164
Bestuurskun de Een samenvatting (boek, Powerpoints, lesnotities) van Tosh Joostens Hoofdstuk 1 & 2 Belang van de 4 sferen verschilt in tijd en ruimte o Vb. Rol van de staat nu en vroeger o Vb. Rol van de staat in Westerse samenleving en Afrikaanse landen o Vb. Toenemend belang van de markt door privatisering Verhouding tussen de sferen verandert in de tijd: o Staat >< markt Staat maakt regels voor de markt o Staat >< civil society Staat maakt regels voor civil o Staat >< gemeenschap Staat bestraft zaken als huiselijk geweld o Markt >< civil society Maatschappelijke problemen laten zich niet besturen door de overheid (government) alleen, maar ook niet door de markt alleen of door de civil society alleen Ze zijn in verschillende combinaties van verantwoordelijkheden en rollen met mekaar verweven en die verwevenheid is de governance. Samenleven = politiek georganiseerde verbanden, met alle noodzakelijke relativering over de territoriale grenzen & over het door elkaar lopen van politieke gemeenschappen. o Meest brede invulling: wereld/globale samenleving o Ook gemeente & een buurt o Elke SL die een politiek georganiseerd verband vormt, bestaat uit verhoudingen uit vier sferen. Elke sfeer heeft eigen kenmerken & verhoudingen die ervoor zorgen dat de SL’en van elkaar verschillen.

wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

  • Upload
    others

  • View
    3

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

BestuurskundeEen samenvatting (boek, Powerpoints, lesnotities) van Tosh JoostensHoofdstuk 1 & 2

Belang van de 4 sferen verschilt in tijd en ruimte o Vb. Rol van de staat nu en vroeger o Vb. Rol van de staat in Westerse samenleving en Afrikaanse landen o Vb. Toenemend belang van de markt door privatisering

Verhouding tussen de sferen verandert in de tijd: o Staat >< markt

Staat maakt regels voor de markt o Staat >< civil society

Staat maakt regels voor civil o Staat >< gemeenschap

Staat bestraft zaken als huiselijk geweldo Markt >< civil society

Maatschappelijke problemen laten zich niet besturen door de overheid (government) alleen, maar ook niet door de markt alleen of door de civil society alleen

Ze zijn in verschillende combinaties van verantwoordelijkheden en rollen met mekaar verweven en die verwevenheid is de governance.

Samenleven = politiek georganiseerde verbanden, met alle noodzakelijke relativering over de territoriale grenzen & over het door elkaar lopen van politieke gemeenschappen.

o Meest brede invulling: wereld/globale samenlevingo Ook gemeente & een buurto Elke SL die een politiek georganiseerd verband vormt, bestaat uit verhoudingen uit vier sferen.

Elke sfeer heeft eigen kenmerken & verhoudingen die ervoor zorgen dat de SL’en van elkaar verschillen.

Page 2: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Gemeenschappen Markt Staat Civil SocietyPrivate sfeer=> Ideaal: geen dwang, in praktijk wel

Private sfeer Publieke sfeer Private sfeer

Informeel Formeel Formeel FormeelLiefde, loyaliteit Ruil, exit Dwang, voice Zorg, vertrouwenSfeer waar mensen met elkaar omgaan, gezin stichten, deel zijn van sociale netwerken,…

Burger is consumentEr functioneren bedrijven (= profit-organisaties)

Betreffende het maatschappelijke middenveld

Staat = geheel van overheden en instellingen die optreden voor het algemeen belang & die ons kunnen verplichten, stimuleren, ondersteunen of hinderen in wat we willen doen maar die we als burgers & als samenleving ook mee vormgeven.

=> overheden & hun instellingeno Overheid = politieke systeem op alle niveaus (verkiezingen, WM, UM), de administratie

die beslissingen voorbereiden en uitvoeren, de RM. De staat neemt beslissingen & kan daarbij dwingend optreden. Die dwang is een exclusieve

bevoegdheid van de staat. Ze kan ook belastingen heffen.

Voice = uitdrukken via verkiezingen wat de voorkeur is voor het beleid van de staat & aangeven wie de staat moet besturen.

Door deze beslissing kan de staat groeien of verkleinen & haar focus(sen) verleggen. Exit = consumenten kunnen een markt verlaten door geen producten meer te kopen. Maatschappelijke middenveld = geheel v organisaties opgericht door burgers waarin zij zich verenigen.

= Civil Society Ze steunt op vertrouwen van burgers: Sociaal kapitaal (= burgers vertrouwen elkaar) Belang:

o Verenigen van mensen met gelijkaardige problemen of in gelijkaardige problemen o Versterkt mensen individueelo Bundelt verlangens & eisen van mensen t.o.v. de overheid & versterkt die door

vereniging. Ze oefent dus druk uit op de private sfeer, markten & staat. Maar deze oefenen ook druk uit op

de civil society.

Page 3: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

De staat & andere sferen o Gemeenschap

Bepaalt rechten & vrijheden Grijpt in in de private sfeer & beperkt/verruimt de vrijheid van mensen Grondwet beschermt burgers tegen een te opdringere staat Democratische landen: staatmacht bewust ingeperkt Autoritaire staat: staat is instrument van machthebbers gebruikt voor totale controle

o Markt Staat maakt regels waar bedrijven zich aan moeten houden. Reguleert markten => bepaalt gedrag van bedrijven. Deregulering, liberalisering & privatisering overheidsondernemingen; materies vermarkten Onder druk van civil society; gedrag aanpassingen

o Civil Society Staat ondersteunt financieel delen van civil society & maakt door regels mogelijk/moeilijker

om mensen zich te laten verenigen. Middenveld kan door staat gebruikt worden/kan zich aanbieden om publieke taken te

vervullen. De markt & andere sferen

o Private sfeer : Manier waarop werkorganisatie in bedrijven is geregeld bepaalt voor een groot deel het

patroon van ons dagelijkse leven & stuurt onze keuzes. o Staat :

Lobbying voor belangen Overheden onder druk zetten om keuzes te maken in het algemeen belang.

o Middenveld : Bedrijven & sectoren komen op voor hun belangen & beïnvloeden acties van de staat &

middenveld Ook tendensen tot vermarkting: middenveldorganisaties komen in concurrentie met elkaar

te staan. Kan ook zijn dat middenveldorg wordt overgenomen door een privaat bedrijf.

Publieke/Private Sfeer o Publieke sfeer = staato Private sfeer = individuen die organisaties of bedrijven oprichten: middenveld & markto Klassiek liberale onderscheid is maar één manier om onderscheid te maken.

Formele/informele organisatievormen o Formeel = organisaties hebben een juridisch statuut waardoor ze rechten & plichten hebben.

Alle organisaties in de publieke sfeer, vb. gemeentebestuuro Private sfeer; informeel

Profit-organisatie/non-profitorganisatie o Profit-organisatie = organisatie met als doel winst voor de mensen die het bedrijf hebben opgericht

of er aandelen in hebben. o Non-profitorganisatie = organisatie met als doel opbrengt uit activiteiten te halen & die laten

bijdragen tot het algemeen belang of tot het doel waarvoor ze is opgericht.

Governance o In een land is er nooit totale dominantie van één enkele sfeer; combinatie van sferen. o In beleidsuitvoering zijn de drie sferen vervlochten door regelgeving, financiering… o Arrangementen van governance = stelsels gevormd door de combinatie van de sferen, verbanden

tussen organisaties in deze sferen, mensen die in interactie staan & die samen vorm geven aan maatschappelijke domeinen of aspecten van het dagelijkse leven.

Page 4: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Arrangementen = dynamischo Government door één sfeer

Bestuurskunde als discipline o Bestuurskunde = maatschappijwetenschap

= wetenschap die zich bezig houdt met de relaties tussen mensen onderlingo Case het asieldossier

In feite hebben asielzoekers volgens de wet recht op opvang. Fedasil moet hier voor zorgen, maar medio 2008 kon Fedasil deze opdracht niet meer aan en ontstond er opvangtekort. Dit kwam door enerzijds door de opvangwet en anderzijds door de in de media breed aangekondigde regularisatiecampagne die dan ook in het regeerakkoord Leterme I werd ingeschreven. Door het tekort plaatsten ze ook vele mensen in hotels. Maar toch heeft in 2010 Fedasil zo’n 6000 mensen niet kunnen toewijzen. Hierdoor stapten sommigen naar de arbeidsrechtbank met grote dwangsommen tot gevolg. Legerkazernes werden een optie, maar ook hierover ontstond er onenigheid tussen de burgemeesters, staatssecretaris Courard en De Crem.

In het vervolg van dit hoofdstuk zullen we deze case gebruiken om de verschillende aspecten uit de definitie van bestuurskunde te illustreren.

Definitie bestuurskunde o “De bestuurskunde bestudeert”

Bestuurskunde = vakgebied/discipline Synoniem: bestuurswetenschap Kernobject: openbaar bestuur

= het geheel van organisaties en activiteiten die gericht zijn op de besturing van de maatschappij.

Twee luiken:o Geheel van organisaties:

Het openbaar bestuur dekt een veelheid aan instellingen en diensten (bv. Ministeries, overheidsbedrijven, PPS’en).

De bestuurskunde zal zich minder toeleggen op organisaties die behoren tot de wetgevende of rechterlijke macht.

o Proces van besturen van het maatschappelijke bestel: Een aaneenschakeling van verschillende activiteiten om binnen de

samenleving gewenste ontwikkelingen en effecten te bewerkstelligen.

Strikte zin : organisaties die verbonden zijn met de UM. Bevolkt door ambtenaren & aan het hoofd staat een politicus

Ruime zin : ook semi-overheidsorganisaties & particuliere organisaties

o Houdt zich bezig met inrichting & werking van openbare bestureno Ook (be)sturen van het maatschappelijke bestel

=> aaneenschakeling van verschillende activiteiten om binnen de SL gewenste ontwikkelingen & effecten te bewerkstelligen.

o Openbare besturen zijn op verschillende niveaus georganiseerd & zijn sterk vervlochten met elkaar => Multi-level governance.

Omgeving van het openbaar bestuur o = alle aspecten die een grote impact hebben op de inrichting & werking van het openbaar bestuur. 1) Politiek-institutioneel

België: Constitutionele monarchie Parlementaire democratie Kiesstelsel: evenredige vertegenwoordiging

Page 5: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Indien geen parlementaire meerderheid: coalitieregeringo Moeilijkere besluitvorming

Ministeriële verantwoordelijkheid over ambtenaren Federale staat

o Grotere complexiteit Gemeenten/provincies verankerd in grondwet

o Lokale besturen kunnen macht uitoefenen op de besluitvorming ondermeer via de vertegenwoordiging van lokale bestuurders in Parlement.

Politiek partijen vertegenwoordigen een sterkte macht Partijen zijn niet unitair maar regionaal georganiseerd

Openbare bestuur hangt af van de Regering Rechtstaat:

Wetgevende macht bepaald tot hoever het openbaar bestuur in de SL rijkt, welke omgeving ze heeft & welke actiemiddelen ze tot haar beschikking heeft voor uitvoering & afdwinging

Rule of Law = legaliteitsbeginsel = Voor het bestuursoptreden moet een wettige machtiging voorhanden zijn en er kan uitsluitend conform deze machtiging worden opgetreden.

Burgers beschikken over grondrechten, ingeschreven in een Grondweto Bieden bescherming tegen overheid

2) Maatschappelijke omgeving Openbare dienstverlening = producten & diensten moeten ten bate van de maatschappij

zijn. Is ook afhankelijk van de maatschappij.

Het openbaar bestuur ondergaat permanent de invloed vanuit de maatschappij. Het openbaar bestuur is dus een open systeem dat via input en output verbonden is met de omgeving.

=> Easton: Politieke systeemtheorieo Input: eisen + steuno Output niet noodzakelijk “=” aan

outcomeo Outcome: wordt via een systeem van

feedback de nieuwe input o Hier wordt het openbaar bestuur

beschouwd als deel van het politieke systeem

3) Juridische omgeving o Asielprocedure:

Politiek-institutionele omgeving : belangrijk om de asielcrisis te begrijpen. Gaat over betrokken partijen, over

de betrokkenheid van verschillende bestuursniveaus (multi-level governance).

Juridische omgeving : asiel is een fundamenteel recht dat vastgelegd is in de Conventie van Genève. Conventie van Genève om een juridisch kader voor de erkenning van vluchtelingen

te creëren

Page 6: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Maatschappelijke omgeving : asiel maakt deel uit van bredere problematiek van migratie. INPUT: demands worden groter, meer instroom + support van bevolking

neemt af DUS: hoeveelheid “sans papiers” stijgt, hierdoor nood aan regularisatie MAAR: hierdoor lijkt België ‘makkelijk’ toegankelijk en dus zorgt dit voor een

aanzuigeffect.

Welke openbare besturen in België zijn betrokken bij de vluchtelingen problematiek? Staat

Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ)o Directie binnen Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zakeno Beheert migratiestroom met verschillende partners

Commissariaat-generaal voor Vluchtelingen en de Staatslozeno Onafhankelijke administratieo Bied bescherming aan vreemdelingen o Onderzoekt elke asielaanvraag onafhankelijk

Fedasil o Instelling van openbaar nut van type Ao Verantwoordelijk voor opvang asielzoekers & andere doelgroepen o Coördineert verschillende vrijwilligeterugkeerprogramma’s

OCMWo leefloon

Raad van State o Fungeert als cassatierechter.

Raad voor Vreemdelingenbetwistingen o Onafhankelijk administratief rechtscollege o Beroep aanteken tegen beslissingen van het CGVS & DVZ

Raad voor Vreemdelingenbetwistingen o Federaal migratiecentrumo Waakt over grondrechten van vreemdelingeno Informeert over de aard & omvang van de migratiestromeno Stimuleert strijd tegen mensenhandel & mensensmokkel

Zodra goedkeuring van federaal gemeenschappelijk niveau Agentschap integratie en inburgering

Buiten overheids organisaties Civil Society NGO

o Rode kruis o Vluchtelingenwerk Vlaanderen o Caritas

Page 7: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Artsen onder grenzen Sommige mensen vangen gewoon vluchtelingen op Gemeenschappen Na erkenning zullen vluchtelingen deelnemen aan het publieke leven markt

Asielprocedure

Naast een empirische wetenschap is de bestuurskunde tevens een normatieve en prescriptieve wetenschap met aandacht voor toegepaste bestuurskundige vraagstukken

o 4 soorten kennis : Beschrijven : bestuurlijke instellingen & praktijk (descriptie) Verklaren : waarom de situatie zo is Beoordelen : van de sterkte/zwakke punten vh openbaar bestuur (normatieve analyse,

evaluatie) Voorschrijven : Beredeneerde voorstellen voor verbetering van openbaar bestuur

(prescriptie)o Luiken :

1) Eerste luik: beschrijven & verklaren => empirische bestuurskunde2) Tweede luik: beoordelen => normatieve bestuurskunde3) Derde luik: aanbevelingen => prescriptieve bestuurskunde

o Toepassing op asiel Hoe kunnen we verklaren en beschrijven wat de asielcrisis doet met de organisaties?

Stap 1: Asielaanvraag bij de Dienst Vreemdelingenzaken• Registreert de asielaanvraag• Onderzoekt of België verantwoordelijk is (Dublin

verordening van 2003) • Indien positief: recht op materiële opvang (bed, brood,

bad) => Fedasil

Stap 2: Onderzoek ten gronde door het Commissariaat voor de vluchtelingen en de staatslozen

• Gaat na of men in aanmerking komt voor asielo Conventie van Genèveo Bijkomende criteria (bv. Veilige landen)

• Indien de uitkomst is: erkenning als vluchteling, kan men 5 jaar in België blijven, daarna verlengbaar voor onbepaalde duur

• Indien de uitkomst is: subsidiaire bescherming, dan verblijf van beperkte duur, eventueel verlengbaar

• In beide gevallen stopt de materiële opvang; wel financiële hulpaanvraag mogelijk bij OCMW

Stap 3: Indien zowel statuut van vluchteling als subsidiaire bescherming geweigerd wordt, levert de dienst vreemdelingenzaken het bevel af om het grondgebied te verlaten

• vrijwillig => praktische hulp van de Internationale Organisatie voor Migratie

• gedwongen

Stap 4: Beroepsprocedures• Bij Raad voor vreemdelingenbetwistingen• Mogelijke uitkomst:

o terugsturen van het dossier naar het CGVS voor verder onderzoek

o toekennen van de vluchtelingenstatuso toekennen van de subsidiaire

beschermingsstatuso weigeren van beide statuten

• Cassatieberoep bij de Raad van State

Page 8: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Andere aandachtspunten in empirische analyse: Behandeltijd

o De optelsom van de tijd die elke individuele dossierverwerker besteedt aan een dossier

Doorlooptijdo De tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken

van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar de tijd dat het dossier in de keten voor behandeling aanwezig is, als naar de wachttijden die nodig zijn om bijvoorbeeld tolken vast te leggen, het dossier met een advocaat voor te bereiden, een beroep aan te tekenen, enz.

Zij beoogt een kennisintegratie met het oog op het verbeteren van de kwaliteit van het openbaar bestuur

o Wat is kwalitatief goed openbaar bestuur? Vanuit de VN is een model van ‘good governance’ naar voor geschoven

Rechtszekerheid Onpartijdigheid & Openheid Consensusgerichtheid Participatie Vraaggerichtheid Efficiëntie & Effectiviteit Transparantie Publieke verantwoording

We verwachten van het bestuur dat: Het zich democratisch opstelt en responsief is tav de verwachtingen in de

samenleving Het overheidsoptreden rechtmatig is en dus berust op een wettelijke

grondslag De overheid doeltreffend en doelmatig is en dus prestatie-georiënteerd De overheid onkreukbaar is en een voorbeeldfunctie vervult op vlak van

integriteit

Maes : men kan over de kwaliteit redeneren op 3 niveaus:

Page 9: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

1. Macroniveau : De institutionele vormgeving van het openbaar bestuur alsook de eisen die zich stellen i.v.m. bestuurskracht en legitimiteit.

o Institutioneel oogpunt o Thema’s:

Afbakening taken & bevoegdheden Voldoende bestuurskracht Organisatie burgerbetrokken besluitvorming

Discussies over hoe de optimale bevoegdheidsverdeling is, moeten provincies bestaan?

2. Het mesoniveau: De beleidsprocessen waardoor beslist wordt om maatschappelijk relevante acties en realisaties op te zetten; hier stelt men zich de vraag of de overheid de goede dingen doet.

Dient de overheid het algemeen belang? 3. Het microniveau: De bedrijfsvoering binnen de overheid; hier stelt zich de vraag of

de overheid de dingen goed doet. Discussies over de optimale organisatiestructuur of het personeelsbeleid.

Multidisciplinariteit / Interdisciplinariteit Een belangrijke uitdaging voor de bestuurskunde is om deze kennis te

integreren zodat het geheel groter is dan de som van de delen. Dit is het verschil tussen multidisciplinariteit en interdisciplinariteit:

1. Multidisciplinariteit = kennis uit verschillende disciplines gebruikt om een probleem te bestuderen, maar verschillende interpretaties blijven naast elkaar bestaan.

2. Interdisciplinariteit = kennis binnen een eigen denkkader verder ontwikkeld en geïntegreerd en krijgt aldus een nieuwe verwerking en inhoud.

Kennis nodig van o Wetgeving o Politiek systeem o Internationale organisaties

o Toepassing Asiel Kennis nodig van asielwetgeving, van het politieke systeem, van internationale

relaties en van het management van openbare besturen. De bestuurskundige gaat deze kennis trachten te integreren vanuit het oogpunt van goed bestuur.

Kwaliteitsmaatstaven Macro : institutionele vormgeving

o Bevoegdheidsverdeling tussen Europa en andere nationale lidstaten o Erkenning: Federaal o Inburgering: Regionaal

Meso : doet de overheid de goede dingen? o Worden vluchtelingen op humane wijze opgevangen? o Moet er aan vluchtelingen een apart statuut worden toegekend?

Micro : bedrijfsvoering: Doet de overheid de dingen goed? o Verloopt de asielprocedure op een efficiënte wijze? o Is de opvang goed georganiseerd?

Dus: Definitie bestuurskunde o De bestuurskunde bestudeert,

binnen de maatschappelijke, politieke en juridische omgeving die bepalend zijn voor het overheidsbeleid, de inrichting en werking van het openbaar bestuur. Naast een empirische wetenschap is de bestuurskunde tevens een normatieve en prescriptieve wetenschap met aandacht voor toegepaste bestuurskundige vraagstukken. Zij beoogt een kennisintegratie met het oog op het verbeteren van de kwaliteit van het openbaar bestuur.

Page 10: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Hoofdstuk 3: Publieke VS private organisaties

Publiek VS privaat o Publiek: van de staat/volk o Privaat: van de particulier, niet van de staato Schrik: big brother syndroom: angst waarbij de overheid toekijkt op alle levenssferen van haar

burgers.

1. Domeinen Vb. Bossen: kan beiden Roken: private beslissing, maar heeft publieke implicaties Ruimtelijke betekenis

Grondgebied Psychologische betekenis

We hebben een eigen, private belevingswereld waarvan we niet willen dat ze publiek is.

Vb. privacy Veel mengvormen

Vb. tuin is publieker dan de slaapkamer Hebben impact op elkaar

Wat in het private domein gebeurt, kan publieke gevolgen hebben. Grenzen verschillen naargelang plaats & tijd

Een van de belangrijkste verschuivingen wordt aangedreven door informatisering vd maatschappij. Private organisaties dringen dieper door in het private domein.

2. Goederen Uitsluiting: als je gebruik gemaakt van een goed, kan een ander dan er ook nog gebruik van

maken?

Klassiek liberalen zegt dat dat de overheid zicht moet concentreren op productie van goederen & diensten waar:

1. Marktwerking niet mogelijk is (nl. publieke goederen) o Typologie van goederen: Vincent & Elinor Ostrom

Uitsluiting = Exclusion = Potentiële gebruikers kunnen worden

uitgesloten van het gebruik van goederen of diensten, tenzij ze voldoen aan de voorwaarden gesteld door de potentiële aanbieders.

Page 11: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Consumptie = Consumption = Sommige goederen kunnen gemeenschappelijk & tegelijkertijd geconsumeerd worden door vele consumenten zonder verlies in kwaliteit & kwantiteit, andere zijn enkel beschikbaar voor individuele consumptie.

! voor publieke goederen is het soms onmogelijk om via de markt te werken.

Vb. dijken, politie,…

2. Marktwerking imperfect o Imperfect = mensen verdisconteren meestal enkel de kosten & baten voor

het individu in een consumptiebeslissing en niet de bredere gevolgen voor de mts.

o Externaliteiten = maatschappelijke effecten, kunnen negatief zijn. Goederen/diensten met negatieve externaliteiten worden

ontmoedigd. o Vb. positief externaliteit: onderwijs dat volledig privaat is.

Volgens klassiek-liberale visie zal de aard vd goederen en diensten dus bepalen of publieke of private organisaties hiervoor instaan

Maar grote verschillen volgens tijd & plaatso Evolutie: nachtwakersstaat => welvaartsstaato Verschillen tussen landen

Overheid & uitgaven: veel landen zien 50% van het GDP als een grens

3. Organisaties Publieke organisaties: vallen onder publiek recht

Private organisaties: vallen onder vennootschapswetgeving.

Modellen: 1) Wamsley & Zald : de positie van organisaties op het continuüm publiek-privaat hangt af van 2

factoren: Ownership = Eigenaarschap

Page 12: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Funding = Financiering op basis van belastingsgeld)

Eigenaar publiek + financiering publiek: organisatie voor wegen & verkeer Eigenaar privaat + financiering privaat: Colruyt, bakker… Eigenaar privaat + financiering privaat: sportclubs met subsidies, KU Leuven Eigenaar publiek + financiering publiek: Bpost

2) Perry & Rainey : drie criteria Ownership Funcing Authority (sturing)

o Economisch o Politiek

3) Bozeman Onderscheid tussen “publiek” & “privaat” is eerde continuüm dan dichotomie Meent dat de enige relevante variabele “politieke aansturing” is:

o Publieke eigendom of publieke financiering heeft weinig betekenis als de politieke aansturing ontbreekt.

‘All organisations have some degree of publicness’4) Cor van Montfort : onderscheidt zeven dimensies

Maar: wel grote grijze zone.

Toepassingen: Fedasil

o Publiekrechtelijk o Overheido Afhankelijk (valt rechtstreeks onder minister)o Wettelijke taken: registratie asielzoekers o 100% overheid o Monopolie o Algemeen belang

VRTo Publiekrechtelijk o Overheido Beide: heeft Raad van Bestuur

Page 13: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Beide: opdracht zijn vastgelegd in een decreet (=> algemeen belang) maar heeft ook mogelijkheid om haar eigen dingen te doen

o Beide: jaarlijkse dotatie maar verwerven middelen a.d.h.v. commerciële activiteiten

o Concurrentie o Beiden

o Gevolgen van het “publiek zijn”1) Publieke diensten zijn dwingend, monopolistisch & onvermijdbaar

Uitgebreide sanctiemethoden Financiering door de burger heeft verplicht karkater.

2) Publieke organisaties hebben uitgebreide formele en wettelijke beperkingen en zijn onderhevig aan # vormen van toezicht

Hebben meer operationele & procedurele beperkingen & het management heeft doorgaans minder bewegingsvrijheid.

Krijgen te maken met dwingende principes & hoge verwachtingen.3) Zijn gevoelig voor intensieve externe politieke invloed

Afhankelijk van politieke prioriteiten voor formele goedkeuring van hun activiteiten & financiering.

o Onzichtbare hand van de competitie regelt de marktwerking.o Zichtbare hand van de politiek regelt het publieke veld.

Dat heeft impact op de structuren/processen binnen de publieke organisaties: Hebben vaak veelvuldige, mee vage & conflicterende doelstellingen

o Bottom line = winst als hoofddoel => privaat bedrijfo Veelvuldig; onderwijs aanbieden, onderzoek stimuleren,…o Vaag; “Innovatie van …” dekt heel wat ladingeno Conflicterend; Wil men een bepaalde regio logistiek aantrekkelijk maken of

groen behouden? Overheidsmanager heeft een meer politieke rol

o Heeft te maken met politieke autoriteiten, externe belangengroepen, sociale partners,…

o Vaker crisismanagement wegens privaat & publiek toezicht. Publieke organisaties hebben meer te maken met red-tape

o = term om overdreven regelgeving aan te klagen. o Obsessie van regels i.p.v. resultaten

Gelijkenissen & verschillen tussen private & publieke organisaties o Generieke benadering:

Variabelen zoals omvang, taak, technologie, omgeving zijn vaak meer bepalend dan het onderscheid tussen publieke organisaties

o Specifieke benadering: “Government is different” - Appleby Private & public management are only “fundamentally alike in all unimportant aspects”

Opdrachten/taken Doelstellingen Omgeving Interne werking BesluitvormingProducten & diensten maken

- winst maken, - rendabiliteit, - solvabiliteit op lange termijn, - vergroten marktaandeel

Begeven zich op een concurrentiële markt- Directe relatie tussen vraag & aanbod

Meer flexibiliteit- Minder bureaucratie? - Personeel: arbeidscontract

- Beperkt # besluitvormers (management, RvB)- Andere rationaliteit: dominantie van technische & economische realiteit

Page 14: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

- Minder vereisten naar transparantie & verantwoording

- wetten maken, - vergunningen afleveren, - belastingen innen, - boetes uitschrijven…

Welvaarts- en welzijnsbehartiging- Complexe doelstellingen, veranderlijk in de tijd, object van politieke discussie

Hebben vaak een monopolie - Indirecte relatie tussen vraag & aanbod

Minder flexibiliteit- Meer red tape? - Personeel: ambetarenstatuut

- Complexe besluitvorming (vele actoren)- Duaal leiderschap (politici & administratie)- Juridisch/politieke rationaliteit is belangrijk - rol van verkiezingen- Meer vereisten op vlak van transparantie & verantwoording omdat de overheid werkt met gemeenschapsgelden

- Private organisaties worden meer & meer ingeschakeld voor publieke taken - Vb. privé bewaking, private gevangenis - Publieke organisaties worden meer & meer ook dienstverleners - Vb. verzorgingsorganisaties

- Private organisaties: aandacht voor corporate social responsibility - Publieke organisaties: druk op “commercialisering”

- Private organisaties hebben soms ook mono-/oligopolie- Publieke org’s worden ook meer & meer in concurrentie geplaatst vanuit de overweging dat dit leidt tot meer efficiëntie

- Private org’s hebben soms ook logge structuren- Publieke org’s stellen meer & meer personeel aan met gewoon arbeidscontract

o Case: aanleg voetpaden in middelgrote stad Ze gaan kijken naar de oplossingen die het meeste politieke winst geven.

Organisatie van publieke taken: vormen van dienstverlening A. Dienstverlening via het overheidsapparaat:

I. Eigen beheer Taak uitgevoerd binnen kernoverheid Valt onder volledige gezag van politiek verantwoordelijke (minister, schepenen…) Vb. departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, dienst bevolking

II. Interne delegatie Taak uitgevoerd binnen kernoverheid Dagelijks bestuur wordt overgedragen aan een verantwoordelijke ambtenaar i.p.v.

een minister/schepen Vb. budgethouderschap

III. Interne verzelfstandiging Oprichting agentschap zonder rechtspersoonlijkheid om specifieke taak uit te voeren Zekere mate van autonomie in de taakuitvoering Valt nog onder politieke verantwoordelijkheid Vb. Agentschap Wegen & Verkeer

IV. Externe verzelfstandiging Oprichting agentschap met rechtspersoonlijkheid om specifieke taak uit te voeren

Page 15: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Zekere mate van autonomie in taakuitvoering Beheer in handen van een RvB: valt dus niet direct onder de politieke

verantwoordelijkheid. Autonomie: Organisatie heeft eigen beslissingsbevoegdheid over…

o Beheersmatige autonomie = … het management van de organisatie. Vb. financiën

o Beleidsmatige autonomie = … de beleidsmatige aspecten van de diensten & taken die ze uitvoeren.

Vb. kan naast & samen met overheid gewenste activiteiten & te behalen organisatiedoelstellingen vastleggen.

Vb. AG Stadsontwikkeling Leuven Verzelfstandiging: algemeen:

Worden gecontroleerd door overheden, zij sluiten hier een contract mee af voor een systeem van wederzijdse verwachtingen. De prestaties worden dan in meetbare factoren omgezet, achteraf worden ze hier op gecontroleerd.

B. Dienstverlening door niet-overheidsorganisaties: V. Uitbesteding

Overheid sluit contract af met private organisatie die de diensten levert voor de overheid.

Vb. ophaling huisvuil door private firma VI. Dienstverlening door gesubsidieerde non-profit organisaties

Leveren van diensten in sectoren zoals welzijnszorg & gezondheidszorg Kadert in neocorporatisme systeem Vb. woonzorgcentra, diensten begeleid wonen, ziekenhuizen.

VII. Privatisering De activiteit wordt overgedragen (of verkocht) aan een marktspeler De controle door de overheid krijgt hoofzakelijk vorm in de regels die ze aan de

marktspelers oplegt. Vb. bewakingsopdrachten.

o Conclusie : Onderscheid private & publieke organisaties is belangrijk Opletten voor stereotypen & grijze zones Wederzijdse beïnvloeding private & publieke organisaties Tendens: meer private organisaties worden ingezet voor publieke taken.

VIII. Nieuwe vorm: Publiek-private samenwerking (PPS) = samenwerkingsverband waarin de publieke en de private sector gezamenlijk een

project realiseren op basis van een heldere taak- en risicoverdeling Groeiende grensvervaging tussen de publieke en de private sector Kenmerken :

o Langdurige samenwerking, o Private financiering, o Risicodeling complexe contracten, o Levenscyclusbenadering, o Innovatieve projecten, o Uitwisseling van kennis en expertise (Hodge et al, 2010)

Voorbeeld: nv BAM, Sportoase, Scholenbouw Gevaren: toezicht en controle? Ontwijking van door Europa toegelaten schuldniveau?

o Afwegingen bij de keuze voor een dienstverleningsvorm

Page 16: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Criteria: Aard van de taak

o Kerntaak vd overheid? o Meetbaarheid: soms niet mogelijko Sommige taken zijn moeilijk te verzelfstandigen => niet altijd in een contract

opneembaar. Politieke controle

o Trekt het de aandacht van de politici?o Als er voldoende redenen zijn voor beleidsmakers om toezicht & controle

over de dienstverlening te houden, dan zijn verregaande vormen van verzelfstandiging, uitbesteding, PPS,… minder wenselijk.

Nood aan autonomie o Soms is een grote autonomie wel nodig doordat organisaties vb. in

concurrentie staat met andere, dan wel private org’s privatisering Vb. De Lijn, OCMW’s

o Beheersautonomie o Beleidsautonomie

Expertise o Overheden hebben vaak niet specifieke expertise over bepaalde diensteno Vb. De Lijn, OCMW’s

o Toepassing: Identiteitskaarten

Eigen beheer: belangrijke kerntaak van overheid Externe sportcentra

Uitbesteding: vraag is vooral hoe belangrijk vind je bepaalde criteria: vind je dit een kerntaak van de overheid? Heeft het nood aan autonomie?

Naschoolse opvang Dienstverlening door gesubsidieerde non-profit organisatie Expertise: zit meer bij non-profits i.p.v. overheid

! er is nooit één goed antwoord. Argumentatie is belangrijk.

Stereotypen over de overheid I. Publieke sector zou minder efficiënt zijn dan de private sector

Maar: moeilijk om lagere efficiëntie in publieke sector aan te tonen. Komt doordat takenpakket private/publieke markt verschilt. Wel: analyse impact privatisering, heeft aangetoond dat efficiëntiewinsten hierbij

laag zijn. Maar: in bedrijfsleven ook veel inefficiëntie & faillissementen door gebrek aan vb. innovatie Maar: sommige overheidsdiensten werken efficiënter & innovatiever.

II. Rol van de publieke sector zou meer “bemoeienis” inhouden Burgers zouden meer gecontroleerd, gestraft of verplicht worden. Dit is waar, maar ook belangrijk

De “klant” voor dit type van taken is de gemeenschap in het algemeenIII. Overheidspersoneel moet steeds rekening houden met een bepaalde vorm van politiek denken

Correct, maar mogen commerciële bedrijven zomaar ethische standaarden naast zich neer leggen?

Corporate governance: ethische gedrag van bedrijven, waarbij sommige bedrijven zich juist commercieel willen profileren p.b.v. hun verantwoordelijke manier van ondernemen. (= goed ondernemingsbestuur)

IV. Private sector heeft concurrenten die zorgen voor efficiëntie & publieke sector niet. Is de private sector steeds competitief & publieke sector niet?

