48
Talrijke interviews Win schitterende prijzen Voorstelling van de Lotto-Belisol teams Ploegposter

Lotto Cycling Magazine

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Lotto Cycling Magazine 2012 Talrijke interviews, voorstelling van de teams, ploegposter, wedstrijd, … Download nu het Lotto Cycling Magazine 2012 en kom alles te weten over de nieuwe Lotto-Belisol wielerploeg.

Citation preview

Page 1: Lotto Cycling Magazine

Talrijke interviewsWin schitterende prijzenVoorstelling van deLotto-Belisol teamsPloegposter

Page 2: Lotto Cycling Magazine

* Te verdelen onder de winnaars met de 6 juiste nummers.

Bij elke trekking een Jackpot van minstens

... en de grootste kansom miljonair te worden!

1.000.000€*

Page 3: Lotto Cycling Magazine

Lotto Cycling Magazine 2012 / 3

Sinds enkele maanden steekt het Lotto-spel in een nieuw kleedje. De trommel kreeg er 3 extra nummers bij, de Lotto-ballen duiken in ver-schillende hoedanigheden op in het straatbeeld en een nieuwe reclame-campagne verovert de harten van alle Belgen. En niet zonder resultaat. Door productinnovatie, commerciële acties en marketingactiviteiten zit de omzet sinds oktober 2011 opnieuw in de lift. 2012 belooft dan ook een goed jaar te worden voor Lotto. De harten van onze spelers en suppporters veroveren en Lotto permanent in het straatbeeld brengen, dat zijn ook de objectieven van onze sponsorstrategie. Wielersponsoring is dé aangewezen vorm van sponsoring voor het creëren van een hoge return on investment en media visibiliteit. Door dit medium kan Lotto zijn naambekendheid en imago bestendigen en zelfs versterken. Lotto en wielrennen delen immers al jarenlang dezelfde waarden: de drang om te winnen, er elke week opnieuw voor gaan, onvoorspelbaar, dynamisch, volks, etc.

Sympathieke challengerNiet alleen het Lottospel werd ver-nieuwd. Ook de wielerploeg steekt in een nieuw kleedje. Wat in 1985 begon als een opleidingsproject voor Belgische wielerkampioenen, is de dag van vandaag uitgegroeid tot een duurzaam gefundeerd en geïntegreerd totaalproject met World Tour ploeg Lotto-Belisol als absoluut vlaggenschip. De vele jaren hebben ongetwijfeld veel ervaring, knowhow en wijsheid doen rijpen, maar hebben niks doen inboe-ten aan vernieuwing en ambitie.

Door het samengaan met Belisol en de cosponsoring van Ridley, AA Drink, Adecco en vele andere partners kan dit Belgische wielerproject ook budgettair

meedraaien aan de internationale top. Een team dat op alle terreinen zijn mannetje én vrouwtje kan staan maar dat vooral een sympathieke challenger blijft van de grote en rijkere buiten-landse teams, en dat volop kansen biedt aan talentvolle jongeren.

Dankzij uWij zien het immers als onze plicht om te blijven meebouwen aan het spor-tieve niveau van het Belgische wiel-rennen en met het “Belgian Cycling

Project” op duurzame wijze invulling te geven aan de maatschappelijke rol van de Nationale Loterij als overheids-bedrijf. Het is overigens dankzij de inzet van jullie, Lotto-spelers en Lotto-verkopers, dat de Nationale Loterij kan investeren in de wielersport en zo het behoud garandeert van de lokale wie-lercultuur binnen de globalisering van het wielrennen. Lotto en wielrennen is en blijft dan ook dé winnende combi-natie, dankzij u. Goed gespeeld!

da’s goed gespeeld!& wielrennen LOTTO

Page 4: Lotto Cycling Magazine

4 / Lotto Cycling Magazine 2012

INH

OU

DSTA

FEL

Page 5: Lotto Cycling Magazine

Lotto Cycling Magazine 2012 / 5

Dit Lotto Cycling Magazine 2012 is een eenmalige uitgave van de Nationale Loterij, ingelast in het maart-nummer van Cyclo Sprint en los verdeeld op diverse wielerwedstrijden.

redactie: Golazo Media - design: Ruben Andries - foto’s: Kramon, Krist Vanmelle & Photonews coördinatie bij de Nationale Loterij: Paul De Belder & Björn Legein

Verantwoordelijke uitgever: Gert Van Goolen, Schoebroekstraat 8, 3583 Paal-Beringen

Page 6: Lotto Cycling Magazine

LOTTOBELISOLIn 2012 gaat de Nationale Loterij voor haar wielerproject in zee met Belisol. Een sportief huwelijk dat alleen maar kan slagen, zo lijkt. Zet Marc Frederix, directeur Marketing, Sponsoring & Externe Communicatie van de Loterij, aan tafel met Nicolas Thiel, de grote man achter Belisol, en het gesprek valt geen seconde stil. Al net zo enthousiast als het duo zijn zegje doet over de wielersport, al even doordacht geven ze de marketingstrategie achter hun sponsoring prijs.

De Nationale Loterij en Belisol gaan een sportief huwelijk aan

6 Lotto Cycling Magazine2012

Page 7: Lotto Cycling Magazine

Lotto Cycling Magazine 2012 / 7

Al negenentwintig jaar hangt het lot van de Belgische wielersport nadruk-kelijk aan de Nationale Loterij vast. Sinds 1985 is Lotto, het meest popu-laire kansspel op Belgische bodem, hoofdsponsor van een eigen team. Eind 2011 kreeg het Lotto-spel een fikse facelift: enkele drastische wijzi-gingen in het spelconcept en de slogan ‘Goed gespeeld’ blazen de succesfor-mule nieuw leven in. Belisol is op zijn beurt een nieuwe naam in wielerland. Een nieuwe naam, en dan weer niet. De Limburgse producent van ramen, deuren en duurzame energieoplossin-gen stapte in 2006 de wielersponsoring in als partner van wat inmiddels de Lotto-Belisol- vrouwenploeg is. De eerste voorzichtige stap richting de samenwerking van vandaag werd toen gezet.

Nicolas Thiel (Managing Director Belisol): “Om eerlijk te zijn: die steun aan het vrouwenteam was een vrien-dendienst. Net daarom schrokken we zo hard van de impact die de sponso-ring had. Vrouwenwielrennen kreeg toen nog minder aandacht van de pers dan nu, en was niet te zien op televisie. Toch merkten veel van onze kantoren een positieve respons. Dat hadden we totaal niet verwacht.” Marc Frederix (Directeur Marketing, Sponsoring & Externe Communicatie Nationale Loterij): “Het klikte meteen tussen mij en de mensen van Belisol. We hadden eerder al enkele uitstekende babbels. Toen we elkaar opnieuw tegen het lijf liepen op het WK 2011 in Kopenhagen, toen de

Loterij volop op zoek was naar een tweede sponsor voor ons wielerproject, geraakten we opnieuw aan de praat. Er volgde meteen een eerste verkennend gesprek, en daarna hebben we elkaar heel snel gevonden. Belisol paste prima in het plaatje: een Belgisch bedrijf dat gelooft in een Belgisch project en aan sportsponsoring doet vanuit een marketingperspectief. Net het soort tweede sponsor waarnaar we

op zoek waren.” Thiel: “Belisol en de Nationale Loterij passen bij elkaar. Twee naamsponsors van hetzelfde wielerteam moeten gelijklopende doelen en ambities

hebben, anders klikt het niet.”

Het valt meteen op: jullie gaan niet als twee afzonderlijke bedrijven naar de wieleroorlog, maar als een sterk merk: Lotto - Belisol.

Thiel: “We dragen een gezamenlijk project uit naar de buitenwereld. Die lijn trekken we overal door. Zelfs in de interne communicatie binnen Belisol

zullen wij altijd het gemeenschappe-lijke ploeglogo gebruiken. Belangrijk, vind ik. Daar ligt één van de grote verschillen met de werkwijze van de voorbije jaren in de Lotto-ploegen, denk ik. Als je als hoofdsponsors de handen niet in elkaar slaat, mis je veel synergie. Een wielerploeg is uiteinde-lijk een product, en dat moet aantrek-kelijk blijven.” Frederix: “Co-branding, heet dit. Daar hebben ook wij van de Nationale Loterij alleen maar belang bij. Wij hopen dat de tweede teamsponsor tevreden is en het maximum uit z’n investering haalt. Daarom geven wij graag advies aan de mensen van Belisol. We zijn een samenwerking van drie jaar aangegaan. Zijn zij op het einde van die rit gelukkig met de return, dan zullen zij des te sneller met een goed gevoel de samenwerking verlengen. Hoe beter we Lotto - Belisol

“Uiteindelijk beogen we met dit wielerproject hetzelfde: mensen gelukkig maken.”

Page 8: Lotto Cycling Magazine

8 / Lotto Cycling Magazine 2012

doen werken, hoe beter het huwelijk tussen de twee partijen.”

Hoe voelt het om de bruid van de Nationale Loterij te zijn, meneer Thiel?

Thiel: “Lotto heeft zo’n positief imago dat niemand boze gevoelens kan hebben tegenover de Nationale Loterij, of tegenover haar wielerproject. (Richt zich tot Marc Frederix) Jullie zijn

ieders vriend, toch? Die positieve uit-straling straalt nu ook op ons af. Wij worden meegetrokken in het verhaal van geluk, wij haken ons karretje aan. Na 29 jaar in het peloton beschikt de Nationale Loterij over zoveel know-how dat zij ons de weg kunnen tonen. Wij zijn het kleine broertje, Marc Frederix is de piloot. We kunnen ver-trouwen hebben in elkaar.” Frederix: “Onze doelgroep is ook gelijkaardig: de gewone man. Al kan je dat eigenlijk uitbreiden tot iedere burger. Want alle sociale klassen worden aangetrokken door het Lotto-spel én een eigen huis.” Thiel: “En dat is net het goeie aan dit verhaal: wielrennen is een sport die iedereen boeit, waarmee je dus ieder-een kan bereiken.” Frederix: “Dat zie je ook weerspiegeld in onze hospitality. Zo nodigen we krantenhandelaars en Lotto-spelers uit op verschillende VIP-acties: in de Ronde van Frankrijk, op het WK, … Zo wil de Nationale Loterij dicht bij haar spelers staan.”

Er worden ook heel wat waarden aan dit project gekoppeld.

Frederix: “De link tussen wielrennen en het bedrijfsleven is snel gemaakt: topsporters willen succesvol zijn, bedrijfsleiders mikken op hetzelfde. We stelden samen met de mensen van Belisol een moodboard samen, met

waarden die we zowel in ons bedrijf als in de ploeg wensen terug te vinden.” Thiel: “Er zijn er meer dan genoeg: dromen van succes en geluk, doorzet-tingsvermogen, respect, engagement… Raakvlakken zat tussen Lotto, Belisol en de wielersport. Professionaliteit en expertise zijn nog zo’n belangrijke waarden. Die vonden we terug in de Lotto-ploegen. Die zijn misschien nooit de meest sexy teams in de

wielersport geweest, maar blonken wel altijd uit in hun degelijkheid en professionele organisatie.” Frederix: “De Nationale Loterij hecht enorm veel belang aan die waarden. Onze renners zijn de ambassadeurs van die filosofie en moeten onze waar-den uitdragen naar de buitenwereld, net als onze ploegleiding. Daar hebben wij de ideale man voor gevonden: sportief manager Marc Sergeant. Hij staat aan het hoofd van zijn sportieve leger als een generaal, maar geeft ook zijn jongere luitenanten de kans om zich te bewijzen en het ploegleidersvak aan te leren.”

Thiel: “En dat op zijn eigen, rustige manier van werken. Enorm belangrijk voor een sponsor. Marc is een zegen voor ons. Als je ziet wat hij zowel op sportief gebied als qua uitstraling naar renners en pers bereikt… Het is abso-luut ons doel niet om ons in te laten met het sportieve.” Frederix: “Ook wij vermijden om de renners op te zadelen met te veel druk. Dat imago wil de Loterij niet uitstra-len. Je moet kansen geven, zowel aan de ploegleiding als aan de renners. Potentieel moet rijpen. Ooit valt alles op z’n plaats.”

Jeugdopleiding is altijd belangrijk geweest in de Lotto-ploeg, toch?

Frederix: “Samen creëren we kansen is niet zomaar een credo van de

Nationale Loterij. Dit jaar tellen we zes neoprofs in onze rangen en heel wat andere jongeren, en daarnaast sturen we opnieuw een belofteploeg met dezelfde naam als het WorldTour-team de baan op. Jeugdopleiding is belangrijk, al doe je soms talent groeien dat nadien naar de concurren-tie vertrekt. Thomas De Gendt is zo’n topper in wording die werd opgeleid in ons jongerenteam. Hij zou ideaal bij ons gepast hebben, maar verkoos om niet meteen over te stappen naar een ploeg in de hoogste categorie van het wielrennen. Een probleem dat we al vaker vaststelden. Daarom pro-beerden we om de symbiose tussen de

“Onze renners moeten zorgen voor kippenvelmomenten. Zo’n momenten maken mij en de wielerfan gelukkig, en doen hem spelen met Lotto.”

Page 9: Lotto Cycling Magazine

Lotto Cycling Magazine 2012 / 9

profploeg en de jongerenopleiding dit jaar optimaal te maken.”

Het moet een sponsor deugd doen om een jeugdproduct als Jelle Vanendert te zien ontbolsteren?

Frederix: “Jelle komt voort uit een belofteteam dat ook gesponsord wordt door de Loterij, en dat is leuk. Maar we moeten eerlijk zijn: zijn ontbolste-ring is vooral toe te schrijven aan het werk van Marc Sergeant.”

Lotto - Belisol mikt net als in 2011 niet alleen op de klassiekers, maar ook nadrukkelijk op de Tour de France.

