66
STUDIEGIDS OPLEIDING HUMAN RESOURCE MANAGEMENT Voltijd en deeltijd, studiejaar 2016-2017 FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE

STUDIEGIDSOPLEIDING HUMAN RESOURCE MANAGEMENT

  • Upload
    vuhanh

  • View
    214

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

STUDIEGIDS OPLEIDING HUMAN RESOURCE

MANAGEMENT

Voltijd en deeltijd, studiejaar 2016-2017

FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE

WOORD VOORAF

Beste studenten, Welkom bij de opleiding Human Resource Management op de Haagse Hogeschool. Leuk dat je bij ons komt stu-deren! Een nieuwe fase in je studieloopbaan breekt aan en wij leren je graag de kennis en kunde van een HR-professional. Om je wegwijs te maken binnen de opleiding, is deze studiegids een handig instrument. Je zult al gauw merken dat studeren op het HBO anders is dan op het MBO of op de middelbare school. Als suc-cesvolle Hbo-student zal je zelf meer initiatief en verantwoordelijkheid moeten nemen. Het is van belang goed te plannen en je te (laten) informeren. Maar je staat daar niet alleen voor. Als opleiding bieden we daarvoor in het programma handvatten aan. We doen dat zowel in groepsverband als individueel (via tutoring, vakdocenten, docenten professionele ontwikkeling en de decaan). Daarnaast vind je in deze studiegids alle belangrijke informatie over hoe alles binnen de opleiding is georgani-seerd. Het bestaat uit een formeel deel waarin de rechten en plichten van een student staan beschreven, het Onderwijs- en Examenreglement (OER) of het studentstatuut, en uit een deel waarin allerhande praktische infor-matie over de opleiding en het programma staat. Daarmee hopen we dat dit een gids is die eraan bijdraagt dat je hier met veel plezier en succes studeert.

Sander Rijksbaron, opleidingsmanager Human Resource Management Daphne Metsemakers, teamleider Human Resource Management

Inhoud studiegids Human Resource Management STUDIEGIDS OPLEIDING ........................................................................................................................................................... 1 WOORD VOORAF ..................................................................................................................................................................... 1 1. INLEIDING .......................................................................................................................................................................... 3 2. PRAKTISCHE INFORMATIE .................................................................................................................................................. 4

2.1. Roostertijden vakantieplanning ............................................................................................................... 4 2.2. Lesperiodes en vakanties ......................................................................................................................... 5 2.3. Informatie en communicatie ................................................................................................................... 5 2.4. Belangrijke adressen en contactpersonen ............................................................................................... 6 2.5. Faculteit management en organisatie ...................................................................................................... 7

3. DE OPLEIDING HUMAN RESOURCE MANAGEMENT ............................................................................................................. 9

3.1. Onderwijsvisie ......................................................................................................................................... 9 3.2. Opleidingsleerplan (deel 1) .....................................................................................................................10 3.3. Opbouw van de voltijd en deeltijdstudie HRM .......................................................................................13 3.4. Opleidingsleerplan deel 2 .......................................................................................................................17 voltijd .............................................................................................................................................................17 deeltijd ...........................................................................................................................................................22 Keuzeonderwijs en minoren ...........................................................................................................................27 Internationalisering (stage en studeren in het buitenland) .............................................................................28

4. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING (OER) ........................................................................................................................ 29

HOOFDSTUK 2. OPLEIDING ..........................................................................................................................38 HOOFDSTUK 3. ONDERWIJS .........................................................................................................................40 HOOFDSTUK 4. TOETSEN .............................................................................................................................47 HOOFDSTUK 5. EXAMENS EN GETUIGSCHRIFTEN ........................................................................................50 HOOFDSTUK 6. STUDIELOOPBAANBEGELEIDING .........................................................................................52 HOOFDSTUK 7. STUDIEADVIES ....................................................................................................................52 HOOFDSTUK 8. ONREGELMATIGHEDEN .......................................................................................................55 HOOFDSTUK 9. BIJZONDERE VOORZIENINGEN ............................................................................................56 HOOFDSTUK 10. SLOTBEPALING ....................................................................................................................57

5. REGLEMENT EXAMENCOMMISSIE EN TOETSCOMMISSIE .................................................................................................. 59

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen ............................................................................................................59 Hoofdstuk 2. De examencommissie ............................................................................................................59 Hoofdstuk 3. De toetscommissie ................................................................................................................62 Hoofdstuk 4. Gang van zaken ......................................................................................................................63 Hoofdstuk 5. Informatieplicht, verslaglegging en ondersteuning ................................................................64 Hoofdstuk 6. Slotbepaling ...........................................................................................................................65

_________________________________________________________________________________________________________________

Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017 FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE

2

1. INLEIDING Deze studiegids vormt het handboek van de opleiding Human Resource Management (HRM) van De Haagse Hogeschool. Alle belangrijke informatie met betrekking tot de opleiding is in dit document te vinden. Deze studiegids bestaat uit twee delen. Het eerste deel (hoofdstuk 2 en 3) betreft praktische informatie over de studie.

• Hoofdstuk 2 geeft informatie over roostertijden, vakantieplanning en studentenvoorzieningen. • Hoofdstuk 3 behandelt de onderwijsvisie, het opleidingsleerplan en de studieopbouw voor voltijd

en deeltijd.

Het tweede deel (hoofdstuk 4 en 5) bevat de formele regels rond examens en onderwijs. • In hoofdstuk 4 staat de onderwijs en examenregeling (OER). • In hoofdstuk 5 staat het reglement van de examen- en toetscommissie beschreven.

De twee delen van deze gids worden jaarlijks geactualiseerd. De hogeschoolbrederegels en bepalingen rond onderwijs, inschrijvingen, tentamens, getuigschriften, rechtsbescherming en medezeggenschap worden samen ook we studentestatuut genoemd. Het opleidingsdeel wordt jaarlijks door de opleidingsmanager van de opleiding na voorafgaande goedkeu-ring van de faculteitsdirecteur vastgesteld en geldt voor de duur van een studiejaar. Bij wijzigingen van de opleidings-OER, die in het nadeel zijn van studenten die al eerder met de opleiding zijn begonnen, worden indien nodig overgangsregelingen getroffen. Het Studentenstatuut is digitaal via de portal te raadplegen op het Studentennet onder https://intranet.hhs.nl/nl/opleidingen/human-resource-management-voltijd/Pagi-nas/statuten-regelingen.aspx.

_________________________________________________________________________________________________________________

Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017 FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE

3

2. PRAKTISCHE INFORMATIE Dit hoofdstuk geeft je praktische informatie over de opleiding over bereikbaarheid, roostertijden, vakantie-planning en studentenvoorzieningen.

2.1. Roostertijden vakantieplanning HRM Voltijd

1e uur: 08:45 – 09:30 2e uur: 09:30 – 10:15

PAUZE 10:15 – 10:30 3e uur: 10:30 – 11:15 4e uur: 11:15 – 12:00

PAUZE 12:00 – 12:15 5e uur: 12:15 – 13:00 6e uur: 13:00 – 13:45 7e uur: 13:45 – 14:30

PAUZE 14:30 – 14:45 8e uur: 14:45 – 15:30

9e uur: 15:30 – 16:15 PAUZE 16:15 – 16:30 10e uur: 16:30 – 17:15 11e uur: 17:15 – 18:00 PAUZE 18:00 – 18:30 12e uur: 18:30 – 19:15 13e uur: 19:15 – 20:00 PAUZE 20:00 – 20:15 14e uur: 20:15 – 21:00 15e uur: 21:00 – 21:45 16e uur: 21:45 – 22:30

HRM Deeltijd

1e uur: 08:45 – 09:30 2e uur: 09:30 – 10:15

PAUZE 10:15 – 10:30 3e uur: 10:30 – 11:15 4e uur: 11:15 – 12:00

PAUZE 12:00 – 13:00 5e uur: 12:15 – 13:00 6e uur: 13:00 – 13:45 7e uur: 13:45 – 14:30

PAUZE 14:30 – 14:45 8e uur: 14:45 – 15:30

9e uur: 15:30 – 16:15 PAUZE 16:15 – 16:30 10e uur: 16:30 – 17:15 11e uur: 17:15 – 18:00 PAUZE 18:00 – 18:30 12e uur: 18:30 – 19:15 13e uur: 19:15 – 20:00 PAUZE 20:00 – 20:15 14e uur: 20:15 – 21:00 15e uur: 21:00 – 21:45 16e uur: 21:45 – 22:30

Start lesperiodes: blok 1: maandag 29 augustus 2016 (kalenderweek 35) blok 2: maandag 14 november2016 (kalenderweek 46 blok 3: maandag 6 februari 2017 (kalenderweek 6) blok 4: maandag 24 april 2017 (kalenderweek 17)

_________________________________________________________________________________________________________________

Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017 FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE

4

2.2. Lesperiodes en vakanties

Vakantie Data Week Herfstvakantie maandag 17 oktober 2016 t/m vrijdag 21 oktober 2016 42 Kerstvakantie maandag 26 december 2016 t/m vrijdag 6 januari 2017 52/1 Voorjaarsvakantie maandag 27 februari 2017 t/m vrijdag 3 maart 2017 9 Paasweekeinde vrijdag 14 april 2017 t/m 17 april 2017 15/16 Koningsdag donderdag 27 april 2017 17 Bevrijdingsdag vrijdag 5 mei 2017 18 Hemelvaartsvakantie donderdag 25 mei 2017 t/m vrijdag 26 mei 2017 21 Pinksteren maandag 5 juni 2017 23 Zomervakantie maandag 17 juli 2017 t/m vrijdag 25 augustus 2017 29-34

2.3. Informatie en communicatie

Informatiekanalen De belangrijkste officiële informatiekanalen die we als opleiding gebruiken om te communiceren met de stu-denten staan hieronder toegelicht. • Het studentennet: http://portal.hhs.nl

Op het studentennet vind je alle informatie met betrekking tot algemene zaken. Om de juiste berichten te zien dien je Human Resource management toe te voegen aan jouw studentenprofiel. We proberen zo min mogelijk mail te versturen, daarom zullen mededelingen aan grote groepen studenten op de studen-tennetpagina worden geplaatst. Het is dus van belang dat je deze regelmatig checkt! Het studentennet is een officieel middel om met studenten te communicereren

• Het Blackboardplatform: https://blackboard.hhs.nl Blackboard is de online leeromgeving van de opleiding. Iedere onderwijseenheid is ondergebracht in een aparte course, waarin alle studie informatie is ondergebracht. Bijvoorbeeld opdrachten voor de colleges, kennisclips, powerpointsheets, opgegeven literatuur. Je kunt er via een forum, blog of wiki ook kennis uit wisselen met medestudenten. Via blackboard lever je ook alle schriftelijke toetsen in.

• Osiris: https://intranet.hhs.nl/nl/opleidingen/human-resource-management-voltijd/Paginas/cijfers-stu-dievoortgang.aspx In Osiris kun je je inschrijven voor toetsen en tentamens en hier vind je al jouw resultaten van de afge-legde tentamens. Je kunt hier jouw studievoortgang raadplegen en controleren of door jouw behaalde resultaten juist zijn verwerkt. Raadpleeg voor meer informatie hierover het toetsreglement. In OSIRIS staan van iedere module een beknopte omschrijving.

Roosterbureau Lesrooster De lesroosters worden voor een geheel lesblok van 10 weken vastgesteld en gepubliceerd op studentennet. Het rooster wordt niet meer gewijzigd, tenzij er sprake is van overmacht. Wel kunnen er verschuivingen plaatsvinden in de toegewezen lokalen. Raadpleeg daarom regelmatig het rooster. Toetsrooster Het toetsrooster voor een toetsronde wordt in de regel minimaal 6 weken voor aanvang van die ronde gepubliceerd op het studentennet. Onverhoopte wijzigingen in het rooster worden op dezelfde plaats ken-baar gemaakt. Ongeveer 1 week voor de start van de schriftelijke tentamens wordt via een Excellijst op de studentenportal het definitieve lokalenrooster gepubliceerd. Aan het begin van het studiejaar wordt via Het studentennet nadere informatie gegeven over de toets organisatie.

_________________________________________________________________________________________________________________

Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017 FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE

5

Toetsen Tentamenbureau Het tentamenbureau regelt de organisatie rondom de tentamens. Hierbij kun je denken aan: het inhuren en instrueren van surveillanten, het maken van de tentamenroosters en het organiseren van de afname van de tentamens. Leidend voor de uitvoering van de taken en werkzaamheden van het tentamenbureau is de (OER) aangevuld met de toet regels die jaarlijks door de examencommissie worden vastgesteld. Tijdens ten-tamenperiodes is er een aparte tentamenbalie geopend. Het tentamenbureau is bereikbaar via [email protected].

Postvak medewerkers De postvakken van de docenten bevinden zich in de gang van de slinger op de 3e etage. Let op dat je de spullen in het goede postvak stopt. De student is hiervoor zelf verantwoordelijk. Informatieborden Elke opleiding beschikt over informatieborden waar studenten actuele mededelingen met betrekking tot de studie vinden. Deze borden zijn te vinden tegenover het faculteitsbureau. Telefoon: 070-4458585 Locatie: Ovaal 0.05 Geopend: ma - vr: van 11:00 uur tot 15:00 uur Contact: zie studentennet onder ‘Serviceplein, Inschrijving en Uitschrijving’.

2.4. Belangrijke adressen en contactpersonen Bezoekadres De Haagse Hogeschool Johanna Westerdijkplein 75 2521 EN Den Haag Centraal telefoonnummer: 070-4458888 Postadres De Haagse Hogeschool Opleiding voor Human Resource Management Postbus 13336 2501 EH Den Haag Telefoon: 070-4457080 Centrale Studenten Inschrijving (CSI) Telefoon: 070-4458585 Locatie: Ovaal 0.05 Geopend: ma - vr: van 11:00 uur tot 15:00 uur Contact: zie studentennet onder ‘Serviceplein, Inschrijving en Uitschrijving’. Front Office Human Resource Management Telefoon: 070-4457080 Locatie: volgt E-mail: [email protected] Geopend: maandag t/m vrijdag van 09:00 uur tot 12:00 uur

maandag en woensdag t/m vrijdag van 13:.00 uur tot 16:00 uur (gesloten op dinsdagmiddag) maandag van 18:00 uur tot 21:00 uur

Studentendecaan Bij de decaan kun je terecht wanneer er tijdens je studieproblemen ontstaan die van invloed zijn op je stu-deren en je studieresultaten. Bijvoorbeeld voor advies over studiemoeilijkheden en/of persoonlijke proble-men, studiefinanciering, fondsen, sociale regelingen, (financiële) ondersteuning bij studievertraging wegens ziekte, functionele beperking (waaronder dyslexie) of andere bijzondere omstandigheden. Ook kun je bij de decaan terecht voor bemiddeling bij conflicten tussen student en opleiding/docent.

_________________________________________________________________________________________________________________

Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017 FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE

6

Hogeschoolbreed voorzien we in een aantal zaken die jou kunnen helpen te blijven studeren in moeilijke situaties, of die nu tijdelijk van aard zijn of permanent. Denk hierbij aan voorzieningen als studeren-op-maatprogramma’s en studeren met een functiebeperking. Laat je altijd eerst informeren en helpen door de decaan, voor onze opleiding is dat Ronald Brijer. De studentenvoorzieningen, incl. de contactgegevens van de decaan vind je via https://intranet.hhs.nl/nl/serviceplein/begeleiding-advies-en-trainingen. Vertrouwenspersoon Je kunt in een situatie terechtkomen, waarin je het gedrag van een ander ongewenst vindt en als intimide-rend ervaart. Of iets ongewenst, lastig of onaangenaam is in een contact, bepaal je zelf. Je kunt de vertrou-wenspersoon gebruiken om over je situatie te praten, maar je mag ook advies verwachten, of hulp bij het zoeken naar oplossingen. Meer informatie hierover kun je vinden op het studentenet. https://intranet.hhs.nl/nl/serviceplein/begeleiding-advies-en-trainingen Medewerkers faculteit Op het studentennet van de opleiding Human Resource Management onder de link ‘wie-wat-waar’ vind je De informatie over de medewerkers van de opleiding. Die informatie wordt gedurende het jaar actueel ge-houden. Bereikbaarheid van docenten voor studenten Wil je een docent buiten de lesuren bereiken of een afspraak met de docent maken, dan kan je gebruik ma-ken van het e-mailadres van de docent. Via studentennet/roosters kom je erachter of een docent lesgeeft.De docent beantwoordt e-mail binnen een redelijke termijn (in de regel binnen drie werkdagen).

Coördinatoren/management Coördinatoren stage Maaike Korteland Slinger 3.46, telefoon: 070-4458302 Astrid van de Graaf Slinger 3.44, telefoon: 070-4458254 Coördinator MAD/afstuderen Michael Romen Slinger 3.41, telefoon: 070-4458191 Coördinator Voltijd Paul de Regt Slinger 3.41, telefoon: 070-4458251 Coördinator Deeltijd Ilonka Dorrepaal Slinger 3.39, telefoon: 070-4458396 Coördinatoren internationalisering Lonneke Frie Slinger 3.43, telefoon: 070-4457841 Eline Duine Slinger 3.28, telefoon 070-445 nog niet bekend) Teamleider Daphne Metsemakers Slinger 3.40, telefoon: 070-4458397 Opleidingsmanager Sander Rijksbaron Slinger 3.40, telefoon: 070-4458098

2.5. Faculteit management en organisatie

Organisatie opleiding, overlegstructuur, commissies De faculteitsdirecteur geeft leiding aan de faculteit Management & Organisatie, waarvan de opleiding Hu-man Resource Management deel uitmaakt. Voor de opleiding Human Resource Management is de oplei-dingsmanager verantwoordelijk. De opleidingsmanager stuurt samen met de teamleider het team docenten aan.

_________________________________________________________________________________________________________________

Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017 FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE

7

Examencommissie De examencommissie (zie ook deel B Onderwijs- en Examenreglement van deze studiegids) stelt officieel de uitslag vast van het examen, waarvan het propedeutisch examen een specifiek onderdeel is. Opleidingscommissie Aan de opleiding Human Resource Management is een opleidingscommissie (OC) verbonden (zie ook Stu-dentenstatuut deel I). De OC bestaat voor tenminste de helft uit studentleden en heeft mede ten doel de rol van de studenten in het kader van de inrichting van het onderwijs te versterken. De commissie heeft een drietal taken:

• Het adviseren van het opleidingsmanagement over de Onderwijs- en Examenregeling; • Het jaarlijks beoordelen van de uitvoering van de Onderwijs- en Examenregeling; • Het desgevraagd of uit eigen beweging advies uitbrengen aan de faculteitsraad en het

managementteam over alle andere aangelegenheden betreffende het onderwijs in de opleiding.

Faculteitsraad Iedere faculteit van De Haagse Hogeschool heeft een medezeggenschaps- of faculteitsraad (zie ook deel 1). De medezeggenschapsraad (‘faculteitsraad’) van de faculteit Management & Organisatie bestaat uit studen-ten en personeelsleden van de opleidingen die de faculteit verzorgt. De vergaderingen zijn openbaar. De faculteitsraad heeft instemmingsrecht bij belangrijke beleidsvoornemens, zoals de begroting en het reglement van examens en toetsen van de opleidingen in de faculteit. Personeelsleden en studenten kiezen de leden van de raad: studentleden om de anderhalf jaar en leden uit het personeel om de 3 jaar. De regeling van de faculteitsraad ligt ter inzage bij de secretaris van de faculteitsraad. Om bepaalde zaken onder de aandacht te brengen, kan contact worden opgenomen met de secretaris van de faculteitsraad. Meer informatie en namen van leden van de faculteitsraad zijn te vinden op het studentennet. De facultei-ten van De Haagse Hogeschool worden vertegenwoordigd in de Hogeschoolraad. Landelijke samenwerking

De opleiding HRM van De Haagse Hogeschool is lid van het landelijke opleidingsoverleg HRM (LOO-HRM). _________________________________________________________________________________________________________________

Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017 FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE

8

3. DE OPLEIDING HUMAN RESOURCE MANAGEMENT

3.1. Onderwijsvisie De HR-professional houdt zich bezig met het optimaal ontwikkelen en inzetten van talenten/competenties van werknemers ten behoeve van de organisatie en is zich ervan bewust dat werknemers alleen tot ge-wenst gedrag en optimale prestaties komen in de juiste context (lees ook krachtige leeromgeving). De HR-professional stimuleert en initieert een goed leer- en werkklimaat en bewaakt de balans tussen goed werkgeverschap en goed werknemerschap Wij zijn verder van mening dat wij onze studenten goed moeten voorbereiden op het functioneren als pro-fessional in de 21ste eeuw. In een kennis- en dienstensamenleving zijn differentiatie en creativiteit belang-rijk. Studenten leven in een pluriforme wereld en hebben te maken met toenemende globalisering. Internationalisering en wereldburgerschap zijn daarom ook belangrijke thema’s binnen ons onderwijs. De Haagse Hogeschool staat midden in een grote stad. Een stad die te kampen heeft met Groot Stedelijke vraagstukken. Deze omgeving geeft onze opleiding en onze studenten ‘naast de deur’ volop kansen om te leren. De opleiding ziet het werkveld als belangrijke samenwerkingspartner. We streven naar een coproduc-tie, waarbij wij samen actuele uitdagingen en vraagstukken formuleren waar onze studenten mee aan het werk gaan. De opleiding kent een nauwe koppeling tussen het realiseren van beroepsproducten en het doen van onderzoek en dit heeft gevolgen voor de manier waarop onderwijs in onderzoekend vermogen in het curriculum vorm heeft gekregen. De beginnende HR-professional/student leert in de praktijk hoe hij een bijdrage levert aan het ontwikke-lingsproces van de werknemer binnen een werkomgeving die hiertoe stimuleert en uitdaagt. Hieronder de uitgangspunten van ons onderwijs die uit de onderwijsvisie zijn afgeleid.

1. De student voorbereiden op de hbo-studie

De opleiding vindt het noodzakelijk dat studenten worden voorbereid op de studie. Wij vragen gedu-rende de opleiding dat jonge mensen zich ontwikkelen tot kritische wereldburgers die in staat zijn de regie te voeren over hun leren en leven. Daarmee vragen we veel van jongvolwassen mensen. Wij vin-den het noodzakelijk dat we investeren in leerhouding en studievaardigheden aansluitend bij de leef-wereld en het beginniveau van onze startende studenten, nog vóórdat we starten met beroepsgericht onderwijs. We besteden in het propedeusejaar naast het aanbrengen van o.a. de body of knowledge en skills aandacht aan professionele ontwikkeling.

2. Een krachtige en stimulerende leer- en onderzoeksomgeving De opleiding wil, als onderdeel van het kennisinstituut de Haagse Hogeschool Een omgeving bieden waar studenten worden opgeleid tot onderzoekende professionals, die maatschappelijk betrokken, verantwoordelijk en bovenal innovatief en ondernemend zijn.

3. Het beroepsdomein is leidend bij de onderwijsontwikkeling. We kijken door een “HR-bril”. Wij ontwikkelen onderwijs dat een bijdrage levert aan het leren functioneren als HR-professional. Be-roepsvraagstukken uit de actuele praktijk, geselecteerd in nauwe samenwerking met de beroepsprak-tijk staan centraal. Docenten op de opleiding beschikken over inhoudelijke vakkennis en zijn in staat om leerstof steeds te vertalen naar de waarde voor het vakgebied van HR-professional.

4. Talent laten excelleren Wij bieden talentvolle studenten de mogelijkheid om naast het reguliere programma extra uitdagende onderdelen te volgen. Studenten kunnen ook zelfinitiatief nemen en komen met voorstellen om hun beroepscompetenties te ontwikkelen of te verdiepen. Studenten hebben de keuze om de studie eerder af te ronden of met extra studieprogramma’s te komen tot een verdieping en verbreding. In alle geval-len bieden wij begeleiding op maat.

5. Lerende cultuur In ons curriculum staat leren en ontwikkelen in organisaties centraal. Als opleiding willen wij zelf ook een omgeving zijn waar studenten en docenten samen worden uitgedaagd om samen te blijven leren.

_________________________________________________________________________________________________________________

Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017 FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE

9

6. De student als partner. In het ontwikkelen van onze opleiding als krachtige leeromgeving zijn studenten onze partners. Wij bie-den studenten de mogelijkheid om onderwijs voor studenten (mee) te ontwikkelen en om te participe-ren in het onderwijs aan studenten.

7. Diversiteit optimaal benutten. Steeds meer studenten hebben hun wortels in een andere cultuur en hierbij willen we aansluiten. Deze diversiteit geeft ons de kans om studenten aan en van elkaar te laten leren en te laten kijken en hande-len vanuit meerdere perspectieven. Zo willen we meer maatschappelijke betrokkenheid en nieuwsgie-righeid naar ‘andere werelden’ genereren.

3.2. Opleidingsleerplan (deel 1) WIN in de Faculteit Management en Organisatie De Faculteit Management & Organisatie bestaat uit vijf opleidingen: Bedrijfskunde MER, Communicatie, European Studies, Facility Management en Human Resource Management. Ieder van deze opleidingen is toegewijd aan de strategische doelen Wereldburgerschap, Internationalsering en Netwerkhogeschool (WIN) van de Haagse Hogeschool. Onze opleidingen streven ernaar eigentijds onderwijs te bieden dat docenten en studenten voedt en stimuleert om zich beter bewust te worden van de wereldwijde omstandigheden die het aandachtsgebied van hun studie vormen en sturen, om hen zodanig in staat te stellen echte wereldburgers te zijn. Bovendien streven de opleidingen ernaar om kansen te creëren voor docenten en studenten om in internationalisering te participeren. Deze twee doelen gecombineerd dragen bij aan het bewust maken van eenieder van het belang van net-werken en het sociaal kapitaal dat dit genereert. Wij geloven dat de kwaliteit van onze opleidingen niet alleen wordt versterkt op deze manier, maar dat we de uitdagingen van de toekomst omarmen en onze docenten en studenten in staat te stellen deze voortvarend aan te pakken. The Faculty of Management & Organisation is where tomorrow’s world is today’s playground.