Page 17: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Nee: vb. monopolie van Microsoft of vb. spoorwegennet voor verplaatsing van goederen

Leidt competitie steeds tot meer efficiëntie en goede prestaties? Steunt niet op hevige empirische basis. Competitie kan allerlei effecten hebben, afhankelijk van de omstandigheden. Economen hebben al toegegeven dat sommige producten/diensten niet gediend zijn

met een sterke competitie.

Publiek/privaat: een doorlaatbare grens o Publiek & privaat zijn ook op elkaar toegewezen: ze werken in elkaars nabijheid & hebben elkaar

nodig. Een goede publieke sector gaat samen met een goede private sector, & omgekeerd.

Zie PPS Ze versterken elkaar: Vliegwieleffect (= virtuous circle) waarbij een goede publieke sector

een goede private (profit & non-profit) sector aantrekt. Komt aan bod in o.a.: Regelcompetitie

o Jurisdicties staan in competitie met elkaar om inwoners & economische activiteit. Wanneer deze activiteiten gemakkelijk te verplaatsen zijn, treedt er regelcompetitie op.

o Lakse regelgeving trekt industrieën aan die van deze regelgeving willen profiteren.

Eens deze soort groep zich vestigt, is het moeilijk om de regels te veranderen: er wordt een bepaalde afhankelijkheid gecreëerd

o Hierdoor ontstaat padafhankelijkheid: keuzes uit het verleden bepalen die van het heden & toekomst.

o Kan ook positief zijn: marktmacht gebruiken om bepaalde regels af te dwingen.

Vb. Californië & het opleggen van veiligheidsregels.

Competitie tussen overhden gaat verder dan die met regels o Volledige kwaliteit van de overheid wordt afgewogen. o Landen die een justitieapparaat hebben dat stabiel is & goed functioneert

zullen economische actoren aantrekken waarvoor dergelijke waarden belangrijk zijn.

Het onderscheid tussen publieke en private domein en organisaties is complex en dynamisch. Toch is het belangrijk om het analytische onderscheid te blijven maken, alleen al om de unieke positie van de publieke organisaties te blijven onderstrepen.

o De publieke sector is immers verschillend. Publieke waarden zoals billijkheid, onpartijdigheid en transparantie staan centraal in het beleid van publieke organisaties. Dit is niet het geval in de economische markt, of beter, dit hoeft niet zo nodig.

o Dit brengt met zich mee dat de opdracht voor overheidsmanagers meer complex is dan voor de private collega’s.

o Dit specifieke publieke karakter van de overheid moet steeds (h)erkend worden. o Tegelijk tonen we aan dat het onderscheid niet tot een scheiding hoeft te leiden. In tegendeel,

publiek en private sectoren zijn op mekaar aangewezen.

Page 18: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Hoofdstuk 4: Maatschappij, bestuur & bestuurskunde: een historische schets

Openbaar bestuur is al lang object van onderzoek en studie o Vb. Grieken: plato & aristoteles o Vb. Romeinen: Ciceroo Vb. middeleeuwen: Machiavellio Systematische studie van het openbaar bestuur pas sedert de 19e eeuw

Figuur: driehoek van wederzijdse beïnvloeding: o Vb. er is vandaag de dag veel te doen over de financieel economische crisis (nu 10j geleden);

belangrijke ontwikkeling in de maatschappij Dit heeft dan een consequentie op de overheid (moest faillissementen opvangen) Heeft ook opvattingen gehad over wat we vinden van de rol van de overheid in het private

leven.

Periodes I. Nachtwakersstaat (1800-1870)

Maatschappij Overheid BestuurskundeOntluikende industrialisering Beperkt # functies Nadruk op bestuursrechtVerlichtingsdenken Monopolypositie Uitz. Ducpétiaux

Maatschappij : Verlichtingsdenken:

o Verzetting tegen macht & autoriteit die op traditie was gebaseerd. o Democratisering politiek bestelo Publieke macht baseren op maatschappelijk verdrag

Overheid : Nachtwakersstaat:

o Niet veel doen, minimale veiligheid garanderen o 3 definiërende functies :

1. Verdedigen van territoriale integriteit, hetzij diplomatisch hetzij gewapend

2. Garanderen interne orde door politie & rechtbanken 3. Innen belastingen & uitgeven van geld om middelen te mobiliseren

om voorgaande functies te voorzien. o Staat is een monopolist betreffende die functies

Page 19: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Staatsapparaat is gericht op controle & beheersing: moeten weten wie er leeft op grondgebied om effectieve veiligheid te garanderen.

Men had 5 ministeries: Justitie, BiZa, Oorlog, Financiën, Buza o In elk van die functies had de staat de monopolie: vb. monopolie op geweld

Bestuurskunde : Beperkt, nadruk op bestuursrecht (trias politica) Uitzondering: Ducpétiaux heeft in 1859 een belangrijk werk geschreven

o Maakte een diagnose van “wat verloopt er verkeerd in onze overheid?”o Was inspecteur-generaal van het gevangeniswezen

Uit: Etude sur la réforme administrative (1859) (vertaald)“een overdreven centralisatie, traagheid, gebrek aan eenheid, onzekerheid in de rechtspraak, gebrek aan waarborgen voor de ambtenaren en bijgevolg gebrek aan vlijt, almacht van de ministers, gepaard met gevaarlijke willekeur, verstrengeling van het politieke met het administratieve, favoritisme, gebrek aan initiatief en vooruitgang”

II. Infrastructuurstaat (1870-1919)

Maatschappij Overheid BestuurskundeTweede IR Uitbouw fysieke

infrastructuurScientific management

Urbanisering Oprichting coöperatieven Basis van moderne bestuurskunde:- Wilson- Weber

Corruptie

Maatschappelijk : Technologische revolutie Urbanisering => sloppenwijken Migratiegolf van Europa naar VSA Corruptieproblemen in VSA Overheidsjobs/contracten voor publieke werken; clientelisme

Overheid : Bovenop nachtwaker: Infrastructuur & nutsvoorzieningen (vb. riolen) Infrastructuur: wegen/spoorwegen

o Ontstaan van ministerie van openbare werken Men ging er vanuit dat de overheid niet zich moest mengen in de verpaupering van

mensen, men vond dat dit moest gebeuren door het oprichten van coöperatieven: zowel de socialisten als de katholieken deden dit

o Hier ligt de kiem voor wat men later de verzuiling noemt. o In VSA werden Settlement Houses voor immigranten opgerichto Progressive Movement pleitte voor meer staatsinterventie voor arbeiderso B: coöperatieven = vorm van mts’e zelforganisatie, ondersteund door

sociale bewegingen. Bestuurskunde :

Vindt hier haar wortels, in Engels: Public administration1) Men gaat kijken wat er zich binnen de privémarkt ontwikkeld: Scientific

managemento Nam werkprocessen op de werkvloer onder de loepo Taken uitsplitsen in kleinere deeltaken o Wn’er specialiseert in deze deeltaak

Page 20: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

2) Wilson: was ook Amerikaans president, heeft ook traktaat geschreven “the study of administration” => basiswerk voor bestuurskunde

o Kernidee: politiek & administratie moeten gescheiden worden: dichotomie Moeten ook volgens andere principes georganiseerd worden. Het is aan de politici om te beslissen dat er wegen moeten gebouwd

worden, hoe dat gebeurt is aan de administratie, politici moeten zich hier niet mee bezig houden.

o “Administration lies outside the proper sphere of politics. Administrative questions are not political questions”

o “There is no republican way to build a road”3) Weber

o Bureaucratie zou politiek voeren op neutrale manier met rationele argumenten

Organisaties werden in deze periode vergeleken met een machine, georganiseerd volgens rationele principes

o Geen aandacht voor externe mts’e omgeving van organisatie & hoe dit de organisatie beïnvloed.

o Aandacht is intern gericht

III. Welvaartstaat (1919-1945-1976)

Maatschappij Overheid BestuurskundeOntwikkeling middenklasse

Groei overheidsfuncties Systeemdenken

Verzuiling Maakbaarheidsideaal BeleidswetenschappenEuropeanisering Specialisatie,

professionalisering, verkokering

Dichotomie?

Maatschappij : AES Ontwikkeling middenklasse stijgende consumptievraag Verzuiling zet zich verder door, zeker na WOII

o Na WOII: opbouw sociale zekerheid Europese niveau: EGKS in 1951: aanzet europeanisering

Politiek : Groei functies: welzijn van burgers werd belangrijk uitbouw sociale zekerheid

o Keynesiaansisme: overheid moet ook een rol spelen in de economie, moet een stuk zorgen dat crisissen vermeden/opgelost worden.

Specialisatie voor groei functies: nieuwe departementen Professionalisering: ontwikkeling professioneel korps met aanbod hoge opleidingen Specialisatie + professionalisering = verkokering

o Ontstaan sectorale beleidssilo’s waarbij coördinatie van beleid over sectoren heen moeilijk wordt. Muren zijn zowel structureel als cultureel.

Bestuurskunde : Periode van grote groei, geloof in de maakbaarheid van de samenleving (=> Expo 58)1. Systeemdenken: Parson & Easton

o Systeem dat men geprobeerd heeft om in te voeren PPBS: Planning, Programming, Budgeting System

Men zou elk jaar opnieuw beginnen: doelstellingen formuleren, daar een budget aan hangen

Weerspiegelt systeemdenken Lukt niet: men maakt begrotingen van hoe de begroting van het jaar

ervoor eruit ziet

Page 21: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

2. Opkomst beleidswetenschappen o Men ging meer kijken naar hoe een overheid een doeltreffende manier een

beleid voeren. o Wilson werd dus in vraag gesteld. o Beleidsgerichte think-thanks opgerichto Meer vraag naar beleidsevaluatie

3. Politiek-ambtelijke verhouding o Meer realistische & complexe modellen i.p.v. dichotoom model politiek-

administratie Ambtenaren deden aan beleidsformulering, politici moeiden zich

met concrete uitvoering,… Beeld van organisaties verandert opnieuw: constante interactie & open verhouding

met maatschappelijke omgeving.

IV. Ondernemende staat (1973-2000)

Maatschappij Overheid BestuurskundeEconomische crisis: olieschok

Staatschuld New public management

Toenemend besef van grenzen aan de groei

Legitimiteitscrisis Principal agent theorie

Privatisering Neo-institutionalisme

Overheid : Groei overheidsschuld: devaluatie frank & besparingen

o België: besparing op infrastructuurinvesteringen Legitimiteitscrisis: rol overheid in SL wordt in vraag gesteld:

o Ronald Reagan: “Government is not the solution to our problems, it is the problem.”

Jaren ’90: privatisering: taakinvulling vanaf nu “zorgen dat” dingen gebeuren i.p.v. “zorgen voor alles” => overheid stuurt de SL, ze roeit ze niet.

Bestuurskunde :1. New Public Management vanaf de ‘80

o Idee dat de overheid te groot is, moet zich terugtrekken uit een aantal sectoren, moet zich toeleggen op de kernfuncties

2. Principal agent theorie (p. 144): o Relatie tussen principaal (politiek) en de agent (administratie): hoe kan deze

optimaal worden geoptimaliseerd ervan uitgaande dat ze beide hun eigen belang nastreven a.d.h.v. nutsmaximalisatie.

o Agents (topambtenaren) willen omvang van de organisatie die ze leiden maximaliseren. Principals (politieke opdrachtgevers) gaan dit tegen. Agents zullen informatie-asymmetrie misbruiken om toch te groeien.

o Gevolg: publieke sector is per definitie te groot. o Bestuurskundigen: willen relatie agent-principaal verbetereno Goed punt: makkelijk toe te passen op 1-op-1-situaties, wordt moeilijker bij

netwerk.3. Neo-institutionalisme :

o Oude institutionalisme = gedrag van individuen/organisaties wordt bijna volledig gedomineerd door factoren (instituties) die los staan van het individu/organisatie zelf.

Deze instituties kunnen formele regels & structuren zijn, maar ook normatieve instituties die vervat zitten in routines & informele gedragslijnen.

Page 22: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Neo-variant = nuanceert het determinisme & wijst op de reactieve rol van het handelen van individuen & organisaties: hebben wel degelijk handelingsvrijheid.

o Varianten:1) Economisch institutionalisme

Kijkt naar kosten/baten-balans die mensen in organisaties voor zichzelf maken bij elke beslissing in de organisatie.

2) Historisch institutionalisme Kijkt vooral naar continuïteit & verandering in organisaties Keuzes die in het verleden zijn gemaakt, werken vaak door

op het huidige gedrag van leden van organisaties. Zo ontstaan routines, bepaalde mechanismen die de continuïteit in organisaties helpen verklaren.

Path dependency: wat in het verleden tot stand is gekomen, werkt sterk door op de keuzes die nu worden gemaakt.

Critical junctures: crisissen of periodes van onzekerheid kunnen de oude instituties in vraag doen worden gesteld & kunnen volledig nieuwe structuren worden gemaakt.

3) Sociologisch institutionalisme Twee betekenissen van instituties:

o Bovenindividuele & objectieve structuren die het organisationeel handelen inkaderen

Algemeen geldende huisregels die hun weerslag vinden in statuten, bevoegdheden schama’s,…

o Instituties komen naar voren als georganiseerde handelingspatronen met een “rule like, social fact quality”.

Huisregels die zo ingeburgerd zijn dat ze als vanzelfsprekend worden gezien.

Cognitieve constructies = het zijn dingen dat in mensen hun hoofd zit, we zien ze net maar kunnen wel standvastig zijn.

Organisaties: niet meer als rationeel georganiseerd & vanuit top-down perspectief bekeken. Het beeld is dat binnen organisaties een spel van macht & belangen speelt tussen mensen, diensten & niveaus in de organisatie, doorheen de formele organisatie & hiërarchie.

V. Netwerkstaat (2000-…)

Maatschappij Overheid BestuurskundeGlobalisering Multi-level governance Netwerktheorieën (lokale) identiteit Nieuwe rol voor de

overheid (regulering, staat, regiefunctie)

New public governance

Informatiemaatschappij PostmodernismeNieuwe breuklijnen

Nieuwe economische crisis: deregulering was te ver gegaan en overheid moet meer optreden.

Koppenjan & Klijn (2004) Problems cannot be solved by organizations on their own. Hence, hierarchy as an

organizing principle has lost much of its meaning. (…) Horizontal networks replace hierarchies”

Maatschappij :

Page 23: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Glocalisering = Globalisering enerzijds, lokale beklemtoning anderzijds Milieubewustzijn Amerikaanse dominantie op cultureel vlak Informatiemaatschappij: glocalisering wordt gedragen hierdoor Drie klassieke breuklijnen vervagen, nieuwe rond migratie, mobiliteit,…

Overheid : Multi-level governance: de idee dat het niet alleen aan de overheid is om de SL te

sturen, men moet dit doen met private actoren & middenveldorganisaties Groei EU: economieën op elkaar aangewezen. Trek- & duwkrachten lokalisering & globalisering werken niet steeds goed samen. Vloeibare moderniteit (= liquid modernity) = conditie van constant veranderde

identiteit & relatievorming. Bestuurskunde :

Netwerktheorieën: Koppenjan & Klijn (2004)o Problems cannot be solved by organizations on their own. Hence, hierarchy

as an organizing principle has lost much of its meaning. (…) Horizontal networks replace hierarchies”

o Publieke organisaties zijn geen actoren die buiten & boven het mts gewoel beleid maken: publieke org’s maken deel van het mts’e spel.

o Men gaat op zoek tussen wederzijdse afhankelijkheden in een netwerk. Governance

o Capaciteit om de mts te sturen is niet langer enkel de verantwoordelijkheid van de overheid.

Postmodernismeo Overheid moet zich bescheiden opstellen: ze moet condities creëren. o Power argumenteert dat de inflatie aan auditoren, revisoren &

inspectiediensten vooral dient om een illusie van controle te creëren. Vb. Ne: Poldermodel

Organisatie: nadruk maatschappelijke omgeving & relaties met andere organisaties die van die omgeving deel uitmaken. Relaties tussen publieke organisaties áls tussen publiek & privaat.

Besluit: o Rol van de overheid evolueerde van een beperkte rol in de nachtwakersstaat naar een zeer

uitgebreide taakinvulling in de verzorgingstaat o De verschillende taken sloten elkaar niet uit, maar hebben zich eerder als sediment, laag per laag op

elkaar gezet, met een steeds grotere impact van de overheid in de maatschappij tot gevolg; o In de laatste decennia blijkt de groei van de overheid een grens berekt te hebben en zoeknt men

opnieuw naar een nieuwe rol van de overheido Een kernelement in deze zoektocht naar oplossingen voor publieke problemen XXXo Een kernelement in deze zoektocht naar oplossingen voor publieke problemen is het groter beroep

op de maatschappij. Private ondernemingen, not-for-profits en burgerbewegingen worden actiever betrokken.

o Academisch wordt deze trend geduid als de evolutie van government naar governance.

Page 24: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Hoofdstuk 5: Van Bureaucratie naar over New Public Management naar New Public Governance

Videofilmpje: o Administratie/overheid heeft veel macht & heeft nood aan veel informatie

1. Max Weber: bureaucratietheorie o Bureaucratie = basisorganisatiemodel voor het openbaar bestuur. o Max Weber: grondlegger bestuurssociologieo Centrale vraag: ontstaan van moderne samenleving

Van Gemeinschaft naar Gesellschaft Uiting moderne rationale samenleving Gemeinschaft = een groep waarin de relaties tussen de mensen direct, diepgaand en

alomvattend zijn. Gesellschaft = een groepering waarbij de relaties tussen de mensen voornamelijk

indirect en oppervlakkig zijn en slechts een deel van de leefsfeer der betrokkenen met elkaar verbinden.

Wijze van gezagsuitoefening Gezag = kans dat een bevel wordt opgevolgd. 1) Charismatisch gezag

o Legitimiteit uit geloof in buitengewone eigenschappen van de charismatische leider.

o Ambtenaren worden gekozen p.b.v. toewijding & charisma2) Traditioneel gezag

o Geloof in in de heiligheid van de van oudsher geldende tradities.741o Ambtenaren worden gekozen als dienaars van gezagsdragers

3) Legaal gezag o Voor een moderne samenlevingo Geloof in de legaliteit van een formeel normenstelsel en van de

regelingsbevoegdheid van degenen die op grond van deze normen tot de uitoefening van gezag geroepen zijn.

o Is onpersoonlijk; men gehoorzaamt aan de wet i.p.v. een gezagsdrager met een tijdelijke ambt.

o Ambtenaren worden gekozen p.b.v. competenties & verkiezingen Legale gezagsuitoefening heeft sedert 19e eeuw aan belang gewonnen => ontstaan moderne

rechtsstaat Elk type van gezagsuitoefening heeft ondersteunende structuur

o Bureaucratie ondersteunend structuur voor legaal gezag Aan het hoofd staan de gezagsdragers die de legitimiteit krijgen via verkiezingen

Zij hebben legitimiteit om te besturen Zo komen de diensten ten goede aan de burger

Page 25: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Structurele kenmerken Continuïteit Bevoegdheidsafbakening Hiërarchie Regelgebondenheid: vaste regels Vakopleiding van de mensen die er in werken Bestuursmiddelen eigendom van de organisatie Ambtenaar is onafhankelijk Schriftelijke procedures

o Overheidsadministratie: meest typische voorbeeld van bureaucratie

o Gevolgen voor positie van ambtenaar Als persoon vrij aangesteld in vaste ambtelijke hiërarchie Competenties duidelijk afgebakend Arbeidscontract Selectie op grond van vakbekwaamheid: afgetoetst via examens Salaris ~ positie Hoofdberoep Carrière ~ anciënniteit en prestaties Geen eigendomsrechten op zijn ambt Discipline en controle

o Dit zijn wel ideaaltypes = bepaalde kenmerken worden gedefinieerd die niet noodzakelijk wenselijk zijn of in de werkelijkheid voorkomen. Dienen als een soort maatstaf waarmee fenomenen kunnen worden vergeleken.

o Volgens weber is de bureaucratie de meest rationale vorm van gezagsuitoefening, kwaliteiten zijn: Nauwkeurigheid Continuïteit Discipline

Essentieel kenmerk van de bureaucratie: toont dat het gericht is op het beheersen van menselijke gedragingen.

Betrouwbaarheid Berekenbaarheid (zowel voor de gezagdragers als voor belanghebbenden) Prestatiegerichtheid Snelheid Universele toepasbaarheid

o Democratische controle als enig probleem Deskundigheid (Fachwissen) van de ambtenaar Kennis van de dienst (Dienstwissen) Geslotenheid Oplossing: strikt onderscheid tussen de rol van de politicus en die van de ambtenaar

P. 136: citaat De politicus heeft legale macht om te bevelen

Page 26: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Politici & bureaucraten hebben verschillende verantwoordelijkheden1) Politicus :

o Onafhankelijk denken & handeleno Persoonlijke beleidsvisie verdedigen aan burgers; moet naar hun wensen

zijn2) Ambtenaar :

o Geen verantwoordelijkheid aan burgers, wel aan legale gezagsdragers o Moet deskundigheid volledig ten dienste stellen aan hen.

Vastheid van betrekking Rechtswaarborg tegen willekeurig ontslag/verplaatsing van de ambtenaar, met als

doel hem de nodige onafhankelijkheid te geven zodanig dat hij zijn deskundigheid ten volle kan beoefenen.

Wel nadelen:o Bezetting van het ambt op grond van technische doelmatigheid beperkt,

promotiekansen ijverige ambtenaren verminderd. Ambtelijke deontologie

Vb. ze moeten loyaal zijn: als de legale gezagdrager van een andere mening is dan de ambtenaar, dan nog moet de ambtenaar het uitvoeren.

Voordelen:o Politici kunnen rekenen op betrouwbaar apparaato Burger kan rekenen op deskundige & onpartijdige ambtenarijo Ambtenaar heeft werkzekerheid & perspectief op een carrière

o Kritiek: Rationale karakter van de bureaucratie <> inefficiëntie

Merton: dysfuncties zoals conformisme Geslotenheid van de bureaucratie

Open systeemtheorie:o Efficiëntie blijkt af te hangen van omgevingsfactoren

Contingentietheorie o Stelt dat de effectiviteit van een organisatie afhangt van de

overeenstemming tussen kenmerken van de organisatie & kenmerken van de omgeving.

I. Sociologische visie op bureaucratie o Crozier : Bestuurssociologische visie

Er is een spanning tussen de rationale organisatie & de gedragspatronen van de organisatieleden.

Bureaucratie = systeem gekenmerkt door centralisatie van beslissingen & uitbreiding van onpersoonlijke maatregelen & voorschriften. (=> M.W.)

Het is echter onmogelijk om alles te voorzien; er blijft een zekere zone waarin elk lid/elke groep binnen een organisatie zich vrij kan bewegen. ontstaan machtsrelaties & wederzijdse onderhandelingsmogelijkheden.

De meeste met de meeste onzekerheid beheersen de meeste macht.

Verschillende posities & vrijheidszones van groepen leiden in een organisatie tot stratavorming & tot parallele machtsverhoudingen.

Groepen met meer afhankelijkheid gaan de facto meer macht hebben dan formeel gezien.

Page 27: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

De organisatie verwacht van elk lid een zekere conformiteit aan de regels.

Kan worden afgedwongen of door een beroep te doen op goede wil.

Dit alles leidt ertoe dat een bureaucratie moeilijk kan veranderen. Vicieuze cirkel: nemen van onpersoonlijke maatregelen &

centralisatie van beslissingen geven aanleiding tot conflicten en moeilijkheden. Om deze te bezweren zal men nog strengere onpersoonlijke maatregel treffen & zal men nog meer centraliseren.

Dit kan maar doorbroken worden bij een crisis & mits er van buitenuit wordt ingegrepen.

Echte innovatie = als er een cultuurverandering plaatsvindt, die een andere wijze van besturen & denken toelaat.

Kenmerken van de bureaucratie: Systeem dat alles tot in detail wil regelen via onpersoonlijke

voorschriften Centralisatie van beslissingen Strata-vorming Parallelle machtsverhoudingen

o Iemand beneden in de strata kan meer macht hebben doordat ze meer handelingsvrijheid heeft

Vicieuze cirkel Conflicten worden opgelost door nieuwe regels die opnieuw

tot conflicten leiden Zo rijd je een bureaucratie vast

Een bureaucratie kan zichzelf niet veranderen: veranderingen moeten van buitenuit komen.

II. Economische visie op de bureaucratie o Gedrag wordt bepaald door nutsmaximalisatie

Weber: algemeen belang centraal, hier eigen doelstellingen1) Public choice theorie (Downs)

Politieke proces = marktgebeuren; beleid is een productieproces van publieke goederen en diensten dat niet via het prijsmechanisme, maar via het begrotingsmechanisme wordt voortgebracht.

Bureaucratie wordt beschouwd als atomisch geheel waarin elke groepering haar eigen doelstellingen nastreeft.

Nutsmaximalisatie niet steeds eigenbelang; ambtenaren kunnen verscheidene belangen hebben. Hangt af van het type ambtenaar:

o Self-interested officals = ambtenaren die kost wat kost promotie of jobzekerheid willen

o Mixed-motive officials = ambtenaren die het eigenbelang van hun dienst nastreven, die verder kijken dan hun dienst of die de belangen van de SL willen behartigen.

o Deze ambtenaren vertonen allen een verschillend gedrag.

Page 28: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

2) Niskanen: ambtenaren streven naar budgetmaximalisatie Theorie: de bureaucratie groeit enkel maar; later veel

tegenbewijzen.

o Oefening: Twee departementen worden gefusioneerd: hoe zou je dit kunnen duiden in de theorie van:

Webero Centralisatie:

Gemakkelijker om hiërarchische controle uit te voeren Bevoegdheden beter op elkaar afstemmen Zelfde regels voor de twee Is een vorm van zoeken naar een meer efficiënte organisatie: betere

taakverdeling, meer bestuurskracht,… Crozier

o Fusie om conflicten op te lossen tussen twee departementen (vb. wanneer ze overlappende bevoegdheden hebben)

o Om macht vanuit het centrum te verhogen Economen

o Groter budget om mee te werkeno Belang van ambtenaren zelf om een groter departement te hebben.

2. New Public Management (NPM) o Kern:

Meer economische benadering van het openbaar bestuur met al doel: beter prestaties Basiswaarden: Economy, Efficieny, Effectiveness Privaat bedrijf = model van openbaar bestuur Drie E’s staan tegenover WB’s juridische benadering: drie R’s (rechtsgelijkheid,

rechtszekerheid & rechtmatigheid)o Ontstaan

Jaren 80: neoliberalisme Idee: we moeten openbare besturen gaan modeleren naar hoe private bedrijven

werken, kijken naar de drie E’s, komen in de plaats van de drie R’s. Dit kwam omdat tot de crisis van ’73 de overheid bleef groeien, vanuit neo-liberale denken lag de oplossing in minder overheid.

Politieke leiders Thatcher: Aan de macht vanaf ‘79 Reagan: Aan de macht in ‘81

Theorieën: Public choice denken & principal-agent theorie: nemen economie als uitgangspunt &

gaan ervan uit dat mensen op de 1e plaats hun eigenbelang nastreven.

I. Christopher Hood : A public management for all seasons: 7 doctrines van NPM 1) Meer verantwoordelijkheid voor de managers. (let managers manage) keerzijde: managers moeten meer verantwoording afleggen2) Duidelijke meting en normen voor prestaties definiëren van doelen, liefst gekwantificeerd3) Grotere nadruk op output-controle benadrukken van resultaten in plaats van procedure

Het zijn niet de processen dat belangrijk zijn (dat ze zich aan regels houden), het is de output die belangrijk is

4) Desaggregatie van grote bureaucratieën kleinere, vlakkere organisaties met enkelvoudige doelstellingen

Page 29: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

We gaan taken van ministeries aparter zetten in agentschappen, taken die goed afgebakend kunnen worden

Interne/externe verzelfstandiging Dit doen ze omdat het zo makkelijk te sturen is.

5) Meer concurrentie binnen de publieke sector efficiëntie en effectiviteit zal hierdoor toenemen6) Nadruk op managementtechnieken uit de private sector behoefte aan ‘succesvolle’ technieken uit de private sector7) Nadruk op discipline en zuinigheid bij het gebruik van publieke middelen meer doen met minder

II. Dunleavy et al : drie thema’s in NPM; DCI Disaggregation

Opsplitsing van grote or’s in productgewijze organisaties Afplatting hiërarchie

Competition Onderscheiden van purchaser/provider Competitie aanwakkeren tussen verschillende providers

Incentivization Verschuiving van public service ethos naar beloning gebaseerd op prestaties

III. Lane : Contractualism = voorziening van publieke goederen & diensten moeten zoveel mogelijk

gebeuren d.m.v. contracten.

IV. Pollitt : Aanvullingen van Hood’s opsomming Aandacht voor kwaliteit Benadering van de burger als klant

Niet langer bekijken als een onderhorige Flexibilisering van openingstijden, klachtenmanagement,…

o Vele variaties in toepassing van NPM Indeling van hervormingstrajecten van Pollitt en Bouckaert: onderscheid tussen strategie

van:1) Maintain: Wil status quo bewaren door de huidige structuren en werkwijzen te

verbeteren zonder fundamentele veranderingen door te voeren. (Duitsland)2) Modernize: Nog een belangrijke rol aan staat, maar erkent dat er fundamentele

wijzigingen nodig zijn in het functioneren van de overheid. (België, Finland)o Verandering financieel systeem, organisatie, kwaliteit dienstverlening,…

3) Marketize: Introductie van meer competitie en markttype mechanismen in de publieke sector. (Nieuw-zeeland, VK, Australië)

4) Minimal state: Zoveel mogelijk privatiseren zodat overheid enkel taken moet doen die private sector niet wil of kan doen. (in theorie VSA, niet in praktijk)

Angelsaksische variant : hier is NPM zo goed als in zijn zuivere vorm doorgevoerd. Verklaringen zijn dat dit landen zijn met een meerderheidssysteem, een hoge graad van centralisatie, geen typische rechtsstaten.

Continentale variant : hier blijft veel belang gehecht aan de rol van de overheid in de samenleving. Het zijn geen ‘achterblijvers’, maar zij vertegenwoordigen een apart model, namelijk het neo-Weberian state model. Dit combineert klassieke Weberiaanse principes met nieuwe elementen zoals burgerparticipatie en de oriëntatie op resultaten.

Weberiaanse elementen:o Oplossing maatschappelijke problemen o Representatieve democratie als legitimiteit staatsapparaat

Page 30: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Administratief recht in relaties tussen overheid & burgero Openbare dienst met een apart statuur, cultuur & arbeidsomstandigheden

Neo-elementen zijn:o Verschuiving interne oriëntering => externe oriënteringo Aanvulling representatieve bureaucratieo Gerichtheid op resultateno Professionalisering openbare dienst zodat niet enkel bureaucraat expert is

o Impact van het NPM: Voor- & Nadelen NPM zou leiden tot besparingen, verbeterde processen, een hogere efficiëntie en

effectiviteit, en een grotere capaciteit, flexibiliteit en veerkracht van het administratief systeem. Is dit wel bereikt?

Bepaalde gevallen zijn er duidelijke bewijzen dat er besparingen zijn gerealiseerd, andere gevallen niet.

Wel zeker verbeteringsprocessen plaatsgevonden Voorbeelden van efficiëntiewinsten, niet altijd heel groot. Effectiviteit is moeilijk te meten. NPM meer regulering, vooral audit, inspectie & monitoring

Bijsturingen : Aandacht voor coördinatie (Whole-of-government) Meer controle (regulering) vanuit het centrum

o Men had te veel gedereguleerd Benadrukken van de specificiteit van de publieke sector

o Men moet de goede waarden van de publieke sector meer favoriseren o In de private sector gaat er ook veel fout

Nieuwe relatie met de burger/klant o Burger is partner, waarmee men samen dingen kan producereno Coproductie

Transformatie op basis van moderne ICT Digitale overheid

COCOPS-project Project gefinancierd door Europese Commissie Survey bij topambtenaren “Wat heeft geleidt tot prestatieverbetering?” Bevindingen:

o Besparingen: soms wel, soms nieto Verbeterignen in processen vaker voorkomend dan verbeteringen in outputs

& outcomeso Voorbeelden van efficiëntiewinsten, niet altijd heel grooto Resultaten over effectiviteit blijven ondergerapporteerd.

Volgens ambtenaren:o Belangrijkste hervorming: klantgerichte benaderingo Minst belangrijke: creatie van autonome agentschappen.

Samenvatting effecten:o Bezuinigingen: (+): kostenefficiëntie, (-): kwaliteit van dienstverleningo Verzelfstandiging: /o Uitbesteding: (+): kostenefficiëntie & beleidscoördinatie o Klantgerichtheid: (+): kostenefficiëntie, kwaliteit van dienstverlening,

beleidscoördinatie & gelijke toegang tot openbare diensteno Flexibele tewerkstelling: (+): kostenefficiëntie, kwaliteit van dienstverlening,

beleidscoördinatie & gelijke toegang tot openbare diensten

Page 31: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Algemene verbetering van overheidsprestaties: +): kwaliteit v dienstverlening & beleidscoördinatie

Effecten op politiek-administratief systeem: in welke mate heeft het NPM de machtsverhoudingen tussen verantwoordelijke politici & ambtenaren gewijzigd: geen eenduidig antwoord.

Het managerialism heeft gewonnen van het contractualism binnen het NPMo Verwijst naar inherente spanning binnen NPM:

Managerialism = management principes binnenbrengen in het openbaar bestuur.

=> decentralisatie, verzelfstandiging & delegatie => “let managers manage”-principe

Contractualism = macht van de politieke leiders te versterken t.a.v. de bureaucratie.

=> controle & contractuele arrangementen => “make managers manage”-principe

o Mogelijke dysfuncties van NPM1. Te veel nadruk op meetbare doelstellingen (alles moet in cijfer of het is niet belangrijk)

tullenvisie men gaat geen aandacht besteden aan niet- of moeilijk-meetbare dingen.

2. Democratische controle Indien er agentschappen werden opgericht, werd de minister minder

verantwoordelijk: hoe democratisch is dit? Managers krijgen veel autonomie, maar leggen te weinig verantwoordelijkheid af

3. Fragmentatie Leidt tot teveel versnippering: diensten terug integreren

4. Ethiek Iedereen streeft zijn eigen belang na, ook ambtenaren Door vermindering van werkzekerheid & grotere focus op resultaten; ambtenaren

gaan calculerende rol aannemen. Extra inspanningen moeten zo beloond worden. Hoe kan dat worden gemengd met “ambtenaren moeten het algemene belang

nastreven”? 5. Machtsverhouding politici-ambtenaren?

