44
1

pantheon ocr test

Embed Size (px)

DESCRIPTION

highres versie

Citation preview

Page 1: pantheon ocr test

1

Page 2: pantheon ocr test

Redactioneel

De san itaire ru imte schijnt de plek bij uitstek te zijn om te zien of

een architectuur goed is. Als de tegels precies passen (dat wil

zeggen: als je geen afgesneden tegeltjes aantreft) dan heb je te

maken met goede architectuur. Dan is er nagedacht over het toilet

en is het niet als restje overgebleven. Dan is er een perfecte

symbiose tussen architectuur en de bouwpraktijk.

Nou vraag ik u: hebt u zich ooit verwonderd over de architectuur

van een toilet? I k niet. Hooguit het functioneren ervan blijft je bij.

Zo is het in Koolhaas' Danstheater niet mogelijk om beide blowers

voor het drogen van de handen met t">lee man tegelijkertijd te

gebruiken. Voordeel hiervan is wel dat als er een kapot is, je altijd

nog een reserve blower hebt hangen. Maar dat terzijde.

Maar, zal u zeggen, er is toch altijd sprake van een beleving in zo'n

toilet? Inderdaad, maar deze is verre van arch itectonisch. Op de

keus van de tegels na en de belichting (wat eigenlijk ook nog

randgeva llen zijn) bestaat zo'n ruimte bij de gratie van industriële

producten. Een toilet is een sta lplaats voor industriële producten

en het zijn ook deze producten die een toi let maken of breken. De

toiletten van Villa VPRO zijn hip, maar dat komt dan ook alleen

door de design wasbak uit beton. De nieuwe toiletten van

Bouwkunde zijn weer een voorbeeld bij uitstek. Glimmende tegels

en waterkranen die goed zijn weggedesigned. Licht dat aan tweent

als j e binnenkomt en natuurlijk de lady-pi. Niks hieraan is volgens

mij architectuur. De architect is hierbij een soort bewoner van zijn

nieuwe huis die komt shoppen in de cata logus van de IO-er en

daarmee zijn architectuur maakt. Je arch itectuur shoppen uit een

cata logus. Het droombeeld van Carel Weeber.

Nu rest mij nog de vraag: wat is de impact van de objecten die

onderdeel vormen van een architectuur? Sterker nog, is menig

woningbouwproject qua architectuur niet veel meer dan het maken

van sta lkamers voor de industriëel ontwerper? Ooit bij 'Eigen huis

en tuin' een andere ruimtemanipulatie gezien dan een verfje en

een paar nieuwe objecten)

De redactie

Van de Voorzitter

Bouwkunde is het helemaal,

Met onze koker en tekenlineaal,

Dit zijn de eerste twee regels uit een liedje dat ieder jaar gebruikt

wordt om de nieuwe lichting studenten te "drillen" en te overtuigen

van de lol en het nut van de studie bouwkunde.

Onder het mom van 'denk niet te veel, dat doen wij wel voor j e'

worden de eerste jaars in de bouwkunde admosfeer ingeleid en

gemotiveerd voor deze studie.

Omdat dit een beproefde methode is, stel ik het volgende voor:

Over iets meer dan een jaar wordt het nieuwe curicu lum ingevoerd.

Om dit tot een breed gedragen succes te maken gaan we iets

soortgelijks als met de nieuwkomers doen. Ik denk aan een middag

in het auditorium van de au la, waarop we het grote CurVe-lied

gaan zingen. Onder leiding van het faculteitsbestuur worden dan

van een beamer-projectie de volgende zinnen gezongen:

Curve is het helemaal,

Met ons onderzoek en afstudeerlokaal, enz ..

Deelname is verplicht en bij de ingang krijgt iedereen een T-shirt

met de tekst: " I love CurVe

Bart Cosijn

Page 3: pantheon ocr test

MVRD small soft orange

Denemarken 004 -excursie verslag - ~

Stockholm questioning urban planning

academisch visie op academisch onderwijs

kruisbestuiving een vergelijking tussen 10 en bouwkunde

industrieel 020 . - 'J' --~"

industrieel ontworpen architectuur '--.""-~

de oppelVlakte de oppervlakte van de architectuur

technophobia do you suffer from ... technophobia

C02 humanized workshop C02 2001

stylos onderwijs curriculumvemieuwing

• exCUrsies Spanje en Nederland

033 -~- _

bookshop nieuwe boeken

Paviljoen ... maar daar wordt je wel vies van!

Column door Winka Dubbeldam

Page 4: pantheon ocr test

Misja van Veen, Sybren de Graaf

2 pantheon 05 0001

Klein, zacht en oranje is het nieuwe bouwwerk van MVRDV, Op

een amsterdams binnenterrein naast het hoofdkantoor van De

Volkskrant staat het nieuwe kantoor van grafisch ontwerpburau

Thonik. Het binnenterrein is omringd met woonhuizen en er staan

enkele oude bedrijfspanden. De smoezelige omgeving is een goede

achtergrond voor het oranje gebouw, vooral de pastelgroene hal

ernaast geeft een mooi contrast. De gevel is afgewerkt met

oranje rubber waardoor de betonnen constructie zacht aanvoelt.

Alle openingen in de gevel bestaan uit dubbele deuren die net zo

oranje zijn als de wanden.

Er is in de buurt veel commotie ontstaan over het gebouw. Als de

zon in het binnenterrein schijnt wordt de hele omgeving namelijk

oranje aangelicht. Veel omwonenden hebben aangegeven last te

hebben van de oranje waas in hun woning. Een voorbeeld van

iemand die overlast heeft is een kunstenaar die enkel zwart-wit

schilderijen maakt.

Page 5: pantheon ocr test

Er is dus veel aandacht voor de buitenkant van het gebouwtje

maar architectonische beauty is more than skindeep. Na het binnen

gaan van één van de identieke openingen is er een halletje met

twee deuren, gardobe, WC en een trap naar boven. Eenmaal

door één van de twee deuren wordt duidelijk dat het halletje met

trap als een mintgroen volume in de ruimte is geplaatst. De vloer

van de gehele begane grond is wit rubber, vergelijkbaar met een

gymzaalvloer. Het plafond loopt vanaf de voorzijde trapsgewijs

op richting de achterkant en is daar geperforeerd met ronde

daklichten. De kale lichtarmaturen zijn evenwijdig aan de

kanaal platen bevestigd en begeleiden zo de sprongen in het

plafond .

Op de eerste verdieping wordt de mintgroene service-unit

voortgezet waarin de trap, keuken en badkamer zijn opgenomen.

De vloer en trapjes op de eerste verdieping zijn bekleed met houten

vloerdelen. Aan de voorkant van het gebouw is als gevolg van de

verspringen in de vloer een hoge ruimte en aan de achterkant is

het balkon. Dankzij de daglichten en de deuren in plaats van ramen

is er een sterke relatie tussen binnen en buiten.

Het gebouw is een duidelijk voorbeeld van de 'statement'

architectuur waar Gijs de Waal het in de vorige Panteon over had.

Maar achter de schreeuwerige gevel ligt een voorbeeld van

natuurlijke schoonheid. Het gebouw laat zien dat de Big Soft Orange

bureaus (Michael Speaks) niet enkel met quantiteit bezig zijn maar

ook met kwaliteit. e

pantheon os 0001 3

Page 6: pantheon ocr test

De ontdekking van Denemarke Gea Ebbinge

In het kader van de module D3 Landschapsarchitectuur vertrokken

begin april 14 studenten vergezeld door docenten Saskia de Wit

en Inge Bobbink richting Denemarken. Voor mij een nieuw land en

een nieuw vakgebied, Landschapsarchitectuur. Het landschap is

en paradoxaal begrip, aan de ene kant is er de natuur en aan de

andere kant is er het menselijk ingrijpen in de natuur. Bij

landschapsarchitectonische ontwerpen wordt dat spanningveld

tussen wat groeit en wat gemaakt wordt heel belangrijk. Natuurlijk

zijn daar verschillende opvattingen over. Zo kun je je afvragen of

de natuurlijke elementen zoals bomen en planten als bouwstenen

het ontwerp dienen of dat ze zelf in hun natuurlijke vorm een

onderdeel van het ontwerp zijn. Door de jaren heen zijn hier in de

Deense landschapsarchitectuur ook verschillende opvattingen over

geweest.

Net als in Nederland kent Denemarken een uitgestrekt open

landschap waar men behoefte heeft om door middel van

voornamelijk bomenrijen kamertjes te vormen op zo intiemere

ruimtes in het landschap te creëren. Deze elementen uit het grote

landschap worden in kleinere landschapsarchitectonische werken

voortgezet. Tijdens de ontwerplessen van de D3 is het door de

schalen heen ontwerpen ook één van de belangrijkste dingen die

telkens naar voren kwamen. De overgangen van het ontworpen

park naar het grotere landschap wordt dan een belangrijk punt.

Bovendien is het bij landschap ook belangrijk dat het ontwerp zich

door de jaren heen als een sterk ontwerp ervaren blijft worden.

Vooral de ontwerpen van de grote Deense landschapsarchitect

S0rensen lijken daarin erg te slagen zijn ontwerpen kenmerken

zich door eenvoud en helderheid. Het belangrijkste werk dat wij

tijdens de reis van hem bezochten was het Kongeshus

memorialpark. Dit park werd in 1945-53 als monument voor diegene

4 pantheon 05 0001

foto's: Gea Ebbinge en Katja Effting

Page 7: pantheon ocr test

die de heidegebieden opnieuw hadden ontgonnen. Hij koos in dit

grote heide gebied voor een vallei waar hij accenten in legde door

middel van sculpturen, die uiteindelijk leidde tot een mysterieuze

ronde verzamelplaats. Bij dit project is vooral de beleving erg

belangrijk. Het bestaande natuurlijke gegeven van de steeds wijder

wordende vallei wordt door S0rensen op een subtiele manier kracht

bij gezet.

Een andere projecten wordt er weer op een heel andere manier

omgegaan met het omringende landschap. Zo wordt bij de

Entepen0rsk01e te Ebeltoft het landschap op de binnenplaats van

het cursuscentrum op een abstracte wijze in de compositie van de

tuin weergeven.

Veel projecten die we op de reis gezien hebben waren redelijk

gedateerd, een goed test natuurlijk om te kijken of het door de

jaren heen een goed ontwerp blijkt te staan. Een vraag die echter

wel bij mij rees hoe de huidige landschapsarchitectuur van

Denemarken eruit ziet. Wellicht is er weinig verschil, omdat ook in

de tijd een grotere schaal wordt gehanteerd bij een landschap en

de veranderingen dus trager verlopen. Geen mode van de laatste

jaren. ~

pantheon 05 0001 5

Page 8: pantheon ocr test

Questioning Stockholm

Stockholm's Water - A Great Urban Open SpaGe.

The deep channels of the archipelago penetratie the innermost part of the eastern shoreline of the city of Stockholm. Historically this City of Islands became an important port because of its position between Mäiaren, a large island lake to the west, and inlets of the Baltic Sea. This position remained a key to its expansion as a great trading city until the mid-1800s, wh en land transport began competing with shipping and, in many cases, proving its superiority. As aresuit, the city centre separated from the harbour. Original functions changed, and new priorities were adopted. Certain areas still serve as quayside promenades and ferry terminals, while others are now thoroughfares and parking places, creating borders between city and water.

Water activities chiefly involve pleasure craft and local ferries with

destinations throughout the archipelago. Summer brings traditional

visits by ocean liners, which - despite their si ze - anchor in the

heart of the city. Such vessels are part of today's cityscape.

6 pantheon 05 0001

Sections of the modern port are still used daily for heavy shipping

and cross-Baltic, combined cargo-passenger ferries. Today a

substantial percentage of shipping is no longer essential to the

city or archipelago, most goods arriving in Stockholm have

Page 9: pantheon ocr test

destinations closer to other ports, both north and south of the

city.

As a result, a great deal of unnecessary traffic goes through the

city, causing congested motorways, traffic frustration and air

pollution. In future, coastal vessels may weil avoid the city of Stockholm as

a destination. Sections of the port would then be availabie for

redevelopment.

Stockholm is laid out according to a centrally oriented plan, and its

public transport network follows the same model. A densely built­

up city is surrounded by spacious suburbs, created in response to

the old, overcrowded inner city. The latter stands on a

concentrated group of islands, boxed in by water and national

parks. Any peripheral area availabie for redevelopment is of great

interest to those planning the future of Stockholm.

Which areas near the water should be conserved? Which can be

redeveloped in the future and for what purposes?

Instead of as a boundary separating the city into parts, might the

water be seen as a means of travel that can connect them instead?

What should face this great urban space water? What " natural'

relation might quayside and harbour have in the future?

Waterfront activities are generated by the presence of local ferries.

Along the quays of Old Town, heavily travelled streets lined with

parking places do not relate to the use, architecture and

construction of adjacent buildings. ti)

Bron: Europe: Coast Wise. Editors Jan de Graaf with D'Laine Camp

An anthology of refiections on architecture and tourism.

