12
naar passie SPREKER OP OPWEKKING 2013 zaterdag, 14.30 uur

van pijn naar passie

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Wess Stafford, internationale directeur van Compassion, vertelt hoe God de pijn uit zijn eigen leven heeft omgevormd tot een passie voor kwetsbare kinderen.

Citation preview

Page 1: van pijn naar passie

naar passie

SPREKER OP OPWEKKING 2013

zaterdag, 14.30 uur

Hoe God Hoe God

gebrokenheid

kan omzetten

in passie voor

mensen.

Page 2: van pijn naar passie

Over Wess StaffordDr. Wess Stafford kwam in 1977 in dienst van Compassion,

waar hij in 1993 directeur werd. In de afgelopen twintig

jaar groeide de organisatie onder zijn leiding van 180.000

naar 1,4 miljoen gesponsorde kinderen in

26 ontwikkelingslanden. Wess is getrouwd met Donna,

heeft twee dochters en woont in Colorado Springs.

Page 3: van pijn naar passie

Wess Stafford is directeur van Compassion International,

een organisatie die wereldwijd 1,4 miljoen kinderen

via lokale kerken van armoede bevrijdt.

Tijdens de Pinksterconferentie 2013 vertelt hij zijn levensverhaal,

en hoe God hem hielp zijn pijn om te buigen naar een passie waardoor

talloze kinderen hulp krijgen.

In zijn boek ‘Te klein om over het hoofd te zien’ vertelt Wess

Stafford over hoe hij als kind werd misbruikt, en hoe hij daarmee is

omgegaan. Een indringend boek over macht, manipulatie, vergeving,

de kwetsbaarheid van kinderen en herstel van gebrokenheid.

In dit boekje leest u een deel van dat verhaal.

Page 4: van pijn naar passie

Wess Stafford groeide op als kind van een zendingsechtpaar in

Ivoorkust. Een deel van zijn jeugd bracht hij door in een kostschool, zodat zijn

ouders hun zendingswerk konden doen.

De mensen die voor de zendingskinderen moesten zorgen, mishandelden de

kinderen echter verbaal en lichamelijk. De ervaringen die Wess er als kind

opdeed, hebben hem dankzij Gods hulp gevormd tot iemand die nu de

belangen van kinderen wereldwijd behartigt. Een waargebeurd verhaal van

pijn, vergeving, Gods redding en passie.

Wesley Stafford werd als kind structureel mishandeld. Toen hij daarover voor het eerst iets Wesley Stafford werd als kind structureel mishandeld. Toen hij daarover voor het eerst iets

naar buiten had gebracht, kreeg hij te horen dat zijn ouders ongerust zouden worden en naar buiten had gebracht, kreeg hij te horen dat zijn ouders ongerust zouden worden en

hun zendingswerk niet meer konden doen. In die setting ontstond de volgende situatie:hun zendingswerk niet meer konden doen. In die setting ontstond de volgende situatie:

Het grote kwaad

Meneer Edwards pakte zijn zakmes en schaafde een kaars aan de stompe kant bij zodat de

pit aan beide kanten kon branden.

“Hier, Wesley,” zei hij met een monter gezicht. “Je wilt zowel God als satan dienen.

Probeer het!”

Ik nam de kaars in mijn koude, bevende vingers. Ik herinner me de volkomen stilte, toen

ik daar voor mijn vrienden stond. Niemand durfde te ademen. Hij streek een lucifer aan

en stak daarmee beide einden van mijn trillende kaarsje aan. Ik staarde ongelovig, terwijl

van pijnnaar passie

van pijnnaar passie

van pijn

Page 5: van pijn naar passie

ik nadacht over wat er over een paar

ogenblikken kon gaan gebeuren.

Hij draaide zijn rug naar me toe en

zette zijn preek voort, in de veronder-

stelling dat ik de kaars niet veel later

zou laten vallen. Ik hoorde alleen de

eerste paar woorden vanwege het

bonzen van mijn hart en het bloed

dat door mijn oren suisde. Mijn angst maakte

me doof. Terwijl de vlammen steeds dichter bij mijn huid flikkerden, werden de ogen van

de kinderen steeds groter. Hij keek weer naar mij en was verrast te zien dat ik de kaars nog

steeds vasthield, maar ging toen des te luider en sneller verder spreken.

Plotseling kwam ik weer tot mezelf. In een kort moment besefte ik het grote kwaad

dat aan de gang was. Ik was niet satans middel; ik was alleen maar een kleine jon-

gen met een gebroken hart die probeerde bevrijd te worden van deze kwaadaar-

dige plaats. Ik hield van Jezus en was mijn papa’s partner in de bediening in de

dorpen. Meneer Edwards loog en al mijn vrienden waren als angstige lammetjes.

