Embed Size (px)
Citation preview
Onderzoek: methoden & techniekenSayem Ayet Kralfa, Hilko Appels, Rob Bakker
Docent: Silvia Brouwer
13Hanzehogeschool Groningen 29-11-2013
1
InhoudHoofdstuk 1: Methoden.........................................................................................................................2
De Body Mass Index (BMI) test..........................................................................................................2
Validiteit BMI..................................................................................................................................3
De huidplooimeting (Vetpercentage).................................................................................................4
Validiteit huidplooimeting..............................................................................................................4
De buikomvang...................................................................................................................................5
Validiteit buikomvang meting.........................................................................................................5
Bloeddrukmeting................................................................................................................................7
Bloeddrukmeting............................................................................................................................7
Coopertest..........................................................................................................................................9
Validiteit coopertest.......................................................................................................................9
Hoofdstuk 2: Resultaten.......................................................................................................................10
Bronnenlijst..........................................................................................................................................22
Bijlage...................................................................................................................................................24
Bijlage 1: Interviews.........................................................................................................................24
Bijlage 2: Afgenomen interviews......................................................................................................26
Bijlage 3: Vragenlijsten.....................................................................................................................30
2
Hoofdstuk 1: MethodenVoor dit onderzoek zijn dertig mensen getest in verschillende leeftijdsklassen. De leeftijden variëren van zeventien tot 55 jaar. Meer dan negentig procent is man. De testen bestaan voornamelijk uit gezondheidstesten, zoals de BMI test en de coopertest. In dit hoofdstuk worden deze testen beschreven door middel van protocollen. Ook wordt aangegeven waarom de testresultaten valide zijn. Eerst zullen de contactgegevens vermeld worden.
[email protected]@[email protected]@[email protected]@[email protected]@[email protected][email protected]@[email protected]@[email protected]@[email protected]
Naast de testen is er ook een aantal vragenlijsten afgenomen. Dit zijn de Rand36, 4DKL en de squash vragenlijst. Met deze vragenlijsten brengen we het gedrag van de cliënten in kaart. De uitslagen zijn geanalyseerd en verwerkt. Deze vragenlijsten en de resultaten zijn terug te vinden in de bijlage. De geanalyseerde resultaten zullen ook te vinden zijn in hoofdstuk twee.
De Body Mass Index (BMI) test Bij BMI wordt gemeten of iemand een gezond gewicht heeft in verhouding tot zijn lengte en leeftijd. Dit gebeurt door het gewicht te delen door de lengte in het kwadraat en dit te vermenigvuldigen met 10.000. Hier komt een getal uit en dat is je BMI. Door middel van een normering kun je dan aflezen of je een goed BMI hebt. De BMI wordt gemeten om te kijken of iemand een verhoogd risico heeft op bijvoorbeeld overgewicht of obesitas. De BMI waarde wordt dus beïnvloed door het gewicht en de lengte. Uiteraard kun je alleen je BMI veranderen door je gewicht te veranderen. In combinatie met een aantal andere testen, zoals de buikomvang en de huidplooimeting, krijg je echt een goed beeld van de gezondheid van de testpersoon.
3
Er zal stap voor stap uitgelegd worden hoe de BMI waarde wordt berekend.
Stap 1 Hang een meetlint tegen de muur zodat makkelijk de lengte gemeten kan worden.
Stap 2 Controleer of de weegschaal goed op nul staat voordat de cliënt op de weegschaal gaat staan.
Stap 3 Zorg ervoor dat de weegschaal goed schoon is, zodat de cliënt met blote voeten op de weegschaal kan staan. Let erop dat je handen niet te koud zijn.
Stap 4 Vraag in verband met het wegen of de cliënt zich wil uitkleden. Mocht de cliënt dit om wat voor reden niet willen, zorg er dan in ieder geval voor dat het schoeisel uit is.
Stap 5 Laat de cliënt op de weegschaal staan en meet het gewicht in kilogram.
Stap 6 Meet nu de lengte van de cliënt in meters door middel van het meetlint op de muur.
Stap 7Bereken het BMI door middel van de volgende formule: BMI=
Gewicht (Kg)(lengte∗lengte )(m)
Validiteit BMIDe BMI formule is zeer eenvoudig en toe te passen op (bijna) alle mensen. Maar dat zoiets simpels voor iedereen betrouwbaar is, is niet helemaal waar. Voor het grootste deel is de BMI formule wél betrouwbaar. Organisaties als WHO (World Health Association) gebruiken ook BMI om de gezondheid van mensen in kaart te brengen. Zoals aangegeven is de BMI meting niet voor iedereen betrouwbaar. Atleten hebben bijvoorbeeld een andere lichaamsbouw en meer spiermassa. Spiermassa is zwaarder dan vet waardoor de verhouding lichaamsgewicht en lengte nadelig kan lijken, terwijl atleten over het algemeen juist heel gezond zijn. Voor de “niet uitzonderlijke” mensen is de BMI meting wel een betrouwbaar middel om een indicatie te geven van de lichamelijke gezondheid. (Netwerk in beweging)
De BMI is ook een minder goede maat voor het meten van visceraal vet (vet rondom de organen in de romp en de buik), en voor ouderen. Zie hieronder een verklaring geschreven door professoren van het Leids Universitair Medisch Centrum.
“De BMI is geen goede maat voor de hoeveelheid visceraal vet. Bij individuen en populaties waarbij met name de viscerale vetstapeling een sterk verband heeft met de totale vet massa, vindt onderschatting plaats van de aan obesitas gerelateerde gezondheidsrisico’s wanneer men gebruik- maakt van de BMI. De BMI is daarom geen geschikte maat voor adequate schatting van gezondheidsrisico’s en mortaliteit gerelateerd aan viscerale obesitas. De middelomvang is hiervoor een goed alternatief. Gemiddeld dalen het lichaamsgewicht en de lichaamslengte na de leeftijd van 60 jaar. Het gewichts- verlies wordt met name veroorzaakt door het verlies aan spier- en botweefsel en de bijdrage van vetweefsel aan het gewichtsverlies is relatief klein. Op oudere leeftijd vindt in toenemende mate redistributie van lichaamsvet naar de abdominale regio plaats. De BMI als index voor vet massa is mede daardoor bij ouderen minder betrouwbaar” (P. Kok)
4
De huidplooimeting (Vetpercentage)Het vetpercentage is het aantal millimeters vet dat we meten op 4 verschillende plekken op het lichaam. Het vetpercentage wordt gemeten, omdat daarmee het risico op hart- en vaatziekten en een hoge bloeddruk gemeten kan worden. De kans op deze aandoeningen is groter bij een hoger vetpercentage. (Tanita) Dit bij elkaar opgeteld geeft na een berekening weer wat het vetpercentage is. De huidplooidikte wordt – zoals al gezegd – berekend op vier verschillende plaatsen. Dit zijn de biceps, de triceps, de subscapulaire plooi (net onder het schouderblad) en de supra-iliacale plooi (vlak boven het bovenbeen). Bij ouderen en mensen met een chronische spierziekte kan het resultaat afwijken.
Hieronder zal weer stap voor stap de test worden uitgelegd.
Stap 1 Controleer of de huidplooitang niet te koud is, zodat de cliënt hier geen problemen mee ondervindt. Let erop dat je handen niet te koud zijn.
Stap 2 Vraag aan de cliënt of hij/zij het shirt uit wil doen.
Stap 3 Geef met een stift het midden aan van de biceps en de triceps. Meet dit tussen de top van de schouder en de punt van de elleboog. Zorg ervoor dat alle metingen aan de linkerkant worden gedaan.
Stap 4 Pak de huidplooi met je vingers. Let erop dat er geen spieren gepakt worden. Vraag eventueel aan de cliënt of het pijn doet.
Stap 5 Meet de huidplooi met de huidplooitang. Doe dit twee keer en schrijf het gemiddelde op. Doe dit zowel bij de biceps als bij de triceps.
