12

Schamper - zomer 2003

Embed Size (px)

DESCRIPTION

zomer 2003

Citation preview

Voor alle duidelijkheid: het gaat hier omde hoeveelheid generatiestudenten. Datzijn studenten die zich aan de UGent voorde eerste keer inschrijven in de eerstekandidatuur. Vorig jaar waren dat er 4910,zeven meer dan in 2001.

We denken niet dat ze het beseffen, maardeze onschuldige schaapjes zijn on-gewild het slachtoffer van een kleinimagoveldslagje tussen de Vlaamse uni-versiteiten. Het valt op dat de meeste rec-toren graag naar buiten komen met weereen nieuw inschrijvingsrecord. Het ismisschien toeval dat alle Vlaamse univer-siteiten geleid worden door mannen,maar in feite komt het op het volgendeadagium neer: “Wij willen de grootstehebben.” Waarna de buitenwereld zelfmaar de logische conclusie moet trekkendat dat ook inhoudt dat deze of gene uni-versiteit ook de beste - want de popu-lairste - is.

IntegriteitEen treffende illustratie van dit fenomeenwerd geleverd door onze allereigenUGent. In een persbericht op 24 oktober2002 werden alle trompetten bovenge-

haald. De titel luidde: “Eerstejaars kiezenopnieuw massaal voor Gentse univer-siteit.” Op 15 oktober waren er immerswelgeteld zeven generatiestudenten meeringeschreven dan vorig academiejaar!Dat was nog altijd goed voor het hoogsteaantal van Vlaanderen, maar de KULeu-ven haalde er - met Kortrijk bijgerekend -toch ook een 4800. In het persberichtwerd niettemin kwistig gestrooid metwoorden als 'grootste', 'record', 'succes-richtingen' en 'stijgers'. De KULeuvendiende hierbij als sparringpartner in eenstevig rondje vergelijken.

Je zou al gaan vergeten dat sommige fac-ulteiten heel wat inschrijvingen mindertelden. In feite was de kleine Gentse stij-ging volledig te danken aan een drietalfaculteiten. In de opleiding Dierge-neeskunde startten ze vorig jaar met 288,ruim 43 studenten meer dan in 2001. Dieopleiding blijft maar onverantwoordaanzwellen, wellicht onder invloed vanschattige tv-programma's. Decaan Aartde Kruif liet zich in De Standaard ont-vallen dat het spijtig was dat je op tv degeurtjes er niet bijkrijgt, wat al een cor-recter beeld zou geven van het beroep.

Proppen maarNog zo'n uitdeinende faculteit is de Psy-chologie en Pedagogische Wetenschap-pen, met maar liefst 97 studenten meer,wat hen op het mooie cijfer van 741groentjes bracht. Het is te hopen voordeze mensen dat binnen een vijftal jaareen groot deel van de Belgische bevolk-ing het niet meer ziet zitten, of dat erspectaculaire veranderingen in de peda-gogische denkbeelden ontstaan. Laatstegrote stijger was de Faculteit Politieke enSociale Wetenschappen, waar er dertigstudenten meer waren, wat het totaal op361 brengt.

Bleven min of meer stabiel: de faculteitenFarmaceutische Wetenschappen, de bio-ingenieurs, de Economie en de Weten-schappen. De ene daalde zes studenten,de andere won er een paar. Maar spijtiggenoeg waren er een aantal faculteitendie zwaar inleverden, met op kop de Let-teren en Wijsbegeerte. Die blijft de aller-grootste, maar leverde 45 studenten min-

der en bleef steken op 891 studenten.Ook in de Rechten was er een daling van23 studenten tot 703, voor deGeneeskunde waren er 29 inschrijvingenminder en werd er afgeklokt op 529. Degrootste pak voor de broek was er echtervoor de faculteit Toegepaste Wetenschap-pen: maar liefst 58 generatiestudentenminder dan in 2001.

Dan volgt nu een nieuwe les voor mensendie later professioneel persberichten-schrijver willen worden: hoe ga ik om metslecht nieuws? Gewoon van krommenaasgebaren en totaal naast de kwestie naarandere informatie beginnen verwijzen. Zodoen de PR-mensen van de UGent dattoch. Want opeens was daar de KULeu-ven, waar de faculteiten zoveel procentminder studenten tellen. Zo werd deUGent weerom de grootste.Tot zover de opinieverlakkerij van onzeuniversiteit. We durven dergelijke prak-tijken niet echt aanraden aan studentendie hun thesisresultaten eens extra in hetzonnetje willen zetten. Dan pakt dat ietsminder.

OpleidingenWat de opleidingen betreft, waren erenkele opvallende tendensen. Parallelmet de val van de informaticabedrijvencrashten nu ook de opleidingen burgerlijkingenieur en informatica. Binnen dewetenschappen waren het vooral debiologie en de wis- en natuurkunde diehet goed doen. Ook goed nieuws voor deziekteverzekering: eindelijk waren er min-der studenten kine. Andere stijger met stip binnen de faculteit geneeskunde wasde opleiding lichamelijke opvoeding. Ietsrampzaliger was het gesteld met de oplei-ding tandarts. Er waren nog amper der-tien geïnteresseerden opgedaagd, ietswat op een unieke manier het enorme nuten de overweldigende relevantie van eentoelatingsproef illustreert.

Binnen de Letteren en Wijsbegeerte ver-loren vooral de kunstwetenschappen enarcheologie terrein. Eindigen doen wemet de minst populaire richting van dehele universiteit, die niettemin status quoblijft, met name de medisch-socialewetenschappen. Vorig academiejaar was,net als het jaar daarvoor, welgeteld éénstudent in deze richting geïnteresseerd.Misschien moeten de inrichters van dezeopleiding eens in de psychologie gaanvertellen wat hun geheim is.

In oktober van elk academiejaar stijgt het “Tien om te zien”-gehalte aan de Vlaamse universiteiten. Dan valt het doek over de

inschrijvingen van de nieuwbakken studenten in de eerste kandi-datuur, en wordt de balans opgemaakt van de stijgers en dalers.Schamper zoekt in ware “Hoger, Lager”-stijl uit welke opleidingenvorig jaar populair waren of afgedaan hebben.

2

Over toppers en floppers

Tom De Paepe

De vorige inschrijvingscijfers

3

SCHMPR ZKT STDNTSchamper is het kritische en onafhankelijke

studentenblad van de Universteit Gent. DeRedactie bestaat uit vrijwilligers en komt

elke dinsdag samen om 19u op het volgendeadres:

Schamperredactie Studentenhuis De Brug

St-Pietersnieuwstraat 459000 Gent

09/[email protected]

Rek.nr.: 890-0144049-35

Lezersbrieven zijn welkom, liefst op dis-kette. Naamloos is prullenmand. Vermeldook studierichting, jaar en contactadres.

Op grondig gemotiveerd verzoek latenwij uw naam weg. Lezersbrieven dienenbetrekking te hebben op de studenten-

problematiek en de RUG in het algemeenof artikels in Schamper in het bijzonder.De redactie behoudt het recht voor om

ingezonden stukken verkort weer tegeven, of om technische reden niet te

plaatsen.