Verantwoording opleiding HRM De opleiding leidt op tot beginnend HRM-professional. Tijdens de studie wordt de student voorbereid op een functie binnen het HRM-domein waarbij het accent ligt op de functie van HRM-adviseur. Naast het vaste programma is er ruimte om eigen keuzes te maken. Zo kan gekozen worden voor de breedte of voor HRM-specialisaties zoals verzuimadviseur, recruiter, arbeidsbemiddelaar, trainer, opleidingsadviseur, orga-nisatieadviseur. De opleiding HRM aan de Haagse Hogeschool geeft na succesvolle afronding het recht op het voeren van de bachelorstitel “Bachelor of Business Administration” (BBA). Vrije keuzeruimte Voltijd: Er zijn in studiejaar 2016-2017 3 studiepunten in de propedeuse en 30 studiepunten in de hoofdfase geprogrammeerd als vrije keuzeruimte. De student kan kiezen uit een breed aanbod aan minoren/keuzeonderwijs of met eigen initiatieven komen om zich te verdiepen of te verbreden in zijn studie. Deeltijd: Er zijn in studiejaar 2016-2017 15 studiepunten in de hoofdfase geprogrammeerd als vrije keuzeruimte. De student kan kiezen uit een breed aanbod aan minoren/keuzeonderwijs of met eigen initiatieven komen om zich te verdiepen of te verbreden in zijn studie.

_________________________________________________________________________________________________________________

Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017 FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE

10

Competenties, body of knowledge en skills Met ingang van studiejaar 2016-2017 start de propedeuse (voltijd en deeltijd) met een nieuw curriculum dat is gebaseerd op het landelijk opleidingsprofiel 2016. Dit profiel bevat de volgende competenties: 1. Werken vanuit een professionele beroepshouding en vanuit persoonlijk leiderschap 2. Beleid ontwikkelen, uitvoeren en evalueren in een organisatorische en maatschappelijke context 3. Initiëren, faciliteren en implementeren van veranderingsprocessen in organisaties en andere samenwer-

kingsverbanden 4. Ontwikkelen van individuen, teams en organisaties 5. Realiseren van de gewenste match tussen vraag en aanbod van arbeid op micro-, meso- en macroniveau 6. Doelgericht HR-data verzamelen en analyseren Het competentieprofiel van de hoofdfase is dit studiejaar nog gebaseerd op het landelijke opleidingsprofiel format 2012+. In beide profielen is de BBA-standaard verwerkt (zie OER art. 2.2) De body of knowledge and skills van de opleiding is gericht op het verwerven van beroepsrelevante kennis op met name de volgende kennis- en vaardigheidsgebieden: • Organisatie- en bedrijfskunde • Arbeids- en organisatiepsychologie • HRM • Economie en filosofie • Onderzoek • Recht Bindend studieadvies en flankerend beleid De norm voor het bindend studieadvies (BSA) bedraagt 50 studiepunten. Bij de voltijdvariant geldt als voorwaarde dat de module taalvaardigheden is behaald (kwalitatief criterium), aangezien HRM een ‘talig’ vakgebied is. Beroepsproducten zoals adviesrapporten en beleidsnota’s komen vaak voor en binnen de opleiding wordt dan ook op taalvaardigheid een beroep gedaan. Het beleid ten aanzien van flankerend onderwijs in de voltijdvariant van de opleiding bestaat uit: • De Meet & Match bijeenkomst voor de start van de opleiding als oriëntatie en voorbereiding op de

studie • Summer courses rekenvaardigheden en taalvaardigheden • Parallel onderwijs bestaande uit rekenvaardigheden en taal- en schriftelijke vaardigheden; helpdesk taal • Studie coaching bij de vier thema’s die centraal staan in de semesters • Voortgangsgesprekken bij het thema professionele ontwikkeling/studieloopbaanbegeleiding • Extra hulp bij voorbereiding op herkansingen • Tutoring.

Bij de deeltijdvariant van de opleiding wordt, ter voorbereiding op het eerste studiejaar, iedere student uitgenodigd voor een intakegesprek. Hierin staat oriëntatie en voorbereiding op de studie centraal, als ook de relevantie van werkervaring, huidige werkomgeving en de keuze voor een deeltijdstudie. Dit intakegesprek vindt plaats met de studieloopbaanbegeleider die gedurende de gehele studieperiode ondersteuning kan bieden in het plannen en organiseren van studie in combinatie met werk- en privéleven.

Onderzoek De opleiding HRM leidt op tot een beroep waar adviseren centraal staat. Voor de kwaliteit van een goed ad-vies is onderzoek op basis van erkende methodologie een essentieel instrument. In ieder thema staat een realistische beroepsopdracht (prestatie) centraal. Onderzoekvaardigheden waarbij gebruik wordt gemaakt van kwalitatieve en kwantitatieve methoden zijn een belangrijk onderdeel van ieder thema. Met de afstu-deeropdracht (methodisch adviseren) bewijst de student dat hij/zij onderzoek beheerst op bachelor niveau.

Internationalisering Internationalisering en wereldburgerschap zijn binnen diverse modulen in het onderwijsprogramma verweven. Ook worden lessen Engels verzorgd in de propedeuse en hoofdfase 1. In hoofdfase 2 bestaat de mogelijkheid om stage te lopen in het buitenland. In hoofdfase 3 staat de module Trends en ontwikkelingen 3 geheel in het teken van internationalisering en wereldburgerschap. Met diverse partners uit het buitenland wordt er gewerkt aan internationale projecten op het gebied van HRM en verdiepen studenten zich in

_________________________________________________________________________________________________________________

Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017 FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE

11

internationaal (arbeid) recht. Daarnaast bestaat er in hoofdfase 3 de mogelijkheid om gedurende het eerste semester te studeren in het buitenland. Beroepsgerichtheid

De opleiding HRM heeft het onderwijs vormgegeven met een focus op vier thema’s: • Organisatieontwikkeling • Talentontwikkeling • Professionele ontwikkeling en • Vitaliteit.

De thema’s zijn ontwikkeld in co-creatie met het werkveld. In ieder thema staat een realistische beroepsop-dracht (prestatie) centraal uit het werkveld. Bij de voltijdvariant loopt de student In hoofdfase stage in de praktijk en voert hij een afstudeeropdracht bij een organisatie uit, waarbij de student via onderzoek tot een gedegen advies komt over een vraagstuk uit de praktijk.

Bij de deeltijdvariant van de opleiding wordt naast de hier voorgenoemde vier HRM-thema’s ook onderwijs aangeboden in samenwerking met andere deeltijdopleidingen binnen de faculteit Management & Organisa-tie. Hiervoor is gekozen, omdat ook in de praktijk je eigen werk en succes afhankelijk is van hoe je met ande-ren samenwerkt en is er in toenemende mate contact en overleg tussen de beroepsomgevingen. Samen met de studenten van de deeltijdopleidingen Facility Management en Communicatie volg je een gedeelte van de lessen. Per half jaar is er een project waarin multidisciplinair wordt gewerkt aan de hand van concrete op-drachten en voer je onderzoek uit in de (eigen)praktijk. In hoofdfase is ook ruimte voor werkplekleren en keu-zeonderwijs in de vorm van een minor. Het laatste studiejaar staat, net als bij de voltijdvariant, in het teken van de afstudeeropdracht. Verder worden binnen het onderwijsprogramma met regelmaat sprekers uit de praktijk en de beroepsvereni-ging NVP uitgenodigd om gastlessen te verzorgen en deel te nemen aan assessments.

Studieloopbaanbegeleiding (SLB) Elke docent van de opleiding is gericht op de ontwikkeling van de student bij diens studieloopbaan en stimu-leert de student om het optimale uit zichzelf te halen. Daarnaast krijgt elke student een docent als studie-loopbaanbegeleider toegewezen. Deze treedt op als eerste aanspreekpunt voor alle zaken die te maken heb-ben met de studie. Voor studenten met een functiebeperking of studenten die extra ondersteuning nodig hebben, zijn apart docenten aangesteld. Ook voor studenten die studievertraging hebben opgelopen, zijn apart docenten aangesteld. Bij de voltijdvariant maakt vanaf 2016-2017 maakt studieloopbaanbegeleiding deel uit van het thema Profes-sionele ontwikkeling. De nadruk ligt hier op het leren kennen van persoonlijke kwaliteiten en de wijze waarop de student deze in de opleiding het beste kan gebruiken en verbeteren.

Toetsing Ieder thema wordt getoetst met het leveren van een beroepsproduct naar aanleiding van een vraag uit de praktijk (prestatie), het maken van een kennistoets en deelname aan een individueel assessment, waarbij vaardigheden die een student heeft verworven, centraal staan. In de hoofdfase staan ook genoemde toetsen centraal, er wordt dan een diepgaander niveau van de student verwacht. Bij het afstuderen wordt getoetst door een combinatie van een adviesrapport en een assessment. Werkvormen De opleiding start in 2016-2017 met een nieuw onderwijsprogramma dat zich kenmerkt door onderstaande werkvormen: • In het onderwijs ligt de focus op vier HR-thema’s, te weten: talentontwikkeling, organisatieontwikkeling,

vitaliteit en professionele ontwikkeling; • In ieder thema staat een prestatie (uit de praktijk centraal) waaraan studenten in kleine groepjes werken

onder begeleiding van docenten; • Studenten werken in een zogenaamd leerlandschap, wat staat voor een rijke leeromgeving waarin de

student een keuze kan maken uit een variëteit aan werkvormen. Het leerlandschap is ook een fysieke _________________________________________________________________________________________________________________

Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017 FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE

12

ruimte waarin plaats is voor (groepjes) studenten om te werken, docenten aanwezig zijn en waar onder andere workshops, trainingen en rondetafelgesprekken worden aangeboden en kennisdeling tussen stu-denten plaatsvindt;

• Om kennis te verwerven wordt gebruik gemaakt van literatuur, workshops, colleges, kennisclips en on-line leeromgevingen, zoals een E-book;

• Om vaardigheden te oefenen worden trainingen en rondetafelgesprekken ingezet; • Individuele coachgesprekken en supervisie worden ingezet bij de individuele ontwikkeling van studenten. Naast de bovengenoemde vier HR-thema’s en daaraan gekoppelde werkvormen, wordt er bij de deeltijdop-leiding ook ieder half jaar gewerkt aan een multidisciplinair. Deze projecten worden opgezet rondom een thema. We onderscheiden Onderzoeksvaardigheden, Projectmanagement, Beroepsethiek, International Ex-perience en Onderzoek & Advies. In deze onderdelen verken je de grenzen van je eigen professie in samen-werking met anderen. Hiermee ontwikkel je al tijdens de opleiding een breder blikveld op de relatie tussen jouw beroepspraktijk en de beroepspraktijk van andere professionals. ICT in het onderwijs Binnen de opleiding HRM wordt gebruik gemaakt van Blackboard, als online leeromgeving, waarin ook (en-kele) onderwijseenheden zijn opgebouwd volgens de principes van blended learning/the flipped classroom. Daarnaast wordt gebruik gemaakt van digitale leermiddelen, zoals edubooks en tools voor online quizzen in het kader van formatieve toetsing. Het beschikken over beroepsrelevante digitale vaardigheden wordt bevor-derd door te oefenen met E- HRM, computervaardigheden zoals PowerPoint en Excel. Daarnaast wordt on-line samenwerken, juist ook in een internationale context, bevorderd en gestimuleerd. Taalbeleid In de propedeuse van de voltijdvariant wordt de taalvaardigheid van studenten getoetst op 2F-niveau. Aan het begin van het studiejaar wordt een schriftelijke toets taalvaardigheid afgenomen. Studenten die beneden 2F-niveau scoren, volgen lessen taalvaardigheid in de vorm van flankerend onderwijs. De student kan alleen door naar de hoofdfase als de taaltoets is gehaald. Deze eis wordt gesteld omdat HRM een “talig” vakgebied is. Aan het einde van de opleiding moeten studenten beschikken over schrijfvaardigheid op C1-niveau. Gedu-rende de hoofdfase is er een helpdesk taal, waar studenten ondersteuning kunnen krijgen.

3.3. Opbouw van de voltijd en deeltijdstudie HRM

Met ingang van studiejaar 2016-2017 start de propedeuse (voltijd en deeltijd) met een nieuw curriculum gebaseerd op het landelijk opleidingsprofiel 2016. Het nieuwe curriculum wordt stapsgewijs per jaar geïm-plementeerd. De hoofdfase is in 2016-2017 daarom nog gebaseerd op het “oude” programma. In de loop van 2016-2017 wordt de hoofdfase verder ontwikkeld en bekend gemaakt. HRM Voltijd De voltijdopleiding HRM bestaat uit een propedeuse (1 jaar) en een hoofdfase (3 jaar). De opleiding bestaat uit de 'major' en de 'minor'. De major zijn de (verplichte) onderdelen die bij de opleiding horen. De minor zijn onderdelen die je zelf kunt kiezen binnen de eigen opleiding en bij andere opleidingen van De Haagse Hogeschool of bij andere hogescholen.

Programma propedeuse Voltijd (2016-2017)

Semester 1 (blok 1 en blok 2) Semester 2 (blok 3 en blok 4) Thema organisatieontwikkeling

Thema vitaliteit (duurzame inzetbaarheid)

Thema professionele ontwikkeling

Thema talentontwikkeling

Thema professionele ontwikkeling

Parallelonderwijs: Engels Rekenvaardigheden Taalvaardigheden

Parallelonderwijs: Engels Taalvaardigheden

keuzeonderwijs keuzeonderwijs _________________________________________________________________________________________________________________

Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017 FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE

13

Programma hoofdfase Voltijd (2016-2017)

Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4

Jaar 2

Major Minor Major Major

Jaar 3

Stage Stage Stage Stage

Jaar 4

Minor Major (Internationaal blok)

Afstudeeropdracht/ Methodisch Adviseren

Afstudeeropdracht/ Methodisch Adviseren

Jaar 1 De opleiding Human Resource Management start in studiejaar 2016 – 2017 met een nieuw eigentijds pro-gramma rondom 4 thema’s: organisatieontwikkeling, professionele ontwikkeling, vitaliteit en talentontwik-keling. Binnen die thema’s ga je met praktijkopdrachten aan de slag, doe je basiskennis op en werk je aan je persoonlijke competenties. Ieder thema sluit je af met een (groeps)prestatie, een kennistoets en een as-sessment. Jaar 2 In het tweede jaar van de bachelor HRM verdiep je je verder in de vakken uit de propedeuse en pas je de theorie uit de propedeuse toe. Tijdens de werkcolleges leer je hoe je vraagstukken op het HR-werkterrein aanpakt. Verder volg je onder meer een minor en ga je praktijkonderzoek doen.

Jaar 3 Tijdens het derde jaar loop je tien maanden stage. Je zorgt zelf voor een stageplaats. Uiteraard kunnen wij je daarbij adviseren en ondersteunen. In de stage duik je in de dagelijkse praktijk, bijvoorbeeld op de HR-afdeling van een bedrijf of instelling. Gedurende de stage krijg je in kleine groepjes begeleiding van een su-pervisor (stagebegeleider). De stagehandleiding is voor het studiejaar 2016-2017 opnieuw ontwikkeld. Om aan te sluiten bij de nieuwe ontwikkelingen is deze al gebaseerd op het landelijke opleidingsprofiel 2016. Deze matcht met de compe-tenties van het profiel van 2012 +. Jaar 4 In het eerste blok van het laatste jaar van de voltijdopleiding volg je een minor. Het tweede blok is een in-ternationaal blok. Het laatste half jaar, blok 3 en 4, werk je aan een afstudeeropdracht. Hiervoor werf je een externe adviesopdracht en geef je gefundeerd advies aan het management van een organisatie. Zo laat je zien dat je klaar bent voor de arbeidsmarkt. HRM-deeltijd De deeltijdopleiding bestaat uit een propedeuse (1 jaar) en een hoofdfase (3 jaar). Elk jaar is onderverdeeld in 4 blokken van 10 weken. De opleiding bestaat uit de 'major' en de 'minor'. De major zijn de (verplichte) vakken die bij de opleiding Human Resource Management horen. De minor zijn vakken die je zelf kunt kie-zen binnen de eigen opleiding, bij andere opleidingen van De Haagse Hogeschool of bij andere hogescholen.

_________________________________________________________________________________________________________________

Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017 FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE

14

Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4

Jaar 1

Major Major Major Major

Jaar 2

Major Major Major Major

Jaar 3

Minor Minor Major Major

Jaar 4

Major Major Afstuderen Afstuderen

Jaar 1 De opleiding start in studiejaar 2016 – 2017 met een nieuw eigentijds programma rondom 4 thema’s: orga-nisatieontwikkeling, professionele ontwikkeling, vitaliteit en talentontwikkeling. Binnen die thema’s ga je met praktijkopdrachten aan de slag, doe je basiskennis op en werk je aan je persoonlijke competenties. Ie-der thema sluit je af met een (groeps)prestatie, een kennis toets en een assessment. Deze thema’s worden in de middaguren aangeboden. In de avonduren staat per half jaar een multidisciplinair project centraal. In jaar 1 gericht op Onderzoeksvaardigheden en Projectmanagement. Daarnaast volg je ieder blok een losse onderwijsmodule: Organisatiekunde, Nederlands, Interne Communicatie of Engels. Een deel van deze mo-dules wordt ook online aangeboden. Tot slot maakt ook de training Samenwerken in teams onderdeel uit van het propedeuseprogramma. Jaar 2 Vanaf dit jaar start de hoofdfase. In het 2e studiejaar zijn onder andere de modules Bedrijfseconomie, Ont-slagrecht, Recruitment, Opleidingskunde HRM-beleid en Professionele tweegesprekken opgenomen. In sa-menwerking met studenten van de opleiding Communicatie en Facilitymanagement participeer je in een tweetal multidisciplinaire projecten die betrekking hebben op Beroepsethiek en de International Expe-rience. Een tweedaags bezoek aan het buitenland maakt hiervan onderdeel uit. Ben je in 2015-2016 of eerder met de opleiding HRM gestart, dan kun je het 2e jaar van de bachelor Human Resource Management afronden als je minimaal een administratieve functie hebt (betaald of onbetaald) van 20 uur per week binnen het HRM-vakgebied. Vanaf het 2e jaar werk je in een organisatie waar meer dan 25 medewerkers in dienst zijn. Binnen de opleiding is dit aangeduid als functieniveau B. De examen-commissie stelt het niveau van je functie vast op basis van een door de medewerker ondertekende verkla-ring. Uit die verklaring blijkt welke werkzaamheden je verricht. Daarnaast schrijf je elk studiejaar van de hoofdfase een praktijkverslag waarin je aangeeft wat de relatie is tussen je opgedane werkervaring, functie en de opleiding. Jaar 3 In het 3e studiejaar zijn onder andere de modules Internationaal HRM, Arbeidsvoorwaarden, Adviesvaardig-heden en Kwaliteitsmanagement opgenomen. Ook volg je dit studiejaar een minor naar keuze. Ben je in 2015-2016 of eerder met de opleiding HRM gestart, dan kun je het 3e studiejaar afronden je mini-maal 16 uur per week (betaald of onbetaald) in een niet-administratieve functie op HRM-gebied werkt bin-nen een organisatie waar meer dan 25 medewerkers in dienst zijn. Binnen de opleiding is dit aangeduid als functieniveau A. De examencommissie stelt het niveau van je functie vast op grond van een door de werk-gever ondertekende verklaring. Uit die verklaring blijkt welke werkzaamheden je verricht. Daarnaast schrijf je elk studiejaar van de hoofdfase een praktijkverslag waarin je aangeeft wat de relatie is tussen je opge-dane werkervaring, functie en de opleiding. Jaar 4 In het 4e studiejaar kun je werken aan individuele action learning-opdrachten en de afstudeeropdracht. Ben je in 2015-2016 of eerder met de opleiding HRM gestart, dan kun je het 4e studiejaar van de opleiding afronden als je minimaal 16 uur per week een (betaalde of onbetaalde) niet-administratieve functie hebt op

_________________________________________________________________________________________________________________

Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017 FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE

15

HRM-gebied binnen een organisatie waar meer dan 25 medewerkers in dienst zijn. Binnen de opleiding is dit aangeduid als functieniveau A. Je moet vanaf het 2e studiejaar werkzaam zijn in een organisatie met meer dan 25 medewerkers. De examencommissie stelt het niveau van je functie vast op grond van een door de werkgever onderte-kende verklaring. Uit die verklaring blijkt welke werkzaamheden je verricht. Daarnaast schrijf je elk studie-jaar van de hoofdfase een praktijkverslag waarin je aangeeft wat de relatie is tussen je opgedane werkerva-ring, functie en de opleiding.

Werkervaringseisen deeltijd op een rij Voor studenten die in 2015-2016 of eerder zijn gestart met de opleiding HRM in deeltijd gelden de volgende werkervaringseisen

Studieduur Gemiddeld 4 jaar

Werkervaring en functie-eisen

Hoofdfase 1

Functieniveau B

Minimaal 4,5 maand aaneenge-sloten een administratieve HR-functie, voor minstens 20 uur per week, in organisatie met minimaal 25 medewerkers.

Praktijkverslag 1, Deeltoets 1

Hoofdfase 2

Functieniveau A

Minimaal 4,5 maand aaneenge-sloten een niet-administratieve HR-functie, voor minstens 16 uur per week, in organisatie met minimaal 25 medewerkers

Praktijkverslag 1, Deeltoets 2

Hoofdfase 3

Func-tieni-veau A

Minimaal 4,5 maand aaneenge-sloten een niet-administratieve HR-functie, voor minstens 16 uur per week in organisatie met minimaal 25 medewerkers

Praktijkverslag 2

De examencommissie stelt het niveau van je functie vast op grond van een door de werkgever ondertekende verklaring. Uit die verklaring blijkt welke werkzaamheden je verricht. Daarnaast schrijf je elk studiejaar van de hoofdfase een praktijkverslag waarin je aangeeft wat de relatie is tussen je opgedane werkervaring, functie en de opleiding. Voor studenten die in 2016 – 2017 instromen in de HRM –deeltijdopleiding gelden aangepaste eisen Studieduur Gemiddeld 4 jaar Instroomeis propedeuse

Voor deze opleiding geldt een instroomeis van 2 jaar recente werkervaring (betaald of onbetaald) in een omvang van minimaal 24 uur per week, bij of voor (een) organisa-tie(s) met tenminste 10 fte aan personeel. In de hoofdfase zijn diverse onderwijseenheden opgenomen, waarbij het beschikken over een relevante werkomgeving ten zeerste wordt aanbevolen.

Studielast 6 uur per week les, daarnaast studeer je ongeveer 20 uur per week zelfstandig. Lestijden Propedeuse en hoofdfase 1: maandag, colleges van 14.45 uur tot 21.45 uur. Inciden-

teel wordt op maandag vanaf 13.00 uur beschikbaarheid voor onderwijsactiviteiten verwacht. Een aantal keer zal ook op dinsdag aanwezigheid gevraagd worden in het kader van een tweedaagse bijeenkomst. Ook in hoofdfase 2 en 3 blijft maandag de lesdag voor studenten die in 2015-2016 of later met de opleiding starten. Hoofdfase: donderdag van 8.45 uur tot 17.00 uur, start in september. Donderdag als lesdag geldt alleen voor studenten die in 2014-2015 of eerder zijn gestart met de op-leiding.

