Embed Size (px)
Citation preview
Lerarenopleidingen ArchimedesBachelor
Auteurs
Productgroep beroepsproducten:Carina JanseMonique van de LaarschotHans PoorthuisRyan Jansen
Versie
DefinitiefStudiejaar 2017/2018© Hogeschool Utrecht
Bronvermelding is verplicht.Verveelvoudigen voor eigen gebruikof intern gebruik is toegestaan.
CursushandleidingBeroepsproduct 2
Deze cursushandleiding is de uitwerking van de cursusbeschrijving van Beroepsproduct 2 die te vinden is in de studiegids en OSIRIS en dient als ondersteuning van de HUbl cursussite.
Osiriscode: OAR-H2BERPDT2-12
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 2
Inhoud
1 Inleiding.................................................................................................................................51.1 Beroepsproduct 2...................................................................................................................51.2 Onderzoek in de school...........................................................................................................61.3 Cursusmaterialen....................................................................................................................61.4 Verantwoording cursusopzet..................................................................................................7
2 Praktische gegevens van de cursus beroepsproduct 2.............................................................92.1. Criteria waaraan beroepsproduct 2 moet voldoen................................................................92.2 Leerdoelen............................................................................................................................102.3 Deelname aan en opzet van de cursus..................................................................................112.4 Literatuur..............................................................................................................................122.5 Tijdsbesteding.......................................................................................................................122.6 Voortgang en feedback, toetsing en beoordeling.................................................................12
3 Stappenplan werken aan beroepsproduct............................................................................143.1 Inleiding................................................................................................................................143.2 Oriënteren............................................................................................................................143.3 Verkennen en ontwerpen.....................................................................................................15
3.3.1 PRAKTIJKVERKENNING..........................................................................................................183.3.2 LITERATUURVERKENNING......................................................................................................213.3.3 FORMULEREN ONTWERPEISEN EN RANDVOORWAARDEN.............................................................22
3.4 Ontwikkelen..........................................................................................................................233.5 Test, evaluatie en overdracht................................................................................................23
4 Rapporteren, presenteren, beoordelen en afronden.............................................................264.1 Rapporteren (projectverslag)................................................................................................264.2 Beoordelen en afronden.......................................................................................................27
BIJLAGEN:...................................................................................................................................29Beoordelingsadvies opdrachtgever beroepsproduct 2...............................................................30
BEOORDELINGSFORMULIER PROJECTVERSLAG BEROEPSPRODUCT 2........................................................31
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 3
Bij de cursushandleiding hoort de HUbl-cursussite Beroepsproduct 2en het cursuswerkboek Beroepsproduct 2.
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 4
1 Inleiding
1.1 Beroepsproduct 2
Tot de taak van een docent behoort het ontwikkelen van beroepsproducten voor de eigen schoolpraktijk. Een beroepsproduct is een onderwijsmiddel dat in de beroepspraktijk ingezet kan worden met een handleiding hoe daarmee verantwoord te handelen. Binnen de cursussen beroepsproduct 1, 2 en 3 leert de student vanuit een kritische, onderzoekende houding een betekenisvolle bijdrage te leveren aan verbetering van de schoolpraktijk. Het beroepsproduct:
- is gebaseerd op onderzoek in theorie en praktijk- is tot stand gekomen via professioneel communiceren en handelen - wordt gedeeld en geëvalueerd in de school.
De cursussen dragen hiermee in belangrijke mate bij aan het verwerven competentie 8: het onderzoekend handelen in de beroepspraktijk. Aspecten daarvan zijn een onderzoekende houding, het gebruiken van onderzoeksresultaten en het uitvoeren van praktijkgericht onderzoek. Van beroepsproduct 1 naar 2 en vervolgens 3, is sprake van een opbouwend leerproces en toenemende reikwijdte van het product.
- Beroepsproduct 1 is vakgebonden en in de context van de eigen klas. - Beroepsproduct 2 is generiek en in de context van jaarlaag of team. - Beroepsproduct 3 is vakgebonden en expliciet aansluitend bij ontwikkelingen in de school.
In de cursus beroepsproduct 2 (BP2) maakt de student in opdracht van de school een passend en betekenisvol beroepsproduct voor een generiek of vakoverstijgend onderwerp. Het beroepsproduct is gebaseerd op een verkenning van de praktijk en van relevante literatuur en is voorzien van een handleiding (een beschrijving van hoe het middel gebruikt kan worden met een onderbouwing). Hiermee laat de student zien dat hij een onderzoekende houding heeft en op basis van onderzoek zijn keuzes kan expliciteren en kan ontwerpen. In de cursus BP2 wordt de student middels de HUbl en begeleiding tijdens werkcolleges begeleid op het verder leren onderzoeken en ontwerpen.
Een beroepsproduct is dus meer dan lesmateriaal of een advies. Er hoort een toelichting bij in de zin van een handleiding/kijkwijzer en een onderbouwing. Een concrete uitvoering en evaluatie van het beroepsproduct moet mogelijk zijn, aangezien de werkplekbegeleider (een deel van) beroepsproduct 1 en 2 uitvoert en de student zelf beroepsproduct 3 uitvoert en evalueert.
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 5
Voorbeelden van beroepsproducten 2 zijn: een handelingsplan rond leerlingbegeleiding, een uitwerking van gedragsregels, een plan in het kader van mentoraat, een uitwerking van constructief gebruik van internet in de klas, een reeks mentorlessen rondom planning en/of leerstrategieen.
Meer voorbeelden vind je op de kennisbank Archimedes www.samenopleiden.nl
1.2 Onderzoek in de school
De onderzoekende leraarVan jou als leraar wordt een onderzoekende houding verwacht. Daardoor kun je bijdragen aan de onderwijsontwikkeling in de school. Je beschikt over onderzoekend vermogen. Dat houdt in dat je gebruik kunt maken van resultaten van gedaan onderzoek, en dat je zelf een kleinschalig onderzoek in de school kunt uitvoeren.
Onderzoek in de schoolOnderzoek in de school ondersteunt de onderwijsontwikkeling in de school. Bij beroepsproducten maak je gebruik van de systematiek van ontwerponderzoek. De stappen zijn:
1. Oriënteren op onderwerp en opdracht2. Verkennen en ontwerpen 3. Ontwikkelen en maken4. Testen en evalueren5. Bij BP3: uitvoeren en evalueren.6. Rapporteren en presenteren
1.3 Cursusmaterialen
CursusbeschrijvingDe cursusbeschrijving van de cursus beroepsproduct 2 vind je in de studiegids. Daarin staan de gegevens van beroepsproduct 2 kort samengevat.
◊ Document 02 Cursusbeschrijving uit de studiegidshttp://www.studiekeuze.hu.nl/studeren-aan-de-hu/rechten-en-plichten/studiegidsen/onderwijs-en-opvoeding
CursussiteDe HUbl-cursussite Beroepsproduct 2 bevat alle informatie nodig voor het volgen van de cursus beroepsproduct 2. De cursussite is geordend volgens de bijeenkomsten van de cursus. Per bijeenkomst worden achtergrondinformatie en opdrachten gegeven bij de diverse deelthema’s van de cursus.https://hubl.hu.nl/module/beroepsproduct-2-16-17
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 6
Een voorbeeld van onderzoek in de school vind je in de video Onderzoekende leraar.https://www.leraar24.nl/video/227
Een voorbeeld is de video Het ROTOR-model: onderwijs in ontwikkeling.https://www.leraar24.nl/zoek?log=search&trefwoord=rotor
WerkboekBij de cursus hoort een werkboek beroepsproduct 2, dat dient voor het bijhouden van voortgang, voor bespreekpunten met je Kritische vriend1, voor feedback en voor goedkeuring door de opdrachtgever. Je maakt gebruik van Googledocs zodat alle betrokkenen hun bijdrage kunnen plaatsen in je werkboek.
◊ Document 03 Instructie Werken met je werkboek in googledocs◊ Document 04 Werkboek beroepsproduct 2www.drive.google.com
BoekAchtergrondinformatie over onderzoeken vind je in het boek:
Van der Donk, C. & van Lanen, B. (2016). Praktijkonderzoek in de school. Bussum:Coutinho3e herziene druk ISBN: 978 90 469 05135
CursusprogrammaDe cursussite is geordend volgens de bijeenkomsten van het cursusprogramma. Thema’s en activiteiten zijn aangegeven voor ieder bijeenkomst en voor het werk tussen de bijeenkomsten. Bij de cursus hoort een groot aantal activiteiten op de praktijkschool.
