Upload
others
View
1
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 1/36
VALIDATIERAPPORT – RAPPORT DE VALIDATION
Analysemethode
Méthode d’analyse
I-MET-FLVVT-107: Bepaling van Polycyclische aromatische
koolwaterstoffen (PAK’s)
Techniek
Technique
GC-MS
Matrix / matrixgroep
Matrice / Groupe de
matrices
Diervoeders
Zuivelproducten
Vis
Groenten en fruit
Datum laatste
aanpassing / Date de
la dernière adaption
06/06/2011
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 2/36
Overzicht van de prestatiekenmerken:
o Zie samenvatting prestatiekenmerken (p. 5-8)
De validatie voldoet aan procedure LAB 00 P180
De laboratoria die deze methode willen overnemen, moeten aantonen dat de criteria
hieronder aangegeven voldaan zijn:
o Verordening (EG) nr. 333/2007 van de Commissie van 28 maart 2007 tot
vaststelling van bemonsteringswijzen en analysemethoden voor de officiële controle
op de gehalten aan lood, cadmium, kwik, anorganisch tin, 3-MCPD en
benzo(a)pyreen in levensmiddelen
Historiek validatie
Versie Herziening door/datum Reden van herziening Wijzigingen
Versie 01 Mandy Lekens 12/2004 Oorspronkelijke validatie /
Versie 02 Mandy Lekens 05/2005 Overzetting van methode naar andere
GC-MS
BaPEQ-PAK’s in diervoeder, melk en
groenten
Versie 03 Mandy Lekens 10/2005 Toevoeging matrix BaPEQ-PAK’s in vis
Versie 04 Mandy Lekens 06/2006 Uitbreiding PAK’s Bijkomende PAK’s in diervoeder, melk,
groenten en vis
Versie 05 Eva Wevers 12/2009 Aanpassing GC-MS methode Aanpassing GC-MS methode
Versie 06 Eva Wevers 02/2010 Nieuw type kolom
Benzo(b)flurantheen,
benzo(k)fluorantheen en
benzo(j)fluorantheen individueel
analyseren i.p.v. som
Versie 07 Eva Wevers 04/2010 Aanpassing GC-MS methode Aanpassing GC-MS methode
Versie 08 Eva Wevers 10/2010 Verlaging concentraties kalibratiecurve Verlaging concentraties kalibratiecurve
Versie 09 Eva Wevers 01/2011 Nieuw type kolom Nieuw type kolom (ZB-50)
Versie 10 Eva Wevers 06/2011 Interlaboratoriumvergelijking IRMM Herziening aantal diagnostische ionen
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 3/36
VALIDATIERAPPORT – RAPPORT DE VALIDATION
Analysemethode
Méthode d’analyse I-MET-FLVVT-107: Bepaling van Polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK’s)
Techniek
Technique GC-MS
Matrix / matrixgroep
Matrice / Groupe de
matrices
Diervoeders
Zuivelproducten
Vis
Groenten en fruit
Type validatie
Type de validation
Totaal
Verantwoordelijke (Naam
en functie)
Responsable
(Nom et fonction)
Eva Wevers
Sectieverantwoordelijke Contaminanten
Opgesteld door
Rédaction par
Eva Wevers
Sectieverantwoordelijke Contaminanten
28/11/2012
Handtekeningen - Signatures:
Get.
Medewerkers
(Naam en functie)
Collaborateurs
(Nom et fonction)
Veerle Cloet – Analist
Els De Rijck – Analist
Peter Schildermans – Sectieverantwoordelijke
Hilde Swevers – Analist
Annemie Voets – Analist
Periode van validatie
Période de validation
Start - Début: 07/01/2004
Einde - Fin: 06/06/2011
Methode goedgekeurd en
geschikt bevonden door
Méthode approuvée et jugé
convenable pour la routine
par
Eva Wevers
Sectieverantwoordelijke Contaminanten
06/06/2011
Handtekeningen - Signatures:
Get.
Hierna volgt een beschrijving van de resultaten van het validatieonderzoek zoals aangegeven in stap 8 van de procedure
LAB 00 P 180.
Ce qui suit est une description des résultats de l'étude de validation comme indiqué dans l'étape 8 de la procédure LAB
P 00 180.
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 4/36
Inhoudstabel
SAMENVATTING PRESTATIEKENMERKEN ............................................................................................... 5
VERSIE 01 ......................................................................................................................................................... 9
VERSIE 02 ....................................................................................................................................................... 15
VERSIE 03 ....................................................................................................................................................... 18
VERSIE 04 ....................................................................................................................................................... 21
VERSIE 05 ....................................................................................................................................................... 25
VERSIE 06 ....................................................................................................................................................... 25
VERSIE 08 ....................................................................................................................................................... 29
VERSIE 09 ....................................................................................................................................................... 31
VERSIE 10 ....................................................................................................................................................... 32
FOTO’S............................................................................................................................................................ 34
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 5/36
Validatiedossier
Samenvatting prestatiekenmerken
1 Diervoeder 20 ng/g
Sr SR %RSD
Acenaphtyleen 0,7 1,1 6,4
Acenaphteen 0,7 1,2 6,4
Phenanthreen 0,6 1,1 5,7
Fluorantheen 0,8 1,2 6,1
Pyreen 0,8 1,2 6,3
Benzo(c)fluoreen 0,7 1,4 7,0
Benzo(a)antraceen 0,7 1,1 5,7
Chryseen 0,7 1,2 6,1
Cyclopenta(c,d)pyreen 0,6 1,2 6,4
5-methylchryseen 0,4 1,1 5,8
Benzo(b)fluorantheen 1,26 1,35 2,30
Benzo(k)fluorantheen 1,76 1,76 3,02
Benzo(j)fluorantheen 1,79 1,85 3,15
Benzo(a)pyreen 0,7 1,1 5,6
Dibenzo(a,h)antraceen 0,8 1,2 5,9
Indeno(1,2,3-c,d)pyreen 0,7 1,1 5,4
Benzo(g,h,i)peryleen 0,4 1,2 6,4
Dibenzo(a,l)pyreen 0,5 1,0 5,2
Dibenzo(a,e)pyreen 0,6 1,1 5,2
Dibenzo(a,i)pyreen 0,9 1,6 8,4
Dibenzo(a,h)pyreen 1,0 1,4 7,0
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 6/36
2 Melk 20 ng/g
Sr SR %RSD
Acenaphtyleen 0,9 1,1 6,4
Acenaphteen 0,9 1,3 6,7
Phenanthreen 1,0 1,6 8,0
Fluorantheen 1,0 1,2 6,1
Pyreen 1,0 1,3 6,6
Benzo(c)fluoreen 0,5 1,0 5,2
Benzo(a)antraceen 0,9 1,0 5,2
Chryseen 0,9 0,9 4,8
Cyclopenta(c,d)pyreen 0,7 1,1 5,3
5-methylchryseen 0,9 1,3 7,0
Benzo(b)fluorantheen 1,26 1,35 2,30
Benzo(k)fluorantheen 1,76 1,76 3,02
Benzo(j)fluorantheen 1,79 1,85 3,15
Benzo(a)pyreen 0,9 1,2 6,1
Dibenzo(a,h)antraceen 1,1 2,5 12,0
Indeno(1,2,3-c,d)pyreen 1,0 2,4 11,4
Benzo(g,h,i)peryleen 0,9 1,3 6,7
Dibenzo(a,l)pyreen 0,5 0,9 5,3
Dibenzo(a,e)pyreen 0,9 1,2 6,0
Dibenzo(a,i)pyreen 1,0 1,2 6,3
Dibenzo(a,h)pyreen 0,8 1,9 9,6
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 7/36
3 Groenten 20 ng/g
Sr SR %RSD
Acenaphtyleen 0,6 1,0 5,7
