19
Onderzoeksverslag Beïnvloedingsstrategieën in de ‘Roken kan echt niet meer’-campagne Inge Kalberg - 1621021 CMD 2015 Dream Discover Do (Seminar) JDE-SVISE.3V-13 Rob van den Idsert 1 juli 2015 (herkansing)

Onderzoeksverslagcmddreamdiscoverdo.hu.nl/wp-content/uploads/... · 2015-07-01 · Onderzoeksverslag Beïnvloedingsstrategieën in de ‘Roken kan echt niet meer’-campagne Inge

  • Upload
    buinhan

  • View
    212

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

OnderzoeksverslagBeïnvloedingsstrategieën in de ‘Roken kan echt niet meer’-campagne

Inge Kalberg - 1621021

CMD 2015

Dream Discover Do (Seminar)

JDE-SVISE.3V-13

Rob van den Idsert

1 juli 2015 (herkansing)

2

Inhoud

4Wat houdt de

‘Roken kan echt niet meer’-campagne in?

7Hoe werken de zes

beïnvloedingsstrategieënvan Dr. Robert Cialdini?

13Hoe heeft

KWF Kankerbestrijding de beïnvloedingsstrategieën

van Dr. Robert Cialdinitoegepast op de

‘Roken kan echt niet meer’-campagne?

3Inleiding

17Conclusie

18Bronnenlijst

3

Inleiding

Ik ben erg geïnteresseerd in gedragsleer. Ook zie ik mijzelf later bij een reclamebureau werken. Hoewel deze onderwerpen ver van elkaar lijken te liggen, hebben ze toch meer met elkaar te maken dan ik dacht. Reclame beïnvloedt immers het gedrag van de mens. Veel reclame heeft als doel om de consument een product te laten kopen, maar er zijn ook campagnes die gedragsverandering als doel hebben. De ‘Roken kan echt niet meer’-campagne is lang op de tv geweest en werd massaal gedeeld en aan meegedaan op social media. Voor ik aan mijn onderzoek begon, had ik verwacht dat er veel beïnvloedingsstrategieën waren gebruikt in de campagne. Dit dacht ik omdat de campagne jaren duurde en veel geld heeft gekost, daarom zou er vast goed over nagedacht zijn.

Tijdens mijn onderzoek kwam ik Robert Cialdini tegen. Cialdini is een overtuigende spreker en heeft een fijne schrijfstijl, te zien in zijn boek “Influence”. Zijn zes beïnvloedingsstrategieën vond ik erg inspirerend en daar wilde ik graag meer onderzoek naar doen. Omdat er zo veel verschillende voorbeelden te vinden waren, heb ik op meerdere soorten gebieden van reclame en marketing geleerd hoe je deze strategieën kunt toepassen. Dus niet alleen bij campagnes, ook bij reclames, webwinkels en merkuitstraling.

“Hoe probeert KWF Kankerbestrijding mensen te weerhouden om te beginnen

met roken door middel van de ‘Roken kan echt niet meer’-campagne?”

Voor mijn seminar heb ik een onderzoeksvraag geformuleerd:

4

Wat houdt de ‘Roken kan echt niet meer’-campagne in?

4

De ‘Roken kan echt niet meer’-campagne is bedoeld om te voorkomen dat er meer mensen gaan roken. Je kunt immers beter voorkomen dan genezen. De campagne richt zich voornamelijk op jongeren. 80% van de volwassen rokers is begonnen tijdens de puberteit. “Als jongeren niet beginnen met roken, hoeven ze ook niet te stoppen” aldus Michel Rudolphie (RTL nieuws, 2012).

Het doel van de campagne is om het ‘niet-roken’ als sociale norm neer te zetten, zodat mensen niet meer beginnen met roken. Dit doen ze door de overige 75% van Nederland te laten spreken. Zij krijgen de ruimte om te vertellen waarom roken echt niet meer kan.