Oplage:6000 exemplaren op gerecycleerd papier,

gratis voor alle nieuw ingeschreven studen-ten van de Universiteit Gent

Verantwoordelijke uitgever:Rien Emmery

St-Pietersnieuwstraat 45, 9000 GentDrukkerij:

Druk in de Weer c.v. Forelstraat 35

9000 Gent

Redactie:Hoofdredacteur

Rien EmmeryCoördinator

Ilka De BisschopEindredactie

Rien Emmery, Tim F. Van der MensbruggheRedactie

Evelien “Isabelle Durant” Baeten, Ellen “Inge Vervotte” Bernaers, Gert

“Erwin Pairon” Boel, Bruno “Yves Leterme”Claeys, Ilka “Vera Dua” De Bisschop,

Tom “Pieter De Crem” De Paepe, Frederik “Geert Bourgeois” De Swaef, Stefa-

nie “Magda Aelvoet” Deman, Stefaan “De Clerck” Duc, Rien “Renaat

Landuyt” Emmery, Pieter “Vincent Van Quic-kenborne” Everaerts, Annelies “Anke Van

dermeersch” Jeannin, Karel “Geert” Lam-bert, Pieter “Tony Van Parys” Loncke,

Christophe “Elio di Rupo” Ramont, Stijn “Pierre Chevalier” Segers, Jef “Paul

Van Keer” Van Baelen, Joost “Leona Detiè-ge” Vandenbroele, Tim “Karel De Gucht”

Van der Mensbrugghe, Dries “Bert Anciaux”Vrijders, Jan “Hugo Coveliers” Vermeulen

VormgevingPapieren versie: Jan Vermeulen,

Rien Emmery, Tim F. Van der MensbruggheInternet versie: StijN Segers,

Cover: Tim F. Van der MensbruggheCartoons

Valère, BrunoFoto’s

Evelien Baeten, Tim F. Van der MensbruggheSchamper op internet

www.schamper.ugent.be

CC oo ll oo ff oo nn

Dus je hebt je ingeschreven aan de Universiteit Gent. Fijn zo. En helemaalniet slecht bekeken: deze universiteit is - laten we daar eerlijk in zijn - overhet algemeen een sieraad aan de roestige kroon der academische wereld.

En toch zijn er enkele dingetjes die je moet weten over de UGent. Belangrijkedingetjes. Dingetjes die je niet zal te weten komen na het doornemen van dezonnige brochures in dit welkomstpakket. Zo moet je weten dat rector Andre-as de Leenheer - in uw verbeelding vast een kloeke patser van viking-achtigpostuur - in feite niets meer is dan een kalend ukkie van anderhalve schophoog. Zo moet je weten dat verschillende universitaire gebouwen, niet in hetminst het studentenhuis de Brug, onvervalste bouwvallen zijn die al jaren dewetten der zwaartekracht tarten. Zo moet je weten dat - ondanks de werven-de praatjes van de glimmende preses - je die lidkaart van uw facultaire kringeigenlijk helemáál niet nodig hebt.

Doch wáár zal ik al deze dingetjes te weten komen, hoor ik je daar vertwijfelduitroepen - onderwijl in jezelf een Noord-Koreaans aandoend rouwtafereel deharen bij plukken uit het hoofd snokkend? Eén bron, rakkers: Schamper. Ja,enkel en alleen Schamper, het officiële studentenblad van de UniversiteitGent, zal je daarover inlichten. Een voorsmaakje krijg je alvast in deze speci-ale en ingekorte zomereditie, met een bloemlezing van artikels uit het vorigeacademiejaar.

Er is echter een klein probleempje. Elk jaar halen enkele van onze redactiele-den het namelijk in hun malle hoofd om af te studeren. De gekkerds. En dushebben wij mensen nodig om hen te vervangen. Mensen die artikels willenschrijven. Mensen die foto’s kunnen trekken. Mensen die zich op MissionImpossible-achtige wijze toegang kunnen verschaffen tot de vergaderingenvan de Universitaire Raad van Bestuur, om allerlei top secret informatie tevergaren. Mensen die Schamper zodanig goed kunnen lay-outen dat deopmaakploeg van de Weekend Knack wit om de neus wegtrekt. Kortom:mensen zoals jullie.

Maar pas je dan wel in het Schamper-profiel? Als je momenteel “Steek jeprofiel in je reet, klepzeikerd!” denkt, wel, dan ben je alvast op de goede weg.Schamper zoekt namelijk geen mensen met vier Pulitzers op hun schouw,maar verse, gedreven non-conformisten met een eigen mening, een kritischoog en dito pen. Ervaring? Onnodig. Talent? Louter dénken dat je er hebtwas voor ons alvast voldoende, dus waarom zou het dat voor jullie ook nietzijn? In elk geval: als je tijdens je studies wil kennismaken met alle aspectenvan de geschreven pers, ben je bij ons aan het juiste adres.

Voel ook jij de Siegfried Bracke in je wakker worden? Geef hem dan snel eentrap onder zijn schijter en rep je als de wiedeweerga naar studentenhuis deBrug, dat architectonische hoogstandje in de Sint-Pietersnieuwstraat. Binnen-stappen, daarna meteen rechtsaf, waarna je links onder de trap de beruchteSchamperkelder induikt. Volg gewoon die moeilijk definieerbare odeur vanredacteurszweet, drukinkt en volle asbakken. Vanaf eind september, elkedinsdagavond. Of mail ons eens op schamper@student. ugent.be. We zullenje in de armen sluiten en nooit meer loslaten. Per slot van rekening: waarhebben we die wolfsklemmen anders voor?

Rien Emmery

4

Dirk Frimout, die als eerste Belg in 1992de ruimte inging, volgde zijn studie bur-gerlijk elektrotechnisch ingenieur aan deUniversiteit Gent. Hij doctoreerde hier ookin de natuurkunde, kreeg in 1992 een eredoctoraat en enkele jaren geledenwerd hij aan onze onderwijsinstellingzelfs gastprofessor in het vakgebied vande elektronica en informatiesystemen.Frank De Winne, die onlangs Frimoutsvoorbeeld volgde en het rijk der hemelendeze herfst betrad, vindt dan weer zijnroots in het knusse Ledeberg, een deel-gemeente van Gent. De ruimte verkenddoor twee halve Gentenaars?

SCHAMPER: Mijnheer De Winne, netvoor uw opstijgen verongelukte eenonbemande Sojoez-capsule. Boezem-de die wetenschap u bij het vertrekgeen extra angst in?De Winne: “Natuurlijk is er een risico aanruimtereizen. Maar toch geven die voor-beelden een verkeerd beeld. Er zijnimmers totaal verschillende veiligheids-procedures voor bemande en onbe-mande vluchten. Die van de bemandezijn uiteraard veel strikter. Een voorbeeld-je: raketten voor onbemande vluchtenworden in shiften gemaakt, met dag- ennachtploegen. Aan ruimteschepen voorbemande ruimtevaart wordt daarentegenalleen overdag gewerkt. Studies hebbenimmers aangetoond dat dagploegen min-der fouten maken dan nachtploegen.”

SCHAMPER: Jullie hanteerden ookbeiden een verschillende aanpak van

ruimtereizen. Waarin verschilt deAmerikaanse benadering nu zoal vande Russische?Frimout: “Eigenlijk zijn de verschillentussen de twee een beetje overroepen.Uiteindelijk moet je dezelfde stof kennen.Een verschil tussen de twee is wel dat jebij de Amerikanen zelf moet bepalen wanneer je de stof kent, terwijl je bij deRussen een examen moet afleggen.Maar eigenlijk maakt dit niet zo veel ver-schil uit, er is toch niemand zo gek dat hijgaat verklaren dat hij de stof kent als datniet het geval is.”De Winne: “Eigenlijk was die test zo ergnog niet. We kregen immers allemaal eeninstructor toegewezen, die je twee dagenvoor de definitieve test een proefexamengaf. Had je daar te veel fouten op, dankreeg je eerst nog enkele intensieve extralessen. Ik ken niemand die ooit gebuisd isop het examen. Het enige vervelendewas dat wij alles in het Russisch moestenafleggen.”

SCHAMPER: Hoe zit het nu preciesmet geuren in de ruimte? Jullie levendaar met verschillende mensen op eenpetieterige ruimte. Gaat het daar nietontzettend stinken?Frimout:: “Ten eerste zijn er natuurlijk deluidruchtige afzuiginstallaties. Die krijgenwel niet alle stank weg, maar toch, hetverbetert de situatie al. Ten tweede merkje dat ‘aroma’ eigenlijk niet zo erg doordatje er dag en nacht in leeft en het wal-gelijke aspect ervan slechts heel gelei-delijk opbouwt. Over die odeur kreeg ik

voor mijn reis van een collega eenwaarheid als een koe voorgeschoteld, dieik met u wil delen. ‘Je merkt pas welkewalgelijke walm in het ruimteveer hangt,als je het gezicht bekijkt van de eerstepersoon die de capsule betreedt na delanding’.”