Ik dacht heel diep na en zei tot mijzelf: ‘Niet deze keer. Deze keer zullen ze niet

winnen. Het maakt niet uit hoeveel pijn dit gaat doen… ik zal deze kaars niet

loslaten! Ik zal ze niet weer de vreugde van mijn vernedering geven.’ Ik knarste

mijn tanden, kneep mijn billen samen en maakte me klaar voor de pijn die er

op mijn weg zou komen. Niets, ik bedoel echt niets, zou ervoor zorgen dat ik het

zou uitschreeuwen of dat ik de kaars zou laten vallen… niet deze keer… niet

deze keer.

Ik kon slechts vaag zijn woorden horen toen ik naar de huid keek aan beide

kanten van mijn vingers, die eerst rood werd en daarna begon te bubbelen. Op de

achtergrond kon ik vaag horen: ‘Satans middel… Afrikanen naar de hel…’

Nu kwam er een rooksliertje van mijn vingertoppen af. De vlammen raakten mijn

huid. ‘Nee!’ riep ik uit door mijn opeengeklemde tanden. ‘Nee!’

Page 6: van pijn naar passie

Precies op dat moment sprong een van de jongste kinderen uit de eerste rij op en sloeg de

kaars uit mijn met blaren bedekte vingers. Het was voorbij. De bijeenkomst kwam ten einde

toen de kinderen naar voren renden en me troostten.

Ik kan me eerlijk gezegd niet meer herinneren wat er op dat moment met meneer Edwards

gebeurde. Maar zijn bijeenkomst was voorbij. Tenminste, de kinderen hadden genoeg ge-

had. Zij konden niet meer verdragen. Ze hadden uiteindelijk het kwaad herkend.

Naast de lichamelijke en emotionele wreedheid waren we in die tijd ook onbeschermd

tegen seksueel misbruik. Juist de mensen naar wie we toe hadden moeten kunnen snellen

voor veiligheid, waren óf degenen die ons mishandelden óf de laatsten die we konden

vertrouwen. Net zoals met de andere mishandeling bleven we zwijgen. Maar het ging

jarenlang, nacht na nacht, door. Het was niet een eenmalige woede die op een kind werd

gebotvierd door een onvoorspelbare priester of een seksuele confrontatie tijdens een

kampeerweekeind.

Een God om lief te hebben?

Toch heb ik me temidden van al deze trauma’s niet tegen de God wiens naam iedereen

beleed, gekeerd. Immers, juist de volwassenen die ons dagelijks mishandelden, waren ook

degenen die belast waren met onze geestelijke ontwikkeling. We volgden gehoorzaam

hun instructies om elke dag de Bijbel te lezen. We hadden een diep ontzag voor God en

zijn Woord; we legden onze bijbels bijvoorbeeld nooit onder onze stoel. Ze moesten op z’n

minst op borsthoogte gedragen worden, dicht bij of boven ons hart.

Wat een verbazingwekkende ironie dat onze kwelgeesten, nadat ze ons overdag hadden

geslagen, tegen ons hadden geschreeuwd en ons hadden vernederd, ’s avonds bij ons bed

gingen zitten om een bijbelverhaal voor te lezen. Als kleine lammetjes zaten we aan hun

voeten. Hoe gemakkelijk vergaven we het hen.

Page 7: van pijn naar passie

Waarom

Waarom stond God toe, dat ik moest lijden, onder de verschrikkingen van die kostschool?

Waarom greep Hij niet in, toen ik het avond aan avond naar Hem uitschreeuwde om hulp?

Ik heb me vaak voorgesteld dat mijn beschermengelen aan Gods mouw trokken en zeiden:

‘Hoort U kleine Wesley niet? Ziet U zijn erbarmelijke gehuil niet? Kunt U niet iets doen om

hem te verlossen van dit monsterachtige kwaad?’

En dan stel ik me voordat God antwoordde: ‘Ik weet het. Ik zie zijn pijn. Door zijn pijn heen

zal Ik anderen redden. Vertrouw Me maar.’

Ik zeg niet dat deze mishandeling Gods plan was. Maar ik geloof wel dat Hij alles kan

verlossen en uit het kwade het goede kan voortbrengen. Hij vormde mij, zodat ik een

heldhaftige strijd kon voeren in het belang van mishandelde kinderen. Wanneer ik nu

deze kwestie aan de orde stel, is het voor mij niet alleen maar een theoretisch thema, een

onderwerp voor een proefschrift. Ik heb het meegemaakt. Ik heb zelf ervaren, dat wanneer

kinderen niet belangrijk gevonden worden, er dan erg lelijke dingen kunnen gebeuren.

