Upload
vuongdiep
View
218
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Mezzo, Postbus 179, 3980 CD Bunnik, T 030 659 22 22, [email protected], www.mezzo.nl Pagina 1 van 20
9 september 2016
Stoplichtspel
Verschuivende grenzen in de Informele Zorg
Waarom een stoplichtspel?
Er verandert veel in het Nederlandse zorglandschap, zowel voor de formele zorg als de
informele zorg. Het fundament is gelegd in de VWS notitie Hervorming Langdurige
Ondersteuning en Zorg april 2013 (zie ook Uitleg Hervorming Langdurige Zorg). De wet-
en regelgeving verandert (WMO, AWBZ, Jeugdzorg en Participatiewet) en schept andere
kaders. De koers is decentralisatie van taken naar lokale overheden en een
terugtredende landelijke overheid.
De ontwikkeling naar een participatiesamenleving met nadruk op de eigen regie en
participatie van (kwetsbare) burgers is in volle gang.
De organisaties in de informele zorg zien meer en complexere vragen op hen afkomen.
Er wordt meer (inzet en taken) gevraagd van mantelzorgers, hun sociale netwerk en van
vrijwilligers. We zien de grenzen tussen de formele zorg en informele zorg verschuiven.
In de beleidsbrief ‘Versterken, verlichten en verbinden’ van staatssecretaris van Rijn
(20 juli 2013) staat dat het nadrukkelijk niet de bedoeling is dat mantelzorgers en
vrijwilligers worden ingezet voor lijfsgebonden zorg. ‘Mantelzorgers en vrijwilligers vinden
het bovendien lastig om grenzen te stellen’ (pagina 5 Beleidsbrief).
Toch zullen meer vragen en taken bij informele zorgverleners neergelegd worden, of van
hen gevraagd worden. Wie doet wat? Waar liggen de grenzen tussen informele en
formele zorg? Hoe kan de samenwerking en afstemming tussen formele zorg en
informele zorg het beste vorm krijgen?
Dit vraagt om anders denken en doen. Dit vraagt om dialoog en helderheid over de
verschuivende grenzen in de informele zorg. Door middel van het Mezzo stoplichtspel
willen we die discussie met elkaar voeren.
Wat kan en mag je wel en niet van vrijwilligers of
mantelzorgers verwachten?
Hoe kan je vraaggericht werken en maatwerk
leveren aan cliënten?
Welke diensten kan of wil je bieden? Welke niet?
Waar liggen absolute grenzen in de informele zorg?
Hoe kun je grenzen met gemeenten bespreekbaar
maken en de kwaliteit van vrijwilligerszorg hoog in
het vaandel houden?
Hoe kijk je als organisatie aan tegen het hanteren
van grenzen in de vrijwilligerszorg?
Hoe bewaak je in de informele zorg de kwaliteit, continuïteit en veiligheid?
Wat is de rol van de formele zorgverleners in het samenspel?
Hoe maak je integrale maatwerkbenadering beter mogelijk?
Hoe bewaak je gelijkwaardigheid tussen cliënt, mantelzorger, vrijwilliger en formele
zorgverlener?
Pagina 2 van 20
Wat is het Stoplichtspel?
Mezzo wil door middel van dit Stoplichtspel de discussie over de grenzen in de zorg en
ondersteuning en in het samenspel tussen formele en informele zorg concreet maken en
actief voeren. Het gaat erom deze discussie te voeren binnen de eigen organisatie, maar
zeker ook tussen organisaties en tussen de verschillende partijen in de informele zorg.
Denk ook aan lokaal of regionaal overleg met collega-organisaties uit de informele zorg.
Zo kan je met elkaar op zoek gaan naar mogelijkheden, adviezen en afspraken.
De methode is om eerst als individu een standpunt in te nemen over de aangeboden
casus, dit aan elkaar te laten zien in de kleurkeuze groen / oranje / rood, de
totaalscore te inventariseren en onder begeleiding van spelleider/ gespreksleider een
open discussie te voeren.
Doel
Het doel van dit spel is om proactief na te denken over komende ontwikkelingen. Het is
goed om als organisatie, belangenbehartiger, vrijwilliger en mantelzorger hiervan bewust
te zijn. Het is belangrijk om een standpunt in te nemen over het hanteren van grenzen,
gebaseerd op de veranderende werkelijkheid. Waarom hanteer je wel of niet bepaalde
grenzen? Bepaal met elkaar de voorwaarden op basis waarvan je als organisatie
maatwerk kan leveren. Bespreek met elkaar de voorwaarden op basis waarvan je vindt
dat mensen meer eigen mogelijkheden kunnen aanspreken. Verplaats je als
(mede)werker in de positie van de (soms kwetsbare) ander en bedenk welke grenzen
een rol kunnen spelen. Bekijk hoe je ‘grensverleggend’ kan werken.
