View
254
Download
7
Embed Size (px)
DESCRIPTION
Bij deze gratis kant-en-klare lessen kunt u gebruik maken van de Wycliffe reiskoffer, met allerlei leuk materiaal dat de lessen ondersteunt. U kunt het materiaal aanvragen via [email protected].
Citation preview
1
Een Bijbel voor iedereen!Lespakket voor basisscholen
Groep 7 en 8
3
Beste leerkracht,
U heeft met dit pakket een professioneel en praktisch goed werkbaar pakket in handen
voor het geven van lessen over Bijbelvertaalwerk.
Het thema dat centraal staat is: Een Bijbel voor iedereen!
Er zijn nog miljoenen mensen zonder een Bijbel in hun eigen taal. Het doel van deze
lessen is dat kinderen leren inzien waarom de Bijbel zo belangrijk is. Ze ontdekken
wat God aan het doen is in andere culturen in de wereld en hoe ze op jonge leeftijd al
een steentje bij kunnen dragen aan het Bijbelvertaalwerk en het verspreiden van Gods
Woord.
We zijn erg dankbaar voor het vertrouwen dat u in ons lespakket heeft. Wycliffe is
van u afhankelijk voor het overbrengen van de boodschap aan de leerlingen. Dankzij
uw inzet hebben de leerlingen veel plezier in de lessen over Wycliffe, worden ze
geïnspireerd om anderen te helpen.
Op de volgende pagina wordt uitgelegd hoe u dit lespakket kunt gebruiken.
Ik wens u veel plezier met deze lessen!
Bram van Grootheest
Directeur Wycliffe Bijbelvertalers Nederland
4
Een Bijbel voor iedereen!
Wycliffe lespakket groep 7 en 8
Handleiding
Hoe gaat het er precies aan toe als je als zendeling in een ander land woont? Waarom zou je
sowieso in een ander land gaan wonen? Hoe is het om je aan te moeten passen aan een heel
andere cultuur? Is het moeilijk om de Bijbel te vertalen?
Dit Wycliffe lespakket is geschikt voor groep 7 en 8 van de basisschool en bestaat uit de
volgende vijf lessen:
Les 1 - Kennismaken met WycliffeLes 2 - Het belang van Gods woordLes 3 - De paalwoningLes 4 - Tonen en klanktaalLes 5 - Actief voor WycliffeU kunt zelf bepalen in welke volgorde u de lessen aanbiedt en hoeveel tijd u aan elke les wilt
besteden.
Dit lespakket bevat ook een lijst met gebedspunten die u kunt gebruiken.
De activiteiten die worden voorgesteld in de lessen zullen uw leerlingen op een speelse
manier kennis laten maken met zending en andere culturen. Ook zullen ze hen aan
het denken zetten over hun eigen keuzes voor de toekomst. We hebben een lespakket
ontwikkeld waarbij bewustwording en actie hand in hand gaan. De antwoorden van diverse
opdrachten vindt u terug achterin dit lespakket.
Wycliffe reiskoffer
Bij deze lessen hoort een ‘Wycliffe reiskoffer’ met materiaal (een Bijbel, dvd en Afrikaanse
kleding). U kunt deze koffer gratis bij ons opvragen via [email protected], of door te bellen
naar 0343-517444.
Geldinzamelingsactie
Naast de lessen kunt u de leerlingen motiveren voor een geldinzamelingsactie. Er is
geen vaste vorm hiervoor. Wel willen we u aanmoedigen hierover na te denken, zodat de
leerlingen ook op die manier actief betrokken worden bij zending en Bijbelvertaalwerk.
U kunt bijvoorbeeld kiezen voor een verkoopactie van de werkstukken en spullen die de
kinderen tijdens de lessen maken, of een verkoopactie van kaarten of stroopwafels.
U kunt ook het zendingsgeld van een bepaalde periode voor Wycliffe bestemmen. Wij denken
hierin graag met u mee; neem gerust contact op als u hierover vragen heeft.
Les 1 Kennismaken met Wycliffe
DoelDe leerlingen kennis laten maken met het werk van Wycliffe en ze door diverse
opdrachten laten ervaren wat het is om te vertalen, en hoe het is als je die andere taal
niet spreekt.
Bij deze les heeft u niets uit de
schatkist nodig.
Een Bijbel voor iedereen
6
InleidingVerhaalVertel het verhaal ‘Het papier dat kon praten’ of lees het voor (zie bijlage).
Filmpje en samen in gesprekLaat het filmpje van Wycliffe ‘Waarom Bijbelvertalen?’ zien
(http://www.wycliffe.nl/waarom-Bijbelvertalen/).
Ga met de leerlingen in gesprek of laat ze in groepjes over een
aantal vragen nadenken, bijvoorbeeld de volgende:
•Hoeveel talen zijn er ook alweer op de wereld?
(ongeveer 7000)
•Denk je dat iedere taal een alfabet heeft?
Er zijn dus talen die mensen wel spreken maar nog nooit
zijn opgeschreven!
•Hoe kan het dat er talen zijn die niet opgeschreven
zijn?
Spreken leren we automatisch door klanken te horen,
maar een taal heeft een alfabet en nog een paar andere
dingen nodig om geschreven te worden. Hier in Nederland
hebben wij een alfabet, maar er zijn landen waar een
alfabet nog niet eens bestaat. Deze mensen kunnen hun
taal op geen enkele manier lezen of schrijven!
•Is dat nou zo erg? En zo ja, waarom dan?
Je kunt geen borden lezen in het verkeer en geen etiketten
lezen op medicijnflesjes. Het is echt heel erg lastig als je
niet kunt lezen en schrijven! Jij kunt de Bijbel niet lezen,
maar je vader en moeder en zelfs je voorganger/dominee
kunnen dat ook niet. Hoe moeten ze jou dan vertellen wat
God wil in jouw leven?
•De organisatie Wycliffe wil graag dat iedereen
toegang heeft tot een Bijbel in hun eigen taal.
Heb je er een idee van wie er allemaal meewerken
bij het vertaalwerk?
Er zijn taalonderzoekers die op reis gaan om te kijken
welke talen er gesproken worden in een gebied en
welke dialecten er zijn. Dan heb je de Bijbelvertalers
die de Bijbel in de moedertaal gaan vertalen. Je hebt
het alfabetiseringswerk, waarbij mensen les krijgen
in lezen en schrijven in hun eigen taal. Dan heb je het
moedertaalonderwijs, waarbij de kinderen onderwijs
krijgen in hun moedertaal. Dat is de taal die je spreekt
vanuit je geboortestreek. Want als je les krijgt in een taal
die je niet begrijpt, zou je dan veel leren? En zou je dan
goed de Bijbel leren lezen? Moet je je eens voorstellen
dat de meesteres en juffen op jouw school vanaf groep
1 alleen maar Engels tegen jou praten! Er zijn ook nog
mensen die lesgeven in hoe je de Bijbel moet gebruiken,
en computerspecialisten die al het computerwerk moeten
doen. Veel mensen werken mee hè?
•Hoelang denk je dat het duurt voordat een vertaling
klaar is?
Soms gaat het snel maar het kan ook zomaar 20 jaar
duren voordat een vertaling klaar is. Het vertalen van het
Nieuwe Testament duurt nu gemiddeld 8 jaar.
Bijbelvertalen is een moeilijke, maar ontzettend belangrijke
klus. Hoewel de meeste mensen op de Pinksterdag in
Jeruzalem Grieks kenden, sprak God tot hen in de taal waarin
zij geboren waren, de taal van hun hart. In navolging van John
Wycliffe, die in de 14e eeuw voor het eerst de Bijbel in het
Engels vertaalde, zet Wycliffe Bijbelvertalers zich in om alle
volken het Woord van God in hun eigen taal te geven!
Materiaal
Zorg zelf voor• filmpje ‘Waarom Bijbelvertalen?’
(http://www.wycliffe.nl/waarom-
Bijbelvertalen/)
• Bijbels
• Van Dale Beeldwoordenboek
• camera
• tekenmaterialen
Bijlagen• verhaal ‘Het papier dat kon praten’
• Kabwa-alfabet
• lied ‘Hoe groot zijt Gij’ in Swahili
• woordzoeker
TIP! Lees als dagopening Matt.
28:16-20. Zie kernopdracht.
Een Bijbel voor iedereen
7
Wist je dat de mensen die geen Bijbel konden lezen, zich
afvroegen: “Als God zo machtig is, waarom spreekt Hij mijn
taal dan niet?” Deze vraag hield Cameron Townsend (1917)
bezig. Hij kwam bij een indianenvolk in Guatemala en had
alleen maar Spaanse Bijbels bij zich. Maar dat konden de
indianen niet lezen. Daarom besloot hij bij hun te gaan wonen
en hun taal te leren. Daarna kon hij met hulp van de indianen
de Bijbel in de Caqchiquel-taal vertalen.
Dit was het begin van de Wycliffe-organisatie!
KernopdrachtVertalen en nadenken
Nu gaan we zelf vertalen!
Bij deze opdracht is er keuze uit diverse mogelijkheden. Begin
met de leerlingen het volgende voor te leggen:
• Weten jullie in welke taal de Bijbel eigenlijk is geschreven?
Het Oude Testament in het Hebreeuws en het Nieuwe
Testament in het Grieks
• Hoe vertaal je woorden uit de Bijbel die nog niet bestaan
in die andere taal? Bedenk eens een ander woord voor
brood bijvoorbeeld? Er zijn mensen die nog nooit brood
hebben gezien, maar die elke dag pap eten of iets anders.
Of voor tempel? Hiervoor gebruiken sommige vertalers
‘grote hut voor God’.
Bij deze opdracht kan het volgende worden gedaan:
• Vergelijk verschillende talen op het internet. Gebruik
hierbij indien mogelijk het Van Dale Beeldwoordenboek.
• Arabische lettertekens zijn bijvoorbeeld heel anders dan
Europese letters. Natuurlijk zijn er nog meer lettertekens,
zoek maar eens op hoe het Chinese schrift eruit ziet of het
Russische.
• Je kunt ook zelf lettertekens bedenken. Het maakt niet
uit hoe die eruit zien. Ze kunnen op gewone Nederlandse
letters lijken. Of je kunt figuren tekenen bij het
Nederlandse alfabet bijvoorbeeld een huisje voor een H
en een boom voor de B. Maar het kunnen ook lettertekens
zijn die op helemaal niets lijken. Als je 26 nieuwe
lettertekens bedenkt, één voor elke letter van het alfabet,
TIP! Doe de woordzoeker over Bijbelvertaalwerk
(zie bijlage)
dan heb je een echt geheimschrift. Zo kun je een brief
schrijven die anderen niet kunnen lezen!
• Zorg voor Bijbels en lees samen Matt. 28:16-20 over de
elf discipelen die naar Galilea gaan. Hoe vertellen jullie
anderen over Jezus? Doe je dit weleens? En hoe zou
het zijn als je nu eens geen Bijbel had? Wat kun je dan
gebruiken om het evangelie uit te leggen? Vertaal nu deze
tekst eens in jouw eigen alfabet of geheimtaal.
TIPs!
Vertel iets over de geschiedenis van John Wycliffe (kijk
voor informatie op internet of in een geschiedenisboek).
Zing ‘Hoe groot zijt Gij’ in het Swahili (zie bijlage) zonder
de leerlingen de vertaling te geven. Vraag ze hoe het is
om een taal te zingen zonder dat je weet wat je zingt.
Er zijn miljoenen mensen die geen Bijbel hebben in hun
eigen taal. Geloven zonder de Bijbel in je eigen taal is
moeilijker om vol te houden!
Nodig iemand uit een andere cultuur uit die zichzelf
voorstelt in zijn of haar eigen taal.
Een Bijbel voor iedereen
8
• In verschillende talen worden heel andere spreekwoorden gebruikt dan wij kennen.
• Die vrouw zit in een hoge boom (die vrouw is zwanger)
• Het regent katten en honden (het regent erg hard)
• Bekend staan als de bonte hond met de blauwe staart (in negatieve zin bekend staan)
Wat denk je dat deze spreekwoorden betekenen?
Teken deze spreekwoorden op een papier en schrijf erbij wat je denkt dat het betekent.
• Hoe leg je de Bijbel uit aan niet-gelovigen?
• Waarom is evangeliseren zinvol?
• Wat versta jij onder evangeliseren?
Maak een originele en leuke ‘vertaling’ van een Bijbeltekst of van een Bijbelgedeelte voor een
van jouw vrienden. Welke tekst kies jij? (bijvoorbeeld Mattheus 5:15,16 of Johannes 13:35) Je
kunt bijv. een camera gebruiken of een schilderij maken. Presenteer je vertaling na afloop aan
de klas. Zo kun je gelijk testen of jouw tekst op een duidelijke manier is vertaald!
AfsluitingEen spel!
