Upload
sog-secretaris
View
214
Download
0
Embed Size (px)
DESCRIPTION
Â
Citation preview
Isoleren en integreren
Het Groningse University College
SOG-‐fractie 2012-‐2013
Januari 2013
Studentenorganisatie Groningen
Sint Walburgstraat 22b
9712 HX Groningen
www.studentenorganisatie.nl
Isoleren en Integreren – Het Groningse University College
1
Inleiding We bevinden ons in de jaren negentig van de vorige eeuw. Een decaan Sociale
Wetenschappen op de Universiteit Utrecht maakt elke dag de wandeling naar zijn werk.
Onderweg komt hij altijd langs de oude kazerne, die na het eindigen van de Koude Oorlog
steeds minder gebruikt wordt. Deze wandelingen langs de kazerne zijn het begin van hoe
een man het hoger onderwijs in Nederland radicaal wilde veranderen. Hans Adriaansens; ver voordat de commissie Veerman een groot aantal voorstellen had
gedaan om het hoger onderwijs om te vormen had deze man zijn eigen visie al ontwikkeld.
Je niet blindstaren op één onderwerp; brede internationale opleidingen dienden volgens
hem de norm te zijn. Kleinschalig onderwijs was hierbij essentieel. Het zou de oplossing zijn
voor de problemen van het exploderende massaonderwijs dat zijn entree had gemaakt in de
hogescholen en universiteiten van Nederland. Hij stuitte echter op veel tegenstand. Het zou te veel kosten en de kwaliteit van de
afgestudeerde studenten zou in het gedrang komen. De studenten zouden van veel
onderwerpen slechts een beetje en dus te weinig weten. Maar de beste man zette door, met
succes. Nadat faculteiten hun weerstand hadden opgegeven kon Adriaansens aan de slag in
1998. Inmiddels is het University College Utrecht een succesvol project, heeft het een uitstekende
reputatie en is het een voorbeeld geweest voor vele andere Nederlandse universiteiten om
deze vorm van excellent onderwijs ook aan te bieden. De meest recente voorbeelden
hiervan zijn Rotterdam en Twente. Het concept sloot ook naadloos aan bij de aanbevelingen van Veerman.1 Meer excellent
onderwijs, meer uitdaging voor studenten en meer geld voor deze onderwijsvorm; dit is
allemaal aanwezig in de University Colleges. Op dit moment hebben universiteiten te maken met de prestatieafspraken. Hiervan zijn
excellentietrajecten een van de indicatoren. Is dat echter een reden om University College
(UC) uit de grond te stampen? Hoort een universiteit er tegenwoordig niet meer bij zonder
UC? Volgens de Studenten Organisatie Groningen (SOG) zouden dit niet redenen moeten zijn
voor het oprichten van een UC. In deze notitie zullen wij de voor-‐ en nadelen van een UC op
een rij zetten en onze visie erop expliciteren.
Namens de Universiteitsraadsfractie der Studenten Organisatie Groningen 2012-‐2013,
Wiggert van Ginkel en Hayo Raaphorst
1 Commissie Veerman, ‘Differentiëren in drievoud,’: 17, 58, 72.
Isoleren en Integreren – Het Groningse University College
2
Principe Het principe van een UC is van oudsher het aanbieden van een brede opleiding voor
internationaal georiënteerde studenten vanuit diverse culturen. In deze onderwijsvorm is
kleinschaligheid de norm, waardoor het niveau hoger kan worden.
Interdisciplinaire opleiding Het concept van liberal arts and sciences is de basis geweest voor het UC. In de colleges
worden onderwerpen vanuit verschillende invalshoeken behandeld. In Groningen zal dat
niet anders moeten zijn. Zowel de alfa, bèta en gamma disciplines moeten dus participeren.
Internationale oriëntatie De geselecteerde studenten van het UC moeten internationaal worden opgeleid en worden
klaargestoomd om over de hele wereld te gaan werken of onderzoek te gaan doen. De
opleiding moet daarop aangepast worden en een duidelijk internationaal karakter krijgen.
Tevens dienen de geselecteerde studenten een divers gezelschap aan culturen en
gewoontes te vormen. Dit zal bijdragen aan een international classroom, waarin zowel de
studenten als de opleiding internationaal georiënteerd zijn.
Kleinschalig karakter Colleges van het UC dienen boven alles een kleinschalig karakter te bevatten. Dit om de
persoonlijke aandacht van docenten voor iedere student te waarborgen, maar ook om de
onderlinge banden tussen de studenten te bevorderen.