◊ Document 05 Cursusprogramma beroepsproduct 2
CursushandleidingIn hoofdstuk 2 vind je de beschrijving van de cursus beroepsproduct 2.In hoofdstuk 3 vind je het stappenplan dat in de cursus gevolgd wordt en dat je kunt volgen bij het ontwikkelen en maken van het beroepsproduct en het schrijven van het projectverslag.In hoofdstuk 4 staat informatie over rapporteren, beoordelen en afronden
Overzicht documentenBij de cursus hoort een reeks documenten met achtergrondinformatie. Je vindt die documenten op de cursussite. In het onderstaande document staat het overzicht van alle documenten geordend volgens de cursushandleiding en het stappenplan.
◊ Document 06 Overzicht van documenten met achtergrondinformatie.
1.4 Verantwoording cursusopzet
In overleg met de opdrachtgever uit de school bepaal je het onderwerp voor je beroepsproduct. Het gekozen onderwerp draagt bij aan het verwerven van de kennisbasis vak en vakdidactiek, de kennisbasis generiek en de SBL-competenties. Door het uitvoeren van dit ontwerponderzoek verwerf je bekwaamheid in onderzoekend handelen.Onderzoek in de school vraagt een verantwoord omgaan met de betrokkenen in de school. Daarvoor is een gedragscode opgesteld waarin beschreven wordt wat gewenst gedrag is voor het onderzoeken in de school. Zie HUbl voor de volgende documenten:
◊ Document 07 Verantwoording naar de kennisbasis vak-vakdidactiek en generiek
1 Een Kritische vriend is een vast iemand waarmee je (start/tussen/eind)producten uitwisselt voor feedback en van/aan wie je verdere ondersteuning krijgt/geeft tijdens de cursus.
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 7
◊ Document 08 Verantwoording naar de Dublindescriptoren en SBL-competenties ◊ Document 09 Bekwaamheidseis 8 Onderzoekend handelen ◊ Document 10 Gedragscode praktijkgericht onderzoek
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 8
2 Praktische gegevens van de cursus beroepsproduct 2
2.1. Criteria waaraan beroepsproduct 2 moet voldoen.
In onderstaande tabel staan de criteria waaraan beroepsproduct 2 moet voldoen en wat de verschillen zijn met beroepsproduct 1 en 3.Beroepsproduct 3 is het meest omvangrijke beroepsproduct omdat de student het daadwerkelijk (deels) zelf uitvoert en test op effect. Het is samen met de lio-stage onderdeel van je afstudeerprogramma. Beroepsproduct 1 en 2 bereiden hierop voor, maar worden beide alleen (deels) uitgevoerd door de opdrachtgever, waarbij de student observeert.Het onderwerp van beroepsproduct 1 is vakgebonden in de context van de klas met als reikwijdte lesonderdelen of lessen; het onderwerp van beroepsproduct 2 is generiek of vakoverstijgend in de context van een leerjaar of team met als reikwijdte lesonderdelen of lessen; het beroepsproduct 3 is weer vakgebonden in de context van schoolontwikkeling met als reikwijdte lessenseries en curriculum. De onderwerpen van de beroepsproducten kies je zo gevarieerd mogelijk. Je wordt geacht door het werken aan de drie beroepsproducten een ontwikkeling door te maken waardoor je steeds zelfstandiger wordt en ook in staat bent een steeds hoger niveau literatuur te verwerken. Tot slot wordt je geacht ontwikkeling te laten zien in je taalvaardigheid.
Beroepsproduct 1 Beroepsproduct 2 Beroepsproduct 3Omvang 5 EC 5 EC 10 EC
DoelOntwikkelen van een product op basis van verkennend onderzoek in praktijk en theorie.
Uitvoering door opdrachtgever, waarbij de student observeert.
Ontwikkelen van een product op basis van verkennend onderzoek in praktijk en theorie.
Uitvoering door opdrachtgever, waarbij de student observeert.
Ontwikkelen van een product op basis van verkennend onderzoek in praktijk en theorie
Uitvoeren en testen van het product
onderwerp gerelateerd aan het vak en SBL-competentie 3
gerelateerd aan generieke kennisbasis en SBL-competenties 1,2,4,5,6,7
gerelateerd aan het vak en SBL-competentie 3
Opdracht-gever
werkbegeleider De werkbegeleider, leerjaar coördinator of andere functionaris in de school
De vaksectie of coördinerende of leidinggevende professional in de school
Reikwijdte Passend binnen de klas passend binnen een jaarlaag of afdeling
expliciet aansluitend bij schoolontwikkeling
Onderzoek in literatuur
Gevarieerde en relevante bronnen zoals een handboek uit de opleiding en een artikel uit een vakblad
Gevarieerde en relevante bronnen zoals handboeken uit de opleiding en artikelen uit vakbladen
Gevarieerde en relevante bronnen zoals, handboeken, vaktijdschriften , een wetenschappelijk en/of anderstalig artikel.
Zelfstandig-heid student
In de cursus krijgt de student instructie en oefening over onderzoeken en ontwerpen en wordt de student stapsgewijs en voorbeeldmatig begeleid.
In de cursus wordt de student begeleid op het verder leren onderzoeken en ontwerpen.
In de cursus wordt de student op hoofdlijnen begeleid op onderzoeken en ontwerpen.
Eisen aan verslag
De student schrijft goede leesbare en verzorgde verslagen met een samenhangende opbouw op beginnend 4F niveau.
De student schrijft goed leesbare verzorgde , samenhangende verslagen die afgestemd zijn op publiek en doel op een 4 F niveau.
De student schrijft goed leesbare, verzorgde en samenhangende verslagen op gevorderd 4F niveau
Figuur 1 Criteria beroepsproduct 1,2 en 3
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 9
2.2 Leerdoelen
In de cursus beroepsproduct 2 werk je aan een groot aantal leerdoelen ontleend aan de SBL competenties en de kennisbasis generiek. We onderscheiden algemene leerdoelen en specifieke leerdoelen. De specifieke leerdoelen zijn onderverdeeld in verkennend onderzoek, ontwerpen en ontwikkelen, overdragen, uitvoeren, observeren en rapporteren.
Algemene leerdoelenDe student kan
de benodigde kennis en informatie voor de ontwikkeling van een beroepsproduct mobiliseren (onderzoeksvaardigheden);
een bruikbaar beroepsproduct ontwerpen en realiseren naar de behoefte van de school (ontwerpvaardigheden);
het werkproces bij de opdracht organiseren (projectvaardigheden); overleggen met betrokkenen in en om de school (communicatievaardigheden); rekening houden met relevante ethische aspecten in alle fasen van onderzoek en ontwerp; verzorgde verslagen schrijven die voldoen aan beginnend taalniveau 4F (Meyerink) en met
verwijzingen volgens APA-normen (verslag- en presentatievaardigheden)
Specifieke leerdoelen:
1 Opdracht en onderwerpDe student:
Kan zich een relevante opdracht verwerven binnen de school en samen met de opdrachtgever komen tot een duidelijke en haalbare omschrijving
Beheerst het gekozen onderwerp op toepassingsniveau en kan dit relateren aan de vakgebonden en/of generieke kennis basis.
2 Verkennend onderzoekDe student:
formuleert een onderzoeksvraag om de opdracht gericht te verkennen en beantwoordt de onderzoeksvraag;
gebruikt gevarieerde bronnen waaronder verslagen uit de kennisbank Archimedes en één relevant handboek of artikel uit een vaktijdschrift andere gebruikte literatuur uit de opleiding ter inspiratie en onderbouwing van het beoogde beroepsproduct;
verzamelt op objectieve wijze met passende methoden gegevens in de betreffende klas vanuit het perspectief van de leerling en van de docent (in dit geval de opdrachtgever) eveneens ter inspiratie en onderbouwing van het beoogde beroepsproduct;
vergelijkt en integreert de conclusie uit de verkenning in theorie en praktijk tot een eindconclusie.
3 Ontwerpen, ontwikkelen en makenDe student:
formuleert ontwerpeisen voor het beoogde beroepsproduct, houdt rekening met de randvoorwaarden en kwaliteitseisen gesteld door de werkbegeleider/opdrachtgever;
onderbouwt de ontwerpeisen vanuit de praktijkverkenning en de literatuurverkenning en bespreekt deze met de opdrachtgever;
maakt het beroepsproduct en voorziet het van een handleiding met doel, werkwijze, verantwoording en bronvermelding.
beschrijft hoe het product er in grote lijnen uit ziet en op welke wijze en voor wie het gemaakt is.
