Upload
anneke-sliedrecht
View
217
Download
1
Embed Size (px)
DESCRIPTION
Nationale OnderwijsKrant
Citation preview
NATIONALEONDERWIJSKRANT
Oud-onderwijsminister Jo Ritzen:
LAAT PROVINCIE MEEBETALEN AAN HET ONDERWIJS
Maart 2011 Nr. 11
Een gesprek met Jo Ritzen is als een
wandeling in een weldadige wind van
energie. Hij is sinds kort voorzitter van
het college van bestuur van de univer-
siteit van Maastricht af, maar lijkt druk-
ker en energieker aan het werk dan
ooit tevoren. We praten met Ritzen
natuurlijk over het onderwijs, over de
kwaliteit, over de rol van de overheid.
Hij heeft een grote bestuurlijke erva-
ring, was drie keer minister waarvan
twee keer op het departement van
Onderwijs. “De laatste tijd wordt er
veel gesproken over de uitkomsten
van het PISA-onderzoek. Nederland is
eigenlijk een interessant land, want we
deden het goed, maar er was eigenlijk
weinig reactie. Eigenlijk werd die uit-
slag nooit zo belangrijk gevonden. Nu
begint dat beter te worden. Ik vind dat
je je er eigenlijk wel iets van aan moet
trekken.” Maar Ritzen begrijpt wel dat
het voor scholen ook niet zo eenvoudig
is om met bijvoorbeeld de uitkomsten
van een inspectieonderzoek iets te
doen. “Als het beter moet, is het vaak
de vraag ‘wat moeten we dan anders
doen’? Dat is best vaak een ontbrekend
stuk in die nieuwe transparantie. Ik vind
dat daar nog veel te weinig aandacht
Wat Jo Ritzen, oud-minister van onderwijs betreft, moet er meer geld naar het onderwijs in Nederland.Hij staat achter het streven van het kabinet om de kwaliteit van het onderwijs te verhogen. Maarhet onderwijsbudget moet wel omhoog. Ritzen vindt wel dat we bereid moeten zijn naar anderefinancieringsstromen te kijken. Wat hem betreft, kunnen regionale middelen, gelden die bijvoorbeeldnu bij provincies worden opgepot, de middelen van de landelijke overheid aanvullen.
Lees verder op pagina 2
Natuurlijk gaat het in de Nationale
OnderwijsWeek, die plaatsvindt van 1-8
oktober 2011, opnieuw in belangrijke
mate over de rol van leraren en docen-
ten. Leraren en docenten staan in de
eerste lijn en scheppen de voorwaarden
voor het leren, de ontwikkeling van
jonge mensen. Als het om de kwaliteit
van het onderwijs gaat, zijn zij een
factor van groot belang. Er is een brede
consensus over de nadruk op het
versterken van de professionaliteit van
leraren en docenten. Er is een maat-
schappijbrede instemming met het
streven naar een algemene verbetering
van de kwaliteit van het onderwijs.
Maar het motto van de Nationale
OnderwijsWeek daagt ook uit om breder
te kijken naar het leren van jonge men-
sen. Onderwijs heeft een groot maat-
schappelijk belang, niet alleen voor de
persoonlijke ontwikkeling van mensen,
maar het bepaalt mee de ontwikkeling
van de samenleving. De samenleving
kan dus niet alleen toeschouwer zijn,
toekijken, maar heeft alle belang bij
onderwijs dat aansluit bij de samenle-
ving en bij de rol van burgers in die
samenleving. In die zin is het ook aan
partijen in de samenleving om mee na
te denken over ‘kennis maken’ in de
onderwijsinstellingen die de overheid
mee in standhoudt. Meedoen krijgt
gewicht en heeft betekenis, als er een
brede bekendheid is met actuele vormen
van onderwijs, de vormgeving en inrich-
ting van het leren in de school. Het
onderwijs is van ons allemaal. Naar de
mate waarin die brede verantwoorde-
lijkheid gestalte en gewicht krijgt,
groeit de voortreffelijkheid van ons
onderwijs, ook in internationaal opzicht.
Kijk voor meer informatie op de ver-
nieuwde website van de week:
www.nationaleonderwijsweek.nl
Motto Nationale OnderwijsWeek 2011
‘KENNIS MAKEN’
Het motto Kennis Maken van de Nationale OnderwijsWeek 2011legt het accent op al diegenen die betrokken zijn bij ‘kennis’, bij het ‘maken van kennis’, tot leren aanzetten. Maar het mottoverwijst ook naar de kennismaking met het onderwijs en metde wijze waarop onderwijsinstellingen hun bijdragen leverenaan de ontwikkeling van kennis.
Inhoudsopgave:
Programma NOW 2011 pag. 3
PO-Raad wil excellent onderwijsteam pag. 4
Steven de Jong, LAKS pag. 5
MBO pagina pag. 6
Leraar van het Jaar MBO pag. 7
Leraar van het Jaar PO pag. 8
Balans award pag. 9
Geert ten Dam, Onderwijsraad pag. 10
VO-raad, kijkje in de keuken pag. 11
Jo Ritzen
foto
: Wiep
van A
peld
oo
rn
Didaktief inspireert
Onderwijsvakblad Didaktief brengt onderzoek en praktijk met elkaar in contact. U ontdekt hoe de ideeën en oplossingen die de wetenschap aandraagt zich houden in de klas, u krijgt meer inzicht in gedrag en interesses van uw leerlingen en doet talloze nieuwe ideeën op.
Voorproefje? Surf naar:
www.didaktief.nl
Cito wenst alle deelnemers aan de Nationale Onderwijsprijs veel succes!www.cito.nl
Cito | Corporate
Nationale O
| CorporateCito
Cito wenst anderwijsprijs veel succe
e
alle deelnemers aan des!
Je brein groeit op het speelplein!
Doe de scan
op Speelbrein.nl
en win een
sport- en speeldag
met Jochem
van Gelder!
Het Speelbrein van kinderen is de verzamelnaam voor vijf belangrijke competenties die kinderen spelenderwijs ontwikkelen: fysiek, sociaal, cognitief, emotioneel en creatief. Het Speelbrein is ook een nieuwe visie op de inrichting van speelpleinen. Op www.speelbrein.nl vindt u alles over dit concept, de competenties én de manier waarop u ze op uw eigen plein kunt verwerken.
Maak van uw plein een Speelbrein-plein, we denken graag met u mee!KOMPAN / KOMPAN Play Institute | Schimminck 13, 5301 KR Zaltbommel | Tel. 0418 - 681468 | Fax 0418 - 681499 | E-mail [email protected]
o
mgadleel
n lnnl.nieeirbllbeel
n acsedeoD
e
epSp
InsPlay ANKOMPPA/ANKOMPPAMaak van uw plein een Spe
einamednéseitnetepmocedpSteH.feitaercneleenoitomeineredniknavnierbleepSteH
ZaltbKR530113, Schimminck|stituteein-plein, we denken graag meeelbrre
nuknielpnegiewupoezuporaawreedpoeisivewueinneekoosinierbleepjirgnalebfjivroovmaanlemazrevedsi
0418Fax|681468-0418el.TTe|bommelet u mee!
.nekrewrevtnwwwpO.nenielpleepsnavgnithcirniednelepsnerednikeidseitnetepmocek
speelbrein@kompE-mail|681499-8
noctidrevosellautdnivln.nierrebleeps.wgoc,laaicos,keisyffy:nelekkiwtnosjiwre
pan.nl
, tpecn,feiting
De spannendste schoolreisjes gaan naar het grootste science center van Nederland. Kruip in de huid van een chemicus in NEMO’s Wonderlab, ontdek wat er gebeurt als je zoent in de tentoonstelling Teen Facts en ga mee op zoektocht naar de mysteries van het leven in Zoeken naar leven.
Speciaal schooltariefPrimair Onderwijs € 5,50 p.p. / Voortgezet Onderwijs € 6,50 p.p.
Download onze gratis lespakketten (onderbouw + bovenbouw)
Ontdek het zélf www.e-NEMO.nlscience center NEMO, Oosterdok 2 (vlakbij CS), 1011 VX Amsterdam, 020-531 31 18 De cursus voor leescoördinatoren wordt mede mogelijk gemaakt met steun van Kunst van Lezen,
leescoordinator.nl is een initiatief van Stichting Lezen i.s.m. uitgeverij Zwijsen, de cursus Open Boek is ontwikkeld door Jos Walta van Kinderboekwinkel De Boekenberg.
