Upload
trantram
View
216
Download
2
Embed Size (px)
Citation preview
Westplantsoen
Schoolgids17 18
<< terug naar inhoudsopgave
2
Westplantsoen
Bezoek-/postadres
Westplantsoen 712613 AG Delft
Contact
telefoon 015 750 60 50e-mail [email protected]
Let op
Na 12:00 uur geldt betaald parkeren in de omgeving van
de school. De beschikbare plaatsen zijn beperkt.
Contact met een medewerker
De medewerkers van het Stanislascollege zijn bereikbaar per e-mail. Een alfabetische lijst met medewerkers en bijbehorende afkortingen is opgenomen op pagina 60.
ZiekmeldenTelefonisch tussen 8:15 en 9:00 uur 015 750 60 50
<< terug naar inhoudsopgave
3
Voorwoord
Stanislascollege Westplantsoen is een school voor havo, atheneum, gymnasium en gymnasium plus. Het belangrijkste is natuurlijk het verzorgen van goed onderwijs. Dagelijks zetten wij ons in om onze leerlingen voor te bereiden op hun toekomstige rol in de maatschappij mét oog voor de medemens.
Deze schoolgids biedt ouders en leerlingen veel praktische informatie over onze school en het huidige schooljaar.
Namens de directie en alle medewerkers wens ik onze leerlingen een succesvol schooljaar toe.
Veel leesplezier,
Sonja de Kreij-Reuvecamp
Rector
42
311.1 Stanislascollege Westplantsoen:
voor nieuwsgierige leerlingen 71.2 Missie en visie 71.3 Identiteit en de Ignatiaanse Pedagogiek 81.4 Onderwijsdoelen 81.5 Onderwijsaanbod 9
1.5.1 Chromebooks 91.5.2 Extra curriculaire aanbod 10
3.1 Lestijden en roosterwijzigingen 183.2.1 Onderbouw 193.2.2 Bovenbouw 21
3.3 Vakafkortingen 223.4 Keuzewerktijd 223.5 Vakken en profielen in de bovenbouw 233.6 Extra curriculair aanbod 25
3.6.1 Beter Bèta-school 253.6.2 Aansluiting met wetenschappelijk onderwijs 263.6.3 Versterkt taalonderwijs (VTO) 27
3.7 Rekenen- en taalbeleid 293.8 Buitenklassikale activiteiten 303.9 Schoolboeken en leermiddelen 313.10 Rapportage en bevordering 32
3.10.1 Rapportcijfers in de onderbouw 323.10.2 Richtlijnen van de bevordering brugklas 323.10.3 Richtlijnen voor de bevordering
naar klas 3 en klas 4 333.10.4 Richtlijnen voor de bevordering
naar klas 5 en klas 6 34
2.1 Organisatiestructuur 122.2 Directie 122.3 Advies-/inspraakorganen13
2.3.1 Medezeggenschapsraad 132.3.2 Ouderraad 132.3.3 Leerlingenraad 13
2.4 Werkgroepen en beraden 142.5 De scholengemeenschap Stanislascollege en
Lucas onderwijs 16
4.1 Passend onderwijs 374.2 Studiebegeleiding 37
4.2.1 Mentorlessen in de brugklas 374.2.2 Mentoruur voor klas 2 en hoger 384.2.3 Studiebegeleiding 384.2.4 Decanaat 38
4.3 Extra begeleiding in de school 394.3.1 Begeleiding en Ondersteuning Brugklas 394.3.2 Leerlingen met technische leerproblemen 404.3.3 Begeleiding van leerlingen met een indicatie 404.3.4 Leerlingen met faalangst 414.3.5 Leerlingen met problemen op
het gebied van sociale vaardigheid 414.3.6 Leerlingen met klachten omtrent seksuele
intimidatie en discriminatie op school 414.4 Externe zorginstanties 42
4.4.1 Jeugdgezondheidszorg Zuid-Holland West 424.4.2 Flexcollege: bovenschoolse voorziening 424.4.3 Leerplicht / Bureau HALT 424.4.4 Samenwerkingsverband VO Delflanden 43
4.5 Veilig thuis: meldcode kindermishandeling 43
Profiel van de school
Inrichting onderwijs
Organisatie
Begeleiding van leerlingen
5
9 87 65.1 Leerlingvolgsysteem Magister 455.2 Contacten met ouders 45
5.2.1 Contact opnemen met de mentor of een andere medewerker van de school 45
5.2.2 Het Torakel 465.2.3 Vaste contactmomenten 465.2.4 Contactouders 465.2.5 Gespreksavonden voor ouders rond
de Ignatiaanse Pedagogiek (IgPe) 465.3 Informatieverstrekking gescheiden ouders 475.4 Wijziging van gegevens 475.5 Website en social media 47
7.1 Algemene schoolregels 517.2 Veiligheid 527.3 Verzuim, te laat, verlof 527.4 Ziekte 537.5 Mediatheek 537.6 Toetsen en normering 547.7 Revisie 547.8 Klachten en geschillen 557.9 Internet, e-mail en social media 55
9.1 Vakanties schooljaar 2017-2018 609.2 Calendarium 2016-2017 609.3 Contact 619.4 Lijst met medewerkers 629.5 Publicaties 649.6 Relevante adressen en links 65
6.1 Kwaliteitsbeleid 496.2 Opbrengsten 496.3 Uitstroomgegevens 49
8.1 Schoolbijdrage 578.2 Incidentele kosten 578.3 Annulering 578.4 Schade 578.5 Verzekeringen 578.6 Stichting ouders voor leerlingen
Stanislascollege Westplantsoen 588.7 Tegemoetkoming studiekosten 58
Communicatie
Afspraken
Kwaliteit
Financiën
Bijlagen
<< terug naar inhoudsopgave
6
1Stanislascollege Westplantsoen is een school voor havo, atheneum, gymnasium en gymnasium-plus. De school telt ongeveer 1.800 leerlingen. Vanuit onze kernwaarden ‘heel de mens, ‘oog voor de ander’ en ‘hoge doelen nastreven’, geven wij invulling aan onze maatschappelijke verantwoordelijkheid en leveren wij een wezenlijke bijdrage aan de vorming van jonge mensen die de samenleving van morgen vorm en inhoud gaan geven.
Profiel van de school
<< terug naar inhoudsopgave
7
1.1 Stanislascollege Westplantsoen: voor nieuwsgierige leerlingen
Stanislascollege Westplantsoen moedigt leerlingen aan om het beste uit zichzelf te halen. Goed onderwijs is de basis, daarnaast biedt de school tal van extra programma’s, projecten en activiteiten waarmee leerlingen hun talenten op allerlei gebieden kunnen ontwikkelen; technisch, talig, cultureel, muzikaal en wiskundig. Leerlingen kunnen (inter)nationaal erkende certificaten behalen, welke een waardevolle aanvulling kunnen zijn op het diploma. Naast dit uitgebreide aanbod aan extra-curriculaire activiteiten staat de school ook bekend om de bijzondere sfeer. Wij zijn ervan overtuigd dat een prettige leeromgeving waar respect en oog is voor elkaar, onontbeerlijk is voor de ontwikkeling van elke leerling. Daarom zijn er elk jaar veel sociale projecten waarbij we ons inzetten voor anderen. Ook in de dagelijkse organisatie van de school is zichtbaar oog en respect voor elkaar. Dit komt voort uit de pedagogische benadering die wij als school hanteren: de Ignatiaanse Pedagogiek. In hoofdstuk 1.3 wordt hier verder op ingegaan.
1.2 Missie en visie
Missie
Wij willen leerlingen niet alleen een uitstekende
opleiding geven, maar hen ook helpen om uit te
groeien tot verantwoordelijke volwassenen die
hun talenten willen ontplooien en oog hebben voor
anderen.
De kernwaarden van het Stanislascollege zijn:
Heel de mens
Niet alleen kennisontwikkeling maar ook de vorming en ontplooiing van talenten en waarden staan centraal. Nieuwe ervaringen gaan deel uitmaken van de belevingswereld van de leerlingen; we stimuleren hen hierop te reflecteren.
Oog voor de ander
Medewerkers en leerlingen werken en leren in een sfeer van samenwerking en collegialiteit. Er is respect voor menselijke verhoudingen en culturen.
Hoge doelen nastreven
We stimuleren iedereen het beste uit zichzelf te halen en talenten te ontwikkelen. Vanuit hun eigen kracht kunnen leerlingen dan andere mensen en de maatschappij uiteindelijk het beste van dienst zijn.
Visie
Het Stanislascollege Westplantsoen biedt een
wereld vol mogelijkheden. Wij vormen samen een
open leergemeenschap met oog voor verschillen,
waarin iedereen tot zijn recht komt. We creëren
een respectvolle en stimulerende omgeving waarin
jonge mensen opgroeien tot zelfstandige en
verantwoordelijke volwassenen. Een school met een
inspirerende traditie en een stevige ambitie.
profiel van de school
<< terug naar inhoudsopgave
8
profiel van de school
1.3 Identiteit en de Ignatiaanse Pedagogiek
Het Stanislascollege is het enige Jezuïetencollege in Nederland, maar één van de ruim 2000 in de wereld. Jezuïetenscholen hanteren de Ignatiaanse Pedagogiek. In de Ignatiaanse Pedagogiek: is het onderwijs gericht op uitgroei en rijping van ‘heel
de mens’, dus niet alleen op kennisverwerving, maar ook op de ontplooiing van de affectieve, motorische, creatieve, intuïtieve, sociale en religieuze vermogens;
wordt aan leerlingen een veilige leeromgeving geboden waarin zij zich geborgen weten en waarin zij zorg en persoonlijke aandacht krijgen;
streven we naar ervarend en gepersonaliseerd leren, zodat leerlingen persoonlijk betrokken zijn bij de leerstof en het leerproces, en hierover reflecteren.
1.4 Onderwijsdoelen
Stanislascollege Westplantsoen heeft een aantal significante en inspirerende doelen gesteld, waarbij goed onderwijs centraal staat dat bovendien gericht is op competenties die leerlingen nodig zullen hebben om te slagen in de maatschappij van morgen.
We hebben een duidelijk herkenbaar profiel
Ons brede aanbod is een kracht omdat wij over de gehele breedte een hoge kwaliteit bieden. Door middel van ons complete aanbod geven we de leerlingen de mogelijkheid om hoge doelen na te streven. Juist die veelzijdigheid geeft Stanislascollege Westplantsoen een sterk profiel. We stimuleren iedereen het beste uit zichzelf te halen en talenten bovengemiddeld te ontwikkelen.
We worden goed in verschillen
We willen voor onze leerlingen een school zijn die hen uitdaagt het beste van zichzelf te laten zien. Hierbij is aandacht voor de vaardigheden die leerlingen nodig hebben om in de toekomst te kunnen ‘slagen’, hun sociale ontwikkeling en zorg op maat.
We ontwikkelen ons naar een lerende organisatie
Er is ruimte voor initiatieven en vernieuwing. Er heerst een lerende en open houding in de school.
Hoe wij vorm geven aan deze doelen staat
omschreven in het schoolplan.
Klik om het schoolplan te openen
<< terug naar inhoudsopgave
9
profiel van de school
1.5 Onderwijsaanbod
Stanislascollege Westplantsoen biedt de afdelingen havo en vwo aan. Het vwo is onderverdeeld in het atheneum, het gymnasium en - in de onderbouw - het gymnasium-plus. Hieraan gaat een éénjarige brugperiode vooraf.
Plaatsing op onze school
Leerlingen met een passend schooladvies (havo of hoger) kunnen geplaatst worden op onze school. Indien het schooladvies naar aanleiding van het resultaat van de centrale eindtoets of een andere toegestane eindtoets wordt gewijzigd, dan baseert het bevoegd gezag zijn beslissing over de toelating van leerlingen tot het eerste schooljaar op dat gewijzigde schooladvies.
Drie soorten brugklassen
Stanislascollege Westplantsoen kent drie soorten brugklassen: havo/vwo-brugklassen, vwo-brugklassen en vwo-plusklassen. Vanuit elke brugklas is een doorstroom naar alle afdelingen mogelijk. In de brugklas is er voor extra begaafde en ambitieuze leerlingen de vwo-plusklas. Hierin worden extra vakken aangeboden binnen de reguliere lestijden. Aan leerlingen die in deze klas op hun plek zijn, bieden we in klas 2 en 3 een vervolg: het gymnasium-plus. In de bovenbouw kunnen deze leerlingen extra vakken kiezen.
1.5.1 Chromebooks Vanaf schooljaar 2017-2018 ontvangen alle leerlingen bij hun boekenpakket een Chromebook. Dit dunne en lichte device wordt gebruikt naast schriften en boeken.
<< terug naar inhoudsopgave
10
profiel van de school
1.5.2 Extra curriculaire aanbodEén van de ambities van het Stanislascollege Westplantsoen is: goed worden in verschillen. We willen voor onze leerlingen een school zijn die hen uitdaagt het beste van zichzelf te laten zien. Ter ondersteuning van deze ambitie beschikken wij over een uitdagend didactisch aanbod dat naast de lessen aan leerlingen wordt aangeboden. Hieronder staat het aanbod kort omschreven.
Beter Bèta-school
Het Stanislascollege Westplantsoen schenkt bijzondere aandacht aan het aantrekkelijker maken van het bèta-technisch onderwijs.
Aansluiting met wetenschappelijk onderwijs
In de afgelopen jaren is meer en meer aandacht ontstaan voor de aansluiting met het wetenschappelijk onderwijs. We hebben daartoe contacten met verschillende universiteiten. Zij hebben programma’s ontwikkeld voor de meer getalenteerde leerlingen.
Versterkt taalonderwijs
Onder de noemer VTO wordt extra taalonderwijs verzorgd. Op dit moment wordt dat gerealiseerd in zes talen: Nederlands, Frans, Duits, Engels, Spaans en Chinees.
Meer informatie over
het extra curriculair aanbod
<< terug naar inhoudsopgave
11
2Stanislascollege Westplantsoen is een sfeervolle school iedereen zijn eigen plek heeft. De school vormt samen met vijf andere scholen in de regio de scholen-gemeenschap Stanislascollege. Stanislascollege maakt deel uit van de Stichting Lucas Onderwijs.
Organisatie
<< terug naar inhoudsopgave
12
organisatie
2.1 Organisatiestructuur
De dagelijkse leiding van het Stanislascollege Westplantsoen is in handen van het schoolleiding. Deze wordt gevormd door de rector en vier conrectoren (CR). De conrectoren worden ondersteund door coördinatoren (CO). Een afdeling heeft twee CO’s; een coördinator onderbouw (CO ob) en een coördinator bovenbouw (CO bb). Bij afdeling brugklas zijn de klassen verdeeld over twee coördinatoren.