SCHAMPER: Hoe lang droomden jullieal van een carrière als astronaut? Wis-ten jullie dat al als tiener of is dat pasdoor de jaren heen gegroeid?De Winne: “Eigenlijk wist ik dat al ont-zettend lang, sinds ik de lancering van deSpace Shuttle zag. Ik was toen slechts 20jaar oud en studeerde nog. Van toen af isdie droom in mij blijven groeien totdat hijdit jaar eindelijk werkelijkheid werd.”Frimout: “Bij mij was dat veel later. Ik heber als student nooit aan gedacht omastronaut te worden. Dat interesseerdemij niet. Ik heb gewoon het geluk gehaddat ik direct na mijn studies in een bedrijfbegon waar men raketmotoren bouwde.Pas toen men erover begon te sprekenom wetenschappers de ruimte in testuren, werd ik geïnteresseerd.”

SCHAMPER: Welke opleiding zoudenjullie aanraden voor al de jongeren diein jullie voetsporen willen treden? Er isbijvoorbeeld sinds kort ook een richt-ing Burgerlijk Ingenieur - Lucht- enRuimtevaart.Frimout: “Volgens mij heeft die richtingeigenlijk niet zo veel zin voor mensen diede ambitie koesteren om ooit ruimte-vaarder te worden. Die richting is meergericht op de technici die de motoren voor de ruimteschepen moeten ontwikke-len. De would-be-ruimtereizigers raad ikaan zuivere wetenschappen te volgen,zoals bijvoorbeeld fysica.”De Winne: “Volgens mij maken de stu-dies op zich nog niet zo bijster veel uit. Zois Dirk een elektrotechnisch ingenieur enikzelf ben gespecialiseerd in telecommu-nicatie. Natuurlijk moet je wel eendegelijke wetenschappelijke basishebben, maar daar stopt het dan ook.Voor de rest is het vooral belangrijk wat jemet je leven doet na je studies. Als jedirect in het management van een bedrijfstapt, zal je bijvoorbeeld nooit meer astronaut worden. Kom je in funda-menteel onderzoek terecht of word jepiloot, dan houd je je kansen wel gaaf.”

Twee Belgen, één droom, één verbluffende bestemming. Kolo-nel Frank De Winne en professor Dirk Frimout mochten beiden

onze atmosfeer verlaten. Schamper bracht hen hier op aardesamen voor een kosmische babbel.

De Winne en Frimout in hogere sferen

Vlaamse ruimtepioniers geven zich bloot

Pieter Everaerts

5

De verplaatsing van en naar de diversecampussen verloopt niet altijd evenvlekkeloos en efficiënt. Aan de UGent zijner ongeveer 26000 studenten en 6000personeelsleden, verkeersproblemen zijndan ook niet onvermijdelijk. Vanuit dezeproblematiek ontstond een initiatief om deproblemen in kaart te brengen enoplossingen voor de toekomst te bieden.

Het wetenschappelijke werk wordt ver-richt onder leiding van professor GeorgesAllaert van de Afdeling Mobili-teit en

Ruimtelijke Planning (Vakgroep CivieleTechniek). Hij krijgt daarbij hulp van Bar-bara Schmitz en Griet De Mulder, bei-den wetenschappelijk mede-werker aandie Vakgroep. Schamper bracht eenbezoekje aan de drie laatstgenoemdepersonen.

SCHAMPER: Wie zijn de partnerswaarmee Mobielrug samenwerkt enhoe verloopt die samenwerking con-creet?Mobielrug: “Je moet eerst een onder-scheid maken tussen de interne enexterne partners. Bij de externe hebbenwe de stad. Mobielrug stapt met de ver-schillende knelpunten naar de stad en naakkoord wordt er dan gezocht naaroplossingen. Het overleg met de stad ismeer dan een praatbarak. Een tweedeexterne partner is De Lijn. Met De Lijnwerden gidsen ontwikkeld met betrekkingtot de verplaatsing tussen de campussen.Op 1 oktober 2002 werd er een media-campagne opgestart onder de naam “MetDe Lijn naar Campus-Ardoyen/Campus

Sterre/Site Dunant/Site Heymans/SiteMelle/Site Merelbeke”. Op de faculteitenzijn er informatieborden van De Lijn opge-hangen.” “Daarnaast hebben we als externe part-ners nog het Vlaams Gewest en deprovincie. Een eerste interne partner is deuniversiteit zelf. Op regelmatige basis zijner werkvergaderingen met de Mobielrug-werkgroep. Niet onbelangrijk als internepartners zijn de studenten. Er is eenvoorstel van Mobielrug om bij de inschri-jvingen van nieuwe studenten voor hetacademiejaar 2003-2004 een vragenlijstover mobiliteit te voegen.”

SCHAMPER: Op welke wijze probeertMobielrug de verkeersstromen van ennaar Gent in kaart te brengen?Mobielrug: “Dit is al gedeeltelijk gebeurdop basis van die enquête. Op grond daar-van kunnen we de ruimtelijke stroom ende knelpunten kennen. De resultaten kun-nen dan leiden tot een nieuwe inplantingen invulling van de campussen in destedelijke context van Gent. Nu strekkende campussen zich namelijk nog uit vande Universiteitstraat in het noorden tot hetTechnologiepark te Zwijnaarde in hetzuiden.”

De verschillende campussen van de UGent liggen verspreidover diverse locaties in en rond Gent. Dat brengt onver-mijde-

lijk een grote verkeersstroom van studenten en personeel metzich mee. Om die in de toekomst beter te kunnen beheren werdMobielrug opgestart.

Mobiliteit aan de Universiteit

Stefaan Duc

Je kent het gevoel wel: de prof begint leste geven, je oogleden worden zwaar enlangzaam glijd je af naar een wereld vervan de onze. Ware het niet dat ergebouwen zijn zoals de Ledeganck, waarje afdwalende ogen terecht komen opafbladderende verf, schimmels en af-druipende tomatenresten.

Voor meer info trokken wij naar hetdecanaat van de Faculteit Wetenschap-pen en brachten we decaan Luc Moenseen bezoekje. Als het een pleister op dewonde kan betekenen: niet alleen de stu-denten moeten het stellen met zeerzielige gebouwen, ook de decaan deelt inde klappen. De personeelsleden zitten alsharingen in een ton en ook de gangenpuilen uit van de verloren gelopen koelka-sten en opeengestapelde dossiers.

De Ledeganck is een van de reuzen aanonze universiteit. Het complex is maarliefst 36.000 vierkante meter groot en teltelf verdiepingen. De bovenste verdieping

is de enige die volledig gemoderniseerdis. Het moet wel gezegd dat het uitzichtvanop het dak van het gebouw ronduitadembenemend is. Aan de andere kantzijn er de tomatenresten die je bemerkt inauditorium 1, afkomstig zijn van de stu-denten Geneeskunde. Die gaven ooiteens een heel origineel Sinterklaasfeestjewaarop de studenten toen met Sinter-klaaspap, tegenwoordig tomatensausgeheten, naar Zwarte Piet mochten smij-ten. Spijtig voor de gebouwen hadden degeneeskundigen in spe moeite metmikken.

Hoewel zowat alle richtingen gebruikmaken van de auditoria, blijft het natuur-lijk bovenal het gebouw van de FaculteitWetenschappen. Ook het VIB, het VlaamsInstituut voor Biotechnologie, heeft zich ergenesteld. Dat zal echter niet lang meerduren: de koffers van het VIB zijn gepakten in augustus verhuizen ze alle 250 naarCampus Ardoyen in Zwij-naarde. Dit zouvoor de Ledeganck het startsignaal voor

renovatie kunnen betekenen, want als erlokalen leeg staan, kunnen er mensenverhuizen en kan er geschilderd, geboorden gebeiteld worden.

