Upload
others
View
3
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Drs. Nathalie Aelterman Universiteit Gent
Contactadres: [email protected] www.vopspsy.ugent.be
Moetivatie of motivatie? De leerkracht, directie en CLB-medewerker
als motiverende coach
Niels, 14 jaar Niels heeft het niet zo goed gedaan op zijn laatste wiskundetoetsen. De leerkracht weet dat hij veel beter kan, maar het hem vaak aan motivatie ontbreekt om te studeren. Echt jammer, vindt ze, want hij zou alles kunnen worden, als hij het maar zou willen… Bij het uitdelen van de verbeterde toetsen tijdens de volgende les, spreekt ze hem er over aan: ‘Niels, je hebt me toch wat ontgoocheld op die laatste toets. Ik had eigenlijk beter verwacht van jou, want ik weet gewoon dat je het kan. Ik reken er op dat je wat beter gaat studeren de volgende keer, dan komt dat wel goed.’ De leerkracht geeft hem nog een schouderklopje voor ze verder gaat.
Uitdagingen voor de motivatiepsycholoog
Uitdaging 1 Motivatie < movere = bewegen ⇒ Welke factoren doen kinderen/jongeren ‘bewegen’? ⇒ Vraag naar drijfveer, reden, of motief van gedrag
Verduidelijking in de STRUCTUUR van drijfveren/motieven
Uitdaging 2
⇒ Heeft de aard van deze drijfveren een impact op - Beleving van de les? Toegewijdheid? - Intrinsiek plezier? - Faalangst voor examen? Prestaties? - Afhaken versus blijven? - Naleven van gemaakte afspraken?
Vraag naar PREDICTIEVE VALIDITEIT
Uitdaging 3
⇒ Hoe kunnen leerkrachten een optimale motivatie bevorderen?
Identificatie van een motiverende LEERKRACHTSTIJL
Leerkrachtstijl
Kwantiteit en kwaliteit van motivatie om te
leren Leren
Blijvende interesse in materie
VAKEXPERTISE / KNOWHOW
- (Technische) kennis van materie - Vakbekwaamheid
MOTIVATIONELE ERVARING EN INZICHTEN
- Hoe leerling stimuleren? - Hoe kennis overbrengen zodat leerling geïnspireerd wordt?
Noodzakelijk, maar geen voldoende voorwaarde
Noodzakelijk, maar geen voldoende voorwaarde
Stimulerend overbrengen van correcte kennis
1. “Waarom we doen wat we doen”
3. Hoe kan je een motiverende omgeving “creëren”? ⇒ Wat is motiverende taal? ⇒ Wat is de rol van keuze? ⇒ Resulteert autonomieondersteuning niet in grenzeloze vrijheid? ⇒ Hoe kan je zorgen voor een motiverend schoolklimaat?
2. De motor van groei: De rol van psychologische behoeftebevrediging
Overzicht
Prof. Edward Deci (University of Rochester, NY)
Prof. Richard Ryan (University of Rochester, NY)
ZELF-DETERMINATIE THEORIE
Prof. Maarten Vansteenkiste (Universiteit Gent)
DEEL I
“Waarom we doen wat we doen”:
Waarom leren jongeren? Waarom respecteren ze afspraken?
Oefening 1: Combineer en benoem
⇒ Probeer types motivatie samen te plaatsen
1
2
3
4
5
helemaal niet belangrijk heel belangrijk
1) … omdat dit is wat anderen (bv. ouders, vrienden, leerkracht) van mij verwachten.
1 2 3 4 5
2) … omdat ik begrijp waartoe de stof dient. 1 2 3 4 5
3) … omdat ik me schuldig zou voelen als ik het niet zou doen. 1 2 3 4 5
4) … omdat ik dit heel erg leuk vind 1 2 3 4 5
5) … omdat ik inzie waarom iets leren nuttig is. 1 2 3 4 5
6) … omdat anderen (bv. ouders, vrienden, leerkracht) me verplichten om dit te doen.
