Upload
others
View
1
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Dijkverbetering Zuidelijke randmeren en Eem
Nota van beantwoording
Inzagetermijn :
Documenten ter inzage :
Vast te stellen door Algemeen bestuur Waterschap Vallei
Dijkverbetering Zuidelijke randmeren en Eem
Nota van beantwoording
van de zienswijzen
20 juni tot en met 28 augustus 2011
Ontwerp-projectplan Veiligheid Zuidelijke Randmeren en EemMilieueffectrapportage Ontwerp-vergunningen
door Algemeen bestuur Waterschap Vallei en Veluwe op 11 september
Dijkverbetering Zuidelijke randmeren en Eem
projectplan Veiligheid Zuidelijke Randmeren en Eem
11 september 2013
Nota van beantwoording van de zienswijzen
1
Inhoudsopgave 1 - Inleiding ................................
1.1 – Inleiding ................................1.2 - Achtergrond ................................1.3 – Toetsingsadvies Cie-1.4 – Vertraging vaststelling dijkverbeterplan1.5 – Vervolg ................................1.6 – Leeswijzer ................................
2 – Wijzigingen ................................2.1 – Inleiding ................................2.2 – Ontwerpwijzigingen ................................2.3 – Beheer en onderhoud en Grondverwerving2.4 – Projectgrenzen en ruimtebeslag2.5 – Wijzigingen vergunningen
3 – Thematische beantwoording3.1 - Hinder en schade ................................3.2 – Beheer en onderhoud waterkering3.3 - Grondverwerving ................................3.4 - Inrichting tuin en ontsluiting buitendijkse percelen3.5 - Gebruik ondergronden tekeningen3.6 - Afwatering terrassen, tuinen en erven
4 – Overzicht zienswijzen en beantwoording per persoon en instantie Bijlage 1 – Toetsingsadvies over Milieueffectrapport fase 2Bijlage 2 – Presentatie inspraakavondenBijlage 3 – Verslagen inspraakavondenBijlage 4 – Lijst wijzigingen (zie agendapunt 4.2.3)
Nota van beantwoording van de zienswijzen
................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................
-m.e.r. ...........................................................................................Vertraging vaststelling dijkverbeterplan ................................................................
..........................................................................................................................................................................................................................
...................................................................................................................................................................................................................................................
................................................................................................Beheer en onderhoud en Grondverwerving................................................................Projectgrenzen en ruimtebeslag ................................................................Wijzigingen vergunningen .............................................................................................
Thematische beantwoording .............................................................................................................................................................................................
Beheer en onderhoud waterkering ................................................................................................................................................................
chting tuin en ontsluiting buitendijkse percelen ................................Gebruik ondergronden tekeningen ................................................................Afwatering terrassen, tuinen en erven ................................................................
Overzicht zienswijzen en beantwoording per persoon en instantie ................................
Toetsingsadvies over Milieueffectrapport fase 2 (zie agendapunt 4.2.1)Presentatie inspraakavonden (zie agendapunt 4.2.2) Verslagen inspraakavonden
(zie agendapunt 4.2.3)
................................ 3
.................................................. 3
................................................... 3
........................... 4
........................................ 5
.......................... 5
..................................................... 6
.......................... 7
......................... 7
....................................... 7
.................................. 8
................................................... 8
............................. 9
............................. 11
......................................... 11
............................................. 12
......................................... 13
...................................................... 14
.............................................. 14
......................................... 14
.................................. 16
(zie agendapunt 4.2.1)
Nota van beantwoording van de zienswijzen
3
1 - Inleiding
1.1 – Inleiding Waterschap Vallei en Veluwegebieden op het wettelijk vereiste peil te brengen. Hiervoor is een dijkverbeterplan (projectplan ingevolge de Waterwetonderbouwing van het dijkverbeterplan heeft het waterschap een Milieueffectrapport (MER) opgesteld. In het kader van de Waterwet bevorderen Gedeputeerde Staten van de provincie Utrechtgecoördineerde voorbereiding van het projectplan en de voor de uitvoering daarvan benodigde besluiten. Gedeputeerde Staten van Utrecht hebben van 20 juni tot en met 28 augustus 2011 het Ontwerp-Milieueffectrapportage en de aanvragen van en de ontwerpdijkverbeterproject ter inzage gelegd. In dezelfde periode heeft het waterschap in een separate procedure de ontwerpde nieuwe waterkering ter inzage gelegd.Het waterschap heeft op 20, 22, en 23 juni en op 17 augustus georganiseerd waar toelichting is gegeven op de stukken, vragen gesteld konden worden en ook zienswijzen konden worden ingediendop de stukken ten behoeve van de dijkverbetering naar voren gebracht. Het merendeel van de zienswijzen is gericht op schade en overlast, de voorgenomen grondverwerving en het gebruik en inrichting van dijkverbetering. Een aantal insprekers stelt voor om op een aantal korte trajecten ontwerpwijzigingen door te voeren. Ook is een aantal suggesties gedaan voor behoud, herstel en ontwikkeling van natuurwaarden tijdens en na de dijkverbetering. In deze nota zijn de zienswijzeDe zienswijzen op de legger vallen buiten deze procedure en worden in een aparte nota behandeld. Op basis van de ingediende zienswijzen zijn in het najaar van 2011 het dijkverbeterplan en enkele ontwerp-vergunningen aangepast en is een Nota van beantwoording op de zienswijzen opgesteld. De verdere besluitvorming van het dijkverbeterplan is vervolgens vertraagd doordat de subsidiënt van de dijkverbetering (het Rijk) aanvullende geotechnische onderzoeken en berekeningen heeft gevraagd. Deze onderzoeken zijn uitgevoerd in 2012 en in februari 2013 afgerond. Met deze uitkomsten isbeantwoording aangevuld. Insprekers zijn in maart 2012 op de hoogte gesteld van de vertraging en via nieuwsbrieven en website is periodiek informatie verstrekt over de voortgang. In mei en juni 2013 zijn 4 informatieavonden gehouden om belanghebbenden te informeren over de stand van zaken en het vervolg van de besluitvorming.
1.2 - Achtergrond In 2002 is de Wet op de Waterkering (thans Waterwet) gewijzigd. Het Rijk heeft toen vastgesteld dat de dijken langs het Markermeer, de Randmeren en de Eem dezelfde veiligheid tegen overstromen moeten bieden als de dijken rond het IJsselmeer. Voor de dijken geldt vanaf dat moment een wettelijke veiligheidsnorm tegen overstromen van 1/1.250jaar.
1 Het waterschap Vallei & Eem is sedert 1 januari 2013 samengegaan met het waterschap Veluwe en voert de naam
waterschap Vallei en Veluwe. Een groot deel van de documenten die voor deze procedure van voor de samenvoeging. In de documenten die in de huidige inspraak zijn gebracht zullen dus de aanduidingen waterschap Vallei & Eem en waterschap Vallei en Veluwe naast elkaar voorkomen.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
en Veluwe1 wil maatregelen treffen om de veiligheid van binnendijkse
gebieden op het wettelijk vereiste peil te brengen. Hiervoor is een dijkverbeterplan ingevolge de Waterwet) opgesteld en zijn vergunningen aangevraagd. Ter
onderbouwing van het dijkverbeterplan heeft het waterschap een Milieueffectrapport (MER)
In het kader van de Waterwet bevorderen Gedeputeerde Staten van de provincie Utrechtgecoördineerde voorbereiding van het projectplan en de voor de uitvoering daarvan benodigde besluiten. Gedeputeerde Staten van Utrecht hebben van 20 juni tot en met 28
-projectplan Veiligheid Zuidelijke Randmeren en Eem, de de aanvragen van en de ontwerp-vergunningen voor het
dijkverbeterproject ter inzage gelegd. In dezelfde periode heeft het waterschap in een separate procedure de ontwerpde nieuwe waterkering ter inzage gelegd.
erschap heeft op 20, 22, en 23 juni en op 17 augustus 2011 informatieavonden georganiseerd waar toelichting is gegeven op de stukken, vragen gesteld konden worden en
swijzen konden worden ingediend. Door 68 personen en instanties zijn zienswijzen p de stukken ten behoeve van de dijkverbetering naar voren gebracht.
Het merendeel van de zienswijzen is gericht op schade en overlast, de voorgenomen grondverwerving en het gebruik en inrichting van de dijk met aanliggende percelen na
n aantal insprekers stelt voor om op een aantal korte trajecten ontwerpwijzigingen door te Ook is een aantal suggesties gedaan voor behoud, herstel en ontwikkeling van
natuurwaarden tijdens en na de dijkverbetering.
In deze nota zijn de zienswijzen samengevat en van een reactie voorzien. De zienswijzen op de legger vallen buiten deze procedure en worden in een aparte nota
Op basis van de ingediende zienswijzen zijn in het najaar van 2011 het dijkverbeterplan en gen aangepast en is een Nota van beantwoording op de
De verdere besluitvorming van het dijkverbeterplan is vervolgens vertraagd doordat de subsidiënt van de dijkverbetering (het Rijk) aanvullende geotechnische
ingen heeft gevraagd. Deze onderzoeken zijn uitgevoerd in 2012 en in februari 2013 afgerond. Met deze uitkomsten is het dijkverbeterplan en de Nota van
Insprekers zijn in maart 2012 op de hoogte gesteld van de vertraging en via nieuwsbrieven en website is periodiek informatie verstrekt over de
In mei en juni 2013 zijn 4 informatieavonden gehouden om belanghebbenden te van zaken en het vervolg van de besluitvorming.
In 2002 is de Wet op de Waterkering (thans Waterwet) gewijzigd. Het Rijk heeft toen vastgesteld dat de dijken langs het Markermeer, de Randmeren en de Eem dezelfde
omen moeten bieden als de dijken rond het IJsselmeer. Voor de dijken geldt vanaf dat moment een wettelijke veiligheidsnorm tegen overstromen van 1/1.250
Het waterschap Vallei & Eem is sedert 1 januari 2013 samengegaan met het waterschap Veluwe en voert de naam
waterschap Vallei en Veluwe. Een groot deel van de documenten die voor deze procedure zijn opgesteld dateren van voor de samenvoeging. In de documenten die in de huidige inspraak zijn gebracht zullen dus de aanduidingen waterschap Vallei & Eem en waterschap Vallei en Veluwe naast elkaar voorkomen.
wil maatregelen treffen om de veiligheid van binnendijkse gebieden op het wettelijk vereiste peil te brengen. Hiervoor is een dijkverbeterplan
) opgesteld en zijn vergunningen aangevraagd. Ter onderbouwing van het dijkverbeterplan heeft het waterschap een Milieueffectrapport (MER)
In het kader van de Waterwet bevorderen Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht een gecoördineerde voorbereiding van het projectplan en de voor de uitvoering daarvan benodigde besluiten. Gedeputeerde Staten van Utrecht hebben van 20 juni tot en met 28
Eem, de vergunningen voor het
In dezelfde periode heeft het waterschap in een separate procedure de ontwerp-leggers voor
informatieavonden georganiseerd waar toelichting is gegeven op de stukken, vragen gesteld konden worden en
. Door 68 personen en instanties zijn zienswijzen
Het merendeel van de zienswijzen is gericht op schade en overlast, de voorgenomen dijk met aanliggende percelen na
n aantal insprekers stelt voor om op een aantal korte trajecten ontwerpwijzigingen door te Ook is een aantal suggesties gedaan voor behoud, herstel en ontwikkeling van
De zienswijzen op de legger vallen buiten deze procedure en worden in een aparte nota
Op basis van de ingediende zienswijzen zijn in het najaar van 2011 het dijkverbeterplan en gen aangepast en is een Nota van beantwoording op de
De verdere besluitvorming van het dijkverbeterplan is vervolgens vertraagd doordat de subsidiënt van de dijkverbetering (het Rijk) aanvullende geotechnische
ingen heeft gevraagd. Deze onderzoeken zijn uitgevoerd in 2012 en het dijkverbeterplan en de Nota van
Insprekers zijn in maart 2012 op de hoogte gesteld van de vertraging en via nieuwsbrieven en website is periodiek informatie verstrekt over de
In mei en juni 2013 zijn 4 informatieavonden gehouden om belanghebbenden te
In 2002 is de Wet op de Waterkering (thans Waterwet) gewijzigd. Het Rijk heeft toen vastgesteld dat de dijken langs het Markermeer, de Randmeren en de Eem dezelfde
omen moeten bieden als de dijken rond het IJsselmeer. Voor de dijken geldt vanaf dat moment een wettelijke veiligheidsnorm tegen overstromen van 1/1.250ste per
Het waterschap Vallei & Eem is sedert 1 januari 2013 samengegaan met het waterschap Veluwe en voert de naam zijn opgesteld dateren
van voor de samenvoeging. In de documenten die in de huidige inspraak zijn gebracht zullen dus de aanduidingen
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Uit veiligheidstoetsen die tussen 2002 en 2006 zijn uitgevoerd blijkt dat circa 24 kilometlangs de Zuidelijke randmeren en Eem Om aan de wettelijke veiligheidsnorm te voldoenVia het opstellen van een milieumaatregelen dit het beste kan. De m.e.r.-procedure is in 2004 gestart met het opstellen van de Startnotitie MER Veiligheid Zuidelijke Randmeren. In de doelstelling, een beschrijving van hetbeschreven. De m.e.r.-procedure voor Veiligheid Zuidelijke Randmeren (Mfasen. In MER fase 1 is de afweging gemaakt tussen de alternatieven “keermiddel” en “dijkverbetering”. Hieruit is dijkverbetering als Fase 1 is in de periode 2005 tot en met 2007 opgesteld. De inspraak commissie m.e.r. vond najaar 2007 plaats en met het afgeven van Richtlijnen voor MER Fase 2 is in maart 2008 deze fase gestart. In MER fase 2 zijn per dijktraject verschillende alternatieven voor dijkverbetering ontwikkeld. De effecten van alle alternatieven op de omgeving effectbeoordeling volgt een wettelijk Daarnaast is er een voorkeursalternatief (VKA) gekozen. Dit kan het MMA zijn, maar dat hoeft niet. Bijvoorbeeld op basis van kosten of beheerbaarheid kan ook voor een ander alternatief gekozen worden. Bij ruim 22 km is het VKA tevens het MMA. Het VKA is vervolgens gedetailleerd uitgewerkt in het dijkverbeterook aangegeven welke maatregelen getroffen moeten worden om verloren landschapscultuurhistorische- of natuurwaarden tedoorkijk naar de benodigde vergunningen, inspraakprocedures, omgang met grondverwerving, schaderegeling, uitvoering e.d. Om het VKA uiteindelijk te kunnen realiseren, overheden vergunningen aangevraagd. Het ontwerp-dijkverbeterplan is in mei 2011 vastgesteld door het Algemeen Bestuur (AB) en vervolgens samen met het MER en de ontwerp(Gedeputeerde Staten van de provincies UtrStaten van de provincie Utrecht hebben als coördinerend bevoegd gezag de stukken ter inzage gelegd.
1.3 – Toetsingsadvies Cie Na de inspraaktermijn heeft de de richtlijnen die zijn meegegeven aan het MER voldoende zijn meegenomen in het m.e.r.onderzoek en haar bevindingen uitDe commissie is van oordeel dat de essentiële informatie voor besluitvormaanwezig is. De commissie vindgoede kwaliteit. Het toetsingsadvies van de Commissie De commissie geeft een drietal adviezen voor de volgende fase:1. nagaan of de overgangen tussen de dijkvakken landschappelijk verder kunnen worden
geoptimaliseerd; 2. wanneer op een later tijdstip alsnog overwogen wordt de bij Spakenburg buitendijks
gelegen gebieden, binnendijks te leggen, aanvullend onderzoek ten aanzien milieugevolgen uitvoeren;
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Uit veiligheidstoetsen die tussen 2002 en 2006 zijn uitgevoerd blijkt dat circa 24 kilometlangs de Zuidelijke randmeren en Eem niet voldoet aan de wettelijke veiligheidseisen.
ijke veiligheidsnorm te voldoen zijn dijkverbetermaatregelen noodzakelijk. Via het opstellen van een milieu-effectrapportage (m.e.r.) is onderzocht met welke maatregelen dit het beste kan.
procedure is in 2004 gestart met het opstellen van de Startnotitie MER Veiligheid Zuidelijke Randmeren. In de Startnotitie staan de voorgeschiedenis, probleemdoelstelling, een beschrijving van het gebied en de mogelijke oplossingen en effecten
procedure voor Veiligheid Zuidelijke Randmeren (MER VZR) is uitgevoerd in 2 In MER fase 1 is de afweging gemaakt tussen de alternatieven “keermiddel” en
t is dijkverbetering als voorkeursoplossing naar voren gekomen. Fase 1 is in de periode 2005 tot en met 2007 opgesteld. De inspraak en het advies van de
vond najaar 2007 plaats en met het afgeven van Richtlijnen voor MER Fase aart 2008 deze fase gestart.
zijn per dijktraject verschillende alternatieven voor dijkverbetering ontwikkeld. De effecten van alle alternatieven op de omgeving zijn beschreven en beoordeeld. Uit de effectbeoordeling volgt een wettelijk verplichte Meest Milieuvriendelijke Alternatief (MMA).
er een voorkeursalternatief (VKA) gekozen. Dit kan het MMA zijn, maar dat hoeft niet. Bijvoorbeeld op basis van kosten of beheerbaarheid kan ook voor een ander alternatief
uim 22 km is het VKA tevens het MMA.
Het VKA is vervolgens gedetailleerd uitgewerkt in het dijkverbeterplan (DVP). In het DVP isook aangegeven welke maatregelen getroffen moeten worden om verloren landschaps
of natuurwaarden te compenseren en/of mitigeren. Ook geeft het DVP een doorkijk naar de benodigde vergunningen, inspraakprocedures, omgang met grondverwerving, schaderegeling, uitvoering e.d. Om het VKA uiteindelijk te kunnen realiseren, zijn op basis van het DVP bij verschoverheden vergunningen aangevraagd.
dijkverbeterplan is in mei 2011 vastgesteld door het Algemeen Bestuur (AB) en vervolgens samen met het MER en de ontwerp-vergunningen aan het Bevoegd Gezag (Gedeputeerde Staten van de provincies Utrecht en Gelderland) aangeboden. Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht hebben als coördinerend bevoegd gezag de stukken ter
Toetsingsadvies Cie-m.e.r.
Na de inspraaktermijn heeft de Commissie-m.e.r. (Cie-m.e.r) in september 2011 de richtlijnen die zijn meegegeven aan het MER voldoende zijn meegenomen in het m.e.r.onderzoek en haar bevindingen uitgebracht aan het Bevoegd Gezag. De commissie is van oordeel dat de essentiële informatie voor besluitvorming in het MER aanwezig is. De commissie vindt het MER in samenhang met het dijkverbeteringsplan van goede kwaliteit. Het toetsingsadvies van de Commissie-m.e.r. is als bijlage 1
De commissie geeft een drietal adviezen voor de volgende fase: aan of de overgangen tussen de dijkvakken landschappelijk verder kunnen worden
wanneer op een later tijdstip alsnog overwogen wordt de bij Spakenburg buitendijks gelegen gebieden, binnendijks te leggen, aanvullend onderzoek ten aanzien milieugevolgen uitvoeren;
4
Uit veiligheidstoetsen die tussen 2002 en 2006 zijn uitgevoerd blijkt dat circa 24 kilometer dijk niet voldoet aan de wettelijke veiligheidseisen.
zijn dijkverbetermaatregelen noodzakelijk. ht met welke
procedure is in 2004 gestart met het opstellen van de Startnotitie MER Veiligheid notitie staan de voorgeschiedenis, probleem- en
gebied en de mogelijke oplossingen en effecten
ER VZR) is uitgevoerd in 2 In MER fase 1 is de afweging gemaakt tussen de alternatieven “keermiddel” en
naar voren gekomen. MER en het advies van de
vond najaar 2007 plaats en met het afgeven van Richtlijnen voor MER Fase
zijn per dijktraject verschillende alternatieven voor dijkverbetering ontwikkeld. n beschreven en beoordeeld. Uit de
ternatief (MMA). er een voorkeursalternatief (VKA) gekozen. Dit kan het MMA zijn, maar dat hoeft
niet. Bijvoorbeeld op basis van kosten of beheerbaarheid kan ook voor een ander alternatief
plan (DVP). In het DVP is ook aangegeven welke maatregelen getroffen moeten worden om verloren landschaps-,
compenseren en/of mitigeren. Ook geeft het DVP een doorkijk naar de benodigde vergunningen, inspraakprocedures, omgang met
op basis van het DVP bij verschillende
dijkverbeterplan is in mei 2011 vastgesteld door het Algemeen Bestuur (AB) en vergunningen aan het Bevoegd Gezag
echt en Gelderland) aangeboden. Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht hebben als coördinerend bevoegd gezag de stukken ter
in september 2011 getoetst of de richtlijnen die zijn meegegeven aan het MER voldoende zijn meegenomen in het m.e.r.-
ing in het MER in samenhang met het dijkverbeteringsplan van
bijlage 1 toegevoegd.
aan of de overgangen tussen de dijkvakken landschappelijk verder kunnen worden
wanneer op een later tijdstip alsnog overwogen wordt de bij Spakenburg buitendijks gelegen gebieden, binnendijks te leggen, aanvullend onderzoek ten aanzien van de
Nota van beantwoording van de zienswijzen
5
3. de effectiviteit van de mitigerende en compenserende maatregelenaandacht besteden aan de noodzaak en mogelijkheden om aanvullende maatregelen te treffen indien het effect van de mitigerende en compenserende gerealiseerd.
Het waterschap neemt deze adviezen over.dijkvakken landschappelijk geoptimaliseerd. vindt monitoring van mitigerende en compenmonitoringsplan opgesteld waarin aandacht besteed wordt aan mogelijke aanvullende maatregelen. Er zijn geen plannen enSpakenburg binnendijks te leggen
1.4 – Vertraging vaststelling dijkverbeterplan De verdere besluitvorming van het dijkverbeterplan is in december 2011 vertraagd doordat de subsidiënt van de dijkverbetering (het Rijk) aanvullende geotechnische onderzoeken en berekeningen heeft gevraagd . In 2012 zijn in overleg met het HWBP (Hoogwaterbeschermingsprogramma) diverse aanvullende geotechnische berekeningen opgesteld en waterspanningsmetingen uitgevoerd om daarmee aan te tonen dat het dijkontwerp sober en doelmatig is. In februari 2013 zijn deze onderzoeken afgerond. Voor alle dijktrajecten zijn daarna controleberekeningen opgesteld en is zo nodig het ontwerp aangepast. Aanpassingen worden in deze nota van beantwoording toegelicht. Omdat de vaststelling van het DVP door hiervoor genoemde redenen fors vertraagd is heeft de provincie in overleg met het waterschap de juridische houdbaarheid van het projectplan getoetst. Hierbij is ook de juridische basis van het plan voor de omgang met ontwerpwijzigingen getoetst.en adviezen: 1. Hoewel sprake is van een forse overschrijding van de in de wet voorziene termijn van 12
weken tussen het einde van de zienswijzentheeft dit geen effect op de houdbaarheid van het plan.
2. Na het verstrijken van deze termijn van 12 weken blijft het Algemeen Bestuur bevoegd en verplicht om een besluit te nemen
3. Het waterschap dient een besluitvorming.
1.5 – Vervolg Op basis van de ingediende zienswijzennieuwe wet- en regelgeving zijnaangepast (categorie A) en enkele nieuwe vergunningen aangevraagd (categorie B)Algemeen Bestuur van het waterschap heeft het dijkverbeterplan vervolgens vastgesteld en ter goedkeuring aangeboden aan het Bevoegd Gezag: Gedeputeerde Staten van Utrecht en Gelderland. Na vaststelling van het dijkverbeterplan geven de vergunningverlenende partijen de definitieve vergunningen af. Het Goedkeuringsbesluit van Gedeputeerde Staten wordt vervolgens ter inzage gelegd. Tegen het Goedkeuringsbesluit kunnen diegenen nieuwe belanghebbenden beroep aantekenen bij de Raad van State (ABRS). Na van het dijkverbeterplan waargoedkeuringsbesluit al begonnen worden met de uitvoering.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
de effectiviteit van de mitigerende en compenserende maatregelen monitoren en besteden aan de noodzaak en mogelijkheden om aanvullende maatregelen te
treffen indien het effect van de mitigerende en compenserende maatregelen niet wordt
Het waterschap neemt deze adviezen over. In de besteksfase worden overgangen tussen dijkvakken landschappelijk geoptimaliseerd. Tijdens en na realisatie van de dijkverbetering
monitoring van mitigerende en compenserende maatregelen plaats. Hiervoor wordt een monitoringsplan opgesteld waarin aandacht besteed wordt aan mogelijke aanvullende
plannen en-of besluiten om de buitendijks gelegen gebieden bij Spakenburg binnendijks te leggen
vaststelling dijkverbeterplan
De verdere besluitvorming van het dijkverbeterplan is in december 2011 vertraagd doordat de subsidiënt van de dijkverbetering (het Rijk) aanvullende geotechnische onderzoeken en berekeningen heeft gevraagd .
2012 zijn in overleg met het HWBP (Hoogwaterbeschermingsprogramma) diverse aanvullende geotechnische berekeningen opgesteld en waterspanningsmetingen uitgevoerd om daarmee aan te tonen dat het dijkontwerp sober en doelmatig is. In februari 2013 zijn
. Voor alle dijktrajecten zijn daarna controleberekeningen opgesteld en is zo nodig het ontwerp aangepast. Aanpassingen worden in deze nota van
Omdat de vaststelling van het DVP door hiervoor genoemde redenen fors vertraagd is heeft de provincie in overleg met het waterschap de juridische houdbaarheid van het projectplan
Hierbij is ook de juridische basis van het plan voor de grondverwerving en de omgang met ontwerpwijzigingen getoetst. De toets heeft geleidt tot de volgende conclusies
Hoewel sprake is van een forse overschrijding van de in de wet voorziene termijn van 12 weken tussen het einde van de zienswijzentermijn en de vaststelling van het projectplan,
dit geen effect op de houdbaarheid van het plan. Na het verstrijken van deze termijn van 12 weken blijft het Algemeen Bestuur bevoegd en verplicht om een besluit te nemen.
een reparatieslag uit te voeren om te komen tot zorgvuldige
Op basis van de ingediende zienswijzen, de aanvullende geotechnische onderzoeken zijn het dijkverbeterplan en enkele ontwerp-vergunningen
(categorie A) en enkele nieuwe vergunningen aangevraagd (categorie B)Algemeen Bestuur van het waterschap heeft het dijkverbeterplan vervolgens vastgesteld en ter goedkeuring aangeboden aan het Bevoegd Gezag: Gedeputeerde Staten van Utrecht en
lderland. Na vaststelling van het dijkverbeterplan geven de vergunningverlenende partijen de definitieve vergunningen af. Het Goedkeuringsbesluit van Gedeputeerde Staten wordt vervolgens ter inzage gelegd. Tegen het Goedkeuringsbesluit kunnen diegenen die een zienswijze hebben ingediend
beroep aantekenen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de RS). Na de uitspraak van de ABRS is het plan onherroepelijk
waar tegen geen beroep is aangetekend kan op basis van het goedkeuringsbesluit al begonnen worden met de uitvoering.
monitoren en besteden aan de noodzaak en mogelijkheden om aanvullende maatregelen te
maatregelen niet wordt
In de besteksfase worden overgangen tussen a realisatie van de dijkverbetering
serende maatregelen plaats. Hiervoor wordt een monitoringsplan opgesteld waarin aandacht besteed wordt aan mogelijke aanvullende
de buitendijks gelegen gebieden bij
De verdere besluitvorming van het dijkverbeterplan is in december 2011 vertraagd doordat de subsidiënt van de dijkverbetering (het Rijk) aanvullende geotechnische onderzoeken en
2012 zijn in overleg met het HWBP (Hoogwaterbeschermingsprogramma) diverse aanvullende geotechnische berekeningen opgesteld en waterspanningsmetingen uitgevoerd om daarmee aan te tonen dat het dijkontwerp sober en doelmatig is. In februari 2013 zijn
. Voor alle dijktrajecten zijn daarna controleberekeningen opgesteld en is zo nodig het ontwerp aangepast. Aanpassingen worden in deze nota van
Omdat de vaststelling van het DVP door hiervoor genoemde redenen fors vertraagd is heeft de provincie in overleg met het waterschap de juridische houdbaarheid van het projectplan
grondverwerving en de De toets heeft geleidt tot de volgende conclusies
Hoewel sprake is van een forse overschrijding van de in de wet voorziene termijn van 12 ermijn en de vaststelling van het projectplan,
Na het verstrijken van deze termijn van 12 weken blijft het Algemeen Bestuur bevoegd en
om te komen tot zorgvuldige
de aanvullende geotechnische onderzoeken en vergunningen
(categorie A) en enkele nieuwe vergunningen aangevraagd (categorie B). Het Algemeen Bestuur van het waterschap heeft het dijkverbeterplan vervolgens vastgesteld en ter goedkeuring aangeboden aan het Bevoegd Gezag: Gedeputeerde Staten van Utrecht en
lderland. Na vaststelling van het dijkverbeterplan geven de vergunningverlenende partijen
Het Goedkeuringsbesluit van Gedeputeerde Staten wordt vervolgens ter inzage gelegd. die een zienswijze hebben ingediend en
Afdeling bestuursrechtspraak van de het plan onherroepelijk. Op delen
getekend kan op basis van het
Nota van beantwoording van de zienswijzen
1.6 – Leeswijzer Het waterschap heeft het dijkverbeterplan gecorrigeerd en verduidelijkingen opgenomendeze nota van beantwoordingingegaan op veelvoorkomende zienswijzenper persoon en instantie samengevat weergegevetot een wijziging leidt is dat ook in hoofdstuk 4 aangegeven.m.e.r., de presentatie en verslagen van de inspraakavond zijn als bijlage
Nota van beantwoording van de zienswijzen
dijkverbeterplan geactualiseerd, een aantal onvolkomenheden gecorrigeerd en verduidelijkingen opgenomen. Deze aanpassingen zijn in hoofdstuk 2 van deze nota van beantwoording beschreven en toegelicht. In hoofdstuk 3 wordt thematisch ingegaan op veelvoorkomende zienswijzen en in hoofdstuk 4 zijn alle ingekomen zienswijzen per persoon en instantie samengevat weergegeven en beantwoord. Wanneer de zienswijze tot een wijziging leidt is dat ook in hoofdstuk 4 aangegeven. Het advies van de commissie m.e.r., de presentatie en verslagen van de inspraakavond zijn als bijlagen toegevoegd.
6
onvolkomenheden n hoofdstuk 2 van
. In hoofdstuk 3 wordt thematisch zijn alle ingekomen zienswijzen
Wanneer de zienswijze Het advies van de commissie
toegevoegd.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
7
2 – Wijzigingen
2.1 – Inleiding Op basis van de ingediende zienswijzennieuwe wet- en regelgeving zijn het dijkverbeterplan en enkele ontwerpaangepast (categorie A), tevens zijn enkele nieuwe vergunningen aangevraagd (categorie B)Bij het doorvoeren van wijzigis aandacht besteed aan de vraag: passen de veranderingen binnen de reikwijdte van de onderliggende studies en worden nieuwe belanghebbenden geraakt. In het gevonderliggende studies niet volstaan zijn ook deze aangepast. Omdat de vaststelling van het DVP fors vertraagd is heeft hreparatieslag uitgevoerd om te komen tot zorgvuldige besluitvorming:- beter inzicht in het ruimtebeslag; op de tekeningen is aangegeven welke gronden tijdelijk
nodig zijn als werkstrook en depot en welke gronden definitief (aankoop). In paragraaf 7.1 van het dijkverbeterplan is dit uitgebreider toegelicht en gemotiveerd.
- alle belanghebbenden vanvaststelling van het dijkverbeterplan een eerste bieding en de voor hun situatie betrekkende uitsnede uit de grondverwervingskaarten ontvangen.
- de concept-Nota van Beantwoording is geactualis- nieuwe belanghebbenden zijn rechtstreeks schriftelijk benaderd. In dit hoofdstuk is op de volgende wijze weergegeven wat er ten opzichte van het ontwerpprojectplan is veranderd:
- In §2.2 zijn de belangrijkste ontwerpwijzigingen beschreven. In bijlaglijst opgenomen.
- In §2.3 is toegelicht hoe onderhoud zijn verduidelijkt en aangevuld.
- In §2.4 is beschreven hoe het ruimtebeslag op tekening is verwerkt- Wijzigingen in vergunningen zijn
Wijzigingen naar aanleiding van zienswijzen zijn
2.2 – Ontwerpwijzigingen Na de inzagetermijn is op onderdelen het dijkontwerp gewijzigd. Er zijn wijzigingen doorgevoerd naar aanleiding van igeotechnische controleberekeneningen. tekeningen opgenomen. Ontwerpwijzigingen zijn kort toegelicht. De belangrijkste ontwerpwijzigingen zijn:
- De Putterzeedijk (blad 1 en 2)- Bij de Arkemheense zeedijk
bermverbreding nodig - Langs de vuilstort aan de
verband kosten en beheerbaarheid.- Aan de Westdijk zijn overal binnendijks bermen nodig
waren deze eerder niet voorzienbreder. Van dwarsprofiel het ruimtebeslag toegenomen over 1050 meter kan met een kleinere berm volstaan worden.
2 Dp staat voor dijkpaal, iedere 100 met
dwarsprofiel, waarbij de locatie van het dwarsprofiel overeenkomst met de plaats ten opzichte van de hectometerpaal.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
basis van de ingediende zienswijzen, de aanvullende geotechnische onderzoeken en en regelgeving zijn het dijkverbeterplan en enkele ontwerp-vergunningen
(categorie A), tevens zijn enkele nieuwe vergunningen aangevraagd (categorie B)Bij het doorvoeren van wijzigingen in het projectplan ten opzichte van het ontwerpis aandacht besteed aan de vraag: passen de veranderingen binnen de reikwijdte van de onderliggende studies en worden nieuwe belanghebbenden geraakt. In het gevonderliggende studies niet volstaan zijn ook deze aangepast.
Omdat de vaststelling van het DVP fors vertraagd is heeft het waterschap de volgende reparatieslag uitgevoerd om te komen tot zorgvuldige besluitvorming:
ruimtebeslag; op de tekeningen is aangegeven welke gronden tijdelijk nodig zijn als werkstrook en depot en welke gronden definitief (aankoop). In paragraaf 7.1 van het dijkverbeterplan is dit uitgebreider toegelicht en gemotiveerd. alle belanghebbenden van wie grond nodig is (tijdelijk en/of in eigendom) hebben voor de vaststelling van het dijkverbeterplan een eerste bieding en de voor hun situatie betrekkende uitsnede uit de grondverwervingskaarten ontvangen.
Nota van Beantwoording is geactualiseerd. nieuwe belanghebbenden zijn rechtstreeks schriftelijk benaderd.
In dit hoofdstuk is op de volgende wijze weergegeven wat er ten opzichte van het ontwerp
2.2 zijn de belangrijkste ontwerpwijzigingen beschreven. In bijlage 4 is de gehele
is toegelicht hoe passages over grondverwerving en over beheer en verduidelijkt en aangevuld.
2.4 is beschreven hoe het ruimtebeslag op tekening is verwerkt Wijzigingen in vergunningen zijn in §2.5 toegelicht
Wijzigingen naar aanleiding van zienswijzen zijn eveneens in hoofdstuk 4 beschreven.
Ontwerpwijzigingen
Na de inzagetermijn is op onderdelen het dijkontwerp gewijzigd. Er zijn wijzigingen doorgevoerd naar aanleiding van inspraakreacties, grondverwervingsgesprekkengeotechnische controleberekeneningen. In bijlage 4 is een lijst met alle aanpassingen op de tekeningen opgenomen. Ontwerpwijzigingen zijn kort toegelicht.
wijzigingen zijn:
lad 1 en 2) is goedgekeurd en wordt niet verbeterd rkemheense zeedijk is over 400 m (dp
2 76-80 op blad 4) ook binnendijks
Langs de vuilstort aan de Oostdijk is een berm in plaats van een damwand en beheerbaarheid.
overal binnendijks bermen nodig. Van dwarsprofiel 131 tot 138 waren deze eerder niet voorzien en van dwarsprofiel138 tot 148 wordt de berm 3 m
. Van dwarsprofiel 135 tot 148 is er buitendijks een berm nodig, over 250 meter is het ruimtebeslag toegenomen over 1050 meter kan met een kleinere berm volstaan
Dp staat voor dijkpaal, iedere 100 meter staat een hectometerplaal of dp staat voor
dwarsprofiel, waarbij de locatie van het dwarsprofiel overeenkomst met de plaats ten opzichte
de aanvullende geotechnische onderzoeken en vergunningen
(categorie A), tevens zijn enkele nieuwe vergunningen aangevraagd (categorie B). ngen in het projectplan ten opzichte van het ontwerp-projectplan
is aandacht besteed aan de vraag: passen de veranderingen binnen de reikwijdte van de onderliggende studies en worden nieuwe belanghebbenden geraakt. In het geval dat
et waterschap de volgende
ruimtebeslag; op de tekeningen is aangegeven welke gronden tijdelijk nodig zijn als werkstrook en depot en welke gronden definitief (aankoop). In paragraaf 7.1
wie grond nodig is (tijdelijk en/of in eigendom) hebben voor de vaststelling van het dijkverbeterplan een eerste bieding en de voor hun situatie
In dit hoofdstuk is op de volgende wijze weergegeven wat er ten opzichte van het ontwerp-
e 4 is de gehele
passages over grondverwerving en over beheer en
in hoofdstuk 4 beschreven.
Na de inzagetermijn is op onderdelen het dijkontwerp gewijzigd. Er zijn wijzigingen , grondverwervingsgesprekken en de
een lijst met alle aanpassingen op de
binnendijks een
damwand ontworpen in
an dwarsprofiel 131 tot 138 138 tot 148 wordt de berm 3 m
over 250 meter is het ruimtebeslag toegenomen over 1050 meter kan met een kleinere berm volstaan
er staat een hectometerplaal of dp staat voor dwarsprofiel, waarbij de locatie van het dwarsprofiel overeenkomst met de plaats ten opzichte
Nota van beantwoording van de zienswijzen
- In Eemdijk Noord is van dwarprofiel landinwaarts
- Ten zuiden van Eemdijk verdwijnt de dubbele waterhuishoudi181 – 187) hiermee wordt ruimtebeslag gespaard.
- Ten zuiden van het Overvaren is over een kilometer (dp de Eem nodig om het buitentalud stabiel te maken.
- Bij het Zuidereind aan de Eemlandse dijk moe220) en is langs delen een
- De Eemlandse dijk wordt ter hoogte van Wolkenberg (dp 230buitenwaarts opgeschoven.
- Langs de Slaagse dijk is over 700 m (dp Eem noodzakelijk
- Bij de Grebbeliniedijk wordt 350 m damwand vervangen (dp 302- Voor de Arkemheense Zeedijk, Oostdijk, Grebbeliniedijk en Jericho zijn al meer
gedetailleerde ontwerpen opgesteld. Deze zijn in de dijkverbeterpla- In Eemdijk zijn op de dwarsprofielen eigendomsgrenzen en gevellijnen opgenomen.
Tevens is het theoretische profiel waar aankoop op gebaseerd is en beoordelingsprofiel waarop stabiliteit bebouwing getoetst wordt weergegeven. Schuren zisituatietekeningen vastgelegd.
2.3 – Beheer en onderhoud en Het waterschap wil duidelijkheid verschaffen aandijkverbeterplan voor hun eigendommen. Daarom heeft het waterschap ervoor gekozen dijkverbeterplan aan te passen en aan te vullen, zodat daaruit duidelijker blijkt welke gronden verworven moeten worden om de dijk zodanig te kunnen aanleggen,onderhouden dat daarmee het vereiste veiligheidsniveau gewaarborgd is. In dat kader zijn in het dijkverbeterplan de passages over grondverwerving en over beheer en onderhoud verduidelijkt en aangevuld. Tevens hebben alle belanghebbenden van wie grond nodig is (tijdelijk en/of in eigendom) voor de vaststelling van het dijkverbeterplabetrekkende uitsnede uit de grondverwervingskaarten ontvangen. Beheer en onderhoud In het dijkverbeterplan is §6.4 (Beheer en Onderhoud) Grondverwerving De paragraaf in het dijkverbeterplanaangepast en aangevuld: - De hoofdlijn van het eigendommenbeleid is in de paragraaf uitgewerkt- Met een principetekening wordt de begrenzing van de aan te kopen waterkering
uitgelegd. - Er wordt verwezen naar de relevante besluiten.- Een verwijzing naar de tekeningen en een uitleg van de tekeningen
arceringen aankoop, tijdelijk gebruik etc) - Het ruimtebeslag van tijdelijke werkstroken is toegelicht.- Wanneer er geen minnelijke overeenstemming over het gebruik van tijdelijke werkstroken
wordt bereikt gaat het waterschap over tot het opleggen van een gedoogplicht in plaats van een onteigening.
2.4 – Projectgrenzen De projectgrenzen dienen gebaseerd te zijn op de grenzen van de nieuwe waterkering zoals de waterkering in het eigendommenbeleid van het waterschap is beschreven en de eventueel benodigde tijdelijke werkstroken
Nota van beantwoording van de zienswijzen
is van dwarprofiel 149-152 een slootverlegging over nodig; 9 m
Ten zuiden van Eemdijk verdwijnt de dubbele waterhuishouding in de Zwarte Noord 187) hiermee wordt ruimtebeslag gespaard.
Ten zuiden van het Overvaren is over een kilometer (dp 194-204) een oeverbestortingde Eem nodig om het buitentalud stabiel te maken. Bij het Zuidereind aan de Eemlandse dijk moet de damwand vervangen worden (dp
) en is langs delen een slootverlegging nodig. De Eemlandse dijk wordt ter hoogte van Wolkenberg (dp 230-237,5) een aantal meters buitenwaarts opgeschoven. Langs de Slaagse dijk is over 700 m (dp 256-263) het vervangen van de
Bij de Grebbeliniedijk wordt 350 m damwand vervangen (dp 302-306). Voor de Arkemheense Zeedijk, Oostdijk, Grebbeliniedijk en Jericho zijn al meer gedetailleerde ontwerpen opgesteld. Deze zijn in de dijkverbeterplantekeningen verwerkt.In Eemdijk zijn op de dwarsprofielen eigendomsgrenzen en gevellijnen opgenomen. Tevens is het theoretische profiel waar aankoop op gebaseerd is en beoordelingsprofiel waarop stabiliteit bebouwing getoetst wordt weergegeven. Schuren zijn in situatietekeningen vastgelegd.
Beheer en onderhoud en Grondverwerving
duidelijkheid verschaffen aan belanghebbenden over de gevolgen van het dijkverbeterplan voor hun eigendommen. Daarom heeft het waterschap ervoor gekozen dijkverbeterplan aan te passen en aan te vullen, zodat daaruit duidelijker blijkt welke gronden verworven moeten worden om de dijk zodanig te kunnen aanleggen, beheren en onderhouden dat daarmee het vereiste veiligheidsniveau gewaarborgd is.
ader zijn in het dijkverbeterplan de passages over grondverwerving en over beheer en onderhoud verduidelijkt en aangevuld.
Tevens hebben alle belanghebbenden van wie grond nodig is (tijdelijk en/of in eigendom) voor de vaststelling van het dijkverbeterplan een eerste bieding en de voor hun situatie betrekkende uitsnede uit de grondverwervingskaarten ontvangen.
In het dijkverbeterplan is §6.4 (Beheer en Onderhoud) aangepast en aangevuld
in het dijkverbeterplan over grondverwerving (§7.1) is op de volgende wijze
De hoofdlijn van het eigendommenbeleid is in de paragraaf uitgewerkt. Met een principetekening wordt de begrenzing van de aan te kopen waterkering
Er wordt verwezen naar de relevante besluiten. Een verwijzing naar de tekeningen en een uitleg van de tekeningen (projectgrens, arceringen aankoop, tijdelijk gebruik etc) is opgenomen. Het ruimtebeslag van tijdelijke werkstroken is toegelicht.
r geen minnelijke overeenstemming over het gebruik van tijdelijke werkstroken wordt bereikt gaat het waterschap over tot het opleggen van een gedoogplicht in plaats
Projectgrenzen en ruimtebeslag
gebaseerd te zijn op de grenzen van de nieuwe waterkering zoals de waterkering in het eigendommenbeleid van het waterschap is beschreven en de eventueel benodigde tijdelijke werkstroken en depots.
8
over nodig; 9 m
Zwarte Noord (dp
oeverbestorting in
t de damwand vervangen worden (dp 214-
237,5) een aantal meters
beschoeiing in
Voor de Arkemheense Zeedijk, Oostdijk, Grebbeliniedijk en Jericho zijn al meer ntekeningen verwerkt.
In Eemdijk zijn op de dwarsprofielen eigendomsgrenzen en gevellijnen opgenomen. Tevens is het theoretische profiel waar aankoop op gebaseerd is en beoordelingsprofiel
jn in
belanghebbenden over de gevolgen van het dijkverbeterplan voor hun eigendommen. Daarom heeft het waterschap ervoor gekozen het dijkverbeterplan aan te passen en aan te vullen, zodat daaruit duidelijker blijkt welke gronden
beheren en
ader zijn in het dijkverbeterplan de passages over grondverwerving en over beheer en
Tevens hebben alle belanghebbenden van wie grond nodig is (tijdelijk en/of in eigendom) n een eerste bieding en de voor hun situatie
aangevuld.
op de volgende wijze
Met een principetekening wordt de begrenzing van de aan te kopen waterkering
(projectgrens,
r geen minnelijke overeenstemming over het gebruik van tijdelijke werkstroken wordt bereikt gaat het waterschap over tot het opleggen van een gedoogplicht in plaats
gebaseerd te zijn op de grenzen van de nieuwe waterkering zoals de waterkering in het eigendommenbeleid van het waterschap is beschreven en de eventueel
Nota van beantwoording van de zienswijzen
9
Op alle tekeningen is de projectgrens aangepast aan het ruactuele inzichten nodig is voor de werkzaamheden. Het ruimtebeslag van tijdelijke werkstroken en depots is ingeperkt.Op alle tekeningen is met arceringen inzichtelijk gemaakt welke stroken reeds in eigendom zijn bij het waterschap en welke verworven dienen te worden. Tevens is weergegeven wat als werkstroken en depot nodig is. Voor de opslag van klei en materieel is op een aantal plaatsen depotruimte nodig. Deze zijn op tekening weergegeven. De locatie van de depots is afgeaannemer die de dijkverbetering gaat uitvoeren bepaalt uiteindelijk of hij de depots gaat gebruiken. Voor het transporteren en verwerken van klei zijn stroken van 10 m breed nodighiervan is transportroute, vijf meter(dwarsprofiel 152-172) is een werkstrook van 20 m gepland. Hier vindt het transport in 2 richtingen plaats om de openbare weg door het dorp te ontzien en is vanwege de slappe ondergrond een bredere transportstrook gereserveerdIn Eemdijk zijn werkstroken nodig tussen gevels en de bestaande dijk. Deze stroken zijn nodig om een nette aansluiting te maken tussen de nieuwe dijk en de bestaande tuinen. Hier zal niet met zwaar materieel gereden en gewerk Alle betrokken eigenaren hebben inmiddels betrekkende uitsnede uit de grondverwervingskaarten ontvangen.In §6.1.7 van het projectplan is een meer gedetailleerdere beschrijving van de transportroutes opgenomen.
2.5 – Wijzigingen vergunningen
Planologisch kader In hoofdstuk 3 van het projectplan is het beleid en planologisch kader geactualiseerd. Vergunningen In het kader van de Waterwet bevorderen Gedeputeerde Staten van de provincie gecoördineerde voorbereiding van het projectplan en de voor de uitvoering daarvan benodigde besluiten. In 2011 hebben ontwerpinzage gelegen, deze vergunningen wIn 2013 zijn enkele nieuwe vergunningen aangevraagd (cvan cluster B hebben in de periode juni tot en met augustus 2013 ter inzage gelegen bij de diverse bevoegde gezagen. Na goedkeuring van het vaststellingsbesluitGedeputeerde Staten van Utrecht het projectplan en de cluster A en B vergunningen gelijktijdig ter inzage voor Beroep Omgevingsvergunning onderdeel kapWaterschap Vallei en Veluwedoen in verband met de voorgenomen dijkverbetering langs de Eem en zuidelijke randmeren. De bomeninventarisatie heeft in beeld gebracht welke bomen op en langs de dijk voorkomen en als gevolg van de geplande verbetermaatregelen niet meer kunnen blijven staan gekapt moeten worden. Op basis van de eisen en randvoorwaarden uit de kapverordening van de verschillende gemeenten deze bomen is vervolgens een omgevingsvergunning (onderdeel kap) aangevraagd betreffende gemeente. Deze vergunningen hebben tezamen met het dijkverbeteringsplan (DVP) en de milieueffectrapportage (MER) ter inzage gelegen. Omgevingsvergunning onderdeel kap Amersfoort Ten opzichte van de bovenstaande inventarisatie en vergunningaanvraag zijn er de volgende wijzigingen:
1) Ter plaatse van Jericho is het ontwerp gewijzigd.2) Ter plaatse van De Schans wordt in het voorland klei ingegraven.3) Ter plaatse van De Grebbeliniedijk wordt klei in he
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Op alle tekeningen is de projectgrens aangepast aan het ruimtebeslag dat volgens de meest actuele inzichten nodig is voor de werkzaamheden. Het ruimtebeslag van tijdelijke werkstroken en depots is ingeperkt. Op alle tekeningen is met arceringen inzichtelijk gemaakt welke stroken reeds in eigendom
erschap en welke verworven dienen te worden. Tevens is weergegeven wat als werkstroken en depot nodig is. Voor de opslag van klei en materieel is op een aantal plaatsen depotruimte nodig. Deze zijn op tekening weergegeven. De locatie van de depots is afgestemd met de eigenaren. De aannemer die de dijkverbetering gaat uitvoeren bepaalt uiteindelijk of hij de depots gaat
Voor het transporteren en verwerken van klei zijn stroken van 10 m breed nodighiervan is transportroute, vijf meter voor opslag en uitvoering van het werk. In Eemdijk Noord
172) is een werkstrook van 20 m gepland. Hier vindt het transport in 2 richtingen plaats om de openbare weg door het dorp te ontzien en is vanwege de slappe
transportstrook gereserveerd. In Eemdijk zijn werkstroken nodig tussen gevels en de bestaande dijk. Deze stroken zijn nodig om een nette aansluiting te maken tussen de nieuwe dijk en de bestaande tuinen. Hier zal niet met zwaar materieel gereden en gewerkt worden.
Alle betrokken eigenaren hebben inmiddels een eerste bieding en de voor hun situatie betrekkende uitsnede uit de grondverwervingskaarten ontvangen.
§6.1.7 van het projectplan is een meer gedetailleerdere beschrijving van de ortroutes opgenomen.
Wijzigingen vergunningen
In hoofdstuk 3 van het projectplan is het beleid en planologisch kader geactualiseerd.
In het kader van de Waterwet bevorderen Gedeputeerde Staten van de provincie gecoördineerde voorbereiding van het projectplan en de voor de uitvoering daarvan benodigde besluiten. In 2011 hebben ontwerp-vergunningen bij het ontwerp-projectplan ter inzage gelegen, deze vergunningen worden in deze nota als cluster A aangeduid.In 2013 zijn enkele nieuwe vergunningen aangevraagd (cluster B). De ontwerp
hebben in de periode juni tot en met augustus 2013 ter inzage gelegen bij de diverse bevoegde gezagen. Na goedkeuring van het vaststellingsbesluit leggen Gedeputeerde Staten van Utrecht het projectplan en de cluster A en B vergunningen gelijktijdig ter inzage voor Beroep.
Omgevingsvergunning onderdeel kap, en Veluwe heeft eind 2010 en begin 2011 een bomeninventarisatie laten
in verband met de voorgenomen dijkverbetering langs de Eem en zuidelijke randmeren. De bomeninventarisatie heeft in beeld gebracht welke bomen op en langs de dijk voorkomen en als gevolg van de geplande verbetermaatregelen niet meer kunnen blijven staan gekapt moeten worden. Op basis van de eisen en randvoorwaarden uit de kapverordening van de verschillende gemeenten is beoordeeld welke bomen vergunningplichtig zijn. Voor deze bomen is vervolgens een omgevingsvergunning (onderdeel kap) aangevraagd betreffende gemeente. Deze vergunningen hebben tezamen met het dijkverbeteringsplan (DVP) en de milieueffectrapportage (MER) ter inzage gelegen.
