23
2 meest aannemelijke scenario's link naar andere netwerken? beschikbaar stellen TGO Bizar master mindmap 15-10-2007 : 7-12-2007 Verzamelen gegevens Incident Omgeving 15-10-2007 : 15-10-2007 3 hour(s) R: KO Slachtoffer 15-10-2007 : 16-10-2007 2 hour(s) R: MK Uitvoeren PD management 15-10-2007 : 19-10-2007 12 hour(s) R: ER, YU, XK Volgens PD-management protocol Observaties vastleggen wegen ; A12 15-10-2007 : 19-10-2007 2 hour(s) R: HV, MK buiten 150 mtr In notes velden van master mindmap Slachtoffer Regelen van de sectie te Rijswijk 15-10-2007 : 19-10-2007 3 hour(s) R: HV Onderzoek naar verdere identiteit slachtoffer 16-10-2007 : 2-11-2007 6 hour(s) R: OP, KO, ER, YU Financiële gegevens van het slachtoffer veiligstellen 15-10-2007 : 22-10-2007 4 hour(s) R: KO, MK Maken van een mindmap van de diverse (sociale) netwerken 16-11-2007 : 19-11-2007 4 hour(s) R: HV sport bridgeclub uitgaan leraren overlap? Analyse communicatie (www, post, advertenties in bladen, brieven, ) 16-11-2007 : 23-11-2007 12 hour(s) R: KO, ER Check in andere lopende onderzoeken 16-11-2007 : 21-11-2007 4 hour(s) R: XK 1ste opzet mogelijke Scenario’s Scenario 1: Afrekening 22-10-2007 : 26-11-2007 6 hour(s) R: HV Legend Task Priorities Priority 1 Priority 2 Priority 3 Priority 4 Priority 5 Task Complete (%) Task start Quarter done Half done Three quarters done Task done Smileys Waarschijnlijk Nog neutraal Onwaarschijnlijk Zeer onwaarschijnlijk Uitgesloten Arrows Yes! Important Both ways Reference Postponed Flags Verder Ter discussie In de wacht Geen voortgang Vergt veel resources Zeer voorzichtig verder Gestopt Single Icons Goed idee Besluit genomen Inplannen Budget Emergency Fill Colors Oplossing Controles Analyse / Synthese Verzamelen Vastleggen Scenario's Produceren Regelen / coordineren Scenario 2. Afpersing 22-10-2007 : 26-11-2007 6 hour(s) R: CV Scenario 3. Potenrammers 22-10-2007 : 26-11-2007 6 hour(s) R: KO Scenario 4. Getuige criminele deal 22-10-2007 : 26-11-2007 6 hour(s) R: KG Scenario 5. Zelfdoding 22-10-2007 : 26-11-2007 6 hour(s) R: ER Uitwerken en falsificeren Familie In kennis stellen familie 15-10-2007 : 16-10-2007 1 hour(s) R: CV, XK Horen familie 16-10-2007 : 18-11-2007 12 hour(s) R: OP, KO, ER, YU Doorzoeking in het huis van het slachtoffer 16-10-2007 : 19-10-2007 4 hour(s) R: WS, EH, KG Veiligstellen van PC van het slachtoffer 16-10-2007 : 16-10-2007 2 hour(s) R: WS Aanstellen familierechercheur 16-10-2007 : 16-10-2007 1 hour(s) R: OP Maken van een mindmap van Familiestructuur 16-11-2007 : 21-11-2007 3 hour(s) R: OP Onderzoeken van PC 16-10-2007 : 25-10-2007 1 hour(s) R: YU, JD Check email communicatie Check bestellingen via www Check chatrooms, forums Check Favorites Plaats delict uitwerking Onderzoek plaats delict 16-10-2007 : 17-11-2007 18 hour(s) R: HV PD-management protocollen logboeken cpdu Nader onderzoek auto van het slachtoffer 17-11-2007 : 18-11-2007 6 hour(s) R: HV Opvragen en vastleggen van de telefoongegevens 16-11-2007 : 23-11-2007 3 hour(s) R: JD Dwarsligger tactiek Organisatie In kennis stellen van de korpsleiding 15-10-2007 : 15-10-2007 1 hour(s) R: KG In kennis stellen van de OvJ 15-10-2007 : 15-10-2007 1 hour(s) R: LD Alarmeren van personeel werkzaam voor het TGO 16-10-2007 : 16-10-2007 1 hour(s) R: KG Persvoorlichting 16-10-2007 : 16-10-2007 1 hour(s) R: LD Inlichten CIE 16-10-2007 : 16-10-2007 1 hour(s) R: KG Briefing 16-10-2007 : 16-10-2007 1 hour(s) R: JD, KG De-briefing 1 hour(s) R: KG, LD Inrichten Team Getuigen Horen directe getuigen 17-11-2007 : 25-11-2007 7 hour(s) R: KP, WH Horen andere getuigen 17-11-2007 : 29-11-2007 5 hour(s) R: KP, WH Buurtonderzoek 16-11-2007 : 21-11-2007 6 hour(s) R: RJ, BP Passantenonderzoek 16-11-2007 : ___ 3 hour(s) R: RJ, BP Meldingen meldkamer regio 16-11-2007 : 17-11-2007 3 hour(s) R: GH, DF Meldingen meldkamer KLPD 16-11-2007 : 17-11-2007 3 hour(s) R: GH, DF Invoeren conclusies in master mindmap Bevindingen en Conclusie mindmaps netwerken 19-10-2007 : 30-10-2007 3 hour(s) R: HV Bevindingen en Conclusie Trajectbewaking 19-10-2007 : 30-10-2007 3 hour(s) R: RJ Bevindingen en Conclusie Snelheidcamera’s in omgeving 16-11-2007 : 21-11-2007 2 hour(s) R: RJ Bevindingen en Conclusie Videobewaking van Texaco en BP 16-11-2007 : 20-11-2007 2 hour(s) R: KP, RJ Analyse/Synthes en voorlopige conclusie Getuigenverhoren 20-11-2007 : 26-11-2007 1 hour(s) R: KP Analyse/Synthes en voorlopige conclusie PD 27-11-2007 : 3-12-2007 4 hour(s) R: HV Bevindingen en Conclusie onderzoek Auto 26-11-2007 : 4-12-2007 1 hour(s) R: HV Bevindingen en Conclusie Communicatie onderzoek 27-10-2007 : 2-11-2007 2 hour(s) R: JD Team brainstorm 4-12-2007 : 4-12-2007 6 hour(s) R: HK Meest waarschijnlijke scenario/oplossing Falsificeren actie 1 actie 2 actie 3 2e meest waarschijnlijke scenario/oplossing falsificeren actie 1 actie 2 actie 3 Gevonden oplossing documenteren, archiveren en overdragen aan justitie 14-12-2007 : 14-12-2007 1 hour(s) R: HK Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Theo Derksen

Scenariomapping en igp

Embed Size (px)

DESCRIPTION

 

Citation preview

Page 1: Scenariomapping en igp

2 meest aannemelijkescenario's

link naar andere netwerken?

beschikbaar stellen

TGO Bizar mastermindmap

15-10-2007 : 7-12-2007

Verzamelen gegevens Incident

Omgeving15-10-2007 : 15-10-20073 hour(s)R: KO

Slachtoffer15-10-2007 : 16-10-20072 hour(s)R: MK

Uitvoeren PD management15-10-2007 : 19-10-200712 hour(s)R: ER, YU, XK

Volgens PD-management protocol

Observaties vastleggen wegen ; A1215-10-2007 : 19-10-20072 hour(s)R: HV, MK

buiten 150 mtr

In notes velden van master mindmap

Slachtoffer

Regelen van de sectie te Rijswijk15-10-2007 : 19-10-20073 hour(s)R: HV

Onderzoek naar verdere identiteit slachtoffer16-10-2007 : 2-11-20076 hour(s)R: OP, KO, ER, YU

Financiële gegevens van het slachtoffer veiligstellen15-10-2007 : 22-10-20074 hour(s)R: KO, MK

Maken van een mindmap van de diverse(sociale) netwerken

16-11-2007 : 19-11-20074 hour(s)R: HV

sport

bridgeclub

uitgaan

leraren

overlap?

Analyse communicatie (www, post,advertenties in bladen, brieven, )

16-11-2007 : 23-11-200712 hour(s)R: KO, ER

Check in andere lopende onderzoeken16-11-2007 : 21-11-20074 hour(s)R: XK

1ste opzet mogelijkeScenario’s

Scenario 1: Afrekening22-10-2007 : 26-11-20076 hour(s)R: HV

Legend

Task Priorities

Priority 1

Priority 2

Priority 3

Priority 4

Priority 5

Task Complete (%)

Task start

Quarter done

Half done

Three quarters done

Task done

Smileys

Waarschijnlijk

Nog neutraal

Onwaarschijnlijk

Zeer onwaarschijnlijk

Uitgesloten

Arrows

Yes!

Important

Both ways

Reference

Postponed

Flags

Verder

Ter discussie

In de wacht

Geen voortgang

Vergt veel resources

Zeer voorzichtig verder

Gestopt

Single Icons

Goed idee

Besluit genomen

Inplannen

Budget

Emergency

Fill Colors

Oplossing

Controles

Analyse / Synthese

Verzamelen

Vastleggen

Scenario's

Produceren

Regelen / coordineren

Scenario 2. Afpersing22-10-2007 : 26-11-20076 hour(s)R: CV

Scenario 3. Potenrammers22-10-2007 : 26-11-20076 hour(s)R: KO

Scenario 4. Getuige criminele deal22-10-2007 : 26-11-20076 hour(s)R: KG

Scenario 5. Zelfdoding22-10-2007 : 26-11-20076 hour(s)R: ER

Uitwerken en falsificeren

Familie

In kennis stellen familie15-10-2007 : 16-10-20071 hour(s)R: CV, XK

Horen familie16-10-2007 : 18-11-200712 hour(s)R: OP, KO, ER, YU

Doorzoeking in het huis van het slachtoffer16-10-2007 : 19-10-20074 hour(s)R: WS, EH, KG

Veiligstellen van PC van het slachtoffer16-10-2007 : 16-10-20072 hour(s)R: WS

Aanstellen familierechercheur16-10-2007 : 16-10-20071 hour(s)R: OP

Maken van een mindmap vanFamiliestructuur

16-11-2007 : 21-11-20073 hour(s)R: OP

Onderzoeken van PC16-10-2007 : 25-10-20071 hour(s)R: YU, JD

Check email communicatie

Check bestellingen via www

Check chatrooms, forums

Check Favorites

Plaats delict uitwerking

Onderzoek plaats delict16-10-2007 : 17-11-200718 hour(s)R: HV

PD-management

protocollen

logboeken

cpdu

Nader onderzoek auto van het slachtoffer

17-11-2007 : 18-11-20076 hour(s)R: HV

Opvragen en vastleggen van detelefoongegevens

16-11-2007 : 23-11-20073 hour(s)R: JD

Dwarsligger tactiek

Organisatie

In kennis stellen van dekorpsleiding

15-10-2007 : 15-10-20071 hour(s)R: KG

In kennis stellen van de OvJ15-10-2007 : 15-10-20071 hour(s)R: LD

Alarmeren van personeelwerkzaam voor het TGO

16-10-2007 : 16-10-20071 hour(s)R: KG

Persvoorlichting

16-10-2007 : 16-10-20071 hour(s)R: LD

Inlichten CIE16-10-2007 : 16-10-20071 hour(s)R: KG

Briefing16-10-2007 : 16-10-20071 hour(s)R: JD, KG

De-briefing1 hour(s)R: KG, LD

Inrichten Team

Getuigen

Horen directe getuigen17-11-2007 : 25-11-20077 hour(s)R: KP, WH

Horen andere getuigen17-11-2007 : 29-11-20075 hour(s)R: KP, WH

Buurtonderzoek

16-11-2007 : 21-11-20076 hour(s)R: RJ, BP

Passantenonderzoek

16-11-2007 : ___3 hour(s)R: RJ, BP

Meldingen meldkamer regio16-11-2007 : 17-11-20073 hour(s)R: GH, DF

Meldingen meldkamer KLPD16-11-2007 : 17-11-20073 hour(s)R: GH, DF

Invoeren conclusies inmaster mindmap

Bevindingen en Conclusie mindmaps netwerken19-10-2007 : 30-10-20073 hour(s)R: HV

Bevindingen en Conclusie Trajectbewaking19-10-2007 : 30-10-20073 hour(s)R: RJ

Bevindingen en Conclusie Snelheidcamera’s in omgeving16-11-2007 : 21-11-20072 hour(s)R: RJ

Bevindingen en Conclusie Videobewaking van Texaco en BP16-11-2007 : 20-11-20072 hour(s)R: KP, RJ

Analyse/Synthes en voorlopige conclusie Getuigenverhoren20-11-2007 : 26-11-20071 hour(s)R: KP

Analyse/Synthes en voorlopige conclusie PD27-11-2007 : 3-12-20074 hour(s)R: HV

Bevindingen en Conclusie onderzoek Auto26-11-2007 : 4-12-20071 hour(s)R: HV

Bevindingen en Conclusie Communicatie onderzoek27-10-2007 : 2-11-20072 hour(s)R: JD

Team brainstorm4-12-2007 : 4-12-20076 hour(s)R: HK

Meest waarschijnlijkescenario/oplossingFalsificeren

actie 1

actie 2

actie 3

2e meest waarschijnlijkescenario/oplossingfalsificeren

actie 1

actie 2

actie 3

Gevonden oplossingdocumenteren, archiverenen overdragen aan justitie

14-12-2007 : 14-12-20071 hour(s)R: HK

Scenariomapping enInformatiegestuurd Politiewerk

Theo Derksen

Page 2: Scenariomapping en igp

Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 1

Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk

© Januari 2009PolitieacademieLectoraat Criminaliteitsbeheersing en RecherchekundeTheo DerksenProject ‘IGP in het onderwijs’Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande toestemming van de uitgever.

