25
imog.indb 1 18/08/09 12:19

van afval tot grondstof

Embed Size (px)

DESCRIPTION

40 jaar IMOG

Citation preview

Page 1: van afval tot grondstof

imog.indb 1 18/08/09 12:19

Page 2: van afval tot grondstof

imog.indb 2 18/08/09 12:19

Page 3: van afval tot grondstof

jacques soenens

van afval tot grondstofVeertig jaar pionieren in afvalbeheer en waterzuivering in de regio Zuid-West-Vlaanderen

imog.indb 3 18/08/09 12:19

Page 4: van afval tot grondstof

Intergemeentelijke maatschappij voor openbare gezondheid in Zuid-West-Vlaanderen

imog.indb 4 18/08/09 12:19

Page 5: van afval tot grondstof

veertig jaar pionieren

in afvalbeheer en

waterzuivering in de regio

Zuid-West-vlaanderen

Van afVal tot grondstof

jacques soenens

imog.indb 5 18/08/09 12:19

Page 6: van afval tot grondstof

imog.indb 6 18/08/09 12:19

Page 7: van afval tot grondstof

7

van afval tot grondstof

InHoUd

Inhoudsopgave

Voorwoord

Inleiding

Vroeger was het anders

Er is veel werk, hoog tijd dus om er aan te beginnen

Burgemeesters Lambrecht en Lanneau zijn de voortrekkers

1969

Imog wordt boven de doopvont gehouden

1970

De locatie voor de inplanting van de afvalwaterzuivering en -verbranding wordt vastgelegd

1971

Fries Bijttebier, schepen te Kortrijk, wordt (jarenlang) onze toegewijde voorzitter

1972

Afvalwaterzuivering prioritair, ook in Zuid-West-Vlaanderen

1973

Eerste studies afvalwater geven ramingen van drie kwart miljard frank

1974

Eerste paal voor installatie afvalverbranding in Harelbeke wordt geheid

1975

Inplanting waterzuiveringsstation door de overheid principieel aanvaard

1976

Van Imog naar WZK en wat daarna met de waterzuivering in de streek?

1977

De installatie is klaar om opgestart te worden

1978

Steeds meer gemeenten treden toe

1979

Studie voor uitbreiding afvalverbranding met energierecuperatie

1980

Minister wil realisatie waterzuiveringsstation opnieuw aanbesteden

1981

Het huisvuil is van slechte kwaliteit en het vuur wil niet branden

1982

Steeds meer groeit het besef dat er toch nog grote nood is aan een stortplaats

7

11

13

19

22

26

28

29

31

34

37

41

44

50

52

54

56

60

imog.indb 7 18/08/09 12:19

Page 8: van afval tot grondstof

8

VEErtIg jAAr pIonIErEn In AFVALBEHEEr En WAtErZuIVErIng In DE rEgIo ZuID-WESt-VLAAnDErEn

1983

Waregem moet stoppen met het storten van huisvuil en treedt noodgedwongen toe

1984

Energierecuperatie met elektriciteitsproductie wordt gegund

1985

De gemeentelijke containerparken zitten in de pijplijn

1986

De stortplaats in Moen, na een zeer lastige geboorte nu toch in gebruik

1987

Containerparken worden in bedrijf genomen en er is elektriciteitsproductie

1988

Energierecuperatie bij afvalverbranding wordt een uitdaging en een lastige opdracht

1989

Ambtshalve maatregelen voor het voltooien van de recuperatie-installatie 79

1990

onverwacht verlies van een vooruitstrevend voorzitter en een toegewijde secretaris, twee kopstukken van het eerste uur

1991

onze eerste schoorsteen gaat tegen de vlakte

1992

Met VLACo krijgen we een sterke partner voor onze groencompostering

1993

We maken ons eerste MEr voor een nieuwe milieuvergunning voor de afvalverbranding. De milieuboxen beginnen aan hun historisch verhaal

1994

Imog bestaat 25 jaar. Stad Kortrijk wordt met zijn ‘grote-hoeveelhedenpark’ de vader van de diftar-parken

1995

Fost plus steekt de kop op en we sluiten een overeenkomst af. De tuinafvalbak doet zijn intrede

1996

Interafval wordt opgericht en wordt een stevige partner voor onze intercommunales. We voeren de selectieve inzameling in van pMD en papier en karton met duo-ophaalwagens

1997

De strijd tegen het dioxinemonster is begonnen. DIFtAr op de containerparken, een gedurfde uitdaging voor onze gemeenten

1998

Het sorteercentrum voor pMD en papier en karton wordt officieel geopend. De dioxinecommissie doet haar werk en Aminal stopt de afvalverbranding

1999

De eerste strijd tegen het dioxinemonster hebben we verloren. We geven niet op en maken van de nood een deugd en investeren in een verregaande rookgaszuivering

63

66

69

73

78

83

87

92

99

102

106

112

115

122

128

133

141

imog.indb 8 18/08/09 12:19

Page 9: van afval tot grondstof

9

van afval tot grondstof

2000

De afvalverbranding is opnieuw in werking - alle emissies blijven ruim onder de norm. De kleiontginning wordt opgestart

2001

De groencompostering baart ons kopzorgen want er is geurhinder. Imog krijgt een eigen website

2002

Voorzitter roger terryn viert zijn jubileum als burgemeester van Deerlijk.

VLACo viert zijn tiende verjaardag

2003

gemeenten vragen om hun containerparken te diftariseren

2004

Er komen groenestroomcertificaten voor elektrische energie uit afvalverbranding. Alle containerparken krijgen een milieustraatje

2005

Afvalverbranding met recuperatie dreigt onder de vennootschapswet te vallen. We verzorgen de inzameling van dode gezelschapsdieren

2006

We verkopen onze eerste groenestroomcertificaten. Met het nieuwe decreet krijgen we jaarlijks twee informatievergaderingen en twee algemene vergaderingen

2007

Imog krijgt een nieuwe voorzitter en het directiecomité wordt verruimd. De analyse van de organisatie leidt tot opnieuw invullen van de directiefuncties

2008

De algemeen directeur gaat op rust. Imog tekent zijn toekomst uit en pakt uit met twee masterplannen, ‘Harelbeke’ en ‘Moen’

2009

De bankencrisis eist ook bij de afvalverwijdering haar tol. op de site in Moen wordt het eerste veld fotovoltaïsche cellen in dienst genomen

