Upload
tranquynh
View
228
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Lesmap ‘1001 nacht’ Kunstencentrum De Werf Brugge
Evelyne Seys en Annelore Van Brabant Hogeschool West-Vlaanderen Departement lerarenopleiding
2
1001 NACHT
3
1001 NACHT
Inhoudstafel
Voor de toneelvoorstelling .................................................................................................................. 4 Codes in het theater ....................................................................................................................................................................... 5
Hoe kwam de voorstelling '1001 nacht' tot stand?.................................................................................................................... 9
1001 nacht ....................................................................................................................................................................................... 12
Muziekinstrumenten in „1001 nacht‟ ........................................................................................................................................... 15
Na de toneelvoorstelling ................................................................................................................... 19 Mannen en vrouwen in „1001 nacht‟ ............................................................................................................................................ 20
Schrijf je eigen recensie .............................................................................................................................................................. 23
Hoorspel .......................................................................................................................................................................................... 28
4
1001 NACHT
Voor de theatervoorstelling
5
1001 NACHT
Codes in het theater 3de graad Voordat je naar het theater gaat, is het belangrijk dat de leerlingen weten wat ze wel of niet mogen doen tijdens een voorstelling. Hieronder vind je enkele codes en een lesidee met de uitleg.
Doelstellingen
Het opnoemen van de verschillende afspraken waaraan je je moet houden tijdens een voorstelling.
De juiste afspraak bij het juiste pictogram zetten. Het tekenen van een eigen afspraak op een bierkaartje. De afspraken nakomen tijdens de voorstelling.
Codes Als je naar een voorstelling gaat:
moet je op tijd komen, moet je je gsm afzetten; mag je niet eten of drinken. Je kan dit wel doen als er een pauze voorzien is; moet je stil zijn als het donker wordt; mag je niet praten, zodat je anderen niet stoort; mag je die al dan niet leuk vinden, maar je mag anderen daarbij niet storen; kan je op het einde al dan niet applaudisseren om te tonen aan de acteurs of je de voorstelling al dan niet mooi
vond; ...
Lesidee
Inleiding Vooraf kan je een klasgesprek houden over codes die bij een voorstelling horen. Ze kunnen over hun eigen ervaringen spreken, die ze opgedaan hebben door zelf eens op te treden (spreekbeurt, schooltoneel, dansoptreden, …) of die ze kennen doordat ze al eens naar een voorstelling zijn geweest. Als leerkracht kun je hen daarbij ook helpen door voorbeelden te geven of vragen te stellen.
Wie is er al naar een voorstelling geweest? Naar welke voorstellingen zijn jullie geweest? Was er een vestiaire? Wat hebben jullie met jullie gsm gedaan? Wat gebeurde er toen het donker werd in de zaal?
6
1001 NACHT
Zijn er mensen die gebabbeld hebben tijdens de voorstellingen? Waarom stoorde jullie dat? Wat hebben jullie in de pauze gedaan? Is er een gsm afgegaan in de zaal? Waarom is dat niet leuk? Hoe voelden jullie je als er werd geapplaudisseerd? Laat iemand een gedicht voorlezen waarbij de klas eerst luidruchtig is en daarna stil. Daarna kan je beide
situaties vergelijken. o Wanneer kon je de leerling het best horen? o Hoe voelde jij je toen iedereen zo luidruchtig was? o Hoe voelde jij je toen iedereen stil was?
...
Midden Op pagina 7 vind je een werkblaadje waarop pictogrammen met hun bijhorende tekst staan (werkblad 1). Het is de bedoeling dat de leerlingen het juiste pictogram met de juiste tekst verbinden. Duidt een leerling aan die zegt welk pictogram bij welke tekst hoort. Je kan deze pictogrammen en teksten eventueel vergroten om aan het bord te hangen en de oefening daar op te lossen. (bijlage 1 – pagina 7) Laat nu de leerlingen een afspraak tekenen op een bierkaartje. Daarna kan je deze bierkaartjes op een groot vel papier kleven zodat er een affiche van de afspraken ontstaat, die kan dan opgehangen worden in de klas.
Slot Laat de leerlingen naar de afgewerkte affiche kijken. Bespreek enkele afspraken die op de bierkaartjes staan. Misschien zitten er nieuwe tussen. Daarna kan je de belangrijkste afspraken nog eens herhalen. Kort voor je naar de voorstelling gaat, kun je het verbindingsspel nog eens spelen of kun je de affiche nog eens overlopen.
7
1001 NACHT Bijlage 1
Gsm afzetten tijdens een voorstelling.
Stoor de anderen niet .
Niet eten of drinken tijdens een voorstelling.
Kom op tijd, dan stoor je het publiek EN de acteurs niet.
Als je iets niet mooi vindt, hoef je dit niet te roepen.
8
1001 NACHT Werkblad 1
1001 nacht
Verbind de zinnen met het juiste pictogram. Als je iets niet mooi vindt, hoef je dit niet te roepen. o o Niet eten of drinken tijdens een voorstelling. o o Stoor de anderen niet. o o Kom op tijd, dan stoor je het publiek EN de acteurs niet. o o Gsm afzetten tijdens een voorstelling. o o
9
1001 NACHT
Hoe kwam de theatervoorstelling '1001 nacht' tot stand?
