94
Voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage Behorend bij Kernbeleid Veiligheid 3.0 d.d. september 2010 Ter toelichting: dit voorbeeld sluit aan op het ‘format veiligheidsrapportage’ behorend bij Kernbeleid 3.0 de gemeente Bovenkamp is een fictieve gemeente met tussen de 50.000 en 100.000 inwoners specifiek aan deze veiligheidsanalyse is dat er bij de cijfermatige gegevens gebruikt is gemaakt van een lokale veiligheidsmonitor (dus niet de landelijke veiligheidsmonitor) en dat er uitsplitsing naar (probleem)buurten heeft plaatsgevonden het veiligheidsplan dat op basis van deze veiligheidsanalyse is opgesteld, had betrekking op de periode 2010 – 2013; de jaren waarop de cijfermatige gegevens betrekking hebben, zijn daardoor 2005 t/m 2009 in plaats van 2006 t/m 2010 (waarvan in het format sprake is) bij de ‘bron’ van de politiecijfers wordt verwezen naar de betreffende X-pol/BVH-code: de tool ‘VNG-BVH-model’ was in 2009 nog niet beschikbaar; maar de gebruikte X-pol/BVH-codes corresponderen op veel plekken met de in het format genoemde VNG-BVH-model-nummering

Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

  • Upload
    vanphuc

  • View
    231

  • Download
    1

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

Voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage Behorend bij Kernbeleid Veiligheid 3.0 d.d. september 2010

Ter toelichting: ● dit voorbeeld sluit aan op het ‘format veiligheidsrapportage’ behorend bij Kernbeleid 3.0 ● de gemeente Bovenkamp is een fictieve gemeente met tussen de 50.000 en 100.000 inwoners ● specifiek aan deze veiligheidsanalyse is dat er bij de cijfermatige gegevens gebruikt is gemaakt

van een lokale veiligheidsmonitor (dus niet de landelijke veiligheidsmonitor) en dat er uitsplitsing

naar (probleem)buurten heeft plaatsgevonden ● het veiligheidsplan dat op basis van deze veiligheidsanalyse is opgesteld, had betrekking op de

periode 2010 – 2013; de jaren waarop de cijfermatige gegevens betrekking hebben, zijn daardoor

2005 t/m 2009 in plaats van 2006 t/m 2010 (waarvan in het format sprake is) ● bij de ‘bron’ van de politiecijfers wordt verwezen naar de betreffende X-pol/BVH-code: de tool

‘VNG-BVH-model’ was in 2009 nog niet beschikbaar; maar de gebruikte X-pol/BVH-codes

corresponderen op veel plekken met de in het format genoemde VNG-BVH-model-nummering

Page 2: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

Veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp

Bovenkamp, oktober 2009

Page 3: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

1

Voorwoord

Dit rapport bevat de uitkomsten van de integrale veiligheidsanalyse die in de periode mei-september

2009 is uitgevoerd in het kader van de ontwikkeling van het nieuwe integrale veiligheidsbeleid 2010 –

2013 van de gemeente Bovenkamp. Op basis van deze uitgebreide inventarisatie zijn prioriteiten voor

de kadernota integrale veiligheid geselecteerd (zie het overzicht van prioriteiten achterin). Deze

prioriteiten en overige strategische veiligheidsthema’s worden verder uitgewerkt in de nota integraal

veiligheidsbeleid 2010-2013 en het bijbehorende uitvoeringsplan 2010.

De veiligheidsanalyse is uitgevoerd conform Kernbeleid Veiligheid, een landelijk veelgebruikte

methode voor lokaal integraal veiligheidsbeleid. In deze methode worden vijf veiligheidsvelden

onderscheiden: Veilige woon- en leefomgeving, Bedrijvigheid en veiligheid, Jeugd en veiligheid,

Fysieke veiligheid en Integriteit en veiligheid. Elk veiligheidsveld omvat enkele meer specifieke

veiligheidsthema’s (zie ook bijlage 1). In de analyse van deze veiligheidsvelden en –thema’s staan

telkens drie vragen centraal: (1) Welke aantastingen van de veiligheid doen zich voor? (2) Hoe ziet de

huidige aanpak van die problematiek eruit? (3) Welke versterkingen van de aanpak zijn mogelijk?

De opbouw van het rapport weerspiegelt de gevolgde aanpak: in de hoofdstukken 1 t/m 5 worden de

vijf veiligheidsvelden behandeld. De volgorde daarbij is telkens: behandeling huidige problematiek

(zowel cijfers als kwalitatieve observaties), behandeling huidige aanpak (in tabelvorm) en opsomming

aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen in de komende tijd.

Voor een goed begrip van dit rapport is nog het volgende van belang:

­ de mogelijke beleidsversterkingen die telkens genoemd worden, zijn niet de definitieve, via de

kadernota vast te stellen hoofdlijnen van beleid - het betreft een overzicht van mogelijke

beleidsversterkingen; NB: door in de veiligheidsanalyse ook de mogelijke beleidsversterkingen te

analyseren, komen veiligheidsthema’s beter ‘uit de verf’, ontstaat er een scherper zicht op de

veiligheidsproblematiek: niet zelden is een aanpak immers mede definiërend voor het probleem

waar die aanpak zich op richt;

­ bij de behandeling hierna van de veiligheidsproblematiek op de verschillende thema’s worden

cijfers gepresenteerd op zowel gemeentelijk als op buurt- of stadsdeelniveau; bij cijfers op

buurtniveau worden niet alle buurten behandeld, aangezien het document dan te omvangrijk zou

worden; in het onderzoek dat aan deze rapportage ten grondslag ligt, zijn wel alle 19 buurten

geanalyseerd; de belangrijkste uitkomsten voor alle buurten zijn beknopt weergegeven op pagina

15 t/m 18;

­ bij verschillende indicatoren worden zowel cijfers uit de politieregistratie (meldingen) als uit de

bewonersenquête/Bovenkampmonitor weergegeven (slachtofferschapgegevens); deze beide

bronnen vullen elkaar aan en corrigeren elkaar soms; wat betreft de politieregistratie kan

meldingsbereidheid immers een vertekenend effect geven.

Ten slotte: de informatie voor deze rapportage is verkregen via analyse van cijfers en documenten en

een reeks van interviews (zie ook bijlage 2). Concepten van het rapport zijn becommentarieerd door

de diverse gesprekspartners.

Page 4: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

2

Inhoudsopgave

Veiligheidsveld 1: veilige woon- en leefomgeving

problematiek:

- thema 1.1: sociale kwaliteit p. 3

- thema 1.2: fysieke kwaliteit p. 7

- thema 1.3: objectieve veiligheid p. 9

- thema 1.4: subjectieve veiligheid p. 13

- thema 1.1 t/m 1.4: veiligheidsindex p. 15

aanpak:

- aspect ‘infrastructuur’ p. 19

- aspect ‘investeren in fysieke woonomgeving’ p. 24

- aspect ‘investeren in sociale kwaliteit’ p. 26

- aspect ‘betrekken bewoners bij veiligheid en leefbaarheid’ p. 31

- aspect ‘toezicht en handhaving’ (openbare ruimte/sociale veiligheid) p. 33

- aspect ‘aanpak specifieke criminaliteitsfenomenen’ p. 36

Tussenstand: mogelijke prioriteiten veilige woon- en leefomgeving p. 40

Veiligheidsveld 2: bedrijvigheid en veiligheid

- thema 2.1: winkelcentra p. 42

- thema 2.2: bedrijventerreinen p. 45

- thema 2.3: uitgaan/horeca p. 47

- thema 2.4: evenementen en toerisme p. 50

Tussenstand: mogelijke prioriteiten bedrijvigheid en veiligheid p. 53

Veiligheidsveld 3: jeugd en veiligheid

- thema 3.1: jeugdoverlast en –criminaliteit p. 54

- thema 3.2: alcohol en drugs p. 60

- thema 3.3: veilig in en om de school p. 62

Tussenstand: mogelijke prioriteiten jeugd en veiligheid p. 65

Veiligheidsveld 4: fysieke veiligheid

- thema 4.1: verkeersveiligheid p. 66

- thema 4.2: brandveiligheid p. 69

- thema 4.3: externe veiligheid p. 72

- thema 4.4: voorbereiding op rampenbestrijding p. 76

Tussenstand: mogelijke prioriteiten fysieke veiligheid p. 78

Veiligheidsveld 5: integriteit en veiligheid

- thema 5.1: radicalisering /terrorisme p. 79

- thema 5.2: georganiseerde criminaliteit p. 81

- thema 5.3: ambtelijke en bestuurlijke integriteit p. 85

Tussenstand: mogelijke prioriteiten integriteit en veiligheid p. 87

Overzicht: selectie prioriteiten p. 88

Bijlagen

Bijlage 1: overzicht veiligheidsvelden kernbeleid veiligheid p. 92

Bijlage 2: overzicht geconsulteerde actoren p. 93

Page 5: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

3

veiligheidsveld 1: veilige woon- en leefomgeving thema 1.1: sociale kwaliteit

De sociale kwaliteit van een buurt, wijk, kern heeft betrekking op de ‘intermenselijke relaties’ in een buurt, dat wil

zeggen: tussen bewoners en eventueel andere aanwezige personen. Belangrijke aspecten van de sociale

kwaliteit zijn betrokkenheid van bewoners bij de buurt, de kwaliteit van sociale netwerken, de mate van informele

sociale controle, e.d. De sociale kwaliteit kan onder druk komen te staan door verschijnselen als woonoverlast,

burengerucht, drank- en drugsoverlast, overlast van prostitutie en overlast van zwervers

Cijfers

Indicatoren met betrekking tot dit veiligheidsthema zijn:

tabel 1.1

feitelijke waarde

indicator bron gemeente en buurten daarbinnen

2005 2006 2007 2008 2009

Bovenkamp 20 19 12

Buurt 3 28 24 19 Buurt 5 20 19 14

Buurt 6 30 24 17

Buurt 10 17 23 16

Buurt 11 23 27 18

Buurt 12 28 26 10

meldingen burengerucht (per 1.000 inwoners)

politie (incidentcode 2.4.1)

Buurt 17 23 20 9

Bovenkamp 9

Buurt 3 11 Buurt 5 17

Buurt 6 12

Buurt 10 10

Buurt 11 15

Buurt 12 8

perceptie overlast buren/omwonenden (% respondenten dat aangeeft dat deze overlast vaak voorkomt)

Bovenkampmonitor1

Buurt 17 7

Bovenkamp 5 6 7

Buurt 3 4 7 8 Buurt 5 2 4 6

Buurt 6 4 12 31

Buurt 10 9 6 5

Buurt 11 3 5 4

Buurt 12 28 28 29

meldingen overlast overspannen/gestoord persoon (per 1.000 inwoners)

politie (incidentcode 2.7.1/E33)

Buurt 17 4 3 2

Bovenkamp 8 10 9

Buurt 3 5 10 14 Buurt 5 6 10 11

Buurt 6 17 9 8

Buurt 10 8 14 15

Buurt 11 14 11 11

Buurt 12 46 27 29

meldingen drugsoverlast (per 1.000 inwoners)

politie (incidentcode 2.1.1/E38)

Buurt 17 16 14 18

Bovenkamp 3 4 2

Buurt 3 19 34 12

Buurt 5 1 1 1

Buurt 6 1 1 2

Buurt 10 1 0 2

Buurt 11 2 0 1

Buurt 12 6 6 7

meldingen overlast zwervers (per 1.000 inwoners)

politie (incidentcode 2.7.1/E41)

Buurt 17 0 2 2

1 De Bovenkampmonitor wordt in oneven jaren gepubliceerd (2005, 2007, 2009); de meting heeft plaats aan het einde van het jaar ervoor (resp. 2004, 2006, 2008)

Page 6: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

4

vervolg tabel 1.1

feitelijke waarde

indicator bron gemeente en buurten daarbinnen

2005 2006 2007 2008 2009

Bovenkamp 4 3 4

Buurt 3 4 3 8

Buurt 5 4 4 4

Buurt 6 3 3 3

Buurt 10 3 5 4

Buurt 11 6 4 2

Buurt 12 16 13 10

meldingen drugshandel (per 1.000 inwoners)

politie (incidentcode 3.1.1)

Buurt 17 5 3 4

Bovenkamp 14 10 10

Buurt 3 19 16 15 Buurt 5 14 14 15

Buurt 6 13 11 11

Buurt 10 22 9 10

Buurt 11 26 24 16

Buurt 12 41 15 9

perceptie overlast drugs (% respondenten dat aangeeft dat deze overlast vaak voorkomt)

Bovenkampmonitor

Buurt 17 27 16 19

Bovenkamp 6

Buurt 3 9 Buurt 5 6

Buurt 6 9

Buurt 10 11

Buurt 11 5

Buurt 12 20

perceptie overlast alcohol/dronken mensen op straat (% respondenten dat aangeeft dat deze overlast vaak voorkomt)

Bovenkampmonitor

Buurt 17 5

Bovenkamp

Buurt 3 2 1 Buurt 5 0 0

Buurt 6 0 0

Buurt 10 5 3

Buurt 11 4 5

Buurt 12 10 1

perceptie overlast straatprostitutie (% respondenten dat aangeeft dat deze overlast vaak voorkomt)

Bovenkampmonitor

Buurt 17 3 1

Bovenkamp

Buurt 3 10 10

Buurt 5 3 9

Buurt 6 6 2

Buurt 10 10 6

Buurt 11 7 10

Buurt 12 11 7

perceptie overlast dealpanden (% respondenten dat aangeeft dat deze overlast vaak voorkomt)

Bovenkampmonitor

Buurt 17 7 5

Bovenkamp 21 22 20

Buurt 3 38 51 41

Buurt 5 16 17 16

Buurt 6 38 29 47

Buurt 10 21 17 12

Buurt 11 15 24 23

Buurt 12 41 43 45

totaal meldingen overlast (per 1.000 inwoners)

politie (incidentcode cat. 2.7.1)

Buurt 17 15 16 11

Page 7: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

5

vervolg tabel 1.1

feitelijke waarde

indicator bron gemeente en buurten daarbinnen

2005 2006 2007 2008 2009

Bovenkamp 3,3 3,4 3,2

Buurt 3 3,7 3,5 3,4

Buurt 5 4,3 4,5 4,5

Buurt 6 4,6 4,3 4,0

Buurt 10 3,2 3,5 3,3

Buurt 11 4,2 4,5 4,7

Buurt 12 3,4 2,8 3,1

perceptie buurtoverlast totaal (indicatorscore)

Bovenkampmonitor

Buurt 17 4,2 3,8 3,2

Bovenkamp 6,9 7,0 7,0

Buurt 3 6,4 6,6 6,4 Buurt 5 5,7 6,1 5,6

Buurt 6 6,1 6,4 6,6

Buurt 10 6,3 6,5 6,8

Buurt 11 6,2 5,8 5,6

Buurt 12 6,8 7,2 7,6

bewonersoordeel kwaliteit woonomgeving (rapportcijfer)

Bovenkampmonitor

Buurt 17 6,1 7,0 7,3

Conclusie problematiek

Op basis van de bovenstaande cijfers, bestudeerde documenten en gevoerde interviews kan het

volgende worden geconcludeerd:

• sinds 2006 is het aantal geregistreerde incidenten van drugshandel licht gestegen; de grootste

stijging heeft zich voorgedaan in de buurt Buurt 3;

• de drugsoverlast in het centrum van Bovenkamp is in de loop der jaren afgenomen (operatie

Drugsaanpak); de verslaafden zijn er vrijwel uit het straatbeeld verdwenen;

• wel is er sprake van een beperkt verplaatsingseffect van drugsoverlast en –criminaliteit binnen het

werkgebied van politiebasiseenheid Bovenkamp Centrum/Zuid; het betreft verhoudingsgewijs

geringe overlast en problematiek; betreft m.n. Buurt 13 en Buurt 14;

• de drugsoverlast en –criminaliteit binnen het werkgebied van politiebasiseenheid Bovenkamp

Noord zijn relatief wat omvangrijker (met name in Buurt 3 en Buurt 5;

• de sociale kwaliteit staat anno 2009 het meeste onder druk in de aandachtsbuurten Buurt 3, Buurt

5 en Buurt 11; daarnaast zijn als prioritair aan te duiden: Buurt 6, Buurt 10, Buurt 12 en Buurt 17

(ook alle vier aandachtsbuurten van de gemeente);

• een indicatie voor de sociale problematiek in de aandachtsbuurten is het aantal uitzettingen door

corporaties: een van de Bovenkampse corporaties voert jaarlijks zo’n 60 a 70 uitzettingen uit –

een hoog gemiddelde; redenen zijn veelal overlast in combinatie met betalingsgedrag; in totaal telt

Bovenkamp zo’n 12.000 corporatiewoningen, plm. 35% van de totale woningvoorraad;

• bij de midtermmeting van het Grote stedenbeleid in 2007 bleek Bovenkamp op indicatoren als

‘sociale kwaliteit van de woonomgeving’ en ‘aandeel hoge inkomens’, ‘verloedering’, ‘verkoopprijs

eigen woning’ en ‘onveiligheidsgevoel’ matig te presteren;

• gesprekpartners wijzen op de impact van het vertrek van de kartonindustrie uit het gebied:

Bovenkamp is in snel tempo sociaal en economisch ‘ontluisterd’ geraakt; de impact kon groot zijn

door de relatief uniforme samenstelling van de beroepsbevolking;

Page 8: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

6

• gesprekspartners geven aan dat problematische groepen anno 2009 in een ‘overlevingsmodus’/-

fase zitten, en dat de uitdaging voor overheden er in hoofdzaak uit bestaat deze modus te

doorbreken en deze groepen te betrekken, te ‘activeren’; het gevaar daarbij is misschien wel

eerder een te veel aan zorg en aandacht (hospitaliseren) dan een tekort daaraan: de aanpak dient

gericht en gedoseerd te zijn, en vooral te prikkelen en te verleiden;

• de aanpak van de drugsoverlast en –criminaliteit was er mede op gericht Bovenkamp weer een

veilig centrum te bezorgen; dit is in belangrijke mate gelukt; in de komende tijd zal het erom gaan

deze uitkomsten te borgen, te institutionaliseren;

• in een aantal opzichten kan zonder meer gesproken worden van complicerende factoren voor de

aanpak van veiligheid en leefbaarheid van Bovenkamp; tegelijk is deze situatie een effectief

referentiepunt voor het traceren en ‘vieren’ van, communiceren over de successen (OOV zet dan

ook gericht in op communicatie over maatregelen en projecten).

Dwarsverbanden van dit onderwerp met andere veiligheidsthema’s/-velden:

­ thema 1.2: fysieke woonomgeving > verloedering

­ thema 1.3: objectieve veiligheid > criminaliteit, veelplegers

­ thema 1.4: subjectieve veiligheid > veiligheidsgevoel

­ thema 3.1/3.2: jeugdproblematiek > overlast, criminaliteit, drugs- en alcoholoverlast.

Page 9: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

7

veiligheidsveld 1: veilige woon- en leefomgeving thema 1.2: fysieke kwaliteit

De fysieke kwaliteit van een buurt, wijk, kern heeft logischerwijze betrekking op fysieke kenmerken van de

woonomgeving, in het bijzonder de inrichting, het onderhoud en beheer van de openbare ruimte. Meest algemeen

gaat het bij dit thema om de vraag: hoe staat de openbare ruimte erbij? Hoe prettig is het wonen in de buurt

gegeven die fysieke kwaliteit? Aspecten zijn dan onderhoud van groen, aanpak zwerfvuil, verlichting van

achterpaden e.d.. Inbreuk op de fysieke kwaliteit maken onder meer vernielingen, graffiti, zwerfvuil en andere

tekenen van verloedering.

Cijfers

Indicatoren met betrekking tot dit veiligheidsthema zijn:

tabel 1.2 feitelijke waarde

indicator bron gemeente en buurten daarbinnen

2005 2006 2007 2008 2009

Bovenkamp 6,9 7,0 7,0

Buurt 3 6,4 6,6 6,4

Buurt 5 5,7 6,1 5,6

Buurt 6 6,1 6,4 6,6

Buurt 10 6,3 6,5 6,8

Buurt 11 6,2 5,8 5,6

Buurt 12 6,8 7,2 7,6

algemene kwaliteit woonomgeving (rapportcijfer)

Bovenkampmonitor

Buurt 17 6,1 7,0 7,3

Bovenkamp 5,0 5,1 5,0

Buurt 3 5,6 5,3 5,7

Buurt 5 6,4 6,8 6,4

Buurt 6 6,8 6,8 6,2

Buurt 10 5,1 5,5 5,5

Buurt 11 5,6 5,3 6,1

Buurt 12 4,9 4,5 4,1

verloedering (0 = komt niet voor; 10 = komt zeer vaak voor)

Bovenkampmonitor

Buurt 17 5,4 5,6 4,8

Bovenkamp 20 23 21

Buurt 3 26 30 27

Buurt 5 18 18 18

Buurt 6 26 28 26

Buurt 10 28 31 23

Buurt 11 19 19 20

Buurt 12 44 55 59

meldingen vernieling (per 1.000 inwoners)

politie (categorie 2.2.1)

Buurt 17 25 21 19

Bovenkamp 18 16 11

Buurt 3 29 18 18

Buurt 5 23 22 27

Buurt 6 23 19 21

Buurt 10 19 17 16

Buurt 11 16 14 14

Buurt 12 13 12 9

slachtofferschap vernielingen (% bewoners dat slachtoffer is geweest)

Bovenkampmonitor

Buurt 17 26 16 16

Page 10: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

8

Conclusie problematiek

Op basis van de bovenstaande cijfers, bestudeerde documenten en gevoerde interviews kan het

volgende worden geconcludeerd:

• een belangrijker wordend fenomeen in verband met de kwaliteit van de woonomgeving betreft

leegstand als gevolg van ‘krimp’; dit geeft in bepaalde buurten (zoals Buurt 11 en Buurt 6) tekenen

van verloedering;

• de kwaliteit van de buurt wordt in 2009 het minst gunstig beoordeeld in de aandachtsbuurten

Buurt 3, Buurt 5 en Buurt 11 en daarnaast ook in de buurt Buurt 9; aangezien in deze laatste buurt

naast dit ongunstige kwaliteitsoordeel eigenlijk alleen slachtofferschap van criminaliteit hoog

scoort, lijkt er hier sprake te zijn van een verplaatsings- c.q. ‘overloop’-effect;

• verloedering doet zich volgens de bewoners het meeste voor in de aandachtsbuurten Buurt 3,

Buurt 5, Buurt 6, Buurt 10 en Buurt 11 en daarnaast ook in de buurten Buurt 4, Buurt 7 en Buurt

18; ten aanzien van Buurt 4 lijkt om dezelfde reden als hierboven genoemd ten aanzien van Buurt

9, sprake van een verplaatsingseffect;

• een van de prestatieafspraken met het Rijk betreft een geringere afwijking van het

slachtofferschap van vernieling in de aandachtsbuurten ten opzichte van het Bovenkamps

gemiddelde; deze doelstelling is niet gehaald; vooral de buurten Buurt 5 en Buurt 6 doen het

beduidend minder goed dan Bovenkamp als geheel.

Dwarsverbanden met andere thema’s/veiligheidsvelden:

­ thema 1.1: sociale kwaliteit;

­ thema 1.3: objectieve veiligheid;

­ thema 1.4: subjectieve veiligheid

­ thema 3.1/3.2: jeugdproblematiek en jeugd & alcohol;

­ thema 3.3: veilig in en om de school;

Page 11: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

9

veiligheidsveld 1: veilige woon- en leefomgeving thema 1.3: objectieve veiligheid

Bij dit thema gaat om de diverse, veelvoorkomende vormen van criminaliteit in de buurt, wijk, gemeente. Soorten

criminaliteit die in elk geval bepalend zijn en uitgewerkt dienen te worden in de analyse, zijn woninginbraak,

voertuigcriminaliteit en geweldscriminaliteit (waaronder huiselijk geweld).