Thiel: “Die internationale ambities waren doorslaggevend in onze keuze om in dit project te stappen. In de

ramen- en deurensector hebben we in België zo’n groot marktaandeel dat er nog amper groeimogelijkheden zijn, en dus blikt Belisol ook naar de Nederlandse en Franse markt. Bij onze noorderburen zijn er onder meer de Eneco Tour en Amstel Gold Race om de ploegkleuren te tonen, in Frankrijk is het uiteraard vooral uitkijken naar de Tour. De ploeg weet hoe cruciaal die wedstrijd voor ons is, en dus is het voor Belisol enorm belangrijk dat renners als Jurgen Van den Broeck en Jelle Vanendert met ambitie naar daar vertrekken.” Frederix: “Ook voor ons is de Tour van enorm belang. Niet dat wij onze

zuiderburen moeten overtuigen van ons product, want in Frankrijk kan je uiteraard geen Lotto-biljet aanschaf-fen. Toch merk je dat op een jaar tijd vijftig percent van de media-aandacht in eigen land uit die Tour komt. Voor ons als sponsor is het belangrijk dat de wielerfan week in, week uit aan het Lotto-spel herinnerd wordt. Met onze publiciteit brengen we het Lotto-verhaal naar buiten, via wielerspon-soring willen we daar geregeld aan herinneren. Net daarom past het wielrennen zo goed bij ons.”

Wat vaak terugkomt in gesprekken met renners van Lotto - Belisol: ze beschouwen hun ploeg als een wielerfamilie.

Frederix: “Daar zijn we heel erg trots op. Dit is wat we nastreven als sponsor.

Wij zijn niet op zoek naar vedetten. Tom Boonen is in eigen land nog steeds de grootste ster in de wieler-sport, maar hij is niet de geschikte persoon om onze waarden uit te dragen. Als overheidsbedrijf heeft de Nationale Loterij een maatschap-pelijke verantwoordelijkheid. Onze wielerploeg moet het juiste voorbeeld geven.”

Iets anders: als sponsor van één van de belangrijkste wielerploegen kom je zelf amper in beeld, meneer Frederix.

Frederix: “Die vraag krijg ik vaak. In beeld komen is niet mijn

verantwoordelijkheid, vind ik. Daar zal de Nationale Loterij niet één Lottoformulier extra door verko-pen. Niet ik hoef in de spotlights te staan, wel het Lotto-logo. Onze renners moeten zorgen voor kippen-velmomenten. Zoals ik die vorig jaar beleefde bij de zegereeks van Philippe Gilbert, bij de Girorit van Bart De Clercq en de uitstekende ploegpresta-tie in de Eneco Tour. Zo’n momenten maken mij en de wielerfan gelukkig.” Thiel: “Uiteindelijk beogen we met dit wielerproject hetzelfde: mensen geluk-kig maken.” Frederix: “En wat doet iemand die zich gelukkig voelt? Spelen met Lotto. En wat blijkt: iemand die het grote lot in ons kansspel wint, wil het gewon-nen geld vaak in z’n huis investeren.” Thiel: “(Grijns) En daar zijn wij als

producent van ramen, deuren en duurzame energieoplossingen dan weer heel tevreden mee…”

Page 10: Lotto Cycling Magazine

10 / Lotto Cycling Magazine 2012

Met Lotto Cycling Talent legt de Nationale Loterij meer dan ooit de focus op een professionele en weten-schappelijk onderbouwde aanpak die ervoor moet zorgen dat talentvolle jongeren vroeg ontdekt en naar een hoger niveau getild kunnen worden. De praktische uitvoering is in handen van trainingsbegeleidingscentrum Energy Lab.

Paul Van Den Bosch, Bert Ackaert en Wim Van Hoolst van Energy Lab volgen sinds vorig jaar de in totaal 15 geselecteerde nieuwelingen, juniores en beloften van het project op. “Zij krijgen niet alleen gepersonaliseerde trainingsschema’s op basis van inspan-ningstests, maar ook onder andere een fietspositionering, mental training programma’s, voedingsadvies en er worden workshops en gezamenlijke trainingstochten georganiseerd”, zegt Wim Van Hoolst. “De renners krijgen continu feed-back van hun coach. Ze worden begeleid als echte profs en dat vinden ze natuurlijk geweldig. Ook de ouders betrekken we hier zo goed mogelijk bij, het is erg belangrijk dat zij achter dit project staan.”

Paul Van Den Bosch blikt alvast tevre-den terug op het eerste jaar van Lotto Cycling Talent. “De doelstelling van het project is tweeledig: de Nationale Loterij wil enerzijds talentvolle jongeren kansen bieden en anderzijds

renners laten doorstromen naar de top. Hoewel dit project over een langere termijn gaat, zien we nu toch al dat het op korte tijd vruchten heeft afgeworpen. Zo hebben Stig Broeckx en Maarten Craeghs ondertussen de overstap gemaakt naar de beloften en debuteert Tim Wellens dit jaar zelfs bij de profs van Lotto-Belisol.”

“Maar nogmaals: we focussen met Lotto Cycling Talent op de lange termijn”, benadrukt Van Den Bosch.

“Eén jaar is in de meeste gevallen te weinig om al dan niet het etiket van toptalent op iemand te kunnen kleven. We hebben ons bij de eerste lichting van renners geëngageerd voor twee jaar en daar houden we ons ook aan. Uiteraard evalueren we onze renners constant, maar pas na dit seizoen trekken we conclusies. Tot dan krijgen

onze talenten ruim de tijd om zich verder te ontbolsteren.”

2012 belooft dus een belangrijk jaar te worden voor Lotto Cycling Talent.

“We willen verder gaan op de ingesla-gen weg en dat is op een verantwoorde, wetenschappelijke manier talentvolle jongeren proberen te verbeteren”, aldus Van Den Bosch. Hopelijk zet de progressie die de meesten van hen al hebben gemaakt zich nog verder door en kunnen we op het einde van het jaar weer één of meerdere jongeren laten doorstromen. Ik koester zelfs de stille hoop dat opnieuw iemand van onze selectie het tot prof kan schoppen bij Lotto-Belisol. In twee jaar tijd evenveel renners afleveren bij een ProTeam... dat zou toch een mooie bekroning zijn. Ik heb er alvast een goed oog in!”

LOTTOIn 2011 zette de Nationale Loterij samen met Energy Lab haar schouders onder ‘Lotto Cycling Talent’. Het project kende al meteen succes in het opsporen en maximaal on-dersteunen van talentvolle jeugdwielrenners. Hoog tijd voor een stand van zaken bij het ingaan van het tweede jaar!

neemt een vliegende start!CYCLING TALENT

10 Lotto Cycling Magazine2012

Page 11: Lotto Cycling Magazine

Lotto Cycling Magazine 2012 / 11

Surf naar www.lotto.be/cycling, schrijf je in voor onze gratis Lotto Cycling Newsletter, beantwoord onderstaande vragen (+ de schiftingsvraag) en maak kans op een duo-uitnodiging voor een topkoers of één van de vele andere wielerprijzen.

Vraag 1: Wat is de nationaliteit van Lotto – Belisol renner Mehdi Sohrabi?

A. Iraniër B. Eritreër C. Chileen

Vraag 2: Via welke website kan je meespelen met de trekkingsspelen van de Nationale Loterij?

A. Playlotto.be B. Lotto-online.be C. E-lotto.be

Prijzen:1e – 5e prijs: duo-uitnodiging voor het WK wielrennen in Valkenburg op zondag 23 september 6e – 10e prijs: duo-uitnodiging voor de proloog van de Tour in Luik op zaterdag 30 juni11e – 15e prijs: duo-uitnodiging voor het WK ploegentijdrit in Valkenburg op zondag 16 september16e – 25e prijs: duo-uitnodiging voor het BK wielrennen in Geel op zondag 24 juni26e – 35e prijs: duo-uitnodiging voor het WK wielrennen in Valkenburg op zaterdag 22 september36e – 60e prijs: wieleruitrusting Lotto - Belisol61e – 100e prijs: boek ‘Philippe Gilbert - mijn droomjaar’

Veel succes!

SPEEL MEEen win één van onze schitterende prijzen!

Deze wedstrijd loop van 25 februari tot 30 april 2012 ; de deelname is voorbehouden aan meerderjarigen

(leeftijdscontrole voorzien).

neemt een vliegende start!

Page 12: Lotto Cycling Magazine

12 Lotto Cycling Magazine2012

GORILLA& HULK

Jürgen Roelandts wordt wel eens de Hulk genoemd, André Greipels bijnaam is de Gorilla. De Hulk staat voor het jaar van de grote door-braak, de Gorilla moet met zijn snelle benen opnieuw de successen aan elkaar rijgen. Samen met Jürgen van den Broeck en Jelle Vanen-dert vormen de 29-jarige Duitser en de 25-jarige Brabander de speer-punten van de Lotto-Belisol ploeg. We spraken met de tandem voor het voorjaar over de gevaren van de wielersport, de Lotto-Belisol-trein en een ploeg zonder Philippe Gilbert. “Er komen dit jaar zeker kansen”, zegt Jürgen Roelandts.

André Greipel en Jürgen Roelandts zijn klaar om het vertrek van Philippe Gilbert op te vangen

Page 13: Lotto Cycling Magazine

Lotto Cycling Magazine 2012 / 13

Page 14: Lotto Cycling Magazine

14 / Lotto Cycling Magazine 2012

Met het vertrek van Philippe Gilbert zag Lotto-Belisol de beste een-dagsrenner ter wereld vertrekken. Kunnen jullie nu meer in de rol van underdog kruipen?

Greipel: “Dat zou ik niet zeggen. Op papier lijkt het misschien wel zo, maar we beschikken over een goede mix van ervaren renners en talentvolle jongeren. Ook wonnen we al een mooi aantal wedstrijden terwijl het seizoen nog maar net begonnen is. We zijn dus zeker geen underdog.”

De manier van koersen zal toch wel verschillen met die van vorig seizoen.

Greipel: “Natuurlijk, maar ik ben overtuigd dat we in onze ploeg voor alle wedstrijden genoeg talent hebben om ons te tonen. Als iedereen de juiste voorbereiding achter de rug heeft, zullen we onze doelen bereiken. Daar ben ik zeker van.”

Jürgen, velen verwachten dat jij de nieuwe leider wordt in de kas-seiklassiekers nu Phil er niet meer is?

Roelandts: “Hopelijk gebeurt dat (grijnst). Ik was vorig jaar vaak dicht bij een overwinning, maar het wilde net niet lukken. Het is niet logisch want in mijn eerste jaar bij de profs won ik vier koersen. Nu ben ik een completere renner, maar blijven de overwinningen uit. Een beetje frustre-rend, ja. Maar er komen dit jaar zeker kansen.” Greipel: “Gilbert was zo dominant, hij kon overal winnen. Als er gewerkt moest worden in de achtervolging, zeiden andere ploegen ‘Jullie hebben Gilbert, de winnaar is al gekend. Dus jullie mogen ook het werk opknappen.’ Er was geen ruimte voor de ande-ren in de ploeg om iets te proberen, iedereen reed in functie van Gilbert. Jürgen reed heel sterk in de Ronde van Vlaanderen, hij kon er een goede uit-slag rijden. Maar hij moest zich opof-feren voor Gilbert. Dat was trouwens in nog wel meer koersen zo.” Roelandts: “In Milaan-San Remo bij-voorbeeld. Dit jaar krijgen wij de kans om ons daar te tonen.” Greipel: “Maar begrijp het niet verkeerd, het was geen probleem om

voor Philippe Gilbert te rijden. Hij is enorm sterk en met hem hadden we in quasi elke koers een grote kans om te winnen.”

Jullie konden het seizoen niet beter starten in de Tour Down Under, met meteen drie ritzeges.

Greipel: “Ik heb altijd goed gepres-teerd in de Tour Down Under. Mijn voorbereiding verschilde niet met andere jaren, maar het team maakte het verschil tussen winnen en ver-liezen. We hebben er getoond dat we dat verschil kunnen maken. De Tour Down Under was een overwinning van het team, niet van André Greipel.”

Hebben jullie met de ploeg getraind op spurten?

Greipel: “Ja. Op de ploegstage hebben we vaak een treintje opgezet. Iedereen wist daarna perfect wat zijn taak was. Ook deden we specifieke sprinttrai-ning. Bijvoorbeeld door 500 meter lang een maximale snelheid aan te houden.”

Roelandts: “Dat harde werk heeft al meteen zijn vruchten afgeworpen in de Tour Down Under. Nog een reden waarom het meteen zo goed liep is dat we alweer een jaartje langer bij elkaar in de ploeg rijden. Je kent elkaar beter en voelt elkaar beter aan. Ook buiten de koers.” Greipel: “Vorig jaar waren we maar met drie om de sprint op gang te trek-ken: Jürgen, Marcel (Sieberg,red) en ik. Het was bijna onmogelijk om tegen het HTC-blok op te boksen.”

Niet verstoppenDit jaar zijn jullie wel met genoeg?

Greipel: “Ik hoop het. We hebben nu veel jongens in de ploeg die een hoog tempo gedurende een lange periode

“We hadden een paar jongens meer nodig in de trein. Die zijn er gekomen met Lars Bak en Greg Henderson.”

Page 15: Lotto Cycling Magazine

Lotto Cycling Magazine 2012 / 15

kunnen aanhouden. Bovendien zullen de automatismen in de loop van het seizoen wel vanzelf aangescherpt worden. Ik zie ons dus nog vooruit-gang maken.” Roelandts: “Eigenlijk misten we een paar jongens meer in de trein, en die zijn er gekomen met Greg Henderson en Lars Bak. In Australië ging het vlotjes, maar in een grote ronde zal het wat moeizamer gaan. Daar zijn we ons van bewust…” Greipel: “…Maar we hoeven ons niet te verstoppen. Als er gewerkt moet worden voor een massaspurt, kunnen de andere spurtersploegen op ons reke-nen. We zullen onze verantwoordelijk-heid nemen.”

Gaan we je in de Tour de France terugzien?