Grenzen
In de praktijk van de informele zorg komen verschillende grenzen naar voren: juridische
en wettelijke grenzen (bijvoorbeeld ARBO, BIG), persoonlijke grenzen (bijvoorbeeld
onmacht en intimiteit), relationele grenzen (bijvoorbeeld rol als partner) en functionele
grenzen (bijvoorbeeld taken vanuit de organisatie). Wees je bewust van deze
verschillende grenzen en maak dit bespreekbaar.
Thema’s
Algemene thema’s in het stoplichtspel zijn: de veiligheid van vrijwilliger, mantelzorger en
cliënt, de competenties van de vrijwilliger, de specifieke situatie van de cliënt en de
mantelzorger, het maken van afspraken en regels en het waarborgen hiervan in de
organisatie, de ondersteuning op maat, gelijkwaardigheid en wederkerigheid, de
mogelijkheden en beperkingen van eigen kracht.
Achtergrondinformatie
Meer achtergrondinformatie over de kracht van informele zorg en de verschuivende
grenzen daarbinnen is te vinden in het Mezzo groeidocument ‘De kr8 van
vrijwilligerszorg’. Voor algemene adviezen zie de Mezzo ‘Schijf van kr8’
www.mezzo.nl/kr8vrijwilligerszorg.
Lees over de verschillende soorten grenzen en beïnvloedende factoren ook de brochure
‘Grenzen’ van project Zorg beter met vrijwilligers (Vilans i.s.m. MOVISIE, V&VN, Agora,
Actiz en VGN). Deze richt zich op de grenzen tussen de taken van vrijwilliger en taken
van beroepskrachten (informele zorg en formele zorg)
www.mezzo.nl/kr8vrijwilligerszorg.
Het doel van dit spel is niet om het met elkaar eens te worden over de antwoorden. Het
gaat niet om juist / onjuist of waar / niet waar, maar om de dialoog met elkaar te
voeren.
Pagina 3 van 20
Mantelzorgers en belangenbehartigers gaan de discussie aan hoever de eigen kracht kan,
mag of moet reiken en welke factoren daarbij een rol spelen.
Organisaties en vrijwilligers gaan de discussie met elkaar aan waar persoonlijke en
organisatorische grenzen en mogelijkheden liggen. Professionals in de formele zorg gaan
de discussie aan over de ontwikkeling van een ‘Nee, tenzij’ beleid naar een ‘Ja maar’-
beleid.
Training Stoplicht ‘Spel' begeleider
Bij het Mezzo stoplichtspel is ook een Mezzo training ontwikkeld, namelijk de training
Stoplicht ‘spel’ begeleider. Doel van deze training is dat je als spel begeleider met het
Stoplichtspel op een juiste wijze de dialoog kan aangaan over verschuivende grenzen bij
verschillende doelgroepen. Voor meer informatie over deze training, zie
https://www.mezzo.nl/pagina/voor-professionals/wat-biedt-mezzo/mezzo-
academie/vrijwilligerszorg
Hoe werkt het stoplichtspel?
In dit spel zijn een aantal casussen over grenssituaties in de informele zorg of in het
samenspel tussen de informele zorg en formele zorg samengebracht. In deze casussen
komen grenzen en dilemma’s van zorgvragers, mantelzorgers, vrijwilligers en
professionals (verpleegkundigen en verzorgenden) aan de orde.
Om de verschuivende grens aan te geven is er per casus een variant toegevoegd.
Mezzo heeft voor de verschillende doelgroepen Vrijwilligers, Informele zorgorganisaties,
Individuele Belangenbehartigers/ WMO Raadsleden en Mantelzorgers aparte casussen
ontwikkeld.
De gespreksleider heeft zowel een inhoudelijk rol in het aansturen van de discussie als
voert de rol van spelleider uit. Indien mogelijk is het aan te raden het spel te doen met
twee begeleiders: een inhoudelijk gespreksleider met expertise in informele zorg en in de
dilemma’s bij grenzen en een spelleider voor de organisatorische gang van zaken en de
praktische ondersteuning.
Het aantal deelnemers kan variëren. Minimaal 12 personen voor een levendige discussie
en grote betrokkenheid. Voorkeur voor 20-25 personen om de discussie levendig en
divers te houden en meer kans op verschillende rollen (vrijwilliger, professional,
mantelzorger, belangenbehartiger) in de groep.