3de graad Het zijn niet enkel de acteurs die een voorstelling tot stand brengen maar nog heel wat andere mensen. Met dit lesidee willen we de leerlingen bijbrengen wie er nog meewerkt om een theatervoorstelling op de planken te brengen en hoe dit juist in zijn werk gaat.
Doelstellingen Vertellen over de eigen ervaringen in het theater. Belangrijke feiten uit een filmpje halen en opnoemen. Het proces van een voorstelling opsommen. Uitbeelden van een bepaald personage. Raden van verschillende woorden.
Lesidee Inleiding Je houdt een klasgesprek met de leerlingen over de verschillende theatervoorstellingen waar de leerlingen al eens naartoe zijn geweest. Je stelt hen enkele vragen.
Wie is er al naar een voorstelling geweest? Welke? Waar? Wie werkt er allemaal mee aan een theaterproductie? Vinden de acteurs de theatervoorstelling uit of doet iemand anders dat? Wie zorgt er voor het decor, het licht, het geluid, de kostuums ... ? ...
Midden Je toont het filmpje (zie cd nr. 1). Het is een film over hoe de theaterproductie '1001 nacht' tot stand is gekomen. Het begint bij een auteur die de vertellingen van „1001 nacht‟ aan het lezen is om informatie op te zoeken om zijn stuk te schrijven. Je ziet ook de componist die de muziek aan het schrijven is voor bij het stuk. De zoektocht naar de regisseur, acteurs, muzikanten, … is er ook op te zien. Eigenlijk vertelt het filmpje de evolutie van het stuk van het begin tot de première. Je bespreekt samen met de leerlingen het filmpje en daarna vullen ze het werkblaadje in. (werkblad 2 – pagina 11)
Slot Om deze les af te sluiten kun je enkele spelletjes spelen. Uitbeelden Er komt een leerling naar voor en die krijgt de opdracht om een bepaald personage uit het theater uit te beelden. De andere leerlingen moeten raden welk personage (acteur, regisseur, schrijver, componist, muzikant, …) het is.
10
1001 NACHT
Galgje Schrijf een aantal personages uit het theater op verschillende blaadjes. Er komt een leerling naar voor en die trekt een personage. De leerling schrijft het aantal letters in streepjes op het bord. (muzikant wordt _ _ _ _ _ _ _ _ ) Daarna zegt elke leerling om beurt een letter. Als er een leerling het juiste antwoord weet, is hij/zij de winnaar en mag die een ander personage trekken.
11
1001 NACHT Werkblad 2
1001 nacht
Verbind het juiste cijfer met het juiste zinnetje Het stuk wordt ingeoefend o o 1 Op zoek naar de acteurs en muzikanten o o 2 De auteur schrijft het toneelstuk o o 3 De voorstelling begint o o 4 De schrijver leest boeken o o 5 Op zoek naar de regisseur o o 6 De componist schrijft de muziek o o 7 Er wordt nagedacht over decor, belichting, kostuums en muziek o o 8
12
1001 NACHT
1001 nacht
3de graad Doelstellingen
Enkele sprookjes opnoemen. Enkele feiten die te maken hebben met „1001 nacht‟, opnoemen. Een fantasieverhaal met de hele klas bedenken. Een fantasieverhaal individueel bedenken en opschrijven.
Lesidee
Inleiding Je vertelt de leerlingen dat je naar de voorstelling „1001 nacht‟ gaat. Je vraagt aan de leerlingen of ze al eens van „1001 nacht‟ gehoord hebben. Laat ze een paar dingen vertellen. Waarschijnlijk zullen ze het over Aladdin of Ali Baba hebben. Je vraagt aan de leerlingen of ze andere sprookjes kennen. (Assepoester, Sneeuwwitje, De Kleine Zeemeermin, ...) Je legt uit aan de leerlingen hoe sprookjes er gekomen zijn en waarom. Het woord 'sprookje' is afgeleid van het middeleeuwse woord 'sproke', dat verhaal of vertelling betekent. Ze bestaan al honderden jaren en zijn ontstaan doordat de mensen de sprookjes aan elkaar doorvertelden. Niemand weet dan ook wie de sprookjes ooit verzonnen heeft. Vroeger werd er vaker uit het geheugen verteld, dit waren dan meestal waargebeurde geschiedenissen en sagen. Sprookjes waren voor volwassenen bedoeld en waren vooral gruwelijk en wreed. Daarna waren sprookjes bedoeld als waarschuwingsverhalen die kinderen bang moesten maken voor gevaar. Ze hadden en hebben een opvoedkundige waarde. Ook laten sprookjes de situatie zien van het gewone volk in vroegere tijden. De armen werden dikwijls uitgebuit. Ze konden zich daar tegen alleen maar in verhalen verzetten. Je vertelt nu aan de leerlingen dat de voorstelling '1001 nacht' ook de oorspronkelijke versie zal zijn en dus een beetje griezelig. Je toont de oorspronkelijke tekst van een sprookje aan de leerlingen. Je kan die tekst op pagina 14 vinden. (bijlage 2)
Midden Je laat het filmpje (zie cd nr. 2) zien waarin flarden van de voorstelling te zien zijn. Je ziet de muzikanten die op hun instrumenten spelen, het decor, de acteurs die aan het repeteren zijn, … Je vraagt aan de leerlingen wat ze allemaal in het filmpje gezien hebben. Je probeert met de klas te voorspellen wat er zal gebeuren tijdens de voorstelling. Je doet dit aan de hand van een verhalenspel (uitleg, zie hieronder), want vroeger werden de sprookjes ook verteld.
