1
E16 WIELRENNEN DE STANDAARD ZATERDAG 5, ZONDAG 6 APRIL 2014 HANS VANDEWEGHE Vallen renners meer dan vroe- ger? Daar lijkt het op, iedereen zegt het ook, maar er zijn weinig objectieve gegevens. De internati- onale wielerunie UCI kondigde na enkele spectaculaire crashes in de Tour 2011 een studie aan. Sport- en technisch directeur wegwiel- rennen Philippe Chevallier, zelf ex-prof, bevestigt: ‘De studie wijst uit dat vaker wordt gevallen. Ook met meer blessures voor gevolg. Naar de oorzaken hebben we het raden omdat er statistieken ont- breken. De dynamiek van het pe- loton heeft er veel mee te maken. We onderzoeken ook de techni- sche kant van de zaak, zoals de stijfheid van de fiets, de wielen en de banden, maar ons technisch departement werkt zich voorlopig nog in na de personeelswijziging ten gevolge van de voorzitterswis- sel.’ Duidelijke trend De Amerikaanse blogger Cyclo- cosm zocht uit hoeveel renners de eerste negen ritten van de Tour de France overleefden en hoeveel er uitvielen door valpartijen. De trend is duidelijk. In 2002 verdwe- nen vijf renners uit het peloton. Tot 2010 waren er jaren met uit- schieters, maar het gemiddelde bleef rond zes à zeven uitvallers. Vanaf 2011 steeg dat spectaculair met respectievelijk 16, 17 en 13 renners die na negen ritten uit de race moesten stappen omdat ze na een crash niet meer verder kon- den. Wat verstaan we overigens onder valpartij? Niet de uitschuiver van een eenling zoals Fabian Cancel- lara twee jaar geleden in de Ronde van Vlaanderen overkwam. Shit happens, zeker op de fiets. Ook niet de gemiste bocht in een afda- ling (Beloki en Armstrong, Tour 2003). Daar ook: jammer maar he- laas, hopen op een goede afloop, een bosje of een gewillige weide. Dé massale valpartij bestaat ook niet. De klassieke versie is die in een massasprint. Twee renners haken in elkaar of een renner komt tegen de nadar (Abdoesjapa- rov, 1991, Tour) en de domino’s vallen. De iets recentere versie is die in de aanloop naar de sprint, en dat kan al kilometers voor de eindstreep fout gaan. De treintjes raken ontregeld, gunnen elkaar geen centimeter, een vermoeide renner haakt af,... en de domino’s vallen. De valpartijen waar iedereen de meeste moeite mee heeft, zijn die onderweg. Op een moment dat het peloton zich onschuldig van punt A naar punt B verplaatst, net dan gaat het tegenwoordig meer fout dan vroeger. Het is anderzijds wel vreemd dat uitgerekend valpartijen in Gent- Wevelgem zoveel losmaken. Die wedstrijd geldt bij mooi weer als de makkelijkste onder de klassie- kers. Veel renners overleven tot in de finale en dat is vragen om pro- blemen op die smalle veldwegen. Een dag eerder reed een compact pelotonnetje van wielertoeristen, waaronder ondergetekende, in het spoor van Johan Museeuw en de toplui van Flanders Classics de toertochtversie. Meer dan één DE VALLENDE ZIEKTE VAN HET WIELERPELOTON keer was het schrikken van de ver- nauwingen, de slechte wegen, haakse bochten en de diepe grach- ten onmiddellijk naast de weg. We waren met geen veertig man. Een dag later, met 200 geoefende profs, belandden enkele renners in uiterst herkenbare grachten. Pijnstillers Wielrennen zou ook wielrennen niet zijn als de problematiek van het vallen niet wordt herleid tot geneesmiddelen. Een uitlating van Taylor Phinney in 2012 over het gebruik van tramadol als zwa- RENNEN, VALLEN EN WEER DOORGAAN Gent-Wevelgem van vorige zondag was een hommage aan de Eerste Wereldoorlog, maar de renners namen dat veel te letterlijk zoals ze massaal tegen de Zuid-West- Vlaamse grond stuikten. Ooit een spijtige uitzondering, lijken valpartijen de laatste jaren de regel in het wielerpeloton. Voor de Ronde van Vlaanderen van morgen staat de