1 2 3 4 5
7) … omdat ik mezelf moet bewijzen dat ik een slimme leerling ben. 1 2 3 4 5
8) … omdat ik de stof heel erg boeiend vind. 1 2 3 4 5
Een goede reden voor mij om mijn best te doen op de school is …
Items Naam
Motivatietype 1
Motivatietype 2
Motivatietype 3
Motivatietype 4
Probeer om de - Items twee aan twee samen te plaatsen - Een label te verzinnen voor het type motivatie dat beide items beogen te meten
WAAROM WE DOEN WAT WE DOEN
Autonome Motivatie
GecontroleerdeMotivatie
Verplichting, druk, stress Vrijwillig, psychologisch vrij
Plezier passie,
interesse
Persoonlijke relevantie,
betekenisvol
Straf, beloning,
verwachting
Schaamte, schuld,
zelf-waarde
“Moeten” of moetivatie
“Willen” of goesting
Geboeidheid, interesse,
plezier
Persoonlijke relevantie,
zinvol
Straf, beloning,
verwachting
Schaamte, schuld,
zelfwaarde
⇒ Waarom maak je jouw huiswerk?
‘omdat ik pas dan naar de scouts mag’ ‘om van het gezaag van mijn ouders af te zijn’
‘omdat ik moet bewijzen dat ik slim ben’ ‘omdat jongeren van mijn leeftijd dit horen te doen’
‘omdat ik het belangrijk vind om het zelf te proberen’ ‘omdat ik de stof zinvol vind’
‘omdat ik de stof boeiend vind’
Geboeidheid, interesse,
plezier
Persoonlijke relevantie,
zinvol
Straf, beloning,
verwachting
Schaamte, schuld,
zelfwaarde
⇒ Waarom volg je de regels thuis of op school?
‘omdat ik anders gestraft word’
‘omdat ik me anders schuldig zou voelen’
‘omdat ik inzie en begrijp dat deze nodig zijn’
‘omdat ik ze interessant vind’
Het fundamentele onderscheid binnen de ZDT is dat tussen autonome of vrijwillige en gecontroleerde of gemoetiveerde motivatie. ⇒ Implicatie voor de praktijk: Taak van de leerkracht & directie = aanmoedigen van autonome motivatie
Stelling 1: Concept motivatie
WAAROM WE DOEN WAT WE DOEN
“Willen” vs. “moeten” = kwaliteit of soort motivatie óamotivatie
= gebrek aan motivatie = hulpeloosheid omwille van gebrekkig zelfvertrouwen
vb. niet bekwaam om taak uit te voeren
WAAROM WE DOEN WAT WE DOEN
Autonome Motivatie
GecontroleerdeMotivatie
Verplichting, druk, stress Vrijwillig, psychologisch vrij
“Moeten” “Willen”
Futloos, ontmoediging, faalangst
Amotivatie
“Niet kunnen”
Geboeidheid, interesse,
plezier
Persoonlijke relevantie,
zinvol
Straf, beloning,
verwachting
Schaamte, schuld,
zelfwaarde
⇒ Waarom doe je jouw best bij het lesgeven?
‘omdat ik er nu eenmaal voor betaald word’
‘omdat ik hoor te tonen aan mijn collega’s, directie en leerlingen dat ik een bekwame leerkracht ben’
‘omdat ik dit heel erg belangrijk vind voor mijn leerlingen’
‘omdat lesgeven mijn roeping is; ik doe dit gewoon heel graag’
ZDT is niet enkel een theorie over leerlingmotivatie, maar over persoonlijkheidsfunctioneren, inclusief de motivatie & persoonlijkheid van de leerkracht & directeur. ⇒ Implicatie voor de praktijk: De leerkracht kan zelf voor de spiegel gaan staan en zijn eigen motivationeel functioneren in vraag stellen
Stelling 2: Motivatie van de leerkacht
Speelt de kwaliteit van de motivatie een rol? Willen versus moeten
Motivatie & leren bij hogeschool studenten
“Willen”
“Moeten”
Concentratie
Tijdsbeheer
Prestaties
Actief Klasgedrag
.24**
.22**
.41**
.21** -.39**
-.37**
Vansteenkiste, M., Zhou, M., Lens, W., & Soenens, B. (2005). Experiences of autonomy and control among Chinese learners: Vitalizing or immobilizing? Journal of Educational Psychology, 97, 468-483.
Niveau 2: Klasverschillen
Niveau 1: Leerlingverschillen
Motivatie
Activiteitsgraad Beoordeelde betrokkenheid
Aelterman, N., Vansteenkiste, M., Van Keer, H., Van den Berghe, L., De Meyer, J., & Haerens, L.. (i2012). Studentss’ objectively measured physical activity levels and engagement as a function of between-class and between-student differences in motivation toward physical education. Journal of Sport & Exercise Psychology, 34, 457-480.