Enthousiaste juffen en meesters die lezen op school belangrijk vindenleren in de cursus Open Boek hoe ze van leerlingen lezers maken. In vier bijeenkomsten van drie uur
komen onderwerpen aan bod als: Wat is de taak van de leescoördinator? Welke leesactiviteiten kun je
organiseren? Hoe verhoudt leesbevordering zich tot de taal- en lesmethodes op school? Daarnaast duik
je in de geschiedenis van de jeugdliteratuur, behandel je boeken en genres en krijg je werkvormen voor
fictie en non-fictie aangereikt. Leesbevordering begint bij de schoolbibliotheek. Aan de opzet, organisatie
en het beheer van een goede schoolbibliotheek wordt dan ook ruimschoots aandacht geschonken. Dus
enthousiaste juffen en meesters die staan te trappelen om het lezen op school beter en leuker te maken
melden zich nu meteen aan voor de inspirerende cursus Open Boek op
leescoordinator.nl
Oud-onderwijsminister Jo Ritzen:
LAAT PROVINCIE MEEBETALEN AAN HET ONDERWIJSVervolg van pagina 1
3NATIONALEONDERWIJSKRANT
Programma Nationale OnderwijsWeek 2011 in de steigers
Op dit moment wordt er hard gewerkt aan het pro-
gramma voor de Nationale OnderwijsWeek 2011. Dat
is altijd een programma dat groeit. Soms leidt dat tot
regionale activiteiten, activiteiten per school en soms
leidt het tot landelijke activiteiten. Het Programma -
beraad, waarin alle onderwijspartijen deelnemen
(sectorraden, onderwijsvakorganisaties, ouderorganisa-
ties, leerlingenverenigingen en studentenorganisaties)
komt met enige regelmaat bijeen, om na te denken
over de wijze waarop sectoren en het onderwijs als
geheel zich in de Week van het Onderwijs laten zien.
Het Programmaberaad overlegt hoe activiteiten van
sectoren in het onderwijs verbonden kunnen worden
met de Nationale OnderwijsWeek en overlegt over
afstemming in communicatie en berichtgeving.
Iedereen mag meedoen en meedenken. Het program-
ma dat voorligt, is een ontwerpprogramma, het mag
groeien. De samenwerkende partijen willen een brui-
sende OnderwijsWeek die opnieuw laat zien, hoe
vitaal het onderwijs in Nederland is en hoezeer dat
onderwijs in beweging is. Alle goede ideeën die het
oogmerk hebben om grote groepen nauwer bij het
onderwijs te betrekken, zijn welkom.
ProgrammaPlanning:
zaterdag 1 oktober 2011
• Opening NOW / verkiezing Leraar van het Jaar,
OnderwijsTopTalentprijs, Jos van Kemenade Award
dinsdag 4 oktober 2011
• Avond van het Onderwijs, uitzending door de NTR
woensdag 5 oktober 2011
• Dag van de Leraar
woensdag 5 oktober 2011
• Nationale Onderwijs Quiz
donderdag 6 oktober 2011
• Open dag/Gastlessen / uitreiking Balans Award
vrijdag 7 oktober 2011
• Nationale prijs voor de Onderwijsjournalistiek
/Onderwijscafé
zaterdag 8 oktober 2011
• Onderwijs Speed Date; leerlingen en studenten
speeddaten bestuurders, beleidsmakers en
leerkrachten om over het onderwijs te praten.
voor bestaat. Mijn hoofdpunt is, dat die
transparantie ontzettend belangrijk is.
Dat werkt immers heel erg sturend ten
aanzien van prestatieverbetering.”
Meer taal, minder sociale vaardigheden
Ritzen vindt het een goede zaak dat
vakken als lezen, schrijven en rekenen
centraal staan in de meting van uitkom-
sten. Hij acht de voorrang voor die
vaardigheden en een wat minder zware
rol voor de sociale vaardigheden verde-
digbaar. In debatten met de ouders van
scholen in Polen en Spanje (waar Ritzen
kwalitatief onderzoek verrichtte voor
PISA) die voorstander waren voor een
zwaardere rol voor sociale vaardighe-
den, spitste het gesprek zich toe op de
kansen van die kinderen op de arbeids-
markt. De ouders van die kinderen
erkenden wel dat studie en beroeps-
keuze beïnvloed kunnen worden door
wat mindere prestaties op de basisvak-
ken, maar dat het er toch uiteindelijk
omging hoe kinderen zich ‘voelen’.
Ritzen is van mening dat het toch
belangrijk is dat ouders zich terdege
afvragen hoe kinderen zich voelen als
ze op de arbeidsmarkt niet echt aan de
slag kunnen. “De marge is groot, echt
groot. Je kunt met het onderwijs echt
heel veel doen. Kinderen met eenzelfde
achtergrond, met eenzelfde opleiding
van de ouders presteren op sommige
scholen aanzienlijk veel beter dan op
andere scholen.”
Jo Ritzen is veelzijdig; hij voltooide
een ingenieursopleiding (technische
natuurkunde) en promoveerde op
een dissertatie over onderwijs,
economische groei en inkomensver-
deling. Hij rekent goed en rekent
graag. Zeer recent verscheen er een
nu al veel geprezen boekwerk over
de financiering van het universitair
onderwijs in internationaal perspec-
tief. Binnenkort komt het uit in het
Duits, Russisch en Koreaans.
Met de richting die het onderwijsbeleid
is ingeslagen door zich iets aan te trek-
ken van de PISA-cijfers, te streven naar
verbetering van de onderwijskwaliteit,
is Ritzen het eens. Het advies van de
Onderwijsraad om leraren verplicht
binnen 5 jaar een masteropleiding te
laten halen, vindt hij weliswaar ‘kort
door de bocht’, maar de richting acht
hij juist. “Strategisch is dat gewoon de
goede benadering. Ik zou haast zeggen
‘het is een metafoor die je niet hele-
maal zo letterlijk moet nemen’.” Jo
Ritzen is voorstander van een over-
heidsbeleid dat meer ruimte biedt voor
onderwijs en het is niet de eerste keer
dat hij daarvoor pleit. Hij herinnert zich
zijn ministerschap. “Onder de douche
stond ik me al voor te bereiden op het
debat tegen 15 andere ministers. Ik deed
dat door maar bij voortduring te oefe-
nen in het ‘nee; zeggen. Dat hield ik vol
tot aan de koffiepauze en als iedereen
dan gezellig met elkaar koffie stond te
drinken, liepen ze weg als ik eraan
kwam. Het heeft er natuurlijk alles mee
te maken, dat jij 40% vertegenwoordigt
van het variabele deel van de begroting.
Als er dus ergens een financieel pro-
bleem is, dan moet ‘onder wijs’ dat maar
oplossen. In dat opzicht zit onderwijs in
onze samenleving wel heel ongelukkig.
Uiteindelijk is het een kwestie van
bereidheid om te willen be talen voor
iets waarvan je weet, dat het een uit-
zonderlijk hoog rendement heeft.”
Financiering
Ritzen heeft zich verdiept in andere
vormen financiering van het onderwijs
en heeft de overtuiging dat andere par-
tijen dan de landelijke overheid daar
een rol in moeten en kunnen spelen. Hij
is gecharmeerd van vormen van een
funding council, een raad met een
grote onderwijsdeskundigheid, die de
middelen over het onderwijs verdeelt.
Hij verwijst naar voorbeelden van der-
gelijke tussenkoepelorganisaties in
Engeland. De mogelijkheden voor het
hoger en universitair onderwijs zijn wat
dat betreft groter en voor het funde-
rend onderwijs geringer. Toch vraagt
Ritzen zich af of het niet mogelijk is om
juist ook voor het funderend onderwijs
meer regionale middelen in te zetten.
“Ook het basis- en voortgezet onder-
wijs zijn ondergefinancierd in
Nederland. Dat heeft er ook mee te
maken dat de omvang van die financie-
ring per leerling in de afgelopen jaren
is afgenomen.” Jo Ritzen denkt dat
regionaal bijvoorbeeld de onroerend
goedbelasting of onderdelen van de
wegenbelasting daarvoor aangewend
zouden kunnen worden. Zeker in een
tijd dat de rijksoverheid steeds minder
goed in staat is de benodigde middelen
te genereren.
PISA is een internationaal peiling-
onderzoek naar de kennis en
vaardigheden van 15-jarigen. Sinds
2000 wordt elke drie jaar in een
groeiend aantal landen een repre-
sentatieve steekproef van leerlingen
gedaan. Deze leerlingen maken
toetsen voor leesvaardigheid,
wiskundige geletterdheid en natuur-
wetenschappelijke geletterdheid.
Woensdag 30 maart is door minister Marja van
Bijsterveldt de Nationale Onderwijsprijs uitgereikt. Het
sluitstuk van een spannende wedstrijd waaraan honder-
den scholen in Nederland hebben meegedaan, met bij-
zondere en inspirerende projecten die het beste laten
zien van wat de scholen en leerlingen te bieden heb-
ben. De 24 provinciale winnaars worden in een presen-
tatie van het Nationaal Onderwijsmuseum in Rotterdam
nog eens extra in het zonnetje gezet. Want het onderwijs
van vandaag is de geschiedenis van de toekomst. Het
Nationaal Onderwijsmuseum heeft de grootste onderwijs-
historische collectie ter wereld, en laat voor een groot
publiek de geschiedenis van ons onderwijs zien. Het
museum geeft ook ruim baan aan het onderwijs van van-
daag. Met de Nationale Onderwijsprijs zet het onderwijs
haar beste beentje voor en dat mag gezien worden.
