Stichting Trivium 2017.pdf · Trivium verzorgt primair onderwijs op 14 basisscholen. Voor hun website en de eigen profilering in hun onderwijsconcept verwijzen wij u naar onze website:

Bestuursverslag 2017 Trivium Pagina 1 van 35

Bestuursverslag 2017

Stichting Trivium

Versie 6


Voorwoord

Met genoegen presenteren we het jaarverslag over het kalenderjaar 2017. In dit verslag leggen we verantwoording af over het gevoerde beleid in het afgelopen kalenderjaar. Dit beleid maakt

onderdeel uit van het Strategisch beleidsplan voor de periode 2016-2020: Waardevol, kindgericht! De verantwoording heeft een tweeledig doel. In de eerste plaats leggen we verantwoording af aan het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen. We verantwoorden de publieke middelen, zoals het Ministerie deze in 2017 heeft toegekend aan Trivium. We noemen dit de verticale verantwoording. Daarnaast willen we in het kader van de publieke verantwoording ouders, personeelsleden, de GMR en de medezeggenschapsraden, en de organisaties waarmee wij dagelijks samenwerken informeren over ons beleid en de resultaten daarvan. In het strategisch beleid van Trivium zijn we in de afgelopen jaren consistent geweest in onze cultuur en wijze van samenwerken:

• Trivium-scholen hebben de nadrukkelijke opdracht zich te profileren in de eigen omgeving en zich daarin te onderscheiden van andere scholen: zelf bijzonder te zijn!

• Verantwoordelijkheden en facilitering laag in de organisatie (dicht bij het onderwijs)

• Vertrouwen werkt beter dan controle

Uiteindelijk leiden, zo is onze ervaring, deze uitgangspunten tot een goede uitvoering en continuïteit van onze onderwijs-opdracht: elk kind zo goed mogelijk ondersteunen in zijn of haar ontwikkeling. Het beste in het kind naar boven halen, in een veilige onderwijsomgeving, vanuit het waardepatroon van ons christelijk gedachtegoed. Daar staan we voor! Bouwen aan een betere samenleving voor later. Dat is onze kernopdracht. Het belangrijkste middel om dit doel te realiseren is ons personeel. Dagelijks werken we met ruim 250 personeelsleden aan onze kerntaak: onderwijs betekenis en inhoud geven. We hebben opnieuw veel waardering voor de wijze waarop onze directeuren, onderwijsgevenden en hen die dit proces ondersteunen ook in 2017 deze opdracht hebben vervuld. drs. H. van Dorp, directeur/bestuurder

april 2018


Inhoudsopgave

HOOFDSTUK 1. Algemene informatie ............................................................................. 4

1.1 Juridische structuur en organisatiestructuur............................................................. 4 1.2 Kernactiviteiten van Trivium ............................................................................. 4 1.3 Visie op het bestuurlijk functioneren .................................................................... 5 1.4 Kern van het Trivium-beleid 2017 ........................................................................ 5

HOOFDSTUK 2. Gerealiseerd instellingsbeleid 2017 ............................................................. 6

2.1 Inleiding .................................................................................................. 6 2.2 Doelen strategisch beleidsplan 2016-2020 .............................................................. 6 2.3 Ontwikkelingen in de Trivium-organisatie ............................................................... 8 2.4 Onderwijskundig beleid / kwaliteitsbeleid ............................................................... 8

2.4.1 Verdere ontwikkeling kwaliteitszorgsysteem Trivium........................................... 8 2.4.2 Passend onderwijs en Trivium ................................................................... 9 2.4.3. Ontwikkeling van het leerlingaantal ........................................................... 9 2.4.4. Normering Inspectie ............................................................................ 9 2.4.5. Resultaten Eindtoets 2011-2017 ................................................................ 9

2.5. Personeelsbeleid .................................................................................... 10 2.6. Toegankelijkheid scholen ............................................................................ 17 2.7. Huisvesting en ICT-infrastructuur ................................................................... 17 2.8. Communicatie met de omgeving .................................................................... 17 2.9. Klachten ouders of personeel ....................................................................... 18 2.10. Beleid t.a.v. verbonden partijen of eigen fondsen .................................................. 18 2.11. Inkoop en aanbestedingen .......................................................................... 18 2.12. Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) ............................................... 19 2.13. Bezoldiging bestuurders Trivium ..................................................................... 19 2.14. Verslag toezichthouders ............................................................................. 19

1. De toezichthoudende rol ......................................................................... 19 2. De goedkeuringstaak ............................................................................ 20 3. Het inhoudelijk handelen in de toezichthouden rol .............................................. 20

HOOFDSTUK 3. Financiële positie en gevoerd beleid .......................................................... 22

3.1. Inleiding ................................................................................................ 22 3.2. Belangrijkste kenmerken van het gevoerde financiële beleid in 2017 ................................. 22 3.3. Analyse van de financiële situatie ...................................................................... 22

3.3.1. Onderbouwing streefwaarden ................................................................ 23 3.3.2. Gang van zaken gedurende het verslagjaar .................................................. 23 3.3.3. Analyse financieel resultaat op schoolniveau ................................................. 23 3.3.4. Analyse balansposten ......................................................................... 24

3.4. Treasuryverslag ........................................................................................ 25

HOOFDSTUK 4. Beeld van de toekomst en meerjarenbegroting ............................................. 26

4.1. Inleiding ................................................................................................ 26 4.2. Continuïteitsparagraaf ................................................................................. 26 4.3. Meerjarenbegroting .................................................................................... 27

4.3.1. Basisgegevens voor de meerjarenbegroting .................................................. 27 4.4. Risicoparagraaf ......................................................................................... 29 4.5. Beleidsontwikkeling komende jaren ................................................................... 31

Bijlage 1: Meerjarenbegroting 2017– 2022 in cijfers ............................................................... 33

Bijlage 2: Verantwoording inzet middelen Prestatiebox 2016 ..................................................... 33


HOOFDSTUK 1. Algemene informatie

1.1 Juridische structuur en organisatiestructuur Trivium kent als bestuursvorm de stichtingsstructuur. De stichting beheert veertien basisscholen in Zuid-Gelderland. De juridische structuur conform het Raad van Beheer-model, waarbij bestuur en toezicht formeel gescheiden zijn, is afgelopen jaar niet gewijzigd. De formele gegevens van Trivium zijn: Stichting Trivium adres : Beatrixstraat 13 pc/plaats : 6671 AC Zetten postadres : Postbus 16 6670 AA Zetten telefoon : 0488 420612 e-mail : [email protected] inschrijving KvK : 09139767 vestigingsplaats : Zetten In het bestuursjaar 2017 was de bestuurssamenstelling als volgt: Algemeen Bestuur

functie naam zitting van/tot nevenfunctie

voorzitter J.M.A. Beekwilder tot 1 oktober 2017 huisarts

voorzitter M. Wildekamp vanaf 1 oktober 2017 juridisch adviseur HRM

secretaris M.A. Kerkman-de Jong 2017 managar zorg/GGZ

penningmeester M. Siefkes 2017 financieel adviseur

lid A.P.W. van de Klift- Buijs 1-dec-17 gemeensecretaris /AD

lid R.S.B. Frederiks 2017 financieel adviseur

Dagelijks bestuur directeur/bestuurder : H. van Dorp (geen nevenfuncties) 1.2 Kernactiviteiten van Trivium In de huidige organisatiestructuur is het Algemeen Bestuur de toezichthouder op de activiteiten en resultaten van de Trivium-organisatie. De directeur/bestuurder is verantwoordelijk voor het bestuur van de organisatie. De directeuren van de basisscholen zijn integraal verantwoordelijk voor de resultaten op het gebied van het onderwijs en het beheer van hun basisschool, en de middelen die daarvoor aan de school door het bevoegd gezag jaarlijks worden toegekend. De kerntaak van Trivium is kwalitatief goed onderwijs te verzorgen voor kinderen van 4 tot en met 12 jaar. Daarnaast zien we in toenemende mate relaties ontstaan met buitenschoolse opvang bij het realiseren van dag-arrangementen voor de leerlingen van onze scholen. Trivium staat positief ten opzichte van deze ontwikkeling. Inmiddels werken vijf basisscholen van Trivium in een Brede Schoolconcept (ongeveer 35 % van onze leerlingen).


Trivium verzorgt primair onderwijs op 14 basisscholen. Voor hun website en de eigen profilering in hun onderwijsconcept verwijzen wij u naar onze website: www.trivium-onderwijs.nl Vanaf deze site kunt ook doorklikken naar de websites van de scholen die bij Trivium behoren. 1.3 Visie op het bestuurlijk functioneren De basisscholen die behoren tot Trivium zijn divers van aard, en verschillen sterk wat leerlingaantal betreft. We kennen onze kleinere scholen in de dorpskernen. Daarnaast zijn er de basisscholen die zich wat betreft omvang (200-370 leerlingen) of wat betreft achtergrond van de leerlingen (30% allochtone afkomst) onderscheiden. Deze eigenheid van scholen willen we binnen Trivium-verband behouden. Bindend is de christelijke levensovertuiging, van waaruit we onderwijs geven. Een bron voor waardevol onderwijs! In onze bestuursfilosofie vormt de eigen ontwikkeling van de individuele school dus uitgangspunt van beleid. Zoveel mogelijk zijn bevoegdheden en (financiële) middelen neergelegd op schoolniveau (bij de directeur, met inspraak van team en MR). Samenwerkend op bovenschools niveau wordt als organisatie gezamenlijk beleid gemaakt, met als doel kwaliteit van onderwijs te vernieuwen en te borgen en efficiency-voordelen te behalen. Ook kunnen bovenschools risico’s in exploitatie en instandhouding van scholen worden gespreid. Ook in 2017 is dit beleid ongewijzigd gebleven. 1.4 Kern van het Trivium-beleid 2017 In het schooljaar 2016-2017 hebben we ons strategisch beleid opnieuw geijkt aan ontwikkelingen in onze omgeving, aan wat onze eigen visie op goed onderwijs is, aan het belang van goed personeelsmanagement en aan de (financiele) continuïteit van onze onderwijsorganisatie. In hoofdstuk 2 gaan we in op de wijze waarop we dit beleid hebben gerealiseerd.

http://www.trivium-onderwijs.nl/


HOOFDSTUK 2. Gerealiseerd instellingsbeleid 2017

2.1 Inleiding Het jaar 2016 is een afronding geweest in de ontwikkeling van Trivium volgens het Strategisch beleidsplan 2012-2016: Vakbekwaam, kindgericht! Vervolgens hebben we ons nieuw strategisch beleidsplan vastgesteld voor de periode 2016-2020. Kernwoorden voor deze periode zijn: Waardevol, kindgericht! Om inzicht te krijgen wat we volgens dit plan de komende jaren willen bereiken geven we eerst een kort overzicht van de doelen per beleidsterrein.