Omgevingsvergunning onderdeel kap bouwen en afwijken van planologisch gebruik
van de bovenstaande inventarisatie en vergunningaanvraag zijn er de volgende
Ter plaatse van Jericho is het ontwerp gewijzigd. Ter plaatse van De Schans wordt in het voorland klei ingegraven. Ter plaatse van De Grebbeliniedijk wordt klei in het voorland ingegraven.
imtebeslag dat volgens de meest actuele inzichten nodig is voor de werkzaamheden. Het ruimtebeslag van tijdelijke
Op alle tekeningen is met arceringen inzichtelijk gemaakt welke stroken reeds in eigendom erschap en welke verworven dienen te worden. Tevens is weergegeven wat als
Voor de opslag van klei en materieel is op een aantal plaatsen depotruimte nodig. Deze zijn stemd met de eigenaren. De
aannemer die de dijkverbetering gaat uitvoeren bepaalt uiteindelijk of hij de depots gaat
Voor het transporteren en verwerken van klei zijn stroken van 10 m breed nodig. Vijf meter voor opslag en uitvoering van het werk. In Eemdijk Noord
172) is een werkstrook van 20 m gepland. Hier vindt het transport in 2 richtingen plaats om de openbare weg door het dorp te ontzien en is vanwege de slappe
In Eemdijk zijn werkstroken nodig tussen gevels en de bestaande dijk. Deze stroken zijn nodig om een nette aansluiting te maken tussen de nieuwe dijk en de bestaande tuinen. Hier
een eerste bieding en de voor hun situatie
§6.1.7 van het projectplan is een meer gedetailleerdere beschrijving van de werkstroken
In hoofdstuk 3 van het projectplan is het beleid en planologisch kader geactualiseerd.
In het kader van de Waterwet bevorderen Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht een gecoördineerde voorbereiding van het projectplan en de voor de uitvoering daarvan
projectplan ter duid.
De ontwerp-vergunningen hebben in de periode juni tot en met augustus 2013 ter inzage gelegen bij de
leggen Gedeputeerde Staten van Utrecht het projectplan en de cluster A en B vergunningen
een bomeninventarisatie laten in verband met de voorgenomen dijkverbetering langs de Eem en zuidelijke randmeren.
De bomeninventarisatie heeft in beeld gebracht welke bomen op en langs de dijk voorkomen en als gevolg van de geplande verbetermaatregelen niet meer kunnen blijven staan en dus gekapt moeten worden. Op basis van de eisen en randvoorwaarden uit de kapverordening
is beoordeeld welke bomen vergunningplichtig zijn. Voor deze bomen is vervolgens een omgevingsvergunning (onderdeel kap) aangevraagd bij de betreffende gemeente. Deze vergunningen hebben tezamen met het dijkverbeteringsplan
bouwen en afwijken van planologisch gebruik
van de bovenstaande inventarisatie en vergunningaanvraag zijn er de volgende
t voorland ingegraven.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
4) Er is meer duidelijkheid over de rijbomen die op de rij-
Zodoende hebben eind 2011 en in de eerste helft van 2013 aanvullende bomeninventarisaties plaatsgevonden. Opontwerpaanpassingen en de rijworden om uitvoering van de dijkverbetering mogelijk te maken en een veilige dijk te maken. Voor deze bomen is een aanvullende omgevingsaangevraagd bij de gemeente Amersfoort. Deze vergunning heeft in de zomer van 2013 als ontwerp ter inzage gelegen en zal gelijktijdig met de andere vergunningen en het dijkverbeterplan verleend zijn. Omgevingsvergunning onderdeel kap BaarnTen opzichte van de bovenstaande inventarisatie en vergunningaanvraag zijn er de volgende wijzigingen:
1) Er is meer duidelijkheid over de rijbomen die op de rij-
Zodoende heeft in de eerste helft van 2013 plaatsgevonden. Op basis van deze inventarisatie en de rijbomen gekapt moeten worden om uitvoering van de dijkverbetering Voor deze bomen is een aanvullende omgevingsvergunning aangevraagd bij de gemeente Baarn. Deze vergunning ontwerpbesluit ter inzage gelegd en doorloopt een eigen procedure. De revergunning los te koppelen van de andere vergunningen is een veranderd ontwerp aan het Zuidereind, waarbij iets meer grond nodig is en bomen gekapt moeten worden. Omgevingsvergunning onderdeel bouw Amersfoort Ter plaatse van Jericho is het onAlliantie aangepast. De omgevingsvergunning onderdeel bouw is hier op aangepast. Omgevingsvergunning onderdeel bouw BunschotenLangs de vuilstort in Bunschoten is de te plaatsen damwand vervangen doomet een drain. De omgevingsvergunning onderdeel bouw komt hierdoor te vervallen.De kistdam (dubbele damwaneen enkele. De omgevingsvergunning onderdeel bouw is hier op aangepa Omgevingsvergunning onderdeel afwijkend ruimtelijk gebruik Amersfoort Door recente bestemmingsplanwijzigingen is aangepast. De vergunning is alleen nog nodig voor Jericho. Ontgrondingvergunning Provincie UtrVanwege een wijziging in de verordening Ontgrondingen is het waterschap voor dijkverbetering onder voorwaarden vrijgesteld. De voorwaarden zijn dat de waterkering als zodanig bestemd moet zijn en de ontgravingen niet dieper dan 3 m zijn. De aanvraag vontgrondingsvergunning wordt ingetrokkenonherroepelijk is dan het dijkverbeterplan is goedgekeurd.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Er is meer duidelijkheid over de rij- en werkstroken en daarmee de gevolgen voor en werkstroken staan.
Zodoende hebben eind 2011 en in de eerste helft van 2013 aanvullende bomeninventarisaties plaatsgevonden. Op basis van deze inventarisaties, de ontwerpaanpassingen en de rij- en werkstroken is bepaald welke bomen gekapt moeten worden om uitvoering van de dijkverbetering mogelijk te maken en een veilige dijk te maken. Voor deze bomen is een aanvullende omgevingsvergunning onderdeel kap (categorie B)aangevraagd bij de gemeente Amersfoort. Deze vergunning heeft in de zomer van 2013 als ontwerp ter inzage gelegen en zal gelijktijdig met de andere vergunningen en het
zijn.
Omgevingsvergunning onderdeel kap Baarn Ten opzichte van de bovenstaande inventarisatie en vergunningaanvraag zijn er de volgende
Er is meer duidelijkheid over de rij- en werkstroken en daarmee de gevolgen voor en werkstroken staan.
Zodoende heeft in de eerste helft van 2013 een aanvullende bomeninventarisaties plaatsgevonden. Op basis van deze inventarisatie en de rij- en werkstroken is bepaald welke bomen gekapt moeten worden om uitvoering van de dijkverbetering mogelijk te maken.
aanvullende omgevingsvergunning onderdeel kap (categorie B) aangevraagd bij de gemeente Baarn. Deze vergunning Wordt na de zomervakantie als ontwerpbesluit ter inzage gelegd en doorloopt een eigen procedure. De reden om deze vergunning los te koppelen van de andere vergunningen is een veranderd ontwerp aan het Zuidereind, waarbij iets meer grond nodig is en bomen gekapt moeten worden.
Omgevingsvergunning onderdeel bouw Amersfoort Ter plaatse van Jericho is het ontwerp in overleg met bewoners, gemeente en Stichting De Alliantie aangepast. De omgevingsvergunning onderdeel bouw is hier op aangepast.
Omgevingsvergunning onderdeel bouw Bunschoten Langs de vuilstort in Bunschoten is de te plaatsen damwand vervangen door een aanberming met een drain. De omgevingsvergunning onderdeel bouw komt hierdoor te vervallen.De kistdam (dubbele damwand) in Eemdijk ter hoogte van dwarsprofiel 157 is vervangen door een enkele. De omgevingsvergunning onderdeel bouw is hier op aangepast.
Omgevingsvergunning onderdeel afwijkend ruimtelijk gebruik Amersfoort Door recente bestemmingsplanwijzigingen is de omgevingsvergunning voor dit onderdeel aangepast. De vergunning is alleen nog nodig voor Jericho.
Ontgrondingvergunning Provincie Utrecht Vanwege een wijziging in de verordening Ontgrondingen is het waterschap voor dijkverbetering onder voorwaarden vrijgesteld. De voorwaarden zijn dat de waterkering als zodanig bestemd moet zijn en de ontgravingen niet dieper dan 3 m zijn. De aanvraag vontgrondingsvergunning wordt ingetrokken als het bestemmingsplan Maatweg eerder onherroepelijk is dan het dijkverbeterplan is goedgekeurd..
10
en werkstroken en daarmee de gevolgen voor
basis van deze inventarisaties, de en werkstroken is bepaald welke bomen gekapt moeten
worden om uitvoering van de dijkverbetering mogelijk te maken en een veilige dijk te maken. (categorie B)
aangevraagd bij de gemeente Amersfoort. Deze vergunning heeft in de zomer van 2013 als ontwerp ter inzage gelegen en zal gelijktijdig met de andere vergunningen en het
Ten opzichte van de bovenstaande inventarisatie en vergunningaanvraag zijn er de volgende
en werkstroken en daarmee de gevolgen voor
aanvullende bomeninventarisaties en werkstroken is bepaald welke
mogelijk te maken. (categorie B)
Wordt na de zomervakantie als den om deze
vergunning los te koppelen van de andere vergunningen is een veranderd ontwerp aan het Zuidereind, waarbij iets meer grond nodig is en bomen gekapt moeten worden.
twerp in overleg met bewoners, gemeente en Stichting De Alliantie aangepast. De omgevingsvergunning onderdeel bouw is hier op aangepast.
r een aanberming met een drain. De omgevingsvergunning onderdeel bouw komt hierdoor te vervallen.
d) in Eemdijk ter hoogte van dwarsprofiel 157 is vervangen door
omgevingsvergunning voor dit onderdeel
Vanwege een wijziging in de verordening Ontgrondingen is het waterschap voor dijkverbetering onder voorwaarden vrijgesteld. De voorwaarden zijn dat de waterkering als zodanig bestemd moet zijn en de ontgravingen niet dieper dan 3 m zijn. De aanvraag van de
als het bestemmingsplan Maatweg eerder
Nota van beantwoording van de zienswijzen
11
3 – Thematische
3.1 - Hinder en schade De uitvoering van een dijkversterking kan hinder Bewoners en gebruikers van wegen, fietsdijkverbetering hinder ondervinden van de werkzaamheden. Het waterschap streeft er naar dit zo veel mogelijk te beperken en zorgt indieIn paragraaf 6.1.8 van het dijkverbeterplan is beschreven met welke transportroutes en aanvoerpunten rekening gehouden wordt. Van de aannemer wordt geëist dat hij zijn werk zo organiseert dat de uitvoeringVerdere detaillering van de transportroutes vind in wordt geëist dat hij transportroutes zo aanlegt en gebruikt dat er geen schade optreedt en/of dat schade hersteld wordt. In paragraaf 7.2.a is beschreven hoe met uitvoeringschade wordt omgegaan. De bereikbaarheid van woningen bewoners zullen tijdig geïnformeerd worden over de planning van de werkzaamheden en eventuele omleidingsroutes. Zoals in paragraaf 7.1 van het dijkverbeterplan uiteengezet is, zullen alle gronden binnen het profiel van de nieuwe primaire waterwaterschap streeft ernaar om de gronden dieuitvoering van het dijkversterkingsplan (gelegen buiten de primaire waterkering) op grond van overeenkomsten met de rechthrentmeesters ingeschakeld die Eind 2011 is gestart met de verwerving van de grond die nodig is om de dijkverbetering te kunnen realiseren. Tijdens de individuele gesprekken met de eigenaren wordt niet alleen gesproken over de schadeloosstelling, maar worden ook afspraken gemaakt over zaken als uitvoering en details van het dijkontwerp ter plaatse van de percelen van de desbetreffende eigenaar/gebruiker. Inmiddels heeft een ieder van wie bieding met onderbouwing en toelichting van het waterschap ontvangen. Alle schuren en andere obstakels die in het te verbeteren dijkprofiel tot en met de nieuwe sloot zijn gelegen, dienen te worden verwijderd. Voor obstakels die zijn gesitueerd tussen de nieuw aan te leggen sloot en de projectgrens wordt in besteksfase bekekcq. verplaatsing noodzakelijk is. dijkverbeterplan zijn de projectgrenzen weergegeven. (http://dijkverbetering.vallei-veluwe.nl/te zien is welke schuren en obstakels in het te verbeteren dijkprofiel liggen en (dus) verwijderd moeten worden. De door het waterschap ingeschakelde rentmeesters nog nader toe welke schuren en andere obstakels verwijderd moeten worden en zullen eventuele herbouwmogelijkheden bespreken. Waterschap Vallei en Veluweterug te plaatsen of te herbouwen. Het waterschaanbieden en zal binnen de mogelijkheden die het heeft een redelijke inspanning leveren om verplaatsing cq. herbouw mogelijk te maken. De (planologische) randvoorwaarden daarvoor bepalend (bestemmingsplan gemekan worden gesproken over eventuele schadevergoedingen, dan wel terugplaatsing of herbouw van opstallen. Zie verder ook par. 7.2.b van het dijkverbeterplan. In paragraaf 7.2 van het dijkverbeterplan is beschrevschade omgaat. Bij woningen en wegen wordenonafhankelijk schadedeskundige vooropnames gemaakt (foto's en meten)Het waterschap zal de uitvoering van de dijkverbetering op zodanischade aan bezittingen van derden zoveel mogelijk wordt voorkomen. Als desalniettemin blijkt dat als gevolg van de uitvoering van de dijkverbetering schade ontstaat aan bezittingen
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Thematische beantwoording
chade
De uitvoering van een dijkversterking kan hinder en/of schade met zich meebrengenBewoners en gebruikers van wegen, fiets- en voetpaden kunnen tijdens uitvoering van de dijkverbetering hinder ondervinden van de werkzaamheden. Het waterschap streeft er naar dit zo veel mogelijk te beperken en zorgt indien nodig voor omleidingsroutes.
van het dijkverbeterplan is beschreven met welke transportroutes en aanvoerpunten rekening gehouden wordt. Van de aannemer wordt geëist dat hij zijn werk zo organiseert dat de uitvoeringstermijn kort en het bouwterrein veilig is.
transportroutes vind in de besteksfase plaats. Van de aannemer dat hij transportroutes zo aanlegt en gebruikt dat er geen schade optreedt en/of
dat schade hersteld wordt. In paragraaf 7.2.a is beschreven hoe met uitvoeringschade wordt
De bereikbaarheid van woningen en buitendijks gelegen percelen wordt gegabewoners zullen tijdig geïnformeerd worden over de planning van de werkzaamheden en
Zoals in paragraaf 7.1 van het dijkverbeterplan uiteengezet is, zullen alle gronden binnen het profiel van de nieuwe primaire waterkering in eigendom moeten worden verworven. Het waterschap streeft ernaar om de gronden die het slechts tijdelijk nodig heeft voor de uitvoering van het dijkversterkingsplan (gelegen buiten de primaire waterkering) op grond van overeenkomsten met de rechthebbenden in gebruik te nemen. Het waterschap
die hierover reeds met de betrokkenen in overleg Eind 2011 is gestart met de verwerving van de grond die nodig is om de dijkverbetering te
ens de individuele gesprekken met de eigenaren wordt niet alleen gesproken over de schadeloosstelling, maar worden ook afspraken gemaakt over zaken als uitvoering en details van het dijkontwerp ter plaatse van de percelen van de desbetreffende
Inmiddels heeft een ieder van wie tijdelijke of permanent grond benodigd is daarvoor een bieding met onderbouwing en toelichting van het waterschap ontvangen.
Alle schuren en andere obstakels die in het te verbeteren dijkprofiel tot en met de nieuwe sloot zijn gelegen, dienen te worden verwijderd. Voor obstakels die zijn gesitueerd tussen de nieuw aan te leggen sloot en de projectgrens wordt in besteksfase bekeken of verwijdering cq. verplaatsing noodzakelijk is. Op de situatietekeningen van bijlage 1 bij het dijkverbeterplan zijn de projectgrenzen weergegeven. Op de projectwebsite
veluwe.nl/) zijn ter verduidelijking luchtfoto’s weergegeven waarop te zien is welke schuren en obstakels in het te verbeteren dijkprofiel liggen en (dus) verwijderd moeten worden. De door het waterschap ingeschakelde rentmeesters
r toe welke schuren en andere obstakels verwijderd moeten worden en zullen eventuele herbouwmogelijkheden bespreken.
en Veluwe is niet verplicht om schuren of andere opstallen cq. obstakels terug te plaatsen of te herbouwen. Het waterschap zal de benadeelde wel schadevergoeding aanbieden en zal binnen de mogelijkheden die het heeft een redelijke inspanning leveren om verplaatsing cq. herbouw mogelijk te maken. De (planologische) randvoorwaarden daarvoor bepalend (bestemmingsplan gemeente). Met de hiervoor genoemde rentmeesters kan worden gesproken over eventuele schadevergoedingen, dan wel terugplaatsing of herbouw van opstallen. Zie verder ook par. 7.2.b van het dijkverbeterplan.
In paragraaf 7.2 van het dijkverbeterplan is beschreven hoe het waterschap met eventuele at. Bij woningen en wegen worden voor de uitvoering van het werk door een
onafhankelijk schadedeskundige vooropnames gemaakt (foto's en meten). Het waterschap zal de uitvoering van de dijkverbetering op zodanige wijze uitvoeren dat schade aan bezittingen van derden zoveel mogelijk wordt voorkomen. Als desalniettemin blijkt dat als gevolg van de uitvoering van de dijkverbetering schade ontstaat aan bezittingen
en/of schade met zich meebrengen. en voetpaden kunnen tijdens uitvoering van de
dijkverbetering hinder ondervinden van de werkzaamheden. Het waterschap streeft er naar
van het dijkverbeterplan is beschreven met welke transportroutes en aanvoerpunten rekening gehouden wordt. Van de aannemer wordt geëist dat hij zijn werk zo
besteksfase plaats. Van de aannemer dat hij transportroutes zo aanlegt en gebruikt dat er geen schade optreedt en/of
dat schade hersteld wordt. In paragraaf 7.2.a is beschreven hoe met uitvoeringschade wordt
wordt gegarandeerd en bewoners zullen tijdig geïnformeerd worden over de planning van de werkzaamheden en
Zoals in paragraaf 7.1 van het dijkverbeterplan uiteengezet is, zullen alle gronden binnen het kering in eigendom moeten worden verworven. Het
het slechts tijdelijk nodig heeft voor de uitvoering van het dijkversterkingsplan (gelegen buiten de primaire waterkering) op grond van
Het waterschap heeft met de betrokkenen in overleg zijn getreden.
Eind 2011 is gestart met de verwerving van de grond die nodig is om de dijkverbetering te ens de individuele gesprekken met de eigenaren wordt niet alleen
gesproken over de schadeloosstelling, maar worden ook afspraken gemaakt over zaken als uitvoering en details van het dijkontwerp ter plaatse van de percelen van de desbetreffende
tijdelijke of permanent grond benodigd is daarvoor een
Alle schuren en andere obstakels die in het te verbeteren dijkprofiel tot en met de nieuwe sloot zijn gelegen, dienen te worden verwijderd. Voor obstakels die zijn gesitueerd tussen de
en of verwijdering Op de situatietekeningen van bijlage 1 bij het
) zijn ter verduidelijking luchtfoto’s weergegeven waarop te zien is welke schuren en obstakels in het te verbeteren dijkprofiel liggen en (dus) verwijderd moeten worden. De door het waterschap ingeschakelde rentmeesters lichten ook
r toe welke schuren en andere obstakels verwijderd moeten worden en zullen
is niet verplicht om schuren of andere opstallen cq. obstakels ap zal de benadeelde wel schadevergoeding
aanbieden en zal binnen de mogelijkheden die het heeft een redelijke inspanning leveren om verplaatsing cq. herbouw mogelijk te maken. De (planologische) randvoorwaarden zijn
. Met de hiervoor genoemde rentmeesters kan worden gesproken over eventuele schadevergoedingen, dan wel terugplaatsing of
en hoe het waterschap met eventuele voor de uitvoering van het werk door een
ge wijze uitvoeren dat schade aan bezittingen van derden zoveel mogelijk wordt voorkomen. Als desalniettemin blijkt dat als gevolg van de uitvoering van de dijkverbetering schade ontstaat aan bezittingen
Nota van beantwoording van de zienswijzen
van derden, dan zal de schade door een onafhankelijkvergoed door het waterschap.
3.2 – Beheer en onderhoud Huur- en gebruiksovereenkomsten tot dijkverbeteringIn de huidige situatie was de waterkering op veel plaatsen in kleine eenheden verhuurd of verpacht. Deze overeenkomsten gebruiksovereenkomst afspraken gebruik van de waterkering voor de periode tussen het einde van de huur/pachtovereenkomst en de feitelijke uitvoering van de dijkverbeteringswerkzaamheden. Onderhoudsovereenkomst na dijkverbeteringNa uitvoering van de dijkverbetering zal het waterschap het onderhoud van dzelf verzorgen of in grotere onderhoudsovereenkomsten uitbesteden. Ter plaatse van woningen (Eemdijk en het Overvaren) worden onderhoudsovereenkomsten met bewoners afgesloten. In deze overeenkomst wordt vastgelegd dat de kruin en het dijk als gazon worden onderhoudentoegestaan, maar terras, struiken, plantenbakken en dergelijke niet. Op het binnentalud mag- onder voorwaarden - wel een tuin met borders en terras aangebracht wvan bomen en plaatsen van bebouwing mag hier nietveluwe.nl/actueel/nieuws/2013/dijkbeheer). Uitgangspunten achter onderhoudsovereenkomstLeidend bij deze afspraken is de Keur van het waterhet waterschap die is gebaseerd op de Waterschapswet, de Waterwet, het Waterbesluit, de Waterregeling en de Waterverordening Vallei en Veluwe. De Keur bevat gebodsverbodsbepalingen met betrekking tot de bij het wonder meer ter zake van het onderhoud en het gebruik van de dijk. In de Keur wordt verwezen naar de Legger, waarin de begrenzingen van waterkeringen en oppervlaktewaterlichamen zijn aangegeven, waarop de gebodsde Keur van toepassing zijn. Voor de toepassing van de Keur heeft het waterschap beleidsregels vastgesteld, die richtinggevend zijn voor op grond van de Keur te nemen besluiten. Het toekomstige gebruik en onderhoud van de waterkeringregelgeving in overeenstemming moeten zijn. Uitgangspunt hierbij is dat de stabiliteit, duurzaamheid en beheerbaarheid van de waterkering en de verbeteringen daarvan gegarandeerd moeten zijn. omstandigheden en zijn specifieke uitgangspunten van toepassinggehouden met de belangen van bewoners van woningen aan de dijk. Deze uitgangspunten komen erop neer dat er op het binnentalud iets ruimere gebruiksmogelandere trajecten van de waterkering, waarbij in ieder geval te gelden heeft dat de kruin en het buitentalud vrij toegankelijk moeten zijn voor beheer en onderhoud door of namens het waterschap. Vanwege de fusie tussen waterschap ValleiKeur vastgesteld. Eind 2013 worden nieuwe beleidsregels opgesteld. Dit zal in Eemdijk niet tot noemenswaardige veranderingen leiden. Beleidsregels Op dit moment geld in grote lijnen voor de Eemdijk het volgendHet buitentalud en de kruin van de dijk moeten vrij gehouden worden van elk soort obstakels. De bedekking van de dijk moet bestaan uit een erosiebestendige grasmat in verband met erosiebestendigheid en toegankelijkheid van de waterkering. Aan de buitendijkse kant van de dijk moet de grasmat zoveel mogelijk in stand gehouden worden, maar is onder strikte voorwaarden meer mogelijk (terrassen, schuurtjes, etc.)Op het binnentalud van de dijk is onder strikte voorwaarden een tuininrichting met terrasen lage beplanting mogelijk.
3 De keur van Waterschap Vallei & Veluwe 2013 is te vinden op
veluwe.nl/actueel-0/bekendmakingen/bekendmakingen
Nota van beantwoording van de zienswijzen
van derden, dan zal de schade door een onafhankelijk taxateur worden vastgesteld en vergoed door het waterschap.
onderhoud waterkering
en gebruiksovereenkomsten tot dijkverbetering de waterkering op veel plaatsen in kleine eenheden verhuurd of
verpacht. Deze overeenkomsten zijn beëindigd. Het waterschap legt in een tijdelijke afspraken vast met de voormalige huurders en pachters over tijdelijk
rkering voor de periode tussen het einde van de huur-/pachtovereenkomst en de feitelijke uitvoering van de dijkverbeteringswerkzaamheden.
Onderhoudsovereenkomst na dijkverbetering Na uitvoering van de dijkverbetering zal het waterschap het onderhoud van de waterkering zelf verzorgen of in grotere onderhoudsovereenkomsten uitbesteden. Ter plaatse van woningen (Eemdijk en het Overvaren) worden onderhoudsovereenkomsten met bewoners
In deze overeenkomst wordt vastgelegd dat de kruin en het buitentaworden onderhouden. Een pad en een trap zijn hier (met vergunning)
struiken, plantenbakken en dergelijke niet. Op het binnentalud magwel een tuin met borders en terras aangebracht worden. Het planten
van bomen en plaatsen van bebouwing mag hier niet. (zie ook http://dijkverbetering.valleiveluwe.nl/actueel/nieuws/2013/dijkbeheer).
Uitgangspunten achter onderhoudsovereenkomst (Keur) Leidend bij deze afspraken is de Keur van het waterschap.
3 De Keur is een verordening van
het waterschap die is gebaseerd op de Waterschapswet, de Waterwet, het Waterbesluit, de Waterregeling en de Waterverordening Vallei en Veluwe. De Keur bevat gebodsverbodsbepalingen met betrekking tot de bij het waterschap in beheer zijnde watersystemen, onder meer ter zake van het onderhoud en het gebruik van de dijk. In de Keur wordt verwezen naar de Legger, waarin de begrenzingen van waterkeringen en oppervlaktewaterlichamen zijn aangegeven, waarop de gebods- en verbodsbepalingen van de Keur van toepassing zijn. Voor de toepassing van de Keur heeft het waterschap beleidsregels vastgesteld, die richtinggevend zijn voor op grond van de Keur te nemen besluiten. Het toekomstige gebruik en onderhoud van de waterkering zal met deze regelgeving in overeenstemming moeten zijn. Uitgangspunt hierbij is dat de stabiliteit, duurzaamheid en beheerbaarheid van de waterkering en de uniformiteit en continuïteit bij
daarvan gegarandeerd moeten zijn. In Eemdijk is sprake van specifieke omstandigheden en zijn specifieke uitgangspunten van toepassing, waarbij rekening is gehouden met de belangen van bewoners van woningen aan de dijk. Deze uitgangspunten komen erop neer dat er op het binnentalud iets ruimere gebruiksmogelijkheden zijn dan op andere trajecten van de waterkering, waarbij in ieder geval te gelden heeft dat de kruin en het buitentalud vrij toegankelijk moeten zijn voor beheer en onderhoud door of namens het
Vanwege de fusie tussen waterschap Vallei & en Waterschap Veluwe is in 2013 een nieuwe Keur vastgesteld. Eind 2013 worden nieuwe beleidsregels opgesteld. Dit zal in Eemdijk niet tot noemenswaardige veranderingen leiden.
n grote lijnen voor de Eemdijk het volgende beleid: Het buitentalud en de kruin van de dijk moeten vrij gehouden worden van elk soort obstakels. De bedekking van de dijk moet bestaan uit een erosiebestendige grasmat in verband met erosiebestendigheid en toegankelijkheid van de waterkering.
buitendijkse kant van de dijk moet de grasmat zoveel mogelijk in stand gehouden worden, maar is onder strikte voorwaarden meer mogelijk (terrassen, schuurtjes, etc.)Op het binnentalud van de dijk is onder strikte voorwaarden een tuininrichting met terrasen lage beplanting mogelijk.
De keur van Waterschap Vallei & Veluwe 2013 is te vinden op http://www.vallei
0/bekendmakingen/bekendmakingen-2013/april/nieuwe-keur
12
taxateur worden vastgesteld en
de waterkering op veel plaatsen in kleine eenheden verhuurd of legt in een tijdelijke
met de voormalige huurders en pachters over tijdelijk
/pachtovereenkomst en de feitelijke uitvoering van de dijkverbeteringswerkzaamheden.
e waterkering zelf verzorgen of in grotere onderhoudsovereenkomsten uitbesteden. Ter plaatse van woningen (Eemdijk en het Overvaren) worden onderhoudsovereenkomsten met bewoners
buitentalud van de . Een pad en een trap zijn hier (met vergunning)
struiken, plantenbakken en dergelijke niet. Op het binnentalud mag orden. Het planten
. (zie ook http://dijkverbetering.vallei-
De Keur is een verordening van het waterschap die is gebaseerd op de Waterschapswet, de Waterwet, het Waterbesluit, de Waterregeling en de Waterverordening Vallei en Veluwe. De Keur bevat gebods- en
aterschap in beheer zijnde watersystemen, onder meer ter zake van het onderhoud en het gebruik van de dijk. In de Keur wordt
verbodsbepalingen van de Keur van toepassing zijn. Voor de toepassing van de Keur heeft het waterschap beleidsregels vastgesteld, die richtinggevend zijn voor op grond van de Keur te nemen
zal met deze regelgeving in overeenstemming moeten zijn. Uitgangspunt hierbij is dat de stabiliteit,
uniformiteit en continuïteit bij ake van specifieke
, waarbij rekening is gehouden met de belangen van bewoners van woningen aan de dijk. Deze uitgangspunten
ijkheden zijn dan op andere trajecten van de waterkering, waarbij in ieder geval te gelden heeft dat de kruin en het buitentalud vrij toegankelijk moeten zijn voor beheer en onderhoud door of namens het
& en Waterschap Veluwe is in 2013 een nieuwe Keur vastgesteld. Eind 2013 worden nieuwe beleidsregels opgesteld. Dit zal in Eemdijk niet
Het buitentalud en de kruin van de dijk moeten vrij gehouden worden van elk soort obstakels. De bedekking van de dijk moet bestaan uit een erosiebestendige grasmat in verband met
buitendijkse kant van de dijk moet de grasmat zoveel mogelijk in stand gehouden worden, maar is onder strikte voorwaarden meer mogelijk (terrassen, schuurtjes, etc.) Op het binnentalud van de dijk is onder strikte voorwaarden een tuininrichting met terrassen
http://www.vallei-keur-algemene
Nota van beantwoording van de zienswijzen
13
Herbouw of nieuwbouw van woningen en andere permanente opstallen kunnen uitsluitend plaatsvinden buiten het dijklichaam en achter bestaande bebouwingscontouren. Van belang hierbij is onder meer dat de dijk in de toekomst nworden. Onderhouds- en inspectieroutesIn Eemdijk en het Overvaren zal de kruin ingericht worden als doorgaande inspectieroute. Na de dijkverbetering zal het waterschap op de dijk afrasteringen plaatsen met daarin te ophekken (poorten). Bij de vormgeving wordt er rekening mee gehouden dat het om tuinafscheidingen gaat. De afrasteringen worden dwars op de dijk geplaatst op de onderhouds-/gebruiksgrenzen. Op het binnentalud bij woningen plaatst het waterschap geen afrasteringen- hier kunnen de bewoners zelf een afscheiding plaatseningevolge de Waterwet van het waterschapterrein zullen de poorten worden voorzien van een slot en een bord met “ verboden Vanaf dp 152 tot en met 172 (Eemdijk Noord) en van dp 189 tot 194 (het Overvaren) is er een buitendijkse berm en sloot. Hier zal ook de buitendijkse berm door het waterschap ingericht en gebruikt worden als doorgaande inspectie Voor overige dijktrajecten wordt per dijktraject bekeken of afrasteringen nodig zijn
3.3 - Grondverwerving Zoals uitvoerig in het dijkverbeterplan (nieuwe primaire waterkering in eigendom worden vebenodigde gronden waarover niet anderszins wordt een gedoogplicht gevestigd Samenvatting eigendommenbeleidDe eigendom van deze gronden is noodzakelijk om nu, maar ook in de toekomst het veiligheidsniveau te kunnen garanderen. Gelet op de belangrijke functie van de hiervoor genoemde waterkeringen is het van groot belang dat het waterschap daar actief ebeheer en onderhoud kan uitvoeren. en een optimale beschikkingsbevoegdheid over de primaire waterkering is naar het oordeel van het waterschap uitsluitend te realiseren wanneer de waterkering inwaterschap. Uitsluitend indien het waterschap eigenaar is van die gronden is de uniformiteit en continuïteit in geval van dijkverbeteringen, de stabiliteit en duurzaamheid van de waterkering, het tijdig en doelmatig optreden in geval vefficiënte handhaving van de keur gewaarborgd. mogelijk indien dat niet afhankelijk is van de medewerking van waterschap veel meer invloed uitoefenen ende waterkering en zal daaraan strikte voorwaarden verbinden. Proces verwerving eigendomZoals eveneens in §7.1 van het dijkverbeterplan is toegelicht, staat voorop dat het waterschap in goed overleg met de komen over de aankoop en/of het tijdelijke gebruik van de benodigde gronden. Hierbij het waterschap gebruik van de diensten van erkende rentmeesters. rentmeesters bepaalt het waterscaankoop of tijdelijke ingebruikname van de gronden. Eind 2011 is het waterschap gestart met de verwerving van de grond die nodig is om de dijkverbetering te kunnen realiseren. In 2012 hebben de eeplaats gevonden tussen belanghebbenden van wie grond nodig is en rentmeesters van het waterschap. Hierbij is het grondverwervingsproces toegelicht en zijn de conceptaankooptekeningen besproken. Vervolgens hebben de rentmeopgesteld. Vanaf eind 2012 zijn de eerste aanbiedingen verstuurd naar bewoners. Ten tijde van de vaststelling van het projectplan hebben alle belanghebbenden van wie grond nodig is (in eigendom en/of tijdelijk) een bieding ontvangenverwervingstekeningen en een toelichting.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Herbouw of nieuwbouw van woningen en andere permanente opstallen kunnen uitsluitend plaatsvinden buiten het dijklichaam en achter bestaande bebouwingscontouren. Van belang hierbij is onder meer dat de dijk in de toekomst nog verbreed of verhoogd moet kunnen
en inspectieroutes In Eemdijk en het Overvaren zal de kruin ingericht worden als doorgaande inspectieroute. Na de dijkverbetering zal het waterschap op de dijk afrasteringen plaatsen met daarin te ophekken (poorten). Bij de vormgeving wordt er rekening mee gehouden dat het om tuinafscheidingen gaat. De afrasteringen worden dwars op de dijk geplaatst op de
/gebruiksgrenzen. Op het binnentalud bij woningen plaatst het waterschap geen hier kunnen de bewoners zelf een afscheiding plaatsen, met een vergunning
ingevolge de Waterwet van het waterschap. Daar waar de afrastering grenst aan openbaar terrein zullen de poorten worden voorzien van een slot en een bord met “ verboden Vanaf dp 152 tot en met 172 (Eemdijk Noord) en van dp 189 tot 194 (het Overvaren) is er een buitendijkse berm en sloot. Hier zal ook de buitendijkse berm door het waterschap ingericht en gebruikt worden als doorgaande inspectie- en onderhoudsroute.
Voor overige dijktrajecten wordt per dijktraject bekeken of afrasteringen nodig zijn
rondverwerving
in het dijkverbeterplan (§7.1) is toegelicht, zullen alle gronden binnen de nieuwe primaire waterkering in eigendom worden verworven. Voor gebruik van benodigde gronden waarover niet anderszins (tijdig) overeenstemming kan worden bereiktwordt een gedoogplicht gevestigd. Dit volgt uit het eigendommenbeleid van het waterschap.
Samenvatting eigendommenbeleid De eigendom van deze gronden is noodzakelijk om nu, maar ook in de toekomst het veiligheidsniveau te kunnen garanderen. Gelet op de belangrijke functie van de hiervoor genoemde waterkeringen is het van groot belang dat het waterschap daar actief ebeheer en onderhoud kan uitvoeren. Een rationeel, onbelemmerd en ongestoord beheer van en een optimale beschikkingsbevoegdheid over de primaire waterkering is naar het oordeel van het waterschap uitsluitend te realiseren wanneer de waterkering in eigendom is van het
Uitsluitend indien het waterschap eigenaar is van die gronden is de uniformiteit en continuïteit in geval van dijkverbeteringen, de stabiliteit en duurzaamheid van de waterkering, het tijdig en doelmatig optreden in geval van calamiteiten en een goede en efficiënte handhaving van de keur gewaarborgd. Een goed beheer van de dijk
iet afhankelijk is van de medewerking van derden. Als eigenaar kan het waterschap veel meer invloed uitoefenen en sturing geven aan het gebruik en onderhoud van de waterkering en zal daaraan strikte voorwaarden verbinden.
Proces verwerving eigendom het dijkverbeterplan is toegelicht, staat voorop dat het
n goed overleg met de rechthebbenden zal pogen tot overeenstemming /of het tijdelijke gebruik van de benodigde gronden. Hierbij
gebruik van de diensten van erkende rentmeesters. Met behulp van deze rentmeesters bepaalt het waterschap de hoogte van de te betalen schadeloosstelling voor de
f tijdelijke ingebruikname van de gronden. Eind 2011 is het waterschap gestart met de verwerving van de grond die nodig is om de dijkverbetering te kunnen realiseren. In 2012 hebben de eerste inventariserende gesprekken plaats gevonden tussen belanghebbenden van wie grond nodig is en rentmeesters van het waterschap. Hierbij is het grondverwervingsproces toegelicht en zijn de conceptaankooptekeningen besproken. Vervolgens hebben de rentmeesters taxatierapporten opgesteld. Vanaf eind 2012 zijn de eerste aanbiedingen verstuurd naar bewoners. Ten tijde van de vaststelling van het projectplan hebben alle belanghebbenden van wie grond nodig is (in eigendom en/of tijdelijk) een bieding ontvangen met daarbij de van toepassing zijnde verwervingstekeningen en een toelichting.
Herbouw of nieuwbouw van woningen en andere permanente opstallen kunnen uitsluitend plaatsvinden buiten het dijklichaam en achter bestaande bebouwingscontouren. Van belang
og verbreed of verhoogd moet kunnen
In Eemdijk en het Overvaren zal de kruin ingericht worden als doorgaande inspectieroute. Na de dijkverbetering zal het waterschap op de dijk afrasteringen plaatsen met daarin te openen hekken (poorten). Bij de vormgeving wordt er rekening mee gehouden dat het om tuinafscheidingen gaat. De afrasteringen worden dwars op de dijk geplaatst op de
/gebruiksgrenzen. Op het binnentalud bij woningen plaatst het waterschap geen , met een vergunning
. Daar waar de afrastering grenst aan openbaar terrein zullen de poorten worden voorzien van een slot en een bord met “ verboden toegang”. Vanaf dp 152 tot en met 172 (Eemdijk Noord) en van dp 189 tot 194 (het Overvaren) is er een buitendijkse berm en sloot. Hier zal ook de buitendijkse berm door het waterschap ingericht
Voor overige dijktrajecten wordt per dijktraject bekeken of afrasteringen nodig zijn.
alle gronden binnen de Voor gebruik van de tijdelijk
overeenstemming kan worden bereikt Dit volgt uit het eigendommenbeleid van het waterschap.
De eigendom van deze gronden is noodzakelijk om nu, maar ook in de toekomst het vereiste veiligheidsniveau te kunnen garanderen. Gelet op de belangrijke functie van de hiervoor genoemde waterkeringen is het van groot belang dat het waterschap daar actief en gericht
Een rationeel, onbelemmerd en ongestoord beheer van en een optimale beschikkingsbevoegdheid over de primaire waterkering is naar het oordeel
eigendom is van het Uitsluitend indien het waterschap eigenaar is van die gronden is de uniformiteit
en continuïteit in geval van dijkverbeteringen, de stabiliteit en duurzaamheid van de an calamiteiten en een goede en
Een goed beheer van de dijk is uitsluitend . Als eigenaar kan het
sturing geven aan het gebruik en onderhoud van
het dijkverbeterplan is toegelicht, staat voorop dat het tot overeenstemming te
/of het tijdelijke gebruik van de benodigde gronden. Hierbij maakt Met behulp van deze
de te betalen schadeloosstelling voor de
Eind 2011 is het waterschap gestart met de verwerving van de grond die nodig is om de rste inventariserende gesprekken
plaats gevonden tussen belanghebbenden van wie grond nodig is en rentmeesters van het waterschap. Hierbij is het grondverwervingsproces toegelicht en zijn de concept-
esters taxatierapporten opgesteld. Vanaf eind 2012 zijn de eerste aanbiedingen verstuurd naar bewoners. Ten tijde van de vaststelling van het projectplan hebben alle belanghebbenden van wie grond nodig is
met daarbij de van toepassing zijnde
Nota van beantwoording van de zienswijzen
De bieding is tevens mondeling toegelicht door de rentmeester. In gevallen waarin onverhoopt geen overeenstemming kan worden bereikt over de en/of de tijdelijke ingebruikname van tijdige uitvoering van het dijkverbeterplan overgaan tot onteigeningkering behorende gronden en het vestigen van een gedoogplicht voor de tijdegronden. Deze onteigeningsprocedure is helder uitgelegd in de brochure Grondverwerving die te vinden is op http://dijkverbetering.vallei Verkoop en compensatiegrondOp sommige delen van de waterkering vindt een asverschuiving nieuwe waterkering plaats. Indien als gevolg van deze asverschuiving eigendommenbeleid volgt dat noodzakelijk is en deze gronden niet benodigd zijn voor toekomstige bespreekbaar dat verkoop aan de aanliggende eigenaarBij aanliggende eigenaren waar dat mogelijk is heeft het waterschap daschriftelijk kenbaar gemaakt Indien eigenaren onderling overeenstemming hebben over aanpassing van eigendomsgrenzen kan dit eveneens als wens Het waterschap is niet verplicht om als compensatie voor de aan te kopen gronden compensatiegronden beschikbaar te stellen. Wel zal het waterschap indien er zich ruilmogelijkheden voordoen, hier aan meewerken.
3.4 - Inrichting tuin Zoals hierboven vermeld vindt op delen van de Eemdijk een asverschuiving van de nieuwe waterkering plaats. In sommige situaties is het afgraven van de oude dijk onder voorwaarden mogelijk. In de voorbereiding van de uitvoering wordt onderzocht en met betrokkenafgestemd in welke mate en onder welke voorwaarden.Het komt op een aantal plaatsen voor dat eigenaren van binnendijks gelegen woningen aan de buitendijkse zijde ook percelen in eigendom hebben. De ontsluiting van deze percelen vindt veelal plaats via de waterkering. De ontsluiting van het buitendijkse perceel wordt in de besteksfase in overleg met belanghebbenden nader gedetailleerd. Op de tekeningen van het projectplan wordt in tekst aangegoverleg met belanghebbende”. In de grondverwervingssgesprekken op/aan de waterkering. Leidend bij deze afspraken is de Keur van het waterschap (zie
3.5 - Gebruik ondergronden tekeningen Er zijn veel vragen gesteld over de actualiteit van de situatietekeningen.De tekeningen zijn gebaseerd op basisgegevens die aangeleverd worden door GBKN (Gemeentelijke Basiskaart Netwerk) en het kadaster. Op deze basisgegevens is niet altijd alle bebouwing of de meest recente situatie verwerkt. Het waterschap past op basis van luchtfoto's en veldbezoeken zo mogelijk de basisgegevens projectplan aan. Tevens wordt niet is ingetekend.
3.6 - Afwatering terrassen, Door ophoging en/of asverschuiving van de waterkering oneen groter afwaterend oppervlak tussen kruin van de dijk en
Nota van beantwoording van de zienswijzen
De bieding is tevens mondeling toegelicht door de rentmeester.
onverhoopt geen overeenstemming kan worden bereikt over de name van de benodigde gronden, zal het waterschap ter zekerheid
van tijdige uitvoering van het dijkverbeterplan overgaan tot onteigening van de tot de primaire kering behorende gronden en het vestigen van een gedoogplicht voor de tijde
Deze onteigeningsprocedure is helder uitgelegd in de brochure Grondverwerving die te http://dijkverbetering.vallei-veluwe.nl/nieuwsbrieven/brochures
grond Op sommige delen van de waterkering vindt een asverschuiving (dijkverlegging) nieuwe waterkering plaats. Indien als gevolg van deze asverschuiving uit het
volgt dat het hebben van de eigendom van bepaalde gronden en deze gronden niet benodigd zijn voor toekomstige ontwikkelingen
verkoop aan de aanliggende eigenaar van deze gronden plaatsvindtwaar dat mogelijk is heeft het waterschap dat in mei 2013 en in de maanden daarna een aanbod gedaan.
eigenaren onderling overeenstemming hebben over aanpassing van eigendomsgrenzen kan dit eveneens als wens naar voren worden gebracht.
icht om als compensatie voor de aan te kopen gronden beschikbaar te stellen. Wel zal het waterschap indien er zich
voordoen, hier aan meewerken.
en ontsluiting buitendijkse percelen
hierboven vermeld vindt op delen van de Eemdijk een asverschuiving van de nieuwe waterkering plaats. In sommige situaties is het afgraven van de oude dijk onder voorwaarden mogelijk. In de voorbereiding van de uitvoering wordt onderzocht en met betrokkenafgestemd in welke mate en onder welke voorwaarden. Het komt op een aantal plaatsen voor dat eigenaren van binnendijks gelegen woningen aan de buitendijkse zijde ook percelen in eigendom hebben. De ontsluiting van deze percelen
waterkering. De ontsluiting van het buitendijkse perceel wordt in de besteksfase in overleg met belanghebbenden nader gedetailleerd. Op de tekeningen van het
in tekst aangegeven: “ontsluiting buitendijks perceel nader te detailleren in erleg met belanghebbende”.
In de grondverwervingssgesprekken worden afspraken gemaakt over herinrichting van tuinen Leidend bij deze afspraken is de Keur van het waterschap (zie
Gebruik ondergronden tekeningen
veel vragen gesteld over de actualiteit van de situatietekeningen. De tekeningen zijn gebaseerd op basisgegevens die aangeleverd worden door GBKN
Netwerk) en het kadaster. Op deze basisgegevens is niet altijd alle meest recente situatie verwerkt. Het waterschap past op basis van
luchtfoto's en veldbezoeken zo mogelijk de basisgegevens in de tekeningen bij het aan. Tevens wordt op deze tekeningen met tekst verwezen naar bebouwing die
terrassen, tuinen en erven
asverschuiving van de waterkering ontstaat er op verschillende plaatsen een groter afwaterend oppervlak tussen kruin van de dijk en bebouwing. Of en welke
14
onverhoopt geen overeenstemming kan worden bereikt over de aankoop van de benodigde gronden, zal het waterschap ter zekerheid
van de tot de primaire kering behorende gronden en het vestigen van een gedoogplicht voor de tijdelijk benodigde
Deze onteigeningsprocedure is helder uitgelegd in de brochure Grondverwerving die te
(dijkverlegging) van de het
het hebben van de eigendom van bepaalde gronden niet langer ontwikkelingen is het
plaatsvindt. t in mei 2013
icht om als compensatie voor de aan te kopen gronden beschikbaar te stellen. Wel zal het waterschap indien er zich
buitendijkse percelen
hierboven vermeld vindt op delen van de Eemdijk een asverschuiving van de nieuwe waterkering plaats. In sommige situaties is het afgraven van de oude dijk onder voorwaarden mogelijk. In de voorbereiding van de uitvoering wordt onderzocht en met betrokkenen
Het komt op een aantal plaatsen voor dat eigenaren van binnendijks gelegen woningen aan de buitendijkse zijde ook percelen in eigendom hebben. De ontsluiting van deze percelen
waterkering. De ontsluiting van het buitendijkse perceel wordt in de besteksfase in overleg met belanghebbenden nader gedetailleerd. Op de tekeningen van het
: “ontsluiting buitendijks perceel nader te detailleren in
afspraken gemaakt over herinrichting van tuinen Leidend bij deze afspraken is de Keur van het waterschap (zie §3.2).
De tekeningen zijn gebaseerd op basisgegevens die aangeleverd worden door GBKN Netwerk) en het kadaster. Op deze basisgegevens is niet altijd alle
meest recente situatie verwerkt. Het waterschap past op basis van in de tekeningen bij het
met tekst verwezen naar bebouwing die
staat er op verschillende plaatsen . Of en welke
Nota van beantwoording van de zienswijzen
15
maatregelen nodig zijn is per woning verschillend. De uitwerking van deze maatregelen is een detailniveau dat niet past bij een dijkverbeterplan. In gedetailleerd in overleg met betrokkenen. Wanneer het aanpassen van detailafgevolg is van de dijkverbetering zijn de kosten voor rekening van het waterschap.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
maatregelen nodig zijn is per woning verschillend. De uitwerking van deze maatregelen is een detailniveau dat niet past bij een dijkverbeterplan. In de besteksfase wordt dit nader gedetailleerd in overleg met betrokkenen. Wanneer het aanpassen van detailafgevolg is van de dijkverbetering zijn de kosten voor rekening van het waterschap.
maatregelen nodig zijn is per woning verschillend. De uitwerking van deze maatregelen is een besteksfase wordt dit nader
gedetailleerd in overleg met betrokkenen. Wanneer het aanpassen van detailafwatering een gevolg is van de dijkverbetering zijn de kosten voor rekening van het waterschap.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
4 – Overzicht zienswijzen en beantwoording per persoon en instantie In dit hoofdstuk zijn alle ingekomen zienswijzen per persoon en instantie samengevat weergegeven en beantwoord 1 2 3
Nr Inspraakreactie van
Inspraak heeft betrekking op
Toelichting kolommen: 1. De zienswijzen zijn genummerd per inspreker op volgorde van binnenkomst.
een reactie onder te verdelen is in deelvragen is er een subnummering toegevoegd. Wanneer een inspreker meerdere reacties heeft ingediend is dat met een geletterde subnummering zichtbaar gemaakt.
2. In kolom 2 is naam en adres van de inspreker weergegeven. Wanneer er geen naam en adres is weergegeven dan
3. Hier is weergegeven of de reactie betrekking heeft op de ter inzage liggende stukken (dijkverbeterplan (projectplan), milieueffectrapportage, vergunningen) of andere zaken zoals uitvoering.
4. Een samenvatting van de zienswijze5. Met een afkorting is weergeven welke instantie de zienswijze beantwoord heeft.
W = Waterschap Vallei PU =Provincie Utrecht PG = Provincie GelderlandGA = gemeente AmersfoortGB = gemeente BunschotenGBa= gemeente Baarn
6. Het antwoord op de zienswijze7. Wanneer de zienswijze tot aanpassing van de stukken leidt is weergegeven waar de
aanpassing plaats vindt. Wanne(Nee).
Nota van beantwoording van de zienswijzen
zienswijzen en beantwoording per persoon en instantie
In dit hoofdstuk zijn alle ingekomen zienswijzen per persoon en instantie samengevat geven en beantwoord.
4 5 6 7
Inspraak heeft betrekking
deelvraag antwoord door
antwoord Aanpassing in projectplan/mer/vergunning
De zienswijzen zijn genummerd per inspreker op volgorde van binnenkomst. een reactie onder te verdelen is in deelvragen is er een subnummering toegevoegd. Wanneer een inspreker meerdere reacties heeft ingediend is dat met een geletterde
g zichtbaar gemaakt. In kolom 2 is naam en adres van de inspreker weergegeven. Wanneer er geen naam en
dan is dat op verzoek van de inspreker. Hier is weergegeven of de reactie betrekking heeft op de ter inzage liggende stukken (dijkverbeterplan (projectplan), milieueffectrapportage, vergunningen) of andere zaken
Een samenvatting van de zienswijze Met een afkorting is weergeven welke instantie de zienswijze beantwoord heeft.
= Waterschap Vallei en Veluwe
= Provincie Gelderland = gemeente Amersfoort = gemeente Bunschoten
Het antwoord op de zienswijze Wanneer de zienswijze tot aanpassing van de stukken leidt is weergegeven waar de
. Wanneer de zienswijze niet tot aanpassing leidt staat er N
16
zienswijzen en beantwoording per
In dit hoofdstuk zijn alle ingekomen zienswijzen per persoon en instantie samengevat
Aanpassing in projectplan/mer/vergunning
De zienswijzen zijn genummerd per inspreker op volgorde van binnenkomst. Wanneer een reactie onder te verdelen is in deelvragen is er een subnummering toegevoegd. Wanneer een inspreker meerdere reacties heeft ingediend is dat met een geletterde
In kolom 2 is naam en adres van de inspreker weergegeven. Wanneer er geen naam en
Hier is weergegeven of de reactie betrekking heeft op de ter inzage liggende stukken (dijkverbeterplan (projectplan), milieueffectrapportage, vergunningen) of andere zaken
Met een afkorting is weergeven welke instantie de zienswijze beantwoord heeft.
Wanneer de zienswijze tot aanpassing van de stukken leidt is weergegeven waar de er de zienswijze niet tot aanpassing leidt staat er N
Nota van beantwoording van de zienswijzen
17
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
1A.1 Dhr. A.C.J. Stangenberg Krachtwijkerweg 7 3828PM Amersfoort
geen betrekking op stukken
Inspreker heeft klachten over gebruik door waterschap van zijn eigen weg en schade die inspreker hiervan ondervindt.Inspreker geeft aan dat er sinds de sluiting van de coupure wateroverlast is op zijn terrein.