Hoog niveau Onderwijs en onderzoek van een UC zijn van een hoog niveau. Alleen de beste studenten en
docenten die passen in het UC-‐profiel zijn geschikt. Onderzoek is tevens een rode draad in
de aangeboden colleges, om zo studenten te inspireren en motiveren. Er is dus duidelijk
sprake van research driven education.
Isoleren en Integreren – Het Groningse University College
3
Uitvoering Hoe dienen deze principes dan gerealiseerd te worden? Hieronder een voorstel over de
verschillende aspecten, van begin tot eind. Sommige onderwerpen kunnen op meerdere
manieren een invulling krijgen, wij zullen hier dan ook elke keer een afweging maken.
Selectie Laten we bij het begin beginnen, de toelating tot het UC. In principe zal er, bij genoeg
aanmeldingen, sprake zijn van selectie. Deze selectie zal gebaseerd moeten worden op
kennis, motivatie en het UC-‐profiel. Dit profiel zal onder het kopje ‘studenten’ uitgewerkt
worden. Wij stellen een tweetal rondes voor. De eerste ronde zal de student thuis kunnen
voorbereiden. Dit omdat veel studenten uit het buitenland zullen komen en een eerste
ronde in Groningen een groot obstakel voor hen zal zijn. In deze eerste ronde zullen de
aspirant-‐studenten een pakket aan gegevens verzamelen. De cijferlijst, een motivatiebrief,
en een essay dienen daar in ieder geval in te zitten. Voor het beste essay kan bijvoorbeeld
ook een prijs uitgereikt worden. Daarnaast kan de universiteit ervoor kiezen om ook nog om een aanbevelingsbrief toe te
laten voegen. Wel is het dan interessant om ook expliciet te vragen naar de negatieve
eigenschappen van de aspirant-‐student. “De selectie bestaat uit twee rondes waarin een zo realistisch mogelijk beeld
van de aspirant-‐student verkregen wordt.”
Aangezien het onderwijs van een UC geheel in het Engels is, zal de aspirant-‐student deze taal
dan ook meer dan voldoende moeten beheersen. Dit kan door bijvoorbeeld een eis te
stellen aan het minimumcijfer voor dit vak. Echter stellen wij wel voor dat dit niet
doorslaggevend zal zijn. Een aanvullende taalcursus in de zomer kan geschikte kandidaten
toch op het gewenste niveau brengen. De tweede ronde zal uiteindelijk beslissend zijn. Dit is de ronde waarin de aspirant-‐student
naar Groningen komt. Om een zo realistisch mogelijk beeld te krijgen van de kandidaat,
stellen wij voor om niet slechts één, maar juist meerdere interviews te houden, de
zogeheten Multiple Mini Interviews (MMI).2 In deze gesprekken dient gelet te worden op de
geschiktheid van de aspirant-‐student voor het UC. Deze geschiktheid wordt gebaseerd op
het UC-‐profiel, wat hieronder uitgewerkt wordt. Overigens is het ook denkbaar dat de
universiteit een vaardigheidstoets wil afnemen bij de student.
2 Eric Siu en Harold I. Reiter, ‘Overview: What’s worked and what hasn’t as a guide towards predictive admissions tool development,’ Advances in Health Sciences 14: 759-‐775.
Isoleren en Integreren – Het Groningse University College
4
Bij de tweede ronde dient de universiteit de lesgevende docenten te betrekken en een
uniform scoreformulier te gebruiken, om zo de kansen voor iedere kandidaat gelijk te
maken. De lesgevende docenten hebben het jaar daarna te maken met deze studenten en
hun mening moet daarom meegewogen worden. Natuurlijk kunnen er wel afwegingen
gemaakt worden in het belang dat gehecht wordt aan bepaalde onderdelen van de selectie.
Studenten Wat voor studenten studeren aan het University College? Net zoals het profiel van de
opleiding dienen ook de studenten een international oriëntatie hebben. Daarnaast hebben
ze een brede maatschappelijke interesse, zijn ze enorm gemotiveerd om het beste uit
zichzelf te halen en hard te werken en hebben ze nog geen duidelijke keuze gemaakt hoe
hun toekomst eruit zal zien. Dit laatste punt betekent dat kandidaten die al weten dat ze rechter of arts willen worden,
niet moeten solliciteren voor het UC. Dit geeft ook weer aan dat het UC model zeker niet
geschikt is voor iedereen, niet omdat studenten het niet zouden kunnen, maar omdat ze zich
zouden ergeren aan het generalistische karakter van de opleiding.