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 10
4 Overdragen, uitvoeren, observeren en evalueren.De student:
draagt het beroepsproduct over aan de opdrachtgever en geeft aanwijzingen voor de uitvoering door de opdrachtgever
observeert aan de hand van een van te voren opgesteld observatieschema in hoeverre het beoogde effect bij leerlingen wordt gerealiseerd;
evalueert met de docent die het product heeft uitgevoerd in de school aan de hand van het beoordelingsadvies het beroepsproduct, de bruikbaarheid van het materiaal en de verantwoording van het beroepsproduct.
5 RapporterenDe student:
schrijft goed leesbare en verzorgde verslagen met een samenhangende opbouw op beginnend 4F niveau.
verwijst naar bronnen volgens APA-normen.
2.3 Deelname aan en opzet van de cursus
Deelname aan de cursus Beroepsproduct 2 is slechts mogelijk na tijdige inschrijving in OSIRIS (www.osiris.hu.nl). Inschrijven (en eventueel uitschrijven) is mogelijk tot twee weken voor de start van een onderwijsperiode waarin het onderwijs van de desbetreffende cursus wordt gegeven (zie studiegids). Bijzondere afspraken over afronden van beroepsproduct 2 of over bijwonen van cursusbijeenkomsten maak je met de docent in de periode voorafgaand aan de cursus of na afloop van de eerste bijeenkomst van de cursus. Indien je de cursus niet volgt, heb je geen recht op individuele begeleiding of feedback. Een beoordeling zonder begeleiding kan alleen als je daar van te voren afspraken over hebt gemaakt met de docent van de cursus.
De cursus Beroepsproduct 2 bestaat uit 7 plenaire bijeenkomsten van 1,5 uur verspreid over 2 opeenvolgende periodes ( A en B of C en D). De bijeenkomsten zijn parallel geroosterd aan Studie & Werk en zijn in periode A en C in lesweek 1, 3, 5, 7 en in periode B of D in lesweek 2, 4, 6. Het cursusaanbod is overeenkomstig het onderwijsaanbod van de vakgroep.Gedurende de cursusperiode ontwikkel je een beroepsproduct op een gestructureerde manier die past bij ontwerpgericht praktijkonderzoek:
1. Oriënteren 2. Verkennen en ontwerpen3. Ontwikkelen en maken4. Testen en evalueren5. Rapporteren en presenteren
In hoofdstuk 3 worden de stappen uitgewerkt met de activiteiten die je moet uitvoeren. Je houdt je voortgang bij in het werkboek beroepsproduct 2. Tijdens de cursusbijeenkomsten krijg je feedback van je Kritische vriend. Ook kan het je opdrachtgever je voortgang bijhouden en je van feedback voorzien via dit werkboek.
Daarnaast geeft de docent instructie over de volgende stap die je in de tussenliggende periode kunt uitvoeren.
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 11
In de tussenliggende weken werk je zelf en/of in de onbegeleide bijeenkomsten met je Kritische vriend aan het beroepsproduct.
Tijdens de cursus wordt ook aandacht besteed aan schrijfvaardigheid. Wanneer blijkt dat je moeite hebt om aan het vereiste niveau te voldoen (zie de paragraaf 2.5) kun je extra ondersteuning krijgen via de taalwerkplaats.
2.4 Literatuur
Verplichte literatuur:Van der Donk, C. en Van Lanen, B. (2012) Praktijkonderzoek in de School. Bussum: Coutinho
De verdere literatuur die je gebruikt, is afhankelijk van het beroepsproduct dat je gaat maken. Je gaat daar zelf naar op zoek.
2.5 Tijdsbesteding
Het aantal studiepunten dat je voor deze cursus ontvangt is: 5 EC.De totale tijdsbesteding(/ studielast) = aantal EC x 28 uur = 140 uur
Dit betekent dat je in 20 weken tijd 140 uur aan het beroepsproduct 2 besteed. Het gaat dan om 7 uur (dus bijna een volle dag) per week.
De tijdsbesteding wordt als volgt verdeeld over de verschillende activiteiten
Plenaire bijeenkomsten (4+3) x 1,5 uur = 10,5 uurZelfstudie en werken aan bp op de stageschool 59,5 uurZelfstudie en werken met Kritische vriend elders 70 uur
Totaal 140 uur
Als je een half jaar (20 weken) werkt aan je beroepsproduct 2 betekent dit naast de cursusbijeenkomsten een tijdsbesteding van circa 3 uur per week op de stageschool en circa 3 uur per week elders.
Als je wat extra’s wilt doen in het kader van jouw beroepsproduct of als je een bijzondere prestatie levert voor je beroepsproduct, kun je de mogelijkheid onderzoeken om jouw beroepsproduct in te zetten voor een excellentiester. Zie HUbl:
◊ Document 12 Excellentietraject .
2.6 Voortgang en feedback, toetsing en beoordeling
Deelname aan (her)tentamens/toetsen is slechts mogelijk na tijdige inschrijving voor het (her)tentamen in OSIRIS (www.osiris.hu.nl). Inschrijven (en eventueel uitschrijven) is mogelijk tot twee weken voor de start van een tentamenperiode waarin het desbetreffende (her)tentamen wordt gegeven. Zie studiegids.
Beroepsproduct 2 wordt meestal geroosterd in periode A en B en in periode C en D. Zie hiervoor het onderwijsaanbod van de vakgroep . De eerste toetsdatum voor het inleveren van het verslag Beroepsproduct 2 is in de toetsweek aan het eind van de cursus (dus in blok B of
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 12
D). De herkansing hiervan is in de hertoetsweek daaropvolgend (dus blok C of E). Het eindcijfer wordt uiterlijk drie weken na de toetsdatum ingevoerd in OSIRIS.
Voortgang, samenwerking en feedback van je Kritische vriend gaat via het werkboek beroepsproduct 2 in Googledocs. Je download het document 16-17 Werkboek beroepsproduct 2. Je maakt hiervan een Googledocs-document 16-17 Werkboek beroepsproduct 2 studentnummer studentnaam. Dit deel je met je Kritische vriend, je opdrachtgever en je HU-begeleider.
Let op! De feedback van je HU-docent verloopt via Onstage.
Het werkboek Beroepsproduct 2 heeft als onderdelen
A. OpdrachtB. Opzet praktijkverkenningC. Opzet literatuurverkenningD. Samenvatting verkenning en ontwerpeisenE. Deelverslag 2.3 LiteratuurverkenningF. Presentatie en evaluatie
De beoordeling en feedback van je HU-docent gaat via OnStage (www.onstage.hu.nl). Voor de cursus beroepsproduct 2 is een aparte module in het programma. Je upload je (start/tussen)producten, waarna de docent feedback geeft of beoordeelt.
Studenten die deelnemen aan de cursus hebben recht op twee feedbackmomenten die ze benutten gedurende de looptijd van de cursus (periode AB of periode CD).
Wanneer Wat
Periode A of CLesweek 4 voor zondag 24.00 uur
Deelverslag Inleiding, opdracht en deelvragen
Periode A of C Deelverslag Verkenning en ontwerp
Als een student de cursus Beroepsproduct niet heeft afgerond in de toetsweek wordt verwacht dat hij zonder begeleiding op basis van de feedback in het beoordelingsformulier het beroepsproduct kan afronden. Indien dit niet lukt kan de student het beste de cursus opnieuw volgen met recht op feedback. Studenten die niet deelnemen aan de cursus hebben geen recht op begeleiding (en feedback) maar wel op beoordeling.
De toets bestaat uit het beroepsproduct met de handleiding en het projectverslag met bijlagen dat je aan het einde van de cursus in de toetsweek inlevert (zie voorwaarden en inleverprocedure).
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 13
3 Stappenplan werken aan beroepsproduct
3.1 Inleiding
Het werken aan beroepsproduct 2 is geordend volgens de fasen van de ontwerpcyclus: 1. Oriënteren 2. Verkennen en ontwerpen3. Ontwikkelen4. Testen en evalueren5. Rapporteren en presenteren
Hieronder zijn de fasen uitgewerkt in een gedetailleerd stappenplan met bijbehorende hoofdstukken uit Praktijkonderzoek in de school (Van der Donk & Van Lanen, 2012), met vereiste activiteiten en met de bijpassende onderdelen van het projectverslag.
3.2 Oriënteren
Fase Activiteiten Verslag Beroepsproduct1
Oriënteren
Bestuderen:H8 (pag 267-292)
Achtergrondliteratuur:Rest van H8, H1 en H2
Kennismaken Oriëntatie op de cursusOriëntatie op de opdrachtOpdracht verwervenWerkboek A De opdracht
ProjectverslagHoofdstuk 1. Inleiding1.1 Aanleiding en opdracht1.2 Context van de school in relatie tot
het probleem2.1 Hoofdvraag en inleiding verkennend onderzoek
Hoofdstuk 1 t/m 2.1 lever je in via Onstage voor feedback van je docent.