_________________________________________________________________________________________________________________

Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017 FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE

16

3.4. Opleidingsleerplan deel 2 voltijd

Opleiding: Human Resources Management Variant: Voltijd

Propedeuse Blokken Semester 1 = blok 1/2 Semester 2 = blok 3/4

Competenties Gebaseerd op

opleidingsprofiel 2016

Elementen Werkvorm (*aanwezig- heidsplicht)

Contacturen

Zelf-studie-

uren

Studiepunten

Toetsvorm Deel toetsen

Wegingsfactor

Toetsmoment in semester Semester 1

Kans Herkansing

Onderwijseenheid

1 2 3 4 I B O S

Organisatieontwikkeling HRVT-ORG-P-16

X X 2,3 X Werkcollege Consultatie

Projectgroep Training

E- learning

180 184 5 Prestatie

Cijfer

Semester 1 Week 12-16 (3) Week 17- 20

Organisatieontwikkeling HRVT-ORG-K-16

5 Kennistoets (1)

Cijfer

Semester 1 Week 14 Week 18

Organisatieontwikkeling HRVT-ORG-A-16

3 Assessment V/O Semester 1 Week 12-16 Week 17- 20

Professionele ontwikkeling HRVT-PROF-P-16

X X X X 1, 2 X X X X Werkcollege Consultatie

Projectgroep Training

E- learning

150 214 5 Prestatie Cijfer

Semester 2 Week 12-16 Week 17- 20

Professionele ontwikkeling HRVT-PROF-K-16

3 Kennistoets (1)

Cijfer

Semester 1 Week 14 Week 18

Professionele ontwikkeling HRVT-PROF-A-16

5 Assessment

Cijfer

Semester 1 Week 12-16 Semester 1 week 17- 20 Talentontwikkeling

HRVT-TAL-P-16

X X 4,5 X X X Werkcollege Consultatie

Projectgroep Training

E- learning

180 184 5 Prestatie

Cijfer

Semester 2 Week 12-16 Week 17- 20

Talentontwikkeling HRVT-TAL-K-16

5 Kennistoets (1)

Cijfer

Semester 2 Week 14 week 18

Talentontwikkeling HRVT-TAL-A-16

3 Assessment

V/O

Semester 2 Week 12-16 Week 17- 20

Vitaliteit HRVT-VIT-P-16

X X 5,6 X X X Werkcollege Consultatie

Projectgroep

180 184 5 Prestatie Cijfer

Semester 2 Week 12-16 Week 17- 20

17

(1)De opleiding HRM werkt met cumulatieve toetsing in de propedeuse. Periodiek (in periode week 5 – week 14) is er een toetsmoment met kennisvragen. Raadpleeg voor de exacte planning het rooster. De opbouw is als volgt:

• Moment 1: 20 % van het aantal punten • Moment 2: 30 % van het aantal punten • Moment 3: 50% van het aantal punten • Na moment 3 (week 14) wordt het eindcijfer bepaald op basis van 100% van het aantal punten. • Herkansing: In Week 18: de herkansing is 1 toets moment met 100 % van het aantal punten

(2)kwalitatieve eis (3) in de periode tussen week 12 en 16, raadpleeg voor de excacte planning blackboard

Vitaliteit HRVT-VIT-K-16

Training E- learning

5 Kennistoets (1)

Cijfer

Semester 2 Week 14 week 18

Vitaliteit HRVT-VIT-A-16

3 Assessment

Cijfer

Semester 2 Week 12-16 Week 17- 20

Keuzeonderwijs (zie minoren en keuzeonderwijs)

X X X X consultatie 84 3 toets Cijfer Semester 2 Week 16 Week 20

Parallelonderwijs Engels HRVT-ENG-16

X X X werkcollege 12 72 3 toets V/O Semester 2 week 10 semester 2 week 20

Parallelonderwijs rekenvaardigheden HRVT-REK-16

X X Werkcollege 12 16 1 toets Cijfer Week 34 2016 Semester 1 week 10 week 20

Parallelonderwijs taalvaardigheden(2) (Kwalitatieve eis) HRVT-TAAL-16

X X Werkcollege 12 16 1 toets Cijfer Week 34 2016 Semester 1 week 20 Semester 2 week 20

18

Opleiding: Human Resources Management Variant: Voltijd

Hoofdfase 1 (jaar 2) Blokken Competenties Gebaseerd op

LOOHRM profiel 2012+

Elementen Werkvorm (*aanwezig- heidsplicht)

Contacturen

Zelfstudie-uren

Studiepunten

Toetsvorm Deeltoetsen wegingsfactor

Toetsmoment in blok (1) Onderwijseenheid 1 2 3 4 I B O S

Beroepsethiek HRVT-BRETH-13

X 9, 10 Werkcollege

24 60 3 Portfolio Werkstuk

50% 50%

Week 10 Week 10

HRM-Instroom HRVT-HRMIS-15

X 1-5 X X Werkcollege Weblectures Consultatie

58 136 7 Participatie Werkstuk

Assessment

V/O 100% V/O

Week 10 Week 10

Onderzoek 3 (2) HRVT-ONDZ3-16

X 9,10 X Werkcollege

18 66 3 Rapport assessment

Cijfer V/O

Week 10

Oriëntatie op studie en beroep HRVT-OSTBR2-15

X X X X 10 X Werkcollege Consultatie

Trainingskamp Ardennen*

2 0 2 Portfolio V/O Week 8 blok 4

Minorruimte X - - - - 15 - - -

Adviesvaardigheden HRVT-ADVV-14

X 2, 5, 10 X Training* 24 60 3 Tentamen Assessment

50% 50%

Week 9 Week 8

Engels 2 HRVT-ENG2-16

X C X werkcollege 14 42 2 toets

V/O Week 10

HRM-Doorstroom HRVT-HRMDS-15

X 1-5 X Werkcollege Training*

38 102 5 Tentamen Werkstuk

Assessment

40% 40% 20%

Week 9 Week 10 Week 8

Onderzoek & Advies (2) HRVT-ONDAV-16

X 2,5,9, 10 X X Practicum Consultatie

18 66 3 Rapport assessment

Cijfer V/O

Week 10

Trends & Ontwikkelingen 2 HRVT-TROW2-14

X 2, 7, 9, 10 X X Werkcollege

18 66 3 Presentatie Werkstuk

33% 67%

Week 8 Week 10

Bedrijfseconomie HRVT-PERFI-13

X A Werkcollege

14 70 3 Tentamen Cijfer Week 10

19

(1) de herkansing van de toetsen zijn in week 10 van het volgende blok, de herkansingen van blok 4 zijn in week 35. kleine wijzigingen voorbehouden; raadpleeg het rooster voor de exacte planning (2) voorwaarde voor deelname aan de module onderzoek en advies is een voldoende voor de module onderzoek 3

(1) Onderwijseenheid met als ingangseis het behaald hebben van de propedeuse alsmede minimaal 40 studiepunten uit hoofdfase 1 (2) Ingangseis voor deelname aan strategische HRM en kwaliteitsmanagement is deelname aan stage 1

HRM-Uitstroom HRVT-HRMUS-16

X 2, 3, 7, 10 X Werkcollege Training*

36 104 5 Tentamen Werkstuk

Assessment Toets PRIS

100% V/O V/O

Voldaan

Week 9 Week 10 Week 8

Ontslagrecht PAVT-ARBR2-10

X A Werkcollege 20 64 3 Tentamen Cijfer Week 10

Organisatiediagnose HRVT-ORGDG-13

X 1-3, 5, 7 Werkcollege 20 64 3 Tentamen Cijfer Week 9

Opleiding: Human Resources Management Variant: Voltijd

Hoofdfase 2 (jaar 3) blokken Competenties Elementen Werkvorm (*aanwezig- heidsplicht)

Contacturen

Zelfstudie-uren

Studiepunten

Toetsvorm Deeltoetsen wegingsfactor

Toetsmoment in blok Onderwijseenheid

1 2 3 4 I B O S

Stage deel 1 (1) HRVT-STAGE1-14

X X 1-4, 10 X X Stage* Supervisie*

(640) 18

108 27 Stage deel 1 Supervisie

deel 1 Tussentijds

verslag

V/O

V/O

V/O

Blok 2/Week 10

Stage deel 2 HRVT-STAGE2-14

X X 1-7, 10 X X Stage* Supervisie*

(640) 18

108 27 Stage deel 2 Supervisie

deel 2 Eindverslag

33%

33%

34%

Blok 4/Week 10

Strategische HRM/HR analytics HRVT-HRAN-16 (2)

X X 7-10 X X Werkcollege Consultatie

12 72 3 Werkstuk Cijfer Blok 3/Week 10 Herkansing

blok 4 week 5

Kwaliteitsmanagement (2) HRVT-KWMAN-13

X X 5, 9 X X Werkcollege Consultatie

12 72 3 Werkstuk Cijfer Blok 2/Week 10 Herkansing

blok 3 week 5

20

(1)Onderwijseenheid met als ingangseis het met voldoende hebben afgrond van de onderwijseenheden Stage deel 1 en deel 2 en alle studieonderdelen uit hoofdfase 1 (jaar 2). Studenten die alleen onderzoek en advies niet behaald hebben kunnen bij de examencommissie een verzoek in dienen, vergezeld van een positief advies van hun SLB docent, om de eerste poging in plaats van week 10 van blok 3 in week 10 van blok 2 in te mogen leveren (2)De herkansing van de toetsen zijn in week 10 van het volgende blok, kleine wijzigingen voorbehouden. Raadpleeg het rooster voor de exacte planning

Opleiding: Human Resources Management Variant: Voltijd

Hoofdfase 3 (jaar 4) blokken Competenties Elementen Werkvorm (*aanwezig- heidsplicht)

Contacturen

Zelfstudie-uren

Studiepunten

Toetsvorm Deeltoetsen

wegingsfactor

Toetsmoment in blok (2) Onderwijseenheid

1 2 3 4 I B O S

Minorruimte

X - -

- - 15 - - -

Trends en ontwikkelingen 3 HRVT-TROW3-15

X 2,7,9, 10 X X X Hoorcollege Werkcollege

Project

148 272 15 Assessment Tentamen Werkstuk

Essay

V/O 33% 33% 34%

Week 9 Week 9

Week 10 Week 10

Oriëntatie op studie en beroep HRVT-OSTBR3-15

10 X Consultatie werkcollege

1 portfolio

-

Blok 4 week 3

Methodisch Adviseren (1) (Afstudeeropdracht) HRVT-MTADV-16

X X 1-10 X X X Consultatie Workshops

20 416 26 Onderzoeksvoorstel

Onderzoeks-/adviesrapport Adviesgesprek

V/O

75% 25%

Zie handleiding MAD

Training HR-Professionals HRVT-TRHRP-13

X 9, 10 X X X Practicum* 24 60 3 Werkstuk Assessment

100% V/O

Week 5 Week 10

21

deeltijd (MO-code betreft de gezamenlijke deeltijdopleidingen Communicatie, Facility Management en Human Resources Management)

Opleiding HRM/ Faculteit Management & Organisatie Deeltijd

PROPEDEUSE Blokken Competenties (Gebaseerd op

opleidingsprofiel 2016)

Elementen Werkvorm (*aanwezig- heidsplicht)

Contacturen

Zelfstudie-uren

Studiepunten

Toetsvorm Deeltoetsen wegingsfactor

Toetsmoment in blok (1) Onderwijseenheid 1 2 3 4 I B O S

Thema Organisatieontwikke-ling HRDT-ORG-P-16

X 2,3 X X Werkcollege Consultatie

Projectgroep Training

E-learning

24 228 6 Prestatie Cijfer Week 10

Thema Organisatieontwikkeling HRDT-ORG-A-16

3 Assessment V/O Week 9

Organisatiekunde MO-ORGKU-16

X 2,3 X Werkcollege E-learning

12 72 3 Tentamen Cijfer Week 10

M&O Project 1: Onderzoek MO-PRJ01-16

X X 6 X Werkcollege 24 116 5 Werkstuk 1 Werkstuk 2

50% 50%

Week 10, blok 1 Week 10, blok 2

Nederlands MO-NEDLS-15

X 1 X Werkcollege 12 72 3 Werkstuk Cijfer Week 10

Thema Professionele ontwikkeling HRDT-PROF-K-16

X 1,2 X

X X X Werkcollege Consultatie

Projectgroep Training

24 228 3 Tentamen

Cijfer Week 7

Thema Professionele ontwikkeling HRDT-PROF-A-16

X 3 Assessment Cijfer Week 9

Thema Professionele ontwikkeling HRDT-PROF-P-16

X 3 Prestatie Cijfer Week 10

22

(1)de herkansing van de toetsen zijn in week 9 van het volgende blok de herkansingen van blok 3 zijn in week kalenderweek 26 de herkansingen van blok 4 zijn in week kalenderweek 27

Samenwerking in teams 1 MO-SWT01-16

X 1 X X (Externe) Training*

16 12 1 Actieve participatie Reflectie-

verslag

V/O Week 5

Thema Vitaliteit HRDT-VIT-K-16

X 5,6 X X X Werkcollege Consultatie

Projectgroep Training

E-learning

24 228 3 Tentamen Cijfer Week 7

Thema Vitaliteit HRDT-VIT-A-16

X 3 Assessment Cijfer Week 9

Thema Vitaliteit HRDT-VIT-P-16

X 3 Prestatie Cijfer Week 10

Interne Communicatie MO-INCOM-15

X 2 X Werkcollege 12 72 3 Tentamen Cijfer Week 10

Samenwerking in teams 2 MO-SWT02-16

X 1 X X Training* 8 20 1 Werkstuk Cijfer Week 5

M&O Project 2: Projectmanagement MO-PRJ02-16

X X 3 X Werkcollege Training

24 116 5 Werkstuk Assessment

60% 40%

Week 9, blok 4 Week 9, blok 4

Thema Talentontwikkeling HRDT-TAL-K-16

X 4,5 X X X Werkcollege Consultatie

Projectgroep Training

24 228 3 Tentamen

Cijfer Week 7

Thema Talentontwikkeling HRDT-TAL-A-16

X 3 Assessment V/O Week 9

Thema Talentontwikkeling HRDT-TAL-P-16

X 3 Prestatie Cijfer Week 10

Engels 1 MO-E1-16

X 1 X Werkcollege 12 72 3 Tentamen V/O Week 9

Studieloopbaanbegeleiding X X X X 10 X Consultatie 3 0 0 - -

23

(1) de herkansing van de toetsen zijn in week 9 van het volgende blok de herkansingen van blok 3 zijn in week kalenderweek 26 / de herkansingen van blok 4 zijn in week kalenderweek 27

Opleiding HRM/ Faculteit Management & Organisatie Deeltijd

HOOFDFASE 1 Blokken Competenties (Gebaseerd op

opleidingsprofiel 2015)

Elementen Werkvorm (*aanwezig- heidsplicht)

Contacturen

Zelfstudie-uren

Studiepunten

Toetsvorm Deeltoetsen wegingsfactor

Toetsmoment in blok (1) Onderwijseenheid

1 2 3 4 I B O S

Recruitment HRDT-RECRU-13

X 1-5 X Werkcolleges Weblectures

12 72 3 Werkstuk Cijfer Week 10

Bedrijfseconomie 2 PADT-BDEC2-11

X A,6 X Werkcollege 12 72 3 Tentamen Cijfer Week 10

Strategisch Management MO-STRMN-16

X 2,7 X Werkcollege 12 72 3 Tentamen Cijfer Week 10

Managementvaardigheden 1 MO-MNVD1-16

X C X X Training* 8 20 1 Assessment V/O Week 10

M&O Project 3: Beroepsethiek MO-PRJ03-16

X X D,9,10 X Werkcollege 24 116 5 Portfolio 1 Portfolio 2

50% 50%

Week 10, blok 1 Week 10, blok 2

Toegepaste Organisatietheorie HRDT-TORGT-16

X 2, 7 X X Werkcollege Consultatie

12 72 3 Tentamen Cijfer Week 10

Professionele 2-gesprekken PADT-PRTWG-10

X C X Training* 3 Assessment Cijfer Week 10

Kwaliteitsmanagement MO-KWAMN-16

X 5,9 X X Werkcollege 12 72 3 Werkstuk Cijfer Week 10

M&O Project 4 : International Experience MO-PRJ04-16

X X 2,7,9,10 X Werkcollege Studiereis*

21 119 5 Werkstuk Presentatie

Reflectie

70% 20% 10%

Week 10, blok 4 Week 10, blok 4 Week 10, blok 4

HRM-beleid PADT-POBEL-10

X 7,8 X X Werkcollege 12 100 3 Werkstuk Cijfer Week 10

Loopbaanmanagement PADT-LBMAN-10

X 4,5 X Werkcollege 12 72 3 Tentamen Cijfer Week 10

Ondernemerschap MO-ONSCH-16

X C,2 X Werkcollege 12 72 3 Werkstuk Cijfer Week 10

Managementvaardigheden 2 MO-MNVD2-16

X C X X Training* 8 20 1 Assessment V/O Week 10

Opleidingskunde PADT-OPLKU-10

X 4,5 X Werkcollege 12 72 3 Werkstuk Cijfer Week 10

Ontslagrecht PADT-ARBR2-10

X 1-3 X Werkcollege 12 72 3 Tentamen Cijfer Week 10

Engels 2 MO-E2-16

X 10 X Werkcollege 12 72 3 Tentamen V/O Week 10

Werkplekleren 1 MO-WPL1-16

X X X X 9,10 X X Zelfstandig werken

2 334 12 Werkstuk

Cijfer Week 10, blok naar keuze

Studieloopbaanbegeleiding X X X X 10 X Consultatie 2 0 0 - Cijfer -

24

(1)de herkansing van de toetsen zijn in week 9 van het volgende blok de herkansingen van blok 3 zijn in week kalenderweek 26 / de herkansingen van blok 4 zijn in week kalenderweek 27 *

Opleiding: Human Resources Management Deeltijd

HOOFDFASE 2 Blokken Competenties Elementen Werkvorm (*aanwezig- heidsplicht)

Contacturen

Zelf-studie-

uren

Studiepunten

Toetsvorm Deeltoetsen Wegings-

factor

Toetsmoment in blok (1) Onderwijseenheid

1 2 3 4 I B O S

HR Analytics HRDT-HRAN-15

X 7,8 X X Werkcollege 12 72 3 Werkstuk Cijfer Week 10

HRM Uitstroom HRDT-HRMUS-15

X 2,3,7,10 X Werkcollege

16 96 4 Werkstuk Tentamen

Voldoende 100%

Week 10 Week 9

MINORRUIMTE X X 15

Onderzoek/ MAD Training HRDT-OZMAD-15

X 4-8 X Werkcollege

12 100 4 Werkstuk

Cijfer Week 10

Adviesvaardigheden 2 PADT-ADVV2-10

X 5, 8, 10 X Training* 12 100 4 Assessment Cijfer Week 10

Conflicthantering PADT-CONFH-10

X 8, 10 Training* 12 72 3 Werkstuk Cijfer Week 10

Begeleide Intervisie PADT-BGINT-10

X 10 X X Intervisie* 12 72 3 Werkstuk

Cijfer Week 10

Kwaliteitsmanagement HRDT-KWALZ-13

X 5, 9 X X Werkcollege 12 72 3 Werkstuk Cijfer Week 10

Internationaal HRM PADT-INHRM-10

X 2,7, 9, 10 X X Werkcollege 12 72 3 Werkstuk Cijfer Week 10

Projectmanagement PADT-PRJMN-10

X 7,8 X Werkcollege 12 72 3 Werkstuk Cijfer Week 10

Arbeidsvoorwaarden HRDT-ARBVW-14

X 2 X Werkcollege 12 72 3 Tentamen Cijfer Week 9

Praktijkverslag 1b Hoofdfase HRDT-RF1bHF-16

X X X X 9, 10 X X Consultatie 2 334 12 Werkstuk Cijfer Week 10 (elk blok)

Studieloopbaanbegeleiding X X X X 10 X Consultatie 2 0 0 - - -

25

(1)de herkansing van de toetsen zijn in week 9 van het volgende blok de herkansingen van blok 3 zijn in week kalenderweek 26 / de herkansingen van blok 4 zijn in week kalenderweek 27 (2)onderwijseenheid met als ingangseis het behaald hebben van de propedeuse alsmede minimaal 113 studiepunten uit de hoofdfase.

Opleiding: Human Resources Management Variant: Deeltijd

HOOFDFASE 3 Blokken Competentie Elementen Werkvorm (*aanwezig- heidsplicht)

Contacturen

Zelf-studie-

uren

Studiepunten

Toetsvorm Deeltoetsen Wegings-

factor

Toetsmoment in blok (1) Onderwijseenheid

1 2 3 4 I B O S

Methodisch Adviseren (Afstudeeropdracht) HRDT-MTADV-16 (2)

X X X X 1-10 X X Consultatie 15 741 26 Plan van Aanpak

Onderzoeks-/Adviesrapport Adviesgesprek

V/O

75%

25%

Zie handleiding MAD

Action Learning 1 PADT-ACTL1-10

X X X X 9,10 X X Consultatie 6 246 9 Werkstuk Cijfer Week 10 (elk blok)

Action Learning 2 PADT-ACTL2-10

X X X X 9,10 X X Consultatie 6 246 9 Werkstuk Cijfer Week 10 (elk blok)

Praktijkverslag 2 Hoofdfase HRDT-RF2HF-16

X X X X 9,10 X X Consultatie 2 334 16 Werkstuk Cijfer Week 10 (elk blok)

Studieloopbaanbegeleiding X X X X 10 X Consultatie 2 0 0 - - -

26

Keuzeonderwijs en minoren

De opleiding biedt diverse mogelijkheden om invulling te geven aan keuzeonderwijs/ sprokkelminor. - Bijdragen aan opleiding en onderwijs: opleidingscommissie, Pr, tutoring, student-assistentschap, organisatieontwikkeling/onderwijsvernieuwing - Volgen van keuzemodulen/onderwijs bij andere opleidingen (binnen maar ook buiten de HHS) - Vrije studieruimte: invulling door de student zelf; denk bijvoorbeeld aan coaching, vrijwilligerswerk, advieswerk, literatuurstudie, stage, onderzoek Invulling van de sprokkelminor gebeurt in eenheden van 3 ECTS Goedkeuring (nr. 1- 9) vindt plaats door het projectteam sprokkelminor: Gideon Bakker, Lineke Bakker en Astrid van de Graaf Voor meer informatie en voorwaarden zie Blackboardcourse HRM – vrije ruimte

Minoren Opleiding Human Resources Management

Hoofdfasen 2 en 4 blok(ken) Competenties Elementen Werkvorm (*aanwezig- heidsplicht)

Contacturen

Zelfstudie-uren

Studiepunten

Toetsvorm Deeltoetsen wegingsfactor

Toetsmoment in blok Naam 1 2 3 4 I B O S

Geld en het goede leven Hogeschoolminor (lectoraat filosofie) MO-HMVT15-GGL

X 9,10 X Werkcollege Excursie

120 300 15 Essay * Portfolio

Presentatie Game

Aanwezigheid

50% 20% 20% 10%

100%

Week 10

Arbeidsbemiddeling (Opleidingsminor) HRVT-MARBEM-14

X 1-5, 9, 10 X Weblectures Werkcollege Consultatie

Training

64 356 15 Video Portfolio

Assessment

40% 15% 45%

Week 6 Week 9

Week 10

Vakmanschap is meesterschap (Hogeschool Minor) MO-HMVT15-VAK

X 10 X Werkcollege Practicum*

96 324 15 Presentatie Werkstuk

Video Portfolio

10% 50% 20% 20%

Week 8 Week 10 Week 10 Week 10 Week 10

HRM voor leidinggevenden (Hogeschool Minor) MO-HMVT15-HRM Niet toegankelijk voor HRM-studenten

X 1-5, 10 X Werkcollege Training*

80 340 15 Tentamen Werkstuk

Assessment aanwezigheid

50% 50% V/O

Week 9 Week 10 Week 6

Toegepaste Begeleidingskunde (Opleidingsminor deeltijd) HRDT-MTBK-13

X X 4, 10 X X Training* Intervisie*

48 372 15 Werkstuk Werkstuk

Assessment

V/O 50% (min5.5) 50% (min 5.5)

Blok 1/Week 10 Blok 2/Week 10 Blok 2/Week 10

Creëer je eigen werk Opleidingsminor HRVT-MCJEW-16

X X X 4,6,9 X X X Werkcolleges Consultatie Workshops Excursies

75 345 5 Assessment Werkstuk Werkstuk

aanwezigheid

33% (min 5.5) 33% (min 5.5) 33% (min 5.5)

Blok 3/week 1 Blok 4/week 11 Blok 4/week 11

27

Nr. Activiteit Aantal uur Aanmelden/ info 1 PR-team 3 ECTS Sollicitatiebrief n.a.v. vacature op stu-

dentennet. 2 Opleidingscommissie (OC) 3 ECTS Werving via diverse kanalen. 3 Tutoring 3 ECTS Arjan Lammerdin 4 Senior Tutoring 3 ECTS Arjan Lammerdin 5 onderwijsontwikkeling 3 ECTS Sollicitatiebrief n.a.v. vacature op stu-

dentennet. 6 Engels 3 (C1-niveau) 3 ECTS Docenten Engels 7 HHS modulen 3 ECTS studentennet 8 Excel voor gevorderden 3 ECTS Erik Troost 9 Vrije keuze 3 ECTS

Internationalisering (stage en studeren in het buitenland) Stage in het buitenland In hoofdfase 2 is het mogelijk om stage te lopen in het buitenland voor 5 of 10 maanden. Toestemming voor een stage van 10 maanden in het buitenland wordt verleend op basis van onderstaande instapvoorwaarden: • De student heeft alle studiepunten uit jaar 1 en 2 behaald. • Voor het vak Engels (in jaar 1 en in jaar 2) is minimaal een 7 behaald. • De student is zelf verantwoordelijk voor de faciliteiten opdat er op afstand begeleid en beoordeeld kan worden. Studeren in het buitenland – student exchange In hoofdfase 3 is het mogelijk om in semester 1 (blok 1 & 2) 20 weken te studeren in het buitenland. Deze weken beslaan het eerste blok (minor) en het tweede blok (Trends & Ontwikkelingen 3) van het vierde studiejaar en het betreft het behalen van 30 ECTS. Toestemming wordt verleend op basis van onderstaande instapvoorwaarden: • De student heeft alle studiepunten uit jaar 1, 2 en 3 behaald. • Voor het vak Engels (in jaar 1 en in jaar 2) is minimaal een 7 behaald. • De student schrijft een motivatiebrief met daarin een beschrijving van de studieonderdelen op bachelor of masterniveau die hij/zij wil gaan volgen (inhoud, studiepunten),

een beschrijving van de relevantie van de betreffende studieonderdelen voor het vakgebied HRM en een studieplanning. Hij/zij levert de motivatiebrief + de studiehandlei-ding van de studieonderdelen in bij de SLB docent en de examencommissie.

• De studieonderdelen die de student volgt, zijn een aanvulling op de gevolgde onderdelen van de opleiding HRM aan de Haagse Hogeschool. • De instelling waar de student gaat studeren is een geaccrediteerde instelling in dat land. • De student neemt wel deel aan het assessment Wereldburgerschap van Trends & ontwikkelingen 3. Dit assessment kan (gedeeltelijk) vanuit het buitenland plaatsvinden. • Er is een positief advies van de SLB docent. • De examencommissie verleent toestemming.

