47
Uitdagingen bij de diagnostiek van spraaktaalstoornissen bij meertalige kinderen door Manuela Julien, logopedist & klinisch linguïst 19 maart 2009

Uitdagingen bij de diagnostiek van spraaktaalstoornissen bij …€¦ · Beheersing van ‘Taal’ versus ‘Een Taal ... ouders) dan het Friessprekende kind van het Fries (een groot

  • Upload
    others

  • View
    2

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Uitdagingen bij de diagnostiek

van spraaktaalstoornissen bij

meertalige kinderen

door

Manuela Julien, logopedist & klinisch linguïst

19 maart 2009

M. Julien, 19 maart 2009 2

Overzicht

� Taalachterstand, taalstoornis, nog beperkte beheersing van T2: definities en diagnostische dilemma’s

� Diagnostiek: moeilijkheden en valkuilen

� Diagnostiek: Alternatieve benaderingen

M. Julien, 19 maart 2009 3

Taalachterstand?ofTaalstoornis?of(nog) beperkte kennis van het Nederlands?

Hoe halen we ze uit elkaar?

M. Julien, 19 maart 2009 4

Taalachterstand?….

“Vorig jaar zag ik een foto in de krant van een Turks jongetje met als onderschrift: A. gaat met een taalachterstand naar school. Waarom zetten ze er niet bij:

A. begint met het leren van Nederlands?”Sieneke Goorhuis-Brouwer, zie Lo&Fo nr.7/8, blz 245 en www.kennislink.nl)

M. Julien, 19 maart 2009 5

Taalachterstand…

Een nog beperkte beheersing van het Nederlands is NIET (!)

hetzelfde als een taalachterstand of een taalstoornis!

M. Julien, 19 maart 2009 6

Beheersing van ‘Taal’ versus ‘Een Taal’

‘Taal’

� Algemeen;

� Het vermogen om vorm en betekenis aan elkaar te koppelen volgens universele regels;

� Een complex, multidimensionaal proces dat gebaseerd is op de interactie tussen cognitieve, neurologische en sociale systemen.

‘Een (of meer)Taal(en)’

� Specifiek;

� Turks, Berbers, Nederlands Sranantongo…;

� Gebaseerd op ervaring met een specifieke taal en op de wisselwerking met cognitieve neurologische, sensorische en sociale systemen.

M. Julien, 19 maart 2009 7

Kinderen met een taalstoornis

hebben een stoornis in ‘Taal’ die zich uit in ‘Een (of meerdere) taal(en)’.

Bij meertalige kinderen mét een taalstoornis bestaat de stoornis in zijn moedertaal (of talen) én in alle talen die hij (later) leert.

M. Julien, 19 maart 2009 8

Wat is een (specifieke) taalstoornis?

De taalontwikkeling in de moedertaal/talen blijft achter ten opzichte van andere aspecten van de ontwikkeling, zoals non-verbale intelligentie, motorische, sociale en emotionele vaardigheden.

M. Julien, 19 maart 2009 9

Wat is een (secundaire) taalstoornis?

De taalontwikkeling in alle talen van het kind blijft achter als gevolg van problemen, zoals een lage non-verbale intelligentie, motorische beperkingen, gehoorproblemen of problemen op het gebied van de sociale en emotionele ontwikkeling.

M. Julien, 19 maart 2009 10

“Een goed gedefinieerd probleem is al half opgelost!”

M. Julien, 19 maart 2009 11

Implicatie

We moeten nagaan of er een taalachterstand of afwijkende taalontwikkeling bestaat in de moedertaal of -talen van het kind.

M. Julien, 19 maart 2009 12

Een complexe Taak

want er zijn …

� Verschillende soorten meertaligheid: simultaan

versus sequentieel

� Verschillende groepen meertaligen: grote

minderheid versus kleine minderheid

Verschillende ervaringen met de talen

M. Julien, 19 maart 2009 13

Typologie van meertaligen

Bijv. Polen;

Portugezen

Bijv. Turken;

Chinezen;

Marokkanen

Successieve meertaligheid

Bijv. Kinderen uit gemengde huwelijken

Bijv. Friezen;

Surinamers

Simultane meertaligheid

Kleine minderheid

Grote minderheid

M. Julien, 19 maart 2009 14

Verschillende ervaringen met de moedertaal

Fries-Nederlandssprekend kind (uit grote minderheid) ≠ Portugees-Nederlandssprekend kind (uit kleine minderheid)

Het Portugeesprekende kind heeft waarschijnlijk minder taalaanbod in het Portugees (alleen van de ouders) dan het Friessprekende kind van het Fries (een groot deel van de gemeenschap).