Bij wie is de meeste macht toegenomen? Gevaar corruptie door verhoging interactie private & publieke sector

Case p. 156 Welke dysfunctie wordt aangehaald: doelstellingen zijn belangrijk, hoe men deze

bereikt maakt niet uit, als men de cijfers maar behaald.

o Dunleavy et al. New Public Management is dead – long live digital-era governance Hebben drie kernthema’s van het NPM (disaggregation, competition & incentivization)

geanalysseerd en nagegaan in welke mate aspecten hiervan nog worden toegepast. 1. Disaggregation; Meeste toepassingen herzien

o Vb. herintegratie agentschappen in ministeries. 2. Competition; Meeste toepassingen breiden niet langer uit

o Vb. outsourcing & deregulering3. Incentivization; Heeft nog aanhang

o Vb. stimuli voor efficiëntiewinsteno Pollitt

Page 32: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

New types of reforms are being added on the NPM inheritance: they are not replacing it. Bijsturingen:

Whole-of-government = Joined-up-government = Grotere coördinatie binnen de publieke sector.

o Groot kenmerk NPM: opsplitsing grote bureaucratieën in “single-purpose” organisaties die op afstand geplaatst werden.

Voordeel: efficiëntere organisatie Nadeel: geen coördinatie tussen de organisaties

o Oplossing: versterking van de coördinatiecapaciteiten van de overheid Grotere controle vanuit het centrum Specifiteit van de publieke sector werd meer benadrukt

o Private sector moet niet langer door publieke gespiegeld wordeno Naast de drie E’s gaat men andere waarden nastreven.

3. New Public Governance o Nieuw paradigma?

Minder goed afgebakend i.v.m. New Public Management Netwerken worden heel belangrijk in de SL Niet alles gaat nog via de markt of hiërarchische sturingsmechanismen.

o Post-NPM (= Digital-era governance) gekenmerkt door drie thema’s: Reïntegration: opnieuw samenbrengen van elementen die door NPM werden gesplitst Needs-based holism: nieuwe relatie met de burger/klant waarbij een grotere

vereenvoudiging en flexibiliteit wordt nagestreefd. Digitization changes: transformatie van de overheid op basis van moderne informatie- en

communicatietechnologie.

o Nieuwe accenten1. Interorganisationele en cross-sectoriële processen 2. Meerdere bestuursniveaus (multi-level)

Multi-level governance = veel mts’e problemen overstijgen de verantwoordelijkheid van één bestuursniveau en vereisen een samenwerking tussen verschillende bestuursniveaus.

3. Meerdere actoren (multi-actor) Multi-actor governance = problemen kunnen niet langer worden opgelost door de

overheid alleen, maar er is samenwerking vereist met andere actoren. 4. Netwerken i.p.v. hiërarchie

De overheid werkt in een netwerk met andere actoren samen om maatschappelijke problemen op te lossen.

5. Burger als partner (=> co-productie) Neo-weberiaanse visie: burger = passieve actor, kan enkel via verkiezingen invloed

uitoefenen op het bestuur NPM: burger = klant van de overheid die via consumptiegedrag invloed kan

uitoefenen op de publieke dienstverlening NPG: partnerschap burger-bestuur

o Burger = partner in het overheidsbeleid en staat als co-producent mee in voor de publieke dienstverlening.

o Kwaliteit van de dienstverlening wordt gegarandeerd door de dialoog tussen professionele dienstverleners & gebruikers.

o Dus: belangrijk element is governance

Page 33: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

= naast de overheid hebben ook andere actoren een verantwoordelijkheid in het sturen van de samenleving.

Vervangt dus deels de government

o Men erkent dus opnieuw de belangrijkheid van de waarden deskundigheid, gelijke behandeling, concrete procedures & loyale ambtenaren = revaluing bureaucracy

o Netwerktheorieën In twee grote velden van toepassing:

1. Netwerken als “service delivery networks”o Sets van mensen die optreden namens organisaties en die zich bezighouden

met de afstemming rond concrete dienstverlening. 2. Netwerken als “policy networks”

o Stelsels van organisaties vormen zich rond bepaalde problematieken van beleidsvoering.

Centraal in alle benaderingen: concept van de “interdependentie” (= onderlinge afhankelijkheid)

= organisaties in netwerken hebben elkaar nodig Het is die onderlinge afhankelijkheid die hen tot elkaar brengt en die het netwerk

vormt. Een bepaald beleidsproduct of een bepaalde dienstverlening is het resultaat van het

netwerk. Analyse van netwerken :

We kijken naar wie actoren zijn en welke hun doelstellingen zij of hoe die doorheen en als gevolg van het netwerk evolueren.

We kijken naar de machtsbronnen van actoren en hoe die verhouding en de processen van het netwerk bepalen.

o “The New Public Governance attempted to move beyond the old arguments between the state and the business, and to show that complex modern societies could only be effectively governed through complex networks of actors, drawn from government itself, the market sector, and civil society.” (Pollitt & Bouckaert, 2011:23).

o “From a governance standpoint one sees government as only one institution among many in a free market society” (Pollitt & Bouckaert, 2017:21)

Page 34: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Hoofdstuk 6: De Federale Overheid Staatshervormingen

o Centrifugaal = de eenheidsstaat is geëvolueerd naar een federale staat door geleidelijk bevoegdheden af te staan aan de deelstaten.

o Economisch vlak: federale overheid & Europese Unieo Overheidsbedrijven: federale overheid o Residuaire bevoegdheden: momenteel federale overheid, maar: art. 35

1. 1970

Page 35: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Principe van 3 gemeenschappen & 3 gewesten Culturele autonomie: culturele raden Gewesten: alleen op papier 1974: voorlopige gewestvorming

Staatssecretarissen voor streekeconomie Geen administratie: nationale ambtenaren werden ter beschikking gesteld Groei van de ministeriële kabinetten.

2. 1980: hervorming instellingen Waalse & Vlaamse gewest krijgen precieze bevoegdheden en instellingen Brussel blijft in koelkast Gemeenschapsministeries worden uitgebreid van cultuur naar persoonsgebonden materies Vlaanderen: gemeenschap & gewest bij elkaar; één administratie

Wallonië niet verschillende administraties 3. 1988-1989: hervormingen van de instellingen

Overheveling van belangrijke bevoegdheden: Onderwijs Openbare werken

Brussels gewest krijgt eigen instellingen Financieringswet

Betekent dat er afspraken werden gemaakt over hoe de gemeenschappen & gewesten gefinancierd worden

Later nog vaak gewest, fiscale autonomie versterkt van de regio’s 4. 1993: Grondwetswijziging (= de Politieke Staatshervorming)

Herschikking politieke instellingen; hervorming 2-kamerstelsel België wordt federale staat Rechtstreekse verkiezing van de deelstaatparlementen Splitsing provincie Brabant; tot dan een unitaire provincie

5. 2001: Lambertmontakkoord Hervorming financiering gemeenschappen Uitbreiding fiscale bevoegdheden gewesten Uitbreiding bevoegdheden gewesten (en gemeenschappen-)

Regionalisering gemeente- en provinciewet Gewesten zelf bevoegd om te bepalen hoe dat de provincies & gemeenten zullen

georganiseerd worden. Verdere regionalisering landbouw en buitenlandse handel Ontwikkelingssamenwerking(?)

6. 2011: Vlinderakkoord Splitsing kiesarrondissement Brussel-Halle-Vilvoorde Financieringswet

Uitbreiding van de fiscale autonomie o Meer mogelijkheden om eigen belasting te heffen

Responsabilisering deelstaten o Vb. uitbetaling pensioenen van ambtenaren

Behoud van solidariteit tussen entiteiten mits wegwerking van de perverse elementen

Overdracht nieuwe bevoegdheden Arbeidsmarktbeleid Gezondheidszorg en hulp aan personen Gezinsbijslagen Andere, o.m. justitiehuizen

o Conclusie : staatshervorming is centrifugale beweging Federale niveau wordt minder belangrijk

Page 36: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Gemeenschappen & gewesten worden belangrijker Substantiële overdracht van middelen van de federale naar het deelstatelijke niveau

Middelen overheden t.g.v. staatshervormingen o Verklaring daling blauwe lijn door 6e staatshervorming:

Gezinsbijslagen.

Financiële en personele middelen van federale & Vlaamse overheid

Page 37: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Geldstromen binnen de overheid: van 2015 o Hoe wordt het geld verdeeld?

Federale overheid geeft geld aan sociale zekerheid, deelstaten & Europa Geeft meer uit dan we hebben

o Geldstroom Vlaamse overheid: Gewestelijke belastingen:

Vb. Registratie successie, belasting op verkeerstelling Groot deel komt van federale overheid: Bijzondere financieringswet Opcentiemen

Deelstaten mogen belastingen heffen bovenop de belastingen die een andere overheid werd gegeven.

Dotaties: Inkomen voor specifieke doeleinden Vb. universitair onderwijs voor buitenlandse studenten

Andere ontvangsten: Vb. dividenten

o Personeel federale en Vlaamse overheid Overheidsbedrijven

Vb. Bpost, proximus,…

Politiek bestuurlijke instellingen federale & Vlaamse overheden I. Wetgevende macht

1) Federaal A. Kamer van volksvertegenwoordigers

o 150 rechtstreeks verkozen ledeno Provinciale kieskringen + kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde

B. Senaat o 50 onrechtstreeks verkozenen + 10 gecoöpteerdeno Niet permanent

Beide ingedeeld in 2 taalgroepen: Franstalig & Nederlandstalig

Page 38: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

2) Vlaams Vlaams parlement (124 rechtstreeks verkozen leden)

Heeft 5 belangrijke taken:1. Maken van wetten2. Goedkeuren van internationale verdragen3. Controleren van de UM 4. Onderzoeken van probleemsituaties in de SL via parlementaire

onderzoekscommissies 5. Grondwet wijzigen onder bepaalde voorwaarden; constituante

Als tak van de WM heeft de Koning (UM) zowel initiatiefrecht als amanderingsrecht. Koning moet ook de wetten bekrachtigen.

II. Uitvoerende macht Federaal

Regering (max. 15 ministers + staatssecretarissen)o Ministers zijn bevoegd voor specifiek domein o Beschikken over ambtenaren van de federale overheidsdiensten om hun

beleid mee uit te voereno Beschikken ook over een ministerieel kabinet o Staatssecretarissen worden toegevoegd aan een minister

Krijgen bepaalde bevoegdheden & moeten soms instemming krijgen van de minister.

o Vice-eerste ministers: Beheren belangrijk ministerieel departement als vakminister Vormen schakel tussen partij & regering Onderstenen eerste minister bij diens opdrachten

Ministerraad & kernkabineto Ministerraad = bestaat enkel uit ministers, maar de facto ook

staatssecretarissen. Beslissen bij consensusprocedure o Kernkabinet = informele vergadering; eerste minister + vice-eerste

ministers. Vlaams

Regering (max. 10 ministers + minister-president) Collegiaal orgaan

Kabinetten DAB: Directie Algemeen Bestuur

o Term voor federaal niveauo Kabinet voor de aangelegenheden in verband met het ambt als vice-eerste

minister. o Belangrijkste interkabinettenoverleg ter voorbereiding van het kernkabineto Op politiek niveau worden er enkel dossiers afgehandeld die hier een

akkoord bereikt hebben. K3:

o Verzameling kabinetschefs o Term voor Vlaams niveau o Echte politieke macht zit niet in de ministerraad, maar in het informele

orgaan van de kabinetchefs IKW: Inter Kabinette Werkgroep

Page 39: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o = medewerkers van de verschillende ministers die bepaalde dossiers voorbereiden zodanig dat die rijp zijn om beslist te worden op het niveau van de regering.

o In principe enkel kabinetswerkers, maar soms ook ambtenaren (op Vlaams niveau)

UM; enkel toegewezen bevoegdheden 2 belangrijkste:

Uitvoeren van de wetten Bepalen van het beleid van het land

UM concretiseert de wetten door het uitvaardigen van uitvoeringsbesluiten. UM stelt het politiek beleid op van het land;

Opstellen van de begroting Sturen van het buitenlands beleid Bevel voeren over het leger Organiseren van de openbare diensten Voeren van het monetair beleid Handhaven van de openbare orde, veiligheid, gezondheid & rust Verlenen van genade aan veroordeelden.

III. Andere Raad van State

1. Afdeling wetgeving o Waakt over juridische kwaliteit van initiatieven van wet, decreet &

ordonnantie & uitoveringsbesluiten van algemeen karkater. o Initiatieven van UM: verplicht aan RvS voorgelegd;

2. Afdeling bestuursrechtspraak o Vernietigen/schoren van administratieve rechtshandelingen.

Beslissingen die niet tot de WM of RM horen KB’s, MB’s, besluiten van gewest- of gemeenschapsregeringen,

provinciale & gemeentelijke verordeningen Ook voor individuele dossier

Ondertussen ook op deelstaatniveau administratieve rechtscollegeso Vb. Raad voor Vergunningsbetwistingen,…

Grondwettelijk Hof Vroeger: Arbitrage Hof Ingevoerd als gevolg van de staatshervormingen; mogelijke conflicten tussen

verschillende bestuursniveaus op te lossen. Bevoegdheden:

o Geschillen tussen overhedeno Geschillen tussen overheid & burgero Beantwoorden van prejudiciële vragen van gewone rechtbanken, hoven,

administratieve rechtbanken & RvS Vernietiging in 2 gevallen:

1. Als ze in strijd zijn met de in de grondwet of bijzondere wetten uitgewerkte bevoegdheidsverdeling tussen Gem’en, Gew’en & FedOvh

2. Als ze ingaan tegen één van de in Titel II van de Gw opgenomen mensen rechten & tegen artikel 170, 172 & 191 Gw.

Verschil met RvS:o RvS bevoegd voor schorsing/vernietiging administratieve rechtshandelingen o GH bevoegd voor schorsing/vernietiging wetten, decreten & ordonnanties

Samenstelling:

Page 40: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o 6 met ervaring als parlementslido 6 met ervaring als magistraat of hoogleraaro Ook taalpariteit

Rekenhof WM Nemen verslag van de ingaven & uitgaven van de overheid; moet dit geven aan de

voorzitter van de parlement. Controleert voor rekening van de parlementaire vergaderingen en de provincieraden

de ontvangsten en uitgaven van de federale staat, Gem’en, Gew’en, openbare instellingen die van die overheden afhangen & provincies.

Verschillende soorten controles: begrotingsonderzoek, controle op wettigheid & regelmatigheid, financiële controle & auditactiviteiten.

o Doelmatigheidsonderzoek = gaat na of uitgaven ook tot resultaten leiden. Heeft rechtsprekende functie Samenstelling:

o Leden benoemd door Kamero Vernieuwbaar mandaat van 6jo Twee kamers: Nederlandstalige & Franstalige

Elk heeft voorzitter, vier raadsheren & een griffero 500 personeelsleden staan in voor voorbereidende & ondersteunende werk.

Ombudsman Tussenpersoon tussen burgers, administratie en politieke macht Leden:

o Nederlandstalige als Franstalige ombudsmano Federale als Vlaamse ombudsmano Mandaat van 6j, eenmaal te vernieuwen

Bevoegdheden:o Onderzoekt klachten & vragen van burgers over werking fed administratieso Onderzoekt werking van de fed administraties op vraag van Kamero Leg de FedAdm & Kamer aanbevelingen van verbetering voor o Brengt verslag uit aan Parlemento Federale klokkenluidersregeling: beschermingsregime & onderzoek naar

vermeende onregelmatigheden die een ambtenaar vaststelt in de instelling waarin hij/zij tewerkgesteld is.

Diensten zijn gratis. Gaat wel om tweedelijnsdienstverlening:o Burger moet bij de betrokken FedAdm aankloppen & als hij daar geen

gehoor krijgt, kan hij/zij naar de ombudsman stappen. Opgericht in de jaren 90 als reactie op zwarte zondag; men dacht dat het te maken

had aan de kloof tussen burger & politiek; moesten hier iets aan doen, deze moest kleiner worden.

Bestuurlijke hervormingen o Federale overheid; Copernicushervorming (1999-…)

Administratie moet er zijn voor de burger & niet omgekeerd Geschiedenis:

1999: samenvallende verkiezingen voor verschillende niveaus (Europees, Vlaams, Federaal) Paars-groene coalitie; tandem van politieke veranderingsvoorvechters

Juist voor verkiezingen: dioxinecrisis; CD&V verloor hevig Schandalen: Agusta, Dutroux, dioxinecrisis…

Laatbloeier op vlak van NPM-hervormingen o Vlaamse overheid; Beter Bestuurlijk beleid (1999-…)

Voorloper op vlak van NPM-hervormingen

Page 41: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Ontevredenheid met bestuurlijk landschap 1999: verkiezing

Paars-groene coalitie Copernicushervorming als trigger

o Doelstellingen

Radicale hervorming: breking met traditionele manier van organisatie & werking Integrale hervorming: veranderingen op verschillende terreinen: structuren, processen,

personeel & organisatiestructuur. Doelstelling :

Betere werkgever voor haar personeel Betere dienstverlener voor de burger

Doen door:1. Nieuwe organisatiestructuur

o Creatie meer homogene beleidsdomeineno Vb. matrixstructuur, waarbij verticale & horizontale overheidsdiensten

gevormd werden; ondersteuning werking verschillende FOD’s2. Vernieuwing van Human Resource Management:

o Meer kijken naar competentieso Herzien weringsselectie: evaluatie, ontwikkeling, beloning…o Herzien loopbaansysteem & evaluatiesysteem

3. Nieuwe management cultuur o Topambtenaren niet langer voor het leven, mandaat geven; aanstelling voor

6j Duidelijke afspraken over wat er in die periode moet gebeuren. Einde: een evaluatie, als men dit niet haalt kan men de job verliezen

4. Nieuwe manieren van werk o E-government; vb. Tax On Webo Business process re-engineering (BPR)

o Vlaamse overheid:

Basically hetzelfde Men had wel al enkele hervormingen doorgevoerd, maar in 1999 wou men een stap verder

gaan Herstel primaat van de politiek: link met nieuwe politieke coalitie

CD&V was al lang aan de macht, had sterke greep op een aantal instellingen binnen Vlaamse Overheid

Men wou macht van christelijke zuil breken Politiek niveau:

Page 42: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Nieuwe verhouding politiek-administratie Ministeriële kabinetten afbouwen & meer macht naar administraties

Men wou de macht van het middenveld verzwakken & ambtenaren meer macht geven. Door vb. Raden van bestuur af te schaffen

o Resultaten Men begint met zeer grote principes, naargelang een aantal dingen zijn ingevoerd, beginnen

mensen meer weerstand te bieden en gaan hervormingen moeilijker; i.p.v. Hervorming Y, krijgt men Hervorming Y’

Federale openbare besturen Administratieve instellingen

o Federale & Programmatorische overheidsdiensten (FOD- & POD)o Federale wetenschappelijke instellingen o Openbare instellingen van Sociale Zekerheid o Andere openbare instellingen

Federale & Programmatische Overheidsdiensten (FOD’s & POD’s) o Voormalig = “ministeries”o Vormen federale kernoverheid die taken & dienstverlening in eigen beheer opnemen. o Vroegere ministeries werden opgesplitst, gefuseerd of gereorganiseerd. o Onderscheid:

Horizontale FOD’s1. FOD Kanselarij van de Eerste Minister

o Coördinerende rol o Ondersteund EM bij de leiding & coördinatie van het regeringsbeleid op

inhoudelijk, administratief, logistiek, juridisch & communicatief vlak. 2. FOD Beleid en Ondersteuning

o Staat de ministers van Begroting, Digitale agenda & Ambetanrenzaken bij in hun beleid

o Voert controle uit van o.a. de begroting & boekhouding o Ondersteun de federale organisaties door diverse producten & diensten

Verticale FOD’s Bevoegd voor een specifiek beleidsdomein

Page 43: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o FOD’s aangevuld met # POD’s: Programmatorische overheidsdiensten Opgezet als tijdelijke constructies & werken rond maatschappelijke thema’s die

verschillende FOD’s doorkruisen. Regeerakkoord 2014: niet meer mee gewerkt.

o Interne structuur FOD Elk van de nieuwe overheidsdiensten werden vanaf de hervorming op zelfde manier

gestructureerd. Hoogste ambtenaar = voorzitter

o Voormalige secretaris-generaal van een ministerie Operationele diensten; directoraten-generaal o.l.v. directeur-generaal Hier naast ook stafdiensten voorzien: Personeel & Organisatie, Budget- &

Beheerscontrole, ICT en een secretariaat Beleidsvoorbereidende cel:

o Voorzien in Copernicusplano Neemt # taken van ministerieel kabinet overo Beleidsrol administratie zou op die manier versterkt worden o Nadien weer afgevoerd.

Beleidsraad: o Zou forum worden waar politiek verantwoordelijke in dialoog treedt met zijn

administratie.o Nadien weer afgevoerd.

Na afvoering: ministerieel kabinet => beleidscelM in isterraad

M in ister

BeleidsraadV o o rz itter: m in ister

V o o rz itter d irectieco m ité

B& B

IC T

Secretariaatlo g istiek ed ien sten

Beleid s-v o o rbereid en de

cel

P & O

D G D G D G

Beleid scel

o Aansturing FOD’s & POD’s: d.m.v. bestuursovereenkomsten

Gelden 3j Kunnen eventueel wel aangepast worden door partijen

Page 44: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Federale wetenschappelijke instellingen o Zijn door de FedOvh gefinancierde wetenschappelijke of

culturele instellingen die niet geregionaliseerd zijn.o Gecoördineerd vanuit POD Wetenschapsbeleid.

Openbare instellingen van Sociale Zekerheid o Kiemen: 1944: Sociaal Pact

Twee pijlers: Sociale vrede tussen werkgevers & werknemers Uitbouw stelsel van sociale verzekering

7 takken, bijdragen gestort door wg’ers & wn’ers o Instellingen: paritair beheerd o Kunnen beschouwd worden als vorm van medebeheer van publieke taken door het middenveld. o Vandaag:

15-tal openbare instellingen, wél fusiebeweging bezig Georganiseerd volgens principe van functionele decentralisatie

= verzelfstandigde entiteiten van de federale overheid Hebben specifieke functie, eigen rechtspersoonlijkheid, eigen vermogen & budget

en een eigen RvB. Hiërarchisch niet ondergeschikt aan minister, wel zijn er controle- &

toezichtsmechanismen. Belangrijke verandering: introductie bestuursovereenkomsten

Grotere autonomie gegeven aan op afstand geplaatste openbare besturen.

Federale instellingen van openbaar nut o Traditie van verzelfstandiging

“Parastatalen”/”Instellingen van openbaar nut” Door liberalisering & commercialisering van dienstverlening, vooruitgang inzake

communicatietechnologie en het debat over de privatisering van overheidsactiviteiten. Belgische aanpak is tweezijdig:

1. Overheidsbedrijven kregen meer autonomieo Doel autonomie: verminderen van de greep van de politiek op het beheer

van overheidsbedrijven. o Beheersautonomie =/= absoluut; regels & voorwaarden vastgelegd in

beheerscontract dat wordt afgesloten tussen staat & overheidsbedrijf. 2. Ze voeren zowel publieke als zuiver commerciële taken uit

Het zijn hier organisaties met een formeel publiek statuut & een publiek eigenaarschap waarbij de staat minstens meerderheidsaandeelhouder is. Tegelijkertijd zijn ze op commerciële markt actief.

o NMBS 2005: omgevormd tot drie ondernemingen:

1. NMBS-Holding: Moedermaatschappij2. Infrabel: Infrastructuurbeheerder3. NMBS: Exploitant

Elke onderneming had het statuut van een naamloze vennootschap van publiek recht, met aan het hoofd een RvB, een directiecomité en een gedelegeerd bestuurder.

Praktijk: was te ingewikkeld 2013: Nieuwe structuur tweeledig

o NMBS: Reizigers

o Infrabel:

Page 45: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Infrastructuuro HR-rail

Secretariaat dat wordt beheerd door NMBS, Infrabel & staato Bpost

Aanleiding: liberalisering markten andere postbedrijven kunnen ook hun diensten in België aanbieden.

Taken: Uitreiking van dabladen en tijdschriften en verkiezingsdrukwerk Financiële diensten verzekeren Taken van algemeen belang vervullen voor rekening van de staat, vb. verkoop van

fiscale zegels Verplichtingen inzake de dichtheid van het netwerk, de frequentie van de

postbedeling & dienstkwaliteit Uitgifte & verkoop van postzegels & andere postwaarden.

o Proximus Bedrijf werd een NV van publiek recht in 1994.

o Belgocontrol Opvolger Regie der Luchtwegen Taken:

Veiligheid van luchtverkeer in luchtruim waarborgen Bewegingen van de luchtvaartuigen controleren Aan de politie, luchtvaartinspectie & luchtvaartdiensten inlichtingen bezorgen Weerkundige informatie verschaffen voor de luchtvaart alsook telecommunicatie.

o Verschillende bevoegdheden :1. Adviesverlening

Vb. Nationale Arbeidsraad2. Beleidsuitvoering

Vb. RVA, RIZIV, Regie der Gebouwen3. Regulering

Vb. Belgisch instituut voor Postdiensten & telecommunicatie4. Verschillende vormen van autonomie

Wet van 16 maart 1954: categorieën van instellingeno Categorie A, B, C, D

I. Voorbeelden van instellingen categorie A o Interne verzelfstandiging; geen RvBo Kenmerk: onder gezag van 1(+) ministerso Vb. Fedasil, Fagg, De Regie der Gebouwen, Federaal Planbureau

II. Voorbeelden van instellingen categorie B & C o Externe verzelfstandiging: wél RvBo Deze instellingen staan onder het gezag van een beheersorgaan & staan

onder de voogdij of controle van 1(+) ministers Controledienst voor de Ziekefondsen

o Vb. Federaal kenniscentrum voor de Gezondheidszorg, NOB, Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen & Mannen.

III. Voorbeelden openbare instellingen van sociale zekerheid (OISZ – Categorie D ) o De OISZ hebben elk een specifieke taak in het beleid van de sociale

zekerheid. Deze instellingen staan onder het gezag van een beheersorgaan en staan onder voogdij/controle van 1(+) ministers

o In de RvB zetelen werknemers & werkgevers omdat zij nl. de sociale zekerheid bijdragen

o Vb. Famifed, Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, Sociale Zekerheid Zelfstandige

Page 46: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Ondernemers.

Het leger o Belangrijke herstructurering achter de rug

Aanleiding: verandering in internationaal klimaat na einde Koude Oorlog Leger werd ook geconfronteerd met daling in manschappen & financiële middelen

o Kerntaken geherdefinieerd & nieuwe basisprincipes geformuleerd voor de inzet & beheer. Kernopdrachten:

Bijdragen aan nationale veiligheid & noodhulp aan de bevolking. Collectieve veiligheid = Beschermen van de integriteit van het eigen grondgebied &

dat van bondgenoten. Bijdragen aan internationale stabiliteit:

o Peacekeeping; vredesondersteunende operaties o Peace enforcement; vredesopleggende operaties o Crisispreventie

o Nieuwe structuur: eenheidsstructuur Verschillende machten werden onder één macht gezet, deze heten nu “componenten”. Gemeenschappelijke visie Gelijkaardige functies worden ondergebracht in een stafdepartement (ACOS) of in een

algemene directie (DG). Chef Defensie = hoogste autoriteit in het leger

Federale politie o Politiehervorming: 1998

Daarvoor: Rijkswacht, gerechtelijke politie & lokale politiekorpsen Probleem: te weinig onderlinge samenwerking

o Hervorming: Geïntegreerde politiedienst opgericht Twee niveaus: lokale & federale politie

Werken autonoom, hangen af van eigen overheden. Wel sterke samenwerking FedPol: minister van BiZa

o Federale politie Gespecialiseerde politiezorg, “bovenlokale” opdrachten & steunt lokale politie Gerechtelijke politie; prioritaite fenomen van georganiseerde & zware criminaliteit Bestuurlijke politie; gespecialiseerde beveiligingsopdrachten en vb. controle op

autosnelwegen, scheepvaart, spoorwegen,… Operationele steun; steun aan bestuurlijke overheden & lokale politiediensten Bereidt nationaal veiligheidsplan voor Verantwoordelijk voor uitvoering van en adviseert over politiebeleid

o Leiding: commissaris-generaal Drie algemene directies:

1. Algemene Directie Bestuurlijke Politie 2. Algemene Directie Gerechtelijke Politie 3. Algemene Directie van het middelenbeheer en de informatie

Geleid door een directeur-generaal Ook nog andere diensten & directies die haar steunen

Justitie o De rechterlijke macht wordt volgens de grondwet uitgeoefend door de gewone hoven en

rechtbanken. o Zij opereren in een bepaald rechtsgebied

Kanton, Gerechtelijk arrondissement, Ressort, Land

Page 47: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Naast de ‘zittende’ magistratuur (rechtbanken & hoven), is er de ‘staande’ magistratuur (het Openbaar Ministerie).

Openbaar Ministerie : Taken:

o Vervolging misdrijveno Vordering van toepassing van de strafwet bij de strafrechter

Niveau gerechtelijk arrondissement:o Parketten van eerste aanleg

Niveau ressorten:o Arbeidsauditoraten, parketten)generaal & arbeidsauditoraten-generaal

Federaal pakket:o Vervolging van misdrijven die de grenzen van de gerechtelijke

arrondissementen of de rechtsgebieden overstijgen of die een internationaal karakter hebben.

Leden: o Dezelfde wijze benoemd als rechterso Minder onafhankelijk; kunnen worden afgezet door Koning.

o Hertekening van het gerechtelijk landschap : Proces dat al decennia bezig is Doelstelling: schaalvergroting, zodat rechtspraak op

efficiëntere & effectievere manier kon georganiseerd worden.

Oprichting Hoge Raad voor de Justitie Doelstellingen:

o Objectivering van de benoemingen & bevorderingen

o Invoeren van externe controle op de werking van de rechterlijke organisatie Gerechterlijk arrondissement BHV gesplitst Deelstaten meer betrokken bij vervolgingsbeleid & strafuitvoering Wet van 1 december 2013: Nieuwe indeling gerechtelijke arrondissementen

Page 48: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

van 27 gerechtelijke arrondissementen naar 12 nieuwe gerechtelijke arrondissementen: de 10 provincies + Brussel en Eupen

Versnippering is hierdoor afgenomen, toch nog aanzienlijk groot.

o Verzelfstandiging of vergroten van de beheersautonomie : Verzelfstandiging: onderscheid Macro & Micro niveau1. Macroniveau : tussen uitvoerende en rechterlijke macht

Bevoegdheden over inzet van middelen worden overgedragen van UM naar RM. Is dus niet langer minister van Justitie die verantwoordelijk is voor beheer van de

middelen, maar de RM zelf. Oprichting van twee colleges

1. College van de zetel2. College van het OMo Bevoegdheden :

1) Nastreven van toegankelijke, onafhankelijke & tijdige rechtsbedeling2) Ondersteuning bieden aan het beheer binnen de gerechtelijke

organisaties. Afsluiten van beheersovereenkomst: afspraken doelstellingen middelen voor 3j

o Dit systeem is nog niet operationeel2. Microniveau : op niveau van de gerechtelijke organisatie

Beheersautonomie op het vlak van de gerechtelijke organisatie naar RM zelf Tot op heden: beheer van de gerechtelijke organisaties is in handen van de FOD

justitie Directiecomité per hof, rechtbank, en parket Sluiten beheerplan af met het College

Personeels- en financiële middelen van de federale overheid o Personeel

200k mensen Meeste personeel: overheidsbedrijven gevolgd door administratieve instellingen van FedOvh

o Financiën Instituut voor de Nationale Rekeningen

Onderscheid:o Overheidsfinanciën voor de gezamenlijke overheido Federale overheido Gemeenschappen & gewesten o Lokale overheido Sociale zekerheid

Ontvangsten: Gem’en en Gew’en; grote afhankelijkheid van overdrachten die door de federale

overheid gegenereerd worden. 6e staatshervorming: fiscale autonomie van de deelstaten zou stijgen

o Meer mogelijkheid om eigen belastingen te innen onafhankelijkheid FedOvh

o FedNiv wordt dus minder belangrijk in termen van netto-uitgaven.

Federale regeerakkoord 2014 o Om een toegenomen efficiëntie te verzekeren van de federale administraties en een betere

dienstverlening aan de burgers-klanten, zullen er structuurhervormingen ondernomen worden. De organisatiestructuur van de federale overheid zal worden geoptimaliseerd, rekening houdend met onder meer de overdracht van bevoegdheden naar de deelstaten. (…) Deze optimalisatie heeft tot doelstelling om:

Page 49: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

elke taak die parallel vervuld wordt door meerdere structuren te elimineren; het hergroeperen van activiteiten op basis van hetzelfde type proces; de gevoerde beleidslijnen te concentreren met het oog op de verhoging van hun efficiëntie; maximale synergiën toe te laten op het vlak van facilitybeheer, aankoopbeheer,

personeelsbeheer, IT-beleid, enz.; het aantal overheadfuncties in de totale federale overheid te reduceren; de federale overheid als geheel en ieder van de overblijvende instellingen maximaal te

richten op hun kerntaken. Dit houdt ook in dat bepaalde taken kunnen worden versterkt en andere afgestoten.

o De nieuwe structuur van de federale overheid moet minimaal inhouden: het samenbrengen van de ondersteunende functies met daarbinnen een

ondersteuningsentiteit en een Facility dienst, die mee beheerd worden door de interne klanten, en een controle-entiteit;

het opheffen van de PODs; een substantiële vermindering van het aantal FODs, OISZ en IONs en het aantal entiteiten

met minder dan 50 VTE.

Hoofdstuk 7: Regionale overheid: Vlaamse overheid

Historisch overzicht: I. EERSTE STAATSHERVORMING (1970-1974)

Basis voor de oprichting van gemeenschappen en gewesten De unitaire staat wordt opgedeeld in vier taalgebieden, drie cultuurgemeenschappen & drie

economische gewesten Het Vlaamse, Waalse en Brusselse Hoofdstedelijk Gewest ontstaan, maar zonder een

duidelijke territoriale afbakening of bevoegdheidsverdeling. 1974: Voorlopige gewestvorming

II. TWEEDE STAATSHERVORMING (1980) De bevoegdheden van de gemeenschappen en de gewesten worden aanzienlijk uitgebreid Vanaf nu spreken we van de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap en de

Duitstalige Gemeenschap. Gemeenschappen : Taal, cultuur & nu ook persoonlijke aangelegenheden Gewesten : Plaatsgebonden materies (leefmilieu, ruimtelijke ordening, huisvesting,…) Gewesten en Gemeenschappen krijgen hun eigen parlementen en regering.

III. DERDE STAATSHERVORMING (1989) Brussels Hoofdstedelijk Gewest krijgt eigen instellingen, raad en een regering. Bevoegdheden van gewesten en gemeenschappen worden verder uitgebreid.

