Upload
others
View
4
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Versie: 30 oktober 2014
Uitgevoerd door: Newcom Research & Consultancy
Auteur: drs. Neil van der Veer, drs. Steven Boekee
Opdrachtgever: Universiteit Twente mevr. Maaike Platvoet mevr. Ditta op den Dries
Vrouwen in de top
Inhoud
Samenvatting
Achtergrond
Resultaten per doelgroep
Attitude – Sociale invloed – (Zelf)effectiviteit Intentie Barrières Steun
Afsluitend
Bijlage
1
2
3
2
4
5
1. Samenvatting
11 3
4
“De klim naar de top en de eigen invloed hierop wordt door vrouwen aan het begin van hun carrière onderschat”
De ambitie om de top te bereiken is aanwezig, maar er wordt getwijfeld over het nut van sociale netwerken en de (zelf)effectiviteit
5
• De ambitie om de top te bereiken is aanwezig;
• De ambitie neemt toe naarmate de carrière vordert.
Attitude
• De bruikbaarheid van het sociale netwerk wordt door vrouwen relatief laag ingeschat;
• Onder promovendi en gepromoveerden geeft minder dan 40 procent aan genoeg invloed op hun netwerk te hebben.
Sociale invloed
• De verwachting dat vrouwen in de komende jaren hun ambitie kunnen waarmaken is lager dan de ambitie die vrouwen hebben;
• De verwachte (zelf)effecitiviteit is het grootst onder hoogleraren.
(Zelf)effectiviteit
De werkelijke intentie om de top te bereiken is relatief laag; vrouwen lijken in mindere mate bereid om offers te maken
6
• Vrouwen scoren relatief laag op werkelijke intentie om de wetenschappelijke top te behalen;
• De intentie neemt toe naarmate de carrière vordert.
Intentie
• Relatief veel vrouwen tonen een lage bereidheid om hun wetenschappelijke carrière boven alles te plaatsen;
• Een beduidend deel van de vrouwen geeft aan dat een gezinsleven en een wetenschappelijke carrière niet te combineren valt, is niet bereid om haar wetenschappelijke carrière boven alles te plaatsen en lobbyt niet graag.
Inspanning & Bereidheid
Hoe verder gevorderd vrouwen zijn in hun carrière, hoe meer barrières zij ervaren; men krijgt wel voldoende steun van hun sociale omgeving
7
• Meer dan een kwart van alle vrouwen ervaart veel barrières bij de klim naar de wetenschappelijke top;
• Hoogleraren ervaren de meeste barrières.
Barrières
• Vrouwen krijgen voldoende steun van hun sociale omgeving om de top te bereiken;
• Onder promovendi is de ervaren steun het grootst.
Steun
2. Achtergrond
8
Titelstijl van model
bewerken
9
Aanleiding Onderzoeksopzet Het UT nieuws brengt regelmatig specials uit.
Eén van de komende specials zal gaan over vrouwen in de wetenschappelijke top. Nog (relatief) weinig vrouwen lijken de wetenschappelijke top te halen.
Om meer inzicht te krijgen in wat er speelt onder vrouwen die in de PhD en/of Postdoc fase zitten heeft UT Nieuws, in samenwerking met Newcom, een kwantitatief onderzoek uitgevoerd.
Doelgroep: vrouwelijke Postdoc / PhD in Nederland.
Methode: online kwantitatief onderzoek. In samenwerking met UT Nieuws is een
vragenlijst ontwikkeld. Het onderzoek is door UT Nieuws
verspreid onder verschillende netwerken.
Doorlooptijd: 29 september t/m 13 oktober.
Noot: Het is een beschrijvend onderzoek, dat vooral
aanknopingspunten biedt .
Om (alle) effecten te verklaren is een longitudinale studie (met meerdere meetmomenten en methodieken) vereist.
9
10
Het vraagstuk
“Wat speelt er onder vrouwen die in de PhD en/of Postdoc fase zitten?”