“UC-‐studenten zijn internationaal georiënteerd, hebben een brede maatschappelijke interesse, zijn enorm gemotiveerd om het beste uit zichzelf te halen, werken hard en hebben nog geen duidelijke keuze gemaakt over
hun toekomst.”
UC-‐studenten wonen over het algemeen gezamenlijk. Ons standpunt hierover zal hieronder
worden gemeld. Leven op een campus betekent wel dat de kandidaten het ook aan moeten
kunnen om deze overstap te maken naar een omgeving waar veel verschillende culturen
constant met elkaar in goede orde samenleven. Bovendien is het in het belang van de studenten en de universiteit als er ook op sociaal vlak
veel te beleven is op de campus. UC-‐studenten dienen allerlei initiatieven te nemen om dit
te realiseren en te onderhouden. In Utrecht is dit al duidelijk aanwezig door een groot
aanbod van bijvoorbeeld commissies en activiteiten, variërend van een debat tot een
voetbalwedstrijd en van een zanggroep tot een barcommissie.
Huisvesting Het intensieve contact op het UC wordt vooral gewaarborgd door het kleinschalige
onderwijs. Het leven op de campus levert echter ook een duidelijke bijdrage. Door bij elkaar
te wonen in een gebouw of op een campus heb je automatisch veel contact. Hierdoor is er
een soort van sociale controle, waardoor studenten elkaar makkelijk met zaken kunnen
helpen. Dit alles zou in het ideale geval het niveau van het onderwijs naar een hoger punt
tillen.
Isoleren en Integreren – Het Groningse University College
5
Er zitten echter ook duidelijke nadelen aan het ‘samenwonen’. De UC-‐studenten zullen
namelijk niet snel in aanraking komen met het reguliere onderwijs. Ze zullen in een soort
bubble leven. Onder de reguliere studenten worden de UC-‐studenten vaak gezien als het
elitaire clubje dat niet interfereert met ‘normale’ studenten. Dit imagoprobleem behoeft
volgens ons zeker aandacht, aangezien het UC breed gedragen dient te worden om
succesvol te zijn.
“De UC-‐studenten leven samen in de eerste twee jaar, in jaar drie is de keuze aan henzelf.”
Wij hebben deze afweging gemaakt en zijn tot de conclusie gekomen dat een gezamenlijke
huisvesting wel noodzakelijk is, echter niet de volle drie jaar. Wij stellen voor dat de
studenten twee jaar gezamenlijk wonen en het laatste jaar mogen kiezen of ze in de stad of
nog gezamenlijk blijven wonen. Door deze mogelijkheid kunnen de UC-‐studenten in
aanraking komen met de andere studenten en met het unieke studentenklimaat dat in
Groningen heerst. Wij hopen dat door deze mogelijkheid het slechte imago van de UC-‐
studenten geminimaliseerd zal worden.
“Het Leiden University College was nooit zo succesvol als nu zonder de steun van de gemeente Den Haag.”
Een laatste aanbeveling voor de universiteit voor dit aspect is dat er actief samengewerkt
gaat worden met de gemeente. In Utrecht, Den Haag en Rotterdam hebben de gemeentes
een fundamentele bijdrage geleverd aan het totstandkoming van de campus of huisvesting.
Volgens een beleidsmedewerker van de Universiteit Leiden zou zonder deze steun het
Leiden University College in Den Haag er bijvoorbeeld niet geweest zijn.
Curriculum Zoals al vermeld bij de principes van het University College dient research driven education
een rode draad te zijn in het onderwijs dat het UC aanbiedt. Voor de opbouw van het
curriculum zijn er twee sporen te volgen. De eerste mogelijkheid is de klassieke opbouw,
waarin de drie traditionele disciplines van alfa, bèta en gamma het fundament zijn. Hiervan
is het University College Utrecht (UCU) het voorbeeld. De tweede mogelijkheid is de
thematische opbouw, waarbij mondiale problemen het uitgangspunt zijn en waar vervolgens
de disciplines aan gekoppeld worden. Deze laatste methode wordt gebruikt op het Leiden
University College (LUC).