val-barometer alvast opnieuw op extreem hoog. © Cor Vos/photo news DE STANDAARD ZATERDAG 5, ZONDAG 6 APRIL 2014 WIELR De valpar- tijen waar iedereen het meest moeite mee heeft, gebeuren onderweg. Net daar gaat het tegen- woordig meer fout dan vroeger Een ongedisciplineerd peloton brengt zichzelf vroeg of laat in moeilijkheden. © vrt re pijnstiller is een eigen leven gaan lijden, en wordt gretig over- genomen door datzelfde peloton, dat meestal op de achterste poten gaat staan als het begrip doping valt. Zijn tramadol (merknaam Con- tramal) en broertje levorphanol (het langwerkende Tapentadol) een probleem? Jawel, want men vindt die morfine-achtigen in één op de drie rennersurines. Zijn die verantwoordelijk voor de valpar- tijen? ‘Een zware pijnstiller is ze- ker niet bevorderlijk voor de con- centratie,’ zeggen de wielerartsen in koor, ‘en moet zo snel mogelijk op de WADA-dopinglijst komen, maar er zijn wellicht meer plausi- bele redenen te bedenken waar- om zo vaak wordt gevallen. Een groter probleem zijn de steeds zwaardere blessures bij een val, maar die zijn dan weer te wijten aan de magerzucht.’ Michael Barry, prof tussen 1999 en 2012 en namens US Postal, T-Mobile en Team Sky is tegen- woordig columnist/journalist. Hij is ervaringsdeskundige nadat hij een arm en een dijbeen had gebro- ken bij een val. Hij kaart het pro- bleem allang aan in zijn schrijfsels en ziet verschillende redenen voor het toenemend aantal valpartijen. ‘In de jaren negentig is jullie we- geninfrastructuur rond de West- Europese steden en dorpen dras- tisch veranderd. Rotondes, ver- keerseilanden, asverschuivingen en desnoods zelfs betonnen blok- ken werden ingezet om de snel- heid van de auto af te remmen en de beschikbare weg te versmallen. Die veiligheidsmaatregelen die de fietser en voetganger beschermen tegen de auto, hebben het omge- keerde effect voor het competitief peloton.’ Dat peloton is over de jaren heen steeds sneller, steeds beter en steeds compacter geworden. Jur- gen Van De Walle, van 1999 tot vo- rig jaar prof, heeft luchtfoto’s ge- zien van vroeger en nu: ‘Onwaar- schijnlijk hoe dicht de renners vandaag op elkaar rijden. Alle ren- ners rijden nu in het peloton als ploeg en blijven dicht bij elkaar. Dat was vroeger lang niet het ge- val. Ze waren met minder, reden op bredere wegen met minder hindernissen, en reden ook nog eens verder van elkaar af.’ Overdreven risico Een groot maar erg compact pelo- ton is meer dan ooit onderhevig aan de wetten van de fysica. Elke verandering in de beweging is een trilling die wordt versterkt naar- mate ze zich door het peloton be- weegt. Wie in een peloton rijdt, weet dat vooraan snelheid minde- ren, betekent dat je achteraan vol in de remmen moet; vooraan ma- tig optrekken na een bocht, bete- kent omgekeerd achteraan aan de rekker hangen. Tien centimeter afwijken door de eerste en tien renners krijg je al een kwak van formaat. Een ongedisciplineerd peloton brengt zichzelf vroeg of laat in moeilijkheden. Jurgen Van De Walle, die zelf ooit opgaf in de Tour na een val, over een snel- heidsremmer: ‘Tachtig procent van de valpartijen zijn te wijten aan overdreven risico, soms maar door één renner die samen met zijn kopman absoluut ergens wil rijden waar geen plaats meer is.’ De dynamiek van het peloton is de laatste jaren opvallend veranderd. Waar vroeger sommige teams zich tevreden stelden met meerijden en onder de duim werden gehou- den door de grote jongens, is ie- dereen nu beter getraind. Daar- door hebben de mindere ploegen de kloof met de groten een stukje kunnen dicht rijden. Het weer speelt daarin een bepalende rol. Deze winter hebben alle teams, ook zij die in België bleven, goed kunnen trainen en zijn ze in prima conditie. Daarnaast zijn de wed- strijdomstandigheden de laatste weken nagenoeg perfect, ook dit weekend weer. Van De Walle: ‘Iedereen denkt dat hij kan winnen, want er steekt geen enkel team meer bovenuit en dat is mede het gevolg van de strijd tegen de doping. Maar ook van betere training en frissere renners. Het resultaat is een zeer competitief peloton dat elk jaar in de breedte sterker wordt. Toen ik begon te koersen, trokken een sterk team of enkele toprenners van verschillende teams, al of niet gedopeerd, het peloton op een lint en dat peloton kon alleen maar volgen. Vandaag zie je verschillen- de teams in treintjes naast elkaar strijden, zeker in de cruciale fase, maar ook al halfweg. Het peloton rijdt dan in een eivorm, maar als met dat ei ook maar iets gebeurt, beland je aan de buitenkant gega- randeerd in de berm of de gracht. Herman van Veen zong: ‘Opzij, opzij, opzij, maak plaats, maak plaats, maak plaats, ik heb ongelo- felijke haast. We moeten rennen, springen, vliegen, duiken, vallen en weer doorgaan.’ Wij, dat zijn niet wij, maar de bui- tenlanders, aldus de Vlaamse wielrenners. De buitenlanders, dat zijn de nieuwe wielerlanden. ‘O wee, als er een Oost-Europeaan in het spel is, want zoals met do- ping zijn die ook inzake veiligheid van God los. Die rijden als gekken.’ Tot daar het typediscours van oer- Vlaamse renners als Björn Leuke- mans die vergeten dat ze ook zelf door hun ploeg worden opgejaagd om hun plaats in het peloton met hand en tand te verdedigen. De radiocommunicatie ligt in de- ze problematiek onder vuur. Waar een ploegleider in gewone wed- strijden alleen maar kan vloeken als hij zijn mannen achteraan ziet rijden op het tv’tje in zijn volgau- to, kan hij ze in de World Tour- wedstrijden blijven aanvuren en naar voor jagen door de oortjes. Een ploegarts die vaak in de auto zit: ‘Aan één stuk door wordt te- gen die jongens geroepen. Er is maar zoveel plaats vooraan, maar iedereen moet daar zitten van zijn ploeg. Elke beweging vooraan van dat nerveus peloton kan resulte- ren in een crash middenin of ach- teraan.’ Opgeklopte hectiek ‘Gevolg: het is daar te gevaarlijk. Dus roept elke ploegleider: naar voor, naar voor. Maar daar ís géén plaats. Als die ploegleider dat niet doet, krijgt hij op zijn kop van de teammanager. Maar uiteindelijk is de renner de dupe van die opge- klopte hectiek.’ De Australiër Al- lan Peiper van BMC is zo’n team manager, maar van het rustige soort. Hij analyseert en vat sa- men: ‘Valpartijen doen zich voor als de renners niet geconcen- treerd of vermoeid zijn. De laatste vijf jaar is het niveau van de ren- ners steeds gestegen. De wedstrijd is tegenwoordig van bij het begin nerveus en dat heeft alles te ma- ken met de World Tour-punten die ze kunnen verdienen. Dat wordt volgend jaar nog acuter als teams zullen kunnen stijgen en dalen.’ Na de problemen, de oplossingen. Die liggen niet voor het rapen en ze zullen van de renners moeten komen, denken vooral de Angel- saksers in het peloton. De jonge (25) Amerikaan Andrew Talansky (Garmin) protesteerde in de voor- bije Ronde van Catalonië, waar het gevaarlijk rijden en ook nog eens extreem koud was. Hij twit- terde en smeekte zijn collega’s om steun. ‘Laten we het klassement neutraliseren. Te veel extreme omstandigheden, te gevaarlijk. Vandaag hebben we de kans om de veiligheid van de renner voor- op te plaatsen en de organisatoren te laten zien dat wij renners de macht hebben.’ Er gebeurde niks. Er is geen soli- dariteit en bovendien denkt de ge- middelde pelotonsoldaat op twee wielen niet na. Barry weet waar- om: ‘Er zijn er zelfs die hun litte- kens koesteren als tattoos.’ André Greipel brak tijdens Gent-Wevelgem zijn sleutelbeen. © pn