Page 3: Scenariomapping en igp

2 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 3

Voorwoord

Het oplossen van moordzaken komt doorgaans neer op zorgvuldige reconstructie van noodlottige gebeurtenissen in het verleden. Niet zelden hebben betrokkenen er baat bij om de waarheid te maskeren. Zelfs wanneer het onderzoeksteam er in slaagt om op basis van empirisch bewijs de meest waarschijnlijke gang van zaken te reconstrueren kan de verdediging ter zitting nog altijd met een onwaarschijnlijke, maar niet onmogelijke alternatieve verklaring komen. Wanneer het openbaar ministerie er niet op is voorbereid zo een alternatieve verklaring te weerleggen, kan de zaak alsnog uitlopen op vrijspraak. Daarom is het van belang tijdens het strafrechtelijk onderzoek een onomstreden systematiek te volgen. De rond hypothesen en scenario’s opgebouwde benadering die in dit boekje is uiteengezet, biedt een dergelijke systematiek. Het gebruik vergt enige voorbereidingstijd, waarbij het handig is als de gebruiker bekend is met de Mindmap techniek. Bij het prioriteren van onderzoekslijnen blijft het gezond verstand van de recherchemanager natuurlijk een belangrijke rol spelen. Maar de geconstrueerde Mindmap van hypothesen en scenario’s biedt het onderzoeksteam en beleidsmatige beslissers een overzichtelijke kaart, waarop marsroute en doelen altijd in beeld blijven. Ik hoop en verwacht daarom dat generaties studenten aan de Politieacademie deze lesstof tot zich zullen nemen om die vervolgens ook toe te passen bij waarheidsvinding in de opsporingspraktijk. Peter Klerks Lector Recherchekunde

Dit boek gaat over Scenariomapping en informatie gestuurd politiewerk (IGP). Hierbij is sprake van hypothesevorming en scenariodenken met behulp van de techniek Mindmapping en geplaatst in de context van een TGO onderzoek. Dit boek werd geschreven als naslagwerk voor studenten van de Politie-academie en het is onderdeel van het project “IGP in het politieonderwijs”. Tijdens politieopleidingen wordt veel aandacht besteed aan het informatie gestuurd politiewerk (IGP). Het werken met hypothese-vorming en scenariodenken met behulp van de techniek van Mindmapping is een vorm van informatie-sturing.

Page 4: Scenariomapping en igp

4 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 5

Inhoudsopgave

1. Inleiding 71.1. De essenties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .71.2. Meerdere benaderingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .81.3. Combinatie van invalshoeken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .81.4. Het begrip ‘Hypothese’ . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .81.4.1. Ongeval Amercentrale Geertruidenberg op 28 september 2003 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .91.4.2. Twee mannen dood na val van stuw met motorjacht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .101.4.3. Verkeersdoden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .111.5. Het begrip ‘Scenario’ . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .111.6. Mindmapping . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13

2. TGO zaken als kader 172.1. Daily Build Up . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .182.2. Hypothesen en scenario’s in de opsporing: reconstructie in plaats van voorspellen . . . .182.3. Twee praktijkvoorbeelden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .192.3.1. Moord Louis Sévèke (Nijmegen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .192.3.2. Gert Nijkamp (Apeldoorn) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20

3. Toelichting op de diverse invalshoeken 213.1. Juridisch . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .213.1.1. Vrijspraak voor witwassen Air Holland . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .213.1.2. Vrijspraak brandstichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .223.1.3. XTC-handel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .223.1.4. Vrijspraak van dubbele moord/doodslag . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .233.2. Psychologisch . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .233.2.1. Bewuste en onbewuste informatie: 1 : 200.000 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .243.2.2. Short cuts en specialisten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .253.2.3. Niets aan de hand; je lijdt niet aan ‘confirmatiebias’ . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .253.2.4. Reduceren van tunnelvisie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .253.2.5. Falsifiëren en verifiëren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .263.3. Tactische benadering met behulp van informatiesturing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .273.3.1. Prioriteiten stellen tussen scenario’s en keuzes onderzoekslijnen . . . . . . . . . . . . . . . . . .283.3.2. Strategievorming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .293.4. Communicatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .293.5. Vastlegging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .303.6. Bedrijfsvoering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30

4. Schiedammer Parkmoord en verhoogde aandacht informatiesturing 33

5. Voorspellende scenario’s: een toekomstscenario 355.1. Metafoor van de bergbeklimmer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .37

Page 5: Scenariomapping en igp

6 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 7

Inleiding1.

Informatie Gestuurd Politiewerk (IGP) door hypothesevorming en scenariodenken bij lijkvinding met behulp van Mindmapping

“In de bossen bij de grensovergang Hazeldonk stuiten wandelaars op een onbeheerde auto. Verderop vinden zij het lijk van een man. Het forensisch team constateert dat het gaat om de bekende profvoetballer Johnny Meerkamp. Zijn schedel is ingeslagen, zijn knieën verbrijzeld, de rechterarm is gebroken en overal op het lichaam heeft hij verwondingen”.

Dit is het begin van een instructiefilm1 van de Politieacademie over het gevaar van tunnelvisie en over het werken met hypothesen en scenario’s in de opsporing.

Hypothesevorming en scenariodenken met behulp van Mindmapping in het kader van het aantreffen van een stoffelijk overschot wordt in dit boek toegelicht en in de context van Informatie Gestuurd Politiewerk (IGP) geplaatst.

De essenties1.1. In essentie gaat het om de volgende benadering in vijf stappen:1. De hypothesen gaan over WAT er gebeurd kan zijn;2. De scenario’s gaan over HOE het voorval uit de verschillende hypothesen gebeurd

zou kunnen zijn;3. Vervolgens is de vraag welke informatie het scenario bevestigt of versterkt;

de verificatie van het scenario (plus-info)4. Daarop de vraag welke informatie het scenario ontkracht, de falsificatie van het

scenario (min-info)5. Als laatste blijft de vraag over wat je nog zou willen weten, dus wat nog onderzocht

moet worden.

Hypothese

scenario 1

verifiërende informatie (informatie plus)

falsifiërende informatie (informatie min)

welke informatie nog nodig (vraag)

scenario 2

verifiërende informatie (informatie plus)

falsifiërende informatie (informatie min)

welke informatie nog nodig (vraag)

scenario 3

verifiërende informatie (informatie plus)

falsifiërende informatie (informatie min)

welke informatie nog nodig (vraag)

Illustratie 1.1a

Er zijn slechts vier hypothesen denkbaar in geval van lijkvinding:

1. Natuurlijk overlijden2. Zelfdoding3. Overlijden ten gevolge van een ongeval 4. Overlijden ten gevolge van een misdrijf

1 Instructiefilm “Breed “ van de houden van de Politieacademie

Page 6: Scenariomapping en igp

8 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 9

Hypothesevorming en scenariodenken wordt gekoppeld aan de techniek van Mindmapping en is sinds het najaar van 2004 onderdeel van de lesstof2 van de Leergang Algemene Recherchekunde van de Politieacademie. Mindmapping wordt in paragraaf 1.5 nader uitgelegd. Illustratie 1.1a is een voorbeeld van een Mindmap.

Als je het bovenstaande, in combinatie met paragraaf 1.5, gelezen hebt, is dat in principe voldoende om de systematiek toe te kunnen passen. Dus je hoeft wat dat betreft niet verder te lezen.

Meerdere benaderingen1.2. Er zijn bij hypothesevorming en scenariodenken andere benaderingen mogelijk zoals in de context van forensisch technisch onderzoek (Broeders 2003) bij bijvoorbeeld het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) in Rijswijk.Deze benadering heeft niet de pretentie allesomvattend te zijn, maar richt zich op het tactische rechercheproces bij onderzoeken naar de toedracht van het overlijden van een menselijk slachtoffer.

Combinatie van invalshoeken1.3. De combinatie van het werken met hypothesen en scenario’s en Mindmapping levert een vorm van synergie op waarbij meerdere invalshoeken gelijktijdig gevolgd kunnen worden.

Deze invalshoeken worden afzonderlijk toegelicht; het gaat om:• Juridischeinvalshoek• Psychologischeelementen• Tactischebenaderingm.b.v.informatiesturing• Communicatievorm• Wijzevanvastlegging• Aspectenm.b.t.bedrijfsvoering

Het begrip ‘Hypothese’1.4. Er bestaat in de opsporingspraktijk onduidelijkheid over wat nu een ‘hypothese’ is, wat een ‘scenario’ en hoe je daar op een effectieve wijze mee om kunt gaan, inclusief een goede vastlegging. Opstellen van een hypothese is onderdeel van wetenschappelijk onderzoek. Een omschrijving is: ‘een hypothese is een propositie of bewering die als het ware het sluitstuk van een theorie vormt en die hypothese moet via onderzoek getoetst worden’ (Baarda & De Goede 2005). ‘Het gaat dan om de toetsing van een gefundeerd idee’ (Baarda, De Goede en Teunissen 2006).In de context van de toepassing van deze term ‘hypothese’ bij Teams Grootschalige Opsporing (TGO), wordt aangesloten bij het ‘spraakgebruik’ binnen de opsporing en is voor een pragmatische invulling gekozen. Het gaat om: ‘een op basis van het voorlopige feitenmateriaal beredeneerde veronderstelling over de feitelijke en nog nader te onderzoeken toedracht of situatie.’ (Blonk 2004).

2 Onderdeel in de kernopgave ‘Beoordelen van recherchestrategieën’ nr 53.3.01

Een voor de opsporing eveneens duidelijke en goed te gebruiken uitleg van het begrip ‘hypothese’ is die van McDowell in zijn boek ‘Strategic Intelligence’, namelijk: “A hypothesis may be thought of as a conclusion or assumption you may reach about anything at all. It doesn’t have to be right; it only has to be realistic and reasonable in terms of being able to be right! In other words, a hypothesis is a plausible explanation. The hypothesis doesn’t represent the end of your problem solving activity; it is just a point en route to formulating your final interpretation”.

In dit verband gaat het meer om een benaderingswijze, een mindset, dan om een definitiediscussie over wat het begrip hypothese vanuit de toepassing van methoden en technieken inhoudt.

Hierboven zijn 4 hypothesemogelijkheden beschreven op het moment dat een stoffelijk overschot wordt aangetroffen. Aan de hand van een paar voorbeelden wordt dit toegelicht.

Ongeval Amercentrale Geertruidenberg op 28 september 20031.4.1. In de nacht van zaterdag 27 september op zondag 28 september 2003 verrichten negen arbeiders groot onderhoud in Eenheid 9 van de Amercentrale in Geertruidenberg. Die werkzaamheden vinden plaats vanaf een zestig meter hoge steiger langs de ketelwanden. Er zijn vijf gritstralers en vier lassers aan het werk. Rond 01.00 uur verlaat één van de mannen de ketel en kort nadat hij de ketel heeft verlaten stort de steiger waarop de andere mannen aan het werk zijn volledig in. Er volgt een uitgebreid en minutieus onderzoek naar de toedracht van dit instorten.

Dit instorten van de steiger met acht doden als gevolg kan worden geprojecteerd op de vier hypothesen. Ze zijn alle vier mogelijk, al zijn er meer en minder waarschijnlijke mogelijkheden.

Instorten en overlijden is het gevolg van natuurlijk overlijden Het kan zijn dat één van de arbeiders getroffen is door een hersenbloeding of hartaanval, vervolgens van zijn steiger valt en daarbij een cruciaal onderdeel van de steigerconstructie raakt waardoor de hele steiger instort.

Instorten en overlijden is het gevolg van zelfdodingDe arbeider die het meest hoog stond is al tijden depressief en het leven moe. Hij besluit van de steiger te springen en tijdens de val raakt hij een belangrijk deel van de constructie. Hierdoor stort de steiger in en overlijden er nog zeven collegae.

Instorten en overlijden is het gevolg van een misdrijf3 De vorige hypothese, maar nu in combinatie met een wraakneming op een collega of meerdere collegae. Iemand springt met die intentie van de steiger, treft daarbij zijn doelwit, een collega, en neemt en passant ook de steigerconstructie mee met zeven aanvullende doden als gevolg. Eveneens is het mogelijk dat de arbeider die net op tijd vertrok de instorting met opzet heeft veroorzaakt.