De man die mij eens afranselde wist niet dat dit jongetje ooit de directeur zou zijn van

een internationale organisatie die – nota bene – Compassion heet.

Omgaan met pijn

Het is tragisch dat het meestal makkelijker is om iemand te noe-

men die een negatieve invloed op je leven heeft gehad, dan

iemand die je leven positief heeft beïnvloed. Iemand keek

naar u en zei dat u lelijk was. Iemand zei dat u stom, lomp,

waardeloos of vervelend was – en de woorden raakten u tot

diep in uw ziel en u hebt het er nog steeds moeilijk mee.

U hebt waarschijnlijk een van de volgende twee dingen gedaan met die pijn. U

hebt de opmerking als waar geaccepteerd, waardoor u zich liet begrenzen, en u

erbij neergelegd dat het met uw leven wel niet veel bijzonders zou worden. Of u

hebt het tot uw levenstaak gemaakt om te bewijzen dat die persoon het verkeerd

had. U bent iemand geworden die op succes is gericht, gedreven, prestatiegericht,

maar ondertussen misschien wel erg ongelukkig. Het is allemaal terug te brengen

naar die wrede daad van die ene persoon. Als u zo iemand bent, dan is het goed uzelf

een paar heel serieuze vragen te stellen: Wat probeer ik te bewijzen? Aan wie?

En dan stel ik me voordat God antwoordde: ‘Ik weet het. Ik zie zijn pijn. Door zijn pijn heen En dan stel ik me voordat God antwoordde: ‘Ik weet het. Ik zie zijn pijn. Door zijn pijn heen

zal Ik anderen redden. Vertrouw Me maar.’

Ik zeg niet dat deze mishandeling Gods plan was. Maar ik geloof wel dat Hij alles kan

verlossen en uit het kwade het goede kan voortbrengen. Hij vormde mij, zodat ik een

heldhaftige strijd kon voeren in het belang van mishandelde kinderen. Wanneer ik nu heldhaftige strijd kon voeren in het belang van mishandelde kinderen. Wanneer ik nu

deze kwestie aan de orde stel, is het voor mij niet alleen maar een theoretisch thema, een

onderwerp voor een proefschrift. Ik heb het meegemaakt. Ik heb zelf ervaren, dat wanneer

kinderen niet belangrijk gevonden worden, er dan erg lelijke dingen kunnen gebeuren.

De man die mij eens afranselde wist niet dat dit jongetje ooit de directeur zou zijn van

een internationale organisatie die – nota bene – Compassion heet.

Omgaan met pijn

Het is tragisch dat het meestal makkelijker is om iemand te noe-

men die een negatieve invloed op je leven heeft gehad, dan

iemand die je leven positief heeft beïnvloed. Iemand keek

naar u en zei dat u lelijk was. Iemand zei dat u stom, lomp,

waardeloos of vervelend was – en de woorden raakten u tot

diep in uw ziel en u hebt het er nog steeds moeilijk mee.

U hebt waarschijnlijk een van de volgende twee dingen gedaan met die pijn. U

hebt de opmerking als waar geaccepteerd, waardoor u zich liet begrenzen, en u

erbij neergelegd dat het met uw leven wel niet veel bijzonders zou worden. Of u

hebt het tot uw levenstaak gemaakt om te bewijzen dat die persoon het verkeerd

had. U bent iemand geworden die op succes is gericht, gedreven, prestatiegericht,

maar ondertussen misschien wel erg ongelukkig. Het is allemaal terug te brengen

naar die wrede daad van die ene persoon. Als u zo iemand bent, dan is het goed uzelf

een paar heel serieuze vragen te stellen: Wat probeer ik te bewijzen? Aan wie?

En dan stel ik me voordat God antwoordde: ‘Ik weet het. Ik zie zijn pijn. Door zijn pijn heen

Ik zeg niet dat deze mishandeling Gods plan was. Maar ik geloof wel dat Hij alles kan

verlossen en uit het kwade het goede kan voortbrengen. Hij vormde mij, zodat ik een

heldhaftige strijd kon voeren in het belang van mishandelde kinderen. Wanneer ik nu heldhaftige strijd kon voeren in het belang van mishandelde kinderen. Wanneer ik nu

deze kwestie aan de orde stel, is het voor mij niet alleen maar een theoretisch thema, een deze kwestie aan de orde stel, is het voor mij niet alleen maar een theoretisch thema, een

onderwerp voor een proefschrift. Ik heb het meegemaakt. Ik heb zelf ervaren, dat wanneer onderwerp voor een proefschrift. Ik heb het meegemaakt. Ik heb zelf ervaren, dat wanneer

kinderen niet belangrijk gevonden worden, er dan erg lelijke dingen kunnen gebeuren. kinderen niet belangrijk gevonden worden, er dan erg lelijke dingen kunnen gebeuren.