Motivatie & LO leerlingen secundair onderwijs
Leerkrachtmotivatie & burn-out
“Willen versus moeten”
Uitputting
Cynisme & depersonalisatie
-.36**
-.36**
Soenens, B., Sierens, E., Vansteenkiste, M., Goossens, L., & Dochy, F. (in press). Psychologically controlling teaching: Examining self-regulated learning and achievement outcomes and antecedents. Journal of Educational Psychology.
Zijn sterk gemotiveerde leerlingen de beste leerlingen?
“Types” Leerlingen:
Motivationele Profielen
(Vansteenkiste, Soenens, et al., in druk)
28% 27% 27% 18%
High quality motivation
High quantity
motivation
Low quality motivation
Low quantity
motivation
-1,50000
-1,00000
-0,50000
0,00000
0,50000
1,00000
Mean
AMCM
Blauw = Willen
Groen = Moeten
Welke groep zal het meeste uitstelgedrag vertonen?
1. Autonoom gemotiveerde groep (hoog willen, laag moeten) 2. Sterk gemotiveerde groep (hoog willen, hoog moeten) 3. Gemoetiveerde groep (laag willen, hoog moeten) 4. Weinig gemotiveerde groep (laag willen, laag moeten)
Welke groep zal de beste schoolresultaten behalen?
1. Autonoom gemotiveerde groep (hoog willen, laag moeten) 2. Sterk gemotiveerde groep (hoog willen, hoog moeten) 3. Gemoetiveerde groep (laag willen, hoog moeten) 4. Weinig gemotiveerde groep (laag willen, laag moeten)
Uitstelgedrag in functie van het motivationeel profiel
2
2.2
2.4
2.6
2.8
3
3.2
3.4
3.6
good quality high quantity poor quality low quantity
Vansteenkiste, M., Sierens, E., Soenens, B., Luyckx, K., & Lens, W. (2009). Motivational profiles from a self-determination perspective: The quality of motivation matters. Journal of Educational Psychology., 101, 674-688.
Testangst in functie van het motivationeel profiel
2
2.2
2.4
2.6
2.8
3
3.2
3.4
good quality high quantity poor quality low quantity
Vansteenkiste, M., Sierens, E., Soenens, B., Luyckx, K., & Lens, W. (2009). Motivational profiles from a self-determination perspective: The quality of motivation matters. Journal of Educational Psychology., 101, 674-688.
Schoolresultaten in functie van het motivationeel profiel
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
good quality high quantity poor quality low quantity
Vansteenkiste, M., Sierens, E., Soenens, B., Luyckx, K., & Lens, W. (2009). Motivational profiles from a self-determination perspective: The quality of motivation matters. Journal of Educational Psychology., 101, 674-688.
Het is niet enkel belangrijk dát een leerling gemotiveerd is, maar dat hij goed gemotiveerd is! ⇒ Implicatie voor de praktijk: Druk zetten op leerlingen brengt – zeker op lange termijn - weinig zoden aan de dijk!
Stelling 3: Kwaliteit van motivatie telt!
DEEL II De motor van groei:
De rol van psychologische behoeftebevrediging
Welke behoeftes sluiten aan bij deze criteria?
Eerder psychologisch dan
fysiologisch
Eerder aangeboren dan verworven
Fundamenteel
Eerder universeel dan gebonden aan
cultuur
Vansteenkiste, M., Ryan, R. M., & Deci, E. L. (in press). Self-determination theory and the explanatory role of psychological needs in human well-being. In L. Bruni, F. Comim, & M. Pugno (Eds.), Capabilities and happiness. Oxford, UK: Oxford University Press.
Basisbehoeftes
Behoefte aan Autonomie
A
- Initiator zijn van eigen acties - Zelf aan basis liggen van gedrag - Jezelf kunnen zijn
Behoefte aan Competentie
C
- Gedrag tot een goed einde kunnen brengen - Controle hebben over uitkomstgedrag
Behoefte aan verBondenheid
B
- Geliefd worden door anderen - Goede, close relaties hebben
Vansteenkiste, M., Ryan, R. M., & Deci, E. L. (2008). Self-determination theory and the explanatory role of psychological needs in human well-being. In L. Bruni, F. Comim, & M. Pugno (Eds.), Capabilities and happiness. Oxford, UK: Oxford University Press.
Optimale Motivatie, Groei, Integratie &
Engagement
A
B
C
Basisbehoeftebevrediging
Psychisch welbevinden Fysiek welbevinden (bijv. slaapkwaliteit en vermoeidheid)
Dagelijkse Variatie in Behoeftebevrediging
Ryan, R. M., Bernstein, J. H., & Brown, K. W. (2010). Weekends, work, and well-being: Psychological need satisfaction and day of the week effects on mood, vitality, and physical symptoms. Journal of Social and Clinical Psychology, 29, 95-122.