Cijfers

Indicatoren met betrekking tot dit veiligheidsthema zijn:

tabel 1.3

feitelijke waarde

indicator bron gemeente en buurten daarbinnen

2005 2006 2007 2008 2009

Bovenkamp 251 269 255

Buurt 3 339 370 393

Buurt 5 201 198 192

Buurt 6 297 258 282

Buurt 10 370 420 306

Buurt 11 213 218 222

Buurt 12 871 1018 919

totaal aantal incidenten/meldingen (per 1.000 inwoners)

politie (alle incidentcodes)

Buurt 17 205 204 198

Bovenkamp 44 41 40

Buurt 3 48 43 44

Buurt 5 51 43 48

Buurt 6 48 46 43

Buurt 10 46 41 41

Buurt 11 46 47 45

Buurt 12 39 30 25

slachtofferschap totaal (indicatorscore)

Bovenkampmonitor

Buurt 17 50 48 41

Bovenkamp 6 6 7

Buurt 3 8 8 10

Buurt 5 9 9 10

Buurt 6 8 7 9

Buurt 10 6 7 8

Buurt 11 5 6 11

Buurt 12 6 5 7

meldingen woninginbraak/ diefstal uit woning (per 1.000 inwoners)

politie (incidentcode 1.1.1)

Buurt 17 5 9 9

Bovenkamp 9 7 8

Buurt 3 13 13 10 Buurt 5 13 13 18

Buurt 6 15 10 10

Buurt 10 10 6 7

Buurt 11 15 9 15

Buurt 12 6 4 4

slachtofferschap woninginbraak/poging (% bewoners dat slachtoffer is geweest)

Bovenkampmonitor

Buurt 17 12 10 7

Bovenkamp 10 10 11

Buurt 3 9 11 13 Buurt 5 4 9 9

Buurt 6 7 8 8

Buurt 10 8 8 9

Buurt 11 10 8 8

Buurt 12 21 22 16

meldingen diefstal uit/vanaf motorvoertuigen (per 1.000 inwoners)

politie (incidentcode 1.2.1)

Buurt 17 7 6 9

Page 12: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

10

vervolg tabel 1.3

feitelijke waarde

indicator bron gemeente en buurten daarbinnen

2005 2006 2007 2008 2009

Bovenkamp 28 24

Buurt 3 31 29

Buurt 5 30 20

Buurt 6 29 24

Buurt 10 28 25

Buurt 11 28 30

Buurt 12 23 16

slachtofferschap autodelicten (% bewoners dat afgelopen jaar slachtoffer is geweest)

Bovenkampmonitor

Buurt 17 32 30

Bovenkamp 9 6 10

Buurt 3 13 9 22

Buurt 5 6 5 7

Buurt 6 6 5 9

Buurt 10 11 7 14

Buurt 11 11 6 9

Buurt 12 40 26 42

meldingen diefstal fiets, bromfiets, snorfiets (per 1.000 inwoners)

politie (incident- code 1.2.3)

Buurt 17 4 2 5

Bovenkamp 4 3 4

Buurt 3 4 3 8

Buurt 5 4 4 4

Buurt 6 3 3 3

Buurt 10 3 5 4

Buurt 11 6 4 2

Buurt 12 16 13 10

meldingen drugshandel (per 1.000 inwoners)

politie (incidentcode 3.1.1)

Buurt 17 5 3 4

Bovenkamp 25 25 25

Buurt 3 37 38 39

Buurt 5 29 26 24

Buurt 6 36 27 25

Buurt 10 32 37 31

Buurt 11 27 26 27

Buurt 12 71 86 78

totaal meldingen geweld, lichamelijke integriteit (per 1.000 inwoners)

politie (incidentcode cat. 1.4 )

Buurt 17 26 21 22

Bovenkamp 6 6 6

Buurt 3 6 13 6

Buurt 5 5 6 9

Buurt 6 5 10 9

Buurt 10 10 7 6

Buurt 11 7 13 13

Buurt 12 9 4 4

totaal slachtofferschap geweld en bedreiging (% bewoners dat afgelopen jaar slachtoffer is geweest)

Bovenkampmonitor

Buurt 17 9 8 7

Bovenkamp 34 37 39

Buurt 3 2 4 6 Buurt 5 5 3 4

Buurt 6 3 7 3

Buurt 10 0 5 3

Buurt 11 4 2 4

Buurt 12 5 3 2

meldingen openlijk geweld tegen personen

politie (incidentcode 1.4.3)

Buurt 17 1 1 1

Page 13: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

11

vervolg tabel 1.3

feitelijke waarde

indicator bron gemeente en buurten daarbinnen

2005 2006 2007 2008 2009

Bovenkamp 6 5 5

Buurt 3 10 5 7

Buurt 5 9 5 6

Buurt 6 7 5 4

Buurt 10 6 8 7

Buurt 11 5 4 6

Buurt 12 15 19 17

meldingen bedreiging (per 1.000 inwoners)

politie (incident-code cat. 1.4.4)

Buurt 17 7 4 5

Bovenkamp 34 37 39 Stadsregio

Buurt 3 2 4 6

Buurt 5 5 3 4

Buurt 6 3 7 3

Buurt 10 0 5 3

Buurt 11 4 2 4

Buurt 12 5 3 2

meldingen moord/doodslag (incl. pogingen)

politie (incident-code cat. 1.4.2)

Buurt 17 1 1 1

meldingen moord/ doodslag (excl poging)

politie (incident-code cat. 1.4.2)

Bovenkamp 1 0 5

Bovenkamp 16 17 17

Buurt 3 23 29 28

Buurt 5 16 18 16

Buurt 6 25 19 19

Buurt 10 22 23 19

Buurt 11 20 18 18

Buurt 12 46 52 51

meldingen mishandeling (per 1.000 inwoners)

politie (incidentcode cat. 1.4.5)

Buurt 17 15 16 16

Bovenkamp 666 687

7,5 551 6,1

567 6,3

Buurt 3 94 12,4

Buurt 5 41 6,8

Buurt 6 54 9,4

Buurt 10 27 5,7

Buurt 11

45 6,3

Buurt 12 37 8,2

meldingen huiselijk geweld (zowel abs. als per 1.000 inwoners)

politie

Buurt 17 22 5,2

Conclusie problematiek

Op basis van de bovenstaande cijfers, bestudeerde documenten en gevoerde interviews kan het

volgende worden geconcludeerd:

• in de periode 2006 – 2008 is op Bovenkampse schaal sprake van een toename van het aantal (bij

de politie gemelde) incidenten van woninginbraak, diefstal uit/vanaf motorvoertuigen en diefstal

fiets/scooter); de stijging is telkens in vrijwel alle aandachtsbuurten aan de orde; een door

Page 14: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

12

gesprekspartners geopperde verklaring hiervoor is het na verloop van tijd weer vrijkomen van

veelplegers;

• ook het aantal meldingen van drugshandel neemt toe in de periode 2006 – 2008, vooral in Buurt

3; in deze buurt neemt ook het aantal meldingen van drugsoverlast sterk toe in de periode 2006 –

2008 (zie paragraaf 1.1); in Buurt 17 neemt de perceptie van drugsoverlast (Bovenkampmonitor)

relatief sterk toe in 2009 ten opzichte van 2007; dit kan samenhangen met de komst van het

nieuwe Opvanghuis in deze buurt en het verzet dat daartegen bstond onder bewoners: mogelijk

dat bewoners daardoor extra alert zijn op drugsoverlast; in Buurt 3 en Buurt 11 ervaren bewoners

de meeste overlast van dealpanden;

• opvallend is de omvang van de geregistreerde criminaliteit in Buurt 3: het centrum kent weliswaar

meer incidenten per 1.000 inwoners maar Buurt 3 ‘scoort’ daarna (veel) hoger dan de andere

aandachtsbuurten; de genoemde stijging op vermogensdelicten is ook nadrukkelijk aan de orde in

Buurt 3; met name op de delicten diefstal uit/vanaf motorvoertuigen en diefstal fiets/scooter kent

Buurt 3 meer incidenten dan de andere buurten; daarnaast kent Buurt 3 consequent een hoog

aantal geweldsincidenten;

• Buurt 5 heeft wat betreft slachtofferschap vooral te maken met relatief veel woninginbraak (dit

blijkt zowel uit de politieregistratie als uit de Bovenkampmonitor);

• in Buurt 6 valt vooral de stijging van het aantal woninginbraken en van diefstal fiets/scooter op;

mogelijke oorzaak: in 2008/2009 is versneld gestart met uithuizing van de flats aan de Bootstraat;

drie van de vier flats worden in 2010/2011 gesloopt; hierdoor is sprake van leegstand (een flat

staat al helemaal leeg);

• Buurt 10 scoort op de meeste indicatoren relatief laag (dus gunstig), behalve op het totaal aantal

incidenten (dit kan duiden op een relatief hoge meldingsbereidheid) en op het aantal incidenten

van mishandeling;

• Buurt 11 heeft te maken met een forse stijging van het aantal woninginbraken en diefstal

fiets/scooter; het slachtofferschap van geweld en bedreiging is in 2009 veruit het hoogste in Buurt

11;

• Bovenkamp Centrum scoort op de meeste indicatoren het ongunstigst van alle buurten (te

verklaren vanuit de centrumfunctie in diverse opzichten) maar trekt vooral de aandacht door de

gunstige trend op de meeste indicatoren (met uitzondering van diefstal fiets/scooter);

• Ten aanzien van Buurt 17 valt de stijging van het aantal incidenten diefstal uit/vanaf

motorvoertuigen op; daarnaast stijgt zoals gezegd de perceptie van drugsoverlast in deze buurt in

2009 (mogelijk ten gevolge van de komst van het derde Opvanghuis in deze buurt); op de meeste

andere indicatoren doet Buurt 17 het wat beter dan andere aandachtsbuurten;

• Kwantitatieve prestatieafspraken met het Rijk in het kader van GSB III betreffen o.m.: een

geringere afwijking in 2009 van het slachtofferschap van woninginbraak en geweld in de

aandachtsbuurten ten opzichte van het Bovenkamps gemiddelde dan in 2003; gemiddeld

genomen zijn deze doelstellingen dus gehaald; buurten die echter achterblijven wat betreft

woninginbraak zijn vooral Buurt 5 en Buurt 11; wat betreft geweld blijft vooral Buurt 11 achter.

Dwarsverbanden met andere thema’s/veiligheidsvelden:

­ thema 1.1: sociale kwaliteit;

­ thema 1.2: fysieke kwaliteit;

­ thema 1.4: subjectieve veiligheid;

­ thema 3.1/3.2: jeugdproblematiek en jeugd & alcohol.

Page 15: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

13

veiligheidsveld 1: veilige woon- en leefomgeving thema 1.4: subjectieve veiligheid

Hier gaat het om het ‘algemene veiligheidsgevoel’ van bewoners (hoe vaak voelt men zich onveilig, in hoeverre

mijdt men bepaalde plekken in de gemeente e.d.) en daarnaast eventueel om het veiligheidsgevoel van bewoners

op bepaalde plekken binnen de gemeente (station, winkelgebied, uitgaansgebied, e.d.).

Cijfers

Indicatoren met betrekking tot dit veiligheidsthema zijn:

tabel 1.4 feitelijke waarde

indicator bron gemeente en buurten daarbinnen

2005 2006 2007 2008 2009

Bovenkamp 45 40 41

Buurt 3 45 52 54

Buurt 5 50 54 57

Buurt 6 56 51 52

Buurt 10 54 45 43

Buurt 11 55 52 56

Buurt 12 58 41 36

onveiligheidsgevoel

Bovenkampmonitor

Buurt 17 61 43 40

Bovenkamp 1,7 1,6 1,5

Buurt 3 2,2 2,4 2,1

Buurt 5 1,8 2,2 2,4

Buurt 6 2,3 2,6 1,9

Buurt 10 2,6 2,3 2,0

Buurt 11 2,1 2,4 2,9

Buurt 12 3,8 2,5 2,2

perceptie dreiging Bovenkampmonitor

Buurt 17 2,9 2,8 1,7

Conclusie problematiek

Op basis van de bovenstaande cijfers, bestudeerde documenten en gevoerde interviews kan het

volgende worden geconcludeerd:

• de positieve ontwikkeling ten aanzien van het onveiligheidsgevoel heeft zich na 2007 niet

doorgezet; in 2009 is sprake van een lichte stijging ten opzichte van 2007 van het

onveiligheidsgevoel; dit doet zich op buurtniveau voor in Buurt 3, Buurt 5, Buurt 6 en Buurt 11;

• de doelstelling zoals geformuleerd in de kadernota integrale veiligheid 2005 – 2009 (score plm.

gemiddelde van G27) wordt zodoende (waarschijnlijk) niet bereikt;

• het meest onveilig voelen zich de inwoners van Buurt 5 en Buurt 11;

• een van de prestatieafspraken met het Rijk in het kader van GSB III had betrekking op de een

maximale (ongunstige) afwijking van de aandachtsbuurten ten opzichte van het Bovenkamps

Page 16: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

14

gemiddelde wat betreft veiligheidsgevoel; deze doelstelling is gemiddeld genomen gehaald; vooral

de buurten Buurt 3, Buurt 5 en Buurt 11 blijven echter achter.

Dwarsverbanden met andere thema’s/veiligheidsvelden:

­ thema 1.1: sociale kwaliteit;

­ thema 1.2: fysieke kwaliteit;

­ thema 1.3: objectieve veiligheid;

­ thema 3.1/3.2: jeugdproblematiek en jeugd & alcohol.

Page 17: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

15

veiligheidsveld 1: veilige woon- en leefomgeving

thema 1.1 t/m 1.4: veiligheidsindex

In de ‘veiligheidsindex’ op de volgende pagina zijn de scores van de 19 buurten van Bovenkamp op

zeven kernindicatoren weergegeven, te weten:

1. algemene kwaliteit van de buurt;

2. drugoverlast en daaraan gerelateerde verschijnselen;

3. geweldpleging;

4. criminaliteit;

5. jeugdoverlast;

6. criminaliteit/slachtofferschap totaal;

7. subjectieve veiligheid.

Een grijze markering duidt op een relatief ongunstige score van betreffende buurt op betreffende

indicator, vergeleken met scores van andere buurten en Bovenkamp als geheel én in vergelijking met

scores in het verleden; een zwarte markering duidt op een relatief zeer ongunstige score van

betreffende buurt op betreffende indicator.

De onderliggende gegevens zijn in voorgaande paragrafen gepresenteerd (met uitzondering van de

gegevens met betrekking tot jeugd; zie daarvoor hoofdstuk 3 van deze rapportage); de gegevens zijn

afkomstig uit de politieregistratie en de Bovenkampmonitor.

Page 18: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

1

Perc

eptie a

lge

me

ne k

walit

eit w

oon

om

gevin

g

Bure

ng

eru

cht

(re

latie

pro

ble

me

n)

In

cid

ente

n o

verl

ast

Perc

eptie b

uu

rtoverl

ast

Perc

eptie v

erlo

ed

erin

g

Incid

en

ten

overl

ast

gesto

ord

pe

rso

on

Incid

en

ten

overl

ast

dru

gs

Incid

en

ten

dru

gsha

nd

el

Perc

eptie d

rugsoverl

ast

Perc

eptie o

verl

ast

str

aatp

rostitu

tie

Perc

eptie o

verl

ast

de

alp

and

en

07

Incid

en

ten

overl

ast z

werv

er

Perc

eptie o

p s

tra

at la

stig g

evalle

n w

ord

en

Perc

eptie d

ronke

n m

en

sen

Perc

eptie d

reig

ing

Incid

en

ten

bezit v

uu

rwa

pen

s

Incid

en

ten

bezit o

ve

rige

wa

pe

ns

Incid

en

ten

openlij

k g

ew

eld

(pers

oon)

Incid

en

ten

mis

ha

nd

elin

g

Incid

en

ten

lic

ham

elij

ke inte

grite

it

Sla

chto

ffers

cha

p g

ew

eld

Incid

en

ten

moo

rd,

do

odsla

g

Incid

en

ten

die

fsta

l uit/inb

raak in

wo

nin

g

Sla

chto

ffers

cha

p w

onin

gin

bra

ak

Incid

en

ten

die

fsta

l uit/v

anaf

mo

torv

oert

uig

en

Sla

chto

ffers

cha

p a

uto

delic

ten

Incid

en

ten

die

fsta

l va

n b

rom

-, s

nor-

, fiets

en

Perc

eptie o

verl

ast jo

nge

ren

Incid

en

ten

overl

ast je

ug

d

Fre

quen

tie inze

t p

olit

ie ivm

pro

ject

ove

rlast je

ugd

Sla

chto

ffers

cha

p v

ern

ielin

g

Incid

en

ten

va

nd

alis

me/b

ald

adig

heid

Incid

en

ten

ve

rnie

ling

cq.

za

akb

esch

adig

ing

Sla

chto

ffers

cha

p t

ota

al

Incid

en

ten

alle

resultaatg

ebie

den

Onveili

gh

eid

sgevoel

bu

urt

algemene kwaliteit van de buurt

drugsoverlast en daaraan gerelateerde verschijnselen

geweldpleging criminaliteit jeugdoverlast crim. totaal

subj. veiligheid

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

11

12

13

14

15

16

17

18

19

Page 19: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

17

Nadere analyse van de indicaties zoals weergegeven in de index, in combinatie met informatie uit

documentenstudie en interviews, leidt tot de volgende indeling van de 19 Bovenkampse buurten wat

betreft mate van prioriteit uit oogpunt van veiligheid en leefbaarheid.

categorisering buurten buurt

belangrijkste aantastingen van

veiligheid en leefbaarheid top-prioriteit

prioritair aandachts-gebieden

2?

1 ‘Buurt 1’ > drugsoverlast > vermogenscriminaliteit/slachtofferschap > jeugdoverlast

2 ‘Buurt 2’ -

3 ‘Buurt 3’

> sociale problematiek/geweldpleging > drugsoverlast > vermogenscriminaliteit/slachtofferschap > jeugdoverlast

4 ‘Buurt 4’ > vermogenscriminaliteit/slachtofferschap ●

5 ‘Buurt 5’

> sociale problematiek/geweldpleging > drugsoverlast > vermogenscriminaliteit/slachtofferschap > jeugdoverlast

6 ‘Buurt 6’ > sociale problematiek/geweldpleging > vermogenscriminaliteit/slachtofferschap > jeugdoverlast

7 ‘Buurt 7’ -

8 ‘Buurt 8’ -

9 ‘Buurt 9’ -

10 ‘Buurt 10’ > geweldpleging > relatief hoge meldingsbereidheid

11 ‘Buurt 11’

> sociale problematiek/geweldpleging > drugsoverlast > vermogenscriminaliteit/slachtofferschap > jeugdoverlast

12 ‘Buurt 12’ > drugsoverlast > geweldpleging > vermogenscriminaliteit

13 ‘Buurt 13’ > vermogenscriminaliteit/slachtofferschap ●

14 ‘Buurt 14’ > vermogenscriminaliteit/slachtofferschap ●

15 ‘Buurt 15’ -

16 ‘Buurt 16’ -

17 ‘Buurt 17’ > drugsoverlast ●

18 ‘Buurt 18’

19 ‘Buurt 19’

Geconstateerd kan worden dat de huidige verscherpte aandacht van de gemeente en partners op

Buurt 5 en Buurt 11 aansluit op de feitelijke leefbaarheids- en veiligheidssituatie in deze buurten.

2 Met ‘aandachtsgebieden’ wordt bedoeld: buurten waar in principe weinig ‘interne’ sociale en

veiligheidsproblematiek lijkt te zijn is maar zich wel specifieke vormen van slachtofferschap en drugsoverlast voordoen; in deze buurten zou in theorie sprake kunnen zijn van verplaatsingseffect vanuit naastgelegen buurten; daderanalyse kan dit aan het licht brengen.

Page 20: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

18

Ook de voortzetting van de aanpak c.q. borging van hetgeen bereikt is in Buurt 6 en Bovenkamp

Centrum sluit aan op de resultaten van de veiligheidsindex: sprake is van een positieve tendens in

deze buurten – uitdaging is die te borgen, te ‘institutionaliseren’.

Ten aanzien van Buurt 10 en Buurt 17 voert de gemeente een minder intensieve aanpak dan in Buurt

5 en Buurt 6; dit sluit aan op de resultaten van de veiligheidsindex.

Verscherping van de aanpak lijkt wenselijk voor Buurt 3: deze buurt doet het in veel opzichten minder

goed dan andere aandachtsbuurten, en dat gedurende een langere periode. De buurt is hier

gerangschikt onder ‘topprioriteit’.

Page 21: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

19

veiligheidsveld 1: veilige woon- en leefomgeving aanpak - aspect ‘infrastructuur’

‘Infrastructuur’ dat wil zeggen het beleidsmatige, planmatige en

organisatorische kader voor de aanpak van wijkveiligheid, de communicatie met

bewoners en andere partijen daarover en de intake van meldingen, klachten e.d.

Het gaat hier dus bijvoorbeeld om integrale wijkveiligheidsplannen, buurt- en

wijkplatforms en melddesks voor bewoners.

Accenten huidige aanpak

Accenten in de huidige ‘infrastructuur’ zijn:

accent dwars-verbanden andere veiligheids-velden

wat opvalt

Beleidskader: Meerjarig Bestuurlijk

Programma 2007 – 2010/Integrale

Veiligheidsnota 2005 – 2009/Begroting

Programma Leefomgeving 2009/

Afdelingsplan OOV 2009

Zwaartepunten binnen het veiligheidsveld

‘veilige woon- en leefomgeving’ zijn:

■ Borgen van gebiedsgerichte en

persoonsgerichte aanpak van overlast en

onveiligheid (Drugsaanpak in Centrum en

buurten, Veiligheidshuis, Interventieteam)

■ Richtinggeving toezicht en handhaving

■ Inzet in aandachtsbuurten, borgen reeds

behaalde resultaten in aandachtsbuurten

(centrum, Buurt 6)

> veld 2, 3, 4

en 5

■ De meeste doelstellingen en

beleidslijnen zijn geformuleerd in

termen van ‘terugdringen’ en

‘aanpakken’ – overwegend repressief;

ten tijde van formuleren van deze

kaders (Veiligheidshuis, borging

Drugsaanpak) was dit opportuun;

mogelijk is er nu echter een onbalans

tussen algemene preventie enerzijds en

persoonsgerichte en gebiedsgerichte

aanpak anderzijds; de omvang van

drugscriminaliteit en –overlast zijn

verminderd en huidige, meer algemene

veiligheidsproblemen vragen om een

generieke preventieve benadering

■ 3 van de 5 kwantitatieve

doelstellingen uit het Integrale

Veiligheidsbeleid 2005 – 2009 zijn niet

gehaald (het betreft de geformuleerde

streefwaarden met betrekking

drugscriminaliteit en – overlast,

verkeersveiligheid en veiligheidsgevoel)

GSB III-afspraken met het Rijk

■ In 2007 zijn de prestatieafspraken

geactualiseerd; het betreft onder meer

kwantitatieve doelstellingen ten aanzien

van enkele soorten delicten en de

subjectieve veiligheid

> veld 3 en 5 ■ Gemiddeld genomen voor de 7

aandachtsbuurten zijn enkele

belangrijke doelstellingen bereikt

(slachtofferschap woninginbraak,

geweld, veiligheidsgevoel); het beeld

per aandachtsbuurt wisselt: enkele

buurten vertonen een (veel) grotere dan

beoogde (negatieve) afwijking van het

Bovenkamps gemiddelde

Page 22: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

20

Veiligheidshuis district Bovenkamp

■ Voert regie op de uitvoering van de

persoonsgerichte aanpak van veelplegers,

probleemjongeren en huiselijk geweld

■ Past daarbij mede de Operatie

Drugsaanpak-methodiek toe;

Veiligheidshuis vormt mede borging van

Operatie Drugsaanpak; element zorg is

echter verzwaard in Veiligheidshuis

■ In 2009 wordt het Veiligheidshuis verder

geborgd, als onderdeel van de

organisatieontwikkeling van afdeling OOV

> veld 3 en 5 ■ Voert o.m. regie PGA jeugdoverlast;

momenteel wordt informatiepositie rond

jongeren aangescherpt via

gestructureerde informatie-uitwisseling

tussen jongerenwerkers en wijkagenten

■ Kracht Veiligheidshuis is borging

effectiviteit van de PGA/inzet

interventie-instrumenten door gedurige

coördinatie en procesbewaking van

inzet van diverse betrokken uitvoerende

partijen

Interventieteam van de gemeente

■ Het Interventieteam richtte zich in eerste

instantie hoofdzakelijk op drugscriminaliteit

(gebruikers-/dealpanden); nu is focus

verbreed: ook overlast/sociale

problematiek

(‘probleemhuishoudens’/vervuiling e.d.)