2.2 Doelen strategisch beleidsplan 2016-2020 Vanuit de doelstellingen van ons strategisch beleidsplan richten we ons vanaf 2016 op de volgende punten: Onderwijs en zorg

a. Naast kwalificatie is persoonsvorming en zelfontplooiing van onze leerlingen een essentiële opdracht voor onze scholen. In hun schoolplan geven de scholen concreet aan hoe dit vorm wordt gegeven in de dagelijkse onderwijspraktijk.

b. Ons doel blijft dat jaarlijks alle Trivium-scholen op het landelijk gemiddelde, en in ieder geval boven de ondergrens van de Cito-Eindtoets scoren. Scholen die tweemaal onder de ondergrens scoren, komen onder verscherpt toezicht van Trivium. Zij worden extra gefaciliteerd om de opbrengsten van leerlingen te verhogen.

c. Meer handen in de klas door inzet van gekwalificeerde onderwijsassistenten. We zullen de leraar meer ruimte moeten bieden om de diversiteit in zorgleerlingen en zorgproblematiek op te kunnen vangen. Op iedere Trivium-school met meer dan 150 leerlingen is minimaal 0,6 fte onderwijsassistent verbonden. Het streefgetal hierbij is 1 fte in de komende jaren.

d. We willen met elk samenwerkingsverband afspraken maken om af te stappen van het systeem van arrangementsfinanciering van zorgleerlingen.

e. In 2017-2018 is het systeem van collegiale visitatie volledig ingericht. Jaarlijks vinden vier visitaties plaats bij onze scholen. In de visitatie wordt gerefereerd aan het kwaliteitskader van Trivium.

Personeel a. Meer gebruik maken van eigen expertise van Trivium-personeel en hen ook inzetten op

andere scholen van Trivium. Hiervoor wordt in samenwerking met andere schoolbesturen in 2017-2018 een Expertise-bank opgezet.

b. Opzetten en faciliteren van deskundigheidsnetwerken binnen Trivium (IB-netwerk, reken-coördinatoren, en netwerken op het gebied van gedrag, taal en lezen).

c. Alle directeuren en leraren zijn of worden in de komende drie jaar ingeschreven in het register.

d. Personeelsleden van 58 jaar en ouder maken in overleg met P&O een loopbaanplan, waarin aangegeven wordt op welke wijze zij hun loopbaan op een goede en verantwoorde manier in het onderwijs kunnen afronden. Trivium faciliteert hiervoor zo nodig onderzoek bij specifieke, individuele situaties.

e. Het ziekteverzuimpercentage bij Trivium is uiterlijk 2020 terug op een ziekte-verzuimpercentage van maximaal 4 %.


f. Verdere ontwikkeling en versteviging van het personeelsbeleid van Trivium op het gebied van levensfase-bewust personeelsbeleid is nodig. Nu moet de vertaling in beleid, instrumenten en middelen uiterlijk in 2019 afgerond zijn. Afronding van het Handboek Personeelsmanagement van Trivium en verdere implementatie van de cao 2016-2017 (en de mogelijke nieuwe cao vanaf 2018).

g. De HRM-afdeling in het Bestuurscentrum wordt in de komende twee jaar versterkt tot mimimaal 1,3 fte.

Financiën en bedrijfsvoering

a. Verbeteringen in de bedrijfsvoering van Trivium in de komende jaren:

• Contractbeheer en eventuele investeringen op het gebied van energie, kopiëren, schoonmaak, ICT en onderwijsleerpakket

• Aansturing en (mede)controle van tijdige financiele rapportages aan de budgethouders, bestuurder en toezichthouders

• Verbetering van de financiele planning & control-cyclus (uiterlijk 1 januari 2018 gereed)

• Er vindt in 2018 onderzoek plaats naar eigen risico dragen (ERD)van vervangingskosten, zodat in de herfst van 2018 een besluit genomen wordt.

b. De meerjaren-onderhoudsplanning wordt geheel geactualiseerd in 2018 en met kengetallen onderbouwd . Dit is uiterlijk 2018 gerealiseerd.

c. Vanaf 1 januari 2018 voert Groenendijk administratie alle verplichtingen uit zoals deze zijn opgenomen in het contract. Voor 1 januari van ieder jaar worden hierover afspraken gemaakt met Groenendijk en een planning opgesteld. Hierbij is duidelijk wat door Trivium en door Groenendijk op welk moment in het jaar geleverd wordt. Onderzoek naar de vraag of het Bestuurscentrum met de ondersteuning van het administratiekantoor kan voldoen aan de behoefte aan bestuurlijke ondersteuning en dienstverlening aan de scholen.

d. Uiterlijk 1 januari 2019 beschikken alle scholen over een ICT-beleidsplan, waarin de investeringen voor de jaren 2020-2025 zijn geraamd. Hierin is specifiek opgenomen welke ICT-infrastructuur de scholen voor hun onderwijsconcept nodig hebben en welke investeringen dit vraagt.

Bestuurlijke organisatie

a. Onderzoek naar de vraag of de huidige besturingsfilosofie en bestuurlijke organisatie (verantwoordelijkheid laag in de organisatie, profilering van scholen in de eigen omgeving en aansturing van de organisatie) nog voldoet steeds in de veranderende omgeving van Trivium. Onderzoek wellicht uitbesteden.

b. Vervolgonderzoek naar de huidige (bestuurlijke) werkwijze en structuur van Trivium in relatie tot de code Goed Bestuur (zelfanalyse).

c. In beeld brengen van de overhead (kosten Bestuurscentrum en daaraan gekoppelde contracten op het gebied van huisvesting, administratie etc.) van Trivium en het opstellen van mogelijke alternatieven.

d. Daaraan gekoppeld onderzoek naar de vraag of er noodzaak of behoefte is te komen tot schaalvergroting of samenwerking met andere partijen (buitenschoolse opvang, peuterspeelzaalwerk, kinderopvang)


2.3 Ontwikkelingen in de Trivium-organisatie De organisatie is stabiel en er is vertrouwen en duidelijkheid in elkaars functioneren en verantwoordelijkheid (schoolniveau-bestuurlijk en toezichthoudend niveau). Wel is de samenstelling van de toezichthouders in 2016 en 2017 in belangrijke mate gewijzigd. In het schooljaar 2018-2019 zal een evaluatie en eventuele heroriëntatie plaatsvinden op de besturingsfilosofie van Trivium, de wijze van verantwoording en de bestuurlijke organisatie. 2.4 Onderwijskundig beleid / kwaliteitsbeleid Afgelopen jaren stond in het teken van verdere uitwerking van ons systeem van kwaliteitszorg van het onderwijs. In 2015 en 2016 hebben we, o.a. met begeleiding van BMC, gewerkt aan de uitwerking van ons kwaliteitskader: wat vinden we zelf goed onderwijs. In 2017 heeft de Inspectie in het kader van het vierjaarlijks onderzoek de Trivium-organisatie onderzocht. De conclusies zijn:

1. De standaard kwaliteitszorg is bij Trivium voldoende. Het bestuur heeft voldoende zicht op de kwaliteit van het onderwijs en stuurt op verbetering. Op onderdelen is echter nog ontwikkeling nodig.

2. Bij één verificatieschool moet de kwaliteitszorg verbeterd worden. Dit heeft inmiddels plaats gevonden.

Vanuit de Inspectie wordt aangegeven dat sturingsinformatie vanuit de scholen beter benut kan worden om de kwaliteit van het onderwijs goed te kunnen volgen en tijdig te kunnen ingrijpen wanneer dat nodig is. Deze aanwijzingen zullen worden betrokken bij bovengenoemde evaluatie. Wat betreft onze gestelde doelen in ons strategisch beleidsplan het volgende. Begrippen als kwalificatie, persoonsvorming en socialisatie zijn typische Bildungs-begrippen. Op de studiedagen in 2018 zijn deze begrippen verder uitgediept en toepasbaar gemaakt voor invoering in de schoolplannen. Op de Betuwse Trivium-scholen is nu minimaal voor 0,4 fte een onderwijsassistent aangesteld, met op enkele scholen een uitloop naar 0,6 of meer. Drie van de vier samenwerkingsverbanden laten het systeem van arrangeren (met lange aanvraagprocedures en sobere financiering) en gaan over tot een vorm van lumpsum-financiering waarbij scholen zelf verantwoordelijk zijn voor financiering van extra zorg voor leerlingen waar nodig. Hierna wordt de ontwikkeling aangegeven m.b.t. opbrengsten van de Cito-Eindtoets en de verdere ontwikkeling van ons kwaliteitszorgsysteem. We kunnen concluderen dat het behalen van de gestelde doelen op dit beleidsterrein in 2020 realistisch is.

2.4.1 Verdere ontwikkeling kwaliteitszorgsysteem Trivium Trivium heeft, onafhankelijk van het toezichtkader vanuit de Inspectie, een eigen toezichtskader ontwikkeld. We noemen dit ons Trivium Toezichtskader Onderwijskwaliteit. Daarnaast is een systeem ontwikkeld van collegiale visitatie in een cyclus van vier jaar. Na verschillende pilots zou dit systeem volledig ingevoerd worden vanaf augustus 2017. Dit heeft enige vertraging opgelopen vanwege het onderzoek van de Inspectie in het najaar van 2017. Vanaf 2018 worden jaarlijks vier visitaties uitgevoerd. Zowel in het kwaliteitskader als bij de collegiale visitatie hanteren we voor de komende jaren vier gebieden waarop het onderzoek wordt gericht. Deze gebieden zijn:

1. Aansturing van de school 2. Het leerkracht handelen (met observatieschema BMC) 3. De inrichting van de zorg


4. Het leerstofaanbod

2.4.2 Passend onderwijs en Trivium Trivium participeert in vier samenwerkingsverbanden. Eén samenwerkingsverband is ingedeeld in 4 bestuurlijke deelregio’s, waar Trivium in 2 ervan bestuurlijk deelneemt. In meerderheid zijn de samenwerkingsverbanden nu teruggekomen van het beleid van arrangeren en kennen ze rechtstreeks hogere bedragen zware en lichte zorg toe, waarbij besturen en scholen zelf kunnen bepalen hoe en welke zorg noodzakelijk is. Dit is een positieve ontwikkeling.

2.4.3. Ontwikkeling van het leerlingaantal In onderstaande tabel geven we een overzicht van de ontwikkeling van het leerlingaantal vanaf 2014 en de prognose tot en met 1 augustus 2020. Vanaf 2014 zien we een stabilisatie tot lichte stijging van het aantal leerlingen. Vervolgens zien we in 2018 een dip en vervolgens weer stabilisatie. In Dodewaard, Heteren en Renkum zien we het leerlingpotentieel (0,1,2 en 3-jarigen) aanmerkelijk teruglopen. Wel stijgt jaarlijks het deelnamepercentage van het merendeel van onze scholen nog steeds.

okt. 2014 okt. 2015 okt. 2016 okt. 2017 okt. 2018 okt. 2019 okt.2020

Airborne 196 185 175 176 170 169 177

Ark 185 179 176 187 185 185 190

Prinses Beatrix 307 300 297 290 270 272 272

Clara Fabricius 157 164 167 174 180 180 180

Gravin van R. 56 71 77 62 60 60 60

Hien 197 182 167 152 145 140 130

Ireneschool 100 97 92 87 75 72 70

Johan Friso 341 324 323 300 298 295 295

Kon. Juliana 219 203 196 179 162 155 150

Kompas 162 189 198 192 195 200 200

Margriet 154 179 187 193 200 206 208

Meeuwenberg 160 169 180 199 204 210 215

Terebint 57 57 67 64 57 58 55

Wegwijzer 234 255 273 301 300 290 290

Totaal 2525 2554 2575 2556 2501 2492 2492

Verschil 6 29 21 31 -55 -9 0

Tabel 1: ontwikkeling leerlingaantal 2014-2020

2.4.4. Normering Inspectie Alle scholen van Trivium hebben het basisarrangement volgens de Inspectienormering.

2.4.5. Resultaten Eindtoets 2011-2017 Ons doel blijft dat jaarlijks alle Trivium-scholen op het landelijk gemiddelde, en in ieder geval boven de ondergrens van de Cito-Eindtoets scoren. Dat doel realiseren we in 2017 nog niet. De Airborneschool heeft een formele waarschuwing gekregen van de Inspectie. In de afgelopen drie


jaar heeft de school tweemaal onder de ondergrens gescoord . De opbrengsten op de Eindtoets zullen in 2018 boven de ondergrens moeten liggen. Alle scholen hanteren het leerlingvolgsysteem LOVS en passen op basis van de tussentijdse opbrengsten zo nodig het onderwijsaanbod aan om eventuele hiaten weg te kunnen werken. Toch realiseren we hiermee ons doel nog niet. In 2017 hebben de IB-ers gezamenlijk een format ontwikkeld waarmee de resultaten van de Eindtoets geanalyseerd kunnen worden. Mogelijk kunnen we op basis van de resultaten van 2018 daarmee beter analyseren wat de oorzaken zijn dat jaarlijks meerdere scholen laag scoren op de Eindtoets. De resultaten van de afgelopen jaren treft u aan in onderstaande tabel.