Stap 6 De subscapulaire plooi zit net onder het onderste punt van de angulus inferior (onderste punt van het schouderblad). De plooi loopt evenwijdig met de binnenrand van het schouderblad. Zet ook hier in het midden een stip met de stift.
Stap 7 Net als bij de biceps en triceps pak je de huidplooi en zorg je ervoor dat er geen spier wordt meegenomen. Meet ook hier twee keer en schrijf het gemiddelde op.
Stap 8 De supra-iliacale plooi bevindt zich aan de zijkant van de romp net boven de heup. Hij zit in het verlengde van de oksellijn. Zet ook hier in het midden een stip.
Stap 9 Meet net als bij de andere metingen hier de huidplooi (zonder spier) en meet deze twee keer. Schrijf ook hier het gemiddelde op.
Stap 10 Tel alle vier de uitkomsten bij elkaar op en kijk op de tabel wat voor vetpercentage de cliënt heeft.
5
Validiteit huidplooimetingDe huidplooimeting is één van de betrouwbaarste manieren om de vet massa te bepalen. Ondanks de betrouwbaarheid van de huidplooimeting wordt er steeds meer gebruik gemaakt van impedantiemeters. De impedantiemeter meet de vet massa door middel van een schokje door het lichaam te sturen en de weerstand te meten. Met de weerstand kun je vervolgens de vet massa berekenen. Doordat de impedantiemeter geen rekening houdt met de vochthuishouding zijn de resultaten van de huidplooimeting nauwkeuriger dan de impedantiemeter bij het meten van de vet massa.
Uit onderzoek is ook gebleken dat de 7-punts huidplooimeting bij mannen een verbetering van de schatting van het vetpercentage geeft, ten opzichte van de 4-punts huidplooimeting. Bij vrouwen is geen betrouwbaarder resultaat gevonden met de 7-punts huidplooimeting. Hier zou nog meer onderzoek naar moeten worden gedaan om conclusies te kunnen trekken. (Verantwoord Afvallen)
De buikomvangBij de buikomvang meten we de buikomvang in aantal centimeters. Als je veel buik vet hebt, is dat een belangrijke risicofactor voor aandoeningen zoals diabetes type II en hart- en vaatziekten, omdat het vet zich dan mogelijk heeft verzameld rond de organen in de buikholte. Het resultaat kan beïnvloed worden door de persoon niet op de juiste plek te meten of door het lint te strak aan te trekken. Ook is het belangrijk dat de persoon ontspannen met zijn armen naar beneden staat.
Hieronder weer stap voor stap de test.
Stap 1 Vraag of de cliënt zijn/haar shirt uit wil doen. Let erop dat je handen niet te koud zijn.
Stap 2 Zorg ervoor dat de cliënt ontspannen gaat staan met de armen omlaag. De cliënt moet gewoon rustig blijven ademen.
Stap 3 Leg de centimeterband midden tussen de onderste ribben en de bovenkant van de heup (ongeveer ter hoogte van de navel). Let erop dat de band goed aansluit, maar trek hem niet te strak aan.
Stap 4 Herhaal de meting nog een keer. Bereken het gemiddelde van de twee uitkomsten.
Validiteit buikomvang metingDe taillemeting is over het algemeen een betrouwbare test. Onderzoekers van het UMC Utrecht hebben aangetoond dat het zelf laten opmeten van de buikomvang van ogenschijnlijk gezonde mensen een betrouwbare en goed uitvoerbare test is. Dr. Corine den Engelsen van het Julius Center voor Gezondheidswetenschappen en Eerstelijns Gezondheidszorg van het UMC Utrecht heeft het volgende gezegd:
“Wij hebben laten zien dat in een ogenschijnlijk gezonde populatie toch een behoorlijk deel een verhoogd risico heeft op diabetes en hart- en vaatziekten. Deze unieke vanuit de huisartsenpraktijk opgezette en relatief simpele screening door middel van het zelf opmeten van de buikomvang blijkt goed uitvoerbaar en betrouwbaar. Hiermee kunnen we een belangrijk gezondheidsprobleem
6
opsporen en zou de in 2004 door de Gezondheidsraad geadviseerde screening op diabetes en hart- en vaatziekten in mensen met overgewicht vormgegeven kunnen worden.”
Er is een aantal uitzonderingen waarbij de uitkomsten van de test niet betrouwbaar zijn. De test zal niet betrouwbaar zijn bij:- zwangere vrouwen- vrouwen die korter dan een jaar geleden bevallen zijn- jongeren onder de 18 jaar- mensen met een vergrote lever en/of milt- mensen met vochtophoping in de buik (ascites)- mensen met bepaalde standsafwijkingen van de wervelkolom
7
BloeddrukmetingAls het hart samentrekt ontstaat er een druk op de vaten van ons lichaam. De druk die dan gemeten wordt is de bovendruk of systolische druk. Als het hart dan weer ontspant blijft er druk op de vaten staan. Die druk is de onderdruk of diastolische druk. We meten de bloeddruk omdat een hoge bloeddruk de kans op hart- en vaatziekten vergroot. Het resultaat kan beïnvloed worden doordat de patiënt tijdens de test gaat praten, doordat je niet elke keer de zelfde arm gebruikt of doordat de patiënt net voor de test intensief gesport heeft.
Stap voor stap zal de test uitgelegd worden.
Stap 1 Vraag aan de cliënt welke arm zijn voorkeur geniet. Deze arm gebruik je dan altijd. Zorg ervoor dat de bovenarm van de cliënt vrijgemaakt wordt en dat de cliënt ontspannen is.
Stap 2 Plaats de band (manchet) 2-3 cm boven de ellenboogholte van de cliënt. Zorg ervoor dat de slang aan de voorkant van de arm zit naar boven wijst.
Stap 3 Leg de arm van de cliënt op een tafel en zorg ervoor dat de hand iets hoger ligt.
Stap 4 Zet het apparaat aan door middel van de kn knop. Hierdoor blaast de band op.
Stap 5 Lees de uitslag af op het scherm. Het eerste getal is de bovendruk, de tweede de onderdruk. Op de tabel is af te lezen of de uitkomst goed of slecht is.
Bloeddrukmeting De betrouwbaarheid van een bloeddrukmeting hangt van een aantal dingen af. Ten eerste of het meetapparaat valide en betrouwbaar is. Deze informatie vind je onder andere op de site van de hartstichting. (Hartstichting) Ten tweede hangt de betrouwbaarheid af van de uitvoering van de test. Als de test niet op de juiste wijze wordt uitgevoerd kunnen de uitkomsten verkeerd zijn. (Deventer Ziekenhuis) De patiënt moet bijvoorbeeld zittend gemeten worden, mag niet praten en moet minimaal 5 minuten rustig gezeten hebben. Degene die de test uitvoert moet aan een aantal essentiële factoren denken zoals het gebruik van de juiste manchetgrootte, knellende kleding aan de bovenarm verwijderen, de test twee keer uitvoeren aan dezelfde arm, de luchtslang moet in he midden van de arm zitten en de arm moet ontspannen op harthoogte gehouden worden. Als iemand last heeft van hartritmestoornissen dan kan er geen gebruik gemaakt worden van een automatische bloeddruk meter.
8
Betrouwbare bloeddrukmeters:
9
CoopertestBij de conditietest is gekozen voor de coopertest. Bij deze test rent de cliënt twaalf minuten achter elkaar zo ver mogelijk. De afstand die wordt gemeten geeft aan hoe het uithoudingsvermogen van de cliënt is.
Stap voor stap zal de test uitgelegd worden.
Stap 1 Meet een afstand van precies 200 meter door middel van een meetlint. Meet de afstand in een rondje, zodat de cliënt weinig hoeken heeft.
Stap 2 Zorg ervoor dat er iemand is die de rondjes van de cliënt turft, zodat er aan het eind makkelijk terug te zien valt hoe veel rondjes de cliënt gelopen heeft.
Stap 3 Houd de tijd bij via een stopwatch en motiveer de cliënt.