Greipel: “Normaal gezien wel. Daar kom ik in een andere situatie terecht, met ook Jurgen Van den Broeck en Jelle Vanendert in de ploeg. Zij krijgen waarschijnlijk nog een helper voor het gebergte mee. Ik hoop dat we met de rest een degelijke trein kunnen opzet-ten. Ik heb er geen probleem mee om

voor Van den Broeck te rijden, maar je kan niet verwachten dat hij voor mij hetzelfde doet. Kijk maar naar Tony Martin vorig jaar: hij moest elke dag de kraan volledig opendraaien voor Mark Cavendish. Uiteindelijk kwam hij tekort voor het klassement omdat hij niet meer fris zat.”

Jürgen, waar liggen jouw ambities dit seizoen?

Roelandts: “Ik mik opnieuw op het openingsweekend. Mijn val in Australië hielp mijn voorbereiding wel een beetje om zeep, maar mijn basisconditie is goed genoeg. Ik ben ook niet zo lang zonder fiets geble-ven en zat al redelijk snel terug op de rollen. Hopelijk kan ik net op tijd de goede vorm te pakken krijgen voor het openingsweekend. Maar ik denk dat ik pas echt in topconditie ga zijn in de weken daarna.”

Greipel: (pikt in) “Jürgen is klaar om een grote klassieker te winnen. Als je de E3-Prijs Harelbeke van vorig jaar zag, dan telt de tweede plaats die hij

daar pakt eigenlijk als een overwin-ning. Want Fabian Cancellara reed toen alsof hij op een motorfiets zat. Daar viel niets tegen te beginnen.”

Heb je bij die zware val in Australië aan Wouter Weylandt gedacht?

Roelandts: “Neen, niet op dat moment. Ik dacht in eerste instantie aan de pijn die ik had en waar ik gehavend was. Eerst dacht ik dat er niets mis was met mijn nek, maar dat mijn arm gebroken was. Pas daarna kreeg ik felle pijn in mijn nek.”

Tegen de limietGa je nu minder snel risico’s nemen?

Roelandts: “André kwam me een paar dagen na de val vragen of ik het daar-mee moeilijker ging hebben. Ik dacht niet dat het een probleem zou zijn. Maar toen ik thuis kwam, vertelde de dokter me dat ik veel geluk heb gehad. Dan begin je wel eens na te denken.” Greipel: “Het toont gewoon aan hoe gevaarlijk onze sport is. Je moet altijd het gevaar incalculeren, maar tegelijk mag je ook geen ruimte geven aan con-currenten als je in de finale zit. Want dan verlies je plaatsen.” Roelandts: “Je moet altijd tegen de limiet rijden, maar proberen er net

“De dokter vertelde me dat ik veel geluk heb gehad. Dan begin je wel eens na te denken.”

Page 16: Lotto Cycling Magazine

16 / Lotto Cycling Magazine 2012

onder te blijven. Anders loopt het verkeerd af.” Greipel: “Je moet weten dat we in Australië al een paar dagen heel hard aan het koersen waren, en dat het er enorm heet was. Tel die factoren samen, dat zorgt voor een tragere reactiesnelheid en dus meer kans op valpartijen.” Roelandts: “Ik heb gewoon pech gehad.” Greipel: “Ik ben ooit zwaar op mijn schouder gevallen. Toen ik terug-keerde in het peloton, dacht ik te vaak aan vallen en liet ik daardoor teveel ruimte aan andere renners. Ik heb toen met een mental coach gewerkt om het te vergeten tijdens de wedstrijd. Maar dat lukt niet op één twee drie, het is een proces waar je doorheen moet.”

Milaan-San Remo komt eraan. André, jij steekt je ambitie voor ‘la Primavera’ niet weg.

Greipel: “Ik wil tegen dan in heel goede vorm zijn. Als dat lukt, probeer ik bij de besten aan te klampen. En dan zien we wel waar ik uitkom.”

Het komt erop aan de Poggio te overleven dus.

Greipel: “Ja, en de 285 kilometers die daarvoor komen (lacht).”

Verwacht je nieuwe namen in de massaspurten dit seizoen?

Roelandts: “In Australië rijdt er een jongen rond met heel veel talent, maar die mag nog niet met de profs

meerijden (de 17-jarige Caleb Ewan won twee ritten in de Jayco Bay Classics, red).” Greipel: “Andrea Guardini is ook een van de vele jonge Italiaanse talenten. Een man om in de gaten te houden. Maar eigenlijk moeten wij alleen maar naar onszelf kijken. We kunnen zelf het verschil maken.”

Delen in de vreugdeJürgen, jij werd aanvankelijk aange-kondigd als een spurttalent. Heb je nog de ambitie om massaspurten te winnen?

Roelandts: “Ik won eigenlijk nooit een massaspurt, behalve die van het Belgisch kampioenschap in 2008. Maar ik ben altijd goed geweest in positie kiezen, waardoor ik al vaak tweede of derde werd. Je moet ook wat geluk hebben om te winnen hé. Ik weet dat er intrinsiek snellere jongens dan mij zijn, ik heb gewoon een zware wedstrijd nodig. Dan kan ik het mis-schien halen in de spurt met een man of 30-40.” Greipel: “Jürgen kan een klim over-leven en is snel genoeg om met een groepje naar de streep te trekken.” Roelandts: “Ik kan een spurt ook 500 meter aanhouden, dat is goed voor André. Als hij wint en ik kan delen in de vreugde, ben ik ook blij. Toen ik van op mijn ziekenbed in Australië vernam dat André opnieuw gewonnen had, was ik blij voor de jongens. Maar het gaf me toch een vreemd gevoel

omdat ik zelf niet meer meereed. Ik wilde er op dat moment graag bij zijn.”

André, droom jij er stiekem niet van om eens solo aan te komen?

Roelandts: “Dat is toch al gebeurd? In de Driedaagse van De Panne kwam hij vorig jaar in de eerste rit alleen aan. Hij spurtte toen iedereen uit het wiel en kwam twee seconden voor de rest aan. (lacht)”

Greipel: (glimlacht) “Maar veel tijd om er van te genieten kreeg ik niet! Ach, ik ben realistisch, ik zal nooit solo finishen. Ik heb de kwaliteiten om het in de spurt af te maken.”

Je begint aan je tweede jaar bij Lotto, voel je je al wat thuis in een Belgische ploeg?

Greipel: “Ja, anders zou ik hier niet gebleven zijn. Om de haverklap van ploeg veranderen is trouwens niets voor mij. We dragen dit seizoen wel-iswaar een ander truitje, hebben een andere teamnaam en kregen er een sponsor bij, maar voor de rest is alles hetzelfde gebleven. Een paar nieuwe talenten zijn erbij gekomen, maar de basis van de ploeg is gebleven.”

“Jürgen is klaar om een grote klassieker te winnen.”

Page 17: Lotto Cycling Magazine

www.lottobelisol.beDiscover our new team.

Jürgen Roelandts

Page 18: Lotto Cycling Magazine

18 / Lotto Cycling Magazine 2012

27,6: de leeftijd van de gemid-delde renner van Lotto - Belisol. Daarmee is de formatie op twee teams na de jongste van de WorldTour. “Dit is uiter-aard geen toeval”, dixit Marc Sergeant, sportief manager van de ploeg die zes neoprofs de kans geeft zich te bewijzen tussen de profs. Het kind kreeg zelfs een naam: het ‘Young Talents Team’. “Zie het maar als een ploeg binnen de ploeg”, aldus Sergeant. “De zes neo-profs, met daarnaast ook nog verschillende andere jonge ren-ners. Zij zullen een groot deel van het seizoen een aparte kern vormen, met een aangepast pro-gramma. Dat bevat onder meer al de kleinere wedstrijden op Belgische bodem, wedstrijden waarin ze af en toe het gevoel moeten hebben mee te kunnen doen voor de overwinning. En geregeld zullen die jongens ook de kans krijgen in een ProTour-koers, waar ze de mouwen kunnen opstropen voor een kopman. Op die manier keren we voor een stuk terug naar de koers die de Lotto-ploeg in het verleden altijd heeft gevoerd: Belgische jongeren opleiden. Een hele uitdaging, gedurfd zelfs. Maar ik ben er zeker van dat iedere neo over de nodige capaciteiten beschikt.”

Zes op een rijTijd om de zes neofieten op een rijtje te plaatsen. De naam Dennis Vanendert doet wellicht het meeste belletjes rinkelen. Inderdaad, Dennis is de broer van Jelle, de held van het Plateau de Beille. “Ik ben niet de gevleugelde klimmer die Jelle is”, denkt voormalig veldrijder Dennis, die in 2011 een jaar in Italië koerste. “Ik ben iets explosiever, moet het eerder van de eendagskoersen hebben. Dat denk ik toch. De komende jaren zullen dat moeten uitmaken. Ik start opnieuw van nul, zal op zoek moeten gaan naar mijn sterkste punten. Het potentieel is er wel, denk ik. Ik kwam bij de ploeg op voorspraak van Jelle, maar zonder talent hadden ze mij er ook niet bijgenomen.”

Jonas Van Genechten (25) is de oudste van de neoprofs. Ondanks zijn Nederlandstalige naam is hij een Waaltje. Hij maakte samen met Gaëtan Bille de oversteek van de Waalse opleidingsploeg Wallonie/Bruxelles naar Lotto

- Belisol. “Zij hebben zichzelf vorig jaar beiden getoond in enkele kleinere profkoersen”, weet Sergeant. Terwijl Van Genechten het vooral moet

Met André Greipel, Jurgen Van den Broeck, Jelle Vanendert en Jürgen Roelandts is Lotto-Belisol de ploeg van vandaag, met een waslijst aan jongeren is het ook de ploeg van morgen. Het ‘Young Talents’-team vormt in 2012 met zes neoprofs een ploeg in de ploeg in de formatie van Marc Sergeant. ‘Sa-men creëren we kansen’: het is niet zomaar een slogan van de Nationale Loterij.

Young Talents-team leidt zes neoprofs op

TALENTS TEAMYOUNG

Page 19: Lotto Cycling Magazine

Lotto Cycling Magazine 2012 / 19

hebben van sprints en het Vlaamse werk, mikt Luikenaar Bille op de Waalse klassiekers. “Ik droom nu al van Luik - Bastenaken - Luik”, gaf hij met fonkelende oogjes toe op een ploegstage in Mallorca.

Enige niet-Belgische neo in het gezel-schap is de Nederlander Brian Bulgac. Met eindwinst in de Ronde van Luik en de Ardeense Triptiek toonde die vorig jaar dat hij snel kan fietsen eenmaal de weg omhoog loopt. De voormalige atleet en triatleet mikt dan ook vooral op rittenwedstrijden. Zijn oud-ploegleider Kurt Van de Wouwer volgt hem in die aanpak. “Brian is een klimmer-tijdrijder. Er zit iets in die jongen”, vindt Van de Wouwer.

En dan is er Sander Cordeel. Met zijn 24 lentes ook een behoorlijk oude neoprof. “Sander beschikt over flink wat inhoud en voelt zich op verschil-lende terreinen thuis. Omdat hij lang studeerde, moet hij over behoorlijk wat groeimarge beschikken. Na uitste-kende tests is hij misschien wel dé neo-prof die voor verrassingen kan zorgen”, was Sergeant voor de seizoensstart al een beetje onder de indruk geraakt van zijn Oost-Vlaamse aanwinst.

Wie nu nog niet opduikt op de officiële rennerslijst van Lotto - Belisol, maar halfweg 2012 zijn profdebuut maakt bij het team, is Tim Wellens. Een klimmer pur sang die al indruk maakte tijdens stages op Spaans grondgebied, een telg uit een Limburgse wielerfamilie ook. “Ik ben de zoon van oud-prof Leo Wellens , ook mijn ooms Paul en Johan Wellens schopten het tot prof”, kent Wellens zijn familiegeschiedenis.

“Op het BK in Geel zou ik m’n profde-buut maken. Ik mik op het klimmen, maar leg ook de focus op mijn tijd-ritcapaciteiten. Die moeten nog flink verbeteren.”

Van der Sande op ontdekkingstochtMeest opvallende naam bij de jon-geren is echter Tosh Van der Sande. Wereldkampioen puntenkoers bij de juniores in 2008, winnaar van de belofteversie van Luik - Bastenaken

- Luik in 2011 en bij de jeugd ieder jaar wel goed voor een stel overwinningen. Daarnaast ook begiftigd met een tong die onophoudelijk ratelt. “Mijn eerste profjaar wordt een ontdekkingstocht”, filosofeert de Antwerpenaar. “Ik kan goed overweg met de Vlaamse kas-seien, geraak vlot over Waalse hel-lingen en ben behoorlijk snel aan de streep. Waar ik me op moet gaan toe-leggen, weet ik nog niet. Het is moeilijk kiezen, maar dat hoeft ook nog niet. Ik ben amper 21, ik heb nog tijd om mezelf te ontdekken en te ondervinden op welk terrein ik op m’n best ben.”

“Plots kom je in het profpeloton terecht, een peloton waar er alleen maar talen-ten rijden, alleen maar toppers. Ik weet echt niet wat te verwachten, ik laat m’n kop dus niet zot maken. Toch ligt de druk op mij al behoorlijk hoog. Bizar, eigenlijk. Ik krijg nu plots alle jour-nalisten rond me, terwijl ik na mijn wereldtitel op de piste amper publi-citeit ving. Die piste krijgt voortaan trouwens minder aandacht. De keuze voor Lotto - Belisol is meteen ook een keuze voor de weg. Al blijf ik hier en daar wel actief op de baan, in een Zesdaagse van Gent bijvoorbeeld. Dit jaar mocht ik er de nieuwe kledij van Lotto - Belisol voorstellen. Ook een bij-zonder moment, een extra motivatie.”