1A.2 projectplan/ uitvoering
Inspreker verzoekt het waterschap om tijdens de uitvoering van de dijkverbetering geen gebruik te maken van de Krachtwijkerweg zonder zijn expliciete toestemming.
1A.3 projectplan/ uitvoering
Inspreker verzoekt om een permanente oplossing voor de ontsluiting van de dijk, waarbij de Krachtwijkerweg niet gebruikt wordt, maar b.v. de Hogerhorsterweg.
1B.1 Dhr. A.C.J. Stangenberg Krachtwijkerweg 7 3828PM Amersfoort
projectplan Ontwerp is volgens inspreker in strijd met het motiveringsen zorgvuldigheidsbeginsel, omdat onvoldoende is rekening gehouden met zijn belangen. Inspreker wijst daarbij op de gevolgen voor zijn stuk perceel(bovenop de dijk) dat dijkverbetering in gebruik zal worden genomen met een mogelijke onteigeningsprocedure als gevolg.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker heeft klachten over gebruik door waterschap van zijn eigen weg en schade die inspreker hiervan ondervindt. Inspreker geeft aan dat er sinds de sluiting van de coupure wateroverlast is op zijn terrein.
W
Deze zienswijze heeft geen betrekking op het dijkverbeterplan of op de stukken die ten behoeve van de dijkverbetering ter inzage liggen. Het waterschap heeft in 2011klachten rechtstreeks contact opgenomen met inspreker.
Inspreker verzoekt het waterschap om tijdens de uitvoering van de dijkverbetering geen gebruik te maken van de Krachtwijkerweg zonder zijn expliciete toestemming.
W Hoewel de dijk ook bereikbaar is via de Hoogerhorsterweg en via de nieuwe oprit ten westen van de percelen van inspreker, is op voorhand niet uit te sluiten dat tijdens de dijkverbetering de Krachtwijkerweg gebruikt zal worden. In grondverwervingsgesprekken inspreker afspraken gemaakt over het gebruik, schadeloosstelling oplevering van de weg na dijkverbetering.
Inspreker verzoekt om een permanente oplossing voor de ontsluiting van de dijk, waarbij de Krachtwijkerweg niet gebruikt wordt, maar b.v. de Hogerhorsterweg.
W Bij het Werk aan de Krachtwijk worden 2 opritten naar de waterkering gemaakt ten behoeve van onderhoud van de dijk. Deze opritten zijn bereikbaar via de Hoogerhorsterweg waardoor gebruik van de Krachtwijkerweg niet noodzakelijk is. (Zie tekening 20 bij hetdijkverbeterplan). Daarnaast is circa 400 meter ten westen van Krachtwijkerweg 7 een nieuwe oprit op grond van Natuurmonumenten naar de dijk aangelegd, waarvan het waterschap gebruik kan maken.
Ontwerp is volgens inspreker in strijd met het motiverings- en zorgvuldigheidsbeginsel, omdat onvoldoende is rekening gehouden met zijn belangen. Inspreker wijst daarbij op de gevolgen voor zijn stuk perceel(bovenop de dijk) dat ten behoeve van de dijkverbetering in gebruik zal worden genomen met een mogelijke onteigeningsprocedure als gevolg.
W Het waterschap zal de gronden die nodig zijn voor de nieuwe waterkering verwerven en heeft hiertoe eigendommenbeleid. In H 7 van het dijkverbeterplan is beschreven hoe er met grondverwerving en schadevergoeding wordt omgegaan, ook wordt verwezen naar §2.2 en §3.3 van de algemene beantwoording. Het deel van de dijk dat het waterschap wil aankopen van inspreker betreft een weg over de dijk. Om de dijk optimaal te kunnen onderhouden en beheren is het eigendom van groot belang. Het algemene belang van veiligheid weegt zwaarder dan het persoonlijk belang van de inspreker. Nadelige gevolgen voor de inspreker worden schadeloosgesteld. Bovendien zaweg over de dijk gehandhaafd blijven. De toegankelijkheidveranderen als gevolg aankoop van dit gedeelte waterkeringHet waterschap is niet voornemens om het buiten de waterkering gelegen deel van de Krachtwijkerweg in eigendom te verkrijgen. Wel houdt het waterschap de mogelijkheid open om deze weg tijdens uitvoering van de dijkverbetering te gebruiken. In dat geval wordt verwezen naar 1A.2
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Deze zienswijze heeft geen betrekking op het dijkverbeterplan of op de stukken die ten behoeve van de dijkverbetering ter inzage liggen. Het
heeft in 2011 over deze en rechtstreeks contact
met inspreker.
Nee
Hoewel de dijk ook bereikbaar is via de Hoogerhorsterweg en via de
ten westen van de percelen van inspreker, is op voorhand niet uit te sluiten dat tijdens de dijkverbetering de Krachtwijkerweg gebruikt zal worden. In de grondverwervingsgesprekken zijn met inspreker afspraken gemaakt over het gebruik, schadeloosstelling en oplevering van de weg na
Nee
Bij het Werk aan de Krachtwijk worden 2 opritten naar de waterkering gemaakt ten behoeve van onderhoud van de dijk. Deze opritten zijn bereikbaar via de Hoogerhorsterweg waardoor gebruik van de Krachtwijkerweg niet noodzakelijk is. (Zie tekening 20 bij het
Daarnaast is circa 400 meter ten westen van Krachtwijkerweg 7 een nieuwe oprit op grond van Natuurmonumenten naar de dijk aangelegd, waarvan het waterschap gebruik kan maken.
Nee
Het waterschap zal de gronden die nodig zijn voor de nieuwe waterkering verwerven en heeft hiertoe eigendommenbeleid. In H 7 van het
verbeterplan is beschreven hoe er met grondverwerving en schadevergoeding wordt omgegaan, ook wordt verwezen naar §2.2 en §3.3 van de algemene beantwoording. Het deel van de dijk dat het waterschap wil aankopen van inspreker betreft een weg over de dijk. Om de dijk optimaal te kunnen onderhouden en beheren is het eigendom van groot belang. Het algemene belang van veiligheid weegt zwaarder dan het persoonlijk belang van de inspreker. Nadelige gevolgen voor de inspreker worden schadeloosgesteld. Bovendien zal de weg over de dijk gehandhaafd blijven.
heid ervan zal niet veranderen als gevolg van de aankoop van dit gedeelte waterkering. Het waterschap is niet voornemens om het buiten de waterkering gelegen deel van de Krachtwijkerweg in
te verkrijgen. Wel houdt het waterschap de mogelijkheid open om deze weg tijdens uitvoering van de dijkverbetering te gebruiken. In dat geval wordt verwezen naar 1A.2
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
1B.2 projectplan/beheer en onderhoud
Inspreker vreest voor publiekelijke openstelling van dit stuk perceel met bijbehorende overlast. Inspreker wil daarom niet dat het betreffende perceel openbaar
2.1 H. Tolboom Randenbroekerweg 8 3816BJ Amersfoort E:
projectplan/ uitvoering
Inspreker vraagt om het toegankelijk houden van het Zuiderzeepad tijdens de uitvoering.
2.2 projectplan/ beheer en onderhoud
Inspreker vraagt aandacht voor beheer"overstapjes" Eemdijk.
3.1 J.B. Berkhof Zuidereind 13 3742AV Baarn E:
projectplan/ uitvoering
Inspreker maakt zich zorgen over schade (verzakkingen en trilling agv te plaatsen damwand) en overlast door bouwverkeer ter hoogte van Zuidereind 13.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker vreest voor publiekelijke openstelling van dit stuk perceel met bijbehorende overlast. Inspreker wil daarom niet dat het betreffende perceel openbaar wordt.
W/GA Publieke openstelling van dit stuk perceel is geen onderdeel van het projectplan. Het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied West van de gemeente Amersfoort maakt een wandel- en/of fietspad nabij de waterkering mogelijk. De gemeente Amersfoort is bezig met de uitwerking van een wandel- en fietsroute langs Werk aan de Krachtwijk en heeft op dit moment geen concrete plannen om het aan inspreker behorende deel van de Krachtwijkerweg open te stellen voor publiek.
Inspreker vraagt om het toegankelijk houden van het Zuiderzeepad tijdens de uitvoering.
W
Bewoners en gebruikers van wegen, fiets- en voetpaden kunnen tijdens uitvoering van de dijkverbetering hinder ondervinden van de werkzaamheden. Het waterschap streeft er naar deze hinder zo veel mogelijk te beperken en zorgt indien nodig voor omleidingsroOp 10 oktober 2011 waterschap in overleg met Wandelnet (beheerder Zuiderzeepad) geconstateerd dat met beperkte omleidingsroutes het pad toegankelijk blijft.
Inspreker vraagt aandacht voor beheer en onderhoud "overstapjes" Eemdijk.
W In de huidige situatie staan er veel rasters op de kruin van de waterkering. Het Zuiderzeepad volgt ten zuiden van het dorp Eemdijk de kruin van de dijk en kruist deze rasters met "overstapjes". Na uitvoering van de dijkverbetering zal het waterschap het onderhoud van de waterkering grotendeels zelf gaan verzorgen en zullen veel rasters en overstapjes verdwijnen. Het waterschap zal met de beheerder van het Zuiderzeepad en belanghebbenden afspraken maken over het gebruik en beheer van de "overstapjes".
Inspreker maakt zich zorgen over schade (verzakkingen en trilling agv te plaatsen damwand) en overlast door bouwverkeer ter hoogte van Zuidereind 13.
W Ter plaatse van Zuidereind 13 wordt de waterkering circa 20 cm opgehoogd, de dijk wordt iets smaller om de huidige wegbreedte te kunnen handhaven en de damwand langs de Eem wordt vervangenmateriaal zal over het Zuidereind plaats vinden. Voor de omgang met schade wordt verwezen naar §3.1 van de algemene beantwoording en naar hoofdstuk 7 van het dijkverbeterplan. Van de woningen en wegen worden voor de uitvoering van het werk door een onafhankelijk schadedeskundige vooropnames gemaakt (foto's en meten). Het waterschap zal de uitvoering van de dijkverbetering op zodanige wijze uitvoeren dat schaaan bezittingen van derden zoveel mogelijk wordt voorkomen. Als desalniettemin blijkt dat als gevolg van de uitvoering van de dijkverbetering schade ontstaat aan bezittingen van derden, dan zal de schade door een onafhankelijk taxateur worden vastgesteld en vergoed door het waterschap.
18
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Publieke openstelling van dit stuk perceel is geen onderdeel van het projectplan. Het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied West van de gemeente Amersfoort maakt
en/of fietspad nabij de waterkering mogelijk. De gemeente
bezig met de uitwerking en fietsroute langs
Werk aan de Krachtwijk en heeft op dit moment geen concrete plannen om het aan inspreker behorende deel van de Krachtwijkerweg open te stellen
Nee
Bewoners en gebruikers van wegen, en voetpaden kunnen tijdens
uitvoering van de dijkverbetering hinder ondervinden van de werkzaamheden. Het waterschap streeft er naar deze hinder zo veel mogelijk te beperken en zorgt indien nodig voor omleidingsroutes.
2011 heeft het waterschap in overleg met Wandelnet (beheerder Zuiderzeepad) geconstateerd dat met beperkte omleidingsroutes het pad toegankelijk
Nee
In de huidige situatie staan er veel rasters op de kruin van de waterkering. Het Zuiderzeepad volgt ten zuiden van het dorp Eemdijk de kruin van de dijk en kruist deze rasters met "overstapjes". Na uitvoering van
ijkverbetering zal het waterschap het onderhoud van de waterkering grotendeels zelf gaan verzorgen en zullen veel rasters en overstapjes verdwijnen. Het waterschap zal met de beheerder van het Zuiderzeepad en belanghebbenden afspraken maken
k en beheer van de
Nee
Ter plaatse van Zuidereind 13 wordt de waterkering circa 20 cm opgehoogd, de dijk wordt iets smaller
de huidige wegbreedte te kunnen de damwand langs de
Eem wordt vervangen. Aanvoer van materiaal zal over het Zuidereind
Voor de omgang met schade wordt verwezen naar §3.1 van de algemene beantwoording en naar hoofdstuk 7
t dijkverbeterplan. woningen en wegen worden
voor de uitvoering van het werk door een onafhankelijk schadedeskundige vooropnames gemaakt (foto's en
Het waterschap zal de uitvoering van de dijkverbetering op zodanige wijze uitvoeren dat schade aan bezittingen van derden zoveel mogelijk wordt voorkomen. Als desalniettemin blijkt dat als gevolg van de uitvoering van de dijkverbetering schade ontstaat aan bezittingen van derden, dan zal de schade door een onafhankelijk taxateur worden
d en vergoed door het
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
19
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
4.1 B. Varenkamp Eemdijk 86/88 3754NK Eemdijk
projectplan/ tekeningen
Inspreker verzoekt om de overrit te verleggen tot +/m uit woning richting noorden.
4.2 projectplan/tekeningen
Inspreker vraagt om achterzijde Eemdijk 86 en bootinlaatplaats bij de Eem toegankelijk te houden. Achterzijde Eemdijk 88 moet bereikbaar blijven voorauto.
4.3 projectplan/ tekeningen
Tuinhuis staat nu op het tracé van de
5.1 H.A.B. Zandbergen Eemdijk 118 3754 NK Eemdijk E: [email protected]
projectplan/ uitvoering
Inspreker verzoekt om de werkzaamheden aan de tuin buiten het voorjaar en de zomer te laten plaatsvinden i.v.m. woongenot en veiligheid van spelende kinderen.
5.2 projectplan/ verkeerssituatie
Inspreker vraagt om verkeersmaatregelen op de Eemdijk of omleiding van zwaar verkeer in de toekomst. Inspreker wijst op het voorkomen van zware trillingen t.b.v. de dijk (ivm zetting dijk).
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker verzoekt om de overrit te verleggen tot +/- 1 m uit woning richting noorden.
W
De overrit is niet correct weergegeven op tekening (de overrit is te ver buitendijks getekendhier op aangepast. In de besteksfase wordt de overrit verder gedetailleerd in overleg met inspreker.
Inspreker vraagt om achterzijde Eemdijk 86 en bootinlaatplaats bij de Eem toegankelijk te houden. Achterzijde Eemdijk 88 moet bereikbaar blijven voor een auto.
W Omdat de overrit niet correct op tekening stond leek de bootinlaatplaats niet toegankelijk. De inlaatplaats blijft toegankelijk.vervolgfase wordt de overrit verder gedetailleerd in overleg met inspreker. De bereikbaarheid van de achterzijde van Eemdijk 88 is daarbij een belangrijk uitgangspunt.
Tuinhuis staat nu op het tracé van de overrit.
W Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. De overrit stond niet correct op tekening. Op de aangepaste tekening staat het tuinhuis naast de overrit.Uitgangspunt is dat het tuinhuis niet verwijderd hoeft te worden tijdens de uitvoering.
Inspreker verzoekt om de werkzaamheden aan de tuin buiten het voorjaar en de zomer te laten plaatsvinden i.v.m. woongenot en veiligheid van spelende kinderen.
W
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.Vanwege het stormseizoenvan november tot aprilworden. Het waterschap geeft in de vervolgfase bewoners gelegenheid mee te denken over de gewenste periode van uitvoering.Van de aannemer wordt zijn werk zo organiseert dat het bouwterrein veilig is.
Inspreker vraagt om verkeersmaatregelen op de Eemdijk of omleiding van zwaar verkeer in de toekomst. Inspreker wijst op het voorkomen van zware trillingen t.b.v. de dijk (ivm zetting dijk).
W Het klopt dat de Eemdijk per jaar stukje zakt. Dit is een normaal verschijnsel en wordt veroorzaakt door de ondergrond van klei en/of veen. In het dijkontwerp wordt met deze zetting rekening gehouden. Het treffen van verkeersmaatregelen na de dijkverbetering is geen onderdeel van het project. Het verzoek om verkeersmaatregeletreffen is doorgegeven aan de wegbeheerder (de gemeente Bunschoten). Tijdens de uitvoering van de dijkverbetering zullen de transportbewegingen over de openbare wegen in de bebouwde kom van Eemdijk tot een minimum beperkt worden. Dit zal ook in het bestek als eis voor de aannemer opgenomen worden.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
orrect weergegeven de overrit is te ver
buitendijks getekend). De tekening is
In de besteksfase wordt de overrit erder gedetailleerd in overleg met
Ja, tekening 11 projectplan.
Omdat de overrit niet correct op tekening stond leek de bootinlaatplaats niet toegankelijk. De inlaatplaats blijft toegankelijk.In de
wordt de overrit verder gedetailleerd in overleg met inspreker. De bereikbaarheid van de achterzijde van Eemdijk 88 is daarbij een belangrijk uitgangspunt.
Ja, tekening 11 projectplan.
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. De overrit stond niet correct op tekening. Op de aangepaste tekening staat het tuinhuis naast de overrit. Uitgangspunt is dat het tuinhuis niet verwijderd hoeft te worden tijdens de
Ja, tekening 11 projectplan.
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.
anwege het stormseizoen mag niet november tot april gewerkt
Het waterschap geeft in de vervolgfase bewoners gelegenheid mee te denken over de gewenste periode van uitvoering. Van de aannemer wordt geëist dat hij zijn werk zo organiseert dat het bouwterrein veilig is.
Nee
Het klopt dat de Eemdijk per jaar een stukje zakt. Dit is een normaal verschijnsel en wordt veroorzaakt door de ondergrond van klei en/of veen. In het dijkontwerp wordt met deze zetting rekening gehouden. Het treffen van verkeersmaatregelen na de dijkverbetering is geen onderdeel van
roject. Het verzoek om verkeersmaatregelen op de Eemdijk te
doorgegeven aan de wegbeheerder (de gemeente
Tijdens de uitvoering van de dijkverbetering zullen de transportbewegingen over de openbare wegen in de bebouwde kom
k tot een minimum beperkt worden. Dit zal ook in het bestek als eis voor de aannemer opgenomen
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
6.A Dhr. E.A. van Dishoeck Eemdijk 2 3754 NH Eemdijk
Beheer en onderhoud
Inspreker wijst op de noodzaak dat de Westdijk goed gemaaid moet worden zodat wandelaars en fietsers zich kunnen verplaatsen
6.B projectplan/ Beheer en onderhoud
Inspreker wijst op de huidige situatie waarbij rasters met veel paaltjes worden gebruikt om schapen te laten grazen. Inspreker stelt een alternatief voor met aan twee zijden wildroosters.
7.1 H. Hop Eemdijk 150 3754 NL Eemdijk E: [email protected]
projectplan/ Uitvoering
Inspreker maakt zich zorgen over schade aan de woning ten gevolge van de werkzaamheden. Inspreker verzoekt om duidelijke afspraken in geval vschade en bouwkundige opname door extern bureau voordat de werkzaamheden beginnen.
7.2 projectplan/ tekeningen
Inspreker stelt dat de buitendijkse sloot tussen doorsnede 192 t/m194 ter hoogte van Eemdijk 150 en 152 noodzakelijk is voor afwatering van het grasland. Inspreker verzoekt daarom het waterschap om de te dempen buitendijkse sloot te hergraven.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wijst op de noodzaak dat de Westdijk goed gemaaid moet worden zodat wandelaars en fietsers zich kunnen verplaatsen
W/GB
In 2007 is er een tijdelijk fiets/wandelpad aangelegd dijkpaal 148 ("Oude Polpad is moeilijk begaanbaar en is net als de bermen moeilijk te onderhouden. Na dijkverbetering wordt het fietspad hersteld. Het waterschap is op zoek naar financiële middelen om het dan in asfalt uit te voeren.De intensiteit van het onderhoud aan het fietspad en de dijk zullen niet wijzigen.
Inspreker wijst op de huidige situatie waarbij rasters met veel paaltjes worden gebruikt om schapen te laten grazen. Inspreker stelt een alternatief voor met aan twee zijden wildroosters.
W/GB Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording.In de huidige situatie is de Westdijk in een aantal percelen verpacht aan pachters met schapen en daartoe voorzien van veekerende rasters. Na dijkverbetering gaat het waterschap de dijk zelf onderhouden (maaien). In principe komen er dan er geen rasters terug. Het waterschap staat na dijkverbetering geen staande beweiding van de dijk meer toe.Het voorstel om wildroosters in de Westdijk op te nemen en schapen toe te laten op de weg aan de wegbeheerder (de gemeente Bunschoten).
Inspreker maakt zich zorgen over schade aan de woning ten gevolge van de werkzaamheden. Inspreker verzoekt om duidelijke afspraken in geval van schade en bouwkundige opname door extern bureau voordat de werkzaamheden beginnen.
W
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. Het waterschap zal de uitvoering van de dijkverbetering op zodanige wijze uitvoeren dat schade aan bezittingen van derden zoveel mogelijk wordt voorkomen. Voorafgaand aan de dijkverbetering zullen van de woningen en schuren langs de dijk bouwkundige opnaworden gemaakt (foto's en meten). ondanks de voorzorgsmaatregelen toch schade aan een woning of schuur is ontstaan als gevolg van de uitvoering van de dijkverbetering, dan zal de schade door een onafhankelijk taxateur worden vastgesteld en vergoed door het waterschap.
Inspreker stelt dat de buitendijkse sloot tussen doorsnede 192 t/m194 ter hoogte van Eemdijk 150 en 152 noodzakelijk is voor de afwatering van het grasland. Inspreker verzoekt daarom het waterschap om de te dempen buitendijkse sloot te hergraven.
W De sloot zal worden hergraventekening is hier op aangepast.
20
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
s er een tijdelijk fiets/wandelpad aangelegd tussen dijkpaal 148 ("Oude Pol”) en 152. Dit pad is moeilijk begaanbaar en is net als de bermen moeilijk te
Na dijkverbetering wordt het fietspad Het waterschap is op zoek
naar financiële middelen om het dan in
het onderhoud aan het fietspad en de dijk zullen niet
Nee
Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording.
huidige situatie is de Westdijk in een aantal percelen verpacht aan pachters met schapen en daartoe voorzien van veekerende rasters. Na dijkverbetering gaat het waterschap de dijk zelf onderhouden (maaien). In principe komen er dan er
Het waterschap staat na dijkverbetering geen staande beweiding van de dijk meer toe. Het voorstel om wildroosters in de Westdijk op te nemen en schapen toe te laten op de weg is doorgegeven aan de wegbeheerder (de gemeente
Nee
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. Het waterschap zal de uitvoering van
de dijkverbetering op zodanige wijze uitvoeren dat schade aan bezittingen van derden zoveel mogelijk wordt
Voorafgaand aan de dijkverbetering zullen van de woningen en schuren langs de dijk bouwkundige opnames worden gemaakt (foto's en meten). Als ondanks de voorzorgsmaatregelen toch schade aan een woning of schuur
als gevolg van de uitvoering van de dijkverbetering, dan
de schade door een onafhankelijk taxateur worden vastgesteld en vergoed door het waterschap.
Nee
De sloot zal worden hergraven. De hier op aangepast.
Ja, tekening 13 projectplan.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
21
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
7.3 projectplan/ tekeningen
Inspreker wijst op een foutieve weergave van hun bebouwing op de tekeningen. De huidige sitiuatie staat hier over de Inspreker verzoekt om de tekeningen aan te passen aan de bestaande situatie.
8.1 W.Hop Eemdijk 152 3754 NL Eemdijk
projectplan/ tekeningen
Inspreker verzoekt het waterschap om de te dempen buitendijkse sloot tussen doorsnede 192 t/m194 ter hoogte van Eemdijk 150 en 152 te hergraven.
8.2 projectplan/ tekeningen
Inspreker wijst op een foutieve weergave van zijn bebouwing op de tekeningen. De huidige situatie staat hier over de oude situatie heen. Inspreker verzoekt om de tekeningen aan te passen aan de bestaande situatie.
9A.1 P. van der ZwartJ. van Horssen De Schans 6 3813 TW Amersfoort
kapvergunning Grebbeliniedijk
Inspreker maakt bezwaar tegen bomenkap. In de vergunningsaanvraag (113842) staat dat het gaat om bomen direct langs de Eem. Inspreker wijst erop dat in het geval van de Schans het gaat om bomen die niet direct aan de Eem staan, maar op en achter de Grebbeliniedijk en in enkele gevallen ver achter de d
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wijst op een foutieve weergave van hun bebouwing op de tekeningen. De huidige sitiuatie staat hier over de oude situatie heen. Inspreker verzoekt om de tekeningen aan te passen aan de bestaande situatie.
W Verwezen wordt naar §3.5 van de algemene beantwoording.De bebouwing ter plaatse van 150 en 152 is op de aangepast.
Inspreker verzoekt het waterschap om de te dempen buitendijkse sloot tussen doorsnede 192 t/m194 ter hoogte van Eemdijk 150 en 152 te hergraven.
W
zie 7.2
Inspreker wijst op een foutieve weergave van zijn bebouwing op de tekeningen. De huidige situatie staat hier over de oude situatie heen. Inspreker verzoekt om de tekeningen aan te passen aan de bestaande situatie.
W zie 7.3 De tekening is aangepast situatie is verwijderd.
Inspreker maakt bezwaar tegen bomenkap. In de vergunningsaanvraag (113842) staat dat het gaat om bomen direct langs de Eem. Inspreker wijst erop dat in het geval van de Schans het gaat om bomen die niet direct aan de Eem staan, maar op en achter de Grebbeliniedijk en in enkele gevallen ver achter de dijk
W/GA 278
Het klopt dat het ook om bomen gaat die op of rondom de Grebbeliniedijk staan. In de analyse van te kappen bomen is gekeken naar die bomen die agv de dijkverbetermaatregelen niet kunnen blijven staan, omdat de dijk wordt verhoogd,of verbreed. Aangezien bij de Schans binnen- en buitendijks maatregelen nodig zijn, betekent dit dat ook binnendijks bomen niet kunnen blijven staan. Daarbij speelt in het geval van De Schans ook nog mee dat teensloot aan de binnendijkse zijde gedempt moet worden om een aanberming mogelijk te maken. Deze sloot moet verder binnendijks hergraven worden i.v.m. de aanwezigheid van de Grote Modderkruiper. Dit alles betekent de dijkverbetering een groot ruimtebeslag vergt, waardoor helaas ook veel bomen moeten verdwijnen.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Verwezen wordt naar §3.5 van de algemene beantwoording. De bebouwing ter plaatse van Eemdijk
is op de tekening
Ja, tekening 13 projectplan
Ja, tekening 13 projectplan
aangepast – de oude situatie is verwijderd.
Ja, tekening 13 projectplan
Het klopt dat het ook om bomen gaat die op of rondom de Grebbeliniedijk staan. In de analyse van te kappen bomen is gekeken naar die bomen die agv de dijkverbetermaatregelen niet kunnen blijven staan, bijvoorbeeld omdat de dijk wordt verhoogd, verlegd
Aangezien bij de Schans en buitendijks maatregelen
nodig zijn, betekent dit dat ook binnendijks bomen niet kunnen blijven staan. Daarbij speelt in het geval van De Schans ook nog mee dat de teensloot aan de binnendijkse zijde gedempt moet worden om een aanberming mogelijk te maken. Deze
verder binnendijks i.v.m. de
aanwezigheid van de Grote Dit alles betekent dat
een groot , waardoor helaas
bomen moeten verdwijnen.
Ja, Omgevingsver-gunning onderdeel Kap (Grebbeliniedijk)
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
9A.2 Inspreker wijst erop dat de bomen deel uitmaken van de ecologische verbindingszone Coelhorstdoor de bomenkap de ecologische hoofdstructuur over grote afstand wordt onderbroken.
9A.3 Het is inspreker niet duidelijk waar en hoe compensatie plaatsvindt.
9A.4 Inspreker wijst erop dat bij de vorige bomenkap op de Grebbeliniedijk bepaalde beeldbepalende bomen zijn behouden vanwege hun karakteristieke uitstraling. Inspreker vraagt zich af wat sindsdien veranderd is waardoor de betreffende bomen nu wel voor aanmerking komen.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wijst erop dat de bomen deel uitmaken van de ecologische verbindingszone Coelhorst-Schothorst en dat door de bomenkap de ecologische hoofdstructuur over grote afstand wordt onderbroken.
W/PU Het waterschap gaat zorgvuldig om met de aanwezige natWanneer natuurwaarden moeten wijken voor de dijkverbetering wordt dit zo gecompenseerd dat de EHS in tact blijft. Bij De Schans gaat het om een strook bomen op en langs de dijk, die verwijderd wordt. Veel bomen in de EHS blijven gehandhaafd. Hehierbij om bomen op het terrein van Meander en dhr Engel. Naast en ter hoogte van De Schans gaat de EHS over in een ecologische groenstrook en waterpartij die door Meander Ziekenhuis wordt aangelegd ter compensatie van aangetaste natuurwaarden door ziekenhuis. Tussen het ziekenhuis en de Bunschoterweg gaat een bomenrij verloren a.g.v. de maatregelen. Er blijft nog een smalle bomenrij over. Ten westen van de Bunschoterweg zullen eveneens bomen gekapt worden. Door de aanleg van een plasdrasstrook met hakhout en natuurlijk beheer van de dijk zal de natuur hier worden gecompenseerd, zodat de ecologische verbinding tussen Coelhorst en Schothorst behouden blijft. Aanvullend zal in Coelhorst het het bestaande broekbos met 0,8 ha in westelijverlengd worden als compensatie voor de te kappen bomen.Zie ook hfst 5.14 projectplan
Het is inspreker niet duidelijk waar en hoe compensatie plaatsvindt.
W/PU In het kader van de uitgevoerde EHStoets zijn met de provincie Utrecht afspraken gemaakt om de dijk vanaf de Bunschoterweg in te zaaien met bloemrijk grasland. In de strook tussen de oever van de Eem en teen dijk zal riet en struweelontwikkeling gestimulworden. Het waterschap zal de dijk en langsliggende natuurstrook op een natuurlijke manier beheren, wat een flinke kwaliteitsimpuls betekent voor de natuur op de dijk.Voor de noodzakelijke compensatie a.g.v. bomenkap wordt verwezen naar 9.A.2
Inspreker wijst erop dat bij de vorige bomenkap op de Grebbeliniedijk bepaalde beeldbepalende bomen zijn behouden vanwege hun karakteristieke uitstraling. Inspreker vraagt zich af wat sindsdien veranderd is waardoor de betreffende bomen nu wel voor kap in aanmerking komen.
W Bij de vorige bomenkap is getoetst op het toenmalige dijkprofiel. De waterkering dient verbeterd te worden waarvoor een ontwerp met een groter profiel is opgesteld. Op basis van het dijkontwerp dat ter inzage ligt zijn de bomen nu wederom getoetst. Bomen die binnen het profiel van de nieuwe waterkering (inclusief kleikomen te liggen moeten gekapt worden, omdat anders de werkzaamheden niet uitgevoerd kunnen worden of de boom in het nieuwe dijkprofiel een gevaar voor ddijk oplevert. Overigens worden bij enkele beeldbepalende bomen maatregelen getroffen om ze te kunnen sparen.
22
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Het waterschap gaat zorgvuldig om met de aanwezige natuurwaarden. Wanneer natuurwaarden moeten wijken voor de dijkverbetering wordt dit zo gecompenseerd dat de EHS in
Bij De Schans gaat het om een strook bomen op en langs de dijk, die verwijderd wordt. Veel bomen in de EHS blijven gehandhaafd. Het gaat hierbij om bomen op het terrein van Meander en dhr Engel. Naast en ter hoogte van De Schans gaat de EHS over in een ecologische groenstrook en waterpartij die door Meander Ziekenhuis wordt aangelegd ter compensatie van aangetaste natuurwaarden door de aanleg van het ziekenhuis. Tussen het ziekenhuis en de Bunschoterweg gaat een bomenrij verloren a.g.v. de maatregelen. Er blijft nog een smalle bomenrij over. Ten westen van de Bunschoterweg zullen eveneens bomen gekapt worden. Door de aanleg van een
asdrasstrook met hakhout en natuurlijk beheer van de dijk zal de natuur hier worden gecompenseerd, zodat de ecologische verbinding
en Schothorst Aanvullend zal in
Coelhorst het het bestaande broekbos met 0,8 ha in westelijke richting verlengd worden als compensatie voor de te kappen bomen. Zie ook hfst 5.14 projectplan
Nee
In het kader van de uitgevoerde EHS-toets zijn met de provincie Utrecht afspraken gemaakt om de dijk vanaf de Bunschoterweg in te zaaien met bloemrijk grasland. In de strook tussen de oever van de Eem en teen dijk zal riet en struweelontwikkeling gestimuleerd worden. Het waterschap zal de dijk en langsliggende natuurstrook op een natuurlijke manier beheren, wat een flinke kwaliteitsimpuls betekent voor de natuur op de dijk. Voor de noodzakelijke compensatie a.g.v. bomenkap wordt verwezen naar
Nee
Bij de vorige bomenkap is getoetst op het toenmalige dijkprofiel. De waterkering dient verbeterd te worden waarvoor een ontwerp met een groter profiel is opgesteld. Op basis van het dijkontwerp dat ter inzage ligt zijn de
u wederom getoetst. Bomen die binnen het profiel van de nieuwe waterkering (inclusief klei-ingravingen) komen te liggen moeten gekapt worden, omdat anders de werkzaamheden niet uitgevoerd kunnen worden of de boom in het nieuwe dijkprofiel een gevaar voor de
Overigens worden bij enkele beeldbepalende bomen maatregelen getroffen om ze te kunnen sparen.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
23
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
9A.5 Inspreker wijst op het belang van de landschappelijke waarde en natuurwaarde van de houtopslag. Inspreker geeft aan dat het aantal diersoorten al sinds de vorige kap sterk is afgenomen en vreest dat dit door nieuwe kap verder zal afnemen. Inspreker wijstvan de houtopslag voor de verschillende vleermuizen en vreest dat door de kap de vleermuizen uit het gebied verdwijnen. Ook hierbij verwijst inspreker naar de vorige kap waarna de populatie dramatisch is afgenomen.
9A.6 Inspreker wijst erop dat de kapvergunning die noodzakelijk is voor de dijkomlegging ter hoogte van het toekomstige Meander ziekenhuis er ten onrechte van uitgaat dat de roeivereniging Hemus zich daar zal vestigen. Inspreker wijst erop dat inmiddels duideliroeivereniging zich daar niet zal vestigen en dat de dijkomlegging en bijbehorende kap dus overbodig is.
9A.7 Insprekers voelen zich onvoldoende gekend in hun belang en stellen dat zij viavia hebben moeten vernemen over de voorgenomen bomenkap.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wijst op het belang van de landschappelijke waarde en natuurwaarde van de houtopslag. Inspreker geeft aan dat het aantal diersoorten al sinds de vorige kap sterk is afgenomen en vreest dat dit door nieuwe kap verder zal afnemen. Inspreker wijst daarnaast op het belang van de houtopslag voor de verschillende vleermuizen en vreest dat door de kap de vleermuizen uit het gebied verdwijnen. Ook hierbij verwijst inspreker naar de vorige kap waarna de populatie dramatisch is afgenomen.
GA In de EHS-toets en het Florafaunaonderzoek is gekeken naar diverse plant- en diersoorten, waaronder vleermuizen. Alle bomen die gekapt worden, zijn onderzocht op de aanwezigheid van vleermuizen. Eén boom is aangewezen als een zogenaamde 'vleermuizenboom', omdat hier wellicht vleermuizen in zitten. Deze boom wordt daarom niet gekapt (zie ontwerptekening 21, boom bij Coelhorst). Uit het ecologische onderzoek blijkt tevens dat de vliegroutes door de bomenkap hier niet dusdanig aangetast worden dat leefomgeving voor dewordt aangetast. Daarnaast volgt uit het onderzoek dat, omdat het in de meeste gevallen gaat om een smalle strook bomen die als gevolg van de dijkverbetermaatregelen verdwijnt, dit geen consequenties heeft voor de habitat van de aanwezige vleermuizen.
Inspreker wijst erop dat de kapvergunning die noodzakelijk is voor de dijkomlegging ter hoogte van het toekomstige Meander ziekenhuis er ten onrechte van uitgaat dat de roeivereniging Hemus zich daar zal vestigen. Inspreker wijst erop dat inmiddels duidelijk is geworden dat de roeivereniging zich daar niet zal vestigen en dat de dijkomlegging en bijbehorende kap dus overbodig is.
GA Hemus heeft aangetoond dat de vereniging beschikt over een dekkende begroting waardoor vestiging op de in het dijkverbeterplaaangegeven locatie haalbaar is.
Insprekers voelen zich onvoldoende gekend in hun belang en stellen dat zij viavia hebben moeten vernemen over de voorgenomen bomenkap.
W Gemeente en waterschap hebben meerdere overleggen gevoerd met bewoners van De Schans nummers 2 t/m 8. In het overleg winter 2011 is door het waterschap gemeld dat er bomen gekapt dienen te worden.De aanvraag van de omgevingsvergunning, onderdeel kap, is op de wettelijke en reguliere wijze aangevraagd. De inzagetermijn van de vergunning is zelfs langer dan gebruikelijk, namelijk 10 weken ipv 6 weken. De inzagelegging is bovendien breed aangekondigd en er zijn vier informatie avonden voor belanghebbenden geo
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
ts en het Flora- en faunaonderzoek is gekeken naar
en diersoorten, waaronder vleermuizen. Alle bomen die gekapt worden, zijn onderzocht op de aanwezigheid van vleermuizen. Eén boom is aangewezen als een zogenaamde 'vleermuizenboom',
er wellicht vleermuizen in zitten. Deze boom wordt daarom niet gekapt (zie ontwerptekening 21, boom bij Coelhorst). Uit het ecologische onderzoek blijkt tevens dat de vliegroutes door de bomenkap hier niet dusdanig aangetast worden dat leefomgeving voor de vleermuizen wordt aangetast. Daarnaast volgt uit het onderzoek dat, omdat het in de meeste gevallen gaat om een smalle strook bomen die als gevolg van de dijkverbetermaatregelen verdwijnt, dit geen consequenties heeft voor de habitat van de aanwezige
Nee
Hemus heeft aangetoond dat de vereniging beschikt over een dekkende begroting waardoor vestiging op de in het dijkverbeterplan aangegeven locatie haalbaar is.
Nee
Gemeente en waterschap hebben meerdere overleggen gevoerd met bewoners van De Schans nummers 2
overleg winter 2011 is door het waterschap gemeld dat er bomen gekapt dienen te worden. De aanvraag van de omgevingsvergunning, onderdeel kap,
p de wettelijke en reguliere wijze aangevraagd. De inzagetermijn van de vergunning is zelfs langer dan gebruikelijk, namelijk 10 weken ipv 6 weken. De inzagelegging is bovendien breed aangekondigd en er zijn vier informatie avonden voor belanghebbenden georganiseerd.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
9B.1 P. van der Zwart J. van Horssen De Schans 6 3813 TW Amersfoort
projectplan/omgevingsvergunning
Inspreker geeft aan dat in een bemiddelingstraject tussen gemeente en eigenaren woonschepen is afgesproken dat de tuin minimaal 9 meter breed zou worden. De in het dijkverbeterplan opgenomen minimale breedte van 7 m is onaccbelanghebbende. Belanghebbende verwijst naar toezegging gemeentelijk projectleider dat breedte van de tuin verder uitgewerkt wordt bij planvorming.
9B.2 Projectplan Inspreker stelt dat het waterschap zijn eigen plan trekt zonder de bewoners daarin te betrekken.
9B.3 Beheer Inspreker stelt waterschap niet wil aannemen dat de bewoners een huurcontract met de gemeente hebben.
9B.4 Projectplan In het dijkverbeterplan is 1 op-afrit per 2 getekend op de erfgrens. In het bemiddelingsadvies staan op de erfgrens schuren aangegeven. Hoe wordt dit opgelost?
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker geeft aan dat in een bemiddelingstraject tussen gemeente en eigenaren woonschepen is afgesproken dat de tuin minimaal 9 meter breed zou worden. De in het dijkverbeterplan opgenomen minimale breedte van 7 m is onacceptabel voor belanghebbende. Belanghebbende verwijst naar toezegging gemeentelijk projectleider dat breedte van de tuin verder uitgewerkt wordt bij planvorming.
GA In de zomer van 2012 is in drie bijeenkomsten met de eigenaren van de woonschepen, waterschgemeente de inrichting en ontsluiting van de ruimte tussen dijk en beschoeiing uitgewerkt. De eigenaren zijn overgenomen. Deze uitwerking is op tekening van het projectplan overgenomen. Overigens is in het "advies Moens" (bemiddelaar) opgenomen, dat de minimale breedte van de tuin 7 meter moet zijn. Een voorkeur voor een grotere breedte wordt in dat advies aangegeven, maar wordt niet toegezegd. In de gemeentelijke besluitvorming over het voorstel Moens is vastgesteld, dat de minimale breedte van de tuin 7 meter dient te zijn. De gemeente heeft dit als ontwerpuitgangspunt aan het waterschap meegegeven.Door de vestiging van Hemus wordt de breedte van de tuinen groter. Het Waterschap heeft in overleg met bewoners en gemeente bepaald welke breedte (buiten de 7 meter) en zal over de de voorwaarden van gebruik nog afspraken maken.
Inspreker stelt dat het waterschap zijn eigen plan trekt zonder de bewoners daarin te betrekken.
GA/W Gemeente en waterschap hebben meerdere overleggen gevoerd met belanghebbenden. In het ter inzage liggende plan is rekening gehouden met belangen en wensen van de bewoners van De Schans 2 t/m 8.
Inspreker stelt dat het waterschap niet wil aannemen dat de bewoners een huurcontract met de gemeente hebben.
W Het waterschap is er van op de hoogte dat de gemeente als huidige eigenaar van de waterkering een huurovereenkomst met belanghebbenden heeft. Het waterschap is als beheerder van de waterkering verantwoordelijk voor een veilige waterkering en stelt via de regels van de Keur beperkingen aan het gebruik van de kering.Het waterschap is voornemens om voor dijkverbetering eigenaar te worden van de waterkering. Na realisatie van de dijkverbetering zullen gebruiks- en onderhoudscontracten met de bewoners afgesloten worden, zodat zij na de dijkverbetering gebruik kunnen maken van de nieuwe tuinen.
In het dijkverbeterplan is 1 afrit per 2 woonschepen
getekend op de erfgrens. In het bemiddelingsadvies staan op de erfgrens schuren aangegeven. Hoe wordt dit opgelost?
GA/W In het bemiddelingsadvies wordt uitgegaan van 4 opechter technisch niet haalbaar. De opritten worden te steil en er is onvoldoende ruimte voor de draaicirkel van auto's. In overleg met alle betrokken woonbootbewoners is de nu ter inzage liggende oplossing uitgewerkt. Eerder heeft de gemeente in overleg met bewoners en het waterschap een oplossing voor de schuren uitgewerkt. De oplossingen zijn vastgelegd in het dijkverbeterplan en het bestemmingsplan Maatweg.
24
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
In de zomer van 2012 is in drie bijeenkomsten met de eigenaren van de woonschepen, waterschap en gemeente de inrichting en ontsluiting van de ruimte tussen dijk en beschoeiing uitgewerkt. De ideeën van eigenaren zijn overgenomen. Deze uitwerking is op tekening van het projectplan overgenomen.
n het "advies Moens" (bemiddelaar) opgenomen, dat de minimale breedte van de tuin 7 meter moet zijn. Een voorkeur voor een grotere breedte wordt in dat advies aangegeven, maar wordt niet toegezegd. In de gemeentelijke besluitvorming over het voorstel
is vastgesteld, dat de minimale breedte van de tuin 7 meter dient te zijn. De gemeente heeft dit als ontwerpuitgangspunt aan het waterschap meegegeven. Door de vestiging van Hemus wordt de breedte van de tuinen groter. Het
in overleg met en gemeente bepaald over
welke breedte (buiten de 7 meter) en de voorwaarden van
gebruik nog afspraken maken.
Ja, tekening 23 projectplan
Gemeente en waterschap hebben meerdere overleggen gevoerd met belanghebbenden. In het ter inzage liggende plan is rekening gehouden met belangen en wensen van de bewoners van De Schans 2 t/m 8.
Nee
Het waterschap is er van op de hoogte dat de gemeente als huidige eigenaar van de waterkering een huurovereenkomst met belanghebbenden heeft. Het
als beheerder van de waterkering verantwoordelijk voor een veilige waterkering en stelt via de regels van de Keur beperkingen aan het gebruik van de kering. Het waterschap is voornemens om voor dijkverbetering eigenaar te worden van de waterkering. Na
isatie van de dijkverbetering zullen en onderhoudscontracten
met de bewoners afgesloten worden, zodat zij na de dijkverbetering gebruik kunnen maken van de nieuwe tuinen.
Nee
In het bemiddelingsadvies wordt uitgegaan van 4 op-/afritten. Deze zijn echter technisch niet haalbaar. De
te steil en er is onvoldoende ruimte voor de draaicirkel van auto's. In overleg met alle betrokken woonbootbewoners is de nu ter inzage liggende oplossing uitgewerkt. Eerder heeft de gemeente in overleg met bewoners en het waterschap een oplossing voor de
. De oplossingen zijn vastgelegd in het dijkverbeterplan en het bestemmingsplan Maatweg.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
25
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
9B.5 Projectplan/Omgevingsvergunning strijdig gebruik van grond of bouwwerk
Inspreker maakt bezwaar tegen de dijkverlegging ten behoeve van de vestiging van roeivereniging Hemus. Inspreker vreest geluidsparkeeroverlast en wijst op de cultuurhistorische, landschappelijke en natuurwaarde van de dijk en omgeving.Inspreker stelt dat de bemiddelaar nadrukkelijk verteld heeft dat er geen clubhuis op die locatie gevestigd wordt.
9B.6 Omgevingsvergunning strijdig gebruik van grond of bouwwerk
Inspreker verwijst naar "Bestemmingsplan ligplaatsen voor woonboten, 26 2011" waarin staat dat er geen gebouwen mogen worden gebouwd, uitsluitend andere bouwwerken welke noodzakelijk zijn voor de waterbeheersing. Inspreker stelt dat een clubhuis van de roeivereniging hiermee niet bedoeld wordt.
9B.7 Er wordt door gemeente en waterschap geen rekening gehouden met wensen en rechten Er wordt niet gesproken over compensatie.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker maakt bezwaar tegen de dijkverlegging ten behoeve van de vestiging van roeivereniging Hemus. Inspreker vreest geluids- en parkeeroverlast en wijst op de cultuurhistorische,
ndschappelijke en natuurwaarde van de dijk en omgeving. Inspreker stelt dat de bemiddelaar nadrukkelijk verteld heeft dat er geen clubhuis op die locatie gevestigd wordt.
GA/W De vestiging van Hemus op de locatie Meander is uitgebreid onderzocht. Er zijn geen cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische bezwaren. Het Needat hiertoe is uitgevoerd wijst dit uit. De leden van de roeivereniging moeten parkeren op het terrein van het ziekenhuis waardoor er op de waterkering geen parkeeroverlast door. Hemus zal optreden.De bemiddelaar heeft niet geadviseerd over Hemus en is ook niet door de gemeente gevraagd om dat te doen. Voor zover de bemiddelaarover vestiging van Hemus heeft gedaan was dat op persoonlijke titel. Het waterschap is hier niet aan gebonden.
Inspreker verwijst naar "Bestemmingsplan ligplaatsen voor woonboten, 26 april 2011" waarin staat dat er geen gebouwen mogen worden gebouwd, uitsluitend andere bouwwerken welke noodzakelijk zijn voor de waterbeheersing. Inspreker stelt dat een clubhuis van de roeivereniging hiermee niet bedoeld wordt.
GA Het bestemmingsplan waanaar verwijst regelt dat de woonboten op de daarvoor aangewezen locaties mogen liggen. Het bestemmingsplan beperkt zich uitsluitend tot deze ligplaatsen en gaat niet over zaken ‘aan wal’, zoals de vestiging van de roeivereninging. Inmiddels is het bestemmingsplan Maatweg in procedure en regelt de mogelijke bouw van schuren bij de woonboten en het clubhuis van Hemus, inclusief de toegangsroutes.
Er wordt door gemeente en waterschap geen rekening gehouden met wensen en rechten woonbootbewoners. Er wordt niet gesproken over compensatie.
W Zie antwoord 9B2. Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
De vestiging van Hemus op de locatie Meander is uitgebreid onderzocht. Er zijn geen cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische bezwaren. Het Nee-tenzij onderzoek dat hiertoe is uitgevoerd wijst dit uit. De leden van de roeivereniging
ren op het terrein van het ziekenhuis waardoor er op de waterkering geen parkeeroverlast
. Hemus zal optreden. eeft niet geadviseerd
over Hemus en is ook niet door de gemeente gevraagd om dat te doen.
bemiddelaar uitspraken over vestiging van Hemus heeft gedaan was dat op persoonlijke titel. Het waterschap is hier niet aan
Nee
Het bestemmingsplan waar inspreker naar verwijst regelt dat de woonboten op de daarvoor aangewezen locaties mogen liggen. Het bestemmingsplan beperkt zich uitsluitend tot deze ligplaatsen en gaat niet over zaken ‘aan wal’, zoals de vestiging van de
het bestemmingsplan Maatweg in procedure en regelt de mogelijke bouw van schuren bij de woonboten en het clubhuis van Hemus, inclusief de toegangsroutes.
Nee
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
9B.8 Het waterschap is jarenlang onzichtbaar geweest en heeft geen onderhoud uitgevoerd. In 2004 zijn er veel bomen gekapt wat niet nodig was geweest.
9B.9 Er lijkt geen sprake van communicatie tussen gemeente en waterschap
10 M. ten Berg Eemdijk 124 3754 NL Eemdijk
projectplan Inspreker geeft aan dat volgens het projectplan de dijk ter hoogte van de woningen Eemdijk 122 Eemdijk 124 en Eemdijk 126A niet verlegd wordt. Inspreker heeft de wens om ook op deze locatie de dijk te verleggen met als reden dat zodoende minder beperkingen gelden dichtbij de woningen. Inspreker wijst ook op de ter plekke aanwezige bouwkavel, waarop om een extra huis te bouwen. Inspreker vreest dat hij met de huidige plannen daar niet ongestoord kan bouwen en doet suggesties voor aanpassingen van het plan.Inspreker wijst aanvullend op de voordelen van een gedeeltelijke verleggingde dijk tussen woning 126a en 128.
11.1 A. de Bruin Eemdijk 22 b 3754 NH Eemdijk
projectplan Inspreker wenst geen fiets wandelpadachter de woningen ter hoogte van Eemdijk 22b
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Het waterschap is jarenlang onzichtbaar geweest en heeft geen onderhoud uitgevoerd. In 2004 zijn er veel bomen gekapt wat niet nodig was geweest.
W In 2002 heeft de Grebbeliniedijk een wettelijke veiligheidsnorm gekregen en het waterschap de plicht om de dijk daarop te toetsen en zonodig aan te passen. Uit de in 2003 uitgevoerde veiligheidstoets is gebleken dat de dijk niet aan de wettelijke veiligheivoldoet. Het waterschap is daarom in 2004 gestart met het opstellen van een milieu-effectrapportage voor de noodzakelijke dijkverbetering en de voorbereiding van de uitvoering van achterstallig onderhoud. In 2007 is het meest noodzakelijke achterstaonderhoud uitgevoerd; het kappen van bomen op en direct naast de waterkering. Na de realisatie van de dijkverbetering zal het waterschap eigenaar van de waterkering zijn en het dagelijks onderhoud uitvoeren. Dit deel van de Grebbeliniedijk is opgenomlegger
Er lijkt geen sprake van communicatie tussen gemeente en waterschap
W Het waterschap en de gemeente werken de laatste jaren intensief samen en stemmen plannen en ontwikkelingen af. De inpassing en ontsluiting van de woonschepen binnen het dijkverbeterproject is daar een voorbeeld van.Zie ook antwoord 9B.2
Inspreker geeft aan dat volgens het projectplan de dijk ter hoogte van de woningen Eemdijk 122 Eemdijk 124 en Eemdijk 126A niet verlegd wordt. Inspreker heeft de wens om ook op deze locatie de dijk te verleggen met als reden dat zodoende minder beperkingen gelden dichtbij de woningen. Inspreker wijst ook op de ter plekke aanwezige bouwkavel, waarop een toestemming rust om een extra huis te bouwen. Inspreker vreest dat hij met de huidige plannen daar niet ongestoord kan bouwen en doet suggesties voor aanpassingen van het plan. Inspreker wijst aanvullend op de voordelen van een gedeeltelijke verlegging van de dijk tussen woning 126a en 128.
W
Het dijkontwerp ter hoogte van Eemdijk 124 is zodanig aangepast in de vorm van een beperkte dijkverlegging dat de woning en de schuur 3 meter uit het profiel van de waterkering komen te liggen. Ter plaatse van huisnummer 126a is dijkverlegging niet mogelijk, omdat dit ten koste gaat van een perceel behorende bij een buitendijksgelegen recreatiewoning.