Hoe hopeloos de problematiek ook magzijn, over vier jaar zijn jullie (hopelijk) alle-maal afgestudeerd en zal het probleemopgelost zijn. Meneer Gratiën Janssensvan de Dienst Gebouwen zette uiteen dater een tienjarenplan op poten is gezet. Opdit moment is de Bouwcommissie bezigmet het opstellen van een masterplan.Pas als dat onderzoek gebeurd is, zullener oplossingen uit de bus kunnen komen.Hoewel het hele renovatieplan nog in zijnkinderschoenen staat, zijn er toch al eenaantal werkdagen op de agendageplaatst. Zo worden de twee grote audi-toria volledig gerenoveerd in augustus, enhun drie kleine broertjes volledig her-schilderd. Het feit dat er over een kleinetwee jaar een belangrijk congres plaats-vindt, heeft daar uiteraard helemaal nietsmee te maken.

De Ledeganck gaat zijn lede gankVerloederde gebouwen en overvolle auditoria zijn een proble-

matiek waarin de Ledeganck de kroon spant. Bovendienverzamelt er zich in die gebouwen een allegaartje van studentendie de problemen nog dringender maken.

Ellen Bernaers

We ontmoeten Jasper Steverlinck, dezanger van Arid, op een gure winterdag.“Ik moet opletten dat ik geen verkoud-heid krijg, of de anderen zullen weer vieszijn op mij”, gromt Steverlinck over hetvriesweer. Hij ziet er goed uit. De langeeighties-krullen hebben plaatsgemaaktvoor, euh, kortere eighties-krullen. Ter-wijl hij de hele tijd op zijn stoel heen enweer zit te schuifelen, vertelt hij over hetrocksterrenbestaan.

SCHAMPER: Nu loop je door het leven als een rockster. Had je dat ooitgedacht toen je in je eerste groepjespeelde?Jasper Steverlinck: “Neen, totaal niet.Muziek maken interesseerde mij ook nietecht. Ik werd nochtans wel gepusht om‘iets muzikaals’ te doen. In het café inBelzele waar we vaak zaten, waren eraltijd mensen die ons het podium opduwden en ons wilden horen spelen.Maar ikzelf vond niet dat ik een bijzondertalent had als muzikant. Ik was geenfreak die elke avond een half uur gitaarzat te spelen thuis. Maar gaandewegbegon ik wel meer en meer mijn eigenstem te ontdekken en te oefenen.”

SCHAMPER: Toen jullie eerste cd, Lit-tle Things Of Venom, uitkwam, haddenjullie te kampen met heel wat jaloezievan andere muzikanten. Nu nog lastvan?Steverlinck: “Neen, dat is al veel min-der. De situatie is ook anders. Bij deeerste cd kwamen wij opeens uit hetniets tevoorschijn, al meteen met eencontract met een grote Amerikaanseplatenmaatschappij. Dat konden veelcollega’s niet aanvaarden. Zij warensoms al zes jaar bezig, gaven veel optre-dens maar hadden nog geen platencon-tract. Wij hadden al meegedaan aanHumo’s Rock Rally maar toen hebbenwe twee jaar in stilte gewerkt. De meestegroepen beginnen dan zo vlug mogelijkop te treden zodat ze al bekend zijntegen dat de cd uitkomt. Wij hebben datbewust niet gedaan. Daardoor ontstonddie perceptie dat wij opeens uit het nietsopdoken.”

Heavy MetalSCHAMPER: Na de Rock Rally was dekritiek over Arid dat de zanger goedwas en de groep slecht. Waarom benje dan niet solo doorgegaan?Steverlinck: “De groep waarmee we opRock Rally stonden, was eigenlijk nogniet echt een groep. Ikzelf ben namelijknogal toevallig in die wedstrijd gerold. Ikhad mijn eigen groep en David (Duprez,gitarist – nvdr) maakte met zijn bandharde, instrumentale nummers. Dat wasomdat hij nog geen zanger gevondenhad die hij goed genoeg vond.” “Via via kwamen David en ik met elkaarin contact en uiteindelijk zong ik samenmet zijn groep een demo in. Net dat lied-je zonden ze in voor Rock Rally. Ik hadgewoon geen andere keus dan op hetpodium te kruipen en te zingen. Maar webereikten er wel de finale mee.”“Het groepje van op Rock Rally hadechter niets te maken met het Arid vannu. Dat was vooral een heavy metal-groep, veel te hard, waar toevallig mijnstem op stond. Dat klonk niet echtsamen. Na Rock Rally hebben we onsdan een paar jaar afgezonderd om eeneigen sound te creëren. David en ikbegonnen samen nummers te schrijven.En ik moest niet langer een zanglijn

meer vinden voor oorspronkelijk instru-mentale nummers.”

SCHAMPER: Een vraag die je al beubent wellicht: op het eerste albumkwamen heel goeie kritieken. Was erdaardoor geen druk voor het tweedealbum, All Is Quiet Now, om beter tedoen?Steverlinck: “Ja en neen. Toch nietomdat ik zou willen dat Piet in de straathet goed zou vinden, maar voor mezelf.Ik wil er gewoon voor mezelf een betereplaat van maken. En dan is er altijd weleen zekere angst: zal het nog gaan?Vooral omdat je omgeving steeds meeropmerkingen begint te maken. Bij deeerste cd hoorden mijn kennissen deliedjes pas toen ze af waren. Mijn pa hadzich nog nooit beziggehouden met mijnmuziek vòòr ‘Little Things Of Venom’.Maar nu komt hij al opmerkingen gevenals ik nog aan een nummer aan hetwerken ben. Of dan zegt hij: ‘Oh, klinktgoed’, als ik op de piano speel en watzing, ‘zelf geschreven?’ En dan ben ikbijvoorbeeld een nummer van Nick Caveaan het spelen. Enfin, op den duurbegon dat wat ambetant te worden.”

Decadente feestjesSCHAMPER: Vandaar liedjes gaanschrijven in Spanje?Steverlinck: “Dat was eigenlijk vooraleen heel leuke ervaring. Dat moest niet.We zaten daar in het hotel dat opgekochtis door de manager van dEUS. Die manzwemt in het geld en het was er somsecht maf. Decadente feestjes, altijd

6

“Het mag minder rocken”

Terwijl dEUS op apengapen ligt, Soulwax de sleutel van deopnamestudio kwijtgespeeld lijkt te zijn en de Kreuners in het

oudpeetjeshuis liggen te kermen van de reuma, blijft één Belgi-sche popgroep rustig doorrocken. Arid heeft zijn eigen stekgevonden in het Belgische muzieklandschap en zal zich niet weglaten jagen. All is quiet now? Niet echt.

Arid denkt al luidop over derde cd

lekker eten, noem maar op. Een heelontspannen sfeer waar niemand onslastig viel. Want dat speelde inderdaadergens wel mee. Heel veel mensen uitmijn directe omgeving volgden het schrij-ven op de voet. Dan kwamen ze aanwij-zingen geven of ik een bepaalde pas-sage niet beter zus of zo zou doen. Datwas wel goed bedoeld, maar het stoordeomdat de nummers nog niet af waren. En tenslotte ben ik degene die ze schrijften niet mijn omgeving.”

SCHAMPER: Na Werchter en de Lo-kerse feesten kwam er dit jaar heelwat slechte commentaar. Er zat “geenschwung” in, jullie waren de “oudenummers duidelijk al moegespeeld”en hadden “een verveelde uitstral-ing”. Maar jullie zouden wel enthousi-aster geweest zijn over de nieuwenummers.Steverlinck: “Daar is niets van aan. Diekritiek is flauw. Naar ons gevoel was hetnet omgekeerd. Ik vind het nog altijdeven leuk om de oude nummers te spe-len. Als we klaarstaan om op te treden,denk ik niet: shit, nog eens ‘Too LateTonight’ spelen. Neen, elke keer als ikdat nummer breng, is dat een anderesong. Telkens leg ik daar een andergevoel in. En ik zie ook aan het publiekdat ze enthousiaster reageren als weeen liedje spelen van de eerste cd. Dat is

normaal. Ik heb dat zelf ook. Als ik opeen optreden ben van een van mijnfavoriete groepen, dan laai je altijd eenbeetje als ze een oude klassieker spe-len, terwijl je altijd wat onwennig reageert op nieuw materiaal.”