De man die mij eens afranselde wist niet dat dit jongetje ooit de directeur zou zijn van De man die mij eens afranselde wist niet dat dit jongetje ooit de directeur zou zijn van

een internationale organisatie die – nota bene – Compassion heet.

Het is tragisch dat het meestal makkelijker is om iemand te noe-

U hebt waarschijnlijk een van de volgende twee dingen gedaan met die pijn. U

hebt de opmerking als waar geaccepteerd, waardoor u zich liet begrenzen, en u

erbij neergelegd dat het met uw leven wel niet veel bijzonders zou worden. Of u

hebt het tot uw levenstaak gemaakt om te bewijzen dat die persoon het verkeerd

had. U bent iemand geworden die op succes is gericht, gedreven, prestatiegericht,

maar ondertussen misschien wel erg ongelukkig. Het is allemaal terug te brengen

naar die wrede daad van die ene persoon. Als u zo iemand bent, dan is het goed uzelf

een paar heel serieuze vragen te stellen: Wat probeer ik te bewijzen? Aan wie?

Waarom

Page 8: van pijn naar passie

En waarom? Dit mentale proces kan u misschien helpen de waarheid te weten te komen –

en u misschien vrij te zetten.

Ik nam een cruciale beslissing in mijn jonge leven. ‘Zij zullen mij nooit vragen hen te

vergeven, dus zal ik het simpelweg doen zonder dat ze erom vragen’, vertelde ik mezelf.

‘Ze hebben mijn jeugd nagenoeg geruïneerd. Maar ik hoef ze niet mijn hele leven te laten

verwoesten! Ik ga ze vergeven en laat ze voor altijd achter me. Ik ga erboven staan.’

... naar passie voor kinderen

Het pad van verwoesting dat van generatie op generatie doorgegeven wordt, kan bij u ein-

digen. U kunt beslissen dat u een instrument van genade in de handen van God wilt zijn.

Elk kind dat mijn pad kruist in de rij bij de supermarkt, in de kerk of op het het sportveld,

beschouw ik als een goddelijke beschikking, een gelegenheid om het kind op te bouwen –

al is het maar voor even.

Uw kiezelsteentje in de vijver van het leven van een kind kan kringen veroorzaken die

uiteindelijk vele anderen veranderen. Ik ben ervan overtuigd dat de hemel vol zal zijn met

zulke heerlijke verrassingen voor hen die in hun hart trouw en gevoelig waren. Als God een

kind op uw weg plaatst en u het te druk hebt om óf een positieve óf een negatieve invloed

En waarom? Dit mentale proces kan u misschien helpen de waarheid te weten te komen –

Ik nam een cruciale beslissing in mijn jonge leven. ‘Zij zullen mij nooit vragen hen te

vergeven, dus zal ik het simpelweg doen zonder dat ze erom vragen’, vertelde ik mezelf.

‘Ze hebben mijn jeugd nagenoeg geruïneerd. Maar ik hoef ze niet mijn hele leven te laten

verwoesten! Ik ga ze vergeven en laat ze voor altijd achter me. Ik ga erboven staan.’

Page 9: van pijn naar passie

uit te oefenen… dan hebt u het laatste gedaan! U bracht op het kind over dat het er niet

toe deed en dat het niet belangrijk was.

Een kind is als cement

Elk kind dat u tegenkomt is een goddelijke beschikking. Bij elk kind hebt u de macht en de

gelegenheid om het kind op te bouwen of het te bekritiseren.

Een eenvoudig zinnetje, een opbeurend woord of een vriendelijke daad kan genoeg zijn om

een leven in de goede richting te sturen. De geest van een kind lijkt wat dat betreft veel

op nat cement. Hoe jonger het is, des te minder inspanning er nodig is om een indruk te

maken die een leven lang mee gaat.

Als u een positief, productief lid van de maatschappij bent, dan durf ik te wedden dat u dat

te danken hebt aan de inspanningen van iemand lang geleden. Neem even de tijd om aan

uw kinderjaren te denken… Wie geloofde er in u voordat u in uzelf begon te geloven? Was

het uw moeder of uw vader? Was het een onderwijzer? Uw voetbalcoach? Uw grootmoed-

er?