Het spel is in te zetten voor een grote groep (50 personen) maar dat vraagt om veel
aansturing door de gespreksleider op het discussiethema en om het versterken van de
betrokkenheid van de deelnemers door bespreking in kleine groepjes of in een
buurmandiscussie. Elke deelnemer heeft een setje kleurenkaartjes en geeft zijn mening
via de kleurkeuze:
Pagina 4 van 20
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Pagina 5 van 20
Voorbereiding
Bepaal als organisator vooraf voor welk doel je het Stoplichtspel inzet: Discussie in het
team / lokaal overleg over grenzen, beleid aanpassen, samen tot afspraken komen, basis
voor samenwerking creëren, ervaringen uitwisselen over grenzen en dilemma’s etc.
Maak een bewuste keuze welke doelgroep casussen je aan de orde wilt stellen:
Vrijwilligers
Informele zorgorganisaties
Individuele Belangenbehartigers/ WMO Raadsleden
Mantelzorgers
Lees als gespreksleider van tevoren de casussen door en bereid je voor op de mogelijke
dilemma’s / grenssituaties hierin.
Er zijn meerdere werkvormen om het Stoplichtspel uit te voeren. Kies die werkvorm die
het beste past bij je doel, doelgroep en het aantal deelnemers. Lees de bijlage
Werkvormen.
Je kan ook eigen casussen maken, die bestaan in of direct aansluiten op de eigen
praktijk. Hiervoor is een blanco format van Casusbeschrijving aanwezig in het
Stoplichtspel. Overleg met een of meerdere collega’s over het kiezen van de casus en
neem de tijd voor het schrijven hiervan. Lees de bijlage Criteria casusbeschrijving.
Tip: Houd de casus kort en bondig en vermijd detailinformatie.
Benodigde materialen zijn: groen / oranje / rode kaartjes (setje per deelnemer),
eventueel laptop / beamer voor het laten zien van de casussen via PowerPoint, een flip-
over voor de totaalscores, stiften en eventueel prints met de casussen voor de
deelnemers.
Wat is de werkwijze?
De spelleider legt het spel uit en doet een oefening: Het is vandaag mooi weer!
Iedere deelnemer heeft een setje groen / oranje / rood kaartje.
De spelleider laat de casus zien via PowerPoint, flip-over, leest deze voor met de
bijbehorende vraag of deelt de casussen op papier uit
Na het lezen / horen geeft ieder de eigen mening over de vraag op de casus door de
daarbij horende kleur omhoog te houden.
De spelleider noteert de scores voor groen, oranje en rood per vraag op de flip-
over.
De discussie kan direct na elke vraag plaatsvinden, zodat meningsvorming al tijdens
het spel plaatsvindt.
▪ Waarom kies je er voor om wel of niet die grens te stellen of waarom twijfel je?
Welke factoren of argumenten spelen een rol?
▪ Wie is doorslaggevend bij het stellen van de grens: de zorgvrager, de
mantelzorger, de vrijwilliger, de verzorgende, de ‘organisatie’?
▪ Welke kanttekeningen of nuancering wil je maken over deze situatie / casus? Kies
je voor ‘Nee, tenzij’ of ‘Ja, maar’- beleid.
Tip: Als afsluiting kan de spelleider aan de deelnemers vragen om een eigen casus over
een grenssituatie in te brengen.
Een andere aanpak is om eerst alle casussen te laten passeren. Hiervoor kan je kiezen
als je onderlinge beïnvloeding wilt voorkomen.
Tip: Bespreek de meest opvallende stellingen / uitkomsten. Bijvoorbeeld die casussen
waarin een grote spreiding is in de keuze groen / oranje / rood.
Pagina 6 van 20
Casussen en vragen Doelgroep Vrijwilligers
Casus
Willem is vrijwilliger bij Georganiseerde Burenhulp Arnhem. Hij begeleidt en vervoert met
zijn eigen auto mensen die naar het ziekenhuis moeten. Dit doet hij gemiddeld 2 x per
week. De cliënt betaalt een eigen bijdrage als onkostenvergoeding voor de auto.
Vraag
Ben jij het eens met deze kostenregeling?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus vervolg
Cliënt Rita heeft geen geld, omdat zij in de schuldhulpverlening zit. Willem berekent geen
geld voor zijn auto, neemt dit voor eigen kosten en blijft haar naar het ziekenhuis
brengen.
Vraag
Ben jij het eens met de handelwijze van Willem?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus
Annie (45 jaar) is vrijwilliger via Maatjes Utrecht bij Jan (51 jaar gescheiden, 2
kinderen). Jan is alcoholverslaafd, werkeloos en loopt keer op keer weg uit het
afkickcentrum. Zijn huis is vervuild. Hij komt afspraken niet na met de
schuldhulpverlening. Ook crisisopname, die de huisarts na interventie van de vrijwilliger
geregeld had, wijst hij af. Annie stopt en Jan vraagt om een nieuwe vrijwilliger. Maatjes
Utrecht zoekt een nieuwe vrijwilliger.