10
Het vraagstuk in perspectief
11
Attitude
Sociale invloed
(Zelf) effectiviteit
Intentie Gedrag
Barrières en steun
Attitude-Sociale invloed-Effectiviteit (ASE) model Betekenis onderdelen ASE-model Attitude: de ambitie die men heeft om de top
te bereiken; Sociale invloed: de verwachte bruikbaarheid
van het eigen sociale netwerk om de top te behalen;
(Zelf)effectiviteit: de verwachting dat men de ambitie om de top te bereiken daadwerkelijk kan waarmaken;
Intentie en bereidheid om daadwerkelijk de top te behalen;
Barrières die men ervaart bij de klim naar de wetenschappelijke top;
Steun die men ervaart bij de klim naar de top.
Titelstijl van model
bewerken
12
Respons en representativiteit
In totaal hebben 1.115 respondenten de vragenlijst volledig doorlopen: • Promovendi n=541 • Gepromoveerden n=484 • Hoogleraren n=90 De respons is in aantallen voldoende groot Gezien de populatie die uit 3.600 vrouwelijke PhD’s bestaat (bron: Lnhv), kunnen we zeggen dat we een beduidend deel van de populatie hebben ondervraagd.
De steekproef lijkt goed overeen te komen met
de populatie Onbekend is hoe de totale populatie zich qua opbouw verhoudt t.o.v. de steekproef. Gezien de hoge respons gaan we ervan uit dat de steekproef minimaal afwijkt van de populatie.
12
3. Resultaten 1. Attitude – Sociale invloed – (Zelf)effectiviteit 2. Intentie 3. Barrières 4. Steun
13
De ambitie om de top te bereiken is aanwezig, maar er wordt getwijfeld over het
nut van sociale netwerken en de zelf-effectiviteit
14
3.1 Attitude – Sociale invloed – (Zelf)effectiviteit
De ambitie om de top te bereiken is aanwezig
15
79
6 14
2
88
4 7 1
92
4 3 0 0%
20%
40%
60%
80%
100%
Zeker/enigszins Neutraal (Zeker) niet Weet niet
Perc
enta
ge
Ambitie
Ambitie in de wetenschappelijke top
Promovendi Gepromoveerd Hoogleraar
“De ambitie neemt toe naarmate de carrière vordert: ruim 90 procent van de
hoogleraren ambieert een (verdere) carrière in de wetenschap”
Promovendi n=541; Gepromoveerden n=484; Hoogleraren n=90
In hoeverre ambieert u een (verdere) carrière in de wetenschap?
De bruikbaarheid van het sociale netwerk wordt door vrouwen relatief laag ingeschat
16
38
29 23
10
36
27 31
5
56
24
19
1 0%
20%
40%
60%
(Helemaal) eens Neutraal (Helemaal) oneens Weet niet
Perc
enta
ge
Invloed
Invloed op sociaal netwerk
Promovendi Gepromoveerd Hoogleraar
“Onder promovendi en gepromoveerden geeft minder dan 40 procent aan genoeg invloed op
hun netwerk te hebben”
Promovendi n=541; Gepromoveerden n=484; Hoogleraren n=90
Stelling: “Ik heb voldoende invloed op netwerken om verder te komen”
De verwachting dat vrouwen in de komende jaren hun ambitie kunnen waarmaken is lager dan de ambitie die zij hebben
17
74
12 13
66
21 13
90
2 7
0%
20%
40%
60%
80%
100%
Zeker/waarschijnlijk wel Zeker/waarschijnlijk niet Weet niet
Perc
enta
ge
Verwachting
(Zelf)effectiviteit om ambitie tot werkelijkheid te maken
Promovendi Gepromoveerd Hoogleraar
“(Zelf)effecitiviteit is niet optimaal onder promovendi en gepromoveerden”
Promovendi n=541; Gepromoveerden n=484; Hoogleraren n=90
79
88 • • 92
•
•
In hoeverre verwacht u in de komende jaren uw ambitie in de wetenschap waar te maken?
