Upload
others
View
1
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
1
R O S S I N I L U I of O V E R S P A N N E N ?
Luk de Bruyker beheerste als Rossini de voorstelling ‚Rossini.nu‘ die Zangstudio Haarlem gaf op 23 november in Lijm&Cutuur Delft
Zangstudio Haarlem bestaat nog geen 10 jaar maar presenteerde nu al een
derde grote muziektheaterproductie. Dit keer werd in het kader van het
Rossinijaar (de componist stierf 150 jaargeleden) een heel bijzondere
voorstelling gemaakt rondom deze beroemde componist. Omdat Michel Poels
als voormalig zangdocent aan de VAK in Delft zijn sporen nagelaten heeft, kon
na Haarlem en Amsterdam ook Delft van deze voorstelling genieten.
Eigenzinnige blik op Rossini
Naast zijn roem als Italiaanse
belcantocomponist.was Rossini ook
berucht als zijnde de luiste componist
ooit. Vele anecdotes doen daar over
de ronde. Als kind werd mij verteld dat
hij in bed gecomponeerd zou hebben
en nog te lui zou zijn geweest om dan
door hem beschreven en op de grond
gevallen muziekpapier op te rapen. Hij
begon dan maar liever
opnieuw......Deze geruchten
2
intrigeerden Studio Haarlem en
vormden de aanleiding tot een heel
interessante voorstelling waaarbij men
tot een heel andere kijk kwam op die
vermeende luiheid, die misschien wel
ontzenuwde.
Burn-out?
Het was een originele gedachte van
Studio Haarlem’s Michel Poels zich te
focussen op Rossini’s zogenaamde
luiheid. Het moet hem geprikkeld
hebben wat de oorzaak daarvan
geweest zou kunnen zijn.
Luk de Bruyker en rechts de bariton Michel Poels, gangmaker van ‚Rossini.nu‘
Toneelschrijver Don Duyns hielp hem
daarbij door de tekst te schrijven. Na
onenigheid met de intendant van de
Parijse opera na tegenvallend succes
van zijn laatste opera ’Willem
Tell’(1829) stopte Rossini inderdaad
met het schrijven van opera’s. Dit
greep Duyns aan bij het schrijven van
zijn scenario. Rossini zou in zijn visie
niet meer tegen kritiek kunnen en
daarom niet meer gekomen zijn tot het
schrijven van nieuwe stukken. Hij laat
vier kwelgeesten Rossini uitdagen om,
voor hij heen gaa, toch nog één
muziekstuk te schrijven. Hij gaat tegen
hen in, het bezorgt hem een burn-out
en ondertussen hoort men als laatste
muziekstuk, ‘La petite Messe
solennelle’(1863). Een moderne visie
op Rossini’s vrijwillige pensioen, dat
zeker! De titel Rossin.nu is wat dat
betreft ook veelzeggend. Er werd zelfs
een debat over het omgaan met
tegenslagen en kritiek in dit kader
door Studio Haarlem georganiseerd.
Profs samen met amateurs
Om haar doelstelling –bevordering van
de zangkunst- te verwezenlijken in de
omgeving van Haarlem, brengt Studio
Haarlem amateurs in contact met
professionals. Aan Rossini.nu werkten
bijna 20 professionals mee. De 50
leden van het projectkoor waren
amateurs.
Hoe inspirerend moet voor hen die
samenwerking tijdens repetities en
voorstellingen geweest zijn. Intussen
lijkt men na voorgaande muziek-
theateroducties de smaak van
muziektheater te pakken te hebben.
Rossini.nu maakte een volwassen
indruk en was volwaardig en compleet
muziektheater. Verdienste van Michel
Poels is dus zeker amateurs en
professionals dichter bij elkaar te
brengen. Dat kan amateurs boven
zichzelf uit doen stijgen, wat vanavond
inderdaad het geval bleek.
Grootse titelrol
De componist stond centraal, zowel
zijn muziek als zijn persoon. De keuze
van beroepsacteur Luk de Bruyker
3
voor deze belangrijke rol was daarom
heel belangrijk, maar gelukkig een
schot in de roos.Sowieso qua casting,
de gelijkenis op de oudere Rossini was
best treffend, wat goed uitkwam op de
flyer. Maar ook was de man zo
geloofwaardig
in de manier
waarop hij
geagiteerd,
sarcastisch, maar ook verontwaardigd
op zijn plaaggeesten reageerde. Hier
stond een acteur die zich zo ingeleefd
had in Rossini, dat hij Rossini zelf wás.