13
1001 NACHT
Iedereen zit in een kring. Je start met een kort verhaal dat met het filmpje te maken heeft. De leerlingen vullen het verhaaltje aan zodat er een verhaal ontstaat die door de hele klas is samengesteld. Voorbeeldje: Je start met een zelfgemaakt zinnetje. (Vb: Op een dag liep er een meisje door de woestijn. Ze keek naar de hemel en zag opeens iets in de lucht. …) De leerlingen proberen om beurt een stukje bij te voegen zodat ze hun eigen verhaal verzinnen. Zo komt de klas tot een verzonnen verhaal. Nu moeten de leerlingen individueel een verzonnen tekstje schrijven rond het filmpje.
Slot De leerlingen die willen mogen hun stukje tekst op een expressieve wijze voorlezen voor de klas. De leerling die zijn tekst voorleest, moet zijn tekst in een bepaalde emotie lezen (boos, blij, verdrietig, bang, verliefd, …) die jij hem oplegt.
14
1001 NACHT Bijlage 2
15
1001 NACHT
Muziekinstrumenten in „1001 nacht‟
3de graad Doelstellingen
Fantaseren bij het horen van een muziekstuk Een eigen fantasieverhaal uitbeelden op muziek Muziekinstrumenten opsommen die je in een muziekstuk hoort Spelen van een memoryspel over muziekinstrumenten
Lesidee
Inleiding Eerst laat je een muziekstuk (zie cd nr. 3) uit de voorstelling '1001 nacht' horen. Daarna laat je het nog eens horen. Nu moeten de leerlingen hun ogen sluiten terwijl de muziek speelt. Je stuurt de leerlingen met vragen tijdens het muziekstukje.
Hoe voel je je bij deze muziek? In welk land bevind je je? Zijn er andere mensen bij je? Zijn er misschien dieren in de buurt? ...
Je laat de leerlingen ervaringen tijdens de muziek vertellen. Vervolgens laat je het muziekfragment nog eens spelen. Nu moeten de leerlingen hun eigen verzonnen verhaal uitbeelden. Midden Je laat de leerlingen het muziekfragment nog eens horen. Je zegt tegen de leerlingen dat ze extra goed moeten letten op de muziekinstrumenten die ze horen. De leerlingen sommen de muziekinstrumenten op die ze herkennen in het fragment. Je hangt de afbeeldingen van alle instrumenten aan het bord of je toont eventueel de echte instrumenten die in het fragment aanwezig zijn. Je bespreekt ze samen met de leerlingen en schrijft de namen erbij.
Gong: het is een slaginstrument (ideofoon). Het is een instrument van Oost-Aziatische (dit kan je tonen op een wereldkaart) afkomst, die een specifieke toonhoogte kan hebben. De bouw kan variëren van een rond gekromde schotel, tot die van een rechthoekige metalen plaat. Hij wordt met een vilten metalen of houten klopper bespeeld.
Cimbalen: het is een slaginstrument (ideofoon). Het bestaat uit een ronde iets gekromde metalen schijf, die in het midden opgehangen is of met een riem wordt vastgehouden. Je kan ze tegen elkaar slaan of je kan er met een drumstok tegen slaan. Het werd vroeger gebruikt als afschrikkingswapen.
Marokkaanse trompet: het is een langwerpig blaasinstrument afkomstig uit Marokko. Je bespeelt het door er krachtig op te blazen. Het instrument heeft geen toetsen of kleppen.
16
1001 NACHT
Elektrische gitaar: het is een gitaar die doorgaans geen klankkast heeft, maar zijn geluid uiteindelijk produceert door middel van een versterker of luidspreker. Je bespeelt het door met je vingers op de snaren te tokkelen.
Accordeon: is een instrument dat behoort tot de aerofonen. Je bespeelt het instrument door op de toetsen te tokkelen, het werkt zoals een mondharmonica: door de accordeon uiteen te trekken en ineen te duwen, gaat er lucht in het instrument die zorgt voor de klanken. In de kast van de accordeon zitten de tongen die het geluid voortbrengen. Wanneer een toets of knop wordt ingedrukt, stroomt de lucht langs één of meer tongen waarbij deze gaan trillen en het geluid ontstaat.
Slot Om de les af te sluiten speel je een memoryspel (bijlage 3 – pagina 17 en 18) met muziekinstrumenten op. Je kan deze een aantal keer afdrukken om de leerlingen in groepjes te laten spelen. Op de ene kaart staat er een afbeelding van het instrument en op de andere kaart staat de naam van het instrument.
17
1001 NACHT Bijlage 3
Marokkaanse trompet
accordeon
gong
Cimbalen
18
1001 NACHT Bijlage 3
Elektrische gitaar
19
1001 NACHT
Na de theatervoorstelling
20
1001 NACHT
Mannen en vrouwen in de samenleving
3de graad
Doelstellingen Opnoemen van de stereotype rollen van de vrouw in de maatschappij Opnoemen van de stereotype rollen van de man in de maatschappij Je mening zeggen op een respectvolle manier
Lesidee In de theatervoorstelling zie je een duidelijke vijandschap naar vrouwen toe. Daarom is het belangrijk om hier mee te werken na de voorstelling.
