4
De Maas: vroeger en nu . . . De Maas is een van de belangrijkste rivieren van Europa. De rivier begint in Frankrijk. Daarna stroomt ze door Belgie en Nederland, waar ze na 925 kilometer bij Rotterdam uitkomt in de Noordzee. Over de Maas is heel wat te vertellen. In Frankrijk is de Maas een beekje van een paar meter breed. Het water stroomt er rustig door weiden, wijngaarden en bossen. Maar dat verandert in Belgie. Daar komen grote rivieren uit in de Maas, zoals de Lesse en de Ourthe. Ook stroomt de rivier over rotsachtige bodem en hoog beboste hellingen. Daardoor kan het water maar moeilijk in de grond wegzakken en stroomt het meeste Maaswater meteen door naar Nederland. Logisch dus dat de Maas in ons land is uitgegroeid tot een grote, brede rivier. Regenrivier De Maas is een regenrivier. Al het water erin is afkomstig van regenwater. Sommige rivieren worden ook gevoed door smeltend gletsjerwater. Maar dat kan bij de Maas niet want er liggen nergens hoge bergen in de buurt. Dat de Maas soms heel veel regenwater moet afvoeren, blijkt uit de cijfers. Bij extreem hoog water stroomt er wel 3.000 kubieke meter water per seconde doorheen. Bij lage zomerstanden is dit nog geen 10 kubieke meter per seconde. Geen bochten meer Vroeger had de Maas veel bochten. Zoveel, dat de schippers met hun boten maar nauwelijks vooruit kwamen. Door al die bochten kon de Maas haar regenwater moeilijk afvoeren. Bijna elke winter trad de rivier buiten haar oevers. Over de dijk stroomde het Maaswater dan het aangrenzende land in. Soms werd de dijk bij lege polders zelfs opzettelijk verlaagd om rampen op een andere plek te voorkomen. Stuwen en sluizen Om de scheepvaart te helpen, werd de Maas in Nederland en Belgie gekanaliseerd. De bochten werden uit de rivier gehaald. Schippers konden hun route zo sneller afleggen. Ook kon het Maaswater makkelijker naar zee stromen, zodat het aantal overstromingen verminderde. Maar er waren ook nadelen. Het water liep zo snel naar zee, dat het op sommige plekken moest worden tegengehouden. Dit gebeurde met stuwen en sluizen. Daar kwam nog eens bij, dat de Maas door de kanalisatie een stuk korter was geworden! Omdat toch dezelfde hoeveelheid water moest worden afgevoerd, steeg de waterstand. Gelukkig komt het water bij een regenrivier zoals de Maas, zelden tot aan de dijken. .. .. .. LESBRIEF voldoende water [ 1 ] Regenrivier Lees deze tekst: Normaal is het water- peil van de Maas bij Megen zo’n vijf meter boven NAP. Er wordt dan ongeveer 400 m 3 water per seconde afgevoerd. Bij hoogwater kan de waterstand stijgen tot bijna acht meter boven NAP. De Maas moet dan meer dan 2.000 m 3 water per seconde afvoeren.

lesbrief_voldoende (PDF - 3427 kB)

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: lesbrief_voldoende (PDF - 3427 kB)

De Maas: vroeger en nu . . .De Maas is een van de belangrijkste rivieren van Europa. De rivier begint in Frankrijk. Daarna stroomt ze door Belgie en Nederland, waar ze na 925 kilometer bij Rotterdam uitkomt in de Noordzee. Over de Maas is heel wat te vertellen.

In Frankrijk is de Maas een beekje van een paar meter breed. Het water stroomt er rustig door weiden, wijngaarden en bossen. Maar dat verandert in Belgie. Daar komen grote rivieren uit in de Maas, zoals de Lesse en de Ourthe. Ook stroomt de rivier over rotsachtige bodem en hoog beboste hellingen. Daardoor kan het water maar moeilijk in de grond wegzakken en stroomt het meeste Maaswater meteen door naar Nederland. Logisch dus dat de Maas in ons land is uitgegroeid tot een grote, brede rivier.