Slotwoord

Bijlagen

overzicht van de fracties en de hoeveelheden die selectief werden

ingezameld in 2008

Historiek van de statuten, de aandeelhouders en het kapitaal

Historiek van de advies- en bestuursorganen

Historiek van de tewerkstelling

overzicht van het huidige personeelsbestand

Historiek van de jaarlijkse gewone begroting

Historiek van de jaarlijkse buitengewone begroting

Historiek van de jaarlijkse balanstotalen

Verklarende woordenlijst

147

152

157

164

170

178

183

187

193

200

213

217218

220221232232236237238

239

imog.indb 9 18/08/09 12:19

Page 10: van afval tot grondstof

10

imog.indb 10 18/08/09 12:19

Page 11: van afval tot grondstof

11

VOORWOORD Rik Soens, voorzitter

Imog viert zijn 40-jarig bestaan. Op zo’n moment is even stilstaan onvoldoende, en daarom waren we heel tevreden dat Jacques Soenens, Ere-algemeen-directeur, de uitdaging wilde aangaan om het titanenwerk van de voorbije 40 jaar te vereeu-wigen in een lijvig boek.

Ik dank Jacques dat hij zich gedurende ruim een jaar bijna dagelijks verdiepte in de naslagwerken over de werking van Imog, om ons aldus een overzicht te kun-nen brengen van bijna een halve eeuw – inclusief de voorbereidende jaren – pionie-ren binnen de wereld van het afval en afvalwater, en dit in de ruimste zin van het woord.

Het boek vangt vanzelfsprekend aan met de oprichting van Imog. Hierbij vind ik vandaag de naamkeuze van toen op zijn minst opmerkelijk, met name dan het laatste stuk van de Intercommunale Maatschappij voor Openbare Gezondheid.

Jawel, bij de oprichting van de intercommunale was afvalinzameling en -ver-werking een hygiënische uitdaging. Heden ten dage behoren de activiteiten eerder tot de milieusector. Zo zie je maar hoe het engagement van de ganse bevolking en Imog in het bijzonder in een korte periode van veertig jaar leidt tot een beter welzijn.

Hiermee wil ik dan ook aangeven dat heel veel actoren betrokken zijn bij het afvalgebeuren.

De stichtend voorzitter, wijlen Jozef Lambrecht, de gedreven pionier, wijlen Fries Bijttebier en mijn voorganger Roger Terryn, die vanuit een vertrouwens-relatie met bestuurders en medewerkers verder bouwden op de ingeslagen weg, hebben in samenwerking en in vertrouwen met hun Raad van Bestuur en de Imog-medewerkers, Imog uitgebouwd tot een koploper onder de afvalverwerkings-intercommunales.

De werking van ons industrieel bedrijf gebeurt steeds vanuit een goed nabuur-schap.

Toen Napoleon Bonaparte en Eugène Poubelle voor onze gemeenten verplich-tingen uitschreven inzake afvalinzameling, was er nog lang geen sprake van Europese en Vlaamse regelgeving inzake het afvalbeleid.

Toch is het het lokale beleid dat hieraan invulling gegeven heeft, en nog steeds geeft. Samen met de stads- en gemeentebesturen wil Imog hierin een voortrekker zijn en blijven. Een wederzijds vertrouwen tussen gemeente en intercommunale liggen hiervoor aan de basis.

Het is bij deze viering dan ook gepast om een woord van dank te richten tot alle actoren en overheden die bijgedragen hebben en bijdragen aan onze uitdagingen.

van afval tot grondstof

imog.indb 11 18/08/09 12:19

Page 12: van afval tot grondstof

12

VEErtIg jAAr pIonIErEn In AFVALBEHEEr En WAtErZuIVErIng In DE rEgIo ZuID-WESt-VLAAnDErEn

Ik ben ervan overtuigd dat Imog klaar is voor nog eens (minstens) veertig jaar, en hierbij worden de nieuwe maatschappelijke uitdagingen niet uit de weg gegaan. Onderwerpen die ons de komende jaren vanuit de opgebouwde expertise zullen be-geesteren, zijn onder andere het Kyoto-protocol, broeikasgassen en CO2, ‘cradle to cradle’ of van wieg tot wieg, milieuverantwoord productgebruik, afval is grondstof en energie, duurzaam omgaan met grondstoffen en energie, enz.

Vanuit deze sterke expertise willen wij het Imog-kenniscentrum uitbouwen voor de inwoners en bedrijven van onze regio. Iedereen kan zien dat wij ervan over-tuigd zijn dat dit boek een eerste deel is in het Imog-verhaal, het is zeker nog niet ten einde, integendeel.

Ter afronding willen wij Jacques nogmaals welgemeend danken voor een boek dat voor ons allen, en voor elk op zijn eigen domein, heel nuttig is.

imog.indb 12 18/08/09 12:19

Page 13: van afval tot grondstof

13

van afval tot grondstof 1234-1234

INLEIDINGJacques Soenens, Ere-algemeen-directeur

Beste lezer,

In één werk veertig jaar Imog neerschrijven, bleek niet zo simpel als we aanvan-kelijk dachten. Het is een verhaal over ‘een heleboel’ mensen, met ‘een heleboel’ cijfers en data, met evenveel opgaven als activiteiten en een berg van problemen en oplossingen. Eigenlijk kun je er weinig of niks uit weglaten of wegdenken, want alles heeft een link met alles, het zijn de vele kleine dingen die grote dingen groot maken.

In de beginjaren van Imog was er rond afvalverwerking quasi geen beleid. Na veertig jaar is dit er al enigszins wel en laten wij hopen dat het nog verder en ster-ker kan uitgroeien. De vereniging heeft naar mijn mening haar doelstelling alle eer aangedaan maar het is aan de lezer van het werk om dit al dan niet te beamen.

De lezer tracht ik in de eerste plaats te confronteren met het feit dat Imog geen enkele opdracht uit de weg is gegaan tijdens de enorme evolutie die de vereniging heeft meegemaakt. Het vele cijfermateriaal zal hiervoor het bewijs leveren en zal tevens aantonen hoeveel investeringen er werden opgezet en vooral hoe fel de kos-ten voor dit alles in de loop der jaren zijn opgelopen.