Het publiek leefde daardoor met hem
mee, koos zijn kant en leed met hem
mee, terwijl het genoot van zijn
muziek. De Bruyker droeg daarmee
de voorstelling en speelde daarbij met
een allure die mij deed denken aan Ko
van Dijk.
Muzikaal
Toch zou het op de eerste plaats om
de muziek moeten gaan. Welnu, daar
viel gelukkig ook genoeg te beleven.
Rossini werd uitgedaagd, terwijl zijn
eigen muziek werd uitgevoerd. Het
projectkoor hiervoor werd het niet
gemakkelijk gemaakt. Het moest
zingen én acteren. En allemaal
natuurlijk uit het hoofd. En dat was niet
weinig. Knap hoe ze het daar van af
brachten. Vooral de a capella stukken
(Christe Eleison en Sanctus)
ontroerden.
Jos Vermunt had de muzikale leiding
De solisten van ‘Quatres Bouches’,
waaronder onze eigen FDZ-dirigent
Michel Poels, die we nu eens als
zanger hoorden (bariton), leverden
vakwerk, zowel in zang- als
acteerwerk. Dat gold ook voor de
piano- en harmoniumbegeleiding. Wat
wil je ook, als dat allemaal geleid wordt
door niemand minder dan Jos
Vermunt, die de boel allemaal strak in
de hand hield en zelfs de rusten
dirigeerde.
Operatesk
Het scenario en de utgekiende en
vindingrijke regie van Vincent van den
Elshout hadden deze ‘Petite Messe
Solennelle’ min of meer gebracht als
een opera. Dat was leuk en deze
opera-achtige mis van Rossini leende
zich daar ook goed voor. Er was ook
geen moment tijdens de voorstelling
dat ik moeite had met de manier
waarop deze toch sacrale en eigenlijk
liturgische teksten gebruikt werden.
Nee, dat besef kwam pas later. Het
was al met al
een
interessante
en echt
boeiende
voorstelling. Ik
zal met andere
oren naar ‘La petite Messe solennelle’
gaan luisteren, maar dan toch wel
liever zonder afgeleid te worden door
een toneelgebeuren. Michel Poels en
team van Rossini.nu bedankt voor
deze geweldige promotie van deze
grote componist!
Agnus deï....
4
OORSTRELENDE ZANG VAN ‘ARS VOCALIS’
Kamerkoor 'Ars Vocalis' tijdens het najaarsconcert op 25 november in de Schuilkerk in Delft
Het najaarsconcert van ‚Ars Vocalis‘ had als thema ‚nacht‘. En omdat men dit
niet wide associëren met nachtmerries en bij Ars Vocalis ook niet bang is voor
het donker, gaf men dit concert als titel ‚Oh schöne Nacht‘ mee, waarbij men
dan tevens koos voor het liefelijke en romantische. Ruim baan dus voor
Brahms, maar ook voor de Amerikaanse componist Morten Lauridsen.
Afwisselend
Van ‚Ars Vocalis‘weten we inmiddels
dat het hecht aan afwisseling in het
programma en
dat het altijd
probeert ver-
schillende
disciplines bij
zijn concerten
te betrekken.
Het was van-
middag niet anders. Naast de zang
was er instrumentale muziek en er
werden ook drie gedichten door
koorleden voogedragen. Bovendien
exposeerden drie schilders, die op een
of andere manier nauw bij het koor
betrokken waren, tijdens het concert.
En natuurlijk beperkte ‚Ars Vocalis‘
zich niet tot één muziekstijl, maar zong
het liederen van Haydn, uit de
Romantiek en van Amerikaanse
componisten.
Eine kleine Nachtmusik
Een eerste associatie met nacht en
muziek zou natuurlijk heel goed die
overbekende serenade van Mozart
hebben kunnen zijn:,Eiine kleine
Nachtmusik‘. Zo moet het de
Blue Moon van koorlid Ed de Bruijne
5
samenstellers van het het programma
‚O, schöne Nacht‘, vergaan zijn, stel ik
me voor. Dat ze vervolgens op een
bewerking voor piano quatre mains
uitkwamen, is wat minder logisch.