De presentatie is in de maanden mei en juni in het
Nationaal Onderwijsmuseum in Rotterdam te zien.
Het Nationaal Onderwijsmuseum presenteert de Nationale Onderwijsprijs
De kwaliteit van het onderwijs wordt
grotendeels bepaald door de kwaliteit
van het team en dit is sterk afhankelijk
van de vraag of leraren in teamverband
kijken naar hun onderwijs. Natuurlijk is
daarbij ook de kwaliteit van de individu-
ele leerkracht van groot belang en het
is daarom terecht dat de minister van
onderwijs ook aandacht heeft voor de
vergroting van excellentie van leerkrach-
ten. Begin dit schooljaar legde toenmalig
staatssecretaris Van Bijsterveldt deze
vraag neer bij de Onder wijsraad. De
Onderwijsraad kwam daarop begin
maart met het advies om prestatie -
beloning in te voeren. Dit advies komt de
minister en staatssecretaris goed van pas,
aangezien prestatiebeloning al in het
regeerakkoord is vastgelegd.
De PO-Raad is er niet op voorhand
tegen om goed presterende leerkrach-
ten extra te kunnen belonen, maar ziet
niets in het advies van de Onderwijs -
raad. De plannen van de Onderwijsraad
zijn tot in detail uitgewerkt en worden
als blauwdruk op het onderwijs gelegd.
Zo wordt de excellente leerkracht voor
één dag in de week vrijgesteld van les-
gevende taken, om een project te gaan
begeleiden. Het is helemaal niet gezegd
dat een goede leerkracht dit wil en/of
kan en ook niet of de school hier
behoefte aan heeft. De werkgever of
schoolleider wordt in het plan gepas-
seerd; de plannen zijn al uitgewerkt.
Bovendien is prestatiebeloning helemaal
niet noodzakelijk om een goed preste-
rende leerkracht extra te betalen. Om
de kwaliteit van de leerkracht te verho-
gen, is door het vorige kabinet het
convenant LeerKracht opgesteld, waarin
o.a. de functiemix geïntroduceerd is.
Hierdoor kunnen leerkrachten met
zwaardere of specialistische taken voor
een hogere functie in aanmerking
komen. De invoering van de functiemix
is gestart op 1 augustus 2010. De
minister komt dus wel erg snel met een
nieuw plan, grotendeels gericht op het
behalen van hetzelfde effect, zonder
enige samenhang met het reeds
gevoerde personeelsbeleid.
Voor de invoering van prestatiebeloning
is 250 miljoen beschikbaar. Dit bedrag is
bijna even groot als wat er wordt bezui-
nigd op Passend onderwijs. Deze bezui-
nigingen leveren immense problemen
op: het gaat ten koste van de kwaliteit
van het onderwijs, er komen duizenden
mensen op straat te staan, klassen in
het speciaal onderwijs en in het regulie-
re onderwijs worden groter, het werk
van de leerkracht – ook die in het regu-
liere onderwijs - wordt veel zwaarder,
kortom: niemand wordt gelukkig van
deze bezuiniging. Bovendien komen
deze bezuinigingen bovenop vele ande-
re bezuinigingen waar het onderwijs-
veld de laatste jaren al mee geconfron-
teerd is en de al jaren ontoereikende
vergoeding voor bijvoorbeeld gebouw-
beheer en andere vaste lasten. Hierdoor
komt het primair onderwijs in een
onmogelijke situatie om haar ambities
waar te maken. Als het aan de PO-Raad
ligt, laat de minster daarom haar plan om
prestatiebeloning in te voeren, varen en
wordt dit geld besteed aan de kwaliteit
van het onderwijs in z’n geheel.
4 NATIONALEONDERWIJSKRANT
PO-Raad wil excellent onderwijsteam voor elke leerling
OSGPostbus 3186800 AH ARNHEM
T (026) 323 88 11E [email protected] www.osg.nl
Inspirerende en vakkundige leerkrachten zijn onmisbaar als het gaat om kwalitatief hoogwaardig onderwijs. Vanzelfsprekend is betrouwbare vervanging bij ziekte en verlof net zo onmisbaar.
OSG zoekt per direct
INVALLEERKRACHTEN VOOR ONZE INVALPOOLS
Vind jij afwisseling uitdagend, ben je fl exibel, breed inzetbaar en heb je een les bevoegdheid voor het basisonderwijs? Schrijf je dan snel in op www.osg.nl/vacatures.
OSG Personeel biedt advies en ondersteuning op het gebied van:• Detachering • Payrolling • Werving & Selectie • Vervangingsplanner
OSG is de grootste onderwijsdienstverlener in Nederland en beschikt over een uitgebreid netwerk van contacten met besturen en scholen.
Inbinden vriendje!!Geef zélf een persoonlijke tint aan uw werkstuk of dictaten.
En inspireer ook deze jongen omtrent zijn scriptie!!
Leverancier van inbindsystemen, lamineerapparaten, papiersnijders en papierversnipperaars, naambadges,geldkistjes, sleutelkastjes, telescoopladders en méér.
www.officeknallers.nl
Kijk en vergelijk onze prijzen! OfficeKnallers is OK!
Leerlingen verdienen het beste onderwijs. Iedereen binnen het onderwijs zet zich in voor de kwaliteit van het onderwijs enwerkt daar waar mogelijk aan kwaliteitsverbetering. De PO-Raadsteunt dit proces. Zo initieert zij taal- en rekenverbetertrajecten,ondersteunt scholen die zwak of zeer zwak scoren en verzet zich tegen aantasting van de kwaliteit, bijvoorbeeld door debezuinigingen op Passend onderwijs.
5NATIONALEONDERWIJSKRANT
Interview met Steven de Jong, voorzitter LAKS
Scholieren zijn de ervaringsdeskundigen
Wat vind jij de kracht, en wat
de zwakte van het Nederlandse
voortgezet onderwijs?
“In Nederland zijn er heel veel moge-
lijkheden. We hebben breed onderwijs.
De uitval is steeds lager. Het onderwijs
is arbeidsgericht en er is een redelijke
vrijheid. Er wordt geprobeerd in
Nederland om iedereen in de boot te
houden. Dat is heel goed, maar dat is
tegelijkertijd ook een zwakte. De kracht
is, denk ik, samen te vatten in: iedereen
hier krijgt de kans zichzelf te ontwikke-
len. De zwakte van het Nederlandse
onderwijs zit hem in de leerkrachten.
We hebben echt een enorm lerarente-
kort en er staan ontzettend veel onbe-
voegden voor de klas. En we weten
allemaal dat die leraar het belangrijkste
is. Een goede leraar betekent ook goed
onderwijs. Om meer docenten aan te
trekken en de huidige te behouden,
moet je hun werk beter belonen, niet
alleen qua salaris, maar ook qua eisen
die je aan ze stelt. Want als je iets van
ze eist, dan geef je daarmee ook aan:
‘jouw vak betekent iets’.”
“Wij willen er naar streven dat een
leraar echt bevoegd moet zijn. Dat kan
niet onmiddellijk, maar je kunt nu wel
zeggen dat scholen er voor moeten zor-
gen dat alle docenten binnen 2 à 3 jaar
hun bevoegdheid hebben. Dat vraagt
ook om een wat flexibelere houding
van de opleidingen, de opleiding moet
makkelijker gecombineerd kunnen wor-
den met het werk. Het vraagt nogal
wat, dat realiseren we ons, maar het is
wel hartstikke belangrijk. Ik vind gewoon
dat je een diploma moet hebben als je
mensen opleidt voor een diploma.”
Jullie doen mee aan de protesten
rond Passend Onderwijs, waarom?
“Passend Onderwijs loopt natuurlijk
redelijk de spuigaten uit en er zijn te
veel kinderen met een labeltje. Daar
moet ook iets aan gebeuren. Er moet
echt kritisch gekeken worden naar het
systeem. Maar met de voorstellen die
nu voorliggen, dat er in een klap 300
miljoen – uit een soort van ‘we hadden
geldtekort’ – uit Passend Onderwijs
wordt weggehaald, iets dat leerlingen
en leraren ook direct gaan merken, is
gewoon dom. Er wordt nu bezuinigd
op de kwaliteit van de zorg. Ik vind het
echt schokkend dat VVD, CDA en de
minister eigenlijk hetzelfde zeggen als
ik, en dan deze bezuinigen aandragen
om te zeggen ‘daar gaan we dus wat
aan doen’. Terwijl ze nog zoveel meer
doen, wat iedere leerling – en dus ook
de leerling die het nodig heeft – echt
keihard gaat raken. Daarom ben ik zo
tegen deze plannen.”
Een ander hot issue van het LAKS is
de ophokuren, wat is daar mis mee?
“Scholieren willen als ze op school
zitten gewoon onderwijs. En die ophok -
uren zijn om twee redenen slecht.