Dagelijks Welzijn
-5 -4 -3 -2 -1 0 1 2 3 4!5
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14
Persoon A
Persoon B
Steekproef- gemiddelde
Effecten binnen personen: Dagelijkse fluctuaties
Dagen
Ryan, R. M., Bernstein, J. H., & Brown, K. W. (2010). Weekends, work, and well-being: Psychological need satisfaction and day of the week effects on mood, vitality, and physical symptoms. Journal of Social and Clinical Psychology, 29, 95-122.
De behoeftes aan autonomie, competentie en verbondenheid vormen het ABC van deze motivatietheorie: ze vormen de vitamines voor ons dagelijks geluk! ⇒ Implicatie voor de praktijk: Probeer maximaal aan de behoeftes van uw leerlingen tegemoet te komen!
Stelling 4: Rol van behoeftebevrediging
Het schoolklimaat kan meer of minder tegemoet komen aan de basisbehoeftes van de leerkrachten, wat een impact zal uitoefenen op de lesstijl van de leerkracht. ⇒ Implicatie voor de praktijk: Het is de taak van een directieteam om een behoefteondersteunend werkklimaat te creëren.
Stelling 5: Rol van behoeftebevrediging
DEEL III Hoe kan je een motiverende leeromgeving creëren?
of Wat is de brandstof voor de motor?
of Hoe kan de leerkracht of directie als een “coach”
optreden?
Autonomie
VerBondenheid
Competentie
Autonomie- ondersteunende vs.
controlerende context
Warme vs. kille & verwaarlozende
context
Structurerende vs. Chaotische context
Autonome vs. Gecontroleerde
motivatie
Behoefteondersteunende leerkrachten & directies gaan er van uit dat jongeren
- actief en verantwoordelijk zijn. - nieuwsgierig zijn en bereid om bij te leren. Als dit niet het geval is, wordt samen met de jongere onderzocht welke
factoren deze groei in de weg staan.
Behoeftefrustrerende leerkrachten & directies gaan er van uit dat jongeren - Passief en lusteloos zijn. - “lege containers’ zijn die met kennis moeten gevuld worden. Deze mensvisie laat toe om jongeren onder druk te zetten en te
programmeren, want anders zouden ze geen actie ondernemen.
I. Autonomie-ondersteunende vs. controlerende context
Autonomieondersteunende leerkrachten/directies … 1) … hanteren uitnodigende i.p.v. dwingende taal. 2) … moedigen inspraak & participatie aan en laten keuze toe. 3) … proberen een betekenisvolle en zinvolle uitleg te geven
zodat er begrip en bereidheid ontstaat om mee te werken. 4) … proberen het perscpectief van de leerling in te nemen
(empathie). 5) … dreigen niet met externe consequenties 6) … proberen een spelelement te verwerken in de les
TIP 1 Motiveren
betekent de juiste taal spreken!
- Probeer te vermijden om schuld- of schaamte-inducerende taal te hanteren of ego-gerelateerde uitspraken te doen.
vb. “Je hebt me ontgoocheld; ik had beter verwacht van jou”
vb. “Jullie zouden zich moeten schamen voor jullie gedrag; jullie
zitten nu al in het derde middelbaar …”
vb. “Het is nu aan jou om je te bewijzen. vb. “Het wordt nu toch eens tijd dat je zelfstandig leert werken”
Wat is motiverend taalgebruik?
Niels, 14 jaar Niels heeft het niet zo goed gedaan op zijn laatste wiskundetoetsen. De leerkracht weet dat hij veel beter kan, maar het hem vaak aan motivatie ontbreekt om te studeren. Echt jammer, vindt ze, want hij zou alles kunnen worden, als hij het maar zou willen… Bij het uitdelen van de verbeterde toetsen tijdens de volgende les, spreekt ze hem er over aan: ‘Niels, je hebt me toch wat ontgoocheld op die laatste toets. Ik had eigenlijk beter verwacht van jou, want ik weet gewoon dat je het kan. Ik reken er op dat je wat beter gaat studeren de volgende keer, dan komt dat wel goed.’