2017 CITO

2016 CITO

2015 CITO

2014 CITO

2013 CITO

Airborneschool O G O G G De Ark B O G O G Prinses Beatrix (R) B B G G B Prinses Beatrix (W) B G G G B Clara Fabricius B G B O G Gravin van Rechteren G B B B O De Hien B G O G O Ireneschool B G O G G BS Johan Friso B G O B G Koningin Juliana B B G O G Het Kompas O G O G G Margrietschool O B B B O De Meeuwenberg G G G G G De Terebint O G G G B De Wegwijzer B G B B B tabel 2: resultaten cito-eindtoets 2007-2017

Nadere toelichting: Voor 2017 hanteerde de inspectie de termen gemiddelde en bovengrens, maar heeft deze termen laten vervallen. We gaan nu uit van de ondergrens per school, deze is afhankelijk van het percentage gewogen leerlingen op de hele school. Als bovengrens hanteren we het landelijk gemiddelde zonder correctie. Voor 2017 is dat 535,1. Gemiddeld = schoolgemiddelde op of boven de ondergrens van de school en onder het landelijk gemiddelde. Ondergemiddeld = schoolgemiddelde onder de ondergrens (van de school). Bovengemiddeld= schoolgemiddelde boven het landelijk gemiddelde.

2.5. Personeelsbeleid In hoofdstuk 1 hebben we per beleidsterrein aangegeven welke doelen we in de periode 2016-2020 willen halen. Op het gebied van personeelsbeleid is in 2017 gewerkt aan de volgende punten:


• terugdringing van het ziekteverzuim

• meer benutten van talent in onze organisatie

• opzetten van deskundigheidsnetwerken

• loopbaanplanning voor senioren In deze paragraaf geven we de vorderingen op deze terreinen aan. 2.5.1. Ziekteverzuim

Er is veel aandacht besteed aan de bewustwording van de directeuren m.b.t. hun rol in het personeelsbeleid en specifiek bij de preventie van ziekteverzuim. Een analyse van het arbeid gerelateerde verzuim heeft het beïnvloedbare deel van het ziekteverzuim duidelijker in beeld gebracht. Tot 2013 lag het ziekteverzuim bij Trivium steeds onder het landelijk gemiddelde. Waar het landelijk gemiddelde een licht dalende trend liet zien, was de trend bij Trivium de afgelopen fors stijgend. In 2017 stopte deze trend en is voor het eerst sinds 2011 weer een daling te zien in het ziekteverzuimpercentage. De landelijke kengetallen van het VF geven de volgende percentages voor het regulier basisonderwijs:

2011 2012 2013 2014 2015 2016

% ziekteverzuim 6,8 6,9 6,6 6,0 6,3 6,2 tabel 3: landelijke percentages ziekteverzuim Primair Onderwijs (bron: VF)

De cijfers voor de Trivium-scholen zijn in onderstaande tabel opgenomen:

2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

Gravin van Rechterenschool 3,91% 2,82% 12,36% 10,73% 0,52% 0,34% 0,33%

Koningin Julianaschool 13,76% 10,80% 13,55% 7,17% 9,57% 9,41% 8,31%

Basisschool De Terebint 0,29% 0,23% 0,67% 1,02% 2,15% 2,64% 13,71%

Basisschool De Meeuwenberg 7,05% 8,41% 10,08% 5,81% 2,33% 6,22% 3,76%

Basisschool Het Kompas 3,57% 1,91% 5,85% 6,65% 11,68% 16,29% 9,82%

Basisschool De Hien 3,74% 1,72% 3,65% 10,24% 12,56% 17,33% 12,30%

De Wegwijzer 1,91% 9,49% 5,45% 4,90% 4,26% 7,61% 3,73%

Clara Fabricius 0,59% 0,08% 0,42% 0,28% 8,72% 17,17% 4,25%

De Ark 6,02% 7,92% 3,15% 9,05% 3,23% 9,90% 2,58%

Airborneschool 2,79% 3,35% 1,48% 3,26% 4,19% 14,27% 10,99%

Prinses Beatrixschool 1,31% 0,72% 6,47% 5,23% 7,94% 10,33% 9,10%

Margrietschool 3,30% 10,31% 9,87% 10,37% 9,03% 5,28% 3,07%

Ireneschool 5,40% 10,43% 2,72% 6,75% 1,50% 4,13% 6,84%

Johan Frisoschool 5,73% 9,52% 3,07% 4,04% 7,58% 4,95% 2,25%

Totaal 4,24% 5,86% 5,69% 6,11% 7,02% 9,29% 6,45%

Landelijk BO regulier OP 6,46% 6,84% 6,50% 6,00% 6,30% 6,20 nnb

tabel 4: percentages ziekteverzuim Trivium

Deze daling is vooral toe te schrijven aan een daling van het langdurig verzuim. Het verzuim in de verzuimduurklasse tussen 6 weken en 2 jaar nam van 7,89% af tot 4,60%.


Dit jaar is een start gemaakt met een analyse van het ziekteverzuim aan de hand van de besproken cases in het tweemaandelijks SMT van de afgelopen zeven jaar. Onder andere het arbeidsgerelateerde verzuim en het verzuim per levensfase is nader bekeken. Met betrekking tot het aantal arbeidsgerelateerde cases is er stijging van 6 in 2010 tot 22 in 2017 te zien.

Als gekeken wordt naar het aandeel arbeidsgerelateerde cases ten opzichte van het totaal aantal besproken cases in het SMT, dan zien we dat een dalende trend vanaf 2010 in 2013 omslaat in een stijgende trend. Naar onze mening speelt Passend onderwijs hierbij een belangrijke rol. We zien meer verdichting van problematiek in onze scholen, vooral op het gebied van gedrag. Dit frustreert leraren, omdat ze soms daardoor nauwelijks aan goed lesgeven toe kunnen komen.

Met betrekking tot de verdeling van het aantal besproken cases over de verschillende levensfasen is te zien dat de meeste cases voorkomen in de ervaren levensfase. Ook de piekfase neemt een behoorlijk aandeel voor haar rekening.


In de doorontwikkeling van het levensfasebewuste personeelsbeleid zal met bovenstaande gegevens rekening gehouden moeten worden. 2.5.2. Opleiding en ontwikkeling van personeel Iedere school beschikt over een eigen scholingsbudget. Jaarlijks stelt de directeur hiervoor een begroting op. Vanuit dit budget wordt de teamscholing en de scholing voor individuele personeelsleden bekostigd. Dit betreffen de volgende opleidingen:

a. Vakinhoudelijke opleidingen (lees- en reken specialisatie, Interne Begeleiding) b. scholing voor directeuren, IB-ers en teams bij de invoering van ParnasSys

Daarnaast kunnen medewerkers een studie volgen met financiering en studieverlof vanuit de Lerarenbeurs. Deze kosten komen niet ten laste van de exploitatie van de scholen. Onderstaande tabel geeft een overzicht aan van de opleidingskosten bij Trivium in de afgelopen jaren.

uitgaven uitgaven uitgaven uitgaven per fte per fte per fte per fte

2014 2015 2016 2017 2014 2015 2016 2017

aantal fte 163 168 168 168

nascholing 86.750 73.222 74 .931 87.435 532 435 446 520

vervanging 10.017 8.413 8.262 15.236 61 50 49 91

Totaal 96.767 81.635 83.193 102.671 587 486 495 611

Tabel 5: uitgaven opleidingskosten personeel 2014-2017

In 2017 zien we een sterke stijging in de uitgaven voor scholing van personeel. De trend van toenemende uitgaven na 2014 zet zich ook in 2017 door. Een van de oorzaken is de In company


opleiding van Trivium tot rekencoördinator, waaraan 34 medewerkers hebben deelgenomen. Daarmee willen we de kwaliteit van het rekenonderwijs op onze scholen verhogen. Voor zover cursusdagen op lesdagen vielen zijn de deelnemers vervangen. Deze vervangingskosten zijn in 2017 bij bovenstaande tabel niet meegenomen. Naast de facilitering van formele scholing is externe coaching gefinancierd voor startende directeuren en hebben vier leerkrachten in 2017 een loopbaanoriëntatietraject gevolgd. Dit op aangeven van de leerkrachten dat zij zich niet meer (volledig) thuis voelden in hun functie als leerkracht. Naast loopbaanoriëntatie hebben twee medewerkers gebruik gemaakt van een door Trivium gefinancierde werkervaringsplaats van twee maanden. Eén van hen heeft in 2017 een baan buiten het onderwijs gevonden. Er is in 2017 ook een start gemaakt met het opzetten van een bovenbestuurlijke expertisebank met schoolbesturen die deel uitmaken van de deelregio Overbetuwe Lingewaard (SWV Passend wijs). Hiervoor hebben zich inmiddels vijf medewerkers van Trivium aangemeld. De expertise ligt op het vlak van gedrag, interne begeleiding, coaching, hoogbegaafdheid. Tenslotte moeten we constateren dat het inschrijven van directeuren en leraren in het register nog te weinig leeft. Daar zullen we in de periode 2018 tot 2020 meer aandacht aan moeten besteden. 2.5.3. Functiemix In 2017 zijn er wederom een aantal leerkrachten doorgestroomd naar een LB-functie. Het gaat om een verschuiving van 2,23% binnen de totale omvang aan onderwijzende formatie. Hiermee zit Trivium nog ca. 15% onder de doelstelling van 40% uit het Actieplan leerkracht.

2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

Landelijk* 14 17,9 21,1 24,2 25,5 26,0 26,7

Trivium 21,9 25,1 24,33 22,7 24,9 tabel 6: Percentages LB-functies van WTF onderwijzend personeel. *bron: www.functiemix.nl Naast de formele doorstroming naar LB-functies zien we ook de inhoudelijke ontwikkeling van LB-functies doorzetten. Tot slot hebben drie leerkrachten in 2017 een verzoek ingediend tot ontslag en herbenoeming in de functie van onderwijsassistent. Deze wens ontstaat vooral door het ervaren van een hoge werkdruk in de functie van leerkracht. Trivium heeft alle drie de verzoeken gehonoreerd. 2.5.4. WO-bachelors en HBO-/Universitaire masters. Afgelopen jaar heeft één personeelslid een masteropleiding HBO of Universitair afgerond via de Lerarenbeurs. Inmiddels beschikken 39 van de 214 onderwijsgevenden van Trivium over een HBO-masterdiploma, WO-bachelor- of WO-masterdiploma. Dat komt neer op 18,2% van de onderwijzende formatie, 16,8%). Uiteindelijk is het streefpercentage 30% van het lerarenbestand in 2020, conform het Bestuursakkoord. We signaleren dat het volgen van een tweejarige masteropleiding een forse tijdsinvestering vraagt van de leerkrachten. In de praktijk is het voor veel mensen lastig de opleiding te combineren met werken de privésituatie. Het is vooralsnog onduidelijk of het streefpercentage in 2020 gehaald zal worden.