2.2 Directie
Schoolleiding Stanislascollege Westplantsoen
mw. S. de Kreij-Reuvecamp rector
mw. drs. A.M. van Oosten conrector brugklas
dhr. J. van der Kraan conrector havo
mw. H.P. Waale conrector atheneum
dhr. dr. H.Koning conrector gymnasium
Stanislascollege Westplantsoen
MR
rector
mentoren
CRbrugklas
ouderraad
leerlingenraadCR
havoCR
atheneum
regiodirecteur regiomanagerRR
Lucas Onderwijs
Stanislascollege
5 overige scholen
GMR
Raad van Toezicht
overige regio’s
regio Delft - VO
schoolleiding
CRgymnasium
vak-
groepen
COob
CObb
COob
CObb
COob
CObb
mentorenvak-
groepenmentoren
vak-
groepenmentoren
vak-
groepen
OOPCO CO
<< terug naar inhoudsopgave
13
organisatie
2.3 Advies-/inspraakorganen
2.3.1 MedezeggenschapsraadDe medezeggenschapsraad (MR) heeft inzake formele besluiten van de school advies- of instemmingsrecht, volgens de regels die zijn vastgesteld in een daartoe strekkend reglement. Zij stelt zich ten doel de belangen van de medewerkers, leerlingen en ouders te behartigen. In de praktijk komt het er op neer, dat de belangen van de school bevorderd worden. De raad doet dit door de inzet van haar advies- en instemmingsbevoegdheden en door algemene advisering van directie en belangenbehartiging.
De afgevaardigden van de MR’s van de zes scholen van het Stanislascollege vormen samen de Regioraad (RR). Hierin praten ouders, leerlingen en medewerkers formeel mee over het beleid van de scholengemeenschap.Een overzicht van de leden van de MR en RRstaat genoemd op de website.
Contact met de medezeggenschapsraad
2.3.2 Ouderraad
Onze school heeft een actieve Ouderraad die de schoolleiding helpt bij schoolactiviteiten en ook in adviserende zin informele ondersteuning biedt. Een afvaardiging van de Ouderraad heeft zitting in de MR. Vijf keer per jaar verstuurt de Ouderraad een digitale nieuwsbrief - het Torakel - naar alle ouders van leerlingen.Het Torakel wordt na publicatie ook geplaatst op de website.
Contact met de Ouderraad
algemeen: [email protected]
redactie Torakel: [email protected]
2.3.3 LeerlingenraadDe Leerlingenraad vertegenwoordigt de leerlingen en heeft regelmatig contact met de schoolleiding. De voornaamste taken van de Leerlingenraad (LR) zijn: het vertegenwoordigen van leerlingen bij jubilea en
andere feestelijkheden; het oplossen van problemen omtrent leerlingen en
schoolzaken; het gevraagd en ongevraagd adviseren in zaken van
beleid op school; het organiseren en ondersteunen bij de organisatie
van activiteiten op school.Een afvaardiging van de Leerlingenraad heeft zitting in de MR. De LR wordt begeleid door dhr. M.A. van der Reijken.
Contact met de leerlingenraad
<< terug naar inhoudsopgave
14
organisatie
2.4 Werkgroepen en beraden
2.4.1 Werkgroep ‘i’Het Stanislascollege is een school met een katholieke identiteit. De school maakt deel uit van het netwerk van Europese Jezuïetencolleges. Deze colleges baseren zich op de spiritualiteit van Ignatius van Loyola, de stichter van de Jezuïetenorde. Uitgangspunten, doel en methode van de IP zijn na te lezen in de brochure `Ignatiaanse Pedagogiek’. Doel van de werkgroep is ervoor zorgen dat ons pedagogisch handelen geïnspireerd en gevoed wordt vanuit de IP. De werkgroep verzorgt vieringen, sociale acties en bezinningsactiviteiten. Op dit moment krijgt de bezinning vorm in o.a. bezinningsdagen voor medewerkers, het kloosterweekend in Brugge, de Notelaerdagen voor derde klassen, de Taizéreis, de leesgroep en gespreksgroepen voor ouders. De vieringen die de werkgroep (mede) organiseert zijn klassen- en afdelingsvieringen, maar ook een viering voor medewerkers aan het begin van het schooljaar en de viering ‘Eindexamen serieus’ waarin examenleerlingen terugblikken op hun schooltijd. Daarnaast worden jaarlijks diverse sociale en maatschappelijk betrokken acties georganiseerd, zoals de vastenactie en de deelname aan de dodenherdenking in Delft. Een overzicht van alle activiteiten van de werkgroep is terug te vinden in de identiteitskalender die ieder jaar wordt opgesteld.
Leden van de werkgroep zijn: mw. S. de Kreij-Reuvekamp
(rector), mw. A. Huijsmans (voorzitter), mw. V. Roest (vice-
voorzitter), mw. A. van Oosten, mw. W.D. de Boer en dhr.
A.van den Akker sj.
<< terug naar inhoudsopgave
15
organisatie
2.4.2 Werkgroep Estelí In het kader van de Stedenband Delft-Estelí (Nicaragua) onderhoudt het Stanislascollege een scholenband met een middelbare school in La Concordia, een dorp in de buurt van Estelí. Het doel is: bewustwording van het leven van jongeren in een ontwikkelingsland, het uitwisselen van ervaringen en het bieden van materiële steun voor de aanschaf van onderwijsmiddelen. Om dit doel te bereiken worden acties en inzamelingen georganiseerd. Over en weer is er persoonlijk contact tussen docenten en leerlingen.
Leden van de werkgroep zijn: dhr. J.P. Alders, dhr. F. van
Geest (voorzitter), mw. S. Kardolus en mw. N. Wensveen.
2.4.3 Werkgroep relaties en seksualiteit De werkgroep organiseert gesprekken in de derde klassen om zo het onderwerp relaties en seksualiteit bespreekbaar te maken. Hoofddoel is om leerlingen te leren gesprekken te voeren over allerlei zaken die verband houden met omgaan met elkaar en met seksualiteit. Een tweede doelstelling is de leerlingen hun grenzen te leren herkennen en bespreken en de preventieve werking die daarvan uitgaat. De gesprekken bestaan uit zes lesblokken van twee opeenvolgende lesuren en worden door externen gegeven. De lessen worden gegeven in groepen van beperkte omvang.
Leden van de werkgroep zijn:
dhr. F. Maassen en mw. Y. Vonhoff (voorzitter).
2.4.4 Werkgroep Veilige School
De werkgroep Veilige School houdt zich bezig met het bevorderen van een prettig sociaal klimaat in de school. Ieder jaar worden er themabijeenkomsten georganiseerd voor leerlingen en ouders. De onderwerpen hebben met veiligheid te maken en variëren. Thema’s van de afgelopen jaren waren internetpesten, alcoholmisbruik onder jongeren, computerverslaving en andere gevaren rond het internet, loverboys, drugsverslaving, etc.De ouders van de tweede klassen krijgen twee keer per jaar een uitnodiging voor de contactouderavond. De werkgroep nodigt gastsprekers uit voor het eerste deel van de avond en tijdens het tweede deel van de avond praten de ouders met de mentor en de contactouders. De leerlingen krijgen workshops of lessen rond diverse thema’s. Een succes zijn de dramaworkshops rond internetpesten en de lessen van de Nederlandse Spoorwegen over zinloos geweld en pesten.De onderwerpen wisselen en hangen af van de maatschappelijke en schoolse actualiteit.
De voorzitter van de werkgroep Veilige School is
mw. A. Wubben.
2.4.5 Brede werkgroepen en beradenEr zijn enkele werkgroepen en beraden die overkoepelend over de scholengemeenschap opereren:
Werkgroep website en social media onder voorzitterschap van M.A. van Adrichem
Identiteitsraad onder voorzitterschap van drs. A.P.M. Loogman
<< terug naar inhoudsopgave
16
organisatie
2.5 De scholengemeenschapStanislascollege en Lucas onderwijs
Het Stanislascollege omvat zes scholen, waarvan drie gehuisvest zijn in Delft, één in Pijnacker en twee in Rijswijk. De scholen in Delft zijn geworteld in de katholieke traditie, terwijl de scholen in Pijnacker en Rijswijk een interconfessionele (RK/PC) identiteit hebben. De scholen van het Stanislascollege delen een gemeenschappelijke visie en pedagogische benadering: de Ignatiaanse pedagogiek. Elke school geeft zelf invulling aan het (onderwijs)beleid van de school. Het Stanislascollege maakt deel uit van Stichting Lucas Onderwijs. Onder dit bestuur vallen scholen voor confessioneel en algemeen beschouwend basis- en voortgezet onderwijs in de regio Haaglanden. Stichting Lucas Onderwijs telt circa 4.000 personeelsleden die de zorg hebben voor ruim 33.000 leerlingen.
Binnen Stichting Lucas Onderwijs vormen de zes scholen van het Stanislascollege samen de regio Delft. Aan het hoofd van deze regio staat een regiodirecteur. Hij wordt ondersteund door de regiomanager bedrijfsvoering. De regiodirecteur is verantwoordelijk voor de kwaliteit van onderwijs in de regio. De regiomanager organiseert de ondersteuning. Stichting Lucas Onderwijs biedt de scholen ondersteuning vanuit organisatorische kerngebieden als onderwijs, kwaliteit & innovatie, hrm, financiën & administratie, facilitaire zaken en informatiebeheer.
Directie Regio Delft VO
dhr. drs. A.P.M. Loogman directeur
dhr. drs. N.J. Olsthoorn manager bedrijfsvoering
College van Bestuur Lucas Onderwijs
dhr. E. H van Vliet
mw. dr. mr. I.M. de Bonth-Weekhout
Delft
Den Hoorn
Delfgauw
Pijnacker
Nootdorp
Rijswijk
Wateringen
Den HaagYpenburg
Den HaagWateringse Veld
Den Haag
<< terug naar inhoudsopgave
17
De eerste drie leerjaren vormen de onderbouw. In deze periode helpen we leerlingen bij de groei in plannen, zelfstandig leren, verantwoordelijkheid nemen en het werken aan praktische opdrachten.In de loop van het derde leerjaar start de voorbereiding op de bovenbouw en krijgt de leerling steeds meer verantwoordelijkheid. De bovenbouw is onderwijskundig en organisatorisch ingericht conform de Tweede Fase.
Inrichting onderwijs3
<< terug naar inhoudsopgave
18
inrichting onderwijs
3.1 Lestijden en roosterwijzigingen
De lessen in de onderbouw starten meestal om 8:45 uur. Het verkorte rooster wordt een enkele keer per schooljaar ingezet om ruimte te maken voor vergaderingen in de examenklassen. Roosterwijzigingen worden gepubliceerd op monitoren in de school en op de website.
Regulier rooster
lesuur overige vakken LO
1 8:00 - 8:45 8:00 - 9:30
2 8:45 - 9:30
3 9:30 - 10:15 9:30 - 11:00
pauze 10:15 - 10:40 11:00 - 11:30
4 10:45 - 11:30 11:30 - 13:00
5 11:30 - 12:15
6 12:15 - 13:00
pauze 13:00 - 13:25
7 13:30 - 14:15 13:30 - 15:00
8 14:15 - 15:00
pauze 15:00 - 15:10 15:00 - 15:10
9 15:15 - 16:00 15:15 - 16:45
10 16:00 - 16:45
Verkort rooster
lesuur overige vakken LO
1 8:15 - 8:45 8:15 - 9:15
2a 8:30 - 9:15
2 8:45 - 9:15
3 9:15 - 9:45 9:15 - 10:15
pauze 9:45 - 10:10
4 10:15 - 10:45 10:15 - 10:45
5 10:45 - 11:15 10:45 - 11:45
6 11:15 - 11:45
pauze 11:45 - 12:10 11:45 - 12:10
7 12:15 - 12:45 12:15 - 13:15
8 12:45 - 13:15
9 13:15 - 14:45 13:15 - 14:15
<< terug naar inhoudsopgave
19
inrichting onderwijs
3.2 Lessentabel
3.2.1 Onderbouw
brugklas havo atheneum gymnasium
hv v+ 2 3 2 2 o&o 2 e&o 3 2 2+ 3 3+
ak 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
bi 2 2 2 2 2 2 2 2
div 4 2 2
du 3 3 3 3 3 3 3 3 2 2
ec 1 1/2 1
en (ct) 3 3 3(4) 3(3) 3(3) 3(3) 3(3) 3(3) (3) (3) (3) (3)
fa 3 3 3 3 3 3 3 3 2 2 2 2
gr 4 3 3 3
gs 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
hav 1* 1* 1* 1* 1* 1*
im 1 1 1 1 1 1
la 4 3 3 3
lo 3 3 3 3 3 3 3 2 2 2 3 3
lv 2 2 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
ml 2 2 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
mu 1 1 1 1 1 1 1 1
na 2 2 2 2
ns 3 3 2 2 3 3
ne 4 3 3 3 3 3 3 3 2 2 2 2
pw 1 1/2 1 1 1 1
re 1/21/2
1/21/2
sk 2 2 2 2
tc 2 2
o&o 2
e&o 2
modh 2
te 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
wi 4 3 3 1/2 3 31/2 3 3 3 3 3 3 3
34 34 1/234 (35) 33 34 34 34 33 (35) (35) (34) 33 (34)
<< terug naar inhoudsopgave
20
inrichting onderwijs
Toelichting op de lessentabel
div In de plusklassen staan andere vakken en modules in het weekrooster, zie volgende pagina.
pw Eén keer per week is een uur ingeroosterd voor gecoördineerde toetsen, voor de vwo-plus-brugklas is dit max. 12 x per jaar. Vanaf klas 2 wordt gewerkt met een pw-rooster.
re In de klassen 2 atheneum en havo besteedt de wiskundedocent ongeveer een half lesuur per week aan rekenen. In de klassen 3 atheneum en havo besteedt de economiedocent ongeveer een half lesuur per week aan rekenen.
ch Chinees is vanaf klas 2 een keuzevak voor 2 uur per week op het atheneum en gymnasium. modh in klas 2 kiezen leerlingen per periode een keuzemodule (lo, tc of mu)
* sommige vakken waarvoor 1 lesuur per week in de tabel staat, worden gedurende een half schooljaar in twee lessen per week gegeven.
3 uur lo wordt als 2 uur in de ene helft van het schooljaar en 4 uur in andere helft gegeven.
De WRS lessen in klas 3 aan de rand van de dag verzorgd.
Invulling onderdelen plusprogramma’s
In de vwo-plus-brugklas staan 4 uren op het rooster naast de reguliere vakken. Drie uren daarvan worden ingevuld met denklessen (dl), science (sc) en mythologie/klassieke vorming (kc).Het vierde uur wordt ingevuld met drie modules (mod1) van elk ca. 12 lesuren.De modules zijn: scheikunde (blokuur), Chinese Cultuur en debating. Eén mentoruur valt samen met het proefwerkuur van de andere brugklassen, daarin kunnen gecoördineerde toetsen worden afgenomen.