010 publishers, Rotterdam 1997

pantheon 05 0001 7

Page 10: pantheon ocr test

Stockholm as it now is suffers from suppressed development, especially the wastelands between the inner city and the sub-urbs. These places consist industrial areas, infrastructure, (social) housing and old harbours. During a 5-day workshop 11 students worked on a redevelopment plan for Stockholm, which at the end was presented to the local government, architects and city planners.

Questioning 8 pantheon 05 0001

Page 11: pantheon ocr test
Page 12: pantheon ocr test

The cancept : A hand. Extended; mutilated; twisted. A surface. Tran sfarmed inta a structure. An entrance. A landmark far the city. Bath fram the sea and the raad. Duality. Twa characters a f the surface: activity vs. passivity . Mavement. A place in cantinuas matian. Vibrating. Flawing. A live. Parklife. Ecalagical urbanity.

Im-port-ed Europan 6 Marseille

Many challenges face the ones who want to succeed in planning the new port area of Marseille. First of all, it is a port, the general opinion of people is th at ports are unfriendly places. Secondly, the wish to heighten the status of the worn-down area surroundng it. Thirdly, to make way for a new group of inhabitants, which, if one read between the lines, are the ones who wililead the way towards this new type of habition.

Our appouch to the first problem is simpie; almast to easy. The

pier close to the area is where we begin, by the water. The proposed

site for the compitition is effectively cut off from the water by a

large parkingspace/ transport area, rerving the ferry-port a bit

further out. We occupy this area space by turning it into a large

green space for the inhabitants of the city. The surfaces slowly

rises, twistes to create a slope facing south. It divides, looses its

function as a floar. As it crosses the road, it creates a passage;

an entrance (or an exit if you wish). It dives, disappears under the

10 pantheon os 0001

ground surface. When it appears again, it is in another shape. It

is now the structure holding the three residential hi-rise buildings

and the new libary/ office building.

We approach the problems posed by the site. Today, the site is cut

of from the port by the motorway infrastructures and is in economie

and aesthetic decline. We propase a straightforward solution to

make the area more attractive for bath businesses and people.

Sometimes it's necessary not to hesitate. Instead it's better to

Page 13: pantheon ocr test

rush in headlong and make sure to break right on through to the

other side.

In the West there is a large pier that is used for ferry transports.

This is replaced with a large park space suitable for sports and

leisure activities. Because of the la ck of green spots in the city

core, th is is bound to be an oasis. Roomy, soft and free, scarce

goods in the city core. lts unique constitution will attract people of

all kinds, making possible a healthy injection of external influences

into this cut-off area.

Between the sea and the first blocks of the city, there are two

broad motorways leaving a dead, shaded area beneath them. We

overcome th is by splitting the park area into four fingers that leap

and twist their way high through the sky over the roads. Two of

these include pedestrian pathways th at lead from the housing

area to the seaside park.

In the East we rise four buildings, three of which are residential

complexes and one is a library, also holding offices.

Since the residential houses are 140, 160 and 180 meters high and

the library/office building being 100, their very appearance as weil

as the view from their insides makes for a magnificent sight when

approaehing from sea or land, or when standing at one's window,

looking out over the city. Companies in Marseilles who wish to

profile themselves as modern and dynamic will want to have their

offices in edifices like these. By building a library, cultural flow in

the area will increase, making it safer and more attractive to non­

locals. The Arenc wililive again. The apartments are square tubes

that penetrate the main body, alone or in pairs. Connecting the

two sides of each apartment is a ramp, or tunnel, which leads from

the living room to the bedrooms. Adjacent to the tunnel, inside the

main body, are storage functions and a bathroom.AII units are

equipped with a great view, the lowest ones being not at street

level, but elevated 10 meters from the ground.

The appartment: A negative shape that pierces the structure. A multifunctional plan that

enables personal definition and use. Intimate entrances half a story down. Flexibility in

plan through the use of a modular grid. Openness. Lightness. The living offered is quite

different from the rest of Marseille; spacious, green, modern. All of which are to be seen

as luxury in a densly populated city as this.

longitudinal seclion s ingle module

The library : Following the concept used in the appartmentbuilding, the library takes on

a bigger scale with multistorey volumes and fioors attached to the core, which holds

the comm unication and the installations. It also acts as an enormous bookshelf,

carrying all the books on its outer facade. The volumes hold the more intimate

functions, su eh as studyrooms, a newspaper department, multimedia services, offices

and just above the streetlevel a restaurant. The library is surrounded by an outer glass

facade, which appears as a wrapping more than a wall, and diffuses the building within

it.

double module

The Iloorstructure is made up by a reinlorced concrete canti lever, which thickens near the main body. Two rens ion rods, one on each si de ol the aparlment help easen the load.

By tinting the windows lacing south sunlight heat is reduced.

The lower main body ol the building is unable to house an elevatorshalt because ol its curvature . Therelore, staircases and elevators are contained within verlical supports , which also stabilize the structure as a whoie.

trip le mo dule

This project is done by some swedish students Irom the K.T.H Royal Institute ol Technology Stockholm. e

pantheon 05 0001 11

Page 14: pantheon ocr test

Naar aanleiding van de invoering van de Bachelor-Master structuur in het Nederlandse hoger onderwijs is de discussie gestart over de

meerwaarde van een universiteit ten opzichte van het HBO. Het belangrijkste verschil is het feit dat een universiteit een academische

instelling is.

Binnen een academische instelling zullen studenten op een andere manier worden opgeleid dan binnen een niet-academische instelling,

maar wat is dat nou die academische vorming?

Een academicus is meer dan een expert op zijn vakgebied. Het is belangrijk dat een student op een universiteit leert kijken buiten de

grenzen van zijn vakgebied en ook met die informatie kan werken. Een student moet leren kritisch te zijn, eigen keuzes kunnen maken en

deze beargumenteren. Een academicus is iemand die nieuwe kennis kan ontwikkelen.

Een academische houding is echter niet iets dat een student vanzelf krijgt, een universiteit heeft de verantwoordelijkheid om dat aan te

leren. Academische vorming is meer dan persoonlijke ontwikkeling. Natuurlijk dragen onder andere bestuursactiviteiten bij tot de vorming

van studenten. Hier spreken we echter nog steeds van een vorming waar de student zelf voor kiest. Om ervoor te zorgen dat in principe

alle afgestudeerde ingenieurs academisch gevormd zijn, zal het onderdeel moeten zijn van het curriculum.

De docent en zijn onderwijs

In een ideale situatie laat elke docent in zijn of haar vak elementen van academische vorming voorkomen. In een ideale situatie zou op

alle universiteiten, ook de technische universiteiten een academisch klimaat heersen, dat vanzelfsprekend is. Activiteiten op uiteenlopende

gebieden worden binnen zo'n academisch klimaat gewaardeerd, en prioriteiten worden niet gesteld op basis van zuiver economische

motieven.

Docenten en studenten stellen voortdurend de waarom-vraag. Men kan zich breed ontwikkelen en met elkaar kritisch in discussie gaan

over zaken binnen en buiten het vakgebied. Studenten kunnen zich volledig ontplooien naar aanleiding van hun interesse en de kritische

docenten geven hen daarin alle vrijheid en begeleiding.

Effecten van techniek

Op dit moment lijkt het onderwijs van de technische universiteiten gericht te zijn op 'het klaarstomen van studenten voor de maatschappij'.

Studenten leren vaardigheden en kennis die hen straks in het bedrijfsleven geschikte werknemers maakt.

Het bedrijfsleven is echter lang niet het enige onderdeel van de samenleving waar een ingenieur mee te maken krijgt. Heel vaak wordt

binnen het technisch onderwijs de maatschappij in bredere zin vergeten. _-

De houding ten opzichte van onderwerpen als ethiek en filosofie is afwijzend. Vaak wordt gezegd dat studenten en docenten op een TU

12 pantheon 05 0001

Page 15: pantheon ocr test

daar niet in geïnteresseerd zijn. Maar het is net de ingenieur waarvoor het belangrijk is te weten wat voor invloed technologie op de

samenleving heeft. Techniek is een middel waarmee juist dingen beïnvloed en veranderd kunnen worden. Ingenieurs zullen midden in de

maatschappij komen te staan en daarin verantwoord met hun vakgebied om moeten gaan.

Bredere interesse

Het leren omgaan met andere vakgebieden is ook een onderdeel van academisch onderwijs. Studenten moeten een zekere breedte

ontwikkelen waarbij het interesse voor andere vakgebieden en de relatie met je eigen vakgebied tot uiting komt. Opties hiervoor zijn het

instellen van universiteitscolleges of het doen van vakken aan andere universiteiten. Ook binnen projecten kan hier aandacht worden

besteedt.

Uit verschillende discussies blijkt dat het onderdeel academische vorming binnen het gewone onderwijs het belangrijkst is. Dit is echter

ook het moeilijkst. Je moet dan bij de docent beginnen. Hoe kun je ervoor zorgen dat docenten op een prikkelende en uitdagende wijze

vorm geven aan hun onderwijs? Docenten moeten de discussie aan durven gaan en zich van hun zwakke kant durven tonen. De cultuur

op de universiteiten is vaak nog die van het overbrengen van kennis, de docent weet en de student leert. Om een situatie te bereiken

waarin de docent de student begeleidt in het zoeken naar kennis en oplossingen hebben we waarschijnlijk een aantal generaties nodig.

Universiteiten kunnen door middel van het aannemen van nieuw wetenschappelijk personeel meer rekening houden met de didactische

kwaliteiten die die mensen hebben. Het herwaarderen van onderwijs ten opzichte van onderzoek is al een goede start om het

wetenschappelijk personeel te motiveren aandacht te besteden aan hun onderwijs.

Op kortere termijn kan binnen het curriculum ruimte gemaakt worden voor ethische en maatschappelijk vraagstukken.

Binnen het curriculum kunnen studenten ook de mogelijkheid krijgen om eens iets heel anders te doen. Alles mag bij wijze van spreken,

als ze het maar kunnen beargumenteren. Zo leert een student kiezen op basis van zijn eigen interesse.

Op deze manier omgaan met academische vorming 'zijdelings' van de vakkennis is absoluut niet het essentiële punt, maar een stap in de

goede richting.

De docenten van nu zijn de studenten van vroeger en de studenten van nu zijn docenten van de toekomst. Om het onderwijs op de

universiteiten op lange termijn te ontwikkelen moet de discussie over academisch onderwijs in stand gehouden worden. e

pantheon 05 0001 13

Page 16: pantheon ocr test

,

,

Page 17: pantheon ocr test

......... - ..... ' _... ,

-~--~ - -----

pantheon 05 0001 15

Page 18: pantheon ocr test

Ontwerpmethoden voor industrieële producten en methoden voor architectuur hebben overeenkomsten, maar ook verschillen. Dit artikel vergelijkt beide processen, de producten en de spelers. Het is geschreven naar aanleiding van een gelijknamige scriptie.

We beginnen met een vergelijking van de producten, waarna we

ons kunnen richten op de andere facetten, zoals het proces. Een

( industrieel) product is een roerend product dat wordt bedacht en

gebruikt omwille van de functies die het kan vervullen. Architectuur

wordt binnen het kader van dit artikel gezien als het resultaat van

een architectonisch ontwerpproces. De verschillen vinden plaats

op verschillende gebieden.

Het eerste en belangrijkste verschil is dat een product

monofunctioneel is, terwijl architectuur een aantal functies heeft.

Omdat architectuur een langere levensduur heeft en in de tijd

andere functies moet kunnen vervullen is het doel van architectuur

lastiger te omschrijven. Architectuur is te zien als de som van een

aantal producten. Haar doel is dan ook de som van de doelen van

de subcomponenten. Daarnaast komen er nieuwe doelen bij, zoals

aanpasbaarheid, behaaglijkheid, esthetiek etc.

De levensduur van een industrieel product is afhankelijk van de

markt. Als een product succes heeft en er daardoor concurrentie

ontstaat kan hier daardoor niet rendabel meer zijn en verdwijnt

het van de markt. Er wordt gekeken naar de behoefte van de

markt. Iets dat niet zo makkelijk kan in de architectuur. Daar is de

behoefte vrij duidelijk. Een betaalbaar, ruim, liefst vrijstaand huis

met een garage. Maar de markt wordt niet uitsluitend bepaald

door de consument en de bouwer. Meer dan de helft van de

huizen wordt gehuurd. De primaire behoefte blijft gelijk (een dak

boven je hoofd), maar de secundaire verandert ook hier in de loop

van de tijd door sociale, economische en technische veranderingen.

Een consument koopt een product zoals het er op dat moment

uitziet en verwacht niet dat het aanpasbaar is in de loop van de

tijd. De relatief korte levenscyclus en lage kostprijs hangen hiermee

samen. Ook veranderende behoeften door trends zijn hierbij van

invloed. Bij een architectonisch product verwacht een gebruiker

wel dat het blijft voldoen aan de veranderende eisen. Het moet

dus flexibel zijn. Als er ineens gehele wijken worden gebouwd op

momentane eisen 'is de kans aanwezig dat alles ineens zal moeten

worden aangepast in de toekomst.

Een product in context aanhankelijk; een electrische tandenborstel

is waterdicht en in badkamerkleuren. Maar verder is het locatie

onafhankelijk. Architectuur is sterk context- en locatieafhankelijk.