3 Het gaat hier om spraakgebruik. ‘Dood door schuld’ is als misdrijf in het wetboek van strafrecht gekwalificeerd.

Page 7: Scenariomapping en igp

10 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 11

Instorten en overlijden is het gevolg van een ongevalDe meest voor de hand liggende en eveneens de uitkomst van het onderzoek. De constructie van de steiger vertoonde gebreken en was niet berekend op deze werkzaamheden; een fataal ontwerp4 .

Uiteraard is de propositie dat het instorten en het daardoor overlijden van acht arbeiders te wijten is aan een ongeval. Desondanks zal het onderzoek zich ook moeten richten op de andere hypothesen.

Twee mannen dood na val van stuw met motorjacht1.4.2. Zondagmiddag 9 januari 2005 stort in Borgharen van zeven meter hoogte een motorjacht van een stuw omlaag. De boot brak daarbij in stukken. Twee mannen werden vermist, zes andere opvarenden, twee vrouwen en vier kinderen, wisten zichzelf met hulp van toegesnelde omstanders in veiligheid te brengen.Het zoeken richtte zich onder meer op een plek direct achter de stuw waar een betonnen plateau iets lager in de bodem zit. De zoekers hoopten daar het wrak van het schip te vinden. Maandag werd op die plek een oliespoor ontdekt. Er werd echter vooralsnog geen scheepswrak aangetroffen.

De publicaties in de pers berichtten bij deze zaak over een ongeval. Dat zal ook wel de meest voor de hand liggende verklaring zijn, maar ook hier zijn meerdere hypothesen mogelijk. Natuurlijk kan het overlijden een gevolg zijn van een ongeval. Wat zijn nog meer denkbare hypothesen?Het kan gaan om een zelfdoding van één van de mannen, waarbij het zijn intentie was om zijn familie, maar wellicht ook zijn vrienden of relaties mee te nemen in de dood (hypothese moord in combinatie met zelfmoord).Of is het van de stuw afvallen een gevolg van een natuurlijk overlijden van de schipper, waardoor het schip onbestuurbaar raakte en van de stuw af viel (hypothese natuurlijke dood in combinatie met ongeval)? Eveneens een aanname kan zijn het feit dat beide echtgenotes hun heren zat waren, ze in het vooronder stuurden om zich te bezatten en vervolgens het schip richting de stuw koersten, van boord gingen met de dood van de heren als gevolg (hypothese overlijden t.g.v. misdrijf). Ook hier zijn er meerdere mogelijkheden, met ongeval5 als meest waarschijnlijke hypothese.

4 Blauw-reconstructie van spraakmakende zaken, Amsterdam 2007

5 Ongeval door menselijk falen of grove nalatigheid, als gevolg van technisch defect, etc.

Verkeersdoden1.4.3. Bij onderzoeken naar verkeersdoden is het werken met hypothesen en scenario’s eveneens mogelijk. De volgende hypothesen zijn te onderzoeken.

Verkeer

ongeval door menselijk falen

ongeval door voertuig

ongeval door omgevingsfactoren

opzettelijk, namelijkzelfdoding/verwonding

opzettelijk, namelijk moord cqmishandeling

Het begrip ‘Scenario’1.5. De term ‘scenario’ is feitelijk onjuist, maar sluit mooi aan bij dit inmiddels binnen de opsporing ingeburgerde begrip. Synopsis is hier de juiste term, maar om verwarring te reduceren stellen we het begrip ‘scenario’ gelijk aan de aaneenschakeling van handelingen die zich voor, tijdens en na het misdrijf mogelijk hebben afgespeeld. Het is als het ware de film die afgedraaid wordt. Scenariodenken is in zijn algemeen-heid bedoeld om vooruit te kijken. Scenariostudies zijn vaak toekomststudies.

In het kader van moord en doodslag gaat het echter om een terugblik. Een reconstructie van wat zich in het verleden heeft afgespeeld. Belangrijk is wat er fysiek gebeurde, maar ook wat er zich in het hoofd van de dader afspeelde. Welk motief had hij/zij, welke stoornis, waarom bijvoorbeeld zoveel overkill?

Binnen deze reconstructieomgeving is er ook plaats voor mogelijke, toekomstgerichte ontwikkelingen. Een vorm van eventualiteitplanning. Het gaat er dan om antwoorden te hebben op vragen of situaties die zich mogelijk voor zouden kunnen doen. Dat gaat dan om bijvoorbeeld wat te doen als de dader ineens een politiebureau binnenloopt en zich meldt. Hoe omvangrijk moeten de doorzoekingen zijn als een verdachte in beeld komt? Het opstellen van een verhoorplan, zeker als dat vanaf de start van het onderzoek gedaan is, is een vorm van toekomstplanning.

Page 8: Scenariomapping en igp

12 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 13

Het is handig om, wanneer een scenario volledig uitgeschreven wordt, daar de bestanddelen en elementen van de betreffende mogelijke strafbare feiten in op te nemen. Dit volledig uitschrijven van een scenario is uiteraard niet aan de orde in de hectische fase aan het begin van een onderzoek. Wanneer het echter langer gaat duren, dan komt er een moment dat het goed is om het scenario van steekwoorden om te vormen naar een lopend verhaal, een ‘script’.

Het opstellen van de scenario’s is een creatief proces waarbij het verzamelen van de scenario’s (op hoofdlijnen) voorop staat. Alle deelnemers aan die scenariovorming moeten dan over de volledige informatie beschikken. Dat kan gaan om details, waaronder daderwetenschap.In deze fase is het niet handig om al te discussiëren over de mate van waarschijnlijkheid van bepaalde scenario’s. Eerst inventariseren, dan discussiëren over de haalbaarheid en prioritering van bepaalde scenario’s.

Een scenario kan in subscenario’s nader uitgewerkt worden wanneer een scenario op individueel, persoonsniveau beschreven moet worden. Stel dat het scenario is dat de moord gepleegd is door een (ex)werknemer. Het slachtoffer had een bedrijf met 10 werknemers. Dat kan betekenen dat er na het scenario dat de moord gepleegd zou kunnen zijn door een (ex)werknemer er dan tien individuele scenario’s volgen.

In dit verband zijn er nog twee aspecten van belang. Ten eerste: er zijn binnen de verschillende hypothesen standaardscenario’s mogelijk. Als er sprake is van de hypothese moord (of het is overduidelijk moord) dan zijn scenario’s als het ware in een format te zetten. Dat is het scenario dat de moord door iemand uit de inner circle is gepleegd. Dit wordt ook ondersteund door statistieken waaruit naar voren komt dat circa 35% van de levensdelicten in de relatiesfeer van het slachtoffer gepleegd worden (Nieuwbeerta & Leistra 2007). Eveneens zijn er formats te maken van de scenario’s ‘persoonsverwisseling’ en ‘actieve levensbeëindiging door een ander als vorm van zelfmoord.

Ten tweede: bij het beoordelen van de verschillende scenario’s en het uitzetten van de diverse onderzoekslijnen is het belangrijk uit te gaan van vragen over motief, gelegenheid en middel (in het Engels: motive, means and opportunity). In hoeverre heeft iemand een reden om het delict te plegen, in welke mate was die persoon in de gelegenheid en welke middelen stonden ter beschikking en wie er voordeel kan hebben bij de gang van zaken (qui bono)?

Mindmapping1.6. 6 Voor het verkennen van de verschillende onderzoeksgebieden die voor de analyse van belang zijn, is de Mindmap-techniek zoals die in de jaren 1970 door Tony Buzan is geïntroduceerd bij uitstek geschikt7. De Mindmap-techniek kent drie toepassingen, die alle voor criminaliteitsanalisten van belang zijn. In de eerste plaats is deze techniek zeer geschikt om ideeën (en indicatoren) te genereren en te noteren. Dat komt goed van pas bij het bedenken van onderzoeksvragen. Hoe dat gaat wordt in deze paragraaf uitgelegd. In de tweede plaats is het een techniek waarmee samenhang in afzonderlijke onderwerpen kan worden gebracht, wat bij het verwerken van (veel) informatie bijzonder handig is. Ten slotte zijn Mindmaps, vanwege de eigenschap dat zij samenhang laten zien, een goed hulpmiddel bij het presenteren van analyseresultaten.

Mindmapping is een manier van noteren die door de wijze waarop dat gebeurt, stimuleert dat bij elke notitie nog even wordt nagedacht over wat er misschien bij hoort, wat dan ook wordt genoteerd enzovoort. Zodoende kom je sneller en op meer onderwerpen dan bij een traditionele manier van noteren kan worden verwacht. Op een papier dat bij voorkeur in de breedte (landscape) wordt beschreven, wordt in het midden een kadertje getekend waarin het onderwerp van de Mindmap wordt aangegeven. Bijvoorbeeld ‘cocaïnetransporten vanuit Spanje naar Nederland’, omwille van ruimtebesparing af te korten tot ‘cocaïnetransporten’. Vanuit dat kadertje worden lijnen getrokken waarop de onderwerpen zijn genoteerd die op het eerste gezicht van belang lijken. Dat zijn in ons voorbeeld onder andere de onderwerpen: ‘betrokkenen’, ‘werkwijze’, eigenschappen van het product ‘cocaïne’, ‘financiering’ en ‘distributie’. Deze onderwerpen kunnen op elk gewenst moment worden aangevuld met andere. Het begin van de Mindmap kan er zodoende uitzien zoals in figuur 1.6a is weergegeven.

Cocaïne transporten

betrokkenen

financiering

cocaïnedistributie

werkwijze

Figuur 1.6a - De opbouw van een Mindmap: het begin

6 Deze tekst over mindmapping in 1.5 is ontleend aan het boek ‘Criminaliteitsanalyse verklaard’ van mr. drs. Paul Minnebo en wordt met zijn toestemming gebruikt.

7 Tony Buzan werd geboren in 1942 in Londen. Hij studeerde psychologie aan de University of British Columbia in Vancouver, Canada. Hij introduceerde in 1974 de Mind Map en werd daar wereldberoemd mee. Hij heeft veel verschillende boeken geschreven, waaronder: Use Your Head, Make the Most of Your Mind en The Mind Map Book. Recent (2002) verscheen How to Mind Map.

Page 9: Scenariomapping en igp

14 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 15

Vervolgens wordt elk onderwerp verder uitgewerkt, door ieder afzonderlijk onderwerp op zich weer als uitgangspunt te laten gelden voor verdere vertakkingen. Bij ‘werkwijze’ kunnen bijvoorbeeld deelonderwerpen als ‘verpakking’, ‘transport’ en ‘communicatie’ worden genoteerd (figuur 1.6b).

Cocaïne transporten

betrokkenen

aanvoerdoorvoerorganisatielogistiekfaciliterend

financiering

cocaïnetransportlogistiekvoorzieningen

cocaïne

herkomstkwaliteithoeveelheid

distributieorganisatieinkomsten

werkwijze

verwervingbetaling

verpakkingtransport

opslagcommunicatie

protectieafzet

Figuur 1.6b - De opbouw van een Mindmap: het uitwerken van de verschillende vertakkingen

Elk van de onderwerpen in dit volgende niveau binnen de vertakkingen kan zelf weer worden onderverdeeld, enzovoort. Bij transport kan aan een onderverdeling in de vertakkingen ‘weg’, ‘rail’, ‘water’ en ‘lucht’ worden gedacht, waarbij ‘weg’ weer kan worden onderverdeeld in ‘vrachtwagens’, ‘bussen’ en ‘auto’s’, om maar wat te noemen. De verschillende vertakkingen leiden naar allerlei deelvragen, waarvan de antwoorden uiteindelijk aan de informatie bijdragen die wordt verzameld naar aanleiding van de analysevraag, in ons voorbeeld ‘de aanvoer van cocaïne vanuit Spanje naar Nederland’.Waarom is deze manier van noteren zo effectief? Allereerst omdat met Mindmapping een overzichtelijk beeld ontstaat van alle relevant geachte onderwerpen. Bij criminaliteitsanalyse zijn dat de onderwerpen waarvan op zijn minst moet worden nagegaan of zij een betekenisvolle of aan de andere kant vermeldenswaardige relatie hebben met het onderwerp van analyse. Anders dan wanneer deze traditioneel onder elkaar zouden worden opgeschreven, biedt de Mindmap de mogelijkheid altijd nog zaken toe te voegen zonder dat daarmee het overzicht geweld wordt aangedaan. Een Mindmap is ook nooit ‘af’ in de zin van gesloten voor verdere toevoegingen, terwijl traditionele lineaire opsommingen, rijtjes, al snel – terecht of onterecht – iets van volledigheid uitstralen, waardoor je niet wordt uitgenodigd om daaraan te sleutelen. Omdat vanuit een overzicht wordt gewerkt, is het ook niet moeilijk om een nieuw gegeven direct onder de juiste vertakking te plaatsen of daarvoor speciaal een eigen vertakking aan te maken. Door hun vorm helpen Mindmaps gedachten te verduidelijken, te ordenen, samen te vatten en ook te communiceren.