Ga samen in een kring zitten en start met ‘Ik ga op reis naar
Tanzania en ik neem mee een Ekikeré (kikker)...’ Kijk in het
Kabwa-alfabet en neem iedere keer een ander woord. Ga zo
de kring rond en laat iedere leerling de woorden van zijn of
haar voorganger herhalen.
Een andere mogelijkheid is, om de leerlingen woorden te
laten uitbeelden met handen en voeten, zonder te praten. Zo
ervaren ze dat er zonder taal snel verwarring kan ontstaan.
BovenBouw Bijlage Les
9
Het papier dat kon praten“Boana”, riep meneer Jacobs. “Ja, meneer”, antwoordde
de donkere jongen, terwijl hij achter het huis vandaan
kwam. Meneer Jacobs lachte naar zijn helper en zei: “Wil
je dit papier naar de man in de winkel brengen?” Boana
nam het stuk papier, dat meneer Jacobs hem gaf, aan.
Hij hield het goed vast en huppelde het pad af, naar de
winkel. Onderweg waren allerlei leuke dingen te zien. Op
de grond zag hij sporen, gemaakt door twee varkens.
Vóór hem siste een verschrikte slang tussen het gras.
Verschillende bosratten renden over het pad. Mooie
vlinders fladderden om hem heen. Prachtige grote vogels
vlogen heen en weer tussen de bomen, varens wuifden in
de wind en rode en gele bloemen knikten naar hem.
Voor hij het wist was Boana bij de winkel. Hij gaf de man
in de winkel het papier van meneer Jacobs. Hij wachtte
om te zien wat de man ermee zou doen. De man keek
naar het papier. Toen pakte hij een doos en deed daar wat
kleine pakjes en een paar blikken in. Hij keek weer naar
het papier en deed weer een ander pakje in de doos. Toen
pakte de man de doos op en gaf hem aan Boana, die niet
wist wat hem overkwam. De winkelier zei hem de doos
naar meneer Jacobs te brengen. Ik begrijp het niet, dacht
Boana. Dat moet toverpapier geweest zijn. Het sprak
tegen de man in de winkel. Het vertelde hem deze spullen
aan mij te geven voor meneer Jacobs. Het is toverpapier!
Dat moet ik aan mijn vader vertellen. Misschien kunnen
wij ook wat van dat toverpapier krijgen.
Nu had Boana haast. De doos was behoorlijk zwaar, maar
hij stopte maar twee keer om even te rusten. Hij wilde
zijn familie zo gauw mogelijk vertellen over het papier
dat kon praten. Meneer Jacobs was verrast dat hij zo snel
terug was. Als bedankje gaf hij Boana drie blauwe knopen
om aan zijn ketting te doen. Verlegen bedankte de jongen
hem. Toen glipte hij het huis uit en rende zo hard zijn
benen hem konden dragen naar huis. “Pap, mam, Aura en
Yurim!”, riep Boana, “Meneer Jacobs heeft toverpapier!”
En Boana vertelde wat er gebeurde toen hij het papier
van meneer Jacobs naar de winkel had gebracht.
‘s Avonds liepen Boana en zijn vader naar het huis van
meneer Jacobs. Beleefd bleven ze buiten wachten. Ze
hoestten en maakten zachte geluiden zodat hij zou weten
dat hij bezoek had. (In Papoea Nieuw Guinea, waar dit
verhaal zich afspeelt, klop je niet aan de deur, maar
je hoest of schuifelt tot iemand je hoort en open komt
doen.) “Meneer Jacobs,” zei Boana’s vader toen meneer
Jacobs kwam kijken wie er aan de deur stond, “mijn zoon
heeft ons verteld over uw toverpapier. Hij vertelde ons dat
hij een stuk ervan naar de winkel nam en dat het sprak
tegen de man van de winkel. Hij gaf daardoor Boana
allemaal spullen voor u mee. Nu komen wij vragen ons
ook van dat toverpapier te geven.”
Meneer Jacobs ging met hen op het gras zitten en hij
vertelde over het geheim van het papier. Hij zei: “Ik
maakte tekens op het papier dat ik aan Boana gaf. De
tekens waren woorden en de woorden vertelden de man
van de winkel wat ik wilde, maar ik betaalde hem voor
de dingen die ik bestelde. “Boana’s vader begreep het
niet. Het leek voor hem nog steeds op toverpapier want
niemand bij hem in het dorp kon lezen of schrijven. Ze
hadden geen papier en al helemaal geen boeken. Meneer
Jacobs zag dat ze het nog niet goed begrepen en kreeg
een idee. “Weet je wat ik zal doen?” zei hij, “Als u uw
kinderen naar mijn huis stuurt, zal ik ze leren hoe ze
tekens op papier kunnen maken. Dan kunnen ze leren
om papier te laten praten en om te weten wat het papier
zegt.”
Zo ontstond een schooltje op het eiland in Papoea Nieuw
Guinea. Boana en andere kinderen leerden het geheim
van papier dat kan praten. Het was niet makkelijk om te
leren lezen en schrijven, maar wel leuk. Eigenlijk hoopten
ze dat ze net als meneer Jacobs rijk zouden worden door
het te leren .
Al gauw ontdekten ze dat papier niet kan toveren. Het
bracht hen geen nieuwe kleren, lekker eten en andere
dingen, maar wel iets veel beters. Ze leerden te luisteren
naar een speciaal Boek dat kon praten. Het sprak tot
hun hart. Het ging over hoe mensen rijk kunnen worden
in hun hart. Het vertelde hen van de grote God, die hun
eiland en de blauwe oceaan er omheen had gemaakt.
Het Boek vertelde hen dat God houdt van mannen,
vrouwen, jongens en meisjes. Het vertelde hen dat God
Zijn Zoon had gegeven om de straf te dragen voor de
verkeerde dingen die ze deden. Het vertelde hen dat
Hij de verkeerde dingen die ze hadden gedaan, wilde
vergeven, als ze op Hem zouden vertrouwen. En het
vertelde hen over een heerlijke plaats die Hij klaar maakt
voor de mensen die op Hem vertrouwen. Boana en andere
kinderen en hun ouders geloofden wat het Boek zei en ze
werden rijk en blij in hun hart.
1: Verhaal ‘Het Papier dat kon praten’
BovenBouw Bijlage Les
10
Bwana Mungu - Hoe groot zijt Gij
Voor een voorbeeld: zoek op Youtube op de woorden ‘How great
Thou art Swahili’.
Bwana Mungu, nashangaa kabisa
Nikitazama kama vilivyo
Nyota ngurumo vitu vingi vyote
Viumbwavyo kwa uwezo wako.
Roho yangu naikuimbie
Jinsi wewe ulivyo mkuu
Roho yangu naikuimbie
Jinsi wewe ulivyo mkuu
Nikitembea kote Duniani
Ndege huimba nawasikia
Milima hupendeza macho sana
Upepo nao nafurahia
Roho yangu naikuimbie
Jinsi wewe ulivyo mkuu
Roho yangu naikuimbie
Jinsi wewe ulivyo mkuu
Nikikumbuka kama wewe Mungu
Ulivyo-mpeleka mwanao
Afe azichukue dhambi zetu
Kuyatambua nivigumu mno
Roho yangu naikuimbie
Jinsi wewe ulivyo mkuu
Roho yangu naikuimbie
Jinsi wewe ulivyo mkuu
Yesu mwokozi utakaporudi
Kunichukua kwenda mbinguni
Nitashukuru nakwimba milele
Wote wajue jinsi ulivyo
Roho yangu naikuimbie
Jinsi wewe ulivyo mkuu
Roho yangu naikuimbie
Jinsi wewe ulivyo mkuu
1: Hoe groot zijt Gij in het swahili
BovenBouw Bijlage Les
11
bijla
ge L
es 1
: Kab
wa
Alfa
bet (
bb)
Oku
som
a no
Kw
andi
ka K
u-ki
Kab
hwa
Alfa
beti
ya L
ugha
ya
Kik
abw
a A
a
Aa
aa
Bh
bh
Ch
ch
D d
E
e
Ee
ee
lam
p p
oes
vle
ugel
So
ort
muz
ieki
nstr
umen
t dr
ums
kikk
er
tand
en
G g
H
h
I i
Ii ii
J
j K
k
M m
vlin
der
mei
sje
hyen
a oo
g ku
iken
s
el
lebo
og
pijl
Mb
mb
N n
N
gʼ
Ny
O o
O
o oo
R
r
geit
koei
ehoo
rn
koe
vlee
rmui
s ha
ak
bana
nenb
oom
be
d S
s Sh
sh
T t
U u
U
u uu
W
w
Y y
spri
nkha
an
hand
mol
enst
aaf
kruk
je
schi
ldpa
d du
if sl
ang
zwaa
rd
1: Kabwa-alfabet vertaling
BovenBouw Bijlage Les
12
Okusom
a no Kw
andika Ku-kiK
abhwa
Alfabeti ya L
ugha ya Kikabw
a
A a
Aa aa
Bh bh
Ch ch
D d
E e
Ee ee
entára E
nyamu
eribhábha encheeche
amadingʼini
ekikeré am
éeno G
g H
h I i
Ii ii J j
K k
M m
ekihúguugu om
uhara enyití
eriíso ebhijúuju
ekikokorá
omusim
u M
b mb
N n
Ngʼ
Ny
O o
Oo oo
R r
emburí
ekinúuno engʼom
be ekinyinyiri
endobhó eritóoke
obhurirí S s
Sh sh T
t U
u U
u uu W
w
Y y
ekisási om
wísho
ekitúmbi
enkuru ekigúuti
ensaawatí
omúyu
Toleo La Majaribio
©2008
Hudum
a ya Kutafsiri Biblia Katika Lugha za Asili
S.L.P. 1235 M
usoma, Tanzania
www.wycliffe.nl
bijlageLes1:Woordzoeker
Alle woorden in deze woordzoeker hebben te maken met Bijbelvertaalwerk. Vind ze allemaal!
1: Kabwa-alfabet
BovenBouw Bijlage Les
13
www.wycliffe.nl
bijlageLes1:Woordzoeker
Alle woorden in deze woordzoeker hebben te maken met Bijbelvertaalwerk. Vind ze allemaal!
1: Woordzoeker Bijbelvertaalwerk
Les 2 Het belang van
Gods Woord
DoelDe leerlingen laten nadenken over het belang van Gods Woord in hun eigen leven. En
daarbij de link leggen naar het belang van een Bijbel in de eigen taal voor alle landen.
TIP! Het is handig om deze les in de ochtend te laten
plaatsvinden i.v.m. de opdrachten. Zie de kernopdracht!
in de reiskoffer• film William Tyndale
Een Bijbel voor iedereen
16
Lesactiviteiten
InleidingBijbelstudie en gesprek
Doe samen met de leerlingen een korte Bijbelstudie over Jeremia 17:8, Psalm 1
en Matt. 7:24-27. Wie op God vertrouwt is als een boom geplant aan het water
en als een wijze man wie zijn huis op de rots bouwt.
Schrijf op een groot vel of op het bord de volgende tekst. Laat de leerlingen zelf
op de schuin gedrukte woorden komen.
“Je bent als … (een wijze man, Matt. 7:24) of als … (een boom, Jer. 17:8) als
je … (op God vertrouwt). De Bijbel noemt je gelukkig als je naar Gods Woorden
luistert. Je bent dan als een boom die … (aan het water geplant is) of als … (een
huis dat op de rots is gebouwd).”
U kunt ervoor kiezen om de vragen klassikaal te doen of de leerlingen in kleine
groepjes te laten discussiëren.
Vragen bij deze Bijbelteksten:
• Wat gebeurt er als je op mensen vertrouwt?
• Wanneer noemt de Bijbel je gelukkig?
• Waarmee wordt in de Bijbel een gelukkig mens vergeleken?
• Wat gebeurt er met je als je leven niet op Gods Woord is gebaseerd?
Kijk hierbij naar de genoemde Bijbelteksten.
• Kun je dit ook merken in jouw eigen leven?
• Hoe kunnen wij zelf op Gods Woord vertrouwen?
Noem eens wat voorbeelden.
Vragen bij het belang van Gods Woord in alle talen:
• Waarom is het belangrijk om de Bijbel in je eigen taal te lezen?
• Waarom moet het Evangelie overal bekend worden gemaakt?
• Moet je ver weg om het Evangelie te vertellen?
• Wat zou je in Nederland voor God kunnen doen?
Materiaal
Uit de reiskoffer• film William Tyndale
Zorg zelf voor• Bijbels
• witte anjers, vaasjes of jampotjes
voor de hele groep (of laat de
leerlingen deze meenemen)
• blauwe inkt of ecoline
• filmpje ‘Bijbeluitreiking Kymial
West-Papoea’ (http://tinyurl.com/
kymialBijbel)
Bijlagen• tekst bij liederen
• verhaal ‘Bijbel in eigen taal’
Een Bijbel voor iedereen
17
KernopdrachtAnjers op inkt zetten en zingenWe gaan met een activiteit de tekst uit Jeremia 17:8 (een boom bij het water geplant) toepassen.