Meer gezangSCHAMPER: Zijn jullie al bezig metnieuw materiaal voor de derde cd?Steverlinck: “Ja. De derde cd moet erveel rapper komen. We hebben thuisallemaal een studiootje waarop we zelf alaan een song kunnen werken. Zo maaktieder zijn eigen creaties en wordt datlater tezamen gesmeten. Ik denk dat datde creativiteit zal verhogen. Die derdeplaat wordt overigens alleen maar in deBenelux verspreid. Ze vragen ons langsalle kanten wanneer we naar Amerikakomen of wanneer we in Europa tourenmaar wij weten het zelf niet. Zolang Sonyonze cd niet uitbrengt in het buitenland,zitten wij vast in een vicieuze cirkel. TheCounting Crows zouden heel graag nogeen tournee doen met ons maar wij kùn-nen gewoon niet. Ik vind dat raar. DoubleT zorgde er wel voor dat onze cd in hetbuitenland uitkwam, maar een grootlabel als Sony kan dat blijkbaar niet.”

Ondertussen heeft Sony Arid buiten-geschopt. Ze waren er niet rouwig om.

SCHAMPER: Detweede cd klinktnochtans zeerinternationaal,dansbaar bijna.Gingen jullie be-wust op zoeknaar een eigensound?Steverlinck: “Nee, Arid hadsowieso al eeneigen sound. Datwas al zo nog voorLittle Things OfVenom opgeno-men werd. Toen ikmijn eerste songsschreef, probeer-de ik bijvoorbeeldte klinken alsRadiohead maarhet klonk nooithetzelfde. Er zataltijd iets in dat erniet thuis inhoorde. Elke keerdacht ik: fuck, wat

is dat toch? In het begin vond ik dat eenlast. Maar nu blijkt dat juist goed te zijn.We hebben een eigen sound met enkeletypische Arid-karakteristieken. All IsQuiet Now klinkt inderdaad anders danzijn voorganger maar toch hoor jemeteen dat het Arid is. Voor de derde cdzou ik wel iets willen dat wat minderrockt, meer met gezang en piano.”

”Allez, dat zien we nog wel. Nu moetenwe ons concentreren op All Is Quiet Nowen hopen dat die ook in het buitenlandverspreid wordt. Het is overigens nietzo’n ramp als een cd wat op zich laatwachten. Kijk naar Soulwax. Die hebbenal vijf jaar niets nieuws meer uitgebracht.Maar als die gasten met een nieuwalbum op de proppen komen, staan zemeteen weer bovenaan. Als ze eengoede plaat uitbrengen, tenminste. Alsze afkomen met iets dat op niets trekt,mogen ze het vergeten natuurlijk. Ik denkdat iedere artiest met die angst leeft.”

Arid speelt op 5 september 2003 opCrammerock in Stekene.

7

minder rocken”uidop over derde cd

Van der Mensbrugghe& Annelies Jeannin

Het zat er ‘m al meteen bovenarms optussen Leuven en Gent toen op 1 oktober2002 de Gentse rector André De Leen-heer zijn speech gaf op de officiële ope-ning van het academiejaar. Hij gaf er zijnLeuvense collega, André Oosterlinck,een verbaal pak slaag. De Leenheermerkte op dat er “bij de totstandkomingvan de zogenoemde associatieslagtussen de universiteiten en de hogesc-holen” een “interuniversitaire competitiewas, die niet met identieke mogelijkhedenof zuiver op grond van kwaliteitskenmer-ken” gevoerd werd. “Eens te meer was deschaalvergroting in de zin van aantalhogescholen en aantal studenten deultieme jachttrofee”, beet de rector van deUGent.

Geen kwaliteitAndré De Leenheer ging door op zijn elanen stelde boud dat de aloude katholiekestructuren in stand worden gehouden. “Inde media wordt courant voorgehoudendat in onze maatschappij een sterke ont-kerstening en een even grote ontzuilingheeft plaatsgevonden”, wist hij te zeggen.De Gentse rector beklemtoonde dat deassociatie van de UGent de regionalecomponent laat doorwegen, zodat de stu-dent centraal staat, maar dat ze dat in

Leuven niét doen.

Volgens hem bouwt de KULeuven eenverzuild netwerk dat zich uitstrekt “vanOostende tot in Hasselt”. De Leenheerzegt dat dat ingaat tegen de Leuvenseboodschap dat “bij de inhoudelijkeinvulling van K voor katholiek of Kwaliteitvoornamelijk voor het laatste gekozenzou zijn”. Hij vult aan dat er geen twijfelover bestaat dat een vorm van verzuildemachtsuitoefening duidelijk de boventoonheeft gekregen in Leuven.

ProfiteursDe Leenheer is vooral razend op deGentse Katholieke Hogeschool Sint-Lieven (KaHo), die niet voor de UGentkoos maar wel voor de KULeuven. DeHogeschool Gent en de ArteveldeHogeschool, nochtans eveneens katho-liek, kozen wél voor de Gentse associatie.Door de keuze van KaHo is er nu geeneengemaakte Gentse onderwijsruimtewaarin de studentenvoorzieningen geor-ganiseerd kunnen worden op het niveauvan de associatie. Daarom zegt De Leen-heer dat er geen sprake van kan zijn datde studenten van KaHo nog langer prof-iteren van de voordelen die de universiteitze biedt.

De belangrijkste voordelen van de Univer-siteit Gent voor de studenten zijn de stu-dentenresto’s waar het zeer goedkoopeten is en de sportfaciliteiten van hetGUSB. Omdat zijn directie echter niet metde UGent in een associatie wou stappen,zal de student van KaHo nu dus de vollepot moeten betalen voor die diensten.Tenminste, als het van De Leenheerafhangt. Ondertussen is er namelijk eenstelletje ongeregeld bezig met het uitteke-nen van een hervorming van de socialevoorzieningen (sovo’s). Die dames enheren willen dat de sovo’s op regionaalniveau geregeld worden, met vzw’s, enniet op het niveau van de associatie.

Op die manier zouden de studenten vande afvallige KaHo Sint-Lieven immers wélvan de universitaire faciliteiten kunnengenieten. De Leenheer heeft al latenweten dat de Gentse vzw dan tochserieus zal mogen dokken als ze deGentse resto’s willen huren of overkopen.De universiteit heeft die gebouwennamelijk uit eigen zak betaald en denkt erniet aan die zomaar af te staan aan eenstructuur waarin ze niets te zeggen heeft.De Gentse rector vindt dat Leuven maarmoet betalen voor de sportfaciliteiten engoedkope fret voor de student van KaHoSint-Lieven. André Oosterlinck zei daaropdat hij dan voedselpakketten zou droppenin Gent.

KoehandelDe CD&V zorgde er op de koop toe voordat studentenvertegenwoordiging ‘option-eel’ blijft op het niveau van de associatie.In het ontwerp van een structuurdecreetliet de CD&V in ruil voor haar stemnamelijk enkele paragrafen schrappen dietoch énige studentenvertegenwoor-digingin de associatie moest garanderen. Deparagrafen werden, op één na, ge-schrapt en de CD&V zorgde mee vooreen twee-derde meerderheid.

Daarmee is de Leuvense studentenverte-genwoordiging de nek omgewrongen.Doordat ze toch niet verplicht werden totstudenteninspraak, nam men in Leuvensimpelweg géén studenten op in hetbestuur van de associatie. In Gent is dat -na enig studentikoos gezaag - welgebeurd, hoewel het niet moest. Onder-tussen beweert de CD&V dat die studen-teninspraak niet in het decreet kwamomdat de instellingen autonoom zijn ende politiek nul de botten over hun maniervan besturen te zeggen heeft. Dat zal welzijn. Flikkers.

KULeuven en CD&V tegen democratisch onderwijs

De KULeuven en CD&V hebben in het academiejaar 2002-2003vol geestelijke overtuiging bewezen dat ze de student geen

warm hart toedragen. De CD&V deed dat door studenteninspraakpolitiek te blokkeren. De KULeuven heeft dan weer graag zo veelmogelijk studenten in haar associatie, maar doet het liefst zo wei-nig mogelijk hen.