Isoleren en Integreren – Het Groningse University College
6
Wij stellen voor om te kiezen voor de klassieke methode. De Rijksuniversiteit Groningen is
een van de oudste, algemene universiteiten van Nederland met een breed pallet aan
opleidingen en expertises. Een algemene universiteit als de onze heeft in alle drie de
hoofddisciplines een groot aanbod aan vakken dat uitstekend vertaald kan worden in het
aanbod van vakken op een UC in Groningen. Om die reden is de klassieke opbouw van het
curriculum het meest geschikt voor de RUG. Er kan bij deze opbouw gedacht worden aan een algemeen breed eerste jaar, waarin alle
drie de disciplines verkend worden door de student. In de jaren daarna kiest de student dan
een zogeheten major van een van de drie disciplines, waarbij daarnaast nog een kleiner
aantal vakken van een andere discipline gevolgd dienen worden. Deze major waarborgt de
doorstroom in mogelijke masters en de keuzevakken in het tweede en derde jaar
garanderen het interdisciplinaire karakter.
“Een thematische opbouw gaat tegen het principe van een breed UC in.”
Dit heeft als grote voordeel ten opzichte van de thematische opbouw dat de student echt
breed opgeleid wordt. De thematische opbouw is wel interdisciplinair, echter slechts binnen
één thema. Dit is niet in lijn met het principe van het UC, waarin generalisten opgeleid
worden. Specialisatie van UC-‐studenten vindt plaats in zowel masters als
onderzoektrajecten. Op dit punt worden wij gesteund door de bevindingen van de
Rapportage Expeditie FBO.3 Om niet geheel aan de profilering van de RUG voorbij te gaan, stellen wij voor om binnen de
klassieke opbouw wel vakken aan te bieden die op de drie thema’s van de universiteit zijn
gebaseerd. “De Rijksuniversiteit Groningen dient de huidige successen om te zetten in
excellent onderwijs voor het University College.”
Juist door gebruik te maken van deze succesvolle en goedlopende projecten binnen de RUG
hoeft het wiel niet telkens opnieuw uitgevonden te worden. De universiteit dient de huidige
successen te vertalen in excellent onderwijs voor het UC. Met behulp van Life Lines en ERIBA
kunnen de UC studenten de sprong maken naar het thema Healthy Ageing. De UC studenten
zouden met onderzoek betrokken kunnen worden bij ERIBA en voor bepaalde
onderzoeksprojecten gebruik kunnen maken van de databank van Life Lines. Voor de
thema’s Energy en Sustainable Society zouden UC-‐studenten een vak kunnen volgen bij de
Energy Academy Europe en hier ook fundamenteel onderzoek bij doen.
3 Rapportage Expeditie FBO: 15.
Isoleren en Integreren – Het Groningse University College
7
Keuzevakken In de klassieke opbouw dient naast de majors nog ruimte te zijn voor vrije keuzevakken en
het aanleren van academische vaardigheden. Naarmate de student vordert in zijn bachelor,
dient er steeds meer ruimte te ontstaan voor het kiezen van vakken. Deze vrije keuzevakken
kunnen op twee manieren ingevuld worden. Hierbij is natuurlijk het uitgangspunt dat de
hoge kwaliteit van het onderwijs behouden blijft. Allereerst kan er gekozen worden om de UC-‐studenten aan te laten schuiven bij bestaande
vakken. Aan de ene kant kan er goede inbreng komen vanuit de UC-‐studenten in het vak en
kan er dus beter geïntegreerd worden tussen de UC-‐studenten en reguliere studenten. Aan
de andere kant rijst de vraag op of het nog wel excellent is als een UC-‐student reguliere
vakken volgt.
“Aanschuifonderwijs bij de reguliere universiteit mag niet ten koste gaan van de reguliere studenten.”
Bovendien zal de onderwijsmethode in een bestaand vak enorm verschillen van die van een
‘exclusief’ UC-‐vak. Tot slot kan er oneerlijke concurrentie ontstaan als bijvoorbeeld gekozen
wordt om een vak dat gekoppeld is aan het schrijven van een scriptie plaatsen vrij gaat
houden voor UC-‐studenten, terwijl deze vakken normaal gesproken al te weinig plekken
hebben voor de reguliere studenten. Daarom pleiten wij ook voor een systeem waar vrije keuzevakken weliswaar geïnspireerd
kunnen zijn door bestaande vakken, maar waar nooit ruimte is voor aanschuifonderwijs. Op
die manier hoeven de UC-‐studenten niet een andere onderwijsmethode te gebruiken en
hoeven ze niet oneerlijk te concurreren met de reguliere studenten. Kanttekening hierbij is
wel dat de keuze weloverwogen gemaakt moet worden en verantwoord moet worden aan
de tutor van de student. Meer over de tutoren verderop in dit document. “Derdejaars UC-‐studenten kunnen in Groningen eigen vakken ontwikkelen.”