Vraag
Ben jij het eens met het zoeken van een nieuwe vrijwilliger?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus vervolg
Maatjes Utrecht zet HBO stagiair SPH, Robin (19 jaar), in als vrijwilliger bij Jan.
Vraag
Ben jij het eens met deze aanpak?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Pagina 7 van 20
Casussen en vragen Doelgroep Vrijwilligers
Casus
Aysha (32 jaar en manisch depressief) en heeft al meer dan een jaar een vrijwilligers
maatje Gonda (56 jaar). vanuit de Vriendendienst ErZijn. Aysha vertelt dat zij zelfmoord
gaat plegen en hoe zij dat gaat doen. Zij zegt Gonda dat zij dit niet mag doorvertellen.
Vraag
Moet maatje Gonda dit aankaarten bij de coördinator?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Vraag
Kan Gonda de crisisdienst van de GGZ bellen?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus
Vrijwilliger Freek (22 jaar) plaatst een enthousiaste reactie op het Facebook account van
de vrijwilligersorganisatie over zijn uitstapje met mevrouw de Bruin (72 jaar).
Hij beschrijft met naam en toenaam dat hij met de dementerende mevrouw de Bruin een
gezellig uitstapje heeft gemaakt en veel plezier had om haar vergissing.
Vraag
Mag Freek dit doen?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Vraag
Kan Freek bij de tekst een foto plaatsen van mevrouw de Bruin?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Vraag
Mag Freek een reactie over zijn vrijwilligerswerk op zijn eigen Facebook account
plaatsen?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Pagina 8 van 20
Casussen en vragen Doelgroep Vrijwilligers
Casus
Vrijwilliger Fatima van Vrijwillige Thuishulp bezoekt al 2 jaar wekelijks Kim (7 jaar, met
autisme spectrum stoornis en fysieke beperking) om samen een activiteit te doen. Sinds
vorige week krijgt Kim medicijnen op een vaste tijd. Moeder vraagt of Fatima voortaan
Kim deze medicijnen wil geven als zij er is.
Vraag
Moet Fatima dit doen?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus vervolg
Kim heeft sinds 2 maanden sondevoeding. De ouders willen een dag op stap met hun
zoon (5 jaar) en vragen Fatima op te passen en ook de sondevoeding te doen. Zij leggen
haar uit hoe dat moet.
Vraag
Kan vrijwilliger Fatima dit doen?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Pagina 9 van 20
Casussen en vragen Doelgroep Informele zorgorganisaties
Casus
In het netwerk informele zorg Haarlem constateren de deelnemende vrijwilligerszorg
organisaties dat er een ander soort hulpvragen binnenkomt. Het gaat om complexere
vragen en om cliënten met verzamelproblematiek. Of de vraag naar een vrijwilliger, die
een paar keer per week komt. Zij spreken af welke aanvragen zij wel / niet ondersteunen
met een vrijwilliger.
Vraag
Ben jij het eens met deze aanpak?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus vervolg
Het netwerk besluit hun vrijwilligers meer te scholen op complexe hulpvragen en doet
een aanvraag bij de gemeente om extra geld voor deskundigheidsbevordering?
Vraag
Ben jij het eens met deze handelwijze?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus
Annie (45 jaar) is vrijwilliger via Maatjes Utrecht bij Jan (51 jaar gescheiden, 2
kinderen). Jan is alcoholverslaafd, werkeloos en loopt keer op keer weg uit het
afkickcentrum. Zijn huis is vervuild. Hij komt afspraken niet na met de
schuldhulpverlening. Ook crisisopname, die de huisarts na interventie van de vrijwilliger
geregeld had, wijst hij af. Annie stopt en Jan vraagt om een nieuwe vrijwilliger. Maatjes
Utrecht zoekt een nieuwe vrijwilliger.
Vraag
Ben jij het eens met het zoeken van een nieuwe vrijwilliger?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus vervolg
Maatjes Utrecht zet HBO stagiair SPH, Robin (19 jaar), in als vrijwilliger bij Jan.
Vraag
Ben jij het eens met deze aanpak?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Pagina 10 van 20
Casussen en vragen Doelgroep Informele zorgorganisaties
Casus
De Hulpdienst Breda krijgt een vraag om elke woensdag drie kinderen (6, 8 en 11 jaar)
naar sport te brengen van januari tot de zomervakantie. Moeder Fatima (32 jaar) is
chronisch ziek en vader woont elders. De Hulpdienst zorgt voor een vrijwilliger.
Vraag
Ben jij het eens met deze keuze?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus vervolg
Moeder Fatima (32 jaar) vraagt na 2 maanden om een vrijwilliger om haar drie keer per
week naar de dagopvang te brengen. De taxikosten worden niet meer vergoed. De
Hulpdienst weigert deze vraag.
