S V O RGESL R . Ons · 2020. 3. 17. · de vondst van de verkoop van enige meubele goederen op 6 mei 1694 door de weduwe van Jan Ariensz. Goethart.6 Haar eigen naam wordt helaas niet

M A A N D B L A D VA N D E H O L L A N D S E V E R E N I G I N G V O O R G E N E A LO G I E

Jaar

gan

g 7

5 |

maa

rt 2

020

728

Jaar

gan

g 7

5 |

maa

rt 2

020

728

Jaar

gan

g 7

5 |

maa

rt 2

020

728

ONS VO

ORGESLACHT

VOORGEN

EALOGIEHO

LLAN

DSE

VER.

NEALALAOLOL

GIEHO

LLALALN AN AD

Ons Voorgeslacht

Inhoudsopgave

Ons Voorgeslacht

ONS VO

ORGESLACHT

VOORGEN

EALOGIEHO

LLAN

DSE

VER.

Families Goethart in Nieuwpoort Wil de Graaf-Valk ............................................................................ 85

Leerbroek, 10e penning 1557B. de Keijzer en H.M. Kuypers .........................................................104

De Vos of Renard?......................................................................................................124

Kwartierstaat van Lijsbeth Ambrosius van de WeteringArie Jan Stasse ..............................................................................127

Herinnering voor de Algemene Ledenvergaderingop 28 maart in Hekelingen .....................................................................................................128

Nieuwpoort luchtfoto 1977

85ONS VOORGESLACHT | Jaargang 75 | maart 2020 | 728

FAMILIES GOETHART IN NIEUWPOORT (Vervolg op OV jrg. 72 (2017), blz. 379)

doorWil de Graaf-Valk*

Inleiding

Met de drie ingestuurde akten in 2017 leek de zaak rechtgezet en afgedaan: de in het artikel ‘De familie van Acquoy’1 genoemde Jacob en Jan Ariensz. Goethart hoorden niet thuis in het gezin van Arien Jacobsz. Goethart en Ariaentgen Jansdr., maar in het gezin van Adriaen Cor-nelisz. en Lobbeken Martens Hertich. Daaruit volgt dan automatisch dat de Jacob Ariensz. Goethart die huwde met Barber Bastiaensdr. uit Oud-Alblas niet de kleinzoon kan zijnvan Jacob Ariensz. Goethart, de zeeman. Er zijn dus twee gezinnen bekend in Nieuwpoort die vroeger of later in de 17e eeuw de achternaam Goethart gebruiken.De mooie akten rond Ariaentje Jansdr. in genoemd artikel gaven in haar tak de verbanden en achtergronden die ik in de Nieuwpoortse bronnen zo miste bij een eerdere zoektocht naar de familie Goethart. Een mooie reden om opnieuw te gaan kijken of ik nu in Nieuwpoort verder zou kunnen komen met de lastige puzzel ‘Goethart’, want dat is het. Er is een aantal factoren die het vinden van bewijsmateriaal ernstig belemmert.

Twee Jannen

Wat me eerder niet opgevallen was, zag ik nu: in de ‘lijst van de familien’ (1680)2 wordt tweemaal een Jan Ariensz. Goethart vermeld, op twee verschillende plekken in Nieuwpoort. Bovendien is de gezinssamenstelling van de twee Jannen verschillend. Is er dan toch in het gezin van Arien Jacobsz. Goethart en Ariaentgen Jansdr. óók een Jan Ariensz. Goethart geboren? Dit is overigens de enige bron en het enige jaar waarin beide mannen voorkomen met dezelfde naam.

*e-mail: [email protected]

86 ONS VOORGESLACHT | Jaargang 75 | maart 2020 | 728

Om te beginnen is uit te sluiten dat in het gezin van Arien Cornelisz. en Lobbeken twee zonen zijn geboren met de naam Jan. De namen van zijn kinderen zijn bekend uit die cruciale akten van 7 december 1666 en 19 juni 1699.3

7-12-1666: Cornelis Adriaensz., Marten Adriaensz., Jacob Adriaensz., Jan Adriaensz., Merten Pie-tersz., man en voogd van Magteltgen Adriaens en Neeltgen Adriaens, geassisteerd met de voorn. broeders en zwager, allen kinderen en erfgenamen van Adriaen Cornelisz. en Lobbeken Mertens Hertich, en hebben wettelijk getransporteerd en overgegeven aan Jan Martensz. Hertich, hun oom, burger van Nieuwpoort, een huis en erf, gekomen van hun comparanten ouders, staande benedendams aan de westzijde van de Binnenhaven, strekkende voor uit de halve binnenhaven westwaarts op tot de halve achterweg, belend zuid Jacobgen Willems, Lenert Gijsbertsz.’ weduwe en komende het erf in het noorden tot de afgepaalde limieten aldaar, en zij comparanten bekenden ten volle betaald te zijn met 300 gulden.

19-6-1699: Jan Ariensz. Goethart koopt van Cornelis Adriaensz. Goethart, wonend in Beijerse onder Stolwijk, en Jacob Ariensz. Goethart, wonend tot Oud-Alblas, en Adriaen Mertensz., wonend in Nieuwpoort, voor zichzelf, en voor het onmondige kind van Magteltgen Ariens, alsmede Cornelis Pieters Blom, wonend in Streefkerk, als oom en voogd van de onmondige kinderen van Aeltgen Pieters Blom, een schuur met de helft van de werf aan de zuidzijde buiten de Gravelandse poort aan de westzijde van de Binnenhaven, strekkende uit de halve Binnenhaven westwaarts op tot de halve achterweg, belend ten noorden de koper en ten zuiden dezelfde achterweg.

Omdat Arien Cornelisz. niet oud geworden is (overleden voor 17 mei 1647)4 en getrouwd is in 1635, zijn de geboortejaren van zijn kinderen goed in te schatten: Cornelis (ca. 1636), Marten (ca. 1638), Machteltgen (ca. 1640), Jacob (ca. 1642), Neeltgen (ca. 1644) en Jan (ca. 1646). De juiste plaats van de dochters in de volgorde is niet bekend, maar duidelijk is dat er geen ruimte is voor nog een tweede Jan. Daarmee kunnen we vaststellen dat inderdaad een van de twee Jannen thuis hoort in het gezin van Adriaen Jacobsz. Goethart en Adriaentgen Jansdr.

Helaas komt er in het trouwboek van Nieuwpoort maar één persoon met die naam voor en dat is de Jan Adriaensz. Goethart die op 11 januari 1680 trouwt met Cornelia Adriaensdr. Haar naam is te weinig onderscheidend om van nut te kunnen zijn. Er zijn in het doopboek wel twee meisjes te vinden met die naam: de dochter van Arien Ariensz. en Dirckien Dircks [Jan Vuijck], gedoopt op 17 februari 1639, en de dochter van Arien Cornelisz. [Laurens] en Aertken Cornelis Ossekamp, gedoopt op 16 maart 1659. Maar verreweg de meeste vaders


met de naam Arien laten hun kinderen niet dopen in de Nederduits Gereformeerde (geref.) kerk van Nieuwpoort. Haar naam brengt een oplossing niet dichterbij.Nu we weten dat er twee kandidaten zijn om te passen in zowel het gezin van Arien Jacobsz. als in het gezin van Arien Cornelisz., kunnen we niet meer zonder meer aannemen dat de Jan die met Cornelia trouwt (1680) wel thuis zal horen in het gezin van Arien Cornelisz. Wat we zeker weten is dat een van de Jannen in 1699 nog leeft (zie de akte hierboven), van zijn familie onroerende goederen koopt en in het gezin van Arien Cornelisz. thuishoort.

In de rekeningen van de kerkmeesters – een mooie bron voor begraafgegevens – is slechts één Jan Goethart terug te vinden: Jan Goethart wordt St. Jan 1713/1714 begraven in de kerk en voor zijn begraven wordt 4-6-0 betaald.5 Dit kan Jan Arien Cornelisz. zijn, omdat de begrafenis na 1699 plaatsvindt. Dat hij het ook echt is, kon pas vastgesteld worden na de vondst van de verkoop van enige meubele goederen op 6 mei 1694 door de weduwe van Jan Ariensz. Goethart.6 Haar eigen naam wordt helaas niet genoemd; daarom weten we nog steeds niet of dit Cornelia Adriaensdr. is. De overledene in of vóór 1694 is dus Jan Arien Jacobsz. Na deze datum heb ik niets meer van hem (of zijn weduwe) gevonden in de zeventiende-eeuwse bronnen van Nieuwpoort. De vermelding in 1715 van de weduwe van Jan Goethart sluit aan bij de andere Jan (overleden na 1699) en geeft door haar plaats in de ‘lijst van het familiegeld’ van dat jaar ook de doorgaande lijn in het woningbezit van Jan Arien Cornelisz. Goethart weer.7 Want hoewel beide families onroerend goed hebben gehad, is dat het beste te volgen bij de familie van Arien Cornelisz. en Lobbeken. Op onderstaande kaartjes (links toont Nieuwpoort rond 1562 en is getekend door Jacob van Deventer; rechts is een deel van een combinatiekaart)8 is de veranderende situatie in Nieuwpoort in de periode 1672-1674 goed te zien. De woonplekken van de beide families worden aangegeven op de rechter kaart, omdat er geen gedetailleerde kaart van de 2e helft van de 17e eeuw is. De kaart van Jacob van Deventer toont de situatie van een eeuw eerder en de kadastrale kaart van 1827 is anderhalve eeuw later dan de periode waarover dit verhaal gaat. Daarom zijn de woonplekken niet exact aan te geven, maar bij benadering.


Boerenfamilie

Arien Cornelisz. en Lobbeken zijn beiden nieuwkomers in Nieuwpoort. Hij komt uit Goudriaan en zij uit Ammers-Graveland, beiden uit boerenfamilies. Arien heeft zich al in Nieuwpoort gevestigd voordat hun ondertrouw op 1 april 1635 plaatsvindt. Lobbeken en haar broers verhuizen als onmondige weeskinderen naar Nieuwpoort, wanneer hun moeder, Machtel Jans,9 in 1629 hertrouwt met Adriaen Willemsz. en met hen in Nieuwpoort gaat wonen (A1). Lobbeken trouwt jong (1635), want zij bedankt haar voogden een jaar later voor hun goede administratie (3 september 1636).10 Arien en Lobbeken vestigen zich in het zuidwesten van Nieuwpoort door een huis en erf te kopen aan de westzijde van de Binnen-haven (13 januari 1638)11 (A2). Zij hebben een boerenbedrijf.12 Behalve Arien Cornelisz. komen ook zijn zusters, Lijntgen en Merritgen, naar Nieuwpoort. Zij hebben zich respec-tievelijk aan de Buitenhaven en in het centrum gevestigd.13 Geen van beiden gebruikt in de Nieuwpoortse bronnen de achternaam Goethart.Aert Martensz. Hertich en Jan Martensz. Hertich, broers van Lobbeken (Martens Hertich), gaan na hun huwelijk ook aan de westzijde van de Binnenhaven wonen. Broer Jan Martensz. wordt zelfs Lobbekens buurman aan de zuidzijde (A3) als hij in 1651 de derde echtgenoot wordt van buurvrouw Maritgen Corsdr. In 1672 wordt duidelijk dat ook Jan Martensz. boer is. Hij wil o.a. koeien, kaasvaten, juk, hooi en de schouw verkopen.14

Iets noordelijker in dezelfde straat, zo’n zeven huizen verder, woont broer Aert Martensz. samen met zijn vrouw Beertien Egberts uit Lopik (A4). Zij hebben daar op 7 juni 1645 een huis en erf gekocht.15 Aert overlijdt jong en laat twee kinderen na. Beertien hertrouwt op 7 mei 1656 met Cornelis Adriaensz. Verhoef. Zij blijven voorlopig in Beertiens huis wonen.Voor 7 december 1666 overlijdt ook Lobbeken.16 Jan Ariensz. is dan ongeveer 20 jaar. Al haar kinderen zijn nog in leven. Van zoon Cornelis heb ik geen gegevens; hij zou getrouwd kunnen zijn voor 1666. Machtelt Ariens en Marten Ariensz. zijn beiden in 1663 getrouwd: Machtelt met weduwnaar Merten Pieter Crijnen, die ook aan de westzijde van de Bin-nenhaven woont (A5), Marten met Aeltien Ariens. Hij koopt in 1664 ook een huisje in het zuiden, maar dan aan de oostzijde van de Binnenhaven (A6). Jacob, Neeltgen en Jan zijn dan nog niet getrouwd. Omdat hun oom, Jan Martensz., op 7 december 1666 Lobbekens huis koopt,17 kunnen de ongetrouwde kinderen naast of bij hun oom blijven wonen. Het is een echte samenklontering van familieleden, daar in het zuidwesten. Dan breekt er een chaotische tijd aan voor Nieuwpoort.

Bijzondere omstandigheden

Daar zijn twee oorzaken voor aan te wijzen. De eerste is oorlog. De dreiging van een naderende oorlog is in 1667 al voelbaar.18 Het stadsbestuur besluit in dit jaar een com-pagnie (burger schutterij) op te richten. De weerbare mannen worden opgeroepen. Tegen de verwachting in staan Jacob en Jan Ariensz. niet op de lijst, wel hun oom Jan Mertensz. Ook van de jaren 1672 en 1673 zijn er burgerrollen bewaard gebleven.19 De burgers moeten oefenen in marcheren en er worden lijsten aangelegd wie welk wapen heeft en in welk rot de burgers zijn ondergebracht. De ‘rampjaaroorlog’ komt zo dichtbij dat er diverse leger-onderdelen ingekwartierd worden in Nieuwpoort. Het stadje is dan ook overvol tussen sep-tember 1672 en januari 1674.20 Geen wonder dat er in deze periode meer mensen overlijden dan normaal.


De tweede oorzaak van de onrust betreft de vestingbouw van Nieuwpoort. Het kaartje hierboven laat zien hoe anders van vorm Nieuwpoort wordt. Voor 35 inwoners en hun gezinnen betekent dit, dat in 1673 – soms al in 1668 – hun huizen letterlijk moeten wijken om de stad te kunnen fortifi ceren.21 In het noorden en het zuiden wordt Nieuwpoort zodanig ingekort dat er plaats komt voor wallen, bolwerken en grachten. De huizen in het uiterste zuiden blijven staan. Ze staan nu alleen tussen de nieuwe Gravelandse poort en de oude Gorinchemse poort, afgesneden van de rest van Nieuwpoort door de nieuwe gracht. Bij het vergelijken van de inkwartieringslijsten met de rollen van de burgerij valt meteen op dat er veel verhuisd wordt in 1672, 1673 en 1674. Op het rechter kaartje is goed te zien dat de huizen van Lobbeken (A2), van haar broer Jan Mertensz. (A3) en van haar zoon Marten Ariensz. (A6) ook moeten plaatsmaken en ergens anders opgebouwd worden. Dat maakt het een stuk lastiger om bewoningspatronen te herkennen in die overgangsjaren. Daarom sla ik deze periode bij de familie van Arien Cornelisz. eerst even over, om hem bij de andere fami-lie Goethart weer op te pakken. De duidelijkheid binnen deze boerenfamilie komt vooral in de 18e eeuw. Daarom een nieuw kaartje, nu uit 1772 – bij gebrek aan een betere – waarop de veranderingen na 1680 zijn aangegeven.22

De 18e eeuw in

Via de lijsten die ik van de 18e eeuw heb verzameld, kan ik globaal zien hoe het verder is gegaan met Lobbekens familie, zonder dat ik uitgebreid onderzoek heb gedaan. Jan Mertensz. is overleden voor 8 november 1691, omdat de erfgenamen in die maand roerende goederen uit zijn erfhuis verkopen en zij successie moeten betalen over de onroerende goederen die hun oom heeft nagelaten.23 Jan Ariensz. Goethart verkoopt op 1 juni 1692 het ene huis van Jan Mertensz. (A3b, Lobbekens huis) aan zijn neef Cornelis Ariensz. [Vlieguijt]. Hij hoeft daarvoor de andere erfgenamen niet te raadplegen, omdat Jan Mertensz. en Demitgen Jans in hun testament van 20 november 1666 hadden bepaald dat Lobbekens huis na de dood van de langstlevende aan hem, neef Jan Ariensz. Goethart, zal toekomen. Op 7 augustus 1678 hebben Jan en Demitgen dit nogmaals offi cieel bevestigd bij notaris Adriaen Adamsz. Ooms.24 Rond die tijd zullen de twee afgebroken huizen weer herbouwd zijn.