Aan de ene kant demotiveren ze, je
wilt namelijk niet niets doen. En aan de
andere kant vind ik dat, als we allemaal
zeggen de 1000-urennorm is er en daar
gaan we voor, dat leerlingen dan ook
recht hebben op die 1000 uur les. De
minister wil nu een aantal basisvoor-
waarden stellen waaraan het onderwijs
moet voldoen, het moet onder andere
inspirerend en uitdagend zijn. Een
ophokuur kan daar onmogelijk aan
voldoen, want dat is geen uitdagend
en inspirerend onderwijs.”
Als ze jou morgen minister van
onderwijs zouden maken, wat zou je
dan doen?
“Het eerste dat ik zou doen, is keihard
inzetten op het aantal leraren en het
aantal bevoegde leraren. Dat zou mijn
grootste prioriteit hebben. Nog iets is
dat de studiekeuze veel beter moet.
Middelbare scholen moeten echt veel
meer verantwoordelijkheid nemen
daarvoor. Scholen hebben toch nog
vaak het idee, mijn slagingspercentage
is goed, want de leerling is geslaagd,
prima. En de leerling is straks weg en
wat die leerling daarna gaat doen, is
zijn verantwoordelijkheid. Maar ik vind
dat een middelbare school de verant-
woordelijkheid draagt dat hun leerling
ook ergens goed terecht komt. Dus mis-
schien moet je scholen ook wel een
beetje afstraffen, op hoe die leerlingen
het in het vervolgonderwijs doen.”
“En wat ik heel irritant vind, en dat vin-
den heel veel leerlingen, dat we zo erg
denken in systemen en slagingspercen-
tages, en dat we zoveel regeltjes heb-
ben gemaakt, maar zijn vergeten te kij-
ken naar de scholier zelf, naar wat dat
voor iemand is, hoe hij leert, wat zijn
capaciteiten zijn, waar hij naar toe wil.
Misschien is het soms beter voor een
havist om naar het mbo te gaan, maar
dat wordt nu als slecht gezien. Je moet
dat volgens mij veel meer open breken
en veel meer naar leerlingen zelf kij-
ken, want dan haal je ieders talent er
uit. En nog een laatste dingetje, wat ik
zou doen als minister, is het afschaffen
van de maatschappelijke stage.”
Steven zit in 6 vwo, zijn eindexamen-
jaar, wij vragen wat zijn persoonlijke
ambitie is.
“Ik denk dat ik eerst een tussenjaar ga
nemen, omdat ik het echt nog niet
weet en ook omdat me dat gewoon
heel lekker lijkt. De afgelopen twee
jaar waren soms best heel zwaar, wei-
nig slaap en heel hard werken aan twee
fronten, school en LAKS. Dat houdt me
ook 24 uur per dag bezig, en ik vind
dat heel leuk. Maar ik ben er nu ook
wel aan toe om even een jaar te reizen
en weer tot rust te komen. Daarna wil
ik gewoon studeren, misschien wel
twee studies. En wellicht dat ik nog
ergens een jaar in een bestuur beland.
Er zijn een heleboel dingen die ik wil,
maar ik ga eerst een jaartje ‘herbronne-
ren’, net als het CDA gaat doen”, zegt
Steven lachend.
“Scholieren zijn de ervaringsdeskundigen, ze hebben een stem en willen graag inspraak over huneigen onderwijs”, zegt Steven de Jong, voorzitter van het LAKS (Landelijk Actie Komite Scholieren).Daarom vragen we hem wat leerlingen dan vinden en willen.
Durf een goed mens
te zijn!(036) 548 94 05
www.kanjertraining.nlDe Kanjertraining is officieel erkend door het N.J.I.
Steven de Jong
6 NATIONALEONDERWIJSKRANT
Alles wat ik de kinderen gaf, kwam in duizendvoud terug
“Sport is een krachtig middel om men-
sen samen te brengen. Tijdens sportles-
sen aan kinderen kun je dat goed zien.
Ik mix bewust jongens met meisjes, ook
al zien zij dat eerst niet zitten.
Uiteindelijk hebben ze het heel gezellig
met elkaar en voelen: wij zijn allemaal
gelijk. De stages tijdens mijn CIOS-oplei-
ding deed ik in Suriname en Ghana.
Samen met een vriend ging ik naar
Suriname om sportles te geven aan
kinderen in de stad en bij primitieve
volkeren in het binnenland. En op
eigen houtje vertrok ik naar Ghana. Ik
promootte sport aan kinderen van een
weeshuis, een government school en
een privéschool. Maar ik wilde meer
en dacht: ‘hoe kan ik als sportleraar de
mensen het beste bereiken?’ Zo heb ik
een sportwinkel opgezet, gesponsord
door een kringloopwinkel uit Castricum.
Ik onderhandelde met Ghanese leveran-
ciers om lage prijzen te creëren, zodat
ook de allerarmsten goed materiaal
konden aanschaffen. Dat werkte, ik zag
de kinderen later in mijn voetbalschoe-
nen lopen.”
“Het weeshuis bood me een slaapplek,
maar ik wilde bij een gastgezin logeren,
zodat ik de bevolking goed kon leren
kennen. Drie maanden verbleef ik bij
een complete Afrikaanse familie. Elke
ochtend haalde ik water uit de put om
te kunnen baden. Wat me in beide lan-
den raakte, was het enthousiasme van
de kinderen. Die gaven zoveel liefde
en energie! Zij zijn niet beïnvloed door
media als een Playstation, ze genieten al
van je aanwezigheid. Alles wat ik gaf,
kreeg ik in duizendvoud terug. Van hun
foto’s en brieven heb ik een collage ge -
maakt die nu boven mijn bureau hangt.”
“Ik kan me goed aanpassen in verschil-
lende situaties. Dat heb ik op het Nova
College verder kunnen ontwikkelen.
Vanaf dag één werd ons geleerd je
kwetsbaar op te stellen voor een groep.
‘Fouten maakt iedereen, leer ervan!’ Als
MBO-ambassadeur wil ik studenten
laten zien dat de stap naar het buiten-
land zo gemaakt is. Ik wil ze op het
hart drukken: ik ben niet anders, jij
kunt dit ook. Dus doe het, pak die kans,
verbreed je horizon. In de toekomst wil
ik nog een studie doen. Maar eerst ga
ik terug naar Ghana. Ik wil daar CIOS-
studenten inzetten bij verschillende
projecten en mijn sportwinkel uitbrei-
den. De afgelopen maanden heb ik
sportartikelen verzameld, die nu in een
container liggen te wachten om naar
Ghana te gaan. Zo probeer ik overal
waar ik kom, wat te betekenen voor
anderen.”
Tekst: Somajeh Ghaeminia
Dit interview is eerder verschenen
in Back Stage, opinieblad over
beroepsonderwijs en educatie:
www.mboraad.nl/backstage
Juan Hofland (20) wil via sport de wereld verbeteren. De oud-stu-dent van de CIOS-opleiding ‘Sport- en bewegingscoördinator’ vanhet ROC Nova College in Haarlem zegt het niet alleen, hij doethet ook. Daarom is hij tijdens de 6-Daagse Beroepsonderwijs2010 gekozen tot de nieuwe Landelijk Ambassadeur.
DIT IS MBO!
Bezoekers van de website kunnen de projecten op
de site beoordelen. Om zoveel mogelijk stemmen
te genereren, kunnen de deelnemers hun project
verspreiden via social media. Docenten en studenten
laten hiermee zien aan wat voor projecten zij werken
tijdens hun opleiding. Zij zijn de ambassadeurs van
het mbo. Zo geven ze een positief tegengeluid aan
het negatieve imago, waarmee mbo’ers geconfron-
teerd worden. De projecten tonen wat het mbo bete-
kent voor de samenleving, en stralen trots en veelzij-
digheid uit. Het project met de meeste stemmen uit
elke categorie ontvangt een mooie prijs. De portal
wordt de komende tijd ontwikkeld.
Gedurende het jaar wordt een serie activiteiten
gehouden. Denk hierbij aan landelijke, maar ook aan
lokale initiatieven van individuele- of groepen van
mbo-instellingen. Deze activiteiten dragen het label
‘Dit is mbo’. De kickoff is in september tijdens het
Marshalldiner. Genodigden voor dit diner-evenement
zijn politici, mbo-Uitblinkers, het Skills Netherlands
team, bestuursleden van de mbo-scholen en mbo-
Marshals (ambassadeurs).
Ook in de eerste week van oktober, tijdens de
Nationale OnderwijsWeek, zijn er verschillende evene-
menten en initiatieven die het label ‘Dit is mbo’ dragen:
• 3 oktober: CompetentCity
Voor de 5e maal op rij opent CompetentCity zijn
deuren voor mensen met een hart voor het mbo.
Professionals uit het beroepsonderwijs wisselen
tijdens deze dag kennis en ervaring met elkaar uit.
• 4 oktober: Dag van de Stage
Dé dag voor alle 210.000 leerbedrijven in
Nederland om hun stagiair in het zonnetje te zet-
ten. Daarnaast organiseert Colo ook dit jaar het
Grote Stagedebat in Nieuwspoort in Den Haag.