Stap 4 Zorg ervoor dat de cliënt meteen stopt na de twaalf minuten. Meet de afstand tot dat moment en reken de totale afstand uit.
Validiteit coopertestIn onderzoeken zijn drie testen met elkaar vergeleken, namelijk de Coopertest, de shuttle-run test en de treadmill test. Omdat de treadmill test met verschillende apparatuur het uithoudingsvermogen test is dit het meest betrouwbare en valide meetinstrument. Een nadeel van dit instrument is dat de kosten hiervan erg hoog zijn en het apparaat veel ruimte in beslag neemt. Het is dus geen ideale situatie om bij iedereen een indruk te krijgen over de uithoudingsvermogen. Vandaar dat er studies zijn uitgevoerd naar de relatie tussen andere testen en het uithoudingsvermogen. De Coopertest en ook de shuttle–run test komen beide valide uit het onderzoek. De testen zijn niet zozeer voor het berekenen van, maar meer om een indruk te geven van het uithoudingsvermogen. (Grant & Corbett 1995, Leger & Gadoury 1989, McNaughton & Hall 1998) Als je dus het uithoudingsvermogen – daadwerkelijk gemeten in een laboratorium, uitgedrukt in maximale zuurstofopname – in verband brengt met de maximale gelopen afstand in 12 minuten, dan is de schattingsmarge vrij ruim en minder valide. (E. Hulzebos)
10
Hoofdstuk 2: Resultaten
Testresultaten en gemiddelden
N Minimum Maximum Mean Std. Deviation
Wat is je leeftijd 30 17 55 25,77 11,107
Wat is je geslacht 30 1 2 1,10 ,305
Hoe groot ben je in cm? 30 168 196 182,83 6,063
Wat is je gewicht in Kg? 30 62 98 80,73 9,724
Wat is je BMI 30 19,52 32,24 24,2129 3,29420
Wat is je onderdruk? 30 57 93 79,10 8,632
Wat is je bovendruk 30 102 154 126,83 11,835
Wat is je vetpercentage 30 11 40 19,37 8,092
Wat is de som van alle
huidplooien
30 26 131 49,70 26,004
Wat is je buikomvang in cm? 30 74 113 86,87 10,572
Afstand in 12 min 30 1500 3125 2582,50 460,470
Valid N (listwise) 30
Hierboven in de tabel “testresultaten en gemiddelden” is af te lezen wat het aantal deelnemers was (N), de minimum waarde binnen de vraag (Minimum), de maximum waarde binnen de vraag (Maximum), het gemiddelde van alle antwoorden (Mean) en de standaarddeviatie (Std. Deviation). Bij het geslacht is 1 een man en 2 een vrouw. Alle resultaten zijn anoniem ingevoerd.
11
Hieronder staan de resultaten van de Rand36 vragenlijst schematisch weergegeven in tabellen. In elke tabel staat in de eerste kolom beschreven wat de mogelijke antwoorden zijn, in de tweede kolom hoe vaak het voor komt, in de derde kolom wat het percentage is ten opzichte van het totaal, in kolom vier het valide percentage en in de vijfde kolom de som van de percentages. De vragenlijst zelf is terug te vinden in bijlage 2. Om overzicht te behouden is elke tabel voorzien van de vraag, waarop de percentages en resultaten zijn gebaseerd.
In elke tabel staan alleen de waarden genoemd die ingevuld zijn door de deelnemers van het onderzoek. De waarden die niet zijn ingevuld zijn dus weggelaten uit deze tabellen. Voor een volledig overzicht wordt verwezen naar het SPSS bestand. (bijlage)
Wat vindt u, over het algemeen genomen, van uw gezondheid?
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Uitstekend 5 16,7 16,7 16,7
Zeer goed 14 46,7 46,7 63,3
Goed 7 23,3 23,3 86,7
Matig 4 13,3 13,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
In vergelijking met een jaar geleden, hoe zou u nu uw gezondheid in het algemeen beoordelen
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Iets beter dan een jaar
geleden
9 30,0 30,0 30,0
Ongeveer hetzelfde als een
jaar geleden
18 60,0 60,0 90,0
Iets slechter dan een jaar
geleden
3 10,0 10,0 100,0
Total 30 100,0 100,0
Forse inspanning zoals hardlopen, zware voorwerpen tillen, inspannend sporten.
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Ja, ernstig beperkt 2 6,7 6,7 6,7
Ja, een beetje beperkt 3 10,0 10,0 16,7
Nee, helemaal niet beperkt 22 73,3 73,3 90,0
4 3 10,0 10,0 100,0
Total 30 100,0 100,0
12
Matige inspanning zoals het verplaatsen van een tafel, stofzuigen, fietsen.
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Ja, een beetje beperkt 2 6,7 6,7 6,7
Nee, helemaal niet beperkt 28 93,3 93,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
Tillen of boodschappen dragen
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Ja, ernstig beperkt 2 6,7 6,7 6,7
Ja, een beetje beperkt 1 3,3 3,3 10,0
Nee, helemaal niet beperkt 27 90,0 90,0 100,0
Total 30 100,0 100,0
Een paar trappen oplopen
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Ja, ernstig beperkt 2 6,7 6,7 6,7
Nee, helemaal niet beperkt 28 93,3 93,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
Eén trap oplopen
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Ja, ernstig beperkt 2 6,7 6,7 6,7
Nee, helemaal niet beperkt 28 93,3 93,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
13
Buigen, knielen of bukken
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Ja, ernstig beperkt 2 6,7 6,7 6,7
Ja, een beetje beperkt 1 3,3 3,3 10,0
Nee, helemaal niet beperkt 27 90,0 90,0 100,0
Total 30 100,0 100,0
Meer dan een kilometer lopen
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Ja, ernstig beperkt 2 6,7 6,7 6,7
Ja, een beetje beperkt 1 3,3 3,3 10,0
Nee, helemaal niet beperkt 27 90,0 90,0 100,0
Total 30 100,0 100,0
Een halve kilometer lopen
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Ja, ernstig beperkt 2 6,7 6,7 6,7
Nee, helemaal niet beperkt 28 93,3 93,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
Honderd meter lopen
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Ja, ernstig beperkt 1 3,3 3,3 3,3
Ja, een beetje beperkt 1 3,3 3,3 6,7
Nee, helemaal niet beperkt 28 93,3 93,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
14
Uzelf wassen of aankleden
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Ja, een beetje beperkt 1 3,3 3,3 3,3
Nee, helemaal niet beperkt 29 96,7 96,7 100,0
Total 30 100,0 100,0
U heeft minder tijd kunnen besteden aan werk of andere bezigheden
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Voortdurend 2 6,7 6,7 6,7
Vaak 12 40,0 40,0 46,7
Soms 15 50,0 50,0 96,7
Zelden 1 3,3 3,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
U heeft minder bereikt dan u zou willen
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Vaak 5 16,7 16,7 16,7
Soms 12 40,0 40,0 56,7
Zelden 13 43,3 43,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
U was beperkt in het soort werk of het soort bezigheden
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Vaak 5 16,7 16,7 16,7
Soms 9 30,0 30,0 46,7
Zelden 16 53,3 53,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
15
U had moeite met het werk of andere bezigheden (het kostte u bijvoorbeeld
extra inspanning)
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Vaak 4 13,3 13,3 13,3
Soms 9 30,0 30,0 43,3
Zelden 17 56,7 56,7 100,0
Total 30 100,0 100,0
U heeft minder tijd kunnen besteden aan werk of andere bezigheden
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Voortdurend 3 10,0 10,0 10,0
Vaak 9 30,0 30,0 40,0
Soms 12 40,0 40,0 80,0
Zelden 5 16,7 16,7 96,7
Nooit 1 3,3 3,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
U heeft minder bereikt dan u zou willen
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Vaak 7 23,3 23,3 23,3
Soms 10 33,3 33,3 56,7
Zelden 13 43,3 43,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
U heeft het werk of andere bezigheden niet zo zorgvuldig gedaan als u
gewend bent
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid Vaak 4 13,3 13,3 13,3
Soms 20 66,7 66,7 80,0
Zelden 6 20,0 20,0 100,0
16
Total 30 100,0 100,0
In hoeverre heeft uw lichamelijke gezondheid of hebben uw emotionele problemen
u de afgelopen 4 weken belemmerd in uw normale sociale bezigheden met gezin,
vrienden, buren of anderen?
