werken, vermeerderd met de kosten die nog niet in die waarde zijn begrepen en die overeenkomstig §§ 88 t/m 98 in de maatstaf van heffing moeten worden opgenomen. Bovendien bevatten die kosten niet alleen de kosten van ver-voer en verzekering vanaf de plaats van het werk in het buitenland tot op de eerste plaats van bestemming in België of naar een andere plaats van bestemming binnen de Gemeenschap, indien deze plaats gekend is op het tijdstip dat de goederen in België worden ingevoerd, maar ook deze betreffende de verzending van de tijdelijk uitgevoerde goederen vanaf de plaats van vertrek in België tot op de plaats van bestemming in het buitenland. Gehele vrijstelling 181. De gehele vrijstelling van de belasting wordt verleend voor de goederen die worden wederingevoerd na in het buitenland één of meer in § 178 bedoelde behandelingen te hebben ondergaan die niet aan de BTW zouden zijn onderworpen indien ze in België waren verricht (zie artikel 41, § 4, van het koninklijk besluit nr. 7). Dit is namelijk het geval wanneer de goederen in het buiten-land gratis werden hersteld op grond van een contractuele of wet-telijke garantieverplichting of ingevolge een fabricagefout. Voorwaarden waarvan de vrijstelling afhankelijk is 182. De vrijstelling wordt verleend onder de volgende voor-waarden :

Suppl. 2

Page 117: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

101 a) de goederen moeten vanuit België worden uitgevoerd bui-ten de Gemeenschap; b) de goederen moeten onderworpen geweest zijn aan de BTW en mogen geen enkele ontheffing hebben gekregen wegens hun uitvoer; c) de uitvoer buiten de Gemeenschap en de wederinvoer van de goederen die één of meer veredelingshandelingen hebben onder-gaan, moeten worden gedaan door dezelfde persoon die daarbij han-delt in dezelfde hoedanigheid; d) de wederinvoer moet plaatsvinden binnen de vastgestelde termijn; e) de douaneformaliteiten inzake tijdelijke uitvoer en weder-invoer moeten worden verricht, zelfs indien de regelgevingen bepa-len dat die formaliteiten niet van toepassing zijn omdat het goederen betreft die niet aan rechten bij invoer zijn onderworpen ingevolge hun aard, hun herkomst of om enige andere reden. 183. De goederen moeten verplicht tijdelijk uit België worden uitgevoerd. Dit houdt in dat de aangifte inzake tijdelijke uitvoer op een Belgisch kantoor moet worden overgelegd. Het kantoor van uit-gang uit de Gemeenschap kan nochtans in een andere lidstaat zijn gelegen (zie §§ 72 t/m 75 van de Instructie Enig document - D.I. 530.11). 184. De goederen die tijdelijk worden uitgevoerd moeten on-derworpen zijn geweest aan de BTW en mogen geen enkele onthef-fing hebben gekregen wegens hun uitvoer. Het kan gaan om in-heemse goederen, goederen die het voorwerp waren van een intra-communautaire verwerving of goederen die in verbruik werden ge-steld met betaling van de BTW bij het in het vrije verkeer brengen.

Suppl. 3

Page 118: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

102 Het kan ook gaan om goederen die werden verworven of in-gevoerd in een lidstaat van de Gemeenschap volgens de belasting-regels voor de binnenlandse interne markt die er van toepassing zijn en die vervolgens werden verzonden of vervoerd naar België zonder dat het binnenkomen van deze goederen in het land aanleiding heeft gegeven tot een inning van de BTW (aankoop door particulieren of door een aan de forfaitaire regeling onderworpen landbouwer zie §§ 12 en 14). 185. Indien de goederen worden wederingevoerd met gehele of gedeeltelijke vrijstelling van de rechten bij invoer krachtens een vergunning voor passieve veredeling (zie de Instructie Passieve Ver-edeling - D.I. 552.001) moet de wederinvoer plaatsvinden binnen dezelfde termijn als die is vastgesteld voor de vrijstelling van de rechten bij invoer. Indien de goederen niet worden wederingevoerd met gehele of gedeeltelijke vrijstelling van de rechten bij invoer, moet de weder-invoer plaatsvinden binnen de termijn van één jaar te rekenen vanaf de geldigmaking door het kantoor van uitvoer van de aangifte inzake tijdelijke uitvoer. 186. De in § 185, eerste lid, bedoelde termijn kan op gemoti-veerd verzoek worden verlengd door de ontvanger van het uit-voerkantoor (zie § 37 van de Instructie Passieve Veredeling - D.I. 552.001). De in § 185, tweede lid, bedoelde termijn kan worden ver-lengd door de A.O.I.F. (sector BTW) - Financietoren - bus 39 – Kruidtuinlaan 50 te 1010 Brussel. 187. De formaliteiten, die terzake toepasselijk zijn, zijn vermeld in Titel IV van de Instructie Passieve Veredeling - D.I. 552.001.

Suppl. 3

Page 119: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

102/2

Vrijstelling voor de invoer van beleggingsgoud

Algemeen 187/2. Krachtens artikel 44bis, § 1, eerste lid, van het BTW- Wetboek wordt vrijstelling van BTW verleend voor de invoer van beleggingsgoud. De vrijstelling wordt verleend ongeacht de hoedanigheid van de persoon die als geadresseerde van het ingevoerde goud optreedt (BTW-belastingplichtige, niet belastingplichtige rechtspersoon, par-ticulier). Definitie van beleggingsgoud 187/3. Voor de toepassing van de vrijstelling wordt onder “beleggingsgoud” verstaan : a) goud in de vorm van staven of plaatjes : - van een door de goudmarkten aanvaard gewicht, - met een zuiverheid van ten minste 995 duizendste. Het is van geen belang dat de staven of plaatjes al dan niet zijn belichaamd in certificaten. De kleine staven of plaatjes van ten hoogste 1 gram worden evenwel niet aangemerkt als beleggingsgoud. Normaal gezien aanvaarden de goudmarkten enkel gestem-peld goud met de titel en het persoonlijk merk van de smelter of de keurmeester.

Suppl. 3

Page 120: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

102/3 Niettemin kan ongestempeld goud eveneens de vrijstelling genieten voor zover de invoerder aantoont dat het verhandelde goud aan voornoemde vereisten voldoet. b) gouden munten die : - een zuiverheid van ten minste 900 duizendste hebben, - na 1800 zijn geslagen, - in het land van oorsprong als wettig betaalmiddel fungeren of hebben gefungeerd, en - normaliter verkocht worden voor een prijs die de open-marktwaarde van het in de munten vervatte goud niet met meer dan 80 % overschrijdt. De munten die aan voornoemde criteria beantwoorden wor-den van rechtswege geacht niet verkocht te worden wegens hun numismatisch belang. Op grond van de lijst van munten die op het grondgebied van elke lidstaat verhandeld worden en die elke lidstaat jaarlijks aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen moet mededelen, pu-bliceert de Commissie vóór 1 december van elk jaar in de C-serie van het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen een lijst van de munten die aan voornoemde criteria voldoen. Die lijst is ook opgenomen in de bijlage XVIII van het Tarief van invoerrechten. De muntstukken vermeld in deze lijst worden geacht te vol-doen aan de voorwaarden om als beleggingsgoud te worden aange-merkt gedurende het hele jaar waarvoor die lijst werd gepubliceerd, zelfs indien de waarde van de munten zodanig gaat evolueren dat de voormelde 80 pct.-grens wordt overschreden. Het feit dat een gouden munt niet in de lijst is opgenomen, betekent niet noodzakelijk dat de vrijstelling van artikel 44bis van het BTW-Wetboek geen toepassing zou kunnen vinden. In dat geval moet de invoerder bewijzen dat deze munt voldoet aan de criteria om als beleggingsgoud te worden aangemerkt.

Suppl. 3

Page 121: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

102/4 187/4. Goud dat niet voldoet aan de criteria om als beleg-gingsgoud te worden aangemerkt, is onderworpen aan de normale BTW-regeling bij invoer. Zo maakt de invoer van o.m. volgende goederen in de regel de BTW opeisbaar : - gouderts; - goud als halffabrikaat; - goud onder de vorm van een eindproduct bestemd voor in-dustriële of commerciële doeleinden; - sieraden en juwelen; - goudsmidwerk; - verzamelobjecten die een numismatisch belang hebben. Formaliteiten 187/5. In vak 44 van de aangifte voor het verbruik dient vol-gende vermelding te worden aangebracht : “Vrijstelling van BTW - toepassing van artikel 44bis, § 1, eerste lid, van het BTW-Wetboek”. Draagwijdte van de vrijstelling 187/6. De vrijstelling waarin artikel 44bis van het BTW- Wetboek voorziet voor de invoer van beleggingsgoud, primeert op alle andere BTW-vrijstellingen bij invoer en sluit dus elke toepassing van deze andere vrijstelling uit. Uit dit prioriteitsbeginsel volgt o.m. dat :

Suppl. 3

Page 122: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

102/5 - de invoer van beleggingsgoud dat onmiddellijk na de inkla-ring intracommunautair wordt geleverd met inachtneming van de voorwaarden gesteld in § 170, niet van de BTW kan worden vrij-gesteld op grond van artikel 40 § 1, 1°, d, van het BTW-Wetboek (z. §§ 168 tot 175); - de wederinvoer van beleggingsgoud in de staat waarin dat goud tijdelijk uit de Gemeenschap werd uitgevoerd, niet kan genie-ten van de vrijstelling van artikel 40, § 1, 2°, a, van het BTW- Wetboek (z. § 176); - de invoer van beleggingsgoud dat werd gewonnen uit af-vallen van goud en sieraden die tijdelijk uit de Gemeenschap werden uitgevoerd om er tot beleggingsgoud te worden omgevormd, niet kan genieten van de (gedeeltelijke) vrijstelling van de BTW die wordt verleend op grond van artikel 40, § 1, 2°, b, van het BTW- Wetboek (z. §§ 178 tot 187); - in België ingevoerd beleggingsgoud niet kan worden ge-plaatst onder de regeling BTW-entrepot bedoeld in artikel 39 quater van het BTW-Wetboek (z. §§ 241 tot 243); - de invoer van beleggingsgoud door de centrale banken niet kan worden vrijgesteld bij toepassing van artikel 40, § 1, 1°, a, van het BTW-Wetboek (z. § 163). In de bovenstaande gevallen dient de invoer telkens te worden vrijgesteld op grond van artikel 44 bis van het BTW-Wetboek. 187/7. Opgemerkt wordt dat beleggingsgoud bij het binnen-komen in de Gemeenschap wel kan worden geplaatst onder één van de opschortende regelingen inzake douane bedoeld in § 63. Op het stuk van de BTW vindt er in dat geval namelijk geen invoer in België plaats zolang het goud zich onder één van die regelingen be-vindt. Bij ontstentenis van een belastbaar feit is er geen BTW ver-schuldigd en kan er dus evenmin toepassing worden gemaakt van de vrijstelling van artikel 44 bis van het BTW-Wetboek (cfr. § 157).

Suppl. 3

Page 123: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

103

HOOFDSTUK V - VRIJSTELLING VOOR DE IN ARTIKEL 42 VAN HET BTW-WETBOEK

BEDOELDE GOEDEREN

Algemeen 188. Artikel 42 van het BTW-Wetboek bevat de gevallen van vrijstelling voor de leveringen evenals enkele vrijstellingen bij in-voer. Artikel 40 breidt die gevallen van vrijstelling bij invoer uit voor de leveringen bij invoer. De hierna vermelde goederen zijn vrijgesteld van de BTW in de gevallen en binnen de in §§ 189 t/m 219 bepaalde beperkingen :

Nr. Omschrijving van de

goederen

Paragraaf van de Instructie

BTW

1° Diplomatieke immuniteiten Goederen voor het persoonlijk gebruik van diplomatieke ambte-naren en beroepsconsuls 189

Goederen voor de officiële be-hoeften van de ambassades en gezantschappen 189

Kanselarijbenodigdheden 189

2° Zeeschepen en binnenschepen 190 t/m 192

Materieel voor zeeschepen en binnenschepen 193 t/m 195

Page 124: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

104

Nr. Omschrijving van de goederen

Paragraaf van de Instructie

BTW

Provisie aan boord van zeesche-pen en binnenschepen 196 t/m 199

3° Vliegtuigen en dergelijke toe-stellen 200 t/m 205

Materieel voor vliegtuigen en dergelijke toestellen 206 t/m 212

Provisie aan boord van vliegtui-gen en dergelijke toestellen 213 t/m 216

4° Goederen voor internationale organisaties, voor hun ambtena-ren of voor de krijgsmacht van vreemde Staten die zijn toegetre-den tot het Noord-Atlantisch Verdrag 217

5° Edelstenen 218 - 219

Diplomatieke immuniteiten 189. Van de BTW zijn vrijgesteld : a) de invoer van voor hun officieel gebruik bestemde goede-ren door in België fungerende diplomatieke zendingen en consulaire posten;

Page 125: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

105 b) de invoer voor hun persoonlijk gebruik bestemde goederen door diplomatieke ambtenaren, consulaire beroepsambtenaren en leden van het administratief en technisch personeel van de diploma-tieke zendingen of consulaire posten als bedoeld onder a) hierboven. De invoer van de onder letters a) en b) bedoelde goederen geschiedt met vrijstelling van de BTW volgens de basisvoorwaarden die zijn gesteld voor het toekennen van de vrijstelling van invoer-recht (zie Instructie Immuniteiten); onder dekking van een aan-gifte 136 F.

Zeeschepen en binnenschepen 190. Van de BTW zijn vrijgesteld, de invoer : a) van zeeschepen bestemd voor passagiers- of goederenver-voer tegen betaling, voor de visserij of, meer algemeen, voor de uit-oefening van enigerlei industriële of handelsactiviteit; b) van reddingsboten en -schepen voor hulpverlening op zee; c) van oorlogsschepen; d) van binnenschepen bestemd voor de binnenlandse com-merciële vaart. Jachten en plezierboten zijn niet te beschouwen als vaartuigen bestemd voor winstgevende handelingen met betrekking tot scheep-vaart en kunnen derhalve geen vrijstelling van de BTW genieten. 191. De vrijstelling is bovendien niet van toepassing op de schoolschepen, de woonschuiten, de drijvende washuizen, de kerk-schepen, de drijvende toestellen zoals drijvende droogdokken, tanks, caissons, aanlegsteigers, meerboeien, andere boeien en vlotten.

Page 126: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

106 De vrijstelling van de BTW is evenmin toepasselijk op vaar-tuigen van alle types, gebruikt voor activiteiten te water met een sportief karakter (wedstrijden, jacht, visserij, enz.), voor pleziertoch-ten en kruisvaarten, noch op binnenschepen (voor riviervaart en andere) die niet worden gebruikt voor de eigenlijke commerciële vaart, d.w.z. voor bezoldigd vervoer van goederen of personen. Zo is de vrijstelling van de BTW onder meer niet toepasselijk op de invoer van baggerschepen, drijvende kranen, pompboten en meer algemeen boten voor industrieel gebruik op de binnenwateren (stromen, rivieren, kanalen, meren). 192. Aangezien het Ministerie van Economische Zaken toe-zicht houdt op het slopen van zeeschepen en binnenschepen, kan worden aangenomen dat de zeeschepen en de binnenschepen die worden ingevoerd met het oog op sloping, worden aangemerkt als schroot en afval van werken. Het bepaalde in § 225 is van toepassing op deze invoeren. Om de vrijstelling te bekomen dient de geadresseerde een aangifte ten verbruik op te stellen. Die aangifte moet alle nodige ge-gevens bevatten om het vaartuig te identificeren en om de aanspraak op vrijstelling te rechtvaardigen (aard, afmetingen, tonnenmaat, be-stemming die aan het vaartuig zal worden gegeven, enz.), alsmede in vak 44 de volgende vermelding : “Vrijstelling van de BTW – Ar-tikel 40, § 1, 1°, a en Artikel 42, § 1, 1° van het BTW-Wetboek”.

Materieel voor zeeschepen en binnenschepen 193. Van BTW is vrijgesteld, de invoer door bouwers, eige-naars en gebruikers van de in § 190 bedoelde zee- en binnenschepen, van voorwerpen bestemd om in die vaartuigen te worden ingelijfd of om te dienen voor de exploitatie van die vaartuigen. Benevens de Staat dient als gebruiker van zeeschepen of van binnenschepen te worden aangemerkt, ieder persoon die zeeschepen of binnenschepen uitbaat of met winstoogmerken gebruikt. In de praktijk gaat het om de reder, de reder-gerant, de scheepsbevrachter of de scheepsbevrachter-gerant.

Page 127: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

107 De vrijstelling is eveneens toepasselijk op de invoer die wordt verricht door personen wier werkzaamheid uitsluitend of hoofd-zakelijk die is van hersteller van zeeschepen en/of binnenschepen. De douane hoeft niet na te gaan of de hersteller van zeeschepen of binnenschepen die werkzaamheid uitsluitend of hoofdzakelijk uitoefent; zij mag zich tevreden stellen met de verklaring van de in-voerder, aangezien de activiteitscontrole door het controlekantoor van de BTW wordt gedaan. 194. De vrijstelling kan worden verleend voor volgende goe-deren : a) de delen en voorwerpen die worden gebruikt bij de bouw van zeeschepen en binnenschepen en die door hun aard slechts kun-nen worden gebruikt voor de bouw van dergelijke vaartuigen (voor-stevens, achterstevens, schouwen, meerpalen, patrijspoorten, anker-kluizen, enz.). b) de uitrustings- en optuigingsvoorwerpen, d.w.z. de voor-werpen die behoren tot de uitrusting waardoor het vaartuig in staat is zich te verplaatsen en, meer algemeen, waardoor het de opdrachten kan uitvoeren waarvoor het wegens zijn aard is bestemd (schroeven, schroefassen, roeren, rolbruggen, luikdeksels, roosters, reservoirs, schuiven, ankers, enterhaken, kettingen, masten, zeilen, kabels, tou-wen, dekkleden, tenten, presenningdoek, spanschroeven, lantaarns, staken, losse loopplanken, kurkzakken, hoosvaten, stuwhout, sloe-pen, elektrische en mechanische toestellen - met inbegrip van hun onderdelen - zoals stoomketels, motoren, dynamo's, schakelaars, stuurmachines, hijskranen, windassen, kaapstanders, liften voor het hijsen van personen of van goederen, ankerlieren, katrollen, trom-mels, pompen, centrale verwarmingsinstallaties, toestellen voor waterverdeling zoals badkuipen, gootstenen, kranen, enz., toestellen voor elektriciteitsverdeling zoals meetinstrumenten, schakelborden, enz., radar-, radio-, telefoon-, ventilatie-, ontsmettings- en koeltoe-stellen, enz.; het gereedschap, de instrumenten, navigatiekaarten en scheepvaartboeken; het veiligheids-, reddings- en signalisatie-materieel zoals brandblusapparaten, reddingsboeien, nationale vlag-gen, rederijvlaggen, signalen, enz).;

Page 128: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

108 c) de voorwerpen die worden gebruikt voor de eigenlijke bouw van een zeeschip of binnenschip, maar die naar hun aard ook geschikt zijn voor een ander gebruik (trappen, deuren, vensters, hang- en sluitwerk, linoleum, enz.); d) de voorwerpen die bij het gebruik hun identiteit en hun eigen karakter verliezen; in de praktijk zijn ze herkenbaar omdat ze gewoonlijk per gewicht of op maat worden aangekocht (profielijzer, plaatijzer, buizen, isolerende stoffen, soldeersel, nagels, bouten, klinknagels, vijzen, verf, elektrische kabels, transportkabels, enz.); e) het meubilair en de meubileringsvoorwerpen die deel uit-maken van de bestendige uitrusting van het zee- of binnenschip; zijn evenwel uitgezonderd en, bijgevolg, niet vrijgesteld, de radio- en televisietoestellen, magnetoscopen of dergelijke toestellen, met in-begrip van hun toebehoren zoals antennes, kabels, enz., bestemd om aan boord te worden geplaatst van schepen voor de kustvisserij, van reddingsboten en -schepen voor hulpverlening op zee, van schepen van de kustpolitie, van oorlogsschepen of van voor de commerciële binnenvaart gebruikte schepen; f) de containers ingevoerd door de bouwers, eigenaars of ge-bruikers van de in § 135, eerste lid, letter a of d, bedoelde vaartui-gen, wanneer die vaartuigen speciaal zijn ontworpen voor het ver-voer van goederen met deze containers en wanneer deze slechts wor-den gebruikt voor het vervoer per boot of schip; g) de buitenboordmotoren. 195. Bij de invoer wordt een aangifte ten verbruik gebruikt. Benevens de nauwkeurige aanduiding van de ingevoerde voorwer-pen en goederen moet de aangifte de hoedanigheid van de invoerder en het vaartuig vermelden waarvoor de ingevoerde goederen zijn be-stemd; in vak 44 wordt de vermelding : “Vrijstelling van de BTW – Artikel 40, § 1, 1°, a en Artikel 42, § 1, 2°, van het BTW-Wetboek” aangebracht.