Inspreker wenst geen fiets -of wandelpad op de dijk of berm achter de woningen ter hoogte van Eemdijk 22b
W
Het waterschap en Bunschoten hebben geen plannenop dit deel van de dijk of berm een fiets- of wandelpad te realiseren.
26
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
In 2002 heeft de Grebbeliniedijk een wettelijke veiligheidsnorm gekregen en het waterschap de plicht om de dijk daarop te toetsen en zonodig aan te passen. Uit de in 2003 uitgevoerde veiligheidstoets is gebleken dat de dijk niet aan de wettelijke veiligheidsnorm voldoet. Het waterschap is daarom in 2004 gestart met het opstellen van
effectrapportage voor de noodzakelijke dijkverbetering en de voorbereiding van de uitvoering van achterstallig onderhoud. In 2007 is het meest noodzakelijke achterstallig onderhoud uitgevoerd; het kappen van bomen op en direct naast de
Na de realisatie van de dijkverbetering zal het waterschap eigenaar van de waterkering zijn en het dagelijks onderhoud uitvoeren. Dit deel van de Grebbeliniedijk is opgenomen in de
Nee
Het waterschap en de gemeente werken de laatste jaren intensief samen en stemmen plannen en ontwikkelingen af. De inpassing en
woonschepen binnen het dijkverbeterproject is daar een voorbeeld van. Zie ook antwoord 9B.2
Nee
Het dijkontwerp ter hoogte van Eemdijk 124 is zodanig aangepast in de vorm van een beperkte dijkverlegging dat de woning en de schuur 3 meter uit het profiel van de waterkering komen te liggen. Ter
snummer 126a is dijkverlegging niet mogelijk, omdat dit ten koste gaat van een perceel behorende bij een buitendijksgelegen
Ja, tek 12
de gemeente hebben geen plannen om
op dit deel van de dijk of berm een of wandelpad te realiseren.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
27
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
11.2 Inspreker wil de grond tussen zijn perceel en de toekomstige dijk kopen van het waterschap
11.3 Inspreker wenst geen kavelpad op de buitenberm
11.4 Inspreker incl. berm in gebruik nemen
11.5 Inspreker vraagt om de oude dijk af te graven tot de hoogte van zijn terras.
12 A.J. van Halteren (jachthaven Nieuwboer) Westdijk 36 3752 AE Spakenburg
Projectplan: H5.6
Inspreker geeft aan dat door dijkverflauwing ter plekke van jachthaven Nieuwboer een deel van het parkeerterrein in beslag wordt genomen dat gebruikt wordt voor de winteropslag voor schepen. Inspreker stelt dat er op het terrein geen andere alternatieven zijn voor deze opslag en vreest daarom inkomstenderving. Inspreker geeft aan dat hierdlevensvatbare bedrijfsvoering meer mogelijk is.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wil de grond tussen zijn perceel en de toekomstige dijk kopen van het waterschap
W Verwezen wordt naar §3.3 van de algemene Nota van Beantwoording.Ter hoogte van Eemdijk 22b vindt een asverschuiving van de nieuwe waterkering plaats, waardoor de dijk verder van de woning komt te liggen. Op 24 mei 2013 heeft inspreker een brief ontvangen, waarin is aangegeven dat een deel van het eigendom van het waterschap gekocht kan worden.
Inspreker wenst geen kavelpad op de buitenberm
W De buitendijkse berm zal aan de slootzijde door het waterschap ingericht en gebruikt worden als doorgaande onderhoudsinspectieroute. Voor de de buitendijksgelegen percelen van de buren wordt geen gebruik gemaakt van de buitenberm. Op de ontwerptekeningen is nu duidelijk inzichtelijk gemaakt op welke wijze de buitendijkse percelen ontsloten worden.
Inspreker wil de gehele dijk incl. berm in gebruik nemen
W Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording. Na de dijkverbetering zal aan de inspreker een onderhoudsovereenkomst aangeboden worden. Na ondertekening hiervan kan inspreker gebruik maken het deel inclusief de buitenberm ter hoogte van zijn woning. Op basis van deze overeenkomst en de Keur zullen echter wel de nodige voorwaarden worden gesteld aan het gebruik en dient de inspreker de grasmat op de dijk regelmatig te maaien. De voorwaarden zijn vergelijkbaar met de voorwaarden uit de oude huurovereenkomst.
Inspreker vraagt om de oude dijk af te graven tot de hoogte van zijn terras.
W Verwezen wordt naar §3.4 van de algemene beantwoording.Deze wens wordt doorgegeven aan de projectleider van de uitvoeringsfase. Bij het afgraven van de oude dijk is het belangrijk om dit af te stemmen op de situatie bij de buren. Tijdens de DOen besteksfase zullen de individuele wensen van de bewoners wordengeïnventariseerd en indien mogelijk worden verwerkt in het bestek.
Inspreker geeft aan dat door dijkverflauwing ter plekke van jachthaven Nieuwboer een deel van het parkeerterrein in beslag wordt genomen dat gebruikt wordt voor de winteropslag voor schepen. Inspreker stelt dat er op het terrein geen andere alternatieven zijn voor deze opslag en vreest daarom inkomstenderving. Inspreker geeft aan dat hierdoor geen levensvatbare bedrijfsvoering meer mogelijk is.
W Uit geotechnische herberekeningen is gebleken dat er geen dijkverbetering meer nodig is ter plekke vanJachthaven Nieuwboer (dp 131
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Verwezen wordt naar §3.3 van de algemene Nota van
Ter hoogte van Eemdijk 22b vindt een asverschuiving van de nieuwe waterkering plaats, waardoor de dijk verder van de woning komt te liggen. Op 24 mei 2013 heeft inspreker een brief ontvangen, waarin is aangegeven dat een deel van het
om van het waterschap gekocht
Nee
De buitendijkse berm zal aan de slootzijde door het waterschap ingericht en gebruikt worden als doorgaande onderhouds- en inspectieroute. Voor de ontsluiting van de buitendijksgelegen percelen van de buren wordt geen gebruik gemaakt van de buitenberm. Op de ontwerptekeningen is nu duidelijk inzichtelijk gemaakt op welke wijze de buitendijkse percelen ontsloten
Ja, tek 11
Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording. Na de dijkverbetering zal aan de inspreker een onderhoudsovereenkomst aangeboden worden. Na ondertekening hiervan kan inspreker
het deel van de dijk, inclusief de buitenberm ter hoogte van zijn woning. Op basis van deze overeenkomst en de Keur zullen echter wel de nodige voorwaarden worden gesteld aan het gebruik en dient de inspreker de grasmat op de dijk regelmatig te maaien. De
en zijn vergelijkbaar met de voorwaarden uit de oude huurovereenkomst.
Nee
Verwezen wordt naar §3.4 van de algemene beantwoording. Deze wens wordt doorgegeven aan de projectleider van de uitvoeringsfase. Bij het afgraven van de oude dijk is het belangrijk om dit af te stemmen op de situatie bij de buren. Tijdens de DO- en besteksfase zullen de individuele wensen van de bewoners worden geïnventariseerd en indien mogelijk worden verwerkt in het bestek.
Nee
Uit geotechnische herberekeningen is gebleken dat er geen dijkverbetering meer nodig is ter plekke van Jachthaven Nieuwboer (dp 131-132,5)
Ja, tekening 8 projectplan
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
13.1 F. van der Sluis en E. de Ruiter namens dhr en mevr de Ruiter (Zuidereind 15) Ericastraat 5 3742 SG Baarn
Projectplan/mer
Inspreker geeft gekozen oplossing in grond bij dijkpaal 220 zich niet leent voor de situatie ter plekke, omdat door de dijkverbetering de weg te smal wordt. Inspreker wijst daarbij op de toegankelijkheid en verkeersveiligheid. Inspreker dringt erop aan het altemet een damwand te heroverwegen.
13.2 Inspreker wijst op de gebreken van de huidige weg, waar o.a. sprake is van wateroverlast. ervan uit dat dit tegelijkertijd met de dijkverbetering wordt opgelost.
13.3 Inspreker heeft de wens om de afrastering op de dijk te verplaatsen naar de teen van de dijk vanwege de verkeersveiligheid.
13.4 Inspreker maakt bezwaar tegen het toegankelijk maken van de dijk vanwege de daarmee gepaard gaande overlast, schade en vervuiling.
13.5 Inspreker geeft aan dat uit het plan en gesprekken met het waterschap niet duidelijk is wat de de projectgrens die dwars over het perceel loopt. Inspreker wil daarom de mogelijkheid openhouden om de zienswijze aan te vullen.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker geeft aan dat de gekozen oplossing in grond bij dijkpaal 220 zich niet leent voor de situatie ter plekke, omdat door de dijkverbetering de weg te smal wordt. Inspreker wijst daarbij op de toegankelijkheid en verkeersveiligheid. Inspreker dringt erop aan het alternatief met een damwand te heroverwegen.
W/GBa nvt
De in het ontwerp-DVP opgenomen maatregel gaat inderdaad ten koste van de toegankelijkheid en verkeersveiligheid. Het DVP en de omgevingsvergunning zijn als volgt aangepast: Door aanpassingen aan de damwand langs de Eem en door de berm van de weg onderdeel te laten uitmaken van de dijk, kan het dijklichaam zelf kleiner worden uitgevoerd ten opzichte van het ontwerp-DVP. Hierdoor is zelfs een beperkte versmalling van de dijk mogelijk. Hierdoor zal de weg, inclusief de berm,niet smaller worden dan nu het geval is.
Inspreker wijst op de gebreken van de huidige weg, waar o.a. sprake is van wateroverlast. Inspreker gaat ervan uit dat dit tegelijkertijd met de dijkverbetering wordt opgelost.
W/GBa Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. Op het Zuidereind zal ook transport plaatsvinden t.b.v. de uitvoering van de dijkverbeteringsmaatregelen. Wanneer er schade aan wegen optreedt zal dit in overleg met de wegbeheerder (gemeente Baarn) hersteld worden. De problemen met de afwatering zijn bij de wegbeheerder onder de aandacht gebracht.
Inspreker heeft de wens om de afrastering op de dijk te verplaatsen naar de teen van de dijk vanwege de verkeersveiligheid.
W Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording.Bij het Zuidereind is het vanwege het toekomstige onderhoud (maaien vanaf de weg) niet wenselijk dat er een afrastering geplaatst wordt. Zorgen over de verkeersveiligheid door aan de wegbeheerder.
Inspreker maakt bezwaar tegen het eventueel vrij toegankelijk maken van de dijk vanwege de daarmee gepaard gaande overlast, schade en vervuiling.
W Zie antwoord 13.3. Ten behoeve van onderhoud is een hek op of langs de dijk niet wenselijk. Ter plaatse van dijkpaal 220 kan niet geparkeerd worden in de berm, omdat deze te smal is en het talud van de waterkering relatief stijl is. Op basis van ervaring met vergelijkbare situaties (b.v. rondom fietsbrug Eem) verwacht het waterschap geen overlast, schade en/of vervuiling. Mocht er desalnietteminontstaan door onwenselijk gebruik van de dijk, dan treft de Afdeling Beheer Watersystemen van het waterschap passende maatregelen.
Inspreker geeft aan dat uit het plan en gesprekken met het waterschap niet duidelijk is wat de consequenties zijn van de projectgrens die dwars over het perceel loopt. Inspreker wil daarom de mogelijkheid openhouden om de zienswijze aan te vullen.
W De projectgrens geeft aan in welke gebieden werkzaamheden plaats vinden en werkstroken en depots ingericht kunnen worden. Tevens kunnen er grondverwerving en mitigerende en compenserende maatregelen plaatsvinden binnen de projectgrenzen. Op eigendom van inspreker is grondverwerving niet van toepassing. Ook zijn geen tijdelijke rijen werkstroken noodzakeperceel van de inspreker. De projectgrens is zodoende aangepast tov het ontwerp DVP.
28
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
DVP opgenomen maatregel gaat inderdaad ten koste van de toegankelijkheid en verkeersveiligheid. Het DVP en de omgevingsvergunning zijn als volgt aangepast: Door aanpassingen aan
nd langs de Eem en door de berm van de weg onderdeel te laten uitmaken van de dijk, kan het dijklichaam zelf kleiner worden uitgevoerd ten opzichte van het
DVP. Hierdoor is zelfs een beperkte versmalling van de dijk mogelijk. Hierdoor zal de weg, nclusief de berm,niet smaller worden dan nu het geval is.
Ja, tekening 16 v.a dp 218 t/m dp 220 en omgevingsver-gunning gemeente Baarn onderdeel Bouw
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. Op het Zuidereind zal ook transport plaatsvinden t.b.v. de uitvoering van de dijkverbeteringsmaatregelen.
anneer er schade aan wegen optreedt zal dit in overleg met de wegbeheerder (gemeente Baarn) hersteld worden. De problemen met
bij de wegbeheerder onder de aandacht gebracht.
Nee
Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording. Bij het Zuidereind is het vanwege het toekomstige onderhoud (maaien vanaf de weg) niet wenselijk dat er een afrastering geplaatst wordt. Zorgen over de verkeersveiligheid gaven wij door aan de wegbeheerder.
Nee
Zie antwoord 13.3. Ten behoeve van onderhoud is een hek op of langs de dijk niet wenselijk. Ter plaatse van dijkpaal 220 kan niet geparkeerd
orden in de berm, omdat deze te smal is en het talud van de waterkering relatief stijl is. Op basis van ervaring met vergelijkbare situaties (b.v. rondom fietsbrug Eem) verwacht het waterschap geen overlast, schade en/of vervuiling. Mocht er desalniettemin overlast ontstaan door onwenselijk gebruik van de dijk, dan treft de Afdeling Beheer Watersystemen van het waterschap passende maatregelen.
Nee
De projectgrens geeft aan in welke gebieden werkzaamheden plaats vinden en werkstroken en depots
richt kunnen worden. Tevens kunnen er grondverwerving en mitigerende en compenserende maatregelen plaatsvinden binnen de projectgrenzen. Op eigendom van inspreker is grondverwerving niet van toepassing. Ook zijn geen tijdelijke rij- en werkstroken noodzakelijk op perceel van de inspreker. De projectgrens is zodoende aangepast tov het ontwerp DVP.
Ja,tekening 16 projectplan
Nota van beantwoording van de zienswijzen
29
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
14.1 A. Heek Eemdijk 136 3754 NL Eemdijk
projectplan Inspreker vraagt om de teensloot tussen dwp187 en 188.5 te laten vervallen, omdat daarmee perceel BST M581 te smal wordt.
14.2 Inspreker stelt voor om de verlegde teensloot vanaf dwp 188.5 door te trekken tot de Zwarte Noord, zodat de afwatering van de buitendijkse percelen wordt gewaarborgd.
14.3 Inspreker wil na de dijkverbetering perceel BST01 M 581 terughuren ten behoeve van schapen.
15.1 A. vd Mheen Eemdijk 138 3754 NL Eemdijk
projectplan Inspreker vraagt de ontwatering van de buitendijkse percelen te waarborgen d.m.v. een sloot langs de dijk.
15.2 Inspreker wijst erop dat enkele opstallen op perceel BST M490 niet goed zijn weergegeven. De opstallen zijn van belang voor de bedrijfsvoering en moeten evt. worden verplaatst.
15.3 Bij dwp 189 moet de bestaande afrit naar perceel BST
15.4 Inspreker vraagt om alle bomen ter hoogte van de schuur op zijn perceel te kappen.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker vraagt om de teensloot tussen dwp187 en 188.5 te laten vervallen, omdat daarmee perceel BST M581 te smal wordt.
W
De teensloot is verwijderd uit tekeningen van de dijkverbetering, waardoor het perceel BST M 581 minder smal wordt. Wel is een nieuwe sloot nodig op het huidige eigendom van de inspreker als verbinding met het terrein van Natuurmonumenten. Ook deze nieuwe sloot is doorgevoerd in tekening 13 van het projectplan
Inspreker stelt voor om de verlegde teensloot vanaf dwp 188.5 door te trekken tot de Zwarte Noord, zodat de afwatering van de buitendijkse percelen wordt gewaarborgd.
W Zie antwoord 14.1. De verlegde teensloot is conform de inspraakreactie verwerkt in het dijkontwerp.
Inspreker wil na de dijkverbetering perceel BST01 M 581 terughuren ten behoeve van schapen.
W Het waterschap heeft aangegeven perceel BST01 M 581 te willen kopen van de inspreker. Deze grond zal het waterschap vervolgens overdragen aan Natuurmonumenten als compensatie voor percelen die Natuurmonumenten moet afstaan voor de dijkverbetering. Bij verkgenoemde perceel is het dan ook aan Natuurmonumenten om te bepalen of inspreker zijn schapen mag weiden op het genoemde perceel. Indien gewenst door de inspreker kan het waterschap zijn wensen doorgeven aan Natuurmonumenten.
Inspreker vraagt de ontwatering van de buitendijkse percelen te waarborgen d.m.v. een sloot langs de dijk.
W
De sloot zal worden hergraven, de tekening is hier op aangepast.
Inspreker wijst erop dat enkele opstallen op perceel BST M490 niet goed zijn weergegeven. De opstallen zijn van belang voor de bedrijfsvoering en moeten evt. worden verplaatst.
W Verwezen wordt naar §3.5 en §3.1 vande algemene beantwoording.De tekening is aangepast, zodat de opstallen ter plaatse van Eemdijk 138 correct zijn weergegeven. Twee opstallen van de inspreker zijn gelegen binnen de grenzen van het profiel van de nieuwe waterkering en moeten verwijderd wovergoeding van de eventuele schade die daaruit voortvloeit vindt overleg plaats tussen inspreker en een door het waterschap ingeschakelde rentmeester.
Bij dwp 189 moet de bestaande afrit naar perceel BST M490 terugkomen.
W Dit is in tekst op de tekening aangegeven.
Inspreker vraagt om alle bomen ter hoogte van de schuur op zijn perceel te kappen.
W Tussen de schuur en de dijk staan 3 grote essen en 2 grote iepen. Deze bomen staan in het dijkprofiel en vormen een belemmering voor de uitvoering van de dijkverbetering. Daarbij hebben deze bomen een dusdanige omvang dat deze bij omwaaien grote schade aan de dijk veroorzaken. In de tekening is aangegeven dat alle 5 bomen gekzullen worden.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
De teensloot is verwijderd uit de tekeningen van de dijkverbetering,
r het perceel BST M 581 minder smal wordt. Wel is een nieuwe sloot nodig op het huidige eigendom van de inspreker als verbinding met het terrein van Natuurmonumenten. Ook deze nieuwe sloot is doorgevoerd
tekening 13 van het projectplan.
Ja, tekening 13 projectplan
De verlegde teensloot is conform de inspraakreactie verwerkt in het
Ja, tekening 13 projectplan
Het waterschap heeft aangegeven perceel BST01 M 581 te willen kopen van de inspreker. Deze grond zal het waterschap vervolgens overdragen aan Natuurmonumenten als compensatie voor percelen die Natuurmonumenten moet afstaan voor de dijkverbetering. Bij verkoop van het genoemde perceel is het dan ook aan Natuurmonumenten om te bepalen of inspreker zijn schapen mag weiden op het genoemde perceel. Indien gewenst door de inspreker kan het waterschap zijn wensen doorgeven aan Natuurmonumenten.
Nee
De sloot zal worden hergraven, de tekening is hier op aangepast.
Ja, tekening 13 projectplan en ontgrondingsver-gunning
Verwezen wordt naar §3.5 en §3.1 van de algemene beantwoording. De tekening is aangepast, zodat de opstallen ter plaatse van Eemdijk 138 correct zijn weergegeven. Twee opstallen van de inspreker zijn gelegen binnen de grenzen van het profiel van de nieuwe waterkering en moeten verwijderd worden. Over vergoeding van de eventuele schade die daaruit voortvloeit vindt overleg plaats tussen inspreker en een door het waterschap ingeschakelde
Ja, tekening 13 projectplan
Dit is in tekst op de tekening Ja, tekening 13 projectplan
Tussen de schuur en de dijk staan 3 grote essen en 2 grote iepen. Deze bomen staan in het dijkprofiel en vormen een belemmering voor de uitvoering van de dijkverbetering. Daarbij hebben deze bomen een dusdanige omvang dat deze bij omwaaien grote schade aan de dijk veroorzaken. In de tekening is aangegeven dat alle 5 bomen gekapt
Ja, tekening 13 projectplan
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
15.5 Inspreker wil gebruik van de stukken dijk achter percelen BST M482 behouden.
16 A.P.J. Breij Zuidereind 11 3741 LG Baarn
projectplan/ mer
Inspreker geeft aan dat voor de gekozen oplossing (kruinverhoging met een tuimelkade) ter hoogte 218.5 te weinig ruimte is en de dijk strak tegen de weg komt te liggen. Inspreker voorziet daardoor problemen voor de uitwijkmogelijkheden van het verkeer en het indraaien van de RMO. Inspreker draagt als mogelijke oplossingen aan om te kiezen voor verbreding van de oprit.
17 Museum Spakenburg Oude Schans 47-63 3752 AH Bunschoten-Spakenburg
projectplan H5 deeltraject 4
Inspreker maakt bezwaar tegen de gekozen oplossing ter plekke van het museum, omdat deze onevenredig grote gevolgen heeft. De keuze voor een muur op 2 m afstand van het museum heeft tot gevolg dat:zogenaamde Watersteeg door de muur wordt afgesloten waardoor deze niet meer gemakkelijk bereikbaar is met grotere voertuigen;het museum door de muur te beperkt wordt voor terras en voetgangersverkeereen doorlopende muur geen toegang is tot het museum en naastgelegen winkels en woningen, maartoepassen van openingen in de muur een rommelig beeld ontstaat.om gezien de grote gevolgen voor de bedrijfsvoering van het museum ook hier voor een Dutchdam te k
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wil gebruik van de stukken dijk achter percelen BST M482 en BST M643 behouden.
W Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording.Na afronding van de dijkverbetering zal het waterschap aan inspreker een onderhoudsovereenkomst aanbieden voor de dijk achter de huiskavel van inspreker (BST01 M 482). de kwaliteit van de grasmat is het houden van schapen op de dijk is na dijkverbetering echter niet meer toegestaan, in verband met het ontstaan van ligplekken en schapenpaadjes. De dijk tussen de percelen, waar geen bebouwing staat (BST01 M 1010 en 492) zal het waterschap na afronding van de dijkverbetering zelf gaan onderhouden.
Inspreker geeft aan dat voor de gekozen oplossing (kruinverhoging met een tuimelkade) ter hoogte van dp 218.5 te weinig ruimte is en de dijk strak tegen de weg komt te liggen. Inspreker voorziet daardoor problemen voor de uitwijkmogelijkheden van het verkeer en het indraaien van de RMO. Inspreker draagt als mogelijke oplossingen aan om te kiezen voor een damwand en verbreding van de oprit.
W/GBa
Zie antwoord 13.1 De ruimte ter hoogte van het perceel van inspreker is zeer beperkt (zie DP 218,5). Het waterschap onderkent het probleem en heeft het aangepast en zal de bermsloot ter plaatse worden gedempt. Daarmee ontstaat meer ruimte voor alle functies (dijk, weg, tuin), behalve de waterhuishouding. Voor de waterhuishouding komt een maatwerkoplossing
Inspreker maakt bezwaar tegen de gekozen oplossing ter plekke van het museum, omdat deze onevenredig grote gevolgen heeft. De keuze voor een muur op 2 m afstand van het museum heeft tot gevolg dat:- de zogenaamde Watersteeg door de muur wordt afgesloten waardoor deze niet meer gemakkelijk bereikbaar is met grotere voertuigen;- de ruimte voor het museum door de muur te beperkt wordt voor terras en voetgangersverkeer- er bij een doorlopende muur geen
gang is tot het museum en naastgelegen winkels en woningen, maardat bij toepassen van openingen in de muur een rommelig beeld ontstaat.Inspreker stelt voor om gezien de grote gevolgen voor de bedrijfsvoering van het museum ook hier voor een Dutchdam te kiezen.
W
Door de muurconstructie is de bereikbaarheid van de Watersteeg voor grotere voertuigen inderdaad onvoldoende. Door de muur is het houden van een terras in combinatie met een goede toegankelijkheid van het museum niet meer mogelijk. Het ontwerp is daarom aangepast, de muur wordt vervangen door een opklapbare kering. In besteksfase vindt in overleg met de gemeente verdere detaillering plaats.
30
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording. Na afronding van de dijkverbetering zal het waterschap aan inspreker een onderhoudsovereenkomst aanbieden voor de dijk achter de huiskavel van inspreker (BST01 M 482). Omwille van de kwaliteit van de grasmat is het houden van schapen op de dijk is na dijkverbetering echter niet meer toegestaan, in verband met het ontstaan van ligplekken en schapenpaadjes. De dijk tussen de percelen, waar geen bebouwing staat
10 en 492) zal het waterschap na afronding van de dijkverbetering zelf gaan
Nee
De ruimte ter hoogte van het perceel van inspreker is zeer beperkt (zie DP 218,5). Het waterschap onderkent het probleem en heeft het dijkontwerp aangepast en zal de bermsloot ter
rden gedempt. Daarmee ontstaat meer ruimte voor alle functies (dijk, weg, tuin), behalve de waterhuishouding. Voor de waterhuishouding komt een maatwerkoplossing.
Ja, tekening 13 projectplan
Door de muurconstructie is de bereikbaarheid van de Watersteeg voor grotere voertuigen inderdaad onvoldoende. Door de muur is het houden van een terras in combinatie met een goede toegankelijkheid van het museum niet meer mogelijk. Het
daarom aangepast, de muur wordt vervangen door een opklapbare kering. In besteksfase vindt in overleg met de gemeente verdere detaillering plaats.
Ja, blz 57 en tekening 7A projectplan
Nota van beantwoording van de zienswijzen
31
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
18 A. Veldhuizen Eemdijk 74 3754 NJ Eemdijk
projectplan/ uitvoering
Inspreker vraagt aandacht voor de situatie ter plekke van Eemdijk 74. Inspreker heeft in overleg met het waterschap 2010 alle werkzaamheden verricht voor een nieuw huis, waardoor de dijk ter plekke al voldoet aan alle criteria van het waterschap.Inspreker vreest nu gebruik van het stuk dijk door materieel, waardoor schade ontstaat. Inspreker verzoekt daarom om het bstuk dijk met rust te laten tijdens de werkzaamheden. Inspreker doet daarbij suggesties voor alternatieve aanvoerroutes en doet het verzoek om een afspraak te maken om dit ter plaatse te bespreken.
19.1
anoniem projectplan Inspreker wijst erop dat op kaart 11, tussen dwarsprofiel 160.5 en 171.5 het bestaande tuinhuis ontbreekt. Inspreker vraagt de kaart hierop aan te passen. in de plannen ook de huidige ontsluitingsmogelijkheid over de dijk naar buitendijkse tuin. Inspreker verzoekt daarom het ontwerp zodanig aan te passen dat een soortgelijke dam met duiker de ontsluiting waarborgt.
19.2 Inspreker verzoekt het waterschap duidelijkheid te verschaffen over welke schuren verwijderd of verplaatst dienen te worden en in het projectplan op te nemen dat het waterschap zal zorg dragen voor het,passende plek, terug en/of herbouwen van de schuren, dat dit planologisch is toegestaan en dat inspreker hierin wordt tegemoetgekomen.
19.3 Inspreker vraagt het waterschap om aan het projectplan een overzicht toe te voegen waar extra waterafvoerende maatregelen noodzakelijk zijn en dat het waterschap de hieruit voortvloeiende schade voor haar rekening Inspreker kan met de huidige plannen onvoldoende inschatten of schade valt te verwachten door extra waterafvoerende maatregelen.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker vraagt aandacht voor de situatie ter plekke van Eemdijk 74. Inspreker heeft in overleg met het waterschap in 2010 alle werkzaamheden verricht voor een nieuw huis, waardoor de dijk ter plekke al voldoet aan alle criteria van het waterschap. Inspreker vreest nu gebruik van het stuk dijk door materieel, waardoor schade ontstaat. Inspreker verzoekt daarom om het betreffende stuk dijk met rust te laten tijdens de werkzaamheden. Inspreker doet daarbij suggesties voor alternatieve aanvoerroutes en doet het verzoek om een afspraak te maken om dit ter plaatse te bespreken.
W 094
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.Ter plekke van Eemdijk 74 zijn op basis van het dijkverbeterplan geen werkzaamheden nodig. Het is nog niet bekend of er langs dit traject transport nodig is. In gesprekken met de rentmeester van het waterschap worden nadere afspraken gemaakover het gebruik en de oplevering van de rij- en werkstroken.
Inspreker wijst erop dat op kaart 11, tussen dwarsprofiel 160.5 en 171.5 het bestaande tuinhuis ontbreekt. Inspreker vraagt de kaart hierop aan te passen. Daarnaast ontbreekt in de plannen ook de huidige ontsluitingsmogelijkheid over de dijk naar buitendijkse tuin. Inspreker verzoekt daarom het ontwerp zodanig aan te passen dat een soortgelijke dam met duiker de ontsluiting waarborgt.
W
Met betrekking tot de bebouwing wordt verwezen naar §3.5 van de algemene beantwoording. De tekening is zodanig aangepast dat alle buitendijkse opstallen langs de dijk tussen de Maatweg (dp 168,5) en dp 172 zijn aangegeven. Daarnaast is aangegeven of deze opstallen gehandhaafd kunnen worden dan wel gesloopt moeten worden. Met betrekking tot de ontsluiting wordt verwezen naar §3.4 van de algemene beantwoording. In besteksfase wordt in overleg met inspreker uitgewerkt dat met een soortgelijke dam met duiker de ontsluiting gewaarborgd wordt.
Inspreker verzoekt het waterschap duidelijkheid te verschaffen over welke schuren verwijderd of verplaatst dienen te worden en in het projectplan op te nemen dat het waterschap zal zorg dragen voor het, op een passende plek, terug en/of herbouwen van de schuren, dat dit planologisch is toegestaan en dat inspreker hierin wordt tegemoetgekomen.
W Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.Per opstal is op de tekening aangegeven of deze gesloopt moet worden dan wel gehandhaafd kan worden. De buitendijks gelegen schuur van de inspreker ligt buiten het profiel van de nieuwe waterkering. Door aanpassingen aan het watersysteem blijft gehandhaafd.
Inspreker vraagt het waterschap om aan het projectplan een overzicht toe te voegen waar extra waterafvoerende maatregelen noodzakelijk zijn en dat het waterschap de hieruit voortvloeiende schade voor haar rekening neemt. Inspreker kan met de huidige plannen onvoldoende inschatten of schade valt te verwachten door extra waterafvoerende maatregelen.
W Verwezen wordt naar §3.6 van de algemene beantwoording.In DO- en besteksfase zal het waterschap in overleg met insprebepalen of extra waterafvoerende maatregelen nodig zijn en deze nader detailleren.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Verwezen wordt naar §3.1 van de beantwoording.
Ter plekke van Eemdijk 74 zijn op basis van het dijkverbeterplan geen werkzaamheden nodig. Het is nog niet bekend of er langs dit traject transport nodig is. In gesprekken met de rentmeester van het waterschap worden nadere afspraken gemaakt over het gebruik en de oplevering van
en werkstroken.
Nee
de bebouwing wordt verwezen naar §3.5 van de algemene
De tekening is zodanig aangepast dat alle buitendijkse opstallen langs de dijk tussen de Maatweg (dp 168,5) en dp 172 zijn aangegeven. Daarnaast is aangegeven of deze opstallen
d kunnen worden dan wel gesloopt moeten worden. Met betrekking tot de ontsluiting wordt verwezen naar §3.4 van de algemene
In besteksfase wordt in overleg met inspreker uitgewerkt dat met een soortgelijke dam met duiker de
arborgd wordt.
Ja, tekening 11 projectplan
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. Per opstal is op de tekening aangegeven of deze gesloopt moet worden dan wel gehandhaafd kan worden. De buitendijks gelegen schuur van de inspreker ligt buiten het profiel van de nieuwe waterkering. Door aanpassingen aan het
blijft de schuur
Ja, tekening 11
Verwezen wordt naar §3.6 van de algemene beantwoording.
en besteksfase zal het waterschap in overleg met inspreker bepalen of extra waterafvoerende maatregelen nodig zijn en deze nader
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
19.4 Inspreker uit zijn zorgen over de voorgenomen transportroutes bij de uitvoering. Inspreker verzoekt het waterschap om in meer detail op te nemen waar en hoe de bouwwegen worden aangelegd. Inspreker doet daarbij suggesties over de wijze van uitvoering om behoud van de grondkwaliteit te behouden. Inspreker verzoekt verder om in het projectplan Veiligheid Zuidelijke randmeren en Eem op te nemen dat het waterschap, voor aanvang van de werkzaamheden met betrekking tot de aanleg van werkstroken/bouwwegen, zal zorgdragen voor een nulmeting van de kwaliteit van de grond ter plaatse en garandeert dat de grondkwaliteit ter plaatse van de bouwwegen, door de uitvoering van de werkzaamheden, niet mag verslechteren ten opzichte van de resultaten van de nulmeting.
20.1 E. Droogh Nicolaas Beetslaan 47 3743 HL Baarn
projectplan/mer
Inspreker betreurt dat de kleine watersporters onvoldoende zijn betrokken bij de planvorming
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker uit zijn zorgen over de voorgenomen transportroutes bij de uitvoering. Inspreker verzoekt het waterschap om in meer detail op te nemen waar en hoe de bouwwegen worden aangelegd. Inspreker doet daarbij suggesties over de wijze van uitvoering om
houd van de grondkwaliteit te behouden. Inspreker verzoekt verder om in het projectplan Veiligheid Zuidelijke randmeren en Eem op te nemen dat het waterschap, voor aanvang van de werkzaamheden met betrekking tot de aanleg van werkstroken/bouwwegen, zal
gdragen voor een nulmeting van de kwaliteit van de grond ter plaatse en garandeert dat de grondkwaliteit ter plaatse van de bouwwegen, door de uitvoering van de werkzaamheden, niet mag verslechteren ten opzichte van de resultaten van de nulmeting.
W Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.Het waterschap kan niet voorkomen dat de grondkwaliteit ter plaatse van de bouwwegen wijzigt (verslechtert of verbetert). Dit wordt echter meegenomen in de schadeloosstelling, die voor het gebruik van de rij- en werkstroken wordt overeengekomen.Daarnaast dient op grond van de huidige wetgeving alle nieuw ontstane gevallen van bodemverontreiniging direct gesaneerd te worden. Dus mocht geconstateerd worden dat door lekkage van materieel de bodem verontreinigd is, zal dit worden gesaneerd.
Inspreker betreurt dat de kleine watersporters onvoldoende zijn betrokken bij de planvorming
W nvt
Het waterschap heeft belanghebbenden in het planproces op diverse wijzen de mogelijkheid geboden te participeren in het ontwerpproces. Gedurende het hele project was het mogelijk deel te nemen aan de adviesgroep, er zijn ontwerpateliers georganiseerd en vide website en nieuwsbrieven is het project breed onder de aandacht gebracht. Het waterschap heeft belangenorganisaties ook actief benaderd. Diverse organisaties hebben gebruik gemaakt van de mogelijkheid om mee te denken en het waterschap is tijdens het met diverse watersporters in gesprek geweest over projectonderdelen.
32
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. Het waterschap kan niet voorkomen dat de grondkwaliteit ter plaatse van de bouwwegen wijzigt (verslechtert of verbetert). Dit wordt echter meegenomen in de schadeloosstelling, die voor het
en werkstroken wordt overeengekomen. Daarnaast dient op grond van de huidige wetgeving alle nieuw ontstane gevallen van bodemverontreiniging direct gesaneerd te worden. Dus mocht geconstateerd worden dat door lekkage van materieel de bodem
einigd is, zal dit worden
Nee
Het waterschap heeft belanghebbenden in het planproces op diverse wijzen de mogelijkheid geboden te participeren in het ontwerpproces. Gedurende het hele project was het mogelijk deel te nemen aan de adviesgroep, er zijn ontwerpateliers georganiseerd en via de website en nieuwsbrieven is het project breed onder de aandacht gebracht. Het waterschap heeft belangenorganisaties ook actief benaderd. Diverse organisaties hebben gebruik gemaakt van de mogelijkheid om mee te denken en het waterschap is tijdens het planproces met diverse watersporters in gesprek geweest over projectonderdelen.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
33
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
20.2 Inspreker doet suggesties voorin samenhang met de dijkverbetering uit te voeren. Inspreker noemt o.a. de nadelen van de damwandbeschoeiing en draagt alternatieven aan (dijkverlegging).
21.1 K.A. ter Horst Eemdijk 16 3754NH Eemdijk
projectplan/ mer
Inspreker betwijfelt de noodzaak van de dijkverbetering gezien de ontwikkelingen in het buitenwater na de afsluiting van de Zuiderzee. Inspreker verzoekt te bezien of de werkzaamheden wel prioriteit hebben.
21.2 K.A. ter Horst Inspreker stelt in eerder overleg een voorkeur uitgesproken te hebben voor "het knikprofiel" en ziet deze voorkeur niet terug in de plannen. Ook ontbreekt hetde plannen aan een argumentatie waarom niet voor dat profiel kan worden gekozen.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker doet suggesties voor beheer van de Eem om in samenhang met de dijkverbetering uit te voeren. Inspreker noemt o.a. de nadelen van de damwandbeschoeiing en draagt alternatieven aan (dijkverlegging).
PU De genoemde suggesties hebben geen directe relatie tot de dijkversterking en vallen buiten de scope van dit project. Het is in dit stadium van het project ook niet meer mogelijk om dergelijke suggesties te overwegen. De discussie rond de problemen met stalen damwanden heeft al eerder plaatsgevonden toen de provincie begon met de vvan de houten damwanden. Het is helaas zo dat stalen damwanden leiden tot meer golfslag op de Eem. In de afweging kwam toen naar voren dat het omwille van de beroepsvaart noodzakelijk was om stalen damwanden toe te passen. In de toenmalige discussie kwam een van de watersportverenigingen met een voorstel om een constructie te ontwerpen om de golfslag te breken, en deze bij de provincie bespreekbaar te maken. Tot op heden heeft de provincie hier geen voorstel voor ontvangen.
Inspreker betwijfelt de noodzaak van de dijkverbetering gezien de ontwikkelingen in het buitenwater na de afsluiting van de Zuiderzee. Inspreker verzoekt te bezien of de werkzaamheden wel prioriteit hebben.
W
De dijken langs zuidelijke Randmeren en Eem voldoen niet aan het wettelijk vereiste veiligheidsniveau. Het dijkverbeterproject is opgenomen op het landelijke Hoogwaterbeschermingsprogramma van het Rijk. De verbeterwerken worden door het Rijk gefinancieermet de eis dat uiterlijk in 2017 de waterkering aan de wettelijke veiligheidsnorm voldoet. De verbeterwerkzaamheden hebben dus een hoge prioriteit bij waterschap, provincie en Rijk. In het Nationaal Waterplan 2010-2015 is vastgelegd dat de lopende projecHoogwaterbeschermingsprogramma afgerond moeten worden. .
Inspreker stelt in eerder overleg een voorkeur uitgesproken te hebben voor "het knikprofiel" en ziet deze voorkeur niet terug in de plannen. Ook ontbreekt het in de plannen aan een argumentatie waarom niet voor dat profiel kan worden gekozen.
W In het overleg met het waterschap waarop gedoeld wordt heeft inspreker aangegeven een voorkeur te hebben voor dijkverlegging. Met deze voorkeur is rekening gehouden; de dijkverlegging is uitgewerkt in het dijkverbeterplan. Door de dijkverlegging kan de ougedeeltelijk worden afgegraven. Of en in hoeverre de oude dijk wordt afgegraven (en dus: of een "knikprofiel" ontstaat) wordt met de inspreker tijdens de DObesteksfase besproken. wordt naar §3.4 van de algemene beantwoording.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
De genoemde suggesties hebben geen directe relatie tot de
vallen buiten de scope van dit project. Het is in dit stadium van het project ook niet meer mogelijk om dergelijke suggesties te overwegen. De discussie rond de problemen met stalen damwanden heeft al eerder plaatsgevonden toen de provincie begon met de vervanging van de houten damwanden. Het is helaas zo dat stalen damwanden leiden tot meer golfslag op de Eem. In de afweging kwam toen naar voren dat het omwille van de beroepsvaart noodzakelijk was om stalen damwanden toe te passen. In de
sie kwam een van de watersportverenigingen met een voorstel om een constructie te ontwerpen om de golfslag te breken, en deze bij de provincie bespreekbaar te maken. Tot op heden heeft de provincie hier geen voorstel voor
Nee
De dijken langs zuidelijke Randmeren en Eem voldoen niet aan het wettelijk vereiste veiligheidsniveau. Het dijkverbeterproject is opgenomen op
Hoogwaterbeschermingsprogramma van het Rijk. De verbeterwerken worden door het Rijk gefinancieerd met de eis dat uiterlijk in 2017 de waterkering aan de wettelijke veiligheidsnorm voldoet. De verbeterwerkzaamheden hebben dus een hoge prioriteit bij waterschap, provincie en Rijk. In het Nationaal
2015 is vastgelegd dat de lopende projecten van het Hoogwaterbeschermingsprogramma afgerond moeten worden.
Nee
In het overleg met het waterschap waarop gedoeld wordt heeft inspreker aangegeven een voorkeur te hebben voor dijkverlegging. Met deze voorkeur is rekening gehouden; de dijkverlegging is uitgewerkt in het
Door de dijkverlegging kan de oude dijk gedeeltelijk worden afgegraven. Of en in hoeverre de oude dijk wordt afgegraven (en dus: of een "knikprofiel" ontstaat) wordt met de inspreker tijdens de DO- en besteksfase besproken. Verwezen wordt naar §3.4 van de algemene
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
21.3 K.A. ter Horst Inspreker maakt bezwaar tegen de voorgenomen werkzaamheden op zijn percelen (M 11, M 15, Men 923) en wil zijn grond niet beschikbaar stellen.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker maakt bezwaar tegen de voorgenomen werkzaamheden op zijn percelen (M 11, M 15, M 922 en 923) en wil zijn grond niet beschikbaar stellen.
W Verwezen wordt naar §3.3 van de algemene beantwoording.Het waterschap heeft de wettelijke taak en plicht om de dijken aan de veiligheidsnorm te laten voldoen. Via een milieu-effectrapportage en eedijkverbeterplan (projectplan waterwet) is onderzocht hoe dit op de meest zorgvuldige manier kan gebeuren. Er is bij de gekozen oplossing waar mogelijk rekening gehouden met de wensen van inspreker. Het waterschap wenst (inclusief bermen) in eigendom te verwerven en aangrenzende gronden tijdelijk in gebruik te nemen om werkzaamheden te kunnen uitvoeren. Voor zover het waterschap hierover onverhoopt geen minnelijke overeenstemming met de rechthebbenden kan bereiken, zullen deze gronden worden onteigend of in het geval van tijdelijke werkstroken een (tijdelijke) gedoogplicht op grond van artikel 5.24 Waterwet worden opgelegd. Voor het beheer van de dijk is eigendom ervan noodzakelijk. Door verlegging van de dijk ter plaatse van de woningen van inspreker is grondaankoop zeer beperkt. Rondom de waai ten noorden van huisnummer 18 zal de dijk eveneens worden verlegd om de cultuurhistorisch waardevolle waai te sparen. Echter, gezien het lage achterland ter plaatse van de waai is hier een binnendijaanberming noodzakelijk. Zodoende is het nodig om rondom de waai een strook grond van circa 9 meter breed aan te kopen. De schadeloosstelling die inspreker ontvangt voor de verkoop van gronden en de tijdelijke werkstroken is erop gericht de inkomensvermogenspositie van inspreker niet te verminderen. Het belang van een veilige dijk weegt zwaarder dan het individuele belang van inspreker. Gezien de schadeloosstelling en het gebruik van een deel van de dijk na dijkverbetering zijn de belangen van involdoende gewaarborgd.Tenslotte zal het waterschap na afronding van de dijkverbetering aan inspreker een onderhoudsovereenkomst aanbieden voor de huiskavel aan de hoogte van huisnummers 16 en 18. Ter hoogte van de waai zal het waterschap zelf gaan onderhouden.Zie 3.2
34
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Verwezen wordt naar §3.3 van de algemene beantwoording. Het waterschap heeft de wettelijke taak en plicht om de dijken aan de veiligheidsnorm te laten voldoen. Via
effectrapportage en een dijkverbeterplan (projectplan waterwet) is onderzocht hoe dit op de meest zorgvuldige manier kan gebeuren. Er is bij de gekozen oplossing waar mogelijk rekening gehouden met de wensen van inspreker.
wenst het dijklichaam ) in eigendom te
verwerven en aangrenzende gronden tijdelijk in gebruik te nemen om werkzaamheden te kunnen uitvoeren. Voor zover het waterschap hierover onverhoopt geen minnelijke overeenstemming met de rechthebbenden kan bereiken, zullen
den onteigend of in het geval van tijdelijke werkstroken een (tijdelijke) gedoogplicht op grond van artikel 5.24 Waterwet worden
Voor het beheer van de dijk is eigendom ervan noodzakelijk. Door verlegging van de dijk ter plaatse van
an inspreker is grondaankoop zeer beperkt. Rondom de waai ten noorden van huisnummer 18 zal de dijk eveneens worden verlegd om de cultuurhistorisch waardevolle waai te sparen. Echter, gezien het lage achterland ter plaatse van de waai is hier een binnendijkse aanberming noodzakelijk. Zodoende is het nodig om rondom de waai een strook grond van circa 9 meter breed
De schadeloosstelling die inspreker ontvangt voor de verkoop van gronden en de tijdelijke werkstroken is erop gericht de inkomens- en vermogenspositie van inspreker niet te
Het belang van een veilige dijk weegt zwaarder dan het individuele belang van inspreker. Gezien de schadeloosstelling en het gebruik van een deel van de dijk na dijkverbetering zijn de belangen van inspreker voldoende gewaarborgd. Tenslotte zal het waterschap na afronding van de dijkverbetering aan
onderhoudsovereenkomst aanbieden huiskavel aan de dijk ter
hoogte van huisnummers 16 en 18. Ter hoogte van de waai zal het
zelf gaan onderhouden.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
35
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
21.4 K.A. ter Horst Inspreker stelt dat de voorgenomen dijkverhoging ter plaatse 18 leidt tot schade en dat het ontnemen van het uitzicht een waardedaling van de panden als gevolg heeft. Inspreker doet beroep op nadeelcompensatie.
22 J.A. Elderhorst Dorpsstraat 5 3751 EM Bunschoten
projectplan/ uitvoering
Inspreker verzoekt het waterschap om in het bestek kwaliteitseisen uitvoering m.b.t. de overlast op te nemen door een plan voor de bereikbaarheid, leefbaarheid, veiligheid en communicatie, een z.g. BLVCInspreker draagt als positief voorbeeld van een dergelijk plan de werkwijze rond de reconRijnstraat aan.
23.1 K.B. Huygen Eemdijk 24a 3754 NH Eemdijk
projectplan/ uitvoering
Inspreker verzoekt om duidelijkheid over de inrichting van zijn perceel:- het pad over de dijk naar zijn woning- de nieuwe situatie van de inen uitrit
23.2 Inspreker waterschap om het bij zijn woning behorende bouwvlak in westelijke richting te verplaatsen, dus achter het perceel Eemdijk 24A, waarmee de paardenbak en de schuur ook kunnen worden verplaatst in westelijke richting.
23.3 Inspreker verzoekt om zekerheid t.a.v. de wijze van reconstructie van de paardenbaktoebehoren en de verhardingen van het erf.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker stelt dat de voorgenomen dijkverhoging ter plaatse van Eemdijk 16 en 18 leidt tot schade en dat het ontnemen van het uitzicht een waardedaling van de panden als gevolg heeft. Inspreker doet beroep op nadeelcompensatie.
W Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.Ter hoogte van Eemdijk 16 en 1ontwerphoogte ca 40 cm hoger dan de bestaande hoogte. Daarentegen zal de dijk ook circa 3 meter in westelijke richting worden verplaatst. Hierdoor wordt het effect van dijkverhoging optisch beperkt. Bovendien ontstaat binnendijks meer ruimte, die kan worden gebruikt als tuin en tevens de (her)bouwmogelijkheden vergroten.Zie ook het antwoord op 21.3
Inspreker verzoekt het waterschap om in het bestek kwaliteitseisen t.a.v. de uitvoering m.b.t. de overlast op te nemen door een plan voor de bereikbaarheid, leefbaarheid, veiligheid en communicatie, een z.g. BLVC-plan, op te stellen. Inspreker draagt als positief voorbeeld van een dergelijk plan de werkwijze rond de reconstructie van de Rijnstraat aan.
W
Het waterschap neemt in bestekken kwaliteitseisen op t.a.v. uitvoering om overlast in uitvoering te beperken. Tevens stelt het waterschap een "omgevingsmanager" aan die afstemming met bewoners en andere belanghebbenden zal verzorgen. Het waterschap zal coninspreker om kennis en ervaring uit te wisselen.
Inspreker verzoekt om duidelijkheid over de inrichting van zijn perceel:
het pad over de dijk naar zijn woning
de nieuwe situatie van de in- en uitrit
W
Verwezen wordt naar §3.1, §3.2 en §3.4 van de algemene beantwoording.Het pad over de dijk kan onder voorwaarden terugkomen. Dit wordt in overleg met inspreker tijdens de DOen besteksfase verder uitgewerkt. Dbuitendijksgelegen inbinnen het profiel van de nieuwe waterkering en moet aangepast worden. Buiten het profiel van de nieuwe waterkering wordt zodoende een nieuwe in- en uitrit aangelegd.
Inspreker verzoekt het waterschap om het bij zijn woning behorende bouwvlak in westelijke richting te verplaatsen, dus achter het perceel Eemdijk 24A, waarmee de paardenbak en de schuur ook kunnen worden verplaatst in westelijke richting.
W/GB Verwezen wordt naar algemene beantwoording.De gemeente Bunschoten beslist over (de ligging van) het bouwvlak. Inmiddels is in het nieuwe bestemmingsplan rekening gehouden met de toekomstige situatie en het bouwblok verder in westelijke richting verschoven – buiten het nieuwe dijkprofiel. In het grondverwervingstraject worden met inspreker afspraken gemaakt over de verplaatsing van de paardenbak en schuur.
Inspreker verzoekt om zekerheid t.a.v. de wijze van reconstructie van de paardenbak, de schuur met toebehoren en de verhardingen van het erf.
W Verwezen wordt naar §3.4 van de algemene beantwoording.Met de in werkingtreding van het nieuwe bestemmingsplan is de toekomstige locatie voor de schuur en de paardenbak planologischgesteld. In het grondverwervingstraject worden met inspreker afspraken gemaakt over de verplaatsing van de paardenbak en schuur. Het gaat hierbij onder andere om de schadeloosstelling, planning, etc.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. Ter hoogte van Eemdijk 16 en 18 is de ontwerphoogte ca 40 cm hoger dan de bestaande hoogte. Daarentegen zal de dijk ook circa 3 meter in westelijke richting worden verplaatst. Hierdoor wordt het effect van dijkverhoging optisch beperkt. Bovendien ontstaat binnendijks meer
kan worden gebruikt als
(her)bouwmogelijkheden vergroten. Zie ook het antwoord op 21.3
Nee
Het waterschap neemt in bestekken kwaliteitseisen op t.a.v. uitvoering om overlast in uitvoering te beperken. Tevens stelt het waterschap een "omgevingsmanager" aan die afstemming met bewoners en andere belanghebbenden zal verzorgen. Het waterschap zal contact opnemen met inspreker om kennis en ervaring uit te
Nee
Verwezen wordt naar §3.1, §3.2 en §3.4 van de algemene beantwoording. Het pad over de dijk kan onder voorwaarden terugkomen. Dit wordt in overleg met inspreker tijdens de DO- en besteksfase verder uitgewerkt. De buitendijksgelegen in- en uitrit ligt binnen het profiel van de nieuwe waterkering en moet aangepast worden. Buiten het profiel van de nieuwe waterkering wordt zodoende
en uitrit aangelegd.
Ja, zie tekening 11
Verwezen wordt naar §3.4 van de algemene beantwoording. De gemeente Bunschoten beslist over (de ligging van) het bouwvlak. Inmiddels is in het nieuwe bestemmingsplan rekening gehouden met de toekomstige situatie en het bouwblok verder in westelijke richting
n het nieuwe
grondverwervingstraject worden met inspreker afspraken gemaakt over de verplaatsing van de paardenbak en
Nee
Verwezen wordt naar §3.4 van de algemene beantwoording. Met de in werkingtreding van het nieuwe bestemmingsplan is de toekomstige locatie voor de schuur en
planologisch zeker ondverwervingstraject
worden met inspreker afspraken gemaakt over de verplaatsing van de paardenbak en schuur. Het gaat hierbij onder andere om de schadeloosstelling, planning, etc.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
24.1 H.L. Vedder mede namens Z. Vedder Eemdijk 12 3754NH
projectplan/ uitvoering
Inspreker vraagt om duidelijkheid t.a.v. de sleufsilo's van zijn bedrijf. Deze vallen binnen de werkgrenzen van de dijkverbetering. Onduidelijk is of deze moeten worden verwijderd.