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Helemaal niet 15 50,0 50,0 50,0
Enigszins 11 36,7 36,7 86,7
Nogal 4 13,3 13,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
Hoeveel pijn had u de afgelopen 4 weken?
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Geen 27 90,0 90,0 90,0
Heel licht 1 3,3 3,3 93,3
Nogal 1 3,3 3,3 96,7
Ernstig 1 3,3 3,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
In welke mate heeft pijn u de afgelopen 4 weken belemmerd bij uw normale
werkzaamheden (zowel werk buitenshuis als huishoudelijk werk)?
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Helemaal niet 28 93,3 93,3 93,3
Heel erg veel 2 6,7 6,7 100,0
Total 30 100,0 100,0
Voelde u zich levenslustig?
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid Voortdurend 30 100,0 100,0 100,0
17
Voelde u zich erg zenuwachtig?
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid Nooit 30 100,0 100,0 100,0
Zat u zo erg in de put dat niets u kon opvrolijken?
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Zelden 1 3,3 3,3 3,3
Nooit 29 96,7 96,7 100,0
Total 30 100,0 100,0
Voelde u zich kalm en rustig?
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Voortdurend 3 10,0 10,0 10,0
Vaak 17 56,7 56,7 66,7
Soms 10 33,3 33,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
Voelde u zich erg energiek?
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Voortdurend 22 73,3 73,3 73,3
Vaak 7 23,3 23,3 96,7
Soms 1 3,3 3,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
Voelde u zich neerslachtig en somber?
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid Soms 1 3,3 3,3 3,3
18
Nooit 29 96,7 96,7 100,0
Total 30 100,0 100,0
Voelde u zich uitgeblust?
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid Nooit 30 100,0 100,0 100,0
Voelde u zich gelukkig?
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid Voortdurend 30 100,0 100,0 100,0
Voelde u zich moe?
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Vaak 13 43,3 43,3 43,3
Soms 13 43,3 43,3 86,7
Zelden 4 13,3 13,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
Hoe vaak hebben uw lichamelijke gezondheid of emotionele problemen
gedurende de afgelopen 4 weken uw sociale activiteiten (zoals bezoek aan
vrienden of naaste familieleden) belemmerd?
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Soms 1 3,3 3,3 3,3
Zelden 4 13,3 13,3 16,7
Nooit 25 83,3 83,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
Ik lijk gemakkelijker ziek te worden dan andere mensen
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid Grotendeels juist 3 10,0 10,0 10,0
Weet ik niet 21 70,0 70,0 80,0
19
Grotendeels onjuist 6 20,0 20,0 100,0
Total 30 100,0 100,0
Ik ben net zo gezond als andere mensen
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Weet ik niet 26 86,7 86,7 86,7
Grotendeels onjuist 3 10,0 10,0 96,7
Volkomen onjuist 1 3,3 3,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
Ik verwacht dat mijn gezondheid achteruit zal gaan
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid Volkomen onjuist 30 100,0 100,0 100,0
Mijn gezondheid is uitstekend
Frequency Percent Valid Percent Cumulative
Percent
Valid
Grotendeels juist 19 63,3 63,3 63,3
Weet ik niet 4 13,3 13,3 76,7
Grotendeels onjuist 7 23,3 23,3 100,0
Total 30 100,0 100,0
20
De gegevens zijn gepresenteerd als gemiddelden + standaarddeviatie
Descriptive Statistics 4DKL
N Minimum Maximum Mean Std. Deviation
distress 30 0 3 ,33 ,758
depressie 30 0 0 ,00 ,000
angst 30 0 2 ,13 ,507
somatisatie 30 0 5 ,30 ,952
Valid N (listwise) 30
matig verhoogd: > 10 > 2 > 7 > 10sterk verhoogd: > 20 > 5 > 12 > 20
Alle deelnemers van dit onderzoek hebben een 4DKL- vragenlijst ingevoerd. De vragenlijst is opgedeeld in vier categorieën. Deze staan ook hierboven in de tabel genoemd. Het gaat om Distress, Depressie, Angst en Somatisatie. In de tabel is te zien wat de minimum, de maximum en de gemiddelde score zijn van alle deelnemers. In de laatste kolom staat de standaarddeviatie vermeld op basis van de hiervoor genoemde resultaten. Het volledige overzicht van alle resultaten zijn te vinden in de bijlage. Onder de tabel staat vermeld in welke mate er sprak is van een matig verhoogd of sterk verhoogde waarde op de desbetreffende factor.
Uitleg: Elke vraag vult men in door een score te geven van nul tot en met vier (ook te zien in de SPSS bijlage). Dit bij elkaar opgeteld zorgt voor een bepalende score op de hierboven genoemde categorieën.
Squash vragenlijstOm het beweeggedrag van iedereen in kaart te brengen is de squash vragenlijst gebruikt die voor dit onderzoek iets is aangepast. In deze vragenlijst wordt onderscheid gemaakt tussen licht intensief, matig intensief en zwaar intensief bewegen zoals hieronder ook te zien valt. In de eerste tabel valt te lezen wat de minimum en de maximum waarde zijn op het desbetreffende bewegingsniveau. Daarachter staan de op de resultaten gebaseerde gemiddelden en de standaarddeviatie van het gemiddelde.
In de tweede tabel is weergegeven wat de gemiddelden per persoon per week zijn om meer toelichting te geven op de hieronder genoemde gemiddelden. De waarden waar het in de twee onderstaande tabellen om draait zijn het aantal minuten per week die een persoon aan matig intensief of zwaar intensief bewegingsniveau besteedt.