RegenrivierDe Maas is een regenrivier. Al het water erin is afkomstig van regenwater. Sommige rivieren worden ook gevoed door smeltend gletsjerwater. Maar dat kan bij de Maas niet want er liggen nergens hoge bergen in de buurt. Dat de Maas soms heel veel regenwater moet afvoeren, blijkt uit de cijfers. Bij extreem hoog water stroomt er wel 3.000 kubieke meter water per seconde doorheen. Bij lage zomerstanden is dit nog geen 10 kubieke meter per seconde.

Geen bochten meerVroeger had de Maas veel bochten. Zoveel, dat de schippers met hun boten maar nauwelijks vooruit kwamen. Door al die bochten kon de Maas haar regenwater moeilijk afvoeren. Bijna elke winter trad de rivier buiten haar oevers. Over de dijk stroomde het Maaswater dan het aangrenzende land in. Soms werd de dijk bij lege polders zelfs opzettelijk verlaagd om rampen op een andere plek te voorkomen.

Stuwen en sluizenOm de scheepvaart te helpen, werd de Maas in Nederland en Belgie gekanaliseerd. De bochten werden uit de rivier gehaald. Schippers konden hun route zo sneller afleggen. Ook kon het Maaswater makkelijker naar zee stromen, zodat het aantal overstromingen verminderde. Maar er waren ook nadelen. Het water liep zo snel naar zee, dat het op sommige plekken moest worden tegengehouden. Dit gebeurde met stuwen en sluizen. Daar kwam nog eens bij, dat de Maas door de kanalisatie een stuk korter was geworden! Omdat toch dezelfde hoeveelheid water moest worden afgevoerd, steeg de waterstand. Gelukkig komt het water bij een regenrivier zoals de Maas, zelden tot aan de dijken.

..

..

..

lesbrief voldoende water [1]

RegenrivierLees deze tekst:

Normaal is het water- peil van de Maas bij Megen zo’n vijf meter boven NAP. Er wordt dan ongeveer 400 m3 water per seconde afgevoerd. Bij hoogwater kan de waterstand stijgen tot bijna acht meter boven NAP. De Maas moet dan meer dan 2.000 m3 water per seconde afvoeren.

Page 2: lesbrief_voldoende (PDF - 3427 kB)

1 Reken uit: a Hoeveel water stroomt er op een gewone

dag in een minuut tijd door de Maas bij Megen?

m3

b En hoeveel is dat bij hoog water?

m3

c Gemiddeld stroomt er 230 m3 water per seconde door de Maas. Dit gemiddelde is berekend over het hele traject van Frankrijk naar Nederland. Op een punt in België voert de rivier de gemiddelde hoeveelheid water af. In Megen voert de rivier 400m3 af. Hoeveel water voert de rivier dan af ergens op een punt in Frankrijk? Tip: zorg dat je op het gemiddelde uitkomt!

Een regelbare waterstandHet waterschap regelt de waterstand in beken, rivieren en sloten. Als er te veel water is, voert het waterschap water af. Voor drogere tijden bewaart het waterschap water en houdt het vast. Ze regelen de waterstand met stuwen en gemalen. Maar ook de inrichting van beken en rivieren wordt aangepast. Deze laten ze opnieuw slingeren. Dit is bijvoorbeeld gebeurd bij de Aa tussen Heeswijk-Dinther en ’s-Hertogenbosch.

2 Door de waterstand te regelen, zorgt het waterschap altijd voor voldoende water. Maar wat is voldoende water? Daarover lopen de meningen uiteen. Lees de teksten hiernaast en trek lijnen. Welke persoon hoort erbij?

marieke de wijstnatuurvereniging

willem snoekroeiliefhebber

henk van dorstlandbouwer

dorien vissersstedebouwkundige

Natte, drassige grond? Ik moet er niet aan denken! Mijn vee loopt te soppen en ik kan met mijn machines het land niet bewerken. Ook mijn maïs houdt niet van natte voeten. Nee, van mij mag het waterschap al dat overtollige water snel afvoeren.

We willen hier vlakbij de rivier een nieuw woningproject starten. Met mooie villa’s en luxe appartementen. Dan kunnen we het ons natuurlijk niet veroorloven, dat het gebied bij hoog water onderloopt. Ik zou tegen het waterschap willen zeggen: afvoeren dat regenwater. Zo snel mogelijk!