Een bloem zuigt vocht in zich op. Want zonder regen of
grondwater verdrogen planten en bloemen, en op den duur ook
bomen. Afgesneden bloemen en planten leven nog eventjes
door.
Laat de leerlingen zien in een demonstratie hoe het gaat met
de bloem. Zet de vaas met water klaar, knijp er inkt of ecoline
in leeg. Zet wat witte anjers in de vaas. In de loop van de dag
zullen we kijken wat er gebeurt. Als het goed is, zie je de kleur
van de inkt of ecoline terug in de witte bloemblaadjes van de
anjer.
Leg de link naar het gelezen Bijbelgedeelte: zonder Gods
Woord drogen wij geestelijk op, kunnen jullie hier een
voorbeeld van geven?
(Als je een hele tijd niet in de Bijbel leest, bidt of naar de kerk
gaat, denk je steeds minder aan God).
Kies uit de volgende liederen om samen te zingen:
• Psalm 1 berijmde versie
• ‘Welzalig de man’ Opwekking 244 (tekst in bijlage)
• ‘Gods volk wordt uitgeleid’ Opwekking 148 (tekst in
bijlage)
• ‘Het Woord van onze God’ van Elly en Rikkert (tekst in
bijlage)
• ‘De Bijbel’ cd ‘In de wolken’ van Oké4kids (tekst in bijlage)
Moeilijke vraag: Wat zouden jullie doen als Jezus jou zou
vragen om iets voor Hem te doen? Zou jij het durven om voor
Hem je huis te verlaten en bij je familie weg te gaan? Heb jij je
dat weleens afgevraagd?
AfsluitingVertellen, discussiëren of een film
• Vertel het verhaal over ‘de Bijbel in je eigen taal’ (zie
bijlage) en zoek op Youtube het filmpje ‘Bijbeluitreiking
Kimyal West-Papoea’ (http://tinyurl.com/kimyalBijbel). Zo
blij zijn mensen die eindelijk een deel van de Bijbel in hun
eigen taal hebben.
• Of laat de leerlingen in groepjes discussiëren over de
argumenten waarom je wel of niet naar het zendingsveld
zou moeten gaan.
• Maak hiervoor groepjes van drie tot vijf leerlingen. De
helft van de groepen krijgt een rood papier en de andere
helft een groen papier. De groene groepen bedenken
argumenten om wel naar het zendingsveld te gaan en de
rode groepen bedenken argumenten tegen. Na afloop kunt
u klassikaal de leerlingen de argumenten laten uitwisselen
en er samen over praten.
TIP! Het is handig als je 5 min. neemt in de ochtend
en 5 min. in de middag om deze activiteit uit te voeren!
TIP! Laat iedere leerling op zijn of haar tafel een potje
vullen met water en inkt of ecoline met daarin een witte
anjer.
TIP! Zet naast de witte anjer een leeg potje zonder
water met een roos erin. Deze zal op den duur
verdrogen. Hang aan deze roos een kaartje met daarop
‘zonder Gods levende Woord droog je op’.
BovenBouw Bijlage Les
18
De Bijbel
Intro: La, la, la, la, la, la, la, la, la, la
Als ik de Bijbel opensla
en een stukje lezen ga
raak ik soms wel afgeleid
ik snap het niet altijd
Soms dan heb ik niet zo’n zin
maar als ik er toch in begin
merk ik dat ik elke keer
iets nieuws leer van mijn Heer
De Bijbel is mijn dagelijks brood
het maakt me sterk
het maakt me groot
de Bijbel is Gods Woord voor mij
de Bijbel maakt me blij
La, la, la, la, la, la, la, la, la, la
Lees ik dan wat Jezus zei
komt zijn leven dichterbij
wil ik echt weer met Hem gaan
voel ik me sterker staan
De Bijbel voedt me net als brood
daardoor word ik sterk en groot
ik kan alle dingen aan
door met God mee te gaan
De Bijbel is mijn dagelijks brood ...
La, la, la, la, la, la, la, la, la, la
De Bijbel voedt me net als brood
daardoor word ik sterk en groot
ik kan alle dingen aan
door met God mee te gaan
De Bijbel is mijn dagelijks brood ...
La, la, la, la, la, la, la, la, la, la (4x)
Tekst: Alianna Dijkstra
Muziek: Lee Ann Vermeulen - Roberts
© 2014 Small Stone Media t/a Kids Crew Music
Het Woord Van Onze God
In de herfst verdort het gras
De bloemen vallen af
En de vogels die er waren
Vliegen naar een ander land
Maar het woord van onze God
Het woord van onze God
Het woord van onze God houdt eeuwig stand
Het woord van onze God
het woord van onze God
het woord van onze God houdt eeuwig stand
De hemel en de aarde
Het licht van zon en maan
Alles wat er is geschapen
Zal op een dag vergaan
Maar het woord van onze God
Het woord van onze God
Het woord van onze Goud houdt eeuwig stand
Het woord...
‘t Is de rots waarop wij bouwen
Wij bouwen niet op zand
Wie het woord van God vertrouwen
Zijn veilig in Zijn hand
Want...
Het woord van onze God
Het woord van onze God
Het woord van onze God houdt eeuwig stand
Tekst en Muziek: Elly & Rikkert Zuiderveld
CD: Vertel het aan de mensen, Een boom vol liedjes (deel
1)
2: Lied - De Bijbel Lied - Het woord van onze God
BovenBouw Bijlage Les
19
Opwekking 148Gods volk wordt uitgeleid
Gods volk wordt uitgeleid,
zij gaat met vreugde voort,
en de bergen en heuv’len
juichen rondom haar.
Alles zingt erbij,
zelfs de bomen zijn blij
en zij klappen voor hun God.
En de bomen in het veld )
zullen klappen voor Hem... )3x
en wij gaan vrolijk voort.
(c) Lillenas Pub. Co. / Universal Songs
Muziek: Stuart Dauerman
Psalm 1 - Opwekking 244
Welzalig de man die niet wandelt
Welzalig de man die niet wandelt, in de raad der goddelozen
Die niet staat op de weg der zondaars, noch zit in de kring der spotters
Maar aan des Heren wet, zijn welgevallen heeft,
en diens wet overpeinst, bij dag en bij nacht
Want hij is, als een boom geplant aan waterstromen
die zijn vrucht geeft op tijd, welks loof niet verwelkt
Alles gelukt
Welzalig de man die niet wandelt, in de raad der goddelozen
Die niet staat op de weg der zondaars, noch zit in de kring der spotters
Maar aan des Heren wet, zijn welgevallen heeft,
en diens wet overpeinst, bij dag en bij nacht
Want hij is, als een boom, geplant aan waterstromen
die zijn vrucht, geeft op tijd, welks loof niet verwelkt
Alles gelukt (2x)
2: Opwekking 148 Opwekking 244
BovenBouw Bijlage Les
20
Hoe belangrijk is een Bijbel in je eigen taal!
Een verhaal uit KameroenArong is één van de twaalf dorpshoofden die bij de uitreiking
van de Bijbel, het boek van een God, aanwezig mocht zijn.
‘Wie was die God nu eigenlijk?’ Arong begreep dat niet goed.
‘Hij had er toch al één?’ .. hij zag niet in waarom hij naar
een andere god moest overstappen! Hij had de geesten van
zijn voorouders. Die vertelden hem hoe hij moest leven en
hoe hij zijn dorp moest leiden. Thuis, naast zijn hut, had hij
een houten beeld staan. Bij dat houten beeld vereerde hij de
geesten van zijn voorouders. Dus waarom zou hij een andere
God gaan aanbidden?
Ook al kende Arong die andere God niet, het was vandaag
toch wel een heel bijzondere dag. Er werd namelijk een boek
uitgegeven in de taal van Arong! Zijn taal werd door iedereen
wel gesproken, maar boeken hadden ze nog niet. De jonge
mensen uit zijn dorp konden de tekens in dit nieuwe boek
begrijpen en als ze hardop zeiden wat die tekens vertelden,
dan begreep hij het ook. Vol trots zat Arong op de eerste rij
bij het feest. Mensen dansten, juichten en zongen toen het
nieuwe boek in de lucht gehouden werd. De lucht was vol met
drumgeluiden, gezang en de hoge stemmen van de vrouwen
die op deze manier lieten horen dat ze blij waren. Ze waren
blij omdat ze het boek van die andere God in hun eigen taal
hadden. Arong luisterde erg goed naar de dingen die verteld
werden. Het ging over wie die God in dat boek nu is, wat
die God allemaal doet en hoe Hij de wereld redt. Het klonk
allemaal wel interessant, maar hij had zijn eigen god, waarom
zou hij die inwisselen voor een ander?
Aan het eind van de dag liep Arong met het nieuwe boek
onder zijn arm naar huis. Hij had er een gekregen. Toen hij
thuis kwam, legde hij het boek op de grond en ging eerst zijn
eigen vertrouwde geesten weer vereren, de geesten van zijn
voorouders, de geesten van zijn dorp, de geesten bij wie hij
steun en wijsheid zocht als het moeilijk was.
De volgende dag zag hij het nieuwe boek weer liggen. Hij riep
een jongen uit zijn dorp en vroeg hem om te vertellen wat de
tekens in het boek allemaal betekenden. De jongen begon te
lezen. Elke dag las hij voor aan het dorpshoofd Arong. Terwijl
de jongen las, dacht Arong na. Na drie maanden had hij
zoveel gehoord en zoveel nagedacht dat hij tot de ontdekking
kwam dat de geesten van zijn voorouders niet te vergelijken
zijn met de God die hemel en aarde gemaakt heeft. Hij
besefte dat de God uit het nieuwe boek, de enige ware God is
en veel machtiger dan de geesten van zijn voorouders. Arong
gaf zijn hart aan de Heere God en werd christen door naar het
Woord van God te luisteren.
Omdat de Bijbel in zijn eigen taal was vertaald, kon hij het
nu ook begrijpen. Wat een wonder en wat een vreugde voor
Arong en zijn dorpsgenoten!
2: Verhaal ‘Bijbel in eigen taal’
Les 3 De paalwoning
DoelDit is een creatieve les waarbij de leerlingen vooraf iets kunnen proeven van
welke problemen of cultuurverschillen er kunnen zijn bij het vertaalwerk.
Daarnaast komen ze via creatieve opdrachten in aanraking met de Afrikaanse
cultuur.
Bij deze les heeft u niets uit de
schatkist nodig.
Een Bijbel voor iedereen
22
InleidingGesprek‘Een wijs man bouwde zijn huis op de rots’ (Matt. 8:24-27 en Lukas 6:46-49)
• Waarom moesten de mensen op een rots bouwen en niet op het zand?
• Wat bedoelde God hiermee?
• Hoe vertaal je deze tekst in een land waarbij een rots juist een gevaarlijke
plek is om op te bouwen?
Hier liepen de vertalers tegen aan toen ze de Bijbel aan het vertalen waren
voor de Budu-mensen in Congo. De Budu-mensen bouwen hun huis namelijk
het liefst op het zand, want als ze op de rots een huis bouwen dan worden ze
sneller door de bliksem getroffen!
Hoe zou jij dit vertalen? En welk woord zou jij gebruiken i.p.v. rots? Geef de
leerlingen de tijd om hier zelf eens over na te denken of laat ze in groepjes
overleggen.
De vertaler heeft ‘een wijs man bouwde zijn huis op een goed fundament’ gebruikt.
• Wat vind jij daarvan?
• Sommige mensen wonen niet op een rots maar in paalwoningen. Waarom
zou dit zijn? Paalwoningen worden vaak gebouwd op vochtige grond zoals
moeras. Door de palen diep in de grond te slaan, staat het huis stevig!
• Zou jij bereid zijn om zo hoog in een paalwoning te klimmen om de mensen
het Evangelie te vertellen?
Denk daar eens samen over na!
Materiaal
Zorg zelf voor• materiaal afhankelijk van
opdrachten (zie kernopdracht)
Bijlagen• nieuwsbrief Gert de Wit
• uitleg ‘maak je eigen paalwoning’
• uitleg ‘Afrikaanse schaal maken’
• knooptechnieken
• Congolese recepten
• tekst lied Karibu na wewe
Vertel dan het volgende: Gert de Wit werkt voor Wycliffe, samen met andere mede-
werkers in Congo, aan het maken van een taalbeschrijving van
de Lika-taal (o.a. een woordenboek). Daarnaast trainen ze het
lokale Lika-team, zodat deze mensen de Bijbel goed in hun
eigen taal kunnen vertalen. Ze controleren ook de vertaalde
Bijbelboeken en leesboekjes op spelling.
‘Wist je dat de mensen in Congo op een andere manier de tijd
berekenen?’