“Ik heb enorm veel zin in mijn eerste seizoen bij de profs, ik ben écht gemo-tiveerd. Ik leef ook meer voor mijn sport dan ik ooit heb gedaan. Bij de jeugd heb ik het allemaal een beetje laten varen, maar die tijd is voorbij. Niet dat ik nu al een Jurgen Van den Broeck ben, die drie weken op z’n eentje in de Sierra Nevada gaat trainen. Zo volwassen voel ik me nog niet. Doe ik nu zoiets, dan keer ik terug als een uitgeperste citroen. Stap voor stap groeien naar zo’n levenswijze, dat wil ik doen. Philippe Gilbert is op dat gebied een schoolvoorbeeld. Zo heb ik m’n hele carrière voor me uitgetekend: stap voor stap. Nu kan ik leren, in 2013 wil ik al schone dingen laten zien.”

TALENTS TEAMYOUNG

Page 20: Lotto Cycling Magazine

MarcSergeant

Sports manager

Bill

Olivier

Team manager

Herman

Frison

Sportdirecteur

Jean-Pierre

Heynderickx

Sportdirecteur

MarcWauters

Sportdirecteur

MarioAerts

Sportdirecteur

Michiel

Elijzen

Sportdirecteur

BartLeysen

Sportdirecteur

Gaëtan BilleProf sinds 2012

geboren op: 06/04/88

lengte: 182 cm

gewicht: 67 kg

Sander Cordeel

Prof sinds 2012

geboren op: 07/11/87

lengte: 187 cm

gewicht: 79 kg

Brian Bulgaç

Prof sinds 2012

geboren op: 07/04/88

lengte: 189 cm

gewicht: 71 kg

Lars Bak

Prof sinds 2001

geboren op: 16/01/80

lengte: 190 cm

gewicht: 76 kg

20 / Lotto Cycling Magazine 2012

Page 21: Lotto Cycling Magazine

MarcSergeant

Sports manager

Bill

Olivier

Team manager

Herman

Frison

Sportdirecteur

Jean-Pierre

Heynderickx

Sportdirecteur

MarcWauters

Sportdirecteur

MarioAerts

Sportdirecteur

Michiel

Elijzen

Sportdirecteur

BartLeysen

Sportdirecteur

Gaëtan BilleProf sinds 2012

geboren op: 06/04/88

lengte: 182 cm

gewicht: 67 kg

Sander Cordeel

Prof sinds 2012

geboren op: 07/11/87

lengte: 187 cm

gewicht: 79 kg

Brian Bulgaç

Prof sinds 2012

geboren op: 07/04/88

lengte: 189 cm

gewicht: 71 kg

Lars Bak

Prof sinds 2001

geboren op: 16/01/80

lengte: 190 cm

gewicht: 76 kg

Lotto Cycling Magazine 2012 / 21

Page 22: Lotto Cycling Magazine

Bart De Clercq

Prof sinds 2011

geboren op: 26/08/86

lengte: 183 cm

gewicht: 67 kg

Francis De Greef

Prof sinds 2008

geboren op: 02/02/85

lengte: 193 cm

gewicht: 78 kg

Jens DebusschereProf sinds 2011

geboren op: 28/08/89

lengte: 183 cm

gewicht: 78 kg

Kenny Dehaes

Prof sinds 2006

geboren op: 10/11/84

lengte: 188 cm

gewicht: 73 kg

Gert DockxProf sinds 2009

geboren op: 04/07/88

lengte: 175 cm

gewicht: 64 kg

Olivier Kaisen

Prof sinds 2005

geboren op: 30/04/83

lengte: 195 cm

gewicht: 82 kg

Giani Meersman

Prof sinds 2007

geboren op: 05/12/85

lengte: 178 cm

gewicht: 63 kg

André Greipel

Prof sinds 2005

geboren op: 16/07/82

lengte: 184 cm

gewicht: 82 kgAdam Hansen

Prof sinds 2007

geboren op: 11/05/81

lengte: 186 cm

gewicht: 77 kg

Greg Henderson

Prof sinds 2002

geboren op: 10/09/76

lengte: 181 cm

gewicht: 72,5 kg 22 / Lotto Cycling Magazine 2012

Page 23: Lotto Cycling Magazine

Bart De Clercq

Prof sinds 2011

geboren op: 26/08/86

lengte: 183 cm

gewicht: 67 kg

Francis De Greef

Prof sinds 2008

geboren op: 02/02/85

lengte: 193 cm

gewicht: 78 kg

Jens DebusschereProf sinds 2011

geboren op: 28/08/89

lengte: 183 cm

gewicht: 78 kg

Kenny Dehaes

Prof sinds 2006

geboren op: 10/11/84

lengte: 188 cm

gewicht: 73 kg

Gert DockxProf sinds 2009

geboren op: 04/07/88

lengte: 175 cm

gewicht: 64 kg

Olivier Kaisen

Prof sinds 2005

geboren op: 30/04/83

lengte: 195 cm

gewicht: 82 kg

Giani Meersman

Prof sinds 2007

geboren op: 05/12/85

lengte: 178 cm

gewicht: 63 kg

André Greipel

Prof sinds 2005

geboren op: 16/07/82

lengte: 184 cm

gewicht: 82 kgAdam Hansen

Prof sinds 2007

geboren op: 11/05/81

lengte: 186 cm

gewicht: 77 kg

Greg Henderson

Prof sinds 2002

geboren op: 10/09/76

lengte: 181 cm

gewicht: 72,5 kg Lotto Cycling Magazine 2012 / 23

Page 24: Lotto Cycling Magazine

1

2

3 5

4 67

8

9

10

11

12

1314

1516

17

1819

20

2122

23

2425

26

27

2829

3031

32

33

3435

36

1. Michiel Elijzen 2. Bart Leysen 3. Jean-Pierre Heynderickx 4. Marcel Sieberg 5. Marc Sergeant6. Jurgen Van de Walle 7. Francis De Greef 8. Lars Bak 9. Gaëtan Bille 10. Jens Debusschere11. Gianni Meersman 12. Joost van Leijen 13. Fréderique Robert 14. Jelle Vanendert 15. Maarten Neyens16. Kenny Dehaes 17. Brian Bulgaç 18. Jurgen Van den Broeck 19. Bart De Clercq 20. Sander Cordeel21. André Greipel 22. Dennis Vanendert 23. Olivier Kaisen 24. Jürgen Roelandts 25. Adam Hansen26. Tosh Van der Sande 27. Greg Henderson 28. Frederik Willems 29. Gert Dockx 30. Mehdi Sohrabi31. Vicente Reynes 32. Jonas Van Genechten 33. Bill Olivier 34. Mario Aerts 35. Marc Wauters 36. Herman Frison

Page 25: Lotto Cycling Magazine

1

2

3 5

4 67

8

9

10

11

12

1314

1516

17

1819

20

2122

23

2425

26

27

2829

3031

32

33

3435

36

1. Michiel Elijzen 2. Bart Leysen 3. Jean-Pierre Heynderickx 4. Marcel Sieberg 5. Marc Sergeant6. Jurgen Van de Walle 7. Francis De Greef 8. Lars Bak 9. Gaëtan Bille 10. Jens Debusschere11. Gianni Meersman 12. Joost van Leijen 13. Fréderique Robert 14. Jelle Vanendert 15. Maarten Neyens16. Kenny Dehaes 17. Brian Bulgaç 18. Jurgen Van den Broeck 19. Bart De Clercq 20. Sander Cordeel21. André Greipel 22. Dennis Vanendert 23. Olivier Kaisen 24. Jürgen Roelandts 25. Adam Hansen26. Tosh Van der Sande 27. Greg Henderson 28. Frederik Willems 29. Gert Dockx 30. Mehdi Sohrabi31. Vicente Reynes 32. Jonas Van Genechten 33. Bill Olivier 34. Mario Aerts 35. Marc Wauters 36. Herman Frison

Page 26: Lotto Cycling Magazine

Fréderique RobertProf sinds 2011

geboren op: 25/01/89

lengte: 176 cm

gewicht: 68 kg

Jürgen Roelandts

Prof sinds 2008

geboren op: 02/07/85

lengte: 185 cm

gewicht: 78 kg

Mehdi Sohrabi

Prof sinds 2005

geboren op: 12/10/81

lengte: 174 cm

gewicht: 78 kg

Jurgen Van de Walle

Prof sinds 1999

geboren op: 09/02/77

lengte: 189 cm

gewicht: 75 kg

Jurgen Van den Broeck

Prof sinds 2004

geboren op: 01/02/83

lengte: 185 cm

gewicht: 69 kg

Tosh Van der Sande

Prof sinds 2012

geboren op: 28/11/90

lengte: 178 cm

gewicht: 64 kg

Jonas Van Genechten

Prof sinds 2012

geboren op: 16/09/86

lengte: 176 cm

gewicht: 67 kg

Vicente Reynes

Prof sinds 2003

geboren op: 30/07/81

lengte: 175 cm

gewicht: 69 kg

Marcel SiebergProf sinds 2005

geboren op: 30/04/82

lengte: 198 cm

gewicht: 82 kg

Maarten Neyens

Prof sinds 2008

geboren op: 01/03/85

lengte: 190 cm

gewicht: 75 kg

26 / Lotto Cycling Magazine 2012

Page 27: Lotto Cycling Magazine

Fréderique RobertProf sinds 2011

geboren op: 25/01/89

lengte: 176 cm

gewicht: 68 kg

Jürgen Roelandts

Prof sinds 2008

geboren op: 02/07/85

lengte: 185 cm

gewicht: 78 kg

Mehdi Sohrabi

Prof sinds 2005

geboren op: 12/10/81

lengte: 174 cm

gewicht: 78 kg

Jurgen Van de Walle

Prof sinds 1999

geboren op: 09/02/77

lengte: 189 cm

gewicht: 75 kg

Jurgen Van den Broeck

Prof sinds 2004

geboren op: 01/02/83

lengte: 185 cm

gewicht: 69 kg

Tosh Van der Sande

Prof sinds 2012

geboren op: 28/11/90

lengte: 178 cm

gewicht: 64 kg

Jonas Van Genechten

Prof sinds 2012

geboren op: 16/09/86

lengte: 176 cm

gewicht: 67 kg

Vicente Reynes

Prof sinds 2003

geboren op: 30/07/81

lengte: 175 cm

gewicht: 69 kg

Marcel SiebergProf sinds 2005

geboren op: 30/04/82

lengte: 198 cm

gewicht: 82 kg

Maarten Neyens

Prof sinds 2008

geboren op: 01/03/85

lengte: 190 cm

gewicht: 75 kg

Page 28: Lotto Cycling Magazine

Jelle VanendertProf sinds 2007

geboren op: 19/02/85

lengte: 184 cm

gewicht: 65 kg

Dennis VanendertProf sinds 2012

geboren op: 27/06/88

lengte: 181 cm

gewicht: 64 kg

Frederik Willems

Prof sinds 2002

geboren op: 08/09/79

lengte: 181 cm

gewicht: 70 kg

Joost Van Leijen

Prof sinds 2010

geboren op: 20/07/84

lengte: 192 cm

gewicht: 73 kg

28 / Lotto Cycling Magazine 2012

Page 29: Lotto Cycling Magazine

Lotto Cycling Magazine 2012 / 29

Bill Olivier is de nieuwe algemene manager van Lotto - Belisol. ‘Bill wie?’, horen we u denken. Olivier is 45, West-Vlaming van afkomst en woont nu in het Mechelse. Na het opstarten van een eigen consultancybedrijf en een loopbaan van zes jaar als directeur van Auto 5 zette hij begin 2009 zijn eerste stappen in de wielerwereld als manager van Veranda’s Willems. “Dat was een hobby, dat betekende dus heel veel avonduren kloppen. Maar dat deed ik met een doel: ik wilde hogerop, voltijds manager worden bij een wielerploeg was een droom. En dromen moet je kansen geven, toch?”, vertelt Olivier enthousiast. “Samen met Jean-François Bourlart bouwde ik Accent - Veranda’s Willems uit tot een professionele continentale formatie. In tussentijd had ik prima contacten met Marc Sergeant en Marc Frederix van de Nationale Loterij gelegd. Zij konden zich vinden in mijn aanpak, en stelden me aan het hoofd van het nieuwe wie-lerproject van de Loterij. En zo werd mijn droom werkelijkheid.”

De taken van sportief manager Marc Sergeant en zijn staf lijken duidelijk voor de buitenwereld, maar wat doet een algemeen manager van een wie-lerploeg? “Ik beheer een middelgrote

KMO, een bedrijf met zestig medewer-kers en een budget van tien miljoen euro. Een algemeen manager waakt erover dat financieel en administratief alles binnen de lijntjes blijft, zorgt voor een algemene visie voor alle leden van de ploeg, werkt een interne reglemen-tering uit, is verantwoordelijk voor de relaties met de sponsors, staat in voor de marketing en de VIP-acties van een ploeg...” Samengevat: de dagen van zo’n manager zijn goed gevuld. “Ik startte op 1 september 2011, en tot de ploegvoorstelling begin februari werd het een snelle aaneenschake-ling van hele korte deadlines. Een ploeg opstarten vraagt veel, heel veel tijd. We moesten bijvoorbeeld een nieuwe service course (de uitvalsbasis van een wielerploeg, red.) uitbou-wen, er zijn een vijftigtal sponsors waarmee ik rond de tafel moest gaan zitten… Gelukkig telt de ploeg heel veel mensen met pakken ervaring. Zij konden autonoom aan het werk gaan en hoefden dus niet te wachten tot ik hen daartoe had aangepord.”

Bill staat er niet alleen voor in zijn job: “Valérie D’haeze, de administratieve medewerkster van de ploeg, is tege-lijkertijd mijn rechter- en linkerhand. Zij neemt vooral de dagdagelijkse

taken bij het runnen van de ploeg op zich: hotels en vluchten boeken, de ploeg inschrijven voor de wedstrij-den, documenten in orde brengen, de whereabouts van onze renners opvolgen, … Valérie en ik werken heel nauw samen. We zijn slechts met twee, en dat is niet veel in een ploeg van dit niveau. Met ons tweetjes hebben we héél hard gewerkt om dit project op de rails te krijgen. Ik wil echter graag van de gelegenheid gebruik maken om alle mensen te bedanken die ons keihard gesteund en geholpen hebben in deze maanden.”