■ Werkt in het kader van de aanpak van

drugscriminaliteit onder meer samen met

het Drugsteam 1 en het Drugsteam 2,

beide van de politie

> veld 5 ■ Het Interventieteam opereert nu nog

min of meer als aparte ‘unit’; de

organisatorische inbedding van het

Interventieteam was niet optimaal;

verandert door inbedding in het bureau

Toezicht en Handhaving BWM van de

afdeling OOV

Bureau Handhaving

■ Bovenkamp kent een volwassen, goed

geoutilleerd Bureau Handhaving met

BOA’s, toezichthouders en toezichthouders

vanuit het Leerbedrijf

■ Bureau Handhaving heeft de beschikking

over een meldkamer incl. beeldschermen

voor het ‘uitkijken’ van camerabeelden

(zo’n 75 beveiligingscamera’s); de

meldkamer is permanent bemenst

■ De toezichthouders worden zowel in de

openbare ruimte (in de buurten, vanuit de

buurtteams) als voor gebouwenbewaking

en andere projecten ingezet; het bureau

voert ook handhavingsacties uit in

buurgemeenten

■ De inzet geschiedt in afstemming met

o.m. de buurtteams en het Veiligheidshuis

■ Voor toezicht in woonbuurten is een

mobiel aanlooppunt beschikbaar

■ Naast het Bureau Handhaving zal ook

het milieu- en bouwtoezicht onderdeel

> veld 2, 3, 4

en 5

■ Bureau Handhaving opereert

probleem- en oplossingsgericht en

onderscheidt zich door bedrijfsmatige

focus; dit leidt tot een goede effectiviteit

en is bevorderlijk voor de

expertiseontwikkeling van het

personeel; wel bestaat het risico dat

inzet voor stedelijke projecten e.d. ten

koste gaat van inzet in de buurten

onder regie van de buurtteams;

alertheid op de balans dienaangaande

is nodig en dient te worden

vastgehouden

Page 23: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

21

gaan uitmaken van OOV

Gebiedsgerichte aanpak onveiligheid en

overlast in de aandachtsbuurten

■ Buurt 12: voortzetting Drugsaanpak

Bovenkamp, focus op drugsoverlast en

veiligheid rond het ‘stappen’ (KVU)

■ Buurt 6: 2008: opstart GGA; 2009-2014:

voortzetting, inzet op borging van hetgeen

bereikt is; onderdelen zijn

buurtbemiddeling, …, … PM

■ Buurt 5: focus op veiligheid, leefbaarheid

indien daarvoor ruimte ontstaat; accenten

zijn: aanpak overlastgevende panden

vanuit het Interventieteam, aanpak

veelplegers, hard kernjongeren en huiselijk

geweld vanuit het Veiligheidshuis, toezicht

en handhaving;

■ Buurt 11: uitgewerkt in Plan van Aanpak,

uitvoering vanaf 2009; meerjarige aanpak

(2008 – 2011); speerpunten huiselijk

geweld en jeugdoverlast; aandachtlocatie

is Kanarie-plein (jeugdoverlast);

onderdelen aanpak zijn: extra toezicht en

handhaving jeugdoverlast; aanpak

overlastgevende jeugd vanuit

Veiligheidshuis (samen met Stichting

Pegasus, bureau Handhaving, partners in

het JPO); investering en aanpak en

aanbod rond gevallen van huiselijk geweld

■ Buurt 10: … (PM)

■ Buurt 3: 2009: voortzetting huidige

veiligheidsaanpak; onderdelen zijn: aanpak

aandachtslocatie is Bloemstraat

(overlastgevende panden en bestuurlijke

aanpak van georganiseerde criminaliteit);

toezicht openbare ruimte (zie ook

Masterplan Buurt 3)

> veld 3, 4 en

5

■ De inzet op de aandachtsbuurten is

probleemgericht en legt wat betreft de

problematiek dan ook de juiste

accenten (zie ook de Veiligheidsindex

hiervoor); wat nog ontbreekt echter is

een effectieve onderliggende

‘infrastructuur’ voor de permanente

inzet op/bewaking van leefbaarheid en

veiligheid in de buurten; hierdoor kan

eigenlijk geen ‘gas teruggenomen

worden’; borging is problematisch

■ Aanpak per buurt verschilt nu in

diverse opzichten; dit is echter niet per

se nodig: de meeste buurtproblematiek

beweegt zich binnen een vaste

bandbreedte en kan vanuit een

eenduidige en solide buurtcoördinatie

effectief voorkomen dan wel aangepakt

worden; voor ‘plusbuurten’ kan dan een

meer geïntensiveerde aanpak worden

gevolgd (‘kop op de basis’)

■ Met name in de niet-

aandachtsbuurten zijn de publieke

actoren, verzameld in de buurtteams,

nu onvoldoende zichtbaar en

bereikbaar aanwezig op basis van

continuïteit en met het oog op

participatie van bewoners (‘inspiratie’ en

‘activeren’ en zodoende het aanwezige

sociale vermogen van bewoners

benutten)

Communicatiefunctie OOV

■ Doel: vergroten veiligheidsgevoel en

vertrouwen in de overheid van de

Bovenkampenaren (herwinnen

vertrouwen); door ‘te zeggen wat we doen

en te doen wat we zeggen’

■ Dit geschiedt op buurtniveau (Buurt 6,

Buurt 5), via media-aandacht voor

Page 24: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

22

projecten, nieuwsbrieven/websites,

publicaties

Buurtteams

■ Alle 19 buurten van Bovenkamp hebben

een zgn. buurtteam: een interdisciplinair

afstemmings- en samenwerkingsverband

met als doelstelling ‘schoon, heel en veilig’;

partners zijn gemeente/gemeentelijke

diensten, politie, instellingen, corporaties,

bewoners/buurtstichtingen

■ In de 7 aandachtsbuurten wordt gewerkt

volgens een 13 wekencyclus

■ Voorzitter van het buurtteam is de

stadsdeelvoorzitter van de afdeling Beheer

en Onderhoud

■ Buurtcontactambtenaren organiseren

primair de ‘bewonersstem’, zijn

aanspreekpunt daarvoor; daarnaast

pakken zij buurtproblemen op die het

buurtniveau overstijgen of die anderszins

een specifieke aanpak vergen die vanuit

het buurtteam niet gerealiseerd kan

worden (de zgn. ‘hotspot-benadering’)

> veld 3, 4 en

5

■ De ‘beelden’ van partijen blijken soms

moeilijk met elkaar te combineren

(synergie ‘sociaal’ en ‘fysiek’); te

denken valt aan verzwaring van het

profiel van de trekker van de

buurtteams tot een

‘leefbaarheidsregisseur’/ stadsmarinier;

■ Sprake is nu van een lage

vergaderfrequentie van de buurtteams

in niet-aandachtsbuurten: dit duidt

andermaal op ‘probleemgerichtheid’;

probleemgerichtheid is echter niet de

essentie van buurtaanpak; essentie is

continuïteit, alertheid, zichtbaarheid en

bereikbaarheid

■ Wat betreft de prioriteit en

betrokkenheid bij de

uitvoeringspartners: door (stedelijke)

afspraken in een ander verband kan de

inzet in buurten vanuit/cf. afspraken met

de buurtteams soms onder druk komen

te staan

■ Uniforme planformats en -cylus

ontbreken momenteel; tot enkele jaren

geleden was er wel een uniforme

systematiek

Bovenkampmonitor

■ Tweejaarlijkse meting op gemeente- en

buurtniveau van sociale en fysieke

kenmerken; onder meer reeks van

veiligheids- en leefbaarheidsindicatoren;

gebaseerd op bewonersenquête en

gegevens uit o.m. de politieregistratie

■ Gegevens worden nu hoofdzakelijk

op buurtclusterniveau gerapporteerd

(de 19 ‘buurten’); in het kader van

veiligheid en leefbaarheid is

subbuurtniveau soms echter wenselijk

(bijvoorbeeld in het geval van Buurt 6),

aangezien de problemen zich in een

specifiek gebiedje afspelen

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in de problematiek (zie hiervoor) en de huidige inzet kan het volgende

worden geconstateerd wat betreft mogelijke versterkingen van de infrastructuur:

• Doorontwikkeling van de infrastructuur op buurtniveau: uniforme basis in elke buurt; aangevuld

met eventuele ‘plus-aanpak’ in probleemaccumulatiegebieden; vast palet van betrokken partijen;

formats voor wijkactieplan en planning en control; verheldering van de rol van de

buurtcontactambtenaar; borging status en slagkracht van de buurtteams in de beleidsvoering;

Page 25: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

23

• Verzwaring van het preventieve aspect in de aanpak van het veld ‘veilige woon- en leefomgeving’,

om te beginnen via ‘kleine’ maar solide en betrouwbare aanwezigheid in alle buurten (ook indien

er geen belangrijke veiligheids- en leefbaarheidsproblemen zijn);

• Zodoende de juiste ‘sfeer’ creëren, speelruimte als het ware, waarbinnen bewoners zich geroepen

voelen ‘uit eigen beweging’ te participeren; dus: niet hameren op wat men niet mag of juist moet -

maar ‘verleiden’ en ‘prikkelen’, ruimte organiseren, verantwoordelijkheid geven (activeren;

benutting van het sociaal vermogen); dit veronderstelt inderdaad om te beginnen een rustige,

solide aanwezigheid in de buurten, zichtbaar en bereikbaar voor de bewoners;

• Essentiële principes:

o continuïteit en betrouwbaarheid

o zichtbaarheid en bereikbaarheid

o kansen scheppend in plaats van ‘maatregelen opleggend’ (verleiden, prikkelen)

o klein, compact maar solide

• Nagaan welk profiel de trekker van de buurtteams zou moeten hebben; van belang is een trekker

die goed in staat is de sociale en fysieke aspecten en ‘beelden’ van partijen met elkaar te

verbinden;

• Reflectie op rol/positionering van het Veiligheidshuis en het Interventieteam binnen de

buurtleefbaarheidsbenadering; voor de hand ligt het dat de interventie-instrumenten mede

beschikbaar zijn voor buurtteams en op hun verzoek kunnen worden ingezet door

Veiligheidshuis/Interventieteam (vooral in zogenaamde ‘plus-buurten’); naast deze ‘buurtfunctie’

hebben Veiligheidshuis en Interventieteam een stedelijke focus, bewaken en ontwikkelen zij de

scherpte van de interventie-instrumenten; regie over de beleidsvoering rond veiligheidsitems ligt

bij ‘beleidsdeel’ van OOV;

• Nuancering van verslaglegging in Bovenkampmonitor voor buurten c.q. buurtclusters waarvoor dat

nodig is: zo is het ten aanzien van aandachtsbuurt Buurt 6 bijvoorbeeld wenselijk over gegevens

op dit subbuurtniveau (naast het buurtclusterniveau) te kunnen beschikken

• Verdere borging van Drugsaanpak als interventiemethodiek, in het bijzonder geschikt voor

drugsproblematiek; markering en afbakening van Drugsaanpak komen zowel de borging van deze

methodiek zelf als de ‘beleidsruimte’ voor algemenere preventieve maatregelen en methodieken

rond items die daarom vragen, ten goede;

• Reflectie op rol/positionering van Bureau Handhaving in buurtleefbaarheidsbenadering; toezicht in

openbare ruimte vormt een vast en onmisbaar ingrediënt van de aanpak, zowel in ‘niet prioritaire’

als ‘plusbuurten’; vanwege de onvermijdelijke schaarste kan overwogen worden met een

productenboek te werken; daarin staat het aanbod van het bureau zorgvuldig omschreven,

inclusief randvoorwaarden, beperkingen en keuzes; aan de hand van een productenboek kunnen

interne klanten hun wensen articuleren en daarover controleerbare afspraken maken;

• Nagaan of de huidige inzet op Buurt 3 in evenwicht is met de aard en omvang van de

problematiek in die buurt; de veiligheidsindex (zie hiervoor) liet zien dat deze buurt de huidige

prioritaire status zeker verdient; mogelijk dat de aanpak in deze buurt geïntensiveerd dient te

worden.

Page 26: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

24

veiligheidsveld 1: veilige woon- en leefomgeving aanpak - aspect ‘investeren in fysieke

woonomgeving’

‘Investeren in fysieke kwaliteit’ dat wil zeggen inrichting, beheer

en onderhoud van de openbare ruimte, specifiek (1) de aanpak van verloedering

zoals zwerfvuil, graffiti en vernielingen en (2) de verbetering van fysieke elementen

in de wijk zoals groen, speeltuinen, kwaliteit van verlichting e.d.

Accenten huidige aanpak

Accenten in de huidige aanpak/onderhoud van de fysieke woonomgeving zijn:

accent dwars-

verbanden andere veiligheids-velden

wat opvalt

Beleidskader fysieke kwaliteit

■ Beleidsvisie IBOR (2004)

■ Afvalinzamelplan 2004 – 2010

■ Groenbeleidsplan 2005 - 2015

■ Nota handhaving bouw- en ruimtelijke

regelgeving (2008)

■ Kadernota programmatisch handhaven (2007)

> veld 4 ■

Projectgroep Dienstverlening Fysieke

Leefomgeving

■ ‘Trekt’ de implementatie van de

omgevingsvergunning (WABO)

> veld 4 ■

Scholenproject Bovenkamp Schoon

■ OOV verzorgt mede de lessen aan scholieren

over milieu en zwerfafval; bewustmaking belang

ervan en eigen rol

> veld 3 ■

Gebiedsgerichte aanpak aandachtsbuurten

■ Zie hiervoor bij ‘Infrastructuur’

> veld 3 en 5 ■ Zie hiervoor bij ‘Infrastructuur’

Sloop in Buurt 11

■ Woningcorporatie Woongenot sloopt in de

komende tijd 700 woningen in Buurt 11; het

gebied dient aantrekkelijker te worden gemaakt

voor bestaande en nieuwe groepen bewoners;

ook vermindert de leegstand (die optreedt als

gevolg van krimp)

> veld 4 ■

Page 27: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

25

Invoering bestuurlijke boete

■ …

> veld 4 ■

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in de problematiek (zie hiervoor) en de huidige inzet kan het volgende

worden geconstateerd wat betreft mogelijke beleidsversterkingen:

• Verloedering van de woonomgeving wordt vooral door bewoners van de aandachtsbuurten

gesignaleerd; dit betreft buurten waarin juist relatief veel geïnvesteerd wordt, ook in de fysieke

woonomgeving; ook is in deze buurten sprake van relatief veel slachtofferschap van vernieling (in

de politieregistratie overigens vooral in Buurt 6); natuurlijk is ook in deze buurten altijd winst te

behalen wat betreft de fysieke woonomgeving – al was het maar in het licht van groeiende

leegstand e.d. – maar niet uit te sluiten is dat bewoners zich passiever opstellen dan noodzakelijk

is; een passieve houding beïnvloedt de perceptie van de buurtkwaliteit in negatieve zin (men

oefent dan immers zelf geen invloed uit op die kwaliteit); zo beschouwd is het van belang

bewoners actiever te betrekken bij verbetering/beheer van de fysieke woonomgeving; (NB:

participatie is hiervoor ook al genoemd als een doorslaggevende kwaliteit van de

buurtleefbaarheidsaanpak)

• Niet uit te sluiten valt dat het overwegend probleemgerichte karakter van de huidige buurtaanpak

negatief uitwerkt op de mate van participatie van bewoners; participatie vereist immers een

gezamenlijke probleemdefinitie, een onderkend belang – en bij voorkeur geen directieve

benadering vanwege een door de ‘directeur’ gedefinieerd probleem; van belang is dus het actief

bevragen/consulteren van bewoners; de aanpak in Buurt 6 heeft ook in dat opzicht effect

gesorteerd: het slachtofferschap ligt er lager dan je op basis van de meldcijfers zou verwachten

(hoge meldingsbereidheid?), en de bereidheid onder bewoners om zelf actief in de leefbaarheid te

investeren, is er blijkens de Bovenkampmonitor relatief hoog;

• In de buurtteams is nu regelmatig sprake van moeilijk met elkaar te verenigen

beelden/perspectieven van de professionals; ook in de conceptuele kwaliteit van de aanpak ligt

dus een verbetermogelijkheid: wenselijk is borging van de wisselwerking tussen fysieke en sociale

kenmerken van de buurt en de beelden dienaangaande van de betrokken actoren;

• De gemeente beschikt over een hoogwaardige informatiepositie als gevolg van onder meer de

meldkamer van Bureau Handhaving; dit is potentieel bevorderlijk voor de effectiviteit (en

betrouwbaarheid) van de aanpak van de fysieke woonomgeving; verkend zou kunnen worden

waar nog te benutten kansen liggen als het gaan om de verzilvering van voorhanden

beleidsinformatie.

Page 28: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

26

veiligheidsveld 1: veilige woon- en leefomgeving aanpak - aspect ‘investeren in sociale kwaliteit’

‘Investeren in sociale kwaliteit‘ dat wil zeggen de inzet op de

kwaliteit van sociale netwerken in wijken en buurten en daarnaast meer specifiek

de inzet op woonoverlast (problematische huishoudens), overlast van dak- en

thuislozen, van alcohol en drugs en van prostitutie

Accenten huidige aanpak

Accenten in de huidige aanpak met betrekking tot sociale kwaliteit zijn:

accent dwarsver-banden andere veiligheids-velden

wat opvalt

Gebiedsgerichte aanpak onveiligheid en

overlast in de aandachtsbuurten

■ Zie hiervoor bij ‘Infrastructuur’

> veld 3, 4 en

5

■ Zie hiervoor bij ‘Infrastructuur’

Buurtteams

■ Alle 19 buurten van Bovenkamp hebben

een zgn. buurtteam: een interdisciplinair

afstemmings- en samenwerkingsverband met

als doelstelling ‘schoon, heel en veilig’;

partners zijn gemeente/gemeentelijke

diensten, politie, instellingen, corporaties,

bewoners/buurtstichtingen

■ Zie ook hiervoor, bij ‘Infrastructuur’

> veld 3, 4 en

5

■ Zie hiervoor bij ‘Infrastructuur’

Stedelijk Manifest Bovenkamp

■ Beleidsplan maatschappelijke opvang 2008

– 2014

■ Kerndoel: voorkomen en verhelpen dak- en

thuisloosheid door het bieden van huisvesting,

dagbesteding, inkomen en zorg

> veld 5 ■ moet nog gerealiseerd worden;

w.s. zal er middels de methode

PGA-VH gewerkt gaan worden, dus

zelfde systematiek met

procesmanagers multiproblem en

w.s. ook vanuit het VH.

Opvangvoorzieningen

daklozen/verslaafden

■ Dag- en nachtopvang De Schoener; 55

plekken; wordt beveiligd door het Bureau

Handhaving

■ 3 Opvanghuizen: totaal ook plm. 55 plekken

■ plus: Pension Mijn Uitzicht, zorgboerderij De

Lusthof, voorzieningen Rembrandt Zorggroep

op diverse locaties

> veld 5 ■ Doorstroming in de

maatschappelijke opvang betreft

een van de prestatieafspraken

i.h.k.v. GSB III

Page 29: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

27

Handhavingsbeleid drugs en overige

(woon)overlast (2009)

■ Beleidsregels bij het nieuwe artikel 13b

Opiumwet: naast horeca kunnen nu ook

woningen van waaruit gedeald wordt, gesloten

worden door de burgemeester

■ In 2009 zijn 8 sluitingsprocedures op grond

van artikel 13b gevoerd, waarvan 6 binnen de

basiseenheid Bovenkamp-Noord

> veld 5 ■

Veiligheidshuis district Bovenkamp

■ Voert regie op de uitvoering van de

persoonsgerichte aanpak van veelplegers,

probleemjongeren en huiselijk geweld

■ Past daarbij mede Drugsaanpakmethodiek

toe; Veiligheidshuis vormt mede borging van

Drugsaanpak; element zorg is echter

verzwaard in Veiligheidshuis

■ In 2009 wordt het Veiligheidshuis verder

geborgd, als onderdeel van de

organisatieontwikkeling van afdeling OOV

> veld 3 en 5 ■ Voert o.m. regie PGA

jeugdoverlast; momenteel wordt

informatiepositie rond jongeren

aangescherpt via gestructureerde

informatie-uitwisseling tussen

jongerenwerkers en wijkagenten

■ Kracht Veiligheidshuis is borging

effectiviteit van de PGA/inzet

interventie-instrumenten door

gedurige coördinatie en

procesbewaking van inzet van

diverse betrokken uitvoerende

partijen

Interventieteam van de gemeente

■ Het Interventieteam richtte zich in eerste

instantie hoofdzakelijk op drugscriminaliteit

(gebruikers-/dealpanden); nu is focus

verbreed: ook overlast/sociale problematiek

(‘probleemhuishoudens’/vervuiling e.d.)

■ Werkt in het kader van de aanpak van

drugscriminaliteit onder meer samen met het

Drugsteam 1 en het Drugsteam 2, beide van

de politie

> veld 5 ■ Het Interventieteam opereert nu

nog min of meer als aparte ‘unit’; de

organisatorische inbedding van het

Interventieteam was niet optimaal;

verandert door inbedding in het

bureau Toezicht en Handhaving

BWM van de afdeling OOV

‘Drugsteam 1 en 2’ van de politie

■ Betreft teams van 5 politiemensen (tevens

bikers) die zich expliciet op drugsoverlast

richten; werkt samen met Interventieteam,

Bureau Handhaving, DNO, de Opvanghuizen

en VH van de gemeente

■ Focus ligt op Buurt 12

> veld 5 ■

Cameratoezicht

■ Bovenkamp beschikt in totaal over zo’n 75

bewakingscamera’s; de camera’s zijn

geïnstalleerd in het centrum, bij dag- en

nachtopvang De Schoener en in de

stadsdelen 1 en 2

■ Evaluatie cameratoezicht centrum (2008):

> veld 2, 3 en

5

■ Camera’s effectief voor

veiligheidsgevoel en aanpak

overlast verslaafden tijdens en na

Drugsaanpak; nu de drugsoverlast

vrijwel is verholpen hebben de

camera’s in het centrum vooral

betekenis i.v.m. veilig uitgaan en bij

Page 30: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

28

­ toegenomen veiligheidsgevoel

­ geen afname slachtofferschap

criminaliteit, geweld en verbale agressie

­ wel daling in bij politie gemelde incidenten

­ afname overlast drugsverslaafden

­ in uitgaansgebied dragen camera’s bij

aan vroegsignalering van geweld

■ Evaluatie cameratoezicht De Schoener

(2008):

­ toegenomen veiligheidsgevoel

­ afname slachtofferschap criminaliteit,

geweld en verbale agressie

­ geen daling in bij politie gemelde

incidenten/misdrijven (met name

geweldpleging); betreft echter camera-

effect:er wordt meer gesignaleerd;

­ afname overlast drugsverslaafden

■ Evaluatie cameratoezicht in de stadsdelen 1

en 2 (2008):

­ toegenomen veiligheidsgevoel

­ criminaliteit niet significant gedaald

­ afname overlast drugsverslaafden

evenementen

Corporaties: uitzettingen en selectie aan

de poort

■ Corporatie Woongenot rapporteert zo’n 60

uitzettingen per jaar

■ Criteria bij de toelating van nieuwe huurders

bij deze corporatie zijn:

­ inkomen

­ woonverleden (overlast?

betalingsgedrag?)

­ financiële huishouding/schulden (daartoe

wordt informatie ingewonnen bij NIBUD)

> veld 5 ■

Invoering Bestuurlijke boete

■ …

> veld 4 ■

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in de problematiek (zie hiervoor) en de huidige inzet kan het volgende

worden geconstateerd wat betreft mogelijke beleidsversterkingen:

• Reflectie op de rol van interventie-instrumenten (Veiligheidshuis, Interventieteam, Drugsteam 1)

bij aanpak ‘sociale kwaliteit’; mogelijke denklijn is (zie ook hiervoor bij ‘Infrastructuur’): een goed

functionerende buurtleefbaarheidsaanpak kenmerkt zich door een uniforme ‘basis’ in alle buurten,

Page 31: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

29

aangevuld met inzet interventie-instrumenten waar nodig; dergelijke maatwerkinzet in de buurten

vereist effectieve coördinatie; het buurtteam zou daarin de centrale schakel moeten zijn -

knooppunt waar integraal geoordeeld en doorvertaald wordt; versterking van deze coördinatie is

onderdeel van de doorontwikkeling van de buurtleefbaarheidsaanpak;

• Voor daadwerkelijke vergroting van bewonersparticipatie, voor effectieve activering van bewoners

onder de Bovenkampse omstandigheden (zie ook hiervoor bij thema 1.1: sociale kwaliteit), is

allround buurtregie, met kennis van de wisselwerking tussen sociale en fysieke aspecten, van

groot belang; deze observatie sluit aan bij hiervoor genoemde verbetermogelijkheden van de

buurtleefbaarheidsaanpak: kennis van sociale blokkades, zorgbehoefte en (toch!) aanwezig

sociaal vermogen bij bewoners (‘van overlevingsmodus naar participatie’) dient gecombineerd te

kunnen worden met observaties ten aanzien van feitelijke aantastingen van veiligheid en de

passende aanpak daarvan; dergelijke buurtregie vraagt om stevige leefbaarheidsregisseurs;

• Belangrijke aspecten daarbij zijn voorspelbaarheid en eenduidigheid, ook wat betreft de

communicatie en samenwerking met de veiligheidspartners (politie, zorginstellingen,

welzijnsorganisaties, woningcorporaties): voor hen mag over de identiteit en statuur van de

buurtregisseur geen twijfel bestaan;

• Voor de aanpak van drugsoverlast en –criminaliteit blijft de Drugsaanpakmethodiek van belang;

de inzet van interventie-instrumenten ligt bij Veiligheidshuis (PGA veelplegers en/of notoire

overlastveroorzakers) en Interventieteam (daderkant/criminele organisaties, BIBOB); regie over de

beleidsvoering ligt bij ‘beleidsdeel’ OOV; ‘doorgaan met elan’, onder meer door de integraliteit van

de aanpak te blijven bewaken en waar nodig en mogelijk te versterken;

• Wenselijk is duidelijke afbakening van de methodiek Drugsaanpak; dit is zowel voor de borging en

doorontwikkeling van de methodiek zelf van belang als voor de ‘beleidsruimte’ voor algemenere

preventieve maatregelen en methodieken (zie ook hiervoor bij ‘Infrastructuur’)

Page 32: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

30

veiligheidsveld 1: veilige woon- en leefomgeving aanpak - aspect ‘betrekken bewoners bij veiligheid & leefbaarheid’

‘Betrekken bewoners bij veiligheid en leefbaarheid’, via

bijvoorbeeld wijk- en buurtpanels, buurtschouwen, gezamenlijke

onderhoudsprojecten, SMS-alert, Burgernet

Accenten huidige aanpak

Accenten in de aanpak met betrekking tot bewonersparticipatie zijn:

accent dwarsverbanden andere veiligheidsvelden

wat opvalt

Buurtstichtingen

■ Streven is om in alle 19 buurten een wijk-

/buurtraad/platform op te richten

> veld 3, 4 en 5 ■ De continuïteit en de kwaliteit

van buurtstichtingen laten

momenteel nog te wensen over;

niet elke buurt beschikt over een

wijk-/buurtraad/platform.