RENNEN, VALLEN EN WEER DOORGAAN - … · ton is meer dan ooit onderhevig aan de wetten van de fysica. Elke veranderingindebewegingiseen trilling die wordt versterkt naar-mate ze zich

Embed Size (px)

Citation preview

!

!"#$%&&''&()*+','-.%'/($(&0$((0'123','/41525'/$.&&%6&' 77789"#$%&&8:%','(&;6<9"#$%&&8:%''

!!!

!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!! !

E16 WIELRENNEN DE STANDAARDZATERDAG 5, ZONDAG 6 APRIL 2014

HANS VANDEWEGHEVallen renners meer dan vroe-

ger? Daar lijkt het op, iedereenzegt het ook, maar er zijn weinigobjectieve gegevens. De internati-onale wielerunie UCI kondigde naenkele spectaculaire crashes in deTour 2011 een studie aan. Sport-en technisch directeur wegwiel-rennen Philippe Chevallier, zelfex-prof, bevestigt: ‘De studie wijstuit dat vaker wordt gevallen. Ookmet meer blessures voor gevolg.Naar de oorzaken hebben we hetraden omdat er statistieken ont-breken. De dynamiek van het pe-loton heeft er veel mee te maken.We onderzoeken ook de techni-sche kant van de zaak, zoals destijfheid van de fiets, de wielen ende banden, maar ons technischdepartement werkt zich voorlopignog in na de personeelswijzigingten gevolge van de voorzitterswis-sel.’

Duidelijke trend

De Amerikaanse blogger Cyclo-cosm zocht uit hoeveel renners deeerste negen ritten van de Tour deFrance overleefden en hoeveel eruitvielen door valpartijen. Detrend is duidelijk. In 2002 verdwe-nen vijf renners uit het peloton.Tot 2010 waren er jaren met uit-schieters, maar het gemiddeldebleef rond zes à zeven uitvallers.Vanaf 2011 steeg dat spectaculairmet respectievelijk 16, 17 en 13renners die na negen ritten uit derace moesten stappen omdat ze na

een crash niet meer verder kon-den.Wat verstaan we overigens ondervalpartij? Niet de uitschuiver vaneen eenling zoals Fabian Cancel-lara twee jaar geleden in de Rondevan Vlaanderen overkwam. Shithappens, zeker op de fiets. Ookniet de gemiste bocht in een afda-ling (Beloki en Armstrong, Tour2003). Daar ook: jammer maar he-laas, hopen op een goede afloop,een bosje of een gewillige weide.Dé massale valpartij bestaat ookniet. De klassieke versie is die ineen massasprint. Twee renners

haken in elkaar of een rennerkomt tegen de nadar (Abdoesjapa-rov, 1991, Tour) en de domino’svallen. De iets recentere versie isdie in de aanloop naar de sprint,en dat kan al kilometers voor deeindstreep fout gaan. De treintjesraken ontregeld, gunnen elkaargeen centimeter, een vermoeiderenner haakt af,... en de domino’svallen.De valpartijen waar iedereen demeeste moeite mee heeft, zijn dieonderweg. Op een moment dathet peloton zich onschuldig vanpunt A naar punt B verplaatst, net

dan gaat het tegenwoordig meerfout dan vroeger.Het is anderzijds wel vreemd datuitgerekend valpartijen in Gent-Wevelgem zoveel losmaken. Diewedstrijd geldt bij mooi weer alsde makkelijkste onder de klassie-kers. Veel renners overleven tot inde finale en dat is vragen om pro-blemen op die smalle veldwegen.Een dag eerder reed een compactpelotonnetje van wielertoeristen,waaronder ondergetekende, inhet spoor van Johan Museeuw ende toplui van Flanders Classics detoertochtversie. Meer dan één

DE VALLENDE ZIEKTE VAN HET WIELERPELOTON

keer was het schrikken van de ver-nauwingen, de slechte wegen,haakse bochten en de diepe grach-ten onmiddellijk naast de weg. Wewaren met geen veertig man. Eendag later, met 200 geoefendeprofs, belandden enkele rennersin uiterst herkenbare grachten.