De doelgroep van de campagne is dan ook de ‘niet-rokers’ van Nederland. Zij kunnen op de speciale Facebook App van rokenkanechtnietmeer.nl een eigen video, afbeelding, T-shirt, hoodie of coverfoto voor Facebook maken. Daarbij staat de tekst “Roken is zóóó ...” centraal. De tekst kunnen ze zelf aanvullen met iets anders dat niet meer kan, zoals: ‘een stringetje boven je broek’, ‘witte sokken in sandalen’ en ‘gabberen’. Bij de afbeelding en video konden de gebruikers hun eigen gezicht achter de tekst plaatsen. Het T-shirt, de hoodie en de coverfoto bestonden alleen uit tekst. Als je een afbeelding of video had gemaakt, kon je deze delen zodat jij kan laten zien dat jij roken niet stoer vindt.

1958

2012

60%

25%

In 1958 rookte 60% van de Nederlanders. Dit was in 2012 nog “maar” 25% (Meijer, 2012). Zoals de meeste mensen weten, is roken schadelijk voor de gezondheid en kan het longkanker veroorzaken. Bijna 20 duizend mensen sterven ieder jaar aan roken. Volgens Michel Rudolphie, KWF Directeur, zal er 20-30% minder kanker zijn als niemand meer rookt (Meijer, 2012).

Waarom heeft KWF Kankerbestrijding deze campagne tot stand gebracht? Wat is precies het doel en hoe heeft de organisatie dit aangepakt? Wat is nou precies de achterliggende gedachte achter deze campagne? Om antwoord te kunnen geven op deze vragen, heb ik onderzoek gedaan naar de campagne.

Buiten dat KWF de niet-rokers hun campagne liet voortzetten, deden ze zelf ook mee met posters, korte reclamespotjes en online content en advertenties. De campagne duurde van eind 2012 tot eind 2014 (Meerburg, 2013). In KWF’s eigen uitingen werden dezelfde teksten gebruikt die begonnen met “Roken is zóóó …” en eindigden met iets anders dat niet meer kan. Hierin lieten ze verschillende mensen spreken. Mensen met verschillende leeftijden, verschillende achtergronden, verschillende beroepen en verschillende subculturen. Ook bekende Nederlanders leverden hier hun bijdrage. Zo zag je behalve de doorsnee Nederlander ook Dries Roelvink, Yes-R en veel andere BN’ers tussen de reclames door.

Hoe werken de zes beïnvloedingsstrategieën

van Dr. Robert Cialdini?

7

8

Tijdens het onderzoeken naar beïnvloedingsstrategieën kwam ik Robert Cialdini tegen. Cialdini is hoogleraar psychologie en marketing aan de Arizona State University en expert op het gebied van overtuigen. Zijn boek ‘Influence’ is meer dan een miljoen keer over de toonbank gegaan. Cialdini is ook de man die achter de zes principes van het overtuigen zit. Dit zijn zes principes die een persoon overtuigt om ‘ja’ te zeggen.

AutoriteitAls hij het zegt, “dan zal het wel waar zijn”. Experts nemen onzekerheden weg van klanten en zorgen ervoor dat je vertrouwen krijgt in het product of de boodschap. Een mooi voorbeeld is de televisiereclame van Colgate tandpasta. Een tandarts vertelt de kijker waarom Colgate een goede tandpasta is. De man met de witte jas wordt gezien als expert op het gebied van tandhygiëne. Als hij het zegt, “dan zal het wel waar zijn”.

Autoriteit kan op verschillende manieren worden uitgestraald. Cialdini behandelt zelf drie factoren die autoriteit triggeren: titels, kleding en accessoires (Hum, 2014).

TitelsDokters, professors, CEO en experts. Dit zijn een aantal titels die mensen het idee geven dat ze met iemand praten die ergens verstand van heeft. Robert Cialdini mag zichzelf Dr. Robert Cialdini noemen. Als je voor het eerst over hem leest met deze titel, zie je hem meteen als iemand met uitgebreide kennis over psychologie. Daarom vertrouw je erop dat wat hij je vertelt ook echt waar is.

