21
Handleiding HANDLEIDING Document: Licon_Handleiding v5.1.doc Revisie: 5.1

Licon Handleiding v5 - greenlandbv.nlgreenlandbv.nl/wp-content/uploads/2012/09/Licon_Handleiding-v5.1.pdf · Per lamp heeft de Licon ook een bewaking die de Ohmse belasting meet op

  • Upload
    lehuong

  • View
    223

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Handleiding

HANDLEIDING

Document: Licon_Handleiding v5.1.doc

Revisie: 5.1

Handleiding Licon v5.1 Pagina 2 van 21

1 Revisie overzicht

Rev. Datum Omschrijving

0.2.8 26-01-2009 Nieuwe layout

0.2.9 29-01-2009 Verduidelijking door LB

0.3.0 06-03-2009 Gebruik knipperrelais verduidelijkt

0.3.1 27-01-2010 EOL verklaring e.d. toegevoegd

0.3.2 08-04-2010 Aansluit voorbeeld werking verbeterd

0.3.2 08-04-2010 Hoofdstuk toebehoren aangepast

0.3.2 08-03-2010 Schema toepassingsvoorbeeld toegevoegd

4.0 15-10-2010 Productbeschrijving, aansluitingen en toepassingsvoorbeeld gewijzigd.

4.1 18-10-2010 Aanpassing hoofdstuk 6.1 en 6.3 naar aanleiding van feedback van onze klanten

4.2 25-10-2010 Ingangsstroom lampaansturing toegevoegd aan specificaties

5.0 07-12-2010 Hoofdstuk 10 Betrouwbaarheid en faalkans toegevoegd

5.1 15-05-2013 Toevoegen MTBF en T1 cijfers in hoofdstuk 10. Nieuwe afbeelding afmetingen.

Appendices

Doc. Omschrijving Datum Rev.

Handleiding Licon v5.1 Pagina 3 van 21

2 Inhoudsopgave

1 Revisie overzicht ................................................................................................................................................................... 2

2 Inhoudsopgave ..................................................................................................................................................................... 3

3 Inleiding ................................................................................................................................................................................ 4

4 Veiligheidsinstructies ............................................................................................................................................................. 5

5 Garantie ................................................................................................................................................................................ 6

6 Productbeschrijving ............................................................................................................................................................... 7

6.1 Toepassing ................................................................................................................................................................... 7

6.1.1 Algemeen ............................................................................................................................................................ 7

6.1.2 Ohmse bewaking ................................................................................................................................................ 7

6.2 Gebruik voorschakelapparaten/knipperrelais ................................................................................................................ 7

6.3 Aansluiting .................................................................................................................................................................... 8

6.3.1 Ingangen ............................................................................................................................................................. 8

6.3.2 Uitgangen ........................................................................................................................................................... 8

6.3.3 Werkingsdiagram ................................................................................................................................................ 9

6.4 Specificatie ................................................................................................................................................................. 10

6.5 Afmetingen ................................................................................................................................................................. 12

7 Installatie ............................................................................................................................................................................. 13

7.1 Montage ..................................................................................................................................................................... 13

7.2 Toebehoren ................................................................................................................................................................ 13

8 Toepassing ......................................................................................................................................................................... 14

9 Foutdiagnose ...................................................................................................................................................................... 16

10 Betrouwbaarheid en faalkans .............................................................................................................................................. 17

10.1 MTBF ..................................................................................................................................................................... 17

10.2 Service lifetime ...................................................................................................................................................... 17

10.3 MTBFd ................................................................................................................................................................... 17

10.3.1 Inventarisatie faalsituaties ................................................................................................................................. 17

10.3.2 Berekening MTBFd ........................................................................................................................................... 18

11 Aanvullende informatie ........................................................................................................................................................ 19

12 CE-markering ...................................................................................................................................................................... 20

13 End-Of-Life Verklaring ......................................................................................................................................................... 21