• 5 oktober: Dag van de Leraar
Een dag waarop nu niet eens de student, maar
de leraar centraal staat.
• 6 oktober: Uitblinkersverkiezing
Tijdens een spannende verkiezing wordt de
nieuwe Landelijk Ambassadeur van het
Beroepsonderwijs gekozen uit alle mbo-
Uitblinkers. Uitblinkers zijn mbo-studenten die
zich op school, tijdens hun stage in het 3e of
laatste jaar op een andere manier hebben onder-
scheiden. Alle deelnemende onderwijsinstellin-
gen kiezen jaarlijks hun eigen Uitblinker die zij
nomineren voor de landelijke verkiezing.
Onder de naam ‘Dit is mbo’ werkt het mbo komend studiejaar hard verder aan verbetering van het imago. Centraal in de campagne staat een portal waar mbo-studenten en hun docenten projecten met een maatschappelijk, cultureel of ondernemend karakter, presenteren via filmpjes en foto´s.
In januari 2012 vindt de ‘mbo open dag-campag-
ne’ plaats, waarbij zoveel mogelijk mbo-scholen
gedurende een korte periode hun open dag hou-
den. Vmbo-studenten krijgen zo de kans om in
korte tijd, op verschillende scholen in de buurt
een open dag te bezoeken.
7NATIONALEONDERWIJSKRANT
Niet alleen met je hoofd voor de klas te staan,maar laat je intuïtie spreken.
Wat maakt jou Leraar van het Jaar?
“Ik ben genomineerd door onze plaza-
manager Noor van Velthoven, omdat ik
bezig ben met de ontwikkeling van een
Studieloopbaan Begeleidingsprogramma.
In dat Studieloopbaan Begeleidings -
programma gaat het, naast het vak
inhoudelijke (IQ), vooral om de ontwik-
keling van het EQ en het SQ, het emotio-
nele en het spirituele. In het programma
spreken we de leerlingen aan op talen-
ten op verschillende terreinen. Het
bedrijfsleven wil goedopgeleide mensen,
met creatieve en sociale vaardigheden,
en daar besteden we dus heel veel
aandacht aan. Het treft me steeds weer,
hoeveel die jonge mensen over zichzelf
durven vertellen, ze hebben zo’n ver-
trouwen in mij en in de groep. Ik pro-
beer heel intuïtief met ze te werken,
blijf heel dicht bij hun belevingswereld.
Mijn verkiezing zie ik als de kroon op
mijn werk, mijn inzet voor jonge men-
sen, mijn omgaan met de leerlingen.”
Als Leraar van het Jaar ben je ambassa-
deur van het onderwijs, hoe geef je
daar invulling aan?
“Die invulling is heel breed, ik word
veel gevraagd voor interviews; ik maak
deel uit van de Lerarenkamer van het
SBL, waarin leraren en ex-leraren zitting
hebben, die betrokken willen blijven bij
de professionele ontwikkeling van de
beroepsgroep en het gesprek daarover
met iedereen willen aangaan. Ik geef ik
in het hele land workshops om het
onderwijs te promoten; binnenkort ga
ik lunchen met de minister van onder-
wijs, ik zit bij het algemeen overleg van
de Tweede Kamer en er komt ook nog
een lunch met prins Willem Alexander
en prinses Maxima. Er wordt naar me
geluisterd, mijn mening telt, ik voeg
met mijn ideeën iets toe.”
Hoe ontwikkel je je tot een goede
leraar? En hoe blijf je dat?
“Naast het vakinhoudelijke, moet je de
ontwikkelingen in de samenleving bij-
houden, dat is heel belangrijk. Bezig
zijn met de toekomst. Dat wil ik ook
aan de pabo’s en de lerarenopleidingen
meegeven: aandacht voor het nieuwe
denken. Dat heeft de samenleving, het
bedrijfsleven nodig. Lateraal denken,
kennis en creativiteit. Het is belangrijk
om niet alleen met je hoofd voor de
klas te staan, maar laat je intuïtie spre-
ken, je hebt als docent zo´n belangrijke
rol in de vorming van jonge mensen.
Ik zie een gevaar in het eenzijdige
opbrengstgerichte werken, al die
aandacht voor kennis. Het een kan
niet zonder het ander, het behoort een
eenheid te zijn. We moeten ons niet
gek laten maken door meetbare eisen
aan het onderwijs. Betrokkenheid bij
kinderen, daar gaat het om.”
Wat is jouw wens voor het onderwijs
in Nederland?
“Ik ben niet blij met de bezuinigingen en
ik pleit dan ook voor genoeg financiële
ruimte om het niveau van het onderwijs
in stand te houden. Niet alleen voor de
leerlingen, maar ook voor de leraren.
De werkdruk is heel hoog, ik maak me
daar zorgen om. Jonge docenten heb-
ben zo´n passie voor hun werk, zijn zo
bevlogen, maar kunnen de werkdruk
niet of nauwelijks aan. Daar moet iets
aan worden gedaan. Dat is ook een
taak voor de beroepsvereniging MBO,
we willen de status van het docent-
schep meer invulling geven. Dat plan
voor de excellente leraren vind ik posi-
tief, dat er een podium, tijd en ruimte,
wordt geboden om de ontwikkeling
van talenten in het onderwijs mogelijk
te maken. De ´excellentie´ straalt af op
het hele team, het gaat om het door -
geven van verworven kwaliteit.”
José Jansen-Gulen, 55 jaar, geeft les aan de opleiding totSecretarieel/Juridisch medewerker op het ROC Nijmegen. Zij werdin 2010 in de categorie MBO verkozen tot Leraar van het Jaar.
José Jansen-Gulen
Uitreiking Nationale Onderwijsprijs in NEMO
Alle provinciebesturen verlenen hun medewerking
aan de Nationale Onderwijsprijs. Voorafgaande aan
de landelijke finale heeft elke provincie een eigen
onderwijsprijs uitgereikt, één in het primair onderwijs,
één in het voortgezet onderwijs. Alle 24 provinciale
prijswinnaars maken hun opwachting in het NEMO.
De Nationale Onderwijsprijs beleeft dit jaar een jubi-
leum. Voor de tiende keer gaan de twee trofeeën,
bronzen olifanten van meer dan 20 kg, over in de
handen van de winnende scholen. De Nationale
Onderwijsprijs is een instituut geworden, in de beste
zin van het woord. De stroom projecten die scholen
elke keer weer inzenden, gaat onverminderd door.
Ook ditmaal zijn er meer dan 350 aanmeldingen. De
Nationale Onderwijsprijs heeft in haar bestaan naar
schatting zo’n 2500 schoolprojecten opgeleverd.
Elk van die projecten is het tastbare bewijs van de
ongelooflijke creativiteit en inventiviteit van het
onderwijs in Nederland. Voor meer informatie,
kijk op www.onderwijsprijs.nl.
Er is ook nog een extra prijs uitgereikt op 30 maart:
de Speelbrein-Award. Speelbrein is de verzamelnaam
voor vijf belangrijke competenties die kinderen spelen-
derwijs ontwikkelen, en een nieuwe visie op de inrich-
ting van speelpleinen. Alle Speelbrein-gecertificeerde
scholen beschikken over een buitenruimte die de
kinderen ondersteunt in hun creatieve, emotionele,
fysieke, sociale en cognitieve ontwikkeling. Uit alle
gecertificeerde scholen zijn er drie genomineerd door
het KOMPAN Play Institute. Een onafhankelijke jury
kiest vervolgens de winnaar (www.speelbrein.nl).
De presentatie is dit jaar in handen van Jochem van
Gelder samen met Valerie Oosterwijk, Nationale
Voorlees-kampioen 2010.
Het Nationaal Onderwijsmuseum zorgt dit jaar voor
een bijzonder slotakkoord. Alle 24 genomineerde
scholen vormen samen een expositie die in de maanden
april en mei te zien zal zijn in het museum.
De genomineerde scholen zijn:
Primair Onderwijs:
• Amsterdam, Talentenschool Laterna Magica: Toon je
organisatietalent!