In de klas 2 van het gymasium-plus staan twee uren op het programma naast reguliere vakken. Eén uur wordt ingevuld met drie modules (mod1) van elk ca. 12 lesuren; de onderwerpen zijn: archeologie, mediawijsheid (in het
Engels) en denkles.In het tweede lesuur wordt het vak kunst gegeven in drie modules (mod2); de onderwerpen zijn: muziek, tekenen en handvaardigheid.
In de klas 3 van het gymasium-plus staan twee uren op het programma naast reguliere vakken. Eén uur wordt ingevuld met drie modules (mod1) van ca. 12 lesuren; de onderwerpen zijn: economie, filosofie en drama. Het tweede lesuur wordt ingevuld met drie modules (mod2). De onderwerpen zijn: Spaanse vertellingen, programmeren en 3D-ontwerpen.
<< terug naar inhoudsopgave
21
inrichting onderwijs
3.2.2 Bovenbouw
Toelichting
pws wordt in de examenklassen tijdens de eerste helft van het schooljaar 2 uur per week ingeroosterd aan het einde van de dag
In de examenklassen worden twee uren lo gegeven gedurende de eerste helft van het schooljaar.
Op het atheneum wordt ckv gegeven in klas 4 en 5.
Op het gymnasium is klassieke cultuur onderdeel van de lessen klassieke talen.
havo vwo
4 54-5
sbb4 5 6
4-5
sbb
ak 4 3 8 3 3 3 11
biol 4 4 10 3 3 3 12
bsm 3 4 8
chtc 3 3 3 12
ckv 1 1 3 1 1 4
dutl 3 4 10 3 3 3 12
econ 4 4 10 3 3 3 12
entl(ct) 4(3) 3 9 3(3) 2(3) 3 10
fatl 3 4 10 3 3 3 12
fil 3 3 3 11
ges 3 4 8 3 2 3 12
grkc 4 4 5 18
in 3 4 8 3 2 3 11
lakc 4 4 5 18
lo 2 1 3 2 2 1 4
lv 1 2 2 3
maw 4 3 8
m&o 3 4 8 3 3 3 11
maat 2 3 2 3
mu/gu 1 1 3 1 1 1 4
mux 3 3 3 12
nat 4 4 10 3 3 3 12
netl 4 4 10 3 3 3 12
re 1
schk 3 4 8 3 3 3 11
sptl 4 4 4 16
tex 4 3 8 3 3 3 12
wisA 3 4 8 3 3 3 13
wisB 4 4 8 4 4 3 15
wisC 3 2 3 12
wisD 3 2 3 11
wkwt 1 1 1 4
kwt
ml
<< terug naar inhoudsopgave
22
inrichting onderwijs
3.3 Vakafkortingen
ak
anw
bi/biol
bsm
ch
chtc
ckv
ct
dl
du
dutl
ec/econ
en
entl
fa
fatl
fi
gs/ges
gr
grtc
hav
im
in
kc
ku
kwt
la
lakc
lv
lo
maat
maw
aardrijkskunde
Algemene natuurwetenschappen
biologie
bewegen sport en maatschappij
Chinees
Chinese taal en cultuur
culturele kunstzinnige vorming
Cambridge Track
denkles
Duits
Duitse taal en literatuur
economie
Engels
Engelse taal en literatuur
Frans
Franse taal en literatuur
filosofie
geschiedenis
Grieks
Griekse taal, cultuur en literatuur
handvaardigheid
informatiekunde & mediawijsheid
informatica
klassieke cultuur
kunst
keuzewerktijd
Latijn
Latijnse taal, kunst en literatuur
levensbeschouwelijke vorming
lichamelijke opvoeding
maatschappijleer
maatschappijwetenschappen
m&o
ml
mod
mu/mux
na/nat
ne
netl
ns
pw
pws
re
rs
rw
sc
sk/schk
sptl
tc
te/tex
wi
wisA
wisB
wisC
wisD
management & organisatie
mentorles
modules (diverse onderwerpen)
muziek
natuurkunde
Nederlands
Nederlandse taal en literatuur
natuur- & scheikunde
gecoördineerd proefwerkuur
profielwerkstuk
rekenen
relatievorming en seksualiteit
Rots- en watertraining (sociale vaardigheden)
science
scheikunde
Spaanse taal en literatuur
techniek
tekenen
wiskunde
wiskunde A
wiskunde B
wiskunde C
wiskunde D
3.4 Keuzewerktijd
In een keuzewerktijduur (kwt) werkt een leerling aan het vak waarin zijn/haar resultaten tekort schieten. Het kwt kan besteed worden aan het maken van opdrachten zijn, (samen)werken aan een PO, leren of uitleg krijgen van een docent of een medeleerling.
<< terug naar inhoudsopgave
23
inrichting onderwijs
3.5 Vakken en profielen in de bovenbouw
Aan het einde van de onderbouw kiezen leerlingen een profiel. Dit profiel is gericht op een toekomstige studie- en/of beroepskeuze. Leerlingen worden uitgebreid begeleid bij het maken van de profielkeuze. De vakken die zij in de bovenbouw volgen sluiten aan bij het profiel. Daarnaast zijn er verplichte vakken die iedereen volgt en kiezen de leerlingen zelf één of twee vakken in het vrije deel.
Vwo: gymnasium en
atheneum
Alle leerlingen volgen de vakken uit het gemeen-schappelijke deel.Daarnaast kiezen de leerlingen de profielvakken en twee vakken in het vrije deel conform de tabel hiernaast.Vanaf de vijfde klas is slechts één vak in het vrije deel verplicht. Bij NT mag sptl niet gekozen worden.
* Geldt alleen voor het gymnasium.
** Geldt alleen voor het atheneum.
De profielen zijn:
CM: cultuur & maatschappij
EM: economie & maatschappij
NG: natuur & gezondheid
NT: natuur & techniek
NG/NT: natuur, gezondheid & techniek
gemeensch. deel
profielen & profielvakken keuzedelen (2)
netl grkc* of lakc* entl of ct fatl**, dutl**,
sptl** of chtc** ckv** lo maat anw lv
CM wisA of wisC ges ak mux, tex, sptl, fatl,
dutl of chtc, fi, grkc* of lakc*
sptl, fatl, dutl of chtc econ/m&o fi mux/tex
EM wisA of wisB ges econ m&o
bij wisA sptl, fatl, dutl
of chtc ak fi mux/tex
bij wisB nat ak in fi/mux/ tex
NG wisA schk biol ak
sptl, fatl, dutl of chtc in econ/m&o fi/mux/tex
NT wisB schk nat wisD of in
econ/m&o ak in tex
NG/NT
wisB schk nat biol
sptl*, fatl, dutl of chtc in econ/m&o fi/mux/tex
<< terug naar inhoudsopgave
24
inrichting onderwijs
Havo
Alle leerlingen volgen de vakken uit het gemeenschappelijke deel. Daarnaast kiezen de leerlingen de profielvakken kiezen conform de tabel hieronder. Tenslotte kiezen leerlingen een vak in het vrije deel.
De profielen zijn:
CM: cultuur & maatschappij
EM: economie & maatschappij
NG: natuur & gezondheid
NT: natuur & techniek
gemeenschappelijk deel
profielen & profielvakken vrije deel (1 vak kiezen)
netl entl ckv lo lv maat
CM fatl of dutl ges econ, maw of ak tex, fatl of dutl
fatl dutl ak m&o econ maw wisA nat biol in tex bsm
EM wisA of wisB ges econ m&o, maw, ak, fatl of dutl
NG wisA of wisB schk biol ak of nat
NT wisB schk nat in of biol
<< terug naar inhoudsopgave
25
inrichting onderwijs
3.6 Extra curriculair aanbod
Eén van de ambities van het Stanislascollege Westplantsoen is: goed worden in verschillen. We willen voor onze leerlingen een school zijn die hen uitdaagt het beste van zichzelf te laten zien. Ter ondersteuning van deze ambitie beschikken wij over een uitdagend didactisch aanbod dat naast de lessen plaatsvindt.
3.6.1 Beter Bèta-schoolHet Stanislascollege Westplantsoen schenkt bijzondere aandacht aan het aantrekkelijker maken van het bèta-technisch onderwijs. Dit wordt onder andere zichtbaar in Beter-Bèta-projecten en de samenwerking met de TU Delft.De school maakt deel uit van Beter-Bèta, een netwerk van 5 middelbare scholen uit de regio die ondersteuning krijgen vanuit de TU. Verder is onze school lid van het Platform Bètatechniek, een samenwerkingsverband tussen scholen, universiteiten en de overheid. Het Stanislascollege Westplantsoen neemt deel aan de landelijke wedstrijden ‘First Lego League’ voor de onderbouw en de ‘Tech Challenge’ voor de bovenbouw. In deze wedstrijden wordt het technisch knowhow en het creatief denken van de leerlingen op de proef gesteld. De leerlingen bedenken, bouwen en programmeren zelf robots die in staat zijn de vooraf gedefinieerde taken uit te voeren. Leerlingen in de vwo-plus-brugklas krijgen het vak science. Leerlingen die uitblinken in een bètavak, worden gestimuleerd om deel te nemen aan wiskunde-, science-, scheikunde-, biologie- en natuurkunde-olympiades. Met veel plezier buigen leerlingen zich dan over pittige opgaven om te kijken hoe ver hun kennis reikt.
<< terug naar inhoudsopgave
26
inrichting onderwijs
3.6.2 Aansluiting met wetenschappelijk onderwijs In de afgelopen jaren is meer en meer aandacht ontstaan voor de aansluiting met het wetenschappelijk onderwijs. Verschillende universiteiten hebben programma’s ontwikkeld voor de meer getalenteerde leerlingen. De programma’s zijn:
Pre-University College op de Universiteit Leiden
(5-6 vwo)
Pre-University College op de Universiteit Leiden (5-6 vwo)Leerlingen volgen maandagmiddag colleges op diverse faculteiten. Het programma biedt een brede oriëntatie op wetenschappelijk onderwijs en omvat 5 blokken, die allemaal anders van opzet zijn. Het PRE wordt afgesloten met een universitair erkend diploma.
Klik voor meer informatie
PRE-Classes op de Universiteit Leiden (5-6 vwo)
Leerlingen maken in ca. 8 bijeenkomsten intensief kennis met een thema bij een opleiding naar keuze. Zij krijgen college van hoogleraren en andere universitaire docenten, en doen mee aan werkgroepen. Het programma wordt afgesloten met een certificaat.
Klik voor meer informatie
Junior TU Delft (5-6 vwo met NG/NT profiel)
Het programma bestaat uit 6 practica en ontwerplessen op vrijdagmiddag. Het onderwijs is interdisciplinair opgezet: ontwerpen, onderzoeken en technologische toepassingen staan centraal. De leerlingen zullen zoveel mogelijk werken ‘vanuit de ingenieursaanpak’. Het programma wordt afgesloten met een presentatie van alle werkgroepen.
Klik voor meer informatie
Junior Med School op de Erasmus Universiteit in
Rotterdam (vanaf 4 vwo)
Zeer goede en ambitieuze vwo-leerlingen kunnen in een vroegtijdig stadium (4 vwo) voor de Junior Med School worden geselecteerd. Junior Med School is een intensief traject, met een flinke studiebelasting en deels ook lessen in vakantieperioden, dat rechtstreeks toegang geeft tot de opleiding geneeskunde.
Klik voor meer informatie
<< terug naar inhoudsopgave
27
inrichting onderwijs
3.6.3 Versterkt taalonderwijs (VTO)Onder de noemer VTO wordt extra taalonderwijs verzorgd. Onze school biedt VTO wordt aan in zes talen: Nederlands, Frans, Duits, Engels, Spaans en Chinees. Op Europees niveau zijn afspraken gemaakt over het beheersingsniveau van de moderne vreemde talen. Er wordt gekeken naar de vaardigheden: luisteren, lezen, spreken en schrijven. Op ieder van die vijf terreinen zijn zes niveaus gedefinieerd: van A1 (beginners), A2, B1, B2, C1 tot C2 (vergevorderd).
Engels – Cambridge Track
Op het Stanislascollege Westplantsoen wordt Cambridge Track Engels (CT) aangeboden. CT is Engels op een hoog niveau. Leerlingen die dit gevolgd hebben en het certificaat behaald hebben, kunnen probleemloos op Engelstalige universiteiten en hbo-opleidingen terecht. Bijzonder aan CT bij ons op school is, dat we het ook op de havo aanbieden. Er zijn weinig scholen in Nederland die Engels
op hoog niveau aanbieden aan havisten.Alle brugklassen krijgen standaard drie uur Engels in de week. Alle leerlingen die het kunnen en willen mogen in de tweede klas met CT doorgaan. ‘Kunnen’ wil zeggen slagen voor de instroomtoets. ‘Willen’ betekent de bereidheid hebben om veel en goed Engels te lezen, te luisteren en te gebruiken.
Leerlingen worden voorbereid op de verschillende Cambridge-certificaten. Aan het einde van de derde klas is een tussentoets om te bepalen wie voor het examen op mag gaan in de vierde klas havo en vijfde klas vwo en wie doorgaat met regulier Engels. Met veel plezier merken we dat ongeveer een derde van de havisten, de helft van het atheneum en bijna alle gymnasiasten CT volgen in de vierde klas. Havisten werken naar het FCE toe, een Cambridge-toets op B2 niveau, die zij in de vierde klas doen en ook steeds meer havisten doen het CAE (=C1) examen in havo 4. Vwo’ers doen over het algemeen het CAE, een toets op C1 niveau, of CPE, op C2 niveau, in de vijfde klas. Met een FCE heeft een leerling aangetoond een hoog niveau Engels te hebben; hij of zij kan daarmee bij tienduizenden bedrijven, overheden en opleidingen overal ter wereld terecht. Met een CAE of CPE kunnen leerlingen wereldwijd op duizenden universiteiten terecht. Een diploma is niet alleen nuttig voor het buitenland, ook in Nederland zijn er steeds meer opleidingen in het Engels.De extra lessen en de uiteindelijke Cambridge-toetsen kosten veel geld. Onze school vindt verdiept Engels zodanig belangrijk dat wij zelf de kosten van de extra lessen dragen. Ouders betalen alleen de kosten voor deelname aan de Cambridge-toets welke - afhankelijk van het niveau van het examen - ongeveer € 240 bedragen.