28

4. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING (OER) ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Opleiding Human Resource Management De Haagse Hogeschool 2016-2017 Vastgesteld door de directeur van de Faculteit Rajash Rawal Faculteit Management en Organisatie op Ter behandeling door de Faculteitsraad op 5 juli 2016

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

29

INHOUDSOPGAVE

4. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING (OER) .......................................................................................................... 29 Artikel 1.1 Reikwijdte .................................................................................................................................. 37 Artikel 1.2 Informatievoorziening ............................................................................................................... 37 Artikel 1.3 De examencommissie ................................................................................................................ 37

HOOFDSTUK 2. OPLEIDING................................................................................................................. 38 Artikel 2.1 Doel van de opleiding ............................................................................................................... 38 Artikel 2.2 Opleidingsprofiel ...................................................................................................................... 38 Artikel 2.3 Inrichting van de opleiding ....................................................................................................... 39 Artikel 2.4 Voertaal .................................................................................................................................... 40 Artikel 2.5 Toelating tot de opleiding ........................................................................................................ 40 Artikel 2.6 Studielast .................................................................................................................................. 40 Artikel 2.7 Afstudeerrichtingen en specialisaties ...................................................................................... 40 Artikel 2.8 Driejarige HBO-trajecten en verkorte routes .......................................................................... 40 Artikel 2.9 Bijkomende kosten ................................................................................................................... 40

Hoofdstuk 3. Onderwijs ............................................................................................................... 40 Artikel 3.1 Opbouw van het onderwijsprogramma ................................................................................... 40 Artikel 3.2 Stages, werkzaamheden en beroepsuitoefening .................................................................... 41 Artikel 3.3 Minoren en keuze-eenheden ................................................................................................... 41 Artikel 3.4 Honoursprogramma’s .............................................................................................................. 42 Artikel 3.5. Associate-degreeprogramma’s ................................................................................................ 42 Artikel 3.6 Overgangsmaatregelen ............................................................................................................ 42

Hoofdstuk 4. Toetsen .................................................................................................................. 47 Artikel 4.1 Toetsen en deeltoetsen ............................................................................................................ 47 Artikel 4.2 Wijze en tijdstip van afnemen van toetsen ............................................................................. 47 Artikel 4.3 Voorwaarden voor deelname aan toetsen .............................................................................. 47 Artikel 4.4 Openbaarheid van mondelinge toetsen en examens .............................................................. 47 Artikel 4.5 Beoordeling .............................................................................................................................. 47 Artikel 4.6 Bepalingen bij deeltoetsen ...................................................................................................... 48 Artikel 4.7 Toekenning van studiepunten ................................................................................................. 48 Artikel 4.8 Bekendmaking van resultaten ................................................................................................. 48 Artikel 4.9 Inzage ........................................................................................................................................ 48 Artikel 4.10 Overmacht .............................................................................................................................. 48 Artikel 4.11 Herkansing .............................................................................................................................. 48 Artikel 4.12 Vrijstelling ............................................................................................................................... 49 Artikel 4.13 Geldigheidsduur van toetsresultaten .................................................................................... 49 Artikel 4.14 Ongeldig verklaren van toetsen of deeltoetsen .................................................................... 50

Hoofdstuk 5. Examens en getuigschriften .................................................................................... 50 Artikel 5.1 Examens .................................................................................................................................... 50 Artikel 5.2 Afstuderen ................................................................................................................................ 50 Artikel 5.3 Graadverlening ......................................................................................................................... 50 Artikel 5.4 Getuigschrift ............................................................................................................................. 50 Artikel 5.5 Judicium .................................................................................................................................... 51 Artikel 5.6 Certificaat bijzondere verdiensten ........................................................................................... 51

Hoofdstuk 6. Studieloopbaanbegeleiding .................................................................................... 52 Artikel 6.1 Studie(loopbaan)begeleiding bij aanvang van de opleiding ................................................... 52 Artikel 6.2 Studie(loopbaan)begeleiding tijdens de opleiding ...................................................................... 52

Hoofdstuk 7. Studieagvies ........................................................................................................... 52 Artikel 7.1 Studieadvies in de propedeutische fase ...................................................................................... 52 Artikel 7.2 Studievoortgangsnorm ................................................................................................................. 52 Artikel 7.3 Positief studieadvies .................................................................................................................... 53 Artikel 7.4 Negatief bindend studieadvies .................................................................................................... 53 Artikel 7.5 Opnieuw inschrijven na negatief bindend studieadvies ............................................................. 53 Artikel 7.6 Persoonlijke omstandigheden en uitstel van het studieadvies .................................................. 54 Artikel 7.7 Tijdsverloop .................................................................................................................................. 54 Artikel 7.8 Bepalingen bij ingesteld beroep .................................................................................................. 54

Hoofdstuk 8. Onregelmatigheden ................................................................................................ 55 Artikel 8.1 Reikwijdte ................................................................................................................................. 55 Artikel 8.2 Procedure bij het constateren van onregelmatigheden .......................................................... 55 Artikel 8.3 Sancties ..................................................................................................................................... 56

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

30

Hoofdstuk 9. Bijzondere voorzieningen ....................................................................................... 56 Artikel 9.1 Voorzieningen voor studenten met een functiebeperking ..................................................... 56 Artikel 9.2 Voorzieningen voor studenten die een topprestatie leveren ................................................. 57 Artikel 9.3 Voorzieningen voor studenten met een buitenlandse vooropleiding .................................... 57 Artikel 9.4 Voorzieningen in andere situaties ........................................................................................... 57

Hoofdstuk 10. Slotbepaling ........................................................................................................... 57 Artikel 10.1 Afwijking van de Onderwijs- en Examenregeling .................................................................. 57

5. REGLEMENT EXAMENCOMMISSIE EN TOETSCOMMISSIE .................................................................................... 59

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen ................................................................................................... 59 Artikel 1.1 Begripsbepalingen .......................................................................................................................... 59

Hoofdstuk 2. De examencommissie ................................................................................................... 59 Artikel 2.1 Inrichting van de examencommissie .............................................................................................. 59 Artikel 2.2 Procedure voor benoeming van leden van de examencommissie ................................................. 59 Artikel 2.3 Samenstelling van de examencommissie ....................................................................................... 60 Artikel 2.4 Rechten en plichten van leden van de examencommissie ............................................................. 60 Artikel 2.5 Taken en bevoegdheden van de examencommissie ...................................................................... 60

Hoofdstuk 3. De toetscommissie ....................................................................................................... 62 Artikel 3.1 Inrichting van de toetscommissie ................................................................................................... 62 Artikel 3.2 Procedure voor benoeming van leden van de toetscommissie...................................................... 62 Artikel 3.3 Samenstelling van de toetscommissie............................................................................................ 62 Artikel 3.4 Taken en bevoegdheden van de toetscommissie .......................................................................... 62

Hoofdstuk 4. Gang van zaken ............................................................................................................ 63 Artikel 4.1 Begripsbepaling .............................................................................................................................. 63 Artikel 4.2 Taakverdeling ................................................................................................................................. 63 Artikel 4.3 Frequentie van vergaderen en wijze van oproep ........................................................................... 63 Artikel 4.4 Toegankelijkheid van vergaderingen .............................................................................................. 63 Artikel 4.5 Besluitvorming ............................................................................................................................... 63 Artikel 4.6 Verschoning .................................................................................................................................... 64 Artikel 4.7 Beslissingen over personen ............................................................................................................ 64 Artikel 4.8 Ondertekening ............................................................................................................................... 64 Artikel 4.9 Overleg tussen voorzitters ............................................................................................................. 64

Hoofdstuk 5. Informatieplicht, verslaglegging en ondersteuning ....................................................... 64 Artikel 5.1 Wederzijdse informatieplicht ......................................................................................................... 64 Artikel 5.2 Verslaglegging ................................................................................................................................ 64 Artikel 5.3 Ondersteuning ................................................................................................................................ 65

Hoofdstuk 6. Slotbepaling ................................................................................................................. 65 Artikel 6.1 Vaststelling en wijziging reglement ................................................................................................ 65

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

31

Preambule Elke opleiding is wettelijk verplicht te voorzien in een Onderwijs- en Examenregeling (OER). Deze regeling be-vat informatie over de opleiding en de geldende procedures en rechten en plichten met betrekking tot het onderwijs en de examens. De OER maakt deel uit van het Studentenstatuut deel 2.

De OER wordt jaarlijks vastgesteld door de directeur van de faculteit waar de opleiding toe behoort en geldt voor de duur van één studiejaar. Een OER van een vorig studiejaar is dan ook niet meer geldig in een nieuw studiejaar. Er wordt voorzien in overgangsmaatregelen als er zaken voor de zittende studenten worden gewij-zigd. Deze overgangsmaatregelen zijn apart beschreven in de OER. De OER is opgesteld met het oog op de positie van de student. Met uitzondering van de bepalingen op het ge-bied van onderwijs en studiebegeleiding geldt de OER echter ook voor extranei. Waar ‘student’ staat, kan in voorkomende gevallen dus ook ‘extraneus’ worden gelezen. Omwille van de leesbaarheid wordt de student in de OER aangeduid met ‘hij’. Hier wordt eveneens ‘zij’ bedoeld. Daar waar in de OER sprake is van de aanduiding ‘schriftelijk(e)’ moet tevens worden gelezen ‘per email.’ On-der ‘schriftelijk’ kan aldus ook ‘per email’ worden verstaan. Dit laat onverlet dat ook de aanduiding ‘schriftelijk of per email’ nog voor kan komen. Deze OER is beschikbaar in digitale vorm op Studentennet. Een papieren versie ligt ter inzage op het faculteits-bureau.

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

32

Begripsbepalingen In deze Onderwijs- en Examenregeling wordt verstaan onder:

Associate degree-pro-gramma (Ad-programma)

Een programma binnen een opleiding met een studielast van ten minste 120 studiepunten dat leidt tot het behalen van de graad Associate degree (artikel 7.19a WHW).

Basisminor Een onderwijseenheid van 15 studiepunten ter invulling van de minor-ruimte, waarvoor geen ingangseisen gelden.

College van Beroep voor de Examens

Het College van Beroep voor de Examens van de Haagse Hogeschool als bedoeld in artikel 7.60, WHW (zie ook het Reglement College van Beroep voor de Examens in het Studentenstatuut deel 1).

College van Bestuur Het bestuur van de hogeschool zoals bedoeld in artikel 10.2, WHW en in artikel 1.1, onder j, WHW.

Competentie Een geïntegreerd geheel van kennis, vaardigheden, inzicht en houding, dat nodig is om in een beroepscontext beroepsproducten te realiseren die aan de geldende kwaliteitseisen voldoen.

Deeltijdopleiding Een opleiding die zodanig ingericht is dat rekening is gehouden met de mogelijkheid dat de student ook in beslag wordt genomen door andere werkzaamheden dan onderwijsactiviteiten. Deze werkzaamheden kun-nen worden aangemerkt als onderwijseenheden (artikel 7.27, WHW).

Driejarig HBO-traject Een traject binnen een bacheloropleiding met een studielast van 180 stu-diepunten en een nominale studieduur van drie jaar dat alleen toeganke-lijk is voor bezitters van een vwo-diploma of een daaraan naar het oor-deel van de hogeschool gelijkgesteld diploma (artikel 7.9a, WHW).

Duale opleiding Een opleiding waarin het volgen van onderwijs (onderwijsdeel) gedu-rende een of meer perioden wordt afgewisseld met beroepsuitoefening (praktijkdeel) in verband met dat onderwijs (artikel 7.7, lid 2, WHW). De beroepsuitoefening vindt plaats op basis van een overeenkomst gesloten door de opleiding, de student en de werkgever (artikel 7.7, lid 5, WHW).

Examen Het examen is afgelegd indien de toetsen van de tot een opleiding of pro-pedeutische fase van een opleiding behorende onderwijseenheden met goed gevolg zijn afgelegd, voor zover de examencommissie niet heeft be-paald dat het examen tevens omvat een door haar zelf te verrichten on-derzoek naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de examinan-dus (artikel 7.10, lid 2, WHW). Onderscheiden worden het propedeutisch examen, waarmee de propedeutische fase wordt afgesloten, en het af-sluitend examen, waarmee de opleiding wordt afgesloten.

Examencommissie Het orgaan dat op objectieve en deskundige wijze vaststelt of een stu-dent voldoet aan de voorwaarden die de onderwijs- en examenregeling stelt aan kennis, inzicht en vaardigheden die nodig zijn voor het verkrij-gen van een graad (artikel 7.12, lid 2, WHW). Tevens is de Examencom-missie verantwoordelijk voor het borgen van de kwaliteit van de organi-satie en de procedures rondom tentamens en examens.(7.12b lid 1 sub e WHW.)

Examinator Persoon, aangewezen door de examencommissie, die belast is met het afnemen van toetsen en het vaststellen van de uitslag daarvan (artikel 7.12c, lid 1, WHW).

Honoursprogramma Een programma binnen een opleiding bovenop de studielast van het re-guliere bachelorprogramma waarvoor vooraf vastgestelde selectiecriteria gelden.

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

33

Extraneus Degene die door de hogeschool is ingeschreven als extraneus en die vol-gens artikel 7.36, WHW uitsluitend het recht heeft om de toetsen van de onderwijseenheden behorende tot de opleiding, alsmede de examens be-horende tot de opleiding af te leggen en in principe recht heeft op toe-gang tot de inrichtingen en verzamelingen van de hogeschool (zoals de bibliotheek).

Faculteit Een opleiding of een groep van opleidingen onder leiding van een facul-teitsdirecteur.

Faculteitsdirecteur De functionaris die leiding geeft aan een faculteit. Faculteitsraad Een deelraad zoals bedoeld in artikel 10.25, WHW, als medezeggen-

schapsorgaan verbonden aan een faculteit. Fraude Het handelen van een student of het nalaten daarvan, waardoor een juist

oordeel over zijn kennis, inzicht en vaardigheden geheel of gedeeltelijk onmogelijk wordt.

Functiebeperking Een zichtbare of onzichtbare beperking in het functioneren als gevolg van een handicap of chronische ziekte. Het kan hierbij gaan om onder meer uiteenlopende lichamelijke beperkingen, chronische ziekten, psychische problematiek en dyslexie.

Getuigschrift Het bewijsstuk dat uitgereikt wordt wanneer de examenkandidaat het propedeutisch of afsluitend examen van de opleiding of van het Ad-pro-gramma met goed gevolg afgelegd heeft, als bedoeld in artikel 7.11, lid 1, WHW.

Hogeschool De Haagse Hogeschool. Hoofdfase Het deel van de opleiding dat volgt op de propedeutische fase. Keuze-eenheid Een onderwijseenheid die kan worden ingezet ter invulling van de minor-

ruimte. Dit kan een keuzemodule, lidmaatschap van een opleidingscom-missie, of vakken van het majoronderwijs van een andere opleiding, al dan niet binnen de hogeschool, betreffen.

Major Dat deel van de opleiding waarmee de student mede in staat gesteld wordt het competentieprofiel te verwerven.

Minor Een onderwijseenheid van 15 studiepunten ter invulling van de minor-ruimte.

Minorruimte Het deel van de opleiding dat de student zelf kan invullen ter algemene verbreding of ter inhoudelijke verdieping van de competenties uit de ma-jor. De minorruimte bedraagt 30 tot 45 studiepunten voor voltijdse oplei-dingen en 15 tot 30 studiepunten voor deeltijdse, duale en driejarige op-leidingen.

Modulebeschrijving Beschrijving van de inhoud van een onderwijseenheid, waarin tevens voor zover van toepassing informatie over onder andere de voertaal, toetsing en verplichte deelname aan praktische oefeningen is opgeno-men. De modulebeschrijvingen zijn te vinden in het Studentenstatuut deel 2.

Onderwijs- en Exa-menregeling (OER)

De regeling waarin adequate en heldere informatie over de opleiding is opgenomen, alsmede de geldende procedures en rechten en plichten ten aanzien van het onderwijs en de examens (artikel 7.13, lid 1 en 2, WHW).

Onderwijsdeel Het gedeelte van de duale opleiding dat bestaat uit het volgen van het door de opleiding verzorgde onderwijs.

Onderwijseenheid Een samenhangend onderdeel van de opleiding dat de student afsluit met een toets (artikel 7.3, lid 2, WHW). Een onderwijseenheid kan tevens worden aangeduid als ‘cursus’, ‘vak’ of ‘module’.

Onderwijsprogramma Het geheel van onderwijseenheden (inclusief stages en door de student te kiezen onderwijseenheden in de minorruimte) en de daaraan verbon-den toetsen die behoren tot de propedeutische fase en de hoofdfase of tot het Ad-programma.

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

34

Onregelmatigheid Het handelen of een nalaten van een student in afwijking van de toetsre-gels of voldoend aan de bepalingen uit Hoofdstuk 8 van de Onderwijs- en Examenregeling.

Opleiding Een opleiding is een samenhangend geheel van onderwijseenheden, ge-richt op de verwezenlijking van competenties of doelstellingen op het ge-bied van kennis, inzicht, attitudes en vaardigheden waarover degene die de opleiding voltooit, dient te beschikken (artikel 7.3, lid 2, WHW). Oplei-dingen kunnen in voltijdse, deeltijdse en duale vorm worden aangebo-den. Waar in deze Onderwijs- en Examenregeling sprake is van een oplei-ding, wordt een bacheloropleiding bedoeld, inclusief het Ad-programma, indien een opleiding dit programma kent.

Opleidingscommissie De commissie die voor elke opleiding wordt ingesteld en die tot taak heeft advies uit te brengen over de Onderwijs- en Examenregeling, de wijze van uitvoering van de Onderwijs- en Examenregeling te beoordelen, en de faculteitsdirecteur en de faculteitsraad te adviseren over alle an-dere aangelegenheden betreffende het onderwijs in de desbetreffende opleiding (artikel 10.3c, lid 1, WHW).

Overmacht Van overmacht is sprake in geval van een onmogelijkheid om een ver-plichting na te komen die niet aan de desbetreffende (tekortschie-tende) persoon kan worden toegerekend.

Plagiaat Een vorm van fraude waarbij stukken van anderen of eerder gepubliceerd eigen werk zijn gebruikt in eigen werk zonder correcte bronvermelding.

Praktijkdeel Het gedeelte van een duale opleiding dat bestaat uit beroepsuitoefening en dat deel uitmaakt van het onderwijs.

Propedeutische fase De eerste periode van de opleiding, voorafgaand aan de hoofdfase, waarin studenten inzicht krijgen in de inhoud van de opleiding en het toe-komstige beroep. Aan het einde van deze fase is selectie en verwijzing mogelijk (artikel 7.8, lid 5, WHW).

Student Degene die door de hogeschool is ingeschreven voor een opleiding, en onder meer het recht heeft om deel te nemen aan het onderwijs van de hogeschool.

Studentendecaan De onafhankelijke functionaris die studenten adviseert en begeleidt bij persoonlijke problemen van materiële en immateriële aard, en waar no-dig bemiddelt.

Studentenstatuut Het studentenstatuut bestaat uit twee delen: het instellingsspecifieke deel (deel 1) en het opleidingsspecifieke deel (deel 2). Het eerste deel be-vat de rechten en verplichtingen van de studenten en de hogeschool en een overzicht van de regelingen die de rechten van de studenten be-schermen. Het tweede deel bevat de Onderwijs- en Examenregeling, een algemene beschrijving van de studieopbouw, de studentenvoorzieningen en de faciliteiten betreffende de studiebegeleiding (artikel 7.59, WHW).

Studieadvies Advies aan de student over de voortzetting van de studie binnen of bui-ten de opleiding, dat wordt uitgebracht aan het einde van het eerste jaar van inschrijving voor de propedeutische fase of zolang de student het propedeutische examen niet behaald heeft (artikel 7.8b, WHW). Het stu-dieadvies kan worden onderscheiden in een positief, aangehouden en ne-gatief bindend studieadvies.

Studiejaar Het tijdvak dat aanvangt op 1 september en eindigt op 31 augustus van het daaropvolgende jaar.

Studieloopbaan-bege-leider

De studieloopbaanbegeleider ondersteunt het proces waarin de student sturing geeft aan de inhoud van zijn onderwijsprogramma door middel van activiteiten die erop gericht zijn dat de student zicht krijgt op zijn mo-tivatie, drijfveren, talent en visie.

Studiepunt De eenheid om studielast in uit te drukken. Eén studiepunt is volgens het European Credit Transfer System (ECTS) gelijk aan 28 uur studie (artikel 7.4, lid 1, WHW).

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

35

Toets

Een onderzoek naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de stu-dent, alsmede de beoordeling van de uitkomsten van dat onderzoek. Een toets kan bestaan uit verschillende deeltoetsen. Het begrip ‘toets’ staat gelijk aan begrip ‘tentamen’ als bedoeld in artikel 7.10, WHW.

Toetsregels De nadere bepalingen met betrekking tot de uitvoering van toetsen en deeltoetsen. Deze kunnen onder meer betrekking hebben op inschrijving, aanwezigheid, de inleverwijze en –termijn van opdrachten, gedrag, toegestane hulpmiddelen en verboden handelingen.

Topprestatie Prestatie op hoog niveau waarbij de student behoort tot de (inter)natio-nale top in zijn discipline, ter beoordeling van het College van Bestuur

Topsporter Een student die nationaal of internationaal op het hoogste niveau mee-doet aan wedstrijden en die via het NOC*NSF een status heeft gekregen of een student die op het hoogste landelijk niveau zijn sport bedrijft, waarbij sprake moet zijn van een gemiddelde tijdsbesteding van ten min-ste 15 uur per week.

Verkort programma Een bachelorprogramma waarvan het studieprogramma zodanig is inge-richt dat de opleidingsduur wordt verkort vanwege individuele vrijstellin-gen op grond van de vooropleiding van de student.

Versneld programma Een bachelorprogramma waarvan het reguliere aantal studiepunten bin-nen een kortere doorlooptijd wordt aangeboden en getoetst.

Voltijdopleiding Een opleiding waarbij de praktische vorming (stage) deel uitmaakt van het onderwijs.

Werkdag Alle dagen van het jaar met uitzondering van zaterdagen, zondagen, de verplichte feestdagen en de vakantiedagen zoals formeel vastgesteld voor medewerkers van de hogeschool.

WHW Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, te raadple-gen via www.wetten.nl.

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

36

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN 1. Artikel 1.1 Reikwijdte 1. Deze Onderwijs- en Examenregeling is van toepassing op de voltijdse en deeltijdse vorm van de opleiding

Human Resource Management in het studiejaar 2016-2017 2. De student kan geen rechten ontlenen aan Onderwijs- en Examenregelingen die golden in voorafgaande

studiejaren, tenzij expliciet is aangegeven dat deze deel uitmaken van een overgangsregeling als bedoeld in artikel 3.6.

2. Artikel 1.2 Informatievoorziening 1. De opleiding verstrekt informatie over het onderwijs tijdig aan de student via het Studentennet of Black-

board. 2. De opleiding stelt het les- en toetsrooster voor een gehele onderwijsperiode ten minste 10 werkdagen

voor aanvang van de periode aan de student ter beschikking. 3. De opleiding brengt geen wijzigingen meer aan in roosters die aan de student ter beschikking zijn gesteld,

tenzij er sprake is van onvoorziene omstandigheden. In dat geval maakt de opleiding roosterwijzigingen zo spoedig mogelijk bekend.

4. De student is verantwoordelijk voor het regelmatig raadplegen van zijn hogeschool-e-mailadres, het Stu-dentennet en Blackboard.

5. Communicatie met de examencommissie vindt schriftelijk plaats, tenzij anders is aangegeven. Met schrif-telijke communicatie wordt tevens communicatie per e-mail bedoeld.

3. Artikel 1.3 De examencommissie 1. Elke faculteit van de hogeschool heeft één of meerdere examencommissies. Voor de opleiding Human

Resource Management is dit de examencommissie van de faculteit Management en Organisatie - be-drijfskunde MER, Facilitymanagement en Human resource management. De examencommissie is bereik-baar via [email protected].

2. De examencommissie is het orgaan dat op objectieve en deskundige wijze vaststelt of een student vol-doet aan de voorwaarden die de Onderwijs- en Examenregeling stelt ten aanzien van kennis, inzicht en vaardigheden die nodig zijn voor het verkrijgen van een graad.

3. De taken en bevoegdheden van de examencommissie zijn vastgelegd in het Reglement Examencommis-sies van de hogeschool. De regels over de uitvoering van deze taken en bevoegdheden zijn vastgelegd in het Huishoudelijk Reglement van de examencommissie.

4. Een student kan zich tot de examencommissie wenden vanwege onder meer: a. een verzoek tot vrijstelling van een of meer toetsen; b. een verzoek tot vrijstelling van de verplichting tot deelname aan praktische oefeningen met het oog

op de toelating tot het afleggen van de desbetreffende toets, al dan niet onder oplegging van vervan-gende eisen;

c. een verzoek tot ontheffing van de ingangseis voor het afleggen van een toets; d. een verzoek tot toelating tot verkorte of versnelde routes; e. een verzoek tot toelating tot een honoursprogramma; f. een verzoek tot toelating tot een minor of andere invulling van de minorruimte; g. een verzoek tot verlenging van de geldigheidsduur van een met goed gevolg afgelegde toets of deel-

toets; h. een verzoek om nog niet tot de uitreiking van een getuigschrift over te gaan; i. een verzoek om voorzieningen en aanpassingen vanwege een functiebeperking of chronische ziekte; j. een verzoek om studiefaciliteiten vanwege het beoefenen van topsport of het leveren van toppresta-

ties op cultureel of ander gebied; k. een verzoek om af te wijken van de Onderwijs- en Examenregeling indien de toepassing daarvan zou

leiden tot onbillijkheid van overwegende aard; l. een bezwaar tegen een beoordeling door een examinator.

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

37

Artikel 1.4 Rechtsbescherming 1. Een student kan bezwaar aantekenen bij de examencommissie tegen:

a. het niet tijdig bekend maken van het resultaat van een toets of deeltoets; b. een beoordeling door een examinator; c. de wijze waarop een kennelijke fout, als bedoeld in lid 6, wordt hersteld.

2. Een student moet zijn bezwaarschrift indienen binnen 20 werkdagen na de officiële publicatie van het resultaat in Osiris, dan wel binnen 20 werkdagen na de datum waarop het resultaat in Osiris gepubliceerd had moeten worden indien het bezwaar zich richt tegen het niet tijdig bekend maken van een resultaat.

3. Indien de examencommissie dit noodzakelijk acht, belegt zij een zitting waarin zowel de student als de examinator gehoord worden.

4. Indien de examinator tegen wie het bezwaar is gericht lid is van de examencommissie, neemt hij geen deel aan de behandeling van het bezwaar.

5. De examencommissie deelt haar beslissing schriftelijk mee aan de student, uiterlijk 15 werkdagen na de dag waarop zij het bezwaarschrift van de student heeft ontvangen.

6. De examencommissie kan een kennelijke fout in Osiris tot uiterlijk twee maanden na de datum waarop de toets of deeltoets is afgenomen herstellen. De examencommissie deelt dit herstel schriftelijk mee aan de student.