Daarnaast moet het voor derdejaars UC-‐studenten mogelijk zijn om zelf nieuwe vakken te
ontwikkelen. Op die manier zal het UC in Groningen kunnen blijven inspelen op de behoeftes
van UC-‐studenten, zij weten sneller naar welke onderwerpen meer vraag zal zijn. Het UC kan
zich hiermee onderscheiden ten opzichte van de rest van de UCs in Nederland.
Vakopbouw Een vak van het University College kan op diverse manieren vorm krijgen. Zo moet er
gekozen worden tussen een de zogeheten tutorials of de meer traditionele opbouw van een
vak. Bij de tutorialopbouw bevindt de student zich naast de inleidende hoorcolleges in een
groep van bijvoorbeeld maximaal vijf studenten. In dit model is de rol van docent en de rol
van tutor samengevoegd.
Isoleren en Integreren – Het Groningse University College
8
In de tutorials wordt er gediscussieerd over artikelen en door de studenten geschreven
essays. De tutorials zijn wat werklast betreft het zwaartepunt, deze vorm van kleinschalig
onderwijs is het kenmerk van het intensievere onderwijs aan het UC ten opzichte van de
reguliere universiteit. Wij menen dat de persoonlijke aandacht voor en begeleiding van de student in dit model
optimaal is. Door het intensieve contact tussen student en tutor zal de tutor snel kunnen
opmerken wanneer het niet goed gaat met de student. De tutor zal in dit systeem dan ook
een soort van mentorrol vervullen. Hierdoor zal snel bijgestuurd kunnen worden en kan
achterstand voorkomen worden. De tutorials worden gebruikt op prestigieuze universiteiten
als Oxford en Cambridge.4 Ook vanuit financieel perspectief is het aantrekkelijk om tutorials te gebruiken. Dat heeft te
maken met de ervaring van intensiteit van een uur college. Maak de vergelijking hoe
intensief een uur tutorial – met hooguit 4 andere studenten – ervaren wordt ten opzichte
van een uur werk-‐ of hoorcollege – waar waarschijnlijk rond de 20 andere studenten bij
zitten. Onze verwachting is dat in de eerste situatie de college-‐uren vele malen intensiever
ervaren wordt door de student, waardoor het rendement van het uur college ook hoger ligt.
“Een trimestersysteem bij het UC voorkomt concurrentie tussen vakken.”
Het zwaartepunt van de week zal dus duidelijk op de tutorials liggen, de colleges zijn slechts
een kleine aanvulling hierop. Volgens ons hoort per vak de opbouw van de week te bestaan
uit twee tutorials à twee uur en een college à twee uur. Het curriculum zal vervolgens in een
systeem van trimesters opgebouwd. zijn. Dit betekent dat er per semester drie blokken zijn.
Per blok zal de student dan twee vakken van vijf ECTS volgen. Dit trimestersysteem, waarbij
slechts twee vakken per blok worden gevolgd, voorkomt concurrentie tussen de vakken.
Bovendien zorgt de korte periode van het blok ervoor dat de druk op de ketel blijft en de
student bij de les gehouden wordt.
Staff De docentensamenstelling van het UC dient erop ingericht te zijn dat het zogeheten spillover
effecten van het UC naar de rest van de universiteit kan bewerkstelligen. Docenten dienen
dus niet exclusief les te geven aan het UC. Op die manier kan de onderwijsmethode van het
UC ook in de reguliere opleidingen toegepast worden. Zo spraken wij met een docent van de
faculteit Bestuurskunde van de Universiteit Leiden. Hij verzorgt een vak aan het LUC, de rest
van zijn onderwijs geeft hij aan reguliere studenten. Wij pleiten ervoor dat het UC in
Groningen deze methode van docentensamenstelling volledig toepast.
4 Idem, 7-‐12.
Isoleren en Integreren – Het Groningse University College
9
Voor de tutors geldt hetzelfde. Uiteraard zullen zij meer uren per week kwijt zijn aan een vak
dan een docent die slechts een hoorcollege moet verzorgen. Echter is het van zeer groot
belang dat zij ook bij reguliere vakken lesgeven, zij hebben de meeste ervaring met de
kleinschalige en persoonlijke onderwijsmethode.
“Docenten geven nooit exclusief les aan het UC.”
Verder is het erg belangrijk dat er goed wordt nagedacht over de wisselwerking tussen de
faculteiten en het UC. Het UC is wat docenten betreft afhankelijk van de faculteiten, maar
zullen wel de beste docenten bij de faculteiten weg willen kapen. Wanneer hier niet op gelet
wordt, zal er een groot spanningsveld tussen beide kunnen ontstaan. De faculteiten moeten
voor dit probleem een duidelijke vergoeding krijgen, zodat het UC in ieder geval niet ten
koste gaat van de kwaliteit van het reguliere onderwijs. Heel concreet betekent dit dat
colleges niet groter mogen worden omdat er minder docenten ingezet kunnen worden bij de
reguliere opleidingen of dat de werklast van de docenten vanwege het UC toeneemt.