Vraag
Ben jij het eens met deze beslissing?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus
De vrijwillige thuishulp ontvangt subsidie van de gemeente. De vrijwillige thuishulp zet
vrijwilligers in die respijt bieden aan mantelzorgers. Marjan (42) komt wekelijks al 2 jaar
bij de familie Boersma. Zij past op Bram van 3 jaar die een verstandelijke beperking
heeft. Op die middag gaat de vader met de twee andere kinderen naar zwemles.
De gemeente wil de vrijwillige thuishulp alleen nog financieren als zij vrijwilligers voor
maximaal 1 jaar koppelt. De gemeente wil samen met de mantelzorgers kijken welke
mogelijkheden er zijn in het sociale netwerk om de inzet van de vrijwilliger over te
nemen.
Vraag
Ben je het eens met het standpunt van de gemeente?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Pagina 11 van 20
Casussen en vragen Doelgroep Informele zorgorganisaties
Casus
Georganiseerde Burenhulp Kampen organiseert samen met een plaatselijke serviceflat
voor ouderen jaarlijks een rolstoelvierdaagse. De vrijwilligers wandelen ieder twee
avonden met een rolstoelcliënt.
Vraag
Moet de organisatie de vrijwilligers een cursus rolstoelduwen aanbieden?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Vraag
Moeten de vrijwilligers verplicht deelnemen aan een cursus rolstoelduwen?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Pagina 12 van 20
Casussen en vragen Doelgroep Individuele Belangenbehartigers / WMO Raadsleden
Casus
Het steunpunt mantelzorg organiseert het mantelzorgcafé. Het café wordt wisselend
bezocht. De gemeente stopt per 1 januari 2015 de subsidie voor het mantelzorgcafé. De
gemeente vindt dat de organisatie en uitvoering van het mantelzorgcafé overgenomen
kan worden door de mensen zelf, hun directe omgeving of door betrokken burgers.
Vraag
Ben je het eens met het standpunt van de gemeente?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus vervolg
Mevrouw Smit, dochter van een van de deelnemers uit de vaste kern, vindt dat het café
moet blijven bestaan. Zij biedt aan om het contactmoment van de vaste kern van 12
mensen te faciliteren en te organiseren. Zij heeft contact gelegd met een bevriende
horecaondernemer. Hij stelt 6 keer per jaar een avond een zaaltje (met koffie en thee)
beschikbaar.
Vraag
Moet mevrouw Smit dit oppakken?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus
De vrijwillige thuishulp ontvangt subsidie van de gemeente. De vrijwillige thuishulp zet
vrijwilligers in die respijt bieden aan mantelzorgers. Marjan (42) komt wekelijks al 2 jaar
bij de familie Boersma. Zij past op Bram van 3 jaar die een verstandelijke beperking
heeft. Op die middag gaat de vader met de twee andere kinderen naar zwemles.
De gemeente wil de vrijwillige thuishulp alleen nog financieren als zij vrijwilligers voor
maximaal 1 jaar koppelt. De gemeente wil samen met de mantelzorgers kijken welke
mogelijkheden er zijn in het sociale netwerk om de inzet van de vrijwilliger over te
nemen.
Vraag
Ben je het eens met het standpunt van de gemeente?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Pagina 13 van 20
Casussen en vragen Doelgroep Individuele Belangenbehartigers / WMO Raadsleden
Casus
Wouter de Vries is 11 jaar en heeft asperger (vorm van autisme). Wouter heeft lichte
gedragsproblemen en maakt moeilijk contact met andere kinderen. Iedere
woensdagmiddag gaat Wouter met plezier naar een gespecialiseerde opvang op een
zorgboerderij, buiten de gemeente waar Wouter woont. De gemeente vraagt zich af of
deze specifieke vorm van dagbesteding wel nodig is. De gemeente heeft de scouting
opdracht gegeven om ook kinderen met beperkingen mee te laten doen aan de scouting.
Vraag
Ben je het eens met de aanpak van de gemeente?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus vervolg
Wouter gaat nu 6 weken naar de scouting toe. Sindsdien nemen de gedragsproblemen
van Wouter thuis toe. De leiding van de scoutinggroep merkt niets van
gedragsproblemen, zij vinden dat Wouter erg stil en teruggetrokken is.
De ouders van Wouter vragen aan de gemeente of Wouter weer naar de zorgboerderij
kan. Ze vragen hiervoor een PGB. De gemeente geeft aan dat de scouting geen
gedragsproblemen meldt en vindt dat Wouter meedoet binnen zijn vermogen. De
gemeente weigert de aanvraag voor een PGB.