Mindmaps helpen visueel ingestelde mensen om de informatie te onthouden die erin is weergegeven. Het onthouden van informatie wordt bevorderd als in de Mindmaps met verschillende kleuren wordt gewerkt en er bijvoorbeeld ook tekeningen of figuren in worden verwerkt.

De functies van Mindmapping zijn in figuur 1.6c nogmaals samengevat.

Mindmap-toepassingen

noteren

ordening hiërarchie

herkenning

overzichtkleuren

1 A4'tje/A3'tje

verbanden

tijdsbepaling briefing-debriefing

onthouden visualiseren

voorbeelden

presentaties

managementrapportages

studiesamenvattingen boeken

beleidsnota's

uiteenrafelen nieuwe wetsartikelenbrainstormsessie

vergaderingen voorbereiden

notuleren of actiepunten

boodschappenlijstje

bouwen sauna

vakantieplanning

feestje

etc.

communiceren

toegankelijk

visualiseren

transparant

gerichthoofdzaken

overzichtorganisatie

integratie

samenhang

uitnodigend

tijdsbesparingvoorbereiding

uitvoering

flexibiliteittrefwoorden

bedenken

gemak

associatie

veelheidproductiviteit

creatiefopen

stimulerend

inspirerend

Figuur 1.6c - De functies van Mindmapping

Buzan heeft voor het (handmatig) maken van Mindmaps zeven hoofdregels bedacht8. 1. Begin in het midden van het vel papier. Bij voorkeur met een gekleurde afbeelding.

Een afbeelding vertelt meer dan duizend woorden en brengt het creatief associëren op gang. Daarbij worden beelden ook gemakkelijker onthouden.

2. Gebruik door de hele Mindmap heen zoveel mogelijk beelden om oog en geheugen te helpen.

3. Schrijf in hoofdletters om het teruglezen te vergemakkelijken.4. Plaats de gehanteerde trefwoorden op in de Mindmap getekende lijnen die in

vertakkingen onderling zijn verbonden. Dat geeft structuur aan de Mindmap.5. Ieder takje bevat bij voorkeur slechts één woord, omdat dat meer ruimte geeft en

flexibiliteit in verdere onderverdelingen. (‘Deur’ in plaats van ‘garagedeur’, opdat ‘deur’ vervolgens nog kan worden vertakt in ‘huis-’, ‘schuur-’, ‘keuken-’, ‘tuin-’ en ‘garage-’).

6. Gebruik zoveel mogelijk kleuren, om ook hiermee oog en geheugen te helpen.7. Maak je bij een Mindmap in het begin niet al te druk om de structuur, maar neem er

direct in op wat je te binnen valt. De gewenste structuur kan er dan later in worden aangebracht door onderwerpen eventueel te verplaatsen naar andere vertakkingen, of bij nader inzien weer uit de Mindmap te verwijderen. Teveel aandacht voor structuur gaat ten koste van aandacht voor de inhoud en vertraagt daarmee het creatieve proces.

Het is natuurlijk geheel aan de gebruiker om te bepalen in hoeverre hij zich wil houden aan deze regels, maar naarmate er meer van wordt afgeweken, kan de effectiviteit verminderen. Huidige computertoepassingen maken het wel heel gemakkelijk om de structuur pas achteraf in Mindmaps aan te brengen, omdat het met de muis verplaatsen van afzonderlijke trefwoorden of hele vertakkingen een fluitje van een cent is. Ook het aanbrengen of veranderen van kleuren en het gebruik van symbolen en illustraties wordt door moderne MindMapping-programmatuur ondersteund. Andere voordelen van het maken van Mindmaps met behulp van de computer zijn dat ze moeiteloos in een document kunnen worden geplakt, per e-mail zo nodig de hele wereld kunnen worden rondgestuurd en eindeloos kunnen worden gereproduceerd.

8 Tony Buzan (1974), Use Your Head. bbc Books. Tony & Barry Buzan (1973), The Mind Map Book. bbc Books.

Page 10: Scenariomapping en igp

16 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 17

De gemaakte Mindmap(s) kunnen worden bewaard in het dossier dat betreffende de analyse wordt aangelegd en dat ook al het goedgekeurde analysevoorstel bevat. Niet alleen kunnen zij gedurende de hele analyse dienen als referentiemateriaal voor de analist zelf. Ook kunnen zij anderen inzicht geven in de wijze waarop het onderwerp wordt benaderd.

Het is eveneens mogelijk om digitaal bestanden, afbeeldingen, filmpjes en hyperlinks aan een mindmap te koppelen. Dit betekent dat de Mindmap mede gebruikt kan worden als opslag van informatie en koppeling naar bestanden of websites.

TGO zaken als kader2.

Als een levensdelict of een ander ernstig delict gemeld of ontdekt wordt, bijvoorbeeld een ontvoering of verkrachting, dan treedt de TGO-regeling in werking. Een Team Grootschalige Opsporing (TGO) wordt gestart en kort na de melding staat er een team van rechercheurs klaar om het delict te onderzoeken. Deze rechercheurs hebben ieder een eigen specialiteit, staan onder leiding van een tactisch leidinggevende en diverse projectleiders. De factor tijd blijkt in dit soort zaken cruciaal te zijn. Hoe sneller de opsporing start, des te eerder en des te groter de kans op het oplossen van de zaak.

Snelheid heeft drie belangrijke redenen. De belangrijkste reden om snel ter plaatse te gaan is hulpverlening. Er kan dan tevens een inschatting gemaakt worden van de benodigde hulpdiensten. Deze taak gaat vóór de opsporing. De tweede reden om te reageren is dat op de plaats delict meestal veel informatie gevonden kan worden, in de vorm van sporen en getuigen. Hoe eerder getuigen, waaronder ook een slachtoffer, gehoord kunnen worden des te beter de informatie. En hoe sneller technische sporen beoordeeld en veiliggesteld kunnen worden, hoe beter de resultaten. De derde reden om vlot te reageren is de mogelijkheid om onmiddellijk op de verkregen informatie te reageren, waarbij de verdachte spoedig kan worden aangehouden. Onderzoek wijst uit dat daders doorgaans óf snel óf niet worden opgespoord (De Poot et al. 2004: 33)9 . De Poot et al. onderzochten een aantal misdrijven en kwamen tot de volgende opsomming (De Poot et al. 2004: 34, tabel 2.2):

Invloed van snelheid ter plaatse gaan door de politie op identificatie van dader (in procenten).

Korter dan een half uur Langer dan een half uur

Verdachte aangehouden in omgeving plaats delict

41 4

Verdachte geïdentificeerd met opsporingsonderzoek

20 24

Geen verdachte gevonden 39 72

Totaal 100% 100%

Aantallen 376 908

De Poot et al (2004: 50) maken in Rechercheportret een onderverdeling in soorten zaken. Zij benoemen vier categorieën te weten:

1. Klip-en-klaarzaken2. Verificatiezaken3. Opsporingszaken 4. Zoekzaken

TGO zaken vallen over het algemeen onder de noemer ‘Zoekzaken’. Dit zijn zaken die niet ter kennis van de politie komen in de vorm van een getuigenverklaring over wat er is voorgevallen. Dit zijn zaken waarin het verhaal over wat er gebeurd kan zijn in het opsporingsonderzoek achterhaald moet worden. Dit scenario speelt vooral als er óf geen contact geweest is tussen het slachtoffer en de verdachte, óf dat het slachtoffer geen verklaring af kan leggen. Bijvoorbeeld in geval van moord, doodslag of vermissing.

9 Rechercheportret – De Poot, Bokhorst, Van Koppen & Muller, Kluwer 2004.

Page 11: Scenariomapping en igp

18 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 19

De start van een TGO is een hectische aangelegenheid, ook al wordt de TGO regeling gevolgd. De situatie op en rond een plaats delict (PD) is in de meeste gevallen ook een roerig en stressvol proces. Vanaf het moment van ontdekking staan de eerst aanwezigen op de PD onder druk, wordt het ‘circus’ opgestart via het waarschuwen van de Forensisch technische afdeling, het informeren van de districtsleiding, divisieleiding die een TGO opstart en een proces waarbij de korpsleiding en het Openbaar Ministerie ook betrokken worden. In het huidige ‘post-Posthumus’-tijdperk wordt ook meteen een systematiek van ‘Tegenspraak’10 in het leven geroepen. Tevens vormen de media een belangrijke factor die voor de opsporing, maar ook voor het imago van het desbetreffende regiokorps, druk oplevert en de tijdsdruk op het TGO doet toenemen. Journalisten gaan getuigen proberen te vinden en het is van belang dat het opsporingsteam de getuigen eerder spreekt dan het journaille.Op enig moment, meestal tussen de 48 en 72 uur na de ontdekking, zal de hectiek omgevormd zijn tot een projectmatige aanpak, inclusief projectplan en plannen van aanpak. Het proces van strategievorming is dan weer vergelijkbaar met een projectmatig opgestart opsporingsonderzoek.

Om tijdwinst te behouden en deze uit te buiten is het van belang om kort na de ontdekking onderzoekslijnen te benoemen en vervolgens te onderzoeken. Om te komen tot onderzoekslijnen is het belangrijk om te werken met hypothesen en scenario’s. Meteen starten met hypothesevorming en scenariodenken levert de eerste gefundeerde onderzoekslijnen op. Met die eerste benoemde en vastgelegde onderzoeksrichtingen start het rechercheren.

Daily Build Up2.1. Tijdens het opsporingsonderzoek kan gebruik gemaakt worden van de Daily Build Up methode (Weggeman 2007). Dit is een praktijk waarbij dagelijks, doorgaans aan het eind van de dag, alle informatie vanuit de diverse invalshoeken en bronnen wordt samengevoegd en kan worden geprojecteerd (letterlijk en figuurlijk) op de verschillende hypothesen en daarbij behorende scenario’s. Er ontstaat dan een dagelijks voortschrijdend inzicht. Deze systematiek werd in het onderzoek naar de moord op Louis Sévèke (zie 2.3.1) door het Bamboe-team van de regiopolitie Gelderland-Zuid toegepast.

Hypothesen en scenario’s in de opsporing: 2.2. reconstructie in plaats van voorspellen

Het werken met hypothesen en scenario’s binnen de opsporing en zeker de opsporing naar inmiddels voltooide feiten, zoals moord, doodslag, verkrachting, ontvoering, etc. staat haaks ten opzichte van de voorspellende waarde (zie paragraaf 5). Hier gaat het om reconstrueren. Reconstrueren op basis van in eerste instantie hypothesen en vervolgens de daarbij volgende scenario’s. Uiteraard is het mogelijk om naar aanleiding van seriemisdrijven ook toekomstige scenario’s op te stellen, maar dan is de start vanuit een voltooid delict.

Offender profiling is te beschouwen als een vorm van terugblikken naar de dader, maar kan ook indicaties geven dat een dader in de toekomst waarschijnlijk een volgend, soortgelijk, delict zal plegen. Bovendien kan profiling helpen in het focussen bij het opstellen van zoekvragen.

10 Via het Protocol Tegenspraak – Programma Versterking Opsporing en Vervolging

Eveneens kan het bijdragen leveren ten behoeve van het anticiperen op het mogelijke type mens waarmee we van doen hebben. Dit laatste kan weer behulpzaam zijn bij het nadenken over een wijze van bejegening. Je krijgt, ook als opsporingsinstantie, maar één keer de mogelijkheid om een eerste indruk te maken.

In dit verband is het eerste optreden op een PD van groot belang. Dit optreden kan uitsluitsel geven over welke hypothese het meest aannemelijk is en welke hypothese(n) uitgesloten kan worden. Bij overduidelijke zaken is er niet eens meer een hypothese, maar is het evident wat er gebeurd is. Als iemand een persoon achterna loopt en hoort dat die persoon telkens roept ‘ik maak er een eind aan!’ en ziet dat deze persoon op eigen kracht en alleen naar het dak van een flat klimt, op de rand gaat staan en nogmaals roept ‘ik maak er een eind aan!’ en vervolgens springt, dan is het een overduidelijke zelfdoding en vallen de overige hypothesen af. Er is dan geen hypothese meer. Het is een vaststelling geworden.

Aan de andere kant van het spectrum kan het echter ook zo zijn dat de meldkamer aan de noodhulp de melding doet ‘Er is een springer bij spoorwegovergang Stationstraat-Spoorlaan’ dat de noodhulp al met een bepaalde mindset richting het incident kan gaan, waardoor andere mogelijkheden (hypothesen) naar de mentale achtergrond gedrongen worden. Dit is een psychologisch proces dat priming genoemd wordt. Je zou het kunnen omschrijven als een proces waarbij men een bepaalde gedachte in de geest van iemand plant zonder dat die persoon zich ervan bewust is (Van der Vurst 2007). In dit geval zal de centralist zich ook niet bewust zijn van de omstandigheid dat hij/zij priming toepast op de surveillance-eenheid. De melder kan de moordenaar zijn.Priming wordt onder andere gebruikt in de politiek en in de reclame en het zal duidelijk zijn dat de woordkeuze daarbij niet aan het toeval overgelaten wordt.