Ambitie niveau (zie sheet 15)
De werkelijke intentie om de top te bereiken is laag; vrouwen lijken in mindere mate
bereid om offers te maken voor een carrière in de wetenschap
18
3.2 Intentie
Vrouwen scoren relatief laag op werkelijke intentie om de wetenschappelijke top te bereiken
19
19 22
39
0%
10%
20%
30%
40%
50%
Intentie
Perc
enta
ge
Intentie (% hoge intentie)
Promovendi Gepromoveerd Hoogleraar
De totale intentie is gemeten op basis van een
aantal aspecten*. Resultaten op de
afzonderlijke aspecten worden op de volgende
sheet weergegeven.
Promovendi n=541; Gepromoveerden n=484; Hoogleraren n=90 * Aspecten die niet bijdragen aan het concept “intentie” zijn te vinden in de bijlage
Relatief veel vrouwen tonen een lage bereidheid om hun wetenschappelijke carrière boven alles te plaatsen
20
65
52 50
29
5
60 58 55
32
8
69
60
70
39
20
0%
20%
40%
60%
80%
Onderzoek in
buitenland
Actief aan netwerk
werken
Combineren met
gezinsleven
Lobbyen Wetenschapplijke
carrière boven alles
Perc
enta
ge
Bereidheid
Bereidheid om de top de bereiken (% (helemaal) mee eens)
Promovendi Gepromoveerd Hoogleraar
“Meer dan 90 procent van de promovendi en gepromoveerden
stelt hun wetenschappelijke carrière niet boven alles”
Promovendi n=541; Gepromoveerden n=484; Hoogleraren n=90
In hoeverre bent u het eens met de volgende stellingen?
Hoe verder gevorderd vrouwen zijn in hun carrière, hoe meer barrières zij ervaren
21
3.3 Barrières
Meer dan een kwart van alle vrouwen ervaart veel barrières bij de klim naar de wetenschappelijke top
22
25
33
37
0%
10%
20%
30%
40%
Barrières
Perc
enta
ge
Ervaren barrières (% veel barrières)
Promovendi Gepromoveerd Hoogleraar
Promovendi n=541; Gepromoveerden n=484; Hoogleraren n=90 * Aspecten die niet bijdragen aan het concept “barrières” zijn te vinden in de bijlage
De totale mate van ervaren barrières is gemeten op
basis van een aantal aspecten*. Resultaten op de
afzonderlijke aspecten worden op de volgende
sheet weergegeven.
60
41 27 27
17 11
54 62
46 52
20 21
44
87
46 61
18
37
0%
20%
40%
60%
80%
100%
Perc
enta
ge
Ervaren barrière
Ervaren barrières (% (helemaal) mee eens)
Promovendi Gepromoveerd Hoogleraar
De moraal wetenschap is je leven blokkeert
voor veel vrouwen de weg omhoog
De bestaande netwerken zorgen
er voor dat mannen voorrang
krijgen in de wetenschappelijke
top
Het diversiteits-beleid van
universiteiten is een wassen neus
Hoogleraren geven door
vooroordelen vaker de steun aan mannen
De velden waarin vrouwen
doorgaans actief zijn minder
interessant voor subsidie
verstrekkers
Vrouwen hebben minder kans op
fondsen en beurzen
Hoogleraren ervaren de meeste barrières; promovendi lijken de minste barrières te ervaren
23
“Bestaande netwerken waarin mannen voorrang krijgen is de grootste barrière”
Promovendi n=541; Gepromoveerden n=484; Hoogleraren n=90
"Gepromoveerden ervaren dezelfde barrières als hoogleraren, maar in
mindere mate"
In hoeverre bent u het eens met de volgende stellingen?
Vrouwen krijgen voldoende steun van hun sociale omgeving om de top te halen
24
3.4 Steun
Het merendeel van de vrouwen geeft aan voldoende steun te krijgen vanuit hun sociale omgeving
25
70
57 61
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
Steun
Perc
enta
ge
Ervaren steun (% veel steun)
Promovendi Gepromoveerd Hoogleraar
Promovendi n=541; Gepromoveerden n=484; Hoogleraren n=90 * Aspecten die niet bijdragen aan het concept “ervaren steun” zijn te vinden in de bijlage
De totale mate van ervaren steun is gemeten op basis van een aantal aspecten*.