Buurtteams

■ Alle 19 buurten van Bovenkamp hebben

een zgn. buurtteam: een interdisciplinair

afstemmings- en samenwerkingsverband

met als doelstelling ‘schoon, heel en veilig’;

partners zijn gemeente/gemeentelijke

diensten, politie, instellingen, corporaties,

bewoners/buurtstichtingen

■ Zie ook hiervoor, bij ‘Infrastructuur’

> veld 3, 4 en 5 ■ Uniforme planformats en -cylus

ontbreken momenteel; tot enkele

jaren geleden was er wel een

uniforme systematiek

■ Zie ook hiervoor, bij

‘Infrastructuur’

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in de problematiek (zie hiervoor) en de huidige inzet kan het volgende

worden geconstateerd wat betreft mogelijke beleidsversterkingen:

• zoals al aangegeven is participatie van bewoners cruciaal voor de borging van de veiligheid en

leefbaarheid in de Bovenkampse buurten: de bewoners zelf zijn de meest invloedrijke actor;

wenselijk is reflectie op effectieve benaderingswijzen; de aanpak kan mogelijk versterkt worden

door bewoners zelf richting te laten geven aan de wijze van participatie: niet opleggen, instrueren

maar daadwerkelijk betrekken en mederegisseur maken;

• voorwaarde daarvoor is een ‘rustige sfeer’: een zichtbare en bereikbare, stabiele

buurtinfrastructuur waarop de bewoner kan vertrouwen en die het speelveld uitzet; een dergelijke

buurtinfrastructuur is vooral preventief, in zekere zin ‘aanbodgericht’ van karakter, in plaats van

probleemgericht en daardoor per definitie tijdelijk (zie ook hiervoor en hierna);

Page 33: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

31

• te overwegen instrumenten zijn het beschikbaar stellen van buurtbudgetten, werven van buurt- of

straatcoaches, experimenten met toezicht door bewoners in de openbare ruimte; NB: deze

instrumenten kunnen pas effectief zijn indien de onderliggende infrastructuur is gerealiseerd (dus

eerst ‘de eigen zaakjes regelen’);

• voor de reflectie op/ontwikkeling van effectieve benaderingswijzen dient gebruik gemaakt te

worden van de binnen OOV voorhanden communicatie-expertise en –ervaring; ook de kennis en

ervaring opgedaan met de aanpak in Buurt 6 zijn natuurlijk relevant en dienen benut te worden;

• zie ook de hiervoor reeds gemaakte opmerkingen t.a.v. bewonersactivering en –participatie;

Page 34: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

32

veiligheidsveld 1: veilige woon- en leefomgeving aanpak - aspect ‘toezicht en handhaving’

(openbare ruimte/sociale veiligheid)

‘Toezicht en handhaving’. Hierbij gaat het primair om toezicht en

handhaving in woongebied en gericht op woonoverlast, jeugdoverlast en kleine

overtredingen zoals verkeerd parkeren en het verkeerd aanbieden van huisvuil (APV en

Wet Mulder)

Accenten huidige aanpak

Accenten in de huidige aanpak met betrekking tot toezicht en handhaving zijn:

accent dwars-

verbanden andere veiligheids-velden

wat opvalt

Projectgroep Dienstverlening Fysieke

Leefomgeving

■ ‘Trekt’ de implementatie van de

omgevingsvergunning (WABO)

> veld 4 ■

Invoering Bestuurlijke boete

■ …

> veld 4 ■

Bureau Handhaving

■ Bovenkamp kent een volwassen, goed

geoutilleerd Bureau Handhaving met BOA’s,

toezichthouders en toezichthouders vanuit het

Leerbedrijf

■ Bureau Handhaving heeft de beschikking over

een meldkamer incl. beeldschermen voor het

‘uitkijken’ van camerabeelden (zo’n 75

beveiligingscamera’s); de meldkamer is permanent

bemenst

■ De toezichthouders worden zowel in de openbare

ruimte (in de buurten, vanuit de buurtteams) als

voor gebouwenbewaking en andere projecten

ingezet; het bureau voert ook handhavingsacties uit

in buurgemeenten

■ De inzet geschiedt in afstemming met o.m. de

buurtteams en het Veiligheidshuis

■ Voor toezicht in woonbuurten is een mobiel

aanlooppunt beschikbaar

> veld 2, 3, 4

en 5

■ Bureau Handhaving

opereert in hoge mate

probleem- en

oplossingsgericht en

onderscheidt zich door

bedrijfsmatige focus; dit leidt

tot een goede effectiviteit en

is bevorderlijk voor de

expertiseontwikkeling van het

personeel; wel bestaat het

risico dat inzet voor stedelijke

projecten e.d. ten koste gaat

van inzet in de buurten onder

regie van de buurtteams;

alertheid op de balans

dienaangaande is nodig en

dient te worden

vastgehouden

Cameratoezicht

■ Bovenkamp beschikt in totaal over zo’n 75

bewakingscamera’s; de camera’s zijn geïnstalleerd

> veld 2, 3 en 5 ■ Camera’s effectief voor

veiligheidsgevoel en aanpak

overlast verslaafden tijdens

Page 35: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

33

in het centrum, bij dag- en nachtopvang De

Schoener en in de stadsdelen 1 en 2

■ De inzet van dit instrument stamt uit de tijd van

Operatie Drugsaanpak

■ Evaluatie cameratoezicht centrum (2008):

­ toegenomen veiligheidsgevoel

­ geen afname slachtofferschap criminaliteit,

geweld en verbale agressie

­ wel daling in bij politie gemelde incidenten

­ afname overlast drugsverslaafden

­ niet of nauwelijks afname jongerenoverlast

­ Conclusie: camera’s niet effectief voor

preventie van verbale agressie (komt het

meeste voor) en van geweldpleging in

uitgaansgebied (waar veelal alcohol/drugs in

het spel is); in uitgaansgebied dragen camera’s

dus vooral bij aan signalering van fysiek

geweld

■ Evaluatie cameratoezicht De Schoener (2008):

­ toegenomen veiligheidsgevoel

­ afname slachtofferschap criminaliteit, geweld

en verbale agressie

­ geen daling in bij politie gemelde

incidenten/misdrijven (met name

geweldpleging); betreft echter camera-effect:er

wordt meer gesignaleerd;

­ afname overlast drugsverslaafden

■ Evaluatie cameratoezicht stadsdelen 1 en 2

(2008):

­ toegenomen veiligheidsgevoel

­ criminaliteit niet significant gedaald

­ afname overlast drugsverslaafden

niet of nauwelijks afname jongerenoverlast

en na Drugsaanpak; nu de

drugsoverlast vrijwel is

verholpen hebben de

camera’s in het centrum

vooral betekenis i.v.m. het

veilig stappen

Ondersteuning buurgemeenten

■ Handhavingsacties van het Bureau Handhaving

in omliggende dorpen; dit geschiedt vanuit de rol

van Bovenkamp als centrum van de regio

Wijkagenten/gebiedsgebonden politiezorg

■ De twee politiebasiseenheden binnen de

gemeente beschikken in totaal over 21

wijkagenten; hierdoor zijn een goede

informatiepositie en wisselwerking met de 19

buurten/buurtbewoners mogelijk

> veld 3, 4 en 5 ■

Bikepatrol van de politie

■ …

> veld 2, 3 en 5 ■

Page 36: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

34

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in de problematiek (zie hiervoor) en de huidige inzet kan het volgende

worden geconstateerd wat betreft mogelijke beleidsversterkingen rond dit aspect:

• Bovenkamp beschikt over een volwassen en goed geoutilleerd Bureau Handhaving; volwaardige

benutting daarvan is natuurlijk meer dan wenselijk; in het licht van de hier beschreven

verbetermogelijkheden wat betreft de buurtleefbaarheidsaanpak past reflectie op de positionering

en werkwijze van het Bureau Handhaving; aandachtspunten daarbij zijn de relatie tot de stedelijke

diensten en de buurtteams, i.h.b. de wijze waarop afspraken met deze interne klanten het beste

gemaakt en bewaakt kunnen worden; de borging van de toezichtstaak in stedelijke en

buurtplannen; de prioritering van typen toezichtstaken en –projecten; de wenselijke

uitvoeringswijze van overeengekomen toezichtstaken (gemotoriseerd, ‘anoniem’ of ‘kennen en

gekend worden’, gebiedsgericht versus projecten en taakgericht, etc.);

• Te overwegen valt voor het komen tot afspraken met de interne klanten gebruik te maken van een

zgn. productenboek; in een productenboek staat het aanbod van het bureau zorgvuldig

omschreven, inclusief randvoorwaarden, beperkingen en keuzes; aan de hand van een

productenboek kunnen de interne klanten hun wensen articuleren en daarover controleerbare

afspraken maken;

• De camera’s in het centrum hebben nu nog vooral betekenis voor vroegsignalering van geweld

rond het uitgaan/’veilig stappen’; tegen die achtergrond is reflectie wenselijk op de benodigde

intensiteit van de gebruikmaking/inschakeling van de camera’s (bijv. alleen op avond-

/uitgaansuren en bij evenementen?)

• Bovenkamp beschikt naast de toezichthouders en bewakingscamera’s ook nog over 21

wijkagenten – een niet te onderschatten toezichtspotentieel; voor een optimale benutting

van/synergie tussen deze instrumenten is zicht op de wisselwerking nodig; te overwegen valt een

daarop gerichte analyse uit te voeren; op basis van de uitkomsten daarvan kunnen stappen gezet

worden in de verdere optimalisering van de toepassingsvorm en –omvang van de respectievelijke

instrumenten (zoals bijvoorbeeld de procedures/protocollen rond de bewakingscamera’s);

Page 37: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

35

veiligheidsveld 1: veilige woon- en leefomgeving aanpak - aspect ‘aanpak specifieke

criminaliteitsfenomenen’

‘Aanpak van specifieke criminaliteitsfenomenen’ ofwel de specifieke en gerichte inzet op afzonderlijke

criminaliteitsproblemen, in aanvulling op integrale wijkaanpak. Deze aanpak van bepaalde vormen van

criminaliteit heeft vaak op het niveau van de gemeente plaats en betreft dan een min of meer ‘vaste’, op zichzelf

staande aanpak , al dan niet projectmatig van aard. Voorbeelden zijn een stedelijke aanpak van woninginbraak of

van huiselijk geweld.

Accenten huidige aanpak

Accenten in de huidige aanpak van specifieke criminaliteitsfenomenen zijn:

accent dwarsverbanden andere veiligheidsvelden

wat opvalt

Veiligheidshuis district Bovenkamp

■ Voert regie op de uitvoering van de

persoonsgerichte aanpak van veelplegers,

probleemjongeren en huiselijk geweld

■ Past daarbij mede de Operatie

Drugsaanpakmethodiek toe; Veiligheidshuis

vormt mede borging van Operatie

Drugsaanpak; element zorg is echter

verzwaard in Veiligheidshuis

■ In 2009 wordt het Veiligheidshuis verder

geborgd, als onderdeel van de

organisatieontwikkeling van afdeling OOV

> veld 3n en 5 ■ Voert o.m. regie PGA

jeugdoverlast; momenteel wordt

informatiepositie rond jongeren

aangescherpt via gestructureerde

informatie-uitwisseling tussen

jongerenwerkers en wijkagenten

■ Kracht Veiligheidshuis is

borging effectiviteit van de

PGA/inzet interventie-

instrumenten door gedurige

coördinatie en procesbewaking

van inzet van diverse betrokken

uitvoerende partijen

Interventieteam van de gemeente

■ Het Interventieteam richtte zich in eerste

instantie hoofdzakelijk op drugscriminaliteit

(gebruikers-/dealpanden); nu is focus

verbreed: ook overlast/sociale problematiek

(‘probleemhuishoudens’/vervuiling e.d.)

■ Werkt in het kader van de aanpak van

drugscriminaliteit onder meer samen met

het Drugsteam 1 en het Drugsteam 2, beide

van de politie

> veld 5 ■ Het Interventieteam opereert nu

nog min of meer als aparte ‘unit’;

de organisatorische inbedding

van het Interventieteam was niet

optimaal; verandert door

inbedding in het bureau Toezicht

en Handhaving BWM van de

afdeling OOV

‘Drugsteam 1 en 2’ van de politie

■ Betreft teams van 5 politiemensen (tevens

bikers) die zich expliciet op drugsoverlast

richten; werkt samen met Interventieteam,

Bureau Handhaving, DNO, OPVANG-

huizen en VH van de gemeente

> veld 5 ■

Page 38: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

36

■ Focus ligt op Buurt 12

Cameratoezicht

■ Bovenkamp beschikt in totaal over zo’n 75

bewakingscamera’s; de camera’s zijn

geïnstalleerd in het centrum, bij dag- en

nachtopvang De Schoner en in de

stadsdelen 1 en 2

■ Evaluatie cameratoezicht centrum (2008):

­ toegenomen veiligheidsgevoel

­ geen afname slachtofferschap

criminaliteit, geweld en verbale

agressie

­ wel daling in bij politie gemelde

incidenten

­ afname overlast drugsverslaafden

­ in uitgaansgebied dragen camera’s bij

aan vroegsignalering van geweld

■ Evaluatie cameratoezicht De Schoener

(2008):

­ toegenomen veiligheidsgevoel

­ afname slachtofferschap criminaliteit,

geweld en verbale agressie

­ geen daling in bij politie gemelde

incidenten/misdrijven (met name

geweldpleging); betreft echter camera-

effect:er wordt meer gesignaleerd;

­ afname overlast drugsverslaafden

■ Evaluatie cameratoezicht stadsdelen 1 en

2:

­ toegenomen veiligheidsgevoel

­ criminaliteit niet significant gedaald

­ afname overlast drugsverslaafden

> veld 2, 3 en 5 ■ Camera’s effectief voor

veiligheidsgevoel en aanpak

overlast verslaafden tijdens en na

Drugsaanpak; nu de

drugsoverlast vrijwel is verholpen

hebben de camera’s in het

centrum vooral betekenis i.v.m.

het veilig stappen

Softdrugsbeleid (2002/2004)

■ Er worden twee coffeeshops gedoogd;

zijn verspreid over de stad

> veld 3 en 5 ■

Softdrugsbeleid artikel 13b Opiumwet

■ Beleidsregels bij het nieuwe artikel 13b

van de opiumwet: naast horeca kunnen nu

ook woningen van waaruit gedeald worden

formeel op grond van de Opiumwet

gesloten worden door de burgemeester (is

in 2009 al plm. 10 maal toegepast, met

name in BUURT 10/BUURT 11)

> veld 5 ■

Politiekeurmerk Veilig Wonen

■ Is in 2008 overgegaan van politie naar

gemeente; borging in gemeente nu

suboptimaal

> veld 5 ■ Aantal woninginbraken is

toegenomen in periode 2006 –

2008; verdere borging PKVW lijkt

wenselijk

Page 39: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

37

Aanpak huiselijk geweld

Beleidskader:

■ Nota Aanpak Huiselijk geweld 2007/2010

■ Convenant aanpak huiselijk geweld

(2004)

■ Convenant Meldcode Huiselijk geweld en

kindermishandeling (2009)

Maatregelen/interventies:

■ Steunpunt Huiselijk Geweld

■ Aanpak vanuit Veiligheidshuis

* dader hulpverlening

■ vrouwenopvang incl. doorstroomhuizen

■ Implementatie Tijdelijk huisverbod; sinds

1-1-2009 9 maal opgelegd en 6 maal

verlengd;

■ Extra inzet op voorkoming recidive

huiselijk geweld

■ Alarmsysteem ‘Aware’; persoonlijk

alarmsysteem voor vrouwen die

bijvoorbeeld gestalkt worden; wordt

waarschijnlijk nog in 2009 uitgerold

■ Ten aanzien van het tijdelijk

huisverbod: de verwerking van

het Risicotaxatieformulier door de

politie kost relatief veel tijd;

hierdoor lijken soms ’kansen

gemist te worden’ door afzien van

de procedure door tijdnood;

daarnaast zijn er verbeterpunten

in de logistieke ‘sfeer’ (zoals

beheer en overdracht

huissleutels e.d.)

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in de problematiek (zie hiervoor) en de huidige inzet kan het volgende

worden geconstateerd wat betreft mogelijke beleidsversterkingen:

• Borging van buurtteam nieuwe stijl als schakelpunt tussen het preventieve repertoire enerzijds en

het repressieve en interventierepertoire anderzijds; de beschreven verbetermogelijkheden wat

betreft de buurtleefbaarheidsaanpak (i.h.b. de versterking van de buurtinfrastructuur) adresseren

voornamelijk preventieve kwaliteiten, echter mede als basis voor effectieve repressie (door de

verbeterde informatiepositie en borging van de integraliteit op buurtniveau): de beoogde

buurtinfrastructuur vormt het schakelpunt met het repressieve en interventierepertoire, zoals

gevoerd door onder meer het Veiligheidshuis, het Interventieteam en het Drugsteam 1 van de

politie; het buurtteam kan instrumenten ‘invliegen’ zodra nodig;

• Productenboek voor interventie-instrumenten Veiligheidshuis en Interventieteam; te overwegen

valt niet alleen voor Bureau Handhaving een productenboek te ontwikkelen (waar buurtteams

gebruik van kunnen maken) maar ook voor andere instrumenten die door de bureaus binnen OOV

instrumenten toegepast worden (PGA Veiligheidshuis, Interventieteaminterventies, jeugdoverlast-

interventies, etc.); daarmee wordt het productgerichte, instrumentele karakter versterkt;

• Nagaan of interventie-instrumenten die het Veiligheidshuis en Interventieteam voeren, een

voldoende scherp en passend profiel hebben wat betreft doelgroepen, functie, criteria en wijze

van regie over de inzet; te beantwoorden vragen daarbij zijn:

a. Voor welke (aspecten van) veiligheidsproblemen is het instrument bedoeld?

b. Voor welke (aspecten van) veiligheidsproblemen wordt het feitelijk gebruikt?

Page 40: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

38

c. Hoe verhouden a en b zich tot elkaar?

d. Welke andere instrumenten zijn er voor betreffende veiligheidsproblemen?

e. Welke wisselwerking/synergie/overlap met deze instrumenten is er?

f. Wat volgt hieruit voor de passende (optimale) focus voor het instrument? Welke

randvoorwaarden zijn nodig?

• ‘Doorgaan met elan!’: voor de aanpak van drugsoverlast en –criminaliteit blijft de

Drugsaanpakmethodiek van belang; de inzet van de interventie-instrumenten ligt bij

Veiligheidshuis (PGA veelplegers) en Interventieteam (daderkant/criminele organisaties, BIBOB);

regie over de beleidsvoering ligt bij ‘beleidsdeel’ OOV; ‘doorgaan met elan’, onder meer door de

integraliteit van de aanpak te blijven bewaken en waar nodig en mogelijk te versterken;

• Daderanalyse van in de criminaliteitscijfers zichtbare verschuivingen tussen en accenten binnen

buurten; zodoende eventuele verplaatsingseffecten op het spoor komen; de uitkomsten benutten

voor aanscherping preventie en repressie;

• PKVW: verkennen op welke wijze de borging van het Politiekeurmerk Veilig Wonen verder

geborgd kan worden in de gemeentelijke organisatie, zowel voor bestaande als voor nieuwe

situaties; eventueel consultatie van het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV),

landelijk kenniscentrum voor veiligheidsinstrumenten van ministeries en VNG, in dat kader;

Page 41: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

39

Tussenstand: mogelijke prioriteiten veilige woon- en leefomgeving

Mogelijke beleidsprioriteiten voor de op te stellen kadernota op basis van de beschrijving hiervoor van

problematiek en huidige aanpak binnen het veld ‘veilige woon- en leefomgeving’, zijn:

Veilige en leefbare buurten

Essentie van dit item is de realisatie van een uniforme, robuuste werkwijze/systematiek voor

‘decentrale’ uitvoeringscoördinatie rond veiligheid en leefbaarheid. Het schaalniveau daarbij is de

buurt. Wenselijk is een gecontroleerde doorontwikkeling van de huidige infrastructuur, in het bijzonder

wat betreft de inbedding en werkwijze van de buurtteams, de planning en controlcyclus

(wijkactieplannen), de inbedding en borging in beleid van de stedelijke diensten, de borging van

bijdragen van gemeentelijke diensten binnen de buurtteams, de benutting van voorhanden interventie-

instrumenten e.d., het profiel en de statuur van de trekkers van de buurtteams, de inzet op

bewonersparticipatie.

Belangrijke uitgangspunten voor de beoogde buurtinfrastructuur zijn:

• continuïteit en betrouwbaarheid

• uniformiteit wat betreft de basiskenmerken en -aanwezigheid

• zichtbaarheid en bereikbaarheid voor bewoners

• focus op preventie, repressie waar nodig (‘plus-aanpak’)

• kansen scheppend in plaats van ‘maatregelen opleggend’ (bewoners verleiden, prikkelen)

• klein, compact maar solide

Een buurtinfrastructuur die daaraan beantwoordt, geeft bewoners vertrouwen, biedt speelruimte voor

bewoners om participatie een eigen invulling te geven, heeft een preventieve werking op criminaliteit

en overlast (kennen en gekend worden, minder ‘gelegenheid’) en is in staat tot vroegsignalering van

ernstiger problematiek.

Ook schept een dergelijke infrastructuur de voorwaarden voor borging van de resultaten van verrichte

interventies: de basis staat er dan immers, de tijdelijke intensivering kan afgezwakt worden en

neerdalen in/meegenomen worden in de ‘gewone’ buurtleefbaarheidsaanpak.

Die basisaanpak is uniform in alle buurten, ook in buurten waar weinig ‘aan de hand’ lijkt te zijn:

essentie is immers niet probleemgerichtheid/interventie maar zichtbare en bereikbare aanwezigheid,

vertrouwen scheppen, een speelveld gestalte geven dat bewoners tot meespelen verleidt/prikkelt.

Naast/via: het bewaken en beheren van de buurtkwaliteit, vroegsignalering, schakelpunt zijn met het

repressieve repertoire.

Voor buurten waar ernstiger problematiek speelt, kan een ‘plus-aanpak’ worden gevolgd. Dat betreft

dan een ‘kop’ op de basis, die onveranderd blijft.

De beoogde buurtaanpak is interdisciplinair van aard: sociale en fysieke kenmerken en instrumenten

vallen erbinnen. Gegeven de bijzondere omstandigheden in Bovenkamp stelt dit behoorlijke eisen aan

de trekkers van de buurtteams. Het profiel en de statuur daarvan vormen belangrijke

aandachtspunten.

Page 42: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

40

Belangrijk aandachtspunt betreft de bejegeningswijze van bewoners: participatie is cruciaal voor het

succes, op korte maar zeker op de langere termijn. Uitdaging is de juiste ‘sfeer’, speelruimte te

creëren, waarbinnen bewoners zich geroepen voelen ‘uit eigen beweging’ te participeren. Verleiden

en prikkelen dus. Dit veronderstelt om te beginnen de beoogde rustige, solide aanwezigheid in de

buurten, zichtbaar en bereikbaar voor de bewoners.

Ten slotte is slimme planning van de acties/overleggen van de buurteams nodig: veel professionals

participeren immers in meerdere buurtteams aangezien ze stadsdeelbreed werken; deze planning kan

dan ook het beste geregisseerd worden op het niveau van de stadsdelen.

Belangrijke dwarsverbanden zijn er met:

• veiligheidsveld 3: Jeugd en Veiligheid/Veilig opgroeien

Page 43: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

41

veiligheidsveld 2: bedrijvigheid en veiligheid thema 2.1: winkelcentra

In winkelgebied kunnen zich verschillende vormen van onveiligheid voordoen. Het gaat bijvoorbeeld om

winkeldiefstal en zakkenrollerij maar ook om jongerenoverlast, vernielingen, fietsen en bromfietsen in

voetgangersgebied en de mate van brandveiligheid van de gebouwen. Daarnaast kunnen zwerfvuil en andere

tekenen van verloedering tot subjectieve onveiligheid leiden.

Cijfers

Indicatoren met betrekking tot dit veiligheidsthema zijn:

tabel 2.1 feitelijke waarde

indicator bron gemeente, winkelgebieden en stadsdelen 2005 2006 2007 2008 2009

Bovenkamp 302 258 384

Buurt 12 208 174 285

Woonboulevard A 6 7 8

Stadsdeel 1 35 30 34

Stadsdeel 2 14 10 27

Stadsdeel 3 242 205 319

meldingen winkeldiefstal

politie (incidentcode 2.5.2)

Stadsdeel 4 11 13 4

Bovenkamp 18 33 35

Buurt 12 1 11 15 Woonboulevard A 0 2 3

Stadsdeel 1 10 5 9

Stadsdeel 2 2 2 0

Stadsdeel 3 3 24 20

meldingen inbraak winkel

politie (incidentcode 2.5.1/A22)

Stadsdeel 4 3 2 6

Buurt 12 38 53 58 meldingen vandalisme/ baldadigheid

politie (incidentcode 2.2.1/C50)

Woonboulevard A 0 2 0

Buurt 12 24 31 43 meldingen overlast jeugd

politie (incidentcode 2.7.1/E35)

Woonboulevard A 1 3 4

Buurt 12 27 29 31 meldingen overlast zwervers

politie (incidentcode 2.7.1/E41)

Woonboulevard A 1 1 0

Buurt 12 208 122 132 meldingen drugsoverlast

politie (incidentcode 2.1.1/E38)

Woonboulevard A

1 5 3

Buurt 12 128 126 131 meldingen overlast overspannen/gestoord persoon

politie (incidentcode 2.7.1/E33)

Woonboulevard A 1 3 3

Bovenkamp perceptie onderhoud winkelgebied (% respondenten dat een positief oordeel geeft)

Bovenkampmonitor Stadsregio

Bovenkamp onveiligheidsgevoel in winkelgebied (% respondenten dat zich er soms of vaak onveilig voelt)

Bovenkampmonitor

Stadsregio

Page 44: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

42

Conclusie problematiek

Op basis van de bovenstaande cijfers, bestudeerde documenten en gevoerde interviews kan het

volgende worden geconcludeerd:

• Sprake is van een sterke toename van het aantal winkeldiefstallen; deze stijging doet zich

hoofdzakelijk (en vanzelfsprekend) voor in Buurt 12; in het centrumgebied is ook sprake van een

relatief sterke toename van het aantal inbraken in winkels in de periode 2006 – 2008;

• Ook het aantal incidenten drugs- en jeugdoverlast, baldadigheid e.d. toeneemt in het

centrumgebied;

• In meerdere opzichten is dus sprake van een verslechtering van de veiligheidssituatie in het

centrumgebied

Dwarsverbanden met andere thema’s/veiligheidsvelden:

­ veiligheidsveld 1: veilige woon- en leefomgeving;

­ de andere thema’s binnen veiligheidsveld 2

­ thema 3.1/3.2: jeugdproblematiek en jeugd en alcohol;

­ thema 4.2: brandveiligheid.

Accenten huidige aanpak

Accenten in de huidige aanpak rond dit thema zijn:

accent dwarsverbanden andere veiligheidsvelden

wat opvalt

Centrummanagement

■ Deelnemers: wethouder,

centrummanager, ondernemers, sinds kort

ook de politie; gaat zich wellicht met het

KVO Centrumgebied/Binnenstad

bezighouden

■ OOV participeert in de werkgroepen

ROV/IBV

> veld 1, 3, 4 en 5 ■

KVO-W winkelcentra en woonboulevard

■ Het traject winkelcentraa heeft in de

eerste ‘ster’ geresulteerd

■ Partners in de trajecten zijn gemeente,

politie, brandweer, ondernemers, HBD

■ In de winkelcentra heeft toezicht plaats

door particuliere toezichthouders

> veld 3 en 4 ■

Page 45: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

43

Voornemen KVO-W voor centrum

■ Centrummmanagement en partners

overwegen een KVO-W voor het hele

centrumgebied; in 2009 vindt nadere

exploratie plaats; gemeente en politie

participeren hierin

> veld 1, 3 en 4 ■

Particuliere beveiliging in winkelgebied

centrum

■ Enkele winkeliers in het centrumgebied

huren gezamenlijk particulier beveiliging in;

deze houden primair toezicht in betreffende

winkelpanden en daarnaast in openbare

ruimte tussen deze panden (‘ogen en oren’

en heterdaad)

> veld 1, 3 en 4 ■

Bureau Handhaving

■ Zie hiervoor bij Veilige woon- en

leefomgeving/Toezicht en handhaving

> veld 1, 3, 4 en 5 ■ Zie hiervoor bij Veilige woon-

en leefomgeving/Toezicht en

handhaving

Integrale Centrumvisie (2008)

■ Vormt kader voor economische en

culturele impulsen in centrumgebied

> veld 1, 3, 4 en 5 ■ Actualisering?