7. Tegen een beslissing van een examinator of van de examencommissie kan een student binnen zes weken beroep instellen bij het Loket Rechtsbescherming ([email protected]). Deze termijn begint te lopen met ingang van de dag na de schriftelijke bekendmaking van de beslissing aan de student. De procedure en de eisen waaraan een beroepsschrift moet voldoen zijn beschreven in het Studentenstatuut deel 1.

8. Met een beslissing wordt gelijkgesteld: een weigering om te beslissen binnen de daarvoor krachtens de wet of deze regeling gestelde termijn, of, bij het ontbreken van een dergelijke termijn, binnen redelijke tijd.

HOOFDSTUK 2. OPLEIDING Artikel 2.1 Doel van de opleiding De opleiding leidt op tot beginnend HR-professional. Tijdens de studie wordt de student voorbereid op een functie binnen het HRM-domein waarbij het accent ligt op de functie van HRM adviseur. Naast het vaste pro-gramma is er ruimte om eigen keuzes te maken. Zo kan gekozen worden voor de breedte of HRM-specialisa-ties zoals verzuimadviseur, arbeidsbemiddelaar, intercedent, trainer, organisatieadviseur. Artikel 2.2 Opleidingsprofiel De opleiding HRM behoort tot het domein Business Administration van de sector Economie. Voor opleidingen die de Bachelor Business Administration afgeven, is de HBO-standaard nader gespecificeerd in de BBA-stan-daard, waarin aan de respectievelijke elementen als volgt betekenis wordt gegeven: A. De gedegen theoretische basiskennis van een BBA-er betreft een aantal kernvakgebieden die van belang

zijn voor de (internationale) bedrijfsvoering en voor het vormgeven en innoveren van processen in zowel de private als in de publieke sector; op welk niveau een BBA-opleiding een kernvakgebied aanbiedt en toespitst hangt af van het in betreffend vakgebied daaraan toegekende belang. De (negen) kernvakge-bieden zijn: accounting, business law and ethics, economics, finance, management information systems, marketing, organization behavior, quantitative techniques en strategic management.

B. Een BBA-er heeft het onderzoekend vermogen om langs de weg van reflectie en evidence based practice

te komen tot (te commercialiseren) innovatie van producten, diensten en processen in zowel de private als de publieke sector; de BBA-er doet daartoe kennis en ervaring op met methoden en technieken van praktijkgericht onderzoek en kan daarop reflecteren; in de afstudeerfase van diens opleiding laat de stu-dent zien over dit vermogen te beschikken in een concrete beroeps- c.q. praktijksituatie.

C. Een BBA-er kenmerkt zich door Professioneel vakmanschap. Dit bestaat uit: innovatief en ondernemend

zijn, beschikken over adviesvaardigheden en mondelinge en schriftelijke vaardigheden, het rekening houden met cultuurverschillen, het gericht zijn op (multidisciplinaire) samenwerking, een sparringpart-ner zijn zowel binnen als buiten de eigen organisatie en het voortdurend ontwikkelen van de eigen pro-fessionaliteit alsmede het bijdragen aan de ontwikkeling van de professie in brede zin.

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

38

D. Beroepsethiek en maatschappelijke oriëntatie: het verantwoord handelen van een BBA-er laat zich leiden

door een zich bewust zijn van maatschappelijke context van de opgedane kennis en vaardigheden en het weten dat ethisch handelen onderdeel van zijn professioneel vakmanschap moet zijn. Onderwerpen zijn maatschappelijk verantwoord ondernemen, bedrijfsethiek en duurzaamheid.

Per ingang van studiejaar 2016-2017 start de propedeuse (voltijd en deeltijd) met een nieuw curriculum geba-seerd op het landelijk opleidingsprofiel 2016 dat te vinden is op http://www.vereniginghogescholen.nl/oplei-dingsprofielen. Dit profiel bevat de volgende competenties; 1. Werken vanuit een professionele beroepshouding en vanuit persoonlijk leiderschap 2. Beleid ontwikkelen, uitvoeren en evalueren in een organisatorische en maatschappelijke context 3. Initiëren, faciliteren en implementeren van veranderingsprocessen in organisaties en andere samenwer-

kingsverbanden 4. Ontwikkelen van individuen, teams en organisaties 5. Realiseren van de gewenste match tussen vraag en aanbod van arbeid op micro-, meso- en macroniveau 6. Doelgericht hr-data verzamelen en analyseren. Het competentieprofiel van de hoofdfase is gebaseerd op het landelijke opleidingsprofiel format 2012+. In dit profiel is bovenstaande BBA-standaard verwerkt. De HR-professional initieert en ontwikkelt activiteiten op de te onderscheiden en samenhangende HR- werk-terreinen in relatie tot institutionele en maatschappelijke ontwikkelingen, voert deze uit, evalueert deze en stelt ze zo nodig bij, zowel binnen de nationale als internationale context. 1. De HR-professional is verantwoordelijk voor de informatievoorziening op het gebied van Human Re-

source Management; geeft gevraagd en ongevraagd informatie aan de diverse stakeholders binnen en buiten de organisatie op het terrein van Human Resource Management, richt daarvoor HR- informatie-systemen in en beheert deze.

2. De HR-professional adviseert het management over de inhoud en aanpak van de HR-werkterreinen, de interne en externe arbeidsverhoudingen, organisatieontwikkeling, organisatieontwerp, taakontwerp en de daaruit voortkomende implementatievraagstukken.

3. De HR-professional ontwikkelt activiteiten op het terrein van interne- en externe-arbeidsmarkttransities, voert deze uit, evalueert deze en stelt ze zo nodig bij.

4. De HR-professional ontwikkelt activiteiten op het terrein van competentieontwikkeling en talentmanage-ment, loopbaanontwikkeling en loopbaanbegeleiding, op medewerker- en organisatieniveau, voert deze uit, evalueert deze en stelt ze zo nodig bij.

5. De HR-professional adviseert het management over HR-activiteiten op een zodanige wijze dat (primaire) processen binnen de organisatie geoptimaliseerd worden; daarbij formuleert hij meetbare HR- doelstel-lingen, assisteert het management bij de uitvoering van de activiteiten, evalueert deze en relateert de uitkomsten aan de organisatie-uitkomsten/resultaten.

6. De HR-professional maakt financiële verkenningen, berekeningen en kosten-baten-analyses op de HR- werkterreinen, maakt hierbij gebruik van ken- en stuurgetallen en rapporteert daarover aan het manage-ment.

7. De HR-professional anticipeert en reageert op ontwikkelingen in organisatiestrategie en organisatiecul-tuur, en vertaalt strategie- en cultuurveranderingen naar HR-werkterreinen en HR-uitvoeringspraktijken.

8. De HR-professional is in staat om de rol van effectief HR-leiderschap ten opzichte van het management vorm te geven en gebruikt de implicaties daarvan in zijn uitvoeringspraktijken.

9. De HR-professional levert door middel van het (zelfstandig) uitvoeren dan wel het beoordelen of begelei-den van praktijkgericht onderzoek een bijdrage aan de verbetering en innovatie van zijn organisatie en de beroepspraktijk.

10. De HR-professional is een ‘reflective practitioner’ met oog voor het belang van corporate governance en ethiek. Hij heeft een kritische en onderzoekende houding ten opzichte van de eigen beroepspraktijk en hij is in staat om sturing te geven aan zijn eigen ontwikkeling en die van zijn omgeving en om het transi-tieproces naar concrete actie in gang te zetten.

Artikel 2.3 Inrichting van de opleiding De opleiding Human Resource Management wordt aangeboden in voltijdse, en deeltijdse vorm.

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

39

Artikel 2.4 Voertaal 1. Het onderwijs wordt aangeboden in het Nederlands 2. Indien een onderwijseenheid wordt aangeboden in een andere taal, dan wordt dit expliciet aangegeven

in de modulebeschrijving van de desbetreffende onderwijseenheid, conform de Gedragscode Vreemde Talen in het Studentenstatuut deel 1.

Artikel 2.5 Toelating tot de opleiding Toelating tot de opleiding vindt plaats op grond van het Reglement In- en Uitschrijving Bacheloropleidingen van de hogeschool. Informatie over toelatingseisen en –voorwaarden is te vinden op http://www.dehaag-sehogeschool.nl/bachelorstudies/toelating-inschrijving/toelating-inschrijving. Artikel 2.6 Studielast De studielast van de opleiding bedraagt 240 studiepunten, waarvan 60 studiepunten in de propedeutische fase en 180 studiepunten in de hoofdfase. Artikel 2.7 Afstudeerrichtingen en specialisaties De opleiding kent geen verschillende afstudeerrichtingen of specialisaties. Artikel 2.8 Driejarige HBO-trajecten en verkorte routes 1. De opleiding kent geen driejarig HBO-traject. 2. De opleiding kent geen verkorte route. Artikel 2.9 Bijkomende kosten 1. De inschrijving als student is niet afhankelijk van een andere geldelijke bijdrage dan het collegegeld. 2. De aanschaf van bepaalde leer(hulp)middelen wordt noodzakelijk geacht voor het studieprogramma. De

kosten hiervan bedragen naar verwachting circa € 1000 in de propedeuse en 100 euro per collegejaar. Dit betreft de volgende leer(hulp)middelen: a. Studieboeken, digitale leermiddelen b. Laptop (sterk aan te bevelen)

3. Aan excursies en werkbezoeken die deel uitmaken van het onderwijsprogramma kunnen kosten verbon-den zijn. Indien de student deze kosten niet kan dragen, wordt de student een gelijkwaardig alternatief, gericht op het behalen van dezelfde leerdoelen, aangeboden. De aanvraagprocedure hiervoor is beschre-ven in de modulebeschrijving van de betreffende onderwijseenheid. Dit betreft de volgende excursies en werkbezoeken: a. Uitwisselingsbijeenkomsten, werkweken en trainingen (alleen bij VT)

1° Propedeuse: introductieperiode ongeveer 100 euro 2° HF1: kamp Ardennen ongeveer 100 euro 3° HF3: internationaal blok trends en ontwikkelingen 3 en Training voor HR-professionals ongeveer

250 euro b. Uitwisselingsbijeenkomsten, werkweken en trainingen (alleen bij DT)

4° Propedeuse: Training Samenwerken in Teams op externe locatie, inclusief overnachting, onge-veer 135 euro

5° HF1: Project 4: International experience, 2-daagse reis binnen Europa, ongeveer 250 euro HOOFDSTUK 3. ONDERWIJS Artikel 3.1 Opbouw van het onderwijsprogramma 1. Een studiejaar bevat vier periodes van 10 weken. 2. De indeling van het studiejaar in periodes, inclusief de momenten waarop toetsing plaatsvindt, is be-

schreven in de jaarkalender in bijlage 1. 3. De onderwijseenheden waaruit een opleiding is opgebouwd zijn beschreven in bijlage 2. Hierin zijn per

onderwijseenheid ten minste de volgende zaken beschreven: a. de naam van de onderwijseenheid; b. of de onderwijseenheid onderdeel uitmaakt van het kwalitatief criterium van het studieadvies; c. de periode(n) waarin de onderwijseenheid wordt aangeboden; d. de bij de onderwijseenheid behorende competenties;

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

40

e. of de elementen internationalisering, beroepsleren, onderzoek en studie(loopbaan)begeleiding in de onderwijseenheid terugkomen;

f. de werkvorm(en) waarin het onderwijs wordt aangeboden en de eventuele aanwezigheidsplicht bij werkcolleges en practica;

g. het aantal contacturen en zelfstudie-uren; h. het aantal studiepunten; i. de toetsvorm, inclusief de wegingsfactoren van eventuele deeltoetsen; j. de week waarin de toets wordt aangeboden.

Artikel 3.2 Stages, werkzaamheden en beroepsuitoefening 1. Het programma van de voltijdse opleiding bevat 40 weken stage. Hieraan worden 54 studiepunten toege-

kend. Nadere bepalingen, voorwaarden en informatie zijn beschreven in de stagehandleiding. Deze is te vinden op blackboard.

2. In het programma van de deeltijdse opleiding worden 40 studiepunten toegekend aan het verrichten van relevante werkzaamheden. In de modulebeschrijving hiervan staat beschreven aan welke voorwaarden deze werkzaamheden moeten voldoen en welke gevolgen er zijn verbonden aan het eventueel verliezen van een passende werkkring tijdens de opleiding.

Artikel 3.3 Minoren en keuze-eenheden 1. De minorruimte binnen de opleiding bedraagt 30 studiepunten in de voltijdse variant en studiepunten in de deeltijdse variant. De minorruimte dient ter algehele verbreding en/of verdieping van de beroepscompe-tenties uit de major. 2. De periodes die zijn gereserveerd als minorruimte zijn beschreven in bijlage 2. De minoren en keuze-een-

heden die worden verzorgd door de opleiding Human Resource Management zijn beschreven in bijlage 2. 3. De minorruimte kan worden gevuld met:

a. minoren, te weten: 1° minoren waarvoor geen ingangseisen gelden; 2° minoren waarvoor ingangseisen gelden o.a. vanwege het verdiepende karakter; 3° minoren aan een andere instelling voor hoger onderwijs;

b. keuze-eenheden, te weten: 1° keuzemodules aan de hogeschool; 2° keuzemodules aan een andere instelling voor hoger onderwijs; 3° vakken van het majoronderwijs van een andere opleiding, al dan niet binnen de hogeschool; 4° bijzondere taken, te weten het lidmaatschap van de opleidingscommissie, een rol als tutor of

mentor of een taak in de PR-commissie van de faculteit; 5° stage in het buitenland.

4. De minoren en keuze-eenheden waarvoor de student zich kan inschrijven zonder individuele toetsing van de examencommissie zijn opgenomen in een lijst die te vinden is op de studentenpagina van de opleiding.

5. De student moet in de volgende situaties ten minste 15 werkdagen voor aanvang van de betreffende mi-nor of keuze-eenheid een verzoek indienen bij de examencommissie: a. voor het volgen van een minor of keuze-eenheid binnen of buiten de hogeschool die niet is opgeno-

men op de lijst als bedoeld in lid 4; b. voor het vragen van vrijstelling van onderdelen van de minorruimte op grond van eerder behaalde

resultaten in een andere opleiding. 6. Indien de student een keuze-eenheid invult met bijzondere taken als bedoeld in artikel 3.3, lid 3, onder b,

ten 4°, worden hiervoor bij een voldoende beoordeling 3 studiepunten toegekend, voor zover aan de vol-gende voorwaarden is voldaan: a. de student zet zich actief in en is, voor zover van toepassing, aanwezig bij ten minste 80% van de ver-

gaderingen van de betreffende commissie; b. de student stelt een verslag op van de door hem verrichte activiteiten in het kader van de bijzondere

taak, inclusief een urenverantwoording, en stuurt dit voor het einde van het betreffende studiejaar aan de examencommissie of aan een door de examencommissie aan te wijzen examinator;

c. de student ontvangt geen financiële ondersteuning uit het Profileringsfonds voor zijn lidmaatschap van de betreffende commissie.

7. Indien de student een keuze-eenheid invult met een stage in het buitenland als bedoeld in artikel 3.3, lid 3, onder b, ten 5°, moet hij hierover inhoudelijke verantwoording afleggen. De examencommissie stelt vast op welke wijze deze verantwoording dient plaats te vinden.

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

41

8. De student heeft in principe een zo ruim mogelijke keuze, mits hier vooraf toestemming voor is verleend door de examencommissie van de student. De student mag niet de gehele minorruimte met enkel keuze-modules invullen. De voorkeur gaat uit naar een samenhangend pakket, en niet naar ‘sprokkel’- mogelijk-heden.”

Artikel 3.4 Honoursprogramma’s De opleiding biedt geen honoursprogramma aan. Artikel 3.5. Associate-degreeprogramma’s De opleiding kent geen associate-degreeprogramma. Artikel 3.6 Overgangsmaatregelen Het onderwijsprogramma is op een aantal onderdelen gewijzigd. Vooraf: We spreken van ‘bezemen’ wanneer een onderwijseenheid in 2015-2016 is gegeven en in 2016-2017 niet meer wordt gegeven. Studenten uit het cohort 2015 kunnen de toetsen van de onderwijseenheden die ze nog niet behaald hebben ‘in de herkansingsweek van het blok waarin het vak 2015-2016 werd gegeven. Er zijn twee kansen per onderwijseenheid. Raadpleeg voor de definitieve planning het rooster. In principe zijn er voor deze onderwijseenheden geen lessen meer. Voor enkele onderwijseenheden worden er ondersteunende lessen geprogrammeerd en aan het einde van de dag geroosterd. Dit wordt via studentennet en het rooster gecommuniceerd. We spreken van ‘conversie’ wanneer een onderwijseenheid door een curriculumwijziging in een volgend stu-diejaar door een andere onderwijseenheid wordt vervangen. Van conversie is alleen sprake in de Hoofdfase, omdat de gevolgen van curriculumwijzigingen in de propedeuse worden ‘opgevangen’ door bezemtoetsen. In de OER is een conversietabel opgenomen. De algemene regel is dat de student een onderwijseenheid nog 1 jaar mag bezemen. Haalt hij of zij ook die bezem-kansen niet, dan dient hij/zijn in het daaropvolgende jaar een onderwijseenheid te doen volgens de conversie-tabel. Conversie en bezemen propedeuseprogramma voltijd P: Cohort 2015 (studenten die in sept 2015 met de propedeuse zijn gestart) Omdat volgend jaar alle propedeuse - onderwijseenheden in hun huidige vorm zullen verdwijnen, worden alle propedeuse - onderwijseenheden gebezemd in hun oorspronkelijke blokken (zie hiervoor onderwijsleerplan – studiegids 2015-2016 voor de planning) P: Cohort 2014 (studenten die in 2014 met de propedeuse zijn gestart) Voor studenten uit het cohort 2014 dat nog onderwijseenheden uit het propedeusejaar 2014-2015 moet doen. Een aantal van die onderwijseenheden zijn met ingang van 2015-2016 gewijzigd. Dat betekent dat deze studenten volgens de nu geldende bepalingen dit studiejaar die onderwijseenheden mogen bezemen op grond van de inhoud en toetsopzet van 2014-2015. Heel concreet gaat het om de volgende onderwijseenhe-den: - Organisatiekunde (HRVT-ORGKU-14): werkstuk (blok 1 week 10, herkansing blok 2 week 10) - Zakelijk schrijven (HRVT-ZKSCH-14) tentamen (blok 1 week 10, herkansing blok 2 week 10) - Onderzoek 1 (HRVT-ONDZ1-14) tentamen (blok 1 week 10, herkansing blok 2 week 10) - Inleiding Psychologie (HRVT-INPSY-14): rapport (blok 2 week 10, herkansing blok 3 week 10) - Onderzoek 2 (HRVT-ONDZ2-14) tentamen: blok 2 week 10, herkansing blok 3 week 10) - HR-Instrumenten 3 (HRVT-HRIN3-14): tentamen en PRIS tentamen: blok 3 week 10, herkansing blok 4

week 10

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

42

Conversie en bezemen Hoofdfase-programma voltijd

HF Cohort 2015 (studenten die in 2015 met de hoofdfase zijn gestart) Het HF 1 programma is in studiejaar 2016-2017 gewijzigd Studenten hebben dit jaar nog 2 kansen de vakken te herkansen (bezemen). Dit gaat om: - De module onderzoek 3 is gewijzigd; je kunt de toets “rapport” herkansen in blok 1 en blok 2 (dringend

wordt aanbevolen de lessen opnieuw te volgen) - De module onderzoek en advies is gewijzigd; je kunt de toets “rapport” herkansen in blok 3 en blok 4

(dringend wordt aanbevolen de lessen opnieuw te volgen) - de module Engels 1.5 HRVT –E15-14 is gewijzigd en kan worden herkanst in blok 3 week 10 en blok 4

week 10 - De module HRM-Uitstroom is gewijzigd, je kunt de toetsen tentamen, werkstuk en assessment herkansen

in blok 4 en week 35 (toetsplanning HRM-Uitstroom HRVT-HRMUS-16)

HF Cohort 2014 (studenten die in 2014 met de hoofdfase zijn gestart) Het HF 1 programma is gewijzigd in studiejaar 2016-2017

- de module Engels 1.5 HRVT –E15-14 kan worden herkanst in blok 3 week 10 en blok 4 week 10 Het HF 2 programma is wel gewijzigd in studiejaar 2016-2017 De onderwijseenheid strategische HRM (HRVT-STHRM-13) wordt niet meer aangeboden en kan worden her-kanst in blok 2 week 10. Het HF 1 programma is in studiejaar 2015-2016 gewijzigd t.o.v. 2014-2015. Studenten hebben dit jaar nog 2 kansen de vakken te herkansen (bezemen). Dit gaat om: - effectief communiceren (HRVT-EFFCM-13) tentamen en assessment: (blok 1 week 10, herkansing blok 2

week 10) - HRM instroom (HRVT-HRMIS-14) portfolio en werkstuk (blok 1 week 10, herkansing blok 2 week 10) - HRM doorstroom (HRVT-HRMDS-14) presentatie: blok 3 week 10, herkansing blok 4 week 10) HF Cohort 2013 en eerder (studenten die in 2013 of eerder met de Hoofdfase zijn gestart) Internationale HRM De onderwijseenheid ‘internationale HRM’ (HRVT-S3OIB-12) wordt niet meer aangeboden als “losse module” in jaar 4. Studenten kunnen deze module behalen door het onderdeel internationale HRM met een voldoende af te sluiten in het blok Trends en ontwikkelingen 3. Methodisch adviseren: Het programma is gewijzigd in HF 3; Methodisch adviseren wordt uitgebreid van 18 naar 26 studiepunten. De studieonderdelen coaching (HRVT-COACH-15) en Personeel en financiën (HRVT-S2BEC-12) zijn geen onderdeel meer van het examenprogramma. Studenten die de MAD-opdracht nog niet behaald hebben worden gekoppeld aan het HF 3 programma van 2016 – 2017; echter zij kunnen kiezen voor een overgangsregeling. Neem in dat geval contact op met je SLB docent. Voor studenten die kiezen voor de overgangsregeling geldt dat zij hun huidige (oude) examenprogramma be-houden en de studieonderdelen coaching (HRVT-COACH-15) en Personeel en financiën (HRVT-S2BEC-12) nog 2 keer kunnen herkansen conform de planning van 2015-2016. Raadpleeg het rooster voor de exacte plan-ning.

Studenten die in 2012 of daarvoor met de hoofdfase zijn gestart, volgen de onderwijseenheid Methodisch ad-viseren HRVT-MTADV-14. Studenten behouden het “oude” examenprogramma en volgen de MAD-handlei-ding (2014-2105) conform OER 2014-2015. Voor studenten die in 2013 of later met de hoofdfase zijn gestart, geldt de volgende ingangseis: de studiepun-ten voor onderwijseenheden Stage deel 1 en deel 2 (hoofdfase 2) èn onderwijseenheden uit hoofdfase 1 die-nen te zijn behaald.

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

43

Minoren: Met ingang van studiejaar 2016-2017 is het minoraanbod gewijzigd. Met ingang van studiejaar 2015 – 2016 is de minorruimte van 45 naar 30 studiepunten gegaan. Voor de volgende studenten geldt een overgangsrege-ling: Studenten die in september 2012 zijn gestart met de hoofdfase behouden hun oude examenprogramma met 45 studiepunten aan minorruimte. De internationale minoren HRVT-MIHNLO-14, HRVT-MIHEVP-14 en HRVT-MIHIVP-14 worden niet meer als minor aangeboden. De toetsen kunnen nog worden herkanst in de bezemronde week 10 van blok 2 en 3. De minor Strategisch Recruitment MHR-HMVT13-SR (Hogeschool Minor) wordt niet meer aangeboden. Stu-denten die toetsen van deze minoren nog niet hebben behaald: De toetsen kunnen nog worden herkanst in de bezemronde week 10 van blok 2 en 3. De minor HRD MO-HMVT15-HRD (Hogeschool Minor) wordt niet meer aangeboden. Studenten die toetsen van deze minoren nog niet hebben behaald: De toetsen kunnen nog worden herkanst in de bezemronde week 10 van blok 1 en 2. Conversietabel voltijd Naast de “ bezemkansen” is er ook conversie van het oude naar het nieuwe curriculum mogelijk. In de conversietabel zijn de onderwijseenheden opgenomen die niet meer worden aangeboden en de onderwijseenheid die daarvoor in de plaats komt. Hierbij is gelet op zoveel mogelijk inhoudelijke overeenkomst, het vermijden van dubbellingen en een zo groot mogelijke overeenkomst qua studiebelasting Conversietabel voltijd

Naam + code vervallen vak Conversie 2016-2017 Blok 2016-

2017 Propedeuse Oriëntatie op studie en beroep HRVT-OSTBR-12 (3 ects)

Instaptoets Rekenvaardigheden Oriëntatie studie en beroep HRVT-OSTBR-14 (3 ects)

1

Onderzoek 1 PAVT-ONDZ1-11 (Excel) (3 ects)

Bezemtoets Excel HRVT-ONDZ2-14

1

Onderzoek 1 PAVT-ONDZ1-11 (Statistiek)(3 ects)

Vervangende opdracht 1 2

Hoofdfase Internationale week HRVT-INTWK-12 (1 ects)

Trends en Ontwikkelingen 2 HRVT-TROW2-14 (3 ects)

3

Outdoortraining Terschelling HRVT-OUTTR-12 (3 ects)

Vervangende opdracht (deelname aan Introductie 1e jaars)

1

Bedrijfsopleidingskunde PAVT-BEDOK-11 (3 ects)

Opleidingskunde (HRM-dt) PADT-OPLKU-10 (3 ects)

3

Integraal Personeelsmanagement PAVT-INTPM-11 (6 ects)

HR-Instroom 1 (7 ects)

1

Loopbaanmanagement PAVT-LBMAN-10 (3 ects)

Loopbaanmanagement (HRM-dt) PADT-LBMAN-10 (3 ects)

4

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

44

Overgangsregelingen HRM deeltijd 16-17 Voor studenten die in september 2015 of daarvoor met de propedeuse zijn gestart geldt dat zij hun oude exa-menprogramma houden. De volgende onderdelen worden niet meer/ of in een andere vorm aangeboden en kunnen alleen in studiejaar 16-17 worden herkanst in de bezemronde. Na 16-17 komen deze onderwijseenhe-den definitief te vervallen.