M. Julien, 19 maart 2009 15

Verschillende ervaringen met de moedertaal

� Men kan niet bij deze kinderen verwachten dat de beheersing van hun moedertalen even goed is;

� Men kan ook niet verwachten dat hun beheersing van de moedertaal even goed is als die van kinderen in het land van herkomst van hun ouders.

De resultaten van het onderzoek van de moedertaal moeten in het licht van deze verschillende ervaringen worden gezien!

M. Julien, 19 maart 2009 16

Een complexe Taak

want…

veranderingen treden op binnen elk kind:

� persoonlijke ervaring met de talen verandert in de loop der jaren (taaldominantie, taalverlies, etc…)

� Het ‘gezicht’ van SLI verandert in de loop der jaren (andere symptomen, kind valt binnen een andere diagnostische categorie…)

M. Julien, 19 maart 2009 17

Een complexe Taak

want…

� Diagnostici beheersen de taal van het kind vaak niet

� Afhankelijkheid van een tolk

� Beperkte onderzoeksmiddelen

� Weinig bekend over kenmerken van taalstoornissen in andere talen

M. Julien, 19 maart 2009 18

Bij signalering en onderzoek is de verleiding groot om:

Beheersing van het Nederlands gebruiken als enige indicator voor de identificatie van een taalprobleem

Risico!: overdiagnose (mistaken identity)

of

onderdiagnose (missed identity)

M. Julien, 19 maart 2009 19

Bestaande instrumentenvoor meertaligen

� Lexiconlijsten (Nederlands, Turks, Marokkaans-Arabisch, Tarifit-Berbers)

� TAK (Nederlands)

� Toets Tweetaligheid (Nederlands, Marokkaans-Arabisch, Turks, Papiamento)

M. Julien, 19 maart 2009 20

Meest gebruikt instrument(mijn observatie/vermoeden)

De TAK wordt het meeste gebruikt

Alleen de beheersing van het Nederlands (schooltaal) wordt gemeten

M. Julien, 19 maart 2009 21

Appels met peren vergelijken

� Een Turkssprekend kind uit een grote minderheid dat zijn hele leven in Nederland heeft doorgebracht, en de talen sequentieel heeft geleerd, heeft een heel andere ervaring met het Nederlands dan het Poolssprekende kind dat pas 3 jaar in Nederland woont.

Men kan bij deze kinderen, die beide het Nederlands als tweede taal leren, niet zomaar verwachten dat de beheersing van het Nederlands even goed is.

Scores op de TAK mogen niet op dezelfde manier worden geïnterpreteerd!

M. Julien, 19 maart 2009 22

Alternatieve

onderzoeksbenaderingen

� Dynamische diagnostiek� Grenzentesten� Test-teach-retest

� Het meten van de conceptuele en cumulatieve woordenschat

� Beoordelen van onderliggende universele taalverwerkingsprocessen

M. Julien, 19 maart 2009 23

Onmisbaar

� Nagaan wat de taalachtergrond is van ouders en kind

� Daar rekening mee houden bij de interpretatie van gegevens

M. Julien, 19 maart 2009 24

Anamnese Taalaanbod(naast de gewone anamnese!)

� Kwantiteit en kwaliteit van de blootstelling

� Type taalverwerving (simultaan of sequentiël)

� Houding van het kind t.o.v. de talen

� Houding van de ouders t.o.v. de talen

� Toekomstplannen van de familie

� ...

M. Julien, 19 maart 2009 25

Verschillende lijsten

� Anamnese meertaligheid (Blumenthal & Julien, 2000);

� AMK-Anamnese Meertalige Kinderen (www.sig-net.be). Beschikbaar in Frans, Engels, Spaans, Italiaans en Turks;

� Anamnese meertaligheid-vragenlijst (ten

behoeve van Indicatie stelling, 2005)

� Anamnese taalaanbod (Julien, 2008)

M. Julien, 19 maart 2009 26

Dynamische diagnostiek(beoordeling van leerbaarheid)

versus

statische diagnostiek (beoordeling

van opgedane ervaring)

M. Julien, 19 maart 2009 27

Diagnostiek

Dynamisch

� Gestandaardiseerd materiaal met aanpassingen;

� Focus op proces en niet op product;

� Hulp bij uitvoeren van taaltaken is toegestaan;

� informatie over het niveau van het kind en óók over zijn leerpotentieel en hoe verandering (leren) het beste bereikt kan worden.