Vb. Onderwijs => gemeenschapen Bijzondere financieringswet wordt opgesteld die de financiering van de gewesten en

gemeenschappen regelt.IV. VIERDE STAATSHERVORMING (1993)

= Sint-Michielsakkoorden België wordt een federale staat Deelstaatsraden: rechtstreekse verkiezingen Deelstaten verwerven constitutieve autonomie waardoor ze de organisatie en structuur van

hun instellingen zelf kunnen regelenV. VIJFDE STAATSHERVORMING (2001)

Nieuwe bevoegdheidsoverheveling Lambertmontakkoord:

Page 50: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Akkoord over een aantal maatregelen rond de financiering van de gemeenschappen. Uitbreiding fiscale bevoegdheden gewesten. Extra dotatie van de federale overheid aan de Vlaamse en Franse

gemeenschapscommissie. Het Lombardakkoord wijzigt de werking van de Brusselse instellingen.

VI. ZESDE STAATSHERVORMING (2011) De splitsing van BHV: De kieskring en het gerechtelijk arrondissement worden gesplitst. De verkiezingen voor de Senaat worden afgeschaft. Wie in de zes faciliteitengemeenten woont, zal kunnen kiezen of hij/zij in het Brussels

Gewest stemt, dan wel in het Vlaams Gewest. Interne Brusselse hervorming: het aantal sociale huisvestingsmaatschappijen wordt

gehalveerd België krijgt een nieuwe financieringswet

Nieuwe bevoegdheden voor de deelstaten: De belangrijkste bevoegdheidsoverhevelingen gaan over de arbeidsmarkt (gewesten), sommige aspecten van de gezondheidszorg (gemeenschappen), gezinsbijslagen (gemeenschappen), justitie en mobiliteit (allebei geregionaliseerd).

Bevoegdheden van de Vlaamse overheid o Deelstaten hebben toegewezen bevoegdheden: enkel bevoegd voor die aangelegenheden die de Gw

of een bijzondere meerderheidswet haar toekent. o Vlaamse deelstaat oefent haar bevoegdheden autonoom uit volgens het principe van de federale

loyauteit = legt geen verantwoording af over de manier waarop ze dit doet, maar respecteert wel het

evenwicht van de federale staat.

I. Bevoegdheden van de VGem Gemeenschapsbevoegdheden moeten de culturele eigenheid waarborgen. Bevoegdheden van de Vlaamse Gemeenschap zijn persoonsgebonden:

1. Culturele aangelegenheden (kunst, toerisme, media,…)2. Welzijn van personen (welzijnszorg, kinderopvang,…)3. Onderwijs (organiseren van onderwijs & uitreiken studietoelagen)4. Gebruik van talen

II. Bevoegdheden van het VGew Betreffende op economische en plaatsgebonden materies.

(milieu, energie, tewerkstellingsbeleid, ruimtelijke ordening,…)

o Bedrieglijke eenvoud van het onderscheid In de praktijk is het onderscheid tussen persoonsgebonden en plaatsgebonden materies niet

altijd duidelijk. Vb. usurperende/fantoombevoegdheden

o Bevoegdheden waarvoor de regionale overheid bevoegd is, maar de federale staat ook beleid voert & de rekening betaalt.

Bijvoorbeeld roerend en onroerend erfgoedbeleid:Het erfgoedbeleid in Vlaanderen is na de staatshervorming van 1988 opgedeeld in een roerend en onroerend erfgoedbeleid. Het roerende erfgoed is een gemeenschapsbevoegdheid. Het onroerend een gewestbevoegdheid.

Concreet betekent dit dat de bescherming van een gotische kerk een gewestbevoegdheid is, maar de bescherming van de schilderijen in de kerk een gemeenschapsbevoegdheid. Historische schepen zijn een gewestbevoegdheid,

Page 51: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

terwijl een historisch vliegtuig of tram een gemeenschapsbevoegdheid is.

Politiek-bestuurlijke instellingen o Federale staat heeft drie machten: WM, UM & RMo De Vlaamse deelstaat heeft enkel WM & UM.

Vlaanderen heeft wel eigen administratieve rechtscolleges (maken geen deel uit van RM)

o Wetgevende macht Parlement (1 kamer!) & regering:

Vlaamse regering: initiatieven van decreet, amendementen indienen, bekrachtigd & kondigt decreten af.

Bevoegdheden zowel gemeenschaps- als gewestmateries Leden: 124

118: Woonplaats Vlaamse Gewest 6: Woonplaats BHG 29 hiervan gaat ook naar Senaat, waarvan min. 1 persoon Brussels is

Organen: Plenaire vergadering: voltallige parlement Uitgebreide Bureau: parlementsvoorzitter, ondervoorzitter, secretarissen &

fractieleiders o Bereiden plenaire vergadering voor

Commissies: o Bereiden het decreetgevende werk van het Vlaams Parlement voor o Bespreking van beleidsnota’s & -brieven van de ministerso Behadelen parlementaire vragen

Opdracht:1. Uitvaardigen van decreten

o Opstellen, goedkeuren, wijzigen of afkeureno Voorbereiding: commissieo Stemming: plenaire vergadering

2. Benoemen & controleren van Vlaamse regering o Toezicht op septemberverklaring o Stellen van actuele vragen & interpellaties

3. Goedkeuren begroting Rol parlement is afgelopen decennia verkleind t.v.v. regering & politieke partijen; vervaging

onderscheid WM & UM.

o Uitvoerende macht Vlaamse regering

Leden: o 10 ministers

Min. 1 minister heeft woonplaats in BHG Neemt niet deel aan beslissingen betreffende Gem-

bevoegdhedeno 1 Minister-President = hoofd Vlaamse Regering

Hij waakt met de andere ministers over de correcte uitvoering van het regeerakkoord en is verantwoordelijk voor het algemene beleid.

Verantwoordelijk voor algemene beleid Bijgestaan door viceminister-presidenten Kernkabinet = M-P & zijn/haar vices ter voorbereiding van de

ministerraad Ministerraad = Alle Vlaamse ministers

Page 52: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Koning maakt geen deel uit van de uitvoerende macht in Vlaanderen. ‘Government making power’ van het Parlement = de volksvertegenwoordigers hebben

gezamenlijk de macht om een regering te maken. De ministers van de Vlaamse regering worden aangewezen en benoemt door het

Vlaams Parlement. Het regeerakkoord bevat de belangrijkste beleidsprioriteiten voor de komende legislatuur.

Jaarlijks worden de prioriteiten gebundeld in de ‘septemberverklaring’ van de minister-president.

Vlaamse regering = collegiaal orgaan = Elke beslissing wordt door de hele regering genomen, de ministers hebben geen

individuele beslissingsbevoegdheid. Besluiten van de Vlaamse Regering (BVR’s) = beslissingen van de UM

o Equivalent KB’s Ministerieel Besluit = besluiten van individuele ministers Rondzendbrief

o Kabinetten = groep persoonlijke medewerkers van de minister Stafmedewerkers, inhoudelijke adviseurs & minister’s persoonlijke secretariaat Minister kan hen zelf kiezen Steeds geleidt door kabinetschef, ondersteund door adjunct-kabinetschefs Interkabinettenwerkgroepen (IKW’s) = vergaderingen tussen kabinetten waar heel

wat beleid voorbereid wordt. Hervorming BBB: wou kabinetten afslanken.

Effectief gedaan => werkt door in beleidsprocessen Kabinetten moeten nu beroep doen op administratie IKW’s blijven hart van besluitvorming in Vlaanderen

Besturen in Vlaanderen: ménage à trois Politieke kabinetten + agentschapen + departementen

Vlaamse financiële middelen o Inkomsten

Belastingen die ze zelf int & middelen en dotaties die ze krijgt van de FedOvh. Grootste deel: Samengevoegde & gedeelde belastingen

= enveloppen met een vooraf bepaald bedrag Middelen uit federale belastingen, nl. de personenbelasting & belasting op

toegevoegde waarde (BTW). Dotaties: klein deel

Ook van overheid: voor uitvoering van bepaalde beleidsmaatregel. Geld mag enkel voor die specifieke doeleinden gebruikt worden.

Een overheid is fiscaal autonoom in die mate dat ze de inkomsten waarmee ze haar uitgaven financiert, zelf verzamelt via een eigen belasting.

Enkel VGew kan zelf belastingen innen, niet: VGem Sinds 6e SH: overheid mag opcentiemen heffen op federale personenbelasting.

o Uitgaven 6e SH: verschuiving uitgaven

Gezinsbijslag geregionaliseerd Ook beleidsdomein Werk & Sociale Economie stegen

Administratieve instellingen

Page 53: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Vlaamse overheid: 12 beleidsdomeinen, binnenkort 11o Administratieve organisatiemodel

Taakverdeling departementen & agentschappen Departement; beleidsvoorbereiding & -evaluatie Agentschap; beleidsuitvoering

Kunnen elkaar ondersteunen

I. Departementen Elk beleidsdomein; 1 departement en meerdere beleidsvelden.

Meerdere beleidsvelden; soms meerdere ministers verantwoordelijk voor eenzelfde departement.

Hoofd: leidend ambtenaar met mandaat van 6j. 12 departementen, 2 belast met horizontale taken:

1. Departement Kanselarij & Bestuur2. Departement Financiën & Begroting Horizontale departementen leveren diensten aan andere departementen.

o Vb. personeelsbeleid, financiën & facilitair management. De verticale of lijndepartementen hebben de inhoudelijke bevoegdheden zoals

onderwijs, mobiliteit, welzijn.

II. Agentschappen= verzelfstandigde organisaties binnen de Vlaamse overheid.

Voordelen : Meer autonomie Klantgerichtheid Professionalisering Deskundigheid,…

Nadelen : Risico’s Minder coördinatie Minder democratische controle

In theorie staan ze in voor de beleidsuitvoering, en zijn ze enkel opgericht indien organisaties aan volgende 2 criteria voldoen:

1. Beschikken over voldoende uitvoeringstaken, en meetbare producten en diensten afleveren.

2. Mogelijkheid moet er zijn om het agentschap te sturen op doelmatigheid, prestatie en kwaliteit.

Page 54: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

In praktijk zijn deze criteria niet altijd toegepast Strikte scheiding tussen departement & agentschap ook niet fusie van

enkele agentschappen.

Vier types : Interne verzelfstandiging

1. IVA zonder rechtspersoonlijkheid2. IVA met rechtspersoonlijkheid Oprichting IVA = deconcentratie = spreiding van de bevoegdheden van een

openbare dienst over meerdere hiërarchische ondergeschikte diensten/ambtenaren.

Externe verzelfstandiging 1. EVA: Publiekrechtelijk2. EVA: Privaatrechtelijk EVA’s zijn overheidsinstellingen die opgericht worden om uitvoeringstaken

van publiek belang op zich te nemen die om bijzondere redenen een rechtspersoonlijkheid vergen.

Treedt dus zoals IVA met rechtspersoonlijkheid op in eigen naam. Minister is enkel eindverantwoordelijke, er is geen direct

hiërarchisch verband. Ministerie = IVA zonder rechtspersoonlijkheid + departement Voorbeelden :

Kind & gezin; IVA met rechtspersoonlijkheid De Lijn; Eva publiekrechterlijk Participatiemaatschappij Vlaanderen & Agentschap voor inburgering & integratie

1. Intern verzelfstandigd agentschap ZONDER rechtspersoonlijkheid1. Opgericht door de Vlaamse regering 2. Deel van het ministerie 3. Zonder rechtspersoonlijkheid: Handelen in naam van

VGem/VGew4. Minister stuurt via beheersovereenkomst Voorwaarden voor oprichting :

Voldoende massa uitvoeringstaken Betrokken producten/diensten zijn meetbaar Reële mogelijkheid tot aansturing van doelmatigheid, prestaties en kwaliteit Invulbare informatierelatie: opdracht van het agentschap voldoende stabiel en

SMART (specifiek, meetbaar, afgesproken, realistisch, tijdsgebonden) geformuleerd

2. Intern verzelfstandigd agentschap MET rechtspersoonlijkheid1. Opgericht door de Vlaamse regering2. Behoort niet tot een ministerie, wel tot een beleidsdomein3. Rechtspersoonlijkheid: kunnen eigen contracten afsluiten4. Richt dit op wanneer er fiscale/budgettaire voordelen aan verbonden zijn. § 3. Een intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid wordt slechts

opgericht na een voorafgaande afweging van de voor- en nadelen van het verlenen van rechtspersoonlijkheid en als hieruit blijkt dat een intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid niet dezelfde voordelen kan bieden.

Bv. o.w.v. fiscale en budgettaire voordelen Opm. druk vanwege vroegere VOI’s

3. Extern verzelfstandigd agentschap (publiekrechtelijk):1. Opgericht bij decreet door het Vlaams Parlement

Page 55: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

2. Geen deel van een ministerie3. Eigen rechtspersoonlijkheid4. Verregaande autonomie & onafhankelijkheid in de uitvoering5. Minister stuurt via beheersovereenkomst

Beheersovereenkomst tussen RvB & minister, niet tussen de EVA zelf & de minister

Voorwaarden voor oprichting : Voldaan aan alle voorwaarden voor verzelfstandiging (zie IVA) Noodzaak van verregaande autonomie en onafhankelijkheid van de uitvoering Mogelijkheid van structurele medezeggenschap of een financiële participatie van

een andere overheid of andere actoren Vb. De Lijn, Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling (VDAB)…

4. Extern verzelfstandigd agentschap (privaatrechtelijk):1. Opgericht bij decretale toelating van het Vlaams Parlement 2. Geen deel van een ministerie3. Sturing & controle via aandeelhouderschap, mandaten in RvB, financiering &

overeenkomsten. Wanneer een EVA in een marktomgeving functioneert of wanneer men andere

aandeelhouders behalve de overheid wil betrekken in het beheer, opteert men voor deze vorm.

Publieke aspect vervalt niet volledig: EVA’s hebben nog steeds een publieke taak & worden meestal erkend als administratieve overheden.

Bij marktgerichte activiteiten zou men bijvoorbeeld de voorkeur kunnen geven aan een privaatrechtelijke EVA.

o Andere Vlaamse instellingen: Niet alle overheidsorganisaties werden in deze hervorming meegenomen. Voorbeelden:

Vlaamse Radio- en Televisieomroep (VRT)o Vennootschap van publiek recht

VGem is aandeelhouder, treedt op als toezichthouder & zetelt in Algemene Vergadering.

o Bestuursstructuur: Directiecomité

Hoofd: gedelegeerd bestuurder Bevoegd voor alle operationele aangelegenheden

Raad van Bestuur 12 leden, proportioneel aangewezen door Vlaamse Regering

o Beheersovereenkomst gebruikt om VRT meer slagkracht te geven. Belangrijkste doelen & financiële middelen.

o Laatste jaren: kritischere houding van VReg …

o Sturingsinstrumenten Tot voor kort werkten agentschappen met beheersovereenkomsten.

2015: afgeschaft; vervangen door jaarlijkse ondernemingsplannen met een meerjarig component.

Niet helemaal verdwenen; Grote organisaties (vb. VRT, De Lijn) gebruiken het nogo Dit door oprichtingsdecreet: privaatrechtelijke EVA’s hebben een

samenwerkingsovereenkomst. Jaarlijkse ondernemingsplannen met een meerjarig component

Zijn nu belangrijkste sturings- & opvolgingsinstrument voor de minister.

Page 56: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o In beleidsnota & eerste ondernemingsplan (beiden aan begin regeerperiode) formuleren belangrijkste ambities. Deze worden jaarlijks geactualiseerd, opgevolgd en geüpdate.

Samenwerkingsovereenkomst Legt belangrijkste krachtlijnen vast voor beleidsuitvoering door het agentschap.

I. Beleidsraad Bedoeld als een beleidsintegrerend en -coördinerend platform Bestaat uit verschillende beleidsvelden Binnen elk domein is er het risico dat de beleidsvelden onvoldoende samenwerken wanneer

dit nodig is. Om coördinatie & samenwerking te verzekeren, heeft elk beleidsdomein een

beleidsraad. o Minister zit deze vooro Hierdoor: versterking relatie: administratie – politiek

II. Managementcomité Verzamelt alle topambtenaren van een beleidsdomein. Is beleidsraad zonder politieke vertegenwoordiging. Voorbereiding & opvolging van de afspraken in de beleidsraad. Maakt collegiale afspraken over operationele aangelegenheden.

III. Voorzitterscollege= voorzitters van de verschillende managementcomités

Om samenwerking tussen politieke & administratieve niveau verder uit te bouwen. Fungeert als overkoepelend managementorgaan dat een centrale coördinatierol opneemt. Moet inhoudelijke beleidsafstemming & -coördinatie garanderen. Werkt met strategische conceptnota’s; vervult dus belangrijke netwerkfunctie in VlAdm.

o Adviesstelsel & strategische adviesraden Samengesteld uit vertegenwoordigers van het maatschappelijke middenveld, soms

aangevuld door onafhankelijke deskundigen. De adviesraden hebben een eigen rechtspersoonlijkheid. Er zijn 3 soorten binnen de Vlaamse overheid:

1. Strategische adviesraad per beleidsdomein : o Permanent orgaan dat tot taak heeft om het Vlaamse parlement, de

Vlaamse regering of de individuele ministers te adviseren over strategische beleidsaangelegenheden.

o Vb. Vlaamse Raad voor Bestuurszaken2. Tijdelijke adviesraden en ad-hoc adviesraden :

o Adviseren over een aan de tijd gebonden beleidsvraagstuk of een eenmalig zeer specifiek probleem.

o Vb. CEEO3. Meta-adviesraden :

o Advies dat meerdere beleidsdomeinen aanbelangt. o Samenwerkingsverbanden behoren tot de mogelijkheden bij domein-

overschrijdende problemen. o Vb. SERV

Personeelsmiddelen van de VlOvh o In 1983: 4800 personen. Maar bevoegdheden van Vlaamse overheid breidden uit, dus in

2009: 49000 personeelsleden.o Het grootste aantal personeelsleden werkt binnen de centrale overheid

Page 57: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Strategische adviesraden krijgen ter ondersteuning personeelsleden om de algemene opvolging en secretariaatstaken op zich te nemen.

o Afslanking van de kabinetten Het personeel van enkele entiteiten is niet betrokken bij BBB. Daaronder vallen

onder meer het UZ Gent en de luchthavens van Oostende en Antwerpen.

Vlaamse administratie: holding Vlaanderen

o Hervormingen Beter Bestuurlijk beleid o Ieder beleidsniveau is op dezelfde manier opgebouwd

Aan het hoofd staat de minister & ieder domein heeft ook een adviesraad waar onafhankelijken & middenveldorganisaties in zitten

Vlaams regeerakkoord 2014: schetsing nieuwe principes door dysfuncties BBB (zie p. 243) o “We stellen paal en perk aan de verkokering van de Vlaamse overheid. Samenwerking tussen de

overheidsdiensten onderling en een intensievere samenwerking tussen de administratie en de regering in functie van gedragen doelen en oplossingen, wordt de regel.”

Hervormingen sluiten aan bij principes van New Public Governance (cf. les 3)=> De Vlaamse overheid als holding

1. Herschikking van de beleidsdomeinen Beleidsdomein Kanselarij en Bestuur: fusie van departementen Bestuurszaken en Diensten

van het Algemeen Regeringsbeleid en de studiedienst van de Vlaamse regering Beleidsdomein Omgeving: fusie van de departementen Leefmilieu, Natuur en Energie en

Ruimte Vlaanderen en Inspectie RWO2. Herschikking agentschappen

Sommige agentschappen worden geïntegreerd in het departement (was al gestart onder de vorige Vlaamse regering)

Sommige agentschappen fuseren, bv. Agentschap Ondernemen en Innovatie = fusie van Agentschap ondernemen en deel van IWT

3. Wijziging in strategische adviesraden Afschaffing, bv. Vlabest Inbedding in SERV, bv. SAR WVG, SAR CJSM, Vlaamse woonraad, SAR landbouw en visserij Samenvoeging, bv. Mina-raad en SARO

Hoofdstuk 8: De Lokale Besturen

Page 58: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

België heeft 10 provincies en 589 gemeenten. o Dat zijn de lokale besturen in een brede betekenis en zij vormen de basis van de lokale

democratie. 1. Rechtstreekse verkiezing van de leden van de raden2. Autonomie of open taakstelling3. Onder toezicht onderworpen van de centrale overheid4. Recht om inwoners van hun grondgebied te belasten

Historisch: o 1830: België als gedecentraliseerde eenheidsstaat

Gemeenten & provincies erkend in Gw. Bevoegd voor zkane van gemeentelijk & provinciaal belang Rechtstreeks verkozen raden

Belang van lokale besturen.o 1976 (1982): fusies van gemeenten

Van 2700 => 589o 1988: “Nieuwe” gemeenteweto 2001: Lambertmontakkoord

Regionalisering van gemeente- & provinciewet Bijzondere wet van 13 juli 2001

o Vlaams gemeentedecreet van 15 jul 2005 & Vlaams provinciedecreet van 9 dec 2005 Deregulering en afstemming van regels voor gemeenten, OCMW’s (en provincies) Meer autonomie Ruimte voor lokaal maatwerk Vereenvoudiging Verhogen democratisch gehalte Nauwere samenwerking gemeente-OCMW

o Ondanks regionalisering van organieke regelgeving gemeenten en provincies in 2001, blijven bepaalde zaken federale materie

Organisatie van politiebeleid Brandweer Registers burgerlijke stand Pensioenregeling van mandatarissen en personeel Vlaamse randgemeenten, Voeren

o Complexiteit neemt toe: Gewestelijke regimes (BHG) Enkele kernelementen feederaal Enkele kernbevoegdheden federaal

o Gevolg: ‘Nieuwe’ gemeentewet van 1988 wordt niet in haar geheel vervangeno Gelijklopende / verschillende situatie voor Waals gewest en Brussels gewest

Fusie van gemeenten o Redenen:

Ging slecht met openbare financiën Druk vanuit economische middens om gemeenten bestuurskrachtiger te maken zodat ze

economisch een sterkere rol konden spelen Grote politieke partijen zagen voordelen in deze operatie om hun lokale machtsbasis te

versterken Er was een sterk leiderschap op het niveau van de minister.

Page 59: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Territoriale decentralisatie o Lokale besturen (gemeenten, provincies) zijn territoriaal gedecentraliseerde bestureno Kenmerken:

Erkenning van de identiteit van welbepaalde territoriale gemeenschappen Deze gemeenschappen kunnen een eigen beleidsvoering organiseren Via eigen en rechtstreeks verkozen politieke organen Wel hiërarchie van normen; vormen van administratief toezicht Zekere afhankelijkheid (van hogere overheden) voor financiële middelen

o Om zicht te hebben op organisatie van gemeenten, moet gemeentedecreet steeds worden samen gelezen met de federaal gebleven bepalingen in de gemeentewet.

o Enkele elementen van de Belgische gemeentewet van 1988 gelden enkele voor de gemeenten met faciliteiten & taalgrensgemeenten: vrijheid van de deelstaten beperkter.

o FedOvh is steeds bevoegd voor belastingen, brandweer, politie & justitie. o Gem’en & Gew’en hebben heel wat inhoudelijke bevoegdheden op verschillende beleidsdomeinen

waarop ook lokale besturen een belangrijke rol spelen. Deelstaten zijn de centrale overheden waarmee de lokale besturen op deze domeinen het

meest mee te maken hebben. Verandering in het deelstaatbeleid hebben meestal gevolgen voor lokale besturen.

o Voordelen : Economisch :

Efficiëntie: druk op lokale besturen is groter Cost-benefit principe

Bestuurskundig : Maatwerk Subsidiariteit

Politologisch : Democratische controle; checks and balances Burgerparticipatie

o Nadelen : Economisch :

Economy of scale Financiële draagkracht

Bestuurskundig : Gelijke behandeling van de burgers Specialisatie en coördinatie

Politologisch : Afstand burger-bestuur

Lokale autonomie VS centraal toezicht o is dus een dubbele status van gemeentebesturen. Ze zijn enerzijds autonoom en vrij om initiatief te

nemen (= beleidsvrijheid) en anderzijds zijn ze aan medebewind of verplichte taken verbonden (= beleidsruimte).

Page 60: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Lokale besturen zijn enerzijds autonoom, en anderzijds zijn ze een deel van de staatI. Autonomie:

Art 41 van de grondwet: De uitsluitend gemeentelijke of provinciale belangen worden door de gemeenteraden of de provincieraden geregeld

Autonomie zolang bevoegdheden niet worden ontnomen door wetten of decreten Geschiedenis:

o Al in de middeleeuwen waren steden de basis voor economische activiteit en ook voor sociale initiatieven.

o Ook in de overgang naar de industriële samenleving speelden lokale besturen een belangrijke rol, zij namen vaak eerst initiatief voor onderwijs bijvoorbeeld.

o De steden stonden lange tijd in zeer gespannen verhouding met de centrale heersers. Zij bevochten hun vrijheden, die dan in keuren werken vastgesteld en in belforten bewaard. Deze werd omschreven de lokale autonomie.

II. Medebewind : Taken die lokale besturen doen in opdracht van centrale overheden (federale

overheid, gemeenschappen en gewesten) Vb. Burgerlijke stand, bouwvergunningen, milieuvergunningen, brandweer

Tussen gemeenten & centrale overheden is er steeds discussie over de omvang van medewindstaken en over de tussenkomst van de centrale overheden in de kosten van de medebewindstaken.

Historisch gegroeide status van de gemeenten als onderdeel van de staat is merkbaar aan de positie van de burgemeester:

Eerste onder zijns gelijken op lokaal niveau maar vervult tegelijkertijd politionele opdrachten van de FedOvh. Hij kan deze niet weigeren.

Overeenkomstig art. 41 Gw. kunnen gemeenteraden & provincieraden alles beslissen wat van lokaal/provinciaal belang is: fundamentele bepalingen van de gemeentelijke autonomie.

Principe: een rechtstreeks verkozen bestuur mag met belastinggeld vrij initiatief nemen, zolang een andere overheid dat niet verbiedt.

III. Toezicht := Beperking op de autonomie

Lokale besturen steeds onder een soort van toezicht Soorten:

1. Dwangtoezicht Uiterste gevallen Op kosten van de gemeente worden medebewindstaken uitgevoerd

die de gemeente weigert uit te voeren. 2. Algemeen toezicht (op administratieve beslissingen van gemeente, OCMW’s,

provincies & politiezones) Spilfiguur: gouverneur Betrekking op alle beslissingen voor de normale werking van een

gemeente. Gouverneur treedt voor de politie op in opdracht van de FedOvh.

3. Specifiek toezicht Alle vormen toezicht die opgenomen zijn in sectorale regelgeving in

de verschillende beleidssectoren. Vlaams regeerakkoord 2014: afschaffing van het specifiek toezicht

o Commissie decentralisatie

Page 61: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Lokale inkomsten & uitgaven

o Inkomsten Gemeenteraden en provincieraden hebben het recht op het heffen van belastingen

Grondwet geeft aan gemeente- & provincieraden bevoegdheid om te belasten & waar dit wel/niet mag.

Grondwet moet dus steeds worden samengelezen met specifieke belastingswetgeving.

Lokale besturen heffen in beperkte mate eigen autonomie lokale belastingen waarvoor zij organisatorisch helemaal verantwoordelijk zijn.

o Zij heffen vooral belastingen bovenop andere belastingen ingesteld door centrale overheden; opcentiemen

Beslissen vrij hoe hoog deze aanvullende belastingen zijn. I. De gemeenten krijgen ook een Gemeentefonds.

Een deel van de centrale fiscale middelen vloeit naar de gemeenten. = systeem van herverdeling & solidariteit Fonds kan voor eender wat gebruikt worden. Verschillend in de verschillende Gewesten. Criteria voor herverdeling:

1. Centrumfunctie: grotere gemeenten & steden verstrekken diensten waarvan burgers van omliggende gemeenten gebruik maken.

2. Graad van kansarmoede in een gemeente. De Vlaamse overheid richtte ook nog het Stedenfonds op.

o Die middelen worden gekoppeld aan bepaalde prestaties, via een overeenkomst tussen de stad en de Vlaamse overheid.

o Hiervoor is wel een systeem van verantwoording.II. Gemeenten krijgen nog middelen uit zogenaamde geoormerkte subsidies

= Tussenkomsten van de centrale overheden die wél voor specifieke uitgaven dienen Maken gemeente wel meer afhankelijk van centrale overheid. Aan subsidies vaak voorwaarden gekoppeld.

o Leidt tot vormen van specifiek toezicht. III. Retributies = Beperkte inkomsten komen nog uit de betaling voor prestaties: dat zijn

vergoedingen door de klanten voor specifieke diensten.

Page 62: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

IV. De gemeenten krijgen jaarlijks ook nog dividenden uit de opbrengst van het kapitaal dat ze in intercommunales hebben geïnvesteerd.

Verschil gewesten: Waalse gemeenten zijn meer afhankelijk van specifieke subsidies vanwege regionale

Waalse overheid; dus meer afhankelijk van de Waalse overheid. Vlaamse gemeenten zijn meer afhankelijk van middelen uit belastingen.

o Uitgaven Veiligheid, cultuur, onderwijs, economie, algemene administratie, sociaal beleid,

gezondheidszorg, ruimtelijke ordening… Ook hier verschillen tussen de drie gewesten.

Die zijn te verklaren door:1. Objectieve geografische verschillen.2. Door uiteenlopende ideologische visies.3. Door de omvang van private organisaties die bepaalde taken op zich nemen.4. Door de aansturing vanwege de centrale overheid.

Provinciale besturen & de provinciale autonomie o Bij de creatie van België werd de werking van de provinciebesturen strek ingesnoerd om hun macht

zo beperkt mogelijk te houden. De gouverneur werd voorzitter van de deputatie en werd toezichthouder, de provincies

mochten niet samen vergaderen. Geleidelijk aan werd dat regime versoepeld.

o De Gouverneur: Geen politicus, wel “aangestelde ambtenaar” (door Vlaamse regering) Meestal in functie tot pensioenleeftijd Provinciegouverneur vervult zowel opdrachten voor de Vlaamse overheid als voor de

federale overheid. Sedert enkele jaren belast de VlOvh hen meer met coördinatie van grote

infrastructuurprojecten waarbij vaak heel wat Vlaamse diensten in het provinciale gebied actief zijn; toont belang van gouverneur als intermediaire functie tussen bestuursniveaus.

o Debat over provinciebesturen sedert de jaren ‘70: Hebben steeds aanvullende & vernieuwende taken op zich genomen die door geen andere

besturen/private sector werd ingevuld. De fusie van gemeenten zorgde echter voor grotere gemeenten en de staatshervorming

zorgde geleidelijk voor sterke regio’s: zijn de provincies dan wel nog nodig? Binnen de meeste politieke partijen heerst er op dit punt verdeeldheid.

o De interne organisatie en werking van de provinciebesturen loopt nu zeer gelijk met deze van de gemeenten.

Dat was voor het provinciedecreet niet het geval. Het provinciedecreet (2005) is een Vlaamse bevoegdheid.

o De provinciebesturen halen een klein deel van hun ontvangsten uit prestaties voor dienstverlening, uit dividenden voor hun aandelen in intercommunales.

Veel uit belastingen en fondsen. Voor de provincies is het provinciefonds minder belangrijk dan het gemeentefonds dat is voor de gemeenten.

Provincies mogen geen belastingen heffen op het inkomen, wel op de eigendommen. Provinciebesturen kunnen ook vrij eigen belastingen vastleggen zolang dat niet wettelijk

verboden is.

Organisatie & werking van de gemeenten o Politieke organen van de gemeente

Page 63: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

I. Gemeenteraad Mandaat: 6j a.d.h.v. Imperiali aantal gemeenteraadsleden ligt vast en is afhankelijk van de grootte van de

gemeente. Functies:

1. Volk vertegenwoordigen2. Beleid bepalen 3. Controleren van het beleid dat door het college wordt uitgevoerd

Gemeentedecreet had als doel om gemeenteraad te versterkeno Problemen:

Positie minderheid/meerderheid & behoren tot college bepaalt werking & slagkracht van gemeenteraden

College (UM) domineert politieke spel Politieke partijen dwingen raadsleden tot volgzaamheid. Leden College ook lid van raad; controleren zichzelf dus

o Mogelijkheid om eigen voorzitter te kiezeno Versterking van bepaalde bevoegdheden

Raadsleden:o Controlerende bevoegdheden & kunnen fractiepersoneel laten

ondersteunen. Raad kan door gemeentedecreet taken delegeren naar college, gaat niet met alle

dossiers Effecten van dat alles blijven in praktijk vooralsnog vrij beperkt.

II. College van burgemeester en schepenen Aantal schepenen: maximum bepaald in gemeentedecreet Verkiezing door de gemeenteraad op basis van een akte van voordracht Alle beslissingen moeten collectief genomen worden. Verantwoordelijk voor de uitvoering van de beslissingen van de gemeenteraad,

maar het college krijgt in het gemeentedecreet ook eigen bevoegdheden toegewezen waar de raad niets over te zeggen heeft.

III. Burgemeester Benoeming door Vlaamse regering op basis van een akte van voordracht voorgelegd

aan de gouverneur. Administratieve organisatie van de Vlaamse lokale besturen

o Gemeentelijke ambtenaren & ambtelijke organisatie Elke gemeente werkt met ambtenaren die door het college & door de secretaris namens het

college worden aangestuurd. Deze werken voor de UM.

Personeelsformatie, organogram (opbouw & taakverdeling in de organisatie) & rechtspositieregeling van het personeel (rechten & plichten van de ambtenaren) wél door gemeenteraad vastgelegd.

Lokale besturen hebben op vlak van opbouw & invulling van hun administratie een grote vrijheid.

Functies van de topambtenaren in de gemeenten & provincies zijn in de basisdecreten opgenomen.

Decretale graden = secretaris/griffier (voor resp. gemeente/prov) & financieel beheerder (beide gmeente/prov).

o Rol topambtenaren is versterkt: Secretaris; leidt het personeel Secretaris/griffier;

Page 64: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Verantwoordelijk voor werking van een verplicht managementteam dat in interactie staat met politieke college/deputatie.

o Spelen belangrijke rol in beleids- & beheerscyclus Financieel beheerder:

Financieel beleid, o.l.v. secretaris/griffier Heeft ook eigen bevoegdheden op vlak van controle op

financiën. Veel gemeentebesturen komen van een ‘schepenmodel’ waarbij i.t.t. de formele

regels, schepenen zich vaak gedragen als managers van ‘hun’ diensten. Het gemeentedecreet wil naar het managementteammodel waarbij het

collectief van ambtenaren en het politiek college afspraken maken over de onderlinge verhoudingen en taakverdeling.

Praktijk: wijzigt weinig, neiging tot operationele aansturing vanwege politici sterk blijft.

o NPM op lokaal niveau Mogen we alle ontwikkelingen op lokaal niveau vanuit het perspectief van het NPM

beoordelen? Hoofdstuk 5; kritische kijk.