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in de problematiek en de huidige inzet kan het volgende worden

geconstateerd wat betreft mogelijke beleidsversterkingen:

• Verkenning of een KVO-W voor het gehele centrumgebied haalbaar is; de nu gerealiseerde of in

ontwikkeling zijnde KVO’s zouden anders enclaves van veiligheid kunnen worden; een

grootschaliger aanpak biedt meer synergiemogelijkheden; omvattender aanpak lijkt ook nodig

gezien toename enkele soorten delicten in centrumgebied (o.m. overlast en winkeldiefstal)

• Verkennen of een ‘integraal centrumkeurmerk’ (KVO-Binnenstad) wenselijk en haalbaar is voor

Bovenkamp: de veiligheidseffecten van de diverse voorzieningen in het centrumgebied lopen in

elkaar over ; een integrale benadering biedt mogelijk extra ‘schaalvoordeel’;

• Verkennen welke toezichtsmodaliteiten nu operationeel zijn in het Centrum (publiek en privaat

toezicht, camera’s), welke wisselwerking daartussen is en welke synergie-/efficiencywinst er te

behalen valt door deze wisselwerking op onderdelen bij te sturen;

Page 46: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

44

veiligheidsveld 2: bedrijvigheid en veiligheid thema 2.2: bedrijventerreinen

Onveiligheid op bedrijventerreinen kent zowel sociale als fysieke aspecten: bedrijfsinbraak, diefstal en vernieling

aan de ene kant en aan de andere kant inrichting en onderhoud van de terreinen, verkeersveiligheid en tevens

brandveiligheid (NB: ‘externe veiligheid’ ofwel veiligheid rond inrichtingen waarin gevaarlijke stoffen worden

opgeslagen en/of bewerkt, is onderdeel van veiligheidsveld 4: Fysieke veiligheid).

Cijfers

Indicatoren met betrekking tot dit veiligheidsthema zijn:

tabel 2.2

feitelijke waarde

indicator bron gemeente, winkel/bedrijven-gebieden en stadsdelen

2005 2006 2007 2008 2009

Bovenkamp 630 662 464

Buurt 12 85 133 69

Bedrijventerrein A 56 34 16

Woonboulevard A 34 19 17

Bedrijventerrein B 19 41 21

Stadsdeel 1 217 145 118

Stadsdeel 2 85 77 45

Stadsdeel 3 281 377 258

meldingen inbraken/diefstal uit bedrijven en instellingen

politie (incidentcode cat. 2.5.1 totaal)

Stadsdeel 4 47 63 43

Bovenkamp 433 423 275

Buurt 12 69 110 46

Bedrijventerrein A 56 34 16

Woonboulevard A 33 13 10

Bedrijventerrein B 19 41 21

Stadsdeel 1 171 87 75

Stadsdeel 2 65 57 36

Stadsdeel 3 166 226 131

meldingen inbraak/diefstal uit bedrijven en kantoren

politie (incidentcode 2.5.1/A23, A32, B32)

Stadsdeel 4 31 53 33

Conclusie problematiek

Op basis van de bovenstaande cijfers, bestudeerde documenten en gevoerde interviews kan het

volgende worden geconcludeerd:

• Afname bedrijfsinbraken op bedrijventerreinen

Dwarsverbanden met andere thema’s/veiligheidsvelden:

­ veiligheidsveld 1: veilige woon- en leefomgeving;

­ de andere thema’s binnen veiligheidsveld 2

­ thema 4.1: verkeersveiligheid;

­ thema 4.2: brandveiligheid;

­ thema 4.3: externe veiligheid;

­ thema 4.4: voorbereiding op rampenbestrijding.

Page 47: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

45

Accenten huidige aanpak

Accenten in de huidige aanpak rond dit thema zijn:

accent dwarsverbanden andere veiligheidsvelden

wat opvalt

Cameratoezicht bedrijventerrein

Bovenkamp Noord

> veld 1 en 5 ■

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in de problematiek en de huidige inzet kan het volgende worden

geconstateerd wat betreft mogelijke beleidsversterkingen:

• Verkennen wenselijkheid en draagvlaak voor KVO-Bedrijventerreinen; eventueel consultatie van

het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV), landelijk kenniscentrum voor

veiligheidsinstrumenten van ministeries en VNG, in dat kader;

Page 48: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

46

veiligheidsveld 2: bedrijvigheid en veiligheid thema 2.3: uitgaan/horeca

Uitgaansvoorzieningen hebben enerzijds een positief effect op de veiligheid: de sfeer in de gemeente verbetert er

immers door. Maar er kunnen zich ook specifieke veiligheidsproblemen juist rond uitgaansvoorzieningen

voordoen, zoals geweldpleging, overlast en vernielingen (eventueel vernielingen rond de zgn. (s)looproutes).

Cijfers

Indicatoren met betrekking tot dit veiligheidsthema zijn:

tabel 2.3 feitelijke waarde

indicator bron gemeente, centrum en stadsdelen/-Stadsregio

2005 2006 2007 2008 2009

Bovenkamp 56 48 20

Buurt 12 19 18 7

Stadsdeel 1 16 10 2

Stadsdeel 2 4 6 7

Stadsdeel 3 27 28 11

meldingen geluidsoverlast horeca

politie (incidentcode 2.2.2)

Stadsdeel 4 9 4 0

Bovenkamp 66 49 58

Buurt 12 13 20 21

Stadsdeel 1 11 8 12

Stadsdeel 2 10 6 9

Stadsdeel 3 36 30 31

meldingen openlijk geweld tegen personen

politie (incidentcode 1.4.3)

Stadsdeel 4 9 5 6

Bovenkamp

Buurt 12

perceptie overlast van bezoekers horeca (% respondenten dat aangeeft dat deze overlast vaak voorkomt)

Bovenkampmonitor

Stadsregio

Bovenkamp

Buurt 12

onveiligheidsgevoel in uitgaansgebied (% respondenten dat zich er soms of vaak onveilig voelt)

Bovenkampmonitor

Stadsregio

Conclusie problematiek

Op basis van bovenstaande cijfers, bestudeerde documenten en gevoerde interviews kan het

volgende worden geconcludeerd:

• Uitgaansoverlast en –geweld zijn wat betreft aard en omvang redelijk stabiel in Buurt

12/Bovenkamp Centrum; wel toename van het aantal gevallen van openlijk geweld; stijging echter

met name in Stadsdeel 1;

• Cameratoezicht heeft nauwelijks preventief effect op geweldsincidenten waarin alcohol en/of

druggebruik in het spel is maar stelt politie en partners wel in staat tot vroegsignalering;

Page 49: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

47

Dwarsverbanden met andere thema’s/veiligheidsvelden:

­ veiligheidsveld 1: veilige woon- en leefomgeving;

­ thema 2.1: winkelcentra;

­ thema 2..2: bedrijventerreinen;

­ thema 2.4: evenementen en toerisme;

­ thema 3.1/3.2: jeugdproblematiek en jeugd, alcohol en drugs;

­ veiligheidsveld 4: fysieke veiligheid

Accenten huidige aanpak

Accenten in de huidige aanpak rond dit thema zijn:

accent dwarsverbanden andere veiligheidsvelden

wat opvalt

Horecaconvenant/actielijst (2007)

■ Partners zijn gemeente, politie, KHN,

stichting Uitgaansplein en

bewonersorganisaties; convenant en

actielijst zijn gebaseerd op de eerder

uitgevoerde quickscan (2003); beoogd

wordt herhaling van de quickscan in 2009

■ Actielijst wordt als statisch ervaren; zou

een echte ‘afwerklijst‘ moeten worden

Portiers: hebben in het algemeen redelijk tot

goed zicht op wat er zich afspeelt op straat

> veld 1, 3, 4 en 5 ■

Portiersoverleg

■ Heeft goed gefunctioneerd, tot 2007

■ Daarna min of meer ‘verdampt’ door

gebrek aan borging

Project Openbare orde Politie

■ Naar aanleiding van incident januari 2008:

bejegeningsafspraken t.a.v. incidenten in

uitgaansgebied

■ Door bewakingscamera’s zicht op alle

incidenten; politie reageerde tot op dat

moment tamelijk direct, met onderbenutting

soms van alternatieven

■ Nu eerst analyse van incident door

supervisor en OO-brigadier

■ Gaandeweg ontwikkeling van

benutting van camerabeelden;

nu: sophisticated benutting;

camera’s waren niet (uitsluitend)

voor uitgaansgeweld bedoeld

maar vervullen nu belangrijke rol

in dat kader

Bureau Handhaving

■ Zie hiervoor bij Veilige woon- en

leefomgeving/Toezicht en handhaving

> veld 1, 3, 4 en 5 ■ Toezichthouders niet

operationeel na 21.30 uur

Page 50: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

48

Centrummanagement

■ Deelnemers: wethouder,

centrummanager, ondernemers, sinds kort

ook de politie; gaat zich wellicht met het

KVO Centrumgebied/Binnenstad

bezighouden

■ OOV participeert in de werkgroepen

ROV/IBV

> veld 1, 3, 4 en 5 ■

Overdracht vergunningverlening naar

afdeling Publiekszaken

■ Per medio 2009 voert afdeling

Publiekszaken de vergunningverlening uit

■ OOV adviseert over vergunningen/BIBOB

(backoffice)

Cameratoezicht

■ Is effectief voorn vroegsignalering van

uitgaansgeweld/-incidenten

■ Niet effectief voor voorkoming van geweld

waar alcohol/druggebruik in het spel is

> veld 1, 3 en 5 ■ Gaandeweg ontwikkeling van

benutting van camerabeelden;

nu: sophisticated benutting;

camera’s waren niet (uitsluitend)

voor uitgaansgeweld bedoeld

maar vervullen nu belangrijke riol

in dat kader

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in de problematiek en de huidige inzet kan het volgende worden

geconstateerd wat betreft mogelijke beleidsversterkingen:

• Doorontwikkeling van systematiek KVU/Horecaconvenant plus checklist: is nu tamelijk statisch, en

lijkt weinig statuur te hebben; dit komt innovatie van maatregelen en de regie op nakoming van

afspraken niet ten goede;

• Herinvoering portiersoverleg

• Verkennen of, en zo ja: hoe de procedures rond het cameratoezicht nader toegesneden kunnen

worden op toepassing op uitgaansavonden: de meerwaarde in het kader van ‘veilig stappen’-

stappen is nu evident;

• Nagaan welke toezichtsmodaliteiten (incl. cameratoezicht) er momenteel in gebruik zijn, welke

nog niet en welke innovaties (inzet nieuwe toezichtsvormen, verbetering wisselwerking) er

mogelijk zijn vanuit de perspectieven:

­ borging veiligheid

­ efficiency

­ reële taakverdeling publiek/privaat

• Verkennen of een ‘integraal centrumkeurmerk’ (KVO-Binnenstad) wenselijk en haalbaar is voor

Bovenkamp: de veiligheidseffecten van de diverse voorzieningen in het centrumgebied lopen in

elkaar over ; een integrale benadering biedt mogelijk extra ‘schaalvoordeel’;

Page 51: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

49

veiligheidsveld 2: bedrijvigheid en veiligheid thema 2.4: evenementen en toerisme

Evenementen, zeker de grootschalige, kunnen behoorlijke veiligheidsrisico’s opleveren. Het is aan de organisator

voorwaarden voor de veiligheid te realiseren, en aan de gemeenten om de juiste voorwaarden te stellen en die te

handhaven. De risico’s betreffen met name geweldpleging, overlast, vernieling en brandgevaar.

Cijfers

Indicatoren met betrekking tot dit veiligheidsthema zijn:

tabel 2.4 feitelijke waarde

indicator bron gemeente, centrum en stadsdelen/-Stadsregio

2005 2006 2007 2008 2009

Bovenkamp 2 9 4

Buurt 12 1 2 2

Stadsdeel 1 1 4 0

Stadsdeel 2 0 1 0

Stadsdeel 3 1 4 4

meldingen geluidsoverlast evenementen

politie (incidentcode 2.6.3/E324)

Stadsdeel 4 0 0 0

Bovenkamp Buurt 12

perceptie overlast evenementen (% respondenten dat aangeeft dat deze overlast vaak voorkomt)

Bovenkampmonitor

Stadsregio

Bovenkamp Buurt 12

onveiligheidsgevoel bij evenementen in de eigen gemeente (% respondenten dat zich er soms of vaak onveilig voelt)

Bovenkampmonitor

Stadsregio

Conclusie problematiek

Op basis van de bovenstaande cijfers, bestudeerde documenten en gevoerde interviews kan het

volgende worden geconcludeerd:

• Het aantal incidenten rond evenementen is beperkt en vertoont geen significante ontwikkeling;

• Verbetering is mogelijk wat betreft proactie en preparatie: de vormgeving van de procedures is

soms niet in overstemming met geformuleerde kwaliteitscriteria (bijvoorbeeld wat betreft

doorlooptijden/tijdigheid); ook worden voorhanden instrumenten voor de borging en toetsing van

het veiligheidsaspect (zoals het Veiligheidsboek Evenementen) niet optimaal benut;

Dwarsverbanden met andere thema’s/veiligheidsvelden:

­ veiligheidsveld 1: veilige woon- en leefomgeving;

Page 52: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

50

­ thema 2.1: winkelcentra;

­ thema 2.2: bedrijventerreinen;

­ thema 2.3: uitgaan/horeca

­ thema 3.1/3.2: jeugdproblematiek en jeugd en alcohol;

­ veiligheidsveld 4: fysieke veiligheid

Accenten huidige aanpak

Accenten in de huidige aanpak rond dit thema zijn:

accent dwarsverbanden andere veiligheidsvelden

wat opvalt

Beleidskader

■ Horeca- en evenementenstructuurvisie

(2003)

■ Nota evenementenbeleid Bovenkamp

(2008)

> veld 1, 3, 4 en 5 ■

Veiligheidsboek Evenementen

■ Bevat richtlijnen voor

vergunningvoorwaarden en preparatie voor

veiligheid rond evenementen

■ Beperkte benutting

Bureau Handhaving

■ Inzet toezichthouders voor de veiligheid

rond evenementen

■ Zie hiervoor bij Veilige woon- en

leefomgeving/Toezicht en handhaving

> veld 1, 3, 4 en 5 ■ Zie hiervoor bij Veilige woon-

en leefomgeving/Toezicht en

handhaving

Integrale handhaving

■ Controles van horeca/nachthoreca en

evenementen vinden integraal plaats, met

deelname van (milieu)politie, brandweer en

Bureau Toezicht en handhaving BWM

> veld 1, 3, 4 en 5 ■

Stichting Bovenkamp City Promotions

■ …

> veld 1, 3, 4 en 5 ■

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Page 53: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

51

Op basis van de accenten in de problematiek en de huidige inzet kan het volgende worden

geconstateerd wat betreft mogelijke beleidsversterkingen:

• Verdere borging van de veiligheid rond evenementen via blijvende alertheid daarop in de

beleidsvoering, intensivering van de benutting van voorhanden instrumenten in dit kader (zoals

het Veiligheidsboek Evenementen) en intensivering van de afstemming tussen

evenementenbureau en afdeling OOV;

• Consequente handhaving van algemene regels ten aanzien van vergunningen e.d. (zoals tijdige

vergunningaanvraag);

• Consequente handhaving vergunningvoorwaarden ten aanzien van afzonderlijke evenementen;

• Oriëntatie op de effectiviteit van en mogelijke verbeterpunten in de regionale afstemming rond

grootschalige evenementen, onder meer vanuit het perspectief van beschikbaarheid van de

operationele diensten (regionale evenementenkalender?);

• Nagaan of de lusten en lasten (zowel preventief als repressief) van de evenementen voor diverse

partijen (organisator en de gemeente) met elkaar in balans zijn;

• Nagaan welke accenten in het leisureprofiel van de gemeente mogelijk versterkt kunnen worden

of geherdefinieerd dienen in het bredere perspectief van: borging van Drugsaanpak in de buurten:

essentieel voor duurzame veiligheid en leefbaarheid van Bovenkamp is zoals gezegd participatie

van de bewoners; de positieve impulsen van evenementen hebben in de optimale situatie ook

effect op bewonersparticipatie; nagegaan zou kunnen worden of de evenementenagenda nader

toegesneden kan worden op participatie-effecten (evenementen die meer aansluiten op

bewonersvoorkeuren? agenda mede (of meer) ‘intern-gericht’ laten zijn?).

Page 54: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

52

Tussenstand: mogelijke prioriteiten bedrijvigheid en veiligheid

Op basis van de beschrijving hiervoor van problematiek en aanpak binnen het veld ‘bedrijvigheid en

veiligheid’, kan gedacht worden aan de volgende prioriteiten:

Veilig winkelen, uitgaan en toerisme

Bovenkamp kent een rijk aanbod van winkel- en horecavoorzieningen. Ook vinden er jaarlijks heel wat

evenementen plaats. Deze voorzieningen brengen de stad profijt - maar houden ook veiligheidsrisico’s

in. Die kunnen bijvoorbeeld gelegen zijn in overlast en geweld rond uitgaan en evenementen,

brandveiligheid van horeca- en winkelpanden, slachtofferschap van bijvoorbeeld diefstal en beroving

en van vernielingen. Door de concentratie van de voorzieningen in het centrum van Bovenkamp lopen

deze veiligheidseffecten tenminste deels in elkaar over. Om deze reden zou een ‘integraal’ KVO-

Binnenstad kunnen worden overwogen. Hiermee zijn elders goede ervaringen opgedaan. Een

dergelijke integrale benadering biedt voor langere termijn een basis voor synergie van de

inspanningen voor de veiligheid rond de diverse voorzieningen, ook wat betreft de evenwichtige input

daarvoor van publieke en private partijen. Gezien het belang dat de gemeente hecht aan het

leisureprofiel, valt er veel te zeggen voor een dergelijk integraal kader. In elk geval is het van belang

de samenwerking tussen publieke en private partijen over de veiligheid rond de afzonderlijke

voorzieningen, van passende impulsen te blijven voorzien. Dit kan wat betreft het winkelgebied een

KVO-W voor de hele binnenstad betekenen, wat betreft het uitgaan onder meer een dynamischer

alternatief voor het huidige convenant en de actielijst; voor de veiligheid rond evenementen betere

benutting van voorhanden veiligheidsinstrumenten. Uit oogpunt van borging van de veiligheid en

leefbaarheid voor geheel Bovenkampis verkenning van de mogelijkheden voor dusdanige

aanscherping van de evenementenagenda dat die mede een optimaal participatie-effect van

bewoners heeft (borging Drugsaanpak in de buurten), wenselijk.

Page 55: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

53

veiligheidsveld 3: jeugd en veiligheid thema 3.1: jeugdoverlast en -criminaliteit

Dit thema heeft enerzijds betrekking op de overlast van groepen jongeren. De groepen jongeren veroorzaken

geluidsoverlast, kunnen intimiderend aanwezig zijn, laten zwerfvuil achter en plegen eventueel vernielingen en

andere vormen van kleine criminaliteit plegen. Soms plegen ze ook zwaardere vormen van criminaliteit – het

betreft dan zogenaamde ‘criminele jeugdgroepen’.

Anderzijds gaat het ook om de individuele probleemjongeren. Het gaat daarbij vooral om de jongeren met

meerdere antecedenten – eventueel zgn. ‘veelplegers’ – die in diverse opzichten de maatschappelijke aansluiting

hebben verloren. Ze vormen de harde kern van jeugdgroepen en plegen verschillende vormen van criminaliteit.

Cijfers

Indicatoren met betrekking tot dit veiligheidsthema zijn:

tabel 3.1 feitelijke waarde

indicator bron gemeente en buurten daarbinnen

2005 2006 2007 2008 2009

Bovenkamp 11 11 11

Stadsregio

Buurt 3 13 9 20

Buurt 5 11 12 9

Buurt 6 29 14 14

Buurt 10 9 8 6

Buurt 11 10 17 17

Buurt 12 5 7 9

meldingen overlast jeugd (per 1.000 inwoners)

politie (incidentcode 2.7.1/E35)

Buurt 17 10 7 8

aantal aanvaardbare jeugdgroepen

politie Bovenkamp 1 1 0

aantal hinderlijke jeugdgroepen

politie Bovenkamp 15 16 15

aantal overlastgevende jeugdgroepen

politie Bovenkamp 2 4 3

aantal criminele jeugdgroepen

politie Bovenkamp 0 1 1

incidenten jeugdige verdachten 0-18 jaar

politie Bovenkamp 493 536

incidenten jeugdige verdachten 18-25 jaar

politie Bovenkamp 1.376 1.454

Bovenkamp 631 584 1045

Stadsregio

Buurt 3 85 72 211 Buurt 5 10 22 49

Buurt 6 89 112 218

Buurt 10 47 29 36

Buurt 11 23 55 111

Buurt 12 7 2 9

meldingen ‘project overlast jeugd’

politie (incidentcode 3.9.2/R104)

Buurt 17 4 3 29

Bovenkamp 20 23 21

Stadsregio

Buurt 3 26 30 27

Buurt 5 18 18 18

Buurt 6 26 28 26

Buurt 10 28 31 23

Buurt 11 19 19 20

meldingen vernieling/ zaakbeschadiging

politie (incidentcode 2.2.1)

Buurt 12 44 55 59

Page 56: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

54

Buurt 17 25 21 19

Bovenkamp 173 216 157 verwijzingen HALT

Bureau Halt

Stadsregio

Page 57: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

55

vervolg tabel 3.1 feitelijke waarde

indicator bron gemeente en buurten daarbinnen

2005 2006 2007 2008 2009

Bovenkamp 23 18 17

Stadsregio

Buurt 3 27 24 11 Buurt 5 30 20 31

Buurt 6 38 30 21

Buurt 10 16 21 15

Buurt 11 36 23 37

Buurt 12 21 14 15

perceptie overlast groepen jongeren (% respondenten dat aangeeft dat deze overlast vaak voorkomt)

Bovenkampmonitor

Buurt 17 36 23 16

Bovenkamp 18 16 11 Stadsregio

Buurt 3 29 18 18

Buurt 5 23 22 27

Buurt 6 23 19 21

Buurt 10 19 17 16

Buurt 11 16 14 14

Buurt 12 13 12 9

slachtofferschap vernielingen (% bewoners dat slachtoffer is geweest)

Bovenkampmonitor

Buurt 17 26 16 16

Bovenkamp 24 24 22 onveiligheidsgevoel overdag

Bovenkampmonitor

Stadsregio

Bovenkamp 45 45 42 onveiligheidsgevoel ‘s avonds

Bovenkampmonitor

Stadsregio

Bovenkamp 35 31 31 slachtofferschap criminaliteit

Bovenkampmonitor

Stadsregio

Bovenkamp 31 28 26 daderschap criminaliteit

Bovenkampmonitor Stadsregio

Conclusie problematiek

Op basis van de bovenstaande cijfers, bestudeerde documenten en gevoerde interviews kan het

volgende worden geconcludeerd:

• De door bewoners ervaren overlast van jongeren/jongerengroepen daalde in de periode 2005-

2007 vrij sterk (percentage bewoners dat vaak overlast ervaart daalde van 23 naar 18); in 2009 is

sprake van een kleine daling (van 18% naar 17%) ten opzichte van 2007;het aantal bij de politie

gemelde incidenten van overlast blijft gelijk in de periode 2006 – 2008;

• De ‘ervaren’ overlast van jongeren steeg in 2009 met name in de buurten Buurt 5 en Buurt 11;

deze buurten kennen in 2009 de hoogste ervaren overlast; een sterke daling deed zich voor in

Buurt 6, Buurt 3 en Buurt 17;

• Het aantal meldingen van vernieling is afgenomen in dezelfde periode; ook het slachtofferschap

van vernieling (enquêtegegevens) daalde sterk in 2009;

• Deze patronen lijken erop te wijzen dat intensieve gebiedsgerichte aanpak zoals (onder meer)

gevolgd in Buurt 6, vruchten afwerpt als het gaat om overlast van groepen jongeren; in buurten

waar intensieve gebiedsgerichte aanpak voor 2009 en daarna op stapel staat (Buurt 11, Buurt 5),

zien we de grootste stijging optreden;

Page 58: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

56

• Aan de andere kant neemt het aantal incidenten met minderjarige verdachten toe in de periode

2006-2007; ook stijgt het aantal ‘overlastgevende’ jeugdgroepen in die periode en was er in 2007

en 2008 sprake van een ‘criminele’ jeugdgroep (in de inventarisatie van april 2009 komt deze niet

meer voor); dit betreft resp. categorie 3 en 4 binnen de categorisering van Beke (2000); NB:

categorie 3-groepen - de ‘overlastgevende’ – plegen stelselmatig vernielingen en andere vormen

van criminaliteit, kennen een interne hiërarchie en hebben beperkte binding met de omgeving; het

betreft veelal gemakkelijk beïnvloedbare jongeren die experimenteren met drugs en alcohol en tot

de ‘vroegtijdige schoolverlaters’ behoren; op basis van de cijfers lijkt te kunnen worden gesteld dat

de groep ‘echte’ risicojongeren klein is maar langzaam wat is gegroeid, terwijl het verschijnsel

‘gewone hangjeugd’ stabiel wat betreft omvang is of zelfs kleiner wordt;

Dwarsverbanden met andere thema’s/veiligheidsvelden:

­ veiligheidsveld 1: veilige woon- en leefomgeving

­ veiligheidsveld 2: bedrijvigheid en veiligheid

­ veiligheidsveld 3/thema 3.2: Alcohol en drugs/thema 3.3: Veilig in en om de school

­ veiligheidsveld 5: integriteit en veiligheid/5.2: georganiseerde criminaliteit

Accenten huidige aanpak

Accenten in de huidige aanpak rond dit thema zijn:

accent dwars-

verbanden andere veiligheids-velden

wat opvalt

Jeugdpreventie Overleg (JPO)