Maar misschien ook weer niet als de
uitgesproken talentvolle Wakana
Shimizu tot je muzikale kennissen-
kring behoort en als de eigen
dirigent,Takashi Mizumoto, een
uitstekend pianist is. En zo kwam het
dat het programma voor de pauze drie
maal onderbroken werd door die
aanstekelijke klanken van Mozart en
dat met het vrolijke Rondo hieruit het
programma na de pauze geopend
werd. Best leuk hoor, al geef ik wel de
voorkeur aan het origineel. Een ander
effect was dat deze Nachtmusik zo een
soort rode draad door het programma
werd.
Verzorgde en verfijnde zang
Dat is wat wij al jaren van ‚Ars Vocalis‘
gewend zijn. En gestaag gaat het koor
op deze weg verder. Het was al
meteen raak bij de inzet van
‚Abendlied‘ van Rheinberger. Zo zuiver
en mooi!. Geholpen door de prachtige
akoestiek van de Schuilkerk zong ‚Ars
Vocalis‘ voortdurend fraai met veel
aandacht voor dictie, klankvorming en
nuance. Het meest a capella. Bij de
inzet van ‚Die Nachtigall‘ van
Mendelssohn demonstreerden de
vrouwen van ‚Ars Vocalis‘ over wat
voor goede stemmen zij beschikken.
De drie liederen van Brahms
behoorden voor mij tot het hoogtepunt
van dit concert. Deze romantische
muziek ligt het koor uitstekend.
Dirigent Takashi Mizumoto weet zijn
koor hier met veel andacht voor
dynamiek dromerig te laten zingen. Dat
gold ook voor de 4, veel modernere
gezangen, uit ‚Nocturne‘ van Morten
Lauridsen. Vooral ‚Sure on this shining
night‘ werd heel mooi gezongen. Het
koor had hier een andere opstelling,
mannen naast vrouwen. Dat gaf een
andere, vollere koorklank. Nummers
als ‚Blue Moon‘ kan men echter beter
aan andere koren overlaten, dit ligt ‚Ars
Vocalis‘ echt niet zo, het vingerknippen
van de dirigent ten spijt.
Verzorgde zang, verzorgde
presentatie
Men denkt bij ‚Ars Vocalis‘ goed na
over te geven concerten en gaat
daarbij zorgvuldig te werk. De
weerslag hiervan is goed te zien in het
mooie programmaboekje. Een vleugje
theater proefden we in de zingende
nachtegaal na het gedicht van Bloem,
het zingen in het duister tijdens ‚O
6
schöne Nacht‘ en in de geëxposeerde
schilderijen.
'Oh, schöne Nacht‘ in het donker
Verrassend was ook dat er een gedicht
van Stalpaert van der Wiele
voorgedragen werd, de man die in de
gouden eeuw stiekem gepreekt had in
deze Schuilkerk.
Ars Vocalis laat weer van zich horen bij
ons Stedelijk Kerstconcert.
De geheel bezette Schuilkerk beschikt over een voortreffellijke akoestiek.
Ere wie ere toekomt, dirigent Takashi Mizumoto
Ook Tourdion gaf concert‚Van hemel naar aarde‘
(11/17nov)
Enkele reacties van het
publiek:
“Een mooi en afwisselend programma”
“Het koor verdient een tien met een
griffel!”
“Aanstekelijk met hoeveel enthousiasme
het koor zingt!”
“Toen het koor enkele stukken uit het
hoofd zong werd de klank nog voller”
“Ik werd tot tranen bewogen door jullie
zang”
“Ik heb mooie dingen gezien die ook voor
mijn koor goed zouden werken”
7
EN SINTERKLAAS KWAM MAAR NIET......... Tja, dan zit je op 1 december in een klein zaaltje met mengte opeengepakte dreumesjes en peutertjes vol van Sinterklaas en dan komt ie helemaal niet! Je zou denken nou dat wordt me een partij gehuil en gezeur van al die ongeduldige kindertjes.Niets van dit al, zo waren ze in de ban van Sinterklaasfee Félice, die de kinderen betoverde met haar oude en nieuwe en zelfgemaakte Sinterklaasliedjes.
Samen met zoon Arthur (trompet) en Ruben (viool) zorgde ze voor een ouderwets intieme Sinterklaassfeer. Toen geen kind meer wilde zingen, omdat ze snoepgoed hadden gekregen, vulde zij dit slim op met een instrumentaal intermezzo (zie foto). Een muzikaal hoogtepunt werd het a capella gezongen ‚Oh, kom er eens kijken‘ met een
bijzondere solistische bijdrage van juf Félice zelf. Sint kwam echter niet kijken, hij heeft wat gemist.....en zijn Pieten verdienen een roetveeg uit de pan!.