Twee praktijkvoorbeelden2.3.

Moord Louis Sévèke (Nijmegen) 2.3.1. Op 15 november 2005 werd in het centrum van Nijmegen Louis Sévèke doodgeschoten. Sévèke was politiek actief en was onderdeel van de krakersbeweging in Nijmegen. Bij het verlaten van een bijeenkomst werd Sévèke neergeschoten. Dit onderzoek heeft veel menskracht gekost en werd ongeveer anderhalf jaar later opgelost.In dit onderzoek werden de scenario’s met behulp van Mindmapping opgezet. De hypothese moord was feitelijk een vaststaand gegeven, dus geen echte hypothese meer. Omdat Sévèke erg actief was in diverse netwerken, werden er aanvankelijk 19 scenario’s opgezet. Dit werd door het team verder uitgebouwd naar 24 scenario’s. Gedurende het hele onderzoek zijn deze 24 scenario’s doorlopend bekeken en onderzocht. Uiteraard het ene scenario met meer en het andere met minder prioriteit.

Enkele scenario’s waren:• Moordgepleegddooreenontmaskerde(ofmetontmaskeringbedreigde)

informant van politie of AIVD;• Moordgepleegddooriemanduitdekrakersbewegingn.a.v.ruzie;• Persoonsverwisseling.Dedaderhadiemandandersophetoog.• DoorSévèkezelfgeorganiseerdemoord,dusfeitelijkeenvormvanzelfmoord.

Page 12: Scenariomapping en igp

20 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 21

Dit laatste scenario was de (onwaarschijnlijke) mogelijkheid dat het toch niet een gewone moord was. Uiteindelijk kwam de oplossing. Daar hebben de scenario’s geen bijdrage aan geleverd, maar de motieven van de dader pasten wel in de twee beschreven scenario’s van een ontmaskerde informant (dader was ooit beschuldigd informant te zijn) en een conflict in de krakersbeweging. Dat conflict speelde zich in de vorige eeuw af en de dader heeft zich daar niet van los kunnen maken.

Gert Nijkamp (Apeldoorn)2.3.2. Op 21 juni 2007 werd in Apeldoorn Gert Nijkamp bij een basisschool neergeschoten. Nijkamp had net zijn zoontje naar diens lokaal gebracht, wilde in de auto stappen en werd doodgeschoten. Het intensieve onderzoek leverde veel informatie op.In oktober 2007 werd een expertsessie georganiseerd door het team. Daar werden de veertien scenario’s m.b.v. Mindmapping door de vaste kern van leidinggevenden en de externe deelnemers geherformuleerd en aan een sterkte-zwakte-analyse onderworpen. Dit leverde nieuwe inzichten op ten aanzien van de nog nader te onderzoeken scenario’s, evenals een actiepuntenlijst voor diverse tactische onderzoeken. Deze zaak wordt momenteel nog onderzocht en daarom worden hier geen scenario’s beschreven.

Toelichting op de diverse invalshoeken3.

In de inleiding zijn de onderstaande invalshoeken genoemd als belangrijke aspecten en effecten van het werken met hypothesevorming en scenariodenken met behulp van Mindmapping.

• Juridischeinvalshoek• Psychologischeelementen• Tactischebenaderingm.b.v.informatiesturing• Communicatievorm• Wijzevanvastlegging• Aspectenm.b.t.bedrijfsvoering

Juridisch3.1. De strafrechter moet zijn uitspraken motiveren. Dat is opgenomen in artikel 359 lid 2 van het Wetboek van Strafvordering. Dat motiveringsbeginsel is vooral van belang als er een verweer is van de verdediging en de rechter dat verweer niet overneemt, maar juist het requisitoir van het OM volgt. In een aantal recente strafzaken heeft de rechter het niet volgen van het verweer van de raadsman onvoldoende gemotiveerd, waardoor bij hoger beroep de verdachte werd vrijgesproken omdat de rechter (in eerste aanleg) het vonnis onvoldoende onderbouwd had ten opzichte van het verweer van de verdediging.

Die uitspraken zijn er, maar wat heeft dat voor implicaties voor het werk van opsporingsambtenaren?

In veel gevallen kan de rechter niet gemotiveerd afwijken van de lezing van de verdediging omdat de bouwstenen, de argumenten daarvoor, niet onderzocht zijn of niet opgenomen zijn in het dossier. De raadsman ziet dat er rafeltjes aan het verhaal zitten, begint te trekken en zet de zaak op losse schroeven. Dit betekent dat tijdens de opsporingsfase geanticipeerd dient te worden op deze rafeltjes, de uitvluchten of andere zienswijzen11 waarmee de verdediging op zitting zal kunnen komen. Dat kan onder andere door te werken met hypothesen en vooral scenario’s en dat ook in het dossier op te nemen. Op basis van die onderzochte scenario’s en de vastlegging van die bevindingen zal een verweer op basis van losse eindjes minder kans van slagen hebben omdat die gegevens onderzocht zijn.

Vier voorbeelden

Vrijspraak voor witwassen Air Holland3.1.1. Op 12 maart 2008 oordeelde het gerechtshof in Den Haag vrijspraak ten opzichte van een eerdere veroordeling in het vonnis van 7 december 2006 van de rechtbank in Rotterdam op basis van het motiveringsbeginsel. Ten laste gelegd waren heling en witwassen van zeer grote contante geldbedragen in de periode van maart 2001 tot en met 2002. Het Hof onderzocht allereerst de vraag of wettig en overtuigend bewezen kon worden geacht dat de tenlastegelegde geldbedragen door misdrijf verkregen respectievelijk van misdrijf afkomstig waren. De rechtbank heeft overwogen dat de door de verdachten aangegeven legale herkomst van de geldbedragen onvoldoende is onderbouwd. Vervolgens is de rechtbank tot het oordeel gekomen dat het - gelet op een aantal in het vonnis opgesomde feiten en omstandigheden - niet anders kan zijn dan dat de geldbedragen een criminele herkomst hebben.

11 ‘Meer- en Vaart-verweren’ HR 1-2-1972 DD 72.074, o.a. Mr. F. Panholzer 1999, nr 242, pagina 157

Page 13: Scenariomapping en igp

22 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 23

Uit www.jure.nl: “Het Hof is van oordeel dat gelet op het vermoeden van witwassen en de daarbij in aanmerking genomen omstandigheden, van de verdachte mag worden verlangd dat hij een verklaring geeft voor de herkomst van het geld. De verdachte heeft dit van meet af aan ook gedaan. Hij heeft verklaard dat hij bij herhaalde navraag bij de investeerder [investeerder] steeds heeft vernomen, en aannemelijk heeft geacht, dat het geld (voornamelijk) afkomstig was uit (de verkoop van) diens belang in zogenaamde cambio’s, zijnde wisselkantoren in Nederland en Suriname. Ter zitting is gebleken dat via deze zogenaamde Hawala-banken grote hoeveelheden contant geld circuleren.Aldus heeft de verdachte een concrete, min of meer verifieerbare en, naar het oordeel van het Hof, niet op voorhand als volslagen onwaarschijnlijk aan te merken herkomst benoemd”.

Het Hof in Den Haag meent dat het niet is uit te sluiten dat het omstreden geld legaal verkregen was. “Het OM had dat moeten onderzoeken maar heeft dit nagelaten”, concluderen de rechters en daarom worden de twee verdachten niet veroordeeld.Er zaten dus nog losse eindjes in deze zaak, waarbij het oorzakelijk verband tussen het niet bancaire circuit en de tenlastelegging niet aangetoond kon worden omdat er onvoldoende onderzoek naar verricht was.

Vrijspraak brandstichting3.1.2. 12 In dit voorbeeld gaat het om culpoze brandstichting. Rond de jaarwisseling gooit een jongen een brandende flashlight op een balkon van een bovenverdieping. De balkondeur stond op dat moment open. Er ontstaat tussen de dertig en zeventig minuten later brand op deze bovenverdieping. Vaststaat dat de jongen de flashlight op het balkon gegooid heeft. De vraag in dit geval is of deze flashlight ook de brand veroorzaakt heeft. Het causale verband ontbreekt, zo stelt de Hoge Raad en de bewezenverklaring van het Gerechtshof is onvoldoende gemotiveerd. Er is ongemotiveerd voorbij gegaan aan het verweer van de raadsman dat er in de tussenliggende periode tussen het gooien van het vuurwerk en de ontdekking van de brand ook nog ander vuurwerk op het balkon en in die woning terecht zou kunnen zijn gekomen. Een logisch verweer gezien de datum, 30 december, en het feit dat er in die omgeving veel meer vuurwerk werd afgestoken. Het technische onderzoek van politie en TNO sluit een alternatieve brandoorzaak niet uit, maar geeft evenmin het oorzakelijk verband aan.

XTC-handel3.1.3. 13 Een handel in XTC levert bij de rechtbank een veroordeling op. Het Gerechtshof spreekt de verdachte vrij en het Openbaar Ministerie gaat in beroep bij de Hoge Raad. De Hoge Raad oordeelt dat het OM terecht in beroep is gegaan tegen de uitspraak van het Hof. Op zichzelf is dit niet zo interessant. Waar het om gaat is de omstandigheid dat het Hof haar vrijspraak grotendeels baseert op onvoldoende doorvragen bij het getuigenverhoor, dus het werk van de politie. Afnemers van de pillen verklaren als getuigen dat die pillen ‘goed’ waren. Het Hof stelt vervolgens dat deze waardering ‘goed’ onvoldoende onderbouwing vindt in de verklaringen. Waaruit blijkt dat ze goed zijn, welke effecten hadden die pillen? Temeer speelt dit omdat de laboratoriumuitslagen van de testen van de pillen aangaven dat er een geringe hoeveelheid MDMA in de pillen zat.

12 Hoge Raad 3 juni 2008, gepubliceerd in Nederlandse Jurisprudentie NJ 2008, nummer 343

13 Hoge Raad 13 juni 2006, NJB 1240, augustus 2006

Uiteindelijk zal de zaak opnieuw door een Gerechtshof behandeld moeten worden. In deze casus was doorvragen bij de getuigenverklaringen het ‘losse eindje’ in het onderzoek van de politie.

Vrijspraak van dubbele moord/doodslag3.1.4. 14 In deze zaak werd een vrouw verdacht van het vermoorden van haar twee jonge kinderen. Dat zou gebeurd zijn in Purmerend op 14 juni 2006. De raadslieden voeren aan dat het opsporingsonderzoek onvolledig is geweest omdat er sprake is geweest van tunnelvisie bij het rechercheren. Ook zou de vrouw tijdens de verhoren onder druk gezet zijn en werd zij langdurig verhoord. De vrouw is achtmaal verhoord en de strekking van haar verklaring is dat niet zij maar een ander de kinderen gedood heeft. In deze uitspraak staat vervolgens: “de rechtbank kan zich niet aan de indruk onttrekken dat de veelvuldige en sturende verhoren voor verdachte, vanwege haar zwakke identiteit, zo indringend zijn geweest, dat zij het scenario, dat de verbalisanten haar op de 22ste juni 2006 hebben aangereikt, is gaan inkleuren en aldus heeft geleid tot de bekennende verklaring van de 29ste juni 2006. De rechtbank acht voorts de weinige details die verdachte in haar verklaring van 29 juni 2006 beschrijft niet dermate specifiek, dat uit die details daderkennis mag worden afgeleid”.

De verdachte noemt vervolgens de naam van de man die haar kinderen vermoord heeft. Hij zou het gedaan hebben vanwege een conflict in de drugssfeer. Deze man werd verhoord door de politie, maar dat leverde geen aanvullende informatie of bewijs tegen hem op. Uiteindelijk oordeelde de rechtbank dat de verklaring van de verdachte, namelijk dat een ander dan verdachte verantwoordelijk is voor de dood van de kinderen, enerzijds onvoldoende is uitgerechercheerd, en, anderzijds niet kan worden uitgesloten door bewijsmiddelen. Verdachte werd vrijgesproken.

Psychologisch3.2. Tunnelvisie wordt beschreven als een psychologisch proces dat individueel, maar ook als groepsproces kan optreden15 .

‘Zodra we iets wensen te geloven, zien we plots alle argumenten die dit ondersteunen en worden we blind voor de tegenargumenten’ (George Bernard Shaw).

Vooringenomenheid ligt snel op de loer en vervolgens is er de menselijke neiging om vooral te zoeken en te kijken naar informatie die deze vooringenomenheid bevestigt en eveneens de neiging om minder bruikbare of ontlastende informatie te negeren of te bagatelliseren (Dror 2008). Er ontstaat confirmatiebias. Dit geldt des te meer wanneer iemand onder druk staat. Dan is het denkproces minder gedifferentieerd en als er dan één plausibele verklaring gevonden wordt, wordt er vaak gestopt met analyseren. Daarbij komt: des te meer ervaring en kennis van zaken, des te sneller ontstaat de neiging om overtuigd te zijn van de juistheid van die analyse (Van der Vurst 2007).