KennismakenIn de eerste bijeenkomst maak je kennis met de docent en medestudenten.
Oriëntatie op de cursusIn deze fase neem je het cursusprogramma en de cursushandleiding door. Je wisselt verwachtingen uit en er wordt aandacht besteed aan het samenstellen duo’s (kritische vrienden).
Oriëntatie op de opdracht
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 14
Ideeën voor een beroepsproduct kun je krijgen door gesprekken met collega’s, medestudenten of begeleiders. Je kijkt naar mogelijke oplossingen voor een te verbeteren situatie op je school. Je kunt
ook kijken op de kennisbank Archimedes via www.samenopleiden.nl. Deze database bevat momenteel veel voorbeelden van beroepsproducten. In deze fase van het project maak je samen met je opdrachtgever een keuze voor het beoogde beroepsproduct. De oriëntatie op de opdracht vat je in je werkboek onder onderdeel A Opdracht. Dit bespreek je de volgende bijeenkomst met je Kritische vriend. Je vraagt goedkeuring aan je opdrachtgever.
Registreren van je project op de kennisbank Archimedes. Let op! De kennisbank is tijdelijk buiten gebruik. Het regsitreren verloopt tot de site weer in gebruik is via:
https://onderwijsteams.sharepoint.hu.nl/fe/ia/kennisbank_archimedes/default.aspx
Je registreert je project op de kennisbank Archimedes (www.samenopleiden.nl) en noteert het projectnummer (fase 1), zie ◊ D ocument 16 Kennisbank Archimedes voor beroepsproducten . Later als je beroepsproduct en je projectverslag klaar zijn upload je je projectverslag (fase 2).
◊ Document 16 Kennisbank Archimedes voor onderzoeks- en ontwikkelproducten .
3.3 Verkennen en ontwerpen
Het gaat bij verkennen en ontwerpen om een verkennend onderzoek in de praktijk en in de theorie, om het formuleren van ontwerpeisen op basis van conclusies uit die verkenning en om het opzetten van een evaluatie. Bij beroepsproduct 1 en 2 gaat het om een evaluatie van het gerealiseerde
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 15
Op basis van je werkboek kun je nu al de inleiding van je projectverslag schrijven
Aanleiding en opdracht (300 woorden) (Projectverslag 1.1) Aan welke opdracht ga je werken? Welke functie in de school heeft je opdrachtgever? Waarom is voor deze opdracht gekozen? Welk probleem in de school is de aanleiding? Is de school daarin uniek of speelt het
probleem ook/vergelijkbaar op andere VO-scholen? Voor welke situatie/betrokkenen biedt dit beroepsproduct een oplossing (relevantie)? Welk product ga je ontwikkelen? Met welk doel? Met wie ga je samenwerken?
Context van de school in relatie tot het probleem (300 woorden) (Projectverslag 1.2) Welke kenmerken van jouw school, het docententeam, de leerlingen zijn van belang voor
het ontwikkelen van dit beroepsproduct? Welke relatie is er tussen het beoogde beroepsproduct en ontwikkelingen in de school?
Voorbeelden van opdrachten voor beroepsproduct 2 zijn: Maak een lessenserie voor het aanleren van studievaardigheden tijdens de mentorlessen Maken lessenserie rondom pesten/social media/internet Ontwerp een vakoverstijgende project week.
ontwerp en een observatie van de uitvoering door de opdrachtgever. Bij beroepsproduct 3 is het de bedoeling het ontwerp (deels) in de praktijk uit te (laten) voeren en de resultaten daarvan systematisch te onderzoeken en te beschrijven.
Let op: hierna wordt eerst de praktijkverkenning beschreven en daarna de literatuurverkenning. Of je werkelijk eerst je praktijkonderzoek uitvoert of eerst het literatuuronderzoek, is afhankelijk van je onderwerp, de situatie in de school of je eigen beginsituatie. Het kan zijn dat je eerst een theoretisch kader schrijft over het onderwerp en vanuit de literatuur begrippen definieert. De theoretische kennis van het onderwerp kan je helpen instrumenten voor het praktijkonderzoek (vragenlijst, interviewleidraad, observatiewijzer) vorm te geven. Vaak zal je starten met onderzoek in de praktijk namelijk om in je school aanwezige kennis, behoeften en randvoorwaarden te onderzoeken. Mogelijk ervaar je een ‘sandwich’: zaken nagaan in de praktijk, vervolgens in de theorie en tenslotte, specifieker, opnieuw in de praktijk. Aan jou de keuze om in het uiteindelijke verslag eerst de praktijkverkenning te beschrijven of eerst de literatuurverkenning. Doe wat het meest passend is.
Onderstaand figuur geeft weer hoe een verkennend onderzoek onderdeel is van een ontwerpcyclus. De onderzoekcyclus is rechts uitvergroot weergegeven en wordt in ‘Praktijkonderzoek in de school’ (Van der Donk & Van Lanen, 2012) uitgewerkt in de hoofdstukken 2 t/m 7.
Figuur 5 Verkennend onderzoek als onderdeel van de ontwerpcyclusVerkennend onderzoek begint met het formuleren van deelvragen. Met deelvragen specificeer je de hoofdvraag. Antwoorden op de deelvragen vind je door het verkennen van de praktijk en de literatuur.
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 16
VoorbeeldHoofdvraag:
Hoe maken we brugklasleerlingen van [naam school] in de mentorlessen bewust van het juiste gebruik van de verschillende media?
Deelvragen: Wat wordt verstaan onder bewust mediagebruik (theorie)?
Welke platforms en type media worden gebruikt door brugklasleerlingen van [naam school] en hoe zetten zij deze in? (praktijk)
Wat zijn mogelijke oorzaken van verkeerd gebruik van media door tieners/leerlingen? (theorie)
Wat is cyberpesten en hoe kan dit voorkomen worden? (theorie)
Tegen welke problemen lopen pubers/leerlingen aan op het gebied van mediagebruik? (praktijk/theorie)
Welk materiaal in te zetten voor brugklassers bestaat er al op het gebied van mediatraining? (praktijk)
Wat kunnen docenten doen om leerlingen te trainen in mediawijsheid? (theorie)
Waar moet goed mentorlesmateriaal aan voldoende om effect te hebben op leerlingen? (theorie)
3.3.1 Praktijkverkenning
Fase Activiteiten Verslag Beroepsproduct2
Verkennen en ontwerpen
Praktijk
Bestuderen:H 6
Achtergrond:H3, H4 en H5
Verkennen vanuit de praktijk
OriënterenRichtenPlannenData verzamelen, analyserenen concluderen
Werkboek B Opzet praktijkverkenning
ProjectverslagHoofdstuk 2: Verkennend onderzoek 2.1 Inleiding met hoofdvraag2.2 Praktijkverkenning2.2.1 Inleiding 2.2.2 Aanpak en middelen 2.2.3 Resultaten 2.2.4 Conclusies
Bijlage 2A Onderzoeksinstrumenten praktijkverkenningBijlage 2B Geordende gegevens praktijkverkenning
OriënterenBij de praktijkverkenning probeer je meer te weten te komen over de ontwerpeisen voor je beroepsproduct. Het gaat om het verkennen van de praktijk op je eigen school en eventueel ook op een school elders. Je werkt vanuit van te voren geformuleerde deelvragen en met van te voren gemaakte onderzoeksinstrumenten. De keuze voor en vormgeving van de onderzoeksinstrumenten wordt onderbouwd.
RichtenIn de inleiding van het verkennend onderzoek heb je (deel) vragen geformuleerd en bepaald welke daarvan onderzocht gaan worden in de praktijk. Herhaal bij de inleiding van de praktijkverkenning (2.2.1) de onderzoeksvragen voor de praktijk en stel ze waar nodig (op grond van feedback van je Kritische vriend) bij. De vragen zullen gaan over het nut en de mogelijkheden gezien vanuit verschillende perspectieven (bijvoorbeeld leraren, mentoren, leerlingen, ouders) in de praktijk.
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 17
VoorbeeldHoofdvraag:
Hoe maken we brugklasleerlingen van [naam school] in de mentorlessen bewust van het juiste gebruik van de verschillende media?
Deelvragen: Wat wordt verstaan onder bewust mediagebruik (theorie)?
Welke platforms en type media worden gebruikt door brugklasleerlingen van [naam school] en hoe zetten zij deze in? (praktijk)
Wat zijn mogelijke oorzaken van verkeerd gebruik van media door tieners/leerlingen? (theorie)
Wat is cyberpesten en hoe kan dit voorkomen worden? (theorie)
Tegen welke problemen lopen pubers/leerlingen aan op het gebied van mediagebruik? (praktijk/theorie)
Welk materiaal in te zetten voor brugklassers bestaat er al op het gebied van mediatraining? (praktijk)
Wat kunnen docenten doen om leerlingen te trainen in mediawijsheid? (theorie)
Waar moet goed mentorlesmateriaal aan voldoende om effect te hebben op leerlingen? (theorie)
Je kunt alvast de inleiding van het verkennend onderzoek schrijven
Hoofdvraag en inleiding verkennend onderzoek (150 woorden) (Projectverslag 2.1) Dit gaat om een overkoepelende onderzoeksvraag voor het hele project en kan
bijvoorbeeld geformuleerd worden als: Hoe maken we brugklasleerlingen van [naam school] in de mentorlessen bewust van het juiste gebruik van de verschillende media?
Licht toe dat het beantwoorden van deze onderzoeksvraag nodig is voor het oplossen van het probleem en voor het ontwikkelen van het beroepsproduct.
Specifieke deelvragen voor het verkennende onderzoek en (bij BP3) voor het evaluatieonderzoek worden respectievelijk in H2en H4 genoemd.
Inleiding verkennend onderzoek (Projectverslag 2.1)Formuleer deelvragen passend bij de hoofdvraag. Wat moet je te weten komen om je beroepsproduct te kunnen ontwikkelen? Wat onderzoek je in de theorie? Wat in de praktijk? Wat in beide?
PlannenMaak een plan van aanpak om de (deel)vragen te beantwoorden.Je kunt verschillende onderzoeksactiviteiten uitvoeren, zoals:
Het bevragen (met interview en/of vragenlijst) van leerlingen en collega’s Het inventariseren van aanwezige materialen Het observeren van bestaande good-practices Het uitproberen van kleine pilots Analyseren van documenten bv leerlingverslagen of leerlingresultaten Het bezoeken en/of bevragen van scholen elders.
De opzet van de praktijkverkenning vat je samen in je werkboek onder onderdeel B Opzet praktijkverkenning. Dit bespreek je de volgende bijeenkomst Kritische vriend.
In je projectverslag verantwoord je onderzoeksmethode en onderzoeksinstrumenten. Je beschrijft wat je hebt gedaan om de gegevens te verzamelen. Onderbouw hierbij de keuzes voor je onderzoeksinstrumenten
Plaats lege onderzoeksinstrumenten (interviewleidraad, vragenlijst, observatiewijzer, analyse-instrument) in een bijlage.
Data verzamelen, analyseren en concluderenVerzamel data volgens je plan. Beschrijf hoe je de dataverzameling hebt aangepakt. Analyseer de verkregen data op de aangegeven wijze. Maak op relevante wijze gebruik van tabellen en grafieken (dat wil zeggen: het is nodig voor de volgbaarheid en presentatie van de resultaten). Verwijs voor eventuele tussenstappen (uitgebreidere weergave van data) naar bijlagen. Maak onderscheid tussen de neutrale gegevens (bij ‘resultaten’) en jouw interpretatie van de gegevens (bij ‘conclusies’). Geef in een conclusie antwoord op je deelvragen.
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 18
Voorbeeld
Om de deelvraag Tegen welke problemen lopen pubers/leerlingen aan op het gebied van mediagebruik? te onderzoeken is gebruik gemaakt van een vragenlijst (bijlage 1). De vragenlijst is gebaseerd op de in het theoretisch kader genoemde problemen op het gebied van media gebruik waar jongeren tegen aan lopen. Om te testen of de vragenlijst duidelijk is voor de leerlingen is de lijst eerst afgenomen bij een testgroep van vijf leerlingen uit leerjaar 2 van het VMBO op (naam school). Op basis hiervan zijn vraag 5 en 6 aangepast. De definitieve vragenlijst is afgenomen onder dertig leerlingen uit leerjaar 2 van het VMBO op het (naam school)…
Dit is een voorbeeld. Denk zelf altijd goed na over welke informatie wel en niet relevant is om weet te geven.
Je kunt alvast hoofdstuk 2.2 schrijven van je projectverslag
2.2 Praktijkverkenning2.2.1 Inleiding met deelvragen (max 200 woorden)2.2.2 Aanpak en middelen (max 800 woorden)2.2.3 Resultaten (max 800 woorden)2.2.4 Conclusie (max 200 woorden)
3.3.2 Literatuurverkenning
Fase Activiteiten Verslag Beroepsproduct2
Verkennen en ontwerpen
Literatuur
Bestuderen:H4.6 (pag 127-140)
Verkennen vanuit de literatuur Je kunt een expert raadplegen
OriënterenRichtenPlannenData verzamelen, analyseren en concluderen
Werkboek C Opzet literatuurverkenning
2.3 Literatuurverkenning2.3.1 Inleiding2.3.2 Resultaten en bronnen2.3.3 Conclusies
OriënterenOp scholen spelen vaak vergelijkbare kwesties. Je zult vast dus niet de eerste zijn die zich met een bepaald onderwerp bezig gaat houden. Je brengt dit in beeld door middel van een literatuurverkenning. Met welke literatuur en informatiebronnen kun je het onderwerp in kaart brengen? Bij de literatuurverkenning werk je vanuit van te voren geformuleerde deelvragen.
RichtenIn de inleiding van het verkennend onderzoek heb je (deel)vragen geformuleerd en bepaald welke daarvan onderzocht gaan worden in de theorie. Herhaal bij de inleiding van de literatuurverkenning de onderzoeksvragen voor de theorie en stel ze waar nodig (op grond van feedback van je Kritische vriend) bij. De vragen zullen gaan over omschrijving van relevante begrippen en mogelijke oorzaken, oplossingsrichtingen en bestaande ontwerpen rond het probleem.
PlannenMaak een plan van aanpak voor verkenning van de literatuur. Het zoeken naar informatie begint met formuleren van deelvragen voor je literatuurverkenning.. Bij iedere deelvraag formuleer je zoektermen en mogelijke bronnen. De opzet van de literatuurverkenning vat je samen in je werkboek onder onderdeel C Opzet praktijkverkenning. Dit bespreek je de volgende bijeenkomst met je Kritische vriend.
Hoe vind je informatie voor je literatuurverkenning?
LiteratuurBij het zoeken naar informatie kun je gebruik maken de HUbl site Literatuur zoeken voor beroepsproducten Archimedes. Voor vragen en informatie kun je terecht bij informatiespecialisten van de bibliotheek [email protected] en [email protected]
Mogelijke bronnen zijn: Handboeken: boeken bij de cursus beroep en vakdidactiek Google Scholar, Zoekmachine voor informatieve bronnen
www.scholar.google.com Zoekmachine Lucas voor wetenschappelijke artikelen
http://www.bibliotheek.hu.nl/informatiebronnen/lucas Tijdschriftenplein
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 19
Je kunt alvast hoofdstuk 2.2 schrijven van je projectverslag
2.2 Praktijkverkenning2.2.1 Inleiding met deelvragen (max 200 woorden)2.2.2 Aanpak en middelen (max 800 woorden)2.2.3 Resultaten (max 800 woorden)2.2.4 Conclusie (max 200 woorden)
http://www.onderwijsdatabank.nl/pages/onderwijstijdschriftenplein/ Tijdschriften: vaktijdschriften Producten andere studenten: kennisbank Archimedes (www.samenopleiden.nl), hbo-
kennisbank, scriptiebank uur (http://studenttheses.library.uu.nl/search.php ) Bibliotheekwebsite Websites: www.natuurkunde.nl, www.ecent.nl, etc Ondersteuning bronvermelding.
http://www.bibliotheek.hu.nl/ondersteuning/bronvermelding Etc.
Expert raadplegen. Je kunt ook een expert raadplegen op Instituut Archimedes en/of op je stageschool om de keuze voor de literatuur aan te scherpen. In ◊ Document 18 formulier Email Advies vragen aan een expert staat een voorbeeld-email.
3.3.3 Formuleren ontwerpeisen en randvoorwaarden
Fase Activiteiten Verslag Beroepsproduct2
Verkennen en ontwerpen
Ontwerpeisen
Bestuderen: H8.3.5
Formuleren ontwerpeisen op basis van de conclusie uit het verkennend onderzoek (in praktijk en theorie).
Inleveren voor feedback Projectverslag tot en met paragraaf 3.1 en bijlagen 2A en 2B
ProjectverslagHoofdstuk 3: Het beroepsproduct 3.1. Ontwerpeisen en randvoorwaarden
Voor je de ontwerpeisen gaat formuleren formuleer je eerst een samenhangend antwoord op je onderzoeksvraag waarbij je praktijkverkenning en theorieverkenning met elkaar verbindt. Daarna formuleer je ontwerpeisen en randvoorwaarden voor het beroepsproduct op basis van de opdracht
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 20
Je kunt nu hoofdstuk 2.3. van je projectverslag schrijven.
Literatuurverkenning (maximaal 1500-2000 woorden Inleiding et deelvragen (projectverslag 2.3.1) Resultaten en bronnen (projectverslag 2.3.2, geordend volgens deelvragen) Conclusie ( projectverslag 2.3.3; geordend volgens de deelvragen)
De literatuurverkenning heeft een korte inleiding over de opbouw van het hoofdstuk. Je noemt de deelvragen waar in de literatuur antwoord op gezocht wordt. In het middendeel komt een lopend verhaal waarin je antwoord geeft op je deelvragen met verwijzingen (volgens APA-normen) naar relevante literatuur. Informatie over de APA-verwijzing vind je op de mediatheekwebsite. De deelvragen zullen de structuur van het literatuurhoofdstuk bepalen. Geen samenvattingen dus maar verwerking van literatuur uit verschillende bronnen. Je beschrijft vanuit verschillende bronnen hoe gedacht wordt over jouw deelvragen. In een conclusie geef je onderbouwd antwoord op je deelvragen. Je maakt waar relevant een transparante verbinding tussen de literatuurverkenning en de praktijkverkenning.
en de conclusie. De ontwerpeisen kunnen praktisch en inhoudelijk zijn. Alle ontwerpeisen zijn onderbouwd. Je bespreekt je ontwerpeisen met je opdrachtgever en vraagt goedkeuring.Je vat de resultaten van de verkenning en de ontwerpeisen samen in je werkboek D Samenvatting verkenning en ontwerpeisen. Dit bespreek je de volgende bijeenkomst met je Kritische vriend. Je vraagt goedkeuring aan je opdrachtgever.
3.3.4 Rapporteren deelverslag Verkenning en ontwerp
In de cursussen beroepsproduct werk je aan de ontwikkeling van je vaardigheid om schriftelijk te rapporteren. Het doel is dat je bij het schrijven van een verslag beroepsproduct kunt voldoen aan de criteria voor schrijfvaardigheid volgens het Europees referentiekader (ERK) oplopend van 3F naar 4F.
In iedere cursus beroepsproduct schrijf je een deelverslag Verkenning en ontwerp dat de docent van feedback voorziet. Het deelverslag Verkenning en ontwerp bevat de onderdelen 1 tot en met 3.1 met bijlagen 2A en 2B
Voor het taalgebruik let de docent per beroepsproduct op een deelverslagonderdeel.Beroepsproduct 1: deelverslagonderdeel 2.2 Praktijkverkenning (3F)Beroepsproduct 2: deelverslagonderdeel 2.3 Literatuurverkenning (van 3F naar 4F)Beroepsproduct 3: deelverslagonderdeel 3.1 Ontwerpeisen en randvoorwaarden (4F)
Een weblecture over het schrijven van een praktijkverkenning voor beroepsproducten vind je viahttp://www.weblectures.hu.nl/p2gplayer/Player.aspx?id=b7Gaw5In deze weblecture worden de vijf stappen voor het schrijven van een tekst behandeld:
1. Oriënteren: lees opdracht/instructie voor de praktijkverkenning en het beoordelingsmodel.
2. Voorbereiden en plannen: bouwplan/inhoudsopgave praktijkverkenning en beoordelingsmodel.
3. Uitvoeren (tekst schrijven): eerste ronde schrijven a.d.h.v. bouwplan (citeren, parafraseren van literatuur, samenvatten eigen bevindingen).
4. Reviseren: nalezen en zo nodig herschrijven5. Redigeren op taalverzorging: spelling, interpunctie, grammatica, formulering en lay-
out (referentiekader Taal, niveau 4F)
Het verslag van de praktijkverkenning heeft de kenmerken van een onderzoeksverslag De doelgroep is je opdrachtgever, medestudenten en collega-docenten. Het geeft een goed beeld van hoofdvraag en deelvragen, van aanpak en middelen, van
resultaten en van conclusies.
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 21
Je kunt alvast hoofdstuk 3.1 en 3.2 van je projectverslag schrijven. Het beroepsproduct (projectverslag 3)
3.1 Ontwerpeisen en randvoorwaarden
Het is geen opsomming van reeksen samenvattingen of reeksen resultaten per onderzoeksinstrument maar een samenhangend antwoord op deelvragen.
Het is niet een chronologische weergave van de praktijkverkenning (vanuit het ik-perspectief), maar een logische reconstructie in de verleden tijd (gedepersonaliseerde stijl).
Het verslag moet qua taalgebruik, stijl en taalverzorging voldoen aan het taalvaardigheidsniveau beginnend 4F (Meijerink, 2009), De niveaus zijn volledig beschreven in document 24. Voor verslag Beroepsproduct 2 betekent dat onder andere:
Gedachtengangen zijn helder en toegankelijk beschreven. Hoofd- en bijzaken zijn duidelijk onderscheiden. Stijl is: zakelijk (geen vertelstijl), objectief, beknopt en gebruik makend van vaktaal. Woordgebruik: gevarieerd, vakterminologie, algemene academische woordenschat. Zinsbouw, spelling en interpunctie: in hoge mate correct. Lay-out en paragraafindeling goed leesbaar en volgens vereiste volgorde, inhoud en omvang
van de inhoudsopgave verslag Beroepsproduct 2. Literatuurverwijzingen zijn correct toegepast volgens APA-conventies. Namen zijn uit het verslag gehaald en vervangen door functiebeschrijving en/of letter. Personen
zijn niet herleidbaar.
Websites uit de weblecture
Taalwinkel: online taaladviespunt HvA en UvAwww.taalwinkel.nl
Referentiekader taalVoor een volledige beschrijvinghttp://www.taalenrekenen.nl/referentiekader/rel_doc/referentiekader/
Bronvermeldinghttps://www.bibliotheek.hu.nl/Ondersteuning/Bronvermelding
Taalloketwww.taalloket.hu.nl -> Educatie -> Instituut Archimedes -> zelfstudie-> schrijfproces -> taalhulp.
Oefenopdrachten bij voorbeeld-teksten praktijkverkenning
1 Bestudeer een verslag Praktijkverkenning dat voorzien is van commentaar op taalgebruik ∆ document 25 voorbeeld 1 verslagonderdeel Praktijkverkenning met commentaar.
2 Bestudeer een ander deelverslag dat niet voorzien is van commentaar en geef zelf commentaar op het taalgebruik ∆document 26 Voorbeeld 2 verslagonderdeel Praktijkverkenning zonder commentaar
3 Vergelijk jouw commentaar met het commentaar in een voorbeeld-deelverslag.
4 Noteer voor jezelf aandachtspunten en voorbeelden die je kunt gebruiken bij het schrijven van een verslag. ∆document 27 Voorbeeld 2 Verslagonderdeel Praktijkverkenning met commentaar
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 22
5 Wissel aandachtspunten en voorbeelden uit met medestudenten.
BoekIn het boek Praktijkonderzoek in de school is 9.3.1 gewijd aan rapporteren en Bijlage A aan het gebruik van bronnen.
3.4 Ontwikkelen
Fase Activiteiten Verslag Beroepsproduct3
Ontwikkelen en maken
Het beroepsproduct ontwikkelen op basis van de ontwerpeisen.Het schrijven van een handleiding bij het beroepsproduct.
Projectverslag3. Het beroepsproduct3.2 Korte omschrijvingBijlage 3A Het beroepsproductBijlage 3B De handleiding bij het beroepsproduct
Na een grondige verkenning en op basis daarvan een zorgvuldige formulering van de ontwerpeisen, kun je aan de ontwikkeling beginnen. Je product is door jezelf ontworpen en is een uniek product, afgestemd op de eisen en behoeften van jouw specifieke leerwerkplek.Als je bestaand materiaal gebruikt, verantwoord je waarom je hiervoor kiest, pas je het aan voor de eigen school en maak je een handleiding voor gebruik. Verwijs in je beroepsproduct naar bronnen als je materiaal van anderen gebruikt zoals bijvoorbeeld illustraties.
Zowel het beroepsproduct als de handleiding zijn zelfstandige producten die voorzien zijn van titelblad/colofon, inhoudsopgave en bronvermelding.
3.5 Testen en evalueren
Je
beroepsproduct laat je (deels) uitvoeren door je opdrachtgever. Je onderzoekt de uitvoering door observatie van leerlingen en door een gesprek na afloop met een groepje leerlingen.
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 23
Fase Activiteiten Verslag Beroepsproduct4
Testen en evalueren
Rooster voor het (deels) uitvoeren door de opdrachtgever.
Observatieschema en gespreksleidraad maken.
Werkboek E Opzet test en evaluatie.
Het beroepsproduct (deels) laten uitvoeren door de opdrachtgever.
Nabespreken van de test en het ingevulde beoordelingsadvies door de opdrachtgever
Hoofdstuk 4 Test en evaluatie4.2.1 Inleiding 4.2.2 Aanpak en middelen4.2.3 Resultaten4.2.4 Conclusie Bijlage 4A Onderzoeksinstrumenten testBijlage 4B Resultaten test
Beoordelingsadvies opdrachtgever
OriënterenJe draagt het beroepsproduct met handleiding over aan je opdrachtgever. Je maakt nauwkeurig afspraken voor het (deels ) uitproberen.
RichtenJe stelt een observatieschema op te observeren hoe leerlingen reageren op je beroepsproduct en in hoeverre voor leerlingen het beoogde effect gerealiseerd wordt. Je maakt een gespreksleidraad voor een gesprek met een groepje leerlingen. Je gaat bij hen na of het beoogde effect gerealiseerd is.Je vat de opzet van je test samen in Werkboek E Opzet test en evaluatie.
Werkboek E Opzet test en evaluatieRooster uitvoeringDeelvragen voor de observatie van leerlingenDeelvragen voor het gesprek met een groepje leerlingen
VerzamelenMaak notities van je observaties en vat het gesprek samen. Bespreek de test na met de opdrachtgever.
Resultaten en conclusiesJe geeft in een conclusie antwoord op je deelvragen. Voldoet je product aan de ontwerpeisen en de verwachtingen? Bereikt je met het beroepsproduct het beoogde effect?
RapportageJe kunt nu hoofdstuk 4 Test en evaluatie schrijven van je verslag Beroepsproduct 2
Verslag Beroepsproduct 2Hoofdstuk 4: Test en evaluatie.4.2.1 Inleiding en deelvragen (max 200 woorden)4.2.2 Aanpak en middelen (max 800 woorden)4.2.3 Resultaten (max 800 woorden)4.2.4 Conclusie (max 200 woorden)
Bijlage 4A Onderzoeksinstrumenten testBijlage 4B Resultaten test
In je de inleiding formuleer je de deelvragen waarop je het antwoord zoekt door de uitvoering van je beroepsproduct door de opdrachtgever. Je beschrijft bij aanpak en middelen je onderzoeksmethode en onderzoeksinstrumenten. Onder resultaten en conclusie maak je onderscheid tussen de neutrale gegevens (bij ‘resultaten’) en jouw interpretatie van de gegevens (bij ‘conclusies’). Je legt het accent op informatie die relevant is voor het ontwerp van je beroepsproduct. Je plaatst lege onderzoeksinstrumenten (observatieschema, gespreksleidraad) in bijlage 4A en de resultaten van je test en evaluatie in bijlage 4B.
Beoordeling door de opdrachtgeverVoordat je de verslagen inlevert bij de begeleider van Instituut Archimedes ga je in gesprek met de opdrachtgever over zijn of haar tevredenheid met het jouw gemaakte product. In dit gesprek bespreek je samen het beoordelingsadvies dat de opdrachtgever aan de opleiding wil geven.
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 24
∆ Document 22 Formulier Beoordelingsadvies opdrachtgever.
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 25
4 Rapporteren en presenteren , beoordelen en afronden
4.1 Rapporteren en presenteren
RapporterenIn een cursus beroepsproduct lever je drie keer een verslag in.
Het deelverslag Inleiding en oriëntatie bevat de onderdelen 1.1 1.2 2.1. Het deelverslag Verkenning en ontwerp bevat de onderdelen 1 tot en met 3.1 met bijlagen
2A en 2B. Het verslag Beroepsproduct 2 bevat de onderdelen 1 tot en met 4 met bijlagen 2A en 2B, 3A
en 3B, 4A en 4B waaronder als zelfstandige documenten het beroepsproduct en de handleiding.
De inhoudsopgave van de verslagen staat in document 20 als word-document. De twee deelverslagen zijn bedoeld om feedback te krijgen van je hu-docent. De beoordeling krijg je op grond van het Verslag Beroepsproduct 2, Het beroepsproduct 2 en de Handleiding bij beroepsproduct 2.
∆ Document 20 Inhoudsopgave verslagen beroepsproduct 2.
In de cursussen beroepsproduct werk je aan de ontwikkeling van je vaardigheid om schriftelijk te rapporteren. Het doel is dat je bij het schrijven van een verslag beroepsproduct kunt voldoen aan de criteria voor schrijfvaardigheid volgens het Europees referentiekader (ERK) oplopend van 3F naar 4F
In iedere cursus beroepsproduct schrijf je een deelverslag Verkenning en ontwerp dat de docent van feedback voorziet. Voor het taalgebruik let de docent per beroepsproduct op een ander verslagonderdeel.. Beroepsproduct 1: verslagonderdeel 2.2 Praktijkverkenning (3F)Beroepsproduct 2: verslagonderdeel 2.3 Literatuurverkenning (van 3F naar 4F)Beroepsproduct 3: verslagonderdeel 3.1 Ontwerpeisen en randvoorwaarden (4F)
∆ document 24 Taalniveau 3F en 4F voor schrijven volgens het Europees referentiekader
Zie ook:
Boek 9.3.1 Rapporteren Boek Bijlage A Het gebruik van bronnen Handleiding voor bronvermelding https://www.auteursrechten.nl/apa-richtlijnen
Presenteren
Een beroepsproduct waar je intensief aan gewerkt hebt is het waard gedeeld te worden met je opleidingsschool, met medestudenten, in een vakblad of op een conferentie. Aanwijzingen voor presenteren vind je in Van der Donk in hoofdstuk 9.3.2.
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 26
4.2 Beoordelen en afronden
Beoordelingsadvies van de opdrachtgever.Je opdrachtgever beoordeelt je beroepsproduct met handleiding met behulp van het beoordelingsadvies van de opdrachtgever. Je bespreekt het ingevulde formulier met je opdrachtgever.
∆Document 22 Beoordelingsadvies van de opdrachtgever.
Beoordeling hu-docentDe HU-docent beoordeelt je verslag Beroepsproduct 2 met je beroepsproduct en handleiding met behulp van het beoordelingsformulier verslag Beroepsproduct 2. Bij deze beoordeling wordt rekening gehouden met het beoordelingsadvies van de opdrachtgever.
∆Document 23 Beoordelingsformulier Verslag Beroepsproduct 2
Afronding eindproduct(en) kennisbank Archimedes en onstage1 Je upload op de kennisbank Archimedes het verslag Beroepsproduct 2, het beroepsproduct en de
handleiding. (uploadvoorziening). 2 Je upload in Onstage het verslag Beroepsproduct 2, het beroepsproduct en de handleiding. 3 Je upload in Onstage het beoordelingsadvies van de opdrachtgever4 Je docent beoordeelt de eindproduct(en) met het beoordelingsformulier.5 De docent voert het resultaat in in osiris.
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 27
Bijlagen:
Beoordelingsadvies opleidingsschool
Beoordelingstabel HU docent
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 28
Beoordelingsadvies opdrachtgever beroepsproduct 2
Dit formulier is bedoeld voor een beoordelingsadvies van beroepsproduct 2 door de opdrachtgever in school. De opdrachtgever beoordeelt of de student op de werkplek professioneel en projectmatig gewerkt heeft aan het beroepsproduct en in welke mate het product voldoet aan de opdracht.Het beoordelingsadvies kan gegeven worden als na de evaluatie het afgesproken product is overgedragen aan de betrokkenen in de school. De student laat het formulier invullen door de opdrachtgever en plaatst het ingevulde beoordelingsadvies als aparte bijlage in Onstage.
Naam student:
Studentnummer:
Naam opdrachtgever:
Email opdrachtgever:
De uitvoering van het projectwerk DatumBeschrijving van het probleem, beoogde product, beschrijving, context en opzet van de verkenning is goedgekeurd door de opdrachtgever
Ja / nee
De ontwerpeisen zijn goedgekeurd door de opdrachtgever. Ja /neeHet product is (deels) uitgetest door ….. in klas ……. Ja / neeDe student heeft gedurende het project regelmatig gecommuniceerd met betrokkenen in de school.