Brabant had vroeger veel natte beek-dalen en veengebieden. Daar groeiden bijzondere plantjes, zoals de orchidee, zonnedauw en slanke sleutelbloem. Die gebieden zijn allemaal verdroogd, maar gelukkig neemt het waterschap maatregelen om die natte natuurparels terug te brengen.

Mijn buurman en ik komen hier graag om te varen. Het is hier mooi: rustig, een fantastisch uitzicht. We houden van de natuur. Jammer genoeg kan dit niet het hele jaar door. In de zomer staat het water gewoon te laag. Het is natuurlijk niet leuk, als je telkens met je spaan vastzit in de blubber. Kunnen ze die waterstand eigenlijk niet beter regelen?

lesbrief voldoende water [2]

Woorden voor water Overal waar mensen werken, gebruiken ze speciale termen. Neem bijvoorbeeld een ziekenhuis. Daar hebben artsen en verpleegkundigen veel lastige woorden voor ziekten, apparaten en behandelingen. Zo moeilijk is het bij het waterschap natuurlijk niet. Maar het waterschap gebruikt wel verschillende termen voor water. Voor jou is water misschien gewoon water. Maar voor het waterschap maakt het veel verschil welk water bedoeld wordt.

Page 3: lesbrief_voldoende (PDF - 3427 kB)

Boeren en waterschap samen tegen verdroging

“Bij het waterschap regelen we de stand van het oppervlaktewater. Daarmee kunnen we ervoor zorgen, dat het in een gebied droger of natter wordt. In het verleden hebben we het water altijd zo snel mogelijk afgevoerd. Zo wilden we wateroverlast voorkomen. Maar de grondwaterstand is de laatste jaren flink gedaald. Grote delen van Nederland hebben te maken met verdroging en planten- en diersoorten sterven uit. Bij het waterschap proberen we de schade door verdroging nu te herstellen. In sommige gebieden houden we het water weer zoveel mogelijk vast.”

Grondwater metenHet waterschap werkt samen met boeren. Want terwijl boeren liever drogere grond willen, wil het waterschap de grond niet laten verdrogen.

een eigen stuwIn 1999 werkte het waterschap samen met de landbouworganisatie van Zuid-Nederland. Boeren die dat wilden, kregen stuwtjes voor de sloten op hun land. Deze stuwtjes houden het water tegen, waardoor het water in de bodem kan zakken. Zo helpen ze tegen verdroging. Bijzonder was dat de boeren de stuwtjes zelf mochten bedienen. Daardoor konden ze zelf bepalen wanneer het water weer mocht doorstromen. De proef was een succes. Inmiddels heeft waterschap Aa en Maas zo’n 1.100 stuwtjes geplaatst.

3 Twee belangrijke termen bij het waterschap zijn grondwater en oppervlaktewater. Wat denk jij: wat wordt daarmee bedoeld? En wat is het verschil tussen die twee? a Grondwater is:

b Oppervlaktewater is:

4 De Provincie zorgt voor het grondwater en het waterschap voor het oppervlaktewater. Grondwa-ter en oppervlaktewater hebben invloed op elkaar. Oppervlaktewater zakt de grond in en wordt grondwater. Ze hangen dus met elkaar samen. Weet jij hoe? Streep de foute woorden door. a Als het grondwater laag staat, is het in dat

gebied droog / nat. b Als het in een gebied nat is, staat het grond-

water er laag / hoog. c Als het in een gebied te nat is, moet het

waterschap het grondwaterpeil verhogen / verlagen.

d Als het waterschap het grondwaterpeil verhoogt, wordt het in een gebied natter / droger.

e Hoe langzamer het oppervlaktewater stroomt, hoe meer / minder water er in de bodem zakt. In dat gebied wordt het dus steeds droger / natter.

f Hoe minder water er in de bodem zakt, hoe droger / natter het in dat gebied wordt. Waarschijnlijk is er in dat gebied weinig oppervlaktewater of het oppervlaktewater stroomt er te snel / langzaam.

g Dus: stel, dat het in een gebied te nat is. Dan moet het waterschap de stand van het grondwater verlagen. Dit kan door het oppervlaktewater sneller / langzamer te laten stromen.

h En: als het in een gebied te droog is? Dan moet het waterschap de stand van het grondwater verhogen. Dit kan door het oppervlaktewater sneller / langzamer

te laten stromen.