Er zitten veel relaties tussen het product en de omgeving.

Daarnaast hoeven niet alleen de eigenaars, maar ook de

16 pantheon 05 0001

omwonenden en passanten er tegenaan kijken .

Het verschil in schaal levert grotere verschillen op. In tegenstelling

tot het product speelt bij architectuur het interieur een grote rol.

Hier hangt ook het verschil mee samen dat architectuur zich

bezighoudt met ruimtebeleving.

Tenslotte kan je zeggen dat de persoonlijke binding met een

architectonisch product meestal groter is.

Op de faculteit industrieëel ontwerpen van de TU is het boek

'Productontwerpen, structuur en methoden' van Roozenburg en

Eekels de eerste twee jaar verplichte literatuur. Het boek is als

leidraad gebruikt in de scriptie.

Omdat een product niet het eeuwig leven heeft moet een

onderneming steeds nieuwe producten blijven ontwikkelen. Dit

proces heet het productontwikkelingsproces. Het begint met de

product planning, waarbij de onderneming de markt onderzoekt

waaruit ideeën voor nieuwe activiteiten voortvloeien . Dit wordt in

de zogenaamde stricte ontwikkeling uitgewerkt tot gedetailleerde

ontwerpen voor het product, de productie en de verkoop. Naast

dit technische ontwikkelingsproces moet een onderneming

nadenken over een marketingplan: het commercieële

ontwikkelingsproces. Omdat beide processen in praktijk niet soepel

verlopen moet het proces concentrisch worden ingericht.

Deelontwerpen worden in onderlinge samenhang globaal

uitgewerkt, waarop het geheel kan worden beoordeeld en

aangepast. De ontwerpen groeien spiraalsgewijs (iteratief) van

vage ideeën tot concrete plannen.

Productontwerpen is een vorm van probleemoplossen waarbij over

het algemeen van doel (functie) naar middel wordt geredeneerd.

Je stelt eerst het functionele gedrag vast waaraan het eindontwerp

moet voldoen, waarop je een ontwerp maakt wat je telkens

terugkoppelt, zodat er wordt voldaan aan het functionele gedrag .

De ruimtelijke vorm en materialisering van een product noemen we

het ontwerp. De functie moet een verandering in de omgeving

teweeg kunnen brengen door menselijk handelen. De tanden van

de gebruiker zouden zonder de elektrische tandenborstel

ongepoetst blijven.

Over het algemeen blijkt de structuur van versëliillende

ontwerpprocessen onderling redelijk overeen te komen. Het proces

-

Page 19: pantheon ocr test

functie J

analyse J

criteria f

synthese .-J

voorlopig ontwerp , simulatie ,

verwachte eigenschappen , evaluatie

I waarde van het ontwerp

I

beslissing

aanvaardbaar ontwerp

De basiscyclus··van het ontwerpen

is te onderscheiden in een aantal fasen. Deze worden beschreven

als de basiscyclus van het ontwerpen. Hoewel het proces nooit zo

soepel loopt als het fasemodel doet vermoeden, is het model toch

onmisbaar voor het plannen en beheersen van het

productontwikkelingsproces en het bepalen van beslispunten.

Het fasemodel berust op het idee dat het ontwerp in wording kan

bestaan uit een functiestructuur, een principeoplossing en een

gematerialiseerd ontwerp.

Bij de analyse wordt eerst geformuleerd wie het probleem heeft,

wat het probleem is en wat de doelstellingen zijn. Vervolgens wordt

het programma van eisen gemaakt. Hierin kunnen verschillende

zaken staan. Een verbaal criterium (de kleur bijvoorbeeld) kan

zowel een eis als een wens zijn en je kan er alleen van zeggen dat

het ontwerp er wel of niet aan voldoet. Ordinale cnferia zijn altijd

een wens en veel minder specifiek (bijvoorbeeld dat de prijs zo

laag mogelijk moet zijn). Normen zijn altijd een eis en worden door

externe instanties opgelegd. Specificaties zijn uitspraken over de

geometrie of het materiaal en leggen dus al een deel van het

ontwerp vast in het programma van eisen. Het PvE moet zelf ook

goed en volledig zijn.

Simulatie is het nabootsen van het gedrag van een systeem met

behulp van een ander systeem. Het gaat vooraf aan de werkelijke

productie en wordt gebruikt om mogelijke fouten nog te verbeteren.

Hierna kan geëvalueerd worden. Het voorlopig ontwerp wordt

vergeleken met het PvE, waarna besloten wordt of het

ontwerpvoorstel verder wordt uitgewerkt, of dat het terug gaat

naar de synthese.

Nu wordt de fasering van het bouwproces besproken en de plaats

van het ontwerpproces daarbinnen. In tegenstelling tot

productontwerpen is de probleemeigenaar vaak individueel bekend

en zijn behoefte wordt achtereenvolgens verwoord in een

basisprogramma, een globaal PvE en een gedetailleerd PvE. Het

PvE bestaat over het algemeen uit een algemene karakteristiek

van de te bouwen instelling, de afdelingen en hun onderlingen

relaties, een overzicht van de benodigde ruimten en hun kwaliteit

van afwerking en een opgave van de installaties en de gestelde

technische of economische levensduur.

Om het proces te beheersen wordt het proces telkens geëvalueerd

pantheon 05 0001 17

Page 20: pantheon ocr test

en zonodig bijgestuurd.

In de ontwerpfase worden de eisen van het PvE geconcretiseerd.

Het eindresultaat wordt vertaald in een bouwmassa,

plattegronden, ruimte en materiaalgebruik. Het voorlopig ontwerp

is hierbij een toetsmoment, waarna het definitief ontwerp en de

detaillering en integratie met de installaties plaatsvindt. Hierna

wordt er goedkeuring aangevraagd en het bestek opgemaakt.

Omdat er in de bouw een gescheiden verantwoordelijkheid is voor

het ontwerpen en de uitvoering is het bestek een goed

communicatiemiddel tussen de opdrachtgever, de ontwerpende

en uitvoerende partijen.

De organisatie van beide disciplines is nogal verschillend . Als we

alleen de fasering van het ontwerpproces met elkaar willen

vergelijken ligt het voor de hand om een architectenbureau met

een ontwerpstudio in productontwikkeling te vergelijken . Omdat ik

denk dat een aantal verschillen tussen de productontwerpen en

de architectuurontwerpen voortkomt uit het ontwikkeltraject in

bredere zin lijkt me een vergelijking tussen een productonderneming

en een projectontwikkelaar nuttiger. Een productonderneming kan

voor haar technisch ontwerpproces een externe ontwerpstudio

inschakelen, net zoals een projectontwikkelaar dat kan doen met

een architectenbureau. Hierbij kan je zeggen dat de student

Industriëel Ontwerpen eigenlijk wordt opgeleid tot het equivalent

van de projectontwikkelaar in het bouwproces. Ik bedoel hiermee

dat een student Industriëel Ontwerpen meer notie heeft van het

hele proces: van organisatie, via productinnovatie naar de markt.

In de Bouwkunde is dat afgesplitst in de afstudeerrichting

Bouwmanagement. Wat moet er precies gebeuren als wij een

architectuurproduct willen beschouwen als een industriëel product?

Allereerst valt op dat een productonderneming heel duidelijk voor

zichzelf een beleid met de daarbij horende strategieën uitzet. Een

productonderneming heeft over het algemeen een sterke visie die

ook naar buiten gecommuniceerd wordt.

Bij het zoeken naar mogelijkheden is een productonderneming

steeds bezig ,.om goed naar de markt te kijken welke behoeften er

zijn en waarop ze kunnen inspringen . In sommige gevallen zou dit

ook voor architectuurontwerpen kunnen gelden (bijvoorbeeld bij

een vakantiepark, massa bouw en wellicht ook kantoren). Ik denk

18 pantheon 05 0001

dat we in de architectuur beter moeten bedenken welke doelgroep

we bij het architectuur ontwerpen voor ogen hebben. Van een

specifieke doelgroep zijn de specifieke behoeften makkelijker vast

te stellen. Het is, zoals gezegd, voor het architectuurproduct niet

te doen om alle doelstellingen op te schrijven. Een deel van de

doelstellingen zouden door middel van 'ontwerpend onderzoek'

tot stand kunnen komen.

Toch is er voor projectontwikkelaars niet zo'n dringende noodzaak

om oplossingen te realiseren, omdat een architectuurproduct een

langere levenscyclus heeft dan een industriëel product.

Bij het analyseren van het idee zien we dat er bij productontwerpen

al ideëen komen voor nieuwe activiteiten en dat de behoefte wordt

vastgesteld. Op het gebied van architectuurontwerpen gaat men

het huisvestingsprobleem specificeren en een plan van aanpak

maken.

Bij het definiëren van een idee wordt er bij architectuurontwerpen

reeds begonnen om een PvE te maken. Bij productontwerpen

noemen we dat een business plan. Het voordeel van een business

plan is dat er ook al ideeën voor marketing, organisatieverandering

en productie komen. Deze fase loopt vloeiende over in de

ontwikkelingsfase, terwijl bij architectuurontwerpen een duidelijke

scheidslijn loopt tussen het maken van het PvE en de daadwerkelijke

ontwerpfase uit het bouwproces.

Bij architectuurontwerpen zou ook vaker gebruik gemaakt kunnen

worden van gebruikersonderzoeken. Een aantal gerealiseerde

projecten is misgelopen omdat zowel tijdens de ontwerpfase als

na de ingebruikname niet goed is gekeken of wel duidelijk werd

voldaan aan de behoeften van de doelgroep. Aan de hand van

gebruiksonderzoeken kan in een vroeg stadium een aantal zaken

worden bijgesteld.

Tot slot kan nog worden gezegd dat bij productontwikkeling het

product intellectueel eigendom van de onderneming blijft. Deze

onderneming blijft er ook nog lang geld aan verdienen (patenten

en dergelijke). Misschien zou voor architectuur een soortgelijk

principe bedacht kunnen worden, waardoor een ontwerper langer

aansprak kan blijven maken op zijn of haar ontwerp. 4)

Page 21: pantheon ocr test

industrieel ont we rp en L-

Page 22: pantheon ocr test

Als industrieel ontwerper werk ik sinds 1995 samen met architecten. Mijn oorspronkelijke gedachte na mijn afstuderen in Delft (1990) was als industrieel ontwerper te werken bij een, bij voorkeur, toonaangevend ontwerpburo. Dat was zoiets als het hoogst haalbare, mijn ideaal. Voor wie niet, die ervaringen op wil doen om deze daarna toe te passen in eigen invullingen van het vakgebied.lntegratie van de vakkennis van architect en ontwerper, een samenwerking was niet aan de orde, nog niet over nagedacht. Dat dat zou kunnen.

Industrieel ontwo

Architectuur en industrieel ontwerpen hebben veel met elkaar

gemeen. In beide gevallen gaat het om het ontwerpen van een

"produkt" waarvoor, om hierin te slagen, een creatieve geest

noodzakelijk is. De architect en industrieel ontwerper moeten een

probleem oplossen door niet alleen naar de meest voor de hand

liggende oplossingen te kijken maar hebben het vermogen "de

standaard" te overbruggen, zich niet neer te leggen bij "het kan

niet" maar hier juist de uitdaging in te vinden. Beiden volgen een

vergelijkbaar ontwikkelings- cq. ontwerpproces dat begint bij

informeren en ideeschetsen en eindigt met een concreet resultaat.

De verschillen tussen de twee zitten, logisch toch, hoofdzakelijk in

20 pantheon 05 0001

het produkt dat wordt ontwikkeld.

In het geval van de architect duikt deze in de problematiek van

(vaak) één groot produkt met een grote complexiteit. Een

complexiteit die naarmate de ontwikkeling vordert meer en meer

betrekking krijgt op de organisatie om de ontwikkeling heen

(bouwmanagement).

De industrieel ontwerper daarentegen buigt zich meestal, enkele

schaalnivo's lager, over produkten met grote(re) series en van

een veel kleiner formaat. De produkten zijn "overzichtelijker" en

de, gedurende de ontwikkeling, toenemende complexiteit blijft

langer onder regie van de ontwerper zelf.

Zowel letterlijk als figuurlijk zou een ontwerper in vergelijking tot

een architect zijn te onderscheiden als detaillist.

Vanwege de gemeenschappelijke instelling en capaciteit zou je

veel vaker dan het geval is een synergetische en directe

samenwerking tussen architect en ontwerper verwachten.

Juist wanneer je beseft dat beiden eigenlijk niet zonder elkaar

kunnen.

De ontwerper heeft een omgeving nodig om zijn produkten, als

inrichting of component, te kunnen plaatsen, andersom kan de

architect niet zonder de, door ontwerper ontworpen, produkten

waarmee zijn gebouw wordt samengesteld en, of ingericht.

Helaas is het praktijk dat de twee veelal enkel indirect met elkaar

worden geconfronteerd met het bedrijf, de producent of

toeleverancier voor de bouw, als intermediair. Wie kent de architect

die bij een ontwerpburo werkt zonder dat die zich laat omscholen?

Of vice versa?