Inleiding De prins is op zoek naar “het geheim van meisjes”. Rond de leeftijd van 9 jaar beginnen jongens en meisjes ook te verschillen van elkaar. Ze beginnen groepjes en kliekjes te vormen, ze gaan op zoek naar andere kinderen die hun interesses delen. En liefst zijn dit kinderen van hetzelfde geslacht. Met de klas doe je een klasgesprek over het verschil tussen mannen en vrouwen. Een moeilijkere uitleg hiervoor is genderrollen in de maatschappij. Probeer ook stereotiepen in deze les te verwerken. Om rond dit onderwerp te werken, zit je het best in een kring.
Een korte inleiding die je kan geven: In de maatschappij, in jullie omgeving, bij jullie thuis heeft iedereen een andere rol. Je mama zorgt voor de hond, je papa maakt het eten of je mama maakt het eten of misschien woon je wel helemaal ergens anders! Ook in het verhaal merk je dit. De mannen kiezen een vrouw om mee te trouwen, de vrouw zorgt voor de kinderen en moeten luisteren naar de man. Iets anders dat je ook veel zal tegenkomen zowel in jouw omgeving als op tv zijn stereotiepen. Dit is een heel moeilijk woord! Een voorbeeldje ervan is: jongens huilen niet en meisjes wel. Of meisjes vechten niet, alleen jongens.
De bedoeling bij zo‟n klasgesprek is dat de leerlingen zich veilig voelen, je moet een sfeer van vriendelijkheid en openheid creëren. Zorg dat de leerlingen dit weten. Iedereen mag zijn of haar mening uiten zolang dit op een manier is die niemand kwetst.
Om het klasgesprek te leiden kun je een aantal stellingen (bijlage 4 - pagina 22) in een doos stoppen en daar kunnen de leerlingen eentje uit trekken. Je laat even de tijd om de leerlingen te laten nadenken over hun stelling. Daarna kan je beginnen met vrijwilligers of aanduiden wie zijn stelling eens voorleest aan de klas. Elke leerling krijgt ook een rood kaartje en een groen kaartje. Een rood kaartje is voor als je niet akkoord bent, een groen voor als je wel akkoord bent. Daarna mogen de andere leerlingen hun mening over die stelling geven, als leerkracht kan je nog bijkomende vragen stellen om het gesprek te sturen:
o Jongens, wat vinden jullie van meisjes, wat is er typisch denken jullie? o Meisjes, wat vinden jullie van jongens, wat is er typisch denken jullie?
21
1001 NACHT
o Wie is er akkoord en wie is er niet mee akkoord? o Wie kan een ander voorbeeldje geven zoals die stelling?
Midden Bij deze activiteit gaan de leerlingen in hun nabije omgeving op zoek naar stereotiepen en voorbeelden van de rol van mannen/vrouwen in de samenleving. Je geeft aan de kinderen een aantal folders, tijdschriften waarin je stereotiepen/genderrollen kan vinden. Dus als er een afbeelding te vinden is van bijvoorbeeld een man die thuis de vloer poetst is dit zeker goed! Het doel van deze opdracht is dat de leerlingen kritischer leren kijken naar reclames en dergelijke. Ze zullen zien dat er veel stereotiepen verwerkt zijn in de media maar dat men er naar toe werkt om dit tegen te houden. Je kan werken met tijdschriften zoals de Flair of Feeling, hobbytijdschriften. Daarbij kan je ook verwijzen naar hoe een tijdschrift aangeboden wordt. Meer naar vrouwen, meer naar mannen? Waarom? De opdracht is dat de leerlingen in de folders en tijdschriften zoeken naar stereotiepen, de rol van de man, de rol van de vrouw,… Die kleven ze op een groot blad en ze schrijven hun mening er bij. Een voorbeeld Een prent met een vrouw die kookt en dan kunnen de leerlingen schrijven: “Soms kookt papa en hij zorgt soms voor de was,..” In het slot wordt alles besproken en dan zullen de leerlingen merken dat er heel wat verschillen zijn bij de andere kinderen thuis.
Slot Alle knipsels worden in het midden van de kring gelegd en elk groepje toont zijn werk. Ook geven de leerlingen argumenten en uitleg bij hun werkje. Het is opnieuw belangrijk de veiligheid te benadrukken bij zulke oefeningen. Het is niet de bedoeling iemand uit te lachen of gemeen te doen als je niet akkoord bent.
22
1001 NACHT Bijlage 4
Stellingen
Vrouwen kunnen niet parkeren.
Meisjes die blond zijn, zijn dom.
Jongens huilen niet.
Jongens lossen alles op met vechten.
Jongens spelen met auto‟s en meisjes met poppen.
Alleen vrouwen moeten het huishouden doen.
Vrouwen kennen niks van voetbal.
De nieuwe man is “homo”.
Vrouwen kunnen geen kaart lezen.
Mannen zorgen voor het inkomen.
23
1001 NACHT
Schrijf je eigen recensie 3de graad
Doelstellingen Je mening geven over een theatervoorstelling. Schrijven van je eigen mening. Zinsopbouw en spelling controleren. Zorgen voor een zinvolle tekstopbouw (inleiding, midden en slot).