8

Van der Mensbrugghe

Katholieken pesten student

9

Film-Plateau De kers op de taart

Film-Plateau werd opgericht om de be-staande filmcursussen aan de UGent teondersteunen met beeldfragmenten, enzorgde eveneens voor een deels on-afhankelijke programmatie van films.Verder toont Film-Plateau een zo breedmogelijk scala films in hun oorspronke-lijke staat. De programmeurs kiezenfilms die thematisch aan elkaar gelinktkunnen worden, of films die tot een-zelfde stroming behoren. Steeds wordtdaarbij de klemtoon gelegd op deklassieke film. Films uit de beginjarenvan de filmgeschiedenis worden danook niet geweerd. Wie stille films alsCabiria (1914) of Metropolis(1926) eens met live piano-begeleiding wil bekijken,moet in de toekomst de pro-grammatie van het Plateauscherp in het oog houden.

KlassiekMaar onder het motto‘klassiek, canoniek, kritisch’vergeten de programmeurszeker de recentere film niet.Zo verschijnen naast legen-darische namen als Eisen-stein, Ford, Hawks, Hitch-cock, Kubrick of Lubitschook namen van hedendaagseregisseurs als Scor-sese,Boyle of Polanski.

Het begrip filmklassiekerwordt hierbij echter steedskritisch benaderd. De klemtoon op deklassieke (Hollywood) film ging deafgelopen jaren gepaard met een kritis-che exploratie van de marges van dezecanon. Zo werd in de programmering, de(werk)colleges en de lezingen voort-durend gewezen op de idee dat deklassieke film een kunstmatige construc-tie is, terwijl oude en recente avant-gardefilms en regisseurs de kans kre-gen (bijvoorbeeld Bunuel, Cocteau,Adrian). Met andere woorden, hetPlateau gaat verder dan alleen ‘deandere film’.

BeeldcultuurDaniel Biltereyst doceert sinds 1997film-, televisie- en culturele mediastud-ies aan de Vakgroep Communi-catiewetenschappen aan de UniversiteitGent, waar hij tevens de Werkgroep

Film- en Televisiestudies leidt. Hij is ookprogrammeur en lid van de stuurgroepvan Film-Plateau. Hij licht voor ons verschillende directeen indirecte doelen van het Plateaunader toe: “Ten eerste is er natuurlijk hetpedagogisch doel. In een cultuur waarinbeelden een essentiële rol spelen is hetbelangrijk dat mensen de kans krijgenom films in hun originele vorm te bek-ijken. Daarmee bedoel ik in eenaangepaste, gezellige sfeer kijken naarfilm met pellicule, en niet in een koudauditorium of zaaltje naar een videopro-jectie. Ik verplicht mijn studenten dan

ook om voor mijn vak minstens 10 filmste gaan bekijken in het Plateau.”

Maar er is meer. “De echte doelstellingbestaat erin aan studenten, filmonder-zoekers en andere mensen die met filmbezig zijn een forum te bieden”, ver-duidelijkt Biltereyst. “Het Film-Plateau iseen plaats voor reflectie. Hier kan menop een empirische manier omgaan metfilm. Het is een breed en open forumwaarop ideeën kunnen worden uitgewis-seld over het medium. Dit jaar organ-iseer ik bijvoorbeeld een lezingenreeksrond bioscoop- en filmjournaals en tergelegenheid daarvan komen zowelGentse als internationale onderzoekersspreken.”De professor is tevreden over de werk-ing van Gents charmantste bioscoop-zaaltje, maar eigenlijk niet over hoe de

academische overheid ermee omgaat.“Zo’n degelijke bioscoopzaal als thuis-basis van een universitaire filmclub iseen unicum. Eigenlijk wordt het Film-Plateau nog te weinig gebruikt. Leuvenbijvoorbeeld heeft zo’n zaaltje niet. Zebenijden ons daar. Aan de KULeuvenlopen ook wel goede filmcursussen en -lezingen, maar daar is er geen filmclubdie op universitair niveau zo continuwerkt als hier in Gent.” Biltereyst werktevan 1994 tot 1997 namelijk als docentaan de KULeuven.

De kers”Onlangs hoorde ik op de radio toch eenreclamespotje waarin twee Leuvensestudenten praten over hun plannen inhet komende academiejaar. Ze vertellenelkaar over de films van die of die regis-seur die ze zouden gaan bekijken. D.W.Griffith, waarvan wij ook dit jaar weer

een film projecteren (Intoler-ance, nvdr), kwam bijvoorbeeldook in het lijstje voor.” Dit zit Biltereyst dwars. Leuvengebruikt dus de klassieke filmom studenten te overtuigen daar te gaan studeren. Frap-pant, want: “Leuven heeft eigen-lijk niet wat Gent wèl heeft. Hetcultureel belang van het Film-Plateau valt niet te onderschat-ten, en de academische over-heid zou dus het Plateau meermoeten aanprijzen bij onzenieuwelingen. Ik merk dat veelvan mijn eerstejaarsstudentenin mijn les voor het eerst van hetFilm-Plateau horen, en dit zouniet mogen. Het Film-Plateau iseen kers op de taart van deUGent, terwijl velen dit onvol-doende beseffen.”

Maar Biltereyst is stellig niet pes-simistisch. De voorstellingen van hetFilm-Plateau lopen meer dan eens volmet enthousiaste liefhebbers. Zelfs filmsvan de jaren tien en twintig wekken blijk-baar nog steeds belangstelling. Hoewelveel cinefielen dit niet willen zien, meentBiltereyst. Aan u om uw resistentie tegen de films van alle tijden eens tegaan uittesten.

Film-Plateau vind je in Paddenhoek 3.Elke dinsdag en donderdag een voor-stelling om 20u, aan slechts 2,5 eurovoor studenten. Meer info op www.film-plateau.ugent.be.

Sinds 1997 kan iedereen die dat wil voor een prijsje naar hetFilm-Plateau. Met een gevarieerd en hoogstaand program-

ma biedt deze universitaire filmzaal je elk jaar opnieuw de kansom films die om diverse redenen niet werden vergeten, op grootscherm te gaan bekijken.

Joost Vandenbroele

D E L I E G E N D E R E P O R T E R

Lenka Galajdova’ in de lage landen

”Ik was net afgestudeerd en kreeg hiervoor een paar weken een job om eenmedisch programma van het Engels naarhet Tsjechisch te vertalen. Dat wasongeveer drie jaar geleden. Het leek meniet slecht om wat bij te verdienen entegelijkertijd hier op vakantie te komen. Ikhad niet gedacht in Vlaanderen terecht tekomen, maar dat was wel leuk, wantiedereen spreekt hier toch Engels. Wat ikook niet verwachtte was mijn huidigevriend tegen te komen. Het werd toenecht ingewikkeld want ik was heel ver-liefd. Ik wist niet wat ik moest doen: hemmeenemen naar Tsjechië of hier blijven?Maar wat moest ik hier dan doen?

Mijn vriend en ik gingen op reis. En hoemeer ik van de wereld zag, hoe meer mijnbesluit vast stond. Ik besloot te immi-greren. Eigenlijk heb ik Gent heel graagomdat de gotische bouwstijl mij aanPraag doen denken. Gent lijkt wel eenmini-Praag. Dat was ongeveer anderhalfjaar geleden. Toen bleek dat mijn diplomahier niet erkend werd en dus moest ik mijn laatste twee jaar herdoen aan deUGent. Daarenboven moest ik ook nogeerst niveau vijf voor Nederlands halen,maar er bestaat geen cursus Tsjechisch-Nederlands. In drie maanden leerde ikdan jullie taal vanuit het Engels.”

Euroangst”Je denkt misschien dat vanaf mei 2004mijn diploma wel zou erkend worden,maar dat is niet zo. We mogen wel toetre-den tot de EU, maar Duitsland heeft

verkregen dat het nog tien jaar zal durenvooraleer Oost-Europeanen hier hundiploma kunnen ratificeren en eenwerkvergunning kunnen krijgen. Ze warenbang dat de mensen massaal naar hierzouden komen.