Robin Hood Produkties (RHP) legt zich toe op produktontwikkeling

voor de architectuur. Producent of toeleverancier zijn hierbij van

belang maar vormen niet het intermediair.

De wens voor een specifiek produkt en de hiervoor mogelijke

produktontwikkeling ontstaat in relatie met het ontwerp van het

gebouwen de visie van de architect die hieraan ten grondslag ligt.

De door producent of toeleverancier ontwikkelde produkten

voldoen, zo blijkt uit kritieken van de architecten, vaak niet aan zijn speciale wensen. --

Ais de architect in zijn ontwerp een produkt wil toepassen dat door

producent of toeleverancier niet standaard leverbaar is, is de

Page 23: pantheon ocr test

samenwerking met ontwerper bij uitstek geschikt om de standaard

te overbruggen.

Door de bundeling van krachten is een resulterend produkt er per

definitie één dat het best aansluit bij de visie van de architect en

bij de identiteit van zijn ontwerp. Architectuur is vanuit het oogpunt

van de ontwerper een verzameling produkten, stuk voor stuk

ontworpen en mogelijk te verbeteren. Hierbij is het de taak van de

architect aan te geven hoe. De architect die bereid is zich in te

zetten voor een architectuurbeeld dat zich blijft ontwikkelen.

RHP wordt door de architect vaak benaderd voor de ontwikkeling

van verlichting . Is het rechtvaardig te concluderen dat de architect

de ontwerper meer ziet als "van nut voor het interieur"? Interieur

of inrichting geeft in eerste instantie functie aan de ruimte, het

maakt de ruimte bruikbaar, als dat goed gebeurd krijgt een ruimte

de juiste sfeer. Volgens mij zijn architect én ontwerper hierin beiden

noodzakelijk. Behalve bijvoorbeeld in een kantoorruimte waar

inrichting vaak van zuivere functionele aard is, namelijk het bieden

van faciliteiten om te werken, moet interieur beschouwd worden

als deel van de ruimte. Verlichting, als standaard toegepast in een

heel gebouw, is geen interieur als losstaand artefact maar juist

een onderdeel van en behorend bij het gebouw. Hierom is

produktontwikkeling, de samenwerking met ontwerper, van

toepassing op het hele gebouw.

De binnen- én de buitenkant.

Lees je het blad "ITEMS" dan zou je inderdaad denken dat

ontwerpers voornamelijk tafels, stoelen en lampen ontwerpen.

De ontwerper is dan goed voor de metamorfose van Jan des

Bouvrie. Lees je het blad "de Architect" dan zie je, énkel, het

uiterlijk van architectuur breed uitgemeten. Maar het zal duidelijk

zijn dat de architect niet enkel verantwoordelijk is voor het uiterlijk

aan buiten cq. binnenkant van een gebouw. Vakinhoudelijk geven

bladen als "Produkt" (voor de ontwerper) en "Detail in Architectuur"

(voor de architect) een veel beter beeld van wat ontwerpen en

architectuur nog veel meer zijn.

Rest mij als ontwerper de vraag van Pantheon te beantwoorden,

"wat is architectuur?". Architectuur is datgene waarmee het

landschap om ons heen is ingericht, met uitsluiting van de natuurlijke

elementen.

Het is een vrij ruime omschrijving want bruggen, wegen, de hele

infrastructuur en een boorplatform vallen hier eveneens onder.

Ik denk dat dat klopt.

Er zijn architecten die onderdelen uit deze infrastructuur ontwerpen

(Ben van Berkel, Rients Dijkstra, Adriaan Geuze)

Verantwoordelijken voor architectuur, inclusief soms de

hoogdravende, mooie, andere, vernieuwende architectuur, zijn

ook de ontwerpers, de kunstenaars civiel ingenieurs etc ..

Architectuur is niet juist datgene waarover wij een uitgesproken

mening hebben in de zin van goed of slecht, mooi of lelijk. Evenmin

indien er een duidelijke visie is van de architect met als resultaat

iets anders dan gangbaar.

Het is niet hoogdravend, het is heel simpel, niet enkel dat wat mooi

gevonden moet worden, anders is of vernieuwend.

Toegeven, architectuur wordt leuk als het hoogdravend, mooi,

anders, vernieuwend is door de invloed van een op een bepaalde

manier bijzondere architect (ontwerper, kunstenaar, civiel ingenieur,

.. .. ) . Cl)

Privacyschermen (model ) voor

sportcomplex Delfgauw (1998), in

samenwerking met XX-architecten

pantheon 05 0001 21

Page 24: pantheon ocr test

Ik herinner mij dat ik in Boedapest in een galerie een schilderij tegenkwam van een gehurkte figuur met een wormvormig aanhangsel waarvan niet helemaal duidelijk was of het een drol of een penis was. Ik stelde mij voor hoe mensen die zich uitgeven voor kunstliefhebber, of zelfs kunstkenner, urenlang op uiterst ernstige en serieuze toon zouden kunnen praten over het spanningveld dat de desbetreffende kunstenaar zocht tussen de drol en de penis. Ooit dacht ik dat deze mensen zich slechts zo gedroegen omdat er nou eenmaal veel geld mee te verdienen valt, maar langzamerhand wordt me gewaar dat ze er inderdaad van overtuigd zijn dat het gesprek dat ze voeren van het grootste belang is.

De oppervlakte va Bij nadere bestudering blijkt het hier een mechanisme te betreffen

dat telkens weer verschijnt zodra een bepaalde groep zich maar

lang en intensief genoeg met iets bezig houdt. De onderlinge

gesprekken over dit 'iets' vormen vervolgens de bevestiging voor

de groep dat ze iets doen, of zelfs, dat ze iets zijn. Het wordt een

identiteit.

Het curieuze hierbij is dat wát het is waar de groep zich mee

bezighoudt daadwerkelijk alles kan zijn, het maakt niet uit. Ook als

het in feite niets is, niet eens bestaat, blijft dit principe uitstekend

functioneren. Wat er hier gebeurt is dat een taal wordt ontwikkeld

om de groep te identificeren. Hierbij is de identificatie van de

groep de enige functie van de taal; het betekent in feite niets. Het

is als een uniform.

Een van de meest uit de klauwen gelopen voorbeelden van dit

code-principe is de vormgeving in zijn meest pure vorm: het geven

van een vorm aan iets dat er al is.

We zien dit duidelijk ge"illustreerd in de industrie, waar de ontwerpers

van de vorm over het algemeen niet de ontwerpers van het

apparaat zijn. Het apparaat bestaat al, functioneert, maar moet

alleen nog verkocht worden. Het moet passend gemaakt worden

aan de code van de doelgroep. Dit lijkt misschien in eerste instantie

een onschuldige ontwikkeling: de toe-eigening van attributen door

ze te omschrijven in je eigen taal. Het is echter iets anders : Je

omschrijft niet het attribuut, het product is immers in het geheel

niet onderwerp van gesprek. paradoxaal genoeg is de taal hetgeen

waarover ges'proken wordt: een circulaire activiteit die inhoudelijk

niets te betekenen heeft. Het enige doel ervan is je het idéé te

geven dat je iets omschrijft, het idee dat je kunt oordelen.

22 pantheon 05 0001

Doordat het oordelen van consumenten op deze wijze niet (meer)

aan een inhoudelijke betekenis is ontleend geeft het zich volledig

over aan manipulatie. Het zal niemand verbazen dat commerciële

bedrijven er veel aan gelegen is dit oordeel naar zijn hand te

zetten. Hierbij komt dat bedrijven door de massale overgang op

reclame-activiteiten ook geen keus meer hebben: wie niet

adverteert gaat vroeg of laat kapot. Hierdoor verschuift het accent

in de gehele industrie van productie en kwaliteitszorg naar

verkoopstrategie.

Deze verplaatsing van de aandacht van de interne naar de externe

eigenschappen van het product, zagen we het eerst bij industriële

producten die al min of meer af waren, en in een fase van

perfectionering terecht waren gekomen. Men moest iets nieuws

verzinnen om het ding zich te laten onderscheiden, aangezien

technisch er weinig verbetering meer plaats vond. Doordat

langzamerhand deze methode bruikbaar blijkt voor ongeveer elke

tak van de economie, zien we deze ontwikkeling van vormgeving

ook verschijnen op allerlei gebieden waar de overzichtelijkheid

van een relatief eenvoudig industrieel product geenszins aan de

orde is. Zo zien we dat ook de architectuur en de stad onderheVig

zijn aan deze ontwikkeling, terwijl het hier toch fenomenen betreft

die bij uitstek nooit af zijn.

Met name de stad (nog altijd mijn grote liefde) wil ik hier behandelen

aangezien hierbij de meest grote tegenstellingen met het industriële

product ontstaan en daardoor ook de meest pijnlijke gevolgen bij

versmelting met industriële vormgeving .

Page 25: pantheon ocr test

De afgelopen decennia is duidelijk geworden dat er een enorm

economisch belang is verbonden aan het imago van een straat,

een wijk of een stad.

Het economisch belang dat hiermee gemoeid is oneindig veel groter

dan toerisme alleen. Waarschijnlijk een stuk belangrijker is namelijk

de presentatieve economie : een hoofdkantoor van een groot

concern zal zich min of meer genoodzaakt zien zich te vestigen in

een stad 'met uitstraling' ('wat moet Philips nou nog in Eindhoven').

Hierdoor is ' imagebuilding ' voor veel steden van levensbelang

geworden.

We hebben op andere gebieden gezien dat mensen de

consequente machteloosheid alleen accepteren als ze een grote

keuze hebben en het aanbod regelmatig verandert. Of ze werkelijk

een keuze hebben, en of het aanbod wezenlijk verandert doet er

hierbij niet toe, zoals we eerder zagen dat het mensen evenzo

niet uitmaakt of ze het over het spanningsveld tussen de drol en

de penis hebben of over iets zinnigs. Het enige model waarin het

absolutisme van een vastgelegde vorm geaccepteerd kan worden

~n de architectuur De methode hiertoe is wederom vormgeving, hier in de vorm van

herinrichtingen van steden en pleinen. In veel West-Europese

steden zien we op het moment buitengewoon verzorgde en

'ontworpen' winkelstraten als paddestoelen uit de grond schieten.

Deze herinrichtingen beogen een verzorging en controle die we

tot voorkort slechts in het interieur zagen. De term straatmeubilair

spreekt wat dit betreft boekdelen. Deze ontwikkeling loopt

synchroon met de manifestatie van steden in campagnes die ons

regelmatig overspoelen bij internationale evenementen (WK,

Songfestival, etc.). Wat we hier in feite zien is hetzelfde proces als

eerder in de industrie heeft plaatsgevonden: een product moet

verkocht worden.

Deze werkwijze van steden die vooral gericht is op verkoop en

presentatie dringt zo langzamerhand door tot alle ontwerpopgaven.

Natuurlijk heeft architectuur altijd een vorm gehad, en is deze

vorm ook altijd onder de persoonlijke invloed van een architect tot

stand gekomen. Toch is dit iets anders dan de vormgeving waar ik

het hier over heb, aangezien voor de invasie van de vormgeving

in de architectuur het systeem waarin de vorm tot stand kwam

hetzelfde systeem was als waarin het gebouw ontwikkeld werd:

het was één en dezelfde ontwerpopgave.

Wanneer de oppervlakte van de architectuur volledig door

vormgevers (zich al dan niet architect noemend) wordt

overgenomen krijgt deze een af-heid en daarmee een absolutisme

dat geen ander gebruik toestaat dan dat waar de verkopers zich

op richten. Het wordt daardoor een product met dezelfde steriliteit

en onaantastbaarheid van een scheerapparaat.

Gijs de Waal

blijkt zodoende dat van een architectonische wegwerpmaatschappij

te zijn. De schaal van de gebouwde omgeving is echter zo groot

dat het financieel onmogelijk is dit over de gehele linie toe te

passen. Zelfs bij slimmigheden waarbij ingrepen zich tot de gevel

kunnen beperken, blijft dit systeem alleen voor bepaalde gebieden

en bepaalde groepen toegankelijk. Hierdoor zullen slechts bepaalde

centra deze wegwerpmaatschappij kunnen realiseren, waar een

opgaande spiraal van reclame en consumptie deze plekken tot

magneten maken van alles wat zich wil presenteren. Dit ten koste

van andere gebieden die buiten de aandacht van deze nieuwe

maatschappij vallen omdat ze niet als representatief worden

beschouwd . Immers, zo wordt geredeneerd, de cultuur wordt

bepaald in de genoemde centra . We zien dan ook inderdaad dat

wereldwijd in veel steden gebieden van buitengewone

(over)verzorging ontstaan, terwijl andere gebieden totaal worden

verwaarloosd.

Hoewel Koolhaas soortgelijke ontwikkelingen in beschrijvingen

(zoals die van de generic city) nog als heroïsch en bevrijdend ziet,

zijn er voor mij genoeg redenen om architectuur en industriële

vormgeving als gescheiden disciplines te blijven opvatten.

Aan een ieder de keus natuurlijk, althans, als we die nog hebben.

e

pantheon 05 0001 23

Page 26: pantheon ocr test

"Do you suffer from ...