Kleding (uitstraling)Uit onderzoek van Janine Willis en Alexander Todorov van de Princeton University blijkt dat mensen maar 0,1 seconden nodig hebben om een impressie van iemand te krijgen (2005). Uit een ander onderzoek aan de Carleton University kost het bezoekers op een website zelfs maar 0,05 seconden om een website te beoordelen op uiterlijk (2006).Als je eruit ziet als een expert, zoals de tandarts in het voorbeeld van Colgate tandpasta, zullen mensen erop vertrouwen dat jij de waarheid spreekt. Dit geldt niet alleen voor kleding, maar dit kan ook de uitstraling van een merk zijn. Sommige merken of websites zien er niet professioneel uit en zullen dus sneller genegeerd worden.

AccessoiresAls je een man in een duur pak ziet lopen, zal je waarschijnlijk denken dat hij een succesvolle zakenman is. Maar als hij in een oude Fiat Panda rijdt, begin je toch te twijfelen. Accessoires kunnen ook autoriteit uitstralen. Politiemannen hebben daarom ook een badge. Ook online is dit terug te vinden. Op Twitter krijgen hoog gezochte Twitteraars, zoals muzikanten, journalisten, sporters, bedrijven en leden uit de politiek, vaak een blauwe badge naast hun naam. Deze badge neemt alle twijfels weg van de (potentiële) volgers.

Deze tandarts beveelt Colgate tandpasta aan

9

WederkerigheidMensen zoeken een balans tussen geven en nemen. Als jij als bedrijf of organisatie een cadeau geeft aan je (potentiële) klanten, zijn zij eerder bereid om iets terug te doen. Dit komt omdat mensen zich snel schuldig voelen tegenover iemand die iets geeft. Hierdoor zullen ze sneller een gunst terugdoen.

Het hoeft niet per se tastbaar te zijn. Als je blogs op je website hebt, geef je eigenlijk gratis informatie weg. Hetzelfde geldt voor gratis ebooks en podcasts.Sommige bedrijven geven mensen de mogelijkheid om hun product of dienst voor een kleine periode gratis uit te proberen. Hierdoor kan het zo zijn dat de gebruiker het product integreert in het dagelijks leven en zich daarom gehandicapt voelt als de probeerperiode is afgelopen (Hum, 2014). Hiermee slepen ze nog een voordeel met zich mee, want er is een grote kans dat de gebruiker een vaste gebruiker wordt.

SympathieMensen zijn eerder bereid om ‘ja’ te zeggen tegen personen en bedrijven die ze kennen en graag mogen. Bedrijven proberen daarom ook menselijker over te komen. Robert Cialdini heeft vijf factoren gevonden die het principe ‘sympathie’ versterken: aantrekkelijkheid, gelijkheid, complimenten, contact en samenwerking en conditionering en associatie (Hum, 2014).

AantrekkelijkheidMensen hebben vaak meer sympathie voor aantrekkelijkheid. Dit slaat niet alleen op een persoon, maar ook een mooie website of een mooi product zorgt ervoor dat je eerder ‘ja’ zegt.

Deze website zal weinig sympathie krijgen van de bezoekers

GelijkheidMensen met een zelfde mening of interesse worden vaker gezien als iemand waar je veel sympathie voor hebt. Merken proberen dan ook vaak als “vriend” gezien te worden door hun doelgroep.

10

Schaarste“Op = op”, “wees er snel bij!” en “limited edition” zijn een aantal uitspraken die jou eraan helpen herinneren dat je maar beperkt tijd hebt om het product te kopen of de extra’s erbij te krijgen. Als een klant aan het twijfelen is, kun je hem of haar op deze manier over de streep halen. Er is sprake van angst van het verlies.

Schaarste kun je op twee manieren overbrengen naar de doelgroep: een limiet aan aantal en een limiet aan tijd (Hum, 2014).

ComplimentenAls je als bedrijf meedoet met je klanten, wordt dat erg gewaardeerd. Wanneer je een reactie krijgt van een bedrijf, voelt het alsof je bent opgemerkt door een beroemdheid.