”Wat mij hier wel een beetje ergert, is debureaucratie waarbij je dingen moet aan-vragen bij diensten die overal verspreidzijn. Bij ons in Tsjechië is alles centraalgeorganiseerd zoals bij de Sovjets, waar-door alles veel sneller gaat. Wat ik ookabsurd vind is dat jullie moeten gaan

stemmen. Dat is zoals voor de revolutie bijons. Wij waren zo blij dat we na de re-volutie vrij konden beslissen om al danniet te gaan stemmen en op wie wezouden stemmen. Ik vond het heel raardat mijn vriend moest gaan stemmen, met paspoortcontrole en zo. Je hebt zelfseen doktersbriefje nodig als je niet wilstemmen!”

Slavisch karakter”De mensen die ik hier ontmoet heb, zijnover het algemeen vriendelijk. Tijdensmijn doktersstage ben ik wel een paarkeer tegen de muur gelopen. Ik denk dathet in mijn Slavische karakter ligt om open te zijn, terwijl je hier uw beurt moetafwachten en best geen negatieve dingenover mensen zegt. Sommige mensen

vonden het ook echt vervelend dat ik veeluitleg vroeg, toen ik nog niet voldoendeNederlands sprak. Eerlijkheid wordt nietgeapprecieerd als je te direct bent. Jemoet echt voorzichtig zijn met wat je zegt.Sinds de revolutie zijn we in Tsjechië juistblij dat we eindelijk alles direct kunnenzeggen zonder omwegen.””Ik heb ook een geschenkje voor jou mee-bracht. Het is moeilijk te beschrijven: hetis geen taart maar eerder cake-achtig. Bijons heet dat boechti en het is van rijzende deeg gemaakt. De vulling kanzowel fruit als witte kaas zijn. Voor jou hebik er met kaas en maanzaad. Maanzaadis bij ons echt traditie terwijl dat hier blijk-baar veel minder gebruikt wordt. Iedereendenkt hier aan opium als ik om maanzaadvraag.”

En de cursus?”Ik vind dat ik eigenlijk iets van achter-grond mis. Je kan een taal misschienleren maar om de mensen een beetje tebegrijpen en oriëntatie te krijgen inzakepolitiek, moet je ook iets van geschiede-nis kennen. Bijvoorbeeld waarom er hierzes regeringen zijn, hoe die werken enhoe de scholen hier ineen zitten. Enwaarom wordt mijn diploma niet erkend?Toen ik hoorde dat de zoon van mijnvriendin van richting ging veranderen,keek ik raar op. Dat watervalsysteem ken-nen wij helemaal niet. Je kan blijven zit-ten, maar van richting of school veran-deren is een echte schande. Op je nieuweschool zou je trouwens weer in het eerstejaar moeten beginnen. Ook deliberatieskennen wij niet: je bent erdoor of je bentgebuisd.”

”De kennismakingscursus is niet nuttig,maar wel interessant. Het is een boeiendprogramma met allerlei onderwerpen. Ietsover taal, cultuur, geschiedenis en frietjesbakken. Dat laatste ga ik wel missen,maar dat vind ik niet zo erg, want ik vindze helemaal niet lekker. Het is wel leukom met de verschillende deelnemers tebabbelen. Vanwaar ze komen maakt hele-maal niet uit, en het is veel interessanterom met de mensen te praten dan iets over hun cultuur te lezen in een boek.Daarbij merk je wel dat Praag maar 1000kilometer van Brussel ligt en dat onze cul-tuur veel dichter bijeen ligt dan je zoudenken. Vorige les ging het bijvoorbeeldover feodalisme en toen moest de profes-sor dit begrip voor mensen uit Azië en Afrika uitleggen. Toen heb ik beseft dat iktoch nog in het hart van Europa woon.”

Kennismakingscursus voor buitenlandse studenten

Je bent hier vreemd. Je volgt wel lessen aan de UGent maar jeweet niet echt hoe alles hier ineen zit. Dan is er maar één

oplossing: de cursus “Kennismaking met de Lage Landen” vol-gen. Uit de rond de honderd deelnemers plukten we Lenka Galaj-dova’, Laika voor de vrienden. Een modern sprookje over eenmeisje dat Praag achterliet en hier haar hart verloor.

Frederik De Swaef

“Iedereen denkt hieraan opium als ik naar

maanzaad vraag.”

D E L I E G E N D E R E P O R T E R

11

Kern van heel de zaak is eigenlijk hetsamenwerkingsakkoord dat de Univer-siteit Gent heeft met het Jemenitischeolieverwerkende bedrijf Merlin Oil. MerlinOil is één van de drie staatsbedrijven diede Jemenitische olieproductie en verwer-king beheren. Het kwam onlangs inopspraak toen bleek dat in de jaren 1997-1999 mogelijk een flinke geldsom naarhet terroristennetwerk Al Qaeda versluisdwerd. Dit plaatst de UGent in een lastigparket, omdat de Vakgroep OrganischeChemie al jaren regelmatig vertegenwo-ordigers naar Jemen stuurt voor bijschol-ing. Meestal gaat het om doctoraatsstu-denten die een bijkomende stage doen.Normaal zouden in februari weer tweestudenten vertrekken. Of het nu zo verkomt, is maar zeer de vraag.

OlieDe reporter van Al Jazeera die de bal aan het rollen bracht, Tarek Storkaz, verblijft momenteel in Gent. Storkaz iscorrespondent Benelux voor Al Jazeeraen groeide op in Nederland. Onlangsvoerde hij het woord in de Canvas-reportage Werelden: tussen Oost enWest. Storkaz: ”De band tussen Gent enJemen is natuurlijk niet nieuw. Het feit-elijke begin komt in 1976, wanneer voor-malig Jemenitisch kroonprins Qrandarscheikunde komt studeren aan de Univer-siteit Gent. Als prins Qrandar na zijn stu-dies terugkeert naar Jemen, krijgt hij deleiding over het pas opgerichte Merlin Oil.Merlin Oil kent een explosieve groei, enQrandar trekt zijn oud-professor Tuur Vander Steen aan als projectleider. De bandtussen de Universiteit Gent en Merlin Oilwordt geofficialiseerd in 1986 in een wed-erzijds uitwisselingsproject, al zullen er inde praktijk vooral Gentse studenten naarJemen trekken in plaats van vice versa.Merlin Oil floreerde vrij goed en had in hetMidden-Oosten altijd een vrij solide repu-tatie. Tot het schandaal van twee jaargeleden natuurlijk.”

”Prins Qrandar wordt vernoemd in hetproces van de beruchte Groep G van deAl Aqsa-brigade. Die groep zat achter deaanslag op Israelisch minister van Open-bare Werken Shaul Vrykolakas. Qrandar

kan echter niet vervolgd of ondervraagdworden wegens zijn diplomatieke status.Toch is zijn positie als kroonprins onhoud-baar geworden in Jemen en het Jemeni-tische parlement dwingt hem elke troons-aanspraak af te zweren. Qrandar aan-vaardt met tegenzin en trekt naarAfghanistan. Hij wordt er een naastevriend van Talibanleider Mullah Omar. Na

het ineenstorten van het regime, is Qran-dar - zoals zovelen - onvindbaar. En nublijkt er dus een flink gat te zitten in deboekhouding van Merlin Oil.”

Al Qaeda”Toch staat nog niet vast of dat geld ookeffectief naar Al Qaeda gegaan is, zoalsCNN al overhaast berichtte. We wetenalleen met zekerheid dat de CEO vanMerlin Oil vermist is, dat er geld ontbreekten dat prins Qrandar mogelijk bandenheeft met Al Qaeda. Al de rest is specu-latie. De rol van de UGent in deze affaireis daarentegen zeker niet koosjer. Vorigjaar nog pompte de universiteit in totaal 5miljoen euro in Merlin Oil. Zogenaamde‘research-kosten’ en ‘stagevergoedingen’.Wat absolute onzin is: normaal moet Mer-lin Oil betálen voor de diensten die deGentse doctorandi scheikunde leveren.Daarenboven: in hun boekhouding geenspoor van het Gentse geld. Waar is dat

geld naartoe? En wisten de Gentse aca-demici niet wat er loos was met een be-drijf waar ze al bijna twintig jaar mee ver-strengeld zijn?”