We beginnen met afvalwaterzuivering en huisvuilverbranding en maken van Harelbeke ons eerste thuisfront. Maar er is werk genoeg en naast de huisvuilver-branding laten we de site samen met het sorteercentrum evolueren tot een volwaar-dig geïntegreerde afvalverwerkingseenheid. En ons thuisfront moeten we uitbreiden: al snel laten we ons oog vallen op de site in Moen die we vanuit de stortplaatsac-tiviteit verder uitbouwen tot een geheel van diverse verwerkingsactiviteiten zoals composteren, sorteren, transporteren en recycleren.

De overtuiging dat we bij de aanvang van elke nieuwe uitdaging alles snel onder controle zouden krijgen, hebben we al snel achter ons moeten laten. Telkens weer hebben we kunnen vaststellen dat werken ‘met en rond afval’ met nieuwe technie-ken niet zo maar van een leien dakje loopt. Eens we op de goede weg zijn, komen de tijden er aan van bijsturingen en investeringen omwille van strengere regelge-ving, omwille van technische aanpassingen, omwille van evoluerende technieken en het altijd noodzakelijke onderhoud. Het is niet zo evident om installaties als een afvalverbranding na dertig jaar werking nog als bedrijfsklaar in overeenstem-ming met de regelgeving te kunnen voorleggen en exploiteren. Dit is alleen moge-lijk door voortdurend te werken aan alles wat stuk gaat of beter zou kunnen. Want afvaltechnieken zijn technisch veeleisend en worden voortdurend onderworpen aan de meest verslijtende fenomenen. Beginnen was belangrijk, doorzetten nog be-langrijker. Gelukkig konden we bogen op een sterke ploeg medewerkers die zowel

imog.indb 13 18/08/09 12:19

Page 14: van afval tot grondstof

14

VEErtIg jAAr pIonIErEn In AFVALBEHEEr En WAtErZuIVErIng In DE rEgIo ZuID-WESt-VLAAnDErEn

administratief als technisch nooit wilden versagen. Gelukkig hadden we daarnaast ook een dynamisch bestuur waarmee we in vertrouwen konden samenwerken want zonder een jawoord en de financiële steun en waarborgen van het bestuur en de gemeenten-vennoten komt een Intercommunale nergens. We hebben dit alles tot uiting laten komen in dit werk.

Als openbare instelling is Imog voor dit alles heel erg gebonden aan een strenge regelgeving, wat de snelheid van uitvoering en een haalbare timing meestal niet ten goede komt. Soms zijn er ook voordelen zoals de mogelijkheden voor het verkrijgen van subsidies. Het vraagt veel tijd maar het werkt stimulerend en is in sommige gevallen financieel aantrekkelijk. Maar investeren op basis van subsidies vraagt heel wat visie en durf, want achteraf moet je als initiatiefnemer en investeerder wel zelf opdraaien voor de exploitatie van het genomen initiatief, wat in een snel evoluerend afvalbeleid niet altijd voor de hand ligt. Het is een boeiende ervaring dat bij elke investering in afvalverwerking de basisinvesteringen naderhand heel fel moeten worden bijgestuurd, iets wat dan wel op eigen kracht en met eigen finan-ciële middelen moet gebeuren.

We konden het titanenwerk van zoveel mensen onmogelijk verder laten rusten, verscholen in nota’s en vergeelde verslagen van Raden van Bestuur en jaarvergade-ringen, weggeborgen in stoffige mappen. We hebben gepoogd om alles te bundelen in dit boek. Het moet de lezer op zijn minst een idee geven van de visie van de stichters en van het doorzettingsvermogen van de bestuurders die het allemaal voor hun ogen en hun gedachten zagen voorbijgaan. Het zal u tonen hoe noest de medewerkers van het eerste uur er zich doorheen hebben geslagen en hoe intens de collega’s van nadien en van nu, het werk nog steeds met heel veel inzet voortzetten. Alle betrokkenen, en ze zijn met velen, zullen zich op één of andere wijze kunnen vinden in het ‘40-jarig Imog-verhaal’. De vertegenwoordigers van de gemeenten en de bestuurders zullen verwonderd zijn van de vele investeringen gedurende al die jaren en de dienstverleningen die er uit zijn voortgevloeid. Sommige verhalen zullen bij velen van onze medewerkers de beelden van toen en van nu terugroepen. Allen die ons hebben bijgestaan met studiewerk, ontwerpen, realisaties en leve-ringen, kunnen tevreden en fier terugblikken op één of andere samenwerking met onze vereniging.

Aangaande de inhoud heb ik een beroep gedaan op verslagen van vergaderin-gen, nota’s en jaarverslagen aangevuld met een pak ervaring die ik tijdens mijn lange loopbaan bij Imog heb mogen opdoen en een massa informatie die ik heb kunnen opvangen.

imog.indb 14 18/08/09 12:19

Page 15: van afval tot grondstof

15

van afval tot grondstof

Voor het verhaal van de beginperiode kreeg ik deze informatie van de bestuur-ders van het eerste uur en van de leden van de technische commissie. Nadien heb ik alles zelf mogen meebeleven, hetgeen mij toeliet om Imog te situeren vanuit zijn opdracht voor zijn gemeenten-vennoten, in het geheel van het Vlaamse afvalbeleid.

De veelheid van informatie en gebeurtenissen gedurende de veertig jaar Imog hebben het ons niet gemakkelijk gemaakt om de keuze te maken om die al dan niet mee te nemen in het verhaal. Voor sommige lezers zullen niet alle passages even in-teressant zijn. Toch hebben we getracht om een totaalbeeld te brengen zodat allen die op één of andere wijze betrokken waren bij de vereniging, zich zoveel mogelijk toch nog hier en daar zullen kunnen vinden in de historie. Hetzelfde geldt voor de vele cijfers die een getrouw beeld geven van de vele investeringen. Ze zijn vooral het bewijs van de vele inspanningen en de steeds hoger oplopende kosten rond afvalbe-heer tijdens de voorbije veertig jaar.

Om de lezer wegwijs te maken in de vele afkortingen en typische namen en woorden, hebben we deze overal in het boek cursief weergegeven. De bijhorende verklaring van deze cursief weergegeven items is terug te vinden in de lijst achter-aan waar deze alfabetisch zijn gerangschikt.