Handleiding Licon v5.1 Pagina 4 van 21

3 Inleiding

In deze handleiding wordt zowel de installatie als de werking van de LICON beschreven. Aan de hand van een toepassingsvoorbeeld wordt een en ander verduidelijkt. De Licon is ontworpen voor industrieel gebruik in een tegen weersinvloeden beschermde omgeving. Zorg ervoor dat u als gebruiker op de hoogte bent van de gebruiksgrenzen en beperkingen van de Licon. Bij het opstellen van deze handleiding is de grootst mogelijke zorgvuldigheid betracht. Mist u informatie of zou u graag nadere toelichting in deze handleiding opgenomen zien, laat ons dat weten, bij voorkeur per e-mail op [email protected]. Greenland Engineering B.V. is niet verantwoordelijk voor eventueel schadelijke gevolgen voor de gebruiker ten gevolge van fouten en/of tekortkomingen in deze handleiding. Tevens is Greenland Engineering niet verantwoordelijk voor defecten en gevolgschade ten gevolge van ondeskundige installatie en/of gebruik in toepassingen, anders dan waarvoor de LICON bedoeld is. Voor aanvullende informatie verwijzen wij naar onze website www.greenlandbv.nl.

Handleiding Licon v5.1 Pagina 5 van 21

4 Veiligheidsinstructies

De module is voorzien van hoogwaardige elektronische componenten. Bij het gebruik van de module dient daarom de nodige voorzichtigheid in acht te worden genomen. Maak de behuizing nooit open en voorkom dan vocht of agressieve stoffen in aanraking komen met de module. Scherm de behuizing af tegen directe instraling van zonlicht.

De bedrading van de 24V DC zijde (aansturing) en de 230V AC-zijde zijn zodanig gescheiden dat aansluitfouten worden vermeden. De installateur/gebruiker dient de spanning af te schakelen alvorens werkzaamheden aan de module worden verricht.

Doordat de aangesloten lampen continue gecontroleerd worden (ook in uit-stand) kan er ten allen tijde een gevaarlijke spanning op de uitgang staan. Dit betekent dan ook bij het vervangen van een defecte lamp, de desbetreffende Licon module eerst spanningsvrij gemaakt moet worden.

De Licon mag toegepast worden in circuits waar maximaal 230V AC 50Hz kan voorkomen. Dit is een gevaarlijke spanning. Installeren, in bedrijfstellen en demonteren dient te gebeuren door daartoe bevoegd en geschoold personeel.

Handleiding Licon v5.1 Pagina 6 van 21

5 Garantie

Op het product zit 1 jaar garantie na aflevering. De garantie wordt gegeven op fabricagefouten of het niet functioneren van de module onder normale gebruiksomstandigheden. Beschadigingen, defecten ten gevolge van het verkeerd aansluiten, defecten ontstaan ten gevolge van vocht, blikseminslag of overspanning vallen buiten de garantie.

Gevolgschade ten gevolge van defecte of niet geheel functionerende modules vallen buiten de garantie.

Door het openen van de behuizing zonder schriftelijke toestemming van Greenland komt de garantie te vervallen.

In het geval van een defect of niet naar behoren functioneren product, verzoeken wij u hiervan per direct melding te maken bij Greenland. Bij voorkeur per e-mail naar [email protected] onder vermelding van:

het serienummer; de aankoopdatum en het inkoopnummer; uw gegevens;

Handleiding Licon v5.1 Pagina 7 van 21

6 Productbeschrijving

6.1 Toepassing

6.1.1 Algemeen

De LICON is een lampbewakingsmodule voor het aansturen en bewaken van maximaal 3 lampen. Door interfacerelais is de module geschikt voor verschillende typen lampen.

Gloeilampen: - 230V AC 50Hz gloeilampen : 50W - 200W - 42V AC 50Hz gloeilampen : 10W - 150W - 24V AC 50Hz gloeilampen : 10W - 120W

Led lampen: - 42V AC 50Hz Led2 lampen, 15W

De LICON is niet geschikt voor 230V AC 50Hz Led2-lampen met ingebouwde voorschakeltransformator.

Led lampen dienen te voldoen aan de Led2-eisen. Deze zijn te vinden op www.Led2.org.

6.1.2 Ohmse bewaking

Per lamp heeft de Licon ook een bewaking die de Ohmse belasting meet op het desbetreffende kanaal. Hiermee is het mogelijk om vroegtijdig een defecte lamp te detecteren, of een onderbreking in de bekabeling naar de lamp. Voor Led2 lampen kan deze functie niet worden toegepast, tenzij deze in defecte toestand de stroomkring onderbreekt.