Gemiddelden van matig intensief en zwaar intensief bewegen
N Minimum Maximum Mean Std. Deviation
totaal matig intensieve
beweging
30 ,00 825,00 180,0000 165,16449
21
totaal zwaar intensieve
beweging
30 ,00 1740,00 955,0000 351,64392
Valid N (listwise) 30
Cliënt Gem. matig
intensief
bewegen
Gem. zeer
intensief
bewegen1 180 10802 0 3303 210 14404 240 10005 150 06 0 8107 180 9008 0 2409 125 1740
10 150 102011 200 94012 125 110013 825 121014 150 102015 175 120016 665 72017 125 84018 125 66019 200 102020 125 102021 150 93022 125 66023 175 126024 200 111025 150 108026 150 118027 100 120028 125 90029 150 69030 125 1350
22
BronnenlijstVerantwoord afvallen, “Huidplooimeting, beste manier voor berekenen vetmassa” Geraadpleegd op 23-11-2013. Op http://www.verantwoord-afvallen.nl/afvallen/huidplooimeting-beste-manier-voor-bepalen-vetmassa
Hogeschool Amsterdam (1), “Validiteit huidplooimeting.” Geraadpleegd op 23-11-2013. Op http://kennisbank.hva.nl/document/219727
Hogeschool Amsterdam (2), “Het meten van lichaamssamenstelling bij sporters.” Geraadpleegd op 23-11-2013. Op http://www.scimwebsite.nl/Downloads/Docs/PresentatievanBavelenWeijspw.pdf
Netwerk in beweging, “BMI representatief als indicatie voor medicatie.” Geraadpleegd op 23-11-2013. Op http://www.netwerkinbeweging.nl/community/blog/890-bmi-representatief-als-indicatie-voor-gezondheid
P.Kok, De waarde en de beperkingen van de ‘body mass index’ (BMI) voor het bepalen van het gezondheidsrisico van overgewicht en obesitas Geraadpleegd op 23-11-2013. Op https://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=&esrc=s&source=web&cd=2&ved=0CDkQFjAB&url=http%3A%2F%2Fwww.ntvg.nl%2Fpublicatie%2Fde-waarde-en-de-beperkingen-van-de-39body-mass-index39-bmi-voor-het-bepalen-van-het-gezon%2Fpdf&ei=W9yUUqj8DuXOygOSn4DIAQ&usg=AFQjCNG3ln4MogWs-bPF8sBg3RXQXJPdvQ
Journal of Multicultural, Gender and Minority Studies, “Examining the Validity of the Body Mass Index Cut-Off Score for Obesity of Different Ethnicities” Geraadpleegd op 23-11-2013. Op http://www.scientificjournals.org/journals2008/articles/1390.pdf
Pathofysiologie, “Obesitas” Geraadpleegd op 23-11-2013. Op http://www.pathofysiologie.nl/aandoeningen/obesitas/
UMC Utrecht, “Screening metabool syndroom via buikomvang.” Geraadpleegd op 23-11-2013. Op http://www.umcutrecht.nl/zorg/nieuws/2013/03/metabool-syndroom-zelf-vaststellen.htm
Visio, “Protocol Antropometrie.” Geraadpleegd op 23-11-2013. Op www.visio.org/visiomedia/media/.../Protocol-Antropometrie.docx
Hartstichting, “Hoge Bloeddruk” Geraadpleegd op 23-11-2013. Op http://www.hartstichting.nl/risicofactoren/hoge_bloeddruk/bloeddrukmeting_thuis/
Deventer ziekenhuis, “Betrouwbaar bloeddruk meten.” Geraadpleegd op 23-11-2013. Op http://www.dz.nl/interne/paginas/show-1952.html
Microlife, “Medisch belang van ocillometrisch bloeddruk meten.” Geraadpleegd op 23-11-2013. Op http://www.microlife.nl/gezondheidsinformatie/hypertension/medische-artikelen/oscillometric/
Hogeschool Rotterdam, “Trainen en meten van belastbaarheid.” Geraadpleegd op 23-11-2013. Op http://natschool.hro.nl/CMS/__OAI/HR%20Kennisbank/Scripties/Instituut_IVG/Fysiotherapie/2006/IP,JerryvanBergen,0553886,CharlotteBreevaart,0555399_fysiotherapie/IP,JerryvanBergen,0553886,CharlotteBreevaart,0555399_fysiotherapie.pdf
23
TNO, “Fitheidstesten voor de jeugd.” Geraadpleegd op 23-11-2013. Op https://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=&esrc=s&source=web&cd=2&cad=rja&ved=0CDcQFjAB&url=http%3A%2F%2Fwww.fontysmediatheek.nl%2Fw%2Fimages%2F2%2F2e%2FRapport_fitheidstesten_2007.006_DEF-1-.pdf&ei=at-UUtawLtP3yAPBooHQAw&usg=AFQjCNE8kqZqlziosNqrGzZW8KMQj-o89w
E. Hulzebos, Training van het cardiorespiratoir uithoudingsvermogen.” Geraadpleegd op 23-11-2013. Op http://books.google.nl/books?id=y9rLgpGoxq4C&lpg=PA71&ots=wwk22Cg8qL&dq=validiteit%20coopertest&hl=nl&pg=PA71#v=onepage&q=validiteit%20coopertest&f=false
Tanita, “Why measure body fat.” Geraadpleegd op 23-11-2013. Op http://www.tanita.com/en/living-healthy/
24
Bijlage
Bijlage 1: InterviewsMethodesectie verslag:
Bij het interview is gekozen voor een semi gestructureerd interview. Van te voren is een aantal vragen opgesteld, maar tijdens het interview is er altijd ruimte voor extra verdiepende vragen. De centrale vraag van het interview is: 'welke aspecten omvatten kwaliteit van leven voor de respondent?' Er is voor gekozen om eerst de geïnterviewde te laten vertellen hoe hij/zij denkt over de kwaliteit van leven. Daarna is door middel van onderwerpen gekeken wat nou echt de kwaliteit van leven bepaalt voor de geïnterviewde. In totaal zijn er drie mensen geïnterviewd. In de bijlage zijn de drie interviews terug te zien en wordt ook een aantal conclusies getrokken. Voor een echt betrouwbaar antwoord op de centrale vraag zijn meer interviews nodig, maar er is geprobeerd uit deze interviews ook al wat algemene gegevens te halen. De ingevulde interviews zijn te vinden in bijlage 2. Resultaten:
We hebben alle geïnterviewde gevraagd wat volgens hun de kwaliteit van leven bepaalt. Hieruit is gebleken dat voor allemaal de eigen gezondheid heel belangrijk is. Daarnaast is gelukkig zijn ook een belangrijke factor. In tabel 1 is te zien welke factoren de kwaliteit van leven bepaald volgens de geïnterviewde.
Tabel 1: Factoren kwaliteit van leven
gezondheid
welvare
nd
gelukk
ig zijn
sociale
contacten
leuke
baan heb
ben
prettige
woonsituati
e0
0.5
1
1.5
2
2.5
3
Factoren kwaliteit van leven
factoren kwaliteit van leven
Het effect van stress heeft een verschillende werking op de kwaliteit van leven. Voor twee van de drie geïnterviewden hoort stress, zeker op het werk, er bij, maar beïnvloedt dat niet zo de kwaliteit van leven. Voor de derde kan het zeker invloed hebben. Dit laat zich dan vooral merken in fysieke klachten en geïrriteerder reageren.
25
Eén van de belangrijkste factoren voor de kwaliteit van leven is de gezondheid. Hierbij valt de denken aan conditie, gezond eten, maar ook het uiterlijk. Voor alle geïnterviewden is het van groot belang dat er gezond gegeten wordt en dat er gelet wordt op het gewicht. Daarnaast is uiterlijk eigenlijk geen grote factor voor een positieve verandering in de kwaliteit van leven. Allemaal willen ze er wel verzorgd uit zien, maar besteden ze hier niet heel veel tijd aan. Ondanks dat sport en cultuur niet werd genoemd bij de eerste vraag, blijkt dit toch van grote invloed te zijn op de kwaliteit van leven. Voor twee van de drie ondervraagden is het de uitlaatklep om stress tegen te gaan. "Ja, zeker weten. Voetbal is voor mij een uitlaatklep. Ik heb veel vrienden op voetbal en ik kijk ook de hele week uit naar voetbal. Tijdens het voetballen kan ik mij ontspannen en mijn hoofd even leegmaken."(Interview Gerrie) Ook het ervaren van cultuur zorgt voor een mate van rust bij één van de ondervraagden. Er is ook gevraagd naar het belang van de economische status voor de kwaliteit van leven. Ze geven allemaal aan dat ze gelukkig zijn met de huidige situatie. Daarbij komt dat ze waarschijnlijk ook wel gelukkig kunnen zijn met een lagere economische status. "Als ik een lagere economische status had gehad was ik hoogstwaarschijnlijk ook gelukkig geweest."(Interview Gerrie) Voor Charlotte is economische status helemaal niet van belang: "Het woord status is voor mij niet verbonden aan economische omstandigheden." Hieruit blijkt dus dat hun huidige economische status niet direct invloed heeft op de kwaliteit van leven. Alle ondervraagden zijn het over eens dat sociale relaties een grote rol spelen in de mate van kwaliteit van leven. "Ik sta zeker beter in het leven met de sociale contacten om mij heen."(Interview Barbara) De meest genoemde relatie is de familie en dan met name het eigen gezin. In tabel 2 valt te zien welke sociale contacten belangrijk gevonden worden. Als laatste is gevraagd om een cijfer te geven over de kwaliteit van leven op dit moment. De gemiddelde kwaliteit van leven komt uit op een acht. Alles drie ondervraagden zijn zeer tevreden met de huidige situatie. Charlotte geeft aan dat de laatste paar maanden wel rond de vijf heeft gezeten, "maar door mijn zoeken naar manieren om de stress minder de overhand te laten krijgen is mijn kwaliteit van leven weer gestegen."(Interview Charlotte) De centrale vraag van het interview was: Welke aspecten omvatten kwaliteit van leven voor de respondent?Uit de interviews is gebleken dat met name gezondheid en sociale relaties de belangrijkste factoren zijn voor de kwaliteit van leven. Daarnaast wordt sport en ontspanning ook meerdere malen genoemd om de kwaliteit van leven te verhogen. Tevens is elke respondent gelukkig met zijn/haar economische status. De kwaliteit van leven wordt op dit moment hoog ingeschat door de ondervraagden.