Acenaphteen 0,5 0,9 4,6
Phenanthreen 0,6 0,9 4,6
Fluorantheen 0,6 0,9 4,5
Pyreen 0,5 1,2 6,0
Benzo(c)fluoreen 0,4 0,5 2,8
Benzo(a)antraceen 0,6 1,1 5,6
Chryseen 0,7 1,1 5,4
Cyclopenta(c,d)pyreen 0,4 1,0 5,1
5-methylchryseen 0,4 1,1 5,6
Benzo(b)fluorantheen 1,26 1,35 2,30
Benzo(k)fluorantheen 1,76 1,76 3,02
Benzo(j)fluorantheen 1,79 1,85 3,15
Benzo(a)pyreen 0,6 0,9 4,4
Dibenzo(a,h)antraceen 0,5 1,0 4,8
Indeno(1,2,3-c,d)pyreen 0,5 0,9 4,3
Benzo(g,h,i)peryleen 0,6 1,2 6,2
Dibenzo(a,l)pyreen 0,7 0,9 5,1
Dibenzo(a,e)pyreen 0,6 0,9 4,2
Dibenzo(a,i)pyreen 0,8 1,3 6,9
Dibenzo(a,h)pyreen 0,8 1,1 5,6
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 8/36
4 Vis 20 ng/g
Sr SR %RSD
Acenaphtyleen 0,47 0,71 4,1
Acenaphteen 0,40 0,56 3,1
Phenanthreen 0,82 0,92 4,8
Fluorantheen 0,81 0,88 4,5
Pyreen 0,82 0,98 5,1
Benzo(c)fluoreen 1,4 1,4 7,1
Benzo(a)antraceen 0,96 0,98 5,4
Chryseen 1,10 1,15 6,4
Cyclopenta(c,d)pyreen 1,0 1,2 6,0
5-methylchryseen 0,6 1,0 5,0
Benzo(b)fluorantheen 1,26 1,35 2,30
Benzo(k)fluorantheen 1,76 1,76 3,02
Benzo(j)fluorantheen 1,79 1,85 3,15
Benzo(a)pyreen 0,89 0,92 4,8
Dibenzo(a,h)antraceen 0,10 0,40 2,0
Indeno(1,2,3-c,d)pyreen 0,27 0,37 1,9
Benzo(g,h,i)peryleen 1,00 1,40 7,1
Dibenzo(a,l)pyreen 1,1 1,4 8,0
Dibenzo(a,e)pyreen 0,9 1,4 7,1
Dibenzo(a,i)pyreen 1,0 1,4 7,7
Dibenzo(a,h)pyreen 1,4 1,3 6,9
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 9/36
Versie 01
Versie Herziening door/datum Reden van herziening Wijzigingen
Versie 01 Mandy Lekens 12/2004 Oorspronkelijke validatie /
1 Doelstelling
1.1 Lineariteit
1.2 Juistheid
1.3 Precisie
1.4 Aantoonbaarheidsgrens
1.5 Detectievermogen
1.6 Stabiliteit
2 Validatiegegevens
2.1 Lineariteit
2.2 Juistheid
2.3 Precisie
2.3.1 Herhaalbaarheid
2.3.2 Reproduceerbaarheid
2.3.3 Conclusie precisie
2.4 Meetonzekerheid
2.5 Bepaalbaarheidsgrens LOQ
2.6 Aantoonbaarheidsgrens LOD
2.7 Stabiliteit
2.8 Specificiteit, selectiviteit en storende bestanddelen
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 10/36
1. Doelstelling
Lineariteit
De lineariteit van een standaardcurve met minstens 5 calibratiepunten moet worden aangetoond. Hierbij moet de
bekomen r2 minimaal een waarde hebben van 0,995 en moet er een goodness of fit worden aangetoond.
Betrouwbaarheidsintervallen voor de curve moeten worden vastgelegd.
Voor de verschillende punten van de calibratiecurve moet de ionenverhouding tussen de ionen van de PAKs vastgelegd
worden en moet aangetoond worden dat deze voldoen aan volgende afwijkingen:
Relatieve intensiteit (% van de hoofdpiek) Marge
> 50% 10 %
> 20% - 50 % 15 %
> 10% - 20 % 20 %
<= 10 % 50 %
Juistheid Bij analyses van gecertificeerd referentiemateriaal en van blanco monsters met toevoeging van de verschillende PAKs
moeten de berekende waarden liggen binnen de volgende marges:
Massafractie Interval
≤ 1 µg/kg tussen –50% en +20%
> 1 µg/kg tot 10 µg/kg tussen –30% en +10%
≥ 10 µg/kg tussen –20% en +10%
Voor een monster met toevoeging van 20 ng/g zullen de afwijkingen hierop opgevolgd worden door een controlekaart,
gebaseerd op recovery.
Precisie Voor concentraties van meer dan 100 µg/kg moet de interlaboratorium-variatiecoëfficiënt voor herhaalde analyses van
materiaal met toegevoegde analyt kleiner zijn dan de waarde die volgt uit de vergelijking van Horowitz: VC = 2 (1-0,5logC)
,
waarbij C de massafractie is, uitgedrukt als een macht van 10. Voor 100 µg/kg geeft dit een maximale VC = 2(1-0.5log(1e-7))
= 22,6%. Voor concentraties kleiner dan 100 µg/kg geeft de Horowitzvergelijking zeer hoge waarden. In dit geval wordt
gestreefd naar zo klein mogelijke VC's.
De VC's van analyses die onder herhaalbaarheidsomstandigheden worden verricht, bedragen in de regel minimaal de
helft van de VC's onder reproduceerbaarheidsomstandigheden.
Bepaalbaarheids- en aantoonbaarheidsgrens Als streefdoel voor de bepaalbaarheidsgrens wordt 1 ng/g produkt vooropgesteld. De aantoonbaarheidsgrens dient 0,5
ng/g produkt te bedragen.
Stabiliteit
De stabiliteit van de zelf bereide standaardoplossingen moet bij 4°C minstens 2 maanden bedragen.
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 11/36
2. Validatiegegevens
1. Lineariteit
Verschillende concentraties van een standaard werden bereid en geanalyseerd (concentraties van alle individuele PAKs:
10-20-39-78-156-313 en 625 ng/ml). Vervolgens werden de oppervlakteverhoudingen berekend m.b.v. de gedeutereerde
PAKs en vervolgens uitgezet ten opzichte van concentratie.
Regressieanalyse van de gegevens toonde voor alle PAKS een lineaire goodness of fit aan met een correlatiecoëfficiënt
van meer dan 0.995.
Voor routinetoepassing wordt het werkgebied van de curve vastgelegd van 10 tot 313 ng/ml.
Voor alle calibratiepunten werd de ionenverhouding van twee dochterionen van de verschillende PAKs vastgelegd.
Hiervoor werd de oppervlakte van het meest abundante dochterion gelijkgesteld aan 100%, waarna de relatieve
intensiteit van het andere dochterion ten opzichte hiervan werd berekend.
Bij identificatie van PAKs in een monster moeten de ionen voldoen aan volgende criteria:
Relatieve intensiteit (% van de hoofdpiek) Marge
> 50% 10 %
> 20% - 50 % 15 %
> 10% - 20 % 20 %
<= 10 % 50 %
2. Juistheid
De juistheid werd bepaald door telkens 6 maal 20 ng/g (ongeveer 50 µg BaPEQ/kg produkt) aan een blanco monster toe
te voegen, en dit voor dierenvoeders, melk en groenten. Ook werd het referentiemateriaal CRM 458 geanalyseerd door 2
verschillende analisten.
Voor de gevonden waarden worden de volgende afwijkingen t.a.v. de gecertificeerde waarden toegestaan:
concentratie interval
> 1 µg/kg tot 10 µg/kg
<= 1 µg/kg
tussen -30% en +10 %
tussen -50% en +20%
De volgende resultaten werden bekomen voor analyse van het CRM
PAK Analyse 1 Afwijking (%) Analyse 2 Afwijking (%) Gecertificeerde waarden
(µg/kg)
Pyrene 9.2 -2 9.3 -1 9.4
Chrysene 4.7 -4 4.8 -2 4.9
Benzo(k)fluorantheen 1.67 -11 1.64 -12 1.87
Benzo(a)pyreen 0.92 -1 0.78 -16 0.93
Indeno (1,2,3,c,d)pyrene 1.09 9 1.13 13 1.00
Voor alle matrices werd zowel voor de individuele PAKs als voor de som van de PAKs voldaan aan de gestelde eisen.
Permanente controle van de juistheid van de analyse zal gebeuren door een controlekaart op basis van een monster
gespiked op 20 ng/g. Hierbij zullen de individuele resultaten van chryseen, benzo(a)pyreen en indeno(123cd)pyreen
worden gecontroleerd, alsook de som van de PAKs.
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 12/36
3. Precisie
3.1 Herhaalbaarheid
De herhaalbaarheid werd bepaald door eenzelfde analist telkens 6 keer 6 en 20 ng/g van de verschillende PAKs aan
een blanco monster toe te voegen, en dit voor de verschillende matrices (dierenvoeders, melk en groenten).
3.2 Reproduceerbaarheid
De reproduceerbaarheid op 6 ng/g en 20 ng/g werd bepaald door twee analisten de analyse een aantal maal te laten
herhalen en dit voor zowel diervoeders, melk als groenten.