Vraag
Ben je het eens met het standpunt van de gemeente?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus
Mevrouw Nanuru is 74 jaar, alleenwonend en licht dementerend. Zij krijgt 2 uur per week
thuisbegeleiding van een beroepskracht om de minimale zelfzorg (zichzelf wassen, eten,
huishouden) te bewaken.
Bij herindicatie wordt deze begeleiding stopgezet. Studerende kleindochter Elfrida (19
jaar) woont sinds kort bij mevrouw in. Gesteld wordt dat deze inwonende kleindochter
die begeleiding kan overnemen.
Vraag
Ben je het hiermee eens?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Pagina 14 van 20
Casussen en vragen Doelgroep Individuele Belangenbehartigers / WMO Raadsleden
Casus
De heer Joritsma (47 jaar) heeft MS. Hij is buitenshuis volledig aangewezen op een
rolstoel. Hij kan binnenshuis beperkt met ondersteuning lopen en staan. Mevrouw
Joritsma werkt fulltime. Het echtpaar heeft drie kinderen van 9, 12 en 16 jaar. Op
vrienden en familie wil het gezin geen beroep doen, want zij hebben het allemaal al zo
druk.
Bij het Wmo-loket doet de heer Joritsma een aanvraag voor vervoer buitenshuis en voor
ondersteuning in het huishouden. Tijdens een keukentafelgesprek erkent de gemeente de
behoefte aan ondersteuning, maar vindt dat de vragen en behoeften oplosbaar zijn
binnen het eigen gezin en/of directe omgeving. Het gezin kan gebruikmaken van een
vrijwillige netwerkcoach die met hen in kaart brengt hoe zij hun sociale netwerk in
kunnen zetten.
Vraag
Ben je het eens met het standpunt van de gemeente?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus vervolg
Het gezin dient bezwaar in. Vanuit de gedachte dat mensen meer aangesproken worden
op hun eigen mogelijkheden, hebben zij een vriend bereid gevonden 1x per week meneer
Joritsma te begeleiden naar zijn leesclub. Het niet verstrekken van een voorziening voor
huishoudelijke zorg vindt het gezin onterecht. Zij vinden dat ze de hulp nodig hebben,
zodat zij de toenemende zorg ook in de toekomst vol kunnen houden.
Vraag
Ben je het eens met het bezwaar van het gezin?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Pagina 15 van 20
Casussen en vragen Doelgroep Mantelzorgers
Casus
Mevrouw Groen is gevallen en heeft haar heup gebroken. Ze kan zich niet verplaatsen en
heeft hulp nodig bij de persoonlijke verzorging (toilet/douchen). De heer Groen heeft zijn
handen vol aan zijn vrouw, het huishouden en het oppassen op de kleinkinderen. De heer
Groen gaat naar het Wmo-loket voor het aanvragen van hulp in de huishouding.
Vraag
Ben je het eens met de aanpak van de heer Groen?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus vervolg
De Wmo-loket medewerker vraagt wat de naaste omgeving kan doen. De heer Groen
zegt dat iedereen het druk heeft en wil niet afhankelijk zijn van anderen. De Wmo-loket
medewerker wijst op het eigen netwerk van zijn kinderen, naasten en buren.. De heer
Groen heeft geen recht op hulp of steun, omdat er voldoende mogelijkheden in het eigen
netwerk zijn.
Vraag
Handelt de Wmo-loket medewerker juist?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus vervolg
Mevrouw Groen wordt thuis kribbiger en vergeetachtiger. De heer Groen denkt dat ze
aan het dementeren is. Hij heeft last van zijn hart en is kortademig. De huisarts verwijst
het echtpaar door naar het ziekenhuis voor onderzoek. Zij moeten regelmatig met de
rolstoel naar het ziekenhuis. De rolstoel past niet in de auto en de heer Groen is bang dat
hij onwel wordt tijdens het rijden. Hij vraagt bij het Wmo-loket een rolstoeltaxi aan. De
loketmedewerker geeft aan dat hij zijn kinderen kan vragen of hij kan naar de
welzijnsstichting gaan. Zij hebben vrijwilligers die begeleidend vervoer bieden.
Vraag
Ben je het eens met de opstelling van deze loketmedewerker?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus vervolg
Inmiddels is geconstateerd dat mevrouw de ziekte van Alzheimer heeft.
Er heeft een (keukentafel)gesprek plaatsgevonden met de gemeente, de heer en
mevrouw Groen en de oudste dochter. Na dit gesprek organiseert de dochter zelf een
gesprek met alle kinderen om de taken beter te verdelen.
Vraag
Ben je het eens met de aanpak van de dochter?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Pagina 16 van 20
Casussen en vragen Doelgroep Mantelzorgers
Casus
Mevrouw Nanuru is 74 jaar, alleenwonend en licht dementerend. Zij krijgt 2 uur per week
thuisbegeleiding van een beroepskracht om de minimale zelfzorg (zichzelf wassen, eten,
huishouden) te bewaken.