26
Bijlage 2: Afgenomen interviewsInterview met Barbara Kaper (48 jaar)
Welke aspecten omvatten kwaliteit van leven voor de respondent?
Vraag 1: Wat bepaalt bij u de kwaliteit van leven?Mijn gezondheid en dat van mijn familie. Gelukkig zijn. Een leuke baan hebben. Wat bepaalt dan dat u gelukkig bent? Dat is een gevoel als je tevreden bent met wat je hebt. Ik heb een gezond gezin en een leuke baan dus dat maakt mij gelukkig.
Vraag 2: Welke invloed heeft stress op u in het dagelijks leven. Hoe komt het dat u wel/geen stress ervaart tijdens dagelijkse bezigheden?Ik ben zelf niet erg gestrest. Af en toe heb ik wel wat gezonde stress als ik bijvoorbeeld in tijdnood ben voor het werk, maar ik denk dat iedereen dat wel eens heeft.
Vraag 3: Hoe belangrijk vindt u het dat u gezond leeft? Hierbij bedoel ik gewicht, maar ook conditie en gezond eten.Ik vind dat wel belangrijk. Ik ben zelf ook bezig met mijn gewicht op peil te houden en ik voel mij er ook beter door. Ik eet bijna altijd gezond, dat vind ik ook wel belangrijk. Mijn conditie is niet heel goed maar dat zal wel aan mijn leeftijd liggen. Waarom is uw conditie dan niet zo goed? Ik sport al een paar jaar niet meer, maar daar heb ik ook geen tijd en behoefte meer voor.
Vraag 4: In welke mate spendeert u tijd aan uw uiterlijk?Ik vind het wel belangrijk om er goed en verzorgd uit te zien. Gaat dat dan over uw lichaam of de verzorging daarvan? Beide, ik wil niet dik worden en ik ben ook wel bezig met er verzorgd uit te zien doormiddel van kleding etc.
Vraag 5: Is sport of cultuur (kunst, muziek etc.) voor u een manier om u te uiten en daarmee de stress te verlagen? Nee, ik sport al een tijdje niet meer. Verder luister is wel naar muziek op de radio op het werk of in de auto, maar dat is niet om stress tegen te gaan.
Vraag 6: Hoe belangrijk vindt u uw economische status? Zou u net zo gelukkig kunnen zijn als u een lagere economische status zou hebben?Ik vind mijn economische status niet onbelangrijk. Ik heb een gezin met kinderen en die moeten ook onderhouden worden natuurlijk. Daarnaast gaan we eens per jaar op vakantie wat ik ook liever niet zou willen missen. Ik denk dat ik wel gelukkiger ben met wat ik heb en niet met minder.
Vraag 7: Hoe groot is het verschil tussen werk en ontspanning voor u. Hoort uw werk in enige zin ook nog bij ontspanning?Ik heb natuurlijk niet altijd zin in het werk en ik zou het ook niet omschrijven als ontspanning. Ik heb daarentegen wel leuke collega’s waar ik met plezier mee werk, dus ik heb het ook vaak erg leuk op het werk. Het kan dus beide kanten op gaan.
27
Vraag 8: Zijn sociale relaties voor u een belangrijke reden om beter in het leven te staan? Denk hierbij aan intieme relaties, maar ook aan vriendschappen en familie.Ja, zeker. Ik ben gelukkig met familie en mijn vrienden. Wij zijn vaak met vrienden weg en zelfs op vakantie. Ik sta zeker beter in het leven met de sociale contacten om mij heen. Waarom sta je dan beter in het leven? Mijn vrienden en familie staan altijd voor ons kaar en zorgen altijd voor leuke herinneringen zoals leuke uitjes en zo.
Vraag 9: Voelt u zich wel eens ongelukkig? Hoe komt dit dan en wat probeert u dan te veranderen?Ik voel mij nooit ongelukkig, het zit wel eens tegen maar dat zijn dan altijd kleine dingen die iedereen wel kunnen overkomen. Wat voor ‘dingen’ heeft u het dan over? Nou als het bijvoorbeeld even tegenzit op het werk, of als ruzietjes hebt thuis en dat soort dingen.
Vraag 10: Hoe beoordeelt u uw kwaliteit van leven op een schaal van 1 tot 10 op dit moment? Hoe zou u dit willen veranderen?Ik zou zeggen, een 9. Er zijn altijd wel dingen die beter kunnen, ik zou bijvoorbeeld een betere conditie hebben als ik zou sporten. Maar dat zijn kleine dingetjes die niet zo nodig hoeven te veranderen. Ik zou in de toekomst wel wat tijd willen maken om te gaan sporten maar dat zie ik nog wel.
Interview met Gerrie Erenstein (49 jaar)
Welke aspecten omvatten kwaliteit van leven voor de respondent?
Vraag 1: Wat bepaalt bij u de kwaliteit van leven?Ik vind dat ik gezond moet zijn, welvarend zijn en gelukkig moet zijn. Dat is voor mij kort gezegd de kwaliteit voor leven.
Vraag 2: Welke invloed heeft stress op u in het dagelijks leven. Hoe komt het dat u wel/geen stress ervaart tijdens dagelijkse bezigheden?Ik ervaar wel eens stress maar niet in zo grote mate dat dit mijn dagelijkse leven beïnvloed. Ik ervaar voornamelijk stress op het werk. Omdat ik een eigen onderneming bezit loopt het niet altijd zoals het moet. Maar buiten het werk heb ik geen stress meer.
Vraag 3: Hoe belangrijk vindt u het dat u gezond leeft? Hierbij bedoel ik gewicht, maar ook conditie en gezond eten.Dat vind ik wel belangrijk. Ik ben de laatste tijd ook met mijn gewicht bezig door wat gezonder te eten. Ik sport veel en mijn conditie is nog prima voor mijn leeftijd. Ik ben ook niet van plan om binnen een korte tijd te stoppen met sporten.
Vraag 4: In welke mate spendeert u tijd aan uw uiterlijk?Ik besteed nooit zoveel werk aan mijn uiterlijk. Ik koop eens in de zoveel tijd wat nieuwe kleren en een paar schoenen en dan vind ik het wel goed. Besteed u ook tijd aan uw lichamelijke uiterlijk/verzorging? Ja, ik zorg er wel voor dat ik er verzorgd uit zie!
Vraag 5: Is sport of cultuur voor u een manier om u te uiten en daarmee de stress te verlagen? Ja, zeker weten. Voetbal is voor mij wel een uitlaatklep. Ik heb veel vrienden op voetbal en ik kijk ook de hele week uit naar voetbal. Helpt voetballen dan tegen de stress van uw werk? Ja, tijdens het voetballen kan ik mij ontspannen en mijn hoofd even leeg maken.
28
Vraag 6: Hoe belangrijk vindt u uw economische status? Zou u net zo gelukkig kunnen zijn als u een lagere economische status zou hebben?Ik vind het best belangrijk. Ik heb hard gewerkt voor mijn status en ik ben er ook gelukkig mee. Ik denk dat ik met minder inkomen niet zou kunnen doen wat mij nu gelukkig maakt. Maar als ik een lagere economische status had gehad was ik hoogstwaarschijnlijk ook gelukkig geweest.