Waar het tweede huis van Jan Mertensz. is herbouwd, blijkt uit de akte van 19 juni 1699: in het uiterste zuiden aan de westzijde (A2b). Dit huis blijft door vererving binnen de familie zoals blijkt. Op 12 januari 1714 wordt het overlijden van Jan Ariensz. Goethart aangegeven om pro deo begraven te worden.25 In 1715 en 1717 woont de weduwe van Jan (Ariensz.) Goethart in het huis naast de achterweg (A2b).26 In 1730 is de situatie veranderd.27 In plaats van de weduwe staat genoemd: ‘het huis van Arij en Jan Goethart, verhuurd aan Aart Pie-tersz. de With’. Arij en Jan zullen de zonen zijn van Jan Ariensz. Goethart. Maar zijn zij ook de zonen van N.N., die tussen 1717 en 1730 overleden is? Het remonstrantse doopboek dat in 1692 begint, geeft gedeeltelijk antwoord op die vraag: Jan Jansz. Goethart wordt op 21 december 1692 gedoopt met als vader Jan Ariensz. Goethart en als moeder Pietertien Barten. Of zoon Arij Goethart ook een zoon van Pietertien is, is niet te zeggen. Hij zou ook een zoon van Cornelia Adriaensdr. kunnen zijn. Haar patroniem geeft daar reden toe, zonder dat daar bewijzen voor zijn. Cornelia’s overlijden is helaas niet gevonden. In het volgende hoofdstuk zal blijken dat Cornelia getrouwd is met Jan Arien Cornelisz. en dus zijn eerste vrouw is. En daarmee wordt Pietertien de tweede vrouw van Jan Goethart. Een heel klein gegeven bevestigt dit: op 7 januari 1697 (dus na 1694!) geeft Jan Ariensz. Goethart het lijk aan (a.g.) van Teunis Barten, geleefd hebbende van de armen, om pro deo begraven te worden. Zowel de datum als de naam van de overledene bevestigen dat het hier om Jan Arien Cornelisz. Goethart gaat, die getrouwd is met Pietertien Barten.

Van Pietertien is maar heel weinig bekend. Zo is zij op 20 januari 1724 getuige bij de (rem.) doop van Adriaan, zoon van Jan Jansz. Goethart en Teuntie Ariens Verbeek. Dit tijdstip past bij haar overlijden tussen 1717 en 1730. In de gaarder is de aangifte van haar overlijden te vinden: 5 november 1724, ‘aangifte van Pietertje Bartendr. de Wit, weduwe van Jan Goethart, in Polsbroek overleden en naar Nieuwpoort getransporteerd, 3-0-0’.28 Een mooie bevestiging. Waarschijnlijk verhuren Arij en Jan vanaf dat moment het huis van hun ouders (A2b), zoals dat ook in 1730 gebeurt.29 Op 19 maart 1742 verkopen Arij Jansz. Goethart en Teuntie Ariens Verbeek, weduwe van Jan Goethart, een vervallen huis, boomgaardje en akkerland tussen de oude en de nieuwe poort (A2b).30 Waar Arij Jansz. Goethart heeft gewoond, is mij niet bekend. Wel waar Jan Jansz. Goethart heeft gewoond, samen met zijn vrouw Teuntie.

Op 30 maart 1719 namelijk koopt Jan Jansz. Goethard een huisje (A7), staande tussen de achterweg en de erfgenamen van Hendrik van Laer [man van zijn oudtante Neeltje Ariens Hertich], binnen de nieuwe Gravelandse poort, aan de westzijde van de Binnenhaven.31 Dit huisje staat tussen de nieuwe gracht en het vroegere Cees Beertiens huis (A4). In 1730 wordt vermeld: ‘Jan Goetharts huisje en erf waar hij woont’.32 In het jaar 1756 wordt de weduwe van Jan Goedhart ook nog vermeld.33 Door de verkoop van huis (A2b) was al bekend dat Jan Jansz. overleden is voor 19 maart 1742.Door het huizenbezit in de familie Hertich is aan te tonen dat Jan Arien Cornelisz. Goethart in het zuidwesten van Nieuwpoort bleef wonen, ook na de gedwongen verplaatsing. Dat hij weleens ‘buiten’ woonde zoals een burgerlijst van 1673 vermeldt, had waarschijnlijk met zijn werk te maken. Met de andere Jan Arien (Jacobsz.) Goethart was dat anders gesteld.


Zeemansfamilie

Dat Jacob de zeeman in het noorden van Nieuwpoort in de buurt van de Buitenhaven en de Lek woont, zal niemand verbazen. Hij komt sinds 1629 sporadisch voor in de bronnen van Nieuwpoort.34 Eerst bewoont hij als huurder - later als eigenaar35 - een huisje aan de westzijde van de Noordwest-achterweg, tussen de achterweg en de stadsgracht (B1). Ik heb me in dit onderzoek beperkt tot Nieuwpoortse bronnen. De mooie bron over het sneuvelen van Jacob in de Engelse oorlog heb ik niet kunnen achterhalen. Maar de periode die ik in Nieuwpoort vond met betrekking tot zijn overlijden, is daarmee niet in tegenspraak, nl. tussen 1652 en 1659. Zijn vrouw heet Trijntje, maar komt slechts in één bron voor, met alleen haar voornaam.36 Arien Jacobsz. Goethart wordt als enige erfgenaam na het overlij-den van zijn moeder (na 1665) automatisch eigenaar van genoemd huisje. Lang kan Arien daar niet blijven wonen, want zijn huis moet weg vanwege de eerdergenoemde fortificatie. We vinden hem terug – niet meer als eigenaar, maar als huurder– tussen 1672 en 1674 aan de oostzijde van de Buitenhavenstraat (B2),37 tussen de straat en de Buitenhaven. Het is duidelijk dat hij probeert om in zijn vertrouwde woongebied te blijven wonen. Zijn beroep is onbekend. In 1674 leeft hij van de armen, met zijn vrouw en acht kinderen. Dat is exclu-sief Aeltje Ariensdr., want die is al getrouwd en woont in Leiden, weten we sinds 2017.38 In 1680 is zijn woonplek niet gevonden, omdat hij niet vermeld wordt in de ‘lijst van de familien’ van dat jaar.39 De reden daarvoor kan zijn dat hij al jaren van de armen leeft.Zijn zoon Jan Ariensz. woont in 1674 ook niet meer thuis. Hij staat in de lijst van de fami-lien genoemd als Jan Ariens, schuijttevaarder en sackedrager, 3 personen (man, vrouw en 1 kind). Heel lang heb ik getwijfeld of dit niet de andere Jan Arien (Cornelisz.) zou zijn, omdat hij in 1672-1674 woont in Cees Beertiens huis (A4). Ik verwachtte namelijk familie in het huis van tante Beertien te vinden. Maar de verklaring ligt in het feit dat Jan Arien Jacobsz. net als zijn vader op zoek moest naar een huis in het veranderde Nieuwpoort en het huis van Cees Beertiens was beschikbaar in die periode. Beertien en haar tweede man, Cornelis/ Cees Ariens Verhoef, waren verhuisd naar een huis in dezelfde straat in het cen-trum. Een tweede reden is dat Jan Arien Cornelisz. in die periode Jan Ariens Hertich (met zijn moeders achternaam!) wordt genoemd en onder die naam komt hij voor in de lijsten van de burgerij en in de inkwartieringen. Ik herkende hem lange tijd niet, omdat ik hem niet verwachtte met zijn moeders achternaam en er meerdere families in Nieuwpoort wonen met deze achternaam. Als laatste overweging komt daar nog bij dat Jan Arien Jacobsz.’ beroep (schuijttevaarder en sackedrager) meer past bij de zeemansfamilie dan bij de boerenfamilie. Helaas is zijn huwelijk rond 1673/1674 niet te vinden in het trouwboek. Dan zouden we ook de naam van zijn vrouw weten. Nu weten we tenminste dat deze Jan Arien Jacobsz. niet getrouwd is met Cornelia Adriaensdr. Uit de rekeningen van de kerkmeesters blijkt dat er in het boekjaar 1679/1680 drie kinderen van Jan Ariensz. Goethart op het kerkhof worden begraven. Dit kan alleen maar Jan Arien Jacobsz. zijn. Tussen 1674 – met één kind – en 1679 kunnen er nog twee kinderen geboren zijn. Dat betekent dat hij in 1680 geen kinderen meer heeft. Dan is de Jan die in 1680 dichtbij de Gorinchemse Steijger genoemd wordt, aan de zuidzijde van de Oosthoogstraat (B3), Jan Arien Jacobsz. Goethart. Het klopt dan dat zijn gezin bestaat uit twee personen [hijzelf en zijn vrouw]. Hij wordt gekwalificeerd als arm en zijn beroep wordt niet genoemd. In 1680 staat de andere Jan (Arien Cornelisz.) wel vermeld bij het huis van ‘tante Beertien’! Dat is uiterst verwarrend omdat eerder in 1674 Jan ‘de zeeman’ daar woonde. En hoe te verklaren dat de Jan in Beertiens huis, net getrouwd in


1680, toch een gezin met een kind had! Het kan natuurlijk wel, in januari trouwen en een half jaar later (of nog eerder) een kind hebben. Ik had er alleen geen rekening mee gehouden. Zo lijkt er ook voor de zeemansfamilie een favoriet gebied te zijn in Nieuwpoort, in het oosten in de buurt van de Steijger. Broer Walraven woont in 1680 als huurder niet zo ver bij Jan vandaan, aan de zuidzijde van de Oosthoogstraat (B4) en koopt op 24 decem-ber 1683 een huis naast de Gorinchemse Steijger (B3), de plek waar Jan in 1680 woont. Jan moest dus in 1683 weer op zoek naar een ander huis. Waar hij gewoond heeft tussen 1683 en 1688 is mij niet bekend. Op 8 mei 1688 komt er tot mijn verrassing toch nog de aankoop van een huis: samen met Hendrick Jansz. koopt Jan Ariensz. Goethart een huis en erf aan de oostzijde van de Binnenhaven (B5). Maar is dit Jan Arien Jacobsz. en wie is Hen-drick Jansz.? In 1693 staan in de lijst van het brandgeweer40 diverse personen ook met hun bijnamen genoemd, zoals wel vaker gebeurt in belastinglijsten.41 Daar worden zij Hendrik Jansz. en Jan de Pater genoemd. Dit is een rechtstreekse verwijzing naar zijn grootvader van moeders kant: Jan Jans (de) Pater. Dit moet daarom Jan Arien Jacobsz. Goethart zijn. Met deze vermelding is zijn overlijden iets scherper begrensd: tussen 1693 en 6 mei 1694. Maar met wie koopt hij een huis? Er zal een (aangetrouwde) familierelatie aan ten grondslag liggen. We weten echter nog steeds niet met wie Jan Ariensz. getrouwd is. In 1715 wordt er maar één eigenaar genoemd: Hendrik Jansz. en hij heeft dan een achternaam, Hoeijen-bos.42 Deze achternaam zorgt eindelijk voor een makkelijk deel van de zoektocht, want Hendrick Jansz. Hoeijenbos is op 9 november 1651 gereformeerd gedoopt in Nieuwpoort als zoon van Jan Hendricksz. en Janneken Teunis. Met Hendrick blijven we weg uit de remonstrantse hoek. Hij huwt te Nieuwpoort op 26 december 1682 met Merrijtjen Ariens, jd. van Nieuwpoort en zij laten hun kinderen gereformeerd dopen. De oudste kinderen kennen we niet, omdat het doopboek een hiaat heeft tussen 9 juli 1684 en 13 februari 1687. Maar het is heel aannemelijk dat de Jan Hoejenbos, bewoner van dit huis in 1730, een zoon is van Hendrik Jansz. Jan zal geboren zijn in de jaren van het hiaat. In Merrijtje Ariens meen ik een zuster van Jan Ariensz. Goethart te herkennen, maar bewijzen kan ik het niet. Er is maar één aanwijzing voor: Walraven laat zijn kinderen ook gereformeerd dopen en bij de doop in 1683 van dochter Ariaantje is ene Merrigje Ariens doopgetuige. Merrijtje en Mer-rigje lijken mij één persoon.Walraven is in Nieuwpoort tussen 2 mei 1694 en 25 april 1695 overleden, niet lang na zijn broer Jan. Op de eerste datum neemt hij een hypotheek op zijn huis.43 De laatste datum is van de akte waarin Arnout Cocquis aangesteld wordt als curator over de geabandonneerde boedel en goederen van Walraven Goethart.44 Aeltjen Barents Overkamp vertrekt met haar kinderen voor 25 april 1695 naar Zaandam. De Goethart-tak van Jacob de zeeman lijkt aan het einde van de 17e eeuw uitgestorven te zijn in Nieuwpoort. Ik vind niets meer over hen in de 18e-eeuwse belastinglijsten. Het is echter niet uit te sluiten dat er in of buiten Nieuwpoort nageslacht van hem te vinden is. Zoals deze families Goethart zijn er nog veel meer families in het 17e-eeuwse Nieuwpoort die slecht te vinden zijn. Remonstrantse voorkeur, geen woningbezit, nog geen achternaam gebruikend en de veranderingen in het stadje maken het soms onmogelijk om aansluiting te vinden met nageslacht in de 18e eeuw.


Losse personen

Dan zijn er tot slot nog een paar ‘losse’ Goetharten, die zonder akten niet geplaatst kunnen worden in een van de twee families. Bij één persoon lukt dat wel vanwege haar voornaam: Lobbigie Jans Goethart. Zij kan alleen maar thuishoren in Lobbekens familie. Van de andere personen hoop ik – met hulp van anderen – toch meer duidelijkheid te krijgen.

*Merrigje Ariens, doopgetuige op 5-9-1683 bij de doop (geref.) van Ariaentje, dochter van Walraven Ariensz. Goethart en Aeltjen Barentsdr. Overkamp.

*Magdaleentien Jans Goethart, doopgetuige 10-12-1701 bij de (rem.) doop van Gijsbertus, zoon van Cornelis Cornelisz. Ruijtevelt en Marrigje Huijgen.

*Jannigje Goethart wordt St. Jan 1709/1710 begraven in de kerk; er wordt 4-0-0 betaald.45 Jannigje Jans wordt 22-4-1710 aangegeven (a.g.) om pro deo begraven te worden.

*Lobbigie Jans Goethart, op 20-2-1712 aangifte gedaan (a.g.) om te trouwen met Jan Jochemse Verhoeff van Polsbroek (pro deo).

*Lijntie Goethart krijgt in het remonstrantse doopboek ten onrechte deze achternaam. Tussen 1723 en 1732 laten Arij Dircksz. Hartogh en Lijntie Bastiaens Blommendael vijf kinderen (rem.) dopen. Eén keer (1732) wordt zij Lijntie ‘Goethart’ genoemd.