Bij de Vakgroep Organische Chemie zitmen met heel de situatie verveeld. Vak-groepvoorzitter Johan De Ridder staatons duidelijk met tegenzin te woord: “Kijk,wij hebben al jaren een uitstekende relatie met Merlin Oil. Onze doctorandizijn ook altijd zeer te spreken over hunJemenitische ervaring. Merlin Oil is nu inopspraak gekomen, maar wij blijvenzeggen: onschuldig tot tegendeelbewezen. Je mag het hier iedereen vra-gen: Merlin Oil is zeker niet de schimmigeterrorismesponsor die men er op AlJazeera graag van maakt.” En hoe ver-klaart meneer De Ridder 5 miljoen‘research-kosten’? “Zie, dat is nu eenseen tendentieuze vraag he. (luid) Ikontken formeel dat er geld van de UGentnaar Al Qaeda gevloeid is! Volstaat datvoor u? Ik loochen niet dat er financiëleonduidelijkheden gerezen zijn bij Merlin.Maar daar hebben wij in se niks mee temaken hoor. Ik zie dat u gesproken hebtmet beroepsmythomaan Tarek Storkaz.Enfin, u hebt uw informatie. Ik zou graagverder werken nu.”

Jonge JemenietenWant meneer De Ridder heeft het inder-daad druk. Hij moet onderdak en centenvinden voor een veertigtal jonge Jeme-nieten die volgend academiejaar naarGent trekken. Eén van de gevolgen vanMerlin Oils plotse crash is namelijk dateen deel van het Sanaa Study Centre for Petrochemistry and Refinery opge-doekt wordt. Dat is het basisopleidings-centrum in Jemen waar de UGent zich ingeëngageerd heeft. En hierdoor con-tractueel verplicht is om bij eengebeurtelijke financiële ramp een oplos-sing te zoeken voor de studenten. Nietslim.

Er gaan nu trouwens onbevestigdegeruchten rond dat de Jemenieten vol-gend jaar onderdak zouden krijgen inHome Boudewijn. Wie er dan preciesmoet plaatsmaken voor onze Oostersegasten, wordt ongetwijfeld nog een inter-essante discussie.

Zie ook: www.aljazeera.net/news/eng/Merlins_belgian_connection.htm.

Geld Universiteit Gent verdwenen in de woestijn

Hoe vergezocht is de link tussen Al Qaeda en UGent?

De Universiteit Gent ontving in januari enkele oneervolle ver-meldingen op de Arabische nieuwszender Al Jazeera. Naar

verluidt hebben bepaalde Gentse professoren zich lelijk verbrandaan een onfris oliebedrijf, met vertakkingen in de Jemenitischekoninklijke familie. En nog onfrissere organisaties zouden met hetgeld zijn gaan lopen.

Jef Van Baelen

Na twee vruchtbare maanden bij Scham-per vind ik de tijd rijp voor een ont-boezeming: ik werd gepest in het mid-delbaar onderwijs. Door mijn titanischekennis van luchthelden uit WereldoorlogII en een ietwat afwijkende lichaams-bouw werd ik het mikpunt van spot enkauwgum allerhande. Maar de mensendie het goed met mij meenden verzeker-den mij dat het allemaal dommerikenwaren, en ik gewoon anders, een zacht-moedige enkeling zeg maar. Uw meningover die stelling houdt u maar voor uzelf.Magere troost voor mijn door BIR’sgetormenteerde reet natuurlijk, maartoch een zekere houvast.

Maar blijkt nu de legende van de zacht-moedige enkeling een gevallen droom.Vergis u immers niet, ook de zacht-moedige enkeling bezondigt zich weleens aan vormen van arrogantie. Datdan wel niet wegens het anders zijn vande andere, maar vanwege zijn of haarculturele minderwaardigheid. Alvorens ikmijn inktige sabel uit haar schede haal,wil ik benadrukken dat ik het niet tegen

de mensen heb, maar tegen hetfenomeen. Dat ingegeven door eenminiem stukje menselijk medevoelenwaar ik toevallig over struikelde in mijnziel.

De ‘alternatieveling’ wordt verondersteldstereotiepe verwachtingspatronen enimago’s te doorbreken maar creëert ernieuwe. De dromerige blik die diepeinnerlijke worstelingen weergeeft, desjaaltjes en niet al te propere hemdjes,allen zijn ze een levensstijl op zichgeworden die al even dogmatisch is alsdie waar ze zich van afzetten. Maar nogsterker dan de uiterlijke dresscode zijnde beperkingen op de interesses die zezichzelf opleggen.

Sport is bijvoorbeeld not done, zekerwanneer een algemene sportmanie dekop opsteekt. Ook toffe deuntjes die toe-vallig op Radio Donna geweest zijn enniemand onberoerd laten, zullen ze inhet openbaar veroordelen als belache-lijke commerciële brol. En dat terwijl hetook bij hen thuis die deuntjes zijn die de

ochtend vrolijker maken. Er zijn genoegvoorbeelden van dat de olijke vrijbuitersdie “doen waar ze zin in hebben” blijk-baar toch leven volgens eenvooropgesteld patroon. Daaraanvasthouden geeft ze een gevoel van cul-turele superioriteit.

Doch dit zou allemaal een kostelijke ver-spilling van papier zijn mochten die cul-tuursnobs hun intellectuele dominantiewijselijk voor zichzelf houden en enkelaanwenden om hun seksuele fantasieënuit het slop te halen. Het blijkt echtervaak dat zij ook anderen deelgenootwensen te maken van de superioriteit diehun eigen is en daarbij gaan ze vaak grofte werk. Vandaar dat Schamper zijnfilantropische kant laat zien en ten strijdetrekt voor mensen die zich cultureelwaardeloze kinkels voelen na een con-frontatie met een cultuursnob. Het ligtuiteindelijk meer aan de snob dan aan de kinkel.

Met de naam Yann op de voorpaginamag men gewoonlijk een origineel albumboordevol humor verwachten. De man isnamelijk het geniale brein achter schit-terende reeksen zoals de Onnoem-baren, Govert Suurbier en Spoon &White. Hoewel die albums vlot over detoonbank gaan, wou Yann een échtebestseller maken. Een poging om VanHamme, de koning van de verkoops-cijfers, van de troon te stoten, inderdaad.Zo ontstond Karaat.

Welk verhaal hij ook schrijft, duizendpootYann weet er altijd een originele draaiaan te geven. Helaas bevat dit verhaalgeen enkele originele invalshoek. Depersonages zijn stereotiep en Yann weetons amper te verrassen. De hoofdper-sonages zijn Uma, een suïcidale LaraCroft-kloon en Mehdi, een gespierdehomoseksuele flik, inclusief oorring,gouden ketting en ringbaardje. Het ver-haal speelt zich af in het duistere dia-mantmileu, waar Uma na het overlijdenvan haar tweelingzus op vreemde wijzein verzeild raakt. In dit eerste deel wor-

den vooral vragen opgeroepen, die later- wellicht verspreid over zo veel mogelijkalbums - beantwoord zullen worden.

Tekenaar Meynet, bekend van TatianaK., levert behoorlijk werk. De tekeningenzijn echter statisch, wat de actiescènesniet ten goede komt. De pagina-opbouwoogt soms saai maar die verantwoorde-lijkheid dragen de beide auteurs.

De liefhebbers van het genre zullenwaarschijnlijk tevreden zijn over ditalbum. Persoonlijk had ik echter meerverwacht van een topscenarist als Yann.Laten we hopen dat hij in deel twee metbeters op de proppen komt. Wie hetandere werk van Yann nog niet kent,raad ik aan dat eerst te lezen.

Karaat 1: Uma, door Yann en Meynet, uit-geverij Dargaud.

Column: De kinkel en de snob

Strip: Big business

Omdat er nogal wat kinkels en snobs aan onze unief rond-lopen, kozen we deze keer een strip die niet te ingewikkeld

is. Het bevat echter alle elementen voor een bestseller. Een babemet ferm balkon dus, en tja: dat is het zowat.

Kamiel

Karel Lambert