In sommige landen is de dag altijd even lang als de nacht:
ongeveer twaalf uur. De zon komt op om vijf uur. Na een uur
tellen ze: het eerste uur is voorbij (6:00 uur). Als de zon op
zijn hoogst is, is het dus altijd 12 uur ’s middags. Dat is dan
het zesde uur vanaf de zonsopkomst. Bij de Lika spreekt men
van de dag die doormidden is gedeeld.
Is de zon halverwege zijn baan omhoog dan is het 9 uur ’s
morgens. Is de zon halverwege zijn baan omlaag dan is het
15.00 uur ’s middags, of zoals de Lika’s het zeggen; dan buigt
de zon voorover.
Voor de nacht kun je deze uitdrukkingen weer niet
gebruiken. Om te weten hoe laat het ’s nachts is, verwijzen
oerwoudbewoners naar de temperatuur of naar de
condensvorming op de bladen na een nacht van afkoeling. Als
de druppels van de bomen vallen, is het vier uur ’s nachts,
zeggen de Budu (de buren van de Lika’s).
Of ze verwijzen naar het eerste hanengekraai (5 uur ’s
morgens, vlak voordat de zon opkomt).
De Lika geloven dat middernacht het uur van de tovenaars is.
En angst voor geesten is diep geworteld in de cultuur. Want als
de zon echt onder is gegaan, denken ze dat geesten de zon in
stukken snijden.
Kijk in de bijlage voor de nieuwsbrief van Gert de Wit. Hierin
staat een opdracht over de tijden in Congo. U kunt deze
opdracht in groepjes of klassikaal laten uitvoeren.
Een Bijbel voor iedereen
23
KernopdrachtCreatieve opdrachtenHieronder staan mogelijkheden die u kunt toepassen bij deze opdracht.
• Bouw je eigen paalwoning (zie bijlage). In de bijlage
staat een klein model van een paalwoning, maar er
kan natuurlijk ook groot materiaal gebruikt worden om
een paalwoning te maken. Dit is afhankelijk van tijd en
ruimte!
• Maak een echte Afrikaanse schaal (zie bijlage). Later
kunnen de leerlingen hier lekkere Congolese hapjes in
leggen om samen op te eten.
• Bestempel jouw eigen Afrikaanse doek. Neem
hiervoor gekleurde lappen zoals oude lakens of
soepele gordijnen. En gebruik zelfgemaakte stempels
van bijvoorbeeld aardappels, kurken en doppen. U
kunt ook linoleum aanschaffen en met een guts hier
originele vormen uit gutsen. Daarna is het is erg leuk
om deze doeken om te knopen en zo verschillende
knooptechnieken uit te proberen. Zie voor verschillende
knooptechnieken de bijlage.
• Maak samen hapjes klaar uit Congo. Zie voor recepten
de bijlage.
AfsluitingZingenZing en leer samen het lied ‘Karibu na Wewe’ op de wijs van ‘Nader mijn God tot U’ (zie bijlage).
Kijk met elkaar de 30-minuten film over William
Tyndale. William Tyndale was een Bijbelvertaler
uit Engeland. Hij vertaalde de Bijbel in het
destijds moderne Engels. Hij was de eerste
vertaler die gebruikmaakte van de boekdrukkunst
om de Bijbel te verspreiden.
BovenBouw Bijlage Les
24
bijlageLes3:nieuwsbrief(bb)StukjeuitdenieuwsbriefvanGertdeWitvanuitCongo-mei2014‘Hoelaatishet?’IkhebbijdeLika'sthuisnoggeenklokgezien,maarzewetennatuurlijkwelhoelaathetis.Erzijnheelwatwoordenenuitdrukkingenindetaaldievrijpreciesaangevenoverwelkmomentvandedaghetgaat.Wathetmakkelijkermaaktisdatelkedagevenlangduurtalsjevlakbijdeevenaarwoont.NetalsindetijdwaarindeBijbelgeschrevenisbegintdedagbijzonsopgang,rond6uur'smorgens.OnderinvloedvanhetSwahili,devoertaalinhetgebied,kunjeLika'shorenzeggen:"webeginnenoméénuur".Datbetekent"éénuurverdersindszonsopgang",dusom7uur'smorgens.IndeEvangeliënwordtvaakverteldhoelaathetwas.DeLikavertalershebbengezochtnaarechteLikawoordenvoordetijdvandedag.VoordezenieuwsbriefhebikgekekenwaterstaatindehoofdstukkenronddekruisigingendeopstandingvanChristus.SchemaALukas HerzieneStatenvertaling Likavertaling BetekenisvanhetLika22:66 toenhetdaggewordenwas nɨyɔlɨsyɛasyɛ wanneerdedaggaatblijven23:44 hetwasongeveerhetzesdeuur mʉsɨkatʉ middenopdedag24:1,22 heelvroegindemorgen kombolugo alshetlichtbegintteworden,voor
hetopgaanvandezon24:29a hetistegendeavond akʉwabʉgɔgɔ hetwordtavond24:29b dedagisgedaald bhitiikokolipyo duisterniszalgaanvoortdurenIndeLikataalzijnnogveelmeeruitdrukkingenvoordetijdvandedag.Ikgeefernogeenpaardoor:SchemaBLika Tijdvandedag Letterlijkbʉsɔbɨbadhɛ ergvroegindemorgen koudezonsopganglɨsyɛigbononini middenopdedag dedagheeftzichzelfverdeeldmɔnɨitini halverwegedemiddag dezonheeftzichvoorovergebogenmɔnɨogwini zonsondergang dezonisgevallenbabhɨlɨbakasasamɔnɨ dezonisondergegaan kwadegeestenzijndezoninstukkenaanhet
snijdenngbingokabalɨmba middenindenacht detijdvandetovenaarsVragenbijdezenieuwsbrief:
• Hoelaatishetopditmoment?Hetmomentdatjijdezenieuwsbriefleest?• EnhoevertaaljeditindeLika-tijd?Rekenvanaf6uurzonsopgangenbeginjezinmet‘hetis
…uurverdersindszonsopgang’BedenknogmeertijdendiejeopdeLikamanierkuntomrekenen!
• KijkinschemaBengeefeensaaninurenomwelketijdenhethiergaat?• ZoeksamendeBijbelgedeeltenopwaarinjekuntlezenhoedeBijbelspreektovertijd.Kijk
hiervoorinschemaA.• KunjijzelfookwatuitdrukkingenbedenkenvoordeNederlandsetijden?
3: Nieuwsbrief Gert de Wit uit Congo
BovenBouw Bijlage Les
25
3: Werkblad bij nieuwsbrief Gert de Wit uit Congo
Werkblad bij de nieuwsbrief van Gert de Wit
• Hoe laat is het op dit moment? Het moment dat je deze nieuwsbrief leest?
• En hoe vertaal je dit in de Lika-tijd? Reken vanaf 6 uur zonsopgang en begin je zin met: Het is ………… uur verder sinds zonsopgang.
• Hoe laat begint je school?
Nederlandse tijd: Lika-tijd:
• Hoe laat heb je pauze?
Nederlandse tijd: Lika-tijd:
• Hoe laat is de pauze voorbij?
Nederlandse tijd: Lika-tijd:
• Hoe laat ga je naar huis?
Nederlandse tijd: Lika-tijd:
Kijk in schema B uit de nieuwsbrief en geef eens aan om welke uren in tijd het hier gaat: bʉsɔbɨbadhɛ ………… uurlɨsyɛigbononini ………… uurmɔnɨitini ………… uurmɔnɨogwini ………… uurbabhɨlɨbakasasamɔnɨ ………… uurngbingokabalɨmba ………… uur
• Zoek samen de Bijbelgedeelten op waarin je kunt lezen hoe de Bijbel spreekt over tijd. Kijk hiervoor in schema A.
• Kun jij zelf ook wat uitdrukkingen bedenken voor de Nederlandse tijden?
BovenBouw Bijlage Les
26
3: Bouwmodel Paalwoning
BovenBouw Bijlage Les
27
Paalwoning maken
MateriaalRechte takjes van wilgen, stevig draad, snoeischaar, stro,
klei, stopnaald, groene bladeren en bloemen.
Maak je eigen paalwoningWist je dat er vroeger in Nederland ook paalwoningen
werden gebruikt? Rond 6000 v. Christus begon men voor
het eerst zelf graan te kweken. De mensen gingen toen in
de buurt van vruchtbare grond wonen. In de moerassige
streken maakten ze woningen op palen. Zo ontstonden
er paaldorpen. Het duurde toen wel enkele jaren om zo’n
dorp te bouwen.
Boomstammen, voorzien van een scherpe punt, werden
in modderachtige bodem geslagen. De palen steken dan
ongeveer 2 meter boven de waterspiegel uit. Op de palen
werd een vloer van boomstammen gelegd. Die werden
dan met hulp van houten pennen vastgezet. Zo ontstond
er een rooster waarop de hutten gebouwd konden
worden.
Het leuke is dat de wolkenkrabbers van nu, die in een
moerassig gebied staan, ook op betonnen palen worden
gebouwd. Wolkenkrabbers en paalwoningen hebben dus
meer gelijkenis dan je zo zou denken. Alleen van de
betonnen palen van de wolkenkrabber zie je niks meer.
Deze zitten onder de grond!
Hoe ga je te werk? De bodem:Vorm eerst met 4 dikke takken een vierkant.
Knoop een rij takjes aan elkaar en leg dit op het vierkant.
Maak met een stopnaald alle takjes vast aan de onderste
vier takken.
De wanden:Knoop een rij takjes aan elkaar vast op dezelfde manier
als voor de bodem.
Maak 2 vierkanten met in één van de wanden enkele
kortere takjes voor de deuropening.
En maak 2 vierkanten die in het midden wat langer zijn
zodat ze de punt van het dak vormen.
Het dak:Je maakt opnieuw twee gelijke stukken op dezelfde
manier als voor de bodem.
De twee delen maak je aan elkaar vast door er een
dikkere tak tussen te steken en met naald en draad vast
te zetten.
Plak stro op het dak.
Samenstellen van de paalwoning:Maak 4 stevige takken op elke hoek aan de bodem vast.
Plaats de wanden tussen de ‘palen’ en hecht ze in elke
hoek vast met draad.
Zet het dak op de woning.
Afwerken:Plaats de paalwoning in een blok klei. Zo blijft het beter
staan. Versier de klei met groene bladeren en bloemen.
3: Maak je eigen paal woning
BovenBouw Bijlage Les
28
Afrikaanse schaal
Maak je eigen Afrikaanse schaal!
Probeer zelf eens een eigen Afrikaanse schaal te maken.
Materiaal: Oude kranten, een ballon of oude schaal, behangerslijm,
stiften en verf
Hoe ga je te werk?
Blaas de ballon op of pak een oude schaal
Maak de behangerslijm en smeer de kranten in
Plak eerst een natte krant op de ballon of de schaal
Plak daarna droge kranten op de schaal
Dan weer natte .. en zo ga je door
Zorg voor een mooie dikke laag en laat de kranten droog worden
Als de kranten droog zijn, prik je de ballon lek als je die hebt gebruikt
Versier de schaal door hem te verven in Afrikaanse printen. Maak
er zo een echte Afrikaanse schaal van! Je kunt ook de schaal
bestempelen met voorwerpen of zelfgemaakte stempels van
aardappels, kurk of ander zacht materiaal.
Lak de schaal af met bijvoorbeeld lak van het merk Glitsa.
3: Maak je eigen Afrikaanse schaal
BovenBouw Bijlage Les
29
Afrikaanse schaal
Maak je eigen Afrikaanse schaal!
Probeer zelf eens een eigen Afrikaanse schaal te maken.
Materiaal: Oude kranten, een ballon of oude schaal, behangerslijm,
stiften en verf
Hoe ga je te werk?
Blaas de ballon op of pak een oude schaal
Maak de behangerslijm en smeer de kranten in
Plak eerst een natte krant op de ballon of de schaal
Plak daarna droge kranten op de schaal
Dan weer natte .. en zo ga je door
Zorg voor een mooie dikke laag en laat de kranten droog worden
Als de kranten droog zijn, prik je de ballon lek als je die hebt gebruikt
Versier de schaal door hem te verven in Afrikaanse printen. Maak
er zo een echte Afrikaanse schaal van! Je kunt ook de schaal
bestempelen met voorwerpen of zelfgemaakte stempels van
aardappels, kurk of ander zacht materiaal.
Lak de schaal af met bijvoorbeeld lak van het merk Glitsa.
3: Traditionele hoofddoek 1
BovenBouw Bijlage Les
30
3: Traditionele hoofddoek 2
BovenBouw Bijlage Les
31
3: Traditionele hoofddoek 3
BovenBouw Bijlage Les
32
3: Traditionele Rok
BovenBouw Bijlage Les
33
3: Traditionele sjaal
BovenBouw Bijlage Les
34
Informatie over Congolese eetgewoonten:
Het ontbijt in Congo is meestal erg simpel en bestaat uit maïsgerechten en vruchten. Soms worden er ook warme maaltijden in
de ochtend gegeten, zoals vis. Als drinken heb je thee of vruchtendrank tijdens het ontbijt.