Voor aanvullingen en/of correcties houd ik mij van harte aanbevolen. Vooral hoop ik dat iemand de bron kent of kan vinden die de heer L.A.F. Barjesteh van Waalwijk van Doorn heeft genoemd over het sneuvelen van Jacob de zeeman in de Engelse Oorlog. Waarschijn-lijk wordt in dezelfde bron het patroniem ‘Hendricks’ genoemd van Trijntje, de vrouw van Jacob de zeeman. En misschien staan er nog meer aanknopingspunten in die akte.46

Een eerste waardevolle aanvulling kreeg ik al meteen van Léon van der Hoeven. Hij was zo vriendelijk het concept te lezen en van commentaar te voorzien, waarvoor hartelijk dank. Hij maakte mij attent op een akte in de weeskamer van Nieuwpoort met betrekking tot Jan Mertensz. Hertich, de oom die zo’n belangrijke rol speelde in het leven van Lobbekens kinderen. Omdat Jan zelf geen kinderen uit zijn twee huwelijken naliet, raadpleegde ik na zijn overlijden niet de weeskamer. Dat blijkt nu een flinke inschattingsfout te zijn. Deze akte bewijst precies datgene waar ik al combinerend en deducerend een heel artikel voor nodig had. Gelukkig was deze akte een bevestiging en verdient daarom hier alsnog een plaats:

3-1-1692: Willem Ariensz. Boer, wonend Langerak, Cornelis Ariensz. Goethart, wonend in de Beijerse, in de jurisdictie van Stolwijk, Jacob Ariensz. Goethart, wonend tot Oud-Alblas, Adriaen Meertensz. Verbeek, wonend binnen deze stede, voor hem zelf en vanwege Glaude Henricksz., als getrouwd hebbende zijn zuster, Lijntie Meertens, en nog voor Jan Willemsz., minderjarige, tezamen kinderen van Magteltge Ariens Goethart, mitsgaders nog de voors. Cornelis Ariensz. Goethart voor en vanwege Arien Martensz. Goethart, ter ene zijde en ter andere zijde Jan Ariensz. Goethart, wonend alhier, voor hem zelf en als man en voogd van Pietertge Barten, mitsgaders hem sterk makende voor Teunis Barten,


wonend in Giessen-Nieuwkerk, tezamen als erfgenamen van Jan Meertensz. Hartigh en Demitge Jans, in hun leven echtelieden en binnen deze stede overleden.Door loting is overeengekomen dat Willem Ariensz. Boer c.s. zal hebben: het achterhuis van het huis en de akker staande en gelegen binnen Nieuwpoort bij de oude Gravelandse Poort, strekkende van de halve Binnenhaven west op tot halver achterweg, belend noord Pieter Claesz. Truer [met een boom-gaard] en zuid de weduwe van Leendert Vink, aanvang nemende van de middelmuur of zuidwaarts op tot de gemelde akker toe, met het gedeelte van de zelfde akker, beginnende van de geslagen paal zuidwaarts op tot de halve achterweg toe.Jan Ariensz. Goethart met zijn voors. zwager, Teunis Barten, is te beurte gevallen: het noordwaartse eind van het voorhuis van het voorn. huis, bestaande uit een opkamer en kelder en het voorhuis, strekkende tot de middelmuur toe, mitsgaders de noordzijde van de meergenoemde akker, strekkende van de halve sloot zuidwaarts op tot de geslagen palen of tot de perenboom toe, responderende op de middelmuur aan; zijnde in dit lot begrepen de erfenis die de voorn. Jan Ariensz. Goethart als een mede-erfgenaam van voors. Jan Meertensz. Hartigh competerende en hebbende voors. Jan Meertensz. en Demetge Jans nog nagelaten drie mergen land gelegen onder Giessen-Nieuwkerk in de polder Doet welke de voorn. Jan Ariensz. en Teunis Barten, mede is aanbedeeld des daarvoor aan de voorn. Willem Ariensz. Boer c.s. uitreikende de som van 190 carolusgulden binnen 6 maanden te betalen na dezen […]47

Volgen nu twee fragmentgenealogieën:

Genealogie A

I. Jacob48

Kinderen:1. Cornelis Jacobsz., volgt. II2. Geerlof Jacobsz. Goethard, assisteert zijn nicht Lijntien Cornelis in Nieuwpoort bij de

vertichting van haar dochtertjes (7-4-1650).49

II. Cornelis Jacobsz., overl. Goudriaan voor 28-1-1627,50 tr. voor 1611 Neeltje Ariens, overl. voor 29-6-1628;51 zij tr. 2e Goudriaan 21-2-1627 Pieter Jansz., jm. van Goudriaan; Uit dit huwelijk: de tweeling Cornelis en Jan Pietersz. (get. Pieter Joris, Andries Cornelisz., Krijn Jansz., Geerlof Jacobsz., Mariken Ariens, Hendrickje Jans).

Kinderen:1. Arien Cornelisz., volgt IIIa.2. Mariken Cornelisdr., ged. Goudriaan 12-5-1613, (get. Jan Goris, Borchien Jacobsdr.),

jong overl.3. Jacob Cornelisz., ged. Goudriaan 26-4-1615 (get. Geerlof Jacobsz., Pieter Joris).4. Mariken Cornelisdr., ged. Goudriaan 17-10-1618 (get. Geerlof Jacobsz., Mariken

Ariens, Leentgen Krijnen), jd. van Goudriaan, won. Nieuwpoort (1636), ook Meij Schrael genoemd (1674), begr. Nieuwpoort St. Jan 1674/1675, tr. 1e (otr. Gou driaan/ Nieuwpoort 20/ 24-8-1636) Cornelis Jan Dammis, ook Cornelis Jansz. Schrael genoemd, jm. tot Nieuwpoort (1636), begr. Nieuwpoort St. Jan 1661/1662 (overl. voor 14-2-1661), zoon van Jan Dammis en Adriaengen Jan Pieterszdr., tr. 2e Schoonhoven


(otr. Nieuwpoort 3-4-1661) Joost Aertsz., jm. uit Ammers-Graveland, begr. Nieuwpoort St. Jan 1661/1662 (overl. tussen 3-6-1662 en 17-11-1662),52 zoon van Aert Pietersz., tr. 3e (otr. Langerak en Nieuwpoort 17-12-1665) Pleun Adriaensz. van Abeel, bouwman te Langerak, won. Nieuwpoort in het huis van Merritgen (tot 1674/1675).53

14-2-1661: Maritgen Cornelisdr. zal het onmondige kind onderhouden en ieder kind bij het huwelijk 5 gulden meegeven en de kinderen mogen het gereedschap, tot het doen van ieders handwerk of ambacht dat zij nu bezitten, houden. Uit de inventaris blijkt dat de kinderen met hoep maken en het vervoeren van diverse goederen hun geld verdienen.54

3-6-1662: Joost Aertsz. en zijn vrouw Maritgen Cornelis kopen van Adriaen Jan Melchiorsz., kaaskoper en burger van Nieuwpoort, een huis en erf in de Oosthoogstraat aan de noordzijde, strekkende voren van de halve steenstraat noorden op tot de halve stede buitengracht, belend oost Jan Willemsz. Roos en west Jan Jaspersz.55

21-9-1663: Maritgen Cornelisdr. zal Joosken onderhouden tot haar mondigheid en haar dan 70 gulden uitreiken.56

Kinderen uit haar 1e huwelijk: a. Cornelis Cornelisz., geb. ca. 1637/1638 (14-2-1661 23 à 24 jr. oud). b. Adriaentgen Cornelisdr., geb. ca. 1639/1640 (14-2-1661 over de 21 jr. oud). c. Jacob Cornelisz., geb. ca. 1643 (op 14-2-1661 stijf 18 jr., voogden zijn de ooms

Jan Jan Dammis en Willem Jan Dammis).Kind uit haar 2e huwelijk: d. Joosje Joosten, ged. Nieuwpoort (geref.) 1-4-1663.

5. Lijntgen Cornelisdr. (den Broeder), ged. Goudriaan 21-11-1621 (get. Joost Hen-dricks, Aefken Theunis en Ariaenken Ariens), overl. Nieuwpoort tussen 8-9-1664 en 24-9-1666,57 tr. 1e Nieuwpoort 27-11-1642 Cornelis Thonisz. Croock, jm. van Nieuw-poort, overl. voor 7-4-1650, zoon van Thonis Laurensz. en Lijsbet Willems Croock, tr. 2e Schoonhoven (otr. Nieuwpoort 27-2-1656) Arien Bastiaensz. (Vlieguijt), jm. uit Brandwijk.58

7-4-1650: Vertichting van Lijntgen Cornelis, weduwe van wijlen Cornelis Tonisz. Croock, geassi-steerd met Geerlof Jacobsz. Goethard en Poulus Adriaensz., haar ooms, en Cornelis Jansz. Schrael, haar zwager, ter ene zijde, en Thonis Laurensz., grootvader en bloedvoogd van de nagelaten weeskinderen met Jan Thonisz., zoon van Thonis Laurensz. ter andere zijde. Zij zijn overeengekomen dat Lijntgen zal behouden alle roerende en onroerende goederen en zij zal haar twee weeskinderen, Lijsbeth van ongeveer twee en een half jaar en Cornelia van ongeveer een kwart jaar, onderhouden. Bij mondigheid zullen beide kinderen 50 gulden uitgereikt krijgen. Mocht een van beiden overleden zijn voor die tijd dan krijgt de langstlevende 100 gulden; zijn beiden overleden voor die tijd dan krijgen de naaste familieleden van vaderszijde de 100 gulden, als Lijntgen Cornelis dan nog in leven is. Zij verbindt aan deze overeenkomst haar huis en erf, staande aan de westzijde van de Buitenhaven, aan de westzijde van de straat, belend noord Pieter Aertsz. en zuid Willem Jansz., doodgraver.59


23-2-1656: Huwelijkse voorwaarden tussen Arien Bastiaensz., jm. van Brandwijk, en Lijntgen Cornelisdr., weduwe wonend in Nieuwpoort. Arien wordt geassisteerd door Neeltgen Jacobsdr., zijn moeder, Arien Bastiaensz. den oudsten, zijn broeder, Luijt Jacobsz. en Heymen Cornelisz., zijn ooms. Hij brengt in, zoals zijn moeder belooft, 200 carolusgulden. Lijntgen wordt geassi-steerd door Cornelis Jansz. Schrael gehuwd met Merritgen Cornelisdr., haar zuster. Zij brengt in al haar goederen: een huis en boomgaard in Nieuwpoort, samen met geld, koopmanschap en de inboedel, begroot op 2000 gulden.60

29-2-1656: Arien Bastiaensz. belooft bij zijn ondertrouw dat hij zijn stiefkinderen ieder nog 200 gulden zal uitkeren bij hun mondigheid, bovenop de 50 gulden die al bij de vertichting van 1650 zijn beloofd. Als de meisjes eerder komen te overlijden zal er niets worden uitgekeerd.61

Kinderen uit het 1e huwelijk: a. Lijsbeth Cornelisdr. Croock/den Broeder, geb. 1647 (2½ jr. oud op 7-4-1650).

8-9-1664: Testament van Lijsbeth Cornelis Croock, anders den Broeder genoemd, jd. wonend binnen deze stede. Zij legateert aan haar oom Jan Thonisz. eens 6 carolusgulden, aan de armen van Nieuwpoort eens 25 gulden en aan Cornelis Adriaensz., haar halfbroeder, anders Cornelis den Broeder genoemd, een zilveren beker met een zilveren lepel en nog een gouden ducaton. Als haar universeel erfgenaam stelt zij haar moeder, Lijntgen Cornelis, of bij haar vooroverlijden haar halve broeders en zusters ‘uit den tweeden bedde bij Adriaen Bastiaensz., haar moeders tegenwoordige man, verwekt’.62

b. Cornelia Cornelisdr., geb. ca. januari 1650 (een kwart jaar oud op 7-4-1650), begr. Nieuwpoort St. Jan 1660/1661.

Kinderen uit het 2e huwelijk:c. Ariaentje Ariens Damswegen/Bloemendaal.d. Neeltje Ariens Damswegen.e. Bastiaen Ariensz. Blommendaal.f. Cornelis Ariensz. Vlieguijt/ den Broeder/Blommendaal.

IIIa. Arien Cornelisz., geb. Goudriaan ca. 1610/1611 (ca. 16 jr. op 28-1-1627),63 burger Nieuwpoort (17-6-1636),64 overl. tussen 1-6-164465 en 17-5-1647,66 tr. (otr. Nieuwpoort 1-4-1635) Lobbeken Martensdr. Hertich, dochter van Meerten Aertsz. (overl. voor 22-4-1629) en Machteld Jansdr. (overl. tussen 22-4-1629 en 10-11-1630, resp. ondertrouw 2e huw. en de betaling van haar doodskist).67

13-1-1638: Cornelis Jansz. Boer, wonend op Gelkenesser Veer, als oom en bloedvoogd van het nagelaten weeskind van Helmich Cornelisz. en Maritgen Jansdr. – de andere voogd is overleden – draagt over aan Adriaen Cornelisz., burger van Nieuwpoort, een huis en erf aan de westzijde van de Binnenhaven, belend noord Aeltgen, de weduwe van Joris en zuid Adriaen Adriaensz.van de Burch [met een boomgaard].68

Kinderen:1. Cornelis Adriaensz. Goethart, geb. naar schatting ca. 1636, won. in Beijerse onder

Stolwijk (19-6-1699).69


2. Merten Adriaensz., volgt IVa.3. Machteltgen Adriaens, geb. naar schatting ca. 1640, overl. voor 6-10-1680, tr. 1e Nieuw-

poort 6-5-1663 Merten Pieter Crijnen, varkendrijver, weduwnaar van Lijntien Huijberts, (uit zijn 1e huwelijk: Arien Mertensz. Verbeek en Huijbert Mertensz. Verbeek, wonend in 1674 bij hun grootmoeder Annitgen Mertens aan de oostzijde van de Binnen haven), overl. Nieuwpoort 1669, tr. 2e (otr. Nieuwpoort 7-3-1676) Willem Jansz., jm. uit Rinse-veen.; hij tr. 2e Nieuwpoort 6-10-1680 Gerritje Barentsdr., weduwe van Abram Corsse de Jonge, beiden wonend in Nieuwpoort (uit dit huwelijk: Barent Willemsz.).

8-4-1681: Vertichting van Willem Jansz., weduwnaar van Magteltgen Ariens, ter ene zijde en ter andere zijde Cornelis Ariensz. Goethart, oom en voogd van het onmondige kind van Magteltgen. Willem Jansz. zal het kind onderhouden. Het kind heet Jan Willemsz. en is 1 jaar en 6 weken oud. Bij mondigheid zal hij 2 gulden en 10 stuiver krijgen.70

Kinderen uit het 1e huwelijk: a. Adriaen Mertensz. Verbeek, de jonge.

2-11-1692: Adriaen Mertensz. koopt van Glaudi Henricx, getrouwd met Lijntgen Mertens, wonend te Schoonhoven, 1/3 part in een huis en erf aan de westzijde van de Binnenhaven, belend noord Pieter Lambertse Lou en zuid de kinderen van Henrick Henricx Cock, strekkende van de halve haven tot aan de halve achterweg, zijnde: 1/3 part gemeen met het 1/3 part van de acceptant en ’t wordt mede gecompeteerd door 1/3 part van Willem Jansz. Hij [Willem Jansz.] heeft het achterhuis met het erfje van de achtermuur, blijkens de lootcedulle daarvan, gepasseerd 8 april 1681.71

21-7-1702: Adriaen Maertense de jonge, burger van Nieuwpoort, koopt van Willem Janse, wonend in Nieuwpoort, het achterhuis met de grond daar het op staat van het huis van de accep-tant, belend noord van het gehele huis van Pieter Lamberts en zuid Gerrit Cornelisse.72

11-1-1711: Adriaen Meertense Verbeek koopt van Jan Willemse en Barend Willemse, wonend tot Gouda, kinderen en erfgenamen van Willem Jansz., gewoond hebbend tot Nieuwpoort, een woonhuisje en erfje staande naast het annexe huis van Adriaen Meertense Verbeek, belend noord Pieter Lambertse Louw en zuid de acceptant.73

b. Lijntien Mertensdr., jd. van Nieuwpoort, tr. (otr. Schoonhoven/ Nieuwpoort 30-4/ 2-5-1688) Glaudi Henricx Schoonderwoert, jm. van Schoonhoven.

Kind uit het 2e huwelijk:c. Jan Willemsz., geb. februari 1680 (1 jr. en 6 weken oud op 8-4-1681), niet geref.

gedoopt.

4. Jacob Adriaensz. Goethart, geb. naar schatting ca.1642, tr. (otr. Nieuwpoort 20-2-1670) Barber Bastiaense, jd. uit Alblas, won. tot Oud-Alblas (19-6-1699). Zij laten hun kinderen in Oud-Alblas geref. dopen.

5. Neeltgen Adriaensdr., geb. naar schatting ca. 1644, koopt als ‘bejaarde vrijster’ een huis en erf aan de westzijde van de Binnenhaven, begr. Nieuwpoort samen met een kind


St. Jan 1679/1680 (overl. voor 20-11-1678), tr. (otr. Nieuwpoort 30-11-1675) Hendrick Jansz. van Laer, begr. Nieuwpoort St. Jan 1706/1707), weduwnaar van Merrigje Pieters.

18-5-1675: Neeltgen Ariensdr., bejaarde vrijster in Nieuwpoort, koopt huis en erf, staande aan de westzijde van de Binnenhaven, strekkende van de halve Binnenhaven westwaarts op tot de halve achterweg, van de gezamenlijke voogden (Jan Ariensz. Verhoef, wonend in Lopik, Thonis Aertsz., wonend in Goudriaen, Dirck van Gelder, wonend in Gorinchem en Cornelis Egberts, wonend in Lopik), over het weeskind van wijlen Cornelis Ariensz. Verhoef en Beertjen Egberts, belend noord Pieter Hermensz. Tucker en zuid Pieter Aertsz.74

20-11-1678: Vertichting van Hendrick Jansz. van Laer en zijn weeskind ter ene zijde en ter andere zijde Cornelis en Jan Ariensz. Goethart, ooms en bloedvoogden van het onmondige weeskind, genaamd Jan Hendricksz. Hendrick blijft de boedel behouden en zal zijn kind onderhouden tot zijn mondige dage of huwelijkse staat en dan uitreiken 100 carolusgulden.75

Kind: a. Jan Hendricksz. van Laer, niet geref. gedoopt.