1. NPM is voor een privatisering : De keuze voor privatisering wordt in Be op lokale niveau zelden gemaakt. Geen sprake van een golf van privatisering van publieke diensten op dit

niveau, er is wél eerder sprake van een golf van versterkte publieke dienstverlening; Dat lijkt tegen de trend van NPM in te gaan.

2. NPM is voor het verzelfstandigen van diensten : Die beweging zien we op het lokale niveau wel, al zijn de motieven voor

verzelfstandiging niet altijd geïnspireerd vanuit efficiëntie-overwegingen. Soms spelen ook fiscale & politieke motieven mee.

3. NPM pleit voor het invoeren van managementtechnieken in de dienstverlening : Op dat vlak is het gemeentedecreet duidelijk sterk door het NPM-denken

geïnspireerd. o Vb. rol van de secretaris en van de financieel beheerder als

topmanagers, de invoering van het managementteam,… Traditie van bureaucratisch & hiërarchisch denken blijft echter zeer sterk.

4. Ook op het vlak van financieel beheer en het personeelsbeleid is de invloed van het NPM duidelijk merkbaar

Algemeen directeur Voordien: secretaris Hoofd van de administratie Partner van het college

Financieel directeur Voordien: ontvanger => financieel beheerder Samenwerkingsmodel

o Algemeen directeur: beleidsvoorbereiding en –uitvoeringo Financieel directeur: controlerende en rapporterende rol

Managementteam Moet overal aanwezig zijn

Page 65: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Samenstelling: beslissen ze zelf over. Voorbereidende & uitvoerende taken Opdrachten voor interne organisatie van diensten/planning/onderlinge afstemming Diensthoofdenmodel (ipv schepenmodel) Afsprakennota met college

o Beleids- & beheercyclus Meerjarenplan

Beleidsopties voor de komende 6 jaar Strategische nota + financiële nota + toelichting

Budget Jaarlijkse vertaling van het meerjarenplan Beleidsnota, financiële nota & toelichting

Boekhouding en jaarrekening Evolutie naar algemene boekhouding Beleidsevaluatie

o Personeel & personeelsbeleid Het lokaal bestuur is veruit de grootste publieke werkgever in ons land. De laatste decennia komt de statutaire tewerkstelling meer en meer onder druk

omdat er vooral en meer en meer contractuelen in dienst komen die met een gewoon arbeidscontract werken.

1993: ‘CAO Kelchtermans’ legde de basis voor het personeelsbeleid van lokale besturen.

Dit leidde in 2009 tot de huidige Rechtspositieregeling die een meer dynamisch personeelsmanagement mogelijk maakt en een aantal keuzes in de handen van de lokale besturen legt.

Een permanent punt van discussie blijft de vraag in welke mate, hoe en hoe ver de Vlaamse overheid kaders en regels moet opleggen: welke mate van decentralisatie is voor dat personeelsmanagement mogelijk en wenselijk?

o Gemeenten in netwerkverbanden LokBut’en maken in toenemend mate gebruik van vormen van verzelfstandiging:

Richten autonome bedrijven/vzw’s op voor apart beheer van specifieke diensten Toenemende mate betrokken bij intergemeentelijke samenwerkingsverbanden.

Voor specifieke taken werken gemeenten meer & meer samen LokBut’en zijn opgenomen in samenwerkingsverbanden die door de Vlaamse/provinciale

overheid worden opgericht. LokBut’en moeten steeds meer in netwerkvorm met veel verzelfstandige

organisaties werken.

Openbare Centra voor Maatschappelijke Welzijn (OCMW) o Geschiedenis :

Al in de middeleeuwen bestonden er zelfstandige lokale publieke instellingen voor armen- en ziekenzorg.

Toen al waren ze vrij zelfstandig, toch nauw met de gemeentebesturen verbonden Er was tevens reeds was een spanning met het centrale gezag. Voorlopers: godshuizen, weldadigheidsburelen Vanaf 1925: Commissie voor openbare onderstand (COO) 1976: wet op de OCMW’s

Page 66: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Recht op maatschappelijke dienstverleningo In brede zin: niet alleen financieel, ook sociaal, psychologisch

Professionalisering: elk OCMW moet min 1 maatschappelijk werker in dienst hebben Aparte instelling met rechtspersoonlijkheid Hebben uitgebreid pakket instellingen en diensten; thuiszorg, ouderenzorg, enz.

“Elke persoon heeft recht op maatschappelijke dienstverlening. Deze heeft tot doel eenieder in de mogelijkheid te stellen een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid. Er worden openbare centra voor maatschappelijk welzijn opgericht die, onder de door deze wet bepaalde voorwaarden, tot opdracht hebben deze dienstverlening te verzekeren.” (artikel 1 van de wet van 8 juli 1976).

o Federale invloed: Afkorting niet mag veranderen OCMW moet een eigen rechtspersoonlijkheid hebben De organisatie van het leefloon moet federale kwestie blijven.

o Instellingen: OCMW-raad

Ingevuld a.d.h.v. verkiezing door de gemeenteraad Voorzitter (+ vast bureau)

Gekozen door de OCMW-raad Moet worden opgenomen als schepen

Aparte administratieo Breed takenpakket:

Voor alle aspecten van welzijn en gezondheid Zowel preventief als curatief.

o Voorzitter en OCMW raad: UM van het OCMW De OCMW-raad wordt indirect verkozen door de gemeenteraad. Maximum een derde van de leden mogen ook gemeenteraadslid zijn.

o Politieke samenwerking: Sociaal beleid Debat over organisatie van het lokaal sociaal beleid Betreffende relatie tussen publiek & privaat initiatief op lokaal niveau. Privaat initatief: hoofdzakelijk door VlOvh gesubsidieerd.

Hierdoor discussie op dit niveau: combinatie actorrol & regierol? o Actorrol: eigen publiek initiatief o Regierol: “governance” van de samenwerking met de private sectoren.

o Integratie?: Conceptnota van 13 mei 2016: organieke uitwerking van de integratie tussen OCMW en

gemeente in de constructie van behoud van aparte rechtspersoonlijkheid Politiek-bestuurlijke integratie

Gemeenteraad = OCMW-raad College van B&S = Vast bureau -> voorzien van bijzonder comité van de sociale dienst maakt deel uit van het college

Ambtelijke integratie Gemeentesecretaris = OCMW-secretaris => algemeen directeur Fin. beheerder gemeente = fin beheerder OCMW => financieel directeur Een managementteam

Planning en rapportering De beleidsrapporten van het OCMW maken integraal deel uit van de beleidsrapporten van

de gemeente Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden

o Gemeenten kunnen voor taken van lokaal belang met andere lokale besturen samenwerken.

Page 67: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Dat gebeurt op basis van vrijwilligheid, ze kunnen hiertoe gestimuleerd worden maar juridisch niet gedwongen.

Grondwet: voor taken van lokaal belang samenwerking opstarten met andere besturen; recht op vereniging.

Gebeurt op basis van vrijwilligheido Kritiek: democratische legitimiteit & controle. o Niet nieuw: Al in de 19e eeuw bestonden er vormen van intercommunale samenwerking

voor de distributie van elektriciteit en water. o Door staathervorming: decreet intergemeentelijke samenwerking

Vernieuwde intergemeentelijke samenwerking vanuit drie principes: Verruimen & diversifiëren van de bestaande vormen van samenwerking. Democratische controle op de samenwerkingsverbanden Zuivere intergemeentelijke samenwerking

o Er werd bepaald dat private organisaties niet langer bestuursverantwoordelijkheid mochten dragen en uit de samenwerking moesten treden.

Politiezones & hulpverleningszones o Na Duttroux: geïntegreerde politie op lokaal & federaal met samenwerkingsverbanden tussen beide. o ! al het politiepersoneel werkt met een apart statuut. o Politiezone

In elke zone 1 corps Eengemeente- of meergemeentezones Onderscheid:

o Eengemeentezone Geen aparte rechtspersoonlijkheid Valt onder rechtspersoonlijkheid van de gemeente &

beslissingsorganen van de gemeente. Beheersmatie autonomie: politie heeft eigen begroting, rekening &

een rekenplichtige voor uitvoering financiële transactieso Meergemeentezone

Aparte rechtspersoonlijkheid Politieraad & politiecollege, evenredig naar bevolkingsaantallen

Samenstelling: raadsleden & burgemeesters Oefenen zelfde bevoegdheid uit als gemeenteraad, college

& burgemeesters in ééngemeentezones. Politiecollege werkt zoals colleges in de gemeente Burgemeesters zetelen van rechtswege in politieraad

Elke zone: Korpschef Leiding, organisatie & verdeling taken binnen korps Mandaat van 5j, eenmalig vernieuwbaar

o Toezicht: gouverneur & federale minister van BiZa. De provincie

o Organisatie Provincieraad

Eigen voorzitter Deputatie

6 leden -> 4 leden Gouverneur: dubbele functie

Voorzitter van deputatie (zonder stemrecht) Commissaris van de Vlaamse en federale regering

o Medebewindstaken

Page 68: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Bv. Coördinatie van de rampenbestrijding, algemeen toezicht Provinciale administratie

Provinciegriffier Financieel beheerder

o Vlaams Regeerakkoord 2014 We slanken de provincies verder af . De provincies oefenen niet langer persoonsgebonden bevoegdheden uit. (…) De provincies oefenen niet langer bovenlokale taken uit en nemen geen gebiedsgerichte

initiatieven meer in de steden met meer dan 200.000 inwoners. De provincies zullen de opbrengsten die hun eigen belastingen genereren in steden met

meer dan 200.000 inwoners, doorstorten aan die steden. We halveren, rekening houdend met inwonersaantal van elke provincie, het totale aantal

provincieraadsleden en beperken het aantal gedeputeerden tot vier. We bevestigen en versterken de coördinerende en bemiddelende rol van de gouverneurs,

als verbindingspersoon tussen de Vlaamse overheid en de lokale besturen.

Stand van zaken:

Andere lokale actoren o Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden

Definitie : De samenwerking op vrijwillige basis tussen twee of meer gemeenten. Dit met het

oog op het realiseren van een gemeenschappelijke doelstelling van twee of meer gemeenten.

Juridisch : Decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking

Vier vormen:1. Interlokale vereniging2. Projectvereniging3. Dienstverlenende vereniging4. Opdrachthoudende vereniging

o Politiezones & hulpverleningszones Politiezones

Wet van 7 december 1998 Geïntegreerde politiedienst op twee niveaus

o Federale politieo Lokale politie: 196 politiezones -> fusies bezig

Eengemeentezone Meergemeentezone

Politieraad en politiecollege in meergemeentezones Lokale korpschefs: mandaatfunctie

Hulpverleningszones Hervorming brandweer en civiele bescherming Sinds 1 januari 2016: 34 zones (20 in Vlaanderen)

Recente bestuurskundige vernieuwingen

Page 69: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Regeerakkoord 2014 “De nieuwe verhoudingen tussen de Vlaamse overheid en de lokale besturen, verankeren

we in een nieuw decreet “lokaal bestuur”, dat in de plaats komt van de bestaande decreten (Gemeentedecreet, OCMW-decreet en decreet Intergemeentelijke Samenwerking), en dat resulteert in een verregaande inperking en vereenvoudiging van de bestuurlijke regels, rekening houdend met de voortschrijdende digitalisering.”

o Decreet lokaal bestuur (2017)

Lokale besturen in het BiBu

o Het lokaal bestuurssysteem in Vlaanderen Verschillende invloeden in ons lokaal bestuurssysteem:

1. Noordelijke landen : o Hier worden lokale besturen vooral bekeken vanuit het oogpunt van

efficiëntie: o Ze moeten in staat zijn om bestuurskrachtig kwaliteitsvolle diensten aan te

bieden. o Indien nodig moet de schaal vergroot worden door fusies. o Fusies zijn dan ook een regulier instrument. o Qua schaal zit Vlaanderen hier duidelijk bij, al moeten we zeggen dat fusie in

elk geval niet als courant managementinstrument wordt bekeken.2. Angelsaksische landen :

o Hier inspireren we ons wat de invoering van managementtechnieken betreft, maar hun managementcultuur is zeker nog niet dominant hier.

3. Frans : o De verstrengeling tussen het lokale en het centrale niveau is zonder twijfel

typisch een erfenis uit ons Franse verleden; in Flanders/Belgium all politics is local. Zie vb. cumulatie van mandaten.

Vlaamse ministers & hun kabinetten hebben sterke lokale electorale inbedding & worden constant door lokale belangen beïnvloedt.

Verklaart waarom er een verschil bestaat tussen lokale bevoegdheden & lokale macht: macht vh lokale is in ons bestel groter dan de bevoegdheden.

4. Belgisch : o Er is een verschil tussen lokale bevoegdheden en lokale macht: de macht

van het lokale is in ons bestel alvast groter dan de bevoegdheden. o Op dit vlak is er niet veel verschil met de gewesten.

o Centralisatie VS decentralisatie Multi-level governance = bestuur of beleid dat tot stand komt via de combinaties van wat

op verschillende bestuursniveaus gebeurt. Met het Europese niveau dat hier nog eens bij komt, heeft het steeds meer invloed.

Het klassieke debat over centralisatie versus decentralisatie gaat over verdeling van verantwoordelijkheden en over responsabilisering.

Argumenten decentralisatie :

Page 70: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

1. Economisch motief : Bestuur wordt efficiënter als lokale besturen grotere verantwoordelijkheid krijgen voor diensten die op dat niveau betalen.

o De burgers betalen en de druk is groter dan op centraal niveau.2. Bestuurskundig motief : Lokaal bestuur is beter in staat maatwerk af te leveren.3. Politologisch motief : Wijzen op het belang van democratische controle die op lokaal

niveau directer is en gemakkelijker te organiseren dan op centraal niveau. Argumenten centralisatie :

1. Schaalvoordelen2. Herverdeling3. Coördinatie4. Gelijkheid

Hoofdstuk 9: Regulering Concept “regulering”

o Regulering; sturen & beïnvloeden van het gedrag van een andere actor. Definiëring: moeilijk Betekenis verschuift vaak

o Niet eenduidig: veel definities Klassiek terugkerende elementen:

1. Controleo Belangrijk om bepaalde waarden/maatschappelijke doelstellingen te

beschermen. 2. Waarden/algemeen belang3. (overheid)

Plaats binnen NATO model van beleidsinstrumenten1. Nodality : Verspreiden van info om zo de burger te overtuigen zich op een bepaalde

manier te gedragen. 2. Treasure : geven van financiële stimulering om een gedragswijziging te bekomen. 3. Organization : zelf op zich nemen van een aantal taken. 4. Authority : actoren moeten er tot aangezet worden om op een bepaalde manier te

handelen, door een bepaalde vorm van dwang. Voordelen :

o Weinig informatie nodigo Goedkoopo Voorspelbare resultaten

Nadelen : o Verstoring private sectoro Anti-innoverendo Niet flexibel

Activiteiten binnen reguleringi. Vastleggen van normen & omvormen in specifieke criteria en standaarden

o Formulering doelstellingen, criteria, normen & standaarden m.b.t. activiteiten dor door actoren in een bepaald veld moeten worden nageleefd.

ii. Toepassen van regels op individuele gevallen o Verlenen van een erkenning, vergunning, machtiging, certificaat,

toestemming,…iii. Controleren/monitoren van regels

o Inspecties, audits & evaluatiesiv. Afdwingen

Page 71: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Motieven voor regulering Economische motieven

Klassieke argument: overheid bepaalt spelregels voor een betere werking van private markten indien zij beslist dat zij deze economische taak niet zelf wil uitvoeren.

o Argument: ongecontroleerde markten zouden falen Ze zou zich niet gedragen zoals bij een competitieve markt.

Redenen:1. Monopolies

= slechts één speler die alle goederen in een bepaalde markt aanbiedt.

o Nadelig voor consumenten: mogelijkheid tot hoge prijzen

o Inefficiënto Bijzonder geval: natuurlijke monopolies

Voor sommige activiteiten is er nood aan zo’n hoge investeringen, dat enkel bedrijven met een zeer grote schaal die investeringen aankunnen.

Verhoging competitie zeer moeilijk Dergelijk geval: overheid zal monopolie in

stand houden, maar nadelige effecten vermijden.

Netwerkindustrieën: beperkt deel van het aanbod een natuurlijke monopolie.

2. Externe effecten o In sommige gevallen betalen consumenten slechts

een deel van de kostprijs van een product & wordt het resterende deel afgewenteld op een derde partij.

o Vb. milieuvervuiling 3. Asymmetrische informatie

o Markten kunnen enkel competitief zijn wanneer consumenten voldoende info hebben & concurrerende producten met elkaar kunnen vergelijken.

4. Anticompetitief gedrag o Markten in balans kunnen soms door asociale

bedrijven worden verstoord door vb. op korte termijn marktaandeel te winnen.

o Andere concurrenten worden hierdoor uit de markt geprijsd, waardoor een monopoliesituatie ontstaat.

o Tevens mogelijk dat concurrenten afspraken met elkaar maken om prijzen kunstmatig hoog te houden.

Manifestering op verschillende manieren Voorbeelden van regulering om maatschappelijke motieven?

Maatschappelijke motieven Bescherming van maatschappelijke en/of politieke waarden Gaat verder dan het enge, individuele belang; bescherming algemene belang Maatschappelijke bescherming zonder economische?

Voorbeelden van regulering om maatschappelijke motieven?

Page 72: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Marktfalen = wanneer een markt niet in staat is om goederen/diensten met mts’e/pol’e waarde in voldoende mate aan te bieden.

o Overheid kan er dan voor opteren om dienst zelf parallel met private markt aan te bieden, of private markt te reguleren om ervoor te zorgen dat het goed/dienst aangeboden wordt met mts’e/pol’e waarden.

Vb. universele dienstverleningo Voor sommige producten/diensten zullen bedrijven ervoor opteren om het

maar in bepaalde regio’s van de markt aan te bieden. Posivistische economische theorie

Theorieën over interventie wegens econ/public interest motieven zijn vrij optimistisch t.o.v. regulering.

o Lossen volgens hun fundamentele problemen op, worden dus gezien als normatieve theorieën= regulering creëert echter zelf nieuwe problemen, omdat er te functionalistisch naar regulering zou worden gekeken.

Regulering wordt gezien als een oplossing voor een bepaald mts probleem & is daarom gerechtvaardigd.

Maar: regulering brengt ook extra kosten mee Na een tijd kunnen belangengroepen regulatie naar hun hand zetten

zodat het hun eigenbelang dient, ongeacht of er marktfalen is. Regulatoren geraken dusdanig onder de invloed van

belangengroepen (regulatory capture) dat deze laatste feitelijk de regulering zullen bepalen.

De nieuwe regulering bevoordeelt het eigenbelang van de drukkingsgroepen, benadeelt algemeen belang/belang van andere groepen.

Daarom zou het beter zijn om vrije markt te laten spelen, die ook tot marktfalen kan leiden, maar die tegelijkertijd zelfcorrigerend is.

Normatieve versus positivistische benadering van reguleringo Reguleren voor & door verschillende actoren

Eerst: overheid reguleerde & dwong deze af, nu zijn er meer & meer sectoren waar gereguleerden zichzelf regels opleggen.

Zelfreulering = ondernemingen onderling afsprkeen om zich aan bepaalde regels te houden. 1. Volledig op vrijwillige basis

o Vb. kwaliteitsregels 2. Verplichting door vb. beroepsorganisatie om normen na te leven.

o Overheid kan hierbij een rol spelen, door voorop te stellen dat indien zelfregulering niet voldoende resultaten boekt, het dan zelf zal interveniëren = shadow of hierarchy

3. Particuliere initiatieven worden ontwikkeld om het gedrag van bedrijven te veranderen.

o P.b.v. naming & shaming worden lager beoordeelde bedrijven op een aantal criteria ertoe aangezet worden om hun dienstverlening te verbeteren.

4. Interne reglementen o Vb. huisreglemento Regulation inside government = waaier van audit- of inspectiediensten

binnen de overheid die andere overheden controleren en bepaalde ongewenste gedragingen willen bijsturen.

Page 73: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Stijlen van regulering Command and control

Klassieke regulering; Strikte regels Force of Law; effectief & transparant

o Kritiek: legalism: gebrek aan transparantie, expertise en flexibiliteit Volgt het stramien van de activiteiten binnen regulering Regels zullen wel steeds gaten hebben, waardoor gedragingen erdoor geraken die

normaal gezien zouden moeten bestraft worden. Grote mate van detail kan bepaalde gedragingen verhinderen dan wel stimuleren. Afdwinging; controle & sanctionering Regels moeten voldoende duidelijk zijn vooraleer sanctionering kan plaatsvinden. Nadeel strikte gebruik: vermeden door meer positieve economische prikkels te

hanteren i.p.v. economische sancties. Zelfregulering

Markt wordt niet vrijgelaten, sector zal zelf regels uitvaardigen & controleren om zo het gedrag van de spelers in de sector aan te sturen.

Voordelen t.o.v. command & control: o Expertise van de regulatoren is veel grotero Interessant voor overheid: moet geen interne organisaties meer oprichten.

Nadeel:o Risico op capture: kartelvorming

Vaak wanneer regulering niet enkel invloed heeft op bedrijven, maar ook op derden.

Beschermt enkel belangen van reeds bestaande partijen, niet die van potentiële toekomstige concurrenten.

Door capture; geconditioneerde zelfregulering (= meta-zelfregulering)o = houdt het midden tussen command & control en zelfregulering; overheid

oefent toezicht uit op zelfregulerende systemen. o Maar: weinig gebruikt; te duur. o Publieke actoren (initieel) niet vertegenwoordigd

Handhaving regels: ook door zelfregulerende organisaties 1. Instrumenten zijn divers: schorsing, intrekking vergunning & boetes 2. Andere manieren: kwaliteitslabels gebruiken om zo bedrijven te stimuleren3. Contractueel kunnen geldboetes opgelegd worden4. Informele druk leggen op bedrijf

Geen asymmetrische informatie, goedkoper, meer flexibel Slimme regulering

Modernisering, geen vervanging, van klassieke command and control

Page 74: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Kwaliteit van regulering geproduceerd door de overheid te verhogen. Gerichter, meer kostenbesparend, efficiënter

o Beoogt enkel noodzakelijke gedrag, i.t.t. legalism & overregulering. Vb. verbeteren wetgevingsbeleid, versterken transparantie van

regelgevingsprocessen d.m.v. betere consultatie & communicatie, hertekening regelgevingsprocessen & vereenvoudigen van bestaande regelgeving.

Mogelijke technieken: o RIAs: Regulatory Impact Analysis

Vragenlijst die OvhOrg’s moet beantwoorden vooraleer ze een regel ontwerpt.

Noodzakelijkheid van regel Hoe regel het probleem zou kunnen oplossen Of er geen alternatieve reguleringstechnieken zijn (vb.

economische incentives). Controle:

o Gebruik risicoanalyses door inspectiediensten inspectiediensten zullen hun capaciteit meer richten op het meest schadelijke gedrag.

o Door analyse te weten te komen welke groepen het vaak regels breken meer controle hierop.

o => schaarse middelen gerichter inzetten. Handhaving:

o Handhavingspyramide Regulatoren worden door hiervan gebruik te maken om bij eerste &

kleinere inbreuken in overleg te gaan met gereguleerden die de regels niet opvolgen, en via overtuiging deze tot naleving aan te zetten

Enkel bij herhaalde & grotere inbreuken kunnen “hardere” maatregelen worden genomen, waarbij sanctionering de top vormt.

o Evaluatie van de werking van regulering Economische evaluatie = gekeken naar effecten die regulering met zich mee breng & kosten

die verbonden zijn aan het invoeren van die regulering (= kosten-baten analyse) Ex ante (proactief)

o Verwachte kosten tegenover beoogde doelen (cfr. RIA) om zo te beslissen of regulering moet worden opgelegd of niet.

Ex post (reactief)o Uiteindelijke kosten tegenover bereikte doelen (was it worth it?)o Niet gebruikt om te oordelen of regulering moet worden ingevoerd.

Kosten Reguleringskosten

o Gedragen door marktspelers die gereguleerd wordeno Omvat alle kosten die zij moeten maken om te voldoen aan de eisen gesteld

in de regulering o Nalevingskosten (= compliance costs)o Administratieve lasten (= administrative burdens)

Administratiekosteno Kosten gemaakt door publieke diensten om de regulering te implementeren.

Baten Hangt af van de doelstellingen & sector van de regulering Vb.: World Bank Handbook on Evaluating Infrastructure Regulation

Evoluties in regulering o Regulerende staat

Page 75: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Vijf rollen van de overheid :1. De beleidsmaker

o Meest essentiële rol, hiervoor bepaalt de overheid het doel van de markt. 2. De eigenaar

o Overheidsbedrijven leverden publieke goederen/diensten3. De opdrachtgever

o Overheid zal private sector vragen het goed/dienst te produceren & aan te beiden.

o Kan heel wat voorwaarden opleggen in het contracto Controleert ook aanbieding

4. De toezichthouder o Houdt zich minder bezig met productie & aanbieding van goederen/diensteno Zorgt ervoor dat een aantal collectieve publieke belangen gevrijwaard

wordeno Kan er ook voor zorgen dat bedrijven vb. milieuvoorschriften naleven.

5. De marktmeester o Overheid verantwoordelijk voor dat een markt competitief blijft.

Welvaarstaat: Overheid als beleidsmaker en eigenaar

Evolutie : van eigenaar naar opdrachtgever naar toezichthouder, steeds met behoud van de

rol van beleidsmaker; algemene toename van mate van regulering. Regulerende staat heeft zo welvaartsstaat gedeeltelijk vervangen.

Wel niet noodzakelijk eindpunt: regulerende staat blijft makt steeds aansturen via klassieke hiërarchische middelen, maar men twijfelt of ze dit kan blijven doen door toegenomen complexiteit van de markt.

Regulatie door overheid moet daarom aangevuld worden met andere vormen van sturing, vb. zelfregulering.

Belang van netwerken: verschillende actoren, zowel OvhOrg als private zelfregulatoren, moeten samenwerken & elkaar sturen => post-regulerende staat

o Privatisering & liberalisering Privatisering:

Overdracht van een overheidsactiviteit naar de privé-sector, waarbij een private actor de nieuwe aanbieder wordt in een markt (kan ook gedeeltelijk).

Doelen:o Efficiëntie van markt te verhogeno Kosten overheid verlagen.

Liberalisering: = Wanneer de overheid zich tot doel stelt om competitie op de markt te verhogen. Proces van deregulering; barrières verwijderen die voor andere spelers voordien

moeilijk maakten om tot de markt toe te treden. Proces van herregulering; gaat om andere regulering dan voordien, wilt marktfalen

voorkomen i.p.v. monopolies in stand houden. Competitieve markt; # voorwaarden:

1. Veel kopers & verkopers2. Homogene of onderling inwisselbare producten3. Geen barrières om in te stappen of uit te stappen4. Spelers in de markt moeten voldoende geïnformeerd zijn. 5. Geen (positieve of negatieve) externaliteiten

1. Liberalisering & privatisering : Meestal samen Maar zeker niet altijd: Vb. Electrabel (p. 316)

Page 76: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

In netwerksectoren wel een natuurlijk proces, om andere private actoren een kans te geven.

Maar: wanneer overheid wil liberaliseren in een sector, maar ondertussen eigenaar van het overheidsbedrijf blijft, dreigt belangenvermenging

o Hierdoor voor gekozen om overheidsbedrijven te privatiseren.2. Liberalisering & deregulering : hand in hand, maar dan proces van herregulering 3. Privatisering & deregulering : niet noodzakelijk, soms zelfs omgekeerd

Regulerende agentschappen & regulerende constellaties o Regulerende agentschappen: ontstaan

Afsplitsing van centrale departementen, dit om op afstand van politici te komen staan Agentschappen hebben specifieke expertise & zijn verantwoordelijk voor implementatie Waarom delegeren?

1. Historische verklaringen : o Traditie; eersten in VSA & VK; traditie inzake onafhankelijke regulerende

commissies. 2. Sociologische verklaringen :

o Grotere populariteit; o Agentschappen gepromoot door internationale instellingen (vb. Europese

Commissie). 3. Economische verklaringen :

o Geloofwaardigheid (credible commitment); essentieel voor goed draaiende economie & economische groei.

o Expertise (in zeer technische en complexe materies uitermate belangrijk) Creatie van agentschappen zorgt er voor dat kennis gecentraliseerd

wordt in 1 organisatie, zodat het evenwicht hersteld wordt. o Voorstelling evolutie regulerende agentschappen

1920: beperkt #, vooral in economische sectoren. Maatschappelijke regulering kwam later toen men zag dat activiteiten van bedrijven ook

schadelijke effecten kon hebben waarvoor burgers moesten beschermd worden. o Regulerende agentschappen in Be:

Federaal: BIPT, FSMA, CREG, FAVV, … Vlaams: VREG, VRM, … Waals: CwaPe, … Brussels: Brugel, …

o Kritiek op regulerende agentschappen Democratische controle

Reguleren is ingrijpen, en ingrijpen veronderstelt akkoord burger Controle-instrument: verkiezingen Niet van toepassing op regulerende agentschappen

Page 77: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Terwijl besluiten van regulerende agentschappen wel een grote maatschappelijke impact kunnen hebben

Meer of minder kans op regulatory capture? Onafhankelijkheid politieke niveau = afhankelijkheid private sector Contra: experten hebben meer geloofwaardigheid te verliezen + hebben als enigen

de kennis om zich tegen de experten van de private sector te verzetteno Regulerende constellaties: coördinatie tussen regulerende actoren

Regulerende agentschappen opereren niet alleenstaand, ze moeten rekening houden met andere publieke actoren die actief zijn binnen dezelfde sector.

Regulerende constellatie = geheel van deze actoren. Markten niet meer zo scherp afgelijnd Zowel algemene marktregulering als specifieke sectorregulering Daardoor: noodzaak aan coördinatie (hiërarchie, markt of netwerk)

o Vier assen van coördinatie 1. Horizontaal : relaties met actoren op hetzelfde administratieve niveau

Bevoegde minister & andere agentschappen Economische & maatschappelijke regulering

2. Verticaal : relaties met actoren op een ander administratief niveau Vb. supranationaal & subnationaal niveau Economische & maatschappelijke regulering

3. Tussen sectoren : Relaties met actoren die verantwoordelijk zijn voor regulering in een andere markt. Economische & maatschappelijke regulering

4. Algemene mededingingsrecht/sectorspecifieke regulering : relaties tussen de algemene mededingingsautoriteit en de sectorspecifieke regulator Enkel voor economische regulering

5. Vijfde as : relaties met gereguleerden Worden ingeschakeld op zowel informele als formele manier.

o Informeel: relaties gereguleerden-regulatoreno Formeel: in economische sectoren zijn er mogelijkheden ontwikkeld voor

gereguleerden om feedback te geven over regulering vooraleer deze van kracht gaat a.d.h.v. consultatierondes (=> slimme regulering).

o Competitie of samenwerking tussen actoren? Binnen de vier assen:

I. Hiërarchie o In het kader van regulerende constellaties minder relevant; meeste actoren

in constellatie staan niet hiërarchisch t.o.v. elkaar. o Hiërarchie klassiek instrument, maar minder van toepassing

II. Marktmechanisme : competitie tussen regulerende actoren

Page 78: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Gaan ervanuit dat competitie voor efficiëntiewinsten en zodoende lagere kosten zorgt.

o Er ontstaat tevens een markt van regels, waarbij de meest efficiënte regels overleven & andere verdwijnen.

o Kritiek: Leidt niet noodzakelijk tot betere regulering, waarschijnlijk wel tot

minder regulering. Race tot the bottom leidt dan tot ineenstorting van het regulerende

systeem. III. Netwerkmechanisme

o Pooling resources: vermijden van kosten door samen dingen te doeno Theorie van co-opetitie: erwordt samengewerkt wanneer dit noodzakelijk

blijkt, en in competitie met lkeaar getreden wanneer samenwerking niet nodig blijkt.

o Argumenten tegen samenwerking : bestaan niet Wel kan gesteld worden dat het moeilijk is om tot samenwerking te

komen.

Hoofdstuk 10: Politiek-ambtelijke verhoudingen

Inleiding o Er is een spanningsveld want in de politiek-ambtelijke relatie komen immers twee sferen/wereld

samen: De politieke sfeer waarbij ministers/schepen/… als vertegenwoordigers van een partij

in een representatieve democratie beleid moeten voeren dat tegemoet komt aan de verwachtingen van het electoraat en van de meerderheid in het Parlement/Gemeenteraad.

De ambtelijke sfeer die het beslist beleid moet uitvoeren en van dewelke we ook een zeker neutraliteit en efficiëntie verwachten.

Klassieke dichotomisch model o Weber :

Scheiding politieke en administratie – als garantie tegen politiek machtsmisbruik; onpersoonlijkheid en objectiviteit

Bureaucratie als neutrale, hiërarchische uitvoeringsmachine Deze machine moest wel democratisch gestuurd worden:

o Politici moesten beleidsbeslissingen nemen, daarvoor zijn ze via verkiezingen gelegitimeerd.

o Ambtenaren moeten in alle objectiviteit & ongeacht de kleur van de politici hun werk doen.

o Woodrow Wilson “Administration lies outside the proper sphere of politics. Administrative questions are not

political questions” “There is no Republican way to build a road”; Politici moesten strategische beslissingen

nemen & uitvoering ervan overlaten aan professionele ambtenaren. o Hereninging beide denkbeelden:

Er is een politieke en er is een ambtelijke sfeer. Beide hebben elkaar nodig maar ze zijn beide verantwoordelijk op een ander niveau & werken in aparte sferen; dichotome model

Page 79: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Politieke & ambtelijke sfeer zijn 2 verschillende werelden; blijven best gescheiden 1. Politici bepalen beleid & leggen verantwoordelijkheid af aan kiezer

Politiek = strijd, partijbelang, emotie, doelen, beleid2. Ambtenaren voeren beleid loyaal uit, maar wel onafhankelijk van politiek

Ambten = volgzaamheid, algemeen belang, ratio, middelen, beheer Door scheiding: politieke inmenging in beleidsuitvoering vermijden.

o Principes van het klassieke model Politieke verantwoordelijkheid Ambtelijke loyauteit Dichotomie: onderscheid tussen beslissen en uitvoeren

o Structuurkenmerken leiden tot spanningen

o Context:

Reactie tegen politiek misbruik (spoils, machine politics) Roep om professionalisering van de overheidsadministratie

o Beschermen van de administratie tegen politici Dichotomie beschrijft politici als partijdig, en responsief t.o. individuele vragen, en

ambtenaren als onpartijdig, neutraal, en wetenschappelijk-objectief (Svara 1999: 677) Voorbeelden:

VS: Pendleton Civil Service Act (1883) Groot Brittannië: Northcote-Trevelyan “Report on the organisation of the

permanent civil service” (1854)o Beschermen van politici tegen de administratie

‘Beamtenherrschaft’ Technische expertise, ervaring, uitgebreide netwerken... => Potentieel voor ondermijning

politiek Politieke overtuigingen van ambtenaren Jobrotatie ter vermijding van de uitbouw van persoonlijke imperia binnen de administratie

o Bestaat de dichotomie? ‘All administration is political, but some is more political than other’ (Dunsire 1973: 156) Policy bureaucracy: Policy with a cast of thousands (Page & Jenkins 2005)

burgers

bestuurders

Bureaucraten

Page 80: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Waar ligt het onderscheid? Beleidsrollen (Aberbach et al. 1981)

formulation brokering interests articulating ideals implementation

Wat is de rol van ambtenaren in het beleid? Volgens de ambtenaren? En volgens de politici?

o Ambtenaren als beleidsmakers?

o Dichotomisch model in NPM: NPM is gebouwd op dichotomie

Politici: staan in voor strategie Ambtenaren: voeren als professionele managers de strategie uit Maar: ondertussen weten we dat de strakke scheiding niet standhoudt.

o Kritiek model: 1) Overheid is morfologisch veranderd

Omvang is toegenomen, wat de controlemechanismen beïnvloedt. 2) Overheid is complexer & hybrider geworden:

Diensten zijn verzelfstandigd o Staan dus op afstand van politici

Publiek-private vormen van samenwerking Relatie ambtenaren-politici wijzigt:

o Ambtenaren krijgen meer verantwoordelijkheden Staan dus niet meer onder een hiërarchische controle zoals in de tijd

van Weber & Wilsono Verantwoording aan publiek blijft politieke aangelegenheid.