Onderzoek en Advies HRVT-ONDAV-12 (7 ects)

Adviesvaardigheden HRVT-ADVV-14 (3 ects) + Onderzoek en Advies HRVT-ONDAV-13 (3 ects) + Aanvullende opdracht2

3 4 1

Practicum Onderzoek en Advies PAVT-OAPRA-10 (5 ects)

Adviesvaardigheden HRVT-ADVV-14 (3 ects) + Onderzoek en Advies HRVT-ONDAV-13 (3 ects)

3 4

Studieloopbaan-bege-leiding PAVT-SLBHF-10 (3 ects)

Vak naar keuze van student3

Outdoortraining Ardennen PAVT-SLBHF1-09 (3 ects)

Vervangende opdracht (deelname aan Introductie 1e jaars)

1

Training HR-profession-als HRVT-TRHRP-12 (3 ects)

Training voor HR-Professionals HRVT-TRHRP-13 (3 ects)

4

Kwaliteitsmanagement (HF1) HRVT-KWALM-12 (3 ects)

Kwaliteitsmanagement (HRM-dt) HRDT-KWALZ-13 (3 ects)

3

Professionele Commu-nicatie 2 PAVT-PRCM2-10 ( 3 ects)

HRM-Uitstroom HRVT-HRMDS-15 (5 ects)

4

Onderzoek en Advies PAVT-ONDAV-11 (6 ects)

Adviesvaardigheden HRVT-ADVV-14 (3 ects) + Onderzoek en Advies HRVT-ONDAV-13 (3 ects)

3 4

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

45

Titel onderwijseenheid

Osiriscode 1e kans

(kleine wijzigin-gen voorbehou-den)

Herkansing (kleine wijzigin-gen voorbehou-den)

Propedeuse HR-instrumenten 1 HRDT-HRIN1-12 Blok 1, week 9 Blok 2, week 9 Inleiding Bedrijfseconomie HRDT-INLEC-12 Blok 1, week 9 Blok 2, week 9 Persoonlijke Effectiviteit PADT-PREFF-10 Blok 1, week 9 Blok 2, week 9 Organisatiekunde MO-ORGKU-15 Blok 1, week 9 Blok 2, week 9 HR- instrumenten 2 HRDT-HRIN2-12 Blok 2, week 9 Blok 3, week 9 Presenteren PADT-PREST-10 Blok 2, week 9 Blok 3, week 9 Gespreksvaardigheden HRDT-GESPR-12 Blok 2, week 9 Blok 3, week 9 Arbeidsrecht HRDT-ARBRE-13 Blok 2, week 9 Blok 3, week 9 HR-Instrumenten 3 HRDT-HRIN3-13 Blok 3, week 9 Blok 4, week 9 Onderzoeksvaardigheden 1 MO-OZDES-15 Blok 3, week 9 Blok 4, week 9 Arbeids- en Organisatiepsy-

chologie MO-AOPSY-15 Blok 3, week 9 Blok 4, week 9

Organisatietheorie HRDT-ORGTH-13 Blok 3, week 9 Blok 4, week 9 Onderzoeksvaardigheden 2 MO-OZENQ-15 Blok 3, week 9 Blok 4, week 9 Praktijkverslag propedeuse HRDT-PVSPR-12 Blok 2, week 9 Blok 4, week 10 Trends & Ontwikkelingen HRDT-TROW1-12 Blok 4, week 9 Kalenderweek 35 Inleiding Psychologie HRDT-INPSY-12 i.o.m. SLB’er Engels 1 MO-E1-15 Blok 4, week 9 Kalenderweek 35 HF 1 Organisatiediagnose 1 HRDT-ORGDG-13 Blok 1, week 9 Blok 2, week 9 Personeel en Financiën PADT-PERFI-10 Blok 2, week 9 Blok 3, week 9 Organisatiediagnose 2 HRDT-ORGDG2-12 Blok 2, week 9 Blok 3, week 9 HRM-beleidsimplementatie PADT-PBIMP-10 Blok 2, week 9 Blok 3 week 10 Commerciële vaardigheden PADT-CMCVD-10 Blok 2, week 9 Blok 3, week 10 HRM-Beleidsimplementatie PADT-PBIMP-10 Blok 2, week 9 Blok 3, week 10 Beroepsethiek PADT-BRETH-11 Blok 3, week 9 Blok 4, week 9 Verandermanagement PADT-VERMN-10 Blok 3, week 9 Blok 4, week 9 Adviesvaardigheden 1 HRDT-ADVV1-13 Blok 4, week 9 Kalenderweek 35 Engels 1.5 HRDT-E15-14 Blok 4, week 9 Kalenderweek 35 HF 2 Sociale Psychologie PADT-SCPSY-10 i.o.m. SLB’er HF 3 NVT

Conversietabel

Titel onderwijseenheid welke vervalt + code

Conversie 16-17 (vervangend vak)

1e kans herkansing

Propedeuse Organisatiekunde MO-ORGKU-15

Organisatiekunde MO-ORGKU-16

Blok 1, week 9 Blok 2, week 9

HF 2 Praktijkverslag 1A Hoofdfase Werkplekleren 1 HRDT-WPL1-16

Blok 3, week 10 Blok 4, week 10

HF 3 MAD HRDT-MTADV-15

MAD (verhoging stp) HRDT-MTADV-16

Blok 1-4 Blok 1-4

Methodisch adviseren: Het programma is gewijzigd in HF 3; Methodisch adviseren wordt uitgebreid van 18 naar 26 studiepunten. Studenten die de MAD-opdracht nog niet behaald hebben worden gekoppeld aan het HF 3 programma van 2016 – 2017; echter zij kunnen kiezen voor een overgangsregeling. Neem in dat geval contact op met je SLB docent.

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

46

HOOFDSTUK 4. TOETSEN Artikel 4.1 Toetsen en deeltoetsen 1. Een onderwijseenheid wordt afgesloten met een toets. 2. Een toets kan bestaan uit meerdere deeltoetsen. Artikel 4.2 Wijze en tijdstip van afnemen van toetsen 1. In bijlage 2 staat voor elke onderwijseenheid beschreven op welke wijze de toets en eventuele deeltoet-

sen worden afgenomen. De examencommissie kan in bijzondere gevallen beslissen hiervan af te wijken. 2. Het tijdstip waarop de toets en eventuele deeltoetsen van een onderwijseenheid worden afgenomen

wordt uiterlijk 10 werkdagen voor aanvang van de desbetreffende onderwijseenheid gepubliceerd via studentennet (rooster)

Artikel 4.3 Voorwaarden voor deelname aan toetsen 1. Bij het afleggen van een toets of deeltoets moet een student zich legitimeren. Dit kan met een van de vol-

gende documenten, voor zover de geldigheid hiervan nog niet verstreken is: a. een paspoort of identiteitskaart, voor zover dit paspoort of deze identiteitskaart is uitgegeven door

een van de lidstaten van de Europese Unie of Noorwegen, IJsland, Liechtenstein of Zwitserland; b. een Nederlands rijbewijs of een EU-rijbewijs c. een Nederlandse verblijfsvergunning; d. een Nederlands W-document of geprivilegieerdendocument.

2. Zonder geldig legitimatiebewijs als bedoeld in lid 1 heeft een student geen recht op deelname aan een toets of deeltoets.

3. De student is verplicht de algemene toetsregels uit het Toetsreglement, de facultaire toetsregels en in-dien van toepassing de digitale toetsregels na te leven. Deze regels zijn beschreven in de bijlage van de OER en bevatten bepalingen over inschrijving, aanwezigheid, de wijze en termijn van inleveren van op-drachten, en overige gedragsregels. Wanneer de student een toets of deeltoets aflegt bij een andere op-leiding dan waarvoor hij staat ingeschreven, gelden de nadere regels met betrekking tot de uitvoering van toetsen en deeltoetsen van de opleiding waarbij de toets wordt afgelegd.

4. Indien de student verplicht moet deelnemen aan praktische oefeningen, te weten practica of werkcolle-ges, voordat hij een toets of deeltoets mag afleggen, is dit vastgelegd in bijlage 2 en in de modulebeschrij-ving van de desbetreffende onderwijseenheid. In de modulebeschrijving is tevens vastgelegd welke pro-cedure de student moet volgen om bij de examencommissie om vrijstelling van deze verplichting te ver-zoeken, waarbij de examencommissie kan beslissen om vervangende eisen te stellen.

5. Indien de student een of meer toetsen met goed gevolg moet hebben afgelegd om een vervolgtoets of deeltoets te kunnen afleggen, is dit vastgelegd in bijlage 2 en in de modulebeschrijving van de onderwijs-eenheid waartoe de af te leggen vervolgtoets of deeltoets behoort.

Artikel 4.4 Openbaarheid van mondelinge toetsen en examens Mondelinge toetsen en examens zijn niet openbaar, tenzij in de modulebeschrijving van de desbetreffende onderwijseenheid anders is bepaald. In bijzondere gevallen kan de examencommissie beslissen hiervan af te wijken. Artikel 4.5 Beoordeling 1. Een toets of deeltoets kan worden beoordeeld met:

a. de kwalificatie ‘voldoende’ of ‘onvoldoende’, of b. een cijfer op een schaal van 1 tot 10.

2. Indien een toets of deeltoets wordt beoordeeld met een cijfer als bedoeld in lid 1, onder b, dan wordt dit cijfer uitgedrukt met één decimaal. Bij cijfers die het resultaat zijn van een gewogen of rekenkundig ge-middelde van meerdere deeltoetsen, wordt dit gemiddelde berekend op basis van deelcijfers die zijn uit-gedrukt met één decimaal. Indien dit gemiddelde cijfer uit meer dan één decimaal bestaat, dan wordt het gemiddelde cijfer afgekapt na de eerste decimaal (bijvoorbeeld: 6,49 wordt 6,4).

3. Het cijfer voor een toets kan worden afgerond op hele getallen. In dat geval wordt het cijfer, dat met één decimaal is uitgedrukt zoals beschreven in lid 2, naar beneden afgerond als de decimaal kleiner is dan 5 (bijvoorbeeld: 6,4 wordt 6) en wordt het cijfer naar boven afgerond als de decimaal groter dan of gelijk

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

47

aan 5 is (bijvoorbeeld: 6,5 wordt 7). Cijfers voor deeltoetsen worden niet afgerond op hele getallen. In-dien er sprake is van afronding van toetscijfers op hele getallen, dan is dit vastgelegd in de modulebe-schrijving van de betreffende onderwijseenheid.

4. Toetsen met een omvang van 10 studiepunten of meer worden beoordeeld met een cijfer op een schaal van 1 tot 10.

Artikel 4.6 Bepalingen bij deeltoetsen 1. Indien een toets bestaat uit meerdere deeltoetsen wordt het toetsresultaat alleen vastgesteld indien:

a. voor alle deeltoetsen die worden beoordeeld met een kwalificatie ‘voldoende’ of ‘onvoldoende’, de kwalificatie ‘voldoende’ is behaald, en

b. voor elke deeltoets die wordt beoordeeld met een cijfer tenminste een 4,5 is behaald, tenzij in de modulebeschrijving van de desbetreffende onderwijseenheid anders is bepaald.

2. Indien aan de voorwaarden als bedoeld in lid 1 is voldaan, wordt het toetsresultaat vastgesteld als het gewogen gemiddelde van de resultaten van die deeltoetsen die worden beoordeeld met een cijfer. De wegingsfactoren van de deeltoetsen zijn beschreven in bijlage 2.

Artikel 4.7 Toekenning van studiepunten 1. Aan een onderwijseenheid, de eindscriptie en stage uitgezonderd, is een geheel aantal van minimaal 3 en

in de propedeuse maximaal 6 studiepunten verbonden. Deze studiepunten worden toegekend indien de student voor de desbetreffende toets, met dien verstande dat in de propedeuse tot een maximum van 6 studiepunten ook in onderwijseenheden kleiner dan 3 studiepunten mag worden geprogrammeerd. a. de kwalificatie ‘voldoende’ heeft behaald, als bedoeld in artikel 4.5, lid 1, of b. een cijfer van 5,5 of hoger heeft behaald, met dien verstande dat de student een cijfer van 6 of hoger

moet hebben behaald indien het cijfer voor de desbetreffende toets wordt afgerond als bedoeld in artikel 4.5, lid 3, of

c. vrijstelling heeft gekregen van de examencommissie. 2. Er worden geen studiepunten toegekend voor het met goed gevolg afleggen van een deeltoets. 3. De eindresultaten van toetsen voor onderwijseenheden kunnen niet onderling worden gecompenseerd. Artikel 4.8 Bekendmaking van resultaten 1. Het resultaat van een toets of deeltoets wordt uiterlijk 15 werkdagen na de datum waarop de toets of

deeltoets is afgenomen doch tenminste 3 werkdagen voorafgaand aan de herkansingsmogelijkheid be-kendgemaakt in OSIRIS.

2. De examencommissie kan kennelijke fouten in OSIRIS herstellen binnen een termijn van twee maanden na de datum waarop de toets of deeltoets is afgenomen. Na deze termijn kan de student rechten ontle-nen aan de resultaten die in OSIRIS staan vermeld.

Artikel 4.9 Inzage 1. De examencommissie draagt er zorg voor dat de normering van de verschillende onderdelen van de toets

of deeltoets bekend wordt gemaakt voorafgaand aan de toets of op de toetsopgaven. Indien de norme-ring niet wordt vermeld, geldt voor alle onderdelen van de toets dezelfde normering. Op basis van de kwalitatieve analyse van de toets kan de examinator de normering achteraf aanpassen.

2. De student wordt in de gelegenheid gesteld om inzage te krijgen in de beoordeelde toets of deeltoets en de gehanteerde normen op een door de opleiding bekend te maken moment. Dit inzagemoment vindt uiterlijk 10 werkdagen na bekendmaking van het resultaat in OSIRIS en tenminste 3 werkdagen voor de herkansingsmogelijkheid plaats. Tevens kan de student de beoordeelde toets of deeltoets binnen deze termijn inzien op afspraak met de examinator.

Artikel 4.10 Overmacht Wanneer de student door overmacht is verhinderd aan een toets of deeltoets deel te nemen, kan de examen-commissie beslissen dat de student de toets of deeltoets op een ander moment mag afleggen. Hiertoe kan de student een schriftelijk en gemotiveerd verzoek indienen bij de examencommissie. Dit verzoek moet uiterlijk 5 werkdagen na de betreffende toets of deeltoets worden ingediend bij de examencommissie. Artikel 4.11 Herkansing 1. Voor elke toets en deeltoets wordt ten minste één herkansing in hetzelfde studiejaar aangeboden. In de

modulebeschrijving van de desbetreffende onderwijseenheid is voor elke toets en deeltoets vermeld

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

48

wanneer de herkansing plaatsvindt. Indien een toets of deeltoets niet in hetzelfde studiejaar kan worden herkanst, omdat een herkansing redelijkerwijs niet valt in te passen in het onderwijsprogramma wegens het specifieke karakter van een onderwijseenheid, is dit eveneens aangegeven in de modulebeschrijving.

2. De student mag zich voor dezelfde toets of deeltoets maximaal tweemaal per studiejaar inschrijven, voor zover de toets of deeltoets meer dan tweemaal per studiejaar wordt aangeboden.

3. Bij herkansing van een toets of deeltoets geldt het hoogst behaalde resultaat. 4. In bijzondere gevallen kan de examencommissie beslissen om af te wijken van het bepaalde in lid 1 en 2

en een extra herkansing toe te staan. Hiertoe kan de student een schriftelijk en gemotiveerd verzoek in-dienen bij de examencommissie. Dit verzoek moet uiterlijk 15 werkdagen na bekendmaking van het resul-taat van de betreffende toets of deeltoets worden ingediend bij de examencommissie.

Artikel 4.12 Vrijstelling 1. De examencommissie kan een student vrijstelling verlenen voor een toets, indien zij van mening is dat de

student reeds aan de vereisten wat betreft inhoud en niveau van de desbetreffende onderwijseenheid heeft voldaan. Voor een deeltoets kan geen vrijstelling worden verleend.

2. Vrijstelling kan worden verleend op basis van: a. toetsresultaten die bij een andere opleiding zijn behaald, of b. door (werk)ervaring verworven competenties, kennis of vaardigheden.

3. De student die in aanmerking wil komen voor vrijstelling kan hiertoe een schriftelijk en gemotiveerd ver-zoek indienen bij de examencommissie. Hierbij moeten tevens de bewijsstukken worden gevoegd waaruit blijkt dat de student reeds aan de vereisten van de desbetreffende onderwijseenheid heeft voldaan. Dit verzoek moet uiterlijk 5 werkdagen na aanvang van de desbetreffende onderwijseenheid worden inge-diend bij de examencommissie.

4. Indien het verzoek niet volledig is, kan de examencommissie beslissen dat de student het verzoek kan aanvullen binnen een door de examencommissie vast te stellen termijn.

5. De examencommissie deelt binnen 15 werkdagen na ontvangst van het verzoek haar beslissing schriftelijk aan de student mee. Indien de student de gelegenheid heeft gekregen het verzoek aan te vullen als be-doeld in lid 4, deelt de examencommissie haar beslissing binnen 15 werkdagen na ontvangst van de aan-vulling schriftelijk aan de student mee.

Artikel 4.13 Geldigheidsduur van toetsresultaten 1. Een behaald propedeutisch of afsluitend examen is onbeperkt geldig. 2. Toetsresultaten en vrijstellingen, behaald vanaf 1 september 2011, zijn beperkt geldig:

a. toetsresultaten en vrijstellingen in de propedeutische fase zijn drie jaar geldig, gerekend vanaf de da-tum waarop de toets is afgenomen, zolang het propedeutisch examen nog niet is behaald;

b. toetsresultaten en vrijstellingen in de hoofdfase zijn vijf jaar geldig, gerekend vanaf de datum waarop de toets is afgenomen, zolang het afsluitend examen nog niet is behaald.

3. In afwijking van lid 2 geldt de volgende overgangsregeling voor eerder behaalde toetsresultaten en vrij-stellingen: a. toetsresultaten en vrijstellingen, behaald tussen 1 september 2007 en 31 augustus 2011, zijn tien jaar

geldig zolang het examen van de betreffende opleidingsfase nog niet is behaald, tenzij in de toenma-lig geldende Onderwijs- en Examenregeling een andere geldigheidsduur was vastgelegd;

b. toetsresultaten en vrijstellingen, behaald voor 1 september 2007, zijn onbeperkt geldig, tenzij in de toenmalig geldende Onderwijs- en Examenregeling een beperkte geldigheidsduur was vastgelegd.

4. Wanneer een onderwijseenheid nog niet is afgesloten, zijn de resultaten van en vrijstellingen voor de daarvan onderdeel uitmakende deeltoetsen, behaald vanaf 1 september 2011, drie jaar geldig in de pro-pedeutische fase en vijf jaar geldig in de hoofdfase, gerekend vanaf de datum waarop de desbetreffende deeltoets is afgenomen.

5. In afwijking van lid 4 geldt de volgende overgangsregeling voor eerder behaalde resultaten van deeltoet-sen: a. resultaten van deeltoetsen, behaald tussen 1 september 2007 en 31 augustus 2011, zijn tien jaar gel-

dig zolang de onderwijseenheid waarvan de deeltoets onderdeel uitmaakt nog niet is afgesloten, ten-zij in de toenmalig geldende Onderwijs- en Examenregeling een andere geldigheidsduur was vastge-legd;

b. resultaten van deeltoetsen, behaald voor 1 september 2007, zijn onbeperkt geldig, tenzij in de toen-malig geldende Onderwijs- en Examenregeling een andere geldigheidsduur was vastgelegd.

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

49

6. In bijzondere gevallen, zoals bedoeld in art. 7.9 doch niet uitsluitend, kan de examencommissie, op schrif-telijk verzoek van de student, beslissen om de geldigheidsduur van een resultaat van een toets, deeltoets of vrijstelling te verlengen, of om een aanvullende of vervangende toets af te nemen. Dit verzoek moet uiterlijk 15 werkdagen voor het verlopen van de geldigheid van de desbetreffende toets of deeltoets wor-den ingediend bij de examencommissie.

Artikel 4.14 Ongeldig verklaren van toetsen of deeltoetsen 1. Indien onregelmatigheden bij een toets of deeltoets zijn vastgesteld, kan de examencommissie na

overleg met de faculteitsdirecteur beslissen dat de desbetreffende toets of deeltoets ook ongeldig wordt verklaard voor studenten bij wie geen onregelmatigheden zijn vastgesteld, indien de examencommissie krachtens haar rol als bedoeld in artikel 1.3 lid 2 van oordeel is dat de borging van de kwaliteit van de toetsing en examens in het gedrang is gekomen.

2. Indien er geen onregelmatigheden bij een toets of deeltoets zijn vastgesteld kan de examencommissie, na zorgvuldig onderzoek te hebben gedaan, vanuit haar wettelijke taak om de kwaliteit van de tentamens en examens te borgen (artikel 7.12b lid 1 sub a WHW), bepalen dat een toets ongeldig is, als zij van oordeel is dat de kwaliteit van de toetsing ernstig in het gedrang is gekomen.

HOOFDSTUK 5. EXAMENS EN GETUIGSCHRIFTEN Artikel 5.1 Examens 1. Aan zowel de propedeutische fase als de hoofdfase van een bacheloropleiding en een Associate degree-

programma is een examen verbonden. 2. De examencommissie stelt de uitslag van een examen vast. De datum waarop de examencommissie de

uitslag van het examen heeft vastgesteld wordt vastgelegd als examendatum. 3. Een examen is afgelegd indien de student met goed gevolg de toetsen heeft afgelegd van de onderwijs-

eenheden die tot de betreffende fase behoren. 4. In afwijking van lid 2 kan de examencommissie, voordat zij de uitslag van een examen vaststelt, zelf een

onderzoek instellen naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de student indien de uitslagen van de desbetreffende toetsen daartoe aanleiding geven.

Artikel 5.2 Afstuderen In de afstudeerhandleiding van de opleiding zijn regelingen opgenomen met betrekking tot afstuderen, de be-oordeling in de afstudeerfase en de vaststelling van de uitslag van het afsluitende examen. De afstudeerhand-leiding is te vinden op blackboard. Artikel 5.3 Graadverlening 1. Indien de examencommissie heeft vastgesteld dat de student het afsluitend examen heeft behaald, ver-

leent het College van Bestuur de student de graad Bachelor of Business Administration 2. De student mag de verleende graad in zijn eigen naamsvermelding tot uitdrukking brengen als bedoeld in

artikel 7.19a, WHW. Artikel 5.4 Getuigschrift 1. Ten bewijze dat het propedeutisch of afsluitend examen met goed gevolgd is afgelegd, reikt de examen-

commissie aan de student een getuigschrift uit. 2. Uitreiking van een getuigschrift als bedoeld in lid 1 kan slechts plaatsvinden nadat de student aan de pro-

cedurele eisen voor afgifte van het getuigschrift, zoals beschreven in het Reglement In- en Uitschrijving Bacheloropleidingen heeft voldaan.

3. De student die heeft voldaan aan de voorwaarden voor het afleggen van een examen kan de examen-commissie verzoeken het getuigschrift op een latere datum dan de examendatum uit te reiken. Hiertoe moet de student uiterlijk vijf werkdagen voorafgaand aan de vergadering van de examencommissie een schriftelijk en gemotiveerd verzoek indienen. De examencommissie deelt de student haar beslissing na afloop van de vergadering schriftelijk mee.

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

50

4. Het getuigschrift wordt opgesteld in het Nederlands. Indien de student in plaats hiervan een getuigschrift in het Engels wenst te ontvangen, moet de student hiertoe een schriftelijk verzoek indienen bij de exa-mencommissie.

5. Het getuigschrift bestaat uit een diploma en een cijferlijst. Hierop worden vermeld: a. de volledige namen, geboorteplaats en geboortedatum van de student; b. de datum van de vergadering waarin de examencommissie de uitslag van het examen heeft vastge-

steld; c. de naam van de hogeschool en de naam van de opleiding zoals vermeld in het Centraal register oplei-

dingen hoger onderwijs;1 d. een overzicht van de behaalde onderwijseenheden en de daarvoor behaalde resultaten; e. de datum waarop de opleiding voor het laatst is geaccrediteerd, dan wel de datum waarop de oplei-

ding de toets nieuwe opleiding met goed gevolg heeft ondergaan; f. bij het afsluitend examen: de graad die aan de student is verleend; g. bij het afsluitend examen: de bevoegdheid die aan het behalen van het afsluitend examen is verbon-

den, indien van toepassing. 6. Bij het afsluitend examen wordt aan het getuigschrift een diplomasupplement volgens het Europese stan-

daardformaat toegevoegd, als bedoeld in artikel 7.11, lid 4, WHW. Dit diplomasupplement is in het Engels opgesteld. Indien de student met goed gevolg heeft deelgenomen aan een honoursprogramma, wordt hiervan een aantekening opgenomen in het diplomasupplement.

7. Indien de student zijn studie staakt en de examencommissie geen getuigschrift aan hem kan uitreiken, ontvangt hij desgevraagd een verklaring waarop vermeld wordt welke toetsen de student met goed ge-volg heeft afgelegd. Hiertoe moet de student een schriftelijk verzoek indienen bij de examencommissie.

Artikel 5.5 Judicium 1. De examencommissie stelt voor zowel het propedeutisch als het afsluitend examen vast of de student

met lof of met de hoogste lof is geslaagd. Indien de student voldoet aan de voorwaarden voor een van deze judicia, wordt het judicium op het getuigschrift vermeld.