Er is in 2017 een start gemaakt met het opzetten van een bovenbestuurlijke expertisebank met schoolbesturen die deel uitmaken van de deelregio Overbetuwe Lingewaard (SWV Passend wijs). Hiervoor hebben zich inmiddels vijf medewerkers van Trivium aangemeld. De expertise ligt op het vlak van gedrag, interne begeleiding, coaching, hoogbegaafdheid. 2.5.5. Uitstroom In 2017 zijn in totaal 19 medewerkers uitgestroomd. Onderstaande tabel laat de achterliggende redenen zien.

Uitstroomreden Aantal

Blijvende arbeidsongeschiktheid 1

Gewichtige omstandigheden 1

Overleden 1

Keuzepensioen 3

Accepteren andere functie 6

Op eigen verzoek 4

Einde van contract 3

Totaal 19

Tabel 7: Uitstroom personeel op reden

Een medewerker is uitgestroomd vanwege permanente arbeidsongeschiktheid. Een andere medewerker is per 1 november 2017 uitgestroomd naar een functie buiten het onderwijs. Er hebben in 2017 twee situaties gedwongen ontslag plaatsgevonden. Met één medewerker is per 1 september 2017 met een vaststellingsovereenkomst overeengekomen het dienstverband te ontbinden vanwege gewichtige omstandigheden. Deze medewerker is een loopbaantraject aangeboden. Aan beide medewerkers is een ontslagvergoeding uitgekeerd. Naast het gedwongen ontslag zijn nog 17 medewerkers uitgestroomd. Onder hen zijn 2 directeuren en een intern begeleider. Een conciërge van één van de scholen is in september 2017 overleden.

2.5.6. Leeftijdsopbouw In de leeftijdsopbouw is een lichte verschuiving te zien. Vooral de groep 35-45 heeft een groter aandeel gekregen. Dit komt niet alleen door uitstroom, maar vooral doordat de instroom een relatief groot aandeel ervaren leerkrachten betreft.

Leeftijdscategorie 2013 2014 2015 2016 2017

15 tot 25 jaar 0,9 1,7 2,5 2,4 0,9

25 tot 35 jaar 25,1 23,6 22,8 21,8 22,8

35 tot 45 jaar 21,8 19,5 19,6 21,5 24,8

45 tot 55 jaar 23,6 24 21,3 19,3 18,2

55 tot 65 jaar 28,5 30,9 33,5 34,3 33

65+ jaar 0,1 0,4 0,3 0,7 0,4

tabel 8: Gewogen leeftijdsopbouw.

Aansluitend op bovenstaande laat de gewogen gemiddelde leeftijd in 2017 een daling zien ten opzichte van voorgaande jaren.


2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

GGL 40,66 41,17 41,61 41,74 41,70 42,19 41,49

tabel 9: Gewogen Gemiddelde Leeftijd (GGL).

In het schooljaar 2017-2018 hebben we 11 loopbaantrajecten met senior-leraren en directeuren gedaan onder de kop ”maak een plan”. Samen met de P&O-beleidsmedewerker en een financieel deskundige wordt onderzocht welke alternatieven betrokkene heeft om op een gezonde en kwalitatief verantwoorde wijze zijn of haar loopbaan in het onderwijs af te ronden. 2.5.7. Inzet extra formatie t.b.v. personeel In 2017 is er op een aantal scholen sprake geweest van leerkrachten die dreigden uit te vallen. In een aantal gevallen is extra formatieruimte ter beschikking gesteld ter ondersteuning in de vorm van een onderwijsassistent. Op de Hien in Dodewaard is in augustus 2017 gestart met een pilot voor de verkleining van de groepsgrootte, in samenwerking met samenwerkingsverband BEPO. De arrangementsfinanciering is vanuit het samenwerkingsverband omgezet in lumpsum-financiering. Deze pilot wordt in mei 2018 geëvalueerd. Samen met een bijdrage van Trivium heeft de school het aantal groepen uit 2016 kunnen behouden en daarnaast is 0,6fte onderwijsassistent extra aan de formatie toegevoegd. In totaal is in 2017 € 326.000 vanuit het Pab-budget bovenschools extra geïnvesteerd in de personele formatie, boven de reguliere formatie van OCW. 2.5.8. Mobiliteit van personeel In 2017 is de formatieprocedure zo ingericht dat medewerkers met een behoefte aan vrijwillige mobiliteit als eerste de mogelijkheid kregen om op vacatures te reageren. Dat heeft geleid tot een positief resultaat met een geslaagde zestal matches. Uiteindelijk heeft één kandidaat besloten om toch op de oude school te blijven vanwege een alternatief loopbaanplan. De ervaringen met deze werkwijze zijn positief. 2.5.9. Samenvatting gevoerd personeelsbeleid 2017 In 2017 is conform de gestelde doelen in het strategisch beleidsplan sterk ingezet op de verlaging van het ziekteverzuim, onder andere door bewustwording en preventief handelen bij directeuren op het gebied van (arbeidsgerelateerd) ziekteverzuim. Daarnaast is met de opleiding van 34 rekencoördinatoren een belangrijke start gemaakt met een kwaliteitsslag op het gebied van het rekenonderwijs en hebben verschillende medewerkers met door loopbaanoriëntatie en mobiliteit een nieuwe stap in hun loopbaan kunnen maken. In 2017 zien we opnieuw een sterke stijging in de uitgaven voor scholing van personeel. De trend van toenemende uitgaven na 2014 zet zich ook in 2017 door. We kunnen constateren dat we met het terugdringen van het ziekteverzuim, talentontwikkeling en het benutten eigen expertise, loopbaan-ontwikkeling van senioren en versteviging van de P&O-setting met het realiseren van onze doelen uiterlijk 2020 op de goede weg zijn.


2.6. Toegankelijkheid scholen De scholen van Trivium zijn toegankelijk voor alle leerlingen. 2.7. Huisvesting en ICT-infrastructuur De huisvestingssituatie van onze scholen is goed op orde. De vervangende nieuwbouw voor de Ireneschool (de Bijenkorf) in Wageningen is gestart en de beoogde ingebruikname is oktober 2018, na de herfstvakantie. Bij de Johan Frisoschool is locatie West (schoolwoningen) afgestoten en onlangs in medegebruik gegeven aan het Pantarijn, waardoor de expoitatielasten beter beheersbaar zijn geworden. Vanwege structurele groei van het leerlingaantal van de Margrietschool in Wageningen en de Meeuwenberg in Driel zijn er verschillende huisvesting scenario’s uitgewerkt die in 2018 op de politieke agenda staan van de betreffende gemeenten. Voor de Margietschool gaat de voorkeur van Trivium uit naar renovatie en ingebruikname van de Haverlanden als integraal kind centrum. Voor de Meeuwenberg gaat de voorkeur uit naar nieuwbouw i.v.m. het beperkte perceeloppervlakte van het buitenspeelterrein. Op het gebied van duurzaamheid van de schoolgebouwen van Trivium is in 2017 een analyse gemaakt van de zonne-energie die door Triviumscholen is opgewekt. Op basis van de meetresultaten kan geconcludeerd worden dat voor de Beatrixschool in Renkum en Wolfheze de kosten voor elektriciteit ten minste zijn gehalveerd en voor de Vogeltuin zelfs met ruim 2/3 zijn afgenomen, omdat bij de Vogeltuin de gecontracteerde energietarieven zijn verscherpt. De zonnepanelen in Heteren en Renkum hebben in 2017 meer energie opgewekt dan verwacht, in Wolfheze is er minder energie opgewekt wat mogelijk veroorzaakt kan is door schaduwuren, aangezien deze school in een bosrijke omgeving ligt. In 2018 zal in samenwerking met stichting PPO De Link het dak van de Johan Frisoschool in wageningen worden voorzien van zonne-panelen. LED verlichting wordt in diverse scholen aangebracht en daarnaast zal in 2018 een beleidsnotitie duurzaamheid schoolgebouwen worden opgesteld om de toekomstvisie van Trivium op duurzaamheid te bepalen. Op ICT-gebied is in 2017 aandacht besteed aan de ICT visieontwikkeling van de scholen. Op het gebied van werkstations en infrastructuur heeft in 2017 met name correctief onderhoud plaatsgevonden. In 2018 gaat Trivium zich heroriënteren en wordt de vertaling gemaakt van de visie naar een digitale leeromgeving en de middelen die daarbij nodig zijn om de onderwijsdoelstellingen te realiseren. De visie-neutrale ICT zaken worden in 2018 geïnventariseerd en geanalyseerd en verwerkt in een investeringsagenda voor de komende jaren. 2.8. Communicatie met de omgeving Trivium participeert in verschillende overlegstructuren:

1. periodiek besturenoverleg met vijf gemeenten (LEA) 2. participatie in het bestuur van vier samenwerkingsverbanden 3. periodiek met collega-schoolbestuurders/directeur/bestuurders in de regio 4. als bestuurder van de Vereniging van Gebruikers De Zon in Elst en de Vereniging van

Gebruikers De Vogeltuin in Heteren De basisscholen van Trivium liggen in vijf verschillende gemeenten: Neder-Betuwe, Overbetuwe, Renkum, Wageningen en West-Maas en Waal. Trivium participeert derhalve in het Besturenoverleg (ofwel LEA) in deze vijf gemeenten. De directeur/bestuurder vertegenwoordigt


Trivium en voert het gemeentelijk overleg. Het accent lag daarbij in 2016 vooral op de wijzigingen in de Jeugdzorg en de Lokale Educatieve agenda (LEA). Doel van dit overleg is te komen tot afstemming van het schooloverstijgende beleid tussen besturen en de gemeente. Door de vorming van twee Brede Scholen participeert Trivium beheersmatig in het bestuur van twee Verenigingen van Gebruikers. Opdracht is de gebouwen van de beide Brede Scholen te beheren en het gebruik ervan te regelen. De directeur/bestuurder maakt verder deel uit van een netwerk van bovenschoolse directeuren, georganiseerd door Verus. Daarnaast is Trivium ook lid van de PO-raad. Op schoolniveau onderhouden de directeuren de regionale of plaatselijke contacten en vertegenwoordigen zij Trivium. 2.9. Klachten ouders of personeel In 2017 is bij Trivium formeel geen klacht ingekomen. Trivium is aangesloten bij de landelijke Klachtencommissie. Daarnaast functioneren twee vertrouwenspersonen: mevr. E. Burger en de heer J. van der Spek. Laatstgenoemde heeft in 2017 eenmaal bemiddeld tussen de directie, de IB-er en een ouder van één van onze scholen. Dit probleem is vervolgens opgelost. De huidige klachtenregeling functioneert adequaat en behoeft vooralsnog geen aanpassing.