6.2 Gebruik voorschakelapparaten/knipperrelais

De LICON is niet geschikt om gebruikt te worden met Led-lampen met ingebouwde knipperrelais of andere voorschakelapparaten. Eventueel kan wel een knipperrelais op de relais stuuringangen van de LICON geplaatst worden.

Handleiding Licon v5.1 Pagina 8 van 21

6.3 Aansluiting

6.3.1 Ingangen

Contacten Aansluiting Indicatieled

1 en 2 Voeding LICON 24V DC

3 en 4 Aansturing lamp 1 met 24V DC (14mA) Gele led aan als lamp wordt aangestuurd.

5 en 6 Aansturing lamp 2 met 24V DC (14mA) Gele led aan als lamp wordt aangestuurd.

7 en 8 Aansturing lamp 3 met 24V DC (14mA) Gele led aan als lamp wordt aangestuurd.

21 en 22 Voeding voor de lampen (24V, 42V, of 230V AC 50Hz))

Rode led aan als voeding aanwezig is.

6.3.2 Uitgangen

Contacten Functie Indicatieled

9 en 10 11 en 18

Meldcontacten van controle lamp 1: NO - gesloten als de lamp brandt; NC - geopend als de lamp brandt.

Groene led aan als lamp 1 brandt.

12 en 13 14 en 18

Meldcontacten van controle lamp 2: NO - gesloten als de lamp brandt; NC - geopend als de lamp brandt.

Groene led aan als lamp 2 brandt.

15 en 16 17 en 18

Meldcontacten van controle lamp 3: NO - gesloten als de lamp brandt; NC - geopend als de lamp brandt.

Groene led aan als lamp 3 brandt.

29 en 30

Meldcontact van ohmse bewaking lamp 1: NO - gesloten als de lamp niet defect is,

Rode led aan als lamp 1 defect is.

31 en 32

Meldcontact van ohmse bewaking lamp 2: NO - gesloten als de lamp niet defect is,

Rode led aan als lamp 2 defect is.

33 en 34

Meldcontact van ohmse bewaking lamp 3: NO - gesloten als de lamp niet defect is,

Rode led aan als lamp 3 defect is.

23 en 24 Aansluiting voor lamp 1. Groene led aan als lamp 1 brandt. Rode led aan als lamp 1 defect is.

25 en 26 Aansluiting voor lamp 2. Groene led aan als lamp 2 brandt. Rode led aan als lamp 2 defect is.

27 en 28 Aansluiting voor lamp 3. Groene led aan als lamp 3 brandt. Rode led aan als lamp 3 defect is.

* NO = Normaal geopend, NC = Normaal gesloten

Handleiding Licon v5.1 Pagina 9 van 21

6.3.3 Werkingsdiagram

In het onderstaande diagram is de werking voor één kanaal van de Licon getekend.

Lamp status Correct Defect

Voedingsspanning lampen

(21, 22)

Lamp aangestuurd

(3, 4) (5, 6) en (7, 8)

Terugmeldcontact

(9, 10) (12, 13) en (15, 16)

Beveiligingscontact

(11, 14, 17 en 18)

Foutcontact

(29, 30) (31, 32) en (33, 34)

Lamp

(23, 24) (25, 26) en (27, 28)

Handleiding Licon v5.1 Pagina 10 van 21

6.4 Specificatie

Levensduur uitgezet tegen de te schakelen stroom bij een omgevingstemperatuur (Tamb) van 20 C.

Voeding

Voedingsspanning

Maximale stroomopname voeding

Isolatiespanning tussen stuuringangen

24V DC ± 10%

200 mA

4 kV

Ingangsrelais lampaansturing

Inschakelspanning

Afvalspanning

Ingangsstoom bij 24V DC

>18V DC

<2,4V DC

14mA

Uitgang

Uitgangsspanning

Lampvermogens aangesloten lampen:

230V AC 50Hz

42V AC 50Hz

24V AC 50Hz

Max. toelaatbare uitgangsstroom

24V ~ 230V AC 50Hz

50 ~ 200W

10 ~ 150W

10 ~ 120W

5A, 230V AC 50Hz

Terugmeldcontacten

Uitvoering

Contactbelasting

Aantal schakelingen

Potentiaalvrij

Max. 1250VA resistief.

Max. 250V AC

Zie onderstaande grafiek.