14 LJN: BB7483, Rechtbank Haarlem, 9 november 2007, 15/630471-06

15 Tunnelvisie als bedrijfsrisico- M. Bollen 2006 en Ik heb altijd gelijk – E. Rassin 2007

Page 14: Scenariomapping en igp

24 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 25

Het blijkt vrijwel onmogelijk te zijn om tegelijkertijd meer dan zeven brokken informatie te verwerken. Door de psycholoog George Miller is in de zestiger jaren van de vorige eeuw onderzoek gedaan naar de hoeveelheid informatie die je in je bewustzijn kunt vasthouden. De uitkomst is wat onder psychologen ‘het magische getal 7 plus of min 2’ genoemd wordt. Zeven brokken, plus of min twee, informatie. Daarnaast speelt de omstandigheid dat wanneer de hoeveelheid informatie toeneemt, de kwaliteit van bewust nadenken snel afneemt omdat de capaciteit overbelast wordt (Dijksterhuis 2007 en Khalsa 2004).

Er moet dus informatie geselecteerd worden. Kijk maar naar de illustratie hierboven. Je moet de informatie selecteren, want je kunt niet EN de jonge vrouw EN de oude vrouw tegelijkertijd bewust waarnemen.

Bewuste en onbewuste informatie: 1 : 200.0003.2.1. Bovendien is er onderscheid tussen dat wat we bewust waarnemen en hetgeen we onbewust waarnemen. Onderzoek toonde aan dat we onbewust 200.000 keer zoveel informatie verwerken als bewust. Het absolute maximum voor bewuste verwerking ligt rond de 60 bits per seconde. Meer kan ons bewustzijn niet aan. De verwerkingscapaciteit van ons bewustzijn is maar een fractie van onze totale capaciteit om informatie op te nemen. In totaal kunnen we ongeveer 11,2 miljoen bits per seconde verwerken, waarvan alleen al 10 miljoen bits per seconde door ons gezichtsvermogen. Als het om verwerkingscapaciteit gaat is ons onbewuste een moderne computer, maar ons bewustzijn niet meer dan een ouderwets telraam (Dijksterhuis 2007).

Terug naar de opsporing. Als er naast veel informatie bovendien veel externe druk op een opsporingsteam gelegd wordt om de zaak op te lossen of snel met resultaten te komen, dan wordt het nog moeilijker om die confirmatiebias te voorkomen of te reduceren.

Short cuts en specialisten3.2.2. Maar die informatieselectie kan ook weer problemen opleveren. Onze hersenen kunnen, zoals hierboven vermeld, niet alle informatie die ontvangen wordt verwerken. Het effect is dat die informatie dan vervormd wordt via short cuts. Die short cuts betekenen dan dat de informatie snel geprioriteerd wordt en dus selectief onderzocht wordt. Vervolgens wordt die informatie gekoppeld aan bestaande kennis. Dit is een actief en dynamisch proces. Het blijkt dat als mensen meer ervaren en competenter zijn, ze als het ware specialist worden, ze meer met short cuts gaan werken en er op gaan vertrouwen. Met andere woorden; specialisten werken meer met short cuts. Die specialisten, de experts, onderscheiden zich van de beginnelingen omdat ze weten waar ze naar moeten kijken, de juiste vragen stellen en weten waar de informatie te vinden is (Dror 2008). Het risico van confirmatiebias ligt dan op de loer omdat die experts onvermijdelijk en onbewust hun objectiviteit kunnen verliezen en informatie kunnen selecteren op basis van vooringenomenheid. Door Dror is er op het forensisch technische terrein onderzoek gedaan. In verschillende zaken werden identieke vingerafdrukken onderzocht. De zaken verschilden van elkaar door de meegeleverde informatie en context. Het bleek dat de oordelen van de vingerafdrukkenexperts verschilden bij dezelfde vingerafdrukken. Naar aanleiding van de terroristische aanslag in Madrid, maart 2004, werd in de VS Brandon Mayfield gearresteerd op basis van een in Madrid gevonden dactyloscopisch spoor. Dat spoor was afkomstig van Mayfield volgens de FBI-experts. Toen in mei 2004 één van de daders, Daoud, als veroorzaker van het spoor werd geïdentificeerd, moest de FBI toegeven dat er een verkeerde conclusie getrokken was. Mayfield kreeg excuses en $ 2 miljoen als compensatie.

Niets aan de hand; je lijdt niet aan ‘confirmatiebias’3.2.3. Wil je gevrijwaard blijven van confirmatiebias? Dan zijn de volgende eigenschappen belangrijk (Rassin 2007):

• Vermogenomallerelevanteinformatiewaartenemen;• Deomgevingwaarnemenzondergebruiktemakenvaneerderopgedanekennis;• Volledigedemotivatieendesinteressebijelketenemenbeslissing;• Ogenschijnlijkirrelevanteinformatiemeenemenbijbeslissingen;• Meerwaardehechtenaandemeningvananderendanaanjeeigenmening;• Allerelevanteinformatiegelijktijdigverwerken;• Eenaanwispelturigheidgrenzendeneigingombeslissingenterugtedraaienophet

moment dat er aanvullende informatie beschikbaar komt.

Reduceren van tunnelvisie3.2.4. Een geforceerde gang langs verschillende visueel gemaakte scenario’s kan deze confirmatiebias verkleinen. Dit kan worden gerealiseerd door een groep van opsporingsambtenaren (bijvoorbeeld recherchekundigen), eventueel aangevuld met externe deskundigen, elk scenario te laten beoordelen op de bestaande en nieuwe informatie uit het onderzoek. Zij kunnen daar een waardering aan geven. Vervolgens kunnen die onderdelen van informatie aan de plus- en de minkant van de scenario’s geplaatst worden. Dan blijkt welke informatie er nog nodig is om dat scenario te veredelen (wat overigens ook falsifiëring van dit scenario kan zijn!). Deze werkwijze reduceert te grote aandacht voor maar één of enkele scenario’s en voorkomt het negeren van minder voor de hand liggende scenario’s.

Page 15: Scenariomapping en igp

26 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 27

Falsifiëren en verifiëren3.2.5. Een belangrijke fase is dan om de verifiërende informatie op haar beurt proberen te falsifiëren en parallel de falsifiërende informatie te falsifiëren (of te verifiëren).In de zaak van de moord op Johnny Meerkamp kan het zijn dat één van de werknemers van het bedrijf van Meerkamp, de kleding- en cosmeticalijn Spitz, die met ruzie ontslagen is, de moord gepleegd heeft. Deze persoon kan dan een motief hebben en op hem is een geïndividualiseerd scenario geschreven. Het blijkt dat deze persoon tijdens het voorval op Kreta op vakantie was. Dat verklaart althans een getuige. Dit is dus ‘min-informatie’ met betrekking tot dit scenario. Dit scenario wordt met deze verklaring gefalsifieerd. Deze getuigenverklaring moet echter nader onderzocht worden en onderzocht moet worden of die persoon daadwerkelijk op Kreta aanwezig was. Dit geldt ook andersom. Er is belastende informatie tegen deze persoon; klopt die informatie? Dat dient onderzocht te worden. Blijft nog over dat als deze persoon daadwerkelijk op Kreta was ten tijde van de moord; hij altijd nog de opdracht gegeven kan hebben en er dus bij betrokken is.

Tactische benadering met behulp van informatiesturing3.3. Tactisch onderzoek kan alleen uitgevoerd worden op basis van informatie. De ordening, analyse en waardering van informatie met behulp van deze methode levert de basis voor de besluitvorming in het tactische opsporingsonderzoek. In die zin wordt het tactische proces op basis van informatie gestuurd en kan er invulling gegeven worden aan de strategie. Die informatie kan vanuit diverse kanten komen, al dan niet gericht ingewonnen. Verzamelen en analyseren van de informatie is vervolgens weer de invoer voor het tactische onderzoek, maar ook voor bijvoorbeeld ‘weeg- en stuurploegen’.

noodhulp

buurtregie

controle infrastuctuur

nodale oriëntatie

info knooppunt

AN

ALY

SE

Wegenen sturen

informatiehuishouding

FTO

tactiek

CIE - RID

on

derzoek

Figuur 3.3a

Op meerdere niveaus kan er gekeken worden naar die informatie. Gaat het alleen om een vertaalslag te maken naar het specifieke onderzoek, of zijn er patronen uit die informatie te halen? Het kan duiden op verschillende fysieke of virtuele stromen, zoals een goederenstroom, financiële transacties (fysiek en giraal), ontmoetingsplaatsen van mensen, telecommunicatie, vaar-,vlieg- en wegvervoerroutes, etc. Deze benadering wordt vooral interessant als daar knooppunten in te ontdekken zijn. Dat zijn de ‘nodes’ uit de nodale oriëntatie16. Daar waar sleutelspelers in de criminaliteit elkaar fysiek of virtueel ontmoeten, waar zij hun financiën regelen en zij hun criminele bedrijfsproces hebben.

Het informatieproces verloopt in de regel niet lineair (Blonk17 2004) maar grillig en meestal cyclisch, waarbij de start van het proces een vraag is. Die vraag wordt gevoed met data op basis van een informatieplan. Data vormen zich tot informatie.

16 Politie in Ontwikkeling (PiO) 2005 RHC

17 Link in veiligheidszorg – Blonk 2004

Page 16: Scenariomapping en igp

28 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 29

Analyse van die informatie levert intelligence op en uiteindelijk is het ultieme doel dat we het weten. Dat wil dan overigens nog niet zeggen dat het ook juridisch bewijsbaar is. Doorlopend de informatie herschikken, opnieuw wegen en projecteren binnen de veranderende context. Dit vraagt tevens om de toepassing van het cyclische model van Deming, de Deming-circle, van de vier fasen Plan-Do-Check-Act/Adept (PDCA). Permanent deze fasen doornemen via de Daily Build Up methode (zie 2.1) tijdens de beschouwing van alle scenario’s dwingt tot zorgvuldige weging van de beschikbare informatie, zowel de plus- als de min-informatie (zie 3.4 communicatie).

vraag/idee

test

denkproces

analyse

weten

intelligence

hypothese

data

Figuur 3.3b

Dit informatieproces, waarbij doorgaans meerdere scenario’s parallel lopen, zal zich moeten ontwikkelen tot daadwerkelijke onderzoekslijnen, waarbij tevens een volgordelijkheid moet worden aangegeven. Je kunt niet alle scenario’s tegelijkertijd onderzoeken. Met andere woorden: de informatie-inwinning wordt ook op basis van prioriteiten gestuurd. De informatie, bijvoorbeeld getuigenverklaringen, kan weliswaar meerdere scenario’s tegelijkertijd bedienen, maar niet alle scenario’s hebben gelijke onderzoeksprioriteit.

Prioriteiten stellen tussen scenario’s en keuzes 3.3.1. onderzoekslijnen

Bovendien valt over de prioritering van scenario’s iets te zeggen op basis van statistiek, dus ‘harde’ cijfers. Circa 35%18 van de opgeloste levensdelicten wordt gepleegd door daders binnen de familiesfeer. Dat cijfer bestaat uit partnerdoding, kinderdoding, ouderdoding en overige moorden in de familie (Nieuwbeerta & Leistra). Daarnaast worden moorden gepleegd binnen de inner circle van het slachtoffer. Dat kan tussen vrienden en bekenden en binnen zakelijke contacten (al dan niet crimineel) zijn. Het totaal van moorden in de familiesfeer, vriendenkring en zakelijke contacten zal ongeveer 60% van alle moorden bedragen. Het is dus algemeen gebruik en op basis van statistiek te beargumenteren om eerst een relatieonderzoek uit te voeren na een levensdelict. Vervolgens moeten keuzes tussen scenario’s gemaakt worden door de onderzoekslijnen van een prioriteit te voorzien. In die zin wordt deze methode als het ware een wegingsinstrument.

18 Dodelijk geweld, Moord en Doodslag in Nederland – Nieuwbeerta en Leistra (2007)

De waardering van de informatie, en dus de scenario’s, is niet het plaatsen van plussen en minnen bij die brokken informatie, alles aan het einde optellen en je bent klaar. Deze waardering is geen wiskundige formule, maar past beter in de ‘gezond-boeren-verstand-benadering’ en gebeurt vaak op onderbuikgevoel (Dijksterhuis 2007).

De Poot et al. vermelden hierover: “er is geen model denkbaar dat in alle situaties en bij de opsporing van misdrijven de juiste keuze vormt. Er bestaat geen altijd toepasbaar model voor het rechercheproces. Het recherchemanagement en de rechercheurs doen er goed aan zo optimaal mogelijk aan te sluiten bij de bijzondere en plaatselijke omstandigheden.”19

Ook handig bij de waardering van de informatie en het feitencomplex is een oude filosofische grondregel: “de eenvoudigste verklaring die bij de feiten past, is gewoonlijk de juiste.”20 Dit geldt ook voor de onder 1.4.1 en 1.4.2 gegeven voorbeelden over de Amercentrale en de stuw bij Borgharen.