2.10. Beleid t.a.v. verbonden partijen of eigen fondsen Trivium heeft door middel van bestuurlijke participatie in de rechtspersoon van de vier samenwerkingsverbanden een relatie met verbonden partijen. Dit betreffen zelfstandige entiteiten, die autonoom verantwoording aan OCW afleggen. Daarnaast participeert Trivium in twee rechtspersonen die de twee gebouwen van de Brede Scholen beheren. Het betreffen het gebouw De Zon in Elst en De Vogeltuin in Heteren. Er zijn geen steunstichtingen o.i.d. Trivium kent ook geen andere fondsen dan die in het financieel verslag zijn opgenomen (voorzieningen en reserves). 2.11. Inkoop en aanbestedingen In 2017 hebben er geen stichtingsbrede aanbestedingen plaatsgevonden. In 2018 wordt een inkoop en aanbestedingsbeleid geïntroduceerd. Trivium is verplicht om bij de besteding van publieke middelen te handelen in overeenstemming met de geldende wet- en regelgeving, daaronder begrepen het aanbestedingsrecht. Trivium is als aanbestedende dienst in de zin van artikel 1.1 aanbestedingswet verantwoordelijk voor de rechtmatige, efficiënte en integere besteding van publieke middelen die door Trivium worden aangewend. Trivium ondersteunt haar scholen bij het inkoopproces en beoogt te besparen op de kosten van inkoop door volumes te bundelen en vragen goed te specificeren. Trivium stimuleert bij voorkeur de regionale economie door lokale en regionale leveranciers opdrachten te gunnen. In 2018 wordt het machinepark van print- en kopieer apparatuur meervoudig onderhands aanbesteed. Hiermee wordt een belangrijke doelstelling in het strategisch beleidsplan gerealiseerd, dat vooral in 2018 zijn vruchten zal afwerpen.


2.12. Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) In 2017 is er aandacht besteed aan de Europese wetswijziging die vanaf 25 mei 2018 wordt toegepast. De AVG is een verordening, dit houdt in dat er rechtstreeks verplichtingen worden opgelegd aan organisaties die persoonsgegevens verwerken en rechten worden toegekend aan betrokkenen (degenen van wie persoonsgegevens verwerkt worden). In 2018 wordt het informatiebeveiliging en privacy (IBP) beleid vastgesteld en worden (praktische) maatregelen geïmplementeerd waarmee Trivium kan aantonen dat aan de nieuwe wetgeving wordt voldaan. Belangrijke maatregelen zijn:

- Benoemen functionaris gegevensbescherming (FG) en manager IBP; - Risicoanalyse en classificatie van persoonlijk identificeerbare informatie; - Privacy reglement voor scholen; - Protocol datalekken; - Toestemmingformulier gebruik beeldmateriaal; - Dataregister.

2.13. Bezoldiging bestuurders Trivium In 2017 worden de bestuurders van Trivium als volgt bezoldigd.

1. Toezichthouders: zij ontvangen voor hun toezichthoudende werkzaamheden een toelage ad € 1.500 per jaar.

2. directeur/bestuurder: per 1 oktober 2017 is de inschaling in schaal DE, regelnummer 18 gewijzigd conform de CAO bestuurder PO in schaal B4. Dit besluit is genomen door het Algemeen Bestuur met instemming van de GMR.

2.14. Verslag toezichthouders Het algemeen bestuur van Trivium heeft niet alleen toezichthoudende taken. Het heeft ook een goedkeuringstaak met betrekking tot het strategisch beleidsplan en daaruit voortvloeiende beslissingen, waaronder de meerjarenbegroting.

1. De toezichthoudende rol Statutair bestaat het Algemeen Bestuur uit minimaal vier bestuurders. Gedurende het verslagjaar bestond het algemeen bestuur uit 5 leden. Het dagelijks bestuur bestond uit 1 lid. De artikelen 6, 7 en 8 van de statuten betreffen de samenstelling van het bestuur. Het bestuur heeft hieraan gedurende het verslagjaar geheel voldaan. Artikelen 9 en 10 betreffen het eventueel defungeren (schorsing of ontslag) van bestuursleden. Deze punten zijn in het verslagjaar niet aan de orde geweest. De artikelen 11 tot en met 14 betreffen de taken, het handelen en de besluitvorming van het bestuur. Ook aan het gestelde in deze artikelen heeft het bestuur geheel voldaan. Het bestuur heeft in het verslagjaar vijfmaal vergaderd. Besluitvorming heeft plaatsgevonden op basis van vooraf toegezonden stukken. Het algemeen bestuur heeft in 2017 eenmaal overleg gevoerd met een vertegenwoordiging van de directeuren en eenmaal met een vertegenwoordiging vanuit de GMR. Beide overleggen vonden plaats buiten aanwezigheid van de dagelijks bestuurder. Binnen Trivium hechten we aan


deze structuur van overleg, omdat dit een goed middel is om eventuele signalen of zorgen vanuit de organisatie tijdig op te kunnen vangen.

2. De goedkeuringstaak In 2017 heeft het algemeen bestuur de meerjarenbegroting 2017-2020 voorlopig vastgesteld in januari 2017 en definitief vastgesteld in april 2017.

3. Het inhoudelijk handelen in de toezichthouden rol In het verslagjaar 2017 hebben de volgende punten in het toezicht centraal gestaan:

1. Vaststelling strategisch beleidsplan 2016-2020

2. Continuïteit en kwaliteit van het onderwijs 3. Kwaliteit van personeel en veiligheid

4. De bedrijfsvoering en de kwaliteit van (financiële)informatie

5. Bestuurlijke organisatie

1. Vaststelling strategisch beleidsplan 2016-2020 We zien in het onderwijs een verschuiving van rendements-denken naar meer “waardegericht” onderwijs. Naast ouders die kiezen voor de “school om de hoek” , zijn er ook veel ouders die bewust kiezen voor een school die zich sterk profileert op socialisatie en persoonsvorming van het kind. We willen als scholen van Trivium hierop herkenbaar zijn! Het algemeen bestuur heeft het strategisch beleidsplan na instemming van de GMR vastgesteld. 2. Continuïteit en kwaliteit van het onderwijs Dit punt is eigenlijk ongewijzigd op de agenda van 2017 blijven staan. Net als in 2016 functioneren in alle scholen een tweetal instrumenten waardoor kwaliteit van het onderwijs bewaakt wordt: het LOVS en de kwaliteitskaarten van Cees Bos (WMK). In het LOVS worden tweemaal per jaar de opbrengsten van de leerlingen getoetst en geanalyseerd. Het WMK wordt op alle scholen gebruikt als zelfevaluatie-instrument als basis voor schoolontwikkeling. Toepassing van deze instrumenten is niet voldoende gebleken om opbrengsten van scholen op of boven het gemiddelde van de Cito-Eindtoets te krijgen. Het Algemeen Bestuur wil met de verdere doorontwikkeling van een eigen toetsingskader en de systematiek voor collegiale consultatie voor Trivium dit wel bereiken. Centraal staat hierin het pedagogisch-didactisch handelen van de leraar en de aansturing van de school. Met het Trivium-toetsingskader Onderwijskwaliteit als basis zijn de eerste pilots collegiale visitatie geëvalueerd. Met enkele aanpassingen in de organisatie van de visitatie worden in 2018/2019 opnieuw vier scholen gevisiteerd. 3. Kwaliteit van personeel en veiligheid Het Algemeen Bestuur ziet erop toe dat de klachtenregeling voldoende bekend is binnen de organisatie en bij ouders en dat de aangestelde vertrouwenspersonen hun taak goed en onafhankelijk kunnen uitoefenen. De schoolgebouwen en speeltoestellen worden periodiek gecontroleerd op brandveiligheid en eventuele aanwijzingen daarvoor worden zo snel mogelijk uitgevoerd. Ook de RI&E onderzoeken worden tijdig uitgevoerd. Dit is een jaarlijks terugkerende taak. 4. De bedrijfsvoering en de kwaliteit van (financiële) informatie


De bedrijfsvoering en de kwaliteit van de periodieke informatie daaromtrent is in 2017 sterk toegenomen. Door de financial controller worden de resultaten goed en tijdig in beeld gebracht en zijn de veranderingen in de MARAP duidelijker. Met de verbeterde MARAP en met een duidelijke toelichting daarop van de controller wordt het Algemeen Bestuur tijdig op de hoogte gehouden om hun toezichthoudende rol goed te kunnen vervullen. Het Algemeen Bestuur wacht voor definitieve vaststelling van het financieel jaarverslag 2017 het oordeel van de accountant af. 5. Good Governance Ook in 2017 heeft in het kader van Good Governance volgens de afspraken eenmaal overleg plaats gevonden van de toezichthouders met een vertegenwoordiging van de GMR en eenmaal met een vertegenwoordiging vanuit de directeuren. Beide overleggen vinden plaats buiten aanwezigheid van de directeur/bestuurder van Trivium. Dit overleg is zinvol, omdat het de toezichthouders de mogelijkheid biedt vanuit andere informatiebronnen zicht te hebben op het functioneren van de trivium-organisatie. Er zijn geen punten genoemd die aanleiding geven tot aanpassing van beleid of organisatiestructuur. De Trivium-organisatie voldoet in 2017 aan de afspraken zoals vastgelegd in de code Goed Bestuur. 6. Bestuurlijke organisatie: ontwikkelingen In relatief korte tijd zijn meerdere nieuwe toezichthouders bij Trivium aangetreden. Er is behoefte aan informatie (scholing) en evaluatie op het gebied van bestuursfilosofie, verantwoording en de rol van de toezichthouder bij Trivium. Dit zal in 2018 worden opgepakt. Op het Bestuurscentrum zijn twee ontwikkelingen te noemen:

1. Op de functie van directeur/bestuurder is de cao bestuurder PO van toepassing verklaard.

2. Het facilitair management is versterkt met een beleidsmedewerker, die hiervoor is opgeleid (0,3 fte).

3. Voor HRM is nu structureel een beleidsmedewerker voor 0,8 fte beschikbaar. Tenslotte, het bestuur stelt vast dat de samenwerking binnen het bestuur op een prettige en collegiale wijze plaatsvindt. Met voldoende ruimte voor transparantie en discussie om te kunnen komen tot een goed afgewogen besluitvorming.


HOOFDSTUK 3. Financiële positie en gevoerd beleid

3.1. Inleiding Het financieel beleid van Trivium is in het afgelopen jaar vooral gericht geweest op het in control komen en houden van de loonkosten en ook de kosten vanuit de materiële instandhouding op . De afgelopen teldata hebben we een lichte stijging van het leerlingaantal gezien en is ook tussentijdse Rijksvergoeding voor groeiformatie toegekend. 3.2. Belangrijkste kenmerken van het gevoerde financiële beleid in 2017 In het kader van de planning en control-cyclus zijn in 2016 de volgende maatregelen genomen om de tekorten op de loonkosten en de materiële instandhouding (MI) verder terug te dringen:

a. M.b.t. de loonkosten wordt maandelijks op medewerkers-/schoolniveau een controle uitgevoerd ten opzichte van de begrote loonkosten en inzet van personeel. Hierbij wordt nadrukkelijk ook gekeken naar de omvang dienstverband in relatie tot de begrote personele bezetting op schoolniveau. Afwijkingen hierop worden geanalyseerd en waar nodig aangepast. Dit om eventuele overschrijdingen tijdig te kunnen bijsturen.

b. Het verbeteren van de financiële rapportages rond de materiële instandhouding (MI) begroting op schoolniveau richting de schooldirecteuren. Hiertoe zijn in 2016 de nodige aanpassingen in de maandrapportages opgesteld, zodat schooldirecteuren beter inzicht hebben verkregen in met name de uitgaven t.o.v. de schoolbegrotingen. Er zijn inmiddels ook stappen gezet om dit format digitaal en online (actueel) te ontsluiten. Schooldirecteuren kunnen overigens actuele informatie rond budgetten digitaal benaderen via de portal van het onderwijsadministratiekantoor. Daarnaast is m.i.v. 2017 een digitale workflow voor inkoopfacturen doorgevoerd (Pro Active). Dit heeft zijn effect op actuele informatie rond uitputting van budgetten, waardoor de schooldirecteuren meer inzicht en grip krijgen op de uitputting van de aan hun toegekende MI-budgetten.