Klik hier voor de verschillende niveaus
voor havo en vwo
Klik hier voor een database met
bedrijven, overheden en universiteiten
die FCE en CAE erkennen en gebruiken
voor hun selectie procedure
<< terug naar inhoudsopgave
28
inrichting onderwijs
Duits – Certificaat Goethe Institut
In klas vwo 5 wordt aan leerlingen de mogelijkheid geboden, om in het vak Duits het certificaat B2 of C1 te behalen. Dit is een internationaal erkend certificaat, dat door het Goethe-Institut afgegeven wordt. Met C1 kan men aan elke Duitstalige universiteit studeren, met B2 is dat mogelijk aan sommige universiteiten. De voorbereiding op het examen vindt plaats tijdens een extra uur Duits, waarin de doeltaal ook de voertaal is. De kosten per certificaat zijn voor B1: € 125 en voor C1: €140.Leerlingen die interesse hebben, moeten ongeveer een 8 gemiddeld staan en, naast het volgen van de extra les, af en toe een extra huiswerkopdracht maken.
Spaans DELE - Diploma de Español como Lengua
Extranjera
Communiceren staat tijdens de lessen Spaans op school centraal. Er wordt gebruik gemaakt van Spaanse lesmethodes, waaronder Gente Joven. Er wordt ook aandacht besteed aan culturele en literaire aspecten van de Spaanse taal. Aan leerlingen die goede resultaten behalen en die gemotiveerd zijn, bieden we de mogelijkheid om mee te doen aan het DELE examen. Dit is het enige door het Spaanse ministerie van onderwijs erkende internationale diploma dat het niveau van taalbeheersing aangeeft. De diverse niveaus zijn gerelateerd aan het ERK. De leerlingen kunnen opgaan voor het Nivel Inicial (B1). Deze certificatie wordt aangeboden aan leerlingen in klas 6 die ongeveer een 8 gemiddeld staan bij de overgang van vwo 5 naar vwo 6. Er wordt een eigen bijdrage van de ouders gevraagd van circa €125.
Frans - DELF-certificaat: Diplôme d’Études en
Langue Française
In de bovenbouw kunnen geïnteresseerde én gemoti-veerde leerlingen ervoor kiezen om zich voor te bereiden op het DELF-examen niveau B1. Indien wenselijk is voorbereiden op een hoger examenniveau mogelijk. Er wordt geëxamineerd op zes niveaus. Een B2 diploma of hoger geeft rechtstreeks toegang tot het Franse hoger onderwijs. Voor alle diploma’s geldt dat werkgevers het DELF-certificaat kennen en erkennen. Voor de certificatie wordt een bijdrage gevraagd van circa € 140. Dit schooljaar gaan voor het eerst leerlingen uit klas 3 havo zich voorbereiden op het DELF-examen, niveau A2.
Chinees Op het Stanislascollege Westplantsoen wordt lesgegeven in Chinese taal en cultuur. China is een economische grootmacht. Kennis van de taal en cultuur is bij uitstek een geschikt middel om begrip tussen volkeren te bevorderen. Hiermee kunnen ook contacten op economisch gebied gemakkelijker verlopen. Daarnaast biedt het leren van de Chinese taal en cultuur een extra uitdaging naast de gewone schoolvakken. Chinees kan vanaf de tweede klas van het Atheneum en Gymnasium gekozen worden als keuzevak. Er wordt gewerkt met de methode ‘Chinees een makkie’. Eindexamenleerlingen kunnen deelnemen aan een examen op HSK-niveau 3. Deze gestandaardiseerde examens worden op zes niveaus afgenomen onder toezicht van het Bureau van de Internationale Raad voor de Chinese Taal (Hanban) en zijn gebaseerd op vijf taalcompetenties, zoals vastgesteld in het Internationaal Curriculum voor Chinees.
<< terug naar inhoudsopgave
29
inrichting onderwijs
3.7 Rekenen- en taalbeleid
De laatste tijd is in de media veel aandacht besteed aan en gediscussieerd over de reken- en taalvaardigheden. Vanuit de overheid wordt het belang van de kernvakken Nederlands, Engels, rekenen en wiskunde benadrukt. Op het Stanislascollege Westplantsoen is veel aandacht voor rekenen en taal. De voortgang van leerlingen op reken- en taalgebied wordt gemeten met schooleigen toetsen en de landelijke TOA-toets.In de onderbouw hebben de tweede en derde klassen (met uitzondering van het gymnasium en de gymnasium-plusklassen) tweewekelijkse rekenlessen. De onderbouw heeft verder alleen wiskunde. In de bovenbouw wordt jaarlijks een rekentoets afgenomen. Leerlingen van havo 4 krijgen één keer per week rekenles tot aan het centraal rekenexamen. Leerlingen van vwo 5 krijgen rekenen als zij uitvallen op de TOA-toets. Zowel in de onder- als in de bovenbouw is er hulp voor leerlingen die minder goed scoren. Zij volgen een begeleidingstraject via de ELO en waar nodig wordt in overleg met de mentor, vakdocent en ouders andere hulp ingezet. De aangescherpte eisen voor Nederlands en Engels vallen binnen het reguliere examenprogramma van deze twee vakken. De extra aandacht en bijles worden dan ook via deze vakgroepen geregeld.
<< terug naar inhoudsopgave
30
inrichting onderwijs
3.8 Buitenklassikale activiteiten
Stanislascollege stimuleert de leerlingen om zich op alle vlakken te ontwikkelen. Het gaat niet alleen om de cognitieve ontwikkeling (kennis), maar ook de sociale, culturele, sportieve en muzikale ontwikkeling is van belang. Om leerlingen hierin zoveel mogelijk te stimuleren, beschikt de school over een rijk en divers aanbod aan buitenklassikale activiteiten. Hieronder staat een overzicht van de activiteiten met daarbij de verantwoordelijke medewerkers.
acrobatiek mw. A.M. Russel
dhr. J.H. Nienhuis
sporttoernooien dhr. T. Abbenhuis
Open podium dhr. C. P van der Linden
toneel dhr. T. van Kaam
dhr. R. Kouwer
Zeilkamp dhr. K. van Opstal
mw. A.B.C. Akker - van Uffelen
Stanislas Tech Team mw. C.B.J.L.J. Mevis
Koor en orkest mw. A.M Russel
schoolkrant Pythia mw. M.Y.M van Gerven
brugklaskamp mw. S.M. Kardolus
Moderamen
Het Moderamen coördineert, stimuleert en geeft inhoud aan allerlei activiteiten binnen de school. Die activiteiten betreffen o.a. Stanislasdag, schoolfeesten, het Open Podium (i.s.m. Kees v.d. Linden) en carnaval.
Bij uitvoering van veel taken wordt het moderamen geassisteerd door een groep leerlingen het zgn. Comité Anoniem. Bij een wijzigende samenstelling van het Comité wordt deze rond Stanislasdag bekendgemaakt.
Het Moderamen bestaat uit: mw. A.B.C van den Akker -van
Uffelen, dhr. M. Dessens, dhr. J.C. Docter en dhr. D.A. Hart.
Vriendenkring SCW
De vriendenkring van het Stanislascollege Westplantsoen omvat vele oud-leerlingen en oud-docenten. Zij worden regelmatig van het reilen en zeilen van de school op de hoogte gesteld middels een tijdschrift.
De contactpersoon voor de vriendenkring is:
dhr. A.L.P. Duifhuis.
<< terug naar inhoudsopgave
31
inrichting onderwijs
3.9 Schoolboeken en leermiddelen
De school heeft een intern boekenfonds. Dit fonds verzorgt voor alle leerlingen het leermiddelenpakket, digitaal lesmateriaal en het Chromebook. Zo hebben de leerlingen altijd de beschikking over de juiste boeken van de juiste druk. De leermiddelen worden zonder kosten aan de leerlingen in bruikleen gegeven, maar blijven eigendom van de school. De leerlingen dienen netjes met de leermiddelen om te gaan. De school hanteert geen borgregeling.
In de wet staat aangegeven welke leermiddelen niet gratis zijn. Aan het begin van het schooljaar ontvangen de leerlingen een lijst met leermiddelen, die zij zelf dienen aan te schaffen. Sommige leermiddelen worden door de school aangeschaft; daarvan krijgen de ouders aan het begin van het schooljaar een factuur.
De leerling ontvangt het leermiddelenpakket aan het begin van het schooljaar. Aan het einde van het schooljaar ontvangt de leerling een uitnodiging om de leermiddelen in te leveren.
De school kan (administratie)-kosten in rekening brengen indien het leermiddelenpakket op verzoek van de leerling gedurende het jaar wijzigt of omdat leermiddelen bij inlevering beschadigd zijn. Indien een leerling een boek kwijt is, moet hij/zij het boek zelf aanschaffen.
Meer informatie over de regeling m.b.t
leermiddelen.
<< terug naar inhoudsopgave
32
inrichting onderwijs
3.10 Rapportage en bevordering
3.10.1 Rapportcijfers in de onderbouw Bij de totstandkoming van rapportcijfers hanteren we een doorlopend gemiddelde. Dat houdt in dat bij elk rapport per vak het gemiddelde wordt berekend van alle behaalde cijfers tot dat moment. De weging per werk (SO, proefwerk, werkstuk, etc.) berust op in de vakgroep gemaakte afspraken. Het doorlopend gemiddelde wordt op een geheel getal afgerond tot het rapportcijfer.
3.10.2 Richtlijnen van de bevordering brugklas In de rapportvergadering van periode 2 wordt per leerling besproken wat de juiste vervolgafdeling is. Daarbij baseren de docenten en de coördinator zich op de resultaten die in periode 1 en 2 zijn gehaald. Hierbij geldt het volgende: Voor de berekening van het gemiddelde cijfer wordt
uitgegaan van alle gevolgde vakken met uitzondering van die vakken die in de bovenbouw geen examencijfers genereren - dat zijn: Informatiekunde & Mediawijsheid, Techniek, Handvaardigheid en Lichamelijke Opvoeding;
Voor de berekening van het aantal tekorten tellen alle vakken mee.
Determinatie havo/vwo-brugklas
A. Vanuit de havo/vwo-brugklas krijgt een leerling
een voorlopige vwo-beslissing als het gemiddelde
van de vakken een 7,4 is en er geen onvoldoendes
voor Nederlands/Engels/wiskunde op de lijst staan.
De docenten beslissen per leerling of hij/zij een
atheneum- of gymnasiumbeslissing krijgt. Daarbij
spelen werkhouding, inzet, talige aanleg en het cijfer
voor Nederlands en wiskunde (waarin in gymnasium 2
een uur minder wordt les gegeven om ruimte te maken
voor de klassieke talen) een belangrijke rol. Als er meer
onvoldoendes op de lijst staan, beslissen de docenten
en de coördinator of een leerling een voorlopige havo-
beslissing meekrijgt. Gedurende periode 3 moet een
leerling vormbehoud tonen: de cijfers mogen niet
onder een 7,4 gemiddeld zakken. In de slotvergadering
wordt gekeken naar de cijfers die zijn gehaald
gedurende het hele jaar. De regels die in periode 2 zijn
toegepast, gelden ook tijdens de slotvergadering.
B. Vanuit de havo/vwo-brugklas krijgt een leerling een
voorlopige havo-beslissing als het gemiddelde van de
vakken lager is dan een 7,4 of als er een onvoldoende
voor Nederlands/Engels/wiskunde op de lijst staat.
Als er meerdere onvoldoendes op de lijst staan,
beslissen de docenten en de coördinator of een
leerling een voorlopige mavo-beslissing meekrijgt.
In de slotvergadering wordt gekeken naar de cijfers
die zijn gehaald gedurende het hele jaar. De regels
die in periode 2 zijn toegepast, gelden ook tijdens
de slotvergadering. Als een leerling in periode 3 een
opmerkelijke groei laat zien en alsnog aan een 7,4
gemiddeld zonder onvoldoende komt, krijgt hij/zij
alsnog een atheneum-beslissing.
<< terug naar inhoudsopgave
33
inrichting onderwijs
Determinatie vwo-brugklas
A. In de rapportvergadering van periode 2 wordt per
leerling besproken of hij/zij de weg op het vwo
kan vervolgen. Daarbij baseren de docenten en de
coördinator zich op de cijfers die in periode 1 en 2
zijn gehaald. Vanuit de vwo-klas krijgt een leerling
een voorlopige vwo-beslissing als het gemiddelde
van de vakken een 6,4 is en er geen onvoldoende
voor Nederlands/Engels/wiskunde op de lijst staat.
Als er meer onvoldoendes op de lijst staan, beslissen
de docenten en de coördinator of een leerling een
voorlopige havo-beslissing meekrijgt.
B. Is het gemiddelde lager of staat er een onvoldoende
bij de genoemde vakken dan wordt de voorlopige
beslissing havo. Als er meer onvoldoendes op de lijst
staan, beslissen de docenten en de coördinator of de
leerling een voorlopige mavo-beslissing meekrijgt.
Gedurende periode 3 moet een leerling vormbehoud
tonen: de cijfers mogen niet onder een 6,4 gemiddeld
zakken. In de slotvergadering wordt gekeken naar
de cijfers die zijn gehaald gedurende het hele jaar.
De regels die in periode 2 zijn toegepast, gelden ook
tijdens de slotvergadering.
Atheneum- of gymnasiumbeslissing
Leerlingen die een atheneum-beslissing hebben
maar graag naar het gymnasium willen, moeten
dit op de spreekavond of in ieder geval in een tijdig
stadium kenbaar maken. Een overstap op verzoek
is alleen mogelijk als er aan het einde van het jaar
plaats is in gymnasium 2. Ook leerlingen die een
gymnasium-beslissing hebben maar liever naar het
atheneum willen, moeten dit op de spreekavond of
in ieder geval in een tijdig stadium voor de laatste
rapportvergadering kenbaar maken. Ook hier geldt
dat een overstap alleen mogelijk is als er plaats is.
3.10.3 Richtlijnen voor de bevordering naar klas 3 en klas 4 Wanneer hieronder wordt gesproken over het aantal tekorten en het gewogen gemiddelde berekend over de afgeronde eindcijfers, geldt het volgende: voor de berekening van het gemiddelde cijfer wordt
uitgegaan van alle gevolgde vakken met uitzondering van die vakken die in de bovenbouw geen examencijfers genereren - dat zijn: Informatiekunde & Mediawijsheid, Techniek, Handvaardigheid en Lichamelijke Opvoeding;
voor de berekening van het aantal tekorten tellen alle vakken mee.
<< terug naar inhoudsopgave
34
inrichting onderwijs
Van 2 havo naar havo 3 en van 3 havo naar havo 4
Een leerling wordt bevorderd indien:
Een leerling 3 tekorten of minder heeft behaald en een
gewogen gemiddelde van 6,3 of hoger heeft, berekend
over de afgeronde eindcijfers. Voor een bevordering
bij 3 tekorten mag maximaal één van de vakken
Nederlands, Engels/CT en Wiskunde onvoldoende zijn.
Een leerling wordt geclausuleerd bevorderd of doubleert
indien:
Een leerling 3 tekorten of minder heeft behaald, maar
een gewogen gemiddelde van minder dan 6,3 heeft,
of
Een leerling 3 tekorten heeft behaald, waarbij twee
of meer van de vakken Nederlands, Engels/CT en
Wiskunde onvoldoende zijn, ongeacht het gewogen
gemiddelde over de afgeronde eindcijfers.