Contact en samenwerkingWij hebben respect voor mensen die ergens voor staan. We hebben dus ook respect voor bedrijven die ergens voor staan. Een voorbeeld is Tony’s Chocolonely. Zij staan voor een slaafvrije wereld en ondanks dat het merk duurder is dan de gemiddelde chocoladereep, hebben mensen sympathie voor dit merk en zeggen ze sneller ‘ja’.

Conditionering en associatieAls je een auto ziet in een reclame, zie je deze auto gewoon als een auto. Maar als je James Bond ernaast zet, maak je er een “sexy”, “mannelijke” en “coole” auto van (Hum, 2014). Bedrijven willen op deze manier ervoor zorgen dat je een goede associatie maakt met hun product of dienst. Veel bedrijven zetten daarom een bekend persoon in om reclame te maken voor hun product. Doutzen Kroes is bijvoorbeeld te zien in de reclame van Rivella en niemand denkt meer aan Nespresso zonder aan George Clooney te denken. Vooral rond het EK en WK voetbal zie je veel bekende voetballers in reclames. Mensen hebben in die periode veel sympathie voor de mannen die voor hun land spelen. Lipton zag hierin een kans en vroeg Wesley Snijder mee te doen aan hun televisiespot. T-Mobile had al een tijdje Ali B als het gezicht voor hun bedrijf. Een paar weken geleden was hij veel in het nieuws met zijn ontroerende nummer over zijn zoontjes. T-Mobile zou hier vast erg blij mee zijn geweest, want Nederland heeft nu nog meer sympathie voor hem.

James Bond maakt deze auto een “coole” auto

11

Limiet aan aantalKLM maakt bijvoorbeeld gebruik van een limiet aan aantal. Bij het boeken van een vlucht zetten ze bij een aantal vluchten een uitroepteken met erachter: “Er is/zijn slechts (aantal) zitplaats(en) beschikbaar tegen deze prijs”. Je moet er dus snel bij zijn voor die plaatsen weg zijn.Een ander voorbeeld zijn sneakers waarvan maar een beperkt aantal bestaat. Van te voren wordt er aangekondigd wanneer de schoenen te kopen zijn. Vaak zijn ze binnen een paar uur al uitverkocht. De waarde van de schoenen stijgt hierdoor. Mensen hechten meer waarde aan producten die uniek zijn.

Limiet aan tijdBasic Fit belooft iedere maand een extraatje als je een lidmaatschap bij ze koopt. “Alleen deze maand gratis inschrijven t.w.v. 25 euro en krijg ook een gratis handdoek en bidon!”. Als twijfelaar voel je nu de druk op je zitten, omdat je snel moet zijn om van de voordelen gebruik te maken.Veel webwinkels maken ook gebruik van een aftelklok bij aanbiedingen. Terwijl je een product op hun website bekijkt, zie je de klok aflopen en hierdoor besef je dat je snel moet beslissen of je het product wil kopen.

Commitment en consistentieAls een klant eenmaal een binding met het bedrijf heeft, zijn ze eerder bereid om ‘ja’ te zeggen. Ze willen consistent gedrag vertonen. Als je A zegt, moet je ook B zeggen. Sommige bedrijven doen dit door middel van nieuwsbrieven. Als je als klant hebt bevestigd dat je een nieuwsbrief wil ontvangen, ben je bereid tot meer. Cialdini kwam zelf met een mooi voorbeeld. Een restaurant had het probleem dat 30% van de mensen die hadden gereserveerd niet kwam opdagen zonder zich af te melden, terwijl het restaurant aan de telefoon zei: “Please call if you have to cancel your reservation.”. Cialdini maakte daarvan de vraag: “Will you please call if you have to cancel your reservation?”. Omdat de persoon aan de andere kant van de lijn hierop moest antwoorden, waren ze bereid om hun belofte na te gaan. Het resultaat was dat er niet 30% niet afmeldde, maar nog maar 10% (Cialdini, 2013).

Deze actie duurt nog maar 23 uur, 51 minuten en 36 seconden!