Lesidee
Inleiding Je houdt een kort gesprek over wat de leerlingen over de theatervoorstelling vonden.
Wat hebben jullie gezien toen jullie binnenkwamen? Wat vond je van het decor? Welk instrument vond je mooi klinken? Welk stukje vond je mooi in het verhaal? Waarom? Vond je een stukje griezelig? Welk stukje? Waarom? Vond je het decor goed of kon het beter? Wat zou jij eraan veranderen? …
De bedoeling is dat de leerlingen hier al een mening opbouwen om dan aan hun schrijfopdracht te beginnen. Je toont hen enkele voorbeelden van recensies van theatervoorstellingen, muziekgroepen, films, …. (bijlage 5 – pagina 25, 26 en 27) In de krant of tijdschriften vind je ook recensies van films, boeken en toneelvoorstellingen. Deze kun je ook tonen. Je legt uit dat een recensent de recensies schrijft. Je zegt dat recensies de mening van 1 of meerdere personen weergeven. Een recensie is daardoor relatief.
Midden De leerlingen krijgen elk een werkblaadje (werkblad 3 – pagina 24). Je legt uit dat ze nu zelf een recensie mogen schrijven. Ze mogen opschrijven wat ze mooi vonden en wat ze minder mooi vonden. Ze kunnen eventueel ook een oplossing/suggestie geven aan de auteur, regisseur, … voor de negatieve punten.
Slot De recensies worden op een groot karton gekleefd met als titel …… dat kan dan aan de muur of in de gang gehangen worden.
24
1001 NACHT Werkblad 3
Recensent: ……………………………………………………………………….. Mijn recensie gaat over de voorstelling „………………………………‟ ………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
25
1001 NACHT Bijlage 5
Een recensie van een muziekgroep
Sonic Youth te eenzijdig om te overtuigen in de AB (**)
Alleen doorgewinterde fans beten hun tanden niet stuk
op Sonic Youth, donderdagavond in een uitverkochte
AB. De New Yorkers waren op verschillende vlakken
kort van stof: na anderhalf uur floepten de zaallichten
alweer aan, en van interactie met het publiek was
nauwelijks sprake. Maar vooral de eenzijdige
nummerkeuze was een doorn in het oor: hun laatste
werkstuk 'The Eternal' kaapte alle aandacht weg,
terwijl ouder werk slechts sporadisch zijn weg vond
naar de set.
Waarom beknotte Sonic Youth zichzelf zo? In Brussel besloot
het befaamde noisekwartet om zijn zestiende plaat -
experimentele tussendoortjes en kliekjesverzamelingen niet
meegerekend - bijna integraal door de set te jagen.
Superieur werk ontbreekt
Een schimmige keuze, als je bedenkt dat die laatste worp
weliswaar overtuigt, maar Thurston Moore en co inmiddels
kunnen kiezen uit bijna drie decennia aan klasbakken. Toch
viste de groep nauwelijks één keer het legendarische
'Daydream Nation' op ('Cross the Breeze') en kon je fluiten
naar superieur werk uit 'Goo', 'Dirty', 'Confusion is Sex' of
'Washing Machine'.
Niet dat je van meet af aan rouwig was om hun eigengereide
beslissing: met de binnenkomer 'No Way' kreeg je een stevige
oplawaai voor de kiezen, en de hitsige zang van Kim Gordon in 'Sacred Trickster' bewees dat
ze je libido met niets meer dan een kreun of zuchtje in kronkelende banen kan leiden. De
weinig mondige band werd bovendien overtuigend aangevuld met voormalig Pavement-bassist
Mark Ibold. Die bleek na de opnames van 'The Eternal' ingelijfd om Gordon te ontlasten aan de
vier snaren. Zij speelde voornamelijk gitaar, waardoor het geluid van Sonic Youth eens zo
potig klonk.
Wassen standbeelden
Spijtig genoeg bleek een dreinerige versie van 'Massage the History' dan weer van alle chemie
ontdaan, waardoor we ons al na een minuut of drie steendood verveelden - en eigenlijk leek je
hetzelfde te mogen zeggen van de wassen standbeelden die op het podium hun gitaren
afbeulden.
In de set viel ook te goed op dat publieksfavoriet 'Stereo Sanctity' uit 'Sister' eerder voor een
schitterend hoogtepunt zorgde, naast de verschroeiende uitsmijter 'Death Valley '69'.