6. Jan Adriaensz. Goethart, volgt IVb.

IVa. Marten Adriaensz., geb. naar schatting ca. 1638, ook Merten Ariensz. Hertich genoemd (1667, 1673), vermeld in de rollen van de burgerij (1667, 1672, 1673), zakkendrager/ arbeider (1674), begr. Nieuwpoort (kerkhof) St. Jan 1674/1675, tr. Nieuwpoort 20-12-1663 Aeltien Ariens, jd. van Alblasserdam, overl. voor 3-5-1682; hun onmondig kind, Arien Mertensz., wordt op die dag bijgestaan door zijn ooms Cornelis Ariensz. Goethart en Willem Ariensz. Soetman.76

3-5-1664: Merten Adriaensz., burger van Nieuwpoort, heeft gekocht een huisken en erf van Jacob Jansz., lapper, staande benedendams aan de oostzijde van de Binnenhaven, belend noord Leendert Jansz. en zuid Aert Jansz.Hertich, voor 309 gulden.77

1673: Ontvangt 200 gulden vergoeding voor het afbreken van zijn huis.78

3-5-1682: Jan Florisz. van Vueren, wonend te Nieuwpoort, heeft gekocht van de voogden van het weeskind van Arien Ariensz. Goethart (sic, moet zijn Marten Ariensz. Goethart), getrouwd met Aeltgen Ariens, beiden overleden, een huisje en erfje gelegen buiten de nieuwe Gravelandse poort, belend noord Maritge den Hartigh en zuid Willem Thomasz. Verhees, voor 100 gulden.79

Kind:1. Arien Mertensz., na 3-5-1682 niets meer gevonden van hem [niet te verwarren met

Arien Meertensz. Kaarsmaker].

IVb. Jan Adriaensz. Goethart, geb. naar schatting ca. 1646, begr. Nieuwpoort St. Jan 1713/1714 (overl. aang. 14-1-1714), ook Jan Ariensz. Hertich genoemd (1667, 1672 en 1673), jm. tr. 1e Nieuwpoort 11-1-1680 Cornelia Adriaense, jd. beiden won. Nieuwpoort, tr. 2e Pietertien Barten de Wit, doopgetuige (rem.) 20-1-1724 bij Adriaen, zoon van Jan Jansz.


Goethart en Teuntie Ariens Verbeek, overl. aang. 5-11-1724 van Pietertje Bartendr. de Wit, weduwe van Jan Goethart, overl. in Polsbroek en naar Nieuwpoort getransporteerd (3-0-0).

1-6-1692: Cornelis Adriaensz.Vlieguijt meldt dat hij gekocht heeft van [zijn neef] Jan Ariensz. Goed-hart een huis en erf, staande tussen de nieuwe en de oude Gravelandse poort, belend noord Teunis de wever en zuid de boomgaard van Pieter Claesz.Truer, voor 300 gulden gereed geld.80

19-6-1699: De cruciale akte (zie inleiding).

1703/1704 [zonder datum, zonder folionummer]: Gijsbert den Hertigh, vroedschap en koopman in Nieuwpoort, koopt van Jan Pietersz. Hertigh, wonend Amsterdam, een losrentebrief van 300 gulden tot laste van Jan Ariense Goethart van 9 augustus 1699, gevestigd op zijn huis, erf en akkerland, gelegen binnen Nieuwpoort, buiten de nieuwe zuidpoort, belend noord Wouter Claesz. Truijr [met een boomgaard] en zuid de achterweg.81

Kinderen, onbekend uit welk huwelijk:1. Arij Jansz. Goethart.2. Lobbigie Jans Goethart, overl. voor 19-3-1742, tr. (aang. (pro deo) Nieuwpoort 20-2-

1712) Jan Jochemse Verhoef, van Polsbroek.

Kind uit het 2e huwelijk:3. Jan Jansz. Goethart, alleen van hem is de moeder bekend (Pietertien Barten), volgt V.

V. Jan Jansz. Goethart, ged. Nieuwpoort (rem.) 21-12-1692, overl. voor 19-3-1742, tr. (aang. Nieuwpoort 22-5-1716) Teuntie Ariens Verbeek, wrs. dochter van Adriaen Mertensz. Verbeek en Grietje Jans IJsevelt [in 1730 geeft Adriaan Verbeek het lijk aan van zijn vrouw, Grietje Jans IJsevelt (3-0-0)].

30-3-1719: Teunis Jansz. de Man, burger van Nieuwpoort, transporteert aan Jan Jansz. Goethard, burger van Nieuwpoort een huis en erf, belend noord de erfgenamen van Hendrik van Laar en zuid de achterweg, voor 130 gulden. 82

19-3-1742: Arij Janse Goethart en Teuntje Verbeek, weduwe van Jan Goethart, dragen over aan Tijs Dirxe de Jong, wonend nu op Langerak, een vervallen huis, boomgaardje en akkerland tussen de oude en de nieuwe poort, belend zuid Sijmen Jacobs en west Arij Nijsse Korevaer en noord Klaas de Man, voor 380 gulden.83

Kinderen:1. Adrianus, ged. Nieuwpoort (rem.) 21-3-1717, (get. de vader en Grietie Jans), overl.

aang. Nieuwpoort 10-6-1718 (pro deo).2. Adriaen, ged. Nieuwpoort (rem.) 28-5-1719, (get. de vader en Pietertie Ariens), overl.

aang. Nieuwpoort 3-9-1720 (pro deo).3. Pietertie, ged. Nieuwpoort (rem.) 23-3-1721, (get. de vader en Maria van Zijl).4. Adriaan, ged. Nieuwpoort (rem.) 20-1-1724, (get. de vader en Pietertie Barten), overl.

aang. Nieuwpoort 28-8-1730 (pro deo).


5. Grietie, ged. Nieuwpoort (rem.) 3-3-1726, (get. Maria van Zijl, i.p.v. Grietie Jans als grootmoeder), overl. aang. Nieuwpoort 26-3-1726 (pro deo).

6. Grietie, ged. Nieuwpoort (rem.) 6-7-1727, (get. Maria van Zijl, i.p.v. Grietie Jans IJsevelt).7. Machteltie, ged. Nieuwpoort (rem.) 16-10-1729, (get. Jannigje Abrams Ruijter i.p.v.

Lijsbet Cornelis Ruijter).

Genealogie B

I. Jacob Ariensz. Goethart, zeeman, pauper (1629),84 won. aan de Noordwest-achterweg in het huisje van Remmit Thonisz., eigenaar van hetzelfde huisje in de noordwesthoek (1640), gezin bestaat uit 4 personen (1651),85 overl. tussen 165286 en 1659,87 tr. Trijntje N.N.,88 overl. tussen 1659 en 1665.89

15-5-1640: Jacob Adriaensz. Goethardt heeft gekocht van Willem Evertsz., wonend Langerak, een huis en erf in de noordwesthoek van de Noordwest-achterweg.90

Kinderen:1. Arien Jacobsz. Goethart, volgt II.2. N.N., begr. Nieuwpoort St. Jan 1630/1631.

II. Arien Jacobsz. Goethart, ca. geb. 1629/1630 (op 10-2-1661 ca. 31 jr.),91 jm. van Nieuw-poort (1648), eigenaar huis in de noordwesthoek (1665 - ca. 1670), huurder (sinds ca. 1670), vermeld op de rolle van de burgerij met een piek (1672),92 het gezin leeft van de armen en telt 8 kinderen (1674),93 begr. Nieuwpoort (kerkhof, 0-10-0) 6-1-1683,94 tr. 1e Nieuwpoort 30-1-1648 Ariaentien Jansdr., jd. van Nieuwpoort,95 dochter van Jan Jan Dammis, ook Jan Jans Pater genoemd en Janneken Walravensdr., begr. Nieuwpoort 1668 (‘betaald voor openen en luiden, 4-0-0’), tr. 2e Teuntgen Abrams, ook wel Teuntye de Coetel genoemd,96 begr. Nieuwpoort 24-8-1683 (kerkhof, betaald op 12-2-1684 0-10-0).

1670-1683: Om de openstaande rekeningen te kunnen betalen, wil de curator van de geabandonneerde boedel van Teuntje de Coetel in december 1683 een openbare verkoping houden van een roeischuit met mast, zeil, roer en riemen, het huisje en erf waarin Teuntje overleden is, enig viswant en wat huisraad. De opbrengst van (vooral de roeischuit en het huisje) was 93 gld. 6 st. De openstaande rekeningen betroffen de erfpacht over de jaren 1670-1683, behandelingskosten van Teuntgen en medicijnen door chirurgijn Van Ewijck, wat zuivelproducten en de begraafkosten.97

Kinderen uit het 1e huwelijk (volgorde onbekend):1. Aeltje Ariensdr. Goethart.98

2. Jan Ariensz. Goethart, volgt IIIa.3. N.N., begr. Nieuwpoort St. Jan 1652/1653 (betaald voor het kleed, 0-10-0). 4. Walraven Ariensz. Goethart, volgt IIIb.5. mog. Merrigje Ariensdr., doopgetuige 5-9-1683 bij de doop (geref.) van Ariaentje,

dochter van Walraven Ariensz. Goethart en Aeltjen Barentsdr. Overkamp; mog. is zij identiek aan Merrijtje Ariens, jd. van Nieuwpoort, tr. Nieuwpoort 26-12-1682 Hendrick Jansz. (Hoeijenbos).

6. Trijntje Ariensdr. Goethart.99


Kind(eren) uit het 2e huwelijk:7. N.N., betaald over het begraven Nieuwpoort ca. juli 1684 (0-16-0). Mogelijk betreft

deze betaling het kind dat op 22-3-1670 begraven is, maar niet voorkomt in de reke-ningen van de kerkmeesters, wel in de zaken van preferentie.100

8. N.N., begr. Nieuwpoort 12-2-1684 (kerkhof, middelste kleed, 0-16-0).

IIIa. Jan Ariensz. Goethart, geb. naar schatting tussen 1648 en 1652, wonend in Cees Beer-tiens huis (tussen 1-12-1673 en 5-1-1674),101 schuitenvoerder/zakkendrager (1674),21 koopt een huis (8-5-1688), overl. tussen 1693 en 6-5-1694, tr. ca. 1673 N.N., overl. na 6-5-1694.

8-5-1688: Hendrick Jansz. en Jan Ariensz. Goethart, burgers van Nieuwpoort, hebben gekocht van Cornelis Tonisse Prins, wonend Leerdam, een huis en erf staande aan de oostzijde van de Buitenhaven (sic, moet zijn Binnenhaven), belend noord Aert Peulwijck en zuid Cornelis Dircksz. Cuijper [met een boomgaard], voor 300 carolusgulden.102

6-5-1694: De weduwe van Jan Ariensz. Goethart verkoopt enige meubele goederen.103

Kinderen:1. N.N., geb. 1673/1674, begr. Nieuwpoort St. Jan 1679/1680.2. N.N., geb. 1674/1679, begr. Nieuwpoort St. Jan 1679/1680.3. N.N., geb. 1674/1679, begr. Nieuwpoort St. Jan 1679/1680.

IIIb. Walraven Ariensz. Goethart, jm. van Nieuwpoort (1677), arbeidsman en onvermogend (1680),104 vermeld in de rolle van de burgerij (1689),105 lidmaat geref. gemeente (1687) (met vermelding ‘overleden’), overl. Nieuwpoort tussen 2-5-1694 en 28-9-1695,106 tr. Nieuwpoort 6-1-1677 Aeltjen Barentsdr. Overkamp, lidmaat gereformeerde gemeente (1687), vertrokken rond 1695 met haar kinderen, het huis en de boedel achterlatend.

24-12-1683: Walraven Ariensz. Goethart, burger, koopt van Jacob Jansz. Komen, weduwnaar van Maritgen Dircx, huis en erf bij de Gorinchemse Steijger, aan de zuidzijde van de Oosthoogstraat, belend oost dezelfde steiger en west Pieter van Drunen.107

2-5-1694: Walraven Goethart, burger van Nieuwpoort, heeft gevestigd 200 gulden, ten behoeve van de gemene armen van Nieuwpoort, op zijn huis en erf in de Oosthoogstraat, belend oost ’s Heerenstraat en west Pieter van Drunen.108

28-9-1695: Pieter Jansz. Schipper koopt van Arnout Cocquis, oud-burgemeester, als curator over de geabandonneerde boedel en goederen van Walraven Ariensz. Goethart (akte van 25-4-1695) een huis en erf in de Oosthoogstraat aan de zuidzijde, belend oost ’s Heerenstraat en west Pieter van Drunen.109

Kinderen:110

1. Berent Walravensz., ged. Nieuwpoort 24-10-1677, overl. voor 1680.2. N.N., begr. Nieuwpoort 14-8-1683.3. Ariaentje Walravensdr., ged. Nieuwpoort 5-9-1683 (get. Merrigje Ariens).


4. Grietje Walravensdr., mogelijk geboren tijdens het hiaat in het Nieuwpoortse doopboek (juli 1684 – februari 1687).

5. Hendrijntie Walravensdr., ged. Nieuwpoort 9-5-1688.

AFKORTINGENNA Nationaal Archief te ’s-GravenhageRAD Regionaal Archief Dordrechtrem. remonstrantsSAMH Streekarchief Midden Holland te Gouda

NOTEN1. B. de Keijzer, De familie Van Acquoy, in

Ons Voorgeslacht, jrg. 72 (2017), blz. 379.2. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv.

nr. 428.3. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 60, resp.

fol. 148v. en fol. 336.4. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 60, fol. 34.5. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv.

nr. 532, rekeningen van de kerkmeesters.6. RAD, Ontvangers gemeenelands middelen

Nieuwpoort, inv. nr. 4.7. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv.

nr. 441, lijst van het hoofd- of familiegeld.8. J.C. Visser e.a., Historische stedenatlas

van Nederland, afl. 5 Schoonhoven en

Nieuwpoort (1990).9. Met dank aan dhr. H.M. Kuypers.10. RAD, wk Nieuwpoort, inv. nr. 5.11 RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 59, fol. 126.12. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 78. Na het

overlijden van Arien Cornelisz. houdt Lobbeken op 18-9-1647 een erfhuis-cedulle. Zij verkoopt o.a. koeien en landbouwgereedschappen.

13. W. de Graaf-Valk, Broeder, Grijp je kans

en Vlieguijt over de Damsteeg naar Blom-

mendaal, in Ons Voorgeslacht, jrg. 65 (2010), blz. 144.

14. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 79.15. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 60, fol. 45.16. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 60, fol. 148v.17. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 60, fol. 336;

zie ook B. de Keijzer, De familie Van

Acquoy, in Ons Voorgeslacht, jrg. 72, (2017), blz. 379, 1e akte.

18. G. den Hartog heeft dit in De vesting

Nieuwpoort en haar militaire geschiedenis in De Stede Nieuwpoort 7 (vanaf blz. 45) gedetailleerd beschreven.

19. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv. nr. 268, diverse rollen van de burgerij.

20. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv. nr. 259, inkwartieringslijsten.

21. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv. nr. 340.

22. Gahetna_Schoonhoven_Nieuwpoort_Lopikerwaard_detail_Nieuwpoort_1772.

23. RAD, Ontvangers gemeenelands midde-len Nieuwpoort, inv. nr. 4, d.d. resp. 8-11-1691, 20-11-1691 en 1-6-1692.

24 . RAD, ona Nieuwpoort, inv. nr. 2, akte 29.25. Gaarder Nieuwpoort 1, digitaal in te zien

op de website van het NA.26. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv.

nr. 441, hoofd- of familiegeld en RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 61, fol. 53, d.d. 30-3-1717.

27. NA, Financie van Holland, inv. nr. 511, Verpondingslijst over Nieuwpoort, 1730.

28. Gaarder Nieuwpoort 2, digitaal in te zien op de website van het NA.

29. NA, Financie van Holland, inv. nr. 511, Verpondingslijst over Nieuwpoort, 1730.

30. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 61, d.d. 19-3-1642.

31. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 61, fol. 65.32. NA, Financie van Holland, inv. nr. 511,

Verpondingslijst over Nieuwpoort, 1730.33. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv.

nr. 324.



35. RAD, Ontvangers gemeenelands middelen Nieuwpoort, inv. nr. 1, d.d. 15-5-1640.

36. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 78.37. De plaatsen waar burgers van Nieuwpoort

wonen zijn bekend vanwege een uitgebreid bewoningsonderzoek: RAD, Gemeentear-chief Nieuwpoort, inv. nr. 259 (de inkwar-tieringslijsten) en RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv. nr. 439 (lijsten van de familien).

38. B. de Keijzer, De familie Van Acquoy, in Ons Voorgeslacht, jrg. 72 (2017), blz. 331.

39. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv. nr. 428, lijsten van de familien.


41. W. de Graaf-Valk, Het nut van belastinglijs-

ten in de genealogie, in Ons Voorgeslacht, jrg. 65 (2010, Liber Amicorum Ben de Keijzer), blz. 272.

42. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv. nr. 441, hoofd- of familiegeld.

43. RAD, Ontvangers gemeenelands middelen Nieuwpoort, inv. nr. 4.

44. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 60, fol. 307.45. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv.

nr. 532, rekeningen van de kerkmeesters.46. L.A.F. Barjesteh van Waalwijk van Doorn

en L.M. van der Hoeven, Kwartierstaten-

boek Alblasserwaard, Krimpenerwaard,

Lopikerwaard en Vijfheerenlanden (Rot-terdam, 1991), blz. 64.

47. RAD, wk Nieuwpoort, inv. nr. 6, fol. 181 e.v.

48. Zie de website van Oscar den Uijl voor gegevens over de oudste generaties.

49. RAD, wk Nieuwpoort, inv. nr. 6.50. RAD, wk Goudriaan, inv. nr. 1.51. RAD, wk Goudriaan, inv. nr. 1.52. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 83.53. H.M. Kuypers, De familie(s) (van) Abeel

uit Langerak, in Ons Voorgeslacht, jrg. 64 (2009), blz. 107.

54. RAD, wk Nieuwpoort, inv. nr. 6, fol. 52 e.v.

55. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 60, fol.127.56. RAD, wk Nieuwpoort, inv. nr. 6, fol. 58

e.v.57. RAD, wk Nieuwpoort, inv. nr. 11-d.58. W. de Graaf-Valk, Broeder, Grijp je kans

en Vlieguijt over de Damsteeg naar Blom-

mendaal, in Ons Voorgeslacht, jrg. 65 (2010), vanaf blz. 144.

59. RAD, wk Nieuwpoort, inv. nr. 6.60. SAMH, ona Schoonhoven, inv. nr.7175,

akte 20.61. RAD, wk Nieuwpoort, inv. nr.11-d.62. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 87, fol. 8v.63. RAD, wk Goudriaan, inv. nr. 1.64. L.M. van der Hoeven, W. de Graaf-Valk

en A. Valk, Burgers ofte poorters der stede

Nieuwpoort 1561-1783, in Gens Nostra, jrg. 59 (oktober 2004).

65. RAD, wk Nieuwpoort, inv. nr. 5, fol. 109.66. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 60, fol. 34.67. Met dank aan dhr. H.M. Kuijpers.68. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 59, fol.126.69. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 60, fol. 336.70. RAD, wk Nieuwpoort, inv. nr. 6, fol.126.71. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 60, fol. 297.72. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 60, geen fol.

nrs. meer. 73. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 61, fol. 27v.74. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 60, fol. 200.75. RAD, wk Nieuwpoort, inv. nr. 6, fol. 108v.76. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 60, fol. 246.77. RAD, Ontvangers gemeenelands middelen


nr. 340.79. RAD, Ontvangers gemeenelands middelen

Nieuwpoort, inv. nr. 3.80. RAD, Ontvangers gemeenelands middelen

Nieuwpoort, inv. nr. 4.81. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 60, zonder

folionummer.82. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 61, fol. 65.83. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 61, d.d.

19-3-1742.


84. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv. nr. 364, quohier van de huizen, 1629.

85. NA, Nassause Domeinraad, Domein van de Baronie van Liesveld, inv. nr. 5900.

86. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv. nr. 130, de lijst van huizen die gequotiseerd zijn om bij te dragen aan de bezoldiging van de klapwaker.

87. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv. nr. 375, gaarcedullen.

88. In de Nieuwpoortse bronnen komt ze alleen met haar voornaam voor. De bron van dhr. Barjesteh van Waalwijk van Doorn over Trijntje is mij niet bekend.

89. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv. nr. 436, maancedullen.

90. RAD, Ontvangers gemeenelands middelen Nieuwpoort, inv. nr. 1.

91. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 91.92. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv.

nr. 268.93. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv.

nr. 439, lijsten van de familien.94. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv.

nr. 532, rekeningen van de kerkmeesters.95. B. de Keijzer, De familie Van Acquoy,

in Ons Voorgeslacht, jrg. 72 (2017), blz. 327-333.

96. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 50, zaken van preferentie.

97. Zie noot 96.98. B. de Keijzer, De familie Van Acquoy,


99. B. de Keijzer, De familie Van Acquoy, in Ons Voorgeslacht, jrg. 72 (2017), blz. 331-332.

100. Zie noot 96.101. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv.

nr. 259, inkwartieringslijsten.102. RAD, Ontvangers gemeenelands middelen

Nieuwpoort, inv. nr. 4.103. RAD, Ontvangers gemeenelands middelen


nr. 428, lijsten van de familien.105. RAD, Gemeentearchief Nieuwpoort, inv.

nr. 268.106. RAD, Ontvangers gemeenelands middelen

Nieuwpoort, inv. nr. 4 en RAD, ra Nieuw-poort, inv. nr. 60, fol. 307.

107. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 60, fol. 259.108. RAD, Ontvangers gemeenelands middelen

Nieuwpoort, inv. nr. 4.109. RAD, ra Nieuwpoort, inv. nr. 60, fol. 307.110. B. de Keijzer, De familie Van Acquoy,


*e-mail: [email protected]; **[email protected]

LEERBROEK, 10E PENNING 1557

doorB. de Keijzer* en H.M. Kuypers**

Inleiding

Hierna volgt een transcriptie van de 10e penning van Leerbroek over het jaar 1557 (Staten van Holland voor 1572 inv. nr. 1010). De landoppervlakten en de geldeenheden zijn in arabische cijfers gesteld. Met dank aan de heer B. van Dooren voor het fotograferen van het kohier.


Transcriptie

[omslag]LeerbrouckOvergelevert den den ixden novembris [xvc]lviii by Thonis Heynricxz.

Quoyier vanden thienden penninck van Leerbroeck ende Reyerscoop vanden Jaere xvc lvii

[fol. 1]Quoyier vanden thienden penninck op Leerbroeck ende Reyerscoop den ao xvc lvii. In den guldens van twyntich stuivers tstuck

In den eersten dat kerckweer, groot 11 mergen 2 hontThoenis Jacopsz. hier aff ghebruyct als eyghenaer 2 m. 1½ hont, den mergen by hem aen-gebrocht ende getaxeert voer 3 k. gld., facit 6 k. gld. 15 st.

Ghys Willemsz. heeft gebruijct als eyghenaer 2 m. 4 hont, den mergen 3 gld., facit 8 k. gld.

Dirck Petersz. heeft gebruyct als eyghenaer 1 m. 1½ hont, den mergen 2½ gld., facit 3 k. gld. 2 st. 7 d. hollants

Cornelis Jansz. heeft gebruyct als eyghenaer 7 hont, den mergen 3 gld., facit 3 k. gld. 10 st.

Bastiaen Claesz. ghebruyct als eygenaer 2 hont, den mergen 3 gld., facit 20 st.

Neelken Henricx bruyct als eygenersse 1 m. voer 3 k. gld.

eygen 8 m. 4 hont – 25 £ gld. 7 stv. 7 d. 5 oert

[fol. 1v.]Adriaen Pauwelsz. ghebruyct als eygenaer 1 m. voer 3 k. gld. 10 st.

Cornelis Henricxz. ghebruyct als eyghenaer 1 hont voer 10 st.

Jan Claesz. heeft ghebruyct als eyghenaer ½ m., den mergen 2½ gld., facit 25 st.

Thoenis Thymansz. gebruyct byden eygen 1 m., den mergen 3½ gld., facit 3 k. gld. 10 st.

Cornelis Jacopsz. bruyct by den eyghen 2 hont, den mergen 3½ gld., facit 20 st.

p.a summa 35 k. gld. 2 st. 7 d. hollants

Peter Jansz. ghebruyct als eyghenaer 5 m., den mergen 5 gld. ende noch 1 m. ghebruyct van den Co.n Ma.t, facit tsamen 30 k. gld.

*e-mail: [email protected]; **[email protected]


Cornelis Henricxz. aengebrocht 4 m. daer eyghenaer aff is Thoenis Huyghen, den mergen 4 gld., facit 16 k. gld.

[fol. 2]Marij Reyers gebruijct als eygenaersse 7 m., den mergen 5 gld., facit 35 k. gld.

noch Mary voersz. aengebrocht 1 m. 5 hont dat zy bruyct van den Co.n Ma.t, den hoop voer 9 k. gld.

In de marge: No.a Hier van en coemt met den 3e penninck die den bruycker ghelden heeft vanden xen penninck.

2. Summa 95 k. gld. 16 st. 10 d. hollants

De heer twee weer, groot 13 m. 1 hontPeter Jansz. ghebruyct als eygenaer 4 m., den mergen 3 schilden, facit 8 k. gld. 8 st.

Govert Thoenisz. gebruijct als eyghenaer 7 hondt lants, deen helft zyn eyghen en dander helft gepacht van den heylighen gheest, den mergen 3 schilden, facit 2 k. gld. 9 st.

Mary Reyers gebruyct als eygenersse 8 hondt lants, den mergen 3 schilt, facit 2 k. gld. 16 st.

Daem Jansz. ghebruyct als eyghenaer 2 m., den mergen 4 schilt, facit 5 k. gld. 12 st.

[fol. 2v.]Griet Cornelis aengebrocht 4½ m., daer aff is eyghenaer de Co.n Ma.t, den mergen 5 k. gld., facit 22 k. gld. 10 st.

In de marge: No.a hier aff coemt mer vanden xe penninck derdendeel te geven.

Cornelis Claesz. ghebruyct als eygenaer 1 hont lants, den mergen 4 schilt, facit 9 st. 5 d. hollants


Dat smaelweer houdende 7 m. 1 hontCornelis Aertsz. ghebruyct als eygenaer 3 m., den mergen 3 gld., facit 9 k. gld.

Daem Jansz. ghebruyct als eygenaer 2 m., den mergen 4 schilden, facit 5 k. gld. 12 st.

Daem Jansz. noch ghebruyct als eyghenaer 2 m., den mergen 4 schilden, facit 5 k. gld. 12 st.

Cornelis Jansz. ghebruyct als eyghenaer 1 hondt landts, den mergen 4 schilden, facit 9 st. 5 d. hollants



[fol. 3]Willem Coenen hoeff, groot 10 m.Cornelis Dircxz. ghebruyct 4½ m. daer eyghenaer aff is Robbrecht Jansz. tot Gorichem, den mergen 4 schilden, facit 12 k. gld. 12 st.In de marge: huyer

Ariaen Haghen ghebruyct 3 m. landts daer eyghenaer aff is Adriaen Aertsz. in Leerbroeck, den mergen 4 gld., facit 12 k. gld.In de marge: huyer

Aentgen Floren ghebruyct als eygenersse 5 hont lants, den mergen 4 schilden, facit 2 k. gld. 6 st. 10 d. hollants

Daem Jansz. ghebruyct als eyghenaer 10 honden lants, den mergen 4 schilden, facit 4 k. gld. 13 st. 5 d. hollants


Het Cruijslandt, groot 10 m.Anna Claes aengebrocht 7 hondt, daer aff is eyghenaer de kerck van Nulant, den mergen voer 5 schilden, facit 4 k. gld. 1 st. 10 d. hollantsIn de marge: exempt

[fol. 3v.]Adriaen Haghen ghebruyct als eyghenaer 4½ m. lants, noch 1 m. huyerlandts, daer eyghe-naer aff is die kerck van Nulandt, den mergen 4 schilden, facit 15 k. gld. 8 st.In de marge: huyer

Daem Jansz. ghebruyct als eyghenaer 3 m. 2 hont, den mergen 5 schilden, facit 11 k. gld. 13 st. 1 oert


Ghijs Haghen weer, groot 8 m.Willem Adriaensz. ghebruyct als eyghenaer 2½ m. 1 hont, den mergen 5 gld., facit 13 k. gld. 6 st. 10 d. hollants

Cely Cornelis ghebruyckt als eyghenersse 4 hont landts, den mergen 3 gld., facit 2 k. gld.

Daem Jansz. gebruyct als eygenaer 1 m. landts, den mergen 4 schilden, facit 2 k. gld. 16 st.

Ariaen Haghen gebruyct als eygenaer 2½ m. landts, den merghen 4 schilden, facit 7 k. gld.

[fol. 4]noch Ariaen Haghen ghebruyct vanden heylighen gheest tot Gorichem 5 hont landts, den mergen 4 schilden, facit 2 k. gld. 6 st. 10 d. hollants


In de marge: No.a Hier van en coemt mer t derdedeel vanden xe penninck te betalen

Jan Haghen ghebruijct als eijghenaer 2 hont landts, den mergen 3½ schilt, facit 16 st. 1 oert

7. Summa 28 gld. 5½ st.

Peter Hermans weer, groot 12 m.Dirck Cornelisz. ghebruijct 4 m. lants, daer aff is eyghenaer Peter Jansz. in Middelcoop, den mergen 3 k. gld., facit 12 gld.In de marge: huyer

Peter Jansz. ghebruyct als eyghenaer 2½ m. landts, den mergen 6 k. gld., facit 15 k. gld.

Thoenis Jacop Beerndtsz. aengebrocht 1 m. landts, daer aff is eyghenaer den heylighen gheest tot Leerbroeck, voer 3½ schilts, facit 2 k. gld. 9 st.In de marge: No.a Hier van coemt mer t derdendeel vanden xe penninck betaelt

Cely Cornelis ghebruijckt als eygenersse 2½ m. landts, den mergen 3 k. gld., facit 7 k. gld. 10 st.

[fol. 4v.]Adriaen Gheritsz. ghebruyct als eygenaer 1 m. landts, den mergen 3 k. gld., facit 3 k. gld.

Henrick Dircxz. ghebruyct als eyghenaer 1 m. landts voor 3 k. gld.

8. Summa 42 k. gld. 19 st.

Jan Dircxz. weer, groot 11½ m.Jan Dircxz. ghebruyct als eyghenaer 5 m. 1 hont, den mergen 3 gld., facit 15 k. gld. 10 st.

Willem Otte ghebruyct als eyghenaer 3 m., den mergen 3 k. gld., facit 9 k. gld.

Joost Ariaensz. ghebruyct als eyghenaer 2 m. 2 hont landts, den mergen 3 gld., facit 7 k. gld.

Peter Aertsz. ghebruyct als eyghenaer 1 m. landts, den mergen 3 gld., facit 3 k. gld.


[fol. 5]Peter Claesz. weer, groot 16 m.Aerdt Jansz. ghebruijct als eyghenaer 4½ m., den mergen voer 3½ gld., facit 15 k. gld. 15 st.

Bastiaen Claesz. ghebruijct als eygenaer 5½ m., den mergen 3½ gld., facit 19 k. gld. 5 st.

Peter Claesz. ghebruyct als eygenaer 6 m., den mergen 3½ gld., facit 21 k. gld.


10. Summa 56 k. gld.

Sander Lieben weer, groot 12 m. Peter Jansz. ghebruijct als eygenaer 4½ m., den mergen 4 schilden, facit 12 k. gld. 12 st.

Daem Jansz. aengebrocht 7½ m., daer aff is eyghenaer Sander Lieben, den merghen voer 5 gld., facit 37 k. gld. 5 st.In de marge: huyer


[fol. 5v.]Basels weer, groot 11 m.Claes Cornelisz. aengebrocht 11 m., daer eyghenaer aff is St. Jans altair binnen Gorichem, den merghen voer 4½ gld., facit 49 k. gld. 10 st.In de marge: huyer


Claes Corneliszs weer, groot 10 m.Neelken Henricx ghebruyct als eygenersse 2 m. lants, den mergen 4 schilden, facit 5 k. gld. 12 st.