Toetsvorm De toetsing bij het UC verschilt natuurlijk niet zo veel van de toetsing bij de reguliere
universiteit. Wij pleiten wel voor een gevarieerde toetsing, waarbij compensatie binnen een
vak niet alleen mogelijk, maar zelfs noodzakelijk is. Geen enkele toets mag meer dan 40%
meetellen, waardoor elk vak minstens drie toetsmomenten kent. Deze toetsmomenten
moeten wat ons betreft zo gedifferentieerd mogelijk worden ingevuld. Hierbij moet men bij
elk vak denken aan een essay, een mondeling en een schriftelijk tentamen, waar uiteindelijk
een gemiddeld cijfer uitkomt.
“Elk vak heeft ten minste drie toetsmomenten, waarvan er geen meer dan 40% meetelt.”
In ons systeem heeft de tutor veel contact met de studenten, hij heeft naast een
onderwijstaak ook een begeleidende taak. Het is daarom belangrijk dat de tutor niet
betrokken wordt bij het maken of beoordelen van toetsen. Net zoals in Oxford dienen de
toetsen dus extern te worden nagekeken.5
Voor de beoordeling van toetsen zijn twee cijfersystemen mogelijk, namelijk het Europese
en het Amerikaanse model. Aangezien de meerderheid van de studenten toch uit Europa zal
komen pleiten we voor de toepassing van het Europese cijfersysteem (cijfers 1 t/m 10). Het
is wel belangrijk dat het Amerikaanse equivalent (A t/m F) aan de studenten duidelijk
gemaakt wordt. Dit in verband met de mogelijke vervolgstudie van de studenten.
5 Idem, 12.
Isoleren en Integreren – Het Groningse University College
10
Obstakels? Nu hebben we een beeld geschetst van hoe wij het University College in Groningen voor ons
zien. De weg ernaartoe kent echter nog een aantal obstakels. Deze obstakels zijn niet
zomaar uit de lucht komen vallen, wij hebben ze opgemerkt tijdens onze gesprekken met de
andere UCs.
Beweegreden Allereerst de beweegredenen voor het oprichten van een UC. Als er niet vanaf moment één
een duidelijk doel is, heeft het UC weinig kans van slagen. Dit doel zou nooit mogen zijn dat
de RUG voldoet aan de prestatieafspraken, noch dat Groningen ‘erbij’ wil horen. De
universiteit moet duidelijk voor ogen hebben wat de toevoeging van een UC is en hoe het
academisch Groningen kan verrijken.
“Erbij willen horen mag nooit het doel zijn voor het oprichten van een UC in Groningen.”
Waar blijven de spillover effecten? Spillover effecten, positieve veranderingen aan de reguliere universiteit gebaseerd op het
University College. In Utrecht is de invloed van spillover effecten echter moeilijk aan te
geven. Zelfs na 14 jaar UCU zijn de positieve effecten op de reguliere universiteit minimaal of
komen nu pas op gang. Wij vinden echter dat deze effecten erg belangrijk zijn. Elke student
heeft recht op persoonlijke aandacht, feedback en hoogwaardig onderwijs. Het typische
University College gedachtegoed moet dus uitgebreid worden naar de rest van de
universiteit.
“Laat het UC de persoonlijke aandacht, feedback en hoogwaardig onderwijs uitbreiden naar de gehele universiteit.”
Om dit mogelijk te maken moeten docenten les geven op zowel het UC als de reguliere
universiteit. Verder moeten UC-‐studenten student-‐assistent bij de reguliere universiteit
kunnen worden en tot slot zou aan UC-‐studenten de mogelijkheid moeten worden geboden
om in hun laatste jaar vrij in de stad te gaan wonen. Door deze maatregelen kunnen
reguliere studenten ook in aanraking komen met de positieve kant van het UC.