Overzicht RSDr en RSDR 20 ng/g
Dierenvoeders Melk Groenten
RSDr RSDR RSDr RSDR RSDr RSDR
Acenaphtyleen 3.7 4.4 2.0 3.5 4.5 6.6
Acenaphteen 1.6 2.5 2.2 4.4 2.4 4.6
Phenantreen 2.3 2.7 4.0 4.1 2.2 4.2
Fluorantheen 1.4 2.2 4.1 7.4 3.4 5.9
Pyreen 1.2 3.8 4.2 7.3 2.9 5.7
Benzo(a)antraceen 2.4 3.5 2.4 4.5 2.4 4.0
Chryseen 1.0 1.5 2.7 4.6 3.8 5.8
Benzo(b)fluorantheen 1.7 1.9 2.2 3.8 1.9 3.0
Benzo(k)fluorantheen 1.4 1.5 1.9 4.4 3.4 5.2
Benzo(a)pyreen 2.1 2.5 1.6 2.6 3.3 6.0
Indeno(123cd)pyreen 3.3 4.7 3.1 4.9 4.3 6.5
Dibenzo(ah)antraceen 2.4 5.6 3.4 6.3 2.8 5.4
Overzicht RSDr en RSDR 6 ng/g
Dierenvoeders Melk Groenten
RSDr RSDR RSDr RSDR RSDr RSDR
Acenaphtyleen 16.9 17.2 5.3 9.9 5.7 10.6
Acenaphteen 14.3 18.2 6.8 12.8 7.6 13.5
Phenantreen 14.7 15.6 8.7 14.8 8.0 14.3
Fluorantheen 6.6 9.0 4.6 8.9 6.7 11.0
Pyreen 11.0 12.3 4.1 7.4 6.3 9.8
Benzo(a)antraceen 17.5 18.0 5.8 10.8 6.6 12.6
Chryseen 14.4 15.4 7.0 11.6 7.2 11.3
Benzo(b)fluorantheen 19.6 20.1 6.7 12.8 5.7 10.7
Benzo(k)fluorantheen 19.1 20.0 7.2 14.0 6.5 12.5
Benzo(a)pyreen 13.3 14.6 5.6 9.8 7.4 12.7
Indeno(123cd)pyreen 13.3 14.7 6.9 12.2 7.3 11.4
Dibenzo(ah)antraceen 17.1 19.1 7.1 13.1 8.5 14.2
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 13/36
4. Meetonzekerheid
De meetonzekerheid van een methode wordt gedefinieerd als zijnde 2 maal de standaardafwijking van de
reproduceerbaarheid.
In de tabel worden voor de individuele PAKs de meetonzekerheden weergegeven, en dit voor de verschillende matrices.
Overzicht Meetonzekerheid 20 ng/g
Dierenvoeders Melk Groenten
RSDR M.O. (%) RSDR M.O. (%) RSDR M.O. (%)
Acenaphtyleen 4.4 8.8 3.5 7.0 6.6 13.2
Acenaphteen 2.5 5.0 4.4 8.8 4.6 9.2
Phenantreen 2.7 5.4 4.1 8.2 4.2 8.4
Fluorantheen 2.2 4.4 7.4 14.8 5.9 11.8
Pyreen 3.8 7.6 7.3 14.6 5.7 11.4
Benzo(a)antraceen 3.5 7.0 4.5 9.0 4.0 8.0
Chryseen 1.5 3.0 4.6 9.2 5.8 11.6
Benzo(b)fluorantheen 1.9 3.8 3.8 7.6 3.0 6.0
Benzo(k)fluorantheen 1.5 3.0 4.4 8.8 5.2 10.4
Benzo(a)pyreen 2.5 5.0 2.6 5.2 6.0 12.0
Indeno(123cd)pyreen 4.7 9.4 4.9 9.8 6.5 13.0
Dibenzo(ah)antraceen 5.6 11.2 6.3 12.6 5.4 10.8
Overzicht Meetonzekerheid 6 ng/g
Dierenvoeders Melk Groenten
RSDR M.O. (%) RSDR M.O. (%) RSDR M.O. (%)
Acenaphtyleen 17.2 34.4 9.9 19.8 10.6 21.2
Acenaphteen 18.2 36.4 12.8 25.6 13.5 27.0
Phenantreen 15.6 31.2 14.8 29.6 14.3 28.6
Fluorantheen 9.0 18.0 8.9 17.8 11.0 22.0
Pyreen 12.3 24.6 7.4 14.8 9.8 19.6
Benzo(a)antraceen 18.0 36.0 10.8 21.6 12.6 25.2
Chryseen 15.4 30.8 11.6 23.2 11.3 22.6
Benzo(b)fluorantheen 20.1 40.2 12.8 25.6 10.7 21.4
Benzo(k)fluorantheen 20.0 40.0 14.0 28.0 12.5 25.0
Benzo(a)pyreen 14.6 29.2 9.8 19.6 12.7 25.4
Indeno(123cd)pyreen 14.7 29.4 12.2 24.4 11.4 22.8
Dibenzo(ah)antraceen 19.1 38.2 13.1 26.2 14.2 28.4
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 14/36
5. Bepaalbaarheidsgrens LOQ
De bepaalbaarheidsgrens werd vastgelegd door voor elke matrix monsters te spiken op een individueel PAK’s-gehalte
van 1 ng/g, voor acenaphtyleen 2 ng/g, en de bekomen signaal/ruisverhouding te bekijken. Monsters gespiked op 1 ng/g
komen overeen met een standaardgehalte van 10 ng/ml. Voor deze concentratieorde varieert de toegelaten afwijking
tussen –50% en +10% (5 en 11 ng/ml voor dit geval). Monsters gespiked op 2 ng/g komen overeen met een
standaardgehalte van 20 ng/ml. Voor deze concentratieorde varieert de toegelaten afwijking tussen –30% en +10% (14
en 22 ng/ml voor dit geval).
Voor alle matrices en PAK’s werd bij een gehalte van 1 ng/g, voor acenaphtyleen bij 2 ng/g, een S/N bekomen van
minimaal 6, waarbij de berekende gehaltes binnen de toegelaten afwijking vallen.
6. Aantoonbaarheidsgrens LOD
De aantoonbaarheidsgrens werd vastgelegd door voor elke matrix monsters te spiken op een individueel PAK’s-gehalte
van 0,5 ng/g, voor acenaphtyleen 1 ng/g, en de bekomen signaal/ruisverhouding te bekijken.
Voor alle PAK’s, uitgezonderd acenaphtyleen, werd bij een gehalte van 0,5 ng/g, voor acenaphtyleen 1 ng/g, een S/N
bekomen van minimaal 3, zodat de aantoobaarheidsgrens (LOD) wordt vastgelegd op 1 ng/g voor acenaphtyleen en
voor de andere PAK’s op 0,5 ng/g.
7. Stabiliteit
De certificaten van de standaarden vermelden dat de standaarden minstens 3 jaar stabiel zijn bij
20 °C.
Uit de informatie verstrekt door het BCR betreffende CRM 458 (gespikte kokosnotenolie) kan afgeleid worden dat deze
PAK’s minstens 12 maanden stabiel zijn bij 25 °C. Bij –20 °C zijn deze PAK’s zelfs minstens 44 maanden stabiel.
De ingebouwde kwaliteitscontroles en de langetermijnvalidatie zijn een controle op de stabiliteit.
Conclusie:
Een houdbaarheid van maximaal 6 maanden voor een werkoplossing bewaard bij 25 °C is dan redelijk.
8. Specificiteit, selectiviteit en storende bestanddelen
Algemeen
De specificiteit van deze methode wordt gegarandeerd door de selectiviteit van de monster clean-up en de specificiteit
van de MS detectie. Ook hier wordt gebruikgemaakt van RRT en een specifiek MS2 spectrum
Scheiding PAKs onderling
Criteria: scheiding b en k fluorantheen tot op 50 %; scheiding chryseen en benzo(a)pyreen tot op 20%. Dit wordt
gecontroleerd bij ingebruikname van een nieuwe kolom.
Andere PAKs
Om de invloed van andere mogelijk in het monster aanwezige PAKs na te gaan werd een blanco monster gespiked op
20 ng/g met een standaardoplossing die ook andere PAKs bevatten in dezelfde concentratie van 10 ng/µl. Hieruit bleek
dat de aanwezigheid van andere PAKs geen invloed heeft op de kwantitatieve bepaling van de merker PAKs.
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 15/36
Versie 02
Versie Herziening door/datum Reden van herziening Wijzigingen
Versie 02 Mandy Lekens 05/2005 Overzetting van methode naar
andere GC-MS
BaPEQ-PAK’s in diervoeder, melk
en groenten
Validatie PAK’s op TRACE MS
1. Overzicht
2. Injectie standaard ter bepaling retentie en belangrijkste ionen
3. Lineariteit
4. Ionenverhoudingen
5. Precisie
5.1 Herhaalbaarheid
5.1.1 Dierenvoeders
5.1.2 Melk
5.1.3 Groenten (sla)
5.2 Reproduceerbaarheid/Meetonzekerheid
5.2.1 Dierenvoeders
5.2.2 Melk
5.2.3 Groenten (sla)
6. Bepaalbaarheidsgrens (LOQ)
7. Aantoonbaarheidsgrens (LOD)
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 16/36
1. Overzicht
Gezien het de bedoeling is om de PAK’s analyses voortaan uit te voeren op de TRACE MS, werd een gedeeltelijke
(her)validatie uitgevoerd op de matrices dierenvoeders, melk en groenten (parameters lineariteit, herhaalbaarheid,
reproduceerbaarheid, LOD en LOQ) en dit ter controle van de performantie van de TRACE MS.