En het werk van Olivier zit er nog niet op. “Mijn droomjob moet ik dus nog niet meteen afgeven”, grapt hij. “Dit is nog maar de start van een project met een visie op lange termijn. De machine die Lotto - Belisol is, moet de komende maanden nog bijgesteld en gesmeerd worden. Een werk van lange adem. Maar wat je ervoor terugkrijgt, is fan-tastisch. Zo heb ik ongelooflijk genoten van één van de voorbereidende stages, waarvan ik een flink stuk meemaakte. Ik ben met hart en ziel gebonden aan de wielersport, daarom net is dit zo’n droom. Deel uitmaken van een wiel-erfamilie die de hele wereld rondtrekt, het is ongelooflijk.”

BILLOLIVIERSportief manager Marc Sergeant en zijn collega-sportdirecteurs zijn de gezichten van de leiding van Lotto - Belisol, maar in hun schaduw is Bill Olivier de man die de hele ploeg in goeie banen leidt. “Zestig medewerkers, een budget van tien miljoen: ik leid een KMO.”

leidt Lotto-Belisol in goeie banen

Page 30: Lotto Cycling Magazine

30 Lotto Cycling Magazine2012

JURGEN& JELLE

Het zijn de twee klimtroeven van Lotto - Belisol, Jurgen Van den Broeck en Jelle Vanendert. Van zodra de weg bergop loopt, gaat bij iedere Belgische wielerfan de neus hun richting uit. Terwijl de Limburger droomt van de Waalse klassiekers, wipt het hart van de Kempenaar omhoog als hij aan de Ronde van Frankrijk denkt. Eén ding hebben de twee op z’n minst gemeen: bij Lotto - Belisol voelen ze zich thuis. “We zijn hier graag, heel graag.”

Jurgen Van den Broeck en Jelle Vanendert: de klimtroeven van Lotto - Belisol

Page 31: Lotto Cycling Magazine

Lotto Cycling Magazine 2012 / 31

& JELLE

Page 32: Lotto Cycling Magazine

32 / Lotto Cycling Magazine 2012

Jurgen Van den Broeck (29) blies het rondedenken in het Belgische wielren-nen nieuw leven in. In 2008 toonde hij een eerste keer zijn klimcapacitei-ten met een zevende plek in de Giro, doorbreken in de Tour deed hij twee jaar later met een vijfde plek. Dat zorgde op het thuisfront voor hoge ambities voor de Ronde van Frankrijk 2011, maar die eindigde na een zware val en opgave catastrofaal voor de man uit Morkhoven, deelgemeente van Herentals. De één zijn dood is de ander zijn brood, gaat het dan dikwijls. Na het uitvallen van zijn kopman ontpopte Jelle Vanendert (intussen 27) zich in de Tour van vorig jaar tot dé Belgische klimrelevatie. De Limburger uit Hamont-Achel bracht Vlaanderen in euforie met een zege bovenop het Plateau de Beille.

“Ongelooflijk wat die ene dag teweeg-bracht. Alles veranderde, die zestiende juli”, is Vanendert meer dan een half jaar na datum nog altijd een beetje onder de indruk. “Er gaat geen dag voorbij dat ik op straat niet herkend word. Maar de mens Jelle veran-derde niet. Ik ben nog altijd diezelfde Limburgse jongen. In Monaco gaan wonen, zegt me bijvoorbeeld nog steeds niks.” Ook Van den Broeck, die toen al z’n wonden likte op het

thuisfront, genoot van de zege van zijn ploegmaat: “Als je zag wat die zege van Jelle in ons land teweegbracht… Prachtig, was dat. En hoopgevend voor de toekomst. De Belgische wielerfan mag zich in de handen wrijven, want op elk front doen we opnieuw mee: in de klassiekers, in sprints en in het rondewerk.”

VoorbeeldrolHun exploten op de fiets deden Van den Broeck en Vanendert uitgroeien tot volksidolen en voorbeelden voor de jeugd. “Als renner sta je daar niet echt bij stil”, geeft die eerste toe. “Je droomt

er altijd van om een voorbeeld te zijn, maar je zit als sportman zo in je eigen wereld dat je niet beseft hoe sommige mensen naar je opkijken. Stilaan groeit die status, al moet je daar ook mee leren omgaan. Je moet jezelf thuis-voelen in die rol, hoeveel je er ook van hebt gedroomd.” “Ook ik voel al hoe sommige mensen stilaan naar me opkijken”, vindt ook Vanendert. “In de ploeg bijvoorbeeld merk je dat bij de jongeren. Zij proberen altijd wel iets op te steken. Logisch ook.”

Jurgen Van den Broeck strooit graag met advies voor de jeugd: “Mijn belangrijkste tip: staar je niet blind op het Belgisch circuit. Ontwikkel jezelf in het buitenland, leer daar je lichaam kennen en ga op zoek naar je grenzen. Klimmen leer je niet in de Ardennen, toch niet als je een twintiger bent, dus moet je investeren buiten de Belgische landsgrenzen. Je moet opofferingen brengen, en blijven brengen. De dag komt dat al dat werk rendeert. Heb dus ook wat geduld, als jeugdrenner. Dat heb ikzelf niet altijd gehad, en daardoor heb ik in de loop van mijn carrière af en toe gepanikeerd. Hoefde niet, weet ik nu. Ooit komt het wel. Zorg ervoor dat je weet waarmee je bezig bent, en de rest komt dan wel.”

Gele droomMaar ook Van den Broeck zelf houdt nog niet op met dromen. “De Ronde van Frankrijk, dat is en blijft mijn droom”, gunt de Kempenaar ons een kijkje in z’n hart. “Meer dan een droom zelfs: het is een obsessie, mijn absolute streefdoel. Zolang ik koers, blijf ik aan die ene wedstrijd denken en blijf ik me maniakaal focussen op die drie weken koers. Ik zou niet weten waarom niet. Voor mij voelt het zelfs niet maniakaal aan: het is mijn plezier, mijn hobby, en dus voelt het logisch en leuk aan dat ik er alles voor doe. Het is geen opoffering voor me. En ik

zal mezelf tenminste nooit hoeven te verwijten dat ik er niet alles aan heb gedaan om het onderste uit de kan te halen.”

“Als kind had ik al die Tourdroom. De zomer, dat betekende voor mij al net zoveel als de Ronde van Frankrijk. Iedereen keek naar de Tour, en dat was voor mij niet anders. Dat ik nu deel mag uitmaken van dat circus en zelfs voorin het peloton over de finish kan snellen, dat is voor mij het allermooi-ste wat er is. Zoals kinderen er nu van dromen om Jurgen Van den Broeck te zijn, zo wilde ik altijd in de voetspo-ren treden van de sterren van toen. Lance Armstrong, Jan Ullrich, Miguel Indurain: dat waren de vedetten waar ik naar opkeek. Net zoals zij als eerste de cols over fietsten, omringd door die uitzinnige massa, wilde ik dat ooit doen. En nu zit ik daar gewoon tussen…”

Hart voor klassiekersBij Jelle Vanendert ligt het iets anders:

“Mijn hart ligt bij de klassiekers, niet bij de Ronde van Frankrijk. Ik heb er altijd van gedroomd om te scoren in de eendagswedstrijden. Ook nu is dat zo. Laat me kiezen tussen winst in een Tourrit of een eendagszege, en ik hoef niet te twijfelen: dan ga ik volop voor dat laatste. En de kans dat ik

“De Tour is een obsessie. Zolang ik koers, blijf ik van die ene wedstrijd dromen.”

Page 33: Lotto Cycling Magazine

Lotto Cycling Magazine 2012 / 33

raak schiet, is er. Net zoals die er voor iedere renner uit de top-15 is. Alleen hebben renners van mijn kaliber daar heel wat geluk bij nodig. Anderzijds hoop ik nog eens zo’n stap vooruit te zetten zoals ik dat vorig jaar deed. Of twee. Dan moet ik zeker mee kunnen doen voor die klassieke zege.”

“Vorig jaar finishte ik in alle klimklas-siekers in de top twintig. Dertiende

in de Amstel, zesde op de Muur van Hoei, zeventiende in Luik, tiende in San Sebastian. Verschil met toen is dat ik me nu niet langer kan wegstoppen in de schaduw van Philippe Gilbert. Ik zal het nu zelf moeten waarmaken, er zal meer druk op mijn schouders terecht komen. Gelukkig begon André Greipel Down Under als een sneltrein aan het seizoen, want daardoor is er al heel wat druk van de ketel voor de ploeg. Weet je: eigenlijk besef ik zelf nog niet wat voor renner ik ben”, ver-baast Vanendert. “Ik geef mezelf nog twee jaar de tijd om m’n eigen kunnen te leren kennen. Ik ben nog geen kopman, vind ik. Tenslotte heb ik nog maar één koers gewonnen. Niet om naar huis over te schrijven, hé.”

Smaak van winnenIn die Waalse klassiekers krijgt Vanendert een luxeploegmaat van formaat: Jurgen Van den Broeck. “Ik bewees vorig seizoen al dat ik ook op dat terrein goed uit de voeten kan”, zegt die. “Goed, maar niet super. Vandaar dat ik het aangewezen vind om in het voorjaar Jelle bij te staan. En weet je, in de finale kan ik dan nog altijd zien of ik goed of niet goed genoeg ben om ook persoonlijke

ambities te koesteren.” “Maar ik denk niet dat ik in de finale van de Amstel en Luik - Bastenaken - Luik alleen zal zitten”, glimlacht Vanendert.

De weg richting voorseizoen loopt voor Van den Broeck voornamelijk over Spaanse wegen. “Ik start met enkele ritten op Mallorca, daarna zijn er de rondes van de Algarve, Catalonië, en het Baskenland, gevolgd door de Waalse klassiekers”, ratelt Van den Broeck zijn voorjaarsprogramma af alsof hij dat al duizend keer heeft gedaan. “Ook in rittenwedstrijden zoals Catalonië en het Baskenland

“Mijn hart ligt bij de klassiekers. Laat me kiezen tussen winst in een Tourrit of een eendagszege, ik hoef niet te twijfelen: dan ga ik volop voor dat laatste.”

Page 34: Lotto Cycling Magazine

34 / Lotto Cycling Magazine 2012

wil ik meedoen voor de overwinning. Vorig jaar heb ik in de Dauphiné voor het eerst mogen proeven van een overwinning. Dat smaakte heel zoet, dus waarom zou ik het niet opnieuw proberen?”

Twee paardenEn dan is het bijna juli, Tourmaand. Daar heeft Lotto - Belisol met sprinter André Greipel en berggeiten Van den Broeck en Vanendert drie speerpunten.

“Ik mik in eerste instantie op ritwinst, Jurgen op het eindklassement”, weet die laatste. “Geen slechte zaak, vind ik. Het zou dom zijn om meteen de kansen van één van de twee op te offeren voor de ander. Dan is het beter om op twee paarden te wedden, zoals we nu doen.” Ook VdB kan zich in die rol vinden: “Jelle en ik zullen elkaar bijstaan. Waarom zou dat problemen moeten opleveren? Probeer niet altijd het slechte te zien…”

Wie klassementsambities heeft voor die Ronde van Frankrijk, zal de schade in het werk tegen de chrono moeten beperken. Het rittenschema van de Tour 2012 bevat opvallend veel tijdritkilometers en amper aankom-sten bergop. “En dus schenk ik in de opbouw naar de Tour nog meer aandacht aan het tijdrijden dan voor-heen”, geeft Van den Broeck prijs. “Er zijn nog details die kunnen bijgewerkt worden, en die me zo tijdwinst moeten opleveren. Qua aerodynamica vooral. Ik laat me niet ontmoedigen door het parcours van deze Tour. Absoluut niet.

Dat zou dom zijn, nog voor die wed-strijd begonnen is. Er zijn inderdaad minder aankomsten bergop, maar in totaal is er wel evenveel klimwerk. Opnieuw top vijf rijden zou heel mooi zijn, een podiumplek natuurlijk nog specialer. Maar het is afwachten of ik dat kan. Wat ik doe in de perfecte Tour? (Grijnst) Rechtblijven! Zo’n ravijn, dat kan zeer doen, besef ik nu.”

Olympische droomOok na de voorjaarsklassiekers en de Tour is het seizoen bijlange niet voor-bij. Integendeel, Van den Broeck en Vanendert kunnen nadien nog dromen van regenboogkleuren of goud. Op 28 juli is er de Olympische wegrit in Londen, een kleine twee maand later knokt het peloton op de heuvels in en rond Valkenburg voor de wereldtitel wielrennen. Tussenin is er ook nog

eens de Ronde van Spanje, die de lastigste editie uit de recente wielerge-schiedenis lijkt te worden met dertien bergetappes. Spek voor de bek van het klimmersduo van Lotto - Belisol, zo lijkt?

“Ik maak de combinatie Tour-Vuelta”, is Van den Broeck gretig. “En als ik start, dan doe ik dat mét ambitie. Na La Grande Boucle laat ik even de stoom van de ketel, en nadien wend ik de steven richting Spanje. Vorig jaar

finishte ik er zonder enige voorberei-ding al in de top tien. Dus, wie weet?”

“En ook mij zegt de Vuelta wel wat”, herhaalt Vanendert. “Na de Tour neem ik een beslissing over mijn verdere pro-gramma, maar mij lijkt die wedstrijd de ideale voorbereiding op het WK. In Valkenburg wil ik er graag bijzijn. Niet alleen omdat het een koers in eigen streek zou zijn, of het allereerste prof-WK uit mijn loopbaan, maar vooral omdat ik er graag Philippe Gilbert op weg wil helpen naar de wereldtitel. Phil fietst nu wel voor een ander team, maar in de Belgische selectie is hij de ideale kopman. Idem met de Olympische Spelen in Londen. Ook daar wil ik naartoe in dienst van Gilbert.”