Dit werk is geschreven met een kijk vanuit ‘de vereniging’ zodat ik het woord ‘ik’, waar het over mijn eigen persoon gaat, niet hoef te gebruiken. Voor de feiten heb ik me gehouden aan de informatie uit verslagen of van hetgeen ik er nog van heb onthouden. Hier en daar is de verleiding groot geweest om vanuit persoonlijke ervaringen wat informatieve of kritische bedenkingen te maken. Deze neem ik dan maar voor mijn eigen rekening. Soms breng ik indrukken en kleine anekdotes rond mensen of gebeurtenissen, dit maakt het geheel wat luchtiger en geeft aan dat het vooral een verhaal is van mensen vóór mensen, een verhaal van ‘heel veel’ soms kleine dingen die grote dingen groot maken.

imog.indb 15 18/08/09 12:19

Page 16: van afval tot grondstof

16

VEErtIg jAAr pIonIErEn In AFVALBEHEEr En WAtErZuIVErIng In DE rEgIo ZuID-WESt-VLAAnDErEn

imog.indb 16 18/08/09 12:19

Page 17: van afval tot grondstof

17

van afval tot grondstof 1234-1234

imog.indb 17 18/08/09 12:19

Page 18: van afval tot grondstof

imog.indb 18 18/08/09 12:19

Page 19: van afval tot grondstof

19

van afval tot grondstof

Vroeger was het anders

Hier op het platteland, op den buiten, zien we mensen de gezeefde as uit hun Leuvense stoof wegbrengen naar het wegeltje in de achtertuin. Van voren naar achteren, van achteren naar voren. Zo krijgt het pad stilaan de brood-nodige verharding om zowel in zomer- als wintertijd, bij droog en nat weer, beloopbaar te blijven. Veel afval is er niet, want die oude Leuvense kachel verbrandt wel wat. Voor het dagelijks aanmaken van het vuur komen de wei-nige papier- en kartonresten samen met wat houtafval en alles wat ook maar enigszins brandbaar is, goed van pas. Geregeld worden oude kleren en vodden aan huis opge-haald door de plaatselijke voddenraper. Ze worden aan de deur gewogen met een hengsel, een eenvoudig hand-weegtoestel en de vrouw des huizes krijgt er nog wat voor. Hetzelfde gebeurt met de restjes oud ijzer die men zorg-vuldig opspaart. Zelfs voor de gedroogde konijnenvellen komt er af en toe wel een opkoper langs. Dit alles tegen een kleine maar niet te versmaden vergoeding.

Groenafval en etensresten zijn er nauwelijks. Mensen eten hun bord leeg en wat soms toch nog over-blijft, gaat naar kippen, konijnen en andere huisdieren. Aardappelschillen zijn goed om in de namiddag de gloei-ende kolen te bedekken en het vuur in de kachel aan te houden tot tegen de avond. Pas dan krijgt het kacheltje opnieuw wat verse kolen, klaar voor het opwarmen van de prakkies van ‘s middags voor het avondeten.

Gebroken potten en glazen en af en toe wat lege con-servenblikken zijn er nog niet zoveel. Wat er wel is, wordt dan meestal nog ondergespit in de grond, om later, bij één of andere klus weer te worden opgegraven.

Maar niet alles kan ter plaatse worden gedumpt. Al vroeg ontstonden er zowel in de gemeenten als in de stad huisvuilophalingen. Wekelijks zetten de mensen er hun afval op straat in oude wastobbes en komt de vuilniskar langs om de afvalresten weg te halen. De oude gegalvani-seerde wastobbes doen net zolang dienst tot de bodem er helemaal uitvalt. Dan reizen ze op die bewuste dag mee met de rest van het afval, de vuilniskar op, naar het stort. Straten en steegjes worden afgedweild, eerst met paard en kar, later komen er tractoren en vrachtwagens gevolgd door de huidige gesofisticeerde ophaalwagens.

Lage weilanden, omwallingen, verlaten kleigroeven en uitgravingen van zandwinningen worden er met de af-valresten opgevuld. Die afvalbegraafplaatsen krijgen al-

lerlei typische volksnamen als ‘t stort, de vuilnisbelt, de vette kaaie enz. Als kind spelen we op de vette kaaie (de scavengers van de streek van de jaren 1950 …), we kunnen er vuurtje stoken en vinden er dingen van mensen – soms haal je er nog iets uit dat bruikbaar is. Het vernikkeld potje dat we ooit mee naar huis brachten, heeft nog jaren gediend als scheerpotje voor vader. Het was onbewust, maar een eerste vorm van recyclage was alvast geboren.

Hier en daar had elke gemeente en stad wel een plaats waar ze hun afval konden dumpen.

De streek werkt hard en de welstand steekt de kop op. Winkelrekken worden steeds meer gevuld en we consu-meren. Heel snel komt er altijd meer afval en de beschik-bare opvulbare ruimtes geraken geleidelijk aan vol. Het afval krijgt steeds meer een geurtje; organische stoffen, plastic en brandbare materialen beginnen stilletjes aan een opmars. De hoeveelheden nemen angstwekkend toe, zowel in volume als in gewicht.

Het minste dat men kan zeggen is dat naarmate de tijd vordert, de interesse in een vuilnisbelt zowel bij de politici als bij de bevolking snel afneemt. En toch moe-ten er oplossingen komen - een niet te onderschatten op-dracht voor de beleidsmakers, de politici op gemeentelijk, provinciaal, nationaal en internationaal niveau. Het zal heel wat tijd, moeite en geld kosten.

In dit werk, over veertig jaar Imog, zien we hoe de streek met zijn politici en de bevolking geprobeerd heeft er iets beters van te maken, zodat men ook in de toe-komst hierop terug kan kijken.

Er is veel werk, hoog tijd dus om er aan te beginnen

Burgemeesters Lambrecht en Lanneau zijn de voortrekkers

In de naoorlogse jaren en het begin van de jaren 1950 werd heel wat stortruimte gebruikt voor de opruiming van de ruïnes van het oorlogsgeweld. Tegen het einde van de jaren 1960 raken de beschikbare plaatsen in de regio waar nog kan worden gestort, snel en zeker opgevuld.