3) Overheidstaken zijn complexer & scholingsgraad ambtenaren neemt toe In bestuurskunde spreekt men van wicked problems Verandert verhouding met politici grondig; samenwerken met hooggeschoolde

ambtenaren rond complexe problemen zorgt voor veel meer interactie & verwevenheid tussen politici & ambtenaren.

Voor repetitieve opdrachten kan dichotomie gelden, voor complexe veel minder. 4) Groei overheid heeft ertoe geleid dat steeds meer ambtenaren in rechtstreeks contact staan

met burgers => Frontlijn-ambtenaren waarvoor dagelijkse contacten met burgers tot de kern van

hun werk behoren.

Page 81: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Vanaf nu; driehoeksverhouding. Relatie ambtenaren-burgers verstoort dus dichotomie

o Ook door wetenschappelijke inzichten in vraag gesteld: Economie :

Stroming van de “public choice” o => alle publieke actoren (incl. ambtenaren) gebruiken de publieke sector

voor hun eigen belang. o Ambtenaren zijn hier niet neutraal

Principal-agency theorieëno “agents” (=> ambtenaren) proberen zich steeds autonoom te stellen t.o.v.

principals o Agents bezitten meer informatie, gebruiken deze strategisch

Sociologie : Aangetoond dat ambtenaren een eigen machtsstrategie hanteren, zowel intern

binnen de bureaucratie als in de relatie met politici. Conflict lagere & hogere ambtenaren: meer & meer regels. Institutionalisme: informele waarden & normen zijn sterker dan formele regels. Selznick: organisaties ontwikkelen een distinct competence: kerncompetentie waar

men trots op is & waar niet aan geraakt mag worden. o Hierdoor wordt men minder vatbaar voor verandering.

Beleidskunde Toont aan dat ambtenaren in de fase van de beleidsvorming & beleidsuitvoering

keuzes maken & impact hebben op de aard & verloop van de beleidsprocessen.

Ambtenaren zijn in praktijk wel bezig met beleid en werken wel intensief samen met politici. Het scheidingsmodel overschat de neutraliteit van beleidsuitvoering. De beleidsvoorbereiding en beleidsuitvoering lopen meer door elkaar dan het klassieke

model doet uitschijnen. Het stelt de ambtenaren te gemakkelijk voor als neutrale, technische actoren. Terwijl

ambtenaren geen willoze wezens zijn, maar zelf hun eigen belangen en interesses hebben. Andere alternatieve modellen:

o Diverse auteurs hebben geprobeerd het klassieke model te verfijnen en vaak word hierin een onderscheid gemaakt tussen twee stromingen:

Roltheorie Combineren analyse van wat ambtenaren & politici in het beleidsproces inbrengen

met een beschrijving van hun opinies & socio-demografische kenmerken. Opgebouwd vanuit gedrag & attitudes van de individuele ambtenaar & politicus. Vb. Aberbach, Putnam & Rockman of dichotomy-duality model van Svara

Structurele-relatie theorie Spitst zich toe op impact van structuren & systeemkenmerken op de interactie en

(machts)verhouding tussen beide beleidsactoren. Vertrekt van systeemkenmerken Vb. impact van opleidings- & loopbaanaspecten van ambtenaren & politici Vb. model van Peeters

Public Service Bargain Combineert kenmerken van de beide theorieën, maar bekijkt verhouding tussen

politici & ambtenaren meer als dynamisch proces van interactie tussen beiden.

I. Roltypologie van Aberbach, Putnam & Rockman Onderzochten of/hoe topambtenaren en politici als ‘policymakers’ van elkaar verschillen en

wou deze ook verklaren.

Page 82: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Ze interviewden ambtenaren en parlementsleden & hanteerden hierbij een vierledige roltypologie als ‘search light’.

Elk type (image) veronderstelt een andere bijdrage van politici en ambtenaren in de beleidsvoorbereiding.

1. Image 1: Policy versus Administration Rolverschil politici - ambtenaren = kenmerk van het dichotome model, namelijk:

o Politici; beleido Ambtenaren; uitvoering

Het veronderstelt een hiërarchische verhouding tussen beiden waarbij de politiek superieur is.

2. Image 2: Facts versus Interests Ambtenaren brengen enkel feiten en kennis in het beleidsproces. Politici brengen waarden en belangen in het beleidsproces. De politieke rationaliteit is dan ook anders dan de ambtelijke rationaliteit die van

‘technische aard’ is en als norm de effectiviteit en efficiëntie van het beleid heeft. Politici moeten afwegen en al dan niet verzoenen.

3. Image 3: Energy versus Equilibrium Beide actoren brengen warden en belangen in maar de aard van het ingebrachte

verschilt. Politici articuleren brede, diffuse belangen terwijl ambtenaren enge specifieke

belangen behartigen. Ambtenaren hebben eerder een pragmatische, voorzichtige stijl. Politici zijn eerder vernieuwend en gepassioneerd.

4. Image 4: Hybrid Geen scheiding meer tussen ambtelijke en politieke rollen.

o Ambtenaren fungeren als politici en andersom. Bureaucratisering van de politiek & een politisering van de bureaucratie. Dit type is zeldzaam maar zou volgens de auteurs wel voorkomen.

Onderzoek: Bewijs voor Images II & III. Politici zagen slechts een bepaalde rol voor ambtenaren weggelegd; contribute

intellectual skills tot he process and then carrry out government decisions => II Politici gebruiken een ander kader in hun beleidswerken dan ambteanren.

o Politici: ideologisch raamwerk, denken in distributieve termen & termen van conflicterende belangen

o Ambtenaren: vragen zich af of iets doenbaar is, zijn bezig met meet praktische kwesties; III

II. Roltheoretische inzichten van Svara Svara herinterpreteert de klassieke dichotomie door de rollen van beide actoren te situeren

in de beleidscyclus. Onderscheid tussen 4 beleidsfasen:

1) Mission2) Policy3) Administration 4) Management

Zowel ambtenaren & politici nemen in elke fase een rol in, maar het aandeel van elke actor verschilt naargelang de fase.

Page 83: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

“Dichotomy-duality”; links politieke sfeer, rechts management sfeer

Naarmate het beleidsproces opschuift in de richting van de beleidsuitvoering zal de rol van ambtenaren toenemen, terwijl deze van politici zal afnemen.

Bij de operationalisering van de beleidskeuzes zijn ambtenaren al wat meer betrokken, bij de implementatie van het beleid is de rol van ambtenaren groter dan deze van politici, in de management fase is dit nog meer het geval.

Middenveld van beleid & administratie zijn duaal, met een gedeelde verantwoordelijkheid voor politici & ambtenaren.

Maar: context is belangrijk; keerpunt verandert hiermee samen.

III. Structurele-relatie benadering van Peters Aard van samenwerking & machtsverhouding tussen beide elites.

Deze systeemkenmerken zijn niet gebonden aan een concreet beleidsproces, zullen dus niet wijzigen naargelang de context.

Onderscheid in zijn modellen 5 karakteristieken: Toon van interactie Dominante partner Wijze van conflictoplossing Aard interactie Impact op beleid

Ook belangrijk: socio-demografische kenmerken van beide actoren. Sommige interactiemodellen gaan uit van een goede verstandhouding tussen beiden.

Zo is er niet noodzakelijk een dominante actor. 1. Village life = wederzijdse coöperatie in het kader van gedeelde waarden & een

gedeeld belang t.o.v. externe actoren. 2. Functional village life = model gaat ook uit van goede samenwerking, maar die

steunt niet op gedeeld belang als overheidsactoren, wel op een gedeelde expertise. De andere drie stellen minder gelijkwaardige verstandhouding tussen beiden op.

3. Formal-legal = politieke dominantie in een gezagsrelatie. Leunt sterk aan bij klassieke dichotomie.

4. Administrative state = besluitvorming wordt gedomineerd door ambtenaren. o Politici zijn birds of passage die te weinig tijd & kennis kunnen opbouwen

om echt te wegen op de administratie. 5. Adversial model = permanente strijd tussen politieke & administratieve elites,

waarbij de winnaar van het conflict kan fluctueren.

Page 84: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

IV. Public service bargain (PSB) - Benadering van Hood Elke relatie tussen politici en ambtenaren berust op een expliciete of impliciete ruil. Basisaspecten van de Public Service Bargain als deel van de bargain:

Reward (= beloning) = wat ambtenaren krijgen in ruil voor hun werk, in welke vorm en in welk stadium van hun loopbaan.

Competencies (= capaciteiten) = kennis, vaardigheden, houdingen die ambtenaren moeten tonen in ruil voor het uitoefenen van administratieve macht.

Loyalty/responsibility (= loyauteit/verantwoordelijkheid) = opvatting over wie verantwoordelijk is voor wat in de uitvoerende macht en wie loyaal moet zijn t.a.v. wie en op welke wijze.

2 soorten bargains: Trustee bargains : ambtenaren worden beschouwd als ‘trustees’ van het algemeen

belang, bewakers en vertegenwoordigers van de overheid. Agency bargains : ambtenaren staan ten dienste van hun politieke meesters; ze

voeren rechtstreeks uit wat deze willen. Binnen beide groepen: 8 soorten bargains

Managerial public service bargaino Gevolg van NPM: in dit type van bargain krijgen topambtenaren meer

autonomie & verantwoordelijkheid in ruil voor toegenomen verantwoordingo Relatie steunt op contractuele verhouding & ouputgebaseerde sturings- &

beloningssystemen. o Evolutie naar managerial bargain; invloed op drie elementen:

1. Beloning steunt meer op prestaties & is resultaat van competitie & concurrentie voor topfuncties

2. Capaciteiten steunen veel minder op kennis van het recht maar veel meer op economische & managementkwaliteiten; meer op capaciteiten die te maken hebben met dienstverlening dan met beleidsadvies

3. Loyauteit is contractueel gebonden, gebaseerd op te behalen prestaties & output-sturing, met de mogelijkheid tot ontslag in het geval van verzuiming.

Concept PSB is nuttig i.v.m. vorige theorieën omdat het mogelijk maakt de dynamiek te bestuderen in de politiek-ambtelijke verhoudingen, alsook de relatie tussen tradities & impact van hervormingen te bekijken.

Politiek-ambtelijke verhoudingen: contextuele factoren o Kenmerken van politieke systemen

Electorale cyclus & politieke stabiliteit van een regering bepalen rechtstreeks hoe lang een ministers aan het hoofd van hun departement blijft.

Hoe korter verblijf, hoe groter macht/impact van administratie. In politiek volatiele landen kunnen ambtenaren voor stabiliteit zorgen die er op

politiek vlak zelf niet is.

Page 85: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Ook culturele eigenschappen beïnvloeden de relatie Nederlandse ministers beschouwen zich als bestuurder van een departement

gedragen i.p.v. als partijpoliticus België: invloed partij is groter

Structuur van ambtelijke organisatie: Als een ambtenaar meerdere politieke bazen heeft, geven administratie meer

speelruimte. Als er een 1-op-1 relatie is, dan kunnen er eenduidige sturings- &

verantwoordingsrelaties groeien. o Settings

Noordegraaf gebruikt het concept settings om te verwijzen op de impact van de aard van de job en de aard van het werk van ambtenaren op de verhouding met politici. => Hij onderscheidt 4 types die van nature tot een andere verhouding moeten leiden:

1. Bedrijfsmatige setting o Hierin moet de ambtenaar als manager optreden & in een dominant

economische omgeving werken. o Politici blijven op afstando Verantwoording eenduidig: zolang bedrijfsuitvoering goed gaat, is er geen

probleem. o Vb. directeur van huisvuilverbrandingsoven/zwembad.

2. Professionele bureaucratie o Hierin geven ambtenaren leiding aan sterk geprofessionaliseerde

organisaties. o Professioneel = uitvoerende personeelsleden moeten hooggekwalificeerde

medewerkers zijn. o Politici zijn meestal aanwezig als voorzitter van raden van bestuur & geven

vorm aan strategische keuzes. o Mangers zijn polyvalent: moeten balanceren tussen politiek, management &

autonomie van professionals. o Vb. ziekenhuizen, onderwijsinstellingen

3. Setting van de complexe projecten o Politici moeten lastige afwegingen maken & compromissen sluiten. o Veel publieke & private actoren actief => veel communicatieve &

strategische vaardigheden. o Rol politici & ambtenaar lopen door elkaar; hebben elkaar nodig voor succeso Ambtenaar-manager evolueert naar “politieke” rol in de omgang met

divergerende belangen van actoren. o Vb. Oosterweelverbinding, Uplace,…

4. Setting van crisissituatie o Ambtenaren staan politici bij in urgente & risicovolle momenten waarbij

belangrijke beslissingen moeten genomen/gecommuniceerd worden. o Onderscheid valt hier bijna volledig weg; als team gehandeld. o Vb. redding van banken & aanslag Zaventem.

Van setting 1 tot 4 wordt verhouding steeds meer ambigu & kunnen rollen minder goed worden onderscheiden.

o Setting bepaalt de aard van de verhouding tussen politici & ambtenaren. Setting verschilt ook afhankelijk van het bestuursniveau.

o Centrale niveaus: kabinetten, organisatie is veel groter & afstand tussen verhouding ook groter

o Lokale niveaus: dagelijkse contacten intenser, meer politiek-ambtelijke netwerken; persoonlijker

Hier: evolutie van government naar “governance”

Page 86: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Netwerksettings hebben grote impact op politiek-ambtelijke verhoudingen Er zijn vaak meerdere politici betrokken, zodat de

verantwoordingslijnen anders gaan functioneren. Ambtenaren die in deze soort netwerken werken, hebben nood aan

autonomie om te kunnen werken. Voor die ambtenaar biedt het netwerk strategische mogelijkheden

om relaties te bespelen. o Beroepsbeelden & persoonlijke eigenschappen

Ambtenaar als persoon

Verschillende types ambtenaren, naargelang ze: Horizontale as : loyaliteit naar eigen beroep/professionaliteit of naar politici Verticale as : onderscheid naar vaardigheden: inhoudelijke vaardigheden op een

onderwerp of vooral op procesmatig vlak o Inhoudelijk: vb. landbouw, milieu,…o Procesmatig: inzicht in beleidsvorming.

Combinatie van 2 assen => 5 types ambtenaren Niet eenvoudig te bepalen wat soort ambtenaar nodig is, competenties hangen af van de

settings. o Beleidsuitvoerders maken keuzes

Relatie tussen ambtenaar-politici wordt vaak toegespitst op topambtenaren & fase van beleidsvorming.

Vanaf jaren 70; meer aandacht voor uitvoering/implementatie van beleid. Veel beleid wordt niet uitgevoerd zoals beslist/gepland; er is nog veel discretionaire

beslissingsruimte in uitvoering. Er worden dus ook beslissingen gemaakt bij beleidsuitvoering

Lipsky: street-level bureaucrats (SLB): bepalen & ontwikkelen in vaak moeilijke omstandigheden routines & strategieën om met cliënten om te gaan; maken het werk werkbaar.

Hebben steeds een bepaalde discretionaire ruimte om beleid te interpreteren. Via deze benadering krijgt de verhouding meer het karakter van complexe netwerken tussen

politici, leidende ambtenaren & uitvoerende ambtenaren. UA: kunnen zelf interacties ontwikkelen met politici, die meestal geïnteresseerd zijn

in wat ze doen: deze ambtenaren vangen signalen op van burgers. Naarmate de frontlijn van bestuur belangrijker wordt, mogen we dus verwachten

dat de relatie tussen politici & ambtenaren ook complexer wordt.

Ambtenaren o Criteria om ambtenaren te benoemeno Twee ideaal-types:

Merit systeem

Page 87: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Basispremisse: aanwervingen of bevorderingen van ambtenaren gebeuren op basis van bekwaamheid; politieke criteria spelen geen rol.

Spoils system Ambtenaren worden ontslagen en vervangen door politiek gelijkgezinden.

o In de praktijk: vaak hybride systemen, zeker voor topambtenareno Neutral competence – Westminster Model

Duidelijk onderscheid tussen politiek en administratie Administratie gebaseerd op merit; ambtenaren benoemd voor het leven, en bescherming

tegen ontslag om politieke redenen Neutral competence, speaking truth to power, loyalty Ambtenaar moet in staat zijn te werken onder verschillende politieke omstandigheden

o Anonieme ambtenaren Verantwoording via de hiërarchie, met minister als eindverantwoordelijke => elke handeling

van een ambtenaar is een handeling van de minister Ambtenaar kan niet direct ter verantwoording worden geroepen, want hij is neutraal en

anoniem Gevolg: de minister wordt niet geacht de ambtenaren de schuld te geven wanneer dingen

mislopen. Wanneer de minister dit zou doen, dan opent dit de deur voor de ambtenaren om de minister in het openbaar aan te vallen en te bekritiseren (Barberis 1998)

o Problemen met Westminster Systeem Realiteit of ‘justifying myth’? (Hughes 1998: 39) Wat indien de minister van iemand af wil raken? Minister is verantwoordelijk voor alles wat gebeurt in het departement, maar kan niet echt

aanwerven wie hij wil, of ontslaan Snelle rotatie van politiek personeel, en macht van de ambtenarij

Politieke-ambtelijke verhoudingen in België in de praktijk o Hoe wordt men ambtenaar?

2 fundamentele verschillende tewerkstellingsregimes in de publieke sector: Klassieke ambtenaren die onder het statuut vallen.

o Statuut = geheel van algemene & onpersoonlijke bepalingen die de overheid eenzijdig oplegt & die de overheid ook eenzijdig kan wijzigen.

Contractanten die overheid met een arbeidsovereenkomst aanneemt.o Contract; arbeidsovereenkomst = contract tussen overheid als werkgever &

personeelslid als werknemer om arbeid te presteren tegen loon & onder gezag van werkgever.

o In praktijk wordt hier niet over onderhandelt. Verschil in aanwerving => voor beide categorieën verschillende juridische regels

Statuut: o Ambtenarenpensioen o Betere regeling betreffende moederschap-, vaderschapsverlof & ziekteverlofo Vastheid van tewerkstelling; kan status enkel verliezen onder bepaalde

omstandigheden = vast-benoemd Contractanten:

o Werknemerspensioen o Bescheiden vervangingsinkomen o Ontslag: enkel beschermd door algemene regels uit arbeidsrecht.

Normale tewerkstellingswijze: Statutair, contract is uitzondering Realiteit anders: vooral lokale bestuursniveau veel contractanten Om statutair aangeworven te worden:

o Dient men te slagen voor vergelijkend wervingsexamen

Page 88: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Rangschikking van kandidaten hangt af van scores op dat examen. Aanwerving: overheid moet rangschikking respecteren. Indien kandidaat aanbod accepteert, gaat hij tijdelijk op stage Indien deze slaagt op de stage: aangenomen.

Aanwerving contractant: Flexibeler Normale tewerkstellingswijze niet nodig, maar wordt vaker & vaker toegepast.

Bijzonder geval: aanwerving topambtenaren = managementfuncties: Mandaat van 6j 1st gaat men na of kandidaten voldoende managementervaring hebben Vervolgens worden ze getest & geïnterviewd door experts Na gesprek met politieke opdrachtgevers (college/regering), zal kandidaat ook

effectief worden aangesteld. Spanning: statutairen – contractanten

Vraag: zijn vaste benoemingen nog nodig? Praktijk: beide rechtsposities groeien naar elkaar toe, later zal waarschijnlijk het

statuut worden afgeschaft. o Waarom?

Klemtoon op werkzekerheid, combinatie arbeid-gezin, verlofmogelijkheden, flexibele uren,… Public Service Motivation (PSM); ambtenaren kunnen zich inzetten voor anderen & voor de

maatschappij. = soort idealistisch motief om voor de overheid te werken. Veel onderzoek naar gedaan, focust op drie aspecten:

o PSM als insidence; bestaat dit concept wel? o PSM als cause; oorzaken PSMo PSM als consequence; wat zijn de gevolgen van PSM voor gedragingen van

mensen, maakt het uit of iemand PSM-georiënteerd is? Belangrijkste bevindingen:

1. Bestaat er een specifieke motivatie in de publieke sector? Ja; medewerkers in publieke sector hechten meer belang aan

dienstbaarheid aan de SL dan werknemers uit de private sector. PSM is hoger in non-profit sectoren.

2. Waar komt PSM vandaan? IS PSM aangeboren of aangeleerd? 1) Relatie met specifieke socio-demografische variabelen

Verband tussen gender, leeftijd & opleidingsniveau Mannen scoren hoger op PSM PSM stijgt met opleidingsniveau & leeftijd

2) PSM krijgt vorm in bepaalde soc instituties zoals vb. gezin, kerk,… Negatief verband tussen bureaucratie & PSM Positief verband tussen hervormingen & PSM

3. Impact van PSM: maakt het een verschil voor het gedrag? Mensen met een hogere PSM zijn eerder geneigd om bij de overheid

te werken. Hebben grotere jobtevredenheid Meer geneigd om bij de overheid te blijven Meer geneigd tot whistle blowing Presteren beter Engageren zich buiten het werk

o Wie Politieke benoemingen

Verschil wel/niet topambtenarenpositie o Bij aanstelling topambtenaren heeft politiek nog veel invloed.

Page 89: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Het zijn net deze posities dat dichotomale relatie onder druk zetten. o Pelgrims stelde vast dat politieke criteria meegespeeld hebben bij de

aanstelling van de topambtenaren omdat men een evenredige vertegenwoordiging van de politieke partijen in de beleidsraden nastreefde.

Federaal niveau: stelde vast dat kandidaten met kabinetservaring beter scoorden op assessments en dat de helft van de aangestelde voorzitters op een ministerieel kabinet gewerkt had in één van zijn drie laatste werkservaringen.

Theoretisch : o Ambtenaren kunnen op basis van meerdere criteria worden

aangesteld/gepromoveerd:o Merit-systeem: aanwering op basis van expertise en bekwaamheido Representativeitsprincipe: als ambtenaren niet neutraal zijn, dan is het

beter dat de ambtenarij zo goed mogelijk de diversiteit van de SL representeert.

Diversiteit op verschillende gronden, vb. ideologie, gender,… Praktijk :

o Representativiteit van politieke stroming was niet hoofddoel van politieke benoemingen

o Politieke benoemingen zorgde voor pacificatie tss machtsblokken in de SL. Heden : benoemingen lagere ambtenaren geobjectiveerd.

o Politieke inmenging: vooral topmanagers Problematisch omdat:

Vroeger waren deze benoemden (te) onbekwaam o Door de strenge selectie, speelt de politieke invloed

enkel nog bij de overblijvende kandidaten. Hierdoor vraag: zijn topambtenaren in staat om zijn partijpolitieke

preferenties weg te cijferen in haar dagelijks werk/contacten? VS regelt verhoudingen tussen topambtenaren & politici

anderso Onderscheid:

Political appointees: vertrouwelingen die komen & gaan met president

Career civil service: maken van carrière p.b.v. verdiensten binnen administratie= spoils systeem

o Verschil België: enkel benoeming bij opening vacature

Dus: Hondeghem onderscheidt drie oorzaken voor politieke benoeming:o Politieke controle over de ambtenarijo Cliëntelismeo Pacificatiepolitiek

België als een hybride gepolitiseerd model: o in tegenstelling tot landen als Zweden en de VS worden de ambtelijke

toprangen immers niet alleen op basis van politieke criteria ingevuld, aangezien er enkele objectieve procedures en transparante criteria worden ingesteld.

o Maar het is wel zo dat deze objectivering nog voldoende ruimte laat voor politieke aanstellingen.

o VK is spiegelbeeld: Briste topambtenaren maken carrière binnen civil service, terwijl in Be een politieke omweg via een kabinet een springplank is.

Page 90: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Het is de vraag of een topambtenaar in staat is om zijn ideologische kleur, kabinetsverleden en/of politieke standpunten volledig weg te cijferen in zijn dagdagelijks werk en contacten.

o Zelfs al lukt dit, dan nog zal een minister van een andere partij hier niet het vertrouwen in hebben.

o Het bestaan van uitgebreide kabinetten wordt dan ook vaak beschouwd als symptoom van een gepolitiseerde administratie.

o Geconfronteerd met een gebrek aan vertrouwen in ambtenaren van een andere ‘signatuur’, omringen de ministers zich met een team van vertrouwelingen.

o Hoe Kabinettensysteem

Elke Vl’se & Federale minister heeft eigen politiek kabinet at hij naar eigen inzicht kan samenstellen.

o Minister verdwijnt => kabinet verdwijnt. o Kabinet =/= administratieo Examens hoeven hier niet, zijn medewerkers van minister

Komen van de partij van de minister, mensen die verlof nemen uit administratie, academici die tijdelijk hun opdracht stopzetten,…

o Doen aan beleidsondersteuning, communicatie en beheer. Ministerieel kabinet

o = “Een beleidsondersteunend orgaan ten dienste van de minister, met als kern een aantal politieke beleidsadviseurs, die hun functie tijdelijk vervullen en niet behoren tot de ambtelijke hiërarchie”

Functies 1) Advies verlenen over functionele bevoegdheid van de minister

Functionele bevoegdheid = portefeuille van bevoegdheden van minister.

2) Advies verlenen over aspacten waarover collegiaal beslist wordt3) Advies verlenen over inhoudelijke voorstellen van de administratie op vlak

van beleidsondersteuning & aansturing en opvolging van beleidsuitvoering Kabinetten zijn “go-between” tussen administratie & minister;

beleidsvoorstellen & uitvoering worden door kabinet opgevolgd. Detachering van ambtenaren = heel wat kabinetsmedewerkers zijn

ambtenaren die worden “uitgeleend” aan een kabinet.4) Adviseren over aangelegenheden die invloed kunnen uitoefenen op het

algemeen beleid of op de werkzaamheden van het Vlaams Parlement. 5) Verzorgen van het secretariaat van de minister & persoonlijke

briefwisseling. 6) Instaan voor het woordvoerderschap van de minister. 7) Spelen sleutelrol in politieke besluitvorming

Staan in voor onderhandelingen tussen ministers & regeringspartijen.

Onderhandelingen in interkabinettenwerkgroepen Beleid voorgekauwd in IKW’s Enkel wanneer beslissingen gevoelig zijn, gaan de ministers

binnen de regering zelf in discussie. 8) Daarnaast hebben kabinetten ook andere functies

Beleidskweekschool Verdekte partijfinanciering Dienstbetoon Wachtheuvel

Page 91: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Springplank Politieke controle

Partij controleert minister via kabinet Partij & minister controleren beleid andere ministers

Niveaus o Kabinetten vooral op federaal & Vlaamse niveau o Ook wel andere niveaus; op lokaal niveau in grote steden, maar hier vaak

enkele raadsheren. o Kabinetten bij de Europese Commissie

Max 7 beleidsadviseurs Chef de Cabinet Deputy Head of Cabinet Niet meer dan drie komen van buiten de Europese

instellingen Verschillende nationaliteiten

Instroom o Partijgetrouwen

Persoonlijke medewerkers Uitgezonden door de partij “Landingsbanen”

o (Thematische) specialisten Gedetacheerden Externe domeinexperten Externen met reputatie

o Ideologische affiniteit Effecten

o Positief : Versterking van de positie van de minister t.o.v. de ambtenarij Innovatie in de beleidsvoering?

o Negatief :1) Kabinetten sluiten administratie uit in de beleids- en besluitvorming

of betrekken hen niet tijdig of voldoende.2) Kabinetten zijn inefficiënt want ze doen het werk van ambtenaren

deels over en vertragen procedures.3) Kabinetten hollen de macht van het parlement uit.

Omdat de meeste wetten al uitgaan van de uitvoerende macht worden de belangrijke beleidskeuzes gemaakt in overleg tussen de kabinetten.

Eens een wetsontwerp dan in het parlement wordt ingediend, is er veelal nog weinig of geen bijsturingruimte meer.

4) Kabinetten zorgen mee voor de politisering van de administratie doordat ze vaak bezig zijn met benoemingen en verdeling van ambtelijke functies onder regeringspartijen

Hervormingen o Federale overheid: Copernicushervorming

Creatie van beleidsvoorbereidende cel Kabinet herleiden tot persoonlijk secretariaat Hervorming mislukt Naamsverandering: beleidscel

o Vlaamse overheid: Beter Bestuurlijk Beleid Afslanken van kabinetten

Page 92: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Versterken van de administratie in beleidsondersteunende rol Mengvorm & ad-hoc

o Politieke benoemingeno Politieke raadgevers, special advisorso Rol van woordvoerderso Turkey farmso Sinecures

Hoofdstuk 11: Bestuur en Burger Inleiding

o Hoofdstuk moet worden samen gelezen met H12: Bestuur & Middenveld Middenveld = bestaat uit initiatieven van burgers die zich verenigen in organisaties en die op

verschillende manieren verweven zijn met de overheid. Burger & bestuur: zicht op een complexe relatie

o SL kan enkel functioneren als burgers vertrouwen hebben in die SL, ook in andere burgers; Cruciaal onderdeel van dat vertrouwen: vertrouwen van burgers in overheid. Indien vertrouwen in overheid

=> vertrouwen in beslissingen van overheid => overheid = legitiem

Relatie tussen burgers & bestuur is niet statisch; verandert constant door maatschappelijke evoluties.

o Vertrouwen: Legitimiteit als basis van goed bestuur

= beslissingen worden aanvaard & burgers zijn bereid de output van het politieke systeem te respecteren.

Brokkelt vertrouwen af: respecteren burgers beslissingen niet meer & is er minder basis voor een samenleving.

Ook aan inputzijde is gebrek aan vertrouwen problematisch; burgers zullen minder geneigd zijn hun wensen en noden bekend te maken, haar informatie te willen geven of met waar te willen samenwerken.

Heden: vertrouwen in overheid Vaak domineert het beeld dat vertrouwen steeds zakt; begint vooral vanaf ’90. In politieke milieu: sprake van duidelijke vertrouwensbreuk Hoewel onderzoek aantoonde dat dit niet waar is, was het kloofdenken een

belangrijke motor achter bestuurlijke hervormingen die als doel hadden de burger dichter bij de politiek te brengen & zo de kloof te dichten.

o Eurobarometer toont aan dat er geen daling is: wel lokale pieken & dalen.

Legitimiteit van de overheid = op ene gerechtvaardigde & door burgers aanvaarde manier kan macht worden

uitgeoefend. Concept is niet eendimensionaal: verschillende vormen van legitimiteit

Vormen van legitimiteit1. Inputlegitimiteit = input in het besluitvormingsproces

Page 93: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Mogelijkheid van alle burgers om hun voorkeuren op gelijke voeten in het besluitvormingsproces aan de orde te stellen.

o Politieke beslissingen zijn legitiem als iedereen die de gevolgen van een maatregel zal ondervinden, er zijn zeg over heeft kunnen doen.

o Belangrijk: Inclusiviteit : is elke belanghebbende gehoord? Representativiteit : hebben vertegenwoordigers de belangen van hun

groep accuraat verwoordt? 2. Throughputlegitimiteit = kwaliteit van het besluitvormingsproces

o Omzettingsproces van voorkeuren van burgers naar beleidsbeslissingeno Belangrijk:

Wettigheid van de procedure : lopen ze volgens de regels? Transparantie : is het voor iedereen duidelijk wie beslist & hoe? Kwaliteit van de beslissingsregels : hoe wordt er beslist?

3. Outputlegitimiteit = uitkomst van het besluitvormingsproceso Mate waarin een politiek systeem erin slaagt om de problemen van de

burgers effectief op te lossen. o Bestuur moet responsief zijn voor de belangen vd burgers

Objectief gemeten: nagaan of er echt een opl is tot stand gekomen. Kijken naar tevredenheid van burgers met deze oplossing.

Legitimiteit hangt samen met vertrouwen & tevredenheid1) In democratie als systeem2) In de instellingen 1) Tevredenheidsmetingen2) Tevredenheidsbarometer

o Enquêtes om de tevredenheid van de burgers, bedrijven/organisaties en lokale besturen te kennen over de werking van de Vlaamse administratie.

Hoe sterk is het vertrouwen van de burger in de overheid? Federale/Vlaamse/Lokale overheid? Gerecht? Onderwijs?

België: Sinds ’80:

o Ingezet op performante overheid Outputlegitimiteit centraal Burger als klant & belastingbetaler

Later:o Inputlegitimiteit: participatie o Participatie kan bijdragen tot verrijking van output van het beleid.

Kan ervoor zorgen dat de output aansluit bij de verwachtingen. o Attitudes van burgers

Hirschman: exit-voice-loyalty kader Interacties tussen burgers & een veelheid aan publieke of semipublieke diensten

kunnen worden geduid a.d.h.v. dit kader. Begrippen:

1. Voice o = je stuurt een signaal naar het bestuur door je uit te spreken.

Vb. klachtenbrief, tweet, politicus aanspreken,… o Verschillende gradaties: twijfelend – gematigd – agressie

Page 94: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Rechtstreeks aan ambtenaar die de dienst levert, of aan zijn/haar ambtelijke en politieke superieuren.

o Individueel/collectief gebeureno Direct & persoonlijk signaal

Onmiddellijk duidelijk dat het wordt gebruikt & wie dit doeto Gebruik van voice toont dat je de intentie hebt het bestuur/dienstverlening

beter te maken of dat je geen exit-alternatieven hebt. o Uitkomsten van voice: onzeker

2. Exit o = je stuurt een signaal door te vertrekken en je beroept op andere (private)

alternatieven. o Onpersoonlijk: Als iemand exit, is dit niet meteen duidelijko Indirect: exit signaal heeft niet onmiddellijk gevolgen

Enkel wanneer massaal # dit doet, zijn er gevolgen. Individuele acties zijn dus zwak

o Leiden niet rechtstreeks tot een correctie o Is duur signaal: zoeken naar alternatieven kost geld & energie. o Alternatieven zijn ook niet altijd beschikbaar. o Bijzondere vorm: Thiebout exit

= Geografische exit; burger verhuist om hiermee gebruik te kunnen maken van betere diensten of om bepaalde ongewenste overheidsdaden te ontvluchten.