Probeer “moeten” & “verwachten” te vervangen door “kunnen” & “willen”
vb. “Er wordt van jou verwacht dat je de regels respecteert” versus “Ik stel voor dat je een inspanning probeert te leveren om de regels te respecteren; wat denk je daar van?”
vb. “Ik reken er op dat je iets aan je gedrag doet, begrepen?” versus “Ik vind het belangrijk dat we samen proberen te werken aan jouw situatie”
Wat is motiverend taalgebruik?
Maakt het gebruik van moeten & verwachten vs. kunnen & willen een
verschil ?
Vansteenkiste, M., Simons, J., Lens, W., Soenens, B., &Matos, L. (2005). Examining the impact of extrinsic versus intrinsic goal framing and internally controlling versus autonomy-supportive communication style upon early adolescents’ academic achievement. Child Development, 76, 483-501
Procedure • Deelnemers: 80 5de & 6de studiejaar obese kindeneren (11-12 year) (adjusted BMI >
182%) • Taak: tekst lezen over klavertje vier (30 min.)
• Setting: real-life setting = tijdens normale klasuren
Instructies
Vansteenkiste, M., Simons, J., Lens, W., Soenens, B., &Matos, L. (2005). Examining the impact of extrinsic versus intrinsic goal framing and internally controlling versus autonomy-supportive communication style upon early adolescents’ academic achievement. Child Development, 76, 483-501
Intern controlerend - dwingend
Autonomie-ondersteunend
1) Leren - Oppervlakkig - Diepgaand 2) Fruit eten - Korte termijn - Lange termijn
Vansteenkiste, M., Simons, J., Lens, W., Soenens, B., &Matos, L. (2005). Examining the impact of extrinsic versus intrinsic goal framing and internally controlling versus autonomy-supportive communication style upon early adolescents’ academic achievement. Child Development, 76, 483-501
Voorbeeld: Veld-experiment
“Deze tekst die we je vragen te lezen, vertelt je iets meer over eetgewoontes die je kan aanleren. Door iedere dag een stukje uit elk blaadje van het klavertje vier te eten, kan je proberen om wat op je voeding te letten. Onderzoekers zeggen immers dat kinderen die iedere dag een stuk uit elk blaadje van het klavertje vier eten vaak denken dat hun gezondheid, als ze 16-17 jaar oud zijn, beter zal zijn; kinderen denken ook vaak dat ze dan fitter zullen blijven. Bovendien denken vele kinderen dat ze op die manier ook actiever zullen blijven. Om zich beter te voelen over hun gezondheid en conditie volgen vele kinderen dan het klavertje vier door bijvoorbeeld fruit, yoghurt en groenten te eten in plaats van te snoepen of frisdrank (bvb. cola, fanta, ice-tea enz.) te drinken. Vele kinderen volgen dus het klavertje vier omdat ze zich schuldig zouden voelen indien ze ziek en ongezond zouden worden door hun eigen schuld, of niet langer fit en actief blijven door hun eigen fout. Het is dus voor je eigen goed dat we je vragen om deze tekst over het klavertje vier aandachtig te lezen.”
Vansteenkiste, M., Simons, J., Lens, W., Soenens, B., &Matos, L. (2005). Examining the impact of extrinsic versus intrinsic goal framing and internally controlling versus autonomy-supportive communication style upon early adolescents’ academic achievement. Child Development, 76, 483-501
“De tekst die we je vragen te lezen, vertelt iets je meer over de eetgewoontes die je kan aanleren. Onderzoekers zeggen dat kinderen aandacht kunnen besteden aan hun voeding door bijvoorbeeld iedere dag één stukje uit elk blaadje van het klavertje vier te eten. Op die manier blijf je later, als je 16-17 jaar oud bent, immers kerngezond en fit. Bovendien kan je op die manier ook actief en in goede conditie blijven (je kan bijvoorbeeld lang blijven bewegen en sporten). Kerngezond en actief blijven kunnen voor jou goede redenen zijn om te proberen om het klavertje vier na te leven door bijvoorbeeld fruit, yoghurt en groenten te eten in plaats van te snoepen of frisdrank (bvb. cola, fanta, ice-tea, enz.) te drinken. Omdat je erdoor gezond blijft, kan je dus proberen om het klavertje vier dagelijks op te volgen. Maar ook als je actief en fit wil blijven, zodat je lang kan blijven doorgaan als je moet bewegen en sporten, kan je ook beslissen om het klavertje vier te volgen. Omwille van deze reden kan het dus belangrijk zijn om deze tekst over het klavertje vier aandachtig te lezen.