Het avondeten in Congo bestaat bijna altijd uit vis. Vlees wordt ook wel gegeten, maar veel minder dan vis. Vis wordt immers
overal gevangen. Ook wordt er veel gewerkt met vruchten en paddenstoelen. Er worden ook veel stoofpotten gegeten in Congo.
Veel inwoners van Congo eten eveneens insecten bij het avondeten. Als nagerecht wordt er meestal fruit gegeten.
In Congo heb je veel vruchtendrankjes. Ook kokosmelk wordt veel gedronken, meestal rechtstreeks uit de kokosnoot. Water
wordt in Congo weinig gedronken, omdat het water uit de kranen niet gezien kan worden als drinkwater.
Typische Congolese ingrediënten zijn: honing, maïs, rijst en yam (zoete aardappel).
Congolese recepten
Congolese tomatensaus Ingredienten:
• 3 theelepels olie (palm olie is het meest Afrikaans,
daarom niet het meest gezond in een westers dieet)
• 1 klein potje tomatenpuree (120ml)
• 2 uien, fijngesneden
• 3 tomaten, in stukken gesneden en gepureerd
• 1 laurier blad
• nootmuskaat naar smaak
• zout naar smaak
• cayenne peper naar smaak
Hoe te bereiden
• Verwarm de olie in een pan.
• Bak hierin de uien voor een drietal minuten.
• Voeg alle overige ingrediënten toe.
• Voeg een beetje water toe indien nodig.
• Breng op smaak met zout, cayenne en nootmuskaat.
• Breng al roerend zachtjes aan de kook en laat de tomaten
dan 10 minuten sudderen.
• Congolese tomaten saus is een ietwat pikante, smaakvolle
saus: je gebruikt deels verse tomaten en deels
tomatenpuree en kruid met nootmuskaat en cayenne
peper.
• Serveer deze tomatensaus met gegrilde of geroosterde
kip, vis, vlees of yam en wat rijst.
Congolese kip Ingredienten:
• 1 kip, in stukken gesneden
• 1 appel
• 1 banaan
• 1 potje tomatenpuree (70 gram)
• 1 potje room (klein)
• 1 soeplepel paprikapoeder
• 1 koffielepel kerriepoeder
• 1 mespunt pili-pili
• Kruitnoot
• peper
• zout
Hoe te bereiden
De stukken kip opbraden met peper en zout. Het vuur zachter
zetten, de banaan en de appel in stukjes snijden en met al
de kruiden en de tomatenpuree bijvoegen. Dit alles zachtjes
laten gaar worden. Daarna de stukken kip er uitnemen, de
nog grote stukken banaan en appel fijn pletten en de room
aan toevoegen. Dit alles goed roeren en de stukken kip bij de
saus voegen.
3: Congolese recepten
BovenBouw Bijlage Les
35
Congolese soep
Ingredienten:• Klapperwater, de melk van de kokosnoot (te koop bij de
supermarkt). De kokosnoot ook bekend als ‘klapper’, wat
een vernederlandsing is van het Maleise ‘kelapa’.
• evenveel kippenbouillon
• peper
• zout
• nootmuskaat
• verse room
• kleine stukjes geroosterde kokosnoot
Hoe te bereiden
Neem het klapperwater oftewel de melk van de kokosnoot.
Voeg er evenveel kippenbouillon aan toe. Kruid flink ook met
nootmuskaat. Voeg verse room toe. Warm de soep goed en
doe er nog kleine stukjes geroosterde kokosnoot bij.
Kropsla-ananassalade Veel ananas komt tegenwoordig uit Afrika, vooral uit
Ivoorkust. Daar worden de ananassen die niet naar Europa
worden geëxporteerd, gebruikt in allerlei gerechten. Deze
salade, heel ongebruikelijk in de West-Afrikaanse keuken, is
misschien wel een van de simpelste manieren om ananas te
verwerken.
Ingrediënten• ½ verse rijpe ananas
• ½ krop sla
• 3 eetlepels mayonaise
Hoe te bereidenSchil de ananas en bewaar het sap. Verwijder het hart en snijd
de ananas in kleine stukken. Haal de bladeren van de kropsla,
was ze en scheur ze in stukken. Leg de ananas en de sla in
een grote glazen slakom. Voeg de mayonaise en 3 theelepels
van het bewaarde sap toe en meng de ingrediënten zodat de
sla en ananas licht bedekt zijn met het sap. Zet 30 minuten
koel weg. Serveer gekoeld.
Recept voor Congolese beignets (40 stuks) Ingrediënten
• 1 liter koud water
• 1 kg tarwebloem
• 50 gr bakpoeder
• 2,5 waterglazen rietsuiker
• 1 zakjes vanillesuiker
• ½ soeplepel gedroogde gist
• ½ handvol zout
• 3 eierdooiers
• frituurolie
Materiaal• emmer of bassin
• houtenlepel (GEEN MIXER)
• frituurpan
• soeplepel
• schuimspaan
Hoe te bereiden• Breng in de emmer of bassin het water.
• Meng de suiker, vanillesuiker en het zout onder het water.
Ga niet roeren tot de suiker is opgelost want in dit koude
water zal dit toch niet gebeuren.
• Je kunt er dus onmiddellijk alle bloem onderroeren. Het
wordt een grote en dikke massa, vandaar dat ik aanraad
om een grote houtenlepel te gebruiken en geen mixer. Je
kunt de bloem ook in porties bijvoegen.
• Als alle bloem er is onder geroerd mag het bakpoeder en
de gist erbij. Wanneer je verse gist gebruikt moet je deze
eerst oplossen in een glas warm water.
• Blijf goed roeren en je zult merken dat het deeg plakkerig
en heel rekbaar wordt. Vooral dat laatste is een teken dat
het deeg geslaagd is.
• Je kunt er nu de eierdooiers onderroeren.
• Warm de frituurolie op tot het heet genoeg is.
• Maak met de soeplepel een bal iets kleiner dan een
tennisbal. Dit is niet gemakkelijk want het deeg is
plakkerig.
• Schep de beignets uit het vet met een schuimspaan.
• Eet smakelijk!
3: Congolese recepten
BovenBouw Bijlage Les
36
Karibu na Wewe
Lied op de wijs van ‘Nader mijn God tot U’
Karibu na Wewe
Karibu na Wewe, Mungu wangu;
Karibu zaidi, Bwana yangu,
Siku zote niwe, karibu na Wewe
Karibu zaidi, Mungu wangu.
Mimi nasafiri duniani
Pa kupumzika, sipaoni,
Nilalapo niwe, karibu na Wewe.
Karibu zaidi, Mungu wangu.
Yote unanipa, yanivuta,
Pa kukaribia nitapata,
Na nikunyongee, karibu na Wewe,
Karibu zaidi, Mungu wangu.
Na kwa nguvu zangu, nikusifu
Mwamba uwe maji ya wokovu,
Mashakani niwe, karibu na Wewe;
Karibu zaidi, Mungu wangu.
Na nyumbani juu Baba yangu.
Zikikoma haya siku zangu,
Kwa furaha niwe pamoja na Wewe,
Karibu kabisa Mungu wangu.
3: Lied Karibu na wewe
Les 4 Tonen en klanktaal
DoelIn deze les leren de leerlingen dat er verschillende talen zijn, waaronder toontalen.
Ze krijgen hierbij informatie over de fluittaal en de kliktaal. De leerlingen ervaren hoe
moeilijk het is om klanken uit een andere taal te moeten leren.
in de reiskoffer• Naro Nieuwe Testament
Een Bijbel voor iedereen
38
Lesactiviteiten
InleidingGesprek en uitzending bekijken
‘Er is in veel gebieden in Afrika geen internet en zelfs geen telefoon. Hoe
communiceren die mensen eigenlijk?’ Laat de leerlingen hier zelf eens over
nadenken.
Vertel de leerlingen dat door burgeroorlogen meer dan de helft van de kinderen
in Afrika niet naar school gaat. Er is inderdaad geen telefoon, en de wegen zijn
ook zo slecht dat er geen kranten worden verspreid in het land.
Communicatie is een groot probleem bij de zending. Er zijn piloten en
radiotechnici nodig om contact met de dokter tot stand te brengen. Er zijn
computertechnici nodig om alle gegevens voor een Bijbelvertaling veilig te
beheren. Er zijn trainers nodig om de plaatselijke Bijbelvertalers (die vaak laag
geschoold zijn) op te leiden, en taalkundigen om de klanken en tonen in de
talen daar te ontcijferen.
In veel talen hoort het gebruik van hoge en lage tonen bij de taal. Twee
woorden die je hetzelfde schrijft, kunnen iets verschillends betekenen door de
toonhoogte die gebruikt wordt. Voor de plaatselijke bevolking is het gebruik
van de tonen van hun taal vanzelfsprekend. Door gebruik van tam-tams
worden berichten doorgeseind van dorp naar dorp. Daarbij worden alleen de
tonen van de woorden gebruikt. Wycliffe werkt eraan om die toontalen ook
een eigen alfabet te geven, zodat mensen in hun eigen taal kunnen lezen over
gezondheidszorg, vitaminen, gezinsleven, en wat er van belang is.
Ga het gesprek aan met de leerlingen over de verschillende talen die er zijn.
Materiaal
Uit de reiskoffer• Naro Nieuwe Testament
• Naro audio Bijbel
Zorg zelf voor• internet voor uitzending over
kliktaal
• A3-papier, A4-papier,
tekenmateriaal, breed plakband,
karton en lijm
• attributen voor Wari-spel: bonen,
knopen of knikkers en eierdozen
Bijlagen• zendingsverhaal ‘tonen en klanken’
• lege wereldkaart
• vertaalopdracht Naro
• kaartjes bij het spel ‘een fluitje
van een cent’
• uitleg Wari spel
• zoek-de-verschillen kleurplaat
Klik talenKliktalen worden gesproken in het zuidelijke gedeelte van
Afrika. Het zijn talen die gesproken worden met korte klikjes.
Hessel en Coby Visser zijn medewerkers van Wycliffe die sinds
1991 in Botswana werken. Hessel vertelt: “De belangrijkste
taal onder de Bosjesmensen in West-Botswana is het Naro.
Toen wij begonnen met ons werk, was deze taal nog niet
beschreven. We hebben eerst een alfabet gemaakt van deze
taal, dat onder andere bestaat uit 28 klikgeluiden. Dit hebben
wij kunnen doen door eerst één te worden met de cultuur van
de San-mensen. Met deze bagage zijn we aan de slag gegaan
en zo langzamerhand zijn we begonnen met de vertaling van
de Bijbel.” De San-mensen zijn de oorspronkelijke bewoners
van Botswana. Zij zijn onderverdeeld in kleinere groepen met
verschillende talen. Ze hebben allemaal één ding gemeen: de
klikklanken.
Sommige toontalen worden ook gefloten, dan spreken we van
een fluittaal. Fluittalen komen voor in bijvoorbeeld Mexico,
Turkije en Nepal. Ze zijn altijd gebaseerd op de gesproken
talen van het desbetreffende gebied: in plaats van met de
stembanden en de tong worden de woorden gefloten. Het
resultaat klinkt als het gefluit van vogels.
Bij het aanleren van toonspelling is het fluiten een handig
hulpmiddel. Soms gebruiken de mensen met water gevulde
flessen om een soort xylofoon te maken, waarop je de tonen
van de lettergrepen kunt natikken. Dit doen ze vaak in
gebieden waar het niet gepast is voor vrouwen om te fluiten!
Een Bijbel voor iedereen
39
Tam-tam talenBij deze talen trommelt iemand op een traditionele tam-tam.
In een houten trommel zit een gleuf. Als je onder de gleuf slaat
dan krijg je lage klanken en boven de gleuf hoge klanken. Zo
kun je afwisselend een reeks lage en hoge tonen produceren
die dan bepaalde woorden betekenen.
Op zondag trommelen ze bijvoorbeeld: ‘djaba mutima, djaba
mutima, babaja bo Mungu’ wat betekent ‘reinig je harten,
reinig je harten, dienaars van God’. In plaats van een kerkklok
worden de mensen op deze manier opgeroepen om naar de
kerk te komen.
Weetje: Wist je dat wij in onze cultuur ook een toontaal
hebben? Moet je maar eens goed naar de telefoontonen
luisteren als je de cijfers van een telefoonnummer intypt. Elk
telefoonnummer heeft een andere toonhoogte.
Weetje: Wist je dat er nog steeds veel mensen zijn die niet
kunnen lezen? Daarom wordt er in veel talen ook een audio-
Bijbel gemaakt: een geluidsapparaatje op zonne-energie
waarmee je acht uur lang kunt luisteren. Ook in het Naro is
zo’n audio-Bijbel gemaakt. Met een druk op de knop kunnen de
Bosjesmensen de Bijbelwoorden in hun eigen taal horen.