24.2 Inspreker geeft aan dat de minimale afstand tussen de schuren en de te plaatsen damwand 13,5 meter moet zijn om de bedrijfsvoering niet te belemmeren.
24.3 Inspreker vraagt het waterschap in het projectplan duidelijk aan te geven welke waterafvoerende maatregelen noodzakelijk zijn.
24.4 Inspreker wenst vanuit het belang van zijn bedrijf ook in de toekomst de dijk zelf te blijven onderhouden.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker vraagt om duidelijkheid t.a.v. de sleufsilo's van zijn bedrijf. Deze vallen binnen de werkgrenzen van de dijkverbetering. Onduidelijk is of deze moeten worden verwijderd.
W
Met betrekking tot rijwordt ook verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.De projectgrenzen zijn zodanig in het ontwerp aangepast dat de buiten de projectgrenzen vallen en dus gehandhaafd kunnen blijven. Om voldoende ruimte te hebben voor transportbewegingen is een werkstrook rondom het erf van inspreker ingetekend in het ontwerp.
Inspreker geeft aan dat de minimale afstand tussen de schuren en de te plaatsen damwand 13,5 meter moet zijn om de bedrijfsvoering niet te belemmeren.
W In het ontwerp-DVP was sprake van een dubbele damwand tussen DP 185,5 to 160. Een van deze damwanden was gesitueerd ter hoogte van de huidige buitenteen van de dijk. Het dijk-ontwerp is zodanig aangepast dat tussen DP 189 tot 190 geen damwand ter hoogte van de buitenteen wordt geplaatst. Om toch de benodigde veiligheidseisen te halen zal het erf tussen deschuren enkele decimeters opgehoogd worden. Ten behoeve van de afwatering zal een goot langs de schuren gelegd worden. Tijdens de DO- en besteksfase zal dit nader uitgewerkt worden met inspreker. Het waterschap heeft het ontwerp hier op aangepast.
Inspreker vraagt het waterschap in het projectplan duidelijk aan te geven welke waterafvoerende maatregelen noodzakelijk zijn.
W Verwezen wordt naar §3.6 van de algemene beantwoording.Op basis van nieuwe is het ontwerp aangepast. De afwateringmaatregelen (een goot langs de schuren) zijn op tekening weergegeven. Tijdens de DObesteksfase zal dit nader uitgewerkt worden in overleg met inspreker.
Inspreker wenst vanuit het belang van zijn bedrijf ook in de toekomst de dijk zelf te blijven onderhouden.
W Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording.Voor het deel van de dijk ter hoogte van de woning van inspreker zal het waterschap na dijkverbetering een onderhoudscontract aanbieden aan inspreker. De dijk dient dan als gazon onderhouden te worden. Het houden van schapen en andere dijk is niet (meer) toegestaan. De delen van de dijk die niet grenzen aan een woonkavel, zal het wazelf in onderhoud nemen. In de huidige situatie worden deze delen van de dijk ook niet onderhouden door inspreker. Omdat de dijk hier aanzienlijk wordt verbreed (in de vorm van een berm en dijkverlegging) zal een deel van het bestaande eigendom van inspreker verworven worden en onderdeel worden van de dijk. Inkomens- en vermogensschade als gevolg hiervan zal het waterschap volledig compenseren in het kader van de grondverwerving.
36
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Met betrekking tot rij- en werkstroken wordt ook verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. De projectgrenzen zijn zodanig in het ontwerp aangepast dat de sleufsilo’s buiten de projectgrenzen vallen en dus gehandhaafd kunnen blijven. Om voldoende ruimte te hebben voor transportbewegingen is een werkstrook rondom het erf van inspreker ingetekend in het ontwerp.
Ja, tekening 10 projectplan
DVP was sprake van een dubbele damwand tussen DP 185,5 to 160. Een van deze
was gesitueerd ter hoogte van de huidige buitenteen van
ontwerp is zodanig aangepast dat tussen DP 189 tot 190 geen damwand ter hoogte van de buitenteen wordt geplaatst. Om toch de benodigde veiligheidseisen te halen zal het erf tussen de dijk en de schuren enkele decimeters opgehoogd worden. Ten behoeve van de afwatering zal een goot langs de schuren gelegd worden. Tijdens de
en besteksfase zal dit nader uitgewerkt worden met inspreker. Het waterschap heeft het ontwerp hier op
Ja, tekening 10 projectplan
Verwezen wordt naar §3.6 van de algemene beantwoording. Op basis van nieuwe hoogtegegevens is het ontwerp aangepast. De afwateringmaatregelen (een goot langs de schuren) zijn op tekening weergegeven. Tijdens de DO- en besteksfase zal dit nader uitgewerkt worden in overleg met inspreker.
Ja, tekening 10 projectplan
Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording. Voor het deel van de dijk ter hoogte van de woning van inspreker zal het
verbetering een onderhoudscontract aanbieden aan inspreker. De dijk dient dan als gazon onderhouden te worden. Het houden van schapen en andere dieren op de dijk is niet (meer) toegestaan. De delen van de dijk die niet grenzen aan een woonkavel, zal het waterschap zelf in onderhoud nemen. In de huidige situatie worden deze delen van de dijk ook niet onderhouden door inspreker. Omdat de dijk hier aanzienlijk wordt verbreed (in de vorm van een berm en dijkverlegging) zal
het bestaande eigendom n inspreker verworven worden en
onderdeel worden van de dijk. en vermogensschade als
gevolg hiervan zal het waterschap volledig compenseren in het kader van de grondverwerving.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
37
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
24.5 Inspreker wil bij Eemdijk 12 ook na de dijkverbetering een overgang over de dijk behouden om vanuit zijn woning snel naar zijn bedrijf te kunnen lopen. De overgang zijn om met een kruiwagen over de dijk te gaan (geen trap)
24.6 Inspreker verzoekt om na plaatsen van de damwand de huidige dijk zoveel mogelijk af te graven tot maaiveld.
24.7 Het dempen van de sloot bij de Maatweg brengt de afwatering van de sleufsilo's in gevaar, bovendien vergt dit een reconstructie van de uitrit op de Maatweg. Inspreker verzoekt om meer duidelijkheid over bovenstaande.
24.8 Inspreker waterschap om bij het plaatsen van de damwanden rekening te houden met aanwezige kabels en leidingen en zettingen.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wil bij Eemdijk 12 ook na de dijkverbetering een overgang over de dijk behouden om vanuit zijn woning snel naar zijn bedrijf te kunnen lopen. De overgang dient geschikt te zijn om met een kruiwagen over de dijk te gaan (geen trap)
W Verwezen wordt naar §3.algemene beantwoording.Na afronding van de dijkverbetering zal het waterschap aan inspreker een onderhoudsovereenkomst aanbieden voor de dijk achter de huiskavel van inspreker. Het houden van schapen op de dijk is na dijkverbetering echter niet meer toegestaan omwille van de kwaliteit van de grasmatmet het ontstaan van ligplekken en schapenpaadjes. Delen van de dijk waar geen woningenhet waterschap zelf gaan onderhouden.
Inspreker verzoekt om na plaatsen van de damwand de huidige dijk zoveel mogelijk af te graven tot maaiveld.
W Verwezen wordt naar §3.3 van de algemene beantwoording. Door aanpassingen van het dijkontwerp (zie 24.2) is de situatie anders dan waar deze inspraakreactie betrekking op heeft. Afgraven van de bestaande dijk is op basis van het nieuwe ontwerp niet mogelijk. Echter uit dwarsprofielen 159, 159,3 en 159,5 valt op te maken dat de dijk – na plaatsing van de damwand – op een logische wijze wordt aangesloten op aangrenzende maaiveldhoogtes. Indien nodig kunnen tijdens de DO- en besteksfase nadere afspraken worden gemaakt over de wijze van afwerking.
Het dempen van de sloot bij de Maatweg brengt de afwatering van de sleufsilo's in gevaar, bovendien vergt dit een reconstructie van de uitrit op de Maatweg. Inspreker verzoekt om meer duidelijkheid over bovenstaande.
W De tekening van de uitrit is gebaseerd op een verouderde ondergrond. De uitrit ligt enkele meters noordelijker waardoor de watergang gehandhaafd kan blijven. De tekening is hier op aangepast.
Inspreker verzoekt het waterschap om bij het plaatsen van de damwanden rekening te houden met aanwezige kabels en leidingen en zettingen.
W Het betreft huisaansluitingen en kabels en leidingen, die inspreker zelf heeft aangelegd dan wel laten aanleggen. Tijdens de grondverwervingsgesprekken en tijdens de DO- en besteksfase worden de aanwezige kabels en leidingen op de percelen van de inspreker geïnventariseerd. Indien nodig zullen enkele of alle kabels en leidingen verlegd worden in verband met zettingsgevoelige ondeplaatsing van de damwanden. Damwanden worden trillingsarm ingebracht om schade aan opstallen en kabels en leidingen te voorkomen.Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Verwezen wordt naar §3.4 van de algemene beantwoording. Na afronding van de dijkverbetering zal het waterschap aan inspreker een onderhoudsovereenkomst aanbieden
hter de huiskavel van inspreker. Het houden van schapen op de dijk is na dijkverbetering echter niet
omwille van de kwaliteit van de grasmat, in verband met het ontstaan van ligplekken en schapenpaadjes. Delen van de dijk waar geen woningen aan grenzen zal het waterschap zelf gaan
Nee
Verwezen wordt naar §3.3 van de algemene beantwoording. Door aanpassingen van het dijkontwerp (zie 24.2) is de situatie anders dan waar deze inspraakreactie betrekking op heeft. Afgraven van de bestaande dijk is op basis van het nieuwe ontwerp
k. Echter uit dwarsprofielen 159, 159,3 en 159,5 valt op te maken
na plaatsing van de op een logische wijze
wordt aangesloten op aangrenzende maaiveldhoogtes. Indien nodig kunnen
en besteksfase nadere gemaakt over de
wijze van afwerking.
Nee
De tekening van de uitrit is gebaseerd op een verouderde ondergrond. De uitrit ligt enkele meters noordelijker waardoor de watergang gehandhaafd kan blijven. De tekening is hier op
Ja, tekening 10 projectplan
Het betreft huisaansluitingen en kabels en leidingen, die inspreker zelf heeft aangelegd dan wel laten aanleggen. Tijdens de rondverwervingsgesprekken en
en besteksfase worden de aanwezige kabels en leidingen op de percelen van de inspreker geïnventariseerd. Indien nodig zullen enkele of alle kabels en leidingen verlegd worden in verband met zettingsgevoelige ondergrond of door plaatsing van de damwanden. Damwanden worden trillingsarm ingebracht om schade aan opstallen en kabels en leidingen te voorkomen. Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
24.9 Inspreker verzoekt om meer duidelijkheid over de wijze waarop de coupure wordt teruggeplaatst en doet hiervoor zelf suggesties.
24.10 Inspreker vraagt zich af of de vereiste kruinhoogte ter plekke van Eemdijk12/14 niet te hoog is.
24.11 Inspreker vraagt om betrokken te blijven bij de verdere uitwerking van de plannen
24.12 Inspreker stelt voor om voor een andere oplossing (buitendijkse aanberming) te kiezen ter plaatse Eemdijk 12 en 14.
25 K. Hoolwerf Eemdijk 46 3752 NJ Eemdijk
projectplan/ tekening 11
Inspreker geeft aan tijdens eerdere gesprekken een voorkeur te hebben uitgesproken voor 2 ingangen tussen Eemdijk 44 en 46 om afzonderlijk de achterliggende weilanden te bereiken, maar ziet hier in de tekeningen niets van terug
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker verzoekt om meer duidelijkheid over de wijze waarop de coupure wordt teruggeplaatst en doet hiervoor zelf suggesties.
W Het waterschap vervangt door overritten over de dijk, tenzij dat in uitzonderlijke gevallen bedrijfsvoering onmogelijk zou maken. Ter plaatse van de coupure is de waterkering te dicht bij de weg gelegen waardoor er te weinig ruimte is om een overrit aan te leggen.De coupure wordt 6 m breed en zal iets zuidelijker worden aangelegd in verband met de nabijgelegen woning. De aansluiting van de uitrit op de openbare weg zal echter niet wijzigen. De tekening wordt hier op aangepast. Verder detaillering van de coupure vindt in DO- en besteksfase plaats in overleg met inspreker en de wegbeheerder (gemeente Bunschoten).
Inspreker vraagt zich af of de vereiste kruinhoogte ter plekke van Eemdijk12/14 niet te hoog is.
W De kruinhoogte ter plaatse van de damwand langs Eemdijk 12 is hoger dan dijk in de naastgelegen trajecten en daar wordt op aangesloten. Bovendien moet bij een verticale constructie volgens de ontwerpeisen rekening gehouden worden met een hogere golfoploop en is de ontwerplevensduur 100 jaar; daar hoort een andere hoogte bij. In het aangepaste ontwerp is de hoogte bijgesteld.
Inspreker vraagt om betrokken te blijven bij de verdere uitwerking van de plannen
W Het waterschap zal alle bewoners en gebruikers van de dijk betrekken bij de verdere uitwerking van de plannen tijdens de DO- en besteksfase.
Inspreker stelt voor om voor een andere oplossing (buitendijkse aanberming) te kiezen ter plaatse van Eemdijk 12 en 14.
W Op basis van nieuwe hoogtegegevens, ruimtebeperking en kostenefficiëntie is het ontwerp aangepast. De dubbele damwand (kistdam) is gewijzigd in een oplossing met een enkele damwand en deels een “natuurlijk” buitentalud.
Inspreker geeft aan tijdens eerdere gesprekken een voorkeur te hebben uitgesproken voor 2 ingangen tussen Eemdijk 44 en 46 om afzonderlijk de achterliggende weilanden te kunnen bereiken, maar ziet hier in de tekeningen niets van terug
W
Verwezen wordt naar §3.4 van de algemene beantwoording. Uitgangspunt is dat de bestaande situatie wordt hersteld. Oftewel, inspreker dient over het perceel Eemdijk 44 om zijn perceel te bereiken en de eigenaren van Eemdijk 44 dienen over het buitendijkse perceel van inspreker om hun eigen buitendijksbereiken. Wijziging in deze wijze van ontsluiting is uiteraard mogelijk, mits beide partijen instemmen met de desbetreffende wijziging. Wanneer de betrokkenen overeenstemming over ontsluiting hebben bereikt zal het waterschap dit in de DObesteksfase verder uitwerken in overleg met de betrokken partijen.
38
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Het waterschap vervangt coupures door overritten over de dijk, tenzij dat in uitzonderlijke gevallen bedrijfsvoering onmogelijk zou maken. Ter plaatse van de coupure is de waterkering te dicht bij de weg gelegen waardoor er te weinig ruimte is om een overrit aan te leggen.
pure wordt 6 m breed en zal iets zuidelijker worden aangelegd in verband met de nabijgelegen woning. De aansluiting van de uitrit op de openbare weg zal echter niet wijzigen. De tekening wordt hier op aangepast. Verder detaillering van de coupure
en besteksfase plaats in overleg met inspreker en de wegbeheerder (gemeente
Ja, tekening 10 projectplan
De kruinhoogte ter plaatse van de damwand langs Eemdijk 12 is hoger dan dijk in de naastgelegen trajecten en daar wordt op aangesloten. Bovendien moet bij een verticale constructie volgens de ontwerpeisen rekening gehouden worden met een
en is de ontwerplevensduur 100 jaar; daar hoort een andere hoogte bij. In het aangepaste ontwerp is de
Ja, tekening 10 projectplan
Het waterschap zal alle bewoners en gebruikers van de dijk betrekken bij de verdere uitwerking van de plannen
en besteksfase.
Nee
Op basis van nieuwe hoogtegegevens, ruimtebeperking en kostenefficiëntie is het ontwerp aangepast. De dubbele damwand (kistdam) is gewijzigd in een oplossing met een enkele damwand en deels een “natuurlijk” buitentalud.
Ja, tekening 10 projectplan
Verwezen wordt naar §3.4 van de algemene beantwoording. Uitgangspunt is dat de bestaande situatie wordt hersteld. Oftewel, inspreker dient over het perceel Eemdijk 44 om zijn buitendijkse perceel te bereiken en de eigenaren van Eemdijk 44 dienen over het
perceel van inspreker om hun eigen buitendijkse perceel te bereiken. Wijziging in deze wijze van ontsluiting is uiteraard mogelijk, mits beide partijen instemmen met de
effende wijziging. Wanneer de betrokkenen overeenstemming over ontsluiting hebben bereikt zal het waterschap dit in de DO- en besteksfase verder uitwerken in overleg met de betrokken partijen.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
39
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
26.1 anoniem projectplan/ uitvoering
Inspreker verzoekt waterschap om alles op zijn perceel weer in oude staat terug te brengen; terras incl. steunpaal t.b.v. luifel, oprit, graszoden. Inspreker verzoekt daarbij specifiek om de fazantenren te sparen i.v.m. stress voor de dieren.
26.2 Inspreker spreekt de verwachting uit dat bij zijn perceel niet zoveel maatregelen noodzakelijk zijn, omdat inspreker tot op heden alles conform de criteria van het waterschap heeft gedaan
27 J. Schellaert Eemdijk 49 3754 NC Eemdijk
De heer Schellaert verzoekt het waterschap om, in overleg met een delegatie van betrokkenen, een plan voor de bereikbaarheid, leefbaarheid, veiligheid en communicatie, een zogenaamd BLVCstellen. Het liefst voorafgaand of parallel aan de ontwerpbestekfase.Inspreker geeft daarbij 3 aandachtspunten:- De gevolgen van zwaar vrachtverkeer; mogelijke schade aan fundering en gevaar voor verkeersveiligheid- Indien de loswal tegenover Eemdijk 49 gebruikt wordt bij de uitvoering moet rekening worden gehouden met de fietsboot van de Eemlijn.- het instellen van één BVLC functionaristelefoonnummer bekend is bij alle betrokkenen.
28 R.Hilhorst Zuidereind 33 3741 LG Baarn
kaart 17 tek. Inspreker geeft aan dat zijn perceel achter de dijk op km 240.05 is ingetekend als mogelijke optie voor depot en kleiwinning. Inspreker verwacht volledig schadeloos gesteld te worden, indien men gebruik wil maken van genoemd perceel.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker verzoekt waterschap om alles op zijn perceel weer in oude staat terug te brengen; terras incl. steunpaal t.b.v. luifel, oprit, graszoden. Inspreker verzoekt daarbij specifiek om de fazantenren te sparen i.v.m. stress voor de dieren.
W Verwezen wordt naar §3.1 en §3.4 van de algemene beantwoording. Tussen de woning en de dijk zullen geen werkzaamheden plaatsvinden. Objecten die in deze zone staan, hoeven niet verwijderd te worden. Objecten op de dijk en buitendijks dienen wel verwijderd te worden om de dijkverbetering mogelijk te maken.
Inspreker spreekt de verwachting uit dat bij zijn perceel niet zoveel maatregelen noodzakelijk zijn, omdat inspreker tot op heden alles conform de criteria van het waterschap heeft gedaan
W Ongeacht of de inspreker zich tot op heden aan de criteria van hwaterschap heeft gehouden, blijkt dat de waterkering door strengere wettelijke veiligheidseisen niet meer aan de norm voldoet. De dijk is circa 20 centimeter te laag. In verband met stabiliteit en onderloopsheid wordt daarnaast het buitentalud verflauwde teensloot verlegd en een buitendijkse aanberming gerealiseerd. De werkzaamheden vinden vrijwel uitsluitend plaats op de kruin, het buitentalud en het voorland. Dit betekent dat objecten op deze delen van de dijk verwijderd moeten worden. Voor te verwijdereneigendom van de inspreker zijn aangelegd, zal de inspreker schadeloos gesteld worden.
De heer Schellaert verzoekt het waterschap om, in overleg met een delegatie van betrokkenen, een plan voor de bereikbaarheid, leefbaarheid, veiligheid en communicatie, een zogenaamd BLVC-plan op te stellen. Het liefst voorafgaand of parallel aan de ontwerp-bestekfase.Inspreker geeft daarbij 3 aandachtspunten:
De gevolgen van zwaar rachtverkeer; mogelijke
schade aan fundering en gevaar voor verkeersveiligheid
Indien de loswal tegenover Eemdijk 49 gebruikt wordt bij de uitvoering moet rekening worden gehouden met de fietsboot van de Eemlijn.
het instellen van één BVLC functionaris die met naam en telefoonnummer bekend is bij alle betrokkenen.
W Zie antwoord 22 Klei voor de dijkverbetering zal via de Eem worden aangevoerd en vervolgens via de werkstroken, die aan de buitenzijde van de dijk zijn geprojecteerd op de dijk worden aangebracht. Doel hiervan is om transport door het dorp Eemdijk tot een minimum te beperken.
Inspreker geeft aan dat zijn perceel achter de dijk op km 240.05 is ingetekend als mogelijke optie voor depot en kleiwinning. Inspreker verwacht volledig schadeloos gesteld te worden, indien men gebruik wil maken van genoemd perceel.
W Verwezen wordt naaalgemene beantwoording. Het perceel in kwestie is in eigendom bij Natuurmonumenten. Inspreker is gebruiker van het perceel. Indien inspreker van mening is dat hij schadeloos gesteld dient te worden, dient hij hiervoor de eigenaar van het perceel te benaderen (Natuurmonumenten)Abusievelijk is de term ‘kleiwinning’ gebruikt. Kleiwinning is niet van toepassing.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Verwezen wordt naar §3.1 en §3.4 van de algemene beantwoording.
Tussen de woning en de dijk zullen geen werkzaamheden plaatsvinden. Objecten die in deze zone staan, hoeven niet verwijderd te worden. Objecten op de dijk en buitendijks dienen wel verwijderd te worden om de dijkverbetering mogelijk te maken.
Nee
Ongeacht of de inspreker zich tot op heden aan de criteria van het waterschap heeft gehouden, blijkt dat de waterkering door strengere wettelijke veiligheidseisen niet meer aan de norm voldoet. De dijk is circa 20 centimeter te laag. In verband met stabiliteit en onderloopsheid wordt daarnaast het buitentalud verflauwd, de teensloot verlegd en een buitendijkse aanberming gerealiseerd. De werkzaamheden vinden vrijwel uitsluitend plaats op de kruin, het buitentalud en het voorland. Dit betekent dat objecten op deze delen van de dijk verwijderd moeten worden.
wijderen objecten, die op eigendom van de inspreker zijn aangelegd, zal de inspreker schadeloos gesteld worden.
Nee
Klei voor de dijkverbetering zal via de Eem worden aangevoerd en vervolgens via de werkstroken, die aan de buitenzijde van de dijk zijn geprojecteerd op de dijk worden
Doel hiervan is om transport door het dorp Eemdijk tot een minimum te
Nee
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. Het perceel in kwestie is in eigendom
bij Natuurmonumenten. Inspreker is gebruiker van het perceel. Indien inspreker van mening is dat hij schadeloos gesteld dient te worden, dient hij hiervoor de eigenaar van het
ceel te benaderen (Natuurmonumenten). Abusievelijk is de term ‘kleiwinning’ gebruikt. Kleiwinning is niet van
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
29 Stichting Scouting Cay-Noya A.G. van Barreveld Postbus 2138 3800CC Amersfoort
Inspreker geeft aan dat in eerdere gesprekken met het waterschap reeds voorwaarden voor de continuïteit en het behoud van een adequate aanlegsteiger zijn aangegeven. Inspreker vraagt voor de duur van het werk een alternatieve steiger/aanlegplaats. Tevens wenst spreker binnen het project de realisatie van een nieuwe steiger, op in principe dezelfde locatie, indien de huidige steiger niet gehandhaafd kan blijven.
30 T. Hop Eemdijk 4 3754 NH Eemdijk .
Inspreker maakt bezwaar tegen de voorgenomen sluiting van de coupure ter hoogte van woonkavel 4 te Eemdijk en verwijst daarbij naar een reeds eerder ingediend bezwaarschrift gedateerd 21 april 2010. De sluiting is onwenselijk, aangezienvan de coupure noodzakelijk is voor een goede bedrijfsgang.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker geeft aan dat in eerdere gesprekken met het waterschap reeds voorwaarden voor de continuïteit en het behoud van een adequate aanlegsteiger zijn aangegeven. Inspreker vraagt voor de duur van het werk een alternatieve steiger/aanlegplaats. Tevens
enst spreker binnen het project de realisatie van een nieuwe steiger, op in principe dezelfde locatie, indien de huidige steiger niet gehandhaafd kan blijven.
W Het waterschap zal zorg dragen voor de continuïteit en het behoud van een adequate aanlegsteiguitvoering van de dijkverbetering.In de DO- en besteksfase wordt in overleg met inspreker onderzocht hoe en onder welke voorwaarden voldaan kan worden aan het behoud van of het plaatsen van een nieuwe steiger.
Inspreker maakt bezwaar tegen de voorgenomen sluiting van de coupure ter hoogte van woonkavel 4 te Eemdijk en verwijst daarbij naar een reeds eerder ingediend bezwaarschrift gedateerd 21 april 2010. De sluiting is onwenselijk, aangezien het openhouden van de coupure noodzakelijk is voor een goede bedrijfsgang.
W Inspreker verwijst naar een op 21 april 2010 ingediend bezwaarschrift. Bedoeld schrijven is een reactie op een verslag van het "ontwerpgesprek". Het waterschap heeft op 15 oktob2009 en 25 maart 2010 een informerend gesprek gevoerd met belanghebbende over het voorlopige dijkontwerp. Het waterschap heeft deze gesprekken met alle aanwonenden van de dijk gevoerd en in het dijkverbeterplan zo veel mogelijk rekening gehouden met belwensen van aanwonenden.Coupures vormen een risico tijdens perioden van hoog water en vergen hogere beheer- en onderhoudskosten dan een overrit. Zodoende vervangt het waterschap coupures door overritten tenzij dat ruimtelijk niet mogelijk is of de bedrijfsvoering onmogelijk maakt. Ter plaatse van Eemdijk 4 kan de coupure worden vervangen door een overrit zonder dat hiermee de bedrijfsvoering significant wordt belemmerd. Op grond van deze afweging zal de coupure ter plaatse van Eemdijk 4 vervangen worden door een overrit.
40
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Het waterschap zal zorg dragen voor de continuïteit en het behoud van een adequate aanlegsteiger tijdens en na uitvoering van de dijkverbetering.
en besteksfase wordt in overleg met inspreker onderzocht hoe en onder welke voorwaarden voldaan kan worden aan het behoud van of het plaatsen van een nieuwe steiger.
Nee
Inspreker verwijst naar een op 21 april 2010 ingediend bezwaarschrift. Bedoeld schrijven is een reactie op een verslag van het "ontwerpgesprek". Het waterschap heeft op 15 oktober 2009 en 25 maart 2010 een informerend gesprek gevoerd met belanghebbende over het voorlopige dijkontwerp. Het waterschap heeft deze gesprekken met alle aanwonenden van de dijk gevoerd en in het dijkverbeterplan zo veel mogelijk rekening gehouden met belangen en wensen van aanwonenden. Coupures vormen een risico tijdens perioden van hoog water en vergen
en onderhoudskosten dan een overrit. Zodoende vervangt het waterschap coupures door overritten tenzij dat ruimtelijk niet
bedrijfsvoering onmogelijk maakt. Ter plaatse van Eemdijk 4 kan de coupure worden vervangen door een overrit zonder dat hiermee de bedrijfsvoering significant wordt belemmerd. Op grond van deze afweging zal de coupure ter plaatse van Eemdijk 4
worden door een overrit.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
41
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
31.1 anoniem pag. 82 tabel 5.4 projectplan
Insprekers maken bezwaar tegen het vervangen coupure door een overgang. De coupure is noodzakelijk voor vrachtauto's die het erf oprijden voor het inuitladen van materiaal. De voorgestelde overgang is onveilig en onpraktisch en neemt veel ruimte van het erf in beslag. Insprekers zijn vamening dat hun belangen niet zorgvuldig zijn afgewogen, aangezien de coupure van Eemdijk 14 als gelijkwaardig is beoordeeld en niet wordt vervangen. Insprekers verzoeken om de coupure te behouden en dit in te passen in het projectplan en tevens andere mimaatregelen te nemen.
31.2 kaart 11 en bijlage 2 Kunstwerken met score onvoldoende
Insprekers geven aan dat de nummering van het dwarsprofiel in tabel 5.4 op pag. 82 verschilt van de nummering op kaart 11 in bijlage 1 en verzoeken de nummering te laten corresponderen.
31.3 kaart 11 bijlage 1
Insprekers verzoeken om in bijlage 1, kaart 11 een dam en duiker van 5 meter(verhard) in de nieuw aan te leggen sloot op te nemen, zodat eenvoudig vrachtwagens en landbouwverkeer de dam met enige regelmaat kunnen passeren.
31.4 kaart 11 Insprekers geven aan dat verschillende opstallen op kaart 11 ontbreken en verzoeken om twee loodsen met twee overkappingen, een schuilstal voor de schapen en een volgens bijgeleverde foto/s in de kaart op te nemen.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Insprekers maken bezwaar tegen het vervangen van de coupure door een overgang. De coupure is noodzakelijk voor vrachtauto's die het erf oprijden voor het in-en uitladen van materiaal. De voorgestelde overgang is onveilig en onpraktisch en neemt veel ruimte van het erf in beslag. Insprekers zijn van mening dat hun belangen niet zorgvuldig zijn afgewogen, aangezien de coupure van Eemdijk 14 als gelijkwaardig is beoordeeld en niet wordt vervangen. Insprekers verzoeken om de coupure te behouden en dit in te passen in het projectplan en tevens andere mitigerende maatregelen te nemen.
W Zie antwoord bij 30. Aanvullend op dit antwoord het volgende. De situatie ter plaatse van Eemdijk 14 is door het waterschap niet als gelijkwaardig beoordeeld. Ter plaatse van Eemdijk 14 staat buitendijks een melkveebedrijf, waar dagelijks transportbewegingen plaatsvinden over de dijk en waar de dijk dichter tegen de weg ligt dan ter plaatse van Eemdijk 26. Aanleg van een overrit bij Eemdijk 14 is zodoende niet mogelijk zonder de bedrijfsvoering ernstig te belemmeren. Op groafweging zal een coupure bij Eemdijk 14 gehandhaafd worden verstande dat de bestaande coupure wordt vervangen door een nieuwe coupure, die voldoet aan de eisen voor dijkveiligheid. Ter plaatse van Eemdijk 26 is het mogelijk een overrit aan te leggen, die kan worden gebruikt door dezelfde typen transportmiddelen als nu de coupure passeren. De uitwerking van de overrit is verwerkt in de definitieve tekeningen. Inspreker is betrokken bij het ontwerp van de overrit en het benodigde ruimtebeslag is weergegeven op de grondverwervingstekeningen.
Insprekers geven aan dat de nummering van het dwarsprofiel in tabel 5.4 op pag. 82 verschilt van de nummering op kaart 11 in bijlage 1 en verzoeken de nummering te laten corresponderen.
W In tabel 5.4 op bladzijde 82 van het projectplan moet het dp nr van coupure Weverling zijn 164.5 (in plaats van 166,5).
Insprekers verzoeken om in bijlage 1, kaart 11 een dam en duiker van 5 meter breed (verhard) in de nieuw aan te leggen sloot op te nemen, zodat eenvoudig vrachtwagens en landbouwverkeer de dam met enige regelmaat kunnen passeren.
W Een dam met duiker is opgenomen op de tekening. Verharding over de dam zal in de DO- en besteksfase overleg met inspreker nader uitgewerkt worden.
Insprekers geven aan dat verschillende opstallen op kaart 11 ontbreken en verzoeken om twee loodsen met twee overkappingen, een schuilstal voor de schapen en
anderssoortige opstal volgens bijgeleverde foto/s in de kaart op te nemen.
W Verwezen wordt naar §3.5 van de algemene beantwoording. De ontbrekende opstallen zijn op tekening 11 toegevoegd en daarbij is aangegeven of de desbetreffende opstallen gehandhaafgesloopt dienen te worden.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
0. Aanvullend op dit antwoord het volgende. De situatie ter plaatse van Eemdijk 14 is door het waterschap niet als gelijkwaardig beoordeeld. Ter plaatse van Eemdijk 14 staat buitendijks een
, waar dagelijks transportbewegingen plaatsvinden over de dijk en waar de dijk dichter tegen de weg ligt dan ter plaatse van Eemdijk 26. Aanleg van een overrit bij Eemdijk 14 is zodoende niet mogelijk zonder de bedrijfsvoering ernstig te belemmeren. Op grond van deze afweging zal een coupure bij Eemdijk 14 gehandhaafd worden – met dien verstande dat de bestaande coupure wordt vervangen door een nieuwe coupure, die voldoet aan de eisen
Ter plaatse van Eemdijk 26 is het
it aan te leggen, die kan worden gebruikt door dezelfde typen transportmiddelen als nu de coupure passeren. De uitwerking van de overrit is verwerkt in de definitieve tekeningen. Inspreker is betrokken bij het ontwerp van de overrit en het
beslag is weergegeven op de grondverwervingstekeningen.
Ja, tekening 10 projectplan
In tabel 5.4 op bladzijde 82 van het projectplan moet het dp nr van coupure Weverling zijn 164.5 (in
Ja, tabel 5.4 projectplan
Een dam met duiker is opgenomen op de tekening. Verharding over de dam
en besteksfase in overleg met inspreker nader
Ja, tekening 10 projectplan
Verwezen wordt naar §3.5 van de algemene beantwoording. De ontbrekende opstallen zijn op tekening 11 toegevoegd en daarbij is aangegeven of de desbetreffende opstallen gehandhaafd dan wel gesloopt dienen te worden.
Ja, tekening 11 projectplan.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
31.5 paragraaf 5.7, pag. 62
Insprekers verzoeken om overzicht in het projectplan op te nemen waar de realisatie van waterafvoerende maatregelen nodig is. Tevens wordt verzocht om op te nemen dat de schade zal worden meegenomen in het grondverwervingproces, zodat een compleet beeld van de schades ontstaawordt door insprekers benadrukt dat zij als eigenaren recht hebben op een volledige schadeloosstelling.
31.6.1 bijlage 5 Insprekers vragen om in het projectplan een detailtekening op te nemen waaruit duidelijk wordt waar en hoe de bouwwegen worden aangelegd. Tevens verzoeken insprekers de bouwweg niet over het erf te laten lopen maar door het weiland achter het erf.
31.6.2 Insprekers verzoeken om een nulmeting van de kwaliteit van de grond ter plaatse van de bouwwegen. Tevens verzoeken insprekers dat mocht de kwaliteit van de grond verslechteren als gevolg van de werkzaamheden het waterschap de kosten voor het herstel voor zal nemen.
32 T. van 't Klooster Wakkerendijk 152 3755 DG Eemnes
Inspreker doet suggesties voor beheer van de Eem om in samenhang met de dijkverbetering uit te voeren. Inspreker noemt o.a. de nadelen van de damwandbeschoeiing en draagt alternatieven aan.
33.1 A. Hoeve Bikkersweg 56 3751 VM Bunschoten-Spakenburg
Inspreker geeft aan dat hij de 150 m dijk ter hoogte van 146-ook na de dijkverbetering (pacht)
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Insprekers verzoeken om een overzicht in het projectplan op te nemen waar de realisatie van waterafvoerende maatregelen nodig is. Tevens wordt verzocht om op te nemen dat de schade zal worden meegenomen in het grondverwervingproces, zodat een compleet beeld van de schades ontstaat. Daarbij wordt door insprekers benadrukt dat zij als eigenaren recht hebben op een volledige schadeloosstelling.
W Verwezen wordt naar §3.1 en 3.6 van de algemene beantwoording. Details over waterafvoerende maatregelen zullen tijdens de DObesteksfase in overleg met inspreker worden bepaald. Inkomensvermogensschade, die inspreker ondergaat als gevolg van de dijkverbetering, zal volledig schadeloos gesteld worden conform de eisen uit de Onteigeningswet..
Insprekers vragen om in het projectplan een detailtekening op te nemen waaruit duidelijk wordt waar en hoe de bouwwegen worden aangelegd. Tevens verzoeken insprekers de bouwweg niet over het erf te laten lopen maar door het weiland achter het erf.
W Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. Aanvullend hierop: op de tekeningen van het projectplan is de werkstrook aangegeven. De werkstrook aan de buitenzijde van de dijk zal worden gebruikt als bouwweg. Omleggen van de bouwweg door het weilhet erf om is hier niet mogelijk, omdat er veel grondverzet nodig is ter plaatse van Eemdijk 26 en de aangrenzende percelen.
Insprekers verzoeken om een nulmeting van de kwaliteit van de grond ter plaatse van de bouwwegen. Tevens verzoeken insprekers dat mocht de kwaliteit van de grond verslechteren als gevolg van de werkzaamheden het waterschap de kosten voor het herstel voor haar rekening zal nemen.
W Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.Het waterschap kan niet voorkomen dat de grondkwaliteit ter plaatse van de bouwwegen wijzigt (verslechtert of verbetert). Dit wordt echter meegenomen in de schadeloosstelling, die voor het gebruik van de rij- en werkstroken wordt overeengekomen.Daarnaast dient op grond van de huidige wetgeving alle nieuw ontstane gevallen van bodemverontreiniging direct gesaneerd te worden. Dus mocht geconstateerd worden dat door lekkage van materieel de bodem verontreinigd is, zal dit worden gesaneerd.
Inspreker doet suggesties voor beheer van de Eem om in samenhang met de dijkverbetering uit te voeren. Inspreker noemt o.a. de nadelen van de damwandbeschoeiing en draagt alternatieven aan.
PU Verwezen wordt naar antwoord 20.2.
Inspreker geeft aan dat hij de 150 m dijk ter hoogte van
-148 in gebruik wil houden ook na de dijkverbetering (pacht)
W Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording.heeft de percelen grenzend aan de dijk inmiddels verkocht. Onderhoud van de dijk ter hoogte van de Eemdijk 146-148 zal aangeboden de huidige eigenaren van deze percelen.
42
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Verwezen wordt naar §3.1 en 3.6 van de algemene beantwoording. Details over waterafvoerende maatregelen zullen tijdens de DO- en
se in overleg met inspreker worden bepaald. Inkomens- en vermogensschade, die inspreker ondergaat als gevolg van de dijkverbetering, zal volledig schadeloos gesteld worden conform de eisen uit de Onteigeningswet.
Nee
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. Aanvullend hierop: op de tekeningen van het projectplan is de werkstrook aangegeven. De werkstrook aan de buitenzijde van de dijk zal worden gebruikt als bouwweg. Omleggen van de bouwweg door het weiland achter het erf om is hier niet mogelijk, omdat er veel grondverzet nodig is ter
Eemdijk 26 en de aangrenzende percelen.
Ja, tekening 11 projectplan.
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. Het waterschap kan niet voorkomen dat de grondkwaliteit ter plaatse van de bouwwegen wijzigt (verslechtert of verbetert). Dit wordt echter meegenomen in de
ng, die voor het en werkstroken
wordt overeengekomen. Daarnaast dient op grond van de huidige wetgeving alle nieuw ontstane gevallen van bodemverontreiniging direct gesaneerd te worden. Dus mocht geconstateerd worden dat door
n materieel de bodem verontreinigd is, zal dit worden
Nee
Verwezen wordt naar antwoord 20.2. Nee
Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording. Inspreker heeft de percelen grenzend aan de dijk inmiddels verkocht. Onderhoud van de dijk ter hoogte van de Eemdijk
148 zal aangeboden worden aan de huidige eigenaren van deze
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
43
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
33.2 Inspreker geeft aan dat de provincie nu een jaagpad onder eigendom heeft (t.h.v. M 493) en heeft er bezwaar tegen dat bij verbreding van de dijk het jaagpad van de provincie aan de dijk blijft vastzitten en ook opschuift.
34.1 G. Vermeer Zuidereind 6 3741 LG Baarn
Inspreker verzoekt om duidelijkheid over de afwatering van zijn naar de op te hogen weg.
34.2 Inspreker heeft een nieuw hek hek in goede staat kan blijven.
35 A.Trip, Meanderziekenhuis Postbus 1502 3800 BM Amersfoort
Inspreker geeft aan dat het verleggen van de waterkering geen nadelige hebben voor de planning van de bouw van het Meanderziekenhuis. Indien de uitvoering van de waterkering geschiedt voor medio september 2013 wordt verzocht om de logistieke afstemming met de aannemer van Meander te laten gebeuren. Verwacht wordttot een aanvaardbare oplossing wordt gekomen zonder kosten of tijdgevolg voor Meander.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker geeft aan dat de provincie nu een jaagpad onder aan de dijk in eigendom heeft (t.h.v. M 493) en heeft er bezwaar tegen dat bij verbreding van de dijk het jaagpad van de provincie aan de dijk blijft vastzitten en ook opschuift.
W Verwezen wordt naar §3.3 van de algemene beantwoording.Ter hoogte van dp 1provincie een strook grond tussen waterkering en buitendijks perceel van inspreker in eigendom. Deze strook wordt door inspreker als jaagpad aangeduid. Door verbreding van de dijk, zal deze strook grond aangekocht moeten worden. Het jaagpad is bestaande waarde, die na afronding van de dijkverbetering hersteld dient te worden. Zodoende zal het jaagpad hersteld worden op ongeveer dezelfde locatie als het huidige jaagpad. In overleg met de bewoners en de provincie kunnen tijdens de DObesteksfase afspraken worden gemaakt over de afrasteringen en bebording om overlast als gevolg van het gebruik van het jaagpad beperken.
Inspreker verzoekt om duidelijkheid over de afwatering van zijn perceel naar de op te hogen weg.
W Verwezen wordt naar §3.6 van de algemene beantwoording. Details over waterafvoerende maatregelen zullen tijdens de DObesteksfase in overleg met inspreker worden bepaald.
Inspreker heeft een nieuw gemaakt en vraagt of dit
hek in goede staat kan blijven.
W Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.Het betreft een gemetseld hekwerk dat dicht langs de weg is gebouwd. De weg zal worden opgehoogd, waardoor het hekwerk niet gehandhaafd kan worden. Verwijdering en reconstructie van het hek zijn opgenomen als onderdeel van de schadeloosstelling.
Inspreker geeft aan dat het verleggen van de waterkering geen nadelige gevolgen mag hebben voor de planning van de bouw van het Meanderziekenhuis. Indien de uitvoering van de waterkering geschiedt voor medio september 2013 wordt verzocht om de logistieke afstemming met de aannemer van Meander te laten gebeuren. Verwacht wordt dat tot een aanvaardbare oplossing wordt gekomen zonder kosten of tijdgevolg voor Meander.
W De bouw van het Meanderziekenhuis verkeerd inmiddels in de afrondende fase. Ter plaatse van het ziekenhuis zal de dijkverbetering begin 2014 starten. Zodoende is aannemelijk dat de beide projecten elkaar nadelig beïnvloeden. Desalniettemin zal het waterschap tijdens de besteksvoorbereiding en realisatie de planning en logistiek met Meanderziekenhuis afstemmen.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Verwezen wordt naar §3.3 van de algemene beantwoording. Ter hoogte van dp 192 heeft de provincie een strook grond tussen waterkering en buitendijks perceel van inspreker in eigendom. Deze strook wordt door inspreker als jaagpad aangeduid. Door verbreding van de dijk, zal deze strook grond aangekocht moeten worden. Het jaagpad is een bestaande waarde, die na afronding van de dijkverbetering hersteld dient te worden. Zodoende zal het jaagpad hersteld worden op ongeveer dezelfde locatie als het huidige jaagpad. In overleg met de bewoners en de provincie kunnen tijdens de DO- en
ksfase afspraken worden gemaakt over de afrasteringen en bebording om overlast als gevolg van het gebruik van het jaagpad te
Nee
Verwezen wordt naar §3.6 van de algemene beantwoording.
Details over waterafvoerende maatregelen zullen tijdens de DO- en besteksfase in overleg met inspreker
Nee
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. Het betreft een gemetseld hekwerk dat dicht langs de weg is gebouwd. De weg zal worden opgehoogd, waardoor het hekwerk niet gehandhaafd kan worden. Verwijdering en reconstructie van het hek zijn opgenomen als onderdeel van de schadeloosstelling.
Nee
De bouw van het Meanderziekenhuis verkeerd inmiddels in de afrondende fase. Ter plaatse van het ziekenhuis zal de dijkverbetering begin 2014 starten. Zodoende is het niet aannemelijk dat de beide projecten elkaar nadelig beïnvloeden. Desalniettemin zal het waterschap tijdens de besteksvoorbereiding en realisatie de planning en logistiek met Meanderziekenhuis afstemmen.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
36.1 H.Jurriën Eemdijk 134 3754 NL Eemdijk
Inspreker verzoekt de dijk enkele meters om te leggen zodat zijn pand buiten de dijkzone komt te liggen, aangezien het pand volgens de huidige regelgeving anders niet kan worden herbouwd.
36.2 Inspreker verzoekt tevens om het dijktalud flauwer aan te leggen vanwege het gemak van maaien, voorbeeld profiel 189 1:4
36.3 Daarnaast verzoekt inspreker om de sloot te behouden, vanwege de natuurlijke afscheiding met naburige percelen en de verhoging van het woongenot in de vorm van meer huis.
36.4 Inspreker wil graag het gehele dijkstuk blijven pachten schapen.
36.5 Inspreker doet de suggestie om de huidige toegang tot gepachte dijkvak ook te gebruiken voor toegang voor het waterschap.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker verzoekt de dijk enkele meters om te leggen zodat zijn pand buiten de dijkzone komt te liggen, aangezien het pand volgens de huidige regelgeving anders niet kan worden herbouwd.
W In het m.e.r. is voor het betreffende dijktraject een dijkverleggalternatief uitgewerkt (zie § 4.8.4 m.e.r.). Een grote meerderheid van de bewoners van Eemdijk 134 t/m 152 heeft bij de gesprekken in de ontwerpfase een voorkeur uitgesproken voor verbetering op de huidige locatie (zie § 8.2.6, blz 214 m.e.r). Tijdens het uitvoeren van herberekeningen in het voorjaar van 2013 is echter gebleken dat de binnenwaartse stabiliteit van de dijk ter plaatse van dp 188 onvoldoende is. Zodoende wordt de dijk ter hoogte van Eemdijk 134 enkele meters richting de Eem verlegd. Hierdoor worden de t(her)bouwmogelijkhedenvan Eemdijk 134 aanzienlijk groter.
Inspreker verzoekt tevens om het dijktalud flauwer aan te leggen vanwege het gemak van maaien, voorbeeld profiel 189 1:4
W De waterkering is zo ontworpen dat onderhoud goed mogelijk is, een taludhelling van 1:3 is goed te maaien en is daarom het uitgangspunt. Een talud van 1:4 vergt een groter ruimtebeslag dan een talud van 1:3. Om buitendijkse ruimtebeslag niet onnodig te vergroten, wordt ter plaatse van dp 188 vastgehouden aan een talud van 1:3.
Daarnaast verzoekt inspreker om de sloot te behouden, vanwege de natuurlijke afscheiding met naburige percelen en de verhoging van het woongenot in de vorm van meer natuur rond het huis.
W De sloot is vanuit waterhuishoudkundig oogpunt niet noodzakelijk. Bovendien is door de dijkverlegging (zie 36.2) en aanberming ter plaatse van buitendijks ruimtebeslag dusdanig groot dat het buitendijks gelegen perceel aanzienlijk smaller wordt. Bij het hergraven van de sloot zou het perceel dusdanig smal worden dat het onbruikbaar wordt. Op grond van deze overwegingen wordt de sloot niet hergraven.
Inspreker wil graag het gehele dijkstuk blijven pachten vanwege de schapen.
W Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording.Het deel van de dijk ter hoogte van de woning zal het waterschap afronding vande dijkverbetering inspreker aanbieden om in onderhoud te nemen middels een onderhoudscontrackwaliteit van de grasmat isvan schapen op de dijk na dijkverbetering niet meer toegestaan Dit in verband met het ontstaan van ligplekken en schapenpaadje
Inspreker doet de suggestie om de huidige toegang tot het gepachte dijkvak ook te gebruiken voor toegang voor het waterschap.
W Zie antwoord 4.3 en §3.2 van de algemene beantwoording.Het betreft een dijkvak dat werd verhuurd, niet verpacht. Bij het opstellen van onderhoudsovereenkomst worden indien nodig afspraken vastgelegd over de wijze van toegang door het waterschap.
44
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
In het m.e.r. is voor het betreffende dijktraject een dijkverlegging als alternatief uitgewerkt (zie § 4.8.4 m.e.r.). Een grote meerderheid van de bewoners van Eemdijk 134 t/m 152 heeft bij de gesprekken in de ontwerpfase een voorkeur uitgesproken voor verbetering op de huidige locatie (zie § 8.2.6, blz 214
ens het uitvoeren van herberekeningen in het voorjaar van 2013 is echter gebleken dat de binnenwaartse stabiliteit van de dijk ter
188 onvoldoende is. Zodoende wordt de dijk ter hoogte van Eemdijk 134 enkele meters richting de
Hierdoor worden de toekomstige (her)bouwmogelijkheden ter plaatse van Eemdijk 134 aanzienlijk groter.
Ja, tekening 11 projectplan.
De waterkering is zo ontworpen dat onderhoud goed mogelijk is, een taludhelling van 1:3 is goed te maaien en is daarom het uitgangspunt. Een talud van 1:4 vergt een groter ruimtebeslag dan een talud van 1:3. Om buitendijkse ruimtebeslag niet
groten, wordt ter plaatse van dp 188 vastgehouden aan een
Nee
waterhuishoudkundig oogpunt niet noodzakelijk. Bovendien is door de dijkverlegging (zie 36.2) en aanberming ter plaatse van dp 188 het buitendijks ruimtebeslag dusdanig groot dat het buitendijks gelegen
nzienlijk smaller wordt. Bij het hergraven van de sloot zou het perceel dusdanig smal worden dat het onbruikbaar wordt. Op grond van deze overwegingen wordt de sloot niet
Nee
Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording. Het deel van de dijk ter hoogte van de woning zal het waterschap na afronding vande dijkverbetering aan inspreker aanbieden om in onderhoud te nemen middels een onderhoudscontract. Omwille van de kwaliteit van de grasmat is het houden
op de dijk na niet meer toegestaan .
Dit in verband met het ontstaan van ligplekken en schapenpaadje
Nee
Zie antwoord 4.3 en §3.2 van de algemene beantwoording. Het betreft een dijkvak dat werd verhuurd, niet verpacht. Bij het
onderhoudsovereenkomst worden afspraken vastgelegd
over de wijze van toegang door het
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
45
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
36.6 Tenslotte verzoekt inspreker om enkele herplanten langs de nieuwe slootkant.
37 A.J.W. van Veldhuizen Weerhorsterweg 5 3828 PD Hoogland
Inspreker verzoekt de sloot rechtdoor te trekken tussen dijkpaal 298 en 300 bij de Coelhorsterwetering zodat geen grond behoeft te worden aangekocht door het waterschap. Inspreker heeft dit verzoek tevens op 16 april 2010 reeds aan het waterschap voorgeleg
38.1 Hengelsportverenig-ing Hoop op Geluk D.Wever Postbus 1108 3860 BC Nijkerk .
MER hfdstk 6 Dijkverbeter-plan hfdstk 3 Arhemheense zeedijk
Inspreker geeft aan dat in het MER op blz. 124, tabel 6.8 de recreatieve functie vissen is opgenomen, maar dat de huidige visplaatsen en het plantenvrije water langs de Arkemheense Zeedijk niet vermeld zijn. In hoofdstuk 3 van het dijkverbeterplan ontbreekt de recreatieve functie sportvissen in het algemeen langs de dijken en specifiek langs deArkemheense zeedijk. Inspreker verzoekt om de visstoepen op te nemen in het dijkverbeterplan en in de uitvoering weer te realiseren.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Tenslotte verzoekt inspreker om enkele knotwilgen te herplanten langs de nieuwe slootkant.
W Zie antwoord 4.3 In het profiel van de waterkering mogen geen bomen staan. In overleg met inspreker en andere belanghebbenden kan gezocht worden naar mogelijkheden buiten het profiel van de waterkering.
Inspreker verzoekt de sloot rechtdoor te trekken tussen dijkpaal 298 en 300 bij de Coelhorsterwetering zodat geen grond behoeft te worden aangekocht door het waterschap. Inspreker heeft dit verzoek tevens op 16 april 2010 reeds aan het waterschap voorgelegd.