3.3. Analyse van de financiële situatie Het boekjaar 2017 wordt afgesloten met een negatief saldo van circa € 163.550,- t.o.v. een begroot positief resultaat van € 6.362,-.

Realisatie 2017 Begroting 2017 Verschil

3.1 Rijksbijdragen 13.939.856 13.502.443 437.413

3.2 Overige overheidsbijdragen 69.699 44.986 24.713

3.3 Overige baten 287.501 300.521 -13.020

Subtotaal 14.297.056 13.847.950 449.106

4.1 Personele lasten 11.802.418 11.468.177 542.587

4.2 Afschrijvingen 426.996 412.304 34.242

4.3 Huisvestingslasten 981.733 931.151 25.377

4.4 Overige instellingslaten 1.245.459 1.030.733 322.175

Subtotaal 14.456.605 13.842.365 614.240

Saldo baten en lasten -159.549 5.585 -165.134

5. Financiële baten en lasten -4.001 777 -10.453

Resultaat -163.550 6.362 -169.912

Recapitulatie resultaat boekjaar 2017


Weerstandsvermogen, solvabiliteit, liquiditeit en rentabiliteit Onderstaande tabel geeft in kengetallen een overzicht van de financiële situatie van Trivium per 31 december 2017 en voorgaande jaren. Dit jaar voldoen we nog niet op alle punten aan de streefwaarden.

Realisatie Realisatie Realisatie Realisatie Realisatie Realisatie Streefgetal

2017 2016 2015 2014 2013 2012

Solvabiliteit 1 53,25 55,47 57,8 64,85 64,96 61,28 20% - 60%

Solvabiliteit 2 61,82 62,63 69,56 73,75 73,29 70,58 min. 20 %

Liquiditeit 1,67 1,59 1,78 1,97 2,04 1,81 0,5% - 1,5 %

Rentabiliteit -1,14 -0,81 -3,33 -2,74 3,16 0,05 0,5% - 5%

Personele/totale lasten 81,62 81,58 82,09 83,17 82,61 82,26 80%

Kapitalisatiefactor 30,87 31,81 33,81 37,05 39,15 37,32 35% - 60 % Tabel 10: kengetallen jaarrekening resultaat 2012-2016

Door het negatieve resultaat over 2017 is de rentabiliteit over 2017 negatief en hiermee zitten we onder de streefwaarde. Het negatieve resultaat heeft ook gevolgen voor de kapitalisatiefactor en met deze daling zijn we verder weg van het streefgetal . 3.3.1. Onderbouwing streefwaarden De streefwaarden zijn ontleend aan gegevens van de PO-raad. 3.3.2. Gang van zaken gedurende het verslagjaar Zoals gezegd kende de exploitatie 2017 van Trivium een negatief exploitatieresultaat. In de volgende paragraaf gaan we hierop nader in. 3.3.3. Analyse financieel resultaat op schoolniveau Allereerst zijn op schoolniveau de resultaten van 2017 geanalyseerd in relatie tot 2016. In tabel 11 geven we een overzicht van de resultaten per school. De exploitatie van de scholen heeft opnieuw in 2017 onder druk gestaan. Onderstaande tabel geeft hiervan een overzicht.

2016 2017

School personeel materieel schoolfonds totaal personeel materieel schoolfonds totaal

Gravin van Rechteren -11.562 2.352 999 -8.211 23.009 -12.694 217 10.532

Julianaschool 31.874 5.335 -2.577 34.632 14.935 -3.121 3.426 15.240

De Terebint -4.093 1.253 -7.926 -10.766 9.575 -23.128 -2.624 -16.177

Meeuwenberg 9.655 874 3.275 13.804 -823 3.105 1.781 4.063

Het Kompas -1.527 -1.392 556 -2.363 -32.975 5.518 8.392 -19.065

De Hien -33.470 15.184 1.313 -16.973 22.006 926 -2.484 20.448

De Wegwijzer 61.704 11.136 61 72.901 34.671 -25.707 2.996 11.960

De Ark 15.755 -20.595 382 -4.458 37.102 -3.242 -4.761 29.099

Airborneschool 36.617 -32.221 1.921 6.317 41.691 -7.538 -164 33.989

Pr.Beatrixschool 13.745 -6.110 1.446 9.081 7.811 -26.598 6.753 -12.034


Margrietschool 42.877 -11.217 2.895 34.555 39.163 327 -781 38.709

Ireneschool 50.964 -6.821 -75 44.068 23.500 -10.866 -903 11.731

Johan Frisoschool 3.865 -25.614 1.916 -19.833 31.787 -26.918 -5.359 -490

Clara Fabricius 45.632 -9.589 4.497 40.540 44.044 -4.704 2.582 41.922

subtotaal Scholen 262.036 -77.425 8.683 193.294 295.496 -134.640 9.071 169.927

Stichting -37.083 -37.083 -9.687 -45.742 -55.429

Bovenschools -40.257 -231.456 -271.713 -138.297 -139.751 -278.048

Eliminatie -35.000 35.000 0 -35.000 35.000 0

totaal resultaat 186.779 -310.964 8.683 -115.502 112.512 -285.133 9.071 -163.550

tabel 11: exploitatieresultaat scholen en bovenschools 2016 en 2017

De analyse geeft grofweg het volgende beeld. 1. Personele exploitatie: Door de eerder genoemde maatregelen kan geconstateerd

worden dat Trivium in control is gekomen m.b.t. de loonkosten. 2. In de afgelopen jaren sloot ook de materiële exploitatie van de scholen negatief.

Bovenstaande tabel geeft hiervan een overzicht van de afgelopen twee jaar. Het tekort hierop is in 2017 verminderd, maar nog altijd negatief. Bij de begrotingsgesprekken voor 2018 met de schooldirecteuren is hier daarom wederom nog de nodige aandacht aan besteed. Doordat de schooldirecteuren beter worden geïnformeerd en zelf ook online de actuele uitputting van hun MI-budgetten kunnen raadplegen, is de verwachting dat ook het tekort op de materiële instandhouding verder teruggedrongen gaat worden.

3. Het meer onderbouwd met kengetallen actualiseren van de meerjaren-onderhoudsplanning: bij de jaarlijkse schouw van de schoolgebouwen is in 2017 geconstateerd dat onze onderhoudsplanning nog beter met kengetallen en expertise onderbouwd kan worden, waardoor deze ook betrouwbaarder wordt. Deze actualisering vindt in de eerste helft van 2018 plaats.

Er zijn opnieuw drie belangrijke kostenposten die met name leiden tot het negatief resultaat in de materiele exploitatie: energiekosten, onderwijsleerpakket en ICT. De vergoeding vanuit OCW op basis van VELO voor de materiele kosten van een basisschool is sober. Dergelijke overschrijdingen zijn binnen deze sobere bekostigingssystematiek niet meer te compenseren vanuit vergoedingen ten behoeve van andere kostensoorten (onderhoud, ABB etc.). De enige mogelijkheid die het schoolbestuur dan nog heeft is de overschrijding te dekken vanuit de personele exploitatie, dan wel investeringen te doen om de kosten duurzaam en/of structureel te verminderen. 3.3.4. Analyse balansposten De boekwaarde van de materiële vaste activa is met circa € 43.000,- afgenomen ten opzichte van 2016. De stand van de voorzieningen stijgt totaal met circa € 55.000,-, dit komt door een stijging van de onderhoudsvoorziening en een daling van de voorziening spaarverlof. De langlopende schulden zijn met circa € 120.000,- gestegen, terwijl de kortlopende schulden met circa € 126.000,- zijn gedaald. Per saldo heeft dit invloed op de stand van de liquide middelen


per 31 december 2017. De liquide middelen zijn met circa € 150.000 gestegen ten opzichte van 31 december 2016. 3.4. Treasuryverslag De penningmeester van het bestuur is verantwoordelijk voor het treasurymanagement van Trivium. Het treasurybeleid is in een statuut vastgelegd. Het beleid is erop gericht om een zo hoog mogelijk rendement te combineren met een zo laag mogelijk risico. Deze afweging wordt meegenomen in de productkeuze naar aard, looptijd en beschikbaarheid van middelen. In 2017 hebben, conform het daarop gerichte bestuursbesluit, geen beleggingen plaats gevonden in risicodragend kapitaal. De beschikbare vrije middelen zijn op een Doelspaarrekening bij de Rabobank gezet. Zoals bekend zijn de spaarrentepercentages echter de afgelopen periode fors gedaald naar circa 0,1 %.


HOOFDSTUK 4. Beeld van de toekomst en meerjarenbegroting

4.1. Inleiding Na een aantal jaren van een stabiel tot licht stijgende leerlingaantallen, verwachten we in 2018 een daling van ongeveer 55 leerlingen. Daarna stabiliseert het leerlingaantal zich weer. Verder blijft het lastig om een betrouwbare budgetprognose op te stellen, doordat snelle en adequate bekostigingsinformatie vanuit het Ministerie uitblijft. 4.2. Continuïteitsparagraaf Om een inschatting te kunnen maken van de toekomstige (financiële) positie van Trivium zijn een aantal ontwikkelingen en uitgangspunten van belang.

1. Onze prognose van het leerlingaantal geeft voor 2018 daling van het leerlingaantal aan, met daarna stabilisatie. Voor het schooljaar 2018-2019 daalt daardoor de werkgelegenheid bij Trivium met 2,5 fte. Personeel dat niet geplaatst kan worden aan onze scholen, zullen in de Vervangingspool worden geplaatst.

2. De omvang van de lasten zijn in onze meerjarenbegroting tot en met 2022 zijn jaarlijks gecorrigeerd met de impact van de geprognotiseerde leerlingaantallen. In de meerjarenbegroting is gelet op de negatieve exploitatieresultaten over de afgelopen jaren zullen we ieder jaar uiterst alert moeten blijven op de loonkostenraming en de realisatie middels maandelijkse loonkostenbewakingen voor de komende jaren.

3. Vanaf 1 januari 2015 zijn schoolbesturen ook verantwoordelijk voor het buitenonderhoud van de schoolgebouwen. In oktober 2016 zijn alle schoolgebouwen van Trivium opnieuw voor de komende 10 jaar op met name de volgende drie onderdelen geschouwd:

1. Schilderwerk 2. Technische zaken 3. Buitenonderhoud

Hiervoor is een meerjarenonderhoudsplanning (MOP) voor de komende 10 jaar opgesteld. Deze wordt in 2018 opnieuw opgeste en geactualiseerd. Op basis van de huidige planning is de jaarlijkse dotatie aan de onderhoudsvoorziening door het bestuur vastgesteld. In de meerjarenbegroting is dus reeds met deze onderhoudskosten in de komende jaren rekening gehouden.