Strategievorming3.3.2. De strategie moet antwoord geven op de vraag: hoe gaan we het geformuleerde doel realiseren? Hier gaat het om een beschrijving van de weg die het opsporingsteam wil volgen om het gestelde doel te bereiken en van de manier waarop die weg in de tijd afgelegd wordt: een gefaseerd actieplan (Weggeman 2007). Als we dat meer toespitsen op recherchestrategieën, dan gaan die over de vraag: ‘wat moeten we doen om het onderzoek tot een goed einde te brengen?’ Recherchestrategie wordt omschreven als ‘het inzetten van opsporingsmethoden op zeker moment ten behoeve van een bepaald doel’ (Snijders 2005).

De strategie en de keuzes die daarvoor gemaakt moeten worden zijn gebaseerd op informatie. Informatie wordt veredeld tot intelligence en intelligence is bedoeld om besluiten te nemen (McDowell 1998). Dit permanente cyclische besluitvormingsproces kan ondersteund worden door het visueel maken via Mindmapping van de in onderzoek zijnde hypothesen en scenario’s.

Communicatie3.4. Mindmapping is een visuele methodiek en leent zich voor presentatie door projectie via een beamer. In een vaste kern van een TGO kan op bepaalde momenten het onderzoek, in de vorm van hypothesen, maar vooral scenario’s, met behulp van de projectie van de Mindmaps besproken worden. Dat kan bij aanvang van het onderzoek tijdens brainstormsessies of Group Decision Room (GDR)-sessies. Dit kan gaandeweg het onderzoek op gezette tijden (één of twee maal per dag) structureel en in een vast stramien gebeuren met behulp van de Daily Build Up methode en door toepassing van de Deming-circle. Tevens leent deze vorm zich voor presentaties voor doelgroepen, zoals Openbaar Ministerie, korpsleiding en bestuur. Werken met Mindmap software21 levert onder andere presentatiemogelijkheden op zonder de gebruikelijke Powerpoint-software, maar bovendien laat het zich makkelijk exporteren naar Pdf-formaat of naar teksten in Word of Excel.

19 Bron: Pagina 337 Rechercheportret- De Poot e.a.

20 Bass & Jefferson 20**: 72. Dit principe staat in de filosofie bekend als het ‘scheermes van Ockham’.

21 Zie www.mindmap.pagina.nl

Page 17: Scenariomapping en igp

30 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 31

Vastlegging3.5. Gebruik van deze Mindmap software22 levert ook voordelen op als het gaat om verslaglegging en reconstructie van besluitvormingsprocessen.De gedachtevorming tijdens een brainstormsessie ligt vast. Evenals alle wijzigingen. Tevens kunnen brondocumenten (verklaringen, foto’s, video’s, rapporten, etc.) als bijlagen aan de Mindmap toegevoegd worden of kunnen afzonderlijke Mindmaps achter een basismap gevoegd worden.

Bedrijfsvoering3.6. Door gebruik te maken van deze software is het mogelijk om via coderingen later op codes te selecteren. Dat kan selectie zijn op grond van prioriteiten, maar ook door diverse (bijvoorbeeld financiële) onderzoekslijnen aan te vullen met symbolen. Daarnaast kan er taakinformatie worden toegevoegd. Vragen die beantwoord worden zijn: wie verricht een onderzoek? Wanneer begint dat? Wanneer moet het klaar zijn en hoeveel tijd heeft die persoon daarvoor?

Deze vorm van briefing-debriefing (onderdeel van het IGP-concept) kan vergezeld worden van een alarmering om de opdrachtgever te attenderen op de voortgang van een dergelijk project. Eveneens is het mogelijk om de voltooiing van dat project te volgen en te markeren. In onderstaande Mindmap zijn een paar voorbeelden van symbolen gebruikt, waarbij het tevens mogelijk is om op afzonderlijke of combinaties van symbolen te filteren via de software.

22 Mindmanager Pro6

Een voorbeeld van een map met drie (van de veertien) uitgewerkte scenario’s in een moordonderzoek staat hieronder. Aan de rechterkant staan acties gelabeld met een groen dollarteken. Dat zijn actiepunten, lees onderzoekslijnen, voor de financieel rechercheurs in dit onderzoek.

Filtering op die dollartekens levert de volgende lijst op:

Wat nog doen opbasis van 3 (van de

14) scenario's

ACCENTEN RELATIONELE ASPECTEN FAM. K.FINANCIËLE ASPECTEN

wat nog weten?

financiële transacties A --> China money transfers

underground banking

financiële trajecten zijn niet 100% integer initiatief ligt bij A en G. cs

onderzoeken van locaties, m.n. degeprioriteerde locaties

hoe worden onderdelen van accordonsvanuit China vervoerd?

wat zegt de bedrijfsadm. over de zakelijkecontacten richting Italië cq China

telecom

reisgedraginternet

wat nog weten?

hoe heftig die ruzie tussen G&A

testamenthypotheekacties ivmbegunstigingsbepalingen

onderzoek naar speelautomaten BV's (meervouden) G&A 17 automatenfinanciële stromen richting K.I?

hoe loopt die exploitatie

verzekeringen nalopen

geldstromen, uitgavenpatroon,boekhouding

wat nog meerweten?

was dat bedrijf van N. destijdslevensvatbaar? of meer hobby?

relaties in beeld brengen diverse verhoudingen (broers, zussen etc..)past het in het plaatje

past deze handeling in het profiel van K; daderprofiel?

Let op onderscheidVERLEDEN - HEDEN -TOEKOMST

Callout

wat weten?

rol RJ en LMverhoudingen Fam. K. goed in beeld brengen

oorzaak van de ontwrichting van die familie K.onderzoek naar teksten dreigingen

wat nog weten?

wapen onderzoeken vanuit gebruik, aankoop etc..

soort wapen i.r.t. mileu

vergunning bij VF's

illegale handelaard en omvang

mogelijkheden om aan wapen te komenmunitie leidt tot zekerheid t.a.v. wapen

past manier van aanslag in bepaald milieuook bij deze Turkengeboren in Turkije

in openbaarheid plegen, ic bij school

actiedeskundigheid raadplegenMEP

LDM

dossieronderzoek zaak P. van I.op detailniveau

daadwerkelijke verblijfplaatsen van deVE's op moment moord

wat nogweten

jas verder uitrechercheren

matches onderzoekenscooterfamilies

nog wetenbedreigingen moeten onderzocht worden

Symbolen t.b.v.bedrijfsvoering

prioriteit

stand van zaken rond taak

start

25% klaar

klaar

selectie/filtering op symbool mogelijk

signaleringen

selectie/filtering op symbool mogelijk

alarmering

icoontjes

selectie/filtering op symbool mogelijk

Moord Meerkamp;deelprojecten

buurtonderzoek

rivierenwijk11-7 : 13-710 hour(s)R: EW, HH, PP, RD

vogelbuurt11-7 : 13-74 hour(s)R: MD, HB, AK

onderzoek camerabeelden

Texaco tankstation

veiligstellen___ : 12-72 hour(s)R: pl

uitkijken___ : 16-78 hour(s)

Casino

veiligstellen___ : 12-72 hour(s)

uitkijken6 hour(s)

herkomstonderzoeken

ajax-shawl___ : 18-710 hour(s)R: KL, JL, LG

sporttas6 hour(s)R: LG, RT

jachtmes___ : 15-79 hour(s)R: TD, LD

Page 18: Scenariomapping en igp

32 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 33

Dit financiële plaatje kan vervolgens naar een Word-bestand geëxporteerd worden door middel van de functie powerfilter in de software en dat levert een topiclijst op.

Schiedammer Parkmoord en 4. verhoogde aandacht informatiesturing

Het werken met en denken in hypothesen en scenario’s is inmiddels redelijk ingeburgerd binnen de opsporing van ernstige delicten, dus binnen Teams Grootschalige Opsporing (TGO), al is er nog steeds de nodige verwarring over wat een ‘hypothese’ en wat een ‘scenario’ is. Het feit dat deze mindset er is, is positief en mede te danken aan incidenten zoals de ‘Schiedammer Parkmoord’ en de daaruit voortgekomen evaluatie van de Commissie Posthumus, het Programma Versterking Opsporing en Vervolging (PVOV) en publicaties van o.a. Bollen (2006) en Rassin (2007) over het fenomeen van tunnelvisie in de opsporing. Er is inmiddels veel informatie over wat tunnelvisie is, maar over hoe dat is te voorkomen of te reduceren is nog niet veel bekend. Ook Bollen en Rassin gaan niet diepgaand in op deze ‘hoe-vraag’. In de voorgaande paragrafen is wel ingegaan op de ‘hoe-vraag’ in de vorm van de synergie die het werken met Mindmapping in combinatie met hypothesevorming en scenariodenken oplevert.

Uit het PVOV is het fenomeen van Tegenspraak23 bij ernstige delicten voortgekomen; een middel om via één of meerdere (buiten het opsporingsteam geplaatste) tegensprekers het opsporingsproces kritisch te volgen. Dit levert een hogere mate van bewustwording op bij de leiding van een opsporingsteam omdat zij weten en voelen dat ze kritisch gevolgd worden bij al hun handelingen en beslissingen.Ook voor het uitvoeren van tegenspraak is de systematiek van het werken met hypothesen en scenario’s in combinatie met Mindmapping een bruikbaar instrument voor de tegenspreker(s).

23 Term voor het eerst gebruikt in evaluatieonderzoek 1996-1999 ‘Post Fort’ door H. v/d Bunt, C. Fijnaut & H. Nelen (2001)

Wat nog doen opbasis van 3 (van de

14) scenario's

wat nog weten

financiële transacties A --> China money transfersunderground banking

financiële trajecten zijn niet 100% integer initiatief ligt bij A en G. cs

wat zegt de bedrijfadm. over de zakelijkecontacten richting Italië cq China

telecomreisgedraginternet

wat nog weten

testamenthypotheekacties ivmbegunstigingsbepalingen

onderzoek naar speelautomaten BV's (meervouden) G&A 17 automaten

financiële stromen richting K.I?

hoe loopt die exploitatie

verzekeringen nalopengeldstromen, uitgavenpatroon,boekhouding

Page 19: Scenariomapping en igp

34 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 35

Voorspellende scenario’s: 5. een toekomstscenario

Buiten de context van hypothesevorming en scenariodenken in TGO’s vallen de voorspellende scenario’s. Bij dergelijke scenariostudies gaat het niet zozeer om het voorspellen van één toekomst, doch om het schetsen van mogelijke toekomsten. Interessant als het gaat om wat er in de toekomst zou kunnen plaatsvinden. Onderstaande passage is ontleend aan Wikipedia en beschrijft het scenariodenken vanuit de voorspellende invalshoek.

Scenariodenken is het ontwikkelen, vergelijken en anticiperen op mogelijke toekomstscenario’s. De vader van het scenariodenken is Herman Kahn. In de jaren vijftig van de vorige eeuw was Kahn werkzaam bij de RAND Corporation, een militair-strategische denktank voor de strijdkrachten van de Verenigde Staten. Kahn ontwikkelde daar ‘future-now thinking’ als techniek om de actie-reactie-patronen bloot te leggen die tot een kernoorlog tussen de (toenmalige) Sovjet-Unie en de Verenigde Staten zouden kunnen leiden. In 1960 verscheen “On Thermonuclear War”. Kahn schetste daarin hoe een klein conflict tussen de supermachten een kernoorlog en mondiale vernietiging zou kunnen escaleren. Kahn’s toekomstbeelden van honderden miljoenen doden werden als voorspellingen opgevat en wekten afschuw en ongeloof op. Daarom benadrukte Kahn dat zijn beschrijvingen geen voorspellingen maar scenario’s waren. ‘They are only scenario’s, intended to be used as thinking tools, nothing more.’In 1967 publiceerde Kahn het toekomstonderzoek The Year 2000 waarin hij een in vele opzichten bijzonder nauwkeurig beeld schetst van de wereld die wij nu kennen. Hij voorspelt bijvoorbeeld het gebruik van computers voor alle zakelijke en financiële informatievoorziening, gelduitgifte, weersvoorspellingen, misdaadbestrijding. Kahn voorziet al in 1967 dat het gebruik van de personal computer wijdverbreider en makkelijker zal zijn dan ‘bridgen of autorijden’. In dit toekomstonderzoek maakt Kahn gebruik van scenario’s. Een scenario is een hypothetische reeks gebeurtenissen die de aandacht vestigen op causale relaties en beslissingsmomenten. Ze geven antwoord op de vraag hoe een hypothetische situatie stap voor stap kan ontstaan en op de vraag welke interventiemogelijkheden er zijn om de ontwikkelingen te verhinderen, om te buigen of juist te vergemakkelijken. Op deze wijze konden toekomstscenario’s ingezet worden voor overheidsplanning of besluitvorming in het bedrijfsleven op de lange termijn.