12

Sociale bewijskrachtMensen zijn een soort kuddedieren. Sociale druk als beïnvloedingsmiddel is een van de krachtigste wapens om klanten te overtuigen. Als iedereen het doet, zal het wel goed zijn. Veel mensen gaan op zoek naar recensies voor ze een aankoop doen, omdat ze van ‘gelijkgestemden’ willen horen wat de ervaringen zijn. Daar vertrouwt men op.Als je een restaurant ziet met een lange rij, dan zal het wel goed zijn. Waarom zouden er anders zoveel mensen wachten?

Vooral op social media is dit veel te zien. Bij een pagina kun je zien hoeveel mensen het “liken”. Als dit aantal hoog is, dan zal het ook wel leuk zijn.

Bijna 4.000 mensen vinden Robert Cialdini leuk. Dan zal hij wel leuk zijn!

13

Hoe heeft KWF Kankerbestrijding de

beïnvloedingsstrategieën van Robert Cialdini

toegepast op de ‘Roken kan echt niet meer’-

camapgne?

13

14

AutoriteitHet doel van de ‘Roken kan echt niet meer’-campagne is om het ‘niet-roken’ als sociale norm neer te zetten. De boodschap die KWF wil overbrengen, is dat roken niet stoer is. En wie is er expert op het gebied van wat wel en niet stoer is? Dat is de maatschappij. In de campagne vertelt de maatschappij, en dus de experts, dat roken echt niet meer kan. Zij hebben hierin autoriteit. Het is te vergelijken met de tandarts van de ‘Colgate’-reclame waarover je hebt gelezen in het vorige hoofdstuk. De tandarts heeft verstand van tandpasta en wat wel en niet goed is voor je tanden. Als hij zegt dat Colgate een goede tandpasta verkoopt, “dan zal het wel waar zijn”. In dit geval gaat het over de maatschappij. De maatschappij heeft verstand van wat wel en niet stoer is. Als zij zeggen dat roken niet meer kan, “dan zal dat wel waar zijn”.

Voor mijn onderzoek heb ik de ‘Roken kan echt niet meer’-campagne ontleed met de zes beïnvloedingsstrategieën van Robert Cialdini. Hierin wilde ik kijken hoe KWF de campagne op psychologische wijze heeft toegepast.

WederkerigheidBij wederkerigheid gaat het om geven en nemen. KWF Kankerbestrijding geeft mensen de mogelijkheid om gratis mee te doen aan de campagne in de vorm van gratis een eigen afbeelding, video of coverfoto maken. De tegengift die KWF wenst te krijgen, is het delen van deze uitingen op social media, zodat de campagne verspreidt over Nederland. Een andere tegengift zou een donatie kunnen zijn, maar hier wordt met deze campagne geen focus op gelegd.

De maatschappij is expert op het gebied van wat wel en niet stoer is. Deze mensen vinden roken niet stoer.

15

SympathieJe luistert eerder naar mensen waar je sympathie voor hebt. De deelnemers van de ‘Roken kan echt niet meer’-campagne kunnen mensen zijn die je kent en graag mag. De uitingen die zij hebben gemaakt, kun je tegenkomen op social media. Voor die mensen heb je sympathie en daarmee krijgt KWF een streepje voor met de campagne. Omdat jij sympathie hebt voor de mensen op social media die hun gemaakte uitingen van de campagne delen, zal je er sneller naar luisteren. Echter gooit KWF er nog een schepje bovenop. De organisatie zet veel verschillende BN’ers in om te spreken in hun campagne. Er zijn veel mensen die sympathie hebben voor deze BN’ers. Daarmee heeft de campagne een groter bereik.

SchaarsteOp schaarste wordt in de campagne geen nadruk gelegd. Er wordt nergens duidelijk aangegeven wanneer de campagne eindigt. Toch zou het kunnen dat mensen weten dat een campagne niet voor eeuwig is. Mensen kunnen bedenken dat ze mee moeten doen met de campagne voordat deze afgelopen is of voordat mensen het niet meer leuk vinden om de gemaakte afbeeldingen en video’s van anderen te zien. Maar omdat hier geen nadruk op ligt, is er (bijna) geen sprake van de strategie ‘schaarste’.