Ja / nee
De student heeft zich gehouden aan de afgesproken tijdsplanning en deze waar nodig in overleg bijgesteld
Ja / nee
Toelichting opdrachtgever
De kwaliteit van het beroepsproduct mee oneens 1 2 3 4 5 mee eensDe ontwerpeisen zijn passend en onderbouw vanuit de praktijkverkenning. 1 2 3 4 5
□ □ □ □ □Het beroepsproduct voldoet aan de ontwerpeisen 1 2 3 4 5
□ □ □ □ □Het beroepsproduct is vakinhoudelijk en vakdidactisch van goede kwaliteit. 1 2 3 4 5
□ □ □ □ □De handleiding bij het beroepsproduct geeft toekomstige gebruikers een goede ondersteuning bij het gebruik
1 2 3 4 5□ □ □ □ □
Het beroepsproduct is bruikbaar in de dagelijkse praktijk van de school en heeft daadwerkelijk iets bijgedragen aan de schoolontwikkeling. Het beroepsproduct gaat gebruikt worden door ……………………….
1 2 3 4 5□ □ □ □ □
Toelichting opdrachtgever
Beoordelingsadvies opdrachtgever □ onvoldoende □ voldoende □ ruim voldoende □ goed □ zeer goed □ uitmuntend
Voor akkoord opdrachtgever Datum
Voor akkoord student Datum
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 29
Beoordelingsformulier Projectverslag Beroepsproduct 2
Naam student:Studentnummer:Datum van inleveren:
Naam beoordelaar:Datum van beoordeling: Eindoordeel:
ja nee VoorwaardenHet beroepsproduct en de handleiding bij het beroepsproduct zijn zelfstandige producten of documenten.Het beroepsproduct is leermiddel voor de leerlingen of een hulpmiddel voor het professionele handelen in de onderwijspraktijk..Het projectverslag heeft de onderdelen: voorblad, samenvatting, inhoudsopgave, inleiding, verkenning, beroepsproduct, test en evaluatie.Het projectverslag heeft als bijlagen 2A Onderzoeksinstrumenten praktijkverkenning, 2B Resultaten praktijkverkenning, 4A Onderzoeksinstrumenten test, 4B Resultaten test.Het projectverslag heeft als bijlagen in aparte documenten: 3A Het beroepsproduct en 3B De handleiding De samenvatting omvat opdracht, verkenning, ontwerp, test en evaluatieHet projectverslag is geregistreerd op de kennisbank Archimedes. (uploadvoorziening)De opdrachtgever is akkoord met opdracht en met het ontwerp en heeft het beroepsproduct getest en beoordeeld met het beoordelingsadvies.Het blijkt dat er geen sprake is van plagiaat. Eventuele overlap met eerder werk is gebruikt met juiste bronvermelding; verwijzingen en citaten zijn als zodanig aangegeven volgens APA-normen.Bij een gezamenlijk product is expliciet duidelijk gemaakt wie welke bijdrage heeft geleverd
Het projectverslag wordt beoordeeld op de onderstaande categorieën. Iedere categorie is omschreven en relevante kwaliteiten zijn benoemd. Per categorie is er een maximale en een minimale score. De scores worden verzameld in de onderstaande tabel. In de beoordeling wordt het beoordelingsadvies van de opdrachtgever meegewogen.
Categorieën (zie ook inhoudsopgave projectverslag)
Maximale score
Minimalescore
Score
Inleiding 10 5Verkenning vanuit de praktijk 15 7Verkenning vanuit de literatuur 15 7Ontwerp 15 7Het beroepsproduct met handleiding 20 10Test en evaluatie 10 5Rapportage en reflectie 10 5Bijzondere kwaliteit 5 0Totaalscore 100 55Eindcijfer = (score / 100) x 10; 5,5 en hoger is voldoende.Toelichting
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 30
Inleiding en oriëntatie /10 volledig, relevant, logisch, precies Je geeft informatie over je opleidingsschool en de context waarbinnen het beroepsproduct gemaakt wordt. Je geeft aan met wie in de school je de opdracht hebt vastgesteldJe beschrijft de opdracht die je hebt gekregen, licht toe hoe het beroepsproduct aansluit op de ontwikkelingen in de school en in het schoolvak.Je beschrijft de aanleiding voor dit beroepsproduct en wat de behoefte van de school is.Je legt uit wat volgens de opdrachtgever het beoogde effect moet zijn van het beroepsproduct.
Verkennen van de praktijk /15 volledig , relevant, systematisch, samenhangend, correctJe formuleert hoofdvraag en deelvragen passend bij het gekozen product en het beoogde effectDe deelvragen leiden tot een gerichte verkenning van de praktijk en de antwoorden zijn nodig zijn voor je het ontwerp van je beroepsproduct. Je beschrijft en verantwoordt per deelvraag de onderzoeksopzet (aanpak en onderzoeksinstrument)Je hanteert verschillende perspectieven (bijvoorbeeld leraren, leerlingen, ouders, experts). Je geeft per deelvraag je resultaten overzichtelijk en objectief weer. Je verwijst accuraat naar de nodige bijlagen (onderzoeksinstrumenten en resultaten). In een conclusie geef je beknopt en adequaat antwoord op de gestelde deelvragen in relatie tot het ontwerp
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 31
Verkennen van de literatuur /15 volledig, relevant, gefocust, inspirerend, samenhangendJe formuleert hoofdvraag en deelvragen die passen. bij het gekozen product en het beoogde effect.De gekozen literatuur is relevant voor het ontwerp (aansluitend bij de onderzoeksvraag en de context waarin het onderzoek plaatsvindt), actueel, gevarieerd en van niveau. Je geeft antwoord op de gestelde deelvragen (dus geen reeks samenvattingen) waarbij je verschillende bronnen samenhangend verwerkt.In een conclusie geef je beknopt en adequaat antwoord op de gestelde deelvragen in relatie tot het ontwerpJe verwijst in de tekst correct naar de bronnen volgens de APA-normen.
Ontwerp /15 volledig, relevant, beargumenteerdJe formuleert praktische en inhoudelijke ontwerpeisen van het beroepsproduct en licht die toe met voorbeelden.Je verantwoordt waarop je de ontwerpeisen baseert met een verwijzing naar de opdracht, de verkenning of eigen ervaring.Je geeft aan waarom je mag verwachten dat het beroepsproduct bijdraagt aan het beoogde effect.. Je geeft aan met wie in de school je de ontwerpeisen hebt vastgesteld
Het beroepsproduct met handleiding
/20 volledig, correct, actueel, praktisch relevant, innovatief, aantrekkelijk
Je licht toe dat het beroepsproduct voldoet aan de vastgestelde ontwerpeisen.Het beroepsproduct is bruikbaar, relevant, aantrekkelijk en draagt bij aan het beoogde effect..In de handleiding staat beschreven voor wie het product bedoeld is, wat het doel / beoogde effect is, in welke vorm het product is uitgevoerd, hoe het middel is te hanteren. Verder is er een verantwoording van gebruikte teksten en afbeeldingen.
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 32
Testen en evalueren /10 volledig, relevant, systematisch, samenhangend, correct
Je beschrijft hoe, wanneer en door wie het beroepsproduct of een deel van het beroepsproduct is uitgeprobeerd.Je formuleert relevante deelvragen voor het uittesten van het gebruik en voor het bepalen van het effect van het beroepsproductJe beschrijft en beargumenteert je aanpak en onderzoeksinstrumenten waaronder een observatie van de uitvoering en een evaluatief gesprek met een groepje leerlingen.Je geeft de resultaten overzichtelijk weer en beschrijft ze objectief.Je verwijst accuraat naar de onderzoeksinstrumenten en de resultaten in de bijlagen. Je formuleert kritisch conclusies ten aanzien van de bruikbaarheid en het beoogde effect.
Rapporteren /10 begrijpelijk, aantrekkelijk, logisch, overzichtelijk, verzorgd, correctJe projectverslag en je beroepsproduct voldoen aan het taalniveau 4FJe verslag is correct qua samenhang, zinsbouw en spellingHet verslag voldoet qua stijl, woordkeuze, anonimisering en volgbaarheid aan een onderzoeksverslag (inhoudsopgave, verwijzingen, bijlagen, literatuurlijst)Het verslag is goed leesbaar, objectief, eenduidig en begrijpelijk geschreven en is overzichtelijk en aantrekkelijk vormgegeven. In de inleidingen van je verslag geef je een leeswijzer voor het hoofdstuk.
Bijzondere kwaliteit /5 Vernieuwend, creatief Je beroepsproduct bevat onderdelen die bijzonder vernieuwend, origineel en baanbrekend zijn, die bijzonder goed zijn uitgewerkt en/of die optimaal de kansen heeft benut binnen de cultuur, mogelijkheden en behoeften van de school.
© Hogeschool Utrecht, Instituut Archimedes 33