2. De voorwaarden voor deze judicia zijn als volgt: a. het gewogen gemiddelde van de resultaten die de student heeft behaald voor alle onderwijseenhe-

den die tot de propedeutische fase of de hoofdfase behoren is ten minste: 1° 8,0 voor het judicium ‘met lof’; 2° 9,0 voor het judicium ‘met de hoogste lof’, en

b. voor alle onderwijseenheden die tot de propedeutische fase of tot de hoofdfase behoren heeft de student ten minste de volgende beoordeling verkregen: 1° 7,0 of ‘voldoende’ voor het judicium ‘met lof’; 2° 8,0 of ‘voldoende’ voor het judicium ‘met de hoogste lof’, en

c. de student heeft voor minder dan de helft van het onderwijsprogramma van de propedeuse of de hoofdfase vrijstelling gekregen, en

d. de examencommissie heeft nooit fraude vastgesteld bij de student. 3. Bij de berekening van het gewogen gemiddelde als bedoeld in lid 2, onder a, is het aantal studiepunten

van de betreffende onderwijseenheid de weegfactor. Resultaten die zijn behaald voor onderwijseenhe-den waarbij de beoordeling plaatsvond op de schaal voldoende-onvoldoende worden niet meegewogen bij de bepaling van het gemiddelde, evenals onderwijseenheden waarvoor de student vrijstelling heeft gekregen.

Artikel 5.6 Certificaat bijzondere verdiensten 1. De student die actief is in organisaties ter verbetering van studie- en leefklimaat kan naast zijn getuig-

schrift een certificaat ontvangen waarop de activiteiten vermeld staan, mits hij voor deze activiteiten geen studiepunten of financiële ondersteuning heeft ontvangen. De student dient voor een dergelijk cer-tificaat te worden voorgedragen door ten minste twee medewerkers van de hogeschool.

1 Het Centraal register opleidingen hoger onderwijs (CROHO) wordt beheerd door DUO en is raadpleegbaar via http://www.duo.nl/zakelijk/ho/croho/croho.asp.

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

51

2. Een student kan voor een certificaat worden voorgedragen bij zijn faculteitsdirecteur vanwege activitei-ten binnen zijn faculteit of opleiding. Een student kan voor een certificaat worden voorgedragen bij het College van Bestuur vanwege hogeschoolbrede activiteiten.

3. De faculteitsdirecteur respectievelijk het College van Bestuur beslist of het certificaat aan de student wordt afgegeven en geeft ingeval van een positieve beslissing, het certificaat af aan de student.

HOOFDSTUK 6. STUDIELOOPBAANBEGELEIDING Artikel 6.1 Studie(loopbaan)begeleiding bij aanvang van de opleiding De student wordt bij aanvang van een voltijdse opleiding uitgenodigd voor een intakeprocedure. Deze bestaat uit een intakegesprek en een zelfassessment en kan tevens een taaltoets bevatten. Hiermee wordt de match onderzocht tussen de student, de opleiding en het toekomstige beroepenveld. De student krijgt op basis van de intakeprocedure een advies. 1. Artikel 6.2 Studie(loopbaan)begeleiding tijdens de opleiding 1. In het onderwijs wordt voor elke student studie(loopbaan)begeleiding aangeboden, bestaande uit activi-

teiten die erop gericht zijn dat de student zicht krijgt op zijn motivatie, drijfveren, talent en visie, waar-door de student begeleid wordt in het maken van keuzes om sturing te geven aan de inhoud van zijn on-derwijsprogramma.

2. Zo lang de student de propedeuse nog niet heeft behaald, wordt hij uitgenodigd voor ten minste twee gesprekken met zijn studie(loopbaan)begeleider per studiejaar. In deze gesprekken wordt de studievoort-gang besproken op basis van de behaalde resultaten. Van deze gesprekken wordt, steeds binnen een ter-mijn van 10 werkdagen, een verslag gemaakt, dat door zowel de SLB-er als door de student wordt vastge-steld.

3. De activiteiten in het kader van studie(loopbaan)begeleiding zijn beschreven in de desbetreffende modu-lebeschrijvingen.

HOOFDSTUK 7. STUDIEADVIES 2. Artikel 7.1 Studieadvies in de propedeutische fase 1. De student ontvangt aan het eind van zijn eerste jaar van inschrijving voor de propedeutische fase van

een opleiding advies over de voortzetting van zijn studie binnen of buiten de opleiding waarvoor hij is in-geschreven. Dit advies wordt schriftelijk of per e-mail aan het hogeschoolmailadres van de student uitge-bracht door de examencommissie, namens en onder verantwoordelijkheid van de faculteitsdirecteur.

2. Een studieadvies kan worden uitgebracht zolang de student het propedeutische examen nog niet heeft behaald.

3. Aan de student kan een positief studieadvies, een uitgesteld advies of een negatief bindend studieadvies worden uitgebracht. Een negatief bindend studieadvies wordt uitgebracht wanneer de student, met in-achtneming van zijn persoonlijke omstandigheden, niet geschikt wordt geacht voor de opleiding, doordat zijn studieresultaten niet voldoen aan de eisen die in dit hoofdstuk worden gesteld.

4. Indien een student zijn inschrijving voor de propedeutische fase van een opleiding tijdens het studiejaar heeft beëindigd, wordt aan hem alsnog uiterlijk aan het eind van het betreffende jaar van inschrijving een studieadvies uitgebracht. Als de student zijn opleiding om persoonlijke redenen heeft onderbroken en tijdig een verzoek bij de examencommissie heeft ingediend om deze persoonlijke redenen in acht te ne-men, kan de examencommissie beslissen dat het uitbrengen van een studieadvies wordt uitgesteld tot het eind van het eerstvolgende studiejaar waarin de student zich opnieuw voor dezelfde opleiding in-schrijft.

5. Indien een student met zijn opleiding is begonnen op een regulier instroommoment in februari, wordt in dit hoofdstuk met ‘het eerste jaar van inschrijving’ bedoeld: de periode vanaf het instroommoment tot en met de maand februari in het daaropvolgende kalenderjaar, en wordt met ‘het tweede jaar van inschrij-ving’ bedoeld: de periode vanaf de maand februari in het kalenderjaar volgend op het instroommoment tot en met de maand februari in het tweede kalenderjaar volgend op het instroommoment.

Artikel 7.2 Studievoortgangsnorm 1. Indien de student aan het eind van zijn eerste jaar van inschrijving zijn propedeutisch examen heeft be-

haald, wordt aan hem een positief studieadvies uitgebracht.

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

52

2. Indien de student aan het eind van zijn eerste jaar van inschrijving ten minste 50 studiepunten heeft be-haald en heeft voldaan aan het kwalitatief criterium, wordt aan hem een positief studieadvies uitge-bracht. Aan het kwalitatief criterium is voldaan indien de volgende onderwijseenheden zijn behaald: ken-nistoets organisatieontwikkeling, kennistoets professionele ontwikkeling en de toets taalvaardigheden.

3. Indien voor één of meer onderwijseenheden in de propedeutische fase vrijstelling is verleend aan de stu-dent, geldt in afwijking van het in lid 2 genoemde aantal van 50 studiepunten dat de student ten minste 5/6e van de na aftrek van vrijstellingen te behalen studiepunten uit de propedeutische fase, zo nodig af te ronden naar boven, moet hebben behaald.

4. Indien de student aan het eind van zijn eerste jaar van inschrijving niet heeft voldaan aan lid 2 of, indien van toepassing, lid 3 van dit artikel, wordt aan hem een negatief bindend studieadvies uitgebracht.

5. Indien naar oordeel van de examencommissie de persoonlijke omstandigheden van de student hiertoe aanleiding geven, kan het uitbrengen van een studieadvies worden uitgesteld. De procedure hiervoor is beschreven in artikel 7.6.

3. Artikel 7.3 Positief studieadvies De student aan wie een positief studieadvies is uitgebracht, mag zijn opleiding voortzetten. 4. Artikel 7.4 Negatief bindend studieadvies 1. De student aan wie een negatief bindend studieadvies is uitgebracht, mag zich niet meer inschrijven voor

diezelfde bacheloropleiding of hetzelfde Associate degree-programma aan De Haagse Hogeschool. 2. Een negatief bindend studieadvies kan alleen worden uitgebracht wanneer aan de volgende voorwaarden

is voldaan: a. aan de student is studie(loopbaan)begeleiding aangeboden; b. de gegevens over de studievoortgang van de student zijn opgenomen in het studievolgsysteem OSI-

RIS; c. de opleiding biedt voor elke onderwijseenheid ten minste één herkansing in hetzelfde studiejaar aan,

met uitzondering van onderwijseenheden met een specifiek karakter, zoals een stage of selecterend project, waarvoor een herkansing redelijkerwijs niet valt in te passen in het onderwijsprogramma;

d. aan de student is een waarschuwing afgegeven op een zodanig tijdstip dat de student de mogelijk-heid had zijn studieresultaten te verbeteren;

e. er is rekening gehouden met persoonlijke omstandigheden voor zover de student tijdig bij de exa-mencommissie hierom heeft verzocht;

f. de student is in de gelegenheid gesteld om door de examencommissie gehoord te worden voordat het (negatief bindend) studieadvies is uitgebracht.

3. Indien tijdens een studiejaar een negatief bindend studieadvies aan de student is uitgebracht, wordt zijn inschrijving door het College van Bestuur beëindigd met ingang van de tweede hele maand volgend op de maand waarin het negatief bindend studieadvies schriftelijk of per e-mail is uitgebracht. Indien de stu-dent zijn inschrijving eerder wil beëindigen, moet hij daartoe tijdig een verzoek indienen bij de Centrale Studenten Inschrijving.

4. Een negatief bindend studieadvies voor een bacheloropleiding of een Associate degree-programma kan ook gelden voor bacheloropleidingen of Associate degree-programma’s die het propedeutisch examen gemeen hebben met deze bacheloropleiding of dit Associate degree-programma. In dat geval wordt in het studieadvies vermeld op welke bacheloropleidingen of Associate degree-programma’s het studiead-vies betrekking heeft.

Artikel 7.5 Opnieuw inschrijven na negatief bindend studieadvies 1. Indien aan de student een negatief bindend studieadvies is uitgebracht en de student zich opnieuw voor

de desbetreffende opleiding wil inschrijven, kan hij hiertoe een verzoek indienen bij de faculteitsdirec-teur. Dit is mogelijk na afloop van het eerste studiejaar dat volgt op het studiejaar waarin hem een nega-tief bindend studieadvies is uitgebracht.

2. De faculteitsdirecteur kan de student toestemming geven zich opnieuw voor deze opleiding in te schrij-ven, mits de student aannemelijk heeft gemaakt dat hij de opleiding met vrucht zal kunnen volgen. De beoordeling hiervan vindt plaats door de faculteitsdirecteur.

3. Indien de student toestemming krijgt zich opnieuw in te schrijven, volgt hij het onderwijsprogramma dat geldt op het moment waarop hij opnieuw wordt ingeschreven. Na het eerste jaar van inschrijving, gere-kend vanaf het moment waarop de student opnieuw wordt ingeschreven, wordt opnieuw een studiead-vies uitgebracht, op basis van de resultaten die de student in dit jaar heeft behaald.

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

53

Artikel 7.6 Persoonlijke omstandigheden en uitstel van het studieadvies 1. De examencommissie kan, na kennis genomen te hebben van een gemotiveerd advies van de studentde-

caan, beslissen om het uitbrengen van het studieadvies uit te stellen indien de persoonlijke omstandighe-den van de student hiertoe aanleiding geven. Aan dit uitstel wordt een termijn verbonden, waarna alsnog een studieadvies wordt uitgebracht. Ook wordt aangegeven aan welke studievoortgangsnorm de student na deze termijn dient te voldoen. Tevens kan de examencommissie beslissen om nadere voorwaarden aan het uitstel te verbinden. De beslissing tot uitstel, inclusief de termijn, de studievoortgangsnorm waar-aan na uitstel moet zijn voldaan en de eventuele nadere voorwaarden, wordt schriftelijk of per e-mail uit-gebracht door de examencommissie.

2. Indien de student wil dat de examencommissie rekening houdt met zijn persoonlijke omstandigheden, dan moet hij de studentendecaan en zijn studie(loopbaan)begeleider over deze omstandigheden informe-ren op het moment dat deze zich voordoen, of zo spoedig mogelijk daarna. Ook moet de student een ge-motiveerd en onderbouwd verzoek bij de examencommissie indienen om het uitbrengen van het studie-advies vanwege deze persoonlijke omstandigheden uit te stellen. De student is zelf verantwoordelijk voor het melden van de omstandigheden, het doen van een verzoek bij de examencommissie en voor het in overleg met de studieloopbaanbegeleider opstellen van een studieplan om eventuele studievertraging te voorkomen of zoveel mogelijk te beperken.

3. Uitsluitend de volgende persoonlijke omstandigheden kunnen, ter beoordeling van de examencommissie, aanleiding geven voor het verlenen van uitstel van het uitbrengen van een studieadvies: a. ziekte: elke lichamelijke of psychische ongesteldheid; b. functiebeperking: een lichamelijke, zintuiglijke of psychische functiebeperking; c. zwangerschap en bevalling; d. bijzondere familieomstandigheden:

1 de langdurige verzorging van een zieke bloedverwant of iemand binnen het eigen samenlevings-verband;

2 langdurige psychische en/of sociale problemen in het eigen samenlevingsverband; 3 andere omstandigheden die als bijzondere familieomstandigheden worden aangemerkt;

e. het beoefenen van topsport of andere activiteiten op hoog niveau waarbij de student behoort tot de (inter)nationale top van zijn discipline en hieraan ten minste 15 uur per week besteedt;

f. het lidmaatschap van de hogeschoolraad, een faculteitsraad of opleidingscommissie; g. het lidmaatschap van een commissie binnen de hogeschool, voor zover deze commissie is opgeno-

men in de ‘Lijst van Studentenorganisaties en Medezeggenschapsorganen’ in het Studentenstatuut deel 1 van het desbetreffende studiejaar;

h. het lidmaatschap van het bestuur van een studievereniging, studentenvereniging of studentenorgani-satie met volledige rechtsbevoegdheid, voor zover deze vereniging of organisatie is opgenomen in de ‘Lijst van Studentenorganisaties en Medezeggenschapsorganen’ in het Studentenstatuut deel 1 van het desbetreffende studiejaar.

Artikel 7.7 Tijdsverloop 1. Het studieadvies wordt uiterlijk op 31 juli van het betreffende jaar van inschrijving uitgebracht, tenzij er in

de periode van 31 juli tot en met 31 augustus nog gelegenheid is om studiepunten te behalen. In dat ge-val wordt het studieadvies uiterlijk op 31 augustus van het betreffende jaar van inschrijving uitgebracht.

2. Voorafgaand aan het uitbrengen van het studieadvies wordt uiterlijk op 31 maart een waarschuwing voor een mogelijk negatief bindend studieadvies afgegeven.

3. Indien de student wil dat de examencommissie bij het uitbrengen van het studieadvies rekening houdt met zijn persoonlijke omstandigheden, moet een verzoek daartoe uiterlijk op 1 juli voorafgaand aan het uitbrengen van het studieadvies door de examencommissie schriftelijk of per e-mail zijn ontvangen.

Artikel 7.8 Bepalingen bij ingesteld beroep 1. Indien een student conform artikel 1.4, lid 7, beroep heeft ingesteld tegen de beslissing om hem een ne-

gatief bindend studieadvies op te leggen, wordt de uitvoering van het negatief bindend studieadvies op-geschort totdat het College van Beroep voor de Examens uitspraak heeft gedaan over het beroep, of tot-dat de student het beroep heeft ingetrokken.

2. De student kan zich derhalve desgewenst voor de duur van het beroep bij het College van Beroep voor de Examens opnieuw inschrijven, waardoor hij geen onnodige studievertraging oploopt wanneer zijn beroep

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

54

gegrond wordt verklaard. De eventueel in deze periode behaalde studieresultaten worden niet meegewo-gen bij de beoordeling van het beroep door het College van Beroep voor de Examens.

3. Indien het College van Beroep voor de Examens het beroep ongegrond of niet-ontvankelijk verklaart, dan wel indien de student het beroep intrekt, wordt de inschrijving van de student door het College van Be-stuur beëindigd. Deze beëindiging vindt plaats met ingang van de maand die volgt op de maand waarin de student het beroep heeft ingetrokken of waarin het Loket Rechtsbescherming de student op de hoogte heeft gesteld van het feit dat het College van Beroep voor de Examens uitspraak heeft gedaan.

HOOFDSTUK 8. ONREGELMATIGHEDEN Artikel 8.1 Reikwijdte 1. Onder onregelmatigheden wordt onder andere, maar niet uitsluitend, verstaan:

a. het niet opvolgen van schriftelijk of mondeling gegeven regels of aanwijzingen omtrent de gang van zaken tijdens een toets;

b. fraude; c. plagiaat.

2. Onder fraude wordt onder andere, maar niet uitsluitend, verstaan: a. het afkijken tijdens een toets; b. het in het zicht of onder handbereik hebben van ongeoorloofd materiaal tijdens een toets; c. het inleveren van werk onder een andere naam dan de eigen naam; d. het zich niet houden aan regels die (mede) zijn ingesteld om fraude te voorkomen tijdens een toets; e. het ter beschikking stellen van eigen materiaal aan anderen; f. het zich voorafgaand aan de toets in kennis gesteld hebben van vragen, opgaven of modelantwoor-

den van de betreffende toets; g. het tijdens of na afloop van een toets overnemen van vragen en/of modelantwoorden en deze zelf

gebruiken of aan anderen ter beschikking stellen; h. het aanwenden van vervalste gegevens voor onderzoek in het kader van een onderwijseenheid of de

scriptie; i. het vervalsen van beoordelingen.

3. Onder plagiaat worden onder andere, maar niet uitsluitend, de volgende gedragingen verstaan: a. het letterlijk of in eigen woorden verwerken van delen van het werk van anderen of eerder gepubli-

ceerd eigen werk, al dan niet met aanhalingstekens, in eigen werk zonder verdere specificatie of bronvermelding.

b. het presenteren van uitgewerkte ideeën of vondsten van anderen als eigen ideeën of vondsten. Artikel 8.2 Procedure bij het constateren van onregelmatigheden 1. Wanneer een onregelmatigheid tijdens of na de toets wordt vermoed, geldt de volgende procedure:

a. de surveillant of examinator maakt een aantekening op het door de student ingeleverde of in te leve-ren werk en neemt eventuele bewijsstukken in;

b. de student wordt in de gelegenheid gesteld om de toets of het examen af te maken; c. de surveillant of examinator maakt proces-verbaal op, waarin ten minste wordt vastgelegd wat de

surveillant of examinator heeft waargenomen en op grond waarvan het vermoeden van fraude is ontstaan;

d. de surveillant of examinator stelt de examencommissie op de hoogte van het vermoeden van fraude en overlegt daarbij het proces-verbaal;

e. binnen vijf werkdagen na ontvangst van de melding stelt de examencommissie de student op de hoogte van het vermoeden van fraude;

f. binnen vijftien werkdagen na ontvangst van de melding stelt de examencommissie de student in de gelegenheid om te worden gehoord, waartoe de examencommissie de student schriftelijk een uitno-diging stuurt;

g. binnen vijftien werkdagen na het tijdstip waarop de student in de gelegenheid is gesteld om te wor-den gehoord stelt de examencommissie vast of er sprake is van fraude;

h. indien nader onderzoek nodig is, kan de examencommissie beslissen de termijn van vijftien werkda-gen te verlengen en stelt zij de student hiervan tijdig op de hoogte;

i. de beslissing wordt tezamen met de eventueel opgelegde sancties schriftelijk aan de student mede-gedeeld, waarbij tevens een afschrift aan de faculteitsdirecteur wordt gestuurd.

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

55

2. Bij vermoeden van een onregelmatigheid wordt het gemaakte werk eerst nagekeken. De beoordeling van het werk wordt niet aan de student toegekend. Indien de examencommissie vaststelt dat er geen sprake is van een onregelmatigheid, wordt de beoordeling aan de student toegekend.

3. Bij de detectie van plagiaat in teksten kan onder meer gebruik worden gemaakt van elektronische detec-tieprogramma’s zoals Ephorus. Met het aanleveren van de tekst geeft de student toestemming tot het opnemen van de tekst in de database van het betreffende detectieprogramma.

4. Indien plagiaat in een toets wordt geconstateerd of vermoed, kan de examencommissie besluiten eerder door dezelfde student ingeleverde toetsen te onderzoeken op plagiaat. De student wordt dringend ver-zocht om aan een dergelijk onderzoek mee te werken.

Artikel 8.3 Sancties 1. Afhankelijk van de ernst van de gepleegde onregelmatigheid, herhaalde onregelmatigheid daaronder be-

grepen, kan de examencommissie de student de volgende sancties opleggen: a. ongeldig verklaren van (een gedeelte van) de betreffende toets; b. uitsluiting van deelname aan de betreffende toets tot een maximum van een jaar; c. uitsluiting van meerdere, door de examencommissie aan te wijzen toetsen tot een maximum van een

jaar; d. een combinatie van bovengenoemde maatregelen.

2. Het College van Bestuur kan op verzoek van de examencommissie overgaan tot de volgende sancties: a. definitieve beëindiging van de inschrijving voor de opleiding van de student; b. aangifte bij de politie; c. een combinatie van bovengenoemde maatregelen.

3. Tegen een sanctie die de examencommissie of het College van Bestuur op basis van dit artikel heeft opge-legd, kan binnen zes weken na de beslissing beroep dan wel bezwaar worden ingesteld bij het Loket Rechtsbescherming via [email protected].

HOOFDSTUK 9. BIJZONDERE VOORZIENINGEN Artikel 9.1 Voorzieningen voor studenten met een functiebeperking 1. De student met een functiebeperking vanwege een handicap of chronische ziekte heeft recht op doeltref-

fende, ofwel geschikte en noodzakelijke aanpassingen, tenzij deze voor de hogeschool een onevenredige belasting vormen. Deze aanpassingen dienen ertoe belemmeringen weg te nemen of te beperken en de zelfstandigheid en volwaardige participatie van de student zoveel mogelijk te bevorderen. De aanpassin-gen kunnen betrekking hebben op: a. de toegankelijkheid van gebouwen; b. het onderwijsprogramma, inclusief de stages; c. de onderwijsroosters; d. de werkvormen, inclusief de begeleiding; e. de leermiddelen, en f. de toetsing.

2. De student met een functiebeperking die aanspraak wil maken op aanpassingen, dient hiertoe een gemo-tiveerd verzoek in bij de examencommissie. Dit verzoek moet zijn voorzien van een advies van de studen-tendecaan, dat gebaseerd is op een aan de studentendecaan overhandigde verklaring van een BIG-geregi-streerde zorgverlener, waarin de persoonlijke gegevens van de student en de medische diagnose vermeld zijn. In afwijking van de vorige volzin volstaat bij dyslexie een dyslexieverklaring op grond van een door een erkende psycholoog of orthopedagoog verricht onderzoek. Wanneer de examencommissie dit voor de door haar te nemen beslissing noodzakelijk acht, kan zij op basis van geheimhouding inzage krijgen in de overhandigde verklaring.

3. Bij besluitvorming omtrent voorzieningen voor studenten met een functiebeperking gelden de volgende termijnen: a. de studentendecaan brengt binnen 15 werkdagen na de intake inzake een functiebeperking van de

student advies uit aan de examencommissie; b. de examencommissie beslist binnen 15 werkdagen na ontvangst van het advies van de studentende-

caan over de toekenning van aanpassingen; c. een beslissing om aanpassingen toe te kennen wordt uitgevoerd binnen 15 werkdagen nadat de be-

slissing is genomen;

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

56

d. indien het een verzoek tot een complexe voorziening betreft, kunnen elk van deze termijnen met 15 werkdagen worden verlengd. De betrokken functionaris stelt de student op de hoogte van deze ver-lenging voor het verstrijken van de oorspronkelijke termijn.

Artikel 9.2 Voorzieningen voor studenten die een topprestatie leveren 1. De student die topsport beoefent of een topprestatie op cultureel of ander gebied op het hoogste niveau

levert, kan een verzoek indienen voor studiefaciliteiten. Dit verzoek moet direct bij aanvang van het stu-diejaar, dan wel direct na het aanvangen van de activiteiten worden ingediend bij de examencommissie.

2. De examencommissie beslist binnen 15 werkdagen na ontvangst van het verzoek. Hierbij laat zij zich advi-seren door de coördinator topsport indien er sprake is van de beoefening van topsport, dan wel door de studentendecaan indien er sprake is van een andere topprestatie.

Artikel 9.3 Voorzieningen voor studenten met een buitenlandse vooropleiding 1. De student die is toegelaten op grond van een buiten Nederland afgegeven diploma van voortgezet on-

derwijs kan een verzoek indienen om gedurende het eerste jaar van inschrijving aan de hogeschool voor Nederlandstalige toetsen en deeltoetsen 30% extra toetstijd te krijgen en/of gebruik te mogen maken van een woordenboek. Dit verzoek moet binnen 15 werkdagen na aanvang van het studiejaar worden gericht aan de examencommissie.

2. De examencommissie kan op verzoek van de student de aanpassingen uitbreiden. Artikel 9.4 Voorzieningen in andere situaties In bijzondere gevallen kunnen voorzieningen worden getroffen voor studenten die niet voldoen aan de voor-waarden als bedoeld in de artikelen 9.1 tot en met 9.3. De faculteitsdirecteur beslist in deze gevallen over het al dan niet treffen van voorzieningen. HOOFDSTUK 10. SLOTBEPALING Artikel 10.1 Afwijking van de Onderwijs- en Examenregeling 1. In gevallen waarin de Onderwijs- en Examenregeling niet voorziet of waarin de toepassing van de Onder-

wijs- en Examenregeling zou leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard, beslist de examencom-missie, tenzij de faculteitsdirecteur op het desbetreffende onderwerp bevoegd is.

2. Een student kan een verzoek om af te wijken van de Onderwijs- en Examenregeling indienen bij de exa-mencommissie. Indien de examencommissie op het desbetreffende onderwerp niet bevoegd is, zendt de examencommissie het verzoek door naar de faculteitsdirecteur.

3. In gevallen waarin de Onderwijs- en Examenregeling niet voorziet in een redelijke termijn waarbinnen de examencommissie op verzoek van student een besluit dient te nemen, geldt een termijn van 15 werkda-gen.