Vraag 7: Hoe groot is het verschil tussen werk en ontspanning voor u. Hoort uw werk in enige zin ook nog bij ontspanning?Dat verschil is aardig groot. Ontspanning krijg ik zeker niet tijdens het werk. Ik het wel eens leuke momenten op het werk maar dit zie ik niet als ontspanning. Hoe zou je wel ontspanning ondervinden op het werk? Als ik niet de baas zou zijn haha. Als ik niet zo’n grote verantwoordelijkheid zou hebben zou het veel makkelijker zijn om je te ontspannen denk ik.
Vraag 8: Zijn sociale relaties voor u een belangrijke reden om beter in het leven te staan? Denk hierbij aan intieme relaties, maar ook aan vriendschappen en familie.Dat vind ik wel belangrijk. Ik heb een gezin waar ik gelukkig mee ben en veel goede vrienden. Veel van mij vrienden ontmoet ik ook bij de voetbalvereniging.
Vraag 9: Voelt u zich wel eens ongelukkig? Hoe komt dit dan en wat probeert u dan te veranderen?Ik voel mij niet vaak ongelukkig. Enkel een keer als er wat gebeurt in de familie zoals een overlijden of iets dergelijks. Verder leef ik in zekere zin wel gelukkig!
Vraag 10: Hoe beoordeelt u uw kwaliteit van leven op een schaal van 1 tot 10? Hoe zou u dit willen veranderen?Ik ben zeer tevreden met mijn kwaliteit van leven. Ik zou het een acht geven. Er zijn altijd dingen die beter kunnen. Ik zou bijvoorbeeld nog wel wat pondjes eraf kunnen sporten maar verder geen belangrijke zaken die moeten veranderen.
Interview met Charlotte Appels (55 jaar)
Vraag 1: Wat bepaalt bij u de kwaliteit van leven?Gezondheid, sociale contacten zoals familie en vrienden, plezier in het leven, zoals bevredigend werk wat me uitdaagt, genoeg economische reserves en een prettige woonsituatie.
Vraag 2: Welke invloed heeft stress op u in het dagelijks leven. Hoe komt het dat u wel/geen stress ervaart tijdens dagelijkse bezigheden?Nou, ik ben wel een beetje stressgevoelig dus het kan weldegelijk invloed hebben, bijvoorbeeld korter af zijn in mijn contacten, maar ook hoofdpijn. Ik heb niet veel last van stress, maar als ik stress heb dan is het vaak omdat ik redelijk perfectionistisch ben en dan mijn eisen te hoog stel of omdat ik vind dat me onrecht aangedaan wordt. Door privé omstandigheden in de familie ben ik op dit moment vatbaarder voor stress. In hoeverre beïnvloedt dit de kwaliteit van leven voor u? Dit heeft een negatieve invloed op mijn welbevinden.
Vraag 3: Hoe belangrijk vindt u dat u gezond leeft? Hierbij bedoel ik gewicht, maar ook conditie en gezond eten.Ik vind het wel behoorlijk belangrijk, daarom sport ik regelmatig en zorg voor genoeg gezonde voeding zoals fruit en groente, maar bij stress ga ik eten en daarom ben ik te zwaar. Merkt u dat u door het sporten en gezond eten anders in het leven staat dan voordat u dit deed? Ja, vooral omdat
29
het sporten ervoor zorgt dat ik de stress minder heftig voel. Als ik begin denk ik ‘ojee’, maar als ik klaar ben dan geeft me dat een voldaan gevoel. Ik heb dan eigenlijk weer meer energie, met name in mijn hoofd.
Vraag 4: In welke mate spendeert u tijd aan uw uiterlijk?Nauwelijks, het is geen belangrijk issue voor mij. Tuurlijk wil ik er netjes uit zien en een beetje up-to-date, maar het is voor mij niet belangrijk in het kader van kwaliteit van leven. Tuurlijk is een compliment ten aanzien van mijn uiterlijk mooi meegenomen, maar het is voor mij niet wezenlijk.
Vraag 5: Is sport of cultuur voor u een manier om u te uiten en daarmee de stress te verlagen? Ja, absoluut beide. Voor sport gaf ik dit al eerder aan. Wat cultuur betreft, dat is voor mij heel belangrijk, zowel de voorpret als het ervaren van cultuur geeft mij ontspanning en is stress verlagend. Dit is voor mij zeer belangrijk in het kader van kwaliteit van leven.
Vraag 6: Hoe belangrijk vindt u uw economische status? Zou u net zo gelukkig kunnen zijn als u een lagere economische status zou hebben?Het begrip economische status vind ik een vervelend begrip. Ik denk dat ik het moeilijk zou vinden om met zo weinig geld rond te moeten komen, dat ik bijvoorbeeld niet meer kan sporten of van cultuur kan genieten. Het wordt status is voor mij niet verbonden aan economische omstandigheden.
Vraag 7: Hoe groot is het verschil tussen werk en ontspanning voor u. Hoort uw werk in enige zin ook nog bij ontspanning?Zoals ik al zei in het begin moet werk voor mij een balans zijn van uitdaging en bevrediging. Als ik het alleen maar ervaar als werk dan denk ik dat ik een andere baan moet zoeken. Het is dus wel belangrijk me dat werk ook deels als ontspanning gezien kan worden. Dan komt voor mij de sociale contacten weer terug. Ik merk dat ik ook ontspanning vind in mijn werkcontacten en dat is wel essentieel voor mijn werkplezier en dus ook voor mijn ontspanning.
Vraag 8: Zijn sociale relaties voor u een belangrijke reden om beter in het leven te staan? Denk hierbij aan intieme relaties, maar ook aan vriendschappen en familie.Ja, deze zijn heel belangrijk voor me, maar dan vooral goede vriendschappen en familie. Ik heb al aangegeven dat ik hiernaast juist ook op mijn werk prettige sociale contacten nodig heb voor mijn welbevinden.
Vraag 9: Voelt u zich wel eens ongelukkig? Hoe komt dit dan en wat probeert u dan te veranderen?Ja, dit komt vooral door de huidige privé omstandigheden. Dit probeer ik te verminderen door middel van ontspanning in de sauna, maar ook door het regelen van zorgverlof op mijn werk. Ik probeer eigenlijk mijn energie goed te verdelen. Dat ik regelmatig weer mijn energielevel kan opladen.
Vraag 10: Hoe beoordeelt u uw kwaliteit van leven op een schaal van 1 tot 10? Hoe zou u dit eventueel willen veranderen?Als ik dit met een cijfer zou moeten aangeven is het denk ik een zeven. Ik zou het wel willen veranderen, maar ik ben al blij dat ik weer op een zeven zit want twee maanden geleden zat ik op een vijf, maar door mijn zoeken naar manieren om de stress minder de overhand te laten krijgen is mijn kwaliteit van leven weer gestegen.
30
Bijlage 3: Vragenlijsten
Brief naar cliënten:
Beste Mevrouw/Meneer,
Wij zijn Sayem Ayet Kralfa, Rob Bakker en Hilko Appels en wij doen de opleiding sport, gezondheid en management aan de Hanze hogeschool in Groningen.
Wij willen met deze enquête een onderzoek doen naar de gezondheid van mensen. Door middel van vragen over onder andere gezondheid, klachten, fysieke inspanning en kwaliteit van leven hopen we erachter te komen hoe de huidige situatie van leven is.
Waarom wij u gekozen hebben om deze enquête in te vullen is, omdat we zo’n breed mogelijk beeld willen hebben van de situatie. Dit houdt in alle leeftijden en geslachten.
De gegevens die u hier in zult vullen zijn vertrouwelijke gegevens die verder niet uitgebracht zullen worden en alleen gebruikt worden voor dit onderzoek en daarna verwijderd zullen worden. Als u deze uitslag enigszins interessant vindt kunnen we u daarvan op de hoogte houden. Vul dan hieronder uw e-mailadres in.
Nadat u deze enquête heeft ingevuld mag u hem retour sturen via de mail of mag u hem sturen naar het volgende adres.