Bij herindicatie wordt deze begeleiding stopgezet. Studerende kleindochter Elfrida (19
jaar) woont sinds kort bij mevrouw in. Gesteld wordt dat deze inwonende kleindochter
die begeleiding kan overnemen.
Vraag
Ben je het hiermee eens?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus
Wouter de Vries is 11 jaar en heeft asperger (vorm van autisme). Wouter heeft lichte
gedragsproblemen en maakt moeilijk contact met andere kinderen. Iedere
woensdagmiddag gaat Wouter met plezier naar een zorgboerderij, buiten de gemeente
waar Wouter woont. De gemeente vraagt zich af of deze specifieke vorm van
dagbesteding wel nodig is. De gemeente heeft de scouting opdracht gegeven om ook
kinderen met beperkingen mee te laten doen aan de scouting.
Vraag
Ben je het eens met de aanpak van de gemeente?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus vervolg
Wouter gaat nu 6 weken naar de scouting toe. Sindsdien nemen de gedragsproblemen
van Wouter thuis toe. De leiding van de scoutinggroep merkt niets van
gedragsproblemen, zij vinden dat Wouter erg stil en teruggetrokken is.
De ouders van Wouter vragen aan de gemeente of Wouter weer naar de zorgboerderij
kan. Ze vragen hiervoor een PGB. De gemeente geeft aan dat de scouting geen
gedragsproblemen meldt en vindt dat Wouter meedoet binnen zijn vermogen. De
gemeente weigert de aanvraag voor een PGB.
Vraag
Ben je het eens met het standpunt van de gemeente?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Pagina 17 van 20
Casussen en vragen Doelgroep Mantelzorgers
Casus
De heer Joritsma (47 jaar) heeft MS. Hij is buitenshuis volledig aangewezen op een
rolstoel. Hij kan binnenshuis beperkt met ondersteuning lopen en staan. Mevrouw
Joritsma werkt fulltime. Het echtpaar heeft drie kinderen van 9, 12 en 16 jaar.
Bij het Wmo-loket doet de heer Joritsma een aanvraag voor vervoer en ondersteuning in
het huishouden. Tijdens een keukentafelgesprek met de heer en mevrouw Joritsma geeft
de loketmedewerker aan dat de vragen en behoeften oplosbaar zijn binnen het eigen
gezin en/of directe omgeving. De heer Joritsma wil op vrienden en familie geen beroep
doen, want die hebben het allemaal al zo druk.
Vraag
Ben je het eens met de heer Joritsma?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus vervolg
De Wmo-medewerker biedt het gezin aan dat ze gebruik kunnen maken van een
vrijwillige netwerkcoach die met hen in kaart brengt hoe zij hun sociale netwerk in
kunnen zetten. De heer Joritsma weigert dit omdat hij het al druk genoeg heeft.
Vraag
Kan de heer Joritsma dit doen?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus vervolg
Het gezin dient bezwaar in. Vanuit de gedachte dat mensen meer aangesproken worden
op hun eigen mogelijkheden, hebben zij een vriend bereid gevonden 1x per week meneer
Joritsma te begeleiden naar zijn leesclub. Het niet verstrekken van een voorziening voor
huishoudelijke zorg vindt het gezin onterecht. Zij vinden dat ze de hulp nodig hebben,
zodat zij de toenemende zorg ook in de toekomst vol kunnen houden.
Vraag
Ben je het eens met het bezwaar van het gezin?
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Pagina 18 van 20
Bijlage Stoplichtspel Grenzen
Werkvormen en criteria Casusbeschrijving
De grenzen binnen de informele zorg en tussen de informele zorg en formele zorg zijn
niet scherp te trekken. Verantwoord vrijwilligerswerk gaat over het willen, weten,
kunnen, mogen en durven van vrijwilligers, maar ook over het beschikken over
voldoende vrijwilligers. Verantwoorde informele zorg gaat over het bieden van kwaliteit,
continuïteit en veiligheid in de ondersteuning aan burgers in een kwetsbare positie.
Verantwoorde zorg gaat over het samenspel in de zorgdriehoek rond de hulpvrager:
mantelzorg, vrijwilligerszorg en formele zorg. De veranderende werkelijkheid leidt tot
verschuivende grenzen. Dit vraagt om onderlinge dialoog over grensverleggend werken.
Het Mezzo Stoplichtspel is een middel om deze dialoog te voeren.
Werkvormen
Er zijn meerdere manieren om het Stoplichtspel te spelen:
De spelbegeleider laat de casus zien op PowerPoint, noteert de scores op flip-over en
voert de discussie direct na de stemming groen / oranje / rood.