■ Stedelijk coördinatieoverleg voor

vroegsignalering en vroeginterventie

problematische jongeren; aanzien van

overlastgevende jongeren

■ Is onderdeel van de jeugdaanpak binnen het

Veiligheidshuis

■ Vergadert 1x in 6 weken

■ JPO-coordinator brengt ook groepen in beeld

en risicovolle migratie tussen groepen

> veld 1 ■

Veiligheidshuis district Bovenkamp

■ Voert regie op de uitvoering van de

persoonsgerichte aanpak van veelplegers,

probleemjongeren en huiselijk geweld

■ Past daarbij mede Drugsaanpakmethodiek

toe; Veiligheidshuis vormt mede borging van

Drugsaanpak; element zorg is echter verzwaard

in Veiligheidshuis

■ In 2009 wordt het Veiligheidshuis verder

geborgd, als onderdeel van de

organisatieontwikkeling van afdeling OOV

> veld 1 en 5 ■ Voert o.m. regie PGA

jeugdoverlast; momenteel wordt

informatiepositie rond jongeren

aangescherpt via gestructureerde

informatie-uitwisseling tussen

jongerenwerkers en wijkagenten

■ Kracht Veiligheidshuis is

borging effectiviteit van de

PGA/inzet interventie-

instrumenten door gedurige

coördinatie en procesbewaking

van inzet van diverse betrokken

uitvoerende partijen

Page 59: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

57

Inventarisatie problematiek en aanpak

jeugdoverlast

■ Eerste helft 2009: brede inventarisatie vanuit

OOV

> veld 1 ■ Opvallende uitkomst is te kort

aan beleidsvisie en regievoering

t.a.v. jeugdoverlast; wel veel

bereidheid om samen te werken;

sturing dient versterkt

OOV-Beleidskader (Jaarplan OOV)

■ Een van de centrale doelstellingen:

regievoering aanpak jeugdoverlast

> veld 1 ■ Deze regievoering op

jeugdoverlast is nog niet ingebed

in bredere visie op jeugd

(kadernota integraal jeugdbeleid);

dit kan de effectiviteit van de

aanpak verminderen, aangezien

aanpak overlast tal van

dwarsverbanden heeft met

algemeen preventief

jongerenwerk (dat wel door

welzijn wordt uitgevoerd) – inzet

op jeugd lijkt in ‘spagaat’ terecht

te zijn gekomen

Jeugdagenten/jeugdteam

■ De politiebasiseenheden binnen de gemeente

beschikken over speciale jeugdagenten; deze

zijn aanspreekpunt en samenwerkingspartner

voor gemeente en andere partijen op het item

jeugd

> veld 1 ■

Visienota preventief jongerenwerk Stichting

Pegasus (2008)

■ Bevat visie Welzijn op het preventieve

jongerenwerk; betrof trendbreuk: tot dat

moment: vooral gericht op ‘randgroepjongeren’

(kleine accommodaties/straathoekwerk etc.);

jeugdoverlast tot dat moment wel onder regie

van Welzijn; vanaf 2008: doelgroep is alle 0-23-

jarigen; kerngroep is nog wel de 10 tot 18-

jarigen;

■ Deze verbreding van de focus gaat wel ten

koste van de ‘randgroepjongeren’; op verzoek

van de bestuurlijk portefeuillehouder heeft

Stichting Pegasus haar koers destijds verlegd:

Stichting Pegasus dient sterke partner in de

keten te zijn, geen regisseur meer;

■ Drie accenten in het jongerenwerk:

1. accommodatiegebonden aanbod

2. ambulant jongerenwerk

3. individuele coaching

> veld 1 ■ Nieuwe focus op gehele jeugd

en activiteitenaanbod past bij

overdracht dossier ‘overlast’ naar

OOV

■ Voor hang- en honkgedrag is

geen ruimte meer gereserveerd

JOP-overleg (tot begin 2008)

■ Is destijds afgeschaft, gelijktijdig met

overdracht dossier ‘overlast’ naar OOV

> veld 1 ■ JOP-overleg wordt nu node

gemist door diverse partijen;

betreft eerste zeef, globale

uitwisseling van info over

Page 60: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

58

overlastgevende

jongeren/groepen (nog geen

‘namen en rugnummers’)

Traject verbetering informatiepositie

jeugdoverlast (vanaf april 2009)

■ Werkafspraak tussen Stichting Pegasus,

Veiligheidshuis en politie om via tweewekelijks

overleg wijkagent/jongerenwerker op

buurtniveau informatie uit te wisselen over

overlastgevende jeugd; voorzitter van het JPO

screent wekelijks op relevante gevallen en

brengt die op de agenda van het JPO

■ Draagvlak voor deze werkwijze bij

jongerenwerk/Stichting Pegasus was in eerste

instantie beperkt; wordt nu wel gedragen

> veld 1 ■ Criteria voor wel of niet

gegevens uitwisselen/vastleggen

zijn nog niet uitgekristalliseerd

Buurtnetwerken

■ Afstemmingsmethodiek op buurtniveau

gericht op kinderen tot 12 jaar

> veld 1 ■

Kadernota integraal jeugdbeleid

■ Wordt nu gerealiseerd

Meldpunt Bureau Handhaving

Zorgadviesteams VO

Centrum voor Jeugd en Gezin

> veld 1 ■

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in de problematiek en de huidige inzet kan het volgende worden

geconstateerd wat betreft mogelijke beleidsversterkingen:

• Ontwikkeling beleidsvisie en methodiek ten aanzien van aanpak jeugdoverlast; op basis daarvan

versterking regievoering;

• Koppeling regievoering jeugdoverlast aan integrale regie (beleidsvoering) ten aanzien van jeugd:

de regie op de jeugdoverlast ligt bij OOV, de integrale beleidsvoering bij Welzijn; door het (nog)

ontbreken van een omvattende visie ontbreekt zicht op de synergie van preventieve maatregelen

aan de ene kant en interventies door OOV/Veiligheidshuis aan de andere kant; aangezien bij de

aanpak van/zorg voor probleemjeugd integraliteit essentieel is, is koppeling van de perspectieven

en maatregelen vanuit de diverse schakels alleszins wenselijk; daartoe is een gedegen integraal

jeugdbeleid, met daarin dus ook aandacht voor jeugd en veiligheidsonderwerpen, onmisbaar;

• Reflectie op het begrip ‘integraliteit’: integraliteit heeft in dit verband meerdere betekenissen,

zoals: integrale aanpak jeugdgroepen (repressief optreden in combinatie met een passend

preventief aanbod), integrale trajecten voor individuele probleemjongeren, integrale aandacht voor

Page 61: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

59

de ontwikkelstadia van jeugd en jeugdgroepen; wat betreft deze laatste invalshoek: jeugd

veroorzaakt al snel overlast, is hangjeugd, leidt tot onveiligheidsgevoel en meldingen bij de politie;

in het algemeen is dit weinig zorgwekkend; zorgwekkend wordt het vanaf de Beke 3-categorie:

stelselmatige overlast en criminaliteit, eigen organisatie, beperkt beïnvloedbaar door omgeving;

kunst is te voorkomen dat groepen in dit derde of zelfs het vierde (criminele stadium)

terechtkomen; dit vereist dus structurele aandacht voor de type 1 en 2 groepen;

• Reflectie op passende bejegening van type 1 en 2-groepen (‘aanvaardbare’ en ‘hinderlijke’): deze

groepen zijn (nog) niet crimineel maar willen zich best manifesteren; ze zoeken ook contact met

hun omgeving; cruciale vraag: hoe deze groepen zodanig te volgen en ermee te communiceren

dat gemeente en partners de vinger aan de pols kunnen houden én de groepen zich niet naar

stadium 3 doorontwikkelen? In veel gemeenten bestaan hiervoor varianten op het JOP-overleg;

ook Bovenkamp kende dit, tot een kleine 2 jaar geleden; gesprekspartners geven aan er veel voor

te voelen dit weer in te stellen; een mogelijkheid zou zijn dit op buurtniveau te doen, als ‘gewoon

onderdeel’ van (enkele actoren binnen) het buurtteam; mogelijk dat de recentelijk ingestelde

tweewekelijkse afstemming tussen ambulant jongerenwerker en wijkagenten hiervoor een

geschikt podium vormt; te overwegen valt de ‘integrale buurtvisie’ daar voortaan in

vertegenwoordigd te laten zijn door deelname van de buurtcontactambtenaar; (een vraag die

daarbij dan ook speelt, luidt: hoe informatie-intensief dient een dergelijk overleg te zijn,

bijvoorbeeld uit oogpunt van het risico van criminaliseren van jeugd en het behoud van vertrouwen

bij betreffende groepen?)

• Benutting van de dwarsverbanden met bredere buurtleefbaarheidsaanpak (zie ook hiervoor in

hoofdstuk 1): een goed functionerende buurtinfrastructuur heeft mede een preventief potentieel,

zeker voor type 1- en 2-groepen; dit effect lijkt zich in Buurt 6 te hebben voorgedaan, en zou in

Buurt 5 en Buurt 11 ook kunnen gaan optreden; een mogelijkheid is, zoals al aangeduid, dat JOP-

overleg (in welke vorm ook) regulier onderdeel vormt van de eveneens reguliere buurtteaminzet

op het item jeugd;

• Reflectie op de relatie van de aanpak door OOV/Veiligheidshuis van type 3 en 4-groepen

(‘overlastgevende’ en ‘criminele’) met de bredere aanpak/beleidsvoering rond jeugd en specifiek

de bejegening van type 1- en 2-groepen; dit is echter een vanzelfsprekend aandachtspunt in de

huidige integrale beleidsontwikkeling rond jeugd;

• Alertheid op centraal stellen van de maatschappelijke behoefte bij ontwikkeling van beleid,

organisatie, werkwijze: dit sluit aan op bovengenoemde aandachtspunten (i.h.b.: welke aanpak

vergen de type 1- en 2- resp. type 3- en 4-groepen) maar is toch van belang om separaat als

aandachtspunt te noemen; vanuit een scherp beeld van de maatschappelijke behoefte kan

achtereenvolgens worden bepaald welk type inzet/instrumenten nodig is, welke partijen die het

beste kunnen leveren, hoe de regievoering het beste geborgd kan worden en welke

randvoorwaarden daarvoor nodig zijn;

Page 62: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

60

veiligheidsveld 3: jeugd en veiligheid thema 3.2: alcohol en drugs

Verschijnselen die binnen dit thema vallen zijn onder meer de zgn. zuipketen (soms ook caravans), hinderlijk

gebruik van alcohol in de openbare ruimte en dito gebruik van drugs (dit laatste leidt soms tot een zgn.

blowverbod, te regelen via de APV).

Cijfers

Indicatoren met betrekking tot dit veiligheidsthema zijn:

tabel 3.2

feitelijke waarde

indicator bron gemeente en buurten daarbinnen

2005 2006 2007 2008 2009

alcoholgebruik Bovenkampmonitor Bovenkamp 54 49 44

(soft)drugsgebruik

Bovenkampmonitor Bovenkamp 12 13

Accenten huidige aanpak

Accenten in de huidige aanpak rond dit thema zijn:

accent dwarsverbanden

andere veiligheidsvelden

wat opvalt

Toezicht op verkoop alcohol aan

minderjarigen

■ Door wijziging DHW is gemeente per

2011verantwoordelijk voor toezicht (en dus

niet meer de VWA)

> veld 1 en 2 ■

KVU/Convenant Veilig Stappen

■ Heeft onder meer betrekking op

schenkregels voor de horeca

> veld 2 ■

Softdrugsbeleid/gedoogbeleid

■ Er worden twee coffeeshops gedoogd

> veld 1 en 5 ■

Integrale Veiligheidsarrangementen

BO/VO

■ Zie hierna bij Veilig in en om de school

> veld 1 en 4 ■

Jeugdgezondheidsbeleid/

Jeugdgezondheidszorg

> veld 1 ■

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Page 63: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

61

Op basis van de accenten in problematiek en de huidige inzet kan het volgende worden

geconstateerd wat betreft mogelijke beleidsversterkingen:

• Inbedding van de aanpak in integraal jeugdbeleid en meer specifiek de aanpak van jeugdoverlast,

jeugdgezondheidszorg en het Centrum voor Jeugd en Gezin; in vervolg daarop: bewaken en

eventueel verbeteren van de borging van de aanpak in de gemeentelijke organisatie

• Reflectie op de dwarsverbanden met de aanpak/beleidsvoering rond Veilig Stappen

(KVU/Horecaconvenant); aandachtspunten daarbij zijn onder meer de naleving door ondernemers

van gemaakte afspraken over schenkgedrag, voorlichting over alcohol en druggebruik

• Reflectie op de dwarsverbanden met de voortzetting van de Drugsaanpakmethodiek in verband

met de aanpak van drugscriminaliteit en -overlast, in combinatie met de dwarsverbanden met de

bredere buurtleefbaarheidsaanpak (zie ook hoofdstuk 1); gesprekspartners constateren

‘verjonging’ van drugsrunners; een robuuste buurtinfrastructuur kan ook in dit verband een

belangrijke preventieve maar ook signalerende meerwaarde hebben (en als schakelpunt voor

repressieve en persoonsgerichte interventies functioneren);

• Nagaan in welke opzichten intensivering van de voorlichting over alcohol en druggebruik op

instellingen BO en VO wenselijk is, eventueel als onderdeel van de verdere uitrol van

schoolveiligheidsplannen

• Evaluatie Softdrugsbeleid

• Algemeen geldt dat beleidsfocus voor dit item in de Bovenkampse situatie opportuun is: een

relatief grote groep bewoners geldt als sociaal kwetsbaar, en van alcohol- en druggerelateerde

problematiek is bekend dat er een oorzakelijk verband met ‘gebruiken’ binnen het gezin kan zijn;

Page 64: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

62

veiligheidsveld 3: jeugd en veiligheid thema 3.3: veilig in en om de school

Jeugd kan dader zijn en slachtoffer van onveiligheid – thuis, in de buurt, bij het stappen maar ook op school.

Mogelijke veiligheidsproblemen op en rond scholen zijn pesten, geweldpleging, diefstal, overlast (voor

omwonenden), vernielingen en verkeersonveiligheid.

Cijfers

Indicatoren met betrekking tot dit veiligheidsthema zijn:

tabel 3.3 feitelijke waarde

indicator bron gemeente en stadsdelen

2005 2006 2007 2008 2009

Bovenkamp

Stadsdeel 1 Stadsdeel 2

Stadsdeel 3

incidenten op scholen

incidentregistratie-systeem

Stadsdeel 4

slachtofferschap criminaliteit

Bovenkampmonitor Bovenkamp 35 31 31

(soft)drugsgebruik

Bovenkampmonitor Bovenkamp 12 13

alcoholgebruik Bovenkampmonitor Bovenkamp 54 49 44

gokken

Bovenkampmonitor Bovenkamp 7 8 5

sociale ondersteuning Bovenkampmonitor Bovenkamp 8,5 8,5 8,6

welbevinden thuissituatie

Bovenkampmonitor Bovenkamp 77%

wordt zelf regelmatig gepest

Bovenkampmonitor Bovenkamp 3% 5%

pest zelf regelmatig

Bovenkampmonitor Bovenkamp 4% 4%

spijbelen Bovenkampmonitor Bovenkamp 7% 7%

Accenten huidige aanpak

Accenten in de huidige aanpak rond dit thema zijn:

accent dwarsverbanden

andere veiligheidsvelden

wat opvalt

Handboek Veilig in en om de school

(2007)

■ Is stramien voor de afzonderlijke integrale

veiligheidsarrangementen; gesubsidieerd

met GSB-middelen

> veld 1, 4 en 5 ■

Integrale Veiligheidsarrangementen

■ Doelstelling MBP 2007: 8 integrale

> veld 1, 4 en 5 ■

Page 65: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

63

veiligheidsarrangementen in 2009

■ Aspecten: sociale weerbaarheid,

verkeersveiligheid, pesten/cyberpesten,

voorkoming overlast, alcohol en drugs,

loverboys

■ Voor BO en VO

■ Medio 2009 zijn 5 arrangementen met 14

scholen vastgesteld

Modelconvenant plus checklist Veilige

basisschool 2009

■ Opgesteld door Provincie;

convenantpartners zijn gemeente, school,

politie en bureau Halt

> veld 1, 4 en 5 ■

Convenant Veiligheid op school krijgt

voorrang voor VWO en MBO

> veld 1, 4 en 5 ■

Incidentregistratiesysteem

■ Politie registreert naar aanleiding van

meldingen van scholen; halfjaarlijkse

rapportage

■ Gemeente beschikt zelf niet

over de informatie

■ Geen periodiek overleg over

incidentregistratie/Veilig in en om

de school-aanpak met politie en

instellingen

Schooladoptie politie

> veld 1, 4 en 5 ■

Marietje Kessels-projecten

> veld 1 ■

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in de problematiek en de huidige inzet kan het volgende worden

geconstateerd wat betreft mogelijke beleidsversterkingen:

• Borging van de voortzetting/uitrol van veiligheidsarrangementen BO en VO, eventueel in

afgeslankte vorm zoals geschematiseerd in het convenant Veilige Basisschool 2009; argumenten

in dit verband zijn:

o Onderwijsinstellingen, in het bijzonder instellingen in het VO, vormen een knooppunt in

signalering en zorgverlening op sociale, medische en veiligheidsaspecten bij opgroeiende

kinderen; dit heeft natuurlijk te maken met het intensieve contact dat deze instellingen met

jongeren hebben, maar ook met een op onderdelen afnemende invulling van signalerings-

en zorgtaken door andere actoren, al dan niet door onmacht of overmacht; de complexe

taken waar docenten zich als gevolg hiervan in de praktijk gesteld zien, zullen niet in

intensiteit gaan afnemen; om deze reden past de gemeente voortzetting van de

instrumentering en ondersteuning van deze instellingen, opdat die kunnen blijven

beantwoorden aan deze maatschappelijke vraag;

Page 66: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

64

o Vanuit dezelfde observatie is er nog een andere reden voor voortzetting: die dient een

significant veiligheidsbelang: instrumentering van de instellingen als sociaal knooppunt

‘betaalt zich meervoudig uit’;

o Bovenkamp kent een sociaal kwetsbare bevolking (zie ook hiervoor); de urgentie van

instrumentering neemt daardoor toe;

o Er is momenteel nog geen integrale regie op de jeugd (zie ook paragraaf 3.1): er bestaat

daardoor geen zicht op synergie van de veilige school-aanpak met flankerende initiatieven

en maatregelen, voorzover die er zijn; beëindiging van het traject – waarvan de

meerwaarde op zichzelf te beargumenteren is zoals hierboven – heeft daardoor potentieel

ook andere dan de reeds genoemde ongewenste gevolgen; gecontroleerde afbouw is

mogelijk indien de integrale regie op de jeugd op orde is;

• Als onderdeel van de aanscherping van de integrale regie/formulering van integraal jeugdbeleid:

inbedding van de aanpak in integraal jeugdbeleid en meer specifiek de aanpak van jeugdoverlast,

aanpak alcohol en drugs en jeugdgezondheidszorg, het Centrum voor Jeugd en Gezin en berde

schoolinitiatieven;

Page 67: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

65

Tussenstand: mogelijke prioriteiten jeugd en veiligheid

Op basis van de problematiek en huidige aanpak binnen het veld ‘jeugd en veiligheid’, kan gedacht

worden aan de volgende prioriteiten:

Veilig opgroeien

De veiligheidsaspecten rond jeugd (overlast, individuele probleemjongeren, alcohol en drugs en veilig

in en om de school) worden nu versnipperd, vanuit verschillende onderdelen van de gemeentelijke

organisatie aangevat. De aanpak als geheel sorteert op diverse onderdelen goede effecten. Op

andere onderdelen minder, of is dit onbekend. Node gemist wordt een sturende, ordenende integrale

visie op jeugd die de inspanningen door verschillende afdelingen in perspectief plaatst, zowel tot

elkaar als tot de maatschappelijke behoefte en te implementeren nieuwe instrumenten zoals het

Centrum voor Jeugd en Gezin. Juist een complex terrein als jeugd vraagt om een dergelijke

ordenende visie: jeugd heeft baat bij proactie, preventie en interventie – maar het rendement van die

verschillende schakels van de keten is pas optimaal bij een overstijgende visie.

In die visie en de te voeren aanpak behoort aandacht te zijn voor de dwarsverbanden met de

buurtleefbaarheidsaanpak (zie hoofdstuk 1), die immers mede belangrijke preventieve effecten heeft.

Ook is aandacht voor de dwarsverbanden met de inzet op drugscriminaliteit en –overlast door

OOV/Veiligheidshuis van belang, vanwege de risico’s die de Bovenkampse jeugd in dit opzicht loopt.

Daarnaast is verheldering – als onderdeel van de visievorming - van de wenselijke aanpak en

regievoering daarover van respectievelijk ‘reguliere overlast’ (type 1 en 2 Beke) en ‘zorgwekkende

overlast/criminele jeugd’ (type 3 en 4 Beke) wenselijk.

De inzet op ‘Veilig in en om de school’ vormt het sluitstuk van de aanpak op dit veiligheidsveld:

onderwijsinstellingen, in het bijzonder instellingen in het VO, vormen knooppunten in signalering en

zorgverlening op sociale, medische en veiligheidsaspecten bij opgroeiende kinderen. Duurzame

ondersteuning van die complexe functie betaalt zich meervoudig uit in termen van veiligheid. Dit item

is een noodzakelijk onderdeel van de te formuleren visie.

Page 68: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

66

veiligheidsveld 4: fysieke veiligheid thema 4.1: verkeersveiligheid

Verkeersveiligheid heeft betrekking op de veiligheid van verkeer voor verkeersdeelnemers in het algemeen, voor

specifieke doelgroepen en in bepaalde gebieden (woongebied, scholen, winkelgebied e.d.). Deze veiligheid wordt

beïnvloed door fysieke factoren (infrastructuur) en het rijgedrag van verkeersdeelnemers. Onderscheiden kunnen

worden objectieve verkeersveiligheid, subjectieve verkeersveiligheid en verkeers- en parkeeroverlast.

Cijfers

Indicatoren met betrekking tot dit veiligheidsthema zijn:

tabel 4.1

feitelijke waarde

indicator bron gemeente en buurten daarbinnen

2005 2006 2007 2008 2009

verkeersongevallen dodelijke afloop

politie

Bovenkamp 1 2 2

verkeersongevallen letsel

politie

Bovenkamp 130 105 117

verkeersongevallen materiële schade

politie

Bovenkamp 934 1103 753

meldingen parkeerproblemen/ verkeersstremming parkeerproblematiek

politie (incidentcode 2.3.1)

Bovenkamp 360 519 415

meldingen rijden onder invloed van alcohol

politie (incidentcode 3.5.2/D21)

Bovenkamp 369 414 293

perceptie overlast te hard rijdende auto’s (% respondenten dat aangeeft dat deze overlast vaak voorkomt)

Bovenkampmonitor Bovenkamp

Conclusie problematiek

Op basis van de bovenstaande cijfers, bestudeerde documenten en gevoerde interviews kan het

volgende worden geconcludeerd:

• Doelstelling kadernota IVB 2005 – 2009: verdere afname van aantal verkeersslachtoffers; deze

doelstelling is niet gehaald: het aantal ongevallen met letselschade is in de periode 2006 – 2008

met plm. 10% afgenomen; De daling in het aantal ongevallen met enkel materiële schade is voor

een belangrijk deel afgenomen door een steeds mindere registratiegraad van dit type ongevallen

Page 69: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

67

Accenten huidige aanpak

accent dwarsverbanden

andere veiligheidsvelden

wat opvalt

Beleidskader

■ Verkeersveiligheidsplan (2001)

■ Mobiliteitsprogramma 2009 – 2010 incl.

Netwerkanalyse

■ Kadernota integrale veiligheid 2005 –

2009: verkeersveiligheid vormt hierin een

van de prioriteiten; ingezet is op

vermindering ongevallen, agressief

verkeersgedrag en geluidsoverlast verkeer

■ Regionaal Verkeers- en Vervoersplan

2008 (RVVP): Bovenkamp werkt met RVVP

en heeft geen Gemeentelijke VVP;

accenten in het RVVP zijn:

verhoging/consolidatie verkeersveiligheid

voor doelgroepen (senioren, scholieren),

bewustwording verkeersdeelnemers,

rijvaardigheid verkeersdeelnemers; een en

ander onder meer door structurele

inbedding in basis- en voortgezet onderwijs

■ In 2010 zal een nieuw

Verkeersveiligheidsplan worden

gerealiseerd

> veld 1, 2 en 3 ■

Inzet vanuit programma ruimtelijke

ontwikkeling/Mobiliteit

■ Ontwikkelen en uitvoeren van

maatregelen voor verkeersveiligheid op

basis van Mobiliteitsprogramma en het

RVVP; voor woongebied worden

maatregelen ontwikkeld vanuit concept

‘Duurzaam veilig’

> veld 1 en 3 ■

Accenten politie-inzet

■ Verkeersveiligheid is een van de

prioriteiten van het politiedistrict

Bovenkamp; doel is verhoging van zowel

subjectieve als objectieve verkeersveiligheid

en vermindering van agressief

verkeersgedrag en verkeersoverlast

■ Aanpak: vasthouden huidige intensiteit

toezicht en handhaving; focus op locaties

die uit analyse meest onveilig blijken of als

> veld 1, 2 en 3 ■

Page 70: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

68

zodanig worden ervaren

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in de problematiek en de huidige inzet kan het volgende worden

geconstateerd wat betreft mogelijke beleidsversterkingen:

• Actualiseren verkeersveiligheidsplan; hierin de diverse acties die m.n. vanuit RVVP en

Mobiliteitsprogramma ten aanzien van verkeersveiligheid worden ondernomen, bundelen;

coherente visie op verkeersveiligheid in Verkeersveiligheidsplan opnemen;

• Bij ontwikkeling visie en maatregelen samenhang met aanpak rond de

buurtleefbaarheidsaanpak (zie ook hoofdstuk 1 van deze rapportage) bewaken;

• Bewaken en waar nodig versterken van informatiepositie ten aanzien van hotspots van

verkeersonveiligheid (zowel subjectief als objectief); gestructureerd uitwisselen van deze

informatie met de politie;

Page 71: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

69

veiligheidsveld 4: fysieke veiligheid thema 4.2: brandveiligheid

Dit thema heeft enerzijds betrekking op de ontwerptechnische en gebruikstechnische brandveiligheid van

bepaalde soorten gebouwen (zoals woongebouwen, gebouwen met horecabestemming, instellingen, andere

bedrijven) en anderzijds op de voorwaarden voor effectieve repressie. Om de brandveiligheid te borgen ziet de

brandweer toe op preventie en geeft zij voorlichting aan doelgroepen. Daarnaast prepareert de brandweer zich op

de bestrijding (repressie) van branden.