Page 129: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

109 Het bepaalde in §§ 193 en 194 is niet toepasselijk op de voor-werpen die zijn bestemd voor de in § 191 bedoelde voertuigen.

Goederen bestemd voor de bevoorrading van de zee- en binnenschepen

196. Als goederen bestemd voor de bevoorrading worden aangemerkt de boordprovisie, de vaste, vloeibare en gasvormige brandstoffen en smeermiddelen, evenals de boordbenodigdheden. Worden beschouwd als : a) boordprovisie : de goederen die uitsluitend bestemd zijn voor verbruik aan boord door de leden van de bemanning en door de passagiers; b) vaste, vloeibare en gasvormige brandstoffen en smeermid-delen : de goederen bestemd voor de voeding van de voortdrij-vingsorganen en voor de werking van de andere machines en toe-stellen aan boord; c) boordbenodigdheden : de verbruikbare goederen voor huis-houdelijk gebruik aan boord, alsmede de verbruikbare goederen die werden gebruikt voor het bewaren, het behandelen of het bereiden aan boord van de vervoerde goederen. 197. Gehele vrijstelling van de BTW kan worden verleend, binnen de perken en onder de voorwaarden die gelden voor de vrij-stelling inzake invoerrecht (zie de omzendbrief van 1 januari 1988, nr. D.L. 5/27.060, D.I. 555.01), voor de voor de bevoorrading be-stemde goederen aan boord van zeeschepen en binnenschepen die het land binnenkomen. De voor de bevoorrading bestemde goederen die zich onder een doorvoerregeling of onder een regeling voor tijdelijke invoer be-vinden zijn overeenkomstig § 63 vrijgesteld van BTW.

Page 130: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

110 198. In de andere gevallen dan die bedoeld in § 197 wordt vrijstelling van de BTW verleend voor de invoer door eigenaars of gebruikers van de in § 190, a, b en c, bedoelde schepen en boten van goederen die zijn bestemd voor de bevoorrading van die vaartuigen. Dezelfde vrijstelling wordt toegestaan wanneer het gaat om voor de industriële kustvisserij gebruikte schepen, d.w.z. schepen die uit-sluitend worden gebruikt door personen van wie de beroepsactiviteit de kustvisserij is. Die vrijstellingsregeling is niet toepasselijk voor de goederen die zijn bestemd voor de bevoorrading van schepen ge-bruikt voor de sportvisserij. Ten aanzien van de in § 190 bedoelde oorlogsschepen is de vrijstelling beperkt tot de goederen die zijn be-stemd voor de bevoorrading van de in onderverdeling 89.06 A van het gemeenschappelijk douanetarief bedoelde schepen, die het land verlaten met als bestemming een haven of een ankerplaats in het buitenland. 199. De invoer geschiedt met een aangifte ten verbruik. Be-nevens de nauwkeurige omschrijving van de ingevoerde goederen wordt op die aangifte de hoedanigheid van de invoerder en het vaar-tuig vermeld waarvoor de ingevoerde goederen zijn bestemd; in vak 44 wordt de vermelding : “Vrijstelling van de BTW – Artikel 40, § 1, 1°, a en Artikel 42, § 1, 4°, van het BTW-Wetboek” aange-bracht.

Vliegtuigen en dergelijke toestellen 200. De invoer van vliegtuigen, watervliegtuigen, hefschroef-vliegtuigen en dergelijke toestellen, bestemd om te worden gebruikt door de Staat of door luchtvaartmaatschappijen die zich hoofdza-kelijk toeleggen op het internationale vervoer van personen en van goederen tegen betaling, geschiedt met vrijstelling van de BTW. Deze vrijstelling wordt verleend bij de invoer van vliegtuigen en andere dergelijke toestellen, bestemd voor gebruik door de Staat, zonder onderscheid of het gaat om militair of burgerlijk gebruik.

Page 131: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

111 De vrijstelling geldt onder meer voor de invoer van gevechts-toestellen, transporttoestellen, oefentoestellen, toestellen die speciaal zijn ontworpen voor luchtfotografie, weerkundig onderzoek en andere wetenschappelijke opdrachten, alsook voor ambulancevlieg-tuigen, voor zover deze toestellen zijn bestemd om te worden ge-bruikt door diensten van de Staat. 201. Onder luchtvaartmaatschappijen die zich hoofdzakelijk toeleggen op het internationale vervoer van personen en van goede-ren tegen betaling, zijn de Belgische of buitenlandse ondernemingen (natuurlijke personen of rechtspersonen) begrepen, waarvan de werk-zaamheid er hoofdzakelijk in bestaat om, voor rekening van derden en ter uitvoering van contracten onder bezwarende titel, luchtvervoer van personen en (of) van goederen te verrichten vanuit een plaats in het buitenland naar een plaats in België of omgekeerd en vanuit een plaats in het buitenland naar een andere plaats in het buitenland, zelfs via België. Als dusdanig worden onder meer aangemerkt : - de Belgische naamloze vennootschap tot exploitatie van het luchtverkeer (SABENA); - de Belgische of buitenlandse luchtvaartmaatschappijen die de vergunning hebben om geregelde vluchten te onderhouden ter be-stemming of bij vertrek van een Belgische luchthaven, hetzij bij toe-passing van de Overeenkomst betreffende de internationale bur-gerlijke luchtvaart, ondertekend te Chicago op 7 december 1944 (wet van 30 april 1947, Belgisch Staatsblad van 2 december 1948), hetzij ingevolge bilaterale akkoorden die zijn gesloten tussen België en verschillende vreemde landen; - de andere in België gevestigde ondernemingen dan SABE-NA, die in het bezit zijn van een bijzondere vergunning die is uit-gereikt door de hoofdcontroleur van de BTW van de plaats waar de onderneming is gevestigd. Die vergunning is elk jaar te hernieuwen en is geldig tot 31 maart van het jaar volgend op dat van haar uit-reiking. In alle gevallen is de toepassing van de vrijstelling van de BTW beperkt tot die toestellen welke worden gebruikt voor betaald luchtvervoer. De douane hoeft het gebruik van de met vrijstelling van de BTW ingevoerde toestellen niet na te gaan, aangezien de con-trole betreffende dat gebruik wordt verricht door de controledienst van de BTW.

Suppl. 2

Page 132: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

112 202. De vrijstelling mag ook worden verleend voor de invoer van een in § 200 bedoeld toestel door een persoon die niet kan wor-den aangemerkt als een luchtvaartmaatschappij die zich hoofdzake-lijk toelegt op het internationale vervoer van personen en van goe-deren tegen betaling, als het vaststaat dat die invoer is geschied met het oog op de verhuur van dat vliegtuig aan een in § 201 bedoelde luchtvaartmaatschappij. De vrijstelling is eveneens toepasselijk op de in § 200 ge-noemde toestellen, die luchtwaardig worden geleverd maar die nog niet of slechts gedeeltelijk zijn uitgerust, en die door de ondernemer van het luchtvervoer zelf zullen worden uitgerust of voltooid. 203. Voor de luchtvaartuigen die geen vliegtuigen, watervliegtuigen, hefschroefvliegtuigen of dergelijke toestellen zijn, of die niet als zodanig kunnen worden aangemerkt, kan geen vrij-stelling worden verleend. Zijn onder meer uitgesloten : - de luchtvaartuigen welke lichter zijn dan de lucht (al dan niet bestuurbare ballons); - de zweefvliegtuigen; - de vliegers (bv. vliegers die dienen voor het vervoer van weerkundige instrumenten); - de verouderde of afgekeurde vliegtuigen;

Page 133: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

113 - de vliegende doelen die door het leger bij schietoefeningen worden gebruikt; - de raketten, vliegende bommen en andere gevechtsprojec-tielen. 204. Anderzijds is de vrijstelling evenmin toepasselijk op de invoer van vliegtuigen, watervliegtuigen en hefschroefvliegtuigen voor een ander doel dan het gebruik door de Staat of door in § 201 bedoelde luchtvaartmaatschappijen. Derhalve is aan de BTW onderworpen : de invoer van toe-stellen die worden gebruikt voor privaat luchtvervoer van toestellen die zijn bestemd voor niet door de Staat ingerichte pilootscholen, van niet door de Staat gebruikte toestellen die zijn bestemd voor alle ander luchtwerk dan gemachtigd luchtvervoer, zoals luchtfotografie, publiciteit, propaganda, organisatie van luchtvaartshows, activiteiten van zweefvliegers- of valschermspringersclubs. De vrijstelling van de BTW is bovendien niet van toepassing op de invoer van vliegtuigen, watervliegtuigen en hefschroefvlieg-tuigen door ondernemingen waarvan de activiteit uitsluitend bestaat in de handel in dergelijke toestellen. 205. De vrijstelling is onderworpen aan het overleggen door de geadresseerde van een aangifte ten verbruik. Die aangifte moet alle nodige gegevens bevatten om de rechthebbende (Staat of lucht-vaartmaatschappij) en het toestel te identificeren evenals om de be-stemming en het gebruik ervan na te gaan. Het moet ook alle nodige gegevens bevatten om de vrijstelling te rechtvaardigen, in vak 44 wordt de vermelding : “Vrijstelling van de BTW - Artikel 40, § 1, 1°, letter a) en Artikel 42, § 2, 1°, van het BTW-Wetboek” aangebracht, evenals de datum en het nummer van de bijzondere vergunning in de in § 201, in fine, bedoelde gevallen.

Suppl. 2

Page 134: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

114

Materieel voor vliegtuigen en dergelijke toestellen

206. Vrijstelling van de BTW wordt verleend voor de invoer door bouwers, eigenaars of gebruikers van de in § 200 bedoelde toestellen, van voorwerpen bestemd om te worden ingelijfd in die toestellen of om te dienen voor de exploitatie ervan. De vrijstelling is eveneens toepasselijk op de invoer door per-sonen waarvan de werkzaamheid uitsluitend of hoofdzakelijk deze is van hersteller van vliegtuigen en dergelijke toestellen. De douane hoeft niet na te gaan of de hersteller deze werkzaamheid uitsluitend of hoofdzakelijk uitoefent; zij mag zich tevreden stellen met de ver-klaring van de invoerder, aangezien de activiteitscontrole wordt ver-richt door de controledienst van de BTW. De vrijstelling mag ook worden verleend voor de invoer van in § 207 bedoelde goederen door personen of bedrijven, andere dan bouwers, eigenaars of gebruikers van de in § 200 bedoelde toestel-len, als het vaststaat dat die invoer is geschied met het oog op de verhuur van die goederen aan de Staat of aan een luchtvaartmaat-schappij die ze gebruikt voor een bestemming die de vrijstelling van de BTW toepasselijk maakt op de verhuur. 207. De vrijstelling van de BTW is van toepassing op de in-voer van de hiernavermelde goederen door bouwers, eigenaars, ge-bruikers of herstellers van de in § 200, bedoelde toestellen : a) het materieel voor de bouw, de uitrusting, het onderhoud of de herstelling, opgesomd in § 208; b) het grondmaterieel dat specifiek is bestemd voor de bouw, de uitrusting, het onderhoud, de herstelling of het gebruik, opgesomd in § 209; c) het materieel voor technische en operationele bijstand op de luchthavens, opgesomd in § 210.

Page 135: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

115 208. Vallen onder het bepaalde in § 207, letter a) : a) de delen, organen en elementen van vliegtuigen en derge-lijke toestellen, die naar hun aard slechts voor de bouw van derge-lijke toestellen kunnen dienen, zoals de romp, de vleugels, het lan-dingsgestel, de stabilisatievlakken en alle onderdelen, bijhorigheden en wisselstukken daarvan, de specifieke uitrusting zoals de motoren, de uitlaten, de tanks en de onderdelen van de hydraulische, elek-trische, radio-, elektronische en radio-apparaten evenals hun bij-horigheden, de bewapening, de valschermen die zijn vastgemaakt aan de schietstoelen, de remvalschermen van de vliegtuigen en de valschermen die behoren bij het reddingsmateriaal dat deel uitmaakt van de vaste uitrusting van het vliegtuig; b) de ruwe stukken van giet- of smeltijzer die zijn bestemd voor de bouw van vliegtuigen en dergelijke toestellen en de voor-werpen die bij het gebruik hun identiteit en hun eigen karakter ver-liezen; in de praktijk zijn die goederen herkenbaar omdat ze ge-woonlijk per gewicht of op maat worden aangekocht (profielijzer, ijzeren staven, plaatijzer, metalen bladen, buizen, isolerende stoffen, beschermende produkten, soldeersel, nagels, klemmen, klinknagels, schijfjes, vijzen, moeren, bouten, verf, elektrische kabels, enz.); c) de meubileringsvoorwerpen die deel uitmaken van de be-stendige uitrusting van het toestel; d) de containers ingevoerd door de bouwers, eigenaars of ge-bruikers van in § 200 bedoelde toestellen, wanneer die toestellen speciaal zijn ontworpen voor het vervoer van goederen met deze containers en wanneer deze slechts worden gebruikt voor het vervoer per vliegtuig of dergelijk toestel. 209. Vallen onder het bepaalde in § 207, letter b : a) het materieel om vliegtuigmotoren te starten (compres-soren, turbostarters, enz.) en generatorgroepen voor vliegtuigen (elektrische, pneumatische, hydraulische en thermodynamische voe-dingsgroepen; klimaatregelgroepen);

Page 136: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

116 b) het specifieke gereedschap voor vliegtuigen, alsmede het speciale toebehoren dat gereedschapswerktuigen aanpast voor het uitvoeren van werken de eigen zijn aan de luchtvaart, daaronder be-grepen mallen, modellen, matrijzen en profielplaten voor specifieke vliegtuigonderdelen; c) het materieel om de onderhoudspunten van de vliegtuigen te bereiken (vliegtuigdokken, platformen, loopbruggen, banken, takels, werkstands, hydraulische vrachtwagens); d) de meet- en testtoestellen voor onderdelen van vliegtuigen (elektrische, hydraulische, elektronische, pneumatische en thermo-dynamische) met hun registrerende instrumenten van parameters en verwerkingen met hun bedieningen, maar met uitzondering van het deel van deze gehelen dat tot de burgerlijke bouwkunde behoort; e) het hijs- en steun- of uitrustingsmaterieel voor vliegtuigen (steunen, takels, vijzels, schragen, krukken, zwengels, enz.); f) de behandelings- en positioneerwerktuigen voor stukken en uitrustingen van vliegtuigen (draagstellen voor motoren, landings-gestellen, rijdende steunen voor motorkappen, stuurvlakken, banden, schroeven of alle andere vliegtuigonderdelen), alsmede de uitrus-tingen die speciaal zijn ontworpen om celstukken, motoren, toebe-horen en uitrusting van vliegtuigen te monteren; g) de uitrusting om de opgenomen vluchtgegevens te verwer-ken; h) de kalibreertoestellen (uitbalanceringsmachines, controle-kaliber), ijkapparatuur voor meetinstrumenten, weegtoestellen voor vliegtuigen; i) de mobiele geluiddempers (blast-fence, knaldempers, enz.); j) de wisselstukken en reserveonderdelen voor het onder de letters a) t/m i) bedoeld materieel.

Page 137: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

117 210. Vallen onder het bepaalde in § 207, letter c), in de mate dat zij normaal dienen voor de in § 200 bedoelde toestellen : a) de vluchtsimulators; b) de tractoren om vliegtuigen te slepen of te duwen, alsmede hun sleeptangen; c) de apparatuur voor de ontsmetting en de radioactiviteits-controle van vliegtuigen; d) de veiligheidsuitrusting (opsporen van wapens en andere vernietigingstuigen); e) het materieel om toegang te verlenen tot de vliegtuigen : mobiele trappen, aérostands, telescopische inschepingsbruggen, enz.; f) het materieel voor het uitrusten van vliegtuigen; g) het stuwmaterieel voor de vliegtuiglading; h) de heftrucks voor vracht of uitrusting; i) het palettisatiematerieel (laadborden, iglo's, wagens, trans-paletten, laadprofielen, rolvloeren, kogelvloeren, trailers, boxen voor dieren die in de vliegtuigen worden ingeladen, enz.); j) de specifieke mobiele uitrusting voor het behandelen van vracht en bagage; k) het telecommunicatiematerieel; l) de “servicing”-uitrusting (wagens voor het vervoer van flessen, wagens voor het vervoer van hydraulische- of motorolie, op wagentjes gemonteerde blusapparaten, toilettenafvoer, vuilnisbak-ken, ballastmateriaal, enz.); m) de onthardingsapparaten voor waterinjectie in de motoren;

Page 138: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

118 n) de vaste en mobiele uitrusting om vliegtuigen van brand-stof te voorzien (hydrant refueling system); o) de wissel- en reservestukken voor het onder de letters a) t/m n) genoemde materieel. 211. De vrijstelling is niet toepasselijk op de invoer van : a) vluchtuitrusting voor de piloot of voor de bemanning (helm, overall, laarzen, enz.); b) valschermen voor de training van valschermspringers, voor oefeningen van luchtlandingseenheden of voor het droppen van manschappen, wapens en munitie. 212. Bij invoer wordt door de geadresseerde een aangifte ten verbruik opgesteld. Op die aangifte wordt de nauwkeurige omschrij-ving van de ingevoerde goederen vermeld, de hoedanigheid van de invoerder (eigenaar, gebruiker, bouwer of hersteller) en het toestel waarvoor de ingevoerde goederen zijn bestemd. Op die aangifte moet bovendien in vak 44 de vermelding “Vrijstelling van de BTW - Artikel 40, § 1, 1°, a en Artikel 42, § 2, 2°, van het BTW- Wetboek” voorkomen, evenals de datum en het nummer van de bij-zondere vergunning in de in § 201, in fine, bedoelde gevallen. Bij invoer van in § 208 bedoelde goederen met het oog op hun inlijving in een in § 200 bedoelde toestel dat wordt geëxploi-teerd door een andere in het buitenland gevestigde onderneming dan de in § 201, tweede lid, 2de deelstreepje, bedoelde maatschappijen, kan de vrijstelling slechts worden verleend op voorwaarde dat de aangifte ten verbruik is vergezeld van een document (of een foto-kopie daarvan), uitgereikt in het land waar de exploitant van het toe-stel is gevestigd door de autoriteiten die bevoegd zijn voor de lucht-vaart of door de fiscale autoriteiten van dat land en waarin wordt be-vestigd dat de exploitant zich hoofdzakelijk toelegt op internationaal luchtvervoer tegen betaling en dat het toestel waarvoor de inge-voerde goederen zijn bestemd hoofdzakelijk wordt gebruikt voor vervoer tegen betaling. Dat document wordt op het douanekantoor bewaard samen met de aangifte ten verbruik.

Page 139: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

119

Goederen bestemd voor de bevoorrading van de vliegtuigen en dergelijke toestellen

213. Voor de voor de bevoorrading bestemde goederen, ver-meld in § 196, mag gehele vrijstelling van de BTW worden verleend, binnen de perken en onder de voorwaarden die gelden voor de vrij-stelling inzake invoerrecht (zie de omzendbrief van 1 januari 1988, nr. D.L. 5/27.060, D.I. 555.01). De voor de bevoorrading bestemde goederen, die zich onder een doorvoerregeling of onder voor een regeling voor tijdelijke in-voer bevinden, zijn bij het binnenkomen vrijgesteld van BTW. 214. In de andere gevallen dan die bedoeld in § 213 wordt vrijstelling van de BTW verleend voor de invoer van goederen door de luchtvaartmaatschappijen, die zich hoofdzakelijk toeleggen op het internationale vervoer van personen en van goederen tegen betaling, bestemd voor de bevoorrading van vliegtuigen, watervliegtuigen, hefschroefvliegtuigen en dergelijke toestellen welke die maatschap-pijen gebruiken. 215. Bij de invoer wordt een aangifte ten verbruik gebruikt. Op die aangifte wordt behalve de nauwkeurige omschrijving van de ingevoerde goederen, de hoedanigheid van de invoerder en het toe-stel vermeld waarvoor de ingevoerde goederen zijn bestemd; in vak 44 wordt de vermelding “Vrijstelling van de BTW - Artikel 40, § 1, 1°, letter a) en Artikel 42, § 2, 4°, van het BTW-Wetboek” aan-gebracht, evenals de datum en het nummer van de bijzondere ver-gunning in de in § 201, in fine, bedoelde gevallen.

Suppl. 2

Page 140: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

120 216. Wanneer de ingevoerde goederen zijn bestemd voor de bevoorrading van een luchtvaartuig, dat wordt geëxploiteerd door een andere in het buitenland gevestigde onderneming dan de in § 201, tweede lid, bedoelde maatschappijen, kan de vrijstelling slechts worden verleend op voorwaarde dat de geadresseerde op de aangifte ten verbruik uitdrukkelijk verklaart dat het toestel aan boord waarvan de ingevoerde goederen zullen worden gebracht, op het tijdstip van de bevoorrading een internationaal luchtvervoer tegen betaling verricht. Die verklaring moet worden gestaafd door een door de bevoegde autoriteiten aangebrachte vermelding waarin wordt be-vestigd dat, het betrokken toestel - op het tijdstip waarop dat docu-ment hun wordt aangeboden - zich in België bevindt onder dekking van een vergunning tot het verrichten van internationaal luchtvervoer tegen betaling, uitgereikt door het Bestuur der Luchtvaart.

Goederen bestemd voor internationale organisaties, voor hun ambtenaren of voor de krijgsmachten

van tot het Noord-Atlantisch Verdrag toegetreden vreemde Staten

217. Van de BTW is vrijgesteld : a) de invoer van goederen door internationale organisaties en daaraan verbonden buitenlandse ambtenaren, voor zover in de vrij-stelling is voorzien door een overeenkomst waarbij België is toege-treden; b) de invoer van goederen, hetzij voor het officiële gebruik van de krijgsmachten van de vreemde Staten, die zijn toegetreden tot het Noord-Atlantisch Verdrag, of van het burgerlijk personeel dat hen vergezelt, hetzij voor de bevoorrading van hun messes en kan-tines.

Suppl. 2

Page 141: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

121 De invoer van onder letter a) hierboven bedoelde goederen, met uitzondering van de door de internationale militaire hoofdkwar-tieren van de NAVO verrichte invoer, geschiedt met vrijstelling van de BTW, binnen de perken die zijn gesteld in de overeenkomsten en protocollen betreffende de rechtspositie van die internationale orga-nisaties, onder dekking van een aangifte 136 F. In vak 44 van de aan-gifte moet de vermelding “Vrijstelling van de BTW - Artikel 42, § 3, 3°, van het BTW-Wetboek” worden aangebracht. De invoer van goederen door de internationale militaire hoofdkwartieren van de NAVO en de invoer van onder letter b hier-boven bedoelde goederen geschiedt met vrijstelling van de BTW volgens de procedure inzake invoerrecht, zelfs indien die goederen niet aan dergelijke rechten zijn onderworpen wegens hun aard, hun herkomst of om enige andere reden. Edelstenen 218. De invoer van echte parels, natuurlijke edelstenen en dergelijke, door personen die uitsluitend handelaar in die goederen zijn, is vrijgesteld van de BTW. De vrijstelling wordt slechts verleend op voorwaarde dat de goederen bij de invoer op de voorgeschreven wijze worden aange-geven. Worden bedoeld : - echte parels en gekweekte parels, onbewerkt of bewerkt, ge-vat noch gezet, ook indien tijdelijk aaneengeregen met het oog op het vervoer; - natuurlijke en synthetische of gereconstrueerde edelstenen en halfedelstenen, onbewerkt, geslepen of op een andere wijze be-werkt, gevat noch gezet, ook indien tijdelijk aaneengeregen met het oog op het vervoer;

Page 142: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

122 - poeder en stof van natuurlijke of van synthetische edelste-nen of halfedelstenen. Die goederen zijn ingedeeld onder de posten 71.01, 71.02, 71.03, 71.04, 71.05 en 71.16 van het BLEU Douane Gebruikstarief. Voor de goederen die zijn ingedeeld onder deze laatste post is de vrijstelling slechts toepasselijk indien het gaat om parels of edel-stenen die voorlopig zijn aaneengeregen op een draad zonder knoop tussen elk element en zonder sluiting of andere bijhorigheden; het moet dus gaan om een voorlopige vorm van aaneenrijgen die uit-sluitend is bedoeld om het vervoer, de behandeling of het onderzoek van de parels of edelstenen te vergemakkelijken. 219. Bij de invoer met regelmatige aangifte van de in § 218 bedoelde producten door personen die uitsluitend handelaar in die goederen zijn, moet een aangifte ten verbruik met vrijstelling worden overgelegd, waarop in vak 44 de vermelding “Vrijstelling van de BTW - Artikel 40, § 1, 1°, letter a) en Artikel 42, § 4 van het BTW-Wetboek” is aangebracht. In geval van sluikinvoer door voornoemde personen mag de vrijstelling niet worden toegestaan en moet de verschuldigde BTW worden berekend tegen het voor de ingevoerde goederen geldende tarief.

Suppl. 2

Page 143: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

123

HOOFDSTUK VI - GEVALLEN WAARIN DE BTW NIET WORDT GEEIST

Algemeen 220. In de gevallen en binnen de perken bepaald in de §§ 221 t/m 229, wordt bij de invoer van de hierna vermelde goederen de BTW niet geëist :

Nr. Omschrijving van de goederen Paragraaf van de Instructie

BTW

1° Voorwerpen die niet aan te merken zijn als lichamelijke goederen 221

2° Effecten aan toonder 222

3° Tabaksfabrikaten 223

4° Vis, schaal-, schelp- en weekdieren 224

5° Recuperatiestoffen en -producten 225

6° Dagbladen en weekbladen 226

7° Huisvuil 227

8° Sluiks ingevoerde verdovende middelen en psychotrope stoffen 228

9° Vals geld 229

Page 144: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

124

Voorwerpen die niet aan te merken zijn als lichamelijke goederen (zie §§ 3 en 4)

221. De BTW is niet toepasselijk bij de invoer van : a) munten en geldstukken, welke deviezen zijn en die, tegen hun nominale waarde gewoonlijk worden gebruikt als betaalmiddel voor goederen en diensten in hun land van herkomst; de in goud, in zilver of in een ander metaal uitgegeven munten, die normaal niet als betaalmiddel worden gebruikt, maar die voor beleggingsdoeleinden worden aangekocht (bv. wanneer zij niet worden genoteerd of ver-handeld tegen hun nominale waarde, maar volgens de prijsschom-melingen van het metaal waaruit ze zijn samengesteld), verliezen evenwel de hoedanigheid van geld, zelfs indien zij theoretisch een wettelijke koers behouden in hun land van herkomst, en zijn dus aan de BTW onderworpen; b) kredietbrieven of rentebrieven, aandelen of obligaties van vennootschappen, bankbiljetten, enz. (zie § 222); c) nieuwe postzegels, gangbaar in België, tenzij ze worden in-gevoerd door de uitgever als materiële waarden; d) buitenlandse fiscale bandjes die worden ingevoerd om te worden aangebracht op voor de uitvoer bestemde producten. Bij invoer van postzendingen, postcolli en kleine luchtzen-dingen, die onder letter a) t/m c) vermelde goederen bevatten, is geen aangifte vereist. Bij andere wijzen van vervoer dient voor die goederen in vak 44 van de aangifte de vermelding “onlichamelijke waarden – In-structie BTW, § 221” te worden aangebracht.

Page 145: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

125

Effecten aan toonder 222. Effecten aan toonder worden niet beschouwd als licha-melijke goederen. Derhalve dienen de ingevoerde effecten de ver-meldingen te dragen die zijn voorgeschreven door de artikelen 44, 89 of 199 van de gecoördineerde wetten betreffende de handelsven-nootschappen (handtekeningen, volgnummers, enz.); ze moeten bovendien een reële beleggingswaarde hebben op het ogenblik dat ze op Belgisch grondgebied worden binnengebracht. Het is bijgevolg noodzakelijk dat de effecten aan hun bezitter de mogelijkheid ver-lenen de eraan verbonden rechten uit te oefenen, in de vorm waarin de effecten zich op dat ogenblik bevinden. Dat is niet het geval zo-lang de effecten niet bekleed zijn met de nodige handtekeningen of zolang ze nog niet werden uitgegeven, of wanneer ze worden inge-voerd naar aanleiding van de levering door de drukker die met het drukken ervan werd gelast.

Tabaksfabrikaten 223. Bij de invoer van sigaren, cigarillo's, sigaretten en rook-tabak, waarop Belgische fiscale bandjes zijn of zullen worden aan-gebracht, wordt geen BTW geëist (zie § 303).

Vis, schaal-, schelp- en weekdieren 224. De visserijproducten uit de territoriale wateren van een land alsook de producten van de zeevisserij die zijn gewonnen uit zee buiten de territoriale wateren van een land door in dat land inge-schreven of geregistreerde schepen, die de vlag van datzelfde land dragen, worden beschouwd als van oorsprong uit dat land.

Suppl. 2

Page 146: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

126 De vis-, schaal-, schelp- en weekdieren, die door communau-taire vissers aan boord van hun vaartuigen worden aangevoerd en die hun eigen visvangst vormen, mogen inzake BTW zonder forma-liteiten worden toegelaten. Als het om andere communautaire vissers gaat dan Belgische vissers, moet een document T2M worden overgelegd. De douane mag daarenboven zonder voldoening van de BTW vis, schaal-, schelp- en weekdieren toelaten die door niet-communautaire vissers aan boord van hun vaartuigen worden aangevoerd en die hun eigen visvangst vormen. De BTW wordt bijgevolg voldaan zonder tussen-komst van de douane, hetzij door de vissers zelf, hetzij bij de ver-koop in de gemeentelijke vismijn van de haven van lossing. Voor de vis, schaal-, schelp- en weekdieren welke niet de eigen visvangst vormen van de communautaire of niet-communau-taire vissers die ze aanvoeren in een Belgische haven, en welke in het land worden ingevoerd moet de verschuldigde BTW op de ge-wone manier worden voldaan, tenzij die producten zijn bestemd om te worden verkocht in de gemeentelijke vismijn van de haven van lossing.

Recuperatiestoffen en -producten 225. Recuperatiestoffen en producten mogen, door om het even wie, worden ingevoerd zonder betaling van de BTW. Voor de toepassing van die bepaling dienen als recuperatiestoffen en -pro-ducten te worden aangemerkt : a) pezen en zenen; snippers en dergelijk afval van ongelooide huiden en vellen;

Suppl. 2

Page 147: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

127 b) beenderen en hoornpitten, ruw, vers, ontvet of eenvoudig voorbehandeld (doch niet in vorm gesneden), met zuur behandeld of ontdaan van gelatine, afval van die stoffen daaronder begrepen maar met uitzondering van beenderpoeder; c) slakken, walsschilfers, metaalassen en andere residuen die metaal of metaalverbindingen bevatten, met uitzondering van hoog-ovenslakken en van fosfaatslakken; d) afval en resten van werken van kunstmatige plastische stoffen, uitsluitend geschikt voor het recupereren van kunstmatige plastische stoffen; e) afval en snippers van rubber; resten van werken van rub-ber, uitsluitend geschikt voor het recupereren van rubber; f) snippers en ander afval van leder, van kunstleder of van huiden en vellen, gelooid of tot perkament verwerkt, niet bruikbaar voor de vervaardiging van lederwaren; g) afval van papier of van karton; oude papier- of karton-waren die enkel geschikt zijn voor het vervaardigen van papier of van karton; h) lompen en vodden, afval en oud goed van bindgaren, van touw of van kabels met uitzondering van vodden en oud linnen die gewassen en ontsmet werden om te kunnen dienen als poetsvodden voor machines, werktuigen en gelijkaardige voorwerpen; i) glasscherven en ander glasafval; j) schroot, resten en afvallen van werken van onedele meta-len; k) ruwe konijne- en hazevellen. Voor tweedehandse voorwerpen echter blijft de normale re-geling van de BTW van toepassing.

Page 148: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

128 Een aangifte tot verbruik moet worden overgelegd op het ogenblik van de inverbruikklaring; op die aangifte moet in vak 44 worden vermeld : “Recuperatieproducten. BTW niet toegepast. Aan-schrijving van 15 december 1970, nr. 88”.

Dagbladen en weekbladen 226. Dagbladen en periodieke publicaties met een algemene informatieve strekking, die ten minste achtenveertig keer per jaar verschijnen, zijn vrijgesteld van de BTW wanneer zij worden inge-voerd ter bestemming van anderen dan de uitgever of de drukker. Als dagbladen en periodieke publicaties met een algemene in-formatieve strekking worden aangemerkt, de dagbladen en perio-dieke publicaties die daarenboven aan de navolgende voorwaarden voldoen : a) zij moeten bestemd zijn voor het grote publiek, zowel reke-ning houdend met de aard van het (de) behandelde thema(‘s) als met de wijze waarop het (zij) wordt (worden) behandeld (op een voor leken algemene en bevattelijke wijze, vulgariserende in gangbare ter-men opgestelde artikels); b) ze moeten zonder beperking in de duur bij regelmatige, vooraf bepaalde tussenpozen, onder een gemeenschappelijke bena-ming verschijnen en duidelijk de kenmerken van hun periodiciteit dragen; c) ze moeten ten minste vijftig keer per jaar verschijnen; d) ongeacht het voorkomen waaronder ze aan het publiek worden aangeboden, mogen ze niet tot de volgende categorieën be-horen : 1° advertentiebladen, prospectussen, catalogussen, almanak-ken, prijscouranten, koerslijsten, scheepsberichten, notariële berich-ten, dienstregelingen;

Suppl. 2

Page 149: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

129 2° publicaties waarvan meer dan 60 pct. van de plaatsruimte wordt ingenomen door handelsadvertenties, reclame of publiciteits-teksten, die al of niet tegen vergoeding worden geplaatst; die beper-king geldt niet voor dagbladen, d.w.z. publicaties die minstens vijf maal per week verschijnen en die bij iedere verschijning op normale wijze aan het publiek te koop worden aangeboden; 3° publicaties die als voornaamste doel hebben het opzoeken, in stand houden of uitbreiden van overeenkomsten ten voordele van industriële, financiële, commerciële of andere ondernemingen en die een middel van publiciteit of reclame voor ondernemingen vormen; 4° publicaties die onder de naam van een industriële, finan-ciële, commerciële of andere onderneming worden uitgegeven, zelfs indien ze uitsluitend teksten of illustraties van algemeen belang be-vatten zonder rechtstreekse reclame; 5° publicaties die in hoofdzaak een volledige roman, verhaal of werk van welke aard ook bevatten, hetzij in de vorm van al of niet verluchte tekst, hetzij in de vorm van beeldverhaal met al of niet in- of ondergeschreven korte tekst; 6° de in afleveringen uitgegeven boeken, waarvan de ver-schijning een beperkte tijdruimte beslaat of die een bijvoegsel of een bijwerking vormen van reeds verschenen werken; 7° publicaties die enkel cryptogrammen, kruiswoordraadsels, puzzels en dergelijke woordzoek- en denkoefeningen bevatten; ge-specialiseerde publicaties voor professioneel gebruik, m.a.w. vaktijd-schriften en dergelijke voor vakspecialisten of deskundigen bestem-de literatuur voor professionele doeleinden. De vrijstelling van de BTW is niet toepasselijk op de volgen-de drukwerken : a) dagbladen en periodieke publicaties die worden verkocht of ingevoerd na het verstrijken van de termijn van één jaar vanaf de datum van verschijning;

Suppl. 2

Page 150: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

130 b) dagbladen en periodieke publicaties die verenigd zijn in volledige of onvolledige verzamelingen, in één band, of in al dan niet periodieke albums; c) dagbladen en periodieke publicaties die als oud papier of karton worden verkocht. Wanneer de geadresseerde een andere persoon is dan de uit-gever of de drukker, moet gebruik worden gemaakt van een aangifte ten verbruik waarop in de kolom “Bedrag” van vak 47 de vermelding “vrijstelling” en in vak 44 de vermelding “BTW-aanschrijving van 15 december 1970, nr. 82” is aangebracht.

Huisvuil 227. Het huisvuil, dat is bestemd om in België te worden ver-brand, mag zonder formaliteiten en met vrijstelling van de BTW worden toegelaten. Het bepaalde in de Instructie Gezondheidsmaat-regelen - Afvalstoffen (D.I. 594.70) mag echter niet uit het oog wor-den verloren.

Sluiks ingevoerde verdovende middelen en psychotrope stoffen

228. Sluiks ingevoerde verdovende middelen, die geen deel uitmaken van het door de bevoegde instanties streng bewaakte eco-nomische circuit voor gebruik voor medische of wetenschappelijke doeleinden, zijn niet aan de BTW onderworpen.

Vals geld 229. De BTW bij invoer kan niet worden geïnd bij de invoer van vals geld in de Gemeenschap.

Suppl. 2

Page 151: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

131

HOOFDSTUK VII - GEVALLEN WAARIN DE BTW MOET WORDEN VOLDAAN ALHOEWEL INZAKE

INVOERRECHT VRIJSTELLING WORDT VERLEEND

Bedoelde gevallen 230. De gevallen waarin de BTW moet worden voldaan al-hoewel inzake invoerrecht vrijstelling wordt verleend zijn hierna be-perkt opgesomd :

Nr. Omschrijving van de goederen

Wettelijke bepalingen inzake invoerrecht

1° Voorwerpen van opvoedkun-dige, wetenschappelijke of culturele aard (1)

Artikelen 50 en 51 van de Verordening (EEG) nr. 918/83 van de Raad van 28 maart 1983 en van Veror-dening (EEG) nr. 2290/83 van de Commissie van 29 juli 1983

2° Wetenschappelijke instru-menten en apparaten

Artikelen 52 en 53 van de Verordening (EEG) nr. 918/83 van de Raad van 28 maart 1983 en Verorde-ning (EEG) nr. 2290/83 van de Commissie van 29 juli 1983

_______________________ (1) Zie evenwel de bepalingen van Hoofdstuk I, Titel XII, van de Instructie Definitieve Vrijstellingen (D.I. 510.0).

Page 152: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

132

Nr. Omschrijving van de goederen

Wettelijke bepalingen inzake invoerrecht

3° Roerende goederen en voor-werpen bestemd voor de meubilering van een tweede woning, ingevoerd vanuit derde landen

Artikelen 20 t/m 24 van de Verordening (EEG) nr. 918/83 van de Raad van 28 maart 1983

4° Voorwerpen ingevoerd door blinden en andere gehandi-capten (1)

Artikelen 70 t/m 78 van de Verordening (EEG) nr. 918/83 van de Raad van 28 maart 1983 en Verorde-ning (EEG) nr. 2289/83 van de Commissie van 29 juli 1983

5° Uitrustingen uitsluitend inge-voerd voor niet-commerciële doeleinden in het kader van internationale overeenkom-sten voor wetenschappelijke samenwerking

Artikelen 59 bis en 59 ter van de Verordening (EEG) nr. 918/83 van de Raad van 28 maart 1983 en Verorde-ning (EEG) nr. 2290/83 van de Commissie van 29 juli 1983

6° Instrumenten en apparaten voor medisch onderzoek, me-dische diagnose of medische behandeling

Artikelen 63 bis en 63 ter van de Verordening (EEG) nr. 918/83 van de Raad van 28 maart 1983 en Verorde-ning (EEG) nr. 2290/83 van de Commissie van 29 juli 1983

_______________________ (1) Zie evenwel de bepalingen van Hoofdstuk I, Titel XVI, van de Instructie Definitieve Vrijstellingen (D.I. 510.0).

Page 153: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

133

HOOFDSTUK VIII - RECTIFICATIE VAN VERGISSINGEN INZAKE BTW

Algemeen 231. Wanneer de invoer onder de toepassing valt van de dou-anereglementering, moeten de aanvragen tot regularisatie van het binnenbrengen van goederen in het land zonder douaneaangifte worden ingediend bij de Administratie der douane en accijnzen. In dat geval vordert de douane de in het spel zijnde rechten en andere belastingen (invoerrecht, accijns en BTW) en, in voorkomend geval, de boeten en interesten (zie § 240). De rectificatie van vergissingen inzake BTW, die werden be-gaan bij het opstellen van de aangiften ter gelegenheid van de invoer van goederen, geschiedt bij de Administratie der douane en accijnzen ongeacht de plaats en het ogenblik waarop de vergissing wordt vastgesteld (zie evenwel het bepaalde in het vierde lid). Hetzelfde geldt wat vergissingen bij de boeking betreft. De vaststelling kan gebeuren hetzij op het douanekantoor, hetzij bij de aangever die niet de geadresseerde van de goederen is (bv. douane-expediteur), hetzij bij de geadresseerde van de inge-voerde goederen, hetzij zelfs op het SADBEL-opnamekantoor. Wanneer de vergissingen tijdens een controle door een ambte-naar van de A.O.I.F. (sector BTW) werden vastgesteld, wordt de regularisatie van de BTW afgehandeld door genoemde Administra-tie. 232. De vergissingen die aanleiding geven tot een rectificatie kunnen het gevolg zijn van : a) de verkeerde vermelding van, hetzij : 1° het registratienummer van de belastingplichtige;

Suppl. 3

Page 154: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

134 2° de naam en/of het adres van de geadresseerde; 3° de naam en/of het adres van de aansprakelijke vertegen-woordiger; 4° de omschrijving van de goederen, de hoeveelheid daaron-der begrepen; 5° de gegevens betreffende de maatstaf van heffing; 6° het percentage van de verschuldigde BTW; 7° het bedrag van de verschuldigde BTW; 8° de in vak 47 van de aangifte te vermelden code A, E of G; b) de afdruk, van de aangifte. Voor vergissingen in verband met de omschrijving of de hoe-veelheid van de goederen, die een weerslag hebben op andere ge-bieden dan de BTW, geldt bovendien het bepaalde in de §§ 122 en volgende van de Instructie Enig document. 233. Wat de rectificatie van de aangifte betreft, wordt een onderscheid gemaakt tussen drie gevallen : - rectificatie van de aangifte vóór de vrijgave : ter zake geldt het bepaalde in §§ 34 en volgende van de Instructie Enig document; - rectificatie van de aangifte achteraf, aangevraagd door de geadresseerde : ter zake geldt het bepaalde in §§ 122 en volgende van de Instructie Enig document evenals het bepaalde in § 234 hier-na; - rectificatie van de aangifte achteraf, aangevraagd door een douane-expediteur : ter zake geldt het bepaalde in §§ 122 en vol-gende van de Instructie Enig document evenals het bepaalde in §§ 235 t/m 239 hierna.

Suppl. 3

Page 155: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

135

Rectificatie van de aangifte achteraf aangevraagd door de geadresseerde

234. De aanvragen tot vervanging van de aangiften moeten worden gericht aan de ontvanger van het douanekantoor van invoer door bemiddeling van de hoofdcontroleur van de BTW onder wiens bevoegdheid de geadresseerde ressorteert. In geval van vergissing van geadresseerde moet de aanvraag worden behandeld door de hoofdcontroleur van de BTW onder wiens bevoegdheid de verkeerde geadresseerde ressorteert. Tenzij het om een materiële vergissing gaat, wordt elke aan-vraag tot rectificatie van de op een aangifte aangegeven maatstaf van heffing van de BTW, die tot een vermindering hiervan leidt, voor onderzoek door de ontvanger van het douanekantoor van geldig-making toegezonden aan de hoofdcontroleur over zijn gebied. De ontvanger voegt bij het verzoek alle in zijn bezit zijnde documenten (factuur, certificaat van verificatie, enz.). Indien uit dit onderzoek blijkt dat de aanvraag tot rectificatie gegrond is, geeft de ontvanger machtiging tot vervanging van de aangifte.

Rectificatie van de aangifte achteraf aangevraagd door een douane-expediteur (zie eveneens

§§ 142 en 143) 235. Het bepaalde in § 234, tweede lid, is eveneens van toe-passing wanneer de vergissing wordt vastgesteld bij de aangever die niet de geadresseerde van de goederen is (een douane-expediteur) of wanneer de geadresseerde van de goederen een onjuiste aangifte weigert en ze terugzendt naar zijn aangever op voorwaarde dat – in-dien de geadresseerde een BTW-belastingplichtige is - dat document niet in zijn boekhouding werd ingeschreven (1) ___________________ (1) In geval van twijfel kan de douane aan de hoofdcontroleur van de BTW, onder wiens bevoegdheid de geadresseerde ressorteert, de bevestiging vragen dat deze laatste het document niet in zijn boekhouding heeft ingeschreven.

Suppl. 2

Page 156: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

136 De aanvragen tot vervanging van de hierboven bedoelde aangiften mogen rechtstreeks worden behandeld door de ontvanger der douane, wanneer hij ze ontvangt binnen 2 maanden na de geldig-making van de aangifte ten verbruik; na het verstrijken van die ter-mijn moeten de aanvragen bij die ontvanger toekomen door bemid-deling van de hoofdcontroleur van de BTW onder wiens bevoegd-heid de geadresseerde ressorteert. 236. Het kan gebeuren dat de geadresseerde de goederen wei-gert in bezit te nemen en ze samen met de invoerdocumenten terug-zendt naar de aangever, die de invoerformaliteiten heeft vervuld. Het begrip weigering tot inbezitneming is normaal van toepassing op alle gevallen waarin de geadresseerde de goederen met de invoerdocu-menten terugzendt aan de aangever die de invoerformaliteiten heeft vervuld; het terugzenden van de documenten kan inderdaad worden beschouwd als de weigering tot inbezitneming van de goederen. De weigering tot inbezitneming hoeft ook niet noodzakelijk samen te vallen met het moment van de levering. Het kan inderdaad gebeuren dat de geadresseerde de leveringsbon heeft ondertekend, de zending slechts later onderzoekt en de goederen dan met de invoer-documenten tengevolge van gebreken, niet-conformiteit, enz. aan de aangever, die de invoerformaliteiten heeft vervuld, terugzendt. Er kan daarentegen geen sprake van zijn om deze regularisa-tieprocedure toe te passen in de gevallen waarin de geadresseerde de geleverde goederen aanvaardt maar het onverkochte gedeelte terug-zendt aan zijn leverancier.

Page 157: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

137 237. De volgende gevallen kunnen zich voordoen : - de goederen worden wederuitgevoerd; - de buitenlandse leverancier vindt hier te lande een andere koper; - de buitenlandse leverancier vindt een andere koper in een andere lidstaat; - de goederen worden gedeeltelijk wederuitgevoerd of de bui-tenlandse leverancier vindt hier te lande of in een andere lidstaat een andere koper voor een gedeelte van de zending of er kan een com-binatie van deze twee mogelijkheden plaatsvinden. 238. In geval van terugzending naar het buitenland door be-middeling van de aangever (douane-expediteur) dient de regularistie als volgt te geschieden : - bij de wederuitvoer van de goederen dient het exemplaar 8 van de aangifte samen met de uitvoeraangifte aan de ontvanger van het douanekantoor van uitvoer te worden overgelegd; op exempla-ren 1 en 3 van de uitvoeraangifte, opgesteld op naam van de dou-ane-expediteur die de invoerformaliteiten heeft verricht, brengt de ontvanger in het voor de speciale vermeldingen bestemde vak, de volgende vermelding aan : “Aangifte geldiggemaakt voor terugzen-ding naar het buitenland van GOEDEREN die werden GEWEI-GERD door de geadresseerde en die het voorwerp waren van de aan-gifte IM4 of EU4 nr. ............... van ......................... 19. . van het douanekantoor ..............................”. Die vermelding moet worden gedateerd en ondertekend door de ontvanger en gewaarmerkt met de kantoorstempel; - op het douanekantoor van invoer legt de aangever exem-plaar 8 van de invoeraangifte en het exemplaar 3 van de uitvoeraan-gifte voor; - op exemplaren 6 en 8 van de invoeraangifte dient de ontvan-ger van het douanekantoor van invoer :

Page 158: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

138 a) in vak 8 een rode dwarsstreep te trekken, b) in vak 44 de volgende vermelding aan te brengen : “De goederen die het voorwerp zijn van deze aangifte werden door de ge-adresseerde geweigerd en door de aangever wederuitgevoerd met de aangifte EX1 of EU1, nr........... van .................... 19...., van het douanekantoor ........................................”. Die vermelding moet wor-den gedateerd en ondertekend door de ontvanger en gewaarmerkt worden met de kantoorstempel. Exemplaar 3 van de uitvoeraangifte wordt niet aan de dou-ane-expediteur teruggegeven, uitgezonderd wanneer deze laatste de BTW wil recupereren door middel van zijn register van toerekening. Er wordt op gewezen dat de plaatsing onder de regeling van douane-entrepot wordt gelijkgesteld met wederuitvoer. In voorko-mend geval dienen de hiervoor uiteengezette bepalingen mutatis mu-tandis te worden toegepast met dien verstande dat een aangifte voor inslag in entrepot moet worden gebruikt. 239. Wanneer de goederen in opdracht van de buitenlandse leverancier worden overgedragen aan een nieuwe koper hier te lande, geldt het bepaalde in § 234, eerste lid (wijziging van geadresseerde). In dat geval mag de op de nieuwe aangifte vermelde maatstaf van heffing inzake BTW in principe niet lager zijn dan de op de oor-spronkelijke aangifte vermelde maatstaf (zie evenwel § 234, tweede lid). Hetzelfde geldt wanneer de goederen worden overgedragen aan een nieuwe koper in een andere lidstaat, aangezien de vrijstelling van de BTW voor onmiddellijke levering naar een andere lidstaat even-tueel kan worden toegepast onder de voorwaarden van § 168 en vol-gende. Hetzelfde geldt eveneens wanneer de goederen gedeeltelijk worden wederuitgevoerd of de buitenlandse leverancier hier te lande of in een andere lidstaat een andere koper vindt voor een gedeelte van de zending of een combinatie van deze twee mogelijkheden plaatsvindt. In elk geval dient de ontvanger er voor te zorgen dat de oorspronkelijke aangifte volledig wordt vervangen door één of meer-dere aangiften.

Page 159: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

139

Boeten en nalatigheidsinteresten 240. Wanneer de aangevers de in dit hoofdstuk bedoelde pro-cedures juist toepassen, worden ze geacht spontane aangifte te doen van de begane vergissing en wordt hun geen boete opgelegd. Wanneer evenwel de regularisatie geschiedt ten gevolge van het vaststellen van een overtreding tijdens de verificatie van de goe-deren door de ambtenaren der douane en accijnzen, loopt de aan-gever eventueel de straffen op die zijn bepaald in §§ 72 t/m 105 van de Instructie Afhandeling van de misdrijven inzake BTW (D.I. 857.011). De spontane regularisatie van de begane vergissingen ontslaat de aangevers niet van de betaling van de interesten wanneer die ver-schuldigd zijn omwille van niet tijdige betaling van de rechten en andere belastingen (zie §§ 189 en volgende van de Instructie Comptabiliteit - Deel I - D.I. 410). Wanneer echter de aangever een borg in speciën stelt, dienen vanaf die datum geen nalatigheidsinteresten te worden gevorderd (zie § 181 van de Instructie Comptabiliteit - Deel I - D.I. 410).

Suppl. 2

Page 160: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

140

HOOFDSTUK IX - BTW-ENTREPOT

Algemeen 241. In een economische kringloop zijn, in principe, alle pro-ductie- en handelsstadia aan de BTW onderworpen. Dankzij het af-trekmechanisme, eigen aan de BTW (zie § 32) blijft de belastingdruk op de prijs van een goed steeds dezelfde ongeacht het aantal hande-lingen die de levering aan de eindverbruiker voorafgaan. Teneinde de heffing van de belasting te vereenvoudigen biedt de Zesde BTW-Richtlijn de lidstaten de mogelijkheid om onder dui-delijk omschreven voorwaarden af te wijken van dit fundamenteel principe om elk stadium van het economische proces te belasten. Deze mogelijkheid laat de lidstaten toe een vrijstelling in te voeren voor de handelingen die worden verricht in het kader van de andere regeling van entrepot dan douane-entrepot, ook BTW-entre-pot genoemd. De basisidee van die regeling is in essentie de ver-plichtingen te vereenvoudigen van personen die actief zijn in de han-del van grondstoffen en andere goederen, die het voorwerp zijn van kettingverkopen of die op internationale termijnmarkten worden ver-handeld. In België wordt de vrijstelling verleend door artikel 39quater van het BTW-Wetboek. De beperkingen en de voorwaarden voor de toepassing ervan zijn vastgesteld in het koninklijk besluit nr. 54 van 25 februari 1996.

Begrip “BTW-entrepot” 242. Artikel 39 quater van het BTW-Wetboek bepaalt dat de handelingen met betrekking tot goederen, die bestemd zijn om in een BTW-entrepot te worden geplaatst of er zich reeds bevinden, zijn vrijgesteld van de BTW.

Suppl. 2

Page 161: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

141 Het BTW-Wetboek geeft geen definitie van het begrip “BTW-entrepot”, maar duidt enkel de plaatsen aan die als BTW-en-trepot kunnen worden aangemerkt. Het BTW-entrepot kan worden omschreven als een in België gelegen plaatst die door de bevoegde autoriteiten is erkend om goederen met vrijstelling van de BTW te ontvangen. Het betreft steeds duidelijk omschreven fysieke plaatsen (entrepots, delen van een gebouw, fabrieken, silo's, industriële sites, tanks, netwerken van pijpleidingen, enz.).

Als BTW-entrepot erkende plaatsen 242/2. De plaats, die als BTW-entrepot kan worden erkend, wordt bepaald volgens aard van de op te slagen goederen. In het kader van de regeling BTW-entrepot wordt een onder-scheid gemaakt tussen producten die onderworpen zijn aan commu-nautaire accijnsrechten (minerale oliën, tabaksfabrikaten; alcohol en alcoholhoudende dranken) en goederen die onderworpen zijn aan autonome Belgische accijnsrechten (koffie en alcoholvrije dranken). 1° Aan communautaire accijnsrechten onderworpen produc-ten. Voor aan communautaire accijnsrechten onderworpen pro-ducten worden uitsluitend de in België gelegen plaatsen, die wor-den gedefinieerd als belastingentrepot in de zin van artikel 4, punt b), van de Richtlijn 92/12/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 25 februari 1992, betreffende de algemene regeling voor accijnsproducten, het voorhanden hebben en het ver-keer daarvan en de controle daarop, als BTW-entrepot erkend. Daarbij heeft het geen belang of de goederen werden inge-voerd, afkomstig zijn uit een andere lidstaat of nationale goederen zijn.

Suppl. 2

Page 162: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

142 Onder belastingentrepot moet worden verstaan ieder plaats waar de erkende entrepothouder bij de bedrijfsuitoefening accijns-producten onder schorsing van accijns produceert, verwerkt, voor-handen heeft, ontvangt of verzendt. De erkenning van een plaats als belastingentrepot door de Administratie der douane en accijnzen, houdt tevens de ambtshalve erkenning in van die plaats als BTW-entrepot voor de producten onderworpen aan communautaire accijnsrechten die tot de regeling BTW-entrepot zijn toegelaten. 2° Andere goederen dan aan communautaire accijnsrechten onderworpen producten. Wat de andere goederen dan aan communautaire accijnsrech-ten onderworpen producten betreft, moet een onderscheid worden gemaakt tussen in België ingevoerde goederen en nationale goederen of uit een andere lidstaat afkomstige goederen. a) In België ingevoerde goederen Voor andere goederen dan aan communautaire accijnsrechten onderworpen producten, die in België werden ingevoerd, kunnen alleen de in België gelegen plaatsen die als douane-entrepot worden aangemerkt door de communautaire douanereglementering als BTW-entrepot worden erkend. De erkenning van een douane-entrepot als BTW-entrepot is afhankelijk van een bijzondere vergunning, verleend door de Ad-ministratie der douane en accijnzen. b) Nationale goederen of uit een andere lidstaat afkomstige goederen Voor nationale of uit een andere lidstaat afkomstige goederen, andere dan aan communautaire accijnsrechten onderworpen goede-ren, worden enkel de in België gelegen plaatsen, die door de Ad-ministratie van de BTW, registratie en domeinen werden aange-nomen, als BTW-entrepot erkend.

Suppl. 2

Page 163: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

143 Die erkenning geschiedt op grond van een door die admini-stratie uitgereikte bijzondere vergunning.

Beperking van de tot de regeling toegelaten goederen

242/3. De plaatsing van goederen onder de regeling BTW- entrepot wordt beperkt door twee criteria. Eén criterium houdt ver-band met de herkomst van de goederen, het andere met de bestem-ming van de goederen. Criterium inzake herkomst 1° Ingevoerde goederen. De plaatsing onder de regeling BTW-entrepot van goederen die in België worden ingevoerd, ongeacht of het aan communautaire accijnsrechten onderworpen producten of andere goederen betreft, is beperkt tot dezelfde goederen als die welke onder de regeling dou-ane-entrepot mogen worden geplaatst. 2° Nationale of uit een andere lidstaat afkomstige goederen Nationale of uit een andere lidstaat afkomstige goederen, on-geacht of het aan communautaire accijnsrechten onderworpen pro-ducten of andere goederen betreft, worden slechts onder de regeling BTW-entrepot toegelaten in de mate dat ze voorkomen in onder-staande tabel. Het betreft voornamelijk metalen en grondstoffen die het voorwerp zijn van kettingverkopen, zoals die plaatsvinden op inter-nationale grondstoffenmarkten. De enige aan communautaire accijnsrechten onderworpen producten op de lijst, zijn de minerale oliën.

Suppl. 2

Page 164: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

144

Omschrijving van de goederen GN-code

Tin 8001

Koper 7402 7403 7405 7408

Zink 7901 7905

Nikkel 7502

Aluminium 7601

Lood 7801

Indium ex 8112 91 ex 8112 99

Granen 1001 t/m 1005 1006 : uitsluitend padie 1007 t/m 1008

Oliehoudende zaden en vruchten Kokosnoten, paranoten en cashewnoten Andere noten Olijven

1201 t/m 1207 0801 0802 0711 20

Zaden en zaaigoed (sojabonen daaron-der begrepen)

1201 t/m 1207

Koffie, ongebrand 0901 11 00 0901 12 00

Thee 0902

Cacaobonen, ook indien gebroken, al dan niet gebrand

1801

Ruwe suiker 1701 11 1701 12

Rubber, in primaire vormen of in platen, vellen of strippen

4001 4002

Wol 5101

Chemische producten (in bulk) hoofdstukken 28 en 29

Suppl. 2

Page 165: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

144/2

Omschrijving van de goederen GN-code

Polyethyleen in bulk 3901 Minerale oliën (met inbegrip van pro-paan en butaan en ruwe olie uit aardolie)

2707 2709 2710 2711

Zilver 7106 Goud 7108 Platina (Palladium, Rhodium) 7110 11 00

7110 21 00 7110 31 00

Aardappelen 0701 Plantaardige vetten en oliën, alsmede fracties daarvan, ook indien geraffi-neerd, doch niet chemisch gewijzigd

1507 t/m 1515

Criterium inzake bestemming De goederen, die bestemd zijn om in het kleinhandelsstadium te worden geleverd, worden - ongeacht hun herkomst of hun aard - van de regeling BTW-entrepot uitgesloten. Plaatsen waar de eindgebruikers toegang hebben, kunnen bij-gevolg niet als BTW-entrepot worden erkend of aangemerkt (groot-warenhuizen, benzinestations, enz.). Afwijking De twee criteria, die de toegang van de goederen tot de rege-ling BTW-entrepot beperken, zijn niet toepasselijk in enkele speci-fieke gevallen, met name de verkopen aan reizigers ter gelegenheid van een vlucht of zeereis, alsook de verkopen aan bepaalde instel-lingen en organisaties.

Vergunning en werking van de regeling 243. Wat de af te leveren vergunning en de werking van de regeling BTW-entrepot betreft wordt verwezen naar Deel III van de Instructie Entrepots (D.I. 540).

Suppl. 2

Page 166: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

144/3

HOOFDSTUK X - GOEDEREN HERKOMSTIG UIT GEBIEDEN, DIE TOT HET DOUANEGEBIED BEHOREN MAAR NIET TOT HET BTW-GEBIED

Bedoelde goederen 244. In dit hoofdstuk worden communautaire goederen be-doeld die in het BTW-gebied van de Gemeenschap worden binnen-gebracht uit landen en gebieden die er niet toe behoren maar deel uit-maken van het douanegebied (zie § 60). De communautaire goederen die in België binnenkomen uit één van die gebieden zijn onderworpen aan de douanereglemente-ring, onder meer wat de kantoren en de wegen betreft waarlangs de goederen in het land mogen worden binnengebracht, de verplichting de goederen op die kantoren te vertonen en aan te geven en de uren tijdens dewelke die formaliteiten kunnen worden verricht (zie arti-kel 2 van het koninklijk besluit nr. 7). De goederen mogen worden geplaatst en in België verblijven onder een fiscale regeling van tijdelijke opslag, entrepot, actieve ver-edeling of tijdelijke invoer, binnen de perken en onder dezelfde voorwaarden die van toepassing zouden zijn op niet-communautaire goederen die onder de regeling van tijdelijke opslag worden ge-plaatst of onder een douaneregeling entrepot, actieve veredeling met toepassing van het schorsingssysteem of tijdelijke invoer met vol-ledige vrijstelling van invoerrechten. De communautaire goederen die via België de Gemeenschap binnenkomen of in België worden geplaatst onder een regeling voor intern communautair douanevervoer of die in België aan één van de in § 63 bedoelde regelingen worden onttrokken in het land ingevoerd (zie artikel 23, §§ 3 en 5 van het BTW-Wetboek) en moeten ten ver-bruik worden aangegeven of in een BTW-entrepot worden geplaatst (zie artikel 3 van het koninklijk besluit nr. 7).

Suppl. 2

Page 167: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

145 Bij de inverbruikstelling moet een aangifte COM 4 (code 49) aan de douane worden overgelegd. In de mate waarin de bepalingen van dit hoofdstuk er niet van afwijken zijn alle regels inzake invoer van niet-communautaire goe-deren (maatstaf van heffing, tarief, geadresseerde, voldoening van de belasting, vrijstellingen, rectificatie van vergissingen, enz.) mutatis mutandis van toepassing op communautaire goederen herkomstig uit douanegebieden die tot het BTW gebied behoren.

Page 168: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

146/152/6 245 t/m 252/6. (Vervallen).

Suppl. 3

Page 169: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

153

TITEL III

UITVOER

HOOFDSTUK I - ALGEMEEN

Wettelijke bepalingen 253. De artikelen 39 en 42, § 3, 8° van het BTW-Wetboek hebben betrekking op de uitvoer. Het koninklijk besluit nr. 18 van 29 december 1992 heeft be-trekking op de vrijstellingen ten aanzien van de uitvoer van goederen en diensten naar een plaats buiten de Gemeenschap op het stuk van BTW.

Bedoelde gevallen 254. De in deze titel bedoelde vrijstellingen op het stuk van de BTW zijn hoofdzakelijk gebaseerd op het feit van de uitvoer. Zij laten de persoon toe, die goederen levert welke worden uitgevoerd of die diensten met betrekking tot dergelijke goederen verricht, om de verkoop van die goederen of het verrichten van die diensten vrij te stellen van de BTW. De BTW is inderdaad een be-lasting die het uiteindelijke verbruik van de goederen en diensten raakt in het land waar die goederen en die diensten worden verbruikt; zij bezwaart niet de goederen en de diensten die worden uitgevoerd of als zodanig worden beschouwd. 255. In deze titel worden behandeld :

Suppl. 3

Page 170: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

154 1° de eigenlijke uitvoer, d.w.z. zowel de levering van goede-ren die worden uitgevoerd als de diensten, bestaande uit werkzaam-heden met betrekking tot uitgevoerde goederen (Artikel 39, § 1 van het BTW-Wetboek); in dat opzicht moet een onderscheid worden ge-maakt tussen het handelsverkeer van goederen en het internationale reizigersverkeer; 2° de verrichtingen waarbij communautaire goederen naar een plaats worden verzonden waar een in § 63 bedoelde regeling van toe-passing is (1), alsook de leveringen en de diensten met betrekking tot goederen die zich onder één van die regelingen bevinden (artikel 39, § 2, van het BTW-Wetboek); 3° de verrichtingen uitgevoerd tijdens de fase voorafgaand aan de uitvoer (artikel 42, § 3, 8° van het BTW-Wetboek);

Definitie 256. Onder uitvoer inzake BTW dient te worden verstaan de verzending (2) of het vervoer van goederen naar een plaats gelegen buiten het BTW-gebied van de Gemeenschap. Dit behelst ook de zendingen naar gebieden die geen deel uitmaken van het BTW- ge-bied van de Gemeenschap, maar behoren tot het douanegebied van de Gemeenschap (zie § 244). De definitie “uitvoer” wordt mutatis mutandis uitgebreid tot de daarvan samengestelde begrippen zoals tijdelijke uitvoer en wederuitvoer. _____________________________ (1) Met uitzondering van de regeling voor tijdelijke invoer met volledige vrijstelling van invoerrechten en voor extern douane-vervoer. (2) De term “verzending” dekt verschillende begrippen inzake fiscaliteit en douane.

Suppl. 3

Page 171: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

155 Vanzelfsprekend is het niet de uitvoer als zodanig die is vrij-gesteld van de belasting. De uitvoer is in feite een aanleiding tot vrij-stelling voor de levering van goederen en diensten. Wat de diensten betreft is er zeker geen sprake van ze feitelijk uit te voeren, aange-zien zij in wezen niet verplaatsbaar zijn. De diensten zijn inderdaad vrijgesteld van de belasting omdat de goederen, die er het voorwerp van uitmaken, worden uitgevoerd.

Draagwijdte van de vrijstellingen 257. De vrijstellingen inzake uitvoer zijn enkel van toepas-sing op de leveringen van goederen en op de diensten, die plaatsvin-den in België. De bepaling van de plaats van die handelingen is dus fundamenteel voor de toepassing van die vrijstellingen. Inzake de leveringen van goederen geldt als hoofdregel dat deze plaatsvinden op de plaats waar het goed ter beschikking wordt gesteld van de koper. Wanneer de levering van een goed evenwel aanleiding geeft tot een vervoer door of voor rekening van de ver-koper of de koper ter bestemming van de koper, wordt de levering geacht te geschieden op de plaats waar het vervoer begint. Daaruit volgt dat de vrijstelling van de Belgische BTW slechts kan worden toegepast, wanneer de goederen zich in België bevinden op het tijd-stip waarop de levering ervan plaatsvindt.

Suppl. 2

Page 172: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

156

HOOFDSTUK II - DE EIGENLIJKE UITVOER

Toepassingsbepalingen 258. Overeenkomstig artikel 39, § 1, van het BTW-Wetboek zijn van de BTW vrijgesteld : 1° de leveringen van goederen die door of voor rekening van de verkoper worden uitgevoerd; 2° de leveringen van goederen die worden uitgevoerd door of voor rekening van een niet in België gevestigde koper, met uitzon-dering van de door de koper zelf vervoerde goederen bestemd voor de uitrusting of de bevoorrading van pleziervaartuigen en sport-vliegtuigen of van andere vervoermiddelen voor privé-gebruik, en van de door een reiziger in zijn persoonlijke bagage meegenomen goederen; 3° de diensten, bestaande uit werkzaamheden met betrekking tot roerende goederen die zijn verworven of ingevoerd teneinde deze werkzaamheden te ondergaan en die worden uitgevoerd door de dienstverrichter of de niet in België gevestigde ontvanger van de dienst dan wel voor hun rekening; 4° de leveringen van goederen aan een niet in de Gemeen-schap gevestigde reiziger, die deze goederen in België in bezit neemt en ze in zijn persoonlijke bagage uitvoert. Opdat deze leveringen en diensten zouden worden vrijgesteld wegens uitvoer van de goederen die deze leveringen of deze diensten hebben ondergaan, is het noodzakelijk dat de goederen worden uit-gevoerd in de vorm en onder de voorwaarden van het artikel 39, § 1 van het BTW-Wetboek. 259. Om de vrijstelling om reden van uitvoer te genieten, moeten de goederen worden verzonden of vervoerd naar een plaats buiten de Gemeenschap :

Suppl. 2

Page 173: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

157 - hetzij door de verkoper van de goederen of door de dienst-verrichter met hun vervoermiddelen of door een derde persoon die de goederen vervoert in opdracht en voor rekening van de verkoper of van de dienstverrichter; - hetzij door de niet in België gevestigde koper van de goede-ren of de ontvanger van de diensten, met hun vervoermiddel, of door een derde persoon die de goederen vervoert in opdracht en voor rekening van deze koper of ontvanger van diensten. Voor de toepassing van de BTW-vrijstelling inzake het inter-nationaal reizigersverkeer (zie § 258, 4°), moet de koper buiten de Gemeenschap zijn gevestigd. Onder niet in België gevestigde kopers of ontvangers van diensten verstaat men, inzake uitvoer, de personen die in het bui-tenland zijn gevestigd, om het even of ze in België al dan niet een aansprakelijk vertegenwoordiger hebben laten erkennen overeen-komstig artikel 55 van het BTW-Wetboek. De uitvoer moet daarenboven definitief zijn. De uitvoer moet tenslotte worden bewezen. Het bewijs dat de goederen het gebied van de Gemeenschap hebben verlaten, is inder-daad een essentieel element voor het recht op vrijstelling. De ver-plichtingen en formaliteiten inzake uitvoer verschillen in dit opzicht naargelang het al dan niet om het handelsverkeer van goederen gaat

Handelsverkeer van goederen Uitvoer door of voor rekening van de verkoper (artikel 39, § 1, 1°, van het BTW-Wetboek) 260. Er is uitvoer door de verkoper wanneer deze de goede-ren, die hij heeft verkocht, met zijn eigen vervoermiddelen vervoert van een in België gelegen plaats naar een buiten de Gemeenschap gelegen plaats.

Suppl. 2

Page 174: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

158 Voorbeeld A, handelaar in België verkoopt weefsels aan B, gevestigd in Sofia (Bulgarije). Het contract voorziet dat de levering moet plaats vinden “franco bestemming Sofia”. A zendt één van zijn vrachtwa-gens met de verkochte weefsels naar Sofia. De levering wordt geacht plaats te vinden in België op de plaats waar het vervoer ter bestem-ming van de koper begint. Deze levering is in principe onderworpen aan de BTW (zie § 257, tweede lid) maar zij is vrijgesteld krachtens artikel 39, § 1, 1°, van het BTW-Wetboek, omdat de verkoper de verkochte goederen vervoert van een in België gelegen plaats naar een buiten de Gemeenschap gelegen plaats. 261. Er is uitvoer voor rekening van de verkoper wanneer deze aan een derde persoon, die handelt voor rekening van de ver-koper en hem deze dienst factureert, opdracht geeft om de verkochte goederen te vervoeren van een in België gelegen plaats naar een buiten de Gemeenschap gelegen plaats. De persoon die het vervoer verricht kan onder meer zijn : - een vervoerondernemer, d.w.z. een persoon die zelf het ver-voer verricht tegen vergoeding, (bv. de NMBS, Sabena, DE POST, een reder, een wegvervoerder, enz.); - een commissionair-expediteur, d.w.z. een vervoerbemidde-laar die zich plaatst tussen de leverancier en de vervoerondernemer. Het heeft weinig belang of de persoon, die dit vervoer ver-richt voor rekening van de verkoper, al dan niet in België is geves-tigd. Wanneer de verkoper daarentegen aan zijn eigen klant vraagt om het vervoer te verrichten, is het uiteindelijk de koper van de goe-deren die het vervoer doet voor eigen rekening; in dat geval is de vrijstelling van de belasting wegens uitvoer slechts van toepassing indien die koper niet in België is gevestigd (zie § 259).

Suppl. 2

Page 175: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

159 Uitvoer door de niet in België gevestigde koper of voor zijn rekening (artikel 39, § 1, 2° van het BTW-Wetboek) 262. Wanneer een niet in België gevestigde koper van goede-ren deze goederen in België bij zijn verkoper in bezit neemt en ze zelf vervoert van een in België gelegen plaats naar een buiten de Ge-meenschap gelegen plaats, dan geschiedt de levering van goederen in België, op de plaats waar het vervoer begint. De levering is derhalve, in principe, onderworpen aan de BTW (zie § 257). Ze is evenwel vrijgesteld van de BTW wegens uitvoer door de niet in België ge-vestigde koper (artikel 39, § 1, 2°, van het BTW-wetboek). Er is uitvoer voor rekening van de niet in België gevestigde koper wanneer deze aan een derde persoon opdracht geeft om de goederen in België in bezit te nemen bij zijn verkoper om ze buiten de Gemeenschap te verzenden of te vervoeren. De door de verkoper verrichte levering van goederen is vrijgesteld van de BTW krachtens hetzelfde artikel 39, § 1, 2°, van het BTW-Wetboek. Het feit van een aansprakelijke vertegenwoordiger in België te hebben laten erkennen is niet van aard om de niet in België ge-vestigde koper het recht op vrijstelling te ontnemen. De in artikel 39, § 1, 2° van het BTW-Wetboek bedoelde vrij-stelling is van toepassing op alle mogelijke situaties van uitvoer door een koper, met uitzondering van de reiziger die zich in de voorwaar-den van het internationale reizigersverkeer bevindt. 263. De in artikel 39, § 1, 2° van het BTW-Wetboek voor-ziene vrijstelling is in elk geval beperkt tot de handeling tussen de niet in België gevestigde koper van goederen en zijn verkoper. Zij is niet van toepassing op voorgaande verrichtingen, zelfs indien die koper de goederen in bezit neemt bij een voorgaande verkoper.

Suppl. 2

Page 176: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

160 Voorbeeld Verkoop van goederen door A aan B, die de goederen door-verkoopt aan C. A en B zijn in België gevestigd, C is gevestigd in Frankrijk. C komt de goederen halen bij A en vervoert ze recht-streeks naar zijn klant in Bulgarije. De verkoop door B aan C is vrij-gesteld van de BTW krachtens artikel 39, § 1, 2°, van het BTW- Wetboek. De verkoop door A aan B is daarentegen uitgesloten van de vrijstelling. Enerzijds voert A de goederen niet uit en anderzijds is zijn klant B - zelfs indien hij de uitvoer zou verrichten - binnen de relatie A - B geen koper die niet in België is gevestigd. 264. Overeenkomstig artikel 39, § 1, 2° van het BTW-Wet-boek wordt de vrijstelling van de BTW niet verleend voor de leve-ring van de goederen die worden uitgevoerd buiten de Gemeenschap door of voor rekening van de niet in België gevestigde koper en die bestemd zijn voor de uitrusting of voor de bevoorrading van plezier-vaartuigen en sportvliegtuigen of voor elk ander vervoermiddel voor privé gebruik. De concrete toepassing van de in vorig lid bedoelde uitslui-ting van de BTW-vrijstelling kan in de praktijk aanleiding geven tot interpretatiemoeilijkheden. Daarom wordt deze uitsluiting hierna op een schematische en algemene wijze uiteengezet. De vrijstelling van de BTW is NIET van toepassing : a) op de leveringen van ingebouwde goederen : - in wegvoertuigen; - in luchtvaartuigen, die niet worden gebruikt door de Staat of door luchtvaartmaatschappijen die hoofdzakelijk bezoldigd vervoer van personen en goederen verrichten;

Suppl. 2

Page 177: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

161 - in jachten en pleziervaartuigen; b) op de leveringen van goederen die worden beschouwd als normaal toebehoren of als normale uitrustingsstukken van de onder a) bedoelde vervoermiddelen en die zich als zodanig aan boord van deze vervoermiddelen bevinden bij de uitvoer ervan; c) op de leveringen van goederen, bestemd voor de bevoor-rading van de onder a) bedoelde vervoermiddelen en van de aan de Staat toebehorende luchtvaartuigen en die zich aan boord bevinden bij de uitvoer ervan. Wat de andere vervoermiddelen dan de auto-voertuigen betreft, worden beschouwd als goederen die zijn bestemd voor de bevoorrading, de goederen bedoeld in artikel 4 van het koninklijk besluit nr. 6 van 27 december 1977 met betrekking tot de vrijstellingen ten aanzien van internationaal vervoer, zee- en bin-nenschepen en luchtvaartuigen op het stuk van BTW (zie §§ 196, 198, 213 en 214). Aan de koper, die niet in België is gevestigd en in het land geen aansprakelijke vertegenwoordiger voor de toepassing van de BTW heeft en die aantoont dat het vervoermiddel wordt gebruikt om er handelingen mee te verrichten die - indien zij in België zouden worden verricht - hem de hoedanigheid van BTW-belastingplichtige met recht op aftrek zouden geven, kan nochtans terugbetaling van de betaalde BTW worden verleend in de mate waarin deze aftrekbaar zou zijn volgens de algemene regels van de aftrekregeling; de be-langhebbende dient zich schriftelijk te richten tot het Centraal BTW-kantoor voor buitenlandse belastingplichtigen. Indien de leveringen zijn uitgesloten van de vrijstelling van de BTW, mogen geen uitvoeraangiften door de douane worden geldiggemaakt.

Suppl. 2

Page 178: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

162 Uitvoer door de dienstverrichter of door de niet in België gevestigde ontvanger van de dienst, dan wel voor hun rekening (artikel 39, § 1, 3° van het BTW-Wetboek) 265. De voorwaarden voor de toepassing van de vrijstelling zijn mutatis mutandis dezelfde als deze, uiteengezet in §§ 260 t/m 264, wat de uitvoer betreft die wordt verricht door de verkoper of de niet in België gevestigde koper, dan wel voor hun rekening. De diensten die onder de vrijstelling vallen zijn de diensten die een materieel werk tot doel hebben zoals de herstelling, de be-werking, de aanpassing, het onderhoud, de reiniging van een goed dat zal worden uitgevoerd. Wanneer dergelijke diensten geacht wor-den in België plaats te vinden (zie § 257, derde lid) en dus onder-worpen zijn aan de Belgische BTW, kunnen ze worden vrijgesteld krachtens artikel 39, § 1, 3° van het BTW-Wetboek. 266. Opdat de bedoelde vrijstelling van toepassing zou zijn, moeten de goederen bovendien zijn verkregen geweest (verworven in België of het voorwerp zijn geweest van een intracommunautaire verwerving in België) of zijn ingevoerd om die diensten te onder-gaan. Deze vrijstelling kan dus, onder meer, niet van toepassing zijn als die goederen zich toevallig in België bevinden. Indien de BTW-vrijstelling niet zou worden toegepast, kan de betaalde BTW aan de ontvanger van de dienst worden teruggegeven in de mate waarin deze aftrekbaar zou zijn volgens de algemene regels van de aftrekregeling. 267. De in § 266, tweede lid bedoelde uitsluiting van de vrij-stelling van de BTW op grond van artikel 39, § 1, 3° van het BTW- Wetboek heeft evenwel niet tot gevolg dat dergelijke diensten geen andere BTW-vrijstelling zouden kunnen genieten. Dat zal onder meer het geval zijn voor de in artikel 40, § 2, 2° van het BTW- Wetboek bedoelde vrijstelling (zie § 77), met name een vrijsteling van de BTW voor de diensten die worden verricht aan goederen die zich onder een in artikel 23, § 4 van het BTW-Wetboek bedoelde regeling bevinden (b.v. diensten aan vervoermiddelen die zich in België onder de regeling tijdelijke invoer bevinden).

Suppl. 2

Page 179: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

163 Kettingverkopen 268. Kettingverkopen bestaan uit een opeenvolging van over-drachten van de eigendom van een goed dat rechtstreeks van de eerste verkoper naar de laatste koper wordt vervoerd. In dit type van verrichting is er slechts levering met vervoer in één van de kettingverkopen. De bepaling van de verkoop die aanleiding geeft tot vervoer van het goed gebeurt op basis van de contracten en de verkoop-voorwaarden. Alleen de verkoop in de ketting die gepaard gaat met het vervoer van de verkochte goederen naar een plaats buiten de Ge-meenschap, kan worden vrijgesteld wegens uitvoer. Dit houdt dus in dat de uiteindelijke bestemming van de goederen reeds moet gekend zijn bij de aanvang van het vervoer. De andere verkopen in de ketting geschieden op de plaats waar het goed ter beschikking wordt gesteld van de koper (zie § 257). Zij zijn dus onderworpen aan de BTW, indien het goed zich in België bevindt, of ontsnappen aan de toepassing van de BTW, in-dien het goed zich in het buitenland bevindt. Voorbeeld 1 (1) verkoop verkoop A B C

Vervoer België VSA

A verkoopt goederen aan B die ze doorverkoopt aan C. A en B zijn in België gevestigde belastingplichtingen, terwijl C in de Ver-enigde Staten is gevestigd. De goederen worden rechtstreeks van de magazijnen van A vervoerd naar de Verenigde Staten. ______________________________ (1) Bijlage 4 bis illustreert de verschillende mogelijkheden van dit voorbeeld.

Suppl. 3

Page 180: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

164

Eerste mogelijkheid : het vervoer is ten laste van A In dat geval vindt het vervoer zonder enige twijfel plaats bin-nen de relatie A - B, aangezien A enkel een contract heeft met B. A verricht dus een levering van goederen met vervoer dat plaatsvindt in België op de plaats waar het vervoer begint. Die levering is in principe onderworpen aan de BTW, maar zij is vrijgesteld krachtens artikel 39, § 1, 1° van het BTW-Wetboek wegens uitvoer van de goe-deren door de verkoper A. De levering B - C vindt plaats in de Ver-enigde Staten op de plaats waar de goederen door de verkoper B ter beschikking worden gesteld van de koper C. Die levering is dus niet onderworpen aan de BTW.

Tweede mogelijkheid : het vervoer is ten laste van B In dat geval kan het vervoer plaatsvinden binnen de rela-tie A - B of binnen de relatie B - C. Indien het vervoer door B wordt verricht in de hoedanigheid van koper van A, bv. omdat B de contractuele verplichting heeft tegenover A om de goederen weg te halen uit de magazijnen van de verkoper A, is de verrichting A - B een levering met vervoer die plaatsvindt in België op de plaats waar dit vervoer begint en die is onderworpen aan de BTW. Aangezien het vervoer van de goederen wordt verricht door B in de hoedanigheid van in België gevestigde koper, kan inderdaad geen enkele vrijstelling wegens uitvoer worden ingeroepen in dat geval. De verrichting B - C vindt plaats in de Verenigde Staten en ontsnapt aldus aan de toepassing van de BTW.

Suppl. 2

Page 181: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

165 Indien het vervoer daarentegen door B wordt verricht in de hoedanigheid van verkoper aan C, bv. omdat B zich contractueel heeft verbonden tegenover C om hem de goederen in de Verenigde Staten te bezorgen, gebeurt de verrichting A - B in België op de plaats waar A de goederen ter beschikking stelt van B en is zij onderworpen aan de BTW, terwijl de verrichting B - C een levering met vervoer is die eveneens in België plaatsvindt op de plaats waar dit vervoer begint. Deze levering is in principe onderworpen aan de BTW, maar zij is vrijgesteld krachtens artikel 39, § 1, 1° van het BTW-Wetboek wegens uitvoer van de goederen door de verkoper B.

Derde mogelijkheid : het vervoer is ten laste van C In dat geval vindt het vervoer zonder enige twijfel plaats bin-nen de relatie B - C, omdat C enkel een contract heeft met B. De levering tussen die personen, die in principe aan de BTW is onder-worpen omdat zij in België gebeurt op de plaats waar het vervoer begint, is vrijgesteld krachtens artikel 39, § 1, 2°, van het BTW- Wetboek (zie § 263) wegens uitvoer van de goederen door de niet in België gevestigde koper C. De levering A - B gebeurt in België op de plaats waar de goederen ter beschikking worden gesteld van B en is bijgevolg onderworpen aan de BTW. Voorbeeld 2 (1) verkoop verkoop A B C

België

vervoer Frankrijk Zwitserland

A verkoopt goederen aan B die ze doorverkoopt aan C. A is in België gevestigd (belastingplichtinge), B is in Frankrijk gevestigd en C is in Zwitserland gevestigd. ______________________________ (1) Bijlage 4 ter illustreert de verschillende mogelijkheden van dit voorbeeld.

Suppl. 3

Page 182: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

166

Eerste mogelijkheid : het vervoer is ten laste van A In dat geval vindt het vervoer plaats binnen de relatie A - B. A verricht een levering van goederen met vervoer, dat plaats vindt in België op de plaats waar dit vervoer begint. Deze levering is in principe onderworpen aan de BTW, maar zij is vrijgesteld krachtens artikel 39, § 1, 1°, van het BTW-Wetboek wegens uitvoer van de goederen door de verkoper A. De levering B - C gebeurt in Zwitserland op de plaats waar de goederen door de verkoper ter be-schikking worden gesteld van de koper C. Die levering is dus niet onderworpen aan de BTW.

Tweede mogelijkheid : het vervoer is ten laste van B In dat geval kan het vervoer plaatsvinden binnen de rela-tie A - B of binnen de relatie B - C. Indien het vervoer door B wordt verricht in de hoedanigheid van koper van A, bv. omdat B de contractuele verplichting heeft tegenover A om de goederen weg te halen uit de magazijnen van de verkoper A, is de verrichting A - B een levering met vervoer die plaatsvindt in België op de plaats waar dit vervoer begint en die in principe is onderworpen aan de BTW. Zij is evenwel vrijgesteld krachtens artikel 39, § 1, 2°, van het BTW-Wetboek, aangezien B een niet in België gevestigde koper is. Indien het vervoer daarentegen door B wordt verricht in de hoedanigheid van verkoper aan C, bv. omdat B zich contractueel heeft verbonden tegenover C om hem de goederen in Zwitserland te bezorgen, gebeurt de verrichting A - B in België op de plaats waar A de goederen ter beschikking stelt van B en is onderworpen aan de BTW. De verrichting B - C is een levering met vervoer die eveneens plaatsvindt in België op de plaats waar dit vervoer begint. Deze leve-ring is in principe onderworpen aan de BTW, maar zij is vrijgesteld krachtens artikel 39, § 1, 1°, van het BTW-Wetboek wegens uitvoer van de goederen door de verkoper B.

Suppl. 2

Page 183: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

167

Derde mogelijkheid : het vervoer is ten laste van C In dat geval vindt het vervoer zonder enige twijfel plaats bin-nen de relatie B - C, omdat C enkel een contract heeft met B. De levering B - C, die in principe is onderworpen aan de BTW omdat zij in België gebeurt op de plaats waar het vervoer begint, is vrijgesteld krachtens artikel 39, § 1, 2°, van het BTW-Wetboek (zie § 263) wegens uitvoer van de goederen door de niet in België gevestigde koper C. De levering A - B gebeurt in België op de plaats waar de goederen ter beschikking worden gesteld van B en is onderworpen aan de BTW.

Verplichtingen en formaliteiten Uitvoeraangifte 269. De exporteur moet aan de douane een uitvoeraangifte overleggen, bestaande uit exemplaren 1, 2 en 3 van het enig docu-ment, eventueel aangevuld met exemplaar A. De uitvoeraangifte wordt gesteld op naam van de exporteur. Inzake douane wordt als exporteur beschouwd de persoon voor wiens rekening de uitvoeraangifte wordt gedaan en die op het tijdstip van haar aanvaarding, eigenaar is van de betrokken goederen of die dienaangaande een gelijkaardig beschikkingsrecht heeft. Wanneer de eigendom of het gelijkaardige beschikkingsrecht over de goederen berust bij een buiten de Gemeenschap gevestigd persoon krachtens de overeenkomst die aan de uitvoer ten grondslag ligt, wordt de in de Gemeenschap gevestigde overeenkomstsluitende partij beschouwd als exporteur.

Suppl. 2

Page 184: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

168 Aangezien de persoon die rechtmatig de vrijstelling van de BTW wegens uitvoer kan inroepen tevens de persoon is die actief deelneemt aan de uitvoerbeweging en die bijgevolg beantwoordt aan de definitie van exporteur inzake douane, moet de verkoper of de dienstverrichter die inzake BTW is geïdentificeerd en wiens levering of dienst is vrijgesteld wegens uitvoer in principe, op de uitvoer-aangifte als exporteur worden vermeld. 270. Wat de hoedanigheid van exporteur betreft in de geval-len van kettingverkoop of gezamenlijke uitvoer wordt respectievelijk verwezen naar § 268 en § 274. Wanneer er een mandataris optreedt, moet deze de naam en het adres van de exporteur vermelden in wiens naam hij handelt. Het bepaalde in §§ 47 t/m 97 van de Instructie Enig document is van toepassing. De aandacht wordt vooral gevestigd op het feit dat steeds een T2F- of T2LF-document moet worden gebruikt bij levering van communautaire goederen naar de in § 244 bedoelde gebieden. Kopiefacturen 271. Om de juistheid van de waarde van de uitgevoerde goe-deren te kunnen beoordelen, schrijft de BTW-wetgeving voor dat een kopie van de door de verkoper of dienstverrichter uitgereikte factuur bij de uitvoeraangifte moet worden gevoegd. Het betreft de kopie-factuur of het verzendingsstuk, uitgereikt door de persoon op wiens naam de uitvoeraangifte is opgesteld. Bij ontstentenis van een factuur, bv. indien het niet gaat om een verkoop of indien de factuur nog niet is opgesteld, dient een verzendingsstuk te worden afgegeven waarop de juiste waarde van de goederen is aangegeven. Dat document moet dezelfde vermeldin-gen bevatten als een factuur en wordt als dusdanig behandeld. Op de kopiefactuur of op het verzendingsstuk moet de oor-zaak van de vrijstelling van de BTW worden vermeld door verwij-zing naar de desbetreffende bepaling van de BTW-wetgeving.

Suppl. 3

Page 185: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

169 272. De kopiefacturen of verzendingsstukken worden aan het kantoorexemplaar van de uitvoeraangifte gehecht. Er hoeft geen kopiefactuur of verzendingsstuk te worden overgelegd voor zendingen waarvan de waarde 10.000 F niet over-treft, tenzij verscheidene zendingen van 10.000 F of minder door dezelfde afzender tezelfdertijd of in de loop van dezelfde dag naar dezelfde geadresseerde in het buitenland worden gezonden en het totaal bedrag 10.000 F overtreft. Termijn voor uitvoer 273. De uitvoer door de niet in België gevestigde koper of ontvanger van de dienst moet onmiddellijk gebeuren nadat de goe-deren ter beschikking werden gesteld van deze personen en in ieder geval binnen een termijn die strikt noodzakelijk is voor het verwe-zenlijken van het vervoer van de plaats waar de goederen ter be-schikking werden gesteld van deze personen tot het douanekantoor van uitgang langswaar de goederen definitief het gebied van de Ge-meenschap verlaten. Wat de motorrijtuigen betreft waarvoor met het oog op hun uitvoer een tijdelijke inschrijving wordt gevraagd, moet de uitvoer gebeuren ten laatste op het einde van de derde maand die volgt op de inschrijving. Gezamenlijke uitvoer 274. Wanneer een niet in België gevestigde persoon bij ver-schillende in België gevestigde leveranciers bestanddelen bestelt van een voor uitvoer bestemd goed en één van die leveranciers door de koper is belast met het assembleren of het monteren van het goed, is de BTW niet verschuldigd op de facturen van elk van de leveranciers indien deze gezamenlijk uitvoeren. Het vervoer buiten de Gemeen-schap mag niettemin geschieden door een van de leveranciers die namens de verschillende leveranciers optreedt.

Suppl. 2

Page 186: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

170 De uitvoeraangifte wordt opgesteld op naam van de leveran-cier die het goed buiten de Gemeenschap vervoert of doet vervoeren; die leverancier vermeldt, hetzij op dat document, hetzij op een lijst die aan het document is gehecht, de leveranciers die gezamenlijk met hem uitvoeren en hij vermeldt voor ieder van hen, tegenover hun naam en adres, de goederen die door hen zijn geleverd. Bij de uitvoeraangifte voegt hij een kopiefactuur of, bij ont-stentenis van een factuur, een verzendingsstuk van elke leverancier. 275. Wanneer door één niet in België gevestigde persoon goe-deren worden besteld die, alvorens te worden uitgevoerd, voor reke-ning van die persoon een bewerking moeten ondergaan bij een of meer hier te lande gevestigde dienstverichters, is het bepaalde in § 274 eveneens toepasselijk. 275/2. Het bepaalde in de §§ 274 en 275 is eveneens van toe-passing wanneer de goederen worden uitgevoerd door of voor reke-ning van de opdrachtgever, die niet in België is gevestigd. 276. In de in §§ 274 en 275/2 bedoelde gevallen hoeft de douane niet na te gaan of de persoon die goederen of diensten bestelt al dan niet een aansprakelijke vertegenwoordiger in het land heeft. Rol van de douane 277. Het geldigmaken van de uitvoeraangifte geschiedt op de gewone manier. Exemplaar 3 wordt na verificatie van de zending aan de belanghebbende teruggegeven, terwijl exemplaar 1 door de dou-ane aan het uitvoerkantoor wordt ingehouden. In de in de § 67 van de Instructie Enig document bedoelde ge-vallen moeten de uit te voeren goederen met exemplaar 3 aan het kantoor van uitgang uit de Gemeenschap worden aangeboden.

Suppl. 3

Page 187: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

171 De douaneambtenaren gaan de juistheid van de aangegeven aard (tariefpost) en hoeveelheid van de goederen na. Tevens onder-zoeken zij aan de hand van de voorgelegde facturen en andere be-scheiden, of de aangegeven prijs aanvaardbaar is. Voor het overige wordt verwezen naar de Instructie Verificatie. 278. Wanneer bij de douaneambtenaren gegronde twijfel rijst omtrent de prijs, de waarde, de hoeveelheid, van de voor uitvoer aangegeven goederen of omtrent de gegrondheid van de ingeroepen vrijstelling, wordt een inlichtingsbulletin 48 bis (zie bijlage 6) ge-zonden aan de Administratie van de BTW, registratie en domeinen. Zie ook §§ 108 t/m 128 van de Instructie Afhandeling van de mis-drijven inzake BTW (D.I. 857.011).

Internationaal reizigersverkeer 279. Wat de goederen betreft zonder handelskarakter die wor-den uitgevoerd in hun bagage door reizigers die hun woonplaats of hun verblijfplaats buiten de Gemeenschap hebben (zie artikel 39, § 1, 4° van het BTW-Wetboek) is het bepaalde in §§ 101 t/m 114 van de Instructie Bagage (D.I. 512) van toepassing. Wanneer de douane-ambtenaren twijfelen aan de gegrondheid van het overleggen van een uitvoeraangifte of een kopiefactuur in verband met goederen die met ontheffing van de BTW werden aan-gekocht, kan een inlichtingsbulletin worden gezonden aan de A.D.I.F. (sector BTW) (1) die de gegrondheid van de ingeroepen vrijstelling nagaat. 279/2. De verkoop aan vertrekkende reizigers, van goederen in een zogenaamde taksvrije winkel gelegen in de transitzone van een internationale luchthaven, kan sedert 1 juli 1999 nog enkel met vrijstelling van BTW geschieden aan reizigers met een bestemming buiten het BTW-gebied van de Gemeenschap (2). ____________________ (1) Zie inzonderheid § 111 van de Instructie Bagage (D.I. 512). (2) Zie omzendbrief van 27 maart 2000, nr. D.D. 216.850 (D.I. 524.12).