In Frankrijk ontwikkelden het Centre d’Etudes Prospectives en de Groupe Futuribles in de jaren vijftig en zestig scenario’s van een heel ander type. Deze scenario’s waren bedoeld als ‘wetenschappelijke utopia’s’ die als blauwdruk voor de maatschappelijke ontwikkeling van Frankrijk moesten dienen. Toekomstonderzoekers gaven zo de normatieve richting aan voor politici en beleidsmakers.Scenariodenken werd beroemd bij het grote publiek door het rapport ´Grenzen aan de Groei´ uit 1972 van de Club van Rome. Met modelberekeningen en computersimulaties werden scenario’s ontwikkeld die de lange termijn effecten van bevolkingsgroei, industrialisatie en milieuschade in kaart brachten. De conclusie van de Club van Rome was dat de mensheid snel moest ingrijpen om een catastrofe te voorkomen. Het grote publiek vatte de scenario’s echter op als onontkoombare voorspellingen. Er ontstond een heftig debat waarin vooral de computers en het rekenmodel het moesten ontgelden. De schok die de scenario’s teweeg brachten zorgde voor milieubewustzijn en inzicht in de consequenties van milieuverontreiniging op de lange termijn.In de jaren zeventig veroorzaakte Shell een radicale breuk met het scenariodenken van de jaren vijftig en zestig. Directeur van de Planning Group, Fransman Pierre Wack, stelde dat de oude planningsystemen van Shell waren ontwikkeld voor een stabiele, vertrouwde wereld waar alles ‘meer van hetzelfde was’. Als de toekomst niet langer stabiel of zeker is, is iedere poging om die ene juiste voorspelling te doen, gedoemd te mislukken. Scenario’s moesten niet de zekerheden opzoeken, maar zich richten op de onzekerheden en deze structuren.

Page 20: Scenariomapping en igp

36 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 37

Bij het ontwikkelen van scenario’s over de toekomst van de olie-industrie tot 2000 maakte Wack een onderscheid tussen voorspelbare en onzekere factoren. Het team van Pierre Wack ontdekte tijdens de scenario-ontwikkeling dat scenario’s geen simpele optelsommen mogen zijn van overduidelijke onzekerheden. Ook de fundamentele belangen van de belangrijkste spelers en hun handelingsmogelijkheden moesten worden opgenomen in de scenario’s. Zo konden de scenario’s een basis vormen voor strategische actie.

Een andere belangrijke les voor het team van Wack was dat de scenario’s alleen invloed hadden op het management van Shell, als ze aansloten bij het referentiekader van de managers. Voor managers is het vaak moeilijk om hun beeld van de werkelijkheid te veranderen. Peter Drucker stelt in dit verband: ‘the greatest danger in times of turbulence is not the turbulence; it is to act with yesterday’s logic.’ De scenario’s moesten er toe leiden dat de managers bereid waren hun eigen beeld bij te stellen en hun blik te veranderen. Zo kunnen managers van hun eenzijdige kijk op de wereld afkomen en zich een scherper beeld van de werkelijkheid en de toekomst vormen. Door in de scenario’s aan te sluiten bij het referentiekader van de managers, werd het management betrokken bij de ontwikkeling.In 1973 werd een scenario van Wack werkelijkheid door de oliecrisis. Terwijl andere oliemaatschappijen werden verrast door de ontwikkelingen, was Shell voorbereid op wat komen kon. De economische winst van een goede voorbereiding liep zelfs in de miljarden. Een nieuwe manier van planning die niet was gericht op planning and control, maar was gebaseerd op een grondige analyse van onzekerheden, leek doorgebroken. Door het succes van de Shell-scenario’s kreeg de scenariomethode veel navolging. Maar men dacht dat Shell met zijn scenario’s de oliecrisis had ‘voorspeld’. Door een gebrekkige toepassing van de scenariomethode vanuit een control and predict uitgangspunt, nam het gebruik van scenario’s weer even snel af als het was opgekomen.

In de jaren negentig kent het scenariodenken een nieuwe bloeiperiode. Scenario’s worden voor velen het ultieme postmoderne instrument om over de toekomst te praten. Niet de waarheid en de juistheid van de feiten staan centraal, maar het communicatieproces en de dialoog tussen mensen. Doel van toekomstverhalen is het tot stand brengen van goede onderlinge communicatie en het expliciet maken van de onderliggende denkbeelden over de toekomst. Vanaf de jaren negentig ontstaan twee nieuwe, verschillende visies op denken over de toekomst.In de ene visie zijn scenario’s uiteindelijk bedoeld om de toekomst beter te kunnen voorspellen. De grote onzekerheden die door nader onderzoek niet gereduceerd kunnen worden, kunnen volgens deze visie met kansberekeningen worden becijferd. Deze methodiek gaat uit van een maakbare samenleving. Scenario’s bieden managers en besluitvormers optimale antwoorden op strategische problemen.In de andere visie gaat het bij scenario’s niet om het vinden van het juiste antwoord. Er worden verschillende mogelijke toekomstbeelden geschetst om percepties te veranderen en de geest te scherpen. Rationele analyse kan leiden tot business-as-usual beslissingen. In situaties van grote complexiteit vereisen de juiste strategische keuzes ook intuïtie en creativiteit. In deze scenariovisie wordt gebruik gemaakt van een combinatie van twee methodes: analytische technieken zoals modellen en risk assessments en participatieve technieken zoals strategiediscussies en focus groups.Steeds meer mensen beseffen dat de toekomst van maatschappelijke problemen zeer complex is. De interactie van verschillende dimensies en processen lijkt vaak tot discontinuïteit te leiden. Tegenwoordig worden scenario’s daarom voor allerlei doeleinden en in verschillende contexten gebruikt, van kleine bedrijven en non-profit organisaties tot gemeentes, provincies en ministeries, multinationals als Shell, KPN en internationale organisaties als de Wereldbank.

De nieuwste generatie toekomstonderzoekers richt zich niet alleen op zekere onzekerheden, maar ook op onverwachte ontwikkelingen, verrassingen, risico’s, wild cards of early warning: zwakke signalen in de maatschappij die pas herkend worden als ze al in werking zijn getreden. De aanslagen op 11 september 2001 en de SARS-uitbraak zijn twee gebeurtenissen die in deze nieuwe eeuw symbool staan voor een nieuw gevoel van kwetsbaarheid en discontinuïteit. Sommige auteurs stellen dat deze discontinuïteit kenmerkend is voor deze tijd, anderen bepleiten dat onverwachte ontwikkelingen altijd al hebben plaatsgevonden. Hoewel analyses van complexe ontwikkelingen in de maatschappij het publieke debat inmiddels hebben bereikt, zijn toepassingen in de strategische beleidsvorming nog relatief nieuw.Terwijl managers meer en meer bekend raken met het scenariodenken, is het tegen de natuur van beleidsmakers en politici in om na te denken over gebeurtenissen die misschien helemaal nooit zullen plaatsvinden. Discontinuïteit bestaat uit gebeurtenissen die abrupt (rampen) of geleidelijk (processen) plaatsvinden, met voorziene of onduidelijke en onvoorziene gevolgen. Het benadrukken van discontinuïteit heeft tot gevolg dat mensen het gevoel hebben dat ze in drijfzand vastzitten en dat sommige deskundigen weer de zekerheid opzoeken. Er zijn vooraanstaande experts die pleiten voor het kritisch toepassen van wetenschappelijke methoden. Het geloof in de voorspelbaarheid van de samenleving is onder deze toekomstonderzoekers weer nadrukkelijk aanwezig.Een andere reactie van deskundigen is om te benadrukken dat veel ‘onverwachte’ ontwikkelingen terug te plaatsen zijn in patronen. Peter Schwartz richt zich in zijn boek Inevitable Surprises (2003) op gebeurtenissen die voor veel mensen als verrassing worden ervaren, maar vanuit maatschappelijke patronen wel degelijk te voorspellen en zelfs logisch zijn. 24

Metafoor van de bergbeklimmer5.1. De werking van het scenariodenken is het best uit te leggen aan de hand van de manier waarop een bergbeklimmingsexpeditie georganiseerd word. Bij de start van de expeditie wordt een aantal mogelijke routes naar de top globaal uitgestippeld (scenario’s) en op welke wijze dat moet gebeuren (de strategie). Op de route wordt een aantal basiskampen ingericht (plateaus) waar iedereen kan hergroeperen en uitrusten voordat de tocht naar een volgend kamp wordt voortgezet. Als alle klimmers op het basiskamp gearriveerd zijn wordt de balans opgemaakt. Wie gaat er verder en welk volgend deel van de route volgen we? Het voordeel van dit voorspellende- of toekomstscenario is dat je weer terug kunt.

Nu gaat het om een TGO. Dan bevind je je in de situatie dat je met je complete uitrusting op de bergtop wordt afgezet en zie maar dat je weer heelhuids en met je hele team beneden komt, weer terug in het ‘basiskamp’. De weg naar boven moet als het ware gereconstrueerd worden. Ook hier kun je terug, maar dat is weer die bergtop en met de ijle lucht is het geen pretje om dan ‘lange adem’ te moeten hebben. Als er dan tevens sprake is van externe druk vanuit de politiek, de gemeenschap of korpsleiding, dan wordt het een lastige afdaling.

24 Scenariodenken. (2007, februari 20). Wikipedia, de vrije encyclopedie. Opgehaald 14:38, februari 21, 2007 van http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Scenariodenken&oldid=7036291.

Page 21: Scenariomapping en igp

38 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk 39

Geraadpleegde literatuur:

• Baarda,D.B.,DeGoede,M.P.M.,&Teunissen,J.(2005).Basisboekkwalitatief onderzoek 2e druk. Groningen: Noordhoff uitgevers.

• Baarda,D.B.&DeGoede,M.P.M.(2006).BasisboekMethodenenTechnieken. Groningen: Noordhoff uitgevers

• Blonk,Gerard(2004).Delinkinveiligheidszorg(2e druk). ’s Gravenhage: Elsevier Overheid

• Bollen,Maarten(2006).Tunnelvisiealsbedrijfsrisico.AlphenaandenRijn:Kluwer• Broeders,A.P.A.(Ton)(2003).Opzoeknaardebron.Deventer:Kluwer• Buzan,Tony(1974).Gebruikjeverstand(9edruk2007).Baarn:DeFonteinBV• Buzan,Tony(1995),Gebruikjegeheugen(9edruk2007).’sGravenhage:SDU• Buzan,Tony&Buzan,Barry(2007).Mindmappen,vooreenbetergeheugenen

creatiever denken. Amsterdam: Pearson Education Benelux• Dijksterhuis,Ap(2007).Hetslimmeonbewuste,denkenmetgevoel.Amsterdam:

Bert Bakker• Dror,Itiel(2008).BiasedBrains.PoliceReview,p21-23,juni2008• Khalsa,Sundri(2004).ForecastingTerrorism,indicatorsandprovenanalytic

techniques. Lanham Maryland: The Scarecrow Press Inc.• Lommel,Pim(2007).EindeloosBewustzijn.Kampen:UitgeverijTenhave• McDowell,Don(2006).StrategicIntelligence,ahandbookforpractitioners,

managers and users. Australia: Istana Enterprises Pty• Minnebo,Paul(2004).Criminaliteitsanalyseverklaard.’sGravenhage:

Elsevier Overheid• Nieuwbeerta,Paul&Leistra,Gerlof(2007).Dodelijkgeweld,moordendoodslag

in Nederland. Amsterdam: Uitgeverij Balans• Poot,deC.Je.a.(2004).Rechercheportret,overdilemma’sindeopsporing.

Alphen aan den Rijn: Kluwer• RaadvanHoofdcommissarissen(2005).Politieinontwikkeling,visieopde

politiefunctie. ’s Gravenhage: NPI• Rassin,Eric(2007).Waaromikaltijdgelijkheb,overtunnelvisie.Schiedam:

Scriptum Psychologie• Snijders,Kirsten(2005).Hoetemmenwehetzevenkoppigemonster?

Afstudeer-scriptie LTM-NPA (eigen beheer)• Timmerman,Harrie(2007).Tegendraads.Amsterdam:RozenbergPublishers.• VanderVurst,Jan(2007).Respectvolbeïnvloeden.Antwerpen:StandaardUitgeverij.• Visscher,Willem(2007).MoordendoodslaginWest-Overijssel,1946-2006

zestig na-oorlogse jaren in kaart. Deventer: Thieme

• Weggeman,Mathieu(2007).Leidinggevenaanprofessionals?Nietdoen!. Schiedam: Scriptum

• Wikipedia,devrijeencyclopedie(2007)

De Mindmaps in dit boekje werden gemaakt met Mindmanager versie Pro 6.

Page 22: Scenariomapping en igp

40 Scenariomapping en Informatiegestuurd Politiewerk

Page 23: Scenariomapping en igp

Oude Apeldoornseweg 41-45 7333 NR ApeldoornPostbus 834 7301 BB Apeldoorn

T (055) 539 20 00F (055) 539 26 25E [email protected]

09-0

08