Sr SR RSD Rel.
Reprod.
Datum
opmaak
Verantw. Uitvoerders
Dierenvoeders 20 ng/g Mei 2005 Lekens M. Swevers H.
Schildermans P.
Acenaphtyleen 0.7 1.1 6.4 17.9 17.2
Acenaphteen 0.7 1.2 6.4 17.9 18.8
Phenantreen 0.6 1.1 5.7 16.0 19.2
Fluorantheen 0.8 1.2 6.1 17.1 19.6
Pyreen 0.8 1.2 6.3 17.5 19.2
Benzo(a)antraceen 0.7 1.1 5.7 16.0 19.3
Chryseen 0.7 1.2 6.1 17.1 19.7
Benzo(b)fluorantheen 0.6 1.3 6.4 17.9 20.3
Benzo(k)fluoranteen 0.6 1.0 5.0 14.1 19.9
Benzo(a)pyreen 0.7 1.1 5.6 15.6 19.8
Indeno(123cd)pyreen 0.7 1.1 5.4 15.2 20.2
Dibenzo(ah)antraceen 0.8 1.2 5.9 16.6 20.3
Melk 20 ng/g Mei 2005 Lekens M. Swevers H.
Schildermans P. Acenaphtyleen 0.9 1.1 6.4 17.9 17.2
Acenaphteen 0.9 1.3 6.7 18.8 19.4
Phenantreen 1.0 1.6 8.0 22.4 20.0
Fluorantheen 1.0 1.2 6.1 17.1 19.7
Pyreen 1.0 1.3 6.6 18.4 19.8
Benzo(a)antraceen 0.9 1.0 5.2 14.7 19.1
Chryseen 0.9 0.9 4.8 13.3 18.9
Benzo(b)fluorantheen 1.0 1.0 5.3 14.8 18.9
Benzo(k)fluoranteen 0.9 1.1 5.7 16.0 19.2
Benzo(a)pyreen 0.9 1.2 6.1 17.0 19.8
Indeno(123cd)pyreen 1.0 2.4 11.4 32.0 21.0
Dibenzo(ah)antraceen 1.1 2.5 12.0 33.5 20.9
Sla 20 ng/g Mei 2005 Lekens M. Swevers H.
Schildermans P. Acenaphtyleen 0.6 1.0 17.5 16.0 17.5
Acenaphteen 0.5 0.9 4.6 13.0 19.4
Phenantreenn 0.6 0.9 4.6 12.9 19.6
Fluorantheen 0.6 0.9 4.5 12.5 20.1
Pyreen 0.5 1.2 6.0 16.9 19.9
Benzo(a)antraceen 0.6 1.1 5.6 15.6 19.8
Chryseen 0.7 1.1 5.4 15.2 20.2
Benzo(b)fluorantheen 0.5 0.9 4.3 12.2 20.7
Benzo(k)fluoranteen 0.6 1.0 4.9 13.7 20.4
Benzo(a)pyreen 0.6 0.9 4.4 12.3 20.5
Indeno(123cd)pyreen 0.5 0.9 4.3 11.9 21.1
Dibenzo(ah)antraceen 0.5 1.0 4.8 13.3 21.0
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 17/36
2. Injectie standaard FS ter bepaling retentive en belangrijkste ionen
Bij de opstart van het systeem werd er een controle uitgevoerd op de retentievolgorde en de meest abundante FSionen
van de verschillende PAKs
3. Lineariteit
Standaardoplossingen (conc 9,8 - 19,5 - 39,1 – 78.1 – 156,2 – 312,5 ng/ml) werden bereid in duplo en geanalyseerd. Er
werd een lineaire fit (area ratio= a + b*conc) aangetoond met een r2 > 0.995
4. Ionenverhoudingen
Aan de hand van de data bekomen bij de lineariteitsbepaling werd per component de verhouding van 4 diagnostische
ionen bepaald. Hiertoe werd de oppervlakte van het meest abundante ion gelijkgesteld aan 100% waarna het % van de
andere ionen ten opzichte hiervan werd berekend.
Hetzelfde werd uitgevoerd voor 3 gespikete monsters per matrix waarna het totaal aan gegevens werd samengevoegd
om een gemiddelde ionenverhouding te bekomen.
5. Precisie
1. Herhaalbaarheid
De herhaalbaarheid werd bepaald door minstens 6 blanco monsters van elke matrix te spiken met 20 ng/g van de
verschillende PAK’s. De herhaalbaarheid wordt gedefiniëerd als 2,8 x sr.
2. Reproduceerbaarheid/Meetonzekerheid
De reproduceerbaarheid op 20 ng/g werd bepaald door twee analisten de analyse een aantal maal te laten uitvoeren en
dit op twee verschillende dagen.
De relatieve meetonzekerheid wordt gedefineerd als ((2 x SR)/ x ) x 100
De meetonzekerheid wordt gedefinieerd als 2 x SR.
6. Bepaalbaarheidsgrens LOQ
De bepaalbaarheidsgrens werd vastgelegd door voor elke matrix monsters te spiken op een individueel PAK gehalte van
1 ng/g en de bekomen S/N verhouding te bekijken. Voor alle matrices en alle PAKs werd bij een gehalte een van 1 ng/g
een S/N bekomen van minimaal 6, waarbij de berekende gehaltes binnen de toegelaten afwijking vallen (-50% tot
+10%), alsook de verhoudingen van de diagnostische ionen.
De bepaalbaarheidsgrens (LOQ) voor deze componenten wordt bijgevolg vastgelegd op 1 ng/g.
7. Aantoonbaarheidsgrens LOD
De aantoonbaarheidsgrens werd vastgelegd door voor elke matrix 2 monsters te spiken op een individueel PAKsgehalte
van 0,5 ng/g en de bekomen S/N verhouding te bekijken.
Voor alle PAK’s werd bij een gehalte van 0,5 ng/g een S/N verhouding bekomen van minimaal 3, zodat de
aantoonbaarheidsgrens (LOD) wordt vastgelegd op 0,5 ng/g.
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 18/36
Versie 03
Versie Herziening door/datum Reden van herziening Wijzigingen
Versie 03 Mandy Lekens 10/2005 Toevoeging matrix vis BaPEQ-PAK’s in vis
VALIDATIE PAK’S VIS
Overzicht
Sr SR RSD Rel. Reprod.
Datum opmaak
Verantw. Uitvoerders
Vis 1 ng/g Oktober 2005
Lekens M. Swevers H. Schildermans P.