• Bergen op Zoom, De Grebbe: Onderwijstijdverlenging
• Den Andel, OBS de Holm: Expositie d’Holm
• Emmeloord, CBS De Lichtboei; Structuurgroep
• Emmeloord, Zuyderzee College: Inburgeringcursus
• Harkema, OBS ’t Holdersnest: Kids en Company
• Hengelo, Ds J.L. Pierson: Technogym
• Noordwijk, De Noordwijkse School: Het
kindermuseum voor Beeldende Kunst
• Reutum, Mariaschool: Meesterlijk leren met
creatieve technologie
• Stein, Don Bosco school: Kletstheater
• Utrecht, Montessorischool Buiten Wittevrouwen/ De
Meern, Daltonschool Apollo 11: Zinspelen
• Vledderveen, OBS De Heidehoek:
H-boeken
• Vlissingen, Zomerschool Vlissingen: Levensecht leren
Voortgezet Onderwijs:
• Aalten, Chr. College Schaersvoorde: Beperking geen
probleem
• Emmen, Hondsrug College: Jij de baas
• Hoorn, Sg Tabor: De nieuwe apartheid
• Hulst, Reynaert College: Beeld van een school
• Lisse, Fioretticollege: Zwolle 2040
• Maastricht,Sint-Maartenscollege: Klassieke retorica
• Tilburg, VMBO De Vakschool, Afd. Creatieve
Technieken: Televisieprogramma
• Utrecht, Praktijkschool Pouwer: Ontmoetingsplek
in en voor de wijk
• Winsum, AOC Terra: het Groene Lyceum
• Zwolle, Thorbecke Scholengemeenschap: Leerlijn
Moderne Media
Minister Marja van Bijsterveldt heeft op 30 maart jl. de Nationale Onderwijsprijs 2009-2011 uitgereikt in Science Center NEMO te Amsterdam. Deze tweejaarlijkse prijs, de ‘Oscar van het Nederlands onderwijs’, is in het leven geroepen om de positieve en creatieve kanten van het Nederlands onderwijs voor het voetlicht te brengen. Als bescheiden tegenwicht tegen het eeuwige geweeklaag over de kwaliteit van ‘ons onderwijs’. Organisator is het Instituut voor Nationale Onderwijs Promotie (INOP).
Wat maakt jou Leraar van het Jaar?
“Er zijn een heleboel leraren van het jaar in Nederland.
Maar waarom ik naar voren ben gehaald, is denk ik,
omdat ik een eigen geluid laat horen. In het juryrapport
stond dat ik positief kritisch ben. Ik heb een visie over
onderwijs. De kinderen staan voorop. Zijn zaken in hun
belang en zie ik het nut er van in, dan ga ik daar heel
ver in. Maar als ik inschat dat dat niet zo is, dan zul je
me eerst moeten overtuigen, anders doe ik het niet.”
Als Leraar van het Jaar ben je ambassadeur van het
onderwijs, hoe geef je daar invulling aan?
“Ik probeer mijn stem te laten horen. Ik geef aan wat
er binnen het vak anders kan, er beter kan. Hoe we het
leuker en makkelijker kunnen maken. Weet je waar ik
mij druk over maak? Kinderen doen het echt wel goed
genoeg, het is helemaal niet nodig voor ieder kind de
havo te halen. Maar de maatschappij verwacht dat wel,
dan zeggen ze van leerlingen dat ze onder de norm zit-
ten. Maar er bestaan al sinds mensenheugenis mensen
die groep 8 niveau niet halen, vroeger werden die men-
sen toch succesvol omdat ze een vak heel goed konden
uitoefenen, nu worden scholen en kinderen er op
afgerekend. En die kinderen kunnen er niks aan doen.
We moeten het VMBO veel meer ophemelen. Ze
moeten er trots op zijn als ze timmerman zijn. Als
ik een groep heb vol met kinderen die timmerman
willen worden, is mijn doel ze te helpen de beste tim-
mermannen te worden. Ik wil het uiterst uit iedereen
halen. Er is echt meer dan lezen, taal en rekenen in
de wereld. Daarom heb ik ook als eerste de petitie
Red het basisonderwijs ondertekend. We kijken in
Nederland alleen nog maar naar problemen, niet naar
kansen. Laten we alsjeblieft meer vieren wat er goed
gaat.” Mathijs stoort zich ook aan de negatieve uitla-
tingen over leerkrachten. “Dan wordt er geroepen,
kort de leerkrachten want ze maken er niks van. Dat
is zo’n verkeerd beeld van het vak. We doen het in
Nederland heel goed met de beperkte financiële
middelen. Het kan niet heel veel beter.”
Hoe ontwikkel je je tot een goede leraar, wat is dat
eigenlijk en hoe blijf je dat?
“Een goede leraar is er voor de kinderen. Je bent
er om een leerling zo ver mogelijk te helpen. Het
leerproces doe je samen met een leerling. Een mooie
uitspraak is: Je stopt niet iets in een leerling, maar je
haalt er iets uit. Je moet kinderen triggeren om te
willen leren. Als leraar moet je scherp blijven, veel
praten met collega’s en niet op een slachtofferstoel
gaan zitten. Niet zeggen, ja maar die leerling is wel
dyslectisch dus logisch dat het niet lukt. Blijf zoeken
naar oplossingen. Onderwijs doe je ook als team, je
moet elkaar coachen, bij elkaar op klassebezoek gaan,
elkaar scherp houden.”
Wat is jouw wens voor het onderwijs in Nederland?
“Dat we als onderwijs wat meer vertrouwen krijgen.
Dat we de kans krijgen om bezig te gaan met kwalitei-
ten in plaats van om te gaan met wat er niet goed
gaat. Dat er een einde komt aan de afrekencultuur.
Dat we wat meer trots zijn op onze kinderen.”
Mathijs ter Bork, 28 jaar, geeft les op jenaplanschool ’t Broekhoes in Balinge, Drenthe.In 2010 werd Mathijs verkozen tot Leraar van het Jaar in het primair onderwijs.
Je stopt niet iets in een leerling, maar je haalt er iets uit.
8 NATIONALEONDERWIJSKRANT
Meld je favoriete leraar aan!
Ook dit jaar vindt de verkiezing Leraar
van het Jaar plaats. Iedereen - leerlin-
gen, collega's en ouders -kan een favo-
riete leraar aanmelden. Doelstelling van
de verkiezing Leraar van het Jaar is om
kwaliteiten van leraren in het primair,
voortgezet en middelbaar beroepson-
derwijs op een positieve manier in
beeld te brengen. De verkiezing richt
zich daarom op die leraren die in staat
zijn hun omgeving te overtuigen van
hun kwaliteiten, die hierover in gesprek
durven en kunnen gaan en die weten
te inspireren. Je kunt jouw kandidaat
voor de titel Leraar van het Jaar 2011
aanmelden via www.dagvandeleraar.nl
Tijdens de aanmeldperiode staat er op
de site een vragenformulier waarmee
de leraar genomineerd kan worden. Via
vragen proberen we er achter te komen
wat jouw favoriete leraar precies doet,
waardoor hij of zij zo goed is.
In de jury zitten leraren, de winnaars
van vorig jaar, leerlingen uit het
primair-, voortgezet- en middelbaar
beroepsonderwijs samen met vertegen-
woordigers vanuit de vakbonden,
vakinhoudelijke en wetenschappelijke
organisaties. De winnaars worden
bekendgemaakt op zaterdag 1 oktober
2011 tijdens het landelijke evenement
rondom de Dag van de Leraar.
www.dagvandeleraar.kennisnet.nl/
verkiezing
“Het is zowel intern als extern van
belang dat de school een duidelijk
profiel, gezicht en karakter heeft”,
vertelt Ronald Dulmers van Scholen
met Succes. “Als de neuzen binnen een
team dezelfde kant op staan, ze de visie
van de school delen en ze vanuit die
gezamenlijke visie de doelen bereiken
die ze willen, geeft dat houvast in het
omgaan met alle vragen vanuit de
maatschappij en de overheid. Naar
de buitenkant, naar ouders toe is het
goed om een duidelijk smoel te heb-
ben, zodat ouders makkelijker voor
jouw school kunnen kiezen.”
“Scholen kiezen bij de profilering voor
een thema waar ze extra waarde aan
hechten. Je bekent als school kleur.
Het doel is dat ouders gaan fungeren
als ambassadeurs van de school, zij
moeten een eenduidig verhaal kunnen
vertellen over de school. Bij veel tegen-
strijdige verhalen over een school
ontstaat immers een diffuus beeld.
Het is als school niet voldoende om
tevreden ouders te hebben, ze moeten
ook trots worden op de school en
vervolgens die trots omzetten in
tamtam, er over vertellen. Aanbeveling
is een zeer belangrijke factor bij de
schoolkeuze.
Zowel management als leerkrachten
kunnen zelf aan de slag met de ontwik-
keling van een duidelijk profiel aan de
hand van het boek. “Waar je wel altijd
bij op moet passen bij het opstellen van
een profiel is, dat het past bij de omge-
ving”, zegt Dulmers nog. “Het is net als
een autoband, het profiel moet passen
bij het wegdek anders slip je.”
Boek:
Schoolprofilering ‘…de bedoeling
moet blijken uit wat we doen…’
van Marianne Schuurmans,
Uitgeverij Scholen met Succes,
ISBN: 978-90-815900-1-3.
Bij het boek hoort een webside:
www.schoolprofiel.com.
Scholen met Succes helpt scholen, al meer dan 25 jaar, bij het creëren van marktsucces door middel van onderzoek,profilering en effectieve in- en externe communicatie. In september gaf dit bureau een boek uit over schoolprofilering.In het boek wijst auteur Marianne Schuurmans op het belangom je als school te onderscheiden van concurrenten en aan toekomstige klanten te tonen waarom de school aantrekkelijk voor hen is.