WielerfamilieHoe het komende seizoen zich ook ontrolt, één ding lijkt al vast te staan: bij Lotto - Belisol voelen de twee klim-geiten zich thuis. “Ik was vorig jaar de allereerste bij wie de Nationale Loterij met haar nieuwe project kwam aan-kloppen”, herinnert Van den Broeck zich. “Heel leuk, de Loterij zit intussen tenslotte al negenentwintig jaar in het peloton. Ik mocht zelfs mee m’n zegje doen bij de aanwervingen van som-mige jongens. Dit is een prachtige kans, een droom. Het verhaal dat achter dit project zit, is ook zo mooi. Er zit veel talent in België, en hen mogen helpen is prachtig. Ik ben hier graag. De mensen achter Lotto - Belisol ken ik intussen al zo lang dat ze stilaan fami-lie worden. Wielerfamilie, dan wel.”

“Wat Lotto - Belisol ook typeert, is de losse sfeer die hier hangt”, pikt Vanendert in. “Er wordt professioneel gewerkt, maar ook weer niet té profes-sioneel. Ik hou niet van dat afgelijnde, dat strakke dat in sommige ploegen heerst. Ik laat me niet graag in een hokje steken, hou wel van wat grap-pen tussenin. De aard van het beestje, zeker? Net als Jurgen hoefde ik niet lang te twijfelen toen het aanbod van Lotto - Belisol er kwam. Mijn broer Dennis mocht erbij komen, waardoor ik heel veel vertrouwen voelde. Dit is een fijne ploeg met meer en meer mensen die ik al een hele tijd ken. Ja, ik ben hier graag!”

“Dit is een prachtige kans, een droom.”

Page 35: Lotto Cycling Magazine

Lotto Cycling Magazine 2012 / 35

SOHRABI

Iraniërs staan niet meteen bekend om hun zachtaardige inborst. De repressieve aanpak van de omstreden president Ahmadinejad, de strikte leefregels die moslimvrouwen in de Iraanse republiek krijgen opgelegd: ze steken in fel contrast af met de mens Mehdi Sohrabi (30). Die blinkt uit in bescheidenheid, dankbaarheid en verlegenheid. “I’m sorry for my little English”, verontschuldigt hij zich wel tien keer verlegen bij een interview. Zie je de Iraniër in koerskledij, dan krijg je een gebruind evenbeeld van Niko Eeckhout voor je: klein van stuk, breed van schouders en met een paar flinke stampers onder de kont. Niet toeval-lig is Sohrabi niet de beste klimmer uit z’n land: de 27 zeges die hij in 2011 behaalde, heeft hij voor een flink deel aan zijn snelle benen te danken.

Maar goed: klimmen kan hij niet als de beste, 27 zeges en eindwinst in de Asia Tour leverden Mehdi wel een plaatsje bij Lotto - Belisol op. Een jeugddroom voor de bescheiden Iraniër: “I’m very happy”, glimlacht hij wel duizend keer. “Ik ben zó blij. Ik hou van België, ik hou van Lotto - Belisol. Dit is een goeie ploeg met goeie renners, een goeie manager en een goeie organisatie. Natuurlijk kende ik de ploeg al toen ze mij contacteerden. Het hele jaar zag ik Philippe Gilbert in zijn Lotto-truitje overal winnen.”

Jawel, Sohrabi kent zijn klassiekers. “Armstrong, Pantani, Indurain: ik ken

ze allemaal, van vroeger. Ik schoof als kind gretig voor de televisie voor samenvattingen van de grootste wie-lerwedstrijden. Tour, Giro, … Op mijn vijftiende begon ik zelf met koersen. Eerst met een nationaal juniore-steam, nadien als lid van continentale ploegen. Koersen in het buitenland is echter altijd enorm moeilijk geweest. Het vraagt heel veel tijd en papierwerk om aan een visum te geraken om Iran te verlaten. Ook nu nog”, zucht hij.

Qua ambities voor 2012 blijft Sohrabi realistisch: “Alles is anders, nu. Niet negenennegentig procent, maar hon-derd procent anders. Die 27 zeges, dat is verleden tijd. Dat was vóór Lotto

- Belisol, nu start ik een nieuw hoofd-stuk. Ik wil werken voor het team, in iedere wedstrijd. Ik wil dat de ploeg wint. Dit is mijn droom, dit is de kans waar ik lang op heb gewacht. Ik wil slagen.” En stiekem droomt de man uit Iran van de kasseien. “Ik fietste nooit eerder op kasseien, maar droomde er wel van. Dankzij mijn ploeg kan ik in België wonen, en dan zal ik kunnen trainen op de keien”, glimlacht Mehdi. In België, dat is in Vorselaar, hartje Kempen. De Iraniër was amper in het appartementje geland dat de ploeg er voor hem huurt, of hij wilde de fiets op om de kasseien te ontdekken. En dat in de vrieskou. “Schrik voor het winter-weer heb ik niet, hoor”, verdedigt hij zich. “Waar ik woon, op 1700 meter hoogte, ligt alles in de winter onderge-sneeuwd. No problem!”

Beroemd is Sohrabi naar eigen zeggen niet in Iran. “Voetbal is zoveel groter dan wielrennen in mijn land, en ook worstelen, gewichtheffen en tae-kwondo zijn enorm populaire sporten. Neen, beroemd ben ik niet. In mijn land wil iedereen een handtekening van de kleinste voetballer, maar voor wielrenners ligt dat helemaal anders. Alleen in mijn woonplaats, Zanjan, kent iedereen me. Tachtig procent van de inwoners herkent me, en groet me op training. Hoeveel inwoners Zanjan telt? Een miljoen.” Wat heet niet bekend zijn in Iran…

Hij is de meest opvallende nieuwkomer bij Lotto - Belisol, Mehdi Sohrabi. Goed voor 27 overwinningen en de eindzege in de Asia Tour in 2011, binnengehaald in de hoop dat hij het ook op Vlaamse bodem kan waarmaken. Verwacht u niet aan een tengere exoot die van zijn fiets dondert bij winterweer of hobbelige kasseien, maar aan een bonk van een Iraanse flandrien. “Sneeuw? Geen probleem. Kasseien? Mijn droom.”

Exotische nieuwkomer Mehdi Sohrabi droomt van kasseien

Page 36: Lotto Cycling Magazine

LUDIVINE& SOFIE

Lotto - Belisol stuurt niet alleen een groep gemotiveerde mannen de weg op, maar geeft ook een klad getalenteerde vrouwen en meisjes de kans om het te maken als wielrenster. Opvallendste namen in het Ladies Team zijn Ludivine Henrion en Sofie De Vuyst. Rennersvrouwen, in alle betekenissen van het woord. Zelf maken ze mee het mooie weer in het Belgische wielrennen, maar tussendoor delen ze ook het leven met een profrenner van Lotto - Belisol: Henrion is de levensgezellin van Olivier Kaisen, De Vuyst de vriendin van Bart De Clercq.

Rennersvrouwen in hart en nieren

36 Lotto Cycling Magazine2012

Page 37: Lotto Cycling Magazine

Lotto Cycling Magazine 2012 / 37

De Waalse Ludivine Henrion, die met Kaisen samenhokt in het Naamse Eghezée, is één van de leading ladies van het Belgische wielrennen. Op haar palmares prijken zeven Belgische titels en een waslijst aan ereplaatsen in het klassieke werk. Sofie De Vuyst is nog druk bezig haar erelijst op te smukken. Na een tweede plek in een hectisch BK mocht de Oost-Vlaamse uit Herzele voor het tweede jaar op rij de Belgische kleuren verdedigen op het wereldkam-pioenschap. Met die prestaties zijn de twee meteen ook de kopvrouwen bij Lotto - Belisol. Dat vermoeden we, althans. Als we de vraag aan het begin van het gesprek aan de twee voor-schotelen, kijken ze elkaar met een brede glimlach aan en gaan ze aan het gieren van het lachen. De toon van de babbel is gezet: Henrion en De Vuyst giechelen en grappen erop los. De sfeer bij Lotto - Belisol, dat een mix van Belgische en Zuid-Afrikaanse rensters in de rangen heeft, kan blijkbaar niet stuk.

Tweede poging dan maar: jullie zijn de twee vrouwen met de rijkst gevulde erelijst in de ploeg, toch?

Sofie De Vuyst: “Ludivine heeft in haar carrière een paar keer het palma-res van de rest van de ploeg samen bij elkaar gefietst.”

Ludivine Henrion: “Weet je, bij de vrouwen wordt niet echt in termen van kopmannen en helpers gedacht. In de kleinere wedstrijden op de kalender mag iedereen z’n eigen kans gaan. In de wereldbekermanches zijn Sofie en ik normaal wel de vooruitgeschoven pionnen, ja.” De Vuyst: “Maar bij de vrouwen komen in zo’n wedstrijden automa-tisch de sterkste rensters voorin. Heeft de ploeg in de finale nog verschillende pionnen mee, dan zien we dan wel wie

zich nog het beste voelt en wiens kaart we dus gaan trekken.” Henrion: “Maar niemand bij Lotto - Belisol wordt als prof betaald door het team, en dus kunnen we eigenlijk geen eisen gaan stellen. In het mannenpe-loton is het de job van de helpers om hun werk uit te voeren, maar bij ons zit

dat anders. Je kan niemand verplich-ten om werk op te knappen voor een ander.”

Wat moeten we weten over Sofie De Vuyst als renster en als mens, Ludivine?

Henrion: “Ze fietst altijd heel alert, heel aandachtig. Ze is altijd daar op het juiste moment. In het gewone leven is Sofie behoorlijk stil. (Brede grijns) Op dat gebied is ze zo’n beetje mijn tegenpool.”

En nu de omgekeerde oefening Sofie?

De Vuyst: “Ludivine beseft als geen ander wanneer de koers zal openbre-ken.” Henrion: “Ik fiets zoals Peter Van Petegem dat vroeger deed: driekwart van de wedstrijd achterin het peloton, maar op het juiste moment trek ik naar voor. Ik heb ervaring, ik weet hoelang ik rustig kan blijven. En maar best ook, want een hele koers aandachtig en geconcentreerd zijn, dat kan ik niet. Dan ben ik op het eind mentaal helemaal kapot.” De Vuyst: “Ludivine is ook iemand die enorm goed kan pieken naar de topwedstrijden. Ze staat er als ze er moet staan. Ik kan een heel seizoen op een regelmatig niveau presteren, maar mis de sterke uitschieters. Ludivine heeft die wel. Soms zou ik het ook wel eens op die manier willen doen. Uiteindelijk zijn het de uitschieters die bijblijven, niet de regelmaat.”

Je bent iemand die ieder jaar gestaag sterker wordt, Sofie?

De Vuyst: “Heel lang koers ik nog niet, want ik deed voor mijn wielercarrière aan andere sporten. Atletiek, voetbal, tennis… In de eerste vijf jaar van mijn

“Sofie fietst altijd heel alert, heel aandachtig. Ze is altijd daar op het juiste moment.”“Ludivine is iemand die enorm goed kan pieken naar de topwedstrijden. Ze staat er als ze er moet staan.”

Page 38: Lotto Cycling Magazine

38 / Lotto Cycling Magazine 2012

fietsloopbaan kon ik telkens een paar percentjes groeien, maar niet veel. De combinatie met mijn studies Rechten was immers moeilijk. Nu mijn studies zijn afgerond, gaat het zoveel beter. Ik heb nu meer tijd om te rusten en kan tijdens de examenperiodes, waarin de fiets vroeger altijd aan de kant moest, nu gewoon blijven trainen.”

Je bent drie jaar jonger dan Ludivine. Is zij een voorbeeld voor je geweest?

De Vuyst: “Net omdat ik eerst aan andere sporten deed, heb ik niet veel idolen in de wielersport gehad. Eigenlijk is er slechts één figuur waar ik altijd naar opgekeken heb: de Nederlandse Marianne Vos. Al heb ik uiteraard veel respect voor de Belgische toppers. Iemand als Ludivine bijvoorbeeld, met al haar Belgische titels.” Henrion: “Ik heb er in totaal al zeven veroverd. Tweemaal werd ik Belgisch kampioene bij de elite, vijf keer had ik dat al gedaan bij de jeugd. 2011 was echter veruit mijn beste seizoen. Een achtste plek in de Ronde van Vlaanderen, een vijftiende plaats in de Waalse Pijl en als afsluiter een achtste stek op het wereldkampioenschap in Kopenhagen. Ik was altijd een beetje ontgoocheld geweest omdat de resulta-ten in de allerbelangrijkste wedstrijden achterwege bleven. Vorig seizoen heb ik getoond dat ik het wél kan.”

KinderdroomLudivine, je bent er nu 28 en komt normaal dus op het sterkste van je kunnen. De beste jaren staan voor je?

Henrion: “Dit wordt zo goed als zeker mijn laatste seizoen op de fiets. (Fiere glimlach) Olivier en ik kunnen niet langer wachten om aan kindjes te beginnen. Bovendien heb ik sinds vorig jaar last van een hardnekkige blessure. Sciatique, een zenuw in de heup die me veel pijn bezorgt tijdens het fietsen. Ik ging bij wel twintig specialisten langs op zoek naar een oplossing, maar niemand kan me een sluitende oorzaak of remedie opgeven. Ondertussen lijd ik dus veel pijn op de

fiets. (Grapt) Nog meer pijn dan al de rest. Mijn lichaam zegt stilaan dat het genoeg is geweest.”

Je hoort op je 28ste intussen ook bij de ouderdomsdekens van de ploeg?

Henrion: “Ik ben één van de oudste rensters, dat klopt. (Lacht) Ook dat betekent dat ik stilaan moet stoppen, hé. Ik vind het leuk om m’n rijke erva-ring te delen met de jonge nieuwko-mers in de ploeg. Advies geven, dat doe ik graag. Op mijn leeftijd durf je meer doen en zeggen aan de rest.”

Wat heeft Ludivine je al bijgebracht, Sofie?

De Vuyst: “Ludivine bezit de kracht om me kalm te houden. Als ik in een ontsnapping zit, durf ik veel te zenuw-achtig te zijn, veel te gretig in het kop-werk. Ik moet meer de kat uit de boom leren kijken. Zaken waar Ludivine me op wijst als we samen in de aanval zitten. Zij houdt me rustig, zij zorgt ervoor dat ik niet te veel krachten weg-gooi door als een bezetene aan de kop te zitten sleuren.”