W Verwezen wordt naar §3.3 van de algemene beantwoording.Ter plaatse van het perceel van inspreker hebben de Coelhorsterwetering en de kadastrale grens een grillig verloop. Vanuit de dijkverbetering moet binnendijks een berm aangelegd worden, waardoor halverwege perceel van inspreker de Coelhorsterwetering verleworden in noordelijke richting. Zodoende dient hier ook grond aangekocht te worden van inspreker. De schadeloosstelling die inspreker ontvangt voor de verkoop van gronden en de tijdelijke werkstroken is erop gericht de inkomensvermogenspositie van inspreker niet te verminderen. Het belang van een veilige dijk weegt zwaarder dan het individuele belang van inspreker. Gezien de schadeloosstelling en het gebruik van een deel van de dijk na dijkverbetering zijn de belangen van inspreker voldoende gewaarborgd.
Inspreker geeft aan dat in het MER op blz. 124, tabel 6.8 de recreatieve functie vissen is opgenomen, maar dat de huidige visplaatsen en het plantenvrije water langs de Arkemheense Zeedijk niet vermeld zijn. In hoofdstuk 3 van het dijkverbeterplan ontbreekt de recreatieve functie sportvissen in het algemeen langs de dijken en specifiek langs de Arkemheense zeedijk. Inspreker verzoekt om de visstoepen op te nemen in het dijkverbeterplan en in de uitvoering weer te realiseren.
W In het dijkverbeterplan worden niet alle aanwezige recreatieve functies rond de waterkering in detail beschreven. In H3 worden ze in algemene zin genoemd. In §5.2 en §5.3 is opgenomen dat de aanwezige visstoepen gehandhaafd en/of teruggebracht worden.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
In het profiel van de waterkering mogen geen bomen staan. In overleg met inspreker en andere
kan gezocht worden naar mogelijkheden buiten het profiel van de waterkering.
Nee
Verwezen wordt naar §3.3 van de algemene beantwoording. Ter plaatse van het perceel van inspreker hebben de Coelhorsterwetering en de kadastrale grens een grillig verloop. Vanuit de dijkverbetering moet binnendijks een berm aangelegd worden, waardoor halverwege perceel van inspreker de Coelhorsterwetering verlegd dient te worden in noordelijke richting. Zodoende dient hier ook grond aangekocht te worden van inspreker. De schadeloosstelling die inspreker ontvangt voor de verkoop van gronden en de tijdelijke werkstroken is erop gericht de inkomens- en
sitie van inspreker niet te
Het belang van een veilige dijk weegt zwaarder dan het individuele belang van inspreker. Gezien de schadeloosstelling en het gebruik van een deel van de dijk na dijkverbetering zijn de belangen van inspreker
nde gewaarborgd.
Nee
In het dijkverbeterplan worden niet alle aanwezige recreatieve functies rond de waterkering in detail beschreven. In
worden ze in algemene zin
opgenomen dat de aanwezige visstoepen gehandhaafd en/of teruggebracht worden.
Ja, §5.2 en §5.3 van het projectplan
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
38.2 MER hfdstk 6 Dijkverbeter-plan hfdstk 3 Putterzeedijk
Inspreker geeft aan dat in het MER op blz. 124, tabel 6.8 de recreatieve functie vissen is opgenomen, maar dat de huidige visplaatsen en hetplantenvrije water langs de Putter zeedijk niet vermeld zijn. In hoofdstuk 3 van het dijkverbeterplan ontbreekt de recreatieve functie sportvissen in het algemeen langs de dijken en specifiek langs de Putterzeedijk ontbreek de visstoep voor de Delta SchuiInspreker verzoekt om de visstoep op te nemen in het dijkverbeterplan en in de uitvoering weer te realiseren.
39.1 Staatsbosbeheer West mw. Ir. A.M. Roessen Postbus 58174 1040 HD Amsterdam
Inspreker stelt in het voortraject niet intensief betrokken te zijn.
39.2 De wijze van invulling van de natuurcompensatieplicht is niet volgens regels EHS compensatiebeginsel. Inspreker is het oneens met de stelling dat wanneer geen bestemmingsplanwijziging nodig is, er ook geen compensatieplicht is.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker geeft aan dat in het MER op blz. 124, tabel 6.8 de recreatieve functie vissen is opgenomen, maar dat de huidige visplaatsen en het plantenvrije water langs de Putter zeedijk niet vermeld zijn. In hoofdstuk 3 van het dijkverbeterplan ontbreekt de recreatieve functie sportvissen in het algemeen langs de dijken en specifiek langs de Putterzeedijk ontbreek de visstoep voor de Delta Schuitenbeek. Inspreker verzoekt om de visstoep op te nemen in het dijkverbeterplan en in de uitvoering weer te realiseren.
W De Putter Zeedijk is geen onderdeel meer van het projectplan. Het opnemen en herplaatsen van de bestaande visstoep is zodoende niet aan de orde.
Inspreker stelt in het voortraject niet intensief betrokken te zijn.
PU/W Staatsbosbeheer is uitgenodigd om zitting te nemen in de externe adviesgroep en is daarvan ook agendalid geweest. Staatsbosbeheer heeft daar zelf maar heel beperkt gebruik van gemaakt. Daarnaast is Staatsbosbeheer uitgenodigd voor de ontwerpateliers. Er was dus ruim voldoende gelegenheid voor betrokkenheid.
De wijze van invulling van de natuurcompensatieplicht is niet volgens regels EHS compensatiebeginsel. Inspreker is het oneens met de stelling dat wanneer geen bestemmingsplanwijziging nodig is, er ook geen compensatieplicht is.
PU De EHS-toetsing in opdracht van het waterschap is volgens de beleidsregels van de provinciale verordening uitgevoerd. Dit is terug te vinden in de rapportage "EHS toetsing Dijkversterking zuidelijke randmeerdijken". EHS-toetsing is volgens de beleidsregels niet nodig voor maatregelen die binnen een bestemmingsplan passen. Voor de dijkversterking passen alleen de maatregelen ter plekke van de de Grebbeliniedijk niet in het vigerende bestemmingsplan. De EHS toetsing heeft opgeleverd dat hier significante negatieve effecten zijn te verwachten. Om deze effecten teniet te doen zijn in het dijkversterkingsplan d.m.v. een zogenaamd 'plusplan' maatregelen opgenomen. Het ‘plusplan’ richt zich, behalve op effecten die juridisch gezien niet toelaatbaar zijn,ook op het daar waaropheffen van overige negatieve effecten op natuurwaarden.
46
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
De Putter Zeedijk is geen onderdeel meer van het projectplan. Het opnemen en herplaatsen van de bestaande visstoep is zodoende niet
Nee
Staatsbosbeheer is uitgenodigd om zitting te nemen in de externe
daarvan ook agendalid geweest. Staatsbosbeheer heeft daar zelf maar heel beperkt gebruik van gemaakt. Daarnaast is Staatsbosbeheer uitgenodigd voor de ontwerpateliers. Er was dus ruim voldoende gelegenheid voor
Nee
toetsing in opdracht van het waterschap is volgens de beleidsregels van de provinciale verordening uitgevoerd. Dit is terug te vinden in de rapportage "EHS toetsing Dijkversterking zuidelijke
toetsing is volgens de
s niet nodig voor maatregelen die binnen een bestemmingsplan passen. Voor de dijkversterking passen alleen de maatregelen ter plekke van de de Grebbeliniedijk niet in het vigerende bestemmingsplan. De EHS toetsing heeft opgeleverd dat hier significante
atieve effecten zijn te verwachten. Om deze effecten teniet te doen zijn in het dijkversterkingsplan d.m.v. een zogenaamd 'plusplan' maatregelen opgenomen. Het ‘plusplan’ richt zich, behalve op effecten die juridisch gezien niet toelaatbaar zijn,
t daar waar mogelijk opheffen van overige negatieve effecten op natuurwaarden.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
47
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
39.3 Inspreker wijst op het verdwijnen van rietzones en vindt de mitigerende maatregelen hiervoor onvoldoende.
39.4 Nattere graslandtypen worden vervangen door bloemrijke graslanden. Inspreker ziet dit niet als compensatie.
39.5 Inspreker maakt bezwaar tegen de afname van areaal in de Poldermaten en stelt voor om in het proces van grondaankoop en overdracht Poldermaten af te ronden als natuur. Voorts ziet inspreker mogelijkheden om met nieuw inrichtingsplan voor De Kampleveren aan behoefte aan klei voor dijkversterking.
40 Gemeente Bunschoten dhr. P. de Bourgraaf Postbus 200 3750 GE Bunschoten-Spakenburg
Hoofdstuk 5 paragraaf 5.5
Muurconstructie Oude Schans heeft niet de voorkeur. Inspreker stelt flexibele constructie voor zoals rondom de haven is toegepast. Argumenten zijn: toegankelijkheid achterliggende stegen en panden, historisch beeld en beheer en onderhoud weg.
41 A. HoolwerfEemdijk 32 3754 NH Eemdijk
projectplan Inspreker heeft reeds eerder aangegeven dat nabij zijn perceel een bocht in de dijk zit, inspreker wil dit getrokken zien. Bij een rechtdoorgetrokken dijk krijgt inspreker een vlak stuk achter de woning zodat het terras niet in de dijk komt. Inspreker wil aanpassing van het plan.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wijst op het verdwijnen van rietzones en vindt de mitigerende maatregelen hiervoor onvoldoende.
PU De rietzones die verdwijnen worden door het waterschap teruggebracht door het aanbrengen van vooroevers (1,5 maal het huidige oppervlak). Daarmee doet het waterschap meer dan de wettelijk verplichte maatregelen. In het plan zijn ook voorwaarden opgenomen om herontwikkeling van riet langs de dijktrajecten te laten slagen.
Nattere graslandtypen worden vervangen door bloemrijke graslanden. Inspreker ziet dit niet als compensatie.
PU De voorgestelde compensatie en mitigatiemaatregelen bestaan uit een reeks van maatregelen waardoor geen significante effecten op de EHS optreden. Dit betekent niet dat in alle gevallen exact dezelfde natuurwaarden worden teruggebracht, maar wel minimaal gelijkwaardig. In gevallen dat niet gelijkwaardig kon worden gecompenseerd is kwantitatief gecompenseerd (bijv d.m.v. bloemrijke graslanden).
Inspreker maakt bezwaar tegen de afname van areaal in de Poldermaten en stelt voor om in het proces van grondaankoop en overdracht Poldermaten af te ronden als natuur. Voorts ziet inspreker mogelijkheden om met nieuw inrichtingsplan voor De Kampen een bijdrage te leveren aan behoefte aan klei voor dijkversterking.
PU/W Het verlies van areaal in de Poldermaten hoeft formeel niet te worden gecompenseerd omdat het bestemmingsplan van Bunschoten de activiteiten toelaat. Wel vindt mitigatie plaats zoals beschreven in 39.2 t/m 39.4. Voor het proces van grondaankoop wordt verwezen naar §3.3 van de algemene beantwoording.In de grondverwervingsgesprekken met de door het waterschap ingehuurde rentmeester kan deze wens ingebracht worden en wordt bekeken of het haalbaar is. Voor de winning en bruikbaarheid van klei uit de omgeving loopt momenteel een onderzoek. Dit richt zich met name op de gebieden Wolkenberg en Bruggematen.
Muurconstructie Oude Schans heeft niet de voorkeur. Inspreker stelt flexibele constructie voor zoals rondom de haven is toegepast. Argumenten zijn: toegankelijkheid achterliggende stegen en panden, historisch beeld en beheer en onderhoud weg.
W Zie antwoord 17 .
Inspreker heeft reeds eerder aangegeven dat nabij zijn perceel een bocht in de dijk zit, inspreker wil dit rechtdoor getrokken zien. Bij een rechtdoorgetrokken dijk krijgt inspreker een vlak stuk achter de woning zodat het terras niet in de dijk komt. Inspreker wil aanpassing van het plan.
W Het rechttrekken van de dijk is niet nodig ten behoeve van de dijkverbetering. Bovendien vindt er al een asverschuiving van de waterkering plaats waarmee er voor belanghebbende binnendijks extra ruimte gecreëerd wordt.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
De rietzones die verdwijnen worden door het waterschap teruggebracht door het aanbrengen van vooroevers (1,5 maal het huidige oppervlak).
doet het waterschap meer dan de wettelijk verplichte maatregelen. In het plan zijn ook voorwaarden opgenomen om herontwikkeling van riet langs de dijktrajecten te laten slagen.
Nee
De voorgestelde compensatie en mitigatiemaatregelen bestaan uit een reeks van maatregelen waardoor geen significante effecten op de EHS
. Dit betekent niet dat in alle gevallen exact dezelfde natuurwaarden worden teruggebracht, maar wel minimaal gelijkwaardig. In gevallen dat niet gelijkwaardig kon worden gecompenseerd is kwantitatief gecompenseerd (bijv d.m.v. bloemrijke
Nee
Het verlies van areaal in de Poldermaten hoeft formeel niet te worden gecompenseerd omdat het bestemmingsplan van Bunschoten de activiteiten toelaat. Wel vindt mitigatie
zoals beschreven in 39.2 t/m 39.4. Voor het proces van grondaankoop wordt verwezen naar §3.3 van de algemene beantwoording. In de grondverwervingsgesprekken met de door het waterschap ingehuurde rentmeester kan deze wens ingebracht worden en wordt
of het haalbaar is. Voor de winning en bruikbaarheid van klei uit de omgeving loopt momenteel een onderzoek. Dit richt zich met name op de gebieden Wolkenberg en
Nee
Ja, blz 57 en tekening 7A projectplan
Het rechttrekken van de dijk is niet nodig ten behoeve van de
etering. Bovendien vindt er al een asverschuiving van de waterkering plaats waarmee er voor belanghebbende binnendijks extra ruimte gecreëerd wordt.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
42.1 A. Hoolwerf Eemdijk 32 3754 NH Eemdijk
projectplan Inspreker heeft bezwaar tegen verhoging van de dijk, wegens afbreuk aan ruimtelijk gevoel. Als inspreker geweten had dat de dijk zou worden verhoogd, had hij het hoger gebouwd. Waarde huis zal afnemen.
42.2 Inspreker is bang voor schade: trillingen etc door werkzaamheden.
42.3 inspreker veiligheid kinderen: buitenspelen, naar school fietsen.
42.4 Inspreker zal worden geschaad in privacy.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker heeft bezwaar tegen verhoging van de dijk, wegens afbreuk aan ruimtelijk gevoel. Als inspreker geweten had dat de dijk zou worden verhoogd, had hij het huis hoger gebouwd. Waarde huis zal afnemen.
W De woning van inspreker is gelegen nabij dwarsprofiel 166 (tekening 11 projectplan). De ontwerp kruinhoogte van de waterkering is circa 30 cm hoger dan de bestaande hoogte. De nieuwe dijkhoogte volgt uit de wettelijke veiligheidseisen. De afname van het ruimtelijk gevoel als gevolg van de dijkverhoging wordt gemitigeerd door de asverschuiving van de waterkering, waardoor de dijk verder van de woning zal komen te liggen. Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.
Inspreker is bang voor schade: trillingen etc door werkzaamheden.
W Voor de omgang met schade wordt verwezen naar §3.1 van de algemene beantwoording en naar hoofdstuk 7 van het dijkverbeterplan.Van de woningen en schuren voor de uitvoering van het werk door een schadedeskundige vooropnames gemaakt (foto's en meten). Het waterschap zal de uitvoering van de dijkverbetering op zodanige wijze uitvoeren dat schade aan bezittingen van derden zoveel mogelijk wordt voorkomen. Als desalniettemin blijkt dat als gevolg van de uitvoering van de dijkverbetering schade ontstaat aan bezittingen van derden, dan zal de schade door een onafhankelijk taxateur worden vastgesteld en vergoed door het waterschap.
inspreker vreest voor veiligheid kinderen: buitenspelen, naar school fietsen.
W Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.Van de aannemer wordt geëist dat hij zijn werk zo organiseert dat het bouwterrein veilig is. Daarnaast zal het transport voor de dijkverbetering plaatsvinden langs de buitenzijde van de dijk. De openbare weg in het dorp Eemdijk zal niet worden gebruikt door werkverkeer. Daar waar de openbare weg wel gebruikt wordt (bijvoorbeeld tussen de Bisschopsweg en Eemdijk) zullen verkeersmaatreworden om de verkeersveiligheid te waarborgen.
Inspreker zal worden geschaad in privacy.
W Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.Tijdens de uitvoering zal gewerkt worden aan de dijk, grenzend aan het perceel van de inspreker. Ook al zullen de werkzaamheden niet plaatsvinden op het huiskavel van inspreker, zal beperkte aantasting van de privacy van inspreker tijdens de uitvoering onvermijdelijk zijn. Het algemeen belang van een veilige dijk weegt echter zwaarder dan het persoonlijk belang van inspreker.
48
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
De woning van inspreker is gelegen nabij dwarsprofiel 166 (tekening 11 projectplan). De ontwerp kruinhoogte van de waterkering is circa 30 cm hoger dan de bestaande hoogte. De nieuwe dijkhoogte volgt uit de
ttelijke veiligheidseisen. De afname van het ruimtelijk gevoel als gevolg van de dijkverhoging wordt gemitigeerd door de asverschuiving van de waterkering, waardoor de dijk verder van de woning zal komen te
Verwezen wordt naar §3.1 van de beantwoording.
Nee
Voor de omgang met schade wordt verwezen naar §3.1 van de algemene beantwoording en naar hoofdstuk 7 van het dijkverbeterplan. Van de woningen en schuren worden voor de uitvoering van het werk door een schadedeskundige vooropnames gemaakt (foto's en meten). Het waterschap zal de uitvoering van de dijkverbetering op zodanige wijze uitvoeren dat schade aan bezittingen van derden zoveel mogelijk wordt
n. Als desalniettemin blijkt dat als gevolg van de uitvoering van de dijkverbetering schade ontstaat aan bezittingen van derden, dan zal de schade door een onafhankelijk taxateur worden vastgesteld en vergoed door het waterschap.
Nee
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. Van de aannemer wordt geëist dat hij zijn werk zo organiseert dat het bouwterrein veilig is. Daarnaast zal het
ijkverbetering plaatsvinden langs de buitenzijde van de dijk. De openbare weg in het dorp Eemdijk zal niet worden gebruikt door werkverkeer. Daar waar de openbare weg wel gebruikt wordt (bijvoorbeeld tussen de Bisschopsweg en Eemdijk) zullen verkeersmaatregelen getroffen worden om de verkeersveiligheid te
Nee
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. Tijdens de uitvoering zal gewerkt worden aan de dijk, grenzend aan het perceel van de inspreker. Ook al zullen de werkzaamheden niet plaatsvinden op het huiskavel van inspreker, zal beperkte aantasting van de privacy van inspreker tijdens de
ermijdelijk zijn. Het algemeen belang van een veilige dijk weegt echter zwaarder dan het persoonlijk belang van inspreker.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
49
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
43.1 W. Huygen Eemdijk 25 3754 NC Eemdijk
Ontwerptekening 11 projectplan
Inspreker wil dijkomlegging zodat schuur nabij 26 3 meter richting dijk uitgebouwd wordt.
43.2 Inspreker wil dat oude dijk afgegraven wordt zodat ruimte behouden parkeerruimte.
43.3 Inspreker wenst dat inrit zo wordt aangepast dat strook tussen dijk en schuur toegankelijk blijft.
43.4 Inspreker wenst gebruik dijk en berm ter hoogte van de schuur te behouden.
43.5 Inspreker wenst duidelijkheid over toegang perceel BST01M826.
43.6 Inspreker wenst pacht te houden van dijk tussen Van Dishoeck en de camping.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wil dijkomlegging zodat schuur nabij 26 3 meter richting dijk uitgebouwd wordt.
W De schuur is conform de keurvergunning op 3 meter afstand uit de bestaande dijk gebouwd. Door de dijkverlegging zal de afstand tussen de schuur en de dijk toenemen, waardoor ook de mogelijkheden om de schuur uit te bouwen worden vergroot. De regels omtrent(uit)bouwen van opstallen bij de dijk zijn uitgewerkt in de beleidsregels. Eind 2013 wordt, gelijktijdig met de nieuwe Keur, een nieuwe set beleidsregels vastgesteld.
Inspreker wil dat oude dijk afgegraven wordt zodat ruimte behouden blijft voor parkeerruimte.
W Verwezen wordt naar §3.4 van de algemene beantwoording. Afgraven van de bestaande dijk zal tijdens de DO- en besteksfase nader uitgewerkt worden. Belangrijk hierbij is dat de toekomstige binnendijkse maaiveldhoogtes van de verspercelen op elkaar aangesloten worden.
Inspreker wenst dat inrit zo wordt aangepast dat strook tussen dijk en schuur toegankelijk blijft.
W De overrit ten behoeve van het buitendijkse perceel behorende bij Eemdijk 26 wordt niet op het eigendom van inspreker aangelegd. Hiermee zal de strook grond tussen de schuur en de oprit niet worden versmald.
Inspreker wenst gebruik dijk en berm ter hoogte van de schuur te behouden.
W Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording.
Inspreker wenst duidelijkheid over toegang perceel BST01M826.
W Om de ontsluiting van perceel BST01M826 te waarborgen zal een strook grond van inspreker aangekocht worden. Dit is reeds tot uiting gekomen in de bieding van 1804-2013.
Inspreker wenst pacht te houden van dijk tussen Van Dishoeck en de camping.
W Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording.Het bedoelde stuk dijk inspreker gehuurd van het waterschap. Na dijkverbetering zal het waterschap het desbetreffende deel van de dijk zelf gaan onderhouden.Het onderhoud van de delen van de dijk, die niet grenzen aan huiskavels, zal erop gericht zijn om enerzijds een erosiebestendige grasmat te waarborgen en anderzijds de natuurwaarden te versterken. Daarom kiest het waterschap ervoor om deze delen van de dijk zelf in onderhoud te nemen. Om deze doeeen flexibele vorm van beheer en onderhoud noodzakelijk, welke het meest efficiënt en effectief door het waterschap zelf uitgevoerd kan worden.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
De schuur is conform de keurvergunning op 3 meter afstand uit de bestaande dijk gebouwd. Door de dijkverlegging zal de afstand tussen de schuur en de dijk toenemen, waardoor ook de mogelijkheden om de schuur uit te bouwen worden vergroot. De regels omtrent het (uit)bouwen van opstallen bij de dijk zijn uitgewerkt in de beleidsregels. Eind 2013 wordt, gelijktijdig met de nieuwe Keur, een nieuwe set beleidsregels vastgesteld.
Nee
Verwezen wordt naar §3.4 van de algemene beantwoording. Afgraven van de bestaande dijk zal tijdens de
en besteksfase nader uitgewerkt worden. Belangrijk hierbij is dat de toekomstige binnendijkse maaiveldhoogtes van de verschillende percelen op elkaar aangesloten
Nee
De overrit ten behoeve van het buitendijkse perceel behorende bij Eemdijk 26 wordt niet op het eigendom van inspreker aangelegd. Hiermee zal de strook grond tussen de schuur en de oprit niet worden
Ja, zie tekening 11 projectplan
Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording.
Nee
Om de ontsluiting van perceel waarborgen zal een
strook grond van inspreker aangekocht worden. Dit is reeds tot uiting gekomen in de bieding van 18-
Ja, zie tekening 11 projectplan
wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording. Het bedoelde stuk dijk werd door inspreker gehuurd van het waterschap. Na dijkverbetering zal het waterschap het desbetreffende deel van de dijk zelf gaan onderhouden. Het onderhoud van de delen van de
ie niet grenzen aan huiskavels, zal erop gericht zijn om enerzijds een erosiebestendige grasmat te waarborgen en anderzijds de natuurwaarden te versterken. Daarom kiest het waterschap ervoor om deze delen van de dijk zelf in onderhoud te nemen. Om deze doelen te bereiken is een flexibele vorm van beheer en onderhoud noodzakelijk, welke het meest efficiënt en effectief door het waterschap zelf uitgevoerd kan
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
43.7 Inspreker wil schadevergoeding voor sloop oude schuur en uitbouw nieuwe schuur.
44.1 G.J. van Rossum Trompstraat 2 3752 CV Bunschoten
Inspreker wil aandacht voor lage ligging en afwatering van zijn perceel.
44.2 Inspreker wil aandacht voor zijn plannen om recreatiewoning te vervangen.
44.3 Inspreker wenst aandacht voor ophoging van zijn perceel.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wil schadevergoeding voor sloop oude schuur en uitbouw nieuwe schuur.
W Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.De oude schuur staat op eigendom van het waterschap en er is geen recht van opstal gevestigd voor deze schuur op naam van inspreker. Een schadevergoeding voor de sloop van deze schuur is dan ook niet aan de orde. De bouw van de nieuwe schuur is getoetst aan de toen geldende normen en de huidige ligging van de dijk. Ten tijde van de bouw van deze schuur was niet bekend dat de dijk verbeterd diende te worden, laat staan dat een asverschuiving zou plaatsvinden. Door de asverschuiving van de dijk kan de schuur na afloop van de dijkverbetering uitgebouwd worden. Hiermee worden de mogelijkheden voor inspreker vergroot ten opzichte van de huidige situatie. Inspreker is dus niet benadeeld ten tijde van de bouw van de schuur en wordt niet benadeeld als gevolg van deasverschuiving van de dijk. Een schadevergoeding voor uitbouw van de nieuwe schuur is dus eveneens niet aan de orde.
Inspreker wil aandacht voor lage ligging en afwatering van zijn perceel.
W Het perceel is buitendijks gelegen en is inderdaad lager gelegen dan de naastgelegen percelen. De situatietekening wordt hier op aangepast. De dijkverbetering zal niet leiden tot een significante verslechtering van de afwatering. Desalnietteming zal het wade DO- en besteksfase in overleg met inspreker maatregelen uitwerken om wateroverlast te beperken.
Inspreker wil aandacht voor zijn plannen om recreatiewoning te vervangen.
W De bouwplannen dienen afgestemd te worden op de eisen die volgen uit de nieuwe waterkering, de keur en met de gemeente (bestemmingsplan). De dijkverbetering wordt op zodanige wijze uitgevoerd dat het bouwblok voor de recreatiewoning, zoals opgenomen in het book daadwerkelijk gebouwd kan worden.
Inspreker wenst aandacht voor ophoging van zijn perceel.
W Het ophogen van het perceel is geen onderdeel van de dijkverbetering. Als inspreker voornemens is zelf zijn perceel op te hogen, hiervoor onder anderewatervergunning aan te vragen. Bij toetsing van de aanvraag zal worden beoordeeld wat de gevolgen zijn voor de veiligheid van de dijk, de uitvoering van de dijkverbetering en de gevolgen voor de afwatering van aangrepercelen.
50
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. De oude schuur staat op eigendom van het waterschap en er is geen recht van opstal gevestigd voor deze schuur op naam van inspreker. Een schadevergoeding voor de sloop van deze schuur is dan ook niet aan de
De bouw van de nieuwe schuur is an de toen geldende normen
en de huidige ligging van de dijk. Ten tijde van de bouw van deze schuur was niet bekend dat de dijk verbeterd diende te worden, laat staan dat een asverschuiving zou plaatsvinden. Door de asverschuiving van de dijk kan de
na afloop van de dijkverbetering uitgebouwd worden. Hiermee worden de mogelijkheden voor inspreker vergroot ten opzichte van de huidige situatie. Inspreker is dus niet benadeeld ten tijde van de bouw van de schuur en wordt niet benadeeld als gevolg van de asverschuiving van de dijk. Een schadevergoeding voor uitbouw van de nieuwe schuur is dus eveneens
Nee
Het perceel is buitendijks gelegen en is inderdaad lager gelegen dan de naastgelegen percelen. De situatietekening wordt hier op aangepast. De dijkverbetering zal niet leiden tot een significante verslechtering van de afwatering. Desalnietteming zal het waterschap in
en besteksfase in overleg met inspreker maatregelen uitwerken om wateroverlast te beperken.
Ja, tekening 12 projectplan en ontgrondingsver-gunning
bouwplannen dienen afgestemd te worden op de eisen die volgen uit de nieuwe waterkering, de keur en met de gemeente (bestemmingsplan). De dijkverbetering wordt op zodanige wijze uitgevoerd dat het bouwblok voor de recreatiewoning, zoals opgenomen in het bestemmingsplan, ook daadwerkelijk gebouwd kan
Nee
Het ophogen van het perceel is geen onderdeel van de dijkverbetering. Als inspreker voornemens is zelf zijn perceel op te hogen, dan dient hij
onder andere een watervergunning aan te vragen. Bij toetsing van de aanvraag zal worden beoordeeld wat de gevolgen zijn voor de veiligheid van de dijk, de uitvoering van de dijkverbetering en de gevolgen voor de afwatering van aangrenzende
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
51
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
44.4 Inspreker wil zijn garage behouden, idem nutsvoorzieningen en oprit.
45.1 J. Roos De Schans 8 3813 TW Amersfoort
De Schans - Woonschepen Amersfoort
Inspreker stelt voor om ter hoogte van de tuin van het meest stroomafwaarts gelegen woonschip, de rest van de voor algemene doeleinden.
45.2 Inspreker stelt dat gemeente toestemming heeft verleend voor plaatsen opstallen, daarom graag schuinte van het dijktalud zo aanpassen dat realisatie opstallen mogelijk is.
45.3 Inspreker wil na dijkverbetering tuin afgewerkt zien met tuinaarde
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wil zijn garage behouden, idem nutsvoorzieningen en oprit.
W Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.De garage is gelegen binnen het nieuwe profiel van de waterkering en kan daarom niet behouden blijven. In het nieuwe bestemmingsplan is een bouwblok opgenomen op het perceel van inspreker, waarin zowel de nieuwe recreatiewoning als de nieuwe garage gebouwd moeten worden.
Inspreker stelt voor om ter hoogte van de tuin van het meest stroomafwaarts gelegen woonschip, de rest van de ruimte te gebruiken voor algemene doeleinden.
W Het waterschap en gemeente hebben de inrichting van de ruimte tussen dijk en beschoeiing in overleg met de betrokken bewoners uitgewerkt. Het bestemmingsplan Maatweg is hierop aangepast.
Inspreker stelt dat gemeente toestemming heeft verleend voor plaatsen opstallen, daarom graag schuinte van het dijktalud zo aanpassen dat realisatie opstallen mogelijk is.
W Inspreker doelt hierbij op de schuine oever tussen de beschoeiing van de Eem en de teen van de dijk. Het is voor de inrichting van de tuinen met opstallen van belang dat de oever uitgevlakt wordt. De afwerking van de oever moet door het waterschap afgestemd worden met de provincie die de beschoeiing langs de Eem gaat vervangen.
Inspreker wil na dijkverbetering tuin afgewerkt zien met tuinaarde
W Dit wordt in DO- en besteksfase in overleg met belanghebbende uitgewerkt.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
naar §3.1 van de algemene beantwoording. De garage is gelegen binnen het nieuwe profiel van de waterkering en kan daarom niet behouden blijven. In het nieuwe bestemmingsplan is een bouwblok opgenomen op het perceel van inspreker, waarin zowel de nieuwe
reatiewoning als de nieuwe garage gebouwd moeten worden.
Nee
Het waterschap en gemeente hebben de inrichting van de ruimte tussen dijk en beschoeiing in overleg met de betrokken bewoners uitgewerkt. Het bestemmingsplan Maatweg is hierop
Nee
Inspreker doelt hierbij op de schuine oever tussen de beschoeiing van de
teen van de dijk. Het is voor de inrichting van de tuinen met opstallen van belang dat de oever uitgevlakt wordt. De afwerking van de oever moet door het waterschap afgestemd worden met de provincie die de beschoeiing langs de Eem gaat
Nee
en besteksfase in overleg met belanghebbende
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
46.1 W. Veerman-van Halteren
Eemdijk 94 3754 NK Eemdijk
Projectplan paragraaf 5.7 pag 64
Inspreker wenst zorgvuldige uitvoering van de maatregelen op pagina 64. Inspreker vindt keuze voor aanlassen alleen acceptabelals eigen aannemer dat doetWil wijziging met zinsnede:'bestaande damwand ophogen'
46.2 Inspreker wil uitvoering voor ophoging damwand en herinrichting tuin in eigen beheer op kosten van waterschap uitvoeren. Inspreker wenst dat bedrijf dat 10 jr geleden damwand heeft geplaatst, dit nu ook doet. Uitvoering maatregel mag niet plaatsvindenapril tot en met september.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wenst zorgvuldige uitvoering van de maatregelen op pagina 64. Inspreker vindt keuze voor aanlassen alleen acceptabel als eigen aannemer dat doet. Wil wijziging met zinsnede:'bestaande damwand ophogen'
W In de tuin bij huisnummer 94 (dp 174+50 m) is medio jaren keurvergunning en op kosten van vergunninghouder een damwand aangebracht als vervanging voor het buitentalud. In het ontwerp DVP werd ervan uitgegaan dat door het verhogen van de damwand de dijk voldoende veilig gemaakt kan worden. Uit recente metingen en onderzoek is echter gebleken dat de damwand inmiddels ca 20 cm is gezakt. Oorzaak hiervan is dat de damwand zweeft in het veen en niet tot aan het pleistocene zand is aangebracht. Door oplassen van deze damwand of het verhogen met een betonnen deksloof zal dan ook niet aan de veiligheidsnormen voldaan worden. Op ontwerptekening 12 is daarom een grondlichaam ingetekend. Dit grondlichaam vergt een groot ruimtebeslag en heeft aanzienlijke consequenties voor de inrichting van de tuin. Echter, dit is een technisch uitvoerbare oplossing, waarmee de dijk voldoende veilig gemaakt kan worden.
Tijdens de DO- en nader worden onderzocht op welke wijze de damwand aangepast kan worden zodat deze kan fungeren als een zelfstandige waterkering. Hierbij moet gedacht worden aan het plaatsen van buispalen, het aanbrengen van een gording en ophogen van de dablijkt dat de kosten voor aanpassing van de damwand gelijk of lager zijn dan de grondoplossing, zal alsnog – in overleg met inspreker gekozen kunnen worden voor aanpassing van de damwand.
Inspreker wil uitvoering voor ophoging damwand en herinrichting tuin in eigen beheer op kosten van waterschap uitvoeren. Inspreker wenst dat bedrijf dat 10 jr geleden damwand heeft geplaatst, dit nu ook doet. Uitvoering maatregel mag niet plaatsvinden van april tot en met september.
W De dijkverbeteringsmaatregelen zijn een onlosmakelijk onderdeel van de dijkverbetering. Het waterschap volgt bij het opdragen van werken de geldende aanbestedingsreglementen en kan vooraf de uitvoering van bepaalde werkzaamheden niet toezeggen aan een specaannemer. Schade aan de tuin als gevolg van de dijkverbetering zal een onderdeel zijn van de schadeloosstelling. Herstel van de tuin na dijkverbetering dient inspreker dan ook zelf te initiëren en dient hiervoor zelf een bedrijf in te schakelen. Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.In het betreffende dijktraject mag er vanwege het stormseizoen niet van november tot april. De werkzaamheden zullen dus uitgevoerd worden vanaf april
52
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
In de tuin bij huisnummer 94 (dp 174+50 m) is medio jaren ’90 met een keurvergunning en op kosten van
een damwand aangebracht als vervanging voor het
itentalud. In het ontwerp DVP werd ervan uitgegaan dat door het verhogen van de damwand de dijk voldoende veilig gemaakt kan worden. Uit recente metingen en onderzoek is echter gebleken dat de damwand inmiddels ca 20 cm is gezakt. Oorzaak
damwand zweeft in het veen en niet tot aan het pleistocene zand is aangebracht. Door oplassen van deze damwand of het verhogen met een betonnen deksloof zal dan ook niet aan de veiligheidsnormen voldaan worden. Op ontwerptekening 12 is daarom een
chaam ingetekend. Dit grondlichaam vergt een groot ruimtebeslag en heeft aanzienlijke consequenties voor de inrichting van de tuin. Echter, dit is een technisch uitvoerbare oplossing, waarmee de dijk voldoende veilig gemaakt kan
en besteksfase zal nader worden onderzocht op welke wijze de damwand aangepast kan worden zodat deze kan fungeren als een zelfstandige waterkering. Hierbij moet gedacht worden aan het plaatsen van buispalen, het aanbrengen van een gording en ophogen van de damwand. Als blijkt dat de kosten voor aanpassing van de damwand gelijk of lager zijn dan de grondoplossing, zal alsnog
in overleg met inspreker – gekozen kunnen worden voor aanpassing van de damwand.
Ja, tekening 12 en paragraaf 4.6.2 projectplan
De dijkverbeteringsmaatregelen zijn een onlosmakelijk onderdeel van de dijkverbetering. Het waterschap volgt bij het opdragen van werken de geldende aanbestedingsreglementen en kan vooraf de uitvoering van bepaalde werkzaamheden niet toezeggen aan een specifieke aannemer. Schade aan de tuin als gevolg van de dijkverbetering zal een onderdeel zijn van de schadeloosstelling. Herstel van de tuin na dijkverbetering dient inspreker dan ook zelf te initiëren en dient hiervoor zelf een bedrijf in te schakelen.
rwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. In het betreffende dijktraject mag er vanwege het stormseizoen niet van november tot april. De werkzaamheden zullen dus uitgevoerd
tot eind oktober.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
53
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
47.1 P. van Halteren Eemdijk 127-129 3754NE Eemdijk
Projectplan paragraaf 5.7 pag 64
Inspreker wenst zorgvuldige uitvoering van de maatregelen Inspreker is eigenaar van de waai (dp 184). Inspreker betwijfelt of een aanberming van zand voor voldoende stabiliteit gaat zorgen. Modder moet eruit gebaggerd worden voordat maatregelen kunnen worden getroffen.Klei moet gebruikt worden.
47.2 tekst bij dp 184 wijzigen: aanberming maken aansluiten op maaiveld
47.3 Inspreker geeft aan dat hekwerk langs de waai en langs grond van waterschap van hem is, wil dat hiermee rekening wordt gehouden.
48.1 Roeivereniging Hemus Dhr.M.J. van der Eijk Postbus 1407 3800 BK Amersfoort
Projectplan paragraaf 5.10
Inspreker geeft aan dat de financiële dekking voor een nieuw gebouw buitendijks rond is en verzoekt het waterschap de verlegging van de primaire waterkering te handhaven, zodat de bouw mogelijk wordt
48.2 Inspreker verzoekt om overleg tijdens de verdere uitwerking om de dijkverlegging en kosten te optimaliseren.
49 L. Hartog Eemdijk 22 3754 NH Eemdijk
Projectplan Inspreker wijst opstallen ter plekke van Eemdijk 20vanwege de dijkversterking moeten worden verplaatst. Inspreker stelt voor de verplaatsing zo aan te passen dat deze worden opgenomen in het landschappelijk geheel, zodat deze geen storend/ontsierend geheel meer vormen in dit gebied.Ook het kavelpad welke thans achter de woningen aanwezig is, is storend.Inspreker doet de suggestie om een deskundige landschapsinrichter in te schakelen voor een passende oplossing.
50.1 Fam. M. de Hondt De Schans 4 3813TW Amersfoort
Projectplan Inspreker verzoekt het waterschap de hoogte van de beschoeiing aan te passen t.b.v. het afmeren van de woonark
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wenst zorgvuldige uitvoering van de maatregelen pagina 64: Inspreker is eigenaar van de waai (dp 184). Inspreker betwijfelt of een aanberming van zand voor voldoende stabiliteit gaat zorgen. Modder moet eruit gebaggerd worden voordat maatregelen kunnen worden getroffen.Klei moet gebruikt worden.
W De werkzaamheden worden zorgvuldig voorbereid en uitgevoerd. In DO- en besteksfase worden de maatregelen in detail uitgewerkt. Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.Zand is in deze situatie het meest geschikte materiaal voor een aanberming onder water. Op basis van geotechnische berekeningen wordt de hoogte en de helling van de berm bepaald. De berm heeft een overhoogte en een flauw onderwatertalud waardoor stabiliteit gewaarborgd is.
tekst bij dp 184 wijzigen: aanberming maken in de waai aansluiten op maaiveld
W In het dijkverbeterplan wordt de tekst gewijzigd in: Op plekken waar wielen erg dicht bij de dijk liggen wordt een aanberming gemaakt.Op tekening 13 wordt de tekst bij dp 184 gewijzigd in: aanberming maken in de waai, aansluitend op maaiveld.
Inspreker geeft aan dat hekwerk langs de waai en langs grond van waterschap van hem is, wil dat hiermee rekening wordt gehouden.
W Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. Voor zover het hek verwijderd dient te worden door de dijkverbetering en op grond van inspreker staat, zal schade en herstel van het hek onderdeel zijn van de schadeloosstelling.
Inspreker geeft aan dat de financiële dekking voor een nieuw gebouw buitendijks rond is en verzoekt het waterschap de verlegging van de primaire waterkering te handhaven, zodat de bouw mogelijk wordt gemaakt.
W De verlegging van de primaire kering ten behoeve van de vestiging van het clubgebouw blijft gehandhaafd in het dijkverbeterplan. In het bestemmingsplan Maatweg is de functie voor dit gebouw opgenomen.
Inspreker verzoekt om overleg tijdens de verdere uitwerking om de dijkverlegging en kosten te optimaliseren.
W Dit wordt in besteksfase in overleg met belanghebbende uitgewerkt.
Inspreker wijst op de opstallen ter plekke van Eemdijk 20-22 en 22b die vanwege de dijkversterking moeten worden verplaatst. Inspreker stelt voor de verplaatsing zo aan te passen dat deze worden opgenomen in het landschappelijk geheel, zodat deze geen storend/ontsierend geheel meer vormen in dit gebied.Ook het kavelpad welke thans achter de woningen aanwezig is, is storend. Inspreker doet de suggestie om een deskundige landschapsinrichter in te schakelen voor een passende oplossing.
W Verwezen wordt naar §3.4 van de algemene beantwoording.Ruimtelijke ordening is primair een taak van de gemeente. Bovendien is op dit traject sprake van veel, soms tegenstrijdige, belangen. Het primaire doel van het waterschap is de aanleg van een veilige waterkering. Hierin voorziet het projectplan. Desalniettemin probeert het waterschap waar mogelijk meerwaarde te creëren. Het voorstel van inspreker wordt doorgegeven aan de projectleider van de DO besteksfase.
Inspreker verzoekt het waterschap de hoogte van de beschoeiing aan te passen t.b.v. het afmeren van de woonark
W/PU De provincie is de beheerder van de beschoeiing. Het waterschap provincie verzocht dit met het waterschap, gemeente en belanghebbenden af te stemmen. Zie ook antwoord 45.2
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
rkzaamheden worden zorgvuldig voorbereid en uitgevoerd.
en besteksfase worden de maatregelen in detail uitgewerkt. Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. Zand is in deze situatie het meest geschikte materiaal voor een
er water. Op basis van geotechnische berekeningen wordt de hoogte en de helling van de berm bepaald. De berm heeft een overhoogte en een flauw onderwatertalud waardoor stabiliteit
Nee
In het dijkverbeterplan wordt de tekst gewijzigd in: Op plekken waar wielen erg dicht bij de dijk liggen wordt een aanberming gemaakt. Op tekening 13 wordt de tekst bij dp 184 gewijzigd in: aanberming maken
ansluitend op maaiveld.
Ja, blz 64 projectplan en tekening 13
Verwezen wordt naar §3.1 van de beantwoording. Voor zover
het hek verwijderd dient te worden door de dijkverbetering en op grond van inspreker staat, zal schade en herstel van het hek onderdeel zijn van de schadeloosstelling.
Nee
De verlegging van de primaire kering ten behoeve van de vestiging van het clubgebouw blijft gehandhaafd in het
In het bestemmingsplan Maatweg is de functie voor dit gebouw
Nee
Dit wordt in besteksfase in overleg met belanghebbende uitgewerkt.
Nee
Verwezen wordt naar §3.4 van de ene beantwoording.
Ruimtelijke ordening is primair een taak van de gemeente. Bovendien is op dit traject sprake van veel, soms tegenstrijdige, belangen. Het primaire doel van het waterschap is de aanleg van een veilige waterkering. Hierin
ectplan. Desalniettemin probeert het waterschap waar mogelijk meerwaarde te creëren. Het voorstel van inspreker wordt doorgegeven aan de projectleider van de DO –en
Nee
De provincie is de beheerder van de beschoeiing. Het waterschap heeft de
dit met het waterschap, gemeente en belanghebbenden af te stemmen. Zie
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
50.2 Inspreker verzoekt het waterschap de dijkvoet zo ver mogelijk naar achteren (van het water af) te leggen ter compensatie van de beperktere woonsituatie
50.3 Inspreker geeft gemeente toestemming heeft gegeven voor het plaatsen van opstallen. Inspreker wil deze mogelijkheid behouden na de dijkverbetering.
50.4 Inspreker wenst invloed te hebben bij de reconstructie van de tuinaanleg.
50.5 Inspreker wil in de nieuwe situatie goede afmeervoorzieningen voor de woonark
50.6 Inspreker stelt voor de overgebleven ruimte bij Schans 6 in te richten als gemeenschappelijke tuin.
50.7 Inspreker stelt dat de bomen in de tuin van Schans 4 en Schans 6 geen gevaar vormen voor de veiligheid van de dijk en daarom kunnen worden behouden.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker verzoekt het waterschap de dijkvoet zo ver mogelijk naar achteren (van het water af) te leggen ter compensatie van de beperktere woonsituatie
W Om de vestiging van roeivereniging Hemus en de ontsluiting van de woonschepen mogelijk te maken wordt de waterkering verlegd. Hiermee komt meer ruimte beschikbaar tussen de teen van de waterkering en oever van de Eem. Het waterschap en gemeente zullen de inrichting van de ruimte tussen dijk en beschoeiing in overleg met de betrokken bewoners uitwerken. Zie ook antwoord 9B.1
Inspreker geeft aan dat gemeente toestemming heeft gegeven voor het plaatsen van opstallen. Inspreker wil deze mogelijkheid behouden na de dijkverbetering.
W Zie antwoord 9B1 en 45.1.In ontwerpgesprekken met de woonbootbewoners zijn afspraken gemaakt over de tuinen en opDeze afspraken zijn verwerkt in het dijkverbeterplan en het bestemmingsplan Maatweg.
Inspreker wenst invloed te hebben bij de reconstructie van de tuinaanleg.
W Zie 50.3.
Inspreker wil in de nieuwe situatie goede afmeervoorzieningen voor de woonark
W Zie antwoord 50.1 en 50.3.
Inspreker stelt voor de overgebleven ruimte bij Schans 6 in te richten als gemeenschappelijke tuin.
W Zie antwoord 45.1
Inspreker stelt dat de bomen in de tuin van Schans 4 en Schans 6 geen gevaar vormen voor de veiligheid van de dijk en daarom kunnen worden behouden.
W Alle bomen binnen het profiel van de nieuwe waterkering dienen gekapt te worden. Buitendijks dient klei ingegraven te worden en vindt verplaatsing en inpassing van de 4 woonschepen plaats. Om deze werkzaamheden uit te kunnen voeren dienen een aantal bomen gekapt te worden. Deze bomen zijn geïnventariseerd en voor de kap van deze bomen is een aanvulling op deomgevingsvergunning aangevraagd bij de gemeente Amersfoort. Deze vergunning wordt ter inzage gelegd. Zie ook antwoord 9A.1.Zie ook paragraaf 2.5 van deze nota
54
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Om de vestiging van roeivereniging Hemus en de ontsluiting van de woonschepen mogelijk te maken wordt de waterkering verlegd. Hiermee
beschikbaar tussen de teen van de waterkering en oever van de Eem. Het waterschap en gemeente zullen de inrichting van de ruimte tussen dijk en beschoeiing in overleg met de betrokken bewoners uitwerken. Zie ook antwoord 9B.1
Nee
Zie antwoord 9B1 en 45.1. In ontwerpgesprekken met de woonbootbewoners zijn afspraken gemaakt over de tuinen en opstallen. Deze afspraken zijn verwerkt in het dijkverbeterplan en het bestemmingsplan Maatweg.
Ja, tekening 23 projectplan
Ja, tekening 23 projectplan
Zie antwoord 50.1 en 50.3. Nee
Nee
Alle bomen binnen het profiel van de nieuwe waterkering dienen gekapt te worden. Buitendijks dient klei ingegraven te worden en vindt verplaatsing en inpassing van de 4 woonschepen plaats. Om deze werkzaamheden uit te kunnen voeren dienen een aantal bomen gekapt te worden. Deze bomen zijn geïnventariseerd en voor de kap van deze bomen is een aanvulling op de omgevingsvergunning aangevraagd bij de gemeente Amersfoort. Deze vergunning wordt ter inzage gelegd. Zie ook antwoord 9A.1. Zie ook paragraaf 2.5 van deze nota
Ja, Omgevingsver-gunning onderdeel Kap (Grebbeliniedijk)
Nota van beantwoording van de zienswijzen
55
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
51.1 E.R.l. Dekker Neonweg 38 3812 RH Amersfoort
Projectplan pg 45
Inspreker wil dat rekening wordt gehouden met woongenot van woonschipbewoners en de gebruiksmogelijkheden niet worden beperkt of belast met een uitstervingsbeleid.
51.2 Inspreker vraagt zich af of het gebruik van de loswal bij de Havenwegvanwege de geplande aanleg van ligplaatsen voor woonschepen
52.1 Dhr. D. Meeuwis Maatweg 1 3754 LX Eemdijk
Mer paragraaf 7.6 Projectplan 5.7
Inspreker gaat in op de geplande verwijdering van de coupure. Hierdoor komt parkeerruimte voor 3in gedrang en voorzieningen worden getroffenInspreker vraagt verder om voorzieningen tegen wateroverlast doordat de weg over de dijk direct grenst aan de tuin. Ook geeft inspreker aan dat daardoor de afrastering/hekwerk dient te worden verplaatst/vernieu
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wil dat rekening wordt gehouden met woongenot van woonschipbewoners en dat de gebruiksmogelijkheden niet worden beperkt of belast met een uitstervingsbeleid.
W/GA Inspreker is niet direct belanghebbende. Zijn woonschip is aan de overzijde van de Eem gelegen en daar vinden geen dijkverbetermaatregelen plaats.De huidige situatie van de woonschepen op de Grebbeliniedijk conflicteert met de beheerbaarheid en veiligheid van de dijk. Met de uitvoering van de dijkverbetering wordt er een situatie gerealiseerd waarin een veilige en beheerbare waterkering samen gaat met een woonsituatplanologisch en juridisch goed geborgd is. De woonschepen zijn in het bestemmingsplan van de gemeente Amersfoort opgenomen waarmee de ligging van het schip en de tuin planologisch verankerd is. Voor zover tuinen van woonschepen gelegen zijn binnen dvan de waterkering zal het Waterschap in overleg met betrokkene bepalen over welke breedte en onder welke condities gebruik van de waterkering mogelijk is.
Inspreker vraagt zich af of het gebruik van de loswal bij de Havenweg niet achterhaald is vanwege de geplande aanleg van ligplaatsen voor woonschepen
W Het gebruik van de loswal bij de Havenweg is achterhaald. De tekening is hier op aangepast.In het dijkverbeterplan (blz 10kaart bijlage 5) zijn mogelijkeaanlegplaatsen voor per schip aan te voeren klei aangegevenlocaties zijn nog niet bekend en worden bepaald in overleg met gemeente en provincie. Het waterschap is op de hoogte van de geplande aanleg van ligplaatsen voor woonschepen aan de Havenweg en houdt daar rekening mee bij het kiezen van de uiteindel
Inspreker gaat in op de geplande verwijdering van de coupure. Hierdoor komt parkeerruimte voor 3-4 auto's in gedrang en moeten nieuwe voorzieningen worden getroffen Inspreker vraagt verder om voorzieningen tegen wateroverlast doordat de weg over de dijk direct grenst aan de tuin. Ook geeft inspreker aan dat daardoor de afrastering/hekwerk dient te worden verplaatst/vernieuwd.
W In de huidige situatie is er sprake van een overrit met een lage coupure. Ter plaatse van Maatweg 1 vindt er een asverschuiving van de waterkering plaats en een beperkte ophoging (20 cm). Door de asverschuiving wijzigt de binnendijkse situatie met paontsluiting niet. Door de asverschuiving van de dijk zullen parkeerplaatsen aan de buitenzijde van de dijk wel worden verwijderd. In overleg met inspreker zal het waterschap tijdens DObesteksfase onderzoeken of en zo ja waar deze parkeerplateruggebracht kunnen worden.Verwezen wordt naar §3.1en §3.6 van de algemene beantwoording.Op 14-02-2013 is biedingsbrief verstuurd.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Inspreker is niet direct belanghebbende. Zijn woonschip is aan de overzijde van de Eem gelegen en daar vinden geen dijkverbetermaatregelen plaats.
ie van de woonschepen op de Grebbeliniedijk conflicteert met de beheerbaarheid en veiligheid van de dijk. Met de uitvoering van de dijkverbetering wordt er een situatie gerealiseerd waarin een veilige en beheerbare waterkering samen gaat met een woonsituatie die planologisch en juridisch goed geborgd is. De woonschepen zijn in het bestemmingsplan van de gemeente Amersfoort opgenomen waarmee de ligging van het schip en de tuin planologisch verankerd is. Voor zover tuinen van woonschepen gelegen zijn binnen de invloedszone van de waterkering zal het Waterschap in overleg met betrokkene bepalen over welke breedte en onder welke condities gebruik van de waterkering mogelijk is.