Vansteenkiste, M., Simons, J., Lens, W., Soenens, B., &Matos, L. (2005). Examining the impact of extrinsic versus intrinsic goal framing and internally controlling versus autonomy-supportive communication style upon early adolescents’ academic achievement. Child Development, 76, 483-501
4
4.5
5
5.5
6
6.5
7
7.5
8
8.5
Autonomieondersteunend Intern controlerend
oppervlakkig leren diepgaand leren
Vansteenkiste, M., Simons, J., Lens, W., Soenens, B., &Matos, L. (2005). Examining the impact of extrinsic versus intrinsic goal framing and internally controlling versus autonomy-supportive communication style upon early adolescents’ academic achievement. Child Development, 76, 483-501
3.5.1. ZDT: Internalizatieproces
Fruit eten over tijd in functie van communicatiestijl
012345678
Baseline 1 week 3 weken
Tijdslijn
Stu
kken
frui
t
Autonomie-ondersteunendControlerend
Vansteenkiste, M., Simons, J., Lens, W., Soenens, B., &Matos, L. (2005). Examining the impact of extrinsic versus intrinsic goal framing and internally controlling versus autonomy-supportive communication style upon early adolescents’ academic achievement. Child Development, 76, 483-501
De wijze waarop taken, instructies en opdrachten worden gecommuniceerd is van fundamenteel belang voor de bereidheid van leerlingen om medewerking te vertonen of zich eerder rebels opstellen. ⇒ Implicatie voor de praktijk: Probeer woorden zoals ‘moeten’, ‘verwachten’, ‘ontgoochelen’ etc. te vermijden ten voordele van woorden zoals ‘kunnen’, ‘voorstellen’, en ‘willen’.
TIP 1 Motiveren
betekent de juiste taal spreken
TIP 2 Probeer zoveel
mogelijk gewenste keuze
te verlenen
Probeer de gewenste hoeveelheid OPTIEKEUZE aan te bieden
- Vb. 1: keuze tussen verschillende huiswerkopdrachten - Vb. 2: keuze van opstel- of spreekbeurtonderwerp - Vb. 3: inspraak bij bepalen van lesinhoud Nuancering: 1) Het optimale aantal opties: 3 à 4, want dit moet beheersbaar blijven
2) De aangeboden opties moeten zinvol zijn ó valse keuze
0
1
2
3
4
5
6
2 opties 3 opties 4 opties 5 opties 6 opties 7 opties
Beleefd Plezier aan Activiteit in Functie van Aantal Opties
Van optiekeuze naar actiekeuze!
Herhaaldelijke, toevallige experimentele blootstelling aan autonomieondersteunende vs. autonomiefrustrerende leerkrachtstijl tijdens les LO
Les 1:
Keuze
Les 2: Gebrek aan
keuze
Les 3:
Keuze
Les 4: Gebrek aan
keuze
Plezier Vitaliteit
Plezier Vitaliteit
Plezier Vitaliteit
Plezier Vitaliteit
Tijdens de les
Na de les
Mouratidis, A., Vansteenkiste, M., Lens, W., & Sideridis, G. (2011). Class-to-class variation in vitality and intrinsic motivation in physical education as a function of the synergistic interaction between need-supportive teaching and pupils’ motivational orientations. Journal of Educational Psychology
Autonomieondersteuning werd gemanipuleerd via: § Geen keuze mbt type sport tijdens les LO (vb., voetbal, basketbal etc.) § Wel keuze mbt: a) Kans om te fungeren als co-leerkracht b) Kleine groepjes kunnen door leerlingen worden samengesteld c) Volgorde van oefeningen d) Ritme om over te schakelen naar nieuwe oefeningen
Mouratidis, A., Vansteenkiste, M., Lens, W., & Sideridis, G. (in druk). Class-to-class variation in vitality and intrinsic motivation in physical education as a function of the synergistic interaction between need-supportive teaching and pupils’ motivational orientations. Journal of Educational Psychology
ACTIEKEUZE Wanneer? vb. Keuze van evaluatie- en dus studiemoment
Hoe? • Volgorde van taken: vb. Keuze van oefening in een reeks oefeningen • Ritme van progressie vb. Onderscheid tussen basispakket en extra examenvragen vb. Extra huiswerk ter beschikking stellen via leerplatform vb. Een “joker” kunnen inzetten
TIP 3 Belang van een goede
uitleg
Probeer een zinvolle en specifieke uitleg te geven 1) Leerinhoud
Vb. 1: Probeer aan te geven hoe jouw vak kadert in volledige opleiding Vb. 2: Probeer de relevantie van een specifiek stuk leerstof/ opdracht aan te geven door
a) het te linken met de actualiteit (bijv., krantenartikel, tv-programma) b) het te linken met een persoonlijke anekdote c) het te linken met de dagelijkse praktijk (bijv., via video) d) het te plaatsen binnen het hoofdstuk en de cursus
2) Regels & afspraken: Als een afspraak of taak niet logisch kan
onderbouwd worden, dan vertonen leerlingen eerder weerstand
Resulteert autonomieondersteuning niet in
grenzeloze vrijheid (= laissez-faire klimaat)?