Verzadigde markt Het concept dat Hans Andriaansens voor ogen had is heel populair geworden in de
afgelopen 14 jaar. Op dit moment is er een UC in Utrecht, Middelburg, Den Haag,
Amsterdam, Maastricht en Tilburg. Komend jaar openen ook de Erasmus Universiteit
Rotterdam en de Universiteit Twente een eigen UC. Daarmee komt het totaal dus op acht
UCs in Nederland. Groningen wil nummer 9 zijn. Bij onze gesprekken met de
Isoleren en Integreren – Het Groningse University College
11
opleidingsdirecteur van het UCU en de beleidsmedewerker van het LUC kwam heel duidelijk
naar voren dat de Nederlandse markt verzadigd raakt. Dit wordt bevestigd door het feit dat
er veel dubbele inschrijvingen zijn. Heeft Groningen de boot gemist? Of kan er buiten
Nederland nog een nieuwe markt aangeboord worden?
Betaalbaarheid Het excellente kleinschalige onderwijs van een UC is beduidend duurder dan het
massaonderwijs bij bijvoorbeeld de faculteit Rechtsgeleerdheid. Daar mag ook wel een
kleine vergoeding vanuit de UC-‐studenten tegenover staan. Men zou kunnen denken aan
collegegeld vermeerderd met een bepaald bedrag. Bij het UCU betaalt bijvoorbeeld elke
student een international profile fee. Met dit geld worden internationale contacten
onderhouden en krijgen buitenlandse studenten een beurs. Hierdoor wordt het UC aan de
ene kant betaalbaar gehouden voor de universiteit en aan de andere kant ook betaalbaar
gehouden voor de studenten. Ook kan gedacht worden een beurzensysteem dat uit de
private sector wordt bekostigd op te zetten.
Gemeentes actief in Den Haag en Utrecht In veel steden waar een UC is opgericht, zijn gemeentes om verschillende redenen grote
geldschieters geweest. In Den Haag willen ze al erg lang een eigen universiteit, met als
gevolg dat ze maar wat graag wilden investeren in het LUC. Een ander voorbeeld is het
Erasmus University College (EUC). Het centrum van Rotterdam moet een grondige
vernieuwing ondergaan, het moet aantrekkelijker en levendiger worden. Een ideale kans
voor de gemeente was de oprichting van het EUC. Daarom werd ook in de gemeente
Rotterdam flink geïnvesteerd. De gemeente Groningen zit echter al flink in de schulden. Heeft de gemeente wel geld over
om mee te betalen aan de oprichting van het UC in onze stad? Willen ze wel meehelpen aan
de huisvesting van studenten? Zonder gemeentelijke financiering wordt de oprichting van het UC erg moeilijk. Een idee is
dat een deel van het Groninger Forum gebruikt kan gaan worden voor het UC. Een andere
mogelijkheid is de oprichting van een UC in Leeuwarden. De gemeente Leeuwarden heeft
waarschijnlijk meer mogelijkheden en motivatie om te investeren in een UC. Het realiseren
van een campus of gezamenlijke huisvesting zal in Leeuwarden ook minder problemen
opleveren. Een nadeel is het imago van de stad Leeuwarden, echter als je in Leeuwarden een
goed lopend UC neer kan zetten komen de mensen wel. Het levende bewijs wordt geleverd
door de RA in Middelburg.
Isoleren en Integreren – Het Groningse University College
12
Draagvlak Het draagvlak voor het UC moet groot zijn, zowel onder studenten als onder faculteiten. Op
dit moment hebben zelfs de Honours College studenten al te kampen met een niet al te best
imago. UC-‐studenten worden vaak gezien als een elitair clubje studenten, die niet
interfereren met andere studenten en de reguliere studenten vaak met de nek aankijken.
Natuurlijk is dit niet geheel te voorkomen, maar met een groot draagvlak onder studenten
zal dit probleem aanmerkelijk minder groot zijn. Het zou wat ons betreft erg goed zijn om het mogelijk te maken dat UC-‐studenten student-‐
assistent worden bij de reguliere universiteit. Hierdoor treed er een vorm van interactie op,
waardoor zowel spillover effecten op kunnen treden en imagoproblemen kunnen afnemen. Ook zal het voor UC-‐studenten mogelijk moeten zijn om na twee jaar gezamenlijk te hebben
geleefd het laatste jaar in de stad door te brengen. Vanuit UC-‐studenten uit andere steden
hebben we vernomen dat hier veel behoefte naar is. Door deze mengeling van studenten zal
het imagoprobleem waarschijnlijk ook kleiner worden. Ook de faculteiten zijn erg belangrijk. Het UC is voor docenten grotendeels afhankelijk van
de faculteiten. Het draagvlak en het begrip vanuit de faculteiten dient dan ook groot te zijn.