Mechanische specificaties (bij gebruik van standaard meegeleverde stekkers)

Max. draaddiameter

Aandraaimoment klemmen

Afmetingen (bxhxd)

Materiaal behuizing

Kleur behuizing

Afdichtingsgraad

Gewicht

2,5mm2

0,5-0,6 Nm

100x75x109mm

Lexan, vlamvertragend

Standaard grijs

IP20

350 gram

Omgevingscondities

Tijdens gebruik:

Minimale omgevingstemperatuur

Maximale omgevingstemperatuur

Maximale luchtvochtigheid

Opslag:

Minimale omgevingstemperatuur

Maximale omgevingstemperatuur

Maximale luchtvochtigheid

0 °C

45 °C

65 % (niet condenserend)

0 °C

55 °C

85% (niet condenserend)

Handleiding Licon v5.1 Pagina 11 van 21

Handleiding Licon v5.1 Pagina 12 van 21

6.5 Afmetingen

Handleiding Licon v5.1 Pagina 13 van 21

7 Installatie

7.1 Montage

De LICON is geschikt voor montage op een symmetrische DIN-rail (TS35).

7.2 Toebehoren

Voor de aansluiting van de Licon wordt gebruik gemaakt van afneembare connectoren.

De standaard bijgeleverde connectoren zijn te vinden in de onderstaande tabel.

Als u een ander type connector wilt gebruiken verwijzen wij u door naar de website van de fabrikant voor specificaties.

Fabrikant: Phoenix Contact (www.phoenixcontact.nl)

Aantal Omschrijving Fabrikant Type Bestelnr. Opmerking

1 2 polige steker (steekmaat (5mm)

Phoenix Contact

MSTBT 2,5/ 2-ST

1779835

2 6 polige stekker (steekmaat 5mm)

Phoenix Contact

MSTBT 2,5/ 6-ST

1779877

1 10 polige stekker (steekmaat 5mm)

Phoenix Contact

MSTBT 2,5/10-ST

1779916

1 8 polige stekker (steekmaat 7.5mm)

Phoenix Contact

GMSTB 2,5/ 8-ST

1766945

Handleiding Licon v5.1 Pagina 14 van 21

8 Toepassing In volgende paragraaf is aansluitvoorbeeld gegeven van LICON voor de bewaking van de scheepvaartseinen bij een sluis.

Figuur 8.1 Voorbeeldsituatie

In figuur 8.1 is een voorbeeldsituatie weergegeven waarin de LICON toegepast kan worden voor bijvoorbeeld de landverkeer- en voorwaarschuwingsseinen en de scheepvaartseinen. De lampen worden hardwarematig of door een PLC aangestuurd en de status wordt teruggemeld om aan te geven of de desbetreffende lamp AAN of UIT is. Met de status van de terugmeldcontacten kan door de PLC bepaald worden welke signaallampen branden en of hierdoor de situatie veilig is om het proces verder te vervolgen. Om er zeker van te zijn of de terugmeldcontacten terecht zijn gesloten kan de status van het beveiligingscontact worden ingelezen.

Als gloeilampen worden gebruikt kan er ook voor worden gekozen om de foutcontacten aan te sluiten. Deze kunnen een defecte lamp detecteren als deze nog niet wordt aangestuurd. Hierdoor kan vroegtijdig een defecte lamp gedetecteerd worden zodat een monteur kan worden gebeld om de lamp te vervangen voordat de brug daadwerkelijk bediend gaat worden.

Op de volgende pagina is een aansluitvoorbeeld van een Licon in deze situatie te zien.

Handleiding Licon v5.1 Pagina 15 van 21

De lampen worden met 24VDC vanuit een PLC aangestuurd. De terugmeldcontacten worden op de ingang van de PLC aangesloten zodat in het programma in de PLC actie kan ondernemen als er één of meerdere lampen defect zijn.

Bijvoorbeeld:

Het voorwaarschuwingssein(VWS) wordt aangestuurd, vervolgens komt er op het terugmeld contact geen signaal binnen. Dit betekend dat er een onveilige situatie is ontstaan en dat het proces niet vervolgd kan worden.