Technophobié!h::1

Our modern industrial E design alphabet, and -Kappa; -Palm

some other synonyms: -Erco lights-"the forth -Kata eyewear; Q

A dimension of architecture" L ---q .com

-@ (at) F -Lammy pens R

-Apple macintosh -Falke: "ergonomie sports -Lingie Roset: "Ie style de vie" -Roche Bois: "expressing

-Audi- "Versprung durch systems" -LG electronic: your inner need"

Technic" G M -Rotring:

-adobe -George Jensen watches: -More + More furniture: S B "outrageously Scandinavian". "a life philosophy" -Siemens;

-Braun- "Designed to -Garber: "multi purpose tools- -Mitshubishy -Swatch;

perform" Legendary blades" N T -Biomega bicycles-"furniture -G sus industries; -Nordica skies: "pure victory -Tag Heur: "Beyond mesure"

for locomotion" H clothing" V -Bentley; -Hugo: "innovate-don't -Nike jackets- "light sheep's -Volkwagen;

C imitate" clothing for insatiable wolves" W -Camper-shoes-"the walking

Huwlett packard; 0 -Wallpaper: "the stuff that

society" -Hoover; -Omega watches surrounds you"

-Cornord watches-"time is a I -ODLO: -Wilk Caravans

luxury" -lilycoffee products; -Orange telecom: _\\www,"

D 1 P X -Diesel- "everything for -JVC: "imagine life without it" -Philips: "making your life a -Xerox: "machines-Create

successful living" K little easier" progress"

-Dr Martin's; -K-swiss shoes; -Pentax

24 pantheon 05 0001

Page 27: pantheon ocr test

lndustrial design is the advertising board of modern dav life. It reflects and produces the images of what we knowas being essentially part of our lives. (Without these objects, there would be a little negative sign flashing next to it.) It takes from the current, everyday life, an element, studies it, validifies it's existence, and then reduced it's essence to one very clear functional idea-fit for a modern dav consumption pattern. With our close personal space we find these "objects trove", sending a symbol or sign as representative communication between us and it's purpose. We, distinguish between many signs, filter them, interpret some, relate it to ourselves and abuses a normal object into a complex society. It (we) absorb the "a" for apple to take on an embodied form of "Mac's", passes through (@) with final results in adoring "adobe" and using the "W" as full stop - leaving a lot of interpretation open in-between the "dot" and the "com".

""Do you suffer from "Technophobia"?? ..... it (she) asked,

with a musky hissing voice?

"No " he replied, being very cautiaus.

"Weil then I faresee na prablem~ anly fun times a head" and with

that a soft murmuring of electronie breath wised thraugh his ear~

like a persan sighing.

As he stepped inta and thraugh the daarwa~ he wondered if his

life wauld ever be the same? He passed the electric green line ... and

then ...

He was in' he was part of thisl beyand any measure. The anly

thing that's naw left ta dal is ta not get las~ atherwise he faresees

HELL ahead. "

We can get lost, in fact, we have got lost. It's quite simple in the

whole scheme of things. The maze keeps expanding into the

unknown, unseen and unheard off. With Real-unreal, 2D- 3D,

sane and insanity , sign and signal being the most cognitive points

of anchor, within a technological bowl of information, realization

and streamlined super effects. We have become Nemo *, in which

we play god of the green superficial grid. The more we get, the

more we want, -gadgets galore, color on everything and

multifunctional buttoning to control small suit environments within

an even bigger "Marsian" bios-sphere. To live; implies the fact of

existence with gadgetry, button and colors. To lose the industrial

functional character would mean we might lose grip on a common

dav reality of production or even ourselves.

To be connected to the green web has got it's value. The concept

of exchange has never been as understood as what we experience

it now. To exchange means to be bigger and better, not only in the

financial sense of the word but, it implies the manifestation of

"being". To streamline the objects around us, is to streamline the

process of living, more flexible, more compatible and more

desirabie.

Industrial design, has come to stay. Designers should be aware.

The competition is enormous, perhaps life threatening, too critical

to mention. Questions do remain. Answers unforeseen. The fusion

of disciplines might not be validated in the near future, or ever

again, but one thing remains sure. Humanity -Human existence­

must not .g.et lost within it's own products.

We made it. We cured it, 50 it is fair to say, we must take

responsibility for it. And if we do get lost .. .just follow the green line

floor panel to the exists, on both sides of your life.

The life of digits, single, double and or multiple:

Objects of desire: not referring the proverbial James Bonds, "miss

Galore', but industrial design deals with the embodiment of function

and the materialistic exaggeration thereof. To say industrial design,

is to mean commodity, usage, capitalist and consumerism.

Andy Wharholl was right; we are the community in which the

everything has a consumer price. We awake with our Argo

designed light fitted with a Phillips bulb, brush our teeth with

the Braun, and drive to work in or Alfa Romeo Spiders. At

lunch we abuse and use Campbell's soup can- discard our

Huggies bay nappies whilst filling the Rotring pens with

designer ink.

We decide wheather to by or sell and send the info on our Palms,

emaiIs the results to head office while printing the progress report

form behind you Audi-A4, via satelite, to the Big Xerox, in the

office.

Home @ 5: Hoover helps us clean the house, Pentax ensures

fixture on film. Done.

Lounging in our Chaise lounge with Martini in a can, we watch

and listen, to our Sony flat screen 3 D- DVD whilst downloading

our MP 3, and entertaining the thought of preparing "garspacthio'

in the white and silver Kenwood combination-mini-chef.

Then midnight struck, should you run and save your neck? To save

the marriage, we ki ss our wife via our deluxe-"web cam'; send

an "www"-Ietter to save the peace, ordering her a bunch of

flowers for tomorrow, via a Siemens- Wap capability cell Phone.

Tommorow seems grand, A jog, A jargon and perhaps a 1't class

Concorde flight- no worry- the Diesel jocks and Nordica skeis

are packed l

We are the industrial innovation of the modern dav. Hip ... , hype ...

fast kinky "Durex"sex ... colorful programmed interiors- strobe

"Iit" peacemaking into the next era, ....

today the same, .... tomorrow a new name!! I e

pantheon 05 0001 25

Page 28: pantheon ocr test

AI vijftien jaar lang wordt door de studieverenigingen van Bouwkunde, Stylos en Industrieel ontwerpen, i.d, een workshop georganiseerd. Vorig jaar heeft het samenwerkingsverband, dat eerst Object & Ruimte heette, een nieuwe naam gekregen, C02 (coöperatie in het kwadraat). De naam is veranderd omdat de studieverenigingen een nieuwe opzet wilden voor de workshop. Bij deze nieuwe opzet hoorde ook een nieuwe doelstelling. Deze is op de volgende manier omschreven: Het in contact brengen van 10- en bouwkunde studenten door middel van een workshop waarin zij in aanraking komen met elkaars vakgebied. De confrontatie met elkaars ontwerpmethodiek en -filosofie staat hierbij centraal. Daarbij het verkennen van het grijze gebied tussen de beide vakgebieden en de hieraan grenzende randdisciplines. Aan de hand van een concreet thema, begeleiders werkzaam in één van de hierboven omschreven disciplines en een veelzijdig programma waarin ook de nodige ontspanning en cultuur is opgenomen, is geprobeerd deze doelstelling te realiseren. Dit alles tijdens een workshop als intensieve vorm van samenwerking die een weekend lang duurt.

Wanneer een commissie bestaat uit studenten van twee verschillende studies, worden de verschillen tussen beide studies al snel

duidelijk. Begrippen die voor een bouwko de normaalste zaak van de wereld zijn, doen grote vraagtekens rijzen boven de hoofden

van io'ers. Andersom geldt precies hetzelfde. Een PS waarde? Roozenburg en Eekels? Neufert? Een dummie? Wat moet je daarmee?

En stoppen bouwko's hun tekeningen in een koker? IO'ers zouden dat niet over hun hart kunnen verkrijgen.

Op deze manier wordt niet alleen de kennis over die andere studie groter, maar ook die van je eigen studie. Alsof je een vreemde taal

leert: Terwijl je de taal leert, wordt je inzicht in je eigen taal groter. Het is de bedoeling dat ook de deelnemers van de workshop dit

zullen ervaren.

Humanized Workshop C02 2001

mens < > toekomst

Survival of the fittest

In de loop van de tijd evolueren organismen. Dit is een langzaam

proces, maar uiteindelijk zorgen mutaties in het DNA ervoor dat zij

sterker worden dan de oorspronkelijke soort.

Maar zijn wij nog wel 'the fittest'? Is de mens als organisme

opgewassen tegen de snelle veranderingen van zijn leefmilieu?

Kan de mens meegaan met de tijd en zich evolueren tot een soort

die beter past in zijn huidige en toekomstige omgeving? Kan de

mens zich aanpassen aan mechanische en onnatuurlijke ruimtes

en gebruiksvoorwerpen? Hoe zou de mens moeten evolueren wil

hij overleven in deze tijd? Wat is de mens van de toekomst?

Optimaliseer de mens .. .

26 pantheon 05 0001

mens < > media

De keerzijde van de rnrrlm".rri"

In reclames worden altijd beste kanten van een

product aangeprezen. M er achter deze schijn van

perfectie? Elk product kent naast zijn pluspunten ook altijd zijn

minpunten. Deze krijgen wij echter nooit te horen of te zien.

Maak twee commercials voor hetzelfde product en licht in allebei

een ander aspect op van het product. Maak beide reclames

aantrekkelijk voor dezelfde doelgroep en onderzoek orYwelke

manieren mensen gemanipuleerd kunnen worden door

verschillende presentatietechnieken.

Page 29: pantheon ocr test

Het thema Een concreet thema dat is terug te vinden in een logische koppeling aan vakinhoudelijke projecten. Die doelstelling is omgezet naar

het uiteindelijk gekozen thema 'De mens' vertaald in het woord Humanized. In beide vakgebieden staat immers de mens centraal. Elk

ontwerp, of het nu een industrieel produkt, een gebouw, een user-interface of iets anders is, wordt uiteindelijk ontworpen voor

mensen. Een heel weekend nadenken over de mens waar jij nu uiteindelijk voor ontwerpt kan niet anders dan een nuttig en

interessant weekend worden, was hierbij de gedachte. Want komt door allerlei factoren waar je rekening mee wilt houden tijdens het

ontwerpproces zoals esthetiek, sterkteberekeningen en productieprocessen de mens, de gebruiker van jouw ontwerp soms niet een

beetje op de achtergrond te staan? En daar ontwerp je toch voor? Daar draait het toch allemaal om? Daar begint het toch allemaal

mee?

Tijdens de workshop C02 2001 zal er nagedacht worden over 'de mens' om zo bewust(er) voor de mens te kunnen ontwerpen, om je

ontwerp te kunnen 'vermenselijken'.

Humanized De mens; door vele aspecten wordt hij gevormd. Iedereen is uniek, de individu groeit. Mensen verschillen van elkaar, al naar gelang

ervaring, afkomst, lichamelijke kenmerken, problemen en gevoelens. Kun je je eigenlijk wel een beeld vormen van De Mens waarvoor

je in eerste instantie ontwerpt?

De mens; het centrale thema van deze workshop. Hem ontleden, stukje voor stukje, binnenste buiten keren. Onderzoeken en vanuit

nieuwe invalshoeken naar hem kijken. Wanneer het menselijk gedrag niet als vanzelfsprekend wordt gezien, maar als iets bijzonders

wordt herkend, kan er op een nieuwe manier over nagedacht worden. Een ontwerper ontwerpt voor mensen. Maar wie zijn die

mensen dan en hoe steken ze in elkaar?

De mens; als gebruiker van jouw ontwerp. Wat willen gebruikers nu eigenlijk? Het beoogde doel van deze workshop is dan ook het

bewust worden van de fysieke en psychische kenmerken van deze mens. Hoe verhoudt hij zich tot de wereld om hem heen? En kun je

daar inzicht in krijgen?

De locatie Studenten hoeft natuurlijk niet uitgelegd te worden dat een mooie en geschikte locatie belangrijk is om dit thema een weekend lang

uit te pluizen. De workshop speelt zich dan ook af in een prachtige ouderwetse sporthal. Een inspirerende ruimte gelegen tussen de

TU-wijk en het centrum. Ook is er een grote buitenplaats, dus deelnemers en begeleiders kunnen ook nog van het zonnetje gaan

genieten tijdens het zware hersen- en handwerk.

mens < > milieu

Re-use your design

Als we op deze manier doorgaan met produceren en consumeren

is de aarde binnen een bestek van zo'n 50 jaar veel van zijn

natuurlijke grondstoffen kwijt. Alles zou kunstmatig aangemaakt

moeten worden, willen we op een zelfde comfortabele manier

verder leven .

Zelden wordt de optie om gebruikt materiaal te verwerken in je

ontwerp serieus overwogen. Er zijn zo veel nog bruikbare

materialen in de omloop, die in een andere verschijningsvorm ook

nog heel goed dienst zouden kunnen doen.

Onderzoek. Qf het mogelijk is een functioneel ontwerp te maken,

alleen gebruikmakend van bestaande materialen.

mens < > mens

Can't you feel it?