KernopdrachtVertaalopdracht en oefening
Bekijk de uitzending (of een gedeelte ervan)
van de presentatie van het Nieuwe Testament
aan de Naro-bevolking (met kliktaal) in
Botswana (http://tinyurl.com/naroBijbel).
Voordat je de Bijbel kunt vertalen in een
bepaalde taal, zul je die taal moeten leren. De
Naro-taal is een Bosjesmantaal die gesproken
wordt in Botswana (Afrika). Dit is een kliktaal.
Het is leuk om zelf eens te proberen om een
kliktaal te spreken.
Oefen samen met de klas deze klikgeluiden.
Kijk hiervoor op Youtube, waar je korte
cursussen kunt vinden hierover (zoek op
‘kliktaal’ of ‘clicks’).
• Hoe is het om andere klanken te leren die
je niet kent?
• Wat merk je bij het oefenen van de
kliktaal?
• Is het makkelijk of juist niet? En waarom?
Nu weet je een klein beetje hoe het is voor de
Wycliffe Bijbelvertalers om de nieuwe klanken
te moeten leren van andere talen.
Pak de vertaalopdracht vanuit het Naro
erbij (zie bijlage). Laat de leerlingen deze
in groepjes oplossen of doe het samen
klassikaal.
Doe samen de oefening ‘Een fluitje van een
cent’
In het spel “een fluitje van een cent”
ondervinden de kinderen zelf welke problemen
een toontaal geeft voor het opschrijven van
een taal.
Voor het spel heb je de kaartjes met 1a, 1b,
1c en 1d t/m 4d (zie bijlage) nodig. Print deze
uit voor iedere leerling.
Maak twee groepen kinderen. Elke groep heeft
een woordvoerder die we het ‘talenwonder’
noemen. Er is ook een spelleider die de
kaartjes laat zien.
TIP! Vertel het zendingsverhaal ‘tonen en klanken’
(zie bijlage).TIP! Pak de lege wereldkaart erbij (zie bijlage) en kruis
de landen aan waar toontalen gebruikt worden. Laat
eventueel twee leerlingen meer landen opzoeken op
internet.
Een Bijbel voor iedereen
40
‘Tonen maken in andere landen soms een heel belangrijk
verschil tussen woorden. Deze tonen moet je wel opschrijven.
Je kunt dat bijvoorbeeld doen door accenten boven de woorden
te zetten. Dat ziet er zo uit: Gue müngana, ndï a:sïka moi
angö, o:minjo üpanü akösugo bö: “Wösîeni idyo inani akö ïkáá
yö sooko, watïkana kömü, watïpaka kömü inani kü banï; ika
nayö ta (kü) iyani apëï asëmï!” (dit kunt u uitprinten of op het
bord schrijven!)
Weetje: Wist je dat in veel talen mensen elkaar fluitend kunnen
verstaan?
Fluiten is een hulp bij het opschrijven van de goede tonen.
In het Budu vertaalkantoor zijn mensen vaak bezig met het
fluiten van woordtonen om uit te leggen over welk woord ze
het hebben.
De oefening
Laat de leerlingen een kaartje (zie bijlage) zien met ‘kanon’
erop geschreven.
Vraag aan de groep: ‘Kun je dit woord zingen of niet?’. Doe
hetzelfde met het kaartje ‘appel’.
Leg uit dat je deze woorden op twee manieren kunt uitspreken
door de klemtoon te verleggen. Hierdoor verandert de
betekenis van het woord!
‘Wist je dat je ook op ‘appél’ kunt komen? In het leger
bijvoorbeeld? Deze appel kun je niet eten!’
Bij deze twee woorden kun je dus goed horen dat klemtonen
ook tonen zijn.
‘In het Nederlands heb je bijna geen woorden waar de
toonhoogte een betekenis geeft aan het woord. Maar in veel
Afrikaanse talen is dat bij bijna elk woord zo. Daarom kunnen
de sprekers van zulke talen ook trommelen wat ze zeggen of
zelfs fluiten. Dat proberen we jullie in dit spel ook te leren!’
Pak de kaartjes erbij uit de bijlage.
De spelleider leest de woorden op kaart 1a en 1b voor en laat
het zien aan de leerlingen.
Het streepje op de woorden heeft wind mee of wind tegen, zie
je dat?
Het streepje met wind tegen is een lage toon. Het streepje met
wind mee is een hoge toon.
Fluit de woorden nu eens als voorbeeld.
Laat het talenwonder uit de eerste groep plaats nemen op de
stoel met zijn gezicht van de spelleider af. De klas moet de
spelleider wel kunnen zien maar het talenwonder niet!
De spelleider houdt één van de twee kaartjes naar boven. De
groep fluit nu de tonen voor op het teken van de spelleider.
Het talenwonder moet zonder te kijken, vertellen welke
betekenis het gelezen woord had.
Bij een goed antwoord krijg je 2 punten, bij fout 0 punten.
Daarna mag de tweede groep een poging wagen met de
kaartjes ‘c’ en ‘d’ van ronde 1.
Neem voor groep 2 de ‘c’ en ‘d’ kaartjes van elke ronde en voor
groep 1 de ‘a’ en de ‘b’ kaartjes.
AfsluitingAfrikaans spel
Doe met elkaar het Wari spel. Kijk in de bijlage voor de
uitleg en een afbeelding!
TIP! Maak de zoek-de-verschillen kleurplaat (zie bijlage).
BovenBouw Bijlage Les
41
DeelI‘Jekuntfluitennaarjekoffiepot!’
Noelle was best zenuwachtig. Ze was druk bezig met de afwas,
maar haar gedachten gingen uit naar een dorp ver weg, aan
de andere kant van de vallei in het oerwoud. Terwijl ze de
ingezeepte schalen en potten met heet water afspoelde en ze
omgekeerd op het bamboe afdruiprek zette, dacht ze aan de
vijfenvijftig dagen die nu nog voorbij moesten gaan voordat
het “Noël” zou zijn. “Noël” in Zaïre betekent kerstfeest. Elk
jaar werd het uitbundig gevierd door de hele dorpsschool.
Iedereen danste dan de hele nacht om het vuur heen op hun
schoolplein. En ‘s morgens gingen ze al om half vijf de huizen
langs, om wat koffie te vragen aan de mensen voor bij het
vuur in de ochtendkou. Noelle was met kerst geboren, en
dus heette ze zo. Er zou dit jaar een groot feest voor haar
zijn. Terwijl door de hete zon de schalen op het afdruiprek
brandschoon opdroogde, dacht ze over dat feest na. Met
haar handen onder haar kin steunde ze op haar knieën, zoals
ze gewend was als ze nadacht. Verjaardagen werden nooit
gevierd in het oerwoud. Maar dit jaar zou er toch feest voor
haar zijn, omdat ze vlak voor kerstmis zou gaan trouwen. Ze
werd dan 16.
Bij de rivier had ze veel goeie klei verzameld, topkwaliteit,
zei haar oma. Samen met haar zussen werkten ze nu aan de
voorraad potten en pannen die Noelle mee zou nemen naar
haar nieuwe huis. De klei was van een speciaal mengsel van
zwarte en gele klei, een geheim recept van oma. Oma stond
bekend om haar sterke potten. Reepje voor reepje maakten
ze er nu handig potten van, de rolletjes werden mooi glad
gestreken met een oude potscherf, en dan droogden ze
keihard in de zon op. “Heb je hem nou al gesproken?” vroeg
Petossi met een spottende blik in Noelle’s richting.
“Ze durft nog geeneens naar hem te kijken!” riep Sara nu
lachend. Noelle moest nu ook lachen. Het was wel waar.
Noelle had de jongen met wie ze ging trouwen nog niet eens
aangekeken. In Congo, waar Noelle woonde, was het namelijk
gewoon dat je ouders uitzochten met wie je ging trouwen. Die
man kende je soms nog niet eens, en die leerde je meestal
ook nog niet kennen tot de trouwdag. Nog vijfenvijftig dagen
hadden ze, om alle potten en andere spulletjes klaar te maken
voor de grote dag.
“Sara, dit wordt m’n koffiepot!”, riep Noelle nu, terwijl ze een
vorm van klei in de lucht hield. Het leek net een gewone pot,
zoals alle andere potten die op het vuur worden gebruikt
om te koken. Alleen de tuiten die er aan vier kanten uit
naar boven staken maakten deze pot bijzonder. “Net als
de koffiepot die mamma vroeger had”, antwoordde Sara
dromerig, en je kon aan haar zien dat ze terugdacht aan
de mooie vier-tuitige koffiepot die ze vroeger op mamma’s
houtskoolvuurtje had zien staan elke morgen. “Weet je nog,
dat mamma ons ‘s ochtends altijd een kop koffie gaf uit die
pot, voor we met haar naar het veld gingen om te werken?”
vroeg Sara, terwijl ze verder werkte aan de supergrote
kookpot die ze aan het gladstrijken was. Ja dat was jaren hun
ontbijt geweest, koffie, herinnerde Petossi zich nu ook. Nu ze
naar school gingen, aten ze elke ochtend bij het vuurtje ook
wat kleine banaantjes. Noelle zat nu in groep 7. Terwijl ze
zo in gedachten bezig zijn met haar werk schiet er een slang
voorbij, een hele giftige, vlak bij haar handen. Van schrik
knijpt ze de kleimassa tot een zielig hoopje ineen. “Nyoka,
nyoka, een slang, een slang! roepen ze nu allemaal tegelijk!
Gelukkig schrikt de slang nog erger dan de meisjes, en zo
krijgen ze niet eens de tijd om te zien welke soort ‘mamba’
dit is. In elk geval was hij giftig, besluiten de zusjes als ze
‘s avonds alles aan vader en moeder vertellen. “Dat is geen
best voorteken”, zegt vader somber, “Een slang brengt altijd
ongeluk, en zeker nu jullie net met de voorbereidingen van de
bruiloft bezig waren vind ik het geen goed teken”. Vader staart
somber in het vuur. Petossi kijkt hem ernstig aan. Sara kijkt
zenuwachtig in het vuur. Noelle denkt alleen aan de koffiepot,
die ze nu opnieuw moet gaan maken. Dan herinnert ze zich
dat ze in de kerk gehoord heeft van de slang van Mozes, die
de slangen van de tovenaars in Egypte opat. God is sterker
dan de tovenaars, en ook sterker dan al die voortekens, weet
ze nu opeens heel zeker. Ze begint in het donker bij het vuur
te zingen over Jezus, de grote Overwinnaar. Haar moeder
zingt opgelucht mee, en al gauw zingen ze met z’n allen en
vergeten ze alle enge schaduwen in het donker achter de
kookhut, en ook alle angstige voortekens.
4: Zendingsverhaal
BovenBouw Bijlage Les
42
DeelII‘Jekuntfluitennaarjekoffiepot’
De potten lagen inmiddels alweer twee dagen in de hete zon
te drogen. Noelle heeft een nieuwe, nog mooiere koffiepot
gekleid. Ze moesten ook nog worden gebakken in een oven.
En dan waren ze klaar voor gebruik in de keuken. Noelle’s
zusjes zouden straks alle potten op hun hoofd meenemen naar
het dorp waar Noelle zou gaan wonen met haar man. Terwijl
haar zussen alweer met andere dingen bezig waren, was
Noelle in gedachten vaak bezig met die jongen aan de andere
kant van het moeras, met wie ze straks een huis zou hebben.
Zo komt het dat ze niet mee rent met haar zussen als die een
geitje gaan zoeken dat aan het verdwalen is. Ze is bezig met
het wieden van onkruid, en ze plukt tegelijkertijd de grote
olifantsoor-bladen met hun knolgrote wortels die je zo lekker
als aardappels kunt koken. Dat is geen echt onkruid. Het gaat
in de mand op haar rug.
Wat een regen vandaag weer! Elke dag regent het een uur
heel hard in het regenwoud. Je kunt dan zien hoe iedereen
naar het dichtstbijzijnde huis rent om te schuilen. De was
wordt snel binnengehaald van het dak waar hij op ligt te
drogen. Mensen die te ver van een huis af zijn en die helemaal
doorweekt aan komen rennen drogen bij een vuurtje in de
kookhut lekker op. Maar de meesten mensen houden de
donkere wolken in de gaten en zijn op tijd binnen.
Noelle heeft goed naar de lucht gekeken, om te zorgen dat ze
de regenwolken op tijd in de gaten heeft. Alle potten van klei
zijn nu goed droog geworden van de hete zon. Na schooltijd,
terwijl ze met haar zusjes op het land aan het werk was,
hebben ze de potten al twee dagen op tijd binnen gehaald.