Figuur 8.2 Aansluitvoorbeeld

Gebruikte IO op PLC:

PLC IO Aangesloten op

Q1 Aansturing SVS rood

Q2 Aansturing SVS groen

Q3 Aansturing SVS rood

I1 Terugmeldcontact SVS rood (gesloten als de lamp brandt)

I2 Beveiligingscontact SVS rood (open als het terugmeldcontact is gesloten)

I3 Terugmeldcontact SVS groen (gesloten als de lamp brandt)

I4 Beveiligingscontact SVS groen (open als het terugmeldcontact is gesloten)

I5 Terugmeldcontact SVS rood (gesloten als de lamp brandt)

I6 Beveiligingscontact SVS rood (open als het terugmeldcontact is gesloten)

Handleiding Licon v5.1 Pagina 16 van 21

9 Foutdiagnose

Storing Mogelijke oorzaak Oplossing

Er brandt geen enkele led 24V DC voedingsspanning niet aanwezig.

Sluit 24V DC voeding aan op klemmen 1 en 2.

Ingang is ingeschakeld maar terugmelding (contact) komt niet binnen.

Ingang niet aanwezig. Controleer of gele led van desbetreffende ingang brandt. Zo niet, controleer dan de bedrading naar de ingang.

Ingang is ingeschakeld maar terugmeldcontact komt niet binnen.

Meldcontact niet goed aangesloten.

Gele led en groene led van terugmelding branden beide: controleer bedrading van terugmeldcontact.

Ingang is ingeschakeld maar terugmeldcontact komt niet binnen.

Controleer of aan te sturen lamp goed is aangesloten (rode led fout) brandt.

Gele led brandt, groene led van terugmelding echter niet.

Foutled brandt en foutcontact is afgevallen terwijl aangesloten (minder dan 3) lampen branden.

Niet aangesloten lampen worden als defecte lampen gezien.

Controleer of de lamp defect is of niet goed aangesloten.

Raadpleeg voor overige storingen:

Greenland Engineering B.V.

Modem 33

7741 MA COEVORDEN

: +31 - (0)524 – 522 983

: +31 - (0)524 – 522 978

: [email protected]

Handleiding Licon v5.1 Pagina 17 van 21

10 Betrouwbaarheid en faalkans

10.1 MTBF

MTBF (Mean Time Between Failures) is de gemiddelde tijd tussen twee defecten. Voor de Licon is deze waarde bepaald volgens de MIL-217 methodiek (MIL-HDBK-217-Notice2). De Licon wordt 24 uur per dag gebruikt en 10000 keer per jaar worden alle kanalen geschakeld.Als lamptype is er aangenomen dat er LED2 lampen worden toegepast. Er een omgevingstemperatuur van 25° Celsius aangehouden in een industriële omgeving.

In bovenstaande situatie is de MTBF van de Licon 90967 uur ofwel 10,4 jaar.

10.2 Service lifetime

Voor een goede bepaling van de kans op falen kan het noodzakelijk zijn om in de analyses op te geven wat de vervangingstijd is van het component. Deze waarde wordt ook wel T1 genoemd. Voor de Licon is dit 10 jaar.

10.3 MTBFd

MTBFd (Mean Time Between Dangerous Failures) is de gemiddelde tijd tussen gevaarlijk falen. Voor de Licon is deze waarde bepaald per kanaal.

10.3.1 Inventarisatie faalsituaties

In onderstaande tabel zijn verschillende situaties opgesomd welke mogelijk kunnen leiden tot een gevaarlijke situatie

Ingang Lamp Terugmelding Gevaarlijk? Uitleg

Laag Uit Laag Nee Normale bedrijfssituatie.

Laag Uit Hoog Ja Onterechte detectie lamp aan. Hierdoor kan er onterecht een vergrendeling worden vrijgegeven.

Hoog Aan Laag Nee Onterecht wordt er geconcludeerd dat de lamp niet aan is. Hierop worden echter geen vergrendelingen vrijgegeven.

Hoog Aan Hoog Nee Normale bedrijfssituatie.

Laag Aan Laag Nee Onterecht wordt de lamp aangestuurd maar wordt er geen terugmelding gegeven. Er zullen dus geen vergrendelingen worden vrijgegeven.

Laag Aan Hoog Nee Onterecht wordt de lamp aangestuurd en ook teruggemeld. Omdat de lamp daadwerkelijk aan is, is het niet gevaarlijk dat de vergrendelingen worden vrijgegeven.

Hoog Uit Laag Nee De lamp gaat niet aan terwijl er wel wordt aangestuurd. Hierop worden echter geen vergrendelingen vrijgegeven.