Wie zei: “Tjonge, wat heb jij een prachtige tekening gemaakt!” en nu verdient u uw

geld als kunsternaar.

Wie zei: “Je hebt een prachtige stem; ik heb van je lied genoten!” en nu zingt u om

de kost te verdienen of doet het u plezier voor anderen te zingen.

Wie zei: “Je was de beste Jozef die ik ooit in een kerstspel heb gezien. Ik dacht

dat je hem echt was!” en nu verdient u uw geld als acteur.

Een gedicht

Ik vind het gedicht ‘Kinderen leren wat zij beleven’

van Dorothy Law Nolte prachtig:

Als een kind met kritiek leeft, leert het veroordelen.Als een kind met vijandigheid leeft, leert het vechten.Als een kind met angst leeft, leert het ongerust te zijn.Als een kind met medelijden leeft,leert het medelijden met zichzelf te krijgen.Als een kind met spot leeft, leert het verlegen te zijn.

uit te oefenen… dan hebt u het laatste gedaan! U bracht op het kind over dat het er niet uit te oefenen… dan hebt u het laatste gedaan! U bracht op het kind over dat het er niet

toe deed en dat het niet belangrijk was.

Een kind is als cement

Page 10: van pijn naar passie

Als een kind met afgunst leeft, leert het jaloers te zijn.Als een kind met schaamte leeft, leert het zich schuldig te voelen.Als een kind met aanmoediging leeft, leert het vertrouwen.Als een kind met verdraagzaamheid leeft, leert het geduldig te zijn.Als een kind met complimenten leeft, leert het waarderen.Als een kind met aanvaarding leeft, leert het lief te hebben.Als een kind met goedkeuring leeft, leert het van zichzelf te houden.Als een kind met erkenning leeft,leert het dat het goed is een doel te hebben.Als een kind met delen leeft, leert het vrijgevig te zijn.Als een kind met eerlijkheid leeft, leert het oprechtheid.Als een kind met redelijkheid leeft, leert het rechtvaardigheid.Als een kind met vriendelijkheid en aandacht leeft, leert het respect te hebben.Als een kind met zekerheid leeft, leert het geloof te hebben in zichzelf en in de mensen om hem heen.Als een kind met vriendschap leeft, leert het dat de wereld een fijne plaats is om in te leven.

Wanneer je je vinger in nat cement steekt, zie je meteen de gevolgen. Je hoeft je vinger er

niet stevig in te drukken. Iedereen kan de vingerafdruk zien. Zo is het wanneer men een

afdruk van Jezus in een kinderziel aanbrengt.

Later, wanneer het cement begint te drogen, moet je harder drukken om een afdruk te

maken. Zo is het met werken onder de jeugd en studenten.

En wat betreft mensen die helemaal volwassen zijn: het cement wordt als een rots. Als je op

dit punt de geest wilt hervormen, dan heb je een hamer en een beitel nodig.

Page 11: van pijn naar passie

Daarom is het strategisch logisch om onze inspanningen te concentreren op de meest

ontvankelijke stadia van het leven: de jonge jaren. Anders missen we de gouden kans…

Wess Stafford over kinderen in armoede

Kinderen zijn te klein om over het hoofd te zien. God ziet hen zeker niet over het hoofd.

Integendeel: kinderen hebben Gods onverdeelde aandacht en tedere liefde. Ieder kind is

immers geschapen naar zijn beeld, geschapen voor de eeuwigheid. Kinderen zouden

daarom ook onze volledige aandacht moeten hebben. Maar de werkelijkheid is anders:

Al het kwaad dat een samenleving teistert, in welke vorm dan ook, heeft altijd

de neiging naar beneden te sijpelen, om onder kinderen de grootste

vernietiging aan te richten: wanneer een land geteisterd wordt door honger,

zijn het vaak de kinderen die sterven. Wanneer ergens een ziekte uitbreekt,

zijn de eersten die bezwijken de kinderen, en wanneer er ergens een oorlog is,

sterven er meer kinderen dan soldaten.

Meer lezen over het werk van Compassion onder kinderen wereldwijd:

www.compassion.nl

Page 12: van pijn naar passie

COMPASSION NEDERLAND055-5994422 [email protected] facebook.com/compassionnederland compassion_nl

www.compassion.nl

BELEEF DE COMPASSION SLOPPENWIJK

EXPERIENCE

op het hoofdterrein van de Pinksterconferentie