Cijfers

Indicatoren met betrekking tot dit veiligheidsthema zijn:

tabel 4.2

feitelijke waarde3

indicator bron gemeente en

buurten daarbinnen

2005 2006 2007 2008 2009

meldingen kleine brand

brandweer Bovenkamp 448 479 475 493

brandmeldingen totaal

brandweer Bovenkamp 464 489 489 519

hulpverleningen totaal

brandweer Bovenkamp 148 63 74 68

% verstrekte gebruiksvergunningen

brandweer Bovenkamp 100% 100% 100% 100%

% controles conform Prevap

brandweer Bovenkamp 84% 110% 97% 74% 67%

NB:

Accenten problematiek/huidige aanpak

Op basis van de bovenstaande cijfers, bestudeerde documenten en gevoerde interviews kan het

volgende worden geconcludeerd:

M.b.t. proactie/preventie:

• risicovolle objecten zijn geïnventariseerd;

• verlening van gebruiksvergunningen is op orde (100% minus vergunningen in procedure):

Bovenkamp kent al geruime tijd geen achterstanden in verleende gebruiksvergunningen of

momenteel afhandeling gebruiksmeldingen; de hierboven vermelde percentages controles

conform PREVAP behoeven een kleine toelichting: deze percentages zijn afgeleid van het

oorspronkelijke preventieactiviteitenplan conform de handleiding; in 2007 is deze systematiek

voor de deelnemende gemeenten van Stadsregio gewijzigd met een aanvulling voor wat

betreft naleefgedrag: objecten waar gebruiksvoorschriften goed blijken te worden nageleefd

worden minder frequent gecontroleerd; dit levert bij goed naleefgedrag een vermindering van

de controledruk op en bij slecht naleefgedrag een toename; geschat wordt dat van gemiddeld

een controle per gebruiksvergunning/melding per jaar dit kan stijgen naar gemiddeld een

3 De aantallen meldingen brand en hulpverlening zijn ontleend aan de jaarverslagen van brandweer Stadsregio-Limburg.

De meldingen kleine brand zijn afgeleid van het totaal minus de aantallen middel en (zeer) grote brand. De sterke daling van het aantal hulpverleningen tussen 2005 en 2006 heeft te maken met een andere wijze van registreren waarbij individuele hulpverleningen naar aanleiding van bijvoorbeeld een stormnacht niet meer afzonderlijk worden geteld.

Page 72: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

70

controle per 1,5 jaar; het % controles conform PREVAP drukt hier dus het aantal controles ten

opzichte van het totaal gebruiksvergunning-/meldingplichtige objecten uit;

• naast de ‘gewone’ controles vindt op projectmatige basis controle plaats (zoals de

Carnavalscontroles);

• verwerking van meldingen: deze worden nu nog door de brandweer verwerkt; de

gemeentelijke rol in dezen dient nog gestalte te krijgen; de gemoeide administratieve

werkzaamheden gaan overigens ten koste van de beschikbare capaciteit voor feitelijke

controle;

• controles van horeca/nachthoreca en evenementen vinden integraal plaats, met deelname

van (milieu)politie, brandweer en Bureau Toezicht en handhaving BWM van de afdeling OOV;

deze integrale teams controleren maandelijks enkele horecabedrijven;

• integrale controles met andere toezichthouders (of uitgevoerd door andere toezichthouders)

hebben als mogelijk nadeel dat de informatiepositie van de brandweer met betrekking tot het

inwendige van gebouwen verslechtert; dit kan in bepaalde gevallen de effectiviteit van de

repressie bij incidenten/calamiteiten verminderen; in Bovenkamp is dit niet aan de orde

doordat preventisten onderdeel uitmaken van integrale teams en er binnen de brandweer

informatieoverdracht plaatsvindt tussen de preventie en repressie;

• de brandweer heeft beperkt capaciteit voor voorlichting; de voorlichtingswerkzaamheden

worden uitgevoerd conform het jaarlijks opgesteld voorlichtingsplan en richt zich op het

vergroten van risicobewustzijn van doelgroepen; met name in Keurmerk Veilig Ondernemen-

trajecten is het mogelijk met op de betrokkenen gerichte voorlichting het risicobewustzijn te

verhogen; dit uit zich met name in een grotere bereidheid tot treffen van voorzieningen of

doorvoeren van maatregelen;

• de brandweer wordt in het algemeen tijdig en voldoende betrokken bij ruimtelijke planvorming

en milieuprocedures; hierdoor kan de brandweer in principe gestalte geven aan proactieve

taak;

M.b.t. preparatie/repressie:

• de brandweer kent voor de gemeente Bovenkamp 150 aanvalsplannen, 4 multidisciplinaire

coördinatieplannen (regionaal model voor LPG-tankstations) en drie rampbestrijdingsplannen

(tevens LPG stations);

• dekkingsgraad repressie in dag- en nachtsituatie is meer dan 90%; komt mede door

beschikbare beroepsformatie voor dag- en 24-uursdienst;

• door landelijk gewijzigd beleid van waterleidingmaatschappijen is er sprake van een overgang

van ‘vermaasd’- naar een eindnet; dit is goed voor de waterkwaliteit maar slecht voor de

beschikbare capaciteit van bluswater; vooral in deze regio en de gemeente Bovenkamp omdat

er nauwelijks open water (alternatieven) beschikbaar zijn; de gemeente heeft inmiddels een

goed beeld van de knelpunten (norm NVBR richtlijn) en is gestart met een Traject Verbetering

Bluswatervoorziening (met afdelingen OOV en SPO);

• veel inzet is gemoeid met automatische brandmeldingen (van de 1250 uitrukken zo’n 625); het

gaat daarbij echter slechts in plm. 5% van de meldingen daadwerkelijk om brand;

• zo’n 2 maal per jaar is er sprake van ‘grote brand’;

• bij ‘buitenbranden’ gaat het relatief vaak om brandstichting/vandalisme;

• door de demografische krimp en daardoor toenemende leegstand verandert het risicoprofiel

voor de brandweer; in leegstaande panden is het risico van brand groter; brandweer is

hierover in bespreking met gemeenten, corporaties; opties zijn herbestemming en sloop;

• overigens leidt de ‘krimp’ ook tot minder budget voor de brandweer – terwijl er nu reeds op

onderdelen sprake is van financieel of capaciteitstekort (daarin speelt ook de afschaffing van

het FLO een rol); druk op de beroepsformatie neemt als geheel toe; extra druk geeft de

afnemende animo voor vrijwillige brandweer, mede door de regionalisering; aannemen

Page 73: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

71

personeel voor een hoofdtaak is niet meer haalbaar (combi van taken); andere

oplossingsrichtingen: meer werken met parttimers en meer inzetten op bewustzijn en kennis

bij doelgroepen;

• opleiden en oefenen: wordt uitgevoerd conform jaarlijks vastgesteld jaarplan; voor het jaarplan

geldt als uitgangspunt de landelijke Leidraad Oefenen;

• evaluatie van incidenten: vanaf middelgrote incidenten wordt een evaluatie gemaakt, zowel

van de effectiviteit van de repressieve inzet als de invloed van preventieve en preparatieve

maatregelen; de evaluatie van preventie en preparatie wordt zonodig samen met politie en/of

verzekeraar uitgevoerd; voor beide soorten evaluaties zijn een format en routing vastgesteld;

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in de problematiek en de huidige inzet kan het volgende worden

geconstateerd wat betreft mogelijke aandachtspunten/beleidsversterkingen:

• Nader analyseren welke uitdagingen toenemende leegstand impliceert en welke

oplossingsrichtingen er zijn, mede in combinatie met de dilemma’s/uitdagingen die zich op de

andere veiligheidsvelden voordoen (mogelijke herbestemming lege panden is bijvoorbeeld

beschikbaar stellen voor participatiedoeleinden - veiligheidsveld 1/Veilige en leefbare

buurten), kleinschalige evenementen, alternatieve werkplaatsen/ateliers, e.d., vanuit oogmerk

van belang van sociale betrokkenheid/activering); NB: demografische krimp leidt tot perioden

van leegstand van woningen, scholen en bedrijven; leegstand betekent een verhoogd risico

voor brand; voor woningen zijn inmiddels ‘versnelde’ sloopprogramma’s, bedrijventerreinen

zijn en worden opgeknapt; scholen zijn nog wat minder in beeld;

• Nader analyseren welke uitdagingen de afnemende bereidheid voor vrijwillige brandweer in

combinatie met afnemend brandweerbudget door krimp: ‘interactie’ is daarbij een belangrijk

concept, zowel intern (personeel dat zowel preventieve als repressieve taken heeft) als extern

(meer met parttimers werken, meer investeren in voorlichting);

• Met voorrang de procedurele gevolgen van de inwerkingtreding van het Gebruiksbesluit

borgen in de gemeentelijke organisatie (zodat de brandweer geen meerwerk heeft aan

betreffende procedures).

• Borging van solide betrokkenheid van de brandweer bij borging van de veiligheid van

evenementen (zowel in de vergunningfase als in de uitvoeringsfase).

• Nader analyseren wat de gevolgen zijn van de toename van kleinschalige zorgverlening aan

individuele zorgbehoevenden: enerzijds is het een goede ontwikkeling dat zorg op kleine

schaal wordt aangeboden, anderzijds zie je een toename van minder en niet zelfredzame

personen in ‘gewone’ woningen; deze kunnen zich bij brand niet zelf redden met als gevolg

een grotere kans op slachtoffers; er wordt ook nog veel voor de doelgroep ouderen gebouwd

zonder rekening te houden dat met een periode van 10 – 20 jaar deze groep voor een groot

deel ook uit minder of niet zelfredzame personen bestaat.

Page 74: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

72

veiligheidsveld 4: fysieke veiligheid thema 4.3: externe veiligheid

Bij dit thema staan de risico’s van gevaarlijke stoffen centraal. Gevaarlijke stoffen worden opgeslagen en/of

bewerkt in inrichtingen en vervoerd via weg, water, spoor, lucht en buisleidingen. Te onderscheiden zijn het zgn.

‘groepsrisico’ (GR) en het ‘plaatsgebonden risico’ (PR). In beide gevallen gaat het om de zgn. ‘naarbuiten

gerichte’ (ofwel externe) veiligheidsrisico’s van de gevaarlijke stoffen.

Cijfers

Indicatoren met betrekking tot dit veiligheidsthema zijn:

tabel 4.3

feitelijke waarde

indicator bron subcategorieën

2005 2006 2007 2008 2009

% objecten waarvan risico’s inzichtelijk zijn gemaakt

gemeente PM PM PM PM

Categorie 1

Categorie 2

Categorie 3

% gecontroleerde inrichtingen cf. de categorie-indeling

gemeente

Categorie 4

aantal opgelegde bestuurlijke en strafrechtelijke maatregelen

gemeente

aantal overtredingen

gemeente

% bewoners dat bekend is met risico’s gevaarlijke stoffen

Bovenkampmonitor

Accenten huidige aanpak

Op basis van de bovenstaande cijfers, bestudeerde documenten en gevoerde interviews kan het

volgende worden geconcludeerd:

• Beleid:

o Voor de Beleidsvisie Externe Veiligheid cf. BEVI (over de omgang met de referentiewaarde

voor het groepsrisico en compenserende maatregelen bij veranderend groepsrisico) is in 2008

een provinciale blauwdruk beschikbaar gekomen; deze wordt momenteel op onderdelen

aangepast/gedetailleerd voor de Bovenkampse situatie en zal naar verwachting in het tweede

kwartaal van 2010 in besluitvorming gaan; de afdeling Stadsplanning is trekker;

• Risico-inventarisatie en –analyse:

o De cf. het Registratiebesluit 2007 verplichte inventarisatie van risicovolle situaties heeft

plaatsgevonden; binnen de gemeentegrens zijn aanwezig 18 BEVI-inrichtingen; voor 1

Page 75: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

73

inrichting is vergunningverlening voor uitbreiding gaande; hierdoor zal een nieuwe BRZO-

inrichting ontstaan;

o Ingevolge de Wrzo en het Besluit en de Regeling Externe Veiligheid Inrichtingen (BEVI/REVI)

zijn nadere risicoanalyse (QRA) en doorvertaling in RO-maatregelen in bepaalde gevallen

verplicht; deze stap is nog niet voor alle betreffende gevallen gezet in Bovenkamp;

o Voor het stationsgebied heeft wel uitvoerige risicoanalyse plaatsgevonden i.v.m. met de

herinrichting van dit gebied; complicerende factoren voor de GR-contour van deze locatie zijn:

toegenomen vervoer over het spoor van gevaarlijke stoffen (van Sittard-Geleen naar

Duitsland) en aanscherping rekenprogramma RBM2; hierdoor komen kantoren in het

herinrichtingsgebied voor 100% binnen de GR-contouren te liggen; analyse van de te volgen

aanpak heeft plaats;

• Vergunningverlening

o De milieuvergunningen van de LPG-tankstations moeten procedureel nog worden aangepast;

overige vergunningen externe veiligheid zijn op orde en actueel;

• Toezicht en handhaving:

o Het Bureau Toezicht en Handhaving BWM, dat de handhaving van EV-bedrijven

programmeert en coördineert, maakt sinds 1 juli 2009 onderdeel uit de afdeling OOV;

o Voor de programmering van de handhaving werkt de gemeente met de bedrijfsindeling die

begin jaren ‘90 is vastgesteld (vier categorieën milieubedrijven); jaarlijks worden de

werkzaamheden beschreven in zgn. ‘jaarschijven’ van het Milieuprogramma Toezicht en

Handhaving Bedrijven; naast de indeling in vier categorieën bedrijven is daarbij de zgn.

‘priolijst’ van verhoogd risicobedrijven van belang; er zijn in totaal zo’n 80 ‘priobedrijven’ in

Bovenkamp, waaronder vuurwerkbedrijven, RRGS-bedrijven (Risicoregister Gevaarlijke

Stoffen) en overige bedrijven; deze bedrijven krijgen extra aandacht, via jaarlijkse (extra)

deelcontroles en/of projectmatige controles; vuurwerkbedrijven worden 3x per jaar voor

deelcontroles bezocht, RRGS-bedrijven 1x per jaar, net als de overige priobedrijven binnen

categorie 3; priobedrijven binnen categorie 1 en 2 worden projectmatig gecontroleerd;

o Onder de horecabedrijven bevinden zich ook ‘priobedrijven’; de controles van

horeca/nachthoreca vinden integraal plaats, met deelname van (milieu)politie, brandweer en

Bureau Toezicht en handhaving BWM van de afdeling OOV; deze integrale teams controleren

maandelijks enkele horecabedrijven;

o Bij de controle en handhaving van BRZO-bedrijven waarvoor de gemeente het bevoegd

bezag is, werkt de gemeente samen met de provincie

• Saneringen:

o Alle urgente saneringen zijn uitgevoerd, niet-urgente saneringen (2010) zijn in uitvoering;

• Doorvertaling EV in RO:

o Vindt nu nog niet structureel plaats; beoogd wordt een vaste EV-paragraaf bij nieuwe

ruimtelijke plannen; daarnaast zal een plan van aanpak worden opgesteld voor het actueel

houden van bestemmingsplannen voor wat betreft de EV-risico’s;

• Vervoer gevaarlijke stoffen:

o De ontwikkelingen inzake het Basisnet worden gevolgd door betrokken afdelingen;

o Wat betreft routering: de Rijksoverheid wil een aantal snelwegen aanwijzen waarover het

vervoer van gevaarlijke stoffen zoveel mogelijk moet plaatsvinden;

• Risicocommunicatie:

Page 76: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

74

o Risicocommunicatie met bewoners is in ontwikkeling; er wordt gecommuniceerd via onder

meer de risicokaart en een speciale site: ‘www.Bovenkampveilig.nl’; de binnen OOV

aanwezige communicatie-expertise wordt ingezet voor de risicocommunicatie;

• Organisatie/coördinatie en afstemming:

o Er is regelmatig afstemming over EV tussen de disciplines milieu/EV, RO en voorbereiding op

rampenbestrijding/brandweer maar dit zou intensiever kunnen en beter geborgd kunnen

worden; hierdoor kan in processen en procedures vanaf het eerste begin adequaat rekening

worden gehouden met externe veiligheidsrisico’s; vertraging, evt. financiële schade en/of

aanzienlijke veiligheidsrisico’s in een later stadium kunnen daardoor worden voorkomen;

o De integratie van Bureau Toezicht en Handhaving BWM in OOV (per 1 juli 2009) is uit

oogpunt van borging van de integraliteit een goede stap, aangezien ook de gemeentelijke

coördinatie rampenbestrijding bij OOV is ondergebracht;

o Relevante afdelingen voor de integrale benadering van EV zijn nu: Stadsplanning (beleid t.a.v.

milieu/EV en RO), Publiekszaken (vergunningverlening EV) en OOV (controle en handhaving

EV en coördinatie rampenbestrijding);

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in problematiek en huidige inzet kan het volgende worden geconstateerd

wat betreft mogelijke (nieuwe) beleidsaccenten en -versterkingen:

• Beleid:

o Conform BEVI: formuleren vaststellen van de Beleidsvisie Externe Veiligheid en op die manier

beleidsmatig borgen van de relatie tussen milieu, ruimtelijke ordening en voorbereiding op

rampenbestrijding;

o Doorvertaling van deze beleidsvisie in beleidsplan en in procedures en in andere

organisatorische voorwaarden;

o Verkennen of de balans tussen veiligheidsbelang (risico’s gevaarlijke stoffen) en economisch

belang (bedrijvigheid, werkgelegenheid) voldoende bewaakt wordt in beleid en uitvoering;

nagaan welke nieuwe accenten wellicht moeten worden gezet;

• Risico-inventarisatie en –analyse:

o Uitvoering QRA’s van inrichtingen/risico’s ten aanzien waarvan dat wettelijk verplicht is maar

momenteel nog niet gerealiseerd;

• Vergunningverlening:

o Vergunningen LPG-tankstations op orde brengen

• Toezicht en handhaving:

o Bewaken dat de inbedding van het Bureau Toezicht en Handhaving BWM binnen de afdeling

OOV niet tot operationele onduidelijkheid leidt voor de programmering en uitvoering (cf. de

prioriteitstelling op basis van de risicoanalyse) van toezicht en handhaving van EV-bedrijven;

• Doorvertaling EV in RO:

o Consequente doorvertaling risico’s in ruimtelijke plannen; opnemen vaste EV-paragraaf in

nieuw beleid en opstellen Plan van Aanpak voor het actueel houden van bestemmingsplannen

wat betreft EV-risico’s;

Page 77: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

75

• Vervoer gevaarlijke stoffen:

o Ontwikkelingen binnen het Basisnet blijven volgen en doorvertalen in gemeentelijk beleid

o Bijzondere aandacht voor de ‘EV-factor’ bij de ontwikkeling van het stationsgebied;

• Risicocommunicatie:

o Verdere structurering/versterking van de risicocommunicatie met bewoners; oriëntatie op

effectieve instrumenten daarvoor;

• Organisatie/coördinatie en afstemming:

o Verdere borging van de beleidsmatige en operationele afstemming over EV tussen de

disciplines RO, milieu/externe veiligheid en rampenbestrijding ofwel de afdelingen

Stadsplanning (beleid t.a.v. EV en RO), Publiekszaken (vergunningverlening EV) en OOV

(controle en handhaving EV en coördinatie rampenbestrijding); beleidsmatige afstemming

tussen genoemde disciplines/afdelingen is in elk geval aan de orde vanwege het formuleren

van de beleidsvisie externe veiligheid (zie hierboven); hierin heeft de afdeling Stadsplanning

het voortouw; dit traject zou mede als vehikel voor verdere borging van de afstemming (ook in

de ‘beheers’-/uitvoeringsfase dus) kunnen worden gebruikt;

o Borging EV-expertise binnen RO; hierdoor kan voorkomen worden dat in de ontwerpfase op

RO-gebied externe veiligheidsrisico’s veronachtzaamd worden, met mogelijke dilemma’s/

financiële schade in een later stadium;

o Borging van de uitwisseling van risicodata tussen EV-partners; opnemen van deze

uitwisseling en benutting data in werkprocessen/procesbeschrijvingen van de gemeentelijke

organisatie.

Page 78: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

76

veiligheidsveld 4: fysieke veiligheid thema 4.4: voorbereiding op rampenbestrijding

Bij dit thema staan mogelijke rampen en crises centraal – die vinden zelden plaats, maar gemeente en

veiligheidspartners dienen zich toch terdege te prepareren op de eventuele ramp. De gemeente is daarbij

verantwoordelijk voor de kwaliteit van de gemeentelijke processen.

Cijfers

Indicatoren met betrekking tot dit veiligheidsthema zijn:

tabel 4.4 feitelijke waarde

indicator bron gemeente en buurten daarbinnen

2005 2006 2007 2008 2009

getoetst, goedgekeurd en actueel rampenplan

gemeente Bovenkamp Ja ja ja

ja ja

% deelprocessen waarvan planvorming actueel is

gemeente Bovenkamp 100%

% deelprocessen dat beoefend wordt

gemeente Bovenkamp 5 5 5

aantal bestuurlijke rampenoefeningen

gemeente Bovenkamp 1

Accenten huidige aanpak

Op basis van de bovenstaande cijfers, bestudeerde documenten en gevoerde interviews kan het

volgende worden geconcludeerd:

M.b.t. rampenorganisatie:

• Bovenkamp heeft de beschikking over een omvangrijke rampenorganisatie van zo’n 150

medewerkers. Er is een groot verloop van medewerkers. Investeren in kwaliteit is hierdoor lastig.

• Rol in de rampenbestrijdingsorganisatie is nu niet opgenomen in de functieomschrijving van

medewerkers; er vindt geen sturing vanuit het management op plaats;

M.b.t. planvorming:

• Het gemeentelijk rampenplan voldoet aan de vereisten; plan en deelplannen zijn actueel;

verantwoordelijk voor de actualiteit van de deelplannen zijn de procesverantwoordelijken;

• Bovenkamp beschikt over twee rampenbestrijdingsplannen (RBP) en 5 multidisciplinaire

coördinatieplannen (MCP), allen voor LPG-tankstations. Komende jaar is actualisatie

noodzakelijk.

M.b.t. opleiding en oefening van GBT, GMT, procesmedewerkers:

• Bovenkamp kent 13 deelprocessen; gemiddeld worden zo’n vijf processen per jaar beoefend;

• Bovenkamp is zelf verantwoordelijk voor het opleiden- trainen en oefenen (OTO) van de

rampenorganisatie. Een regionale werkgroep OTO bestaande uit 4 AOV’ers (waaronder

Bovenkamp) heeft een monodisciplinair opleidingsprogramma opgesteld. Voor alle gemeentelijke

onderdelen binnen de rampenorganisatie kunnen gemeenten OTO-producten inkopen.

Page 79: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

77

• Lokaal is nog geen OTO-plan opgesteld;

• In 2006 en 2007 zijn de leden van het GBT wel opgeleid, in 2008 niet; wel oefening dat jaar met

GBT. De regionale brandweer is verantwoordelijk voor het houden van multidisciplinaire

oefeningen. Door een gebrek aan capaciteit worden te weinig oefeningen aangeboden.

• Voor de AOV’ers is een hard piket ingesteld (5 plaatsvervangers);

• De AOV-pool wordt ook ingezet in een buurgemeente. De AOV’er van deze buurgemeente is

toegevoegd aan de AOV-pool Bovenkamp.

• Opleiding sleutelfunctionarissen: alle sleutelfunctionarissen dienen de basiscursus

rampenbestrijding (OCR) te hebben gevolgd. In 2008: 14, in 2009: 8. De coördinator

rampenbestrijding houdt zelf in de gaten welke nieuwe medewerkers mogelijk een opleiding

behoeven;

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in problematiek/aanpak kan het volgende worden geconstateerd wat betreft

mogelijke extra inspanningen/beleidsversterkingen:

• Borging van managementaandacht voor de rol van werknemers in de

rampenbestrijdingsorganisatie; dit kan via integratie van die taak in het functieprofiel en

behandeling ervan in functioneringsgesprekken; eventueel: kapitalisering van de met opleiden en

oefenen gemoeide tijd;

• Nagaan of het huidig profiel van de procesverantwoordelijken voldoende effectief is, op welken

punten versterking mogelijk is; dit kan gelegen zijn in instelling piket, brede

procesverantwoordelijkheid, namelijk ook voor tijdig opleiden procesdeelnemers, opvoering

frequentie GMT-oefeningen;

• Opstellen en vaststellen van een lokaal OTO-plan;

• Verdere borging van de afstemming tussen disciplines EV, RO en preparatie, bijvoorbeeld door

intensivering periodiek overleg (zie ook hiervoor bij thema 4.3);

• Met het oog op de Wet Veiligheidsregio’s (per 1-1-2010) investeren in een professionele regionale

gemeentelijke rampenorganisatie, bijvoorbeeld door het inrichten van pools voor de diverse

gemeentelijke processen (van kwantiteit naar kwaliteit); samenwerking tussen gemeenten (op

regionaal of districtelijk niveau) zal nodig zijn om als gemeentelijke kolom aan de wettelijk

vastgestelde kwaliteitsnormen en basisvereisten te kunnen voldoen; Bovenkamp kan hierbij als

centrumgemeente een voortrekkersrol vervullen (eerder is dit bijvoorbeeld geschied bij de

realisatie van het gezamenlijk AOV-piket met een buurgemeente).

Page 80: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

78

Tussenstand: mogelijke prioriteiten fysieke veiligheid

Op basis van de beschrijving hiervoor van problematiek en aanpak binnen het veld ‘fysieke veiligheid’,

zijn geen items aan het licht getreden die als mogelijke prioriteit voor het meerjarige integrale

veiligheidsbeleid dienen te worden opgevoerd.

Page 81: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

79

veiligheidsveld 5: integriteit en veiligheid thema 5.1: radicalisering/terrorisme

Bij dit thema gaat het om ideologische groepen/stromingen in de samenleving die dermate zijn geradicaliseerd,

dat zij een bedreiging vormen of kunnen gaan vormen voor de veiligheid. Sprake kan zijn van dreigend geweld.