Statisch

� Gestandaardiseerd materiaal

� Geen hulp toegestaan

� Meten van opgedane ervaring

� Diagnose zonder effect van hulp of therapie te meten

M. Julien, 19 maart 2009 28

Grenzentesten

Meten van het taalbegrip met de Reynell Hijma,

T. (2001); Dam, F.A. (2002):

1: test volgens standaardwijze (beginscore)

2: stop bij bereiken van afbreekcriterium

3: afname hervat (met gebarenondersteuning of sterkste taal) vanaf eerste sectie waarin fouten werden gemaakt

4: stop bij bereiken van afbreekcriterium (eindscore)

Resultaat: eindscore is significant hoger dan beginscore.

M. Julien, 19 maart 2009 29

Test-Teach-Retest

Meten van de receptieve woordenschat

met de BPVS (Camilleri en Law (2007):

Test: non-verbale cognitieve vaardigheden en BPVS, volgens handleiding

Teach: oefening met 6 fout-items uit de BPVS

Retest: non-verbale cognitieve vaardigheden en test met 6 geoefende woordenschat-items.

Resultaat: eentalige en meertalige kinderen hadden vergelijkbare scores met deze procedure, ondanks significante verschillen tussen hun scores in de testfase.

M. Julien, 19 maart 2009 30

Meten van woordenschat: een andere benadering

Kinderen met taalstoornissen hebben vaak een beperkte woordenschat. NT2-kinderen hebben vaak een beperkte woordenschat in het Nederlands.

� Wat zie je als je naar de conceptuele woordenschat kijkt?

� Wat zie je als je de woordenschat in alle talen optelt (cumulatieve woordenschat)?

M. Julien, 19 maart 2009 31

Conceptuele en cumulatieve woordenschat

Opgaven Nederlands Urdu Conceptuele woordenschat

Cumulatieve woordenschat

1 paddenstoel - - 0 0

2 rat/muis + + 1 2

3 bril - + 1 1

Totaal 1 2 2 3

+ = kent woord voor dat concept in die taal- = kent woord voor dat concept niet in die taal

M. Julien, 19 maart 2009 32

Onderliggende cognitieve processen

M. Julien, 19 maart 2009 33

Beoordelen onderliggende processen

� Kinderen met taalstoornissen hebben vaak ook (auditieve) informatie verwerkingsproblemen (aandacht, perceptie, geheugen, snelheid van verwerking…)

� Beoordeel deze onderliggende processen en, indien toepasselijk en mogelijk, test ze in alle talen die het kind gebruikt.

M. Julien, 19 maart 2009 34

Onderliggende cognitieve taalprocessen

Procesgerichte metingen zoals:

� Nonsenswoordrepetitie

� Snelheid van verwerking van verbale opdrachten

� Auditief geheugen

� …

M. Julien, 19 maart 2009 35

Auditief geheugen in het Tarifit-Berbers

ḍar (voet) OefenitemOefenitemOefenitemOefenitemyis (paard)

ṭit (oog) iḥma (heet/warm) OefenitemsOefenitemsOefenitemsOefenitemsayrum (brood) tqacir (sok) druj (trap) arbiɛ (plant)lkas (beker) iri (nek)

ṭinzar (neus) fenjan (kopje) rkazi (raam) OefenitemsOefenitemsOefenitemsOefenitemsqama (bed) aɣir (arm) aqzin (hond) lkitab (boek) qarara (kikker) uma (broer)rqird/rqiḍ (aap) lkursi/rkursi (stoel) jeddi (opa)

M. Julien, 19 maart 2009 36

Analyseren van taalfouten

� In veel talen is de grammaticale morfologie een probleem voor SLI kinderen.

� Beoordeel grammaticale morfologie via o.a. spontane taalobservatie en analyse in alle talen van het kind.

M. Julien, 19 maart 2009 37

Observatie spontane taal

M. Julien, 19 maart 2009 38

TRANSCRIBEREN: werken met een tolk

� verzeker dat tolk dialect kent van het kind

� eis letterlijke vertaling (geen interpretatie)

� identificeer fouten per uiting

� vraag geen mening van de tolk over het taalniveau van het kind !