De economie neemt alsmaar toe en bedrijven schieten als paddenstoelen uit de grond. De welstand en de koop-kracht stijgen, samen met de werkgelegenheid. Het aan-

imog.indb 19 18/08/09 12:19

Page 20: van afval tot grondstof

20

VEErtIg jAAr pIonIErEn In AFVALBEHEEr En WAtErZuIVErIng In DE rEgIo ZuID-WESt-VLAAnDErEn

bod aan gebruiks- en verbruiksgoederen neemt steeds sneller toe en de afvalhoeveelheden van bedrijven en ge-zinnen stijgen angstwekkend.

Er kan nu kwistig worden omgesprongen met water want er komt kraantjeswater. Zuinig omspringen met regenwater en putwater is absoluut niet aan de orde. Ligbaden zijn in en wassen gebeurt stilaan meer met au-tomatische wasmachines, echte waterverslinders, maar geen nood want het water is spotgoedkoop, het is gemak-kelijk, het werkt.

Tot dan toe waren onze vlasroterijen misschien wel de grootste watervervuilers van de streek, en ook stank was navenant, maar niemand die er ooit om klaagde, de vlasbedrijven verschaffen namelijk werk en ze brengen eten op tafel. Er is geen andere keuze. Maar stilletjes aan kwijnen ze weg omwille van wijzigende marksituaties en worden ze vervangen door metaalverwerkende- en tex-tielbedrijven. Het waterverbruik en de -vervuiling ne-men angstwekkend toe.

Geleidelijk aan komen onze beleidsmensen tot het besef dat het zo niet verder kan en dat er dringend ini-tiatieven dienen te worden genomen om één en ander nog tijdig in goede banen te kunnen leiden. IJveren naar milieuvriendelijke en economisch verantwoorde oplos-singen worden beleidsopties met hoge prioriteit.

In Zuid-West-Vlaanderen zijn de politici zich meer dan bewust dat het hoog tijd wordt om er iets aan te doen. Als stad aan de Leie wordt Kortrijk met zijn toen ruim 42.000 inwoners al snel geconfronteerd met het verhaal van huisvuil en vuil water. Haar stortplaatsen ra-ken snel vol en men ziet de Leie zienderogen veranderen van kleur. Het is tijd om in actie te treden.

Van hogerhand werkt men langzaam maar zeker aan de tot dusver onaangepaste wetten inzake afvalwater en afval. Iedereen blijkt bezig te zijn maar het is een pro-bleem van moed en daadkracht (wie zal het doen) en vooral van financiering (wie zal dit betalen)?

Burgemeester Lambrecht van de stad Kortrijk neemt het initiatief. Hij geeft zijn medewerkers de opdracht één en ander te analyseren en te onderzoeken. Zij laten zich omringen door de betrokkenen van de diverse dien-sten en de technische commissie krijgt vorm. Deze is aanvankelijk samengesteld uit volgende leden: Etienne Blondeel, provinciaal ingenieur van de technische dien-sten der wegen te Kortrijk, André Desmet, stadsingeni-eur Harelbeke, Fernand Vanwalleghem, stadsingeni-

eur Kortrijk, Willy Lapere, burgerlijk conducteur, Eric Kemp, Ere-stadsconducteur Kortrijk en Sigfried Devroe, stadsconducteur Kortrijk.

Ook de andere gemeenten uit de regio worden zien-derogen met dezelfde problemen geconfronteerd. Het lijkt al snel duidelijk dat er hier een taak is weggelegd voor een vereniging van gemeenten waarbij ze de krach-ten bundelen in één organisatie, een intercommunale, die met ruime initiatieven kan omgaan.

Om economische redenen zal vooral voldoende schaalgrootte hier belangrijk zijn. Hiervoor beschikken gemeenten over de mogelijkheid om zich te verenigen in een intercommunale. Een intercommunale is een vereni-ging van gemeenten die onderworpen is aan een regelge-ving die van hogerhand is vastgelegd.

Zo’n organisatie heeft haar eigen doelstellingen. Voor de dagdagelijkse werking kan een beroep worden gedaan op externe specialisten, technici en eigen personeel. Ze wordt beheerd vanuit een Raad van Beheer die regelma-tig zal samenkomen voor het nemen van beslissingen die moeten leiden tot het bereiken van de vooropgezette doelstellingen. Het College van commissarissen zal toe-zicht houden op de financiën.

Burgemeester Lambrecht kan al snel rekenen op heel wat belangstelling van enkele collega’s burgemeesters uit de naburige gemeenten (Deerlijk, Harelbeke, Heule, Kuurne, Ooigem en Zwevegem).

Op 21 september 1967 is er in de schepenzaal van het stadhuis te Kortrijk een uitgebreide vergadering. De gemeenten Deerlijk, Harelbeke, Heule, Kortrijk, Kuurne, Ooigem, Zwevegem, Aalbeke, Bissegem, Gullegem, Lauwe, Marke en Moorsele zijn hierop uitgenodigd.

Deze vergadering wordt voorgezeten door Jozef Lambrecht, burgemeester van Kortrijk.

Naast vertegenwoordigers van de eerste zeven ge-meenten zijn aanwezig: Fries Bijttebier, (schepen van openbare werken), Hendriek Caveye (stadssecreta-ris Kortrijk), Fernand Vanwalleghem (stadsingenieur Kortrijk), Eric Kemp (Ere-stadsconducteur Kortrijk) en Remi Duynslaeger (afdelingschef Kortrijk).

De gemeentebesturen van de eerste zeven gemeenten hebben intussen reeds in hun gemeente met een raadsbe-sluit goedkeuring verleend aan de ontwerpteksten van de statuten en principieel beslist tot toetreding tot een op te richten intercommunale, het latere Imog. Kortrijk zal aan-vankelijk de last op zich nemen voor de administratieve

imog.indb 20 18/08/09 12:19

Page 21: van afval tot grondstof

21

van afval tot grondstof

afhandeling van de acties voor de oprichting van Imog en notaris Maertens zal de oprichtingsakte verlijden.

De eerste mandaten van beheerder en commissaris die later zullen worden ingenomen door gemandateerden uit de gemeenten (raadsleden of externen), worden vast-gelegd.