Resultaten op de afzonderlijke aspecten
worden op de volgende sheet weergegeven.
Onder promovendi is de ervaren steun het grootst
26
67 73
59 55
66
49
0%
20%
40%
60%
80%
Mijn omgeving steunt mij onvoorwaardelijk in mijn
wetenschappelijke carrière
Mijn directe omgeving op de universiteit (mentor,
collegas) hebben mij altijd voldoende steun gegeven
Perc
enta
ge
Steun
Ervaren steun (% (helemaal) mee eens)
Promovendi Gepromoveerd Hoogleraar
“Vrouwen ervaren voldoende steun om de top te bereiken”
Promovendi n=541; Gepromoveerden n=484; Hoogleraren n=90
In hoeverre bent u het eens met de volgende stellingen?
4. Afsluitend
27
De klim naar de top en de eigen invloed hierop wordt door vrouwen aan het begin van hun carrière onderschat
28
Attitude: de ambitie om de top te bereiken is aanwezig; Sociale invloed: de bruikbaarheid van het sociale netwerk wordt door vrouwen relatief laag
ingeschat; (Zelf)effectiviteit: de verwachting dat vrouwen in de komende jaren hun ambitie kunnen
waarmaken is lager dan de ambitie die vrouwen hebben; Intentie: de intentie om daadwerkelijk de top te bereiken is laag. Vrouwen lijken in mindere
mate bereid om offers te maken voor een carrière in de wetenschap; Barrières: hoe verder gevorderd vrouwen zijn in hun carrière, hoe meer barrières zij ervaren; Steun: vrouwen krijgen voldoende steun van hun sociale omgeving om de top te bereiken.
Attitude
Sociale invloed
(Zelf) effectiviteit
Intentie Gedrag
Barrières en steun
De hoofdlijnen per doelgroep (1/2)
29
Promovendi Gepromoveerden Hoogleraren
Att
itud
e + 79% heeft de ambitie om in de
wetenschappelijke top te komen
+ 88% heeft de ambitie om in de
wetenschappelijke top te komen
++ 92% heeft de ambitie om in de
wetenschappelijke top te komen
Soci
ale
invl
oed
-
38% geeft aan genoeg invloed te
hebben op haar netwerk
-
36% geeft aan genoeg invloed te
hebben op haar netwerk
+/-
56% geeft aan genoeg invloed te
hebben op haar netwerk
(Zel
f)ef
fect
ivit
eit
+ 74% verwacht in de komende
jaren haar ambitie in de
wetenschap waar te maken
+/- 66% verwacht in de komende
jaren haar ambitie in de
wetenschap waar te maken
++ 90% verwacht in de komende
jaren haar ambitie in de
wetenschap waar te maken
Legenda: ++ zeer hoog; + hoog; +/- gemiddeld; - laag; - - zeer laag
De hoofdlijnen per doelgroep (2/2)
30
Promovendi Gepromoveerden Hoogleraren
Inte
nti
e - - 19% is bereid inspanningen te
leveren om haar ambitie te
verwezenlijken
- 22% is bereid inspanningen te
leveren om haar ambitie te
verwezenlijken
- 39% is bereid inspanningen te
leveren om haar ambitie te
verwezenlijken
Bar
rièr
es +/-
Een kwart van de vrouwelijke
promovendi ervaart veel barrières
- Een derde van de vrouwelijke