Maar vandaag kijkt Noelle om zich heen en ontdekt dat haar
zusjes weg zijn als het opeens gaat waaien. Zijn die nou nog
steeds achter de geit aan het aanrennen? Ze weet nu weer
dat haar zusjes probeerden een geitje te pakken dat in het
struikgewas naast het veld verdwaald was. Hij ging steeds
verder het oerwoud in, en de zussen van Noelle waren achter
het gemekker aangegaan. Snel pakt Noelle nu zelf een pot op
haar hoofd, en in elke hand een, en de mand op haar rug. De
schoffel laat ze op het veld liggen en dan loopt ze zo snel ze
kan naar het huisje van mevrouw Roeta, dat aan de rand van
het oerwoud ligt. Daar kan ze de drie potten wel veilig leggen
terwijl ze teruggaat om de andere vier nog te halen.
Het begint al te spatten van de regen, als Noelle voor de
tweede keer terugrent. Alleen de koffiepot nog, en een grote
kookpot. Zo snel mogelijk heen, en dan met de pot op haar
hoofd voorzichtig terug. O, help, nu ziet ze in haar haast de
schoffel niet die ze op de grond heeft laten liggen. Ze valt
languit op de rode aarde, en de koffiepot? Die valt helaas op
het ijzer van de schoffel helemaal aan stukken. Ze hoort het
breken van het droge aardewerk op het ijzer en blijft van
ellende nog maar even languit in de modder liggen, terwijl ze
warme tranen huilt in de koude regen. Ze kan nu wel fluiten
naar haar mooie koffiepot. Zo’n mooie koffiepot krijgt ze nooit
meer voor de bruiloft af. Even denkt ze terug aan de slang.
Noelle hoort door de regen die op het land klettert heen
opeens hoe iemand fluit. Het zijn geen fluittonen van een
liedje, het zijn de fluittonen van een boodschap: een zin in
haar taal die iemand vlakbij fluit. Ze hoort verbaasd terwijl
ze opkrabbelt dat iemand haar volledige naam fluit: “Noelle
de kleindochter van de olifantenjager”. Terwijl ze de modder
van haar knieën afveegt glijden haar ogen langs de rand
bananenbomen verderop. Waar staat die geheimzinnige
fluiter? “Noelle de kleindochter van de olifantenjager,
je hoort in deze grote regenbui de fluittonen van een
armzalige reiziger” hoort Noelle hem fluiten, en nu ziet ze
een doorweekte jongen onder een bananenboom staan, met
getuite lippen en opgetrokken schouders. Hij barst in lachten
uit als ze hem ontdekt heeft. Verder fluiten kan hij niet. Als
ze onder de boom naast hem komt schuilen durft ze hem niet
goed aan te kijken. Hij vertelt dus maar dat hij op weg is naar
haar vader. “Ik kom van de overkant van de vallei en ik hoop
dat je deze regen net zo leuk vind als ik. Niemand ziet ons
hier, dus nou kunnen we eindelijk eens gewoon praten.”
4: Zendingsverhaal
BovenBouw Bijlage Les
43
DeelIII‘Jekuntfluitennaarjekoffiepot’
Noelle begrijpt dat de doorweekte “armzalige reiziger” van
de overkant van de vallei haar aanstaande man is, Benjamin
heet hij. Hij was op weg naar haar vader, om over de bruiloft
te praten, en toen barstte de regen los. En zij was op het
veld om die koffiekan te redden, die hier stond te drogen.
Voorzichtig kijkt ze opzij naar de bananenboom naast haar,
waar ze de jongen in zijn natte T-shirt en broek ziet staan.
Van dichtbij lijkt hij veel ouder, ook wel omdat hij nu niet
meer zo ingespannen staat te fluiten. Noelle moet nu ook wel
lachen, hoewel ze heel verlegen blijft, want elkaar zien mag
eigenlijk helemaal niet. Nou ja, in de regen kun je er toch
niets aan doen, eigenlijk heeft God hen deze regen gegeven,
en daarom is ze er gewoon blij mee dat ze nu ziet wie haar
man worden zal.
“Noelle, ik wist meteen dat jij het was. Ik zag hier een
nieuwe koffiepot liggen, en ik dacht al, die is vast door Noelle
gemaakt. Wie anders trouwt er hier in het dorp. Toen ik onder
de bananenboom bleef staan omdat het regende, zag ik je
tobben met die schoffel, en ik wist meteen: dat is Noelle.”
zei hij razendsnel. “Waarom ben je niet doorgerend naar het
houtvuur bij mevrouw Roeta, om op te drogen?” vroeg Noelle
hem verbaasd. “Ja en waarom heb ik jouw mooie koffiepot
niet gered, terwijl ik er wel naar heb staan kijken?” vroeg
Benjamin, en hij haalde zijn schouders weer zo grappig op dat
hij haar weer deed denken aan de jongensfiguur die ze in die
houding had zien staan fluiten, alsof hij niet alleen met zijn
mond floot, maar met zijn hele lichaam! “Maar ik heb er geen
spijt van dat ik zo bleef stilstaan zonder iets te doen. Jij kwam
eraan en al mijn besluiteloosheid verdween, en ik besloot deze
kans te gebruiken om elkaar te spreken te krijgen, zonder al
die zussen van je erbij!”
Benjamin en Noelle spraken een uur lang met elkaar onder
de bananenbomen in de regen. Benjamin vertelde Noelle over
het dorp waar ze zouden gaan wonen, en Noelle vertelde
hem over de slang en over vaders sombere woorden over
voortekens. Benjamin keek Noelle vragend aan. “Je hebt wel
pech zeg. Maar je hebt je niet bezeerd door die vervelende
schoffel toch?” “Nee, zegt Noelle, alleen m’n koffiepot is stuk,
maar eh, ik vind die regen toch wel net zo leuk als jij hoor.
Samen zongen ze het lied over “Jezus de grote Overwinnaar”
en daarna droogden ze op bij het vuurtje van mevrouw Roeta.
Terwijl Noelle de aardappelknollen klaarmaakte voor mevrouw
Roeta, Benjamin en haarzelf, vertelde Benjamin waarom hij
naar haar vader wilde gaan. “Ik moet je vader nog veel geld
betalen voor de bruiloft, en ik kreeg het maar niet bij elkaar”
vertelde Benjamin. “Maar nu heb ik een baan gekregen. Je
weet dat je onze taal kunt fluiten he?.” “Echt wel!” lachte
Noelle. “Nou en al die tonen die je fluit, hebben geen letters.
Je weet wel hoe je frans schrijft, dat leer je op school. Maar
probeer maar eens Boedoe te schrijven. “gbogbo” wat staat
hier? “aardappelknol” zou je denken. Mis! Het is hetzelfde
woord, met de toon andersom: “afdruiprek” betekent het dus!
En nu is er een buitenlander gekomen, die heeft een spelling
bedacht voor onze tonen. Hij is van Wyclife Bijbelvertalers
en hij heeft hulp nodig. Hij zegt dat hij 200 leesboekjes wil
maken, voordat de Bijbel die hij vertaalt klaar is. Bij hem heb
ik een baan!”
Als ze de dampende aardappelknollen op hebben, is de
regen opgehouden. Benjamin gaat naar Noelle’s vader om te
vertellen dat de bruiloft pas over een jaar kan plaatsvinden.
Hij moest eerst nog meer geld verdienen, om aan Noelle’s
vader te geven. Noelle kon nog een jaar langer naar school,
net genoeg om een diploma te krijgen. Benjamin vond het
ook belangrijk dat ze een diploma kreeg, want dan kon ze
misschien zelf meehelpen bij Wycliffe Bijbelvertalers en...ze
kreeg tijd genoeg om een nieuwe koffiepot te maken!
4: Zendingsverhaal
BovenBouw Bijlage Les
44
4: Lege wereldkaart
BovenBouw Bijlage Les
45
VertaalopdrachtNaro is de taal van de Bosjesmensen in Afrika. Hieronder
zie je een aantal oefeningen vanuit de Naro-taal. Gebruik bij
sommige oefeningen desbetreffende Bijbelgedeelten!
Hoe zit een zin in het Naro in elkaar? Schrijf op welk woord er op de stippellijn moet komen te
staan.
• bóò tsir ko – ik zie jou bóò = …………
• tcii tsir ko – ik roep jou tcii = ……………
• bóò tem ko - hij ziet mij mij = ………………
• bóò tsim koo - hij ziet jou (m) jou (m) = ………
• bóò sim ko - hij ziet jou (v) jou (v) = …………
• bóò mem ko - hij ziet hem hem = ……………
• bóò sim ko - hij ziet haar haar = ……………
• bóò tsir ko - ik zie jou (m) tegenwoordige tijd =
………
• bóò tsir gha - ik zal jou (m) zien toekomende tijd =
……………
VertaalproblemenEen probleem wat je vaak tegenkomt bij vertalen is dat er in
het Naro geen woord is voor bepaalde begrippen. We geven je
een voorbeeld.
Welke vertaling zou jij kiezen voor het woord ‘zondvloed’?
• tshàa-dxoo - enorm water
• tshàa ba - zee
• túú-dxoo - enorme regen
• kaias túú - grote regen
• kaiam tshàa - groot water
Kijk ook eens naar de volgende woorden!Rechter:
• xgàra-kg’ao - straffer
• tchàno-tchano-kg’ao - rechtzetter
• x’aiga - hoofdman
Woestijn:
• qãaka (het veld, plek waar wilde dieren zijn)
• tchàa (‘buiten’: het veld, plek buiten het dorp)
• ‘plek waar geen mensen zijn’
• ‘plek waar weinig groeit’
Nog een vertaalprobleem
Soms heeft het Naro geen woord voor een bepaald begrip. Het
komt ook voor dat het Naro juist tevéél woorden heeft!
Het Naro heeft bijv. veel woorden voor eten. Kijk maar eens
naar het volgende rijtje:
• tc’õó - eten (algemeen)
• kg’oo - eten (vlees)
• ghom - eten (poeder en wat er op lijkt)
• tom - eten (iets dat zacht of vloeibaar is)
Vul nu het woord ‘eten’ eens in:
Genesis 3:2 Van de vrucht der bomen dezes hofs zullen
wij ……………………………………………….
Genesis 3:14 Op uw buik zult gij gaan, en stof zult
gij……………………………………………………………..
Genesis 25:30 Laat mij toch …………………………… van dat rode,
dat rode daar.
Genesis 40:19 Het gevogelte zal uw vlees
…………………………………………………………………….
Exodus 12:7 Zij zullen van het bloed nemen, en het
strijken aan de beide zijposten, en aan de
bovendorpel, aan de huizen, waarin zij het
………………………………………………….zullen.
Oudere broer of jongere broer?Het Naro heeft twee woorden voor ‘broer’: een oudere broer =
kíí en een jongere broer = qõè.
Vul nu het juiste woord in:
Genesis 4:9 Ben ik mijn ………………….. hoeder?
Genesis 27:43 (Rebekka) vlucht naar Laban, mijn
……………………………………………..
Genesis 37:2 Jozef weidde de kudde met zijn
……………………………………………..s
Genesis 37:26 Toen zei Juda tegen zijn
…………………………………………………s
Nadenkertje!In Genesis 25:30 (dat rode, dat rode daar) komt in het Naro
verkeerd over als ‘dat rode, dat rode’ twee keer gezegd wordt.
Er wordt dan begrepen dat Ezau zijn broer beledigt. In de
vertaling staat het nu maar één keer. Weet jij een betere
mogelijkheid?
4: Vertaalopdracht Naro
BovenBouw Bijlage Les
46
bijlageLes4:TonenenklankendeelI(bb)
Kaartjesbijhetspel‘eenfluitjevaneencent’
KANON
APPEL
4:Oefening‘fluitjevaneencent’kaartjes kanon en appel
BovenBouw Bijlage Les
47
bijlageLes4:TonenenklanktalendeelI(bb)
Kaartjesbijhetspel‘eenfluitjevaneencent’
1.WoordenvanuitdeSomalischetaal
Delettergrepenwaargéénstreepjeopstaat,spreekjeopgewonetoonuitofzenoemenhetookweleenmiddentoon!
1a
ínanjongen
inánmeisje
1b
góraymannetjesstruisvogel
goráyvrouwtjesstruisvogel
1c
darmá-anhengst-veulen
darma-ánmerrie-veulen
1d
damé-ermannetjesezel
dame-érvrouwtjesezel
4:Oefening‘fluitjevaneen cent’ - kaartjes toontaal
BovenBouw Bijlage Les
48
2.WoordenvanuitéénvandetalenuitCongo
2a
ibhukuil
ibhúkano
2b
kanakànàhals-kwab
kánakánasoortworm
2c
àwúdaar
àwuinsect
2d
alabhúnagrootvader
alábhunàgrootvaders
4:Oefening‘fluitjevaneen cent’ - kaartjes toontaal
BovenBouw Bijlage Les
49
3.WoordenvanuithetMandarijn(Chinees)
Hierziejedatéénwoord4betekenissenheeft.Maarookmeertoonhoogtesdantwee,probeerzeeersteensuittespreken!