De spelbegeleider laat eerst alle casussen passeren, noteert de uitkomsten op flip-
over, maakt aan het einde een keuze uit de casussen en voert hierover de discussie.
Schriftelijke aanpak: de deelnemers krijgen de casussen op papier, vullen individueel
op hun formulier de keuze voor groen / oranje / rood in, daarna inventariseert de
spelbegeleider plenair de uitkomsten per casus en vindt discussie plaats.
Speelse werkvorm: na elke casus stemming gaan de groene, oranje en rode
stemmers in een groepje per kleur bij elkaar staan en wisselen de argumenten voor
hun keuze uit. Daarna plenair discussie over het meest doorslaggevende argument.
Een variant kan zijn als er sprake is van een grote spreiding in de standpunten: Vorm
groepjes bestaande uit groen / oranje / rood groep stemmers en bespreek elkaars
argumenten. Doe dit eerst per groepje, daarna plenair discussie over hoe de
standpunten in een groepje wel of niet veranderen.
Doelgroepen
Er zijn meerdere doelgroepen die je met het Stoplichtspel kunt bereiken:
Zorgvrijwilligers
Coördinatoren en medewerkers vrijwilligerszorg organisatie en Consulenten
Mantelzorg
Mantelzorgers
Seniorengroepen
Individuele belangenbehartigers Mantelzorg / leden WMO-raden
Professionals formele zorg (Verzorgenden, Wijkzuster)
WMO ambtenaren
Een casus in het Stoplichtspel is een uit de praktijk van de informele zorg gegrepen
situatie, die leerervaringen of discussie en uitwisseling oproept. De casus in het
Stoplichtspel is geen kortwerkende vuurpijl en is niet bedoeld om tot vaststaande
grenzen te komen. Het is een uitgangspunt voor een vervolggesprek.
Pagina 19 van 20
Criteria casusbeschrijving
Kort en krachtig omschrijven van een herkenbare praktijksituatie. Vermijd
detailinformatie. Details leiden vaak tot verhelderingvragen van de deelnemers en
leiden af van de kernvraag.
Tip: Ga uit van maximaal 8 zinnen inclusief de vraagstelling.
Hanteer een verhalende stijl aan de hand van de vragen: Welke grenssituatie wil je
beschrijven? Wat gebeurde er? Wie was erbij betrokken? Wanneer gebeurde het? Hoe
gebeurde het?
Er moet een dilemma of grenssituatie aanwezig zijn in de casus, die zowel geschikt is
voor discussie tussen de deelnemers (deze doelgroep) als herkenbaar is als
grenssituatie in de praktijk .
De grenssituatie moet ‘open zijn’, de casus moet ruimte bieden aan verschillende
meningen, dus niet een voorspelbaar ja of nee. Wel moet de problematiek
afgebakend zijn.
Casus bevat een concrete persoonsgerichte beschrijving. Benoem de namen van de
personen in de situatie. Dit vergroot identificatie met de casus en verheldert later de
discussie omdat de namen bekend zijn en genoemd worden.
Wees scherp in je vraagstelling. Er moet een keuze uit mee eens / ja / zeker wel -
discussie / twijfel- oneens / nee / absoluut niet te maken zijn op basis van de
vraagstelling:
Kan hij / zij dit doen? Ben jij het hiermee eens?
Moet hij / zij dit doen? Ben jij het eens met deze handelwijze?
Mag hij / zij dit doen? Ben jij het eens met dit standpunt?
Schrijf de casus in een heldere structuur en in duidelijke taal. De vraag moet
eenduidig en begrijpelijk zijn. Tip: Gebruik geen dubbele ontkenning.
In de formulering van de vraag moet de actor (organisatie, vrijwilliger, mantelzorger,
coördinator, consulent, belangenbehartiger) een actie wel, niet of deels uitvoeren.
Maak in de casus een keuze uit de soorten grenzen:
▪ Persoonlijke grenzen (fysiek, mentaal, tijdsduur, overvragen,
verantwoordelijkheden)
▪ Functionele grenzen (rol vrijwilliger versus rol professional, verdringing betaalde
arbeid, taken en bevoegdheden en competenties)
▪ Relationele grenzen (mate van betrokkenheid en respect en intimiteit, hoe wordt
tegen elkaar aangekeken en met elkaar omgegaan)
▪ Juridische en wettelijke grenzen (Arbowetgeving en Arbeidstijdenwet, risicovolle
en voorbehouden handelingen, BIG-registratie)
Pagina 20 van 20
Format
Casus
Vraag
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus
Vraag
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus
Vraag
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet
Casus
Vraag
GROEN : mee eens / ja / zeker wel
ORANJE : discussie / twijfel
ROOD : oneens / nee / absoluut niet