DELFT WORDT RIJP GEMAAKT VOOR OPERA
Het koor van Stichting 'Delcanto' gaf op 2 december in 'Delfshove' een try-out van de voorstelling 'Ra, ra, opera‘ die volgend jaar in premiere gaat.
Zoals bekend werkt stichting ‚Delcanto‘ aan de promotie van operamuziek in Delft. In
de vorige ‚Korenbrief‘ schreef ik daar al over. Voor de nieuwe productie, ‚Ra, ra,
opeRA‘ gaven het operaprojectkoor en 7 solisten een tweede try-out. Het koor heeft
8
met zo’n 20 leden de omvang van een kamerkoor. Dat is nog wel te weinig. Toch
gaat dirigente Tamara Obreskova dapper door op de ingeslagen weg. Volgend jaar
is de premiere. Na de soep van de dag in ‚Delfshove‘ - uiensoep zag ik- moet het
optreden van ‚Delcanto‘ een verrassing zijn geweest voor de bewoners.
FDZ- voorzitter, Has Geers, zingt ook mee bij ‚Delcanto‘, als koorlid en als solistt.
KORENAVOND WAS WEER MEEZINGAVOND
De 'Korenavond' van 6 december in het Rietveldtheater in Delft eindigde zelfs met een polonaise.....!
9
De ‚Korenavonden‘ in het Rietveldtheater lopen als een trein. De avonden voor
het lopende seizoen zijn nagenoeg volgeboekt en deze avond was het
theatertje weer uitverkocht. Terecht roemde presentator Ton Milani deze
avonden als de ‚gezelligste‘ in het gezelligste theater van Delft. De leiding van
het theater haakt hier ook op in door op 28 decemer een extra-korenavond te
plannen en op 30 december is er ‚s middags een Meezingmiddag in het theater
Wel veel van hetzelfde
Opzet van deze avonden is, als
bekend, twee verschillende koren
tegenover elkaar te zetten, liefst heel
extreem verschillende, bv een klassiek
kamerkoor tegenover een popkoor. Dat
is niet altijd haalbaar. En dit keer
waren er tussen het ‚Eerste Delftse
Smartlappen Koor‘ en de
‚Sanseveria’s‘ eigenlijk meer
overeenkomsten dan verschillen.
Vooraf hadden beide dirigenten al
nummers uit hun pogramma’s
geschrapt, omdat er anders
dubbelingen waren, maar toch zongen
beide koren ‚Het Dorp‘. Volgens
dirigente Rian van Randwijk, omdat
beide koren dit heel verschillend uit
zouden voeren. Dat is me helaas niet
gebleken.
Beide koren bestonden uit oudere
vrouwen. Dat gaf een min of meer
zelfde sound. Daarbij komt dan nog dat
het repertoire niet wezenlijk verschilde.
De afwisseling was daardoor niet erg
groot.
Zoek de verschillen
Die waren er gelukkig toch nog wel.
Een in het oog springend verschil was
de begeleiding. Maakten de
Sansveria’s gebruik van ingeblikte
muziek in de vorm van orkestbanden,
het Eerste Delftse Smartkappen Koor
liet zich live begeleidendoor 2
accordeons, wat natuurlijk veel leuker
is. Wat de Smartlappers van de
Sanseveria’s misschien zouden
kunnen overnemen is het gebruik van
muziekstandaards.
De accordeonisten Wilma Kalkman en Neillie Bremer
Men is dan beter in staat op de dirigent
te letten en ook voor het publiek is het
leuker naar een koor te kijken dat niet
constant met zijn
neus in de partituur
zit.
De Sanseveria's gebruiken muziekstandaards, handig.
Eerste Delftse
Smartlappen Koor
Ongeveer de helft van het koor (30)
was aanwezig. Wat opviel was dat
dirigente Jacqueline Edeling haar
koor heel duidelijk verstaanbaar liet
zingen. Belangrijk, als je kiest voor
Nederlands. Ze had ook veel aandacht
voor dynamiek en het koor volgde haar
daar in. De ‚Indische Medley‘ en ‚La
Mamma‘ klonken het best. Vast omdat
die tot het ijzeren repertoire van het
koor horen en men dit vrijwel uit het
10
hoofd zingt. De ‚Korenavond‘ kan door
koren ook gebruikt worden als try-out.