16

Commitment en consistentieDe mensen die mee hebben gedaan aan de campagne, in de vorm van het maken van een afbeelding, video, coverfoto, T-shirt of hoodie, hebben hierdoor al een binding met KWF en zullen eerder een stapje verder gaan. Dit houdt in dat deze mensen eerder bereid zijn om de content die ze hebben gemaakt te delen of het kledingstuk die ze hebben ontworpen te kopen.

Sociale bewijskrachtDe hele campagne is gebaseerd op deze strategie. Het principe ‘Sociale bewijskracht’ stelt dat we bepalen wat juist is door uit te zoeken wat anderen juist vinden (Cialdini, 2009). We vertrouwen op de meningen van andere mensen. KWF heeft dit principe groot ingezet bij de ‘Roken kan echt niet meer’-campagne. De organisatie heeft zo veel mogelijk mensen opgetrommeld om te vertellen dat roken niet meer kan. En als zoveel mensen dat zeggen, dan zal dat wel waar zijn!

17

Conclusie

Hoe probeert KWF Kankerbestrijding mensen te weerhouden om te beginnen met roken door middel van de ‘Roken kan echt niet meer’-campagne?

Bij mijn derde deelvraag heb ik de campagne ontleed met de zes beïnvloedingsstrategieën van Robert Cialdini. Hier ben ik erachter gekomen dat de strategie ‘Sociale bewijskracht’ de hoofdstrategie is van de campagne. De tweede strategie die ook erg belangrijk is in deze campagne is ‘Sympathie’. KWF heeft zijn best gedaan om zoveel mogelijk mensen uit te kiezen waar mensen sympathie voor hebben. Dit waren vooral Facebookgebruikers en bekende Nederlanders. Ook ‘Autoriteit’ kwam naar voren. De maatschappij die wordt ingezet in de campagne is immers expert op het gebied van wat wel en niet stoer is op het moment. De strategieën ‘Wederkerigheid’, ‘Schaarste’ en ‘Commitment en consistentie’ zijn het minst ingezet om het hoofddoel te bereiken, maar zijn vooral gebruikt om de campagne op gang te laten komen.

Kort gezegd: ‘Wederkerigheid’, ‘Schaarste’ en ‘Commitment en consistentie’ zijn gebruikt om mensen mee te laten doen aan de campagne. De strategieën ‘Sociale bewijskracht’, ‘Sympathie’ en ‘Autoriteit’ zijn door deze mensen ingezet om de boodschap over te brengen.

Of het doel van de campagne is bereikt, is nog niet te meten. Dit kan pas op lange termijn. Wat we al wèl weten, is dat de campagne de meerderheid van de bevolking heeft bereikt. 2/3 is het zelfs eens met de boodschap. Onder de 20 t/m 25-jarigen ligt dit lager, namelijk op 57% (Meerburg, 2013).

Er is mij opgevallen dat er veel negatieve reacties op Twitter waren gezet over de campagne. Mensen vonden de campagne irritant worden en beweerden zelfs hierdoor juist te willen roken. Hier werd veel over getweet. KWF heeft sterk haar best gedaan om door middel van sociale bewijskracht te laten zien dat roken niet stoer is. Maar omdat veel mensen opmerkingen op Twitter plaatsten over dat ze de campagne irritant vonden en juist wilden roken, werd het doel om het ‘niet-roken’ als sociale norm te zetten juist geblokkeerd. Deze negatieve meningen zijn namelijk ook een vorm van sociale bewijskracht, maar helaas voor KWF precies het tegenovergestelde van wat de organisatie wilde duidelijk maken.

Ik vind het idee van de campagne erg goed. Naar mijn idee is de strategie ‘Sociale bewijskracht’ één van de meest effectieve manieren om mensen te overtuigen. De campagne hadden ze misschien wel minder lang door moeten laten lopen, om irritaties, en dus negatieve meningen die ook sociale bewijskracht zijn, te voorkomen.