gepromoveerden ervaart veel
barrières
- - Bijna 40 procent van de
vrouwelijke hoogleraren ervaart
veel barrières
Steu
n ++
70% krijgt voldoende steun van de sociale omgeving om de wetenschappelijke top te bereiken
+ 57% krijgt voldoende steun van de sociale omgeving om de wetenschappelijke top te bereiken
+ 61% krijgt voldoende steun van de sociale omgeving om de wetenschappelijke top te bereiken
Legenda: ++ zeer hoog; + hoog; +/- gemiddeld; - laag; - - zeer laag
5. Bijlage Figuren Gamma vs. Bèta
31
32
Figuren
Kennis
33
Er zijn meer vrouwen dan mannen die afstuderen aan de Nederlandse
universiteiten
45 procent van de gepromoveerden is vrouw
Een derde van de universitaire docenten is vrouw
Promovendi (n=541)
74%
46%
39%
Gepromo-veerden (n=484)
75%
53%
43%
Hoogleraren(n=90)
83%
66%
64%
Wat is volgens u waar over vrouwen in de wetenschappelijke top? (% waar)1
1Alle stellingen zijn feitelijk waar
Vooroordelen over vrouwen in de top
34
1
2
18
26
30
70
1
2
22
18
21
76
1
20
24
8
86
0% 20% 40% 60% 80% 100%
Wetenschap is topsport en alleen mannen zijn geschikt voor
topsport
Voor vrouwen heeft het weinig zin om moeite te stoppen in een
wetenschappelijke carrière
Vrouwen zijn minder ambitieus dan mannen
Er zijn absoluut geen obstakels voor mij om een
wetenschappelijke carrière na te streven
Vrouwen en mannen hebben evenveel kans op een
wetenschappelijke carrière
Vrouwen zijn veel te bescheiden over hun wetenschappelijke
kwaliteiten
Percentage
Voor
oord
elen
Vooroordelen over vrouwen (% (helemaal) mee eens)
Hoogleraar Gepromoveerd Promovendi
In hoeverre bent u het eens met de volgende stellingen?
Promovendi n=541; Gepromoveerden n=484; Hoogleraren n=90
Reden geen ambitie wetenschappelijke top
35
100 78
3
6
6
6
31
19
5
73
1
1
1
5
7
7
9
25
28
0% 20% 40% 60% 80% 100%
Weet ik niet
Anders
Ik krijg het financieel niet rond
Ik heb het geprobeerd en ben afgewezen
Het is mij afgeraden tijdens mijn studie
De universiteit laat mij niet in deeltijd werken
Ik heb geen of onvoldoende connecties in netwerken
Ik weet er te weinig van
Ik weet niet hoe ik aan een beurs moet komen
Ik kan het qua tijd het niet combineren met mijn gezin/levensfase
Ik kan/wil niet naar het buitenland
Percentage
Red
enen
Reden geen ambitie wetenschappelijke top
Promovendi Gepromoveerd Hoogleraar
Wat is de reden dat u geen wetenschappelijke carrière ambieert?
Promovendi n=75; Gepromoveerden n=36; Hoogleraren n=3
Informatie
36
16
45
30
68
33
57
0%
20%
40%
60%
80%
Vindt u dat er voldoende informatie beschikbaar is rondom
een carrière in de wetenschap specifiek voor vrouwen?
Heeft u zelf (wel eens) informatie opgezocht over een carrière
in de wetenschappelijke top?