4. In de meerjarenbalans en de meerjarenbegroting is o.a. ook rekening gehouden met vervangingsinvesteringen voor meubilair/ICT en onderwijsleerpakketten (OLP) o.b.v. meerjareninvesteringsplannen op schoolniveau (MIP’s).

5. Bezuinigingen in het kader van Passend Onderwijs: Trivium participeert in vier samenwerkingsverbanden. Er ontstaat steeds meer duidelijkheid omtrent hoe de bekostiging van zorgarrangementen en zorgformatie voor de scholen over de schoolbesturen binnen de samenwerkingsverbanden worden verdeeld.

Rekening houdend met bovenstaande ontwikkelingen en uitgangspunten leidt dit tot de volgende geprognosticeerde balans voor de komende jaren:


2017 2018 2019 2020 2021 2022

Materiële vaste activa 1.887.718 1.890.000 1.890.000 1.890.000 1.890.000 1.890.000

Financiële vaste activa 29.250 29.250 29.250 29.250 29.250 29.250

Vorderingen 1.005.369 993.945 984.858 972.404 959.950 947.495

Liquide middelen 1.547.719 1.412.538 1.437.421 1.433.849 1.460.684 1.444.429

Totale activa 4.470.056 4.325.733 4.341.530 4.325.503 4.339.884 4.311.175

Eigen vermogen

Algemene reserve 1.255.291 1.274.693 1.139.181 1.123.521 1.076.037 1.038.962

Bestemmingsreserve (publiek) 1.125.212 1.125.212 1.125.212 1.125.212 1.125.212 1.125.212

Resultaat lopend jaar - -135.511 -15.660 -47.484 -37.076 -34.722

Voorzieningen 382.694 438.840 494.797 550.754 616.711 637.223

Langlopende schulden 179.448 161.500 148.000 134.500 121.000 107.500

Kortlopende schulden 1.527.411 1.461.000 1.450.000 1.439.000 1.438.000 1.437.000

Totale passiva 4.470.056 4.325.733 4.341.530 4.325.503 4.339.884 4.311.175

Activa

Passiva

Tabel 12: : meerjarenbalans Trivium 2017-2022

6. Instandhouding basisscholen: Trivium houdt twee basisscholen onder de opheffings-

norm in stand. Het zijn de basisscholen De Terebint in Wamel en de Ireneschool in Wageningen. Trivium kan deze scholen in stand houden op basis van de systematiek volgens de wet Toerusting & Bereikbaarheid, zoals deze in de WPO is opgenomen. Dit betekent, dat op basis van de gemiddelde schoolgrootte van alle scholen van Trivium (en dus het totaal aantal leerlingen van de Trivium-scholen) we kleine scholen kunnen open houden. Het minimum aantal leerlingen dat hiervoor nodig is bedraagt 2386 leerlingen. Op dit moment (oktober 2017) telt Trivium 2556 leerlingen. We hebben hierop dus een marge van 170 leerlingen.

4.3. Meerjarenbegroting Bij het opstellen van de meerjarenbegroting moeten we helaas van aannames uitgaan die van grote invloed kunnen zijn op onze meerjarenbegroting. Deze aannames hebben vooral te maken met onduidelijkheid m.b.t. door de OCW toegezegde extra middelen die beschikbaar zullen komen voor het Primair Onderwijs. We gaan hierna verder daarop in.

4.3.1. Basisgegevens voor de meerjarenbegroting Voor het opstellen van de meerjarenbegroting zijn we uitgegaan van de volgende gegevens.

1. De baten in onze meerjarenbegroting voor de komende jaren zijn berekend aan de hand van een format van de PO-raad. Baten voor de komende jaren zijn vooralsnog niet geïndexeerd. We gaan er van uit dat OCW de loonontwikkeling volgt en op basis daarvan de bekostiging Primair Onderwijs naar boven zal bijstellen.

2. In de berekening van de lasten tot en met 2022 is rekening gehouden met de gevolgen van de mutaties in de geprognotiseerde leerlingaantallen.

3. Tweemaal per jaar actualiseren we samen met de directeuren de leerlingprognose. Het leerlingaantal vormt immers de basis voor de personele en materiele bekostiging. De prognose geeft voor de komende jaren een stabiel tot licht-dalend leerlingaantal te zien.

4. Vanaf 1 januari 2015 is Trivium ook verantwoordelijk geworden voor het buitenonderhoud. Daarmee is de volledige verantwoordelijkheid voor beheer en onderhoud van de schoolgebouwen bij Trivium komen te liggen. In 2016 is in de jaarlijkse schouw van de gebouwen de meerjarenbegroting voor het onderhoud


geactualiseerd. Deze meerjarenonderhoudsbegroting is in de meerjarenbegroting 2018-2022 ook meegenomen. Voor het gehele onderhoud bedraagt de jaarlijkse dotatie aan de onderhoudsvoorziening € 275.957. Jaarlijks wordt deze MOP geactualiseerd.

De solvabiliteit van Trivium (het eigen vermogen gedeeld door het totale vermogen) ligt ongeveer rond 60%. Dit is voldoende om eventuele financiële tegenvallers in de toekomst op te kunnen vangen. Mits tijdig wordt gesignaleerd en (personele) kosten zo snel mogelijk kunnen worden gereduceerd. De liquiditeit van Trivium is op dit moment toereikend om de noodzakelijke investeringen te kunnen doen. Wel is er enige zorg, gelet op de risico’s met betrekking tot het buitenonderhoud en de ICT-investeringen of we voldoende financiële buffer kunnen behouden. Er is dringend behoefte aan een meer realistische vergoeding vanuit OCW voor de materiele kosten van onze scholen.

2016 2017 2018 2019 2020 2021 2022

Totaal 2573 2556 2495 2492 2493 2493 2493

Leerlingaantallen Trivium Onderwijs op teldatum 1 okt.

Indeling in categorien directie, onderwijzen personeel (OP) en onderwijsondersteunend personeel (OOP)/

2017 2018 2019 2020 2021 2022

Dir 15,1 14,8 14,8 14,8 14,8 14,8

OP 155,3 152,0 147,5 147,5 147,5 147,5

OOP 18,6 17,7 17,7 17,7 17,7 17,7

189,0 184,5 180,0 180,0 180,0 180,0 De meerjarenbegroting geeft het volgende beeld.

2022 2021 2020 2019 2018

Personeel 10.775.000 10.774.127 10.775.267 10.900.216 11.024.749

Personeel Overig 894.200 894.201 894.428 900.718 895.730

Overige Bijdragen - - - -

11.669.200 11.668.328 11.669.695 11.800.934 11.920.479

Materieel 2.085.000 2.085.727 2.084.788 2.105.476 2.118.426

13.754.200 13.754.055 13.754.483 13.906.410 14.038.905

Personeel 11.810.000 11.812.531 11.812.531 11.907.031 12.109.531


Uitkeringen -596.000 -596.324 -595.899 -595.479 -595.063

11.633.500 11.635.707 11.636.132 11.731.052 11.933.967

Huisvestingslasten 1.007.660 1.007.662 1.007.618 1.017.629 1.023.669

Instellingslasten 1.147.762 1.147.762 1.158.217 1.173.390 1.216.780

Totaal Materieel 2.155.422 2.155.424 2.165.835 2.191.019 2.240.449

13.788.922 13.791.131 13.801.967 13.922.071 14.174.416

Saldo baten en lasten -34.722 -37.076 -47.484 -15.660 -135.511

Resultaat -34.722 -37.076 -47.484 -15.660 -135.511

Baten

Lasten


4.4. Risicoparagraaf Trivium heeft risico’s die van invloed kunnen zijn op de kwaliteit van ons onderwijs en op de (financiele) continuïteit van onze organisatie (waaronder de bedrijfsvoering) in beeld gebracht en maatregelen genomen om deze risico’s beheersbaar te maken. We hebben de volgende risico’s in beeld gebracht en eventuele maatregelen daarbij aangegeven. We onderscheiden bij de inschatting van de kans dat een dergelijk risico zich voordoet de volgende classificering:

• Laag: het is onwaarschijnlijk dat dit risico zich voordoet. Het zou, gelet op de maatregelen die we hebben genomen, verrassend zijn wanneer zich dit voordoet.

• Middel: dit risico heeft zich in het verleden vaker voorgedaan. Het is bekend welke maatregelen het bestuur dan dient te nemen.

• Hoog: het is mogelijk dat dit risico zich binnen de komende vijf jaar zich voordoet. Er zijn duidelijke indicatoren dat het risico kan ontstaan. Deze indicatoren zijn bij bestuur en toezichthouders bekend.

Risico-analyse op kwaliteit van onderwijs Risico-omschrijving Gevolgen/indicatoren Kans (Preventieve) maatregelen

1. Opbrengsten leerlingen Cito-eindtoets onder de gemiddelde norm.

De school kan onder verscherpt toezicht van de inspectie komen. Kan leiden tot teruglopend leerlingaantal.

M Tweejaarlijks goede analyse tussen-opbrengsten. Goed functionerend systeem van kwaliteitszorg. Verscherpt toezicht vanuit Trivium indien Eindopbrengsten twee jaar onder de norm zijn.

2. Disfunctioneren van leraren Kwaliteit van het onderwijs neemt af, daling van leerlingopbrengsten. Kans op daling leerlingaantal.

M Adequaat functioneren van de gesprekscyclus. Hulp en coaching tijdig aanbieden, wel in tijd en doel limiteren. Eventueel dossieropbouw bij dreigend disfunctioneren.

3. Disfunctioneren directeur Motivatie team neemt af. Kans op eiland-structuur in de school. Kwaliteit van het onderwijs loopt terug. Kan leiden tot hoger ziekteverzuim personeel en/of tot teruglopend leerlingaantal.

M Adequaat functioneren jaargesprek met gehele schoolleiding. Bestuur dient open te staan voor signalen vanuit MR, team of ouders. Eventueel dossieropbouw bij dreigend disfunctioneren. Jaarlijkse analyse oorzaak verzuimpercentage op schoolniveau.

4. Onveiligheid of incidenten m.b.t. pesten of geweld binnen de school

Toename ziekteverzuim/ schoolverzuim. Klachten van ouders. Kans op

M/H Snelle, open en korte communicatie tussen schoolleiding en ouders.


conflicten. Signalen van vertrouwenspersonen van Trivium. Dreiging imagoverlies school.

Pestprotocol op school. Geweldincidenten of incidenten met dreiging imagoverlies altijd melden bij het bestuur. Bij calamiteiten vorming van crisisteam. Vastgelegde klachtenprocedure met 2 vertrouwenspersonen bij Trivium.

5. Instandhouding van twee basisscholen onder de opheffingsnorm

Bij daling van het leerlingaantal onder de 2386 leerlingen, moeten één van deze scholen sluiten.

M Voortdurende profilering om zich als school te onderscheiden van andere scholen. Nieuwbouw Ireneschool.

6. Bekostiging en invloed Samenwerkingsverbanden op positie scholen en zorgstructuur

Trivium participeert in 4 SWV. Op dit moment functioneert 1 SWV adequaat in zorgarrangementen. Veelal is bekostiging van extra zorg minimaal en kortdurend. Op dergelijke kortdurende subsidie loopt Trivium een personeelsrisico (langdurige verplichtingen)

H In de bestuurlijke participatie aandringen op heldere meerjarenbegroting bij SWV. Personele inzet beleggen bij min/max-contracten via IPPON.

(Financiele) continuïteit van de organisatie

Risico-omschrijving Gevolgen Kans (Preventieve) maatregelen

1. Onverwachte uitschieters in rentabiliteit

Niet in control zijn. Veel geld overhouden of tekort komen. Geplande investeringen blijven achterwege of kunnen niet worden gedaan.