Daem Jansz. gebruyct als eygenaer 3 m. lants, den mergen 4 schilden, facit 8 k. gld. 8 st.

Griet Cornelis ghebruyct als eygenersse 5 m., den mergen 4 schilden, facit 14 k. gld.


Salomons weer, groot 15 m.Willem Otten gebruyct als eygenaer 4 m., den mergen 3½ gld., facit 14 k. gld.

[fol. 6]Claes Cornelisz. ghebruyct als eyghenaer 3½ m. lants, den mergen 3½ gld. facit 12 k. gld. 5 st. In de marge: hier inne heeft den heyligen geest tot Leerbroeck 1 m. van dese 1 mergen en coemt mer t derdendeel vanden xe penninck te geven

Dirck Claesz. ghebruyct als eyghenaer 4½ m. landts, den mergen 3½ gld., facit 15 k. gld. 15 st.

Willem Jansz. aengebrocht 3 m. landts, eyghenaer Herman Gheritszs weeskynt, den mergen 3½ gld., facit 10 k. gld. 10 st.In de marge: huyer



Dat smaelweer, groot 6 m.Thoenis Geritsz. aengebrocht 2 m. lants, eyghenaer Herman Gheritszs weeskynt, den mergen 8 gld., gehuyert eens te saeyen, facit 16 k. gld.In de marge: huyer

Jan Dircxz. aengebrocht 2 m. toebehoirende den vicaris van onsen vrouwen altair in Leer-broeck, den mergen 3 gld. 17½ st., facit 7 k. gld. 15 st.

Arien Geritsz. gebruyct als eygenaer 1 m. lants, den mergen 3 gld., facit 3 k. gld.

Willem Geritsz. gebruyct als eyghenaer 1 m. lants, den mergen 3 k. gld., facit 3 k. gld.


[fol. 6v.]Claes van Dammen weer, groot 11 m.Thoenis Gheritsz. aengebrocht 11 m. lants, daer aff zyn eyghenaers Zeger van Hoff wegens erffgenamen in den Haghe, den hoop voer 83 gld. als ghoet huyerman, facit 83 k. gld. In de marge: h(uyer)


Joost Jan Beernts weer, groot 13 m. Adriaen Floren ghebruijct als eygenaer 2½ m. landts, den mergen 3½ gld., facit 8 k. gld. 15 st.

Joost Ariaensz. ghebruijct als eijgenaer 5 m., den mergen 3½ gld. facit 17 k. gld. 10 st.

Willem Jansz. aengebrocht 3 m., daer aff is eyghenaer Thoenis Huyghen weeskynt, den mergen 3½ gld. facit 10 k. gld. 10 st. In de marge: h(uyer)

Herman Gheritsz. erffgenamen ghebruyct als eyghenaers 2½ m., den mergen 3½ gld., facit 8 k. gld. 15 st.


[fol. 7]Blockhouwers weer, groot 13 m. Huijch Jansz. ghebruyct als eyghenaer 3 m. landts, den mergen 3½ gld., facit 10 k. gld. 10 st.

Claes Cornelisz. ghebruyct als eygenaer 5 m. lants, den mergen 3 gld. 5 st., facit 16 k. gld. 5 st.

Adriaen Gheritsz. ghebruyct als eyghenaer 5 m. landts, den mergen 3 gld. 5 st., facit 16 k. gld. 5 st.



Emmen weer, groot 19 m.Willem Dircxz. ende Dirck Willemsz. hebben aengebrocht 19 m. landts, daer van Eelken Vossen, Jacop Cornelisz. ende Dirck Jacopsz. zyn eyghenaers van 6½ m., die kerck van Nulant van 6½ hont, ende Adriaen Dircxz., Cornelis Thoenisz. Moy tot Dordrecht ende Willem Fransz. tot Gorcom van 11 m. 2½ hont, den mergen voer 6 schilden, facit 79 k. gld. 16 st.In de marge: huyer


[fol. 7v.]Henrick Dircxz. weer, groot 21 m.Henrick Dircxz. ghebruyct als eyghenaer 5 m. 1½ hont lants, den mergen 3½ gld., facit 18 k. gld. 7 st. 7 d. hollants

Adriaen Gheritsz. ghebruyct als eyghenaer 3 m. 4½ hont lants, den mergen 3½ gld., facit 13 k. gld. 2 st. 7 d. hollants

Jacop Gheritsz. ghebruyct als eygenaer 5 m., den mergen 4 gld., facit 20 k. gld.

Heyman Meeusz. ghebruyct als eyghenaer 2½ m. lants, den mergen 4 k. gld., facit 10 k. gld.

Mary Reyers gebruyct als eygenersse 2½ m. lants, den mergen 3½ gld., facit 8 k. gld. 15 st.

Adriaen Rutgersz. gebruyct als eyghenaer 2 m., den mergen 3½ gld., facit 7 k. gld.


Cornelis Dircxz. weer, groot 13 m. en 1 hontWillem Dircxz. gebruyct als eygenaer 5 m. ende 5 hont lants, den mergen 3½ gld., facit 20 k. gld. 8 st. 1 oert

[fol. 8]Gherit Dircxz., scout van Leerbroeck, aengebrocht 7 m. 4 hont, halff zyn eyghen ende halff huyerlant, daer aff is eygenaer Willem Dircxz., zyn broeder op Hoernaer, den mergen 3½ gld., facit 26 k. gld. 16½ st.In de marge: huyer

21. Summa 47 k. gld. 4 st. 1 blanck

Sint Jans landt, groot 11 m.Willem Dircxz. aengebrocht 5½ m., daer eyghenaer aff is St. Jans altair tot Gorcum, die 5½ m. by den hoop voer 20 k. gld.


In de marge: h(uyer)

Henrick Valcken gebruijct als eygenaer 5½ m. lants, den mergen 3½ gld., facit 19 k. gld. 5 st.


Stadthouders weer, groot 11 m.Cornelis Evertsz. ghebruyct als eyghenaer 2 m., den mergen 3½ gld., facit 7½ k. gld.

[fol. 8v.]Jacop Claesz. ghebruyct als eyghenaer 3½ m., den mergen 3½ k. gld., facit 12 k. gld. 5 st.

Claes Joosten aenghebrocht 5½ m., daer aff is eyghenaer Jan van Eck tot Jutfaes, den mergen voer 3½ gld., facit 19 k. gld. 5 st.In de marge: h(uyer)


T moelenweer, groot 20 m. 3 hontCornelis Jan Berntsz. aengebrocht 7½ m., halff zyn eyghen ende dander helft Arien Gheritsz. in Nulant, den mergen 5 schilden, facit 26 k. gld. 5 st.In de marge: h(uyer)

Willem Claesz. aengebrocht 2½ m., daer aff is eyghenaer Mels Floriszs weeskynt tot Arkel, den mergen 3½ schilt, facit 6 k. gld. 2½ st.

Aert Vinck ende Govert Thoenisz. hebben aengebrocht als eyghenaers 5 m., den mergen 3 gld. 5 st., facit 16 k. gld. 5 st.

Cornelis Jansz. aengebrocht 5½ m., daer eygenaer aff is de vicaris van ons lieff vrouwe in Leerbroeck, den mergen 5 gld., facit 27 k. gld. 10 st.In de marge: No.a Daer in den heijlygen gheest in Leerbroeck 2 merghen van dese 2 mergen coemt mer t derdendeel vanden xe penn(inck) te geven

24. Summa 76 k. gld. 2½ st.

[fol. 9]Walicxweer, groot 14½ m.Cornelis Evertsz. ghebruyct als eyghenaer 3 m. 3½ hont, den mergen 3½ gld., facit 13 k. gld. 2½ st.

Beernt Evertsz. ghebruijct als eygenaer 2 m. 2½ hont, den mergen 4 schilden, facit 6 k. gld. 15 st. 1 oert

Adriaen Aertsz. ghebruyct als eyghenaer 3 m., den mergen 3½ gld., facit 10 k. gld. 10 st.


Gherit Dircxz., schout van Leerbroeck, aengebrocht 1 m., daer aff is eyghenaer zyn eyghen weeskynt, voer 3 k. gld. 10 st.

Aert Vinck ghebruyct als eyghenaer 4½ m., den mergen 3½ gld., facit 15 k. gld. 15 st.

25. Summa 49 k. gld. 12 st. 1 blanck

Aerdt Claesz. weer, groot 24 m.Cornelis Evertsz. gebruyct als eygenaer 3½ m., ende noch 1½ mergen vanden heijligen gheest tot Gorichem, den mergen 3½ gld., facit 17 k. gld. 10 st.In de marge: No.a Vanden 1½ mergen es coemt mer t derdendeel vanden xe penninck te geven

[fol. 9v.]Lysken van der Ameyde ghebruyct als eyghenersse 4 m., den mergen 2½ schilt, facit 7 k. gld.

Jacop Gheritsz. ghebruyct als eyghenaer 5 m. lants, den mergen 4 gld., facit 20 k. gld.

Den scout van Leerbroeck heeft aengebrocht 6 m. lants, halff eyghen lant ende halff huyer-lant, daer aff is eygenaer vanden selve helft zyn eyghen weeskynt, den mergen 3½ k. gld., facit 21 k. gld.In de marge: h(uyer)

Willem Adriaensz. aengebrocht 4 m., toebehoerende tgasthuys binnen Gorichem, den mergen 6 gld., facit 24 k. gld.In de marge: Hiervan es coement mer t derdendeell vanden xe penninck te geven


Jan van der Meys weer, groot 18 m.Lysken van der Meye ghebruyct als eyghenersse 9 m., den mergen 3½ schilt, facit 22 k. gld. 1 st.

Jacop Gheritsz. aengebrocht 9 m., halff eyghen, halff huyerlant, ende van deen 4½ m. is ey ghenaer Ostie Fransz. tot Gorcum, den mergen 3½ gld., facit 31 k. gld. 10 st.In de marge: h(uyer)


[fol. 10]Dat Monicken weer, groot 40 m.Lenaert Dircxz. aengebrocht 25 m., toebehoerende die cruysbruers tot Asperen, den mergen 3 k. gld. 5 st., facit 76 k. gld. 5 st.In de marge: h(uyer)

Cornelis Huijghen aengebrocht 15 m., toebehoerende als voeren, den mergen 3 gld. 5 st., facit 48 k. gld. 15 st.


In de marge: h(uyer)


T gasthuijs weer, groot 18 m.Thoenis Adriaensz. brengt aen 9 m. van tgasthuys binnen Gorichem, gehuyert om 5 gld. den mergen, facit 45 k. gld.

Jan Meeusz. aengebrocht 9 m. vant gasthuys voersz., den mergen 5 gld., facit 45 k. gld.In de marge: No.a Hier van is coemt mer het derdendeel vanden xe penninck te gheven


[fol. 10v.]Adriaen Damen weer, groot 11 m. Aert Claesz. ghebruyct als eygenaer 5 hondt lants, den mergen 2½ gld., facit 2 k. gld. 1 st. 10 d. hollants

Thoenis Aertsz. gebruijct als eygenaer 3½ m., den mergen 4 schilden, facit 9 k. gld. 16 st.

Jan Lenaertsz. ghebruyct als eyghenaer 7 hont, den mergen 3 schilden, facit 2 k. gld. 9 st.

Thoenis Thymansz. ghebruyct als eygenaer 2 m. 4½ hont, den mergen 2½ gld., facit 6 k. gld. 17½ st.

Ghoevert Thoenisz. ghebruyct als eygenaer 2 m. 4½ hont, den mergen 2½ gld., facit 6 k. gld. 17½ st.

30. Summa 28 k. gld. 1 st. 10 st. hollants

Cornelis Aertsz. weer, groot 11 m.Cornelis Aertsz. ende Dirck Ghysen hebben als eyghenaers ghebruyct dese voersz. 11 m. lants, den mergen 4 gld., facit 44 k. gld.


[fol. 11]Dirck Claesz. weer, groot 33 m. 4 hondtPeter Meeusz. aenghebrocht 2 m., daer aff is eyghenaer Meeus Hermansz. tot Oisterwyck, den mergen 3½ gld., facit 7 k. gld.In de marge: h(uyer)

Anna Claes ghebruyct als eygenaersse 2 m., den mergen 3½ gld. facit 7 k. gld.

Beernt Evertsz. ghebruyct als eygenaer 2 m., den mergen 3 schilden, facit 4 k. gld. 4 st.


Cornelis Aertsz. ghebruyct als eygenaer 4 m., den mergen 3½ gld., facit 14 k. gld.

Dirck Claesz. ghebruyct als eygenaer 10 m. 1 hont lants, den mergen 3 gld., facit 30 k. gld. 10 st.

Dirck Claesz. aengebrocht 7 m., toebehoerende den heyligen gheest tot Gorichem by Dirck gebruyct, den mergen 3½ gld., facit 24 k. gld. 10 st.In de marge: No.a Hiervan es coemt mer t 3e deel vanden xe penninck te geven

Cornelis Sproncx erffgen. gebruyct als eygenaers 2½ m., den mergen 2½ gld., facit 6 k. gld. 6 st.

Andries Huijghen aengebrocht 4 m. lants, daer aff is eygenaer een vrouwen cloester tot Utrecht, den mergen 3 gld. 12 st. 1 oert, facit 14 k. gld. 9 st.In de marge: h(uyer)

32. Summa 107 k. gld. 18 st.

[fol. 11v.]Florys Jansz. weer, groot 29 m. 3 hondtCornelis Jorisz. ghebruijct als eygenaer 9 m. 4½ hont landts, den mergen 3 gld. 5 st., facit 31 k. gld. 13 st. 11 d. hollants

Den scout van Noerdeloes ghebruyct als eyghenaer 10 hont, den mergen 3 gld. 5 st., facit 5 k. gld. 8 st. 5 d. hollants

Jan Adriaensz., scout van Merkerck, ghebruyct als eyghenaer 3 m. 1 hont landts, den mergen 3½ gld., facit 11 k. gld. 1 st. 10 d. hollants

Cornelis Floren ghebruyct als eyghenaer 2½ m., den mergen 3½ gld., facit 8 k. gld. 15 st.

Merten Petersz. gebruyct als eygenaer 3 m. lants, den mergen 4 gld., facit 12 k. gld.

Jan Floren aengebrocht 6 m., daer aff is eyghenaer Mels Nanninghen tot Noordeloes, den mergen 4 k. gld., facit 24 k. gld.In de marge: h(uyer)

Henrick Joosten ghebruyct als eygenaer 2½ m., den mergen 4 gld., facit 10 k. gld.

Cornelis Andriesz. gebruyct als eygenaer 1 m. lants, den mergen 4 gld., facit 4 k. gld.


[fol. 12]Die gheeren, groot 24 m. 2 hont


Dirck Evertsz. aengebrocht 10 m., daer aff is Dirck zelff eyghenaer van 3 en Peter Calff Adriaensz. van 7 m., den mergen 4 k. gld., facit 40 k. gld.In de marge: h(uyer)

Sybrant Adriaensz. ghebruijckt als eyghenaer 3½ m. lants, den mergen 3 gld., facit 10 k. gld. 10 st.

Adriaen Pauwelsz. ghebruijct als eyghenaer 5 m. landts, den mergen 3½ gld., facit 17 k. gld. 10 st.

Cornelis Floren ghebruijct als eygenaer 2 m. 5 hont, den mergen 3½ gld., facit 9 k. gld. 18 st. 1 oert

Cornelis Andriesz. gebruyct als eyghenaer 3 m., den mergen 4 gld., facit 12 k. gld.

34. Summa 89 k. gld. 18 st. 1 oert

eijgen 334½ m. – 1052 £ 15 st. 7 d. 5 oerthuijer 152 m. 1½ h. – 687 £ 7 st. 1 d.exempt 43 m. 5½ h. – 202 £ 3 st. 3 d.

[fol. 12v.]Reyerscoop

Dat vlietweer, groot 17 m. 3 hondtGovert Thoenisz. aengebrocht 7½ m., daer eyghenaer aff is Dirck Vinck, den mergen 4½ gld., facit 33 k. gld. 15 st.In de marge: h(uyer)

Cely Cornelis ghebruyct als eygenersse 2 m. 1½ hont, den mergen 3 gld., facit 6 k. gld. 15 st.