Acenaphtyleen 0.03 0.09 8.9 24.9 1.1
Acenaphteen 0.03 0.14 14.8 41.4 0.9
Phenantreen 0.06 0.13 14.1 39.6 0.9
Fluorantheen 0.07 0.14 14.7 41.1 0.9
Pyreen 0.07 0.15 15.8 44.2 0.9
Benzo(a)antraceen 0.04 0.11 10.5 29.3 1.0
Chryseen 0.07 0.11 11.3 31.5 1.0
Benzo(b)fluorantheen 0.09 0.14 14.5 40.6 1.0
Benzo(k)fluoranteen 0.09 0.13 13.4 37.6 1.0
Benzo(a)pyreen 0.06 0.12 11.7 32.7 1.0
Indeno(123cd)pyreen 0.08 0.12 11.5 32.1 1.0
Dibenzo(ah)antraceen 0.09 0.11 10.6 29.7 1.1
Vis 2 ng/g Oktober 2005
Lekens M. Swevers H. Schildermans P. Acenaphtyleen 0.15 0.21 10.9 30.6 1.9
Acenaphteen 0.09 0.17 9.8 27.4 1.7
Phenantreen 0.11 0.17 8.8 24.8 2.0
Fluorantheen 0.05 0.10 5.0 14.1 2.0
Pyreen 0.17 0.22 11.3 31.6 2.0
Benzo(a)antraceen 0.13 0.16 8.2 23.1 2.0
Chryseen 0.05 0.15 7.6 21.2 1.9
Benzo(b)fluorantheen 0.14 0.20 11.2 31.3 1.8
Benzo(k)fluoranteen 0.10 0.15 8.2 23.0 1.8
Benzo(a)pyreen 0.14 0.21 12.0 33.7 1.7
Indeno(123cd)pyreen 0.19 0.22 11.5 32.2 1.9
Dibenzo(ah)antraceen 0.16 0.26 14.8 41.3 1.8
Vis 6 ng/g Oktober 2005
Lekens M. Swevers H. Schildermans P. Acenaphtyleen 0.32 0.32 6.8 19.2 4.6
Acenaphteen 0.25 0.43 8.0 22.3 5.4
Phenantreenn 0.32 0.39 7.0 19.5 5.6
Fluorantheen 0.25 0.38 6.7 18.7 5.7
Pyreen 0.34 0.44 7.8 21.9 5.7
Benzo(a)antraceen 0.10 0.42 8.1 22.7 5.2
Chryseen 0.31 0.44 8.7 24.2 5.2
Benzo(b)fluorantheen 0.21 0.40 7.1 19.9 5.6
Benzo(k)fluoranteen 0.26 0.40 7.1 19.9 5.5
Benzo(a)pyreen 0.27 0.43 7.7 21.7 5.7
Indeno(123cd)pyreen 0.26 0.34 6.0 16.8 5.7
Dibenzo(ah)antraceen 0.29 0.41 7.1 19.9 5.9
Vis 20 ng/g Oktober 2005
Lekens M. Swevers H. Schildermans P. Acenaphtyleen 0.47 0.71 4.1 11.5 17.3
Acenaphteen 0.40 0.56 3.1 8.6 18.2
Phenantreenn 0.82 0.92 4.8 13.5 19.2
Fluorantheen 0.81 0.88 4.5 12.7 19.3
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 19/36
Pyreen 0.82 0.98 5.1 14.4 19.0
Benzo(a)antraceen 0.96 0.98 5.4 15.2 18.0
Chryseen 1.10 1.15 6.4 18.0 17.9
Benzo(b)fluorantheen 0.20 0.97 5.3 14.9 18.2
Benzo(k)fluoranteen 0.29 0.73 4.1 11.6 17.6
Benzo(a)pyreen 0.89 0.92 4.8 13.4 19.2
Indeno(123cd)pyreen 0.27 0.37 1.9 5.4 19.2
Dibenzo(ah)antraceen 0.10 0.40 2.0 5.5 20.0
1. Inleiding
Normen : Voor de som van de PAKs geldt voorlopig een algemene norm van 50 µg BaPEQ/kg produkt, met een
actielimiet van 15 µg BaPEQ/kg produkt.
Voor Benzo(a)pyreen geldt in niet gerookte vis een norm van 2 µg/kg produkt (verordening 208/2005).
De validatie gebeurde bijgevolg op gespikete monsters met een gehalte van 20 en 6 ng/g (resp; 50 en 25 µg BaPEQ/kg
produkt) en op spikes met een gehalte van 2 en 1 ng/g (resp. norm en ½ norm voor Benzo(a)pyreen).
Outliers: Voor elke gegevensreeks werd de outliertest van Grubbs uitgevoerd. Hiertoe werd voor elk gegeven de z-
score berekend, waarna deze vergeleken werd met de kritische z-waarden vastgelegd door Grubbs. Wanneer de
berekende z-score groter is dan de kritische z-waarde, wordt het gegevenspunt beschouwd als een outlier, en niet meer
in beschouwing genomen voor de verdere berekeningen.
2. Lineariteit
Cfr. Validatiedossier TRACE MS
3. Ionenverhoudingen
Cfr. Validatiedossier TRACE MS
4. Juistheid
De juistheid werd berekend aan de hand van de gegevens bekomen bij de herhaalbaarheidsanalyse van een gepiked
monster op 1, 2, 6 en 20 ng/g. De toegelaten afwijkingen zijn :
Gehalte ≤ 1 ng/g : - 50 % tot + 20 %
Gehalte 1-10 ng/g : - 30 % tot + 10 %
Gehalte > 10 ng/g : - 20 % tot + 10 %
5. Precisie
4.1. Herhaalbaarheid
De herhaalbaarheid werd bepaald door minstens 6 blanco monsters te spiken met 1, 2, 6 en 20 ng/g van de
verschillende PAKs. De herhaalbaarheid (HH) wordt gedefiniëerd als 2,8 x SR.
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 20/36
4.2. Reproduceerbaarheid/Meetonzekerheid
De reproduceerbaarheid op 1, 2 6 en 20 ng/g werd bepaald door twee analisten de analyse een aantal maal te laten
uitvoeren en dit op verschillende dagen.
De relatieve reproduceerbaarheid wordt gedefinieerd als 2,8 x SR)/ ) x 100.
De meetonzekerheid (MO)/Reproduceerbaarheid wordt gedefinieerd als 2,8 x SR.
6. Bepaalbaarheidsgrens LOQ
De bepaalbaarheidsgrens werd vastgelegd door 6 blanco vismonsers te spiken op een individueel PAKs gehalte van 1
ng/g en de bekomen S/N verhouding te bekijken.
Voor alle PAKs werd bij een gehalte van 1 ng/g een S/N bekomen van minimaal 6, waarbij de berekende gehaltes
binnen de toegelaten afwijking vallen (zie analyse juistheid).
De bepaalbaarheidsgrens (LOQ) is bijgevolg ≤ 1 ng/g
7. Aantoonbaarheidsgrens LOD
De aantoonbaarheidsgrens werd vastgelegd door blanco monsters op twee verschillende dagen te spiken op een
individueel PAKsgehalte van 0.5 ng/g en de bekomen S/N verhouding te bekijken. Voor alle PAKs werd bij een gehalte
van 0,5 ng/g een S/N verhouding bekomen van minimaal 3, zodat de aantoonbaarheidsgrens (LOD) ≤ 0,5 ng/g.
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 21/36
Versie 04
Versie Herziening door/datum Reden van herziening Wijzigingen
Versie 04 Mandy Lekens 06/2006 Uitbreiding PAK’s Bijkomende PAK’s in diervoeder,
melk, groenten en vis
Validatie bijkomende PAK’s op TRACE MS
1. Overzicht
2. Injectie standaard ter bepaling retentie en belangrijkste ionen
3. Lineariteit
4. Ionenverhoudingen
5. Precisie
5.1 Herhaalbaarheid
5.1.1 Dierenvoeders
5.1.2 Melk
5.1.3 Groenten (sla)
5.1.4 Vis
5.2 Reproduceerbaarheid/Meetonzekerheid
5.2.1 Dierenvoeders
5.2.2 Melk
5.2.3 Groenten (sla)
5.2.4 Vis
6. Bepaalbaarheidsgrens (LOQ)
7. Aantoonbaarheidsgrens (LOD)
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 22/36
1 Overzicht
Gezien het de bedoeling is voortaan een aantal extra PAK’s in routine uit te voeren, werd een gedeeltelijke (her)validatie
uitgevoerd (parameters lineariteit, herhaalbaarheid, reproduceerbaarheid, LOD en LOQ). Voor elke gegevensreeks werd
een Grubbsanalyse voor outliers uitgevoerd; eventuele outliers werden niet meegenomen in verdere berekeningen.
Sr SR %RSD MO Gem. Datum
opmaak
Verantw. Uitvoerders
Dierenvoeders 20 ng/g Juni 2006 Lekens M. Swevers H.
Schildermans P.
De Rijck E.
Cloet V.
Voets A.
Benzo(c)fluorene 0.7 1.4 7.0 2.8 19.7
Cyclopenta(cd)pyreen 0.6 1.2 6.4 2.4 17.9
5-methylchryseen 0.4 1.1 5.8 2.2 18.6
Benzo(b+j+k)fluorantheen 2.0 3.1 5.5 6.2 56.0
Benzo(ghi)peryleen 0.4 1.2 6.4 2.4 18.3
Dibenzo(a,l)pyreen 0.5 1.0 5.2 2.0 18.1
Dibenzo(a,e)pyreen 0.6 1.1 5.2 2.2 20.5
Dibenzo(a,i)pyreen 0.9 1.6 8.4 3.1 18.5
Dibenzo(a,h)pyreen 1.0 1.4 7.0 2.7 19.6
Melk 20 ng/g Juni 2006 Lekens M. Swevers H.
Schildermans P.
De Rijck E.
Cloet V.
Voets A.
Benzo(c)fluorene 0.5 1.0 5.2 2.0 20.0
Cyclopenta(cd)pyreen 0.7 1.1 5.3 2.2 19.9
5-methylchryseen 0.9 1.3 7.0 2.6 19.2
Benzo(b+j+k)fluorantheen 1.3 2.2 3.9 4.4 56.8
Benzo(ghi)peryleen 0.9 1.3 6.7 2.6 18.7
Dibenzo(a,l)pyreen 0.5 0.9 5.3 1.8 17.7
Dibenzo(a,e)pyreen 0.9 1.2 6.0 2.4 20.5
Dibenzo(a,i)pyreen 1.0 1.2 6.3 2.4 19.1
Dibenzo(a,h)pyreen 0.8 1.9 9.6 3.8 19.6
Sla 20 ng/g Juni 2006 Lekens M. Swevers H.