Welnu, dat was duidelijk het geval in
‚White Christmas‘. Een hele goede
zaak van dit koor is ook dat men zijn
binding met de eigen stad graag
uitdraagt. Men opende met ‚Mooie stad
aan de Schie‘ en besloot met ‚Delft
Calypso‘, een vertaling van ‚O Isand in
the sun‘ van H. Belafanto.
vlnr fotograaf Joop Bommelé en verttaler Jan Holierhoek met echtgenote
De Sanseveria’s
Elk jaar doet dit koor aan de
‚Korenavonden‘ mee. Maar dit keer
had het koor het heel erg moeilijk.
Slechts 21 van de 52 dames kwamen
opdraven. De anderen waren geveld
door griep of moesten bekomen van
Sinterklaas. Er was maar één sopraan
en dat was Corry. Zij sloeg zich kranig
door het programma heen, af en toe
met hulp van de dirgente.
Rechts de enige sopraan Corrie (82)
Die dirigente, Rian van Randwijk,
heeft een sterke band met haar koor
en daar ook een natuurlijk overwicht.
Ze verstaat echter ook de kunst als
een rasentertainer de liedjes aan
elkaar te praten en schept daarmee
een informele sfeer en ook een band
met het publiek. Vooral door haar
toedoen werd er stevig meegezongen
en geklapt door het publiek en door de
Smartlappers. Bij het slotnummer ‚Laat
maar waaien‘ bestond ze het zelf haar
koor de polonaise te laten lopen
samen met een enthousiasteling uit het
publiek.
Overduidelijk droeg dit koor, maar ook
het Delftse koor, het motto ‚zing en
geniet van het leven, het duurt nog
maar even‘ uit. In ‚The Rose‘ liet het
koor horen dat het ook a capella erg
mooi kan zingen.
Meezingconcert
Het overbekende repertoire en het
vrolijke en losse verbindende praatje
van de dirigenten zorgden ervoor dat
het publiek regelmatig meezong. Niets
mis mee. Integendeel. Maar maak dan
gebruik van de beamer die het theater
heeft, zodat de zaal zich niet hoeft te
beperken tot een geneurie of gelalala.
Een aanrader voor alle koren die willen
dat hun publiek meezingt: Zorg voor
geprojecteerde of gedrukte teksten.
Dan wordt het nóg gezelliger. Op 30
december gaat het Rietveldtheater een
meezingconcert organiseren. Rian van
Randwijk zal dit (met beamer) leiden.
Succes verzekerd dunkt me.
11
OVERROMPELENDE ‚MESSIAH‘
WEERGALOZE TROMPETSOLI
Koor en orkest van 'Krashna Musika' gaven een fantastische uitvoering van de 'Messiah' in de Maria van Jessekerk in Delft op 8 december
Dat er in Delft in dezelfde kerk binnen twee weken een uitvoering is van
Händel’s ‚Messiah’ zegt veel over de populariteit van dit werk, maar ook over
het gebrek aan coördinatie van muzikale evenementen in Delft. Enfin,
chauvenist als ik ben, koos ik natuurlijk voor de uitvooering door ons eigen
‚Krashna Musika‘, waar ik absoluut geen spijt van gekregen heb.
Loftrompet
Wat er gebeurde toen trompettist
Bram van Diemen inzette bij ‚The
trumpet shall sound‘ laat zich moeilijk
beschrijven. Er ging een siddering door
de kerk. Was dit mogelijk? Wie
speelde daar zo goddelijk? Hier werd
muziek gemaakt zoals Händel het
bedoeld moet hebben.
Niet voor niets haal ik deze muzikant
als eerste naar voren. Na toch al heel
veel moois gehoord te hebben ging de
hemel open in de Maria van Jessekerk.
Deze juichende, loepzuivere en
heldere trompetklank deed iedereen de
harde kerkbanken vergeten en bracht
publiek en de andere musici in
opperste vervoering. Bas Michiel
Meijer werd er ook door meegesleept
en zong nu zijn mooiste aria. En wat
heerlijk dat die een da capo had!
Terecht voldeed dirigent Ruben de
12
Grauw na afloop aan de roep van het
publiek om na de solisten ook Bram
van Diemen naar voren te halen. In
het programmaboekje las ik dat Bram
gewoon student werktuigbouwkunde
aan de TU is. Hij zou ernstig moeten
overwegen na voltooiing van die studie
verder te gaan in de muziek. Krashna
mag trots zijn op zo’n muzikant!