Liefde, haat, angst, vreugde, woede, pijn, onzekerheid,

blijdschap, geluk, ontroering, verdriet .. .... .. .. ...... .

Gevoel, de wereld is er mee doordrenkt. Je kan niet zonder, het is

er altijd. Maar wat is dat nou precies, een gevoel? Wat is de

definitie van gevoel? Bestaat die überhaupt wel, of kan je voelen

alleen maar voelen? Zonder gevoel zouden we maar ongelukkig

zijn!? "Het was onbeschrijflijk, ik kreeg een onbestemd gevoel,

etc.". Niet alle gevoelens zijn benoemd.

Is het mogelijk om een nieuw gevoel te ontwerpen? En een nog

grotere uitdaging, kan hier dan ook een model van worden

gemaakt?

pantheon 05 0001 27

Page 30: pantheon ocr test

De projecten Het thema komt terug in de projecten door in elk project de mens te bekijken versus verschillende factoren. Bij elk project zijn

passende begeleiders gezocht. Enthousiaste mensen die met hun kennis en ervaring de deelnemers een duwtje in de goede richting

kunnen geven.

Om een beeld te geven van de onderwerpen die tijdens het weekend door negen verschillende groepen uitgediept werden, staat

hieronder per project de beschrijving die de deelnemers aan het begin van het weekend voor hun neus kregen.

Tot slot

Dit jaar een nieuwe doelstelling van de Workshop C02 met een vakgerichte opzet en een duidelijke confrontatie tussen BK- en 10-

studenten. Dit jaar het thema Humanized: de mens centraal. Hopelijk is in deze vorm de workshop net zo geslaagd als andere jaren

en geeft het de deelnemers een completere kijk op 'de mens' waarvoor zij ontwerpen.e

De commissie Monique Frösch

Voorzitter / Projecten &

Begeleiders

Daniëlle Timmer

Penningmeester / Avond- en

Bijprogramma

Julien Latul

Secretaris / PR

Lenneke Kuijer

Projecten & Begeleiders / PR

Judith Ogink

Projecten & Begeleiders

Liselotte Tiemensma

Avond & Bijprogramma

Michaël v.d. Griendt

Begeleider i.d

Joep Janssen

Begeleider Stylos

1 , \

mens < > omgeving

Discovery channel

Datum: 25, 26 en 27 mei 2001 Locatie: Prometheushal, Kanaalweg 28

Aantal deelnemers: 90 Website:

http:/ / www.workshopco2.nl

Een paar keer per dag begeeft deze soort zich naar een plek in

afzondering van de groep. We zien hier een exemplaar dat zijn

handverlenger pakt. Het is ons een raadsel waarom hij geluiden

en gebaren maakt, terwijl e~ geen andere soort in de buurt is.

Sommige exemplaren verto en dit gedrag ook midden in een groep.

Hier wordt door de groep sterk afwijzend op gereageerd. Vooral

als, zoals op deze beelden te zien is, de handverlenger zelf geluid

gaat maken.

Om een optimaal ontwerp te maken moetje de mens en zijn gedrag

goed kennen. Dit is te bereiken door de mens objectief te

observeren. Leef je dus in in de "niet-mens" en bekijk de interactie

tussen deze vreemde soort en zijn omgeving.

28 pantheon 05 0001

mens < I ezondheid

univeRSIteJt Iedereen kent wel iemand die er last van heeft. RSI. Op

bouwkunde en Ia komt het heel veel voor. Iedereen weet ook

hoe je het kan voorkomen: veel bewegen, niet te lang achter

het beeldscherm zitten, een goede houding. Maar blijkbaar

worden deze voorwaarden r:liet genoeg opgevolgd. "Ik krijg het

toch niet." "Ik heb morgen presentatie, ik moet weL" De TU doet

nog te weinig om haar studelilten te beschermen tegen deze

grote oorzaak van studievertrpging.

Daarom aan jullie de taak om een campagne op poten te zetten

om RSI te verbannen van de TU. In China wordt bijvoorbeeld

elke ochtend samen gesport.

Breng de TU in beweging!

Mens < > Verplaatsen

On the move

Zich verplaatsen, zich voortbewegen. In flitsende auto's, treinen,

op de fiets, snel, langzaam, door de lucht of over de snelweg,

alleen of met heel veel, voor je werk of voor de lol. Een mens

verplaatst zich constant in zijn leven. Vaak en veel en snel, steeds

meer: overvolle vliegtuigen, overvolle treinen en overvolle

snelwegen zijn hier het bewijs van.

Het verplaatsen van mensen heeft geleid tot problemen:

fileproblemen en drukte bij het openbaar vervoer. Een mens brengt

bewegend veel tijd door. Vindt de mens het leuk om zich te

verplaatsen? Waarom? Hoe ervaart de mens het zich verplaatsen?

Wanneer vinden mensen het prettig om onderweg te zijn?

Kun je in deze context nadenken over de problemen d-ie het

verplaatsen van de mens tot gevolg heeft? Kun jij iets bedenken

waardoor de mens het verplaatsen als aangenaam ervaart?

Page 31: pantheon ocr test

Mens < > Verleden

Up to date

Het verleden van een mens en de ervaringen die een mens

heeft spelen een rol bij de manier waarop mensen met

producten en gebouwen omgaan en deze ervaren. De mens

verandert in de tijd en daardoor veranderen gebouwen,

producten, steden, tekens. Is het voor vele producten en

gebouwen die lang geleden zijn ontstaan/ontworpen nog wel

"logisch" dat ze zijn zoals ze nu zijn? Wat is er dan veranderd

aan de relatie van mensen met gebouwen/producten en hoe

komt dat? Wat moet er daardoor aan producten en gebouwen

veranderd worden?

Een voorbeeld zijn de tekens voor het mannelijke en

vrouwelijke geslacht. Deze komen nog uit de tijd dat de

mannen moesten jagen. Het teken voor de vrouw is een

spiegeltje en dat voor de man is een zwaard met een schild .

De verhoudingen van mannen en vrouwen liggen nu wel wat

anders en hebben niet veel meer met jagen te maken. Kun jij

bedenken hoe de verhoudingen van mannen en vrouwen nu

liggen in Europa? Kun jij een nieuw icoon voor mannen en

vrouwen ontwerpen?

Brug tussen universiteit en beroepspraktijk

Mens < > Cultuur

Mu/ticu/tuur

Ruim honderdvijftig verschillende nationaliteiten leven in

Amsterdam samen met elkaar. Er is plaats voor tempels en

moskeeën, kerken en synagogen. Op straat zijn er nu immigranten

uit Indonesië, Suriname, de Nederlandse Antillen en Aruba,

voormalige gastarbeiders uit Spanje, Turkije, Marokko, Italië en

Griekenland, en immigranten uit meer dan honderd andere landen .

Hierdoor is de culturele diversiteit in Amsterdam in relatief korte

tijd sterk toegenomen. En niet alleen in Amsterdam is sprake van

deze culturele diversiteit. In heel Nederland leven vele culturen

samen.

Wat voor gevolg heeft dit voor jouw ontwerp? Stel jezelf als

ontwerper de vragen 'Hoe kunnen we ontwerpen voor een

multiculturele samenleving? Hoe kunnen we dit in onze gebouwen

en producten terug laten komen? Hoe kunnen we iets maken waar

ieder mens van elke cultuur er prettig mee om kan gaan?'

( r r

PAS is de praktijkopleiding voor universitair afgestu­

deerde architecten en stedenbouwkundigen.

PAS/ers:

~ Werken als zelfstandige of in loondienst en hebben inte­

resse voor vormgeving en de zakelijke kant van het vak.

~ Studeren één dag per week aan de hand van recente

praktijkvoorbeelden.

~ Krijgen snel vat op de uitoefening van het vak.

De BNA en de bnSP ondersteunen PAS en de deelnemers

aan PAS.

BEL VOOR EEN OPLEIDINGSGIDS OF KIJK OP DE INTERNETSITE

Stichting Praktijkopleidingen Architectuur en Stedebouw

TEL 020 6223616 • FAX 0206390578 • http://www.xs4all .nl/-pas

Page 32: pantheon ocr test

Enige tijd geleden verscheen in de Delta het bericht dat het College van Bestuur voornemens was de wetenschapswinkel te sluiten. De wetenschapswinkel van de TU Delft is in 1979 opgericht en verricht gratis wetenschappelijk onderzoek en adviseert bij problemen. Dit onderzoek wordt gedaan voor organisaties en particulieren die geen commerciële doelen hebben en die bovendien geen mogelijkheid hebben om zelf onderzoek te laten doen. Allerlei problemen in de woon-, werk- en leefsituatie worden behandeld. De wetenschapswinkel regelt onderzoek naar deze vragen en adviseert over een mogelijke oplossing. Hiervoor maakt ze gebruik van de wetenschappelijke kennis, die op de TU aanwezig is. Als officiële reden voor sluiting gaf Nico de Voogd, voorzitter van het College van Bestuur, aan dat de TU in principe vrij toegankelijk is voor iedereen en dat een specifieke ingang niet langer nodig was.

De sluiting van de wetenschapswinkel is het zoveelste voorbeeld

van een zich steeds meer bedrijfsmatig ontwikkelende universiteit.

Het lot van de wetenschapswinkel valt niet los te zien van een al

langer in gang zijnde ontwikkeling die getuigt van een fundamentele

verandering met betrekking tot de idee van een universiteit. De

sluiting toont op een zeer confronterende manier de overgang

van de universiteit als een plek waarin de uitwisseling van kennis

centraal staat naar een bedrijf dat op resultaten afgerekend wordt.

De opmerking van Nico de Voogd moet dan ook met enige scepsis

aangehoord worden. In wezen bedoeld hij niets anders dan dat

elk bedrijf de TU kan benaderen voor het doen van onderzoek,

terwijl voor de buurtvereniging die onderzoek wil laten doen naar

een nieuw tracé voor een stuk snelweg geen plaats meer is.

Idealisme en maatschappelijke verantwoordelijkheid maken aldus

algemeen genomen niet (meer) zelfstandig, kritisch en creatief

worden opgeleid. Je hoeft als student maar een keer bij de Centrale

Studenten Administratie geweest te zijn om zelf te kunnen

vaststellen dat ook de TU een log verbureaucratiseert apparaat

is. Diensten binnen de TU lijken soms te functioneren als elkaar

beconcurrerende bedrijven waarbij optimalisatie van processen

en winst centraal staan in plaats van de student. De gevolgen van

deze door de Duitse socioloog Max Weber reeds genoemde

kenmerken van bureaucratisering zetten langzamerhand de

student buitenspel. Het zou een interessant gedachtenexperiment

kunnen zijn om de studenten eens weg te denken van de TU.

Zouden de diensten dan niet gewoon doordraaien?

Vorig jaar vatte een van de Delftse ondertekenaars, filosoof prof. ir.

Egbert Schuurman, in de Delta de situatie als volgt samen: "De

Curriculumvernieuwin pragmatische sanctie

plaats voor pragmatisme en economische principes. Deze

constatering is natuurlijk niet nieuw; vorig voorjaar werd de

universitaire wereld opgeschrikt door het manifest 'Een universitair

Reveil'. Dit door meer dan vijftig hoogleraren van verschillende

universiteiten ondertekende manifest, bekritiseerde het in

toenemende mate verbureaucratiseren van de universiteit: "De

universiteiten dreigen te verworden tot een bureaucratische

machinerie die een volgens de laatste mode op maat gesneden en

geknipte afgestudeerde aflevert". De ondertekenaars houden de

politiek, het bedrijfsleven en de universiteitsbestuurders

verantwoordelijk voor het feit dat de universiteiten binnen hun

huidige studieprogramma's een gestandaardiseerd product

afleveren: de moderne afgestudeerde. Een (teChnische)

universiteit wordt als zodanig een bedrijf dat handelt in kennis en

ingenieurs produceert.

Aan de traditionele doelstellingen van een universiteit (het kweken

van begrip en inzicht en het doen van vernieuwend en onafhankelijk

onderzoek) wordt voorbijgegaan omdat wetenschappers worden

bekneld door regels en criteria en omdat studenten over het

30 pantheon 05 0001

zucht naar specialisatie neemt toe. Docenten en studenten zijn

gericht op prestatie, door het keurslijf dat de overheid ze oplegt.

Universele kennis telt daardoor niet meer, alleen maar

gereduceerde kennis. De studenten zijn nog even slim als vroeger,

maar de omstandigheden waaronder ze moeten studeren, zijn

door tempo- en prestatiebeurzen danig verslechterd ."

Deze ontwikkeling vindt niet alleen op de TU plaats, maar speelt

zich af binnen een breder maatschappelijk kader. Zo stelde Minister

Hermans van Onderwijs onlangs voor om op basisscholen kleuters

te toetsen, om op deze wijze scholen financieel af te kunnen

rekenen op de leerprestaties van de leerlingen. Let wel: het gaat

hier om kinderen van vijf jaar. Begrippen als waardevorming,

algemene en creatieve ontwikkeling worden in deze structuur

volledig buiten beschouwing gelaten.