Schildermans P.
De Rijck E.
Cloet V.
Voets A.
Benzo(c)fluorene 0.4 0.5 2.8 1.0 19.3
Cyclopenta(cd)pyreen 0.4 1.0 5.1 2.0 20.3
5-methylchryseen 0.4 1.1 5.6 2.2 19.0
Benzo(b+j+k)fluorantheen 0.9 1.7 2.9 3.4 57.6
Benzo(ghi)peryleen 0.6 1.2 6.2 2.4 18.6
Dibenzo(a,l)pyreen 0.7 0.9 5.1 1.8 18.1
Dibenzo(a,e)pyreen 0.6 0.9 4.2 1.8 20.4
Dibenzo(a,i)pyreen 0.8 1.3 6.9 2.5 18.3
Dibenzo(a,h)pyreen 0.8 1.1 5.6 2.1 18.9
Vis 20 ng/g Juni 2006 Lekens M. Swevers H.
Schildermans P.
De Rijck E.
Cloet V.
Voets A.
Benzo(c)fluorene 1.4 1.4 7.1 2.8 19.4
Cyclopenta(cd)pyreen 1.0 1.2 6.0 2.4 19.9
5-methylchryseen 0.6 1.0 5.0 2.0 19.1
Benzo(b+j+k)fluorantheen 2.2 2.3 4.0 4.6 56.5
Benzo(ghi)peryleen 1.0 1.4 7.1 2.8 18.9
Dibenzo(a,l)pyreen 1.1 1.4 8.0 2.8 17.9
Dibenzo(a,e)pyreen 0.9 1.4 7.1 2.8 20.0
Dibenzo(a,i)pyreen 1.0 1.4 7.7 2.8 18.4
Dibenzo(a,h)pyreen 1.4 1.3 6.9 2.6 18.8
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 23/36
2 Injectie standaard ter bepaling retentie
Als aanvang werd er een controle uitgevoerd op de retentievolgorde en de meest abundante ionen van de verschillende
PAK’s.
3 Lineariteit
Standaardoplossingen (conc 9,4 - 18,7 - 37,5 - 75 - 150 - 300 ng/ml) voor alle PAK’S, uitz. D(a,i)P en D(a,h)P (conc 28,1
- 56,2 - 112,5 - 225 - 450 - 900 ng/ml), werden minimaal twee maal bereid en geanalyseerd.
Voor alle componenten met uitzondering van D(a,e)P, D(a,i)P en D(a,h)P werd een lineaire fit (area ratio= a + b*conc)
aangetoond met een r2 > 0.995
Voor D(a,e)P, D(a,i)P en D(a,h)P werd een kwadratische fit (area ratio= a + b*conc+c*conc²) aangetoond met een r2 >
0.995
4 Ionenverhoudingen
Aan de hand van de data bekomen bij de lineariteitsbepaling werd per component de verhouding van 4 diagnostische
ionen bepaald. Hiertoe werd de oppervlakte van het meest abundante ion gelijkgesteld aan 100% waarna het % van de
andere ionen ten opzichte hiervan werd berekend.
Hetzelfde werd uitgevoerd voor 2 gespikete monsters per matrix (eerste 2 gegevens herhaalbaarheid), waarna het totaal
aan gegevens werd samengevoegd om een gemiddelde ionenverhouding te bekomen. Op deze gemiddelde verhouding
zijn dan de volgende marges toegestaan:
Relatieve intensiteit (%) van de hoofdpiek Marge
> 50% 10%
> 20% - 50 % 15%
> 10 % – 20 % 20%
10 % 50%
5 Precisie
5.1 Herhaalbaarheid
De herhaalbaarheid werd bepaald door minstens 6 blanco monsters van elke matrix (dierenvoeders, melk, groenten en
vis) te spiken met 20 ng/g van de verschillende PAK’s. De herhaalbaarheid wordt gedefiniëerd als 2,8 x sr.
5.2 Reproduceerbaarheid/Meetonzekerheid
De reproduceerbaarheid op 20 ng/g werd bepaald door 5 verschillende analisten de analyse een aantal maal te laten
uitvoeren op verschillende dagen en dit voor diervoeders, melk, groenten en vis.
De reproduceerbaarheid wordt gedefinieerd als 2,8 x SR.
De relatieve meetonzekerheid wordt gedefineerd als ((2 x SR)/ x ) x 100
De meetonzekerheid wordt gedefinieerd als 2 x SR.
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 24/36
6 Bepaalbaarheidsgrens LOQ
6.1 Benzo(c)fluoreen, cyclopenta(cd)pyreen, 5-methylchryseen, benzo(b+j+k)fluorantheen,
benzo(ghi)peryleen, dibenzo(a,l)pyreen, dibenzo(a,e)pyreen
De bepaalbaarheidsgrens werd vastgelegd door voor elke matrix monsters te spiken op een individueel PAK gehalte van
1 ng/g en de bekomen S/N verhouding te bekijken.
Voor alle matrices werd bij dit gehalte een S/N bekomen van minimaal 6, waarbij de berekende gehaltes binnen de
toegelaten afwijking vallen (-50% tot +20%), alsook de verhoudingen van de diagnostische ionen.
De bepaalbaarheidsgrens (LOQ) voor deze componenten wordt bijgevolg vastgelegd op 1 ng/g.
6.2 Dibenzo(a,i)pyreen en dibenzo(a,h)pyreen
De bepaalbaarheidsgrens werd vastgelegd door voor elke matrix monsters te spiken op een individueel PAK gehalte van
2,81 ng/g en de bekomen S/N verhouding te bekijken.
Voor alle matrices werd bij dit gehalte een S/N bekomen van minimaal 6, waarbij de berekende gehaltes binnen de
toegelaten afwijking vallen (-30% tot +10%), alsook de verhoudingen van de diagnostische ionen.
De bepaalbaarheidsgrens (LOQ) voor deze componenten wordt bijgevolg vastgelegd
op 2,81 ng/g.
6.3 Benzo(a)pyreen
De bepaalbaarheidsgrens werd vastgelegd door voor elke matrix monsters te spiken op een individueel BaP gehalte van
0,85 ng/g en de bekomen S/N verhouding te bekijken.
Voor alle matrices werd bij dit gehalte een S/N bekomen van minimaal 6, waarbij de berekende gehaltes binnen de
toegelaten afwijking vallen (-50% tot +20%), alsook de verhoudingen van de diagnostische ionen
De bepaalbaarheidsgrens (LOQ) voor Benzo(a)pyreen wordt bijgevolg vastgelegd op 0,9 ng/g.
7 Aantoonbaarheidsgrens LOD
7.1 Benzo(c)fluoreen, cyclopenta(cd)pyreen, 5-methylchryseen, benzo(b+j+k)fluorantheen,
benzo(ghi)peryleen, dibenzo(a,l)pyreen, dibenzo(a,e)pyreen
De aantoonbaarheidsgrens werd vastgelegd door voor elke matrix monsters te spiken op een individueel PAK gehalte
van 0,5 ng/g en de bekomen S/N verhouding te bekijken.
Voor alle PAK’s werd bij dit gehalte een S/N bekomen van minimaal 3 dus wordt de aantoonbaarheidsgrens (LOD) voor
deze componenten vastgelegd op 0,5 ng/g.
7.2 Dibenzo(a,i)pyreen en dibenzo(a,h)pyreen
De aantoonbaarheidsgrens werd vastgelegd door voor elke matrix monsters te spiken op een individueel PAK gehalte
van 1,4 ng/g en de bekomen S/N verhouding te bekijken. Voor alle PAK’s werd bij dit gehalte een S/N bekomen van
minimaal 3 dus wordt de aantoonbaarheidsgrens (LOD) voor deze componenten vastgelegd op 1,4 ng/g.
7.3 Benzo(a)pyreen
De aantoonbaarheidsgrens werd vastgelegd door voor elke matrix monsters te spiken op een individueel BaPgehalte
van 0,25 ng/g en de bekomen S/N verhouding te bekijken.
Voor alle matrices werd bij een gehalte van 0, 25 ng/g een S/N verhouding bekomen van minimaal 3, zodat de
aantoonbaarheidsgrens (LOD) wordt vastgelegd op 0,3 ng/g.
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 25/36
Versie 05
Versie Herziening door/datum Reden van herziening Wijzigingen
Versie 05 Eva Wevers 12/2009 Aanpassing GC-MS methode Aanpassing GC-MS methode
Bijkomende validatie PAK’s Wevers 14/12/2009
De GC-MS methode voor PAK’s werd aangepast. De parameters die gewijzigd werden zijn:
Constante flow (1.5 ml/min) ipv constante druk
Verlagen van de splitless time tot 1.5 min
Verkorten van het ovenprogramma met 5 min
Met behulp van de nieuwe methode werden 6 blanco positief stalen geanalyseerd. Voor alle stalen waren de controle
criteria voldaan. De rendementen van de gedeutereerde standaarden lagen voor elk staal, voor de procedure blanco en
voor de verificatie tussen 50% en 120%. De rendementen van elke PAK-component lagen voor elk staal en voor de
verificatie tussen de 80% en de 110%.