18

Bronnenlijst

BIS Publishers (z.d.). Hidden Persuasion. Geraadpleegd op 2 mei 2015, van http://www.bispublishers.nl/bookpage.php?id=274

Boex, L. & Kranenburg, M. van. (z.d.). De psychologie van het overtuigen in een online omgeving. Geraadpleegd op 22 mei 2015, van http://www.onlinebeinvloeden.nl/download/Whitepaper_de-psychologie-van-het-overtuigen.pdf

Brown, J., Dudek, C., Fernandes, G., Lindgaard, G. (2006, maart-april). Attention web designers: You have 50 milliseconds to make a good first impression!. Geraadpleegd op 24 mei 2015, van http://www.anaandjelic.typepad.com/files/attention-web-designers-2.pdf

Cialdini, R. (Spreker) (2013, 12 november). Cialdini Consistency [YouTube]. Geraadpleegd op 22 mei 2015, van https://www.youtube.com/watch?v=ylAUyR8-3WM&feature=youtu.be

Cialdini, R. (2014). Influence: science and practice (5e editie). Harlow: Pearson Education.

Dirne, S. (2012, 10 februari). Reclames & Technieken. Geraadpleegd op 2 mei 2015, van http://www.psyblog.nl/2012/02/10/reclames-technieken/

Hermsen, S. & Renes, R. J. (2014). Ontwerpen voor gedragsverandering. Utrecht: Centre of expertise creatieve industrie.

Hoften, R. van. (2011). Reclamepsychologie (1e druk). Groningen: Noordhoff.

Hum, S. (2014, 18 oktober). Giving before you get: 10 examples of reciprocity in marketing. Geraadpleegd op 24 mei 2015, van http://www.referralcandy.com/blog/10-examples-reciprocity-marketing/

Hum, S. (2014, 22 november). Hurry, while stocks last: 13 examples of the scarcity principle used in marketing. Geraadpleegd op 24 mei 2015, van http://www.referralcandy.com/blog/hurry-stocks-last-13-examples-scarcity-principle-used-marketing/

Hum, S. (2014, 7 november). Laws of attraction: 7 examples of the liking principle used in marketing. Geraadpleegd op 24 mei 2015, van http://www.referralcandy.com/blog/laws-attraction-7-examples-liking-principle-used-marketing/

Hum, S. (2014, 18 november). Trust me, I’m a doctor: 7 examples of the authority principle used in marketing. Geraadpleegd op 24 mei 2015, van http://www.referralcandy.com/blog/trust-im-doctor-7-examples-authority-principle-used-marketing/

19

InfoNu.nl (z.d.). Overtuigen volgens 6 principes van Robert Cialdini. Geraadpleegd op 22 mei 2015, van http://wetenschap.infonu.nl/diversen/103450-overtuigen-volgens-6-principes-van-robert-cialdini.html

KWF Kankerbestrijding (z.d.). Roken kan echt niet meer. Geraadpleegd op 20 april 2015, van http://rokenkanechtnietmeer.nl

Marketingfacts (z.d.). De beïnvloedingsstrategieën van Robert Cialdini. Geraadpleegd op 22 mei 2015, van http://www.marketingfacts.nl/topic/de-beïnvloedingsprincipes-van-cialdini

Meerburg, R. (2013, 4 april). Campagne ‘Roken kan echt niet meer’ (Powerpoint Presentatie). RookvrijNL.

Meijer, M. (z.d.). Eerste campagne die zich alleen richt op niet-rokers. Geraadpleegd op 22 april 1015, van http://news.smart.pr/pradd/eerste-campagne-die-zich-alleen-richt-op-niet-rokers

RTL Nieuws (2012, 17 december). Anti-rookcampagne richt zich op niet-rokers. Geraadpleegd op 22 april 2015, van http://www.rtlnieuws.nl/nieuws/binnenland/anti-rookcampagne-richt-zich-op-niet-rokers

Todorov, A., & Willis, J. (2006). First impressions. Geraadpleegd op 24 mei 2015, van http://psych.princeton.edu/psychology/research/todorov/pdf/Willis&Todorov-PsychScience.pdf

Twitter, Inc. (z.d.). FAQs about verified accounts. Geraadpleegd op 24 mei 2015, van https://support.twitter.com/groups/31-twitter-basics/topics/111-features/articles/119135-about-verified-accounts