Dit bizarre voorbeeld staat symbool voor de afrekencultuur waar

wij langzaam inglijden. In deze afrekencultuur is er geen;:plaats

voor kritiek of debat, tenzij het een ingecalculeerde discussie betreft

die ook op zodanige wijze beheersbaar is. Discussie staat het

Page 33: pantheon ocr test

19:

proces, het traject en daarmee de resultaten in de weg en dient

dus hooguit gevoerd te worden als onderdeel van het proces. Het

proces waarin een bepaalde ontwikkeling zich afspeelt lijkt

langzamerhand belangrijker te worden dan de ontwikkeling als

zodanig . Het is niet voor niets dat de afgelopen jaren de laag

managers in de maatschappij enorm gegroeid is.

Het belangrijkste verschil tussen het marktdenken en het

wetenschappelijk denken is dat er binnen het marktdenken

gereageerd wordt op de vraag die er vanuit de markt gesteld

wordt. De wetenschapper stelt echter zelf de vragen. Het louter

reageren op vragen vanuit een steeds in beroering zijnde markt

maakt uiteindelijk een langetermijnontwikkeling onmogelijk. Daar

is in wezen geen ruimte voor omdat marktpartijen elkaar afrekenen

op financiële resultaten, bij voorkeur zo snel mogelijk om het risico

zoveel mogelijk te beperken. Zo worden bedrijven beoordeeld op

hun koers en niet op hun inhoud. Een bedrijf als WorldOnline

bijvoorbeeld wordt algemeen als ingeklapt verondersteld; dit is

niet waar, de koers is ingeklapt, het bedrijf zelf niet. De koers is

echter datgene wat geldt voor de aandeelhouder; het voorbeeld

van WorldOnline maakt duidelijk dat de groep aandeelhouders in

de samenleving inmiddels erg groot is. Elke vorm van

langetermijnplanning wordt door dit verlangen naar snelle winsten

nagenoeg onmogelijk gemaakt.

De wetenschappelijke wereld zou juist een tegenhanger moeten

zijn voor deze door winsten beheerste maatschappij. Hier zou de

mislukking mogelijk moeten zijn, het experiment. Binnen deze wereld

moeten mensen de kans krijgen om kritisch vragen te stellen en te

onderzoeken, zonder direct op de resultaten afgerekend te worden

in relatie tot de 'nutsvraag'. Juist in deze tijd van hoogconjunctuur

zouden we moeten investeren in die instituten die zich bezig houden

als een marionet taken uitvoert die door het College van Bestuur

zijn opgelegd en vervolgens aan de faculteit moet worden verkocht.

Binnen deze hiërarchische bestuursstructuur ontstaat een

'schijndemocratie' waarbinnen oppositie uitgesloten lijkt te zijn.

Een gedegen en kritische reactie binnen een democratie kost tijd

en is daarom binnen een bedrijfsstructuur nauwelijks mogelijk. De

oppositie die toch ontstaat wordt zorgvuldig gemanaged.

Een voorbeeld van deze cultuur is het proces rondom de invoering

van de Numerus Fixus op de faculteit Bouwkunde. Het College van

Bestuur nam het initiatief tot invoering van een Numerus Fixus op

Bouwkunde. Een duidelijke en goed onderbouwde argumentatie

heeft nooit ten grondslag gelegen aan het voornemen van het

College van Bestuur. Het was aan de decaan om het voornemen

van zijn werkgever aan onze faculteit te verkopen. Ondanks de

storm van protest die vanuit verschillende groepen binnen de

faculteit geleverd werd, brak de discussie pas open na het door

Stylos georganiseerde debat tussen Rector Magnificus Karel

Wakker en John Westrik (voorzitter van de Ondernemingsraad op

Bouwkunde.) Het is opzienbarend dat de kritiek die blijkbaar zo

latent aanwezig is, nergens anders een plaats heeft dan in een

door studenten georganiseerd debat. Pas na dit debat kon niemand

meer heen om de bezwaren die er waren tegen de invoering van

de Numerus Fixus. Vervolgens schaarde de hele

faculteitsgemeenschap zich achter het standpunt dat de Numerus

Fixus niet het juiste middel zou zijn voor een uiteindelijke verbetering

van de kwaliteit van het onderwijs. De decaan manoeuvreerde in

deze discussie tussen de wil van zijn baas en de onwil van zijn

familie. Als 'pater familias' probeert (de) de decaan de

faculteitsgemeenschap bij elkaar te houden. Op een academische

David Mulder & Joep Janssen

of nieuw fundament? met vragen die over een langere termijn gaan dan de tijd tot de

volgende aandeelhoudersvergadering. Of in de woorden van

Willem Frederik Hermans: "Wetenschap is de titanische poging

van het menselijk intellect zich uit zijn kosmische isolement te

verlossen door te begrijpen".

Tegen deze achtergrond wisselt het College van Bestuur van de

TU en vindt op de faculteit Bouwkunde de Curriculum Vernieuwing

plaats. In beide gevallen zou dit het moment moeten zijn om een

vuist te maken tegen de hierboven beschreven ontwikkelingen.

Ofschoon deze noodzaak door de universitaire gemeenschap wordt

ingezien, is het echter de vraag of dit ook binnen de huidige

structuur daadwerkelijk zal gebeuren. Sinds de invoering van de

MUB (Wet Modernisering Universitair Bestuur) in 1997 wordt de

democratie binnen de universiteit op een kunstmatige wijze in

stand gehouden. Op faculteiten heeft de decaan de

eindverantwoordelijkheid en neemt als zodanig alle besluiten . Hij

is in feite alleen verantwoording schuldig aan zijn zetbaas: het

College van Bestuur. De decaan verkeert in een positie waarin hij

instelling moet echter niet de eenheid worden gewaarborgd, maar

juist de verscheidenheid aan meningen en de confrontatie tussen

deze meningen.

Een tweede voorbeeld van het vreemde bestuursklimaat op de

faculteit is de gang van zaken rond de benoeming van een nieuwe

Opleidingsdirecteur. De Opleidingscommissie is een formeel

adviesorgaan voor het Faculteitsbestuur en wordt gevormd door

zes studenten en zes docenten. Na de invoering van de MUB is dit

het enige orgaan binnen de faculteit waarin zowel studenten en

docenten samen advies uitbrengen. Zij adviseren de decaan over

onderwijszaken en bewaken de onderwijskwaliteit van de opleiding.

De Opleidingscommissie moet de decaan ook adviseren over de

opvolging van de opleidingsdirecteur, nu de huidige

opleidingsdirecteur weg gaat. De Opleidingscommissie is echter

niet in het besluitvormingsproces betrokken geweest en werd in

feite alleen gevraagd de finale handtekening voor instemming te

zetten. Een goed onderbouwde argumentatie met een curriculum

vitae was niet gegeven vanwege de haast waarmee het besluit

genomen moest worden. De drie pijlers tijd, ruimte en geld worden

pantheon os 0001 31

Page 34: pantheon ocr test

binnen deze cultuur keer op keer als argument gebruikt om besluiten

te nemen die voorbijgaan aan de kwaliteit van beslissingen.

Tijd speelt ook een primaire rol in het besluitvormingstraject van

de Curriculum Vernieuwing . Het is verontrustend wanneer op de

Stylos Onderwijsconferentie van 19 februari j.1. leden van de Curve

Kerngroep mededelen dat er geen tijd meer is voor kritiek op de

rapportage van deze curriculum ontwerpgroep. De

faculteitsgemeenschap mag enkel vooruitkijken en meedenken over

de invulling van de ontwerpfase. De 'faculteitsbrede' conferentie

van 8 maart j.1. maakte duidelijk hoe een 'schijndemocratie' in

elkaar steekt: organiseer een informatie middag op een vrije dag

in week acht van de onderwijsperiode waar vervolgens enkel wordt

geïnformeerd en waar praktisch geen ruimte is voor opbouwende

kritiek. De conclusie is altijd dat de geluiden overwegend positief

zijn, de oppositie niet bestaat en het proces daarom uitstekend

verloopt. Vraag is echter of dit niet een vorm is van kunstmatig

mooi weer spelen?

In deze tijd waarin zowel de identiteit van de universiteit als de

positie van student en wetenschappelijke staf onder hevige druk

staan is het van essentieel belang om de discussie aan te gaan.

Discussie met de politiek over de richting die gegeven moet worden

aan ontwikkelingen binnen de samenleving, discussie over de

positie van het wetenschappelijk onderwijs ten opzichte van het

bedrijfsleven, discussie over onderwijsvernieuwing, discussie over

de koers van het nieuwe College enzovoorts. Juist de

universiteiten moeten plaatsen zijn waar discussies in alle hevigheid

woeden. Een eerste vereiste voor het vrijelijk kunnen voeren van

discussie, is de aanwezigheid van alle noodzakelijke informatie.

Hier ligt dus een eerste belangrijke taak voor een faculteit. Het is

nu de tijd om de wisseling van het College van Bestuur en de

onderwijsvernieuwing aan te grijpen om de universiteit weer tot

een plaats te maken waar 'vragen' er weer toe doen. Cl)

Mede naar aanleiding van deze ontwikkelingen organiseert Stylos in samenwerking met de praktijkverenigingen Argu~ Poli~ Bout, Boss

en Forum het onderwijssymposium 'Visiting critics' met als ondertitel: wat wordt de kwaliteit van het Delftse Bouwkunde onderwijs ten

opzichte van de 'bUitenwereld? In een serie van vijf lezingen zal ingegaan worden op de gevolgen van de Curriculum Vernieuwing voor

de verschillende afstudeerrichtingen. De serie zal afgesloten worden met een debat waarin mensen van bUiten de faculteit, onder leiding

van Harm Tilman (adjunct- hoofdredacteur De Architect), commentaar zullen leveren op het voorstel voor de onderwijsvernieuwing zoals

dat er nu ligt.

On d e rw ij 5 Man ifest~"~I![L ood'''''j"cog"mm, '"'" 2002

Centrale vraag: hoe zo veel mogelijk van het goede in het

huidige curriculum behouden?

5 juni: Lezing Hoos Blotkamp, staf Projectbureau Curve

van de faculteit Bouwkunde.

Thema: tweejarig blokken onderwijs.

Lezing Christoph Grafe, universitair hoofddocent

Architectuur.

Thema: afstudeerrichting Architectuur.

6 juni: Lezing Alexandra Heijer en John Heintz, beiden

universitair docent Bouwmanagement en Vastgoedbeheer

Thema: afstudeerrichting Bouwmanagement en

Vastgoedbeheer.

Lezing Hugo Priemus, hoogleraar Volkshuisvesting

Thema: afstudeerrichting Volkshuisvesting.

7 juni: Lezing Han Meijer, universitair hoofddocent

Stedenbouwkunde

Thema: afstudeerrichting Stedenbouwkunde.

Lezing Andrew Borgart, t oegevoegd docent

Bouwtechniek

Thema: afstudeerrichting Bouwtechniek.

Centrale vraag: wat wordt de kwaliteit van het Delftse

Bouwkunde onderwijs ten opzichte van de 'buitenwereld?

8 juni, Blokkenhal

Aanvang: 10.00 tot 13.00 uur

Forumvoorzitter:

Harm Tilman Adjunct- hoofdredacteur 'de Architect'

Sprekers zijn onder andere:

Prof. ir. carel Weeber Opleidingsdirecteur faculteit Bouwkunde van de Technische

Universiteit te Delft

Prof. ir. Jan Westra Lid Faculteitsbestuur van Bouwkunde van de Technische

Universiteit te Eindhoven

Prof. ir. Jan Brouwer Voorzitter BNA

Ir. John Westrik Bestuurslid BnSp' onderwijszaken

Ir. Miranda Reitsma Hoofd afdeling Stedenbouwkunde van de Academie van

Bouwkunst te Amsterdam

Page 35: pantheon ocr test
Page 36: pantheon ocr test

Now in the

Stylos Boo Do_co_mo_mo I Dennis Sharp & Catherine Cooke This book provides a documentary record of the spread of the

Modern Movement in architecture throughout many parts of the

world. It is based on selective registers prepared by thirty-two

national and regional groups of DOCOMOMO international. It

includes over 600 illustrations of buildings from the early 19205 to

the present dav.

Costa Iberica I MVRDV The Spanish and Portuguese coasts have become a tremendous

economical success. Within 50 years it turned into the densest

'city' in Europe due to series of attractions that lack elsewhere:

sun, sea, food, freedom, cheapness. It has lead to Europe's leading

leisure city with very specific assessments.

8arcelona+ I Ramon Prat

Speaking about the city is something that seems to be recurrent.

Because it is all around us and repeats itself constantly, in the

scale of its influence, in its complexity. But it is from the fact of

density, from agglomeration, that the multiple codes, the languages

that they construct an extraordinary changing network.

Open from 12:30 34 panU1eon 05 0001

4

Page 37: pantheon ocr test

,

MUTATIONS REM KOOLHAAS HARVARD PROJECT ON THE CITY

Mutations / Francine Fort & Michel Jacques, Rem Koolhaas & Harvard This reflection helps us measure the mutations at work today,

weather they are expressed in extreme and secular ways, or in a

gradual and less visible fashion. Here are keys for the

comprehension of the present, of th is mobile, changing, contra

dictionary, and passionate reality, and of the political challenge to

which it gives rise: the challenge of understanding the city

otherwise.