Niet dat we van Sonic Youth eisten om blind te teren op dat soort culthits, of zich te
degraderen tot juxebox. Maar een setlist waarbij de paardenkleppen afgezet werden, had
absoluut gemogen. Toch voor een collectief dat al jaren een eindeloze rij topsongs aan elkaar
kan rijgen. (Gunter Van Assche)
Bron: de Morgen
(Foto Alex Vanhee)
26
1001 NACHT Bijlage 5
Recensies van films
Astro boy
In Metro City, een idyllisch stadje op een Aarde die
een immense afvalberg geworden is, waken de robots
over het welzijn van de mensen. Toby, de zoon van
Tenma, het wetenschappelijke genie dat deze stad
creëerde, sterft per ongeluk. Tenma integreert de ziel
van zijn zoon in het lichaam van een kleine robot met
buitengewone gaven. Als cultpersonage in Japan en
voor heel wat manga fans en fans van oosterse
animatie, kon het niet anders of het personage van
Tezuka zou op een dag zijn geluk beproeven in
Hollywood. Dit is een soort Pinokkio 2.0 die zijn
conditie als pop aanvaard heeft en die iets te
enthousiast is om technologisch gepimpt te zijn. Astro
Boy is een superheld die strijdt voor vrede,
rechtvaardigheid en verdraagzaamheid in een wereld
waar robots dikwijls gediscrimineerd worden door de
mensen. Maar in tegenstelling tot de lieftallige robot
ontbreekt het deze filmadaptatie op wrede wijze aan
een ziel. De 3D versie van de personages uit het
oeuvre van Tezuka mag dan vrij overtuigend zijn, het
geheel verzandt in een heel artificiële grafische
weergave, een gebrek aan originaliteit en,
verbazender, spektakel. We bevinden ons hier heel ver van de Pixar kwaliteit. Dit is bedoeld
voor een heel jong publiek. Alleen de hilarische gesprekken van de drie robots zullen de
volwassenen eventjes boeien.
Bron: www.cinebel.be
Ponyo
De film ‘Ponyo on the Cliff by the Sea’ is in Japan
in korte tijd uitgegroeid tot één van de meeste
populaire. Het verhaal gaat over het kleine
goudvisje Ponyo die vriendschap sluit met een
vijfjarig jongetje. Haar liefste wens is om een
echt meisje te worden en bij Suseke te blijven.
Op enorme golven lijkt ze haar doel te bereiken,
maar het verhaal neemt een magische wending.
Het goudvisje Ponyo vertedert de kijker en ook
haar vriendje Suseke heeft een schattig
karakter. Hoewel het verhaal soms een beetje
rommelig is blijft het een leuke film voor jonge
kinderen. De film ‘Ponyo on the Cliff by the Sea’
is gemaakt door Hayao Miyazaki, een van de
bekendste makers van Japanse tekenfilms. Zijn films gaan meestal over een sterk meisje of
een sterke vrouw. Spanning, vriendschap en magie voeren in deze productie de boventoon.
Een film die je niet mag missen! Bron: www.dagjewel.be
27
1001 NACHT Bijlage 5
Een recensie van een theatervoorstelling
Een veeg uit de kribbe - eigenzinnig kerstverhaal (Liv Laveyne)
In den beginne was er het woord. En sindsdien is de mens niet gestopt met preken. Wanneer
Rik Teunis en Frank Adam als twee patertjes hun bijbel boven het altaar openslaan, vrezen we
het ergste. Maar dan licht achter hen een ezelsoor op als relikwie en wordt het altaar een dj-
tafel. Waar de kerk leeg van is, loopt dit kindertheater van over: fantasie, onrechtlijnigheid, pijnlijke waarachtigheid en humoristische relativeringszin.
Regisseur Teunis en schrijver Adam brachten vorig seizoen de theatervoorstelling Mijn mond
eet graag spinazie maar ik niet op de planken: een goochelaarsshow waar speciale effecten
met licht, klank, kleur en vooral véél rook een onoriginele poppenkast dienden te verhullen.
Gelukkig hebben beider heren dat 'snoepwinkelkindertheater' ditmaal uitgepuurd tot een hoorspel in Wat de ezel zag.
Toen Adam luisterde naar Haydns strijkkwartet 'De zeven laatste woorden van onze Verlosser
aan het kruis' vroeg hij zich in een verdwaald moment af wat dan wel Jezus' eerste zeven
woorden mochten geweest zijn. Onderwijl ontfermde hij zich over de ezel met één oor die hij
in een kerststalletje op de rommelmarkt had aangetroffen. Deze gebeurtenissen zouden de basis vormen voor zijn boek Wat de ezel zag.
"'t Is ene met een hoek af", zeggen ze in West-Vlaamse contreien over iemand die niet goed
wijs is. Zo denkt ook de goegemeente in dit alternatieve kerstverhaal over de ezel die een
stem hoort die de komst van een Messias met een piemelke voorspelt. In de stal ruziën Maria en Jozef onderwijl over de naam van het kindeke. Tot zover de 'vrij getrouwe' bijbelversie.
Dan krijgt het gezelschap nog meer volk over de aangestampte aarden vloer: een Antwerpse
commandant met tandpijn en een geest die ontsnapt is uit het kookboek. De rovers Ali, Olie en
Eddy willen zich uitgeven voor drie wijzen. De wijzen hanteren de VN-methode ("We blijven op
een afstandje, alleen als er echt problemen zijn, komen we op uw bakkes slaan"). Wat de ezel
zag is meer dan kolder met een doordacht gebruik van filmische opgangen en inventieve
muzikale humor. Zelfs enige Verfremdung is het stuk niet vreemd wanneer Adam en Teunis
een passage hernemen omdat het ene personage niet meer 'mee' is met de vertelling. Het
hoeft niet gezegd dat dit toneel niet enkel de kinderlijke fantasie aanspreekt, maar soms
geflipter is dan de Monty Python-humor à la The Life of Brian met referenties aan duizend-en-
een-nacht, Ezeltje Strekje, de bijbel en andere literair groot geschut doorspekt met
levenswijsheden. "Woorden zijn als maskers, ze dienen om te verstoppen wat we bedoelen", verkondigt Adam Zijn Boodschap.