Gemeenten inwoners beheerders commissarissen

Kortrijk 45.310 4 2

Deerlijk 9.768 1

Harelbeke 17.981 1 1

Heule 9.459 1

Kuurne 12.228 1 1

Ooigem 2.593 1

Zwevegem 11.534 1 1

Gilbert Maertens, gemeentesecretaris van Kuurne, wordt aangesteld als secretaris van de vereniging. Remi Duynslaeger wordt secretaris van het College van com-missarissen en de Technische commissie wordt behou-den. Vanaf heden krijgt ze de opdracht om haar taak ver-der te zetten, die zal erin bestaan om onder meer studies uit te voeren en in te staan voor de nodige voorlichting en raadgevingen aan de Raad van Beheer.

Als minimum kapitaal wordt voorzien in 10.000.000 fr. Elke toegetreden gemeenten onderschrijft 100 fr. per inwoner.

Op 27 november 1968 is er een belangrijk overleg op het kabinet van de heer burgemeester van Kortrijk en aan-wezig waren: Jozef Lambrecht, burgemeester, Hendriek Caveye, stadssecretaris, de heer Van Schaeren, adjunct-adviseur Binnenlandse Zaken, Fernand Vanwalleghem, stadsingenieur Kortrijk, Sigfried Devroe, stadscon-ducteur Kortrijk, Eric Kemp, commandant brandweer Kortrijk en Remi Duynslaeger, afdelingschef en verslag-gever.

In het verslag van dit overleg vinden we volgende tek-sten terug:

(…) Doel van de bespreking is het oppuntstellen van de de-finitieve teksten van de statuten en het inwinnen van cij-fermateriaal in verband met de kostprijs voor het bouwen van rioolwaterzuiveringsinstallaties, collectoren, huisvuil-verwerking, werkings- en exploitatiekosten, raming van het aandeel van de deelnemende vennoten, e.a.

De heer Van Schaeren laat opmerken dat het doel van Imog tweeledig is: 1° de rioolwaterzuivering en 2°de huisvuilver-werking. Hij trekt de aandacht voor de grote investerings- en exploitatiekosten in verband met rioolwaterzuivering en deelt mede dat de nieuwe wet op de rioolwaterzuiverings-installaties zo goed als afgehandeld is en klaar is om ter goedkeuring te worden voorgelegd aan de Kamer. Hierdoor zou goedkeuring van de Imog-statuten mogelijk zijn via een Koninklijk besluit (KB) en zou de mogelijkheid openblijven voor Imog om naderhand de afvalwaterzuivering links te laten liggen en zich te beperken tot huisvuilverwerking. Imog zal na het verschijnen van de wet kunnen oordelen of het al dan niet gewenst is wijzigingen in die zin aan te brengen aan haar statuten te wijzigen in verband met uit-breidingen van haar werking tot rioolwaterzuivering. (sic)

De vertegenwoordigers van Stad Kortrijk zijn hier niet optimistisch over en dringen aan op een compromis waar-bij Imog in zijn doelstellingen naast afvalverwerking ook afvalwaterzuivering opneemt, maar dit doet onder het be-ding dat er met de studies van afvalwaterzuiveringsinstal-laties en collectoren geen aanvang wordt gemaakt binnen de termijn van één jaar na de datum van de oprichting.

De teksten van de ontwerpstatuten worden verder afge-werkt. Imog zal deze teksten laten goedkeuren in zijn zit-ting van de Raad van Beheer. Op deze basis zal het depar-tement van Binnenlandse Zaken een KB treffen houdende goedkeuring van de statuten. (Einde verslag 27 november 1968, Duynslaeger Remi)(sic).

Uit het verslag blijkt dat Imog van bij de aanvang so-wieso het globale afvalprobleem en het probleem van af-valwater wil aanpakken. Maar van hogerhand werkt men aan afzonderlijke structuren voor het afvalwaterbeleid, vandaar de opmerking van de heer Van Schaeren rond de doelstellingen in de statuten. Want vergeten we niet dat de statuten ook door de hogere overheid zullen moeten worden goedgekeurd. Door een passende keuze van de teksten in de statuten zou Imog naast initiatieven om-trent afval aanvankelijk ook wel initiatieven kunnen ne-men rond afvalwater om deze later te kunnen doorgeven aan een andere organisatie.

imog.indb 21 18/08/09 12:19

Page 22: van afval tot grondstof

22

VEErtIg jAAr pIonIErEn In AFVALBEHEEr En WAtErZuIVErIng In DE rEgIo ZuID-WESt-VLAAnDErEn

1969

Imog wordt boven de doopvont gehouden

Huisvuilproblematiek is niet alleen een probleem van de regio Zuid-West-Vlaanderen maar van de ganse pro-vincie en van het ganse land. Het zijn vooral de dichtbe-volkte regio’s die het eerst geconfronteerd worden met een gebrek aan ruimte voor stortplaatsen. Op dat ogen-blik, eind jaren 60, is het afvalprobleem in hoofdzaak een volume- en ruimteprobleem, en daarom gaat men overal op zoek naar systemen die afval neutraliseren en het vo-lume reduceren.

Om één en ander te structureren, wordt er ook op provinciaal niveau gewerkt. Op dinsdag 10 juni 1969 is er op het stadhuis van Kortrijk een consultatievergade-ring op initiatief van het Provinciaal Gouvernement van West-Vlaanderen onder het voorzitterschap van Piet Monballieu, Bestendig Afgevaardigde van de provincie West-Vlaanderen. Hij deelt mede dat in opdracht van de provincie door de intercommunales voor streekontwik-keling Leiedal en WITAB een studie wordt gemaakt over Huisvuilverwijdering en -verwerking. De provincie zou worden ingedeeld in 10 sectoren met elk een volwaardige economische werking.

Binnen elke sector zou één huisvuilverwerkingsin-stallatie kunnen worden gebouwd. De sector Kortrijk omvat de volgende gemeenten: Gullegem, Heule, Kuurne, Hulste, Bavikhove, Bissegem, Harelbeke, Marke, Aalbeke, Rollegem, Bellegem, Zwevegem, Beveren-Leie, Deerlijk, Ooigem en Kortrijk zelf. Op de vergadering licht de heer Thienpont, hoofdingenieur-directeur bij de Dienst aanverwante technieken op het Ministerie van Volksgezondheid, toe dat men de inzameling van huis-vuil omwille van de hoge investeringen en de productivi-teit intercommunaal dient aan te pakken.