GEEF JE SCHOOL PROFIEL
Mathijs ter Bork
9NATIONALEONDERWIJSKRANT
Een nieuwe visie vanuitmeerdere wiskundige
invalshoekenhet gamma is
compleet met de nieuwe
TI-Nspire™ CX kleurenmachine!!
bel 0800 48422737 voor de
lerarenaanbiedingNU MET
KLEURENSCHERM, EIGEN
PLAATJES DOWNLOADEN
EN OPLAADBARE
BATTERIJ
www.education.ti.com/nederland
Ondanks de onzekerheden, vanwege
het gure beleidsklimaat van dit kabinet
op het gebied van onderwijs, blijft
oudervereniging Balans vertrouwen
houden in de winst van een goede
samenwerking tussen school en ouders.
Het zal nu meer dan ooit nodig zijn om
de handen ineen te slaan, als een kind
extra zorg nodig heeft om van het
onderwijs te kunnen profiteren. In 2011
zal Balans daarom in de Nationale
OnderwijsWeek de achtste Balans
Award uitreiken aan het voorbeeld van
goede samenwerking tussen ouders en
onderwijs.
Oudervereniging Balans reikt deze
Award met name uit om goede voor-
beelden voor het voetlicht te brengen
en anderen te stimuleren deze voor-
beelden te volgen. Aan de Balans
Award is, behalve publiciteit en een
interessante activiteit voor uw school,
ook een geldprijs verbonden. De voor-
gaande Awards hebben mooie voor-
beelden van een goede samenwerking
opgeleverd. Zoals in 2010 de winnaar
het Christelijk college de Noordgouw in
Heerde. De ouders van een 15 jarige
leerling met een autisme spectrum
(ASS) uit HAVO 4, nomineerde het zorg-
team van de school omdat “ze geen
middel onbeproefd lieten om de zelf-
standigheid van hun zoon te stimule-
ren” en “omdat ze niet de minder-
waardigheid van een ontwikkelings-
stoornis benadrukken, maar de leerlin-
gen die een speciale benadering nodig
hebben, juist optillen tot meerder-
waardigheid”.
De uitreiking van de Award vond plaats
op de winnende school en werd gevierd
met een door Balans georganiseerd jon-
geren debat en de improvisatietheater-
groep Impro4U. Een aankomend jonge
politicus ontfutselde de honderden jon-
geren hun mening over een aantal
prikkelende stellingen, waarop de
theatergroep vervolgens reageerde
met vrolijke en hilarische intermezzo’s.
Natuurlijk werden het beeldje en de
geldprijs, uitgereikt door juryvoorzitter
Pia Dijkstra, ook met plezier ontvangen,
maar de enthousiaste sfeer bepaalde
toch zeker het succes van de middag.
www.balansdigitaal.nl
Balans Award voor productieve samenwerking school en ouders
De Dag van de Leraar is de Nederlandse variant van
de internationale World Teachers’ Day. Op deze dag
wordt wereldwijd stilgestaan bij het belang van
onderwijs. Onderwijs is, naast een mensenrecht op zich,
een middel om andere mensenrechten te realiseren.
Het stelt economisch en sociaal kansarme volwassenen
en kinderen in staat zichzelf uit de armoede te halen
en een toekomst op te bouwen.
De Dag van de Leraar is bedoeld als een feestdag
voor alle leraren in Nederland. Het SBL roept leerlingen,
ouders, managers en andere betrokkenen op om
leraren in het zonnetje te zetten en ze te bedanken
voor hun inzet. Een greep uit de acties van 2010:
• Dubbele pauze met koffiekoeken voor de leraren,
terwijl ouders op de speelplaats staan.
• De lerarenkamer is omgetoverd tot een luxe resort,
waar leraren, na een heerlijk ontbijt, verwend
zullen worden door leerlingen van de schoonheids -
instituutopleiding.
• Om 14:00 uur stoppen de lessen en worden alle
collega's ontvangen in de Stayokay naast de school.
Daar wordt in een caféachtige setting Murphy's Quiz
gespeeld (de kennis van de leraren wordt op een
ludieke manier getoetst) en de middag wordt
afgesloten met een Italiaans buffet.
Het kan ook simpeler:
• Geef een verrassingscadeau (bijvoorbeeld boekenbon,
theaterbon).
• Organiseer een eigen Leraar van het Jaar verkiezing.
• Speld een rozet op met ‘Onze nummer 1'.
• Maak speciale posters.
Op de zaterdag voorafgaand aan 5 oktober, dus op
1 oktober 2011, wordt een landelijk evenement rond
de Dag van de Leraar georganiseerd. Op deze dag
krijgen leraren gratis toegang tot een museum (afge-
lopen jaar het Instituut voor Beeld en Geluid, de twee
jaren daarvoor het Openluchtmuseum) en kunnen ze
er voor kiezen aan een aanbod van workshops of
activiteiten, speciaal voor leraren, deel te nemen.
Meer informatie: www.dagvandeleraar.nl
10 NATIONALEONDERWIJSKRANT
De Dag van de Leraar: 5 oktober 2011
Voorzitter Onderwijsraad
EINDE AAN GELIJKHEIDSCULTUUR IN ONDERWIJS
“Nederland heeft een goed onderwijssysteem met
goede kwaliteit. Als je wat preciezer kijkt dan zie je
dat wij het met leerlingen aan de ‘onderkant’ heel
goed doen. In Nederland weten wij in vergelijking tot
andere landen veel te bewerkstelligen met zwak
presterende leerlingen of met leerlingen met relatief
geringere cognitieve vaardigheden. Met leerlingen
aan ‘de bovenkant’ - het gaat dan om circa 15 tot 20
% van de leerlingen - doen we het minder goed. Het
betekent in feite dat die leerlingen minder goed
presteren dan zij zouden kunnen.” Aan het woord is
Geert ten Dam de kersverse voorzitter van de
Onderwijsraad. Ten Dam heeft recent het roer overge-
nomen van Fons van Wieringen en presenteerde
onlangs twee nieuwe adviezen van de Raad: Naar
hogere leerprestaties in het voortgezet onderwijs en
Excellente leraren als inspirerend voorbeeld.
Masteropleiding
We openen het gesprek over het eerstgenoemde
rapport waarin de raad op verzoek van Minister
Van Bijsterveldt aanbevelingen doet om te komen tot
betere leerprestaties in het voortgezet onderwijs. In
het advies wordt daarom flink ingezet op professiona-
lisering en het verhogen van het opleidingsniveau van
leraren. Bij- en nascholing wordt voor alle leraren en
schoolleiders verplicht, en nieuwe leraren met een
bacheloropleiding krijgen een startkwalificatie om les
te geven in de onderbouw van het voortgezet onder-
wijs. Binnen vijf jaar dient deze groep een opleiding
op masterniveau te hebben voltooid anders komt hun
lesbevoegdheid te vervallen. “In een eerder advies
(Presteren naar vermogen, 2007) hebben wij er al eens
op gewezen dat ca 10% van de leerlingen het beter
zou kunnen doen. Met name bij hoogbegaafden, leer-
lingen met laagopgeleide ouders en Turkse leerlingen
is er sprake van onderpresteren. Het laat zien dat je
ernaar moet streven niet alleen de leerlingen aan de
bovenkant beter te laten presteren maar moet probe-
ren over de hele linie een stapje hoger te komen.”
Ten Dam legt uit dat de Onderwijsraad met het advies
een norm heeft willen stellen voor het opleidingsniveau
van leraren. Zelf benoemt ze het als ‘een stip aan de
horizon’. “Hier moeten wij met zijn allen naar toe,
ook al realiseren we het niet van vandaag op morgen.
In het advies hebben wij aangegeven hoe je naar de
norm kunt toewerken. Het geldt in de eerste plaats
voor nieuwe leraren: zij moeten binnen vijf jaar toe-
werken naar het masterniveau . We hebben daarnaast
geadviseerd dat alle leraren hun professionaliteit
onderhouden door verplichte bij- en nascholing.
Dit hebben wij gekoppeld aan het lerarenregister.
Zonder opname in het lerarenregister verliest een
leraar zijn bevoegdheid.”
Excellente leraren
In het tweede advies van de Onderwijsraad wordt
aanbevolen om op iedere school 5% beste leerkrachten
aan te wijzen. Deze ‘excellente leraren’, die voorge-
dragen worden door collega's en directie, kunnen dan
een dag in de week aan het werk met uiteenlopende
innovatieve of begeleidende taken. Voor professionali-
sering of projecten om het onderwijs te verbeteren zou
elke excellente leraar jaarlijks 10.000 euro moeten
krijgen. De Raad beveelt ook aan deze leraren zelf
een toelage op hun salaris te geven. Het is de vraag
of dit voorstel van de Onderwijsraad wel past in de
cultuur van het onderwijs. “Wij geven in het advies
aan”, reageert Ten Dam, “dat het zichtbaar maken en
waarderen van kwaliteitsverschillen in het onderwijs
niet vanzelfsprekend is. De gelijkheidscultuur in het
onderwijsin het onderwijs is een hobbel. Maar wat wij
hebben gemerkt in de gesprekken die wij gevoerd
hebben in de voorbereiding van het advies, is dat er
op heel veel scholen gezocht wordt naar manieren
om dat te doorbreken. Het advies geeft daar concrete
handvatten voor. ”
De voorzitter van de Onderwijsraad benadrukt nog
maar eens, dat excellente leraren toch vooral moeten
blijven lesgeven. Het gaat om de bijdrage die ze leveren
aan de ontwikkeling en leerprestaties van leerlingen.