Een oprechte, ontroerende en poëtische ontknoping vormt de kroon op het werk, en dat is
meer dan gelijk welke koning in een Royality-special poogt te bereiken. "Papa, die twee
mijnheren konden veel verschillende stemmetjes nadoen", zegt het kleine meisje achteraf. "Ja,
het was een stuk om bij na te denken, poppetje", antwoordt de vader. Zie, bij een voorstelling
als Wat de ezel zag maakt het misschien niet eens uit op welk niveau jong en oud elkaar
vinden, zolang ze elkaar maar vinden.
Bron: www.demorgen.be
28
1001 NACHT
Hoorspel
3de graad
Doelstellingen Vertellen wat muziek, kledij en belichting teweegbrengen bij een voorstelling. Een bepaalde emotie herkennen in een verhaal, muziek, bij belichting en bij kledij. Een tekst, zin of eigen naam met een bepaalde emotie spelen. Muziek met een bepaalde emotie brengen. Belichting en kledij maken een bepaalde emotie los. Een stuk spelen voor een groep mensen.
Lesidee In deze les willen we de leerlingen duidelijk maken dat muziek, belichting en kledij een voorstelling kleuren.
Inleiding Je leest een stuk tekst (bijlage 8 – pagina 33) uit de voorstelling „1001 nacht‟ voor aan de kinderen zonder extra‟s (geen muziek, kledij, …). Daarna lees je hetzelfde stuk tekst voor maar de lichten zijn uit en er brandt enkel een kaars, er speelt een achtergrond muziekje dat het stukje extra spannend maakt en je verkleedt je. Je vraagt aan de leerlingen om de twee opvoeringen te vergelijken.
Welke voorstelling vonden jullie het spannendst? En waarom? Waarom is het spannender als je een kaars laat branden in plaats van gewone lichten? Hoe werd de muziek gespeeld en de tekst gelezen om de voorstelling spannender te maken? (traag, vlug, luid,
stil, plotse stiltes, …) …
Midden De leerlingen staan in een kring. Elke leerling trekt een blaadje uit een potje waarop er een bepaalde emotie staat (blij, boos, verdrietig, verliefd, bang, slaperig, eentonig, superenthousiast, …). Daarna zegt iedere leerling om beurt zijn naam in die emotie die hij getrokken heeft. De leerkracht begint hiermee. Je herhaalt deze oefening een paar keer tot de leerlingen goed opgewarmd zijn. (bijlage 6 – pagina 30) Nu moeten de leerlingen zelf een hoorspel maken. Ze krijgen een verhaal uit de voorstelling „1001 nacht‟ (bijlage 9 – pagina 32). Je verdeelt de leerlingen in groepjes van 4 of 5 leerlingen. De leerlingen krijgen de volgende opdrachten mee:
Kies een emotie om het verhaal te spelen. (blij, verdrietig, boos, bang, verliefd, …) Verdeel de rollen (muzikant of acteur):
29
1001 NACHT
de leerlingen kunnen er voor kiezen om het verhaaltje met 1, 2 of 3 spelers te spelen. De leerlingen moeten ook
zelf muziek maken bij hun voorstelling. (met hun stem, met voorwerpen of met muziekinstrumenten uit de
klas)
Kies welke belichting je neemt (kaars, veel licht, een aantal lichten, zaklamp, …): je zorgt ervoor dat er verschillende attributen aanwezig zijn om licht mee te maken.
Kies welke kostuums je aandoet: je zorgt ervoor dat er voldoende verkleedmateriaal aanwezig is in de klas. (oude lakens, gordijnen, sjaals, …
kunnen ook voldoen als verkleedmateriaal)
Kies welke voorwerpen je zal nemen om muziek mee te maken. (banken, stoelen, potloden, bord, eigen stem, boeken, zelfgemaakte muziekinstrumenten, …)
Oefen het toneelstukje in.
Nadat de leerlingen de verschillende opdrachten hebben uitgevoerd, mogen ze groep per groep hun stuk naar voor
brengen.
De leerlingen die naar een groepje luisteren moeten achteraf vertellen welk soort emotie de groep wou overbrengen naar
de klas.
Ze moeten ook vertellen waarom ze dit denken.