Nog een aanstormend talent
Ook vocaal viel er veel te genieten,
bijvoorbeeld van onze eigen Delftse
sopraan, Elise van Es. Zij is nog maar
27, maar zong met een stem die de
hele kerkruimte in beslag nam. Vol,
jeugdig en rijp tegelijk. Zonder vibrato,
oergeschikt voor dit repertoire. Daarbij
zong ze met een gemak alsof het haar
geen enkele moeite kostte. Een
zuivere, heldere, grote stem! Haar
aria’s waren even zovele hoogte-
punten.
‚Rejoice‘ klonk al verrassend, maar
toen moesten haar schitterene
vertolkingen van ‚How beautifull are‘
en ‚I know that my Redeemer liveth‘
nog komen! Wie haar weer wil horen
in deze muziek, moet meedoen aan de
scratch van de Messiah in het voorjaar
o.l.v. Danny Nootenboom in Leiden.
Huzarenstukje door Krashna
De ‚Messiah‘ mag dan tot een van de
geliefdste stukken behoren bij koren,
tot de gemakkelijkse behoort ze zeker
niet. Onder de 18 koorstukken zijn een
aantal hele pittige, zoals bv ‚Sure,He
hath borne our griefs‘. Maar ach, bij de
inzet van het eerste koor‘, ’And the
glory of the Lord‘, wist ik al dat het
goed zou komen met het koor van
Krashna. De 63 studenen moeten zich
naast hun studie ook serieus op deze
muziek gestort hebben. ZIj beheersten
hun partjen en konden daardoor onder
de rusttige hand van hun dirigent
Ruben de Grauw ook langs de
lastigste passages geleid worden zoals
bij ‚His joke is easy‘, bepaald geen
easy job.
Krashna Musika beschikt over
uitstekend stemmenmateriaal. Het koor
klinkt stteeds krachtig, jeugdig en
energiek. De sopranen zingen
moeiteloos, zuiver en hebben geen
problemen met de hoge A.
Op het mannenkoor van Kashna zal
menig koor jaloers zijn. Hoe krachtig
en sterk klonk het bij de inzet van ‚The
Lord gave the word‘.
Dirigent Ruben de Grauw
13
Dirigent Ruben de Grauw had met zijn
strakke maatslag zowel het koor als
orkest goed inde hand en had daarbij
veel aandacht voor dynamische
schakeringen.‘Glory to God‘ in een
utbundig fortissimo gevolgd door een
ingehouden pianissimo ‚and peace on
earth‘. En steeds was de zang
tranparant en waren de verschillende
partijenged te volgen. En dan was het
wel leuk dat voor dat overbekende
koor (Hallelujah) een spontaan
sympathiek applaus opklonk. Dat deed
echter geen recht aan de échte
hoogtepunten waarvoor niet
geapplaudiseed werd. Dat werd echter
allemaal goed gemaakt na afloop, toen
werkelijk minutenlang voor de
uitvoerenden geapplaudiseerrd werd.
‚Krashna Musika‘ kan ook deze
‚Messiah‘ bijschrijven in zijn reeks van
gedenkwaardige, grootse en
bijzondere concerrten.
Enthousiaste reacties na een zeer succesvol concert
DELFT BLUE
ZWEERT BIJ
PURE ZANG
Kamerrkoor 'Delft Blue' gaf als najaarsconcert een Kerstconcert op 9 december in de Lutherse kerk te Delft
In de hausse aan Kerstconcerten in
de stad deze dagen sprong dat van
kamerkooor ‚Delft Blue‘ er uit. De
titel, ‚O magnum Mysterium‘ deed al
vermoeden dat het hier niet zou
gaan om een concert met Kersthits,
ook niet om een tegenwoordig zo
populaire kerstsing-in met carols.
De Rembrandt op de poster (de
oude Simon in de tempel) wees daar
ook al niet op. Toch trok dit concert
een volle kerk met 130 bezoekers.
En dat bleken fijnproevers!