Gemeenten uit de Imog-regio die nu niet aansluiten, zullen dit later moeten doen wat voor hen uiteindelijk een duurdere optie zal blijken. Zij die over voldoende ruimte beschikken voor tenminste 20 jaar stortgelegen-heid, zullen door het Ministerie worden aangeraden om op die plaatsen het huisvuil te storten. Dit houdt in dat er een oppervlakte van 20 à 30 ha nodig is met een opvul-ling van 2 à 3 meter, en dit voor een regio van 40.000 à 75.000 inwoners.

De kostprijs voor deze methode wordt geraamd op

180 à 300 fr. per ton. Verbranding van huisafval is te verkiezen boven verkleinen en composteren, maar is ook de duurste optie. Vanaf nu zullen er voor elke intercom-munale keuzes moeten worden gemaakt over de aard van de verwerking en alles wat er mee samen gaat. Bij Imog fixeert men zich nogal snel op de verbranding van het af-val omdat hierdoor vooral het volume wordt aangepakt, terwijl men ook mogelijkheden ziet voor het verwerken van de resten uit de verbranding, namelijk de assen uit de ovens.

Een technische commissie start een onderzoek in-zake de inzamelingen en de recipiënten. Het inzamelen van zakken veroorzaakt minder lawaai en levert in ver-gelijking met een systeem van vuilnisbakken een kosten-besparing op van 30%. Papieren zakken zijn te verkiezen boven plastic zakken omdat deze laatste bij verbranding – door chemische werking – onderdelen van de verbran-dingsinstallatie zouden kunnen aantasten. Anderzijds is er, bij huisverwarming op kolen, mogelijk brandgevaar omwille van nog smeulende as in de huisvuilzakken, hoe-wel het hier geen verschil uit maakt of er papieren dan wel kunststofzakken worden gebruikt.

Voor het inschatten van de capaciteit van een moge-lijke afvalverwerkingsinstallatie wordt rekening gehou-den met de aangroei van de bevolking en de economische ontwikkeling. Gebaseerd op de verwachte evolutie van de afvalhoeveelheden zijn er volgens de subsidiërende overheid drie mogelijke scenario’s. Men mag immers verwachten dat van bij de aanvang niet alle gemeenten zullen aansluiten en dat de afvalhoeveelheden wel eens zouden kunnen toenemen.

Uitgaande van de ervaring in andere regio’s kan de Imog-regio zich voor zijn afvalverwerking baseren op drie scenario’s.

Scenario A: • Afval van 85.000 inwoners• 750 gram huisvuil per dag per inwoner• 250 à 300 kg per inwoner per jaar, geeft een aan-

voer van 90 ton per dag

Scenario B: • Afval van 146.000 inwoners• 850 gram huisvuil per dag per inwoner• 250 à 300 kg per inwoner per jaar, geeft een aan-

voer van 175 ton per dag

imog.indb 22 18/08/09 12:19

Page 23: van afval tot grondstof

23

van afval tot grondstof 1969

Scenario C: • Aangroei bevolking over 20 jaar met 15% tot

170.000 inwoners• 1 kg huisvuil per dag per inwoner• 62.000 ton afval per jaar met een verbrandings-

waarde van 2000 kcal/kg

Om deze scenario’s te overbruggen zijn bij het ont-werpen van een afvalverbrandingsinstallatie de volgende opties mogelijk:

Installatie type I. Twee ovens van 6 à 6,5 ton per uur met een stortbunker van 1.000 m3

• Scenario A: werking 12u/dag in 5-dagenweek

• Scenario B: werking 20u/dag in 5-dagenweek

• Scenario C: werking 24u/dag in 5-dagenweek

Installatie type II. Twee ovens van 5 à 5,5 ton per uur met een stortbun-ker van 2.400 m3

• Scenario A: werking 14u/dag in 5-dagenweek

• Scenario B: werking 19u/dag in 6-dagenweek

• Scenario C: werking 24u/dag in 6-dagenweek

Installatie type III. Twee ovens van 4,2 à 4,6 ton per uur met een stortbunker van 3.700 m3

• Scenario A: werking 16u/dag in 5-dagenweek

• Scenario B: werking 22u/dag in 6-dagenweek

• Scenario C: werking 24u/dag in 7-dagenweek

| In de naoorlogse periode werd het huisvuil ingezameld en opgehaald via huisvuilemmers. In de steden waren dat uniforme gegalvaniseerde emmers. Op den buiten werden hiervoor allerlei recipiënten gebruikt zoals oude wastobbes en steriliseeremmers.

imog.indb 23 18/08/09 12:19

Page 24: van afval tot grondstof

24

VEErtIg jAAr pIonIErEn In AFVALBEHEEr En WAtErZuIVErIng In DE rEgIo ZuID-WESt-VLAAnDErEn

De prijs voor de verwerking stijgt pro rato de ontwerp-capaciteit en het volume van de bunker, en voor type III kunnen de volgende investeringen worden geraamd:

Elektromechanische uitrusting 68.000.000 fr.

Burgerlijke bouwkunde 24.000.000 fr.

Grondaankoop 7500 m2 1.500.000 fr.

Totaal 93.500.000 fr.

Volgens het toen bestaande Regentbesluit kon men voor investeringen in huisvuilverbranding steeds 30% subsidie krijgen, en op verzoek van de Speciale commis-sie is het mogelijk om de subsidie te verhogen tot 60%. In West-Vlaanderen kan redelijkerwijs ook verwacht wor-den dat er een provinciale subsidie komt.

Een kostenraming voor de werking van bovenvermel-de types kan men als volgt samenvatten:

Type A: 88 fr. per inwoner of 321 fr. per ton

Type B: 68 fr. per inwoner of 236 fr. per ton

Type C: 76 fr. per inwoner of 209 fr. per ton

Afgerond zouden de exploitatiekosten, wanneer men 60% subsidie krijgt, oplopen van minimum 220 tot maxi-mum 350 fr. per ton.

Op 9 september 1969 houdt Imog op het stadhuis van Kortrijk de oprichtingsvergadering en een eerste verga-dering van wat toen nog Raad van Beheer werd genoemd (later wordt dit Raad van Bestuur). Hierbij worden de volgende beheerders aangesteld: Roger Terryn (schepen Deerlijk), Gerard Lanneau (burgemeester Harelbeke), Octaaf Geysen (gemeentesecretaris Heule), Jozef Lambrecht (burgemeester Kortrijk), Fries Bijttebier (schepen Kortrijk), Julien Mathys (raadslid Kortrijk), Carlos Verhenne (raadslid Kortrijk), Adriën Depoortere (raadslid Kuurne), Georges Vanden Avenne (raadslid Ooigem) en Gabriël Gousseau (raadslid Zwevegem).