Vb. VK; burgers verhuizen naar omgeving met betere scholen bij het krijgen van een kind.

3. Loyalty o = zorgt ervoor dat een ontevreden burger niet zomaar vertrekt, maar voice

aanwendt in een poging de dienstverlening te verbeteren.o Loyale burgers kunnen aan threat of exit of boycot doen.

Acties vallen tussen exit & voice Threat of exit = dreigement om tot exit over te gaan = voice

Bijzonder effectief wanneer gedaan door grote groep of VIP Boycot = tijdelijke exit, gericht op verandering van beleid vd

organisatie. o Maatschappelijke trends: individualisering & informalisering

Burgers worden meer & meer kritisch t.o.v. de overheid Oorzaken :

1) Burgers beschikken meer mogelijkheden om beslissingen/handelingen vh bestuur te begrijpen, doorgronden & kritisch te beoordelen.

Cognitieve mobilisatie = burgers wenden verworven kennis/vaardigheden aan om een mening te vormen over & zich in te laten met bestuurshandelingen en om eisen te stellen aan kwaliteit van het bestuur.

2) Diepgaande individualisering ; burgers gedragen zich als consumenten. Ze vinden zelfontplooiing & zelfverwezenlijking belangrijk Hierdoor daalt het ontzag voor autoriteit Trend tot individualisering & de-alignment; maakt dat burgers

minder dan vroeger ingekapseld zitten in zuilgebonden organisaties & politieke partijen.

Deze organisaties vormden lange tijd de verbinding tussen burger & bestuur.

Page 95: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Door ontzuiling & secularisering worden deze organisaties door burgers minder dan vroeger gezien als hun verbinding met het bestuur.

In de plaats komt een directe één-op-één relatie met de overheid, waarin de burger zich opstelt als klant.

Ook nieuwere vormen van engagement die oude vervangen. o Vb. spontante burgerinitiatieven, oprichten van FB-groepen, actief zijn

binnen wijk,… o Activiteiten zijn minder geïnstitutionaliseerd & daardoor aantrekkelijk voor

burgers. o Er worden geen lange termijn engagementen verwacht & is de drempel om

deel te nemen laag.

Nieuwe rollen voor de burgers o Trends en ontwikkelingen

Evoluties langs de kant van de burger Scholing, kennis stijgt Trend tot individualisering en ‘de-alignment’ Nieuwe vormen van engagement

Evoluties langs de kant van het bestuur Nieuwe opvattingen over bestuur:

o NWS => burger als onderhorigeo NPM => burger als klanto NPG => burger als partner

Informatiseringo Burgers in verschillende rollen

Burger als kiezer, partner, belastingbetaler, gebruiker, klager, onverantwoordelijke & klanten

Deze rollen lopen door elkaar & zorgen voor verwachtingen & kwaliteitsdimensies waarmee bestuur te maken krijgt.

Burger als kiezer & partner kijkt kritisch naar beleidsuitvoering Dezelfde burger als belastingbetaler & gebruiker kijkt kritisch naar klantgerichte

dienstverlening & efficiënte overheidsorganisatie. Ook andere kant aan relatie burger-bestuur: machtsrelatie

Overheid heeft geweldsmonopolie Burgers kunnen niet zomaar kiezen of ze een relatie met overheid willen.

o Er zijn mensen die hun relatie tot het minimum beperken, vb. illegalen o Politieke opvattingen over burgerrollen

Rollen van burgers maken deel uit van opvattingen over politiek & democratie. Door NPM; burger gereduceerd tot individuele klant; NPM heeft geen aandacht voor

politieke rol van burger als coproducent van beleid/opposant vd overheid.

Page 96: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

D.m.v. neoliberale stroming in politiek; aandacht voor versterking verantwoordelijkheid vd burgers.

Vb. eigen zorg of arbeidstraject => Participatiemaatschappij; minder overheid, meer burgerverantwoordelijkheid Burgerinitiatieven; laatste tijd populair

o Positief: Burgers zijn zelf coproducenten van politiek, ze beheren een deel

van de polis o Negatief:

Welke burgers komen daar dan niet aan bod?

Burger als klant I. Klagende klanten

Vroeger: burgers konden met hun klachten nergens terecht. Had ook enkel zin als er een grote fout was begaan.

Tot einde ’90: burgers stapten met problemen naar politicus. Dit is nu verdwenen Publieke diensten staan nu meer open voor klachten over proces van dienstverlening.

Klachtenbehandeling in de 1e lijn: o Klachtenbehandelaar verplicht gemaakt die als taak heeft klachten te

onderzoekeno Is dus rechtstreeks verbonden met overheidsdiensteno Klantendecreet Vlaamse Overheid 2001

Klachtenbehandeling in de 2e lijn:

o Pas na ze bij de 1e lijn zijn afgewezen. o Federale ombudsman (1995), Vlaamse ombudsdienst (1998)

o Naast formele procedures kunnen burgers ook hun mening over dienstverlening uiten via

andere kanalen. Vb. online

II. Kiezende klanten Marktwerking laat m&m toe dat ontevreden burgers hun heil ergens anders zoeken.

Kunnen overstappen op andere leveranciers en/of providers Burgers zien hier wel financiële & administratieve kost van overstap & wachtlijsten

zodat een overstap niet zomaar tot de mogelijkheden behoort. Overheid zet zo niet allen in op openbreken van markten van publieke diensten, ze

reguleert deze ook. Burger als controleur: rechts- & belangenbescherming

Page 97: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

I. Openbaar onderzoek en bezwaarschriften Bij elk infrastructuurproject moeten enkele formele procedures worden doorlopen

In elke fase van de procedure is er voor de burger de mogelijkheid om inspraak te hebben, kwaliteit van deze aanvragen te onderzoeken & eventueel bezwaar aan te tekenen.

1) Milieueffectenrapport (MER) Doel: milieugevolgen van een bepaald besluit in kaart brengen & dit voor het besluit

genomen is. Twee soorten:

o Plan-MER: Milieueffecten worden van alle mogelijke alternatieven voor het

project opgelijst. o Project-MER:

Later: Milieueffecten van het geselecteerde project worden verder uitgewerkt.

Publiek heeft mogelijkheid om in beide fases suggesties & opmerkingen te geven van inhoudelijke aard.

Einde: dienst milieueffectenrapportage zal richtlijnen uitvaardigen. 2) Ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP)

Wijziging van de bodembestemming van een bepaald gebied. Vastgelegd in Ruimtelijk Structuurplan.

o Hierin worden voor alle percelen aangegeven wat wel/niet kan & mogelijk is Bij elke aanpassing van bestaande plannen, is er nood aan een RUP. Afhankelijk van de grootte, gaat het om een RUP op gemeentelijk, provinciaal of

Vlaams niveau. Burger: mogelijkheid tot bezwaar

3) Omgevingsvergunning Voor grote projecten: nood aan openbaar onderzoek

o Belanghebbenden geïnformeerd & mogelijkheid hebben om bezwaarschriften in te dienen.

Schepencollege; moet deze bekijken alvorens uitspraak te doen over stedenbouwkundige vergunning.

Kritiek : leidt tot vertraging van het project maatregelen om vb. meerdere procedures tegelijkertijd te laten verlopen tijdswinst

VleReg heeft proces van complexe projecten gestroomlijnd & daarin is ruimte tot participatie voorzien.

o Vooral naar voortraject gekekeno Kritiek: hiermee zou ze participatie willen beperken tot enkele delen.

II. Openbaarheid van bestuur Algemeen:

Sluit aan bij trend van meer transparantie Men wilde breken met traditionele beslotenheid & geheimhouding van

beleidsuitvoering. België was hier laat mee.

2 aspecten: Actief/passief; gekeken vanuit standpunt van bestuur. 1. Actieve openbaarheid : initiatief van het bestuur

o Gaat uit van het bestuur & wil het publiek uit eigen beweging en op systematische, correcte, evenwichtige, tijdige & verstaanbare wijze in te lichten over allerlei beleidsaspecten

o Hiervoor communicatieambtenaren aangeworven

Page 98: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Beschikbaar maken van info Vergemakkelijk communicatie bestuur => burger

Opstellen wegwijsdocumenten Jaarverslag Uitbouwen elektronische omgevingen

2. Passieve openbaarheid : initiatief van de burgero Legt focus op burger die actieve rol dient op te nemen. o Burger kan eenvoudig op verzoek bestuursdocumenten raadplegen

Voordelen 1. Democratische meerwaarde: openbaarheid zorgt voor gelijke informatie.2. Een betere rechtsbescherming van de burger.3. Positief voor beleidsondersteuning: beslissingen worden makkelijker aanvaard als er

volledige kennis is.4. Eet aan tot meer rationeel, doelgericht en efficiënt werken van de overheid.

Nadelen & gevaren 1. Soms is er gewoon te veel informatie of te complexe en dan blijft de aanvrager toch

nog op zijn honger zitten.2. Passieve openbaarheid vereist ook veel actieve inzet van de burger.3. Gevaar voor beleidsvoering: zowel intern als extern kan men zich er voor hoeden om

nog informatie beschikbaar te maken of uit te wisselen.

Burgers als adviseurs, participanten & co-creanten o Participatieladder (Arnstein)

Ladder maakt mogelijk in te schatten wat de betekenis is van participatie & welke rollen burgers & overheden daarin kunnen/moeten spelen.

Hoe hoger op de ladder, hoe sterker de impact van de burger in de beleidsvorming & hoe meer de burger autonoom kan beslissen.

Interactieve beleidsvoering

Oorspronkelijk 8 treden: o Manipulatie, therapie, informatie, consultatie, verzoening, partnerschap,

overgedragen macht & burgerbestuur Centrale vraag: is er al dan niet een machtsherverdeling waarbij diegenen die de

macht in handen hebben, een ervan afstaan aan massa zonder macht (=have-nots)? Veel varianties op gemaakt

Pröpper & Steenbeek (p. 387): participatieladder ontwikkeld met daarin een omslagpunt van gesloten beleidsvoering naar interactieve beleidsvoering.

o Omslagpunt ligt boven “consultatieve” stijl

Page 99: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Om beleidsaanpak echt “interactief” te noemen, moet er voldoende openheid zijn.

Inhoudelijke openheid = ruimte voor nieuwe ideeën, plannen & handelingen, ruimte om af te wijken van de opvattingen van de initiatiefnemer.

Openheid van actoren = meer mensen worden toegelaten hun input te geven.

o Expliciet geeft de ladder ook aan dat een bepaald participatieniveau appelleert aan een bepaalde rol van de overheid & participant.

Faciliterende stijl: participant treedt op als initiatiefnemer Burger neemt initiatief Overheid ondersteunt & blijft op afstand

Samenwerkende stijl: bestuur = mede-initiatiefnemer Beleid = resultaat van samenwerking v alle initiatiefnemers

Delegerende stijl: bestuur stelt randvoorwaarden op & participant is mede-beslisser

Eerste drie stijlen; participanten hebben inbreng bij beslissing Participatieve & consultatieve stijl; participanten mogen adviseren Bij open & gesloten autoritaire stijl blijft invloed beperkt.

Edelenbos & Monnikhof: o Onderscheiden minder niveaus dan hierboven, verbinden dit aan een vorm

van democratie & benoemen rol van de overheid en de participant. o Vanaf derde trede (adviseren): interactief proces

Vanaf deze trede ontstaat er meer gelijkwaardigheid tussen bestuur – belanghebbenden.

Kritiek: Participatie is complex gebeuren; ladder is te simplistisch Normatief: meer participatie = goed? Differentiatie: afhankelijk van aard van de beslissing en afhankelijk van aard van de

besluitvorming Recent:

Dynamische benadering ‘Participatie-arrangement’ ~ context

o Adviesraden Instrument voor inspraak/participatie Sluiten aan mij adviserende trap in de participatieladders Steunen op het systeem van representatie

= Zijn vertegenwoordigers van organisaties die in de adviesraad zetelen. Lokale adviesraden:

Getrapt georganiseerd; AV, bestuur, DaBu & voorzitter Sommige verplicht, bv. Cultuurraad Sommige vrijwillig, bv. Ouderenraad Bijv. Stad Leuven http ://www.leuven.be/bestuur/adviesraden/

Vlaamse overheid Kaderdecreet strategische adviesraden 2003 Recent: herschikking van adviesraden

Klassieke probleem: afhankelijk van het bestuur Overwegend ondersteund door ambtenaren van dat bestuur ambtenaren

moeten dubbelrol combineren problematischo Adviesraden voeden met info

Page 100: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Informatie legt soms zaken bloot over interne functioneren of over keuzes die toch al zijn gemaakt.

Intern probleem: adviesraden zijn samengesteld uit organisaties & deze verdedigen in enkele domeinen ook hun eigenbelang.

Vb. betreffende subsidies Scheiding advies geven – belangenverdediging: soms heel dun

o Ondergraaft ook geloofwaardigheid van adviesraden. o Hierdoor op VlNiv; hertekening adviesraden

Wordt probleem op die domeinen waarbij heel andere & nieuwe vormen van burgerorganisaties het licht zien, tijdelijk of ad hoc.

Adviesraden werken vaak apart & alleen op “hun” domein steeds meer problematieken die niet onder één sector te vatten zijn ook niet door adviesraden worde behandeld.

Voordelen: Permanente organen i.t.t. tijdelijke initiatieven

o Cumuleren na een tijd veel kennis

o Volksraadpleging & referendum = een geplande/reeds besliste beleidsmaatregel wordt voorgelegd aan kiezers waarop met

een ja/nee op kunnen antwoorden. Referendum: bindend

Geen regelgeving in Be Volksraadpleging: adviserend

Gemeentelijk, provinciaal & gewestelijk Na Koningskwestie niet meer georganiseerd.

Meestal i.v.m. zaken van ruimtelijke ordening en infrastructuur Vb. Ondergrondse parkeergarage Vb. Oosterweelverbinding

Meestal op vraag van een actiegroep, al dan niet in samenwerking met 1(+) oppositiepartijen.

Meestal haalt het “nee”-kamp het. Minimum aantal stemmen nodig om te kunnen tellen Uitslag is een advies aan het bestuur om de beleidsmaatregel in te trekken of te herzien.

Gebeurt vaak niet.

o Cocreatie & andere autonome burgerinitiatieven Meest verregaande vormen van participatie; burgers geven zelf vorm aan de SL:

Richten samen zorgproject op Creëren een coöperatieve die windenergie opwekt/verkoopt Werken samen om aan stadslandbouw te doen Werken samen in een burgerwacht om toe te zien op de veiligheid in de buurt.

Vaak is overheid betrokken: direct/indirect, actief/passief Actief & direct : cocreatie Passief & indirect : autonoom burgerinitiatief

I. Cocreatie Cocreatie & coproductie; laten burgers meedenken over keuzes in het beleid en hen

te laten meewerken bij het uitvoeren van het beleid. o Overheid: kostenbesparing & kwaliteitsvolle dienst te leveren.

Vooral lokaal niveau Cocreatie = vorm van samenwerking gericht op het zoeken naar oplossingen voor

complexe uitdagingen. Coproductie;

o Kenmerkend:

Page 101: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Produceren/ontwikkelen van publieke goederen/diensten die mts waardevol zijn.

Waarbij zowel burgers als coproducenten als de overheid als “professionals” samen werken.

Doel: kwaliteit & kwantiteit van deze publieke goederen/diensten te verbeteren/verhogen.

o Verwacht van burgers dat ze mee publieke diensten/goederen produceren & deelnemen aan beleidsuitvoering

Verschillende vormen van cocreatie en coproductie o Complementair:

Burgers voeren taken uit die aanvullen wat een proforg al doet Ze zijn dus betrokken bij het primaire proces van de organisatie

o Coproductie kan gericht zijn op implementatie Burgers hebben geen impact op het design, maar kunnen wel

helpen implementeren Vb. onderwijs

o Coproductie kan ook volledig zijn Burgers helpen bij zowel het design als uitvoering van de

dienstverlening. II. Autonome burgerinitiatieven

Burgers nemen zelf initiatief & beheren autonoom bepaalde initiatieveno Vb.:

Wijkbeheer Beheer van een door henzelf opgerichte infrastructuur Opzetten van een nieuwe woonvorm met een collectief van mensen Coöperatieve voor windenergie Collectief autodelen

Overheid is vaak indirect betrokken: o Regelgever: stimulerend/hinderend o Facilitator: beperkte financiële steun o Regulator

Opkomst heeft te maken met verhoogde deskundigheid & assertiviteit te maken o Soms ook door onvrede met overheidsbeleid.

Initiatieven zijn vaak kleinschalig Ontwikkelingen roepen ideologische vragen op over politiek & democratie

o Burgerinitiatieven geven op kleine schaal vorm aan democratie & zijn intern vaak gericht op democratische beslissingen door alle betrokken burgers.

o Organiseren op micro-niveau solidariteit tussen mensen. o Omgekeerde participatie; vraag is niet hoe burgers in het bestuur kunnen

participeren, maar het bestuur bij de burgers. o Nieuwe vormen van participatie (zie ook infra)

Coproductie / cocreatie / autonome burgerinitiatieven (cf. volgende les: Bestuur en middenveld)

Hoorzittingen Burgerpanels Burgerconsultatie Burgerkabinet Burgerbegroting …

o G1000 Opbouw

Page 102: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Gevolgen

Voor deelnemers: sterke verandering in opinie Op systeemniveau: Weinig politieke doorwerking op KT G1000 heeft democratische innovatie internationaal op politieke agenda gezet

o Burgerpanel

o Burgerbegroting

o Burgerconsultatie

Verkeer

Page 103: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Energie: energiepact2050.beo Burgerkabinet

o Motivatieketen

Uitdagingen o Participant is niet representatief voor dé bevolkingo Matteüs effect: participatie-initiatieven verhogen vooral de bereidheid tot deelname aan

beleidsontwikkeling van burgers die sowieso al actief zijn in de samenleving. Drempel voor leden van een belangengroep ligt meestal lager.

o Participatieparadox: hoe meer vormen van participatie, hoe meer dezelfde groepen participereno NIMBY-fenomeeno Opletten voor schijninspraako Vertraging van de besluitvormingo Wil de overheid participatie?

Burger = Overemotioneel, irrationeel, niet wetenschappelijk onderbouwde argumentatie Apathisch, participatiemoe Beschikt niet over voldoende kennis, niet geïnformeerd, Materie is te complex Gemotiveerd door eigenbelang

o Creativiteit of representativiteit: Moet de groep beleidsparticipanten in de eerste plaats de bevolking vertegenwoordigen, of moet deze groep vooral goede en creatieve ideeën aanreiken voor de beleidsvorming?

Besluit: o Legitimiteit van bestuur en beleid is cruciaal voor democratieo Vraagzijde: Andere burger (kennis, houding en gedrag)o Aanbodzijde: Meer mogelijkheden tot participatieo Deliberatieve democratie in opmars

Kansen Potentieel van interactief beleid

Risico’s Bestuurlijke en democratische drukte? Nimby-fenomeen

Page 104: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Hoofdstuk 12: Bestuur & maatschappelijk middenveld

Inleiding & begripsbepaling o Volgens systeempolitieke benadering van Easton: openbare besturen niet op zich, maar ze zijn

ingebed in een SL.

Begripsbepaling o Verzuiling & omvang vh maatschappelijk middenveld

Betrokkenheid in beleidsvoorbereidende & beleidsuitvoerende fase. Dit omdat overheid veel delegeerd naar non-profits MM is belangrijke factor

MM voert veel invloed uit op beleid Veel polpartijen hebben nog banden met MM-organisaties

MM is dus niet politiek-neutraal Context verzuiling:

Geschiedenis helpt sterkte & omvang vh MM te verklareno 19eE: begin verzuiling o Eerste helft 20eE: grote groei

Groei katholieke, socialistische & liberale netwerken. o Zuilen zijn gaandeweg heel wat organisaties gaan omvatten

Hierdoor groei hechte machtsblokken, waarbij de politieke partijen fungeerden als vertegenwoordigers van de zuil.

o Verzuiling resulteerde in groeiend belang van private non-profit sector. o Sinds ’60: verzuiling onder druk

Door moderniseringsproces => band tussen achterban & zuil minder vanzelfsprekend

=> Afnemende lidmaatschappen => Electorale volatiliteit

Vandaag: o Geen zuilen meer, wel politieke concerns

= omvangrijke netwerken van organisaties waartussen tal van (personele & financiële) verbindingen bestaan.

Met hun partij overleggen ze nog steeds & werken vaak nog samen in functie van verkiezingen, maar band is wel losser geworden.

o Middenveld: poging tot definitie Maatschappelijk middenveld = civil society

Georganiseerde samenleving bevindt zich in het midden vd driehoek Realiteit: verzameling van vele verschillende organisaties.

Middenveld “ontrafeld”: een huis met vele kamers o 4 soorten verschillende onderstaande organisaties hebben gemeenschappelijk dat ze privaat zijn,

van uit de SL ontstaan zijn & mensen samenbrengen voor een bepaald doel. o Verschillen:

I. Non-profits: algemeen belang, publieke diensten, quasi-overheid, geprofessionaliseerdII. Ledenverenigingen: vaak privaat doel, grote vrijwillige component, beperkte band met

overheidIII. Belangenverenigingen: preferenties aankaarten bij de overheid, belangen dienen, beleid

beïnvloeden

Page 105: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

IV. Nieuwe burgerinitiatieven: van onderuit gegroeid, onafhankelijk van de overheid of de markt

I. Non-profit sector Gesubsidieerde non-profit organisaties nemen vooral dienstverlenende publieke taken op. Vb. onderwijs (scholen), gezondheidssectoren (vb. ziekenhuizen) of welzijnszorg (rusthuizen) Kenmerken:

Stellen professionals tewerk Private rechtspersoon; vzw’s Ontvangen subsidies van overheid

Driehoek: richting overheid & soms richting markt Be: zeer omvangrijk, historisch gegroeid.

Internationaal: na Ierland & Nederland beschikt Be meest omvangrijke n-p sector. o Verklaringen:

Ontwikkeling van de welvaartsstaat in een verzuilde samenleving België als combinatie van twee modellen:

Frans: gecentraliseerde publieke dienstverlening en ontwikkeling van publiek staatsapparaat

Duits: subsidiariteit; overheveling van publieke taken aan de nonprofit sector

Beide tendensen werden ondersteund door de twee belangrijkste socio-politieke ‘zuilen’:

Socialistisch: sterk overheidsapparaat Katholiek: publieke dienstverlening buiten staatsapparaat

Beide zuilen waren samen lange tijd aan de macht, en gaven het institutionele raamwerk van de collectieve dienstverlening vorm

Nieuwe middenveld:o Bottom-upo Niet zuilgebondeno Zoeken contact over partijgrenzen heeno Focust op ‘nieuwe’ maatschappelijke problemen

Vb. ‘verkleuring’: integratiesector (zelforganisaties, Huizen van het Nederlands, integratiecentra, vrijwilligersorganisaties)

Vb. ‘consumentisme’: organisaties die zich focussen op consumentenbescherming (Testaankoop)

o ‘Nieuw’ is relatief. Ook het traditionele zuilgebonden middenveld – dat altijd eerder focuste op socio-economische thema’s – ontdekt nieuwe thema’s

Naast grote # vrijwilligersorganisaties beschikt meerderheid betaalde werknemers. Verwachting: werkgelegenheid zal nog toenemen.

II. Ledenverenigingen Kenmerken:

Op lidmaatschap gebaseerd Werken met vrijwilligers Brengen mensen samen in hun tijd.

Vaak sport- of socio-culturele sector. Driehoek: richting gemeenschappen Zorgen voor sociaal-kapitaal in een SL & werken zo mee aan een noodzakelijke binding &

vertrouwen tussen individuele burgers. III. Belangenorganisaties

Doen aan belangenverdediging Opdeling:

Traditionele belangenverenigingo Mutualiteiten, vakbonden

Page 106: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Oorsprong in verzuiling Verenigingen die actief zijn op nieuwere maatschappelijke terreinen

o Vb. leefmilieu, ongelijkheid & armoede, maatschappelijke positie van minderheden of derde wereld & ontwikkelingssamenwerking.

o Vaak minder politiek-ideologisch gebonden dan traditionele belangenorg’s o I.t.t. vroegere zuilgebonden org’s, onderhouden deze nieuwe

middenveldorg’s geen excl. Banden met geprefereerde polpartijen; onderhouden contacten met meerdere partijen/beleidsbeslissers.

o Gericht op belangenverdediging, i.p.v. dienstverlenging. Driehoek: richting gemeenschappen & overheid

IV. Nieuwe burgerinitiatieven Deze groeien van onderuit & brengen burgers amen rond bepaalde concrete doelen die zij

als belangrijk ervaren. Vb. initiatieven zoals vb. stadslandsbouwprojecten, lokale energie coöperaties,…

Kenmerken: Burgers starten zelf met de ontwikkeling om bepaalde diensten te ontwikkelen,

onafh van overheid. Driehoek: gemeenschappen & overheid

Overheid bepaalt randvoorwaarden

Middenveld: 3 belangrijke maatschappelijke rollen o In relatie tot de overheid, speelt het MM drie rollen:

Beleidsmatig werk zoals lobbying & belangenverdediging Leveren van publieke diensten Medebeheer via deelname aan het bestuur van de instanties die het beleid in de praktijk

moeten brengen

o Drie manieren van relaties: 1) MidvOrg’s kunnen fungeren als supplement voor de overheid

Actief in die segmenten vd markt die de overheid niet wil/kan bedienen Overheid & M ontwikkelen eigen vorm van dienstverlening & tonen weinig

incentives om met elkaar samen te werken. 2) MidvOrg’s worden ingeschakeld als complement voor publieke dienstverlening

=> beide actoren compenseren elkaar voor- & nadelen. Midv & overheid zijn wederzijds afhankelijk

o Overheden hebben veldexpertise nodigo MidvOrg’s hebben nood aan publieke middelen om taken te vervulle

= publieke dienstverlening, door de overheid gevraagd & betaald, grotendeels uitgevoerd door de private non-profit sector.

Ook vb. medebeheer is een complementaire relatie: Midv praat mee in beleidscenakels van vb. soc zekerheid => invloed uitoefening.

3) MidvOrg’s als tegenstanders vd overheid Treden als spreekbuis op van de belangen van hun leden/achterban.

Page 107: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Voorbeeld van drukkingsgroep

o Verschillende rollen die MM kan spelen in het publieke domein:I. Belangenverdediging & beleidsbeïnvloeding

Advocacy role; verdediging van belangen & het trachten te beïnvloeden van beleidsmakers & de maatschappelijke keuzes die ze maken.

Vervulling rol van waakhond die kritisch reflecteert over het beleid Perspectief overheid:

o MM bevatten signaal- & radarfunctie Zijn in staat in te schatten wat reële mts’e noden zijn

o Betrokken worden om draagvlak & steun te verwerven bij achterban Ideaaltypsiche zin: onderscheid twee verschillende niveaus waarop men belangen

verdedigt:1. Organisaties & verengingen houden rekening met eigen achterban

Verdediging belangen eigen leden & burgers die men wil vertegenwoordigen

Vb. belang van eigen wijk/buurt Komt ten goede aan beperkte groep van burgers

2. Organisaties die zich inzetten voor een belang dat breder wordt gedefinieerd Voordelen voor gehele SL Vb. Greenpeace & Natuurpunt

Meeste verenigingen doen vaakste aan (1)o Belangrijk aandachtspunt: depolitisering vh MM;

Politisering = durven/kunnen bevragen van onderliggende machtsstructuren id SL, de uitgangspunten die de Ovh hanteert over de individuele verantwoordelijkheid v burgers & criteria voor de herverdeling van (schaarse) mts’e hulpbronnen.

Depolitisering = gevaar dat org’s & verenigingen die behoren tot brede Midv zich steeds vaker terughoudend opstellen om vb. op te treden als kritische waakhond t.o.v. de overheid.

Deel te verklaren vanuit verschillende machtsfactoren waarover MidvOrg’s al dan niet beschikken.

o Vb. door het feit dat ze niet genoeg middelen hebben om zich op de advocacy rol te concentreren, dus focussen ze enkel op hun hoofdtaak.

o Vb. door het feit dat ze afhankelijk zijn van publieke middelen; don’t bite the hand that feeds you, ze vrezen voor vergelding van de overheid.

Page 108: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Ongeacht het niveau, heeft elke organisatie verschillende strategieën om haar belangenverdedigende rol te realiseren:

1. Insider strategieën Directe contacten van middenveld met beleidsmakers Directe contacten pet 1(+) types beleidsmakers op 1(+)

bestuursniveaus MidvOrg’s willen beleidsmakers via deze weg informeren,

argumenteren & standpunten aanreiken => opstarten onderhandelingen

Informeel of formeel Kritiek:

Gebrek aan transparantie van informele contacten Gevaar op lobbywerk dat belangenvermenging &

achterkamerpolitiek in de hand werkt. Be: traditie van formele contacten tussen Ovh & MM via vaste

overleg- & adviesstructuren binnen Ovh zelf. Typisch voor neocorporatisch model

o Neocorporatisme = belangrijke socio-economische groeperingen krijgen belangrijke & formele rol op beleidsniveau; worden formeel erkend door Ovh

Voorbeeld: advies- en overlegorganen2. Outsider strategieën

Indirecte benadering en beïnvloeding door middenveld1) Niet-conflictueuze outsider-strategieën

Informeren & argumenteren Doel: beïnvloeding relevante beleidsmakers op verschillende

bestuursniveaus neemt dus tijd in beslag & gebeurt op onrechtstreekse wijze door het bespelen van publieke opinie.

o Genereren van aandachto Organisatie kan zelf nieuws maken o Informatie- & sensibiliseringscampagnes

Vb. Campagne ‘Zonder haat straat’2) Conflictueuze outsider-strategieën

Aanvechten beleidskeuze(s) vd overheid bij rechtbank Protest in alle mogelijke vormen/gradaties: Organisatie

ludieke actie, betogingen of stakingen3. Collectieve strategieën

Verschillende actoren bundelen hun krachten Hoeven niet altijd vorm te krijgen via formele koepels &

geïnstitutionaliseerde adviesraden waarin ze zetelen. MM kunnen ook tijdelijke & ad hoc coalities sluiten met

relevante partners die een gemeenschappelijk belang rond een bepaalde doelstelling.

Vb. Verenigde verenigingen Vb. Zorgnet-Icuro: verenigt 800 erkende zorgorg’s die in Vl actief zijn

in sectoren zoals Steunt leden in uitbouw dagelijkse werking om kwaliteit vd

dienst- & hulpverlening te verbeteren Treedt op als spreekbuis voor gezamenlijke belangen binnen

deze sectoren. In Vl & Be

Page 109: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Neo-corporatistisch model : Belangen georganiseerd via enkele duidelijk afgebakende groepen Erkenning door de overheid en monopolie van vertegenwoordiging

o Sociaal-economisch beleid : Vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers sluiten in

onderling overleg overeenkomsten met elkaar en met de overheid die nadien als overheidsbeleid beslist en uitgevoerd wordt

Vb. groep van 10: onderhandelt intersectoraal loonakkoordo Ook in andere sectoren: traditie van overleg- en adviesorganen

Vb. strategische adviesraden in Vlaamse overheid Evaluatie

o Voordelen: Radarfunctie middenveld Expertise uitvoering Verwerven maatschappelijke steun voor beleid:

Principieel: democratisch gehalte Instrumenteen: weerstand verminderen

o Nadelen: Strategisch positioneren ifv eigenbelang groepen

II. Beleidsuitvoering: leveren van publieke diensten België & Vl: traditie van publieke dienstverlening door het Midv

o Algemeen Door verzuiling: trend onstaan om beleidsuitvoering ten dele over te

laten aan private non-profit sector. Sommige beleidsvelden: n-p sector domineert in beleidsuitvoering. Door groot # subsidies: semi-publieke organisaties

o Verschillende sectoren Onderwijs Gezondheidszorg Welzijnssector (kinderopvang, ouderenzorg, …) Werkloosheidsuitkering Ziekte- en invaliditeitsverzekering

o Vaak dubbel systeem Privaat initiatief Overheidsinitiatief

o Juridisch statuut Vzw, CVBA, … Afwezigheid van winstmotief

o Financiering d.m.v. overheidssteun, 4 mogelijkheden: Subsidies

Langer periodes Laten non-profits een vrij grote autonomie id concrete

besteding van de middelen. Laatste jaren: trend naar meer contractuele vormen van

ondersteuning; overheden kiezen er daarbij voor om enkel tijdelijke & duidelijk afgebakende projecten te financieren.

o Duur: 1j, mogelijks hernieuwing Contractuele ondersteuning

Creëert onzekerheid & minder autonomie voor non-profits Derde betaler-systeem

cf. persoonsgebonden budget

Page 110: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

individuele burger krijgt bepaald bedrag toebedeeld waarmee hij autonoom diensten kan aankopen bij een organisatie naar keuze.

Vb. dienstencheques. Giften met fiscale aftrekbaarheid

Afkomstig van individuele burgers/bedrijven/organisaties Bestemd voor n-p’s Fiscaal aftrekbaar gemaakt in hoop het aandeel van

dergelijke donaties in het totale werkingsbudget vd org’s te verhogen.

o In sectoren waar overheid alle uitvoeringstaken heeft overgelaten aan middenveld, staat het zelf enkel in voor aansturing, erkenning, ondersteuning & controle van de uitvoering.

Evaluatie: o Voordelen :

Normatief : Signaal van overheid dat zelforganisatie van burgers

belangrijk is (vb. Big Society – Cameron) Ideologische vrijheid belangrijk (ziekenhuizen, scholen, …)

Instrumenteel : Goedkoper Efficiënter

o Nadelen : Beperkte sturingsmogelijkheid door overheid?

=> Enkel via erkenning en subsidiëring Verliezen van overheidszicht op de problemen Verantwoordelijkheid van de minister

o Remediëring nadelen : N-p org’s worden geacht transparant te zijn in hun werking & ook

verantwoording te kunnen afleggen voor overheidsmiddelen die ze ontvangen.