Daarom ook moeten excellente leraren door het team
en door de directie zelf worden aangewezen. Om te
garanderen dat de benoeming objectief tot stand
komt, pleit de Onderwijsraad wel voor een externe
validering, zodat wat in Zeeland geldt ook voor
Groningen kan gelden. “Je zult de schijn moeten
vermijden van vriendjespolitiek. ”
“Die gelijkheidscultuur is aan het afbrokkelen en dat is goed”, zegt de nieuwe voorzitterGeert ten Dam van de Onderwijsraad naar aanleiding van het recent verschenen adviesExcellente leraren als inspirerend voorbeeld. De Onderwijsraad doet daarin de aanbe-veling om 5% van de leraren aan te wijzen als excellente leraren. Deze leraren kunnenfungeren als rolmodel, en krijgen een taak geven bij het ontwikkelen en verbeterenvan het onderwijs. Het erkennen en waarderen van bijzondere kwaliteiten is in hetonderwijs nog niet heel gebruikelijk. “Maar wat wij in de gesprekken die we gevoerdhebben in de voorbereiding van het advies wel hebben gemerkt, is dat er op heel veelscholen gezocht wordt naar manieren om dat te doorbreken.”
Geert ten Dam
foto
: Bart V
ersteeg
11NATIONALEONDERWIJSKRANT
Een eenduidig kijkje in de keuken van het voortgezet onderwijs
Op www.schoolvo.nl laten scholen voortaan zien
hoe ze presteren op twintig onderdelen, zoals exa-
mens, zittenblijven, lesuitval, personeel, veiligheid en
tevredenheid. De gegevens worden vergeleken met
een landelijk gemiddelde (benchmark). Deze nieuwe
website is het resultaat van het project Vensters voor
Verantwoording van de VO-raad, waarbij alle cijfer-
matige informatie over scholen voor voortgezet
onderwijs wordt verzameld in één systeem. De infor-
matie is afkomstig van de Dienst Uitvoering Onderwijs
(DUO, voorheen Cfi), de Onderwijsinspectie en van
de scholen zelf.
Omdat het voor de scholen mogelijk is de gepubli -
ce erde informatie van toelichtingen te voorzien, ont-
staat een genuanceerd en eerlijk beeld op meerdere
terreinen. Voor bijvoorbeeld ouders wordt het door
de website eenvoudiger om scholen te vergelijken.
Scholen hebben meer regie over de beeldvorming,
als ze zelf het initiatief nemen. Dit project is dan ook
een initiatief van de scholen. Er is geen 'beste school
van Nederland', wat in diverse media werd gesteld.
Er is een uniforme basisset van 20 indicatoren en
scholen kunnen niet naar eigen behoefte indicatoren,
detailinformatie en benchmarks selecteren en toevoe-
gen. Ze kunnen wel naar eigen behoefte toelichtingen
schrijven. Dat stimuleren we ook, omdat daarmee
de gegevens uitgelegd worden.
Maar wat als de resultaten van jouw school niet zo
goed zijn, wil je dan wel dat die resultaten zo open
op straat liggen? Op de website lezen we op die
vraag het volgende antwoord: “In het verleden is al
vaak gebleken dat de enig juiste koers bij problemen
is: het geven van openheid van zaken. Juist dan houd
je zelf de regie en kun je de nadruk leggen op de
aanpak en zorg, die je voor het probleem hebt.
Informatie ligt op straat en niets werkt slechter
voor een organisatie dan achterklap en roddel. De
gegevens op Vensters voor Verantwoording worden
weergegeven over een langere periode en worden
afgezet tegen een landelijke benchmark. Dat geeft
een grote nuance in de vergelijkingen.”
Scholen nemen op vrijwillige basis deel aan Vensters
voor Verantwoording. Inmiddels heeft 90 procent van
de scholen zich bij het project aangesloten, waarvan
49 procent alle gegevens heeft gepubliceerd. Van
de scholen die (nog) niet deelnemen of nog niet
alle gegevens gepubliceerd hebben, is de helft van
de resultaten te zien. Het gaat daarbij om de gege-
vens die via DUO en de Inspectie zijn verkregen. De
VO-raad is blij met de website en noemt het een
belangrijke stap voorwaarts op het gebied van trans-
parantie door scholen in het voortgezet onderwijs en
een belangrijk instrument voor de kwaliteitsbewaking
van de scholen zelf.
Politiek, media, mensen op straat. Vrijwel iedereen heeft een mening over onderwijs.Gevolg: vaak ongenuanceerde en onvolledige verhalen. Scholen hebben daar last van.Daarom lanceerde de VO-raad begin februari de website www.schoolvo.nl met deprestaties van alle scholen voor voortgezet onderwijs in Nederland. Omdat alle scholenlaten zien hoe ze presteren op een eenduidige manier, kan er voortaan een gesprekgevoerd worden ‘op basis van feiten’, in plaats van ‘reageren op basis van vermoedens’.
Mark de Hiep, sales en marketing
manager Benelux: “We werken onder-
wijsgericht en proberen technologie
zoveel mogelijk samen met het onder-
wijs te ontwikkelen. Ons nieuwste
model, de TI-nspireTM, past in de
ICT-infrastructuur van een school.
Aangemaakte bestanden kunnen wor-
den bewaard, binnen een document
zitten verschillende schermen met
bijvoorbeeld teksten, grafieken en
spreadsheets. Op die manier kun je
stof uit wiskundeboeken levend maken,
doordat de voorbeelden ook in de
machine gezet kunnen worden.
Lesgeven wordt interactief en zorgt
er voor dat de organisatie van de les
eenvoudiger wordt. Een docent kan nu
vooraf één bestand maken dat hij vanaf
zijn pc naar de machine van de leerlin-
gen kan sturen, waarmee zij vervolgens
aan de slag kunnen. Dat kan heel
eenvoudig met een USB-kabel, maar
het kan ook via een docking station,
waar tot veertig leerlingen hun machine
op kunnen inpluggen.”
De toekomst van de rekenmachine
“Voorlopig zijn we nog ver weg van
een applicatie op een andere drager,
bijvoorbeeld op een smartphone. Met
name voor gebruik op het Centraal
Eindexamen. Want een ander apparaat
dan een rekenmachine is nog niet
betrouwbaar, omdat er altijd contact
met de buitenwereld mogelijk is en het
geheugen met allerlei zaken kan worden
gevuld”, aldus De Hiep.
Het verband tussen de rekenmachine
en de teruglopende rekenvaardigheden
in het voortgezet onderwijs, wijst hij
resoluut van de hand: “De (grafische)
rekenmachine is nooit meer dan een
hulpmiddel geweest waarmee je vooral
tijdwinst kunt behalen en je antwoor-
den kunt controleren. Die tijdwinst kun
je dan weer gebruiken om dingen te
herhalen, in de stof te verbreden of
te gaan verdiepen. Waar het om gaat,
is dat leerlingen tijdens de middelbare
schoolperiode getest blijven worden
op hun vaardigheden. Dat de docent
die dat begeleidt, dus ook met de
mogelijkheden van de rekenmachine
om weet te gaan. Wat ons betreft
zouden de lerarenopleidingen dat in
hun programma op moeten nemen,
dat gebeurt nu (te) incidenteel. De
rekenmachine verbieden zou de voor-
uitgang tegenhouden betekenen.”
Redactieadres:
AT Consult
Postbus 543
4100 AM Culemborg
T 0345 - 51 01 61
I www.atconsult.nl
Hoofdredactie:
Aat Sliedrecht
Eindredactie:
Anneke Sliedrecht
COLOFONDe Nationale Onderwijskrant is een uitgave van de stichting Nationale OnderwijsWeek
NATIONALEONDERWIJSKRANT
Redactie:
Cocky de Valk
INOP, PO Raad, VO-raad, MBO-Raad
Acquisitie:
Recent BV, Amsterdam
Vormgeving en drukwerkbegeleiding:
Franssen & Van Iersel
Grafische Producties b.v.
’s-Hertogenbosch
De interactieve klasTexas Instruments is een van de grootste spelers op het gebiedvan educatieve technologie. Ze maken vanaf het begin van dejaren zeventig rekenmachines, van eenvoudige tot geavanceerdemachines die in het hoger onderwijs worden gebruikt. Hoe staathet er voor met de rekenmachinemarkt?
Wat is…?
zoek | maak | deel leermateriaal
www.wikiwijs.nl