De vergadering wordt geopend met de heer Jozef Lambrecht als eerste voorzitter en Gerard Lanneau als eerste ondervoorzitter. Gilbert Maertens (gemeentese-cretaris Kuurne) wordt secretaris en Remi Duynslager zal instaan voor de bedrijfsboekhouding. Allen worden ze met eenparigheid van stemmen verkozen.

Naar aanleiding van deze vergadering wordt er op 9 september 1969 een persnota uitgegeven:

… Ter vrijwaring van de openbare gezondheid wensen de openbare overheid, de private sector het treffen van geschikte middelen ter bestrijding van water-, lucht- en grondbezoedeling. Door het aanleggen van, het bouwen van waterzuive-ringsstations, het oprichten van een dienst voor huisvuilver-werking, kan de openbare overheid daadwerkelijk en effici-ent meehelpen aan dit werk van openbaar nut bij uitstek. Uit de talrijke contacten die de vertegenwoordigers van de gemeentebesturen van Kortrijk en het Kortrijkse hebben gehad met ter zake bevoegde ambtenaren van het Ministerie van Volksgezondheid en uit besprekingen met de Provinciale Overheid blijkt duidelijk dat iedereen begaan is met het bouwen van waterzuiveringstations, collectoren en inrichtingen voor huisvuilverwerking of -vernietiging. Deze openbare instellingen dragen niet alleen bij tot de bevordering van de openbare gezondheid, ook op econo-misch vlak hebben zij een gunstige uitwerking (beperking van stapelgronden, vervoermiddelen en transporten). Zich bewust van hun verantwoordelijkheid inzake openbare gezondheid ‘Decreet van 14 December 1789, art. 50, gesteund en geholpen door de vele en nuttige raad-gevingen op administratief en technisch vlak hen verstrekt door de hoge ambtenaren, en aangespoord door de over-heid hebben de gemeentebesturen van Deerlijk, Harelbeke, Heule, Kortrijk, Ooigem en Zwevegem besloten tot de op-richting van IMOG (Intercommunale Maatschappij voor Openbare Gezondheid). De gemeenteraden van de zeven betrokken gemeen-ten hebben de statuten goedgekeurd en de kredieten tot volstorting van het te onderschrijven kapitaal werden in de respectieve gemeentebegrotingen ingeschreven. De statuten van de Imog werden goedgekeurd bij KB van 20 maart 1969. Op dinsdag 9 september 1969 werd bij notariële akte overgegaan tot de stichting van Imog. De S.V. Imog heeft een tweevoudig doel:• Oprichten en in bedrijf houden van rioolwaterzuive-

ringsinstallaties, met inbegrip van de verwerking van industriële afvalwaters,

• Oprichten en in bedrijf houden van verwerkingsbe-drijven voor afval van alle aard, zoals huishoudelijk afval, straatvuil, tuinafval, ook industrieel afval voor zover het in de installaties afbreekbaar of verbrand-baar is.

De maatschappelijke zetel is gevestigd te Kortrijk, stadhuis.

imog.indb 24 18/08/09 12:19

Page 25: van afval tot grondstof

25

van afval tot grondstof 1969

Op 31 december 1968 bedraagt het gezamenlijke bevolkingscijfer van de zeven aangesloten gemeenten 109.999 inwoners. Het te onderschrijven kapitaal bedraagt 11.004.000 fr., wat overeenkomt met 100 fr. per inwoner en per gemeente. De verkregen bedragen zijn af te ronden naar een hoger duizendtal. Per schijf van 10.000 inwoners hebben de gemeen-ten recht op één beheerder en per schijf van 20.000 inwo-ners op één commissaris, zodat het aantal beheerders is vastgesteld op 10, het aantal commissarissen op vijf. Verder kan nog worden medegedeeld dat het Provinciaal Gouvernement van West-Vlaanderen over-weegt toe te treden tot de Imog. Ook andere gemeenten zullen later tot deze intercommunale kunnen toetreden. De toetredingsvoorwaarden zullen worden besproken op de eerste Raad van Beheer van Imog.

In zijn volgende vergadering, op 23 september 1969, stelt de Raad officieel de technische commissie aan. De commissie wordt ook uitgebreid met Julien Provoost, stadstechnisch ingenieur en deskundige bij de ophaal-dienst van de Stad Kortrijk.

De commissie krijgt als opdracht het opmaken van Het basisontwerp van de verbrandingsinstallatie en van

de studie van de nodige afvalwatercollectoren. Het ont-werp van het zuiveringsstation zal later aan bod komen in een bijzondere studieopdracht door een studiebureau met ervaring in dergelijke opdrachten.

Installaties moeten uiteraard een inplanting krijgen en voor de afvalverbranding en de waterzuivering is het toenmalig stadsbestuur van Harelbeke niet bij de pakken blijven zitten. Ere wie ere toekomt maar het is burge-meester Lanneau van Harelbeke die hierbij het voortouw neemt. Welke politicus zou vandaag nog, zonder bang te zijn hiervoor te worden afgestraft, de moed hebben om de omringende gemeenten aan te bieden om op het eigen grondgebied een site te voorzien voor een verbrandings-oven en een waterzuiveringsinstallatie?

Sinds enige tijd al maakt men in Harelbeke werk van een bijzonder plan van aanleg, het BPA 20 dat speciaal bestemd zal worden als inplanting voor inrichtingen van openbaar nut, in dit geval als terrein waarop de instal-laties voor afvalverwerking en waterzuivering kunnen worden gerealiseerd. Er worden initiatieven genomen voor het opmaken van metingen en schattingen om uit-eindelijk later te kunnen overgaan tot onteigeningen van de bedoelde gronden (10 ha 90 a 42 ca). Er wordt geadvi-seerd tot volledige aankoop.

| Zicht op de terreinen van de vroegere vlasroterijen langs de Leie. Hiervoor werd het BPA 20 langs de Kortrijksesteenweg te Harelbeke ontwikkeld, met bestemming voor openbaar nut, voor de oprichting van installaties voor afvalwaterzuivering en afvalverwerking.

imog.indb 25 18/08/09 12:19