Versie 06
Versie Herziening door/datum Reden van herziening Wijzigingen
Versie 06 Eva Wevers 02/2010 Nieuw type kolom Benzo(b)flurantheen,
benzo(k)fluorantheen en
benzo(j)fluorantheen individueel
analyseren i.p.v. som
Tot nu toe konden benzo(b)fluorantheen, benzo(k)fluorantheen en benzo(j)fluorantheen niet gescheiden worden. Deze
drie componenten werden bijgevolg als som gerapporteerd. Tijdens deze validatie werd een nieuw type kolom in gebruik
genomen en werd de scheiding van bovengenoemde componenten geoptimaliseerd. Er werd niets gewijzigd aan de
PAK’s-analyse in het laboratorium. Enkel de uitrusting (nieuw type kolom) en de instellingen van het GC-MS-toestel
werden gewijzigd.
Lineariteit kalibratiecurve
Er werd drie maal een kalibratiecurve aangemaakt en geïnjecteerd op verschillende dagen. De bekomen respons ratio’s
werden onderworpen aan een statistische analyse waaruit bleek dat voor alle PAK’s de kalibratiecurve lineair is met
uitzondering van Acyl, Acen en Indeno. Voor deze componenten bleek een kwadratisch model beter geschikt te zijn.
Controlemonster blanco-positief
Op drie verschillende dagen werden er 6 controlemonsters geanalyseerd. Voor alle controlemonsters waren de controle-
criteria voldaan. De rendementen van de interne standaarden lagen voor elk staal, voor de procedure blanco en voor de
verificatie tussen 50% en 120%. De rendementen van elke PAK-component lagen voor elk staal en voor de verificatie
tussen de 80% en de 110%.
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 26/36
Versie 07
Versie Herziening door/datum Reden van herziening Wijzigingen
Versie 07 Eva Wevers 04/2010 Aanpassing GC-MS methode Aanpassing GC-MS methode
In dit validatiedossier wordt de wijziging van de eindtemperatuur van het ovenprogramma (verlaging van 350 °C naar
320 °C) gevalideerd en worden bijgevolg vooral de componenten bekeken die gedetecteerd worden vanaf het tijdstip dat
de ovenprogramma’s van elkaar verschillen i.e. Indeno, DahA, DalPy, DaePy,DaiPy en DahPy en de interne standaard
D12-BghiPery. Daarnaast wordt ook de scheiding van B(b)F, B(k)F en B(j)F verder gevalideerd.
1 Planning
Voor bovenstaande doelstellingen werd volgende planning opgesteld:
Bepalen van retentietijden voor de componenten Indeno, DahA, DalPy, DaePy,DaiPy en DahPy en de interne
standaard D12-BghiPery
Bepalen van de lineariteit van de kalibratiecurve voor de componenten Indeno, DahA, DalPy, DaePy,DaiPy en
DahPy
Analyseren van 3x 6 controlemonsters (gedopeerd op 20 ng/g)
Bepalen van de juistheid (terugvinding) aan de hand van 6 controlemonsters voor de componenten B(b)F, B(k)F
en B(j)F
Bepalen van de precisie (herhaalbaarheid en reproduceerbaarheid) aan de hand van 3x 6 controlemonsters
voor de componenten B(b)F, B(k)F en B(j)F
Bepalen van de bepaalbaarheidsgrens aan de hand van 6 diervoeders en 6 vetten gedopeerd op 1 ng/g voor de
componenten B(b)F, B(k)F en B(j)F
Bepalen van de aantoonbaarheidsgrens aan de hand van 6 diervoeders en 6 vetten gedopeerd op 0.5 ng/g voor
de componenten B(b)F, B(k)F en B(j)F
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 27/36
2 GC-MS methode: De instellingen van het GC-MS-toestel zijn als volgt:
Injector:
Injectievolume: 1µl
Temperatuur: 300°C
Modus: splitless
Split flow: 50 ml/min
Splitless time: 1.00 min
Constante flow: 2.00 ml/min
Oven methode:
Temperatuur (°C) Snelheid (°C/min) Hold time (min)
125 1.00
180 55.0 2.00
230 10.0 7.00
280 30.0 10.00
320 15.0 12.00
Temperatuur interface: 300°C
Temperatuur bron: 275°C
Type kolom: Varian GC Capillary Column Select PAH (30 m x 0.25 mm x 0.15 µm)
Retentietijden
Indeno 29.99
DahA 30.03
DalPy 31.08
DaePy 35.95
DaiPy 37.94
DahPy 39.14
D12-BghiPery 30.96
3 Lineariteit kalibratiecurve
De kalibratiecurve werd driemaal geïnjecteerd, verspreid over verschillende dagen. De bekomen respons ratio’s werden
onderworpen aan een statistische analyse waaruit bleek dat de kalibratiecurven van Indeno, DahA, DalPy en DaePy
lineair zijn, terwijl deze van DaiPy en DahPy kwadratisch zijn.
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 28/36
4 Controlemonster blanco-positief
Op drie verschillende dagen werden er 6 controlemonsters geanalyseerd. De controlemonsters bestonden uit blanco
diervoeder gedopeerd op 20 ng/g. Voor alle controlemonsters waren de controle-criteria voldaan. De rendementen van
de interne standaarden lagen voor elk staal, voor de procedure blanco en voor de verificatie tussen 50% en 120%. De
rendementen van elke PAK-component lagen voor elk staal en voor de verificatie tussen de 80% en de 110%.
5 Juistheid De juistheid voor B(b)F, B(k)F en B(j)F werd bepaald aan de hand van 6 controlemonsters “blanco-positief” op
28/04/2010. De controlemonsters bestonden uit blanco diervoeder gedopeerd op 20 ng/g. De gemiddelde terugvinding
wordt weergegeven in onderstaande tabel.
6 Precisie: Herhaalbaarheid - Reproduceerbaarheid
De herhaalbaarheid voor B(b)F, B(k)F en B(j)F werd bepaald door het 6 maal uitvoeren van een spike op 20 ng/g
diervoeder.
De reproduceerbaarheid voor B(b)F, B(k)F en B(j)F werd bepaald aan de hand van driemaal 6 controlemonsters “blanco-
positief” op drie verschillende dagen.
B(b)F B(k)F B(j)F
Herhaalbaarheid r 1,26 1,76 1,79
Reproduceerbaarheid R 1,35 1,76 1,85
RSD herhaalbaarheid 2,15 3,02 3,05
RSD intralaboratoriumreproduceerbaarheid 2,30 3,02 3,15
7 Bepaalbaarheidsgrens (LOQ)
De bepaalbaarheidsgrens werd gecontroleerd door 6 stalen diervoeder en 6 stalen vet te doperen op 1 µg/kg. Voor elk
staal lag het rendement tussen 50% en 120% (criteria volgens 2002/657/EG)
De signaal/ruis-verhouding werd gecontroleerd voor B(b)F, B(k)F en B(j)F. Deze bedroeg zowel in de 6 diervoederstalen
als in de 6 vetstalen minimaal 6.
De ionenverhoudingen werden gecontroleerd voor B(b)F, B(k)F en B(j)F. Zowel voor de diervoederstalen als voor de
vetstalen werden de ionenverhoudingen vergeleken met het controlemonster (diervoeder gedopeerd op 20 ng/g). De
verhoudingen lagen binnen de criteria vooropgesteld volgens 2002/657/EG voor alle diervoederstalen en alle vetstalen.
8 Aantoonbaarheidsgrens (LOD)
De aantoonbaarheidsgrens werd gecontroleerd door 6 stalen diervoeder en 6 stalen vet te doperen op 0,5 µg/kg. De
signaal/ruis-verhouding werd gecontroleerd voor B(b)F, B(k)F en B(j)F. Deze bedroeg zowel in de 6 diervoederstalen als
in de 6 vetstalen minimaal 3.
B(b)F B(k)F B(j)F
gemiddelde 21,10 20,99 21,18
theoretisch 20,00 20,00 20,00
% terugvinding 105,5 % 104,9 % 105,9%
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 29/36
Versie 08
Versie Herziening door/datum Reden van herziening Wijzigingen
Versie 08 Eva Wevers 10/2010 Verlaging concentraties
kalibratiecurve
Verlaging concentraties
kalibratiecurve
In dit validatiedossier wordt de kalibratiecurve herzien. De concentratie van level 1 wordt verlaagd. Bovendien worden de
concentraties van enkele andere levels ook aangepast.