Henrick Dircxz. ghebruyct als eyghenaer 2 m. 1½ hont, den mergen 3 gld., facit 6 k. gld. 15 st.

Claes Joosten de Wit ghebruyct als eygenaer 2 m. 4½ hont, den mergen 3 gld., facit 8 k. gld. 5 st.

Neelken ghebruyct als eyghenaersse 2 m. 4½ hont, den mergen 3 gld., facit 8 k. gld. 5 st.


[fol. 13]Willem Henricxz. weer, groot 13½ m.Cornelis Henricxz. aengebrocht 16 hont, daer eyghenaer aff is heer Michiel tot Gorcom, den mergen 6 gld., facit 16 k. gld.In de marge: h(uyer)


Henrick Dircxz. ende Willem Dircxz. hebben aengebrocht 5 m. 2 hont, daer eygenaer aff is heer Michiel tot Gorcom, den mergen 5 gld., facit 26 k. gld. 13 st. 1 oertIn de marge: h(uyer)

Gherit Cornelisz. alias Koelever aengebrocht 5½ m., daer eyghenaer aff is den heylighen gheest tot Gorichem, den mergen 6 gld., facit 33 k. gld.In de marge: No.a Hiervan en coempt mer den 3e penninck vanden xe penninck te betalen


Thoenis Goossens weer, groot 28 m.Claes Lambertsz. aengebrocht 20 m., daer eyghenaer aff is Thoenis Goossensz., den hoop voer 90 k. gld.In de marge: h(uyer)

Dirck Vinck gebruyct als eygenaer 3 m., den mergen 4 gld. 5 st., facit 12 k. gld. 15 st.

[fol. 13v.]Cornelis Aerdtsz. aengebrocht 5 m., van 2 m. daer aff is eyghenaer den heyligen gheest tot Gorcom ende van 3 m. Arijs Huygen, den mergen 5 schilden, facit 17 k. gld. 10 st.In de marge: No.a Vanden 2 m. en coemt mer t 3e deel vanden xe penninck te betalen


De schrijver, groot 21 m.Peter Cornelisz. ghebruyct 8 m. 2 hont, daer eygenaer aff is mr. Baltasar advocaets weduwe in den Haege, den mergen 3 gld., facit 25 k. gld.In de marge: h(uyer)

Govert Reyersz. aengebrocht 2 m., daer eyghenaer aff is de voirsz. weduwe, den mergen 3 k. gld., facit 6 k. gld.In de marge: h(uyer)

Jacop Pauwelsz. aengebrocht 3 m. 4 hont, daer aff is eygenaer de voirsz. weduwe, den hoop voer 17 k. gld.In de marge: h(uyer)

Symon Symonsz. aengebrocht 7 m., daer aff is eyghenaer mr. Baltasar advocaets wed.e in den Haghe, den mergen 4 gld. 5 st., facit 29 k. gld. 6 st.In de marge: h(uyer)


[fol. 14]Joost Ghysbertszs weer, groot 8 m.


Gherit Dircxz., scout van Leerbroeck, aengebrocht 5 m., de welcke hy in pachte heeft van Claes van Dam, daer aff zyn eyghenaers derffgenamen van Zegher van Alveringhen in den Haghe, den mergen 4 gld., facit 20 k. gld.In de marge: h(uyer)

Jan Claesz. aengebrocht 3 m., die hy gepacht heeft van Claes van Dam in den Haghe, daer aff zyn eygenaers de voersz. erffgen. van Zegher van Alveringhen, den mergen 4 gld., facit 12 k. gld.In de marge: h(uyer)


Jan Dircxz. weer, groot 13 m.Henrick Dircxz. aengebrocht 4 m., daer eygenaer aff is den heyligen gheest tot Gorcom, den mergen 3 gld., facit 12 k. gld.In de marge: No.a Ende dese 4 m. en coempt mer tderdendeel vanden xe penninck te geven

Jan Dircxz. gebruyct als eygenaer 5 m., den mergen 3 gld., facit 15 k. gld.

Aert Vinck, scout van Nulant, ghebruyct als eygenaer 4 m., den mergen 3 gld., facit 12 k. gld.


[fol. 14v.]Dat Loes weer, groot 13 m.Aert Jansz. aengebrocht 4½ m., daer aff is eygenaer Frans Kaell tot Worichem, den mergen 3 gld., facit 13 k. gld. 10 st.In de marge: h(uyer)

Jan Dircxz. ghebruyct als eyghenaer 1 m., den mergen 3 gld., facit 3 k. gld.

Henrick Dircxz. ghebruyct als eyghenaer 4 hont, den mergen 3 gld., facit 2 k. gld.

Mary Reyers gebruyct als eyghenaersse 4 hont, den mergen 3 gld., facit 2 k. gld.

Jacop Gheritsz. ghebruyct als eyghenaer 4½ m. lants, den mergen 3 gld., facit 13 k. gld. 10 st.

Den heylighen gheest in Leerbroeck ghebruyct als eyghenaer 1 m. lants, den mergen 3 gld., facit 3 k. gld.In de marge: No.a Hiervan en coemt mer t 3e deel vanden xe penninck te gheven

Heyman Meeusz. ghebruyct als eygenaer 4 hont lants, den mergen 3 gld., facit 2 k. gld.


Tempels weer, groot 13 m.


Lau Cornelisz. ghebruyct als eygenaer 4 m. lants, den mergen 3 gld. 15 st., facit 15 k. gld.

[fol. 15]Claes Lambertsz. ghebruyct als eygenaer 4 honden, den mergen 6 gld., facit 4 k. gld.

Cely Cornelis aengebrocht 14 hont lants, daer aff is eyghenaer Zegher Ariensz. tot Gorcom, de 14 hont voer 14 k. gld.In de marge: h(uyer)

Joost Adriaensz. aengebrocht 4 m., daer eygenaer aff is Jan van Eck tot Jutfaes, den mergen 3½ gld., facit 14 k. gld.In de marge: h(uyer)

Dirck Willemsz. aengebrocht 2 m., daer van is eyghenersse Lysken Jan Geritsz. tot Gori-chem, den mergen 3 gld., facit 6 k. gld.In de marge: h(uyer)


Scheyelweer, groot 12 m. 5 hontHubert Dircxz. aengebrocht 3 m, daer aff is eygenaer Adriaen Colff in den Briell, voer 13 k. gld.In de marge: h(uyer)

Ghys Willems aengebrocht 4 m., daer eygenaer aff is Adriaen Colff voersz., den mergen 3½ gld., facit 14 k. gld.In de marge: h(uyer)

Dirck Willemsz. aengebrocht 4 m., daer eygenaer aff is Claes Geritsz. tot Gorcom, den mergen 3 gld. 5 st., facit 13 k. gld.In de marge: h(uyer)

[fol. 15v.]Griet Schouten aengebrocht 11 hondt lants, daer eyghenaer aff is Adriaen Colff in den Briell, den mergen 3½ gld., facit 6 k. gld. 8 st. 1 oertIn de marge: h(uyer)


Dat Storms weer, groot 18 m. 2 hontArien Petersz. aengebrocht 1 m. 3½ hont, daer aff is eygenaer Adriaen Colff, den hoop voer 6 k. gld.In de marge: h(uyer)

Claes Lambertsz. ghebruyct als eygenaer 1 m. 3½ hont lants, den hoop voer 8 k. gld.


Willem Jansz. aengebrocht 3 m. 1 hont, daer eygenaer aff is Adriaen Colff, den mergen 3 gld., facit 9 k. gld. 10 st.In de marge: h(uyer)

Jan Dircxz. aengebrocht 3½ m., daer eygenaer aff is Adriaen Colff, den mergen 4 gld., facit 13 k. gld. 15 st.In de marge: h(uyer)

Mary Reyers aengebrocht 3½ m., daer eygenaer aff is Arien Colff, den mergen 3½ gld., facit 12 k. gld. 5 st.In de marge: h(uyer)

Adriaen Colff gebruyct als eygenaer 5 m., den mergen 4½ gld., facit 22 k. gld. 10 st.


[fol. 16]Lijs Dircx weer, (groot) 14 m.Thoenis Thoenisz. aengebrocht 5 m., daer Adriaen Colff in den Briell eygenaer aff is, den hoop voer 18 k. gld.In de marge: h(uyer)

Anna Claes aengebrocht 5 m., daer Ariaen Colff eyghenaer aff is, den mergen 4 gld., facit 20 k. gld. In de marge: h(uyer)

Thoenis Henricxz. aengebrocht 4 m., daer Adriaen Colff eygenaer aff is, den mergen 4 gld., facit 16 k. gld.In de marge: h(uyer)


De verckens hoeff, groot 16 m.Jan Dircxz. aengebrocht 8 m., daer Ariaen Colff eygenaer aff is, den mergen 3½ gld., facit 28 k. gld.In de marge: h(uyer)

Aert Jansz. aengebrocht 5 m., daer Ariaen Colff voersz. eygenaer aff is, den mergen 3½ gld., facit 17 k. gld. 10 st.In de marge: h(uyer)

Govert Reyersz. aengebrocht 3 m., daer Ariaen Colff eygenaer aff is, den mergen 3½ gld., facit 10 k. gld. 10 st.In de marge: h(uyer)



[fol. 16v.]Willem Ver aer [daar boven geschreven: van der Aa] weer, groot 11 m. 5 hont Govert Reyersz. aengebrocht 5 m., daer Ariaen Colff eygenaer aff is, den mergen 3½ gld., facit 17 k. gld. 10 st.In de marge: h(uyer)

Jan Haghen aengebrocht 17 hont, daer Ariaen Colff eygenaer aff is, den mergen 3½ gld., facit 9 k. gld. 18 st. 1 oertIn de marge: h(uyer)

Ariaen Colff gebruyct als eygenaer 4 m., 3½ gld. den mergen, facit 14 k. gld.

(47.) Summa 41 k. gld. 8 st. 1 oert

Noch 20 m. 4 hont, daer Adriaen Colff inden Briell eygenaer aff isAnna Herberens aengebrocht 3 m., daer Adriaen Colff eygenaer aff is als voersz. is, den mergen 4½ gld. facit 13 k. gld. 10 st.In de marge: h(uyer)

Willem Jansz. aengebrocht twee campen elcx 3 m., daer aff Ariaen Colff eygenaer is, den mergen 3 gld., facit 18 k. gld. In de marge: h(uyer)

Anna Claes aengebrocht 7 m., daer Ariaen Colff voersz. eygenaer aff is, den mergen 4½ gld., facit 31 k. gld. 10 st.In de marge: h(uyer)

[fol. 17]Henrick Floren aengebrocht 2 m., daer aff Adriaen Colff eygenaer is, den mergen 3½ gld., facit 7 k. gld.In de marge: h(uyer)

Jan Haghen aengebrocht 16 hont lants, daer Adriaen Colff eygenaer aff is, den mergen 3½ gld., facit 9 k. gld. 6 st. 10 d. hollantsIn de marge: h(uyer)


Seeckere mergentalen belast met thynsse, ten getale van 20 m. 3 hontAdriaen Petersz. gebruyct als eygenaer 4 m., den hoop aengebrocht voer 11 k. gld.

Willem Dircxz. gebruyct als eygenaer 5½ hont lants, den mergen 3 schilden, facit 1 k. gld. 18½ st.


Willem Bloemers ghebruyct als eygenersse 7 hont lants, den mergen 3 gld., facit 3 k. gld., 10 st.

Aert Jansz. gebruyct als eygenaer 1½ m., den mergen 3 gld., facit 4 k. gld. 10 st.

Anna Claes ghebruyct als eygenaersse 1 m. voer 4 k. gld.

[fol. 17v.]Daem Jansz. ghebruyct als eyghenaer 7 hondt lants, den mergen 4 schilden, facit 3 k. gld. 5 st. 5 d. hollants

Thoenis Henricxz. ghebruyct als eygenaer 2 m., den mergen 4 schilden, facit 5 k. gld. 12 st.

Neelken Henricx ghebruyct als eygenaersse 2½ hont lants, den mergen 4 schilden, facit 23 st. 1 oert

Willem Adriaensz. ghebruyct als eygenaer 2½ hont lants, den mergen 4 schilden, facit 23 st. 1 oert

Cornelis Jansz. aengebrocht 5 hont lants, den mergen 4 schilt, facit 2 k. gld. 6 st. 10 d. hollants

Cornelis Ghysbertsz. aengebrocht 7 hont, den hoop voer 7 k. gld.

Willem Jansz. gebruyct als eygenaer 2 m. 1½ hont lants, den mergen 3 gld., facit 6 k. gld. 15 st.

Henrick Floren gebruyct als eygenaer 17 hont lants, den mergen 3½ gld., facit 9 k. gld. 18 st. 1 oert

Jan Symonsz. gebruyct als eygenaer 5 hont lants, den mergen 3 gld., facit 2 k. gld. 10 st.


eijgen 51 m. 4 hont – 207 £ 12 st. 2 d. 10 oerthuyer 177 m. – 651 £ 11 st. 5 d. 10 oertexempt 12½ m. – 55 £

[fol. 18]TotalisSumma van 772 m. landts op Leerbroeck ende Reyerscoop, beloopt ter somme van 2856 k. gld. 9 st. 15 penn. hollants.

Coemt voer den thienden penninck die somme van 285 k. gld. 13 stuvers. Ende daer affgeto-gen de twee deelen vant gunt hier voeren zoe vanden Co.n Ma.ts ende oeck vanden heylighe gheests ende gasthuys landen ten vollen gestaet staet, bedraghende int geheell 248 k. gld.


10 st. 10 d. hollants, daer den xen penninck aff beloopt 24 k. gld. 17 st. 1 d. hollants, daer den bruycker met ’t derdendeel aff te ghelden en heeft, coemt voerde twee deelen vanden selven xen penninck, die aen de somme voersz. affgetogen moet worden – 16 k. gld. 11 st. 1 oert. Blyft ergo zuijvers den xen penninck alhier de somme van – 269 k. gld. 1 st. 1 blanck

Toerconde van allen dese hebben de taxateurs elcx hoer hantschrift hier onder gestelt opten 7e novembris anno [15]58, namelick Adriaen Pauwelsz., Dirck Claesz., Thoenis Henricxz., Cornelis Jorisz. ende Peter Claesz.

[fol. 18v.] Die van Leerbroick ende Reyerscoep

Eerst Leerbroickde mergen 3 £ 3 st. An eygelanden 334½ m. te samen getauxeert op 1052 £ 15 st. 7 d. 5 oertde mergen 4 £ 10 st. An huyerlanden 152 m. 1½ hont geldende jairlicxs ter somme van 687 £ 7 st. 1 d.de mergen 4 £ 12 st. An exemtelanden 43 m. 5½ hont geldenden 202 £ 3 st. 3 d. compt hier voor die drie delen 67 £ 7 st. 9 d.

1. Somma 1807 £ 10 st. 10 d. 5 oert

Compt over den thienden penninck 180 £ 15 st. 1 d.

Reyerscoepde mergen 4 £ An eygelanden 51 m. 4 hont den hoep getauxeert op 207 £ 12 st. 2 d. 10 oertde mergen 4 £ 5 st. 9 d. An huyerlanden 177 m. geldende jairlicx 606 £ 11 st. 5 d. 10 oertde mergen 4 £ 9 st. An exemptelanden 12½ m. geldende jairlicxs 55 £ compt hier 18 £ 6 st. 3 d. 2. Somma 877 £ 10 st. 3 d. 5 oert

Compt over den thienden penninck 87 £ 15 st.

Totalis Beloept over den gehelen thienden penninck ter somme van 268 £ 10 st. 1 d.