3a
mááhogetoon
moeder3b
mástijgendetoon
hennep3c
mà-ádalendeenstijgendetoon
paard3d
màdalendetoon
schelden
4:Oefening‘fluitjevaneen cent’ - kaartjes toontaal
BovenBouw Bijlage Les
50
4.WoordenvanuitdeMexicaansetaal
Ookhierheeftéénwoord4betekenissen!
4a
kù
duif4b
ku
zoeteaardappel
4c
kū
ikslijp4d
kú
ikeet
4:Oefening‘fluitjevaneen cent’ - kaartjes toontaal
51
BovenBouw Bijlage Les
52
4: Afbeelding bij Wari spel
BovenBouw Bijlage Les
53
Wari – spel
In heel West-Afrika, maar ook in Suriname en de Cariben wordt Wari gespeeld en het kan ook zelf gemaakt worden
door de Nederlandse kinderen.
Materiaal: Aarde om kuiltjes te maken of twee lege eierdozen van 6 eieren die je aan elkaar plakt, 48 bonen of 48
knikkers, kraaltjes of knopen.
Knutseltip: Plak twee eierdozen aan elkaar, haal de deksel eraf. En beschilder ze in vrolijke kleurtjes!
Beschrijving:
• Stap 1. Graaf een rij van 6 ondiepe kuiltjes
• Stap 2. Graaf daarnaast eenzelfde rij
• Stap 3. Doe in elk kuiltje 4 boontjes, zorg voor twee kleuren boontjes .. voor speler A en B
• Stap 4. Zoek een tegenstander
• Stap 5. Lees de spelregels en veel succes!!!
spelregels:
Het doel van het spel is zoveel mogelijk bonen te ‘vangen’.
• Speler A haalt 4 bonen uit één van de kuiltjes aan zijn kant. Hij zaait ze, tegen de klok in, één voor één, in elk van
de volgende 4 kuiltjes. Hij mag doorgaan in de rij van de tegenstander.
• Nu mag speler B een kuiltje aan zijn kant leegmaken en zaaien.
• Ga zo om de beurt door. Komt je 4e boontje in een kuiltje van je tegenstander waar nog maar 1 of 2 boontjes in
liggen? Dan mag je die bonen met die laatste boontjes van jou opzij leggen. Dit zijn je gevangenen!
• Als het kuiltje daarvoor ook 2 of 3 boontjes bevat, dan zijn dat ook jouw gevangenen. Je kunt net zolang terug
gaan, tot je aan het kuiltje komt dat minder dan 2 boontjes bevat of meer dan 3. Dan eindigt jouw beurt.
• Het kan zijn dat je een beurt start bij een kuiltje met 12 of meer boontjes. In dat geval gaan de boontjes meer dan
één keer het bord rond. Het kuiltje waarmee je begon, wordt dan overgeslagen en blijft leeg.
• Je mag de kuiltjes van je tegenstander niet leeg laten als je er nog boontje in kan zaaien.
• Wanneer er geen zet meer gedaan kan worden, legt de speler die nog boontjes over heeft die bij zijn stapel.
• De speler met de meeste bonen is de winnaar!
4: Uitleg Wari-spel
BovenBouw Bijlage Les
54
4: Kleurplaat zoek-de-verschillen
Les 5 Actief voor Wycliffe
DoelDe afgelopen lessen is er veel over Wycliffe geleerd. De leerlingen gaan dit nu omzetten in actie voor Wycliffe!
in de reiskoffer• Afrikaanse kleding
Een Bijbel voor iedereen
56
Introduceer het pindakaaslied en leg de invloed uit van het Goede Nieuws:
‘Vroeger dronken mannen in veel Afrikaanse landen de hele nacht palmwijn en aten daarbij pinda’s. De volgende morgen waren
dan (helaas pindakaas) alle pinda’s op. Sinds de mannen geloven in God en naar de kerk gaan, drinken ze geen palmwijn meer.
Nu kunnen de moeders de pinda’s gebruiken voor hun kinderen.’ Het doel van dit pindakaaslied is om te laten zien dat je met
eenvoudige middelen ook echte pindakaas kan maken (en andere lekkere dingen) en de leerlingen laat ondervinden dat het
moeite kost.
Lesactiviteiten
PresentatieStart presentatie in de centrale ruimte
Voor deze actie kunt u contact opnemen met het Wycliffe-kantoor (info@
wycliffe.nl; 0343-517444) om ondersteuning te vragen van een medewerker.
De medewerker van Wycliffe verzorgt dan een presentatie. Ook kunnen er
Wycliffe-folders worden geleverd voor de ouders en een persbericht voor in de
schoolkrant of nieuwsbrief.
Presentatie: Bij de presentatie zijn de leerkrachten aanwezig. Zij spreken
onderling af wie de pindakaas productie begeleidt (zakje gezouten pinda’s
verdelen over vijf vijzels en na 45 minuten stampen de pindakaas op
minitoastjes verdelen). Je kunt ook een alternatief voor de vijzels bedenken als
je hier niet aan kunt komen, bijvoorbeeld kommetjes met een korte dikke ronde
stok. Maar veel ouders hebben er vaak wel één staan.
Materiaal
Uit de reiskoffer• Afrikaanse kleding
Zorg zelf voor• vijzels en stampers, pinda’s en
eventueel mini crackers
Tip! zoek een centrale ruimte waar u de spullen klaar kunt zetten!
Bijlagen• het pindakaaslied
• recepten
TIP! Je kunt zg. “peppere
pindakaassie” maken door er
cayennepeper door te doen of een
beetje knoflook!
Het pindakaaslied!(op de wijs van ‘twee emmertjes water halen’)
Twee uren pinda’s stampen,twee uurtjes bonken,Met twee houten stronken,Met twee houten palen,Om pinda’s te vermalenVan je ras, ras, ras,komen wij uit Bijbelklas.Van je voort, voort, voort,Ja, wij horen Jezus’ woord.Hij maakt sterk, sterk, sterk,’t is voor Jezus al ons werk,Want hij is, de, BAAS
1. Gooi de inhoud van het zakje pinda’s in
de vijzel
2. Laat de kinderen om de beurt een poosje
stampen met de vijzel totdat er pindakaas
ontstaat (na 20 minuten is het korrelig en
droog, na 40 minuten is het smeuig en
fijn).
3. Nu kan het op de crackers worden
gesmeerd.
Een Bijbel voor iedereen
57
Actie voeren!
Tijdens de actie kunt u elke dag aandacht
besteden aan gebed. Kijk hiervoor achterin
bij de gebedspunten. Betrek de leerlingen ook
actief bij het gebed. Laat ze meedenken en
indien mogelijk ook hardop meebidden.
Hier volgen een aantal ideeën om actie te voeren voor Wycliffe.
Vertaalkantoor
Zet samen met de groep een vertaalkantoor
op en geef dit een naam. Wie is de leider?
En wie de medewerkers? Spar hier samen
over! In dit bedrijf ga je Bijbelteksten vertalen
die mensen dan kunnen adopteren voor een
bepaald bedrag. Laat iedere leerling een tekst
kiezen die zij willen vertalen. En laat ze ook
nadenken over in welke taal zij het willen
gaan vertalen. Laat de leerlingen dan een
powerpoint maken rondom deze projectweek
die ze kunnen presenteren aan hun buren
en families. Laat hen vervolgens mensen het
werk uitleggen van hun vertaalkantoor. Leg
de mensen ook uit dat er in het echt ook zo’n
kantoor is, Wycliffe. Vertel de mensen hoe
belangrijk het werk van Wycliffe is. En vraag
of zij een tekst willen adopteren! Dit kan via
www.adopteereenBijbeltekst.nl
KaartenactieLaat de kinderen tekeningen maken over een of meerdere
onderwerpen die aan bod zijn gekomen en kies de meest
originele uit. Laat hier kaarten van drukken in kleine oplage om
te verkopen! Zorg dat u een set heeft van 4 of van 6 kaarten.
U kunt ze bijvoorbeeld laten drukken bij www.kaartinactie.nl.
Kookgroep
Start een kookgroep op met een chefkok en keukenhulpen.
Bedenk voor deze kookgroep lekkere en eenvoudige
buitenlandse gerechten. Zie ook recepten in de bijlage! Prik
een datum en nodig mensen uit om te komen eten voor
bijvoorbeeld €5,-. Kies een aantal leerlingen die gastvrouw/-
heer zijn die de gasten op die dag kunnen ontvangen. Denk
ook aan obers! Zet grote tafels neer in de gemeenschappelijke
ruimte of het speellokaal en kleed het gezellig aan. Misschien
heeft u zelf nog kleding uit een ander land om aan te trekken?
Het is misschien verstandig om de mensen zelf hun bord en
bestek mee te laten nemen. Bedenk ook hoeveel personen u
maximaal kwijt kunt.
Modeshow
Organiseer een modeshow. U
kunt een aantal kinderen een
modeshow laten voorbereiden
met Afrikaanse kleding of
kleding uit andere culturen.
Nodig ouders uit om te komen
kijken en of te luisteren en
vraag entree geld hiervoor!
TalentenshowOf organiseer een
talentenshow en laat ieder
kind zijn of haar talent ten
gehore brengen. Denk hierbij
aan muziek maken, zingen of
een optreden. Nodig ouders
uit om te komen kijken en of
te luisteren en vraag entree
geld hiervoor!
58
BOVENBOUW Antwoorden
Antwoorden van de opdrachten Vertaalopdracht Naro bóò tsir ko – ik zie jou bóò = zie tcii tsir ko – ik roep jou tcii = roep bóò tem ko - hij ziet mij mij = tem bóò tsim koo - hij ziet jou (m) jou (m) = tsim bóò sim ko - hij ziet jou (v) jou (v) = sim bóò mem ko - hij ziet hem hem = mem bóò sim ko - hij ziet haar haar = sim bóò tsir ko - ik zie jou (m) tegenwoordige tijd = ko bóò tsir gha - ik zal jou (m) zien toekomende tijd = gha
Vul nu het woord ‘eten’ eens in: Genesis 3:2 Van de vrucht der bomen dezes hofs zullen wij tc’õó. Genesis 3:14 Op uw buik zult gij gaan, en stof zult gij ghom. Genesis 25:30 Laat mij toch tom van dat rode, dat rode daar. Genesis 40:19 Het gevogelte zal uw vlees kg’oo. Exodus 12:7 Zij zullen van het bloed nemen, en het strijken aan de beide zijposten, en aan de bovendorpel, aan de huizen, waarin zij het kg’oo zullen.
Genesis 4:9 Ben ik mijn qõè hoeder? Genesis 27:43 (Rebekka) vlucht naar Laban, mijn kíí Genesis 37:2 Jozef weidde de kudde met zijn kíís Genesis 37:26 Toen zei Juda tegen zijn qõès
Zoek-de-verschillen kleurplaat
Een Bijbel voor iedereen
59
Gebedspunten BijbelvertaalwerkHieronder vindt u een aantal suggesties voor gebedspunten voor het werk van Wycliffe. Actuele gebedspunten vindt u op: www.wycliffe.nl.Praat er samen met de leerlingen over en laat ze meedenken in het formuleren van gebedspunten.Waar u samen met de leerlingen aan kunt denken:
• Bid voor het vertaalwerk, dat alles goed zal verlopen en de nodige materialen er zullen zijn. Bid
dat de vertalers wijsheid mogen krijgen om dit belangrijke werk te doen.
• Bid dat God voor de vertalers/veldwerkers wil zorgen op allerlei gebied; denk hierbij aan geld
voor voedsel en spullen om van te leven maar ook voor gezondheid en blijdschap om het werk
te doen.
• Bid dat de kinderen van de veldwerkers goed onderwijs kunnen krijgen en leuke vriendjes om
mee te spelen.
• Bid dat de mensen in andere landen steeds meer de kans zullen krijgen om in hun eigen taal de
Bijbel te lezen, zodat zij God en Jezus beter kunnen leren kennen.
• Bid dat de veldwerkers veilig kunnen reizen, zowel in het vliegtuig als op de grond.
• Bid voor vrede in onrustige landen, zowel op gebied van oorlog als ook bij vervolgingen. Hierbij
kun je speciaal denken aan de gesloten landen in Azië. Bid voor deze christenen die worden
vervolgd om hun geloof. Bid dat de kerken daar zullen groeien in geloof, hoop en liefde.
• Dank God voor de websites met vertaalde Bijbelgedeelten. Bid dat er steeds meer bezoekers
hierop zullen gaan kijken.
• Dank God voor de wonderen van genezing en voor dromen waarin God zichzelf bekend maakt,
ook aan mensen die nog geen Bijbel hebben.
• Dank God voor de voortgang van het Bijbelvertaalwerk in zoveel verschillende taalgroepen.