Nee
Het gebruik van de loswal bij de Havenweg is achterhaald. De tekening is hier op aangepast. In het dijkverbeterplan (blz 101 en kaart bijlage 5) zijn mogelijke
voor per schip aan te aangegeven. Exacte
locaties zijn nog niet bekend en worden bepaald in overleg met gemeente en provincie. Het waterschap is op de hoogte van de geplande aanleg van ligplaatsen voor woonschepen aan de Havenweg en houdt daar rekening mee bij het kiezen van de uiteindelijke locatie.
Ja in projectplan en kaart bijlage 5
In de huidige situatie is er sprake van een overrit met een lage coupure. Ter plaatse van Maatweg 1 vindt er een asverschuiving van de waterkering plaats en een beperkte ophoging (20 cm). Door de asverschuiving wijzigt de binnendijkse situatie met parkeren en
Door de asverschuiving van de dijk zullen parkeerplaatsen aan de buitenzijde van de dijk wel worden verwijderd. In overleg met inspreker zal het waterschap tijdens DO- en besteksfase onderzoeken of en zo ja waar deze parkeerplaatsen teruggebracht kunnen worden. Verwezen wordt naar §3.1en §3.6 van de algemene beantwoording.
2013 is biedingsbrief
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
52.2 Inspreker wijst op de ingrijpende gevolgen van dijkverlegging t.p.v. Maatweg 1 waardoor diverse opstallen moeten worden verplaatst. Inspreker doet verder een suggestie over de wijze waarop de grens met het perceel Maatweg 3 moet worden vormgegeven.
52.3 Inspreker wenst de huidige hoeveelheid vlakke grond behouden en wil de bestaande breedte van het terras aanhouden.
53.1 Kanovereniging Keistad Dhr. D. Kramer Postbus 671 3800 AR Amersfoort
Projectplan paragraaf 5.10
Inspreker vraagt zich af wat de (verzekeringtechnische) consequenties zijn van de dijkomlegging ter plekke van Ringweg de Koppel. Hierdoor komen de gebouwen van de kanovereniging buitendijks te liggen. Inspreker wil weten hoe met schade wordt omgegaan doordat:op overstroming van de huidige gebouwen groter is dan bij binnendijkse ligging.in geval van nvervangende bouw eerst opgehoogd moet worden.
53.2 Inspreker wijst er op dat ook de gemeente plannen heeft voor dit gebied. Daarbij dreigt het scheppen van voldoende en veilige verkeersparkeervoorzieningen een knelpunt te worden. Inspreker vraagt zich af of de verlegging van de waterkering dit knelpunhoe hiermee wordt omgegaan?
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wijst op de ingrijpende gevolgen van dijkverlegging t.p.v. Maatweg 1 waardoor diverse opstallen moeten worden verplaatst. Inspreker doet verder een suggestie over de wijze waarop de grens met het perceel Maatweg 3 moet worden vormgegeven.
W Verwezen wordt naar §3.1 en §3.3 van de algemene beantwoording.Als gevolg van de versterking van de dijk en de asverschuiving dient de buitendijks gelegen paardenstal afgebroken te worden. Gezien de kadastrale situatie lijkt herbouw buitendijks vooralsnog nieDit gegeven zal worden verwerkt in de schadeloosstelling voor inspreker. Over de vormgeving van de grens tussen Maatweg 1 en 3 kunnen tijdens de DO- en besteksfase nadere afspraken gemaakt worden. Belangrijke randvoorwaarde voor de inrichting is echter wel de Keur, waardoor op de kruin, het buitentalud en de aanberming de inrichting beperkt zal blijven tot een erosiebestendige grasmat en een door het waterschap te plaatsen hek.
Inspreker wenst de huidige hoeveelheid vlakke grond te behouden en wil de bestaande breedte van het terras aanhouden.
W Verwezen wordt naar §3.2 en §3.4 van de algemene beantwoording.Door de asverschuiving van de dijk richting de Eem ontstaat langs de woning een breder ‘plat vlak’, waardoor het bestaande behouden kan worden.
Inspreker vraagt zich af wat de (verzekeringtechnische) consequenties zijn van de dijkomlegging ter plekke van Ringweg de Koppel. Hierdoor komen de gebouwen van de kanovereniging buitendijks te liggen. Inspreker wil weten hoe met schade wordt omgegaan doordat:- de kans op overstroming van de huidige gebouwen groter is dan bij binnendijkse ligging.- in geval van nieuwbouw of vervangende bouw eerst opgehoogd moet worden.
W Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. De gebouwen komen buitendijks te liggen, maar het vloerpeil ligt boven de ontwerpwaterstand. Zolang de huidige waterkering op niveau hebben de gebouwen het zelfde beschermingsniveaudijkverbetering. In §7.2b van het projectplan is beschreven hoe het waterschap met nadeelcompensatie omgaat. Het waterschap laat een onafhankelijke rentmeester onderzoeken hoe in deze sieventuele schade wordt omgegaan.
Inspreker wijst er op dat ook de gemeente plannen heeft voor dit gebied. Daarbij dreigt het scheppen van voldoende en veilige verkeers- en parkeervoorzieningen een knelpunt te worden. Inspreker vraagt zich af of de verlegging van de waterkering dit knelpunt zal verergeren en hoe hiermee wordt omgegaan?
W De waterkering komt te liggen in de berm tussen de Ringweg Koppel en de Stuw, hiervoor is een beperkte ophoging van de berm (maximaal 20 cm) nodig. In de plannen van de gemeente wordt een deel van deze berm ingericht als parkeerstrook. Het ontwerp van de waterkering is hier op afgestemd. De parkeerproblematiek wordt niet verergerd.
56
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
ezen wordt naar §3.1 en §3.3 van de algemene beantwoording. Als gevolg van de versterking van de dijk en de asverschuiving dient de buitendijks gelegen paardenstal afgebroken te worden. Gezien de kadastrale situatie lijkt herbouw buitendijks vooralsnog niet mogelijk. Dit gegeven zal worden verwerkt in de schadeloosstelling voor inspreker. Over de vormgeving van de grens tussen Maatweg 1 en 3 kunnen tijdens
en besteksfase nadere afspraken gemaakt worden. Belangrijke randvoorwaarde voor de
is echter wel de Keur, waardoor op de kruin, het buitentalud en de aanberming de inrichting beperkt zal blijven tot een erosiebestendige grasmat en een door het waterschap te plaatsen hek.
Nee
Verwezen wordt naar §3.2 en §3.4 van de algemene beantwoording. Door de asverschuiving van de dijk richting de Eem ontstaat langs de woning een breder ‘plat vlak’, waardoor het bestaande terras behouden kan worden.
Nee
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. De gebouwen komen buitendijks te liggen, maar het vloerpeil ligt boven de ontwerpwaterstand. Zolang de huidige
op niveau blijft liggen hebben de gebouwen het zelfde beschermingsniveau als voor de
. In §7.2b van het projectplan is beschreven hoe het waterschap met nadeelcompensatie omgaat. Het waterschap laat een onafhankelijke rentmeester onderzoeken hoe in deze situatie met eventuele schade wordt omgegaan.
Nee
De waterkering komt te liggen in de berm tussen de Ringweg Koppel en de Stuw, hiervoor is een beperkte ophoging van de berm (maximaal 20 cm) nodig. In de plannen van de gemeente wordt een deel van deze berm ingericht als parkeerstrook. Het ontwerp van de waterkering is hier op afgestemd. De parkeerproblematiek wordt niet verergerd.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
57
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
54 Waterschap Vallei & Eem Postbus 330 3830 AJ Leusden
projectplan Inspreker wil duidelijker aangeven welke gronden nodig zijn om een veilige dijk te kunnen aanleggen,onderhouden, zodat belanghebbenden beter inzicht gevolgen zijn voor hun eigendom.daarom graag een verduidelijking van de teksten over grondverwerving en over beheer en onderhoud. Het waterschap wil specifieker onderbouwen en beschrijvenverwerven zijde veiligheid en het beheer en onderhoud van de primaire waterkering.
55.1a G. van Dijk ’t Hazeveld 19 3862XA Nijkerk
projectplan De kans van opstuwing bij het Nuldernauw lijkt volgens inspreker kleiner dan bij het Nijkerkernauw. Inspreker gaat er van uit dat de noodzaak van maatregelen niet meer ter discussie staat.
55.1b Inspreker vraagt zich af waarom er geen EHS toets is uitgevoerd voor het Gelderse deel en geen omgevingsvergunningen van toepassing zijn in het Gelderse.
55.2 Inspreker ziet de introductie van natuurtechnisch beheer op het stuk tussen Nulde en de Laak als positief, maar vraagt wel om nadere uitwerking met het oog op de natuursteenbestorting en bijbehorende korstmossen, zodat deze niet onder het gras verdwijnen.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wil duidelijker aangeven welke gronden nodig zijn om een veilige dijk te kunnen aanleggen, beheren en onderhouden, zodat belanghebbenden beter inzicht krijgen in wat de gevolgen zijn voor hun eigendom. Het waterschap wil daarom graag een verduidelijking van de teksten over grondverwerving en over beheer en onderhoud. Het waterschap wil specifieker onderbouwen en beschrijven welke gronden te verwerven zijn in verband met de veiligheid en het beheer en onderhoud van de primaire waterkering.
W Verwezen wordt naar §2.2 en §3.3 van de algemene beantwoording.De teksten over beheer en onderhoud van de dijk zijn verduidelijkt. Daarnaast is specifieker beschreven en onderbouwd welke verworven moeten worden. Tenslotte is op de ontwerptekeningen aangegeven welke gronden verworven moeten worden en welke grontijdelijke rij- en werkstroken nodig zijn.
De kans van opstuwing bij het Nuldernauw lijkt volgens inspreker kleiner dan bij het Nijkerkernauw. Inspreker gaat er van uit dat de noodzaak van maatregelen niet meer ter discussie staat.
W Zie antwoord 21.1. De opstuwing die berekend is voor de dijken langs het Nuldernauw en de rest van het project heeft een jaarlijkse kans van voorkomen van 1/1250e. De daarbij horende maximale waterstand verschilt per dijktraject. Op het Nijkerkernauw hoort hier een veel hogere waterstand bij dan op het Nuldernauw. Inmiddels is via nieuwe toetsen gebleken dat de Putterzeedijk niet meer verbeterd hoeft te
Inspreker vraagt zich af waarom er geen EHS toets is uitgevoerd voor het Gelderse deel en geen omgevingsvergunningen van toepassing zijn in het Gelderse.
W De provincie Gelderland heeft aangegeven dat voor het Gelderse deel van de waterkering een EHStoets niet nodig is. In paragraaf 6.1.6 van het dijkverbeterplan wordt hier verder op ingegaan.Uit vergunningenoverleg met de gemeenten Nijkerk en Putten is gebleken dat er binnen die gemeenten geen dijkverbeterwerkzaamheden plaats vinden waar een omgevingsvergunning voor nodig is.
Inspreker ziet de introductie van natuurtechnisch beheer op het stuk tussen Nulde en de Laak als positief, maar vraagt wel om nadere uitwerking met het oog op de natuursteenbestorting en bijbehorende korstmossen, zodat deze niet onder het gras verdwijnen.
W Het waterschap stelt een onderhoudsplan op voor de waterkering waarin uitgewerkt wordt hoe met waardevolle vegetatie omgegaan wordt. Met het huidige beheer is er sprake van verruiging van de vegetatie, dit heeft een negatieve uitwerking op de ontwikkeling van korstmossen. Het waterschap respecteert de ecologische en cultuurhistorische waarde van de steenbekleding. Inmiddels is het waterschap begonnen om de steenbekleding te ontdoen van de verruigde vegetatie zonder de korstmossen te verwijdern en zal dit proces in de toekomstig periodiek herhalen.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Verwezen wordt naar §2.2 en §3.3 van de algemene beantwoording. De teksten over beheer en onderhoud van de dijk zijn verduidelijkt. Daarnaast is specifieker beschreven en onderbouwd welke gronden verworven moeten worden. Tenslotte is op de ontwerptekeningen aangegeven welke gronden verworven moeten worden en welke gronden als
en werkstroken nodig zijn.
Ja, tekeningen, §6.4 en §7.1 van het projectplan
Zie antwoord 21.1. De opstuwing die berekend is voor de dijken langs het Nuldernauw en de rest van het project heeft een jaarlijkse kans van
van 1/1250e. De daarbij horende maximale waterstand verschilt per dijktraject. Op het Nijkerkernauw hoort hier een veel hogere waterstand bij dan op het
Inmiddels is via nieuwe toetsen gebleken dat de Putterzeedijk niet meer verbeterd hoeft te worden.
Nee
De provincie Gelderland heeft aangegeven dat voor het Gelderse
waterkering een EHS-toets niet nodig is. In paragraaf 6.1.6 van het dijkverbeterplan wordt hier verder op ingegaan. Uit vergunningenoverleg met de gemeenten Nijkerk en Putten is gebleken dat er binnen die gemeenten geen dijkverbeterwerkzaamheden
nden waar een omgevingsvergunning voor nodig is.
Nee
Het waterschap stelt een onderhoudsplan op voor de waterkering waarin uitgewerkt wordt hoe met waardevolle vegetatie
Met het huidige beheer is er sprake
an de vegetatie, dit heeft een negatieve uitwerking op de ontwikkeling van korstmossen. Het waterschap respecteert de ecologische en cultuurhistorische waarde van de steenbekleding. Inmiddels is het waterschap begonnen om de steenbekleding te ontdoen van e verruigde vegetatie zonder de
korstmossen te verwijdern en zal dit proces in de toekomstig periodiek
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
55.3 Inspreker brengt naar voren dat het terugplaatsen van rietkragen niet altijd succesvol is.
55.4 Inspreker geeft aan dat er op de Oostdijk en Arkenheemse Zeedijk veel lancetbladig kruiskruid voorkomt en dat dit bijzonder is voor dit gebied. Inspreker verwacht dat door de voorgenomen aanberming veel groeiplaatsen verdwijnen en doet daarom de suggestie om zaad te verzamelen en later weer te verspreiden.
55.5 Inspreker doet aanbevelingen voor de Westdijk voor herstel en behoud vkruisdistelpopulatie (beweiding, verzamelen zaad, deels aangepast beheer).
56 Stichting Gelderse Milieufederatie Jansbuitensingel 14 6811 AB Arnhem
M.e.r./ projectplan H 1., 4. Bijlagen 3 en 4.
Inspreker stelt vraagtekens bij de wijze van toepassen van een robuustheidtoeslag en stelt dat deze onnodig is. Inspreker verzoekt het waterschap het ontwerp hierop aan te passen zodat een groter deel van delandschappelijke, cultuurhistorische en natuurwaarden kan worden behouden.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker brengt naar voren dat het terugplaatsen van rietkragen niet altijd succesvol
W Omdat ontwikkeling van rietvegetatie niet altijd succesvol is wordt er 1,5 maal het verdwenen oppervlak gecompenseerd en worden er eisen gesteld aan de wijze waarop het planten plaats moet vinden. Ten slotte worden deze werkzaamheden door een ecologisch toezichthouder begeleid.
Inspreker geeft aan dat er op de Oostdijk en Arkenheemse Zeedijk veel lancetbladig kruiskruid voorkomt en dat dit bijzonder is voor dit gebied. Inspreker verwacht dat door de voorgenomen aanberming veel groeiplaatsen verdwijnen en doet daarom de suggestie om zaad te verzamelen en later weer te verspreiden.
W Lancetbladig kruiskruid is een vrij zeldzame soort van soort is geen doelsoort voor het dijkgrasland. Het is niet uit te sluiten dat de geplande dijkverbetermaatregelen (aanberming) een tijdelijk negatief effect hebben op de standplaats. Door het aanbrengen van een bredere rietzone kan deze soort zich op natuurlijke wijze herstellen aan de nieuwe teen van de dijk. Het waterschap onderzoekt in besteksfase of het verzamelen en verspreiden van zaad uitvoerbaar is.
Inspreker doet aanbevelingen voor de Westdijk voor herstel en behoud van de kruisdistelpopulatie (beweiding, verzamelen zaad, deels aangepast beheer).
W Kruisdistel is een hooggewaardeerde doelsoort voor dijkengrasland. De soort is kenmerkend voor soortenrijk hooiland waar onderhoud door maaien en afvoeren plaats vindt. Ook extensief beweide dijken komt de soort regelmatig voor. Op de Westdijk zal na dijkverbetering waterstaatkundig beheer toegepast worden. Dit bestaat uit één beweidingsrondes per jaar met twee maai- en afvoerronde. Het waterschap onderzoekt in besteksfaseverzamelen en verspreiden van zaad uitvoerbaar is en zal in het onderhoudsplan uitwerken hoe deze soort zich kan herstellen/ontwikkelen op de waterkering.
Inspreker stelt vraagtekens bij de wijze van toepassen van een robuustheidtoeslag en stelt dat deze onnodig is. Inspreker verzoekt het waterschap het ontwerp hierop aan te passen zodat een groter deel van de landschappelijke, cultuurhistorische en natuurwaarden kan worden behouden.
W De waterkeringen zijn getoetst op basis van de nu geldende hoogwaterstanden; dat zijn waterstanden zonder toeslagen. Delen die niet aan de wettelijke eisen voldoen moeten verbetehet ontwerpen van verbetermaatregelen wordt het wettelijk voorgeschreven ontwerpinstrumentarium toegepast. In deze ontwerpvoorschriften wordt het meenemen van robuustheidstoeslagen voorgeschreven. Door de toepassing van een robuustheidstoeslwaterkering een langere levensduur en wordt bewerkstelligd dat plaatsen waar toch al werkzaamheden nodig zijn daarna voor lange tijd ongemoeid kunnen blijven. Dit is gunstig voor de ontwikkeling van natuurwaarden.Geen grondverwerving nodig
58
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Omdat ontwikkeling van rietvegetatie niet altijd succesvol is wordt er 1,5 maal het verdwenen oppervlak gecompenseerd en worden er eisen
jze waarop het planten plaats moet vinden. Ten slotte worden deze werkzaamheden door een ecologisch toezichthouder
Nee
Lancetbladig kruiskruid is een vrij zeldzame soort van rietruigte. Deze soort is geen doelsoort voor het dijkgrasland. Het is niet uit te sluiten
dijkverbetermaatregelen (aanberming) een tijdelijk negatief effect hebben op de standplaats. Door het aanbrengen van een bredere rietzone kan deze
ort zich op natuurlijke wijze herstellen aan de nieuwe teen van de
Het waterschap onderzoekt in besteksfase of het verzamelen en verspreiden van zaad uitvoerbaar is.
Nee
Kruisdistel is een hooggewaardeerde doelsoort voor dijkengrasland. De soort is kenmerkend voor soortenrijk hooiland waar onderhoud door maaien en afvoeren plaats vindt. Ook op extensief beweide dijken komt de soort regelmatig voor. Op de Westdijk zal na dijkverbetering waterstaatkundig beheer toegepast worden. Dit bestaat uit één beweidingsrondes per jaar met twee
en afvoerronde. Het waterschap onderzoekt in besteksfase of het verzamelen en verspreiden van zaad uitvoerbaar is en zal in het onderhoudsplan uitwerken hoe deze soort zich kan herstellen/ontwikkelen
Nee
De waterkeringen zijn getoetst op basis van de nu geldende hoogwaterstanden; dat zijn waterstanden zonder toeslagen. Delen die niet aan de wettelijke eisen voldoen moeten verbeterd worden. Bij het ontwerpen van verbetermaatregelen wordt het wettelijk voorgeschreven ontwerpinstrumentarium toegepast. In deze ontwerpvoorschriften wordt het
robuustheidstoeslagen voorgeschreven. Door de toepassing van een robuustheidstoeslag heeft de waterkering een langere levensduur en wordt bewerkstelligd dat plaatsen waar toch al werkzaamheden nodig zijn daarna voor lange tijd ongemoeid kunnen blijven. Dit is gunstig voor de ontwikkeling van natuurwaarden. Geen grondverwerving nodig
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
59
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
57 P.R. Hilhorst Zuidereind 25 3741 LG Baarn
projectplan, deel eemlandse dijk
Inspreker uit zijn zorgen over de voorgenomencompensatie ter hoogte van zijn weiland. Inspreker vreest dat dit muggen en ganzen aantrekt en dat dit consequenties heeft voor zijn bedrijfsvoering.
58 Z Beukers (namens bewoners Zuidereind) Zuidereind 17 3741 LG Baarn
projectplan 4.7 en 6.4
Insprekers maken bezwaar tegen de voorgenomen beheervorm van de Eemlandse dijk en vrezen dat daardoor het mooie en gevarieerde beeld van de huidige dijk zal verdwijneDaarnaast geven insprekers aan dat de voorgenomen verwijdering van afrasteringen zal zorgen voor overlast.Insprekers stellen daarom voor de huidige vorm van beheer voort te zetten.
59.1 Z Beukers Zuidereind 17 ? 19 3741 LG Baarn
projectplan Inspreker gaatvoorgenomen maatregelen bij de waai/kolk bij dijkpaal 222,5. Inspreker vraagt zich af waarom sprake is van een aanberming rondom de waai en of aanberming niet alleen nodig is voor het deel dat direct aan de weg gelegen is.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker uit zijn zorgen over de voorgenomen compensatie ter hoogte van zijn weiland. Inspreker vreest dat dit muggen en ganzen aantrekt en dat dit consequenties heeft voor zijn bedrijfsvoering.
W De natuurcompensatie vindt plaats op eigendom van Natuurmonumenten. De provincie Utrecht stelt in samenwerking met Natuurmonumenten en het waterschap een inrichtingsplan op. Bij de inrichting van uiterwaarden wordt nadrukkelijk gekozen voor een "gans onvriendelijke" inrichting. Natuurmonumenten wil geen grote ganzenpopulaties in dit gebied en neemt verschillende maatregelen om groei van de ganzenpopulatie tegen te gaan. De geplande inrichting zal op termijn geen grote invloed hebben op de populatie van (steek)muggen. De inrichting van oevers zijn bevorderlijk voor veel waterdieren, waaronder soorten die steekmuggen eten of beconcurreren. Een nieuwe evenwichtssiuatie zal zich moeten instellen. Met betrekking tot overlast en schade die het gevolg is van de uitvoering van het dijkverbeterplan wordt verwezen naar §3.1 van de algemene beantwoording.
Insprekers maken bezwaar tegen de voorgenomen beheervorm van de Eemlandse dijk en vrezen dat daardoor het mooie en gevarieerde beeld van de huidige dijk zal verdwijnen. Daarnaast geven insprekers aan dat de voorgenomen verwijdering van afrasteringen zal zorgen voor overlast. Insprekers stellen daarom voor de huidige vorm van beheer voort te zetten.
W Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording.Met de huidige beheervorm (kleinschalige huur en pachtovereenkomsten met schapenbeweiding) lukt het niet om een goede erosiebestendige grasbekleding te ontwikkelen waardoor deze niet aan de norm voldoet. Het type onderhoud na dijkverbetering is natuurtechnisch, met ecologisch waardevol hooiland als streefbeeld. Het waterschap zal de kering 2 maal per jaar maaien en het maaisel afvoeren. Aanvullend zal er onder voorwaarden in septemberoktober nabeweiding met een schaapskudde plaats vinden. Het waterschap verwacht dat dwijziging van beheer en onderhoud niet zal leiden tot overlast, schade en/of vervuiling. Bij klachten over deze onderwerpen treft de Afdeling Beheer passende maatregelen.
Inspreker gaat in op de voorgenomen maatregelen bij de waai/kolk bij dijkpaal 222,5. Inspreker vraagt zich af waarom sprake is van een aanberming rondom de waai en of aanberming niet alleen nodig is voor het deel dat direct aan de weg gelegen is.
W Door de aanwezigheidde waterkering aan de binnenzijde niet stabiel genoeg. Dit wordt opgelost door middel van een aanberming en damwand bij het aan de weg gelegen deel van de waai.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
De natuurcompensatie vindt plaats op eigendom van Natuurmonumenten. De provincie Utrecht stelt in
werking met Natuurmonumenten en het waterschap een inrichtingsplan op. Bij de inrichting van uiterwaarden wordt nadrukkelijk gekozen voor een "gans onvriendelijke" inrichting. Natuurmonumenten wil geen grote ganzenpopulaties in dit gebied en
lende maatregelen om groei van de ganzenpopulatie tegen te gaan. De geplande inrichting zal op termijn geen grote invloed hebben op de populatie van (steek)muggen. De inrichting van oevers zijn bevorderlijk voor veel waterdieren, waaronder
kmuggen eten of beconcurreren. Een nieuwe evenwichtssiuatie zal zich moeten
Met betrekking tot overlast en schade die het gevolg is van de uitvoering van het dijkverbeterplan wordt verwezen naar §3.1 van de algemene
Nee
Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording.
e beheervorm (kleinschalige huur en pachtovereenkomsten met schapenbeweiding) lukt het niet om een goede erosiebestendige grasbekleding te ontwikkelen waardoor deze niet aan de norm voldoet. Het type onderhoud na dijkverbetering is natuurtechnisch, met
logisch waardevol hooiland als streefbeeld. Het waterschap zal de kering 2 maal per jaar maaien en het maaisel afvoeren. Aanvullend zal er onder voorwaarden in september-oktober nabeweiding met een schaapskudde plaats vinden. Het waterschap verwacht dat deze wijziging van beheer en onderhoud niet zal leiden tot overlast, schade en/of vervuiling. Bij klachten over deze onderwerpen treft de Afdeling Beheer passende maatregelen.
Nee
Door de aanwezigheid van de waai is de waterkering aan de binnenzijde niet stabiel genoeg. Dit wordt opgelost door middel van een aanberming en damwand bij het aan de weg gelegen
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
59.2 Inspreker wil verder weten of het agrarisch gebruik van het weiland om de waai beïnvloed wordt tijdens en na de werkzaamheden en hoe dit eventueel wordt gecompenseerd?
59.3 Ook vraagt de inspreker zich af hoe er voor wordt gezorgd dat het de waai niet weer afkalft
59.4 Inspreker vraagt zich af of het proces van afkalving van de afgelopen jaren is terug draaien?
59.5 Hoe dat deze waai wel in stand blijft als een gebiedsbepalend kenmerk.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wil verder weten of het agrarisch gebruik van het weiland om de waai beïnvloed wordt tijdens en na de werkzaamheden en hoe dit eventueel wordt gecompenseerd?
W De uitvoeringswijze is nog niet in detail bekend. Een deel van het weiland is nodig als werkstrook om de werkzaamheden ter plaatse van het Zuidereind te realiseren. Daarnaast is een strook grond nodig om verhoging van de dijk (onder het Zuidereind) mogelijk te maken. Op de grondverwervingstekeningen is dit op perceelsniveau aangegeven. Deze tekeningen zijn onderdeel van de bieding, die in het kader van de grondverwerving is uitgebracht. Daarnaast is op de ontwerptekeningen aangegeven welke grond aangekocht moet worden en welke grond tijdelijk nodig is als rij- en werkstrook. In dit kader wordt daarom ook verwezen naar naar §3.1 van de algemene beantwoording.
Ook vraagt de inspreker zich af hoe er voor wordt gezorgd dat het opgevulde deel van de waai niet weer afkalft
W Afkalving van de berm in de waai wordt voorkomen door het aanbrengen van een damwand.
Inspreker vraagt zich af of het proces van afkalving van de afgelopen jaren is terug te draaien?
W Het afkalven van de oevers is een natuurlijk proces dat in gebieden met slappe ondergrond vaak voor komt. De eigenaar en/of onderhoudsplichtige van de waai is zelf verantwoordelijk voor het onderhoud van de waai en oevers.
Hoe wordt er voor gezorgd dat deze waai wel in stand blijft als een gebiedsbepalend kenmerk.
W De waai heeft een landschappelijke en cultuurhistorische waarde. De provincie ziet toe op de instandhouding van dit soort waarden. De gemeente kan de instandhouding borgen door de functie in het bestemmingplan vast te leggen.
60
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
uitvoeringswijze is nog niet in detail bekend. Een deel van het weiland is nodig als werkstrook om de werkzaamheden ter plaatse van het Zuidereind te realiseren. Daarnaast is een strook grond nodig om verhoging van de dijk (onder het Zuidereind)
e maken. Op de grondverwervingstekeningen is dit op perceelsniveau aangegeven. Deze tekeningen zijn onderdeel van de bieding, die in het kader van de grondverwerving is uitgebracht. Daarnaast is op de ontwerptekeningen aangegeven welke grond aangekocht
t worden en welke grond tijdelijk en werkstrook. In dit
kader wordt daarom ook verwezen naar naar §3.1 van de algemene
Ja, tekeningen projectplan
Afkalving van de berm in de waai wordt voorkomen door het aanbrengen van een damwand.
Ja, tekening 16 projectplan
Het afkalven van de oevers is een natuurlijk proces dat in gebieden met slappe ondergrond vaak voor komt. De eigenaar en/of onderhoudsplichtige van de waai is zelf verantwoordelijk voor het onderhoud van de waai en
Nee
De waai heeft een landschappelijke en cultuurhistorische waarde. De provincie ziet toe op de instandhouding van dit soort waarden. De gemeente kan de instandhouding borgen door de functie in het bestemmingplan vast te leggen.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
61
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
60 J. van Dijk Eemdijk 106 3754 NK Eemdijk
projectplan/uitvoering
Inspreker wijst op de situatie bij Eemdijk 104, 106 en 106A waarbij onderlinge grondruil noodzakelijk is. Inspreker wil dat voorafgaand aan de dijkverlegging onderlinge overeenstemming is.
61 BLWG Vrijheidslaan 27 2806 KE Gouda
projectplan 5.2
Inspreker pleit voor het behoud van met bijzondere korstmossen begroeide natuursteen. Inspreker wijst erop dat dwarsprofiel 31.2 aangeeft dat er voor het talud een aangebracht. Inspreker acht dit ongewenst voor de korstmossen omdat de natuursteen hierdoor beschaduwd en overgroeid raakt. Inspreker verzoekt de maatregel zo aan te passen dat rietkragen niet worden aangelegd op talud waarop natuursteen isdeze taluds als steenglooiing te onderhouden, waarbij er geen hoge of lage begroeiing aanwezig is tussen het open water en de kruin van de dijk. Dit geldt voor de gehele Arkemheense en Putter zeedijk.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker wijst op de situatie bij Eemdijk 104, 106 en 106A waarbij onderlinge grondruil noodzakelijk is. Inspreker wil dat voorafgaand aan de dijkverlegging onderlinge overeenstemming is.
W Verwezen wordt naar §3.3 van de algemene beantwoording. De kadastrale grenzen tussen de binnendijkse en buitendijkse percelen lopen hier niet gelijk op. Als gevolg van de dijkverbetering vindt een asverschuiving plaats van de dijk richting de Eem. Hiervoor moet buitendijks grond aangekocht wordenen komt binnendijks een strook grond beschikbaar, die bewoners kunnen kopen. Bij aankoop zal het waterschap de betrokken eigenaren volledig schadeloos stellen. Na uitvoering van de dijkverbetering zal het waterschap middels een onderhoudsovereenkomst de donderhoud en gebruik aanbieden aan de bewoners. Bij het vaststellen van de onderhouds- en gebruiksgrenzen tussen de verschillende bewoners vormen de binnendijkse kadastrale grenzen het uitgangspunt. Daarnaast zullen grenzen loodrecht en zonder richtingsveranderingen over de dijk gelegd worden, omdat hiermee de meest eenduidige en voor de dijk meest optimale situatie ontstaat. In deze situatie zal dat betekenen dat sommige bewoners een groter stuk in onderhoud en gebruik zullen krijgen en andere bewoners een kleiner stuk.
Inspreker pleit voor het behoud van met bijzondere korstmossen begroeide natuursteen. Inspreker wijst erop dat dwarsprofiel 31.2 aangeeft dat er voor het talud een rietkraag wordt aangebracht. Inspreker acht dit ongewenst voor de korstmossen omdat de natuursteen hierdoor beschaduwd en overgroeid raakt. Inspreker verzoekt de maatregel zo aan te passen dat rietkragen niet worden aangelegd op talud waarop natuursteen is verwerkt en deze taluds als steenglooiing te onderhouden, waarbij er geen hoge of lage begroeiing aanwezig is tussen het open water en de kruin van de dijk. Dit geldt voor de gehele Arkemheense en Putter zeedijk.
W Het waterschap gaat zorgvuldig om met de bekleding van natuursteen. In de huidige situatie is de onderzijde van het talud begroeid met riet. Dit riet verdwijnt als gevolg van de dijkverbetermaatregelen. Om dit verlies te compenseren wordt er vanaf de teen van de dijk in het randmeer een nieuwe rietkraag geplant. Het talud van de waterkering zal gemaaid worden waardoor de waterkering vrij blijft van riet. De rietkraag komt in de nieuwe situatie verder van de steenbekleding af te staan en is bovendien gelegen aan de noordzijde van de waterkering; egeen sprake van beschaduwing door de rietkraag. Tevens wordt verwezen naar antwoord 55.2, 55.4 en 55.5
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Verwezen wordt naar §3.3 van de eantwoording.
De kadastrale grenzen tussen de binnendijkse en buitendijkse percelen lopen hier niet gelijk op. Als gevolg van de dijkverbetering vindt een asverschuiving plaats van de dijk richting de Eem. Hiervoor moet buitendijks grond aangekocht worden en komt binnendijks een strook grond beschikbaar, die bewoners kunnen kopen. Bij aankoop zal het waterschap de betrokken eigenaren volledig schadeloos stellen. Na uitvoering van de dijkverbetering zal het waterschap
onderhoudsovereenkomst de dijk in onderhoud en gebruik aanbieden aan de bewoners. Bij het vaststellen van
en gebruiksgrenzen tussen de verschillende bewoners vormen de binnendijkse kadastrale grenzen het uitgangspunt. Daarnaast zullen grenzen loodrecht en zonder
ingsveranderingen over de dijk gelegd worden, omdat hiermee de meest eenduidige en voor de dijk meest optimale situatie ontstaat. In deze situatie zal dat betekenen dat sommige bewoners een groter stuk in onderhoud en gebruik zullen krijgen
ers een kleiner stuk.
Nee
Het waterschap gaat zorgvuldig om bekleding van natuursteen. In
de huidige situatie is de onderzijde van het talud begroeid met riet. Dit riet verdwijnt als gevolg van de dijkverbetermaatregelen. Om dit verlies te compenseren wordt er vanaf de teen van de dijk in het randmeer
ietkraag geplant. Het talud van de waterkering zal gemaaid worden waardoor de waterkering vrij blijft van riet. De rietkraag komt in de nieuwe situatie verder van de steenbekleding af te staan en is bovendien gelegen aan de noordzijde van de waterkering; er is daardoor geen sprake van beschaduwing door
Tevens wordt verwezen naar antwoord 55.2, 55.4 en 55.5
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
62.1 Michel Minke & Afke Nijhof Eemdijk 185 a 3754 NG Eemdijk
Inspreker geeft aan dat de voorgenomen maatregelen ter plekke van hun woning tussen dwarsprofiel 198 en 199 onvoldoende duidelijk is en dat de informatieavond deze onduidelijkheid niet heeft doen verdwijnen. Inspreker stelt door het ontbreken van een dwarsprofiel ter plekke van de woning onvoldoende inzicht te hebben in de gevolgen en verzoekt het waterschap daarom een dwarsprofiel hiervoor op te stellen.
62.2 Inspreker geeft aan dat verhoging van de dijk het uitzicht belemmert en geen verschuiving van de weg richting hun woning te willen vanwege de verkeersveiligheid. Verder wil inspreker de bomen behouden als bliksemafleider.
62.3 Inspreker wil het project betekent voor de bereikbaarheid en waarmee men bij de uitvoering rekening moet houden.
63 G. van Stempvoort en B. Valkengoed Eemdijk 187 en 183 3754 NG Eemdijk
projectplan Inspreker maakt uit de informatie op dat de pacht wordt beëindigd en verwacht hierover voorafgaand overleg met pachters. Insprekers willen pacht behouden.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker geeft aan dat de voorgenomen maatregelen ter plekke van hun woning tussen dwarsprofiel 198 en 199 onvoldoende duidelijk is en dat de informatieavond deze onduidelijkheid niet heeft doen verdwijnen. Inspreker stelt door het ontbreken van een dwarsprofiel ter plekke van de woning onvoldoende inzicht te hebben in de gevolgen en verzoekt het waterschap daarom een dwarsprofiel hiervoor op te stellen.
W De situatie ter plaatse van 185a en 187 is inderdaad niet duidelijk. Het waterschap heeft daarom een extra dwarsprofiel (dp 198,5) toegevoegd.
Inspreker geeft aan dat verhoging van de dijk het uitzicht belemmert en geen verschuiving van de weg richting hun woning te willen vanwege de verkeersveiligheid. Verder wil inspreker de bomen behouden als bliksemafleider.
W Ter plaatse van dwarsprofiel 19vindt over een korte afstand (ca 25 m) een verhoging plaats met ca 0,5 meter, waardoor het uitzicht zal veranderen. Er vindt geen verschuiving van de weg plaats. Ter plaatse van woning inspreker worden geen bomen gekapt.
Inspreker wil graag weten wat het project betekent voor de bereikbaarheid en waarmee men bij de uitvoering rekening moet houden.
W Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.Tijdens de uitvoering van de dijkverbetering zal het waterschap de bereikbaarheid van de woningen garanderen. Wel dient inspreker rekening te houden met omleidingen en verkeersmaatregelen. De exacte maatregelen en de planning zullen na aanbesteding van het werk in overleg met de aannemer worden bepaald en tijdig gecommuniceerd aan de bewoners.
Inspreker maakt uit de informatie op dat de pacht wordt beëindigd en verwacht hierover voorafgaand overleg met pachters. Insprekers willen pacht behouden.
W Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording. Het bedoelde stuk dijk door het waterschap.huurovereenkomst is beëindigd. dijkverbetering zal het waterschap het desbetreffende deel van de dijk zelf gaan onderhouden.Het onderhoud van de delen van de dijk, die niet grenzen aan huiskavels, zal erop gericht zijn om enerzijds een erosiebestendige grasmat te waarborgen en anderzijds de natuurwaarden te versterken. Daarom kiest het waterschap ervoor om deze delen van de dijk zelf in onderhoud te nemen. Om deze doelen te bereiken is een flexibele vorm van beheer en onderhoud noodzakelijk, welke het meest efficiënt en effectief door het waterschap zelf uitgevoerd kan worden.
62
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
De situatie ter plaatse van Eemdijk 185a en 187 is inderdaad niet duidelijk. Het waterschap heeft daarom een extra dwarsprofiel (dp 198,5) toegevoegd.
Ja, tekening 14 projectplan
Ter plaatse van dwarsprofiel 198,5 vindt over een korte afstand (ca 25 m) een verhoging plaats met ca 0,5 meter, waardoor het uitzicht zal veranderen. Er vindt geen verschuiving van de weg plaats. Ter plaatse van woning inspreker worden geen bomen gekapt.
Nee
Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording. Tijdens de uitvoering van de dijkverbetering zal het waterschap de
an de woningen garanderen. Wel dient inspreker rekening te houden met omleidingen en verkeersmaatregelen. De exacte maatregelen en de planning zullen na aanbesteding van het werk in overleg met de aannemer worden bepaald en tijdig gecommuniceerd aan de
Nee
Verwezen wordt naar §3.2 van de algemene beantwoording. Het bedoelde stuk dijk werd verhuurd
door het waterschap.De huurovereenkomst is beëindigd. Na dijkverbetering zal het waterschap het desbetreffende deel van de dijk zelf gaan onderhouden. Het onderhoud van de delen van de dijk, die niet grenzen aan huiskavels, zal erop gericht zijn om enerzijds een erosiebestendige grasmat te waarborgen en anderzijds de natuurwaarden te versterken. Daarom kiest het waterschap ervoor om deze
k zelf in onderhoud te nemen. Om deze doelen te bereiken is een flexibele vorm van beheer en onderhoud noodzakelijk, welke het meest efficiënt en effectief door het waterschap zelf uitgevoerd kan
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
63
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
64.1 Schoutenhuis BV (namens C. Engel) Postbus 13 3930 EA Woudenberg
projectplan/ mer
Inspreker geeft aan dat door verwerving van eigendom voor realisatie (en andere plannen) rangschikking van het landgoed van de heer Engel onder de Natuurschoonwet 1928 misschien niet meer mogelijk is. Inspreker is van mening dat realisatie van de dijkverbetering ook zonder verwerving mogelijk is. Omdat de beinspreker en client nog niet zijn afgerond kan niet ingestemd worden met MER, DVP en ontwerpvergunningen.
64.2 Onvoldoende is aangetoond dat toestroom van gebiedsvreemd water geen of acceptabele consequenties heeft voor kwaliteit van waterpartijen op landgoed De Schans
64.3 projecplan/ mer
Ophoging/verlegging van het dijklichaam rond het landgoed en de daarmee samenhangende werkzaamheden hebben directe invloed op de landschappelijke, historische en monumentale kwaliteiten ter plaatse.
64.4 Inspreker constateert dat er onvoldoende afstemming tussen de belangen van De Schans, het waterschap en de gemeente heeft plaats gevonden. De onevenredige inbreuk van de plannen op de kwaliteiten van het landgoed zijn onacceptabel.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker geeft aan dat door verwerving van eigendom voor realisatie dijkverbetering (en andere plannen) rangschikking van het landgoed van de heer Engel onder de Natuurschoonwet 1928 misschien niet meer mogelijk is. Inspreker is van mening dat realisatie van de dijkverbetering ook zonder verwerving mogelijk is. Omdat de besprekingen met inspreker en client nog niet zijn afgerond kan niet ingestemd worden met MER, DVP en ontwerp-vergunningen.
W Verwerving van de gronden van de heer Engel is voor de uitvoering van het dijkverbeterplan noodzakelijk. Verwezen wordt naar §2.2 evan de algemene beantwoording. Door ontwerpaanpassingen a.g.v. geotechnische herberekeningen is het ruimtebeslag teruggebrachthet landgoed van de heer Engel onder de Natuurschoonwt kan worden gerangschikt.
Onvoldoende is aangetoond dat toestroom van gebiedsvreemd water geen of acceptabele consequenties heeft voor kwaliteit van waterpartijen op landgoed De Schans
W Deze reactie heeft geen betrekking op het dijkverbeterplan of de bijbehorende stukken die nu liggen.Het doel van het dijkverbeterplan is het bereiken en behouden van het vereiste veiligheidsniveau. Los daarvan onderzoekt het waterschap de mogelijkheden om de afwatering van een naastgelegen woonwijk via De Schans af te voeren. Inmiddelsbesloten dat afwatering van De Schans niet zal plaatsvinden via de waterpartijen op de percelen van inspreker, maar via de haven van de Eemkruisers.
Ophoging/verlegging van het dijklichaam rond het landgoed en de daarmee samenhangende werkzaamheden hebben directe invloed op de landschappelijke, historische en monumentale kwaliteiten ter plaatse.
W De effecten zijn beoordeeld en beschreven in § 7.9 van het milieueffectrapport. In het dijkverbeterplan is gekozen voor die maminste invloed en het kleinste ruimtebeslag op De Schans hebben. Enige invloed is onvermijdelijk. Anderzijds zal voor een groot deel van de Grebbeliniedijk het oorspronkelijke verdedigingsprofiel worden verwerkt in het dijkprofiel. Hiermeelandschappelijke, historische en monumentale waarde van het hele gebied, waaronder De Schans, sterk verbeterd.
Inspreker constateert dat er onvoldoende afstemming tussen de belangen van De Schans, het waterschap en de gemeente Amersfoort heeft plaats gevonden. De onevenredige inbreuk van de plannen op de kwaliteiten van het landgoed zijn onacceptabel.
W Het waterschap heeft de wettelijke taak om de dijken aan de veiligheidsnorm te laten voldoen. Via een milieu-effectrapportage ionderzocht hoe dit op de meest zorgvuldige manier kan gebeuren. Er is bij de gekozen oplossing rekening gehouden met de wensen van inspreker. In de planfase heeft er regelmatig afstemming plaats gevonden tussen de betrokken partijen. Het dijkverbeterplanaangepast naar aanleiding van de gesprekken met betrokkene.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Verwerving van de gronden van de heer Engel is voor de uitvoering van het dijkverbeterplan noodzakelijk. Verwezen wordt naar §2.2 en §3.3 van de algemene beantwoording. Door ontwerpaanpassingen a.g.v. geotechnische herberekeningen is het ruimtebeslag teruggebracht waardoor het landgoed van de heer Engel onder de Natuurschoonwt kan worden
Ja tekening 23 en 24
Deze reactie heeft geen betrekking op het dijkverbeterplan of de bijbehorende stukken die nu ter inzage
Het doel van het dijkverbeterplan is het bereiken en behouden van het vereiste veiligheidsniveau. Los daarvan onderzoekt het waterschap de mogelijkheden om de afwatering van een naastgelegen woonwijk via De Schans af te voeren. Inmiddels is besloten dat afwatering van De Schans niet zal plaatsvinden via de waterpartijen op de percelen van inspreker, maar via de haven van de
Nee
De effecten zijn beoordeeld en beschreven in § 7.9 van het milieu-effectrapport. In het dijkverbeterplan is gekozen voor die maatregelen die de minste invloed en het kleinste ruimtebeslag op De Schans hebben. Enige invloed is onvermijdelijk. Anderzijds zal voor een groot deel van de Grebbeliniedijk het oorspronkelijke verdedigingsprofiel worden verwerkt in het dijkprofiel. Hiermee wordt de landschappelijke, historische en monumentale waarde van het hele gebied, waaronder De Schans, sterk
Nee
Het waterschap heeft de wettelijke taak om de dijken aan de veiligheidsnorm te laten voldoen. Via
effectrapportage is onderzocht hoe dit op de meest zorgvuldige manier kan gebeuren. Er is bij de gekozen oplossing rekening gehouden met de wensen van inspreker. In de planfase heeft er regelmatig afstemming plaats gevonden tussen de betrokken partijen. Het dijkverbeterplan is aangepast naar aanleiding van de gesprekken met betrokkene.
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak
heeft betrekking op
deelvraag
65 de Alliantie Eemvallei Postbus 700 3800AS Amersfoort
projectplan/ omgevingsvergunning
Inspreker maakt als eigenaar van de woningen gelegen aan het Jachtpad nummers 1 tot en met 6 bezwaar tegen de voorgenomen maatregelen bij het Jachtpad. Inspreker vindt dat de voorgenomen aanleg van een kademuur niet getuigt van een goede ruimtelijke ordening gezien de korte afstand tot de bestaande woningen. Huurders van de woningen kijken zo uit op een kademuur in plaats van een groengebied. Inspreker stelt dat de belangen van de Alliantie en huurderonvoldoende is meegenomen en stelt voor de plannen op dit punt te wijzigen.
66.1 Natuurmonumenten Noordereinde 60 Postbus 9955 1243 ZS ’s-Graveland
projectplan Inspreker is van mening dat een integrale aanpak noodzakelijk is voor de realisatie van de dijkverbetering, de EHS en de KRW maatregelen. is niet gerust op de verankering van de integrale aanpak in de huidige plannen.
66.2 projectplan Inspreker uit twijfels bij de wijze waarop toetsing aan het EHS beleid is toegepast. Inspreker stelt dat de bestemmingsplannen de EHS onvoldoende beschermen.
66.3 projectplan Inspreker geeft aan dat de wijze waarop compensatie van de EHS wordt ingevuld er voor zorgt dat natte delen van de EHS verdwijnen. Inspreker wil dat in het dijkverbeterplan zekerheid moet worden geboden aan de instandhouding en compensatie van de natte delen van de EHS langs de Eem.
66.4 projectplan Inspreker wil dat in het dijkverbeterplan zekerheid wordt geboden over de verbeterdeBruggematen, Wolkenberg, Grote Melm en randzone Coelhorst
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker maakt als eigenaar van de woningen gelegen aan het Jachtpad nummers 1 tot en met 6 bezwaar tegen de voorgenomen maatregelen bij het Jachtpad. Inspreker vindt dat de voorgenomen aanleg van een kademuur ter plaatse niet getuigt van een goede ruimtelijke ordening gezien de korte afstand tot de bestaande woningen. Huurders van de woningen kijken zo uit op een kademuur in plaats van een groengebied. Inspreker stelt dat de belangen van de Alliantie en huurders onvoldoende is meegenomen en stelt voor de plannen op dit punt te wijzigen.
W Voor deze locatie is in het MER geen alternatief onderzocht. heeft inmiddels in overleg met Alliantie, gemeente en bewoners de kademuur verder uitgewerkt en stedebouwkundig ingepast. De muur is net zo hoog als de heg die er nu staat en krijgt straks een groene aankleding. Hiermee is het bezwaar weggenomen.
Inspreker is van mening dat een integrale aanpak noodzakelijk is voor de realisatie van de dijkverbetering, de EHS en de KRW maatregelen. Inspreker is niet gerust op de verankering van de integrale aanpak in de huidige plannen.
W Het projectplan geeft voldoende blijk van een integrale aanpak. Zo is in het projectplan de integrale aanpak meegenomen voor enkele buitendijkse gebieden langs de Eop het projectplan hebben het waterschap, de provincie Utrecht, gemeente Amersfoort en Natuurmonumenten vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst om extra natuur te realiseren en de bruikbare klei toe te passen in het werk. Concreet gaat het over de buitendijkse gebieden Wolkenberg en Bruggematen.
Inspreker uit twijfels bij de wijze waarop toetsing aan het EHS beleid is toegepast. Inspreker stelt dat de bestemmingsplannen de EHS onvoldoende beschermen.
PU Zie antwoord 39.2 Met de aanleg van natuur in de gebieden Bruggematen en Wolkenberg en de onderhoud en beheerwijze van de dijken wordt ruimschoots invulling gegeven aan compensatie. Met een omgevingsvergunning wordt de EHS op de gebieden Bruggematen en Wolkenberg planologisch verankerd.
Inspreker geeft aan dat de wijze waarop compensatie van de EHS wordt ingevuld er voor zorgt dat natte delen van de EHS verdwijnen. Inspreker wil dat in het dijkverbeterplan zekerheid moet worden
boden aan de instandhouding en compensatie van de natte delen van de EHS langs de Eem.
W/PU Zie antwoord 39.3 en 39.4In overleg met Natuurmonumenten en provincie wordt minimaal 3 hanatuur ingericht in buitendijkse gebieden. Via kleiwinning (zie antwoord 66.1) zal dit oppervlak natte EHS verder toenemen met circa 14. ha.
Inspreker wil dat in het dijkverbeterplan zekerheid wordt geboden over de verbeterde inrichting van Bruggematen, Wolkenberg, Grote Melm en randzone Coelhorst
W/PU Zie antwoord 66.1 t/m 66.3
64
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Voor deze locatie is in het MER geen alternatief onderzocht. Het waterschap heeft inmiddels in overleg met Alliantie, gemeente en bewoners de kademuur verder uitgewerkt en stedebouwkundig ingepast. De muur is net zo hoog als de heg die er nu staat en krijgt straks een groene aankleding. Hiermee is het bezwaar
Ja, tekening 25 projectplan, ontgrondingsver-gunning en omgevingsver-gunning onderdelen kap, bouw en afwijkend planologisch gebruik
Het projectplan geeft voldoende blijk van een integrale aanpak. Zo is in het projectplan de integrale aanpak meegenomen voor enkele buitendijkse gebieden langs de Eem. In aanvulling op het projectplan hebben het waterschap, de provincie Utrecht, gemeente Amersfoort en Natuurmonumenten vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst om extra natuur te realiseren en de bruikbare klei toe te passen in het
at het over de buitendijkse gebieden Wolkenberg en
Nee
Met de aanleg van natuur in de gebieden Bruggematen en Wolkenberg en de onderhoud en beheerwijze van de dijken wordt ruimschoots invulling gegeven aan compensatie. Met een omgevingsvergunning wordt de EHS op de gebieden Bruggematen en Wolkenberg planologisch verankerd.
Nee
Zie antwoord 39.3 en 39.4 In overleg met Natuurmonumenten en provincie wordt minimaal 3 ha natte natuur ingericht in buitendijkse gebieden. Via kleiwinning (zie antwoord 66.1) zal dit oppervlak natte EHS verder toenemen met circa 14.
Nee
Zie antwoord 66.1 t/m 66.3 Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
65
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
66.5 projectplan Inspreker biedt de terreinen van Natuurmonumenten aan om daar in combinatie met natuurontwikkeling grond(klei) te winnen. Inspreker vindt het projectplan echter onvoldoende duidelijk op dit punt.
66.6 projectplan Inspreker mist de kans om tegelijkertijd met de dijkverbetering het waterbeheer van het weidevogelreservaat De Slaag aan te pakken en vraagt hiervoor een nadere uitwerking.
66.7 projectplan Inspreker is bereid gronden over te dragen aan het waterschap, maar wil hiervoor wel grond terugkrijgen, zodat het netto oppervlak aan natuurbiedt inspreker ook aan om het beheer van enkele dijktrajecten te continueren.