Stelling: Als leerlingen te veel autonomie wordt verleend, dan riskeer je de impact op het leerproces te verliezen, waardoor leerlingen minder progressie maken.
1. Helemaal niet akkoord 2. Niet akkoord 3. Akkoord 4. Helemaal akkoord
Structurende vs. chaotische context
Structurende leerkrachten … 1) … maken duidelijke afspraken en geven duidelijk aan wat
ze verwachten. 2) … schenken vertrouwen in plaats van de leerlingen angst in
te boezemen. 3) … focussen op het beheersen van de taak zelf 4) … proberen optimale uitdaging te creëren 5) … moedigen zelfreflectie aan 6) … geven positieve feedback
TIP 4 Probeer in dialoog
grenzen vast te leggen!
Nuance: Autonomieondersteuning is niet gelijk aan een laissez-faire mentaliteit (= gebrek aan structuur & regels)
vb. gebrek aan regels & afspraken
Controlerend
Autonomie-ondersteunend
Gebrek aan structuur = chaos
Structuur = houvast
• Sample: 6-7 jaar oude kinderen • Taak: Schilderen • Experimenteel design: Regels worden op informationele vs.
controlerende wijze geïntroduceerd ⇒ Regels = bieden houvast & structuur ⇒ Subjectieve betekenis van regels verschilt in beide
condities!
Koestner, R., Ryan, R. M., Bernieri, F., & Holt, K. (1984). Setting limits on children's behavior: The differential effects of controlling versus informational styles on children's intrinsic motivation and creativity. Journal of Personality, 54, 233-248.
“Vooraleer je begint wil ik je even vertellen hoe we hier in de klas schilderen. Ik besef dat het soms plezant is om gewoon de borstels en verf te laten rondslingeren, maar hier proberen we het schildermateriaal en de klas proper te houden voor de anderen die het willen gebruiken. Je kan schilderen op de kleinere tekening, maar liever niet op de rand er rond. Ook het schildermateriaal proberen we proper te houden. We vragen je dus om de borstels uit te wassen en af te drogen vooraleer je een ander kleur gebruikt. Ik besef dat sommige kinderen het niet leuk vinden om heel de tijd proper te moeten werken, maar je kan nu proberen om proper te zijn.”
Instructies: Autonomieondersteuning
“Vooraleer je begint wil ik je een aantal dingen vertellen die je zult moeten doen. Er bestaan hier regels over de manier waarop je schildert. Je moet het schildermateriaal proper houden. Je kan enkel op deze kleinere tekening schilderen. Het is verboden om te morsen op de grotere tekening. Je moet je borstel uitspoelen en uitdrogen vooraleer je een nieuwe kleur gebruikt, zodat de verschillende kleuren niet gemengd geraken. In het algemeen wil ik dat je gedraagt als een flinke jongen/meisje. Maak geen rotzooi van de schildertekeningen.”
Instructies: Dwingend / Controlerend
Afhankelijke variabelen - Intrinsieke motivatie: gedragsmeting - Kwaliteit tekening:
a) technische kwaliteit (bijv., uitdrukking van mening, netheid, symmetrie, organisatie, etc.)
b) Aantal kleuren
Duurzame interesse in functie van communicatiestijl
0
50
100
150
200
250
300
Autonomie-ondersteunenderegels
Geen regels Controlerende regels
Type communicatiestijl
Du
urz
am
e in
tere
ss
e
Koestner, R., Ryan, R. M., Bernieri, F., & Holt, K. (1984). Setting limits on children's behavior: The differential effects of controlling versus informational styles on children's intrinsic motivation and creativity. Journal of Personality, 54, 233-248.
Technische kwaliteit in functie van communicatiestijl
0123
4567
Autonomie-ondersteunenderegels
Geen regels Controlerende regels
Type communicatiestijl
Tec
hn
isch
e kw
alit
eit
Koestner, R., Ryan, R. M., Bernieri, F., & Holt, K. (1984). Setting limits on children's behavior: The differential effects of controlling versus informational styles on children's intrinsic motivation and creativity. Journal of Personality, 54, 233-248.