Een leerling wordt geclausuleerd bevorderd, doubleert of
moet het leerjaar overdoen op andere afdeling indien:
Een leerling 4 tekorten of meer heeft behaald,
ongeacht het gewogen gemiddelde over de afgeronde
eindcijfers van alle vakken.
Voor een bevordering van havo 3
naar havo 4 gelden enkele aanvullende
voorwaarden: het ‘puntencriterium’
Van 2 vwo naar 3 vwo en van 3 vwo naar vwo 4
Een leerling wordt bevorderd indien:
Een leerling 3 tekorten of minder heeft behaald en een
gewogen gemiddelde van 6,4 of hoger heeft, berekend
over de afgeronde eindcijfers. Voor een bevordering
bij 3 tekorten mag maximaal één van de vakken
Nederlands, Engels/CT en Wiskunde onvoldoende zijn.
Een leerling wordt geclausuleerd bevorderd of doubleert
indien:
Een leerling 3 tekorten of minder heeft behaald, maar
een gewogen gemiddelde van minder dan 6,4 heeft,
of
Een leerling 3 tekorten heeft behaald, waarbij twee
of meer van de vakken Nederlands,Engels/CT en
Wiskunde onvoldoende zijn, ongeacht het gewogen
gemiddelde over de afgeronde eindcijfers.
Een leerling wordt geclausuleerd bevorderd, doubleert of
moet het leerjaar overdoen op andere afdeling indien:
Een leerling 4 tekorten of meer heeft behaald,
ongeacht het gewogen gemiddelde over de afgeronde
eindcijfers van alle vakken.
Voor een bevordering van vwo 3
naar vwo 4 gelden enkele aanvullende
voorwaarden: het ‘puntencriterium’
<< terug naar inhoudsopgave
35
3.10.4 Richtlijnen voor de bevordering naar klas 5 en klas 6
Van 4 vwo naar vwo 5
Voor de vakken Nederlands, Engels/CT en Wiskunde
(A,B of C) geldt dat een leerling maximaal één tekort
mag hebben en
er zijn in totaal nul, één of twee tekorten, of
er zijn drie of vier tekorten met een maximum
van drie onvoldoendes en het gemiddelde van
de cijfers is tenminste 6,0. Een cijfer 3 telt voor
twee tekorten, maar telt bij het berekenen van
het gemiddelde als een 3. Indien een leerling vier
tekorten heeft, kan de leerling slechts bevorderd
worden als hij voor aanvang van de vijfde klas een
van de vakken met een tekort laat val
Hierbij geldt:
Een leerling kan niet tot het volgende leerjaar worden
toegelaten als de vereiste praktische opdrachten en/of
handelingsdelen niet naar behoren zijn uitgevoerd;
Bij de vakken lichamelijke opvoeding en CKV telt een
onvoldoende mee als tekort(en). Voldoendes voor deze
vakken tellen niet mee voor het gemiddelde.
Van 4 havo naar havo 5 en van 5 vwo naar vwo 6
Voor de vakken Nederlands, Engels/CT en Wiskunde
(A,B of C) geldt dat een leerling maximaal één tekort
mag hebben en:
er is in totaal nul of één tekort of
er zijn twee tekorten en het gemiddelde van de
cijfers is tenminste 6,0 of
er zijn drie tekorten met een maximum van twee
onvoldoendes en het gemiddelde van de cijfers is
tenminste 6,0.
Hierbij geldt:
Geen eindcijfer mag 3 of lager zijn;
Een leerling kan niet tot het volgende leerjaar worden
toegelaten als de vereiste praktische opdrachten en/of
handelingsdelen niet naar behoren zijn uitgevoerd;
Voor havo 4 en vwo 5 tellen de vakken
maatschappijleer en levensbeschouwing als één cijfer;
de afzonderlijke cijfers moeten minimaal een 4 zijn;
Bij de vakken lichamelijke opvoeding en CKV telt een
onvoldoende mee als tekort(en). Voldoendes voor deze
vakken tellen niet mee voor het gemiddelde.
<< terug naar inhoudsopgave
36
4Begeleiding van
leerlingen
Binnen onze school wordt veel aandacht besteed aan de begeleiding van leerlingen. Hierbij zijn alle medewerkers van de school betrokken. De begeleiding is er in de eerste plaats op gericht dat leerlingen zich zo goed mogelijk kunnen ontwikkelen.
<< terug naar inhoudsopgave
37
begeleiding van leerlingen
4.1 Passend onderwijs
Elke school heeft een zorgplicht. Dat betekent dat scholen voor alle kinderen die extra onderwijsondersteuning nodig hebben, moeten zorgen voor een zo passend mogelijke onderwijsplek. Dit kan een plek zijn op de eigen school, maar ook op een andere school die de leerling beter kan ondersteunen. Het is belangrijk dat de school en de ouders in de uitvoering van de zorgplicht samenwerken. Bundeling van kennis en ervaring van ouders en school komt de ondersteuning van een kind ten goede. Een volledige beschrijving van het ondersteuningsaanbod van onze school is vastgelegd in ons schoolondersteunings-profiel (SOP) welke te bekijken is op onze website.
Schoolondersteuningsprofiel
4.2 Studiebegeleiding
4.2.1 Mentorlessen in de brugklas In het voortgezet onderwijs worden andere eisen aan de leerlingen gesteld dan in het basisonderwijs. Een belangrijk middel om deze overgang zo soepel mogelijk te laten verlopen zijn de studie- en begeleidingslessen door de mentor van de klas. We beginnen met de introductie van de leerlingen; de leerlingen maken kennis met elkaar, de mentor en de school. De mentor begeleidt het groepsproces en besteedt aandacht aan gedragsregels. Het aanleren van effectieve studiegewoonten, waaronder een goede studiehouding is een tweede belangrijk onderdeel van de studielessen. Zowel thuis als in de klas zijn nauwkeurigheid, zelfcontrole, ordening van de werkruimte, tijdsindeling, werkindeling en concentratie onontbeerlijk om goede studieresultaten te bereiken. Ten slotte krijgen de leerlingen efficiënte studievaardigheden aangeleerd. Een goede studiemethodiek helpt leerlingen efficiënt studeren. Als de mentor denkt dat de leerling extra ondersteuning nodig heeft, komt de leerling in aanmerking voor de Begeleiding en Ondersteuning Brugklas (BOB-uren).
<< terug naar inhoudsopgave
38
begeleiding van leerlingen
4.2.2 Mentoruur voor klas 2 en hoger Het mentoruur is onderdeel van het rooster en is voor alle leerlingen verplicht. Het uur wordt hoofdzakelijk gebruikt voor gesprekken van de mentor met zijn klas over de voortgang van het onderwijs en de onderlinge verhoudingen. Daarnaast kan het uur gebruikt worden voor decaanlessen, vieringen in de kapel en het voorbereiden van activiteiten van de klas of de afdeling. Met name in de onderbouw wordt veel aandacht besteed aan algemene studievaardigheden. Het mentoruur wordt in de bovenbouw regelmatig gebruikt voor individuele gesprekken met leerlingen. De andere leerlingen houden zich dan bezig met hun schoolwerk.
4.2.3 StudiebegeleidingVoor leerlingen met een zorgvraag kunnen er op school, in overleg met de ouders en/of de mentor of de conrector, gedurende één periode studiebegeleidingslessen verzorgd worden door een extern studiebegeleidingsbureau ’t Z-je.
Studiebegeleidingsbureau ‘t Z-je
4.2.4 Decanaat De schooldecanen zijn aangewezen om, naast hun taak als vakdocent, leerlingen te begeleiden bij het kiezen van een profiel en een vervolgopleiding. De profielkeuze vindt plaats halverwege het derde jaar. De decanen verzorgen lessen in de eerste helft van het derde jaar zodat de leerlingen die keuze weloverwogen kunnen maken. Zij vervullen een ondersteunende rol in de gesprekken die mentoren met leerlingen voeren over de profielkeuze.
Ouders worden in het begin van het schooljaar op een ouderavond uitvoerig geïnformeerd over het profielkeuzetraject. De loopbaanoriëntatie, die leidt tot een keuze voor een vervolgopleiding, wordt in de voorexamenklassen (havo 4 en vwo 5) ingezet. De decanen geven een aantal klassikale lessen om de leerlingen over belangrijke zaken in het hoger onderwijs te informeren. Vanwege het persoonlijke karakter van de loopbaanoriëntatie is deze begeleiding vooral individueel. Bij zowel de profielkeuze als de loopbaanoriëntatie staat ‘heel de mens’ centraal: het geheel van persoonlijkheid, interesses, capaciteiten, talenten en kwaliteiten vormt het uitgangspunt voor het komen tot een keuze. Het decanaat gebruikt een website voor alle communicatie met leerlingen, ouders en oud-leerlingen: scw.dedecaan.net. Leerlingen hebben vanaf klas 3 een account op deze site. Ouders kunnen, indien gewenst, zichzelf aanmelden. Voor alle informatie met betrekking tot profielkeuze en loopbaanoriëntatie is dit het eerste adres voor ouders en leerlingen van onze locatie. Via de site kan een leerling altijd een afspraak maken met de decaan. In de loop van het schooljaar organiseert het decanaat diverse voorlichtingsactiviteiten zoals: ouderavonden over profielkeuze; een opleidingenmarkt, waar hogescholen en
universiteiten vertegenwoordigd zijn om informatie te geven over diverse opleidingen;
een studie- en beroepenvoorlichtingsavond, waarop oud-leerlingen en ouders van leerlingen vertellen over hun studie of beroep.
Het decanaat streeft er naar, om de leerling aan het einde van zijn/haar schoolloopbaan met een weloverwogen keu-
ze voor een vervolgopleiding, te laten vertrekken
De decanen zijn: mw. E. Simson, mw. M. Wensveen,
mw. H. Hoogendam en dhr. M.A. van der Reijken.
<< terug naar inhoudsopgave
39
begeleiding van leerlingen
4.3 Extra begeleiding in de school
4.3.1 Begeleiding en Ondersteuning Brugklas (BOB-uren): kortdurende extra ondersteuningBOB-uren zijn lesuren voor Begeleiding en Ondersteuning Brugklas. De lesuren zijn bedoeld voor leerlingen die op een bepaald gebied extra ondersteuning nodig hebben. Leerlingen werken in kleine groepen onder leiding van een mentor. We bieden BOB-uren op diverse gebieden.
Studiebegeleiding en leren leren
Voor sommige leerlingen is de overstap naar het voortgezet onderwijs zo groot dat ze het niet lijken bij te houden. Zelfstandig plannen en leren valt soms niet mee, ook al wordt er in de mentorles vaak aandacht aan besteed. In dit BOB-uur worden leerlingen begeleid in het maken van een planning, het structureren en wordt op allerlei manieren stil gestaan bij hoe ze moeten leren.
Remedial Teaching
Spellen en begrijpend lezen zijn belangrijke onderdelen van het vak Nederlands. Begrijpend lezen is daarnaast van belang bij bijna alle vakken. Leerlingen die moeite hebben met een van beide kunnen deelnemen aan het BOB-uur RT.
Positief leren denken
Leerlingen die onzeker zijn over zichzelf of over school kunnen baat hebben bij deze korte training. Door middel van de 3 G-methode (Gedachte Gedrag Gevoel) leren ze een negatieve gedachte om te zetten in een positieve zodat hun zelfvertrouwen groeit.
Rekenen/wiskunde
In dit BOB-uur worden de leerlingen die moeite hebben met wiskunde begeleid. Ze krijgen extra uitleg en oefenen nog meer dan in de reguliere lessen.
Engels
Voor sommige leerlingen is Engels ‘a piece of cake’, voor andere is het lastig. Om leerlingen die wat moeite hebben met Engels op de goede weg te helpen kunnen we een BOB-uur inzetten. Ook in dit uur wordt in een klein groepje gewerkt aan het bijspijkeren van onderdelen die leerlingen moeilijk vinden.
<< terug naar inhoudsopgave
40
begeleiding van leerlingen
4.3.2. Leerlingen met technische leerproblemen (w.o. dyslexie) In de brugklas worden alle brugklasleerlingen gescreend op taal. Dat gebeurt in de eerste periode in de les Nederlands. Door het dyslexieteam wordt gekeken of er leerlingen zijn die opvallen door bijzondere spel- of leesproblemen. Voor die leerlingen kan een rt-traject worden afgesproken. Ook is er een keer per jaar de gelegenheid om uw kind officieel te laten testen op dyslexie. Deze regeling geldt voor leerlingen uit elk leerjaar en van alle afdelingen. De test wordt afgenomen door een extern bureau tegen een gereduceerd bedrag. Als er van een leerling bekend is dat hij/zij dyslexie heeft en ouders een verklaring afgegeven hebben op school, dan komt de leerling in aanmerking voor de faciliteiten die we bij dyslexie bieden. De school acht het van groot belang dat docenten op de hoogte zijn van dyslexie of andere leerstoornissen bij hun leerlingen. Het is daarom van het grootste belang dat ouders in zo’n geval contact opnemen met de conrector.
De dyslexiecoördinator is mw. S. Yates.
Dyslexieprotocol
4.3.3 Begeleiding van leerlingen met een indicatieVan leerlingen met een indicatie die bij onze school worden aangemeld wordt per leerling bekeken wat hij/zij aan extra begeleiding nodig hebben. De zorg kan bestaan uit extra vakondersteuning, hulp bij het plannen en organiseren van het schoolwerk en/of meer persoonlijke begeleiding. Leerlingen met een indicatie worden door onze zorgcoördinator besproken in het begeleidingsteam. Daar wordt in overleg met ouders bepaald wat een leerling nodig heeft. Vervolgens wordt gekeken of de leerling de extra steun door onze eigen leerlingbegeleiders of andere specialisten binnen school kan krijgen (basisondersteuning) of dat er hulp ingeschakeld moet worden vanuit het begeleidingsteam of door de begeleider extra ondersteuningsprojecten, mevr. M. van Veldhoven (extra ondersteuning). Als een van deze vormen van ondersteuning niet volstaat, worden afspraken gemaakt met instanties buiten onze school (intensieve ondersteuning). Leerlingen met een indicatie krijgen een handelingsplan. Meestal is er ook een ambulant begeleider van buiten school betrokken bij de begeleiding van de leerling.
De leerlingbegeleiders zijn: mw. E. Rientsma,
dhr. P.H.P.M. van Roermund, mw. M.B.H. van Veldhoven -
Vijverberg, dhr. W.G.M. Vendel en mw. A.T.A Wubben.