67.1 Baarnse Watersport Vereniging De EEM Postbus 531 3740 AM Baarn
projectplan/mer
Inspreker betreurt dat de kleine watersporters onvoldoende zijn betrokken bij de planvorming
67.2 Inspreker doet suggesties voor beheer van de Eem om in samenhang met de dijkverbetering uit te voeren. Inspreker noemt o.a. de nadelen van de damwandbeschoeiing en draagt alternatieven aan (dijkverlegging).
68.1 J.Janssen van Doorn Erf 2 3773 AG Barneveld
projectplan dp 175
Inspreker verzoekt de uitvoering van de dijkverbetering af te stemmen met vervangingswerkzaamheden van de beschoeiing van de Eem zodat er niet meermaals overlast is.
68.2 Inspreker verzoekt om nader overleg over de exacte uitvoering om te komen tot meest acceptabele oplossing voor alle betrokkenen.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Inspreker biedt de terreinen van Natuurmonumenten aan om daar in combinatie met natuurontwikkeling grond(klei) te winnen. Inspreker vindt het projectplan echter onvoldoende duidelijk op dit punt.
W Zie antwoord 66.1. Het waterschap gaat in het dijkverbeterplan uit van het scenario dat klei per schip van percelen van Natuurmonumenten wordt aangevoerd. Uit het onder 66.1 genoemde kleionderzoek blijkt dat er goed winbare en bruikbare klei in de gebieden aanwezig is en zal het waterschap graag via knatuurontwikkeling realiseren.
Inspreker mist de kans om tegelijkertijd met de dijkverbetering het waterbeheer van het weidevogelreservaat De Slaag aan te pakken en vraagt hiervoor een nadere uitwerking.
W Het verbeteren van het waterbeheer van het weidevogelreservaat is geen onderdeel van het project. De fase na vaststelling dijkverbeterplan is een geschikt moment om het waterbeheer verder uit te werken. beheer van het waterschapinmiddels in samenwerking met Natuurmonumenten op diverse plekken maatregelen (stuwtjes en pompen).
Inspreker is bereid gronden over te dragen aan het waterschap, maar wil hiervoor wel grond terugkrijgen, zodat het netto oppervlak aan natuur gelijk blijft. Daarnaast biedt inspreker ook aan om het beheer van enkele dijktrajecten te continueren.
W Verwezen wordt naar §3.3 van de algemene beantwoording.Gezien de grote grondverwervingsopgave voor Natuurmonumenten streeft het waterschap ernaar omcompensatiegrond Voor zover dit niet mogelijk is, zal via schadeloosstelling inspreker in financiële zin gecompenseerd worden, zodat Natuurmonumenten haar areaal elders kan uitbreiden.
Inspreker betreurt dat de kleine watersporters onvoldoende zijn betrokken bij de planvorming
W Zie antwoord 20.1
Inspreker doet suggesties voor beheer van de Eem om in samenhang met de dijkverbetering uit te voeren. Inspreker noemt o.a. de nadelen van de damwandbeschoeiing en draagt alternatieven aan (dijkverlegging).
W Zie antwoord 20.2
Inspreker verzoekt de uitvoering van de dijkverbetering af te stemmen met vervangingswerkzaamheden van de beschoeiing van de Eem zodat er niet meermaals overlast is.
W/PU Wanneer de provincie in dezelfde periode beschoeiing langs de Eem vervangt wordt de uitvoeringtermijn afgestemd zodat overlast zo veel mogelijk beperkt blijft.
Inspreker verzoekt om nader overleg over de exacte uitvoering om te komen tot meest acceptabele oplossing voor alle betrokkenen.
W Verwezen wordt naar §3.1 van de algemene beantwoording.Dit wordt in DO- en besteksfase in overleg met belanghebbende uitgewerkt.
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
Zie antwoord 66.1. Het waterschap dijkverbeterplan uit van het
scenario dat klei per schip van percelen van Natuurmonumenten wordt aangevoerd. Uit het onder 66.1 genoemde kleionderzoek blijkt dat er goed winbare en bruikbare klei in de gebieden aanwezig is en zal het waterschap graag via kleiwinning natuurontwikkeling realiseren.
Nee
Het verbeteren van het waterbeheer van het weidevogelreservaat is geen onderdeel van het project. De fase na vaststelling dijkverbeterplan is een geschikt moment om het waterbeheer verder uit te werken. De afdeling
et waterschap treft in samenwerking met
Natuurmonumenten op diverse plekken maatregelen (stuwtjes en
Nee
Verwezen wordt naar §3.3 van de algemene beantwoording.
grondverwervingsopgave voor Natuurmonumenten streeft het waterschap ernaar om compensatiegrond aan te bieden. Voor zover dit niet mogelijk is, zal via schadeloosstelling inspreker in financiële zin gecompenseerd worden, zodat Natuurmonumenten haar areaal elders kan uitbreiden.
Nee
Nee
Nee
Wanneer de provincie in dezelfde periode beschoeiing langs de Eem vervangt wordt de uitvoeringtermijn afgestemd zodat overlast zo veel mogelijk beperkt blijft.
Nee
Verwezen wordt naar §3.1 van de beantwoording.
en besteksfase in overleg met belanghebbende
Nee
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Nr Inspraakreactie van Inspraak heeft betrekking op
deelvraag
68.3 Onlangs heeft beschoeiing rond insteekhaven op perceel vervangen. Inspreker krijgt de indruk dat een deel van de nieuwe beschoeiing nu vervangen wordt door een damwand van het waterschap en er dus onnodig kosten gemaakt zijn.
68.4 Inspreker verzoekdijklichaam te verlagen en het terras door te laten trekken.
68.5 Inspreker is van plan om mee te werken onder voorwaarde dat er een integrale adequete financiele regeling getroffen wordt waarin opgenomen eigendomsoverdracht, waardedaling, overlast, vermindering gebruikswaarde.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
deelvraag antwoord door
antwoord
Onlangs heeft inspreker de beschoeiing rond insteekhaven op perceel vervangen. Inspreker krijgt de indruk dat een deel van de nieuwe beschoeiing nu vervangen wordt door een damwand van het waterschap en er dus onnodig kosten gemaakt zijn.
W De plannen van het waterschapniet gewijzigd ten opzichte van het moment waarop inspreker de beschoeiing vervangen heeft. Het waterschap dient over enkele meters de damwand te vervangen of aan te passen. Waterschap zal dit in overleg met betrokkene uitwerken.
Inspreker verzoekt het oude dijklichaam te verlagen en het terras door te laten trekken.
W Verwezen wordt naar §3.4 van de algemene beantwoording.In de DO- en besteksfase zal dit nader uitgewerkt worden met de aangrenzende bewoners.
Inspreker is van plan om mee te werken onder voorwaarde dat er een integrale adequete financiele regeling getroffen wordt waarin opgenomen eigendomsoverdracht, waardedaling, overlast, vermindering gebruikswaarde.
W Verwezen wordt naar §3.1 en §3.3 van de algemene beantwoording.
66
Aanpassing in projectplan/ mer/ vergunning
De plannen van het waterschap zijn niet gewijzigd ten opzichte van het moment waarop inspreker de beschoeiing vervangen heeft. Het waterschap dient over enkele meters de damwand te vervangen of aan te passen. Waterschap zal dit in overleg met betrokkene uitwerken.
Nee
Verwezen wordt naar §3.4 van de algemene beantwoording.
en besteksfase zal dit nader uitgewerkt worden met de aangrenzende bewoners.
Nee
Verwezen wordt naar §3.1 en §3.3 van algemene beantwoording.
Nee
Bijlage 1 - Toetsingsadvies over Milieueffectrapport fase 2 Zie agendapunt 4.2.1
Bijlage 2 - Presentatie inspraakavonden Zie agendapunt 4.2.2
Bijlage 3 - Verslagen inspraakavonden
verslag
Witteveen+Bos
Van Twickelostraat 2
Postbus 233
7400 AE Deventer
telefoon 0570 69 79 11
telefax 0570 69 73 44
www.witteveenbos.nl
onderwerp Verslag informatieavond
project MER Veiligheid Zuidelijke Randmeren
verslagnummer 01
datum 20 juni 2011
tijd 19.15 uur-22.00 uur
plaats Scholengemeenschap Guido de Brès Amersfoort
projectcode LEU 36-3
referentie -
opgemaakt door J. van Nieuwpoort
datum opmaak 7 juli 2011
bijlagen -
aanwezig Zie deelnemerslijst
afwezig -
kopie -
Achtereenvolgens zijn de volgende vragen gesteld:
1. Is in de onderzoeken rekening gehouden met verkeersveiligheid en
afwateringsmogelijkheden in het traject tot en met Eemdijk-Zuid? De heer Vinke geeft
aan dat dit in de afweging t.b.v. het ontwerp wel is meegenomen. Hij stelt voor hierop
in de pauze bij de betreffende tekening nader op in te gaan.
2. De heer Cramer geeft aan dat de kanovereniging blij is met de dijkomlegging, maar
vraagt zich af hoe het zit met de veiligheid in relatie tot de vergoeding bij eventuele
schade na een overstroming. Hoe wordt hier in algemene zin mee omgegaan? Hein
Vinke antwoordt dat het clubhuis veilig ligt omdat het hoger ligt dan de maximale
hoogwaterstand maar dat een waterkering inderdaad nog meer veiligheid biedt. Het
waterschap kan aanvullende maatregelen treffen met het oog op de
hoogwaterveiligheid van het clubhuis of met een regeling komen over
schadecompensatie op basis van een risicoberekening over eventuele schade.
3. Kunt u meer zeggen over de zienswijzen en wat daarmee gebeurd? Mevrouw Moons
geeft aan dat zienswijzen mondeling of schriftelijk kunnen worden ingediend bij de
provincie Utrecht. Een mondelinge reactie is mogelijk op deze informatieavond.
Daarnaast zijn speciale inspraakformulieren beschikbaar voor het indienen van een
formele inspraakreactie. Dit formulier komt ook op de website van het waterschap
Vallei & Eem en van de Provincie Utrecht waarop het kan worden gedownload. Na
het indienen van een reactie krijgt u een bericht dat uw zienswijze is ontvangen. In
oktober of november volgt een inspraakrapport van de Provincie Utrecht die naar alle
insprekers wordt verstuurd.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
4. De heer Boers van de jachthaven komt ook buitendijks te liggen en vraagt zich af of
de dijk een slaperdijk wordt.
5. Een bewoner bij Krachtwijk geeft aan dat hij een privéweg naar de dijk heeft
waarover medewerkers van het waterschap wekelijks rijden zonder dat hiervoor
toestemming wordt gevraagd. De weg wordt kapot gereden. Daarnaast is de
het waterschap dichtgemaakt waardoor wateroverlast is ontstaan en waarvoor hij in
het verleden al kostbare maatregelen heeft moeten treffen. De heer Vinke geeft aan
dat het waterschap een toegangsrecht tot de dijk heeft, maar dat het waterschap w
een meldingsplicht heeft. Daarnaast adviseert mevrouw Moons over deze kwestie
een schriftelijke reactie in te dienen. Een voorstel kan besproken worden bij
grondverwerving.
6. Naar aanleiding van de toelichting van de heer Vinke over de door het waterscha
voorgestelde werkwijze voor de Isselt wordt de vraag gesteld of de Isselt nu ook
buitendijks komt te liggen. De heer Vinke geeft aan dat dit niet zo is omdat de Isselt
eigenlijk nu ook al buitendijks ligt, de Isselt was namelijk onderdeel van de hoge
grond en hoge gronden worden niet beschermd door een dijk omdat ze verondersteld
worden hoog genoeg te liggen. Echter het waterschap heeft berekend dat sommige
delen van de Isselt niet hoog genoeg liggen maar dit niet automatisch leidt tot een
veiligheidsprobleem, maar dat alleen sprake is van mogelijk wateroverlast. Mevrouw
Moons vult aan dat de Isselt niet in aanmerking komt voor opname in het
hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP). Vanuit de zaal komt het voorstel om de
bedrijven op de Isselt te informeren o
hoogwater. Mevrouw Moons geeft aan dat dit in samenspraak met de gemeente
Amersfoort moet.
7. Er wordt opgemerkt dat zo’n 50 jaar geleden rond Isselt een dijk lag en dat het
waterschap de Isselt nu gaat inzetten als ove
en geeft aan dat de Isselt in de jaren ‘60 is opgehoogd. Vanaf de Nijverheidsweg tot
de Amsterdamseweg komt er geen water. Voor het Gildekwartier geldt dat dit nu
hoog genoeg ligt maar dat in de toekomst, als het maat
mogelijk wel maatregelen moeten worden getroffen.
8. Gevraagd wordt wie verantwoordelijk is voor de veiligheid in het buitendijks gebied.
Het is een verantwoordelijkheid van de gemeente (bestemmingsplan) en als het de
Grebbelinie betreft is de provincie verantwoordelijk.
9. Vanuit de zaal wordt opgemerkt dat de sluis bij de Koppelpoort maar één kant op
werkt. En niet als waterkering kan fungeren. De heer Vinke antwoordt dat de sluis
een fysieke scheiding is van het water uit Markerme
10. Gevraagd wordt waarom een stuw bij de Eemmonding geen oplossing is gebleken.
De heer Vinke geeft aan dat deze optie wel goed is onderzocht in MER fase 1, maar
dat het kostenverschil met de oplossing dijkverbetering heel groot is (een factor 5) e
dat het Rijk via het HWBP niet zomaar alle kosten voor oplossingen financiert.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
De heer Boers van de jachthaven komt ook buitendijks te liggen en vraagt zich af of
e dijk een slaperdijk wordt.
Een bewoner bij Krachtwijk geeft aan dat hij een privéweg naar de dijk heeft
waarover medewerkers van het waterschap wekelijks rijden zonder dat hiervoor
toestemming wordt gevraagd. De weg wordt kapot gereden. Daarnaast is de
het waterschap dichtgemaakt waardoor wateroverlast is ontstaan en waarvoor hij in
het verleden al kostbare maatregelen heeft moeten treffen. De heer Vinke geeft aan
dat het waterschap een toegangsrecht tot de dijk heeft, maar dat het waterschap w
een meldingsplicht heeft. Daarnaast adviseert mevrouw Moons over deze kwestie
een schriftelijke reactie in te dienen. Een voorstel kan besproken worden bij
Naar aanleiding van de toelichting van de heer Vinke over de door het waterscha
voorgestelde werkwijze voor de Isselt wordt de vraag gesteld of de Isselt nu ook
buitendijks komt te liggen. De heer Vinke geeft aan dat dit niet zo is omdat de Isselt
eigenlijk nu ook al buitendijks ligt, de Isselt was namelijk onderdeel van de hoge
nd en hoge gronden worden niet beschermd door een dijk omdat ze verondersteld
worden hoog genoeg te liggen. Echter het waterschap heeft berekend dat sommige
delen van de Isselt niet hoog genoeg liggen maar dit niet automatisch leidt tot een
leem, maar dat alleen sprake is van mogelijk wateroverlast. Mevrouw
Moons vult aan dat de Isselt niet in aanmerking komt voor opname in het
hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP). Vanuit de zaal komt het voorstel om de
bedrijven op de Isselt te informeren over mogelijke calamiteiten in geval van
hoogwater. Mevrouw Moons geeft aan dat dit in samenspraak met de gemeente
Er wordt opgemerkt dat zo’n 50 jaar geleden rond Isselt een dijk lag en dat het
waterschap de Isselt nu gaat inzetten als overloopgebied. De heer Vinke ontkent dit
en geeft aan dat de Isselt in de jaren ‘60 is opgehoogd. Vanaf de Nijverheidsweg tot
de Amsterdamseweg komt er geen water. Voor het Gildekwartier geldt dat dit nu
hoog genoeg ligt maar dat in de toekomst, als het maatgevend hoogwater stijgt, hier
mogelijk wel maatregelen moeten worden getroffen.
Gevraagd wordt wie verantwoordelijk is voor de veiligheid in het buitendijks gebied.
Het is een verantwoordelijkheid van de gemeente (bestemmingsplan) en als het de
betreft is de provincie verantwoordelijk.
Vanuit de zaal wordt opgemerkt dat de sluis bij de Koppelpoort maar één kant op
werkt. En niet als waterkering kan fungeren. De heer Vinke antwoordt dat de sluis
een fysieke scheiding is van het water uit Markermeer en Eem.
Gevraagd wordt waarom een stuw bij de Eemmonding geen oplossing is gebleken.
De heer Vinke geeft aan dat deze optie wel goed is onderzocht in MER fase 1, maar
dat het kostenverschil met de oplossing dijkverbetering heel groot is (een factor 5) e
dat het Rijk via het HWBP niet zomaar alle kosten voor oplossingen financiert.
3
De heer Boers van de jachthaven komt ook buitendijks te liggen en vraagt zich af of
Een bewoner bij Krachtwijk geeft aan dat hij een privéweg naar de dijk heeft
waarover medewerkers van het waterschap wekelijks rijden zonder dat hiervoor
toestemming wordt gevraagd. De weg wordt kapot gereden. Daarnaast is de dijk door
het waterschap dichtgemaakt waardoor wateroverlast is ontstaan en waarvoor hij in
het verleden al kostbare maatregelen heeft moeten treffen. De heer Vinke geeft aan
dat het waterschap een toegangsrecht tot de dijk heeft, maar dat het waterschap wel
een meldingsplicht heeft. Daarnaast adviseert mevrouw Moons over deze kwestie
een schriftelijke reactie in te dienen. Een voorstel kan besproken worden bij
Naar aanleiding van de toelichting van de heer Vinke over de door het waterschap
voorgestelde werkwijze voor de Isselt wordt de vraag gesteld of de Isselt nu ook
buitendijks komt te liggen. De heer Vinke geeft aan dat dit niet zo is omdat de Isselt
eigenlijk nu ook al buitendijks ligt, de Isselt was namelijk onderdeel van de hoge
nd en hoge gronden worden niet beschermd door een dijk omdat ze verondersteld
worden hoog genoeg te liggen. Echter het waterschap heeft berekend dat sommige
delen van de Isselt niet hoog genoeg liggen maar dit niet automatisch leidt tot een
leem, maar dat alleen sprake is van mogelijk wateroverlast. Mevrouw
Moons vult aan dat de Isselt niet in aanmerking komt voor opname in het
hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP). Vanuit de zaal komt het voorstel om de
ver mogelijke calamiteiten in geval van
hoogwater. Mevrouw Moons geeft aan dat dit in samenspraak met de gemeente
Er wordt opgemerkt dat zo’n 50 jaar geleden rond Isselt een dijk lag en dat het
rloopgebied. De heer Vinke ontkent dit
en geeft aan dat de Isselt in de jaren ‘60 is opgehoogd. Vanaf de Nijverheidsweg tot
de Amsterdamseweg komt er geen water. Voor het Gildekwartier geldt dat dit nu
gevend hoogwater stijgt, hier
Gevraagd wordt wie verantwoordelijk is voor de veiligheid in het buitendijks gebied.
Het is een verantwoordelijkheid van de gemeente (bestemmingsplan) en als het de
Vanuit de zaal wordt opgemerkt dat de sluis bij de Koppelpoort maar één kant op
werkt. En niet als waterkering kan fungeren. De heer Vinke antwoordt dat de sluis
Gevraagd wordt waarom een stuw bij de Eemmonding geen oplossing is gebleken.
De heer Vinke geeft aan dat deze optie wel goed is onderzocht in MER fase 1, maar
dat het kostenverschil met de oplossing dijkverbetering heel groot is (een factor 5) en
dat het Rijk via het HWBP niet zomaar alle kosten voor oplossingen financiert.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
4
onderwerp Verslag informatieavond
project MER Veiligheid Zuidelijke Randmeren
verslagnummer 02
datum 22 juni 2011
tijd 19.15 uur-22.00 uur
plaats Gemeentehuis Bunschoten
projectcode LEU36-3
referentie -
opgemaakt door J. van Nieuwpoort
datum opmaak 7 juli 2011
bijlagen -
aanwezig Zie deelnemerslijst
afwezig -
kopie -
Achtereenvolgens zijn de volgende vragen gesteld:
1. De heer Schellart van Eemdijk 49 verzoekt om de gegevens voor het indienen van
een zienswijze. De heer Vinke antwoordt
beschikbaar zijn en dat er inspraakformulieren beschikbaar zijn om een formele
inspraakreactie op te noteren.
2. Mevrouw de Graaf (Oostmaat) heeft een vraag over de werkwijze van de
dijkverlegging. Zij vraagt zich of aanvo
en geeft aan dat zo min mogelijk transport door de woonwijk dient te geschieden. De
heer Vinke geeft aan dat het waterschap niet met kleitransport door de woonkern
gaat. Daarnaast vraagt mevrouw de Graaf zich
eventuele schade aan gebouwen of woningen. De heer Vinke antwoordt dat de
gemeente – als opdrachtgever voor de maatregelen aan de dijk aan de Oostmaat
verantwoordelijk is voor eventueel optredende schade. Het waterschap i
verantwoordelijk voor een tijdige oplossing voor een veilige dijk.
3. De heer Van Dishoek geeft aan dat in het MER staat dat de aanvoer van grond wel
door de polder gaat. De heer Vinke licht toe dat dit alleen geldt voor polders die niet
zijn beschermd als
herkomst van de grond. De heer Vinke geeft aan dat de aannemer dit zal bepalen. Bij
Eemdijk zal de grond in ieder geval per schip worden aangevoerd en zo veel mogelijk
buitendijks worden getransportee
4. Op de Oostdijk wordt het fietspad verbreed. Er wordt geïnformeerd of er ook een
fietspad op de Westdijk komt. De heer Vinke antwoordt van niet.
5. De heer Van Dishoek geeft aan dat de Westdijk gehandhaafd blijft d.w.z. dat er geen
fietspad komt. Hij vraa
Nota van beantwoording van de zienswijzen
verslag
Witteveen+Bos
Van Twickelostraat 2
Postbus 233
7400 AE Deventer
telefoon 0570 69 79 11
telefax 0570 69 73 44
www.witteveenbos.nl
informatieavond
MER Veiligheid Zuidelijke Randmeren
22.00 uur
Gemeentehuis Bunschoten-Spakenburg
J. van Nieuwpoort
Zie deelnemerslijst
Achtereenvolgens zijn de volgende vragen gesteld:
De heer Schellart van Eemdijk 49 verzoekt om de gegevens voor het indienen van
een zienswijze. De heer Vinke antwoordt dat de hand-outs van de presentaties
beschikbaar zijn en dat er inspraakformulieren beschikbaar zijn om een formele
inspraakreactie op te noteren.
Mevrouw de Graaf (Oostmaat) heeft een vraag over de werkwijze van de
dijkverlegging. Zij vraagt zich of aanvoer via de weg of via het water zal plaatsvinden
en geeft aan dat zo min mogelijk transport door de woonwijk dient te geschieden. De
heer Vinke geeft aan dat het waterschap niet met kleitransport door de woonkern
gaat. Daarnaast vraagt mevrouw de Graaf zich af wie verantwoordelijk is voor
eventuele schade aan gebouwen of woningen. De heer Vinke antwoordt dat de
als opdrachtgever voor de maatregelen aan de dijk aan de Oostmaat
verantwoordelijk is voor eventueel optredende schade. Het waterschap i
verantwoordelijk voor een tijdige oplossing voor een veilige dijk.
De heer Van Dishoek geeft aan dat in het MER staat dat de aanvoer van grond wel
door de polder gaat. De heer Vinke licht toe dat dit alleen geldt voor polders die niet
zijn beschermd als natuurgebied. Vervolgens wordt de vraag gesteld naar de
herkomst van de grond. De heer Vinke geeft aan dat de aannemer dit zal bepalen. Bij
Eemdijk zal de grond in ieder geval per schip worden aangevoerd en zo veel mogelijk
buitendijks worden getransporteerd.
Op de Oostdijk wordt het fietspad verbreed. Er wordt geïnformeerd of er ook een
fietspad op de Westdijk komt. De heer Vinke antwoordt van niet.
De heer Van Dishoek geeft aan dat de Westdijk gehandhaafd blijft d.w.z. dat er geen
fietspad komt. Hij vraagt hoe in de toekomst de dijk ter plaatse dan kan worden
Van Twickelostraat 2
telefoon 0570 69 79 11
telefax 0570 69 73 44
www.witteveenbos.nl
De heer Schellart van Eemdijk 49 verzoekt om de gegevens voor het indienen van
outs van de presentaties
beschikbaar zijn en dat er inspraakformulieren beschikbaar zijn om een formele
Mevrouw de Graaf (Oostmaat) heeft een vraag over de werkwijze van de
er via de weg of via het water zal plaatsvinden
en geeft aan dat zo min mogelijk transport door de woonwijk dient te geschieden. De
heer Vinke geeft aan dat het waterschap niet met kleitransport door de woonkern
af wie verantwoordelijk is voor
eventuele schade aan gebouwen of woningen. De heer Vinke antwoordt dat de
als opdrachtgever voor de maatregelen aan de dijk aan de Oostmaat -
verantwoordelijk is voor eventueel optredende schade. Het waterschap is
De heer Van Dishoek geeft aan dat in het MER staat dat de aanvoer van grond wel
door de polder gaat. De heer Vinke licht toe dat dit alleen geldt voor polders die niet
natuurgebied. Vervolgens wordt de vraag gesteld naar de
herkomst van de grond. De heer Vinke geeft aan dat de aannemer dit zal bepalen. Bij
Eemdijk zal de grond in ieder geval per schip worden aangevoerd en zo veel mogelijk
Op de Oostdijk wordt het fietspad verbreed. Er wordt geïnformeerd of er ook een
De heer Van Dishoek geeft aan dat de Westdijk gehandhaafd blijft d.w.z. dat er geen
gt hoe in de toekomst de dijk ter plaatse dan kan worden
Nota van beantwoording van de zienswijzen
beheerd c.q. gemaaid. De heer Vinke geeft aan dat dit mogelijk is via de berm. Tot
slot informeert de heer Van Dishoek nog naar de komst van wildroosters. De
voorzitter, de heer Veldhuizen, adviseert
dienen.
6. De vraag wordt gesteld waarom rietkragen moeten worden hersteld, terwijl deze de
afgelopen tijd alleen maar zijn uitgebreid. De heer Vinke geeft aan dat rietkragen een
natuurwaarde vertegenwoordigen en bov
(beschermde) diersoorten.
7. De volgende vragen worden gesteld: In welke maand wordt gewerkt in achtertuinen
van de woningen aan de Eemdijk. Hoe vindt de grondverwerving plaats en in
hoeverre staat de ontwerphorizon van 50
eerst gestelde vraag geeft de heer Vinke aan dat gestreefd wordt naar een zo kort
mogelijke uitvoeringsduur, mede met het oog op woongenot. Wel moet er rekening
mee worden gehouden dat er in twee keer zand zal wo
op de vraag over grondverwerving wordt aangegeven dat er deze zomer (vanaf juli)
een aantal, door het waterschap aangestelde, rentmeesters het gebied in trekken met
de intentie om na de zomer met alle bewoners en gebruikers va
te hebben gehad. Op de vraag over de ontwerphorizon van 50 jaar antwoordt de heer
Vinke dat deze periode is neergelegd in de Leidraad Rivieren maar niet wettelijk is
bepaald. Deze termijn van 50 jaar is dus nooit helemaal zeker, maar
van de dijk is wel rekening gehouden met onzekerheden, bijvoorbeeld nadere eisen
als gevolg van toekomstige klimaatverandering. Er wordt echter geen rekening
gehouden met de wijziging van wettelijke normen.
8. De vraag wordt gesteld of de aanl
het haventje in Eemdijk wordt gebruikt. De heer Vinke geeft aan dat dit niet het geval
zal zijn. Verder geeft hij aan dat de mogelijke locaties voor een loswal en
transportroutes in het dijkverbeteringspla
9. Tot slot stelt de heer van Dishoek dat het voor de bewoners duidelijk moet zijn wie zij
van het waterschap zij kunnen benaderen in het geval een aannemer in de buurt van
hun huis of tuin aan het werk is.
10. Er wordt op gewezen dat er een spe
grondverwerving beschikbaar is.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
beheerd c.q. gemaaid. De heer Vinke geeft aan dat dit mogelijk is via de berm. Tot
slot informeert de heer Van Dishoek nog naar de komst van wildroosters. De
voorzitter, de heer Veldhuizen, adviseert om voor deze kwestie een zienswijze in te
De vraag wordt gesteld waarom rietkragen moeten worden hersteld, terwijl deze de
afgelopen tijd alleen maar zijn uitgebreid. De heer Vinke geeft aan dat rietkragen een
natuurwaarde vertegenwoordigen en bovendien ook een functie hebben voor
(beschermde) diersoorten.
De volgende vragen worden gesteld: In welke maand wordt gewerkt in achtertuinen
van de woningen aan de Eemdijk. Hoe vindt de grondverwerving plaats en in
hoeverre staat de ontwerphorizon van 50 jaar voor een dijk vast? Als antwoord op de
eerst gestelde vraag geeft de heer Vinke aan dat gestreefd wordt naar een zo kort
mogelijke uitvoeringsduur, mede met het oog op woongenot. Wel moet er rekening
mee worden gehouden dat er in twee keer zand zal worden opgebracht. Als antwoord
op de vraag over grondverwerving wordt aangegeven dat er deze zomer (vanaf juli)
een aantal, door het waterschap aangestelde, rentmeesters het gebied in trekken met
de intentie om na de zomer met alle bewoners en gebruikers van de dijk een gesprek
te hebben gehad. Op de vraag over de ontwerphorizon van 50 jaar antwoordt de heer
Vinke dat deze periode is neergelegd in de Leidraad Rivieren maar niet wettelijk is
bepaald. Deze termijn van 50 jaar is dus nooit helemaal zeker, maar
van de dijk is wel rekening gehouden met onzekerheden, bijvoorbeeld nadere eisen
als gevolg van toekomstige klimaatverandering. Er wordt echter geen rekening
gehouden met de wijziging van wettelijke normen.
De vraag wordt gesteld of de aanleg van een loswal in Eemdijk betekent dat hiervoor
het haventje in Eemdijk wordt gebruikt. De heer Vinke geeft aan dat dit niet het geval
zal zijn. Verder geeft hij aan dat de mogelijke locaties voor een loswal en
transportroutes in het dijkverbeteringsplan zijn aangegeven
Tot slot stelt de heer van Dishoek dat het voor de bewoners duidelijk moet zijn wie zij
van het waterschap zij kunnen benaderen in het geval een aannemer in de buurt van
hun huis of tuin aan het werk is.
Er wordt op gewezen dat er een speciale folder van het waterschap over
grondverwerving beschikbaar is.
5
beheerd c.q. gemaaid. De heer Vinke geeft aan dat dit mogelijk is via de berm. Tot
slot informeert de heer Van Dishoek nog naar de komst van wildroosters. De
om voor deze kwestie een zienswijze in te
De vraag wordt gesteld waarom rietkragen moeten worden hersteld, terwijl deze de
afgelopen tijd alleen maar zijn uitgebreid. De heer Vinke geeft aan dat rietkragen een
endien ook een functie hebben voor
De volgende vragen worden gesteld: In welke maand wordt gewerkt in achtertuinen
van de woningen aan de Eemdijk. Hoe vindt de grondverwerving plaats en in
jaar voor een dijk vast? Als antwoord op de
eerst gestelde vraag geeft de heer Vinke aan dat gestreefd wordt naar een zo kort
mogelijke uitvoeringsduur, mede met het oog op woongenot. Wel moet er rekening
rden opgebracht. Als antwoord
op de vraag over grondverwerving wordt aangegeven dat er deze zomer (vanaf juli)
een aantal, door het waterschap aangestelde, rentmeesters het gebied in trekken met
n de dijk een gesprek
te hebben gehad. Op de vraag over de ontwerphorizon van 50 jaar antwoordt de heer
Vinke dat deze periode is neergelegd in de Leidraad Rivieren maar niet wettelijk is
bepaald. Deze termijn van 50 jaar is dus nooit helemaal zeker, maar bij het ontwerp
van de dijk is wel rekening gehouden met onzekerheden, bijvoorbeeld nadere eisen
als gevolg van toekomstige klimaatverandering. Er wordt echter geen rekening
eg van een loswal in Eemdijk betekent dat hiervoor
het haventje in Eemdijk wordt gebruikt. De heer Vinke geeft aan dat dit niet het geval
zal zijn. Verder geeft hij aan dat de mogelijke locaties voor een loswal en
Tot slot stelt de heer van Dishoek dat het voor de bewoners duidelijk moet zijn wie zij
van het waterschap zij kunnen benaderen in het geval een aannemer in de buurt van
ciale folder van het waterschap over
Nota van beantwoording van de zienswijzen
6
onderwerp Verslag informatieavond
project MER Veiligheid Zuidelijke Randmeren
verslagnummer 03
datum 23 juni 2011
tijd 19.15 uur-22.30 uur
plaats Boerencamping Buitenlust Eemdijk
projectcode LEU36-3
referentie -
opgemaakt door J. van Nieuwpoort
datum opmaak 7 juli 2011
bijlagen -
aanwezig Zie deelnemerslijst
afwezig -
kopie -
Achtereenvolgens zijn de volgende vragen gesteld:
1. De heer Breij vraagt zich af of in het geval hij een stal wil verbouwen of deze dan
verder vanaf de dijk moet komen, want dat heeft hij van de gemeente begrepen.
2. De heer Van der Geest vraagt zich af hoe het zit met grondverwerving in relatie tot de
inspraakmogelijkheden. Hein Vinke geeft aan dat het traject van grondverwerving de
eerste stap is in de uitvoeringsfase, waarmee reeds is gestart. Hiervoor biedt het
dijkverbeteringsplan wel de basis. Maar de grondverwerving staat los van de
inspraak.
3. Hierop komt de vraag of het waterschap de inspraak dan wel serieus neemt. De heer
Vinke vult aan dat in het dijkverbeteringsplan het proces van grondverwerving is
beschreven. In de komende maanden komt het waterschap kennis maken en een
oriënterend gesprek voeren. D
onderhandelingen. Als er bewoners zijn die niet eerst een oriënterend gesprek willen
hebben voordat de plannen formeel zijn vastgesteld dan is dat natuurlijk hun goed
recht. Het waterschap streeft naar grondverwerving op
partijen er niet uitkomen dan volgt een traject van onteigening. Er wordt op gewezen
dat er een speciale folder van het waterschap over grondverwerving beschikbaar is.
4. Op een opmerking uit de zaal dat op een traject een dijk op e
de heer Vinke aan dat het waterschap er niet in kan toestemmen dat er zonder
toestemming ingrepen aan de dijk plaatsvinden.
5. De vraag wordt gesteld wat de minimale afstand van een woning en de dijk is. De
heer Stellingwerff geeft aa
regels gelden als nu in de Keur staat.
6. De vraag wordt gesteld of het waar is dat herbouw niet mogelijk zou zijn als een huis
afbrand. De heer Stellingwerff geeft aan dat dit afhangt van wat hierov
Nota van beantwoording van de zienswijzen
verslag
Witteveen+Bos
Van Twickelostraat 2
Postbus 233
7400 AE Deventer
telefoon 0570 69 79 11
telefax 0570 69 73 44
www.witteveenbos.nl
Verslag informatieavond
MER Veiligheid Zuidelijke Randmeren
22.30 uur
Boerencamping Buitenlust Eemdijk
J. van Nieuwpoort
Zie deelnemerslijst
Achtereenvolgens zijn de volgende vragen gesteld:
De heer Breij vraagt zich af of in het geval hij een stal wil verbouwen of deze dan
verder vanaf de dijk moet komen, want dat heeft hij van de gemeente begrepen.
De heer Van der Geest vraagt zich af hoe het zit met grondverwerving in relatie tot de
akmogelijkheden. Hein Vinke geeft aan dat het traject van grondverwerving de
eerste stap is in de uitvoeringsfase, waarmee reeds is gestart. Hiervoor biedt het
dijkverbeteringsplan wel de basis. Maar de grondverwerving staat los van de
t de vraag of het waterschap de inspraak dan wel serieus neemt. De heer
Vinke vult aan dat in het dijkverbeteringsplan het proces van grondverwerving is
beschreven. In de komende maanden komt het waterschap kennis maken en een
oriënterend gesprek voeren. Daarna wordt er pas begonnen met de
onderhandelingen. Als er bewoners zijn die niet eerst een oriënterend gesprek willen
hebben voordat de plannen formeel zijn vastgesteld dan is dat natuurlijk hun goed
recht. Het waterschap streeft naar grondverwerving op minnelijke basis, maar als
partijen er niet uitkomen dan volgt een traject van onteigening. Er wordt op gewezen
dat er een speciale folder van het waterschap over grondverwerving beschikbaar is.
Op een opmerking uit de zaal dat op een traject een dijk op een dijk is gebouwd geeft
de heer Vinke aan dat het waterschap er niet in kan toestemmen dat er zonder
toestemming ingrepen aan de dijk plaatsvinden.
De vraag wordt gesteld wat de minimale afstand van een woning en de dijk is. De
heer Stellingwerff geeft aan dat in het geval de dijk niet wordt opgeschoven dezelfde
regels gelden als nu in de Keur staat.
De vraag wordt gesteld of het waar is dat herbouw niet mogelijk zou zijn als een huis
afbrand. De heer Stellingwerff geeft aan dat dit afhangt van wat hierov
Van Twickelostraat 2
telefoon 0570 69 79 11
telefax 0570 69 73 44
www.witteveenbos.nl
De heer Breij vraagt zich af of in het geval hij een stal wil verbouwen of deze dan
verder vanaf de dijk moet komen, want dat heeft hij van de gemeente begrepen.
De heer Van der Geest vraagt zich af hoe het zit met grondverwerving in relatie tot de
akmogelijkheden. Hein Vinke geeft aan dat het traject van grondverwerving de
eerste stap is in de uitvoeringsfase, waarmee reeds is gestart. Hiervoor biedt het
dijkverbeteringsplan wel de basis. Maar de grondverwerving staat los van de
t de vraag of het waterschap de inspraak dan wel serieus neemt. De heer
Vinke vult aan dat in het dijkverbeteringsplan het proces van grondverwerving is
beschreven. In de komende maanden komt het waterschap kennis maken en een
aarna wordt er pas begonnen met de
onderhandelingen. Als er bewoners zijn die niet eerst een oriënterend gesprek willen
hebben voordat de plannen formeel zijn vastgesteld dan is dat natuurlijk hun goed
minnelijke basis, maar als
partijen er niet uitkomen dan volgt een traject van onteigening. Er wordt op gewezen
dat er een speciale folder van het waterschap over grondverwerving beschikbaar is.
en dijk is gebouwd geeft
de heer Vinke aan dat het waterschap er niet in kan toestemmen dat er zonder
De vraag wordt gesteld wat de minimale afstand van een woning en de dijk is. De
n dat in het geval de dijk niet wordt opgeschoven dezelfde
De vraag wordt gesteld of het waar is dat herbouw niet mogelijk zou zijn als een huis
afbrand. De heer Stellingwerff geeft aan dat dit afhangt van wat hierover is geregeld.
Nota van beantwoording van de zienswijzen
In de legger staan duidelijk de zones waarbinnen verboden gelden. Mogelijk is de
bouw of herbouw niet toegestaan. Geadviseerd wordt om in dat geval in te spreken
op het dijkverbeteringsplan en de legger.
7. De heer Van Dishoek geeft aan dat hi
is. De heer Veldhuizen geeft aan dat mevrouw Moons een andere afspraak heeft in
het belang van het waterschap, maar geeft daarbij met nadruk aan niet te twijfelen
aan haar betrokkenheid bij de dijkverbeter
8. De vraag wordt gesteld uit welk materiaal de dijk wordt opgebouwd. De heer Kuipers
geeft aan dat de binnenkant van zand kan zijn maar dat de buitenkant van klei is en
zal worden afgedekt met een laag bovengrond zodat er een goede grasmat kan
groeien. De buitenste kleilaag biedt bescherming tegen de golven en laat geen water
door.
9. Uit de zaal komt de vraag wat ervan de oorzaak is geweest dat het waterschap eerst
gezegd heeft dat er een meter op de dijk moest op plaatsen in Eemdijk
dit later nog maar 60 cm was. De heer Vinke geeft aan dat dit te maken heeft met het
feit dat daar sprake is van zowel ophoging als aanberming. De maat van de berm
heeft invloed op de hoogte van de dijk. Dit heeft voor Eemdijk
opgeleverd.
10. Er wordt opgemerkt dat de inspraak precies in de vakantieperiode valt. Hierop wordt
aangegeven dat de inspraak normaal maar 6 weken is, maar dat het waterschap
vanwege de vakantie de inspraak termijn heeft verengd tot 10 weken. Zodoende
heeft iedereen ruime g
11. De vraag wordt gesteld of alle bewoners en gebruikers van de dijk nu door het
waterschap zijn benaderd of dat de plannen nog als een verassing kunnen komen.
De heer Vinke geeft aan dat het voor de bewoners/gebruikers geen veras
mag zijn. In dat geval zou dit voor het waterschap ook een verassing zijn.
12. Wat zijn de financiële consequenties voor bewoners en gebruikers van de dijk? De
heer Vinke antwoordt dat dit wordt geregeld in het grondverwervingstraject door een
aantal rentmeesters van het waterschap. Het is de bedoeling dat deze zomer
iedereen benaderd wordt over zaken als grondverwerving, huur, tuinen etc.
Overigens zullen de rentmeesters niet vooraf offertes opstellen.
13. Hierop komt de vraag of er ook voor 28 augustus
bewoners het niet eens zijn met de rentmeesters. De heer Vinke antwoordt dat de
inspraakperiode tot 28 augustus alleen betrekking heeft op dijkverbeteringsplan, MER
en legger en niet op de grondverwerving.
14. Er is onduidelijkheid over het verschil tussen het verleggen van de dijk c.q. het
verbreden van de dijk. De heer Vinke geeft aan dat dit hetzelfde is en tekent het uit.
Hij geeft aan dat bewoners die nu in de dijk wonen door de aanleg van een nieuwe
dijk (dijkverlegging/dijkverbreding) er tot 3 meter grond bij krijgen.
15. De term dijkverlegging leidt bij de bewoners tot verwarring want het impliceert dat de
bestaande dijk wordt afgegraven. Op de vraag of de “oude” dijk mag worden
weggehaald wordt door het wat
Hierop wordt de vraag gesteld wanneer dan het moment is om daarover te praten. De
heer Vinke geeft aan dat dit kan in de fase van grondverwerving en dat de
besteksfase het moment is dit nader te regelen. Op d
eigendom wordt van de bewoners wordt geantwoord dat deze grond binnen de legger
valt dus dat dit in overleg met het waterschap moet worden bekeken
16. De heer Van Dishoek uit de wens dat bewoners per deel geïnformeerd worden over
de maatregelen en over de legger. De heer Veldhuizen zegt toe dat indien bewoners
dit wensen het waterschap hen zal ontvangen in het waterschapshuis voor een
toelichting. De heer Vinke geeft aan dat ook de medewerkers van het waterschap die
samen met de rentmeesters langskomen deze taak kunnen vervullen.
17. De heer van der Geest uit de wens dat het transport zoveel mogelijk over water
plaatsvindt. De heer Vinke geeft aan dat dit ook de inzet is van het waterschap maar
dat in het noorden van Eemdijk het transp
Nota van beantwoording van de zienswijzen
In de legger staan duidelijk de zones waarbinnen verboden gelden. Mogelijk is de
bouw of herbouw niet toegestaan. Geadviseerd wordt om in dat geval in te spreken
op het dijkverbeteringsplan en de legger.
De heer Van Dishoek geeft aan dat hij het betreurt dat de dijkgraaf zelf niet aanwezig
is. De heer Veldhuizen geeft aan dat mevrouw Moons een andere afspraak heeft in
het belang van het waterschap, maar geeft daarbij met nadruk aan niet te twijfelen
aan haar betrokkenheid bij de dijkverbeteringsplannen.
De vraag wordt gesteld uit welk materiaal de dijk wordt opgebouwd. De heer Kuipers
geeft aan dat de binnenkant van zand kan zijn maar dat de buitenkant van klei is en
zal worden afgedekt met een laag bovengrond zodat er een goede grasmat kan
roeien. De buitenste kleilaag biedt bescherming tegen de golven en laat geen water
Uit de zaal komt de vraag wat ervan de oorzaak is geweest dat het waterschap eerst
gezegd heeft dat er een meter op de dijk moest op plaatsen in Eemdijk
it later nog maar 60 cm was. De heer Vinke geeft aan dat dit te maken heeft met het
feit dat daar sprake is van zowel ophoging als aanberming. De maat van de berm
heeft invloed op de hoogte van de dijk. Dit heeft voor Eemdijk
wordt opgemerkt dat de inspraak precies in de vakantieperiode valt. Hierop wordt
aangegeven dat de inspraak normaal maar 6 weken is, maar dat het waterschap
vanwege de vakantie de inspraak termijn heeft verengd tot 10 weken. Zodoende
heeft iedereen ruime gelegenheid om in te spreken.
De vraag wordt gesteld of alle bewoners en gebruikers van de dijk nu door het
waterschap zijn benaderd of dat de plannen nog als een verassing kunnen komen.
De heer Vinke geeft aan dat het voor de bewoners/gebruikers geen veras
mag zijn. In dat geval zou dit voor het waterschap ook een verassing zijn.
Wat zijn de financiële consequenties voor bewoners en gebruikers van de dijk? De
heer Vinke antwoordt dat dit wordt geregeld in het grondverwervingstraject door een
l rentmeesters van het waterschap. Het is de bedoeling dat deze zomer
iedereen benaderd wordt over zaken als grondverwerving, huur, tuinen etc.
Overigens zullen de rentmeesters niet vooraf offertes opstellen.
Hierop komt de vraag of er ook voor 28 augustus moet worden gereageerd als de
bewoners het niet eens zijn met de rentmeesters. De heer Vinke antwoordt dat de
inspraakperiode tot 28 augustus alleen betrekking heeft op dijkverbeteringsplan, MER
en legger en niet op de grondverwerving.
Er is onduidelijkheid over het verschil tussen het verleggen van de dijk c.q. het
verbreden van de dijk. De heer Vinke geeft aan dat dit hetzelfde is en tekent het uit.
Hij geeft aan dat bewoners die nu in de dijk wonen door de aanleg van een nieuwe
dijkverlegging/dijkverbreding) er tot 3 meter grond bij krijgen.
De term dijkverlegging leidt bij de bewoners tot verwarring want het impliceert dat de
bestaande dijk wordt afgegraven. Op de vraag of de “oude” dijk mag worden
weggehaald wordt door het waterschap geantwoord dat hierover valt te praten.
Hierop wordt de vraag gesteld wanneer dan het moment is om daarover te praten. De
heer Vinke geeft aan dat dit kan in de fase van grondverwerving en dat de
besteksfase het moment is dit nader te regelen. Op de vraag of het oude stuk dijk
eigendom wordt van de bewoners wordt geantwoord dat deze grond binnen de legger
valt dus dat dit in overleg met het waterschap moet worden bekeken
De heer Van Dishoek uit de wens dat bewoners per deel geïnformeerd worden over
de maatregelen en over de legger. De heer Veldhuizen zegt toe dat indien bewoners
dit wensen het waterschap hen zal ontvangen in het waterschapshuis voor een
toelichting. De heer Vinke geeft aan dat ook de medewerkers van het waterschap die
ntmeesters langskomen deze taak kunnen vervullen.
De heer van der Geest uit de wens dat het transport zoveel mogelijk over water
plaatsvindt. De heer Vinke geeft aan dat dit ook de inzet is van het waterschap maar
dat in het noorden van Eemdijk het transport ook door de Bekaaide Maat moet. De
7
In de legger staan duidelijk de zones waarbinnen verboden gelden. Mogelijk is de
bouw of herbouw niet toegestaan. Geadviseerd wordt om in dat geval in te spreken
j het betreurt dat de dijkgraaf zelf niet aanwezig
is. De heer Veldhuizen geeft aan dat mevrouw Moons een andere afspraak heeft in
het belang van het waterschap, maar geeft daarbij met nadruk aan niet te twijfelen
De vraag wordt gesteld uit welk materiaal de dijk wordt opgebouwd. De heer Kuipers
geeft aan dat de binnenkant van zand kan zijn maar dat de buitenkant van klei is en
zal worden afgedekt met een laag bovengrond zodat er een goede grasmat kan
roeien. De buitenste kleilaag biedt bescherming tegen de golven en laat geen water
Uit de zaal komt de vraag wat ervan de oorzaak is geweest dat het waterschap eerst
gezegd heeft dat er een meter op de dijk moest op plaatsen in Eemdijk-Noord en dat
it later nog maar 60 cm was. De heer Vinke geeft aan dat dit te maken heeft met het
feit dat daar sprake is van zowel ophoging als aanberming. De maat van de berm
heeft invloed op de hoogte van de dijk. Dit heeft voor Eemdijk-Noord voordeel
wordt opgemerkt dat de inspraak precies in de vakantieperiode valt. Hierop wordt
aangegeven dat de inspraak normaal maar 6 weken is, maar dat het waterschap
vanwege de vakantie de inspraak termijn heeft verengd tot 10 weken. Zodoende
De vraag wordt gesteld of alle bewoners en gebruikers van de dijk nu door het
waterschap zijn benaderd of dat de plannen nog als een verassing kunnen komen.
De heer Vinke geeft aan dat het voor de bewoners/gebruikers geen verassing meer
mag zijn. In dat geval zou dit voor het waterschap ook een verassing zijn.
Wat zijn de financiële consequenties voor bewoners en gebruikers van de dijk? De
heer Vinke antwoordt dat dit wordt geregeld in het grondverwervingstraject door een
l rentmeesters van het waterschap. Het is de bedoeling dat deze zomer
iedereen benaderd wordt over zaken als grondverwerving, huur, tuinen etc.
moet worden gereageerd als de
bewoners het niet eens zijn met de rentmeesters. De heer Vinke antwoordt dat de
inspraakperiode tot 28 augustus alleen betrekking heeft op dijkverbeteringsplan, MER
Er is onduidelijkheid over het verschil tussen het verleggen van de dijk c.q. het
verbreden van de dijk. De heer Vinke geeft aan dat dit hetzelfde is en tekent het uit.
Hij geeft aan dat bewoners die nu in de dijk wonen door de aanleg van een nieuwe
De term dijkverlegging leidt bij de bewoners tot verwarring want het impliceert dat de
bestaande dijk wordt afgegraven. Op de vraag of de “oude” dijk mag worden
erschap geantwoord dat hierover valt te praten.
Hierop wordt de vraag gesteld wanneer dan het moment is om daarover te praten. De
heer Vinke geeft aan dat dit kan in de fase van grondverwerving en dat de
e vraag of het oude stuk dijk
eigendom wordt van de bewoners wordt geantwoord dat deze grond binnen de legger
De heer Van Dishoek uit de wens dat bewoners per deel geïnformeerd worden over
de maatregelen en over de legger. De heer Veldhuizen zegt toe dat indien bewoners
dit wensen het waterschap hen zal ontvangen in het waterschapshuis voor een
toelichting. De heer Vinke geeft aan dat ook de medewerkers van het waterschap die
ntmeesters langskomen deze taak kunnen vervullen.
De heer van der Geest uit de wens dat het transport zoveel mogelijk over water
plaatsvindt. De heer Vinke geeft aan dat dit ook de inzet is van het waterschap maar
ort ook door de Bekaaide Maat moet. De
Nota van beantwoording van de zienswijzen
8
plaatsen voor depots en de transportroutes staan op tekening in het
dijkverbeteringsplan.
18. Op de vraag of de inspraakreacties ook door de provincie Utrecht worden
beantwoord geeft de heer Vrolijk van de Provincie Utrec
reactie. Wel coördineert de provincie de ingekomen reacties en controleert op
juridische juistheid en of de belangen goed zijn meegenomen.
19. Aangegeven wordt dat er 17 augustus nog een inloopavond volgt bij het waterschap
Nota van beantwoording van de zienswijzen
plaatsen voor depots en de transportroutes staan op tekening in het
dijkverbeteringsplan.
Op de vraag of de inspraakreacties ook door de provincie Utrecht worden
beantwoord geeft de heer Vrolijk van de Provincie Utrecht aan dat dit afhangt van de
reactie. Wel coördineert de provincie de ingekomen reacties en controleert op
juridische juistheid en of de belangen goed zijn meegenomen.
Aangegeven wordt dat er 17 augustus nog een inloopavond volgt bij het waterschap
plaatsen voor depots en de transportroutes staan op tekening in het
Op de vraag of de inspraakreacties ook door de provincie Utrecht worden
ht aan dat dit afhangt van de
reactie. Wel coördineert de provincie de ingekomen reacties en controleert op
Aangegeven wordt dat er 17 augustus nog een inloopavond volgt bij het waterschap
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Bijlage 4 – Lijst wijzigingen Zie agendapunt 4.2.3
Nota van beantwoording van de zienswijzen
Lijst wijzigingen
9