M Duidelijke en vastgelegde afspraken m.b.t. planning &control. Deskundigheid bij personeel, verantwoordelijk voor de bedrijfsvoering en P&O. Zorgvuldige financiele rapportages. Afsluiting exploitatie per kwartaal en MARAP.

2. Onvoldoende scheiding bestuur en toezicht

Rol-onduidelijkheid. Onvoldoende sturing aan of toezicht op de organisatie. Verlies onderwijskwaliteit en grip op de organisatie. Klachten over het functioneren van de organisatie/scholen komen niet of te laat bij

L Transparantie in organisatiestructuur en rolvastheid in verantwoordelijkheden. Jaarlijks overleg van toezichthouders met een vertegenwoordiging van directeuren en met de GMR (zonder bestuurder).


bestuur of toezichthouders

3. Risico bij hoge investeringen, bijvoorbeeld op onderhoud gebouwen en ICT

Bedreiging van liquiditeitspositie organisatie. Kans op desinvestering. Kan leiden tot versobering of vermindering kwaliteit onderwijs.

L Er is vastgelegd dat bij investering van meer dan € 100.000 door bestuurder vooraf overleg plaats vindt met toezichthouders. Jaarlijkse actualisering meerjarenbegroting. Jaarlijkse actualisering Meerjaren onderhouds-planning.

4. Fraude Bedreiging financiele positie organisatie. Imago-verlies.

L Vastgelegde scheiding in functies en verantwoordelijkheid in AO. Bij bedragen groter dan € 5.000 twee handtekeningen noodzakelijk (vier ogen-principe)

5. Tussentijdse loonkosten-stijgingen a.g.v. CAO-afspraken of wijzigingen premie ABP, VF of PF

Bedreiging van liquiditeitspositie organisatie. Kan tevens leiden tot tussentijdse ingreep in formatieomvang scholen. Kan leiden tot onrust en taakverzwaring personeel

M Voldoende buffer houden in de personele exploitatie. In het Pab-budget bovenschools reserve opnemen.

Bovenstaande risico’s zijn niet allemaal direct te vertalen naar bedragen. Gelet op de ingeschatte risico’s is er een voldoende buffer om eventuele financiële gevolgen op te kunnen vangen. 4.5. Beleidsontwikkeling komende jaren In het beleid van Trivium zullen we in de komende jaren nadrukkelijk rekening moeten houden met de volgende ontwikkelingen.

• toenemende werkdruk van personeel als gevolg van hogere eisen aan en transparantie in verantwoording van werkresultaat van directeur en leraar (grotere groepen in relatie met opbrengst-gericht werken, Passend onderwijs).

• veroudering van het personeelsbestand: langer doorwerken van personeel door ophoging van de pensioen,- en AOW-leeftijd.

• krimp in leerlingaantal, met toenemende concurrentie tussen scholen. Profilering en zich kunnen onderscheiden van andere basisscholen in de omgeving is noodzakelijk. Overigens kan dit ook een stimulans zijn tot het leveren van kwalitatief goed onderwijs.

• aanpassing bescherming privacygevoelige informatie: onze scholen beschikken over veel privacygevoelige informatie van leerlingen en personeel. In 2018 zullen maatregelen genomen worden om deze gegevens beter te beschermen en niet onnodig te bewaren.

• verdere verbetering van de bedrijfsvoering van Trivium.

Concreet zien we voor de komende jaren vijf lijnen waar langs ons beleid zich zal ontwikkelen:


1. In ons personeelsbeleid willen we praktische instrumenten ontwikkelen en meer geld vrij maken voor ontwikkeling van ons personeel in de verschillende leeftijdsfasen:

• Startende leraar

• Leraar met een jong gezin (piekfase)

• Ervaren leraar

• Senior-leraar Onderzoek naar de specifieke behoefte van de verschillende leeftijdsfasen vindt bij Trivium al plaats en instrumenten zijn voor een deel al voorhanden, maar dit kan verbeterd worden. Ook dienen deze instrumenten nog worden vastgelegd in het personeelsbeleidsplan. Dit is ook een voornemen vanuit het strategisch beleidsplan 2016-2020 en zal in 2018 en 2019 afgerond worden.

2. Verdergaande profilering van onze scholen. Trivium-scholen onderscheiden zich in

kwaliteit van onderwijs en zijn bijzonder. Onze ambitie voor de komende jaren is groot: de lat ligt hoog. Uitgangspunt blijft dat onze scholen zich sterk zullen profileren in hun nabije omgeving met een aantrekkelijk onderwijsconcept. Waar voldoende aandacht is voor het kerncurriculum (taal, rekenen en begrijpend lezen), maar waar kinderen ook uitgedaagd worden onderzoekend te leren, creatief en kritisch te zijn en waar ruimte is voor eigen initiatief van het kind om zich te ontwikkelen. Waar ouders bewust voor kiezen, waardoor ondanks krimp van het leerling potentieel ons leerlingaantal zal blijven toenemen. Dit dank zij een verder stijgend deelnamepercentage van de scholen in hun eigen voedingsgebied.

3. Evaluatie van de bestuur filosofie en eventuele heroriëntatie: het is goed om periodiek

ook als onderwijsorganisatie zelf-evaluatie toe te passen. Het schooljaar 2018-2019 staat hiervoor gereserveerd. Ook de uitkomst van het Inspectieonderzoek 2018 zal hierbij worden betrokken.

4. De invoering van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) heeft belangrijke gevolgen voor het opslaan, beschermen en communiceren van gegevens van leerlingen en personeel. Vanaf 25 mei a.s. is deze Verordening van kracht. In 2018 zullen we nog het nodige werk moeten verzetten om te kunnen voldoen aan deze Verordening.

5. In het kader van de verdere verbetering van de bedrijfsvoering van Trivium worden in

2018 de volgende zaken aangepakt:

• aansturing en (mede)controle van tijdige financiele rapportages aan de budgethouders, bestuurder en toezichthouders

• verbetering van de financiele planning & control-cyclus (uiterlijk 1 januari 2018 gereed)

• er vindt in 2018 onderzoek plaats naar eigen risico dragen (ERD)van vervangingskosten, zodat in de herfst van 2018 een besluit genomen wordt.

Dat is opnieuw onze uitdaging voor het komende jaar. drs. H. van Dorp, directeur/bestuurder Trivium


Meerjarenbegroting 2018– 2022 in cijfers

2022 2021 2020 2019 2018

Personeel 10.775.000 10.774.127 10.775.267 10.900.216 11.024.749


Overige Bijdragen - - - -

11.669.200 11.668.328 11.669.695 11.800.934 11.920.479

Materieel 2.085.000 2.085.727 2.084.788 2.105.476 2.118.426

13.754.200 13.754.055 13.754.483 13.906.410 14.038.905

Personeel 11.810.000 11.812.531 11.812.531 11.907.031 12.109.531


Uitkeringen -596.000 -596.324 -595.899 -595.479 -595.063

11.633.500 11.635.707 11.636.132 11.731.052 11.933.967

Huisvestingslasten 1.007.660 1.007.662 1.007.618 1.017.629 1.023.669

Instellingslasten 1.147.762 1.147.762 1.158.217 1.173.390 1.216.780

Totaal Materieel 2.155.422 2.155.424 2.165.835 2.191.019 2.240.449

13.788.922 13.791.131 13.801.967 13.922.071 14.174.416

Saldo baten en lasten -34.722 -37.076 -47.484 -15.660 -135.511

Resultaat -34.722 -37.076 -47.484 -15.660 -135.511

Baten

Lasten

Aldus vastgesteld in de vergadering van het algemeen bestuur van 27 april 2018 H. van Dorp, M. Wildekamp, directeur/bestuurder voorzitter algemeen bestuur ___________________________ __________________________


Bijlage 2: Verantwoording inzet middelen Prestatiebox 2016 De middelen die in het kader van de Prestatiebox aan Trivium beschikbaar zijn gesteld, zijn ingezet op een viertal onderdelen:

1. Investeringen in het taal- en rekenonderwijs 2. Opbrengstgericht werken 3. Professionalisering van de leraren en directeuren 4. Cultuureducatie

In 2016 ontving Trivium in het kader van de Prestatiebox € 256.566. Investeringen in taal-en rekenonderwijs Op zowel taal- als rekenonderwijs hebben de volgende activiteiten plaats gevonden:

1. Opleiden van twee rekenspecialisten en 1 gedragsspecialist. 2. Vier scholen hebben hun methodes vervangen.

Om het rekenonderwijs bij de Trivium-scholen te verbeteren, hebben we in 2017 intern een opleiding voor rekencoördinatoren georganiseerd. Hiervoor hebben zich 37 personeelsleden aangemeld. De kosten van de opleiding bedragen € 42.000 incl. BTW. Deze opleiding heeft plaatsgevonden in de tweede helft van 2017. Binnen het rekenonderwijs zien we grote verschillen tussen de leerlingen. Leerkrachten zitten binnen dit vakgebied regelmatig met hun handen in het haar, omdat een leerling niet mee kan komen. Vooral leerlingen met dyscalculie leveren zowel bij de leerling als de leerkracht (en de ouders) vaak frustraties op. Om goede beslissingen te nemen en goed aan te sluiten bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met ernstige rekenproblemen en dyscalculie (ERWD) is het belangrijk om voldoende kennis op dit gebied te hebben. Besloten is om al eerder te beginnen met het vergroten van de kennis omtrent ERWD. Door middel van een serie studiebijeenkomst(en) voor leraren zal de leerkracht een beter inzicht krijgen in de leerling met ERWD. De leerkracht leert ERWD te signaleren en goed te handelen bij vermoedens van ERWD volgens het opgestelde ERWD-protocol. Handelingsgericht werken en onderwijskwaliteit In 2017 hebben we vanuit Trivium opnieuw veel aandacht geschonken aan het handelingsgericht werken en analyse van de opbrengsten van onze scholen. Het proces van analyseren van tussentijdse resultaten en het afstemmen van leraar en onderwijsaanbod hierop blijft veel tijd en aandacht vragen. Professionalisering van leraren en directeuren Trivium heeft afgelopen jaren veel geïnvesteerd in opleiden van personeel. Door inzet van middelen vanuit de Prestatiebox en de Lerarenbeurs kunnen opleidingen worden gevolgd.


Vanaf 2017 kunnen leraren en directeuren zich inschrijven bij resp. het register Leraar en het Register Schoolleider. Bij leraren is de animo om zich in te schrijven nog niet groot. Via informatie in de Trivium Traverse, de nieuwsbrief van Trivium, proberen we hen te activeren. We hebben geconstateerd dat meerdere directeuren van Trivium hun opleiding inmiddels weer actualiseren. Cultuureducatie Veel van de Trivium-scholen maken gebruik van het cultuuraanbod van regionale of plaatselijke culturele organisaties. Via een vast bedrag per leerling kunnen de scholen een aanbod doen aan hun leerlingen. Gemeenten subsidiëren dit aanbod niet meer, waardoor de kosten stijgen. Scholen maken gebruik van het cultuuraanbod in Wageningen, Renkum, Overbetuwe en West-Maas en Waal.

Documents

Stichting Trivium 2017.pdf · Trivium verzorgt primair onderwijs op 14 basisscholen. Voor hun website en de eigen profilering in hun onderwijsconcept verwijzen wij u naar onze website: