schoolplan

SCHOOLPLAN 2007-2011SCHOOLPLAN 2007-2011

‘De Klimop’‘De Klimop’

Openbare DaltonbasisschoolOpenbare Daltonbasisschool

De KlimopDe Klimop Schoolplan 2007 - 2011

SCHOOLGEGEVENS

Schoolgegevens: Openbare basisschool De KlimopBrinnummer: 18FCDirectie: De heer K. Jungen directeur en mevr. M. Koppers adjunct-directeurAdres hoofdvestiging: Pieter de Hooghstraat 10Contact: 0485-342267

Bevoegd gezag: Stichting Openbaar Primair Onderwijs A73Adres bevoegd gezag: Molenstraat 19, CuijkContactpersoon: De heer H. BouwhuisContact bevoegd gezag: 0485-310263

2


INHOUDSOPGAVE

1. Inleiding1.1 Doelen en functie van het schoolplan1.2 Procedure voor het opstellen en vaststellen van het schoolplan1.3 Opbouw van het schoolplan1.4 Verwijzingen1.5 Speerpunten vanuit de overheid

2. De opdracht van de stichting en de school2.1 Missie en visie Stichting Openbaar Onderwijs A-732.2 Waar we voor staan: Missie, visie, ambitie en kernwaarden2.3 Schoolbeschrijving

3 De gewenste kwaliteit3.1 Succesbepalende factoren, indicatoren en normen

4 Stand van zaken4.1 Geborgd / staand beleid (onderwijskundig, personeel, organisatie en

communicatie, kwaliteitsbeleid)4.2 Nulmeting / SWOT-analyse

- Wat wij kunnen. Interne sterkte/zwakte analyse- Wat er op ons afkomt. Externe ontwikkelingen

5. Strategische doelstellingen

6. Actielijnen6.1 Beleidsvoornemens voor de komende jaren: 2007-2011

7. Kwaliteitssysteem

8. Vaststelling

Bijlagen

3


Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1. Doelen en functie van het schoolplan

Het schoolplan van De Klimop geeft de beoogde schoolontwikkeling voor de periode 2007 – 2011 weer. We hebben ons afgevraagd waar we als school staan, wat voor school we willen zijn in 2011 en hoe we daar vorm aangeven. In dit plan worden de grote lijnen uitgezet, verdeeld over een periode van vier jaar. Het schoolplan is een richtinggevend kader voor de schoolontwikkeling in de komende vier jaar. De planning is afgeleid van de beschreven ontwikkeling in het schoolplan.

Het schoolplan heeft de functie van beleidsdocument. Hiermee willen wij voor de periode 2007 – 2011 het beleid vaststellen met betrekking tot de volgende onderwerpen:

- onderwijskundig beleid- ondersteunend beleid (personeel, financiën, materieel en relationeel beleid)- beleid met betrekking tot bewaking, borging en verbetering van de kwaliteit van het

onderwijs (kwaliteitszorg)

De dialoog over de kwaliteit van het onderwijs en over het onderwijsbeleid van de school is in het afgelopen jaar uitdrukkelijk gevoerd. Deze dialoog is gevoerd met teamleden, directie en bovenschools management van de school. In het schoolplan is de uitkomst van die dialoog opgenomen. Binnen het team is er draagvlak voor de inhoud van het schoolplan.

Wij leggen met het schoolplan verantwoording af aan ons bevoegd gezag, de overheid en de medezeggenschapsraad.

1.2 Procedure voor het opstellen en vaststellen van het schoolplan

Omdat de dialoog over het onderwijsbeleid en de kwaliteit van het onderwijs al gevoerd is, wordt de inhoud en de opzet van het schoolplan voorbereid met een kleine afvaardiging van teamleden waarin de directie is vertegenwoordigd.Als de hoofdlijnen van het schoolplan duidelijk zijn, wordt het schoolplan in het team besproken. Tijdens de bespreking zal gekeken worden of de ambities van de school realistisch zijn. Dit om draagvlak te creëren, maar ook om de koers voor de komende vier jaar duidelijk neer te zetten.

De medezeggenschapsraad is op de hoogte van het tot stand komen van dit plan en heeft er mee ingestemd.

1.3 Opbouw van het schoolplan

De opbouw van het schoolplan is als volgt:- 1. Inleiding- 2. De opdracht van de stichting en de school- 3. De gewenste kwaliteit- 4. Stand van zaken- 5. Strategische doelstellingen - 6. Actielijnen- 7. Kwaliteitssysteem- 8. Vaststelling- Bijlagen

4


Het schoolplan mondt uit in een overzichtelijk schema waarin alle acties, de planning en de inzet van middelen in weergegeven zijn.

1.4 Verwijzingen

Er zijn verwijzingen opgenomen om te voorkomen dat het schoolplan een uitgebreid boekwerk wordt. De kern van het schoolplan moet de beoogde schoolontwikkeling zijn. In dit schoolplan wordt een aantal maal verwezen naar reeds bestaand beleid, procedures en afspraken. Bij de verwijzing wordt de naam van het betreffende document genoemd.

1.5 Speerpunten vanuit de overheid

Actief burgerschap en sociale integratieOp 1 februari 2006 is de wet die scholen verplicht om bij te dragen aan de integratie van leerlingen in de Nederlandse samenleving in werking getreden. Voor scholen betekent dit dat zij vanaf die datum verplicht zijn om in hun onderwijs aandacht te besteden aan actief burgerschap en sociale integratie. Actief burgerschap verwijst naar de bereidheid en het vermogen deel uit te maken van een gemeenschap en daar een actieve bijdrage aan te leveren. Het begrip sociale integratie verwijst naar deelname van burgers aan de samenleving, in de vorm van sociale participatie, deelname aan de maatschappij en haar instituties en bekendheid met en betrokkenheid bij uitingen van de Nederlandse cultuur.De opdracht aan de scholen luidt:

Het onderwijs: a. gaat er mede van uit dat leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving,b. is mede gericht op het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie, enc. is er mede op gericht dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten.

Zie map “Veilige school”ZorgArtikel 12 (lid b) van de Wet Primair Onderwijs (WPO) verplicht scholen tot het beschrijven van de voorzieningen die er zijn voor het opvangen van leerlingen met speciale onderwijsbehoeften. Het beleid ten aanzien van leerlingen met bijvoorbeeld een ‘rugzakje’ en de schoolinterne zorgstructuur is een wezenlijk onderdeel van de ‘kwaliteit van onderwijs’, zoals bedoeld door de wetgever. Daarvoor dient er in het schoolplan of als bijlage bij het schoolplan meer beschreven te worden dan alleen het zorgplan van het WSNS-verband. Elke school zal haar uitgangspunten moeten formuleren, daarbij zijn de kracht van de organisatie, de capaciteiten van het team en de interne mogelijkheden belangrijk. Maar voorop staat een visie: waar staat de school voor? Op basis van deze gegevens dient een transparante en gedegen zorgparagraaf opgesteld te worden.

Zie ZorgplanDagarrangementenVanaf het schooljaar 2007-2008 is het verplicht voor alle scholen om, alleen als de ouders daar om vragen, voor- en naschoolse opvang te verzorgen. Voor werkende ouders betekent het dat het gemakkelijker wordt om werk en zorg voor hun kinderen te combineren. Het schoolbestuur kan de opvang van de leerlingen op verschillende manieren laten verzorgen. Hoe en waar het wordt georganiseerd is aan de school en ouders. Het schoolbestuur heeft de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van het onderwijs. De kwaliteit van de voor- en naschoolse opvang is geregeld in de Wet op de Kinderopvang. Voor de uitwerking van de motie Van Aartsen/Bos wordt bekeken of scholen extra tijd kwijt zijn aan de nieuwe taken.

Zie beleidsstukken A73.

5


Sociale veiligheidDe school waarborgt de sociale veiligheid als, aan de hand van concrete documenten, aangetoond kan worden dat:

- minimaal eens per twee jaar alle leerlingen en personeelsleden (of een representatieve groep van hen) systematisch ondervraagd worden over hun veiligheidsbeleving: inzicht

- in het veiligheidsbeleid is vastgelegd, dat aandacht wordt besteed aan de preventie van incidenten; dit beleid wordt regelmatig geëvalueerd en bijgesteld: voorkomen

- in het veiligheidsbeleid is vastgelegd, dat aandacht wordt besteed aan de afhandeling van incidenten; dit beleid wordt regelmatig geëvalueerd en bijgesteld: optreden

Zie map “De veilige school”

6


Hoofdstuk 2 De opdracht van de stichting en de school

2.1 Missie en visie Stichting Openbaar Onderwijs A-73

De Klimop maakt met negen andere scholen deel uit van de Stichting Openbaar Onderwijs A-73. De stichting – opgericht op 1 januari 2004 – is een schoolbestuur voor openbaar primair onderwijs in het Land van Cuijk en Noord-Limburg.

De missie van A-73 is samen te vatten in het motto: ‘A-73 verbindt kwaliteit’, wat vertaald wordt in het feit dat er goed en gedifferentieerd onderwijs wordt gegeven op openbare grondslag. Daarbij werken de scholen intensief samen om de kwaliteit van het onderwijs hoog te houden. De scholen zijn een ontmoetingsplek voor mensen met verschillende culturele, godsdienstige en levensbeschouwelijke achtergronden, waarin respect en openheid centraal staan. Het motto van het openbaar onderwijs is: ‘Niet apart, maar samen’. Dit motto, dat ervan uit gaat dat alle mensen – hoe verschillend ook – gelijkwaardig zijn en recht hebben op optimale kansen tot ontplooiing, wordt door A-73 onderschreven en in de praktijk gebracht. De kinderen en ook ouders kunnen kennis maken met de verschillende culturele, levensbeschouwelijke achtergronden die er in onze maatschappij aanwezig zijn. De scholen van A-73 leveren een belangrijke bijdrage aan de integratie en vorming van normen en waarden die binnen onze multiculturele samenleving van groot belang zijn.

Voor een meer uitgebreide beschrijving van de missie en de visie verwijzen wij naar het document ‘Strategisch beleidsplan A 73 2006 – 2010’.

2.2 Missie, visie, ambitie en kernwaarden De Klimop

MissieDe Klimop is een openbare basisschool voor Daltononderwijs. Het overdragen van kennis is een belangrijk doel van onze school. Hierbij gebruiken we de principes van het Daltononderwijs: zelfstandigheid, zelfverantwoordelijkheid en samenwerken. Deze principes komen vooral tot uiting in onze specifieke werkwijze van kennisoverdracht 'het werken met taken'.De Klimop is een boeiende gemeenschap, waarin kinderen met verschillende achtergronden naast en met elkaar leven, met respect voor verschillende meningen en overtuigingen. De Klimop is een plek, waar kinderen zich op hun gemak kunnen voelen; een plaats waar je gewaardeerd wordt, zowel door medeleerlingen als door leerkrachten. Sfeer en veiligheid zijn sleutelwoorden, evenals structuur en regelmaat, welke voor kinderen essentieel zijn.Naast klassikale instructies creëren wij momenten om kinderen in groepjes of individueel te laten werken en uitleg te geven.

Het onderwijs in De Klimop staat voor:- werken in een open sfeer (respect – veiligheid – duidelijkheid)- doelgerichte leerprogramma’s (effectief – samenhangend – actueel)- zorg voor alle leerlingen (maatwerk – zelfstandigheid – verantwoordelijkheid) - betrokken begeleiding (inspirerend – deskundig – enthousiast)- adequate toerusting voor vervolgonderwijs en de maatschappij (studievaardig –

gemotiveerd – kritisch opbouwend)

Mission StatementLeren leren voor de toekomst.

7


Visie De KlimopOnze visie op het pedagogisch klimaat is als volgt:

Een warme omgeving waarin de veiligheid van alle betrokkenen (kinderen, ouders en leerkrachten) geborgen is.

Een omgeving waar een open, eerlijke interactie plaatsvindt en waar men iedereen in zijn eigen waarde laat.

Daarnaast dragen wij zorg voor een uitdagende leeromgeving, waarin we de talenten en mogelijkheden benutten van kinderen, om zodoende er uit te halen wat er in zit.

Visie Brede school De SamensprongEen zo goed mogelijke ontwikkeling van het kind door afstemming en een integrale werkwijze. Door het ontwikkelen van preventieve activiteiten en het afstemmen van bestaande activiteiten kunnen opvoedingsproblemen bij jeugdigen voorkomen worden. Tevens dienen achterstanden in ontwikkeling gesignaleerd en bestreden te worden zodat ontwikkelingskansen van jeugdigen worden vergroot.

Het is van belang dat er een omgeving wordt gecreëerd die kinderen en jongeren zorg en ondersteuning biedt bij hun ontwikkelingsproces. Hierbij is het noodzakelijk om dwarsverbanden te leggen tussen de diverse leefomgevingen. Dit betekent een afstemming in inhoud, tijd en plaats, maar ook een inhoudelijke verbetering van wat men samen aan ontwikkelingsstimuli voor jeugd te bieden heeft.

Pedagogische uitgangspunten van de brede school: - Stimuleren van sociale competenties

o Kinderen doen ervaringen op in verschillende rollen en sociale verbanden- Stimulering van participatie via opvangen vrijetijdsvoorzieningen

o Naschoolse en tussenschoolse opvango Peuterspeelzalen meer toegankelijk maken voor allochtone kinderen

- Zorg voor de kwaliteit van de leefomgevingo Een veilige en vertrouwde omgevingo Ontmoetingscentrum voor ouders

- Bevordering van zorgverbreding en dienstverleningo Kindvolgsysteem; goede overdracht van informatieo Integratie VVE-activiteiteno Pedagogische advisering ouders

AmbitieDe Klimop is een school waar de lat hoog ligt voor de kinderen. De school wil het beste uit de kinderen halen. Daarom wil de school ook maximaal groeien tot ongeveer 160 leerlingen.

KernwaardenDe kernwaarden van De Klimop, die gezamenlijk de identiteit vormen, zijn:

- Respect- Veiligheid- Duidelijkheid- Zelfstandigheid- Betrokkenheid- Zelfverantwoordelijkheid- Samenwerken

8


Deze kernwaarden zijn geldend voor kind, ouder en leerkracht.

9


2.3 Schoolbeschrijving

De Klimopschool is de enige openbare basisschool in de gemeente Bergen. In 1979 werd de school opgericht en door burgemeester Meijer op 6 oktober geopend. Op dit moment wordt de school bezocht door zo’n 125 kinderen. Zij zijn verdeeld over 6 combinatiegroepen. De verdeling naar leerlinggewicht is als volgt (gegevens CFI per 1 oktober 2006 ):

Oude gewichtenregeling Nieuwe gewichtenregeling- gewicht 0 43 kinderen - gewicht 0 27 kinderen- gewicht 0.25: 19 kinderen - gewicht 0.30: 13 kinderen- gewicht 0.40: 00 kinderen - gewicht 1.20: 02 kinderen- gewicht 0.70: 06 kinderen- gewicht 0.90: 16 kinderen. Zie bijlage CFI

Zowel de opleiding als de beroepen van de ouders is gemêleerd. De landelijke trend dat beide ouders/verzorgers geheel dan wel gedeeltelijk aan het arbeidsproces deelnemen is ook op onze school merkbaar. Dit blijkt o.a. uit de vele overblijvers tussen de middag.

Uit de gegevens van Akros onderwijsbureau is een leerlingprognose voor De Klimop samengesteld.

Zie bijlage Akros

Brede school BergenDe Klimop participeert in een brede school. Op 27 oktober 2003 is de school met de andere participanten gestart in een nieuw gebouw. Door middel van diverse werkgroepen wordt de samenwerking verder vormgegeven en gewaarborgd. De andere participanten naast De Klimop zijn:

- RK Basisschool ‘St. Jozef’- Zorggroep Noord-Limburg Groene Kruis: consultatiebureau- SKK Kinderopvang- BSO De Kleine luchtballon- Peuterspeelzaal ‘Nijntje’

Elk jaar wordt door het gebruikersoverleg (leidinggevenden) een activiteitenplan opgesteld.

10


Hoofdstuk 3 De gewenste kwaliteit

3.1 Succesbepalende factoren, indicatoren en normen

Wij willen ons in de volgende factoren onderscheiden om goed onderwijs te kunnen bieden. Deze zijn ingedeeld in de volgende rubrieken:

- Onderwijsleerproces- Schoolklimaat- Organisatie- Schoolomgeving

De bijbehorende indicatoren geven aan hoe wij als school kunnen zien dat de succesbepalende factor in de gewenste mate aanwezig is. De norm is het uiteindelijk te bereiken doel.

OnderwijsleerprocesDit aandachtsgebied bestaat uit de volgende succesbepalende factoren:

1. DaltononderwijsIndicatoren:

- Zelfstandigheid - Zelfverantwoordelijkheid - Samenwerken in de vorm van coöperatief leren- Takensysteem aanwezig

Norm: het kind is in staat verantwoordelijkheid te dragen voor zijn eigen ontwikkeling.

2. Zorg op maat Indicatoren:

- Leerkrachtcompetenties op het gebied van zorg- Afspraken over de leerweg van individuele kinderen tussen leerkracht en IB’er- Inkopen psychologisch onderzoek

Norm: ieder kind krijgt waar mogelijk de juiste zorg (binnen de zorgbreedte van de school).

3. VVEIndicatoren:

- Doorgaande lijn vanaf 2 tot en met 6 jaar- Nauwe samenwerking peuterspeelzaal en basisscholen Nieuw Bergen

Norm: voorkomen van achterstanden bij jonge kinderen, vergroten van ontwikkelingskansen.

SchoolklimaatDit aandachtsgebied bestaat uit de volgende succesbepalende factoren:

1. VeiligheidIndicatoren:

- Welbevinden leerlingen, ouders en leerkrachten- Duidelijke regels en afspraken- Wederzijdse waardering - Kinderen tonen een persoonlijke en sociale groei-ontwikkeling

Norm: vanaf 2008 voelt minstens 80% van de leerlingen, ouders en leerkrachten zich veilig op De Klimop.

11


2. Open sfeerIndicatoren:

- Laagdrempeligheid- Toegankelijkheid- Eerlijk, open en transparant naar elkaar toe zijn- Elkaar durven aanspreken

Norm: 80% van de hele schoolbevolking voelt zich op zijn plaats en voelt zich gerespecteerd.

OrganisatieDit aandachtsgebied bestaat uit de volgende succesbepalende factoren:

1. Integraal personeelsbeleid.Indicatoren:

- Zie hiervoor het IPBNorm: 80% van het personeel is tevreden en gemotiveerd en voldoende deskundig.

2. Teamontwikkeling- Zelfstandigheid- Vrijheid / verantwoordelijkheid- Samenwerken

Norm: 80% is in staat om zelfsturend te leren; Binnen het samenwerken willen we coöperatief leren en interactief afhankelijk leren. Zie schema ontwikkelingslijnen binnen Dalton.

SchoolomgevingDit aandachtsgebied bestaat uit de volgende succesbepalende factoren:

1. OuderbetrokkenheidIndicatoren:

- Ouderparticipatie bij activiteiten en bijeenkomsten- Wederzijds informeren over school en kind- Aantal hulpouders

Norm: ouders voelen zich betrokken bij de school en zijn op de hoogte van de schoolontwikkelingen.

2. Brede schoolIndicatoren:

- Breed aanbod (opvang, aanpak zorg / jeugdproblematiek / achterstand, opvoedingsondersteuning)

- Kansen bieden voor een brede ontwikkeling van kinderen (sport, creatieve activiteiten, expressie, ICT, etc.)

Norm: Samenhang creëren tussen gezin, school, omgeving en vrije tijd.

3. Samenwerking partnersIndicatoren:

- Structurele overlegmomenten- Op de hoogte zijn van elkaars beleid- Ruimte voor stagiaires van PABO en ROC

Norm: door samenwerking van verschillende instanties de kwaliteit van de zorg verbeteren voor het kind van 0-12 jaar, waarbij de zorg vanuit het gezin wordt meegenomen.

12


Hoofdstuk 4 Stand van zaken

4.1 Geborgd / staand beleid

In deze paragraaf beschrijven we het staand beleid van De Klimop.

Onderwijskundig / pedagogisch beleid

Realisatie van de doorgaande lijn van onderbouw naar bovenbouwOm de zorg voor de doorgaande ontwikkeling te kunnen waarmaken, bevorderen wij vanuit onze Daltonvisie zelfstandigheid, samenwerken en positief omgaan met de geboden vrijheid. Onze school geeft de kinderen een kans zich in een doorgaande lijn te ontplooien. In de eerste plaats kiezen we voor de ontwikkeling van de jonge mens en vervolgens geven we aandacht aan de maatschappelijke mogelijkheden, die o.a. met de kerndoelen worden aangegeven. De grondhouding is de spiegel voor het gedrag van alle betrokkenen bij de school: personeel, leerlingen en ouders/verzorgers:

- De leerkracht houdt rekening met de persoonlijkheid van elk kind- De leerkracht stemt de opdrachten op de taakkaart af op de ontwikkeling van het

kind- Binnen de verschillende leer- en vormingsgebieden wordt een minimumpakket

aangeboden. Extra verdiepings- en verrijkingsstof is beschikbaar. - Planning van de taken wordt in grote lijn aan de kinderen overgelaten.

Inrichting van het onderwijsDe jaarlijkse aantal lesgebonden uren bedragen tot op heden:

- in de groepen 1 en 2 803.15 uur- in de groepen 3 en 4 972.45 uur- in de groepen 5 t/m8 1000.30 uur.

De schooltijden zijn hierbij als volgt verdeeld:

schooltijden: groepen 1 en 2 groepen 3 t/m 8

maandag, dinsdag, donderdag, vrijdag

08.30 – 11.4513.00 – 15.00

08.30 – 12.0013.00 – 15.00

woensdag geen school 08.30 – 12.15

ZorgverbredingVan elk kind wordt een dossier bijgehouden. Daarin worden gegevens opgenomen overde leerlingbesprekingen, gesprekken met ouders/verzorgers, speciale onderzoeken, handelingsplannen, rapportgegevens van de verschillende jaren en niet-methode gebonden toetsgegevens. De interne begeleider ziet er op toe dat de dossiers bijgewerkt worden.Regelmatig heeft de groepsleerkracht een groepsbespreking met de interne begeleider.Hierin worden de resultaten van de groep besproken en wordt aandacht gegeven aan kin-deren met minder goede of zeer goede resultaten.

De speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften heeft op onze school de volgende uitgangspunten:

13


- Invoering van handelingsgerichte procesdiagnostiek (HGPD) en verandering van het leerkrachthandelen zijn op onze school en in ons samenwerkingsverband speerpunten van beleid. De doelstellingen en uitvoering worden beschreven in het zorgplan, het continuüm van zorg en in het verbeterplan WSNS+. Het terugdringen van het verwijzingspercentage is daarbij een wezenlijk oogmerk. In 2007 willen we ons verwijzingspercentage teruggebracht hebben tot 2%.

- De werkwijze zoals die door het samenwerkingsverband (WSNS) is omschreven is ons uitgangspunt. Expertise vergroten binnen maar ook buiten het samenwerkings-verband (swv) krijgt gestalte. In studiedagen, en jaarlijks terugkerende kennisbijeenkomsten en intervisie-besprekingen voor interne begeleiders uit het samenwerkingsverband wordt de professionalisering in hoog tempo vorm gegeven.

- Handelingsgerichte procesdiagnostiek is een belangrijk instrument voor kwaliteitsverbetering. Daarbij wordt meer op de leerkracht dan op de kinderen gefocust. De interne begeleiders (IB’ers) krijgen hierdoor een meer coachende rol. Het zorgperspectief verschuift van een curatieve naar en preventieve aanpak. De leerkrachten zijn dan ook altijd aanwezig bij consultatieve besprekingen met de interne begeleiders en de hulpverlener van BCO. Het denken in compenserende factoren is daarbij een belangrijk uitgangspunt geworden.

- De leerlingenzorg is steeds minder gericht op kindkenmerken maar steeds meer gericht op het realiseren van een onderwijsaanbod dat afgestemd is op de behoeften van de leerlingen. Te denken valt aan Meervoudige intelligentie en ontwikkelingsgericht onderwijs.

- Een aantal evaluatieve opmerkingen bij de stand van zaken:o Leerlingbesprekingen en consultatie besprekingen met externe deskundigen (BCO

participatie), vinden cyclisch plaats a.d.h.v. HGPD. Een planning wordt per schooljaar vastgesteld in het zorgrooster.

o Vanuit HGPD besprekingen worden individuele handelingsplannen opgesteld. Doorgaans kan uitgegaan worden van een heldere omschrijving op het HGPD formulier. Een voorlopige probleemverklaring en doelstellingen op korte en lange termijn zijn al door de leerkracht beschreven. De te ondernemen acties en evaluatiemomenten worden in consultatieve besprekingen vastgelegd. Indien IB‘er en groepsleerkracht samen tot de conclusie komen dat een individueel handelingsplan noodzakelijk is wordt dit door de groepsleerkracht opgesteld; de IB’er vult aan of wijzigt en in gezamenlijk overleg wordt het vastgesteld. Hierna wordt er mee gewerkt zoals in het handelingsplan is beschreven.

o Vergroten van persoonlijk meesterschap; coaching en collegiale consultatie van leerkrachten is structureel opgenomen in het zorgrooster en komt langzaam van de grond. Leerkrachten zijn zich door de collegiale feedback, duidelijk meer bewust van hun eigen competenties. De professionaliteit neemt toe.

o Ouders zijn via de MR/OR op de hoogte gesteld van het plan van aanpak HGPD. Ouders waarvan kinderen opgenomen zijn in de zorg komen door de besprekingen met de groepsleerkracht en/of IBer in aanraking met de handelingsgerichte aanpak.

o Concrete doelstellingen in termen van HGPD zijn de afgelopen jaren ruimschoots gehaald. De jaarlijks evaluatie wordt als basis gebruikt voor het nieuwe zorgrooster en het plan van aanpak HGPD.

Kort samengevat ziet de begeleiding er als volgt uit:- Signaleren/opsporen van risicoleerlingen,- Diagnosticeren/doen van nader onderzoek,- Remediëren/speciale begeleiding geven,- Evalueren van de effecten van die speciale begeleiding.- Handelen vanuit positief pedagogisch optimisme.

14


We verwijzen hier verder naar ons zorgplan. Realisatie kerndoelenIn onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de methoden waarvan per vakgebied gebruik wordt gemaakt. In de handleidingen van deze methoden is terug te vinden hoe zij bijdragen aan de realisatie van de kerndoelen.

Vakgebied MethodenLezen - Groep 3: Veilig leren lezen

- Groep 4 – 8: Leeslijn- Groep 4 – 8: Goed Gelezen!

Taal - Groepen 1 en 2: Schatkist- Groep 3: Veilig leren lezen- Groep 4 – 8: Taaljournaal

Schrijven - Groepen 1 – 8: SchrijftaalRekenen en Wiskunde - Groepen 1 en 2: Schatkist

- Groepen 3 – 8: PluspuntAardrijkskunde - Groepen 3 – 8: Een wereld van verschilGeschiedenis - Groepen 3 – 8: Bij de TijdEngels - Groep 7 en 8: Hello WorldExpressie-activiteiten - Groepen 1 – 8: Moet je doen en TekenvaardigNatuurkunde / Biologie - Groepen 3 – 8: Natuurlijk Jeugd EHBO A - Groep 8: Cursus ‘Jeugd EHBO A’ Verkeer - Groepen 5 en 6: Verkeerskrant ‘Op voeten en

fietsen- Groepen 7 en 8: ‘Jeugdverkeerskrant’

Multicultureel onderwijsDe schoolbevolking bestaat voor 25% uit zgn. nieuwe Nederlanders. Deze hebben een diversiteit aan godsdiensten / levensovertuigingen. Dit leidt o.a. tot de volgende activiteiten:Eens in de twee jaar houden we een multi-culturele dag. Er is aandacht voor het Suikerfeest.We handelen uit respect voor andere geloofsovertuigingen: bv. Jehova-getuigen doen niet mee met feestelijkheden.

Personeelsbeleid

De zorg voor personeel is cruciaal voor de kwaliteit van het onderwijs. A-73 wil goed voor haar mensen zorgen. In een integraal personeelsbeleidsplan is invulling gegeven aan deze zorg voor het personeel. Integraal personeelsbeleid betekent voor A-73 het regelmatig en systematisch afstemmen van de inzet, kennis en bekwaamheden van de medewerkers op de inhoudelijke en organisatorische doelen van de school en de stichting. Deze afstemming houdt rekening met de strategische positie van de school en de onderwijsvisie van de school en de stichting. Hierbij wordt professioneel gebruik gemaakt van een samenhangend geheel van instrumenten voor personeelsbeheer en –zorg, en middelen die gericht zijn op scholing en verdere ontwikkeling van individuele medewerkers.

Als uitgangspunt voor haar personeelsbeleid volgt de Stichting de CAO Primair Onderwijs. Het integraal personeelsbeleid is vormgegeven door het opstellen van diverse documenten:

- Sociaal Statuut- Mobiliteitsplan- Taakbeleidsplan- Gesprekkencyclus

15


- Tertiaire arbeidsvoorwaarden

Voor de inhoud van bovenstaande documenten verwijzen wij naar de map ‘ beleidsstukkenA 73’.

De KlimopOp onze school nemen het teamgevoel en de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de gehele school een steeds grotere plaats in. De leerkracht was in het vaak koning in een eigen, vaste klas, met weinig beïnvloeding van buitenaf. De mogelijkheden voor her- en bijscholing zijn ook vergroot. De leerkracht heeft vaak met meerdere groepen kinderen te maken en heeft door een taakverdeling binnen het schoolteam een takenpakket voor algemene schooltaken. Er worden jaarlijks functioneringsgesprekken gehouden. Er wordt een meerjaren-beleidsplan opgesteld, met jaarlijks een uitgewerkt werkplan, waaraan ook een scholings- en begeleidingsplan is gekoppeld. Er wordt verantwoording afgelegd over de scholing en de besteding van de scholingsgelden van elk jaar. De leerkrachten hebben de mogelijkheid op een andere school te gaan kijken. Daarnaast zijn er op bestuurlijk niveau afspraken gemaakt en notities geschreven, die tot doel hebben de kwaliteit van de arbeid en het welbevinden van het personeel te verhogen.

TaakbeleidHet opzetten van het taakbeleid bij ons op school heeft geleid tot:Inventarisatie van taken; omschrijving van de taken; bepaling van taken in tijd.De directie zorgt voor een evenwichtige verdeling van de taken. Wanneer het organisatorisch mogelijk is, wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met beginnende leerkrachten, deeltijders en senior leerkrachten. Op school ligt het beleidsstuk ter inzage getiteld: “Taakbeleid = personeelszorg.”

FormatiebeleidHet bevoegd gezag formuleert het meerjaren-formatiebeleid, dat jaarlijks wordt geactualiseerd in een formatieplan. In de totstandkoming en vaststelling volgt het bevoegd gezag de volgende procedure, mits zwaarwegende redenen of omstandigheden noodzaken hiervan af te wijken:

- Op grond van de geëvalueerde ervaringen met het lopende beleid worden periodiek de hoofdlijnen van het meerjarenformatieplan zo nodig bijgesteld.

- Voor 1 december is die bijstelling verbijzonderd in uitgangspunten voor het formatieplan van het daaropvolgend cursusjaar.

- Bij gewijzigd beleid wordt dit plan ter instemming aan de medezeggenschapsraad voorgelegd en bij ongewijzigd beleid ter kennisname.

- Na de teldatum wordt het ontwerp formatieplan voorgelegd aan de GMR.- Voor 1 mei wordt het formatieplan door het bevoegd gezag vastgelegd.

Extra formatierekeneenheden, die door het rijk zijn verstrekt voor een specifiek doel worden aangewend voor de realisering van dat doel. ScholingOnze school is voortdurend in ontwikkeling. Dat betekent, dat wij steeds bezig zijn om ons onderwijs te verbeteren. Door middel van het volgen van na- en bijscholing proberen wij dit te bereiken. Naast enkele individuele cursussen, ligt het accent de komende jaren op:

- Intensiever gebruik van de computers in onze school, door zowel de kinderen als de leerkrachten

- Voor- en vroegschoolse educatie (VVE)- Invoering nieuwe methode: Taal Journaal- Coöperatief leren: m.n. de doorgaande lijn in de school- Inhoud geven aan de Brede school- Integraal Personeels Beleid (IPB)

16


- Keuzewerk- Scholing voor alle leerkrachten in relatie met het gebruik / inzet van het active

board

17


BegeleidingHet team wordt zowel intern als extern ondersteund.

ArbeidsomstandighedenHiertoe hebben we o.a. de Ri&E; ARBObeleid A73; Taakbeleidsplan; verzuimbeleid.

Functioneren en beoordelenDit zit vervat in de gesprekscyclus zoals afgesproken binnen A73. Zie map beleidsstukkenA 73.

Evenredige vertegenwoordiging van vrouwen in de schoolleidingDe Stichting Openbaar Onderwijs A-73 heeft een document ‘Evenredige vertegenwoordiging van vrouwen in de schoolleiding’ opgesteld. Hierin staat genoemd op welke wijze men het aantal vrouwen in de schoolleiding wil doen toenemen. Momenteel bestaat de leiding van de negen scholen uit 6 mannelijke en vier vrouwelijke directeuren ondersteund door 1 mannelijke en 2 vrouwelijke adjunct-directeuren. Het percentage vrouwen in de schoolleiding is daarmee 46%.

Voor verdere concretisering van bovengenoemde onderdelen, verwijzen wij naar het bovenschools IPB-plan.

18


Organisatie en communicatie

StructuurHet organogram van onze school ziet er als volgt uit:

OR: levert hand- en spandiensten

Er zijn per jaar ongeveer 15 teamvergaderingen.Er zijn per jaar 15 ongeveer studiebijeenkomsten voor het team.

MedezeggenschapDe medezeggenschapsraad van De Klimop vergadert ongeveer elke zes weken. De bevoegdheden van de medezeggenschapsraad (MR) staan weergegeven in de Wet Medezeggenschap op Scholen (WMS). De informatievoorziening, communicatie verloopt via de directie en de personeelsgeleding van de MR naar de oudergeleding van de MR en andersom.

Kwaliteitsbeleid

Wij maken van de volgende instrumenten gebruik voor ons kwaliteitsbeleid: − Leerlingvolgsysteem− Methodegebonden toetsen − Leerlingdossiers− Observatielijsten− Tevredenheidsonderzoeken Leerling, Personeel en Ouders − Inspectierapportages− Daltonvisitatie− Cito-toetsen− Viseon

DirecteurAdjunct-directeur

MR IB

9 leerkrachten

19


4.2 Nulmeting / SWOT-analyse

Een analyse van de interne sterke en -zwakke punten van de school en de kansen en belemmeringen van buitenaf (omgeving / overheid) zijn bepalend voor de vaststelling van het meerjarenbeleid.

De sterkte/zwakteanalyse is gebaseerd op de uitkomsten van:- Leerlingtevredenheidsonderzoek 2006 (LTO)- Oudertevredenheidsonderzoek 2006 (OTO)- Medewerkerstevredenheidsonderzoek 2006 (MTO)- Inspectierapportage 23 januari 2007 (PKO)

4.2.1. I n t e r n

BELEIDSTERREIN STERK ZWAKOnderwijskundig - zelfstandigheid,

zelfwerkzaamheid en samenwerken- zorg en begeleiding- aandacht normen en waarden

- extra mogelijkheden snelle leerlingen- beredeneerd leerstofaanbod groepen 1/2- zitplaats en rust in de klas

Organisatie en beheer

- Informatievoorziening- Sfeer - Aanpak ordeproblemen / pestgedrag- Vastleggen en nakomen van afspraken- Duidelijkheid van regels- Huidige schooltijden

- Overblijven

Personeel Samenwerking met collega’s Begeleiding gedrags- en leerproblemen / allochtone ll.

Mogelijkheden voor nascholing- Omgang met juf/meester en wijze van uitleg- Inzet en motivatie leerkracht- Vakbekwaamheid leerkracht

- Werkdruk

Financiën

Huisvesting - Inrichting en uiterlijk gebouw - Veiligheid op weg naar school

Externe contacten en samenwerking

- Samenwerking externe instanties- Informele en formele oudercontacten

20


- Ouderbetrokkenheid

21


4.2.2. E X T E R N

INSTANTIE KANSEN BEDREIGINGENOverheid

- Dagarrangementen- Normen en waarden /

burgerschap- Het nieuwe leren- Autonomie scholen

- Nieuwe gewichtenregeling- Multiculturele samenleving- Aansluiting maatschappelijke

ontwikkelingen- Zorgplicht

Gemeente

- Huisvesting- Achterstandenbeleid- Brede school - Scholen krijgen zelf de

beschikking over budget voor onderwijsbegeleiding

- Bezuinigingen

Omgeving/Buurt - Ouders - Instellingen - Partners/bondgenoten

- Samenwerking binnen stichting

- Veiligheid en geborgenheid- Openheid en inspraak

- Opvoedingsbehoefte - Vervanging leerkrachten

22


Hoofdstuk 5 Strategische doelstellingen

Uit de paragrafen 3.1, 4.1 en 4.2 komen de wensen, aandachtspunten en bijstellingen van De Klimop voor de komende planperiode naar voren. Hieronder rubriceren we deze als strategische doelstellingen per beleidsterrein. Op deze manier hebben we zicht of de verschillende doelen van betekenis zijn voor het samenhangend beleid. De wensen, aandachtspunten en bijstellingen worden vervolgens in hoofdstuk 6 weergegeven in activiteiten, tijdsplanning en begroting.

In het volgende overzicht zijn de doelen gerubriceerd naar de beleidsterreinen.

Beleidsterrein Strategisch doel 2007 – 2011 Onderwijs Zie totaalplan hoofdstuk 6Personeel WerkdrukOrganisatorisch Ontwikkelingsgericht Onderwijs uitgewerkt /

overlegmomentenHuisvesting KlimaatbeheersingFinanciën Zie meerjarenbegrotingExtern Brede school / Dalton / WSNS / stagiaires

23


Hoofdstuk 6 Actielijnen

In dit hoofdstuk zijn bij de strategische doelstellingen de bijbehorende activiteiten en tijdsplanning geformuleerd.

Onderwerpthema

Eerste jaar2007-2008

Tweede jaar2008-2009

Derde jaar2009-2010

Vierde jaar2010-2011

Beredeneerd aanbod van groep 1/2 vastleggen

Evalueren van ons huidige aanbod en bijstellen.

Coördinatie: J. TönnissenOndersteuning: BCO

Lijn brengen in ons totaleaanbod vastleggen.

Evaluatie juni 2009

Werken volgens ons vastgelegd beredeneerd aanbod met de kinderen van groep 1/2.Evaluatie febr. 2010 en juni 2010. Aanbod eventueel bijstellen

Werken volgens ons vastgelegd beredeneerd aanbod met de kinderen van gr.1/2 met eventuele wijzigingen.

De wijze van aanpak (ontwikkelingsgericht onderwijs) uitbreiden naar groep 3 en 4

Oriënteren op ontwikkelings-gericht onderwijs en bekijken welke vervolgstappen we gaannemen.

Coördinatie: M. LindersOndersteuning:

Kennismaken ontwikkelingsgerichtonderwijs voor hele team.Afspraken maken op schoolniveau.Voorbereidingen treffengroep 3.

Coördinatie: Ondersteuning: BCO

Werkwijze doorvoeren naar groep 3.Evaluatie januari 2009Voorbereidingen treffen groep 4.

Werkwijze doorvoeren naar groep 4.Evaluatie januari 2010

Dalton:Doorgaande lijn coöperatief leren

Groepsinventarisaties bespreken.Afspraken maken op schoolniveau.

Coördinatie: M. KoppersOndersteuning:Daltoncoördinatoren- netwerk Regio zuid

Afspraken uitvoerenin de diverse groepen.Beleidsstuk schrijven.Evaluatie april 2009

Borgen van de gemaakte afspraken.Expertise uitbreiden.

Dalton:Doorgaande lijn keuzewerk

Keuzewerkinventarisatie bespreken.Beleidsstuk schrijven met daarin deAfspraken op schoolniveauCoördinatie: M. VeenbrinkOndersteuning:Daltoncoördinatoren- netwerk regio zuid

Afspraken uitvoeren in de diverse groepen.Evaluatie april 2009Eventueel beleidsstuk bijstellen.Uitbreiding materialen.

Borgen van de gemaakte afspraken.Expertise uitbreiden.Uitbreiding materialen.

Borgen van de gemaakte afspraken.Expertise uitbreiden.Uitbreiding materialen.

24


Onderwerpthema



Derde jaar2009-2010


Actief burgerschap:Oprichten kinderraad

Oriëntatie.

Coördinatie: K. Jungen

Afspraken maken opschoolniveau.Oprichten kinderraad.

Kinderraad Kinderraad

Techniekonderwijs Subsidie aanvraag indienen.Pakket van eisen opstellen.Oriënteren op aanbod.

Coördinatie: P. CornelissenOndersteuning:

Oriënteren op aanbod en keuze maken van materiaal.

Invoeren materiaal in groep 1 t/m 4.Evaluatie en eventueel bijstellen.

Invoeren materiaal in groep 5 t/m 8.Evaluatie en eventueel bijstellen.

Taalmethode “Taaljournaal”

Invoeren methode “Taaljournaal”.Evaluatie in team dec 2007 en mei 2008.

Coördinatie: S. CuijpersOndersteuning: Reinders

Borgen.Evaluatie dec 2008 en mei 2009.

Aanvankelijk lezen Oriënteren op methodes.

Coördinatie: F.PijpersOndersteuning: Reinders

Uitproberen van twee methodes en keuze maken.

Invoeren van methode.Evaluatie.

Borgen.

Leerlingenzorg:Implementeren coachen m.b.v.video-opnames

N.a.v. hulpvraag leerkracht worden video-opnames in de klassen gemaakt.Evaluatie februari 2008

Coördinatie: M. MertensOndersteuning: Begeleider BCO

Ingebed in de leerlingenzorg.

ICT:Verdere invoering en uitbreiding Eduscoop

Invoering en scholing leerkrachtenbij nieuwe onderdelen.Evaluatie april 2008.

Coördinatie: F. PijpersOndersteuning: Innovo

Uitbreiden en borgen expertise.Evaluatie maart 2009.

Uitbreiden en borgenexpertise

25


Onderwerpthema



Derde jaar2009-2010


ICT:Scholing digiborden

Invoering 2 digiborden.Scholing team.Evaluatie januari 2008.

Coördinatie: K. JungenOndersteuning: Stichting A 73

Expertise vergroten.Evaluatie juni 2009.

Expertise vergroten. Expertise vergroten.

WSNS:Pedagogisch optimisme verderuitwerken

Handelen volgens visie WSNS:HGPD-formulier inzetten bij leerlingbespreking.Leerkracht krijgt steeds meer rol van begeleider. Leerkracht werkt pro-actief

Tijdens de tweedaagse met leidinggevenden van het swv worden de beleiddoelen voor 2008-2012 opgesteld.

Evaluatie juni 2008Coördinatie: M. Mertens

Ondersteuning: Begeleider BCO

Uitwerken plannen 2008-2012

Uitwerken plannen 2008-2012 Uitwerken plannen 2008-2012

WSNS:Hoe gaan we om methoogbegaafdheid

Oriëntatie met coördinatoren van het samenwerkingsverband.Doelen opstellen

Coördinatie: M. MertensOndersteuning: WSNS

Experimenteren en uitvoering in de praktijk.2 evaluatiemomenten

Uitvoering in de praktijk. Uitvoering in de praktijk met eventuele bijstelling

Personeel: Werkdruk Evaluatie taakbeleid, met name gericht op de werkdruk.

Afname Ri&E

Coördinatie: K. JungenOndersteuning:

Evaluatie taakbeleid, met name gericht op de werkdruk.

Afname Ri&E


Afname Ri&E


Afname Ri&E

26


Onderwerpthema



Derde jaar2009-2010


Financiën Opstellen begroting.Afrekening.Bijstelling meerjarenbegroting.


Opstellen begroting.Afrekening.Bijstelling meerjarenbegroting.



Huisvesting Onderzoek naar klimaatbeheersing in het gebouw.Afname Ri&E .

Coördinatie: K. JungenOndersteuning: Onderzoeksbureau

Brede school Opstellen activiteitenplan en evalueren.


Opstellen activiteitenplan en evalueren



27


Hoofdstuk 7 Kwaliteitssysteem

In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe er wordt vormgegeven aan kwaliteitszorg in onze school.

Het beleidsplan van de stichting A73 wordt samengesteld. Dit gaat in samenwerking met andere besturen van: Accord en Prisma.

Bij de inrichting van kwaliteitszorg spelen de volgende zaken een rol:- De vaststelling van eigen doelen en eisen van de overheid.- De verzameling van informatie op grond waarvan wordt bepaald in welke mate de

kwaliteitseisen zijn gerealiseerd.- De organisatie van kwaliteitszorg, waarbij het met name gaat om de

verantwoordelijkheden binnen de school voor de ontwikkeling van het systeem, voor de daarbij behorende instrumenten en voor de verzameling van gegevens.

Kwaliteitszorg veronderstelt dat kwaliteitsdoelen en kwaliteitseisen worden geformuleerd, dat maatregelen worden getroffen om deze doelen te bereiken en dat wordt nagegaan wat er gedaan moet worden indien dat niet het geval is. Hierdoor ontstaat een cyclisch proces waarin de begrippen kwaliteitsbepaling, kwaliteitsbewaking en kwaliteitsverbetering centraal staan.Het kwaliteitszorgsysteem voorziet de school van informatie over het feitelijk functioneren van beleid en de uitvoering van dat beleid.

Kwaliteitszorg is een cyclisch en dynamisch proces. Dit cyclische karakter wordt in het volgende schema duidelijk gemaakt.Het onderwijssysteem geeft antwoord op de vraag “Doen we de goede dingen?” en het kwaliteitszorgsysteem geeft antwoord op de vraag “Doen we de dingen goed?”

Onderwijs-systeem

Kwaliteits-zorgsysteem

Kwaliteits-: -bepaling -bewaking -verbetering

Doelstellingenvan de schoolen kwaliteits-criteria…………….…………….Waarderings-kader ten behoeve van kwaliteitszorg

Input Proces Resultaten

Gegevensverzameling en gegevensbeoordeling waarbij gerefereerd wordt aan het waarderingskader.

Beleidsbeslissingenover:- verbetering- aanpak- bijstelling van

doelstellingen

28


7.1 KwaliteitsbepalingDe wijze waarop wij bepalen aan welke kwaliteitseisen ons onderwijs moet voldoen, kent een onderscheid tussen zelf bepaalde doelen en de door de overheid vastgestelde kerndoelen. Deze kunnen en zullen elkaar ruimschoots overlappen.In de visie en de missie van onze school geven we voor de lange termijn (vier jaar) en op een abstracter niveau aan wat wij met ons onderwijs willen bereiken (zie hoofdstuk 2). In de overige hoofdstukken benoemen we veel concreter de onderwijskundige, de personele en financiële /materiële/relationele doelen.De onderwijskundige doelen zijn primair. Voor de bovenbouw van de basisschool zijn de doelen en tussendoelen in het verleden eenduidiger omschreven dan voor de onderbouw. Voor de onderbouw wordt de ontwikkelingslijn van jonge kinderen als richtlijn genomen.Kwaliteitsbepaling vindt dan plaats aan de hand van geconstateerde vorderingen van de verschillende kinderen.Voor de vak- en vormingsgebieden streven we de in de methode genoemde doelen na. De door de overheid vast te stellen tussendoelen worden door ons als waardevol beschouwd en in gebruik genomen. Van verbeterings- en vernieuwingsprocessen wordt tevoren het gewenste resultaat omschreven.

Kwaliteitsdoelen en kwaliteitseisen worden door het gehele team vastgesteld. Doelstellingen worden zo mogelijk zó geformuleerd, dat ze meetbaar zijn en gericht zijn op handelen.

De PDCA-cyclusKwaliteitszorg is voor ons een cyclisch gebeuren. We gebruiken de ‘plan, do, check en act’ cyclus.

Plan; kwaliteitsbepaling (1a)(wat willen we bereiken?)

Normstelling (1b)(wanneer zijn we tevreden?)

Act; Verbeteren (4) Do; uitvoeren (2)(wat en hoe kan het beter?) (hoe en wanneer gaan we het aanpakken?)

Check; Meten/evalueren/bewaken (3)(hebben we bereikt wat we wilden?)

7.2 KwaliteitsbewakingIndicatoren voor goed onderwijsWaarborgen van ‘goed’ onderwijs betekent voor ons het bewust zoeken naar indicatoren voor goed onderwijs, deze beschrijven en vastleggen. Alleen op deze manier kunnen we resultaten toeschrijven aan onze intenties, doelen, organisatie en activiteiten.De wet op het onderwijstoezicht (WOT) is voor ons het uitgangspunt. Deze wet maakt het ons mogelijk onze maatregelen af te stemmen op het wettelijk kader en een zelfdiagnose te organiseren. We ontwerpen een valide en betrouwbaar systeem dat door de inspectie ook als zodanig herkend wordt.Binnen de wettelijke kaders bepalen we verder zelf de kwaliteitsdoelen en –normen.

29


Bovenschools (A73) zijn alleen de kaders afgesproken, zijn de lijnen uitgezet en is een minimumpakket vastgelegd. De school legt haar eigen accenten, kiest eigen doelen, ontwikkelt een eigen werkwijze en kiest zelf de bijpassende instrumenten. Voor deze indicatoren hebben we een bijpassend instrumentarium gezocht en vastgelegd.

De WOT beschrijft 8 kwaliteitsaspecten die wij gebruiken. Deze zijn op hun beurt weer ondergebracht in drie domeinen. Elk kwaliteitsaspect is wederom onderverdeeld in een aantal indicatoren.Wij hebben een overzicht m.b.t. kwaliteitsbewaking opgesteld waar bij ieder kwaliteitsaspect de volgende onderdelen worden weergegeven:

- Wat wil ik weten? Waar zoek ik een antwoord op?- Instrumentarium- Afnamefrequentie- Verantwoordelijk

7.3 KwaliteitsverbeteringNa het verzamelen en analyseren van de gegevens kan het schoolplan worden opgesteld. Hierin staan de conclusies en activiteiten op basis van de gegevens die m.b.v. de diverse instrumenten zijn verzameld. Het plan heeft een geldigheidsduur van vier jaar en wordt jaarlijks uitgewerkt in een jaarwerkplan.

Wij onderscheiden verbeteringen op:- Resultaten van de kinderen :

o methodegebonden toetsen; resultaten worden geëvalueerd op groepsniveau en leiden waar nodig tot een groepsplan

o CITO-leerlingvolgsysteem; resultaten worden besproken en conclusies kunnen leiden tot maatregelen op kind-, groeps- en schoolniveau

o goede overdracht van kinderen naar de volgende leerkracht.- Deskundigheid van de leerkrachten :

o functioneringsgesprekken; deze worden door de directeur gevoerd. Hierbij wordt de afgelopen periode geëvalueerd en worden afspraken gemaakt voor de komende periode

o na- en bijscholingsplan; Dit plan is gebaseerd op de beleidsvoornemens van de school en de uitkomsten van de functioneringsgesprekken

o klassenconsultatie; bewaken van het proces door directeuro overleg met collega'so vakliteratuur bijhouden

- Deskundigheid van de directeur :o functioneringsgesprekken o gesprekken met inspectie en collega'so na- en bijscholingo vakliteratuur bijhouden

- Klassenorganisatie :o zorgen voor duidelijke regels en afsprakeno goede voorbereiding van de lesseno gebruik van instructietafelo efficiënt werken met de methodeso de ontwikkeling van de kinderen goed volgen

- Schoolorganisatie :o aanwezigheid van een duidelijk beleid, zodat alle betrokkenen weten waar we met

onze Daltonplannen naar toe willen

30


o regelmatig overleg tussen de directeur, adjunct-directeur

7.4 Organisatie van de kwaliteitszorgIn het proces van kwaliteitszorg is de rol van de schooldirectie cruciaal. Om het systeem succesvol te laten verlopen dient de directie de volgende factoren in praktijk brengen:

1. Visie op onderwijskwaliteit vertalen in beleid en vormgeven in de volgende documenten: schoolplan, jaarwerkplan, jaarverslag en schoolgids;2. Het bevorderen van een professionele schoolcultuur, die zowel op het proces als op het resultaat is gericht;3. Het verzamelen van schoolgegevens; het bepalen welke instrumenten geschikt zijn; het organiseren en laten afnemen van de gekozen instrumenten.4. Leiding geven aan de schoolorganisatie, waarin personeelsbeleid en communicatie een primaire rol vervullen;5. Het beschikken over een evaluatie en beoordelingssysteem om de kwaliteit van het onderwijs en de leerkrachten te bespreken en zonodig te verbeteren.6. Het hanteren van informatie- en communicatiemiddelen om zowel intern als extern de gewenste doelen te bereiken en het imago van de school te bewaken, c.q. te verbeteren.7. Het goed beheren van huisvesting, inventaris en financiën.

Dat de directie een cruciale rol speelt, wil niet zeggen dat zij alles alleen doet. Integendeel! Werken aan kwaliteitszorg is een integrale schoolverantwoordelijkheid, waarbij iedereen gemotiveerd zijn/haar bijdrage levert. Het team is het hart van de organisatie. Het benutten en waarderen van elkaars talenten leidt tot een kwalitatief beter team, waarin ieder zijn eigen verantwoordelijkheid moet waarmaken.

31


Hoofdstuk 8 Vaststelling

Instemming medezeggenschap en vaststelling bevoegd gezag

De medezeggenschapsraad van De Klimop heeft haar instemming verleend aan het schoolplan 2007-2011.

Voorzitter secretarisNaam: J. Vossen Naam: F. Pijpers

Handtekening: Handtekening:

Datum: 4 juli 2007

Het bevoegd gezag van de school heeft het schoolplan 2007-2011 vastgesteld.Namens bestuur Stichting Openbaar Onderwijs A 73

Naam: H. Bouwhuis

Handtekening:

Datum: 14 augustus 2007

32

Documents

schoolplan