Het is noodzakelijk om aan te geven wat kan en niet kan. De leerling kan hier meer of minder bij betrokken worden: stijl van trekken van grens is belangrijk!
Oplijsten van regels & sancties
Betrekken van leerlingen bij vastleggen van regels &
sancties
TIP 4 Probeer in
dialoog grenzen vast te leggen
Hoe? 1) Ga in gesprek met leerlingen en vraag naar hun mening = groepsdiscussie tijdens
eerste les vb. “Hoe kunnen we er samen voor zorgen dat de lessen dit jaar plezant zijn?”
2) Probeer regels goed te onderbouwen met een zinvolle uitleg 3) Probeer irritatie niet onder de mat te vegen maar te erkennen en valideren 4) Wees voorzichtig als je het persoonlijk territorium van jongeren betreedt
vb. piercings, make-up, etc. 5) Probeer realistische en dus haalbare verwachtingen te scheppen en toets de
afspraken af bij de leerlingen vb. “Wat denk je ervan?”
6) Probeer consequent en rechtvaardig te zijn in het opvolgen van de samen vastgelegde afspraken
TIP 4 Probeer in dialoog
grenzen vast te leggen
Is er dan geen ruimte voor “sanctioneren”?
⇒ jawel! - Op voorhand samen vastleggen van consequenties - Probeer consequent en rechtvaardig te zijn in het opvolgen van
de samen vastgelegde afspraken
⇒ dus, er is ruimte voor ‘straffen & belonen’, maar de manier waarop verschilt en dus zal ook de betekenis verschillen!
Wat kan de directie doen om een meer motiverende wind te laten waaien?
Niet enkel leerkachten kunnen hun lessstijl bijschaven, maar directies kunnen via het nemen van structurele maatregelen ook een andere wind laten waaien op school! ⇒ Implicaties voor de praktijk: Probeer als directie samen met uw leerkrachtenkorps te komen tot een aantal globale veranderingen om in te spelen op de psychologische behoeftes van alle leerlingen!
Stelling 6: Behoefteondersteunend werken op schoolniveau
Structureel / Organisationeel
niveau
Communicatief niveau =
leerkrachtstijl
Autonomie
Competentie
Relationele verbondenheid
Voorbeeld 1: Vrijwillig extra huiswerk geven of extra toetsvragen opstellen om optimale uitdaging te creëren en de nieuwsgierigheid te wekken.
Voorbeeld 2: Creëren van extra ruimte op het rapport om zelfreflectie bij jongeren aan te moedigen.
Voorbeeld 3: Voer niet goed onderbouwde en dus overbodige regels af Voorbeeld 4: Denk er over om onaangekondigde toetsen af te
schaffen.
Behoefteondersteuning op schoolniveau
Your time is limited, so don't waste it living someone else's life. Don't be trapped by dogma -- which is living with the results of other people's thinking. Don't let the noise of others' opinions drown out your own inner voice. And most important, have the courage to follow your heart and intuition. They somehow already know what you truly want to become. Everything else is secondary." Steve Jobs
Bedankt voor jullie interesse en aandacht!
Relevante literatuur
Nederlandstalige literatuur Sierens, E., Soenens, B., Vansteenkiste, M., Luyckx, K., & Goossens, L. (2006). Een conceptuele
en empirische analyse van leerkrachtstijlen vanuit theorieën over ouderlijke opvoedingsstijlen en de zelf-determinatietheorie. Pedagogische Studieën, 83, 419-431.
Sierens, E., & Vansteenkiste, M. (2009). Wanneer “Meer minder betekent”: Motivatieprofielen van leerlingen in kaart gebracht. Begeleid Zelfstandig Leren, 24, 17-36.
Vansteenkiste, M., Soenens, B., Sierens, E., & Lens, W. (2005). Hoe kunnen we leren en presteren bevorderen? Een autonomie-ondersteunend versus controlerend schoolklimaat. Caleidoscoop, 17, 18-25.
Vansteenkiste, M., Sierens, E., Soenens, B., & Lens, W. (2007). Willen, moeten en structuur: Over het bevorderen van een optimaal leerproces. Begeleid Zelfstandig Leren, 37, 1-27.
Victoir, A. (2010). Hoe we kinderen en jongeren kunnen motiveren? Toepassingen van de zelf-determinatie theorie. Caleidoscoop, 22, 6-15.