Perc
enta
ge
Informatie beschikbaarheid
Informatievoorziening (% ja)
Promovendi Gepromoveerd Hoogleraar
Promovendi n=541; Gepromoveerden n=484; Hoogleraren n=90
Intentie
37
29
35
21 24
18
3
0%
20%
40%
Het uitzoeken van de voorwaarden voor een wetenschappelijke
carrière lijkt mij moeilijk
Ik wil alleen een wetenschappelijke carrière als dat in deeltijd
kan
Perc
enta
ge
Intentie aspecten
Intentie (% (helemaal) mee eens)
Promovendi Gepromoveerd Hoogleraar
Promovendi n=541; Gepromoveerden n=484; Hoogleraren n=90
Barrières
38
50
12
35
3
47
13
38
2
43
17
40
0%
20%
40%
60%
(Helemaal) eens Neutraal (Helemaal) oneens Weet niet
Perc
enta
ge
Antwoordcategorie
Stelling: “In de competitieve wereld is geen plaats voor deeltijdwerk”
Promovendi Gepromoveerd Hoogleraar
Promovendi n=541; Gepromoveerden n=484; Hoogleraren n=90
39
Gamma vs. Bèta
Promovendi uit de bèta richting zien minder externe barrières voor vrouwen om de wetenschappelijke top te bereiken dan promovendi uit de gamma richting
40
Er zijn absoluut geen obstakels voor mij om een
wetenschappelijke carrière na te streven
Vrouwen en mannen hebben evenveel kans op een wetenschappelijke carrière
De bestaande netwerken zorgen er voor dat mannen voorrang krijgen in de wetenschappelijke top
Hoogleraren geven door vooroordelen vaker de steun aan mannen
Gamma (n=254)
23%
23%
56%
43%
Bèta (n=217)
31%
39%
39%
28%
Stellingen (% (helemaal) mee eens)1
1Deze verschillen zijn niet aangetroffen onder gepromoveerden
Promovendi uit de bèta richting ervaren echter vaker dat vrouwen minder ambitieus zijn
41
“Vrouwen zijn minder ambitieus dan mannen” (% (helemaal) mee eens)1
15
23
0
10
20
30
Gamma Beta
Hetzelfde beeld komt naar voren bij gepromoveerden: gepromoveerden uit de bèta richting vinden vaker dat vrouwen minder ambitieus zijn (27%) dan
gepromoveerden uit de gamma richting (17%)2
1Basis n=254 gama en n=217 beta 2Basis n=179 gamma en n=261 beta
42
Meer informatie? Neem contact met ons op!
Drs. Neil van der Veer
www.newcom.nl|[email protected]
Vestiging Enschede
Capitool 50-4
7521 PL Enschede
Vestiging Amsterdam
Herengracht 564
1017 CH Amsterdam
Newcom Research & Consultancy B.V.
T: 053 - 483 66 00
F: 053 - 433 74 15
T: 020 - 639 32 51
Titelstijl van model
bewerken
43
Vrouwen trekken in de keiharde competitie om beurzen en subsidies vaak aan het kortste eind;
Er zit een mismatch tussen de biologische levensfase en de academische fase;
Er is in de wetenschappelijke wereld (nog steeds) sprake van seksisme/vooroordelen;
De wetenschappelijke top is een mannenwereld;
Er is een gebrek aan goede mentoren; …
*Afgenomen door UT Nieuws
Enkele hypotheses n.a.v. kwalitatieve interviews*
Steekproefopbouw per doelgroep
44
Promovendi (n=541) Gepromoveerden (n=484) Hoogleraren (n=90)
Leef
tijd
Tot 35 jaar: 87% 35-45 jaar: 8% 45-55 jaar: 4% 55 jaar of ouder: 1%
Tot 35 jaar: 36% 35-45 jaar: 41% 45-55 jaar: 19% 55 jaar of ouder: 4%
Tot 35 jaar: 2% 35-45 jaar: 19% 45-55 jaar: 42% 55 jaar of ouder: 37%
Rich
ting
Top 3
1. Gedrag en maatschappij: 30%
2. Medische wetenschappen: 22%
3. Wiskunde en natuur: 12%
Top 3
1. Medische wetenschappen: 35%
2. Gedrag en maatschappij: 22%
3. Wiskunde en natuur: 13%
Top 3
1. Medische wetenschappen: 29%
2. Gedrag en maatschappij: 21%
3. Wiskunde en natuur: 16%
Inst
ellin
g
Top 5
1. Amsterdam: 23%
2. Wageningen: 16%
3. Utrecht: 14%
4. Groningen: 11%
5. Nijmegen: 8%
Top 5
1. Amsterdam: 18%
2. Utrecht: 13%
3. Rotterdam: 12%
4. Leiden: 10%
5. Groningen: 9%
Top 5
1. Amsterdam: 18%
2. Utrecht: 18%
3. Leiden: 11%
4. Groningen: 11%
5. Maastricht: 8%