Hoog Uit Hoog Ja De lamp wordt aangestuurd maar is niet aan. Onterechte detectie lamp aan. Hierdoor kan er onterecht een vergrendeling worden vrijgegeven.

De enige gevaarlijke fout die er kan optreden is wanneer er een terugmelding wordt gegeven terwijl de lamp uit is. Het wel of niet aangestuurd zijn van de lamp is hierbij dus niet van belang. In de tekening hieronder staat aangegeven waar deze gevaarlijke situatie veroorzaakt kan worden. Het betreft dus het meetcircuit, de elektronica en het veiligheidsrelais.

Handleiding Licon v5.1 Pagina 18 van 21

10.3.2 Berekening MTBFd

Bij heb berekenen van de MTBFd is er van uit gegaan dat alleen bovenstaande fout voor een gevaarlijke situatie zorgt. Met deze wetenschap is een berekening gemaakt over de gebruikte elektrische componenten en fabricage technieken. Hiervoor is gebruik gemaakt van gegevens van de fabrikanten van deze componenten en de MIL-217 methodiek (MIL-HDBK-217-Notice2).

De berekening is gemaakt voor 1 kanaal. Hiervan zijn de terugmeldcontacten aangesloten op een PLC. De Licon wordt 24 uur per dag gebruikt en 8 keer per uur geschakeld. Er een omgevingstemperatuur van 25° Celsius aangehouden in een industriële omgeving. Hierbij hoort het onderstaand toepassingsschema.

De MTBFd van 1 kanaal van de Licon is bepaald op 420.017 uur.

Handleiding Licon v5.1 Pagina 19 van 21

11 Aanvullende informatie Neem contact op met Greenland Engineering B.V. voor toepassingen, anders dan gespecificeerd in deze handleiding.

Op de website www.greenlandbv.nl is aanvullende informatie opgenomen voor de constructeur.

Contact:

Greenland Engineering B.V.

Modem 33

7741 MA COEVORDEN

: +31 - (0)524 – 522 983

: +31 - (0)524 – 522 978

: [email protected]

Licon is een merknaam van Greenland Engineering B.V. De Licon is intellectueel eigendom van Greenland Engineering B.V. en mag niet gekopieerd of op enige wijze gereproduceerd worden.

Niets uit deze handleiding mag gekopieerd worden of aan derden ter beschikking gesteld worden zonder schriftelijke toestemming van Greenland Engineering B.V. Foto’s of gelijksoortige publicaties van de Licon mogen enkel met toestemming van Greenland Engineering B.V gepubliceerd worden of op andere wijze openbaar worden gemaakt.

Handleiding Licon v5.1 Pagina 20 van 21

12 CE-markering

ConformiteitsverklaringConformiteitsverklaringConformiteitsverklaringConformiteitsverklaring

Hierbij verklaart ondertekende, wettig vertegenwoordiger van Greenland

Engineering B.V. dat de lampbewakingsmodule

LICON

voldoet aan de

• Laagspanningsrichtlijn 2006/95/EG (Low Voltage Directive) en de; • EMC richtlijn 2004/108/EG

De LICON voldoet aan de CE-markering indien de module wordt aangesloten en toegepast zoals beschreven in de handleiding.

Greenland Engineering B.V.

Modem 33

7741 MA COEVORDEN

T: +31-(0)524-522 983

F: +31-(0)524-522 978 Dhr. F.J. van Lunen

E: [email protected] Directeur

W: www.greenlandbv.nl

Handleiding Licon v5.1 Pagina 21 van 21

13 End-Of-Life Verklaring

Greenland Engineering garandeert de levering van de Licon zoals deze in deze handleiding is beschreven tot 5 jaar na de bij deze revisie behorende datum (zie par. 1, pagina 2). Het versienummer kan verhoogd worden door verbeteringen welke aan het product worden doorgevoerd.

Greenland Engineering zal op haar website publiceren wanneer de Licon uit de handel wordt genomen of niet meer in deze uitvoering geleverd kan worden. De nalevering van dit product wordt in dat geval gegarandeerd voor een periode van 5 jaar na publicatie. Als alternatief kan een ander product worden aangeboden met dezelfde functionaliteit als de Licon en met duidelijke instructies waaruit blijkt deze als vervangend product kan worden toegepast.