Aanmaak nieuwe kalibratiecurve:
De kalibatiecurve werd aangemaakt aan de hand van onderstaande werkoplossingen. Voor de aanmaak van
werkoplossing A, B, C, IS en D10-A werden stockstandaarden (10 ng/µl) gebruikt.
Werkoplossing PAK’s A:
o Neem 500 µl van DalPy, DaePy
o Neem 1500 µl van DaiPy, DahPy
o Leng aan tot 5 ml met decaan
Werkoplossing PAK’s B:
o Neem 500 µl mix 9, BcF, Cyclo, 5-Me-Chry en BjF
o Leng aan tot 5 ml met decaan
Werkoplossing PAK’s C:
o Neem 100 µl van Acyl, Acen en Phe
o Leng aan tot 1 ml met decaan
Werkoplossing PAK’s A 1/5 verdund:
o Neem 1 ml van werkopl A en leng aan tot 5 ml met decaan
Werkoplossing PAK’s B 1/10 verdund:
o Neem 0.5 ml van werkopl B en leng aan tot 5 ml met decaan
Werkoplossing PAK’s C 1/10 verdund:
o Neem 0.5 ml van werkopl C en leng aan tot 5 ml met decaan
Werkoplossing IS: W1316 (0.5 ng/µl van alle IS behalve D10-A)
Voor de aanmaak van 5 ml voor elke level werd onderstaand schema gevolgd.
level A A 1/5 B B 1/10 C 1/10 IS D10-A
S0030 decaan
1 / 225 / 200 250 1000 50 3275
2 / 500 / 750 250 1000 50 2450
3 / 1000 / 1750 250 1000 50 950
4 375 / 375 / / 1000 50 3200
5 750 / 750 / / 1000 50 2450
6 1500 / 1500 / / 1000 50 950
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 30/36
De concentraties van de verschillende PAK’s zijn in onderstaande tabel weergegeven in ng/ml.
Level Acyl, Acen, Phe, DalPy,
DaePy DaiPy, DahPy Alle andere IS D10-A
1 9 27 4 100 100
2 20 60 15 100 100
3 40 120 35 100 100
4 75 225 75 100 100
5 150 450 150 100 100
6 300 900 300 100 100
Lineariteit kalibratiecurve
De kalibratiecurve werd driemaal aangemaakt en geïnjecteerd, verspreid over 3 verschillende dagen. Voor elke
analysereeks waren alle kwaliteitscriteria voldaan.
De bekomen respons ratio’s werden onderworpen aan een statistische analyse waaruit bleek dat de kalibratiecurven van
alle PAK’s lineair zijn, met uitzondering van DalPy, DaePy, DaiPy en DahPy. Voor deze componenten bleek een
kwadratisch model beter geschikt te zijn.
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 31/36
Versie 09
Versie Herziening door/datum Reden van herziening Wijzigingen
Versie 09 Eva Wevers 01/2011 Nieuw type GC kolom Nieuw type GC kolom
In februari 2010 werd een nieuw type GC-kolom in gebruik genomen voor de PAK’s analysen. In de loop van 2010 bleek
de levensduur van dit type kolom erg kort te zijn (3 maanden). Daarom werd er besloten om een ander type kolom te
testen die ook nog steeds in staat is om benzo(b)fluorantheen, benzo(k)fluorantheen en benzo(j)fluorantheen te
scheiden. Er werd niets gewijzigd aan de PAK’s-analyse in het laboratorium. Enkel de uitrusting (nieuw type kolom) en
de instellingen van het GC-MS-toestel werden gewijzigd.
GC-MS methode:
De instellingen van het GC-MS-toestel zijn als volgt:
Injector:
Injectievolume: 1µl
Temperatuur: 300°C
Modus: splitless
Split flow: 50 ml/min
Splitless time: 1.00 min
Constante flow: 1.20 ml/min
Oven methode:
Temperatuur (°C) Snelheid (°C/min) Hold time (min)
125 1.00
265 15.0 0.00
290 5.0 5.00
330 20.0 25.00
Temperatuur interface: 300°C
Temperatuur bron: 275°C
Individuele componenten
Er werden oplossingen gemaakt die slechts één component bevatten (één interne standaard of één van de te analyseren
PAK’s) in dezelfde concentratie als in level 6. Uit injectie van de oplossingen bleek dat alle PAK’s voldoende gescheiden
zijn op de nieuwe kolom, maar dat de elutievolgorde van sommige PAKs wel wordt veranderd: Cyclo(cd)Py en Chry
wisselen om evenals Indeno en D(ah)A.
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 32/36
Versie 10
Versie Herziening door/datum Reden van herziening Wijzigingen
Versie 10 Eva Wevers 06/2011 Interlaboratoriumvergelijking IRMM Herziening aantal diagnostische
ionen
Validatiedossier
Afdeling:
Contaminanten
Methode:
LAB 25-MET-FLVVT-107
Bepaling van Polycyclische Aromatische
Koolwaterstoffen (PAK’s)
Titel:
Herziening ionen
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 33/36
Herziening ionen In het najaar van 2010 startte het IRMM (EURL voor PAK’s) met een interlaboratoriumvergelijking voor de validatie van
een methode voor de bepaling van 4 PAK’s in verschillende voedingsmatrices (“Determination of 4 target PAHs in
various food matrices by pressurized liquid extraction, size-exclusion chromatography, and solid phase extraction clean-
up. Detection by gas chromatography – mass-spectrometry”).
Het methodevoorschrift van de validatiestudie beschrijft de ionen van de verschillende PAK’s voor identificatie en
kwantificatie. Het “quantifier ion” komt voor elke PAK’s overeen met het diagnostische ion dat door het FLVVT bepaald
werd. Voor bevestigingsdoeleinden maakt het FLVVT echter gebruik van drie extra ionen, terwijl er in de studie voor elke
PAK’s slechts één “qualifier ion” werd opgegeven. Op basis van deze gegevens werd besloten om de gebruikte ionen te
herzien. Er werd niets gewijzigd aan de PAK’s-analyse in het laboratorium.
Nieuwe ionen
PAK’s Oude ionen Nieuwe ionen
Acyl 150, 151, 152, 153 150, 151, 152
Acen 151, 152, 153, 154 152, 153, 154
Phe 176, 177, 178, 179 176, 177, 178
Fl 200, 201, 202, 203 200, 201, 202
Py 200, 201, 202, 203 200, 201, 202
BcF 213, 214, 215, 216, 217 213, 215, 216
BaA 226, 227, 228, 229 226, 228, 229
Chry 226, 227, 228, 229 114, 228, 229
Cyclo(cd)Py 224, 225, 226, 227 224, 225, 226
5-Me-Chry 240, 241, 242, 243 241, 242, 243
B(b)F 250, 251, 252, 253 126, 250, 252
B(k)F 250, 251, 252, 253 126, 250, 252
B(j)F 250, 251, 252, 253 126, 250, 252
BaP 250, 251, 252, 253 126, 250, 252
DahA 277, 278, 279, 280 139, 278, 279
IP 274, 275, 276, 277 274, 276, 277
BghiPery 274, 275, 276, 277 274, 276, 277
DalPy 300, 301, 302, 303 300, 302, 303
DaePy 300, 301, 302, 303 300, 302, 303
DaiPy 300, 301, 302, 303 300, 302, 303
DahPy 300, 301, 302, 303 300, 302, 303
Met behulp van full-scan-metingen werd nagegaan of de ionen uit de studie terug gevonden konden. Daarna werden
SIM-metingen uitgevoerd waarbij zowel de oude ionen, als de nieuwe ionen, bepaald mbv full scan, gelijktijdig werden
gemeten. Op deze manier konden de abundanties van de verschillende ionen vergeleken worden.
Er werd besloten om over te stappen op twee extra ionen in plaats van drie extra ionen (dus drie ionen in totaal in plaats
van 4 ionen). Het minst abundante ion werd geschrapt. Daarnaast werd het tweede minst abundante ion ook geschrapt
en vervangen door het “qualifier ion uit de studie” op voorwaarde dat dit “qualifier ion” meer abundant bleek te zijn.
Dit was het geval voor volgende PAK’s: Chry, B(b)F, B(k)F, B(j)F, BaP en DahA.
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 34/36
Foto’s
Foto 1: Refluxen met ethanolische KOH (2M).
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 35/36
Foto 2:Opzuivering met behulp van silicagel.
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée
FAVV – BESTUUR LABORATORIA / AFSCA – ADMINISTRATION DES LABORATOIRE
LABO: FLVVT SECTIE - SECTION: Contaminanten
LAB 00 P 180 F 003 Template validatierapport – Modèle rapport de validation v.01 2012-03-15 36/36
Foto 3: Indampen van extract bekomen na opzuiveringsstap.
Gearch
iveerd
e vers
ie
Version
arch
ivée