Pijnstillers

Wielrennen zou ook wielrennenniet zijn als de problematiek vanhet vallen niet wordt herleid totgeneesmiddelen. Een uitlatingvan Taylor Phinney in 2012 overhet gebruik van tramadol als zwa-

RENNEN,VALLEN EN

WEERDOORGAAN

Gent-Wevelgemvan vorigezondag was eenhommage aande EersteWereldoorlog,maar de rennersnamen dat veelte letterlijk zoalsze massaal tegende Zuid-West-Vlaamse grondstuikten. Ooiteen spijtigeuitzondering,lijken valpartijende laatste jarende regel in hetwielerpeloton.Voor de Rondevan Vlaanderenvan morgen staatde val-barometeralvast opnieuwop extreem hoog.

©Cor

Vos/photonew

s

DE STANDAARDZATERDAG 5, ZONDAG 6 APRIL 2014 WIELRENNEN E17

WIELRENNENBoonen: ‘De honger omgoed te doen, is terug’Tom Boonen is klaar om voor

de vierde keer de Ronde vanVlaanderen te winnen. Daarmeezou hij de meest succesvolle ren-ner worden in de geschiedenisvan de Vlaamse wielerklassieker.Boonen geeft toe dat hij de op-winding voor de Ronde meervoelt dan vroeger. ‘Het wordtalsmaar erger’, zegt hij. ‘Het isgeen zenuwachtigheid, maar weleen soort gezonde opwindingvoor een wedstrijd. Als je weetdat je maar twee of drie kansenmeer hebt, dan wordt dat gevoelalleen maar groter. Sinds Gent-Wevelgem heb ik mentaal op-nieuw het juiste gevoel. De hon-ger om het goed te doen, is te-rug. Ik weet dat ik fysiek in or-de ben, ik heb er alles aan ge-daan om op niveau te zijn. Alsik niet win, dan zal het nietmijn eigen fout zijn.’ (jpdv)

Van Keirsbulck wel,Steegmans nietOmega Pharma-Quick Step

heeft pas vrijdag zijn selectie be-kendgemaakt voor de Ronde vanVlaanderen. Kopmannen TomBoonen, Niki Terpstra en Zde-nek Stybar krijgen assistentievan Iljo Keisse, Matteo Trentin,Nicolas Maes, Stijn Vanden-bergh en Guillaume Van Keirs-bulck. Die laatste kreeg doorzijn overwinning in de Drie-daagse van De Panne de voor-keur op Gert Steegmans. ‘Steeg-mans zullen we kunnen gebrui-ken in Parijs-Roubaix’, zegt Wil-fried Peeters. (jpdv)

VOETBALCarcela alleengeschorst tegen GenkStandard en Carcela gingen

gisterennamiddag met succes inberoep tegen de schorsing vantwee speeldagen die de Marok-kaan van de Geschillencommis-sie had gekregen. Carcela staatdaardoor maar één speeldag aande kant voor zijn tackle op An-derlecht-rechtsachter AnthonyVanden Borre. ‘Omdat Carcelageprobeerd heeft om de gevol-gen van zijn actie te beperken.Vanden Borre was bovendienniet geblesseerd en kon meteenverder spelen’, zo klonk het bijde Beroepscommissie. Carcelamist zo volgende week de ver-plaatsing naar Racing Genk. (blg)

Hasi: ‘Absoluut winnentegen Club Brugge’De topper van zondag tegen

Club Brugge is voor Anderlechtde match van de laatste kans.‘Als we nog willen meedoen voorde prijzen moeten we absoluutwinnen’, zegt coach Besnik Hasi.‘Het is ons doel zo hoog moge-lijk te eindigen in de competi-tie.’Chancel Mbemba is bij Ander-lecht terug na een blessure enneemt hoogstwaarschijnlijkplaats naast Youri Tielemans ophet middenveld. Massimo Bru-no, indien volledig hersteld vangriep, wordt uitgespeeld alsdichtste man achter de diepespits, wellicht Aleksandar Mitro-vic. Bij Club keert Thomas Meu-nier terug uit schorsing. VadisOdjidja zit opnieuw in de selec-tie, maar een basisplaats lijkt tevroeg te komen. (gma, kvu)