Deze groepen vergroten de polarisatie in de samenleving, zetten het sociaal weefsel onder druk. Stromingen die

op die manier kunnen radicaliseren, zijn bijvoorbeeld: rechts-extremisme, islamradicalisme,

dierenrechtenradicalisme, links-extremisme.

Cijfers/problematiek

• In bepaalde buurten van Bovenkamp staan de leefbaarheid en veiligheid onder druk; dit kan

gevolgen hebben voor de tolerantie tussen bevolkingsgroepen; beschikbare gegevens wijzen hier

overigens niet op;

• In theorie is radicalistische activiteit (voorbereiding terrorisme) ook in Bovenkamp mogelijk (zgn.

‘cellen’); deze activiteit is slecht zichtbaar; ook zijn in theorie dwarsverbanden mogelijk tussen

vormen van georganiseerde criminaliteit en radicalisme/voorbereiding terrorisme; beschikbare

gegevens wijzen hier niet op;

• Er zijn in de afgelopen jaren een aantal kleine zaken geweest (betrof voornamelijk radicalisering)

• met het vorige afdelingshoofd OOV had ik de

Accenten huidige aanpak

Accenten in de huidige aanpak rond dit thema zijn:

accent dwarsverbanden

andere veiligheidsvelden

wat opvalt

Beleidskader/-keuze

■ Radicalisering en marginalisering worden

voorlopig niet opgepakt

■ Werkafspraak is dat eventuele signalen

van radicalisering/polarisatie die door of via

de gemeente binnen komen, bij het

Veiligheidshuis worden gedeponeerd en

vervolgens doorgegeven aan politie

(regionale inlichtingendienst) en/of AIVD; dit

is enkele malen in de praktijk zo toegepast

■ Medewerkers Stichting Pegasus

informeren eveneens Veiligheidshuis bij

signalen

> veld 1 en 3 ■

Page 82: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

80

Aandachtpunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in de problematiek en de huidige inzet kan het volgende worden

geconstateerd wat betreft mogelijke beleidsversterkingen:

• Borging van de alertheid op dit onderwerp door het consequent te laten terugkeren in de jaarlijkse

uitvoeringsplannen Integrale Veiligheid en in andere relevante nota’s/plannen van bijvoorbeeld

jeugd en welzijn, afdeling Publiekszaken (vergunningverlening), Buurtgericht werken;

• Formeel beleggen van dit onderwerp bij iemand binnen OOV/Veiligheidshuis

Page 83: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

81

veiligheidsveld 5: integriteit en veiligheid thema 5.2: georganiseerde criminaliteit

Bij dit thema gaat het om vormen van georganiseerde criminaliteit die zich manifesteren in binnensteden/op

gemeentelijk grondgebied en die in bepaalde mate gebruik (misbruik) maken van gemeentelijke voorzieningen en

beschikkingen (waaronder vergunningen en aanbestedingen). Sprake is van verweving van onder- en

bovenwereld en vaak ook van ‘witwassen’. Misdaadbranches die het betreft zijn vooral drugshandel,

vastgoedfraude en mensenhandel.

Cijfers

Indicatoren met betrekking tot dit veiligheidsthema zijn:

tabel 5.2 feitelijke waarde

indicator bron gemeente en buurten daarbinnen

2005 2006 2007 2008 2009

Bovenkamp 4 3 4

Stadsregio

Buurt 3 4 3 8

Buurt 5 4 4 4

Buurt 6 3 3 3

Buurt 10 3 5 4

Buurt 11 6 4 2

Buurt 12 16 13 10

meldingen drugshandel (per 1.000 inwoners)

politie (incidentcode 3.1.1)

Buurt 17 5 3 4

Bovenkamp 8 10 9

Stadsregio

Buurt 3 5 10 14

Buurt 5 6 10 11

Buurt 6 17 9 8

Buurt 10 8 14 15

Buurt 11 14 11 11

Buurt 12 46 27 29

meldingen drugsoverlast (per 1.000 inwoners)

politie (incidentcode 2.1.1/E38)

Buurt 17 16 14 18

Bovenkamp Stadsregio

Buurt 3 10 10 Buurt 5 3 9

Buurt 6 6 2

Buurt 10 10 6

Buurt 11 7 10

Buurt 12 11 7

perceptie overlast dealpanden (% respondenten dat aangeeft dat deze overlast vaak voorkomt)

Bovenkampmonitor

Buurt 17 7 5

Bovenkamp 14 10 10

Stadsregio

Buurt 3 19 16 15

Buurt 5 14 14 15

Buurt 6 13 11 11

Buurt 10 22 9 10

Buurt 11 26 24 16

Buurt 12 41 15 9

perceptie overlast drugs (% respondenten dat aangeeft dat deze overlast vaak voorkomt)

Bovenkampmonitor

Buurt 17 27 16 19

Page 84: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

82

Conclusie problematiek

Op basis van de bovenstaande cijfers, bestudeerde documenten en gevoerde interviews kan het

volgende worden geconcludeerd:

Drugscriminaliteit is nog steeds een relevant veiligheidsprobleem in Bovenkamp; dit heeft te maken

met een aantal specifieke kenmerken van de gemeente;

Accenten die de aandacht trekken zijn nu:

­ verslavingsproblematiek van prostituees

­ de ‘verjonging’ van drugsrunners

­ tekenen van verplaatsing van drugscriminaliteit en – overlast naar buurten waar minder

intensief toezicht is;

­ toename incidenten in de laatste jaren van vermogencriminaliteit

Verweving onderwereld/bovenwereld: deze is op basis van beschikbare gegevens niet goed te

bepalen; branches waarin in het algemeen verwevingen aan de orde zouden kunnen, betreffen de

gebruikelijke BIBOB-accenten horeca, seksinrichtingen, speelautomaten; gezien het robuuste

uitgaans- en toerismeprofiel van Bovenkamp kunnen deze ongewenste verschijnselen ook in

Bovenkamp aan de orde zijn; NB: overigens is het, bezien vanuit het gemeentelijk veiligheidsbeleid,

niet per se nodig een scherp beeld van de aanwezige georganiseerde criminaliteit te hebben: essentie

van het bestuurlijk repertoire is beheersing van risico’s via kritische beschikkingsprocedures (cf.

BIBOB), in combinatie met borging van de ambtelijke en bestuurlijke integriteit (zie ook paragraaf 5.3).

Accenten huidige aanpak

Accenten in de huidige aanpak rond dit thema zijn:

accent dwarsverbanden

andere veiligheidsvelden

wat opvalt

BIBOB-beleidslijn

■ Beleidslijn is vastgesteld; in 2008 zijn 24

BIBOB-procedures uitgevoerd, waarbij 2

aanvragen zijn geweigerd na een advies

van het Landelijk Bureau BIBOB, 2

vergunningen zijn onder voorwaarden

verleend na een advies van het LBB, 3

aanvragen zijn buiten behandeling gelaten

> veld 1 en 2 ■ BIBOB-onderzoek (‘lichte toets’)

niet altijd uitgevoerd bij

vergunningaanvraag binnen

BIBOB-branche; slechts indien er

aanwijzingen zijn

■ Vergunningverlening gaat over

naar nieuwe afdeling

Publiekszaken; motto

‘klantgerichtheid’ van deze

afdeling kan in theorie op

gespannen voet staan met belang

van kritische

beschikkingsprocedures

■ Politie wordt niet betrokken

bij/ingelicht over procesvoering

rond BIBOB

Page 85: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

83

Project Bestuurlijke aanpak

georganiseerde criminaliteit

■ Uitgevoerd door het Interventieteam, in

samenwerking met politie, OM, RIEC en

andere partners

> veld 1, 2 en 3 ■

Handhavingsbeleid drugs en overige

(woon)overlast (2009)

■ Beleidsregels bij het nieuwe artikel 13b

Opiumwet: naast horeca kunnen nu ook

woningen van waaruit gedeald wordt,

gesloten worden door de burgemeester

■ In 2009 zijn 8 sluitingsprocedures op

grond van artikel 13b gevoerd, waarvan 6

binnen de basiseenheid Bovenkamp-Noord

> veld 1 ■

Interventieteam van de gemeente

■ Het Interventieteam richtte zich in eerste

instantie hoofdzakelijk op drugscriminaliteit

(gebruikers-/dealpanden); nu is focus

verbreed: ook overlast/sociale problematiek

(‘probleemhuishoudens’/vervuiling e.d.)

■ Werkt in het kader van de aanpak van

drugscriminaliteit onder meer samen met

het Drugsteam 1 en het Drugsteam 2, beide

van de politie

■ In Bovenkamp-Noord werkte het

Interventieteam voorheen samen met de het

OPD-team van de Marechaussee

> veld 1 ■ Het Interventieteam opereert nu

nog min of meer als aparte ‘unit’;

de organisatorische inbedding

van het Interventieteam was niet

optimaal; verandert door

inbedding in het bureau Toezicht

en Handhaving BWM van de

afdeling OOV

‘Drugsteam 1 en 2’ van de politie

■ Betreft teams van 5 politiemensen (tevens

bikers) die zich expliciet op drugsoverlast

richten; werkt samen met Interventieteam,

Bureau Handhaving, DNO, OPVANG-

huizen en VH van de gemeente

■ Focus ligt op Buurt 12

> veld 1 ■ …

Regionaal Informatie- en

Expertisecentrum (RIEC)

■ Ondersteunt bij ‘huiswerk’ in het kader

van BIBOB (open bronnenonderzoek plus

check bij andere gemeenten) en bij

vormgeving integrale bestuurlijke aanpak

door een gemeente

■ Geeft daarnaast impulsen voor regionale

borging bestuurlijke aanpak, onder meer

door analyse ‘beleidslijnen BIBOB’ plus

ontwikkeling criteria voor toepassing BIBOB

(ook tegen achtergrond van opgave

> veld 1 en 2 ■ -

Page 86: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

84

vermindering lastendruk)

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in de problematiek en de huidige inzet kan het volgende worden

geconstateerd wat betreft mogelijke beleidsversterkingen:

• Blijven inzetten op de aanpak van drugscriminaliteit; bewaken en waar nodig en mogelijk

versterken van de integraliteit van de aanpak; aandachtspunt daarbij is synergie van interventies

aan ‘slachtofferzijde’ (door Veiligheidshuis/Drugsaanpak: aanpak van en zorg voor veelplegers,

notoire overlastgevende verslaafden) en aan ‘daderzijde’ ofwel jegens de criminele groepen -

actoren aan daderzijde zijn met name Interventieteam, de afdeling Publiekszaken (voert de

BIBOB-procedure uit sinds medio 2009), Drugsteam 1 en het RIEC; integraliteit van de aanpak

aan ‘slachtofferzijde’ en ‘daderzijde’ is in het bijzonder nodig vanwege accenten in de

problematiek zoals verslaafde prostituees en jeugdige drugsrunners;

• Verheldering inzetbaarheid van interventies van Veiligheidshuis en Interventieteam als

instrumenten binnen bredere (buurt)aanpak; de interventies dienen ook binnen de regie van de

buurtteams te kunnen worden uitgevoerd; een mogelijkheid is een productenboek te ontwikkelen,

equivalent aan de dito mogelijkheid voor het Bureau Handhaving;

• Alertheid op/borging van doorwerking BIBOB-adviezen in de nieuwe situatie waarin

horecavergunningen verstrekt worden door de afdeling Publiekszaken; die is vanuit haar

kernfunctie klantgericht, focust op kwaliteit van dienstverlening; in theorie kan er spanning bestaan

tussen klantvriendelijkheid en veiligheidsbelang; NB: dit is niet het geval indien klantgerichtheid

betekent: de klant spoedig helderheid over de procedure verschaffen; ook is de nieuwe situatie

mogelijk bevorderlijk voor de eenduidigheid/standaardisering van procedures rond BIBOB-toets;

• Explicitering van de criteria voor toepassing van de (lichte) BIBOB-toets; dit kan ook uniformering

betreffen, ofwel: altijd de BIBOB-toets bij vergunningverlening/revisies binnen de brnaches zoasl

benoemd in de BIBOB-beleidslijn;

Page 87: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

85

veiligheidsveld 5: integriteit en veiligheid thema 5.3: ambtelijke en bestuurlijke

integriteit

Naast ‘externe integriteit’ (thema 5.1 en 5.2) is er de ‘interne integriteit’ ofwel de ambtelijke en bestuurlijke

integriteit. Schending daarvan kan het gevolg zijn van belangenverstrengeling en daaruit voortvloeiend strafbaar

handelen maar ook van ‘niet-intentionele’ verrommeling van procedures. In dit laatste geval ontstaat de

integriteitschending min of meer ‘per ongeluk’. Integriteitschendingen kunnen de lokale veiligheid in gevaar

brengen doordat daardoor bijvoorbeeld fysiek gevaarlijke situaties ontstaan of in stand blijven (vergunning voor

onveilige gebouwen of bedrijfsvoering), criminele groepen extra bewegingsruimte kunnen krijgen (geen BIBOB-

procedure toegepast) en er een moreel verloederend effect op groepen of personen binnen de lokale

gemeenschap vanuit kan gaan (‘slecht voorbeeld doet slecht volgen’).

Cijfers

Indicatoren met betrekking tot dit veiligheidsthema zijn:

tabel 5.3 feitelijke waarde

indicator bron gemeente

2005 2006 2007 2008 2009

aantal gerapporteerde en in procedure genomen ambtelijke integriteitschendingen

gemeente Bovenkamp

1 4 0

aantal gerapporteerde en in procedure genomen bestuurlijke integriteitschendingen

gemeente Bovenkamp

0 0 0

Conclusies problematiek

• In 2007 was sprake van een relatief groot aantal in procedure genomen ambtelijke

integriteitschendingen

• Door gesprekspartners wordt gewezen op het belang van dit onderwerp: de aandacht ervoor in

2008 (zie hierna) werd als terecht en nodig ervaren

• Niet is vast te stellen dat het item integriteit c.q. schending van integriteit in Bovenkamp een

grotere rol speelt dan in andere, wat betreft omvang en economisch profiel vergelijkbare

Nederlandse steden

Page 88: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

86

Accenten huidige aanpak

Accenten in de huidige aanpak rond dit thema zijn:

Accent dwarsverbanden

andere veiligheidsvelden

wat opvalt

Traject borging integriteit

In 2008 heeft een intensief en omvattend

intern traject voor de borging van de

ambtelijke integriteit plaatsgevonden;

onderdelen daarvan waren:

■ Actualiseren en vaststellen ambtelijke

gedragscode

■ Formuleren en vaststellen

klachtenprocedure ongewenste

omgangsvormen

■ Idem klokkenluidersregeling

■ Aanwijzing vertrouwenspersonen

■ Wijziging aanbestedingsprocedure

(analyse integriteit aannemer)

> veld 2 en 4 ■

Aandachtspunten/mogelijke beleidsversterkingen

Op basis van de accenten in problematiek en huidige aanpak kan het volgende worden geconstateerd

ten aanzien van mogelijke aandachtspunten/beleidsversterkingen:

• Bewaken balans tussen bewustzijn van het belang van integriteit versus vanzelfsprekendheid

integer handelen; dit kan onder meer via borging van item integriteit in ‘gewone’ procedures en

processen zoals werkoverleg, functionerings- en beoordelingsgesprekken, e.d.;

• Deze alertheid en borging zijn in het bijzonder van belang bij organisatieonderdelen die belast zijn

met rechtstreekse dienstverlening aan ondernemers en bewoners (in het kader van bijvoorbeeld

vergunningverlening, aanbestedingen, subsidies, toezicht en handhaving)

• Nagaan of, en zo ja: op welke wijze/in welke vorm een gestandaardiseerde analyse van

‘nevenfuncties versus integriteit’ van taakveldambtenaren dient te worden ingevoerd

• Nagaan of het onderdeel bestuurlijke integriteit voldoende gestalte heeft gekregen in het traject in

2008; inventariseren welke accenten/aanvullende voorzieningen dienaangaande eventueel nog

nodig zijn

Page 89: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

87

Tussenstand: mogelijke prioriteiten integriteit en veiligheid

Op basis van de beschrijving hiervoor van problematiek en aanpak binnen het veld ‘fysieke veiligheid’,

zijn geen items aan het licht getreden die als mogelijke prioriteit voor het meerjarige integrale

veiligheidsbeleid dienen te worden opgevoerd.

Page 90: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

88

Overzicht

Selectie prioriteiten

Op basis van de hiervoor weergegeven inventarisatie zijn de volgende drie prioriteiten voor het

integraal veiligheidsbeleid van de gemeente Bovenkamp geselecteerd:

Deze beleidsprioriteiten worden in hoofdstuk 3: ‘Prioriteiten’ van de kadernota verder uitgewerkt;

andere belangrijke veiligheidsthema’s worden in hoofdstuk 4 van de kadernota behandeld (zie ook de

opzet van kadernota en uitvoeringsplan in bijlage 1 en 2 van dit rapport).

1. Veilige en leefbare buurten

Essentie van dit item is de realisatie van een uniforme, robuuste werkwijze/systematiek voor

‘decentrale’ uitvoeringscoördinatie rond veiligheid en leefbaarheid. Het schaalniveau daarbij is de

buurt. Wenselijk is een gecontroleerde doorontwikkeling van de huidige infrastructuur, in het bijzonder

wat betreft de inbedding en werkwijze van de buurtteams, de planning en controlcyclus

(wijkactieplannen), de inbedding en borging in beleid van de stedelijke diensten, de borging van

bijdragen van gemeentelijke diensten binnen de buurtteams, het profiel en de statuur van de trekkers

van de buurtteams, de inzet op bewonersparticipatie, e.d..

Belangrijke uitgangspunten voor de beoogde buurtinfrastructuur zijn:

• continuïteit en betrouwbaarheid

• uniformiteit wat betreft de basiskenmerken en -aanwezigheid

• zichtbaarheid en bereikbaarheid voor bewoners

• focus op preventie, repressie waar nodig (‘plus-aanpak’)

• kansen scheppend in plaats van ‘maatregelen opleggend’ (bewoners verleiden, prikkelen)

• klein, compact maar solide

Een buurtinfrastructuur die daaraan beantwoordt geeft bewoners vertrouwen, biedt speelruimte voor

bewoners om participatie een eigen invulling te geven, heeft een preventieve werking op criminaliteit

en overlast (kennen en gekend worden, minder ‘gelegenheid’) en is in staat tot vroegsignalering van

ernstiger problematiek.

Ook schept een dergelijke infrastructuur de voorwaarden voor borging van de resultaten van

interventies zoals Operatie Drugsaanpak: de basis staat er dan immers, de tijdelijke intensivering kan

afgezwakt worden en neerdalen in/meegenomen worden in de ‘gewone’ buurtleefbaarheidsaanpak.

Die basisaanpak is uniform in alle buurten, ook in buurten waar weinig ‘aan de hand’ lijkt te zijn:

essentie is immers niet probleemgerichtheid/interventie maar zichtbare en bereikbare aanwezigheid

en daarmee vertrouwen scheppen, het speelveld gestalte geven dat bewoners tot meespelen verleidt.

Concrete acties van de buurtteams zijn: het bewaken en beheren van buurtkwaliteit, vroegsignalering,

schakelpunt vormen met het repressieve repertoire. Voor buurten waar ernstiger problematiek speelt,

kan een ‘plus-aanpak’ worden gevolgd. Dat betreft dan een ‘kop’ op de basis, die zelf onveranderd

blijft.

Page 91: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

89

NB: Voor de organisatie van participatie is alertheid op bijzondere combinaties met de mogelijkheden

en dilemma’s van andere veiligheidsdisciplines, wenselijk: juist bijzondere combinaties bieden de

benodigde nieuwe perspectieven ten aanzien van participatie en leiden tegelijk tot meerwaarde op

meerdere ‘fronten’. Interessant zijn bijvoorbeeld de participatieve mogelijkheden die het verschijnsel

‘leegstand’ wellicht biedt (denk aan alternatieve werkplaatsen, kleinschalige bewonersevenementen,

e.d.); het betreft een fenomeen dat nu vooral een stijgend risicoprofiel betekent voor de brandweer.

2. Veilig opgroeien

De veiligheidsaspecten rond jeugd (overlast, individuele probleemjongeren, alcohol en drugs en veilig

in en om de school) worden nu versnipperd, vanuit verschillende onderdelen van de gemeentelijke

organisatie aangevat. De aanpak als geheel sorteert op diverse onderdelen goede effecten. Op

andere onderdelen minder, of is dit onbekend. Node gemist wordt een sturende, ordenende integrale

visie op jeugd die de inspanningen door verschillende afdelingen in perspectief plaatst, zowel tot

elkaar als tot de maatschappelijke behoefte en te implementeren nieuwe instrumenten zoals het

Centrum voor Jeugd en Gezin. Juist een complex terrein als jeugd vraagt om een dergelijke

ordenende visie: jeugd heeft baat bij proactie, preventie en interventie – maar het rendement van die

verschillende schakels van de keten is pas optimaal bij een overstijgende visie.

In die visie en de te voeren aanpak behoort aandacht te zijn voor de dwarsverbanden met de

buurtleefbaarheidsaanpak (zie hoofdstuk 1), die immers mede belangrijke preventieve effecten heeft.

Ook is aandacht voor de dwarsverbanden met de inzet op drugscriminaliteit door OOV/Veiligheidshuis

van belang, vanwege de risico’s die de Bovenkampse jeugd in dit opzicht loopt.

Daarnaast is verheldering – als onderdeel van de visievorming - van de wenselijke aanpak en

regievoering daarover van respectievelijk ‘reguliere overlast’ (type 1 en 2 Beke) en ‘zorgwekkende

overlast/criminele jeugd’ (type 3 en 4 Beke) wenselijk.

De inzet op ‘Veilig in en om de school’ vormt het sluitstuk van de aanpak op dit veiligheidsveld:

onderwijsinstellingen, in het bijzonder instellingen in het VO, vormen knooppunten in signalering en

zorgverlening op sociale, medische en veiligheidsaspecten bij opgroeiende kinderen. Duurzame

ondersteuning van die complexe functie betaalt zich meervoudig uit in termen van veiligheid. Dit item

is een noodzakelijk onderdeel van de te formuleren visie.

Page 92: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

90

3. Veilig winkelen, uitgaan en toerisme

Bovenkamp kent een rijk aanbod van winkel- en horecavoorzieningen. Ook vinden er jaarlijks heel wat

evenementen plaats. Deze voorzieningen brengen de stad profijt - maar houden ook veiligheidsrisico’s

in. Die kunnen bijvoorbeeld gelegen zijn in overlast en geweld rond uitgaan en evenementen,

brandveiligheid van horeca- en winkelpanden, slachtofferschap van bijvoorbeeld diefstal en beroving

en van vernielingen. Door de concentratie van de voorzieningen in het centrum van Bovenkamp lopen

deze veiligheidseffecten tenminste deels in elkaar over. Om deze reden zou een ‘integraal’ KVO-

Binnenstad kunnen worden overwogen. Hiermee zijn elders goede ervaringen opgedaan. Een

dergelijke integrale benadering biedt voor langere termijn een basis voor synergie van de

inspanningen voor de veiligheid rond de diverse voorzieningen, ook wat betreft de evenwichtige input

daarvoor van publieke en private partijen. Gezien het belang dat de gemeente hecht aan het

leisureprofiel, valt er veel te zeggen voor een dergelijk integraal kader. In elk geval is het van belang

de samenwerking tussen publieke en private partijen over de veiligheid rond de afzonderlijke

voorzieningen, van passende impulsen te blijven voorzien. Dit kan wat betreft het winkelgebied een

KVO-W voor de hele binnenstad betekenen, wat betreft het uitgaan onder meer een dynamischer

alternatief voor het huidige convenant en de actielijst; voor de veiligheid rond evenementen betere

benutting van voorhanden veiligheidsinstrumenten. Uit oogpunt van borging van de veiligheid en

leefbaarheid voor geheel Bovenkamp is verkenning van de mogelijkheden voor dusdanige

aanscherping van de evenementenagenda dat die mede een optimaal participatie-effect van

bewoners heeft (borging Drugsaanpak in de buurten), wenselijk.

Page 93: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

91

Bijlage 1: veiligheidsvelden Kernbeleid Veiligheid

1. veilige woon- en leefomgeving; dit betreft de sociale en fysieke kwaliteit en de subjectieve en

objectieve veiligheid van de buurt, wijk, alledaagse woon- en leefomgeving; veiligheidsthema’s

binnen dit veld zijn: overlast van en tussen bewoners, vernieling en verloedering, bedreiging en

geweld, huiselijk geweld, woninginbraak en andere veelvoorkomende criminaliteit, overlast van

alcohol en drugs;

2. bedrijvigheid en veiligheid; dit veld heeft betrekking op de veiligheid in winkelcentra,

bedrijventerreinen, bij het ‘stappen’ en in de horeca, bij evenementen en in recreatiegebied;

accenten zijn bijvoorbeeld horecaconvenanten, Keurmerk Veilig Ondernemen (winkelcentra en

bedrijventerreinen) en de kwaliteit van vergunningverlening bij evenementen;

3. jeugd en veiligheid; dit veld heeft betrekking op de jeugd als slachtoffer en als dader; als

algemene noemer kan worden gehanteerd: ‘zorg voor problematische jeugd’; accenten zijn

jeugdgroepen, harde kernproblematiek, alcohol en drugs en ‘veilig in en om de school’;

4. fysieke veiligheid; dit betreft de onderwerpen verkeersveiligheid, externe veiligheid (proactie,

preventie en preparatie met betrekking tot gevaarlijke stoffen), brandweerzorg (zowel preventie

als repressie) en voorbereiding op rampenbestrijding (de ‘gemeentelijke processen’);

5. integriteit en veiligheid; hierbinnen vallen verschijnselen die ‘haaks’ staan op voor veiligheid

en leefbaarheid fundamentele afspraken en regels in onze samenleving; het gaat om

bedreigende vormen van radicalisering en polarisatie, georganiseerde criminaliteit en de

bestuurlijke preventie daarvan (BIBOB), ambtelijke integriteit en bestuurlijke integriteit.

Page 94: Uitgewerkt voorbeeld Veiligheidsanalyserapportage

BMC veiligheidsanalyse gemeente Bovenkamp 2009

92

Bijlage 2: Overzicht geconsulteerde actoren

INTERN

EXTERN