Overheid moet oppassen dat ze org’s niet te bureaucratisch beginnen sturen; nood aan voldoende autonomie

III. Medebeheer (p. 422-423 Definitie : belangengroepen maken structureel deel uit van de bestuurs- en

beheersorganen FedOvh : Openbare instellingen van de sociale zekerheid

o Paritair beheerd doordat elke instelling haar eigen beheerscomité heeft waarin sociale partners & mogelijks andere mts’e actoren aanwezig zijn.

o Vb.: RVA, RIZIV VlOvh : Extern verzelfstandigde agentschappen

o Vb.: VDAB Aansturing via bestuursovereenkomsten (OISZ) of ondernemingsplannen/

beheersovereenkomsten (EVA) Conflicterende rollen?

Vb. Non-profits org’s in de welzijnssector in 1e instantie dienstverlenend, maar kunnen wel uitgenodigd worden door het lokaal bestuur om mee na te denken over kinderopvangbeleid in de gemeente.

o Zo spelen ze ook een beleidsrol Vb. organisaties die in 1e instantie belangenverdedigers zijn, nemen soms ook

dienstverlenende taken op.

Page 111: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Besluit o In ons land is kennis van het middenveld en haar relatie tot de overheid, essentieel voor een

bestuurskundigeo Historische verwevenheid tussen beide zowel bij het beleid als bij de uitvoeringo Vaak lastige grens te trekken: wat is ‘state’ en wat is ‘society’o Soms conflicterende rolleno Middenveld als preferentiële partner staat onder druk

Verdienen de non-profit organisaties de voorkeursbehandeling vanwege de overheid? Kan de ‘markt’ dat ook niet?

o Kan het middenveld een meerwaarde zijn in tijden van ‘public discontent’?o Dominante hypothese: ‘civil society is slowly dying away – civil society is dead’

Traditionele civil society? Is in feite deel van de overheid geworden (manufactured civil society)

Deze ‘manufactured civil society’ is minder representatief geworden (secularisatie, individualisering, …)

o Nieuwe vormen van civil society? Hoe kan je daar mee om gaan als overheid?

Hoofdstuk 13: Goed Bestuur Inleiding

o Impliciete normenkaders; geven richting aan zowel grote institutionele org’s van de staat & aan dagdagelijkse beslissingen van de street-level bureaucrat die zijn of haar discretionaire beslissingsvrijheid invult.

Bestuurskundige kwaliteitsmaatstaven o Algemeen

Private sector : Bevredigt individuele nut

o Op de markt eenvoudig uit te drukken is als de prijs die iemand wil betalen. Publieke sector :

Bevredigt publieke nuto Op het collectieve nut is moeilijker een prijs te plakken; vandaar nood aan

maatstaven. o Public value is niet ondergeschikt aan private value; het is vooral van belang

dat er waarde wordt gecreëerd. Bestuurskundige kwaliteit gaat dus over kernwaarde in het openbare bestuur. Hood: spreekt van 3 families van waarden.

Sigma type: “scherp en doelgericht”

Theta type: “eerlijk en rechtvaardig”

Lambda type: “robuust en dynamisch”

Wat betekent succes?

Meer met minder Oprechtheid Betrouwbaarheid en aanpassingsvermogen

Wat betekent falen? Verspilling Malversaties CatastrofesHoe wordt succes en falen uitgedrukt?

Tijd en geld Vertrouwen en legitimiteit

Veiligheid en zekerheid

Concrete maatstaven

Doelgericht, effectief, efficiënt, zuinig, gecoördineerd

Transparant, openbaar, inspraak, verantwoording, klantgerichtheid, rechts- en belangenbescherming

Redundantie, diversiteit, robuustheid, geïntegreerd, innovatief,lerend

Page 112: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

1. Sigma-waarden: scherpe & doelgerichte overheid Definitie

Zoveel mogelijk doen met zo weinig mogelijk middelen. Slack (= overtollige capaciteit) moet vermeden worden. Succes & falen: gemeten in termen van tijd & geld.

Kwaliteitsmaatstaven Doelgericht: Het stelt doelen en actualiseert ze. Effectief: Het richt zich niet enkel op de doelstellingen, maar behaalt ze ook. Efficiënt: Er wordt zoveel mogelijk geproduceerd met zo weinig mogelijk

productiemiddelen. Zuinig: Men verwerft de productiefactoren zo goedkoop mogelijk. Een goed openbaar bestuur bakent duidelijk onderscheiden rollen af voor org’s.

o Heldere & toetsbare doelstellingen vergen homogene taakinvullingen & verantwoordelijkheden.

Kijken naar de overheid door een sigma-bril Belangrijk denkkader: input-output-model

Evaluatie: o Overheidsorganisaties/beleidsprogramma’s (16): doordrongen van

doelgericht denken. o Een organisatie/programma moet doelstellingen (3) formuleren op basis

van socio-economische situatie (1) & de daaruit volgende socio-economische behoeften (2)

o Doelstellingen die aansluiten bij de behoeften zijn relevant (7). o Vervolgens worden middelen (4) ingezet om activiteiten (5) te ontwikkelen

die bepaalde producten/diensten (6) voortbrengen. o Middelen moeten zo zuinig mogelijk verworven worden; economy (8) &

producten/diensten mogen zo weinig mogelijk middelen verbruiken: efficiëntie (9).

o Producten/diensten zijn niet einddoel – wel de uiteindelijke doorwerking in de mts. Hiervoor onderscheid:

Directe effecten op korte termijn (13) Effecten op lange termijn (14).

o Vooral bij die lange termijneffecten zullen externe factoren (15) uit de omgeving mee een invloed hebben op de resultaten.

o We willen zoveel mogelijk effecten met onze output van producten/diensten: effectiviteit (12).

o We kunnen ook overwegen of de middelen de effecten wel waard zijn: kosteneffectiviteit (10).

Page 113: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Wanneer effecten bijdragen aan het verlichte van behoeften, dan zal dit een impact hebben op het nut & voortbestaan op lange termijn van dienst of het programma: sustainability (11).

Artikel p. 436o Gaat over doelmatigheid vh verkeersbeleid & is voorbeeld v denken over

overheid volgens de sigmalijn. o Men vraagt zich af of zone 30 effectiever is dan de zone 50.

Vaak gaat men er van uit dat een doelgerichte overheid meestal een kleine overheid is. Nochtans kan ook een grote overheid scherp en doelgericht zijn.

o Tegenargument: Scandinavische overheden; een van de efficiëntste & effectieve overheden, tegelijkertijd grootste publieke sector id wereld.

2. Theta waarden: een integere, rechtvaardige & democratische overheid Definitie

Hebben te maken met het streven naar integriteit, redelijkheid en burgerschap. o Kortom, de overheid moet niet enkel efficiënt en effectief zijn, ze moet ook

als legitiem ervaren worden door de burgers. Overheid doet dit door misbruik, ongelijkheid & vooroordelen te

vermijden. Sigma-waarden: leggen nadruk op wat de overheid realiseert (output)

theta-waarden: gaan na hoe overheid dingen realiseert (proces)o Theta-waarden zijn in openbare bestuur geïnstitutionaliseerd. o Vb. van zo’n institutie in Be; beroepsmechanismen tegen

overheidsbeslissingen; RvS Maatstaven

Transparant: de overheid moet een glazen huis zijn en beslissingen motiveren.o Enkel voor privacy-reden mogen zij transparantie van info uitlaten.

Openbaar: openbaarheid van bestuur.o Wetgeving bepaalt welke info wordt versterkt, hoe de burger die info kan

opvragen & welke uitzonderingsgronden eventueel gelden. Laat inspraak toe: vooral de verkiezingen.

o Meer & meer erkent men beperkingen van verkiezingen als inspraakmoment;

Klantgericht: Burger is klant en er moet een goede dienstverlening zijn. Biedt rechts- en belangenbescherming: belangrijk in democratische rechtstaat. Verantwoord zich: ‘accountability’: openbare besturen moeten verantwoorden en

motiveren wat ze doen. Kijken naar de overheid door een theta-bril

New Public Management legde de laatste jaren sterk de nadruk op de sigma waarden.

Toch zijn er twee voorbeelden van denkkaders die geïnspireerd zijn op de theta waarden:

1. Modellen van de drie E’s en de drie R’s. Naast de 3 E’s uit de sigma groep (economy, efficiency,

effectiveness), moeten we ook aandacht hebben voor de drie R’s uit de theta groep:

Rechtmatigheido Elke actie moet een grond vinden in de wet.

Rechtsgelijkheido Garandeert dat iedereen in gelijke situaties gelijk

behandeld dient te worden. Rechtszekerheid

Page 114: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Geeft aan dat het bestuur stabiliteit van regelgeving & dus van rechten & plichten moet garanderen.

Voorbeeld spanning: theta sigma: toepassing GAS-boetes. Fundamentele klacht: lokale besturen kunnen als rechter

optreden & zo kan rechtmatigheid & rechtsgelijkheid in gedrang komen.

Lokale bestuurders: argumenten dat GAS-boetes een zeer effectief instrument zijn om overlast te bestrijden: R’s VS E’s

2. Principes van behoorlijk bestuur: het gaat hier om een gedragscode die ambtenaren en politici moet helpen om juist te handelen, vooral als de wet geen eenduidige antwoorden geeft of tegenstrijdig is.

Gaat hier om principes, niet strakke regels; grote mate van interpretatie

Deze beginselen worden meer & meer een bron van recht:1. Zorgvuldigheidsbeginsel: beslissingen moeten met zorg

voorbereid, genomen & uitgevoerd worden. 2. Motiversingsbeginsel: motieven van een beslissing moeten

aanvaardbaar zijn. Ze moeten worden gedocumenteerd zodat ze controleerbaar zijn.

3. Redelijkheidsbeginsel: er is een verbod van willekeur. Overheidsoptreden moet evenredig zijn met de doelstelling.

4. Gelijkheidsbeginsel: gelijken gelijk behandelen, ongelijken ongelijk.

5. Hoorplicht: betrokkenen horen als er ernstige schade kan optreden.

6. Onpartijdigheidsbeginsel: vermijden van de (schijn van) onpartijdigheid.

7. Rechtszekerheids- & vertrouwensbeginsel: geen retro-activiteit, gerechtvaardige verwachtigen honoreren, bestuurlijke rechtshandelingen niet intrekken.

8. Redelijketermijneis: redelijke beslistermijnen, vooral wanneer rechtszekerheid vd burger in gedrang is.

3. Lambda-waarden: robuuste & dynamische overheid Definitie:

Hebben te maken met betrouwbaarheid, robuustheid, uithoudingsvermogen, herstellings- en aanpassingsvermogen.

Gaat over een overheid die er staat en die in staat is om zich aan te passen aan een veranderende omgeving.

Een weerbare overheid blijft functioneren, ook in moeilijke tijden. Leercapaciteit is belangrijk, maar diversiteit aan competenties ook. Bijvoorbeeld: investeren in rampenplannen, investeren in kennisopbouw in de

publieke sector. Kwaliteitsmaatstaven

Creëert redundantie: het onderhouden van back-up infrastructuur die de bestaande capaciteit dupliceert kan perfect te verdedigen zijn.

Zorgt voor diversiteit in haar aanpako Er worden gescheiden onafhankelijke eenheden opgezet om de common

mode failure (= falen doordat iedereen op dezelfde manier werkt & denkt), te vermijden.

Page 115: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Is robuust: ze garandeert een basisvoorziening en voorziet waar het kan een kwaliteit van dienstverlening en productie die groter is dan wat strikt nodig is voor haar taken.

Integreert: het probleem staat centraal en de verschillende overheidsdiensten stemmen hun acties af op de probleemoplossing

o Focus op wederzijdse afhankelijkheid Is open vermijdt leerfalen: voornamelijk openheid van het managementsysteem

voor andere organisaties en minder de openheid voor de burgers.o Openheid zorgt ervoor dat er kan geleerd worden.

Innovatief: nieuwe mts’e uitdagingen zetten de overheid aan tot nieuw beleid & nieuwe organisatievormen.

Kijken naar de overheid met een Lambda-bril Onze maatschappij is bijna obsessief bezig met het beheersen van risico. We

verwachten dat de overheid zoveel mogelijk het maatschappelijke risico beperkt.o Risico-analyses: hierin worden problemen geanalyseerd op twee dimensies:

1) Men gaat na wat de kans is dat een bepaald incident zich voordoet. 2) Men gaat na wat de impact is van de incidenten.

Kritiek: critici stellen dat onze mts bijna obsessief bezeten is met het beheersen van risico’s.

o Franki: cultuur van angst waarbij onze focus op risico’s tegelijk leidt tot wijdverbbreide angst die de sociale ruimte inpalmt.

o Anders dan voorheen vertellen politici & beleidsmakers aan burgers dat hun vrees terecht is i.p.v. hun gerust te stellen.

Hoe verhouden kwaliteitsmaatstaven zich tot elkaar? o Kwaliteitsmaatstaven kunnen zich op 2 manieren verhouden tot elkaar:

Contradictie Komt voornl. tot uiting op het microniveau van concrete maatregelen.

Complement Komt voornl. tot uiting op het macroniveau van het politieke systeem.

o Kwaliteitsmaatstaven als complementen op het macroniveau Toonen: relatie tussen de drie groepen van bestuurskundige kwaliteitsmaatstaven

Legitimiteit van het regime (Lambda) is een noodzakelijke voorwaarde voor de legitimiteit van de procedures (Theta)

Procedure van legitimiteit (Theta) is een noodzakelijke voorwaarde voor een functionele legitimiteit (Sigma)

Er is dus een efficiënt & effectief openbaar bestuur werken als er een bepaald niveau van betrouwbaarheid, openheid & eerlijkheid bereikt is=> Minimumdrempels moeten overschreven zijn

Volwassen democratieën; komen aan alle 3 tegemoet. NPM hervormingen in jaren ’90 benadrukte in eerste plaats Sigma (efficiëntie &

effectiviteit) als antwoord op economische moeilijkheden in ’80. o Vervolgens: Theta; kloof tussen burger & overheid ontdekt => openheid &

verantwoording. Ontwikkelings- of ontwikkelde landen; openbaar bestuur staat minder sterk

Overheid blijft onder minimumdrempels. Zonder dat hieraan voldaan is, is het moeilijk om efficiëntie & doelgerichtheid te

verbeteren. Minimumdrempels suggereren een bepaalde volgorde in de opbouw van de staat &

democratie. 1. Werkend staatsapparaat2. Werkende democratie 3. Focus op efficiëntie & effectiviteit

Page 116: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Volgtijdelijkheid (= sequencing) van statsopbouw werd ook empirisch getest. o Landen die eerst handhavingscapaciteit opbouwen & dan democratiseren,

zijn vaak beter af dan landen die eerst democratiseren en dan staatscapaciteit opbouwen.

Stelling dat staatscapaciteit moet vooraf gaan aan democratie is niet waardevrijo Een democratisch systeem is niet enkel een middel tot het doel van

kwaliteitsvolle publieke diensten. Democratie is ook een doel op zich.o Het zou fout zijn om democratieopbouw ondergeschikt te maken aan

staatsopbouw. Ook de stelling dat democratie moet vooraf gaan aan efficiëntie & doelgerichtheid,

is normatief. o Kwaliteitsmaatstaven in contradictie op microniveau

Macroniveau: steeds in meer of mindere mate aandacht voor verschillende groepen maatstaven.

1. Sigma VS theta: “The pursuit of absolute integrity” Integriteit kan ten koste gaan van efficiëntie & effectiviteit. Onderzoek New Yorkse politie (Anechiario & Jacobs):

o Vertraging van besluitvorming Opdeling van verantwoordelijkheden is een basisprincipe van

corruptiecontrole. Dit leidde echter tot een ethos van behoedzaamheid & angst.

Hierdoor neemt men geen eigen beslissingen meer, ook al zou dit voor efficiëntie zorgen.

o Overcentralisatie & toch inadequaat gezag Alle managementfuncties werden gecentraliseerd. Operationele afdelingen verloren zo middelen & gezag om hun job

te doen. o Verschillende andere mechanismen die afbreuk doen aan efficiëntie:

Defensief management Doelverschuiving van eigenlijke resultaten naar het volgen van de

regels = goal displacement Slechte moraal Balkanisering Perverse ontwijkingsstrategieën

2. Sigma VS Lambda: De Britste spoorwegen Werden in ’90 geprivatiseerd door conservatieve regering. Zoals in Be: exploitatie

gescheiden van beheer van het net. Privatisering ging hier stuk verder: exploitatie in handen van 25 private

ondernemingen. Financiële structuur van Railtrack was echter te zwak om het investeringstempo te

volgen. Na verschillende problemen nam overheid de infrastructuur terug in handen. Efficiëntiedoelstellingen van de privatiseringen leidden tot een onbetrouwbaar

systeem & hervorming moest worden teruggedraaid. 3. Theta VS Lambda: “League tables”

Lijstjes worden in de overheid steeds populairder. Vooral Eng heeft traditie van rankschikking. => “league Tables”: burger heeft recht op deze informatie; overheid &

overheidsprestaties moeten open zijn voor het publiek. Openheid tast echter betrouwbaarheid/robuustheid van de overheid aan.

o Cijfers spreken nooit op zichzelf. Net zoals anticorruptieprogramma NY: doelverschuiving (= goal displacement)

Page 117: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Vb. school wil vooral goed scoren op een test, goed lesgeven is van secundair belang.

o Contradictorisch of complemenair? Een uitweg uit de paradox Kwaliteitsmaatstaven kunnen beide tegelijkertijd zijn. Kwaliteitsmaatstaven zijn dynamisch & dus moeten ook de maatregelen die de overheid

neemt zich aanpassen. Doelstelling bestuurlijk beleid: verbeteren kwaliteit van de overheid. Kwaliteit hangt af van wat de omgeving verwacht van de overheid.

Een bestuurlijk beleid moet die maatregelen nemen die stroken met de dominante kwaliteitsverwachtingen; dat is kwaliteit.

Hoofdstuk 14: Integriteit Inleiding

o Integriteit is op zich geen primair beleidsdomein van de overheid, het is wel een noodzakelijke randvoorwaarde voor een rechtvaardig & kwaliteitsvol overheidsbeleid in die primaire domeinen.

o Thompson geeft hiervoor 2 redenen:1. Aandacht voor integriteit verhoogt de kans dat ambtenaren beslissingen zullen nemen op

basis van de pro’s & contra’s van de beslissingsalternatieven & niet op basis van het eigenbelang of dat van (politieke) vrienden.

2. Integere overheid verhoogt de kans dat burgers ook vertrouwen zullen hebben in hun overheid.

Indien er bij voorbaat voldoende aandacht wordt besteed aan ambtelijke integriteit, vermijden we achteraf nog meer moeten besteden aan schadebeperking & maatregelen om het vertrouwen te herstellen.

o Paradox van Thompson: Door bewust voldoende aandacht te besteden aan integriteit, vermijden we dat schandalen

ons zouden dwingen om noodgedwongen voortdurend met integriteit bezig te zijn. o Integriteit is meer dan het vermijden van fraude, corruptie,…: het gaat over het op een

weldoordachte manier van omgaan met ethische dillema’s. o Hoe groot de voordelen ook zijn, integriteitsbeleid genereert zelf ook bepaalde risico’s & het is

belangrijk om daarvan bewust te zijn. Begrippen: wat is ethiek, integriteit & integriteitsbeleid?

o Definities: een kwestie van filosofie, cultuur & macht Definities van deze begrippen zijn niet ethisch neutraal; keuze voor een bepaalde definitie is

niet louter theoretisch, maar impliceert ook een bepaalde ethisch-filosofische keuze. Het gaat hier niet over “integriteit” in algemene zin, maar over “ambtelijke integriteit”:

integriteit in een specifieke professionele context. Ook andere begrippen:

Ambtelijke moraal = concrete waarden & normen die gelden in een concrete context.

Beleidsethiek = substantiële ethiek van het overheidsbeleid zelf. o Ambtelijke ethiek

= (de reflectie over) algemeen aanvaarde waarden/normen/regels die richtinggevend zijn voor het dagelijks handelen in de overheid.

Wat betekent “algemeen aanvaard”? o Afhankelijk van tijd, plaats & functie

Dus: verwezen naar waarden/normen & regels + (filosofische) reflectie daarover. o Ambtelijke integriteit & ethische dillema’s

1. Ambtelijke integriteit = Handelen in overeenstemming met de algemeen aanvaarde waarden, normen en regels die gelden in de overheid.

Page 118: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

=> Bronnen: Wet en regelgeving: inhoud ervan is via het democratische proces tot stand

gekomen & zou bijgevolg algemeen aanvaard moeten zijn, maar…o Integriteit gaat ook over nastreving van “algemeen aanvaarde” waarden als

“klantgerichtheid”, “loyauteit” & “neutraliteit”, ook als die niet in strikte wetten/regels opgenomen zijn.

Integriteit gaat ook over het op een doordachte manier omgaan met situaties waarbij het gewoon niet duidelijk is wat “algemeen aanvaard” is.

2. Ethische dilemma’s = situaties waarbij waarden en normen in het geding zijn en waarbij een keuze moet

worden gemaakt uit meerder alternatieven, terwijl voor elk van die alternatieven goede redenen te geven zijn.

Dillema’s = situatie waarbij bepaalde waarden of normen minder of niet zullen gerespecteerd worden omdat men prioriteit geeft aan andere argumenten.

Wat men ook doet, er zal altijd een zekere morele kost volgen. Bepaalde waarden zullen geschonden worden. Typisch: intuïtie/regels suggereren niet meteen een oplossing.

3. Integriteitsbeleid = Geheel van beleidsinstrumenten dat erop gericht is de integriteit van de overheid

in haar geheel en het integere optreden van de individuele ambtenaren afzonderlijk te bevorderen.

Het belang van integriteit & integriteitsbeleid o Ambtelijke integriteit & vertrouwen van burgers in de overheid

Vertrouwen van burgers = belangrijke vw voor de overheid om goede prestaties te kunnen leveren.

Vb. Politie: identificeren van daders van een misdaad; nood aan burgers hun input Factoren die vertrouwen van burgers in overheid beïnvloeden:

1. Gebrek aan integriteito Integriteit van ambtenaren speelt hier belangrijke rol in => schijn van

onpartijdigheid2. Kwaliteit van dienstverlening 3. Bredere economische, politieke & sociale omstandigheden4. Een te grote nadruk op integriteit

o Overdrijving in integriteitsbeleid; werpt schijn op dat overheid veel integriteitsschendingen begaat, terwijl dat in werkelijkheid niet zo is.

o Toenemend belang van ambtelijke integriteit & integriteitsbeleid Een # evoluties hebben de klassieke ambtelijke ethiek waarin de rol van de ambtenaar in

essentie werd beperkt tot neutrale uitvoering van politieke beslissingen onder druk gezet;1. De burger wordt steeds mondiger en steeds meer een kritische consument van

openbare diensten. o Dit leidde tot meer openbaarheid van het bestuur en

spreekrecht/spreekplicht.2. Ambtenaar gaat van loutere uitvoerder naar een echte medespeler in het

beleidsproces. o Ze werken actief mee aan de beleidsvoorbereiding.

3. De bredere maatschappelijke normen evolueren. 4. New Public Management heeft enkele belangrijke ethische uitdagingen gecreëerd.

Ook recentere hervormingen leiden tot vragen inzake ambtelijke integriteit, zoals vb. evoluties binnen new public governance.

Omdat ze focust op de vraag hoe overheidsorganisaties met hun omgeving kunnen samenwerken, zijn controlemechanismen vaak beperkt.

Deze evoluties leiden tot 3 uitdagingen inzake integriteit

Page 119: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Ze creëerden bredere discretionaire ruimte voor ambtenaren, ze creëren nieuwe ethische dilemma’s waarop klassieke ambtelijke ethiek geen evident antwoord op biedt & zorgen voor publieke opinie die veel kritischer & veeleisender kijkt naar de overheid.

In bestuurskunde debat over hoe deze uitdagingen moeten worden beantwoord. A. NPM-voorstanders: maken zich weinig zorgen over integriteit

o Competitiemechanismen kunnen corruptie reducereno Lijken te veronderstellen dat integer gedrag vrijwel automatisch zal volgen

na de implementatie van NPM. o Ze reduceren ambtelijke ethiek vaak tot de NPM-waarden; zuinigheid,

efficiëntie & effectiviteit. B. Voorstanders traditionele bureaucratiemodel:

o Vinden dat overheidsadministratie moet georganiseerd zijn volgens bureaucratische principes:

Hiërarchie & eenheid van leiding Specialisatie & vakbekwaamheid Systeem van regelgeving Schriftelijke procedures Loyale & neutrale ambtenaren Carrièresysteem

o Integriteit(sbeleid); organisatieprocessen moeten georganiseerd zijn zodat de individuele ethische keuze van een ambtenaar gereduceerd wordt door 2 opties:

Integergedrag: regels volgen Integriteitsschending: regels overtreden.

C. Tussen in: “integriteitsbeleid”-benadering o Overlapping NPM-voorstanders ; NPM-hervormingen hebben gunstige

effecteno Tegelijkertijd bewust van risico’s over integriteitsschendingen die gecreëerd

worden door NPM- & andere innovaties. o Tegenstelling TB ; vinden niet dat hervormingen moeten teruggedraaid

moeten worden, maar dat ze moeten aangevuld moeten worden met een zelfstandig integriteitsbeleid dat aangepast is aan die hervormingen & een mix biedt van controlerende & ondersteunende benadering.

Politieke integriteit o Twee verschillende verwachtingen:

Politici: verwacht dat ze beleidskeuzes maken Ambtenaren: verwacht dat ze die loyaal uitvoeren.

o Maar: hetzelfde soort gedrag kan voor een politicus als wenselijk worden beschouwd & voor een ambtenaar als problematisch & omgekeerd.

o Beiden verschillen dus qua “integer gedrag” maar ook van integriteitsbeleid. o Maar: er zijn ook gelijkenissen.

Moeten beiden wet respecteren & mogen geen misdrijven plegen. o Jongste jaren: tendens van naar elkaar groeiende integriteitsverwachtingen. o Verwachtingen voor politici:

Neutraliteit & objectiviteit t.o.v. individuele gevallen Cliëntelisme (= politieke beslissingen ruilen voor electorale steun) neemt af Burgers identificeren zich minder met politieke partijen & zuilen Klachtensysteem & ombuds geïnstalleerd => alternatief op politiek dienstbetoon

o Verwachtingen voor ambtenaren: Neutraliteit moet op flexibele manier worden ingevuld.

Moeten rol spelen in inhoudelijke beleidsvoorbereiding.

Page 120: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

Beleidsuitvoering; meer klantgericht en responsief t.a.v. verwachtingen/noden van burgers zijn.

o Verschillen inzake integriteitsbeleid moeten niet overdreven worden “politieke vernieuwing” => breed gamma van voorstellen die bedoeld zijn politiek &

integriteit van politici te verbeteren. VlPr: deontologische code voor parlementsleden

Maakt onderscheid tussen luisterbereidheid van parlementsleden en cliëntelisme & ongeoorloofd beïnvloeding.

o Ministeriële kabinetten: Medewerkers bevinden zich in grijze zone & weten niet altijd welke soort ze moeten

gebruiken. Hervormingen hebben dit versterkt. Vlaams niveau: van kabinetsleden wordt bepaald dat er een specifieke ethiek verwacht

wordt. Er is een aparte deontologische code voor personeelsleden van kabinetten van de

VlRg. o Conclusie: genoeg redenen om onderscheid te maken, ook al groeien ze naar elkaar toe.

Voor zowel kabinetsmedewerkers als politici is er echter een uitgewerkt integriteitsbeleid noodzakelijk.

Integriteitsbeleid: benaderingen & risico’s o Benaderingen van integriteitsbeleid

Twee verschillende benaderingen van integriteit

1. Controlerende benadering o Pessimistisch mensbeeld: mensen streven eigenbelang na

Organisatie moet zo gestructureerd zijn dat mensen tegelijkertijd goed doen & hun eigenbelang nasteven.

2. Ondersteunende benadering o Optimistisch mensbeeld: mensen zijn van nature geneigd goed te doen.

Weten enkel niet altijd at goed doen is. o Doet omgekeerde van controlerende: i.p.v. discretionaire ruimte beperken,

wil ze ambtenaren ondersteunen in het omgaan met beslissingsvrijheid. Praktijk: beide versies combineren.

1. Controlerende ; elementair wettelijk kader & garandeert minimum aan integriteit2. Stimulerende ; stimuleert ambitie op ethisch valk Vullen elkaars excessen aan.

De ontwikkelen en uitvoeren van een integriteitsbeleid is dus een complexe en uitdagende balanceeroefening tussen twee complementaire, maar ook tegengestelde, benaderingen.

Precieze verhouding hangt van tijd & ruimte af. o Risico’s verbonden aan het voeren van integriteitsbeleid

1) Overdreven aandacht zorgt voor minder vertrouwen van burgers

Page 121: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

2) Integritisme - twee vormen:1. “Alles is integriteit”-geval

o Betreffende de grenzen van wat we als integriteit beschouwen. o Kan het begrip zo uithollen & geloofwaardigheid van integriteitsbeleid

ondermijnen. 2. Ongepast veralgemening van informatie over integriteit

o Generalisering van iemands gedrag naar zijn/haar persoon. Vb. iemand die een kleine fout maakt, wordt als een non-

integer persoon bestempeld. o Kan gebruikt worden om iemand zwart te maken.

Inhoud van integriteitsbeleid: enkele modellen o Modellen op nationaal/regionaal niveau

Context van “good governance” Bedoeld als instrumenten voor evaluatie/verbetering van governance van

een regio. Gelet op corruptie & fraude.

Ethics Infrastructure – OESO Public Integritiy System – Camerer National Integrity System (NIS) – Pope

Eerste twee richten zich op publieke sector Deze richt zich op corruptie in particuliere sector; Ziet de particuliere sector ook als een belangrijke actor in bestrijding van

corruptie. Verwijst naar 13 pijlers waarvan veronderstelt wordt dat zij nodig zijn om

corruptie in een land te bestrijden. België:

o Laatste jaren veel ingezet op anti-corruptiebeleido Toch nog vier risicocategorieën:

Missende functies Onvoldoende uitgewerkte functies

Vb. domein van belangenconflicten, vb. wanneer een ambtenaar moet adviseren over een subsidie voor een vereniging waar hij/zij zelf lid van is of de situatie waarbij een ambtenaar moet beslissen over een sanctie voor een bedrijf waarvan de bedrijfsleider een goede vriend is.

Beperkte coördinatie & visie Bestaande actoren doen veel inspanningen, maar er is

geen sprake van een echt nationaal geïntegreerd & breed gedragen beleid met een duidelijke visie.

Beperkte implementatie Vb. bij tuchtprocedures voor ambtenaren.

Kan ook gebruikt worden als checklist voor belangrijke aspecten van IntBeleid Beperkingen:

o Gaat uit van belang van instituties die maar heel beperkt onderzocht zijn; zijn genoemde instrumenten dus echt wel allemaal noodzakelijk?

o Er worden scores gegeven voor de indicatoren, maar die kampen met methodologische problemen.

Page 122: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

o Modellen op organisationeel niveau Integrity Management Framework – Maesschalck & Bertok

Aanvulling op “ethische infrastructuur” Uitgangspunt: goed integriteitsbeleid steunt op drie pijlers:

1. Instrumenten Deontologische codes, dilemmatraining, affichecampagne,… Maakt een mix die 4 functies van integriteitsbeleid (zie infra)

voldoende vervullen. 2. Processen

Vb. Integriteitsbeleid opnemen in planningscyclus => men kan zo doelstellingen formuleren die gemonitord worden.

3. Structuren Integriteitsbeleid moet opgenomen worden in organogram

van organisatie. Vb. integriteitscoördinator (= “compliance officer”)

Inhoud van een integriteitsbeleid; enkele concrete instrumenten o Verschillende manieren om deze in te delen, hier wordt die van Maesshalck & Bertok

gebruikt – zij beschreven 4 functies die integriteitsbeleid moet vervullen:A. Integriteit achterhalen & omschrijven

1) Instrumenten voor te achterhalen: 1. Risicoanalyse;

Functies & processen die gevoelig zijn voor integriteitsschendingen in kaart brengen.

Op basis daarvan: doen van aanbevelingen. 2. Analyse van ethische dilemma’s

2) Instrumenten om te omschrijven: 1. Deontologische codes: is een combinatie van:

Gedragscodes = die gedetailleerde regels bevat over wat mag en niet mag en overtreding leidt meestal tot sancties.

Ethische codes = die meer algemene waarden bevat en zo meer ruimte laat om zelf te denken.

2. Naast geschreven waarden/regels/procedures; ongeschreven standaarden;

zekere maat van formalisering is belangrijk, maar dit mag niet overdreven worden.

3. Specifieke structurele maatregelen Functiescheiding: men deelt functies die gevoelig zijn voor

integriteitsschendingen op en laat men deze uitvoeren door verschillende medewerkers.

Men gaat er dan vanuit dat het ‘meer ogen principe’ helpt om schendingen te voorkomen.

Functieroulatie: een middel om te voorkomen dat medewerkers routines ontwikkelen die een risico vormen voor onethisch gedrag.

Ook dit heeft een kost vermits op die manier kennis verloren kan gaan.

B. Begeleiden naar integriteit

Page 123: wiki.foso.be€¦  · Web viewDe tijd die nodig is vanaf het indienen van een aanvraag tot het verwerken van het dossier in eerste & tweede aanleg. Deze tijd verwijst zowel naar

1) Training: Dit kan heel wat verschillende vormen aannemen:o Controlerende types : in een schoolse sfeero Stimulerende types : discussiesessies over ethische kwestieso Tussenvormen

2) Communicatie: Men wil integriteit integreren in het dagelijks discours, zowel in interne als externe communicatie.

o Dit via affiches, bedrijfsblad,…3) Coaching: Het kan gaan om individuele coaches die als vertrouwenspersoon

advies kunnen geven aan medewerkers met integriteitsvragen. o Of om (semi-) onafhankelijk orgaan dat inhoudelijk advies kan geven.

C. Monitoren van integriteit 1) Actieve monitoring = Activiteiten die de organisatie zelf organiseert met als

doel integriteitsschendingen vast te stellen om vervolgens desgewenst maatregelen te nemen.

2) Passieve monitoring = Kanalen waar integriteitsschendingen gemeld kunnen worden zoals klachtensystemen voor burgers en een klokkenluidersregelening.

o Klokkenluiders = het bekendmaken van illegale, immorele of niet-legitieme praktijken die onder de controle vallen van de werkgever, door werknemers aan personen of organisaties die tegen de praktijken actie kunnen ondernemen.

o KlachtensystemenD. Afdwingen van integriteit

Informeelo Vb. mondelinge terechtwijzing of nieuwe jobinhoud

Formeelo = tuchto Kan strafrechtelijk