14
ZORGVULDIG
Het Programma
Zorgvudigheid, dat lijkt het handels-
merk van ‚Delft Blue‘. Er wordt daar
altijd zorgvuldig nagedacht over het
thema van een concert. In dit geval
was men gekomen op 3 Kerst-
symbolen: engelen, de geboorte van
Jesus en de roos. Het hart van het
programma werd gevormd door ‚O
magnum mysterium‘ (o groot
geheim). Dit van oorsprong gregori-
aanse gezang kreeg vervolgens een
uitvoering in zettingen van 3
verschillende componisten. Zo
ontstond een driedeling in het
programma, die afgescheiden werd
door harpspel. Wat een verbluffende
symetrie in het programma, wat
zorgvuldig! Wiskundigen bij ‚Delft
Blue‘?
Het repertoire
Ook hier weeer de grootste
zorgvuldigheid. Verwacht geen
bekende kerstliederen van ‚Delft Blue‘
Daar is het het koor niet naar. Het
zoekt liever het onbekende en koos
daarom dit keer componisten uit
verschillende taalgebieden en tijden.
Het Russisch moet daarbiij voor het
koor een uitdaging zijn geweest
evenals de muziek van onbekende
componisten als Leontovic,
Bortnijanski, Howells en Gjeilo. Dat is
de weg van ‚Delft Blue‘, het begaat
geen vaste paden, maar gaat
op avontuur.
De zang
Als er iets zorgvuldig is bij ‚Delft Blue‘
dan is het wel de manier waarop er
gezongen wordt. Dat was al meteen
duidelijk bij het openingsnummer ‚Ring
Christmas Bells‘ De vrouwen van het
koor zetten hier zo zuiver en mooi in
waarmeede toon was gezet voor een
bijzonder concert. Alle nummers
daarna werden zorgvuldig gezongen.
Te horen was hoe veel aandacht
geschonken wordt aan zaken als
stemvorming en intonatie. Ook de
goede dictie viel erg op. Soms legde ik
mijn tekstboekje wel eens weg, maar
kon het koor dan toch nog goed
verstaan. En wat waren de stemmen
goed op elkaar ingesteld. De zang was
steeds heel transparant, al denk ik wel
dat de tenoren best wat versterking
zouden willen gebruiken.En dan,
vrijwel alles werd a-capella gezongen.
Een geweldige prestatie. Dirigent
Peter van der Leeuw dirigeert ‚Delft
Blue‘ nu een jaar. Ik heb de indruk dat
hij het koor met vaste hand leidt. Hij
weet waar hij met ‚Delft Blue‘ naar toe
wil en de koorleden volgen zijn
aanwijzingen stipt op. Dat hij op het
conservatorium in Den Haag klassieke
zang studeerde, zal het koor ook goed
van pas komen.
Ook het harpspel van Reinilde Zevenbergen-Buy paste uitstekend in het programma
15
De presentatie
Als je zo mooi zingt als koor, zoals ‚Delft Blue‘vanmiddag deed, hoef je je niet druk te
maken om modieuze zaken als koorregie en choreografie. Er ging juist grote rust uit
van die statische opstelling van ‚Delft Blue‘. Ook de eenvoudige zwarte kleding met
wat voorzichtig blauw maakte een verzorgde indruk en getuigde ook al weer van
zorgvuldigheid.
Verdiend succes
Het is ondoenlijk hier alle nummers te bespreken, laat ik zeggen dat alles met grote
overtuiging, expessief en zeer welluidend gezongen werd. Alleen zou ik ‚There is no
rose‘ (Britten) liever zonder mannen gehoord hebben. Na afloop kwam het publiek
meteen overeind om een staande, lange ovatie te geven. Aan het geroep om een
toegift werd gehoor gegeven. Dat werd natuurlijk de hit ‚Riu riu chiu‘.
‚Delft Blue‘ zong vanmiddag o.l.v. Peter van der Leeuw op een bijna professioneel
niveau, waarvoor hulde.
EEN KORIGE LICHTJESAVOND
16
De 20e editie van de Lichtjeavond in Delft werd weer bezocht door duizenden
bezoekers. Voor het eerst werd het evenement georganiseerd door
evenementenbureau ‚de Burgemeesters‘. Zij hadden gezorgd voor veel
kerstmuziek met veel inbreng van koren, waaronder 7 FDZ-koren: koor van
‚Prins Hendrik‘, ‚New Sound‘ , Olofskoor‘, kamerkoor ‚Messa di Voce‘,
kamerkoor ‚Ars Vocalis‘, koor van ‚Krashna Musika‘ en ‚Musical en Popkoor
Delft.‘