Onderzoek BVPapierstraat 35a2351 TS Heerhugowaard
E-mail: [email protected]: Zernikeplein 17Tel: 0613847553
Alvast bedankt voor uw medewerking,
Met vriendelijke groet,
Sayem Ayet Kralfa, Rob Bakker en Hilko Appels
31
Rand36
In deze vragenlijst wordt naar uw gezondheid gevraagd. Hierbij zal ingegaan worden op uw fysieke inspanning, lichamelijke gezondheid, emotionele problemen en andere gezondheid gerelateerde vragen.
Invulvoorschrift: De enquête bestaat uit meerdere gesloten vragen. Alle vragen dienen eerlijk beantwoord te worden in verband met de betrouwbaarheid van het onderzoek. De verdere instructies staan hier beneden vermeld.
Bij de meerkeuze vragen mag maar één antwoord aangekruist worden. Meerdere antwoorden zijn niet mogelijk. U dient de voor u best passende optie te kiezen en het hokje aan te kruisen. Heeft u al een antwoord gegeven, maar had u achteraf toch wat anders bedoeld, zet dan een rondje om het vooraf gegeven antwoord en kruis het juiste antwoord aan.
Persoonsgegevens:
Naam: ……………………………………
Leeftijd:………. Jaar
Straatnaam + huisnummer:………………………………………………………………………. ………………..
Postcode +woonplaats: ……………………………………………………………………..
Telefoonnummer:………………………………………
e-mailadres:………………………………………………………………………………………………………………………..
32
33
4DKL
In deze vragenlijst wordt naar uw klachten in de afgelopen week gevraagd. Hierbij zal ingegaan worden op fysieke en psychische klachten. Uiteindelijk worden er vier subgroepen gemaakt. Dit zijn stress, depressie, angst en somatisatie.
Invul voorschrift: De enquête bestaat uit meerdere gesloten vragen. Alle vragen dienen eerlijk beantwoord te worden in verband met de betrouwbaarheid van het onderzoek. De verdere instructies staan hier beneden vermeld.
Bij de meerkeuze vragen mag maar een antwoord aangekruist worden. Meerdere antwoorden zijn niet mogelijk. U dient de voor u best passende optie te kiezen en het hokje aan te kruisen. Heeft u al een antwoord gegeven, maar had u achteraf toch wat anders bedoeld, zet dan een rondje om het vooraf gegeven antwoord en kruis het juiste antwoord aan.
Persoonsgegevens:
Naam: ……………………………………
Leeftijd:………. Jaar
Straatnaam + huisnummer:………………………………………………………………………. ………………..
Postcode +woonplaats: ……………………………………………………………………..
Telefoonnummer:………………………………………
e-mailadres:………………………………………………………………………………………………………………………..
34
35
Squash vragenlijst
Invul voorschrift: De enquête bestaat uit een aantal open vragen. Alle vragen dienen eerlijk beantwoord te worden in verband met de betrouwbaarheid van het onderzoek. De verdere instructies staan op de vragenlijst vermeld. De antwoorden dienen op de puntjes worden ingevuld.
Persoonsgegevens:
Naam: ……………………………………
Leeftijd:………. Jaar
Straatnaam + huisnummer:………………………………………………………………………. ………………..
Postcode +woonplaats: ……………………………………………………………………..
Telefoonnummer:………………………………………
e-mailadres:………………………………………………………………………………………………………………………..
36
RIVM - Squash vragenlijst
Squash staat voor Short QUestionnaire to ASses Health enhancing physical activity.De Squash vragenlijst is een door het RIVM ontwikkelde vraagmodule. Aan de hand van deze waarden wordt berekend of men al dan niet voldoet aan de Nederlandse Norm voor Gezond BewegenNeem in uw gedachten een normale week in de afgelopen maanden. Wilt u aangeven hoeveel dagen per week u de onderstaande activiteiten verrichte, hoeveel minuten u daar dan gemiddeld op zo’n dag mee bezig was en hoe inspannend deze activiteit was?
Bij licht intensieve lichamelijke activiteit is er geen sprake van verhoogde hartslag of versnelde ademhaling.
Bij matig intensieve lichamelijke activiteit krijg je een verhoogde hartslag en een versnelde ademhaling.
Bij zwaar intensief lichamelijk werk gaat je zweten en raak je buiten adem.WOON-WERK/SCHOOL VERKEER
(heen en terug opgeteld)
aantal dagen
per week
gemiddelde tijd
per dag
inspanning
(omcirkelen a.u.b.)
Lopen van/naar werk of school
Fietsen van/naar werk of school
Niet van toepassing
…. dagen
….. dagen
….. dagen
.... uur …. minuten
.... uur …. minuten
.... uur …. minuten
Licht intensief/ Matig intensief / zeer intensief
Licht intensief/ Matig intensief / zeer intensief
Licht intensief/ Matig intensief / zeer intensief
LICHAMELIJKE ACTIVITEIT OP WERK EN SCHOOL min 3 gemiddelde tijd
per week
Matig intensief werk (zittend/staand werk, met af en toe
lopen, zoals bureauwerk of lopend werk met lichte lasten)
Zwaar inspannend werk (lopend werk, waarbij regelmatig zware
dingen moeten worden opgetild) boven de 6 mets
Niet van toepassing
.... uur …. minuten
.... uur …. minuten
37
HUISHOUDELIJKE ACTIVITEITEN aantal dagen
per week
gemiddelde tijd
per dag
Matig inspannend huishoudelijk werk min 3 mets
(zoals ramen wassen, afwassen en lopend werk zoals
stofzuigen, hond uitlaten)
Zwaar inspannend huishoudelijk werk (vloer
schrobben, tapijt uitkloppen, met zware
bood-
schappen lopen)
Niet van toepassing
…. dagen
…. dagen
.... uur …. minuten
.... uur …. minuten
VRIJE TIJD aantal dagen
per week
gemiddelde tijd
per dag
inspanning
(omcirkel a.u.b.)
Wandelen
Fietsen
Tuinieren
Klussen/Doe-het-zelven
…. dagen
…. dagen
…. dagen
…. dagen
.... uur …. minuten
.... uur …. minuten
.... uur …. minuten
.... uur …. minuten
Licht intensief/ Matig intensief / zeer intensief
Licht intensief/ Matig intensief / zeer intensief
Licht intensief/ Matig intensief / zeer intensief
Licht intensief/ Matig intensief / zeer intensief
Sporten (Hier maximaal 4 opschrijven)
bijv.: tennis, handbal, gymnastiek, fitness, schaatsen, zwemmen
1. ...........................................
2. ...........................................
3. ...........................................
…. dagen
…. dagen
…. dagen
.... uur …. minuten
.... uur …. minuten
.... uur …. minuten
Licht intensief/ Matig intensief / zeer intensief
Licht intensief/ Matig intensief / zeer intensief
Licht intensief/ Matig intensief / zeer intensief
38
4. ....................................... …. dagen .... uur …. minuten Licht intensief/ Matig intensief / zeer intensief
TOTAAL
Op gemiddeld hoeveel dagen per week bent u, alles bijelkaar opgeteld,
tenminste een half uur bezig met fietsen, klussen, tuinieren of sporten?
……. dagen per week
Nederlandse Norm Gezond Bewegen
Om een goede gezondheid te behouden is het gewenst tenminste vijf dagen per week 30 minuten
matig intensieve lichaamsbeweging te hebben. Voor kinderen, jongeren en mensen met overgewicht
is het gewenste aantal minuten per dag tenminste 60.
Of aan de norm wordt voldaan hangt af van de duur (totaal 30 of 60 minuten in blokjes van minimaal
10 minuten), de frequentie (minimaal vijf dagen per week) en de intensiteit (iets hogere hartslag en
ademhaling. dus stevig doorwandelen, iets harder op de pedalen trappen, eens flink achter de hond
aanrennen
Lees meer over deze beweegnorm: http://www.30minutenbewegen.nl/page/381/Beweegnorm