De tekst en muziek werden luid of stil gespeeld. De tekst en muziek werden vlug of traag gespeeld. De kostuums waren donker of licht. Er was veel of weinig licht. …
Slot De leerlingen staan in een kring. Elke leerling krijgt een zin en tussen haakjes staat erbij in welke emotie ze die zin moeten zeggen. Ze zeggen om beurt hun zin in die bepaalde emotie. De leerkracht begint hiermee. Je doet de oefening nog eens maar nu moet de leerling zijn zin niet zeggen tegen de persoon naast hem. Hij/zij mag kiezen tegen wie, maar die persoon moet wel weten dat het tegen hem/haar is. (wijzen, omhelzen, hand geven, oogcontact, …). Je kan deze oefening een aantal keer herhalen zodat de leerlingen verschillende emoties kunnen spelen. Je vindt de emoties en de zinnen met een emotie erbij, in bijlage 7 (pagina 31). Elke zin past bij de emotie die erbij staat. Als je ziet dat de leerlingen de oefening goed uitvoeren kan je ook zinnen geven met een emotie die helemaal niet bij die zin past. Vb: Je moet me helpen, want ik weet niet meer wat ik moet doen. (blij) – Bedankt voor het cadeautje (wanhoop)
30
1001 NACHT Bijlage 6
Blij Verdrietig Verliefd
Bang Boos Slaperig
Eentonig Super enthousiast Jaloers
Verbaasd Wanhoop Trots
Spijt Bewondering Haat
31
1001 NACHT Bijlage 7
Zinnen met hun bijhorende emoties
Er stond een man op het plein en die keek heel raar naar mij. (bang)
Bedankt voor het cadeautje. (blij)
Mijn vriend/vriendin is kwaad op mij omdat ik haar cd kapot gemaakt heb. (verdrietig)
Ik vind hem/haar een ontzettend mooi meisje/jongen. (verliefd)
Jij hebt dit stuk gemaakt. (boos)
Ik heb geen zin om mee toen doen met jullie spel. (slaperig)
Ik vind die trui echt niet mooi. (jaloers)
Mag ik die rol spelen? (verbaasd)
Je moet me helpen, ik weet niet meer wat ik moet doen. (wanhoop)
Ik heb dat zelf gemaakt. (trots)
Hij/zij kan heel goed zingen. (bewondering)
Ik zal het nooit meer doen. (spijt)
Ik vind dat niet tof. (eentonig)
Ik vind jou nu eens een supertoffe. (super enthousiast)
Voor mij heeft hij/zij echt afgedaan. (haat)
32
1001 NACHT Bijlage 8
Tekst voor de leerkracht
Het verhaal van de prins en de twee duiven Twee duiven, een mannetje en een vrouwtje vliegen uit op zoek naar graan voor de winter. Beneden spreidt een jager zijn net en strooit er korrels omheen. Samen met andere duiven strijken ze neer. Het vrouwtje raakt met haar pootje verstrikt, fladdert radeloos in het net. Alle duiven vliegen weg maar het mannetje komt terug en pikt net zo lang op het net tot het pootje van het vrouwtje is bevrijd. Dit alles gebeurt terwijl de jager slaapt. Als hij wakker wordt, herstelt hij het net, strooit nieuwe korrels en ligt op de loer. Na een tijd komen de duiven terug en pikken korrels naar hartelust. Nu raakt het mannetje vast in het net. Hij wrikt, fladdert. Alle duiven vliegen op, ook het vrouwtje dat hij diezelfde dag nog uit het net heeft gered. Maar hoezeer hij ook fladdert, hoezeer hij haar naam ook,roept, zij komt niet terug. De jager die weer in slaap is gevallen, schiet wakker, maakt het pootje van het mannetje los, wringt hem de nek om en slacht hem met zijn mes. Bron: theatervoorstelling „1001 nacht‟ auteur Frank Adam
33
1001 NACHT Bijlage 9
Tekst voor de leerlingen
Het verhaal van de slangenbezweerder Er leefde eens een man die slangenbezweerder was. Hij bezat een grote mand waarin zich drie slangen bevonden, zonder dat zijn huisgenoten er iets van af wisten. Toen hij op een mooie dag zoals altijd thuiskwam, vroeg zijn vrouw hem wat er in de mand zat. De slangenbezweerder zei : “Waarom wil je dat weten? Je hebt toch genoeg te eten? Wees tevreden met wat God je toebedeelt en vraag niet om meer.” De vrouw deed er het zwijgen toe maar zei in zichzelf: “Ik moet weten wat er in die mand zit!” De kinderen dachten dat er iets lekkers in zat en de moeder hitste hen op. Toen de slangenbezweerder op een avond thuiskwam, voorzien van een grote hoeveelheid spijs en drank, ging hij zitten en nodigde hen uit te komen eten. Maar ze weigerden en zeiden: “Vader, het enige dat we willen is dat je de mand openmaakt en ons laat zien wat erin zit.” De man zei: “Zoons, er zit niets in waarvan jullie profijt kunnen hebben. Als hij opengaat komt er alleen maar narigheid van.” De kinderen bleven echter zeuren en werden boos. Daarop begon hij hun te dreigen dat ze een pak slaag zouden krijgen als ze niet ophielden. Toen ze bleven doorzeuren werd hij zo kwaad dat hij een stok pakte en hen wilde slaan. Ze vluchtten het huis in met hem achter zich aan, zodat de mand onbewaakt in één van de vertrekken achterbleef. Terwijl de slangenbezweerder zo met zijn kinderen bezig was, maakte zijn vrouw de mand snel open om te kijken wat erin zat. En zie! De slangen schoten eruit en beten eerst de vrouw dood. Daarna kropen ze het huis in en iedereen kwam om, behalve de slangenbezweerder die het huis verliet en wegtrok. Bron: theatervoorstelling „1001 nacht‟ auteur Frank Adam
34
1001 NACHT
Bronnen
Internet www.demorgen.be
www.dagjewel.nl
www.cinebel.be
www.wikipedia.be
www.dewerf.be
Boeken “Van Aladdin tot Zwaan kleef aan, lexicon van sprookjes: ontstaan, ontwikkeling, variaties,” A. J. Dekker ,1997,
Kritak, Nijmegen
“De vertellingen van duizend en één nacht” vertaling door Richard van Leeuwen, 2007, Bulaaq Script
Theatervoorstelling „1001 nacht‟ auteur Frank adam