Beoordeling Spontane Taal

Uitingnummer: ……

Vraag/opmerking van gesprekspartner:___________________________________________________

Uiting + Letterlijke vertaling

Vrije vertaling

Vragen aan de tolk

1.Is de uiting correct? ja / nee

Correcte uiting

2.Wat is er mis met de uiting?

Taalvorm: Taalgebruik:

Taalinhoud: Fonologie:

Beoordeling Spontane TaalUitingnummer: ……

Vraag/opmerking van gesprekspartner:__________________________________________________

Uiting + Letterlijke vertaling

Vrije vertaling

Zij hebben henna in haar handen gedaanZij hebben henna in haar handen gedaanZij hebben henna in haar handen gedaanZij hebben henna in haar handen gedaan

Vragen aan de tolk

1.Is de uiting correct? ja / nee

Correcte uiting

2.Wat is er mis met de uiting?

Taalvorm:

Toevoeging van voegsel ‘si’Taalgebruik:

Taalinhoud: Fonologie:

ElElElEl----iiii----sisisisi----nenenene HenaHenaHenaHena vurvurvurvur----dudududu----larlarlarlar

Hand in haarHand in haarHand in haarHand in haar HennaHennaHennaHenna hebben gedaan zijhebben gedaan zijhebben gedaan zijhebben gedaan zij

Eline Eline Eline Eline Hena vurdularHena vurdularHena vurdularHena vurdular

M. Julien, 19 maart 2009 41

Wat hebben we nodig voor de analyse?

� Kennis van de structuur van de betreffende taal

� Kennis van de normale taalverwerving

� Taaluniversalia (fasen in de taalontwikkeling, overgeneralisatie, overextensie,…)

� Meertalige verwerving (simultaan versus sequentieel, taaldominantie, taalverlies,…)

� Kennis van kenmerken van taalstoornissen (een kind met SLI zal verschillende foutenpatronen laten zien in ieder van de talen die hij spreek!)

M. Julien, 19 maart 2009 42

Taalstoornissen in verschillende talen

� Er zijn problemen met grammaticale morfemen in iedere taal;

� Welke morfemen moeilijk zijn, verschilt van taal tot taal;

� Als de taal rijk is aan vervoegingen, zijn vervoegingen een minder groot probleem (niet-taalgestoorde kinderen leren ze dan ook sneller);

� In talen met veel vervoegingen komen substituties meer voor;

� In talen met weinig vervoegingen laten kinderen vaker het morfeem weg (omissies).

(de Jong et al, 2007)

M. Julien, 19 maart 2009 43

Denkkader

� Diversiteit is enorm

� Taaldominantie varieert in de loop van tijd

� Taalverlies treedt op zowel bij ouders als bij kinderen

� Bij de interpretatie van de verzamelde gegevens altijd rekening houden met:� Duur, kwaliteit, kwantiteit,... in alle talen

M. Julien, 19 maart 2009 44

Overleg: peuterspeelzaal, leerkracht, behandelend logopedist, multidisciplinair team

M. Julien, 19 maart 2009 45

Bedankt voor jullie aandacht

M. Julien, 19 maart 2009 46

Vraag?

Vragen??

Opmerkingen??!

Discussie!

M. Julien, 19 maart 2009 47

Literatuur

� Bie, M. de & Groenhuis,M. (1988) Het belang van een uitgebreide taalanalyse bij allochtonen, Lo&Fo, 60.

� Blumenthal, M. & Julien, M. (2000)Diagnostiek van spraak- en taalproblemen bij meertalige kinderen.Geen diagnose zonder anamnese meertaligheid, Lo&Fo, 1, 13-17.

� Camilleri en Law (2007). Assessing children referred to speech and language therapy: Static and dynamic assessment of receptive vocabulary. ASLP, 9 (4).

� Dam, F.A. (2002). Grenzentesten bij Friestalige kinderen met de Reynell Test voor Taalbegrip. RUG.

� Jong, J. de, e.a. (2007). Werkwoordscongruentie bij bilinguale kinderen met een taalstoornis. Stem-, spraak- en taalpathologie, vol. 15.

� Julien, M. (2004) Kind en onderzoeker spreken niet dezelfde taal: mogelijkheden bij diagnostiek van spraak- en taalproblemen bij meertalige kinderen. Lo&Fo 76, 488-94.

� Julien, M. (2008) Taalstoornissen bij meertalige kinderen: diagnostiek en behandeling, Pearson.

� Hijma, T. (2001). Grenzen van Fries Taalbegrip. RUG.