SpelenMet de Ronde van Vlaanderen en de Waalse Pijl telt België twee van de belangrijkste vrouwenklassiekers. Meteen ook jullie hoofddoelen?

De Vuyst: “Uiteraard is de Ronde een koers om naar uit te kijken. In eigen streek, een massa volk: een hele belangrijke wedstrijd. Maar ik mik nog net iets meer op de Waalse Pijl. Op langere hellingen kom ik het best tot m’n recht.” Henrion: “Voor mij zijn de Ardeense klimmen dan weer net iets te lang. Jammer, want de Waalse Pijl is een thuiswedstrijd en één van mijn lievelingskoersen. Mijn lichaam voelt zich echter beter thuis op de Vlaamse wegen met korte, nijdige hellingen. Dat bewees ik vorig jaar nog met een lange aanval en die achtste plek in Vlaanderens Mooiste. Jammer genoeg ben ik absoluut geen fan van dat ner-veuze gedoe in de Vlaamse wedstrij-den. Al dat wringen, daar houd ik niet van.”

In eigen land is er ook de Lotto Cycling Cup. Het moet leuk zijn om aan de slag te kunnen in een regel-matigheidscriterium dat gepatro-neerd wordt door de hoofdsponsor van je eigen team?

De Vuyst: “Voor mij is het belangrijk, ja. Ik wil er dit seizoen alles aan doen om een UCI-wedstrijd te winnen, en dat mag er zeker eentje van de Lotto Cycling Cup zijn. Ook het eindklas-sement is een doel. Ik was op het eind nu al viermaal tweede. Altijd achter de

Page 39: Lotto Cycling Magazine

Lotto Cycling Magazine 2012 / 39

rug van een mooie winnares, dat wel. (Glimlach) Maar leuk zijn die tweede plaatsen niet altijd.” Henrion: “Ook ik wil graag iets tonen in de Lotto Cycling Cup. Maar of ik voor het eindklassement ga, zal ik in het verloop van het seizoen wel zien.”

2012 is ook het jaar van de Olympische Spelen in Londen. Een droom?

Henrion: “Natuurlijk. Ik was er nog nooit bij op de Spelen, dus wil ik dol-graag naar Londen. Normaal mogen drie Belgische meisjes naar daar. En na mijn achtste plek op het WK van vorig jaar, denk ik wel dat de Belgische wielerbond me liever is gaan zien. De Spelen zullen mee beslissen over het einde van mijn carrière. Als ik naar Londen mag, dan houdt het voor mij zeker op. Je moet stoppen op een hoogtepunt, hé. Een Olympisch ticket zou me mentaal voorbereiden op mijn afscheid.” De Vuyst: “Voor mij wordt een selectie moeilijk. Al weet je nooit wat voor stap ik dit seizoen kan zetten. Ook voor mij zijn die Spelen een droom. Het is toch het mooiste wat je kan bereiken in een sportcarrière, hé. Maar ik heb nog wel wat Olympische kansen in de rest van mijn carrière.” Henrion: “Voor mij is Sofie de toe-komst van de Belgische wielersport.

Niet alleen ik denk aan stoppen na dit seizoen, ook Grace Verbeke en Liesbet De Vocht doen dat. We hebben alle-maal dezelfde kinderdroom. (Grapt) We gaan werk maken van de generatie die binnen twintig jaar het mooie weer moet maken in de sport. En neem mij, Grace en Liesbet weg, en je komt bij Sofie terecht.” De Vuyst: “Ik heb nog wel wat spor-tieve doelstellingen te verwezenlijken. Niet alleen omdat ik nog niet zolang koers, ook omdat ik mijn sport altijd aan de kant geschoven heb voor mijn studies. Ik heb dus nog wel wat ambi-ties in mijn hoofd zitten vooraleer ik denk aan een gezin. De Olympische Spelen is er één van, maar ik droom ook van een Belgische titel en wil ooit eens een mooi resultaat op een wereldkampioenschap neerzetten. De twee voorbije WK’s werden niet wat ik ervan gehoopt had, ik wil wel eens zo’n prestatie tonen zoals Ludivine.”

Henrion: “Oh, maar ik heb daar ook lang op moeten wachten hoor. Pas na zes WK-deelnames was het vorig sei-zoen voor het eerst echt goed. (Lacht) Nog even geduld, Sofie!”

Leven met een profEr wordt niemand betaald door Lotto - Belisol, vertelde Ludivine daarnet. Wat doen jullie dan voor de kost?

Henrion: “Ik heb een profcontract als wielrenster bij de Waalse overheid. Ik moet dus dank u zeggen.” De Vuyst: “Ik verander in maart van job. Ik ga dan aan de slag als juriste bij AG Insurance, waar ik extra kansen

krijg om mijn wielerdroom waar te maken. Twee jaar op rij al kon ik als profwielrenster aan de slag bij een concurrerend team, maar ik verkoos om bij Lotto - Belisol te blijven en mijn carrière te combineren met een goeie job. Ik voel me goed binnen dit team, ik werd hier altijd gesteund sinds het begin van mijn carrière. Bovendien geef ik een job niet zomaar op voor een onzeker bestaan als profwielrenster. Een valpartij, een ernstige ziekte: je wielerloopbaan kan zo voorbij zijn.”

Koersen, werken en dan ook nog eens samenleven met een profwiel-renner: hoe klaart een mens die klus?

De Vuyst: “Bart en ik wonen nog niet samen. Ik probeer m’n vrije dagen zo te plannen dat ik dan ook Bart kan zien.” Henrion: “Wij wonen wel samen. Dat heeft zo z’n voor- en nadelen. In de winter zijn Olivier en ik zeven op zeven samen en kunnen we samen naar de fitness trekken. En het is natuurlijk leuk dat je iemand hebt die je wielerpassie begrijpt. Maar uiter-aard is het zwaar in de zomermaanden, als je elkaar lange periodes niet kan zien. Ik heb ooit eens het aantal dagen geteld dat Olivier en ik elkaar konden zien op een jaar: verder dan 169 dagen kwamen we niet. (Grapt) Ik heb er dan ook nog eens de beste van het peloton uitgehaald: net eentje die koerst van de allereerste wedstrijd van het seizoen tot helemaal aan het eind.”

Wat voelt het best: een eigen zege of een overwinning van je vriend?

Henrion: “De emoties die ik kende toen Olivier twee jaar terug een rit won in de Ronde van Turkije, daar kan niets tegenop. Het was alsof ik het vooraf al voelde aankomen. Ik had me extra vroeg voor televisie geploft om de wedstrijd te volgen, en zag net als de dagen ervoor Olivier meeschuiven in de lange ontsnapping. ‘Deze keer houdt hij wel stand’, besefte ik meteen. En het werd nog waarheid ook! De uit-barsting van emoties die volgde, was ongelooflijk. Door niets te evenaren…”

“Ik heb ooit eens het aantal dagen geteld dat ik en Olivier elkaar konden zien op een jaar: verder dan 169 kwamen we niet.”

Page 40: Lotto Cycling Magazine

Lotto Belisol

Sofie De VuystLudivine Henrion

Nathalie Nijns

Ann-Sophie Duyck

Katrien Van Looy Kim Schoonbaert

Joline Goossens

Bo Carless

KaatHannes

Rensters die ontbreken op de foto: Robyn De Groot,Ashleigh Moolman, Lise Olivier An-Li Pretorius,

Cherise Taylor, Joanne Van De Winkel (ZAF).

1. Jeroen Vrolijkx 2. Stig Broeckx 3. Jimmy Janssens 4. Daniel Mclay (GBR)5. Niels Reynvoet 6. Steve Bekaert 7. Maarten Van Trijp 8. Kurt Dierckx 9. Ruben Boons 10. Wouter Wippert (NED) 11. Jurgen Van Trijp12. Nicolas Vereecken 13. Stef Van Zummeren 14. Rob Leemans15. David Desmecht 16. Thomas Vanbesien 17. Stefan Sels18. Willem Wauters 19. Kenneth Van Rooy 20. Maarten Craeghs 21. Thomas Sprengers 22. Martijn Debaene23. Frederik Verkinderen 24. Jef Van Meirhaeghe25. Kurt Van De Wouwer

Renners die ontbreken op de foto:Jorne Carolus, Tim Wellens en Louis Meintjes (ZAF)

Lotto Belisol U23

40 / Lotto Cycling Magazine 2012

Page 41: Lotto Cycling Magazine

Lotto Belisol

Sofie De VuystLudivine Henrion

Nathalie Nijns

Ann-Sophie Duyck

Katrien Van Looy Kim Schoonbaert

Joline Goossens

Bo Carless

KaatHannes

Rensters die ontbreken op de foto: Robyn De Groot,Ashleigh Moolman, Lise Olivier An-Li Pretorius,

Cherise Taylor, Joanne Van De Winkel (ZAF).

1. Jeroen Vrolijkx 2. Stig Broeckx 3. Jimmy Janssens 4. Daniel Mclay (GBR)5. Niels Reynvoet 6. Steve Bekaert 7. Maarten Van Trijp 8. Kurt Dierckx 9. Ruben Boons 10. Wouter Wippert (NED) 11. Jurgen Van Trijp12. Nicolas Vereecken 13. Stef Van Zummeren 14. Rob Leemans15. David Desmecht 16. Thomas Vanbesien 17. Stefan Sels18. Willem Wauters 19. Kenneth Van Rooy 20. Maarten Craeghs 21. Thomas Sprengers 22. Martijn Debaene23. Frederik Verkinderen 24. Jef Van Meirhaeghe25. Kurt Van De Wouwer

Renners die ontbreken op de foto:Jorne Carolus, Tim Wellens en Louis Meintjes (ZAF)

Lotto Belisol U23

Lotto Cycling Magazine 2012 / 41

Page 42: Lotto Cycling Magazine

42 Lotto Cycling Magazine2012

toekomst isDe

rooskleurig

Zoals Marc Sergeant de sportieve kapitein is van het Lotto-Belisolschip bij de profs, zo staat Kurt Van de Wouwer aan het roer van de gelijk-namige belofteploeg. Als renner fietste hij vaak in de schaduw van de toppers rond, op diezelfde manier doet hij nu buiten de spotlights uitstekend werk met het opleiden van talent. Zo groeide hij uit tot één van de meest gerespecteerde ploegleiders in het jeugdcircuit. “In die rol voel ik me goed in m’n vel.”

Kurt Van de Wouwer werkt aan het talent van morgen

Page 43: Lotto Cycling Magazine

Lotto Cycling Magazine 2012 / 43

De

Page 44: Lotto Cycling Magazine

44 / Lotto Cycling Magazine 2012

Opvallen deed Kurt Van de Wouwer in zijn sportieve loopbaan enkel met drie toptwintigplaatsen in de eindstand van de Tour de France. De man uit Herentals, een stadsgenoot van Jurgen Van den Broeck, deed dat in de kleuren van… Lotto. Als renner zocht hij in de nadagen van zijn carrière andere oorden op, maar aan het begin van zijn ploegleidersloopbaan belandde hij meteen weer in zijn vertrouwd nest, als ploegleider van wat thans de belofte-ploeg is van de Nationale Loterij.

Kurt Van de Wouwer: “Ik begin nu aan het zesde jaar bij de ploeg. Dit seizoen zie ik Tosh Van der Sande, Brian Bulgac en in de zomer ook Tim Wellens doorgroeien naar de Lotto-profs, in het verleden gebeurde dat ook met jongens als Bart De Clercq en Adam Blythe. En onder meer ook Thomas De Gendt, Ben Hermans en Kris Boeckmans werden bij ons opgeleid.”

Als oud-ploegleider heb je een per-fect zicht op de kwaliteiten van Van der Sande, Bulgac en Wellens. Wat moeten wij van hen weten?

“Tosh is een enorm vlotte jongen die meteen goed in de groep ligt. Ik hoorde dat het nu al lijkt alsof hij al jaren voor Lotto - Belisol fietst, terwijl hij nog maar net is aangesloten. Als renner is hij de beste klimmer van de

sprinters. Hij is echter niet de pure sprintbom die op het einde van een vlakke rit een massaspurt zal gaan winnen. Daarvoor mist hij de body die een André Greipel wel heeft. Enorm behendig is hij dan weer wel, met dank aan zijn piste-ervaring.”

“Brian Bulgac is een heel ander type dan Tosh, als renner en als mens. De Nederlander is een meer gesloten, timide, maar ook heel beleefde jongen. Hij komt uit het triatlon en is vooral een klimmer-tijdrijder. Hij is niet de

meest verwachte neoprof, maar er zit iets in die jongen. Zo won hij vorig jaar de Ronde van Luik en de Ardeense Triptiek, en legde hij hele goeie testen af.”

“Tim Wellens is dan weer een pure klimgeit. Winnaar van de Alpenklassieker bij de juniores, vorig jaar nog de beste in de strijd voor het bergklassement in de Tour de Savoie. Tim is iemand die met z’n tests en sommige flitsen in de koers je mond kan doen openvallen van verbazing. Hij heeft dus talent, maar we wilden hem behoeden om te vroeg prof te worden. Daarom gingen we op zoek naar een compromis, en dat vonden we ook: Tim wordt pas halfweg het sei-zoen prof. Een goeie oplossing, denk ik. Tim gaat trouwens ook nog steeds naar school.”

Drie van je uitblinkers werden door de profploeg van Lotto - Belisol ingelijfd. Wie speel je dit seizoen uit als kopman?

“Ik zag in het tussenseizoen vijf renners prof worden, want Zico Waeytens en Gijs Van Hoecke groeiden door naar Topsport Vlaanderen. Mijn belangrijk-ste troef in 2012 wordt de Nederlander Wouter Wippert. Een snelle jongen die het eigenlijk nu al verdiende om prof te worden. Ritwinst in de Ronde van de Toekomst, drie ritten in de Ronde van Namen, een zevende plek op het WK voor beloften: het zou moeten volstaan om prof te worden, maar het lukte Wouter niet. Dat moet na dit jaar dan

maar lukken. Wouter heeft trouwens niet echt de mentaliteit om in een Nederlandse ploeg te fietsen.”