De valpar-tijen waariedereenhet meestmoeitemeeheeft,gebeurenonderweg.Net daargaat hettegen-woordigmeer foutdanvroeger

Een ongedisciplineerd peloton brengt zichzelf vroeg of laat in moeilijkheden. © vrt

re pijnstiller is een eigen levengaan lijden, en wordt gretig over-genomen door datzelfde peloton,dat meestal op de achterste potengaat staan als het begrip dopingvalt.Zijn tramadol (merknaam Con-tramal) en broertje levorphanol(het langwerkende Tapentadol)een probleem? Jawel, want menvindt die morfine-achtigen in éénop de drie rennersurines. Zijn dieverantwoordelijk voor de valpar-tijen? ‘Een zware pijnstiller is ze-ker niet bevorderlijk voor de con-centratie,’ zeggen de wielerartsenin koor, ‘en moet zo snel mogelijkop de WADA-dopinglijst komen,maar er zijn wellicht meer plausi-bele redenen te bedenken waar-om zo vaak wordt gevallen. Eengroter probleem zijn de steedszwaardere blessures bij een val,maar die zijn dan weer te wijtenaan de magerzucht.’Michael Barry, prof tussen 1999en 2012 en namens US Postal,T-Mobile en Team Sky is tegen-woordig columnist/journalist. Hijis ervaringsdeskundige nadat hijeen arm en een dijbeen had gebro-ken bij een val. Hij kaart het pro-bleem allang aan in zijn schrijfselsen ziet verschillende redenen voorhet toenemend aantal valpartijen.‘In de jaren negentig is jullie we-geninfrastructuur rond de West-Europese steden en dorpen dras-tisch veranderd. Rotondes, ver-keerseilanden, asverschuivingenen desnoods zelfs betonnen blok-ken werden ingezet om de snel-heid van de auto af te remmen ende beschikbare weg te versmallen.

Die veiligheidsmaatregelen die defietser en voetganger beschermentegen de auto, hebben het omge-keerde effect voor het competitiefpeloton.’Dat peloton is over de jaren heensteeds sneller, steeds beter ensteeds compacter geworden. Jur-gen Van De Walle, van 1999 tot vo-rig jaar prof, heeft luchtfoto’s ge-zien van vroeger en nu: ‘Onwaar-schijnlijk hoe dicht de rennersvandaag op elkaar rijden. Alle ren-ners rijden nu in het peloton alsploeg en blijven dicht bij elkaar.Dat was vroeger lang niet het ge-val. Ze waren met minder, redenop bredere wegen met minderhindernissen, en reden ook nogeens verder van elkaar af.’

Overdreven risico

Een groot maar erg compact pelo-ton is meer dan ooit onderhevigaan de wetten van de fysica. Elkeverandering in de beweging is eentrilling die wordt versterkt naar-mate ze zich door het peloton be-weegt. Wie in een peloton rijdt,weet dat vooraan snelheid minde-ren, betekent dat je achteraan volin de remmen moet; vooraan ma-tig optrekken na een bocht, bete-kent omgekeerd achteraan aan derekker hangen. Tien centimeterafwijken door de eerste en tienrenners krijg je al een kwak vanformaat.Een ongedisciplineerd pelotonbrengt zichzelf vroeg of laat inmoeilijkheden. Jurgen Van DeWalle, die zelf ooit opgaf in deTour na een val, over een snel-heidsremmer: ‘Tachtig procent

van de valpartijen zijn te wijtenaan overdreven risico, soms maardoor één renner die samen metzijn kopman absoluut ergens wilrijden waar geen plaats meer is.’De dynamiek van het peloton is delaatste jaren opvallend veranderd.Waar vroeger sommige teams zichtevreden stelden met meerijdenen onder de duim werden gehou-den door de grote jongens, is ie-dereen nu beter getraind. Daar-door hebben de mindere ploegende kloof met de groten een stukjekunnen dicht rijden. Het weerspeelt daarin een bepalende rol.Deze winter hebben alle teams,ook zij die in België bleven, goedkunnen trainen en zijn ze in primaconditie. Daarnaast zijn de wed-strijdomstandigheden de laatsteweken nagenoeg perfect, ook ditweekend weer.Van De Walle: ‘Iedereen denkt dathij kan winnen, want er steektgeen enkel team meer bovenuit endat is mede het gevolg van destrijd tegen de doping. Maar ookvan betere training en frissererenners. Het resultaat is een zeercompetitief peloton dat elk jaar inde breedte sterker wordt. Toen ikbegon te koersen, trokken eensterk team of enkele toprennersvan verschillende teams, al of nietgedopeerd, het peloton op een linten dat peloton kon alleen maarvolgen. Vandaag zie je verschillen-de teams in treintjes naast elkaarstrijden, zeker in de cruciale fase,maar ook al halfweg. Het pelotonrijdt dan in een eivorm, maar alsmet dat ei ook maar iets gebeurt,beland je aan de buitenkant gega-

randeerd in de berm of de gracht.Herman van Veen zong: ‘Opzij,opzij, opzij, maak plaats, maakplaats, maak plaats, ik heb ongelo-felijke haast. We moeten rennen,springen, vliegen, duiken, vallenen weer doorgaan.’Wij, dat zijn niet wij, maar de bui-tenlanders, aldus de Vlaamsewielrenners. De buitenlanders,dat zijn de nieuwe wielerlanden.‘O wee, als er een Oost-Europeaanin het spel is, want zoals met do-ping zijn die ook inzake veiligheidvan God los. Die rijden als gekken.’Tot daar het typediscours van oer-Vlaamse renners als Björn Leuke-mans die vergeten dat ze ook zelfdoor hun ploeg worden opgejaagdom hun plaats in het peloton methand en tand te verdedigen.De radiocommunicatie ligt in de-ze problematiek onder vuur. Waareen ploegleider in gewone wed-strijden alleen maar kan vloekenals hij zijn mannen achteraan zietrijden op het tv’tje in zijn volgau-to, kan hij ze in de World Tour-wedstrijden blijven aanvuren ennaar voor jagen door de oortjes.Een ploegarts die vaak in de autozit: ‘Aan één stuk door wordt te-gen die jongens geroepen. Er ismaar zoveel plaats vooraan, maariedereen moet daar zitten van zijnploeg. Elke beweging vooraan vandat nerveus peloton kan resulte-ren in een crash middenin of ach-teraan.’

Opgeklopte hectiek

‘Gevolg: het is daar te gevaarlijk.Dus roept elke ploegleider: naarvoor, naar voor. Maar daar ís géénplaats. Als die ploegleider dat nietdoet, krijgt hij op zijn kop van deteammanager. Maar uiteindelijkis de renner de dupe van die opge-klopte hectiek.’ De Australiër Al-lan Peiper van BMC is zo’n teammanager, maar van het rustigesoort. Hij analyseert en vat sa-men: ‘Valpartijen doen zich voorals de renners niet geconcen-treerd of vermoeid zijn. De laatstevijf jaar is het niveau van de ren-ners steeds gestegen. De wedstrijdis tegenwoordig van bij het beginnerveus en dat heeft alles te ma-ken met de World Tour-puntendie ze kunnen verdienen. Datwordt volgend jaar nog acuter alsteams zullen kunnen stijgen endalen.’Na de problemen, de oplossingen.Die liggen niet voor het rapen enze zullen van de renners moetenkomen, denken vooral de Angel-saksers in het peloton. De jonge(25) Amerikaan Andrew Talansky(Garmin) protesteerde in de voor-bije Ronde van Catalonië, waarhet gevaarlijk rijden en ook nogeens extreem koud was. Hij twit-terde en smeekte zijn collega’s omsteun. ‘Laten we het klassementneutraliseren. Te veel extremeomstandigheden, te gevaarlijk.Vandaag hebben we de kans omde veiligheid van de renner voor-op te plaatsen en de organisatorente laten zien dat wij renners demacht hebben.’Er gebeurde niks. Er is geen soli-dariteit en bovendien denkt de ge-middelde pelotonsoldaat op tweewielen niet na. Barry weet waar-om: ‘Er zijn er zelfs die hun litte-kens koesteren als tattoos.’

André Greipel brak tijdens Gent-Wevelgem zijn sleutelbeen. © pn