We zien wel een probleem qua bezetting ontstaan. Op dit moment is de druk op docenten al
erg hoog. Wanneer er ook nog docenten naar het UC getrokken worden, zal deze druk op de
overige docenten alleen maar toenemen. Het moge duidelijk zijn dat er daarom
geïnvesteerd moet worden in nieuw personeel, zodat dit gat wordt opgevuld.
Isoleren en Integreren – Het Groningse University College
13
Conclusie De SOG-‐fractie kan zich goed vinden in de idealen van het University College die met name
terug te vinden zijn in de onderwijsmethoden die hier gebruikt worden: kleinschalige en
intensieve colleges, regulier toetsen, geen concurrentie tussen vakken, veel keuzevrijheid in
je curriculum en meer onderzoeksmogelijkheden in de bachelor. Het liefst zouden wij dan ook zien dat de gehele universiteit deze onderwijsmethoden zou
overnemen, waarin opleidingen een interdisciplinair of specialistisch karakter hebben om zo
beter in staat te zijn onderwijs op maat aan te bieden. Is het UC dan een methode om de
gehele universiteit te veranderen? Hans Adriaansens had dat idee wel. Wellicht zou het in
ook Groningen kunnen, mits het goed opgezet wordt. In deze notitie zijn de volgende keuzes duidelijk gemaakt:
1. Klassiek, niet thematiek. Groningen moet als algemene universiteit haar successen
omzetten in een UC met een breed, klassiek programma. Kiezen voor een
thematische opbouw is niet in lijn met de gedachte van het UC, waarin keuzevrijheid
centraal staat. Kiezen voor thematiek is kiezen voor excellente opleidingen, niet voor
een excellent University College.
2. Een UC community. Het UC moet een eigen huisvesting krijgen, waarin de UC-‐
studenten hun eigen studievereniging en commissies kunnen oprichten om zo een
community te creëren waarin zij in ieder geval twee jaar met elkaar samen leven om
van elkaar te kunnen leren.
3. Persoonlijke tutorials. De vakken van het UC bevatten hoorcolleges en tutorials,
waarin de docent primair verantwoordelijk is in de hoorcolleges, terwijl deze
verantwoordelijkheid in de tutorials met name bij de studenten ligt. Zij dienen met
essays en discussiebijdrages te komen.
4. Docent cruciaal voor spill-‐over. Voor de docent is een belangrijke rol weggelegd in
het overbrengen van de leermethoden van het UC naar de vakken die hij geeft op de
rest van de universiteit. Docenten geven dus nooit exclusief les op het UC. Daarnaast
kunnen spill-‐over effecten ook optreden door het inzetten van de UC-‐studenten als
student-‐assistenten.
5. Draagvlak is essentieel. Studenten, docenten en faculteiten, onder hen dient
draagvlak voor een UC in Groningen gevonden te worden. Ook de gemeente kan een
bijdrage leveren aan het UC dat van vitaal belang is, zoals in Utrecht en Den Haag al is
gebeurd.
Isoleren en Integreren – Het Groningse University College
14
Door onze gesprekken met de verschillende betrokken partijen, zowel binnen als buiten
Groningen, hebben wij een idee gevormd hoe een goed opgezet UC in Groningen eruit ziet.
Naar onze mening zal het UC nooit succesvol zijn als er te veel afgeweken wordt van dit idee.
Zorg dus dat Groningen niet de boot definitief mist, richt een University College Groningen
op dat succesvol is en een positieve invloed heeft op de gehele Rijksuniversiteit Groningen.
Isoleren en Integreren – Het Groningse University College
15
Met dank aan:
E. Sterken Rector Magnificus RUG R. Holzhacker Senior Lecturer RUG en voorzitter UCG-‐werkgroep Curriculum J. Borleffs Prodecaan Onderwijs Faculteit Medische Wetenschappen RUG H. Biemans Hoofd sectie FPB H. Adriaansens Oprichter UCU en RA F. Keesen Onderwijsdirecteur UCU L. Schreel Voormalig docent UCU en beleidsmedewerker LUC C. van den Berg Docent LUC en Universiteit Leiden Isabel Braadbaart Student UCU Kavish Bisseswar Student UCU en Universiteitsraadslid UU Simone Tas Student-‐lid medische faculteitsraad UU
Sytze van Odijk Voormalig student RA en student Geneeskunde RUG Stephanie Goudriaan Student UCM
Henriette Hoving SOG-‐fractie 2011-‐2012
Andries Bakker SOG-‐fractie 2011-‐2012
Bart-‐Jan van der Sleen SOG-‐fractie 2011-‐2012
Nikki Mensink SOG-‐bestuur 2012-‐2013