Ladies & Gentlemen / Muntadas During the last few years I have been photographing images,

which depict and identify public spaces as a means of access

which, given their use and function, go back to being private.

Particular symbols that are transformed into gender ones and

which basically refer to a universally accepted gender division.

Berlin / Duane Phillips Berlin is simultaneously the divided city, the reunited city, and now

Europe's largest building site. This book documents the effects

that the Wall and its demise have had on architecture and city

planning, and gives the background information needed for an

understanding of what is happening in Berlin today.

Paris / Barbara-Ann Campbell Paris is a collective masterpiece. This guide encourages visitors to

understand something of the richness and complexity of a city

that is still forming and renewing itself. This book waves together

the complex issues and themes - physical and politica I, visible and

invisible - that make up the city of Paris. (i)

every weekday pantheon 05 0001 35

Page 38: pantheon ocr test

Zo luidde, meen ik me te herinneren, de AII-active wasmiddel slogan van een aantal jaartjes terug, waarin een vlotte architecte met haar modder besmeurde laarzen thuis kwam van een inerverend dagje op de bouw. De romantiek van het bouwen zit inderdaad in het voldaan aanschouwen van je zwarte nagels, het schuren van je handen en het ruiken van je zweet. De weg naar architect zijn is zwaar ... Nu de bouw van het Nieuwe Stylos paviljoen tegen haar einde

loopt, vroeg Pantheon ons als ontwerpers verslag te doen over

onze bevindingen van het hele project.

Met de hete adem van de deadline in onze nek is het wellicht nog

te vroeg om achterover leunend een terugblik te werpen op het

hele bouwproces.

Vanaf het puntje van mijn stoel een kort en bondige indruk:

Allereerst het antwoord op de veel gestelde vraag of het paviljoen

[na 16 maanden!] nog niet onze keel uit komt: ja, het komt onze

keel nog niet uit.

Op zich niet zo heel verwonderlijk.

Je bent je maar al te goed bewust van deze unieke kans; dat je als

student kunt experimenteren en het vervolgens nog mag bouwen

ook.

Meer bewondering gaat uit naar de enthousiaste club van

medebouwers die ook nog steeds [sommige ook al bijna een jaar

lang] hun volle inzet tonen voor het paviljoen.

Blijkbaar kun je teren op leermomenten. Want ook al lijkt het de

bouwpraktijk in Madurodamvorm, de problemen waarop we stuiten

lijken van grote mensen aard.

AI snel blijkt dat je als bouwkundestudent nog niet eens nat achter

de oren bent als het gaat om detailleren. Het gaat ineens minder

36 pantheon 05 0001

Page 39: pantheon ocr test

goed dan bij die briljante details die je om 5 uur 's ochtends nog

even voor de presentatie uit je duim zuigt. Het woord 'bouwknoop'

krijgt eindelijk betekenis.

Ook moet het geduld van het papier het afleggen tegen de tikken

van de klok.

Het samenwerken met een grote groep mensen was ook nieuw.

Met name tijdens de uitwerkingsfase viel het niet mee om tussen

40 kritische toekomstige architecten je ideëen te verantwoorden.

Verbazend is de bereidwillendheid van het bedrijfsleven om mee te

werken en te denken om tot een goed resultaat te komen.

AI geruime tijd hebben we ook zelf de pen geruild voor de overall.

Leermomentjes te over wanneear je in het werk op problemen

stuit die je op tekening nooit had durven verwachten. Zoals lastige

plekken waar je niet meer bij kunt komen, bouwvolgorden die

anders moeten of toleranties die toleranter mogen. Improviseren

blijkt een must voor iedere bouwer/architect.

Momenteel zijn we met een enthousiaste ploeg studenten full time

bezig het paviljoen tot een goed einde te brengen. De opening

staat gepland voor eind week 6 van deze periode.

Er is nog veel te doen en met genoeg mankracht kan er veel

gebeuren .

Dus voor degene met de ijdele hoop, dat architectuur alleen maar

mooie dingen verzinnen is, zou ik willen zeggen:"Wie de overall

past trekke hem aan".

Nou, om dan maar lekker degelijk, spreekwoordelijk, maar oprecht

te eindigen:

"De praktitk. is de beste leerschool", zelfs in Madurodam. G

pantheon 05 0001 37

Page 40: pantheon ocr test

Continu Engineering bemiddelt jaarlijks honderden bouwkundigen bij het vinden van een nieuwe baan. Ook voor studenten die part-time naast hun studie willen werken of vakantiewerk zoeken , is Continu Engineering de intermediair bij uitstek. Het matchen van vraag en aanbod op de bouwkundige arbeidsmarkt is de kernactiviteit van Continu Engineering. Wij zijn gespecialiseerd in het projectmatig inzetten van bouwkundigen op MTS-, HTS-, en TU- niveau op locatie bij onze opdrachtgevers. In de meeste gevallen leidt dit tot een dienstverband bij onze opdrachtgevers. Daarnaast geven wij invulling aan werving-en selectie opdrachten.

Onze opdrachtgevers zijn: bouwbedrijven, projectontwikkelaars, architecten- en ingenieursbureaus, woningbouwverenigingen en gemeenten .

Als specialist in de bouwkundige sector mag u van ons snelheid, deskundigheid en een zeer grote inspanning verwachten om voor u de meest geschikte baan te vinden. Neem vrijblijvend contact met ons op of bezoek ons op internet.

38 pantheon 05 0001

Schrijven kan ook: flathildelaan 77, 5616 LA Eindhoven Telefoon: 040 - 243 19 19 Fax: 040 - 243 12 11 E·mail: [email protected]

Willemsplein 11-3, 6811 KB Arnhem Telefoon: 026 - 442 30 50 Fax: 026 - 442 30 15 E-mail: [email protected]

Hanzeweg 19, 2803 MC Gouda Telefoon: 0182 - 56 01 10 Fax: 0182 - 56 01 11 E-mail: [email protected]

Etnastraat 20, 4814 AA Breda Telefoon: 076 - 515 67 04 Fax: 076 - 515 67 05 E-mail: [email protected]

Page 41: pantheon ocr test

Column Winka Dubbeldam Ooit omschreven door Mr Voshida van het Japanse tijdschrift A+U als: " the perfect mix between Dutch pragmatism and American Theory", en nog steeds een Nederlands architect in NV, zweef ik inderdaad tussen twee culturen. Ik zal dit gebruiken om een paar gedachten te formuleren, en die jullie, niet als absolute waarheden, maar als provocaties te presenteren. Provocaties hier als produktief denken wat uitgaat van de gedachte dat als je geen hypothese hebt, er ook geen argument of test scenario gesteld kan worden ...... .

IS ARCHITECTURE DYNAMIC ... OR NOT?

For the past five years I have taught paperless studios at Penn

and Columbia. The main premise of the paperless studio at these

universities is the use of the computer as a generative tooi and

not solely as a re-presentational or technical drawing implement.

During architectural reviews when "dynamic structures" are

mentioned, one particular question often arises: does this move?

The question of movement is in essence an expression of the

traditional, still pervasive mechanistic way of thinking - - as opposed

to the generative, process-oriented organismic approach. The

basis of the organismic paradigm - the notion th at an organism is

characterized by its immanent patterns of organization - is similar

to the notion of spirit, also described by Liebnitz as monads and

by Hegel as "Begriff," or Absolut ideas. These organizing phenomena

occur on all levels: in society, in behavioral processes, and in

nature. On all levels, time and space relationships are inseparable.

In his 1937 book The History of Geometry, Husserl identified all of

these "disciplines that deal with shapes existing mathematically in

pure space-time" as geometry.

Architecture is by nature a 'slow' profession. Only within its avant­

garde movements has architecture challenged traditional

craftsmanship, proportional system, and esthetics. These

movements took place during periods characterized by incredible

technological innovations that made huge impacts on society. The

introduction of the car in the beginning of the 20th century, for

example, became a fascination for the futurists (Marinetti). In the

sixties, the introduction of the television and threat of the atomie

bomb, inspired groups like Archigram in England and Super Studio

in Italy to rethink architecture as a "moving flexible city." Now, in

the late 20th century, the computer has fast-forwarded mass

consumption into digital electronie communication-which, with its

specialization and individualization, has fragmented the mass

society into a niche culture (e.g. hackers). Demassified niches, as

discussed by Alvin Toffler, commandeer the space of the internet.

On a larger scale, increasing globalism is transforming our cities

into physical expressions of global economies with only traces of

the local culture left inside. Within th is global network, architecture

is challenged, vet it resists ___ .

Architecture's resistance to the 'new' is puzzling - especially if

you con si der that architecture, in its geometricity, is closely related

to mathematics. While geometry is the study of the properties of

shapes and spaces, mathematics is the common denominator that

includes geometry, algebra and analysis . There is a cru cia I difference between the thing and the mathematical model of the

thing . In geometry one can calculate a certain surface in absolute

values, but in mathematics one has to define the state of the

boundary, which then defines the validity of the calculus applied,

and therefore the definition of the thing. Suddenly the angles of a

triangle, when projected on a curved surface, no long er add up to

180 degrees! Mathematicians will make assumptions about

mathematical behavior, which they will then attempt to prove.

They work with the mathematical theorem. This scientific method

is strange to architects, who prefer to think in absolute values and

tend to think in frozen time.

Scientists like Gauss, Mobius, and Rieman in Germany worked on

the first topological surfaces in mathematics. In 1827 Gauss wrote

his " treatise on geometry of curved surfaces." Ferdinand Mobius

devised a similar idea in the same year; in his moebius loop, the

"flipping over" of hypothetica l objects in the fourth dimension brings

into being the fourth. Rieman wrote in 1854 "the hypotheses

which underlie geometry," which constitute the bases of wh at we

know as the Rieman surfaces. Nearly two centuries ago these

mathematicians looked bevond absolute values to entertain the

idea of a pure, free-style space-time. Vet there are archi tects

who still regard the study of topological deformations like the

moebius loop and Rieman surfaces as "new" - too extreme, too

fashionable. Could it be that architecture is simply too slow? It

took architects a century-and-a-half ta recognize mathematics'

relevanee to their practice . Naw that mathematics itself has

progressed, when is architecture gaing to "catch up"? c>

pantheon 05 0001 39

Page 42: pantheon ocr test

Koninlllijke

Visie, innovatiekracht en

organisatievermogen is in de

topsport onmisbaar. Daar draait

het ook om als je een belangrijke

speler in de communicatiemarkt

bent. Of het nu gaat om promotioneel

drukwerk, periodieken, jaarboeken

of een compleet pakket handels­

drukwerk, Koninklijke De Swart

staat steeds tot uw dienst!

Page 43: pantheon ocr test
Page 44: pantheon ocr test

€ f'- Jerjaá~ (i~l. BTW)

D~ s~els~é 'weg van fdee naar ]0: . De studentenversie van ARC+

Bestel de studentenversie van ARC+, neem een

opdracht uit je ma~, ga aan de slag en ov;ertuig jezelf.

......, I

fase 1 C) CU

Van een idee naar een drie­dimensionaal ontwerp. Inlevingsvermogen en maquettes zijn nodig om een voorstelling te creëren van een nog te bouwen pand. In enkele fasen kan met ARC+ in korte tijd zo'n ontwerp worden ontwikkeld op beeld­scherm en papier.

Schakelen van 20 naar 30 gaat moeiteloos, terwijl afwisselend in een zijvlak, plattegrond of perspectief kan worden getekend. Is het 30-model klaar? Oan zijn ook uw tekeningen van de aanzich­ten, de plattegronden en elk perspectief binnen of buiten gereed. Ook werktekeningen zijn snel gemaakt, onder meer dankzij de vele extra functies en duizenden bibliotheek elementen.

In menig architectenbureau is de teken­tafel het hart van het kantoor, want hieraan worden fraaie staaltjes van bouwkunst ontworpen. Maar de oorsprong van die creativiteit zit natuurlijk niet in het meubelstuk. Die zit in het hoofd van de architect. En dat hoofd denkt driedi mensionaal.

Eenvoudig en sneL Wat is er dan logischer dan drie­dimensionaal te tekenen? Met ARC+ kan het. Eenvoudig en snel. ARC+ is een intuïtieve, inzichtelijke software, waarmee zowel in 2D als in 3D snel kan worden ontworpen. Die snelheid wordt extra vergroot door de uitgebreide digitale bibliotheken, waarmee je in rap tempo elementen kunt integreren in jouw ontwerp. En nu we het toch over snelheid hebben: onze instructie zit er in drie dagen op, want je weet in korte tijd de weg binnen het systeem. Kunnen we dus snel een telefoontje van je verwachten?

presentatie vaar architectengroep in Hoogezand. gerealiseerd in 2 uur.

de meest complete CAD-software voor de architect.

Sciento, Jagersbosstraat 12, 5241 JT, Rosmalen,

tel. : 073 631 21 28, fa x 073 631 21 14,

E-mail: [email protected], Internet: www.sciento.nl

Ontwerpstudie kantaorgebouw Diemen architect Joris Deur

Pelgromhof Zevenaar arch itect Ir. Frans van der Werf

Demonstratieproject Grolsch