De zorgcoördinator is mw. drs. J. de Wispelaere-Hartman
<< terug naar inhoudsopgave
41
begeleiding van leerlingen
4.3.4 Leerlingen met faalangst Als een leerling moeite heeft met het omgaan met spanningen en/of angsten met betrekking tot school kan er sprake zijn van faalangst. In dat geval kan een leerling in aanmerking komen voor een faalangstreductietraining. Deze training wordt gegeven in kleine groepjes, maar ook individuele begeleiding is mogelijk. Signalering van problemen op dit gebied vindt over het algemeen plaats bij leerlingbesprekingen. Mentoren melden vervolgens de leerling aan.
De docenten die faalangstreductietrainingen geven, zijn:
mw, A. Behrendt, mw. N. Wensveen en mw. M. de Bruijn.
4.3.5 Leerlingen met problemen op het gebied van sociale vaardigheid Brugklasleerlingen krijgen op school met hun eigen klasgenoten een training sociale vaardigheden. De zogeheten Rots- en Water-training. Indien een leerling gebaat is bij extra training of begeleiding op het gebied van sociale vaardigheden, verloopt dit via de mentor. Naar aanleiding van gedrag waarover zorgen zijn zal in overleg met de ouders gekeken worden wat een goede vervolgstap is. Soms wordt er eerst een observatie in de klas gedaan waarna verder wordt gekeken welke ondersteuning binnen school een leerling nodig heeft, soms wordt na een bespreking in het begeleidingsteam een doorverwijzing naar huisarts of GGZ voorgesteld. De mentor en zorgcoördinator blijven hier nauw bij betrokken.
4.3.6 Leerlingen met klachten omtrent seksuele intimidatie en discriminatie op school Leerlingen met klachten omtrent seksuele intimidatie en discriminatie kunnen terecht bij de zorgcoördinator. Zij zal in gesprek gaan met de leerling en/of de ouders om de klacht die te maken heeft met ongewenste situaties op school zo goed mogelijk aan te pakken. Hierbij gaat het vooral om het aangeven van de juiste routes en het doorlopen van procedures. Voor de persoonlijke begeleiding (sociaal-emotioneel) zal de leerling, indien gewenst, een begeleider uit het interne zorgteam toegewezen krijgen.
De leerlingbegeleiders zijn: mw. E. Rientsma, dhr. P.H.P.M.
van Roermund, mw. M.B.H. van Veldhoven - Vijverberg, dhr.
W.G.M. Vendel en mw. A.T.A Wubben.
<< terug naar inhoudsopgave
42
begeleiding van leerlingen
4.4 Externe zorginstanties
4.4.1 Jeugdgezondheidszorg Zuid-Holland WestDe Jeugdgezondheidszorg Zuid-Holland West (JGZ) is er voor ouders en jongeren tot 19 jaar.
Gezondheidsonderzoek onderbouw
In klas 1 of 2 heeft de jeugdverpleegkundige met elke leerling een persoonlijk gesprek op school. Allerlei onderwerpen komen aan bod die van belang zijn voor de ontwikkeling. Hoe gaat het op school, met vrienden, thuis en met de gezondheid? Ook worden de tieners gemeten en gewogen. Als blijkt dat er mogelijk problemen zijn, dan bespreken de jeugdverpleegkundige en leerling met elkaar wat nodig is om tot een oplossing te komen.
Jongerencontactmoment
Jongeren van 15 en 16 jaar worden door middel van een persoonlijke vragenlijst aangespoord om na te denken over hoe zij in hun vel zitten. In een persoonlijk gesprek kan de jeugdverpleegkundige advies geven en, in zorgelijke situaties, doorverwijzen. De jongeren worden door middel van (groeps)voorlichting gestimuleerd om gezonde keuzes te maken.
Persoonlijke begeleiding
Iedere leerling kan op school een afspraak maken met de JGZ jeugdarts of –verpleegkundige om te praten over onderwerpen waarover hij of zij zich zorgen maakt. Zoals ruzie, gepest worden of eenzaamheid. Ook met vragen over menstruatie, veilig vrijen, alcohol of drugs kunnen zij bij ons terecht. JGZ-medewerkers hebben een beroepsgeheim. Persoonlijke informatie wordt alleen met toestemming van de leerling met anderen besproken.
Jeugdgezondheidszorg Zuid-Holland West
telefoon (088) 054 9999 (ma t/m vr 8.30-17.00 uur)
e-mail [email protected]
website www.jgzzhw.nl
4.4.2 Flexcollege: bovenschoolse voorzieningSommige leerlingen kunnen om uiteenlopende redenen tijdelijk niet het onderwijs op de eigen school volgen. Zij hebben een onderwijs- en opvoedbehoefte die niet binnen het reguliere onderwijs kan worden aangeboden. Voor deze leerlingen is het Flexcollege ingericht. Het FLEX-college biedt een programma, gericht op onderwijs, stage/werk en hulpverlening. Zo wordt tussentijdse afstroom en voortijdig schoolverlaten tegen gegaan.
4.4.3 Leerplicht / Bureau HALT
Jongeren die spijbelen of vaak te laat komen lopen een groter risico het onderwijs zonder diploma te verlaten. Om dit te voorkomen neemt de school, op basis van wettelijke regels, al in een vroeg stadium maatregelen.Via een traject bij de leerplichtambtenaar, dat kan leiden tot een proces-verbaal en tot een rechtelijke uitspraak, komen deze jongeren terecht bij het Bureau HALT.
<< terug naar inhoudsopgave
43
4.4.4 Samenwerkingsverband VO Delflanden
Stanislascollege Westplantsoen is aangesloten bij het Samenwerkingsverband (SWV) VO Delflanden. Het SWV VO Delflanden omvat de gemeenten Delft, Midden Delfland en Pijnacker-Nootdorp. Het is een klein samenwerkingsverband met zo’n 8250 leerlingen op de reguliere scholen van voortgezet onderwijs en zo’n 200 leerlingen in het speciaal voorgezet onderwijs.
SWV VO Delflanden
adres Buitenhofdreef 8
2625 XR Delft
telefoon 015 28 55 554
e-mail [email protected]
website www.swvvo-delflanden.nl
4.5 Veilig thuis: meldcode kindermishandeling
Ter versterking van de aanpak van kindermishandeling geldt voor de schoolde Wet Meldcode. Het doel van de meldcode is dat sneller en adequater wordt ingegrepen. De meldcode geeft via een stappenplan aan hoe te handelen wanneer er signalen zijn die kunnen duiden op huiselijk geweld of kindermishandeling. Door het consequent toepassen van de meldcode zal kindermishandeling sneller worden gesignaleerd en zo worden minder kinderen geconfronteerd met geweld en mishandeling.De meldcode staat op onze website.
Klik hier om de meldcode te openen
<< terug naar inhoudsopgave
44
5Communi-catie
Wij gaan er vanuit dat ouders betrokken zijn bij de studie van hun zoon/dochter en zich altijd vrij voelen om contact met ons op te nemen. Indien zich omstandigheden voordoen die van invloed zouden kunnen zijn op het functioneren van hun zoon/dochter, is het belangrijk dat ouders daarover met ons spreken. De mentor is de eerste contactpersoon.Behalve diverse vaste contactmomenten tussen ouders en de school gedurende het schooljaar, beschikt de school over diverse communicatieplatformen zoals Magister en de website.
<< terug naar inhoudsopgave
45
communicatie
5.1 Leerlingvolgsysteem Magister
Stanislascollege maakt gebruik van het online leerlingvolgsysteem Magister. In Magister worden de roosterwijzigingen, absenties, het huiswerk en de schoolprestaties van elke leerling bijgehouden. Met een persoonlijke toegangscode hebben leerlingen en ouders en zicht op het huiswerk, de absentie en cijfers van hun kind.Op onze website staat meer informatie over Magister en kunnen ouders en leerlingen inloggen.In geval van onregelmatigheden wordt ouders vriendelijk verzocht contact op te nemen met de betreffende mentor of coördinator.
Open de webpagina over Magister
5.2 Contacten met ouders
Wij betrekken de ouders/verzorgers bij de studievoortgang van hun kind, onze leerling. Dat doen we omdat we het belangrijk vinden dat men thuis weet hoe het gaat op school en waar we naartoe werken. Zo kan ook thuis een betere en gerichtere ondersteuning worden geboden. De mening van de ouders stellen wij zeer op prijs daarom vragen we ouders om eens per twee jaar de oudertevredenheidsmeting in te vullen.Alle ouders ontvangen drie keer per jaar een digitale nieuwsbrief vanuit de schoolleiding.
5.2.1 Contact opnemen met de mentor of een andere medewerker van de schoolOuders kunnen contact opnemen met de medewerkers van onze school. De eerste contactpersoon is in de meeste gevallen de mentor. Na de mentor is de coördinator de contactpersoon voor ouders. De gemakkelijkste manier om contact te leggen is per e-mail. Een alfabetische lijst met medewerkers en een overzicht van de coördinatoren met bijbehorende contactgegevens is te vinden achterin deze gids.
Bekijk het overzicht van de medewerkers
Bekijk het overzicht van de coördinatoren
<< terug naar inhoudsopgave
46
communicatie
5.2.2 Het TorakelDe ouderraad informeert de ouders vijf maal per jaar via de digitale ouderbrief Het Torakel. De Torakels worden ook gepubliceerd op de website.
Torakel archief
5.2.3 Vaste contactmomentenEr zijn diverse ouderavonden. Deze zijn onder te verdelen in ouderavonden en tafeltjesavonden.Ouderavonden gaan over het onderwijs en de klas als geheel en over mentorzaken. Na de eerste en tweede rapportuitreiking van het schooljaar worden er tafeltjesavonden georganiseerd. Tijdens deze avond kunnen ouders met door hun gekozen docenten en/of de mentor de studievoortgang van hun zoon/dochter bespreken.
5.2.4 ContactoudersIn de onderbouw (klas 1, 2 en 3) heeft elke klas maximaal 3 contactouders. Dat zijn ouders van leerlingen in die klas. Contactouders organiseren met hulp van de contactoudercommissie, de Ouderraad en de mentor twee ouderavonden in de brugklas en het tweede en derde leerjaar. Een contactouder geeft signalen van de ouders van een klas door aan de mentor, de coördinator of de contactoudercommissie. De contactouder stuurt nieuws, mededelingen en uitnodigingen van de ouderraad door aan de ouders van de klas.
Contact met de contactoudercommissie:
5.2.5 Gespreksavonden voor ouders rond de Ignatiaanse Pedagogiek (IgPe)In de loop van het schooljaar worden gespreksavonden georganiseerd over de Ignatiaanse Pedagogiek. Na een informatieve presentatie gaan ouders met elkaar in gesprek over een thema. Zo werd er de afgelopen jaren onder andere gesproken over ‘Persoonlijke Aandacht’, ‘Vrijheid geven en grenzen stellen’ en ‘Mensen, waarden en gebeurtenissen die mijn opvoedingsidealen inspireren’. De inhoud en opzet van de avonden wordt voorbereid door de werkgroep Identiteit.Het Stanislascollege is het enige jezuïetencollege in Europa dat, naast bezinningsdagen voor leerlingen en medewerkers, dit soort bijeenkomsten voor ouders organiseert.
<< terug naar inhoudsopgave
47
communicatie
5.3 Informatieverstrekking gescheiden ouders
Het Stanislascollege volgt de wettelijke regels met betrekking tot de informatieplicht jegens gescheiden ouders. Het bestuur heeft deze regels verwerkt in het protocol informatieverstrekking gescheiden ouders.
Protocol informatieverstrekking gescheiden ouders
5.4 Wijziging van gegevens
In Magister kunnen ouders zelf hun telefoonnummer en e-mailadres aanpassen. Overige aanpassingen kunnen ouders doorgeven aan de administratie.
5.5 Website en social media
Een belangrijke bron van informatie is de website van het Stanislascollege. Deze houden we onze zo actueel mogelijk. De website bevat zeer uitgebreide informatie over onze school, diverse publicaties, het laatste nieuws en een agenda.
Op de algemene website van Stanislascollege kan snel gekozen worden voor Stanislascollege Westplantsoen, waarna de homepage van onze school verschijnt.Daarnaast is de school actief op Facebook.
www.stanislascollege.nl
Facebook Stanislascollege Westplantsoen
<< terug naar inhoudsopgave
48
6Kwaliteit
De kwaliteit van het onderwijs, onze belangrijkste doelstelling, wordt op verschillende manieren bevorderd. De schoolleiding stimuleert een onder-zoekende houding bij de leerkrachten, die met grote regelmaat de kwaliteit van hun activiteiten analyseren. Daarnaast gaat de school regelmatig in gesprek met leerlingen, ouders en de omgeving. De school betrekt hen bij het verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs.
<< terug naar inhoudsopgave
49
kwaliteit
6.1 Kwaliteitsbeleid
De kwaliteit wordt gezien als een cruciaal onderdeel van elk proces binnen onze school dat valt of staat met de successen in de klas. Dit vraagt om een integrale, proactieve cyclische aanpak binnen de school. Aan de basis van het kwaliteitsbeleid staat de PDCA-cyclus (Plan, Do, Check, Act). Deze cyclus is een bewezen hulpmiddel om continu verbeteringen door te voeren en daarvan te leren.In het schoolplan 2016-2019 staat beschreven hoe wij inhoud geven aan ons kwaliteitsbeleid en deze controleren en handhaven. Het schoolplan is te bekijken op onze website.
Klik om het schoolplan te openen
6.2 Opbrengsten
Op deze website www.scholenopdekaart.nl worden gegevens van scholen in Nederland met elkaar vergeleken. Naast de ‘harde’ gegevens, zijn op deze website tevens andere effecten en resultaten zichtbaar, zoals de mate waarin de leerlingen zich veilig voelen op school.
6.3 Uitstroomgegevens
De onderste tabel geeft weer hoeveel leerlingen geslaagd zijn en welke keuzes zij maakten na het examenjaar.
2017 2016 2015
Geslaagd, stroomt door naar HBO/WO 92% 88% 90%
Gezakt, blijft op school 5% 5% 7%
Verlaat school zonder diploma 3% 7% 3%
<< terug naar inhoudsopgave
50
7Afspraken
De school is een plaats waar een groot aantal mensen samenkomt. Het spreekt vanzelf dat afspraken noodzakelijk zijn voor een goede gang van zaken. Het zou prettig zijn, als we allemaal konden nalaten wat anderen hindert of wat vervelend voor hen is. Ook de omgeving waarin we leven en de spullen van school zijn aan onze zorg toevertrouwd. We dragen daarvoor samen verantwoordelijkheid.
<< terug naar inhoudsopgave
51
afspraken
7.1 Algemene schoolregels
Alle algemeen geldende regels van het Stanislascollege zijn vastgelegd in het Algemeen Schoolreglement. Daar is ons leerlingenstatuut in opgenomen.