Je hebt ook heel wat neobeloften opgenomen in de ploeg?

“Rob Leemans, Thomas Vanbesien, Kenneth Van Rooy, Ruben Boons: allemaal jongens die vorig jaar bij de juniores hun talent hebben laten zien. Als belofteploeg hang je altijd af van de instroom van talent uit het juniores-peloton. Het is altijd onze taak geweest

om de betere talenten te detecteren en voor te bereiden op een mogelijke stap naar de profs. Een junior mag nog speels met z’n sport omgaan, eenmaal je belofte wordt verandert dat. Vanaf dan moet je op alle vlakken in de lijn van een prof gaan leven: van menta-liteit tot training, van programma tot wetenschappelijke begeleiding.”

Als ploegleider bij de jeugd heb je een bevoorrechte kijk op de instroom van talent. Hoe zit het met de toekomst van België als wielerland?

“Als ik terugkijk naar de laatste jaren: uitstekend. De neoprofs van nu doen het goed bij hun overstap, ik zie niet in waarom de betere beloften dat morgen niet zouden kunnen. Als jonge renner is het nu een goeie periode om in het profpeloton gegooid te worden.”

Jonge, talentrijke klimmers duiken met bosjes op de voor-bije jaren, naar nieuwe sprinters is het in België ver zoeken. Een aandachtspunt?

“Ik ben als ploegleider afhankelijk van het talent dat ik in handen krijg. Momenteel heb ik twee snelle jongens in de rangen: Wouter Wippert en Maarten van Trijp. (Fijne glimlach) En dat zijn twee Nederlanders. Wat je wel vaak merkt in het beloftepeloton: er wordt veel minder gecontroleerd gekoerst, waardoor er minder mas-sasprinten zijn. Daardoor moet je vaak wachten tot een renner prof wordt om

“Als jonge renner is het nu een goeie periode om in het profpeloton gegooid te worden.”

Page 45: Lotto Cycling Magazine

Lotto Cycling Magazine 2012 / 45

vast te stellen of hij een pure spurter kan worden. Het is trouwens logisch dat wij veel tijd in het klimwerk investeren: we leiden renners op voor een ploeg die in de WorldTour aan de slag moet. En daar vind je met drie grote rondes en rittenwedstrijden als Catalonië en Baskenland heel veel cols.”

Niet continentaalDit jaar heeft jouw belofteploeg nog meer weg van het profteam van Lotto - Belisol. Je beloften hebben quasi identieke truitjes en fietsen als de profs ter beschikking, bijvoorbeeld. Een bewuste keuze?

“De kledij ziet er voor negenennegen-tig procent hetzelfde uit als die van de profs. Daar heb ik vorig jaar op aangedrongen. Hoe dichter de uitstra-ling van een opleidingsploeg bij die van het moederteam staat, hoe hoger het imago en hoe meer je daarvan kan gebruikmaken bij het aanwerven van talent. Het is belangrijk dat je renners zich kunnen vereenzelvigen met de profploeg waarvoor je werkt.”

Net als vorig jaar kies je voor een opleidingsclub en niet voor een continentale wielerploeg. Waarom?

“Ook dat is een bewuste keuze. Wil je een uitsluitend continentaal pro-

gramma afwerken, dan moet je een beroep doen op veel renners van 25, 26 jaar, of ouder. Met alle respect: dat zijn vaak de jongens die net het tikkeltje talent missen om nog te kunnen door-groeien naar de profs. Ook wij werken veel continentale wedstrijden af, maar pikken daarnaast als club ook heel wat kleinere interclubs mee in eigen land. Wedstrijden waar je eerstejaarsbelof-ten kan laten wennen aan de hogere snelheden.”

“Bovendien ben je als club onbeperkt in het aantal renners, en is dat als continentale ploeg niet zo. Daardoor kunnen we nu op zo’n brede kern teren. Een derde reden is dat wij verschil-lende studenten binnen onze rangen

hebben. Daardoor zien we ons ver-plicht in de examenperiode een minder druk programma af te werken.”

Ook al is je ploeg niet continentaal, toch staat zij ervoor bekend een internationaal getint programma af te werken. Blijft dat zo?

“Dit jaar trekken we nog meer naar het buitenland dan voorheen. 24 rittenwedstrijden staan er op ons pro-gramma, en de overgrote meerderheid daarvan vind je buiten onze lands-grenzen. Het is daar waar je de stiel leert, in rondes zoals die van Aosta of de Savoie. Daar doe je de ervaring op die je nodig hebt in een profcarrière, daar vind je de tegenstand om je te bewijzen. Wie zich in zo’n wedstrijden toont, is klaar voor de stap naar de profs. Met alle respect voor de Ronde van Luik, maar ik zie liever één van mijn jongens tiende worden in Aosta dan eindwinnaar in Luik. (Glimlach) Al wil ik het liefst allebei, natuurlijk.”

24 rittenwedstrijden op een jaar, dat moet behoorlijk intensief zijn voor een ploegleider. Is dit je vol-tijdse job?

“Ik werk nog steeds halftijds in de wie-lerschool van Herentals, en besteed de andere helft van m’n tijd aan de ploeg. De combinatie is enorm intensief,

want een jeugdploeg beschikt over een veel kleinere omkadering dan zo’n WorldTour-team. En er is niet alleen het drukke programma met 120 koersdagen per jaar, maar ook al die renners die je dient op te volgen. Bij de profs van Lotto - Belisol heeft iedere ploegleider wekelijks contact met een zevental renners, terwijl ik ál m’n jon-gens op te volgen heb. Maar dat heeft ook zo z’n voordelen: ik ben van alles op de hoogte.”

De omkadering van Lotto - Belisol barst van oud-ploegmaats. Kriebelt het niet om samen met hen aan de slag te gaan als ploegleider?

“Marc Sergeant, Herman Frison, Mario

Aerts, Marc Wauters: we zijn allemaal ploeggenoten geweest in die acht jaar dat ik bij Lotto heb gefietst. Ik doe m’n huidige taak echter enorm graag. Ik voel me goed in deze rol. Mijn erva-ring overdragen op de jeugd, dat vind ik heel leuk. Jonge twintigers kan je nog veel aanleren, maar eenmaal iemand prof is, heeft die in principe reeds alle bagage op zak. Trouwens, als je je eigen opleidingsproducten nadien ziet presteren bij de profs, dan bezorgt dat ook een grote voldoening.”

Dus geen aspiraties voor een loop-baan bij een profploeg?

“Zeg nooit nooit. Soms steekt het wel een beetje als ik opnieuw een generatie talent moet afstaan aan de profrangen. Af en toe maak ik me dan wel eens de bedenking dat ik met hen zou moeten kunnen meegroeien.”

Hoe verloopt de samenwerking met je collega’s bij Lotto - Belisol eigenlijk?

“Geregeld tip ik hen: die jongen heeft talent, die kan goed omhoog. Het is dan aan Marc Sergeant en co om dat talent extra op te volgen. Met fysieke tests, onder meer. Bart De Clercq is zo’n jongen die ik warm aanbevolen heb. Hij bleek een sterke aanwinst voor de profs, en dat is uiteraard ook voor mij een meevaller. Van alle jongens die ik tot dusver heb aanbevolen, is er nog niet één mislukt.”

“ Van alle jongens die ik tot dusver heb aanbevolen, is er nog niet één mislukt.”

Page 46: Lotto Cycling Magazine

46 / Lotto Cycling Magazine 2012

Het huwelijk tussen wielersport en sponsors is van oudsher intens. Dat moet ook wel. Waar in het voetbal ook inkomsten uit ticket-verkoop en televisierechten worden gebeurd, hangt een wielerploeg voor 80 à 90 procent af van sponsorinkomsten. Zonder sponsors dus geen professionele wielerploegen. Vrij vertaald: André, Jelle en de Jurgens moeten overdag eerst nog gaan werken voor ze ‘s avonds na gedane arbeid de nodige trainingskilometers kunnen afmalen. Geen optie dus voor de veeleisende wielersport.

Tegenover hun zo broodnodige financiële inbreng verwachten sponsors dan wel dat ze op het truitje mee mogen rijden. In het zwartwitte verleden van de wielersport betekende dat: één truitje, één sponsor. U kent ze wel, de grofkorrelig vergeelde wielerkiekjes uit vooroorlogse jaren met die prachtige retrotruitjes. De mooiste der sporten reed rond in de mooiste outfits.

Maar gaandeweg de tweede helft van de twintigste eeuw bleek één sponsor veelal niet meer voldoende om een hele profstructuur financieel te stutten. De oplossing was duidelijk: ‘multinational of multisponsoring’. Ofwel één puissant rijke sponsor vinden, ofwel met meerdere sponsors op hetzelfde truitje gaan staan. Veelal werd het dat laatste. In de jaren tachtig werd zo de serene esthetiek van de wielernostalgische truitjes van weleer geofferd op het hakblok van de economische realiteit. De wielersport toerde voortaan rond in schreeuwlelijke reclameamalgamen met elfendertig sponsors erop gepuzzeld. En laat nu net in die periode de Lotto in de wielersport zijn gestapt. De gevolgen waren, tja, oordeelt u zelf maar…

Maar dat lijkt voltooid verleden tijd! Bij de Nationale Loterij ziet de hele marketingcommunicatie er patent en eigentijds uit sinds het bedrijf het parastatale statuut uit en de eenentwintigste eeuw in is gestapt. En bij medesponsor Belisol heeft men beroepshalve sowieso bijzonder veel voeling met esthetiek, niet geheel onbelangrijk voor een producent van ramen en deuren in een land waar naast de sacrale wielersport de baksteen in de maag een andere volkskarak-teristiek is. Mooie ramen verdienen dito truitjes, zelfs met meerdere sponsors erop..

En het resultaat mag niet alleen gezien worden, het zál ook gezien worden als onze renners de sportieve beloftes op de vorige pagina’s inlossen. De Lotto Belisol truitjes zijn zo mooi geworden dat ze inspireren tot al even mooie prestaties, getuige wat Greipel liet zien Down Under en in Oman.

column door Marko Heijl

TricotTricot

Page 47: Lotto Cycling Magazine

De nieuweLOTTO

Sinds de start van Lotto, in 1978, zijn de verwachtingen rond het Lotto spel erg geëvolueerd. Onze spelers willen wegdromen als ze aan Lotto winst denken, ze willen er plezier aan bele-ven en natuurlijk ook vaker winnen. Om die redenen heeft de Nationale Loterij drastische wijzigingen door-gevoerd aan haar (nog steeds) meest populaire spel.

Zo werd het bestaande rooster met 42 nummers vervangen door een rooster met 45 nummers. Dit zorgt ervoor dat de Jackpot sneller kan stijgen. In rang 1 is er nu bij elke trekking minstens 1 miljoen euro te winnen. Als er geen winnaar is in rang 1 gaat de Jackpot altijd naar de eerstvolgende trekking. De Jackpot stijgt dus van zaterdag naar woensdag naar zaterdag, en dit zolang niemand de 6 juiste cijfers heeft. De inzet per rooster bedraagt nu 1 euro, maar je hoeft niet langer minimum twee roosters te spelen. Dit zorgt voor een winstverhoging in alle rangen. Ook de globale winstkans stijgt tot 1

op 25. Tot slot werd ook een bonus-nummer toegevoegd waardoor er meer winstrangen zijn en er reeds 3 euro wordt gewonnen met 2 juiste nummers en de bonus.

De vernieuwing van het product en de hogere Jackpots zorgen niet alleen voor een omzetstijging maar uitgedrukt in winnaars houdt de nieuwe Lotto zeker zijn beloften: 27 winnaars in rang 1 die elk gemiddeld 1.663.000 euro wonnen in de eerste vier maanden na lancering. Ook in rang 2 telden we maar liefst 178 winnaars die gemiddeld zo’n 40.000 euro mochten bijschrijven op hun rekening.

Veranderingen in het spelconcept worden logischerwijs ook ondersteund door een sterke mediacampagne. In de nieuwe TV spots zijn de Lottoballetjes meer dan ooit de sterren maar de bal-letjes doken ook op in het straatbeeld. 45 unieke Lottobal-wagentjes sierden de Belgische wegen en kleurden tal van leuke acties. Ook in de voetbalstadions

maakten de Lottoballen hun opwach-ting. Onder het motto ‘Goed gespeeld!’ is Lotto niet alleen alomtegenwoordig bij de meeste eersteklasseploegen, maar ook enthousiaste supporter wan-neer de thuisploeg scoort. Samen met de activatie-acties op het terrein zorgt dit voor een mooie link tussen het spel en de voetbalsupporter.

Dat Lotto doet dromen wordt nog het meest duidelijk in het programma ‘De Wensenwinkel’ op VTM. Op een origi-nele en creatieve manier wordt aan de Vlamingen gevraagd wat zij zouden doen indien ze met Lotto winnen. En jij, wat zou jij doen…?

NU AL GOED GESPEELD!Enkele maanden na de lancering van de nieuwe Lotto blijkt dat de doorgevoerde veranderingen een schot in de roos zijn. Hogere jackpots, duidelijk meer miljonairs en een stij-gende omzet. De nieuwe formule heeft de harten van het publiek reeds veroverd.

Page 48: Lotto Cycling Magazine

Da’s goed gespeeld!Wekelijks spelen honderdduizenden op de Lotto, in de wetenschap dat ze zo hun dromen meer kansen geven. Even terecht kiezen reeds bijna 30 jaar vele talenten voor de Lotto-ploeg om hun wielerdromen te realiseren. Vroeger heetten ze Bruyneel, Museeuw of Gilbert, nu Van den Broeck, Vanendert, Roelandts, Meersman of Dehaes...

volg onze renners ook op &

http://www.facebook.com/LottoBelisolCyclingTeam http://twitter.com/Lotto_Belisol