Strijd tegen verdrogingDe droge sloot bij boer Creemers zet Aa en Maas aan het denken.

Volgens mij heb ik wel eens op het jeugdjournaal gehoord

dat Nederland verdroogt. In sommige gebieden is dat echt een probleem. Misschien kunnen

we meer informatie op internet vinden.

Hoe kan het nu dat er in die sloot bijna geen water zat?

Nederland is toch een waterland? En het regent hier hartstikke

vaak .

5 Aa en Maas praten verder met elkaar. Maar wat ze zeggen, klopt niet altijd. Weet jij welke uitspraken fout zijn? Streep er drie door: aa: Nederland is een heel nat land. Met dijken zorgt het waterschap ervoor, dat we

droge voeten houden. Maar soms moet het waterschap extra water in de bodem laten zakken. Anders wordt het hier weer veel te droog.

lesbrief voldoende water [3]

Page 4: lesbrief_voldoende (PDF - 3427 kB)

maas: Nederland een waterland? Nee hoor. Het wordt hier steeds warmer en er valt steeds minder regen. Daardoor verdroogt de grond. Als we zo doorgaan, wonen we straks nog in een woestijn.

aa: Het waterschap werkt vaak samen met boeren. Dat is ook logisch. Ze willen allebei hetzelfde: een droge grond.

aa: Boeren hadden het eerst gemakkelijker. Toen zorgde het waterschap ervoor, dat het water zo snel mogelijk wegging. Hun land was daardoor lekker droog. Nu moet het allemaal weer natter worden. Boeren moeten daaraan meehelpen.

maas: Weet je dat er al best veel planten en dieren uit Nederland zijn verdwenen? Jammer, want die komen natuurlijk nooit meer terug.

maas: Natter, droger, wat een gedoe. Maar ja, je kunt dingen ook niet zomaar laten gebeuren. Dan konden we hier niet met zijn allen wonen en leven. Het waterschap heeft echt een belangrijke taak.

Stuwen en gemalenOm de waterstand te regelen, gebruikt het waterschap stuwen en gemalen.

6 a Omschrijf in je eigen woorden. Tip: zoek op internet of in een (kinder)woordenboek. Wat is een stuw?

Wat is een gemaal?

b Wat wordt er gebruikt, als:

de grond te droog is? Een

de grond te nat is? Een

7 a Bekijk de poster. Waar liggen in jouw buurt gemalen?

Gemalen in/bij:

b Hoeveel stuwen denk je dat er in het gebied liggen?

8 Werk samen met een groepje kinderen. Kies samen een gemaal uit waar jullie meer over willen weten. Wat willen jullie weten? Hieronder hebben Aa en Maas al een aantal vragen bedacht: > Waar ligt het gemaal? > Hoe lang staat het gemaal er al? > Waarom moest daar een gemaal komen? > Hoe werkt het gemaal?

Waarschijnlijk willen jullie zelf nog veel meer weten. Bedenk zelf ook twee vragen:Onze vragen zijn:

9 Ga op zoek naar de informatie. Jullie kunnen bijvoorbeeld zoeken op internet. Maar jullie kunnen ook gaan praten met mensen die veel over het gemaal weten. Schrijf hieronder een stukje tekst over ‘jullie’ gemaal.

10 Maak op een apart vel een tekening van ‘jullie’ gemaal. Probeer de tekening zo te maken, dat je kunt zien hoe het gemaal werkt. Misschien kun je een bouwtekening maken? Of een dwarsdoorsnede?

Ken je museumgemaal Caners? Dit is het oude beheersgemaal. Het is nu

vervangen door gemaal Gewande. Je kunt het museumgemaal Caners ook bezoeken. Dat is tof joh.

Er liggen veel oude gereedschappen. En ze laten zien hoe de oude

dieselmotor werkt.

lesbrief voldoende water [4]

2008 © Waterschap Aa en Maas