Algemeen Schoolreglement/Leerlingenstatuut
Roosterwijzigingen en lesuitval
Roosterwijzigingen staan aangegeven op de website en op de monitoren (bij de entree, in de aula, op het Plein en in de Brink). In de onderbouw worden tussenuren nooit uitgeroosterd. Leerlingen werken in de klas onder leiding van een onderwijsassistent of een invallende docent. Als een docent niet verschijnt, wachten de leerlingen in of bij het lokaal. Eén van de meldt zich na 5 minuten bij de roosterkamer of, als daar niemand aanwezig is, bij de coördinator. Alleen iemand van het rooster of de coördinator kan beslissen over de verdere gang van zaken.
Aanvang van de les en pauze
Voor het begin van hun eerste les wachten de leerlingen op de begane grond. Bij het eerste belsignaal na iedere pauze gaan de leerlingen onmiddellijk naar de lokalen. Bij het tweede belsignaal beginnen de lessen. De leerlingen verblijven in de pauzes op de begane grond, op het binnenplein en het buitenplein bij de Brink, en dus niet bij de fietsenstalling.
Schoolpas
Aan het begin van het schooljaar krijgt elke leerling een persoonlijke schoolpas. Die is nodig bij te laat registratie, schoolfeesten, mediatheekgebruik en computergebruik. Bij verlies ervan moet een nieuwe worden gekocht voor €10. Iedere medewerker mag om legitimatie met de schoolpas vragen. Het pasje van het afgelopen schooljaar moet bewaard worden om in het nieuwe schooljaar te gebruiken tot de nieuwe schoolpas klaar is.
Kleding
We verwachten dat de kleding van de leerlingen passend is voor de gelegenheid: het naar school gaan. Indien de schoolleiding vindt dat daartoe aanleiding is, kan zij de kleding van een leerling met de betreffende leerling en/of zijn/haar ouders bespreken.
Verwijdering uit de les
Leerlingen die uit de les verwijderd worden, halen bij de receptie een roze briefje en vullen deze in bij de Halve Maan. Vervolgens gaat de leerling naar de coördinator. Als de coördinator afwezig is, neemt de leerling zo spoedig mogelijk contact met hem/haar op.
<< terug naar inhoudsopgave
52
afspraken
Klassenavonden en schoolfeesten
Alleen klassenavonden waarvoor schriftelijk toestemming is verkregen van de mentor, vallen onder de verantwoordelijkheid van de school. De schoolfeesten zijn alcoholvrij. Leerlingen die zich tijdens een schoolfeest hebben misdragen, bijvoorbeeld door vooraf drinken of agressief gedrag, kunnen sancties worden opgelegd.
Verlies en beschadiging van eigendommen
Inlichtingen over gevonden voorwerpen/ zoekgeraakte spullen verschaft de conciërge. Van (vermoede) diefstal moet aangifte worden gedaan bij de conciërge, d.m.v. een (geel) formulier, dat bij de receptie verkrijgbaar is. Mocht iets kapot gegaan zijn, dan moet dat direct gemeld worden bij de conciërge. De onkosten worden verhaald op de veroorzaker. 7.2 Veiligheid
Het Stanislascollege streeft naar een prettige sfeer waarin leerlingen en medewerkers zich veilig en geaccepteerd voelen. Dit betekent dat pesten, discriminatie, seksuele intimidatie en geweld binnen onze school onaanvaardbaar zijn. Er geldt dan ook een pestprotocol waarin afspraken staan hoe wij met pesten omgaan.
Pestprotocol
7.3 Verzuim, te laat, verlof
Een leerling die te laat komt, meldt zich, voordat hij naar de les gaat, bij de receptie.
Bij verhindering voor één of enkele lesuren zijn de ouders verplicht de coördinator hiervan zo spoedig mogelijk op de hoogte te stellen, uiterlijk een dag tevoren, d.m.v. de rode kaart, met opgave van redenen, o.v.v. naam, klas, (evt.) lesuren waarin de leerling afwezig is.
Verlof voor één of meer dagen afwezig te zijn moet tijdig, met opgaaf van redenen, aangevraagd worden. Betreft het familie- of gezondheidszaken, dan dient het verlof aangevraagd te worden bij de coördinator. Alle andere aanvragen voor verlof moeten ingediend worden bij de conrector en worden eventueel voorgelegd aan de rector.
Landelijk doet zich het verschijnsel voor dat in toenemende mate gezinnen vakanties plannen d(gedeeltelijk) buiten schoolvakanties. De inspectie acht die trend ontoelaatbaar en ziet er dan ook op toe dat scholen zich wat dat betreft strikt aan de gestelde regels houden. Dat betekent dat de conrector leerlingen geen toestemming kan geven hun vakantie eerder aan te vangen of later te beëindigen dan de schoolvakanties. De school meldt voorkomende gevallen aan de dienst leerplichtzaken van de betreffende gemeente.
Verzuimprotocol
<< terug naar inhoudsopgave
53
afspraken
7.4 Ziekte
Als een leerling ziek is, moet dat de eerste dag
telefonisch gemeld worden tussen 8.15 en 9.00 uur
op telefoonnummer 015 750 60 50.
Als de leerling weer op school komt, meldt hij zich bij de receptie en bij zijn coördinator. Bij ziekte langer dan een dag, geven de ouders/verzorgers bij terugkeer op school de leerling een ingevulde rode kaart mee voor de coördinator.
Als een leerling tijdens de lessen ziek naar huis gaat, meldt hij zich af bij de receptie en bij zijn coördinator. Hij krijgt dan een standaardbriefje mee, dat bij terugkeer op school bij de coördinator moet worden ingeleverd.
Als een leerling onverhoopt door een medewerker naar het ziekenhuis is gebracht, worden de ouders natuurlijk direct geïnformeerd.
Indien een leerling meer dan een week ziek is neemt de mentor contact op met de ouders. De procedure die in dit geval gevolgd wordt, staat omschreven in het verzuimprotocol.
Verzuimprotocol
7.5 Mediatheek
De mediatheek bevindt zich op de eerste etage, centraal gelegen in ons schoolgebouw. Er staan 60 computers om aan te werken en er is veel informatie beschikbaar. Het materiaal staat gerangschikt volgens het SISO-systeem (systematische indeling). Er is een grote collectie (jeugd)literatuur (Nederlands, Duits, Engels, Frans, Spaans en Chinees) te leen. De mediatheek is ma. t/m vr. van 9:00-15:30 uur geopend.Komend schooljaar wordt de mediatheek omgetoverd tot een multifunctionele werkruimte voor leerlingen.
Klik hier voor meer informatie
over de mediatheek
<< terug naar inhoudsopgave
54
afspraken
7.6 Toetsen en normering Er zijn verschillende soorten toetsen:
Proefwerk (PW)
Dit is een klassikale schriftelijke toets, waarin de lesstof van vier of meer lesuren wordt getoetst. In principe mag er maximaal één proefwerk per dag opgegeven worden. Een proefwerk wordt minstens 5 lesdagen van tevoren aan de klas opgegeven. Een proefwerk mag niet onverwacht worden verschoven. De stof voor het proefwerk wordt duidelijk omschreven en dient uiterlijk twee dagen voor het proefwerk te zijn afgehandeld. Een proefwerk dat door onvoorziene omstandigheden geen doorgang heeft kunnen vinden, kan de volgende les worden afgenomen, ook als daar op die dag al een ander proefwerk staat. Proefwerken en worden gemaakt op proefwerkpapier. Leerlingen in de onderbouw ontvangen het proefwerkpapier bij de boeken. In de bovenbouw wordt het papier door de school verzorgd.
Schriftelijke overhoring (SO)
Een aangekondigde of onaangekondigde schriftelijke overhoring (SO) is een klassikale schriftelijke toets waarin de behandelde stof van maximaal drie lesuren wordt getoetst.
Alle afspraken over de toetsing en normering zijn vastgelegd in het Algemeen Schoolreglement/Leerlingenstatuut.
7.7 Revisie
Docenten, ouders en/of leerlingen kunnen tot 24 uur na het bekendmaken van de uitslag van de rapportvergadering bij de mentor om een revisievergadering verzoeken wanneer zij van mening zijn bepaalde omstandigheden niet of onvoldoende aan de orde zijn geweest bij de totstandkoming van het besluit om een leerling niet te bevorderen.De mentor bespreekt dit verzoek met de rector, waarna de deze beslist of een revisievergadering zal plaatsvinden. Als dat het geval is roept de rector de revisiecommissie bijeen welke bestaat uit drie docenten. De revisiecommissie onderzoekt de zaak en hoort desgewenst betrokkenen. De uitspraak van de revisiecommissie geldt als een advies. De rector beslist.De volledige procedure rondom revisie is te lezen in het Algemeen Schoolreglement.
<< terug naar inhoudsopgave
55
7.8 Klachten en geschillen
Wanneer een leerling of ouder een klacht heeft, gaat hij daarmee bij voorkeur eerst naar de betrokken docent. Als de klacht niet naar tevredenheid wordt opgelost, gaat de leerling of ouder naar de mentor en/of de coördinator. Mocht ook hierna nog verschil van inzicht blijven bestaan, dan legt de leerling of ouder de klacht voor aan de directie. Als dat geen bevredigend resultaat oplevert, wendt de leerling zich tot de regiodirecteur en in laatste instantie tot Stichting Lucas Onderwijs.
Externe klachtencommissie
Voor klachten die intern en door Lucas Onderwijs niet bevredigend (kunnen) worden opgelost, kunnen ouders en leerlingen terecht bij Stichting Geschillen Commissies Bijzonder Onderwijs (GCBO).
St. Geschillen Commissies Bijzonder Onderwijs
Postbus 82324 | 2508 EH Den Haag
telefoon 070-3861697 (van 9.00 tot 16.30 uur)
e-mail [email protected]
website www.gcbo.nl
7.9 Internet, e-mail en social media
De technische en digitale voorzieningen voor personeel en leerlingen worden voortdurend uitgebreid en aangepast. Digitale middelen kunnen een goede bijdrage leveren aan de professionaliteit van onderwijspersoneel en de kwaliteit van het onderwijs. Het Stanislascollege vertrouwt erop dat zijn medewerkers en leerlingen verantwoord omgaan met internet, e-mail en sociale media. Om eenieder die bij Stanislascollege betrokken is of zich daarbij betrokken voelt daarvoor richtlijnen te geven voor het gebruik van social media, is een protocol opgesteld. Dit protocol biedt bovendien hulp aan degenen die slachtoffer zijn van misbruik van social media.
Social media protocol
<< terug naar inhoudsopgave
56
De overheid draagt zorg voor het grootste gedeelte van de financiering van het onderwijs. Toch kunnen ouders een enkele maal per jaar worden aangesproken voor kosten van leermiddelen, de schoolbijdrage of activiteiten.Op basis van het inkomen kunnen ouders in aanmerking komen voor een tegemoetkoming in de studiekosten.
8Financiën
<< terug naar inhoudsopgave
57
financiën
8.1 Schoolbijdrage
De overheid draagt zorg voor een sobere financiering van het onderwijs. Tegelijkertijd willen wij vanuit onze visie op onderwijs en op de ontwikkeling van onze leerlingen meer bieden dan wat op basis van deze financiering (lumpsum) daadwerkelijk mogelijk is. Om dat mogelijk te maken vragen wij aan de ouders van onze leerlingen een vrijwillige ouderbijdrage van € 118 per schooljaar.Met Onze ouderraad bespreken en evalueren wij op jaarlijkse basis voor welke doeleinden deze vrijwillige ouderbijdrage wordt ingezet. Jaarlijks ontvangen ouders een brief waarin te zien is hoe deze bijdrage wordt besteed. Deze toelichting is ook te zien op onze website. Daarnaast zijn er elk jaar verplichte kosten, zoals kosten voor kluisjeshuur en verplichte activiteiten.
Toelichting schoolkosten en schoolbijdrage
8.2 Incidentele kosten
Naast de kosten van leermiddelen en de schoolbijdrage kunnen de ouders worden aangesproken voor de kosten van excursies en werkweken. Daarnaast kunnen leerlingen soms op basis van vrijwilligheid meedoen aan door de school georganiseerde vakantieactiviteiten. Alle activiteiten worden tijdig aangekondigd met opgave van kosten.
8.3 Annulering
Als leerlingen zich opgeven voor een activiteit waar kosten aan verbonden zijn, gaan de organisatoren financiële verplichtingen aan. Daarom is vastgesteld dat bij terugtrekking 25% van het deelnamebedrag verschuldigd blijft. Als de organisatoren meer kosten gemaakt hebben dan deze 25%, wordt het reële bedrag in rekening gebracht.
8.4 Schade
Wanneer en leerling schade toebrengt aan schooleigendommen wordt dit verhaald op de verantwoordelijke persoon of personen. Dat zijn meestal de ouders of de verzorgers. Wanneer de leerling onder schooltijd schade toebrengt aan het eigendom van anderen of aan andere personen, kan de school optreden als bemiddelaar. De volledige schaderegeling is omschreven in het Algemeen Schoolreglement.
Algemeen schoolreglement
8.5 Verzekeringen
Het Stanislascollege heeft voor alle leerlingen een schoolongevallenverzekering afgesloten bij Verus. Naast deze verzekering biedt Verus een eigendommenverzekering aan voor leerlingen die ouders/verzorgers zelf kunnen afsluiten. Met deze verzekering is schade aan kleding, fietsen of de mobiele telefoon (deels) gedekt. Voor alle leerlingen die op een schoolreis naar het buitenland gaan, heeft de school een reisverzekering afgesloten.
Meer informatie over verzekeringen
<< terug naar inhoudsopgave
58
financiën
8.6 Stichting ouders voor leerlingenStanislascollege Westplantsoen
In augustus 2013 heeft de Ouderraad het initiatief genomen om de ‘Stichting Ouders voor leerlingen Stanislascollege Westplantsoen’ op te richten. Het doel van deze stichting is het financieel ondersteunen van sport-, kunst- en cultuuractiviteiten. De Stichting wil graag dat onze kinderen/leerlingen vaker in aanraking komen met sport, kunst en cultuur. Het gaat om nieuwe culturele activiteiten, zoals een bezoek aan een museum of theater en om extra ondersteuning van bestaande activiteiten zoals het toneel, het koor en het orkest.
Financiering op basis van de mogelijkheden van
ouders en fiscaal aantrekkelijk
U kunt als ouder een financiële bijdrage leveren aan deze stichting. Deze bijdrage is fiscaal aftrekbaar omdat de Belastingdienst de Stichting heeft erkend als Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI).Meer informatie over de besteding van giften en het doen van een gift is te lezen op de website.
Meer informatie over Stichting ouders voor
leerlingen stanislascollege Westplantsoen
8.7 Tegemoetkoming studiekosten
Via de afdeling toeslagen van de belastingdienst kan een kindgebonden budget worden toegekend. Dit is een bijdrage in de kosten voor uw kinderen tot 18 jaar. Ouders ontvangen deze toeslag naast de kinderbijslag. Hoe hoog de toeslag is, hangt af van het inkomen, het aantal kinderen en hun leeftijd. Op de website van de belastingdienst kunnen ouders een proefberekening maken en de toeslag aanvragen.