Suppl. 3

Page 188: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

172

HOOFDSTUK III - HANDELINGEN WAARBIJ COMMU- NAUTAIRE GOEDEREN NAAR EEN PLAATS WORDEN

VERZONDEN WAAR EEN IN § 63 BEDOELDE RE- GELING VAN TOEPASSING IS (1), ALSOOK DE

LEVERINGEN EN DE DIENSTEN MET BETREK- KING TOT GOEDEREN DIE ZICH ONDER EEN VAN DIE REGELINGEN BEVINDEN

Algemeen 280. Artikel 39, § 2, van het BTW-Wetboek verleent vrijstel-ling voor : 1° de leveringen en de intracommunautaire verwervingen van goederen die zijn bestemd om te worden geplaatst onder een regeling tijdelijke opslag, vrije zone of vrij entrepot, douane-entrepot, actieve veredeling met toepassing van het schorsingssysteem of inzake in de territoriale zee toegelaten goederen voor boor- en werkeilanden, als-mede de leveringen van deze goederen, met handhaving van één van die regelingen; 2° de diensten, bestaande uit werkzaamheden met betrekking tot goederen die het voorwerp uitmaken van leveringen als bedoeld in 1° of die zich bevinden onder één van de in 1° bedoelde regelin-gen. Die vrijstelling is enkel van toepassing op communautaire goederen die afkomstig zijn uit het BTW-gebied van de Gemeen-schap. In de praktijk betreft het voornamelijk goederen die onder een regeling douane-entrepot worden geplaatst. _______________________ (1) Met uitzondering van de regeling voor tijdelijke invoer met volledige vrijstelling van invoerrechten en voor extern douane-vervoer.

Suppl. 2

Page 189: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

173

Plaatsing van communautaire goederen onder een regeling douane-entrepot

281. De in artikel 39, § 2 van het BTW-Wetboek bedoelde vrijstelling is vooral van toepassing op de leveringen en de intra-communautaire verwervingen van : - communautaire landbouwgoederen voor dewelke een resti-tutie kan worden verleend en die, onder de regeling “prefinancie-ring-entrepot” worden geplaatst (zie de Instructie Prefinanciering- Entrepot (D.I. 591.05)); - commnuautaire goederen die bestemd zijn om te worden ge-voegd bij niet-communautaire goederen die zich reeds onder de rege-ling douane-entrepot bevinden. 282. De opslag van die goederen onder de regeling douane- entrepot mag slechts geschieden indien dergelijke goederen er zijn toegelaten krachtens de douanewetgeving. De diensten met betrekking tot goederen, die zich onder de regeling douane-entrepot bevinden, kunnen slechts de vrijstelling van de BTW genieten wanneer ze door de douanereglementering zijn toegestaan. De vrijstelling kan slechts worden verleend, indien de voor de plaatsing van de goederen onder de regeling voorgeschreven for-maliteiten worden nageleefd. Op het douanekantoor, waar de aan-gifte tot plaatsing van de goederen onder de regeling douane-entre-pot wordt ingediend, moet tevens een kopie van de verkoopfactuur worden afgegeven.

Suppl. 2

Page 190: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

174 283. Ingeval de goederen worden onttrokken aan de regeling van douane-entrepot om terug op de Belgische markt te worden ge-bracht of om het voorwerp uit te maken van een intracommunautaire levering naar een andere lidstaat, is de BTW niet verschuldigd wegens de uitslag, maar wordt de BTW met betrekking tot de vorige verrichtingen (levering of afstand), waarvoor vrijstelling werd ver-leend, opeisbaar. Die regularisatie vindt plaats zonder bemoeienis van de dou-ane, die een kennisgeving van geschil stuurt aan de hoofdcontroleur van het controlekantoor van de BTW waaronder de persoon ressor-teert valt op wiens naam de goederen uit het douane-entrepot worden uitgeslagen.

Page 191: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

175

HOOFDSTUK IV - VRIJSTELLINGEN IN DE FASE VOORAFGAAND AAN DE UITVOER

284 t/m 289. Vervallen.

Menslievende, liefdadige of opvoedkundige organisaties

290. De gecombineerde toepassing van de artikelen 40, § 1, 1°, a) en 42, § 3, 8° van het BTW-Wetboek bepalen dat de invoer, de leveringen en de intracommunautaire verwervingen van goederen, verworven door erkende organisaties die deze goederen uitvoeren buiten de Gemeenschap in het raam van hun menslievende, lief-dadige of opvoedkundige activiteiten, zijn vrijgesteld van de BTW. De toepassing van de vrijstelling is onderworpen aan de toe-kenning van een vergunning door de A.O.I.F. (sector BTW) aan de erkende organisaties die geen enkel recht op aftrek van de BTW heb-ben ten aanzien van de goederen die ze in het kader van de bedoelde activiteiten uitvoeren. 291. Bij invoer dient op het douanekantoor het origineel of een kopie van de machtiging te worden overgelegd. De aangifte ten verbruik wordt opgesteld op naam van de vergunninghouder; de aan-gever brengt in vak 44 van dat document de volgende vermeldingen aan : “Vrijstelling van de BTW. Artikel 40, § 1, 1°, a, van het BTW- Wetboek. Vergunning van .........., nr. ...............”. Er dient geen zekerheid te worden gesteld voor de BTW. De vrijstelling kan ook worden verleend in de vorm van terugbetaling. De aanvraag hiervoor moet in twee exemplaren aan de in § 290 genoemde administratie worden gericht.

Suppl. 3

Page 192: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

176/182

HOOFDSTUK V - GOEDEREN TER BESTEMMING VAN GEBIEDEN DIE DEEL UITMAKEN VAN HET DOUANE-

GEBIED MAAR NIET VAN HET BTW-GEBIED

BEDOELDE GOEDEREN 291/2. In dit hoofdstuk worden communautaire goederen be-doeld, die worden verzonden of vervoerd naar een gebied dat be-hoort tot het douanegebied van de Gemeenschap maar die is uitge-sloten van het BTW-gebied van de Gemeenschap (zie § 60). De vrijstelling van de BTW wegens uitvoer is ook toepasse-lijk op de leveringen naar dergelijke gebieden en bijgevolg moeten de douaneformaliteiten worden vervuld voor fiscale “BTW” doel-einden, alsof het een verzending buiten het douanegebied van de Gemeenschap betreft. Bij de verzending moet een aangifte COM 1, naargelang het geval vergezeld van een document T2F of van een document T2LF, bij de douane worden overgelegd. Het douanekantoor van uitvoer maakt de verzendingsaangifte geldig en verwijst daarop naar het document T2F of T2LF. Terzake wordt verwezen naar § 36 van de Instructie Com-munautair Douanevervoer (D.I. 521.10) en naar § 20 van de om-zendbrief van 25 mei 1998, nr. D.D. 156.364 (D.I. 521.103). 292 t/m 296. (Vervallen).

Suppl. 3

Page 193: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

183

TITEL IV

TABAKSFABRIKATEN

Wettelijke bepalingen 297. De artikelen 54 en 58, § 1, van het BTW-Wetboek heb-ben betrekking op de tabaksfabrikaten. Het koninklijk besluit nr. 13 van 29 december 1992 heeft be-trekking op de regeling voor tabaksfabrikaten op het stuk van de BTW.

Fiscale kentekens 298. Sigaren, cigarillo's, sigaretten en rooktabak zijn onder-worpen aan een accijns, waarvan de betaling wordt aangetoond door het aanbrengen van fiscale kentekens.

Bedrag van de BTW 299. Ten aanzien van de in § 298 bedoelde producten is de in de tabel der fiscale kentekens aangeduide BTW verschuldigd, tel-kens wanneer voor die fabrikaten accijns moet worden voldaan. Tabakssurrogaten worden als tabaksfabrikaten aangemerkt telkens wanneer ze als zodanig worden aangemerkt voor de heffing van de accijns.

Page 194: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

184

Producten waarop fiscale kentekens moeten worden aangebracht

300. Wanneer de belanghebbende fiscale kentekens bestellen, vermelden zij in de daartoe bestemde kolom van hun aanvraag 501 het totaal bedrag van de accijns en de BTW, voorkomend in de laatste kolom van de tabel der fiscale kentekens. Zij moeten dus geen onderscheid maken tussen de accijns en de BTW. Wanneer bij invoer, in de door de accijnsreglementering be-paalde gevallen, de fiscale kentekens worden afgegeven door de ont-vanger van het kantoor van vrijmaking, stemt de voor die kentekens te betalen som overeen met het totaal dat is aangeduid in de laatste kolom van de tabel der fiscale kentekens. 301. Het totaal van de belastingen (laatste kolom van de aan-vraag 501) moet door de belastingplichtigen worden gestort of over-geschreven op de postrekening van de ontvanger der accijnzen (000-2002723-61) te Brussel (Tabak), bij de bestelling van de fiscale kentekens, ofwel worden betaald op het kantoor van die ontvanger bij het afhalen van de fiscale kentekens. Mits voldoende borg werd verstrekt, mag de erkende entre-pothouder, de geregistreerde handelaar, de niet geregistreerde han-delaar of de importeur de betaling van de verschuldigde som verleg-gen tot de 15de van de derde maand volgende op die waarin het be-stelbulletin van de fiscale kentekens bij de ontvanger der accijnzen is toegekomen.

Afronden van het bedrag van de BTW 302. Het bedrag van de BTW op tabaksfabrikaten, verschul-digd voor de afgeleverde fiscale kentekens, wordt afgerond zoals be-paald is voor de accijns (zie artikel 312 van de Algemene wet inzake douane en accijnzen).

Page 195: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

185 In de praktijk wordt de als accijns en BTW te innen som af-gerond tot de naasthogere frank voor elke reeks van fiscale kente-kens; het verschil tussen de aldus geïnde som en het verschuldigde bedrag inzake accijns, afgerond op de naasthogere frank, wordt ge-boekt als BTW.

Invoer 303. Ingevoerde tabaksfabrikaten moeten in principe bekleed zijn met Belgische fiscale kentekens. Evenwel mogen de kentekens op het kantoor van vrijmaking en, mits machtiging van de erkende entrepothouder zelfs in de instellingen van de geadresseerde worden aangebracht. In dat laatste geval moet het transport van de met fis-cale kentekens te bekleden producten geschieden met een admini-stratief geleidedocument (AGD “IMP”). In die gevallen hoeft geen BTW te worden geïnd. De invoer geschiedt met overlegging van een aangifte, een kopiefactuur, en een borderel 502. Bij invoer van natte pruimtabak, waarvoor geen accijns is verschuldigd, dient de BTW op de gewone wijze te worden geïnd. 304. In de uitzonderlijke gevallen waarin de accijns wordt geïnd zonder aanbrenging van fiscale kentekens wordt de BTW, be-rekend volgens de in de tabel der fiscale kentekens aangeduide cijfers, tegelijkertijd en op dezelfde wijze geïnd als de accijns. In voorkomend geval wordt de te innen som voor elke reeks kentekens afgerond zoals bepaald in § 302. Voor de kleine hoeveelheden tabaksfabrikaten die worden in-gevoerd in de bagage van de reizigers, wordt de BTW geïnd volgens de regels van de Instructie Vereenvoudigd Tarief.

Suppl. 3

Page 196: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

186

Boeking van de BTW 305. De wegens aflevering van fiscale kentekens geïnde BTW (zie § 301), wordt onder de rubriek “BTW-Tabak” geboekt in het dagboek 55 A. De als BTW geïnde sommen worden maandelijks door toe-doen van de Administratie der thesaurie overgedragen op de reke-ning van de Administratie van de BTW, registratie en domeinen.

Vervanging van fiscale kentekens 306. De aflevering van fiscale kentekens, zonder betaling van de accijns, ter vervanging van onbruikbare of vernietigde kentekens geschiedt ook met vrijstelling van de BTW.

Terugbetaling 307. Wanneer de terugbetaling van de accijns op tabaksfabri-katen gepaard gaat met gehele of gedeeltelijke terugbetaling van de BTW, geschiedt die terugbetaling in speciën door toedoen van de ge-westelijke directeur der douane en accijnzen onder dezelfde voor-waarden als inzake accijns. De aanvraag tot terugbetaling van de BTW moet tegelijkertijd als de vraag tot terugbetaling van de accijns worden ingediend en in ieder geval binnen vijf jaar vanaf het tijdstip waarop het recht op terugbetaling is ontstaan. Bij de terugbetaling worden de als accijns en BTW terugbetaalde sommen afzonderlijk op de kwitantie ver-meld.

Page 197: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

187 308. Wanneer de erkende entrepothouder krediet geniet voor de betaling van de accijns op de fiscale kentekens die hij bestelt, wordt de als BTW terugbetaalde som afgeschreven van zijn reke-ning 112. Voor de terugbetaling van accijns en BTW op ingevoerde tabaksfabrikaten moet het bepaalde in hoofdstuk II van de Instructie terugbetalingen of kwijtscheldingen worden nageleefd.

Page 198: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

189

TITEL V

GESCHILLEN - BORGTOCHTEN

Geschillen 309. Wanneer een feit, dat een onregelmatigheid inzake BTW laat blijken of vermoeden aan het licht komt, hetzij door de geschrif-ten van de douane, hetzij door de haar voorgelegde documenten of nog door gegevens die op een andere wijze zijn vernomen, wordt dat feit ter kennis gebracht van de Administratie van de BTW, registratie en domeinen, die eventueel de verschuldigde BTW zal invorderen. Ongeacht of er al dan niet borg werd gesteld, wordt bij invoer een kennisgeving van geschil 48 (zie bijlage 5) of bij uitvoer een inlich-tingsbulletin 48 bis (bijlage 6) opgesteld. Een kennisgeving van geschil of een inlichtingsbulletin wordt o.m. opgesteld : a) bij twijfel nopens de juistheid van het tarief (§ 111); b) bij betwisting nopens andere elementen dan de douane-waarde die de maatstaf van heffing vormen (§ 108); c) wanneer de douane gegronde twijfel heeft nopens de wet-tigheid van de gevraagde vrijstelling; d) bij twijfel nopens de prijs of de waarde van de uitgevoerde goederen (§ 277, derde lid); e) wanneer inlandse goederen uit entrepot worden uitgeslagen om terug op de binnenlandse markt te worden gebracht en een regu-larisatie moet plaatsvinden in verband met de BTW waarvoor vrij-stelling werd verleend voor de vorige verrichtingen (§ 283);

Suppl. 2

Page 199: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

190 f) wanneer, voor goederen die het toezicht van de douane hebben verlaten, de douane aan de aangever een supplement aan in-voerrecht vordert; g) wanneer de douane twijfelt aan de gegrondheid van het document, overgelegd bij de uitvoer van goederen die zijn aange-kocht met ontheffing van de BTW (§ 279); h) wanneer de wegens invoer verschuldigde BTW wordt ge-vorderd van verdwenen transitgoederen (tekort bij aankomst of dief-stal tijdens verblijf onder douanetoezicht of in entrepot); i) wanneer een instructie of een beslissing zulks voorschrijft. 310. Behalve wanneer een spoedig onderzoek is geboden, worden de kennisgevingen van geschil en de inlichtingsbulletins de laatste dag van elke maand door de ontvanger toegezonden aan de hoofdcontroleur van de BTW over het gebied waarin het douane-kantoor is gelegen. De ontvanger houdt hiervan aantekening in een bijzondere aanwijzer, met opgave van het volgnummer van de kennisgeving van geschil of van het inlichtingsbulletin, de naam van de belangheb-bende, de oorzaak van het geschil en de datum van verzending. 311. De kennisgevingen van geschil en de inlichtingsbulletins krijgen een doorlopend volgnummer; ieder jaar begint de reeks op-nieuw. Indien om een of andere reden een nummer van de reeks ont-breekt, neemt een kennisgeving van geschil of een inlichtingsbulletin in blanco de plaats van het ontbrekende nummer in, krijgt het num-mer dat de reeks voortzet en wordt bekleed met een korte verkla-rende vermelding die door de ontvanger der douane wordt onder-tekend.

Page 200: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

191 312.Wanneer het een van de gevallen betreft, bedoeld in § 309, tweede lid letters a) b) en c) deelt de A.O.I.F. (sector BTW) zo spoedig mogelijk het resultaat van het onderzoek of het gevolg dat aan het geschil wordt gegeven mee. Teneinde de aandacht te trekken van de diensten van de BTW, moet de volgende vermelding worden aangebracht op de plaats van de reden van de kennisgeving : “Toepassing van § 312, van de Instructie BTW - Verplichte mede-deling”. De kennisgeving van geschil of het inlichtingsbulletin moet dan worden opgesteld in tweevoud, waarvan een exemplaar door de douane wordt bewaard tot staving van de aanwijzer. 313. Het bepaalde in § 309 t/m 312 heeft geen betrekking op overtredingen. Ter zake wordt verwezen naar de Instructie Afhan-deling van de misdrijven inzake BTW.

Borgtochten Algemeen 314. Krachtens artikel 45 van het koninklijk besluit nr. 7 van 29 december 1993 mogen de Administratie der douane en accijnzen en de A.O.I.F. (sector BTW) een borgtocht in geld eisen om de in-vordering van de eventueel verschuldigde BTW en boeten te verze-keren. De aandacht van de ontvangers wordt gevestigd op het feit dat, indien een voldoende personele borgtocht is gesteld op het kan-toor, het niet nodig is een borgtocht in speciën te eisen voor zover dit niet in tegenstrijd is met een beslissing of een instructie.

Suppl. 3

Page 201: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

192 315. In de regel wordt een borgtocht uitsluitend geëist voor de invordering van de BTW. Hij moet worden verstrekt ten genoegen van de ontvanger der douane. Nochtans kunnen beslissingen en instructies voorschrijven dat de borgtocht op een ander kantoor moet worden gestort. In dat geval moet de betrokkene aantonen dat deze borgtocht werd gesteld. Wanneer voor goederen die zich onder douanetoezicht bevin-den de geëiste borgtocht niet wordt gesteld, kan de douane de goe-deren inhouden of terugwijzen buiten het land. 316. Behoudens wanneer ingevolge een bijzondere beslissing een borgtocht moet worden geëist of wanneer anders is bepaald in een instructie, mag vrijstelling van borgtocht worden verleend wan-neer de aangever in België is gevestigd of wanneer hij een vaste in-richting of een aansprakelijke vertegenwoordiger heeft en wanneer die aangever bovendien door de ontvanger is gekend en deze laatste geen grondige reden heeft om moeilijkheden te vrezen voor de in-vordering van de BTW. Wanneer het document nochtans wordt gelicht door een grensexpediteur (de NMBS daaronder begrepen) of door een andere mandataris, is het niet de persoonlijkheid van de mandataris maar wel die van de opdrachtgever die in aanmerking moet worden ge-nomen om te bepalen of al dan niet een borgtocht dient te worden geëist. 317. Voor de borgtocht inzake de doorvoerverrichtingen wordt verwezen naar §§ 75 t/m 78 van de Instructie Communautair Douanevervoer. Voor het beloop van de zekerheid die moet worden gesteld voor de BTW op ingevoerde goederen bij toepassing van zekere be-palingen betreffende de vrijstellingen inzake invoerrecht, wordt ver-wezen naar de Instructie Vrijdommen.

Suppl. 3

Page 202: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

193 318. Wanneer de borgtocht anders dan in speciën is gesteld en een kennisgeving van geschil aan de hoofdcontroleur van de BTW wordt gezonden, blijft de borgtocht bezwaard voor het desbetref-fende bedrag, totdat de hoofdcontroleur van de BTW een anders-luidende mededeling aan de ontvanger toezendt. Indien de borgtocht werd gesteld in speciën, mogen de bepa-lingen van § 277 van de Instructie Comptabiliteit, Deel I, niet uit het oog worden verloren. De ontvanger deelt aan de aangever de bestem-ming mee die aan de borgtocht werd verleend. De ontvanger vermeldt in het rood op de kennisgeving van geschil of het inlichtingsbulletin het type van de gevraagde borgtocht teneinde de aandacht van de hoofdcontroleurs van de BTW te ves-tigen op de bestemming van de gestelde borgtochten. 319. Indien de borgstelling wordt gestort tegen afgifte van een kwitantie Benelux 3, is het bepaalde in § 261, 2°, van de Instructie Comptabiliteit, Deel I, van toepassing. Verder is eventueel het bepaalde in §§ 262 t/m 321 en 360 van voormelde instructie van toepassing. 320. Het bepaalde in § 319 is van toepassing ten aanzien van de gestorte borgstellingen met dien verstande dat in de in § 277 van de Instructie Comptabiliteit Deel I, bedoelde opgave melding wordt gemaakt van de referten van de afgegeven documenten (kantoor, volgnummer en datum).