Bijlage 1. Jaarplanning 2016 - 2017

Periode Van Tot en met Introductie (jaar 1) en herkansingen Periode 1 - herfstreces 17 oktober 2016 21 oktober 2016 - toetsperiode Periode 2 - kerstreces 26 december 2016 6 januari 2017 - toetsperiode Periode 3 - voorjaarsreces 27 februari 2017 3 maart 2017 - Pasen 14 april 2017 17 april 2017 - toetsperiode

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

57

Periode 4 - Koningsdag 27 april 2017 - Bevrijdingsdag 5 mei 2017 - Hemelvaartsdag 25 mei 2017 - Pinksteren 5 juni 2017 - Zomerreces 17 juli 2017 25 augustus 2017

N.B. met ‘toetsperiode’ wordt bedoeld: een onderwijsvrije periode waarin de student in de gelegenheid wordt gesteld toetsen af te leggen. Voor het studiejaar 2016-2017 is de toetsperiode niet exact vastgesteld;

De Haagse Hogeschool | Onderwijs- en Examenregeling 2016-2017 opleiding Human Resource Management

58

5. REGLEMENT EXAMENCOMMISSIE EN TOETSCOMMISSIE

Reglement Examencommissie en toetscommissie De Haagse Hogeschool 2015-2016 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1.1 Begripsbepalingen 1. In deze regeling wordt verstaan onder:

a. examencommissie: het orgaan dat op objectieve en deskundige wijze vaststelt of een student vol-doet aan de voorwaarden die de onderwijs- en examenregeling stelt ten aanzien van kennis, inzicht en vaardigheden die nodig zijn voor het verkrijgen van een graad;

b. faculteitsdirecteur: de functionaris die leiding geeft aan een faculteit; c. Onderwijs- en Examenregeling (OER): de regeling waarin informatie over de opleiding is opgenomen,

alsmede de geldende procedures en rechten en plichten ten aanzien van het onderwijs en de exa-mens;

d. opleiding: een opleiding zoals bedoeld in artikel 7.3 tweede lid, WHW en zoals vermeld in het CROHO, inclusief alle opleidingsvormen en opleidingsvarianten die onder dezelfde CROHO-code val-len;

e. toets: een toets of een deeltoets; f. toetscommissie: het orgaan dat namens, onder toezicht en onder verantwoordelijkheid van de exa-

mencommissie de controle op de naleving van het in het toetshandboek vastgelegde toetsbeleid en de daarin genoemde kwaliteitscriteria uitvoert.

2. Voor de begrippen die niet in het eerste lid zijn beschreven, zijn de begripsbepalingen zoals vermeld in de Onderwijs- en Examenregeling en in het Studentenstatuut deel 1 van overeenkomstige toepassing.

Hoofdstuk 2. De examencommissie

Artikel 2.1 Inrichting van de examencommissie 1. De faculteitsdirecteur stelt voor zijn faculteit een of meerdere examencommissies in. Voor de inrichting

van de examencommissie gelden de volgende uitgangspunten: a. alle vormen en varianten van een opleiding vallen onder dezelfde examencommissie; b. alle opleidingen die onder een opleidingsmanager vallen, vallen onder dezelfde examencommissie; c. een examencommissie omvat maximaal 4 opleidingen en/of maximaal 2500 ingeschreven studen-

ten; d. de indeling vindt voorts plaats op grond van inhoudelijke verwantschap en omvang van de opleidin-

gen; e. indien de overige uitgangspunten dit toelaten, omvat een examencommissie meer dan één oplei-

ding. 2. De faculteitsdirecteur deelt voorafgaand aan het studiejaar mee aan het College van Bestuur hoe hij de

examencommissies binnen zijn faculteit heeft ingericht. Artikel 2.2 Procedure voor benoeming van leden van de examencommissie 1. De faculteitsdirecteur benoemt voorafgaand aan het studiejaar de leden van de examencommissie con-

form de criteria zoals genoemd in artikel 2.3. 2. De voorzitter van de examencommissie is lid van de examencommissie en wordt in zijn rol benoemd

door de faculteitsdirecteur. 3. De leden van de examencommissie worden benoemd voor een periode van één studiejaar en zijn

daarna nog ten hoogste vijf maal achtereenvolgens herbenoembaar. 4. Alvorens tot benoeming van een lid over te gaan, hoort de faculteitsdirecteur de leden van de examen-

commissie. 5. Indien een van de leden van de examencommissie door een onvoorziene omstandigheid, zoals ziekte of

beëindiging van het dienstverband, gedurende het studiejaar zijn functie moet neerleggen, kan de facul-teitsdirecteur voor het resterende deel van het studiejaar een vervanger benoemen.

________________________________________________________________________________________________________________________ Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017

FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE 59

6. De faculteitsdirecteur draagt er zorg voor dat de samenstelling van de examencommissie of examen-commissies van zijn faculteit uiterlijk 31 oktober van het betreffende studiejaar is doorgegeven aan de beheerder van het Register Examencommissies, te weten het Loket Rechtsbescherming.

Artikel 2.3 Samenstelling van de examencommissie 1. De examencommissie bestaat uit ten minste drie leden, inclusief de voorzitter en de externe leden. 2. Vanuit elk van de opleidingen die onder de examencommissie vallen is ten minste één docent lid van de

examencommissie. 3. In de examencommissie heeft ten minste één extern lid zitting. Een extern lid is een docent die bij een

andere faculteit van de hogeschool werkzaam is, of iemand die niet bij de hogeschool werkzaam is. 4. Tot lid van de examencommissie kunnen docenten en externen worden benoemd die deskundigheid

bezitten op een of meer van de volgende gebieden, dit ter beoordeling van de faculteitsdirecteur. Van elk van deze gebieden dient voldoende deskundigheid in de examencommissie aanwezig te zijn: a. de body of knowledge van de opleidingen die onder de examencommissie vallen; b. het opleidingsprogramma en de opleidingspraktijk van de opleidingen die onder de examencommis-

sie vallen; c. toetsing en toetskwaliteit.

5. De voorzitters van de toetscommissies van de opleidingen die onder de examencommissie vallen zijn uit hoofde van hun functie lid van de examencommissie.

6. De volgende functionarissen kunnen niet tot lid van de examencommissie worden benoemd: a. faculteitsdirecteuren; b. opleidingsmanagers; c. teamleiders; d. managers faculteitsbureau; e. medewerkers van diensten; f. ambtelijk secretarissen van examencommissies.

Artikel 2.4 Rechten en plichten van leden van de examencommissie 1. Elk lid van de examencommissie dient binnen twee jaar na zijn eerste benoeming tot lid van de examen-

commissie de ‘Leergang Examencommissie’ van de hogeschool volledig gevolgd te hebben. 2. Bij de beoordeling van het functioneren van leden van de examencommissies in het kader van de R&O-

cyclus worden de beslissingen van de examencommissie en de individuele oordelen van het betreffende lid niet betrokken.

Artikel 2.5 Taken en bevoegdheden van de examencommissie 1. Onverminderd het bepaalde in artikel 3.4, lid 1 en 2, kunnen de taken en bevoegdheden van de examen-

commissie niet door een ander orgaan, al dan niet namens de examencommissie, worden uitgevoerd. 2. De examencommissie is belast met het borgen van de kwaliteit van de toetsen en examens, waaronder

tevens begrepen wordt de kwaliteit van de organisatie en procedures rondom de toetsen en examens. 3. De examencommissie stelt, binnen het kader van de Onderwijs- en Examenregeling, de richtlijnen vast

om de uitslag van toetsen en examens te beoordelen. Deze richtlijnen kunnen onderdeel uitmaken van het toetshandboek.

4. Elke faculteit heeft één toetshandboek. De examencommissie stelt het toetshandboek voor de faculteit vast. Dit bevat in ieder geval het faculteitsspecifieke toetsbeleid, gebaseerd op het hogeschoolbrede toetsbeleidskader. Het toetshandboek wordt opgesteld door of namens de faculteitsdirecteur, die het toetshandboek ter vaststelling aan de examencommissie voorlegt. De examencommissie vraagt de toetscommissies om advies over het toetshandboek en betrekt dit advies bij haar oordeel over het toetshandboek. Indien binnen een faculteit meerdere examencommissies zijn ingesteld, dienen alle exa-mencommissies binnen de faculteit het toetshandboek vast te stellen.

5. De examencommissie ziet toe op de controle op de naleving van het in het toetshandboek vastgelegde toetsbeleid en de daarin genoemde kwaliteitscriteria door de toetscommissie.

6. Indien de bevindingen van de examencommissie of de toetscommissie hiertoe aanleiding geven, kan de examencommissie beslissen een toets ongeldig te verklaren: a. indien de toets ongeldig wordt verklaard voordat deze afgenomen wordt, stelt de examencommissie

de faculteitsdirecteur en de opleidingsmanager hiervan onmiddellijk op de hoogte, waarna de facul-teitsdirecteur verantwoordelijk is voor een zorgvuldige afhandeling van deze beslissing;

________________________________________________________________________________________________________________________ Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017

FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE 60

b. indien de toets ongeldig wordt verklaard nadat deze afgenomen is, kan de examencommissie de toets conform de Onderwijs- en Examenregeling ongeldig verklaren bij voorkeur na overleg met de faculteitsdirecteur, waarna de faculteitsdirecteur verantwoordelijk is voor een zorgvuldige afhandeling van deze beslissing.

7. De examencommissie wijst op voordracht van de faculteitsdirecteur examinatoren aan voor het afnemen van toetsen en het vaststellen van de uitslag daarvan voor de opleidingen die onder de exa-mencommissie vallen. Hierbij kan de examencommissie vastleggen of de aanwijzing van een examinator al dan niet beperkt is tot een of meerdere specifieke taken of vakgebieden.

8. De examencommissie stelt vast of de student heeft voldaan aan de voorwaarden die de Onderwijs- en Examenregeling van een opleiding stelt ten aanzien van het behalen van het propedeutisch examen.

9. De examencommissie brengt namens de faculteitsdirecteur uiterlijk aan het eind van het eerste, respec-tievelijk het tweede jaar aan de student die daar volgens de regels uit de Onderwijs- en Examenregeling voor in aanmerking komt, een bindend studieadvies uit.

10. De examencommissie stelt vast of de student het afsluitende examen van de opleiding met goed gevolg heeft afgelegd en dus voldoet aan de voorwaarden die de Onderwijs- en Examenregeling van een opleiding stelt ten aanzien van kennis, inzicht en vaardigheden.

11. Wanneer de examencommissie heeft vastgesteld dat het examen met goed gevolg is afgelegd en wan-neer door of namens de faculteitsdirecteur is verklaard dat voldaan is aan de procedurele eisen voor afgifte van een getuigschrift, reikt de examencommissie het getuigschrift met vermelding van de door de instelling verleende graad uit, samen met het diplomasupplement.

12. De examencommissie stelt vast of de student op grond van zijn studieprestaties met lof of met de hoogste lof is geslaagd en vermeldt dit op het getuigschrift.

13. De examencommissie reikt desgewenst aan een student die voortijdig zijn studie staakt een verklaring uit waarin de toetsen zijn vermeld die door hem met goed gevolg zijn afgelegd.

14. De examencommissie kan op verzoek van een student: a. de student vrijstelling verlenen voor het afleggen van een of meer toetsen; b. de student vrijstelling verlenen van de verplichting tot deelname aan praktische oefeningen met het

oog op de toelating tot het afleggen van een toets, al dan niet onder oplegging van vervangende ei-sen;

c. de student ontheffing verlenen van de ingangseis voor het afleggen van een toets; d. beslissen over toelating van de student tot een verkorte route; e. beslissen over toelating van de student tot een excellentieprogramma; f. beslissen over toelating van de student tot een minor of over een andere invulling van de minor-

ruimte; g. de geldigheidsduur van een met goed gevolg afgelegde toets of deeltoets verlengen; h. beslissen om nog niet tot de uitreiking van een getuigschrift over te gaan.

15. Indien het vermoeden van fraude, plagiaat of andere onregelmatigheden bestaat, stelt de examencom-missie, conform de procedure die is beschreven in de Onderwijs- en Examenregeling, vast of hiervan daadwerkelijk sprake is. Na vaststelling van fraude, plagiaat of andere onregelmatigheid kan de examen-commissie de desbetreffende student het recht ontnemen één of meer door de examencommissie aan te wijzen toetsen of examens af te leggen, gedurende een door de examencommissie te bepalen termijn van ten hoogste een jaar. In aanvulling hierop kan het College van Bestuur op voorstel van de examen-commissie de inschrijving voor de opleiding van de desbetreffende student definitief beëindigen.

16. De examencommissie beslist, binnen de vigerende regelgeving betreffende studeren met een functiebe-perking op de hogeschool, over de maatregelen die de opleiding moet nemen voor studenten met een functiebeperking.

17. De examencommissie is belast met de behandeling van bezwaarschriften van studenten tegen beoordeling door een examinator. Indien een student bij het College van Beroep voor de Examens be-roep heeft ingesteld tegen een beslissing van of namens de examencommissie of van een examinator, is de examencommissie belast met het nagaan of een minnelijke schikking mogelijk is, dan wel met het voeren van verweer.

18. Indien een student bij de examencommissie een verzoek of een klacht indient waarbij een examinator betrokken is die lid is van de examencommissie, neemt de betrokken examinator geen deel aan de be-handeling van het verzoek of de klacht.

________________________________________________________________________________________________________________________ Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017

FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE 61

Hoofdstuk 3. De toetscommissie Artikel 3.1 Inrichting van de toetscommissie 1. De faculteitsdirecteur stelt voor elk van de opleidingen in zijn faculteit een toetscommissie in. 2. Slechts wanneer hiervoor een organisatorische noodzaak bestaat, zoals een opleiding in afbouw of een

zeer klein docentenkorps binnen een opleiding, kan de faculteitsdirecteur beslissen om één toetscom-missie in te stellen voor meerdere opleidingen, mits deze opleidingen alle onder dezelfde examencom-missie vallen.

Artikel 3.2 Procedure voor benoeming van leden van de toetscommissie 1. De faculteitsdirecteur benoemt voorafgaand aan het studiejaar de leden van de toetscommissie con-

form de criteria zoals genoemd in artikel 3.3. 2. De voorzitter van de toetscommissie is lid van zowel de toetscommissie als van de examencommissie en

wordt in zijn rol benoemd door de faculteitsdirecteur. 3. De leden van de toetscommissie worden benoemd voor een periode van één studiejaar en zijn daarna

nog ten hoogste vijf maal achtereenvolgens herbenoembaar. 4. Alvorens tot benoeming van de voorzitter over te gaan, hoort de faculteitsdirecteur de leden van de

examencommissie waaronder de toetscommissie valt. 5. Indien een van de leden van de toetscommissie door een onvoorziene omstandigheid, zoals ziekte of

beëindiging van het dienstverband, gedurende het studiejaar zijn functie moet neerleggen, kan de facul-teitsdirecteur voor het resterende deel van het studiejaar een vervanger benoemen.

Artikel 3.3 Samenstelling van de toetscommissie 1. De toetscommissie bestaat uit ten minste drie leden, inclusief de voorzitter. 2. Tot lid van de toetscommissie kunnen docenten van de betreffende opleiding worden benoemd die des-

kundigheid bezitten op het gebied van toetsing en toetskwaliteit, dit ter beoordeling van de faculteitsdi-recteur.

3. De voorzitters van de toetscommissie is uit hoofde van zijn functie lid van de examencommissie waaron-der de toetscommissie valt.

4. De volgende functionarissen kunnen niet tot lid van de toetscommissie worden benoemd: a. faculteitsdirecteuren; b. opleidingsmanagers; c. teamleiders; d. hoofden faculteitsbureau; e. medewerkers van diensten; f. ambtelijk secretarissen van examencommissies.

Artikel 3.4 Taken en bevoegdheden van de toetscommissie 1. De toetscommissie voert namens, onder toezicht en onder verantwoordelijkheid van de examencom-

missie de controle op de naleving van het in het toetshandboek vastgelegde toetsbeleid en de daarin genoemde kwaliteitscriteria uit, conform de regels die de examencommissie hiervoor heeft opgesteld.

2. De toetscommissie adviseert de examencommissie over het toetsbeleid, voordat de examencommissie het toetsbeleid vaststelt.

3. De toetscommissie kan geen andere taken en bevoegdheden namens de examencommissie uitvoeren. 4. De faculteitsdirecteur, of een functionaris namens de faculteitsdirecteur, kan de toetscommissie niet

verzoeken in aanvulling hierop andere taken te vervullen.

________________________________________________________________________________________________________________________ Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017

FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE 62

Hoofdstuk 4. Gang van zaken Artikel 4.1 Begripsbepaling Waar in dit hoofdstuk “commissie” staat, moet worden gelezen: “examencommissie of toetscommissie”. Artikel 4.2 Taakverdeling 1. De commissie benoemt uit haar midden een plaatsvervangend voorzitter. Desgewenst kan zij uit haar

midden een secretaris benoemen. 2. De plaatsvervangend voorzitter neemt bij ontstentenis van de voorzitter al diens taken waar, waaronder

in elk geval het leiden van de vergaderingen en, voor zover van toepassing, het ondertekenen van ge-tuigschriften, verklaringen en beslissingen over personen.

Artikel 4.3 Frequentie van vergaderen en wijze van oproep 1. De examencommissie vergadert gedurende de lesperioden ten minste eenmaal per twee weken. De

toetscommissie vergadert gedurende de lesperioden ten minste eenmaal per maand. De leden worden door of namens de voorzitter schriftelijk voor de vergadering opgeroepen.

2. De voorzitter kan in voorkomende gevallen een tussentijdse vergadering beleggen. 3. Indien ten minste twee leden van de commissie, onder opgave van de te behandelen onderwerpen, de

voorzitter daarom schriftelijk verzoeken, wordt een vergadering van de commissie gehouden binnen veertien dagen na ontvangst van het verzoek, waarbij de te behandelen onderwerpen op de agenda worden opgenomen.

4. Een oproep voor vergadering wordt uiterlijk twee werkdagen van tevoren verspreid. 5. Bij een spoedeisende zaak kan een vergadering ook worden belegd tijdens een studentenvakantie. 6. Bij de oproep voor de vergadering wordt een agenda gevoegd waarin de te behandelen onderwerpen

zijn opgenomen. 7. De voorzitter bepaalt de plaats, de datum en het tijdstip waarop de vergadering zal plaatsvinden. Artikel 4.4 Toegankelijkheid van vergaderingen De vergaderingen zijn besloten. De voorzitter is bevoegd om toehoorders tot de vergadering toe te laten en zo nodig het woord te laten voeren. Artikel 4.5 Besluitvorming 1. In een vergadering kunnen slechts beslissingen worden genomen wanneer ten minste het quorum (de

helft plus één) van het aantal leden aanwezig is. 2. Indien het vereiste quorum niet wordt gehaald, wordt, met inachtneming van het gestelde in artikel 4.3,

een nieuwe vergadering bijeengeroepen waarin het quorum zoals bedoeld in lid 1 niet van toepassing is. 3. Ieder aanwezig lid heeft slechts één stem. 4. Beslissingen worden genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen, tenzij dit re-

glement anders voorschrijft. 5. Blanco stemmen zijn van onwaarde en worden geacht niet te zijn uitgebracht. 6. Leden kunnen zich niet laten vervangen. Zij kunnen evenmin andere leden machtigen om namens hen

een stem uit te brengen. 7. Beslissingen kunnen alleen genomen worden over onderwerpen die, met inachtneming van het be-

paalde in artikel 4.3, op de agenda zijn geplaatst. 8. De voorzitter bepaalt de wijze waarop de stemmingen in de vergaderingen worden gehouden, met dien

verstande dat, indien één of meer leden van de examencommissie dit verlangt of verlangen, stemmin-gen over personen schriftelijk geschieden.

9. Bij het staken der stemmen beslist de voorzitter. 10. De commissie kan ook op andere wijze dan in een vergadering beslissingen nemen, mits alle leden in de

gelegenheid zijn gesteld schriftelijk of per fax of e-mailbericht hun mening te uiten, waarbij in alle geval-len geldt dat de ontvanger de ontvangst van het verzonden bericht moet hebben bevestigd aan de ver-zender. Een beslissing is genomen indien alle leden van de commissie zich voor het voorstel hebben ver-klaard. Van elke beslissing die buiten de vergadering is genomen wordt mededeling gedaan in de eerst-volgende vergadering. Deze beslissingen worden in de notulen opgenomen.

________________________________________________________________________________________________________________________ Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017

FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE 63

Artikel 4.6 Verschoning 1. Indien een student bij een examencommissie een verzoek, een klacht of een bezwaarschrift indient,

neemt de betrokken examinator, voor zover hij lid is van de examencommissie, geen deel aan de behan-deling van het verzoek of de klacht en de besluitvorming hieromtrent.

2. Indien een toetscommissie een oordeel formuleert over een toets die geheel of gedeeltelijk is opgesteld door een examinator die tevens lid is van de toetscommissie, neemt de betrokken examinator geen deel aan de beoordeling van de toets en de besluitvorming hieromtrent.

3. Indien een lid van de commissie directe persoonlijke dan wel emotionele betrokkenheid heeft bij een te behandelen onderwerp, neemt hij geen deel aan de behandeling hiervan en de besluitvorming hierom-trent.

Artikel 4.7 Beslissingen over personen Wanneer de examencommissie een beslissing neemt over een persoon of personen, wordt aan de betrokkenen deze gemotiveerde beslissing schriftelijk toegezonden. Artikel 4.8 Ondertekening Getuigschriften, verklaringen en beslissingen over personen worden namens de examencommissie ondertekend door de voorzitter van de examencommissie, onverminderd het bepaalde in artikel 4.2, tweede lid. Artikel 4.9 Overleg tussen voorzitters 1. Indien in een faculteit meerdere examencommissies zijn ingesteld, vindt er ten minste eenmaal per

maand coördinatieoverleg plaats tussen de voorzitters van de examencommissies. 2. De faculteitsdirecteur benoemt uit de voorzitters van de examencommissies binnen zijn faculteit een

coördinator en een of meer plaatsvervangende coördinatoren ten behoeve van het coördinatieoverleg. De coördinator is het aanspreekpunt voor de faculteitsdirecteur voor examencommissiegerelateerde zaken die de gehele faculteit betreffen, is verantwoordelijk voor afstemming tussen de examencommis-sies en de borging van het collectieve leerproces van de examencommissies. Het coördinatieoverleg treedt niet in de plaats van de beslissingsbevoegdheid van de examencommissies.

3. Iedere voorzitter van een examencommissie is, voor zover mogelijk, tevens bij de vergaderingen van de overige examencommissies binnen de faculteit aanwezig en ontvangt de agenda en notulen van de ove-rige examencommissies binnen de faculteit.

Hoofdstuk 5. Informatieplicht, verslaglegging en ondersteuning Artikel 5.1 Wederzijdse informatieplicht 1. De examencommissie verstrekt op eigen initiatief en op verzoek tijdig aan de faculteitsdirecteur alle in-

lichtingen die voor de uitoefening van de functie van faculteitsdirecteur noodzakelijk zijn. De faculteits-directeur verstrekt op eigen initiatief en op verzoek tijdig aan de examencommissie alle inlichtingen die voor de uitoefening van de taken van de examencommissie noodzakelijk zijn.

2. De toetscommissie verstrekt op eigen initiatief en op verzoek tijdig aan de examencommissie alle inlich-tingen en advies die voor de uitoefening van de functie van de examencommissie noodzakelijk zijn. De examencommissie verstrekt op eigen initiatief en op verzoek tijdig aan de toetscommissie alle inlichtin-gen die voor de uitoefening van de taken van de toetscommissie noodzakelijk zijn.

3. De examencommissie legt vast op welke wijze de faculteitsdirecteur, de opleidingsmanager en de team-leider op de hoogte worden gesteld van relevante bevindingen van de toetscommissie.

Artikel 5.2 Verslaglegging 1. Van elke vergadering van de examencommissie of toetscommissie worden notulen gemaakt. De notulen

worden besproken in de eerstvolgende vergadering en na goedkeuring vastgesteld en gearchiveerd. De notulen van de examencommissie worden aan de voorzitters van de overige examencommissies binnen dezelfde faculteit verzonden. De notulen van de toetscommissie worden aan de examencommissie ge-zonden. De notulen worden niet openbaar gemaakt.

2. De examencommissie brengt na afloop van het studiejaar, doch uiterlijk in de maand oktober volgend op het afgelopen studiejaar, schriftelijk verslag uit van haar werkzaamheden aan de faculteitsdirecteur.

________________________________________________________________________________________________________________________ Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017

FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE 64

De faculteitsdirecteur zendt uiterlijk op 31 oktober een afschrift van dit verslag aan het Loket Rechtsbe-scherming, waar deze verslagen worden gearchiveerd.

3. De toetscommissie rapporteert ten minste binnen vier weken na elke toetsperiode schriftelijk aan de examencommissie.

Artikel 5.3 Ondersteuning 1. De faculteitsdirecteur stelt voor de leden van de examencommissie en de toetscommissie voldoende

tijd beschikbaar om hun taak goed te kunnen uitoefenen. 2. De faculteitsdirecteur zorgt voor administratieve ondersteuning van de examencommissie. Deze onder-

steuning betreft ten minste het opstellen en verzenden van stukken, het maken van de notulen en de verdere ondersteuning van de voorzitter.

3. De faculteitsdirecteur houdt zich bij de uitvoering van de leden 1 en 2 van dit artikel aan de normen die het College van Bestuur ter zake vaststelt en rapporteert jaarlijks aan het College van Bestuur over de uitvoering van de leden 1 en 2 van dit artikel.

Hoofdstuk 6. Slotbepaling

Artikel 6.1 Vaststelling en wijziging reglement Het College van Bestuur stelt dit reglement vast en draagt zorg voor een regelmatige evaluatie.

________________________________________________________________________________________________________________________ Studiegids Opleiding Human Resource Management Voltijd en Deeltijd, studiejaar 2016-2017

FACULTEIT MANAGEMENT & ORGANISATIE 65