[los inliggend]LeerbrouckOvergebracht by Ghysbrecht Heyndricksz. den 8en may 1561


Ghescreven vuyt Leerbrouck up den vi meys aen den ersame discrete raet van Hollant van weghen des coninclike maiestaet in den Haech also vuer Lyefde ons taxerders ende setters van den tyende penninck hebt vuer ghesonden begherende up ons dat wy den selfde tyende penninck soude verhoghen ofte verswaren also wy hopen by onse eede ghedaen alst behoert dat wy de selve tyende penninck ghesedt hebben alst behoert ende alst ons aen ghebrocht is nae ons beste wetenscap ende den officyer heeft den aenbrenger, hy was eyghenaer oft huyerman, elxs den eedt af ghenomen doen elck syn landt aen brocht ende principael die gheen huye sceel en hadde ende aengh(a)ende die huijssen, die in Leerbroeck staen, die syn mede in die scyltaele [schildtaal] oft het zyn erm [arme], scaemel luyden woninck oft sy syn absent ende dit selfde is ghescreven int bywesen van de scholdt tot Leerbroeck ende Daem Jan Reyersz. ende Jan Diercxz. ende Anthonis Heynricxz. als ghesworen van der selver prochye voersz. ende by onsse wetenscap soe en is ons ghemeyn landt nyet belast meet [= met] gheene reynten ende anders ende heeft nyemant uyt hems [uitheems] tyende uyt onsse lande dan des tsconinck maiestaets oft van onsse kerck oeck nyet. Int kennis ende waerheyt van dessen soe hebben wy setters dit selfde eendrachtelicke onderteykent elxs meet ons eygen ghewoenlicke merck ofte naem ghedaen up datum als boven verhaelt nae ghemeyn scryven vant bisdoms van Utrecht.

2020.02 - DE VOS OF RENARD?

Op dezelfde dag in 1698 gaan in Leiden twee zussen in ondertrouw t.w.

A. Susanna de Vos, jd. van Leiden, tr. (otr. Leiden 26-7-1698) Hendrich Louwersz. Amel (Hamel, Hamael, Ramael). Zij woont Jan Vossensteegh en wordt geassisteerd door haar moeder Susanne de Meij, die ook woont in de Jan Vossensteegh. De bruidegom is vermoedelijk gedoopt te Leiden 3-10-1675 als Heindrick, zoon van Laurens Laurensz. en Maria Michiels welk echtpaar 14-3-1669 in Leiden in ondertrouw ging als Laurens Hamell en Marya Michiels (Miché).

VRAGEN EN ANTWOORDEN

In deze rubriek kunnen vragen en antwoorden van leden worden opgenomen voor zoverdeze niet d.m.v. een eenvoudig archiefonderzoek op te lossen zijn. Per keer maximaaltwee vragen - kort en bondig gesteld - insturen. Eventuele antwoorden met bronopgave(buiten B.S. en D.T.B.) en zoveel mogelijk zetklaar via deze rubriek toezenden:[email protected]


De vader Laurens Hamell is geboren in 1649 in Leiden als zoon van Lourens Hamael en Catalina Soubiel (des Obry). Deze grootmoeder gaat in 1655 in Leiden voor de 2e maal in ondertrouw met Heijnrick Pietersz. Bij de ondertrouw met Susanna de Vos wordt Hen-drick Laurisz. geassisteerd door zijn ‘bestevaer’ (grootvader) Henrick Pietersz.; dit is dus zijn stiefgrootvader.Susanna de Vos overlijdt vóór 11-10-1721, want dan gaat Hendrik Lourens van Leiden, weduwnaar van Susanna de Vos, woonachtig in Amsterdam, in Leiden voor de 2e maal in ondertrouw met Antje Franse.

Uit het huwelijk van Susanna en Hendrick:1. Marijtje, ged. Leiden (Hooglandse Kerk) 25-8-1699 (get. Johannes de Vos (broer) en

Stijntje Hamel).1

2. Mary, ged. Leiden (Hooglandse Kerk) 23-12-1700 (get. Harmen de Vos, Stijntje Hamel en Jan Stoop (2e man van Stijntje)).

3. Susanna, ged. Leiden (Hooglandse Kerk) 11-7-1704 (get. Christijn Hamast en Mathijs Helgers (3e man van Christijn/Stijntje))

4. Henric, ged. Leiden (Hooglandse Kerk) 19-1-1706 (get. Christiaen Ligtvoet (zwager, 2e man van zus Elisabeth/Lijsbeth), Stijntje Ramael en Isaäc Jansz.; vader: Hendrik Ramael)

5. Jan, ged. Leiden (Marekerk) 6-4-1708 (get. Stijntje Hamaal en Jan Cramer; moeder: Susanna Jans).

6. Abram, ged. Leiden (Hooglandse Kerk) 16-1-1610 (get. Stijntje Hamel en Abram Kramer (4e man van Stijntje))

7. Johannes, ged. Leiden (Marekerk) 29-4-1714 (get. Christijntje Hameljé en Abraham Kramer; vader: Hendrik Hameljé).

B. Lijsbeth (Elisabeth) de Vos, jd. van Leiden, tr. (otr. Leiden 26-7-1698) Frans Pie-tersz. de Wolff.Zij woont Claresteegh en wordt ook geassisteerd door haar moeder Susanne de Meij. Hij wordt geassisteerd door zijn zwager Henrick Gerritsz. (van der Gernou/Gernouw).2

Frans de Wolf is overleden vóór 21-3-1705, want op die datum gaat Elisabeth de Vos, weduwe van Frans de Wolff, in Leiden in ondertrouw met Christiaen Ligtvoet,3 stadssoldaat, weduwnaar van Margriet van de Velde. Zij wordt nu geassisteerd door haar zuster Susanna de Vos en haar bekende Maria Jans en Christiaen wordt geassisteerd door zijn zwager Isacq Sjakleu. Elisabeth overlijdt vóór 5-12-1710, want op die datum gaat Christiaen Ligtvoet te Leiden in ondertrouw met Marijtje Provo.

Uit het huwelijk van Lijsbeth en Frans:1. Annetje, ged. Leiden (Marekerk) 14-6-1699 (get. Marij Lamberts en Henrick Gerritsz.)

Er is nog een zus:C. Barbera de Vos, jd. van Leiden, tr. (otr. Leiden 15-3-1704) Jan Jansz. de Groot. Zij woont Claresteegh en wordt geassisteerd door haar zuster Lijsbeth de Vos, ook wonend in de Claresteegh.


Uit het huwelijk van Barbera en Jan:1. Susanna, ged. Leiden (Marekerk) 18-1-1705 (get. Susanna de Vos en Hendrick Lou-

rensz. (zus en zwager van Barbara)).2. Barbar, ged. Leiden (Marekerk) 1-1-1707 (get. Claes Jansz. en Barber Carels (broer

en schoonzus van Jan)).3. Marijtie, ged. Leiden (Marekerk) 6-2-1709 (get. Susanna de Vos en Hendrick Lourisz.

(zus en zwager van Barbara)).4. Johannes, ged. Leiden (Marekerk) 18-9-1712 (get. Gillis Steenbruggen en (zijn vrouw)

Trijntje Verburgh). 5. Geertruij, ged. Leiden (Marekerk) 27-2-1715 (get. Lodewijck Gramon en (zijn vrouw)

Geertruij Langeveldt).

En er is ook nog een broer: D. Johannes (Jan) de Vos, tr. Susanna Willemsdr. (Noé, Nouwee).Van hen kan ik geen huwelijk vinden, maar de doopgetuigen van hun kinderen komen overeen met die van zijn bovengenoemde zussen.

Uit het huwelijk van Johannes en Susanna: 1. Susanna, ged. Leiden (Marekerk) 22-10-1702 (get. Dirck van Steen en Ariaantje Domi-

mius), tr. (otr. Leiden 9-4-1723) Johannes Visser; de bruid wordt geassisteerd door haar moeder Susanna Noé.

2. Johanna, ged. Leiden (Marekerk) 21-6-1705 (get. Christiaen Lightvoet en Elisabeth de Vos (zwager en zus van Johannes)).

3. Jacobus, ged. Leiden (Marekerk) 27-2-1707 (get. Jacobus Perseval en Geertje Pieters). 4. Jillis, ged. Leiden (Hooglandse Kerk) 28-7-1709 (get. Jillis van Steenbruggen en Trijn-

tje Cornelisdr. van den Burg (zie ook hierboven doop Johannes 18-9-1712, zoon van zus Barbara).

5. Claes, ged. Leiden (Hooglandse Kerk) 4-10-1711 (get. Gillis Steenbrugge en Trijntje Cornelisdr. Verburg).

Kortom: de moeder of stiefmoeder van deze drie zussen en broer heet Susanne de Meij (komt voor in talloze spellingsvarianten: Mey, Maij, May, Met, Mes of Mez) en de vader heet Jan (Johannes) de Vos (of Renard?). De zussen zijn in ieder geval geboren in Leiden en gezien hun huwelijksdata vermoedelijk tussen 1665 en 1685.We moeten niet uit het oog verliezen dat in Leiden in die tijd een vrij omvangrijke Frans-talige gemeenschap leefde wier namen in de loop der tijd veelal ‘verhollands’ werden, of gewoon vertaald.4

Een Jean Renard gaat op 17-1-1664 in Leiden in ondertrouw met Sara du Mé (Dumé). Hij is van Leiden en zijn vader heet ook Jean Renard. Volgens de ondertrouwakte is zij van Norwich en heet haar moeder Mary du Mé. Ik heb van hen vier kinderen kunnen vinden die in de Waalse kerk zijn gedoopt: 1. Jean, ged. Leiden 31-8-1664.2. Pierre, ged. Leiden 19-12-1666. 3. Jehan, ged. Leiden 19/23-10-1672. 4. Pierre, ged. Leiden 24-2/3-3-1675.


De doopgetuigen leveren geen aanknopingspunten.

Sara is natuurlijk geen Susanna, maar deze laatste naam wordt nogal eens afgekort tot Sanne of Santje. Dus een fonetische fout met Sara zou gemaakt kunnen zijn door de dominee, maar erg waarschijnlijk is dat niet.

Wie o wie kan mij verder helpen of een zetje in de goede richting geven over de geboorte/doop van deze vier personen of het huwelijk van Johannes de Vos met Susanna Willemsdr. (Noé)? Of het huwelijk van hun ouders: Johannes de Vos met Susanne de Meij?

Paula Uijttenboogaard-de Vos

NOTEN1. Zij zal een halfzus van Hendrick zijn:

Christijntje Amal, ged. Leiden (Pieters-kerk) 22-12-1662 als dochter van Laurens Amal en Annetje Isaacs.

2. Henrick Gerritsz. is 3-8-1696 te Leiden in ondertrouw gegaan met Cataryna Pie-tersdr. (de Wolff), zus van Frans Pietersz. Catharina wordt bij haar ondertrouw geas-sisteerd door haar moeder Antge (Jannetje) Pieters. Vader heet dus Pieter de Wolf(f) of Leu (Loup). Ik heb echter geen dopen van Frans en Catharina kunnen vinden. Catharina de Wolff gaat voor de 2e maal te

Leiden in ondertrouw op 7-12-1704 met Jacobus Ligtvoet.

3. De familie Ligtvoet (Lichtvoet, Lightvoet, Lytfoot en nog veel meer verbasteringen) gaat als een rode draad door vele families De Vos in Leiden. Voornamelijk de fami-lie van Dirck de Vos van Leiden die daar 11-1-1638 in ondertrouw gaat met Jannetje Parne, weduwe van Jean le Rouw (Roij).

4. Op de website https://www.mijnstambo-men.nl /leiden/renard.htm staat bijvoor-beeld een uitgebreide stamboom van een Leidse familie Renard.

KWARTIERSTAAT VAN LIJSBETH AMBROSIUS VAN DE WETERING(Aanvullingen OV jrg. 74 (2019), blz. 145-162)

doorArie Jan Stasse*

blz. 146 Schellaert, zie ook: P. van Eeten, met medewerking van J.J. Wijburg. Altenase families: iets over de Woudrichemse families Schellaert en Van Wijborch1,

blz. 150 ad 4-5. Paulus Cornelisse smit, wedr. van Almkerk, otr. 2e Gorinchem nov. 1654 Lijsbeth Ambrosius van Aalburgh, jd. alhier, met att. na[ar] Flyssing 16-11-1654.

Te Aalburg vond ik in de 17e eeuw maar één Lijsbeth Ambrosius: Lijsbeth Ambrosius Snoeck2

*[email protected]


Toevoegen de navolgende kwartieren:

10. Ambrosius Joosten Snoeck, gevonden lidmaat te Aalburg 18-11-1634, overl. Aalburg 1646, tr. voor 11-12-161711. Adriaentgen Joppen.

18. mogelijk Pouwels Rocus smit, wonend te Almkerk, wordt aangesproken 15-7-1654.3

20. Joost Ambrosiusz. Snoeck, overl. 8-7-1624, tr.21. Lysken Cornelis Boeyen, overl. 1625.

22. Job Woutersz.23. Maricken Leendertsdr.

42. Cornelis Jansz Bo(e)y, overl. tussen 22-4-1574 en 8-3-1575, tr.43. Ceeltgen Dircxdr., overl. tussen 12-2-1581 en 10-10-1616, tr. 2e voor 9-4-1577 Thonis Jansz Spierinck.

84. Jan Ariensz. Boy, eigenaar van land en huis te Veen, overl. tussen 1544 en 1553.

NOTEN1. in: Genealogisch tijdschrift voor midden-

en West-Noord-Brabant en de Bommeler-

waard, jrg. 14 (1990), blz. 241-251; jrg. 15 (1991), blz. 70-71.

2. H.M. Kuypers, Holster (verrassende

aanvullingen) en de families Snoeck en

Bo(e)yen te Veen in het land van Heus-

den, in: Ons Voorgeslacht jrg. 67 (2012), blz. 449-479.

3. Streekarchief Langstraat, Heusden en Altena te Heusden, ra Woudrichem 170, fol. 417.

Voor de ontbrekende bronvermeldingen zie het artikel van de heer Kuypers.

HERINNERING VOOR DE ALGEMENE LEDENVERGADERING OP 28 MAART IN HEKELINGEN

Graag herinneren wij u aan de ALV van 28 maart a.s., die wordt gehouden in het Dorps-huis in Hekelingen. In het februarinummer heeft u al kennis kunnen nemen van de agenda. Het bestuur heeft in die agenda een aantal wijzigingen aangebracht. Punt C komt te vervallen en bij de bestuursverkiezing onder punt A.H is ook een wijziging aangebracht. Het bestuur stelt de heer Yorick Zomer voor de portefeuille penningmeester voor i.p.v. secretaris. Ook wijzen u erop dat we afscheid gaan nemen van ons bestuurslid Jaap Vervloet. Daar kunt u tijdens de afsluitende borrel afscheid van nemen.

De stukken van de jaarvergadering en de gecorrigeerde agenda staan op de website onsvoorgeslacht.nl onder nieuws.

Colofon

Ons Voorgeslacht

ONS VO

ORGESLACHT

VOORGEN

EALOGIEHO

LLAN

DSE

VER.

Ons VoorgeslachtHet maandblad van de Hollandse Verenigingvoor Genealogie ‘Ons Voorgeslacht’.Opgericht 19-1-1946. ISSN 0166 -7769.K.v.K. Rotterdam nr. 40341539.

Postadres:Rotterdamseweg 183c - 2629 HD Delft

Internetsites:www.onsvoorgeslacht.nl

www.hogenda.nl

RedactieBerend van Dooren, Remco van den Heuvel, Pieter van der Hoeven, Maarten van der Tas en Aart van der Waal.E-mail: [email protected] vragen/antw.: Pieter van der Hoeven,[email protected]

AuteursrichtlijnenOp aanvraag of zie www.onsvoorgeslacht.nl

ANBI-cultuurDe Hollandse Vereniging voor Genealogie‘Ons Voorgeslacht’ is erkend als AlgemeenNut Beogende Instelling (ANBI-cultuur)

Verantwoording en rechtenDe redactie is niet verantwoordelijk voor de inhoud van de onder auteursnaam geplaatste artikelen. Alle rech-ten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt worden in welke vorm of wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de Hollandse Vereniging voor

Genealogie ‘Ons Voorgeslacht’.

Contributie en betalingenContributie en betalingenNederland € 39,00 per jaar.Zie voor contributie & betalingen onze website.ING rekeningnummer: NL30 INGB 0000 0555 46,t.n.v. Hollandse Vereniging voor Genealogie

‘Ons Voorgeslacht’.

Bibliotheek en verenigingscentrumRotterdamseweg 183c - 2629 HD DelftOpeningstijden:

Elke 2e zaterdag van de maand van 11.30 - 15.30 uur

Vormgeving en drukVerloop drukkerij, Alblasserdamwww.verloop.nl

Ons Voorgeslacht

ONS VO

ORGESLACHT

VOORGEN

EALOGIEHO

LLAN

DSE

VER.

www.onsvoorgeslacht.nl www.hogenda.nl

Documents

S V O RGESL R . Ons · 2020. 3. 17. · de vondst van de verkoop van enige meubele goederen op 6 mei 1694 door de weduwe van Jan Ariensz. Goethart.6 Haar eigen naam wordt helaas niet