Page 203: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

195

TITEL VI

SLOTBEPALINGEN

Van kracht worden 321. Deze instructie werd van kracht op 1 januari 1994.

Vervallen instructies 322. Zijn vervallen : - de Instructie BTW 1976 (D.I. 581.02); - de omzendbrief van 20 december 1974, nr. D.L. 1/41.850 (D.I. 581.02); - de omzendbrief van 10 december 1976, nr. D.L. 1/50.900 (D.I. 581.02); - de omzendbrief van 25 juli 1980, nr. D.L. 5/15.000 (D.I. 581.02); - de omzendbrief van 1 januari 1991, nr. D.L. 1/12.200 (D.I. 581.02); - de omzendbrief van 1 januari 1993, nr. D.L. 1/16.950 (D.I. 581.02). Voor de Directeur-generaal : De Eerste auditeur, W. BAERT

Page 204: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot
Page 205: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot
Page 206: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot
Page 207: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

BIJLAGE 3

LIJST VAN DE DOUANEKANTOREN WAAR EEN GEAUTOMATISEERD SYSTEEM VAN GELDIG-

MAKING IN GEBRUIK IS 1° Kantoren waar een geautomatiseerd systeem voor dedou-anering bij de invoer en de uitvoer in gebruik is (SADBEL) waarop de aangevers zich kunnen aansluiten of waar, voor de aangevers die niet zijn aangesloten op SADBEL, een geautomatiseerd systeem voor geldigmaking (Comptabil) wordt gebruikt : - Aalst - Antwerpen - Boorsem (Maasmechelen) - Bornem - Brugge - Brussel - Brussel X (Posterijen) - Eupen - Eynatten (Raeren) - Gent - Geel - Genk - La Louvière - Luik (Bierset) - Lommel - Leuven - Mechelen - Meer (Hoogstraten) - Menen (LAR) - Nijvel - Oostende - Postel (Mol) - Risquons-Tout (Moeskroen) - Roeselare - Sint-Niklaas - Sterpenich - Turnhout

Suppl. 3

Page 208: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

BIJLAGE 3 (blz. 2) - Vilvoorde - Welkenraedt - Zaventem - Zeebrugge - Zelzate 2° Kantoren waar een systeem van geldigmaking met micro-computers wordt gebruikt : Alle andere.

Suppl. 3

Page 209: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

TOELICHTINGEN BETREFFENDE DE IN DE LIDSTATEN TOEGEKENDE BTW-NUMMERS (§ 121)

LAND VOORSTELLINGSWIJZE VAN HET BTW-IDENTI-

FICATIENUMMER

IN DE OPGAVE VAN DE INTRACOMMUNAUTAIRE

HANDELINGEN IN TE VULLEN

≠ POSITIES WAARUITHET IDENTIFICATIE

NR. BESTAAT (lan-dencode uitgezonderd)

CODEBTW- LAND NUMMER

België BE 999.999.999 BE 999999999 (9 posities)

Denemarken DK 99 99 99 99 DK 99999999 (8 posities)

Duitsland DE 99999999 9 DE 99999999 (9 posities)

Frankrijk FR 99 999999999 FR 99999999999 (11 posities)

Griekenland EL 99999999 EL 99999999 (8 posities)

Gr. Brittannië GB 999.9999.99 GB 999999999 (9 posities)

of GB 999.9999.99.999 GB 999999999999 (12 posities)

of GB GD999 GB GD999 (5 posities)

of GB HA999 GB HA999 (5 posities)

Ierland IE 9S99999X IE 9S99999X (8 posities)

Italië IT 99999999999 IT 99999999999 (11 posities)

Luxembourg LU 999999-99 LU 99999999 (8 posities)

Nederland NL 9999.99.999.B99 NL 999999999999 (12 posities)

Portugal PT 999999999 PT 999999999 (9 posities)

Spanje ES X99999999 ES X99999999 (9 posities)

of ES 99999999X ES 99999999X (9 posities)

of ES X9999999X ES X9999999X (9 posities)

Oostenrijk ATU 99999999 AT U99999999 (9 posities)

Finland FI 99999999 FI 99999999 (8 posities)

Zweden SE 999999999999 SE 999999999999 (12 posities)

BIJLA

GE

4

Suppl.2

Verklaring van de symbolen : 9 = een cijfer X = een letter (Spanje en Ierland) S = een cijfer, een letter, ‘+’ of ‘*’ (Ierland) B = de vaste letter ‘B’ (Nederland) GD = Government Departments (Gr. Brettannië) HA = Health Authorities (Gr. Brettannië)

Page 210: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

Kettingverkopen - Voorbeeld°nr. 1 (§ 268) van de Instructie BTW België België USA A B C Vervoer na verkopen A-B en B-C Eén enkel vervoercontract vervoer

Voorstellen van het vervoer door A, B of C

A - B B - C

A - B B - C

BIJLA

GE

4bis

Vervoer door A Vervoer door C Vervoer door B

In dit geval kan het vervoer plaatsvinden binnen de relatie A-B of binnen de relatie B-C

1) De levering met vervoer kan worden vrijgesteld (§ 268)

1) De levering met vervoer kan worden vrijgesteld (§ 268)

Indien het vervoer door B wordt verricht in de hoedanigheid van koper van A (contractuele ver-plichting tegenover A)

Indien het vervoer door B wordt verricht in de hoedanigheid van verkoper aan C (contractuele verplichting tegenover C)

Binnen welke relatie vindt het vervoer plaats ?

Binnen welke relatie vindt het vervoer plaats ?

1) De levering met vervoer kan worden vrijgesteld (§ 268)

1) De levering met vervoer kan worden vrijgesteld (§ 268)

omdat A enkel een contract heeft met B

omdat C enkel een contract heeft met B

Binnen welke relatie vindt het vervoer plaats ?

Binnen welke relatie vindt het vervoer plaats ?

2) Vrijstelling indien levering in België (§ 257)

2) Vrijstelling indien levering in België (§ 257)

want krachtens het contract A - B

want krachtens het contract B - C

Heeft de levering plaats in België ?

Heeft de levering plaats in België ?

2) Vrijstelling indien levering in belgië (§ 257)

2) Vrijstelling indien levering in België (§ 257)

Heeft de levering plaats in België ?

Heeft de levering plaats in België ?

Ja, want begin van het vervoer in België

Ja, want begin van het ver-voer in België

Ja, want begin van het ver-voer in België

Ja, want begin van het ver-voer in België

Deze levering is in principe onderworpen aan de BTW

Deze levering is in principe onderworpen aan de BTW

Deze levering is in principe onderworpen aan de BTW

Deze levering is in principe onderworpen aan de BTW

3) Kan ze niet worden vrij-gesteld krachtens art. 39, § 1 van het BTW-Weboek (§ 258) ?

3) Kan ze niet worden vrij-gesteld krachtens art. 39, § 1 van het BTW-Weboek (§ 258) ?

3) Kan ze niet worden vrij-gesteld krachtens art. 39, § 1 van het BTW-Weboek (§ 258) ?

3) Kan ze niet worden vrij-gesteld krachtens art. 39, § 1 van het BTW-Weboek (§ 258) ?

Ja, want uitvoer door de ver-koper (1ste geval)

Ja, want uitvoer door de niet in België gevestigde koper (2de geval)

Neen, want uitvoer door de in België gevestigde koper (uit-sluiting van het (2de geval)

Ja, want uitvoer door de ver-koper (1ste geval)

Conclusies Conclusies Conclusies Conclusies

- levering A-B vrijgesteld - levering B-C vrijgesteld - levering A-B onderworpen aan de BTW

- levering B-C vrijgesteld

- levering B-C in de USA waar de goederen door B ter be-schikking worden gesteld van de koper C (geen vervoer in de regeling B-C) - ontsnapt aan de BTW

- levering A-B in België op de plaats waar de goederen ter beschikking worden gesteld van B (geen vervoer in de regeling A-B) - onderworpen aan de BTW

- levering B-C in de USA waar de goederen door B ter be-schikking worden gesteld van de koper C (geen vervoer in de regeling B-C) - ontsnapt aan de BTW

- levering A-B in België waar de goederen door A ter beschikking worden gesteld van de koper B (geen vervoer in de regeling A-B) - onder-worpen aan de BTW

Suppl.3

Page 211: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

Kettingverkopen - Voorbeeld°nr. 2 (§ 268) van de Instructie BTW België België USA A B C Vervoer na verkopen A-B en B-C Eén enkel vervoercontract vervoer

Voorstellen van het vervoer door A, B of C

A - B B - C

BIJLA

GE

4ter

A - B B - C

Vervoer door A Vervoer door C Vervoer door B

In dit geval kan het vervoer plaatsvinden binnen de relatie A-B of binnen de relatie B-C

1) De levering met vervoer kan worden vrijgesteld (§ 268)

1) De levering met vervoer kan worden vrijgesteld (§ 268)

Indien het vervoer door B wordt verricht in de hoedanigheid van koper van A (contractuele ver-plichting tegenover A)

Indien het vervoer door B wordt verricht in de hoedanigheid van verkoper aan C (contractuele verplichting tegenover C)

Binnen welke relatie vindt het vervoer plaats ?

Binnen welke relatie vindt het vervoer plaats ?

1) De levering met vervoer kan worden vrijgesteld (§ 268)

1) De levering met vervoer kan worden vrijgesteld (§ 268)

omdat A enkel een contract heeft met B

omdat C enkel een contract heeft met B

Binnen welke relatie vindt het vervoer plaats ?

Binnen welke relatie vindt het vervoer plaats ?

2) Vrijstelling indien levering in België (§ 257)

2) Vrijstelling indien levering in België (§ 257)

want krachtens het contract A - B

want krachtens het contract B - C

Heeft de levering plaats in België ?

Heeft de levering plaats in België ?

2) Vrijstelling indien levering in belgië (§ 257)

2) Vrijstelling indien levering in België (§ 257)

Heeft de levering plaats in België ?

Heeft de levering plaats in België ?

Ja, want begin van het vervoer in België

Ja, want begin van het ver-voer in België

Ja, want begin van het ver-voer in België

Ja, want begin van het ver-voer in België

Deze levering is in principe onderworpen aan de BTW

Deze levering is in principe onderworpen aan de BTW

Deze levering is in principe onderworpen aan de BTW

Deze levering is in principe onderworpen aan de BTW

3) Kan ze niet worden vrij-gesteld krachtens art. 39, § 1 van het BTW-Weboek (§ 258) ?

3) Kan ze niet worden vrij-gesteld krachtens art. 39, § 1 van het BTW-Weboek (§ 258) ?

3) Kan ze niet worden vrij-gesteld krachtens art. 39, § 1 van het BTW-Weboek (§ 258) ?

3) Kan ze niet worden vrij-gesteld krachtens art. 39, § 1 van het BTW-Weboek (§ 258) ?

Ja, want uitvoer door de ver-koper (1ste geval)

Ja, want uitvoer door de niet in België gevestigde koper (2de geval)

Ja, want uitvoer door de niet in België gevestigde koper (2de geval)

Ja, want uitvoer door de ver-koper (1ste geval)

Conclusies Conclusies Conclusies Conclusies

- levering A-B vrijgesteld - levering B-C vrijgesteld - levering A-B vrijgesteld - levering B-C vrijgesteld

- levering B-C in de USA waar de goederen door B ter be-schikking worden gesteld van de koper C (geen vervoer in de regeling B-C) - ontsnapt aan de BTW

- levering A-B in België op de plaats waar de goederen ter beschikking worden gesteld van B (geen vervoer in de regeling A-B) - onderworpen aan de BTW

- levering B-C in de USA waar de goederen door B ter be-schikking worden gesteld van de koper C (geen vervoer in de regeling B-C) - ontsnapt aan de BTW

- levering A-B in België waar de goederen door A ter beschikking worden gesteld van de koper B (geen vervoer in de regeling A-B) - onder-worpen aan de BTW

Suppl.3

Page 212: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

MINISTERIE VAN FINANCIEN MINISTERIE VAN FINANCIEN

ADMINISTRATIE DER ADMINISTRATIE DER DOUANE EN ACCIJNZEN DOUANE EN ACCIJNZEN

48 48

KENNISGEVING VAN

GESCHIL KENNISGEVING VAN

GESCHIL

Inzake BTW Inzake BTW

Kantoor : Kantoor : Aanwijzer : Aanwijzer : Datum : Datum :

1. Aard, datum en nr. van het document : ............................................................................................................. 1. Aard, datum en nr. van het document : ............................................................................................................. 2. Land van herkomst : ......................................................................................................................................... 2. Land van herkomst : ......................................................................................................................................... 3. Wijze van invoer (zee, spoor, weg, lucht, enz. : ............................................................................................... 3. Wijze van invoer (zee, spoor, weg, lucht, enz. : ............................................................................................... 4. Naam van het zeeschip of binnenschip, nummerplaat, nummer van de wagon : ............................................. 4. Naam van het zeeschip of binnenschip, nummerplaat, nummer van de wagon : ............................................. ........................................................................................................................................................................... ...........................................................................................................................................................................

BIJLA

GE

5

5. Naam en adres van de leverancier : ............................................................................................................... 5. Naam en adres van de leverancier : ............................................................................................................... ............................................................................................................... ............................................................................................................... Naam en adres van de aangever : ............................................................................................................... Naam en adres van de aangever : ............................................................................................................... ............................................................................................................... ............................................................................................................... Naam, adres en BTW-registratienummer van de geadresseerde : .................................................................... Naam, adres en BTW-registratienummer van de geadresseerde : .................................................................... ........................................................................................................................................................................... ........................................................................................................................................................................... 6. Aantal, soort, merken en nummers

van de colli 7. Omschrijving der goederen (aangegeven soort, hoeveelheid en

waarde)

8. Tariefpost 9. Oorzaak van het geschil : 9. Oorzaak van het geschil : a) Twijfel nopens het toegepaste tarief of de wettigheid van de gevraagde vrijstelling : a) Twijfel nopens het toegepaste tarief of de wettigheid van de gevraagde vrijstelling : - toegepast tarief ...................................................... % - toegepast tarief ...................................................... % - vermoedelijk toe te passen tarief .......................... % - vermoedelijk toe te passen tarief .......................... % b) Vermoeden dat de maatstaf van heffing ontoereikend is : b) Vermoeden dat de maatstaf van heffing ontoereikend is : - aangegeven waarde : ............................................. F - aangegeven waarde : ............................................. F - waarde die blijkt te moeten worden belast : ....................................F - waarde die blijkt te moeten worden belast : ....................................F c) Andere gevallen (zuivering van documenten, enz. : .................................................................................... c) Andere gevallen (zuivering van documenten, enz. : .................................................................................... ...................................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................................... 10. Gestorte borgtocht : ...................................................... F 10. Gestorte borgtocht : ...................................................... F 11. Datum van verzending van de kennisgeving van geschil : ....................... 19 . . 11. Datum van verzending van de kennisgeving van geschil : ....................... 19 . . 12. Ik verzoek om mededeling van de beslissing die door de diensten van de BTW zal worden genomen. 12. Ik verzoek om mededeling van de beslissing die door de diensten van de BTW zal worden genomen. REDEN : .................................................................................................................................................................. REDEN : .................................................................................................................................................................. De Hoofdcontroleur/De ontvanger De Hoofdcontroleur/De ontvanger (handtekening) (handtekening)

MEDE TE DELEN AAN

(kantoor en adres)

Nr. 48 - Nr. 48 -

Page 213: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

BIJ

LAG

E 5

(blz

. 2)

Supp

l. 1

Controle van de BTW aan wie de kennisgeving van geschil door de douane wordt toegestuurd indien de geadresseerde is gevestigd in een ander gebied : Inventaris nr. 1812 van de ontvangen zendingen, nr. ....................................... 19 ... Inventaris nr. 1772 van de ontvangen zendingen, nr. ....................................... 19 ...

Controle van de BTW (over het gebied waar de geadresseerde is gevestigd) : 1. Te ................................... 2. Inventaris van de ontvangen zendingen, nr. ..................................... 19 … 3. Bundel nr. ......................................................................................... 4. Aanmerkingen : 5. Verslag van ....................................................................................... 19 ... 6. Bevel tot invordering van .................... 19 ... , Nr. ..................... 19 ... van de inventaris nr. 700 Rechten F .................. Boeten F .................. Interesten F .................. _________________ Totaal F .................. 7. Gevolg dat aan het verzoek van de douane werd gegeven :

De Hoofdcontroleur,

Page 214: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

MINISTERIE VAN FINANCIEN

ADMINISTRATIE DER

DOUANE EN ACCIJNZEN

Belasting over de toegevoegde waarde

(BTW) 48 bis

Inlichtingsbulletin

bij de uitvoer

Kantoor : Aanwijzer : Datum :

1. Aard, datum en nr. van het document : ............................................................................................................. 2. Wijze van uitvoer (zee, spoor, weg, lucht) : ..................................................................................................... 3. Naam en adres : a) van de uitvoerder : ............................................................................................................. b) van de aangever : ..............................................................................................................

BIJLA

GE

6

4. Aantal, soort, merken en nummers van de colli

5. Omschrijving der goederen (aangegeven soort, hoeveelheid enwaarde)

6. Tariefpost

Suppl.1

7. Oorzaak van de inlichting : a) Vermoeden dat de waarde onjuist is : - aangegeven waarde : ............................................. F - vermoedelijke waarde : ......................................... F b) Andere gevallen (onregelmatig vervoer, enz. : ............................................................................................ ...................................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................................... 8. Datum van verzending van het inlichtingsbulletin : ................................. 19 . . 9. Ik verzoek om mededeling van de beslissing die door de diensten van de BTW zal worden genomen. REDEN : .................................................................................................................................................................. ................................................................................................................................................................................... De Hoofdcontroleur/De ontvanger (handtekening)

MEDE TE DELEN AAN

(kantoor en adres)

Page 215: INSTRUCTIE BELASTING OVER DE … · Verliezen onder de regeling van tijde-lijke opslag, douane-entrepot of vrij en-trepot

Supp

l. 1

Supp

l. 1

BIJ

LAG

E 6

(blz

. 2)

Supp

l. 1

Controle van de BTW aan wie het inlichtingsbulletin door de douane wordt toegestuurd indien de exporteur is gevestigd in een ander gebied : Inventaris nr. 1812 van de ontvangen zendingen, nr. ....................................... 19 ... Inventaris nr. 1772 van de ontvangen zendingen, nr. ....................................... 19 ...

Controle van de BTW (over het gebied waar de exporteur is gevestigd) : 1. Te ................................... 2. Inventaris van de ontvangen zendingen, nr. ..................................... 19 … 3. Bundel nr. ......................................................................................... 4. Aanmerkingen : 5. Verslag van ....................................................................................... 19 ... 6. Bevel tot invordering van .................... 19 ... , Nr. ..................... 19 ... van de inventaris nr. 700 Rechten F .................. Boeten F .................. Interesten F .................. _________________ Totaal F .................. 7. Gevolg dat aan het verzoek van de douane werd gegeven :

De Hoofdcontroleur,