Leerlingen tot 17 jaar die in bezit zijn van een Delftpas, kunnen een tegemoetkoming in de schoolkosten en ouderbijdrage ontvangen. Deze tegemoetkoming geldt voor een (eenouder)gezin met een laag inkomen. De Delftpas kan worden aangevraagd via de gemeente. Voor leerlingen die in Den Haag wonen is er een Ooievaarspas. Indien een leerling in het bezit is van een Delftpas en in aanmerking komt voor een tegemoetkoming in de schoolkosten en ouderbijdrage, vragen we de leerling om aan het begin van het schooljaar de Delftpas te laten registeren bij de receptie van de school.Dit kan de leerling al doen voordat ouders een factuur van school hebben ontvangen. De Stichting Leergeld is een vrijwilligersorganisatie die probeert te voorkomen dat kinderen uit een gezin met een laag inkomen in een sociaal isolement terecht komen. De stichting stelt zich ten doel een oplossing te bieden en deze ouders te ondersteunen.
Meer informatie over:
Kindgebonden budget
Delftpas
Stichting Leergeld
<< terug naar inhoudsopgave
59
9.1 Schoolvakanties 2016-2017
9.2 Calendarium 2016-2017
9.3 Contact
9.4 Lijst met medewerkers
9.5 Publicaties
9.6 Relevante adressen en links
Bijlagen9
<< terug naar inhoudsopgave
60
bijlagen
9.1 Vakanties schooljaar 2017-2018
herfstvakantie 16 - 20 oktoberkerstvakantie 25 december - 5 januarivoorjaarsvakantie 26 februari - 2 maartGoede Vrijdag 30 maartTweede Paasdag 2 aprilmeivakantie 27 april - 11 meiTweede Pinksterdag 21 meiZomervakantie 16 juli - 24 augustusonder voorbehoud van wijzigingen
9.2 Calendarium 2016-2017
februari 2018jw 5 6 7 8 9
sw 21 22 23 24 -
ma
di
wo
do
vr
1
2
5
6
7
8
9
11
13
14
15
16
19
20
21
22
23
26
27
28
za
zo
3
4
10
11
17
18
24
25
april 2018jw 13 14 15 16 17 18
sw 28 29 30 31 32 -
ma
di
wo
do
vr
2
3
4
5
6
9
10
11
12
13
16
17
18
19
20
23
24
25
26
27
30
za
zo 1
7
8
14
15
21
22
28
29
mei 2018jw 18 19 20 21 22
sw - - 33 34 35
ma
di
wo
do
vr
1
2
3
4
7
8
9
10
11
14
15
16
17
18
21
22
23
24
25
28
29
30
31
za
zo
5
6
12
13
19
20
26
27
december 2017jw 48 49 50 51 52
sw 14 15 16 17 -
ma
di
wo
do
vr 1
4
5
6
7
8
11
12
13
14
15
18
19
20
21
22
25
26
27
28
29
za
zo
2
3
9
10
16
17
23
24
30
31
januari 2018jw 1 2 3 4 5
sw - 18 19 20 21
ma
di
wo
do
vr
1
2
3
4
5
8
9
10
11
12
15
16
17
18
19
22
23
24
25
26
29
30
31
za
zo
6
7
13
14
20
21
27
28
september 2017jw 35 36 37 38 39
sw 2 3 4 5 6
ma
di
wo
do
vr 1
4
5
6
7
8
11
12
13
14
15
18
19
20
21
22
25
26
27
28
29
za
zo
2
3
9
10
16
17
23
24
30
november 2017jw 44 45 46 47 48
sw 10 11 12 13 14
ma
di
wo
do
vr
1
2
3
6
7
8
9
10
13
14
15
16
17
20
21
22
23
24
27
28
29
30
za
zo
4
5
11
12
18
19
25
26
oktober 2017jw 39 40 41 42 43 44
sw 6 7 8 - 9 10
ma
di
wo
do
vr
2
3
4
5
6
9
10
11
12
13
16
17
18
19
20
23
24
25
26
27
30
31
za
zo 1
7
8
14
15
21
22
28
29
maart 2018jw 9 10 11 12 13
sw - 25 26 27 28
ma
di
wo
do
vr
1
2
5
6
7
8
9
12
13
14
15
16
19
20
21
22
23
26
27
28
29
30
za
zo
3
4
10
11
17
18
24
25
31
juni 2018jw 22 23 24 25 26
sw 35 36 37 38 39
ma
di
wo
do
vr 1
4
5
6
7
8
11
12
13
14
15
18
19
20
21
22
25
26
27
28
29
za
zo
2
3
9
10
16
17
23
24
30
juli 2018jw 26 27 28 29 30 31
sw 39 40 41 - - -
ma
di
wo
do
vr
2
3
4
5
6
9
10
11
12
13
16
17
18
19
20
23
24
25
26
27
30
31
za
zo 1
7
8
14
15
21
22
28
29
augustus 2018jw 31 32 33 34 35
sw - - - 0 1
ma
di
wo
do
vr
1
2
3
6
7
8
9
10
13
14
15
16
17
20
21
22
23
24
28
29
30
31
za
zo
4
5
11
12
18
19
25
26
juli 2017jw 26 27 28 29 30 31
sw 39 40 - - - -
ma
di
wo
do
vr
3
4
5
6
7
10
11
12
13
14
17
18
19
20
21
24
25
26
27
28
31
za
zo
1
2
8
9
15
16
22
23
29
30
augustus 2017jw 31 32 33 34 35
sw - - 0 1 2
ma
di
wo
do
vr
1
2
3
4
7
8
9
10
11
14
15
16
17
18
21
22
23
24
25
28
29
30
31
za
zo
5
6
12
13
19
20
26
27
schooldag
schoolvrije dag
verplicht schoolvrije dag
jaarweek
schoolweek
x
x
x
jw
sw
<< terug naar inhoudsopgave
61
bijlagen
9.3 Contact
Stanislascollege WestplantsoenWestplantsoen 712613 GK Delfttelefoon 015 750 60 50e-mail [email protected] www.stanislascollege.nl/westplantsoen
Contact met medewerkers
U kunt de medewerkers van het Stanislascollege het beste per e-mail bereiken.Een overzicht van de lijst met medewerkers is opgenomen op de volgende pagina.
Regio Delft VO / StanislascollegeWestplantsoen 712613 GK Delfttelefoon 015 750 60 50e-mail [email protected] www.stanislascollege.nl
Lucas Onderwijsbezoekadres postadres
Saffierhorst 105 Postbus 932312592 GK Den Haag 2509 AE Den Haagtelefoon 070 300 11 00e-mail [email protected] www.lucasonderwijs.nl
<< terug naar inhoudsopgave
62
bijlagen
9.4 Lijst met medewerkers
Alle medewerkers van het Stanislascollege zijn
per e-mail bereikbaar. Het e-mailadres is de
afkorting van de medewerker met daarachter
@stanislascollege.nl
Coördinatoren
Na de mentoren zijn de coördinatoren de eerste
contactpersonen voor leerlingen en ouders/verzorgers.
wijsrusabrad rooaovesduifpetj
bard
mw. S.M. Wijnmaalenmw. A.M. RusselD. van den Brande dhr. ir. A.D.H. de Roodedhr. S. Overgaag dhr. drs. A.L.P. Duifhuismw. J.C.M. Peterse - van Desseldhr. D.C.E. Bartelds
brugklas havo/vwo
brugklas vwo & vwo-plus
havo onderbouw
havo bovenbouw
atheneum onderbouw
atheneum bovenbouw
gymnasium onderbouw
gymnasium bovenbouw
Onderwijzend personeel
aarlabbtakehakkaaldjammcarkrbaacbaktbardbetaberjberpbesm
ir. L.P. Aarts T. Abbenhuis H.S. van Akening. A.B.C. van den Akker-van UffelenJ.P. Aldersdrs. C.A. AmmerlaanR.L.C. ArkesteijnC.E. van BaarenTh. BakkerD.C.E. Bartelds A. Behrendt- RöhlenI.Th.M. van den Bergdrs. P.C.E. Berkienir. M.M.M. Bessems
bhatbijmboewbradbrsmbrnr brojbrumbutmcospdamadeicdesmdocjdnscdonydooa duidduifduijfanzfreb geergeefgensgemagenm geuvgoeegoubhamdhardhafrhoebhoec holrhooh horg huia
B. BharosM.M. de Bijl-van der Lindendrs. W.D. de BoerD. van den Brande M. Brandsdrs. R. BrinkmannJ.P. BroekhovenM.M. de Bruijndrs. M. Butterir. P.I. CosseeA.J. DamenC. DeightonM. DessensJ.C. DocterM.C. Doedensdr. Y.C. van DongenA.C.J. van Doorn D.K. Duifhuisdrs. A.L.P. DuifhuisJ.L. DuifhuisZ. FanB. Fremdtir. F.W.M. Geerlink drs. L.F. van GeestS.J.S.M. Genegel drs. ir. M.M. Gerssen - van der Put drs. M.Y.M. van Gerven V. de Geus E.A.M. GoedvolkB. Gouwdrs. D. Hamerslagdrs. D.A. HartF. Hartvelddrs. B.F. Hoefnagel C.H.M. HoekR. van Holtendrs. H. HoogendamJ.M.C.E. Huijsmans G.C. Hordijk
<< terug naar inhoudsopgave
63
bijlagen
jaghjonhkaatkarskattkatpkoou kourlagaleqmlecmleedlink lodnlrnjluibmaaf matamevcmooeniejoosa oosmopskovespeek petj pirhpoekquatradcreimrieereij rigirish
drs. H. de Jagerdrs. H. de JonghT. van KaamS.M. KardolusT.R. ten Kateir. P.M. van Katwijk U. KooteR. KouwerA. Lagerburgdrs. H.A.E. van der LecqM. van der Lecqdrs. D.C. van der Leedendrs. C.P. van der Linden N.Lodder J. Looren de Jongdrs. B.C. LuijpenTh. F. MaassenA.A. Matla-GroenendijkC.B.J.L.J. MevisE. Mooreesdrs. J.H. Nienhuisdrs. A. van Oostendrs. M. van OosterwijkN.H. van OpstalS. OvergaagJ.T. PeterseJ.C.M. Peterse- van Desseldrs. H. PieperK. van der PoelT. QuakC. Radhoe-Toelsie drs. M.A. van der Reijkendrs.ir. J.C. ReijnhoudtE. RientsmaI. RigaJ.P. Risseeuw
rogj roeproev rooa rusasnofschp simeschs snoasonn stanstsasuncteui thej ucei uneavelmvennvenwvemavejj vonyvosa vrie waae wenhwenmwenk wenn wijswiljwisj ubayatszwim
J. Rodenburgir. P.H.P.M. van RoermundV. Roest- Hoogma ir. A.D.H. de RoodeA.M. RusselS. Schaap drs. F. Schaap - de Snoodrs. P. Schnetzdrs. E.A.C. Simsondrs. A.H. SnoekN. SonneveldN. van Staalduinen drs. A. Stevens C.N.A.L. SundholmI.J.A. Teuns J.S. Thelosen I. Uceda Vazquez A.C.L. van UnenM.B.H. van Veldhoven -Vijverberg N. VenemaW.G.M. VendelM. Verkerk drs. J.J. Verweijmr. Y.L. Vonhoffdrs. A.W. VosE. Vrijhof H.P.H. Waale H.A.G. Wensveen drs. M.E.R WensveenC.J.A. Wensveen drs. N. Wensveen S.M. WijnmaalenJ.E.A.M. van Willigen - Harink drs. J. de Wispelaere-HartmanA.T.A. Wubben S.M. YatesM. Zwinkels
<< terug naar inhoudsopgave
64
bijlagen
Overig personeel
arkcbarhbermborcdjoiemajhagghemlheurhilmjonljurrkeimnigepatpsamkschnsloesmissmijsoetthekvrihwisjyilhzonk
C.M. ArkesteijnJ.L.M BarnhardM. BerkhoutC.C. BorstI.K. DjoehariJ. EmansG.H. HagmanL.H. HeemskerkR.C. van den HeuvelM.C. Hilkhuijsen-van LeeuwenL. L. de JongM.C.A. Jurczik- de Wilde M.G. Keip E. NiggebruggeP.M.B. PaalvastM.K. SamimiN. SchepensE.W. van der SlootS. SmiersJ. SmitT.W.A.M. Soethout-KoolenG.L. The-SieJ.M. de Vrienddrs. J. de Wispelaere-HartmanH. YildizK.A.M. van Zon
toa scheikunde
conciërge
onderwijsassistent
absentiefunctionaris
onderwijsassistent
toa biologie
reproductie
locatiebeheerder
administratie
boekenfonds
roostermaker
mediathecaris
mediathecaris
roostermaker
administratie
conciërge
toa natuurkunde
conciërge
boekenfonds
toa techniek
ass. mediathecaris
ass. mediathecaris
secretaresse
zorgcoördinator
toa biologie
examensecretaris
9.5 Publicaties
Op onze website zijn diverse publicaties beschikbaar. Schoolondersteuningsprofiel (SOP) Schoolplan 2016-2019 Algemeen Schoolreglement/Leerlingenstatuut Pestprotocol Klachtenregeling Lucas Onderwijs
Social Media Protocol Regeling vrijwillige schoolbijdrage Privacyreglement Protocol Medisch Handelen Protocol informatieverstrekking gescheiden ouders
Meldcode kindermishandeling
<< terug naar inhoudsopgave
65
bijlagen
9.6 Relevante adressen en links
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen Bezoekadres Postadres
Rijnstraat 50 Postbus 25000 2515 XP Den Haag 2700 LZ Zoetermeer telefoon 079 323 24 44e-mail [email protected]
website www.minocw.nl
VO-raadAidadreef 43561 GE Utrechte-mail [email protected] 030 232 48 00 (op werkdagen van 8.30 tot 17.00 uur)
Samenwerkingverband VO DelftBezoekadres Postadres
Ezelsveldlaan 2d Postbus 1013 2611 RV in Delft 2600 BA Delft telefoon 015 285 55 54e-mail [email protected] website www.swvvo-delflanden.nl
Scholen op de kaartwww.scholenopdekaart.nl
Jongeren Informatie Punt Delft (JIP Delft)bellen of WhatsAppen met de Delftse jongerenadviseur:maandag, dinsdag en donderdag 06-527 526 58.telefoon 015 212 02 48e-mail [email protected]
Westplantsoen
Westplantsoen 712613 GK Delfttelefoon 015 750 60 50e-mail [email protected] www.stanislascollege.nl/westplantsoen